Documenttranscriptie
49.1
Instrucciones de seguridad.............................................................................. 126
49.2
Causas de error y tratamiento ......................................................................... 126
50
Eliminación del aparato usado....................................... 127
51
Garantía ............................................................................ 127
52
Datos técnicos ................................................................. 128
53
Gebruiksaanwijzing ......................................................... 130
53.1
Algemeen ........................................................................................................... 130
53.2
Informatie over deze gebruiksaanwijzing ....................................................... 130
53.3
Waarschuwingsinstructies ............................................................................... 130
53.4
Algemene veiligheidsaanwijzingen ................................................................. 131
53.5
Bronnen van gevaar .......................................................................................... 133
53.5.1
Gevaar door microgolven ........................................................................... 133
53.5.2
Verbrandingsgevaar ................................................................................... 134
53.5.3
Brandgevaar ............................................................................................... 135
53.5.4
Ontploffingsgevaar...................................................................................... 136
53.5.5
Gevaar door elektrische stroom .................................................................. 137
53.6
Aansprakelijkheid ............................................................................................. 138
53.7
Auteurswet......................................................................................................... 138
54
Veiligheid.......................................................................... 138
54.1
Gebruik volgens de voorschriften ................................................................... 138
55
Ingebruikname ................................................................. 139
55.1
Veiligheidsvoorschriften .................................................................................. 139
55.2
Leveringsomvang en transportinspectie ........................................................ 139
55.3
Auitpakken ......................................................................................................... 139
55.4
Verwijderen van de verpakking........................................................................ 139
55.5
Plaatsen ............................................................................................................. 140
55.5.1
Eisen aan de plek van plaatsing ................................................................. 140
55.5.2
Opstelling van het apparaat ........................................................................ 140
55.5.3
Voorkomen van frequentiestoring ............................................................... 141
55.6
43.1.1
Elektrische aansluiting ..................................................................................... 141
Verlengsnoer .............................................................................................. 142
56
Opbouw en functie .......................................................... 142
56.1
Algemeen overzicht .......................................................................................... 142
56.2
Bedieningspaneel en display ........................................................................... 143
56.3
Pieptonen ........................................................................................................... 144
56.4
Veiligheidsvoorzieningen ................................................................................. 144
10
56.4.1
Waarschuwingsinstructies op apparaat ...................................................... 144
56.4.2
Deurvergrendeling ...................................................................................... 144
56.5
Typeplaatje ........................................................................................................ 144
57
Bediening en gebruik ...................................................... 144
57.1
Basis van het magnetron koken ...................................................................... 145
57.2
Soorten gebruik................................................................................................. 145
57.3
Aanwijzingen magnetron kookgerei ................................................................ 145
57.4
Deur openen/sluiten .......................................................................................... 146
57.5
Gebruik “Magnetron” ........................................................................................ 146
57.6
Gebruik “Ontdooien” ........................................................................................ 146
58
Reiniging en onderhoud ................................................. 147
58.1
Veiligheidsvoorschriften .................................................................................. 147
58.2
Reiniging ............................................................................................................ 147
58.3
Reinigen van het filter ....................................................................................... 148
58.4
Reiniging van de bovenste spatbeschermkap ............................................... 148
59
Storingen verhelpen ........................................................ 149
59.1
Veiligheidsvoorschriften .................................................................................. 149
59.2
Oorzaken van de storingen en het verhelpen ................................................. 149
60
Afvoer van het oude apparaat ....................................... 150
61
Garantie ............................................................................ 150
62
Technische gegevens ..................................................... 151
11
Originele
Gebruiksaanwijzing
Magnetron
C1800M/ C2100M
Artikelnummer 3088/3089
129
53 Gebruiksaanwijzing
53.1 Algemeen
Lees de hier vermelde informatie, zodat u snel vertrouwd raakt met uw apparaat en al zijn
functies in volle omvang kunt gebruiken. U heeft jaren lang plezier van uw magnetron als u
hem vakkundig behandelt en onderhoudt. Wij wensen u veel plezier met het gebruik.
53.2 Informatie over deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is onderdeel van de magnetron (vanaf hier ‘apparaat’ genoemd)
en geeft u belangrijke aanwijzingen voor de ingebruikname, de veiligheid, het doelgerichte
gebruik en het onderhoud van het apparaat.
De gebruiksaanwijzing moet altijd bij het apparaat voorhanden zijn en voor iedereen te
lezen en te gebruiken die met de
ingebruikname
bediening
oplossing van een storing en/of
reiniging
van het apparaat belast is.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef hem samen met het apparaat door aan een
eventuele volgende eigenaar.
53.3 Waarschuwingsinstructies
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende waarschuwingsinstructies gebruikt:
GEVAAR
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een dreigende, gevaarlijke
situatie. Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, leidt deze tot de dood of
zware verwondingen.
►
De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om het gevaar van
dood of zware verwondingen bij personen te voorkomen.
WAARSCHUWING
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie.
Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, kan dit tot zware verwondingen leiden.
►
De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om verwondingen bij
personen te voorkomen.
VOORZICHTIG
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie.
Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, kan dit tot lichte of matige
verwondingen leiden.
►
De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om verwondingen bij
personen te voorkomen.
Tip
Een tip duidt op extra informatie, die de omgang met het apparaat lichter maakt.
130
53.4 Algemene veiligheidsaanwijzingen
Tip
Neem voor een veiligere omgang met het apparaat de
volgende algemene veiligheidsaanwijzingen in acht:
► Vóór het gebruik van het apparaat moeten de
gebruiksaanwijzingen zorgvuldig worden gelezen.
► Controleer het apparaat voor het gebruik op zichtbare
schade. Gebruik een beschadigd apparaat niet.
► Het apparaat is niet geschikt voor het drogen, opwarmen of
verhitten van levende dieren.
► Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder, mits ze onder toezicht staan of wanneer hun de
veilige gebruik van het apparaat is uitgelegd en ze de
mogelijke gevaren hebben begrepen.
► Reiniging en onderhoud mag niet door kinderen worden
uitgevoerd, tenzij ze 8 jaar of ouder zijn en ze onder toezicht
staan. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
► Het apparaat en zijn aansluiting moet buiten het bereik
blijven van kinderen jonger dan 8 jaar.
► Het apparaat kan door personen met verminderde fysieke,
zintuiglijke of mentale vermogens of gebrek aan ervaring
en/of kennis worden gebruikt, wanneer ze onder toezicht
staan of hen het veilige gebruik van het apparaat is uitgelegd
en ze de mogelijke gevaren hebben begrepen.
► Reparaties mogen alleen door gekwalificeerd, door de
fabrikant opgeleid, personeel worden uitgevoerd. Door
ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke gevaren voor
de gebruiker ontstaan.
► Een reparatie van het apparaat tijdens de garantieperiode
mag alleen door een door de fabrikant erkende klantenservice
worden uitgevoerd, anders vervalt bij volgende schade de
garantie.
131
Tip
► Defecte onderdelen mogen alleen tegen originele
reserveonderdelen worden vervangen. Alleen met deze
onderdelen is gegarandeerd dat aan de veiligheidseisen
wordt voldaan.
► Voedingsthermometers zijn niet geschikt voor de magnetron.
► Het apparaat moet alleen voor het in deze
bedieningshandleiding beschreven doel worden gebruikt.
Bijtende chemicaliën of dampen mogen niet worden gebruikt.
Dit apparaat is speciaal ontwikkeld voor het verhitten, koken
en drogen van voedingsmiddelen en niet voor industriële
doeleinden of het gebruik in een laboratorium.
► Het apparaat mag niet in gebruik worden genomen, als de
netkabel of de stekker beschadigd is, als het niet volgens de
voorschriften werkt, op de grond is gevallen of beschadigd is.
Indien de netkabel of de stekker beschadigd is, moet deze
door de fabrikant of servicepersoneel dat daar opdracht toe
heeft van de fabrikant worden vervangen om gevaren te
voorkomen.
► Gebruik uitsluitend keukenapparaten en voorwerpen, die in
een magnetron kunnen worden gebruikt.
► Thermometers voor gerechten zijn niet geschikt voor
magnetrongebruik.
► De magnetron mag alleen vrijstaand in gebruik worden
genomen.
► Let op: Het apparaat mag niet boven een kookplaat of
andere warmtebron worden geplaatst, omdat het anders kan
worden beschadigd en de garantie dan vervalt.
► De magnetron mag niet in een kast worden gebruikt.
► Het apparaat moet met de achterkant tegen een wand
worden geplaatst.
► Het apparaat is niet geschikt voor gebruik via een externe
tijdschakelaar of afstandsbediening.
132
Tip
► Dit apparaat is een ISM-apparaat van de groep 2 klasse B.
Bij deze apparaten horen alle industriële, wetenschappelijke
of medisch gebruikte apparaten waarbij met opzet
hogefrequentie-energie als elektromagnetische straling voor
de behandeling van materialen geproduceerd of gebruikt
wordt, zoals apparaten met een vonkeroderende werking.
Apparaten van de klasse B zijn geschikt voor gebruik in het
huishouden en voor gebruik met een aansluiting op een
huishoudelijke stroomvoorziening, zoals
laagspanningsinrichtingen in gebouwen.
► Nooit de afstandshouders aan de achterzijde of de zijkanten
van het apparaat verwijderen, omdat deze de nodige
minimale afstand voor de luchtcirculatie garanderen.
► De toerenteller vóór het transport beveiligen om schade te
voorkomen.
► De magnetron is alleen geschikt voor koken, ontdooien en
verdampen van voedingsmiddelen.
► Het apparaat mag niet met een stoomreiniger worden
gereinigd.
53.5 Bronnen van gevaar
53.5.1 Gevaar door microgolven
Waarschuwing
De inwerking van microgolven op het menselijk lichaam
kan tot lichamelijk letsel leiden.
Neem de volgende veiligheidsinstructies in acht om uzelf en
anderen niet bloot te stellen aan microgolven.
► Het apparaat nooit met open deur laten werken. Door een
foutief of gemanipuleerde veiligheidsschakelaar bestaat het
gevaar dat u zich direct aan microgolven blootstelt.
► Dit geldt ook voor de vervanging van de verlichting en de
netkabels. Het apparaat moet hiervoor naar het servicecenter
worden gestuurd.
133
Waarschuwing
► WAARSCHUWING: onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden waarbij de beschermkap voor de
straling van microgolven wordt verwijderd, kunnen gevaar
opleveren voor iedereen en mogen alleen door vakmensen
worden uitgevoerd.
► Wanneer de deur of de deurafdichting beschadigd zijn, mag
het apparaat niet worden bediend, totdat het door een
geautoriseerde vakkracht is gerepareerd.
53.5.2 Verbrandingsgevaar
Waarschuwing
Het in dit apparaat verwarmde voedingsmiddel, het
gebruike keukengerei en de oppervlakken van het
apparaat, kunnen heel heet worden.
Raadpleeg de volgende veiligheidsaanwijzingen om uzelf of
anderen niet te verbranden.
► Let op: Als het apparaat in de combi-stand draait, mag het
door de daarbij ontstane hoge temperaturen alleen onder
toezicht van een volwassene door kinderen worden gebruikt.
► Bij het verhitten van dranken in de magnetron kunnen deze
plotseling gaan koken (kookvertraging), daarom moeten de
bakken voorzichtig worden vastgepakt.
► Geen voedingsmiddelen in de oven frituren. Hete olie kan
onderdelen van apparaten en keukengerei beschadigen en
verbrandingen veroorzaken.
► Vooral de inhoud van babyflesjes en potjes met
babyvoedesel moet worden doorgeroerd of geschud, en de
temperatuur moet voor het gebruik worden gecontroleerd, om
verbrandingen te voorkomen.
► Kooktoestellen kunnen door hitteoverdraging van de
voedingsmiddelen heet worden. Als bescherming wordt het
gebruik van pannenlappen aangeraden.
► De buitenvlakken kunnen bij het gebruik heel heet worden.
134
Waarschuwing
► De deur en de buitenoppervlakken kunnen tijdens het
gebruik heel heet worden.
► Als het apparaat in gebruik is, kunnen de aanraakvlakken
een hoge temperatuur bereiken.
► Gebruik voor het eruit halen van voedingsmiddelen
pannenlappen of keukenhandschoenen.
► Let op! Bij het openen van deksels of afdekfolie kan hete
damp ontsnappen.
► Waarschuwing: Het apparaat en delen binnen handbereik
raken tijdens het gebruik sterk verhit. De
verwarmingselementen mogen daarom niet worden
aangeraakt, en kinderen onder 8 jaar moeten op afstand of
onder toezicht worden gehouden.
53.5.3 Brandgevaar
Waarschuwing
Bij ondeskundig gebruik van het apparaat bestaat
brandgevaar omdat de inhoud kan gaan branden.
Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht om
brandgevaar te vermijden:
► Laat het apparaat niet onbeheerd als u levensmiddelen in
bak uit kunststof, papier of andere brandbare materialen
verwarmt of gaar wil laten worden.
► Gebruik het apparaat nooit voor het bewaren of drogen van
ontvlambare materialen.
► Voor de beperking van brandgevaar in de oven:
a) Bij het verwarmen van voedingsmiddelen in plastic en
papieren bakken moet het apparaat bewaakt worden omdat er
brandgevaar bestaat.
b) Afsluitclips van plastic of papieren zakken moeten voor het
verwarmen worden verwijderd.
135
Waarschuwing
c) Wanneer er sprake is van rookontwikkeling moet het
apparaat worden uitgeschakeld of de stekker uit het stopcontact
worden getrokken en de deur gesloten, om eventueel
optredende vlammen te verstikken.
d) Niets bewaren in de oven. Als het apparaat niet wordt
gebruikt, mag het niet worden gebruikt voor het bewaren van
papieren voorwerpen, keukengerei of voedingsmiddelen.
► Wegwerpbakken van kunststof moeten voldoen aan de
onder "Aanwijzingen voor keukengerei" aangegeven
eigenschappen.
► Verhit geen alcohol in onverdunde toestand.
► Het apparaat mag niet in lege toestand gebruikt worden.
► Bij alle keukenapparaten en bakken moet worden
gecontroleerd of die voor het gebruik in magnetrons geschikt
zijn.
► Bij rookontwikkeling moet het apparaat worden
uitgeschakeld, de netstekker uitgetrokken en de deur (voor
het smoren van eventuele vlammen) gesloten blijven.
► De magnetron is uitsluitend bestemd voor het verwarmen
van gerechten en dranken. Het drogen van gerechten en
kleding en het verwarmen van warmtekussens, pantoffels,
sponzen, vochtige doeken en dergelijke loopt het risico
lichamelijk letsel, ontstekingen of brand te veroorzaken.
► Verwijder altijd vetresten uit het apparaat, omdat deze
licht ontvlambaar zijn.
53.5.4 Ontploffingsgevaar
Waarschuwing
Bij ondeskundig gebruik van het apparaat bestaat
ontploffingsgevaar door ontstane overdruk.
Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht om
explosiegevaar te vermijden:
136
Waarschuwing
► Vloeistoffen en andere voedingsmiddelen mogen niet in
afgesloten potten worden verhit, omdat deze kunnen
exploderen.
► Eieren met schaal en hele hard gekookte eieren niet in het
apparaat opwarmen, omdat ze ook na de behandeling in de
magnetron nog exploderen kunnen.
► Voedingsmiddelen met dikke schillen bijv. aardappelen, hele
pompoenen, appels of kastanjes moeten voor het garen in het
apparaat worden ingeprikt.
53.5.5 Gevaar door elektrische stroom
Levensgevaar door elektrische spanning!
Het contact met leidingen of onderdelen die onder spanning
staan kan levensgevaarlijk zijn! Neem de volgende
veiligheidsaanwijzingen in acht om gevaar door elektrische
stroom te voorkomen.
► Open in geen geval de behuizing van het apparaat. Als
aansluitingen die onder stroom staan worden aangeraakt en
de elektrische of mechanische opbouw veranderd, bestaat
gevaar voor elektrische schokken. Daarnaast kunnen
functionele storingen in het apparaat optreden.
► Het apparaat mag niet in gebruik worden genomen, als de
netkabel of de stekker beschadigd is, als het niet volgens de
voorschriften werkt, op de grond is gevallen of beschadigd is.
Indien de netkabel of de stekker beschadigd is, moet deze
door de fabrikant of servicepersoneel dat daar opdracht toe
heeft van de fabrikant worden vervangen om gevaren te
voorkomen.
► Opgelet: Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden waarbij
de beschermende afdekking tegen microgolven wordt
verwijderd, moeten alleen door een vakman worden
uitgevoerd. Dit geldt ook voor de vervanging van de
verlichting en de netkabels. Het apparaat moet hiervoor naar
het servicecenter worden gestuurd.
137
53.6 Aansprakelijkheid
Alle in deze gebruiksaanwijzing aanwezige technische informatie, gegevens en instructies
voor installatie, ingebruikname en onderhoud beantwoorden aan de laatste stand bij het in
druk gaan en vinden plaats met inachtneming van onze tot nu toe opgedane ervaringen en
kennis naar eer en geweten. Aan de informatie, afbeeldingen en beschrijvingen in deze
gebruiksaanwijzingen kunnen geen rechten worden ontleend.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schaden op grond van:
Niet-naleving van de gebruiksaanwijzing
Ondeskundige reparaties
Niet volgens de voorschriften geldend gebruik
Technische veranderingen, modificaties van het apparaat
Toepassing van niet goedgekeurde onderdelen
Modificaties van het apparaat worden niet aanbevolen en vallen niet onder de garantie.
Vertalingen worden naar beste weten uitgevoerd. Wij zijn niet verantwoordelijk voor
vertaalfouten, ook niet in het geval dat de vertaling door ons of in opdracht van ons is
gemaakt. Bindend blijft alleen de oorspronkelijke Duitse tekst.
53.7 Auteurswet
Dit documentatiemateriaal is auteursrechtelijk beschermd.
Alle rechten, ook die van de fotomechanische reproductie, de verveelvoudiging en de
verbreiding door bijzondere handelswijzen (bijvoorbeeld gegevensverwerking,
informatiedragers en datanetwerken), ook ten dele, zijn de firma Braukmann GmbH
voorbehouden. Inhoudelijke en technische veranderingen voorbehouden.
54 Veiligheid
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke veiligheidsinstructies betreffende de omgang met het
apparaat. Dit apparaat beantwoordt aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften. Een
ondeskundig gebruik kan echter tot materiële schade en schade aan personen leiden.
54.1 Gebruik volgens de voorschriften
Dit apparaat is alleen voor het gebruik in het huishouden in een gesloten ruimte ter
Ontdooien
Verwarmen
Koken
van levensmiddelen en dranken
bestemd. Een ander of er van afwijkend gebruik geldt als niet volgens de voorschriften.
WAARSCHUWING
Gevaar door gebruik niet volgens de voorschriften!
Bij onreglementair gebruik van het apparaat en/of gebruik op een andere wijze
kunnen gevaren ontstaan.
Het apparaat uitsluitend volgens de voorschriften gebruiken.
►
De in deze gebruiksaanwijzing beschreven handelswijzen in acht nemen.
Aanspraken van welke aard dan ook wegens niet reglementair gebruik zijn uitgesloten.
Het risico draagt alleen de gebruiker.
138
55Ingebruikname
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie omtrent de ingebruikname van het apparaat.
Neem de aanwijzingen in acht om gevaren en beschadigingen te voorkomen.
55.1 Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Bij de ingebruikneming van het apparaat kan materiële schade en letsel aan
personen ontstaan!
►
Neemt u de volgende veiligheidsvoorschriften in acht om de gevaren te voorkomen:
►
Verpakkingsmateriaal mag niet als speelgoed gebruikt worden. Er bestaat kans op
verstikking.
►
Vanwege het hoge gewicht van het apparaat het transport als ook het uitpakken en
plaatsen met twee personen uitvoeren.
55.2 Leveringsomvang en transportinspectie
De magnetron C1800M/ C2100M wordt standaard met de volgende onderdelen geleverd:
Magnetron C1800M/ C2100M
Gebruiksaanwijzing
Tip
►
►
Controleer de levering op volledigheid en op zichtbare beschadigingen.
Waarschuw de expediteur, de verzekering en de leverancier bij een onvolledige
levering of bij beschadiging als gevolg van gebrekkige verpakking of als gevolg van het
transport.
55.3 Auitpakken
Bij het uitpakken van het apparaat gaat u als volgt te werk:
Verwijder alle verpakkingsonderdelen en de accessoires.
Controleer het apparaat op mogelijke beschadigingen (deuken, beschadigde deur, etc.).
Beschadigde apparaten mogen niet in gebruik worden genomen.
Behuizing: Verwijder het beschermfolie aan de buitenkant van de magnetronbehuizing.
55.4 Verwijderen van de verpakking
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. De verpakkingsmaterialen
zijn uitgezocht vanuit milieuvriendelijke en verwijderingtechnische gezichtspunten en
daarom recyclebaar. Het terugbrengen van de verpakking in de materiaalkringloop
bespaart grondstoffen en verkleint de afvalhoop. Lever niet meer benodigd
verpakkingsmateriaal in bij een afvalbrengstation, dat zorgdraagt voor de recycling.
Tip
►
Bewaar indien mogelijk het originele verpakkingsmateriaal gedurende de
garantieperiode, zodat u het apparaat indien nodig weer volgens de voorschriften kunt
inpakken.
139
55.5 Plaatsen
55.5.1
Eisen aan de plek van plaatsing
Voor een veilig en foutloos functioneren van het apparaat moet de plek waar het apparaat
komt te staan aan de volgende eisen voldoen:
Het apparaat moet op een vaste, vlakke, horizontale (waterpas) en hittebestendige
ondergrond met voldoende draagkracht voor de oven en het volgens de verwachtingen
zwaarste in de oven bereidde gerecht neergezet worden.
Kies de plek dusdanig dat kinderen hete oppervlakken van het apparaat niet kunnen
aanraken.
Het apparaat is niet geschikt voor inbouw in een wand of in een inbouwkast.
Plaatst u het apparaat niet in een hete, natte of zeer vochtige omgeving of in de buurt
van brandbare materialen.
Laat het snoer niet over de rand van een tafel of werkplek naar beneden hangen.
Het stopcontact moet makkelijk toegankelijk zijn, zodat de voedingskabel er in geval
van nood ongecompliceerd uitgehaald kan worden.
De inbouw en montage van dit apparaat op niet stationaire plekken (bijvoorbeeld
schepen) mogen alleen door vakzaken/vakmensen uitgevoerd worden, als ze de
voorwaarden voor een veilig gebruik van dit apparaat garanderen.
55.5.2
Opstelling van het apparaat
1) Plaats het apparaat op een vlakke
ondergrond en zorg voor voldoende
beluchtingsruimte.
a) Het oppervlak moet zich minstens
85 cm boven de vloer bevinden.
b) Het apparaat moet met de
achterzijde naar een muur toe staan
(10 cm afstand). Boven het
apparaat moet er een afstand van
30 cm worden vrijgehouden, de
afstand aan de zijkant naar de
andere muren of elementen moet
c)
d)
e)
f)
g)
minstens 10 cm bedragen.
De linkerzijde naast het apparaat moet vrij blijven.
Verwijder NIET de voeten aan de onderkant van het apparaat.
Bedek geen openingen van het apparaat en blokeer deze niet.
Het bedekken van de beluchtingsgleuven kan leiden tot beschadiging van het
apparaat.
Plaats de magnetron zo ver mogelijk uit de buurt van radio- of televivisietoestellen,
omdat de radio- of televisieontvangst door de magnetron kunnen worden verstoord.
2) Steek de stekker van het apparaat in een normaal stopcontact. Let erop, dat de
spanning en netfrequentie van het apparaat (zie typeplaatje) overeenkomen met de
stroomvoorziening in huis.
140
55.5.3
Voorkomen van frequentiestoring
Door het apparaat kunnen storingen bij radio’s, televisies of soortgelijke apparaten
optreden.
Door de volgende maatregelen kunnen storingen weggenomen of gereduceerd worden:
Reinig de deur en de afdichtingen van het apparaat.
Plaats de radio, de televisie, etc. op een zo groot mogelijke afstand van het apparaat.
Gebruik voor het apparaat een ander stopcontact, zodat het apparaat en de gestoorde
ontvanger van verschillende stroomketens gebruik maken.
Gebruik een volgens de voorschriften geïnstalleerde antenne voor de ontvanger, om zo
zeker te zijn van een goede ontvangst.
55.6 Elektrische aansluiting
GEVAAR
►
Gevaar door stroomstoten
►
Het aanraken van interne delen kan leiden tot ernstige verwonderingen of de dood.
►
Het apparaat mag niet uit elkaar worden gehaald.
►
Door een onvakkundige aarding kan er sprake zijn van stroomstoten. Gebruik geen
stopcontact, die niet vakkundig is geïnstalleerd en geaard.
Voor een veilig en feilloos gebruik van het apparaat moeten bij de elektrische aansluiting
de volgende aanwijzingen in acht genomen worden:
Controleer voor het aansluiten van het apparaat de aansluitingsgegevens (spanning en
frequentie) op het typeplaatje met de gegevens van uw stroomnet. Deze gegevens
moeten overeenkomen, zodat het apparaat niet beschadigd kan raken. In geval van
twijfel vraagt u een vakkundige elektricien.
Het stopcontact moet via een 16A veiligheidsschakelaar, gescheiden van andere
stroomverbruikers, zijn beveiligd.
Bij gebruik van een verlengsnoer mag voor aansluiting van het apparaat op het
stroomnet alleen een uitgerold verlengsnoer van maximaal 3 meter lengte en een
doorsnede van 1,5 mm² gebruikt worden. Het gebruik van een stekker of stekkerdoos
met meerdere aansluitingen is vanwege het daarmee verbonden brandgevaar
verboden.
Vergewis u er van dat de voedingskabel onbeschadigd is en niet onder de oven of over
hete of scherpte oppervlakten gelegd is.
Dit apparaat moet geaard zijn. Bij kortsluiting beschermt de aarding tegen stroomstoten,
doordat de elektrische stroom over een extra leiding wordt afgevoerd. Het apparaat is
voorzien van een passend snoer met aarding en een veiligheidsstopcontact. De
stekker moet in een vakkundig geïnstalleerd en geaard stopcontact worden gestoken.
Het apparaat moet, zoals in commerciële keukens gebruikelijk, voor de
potentiaalvereffening, extra worden geaard. In geval van twijfel vraagt u een
vakkundige elektricien.
141
De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen dan gegarandeerd wanneer het is
aangesloten aan een reglementair geïnstalleerd systeem met aardkabels en
veiligheidschakelaars. Het in werking stellen via een stopcontact zonder
veiligheidsschakelaar is verboden. Laat u in geval van twijfel de huisinstallatie
controleren door een erkende elektricien.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schaden, die door een
gebrekkige of onderbroken aardingskabel veroorzaakt worden.
43.1.1 Verlengsnoer
Het aansluitingssnoer is kort gehouden, zodat hij niet in de knoop raakt en om
struikelgevaar te voorkomen,
Indien een langer snoer of een verlengsnoer wordt gebruikt:x
1) De belastbaarheid van het snoer of het verlengsnoer moet minstens overeenkomen
met het elektrische vermogen van het apparaat.
2) Een verlengsnoer moet een geaarde drie-aderige snoer zijjn.
3) Het lange snoer moet zo worden geplaatst, dat het niet van de rand van een tafel of
werkplek naar beneden hangt, waar kinderen eraan kunnen trekken, en zodanig, dat er
geen struikelgevaar is.
56 Opbouw en functie
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke aanwijzingen m.b.t. de opbouw en het functioneren van
het apparaat.
56.1 Algemeen
overzicht
A) Bedieningspaneel
B) Ovenraam
C) Deur
D) Veiligheidsvergrendeling
E) Keramische bodem
Tip
►
►
►
Niet hard op de keramische bodem duwen, deze kan beschadigen.
Gerechten voorzichtig in de oven plaatsen en eruit halen, zodat u de keramische
bodem niet beschadigt.
De ventilator kan blijven draaien, om het apparaat af te koelen.
142
WAARSCHUWING
►
Raak de keramische bodem niet aan na gebruik van het apparaat, deze is mogelijk
heet. Verbrandingsgevaar!
56.2 Bedieningspaneel en display
Display: Wijst gekozen tijd en vermogen aan
Voorbeeld:
5: 5
20
5 min: 5 sec
20 procent vermogen
Draaiknop vermogen (power):
Voor het instellen van het gewenste magnetron-vermogen.
Draaiknop tijd (time)
Voor het instellen van de gewenste tijd.
Tip
►
Zet de draaiknop voor de tijd altijd op 0, zie display, als
u het apparaat niet gebruikt.
►
Het apparaat schakelt na 1 minuut zonder activering in
stand-by. Open en sluit de deur om het apparaat te
reactiveren. Nu wordt “READY” in de display
weergegeven.
►
Gebruik het apparaat niet, als het leeg is. Het apparaat
kan beschadigen.
Arrangement
Vermogen Indicatie op het
%
display
Laag, warmhouden
0%
0
Gemiddeld-laag/ontdooien
20 %
20
30 %
30
Gemiddeld, verwarmen
50 %
50
Gemiddeld hoog, verwarmen
70 %
70
Hoog, verhitten
90 %
90
100 %
100
143
56.3 Pieptonen
Het apparaat geeft de volgende akoestische signalen:
Een signaaltoon: Het einde van de kooktijd is bereikt.
56.4 Veiligheidsvoorzieningen
56.4.1
Waarschuwingsinstructies op apparaat
VOORZICHTIG
Gevaar door hete oppervlakte!
Boven aan de achterkant bevindt zich een waarschuwing voor het gevaar door hete
oppervlakten. De oppervlakte van het apparaat kan zeer heet worden.
►
►
►
De hete oppervlakte van het apparaat niet aanraken.
Brandgevaar!
Zet of leg geen voorwerpen op het apparaat.
Plaats de magnetron niet boven een kookveld of een ander apparaat dat hitte
genereert, omdat de magnetron hierdoor beschadigd kan raken en de garantie vervalt.
56.4.2
Deurvergrendeling
In de deurvergrendeling van het apparaat is een veiligheidsschakelaar ingebouwd, die de
werking van het apparaat bij een openstaande deur verhindert.
VOORZICHTIG
Gevaar door microgolven!
Is deze veiligheidsinrichting defect of wordt deze veiligheidsinrichting vermeden,
dan bent u en zijn ook anderen blootgesteld aan microgolven
►
Het apparaat niet gebruiken als de veiligheidsschakelaar defect is.
►
Deze veiligheidsinrichting niet buiten werking stellen.
56.5 Typeplaatje
Het typeplaatje met de aansluit- en vermogensgegevens bevindt zich aan de achterkant
van het apparaat.
57Bediening en gebruik
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke aanwijzingen m.b.t. de bediening van het apparaat.
Neem de aanwijzingen in acht om gevaren en beschadigingen te voorkomen.
WAARSCHUWING
►
Het apparaat tijdens gebruik niet uit het oog verliezen, zodat er bij gevaren snel
ingegrepen kan worden.
144
57.1 Basis van het magnetron koken
De voor de verwarming van de gerechten benodigde tijd en het vermogen hangt onder
andere af van de eindtemperatuur, de hoeveelheid en de soort en toestand van het
gerecht. Gebruik de kortst aangegeven kooktijd en verleng de tijd naar behoefte.
Sorteer de te bereiden etenswaren zorgvuldig. Plaats de dikste stukken op de rand van
de vorm.
Dek het gerecht tijdens het koken af. Een deksel verhindert spatten en draagt bij tot een
gelijkmatig garen/verhitten.
Tijdens het verwarmen dient u het gerecht meermaals om te draaien, anders te leggen of
om te roeren, zodat uw een gelijkmatige temperatuurverdeling krijgt.
Eventueel aanwezige kiemen in het gerecht worden alleen bij een voldoende hoge
temperatuur (>70°C) en bij een voldoende lange tijd (>10 min.) gedood.
Levensmiddelen met vaste huid of schaal zoals tomaten, worsten, schilaardappelen en
aubergines meermaals prikken ofwel inkerven, zodat ontstane damp ontsnappen kan en
de levensmiddelen niet uit elkaar spatten.
Eieren zonder schaal mogen alleen dan in de magnetron opgewarmd worden, wanneer er
in het vel van de eierdooier van tevoren meermaals geprikt is. De eierdooier kan anders
na het verwarmen met hoge druk naar buiten spuiten.
Verleg gerechten zoals gehaktballetjes na de helft van de kooktijd van boven naar
beneden en van het midden tot aan de uiterste rand.
57.2 Soorten gebruik
Het apparaat kan op verschillende manier gebruikt worden. De volgende opsomming geeft
de mogelijkheden van gebruik van het apparaat aan:
“Magnetron”
Dit gebruik is geschikt voor normaal verhitten van gerechten.
Ontdooien
Dit gebruik is geschikt voor het ontdooien van bevroren gerechten.
57.3 Aanwijzingen magnetron kookgerei
Het ideale materiaal voor magnetronkookgerei is dusdanig gemaakt, dat de microgolven
doorgelaten worden en de energie kan doordringen in de vormen, zodat de gerechten
opwarmen.
Neem de volgende aanwijzingen in acht bij de keuze van passend kookgerei:
►
Microgolven kunnen niet door metaal.Gereedschap uit metaal en kookgerei met
metalen ornamenten dienen daarom niet gebruikt te worden.
►
Gebruik bij het koken in de magnetron geen producten uit recycling papier, omdat
hierin kleine metaalfragmenten kunnen zitten, die vonken en/of brand kunnen
veroorzaken.
145
De volgende tabel dient als houvast bij de keuze van het juiste kookgerei:
Kookgerei
Magnetron
Kookgerei
Magnetron
Hittebestendig glasservies
Keukenpapier
Niet hittebestendig glasservies
Metaalblik
Hittebestendig keramisch servies
Voetstuk uit metaal,
Metalen bak
Magnetronbestendige kunststofvormen
Aluminiumfolie en vormen
57.4 Deur openen/sluiten
Deur openen
Trek met de handgreep de deur open om de deur van het apparaat te openen. Als het
apparaat is ingeschakeld, wordt het actuele gaarprogramma om veiligheidsredenen
volledig beëindigd. Lampen en ventilatoren blijven wel werken. Als de deur geopend is, is
de display leeg.
Tip
►
Laat de deur een moment open voordat u in de binnenruimte tast, om zo de
opgehoopte hitte te laten ontsnappen.
Deur sluiten
Sluit de deur totdat de deurvergrendeling hoorbaar sluit. Stel het gewenste
gaarprogramma opnieuw in.
57.5 Gebruik “Magnetron”
1. Stel het gewenste vermogen in door de draaiknop Power op de juiste stand te zetten.
2. Stel de gewenste tijd in door de draaiknop Time op de juiste stand te zetten. De
maximale kooktijd is 60 minuten.
3. Het kookproces start automatisch, zodra vermogen en tijd zijn ingesteld.
4. Er klinkt een geluidssignaal, als het kookproces beëindigd is.
►
Zet de draaiknop voor de tijd altijd op 0, als u het apparaat niet gebruikt.
►
Gebruik het apparaat niet, als het leeg is. Het apparaat kan beschadigen.
57.6 Gebruik “Ontdooien”
Zet de draaiknop power op 20 of 30%. Deze stand is geschikt voor energiebesparend
ontdooien van uw producten. Zet de draaiknop Time op de gewenste tijd of hoeveelheid.
Roer het gerecht na ongeveer de helft van de tijd door.
146
58 Reiniging en onderhoud
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t de reiniging en het onderhoud van het
apparaat. Neem de aanwijzingen in acht om beschadigingen door verkeerde reiniging van
het apparaat te voorkomen en een storingvrij gebruik te waarborgen.
58.1 Veiligheidsvoorschriften
VOORZICHTIG
►
Schenkt u eerst aandacht aan de volgende veiligheidsvoorschriften voordat u met de
reiniging van het apparaat begint:
►
Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en restanten van voedsel moeten
worden verwijderd. Wanneer het apparaat niet schoon wordt gehouden kan het
oppervlak beschadigd raken, wat kan leiden tot een kortere levensduur van het
apparaat, gevaar voor de gebruiker en schimmel- en bacteriële infecties.
►
Schakelt u de oven vóór het reinigen uit en trek de stekker uit het stopcontact.
►
De binnenkant van de oven is na gebruik heet. Er is daardoor kans op verbranden!
Wacht u totdat het apparaat is afgekoeld.
►
Reinigt u de binnenkant na gebruik, zodra hij is afgekoeld. Te lang wachten
verzwaart de reiniging onnodig en maakt het in extreme gevallen onmogelijk. Te sterke
verontreinigingen kunnen onder omstandigheden het apparaat beschadigen.
►
Als er vloeistof het apparaat binnendringt, kunnen elektronische componenten
beschadigd raken. Let u er op dat er geen vloeistof door de ventilatiegleuven in het
binnenste van het apparaat terecht komt.
►
Gebruik geen agressieve of schurende reinigingsmiddelen en geen oplosmiddelen.
►
Kras niet met een hard voorwerp over hardnekkige verontreinigingen.
►
Vanwege de daarmee samenhangende gevaren mogen reparaties en
servicewerkzaamheden, waarbij de stralingsbeveiligingskap wordt verwijderd,
uitsluitend door een vakman worden uitgevoerd.
58.2 Reiniging
Binnenkant en binnenkant deur
Houd de binnenkant van de oven schoon. Veeg gemorste en door spetteren ontstane
maaltijdresten met een vochtige doek van de wanden aan de binnenkant. Bij sterke
vervuiling van de oven kan een mild reinigingsmiddel gebruikt worden.
Veeg de deur, het raam en de deurdichtingen met een vochtige doek af, om zo door
spetteren en morsen ontstane maaltijdresten te verwijderen. Maaltijdresten aan de
deurdichting kunnen er toe leiden dat de deur niet meer goed sluit en dat daardoor
microgolven vrijkomen.
Veeg de neergeslagen damp op de ovendeur met een vochtige doek af. Dit kan het
geval zijn als het apparaat in een zeer vochtige omgeving gebruikt is en is normaal.
Laat na reiniging de binnenkant van de ovendeur open, totdat het apparaat droog is.
147
Reinigingstip - De binnenwanden, waaraan gekookt voedsel kleeft, kunt u als volgt
gemakkelijker reinigen: Leg een halve citroen in een schaaltje, voeg 300 ml water toe
en verwarm dit 10 minuten bij 100% magnetronvermogen. Daarna maakt u het
apparaat met een zachte, droge doek schoon.
Voorkant en bedieningspaneel
Reinig de voorkant van het apparaat en het bedieningspaneel met een zachte, licht
vochtige doek.
Let er op dat het bedieningspaneel niet nat wordt. Gebruik om het te reinigen een
zachte, vochtige doek.
Tip
►
Laat de ovendeur open om te voorkomen dat het apparaat per vergissing wordt
ingeschakeld.
Buitenkant
De oppervlakte aan de buitenkant van het apparaat met een vochtige doek reinigen.
58.3 Reinigen van het filter
Draai de schroeven links en rechts los.
Reinig het filter.
Plaats het filter opnieuw, draai daarna de
schroeven naar rechts weer vast.
58.4 Reiniging van de bovenste spatbeschermkap
Duw met de duimen in de indeukingen (a) om
de bovenste spatbeschermkap los te draaien.
Trek deze naar beneden.
148
Haal de kap van het apparaat en reinig deze.
Plaats de kap in de oorspronkelijke positie.
Let erop dat de 3 haken achter in de
openingen worden gestoken. Klap de kap
omhoog en duw deze weer om de randen
vast. Daarvoor de duimen opnieuw in de
indeukingen (a) duwen.
59Storingen verhelpen
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke
informatie m.b.t. het lokaliseren van storingen en het verhelpen van storingen. Let u op de
aanwijzingen om gevaren en beschadigingen te voorkomen.
59.1 Veiligheidsvoorschriften
VOORZICHTIG
►
Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen uitgevoerd worden door
gekwalificeerd vakpersoneel dat door de fabrikant is geschoold.
►
Door ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke gevaren voor de gebruiker
ontstaan, evenals schaden aan het apparaat.
59.2 Oorzaken van de storingen en het verhelpen
De volgende tabel helpt bij het lokaliseren en het verhelpen van kleinere storingen
Storing
Mogelijke oorzaak
Verhelpen
Het gekozen
programma start niet
Apparaatdeur niet gesloten
Apparaatdeur sluiten
Stekker niet in stopcontact
Stekker in stopcontact doen
Zekering niet ingeschakeld
Zekering inschakelen
149
Gerecht na afloop van
de ingestelde tijd niet
genoeg ontdooid,
verwarmd ofwel gaar
geworden.
Tijd ofwel vermogen verkeerd
gekozen
Tijd en vermogen opnieuw
instellen
Het gebeuren herhalen
Het apparaat
functioneert, maar de
binnenverlichting niet
Binnenverlichting kapot
Binnenverlichting door
Servicedienst laten
repareren
Tijdens inschakeling van Gerechten met aluminium
de magnetron ontstaan
afgedekt
niet normale geluiden
Het servies bevat metaal en er
ontstaan vonken
Aluminiumfolie verwijderen
Adviezen gebruik servies
lezen
VOORZICHTIG
►
Als u met de bovengenoemde stappen het probleem niet kunt verhelpen, neem dan
contact op met de klantendienst.
60 Afvoer van het oude apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten vaak nog waardvolle
materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen, die voor hun
functioneren en veiligheid noodzakelijk waren.
In het huishoudelijk afval of bij verkeerde behandeling kunnen deze stoffen de menselijke
gezondheid en het milieu schade aanbrengen. Zet uw oude apparaat daarom nooit bij het
gewone huishoudelijk vuil.
Tip
►
Maak gebruik van de in uw woonplaats voorhanden zijnde inzamelplek voor
teruggave en verwerking van oude elektrische en elektronische apparaten. Haal
eventueel informatie bij uw gemeentehuis, de vuilnisophaaldienst of bij uw winkelier.
►
Zorg ervoor dat uw oude apparaat tot het moment van transport op een kinderveilige
plek wordt bewaard.
61Garantie
Voor dit product geven we vanaf de dag van aankoop 12 maanden garantie op gebreken,
die te herleiden zijn tot productie- of materiaalfouten.
Garantieclaims volgens §439 ff. BGB-E blijven hiervan van kracht.
Onder de garantie vallen niet de schaden die door onjuiste behandeling of ingebruikname
ontstaan zijn, zoals gebreken die de functie of de waarde van het apparaat slechts gering
beïnvloeden. Verder zijn aan slijtage onderhevige onderdelen, transportschade zo lang wij
deze niet te verantwoorden hebben, als ook schaden, die door niet door ons verrichtte
reparaties ontstaan zijn, uitgesloten van aanspraak op garantieclaim.
Dit apparaat is vervaardigd voor bedrijfsdoeleinden en voorzien van een overeenkomstig
vermogen. Bij rechtmatige reclamaties zullen wij het defecte apparaat naar ons bevinden
repareren of tegen een apparaat vrij van gebreken omwisselen.
150
Zichtbare defecten moeten binnen 14 dagen na levering aangetoond worden. Verdere
claims zijn uitgesloten.
Stelt u zich voor het indienen van een garantieclaim en het terugsturen van uw apparaat
via onderstaand adres (altijd met bewijs van koop!) met ons in verbinding.
62 Technische gegevens
Apparaat
Magnetron
Naam
C1800M/C2100M
Artikel nr.
3088/3089
Aansluitgegevens
230V~ 50Hz
Vermogensopname
3000 W/3200 W
Magnetron uitgangsvermogen
1800 W/2100 W
Optimale frequentie
2450 MHz
Afmetingen buitenkant
575 x 370 x 530 mm
Afmetingen binnenkant
360 x 220 x 405 mm
Netto gewicht
Ca. 33,1 kg
151