NL
- 57 -
5. Vóór inbedrijfstelling
Controleer of de gegevens vermeld op het ken-
plaatje overeenkomen met de gegevens van
het stroomnet alvorens het gereedschap aan te
sluiten.
Waarschuwing!
Verwijder altijd de netstekker uit het stop-
contact voordat u het gereedschap anders
afstelt.
5.1 Algemeen
•
De machine moet stabiel worden opgesteld,
d.w.z. vastschroeven op een werkbank, een
universeel onderstel e.d.
•
Vóór inbedrijfstelling moeten alle afdekkingen
en veiligheidsinrichtingen zoals voorgeschre-
ven zijn gemonteerd.
•
Het zaagblad moet vrij kunnen draaien.
•
Bij reeds bewerkt hout op vreemde voorwer-
pen letten zoals bijv. spijkers of schroeven
enz.
•
Voordat u de Aan/Uit-schakelaar indrukt,
moet u zich ervan vergewissen dat het zaag-
blad correct is gemonteerd en beweeglijke
onderdelen gemakkelijk bewegen.
5.2 Zaag opbouwen (afbeelding 1-4)
•
Steek de beide werkstuksteunen (10) in de zi-
jdelingse boringen aan de vaststaande zaag-
tafel (18). Borg de werkstuksteunen (10) met
de schroef (12), die dient als eindaanslag.
Gebruik daarvoor een kruiskopschroeven-
draaier.
•
De werkstuksteun (10) kan al naargelang
de lengte van het te bewerken stuk worden
verschoven. Als de werkstuksteun (10) zich
in de juiste positie bevindt, wordt de instelling
gefixeerd met de vastzetgreep (11).
•
De spaanopvangzak (27) wordt door uiteen
trekken van de metalen ring aan de opening
op de uittree-opening (28) van de afkortzaag
gestoken. Zodra de metalen ring in zijn uit-
gangsvorm is, is de spaanopvangzak veilig
gemonteerd.
•
De spaninrichting (8) kan zowel links als
rechts aan de vaststaande zaagtafel (18) wor-
den gemonteerd.
•
Monteer de transportgreep (43) met de beide
schroeven (46).
•
Kruiskopschroevendraaier is niet meegele-
verd.
•
Aanwijzing: de binnenzeskantsleutel 6mm
(45) voor de wissel van het zaagblad moet
worden opgeborgen aan de achterkant van
de machine (vgl. afbeelding 20).
5.3 Zaag instellen (afbeelding 1-3,5)
•
Om de draaitafel (19) te verstellen moet de
vastzethendel (20) zich in de bovenste positie
bevinden. Pas daarna kan bij ingedrukt ge-
houden ontgrendelingstoets (21) de draaitafel
worden versteld (vgl. afbeelding 5).
•
Draaitafel (19) en wijzer (22) op de gewenste
hoekmaat van de schaal (23) draaien.
•
De zaag bezit grendelstanden bij de posities
-45°, -30°, -22,5°, -15°, 0°, 15°, 22,5°, 30° en
45°, waarin de draaitafel (19) hoorbaar vast-
klikt. Zodra de draaitafel is vastgeklikt moet
de stand worden gefixeerd door de vastze-
thendel (20) naar beneden te drukken.
•
Als er andere hoekstanden nodig zijn, dan
wordt de draaitafel (19) alleen gefixeerd via
de vastzethendel (20).
•
De zaag wordt uit de onderste stand ontgren-
deld door de machinekop (4) iets omlaag te
drukken en tegelijk de borgbout (30) uit de
motorhouder te trekken.
•
Machinekop (4) naar boven zwenken.
•
Om de machinekop (4) voor een versteks-
nede te verstellen moet de vastzetgreep (26)
zich in de bovenste positie bevinden.
•
De machinekop (4) kan nu naar links tot max.
45° schuin worden gezet. Na bereiken van de
gewenste hoekmaat van de wijzer (24) op de
schaal (25) de machinekop (4) weer fixeren
met de vastzetgreep (26).
•
Om de machinekop naar rechts tot max. 45°
schuin te zetten gaat u als volgt te werk:
- Machinekop (4) ca. 10° schuin zetten naar
links.
- Ontgrendelingshendel (9) activeren en in-
gedrukt houden.
- Machinekop (4) over de 0°-lijn naar rechts
zwenken.
- Na ca. 10° aan de rechterkant de ontgren-
delingshendel (9) loslaten.
- Na bereiken van de gewenste hoekmaat
van de wijzer (24) op de schaal (25) de
machinekop (4) weer fi xeren met de vast-
zetgreep (26).
•
Om de machinekop weer in te stellen op 0°
van de schaal (25) hoeft de ontgrendeling-
shendel (9) niet meer te worden geactiveerd.
•
Zorg ervoor dat de zaag veilig staat door de
instelbare standvoet (17) zo te draaien, dat
de zaag horizontaal en stabiel staat.
•
De machinekop (4) kan door middel van de
trekfunctie naar voor en terug worden bewo-
Anl_TE_SM_254_Dual_SPK2.indb 57Anl_TE_SM_254_Dual_SPK2.indb 57 02.08.2019 09:15:1902.08.2019 09:15:19