Nikon 2179 Handleiding

Categorie
Camera lenzen
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

60
Jp
En
De
Fr
Es
Se
Ru
Nl
It
Ck
Ch
Kr
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Haal het toestel niet uit elkaar
Het aanraken van de inwendige delen van het fototoestel of
van het objectief kan een letsel veroorzaken. Herstellingen
mogen alleen worden uitgevoerd door bevoegde technici.
Indien het fototoestel of het objectief breekt na een val of een
ander ongeluk, laat u het product door een door Nikon
erkende servicedienst nakijken nadat u de stekker uit het
stopcontact hebt gehaald en/of de batterijen hebt verwijderd.
Schakel het toestel onmiddellijk uit bij storingen
Indien u merkt dat er rook of een ongewone geur uit het
fototoestel of het objectief komt, moet u de batterij
onmiddellijk verwijderen om brandwonden te vermijden.
Verdere bediening van het toestel kan een letsel tot gevolg
hebben.
Nadat u de stroombron hebt verwijderd of losgekoppeld,
laat u het toestel nakijken door een door Nikon erkende
servicedienst.
Gebruik het fototoestel of het objectief niet in de
buurt van ontvlambare gassen
Het bedienen van elektronische apparatuur in de buurt van
ontvlambare gassen kan leiden tot een ontploffing of brand.
Kijk niet naar de zon door het objectief of de beeldzoeker
Kijken naar de zon of naar ander fel licht door het objectief
of de beeldzoeker kan een blijvend oogletsel veroorzaken.
Buiten het bereik van kinderen houden
Zorg ervoor dat kleine kinderen de batterijen of andere
kleine onderdelen niet in hun mond kunnen stoppen.
Let op de volgende punten bij het gebruik van het
fototoestel en het objectief
Houd de camera en het objectief droog. Indien u deze
voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit brand of
een elektrische schok tot gevolg hebben.
Bedien het fototoestel of het objectief niet of raak deze
niet aan met natte handen. Indien u deze
voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit een
elektrische schok tot gevolg hebben.
Wanneer u opnames maakt bij tegenlicht, mag u het
objectief niet naar de zon richten en moet u vermijden
dat zonlicht rechtstreeks in het objectief valt. Dit kan
namelijk leiden tot oververhitting van de camera met
mogelijk brand tot gevolg.
Wanneer u het objectief niet gebruikt gedurende een
langere periode, bevestig dan zowel de voorste als de
achterste objectiefdoppen om het objectief te
beschermen tegen direct zonlicht. Indien u deze
voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit brand tot
gevolg hebben, aangezien het objectief het zonlicht kan
convergeren op een ontvlambaar voorwerp.
61
Jp
En
De
Fr
Es
Se
Ru
Nl
It
Ck
Ch
Kr
Benamingen
( ): referentiepagina
A
C DB
1 Zonnekap (P. 62)
2
Koppelingswijzer zonnekap
(P. 62)
3 Vergrendelingswijzer
zonnekap (P. 62)
4
Bevestigingswijzer zonnekap
(P. 62)
5 Zoomring (P. 63)
6 Schaal brandpuntsafstand
7 Index brandpuntsafstand
8 Scherpstelring (P. 63)
9 Wijzer bevestiging (P. 62)
0 CPU-aansluitpunten (P. 65)
a A-M-modusschakelaar (P. 63)
b Vibratiereductie ON/OFF-
schakelaar (P. 64)
62
Jp
En
De
Fr
Es
Se
Ru
Nl
It
Ck
Ch
Kr
Bedankt voor de aankoop van het AF-S DX NIKKOR 18-105mm f/3,5-5,6G ED VR-objectief. DX Nikkor-objectieven zijn speciaal
ontworpen voor Nikon digitale SLR (Nikon DX-formaat)-camera's, zoals de D300 en D90. Wanneer het objectief is geplaatst op
fototoestellen van Nikon DX-formaat, is de beeldhoek van het objectief gelijk aan circa 1,5× de brandpuntsafstand in 35mm-
formaat. Lees deze instructies eerst door en raadpleeg de
Gebruikshandleiding
van uw camera alvorens u dit objectief gebruikt.
Belangrijke functies
Door vibratiereductie te activeren (VR) kunnen
langere sluitertijden (circa drie keer langer*) worden
gebruikt waardoor meer sluitersnelheden en
zoomposities kunnen worden toegepast, vooral
wanneer u de camera vasthoudt om te fotograferen.
(*Gebaseerd op resultaten verkregen volgens de
meetvoorwaarden van Nikon. De effecten van
vibratiereductie kunnen variëren naargelang de
opnameomstandigheden en het gebruik.)
Dit objectief maakt gebruik van een Silent Wave-motor om
het scherpstellingsmechanisme aan te drijven, waardoor
de autofocus vloeiend, stil en bijna onmiddellijk gebeurt.
De A-M-modusschakelaar
a
is voorzien om eenvoudig te
kiezen tussen autofocus (A) of manueel scherpstellen (M)
.
Een nauwkeurigere belichtingsregeling is mogelijk wanneer deze
gemonteerd is op een Nikon-camera met 3D-kleurenmatrixmeting,
omdat de afstandgegevens van het onderwerp worden
overgedragen van het objectief naar de camera
.
De superieure optische prestaties en de weergavekenmerken
worden gemaximaliseerd door het gebruik van een asferisch
objectiefelement en een glaselement met extra-lage dispersie (ED),
die zorgen voor de correctie van chromatische aberratie. Daarnaast
produceert het afgeronde diafragma een zachte en aangename
beeldwaas in delen van het beeld waarop niet is scherpgesteld
.
Het objectief bevestigen
1
Schakel het fototoestel uit.
2
Verwijder de achterste objectiefdop (fig. D).
3
Breng de bevestigingsmarkering
9
op het objectief in
een lijn met de bevestigingsmarkering op de camera en
draai het objectief linksom totdat deze op de juiste plaats
klikt. Zorg ervoor dat het objectief correct gericht is met
de bevestigingsmarkering
9
bovenop het objectief.
4
Verwijder de voorste objectiefdop (fig. C).
Het objectief verwijderen
Schakel de camera uit voordat u het objectief verwijdert.
Houd de objectiefontgrendeling op de camera
ingedrukt terwijl u het objectief rechtsom draait.
De zonnekap HB-32 1 gebruiken
Het kapje bevestigen
Lijn de koppelingswijzer van de zonnekap ( , een van
beide indexen)
2
op de kap uit met de
bevestigingsmarkering van de zonnekap
4
op het objectief
en draai de kap
1
tegen de klok in (wanneer u het objectief
van het fototoestel van u wegricht) tot hij vastklikt (fig. B).
Zorg ervoor dat de bevestigingsmarkering van de
zonnekap wordt uitgelijnd met de
vergrendelingsmarkering van de zonnekap ( ) 3.
63
Jp
En
De
Fr
Es
Se
Ru
Nl
It
Ck
Ch
Kr
Als de zonnekap niet correct is bevestigd, kan er vignettering voorkomen.
Om het vastmaken of verwijderen van de zonnekap te vergemakkelijken,
neemt u deze aan de basis vast (bij het verbindingsstuk van de zonnekap)
in plaats van aan de buitenste rand.
De kap losmaken
Houdt de zonnekap vast bij de basis (bij het verbindingsstuk van de
zonnekap) en draai rechtsom, gezien vanuit het standpunt wanneer u de
camera vasthoudt met het objectief weg van u gericht, om los te maken.
Scherpstellen, zoomen en scherptediepte
Voordat u scherpstelt, draait u aan de
zoomring
5
om de
brandpuntsafstand aan te passen
totdat de gewenste compositie wordt
weergegeven in de beeldzoeker.
Indien uw camera beschikt over
een voorbeeldknop of -hendel
(stop-beneden), kunt u de
scherptediepte zien door de zoeker van de camera. Raadpleeg
de
Gebruikshandleiding
van uw camera voor meer informatie.
Dit objectief is uitgerust met het Internal Focusing-systeem (IF).
Aangezien dit scherpstelsysteem verschilt van niet-IF-objectieven,
wordt de brandpuntsafstand iets kleiner bij kleinere afstanden
.
Scherpstellen (fig. A)
Automatische scherpstelmodus
Stel de scherpstelmodus van het fototoestel in op AF-A,
AF-S of AF-C en stel de A-M-modusschakelaar
a
van
het objectief in op
A
. Druk de ontspanknop half in om
scherp te stellen en volledig om een opname te maken.
Manuele scherpstelmodus
Stel de A-M-modusschakelaar
a
op het objectief in op
M
. Draai manueel aan de scherpstelring
8
om scherp te
stellen. U kunt fotograferen wanneer de scherpstelmodus
van het fototoestel is ingesteld op AF of op M.
Raadpleeg uw Gebruikshandleiding voor meer
informatie over de scherpstelmodi van het fototoestel.
Goede resultaten met autofocus
Zie “Opmerkingen over het gebruik van de groothoek of
de supergroothoek van de AF Nikkor-objectieven” (P. 67).
Handmatige scherpstelling is mogelijk zelfs wanneer de schakelaar
voor de A-M-selectie van het objectief is ingesteld op
A
.
Zet de scherpstelstand van de camera op AF-S en druk de
ontspanknop half in om de autofocus te activeren. Terwijl u de
ontspanknop half indrukt, draait u handmatig aan de scherpstelring
van het objectief
8
om de scherpstelling nauwkeurig te regelen.
Opmerking:
probeer niet aan de scherpstelring te draaien
terwijl autofocus actief is. Indien autofocus
stopt met werken, laat dan de ontspanknop
los en druk deze opnieuw half in.
Schakelaar A-M-
selectie objectief
a
Scherpstelmodus van het fototoestel
AF-A/AF-C AF-S M
A Autofocus
Autofocus (manueel
scherpstellen)
M
Manueel scherpstellen
(AF-hulpverlichting is beschikbaar)
64
Jp
En
De
Fr
Es
Se
Ru
Nl
It
Ck
Ch
Kr
Vibratiereductiemodus (VR)
Door vibratiereductie (VR) te activeren, kunnen langere sluitertijden (circa
drie keer langer
*
) worden gebruikt. Pannen wordt ook ondersteund.
(
*
Gebaseerd op resultaten verkregen volgens de meetvoorwaarden
van Nikon. De effecten van vibratiereductie kunnen variëren
naargelang de opnameomstandigheden en het gebruik.
Vibratiereductie gebruiken
1
Stel de ON/OFF-schakelaar van de vibratiereductie
b
in op
ON
.
Opmerking: Zorg ervoor dat u de schakelaar
b
zo instelt
dat de aanduiding precies op één lijn ligt met
ON
.
2
Trillingen van het fototoestel worden verminderd
wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt.
Autofocus en manueel scherpstellen, net als het
precies kadreren van het onderwerp, zijn eenvoudiger
geworden omdat trillingen van het fototoestel
zichtbaar door de beeldzoeker worden verminderd.
3
Om vibratiereductie uit te schakelen, stelt u de
vibratiereductie ON/OFF-schakelaar b in op OFF.
Opmerkingen over het gebruik van de vibratiereductie
Nadat u de ontspanknop half hebt ingedrukt, wacht u
totdat het beeld in de beeldzoeker stabiliseert
alvorens u de ontspanknop verder indrukt.
Als het fototoestel gepand wordt in een grote cirkel, wordt
er geen compensatie uitgevoerd voor bewegingen van het
fototoestel in de panrichting. Wanneer u bijvoorbeeld de
camera horizontaal beweegt, worden verticale
cameratrillingen onderdrukt. Dit stabiliseert het beeld terwijl
het gewenste bewegingseffect kan worden gerealiseerd
.
Als een gevolg van de eigenschappen van vibratiereductie
is het mogelijk dat het beeld in de beeldzoeker vaag wordt
na het loslaten van de sluiterknop. Dit is geen storing
.
Schakel het fototoestel niet uit of verwijder het objectief niet van
het fototoestel terwijl de vibratiereductie in werking is. Als u deze
voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan het objectief klinken
en aanvoelen alsof een interne component is losgekomen of
afgebroken wanneer ermee wordt geschud. Dit is geen storing.
Schakel het fototoestel opnieuw in om dit te corrigeren
.
Bij fototoestellen uit de D300 en de D40-serie met
een ingebouwde flitser, werkt de vibratiereductie niet
wanneer de ingebouwde flitser wordt opgeladen.
Als het fototoestel op een statief met drie poten is geplaatst,
stelt u de ON/OFF-schakelaar
b
van de vibratiereductie in
op
OFF
. Het is echter aan te raden de schakelaar op
ON
in te
stellen wanneer u de camera gebruikt met een statief met
drie poten zonder het uiteinde van het statief vast te maken
of met een statief met één poot
.
Bij fototoestellen met autofocus, zoals de D2-serie en de D300-
modellen, die zijn uitgerust met een AF-ON-knop, werkt
vibratiereductie niet wanneer de AF-ON-knop wordt ingedrukt
.
De diafragma instellen
Gebruik het fototoestel om de instellingen van de
diafragma aan te passen.
Variabele maximale diafragma's
Door te zoomen met het objectief wijzigt het maximale
diafragma tot 1
1
/
3
.
De camera compenseert echter diafragmawijzigingen door de sluitertijd
aan te passen en zo de correcte belichtingswaarde te behouden.
65
Jp
En
De
Fr
Es
Se
Ru
Nl
It
Ck
Ch
Kr
De ingebouwde flitser en vignettering
Vignetteren is het verduisteren van de hoeken rond
een beeld, wat voorkomt wanneer het licht dat door de
flitser wordt weergegeven, wordt belemmerd door de
zonnekap 1 of door het objectiefvat afhankelijk van de
brandpunts- of opname-afstand.
Om vignetteren te voorkomen maakt u geen gebruik
van de zonnekap 1.
De ingebouwde flitser kan niet worden gebruikt op
afstanden van minder dan 0,6 m.
De ingebouwde flitser van de D100 en D70 is compatibel
met brandpuntsafstanden van 20mm en groter.
Vignettering komt voor op een brandpuntsafstand van
18mm.
Onderhoud van het objectief
Zorg ervoor dat de CPU-contactpunten 0 niet vuil of
beschadigd worden.
Reinig het objectief met een blaasbalgje. Om vuil en vlekken
te verwijderen, gebruikt u een zachte, zuivere katoenen
doek of een objectiefdoekje met ethanol (alcohol) of
objectiefreiniger. Maak ronddraaiende bewegingen van het
midden naar de buitenkant en let erop dat u geen strepen
maakt of andere onderdelen van het objectief aanraakt
.
Gebruik nooit organische oplosmiddelen zoals thinner of
benzeen om het objectief te reinigen.
NC-filters zijn beschikbaar om het voorste
objectiefelement te beschermen. De zonnekap 1 helpt
ook om de voorkant van het objectief te beschermen.
Wanneer u het objectief in het flexibele objectiefetui opbergt,
maakt u zowel de voorste als de achterste objectiefdoppen
vast. Het objectief kan ook worden opgeborgen terwijl de
zonnekap
1
in de omgekeerde positie is bevestigd.
Wanneer het objectief is geïnstalleerd op een fototoestel,
mag u het fototoestel en het objectief niet optillen of
vasthouden aan de zonnekap 1.
Bewaar het objectief op een koele, droge plaats wanneer u
deze gedurende een lange periode niet gebruikt om
schimmel- en roestvorming te voorkomen. Berg het
objectief ook op om deze te beschermen tegen rechtstreeks
zonlicht of chemicaliën zoals kamfer en naftaleen
.
Laat geen water op het objectief komen en laat het objectief niet in
water vallen. Hierdoor zal het objectief roesten en slecht functioneren
.
Bepaalde onderdelen van het objectief zijn vervaardigd
uit versterkt plastic. Zet het objectief nooit in een
overmatig hete ruimte om schade te voorkomen.
Digitale SLR-
fototoestellen
Ondersteunde brandpuntsafstand/
opnameafstand
D700/D300/D200/
D100/D80
Er is geen vignettering op geen
enkele brandpuntsafstand
D90/D70-serie
18mm/1,5 m of hoger
24mm of langer/geen beperkingen
D50
18mm/1 m of hoger
24mm of langer/geen beperkingen
D60/D40-serie
18mm/2,5 m of hoger
24mm/1 m of hoger
35mm of langer/geen beperkingen
66
Jp
En
De
Fr
Es
Se
Ru
Nl
It
Ck
Ch
Kr
Standaardaccessoires
67mm makkelijk te bevestigen voorste objectiefdop LC-67
Achterste objectiefdop LF-1
Bajonetkap HB-32
Flexibel objectiefetui CL-1018
Optioneel accessoire
67mm vastschroefbare filters
Niet-compatibele accessoires
Teleconvertoren (alle modellen)
Autoring BR-4 en alle modellen van de automatische
verlengingsring PK, K-ring en bevestiging voor blaasbalg
.
•Verbindingsring SX-1
Andere accessoires zijn mogelijk niet geschikt voor
gebruik met dit objectief. Raadpleeg de bijgeleverde
documentatie bij de accessoires voor meer informatie.
Technische gegevens
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving of
verplichting vanwege de fabrikant.
Objectieftype
G-type AF-S DX Zoom-NIKKOR-objectief
met ingebouwde CPU en Nikon-
bajonetsluiting (speciaal ontworpen
voor gebruik met Nikon digitale SLR-
Nikon DX-formaat fototoestellen)
Brandpuntsafstand
18mm–105mm
Maximaal
diafragma
f/3,5–5,6
Objectiefopbouw
15 elementen in 11 groepen (1 asferisch
objectief en 1 ED-objectiefelement)
Beeldhoek
76º–15º20’
Schaal
brandpuntsafstand
18, 24, 35, 50, 70, 105mm
Afstandgegevens
Uitvoer naar camera
Zoombediening
Manueel via aparte zoomring
Scherpstellen
Nikon Internal Focusing-systeem (IF),
autofocus met Silent Wave-motor; handmatig
scherpstellen met aparte scherpstelring
Vibratiereductie
Lens-shiftmethode met behulp van
voice coil-motoren (VCM's)
Dichtste
scherpstelafstand
0,45 m bij alle zoominstellingen
Aantal
diafragmabladen
7 stuks (afgerond)
Diafragma
Volledig automatisch
Bereik diafragma f/3,5 tot f/22 (bij 18mm), f/5,6 tot f/38
(bij 105mm)
Meting belichting
Met de volledige diafragmamethode
Grootte hulpstuk
67 mm (P = 0,75 mm)
Afmetingen
Circa 76 mm (dia.) × 89 mm (verlenging van de
objectiefbevestigingsrand van het fototoestel)
Gewicht
Circa 420 g
67
Jp
En
De
Fr
Es
Se
Ru
Nl
It
Ck
Ch
Kr
Opmerkingen over het gebruik van de groothoek of de supergroothoek van de AF Nikkor-objectieven
In de onderstaande situaties is het mogelijk dat autofocus niet functioneert zoals verwacht wanneer u foto's neemt
met de groothoek of de supergroothoek van de AF Nikkor-objectieven.
1. Wanneer het hoofdonderwerp in de
scherpstelhaakjes betrekkelijk klein is
Wanneer een persoon die voor een achtergrond in
de verte staat, binnen de scherpstelhaakjes wordt
geplaatst, zoals getoond in fig. E, is het mogelijk dat
wordt scherpgesteld op de achtergrond en niet op
het onderwerp.
2.
Wanneer het hoofdonderwerp een fijn
onderwerp of fijne scène is, met een patroon
Wanneer het onderwerp fijn is en voorzien is van
een patroon of een laag contrast heeft, zoals een
bloemenveld, zoals getoond in fig. F, kan het
moeilijk zijn om scherp te stellen zonder autofocus
te gebruiken.
Oplossingen voor deze soorten situaties
(1) Stel scherp op een ander onderwerp op dezelfde
afstand van het fototoestel, gebruik vervolgens de
scherpstelvergrendeling, stel het beeld opnieuw
samen en neem de foto.
(2) Stel de scherpstelstand van de camera in op
handmatige scherpstelling en stel handmatig
scherp op het onderwerp.
Raadpleeg “Goede resultaten met autofocus” in de
Gebruikershandleiding van het fototoestel.
E Een persoon die voor een
achtergrond in de verte staat
F Een bloemenveld

Documenttranscriptie

Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING Jp En De Fr Es Se Ru Nl It Ck Ch Kr 60 Haal het toestel niet uit elkaar Buiten het bereik van kinderen houden Het aanraken van de inwendige delen van het fototoestel of van het objectief kan een letsel veroorzaken. Herstellingen mogen alleen worden uitgevoerd door bevoegde technici. Indien het fototoestel of het objectief breekt na een val of een ander ongeluk, laat u het product door een door Nikon erkende servicedienst nakijken nadat u de stekker uit het stopcontact hebt gehaald en/of de batterijen hebt verwijderd. Zorg ervoor dat kleine kinderen de batterijen of andere kleine onderdelen niet in hun mond kunnen stoppen. Schakel het toestel onmiddellijk uit bij storingen Indien u merkt dat er rook of een ongewone geur uit het fototoestel of het objectief komt, moet u de batterij onmiddellijk verwijderen om brandwonden te vermijden. Verdere bediening van het toestel kan een letsel tot gevolg hebben. Nadat u de stroombron hebt verwijderd of losgekoppeld, laat u het toestel nakijken door een door Nikon erkende servicedienst. Gebruik het fototoestel of het objectief niet in de buurt van ontvlambare gassen Het bedienen van elektronische apparatuur in de buurt van ontvlambare gassen kan leiden tot een ontploffing of brand. Kijk niet naar de zon door het objectief of de beeldzoeker Kijken naar de zon of naar ander fel licht door het objectief of de beeldzoeker kan een blijvend oogletsel veroorzaken. Let op de volgende punten bij het gebruik van het fototoestel en het objectief • Houd de camera en het objectief droog. Indien u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit brand of een elektrische schok tot gevolg hebben. • Bedien het fototoestel of het objectief niet of raak deze niet aan met natte handen. Indien u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit een elektrische schok tot gevolg hebben. • Wanneer u opnames maakt bij tegenlicht, mag u het objectief niet naar de zon richten en moet u vermijden dat zonlicht rechtstreeks in het objectief valt. Dit kan namelijk leiden tot oververhitting van de camera met mogelijk brand tot gevolg. • Wanneer u het objectief niet gebruikt gedurende een langere periode, bevestig dan zowel de voorste als de achterste objectiefdoppen om het objectief te beschermen tegen direct zonlicht. Indien u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit brand tot gevolg hebben, aangezien het objectief het zonlicht kan convergeren op een ontvlambaar voorwerp. Benamingen ( A B C D ): referentiepagina 1 Zonnekap (P. 62) 2 Koppelingswijzer zonnekap (P. 62) 3 Vergrendelingswijzer zonnekap (P. 62) 4 Bevestigingswijzer zonnekap (P. 62) 5 Zoomring (P. 63) 6 Schaal brandpuntsafstand 7 Index brandpuntsafstand 8 Scherpstelring (P. 63) 9 Wijzer bevestiging (P. 62) 0 CPU-aansluitpunten (P. 65) a A-M-modusschakelaar (P. 63) b Vibratiereductie ON/OFFschakelaar (P. 64) Jp En De Fr Es Se Ru Nl It Ck Ch Kr 61 Bedankt voor de aankoop van het AF-S DX NIKKOR 18-105mm f/3,5-5,6G ED VR-objectief. DX Nikkor-objectieven zijn speciaal ontworpen voor Nikon digitale SLR (Nikon DX-formaat)-camera's, zoals de D300 en D90. Wanneer het objectief is geplaatst op fototoestellen van Nikon DX-formaat, is de beeldhoek van het objectief gelijk aan circa 1,5× de brandpuntsafstand in 35mmformaat. Lees deze instructies eerst door en raadpleeg de Gebruikshandleiding van uw camera alvorens u dit objectief gebruikt. Belangrijke functies Jp En De Fr Es Se Ru Nl It Ck Ch Kr 62 • Door vibratiereductie te activeren (VR) kunnen langere sluitertijden (circa drie keer langer*) worden gebruikt waardoor meer sluitersnelheden en zoomposities kunnen worden toegepast, vooral wanneer u de camera vasthoudt om te fotograferen. (*Gebaseerd op resultaten verkregen volgens de meetvoorwaarden van Nikon. De effecten van vibratiereductie kunnen variëren naargelang de opnameomstandigheden en het gebruik.) • Dit objectief maakt gebruik van een Silent Wave-motor om het scherpstellingsmechanisme aan te drijven, waardoor de autofocus vloeiend, stil en bijna onmiddellijk gebeurt. De A-M-modusschakelaar a is voorzien om eenvoudig te kiezen tussen autofocus (A) of manueel scherpstellen (M). • Een nauwkeurigere belichtingsregeling is mogelijk wanneer deze gemonteerd is op een Nikon-camera met 3D-kleurenmatrixmeting, omdat de afstandgegevens van het onderwerp worden overgedragen van het objectief naar de camera. • De superieure optische prestaties en de weergavekenmerken worden gemaximaliseerd door het gebruik van een asferisch objectiefelement en een glaselement met extra-lage dispersie (ED), die zorgen voor de correctie van chromatische aberratie. Daarnaast produceert het afgeronde diafragma een zachte en aangename beeldwaas in delen van het beeld waarop niet is scherpgesteld. Het objectief bevestigen 1 Schakel het fototoestel uit. 2 Verwijder de achterste objectiefdop (fig. D). 3 Breng de bevestigingsmarkering 9 op het objectief in een lijn met de bevestigingsmarkering op de camera en draai het objectief linksom totdat deze op de juiste plaats klikt. Zorg ervoor dat het objectief correct gericht is met de bevestigingsmarkering 9 bovenop het objectief. Verwijder de voorste objectiefdop (fig. C). 4 Het objectief verwijderen Schakel de camera uit voordat u het objectief verwijdert. Houd de objectiefontgrendeling op de camera ingedrukt terwijl u het objectief rechtsom draait. De zonnekap HB-32 1 gebruiken Het kapje bevestigen Lijn de koppelingswijzer van de zonnekap ( , een van beide indexen) 2 op de kap uit met de bevestigingsmarkering van de zonnekap 4 op het objectief en draai de kap 1 tegen de klok in (wanneer u het objectief van het fototoestel van u wegricht) tot hij vastklikt (fig. B). Zorg ervoor dat de bevestigingsmarkering van de zonnekap wordt uitgelijnd met de vergrendelingsmarkering van de zonnekap ( ) 3. Als de zonnekap niet correct is bevestigd, kan er vignettering voorkomen. Om het vastmaken of verwijderen van de zonnekap te vergemakkelijken, neemt u deze aan de basis vast (bij het verbindingsstuk van de zonnekap) in plaats van aan de buitenste rand. De kap losmaken Houdt de zonnekap vast bij de basis (bij het verbindingsstuk van de zonnekap) en draai rechtsom, gezien vanuit het standpunt wanneer u de camera vasthoudt met het objectief weg van u gericht, om los te maken. Scherpstellen, zoomen en scherptediepte Voordat u scherpstelt, draait u aan de zoomring 5 om de brandpuntsafstand aan te passen totdat de gewenste compositie wordt weergegeven in de beeldzoeker. Indien uw camera beschikt over een voorbeeldknop of -hendel (stop-beneden), kunt u de scherptediepte zien door de zoeker van de camera. Raadpleeg de Gebruikshandleiding van uw camera voor meer informatie. • Dit objectief is uitgerust met het Internal Focusing-systeem (IF). Aangezien dit scherpstelsysteem verschilt van niet-IF-objectieven, wordt de brandpuntsafstand iets kleiner bij kleinere afstanden. Scherpstellen (fig. A) Automatische scherpstelmodus Stel de scherpstelmodus van het fototoestel in op AF-A, AF-S of AF-C en stel de A-M-modusschakelaar a van het objectief in op A. Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen en volledig om een opname te maken. Handmatige scherpstelling is mogelijk zelfs wanneer de schakelaar voor de A-M-selectie van het objectief is ingesteld op A. Zet de scherpstelstand van de camera op AF-S en druk de ontspanknop half in om de autofocus te activeren. Terwijl u de ontspanknop half indrukt, draait u handmatig aan de scherpstelring van het objectief 8 om de scherpstelling nauwkeurig te regelen. Opmerking: probeer niet aan de scherpstelring te draaien terwijl autofocus actief is. Indien autofocus stopt met werken, laat dan de ontspanknop los en druk deze opnieuw half in. Manuele scherpstelmodus Stel de A-M-modusschakelaar a op het objectief in op M. Draai manueel aan de scherpstelring 8 om scherp te stellen. U kunt fotograferen wanneer de scherpstelmodus van het fototoestel is ingesteld op AF of op M. Scherpstelmodus van het fototoestel Schakelaar A-Mselectie objectief a AF-A/AF-C AF-S M Autofocus (manueel A Autofocus — scherpstellen) Manueel scherpstellen M (AF-hulpverlichting is beschikbaar) Raadpleeg uw Gebruikshandleiding voor meer informatie over de scherpstelmodi van het fototoestel. Goede resultaten met autofocus Zie “Opmerkingen over het gebruik van de groothoek of de supergroothoek van de AF Nikkor-objectieven” (P. 67). Jp En De Fr Es Se Ru Nl It Ck Ch Kr 63 Vibratiereductiemodus (VR) Door vibratiereductie (VR) te activeren, kunnen langere sluitertijden (circa drie keer langer*) worden gebruikt. Pannen wordt ook ondersteund. (*Gebaseerd op resultaten verkregen volgens de meetvoorwaarden van Nikon. De effecten van vibratiereductie kunnen variëren naargelang de opnameomstandigheden en het gebruik. Vibratiereductie gebruiken 1 Jp En De Fr Es Se Ru Nl It Ck Ch Kr 64 2 3 Stel de ON/OFF-schakelaar van de vibratiereductie b in op ON. Opmerking: Zorg ervoor dat u de schakelaar b zo instelt dat de aanduiding precies op één lijn ligt met ON. Trillingen van het fototoestel worden verminderd wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. Autofocus en manueel scherpstellen, net als het precies kadreren van het onderwerp, zijn eenvoudiger geworden omdat trillingen van het fototoestel zichtbaar door de beeldzoeker worden verminderd. Om vibratiereductie uit te schakelen, stelt u de vibratiereductie ON/OFF-schakelaar b in op OFF. Opmerkingen over het gebruik van de vibratiereductie • Nadat u de ontspanknop half hebt ingedrukt, wacht u totdat het beeld in de beeldzoeker stabiliseert alvorens u de ontspanknop verder indrukt. • Als het fototoestel gepand wordt in een grote cirkel, wordt er geen compensatie uitgevoerd voor bewegingen van het fototoestel in de panrichting. Wanneer u bijvoorbeeld de camera horizontaal beweegt, worden verticale cameratrillingen onderdrukt. Dit stabiliseert het beeld terwijl het gewenste bewegingseffect kan worden gerealiseerd. • Als een gevolg van de eigenschappen van vibratiereductie is het mogelijk dat het beeld in de beeldzoeker vaag wordt na het loslaten van de sluiterknop. Dit is geen storing. • Schakel het fototoestel niet uit of verwijder het objectief niet van het fototoestel terwijl de vibratiereductie in werking is. Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan het objectief klinken en aanvoelen alsof een interne component is losgekomen of afgebroken wanneer ermee wordt geschud. Dit is geen storing. Schakel het fototoestel opnieuw in om dit te corrigeren. • Bij fototoestellen uit de D300 en de D40-serie met een ingebouwde flitser, werkt de vibratiereductie niet wanneer de ingebouwde flitser wordt opgeladen. • Als het fototoestel op een statief met drie poten is geplaatst, stelt u de ON/OFF-schakelaar b van de vibratiereductie in op OFF. Het is echter aan te raden de schakelaar op ON in te stellen wanneer u de camera gebruikt met een statief met drie poten zonder het uiteinde van het statief vast te maken of met een statief met één poot. • Bij fototoestellen met autofocus, zoals de D2-serie en de D300modellen, die zijn uitgerust met een AF-ON-knop, werkt vibratiereductie niet wanneer de AF-ON-knop wordt ingedrukt. De diafragma instellen Gebruik het fototoestel om de instellingen van de diafragma aan te passen. Variabele maximale diafragma's Door te zoomen met het objectief wijzigt het maximale diafragma tot 11/3. De camera compenseert echter diafragmawijzigingen door de sluitertijd aan te passen en zo de correcte belichtingswaarde te behouden. De ingebouwde flitser en vignettering Vignetteren is het verduisteren van de hoeken rond een beeld, wat voorkomt wanneer het licht dat door de flitser wordt weergegeven, wordt belemmerd door de zonnekap 1 of door het objectiefvat afhankelijk van de brandpunts- of opname-afstand. • Om vignetteren te voorkomen maakt u geen gebruik van de zonnekap 1. • De ingebouwde flitser kan niet worden gebruikt op afstanden van minder dan 0,6 m. Digitale SLRfototoestellen D700/D300/D200/ D100/D80 D90/D70-serie D50 D60/D40-serie Ondersteunde brandpuntsafstand/ opnameafstand Er is geen vignettering op geen enkele brandpuntsafstand • • • • • • • 18mm/1,5 m of hoger 24mm of langer/geen beperkingen 18mm/1 m of hoger 24mm of langer/geen beperkingen 18mm/2,5 m of hoger 24mm/1 m of hoger 35mm of langer/geen beperkingen De ingebouwde flitser van de D100 en D70 is compatibel met brandpuntsafstanden van 20mm en groter. Vignettering komt voor op een brandpuntsafstand van 18mm. Onderhoud van het objectief • Zorg ervoor dat de CPU-contactpunten 0 niet vuil of beschadigd worden. • Reinig het objectief met een blaasbalgje. Om vuil en vlekken te verwijderen, gebruikt u een zachte, zuivere katoenen doek of een objectiefdoekje met ethanol (alcohol) of objectiefreiniger. Maak ronddraaiende bewegingen van het midden naar de buitenkant en let erop dat u geen strepen maakt of andere onderdelen van het objectief aanraakt. • Gebruik nooit organische oplosmiddelen zoals thinner of benzeen om het objectief te reinigen. • NC-filters zijn beschikbaar om het voorste objectiefelement te beschermen. De zonnekap 1 helpt ook om de voorkant van het objectief te beschermen. • Wanneer u het objectief in het flexibele objectiefetui opbergt, maakt u zowel de voorste als de achterste objectiefdoppen vast. Het objectief kan ook worden opgeborgen terwijl de zonnekap 1 in de omgekeerde positie is bevestigd. • Wanneer het objectief is geïnstalleerd op een fototoestel, mag u het fototoestel en het objectief niet optillen of vasthouden aan de zonnekap 1. • Bewaar het objectief op een koele, droge plaats wanneer u deze gedurende een lange periode niet gebruikt om schimmel- en roestvorming te voorkomen. Berg het objectief ook op om deze te beschermen tegen rechtstreeks zonlicht of chemicaliën zoals kamfer en naftaleen. • Laat geen water op het objectief komen en laat het objectief niet in water vallen. Hierdoor zal het objectief roesten en slecht functioneren. • Bepaalde onderdelen van het objectief zijn vervaardigd uit versterkt plastic. Zet het objectief nooit in een overmatig hete ruimte om schade te voorkomen. Jp En De Fr Es Se Ru Nl It Ck Ch Kr 65 Standaardaccessoires • • • • 67mm makkelijk te bevestigen voorste objectiefdop LC-67 Achterste objectiefdop LF-1 Bajonetkap HB-32 Flexibel objectiefetui CL-1018 Optioneel accessoire 67mm vastschroefbare filters Niet-compatibele accessoires Jp En De Fr Es Se Ru Nl It Ck Ch Kr 66 • Teleconvertoren (alle modellen) • Autoring BR-4 en alle modellen van de automatische verlengingsring PK, K-ring en bevestiging voor blaasbalg. • Verbindingsring SX-1 Andere accessoires zijn mogelijk niet geschikt voor gebruik met dit objectief. Raadpleeg de bijgeleverde documentatie bij de accessoires voor meer informatie. Technische gegevens Objectieftype G-type AF-S DX Zoom-NIKKOR-objectief met ingebouwde CPU en Nikonbajonetsluiting (speciaal ontworpen voor gebruik met Nikon digitale SLRNikon DX-formaat fototoestellen) Brandpuntsafstand 18mm–105mm Maximaal f/3,5–5,6 diafragma Objectiefopbouw 15 elementen in 11 groepen (1 asferisch objectief en 1 ED-objectiefelement) Beeldhoek Schaal brandpuntsafstand Afstandgegevens Zoombediening Scherpstellen 76º–15º20’ 18, 24, 35, 50, 70, 105mm Uitvoer naar camera Manueel via aparte zoomring Nikon Internal Focusing-systeem (IF), autofocus met Silent Wave-motor; handmatig scherpstellen met aparte scherpstelring Vibratiereductie Lens-shiftmethode met behulp van voice coil-motoren (VCM's) Dichtste 0,45 m bij alle zoominstellingen scherpstelafstand Aantal 7 stuks (afgerond) diafragmabladen Diafragma Volledig automatisch Bereik diafragma f/3,5 tot f/22 (bij 18mm), f/5,6 tot f/38 (bij 105mm) Meting belichting Met de volledige diafragmamethode Grootte hulpstuk 67 mm (P = 0,75 mm) Afmetingen Circa 76 mm (dia.) × 89 mm (verlenging van de objectiefbevestigingsrand van het fototoestel) Gewicht Circa 420 g Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving of verplichting vanwege de fabrikant. Opmerkingen over het gebruik van de groothoek of de supergroothoek van de AF Nikkor-objectieven In de onderstaande situaties is het mogelijk dat autofocus niet functioneert zoals verwacht wanneer u foto's neemt met de groothoek of de supergroothoek van de AF Nikkor-objectieven. E Een persoon die voor een achtergrond in de verte staat 1. Wanneer het hoofdonderwerp in de scherpstelhaakjes betrekkelijk klein is Wanneer een persoon die voor een achtergrond in de verte staat, binnen de scherpstelhaakjes wordt geplaatst, zoals getoond in fig. E, is het mogelijk dat wordt scherpgesteld op de achtergrond en niet op het onderwerp. 2. Wanneer het hoofdonderwerp een fijn onderwerp of fijne scène is, met een patroon F Een bloemenveld Wanneer het onderwerp fijn is en voorzien is van een patroon of een laag contrast heeft, zoals een bloemenveld, zoals getoond in fig. F, kan het moeilijk zijn om scherp te stellen zonder autofocus te gebruiken. Oplossingen voor deze soorten situaties (1) Stel scherp op een ander onderwerp op dezelfde afstand van het fototoestel, gebruik vervolgens de scherpstelvergrendeling, stel het beeld opnieuw samen en neem de foto. (2) Stel de scherpstelstand van de camera in op handmatige scherpstelling en stel handmatig scherp op het onderwerp. Raadpleeg “Goede resultaten met autofocus” in de Gebruikershandleiding van het fototoestel. Jp En De Fr Es Se Ru Nl It Ck Ch Kr 67
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104

Nikon 2179 Handleiding

Categorie
Camera lenzen
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor