Zanussi ZOU340NI Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

1
GEBRUIKSAANWIJZING
NL
GAS-
ELEKTROFORNUIS
ZOU 340
2
Algemene waarschuwingen en
adviezen
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen
te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
Tijdens het gebruik
l De oven is bedoeld voor het bereiden van voedsel;
gebruik hem nergens anders voor.
l Indien u, om welke reden dan ook, aluminiumfolie in
de oven gebruikt, leg dat dan nooit op de ovenbodem.
l Wees voorzichtig met ovenreinigers; spuit nooit op
het vetfilter (indien aanwezig), de elementen en de
thermostaatleiding.
l Laat geen snoer van een ander elektrisch
keukenapparaat langs de hete ovendeur hangen.
l Regelmatig schoonmaken, in feite na elk gebruik,
voorkomt lelijk worden van de materiaaloppervlakken.
Ook eventueel aanwezige kathalitische wanden in de
oven behoeven af en toe reiniging.
l Kontroleer zodra u klaar bent met koken altijd of alle
bedieningsknoppen in de UIT-stand staan.
l Gebruik altijd ovenwanten voor het uit de oven nemen
van hete schalen of pannen.
l Dit apparaat is gemaakt voor aansluiting op één of
meerdere fasen of groepen 220-230V + nul.
Aansluiting op 380-400V, dus tussen de fasen
(zonder nul) leidt onherroepelijk tot vernieling van de
oven en/of het kookplateau!
l Om beschadigingen tijdens het transport en het
inbouwen te voorkomen, zijn sommige delen van een
beschermfolie voorzien. Deze folie moet vóór de
ingebruikname verwijderd worden.
l Na de installatie moet de oven, zonder gerechten
erin, cirka 45 minuten op de hoogste temperatuur
verwarmd worden. Tijdens de eerste minuten zal rook
met een onaangename geur ontstaan. Dit wordt
veroorzaakt door het isolatiemateriaal en vettige
restanten uit het produktieproces.
Veiligheid van kinderen
l Dit apparaat is bedoeld voor het gebruik door
volwassenen. Het is gevaarlijk om kinderen het
apparaat te laten bedienen of als speelgoed te laten
gebruiken.
l Houd tijdens het in gebruik zijn van de oven kinderen
uit de buurt. Ook na het uitschakelen van de
stroomtoevoer blijft de ovendeur nog lange tijd heet.
Installatie
l De installatie en de aansluiting dienen door een
erkend installateur uitgevoerd te worden, volgens de
hem, uit hoofde van zijn erkenning, bekende
voorschriften.
l Een eventueel noodzakelijke wijziging van de
elektriciteitsvoorziening ten behoeve van de installatie
van dit apparaat, dient eveneens door een erkend
installateur uitgevoerd te worden.
l Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit
apparaat of de eigenschappen daarvan te veranderen.
Service
l Tracht in geval van een storing of een defekt dit
apparaat niet zelf te repareren. Reparaties welke door
niet deskundige personen uitgevoerd worden, kunnen
tot schade of letsel leiden.
l Laat inspektie- en/of herstelwerkzaamheden
uitvoeren door ELGROEP SERVICE en laat geen
andere dan originele DISTRIPARTS onderdelen
plaatsen.
Informatie m.b.t. het milieu
l Houd bij het weggooien van de verpakking rekening
met de veiligheid en het milieu.
l Als u een oud apparaat afdankt, maak het dan
onbruikbaar door het aansluitsnoer af te snijden.
Het is uiterst belangrijk dat het bij het
apparaat behorende instruktieboekje
bewaard blijft. Zou het apparaat door u aan
iemand anders gegeven of verkocht worden,
of zou het apparaat in het huis van waaruit
u verhuist achterblijven, dan dient de
nieuwe gebruik(st)er over het
instuktieboekje en de daarin opgenomen
waarschuwingen te kunnen beschikken.
Over deze gebruiksanwijzing
Oderstaande symbolen vindt u in de tekst en hebben
de voldende betekenis:
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Aanwijzingen m.b.t. het gebruik
Adviezen en tips
Informatie m.b.t. het milieu
F
Het apparaat is geproduceerd in overeenstemming
met de volgende EEG-richlijnen:
73/23 - 90/683 - 89/336 -
90/396 -
93/68
en de daarbij behorende besluiten.
3
Inhoud
Het gebruik
8
234567
1
10
11
1. Bedieningspaneel
2. Bedieningsknop brander rechts achter
3. Bedieningsknop brander rechts voor
4. Bedieningsknop brander links voor
5. Bedieningsknop brander links achter
6. Bedieningsknop oventhermostaat
7. Oven-funktieschakelaar
8. Oven-kontrolelampje
9. Thermostaat kontrolelampje
10. Grill
11. Verlichtingslampje
12. Opening van de draaispit
13. Typeplaatje
Algemene Waarschuwingen en
adviezen
Aanwijzingen voor de
Installateur
FABRIKANT:ELECTROLUX ZANUSSI S.p.A.
Viale Bologna, 298 / I - 47100 FORLÌ
(Italie)
Algemene waarschuwingen en adviezen 2
Het gebruik 3
Bedieningsknoppen van de branders 4
Bedieningsknoppen van de oven 5
Het gebruik van de oven voor de eerste keer 5
Praktische tips 6
Adviestabel 7
Onderhoud 8
Enkele tips mocht er iets niet werken 9
Technische Gegevens 10
Aanwijzingen voor de installateur 11
Elektrische aansluiting 11
Gasaansluiting 12
Het Inbouwen 13
9
12
13
4
Brander minimale maximale
diameter diameter
Grote 160 mm. 260 mm.
Middelgrote 120 mm. 220 mm.
Kleine 80 mm. 160 mm.
Tabel van de minimale en maximale
diameters van de pannen
Afb. 2
FO 0204
De bedieningsknoppen van de branders (Afb. 1) hebben
drie standen:
l gesloten - uit
maximale gastoever
minimale gastoever
Het aansteken van de branders
Ontsteek altijd de brander voordat U er een
pan opzet.
Luciferontsteking (ZOU 340 N / X)
l Steek een lucifer aan.
l Druk de knop van de betreffende brander in en
draai hem linksom. Steek de brander direkt aan.
Integrale ontsteking (ZOU 340 IN/ IX)
l Door de knop van de te gebruiken brander geheel
in te drukken en op de hoogste stand te draaien,
zal de betreffende brander aangaan.
l Zet vervolgens de knop in de gewenste stand.
l Bij de grote brander kunt u eventueel ook
doordraaien naar de kleine stand. De
vonkontsteking (Afb. 2 - C) zal ook als de brander
aan is nog een paar maal navonken. Dat is normal.
Mocht na verschillende pogingen de brander niet
aan gaan, controleer dan of de vlamverdeler (Afb.
2 - B) en de branderdeksel (Afb. 2 - A) goed op hun
plaats liggen.
Om de brander uit te zetten draait u de knop naar
rechts op de UIT "l" stand.
Zet altijd eerst de brander op de uitstand
voordat u de pan van het gas neemt.
Optimaal rendement
Voor een optimaal rendement moet de diameter van de
pan aangepast zijn aan de brander, zodat de vlammen
niet langs de zijkant uitslaan. Wij adviseren ook om de
vlam lager te zetten zodra het kookpunt bereikt is.
Gebruik alleen potten en pannen met een vlakke
bodem.
Wees voorzichting met het bakken wanneer u
olie of andere vetstoffen gebruikt (zoals bij
het frituren). Olie en vet ontbranden
gemakkelijk bij oververhitting.
FO 2177
Afb. 1
Bedieningsknoppen van de branders
F
F
A - Branderdeksel
B - Vlamverdeler
C - Vonkontsteking (ZOU 340 IN/ IX)
5
Funktieschakelaar (Afb. 3)
Met deze knop kiest u de volgende ovenfunkties:
0 UIT
Boven- en onderelement AAN
Alleen onderelement AAN
Alleen bovenelement AAN
Grill-element
Oventhermostaat (Afb. 4)
Met deze knop stelt u de gewenste oventemperatuur in
tussen 50°C en 250°C (max).
Wij adviseren u er een gewoonte van te maken om de
knop na gebruik van de oven op 0-stand terug te draaien.
Controlelampjeoventhermostaat
Dit lampje brandt als één of meerdere elementen van
de oven in bedrijf is (zijn). Het lampje gaat uit zodra
de ingestelde temperatuur bereikt is en gaat weer aan
zodra bijgewarmd wordt om de ingestelde temperatuur
te handhaven.
De beveiligingsthermostaat
Voor de veiligheid van de gebruiker is de oven voorzien van
een beveiligingsthermostaat. Bij een eventueel optredend
defekt van de hoofd thermostaat met als gevolg
oververhitting schakelt deze beveiligingsthermostaat de
oven uit.
Als dir onverhoopt een keer gebeurt, probeer dan onder
geen voorwaarde de oven zelf te repareren, maar
waarschuw direkt Elgroep Fabrieksservice.
100
150
200
MAX
50
FO 2175
Afb. 3
Afb. 4
FO 0791
0
Bedieningsknoppen van de oven
Na het plaatsen van de oven ga dan als volgt te werk:
a) zet de thermostaatknop op MAX;
b) zet de ovenfunctieknop op traditioneel koken ( );
c) laat de oven (leeg) 45 minuten lang werken;
d) zet een raam open voor frisse lucht.
Tijdens de eerste paar minuten zal er rook met een
onaangename geur onstaan, dit wordt veroorzaakt door
het isolatiemateriaal en vettige restanten op het materiaal,
erop gekomen tijdens de produktie.
Voordat u de oven gaat gebruiken reinig dan eerst de
legrekken en afdruipschaal grondig met een afwasmiddel.
Opgelet: de kans bestaat, dat bij onzorgvuldig
gebruik van de ovendeur vingers beklemd raken.
Het gebruik van de oven voor de
eerste keer
Controlelampje oven in bedrijf
Dit lampje brandt als de oven in bedrijf is.
FO 0283
Afb. 5
Bij het openen van de deur altijd de
handgreep in het midden beetpakken (Afb.
5)
6
Door de keuzemogelijkheid uit meerdere verwarm-
systemen zijn met deze oven de best mogelijke
resultaten bereikbaar. Wij geven u enkele voorbeelden:
Bakken en braden op
conventionele wijze
Draai de keuzescahkelaar op en stel de gewenste
temperatuur in met de thermostaatknop.
In deze functie worden het boven- en onderelement
gebruikt en door het rek meer naar boven of naar onderen
te plaatsen kunt u de hitte zelf verdelen.
Alleen onderelement
Draai de keuzescahkelaar op en stel de gewenste
temperatuur in met de thermostaatknop.
Alleen bovenelement
Draai de keuzescahkelaar op en stel de gewenste
temperatuur in met de thermostaatknop.
Grilleren
De functieknop schakelt u in de stand voor grilleren
en de thermostaatknop draait u op MAX, tenzij
anders aanbevolen.
Grilleren doet u met gesloten deur.
Het Draaispit (Accessoire)
Plaats de draaispithouder op de tweede richel van
bovenaf (Afb. 6).
Steek het (zo goed mogelijk in evenwicht gevulde)
draaispit in de meeneem-opening in de achterwand,
leg het in de verdieping in de draaispithouder aan de
voorkant.
Verwijder de handgreep van het draaispit.
Laat de deur gesloten.
Draai de funktieschakelaar op .
Stel de temperatuur in met de thermostaatknop
(maximale temperatuur voor bereidingen
aan het draaispit = 225°C)
Praktische tips
Gebruik
l Geen bak- of braadschaal op de ovenbodem
plaatsen en geen aluminiumfolie op de ovenbodem
leggen. Door het bedekken van de ovenbodem kan
warmtestuwing ontstaan, waardoor het bak- of
braadresultaat nadelig beïnvloed wordt en
eventueel schade aan het email optreedt.
l Alle bereidingen, dus ook het grilleren, doet u met
gesloten ovendeur.
In dit boekje is een adviestabel voor het bereiden van veel
voorkomende gerechten opgenomen. Bedenkt u echter
dat het hier slechts om adviezen gaat, zodat u een idee
hebt hoe te beginnen.
De meeste gerechten kunt u zowel met het hetelucht-
systeem als met konventionele onder- en bovenwarmte
bereiden. U vindt zelf uit welke manier u voor welk
gerecht het meeste aanspreekt
Gebak
Gebak vergt doorgaans een matige temperatuur (150-
200°C) en voorverwarmen van de oven van zon 10
minuten. De adviestabel gaat er van uit dat u
voorverwarmd hebt. Open tijdens het bakken de
ovendeur niet voordat tenminste 3/4 van de baktijd
verstreken is. Gebak dat gegarneerd wordt na cirka
2/3 van de baktijd garneren en dan afbakken. De
resterende baktijd hangt af van de soort en de
hoeveelheid garnituur.
Roerdeeg moet moeilijk van de lepel gaan, omdat
anders door teveel vocht de benodigde baktijd te lang
wordt. Bij het bakken van koekjes op twee platen
moet, indien u het hetelucht-systeem gebruikt, een
richel ertussen vrijgelaten worden.
Vlees braden
Een stuk vlees moet liefst niet minder dan 1 kg
wegen, omdat kleinere stukken snel kunnen
uitdrogen. Rood vlees dat van buiten gaar maar van
binnen rose of rood moet blijven, vergt een hoge
temperatuur (cirka 200°C). Licht gekleurd vlees en vis
daarentegen doorgaans een lagere temperatuur (150-
175°C).
Sauzen kunt u alleen bij een korte braadtijd direkt
toevoegen. In andere gevallen eerst enige tijd braden
en de saus tijdens de nog resterende braadtijd
toevoegen. Of vlees gaar is probeert u met een lepel:
laat het zich nauwelijks indrukken dan is het gaar.
Bij braden direkt op het rooster adviseren wij u de
braadschaal, als opvangschaal voor het vet, in de
onderste richels te schuiven. Doe er wat water in om
verbranding van het vet te voorkomen. Het rooster kan
met de zijranden omhoog of omlaag in de richels
geschoven worden. Laat vlees na het braden
tenminste 15 minuten staan alvorens het aan te
snijden. U voorkomt daarmee het verloren gaan van
een deel van het vleesnat.
Grilleren
Vrijwel alle vleessoorten, behalve gehakt en bepaald
mager wild, kunnen gegrilleerd worden.
Wij adviseren u het vlees of de vis aan beide kanten met
wat olijfolie in te smeren en op het rooster te leggen. Schuif
de braadschaal als lekschaal in de onderste richels. Doe
er wat water in om verbranding van het vet te voorkomen.
Keer het vlees naar wens één of meerdere keren.
Afb. 6
FO 0329
7
*1500 Rosbief 2 220 40-60 op het rooster
*1200 Rundvlees 2 200 50-70 op het rooster
*1200 Varkensvlees 2 200 100-130 op het rooster
*1200 Kalfsvlees 2 200 90-120 op het rooster
1000 Varkenspootjes 2 180 100-120 2 stuks
2000 Lamsbout 2 175 120-140 1 stuk vlees
3000 Gans 2 190 140-180 in z'n geheel
1800 Eend 2 180 120-150 in z'n geheel
3500 Kalkoen 1 190 120-150 in z'n geheel
1200 Kip 2 200 80-100 in z'n geheel
1200 Konijn 2 190 60-80 1 stuk vlees
1500 Forel 2 200 40-60 3 stuks
* Canelloni/lasagne 2 200 40-60
* Gerezen deeg 1 190 30-45 in bakvorm
* Taartbodem 2 190 25-35 in bakvorm
* Kwarktaart 1 170 60-80 in bakvorm
* Zandgebak 1 180 40-50 in bakvorm
* Vruchtencake 1 175 40-50 in bakvorm
* Cake 1 175 40-50 in bakvorm
* Appelstrudel 1 175 60-80 in bakvorm
* 500 Koekjes 1 180 10-20 in bakvorm
* 500 Vlaai 1 220 10-25 in bakvorm
*1000 Witbrood 1 200 45-65 in bakvorm
* 500 Kleine broodjes 1 210 20-30 in bakvorm
Adviestabel
Richel
van onder
Temp.
in °C
Opmerking
Bak- of
braadtijd
in minutel
Gerecht
Gewicht
in gram
Traditioneel
* Bij deze gerechten cirka 10 minuten voorverwarmen
Aantal Gewich Richel Temperatuur Boven-kant Onder-kant
in gram van onder °C in min in min
Biefstukken 4 800 4 max 10 8
Karbonaadjes 4 600 4 max 12 8
Worstjes 8 500 4 max 10 6
Stukken kip 6 800 3 max 30 20
Gemengde spiezen 4 700 4 max 12 10
Kippeborst 4 400 4 max 13 10
Gehalveerde tomaten 8 500 4 max 12 -
Visfilets 4 400 4 max 8 6
Oester 6 - 4 max 12 -
Toast ham/kaas 4 - 4 max 8 -
Sneetjes brood 4 - 4 max 2-3 1
Voor grilleren
Gerecht
Voor bakken en braden
8
Afb. 7
FO 0288
Verwijderen van de ovendeur
Als tijdens het schoonmaken van de ovenbinnenkant de
deur in de weg zit, of bij het schoonmaken tussen de
glasdeuren, kan de deur tijdelik verwijderd worden of
uiteen worden genomen.
Ga als volgt te werk:
1) Open de deur geheel;
2) Klap de beugeltjes op de scharnieren om (Afb. 7);
3) Sluit de deur tot hij stuit (staat dan schuin open);
4) Til de deur met beide handen iets op en trek hem naar
u toe uit het ovenfront (Afb. 7);
5) Leg de deur op een vlakke ondergrond, bv tafel.
Maakde binnenkant van het glas alleen schoon met warm
water en een zachte doek.
Om de deur weer in elkaar te zetten en in de oven te
plaasten volgt u de omgekeerde procedure.
Ovenverlichting
Indien het lampje van de binnenverlichting vervangen
moet worden, dan kunt u het verwijderen door het kapje
los te draaien (Afb. 8).
Vervang het lampje tegen hetzelfde model, 230V/15W
met E14-fitting, bestand tegen een temperatuur van
300°C
FO 0287
Afb. 8
Onderhoud
l Voor het reinigen het apparaat uitschakelen en
laten afkoelen.
l Het apparaat mag niet met een hete stoom- of
een stoomstraalreiniger worden schoon-
gemaakt.
l Gebruik geen schuurmiddelen, agressieve of
giftige stoffen voor het schoonmaken.
Het reinigen van de kookplaat
Voor het reinigen van de emaille delen mag nooit een
agressief middel gebruikt worden. Maak een sopje van
warm water met een afwasmiddel.
Maak zeer regelmatig de branders schoon, verwijder
voedselresten, maak de brander- ring en deksel goed
droog met een zacht doekje voor ze weer terug te
plaatsen.
De pannendragers zijn goed bestand tegen een
afewasmiddel.
Gebruik voor het verwijderen van lastige vlekken nooit
een pannenspons van staalwol.
De vonkontsteking, bestaand uit een elektrode gevat in
een keramisch omhulsel, moet vrij worden gehouden van
voedselresten en vocht, omdat anders de ontsteking niet
functioneert (Afb. 2 - C).
Controleer of de branderring poorten schoon zijn.
Het reinigen van de oven
Overtuig u ervan dat de oven uitgeschakeld is vóór u hem
schoonmaakt. Trek daartoe de steker uit het
stopkontakt of zet de installatieschakelaar op UIT.
Wacht tot de oven geheel is afgekoeld.
De accessoires en de binnenkant kunt u schoonmaken
met heet water en een afwasmiddel.
Gebruik eventueel een ovenreiniger (spuitbus), maar dan
alleen voor de zijwanden en de bodem.
Gebruik geen schuurmiddelen, agressieve of giftige
stoffen voor het schoonmaken.
De emaillering van de ovenruimte is uiterst duurzaam.
Zuren, zoals die in citroenen, pruimen, rabarber en
dergelijke voorkomen, kunnen echter bij morsen matte
vlekken veroorzaken. Snel schoonmaken!
Zijn dit soort vlekken toch ontstaan, dan zijn ze niet meer
te verwijderen. Dat stoort echter niet de goede werking
en de duurzaamheid van de oven.
De voorkant van de oven kunt u naar behoefte reinigen
met warm water en een neutraal huishoudschoon-
maakmiddel. Om dat te vergemakkelijken kunt u de
knoppen tijdelijk verwijderen door ze naar u toe van de
assen af te trekken. Moderne huishoudschoon-
maakmiddelen drogen doorgaans streeploos op.
Ovendeurrand
Het goed werken van de oven is mede afhankelijk van het
deurrubber geplaatst tussen de oven en de deur.
Controleer regelmatig de konditie van dit rubber, houdt het
schoon en geruik nooit agressieve schoonmaak-middelen.
Als het deurrubber beschadigt is laat dit dan vervangen
door Elgroep Fabrieksservice.
F
9
WAT TE DOEN
uDe oven is niet goed ingesteld, dus controleer of de oven op
handbediening staat
of
uControleer de "stoppen" in de meterkast.
uZet de thermostaatknop op enn temperatuur
of
uZet de ovenfunctieknop op een functie
uZet de ovenfunctieknop op een functie
of
uHet oven lampje is stuk. Vervang deze en volg de reeds
eerder gegeven instrukties. Koop de lamp bij Distriparts.
uRaadpleeg het receptenboek en stel de juste kooktijd in.
uLaat voedsel niet langer dan 15 minuten na de kooktijd in de
oven staan.
HET PROBLEEM
n De oven doet niets
n Het thermostaatlampje brandt niet
n De binnenverlichting gaat niet aan
n De kooktijd duurt te lang of te kort
n Condensatie in de oven
Voordat Elgroep Fabrieksservice gewaarschuwd wordt is het verstandig
eerst bovenstaande tips te volgen.
Als de storing na deze verifikatie blijft, wendt U
zich dan tot de dichts bijzijnde geautoriseerde
Service Dienst,
het soort storing mededelende, het
model van het apparaat (Mod.) en het nummer van
het produkt (Ser. no.) die gedrukt zijn op het bordje
dat het apparaat identificeert.
SER. NO.
Mod.
PROD. NO.
SER. NO.
MOD.
PROD. NO.
TYPE
Enkele tips mocht er iets niet werken
10
Technische Gegevens
Buitenafmetingen
Hoogte 59,7 cm
Breedte 56,0 cm
Diepte 55,0 cm
Ovenruimte
Hoogte 32,5 cm
Breedte 42,0 cm
Diepte 39,0 cm
Inhoud 53 dm
3
Vermogens (Oven)
Onderelement 1000 W
Bovenelement 800 W
Onder- en boven-element 1800 W
Grill-element 1750 W
Ovenverlichting 15 W
Aansluitwaarde oven 1,82 kW
Lichtnetspanning (50 Hz) 230 V
Temperatuur 50 tot 250°C
Vermogen gasbranders
Sterkbrander (Grote) 3 kW
Normaalbrander (Middelgrote) 2 kW
Kleinbrander (Kleine) 1 kW
Categorie I 2 L
Voeding gas Aardgas 25 mbar
Koppeling gas R 1/2"
Gassoort: Aardgas G 25 - 25 mbar
Categorie I2L
Aansluitdruk: 25 mbar
Brander Nom. belasting Gasverbruik
kW max kW min m
3
/h max
Sterkbrander 3 0,55 0,332
Normaalbrander 2 0,40 0,221
Kleinbrander 1 0,30 0,111
Totaal 4 kookbrander 8 0,885
Spuitstukboring Spaarstandboring
Sterkbrander 124 0,56
Normaalbrander 100 0,47
Kleinbrander 071 0,42
Kookplaat
11
Aanwijzingen voor de installateur
Waarschuwing
l De te gebruiken keukenmeublen moeten bestand
zijn tegen een temperatuur hoger dan 75°C,
omdat anders de fineerlaag kan vervormen of
verschrompelen.
l Het gebuik van massief houten afdeklijsten is
toegestaan, mits de juiste afstand en ventilatie
gewaarborgs zijn.
l De kleinste afstand tussen kookplaat en direkt
naast geplaatste voorwerpen moet minimaal 100
mm. zijn.
l De afstand tussen kookplaat en afzuigkap wordt
bepaald door de voorschriften van de afzuigkap.
l Om enn goede werking te waarborgen moet er
voldoende ventilatie zijn, daartoe moet in de plint
een opening van minimal 360 cm
2
worden
voorzien.
l Om oververhitting van naastliggende delen te
voorkomen moeten de minimale afstanden in
acht worden genomen, zoals getoond in Afb. 10.
Lucht
100 min.
500 min.
Afb. 9
Afb. 10
FO 2185
FO 2186
Elektrische aansluiting
De oven wordt zonder aansluitkabel geleverd. Het
aansluit-klemmenbord bevindt zich achter de
achterwand (Afb. 11).
Omdat de oven gekombineerd wordt met een elektrisch
kookplateau, zult u als regel van meer fasen of groepen
gebruik maken.
U kunt volstaan met het monteren van een drie-aderige
aansluitkabel, voorzien van een steker met
aardkontakten. Geschikte aansluitskabels zijn:
- H07 RN-F, H05 RN-F, H05 RR-F, H05 VV-F en
H05V2V2-F T90.
Het betreffende stopkontakt moet geschikt zijn voor 3
kW (tenminste 16 A zekering) en voorzien zijn van
(aangesloten en funktionerende) aardkontakten.
De verbinding met het lichtnet kan ook door een vaste
aansluiting gemaakt worden.
In het geval van een vaste aansluiting moet de
aansluiting onderbroken kunnen worden door een
meerpolige schakelaar, met kontaktafstanden van
tenminste 3 mm en waarvan de aardverbinding niet
onderbreekt.
FO 2159
Afb. 11
12
820
600
500
45
Attentie
Bij het gebruik van het toestel wordt er bij de verbranding
van aardgas zuurstof onttrokken aan de lucht. Zorg
daarom voor voldoende ventilatie, zie GAVO 1078.
De aansluiting moet volgens NEN 1078 gemaakt
worden.
Het fornuis is aan de achterzijde voorzien van een
gasaansluiting 1/2. De gasleiding van de woning
moet voorzien eijn van een afsluitbare hoofdkraan.
Voor het aansluiten van het fornuis moet voor de
aansluiting een afsluitbare gaskraan worden
geplaatst. Plaats deze 10 cm. links of rechts van de
kookplaat.
Indien gebruik wordt gemaakt van een gasslang mag
deze nergens in aanraking komen met hete delen
van het fornuis.
WAARSCHUWING
Om te controleren of alle verbindingen naar het toestel
goed gasdicht zijn, dienen de aansluitingen met en
zeep-oplossing op dichtheid gecontroleerd te worden,
nooit met een vlam.
Achterwand
10 mm
Begin uitsnijmaat
Voorkant
korpus
Afb. 12
Afb. 13
Gasaansluiting
FO 2187
FO 2188
Het stopkontakt of de onderbreekschakelaar moet ook
na het inbouwen van het fornuis bereikbaar zijn.
De oven dient deugdelijk geaard te zijn. U moet er
echter tijdens de eerste ingebruikname rekening mee
houden dat in de nieuw-toestand van de oven de
(eventueel aanwezige) aardlekschakelaar aanspreekt.
Dat is een normaal verschijnsel. In voorkomend geval
tijdelijk de aardleiding losnemen en alle elementen
enige tijd laten werken. Na enige tijd verhitten van de
elementen is de aardlek op een normaal nivo
Ter hoogte van de kabel-aansluiting van de oven maakt u
een gat van cirka 30 mm Ø in de achterwand van de
keukenunit. Door dit gat leidt u de aansluitkabel naar
buiten. Trek, tijdens het in de nis schuiven van de oven de
kabel zover mogelijk naar buiten. In feite moet de kabel
zo gelegd of opgehangen zijn dat deze nergens warmer
dan 50° boven de normale omgevingstemperatuur kan
worden.
De oven dient zodanig ingebouwd te zijn dat, na inbouw
en installatie, elektrische delen niet zonder gebruik van
gereedschap bereikbaar zijn. Dat geldt ook voor de wijze
waarop een zijwand aangebracht wordt indien de unit
zich op het eind van een blok bevindt.
De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid ten
aanzien van schade of letsel af, indien
bovenstaande veiligheidsmaatregelen niet
getroffen werden.
13
600
490
– 2
560
– 2
125
Afb. 14
280 mm. gerekend van
uit het midden van het
korpus
FO 2189
Uitsnijmaat van de kookplaat
De uitsnijmaat moet worden gemaakt op de manier
getoond op de tekening (Afb. 14).
Het uitmeten van het gat voor de kookplaat
geschiedt als volgt:
l Bepaal eerst waar de voorzijde van het korpus
begint (kast zonder deur) en zet vanaf dit punt
de diepte uit op het werkblad beginnend 10 mm.
verder dan het begin korpus.
l Bepaal vervolgens het midden van het korpus en
zet deze lijn uit op het werkblad.
l Zet vanaf deze lijn de helft van de breedte van
het te maken gat uit om de totale breedte van de
uitsnijmaat te bepalen. In dit geval 280 mm. links
en rechts (Afb. 13 en 14). De tolerantie mag 3
mm. zijn.
l Gebruik voor het uitzagen een goed zaagblad.
Breng voor het plaatsen van de kookplaat eerst
de waterkering aan om waterlekkage te
voorkomen.
De oven
De ovenkast moet de juiste inbouwmaten hebben
(Afb. 15). Voor het aansluiten van gas en
elektriciteit moet achter in een zijwand een
doorgang gemaakt worden. Indien de ovenkast
voorzien is van een achterwand moet voor de
ontluchting een gat uitgezaagd worden van 200 x
300 mm.
Het installeren
Schuif de oven en de daarop bevestigde onderbouw
van de kookplaat in het meubel. Maak daarna via
het gemaakte gat in het blad, de bevestigingen links
en rechts los, trek de ondrbouw van de kookplaat
omhoog en zet deze vast met de 4 erdeer
losgemaakte scroeven, door de zijkanten links en
rechts tegen het blad te schuiven (Afb. 16).
Open de ovendeur en zet de oven vast met de 4
meegeleverde schroeven.
Let op:
Gasslang en snoer mogen niet tegen de ovenwand
komen.
De kookplaat
De onderbouw van de kookplaat wordt bevestigd op
de oven geleverd. Maak de 4 schroeven van de
bevestiging los (Afb. 17 - A) en trek het geheel
omhoog en schuif de bevestigingen links en rechts
tegen het blad in de uitsnijmaat. Voordat de
onderbouw definitief wordt vastgezet moet eerst
Het Inbouwen
Afb. 16
550
597
560
FO 2191
FO 0039
Afb. 15
Afb. 17
PE
A
B
A
B
FO 2190
14
PE
C
C
Let op:
In het geval, dat de kookplaat wordt geplaatst in
een granieten aanrechtblad maak dan de gebruik
van de meegeleverde bevestigingen en de scroeven
C. (Afb. 19)
Afb. 19
FO 2202
FO 2203
gecontroleerd worden of de branders en de
vonkontstekingskaarsen precies passen in het
lekblad van de kookplaat.
Na alles op elkaar te hebben afgestemd kunnen de
zijkanten (Afb. 17 -B) en de onderbouw van de
kookplaat vastgezet worden.
Plaats nu het lekblad en zet deze vast met twee
schroefjes rondom de brander:
- Roestvrij stalen kookplaten:
Bij het inbouwen van roestvrij stalen kookplaten
moeten alleen de twee meegeleverde schroeven
worden gebruikt (afb. 18 - 1).
- Geëmailleerde kookplaten:
Het inbouwen van geëmailleerde kookplaten dient te
geschieden zoals aangegeven in afb. 18 (1 - 2).
Gebruik geen accuboormachine maar een gewone
kruiskopschroevendraaier om beschadigingen te
voorkomen.
Leg nu de branderringen en -deksels op de brander.
Plaats de pannendragers. Probeer of alles werkt.
1
2
3
FO 2570
Afb. 18
1 - Schroef
2 -Ring
3 - Brander
15
GARANTIEVOOR WAARDEN
Onze producten worden met de grootst mogelijke
zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het
voorkomen dat er een defect optreedt. Onze
servicedienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen
als buiten de garantietermijn. De levensduur van het
product wordt daardoor niet negatief beïnvloed.
Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de
EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De
daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar de
eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit product verlenen wij garantie volgens
onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de
voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het
product die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf
de datum van levering aan de eindgebruiker. In geval
van professioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik
is de garantie beperkt tot 12 maanden. Voor
tweedehands producten geldt eveneens een termijn
van 12 maanden.
2. De garantieprestatie houdt in dat het product
kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het
had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen
worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen
onderdelen worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om
mogelijke verdere schade te voorkomen. De
garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet
binnen twee maanden na vaststelling is gemeld.
4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbewijs
met aankoop- en/of leveringsdatum te worden
overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander
overtuigend bewijs te worden overlegd.
5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan
kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas,
kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig
gebruik
6. De garantie heeft geen betrekking op kleine
afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de
waarde en deugdelijkheid van het product
onbeduidend zijn.
7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt
door:
a. chemische en elektrochemische inwerking van water,
b. abnormale milieuomstandigheden in het algemeen
c. voor het product oneigenlijke bedrijfsomstandigheden
d. contact met agressieve stoffen.
8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door
transportschade die buiten onze verantwoordelijkheid
is ontstaan, niet-vakkundige installatie of montage,
verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet
in acht nemen van de gebruiks- of
montageaanwijzingen.
9. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd
veroorzaakt door herstelling of ingrepen door derden
die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer
het product voorzien werd van toebehoren of
onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een
defect veroorzaken.
10.Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd
dienen te worden overhandigd aan of gezonden naar
onze servicedienst. Herstelling ter plaatse kan slechts
worden gevraagd voor grote of ingebouwde
producten.
11.Indien het product zodanig is ingebouwd,
ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat de
benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer
dan 30 minuten bedraagt, worden de hierdoor
ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening
gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of
uitbouw komt ten laste van de gebruiker.
12.Indien binnen de garantieperiode de herstelling van
hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de
herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg
met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging
geleverd. In geval van vervanging behouden we ons
het recht voor om een vergoeding te rekenen naar
rato van de verstreken gebruiksperiode.
13.Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van
de garantietermijn noch aanvang van een nieuwe
garantietermijn tot gevolg.
14.Op herstellingen geven wij een garantie van 12
maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15.Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder
vergoeding van schade ontstaan buiten het product,
zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet
wettelijk is vastgelegd.
16.In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding
de aankoopwaarde van het product niet overtreffen,
tenzij wettelijk anders is bepaald.
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland
gekochte en/of in gebruik zijnde producten. Indien een
product naar het buitenland wordt gebracht dient de
gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de
technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie,
installatievoorschriften, gassoort,
klimaatomstandigheden) in het betreffende land. Voor
in het buitenland aangeschafte producten dient de
gebruiker zich te vergewissen van de bepalingen in
Nederland. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen
vallen niet onder de garantie, en kunnen niet altijd worden
aangebracht.
Ook na afloop van de garantietermijn staat onze
servicedienst u ter beschikking.
Adres Servicedienst:
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
35677-3301 03/02
Grafiche MDM - Forlì
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16

Zanussi ZOU340NI Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor