7
Montage-instructies
Capacitief
30138-NL-161027
4 Montage-instructies
Druk/vacuüm
Bij over- of onderdruk in de tank moet u de procesaansluiting afdichten.
Controleer of het afdichtingsmateriaal bestendig is tegen het product en
de procestemperatuur.
Isolerende maatregelen zoals bijv. het omwikkelen van het schroefdraad
met teonband kunnen bij metalen silo's de noodzakelijke elektrische
verbinding met de silo onderbreken. Aard daarom de meetsonde op de
silo.
Aansluitingen
Bij media, die neigen tot afzettingen, moet de elektrode bij horizontale
inbouw vrij in de tank steken, om afzettingen te voorkomen, Vermijd in
deze gevallen sokken voor enzen en inschroefstukken.
Meetbereik
Let erop, dat bij volledig geïsoleerde kabelmeetsonden in de omgeving
van het spangewicht niet kan worden gemeten (L - lengte spangewicht)).
Bij volledig geïsoleerde staafmeetsonden kan over de eerste 20 mm
vanaf de top niet worden gemeten (L - 20 mm).
Kies de meetsonde overeenkomstig langer.
Roerwerken
Extreme trillingen in de installatie en schokken, bijvoorbeeld door
roerwerken en turbulente stromingen in de tank kunnen de elektroden
van de VEGACAL in resonantietrilling brengen. Dit heeft extra materiaal-
belasting tot gevolg. Wanneer een lange staafelektrode nodig is, kunt u
daarom direct boven het uiteinde van de elektrode een geschikte steun
of afspanning aanbrengen, om de staafelektrode te xeren.
Instromend medium
Wanneer VEGACAL in de vulstroom is ingebouwd, kan dit ongewenste
foutieve metingen tot gevolg hebben. Monteer de VEGACAL daarom
op een plaats in de tank, waar geen storende invloeden, zoals bijv. van
vulopeningen, roerwerken enz. kunnen optreden.
Dit geldt vooral voor uitvoeringen met lange elektroden.
Fig. 17: Instromend medium
Tankvormen
De admittantie-meetsonde moet zo mogelijk verticaal resp. parallel t.o.v.
een tegenelektrode zijn gemonteerd. Dit geldt vooral bij niet-geleidend
medium.
In liggende cilindrische tanks, kogeltanks of andere asymmetrische
tankvormen ontstaan vanwege de variërende afstand tot de tankwand
alineaire niveauwaarden.
Gebruik een dubbele staafmeetsonde, een mantelbuis of lineariseer het
meetsignaal.
Tankmateriaal
Metalen silo
Let erop, dat de mechanische aansluiting van de meetsonde met de tank
elektrisch geleidend is, om voldoende massa te waarborgen.
Gebruik geleidende pakkingen zoals bijv. koper en lood. Isolerende
maatregelen, zoals bijv. het omwikkelen van het schroefdraad met teon
band, kunnen bij metalen tanks de noodzakelijke verbinding onder-
breken. Aardt daarom de meetsonde aan de tank of gebruik geleidend
afdichtingsmateriaal.
Niet geleidende silo
Bij niet geleidende tanks, bijv. kunststof tanks, moet de tweede pool van
de condensator afzonderlijk worden gerealiseerd. Gebruik een dubbele
staafmeetsonde of monteer een mantelbuis.
Bedrijfstemperaturen
Wanneer aan de behuizing hoge omgevingstemperaturen optreden,
moet u een temperatuurtussenstuk gebruiken of de elektronica van de
meetsonde scheiden en in een separate behuizing op een koelere plaats
onderbrengen.
Let erop, dat de meetsonde niet door een eventueel aanwezige isolatie
wordt omsloten.
De temperatuurbereiken van de meetsonden vindt u in het hoofdstuk
"Technische gegevens".
Agressieve, abrasieve media
Voor bijzonder agressieve of abrasieve media staan een aantal isolatie-
materialen ter beschikking. Wanneer metaal chemisch niet bestendig is
tegen het medium, gebruikt u een gecoate ens.
Fixeren
Staafuitvoeringen
De meetsonde mag tijdens bedrijf geen ingebouwde onderdelen of
de tankwand aanraken. Bovendien kan de meetwaarde veranderen,
wanneer de afstand tot de tankwand sterk varieert. Indien nodig, moet u
daarom het uiteinde van de sonde isolerende vastzetten.
1
2
1
2
Fig. 18: Meetsonde xeren
1 Meetsonde - volledig geïsoleerd
2 Metalen bus
3 Meetsonde - blank
4 Kunststof- of keramische bus
Kabeluitvoeringen
Vooral lange kabeluitvoeringen kunnen bij mediumbewegingen de
tankwand raken. U moet daarom de meetsonde xeren.
In het spangewicht is daarom een schroefdraad (M12) voor bevestiging
van een oogbout voorzien (artikelnr. 2.27423). Het schroefdraad is al
geïsoleerd in het spangewicht geïntegreerd.
Let erop, dat de meetsondekabel niet te strak is gespannen. Vermijd trek-
belastingen op de kabel. In ons toebehorenprogramma vindt u daarvoor
een afspanveer die een overbelasting verhindert.