Yamaha RX-V1500 de handleiding

Categorie
Ontvanger
Type
de handleiding
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit
uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te
lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er
later nog eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde, koele, droge,
schone plek — uit direct zonlicht, uit de buurt van
warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor
een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de
bovenkant, 20 cm aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan
de achterkant van dit toestel.
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische
apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te
voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het
toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad
(bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te
voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat
zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan
dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel
kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende
of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet
bovenop dit toestel:
Andere componenten, daar deze schade kunnen
veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen
doen verkleuren.
Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen
veroorzaken.
Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische
schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel
kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het
toestel terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz.
zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur
binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand,
schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is
geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot
schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen
en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de
stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen;
dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone,
droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik
van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is
gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of
persoonlijk letsel. YAMAHA aanvaardt geen
aansprakelijkheid voor enige schade veroorzaakt door gebruik
van dit toestel met een ander voltage dan hetgeen aangegeven
staat.
13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient u de
stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert.
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of
het te repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA
servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie
behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken
(bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16 Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN” over
veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de
conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
17 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ON te
drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker
uit het stopcontact te halen.
18 VOLTAGE SELECTOR (Alleen modellen voor Azië en
algemene modellen)
De VOLTAGE SELECTOR schakelaar op het achterpaneel
van dit toestel moet worden ingesteld op de lokale
netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De
geschikte voltages zijn als volgt:
Algemene modellen
..................... 110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Modellen voor Azië
................................... 220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF
ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN,
MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL
BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN.
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten
zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het
toestel zelf uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde
standby-stand. In deze toestand is het toestel
ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te
verbruiken.
ALLEEN VOOR KLANTEN IN
NEDERLANDS
Bij dit product zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
1
Nederlands
VOORBEREIDINGEN
INLEIDING
BASISBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
AANVULLENDE
INFORMATIE
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
KENMERKEN ....................................................... 2
VAN START ........................................................... 3
Megeleverde accessoires ........................................... 3
Inzetten van batterijen in de afstandsbediening......... 3
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES......... 4
Voorpaneel................................................................. 4
Afstandsbediening ..................................................... 6
Gebruiken van de afstandsbediening......................... 8
Display voorpaneel .................................................... 9
Achterpaneel............................................................ 11
LUIDSPREKER SETUP ..................................... 12
Opstelling van de luidsprekers................................. 12
Luidspreker-aansluitingen ....................................... 13
AANSLUITINGEN .............................................. 17
Voor u componenten gaat aansluiten....................... 17
Aansluiten van videocomponenten.......................... 18
Aansluiten van audiocomponenten.......................... 21
Aansluiten van de antennes ..................................... 23
Aansluiten van het netsnoer..................................... 24
Instelling luidsprekerimpedantie ............................. 25
Inschakelen van de stroom....................................... 25
AUTO SETUP....................................................... 26
Inleiding................................................................... 26
Optimalisatie-microfoon setup ................................ 26
Beginnen van de setup............................................. 27
BASIS SETUP....................................................... 31
Gebruiken van het BASIC MENU .......................... 31
WEERGAVE ........................................................ 33
Basisbediening......................................................... 33
Selecteren van geluidsveldprogramma’s ................. 34
Aanvullende mogelijkheden .................................... 35
Selecteren van ingangsfuncties................................ 40
AFSTEMMEN ...................................................... 41
Automatisch en handmatig afstemmen.................... 41
Zenders voorprogrammeren..................................... 42
Selecteren van voorkeuzezenders ............................ 44
Omwisselen van voorkeuzezenders......................... 44
Ontvangst van RDS zenders .................................... 45
Wijzigen van de RDS functie .................................. 45
De PTY SEEK functie............................................. 46
De EON functie ....................................................... 47
OPNEMEN............................................................ 48
GELUIDSVELDPROGRAMMA
BESCHRIJVINGEN.........................................49
Voor film/video bronnen ......................................... 49
Voor muziekmateriaal ............................................. 52
GEAVANCEERDE BEDIENING.......................53
Selecteren van de OSD (in-beeld display)
weergavefunctie................................................... 53
Gebruiken van de slaaptimer ................................... 53
Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus..... 54
Gebruiken van de testtoon ....................................... 55
SET MENU ............................................................56
Gebruiken van het SET MENU............................... 57
Gebruiken van het SOUND MENU ........................ 58
Gebruiken van het INPUT MENU .......................... 63
Gebruiken van het OPTION MENU ....................... 65
KENMERKEN VAN DE
AFSTANDSBEDIENING.................................68
Bedieningstoetsen .................................................... 68
Instellen van afstandsbedieningscodes .................... 69
Overnemen van codes van andere
afstandsbedieningen (Leren) ............................... 71
Veranderen van de namen van signaalbronnen in
het uitleesvenster ................................................. 73
Gebruiken van de Macro functie ............................. 74
Wissen van ingestelde functies................................ 76
Wissen van individuele functies .............................. 77
Bedienen van andere componenten ......................... 79
ZONE 2/ZONE 3
(ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S.,
CANADA, EUROPA, HET V.K. EN
AUSTRALIË) ....................................................80
Zone 2/Zone 3 aansluitingen ................................... 80
Afstandsbediening Zone 2/Zone 3........................... 81
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD
INSTELLINGEN ..............................................83
Wat is een geluidsveld? ........................................... 83
Veranderen van instellingen .................................... 83
GELUIDSVELD PARAMETER
BESCHRIJVINGEN.........................................85
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN.......................89
WOORDENLIJST ................................................94
Audioformaten......................................................... 94
Geluidsveldprogramma’s......................................... 95
Audio informatie...................................................... 96
Videosignaal informatie .......................................... 97
TECHNISCHE GEGEVENS...............................98
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENING
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
GEAVANCEERDE BEDIENING
AANVULLENDE INFORMATIE
KENMERKEN
2
Ingebouwde 7-kanaals eindversterker
Minimum RMS uitgangsvermogen
(0,04% THV, 20 Hz – 20 kHz, 8 )
Voor: 120 W +120 W
Midden: 120 W
Surround: 120 W +120 W
Surround Achter: 120 W +120 W
Kenmerken geluidsveld
Zelf ontwikkelde YAMAHA technologie voor de
creatie van geluidsvelden
THX Select
Dolby Digital/Dolby Digital EX Decoder
DTS/DTS-ES Matrix 6.1, Discrete 6.1, DTS Neo:6
Decoder, DTS 96/24
Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II/Dolby Pro Logic
IIx Decoder
Virtual CINEMA DSP
SILENT CINEMA
Verfijnde AM/FM tuner
40 Gemakkelijk toegankelijke voorkeuzezenders
Automatisch voorprogrammeren
Wijzigen van voorkeuzezenders (Bewerken voorkeuzezenders)
RDS: Radio Data Systeem ontvangst (alleen modellen
voor Europa en het V.K.)
Overige kenmerken
YPAO: YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer
voor automatische instelling van uw luidsprekers
192-kHz/24-bits D/A converter
SET MENU om dit toestel optimaal af te stemmen aan
uw audio/videosysteem
6 of 8 extra ingangsaansluitingen voor gescheiden
multikanaals signalen
De in-beeld displayfunctie maakt de bediening van dit
toestel gemakkelijk
PURE DIRECT voor onversneden, natuurgetrouwe
weergave van analoge en PCM bronnen
S-Video in-/uitgangsaansluitingen
Component video in-/uitgangsaansluitingen
Videosignaal conversie (composiet video S-Video
component video) mogelijk voor de monitor uitgang
Optische en coaxiale digitale audio-aansluitingen
Slaaptimer
Cinema en Muziek Middernacht luisterfuncties
Afstandsbediening met voorgeprogrammeerde
afstandsbedieningscodes en Leer-/Macrofunctie
Zone 2/Zone 3 aangepaste installatie mogelijk (alleen
bij modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en
Australië)
y geeft een bedieningstip aan.
Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het toestel zelf als met de afstandsbediening. Als de naam
van een toets op de afstandsbediening verschilt van die op het toestel zelf, zal de naam van de betreffende toets op de
afstandsbediening tussen haakjes vermeld worden.
Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg
van verbeteringen enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit.
Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories.
“Dolby”, “Pro Logic”, “Surround EX” en het dubbele-D symbool
zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
“SILENT CINEMA” is een handelsmerk van YAMAHA
CORPORATION.
“DTS”, “DTS-ES”, “Neo:6” en “DTS 96/24” zijn handelsmerken
van Digital Theater Systems, Inc.
THX en het THX logo zijn gedeponeerde handelsmerken van
THX Ltd. Surround EX is een gezamenlijk door THX en Dolby
Laboratories, Inc. ontwikkelde technologie en is een handelsmerk
van Dolby Laboratories, Inc. Alle rechten voorbehouden.
Gebruikt met toestemming.
KENMERKEN
VAN START
3
Nederlands
INLEIDING
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt.
1 Druk op en schuif het klepje van het
batterijvak.
2
Doe de vier meegeleverde batterijen (AAA, R03,
UM-4) in het batterijvak, in overeenstemming met
de polariteitsaanduidingen binnenin.
3
Schuif het klepje terug op zijn plaats tot het vastklikt.
Opmerkingen over batterijen
Vervang alle batterijen tegelijk als u merkt dat bijvoorbeeld het
bereik van de afstandsbediening afneemt, de indicator niet
knippert of dat de indicator of het uitleesvenster zwakker
worden.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar
(alkali en gewone (mangaan) batterijen bijvoorbeeld). Lees de
informatie op de verpakking aandachtig door, want de
verschillende soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken.
Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk
weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan
en zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het
batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet.
Gooi batterijen niet weg met het gewone afval; gooi batterijen
alleen weg in overeenstemming met de plaatselijke regelgeving,
dus als klein chemisch afval.
VAN START
Megeleverde accessoires
CLEAR
LEARN
RE–NAME
SET MENU
MENU
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
VOL
+
3421
90
+10
ENT.
5678
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
MACROONOFF
Afstandsbediening
Batterijen (4)
(AAA, R03, UM-4)
FM binnenantenne
(Modellen voor de V.S.,
Canada, China, Korea,
Azië en algemene
modellen)
AM ringantenne
Optimalisatie-microfoon
75 Ohm/300 Ohm
antenne-adapter
(Alleen bij modellen
voor het V.K.)
Sleutel voor de
luidspreker-aansluitingen
Netsnoer
(Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het
V.K., Australië, China en Korea)
FM binnenantenne
(Modellen voor het V.K.,
Europa en Australië)
Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening
1
3
2
Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder
batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het
geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen
gewist is, dient u nieuwe batterijen in de
afstandsbediening te doen en moet u eventueel
ingevoerde functies opnieuw programmeren.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
4
1 STANDBY/ON
Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby). Wanneer u
het toestel aan zet, hoort u een klik, waarna het 6 a 7
seconden duurt voor er geluid wordt weergegeven.
Wanneer het toestel uit (standby) staat, wordt er nog steeds een
heel klein beetje stroom verbruikt zodat er gereageerd kan
worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening.
2 INPUT keuzeknop
Hiermee kunt u kiezen naar welke signaalbron u wilt
luisteren of kijken.
3 PURE DIRECT
Hiermee zet u de PURE DIRECT weergavefunctie aan of
uit. Licht op indien ingeschakeld (zie bladzijde 37).
4 Display voorpaneel
Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de
toestand waarin het toestel zich bevindt.
5 PRESET/TUNING EDIT
Hiermee schakelt u PRESET/TUNING l / h heen en
weer tussen voorkeuzezenders en gewoon afstemmen.
6 FM/AM
Hiermee schakelt u heen en weer tussen de FM en AM
radiobanden.
7 MEMORY (MAN’L/AUTO FM)
Hiermee kunt u een zender in het geheugen opslaan. Houd
deze toets tenminste 3 seconden ingedrukt om het
automatisch voorprogrammeren te laten beginnen.
8 TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO)
Hiermee schakelt u heen en weer tussen automatisch
afstemmen (AUTO indicator aan) en handmatig
afstemmen (AUTO indicator uit).
9 Sensor voor de afstandsbediening
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
0 VOLUME
Hiermee kunt u het volume (uitgangsniveau) van alle
audiokanalen tegelijk instellen.
Dit heeft geen invloed op het REC OUT niveau.
A SPEAKERS A/B
Met elke druk op de bijbehorende toets zet u de set voor-
luidsprekers aangesloten op de A en/of B aansluitingen op
het achterpaneel aan of uit.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Voorpaneel
A
SPEAKERS
MULTI CH
B
INPUT MODE
PURE DIRECT
INPUT
A/B/C/D/E
FM/AM
EDIT
SILENT CINEMA S VIDEO VIDEO L
VIDEO AUX
AUDIO R OPTICAL
MEMORY
PHONES
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
PRESET/
TUNING
PRESET/
TUNING
TUNING
MODE
OPTIMIZER
MIC
TONE CONTROL STRAIGHT
EFFECT
VOLUME
PROGRAM
INPUT
STANDBY
/ON
TUNER
YPAO
1 24 0
ABC DEFGH K
JI
MNOL
3
EON PTY SEEK
MODE START
RDS MODE
/FREQ
67 85
9
(Modellen voor de
V. S. )
(Alleen modellen voor het V.K. en
Europa)
Opmerking
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
5
Nederlands
INLEIDING
B MULTI CH INPUT
Hiermee selecteert u de met de MULTI CH INPUT
aansluitingen verbonden signaalbron. Indien geselecteerd,
zal de MULTI CH INPUT signaalbron voorrang krijgen
over een met INPUT (of met de ingangskeuzetoetsen op
de afstandsbediening) geselecteerde signaalbron.
C INPUT MODE
Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, DTS, ANALOG)
voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een
bepaalde component verbonden is met twee of meer van
de ingangsaansluitingen (zie bladzijde 40) van dit toestel.
D OPTIMIZER MIC aansluiting
Hierop kunt u de meegeleverde microfoon aansluiten voor
gebruik met de AUTO SETUP functie (zie bladzijde 26).
E A/B/C/D/E
Hiermee kunt u één van de 5 voorkeuzegroepen selecteren
(A t/m E).
F PRESET/TUNING l / h
Hiermee stelt u een voorkeuzezender, nummer 1 t/m 8, in
wanneer er op het display op het voorpaneel naast de
radioband een dubbele punt (:) te zien is.
U stemt hiermee af op de gewenste frequentie wanneer de
dubbele punt (:) niet getoond wordt.
G PHONES (SILENT CINEMA) aansluiting
Via deze aansluiting kunt u luisteren met een
hoofdtelefoon. Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit,
zullen er geen signalen worden gereproduceerd via de
PRE OUT aansluitingen of de luidsprekers.
Alle Dolby Digital en DTS audiosignalen worden
teruggemengd naar de linker en rechter
hoofdtelefoonkanalen.
H VIDEO AUX aansluitingen
Via deze audio- en video-aansluitingen kunt u een externe
signaalbron zoals een spelcomputer aansluiten. Om de
signalen die via deze aansluitingen binnenkomen weer te
geven, dient u V-AUX in te stellen als signaalbron.
I TONE CONTROL
Hiermee kunt u de weergave van de lage en hoge tonen
regelen voor de linker, rechter en midden voorkanalen (zie
bladzijde 35).
J PROGRAM
Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of de
weergave van de lage/hoge tonen regelen (samen met
TONE CONTROL).
K STRAIGHT/EFFECT
Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer
STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2-
kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden
weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder
enig toegevoegd effect.
Alleen bij modellen voor het V.K. en
Europa
L RDS MODE/FREQ
Druk op deze toets wanneer het toestel een RDS zender
ontvangt om te schakelen tussen de PS functie, PTY
functie, RT functie, CT functie (als de zender deze RDS
gegevens verzorgt) en/of het frequentiedisplay (zie
bladzijde 45).
M EON
Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een
radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS,
INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 47).
N PTY SEEK MODE
Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie
te zetten (zie bladzijde 46).
O PTY SEEK START
Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte
zender te laten beginnen nadat u het gewenste
programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK
functie (zie bladzijde 46).
Open en dicht doen van de klep in het
voorpaneel
Wanneer u de bedieningsorganen achter het klepje wilt
gebruiken, kunt u dit openen door zachtjes op het onderste
deel van het paneel te drukken. Houd het klepje dicht
wanneer u deze bedieningsorganen niet nodig heeft.
Druk voorzichtig tegen het onderste deel van het klepje
om dit te openen.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
6
In dit hoofdstuk worden de functies van de toetsen op de
bij dit toestel behorende afstandsbediening beschreven.
Zie “KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING”
op bladzijde 68 als u andere componenten wilt kunnen
bedienen.
1 Infrarood venster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden.
Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
2 Zendindicator
Knippert wanneer de afstandsbediening signalen aan het
uitzenden is.
3 Ingangskeuzetoetsen
Hiermee selecteert u de weer te geven signaalbron en
bepaalt u welke set bedieningstoetsen gebruikt wordt.
4 Uitleesvenster
Toont de naam van de geselecteerde signaalbron die u wilt
bedienen.
5 PRESET +/–
In de tunerfunctie selecteert u hiermee voorkeuzezenders.
6 A/B/C/D/E
In de tunerfunctie selecteert u hiermee groepen
voorkeuzezenders.
7 LEVEL
Hiermee kunt u een luidsprekerkanaal selecteren om het
niveau in te stellen.
8 Cursortoetsen k / n/ l / h / ENTER
Hiermee kunt u DSP programma parameters of SET
MENU items selecteren en instellen.
9 TEST
Met deze toets kunt u de testtoon laten weergeven voor het
instellen van de luidsprekers.
0 Geluidsveldprogramma / cijfertoetsen
Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of
cijfers invoeren.
Wanneer het toestel in de tunerfunctie staat, kunt u met de
cijfertoetsen 1 t/m 8 direct voorkeuzezenders selecteren.
A MACRO ON/OFF
Hiermee zet u de macro-functie aan of uit.
B MACRO
Met deze toets kunt u een reeks handelingen onder een
enkele toets programmeren (zie bladzijde 74).
C STANDBY
Hiermee zet u het toestel uit (standby).
D SYSTEM POWER
Hiermee zet u het toestel aan.
E INPUT MODE
Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, DTS, ANALOG)
voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een
bepaalde component verbonden is met twee of meer van
de ingangsaansluitingen (zie bladzijde 40) van dit toestel.
F SLEEP
Hiermee kunt u de slaaptimer instellen.
G MULTI CH IN
Hiermee selecteert u de MULTI CH INPUT functie bij
gebruik van een externe decoder (enz.).
Afstandsbediening
CLEAR
LEARN
RE–NAME
SET MENU
MENU
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
PRESET
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
VOL
+
3421
90
+10
ENT.
5678
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
MACROONOFF
C
D
E
G
K
L
M
N
O
P
J
H
Q
R
S
t
F
8
9
7
0
2
1
4
I
6
5
3
U
A
B
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
7
Nederlands
INLEIDING
H SELECT k/n
Hiermee kunt u een andere component selecteren die u
onafhankelijk van de met de ingangskeuzetoetsen
geselecteerde signaalbron kunt bedienen.
I VOL +/
Hiermee verhoogt of verlaagt u het volume.
J AMP/SOURCE/TV
Hiermee selecteert u de component die wilt bedienen met
de afstandsbediening.
AMP: In deze stand kunt u dit toestel bedienen.
SOURCE: In deze stand kunt u de met de
ingangskeuzetoetsen geselecteerde bedienen.
TV: In deze stand kunt u de televisie bedienen.
Zie bladzijde 69 voor het instellen van de
afstandsbedieningscodes voor uw componenten.
K MUTE
Deze toets schakelt u de geluidsweergave tijdelijk uit.
Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave op
het oorspronkelijke volume voort te zetten.
L PURE DIRECT
Hiermee zet u de PURE DIRECT weergavefunctie aan of
uit (zie bladzijde 37).
M SET MENU
Selecteren van de SET MENU functie.
N NIGHT
Hiermee kunt u de middernacht luisterfuncties aan of uit
zetten (zie bladzijde 38).
O ON SCREEN
Hiermee kunt u bepalen welke gegevens van het in-beeld
display (OSD) door dit toestel naar uw beeldscherm
worden doorgestuurd.
P STRAIGHT/EFFECT
Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer
STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen
(2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden
weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder
enig toegevoegd effect.
Q EXTD. SUR
Schakelt tussen 5.1- en 6.1/7.1-kanaals weergave van
multikanaals materiaal.
R RE-NAME
Hiermee kunt u de naam van de signaalbron in het
uitleesvenster veranderen (zie bladzijde 73).
S CLEAR
Hiermee kunt u dingen wissen bij de leerfunctie en bij het
veranderen van de getoonde namen, of bij het instellen van
afstandsbedieningscodes (zie bladzijde 76).
T LEARN
Hiermee kunt u afstandsbedieningscodes instellen of
functies overnemen van andere afstandsbedieningen (zie
bladzijde 69 en 71).
Alleen bij modellen voor het V.K. en
Europa
U RDS afstemtoetsen
(Beschikbaar wanneer dit toestel in de tunerfunctie staat)
FREQ/RDS
Druk op deze toets wanneer het toestel een RDS zender
ontvangt om te schakelen tussen de PS functie, PTY
functie, RT functie, CT functie (als de zender deze RDS
gegevens verzorgt) en/of het frequentiedisplay
(zie bladzijde 45).
EON
Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een
radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS,
INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 47).
PTY SEEK MODE
Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie
te zetten (zie bladzijde 46).
PTY SEEK START
Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte
zender te laten beginnen nadat u het gewenste
programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK
functie (zie bladzijde 46).
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
8
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal
uit.
Richt de afstandsbediening op de sensor op het toestel dat
u wilt bedienen.
Omgaan met de afstandsbediening
Mors geen water of andere vloeistoffen op de
afstandsbediening.
Laat de afstandsbediening niet vallen.
Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem
niet op de volgende plekken:
zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad
plekken waar de temperatuur hoog kan oplopen,
zoals naast de verwarming of kachel
zeer koude plekken
stoffige plekken
Gebruiken van de
afstandsbediening
A
SPEAKERS
MULTI CH
B
INPUT MODE
INPUT
A/B/C/D/E
FM/AM
EDIT
PHONES S VIDEO VIDEO L
VIDEO AUX
AUDIO R OPTICAL
MEMORY
SILENT
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
PRESET/
TUNING
PRESET
/TUNING
TUNING
MODE
MIC
TONE CONTROL STRAIGHT
EFFECT
VOLUME
PROGRAM
INPUT
STANDBY
/ON
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
30 30
Ongeveer 6 m
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
9
Nederlands
INLEIDING
1 Decoder indicators
Wanneer één van de decoders van dit toestel in werking is,
zal de bijbehorende indicator oplichten.
2 Geluidsveld indicators
Lichten op om aan te geven welke DSP geluidsvelden er
in werking zijn.
3 NIGHT indicator
Licht op wanneer u de nacht-luisterfunctie selecteert.
4 Signaalbron indicators
Een cursorstreepje geeft aan welke signaalbron wordt
weergegeven.
5 CINEMA DSP indicator
Licht op wanneer u een CINEMA DSP
geluidsveldprogramma selecteert.
6 YPAO indicator
Licht op tijdens de automatische set-up en wanneer de
automatische luidspreker-instellingen onveranderd
worden gebruikt.
7 AUTO indicator
Licht op wanneer dit toestel in de automatische
afstemfunctie staat.
8 STEREO indicator
Licht op wanneer het toestel een sterk FM stereosignaal
ontvangt en de AUTO indicator brandt.
9 VOLUME niveauaanduiding
Hiermee wordt het volumeniveau aangegeven.
0 THX indicator
Licht op wanneer er een THX programma is geselecteerd.
A PCM indicator
Licht op wanneer dit toestel PCM (pulscode modulatie)
digitale audiosignalen weergeeft.
B SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld.
C VIRTUAL indicator
Licht op wanneer Virtual CINEMA DSP in werking is (zie
bladzijde 39).
D Hoofdtelefoon indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten.
E SP A B indicators
Lichten op om aan te geven welke set voor-luidsprekers is
geselecteerd. Beide indicators lichten op wanneer u beide
sets luidsprekers heeft geselecteerd of bij dubbele
aansluiting van een enkele set.
F SILENT CINEMA indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en
er een geluidsveldprogramma is geselecteerd
(zie bladzijde 35).
G Multifunctioneel display
Toont de naam van het huidige geluidsveldprogramma en
andere gegevens bij het invoeren of wijzigen van
instellingen.
H HiFi DSP indicator
Licht op wanneer u een HiFi DSP geluidsveldprogramma
selecteert.
I MEMORY indicator
Knippert ten teken dat een zender kan worden opgeslagen.
J TUNED indicator
Licht op wanneer dit toestel is afgestemd op een zender.
K MUTE indicator
Knippert wanneer de MUTE functie (tijdelijk uitschakelen
geluidsweergave) is ingeschakeld.
Display voorpaneel
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
96
24
NIGHT
VIRTUAL
ZONE2
ZONE3
ZONE4
SLEEP
YPAO
HiFi DSP
STEREO
TUNED
EON
AUTO
MEMORY
MUTE
VOLUME
DIGITAL
PL
MATRIX
DISCRETE
PCM
THX
PL
EX
SILENT
CINEMA
A B
SP
LFE
ft
mS
dB
96/24
LL C R
SL SB SR
PL x
PS PTY RT CT
PTY
HOLD
dB
AFGHK
135678
BE
2
C
9
DIJ
PQ
LM
4
NO0
(Alleen modellen voor de V.S.,
Canada, Europa, het V.K. en
Australië)
(Alleen modellen voor het V.K.
en Europa)
DSP
aanwezigheidsgeluidsveld
Luisterplek
Linker surround DSP
geluidsveld
Rechter surround DSP
geluidsveld
Achter surround DSP geluidsveld
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
10
L 96/24 indicator
Licht op wanneer dit toestel een DTS 96/24 signaal
ontvangt.
M LFE indicator
Licht op wanneer het ingangssignaal een LFE signaal
bevat.
N Indicators ingangskanalen
Deze geven aan uit welke kanalen het huidige digitale
ingangssignaal bestaat.
O Aanwezigheids- en surround achter-
luidspreker indicators
Deze geven aan of er aanwezigheids- en/of achter
surround luidsprekers zijn aangesloten bij gebruik van de
SPEAKERS instelling (bladzijde 32) of de SP LEVEL
instelling (bladzijde 60).
P ZONE 2/ZONE 3 indicators
(Alleen modellen voor de V.S., Canada,
Europa, het V.K. en Australië)
Licht op wanneer de Zone 2 of Zone 3 functie wordt
gebruikt.
Q RDS indicators
(Alleen modellen voor het V.K. en Europa)
De RDS gegevens die worden verzorgd door de RDS
zender waar op dit moment op is afgestemd zullen
oplichten.
EON licht op wanneer er is afgestemd op een RDS zender
die EON gegevens aanbiedt.
PTY HOLD licht op wanneer er met de PTY SEEK
zoekfunctie naar zenders wordt gezocht.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
11
Nederlands
INLEIDING
1 DIGITAL OUTPUT aansluitingen
Zie bladzijde 21 voor details.
2 Aansluitingen voor audio-apparatuur
Zie bladzijde 21 voor meer informatie over deze aansluitingen.
3 Aansluitingen voor video-apparatuur
Zie de bladzijden 18 en 20 voor meer informatie over deze aansluitingen.
4 RS-232C aansluiting
(Alleen modellen voor de V.S., Canada,
Europa, het V.K. en Australië)
Dit is een aansluiting voor uitbreidingen voor handelsdoeleinden.
Raadpleeg uw dealer voor details hieromtrent.
5 REMOTE IN/OUT aansluitingen
(Alleen modellen voor de V.S., Canada,
Europa, het V.K. en Australië)
Zie bladzijde 80 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
6 CONTROL OUT aansluiting
(Alleen modellen voor de V.S., Canada,
Europa, het V.K. en Australië)
Zie bladzijde 80 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
7 AC OUTLET(S)
Hiermee kunt eventueel andere A/V componenten van
stroom voorzien (zie bladzijde 24).
8
AC INLET (Alleen modellen voor de V.S., Canada,
Europa, het V.K., Australië, China en Korea)
Steek hier het meegeleverde netsnoer in (zie bladzijde 24).
9 DIGITAL INPUT aansluitingen
Zie de bladzijden 18, 20 en 21 voor details.
0 MULTI CH INPUT aansluitingen
Zie bladzijde 19 voor meer informatie over deze aansluitingen.
A ZONE 2/ZONE 3 OUTPUT aansluitingen
(Alleen modellen voor de V.S., Canada,
Europa, het V.K. en Australië)
Zie bladzijde 80 voor meer informatie over deze aansluitingen.
B Antenne-aansluitingen
Zie bladzijde 23 voor meer informatie over deze aansluitingen.
C PRE OUT aansluitingen
Zie bladzijde 22 voor meer informatie over deze aansluitingen.
D Luidspreker-aansluitingen
Zie bladzijde 13 voor meer informatie over deze aansluitingen.
E
PRESENCE/ZONE 2 luidspreker-aansluitingen
(Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en
Australië)
PRESENCE luidspreker-aansluitingen
(overige modellen)
Zie bladzijde 14 voor meer informatie over deze aansluitingen.
< Alleen modellen voor Azië en algemene modellen >
FREQUENCY STEP schakelaar
Zie bladzijde 23.
VOLTAGE SELECTOR
Zie bladzijde 24.
Achterpaneel
AC OUTLETS
AC OUTLETS
GND
SPEAKERS
FRONT
SURROUND
FRONT
CENTER
PRE OUT
SUB
WOOFER
SURROUND BACK
/PRESENCE
SURROUND
SURROUND BACK
CENTER
R
R
R
L
R
L
R
L
L
R
R
L
L
L
CENTER
SUB
WOOFER
MONITOR OUT
MULTI CH INPUT OUTPUT
AUDIO AUDIO VIDEO
S VIDEO
DVD
DTV
CBL
/SAT
VIDEO
R
L
R
L
IN
(
PLAY
)
IN
(
PLAY
)
OUT
(
REC
)
OUT
(
REC
)
CD-R
MD/TAPE
CD
PHONO
IN
OUT
OUT
ZONE 2
ZONE 3
DVR/
VCR 2
VCR 1
CD-R
IN
FRONT (6CH)/SB (8CH)
SURROUND
TUNER
AM
ANT
GND
FM ANT
75
UNBAL.
COMPONENT VIDEO
P
R
DVD
MONITOR OUT
DTV
P
B
Y
DIGITAL OUTPUT
DIGITAL INPUT
OPTICAL
MD
/
TAP E
CD-R
DVD
DTV
CBL/SAT
CD
CD
DVD
DVR/
VCR 2
COAXIAL
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
A
B
PRESENCE/ZONE 2
CONTROL OUTREMOTE
IN OUT
+12V 15mA MAX.
SINGLE
RS-232C
AC OUTLETS
12 3 54678
EDCBA09
(Modellen voor de
V. S. )
LUIDSPREKER SETUP
12
Voor de beste resultaten dient u de luidsprekers op te
stellen zoals hieronder staat aangegeven.
.
y
De illustraties tonen de standaard luidsprekeropstelling zoals
aanbevolen door de ITU-R (zie bladzijde 96). Met deze opstelling
profiteert u optimaal van CINEMA DSP, multikanaals audio en
THX weergave.
Voor-luidsprekers (FR en FL)
De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van
het hoofdkanaal plus effecten. Plaats deze luidsprekers op
gelijke afstand van uw luisterplek. De afstanden van deze
luidsprekers tot het beeldscherm moeten ook gelijk zijn.
Midden-luidspreker (C)
De midden-luidspreker is voor weergave van het
middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een of
andere reden niet mogelijk is om een midden-luidspreker te
gebruiken, kunt u ook zonder. De beste resultaten krijgt u
echter met een volledig systeem. Zorg ervoor dat de
voorkant van de midden-luidspreker in lijn ligt met de
voorkant van uw beeldscherm. Plaats deze luidspreker
midden tussen de voor-luidsprekers en zo dicht mogelijk bij
het beeldscherm, bijvoorbeeld direct erboven of eronder.
Surround-luidsprekers (SR en SL)
De surround-luidsprekers worden gebruikt voor
omhullende surroundweergave en effecten. Plaats deze
luidsprekers achter uw luisterplek, een beetje naar binnen
gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer.
Surround achter-luidsprekers (SBR en SBL)
De surround achter-luidsprekers geven een aanvulling op
de surround-luidsprekers en zorgen voor realistischer
overgangen van voor naar achter. Plaats deze luidsprekers
direct achter de luisterplek en op dezelfde hoogte als de
surround-luidsprekers. Deze luidsprekers moeten
tenminste 30 cm uit elkaar worden geplaatst. In het ideale
geval zou u ze op dezelfde afstand uit elkaar moeten
plaatsen als de voor-luidsprekers.
Subwoofer
Een subwoofer, zoals het YAMAHA Active Servo
Processing Subwoofer System, zorgt niet alleen voor een
effectieve versterking van de lage tonen in de diverse
weergavekanalen, maar ook voor een natuurgetrouwe
reproductie van het LFE (lage frequentie effecten) kanaal
in Dolby Digital en DTS geluidsmateriaal. De opstelling
van de subwoofer is niet zo belangrijk, want de zeer lage
tonen zijn niet erg richtingsgevoelig. U kunt de subwoofer
het beste in de buurt van de voor-luidsprekers plaatsen.
Richt hem een beetje naar het midden van de ruimte om
weerkaatsing via de wanden te verminderen.
Aanwezigheidsluidsprekers (PR en PL)
De zogenaamde ‘aanwezigheids’-luidsprekers geven een
aanvulling op de weergave via de voor-luidsprekers met
extra omgevingseffecten geproduceerd door CINEMA
DSP (zie bladzijde 49). Deze effecten bestaan onder meer
uit geluiden die de filmmakers een stukje verder achter het
scherm willen plaatsen voor een groter bioscoopeffect.
Plaats deze luidsprekers voor in de ruimte, ongeveer 0,5 -
1 m buiten de voor-luidsprekers, een beetje naar binnen
gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer.
De surround-achter en de zogenaamde
aanwezigheidsluidsprekers kunnen niet tegelijkertijd geluid
weergeven. Via het SOUND MENU (zie bladzijde 63) kunt u één
van beide sets luidsprekers de voorkeur geven.
LUIDSPREKER SETUP
Opstelling van de luidsprekers
60˚
30˚
PL
PR
SBR
SBL
FL
FR
C
SL
SR
SR
80˚
SL
Meer dan 30 cm
1,8 m
1,8 m
Opmerking
13
Nederlands
LUIDSPREKER SETUP
VOORBEREIDINGEN
Opstelling di-pool luidsprekers
Voor THX surroundweergave kunnen di-pool of direct
weerkaatsende luidsprekers worden gebruikt. Als u voor
di-pool luidsprekers kiest, dient u de surround- en
surround achter-luidsprekers op te stellen zoals hieronder
schematisch is aangegeven.
Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen, “+”
(rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit. Als de
aansluitingen niet kloppen, zal er geen geluid worden
weergegeven via de luidsprekers en als de polariteit van de
luidspreker-aansluitingen niet correct is, zal de weergave
onnatuurlijk klinken met te weinig lage tonen.
Als u 6 Ohm luidsprekers wilt gebruiken, moet
u de luidsprekerimpedantie van dit toestel
voor gebruik op 6 Ohm instellen (zie
bladzijde 25).
Zet het toestel uit voor u de luidsprekers gaat
aansluiten.
Laat de blote luidsprekerdraden elkaar niet raken en
zorg ervoor dat ze geen contact maken met de metalen
onderdelen van het toestel. Hierdoor kunnen het
toestele en/of de luidsprekers beschadigd raken.
Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als
dergelijke luidsprekers toch uw beeldscherm storen, zet
de luidsprekers dan verder bij het beeldscherm
vandaan.
Een luidsprekersnoer bestaat uit twee geïsoleerde draden
naast elkaar. De ene draad onderscheidt zich van de andere
door een andere kleur, of misschien een streep, groef of
ribbels. Sluit de afwijkend gestreepte (gegroefde enz.)
draad aan op de “+” (rode) aansluitingen van dit toestel en
uw luidspreker. Verbind de gewone draad met de “–”
(zwarte) aansluitingen.
1 Strip ongeveer 10 mm isolatie van het
uiteinde van de luidsprekerdraden.
2 Draai de blootgekomen draadjes in elkaar om
kortsluiting te voorkomen.
3 Draai de knop los.
De meegeleverde dopsleutel is handig bij het los en
vast draaien van deze knoppen.
4 Steek een ontbloot draadeind in het gat aan
de zijkant van de aansluiting.
FL
SR
SL
FR
C
SBR
SBL
30˚ 30˚
: Di-pool luidspreker
: Richting di-pool luidspreker
Luidspreker-aansluitingen
LET OP
10 mm
1
2
14
LUIDSPREKER SETUP
5 Draai de draad vervolgens met de knop weer
vast.
Gebruik van de PRESENCE/ZONE 2 of
PRESENCE luidspreker-aansluitingen
1 Doe het lipje open.
2 Steek een ontbloot draadeind in het gat van
de aansluiting.
3 Doe het lipje weer op zijn plaats om de draad
vast te zetten.
Aansluiten met bananenstekkers
(Uitgezonderd modellen voor het V.K., Europa en Azië)
Draai eerst de knop vast en steek vervolgens de
bananenstekker in het gat bovenin de aansluiting.
y
Voor de PRESENCE/ZONE 2 en PRESENCE luidspreker-
aansluitingen kunt u ook bananenstekkers gebruiken. Doe het
lipje open, en steek één bananenstekker in het gat van elk van de
aansluitingen. Probeer de lipjes niet weer dicht te doen nadat u de
bananenstekkers in de aansluitingen heeft gestoken.
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
5
4
3
Sleutel voor de luidspreker-aansluitingen
2
1
3
Bananenstekker
(Uitgezonderd modellen voor het
V.K., Europa en Azië)
15
Nederlands
LUIDSPREKER SETUP
VOORBEREIDINGEN
RC-232C
SPEAKERS
FRONT
CENTER
PRE OUT
SUB
WOOFER
SURROUND
SURROUND BACK
R
R
L
R
R
L
L
L
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
PRESENCE/ZONE 2
SINGLE
231
7 8 6
5
10
9
4
Subwoofer met
ingebouwde
versterker
Midden-
luidspreker
Voor-luidsprekers (A)
Surround achter-
luidsprekers
LinksRechts
LinksRechts LinksRechts
Surround-
luidsprekers
Voor-
luidsprekers
(B)
1
2
3
4
5
6
9
10
8
7
Opstelling van de luidsprekers
(Modellen voor de V.S.)
LinksRechts
Aanwezigheidsluidsprekers
U kunt zowel aanwezigheids- als surround-achter luidsprekers aansluiten op dit toestel, maar deze zullen niet tegelijkertijd geluid
kunnen produceren. Via het SOUND MENU (zie bladzijde 63) kunt u één van beide sets luidsprekers de voorkeur geven.
De surround achter-luidsprekers geven het surround achterkanaal in Dolby Digital EX en DTS-ES materiaal weer en werken
alleen wanneer de Dolby Digital EX, DTS-ES of Dolby Pro Logic IIx decoder is ingeschakeld.
De aanwezigheidsluidsprekers produceren omgevingseffecten die worden gecreëerd door de DSP geluidsvelden. Ze zullen geen
geluid produceren wanneer er andere geluidsvelden geselecteerd zijn.
16
LUIDSPREKER SETUP
FRONT aansluitingen
U kunt hierop een enkel of twee luidsprekersystemen
aansluiten. Als u een enkel luidsprekersysteem gebruikt,
kunt u dit naar keuze met de FRONT A of de B
aansluitingen verbinden.
Modellen voor Canada zijn niet in staat weergave via twee
verschillende luidsprekersystemen tegelijkertijd te verzorgen.
Dubbele aansluiting
Met dit toestel is het ook mogelijk een enkel
luidsprekersysteem dubbel aan te sluiten. Gebruik in dit
geval twee luidsprekersnoeren voor elke box (één snoer
voor de woofer en één snoer voor de tweeter/
middenbereik luidspreker in de box). Om gebruik van de
dubbele aansluitingen te kunnen maken moet u de
SPEAKERS A en SPEAKERS B toetsen op het
voorpaneel indrukken zodat zowel SP A als B op het
display op het voorpaneel oplichten.
CENTER aansluitingen
Hierop kunt u een midden-luidspreker aansluiten.
SURROUND aansluitingen
Hierop kunt u surround-luidsprekers aansluiten.
SUBWOOFER aansluiting
Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde
eindversterker aan, zoals het YAMAHA Active Servo
Processing Subwoofer System.
SURROUND BACK aansluitingen
Hierop kunt u surround achter-luidsprekers aansluiten. Als
u slechts één surround achter-luidspreker gebruikt,
verbind deze dan met de linker (L) aansluitingen.
PRESENCE aansluitingen
Hierop kunt u aanwezigheidsluidsprekers aansluiten.
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en
Australië)
U kunt deze aansluitingen ook gebruiken om Zone 2 luidsprekers
op aan te sluiten (zie bladzijde 67).
Opmerking
Dubbele aansluiting
FRONT
R
L
+
+
+
+
A
B
Dit toestel
Opmerking
AANSLUITINGEN
17
Nederlands
VOORBEREIDINGEN
Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan
op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de
componenten gemaakt zijn.
Kabelaanduidingen
Analoge aansluitingen
Analoge signalen van andere audiocomponenten kunt u
via tulpstekkerkabels aansluiten op de analoge
aansluitingen van dit toestel. Verbind de rode stekkers met
de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
Digitale aansluitingen
Dit toestel heeft digitale aansluitingen voor directe
transmissie van digitale signalen via coaxiale bedrading of
optische glasvezelkabels. U kunt de digitale aansluitingen
gebruiken voor PCM, Dolby Digital en DTS
ingangssignalen. Wanneer u een bepaalde component
zowel met de COAXIAL als met de OPTICAL aansluiting
verbindt, zal het via de COAXIAL aansluiting
binnenkomende signaal voorrang krijgen. Alle digitale
ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen
met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz.
In dit toestel is de verwerking van digitale signalen gescheiden
van de verwerking van analoge signalen. Daarom kunnen
audiosignalen die binnenkomen via de analoge
ingangsaansluitingen ook alleen via de analoge OUT (REC)
uitgangsaansluitingen worden weergegeven. Op dezelfde manier
zullen via de digitale (OPTICAL of COAXIAL)
ingangsaansluitingen binnenkomende signalen alleen via de
DIGITAL OUTPUT uitgangsaansluitingen kunnen worden
weergegeven.
Stofkapje
Trek het kapje van de optische aansluiting voor u er de
optische glasvezelkabel op aansluit. Gooi het stofkapje
niet weg. Wanneer u de optische aansluiting niet gebruikt,
dient u het stofkapje er weer op te doen. Dit kapje
beschermt de aansluiting tegen stof en vuil.
Video-aansluitingen
Dit toestel heeft drie soorten video-aansluitingen. Welke
aansluiting u nodig heeft hangt af van die van uw
beeldscherm. De signalen die binnenkomen via de S VIDEO
aansluitingen worden automatisch omgezet voor weergave
via de VIDEO aansluitingen. Wanneer V CONV. op “ON”
(zie bladzijde 66) is ingesteld, zullen signalen die
binnenkomen via de VIDEO aansluitingen kunnen worden
gereproduceerd via de S VIDEO en COMPONENT VIDEO
aansluitingen. Op dezelfde manier zullen signalen die
binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen kunnen worden
gereproduceerd via de COMPONENT VIDEO aansluitingen.
VIDEO aansluiting
Voor conventionele composiet videosignalen.
S VIDEO aansluiting
Voor S-video signalen, in luminantie (Y) en kleur (C)
gescheiden videosignalen voor een betere beeldkwaliteit.
COMPONENT VIDEO aansluitingen
Voor component videosignalen, in luminantie (Y) en
kleurverschil (P
B, PR) gescheiden videosignalen voor de
beste beeldkwaliteit.
Wanneer er zowel signalen binnenkomen via de S VIDEO als via
de VIDEO aansluitingen, krijgen de via de S VIDEO aansluiting
binnenkomende signalen voorrang.
AANSLUITINGEN
Voor u componenten gaat
aansluiten
Opmerking
LET OP
S
V
O
V
V
V
L
R
C
Linker analoge bedrading
Rechter analoge bedrading
Optische kabels
Coaxiale bedrading
Videobedrading
S-videobedrading
Voor analoge signalen
Voor digitale signalen
Voor videosignalen
Opmerking
VIDEO
S VIDEO
COMPONENT VIDEO
P
R
P
B
Y
S VIDEO
VIDEO
COMPONENT
VIDEO
Signaalschema binnenin het toestel
Alleen wanneer V CONV. op ON staat
(zie bladzijde 66)
Uitgang
(MONITOR OUT)
Ingang
18
AANSLUITINGEN
Aansluitingen voor DVD weergave
Aansluiten van videocomponenten
GND
M
SUR
SUB
WOO
CENTER
SUB
WOOFER
MONITOR OUT
MULCH CH INPUT OUTPUT
AUDIO AUDIO VIDEO
S VIDEO
DVD
VIDEO
R
L
R
L
IN
(
PLAY
)
IN
(
PLAY
)
OUT
(
REC
)
OUT
(
REC
)
CD-R
MD/TAPE
CD
PHONO
ZONE 2
ZONE 3
MAIN/SURROUND BACK
SURROUND
TUNER
75
UNBAL.
AM
ANT
GND
FM ANT
COMPONENT VIDEO
P
R
DVD
MONITOR OUT
P
B
Y
DIGITAL OUTPUT
DIGITAL INPUT
OPTICAL
MD
/
TAPE
CD-R
DVD
CBL/SAT
CD
CD
DVD
DTV
COAXIAL
LR
C
O
DVD-speler
Beeldscherm
(Modellen voor de V.S.)
Optische uitgang Video uitgang
Audio uitgang
Video
ingang
Coaxiale uitgang
19
Nederlands
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Apparatuur verbinden met de MULTI CH INPUT aansluitingen
Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen (links en rechts FRONT, CENTER, links en rechts SURROUND
en SUBWOOFER) voor gescheiden multikanaals ingangssignalen van een multiformat-speler, externe decoder, sound
processor of voorversterker.
Als u MULTI CH INPUT 6ch/8ch op “8ch” zet (zie bladzijde 65), kunt u de ingangsaansluitingen die zijn toegewezen
aan MULTI CH INPUT FRONT (bladzijde 65) samen met de MULTI CH INPUT aansluitingen gebruiken voor
ingangssignalen met 8 kanalen.
Verbind de uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of externe decoder met de MULTI CH INPUT
aansluitingen. Let er goed op dat u de linker en rechter uitgangen verbindt met de linker en rechter ingangsaansluitingen
voor zowel de voor- als de surroundkanalen.
Wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron selecteert, zal dit toestel automatisch de digitale geluidsveldprocessor uitschakelen en
zult u geen geluidsveldprogramma’s kunnen selecteren.
Dit toestel is niet in staat de via de MULTI CH INPUT aansluitingen binnenkomende signalen zo te herschikken dat er wordt
gecompenseerd voor eventueel in uw systeem ontbrekende luidsprekers. Daarom bevelen we u aan tenminste een 5.1-kanaals
luidsprekersysteem aan te sluiten voor u gebruik maakt van deze functie.
Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, zullen alleen de L/R voorkanalen worden weergegeven.
Opmerkingen
CENTER
SUB
WOOFER
MULTI CH INPUT
AUDIO AUDIO
DVD
DTV
CBL
/SAT
R
L
R
L
IN
(
PLAY
)
IN
(
PLAY
)
CD-R
MD/TAPE
CD
IN
DVR/
VCR 2
VCR 1
IN
FRONT(6CH)/SB(8CH)
SURROUND
LRLR
L
R
CENTER
SUB
WOOFER
MULTI CH INPUT
FRONT(6CH)/SB(8CH)
SURROUND
LR
LR
Multiformaat-speler/
externe decoder
Multiformaat-speler/
externe decoder
Voor 6-kanaals
ingangssignalen
Voor 8-kanaals
ingangssignalen
Voorkanaal
uitgang
Surroundkanaal
uitgang
Subwoofer
uitgang
Middenkanaal
uitgang
Voorkanaal uitgang
Surroundkanaal
uitgang
Subwoofer
uitgang
Middenkanaal
uitgang
Surround-
achter uitgang
20
AANSLUITINGEN
Aansluiting van andere videocomponenten
VIDEO AUX aansluitingen (op het voorpaneel)
Via deze aansluitingen kunt u allerlei videobronnen,
zoals spelcomputers of camcorders, aansluiten op dit
toestel.
GND
M
A
SURR
SUB
WOO
F
CENTER
SUB
WOOFER
MULCH CH INPUT OUTPUT
AUDIO AUDIO VIDEO
S VIDEO
CBL
/SAT
VIDEO
R
L
R
L
IN
(
PLAY
)
IN
(
PLAY
)
OUT
(
REC
)
OUT
(
REC
)
CD-R
MD/TAPE
CD
PHONO
IN
OUT
OUT
ZONE 2
ZONE 3
DVR/
VCR 2
VCR 1
CD-R
IN
MAIN/SURROUND BACK
SURROUND
TUNER
75
UNBAL.
AM
ANT
GND
FM ANT
COMPONENT VIDEO
P
R
DTV
P
B
Y
DIGITAL OUTPUT
DIGITAL INPUT
OPTICAL
MD
/
TAPE
CD-R
CD-R
DVD
CBL/SAT
CD
CD
DVD
DVR/
VCR2
COAXIAL
O
LR
LR LR
C
Kabel TV of
satellietontvanger
(Modellen voor de V.S.)
DVD-recorder of
videorecorder
Audio uitgang
Video uitgang
Optische uitgang
Audio uitgang Video uitgang
Video ingang
Audio ingang
Hierop kunt u een
YAMAHA CD-
recorder aansluiten die
OSD in-beeld
displaysignalen
produceert.
Coaxiale
uitgang
S VIDEO VIDEO
L AUDIO R OPTICAL
VIDEO AUX
O
V
S
L
R
Spelcomputer
of
videocamera
Video uitgang
S-video uitgang
Audio uitgang L
Audio uitgang R
Optische uitgang
21
Nederlands
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Aansluitingen voor audiocomponenten
Aansluiten van een draaitafel
De PHONO aansluitingen zijn bedoeld voor een draaitafel
met een MM of hoog-vermogen MC cartridge. Als u een
draaitafel heeft met een laag-vermogen MC cartridge,
dient u een in-line boosting transformator of een
MC-kopversterker te gebruiken bij verbinding met deze
aansluitingen.
y
Verbind uw draaitafel met de GND aardaansluiting om ruis in het
signaal te verminderen. Bij sommige platenspelers is het echter
mogelijk dat u minder ruis zult horen zonder gebruik te maken
van de GND aansluiting.
Aansluiten van audiocomponenten
GND
CENTER
SUB
WOOFER
MULCH CH INPUT OUTPUT
AUDIO AUDIO
R
L
R
L
IN
(
PLAY
)
IN
(
PLAY
)
OUT
(
REC
)
OUT
(
REC
)
CD-R
MD/TAPE
CD
PHONO
ZONE 2
ZONE 3
DIGITAL OUTPUT
DIGITAL INPUT
OPTICAL
MD
/
TAPE
CD-R
DVD
CBL/SAT
CD
CD
DVD
DTV
COAXIAL
SURROUND
MAIN/SURROUND BACK
L
R
L
R
L
R
O
O
LR LR
O
L
R
C
CD-speler
MD-recorder of
cassettedeck
(Modellen voor de
V.S.)
CD-recorder
*
Draaitafel
Optische uitgang
Coaxiale
uitgang
Audio uitgang
Audio ingangAudio uitgang
Optische ingang
Optische ingang
Audio ingang
Audio uitgang
Audio uitgang
GND
*
Sommige CD-recorders
kunnen worden
aangesloten op de
VIDEO CD-R
aansluitingen (zie
bladzijde 20).
22
AANSLUITINGEN
Aansluiten op een externe versterker
Als u het uitgangsvermogen voor de luidsprekers wilt
opvoeren, of als u gewoon een andere versterker wilt
gebruiken, kunt u als volgt een externe versterker
verbinden met de PRE OUT aansluiten.
Wanneer er audio tulpstekkers in de PRE OUT aansluitingen
zitten voor de verbinding met een externe versterker, is het niet
meer nodig de corresponderende SPEAKERS aansluitingen te
gebruiken. Zet het volume van de op dit toestel aangesloten
externe versterker op de hoogste stand.
Het signaal dat wordt doorgegeven via de FRONT PRE OUT en
CENTER PRE OUT aansluitingen ondervindt invloed van de
TONE CONTROL instellingen.
Als SPEAKERS A uit staat en SP B op ZONE B (zie
bladzijde 67) is ingesteld, zullen er alleen signalen worden
geproduceerd via de FRONT PRE OUT aansluitingen.
1 FRONT PRE OUT aansluitingen
Voorkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
2 SURROUND PRE OUT aansluitingen
Surroundkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
3 SUBWOOFER PRE OUT aansluiting
Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde
eindversterker aan, zoals het YAMAHA Active Servo
Processing Subwoofer System.
4 SURROUND BACK/PRESENCE PRE OUT
aansluitingen
Surround achter- of aanwezigheidskanaal
uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
5 CENTER PRE OUT aansluiting
Middenkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau.
Elk van de PRE OUT uitgangsaansluitingen produceert
hetzelfde signaal als de bij dat kanaal behorende
luidsprekeraansluiting. Wannneer echter zowel surround-achter
als zg. aanwezigheidsluidsprekers zijn ingesteld op dit toestel,
is het mogelijk dat de signalen geproduceerd via de
SURROUND BACK/PRESENCE PRE OUT aansluitingen niet
corresponderen met de juiste luidsprekers.
Regel het volume van de subwoofer met de bedieningsorganen
op de subwoofer zelf. U kunt het volumeniveau ook regelen met
de afstandsbediening (zie “Handmatig instellen van de
luidsprekersniveaus” op bladzijde 54).
Het is mogelijk dat sommige signalen niet worden
gereproduceerd via de SUBWOOFER PRE OUT aansluiting,
afhankelijk van de SPEAKER SET (zie bladzijde 58) en LFE/
BASS OUT (zie bladzijde 59) instellingen.
Opmerkingen
FRONT
SURROUND
PRE OUT
SUB
WOOFER
SURROUND BACK
/PRESENCE
CENTER
R
R
L
L
R
L
1
2
3
4
5
Opmerkingen
23
Nederlands
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Dit toestel wordt geleverd met zowel een AM als een FM
binnenantenne. Normaal gesproken zorgen deze antennes
voor een voldoende sterke ontvangst. Verbind de antennes
op de juiste manier met de bijbehorende aansluitingen.
Aansluiten van de AM ringantenne
1
Zet de AM ringantenne in elkaar en verbind deze
met de bijbehorende aansluitingen op dit toestel.
2 Houd het lipje ingedrukt zodat u de AM
antennedraden in de AM ANT en GND
aansluitingen kunt steken.
3 Stel de AM ringantenne zo op dat u de beste
ontvangst verkrijgt.
De AM ringantenne moet niet te dicht bij dit toestel geplaatst
worden.
De AM ringantenne moet altijd aangesloten blijven, zelfs als er
een AM buitenantenne op dit toestel is aangesloten.
Een goede buitenantenne geeft een betere ontvangst dan een
binnenantenne. Als u last heeft van een slechte ontvangst,
probeer dan of de ontvangst verbetert met een buitenantenne.
Vraag bij uw dichtstbijzijnde erkende YAMAHA dealer of
service-centrum naar de mogelijkheden met buitenantennes.
75 Ohm/300 Ohm antenne-adapter
(Alleen modellen voor het V.K.)
1 Maak de meegeleverde 75
Ohm/300 Ohm antenne-
adapter open.
2 Strip de buitenmantel
van de 75 Ohm
coaxiale kabel en maak
deze klaar voor het
aansluiten.
3 Knip de verbindingsdraad
door en verwijder deze.
4 Steek de
binnendraad van
de kabel in de
sleuf en klem
deze vast met
een tang.
5 Klik de behuizing weer
dicht.
FREQUENCY STEP schakelaar
(Alleen modellen voor Azië en algemene
modellen)
Omdat de ruimte tussen de
zendfrequenties per gebied verschilt,
dient u de FREQUENCY STEP
schakelaar (op het achterpaneel) op de
juiste stand voor het gebied waar u zich bevindt te zetten.
Noord, Midden en Zuid Amerika: 100 kHz/10 kHz
Overige gebieden: 50 kHz/9 kHz
Voor u deze schakelaar op een andere stand zet, moet u de
stekker van het toestel uit het stopcontact halen.
Aansluiten van de antennes
MAI
SURR
SUB
WOOF
TUNER
AM
ANT
GND
FM ANT
75
UNBAL.
COMPONENT VIDEO
P
R
D
NITOR OUT
V
P
B
Y
AM ringantenne
(meegeleverd)
Aarde (GND aansluiting)
Voor de grootst mogelijke veiligheid en zo min
mogelijk storing dient u de antenne GND aansluiting
goed te aarden. Een goede aarding wordt
bijvoorbeeld verzorgd door een metalen staaf die in
vochtige grond gedreven is.
FM binnenantenne
(meegeleverd)
Opmerkingen
11
8
6
eenheid:
mm
Verbindingsdraad
Klem
Klem
Steek de draad
in de sleuf
100kHz/10kHz
FREQUENCY
STEP
50kHz/9kHz
FM AM
24
AANSLUITINGEN
Aansluiten van het netsnoer
(Modellen voor de V.S., Canada, Europa,
het V.K., Australië, China en Korea)
Steek het netsnoer pas in de netstroomingang nadat u alle
andere aansluitingen hebt verricht en steek daarna pas de
stekker in het stopcontact.
Gebruik geen andere netsnoeren. Gebruik uitsluitend het
meegeleverde netsnoer. Gebruik van andere netsnoeren
kan leiden tot brandgevaar of elektrische schokken.
(Overige modellen)
Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact.
AC OUTLET(S) (SWITCHED)
Modellen voor het V.K. en Australië
...................................................... 1 Netstroomaansluiting
Modellen voor Korea .................................................Geen
Overige modellen.......................2 Netstroomaansluitingen
Via de netstroomaansluitingen op dit toestel kunt u andere
componenten in uw systeem van stroom voorzien. De
stroomvoorziening van de AC OUTLET(S) stopcontacten
wordt geregeld door de STANDBY/ON toets van dit
toestel (of SYSTEM POWER en STANDBY). Deze
aansluitingen voorzien de erop aangesloten componenten
van stroom wanneer dit toestel aan staat. Het maximale
vermogen (totale stroomverbruik van de aangesloten
componenten) van de AC OUTLET(S) aansluitingen is:
Modellen voor Azië en algemene modellen ............. 50 W
Overige modellen .................................................... 100 W
VOLTAGE SELECTOR
(Alleen modellen voor Azië en algemene
modellen)
De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit
toestel moet worden ingesteld op de ter plekke gebruikte
netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt.
De geschikte voltages zijn als volgt:
Algemene modellen
.............. 110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Modellen voor Azië
............................ 220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de
opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit
(standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het
stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om
een andere reden langer dan een week onderbroken wordt,
zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan.
Aansluiten van het netsnoer
AC OUTLETS
(Modellen voor de V.S.)
2
VOLTAGE
SELECTOR
VOLTAGE SELECTOR
(Algemeen model)
LET OP
25
Nederlands
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Als u 6 Ohm luidsprekers gebruikt, dient u als volgt de
impedantie op 6 Ohm in te stellen voor u de stroom
inschakelt.
U moet het toestel eerst uit (standby) zetten.
1 Houd op het voorpaneel SPEAKERS A
ingedrukt en druk dan op STANDBY/ON.
“SP IMP.SET” zal een paar seconden lang op het
display op het voorpaneel getoond worden, waarna
“Minimum 8ohms” zal verschijnen.
2 Druk op SPEAKERS A of SPEAKERS B om
de impedantie van uw luidsprekers te kiezen.
U kunt kiezen tussen 6 Ohm of 8 Ohm.
3 Druk op STANDBY/ON om deze instelling af
te sluiten.
Het toestel gaat vervolgens uit (standby).
y
U kunt ook SP IMP.SET gebruiken (zie bladzijde 66) om de
luidsprekerimpedantie in te stellen.
Wanneer alle aansluitingen gemaakt zijn, kunt u dit toestel
aan zetten.
1 Druk op STANDBY/ON (SYSTEM POWER op
de afstandsbediening) om dit toestel aan te
zetten.
2 Zet het beeldscherm dat is aangesloten op
dit toestel aan.
Druk nog eens op STANDBY/ON (STANDBY op de
afstandsbediening) om dit toestel uit (standby) te zetten.
Instelling luidsprekerimpedantie
LET OP
SPEAKERS
A
STANDBY
/ON
SP IMP.SET
Minimum 8ohms
Inschakelen van de stroom
Opmerking
VOLUME
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
INPUT
MULTI CH
INPUT
INPUT MODE
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
STANDBY
/
ON
A B
OPTIMIZER
MIC
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
1
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
+
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
++
AMP
1
(Modellen voor de V.S.)
STANDBY
/ON
POWER
SYSTEM
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
AUTO SETUP
26
Deze receiver maakt gebruik van YAMAHA Parametric
Room Acoustic Optimizer (YPAO) technologie zodat u
zelf geen lastige luidspreker-instellingen hoeft te doen en
waardoor een zeer accurate instelling wordt verkregen. De
meegeleverde optimalisatie-microfoon pikt het geluid op
dat uw luidsprekers maken in de omgeving waar u ze
daadwerkelijk zult gebruiken.
y
De basis setup (bladzijde 31) is handig wanneer u uw systeem snel en
met minimale inspanningen klaar voor gebruik wilt maken. We raden
u echter aan eventueel op een later tijdstip toch de automatische setup
uit te voeren zodat u kunt profiteren van de YPAO instelfunctie en
een nog betere geluidsweergave kunt bereiken.
Wij wijzen u erop dat het normaal is dat tijdens de automatische
setup luide testtonen worden geproduceerd.
Als de automatische setup stopt en er een foutmelding op het
scherm verschijnt, dient u de procedure voor het oplossen van
problemen op bladzijde 29 te volgen.
YPAO voert de volgende controles uit en maakt de juiste
instellingen voor een zo optimaal mogelijke weergave van
uw systeem.
WIRING
Controleert welke luidsprekers er aangesloten zijn en de
polariteit van elk van de luidsprekers.
DISTANCE
Controleert de afstand van elk van de luidsprekers tot de
luisterplek en stelt de timing van elk van de kanalen in.
SIZE
Controleert de frequentierespons van van de luidsprekers
en stelt de juiste laagfrequente crossover in voor elk van
de kanalen.
EQUALIZING
Regelt de frequentie en het niveau van elk van de kanalen via een
parametrische equalizer om te voorkomen dat de verschillende
kanalen elkaar onbedoeld beïnvloeden en om een samenhangend
geluidsveld samen te stellen. Dit is vooral van belang wanneer u
luidsprekers van verschillende afmetingen of verschillende
merken gebruikt voor sommige kanalen of wanneer uw kamer
bijzondere akoestische kenmerken vertoond.
De YPAO equalisatie maakt gebruik van drie parameters
(Frequency, Level en Q factor) voor elk van de zeven
banden in de parametrische equalizer om te komen tot een
precieze automatische instelling van de
frequentiekarakteristieken.
LEVEL
Controleert en regelt het geluidsniveau (volume) van elk
van de luidsprekers.
1 Verbind de meegeleverde optimalisatie-
microfoon met de OPTIMIZER MIC
aansluiting op het voorpaneel.
Nadat u de automatische setup heeft afgemaakt moet u de
optimalisatie-microfoon weer losmaken.
De optimalisatie-microfoon is niet goed bestand tegen
warmte.
–Houd hem daarom uit direct zonlicht.
–Laat hem ook niet bovenop dit toestel liggen.
2 Plaats de optimalisatie-microfoon op een
vlak en horizontaal oppervlak met de omni-
directionele microfoonkop naar boven op uw
normale luisterplek.
Gebruik indien mogelijk een statief (o.i.d.) om de
optimalisatie-microfoon vast te zetten op dezelfde
hoogte als waar uw oren zich zouden bevinden
wanneer u op uw luisterplek zit.
AUTO SETUP
Inleiding
Opmerkingen
Optimalisatie-microfoon setup
Opmerkingen
VIDEO AUXSILENT
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALL R
OPTIMIZER
MIC
TUNER
YPAO
(Modellen voor de V.S.)
Opstelling optimalisatie-microfoon
27
Nederlands
AUTO SETUP
VOORBEREIDINGEN
Voor de beste resultaten moet u ervoor zorgen dat de
ruimte zo stil mogelijk is tijdens de automatische setup
(YPAO). Als er teveel andere geluiden zijn, is het mogelijk
dat de resultaten tegenvallen.
y
Als het volume en de crossover frequentie van uw subwoofer
ingesteld kunnen worden, zet het volume dan ongeveer op half (of
iets minder) en zet de crossover frequentie op de maximale
waarde.
1 Zet dit toestel en uw beeldscherm aan.
Controleer of het OSD (in-beeld display) inderdaad
wordt weergegeven (zie bladzijde 53).
2
Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens
op SET MENU om het SET MENU te openen.
3 Druk op k / n, selecteer AUTO SETUP en
druk vervolgens één keer op h om het
hoofdmenu te openen.
4
Druk herhaaldelijk op
k / n
om WIRING, DISTANCE,
SIZE, EQUALIZING of LEVEL te selecteren.
5 Wanneer u WIRING, DISTANCE, SIZE of
LEVEL heeft geselecteerd, kunt u op l / h
drukken voor de volgende mogelijkheden:
CHECK
Om het geselecteerde onderdeel automatisch te
controleren en in te stellen.
SKIP Om het geselecteerde onderdeel over te slaan
zonder instellingen te wijzigen
.
Bij gebruik van THX luidsprekers moet u SIZE op SKIP
instellen en controleren of “SMALL” of “SMLx2” is
geselecteerd bij SPEAKER SET (bladzijde 58) en dat 80Hz
(THX) is geselecteerd bij CROSS OVER (bladzijde 60).
Wanneer u EQUALIZING heeft geselecteerd, kunt u
op
l / h
drukken voor de volgende mogelijkheden:
FRONT
Om de frequentierespons van elk van de
luidsprekers in te stellen in
overeenstemming met de weergave van uw
voor-luidsprekers. Aanbevolen wanneer uw
voor-luidsprekers van aanzienlijk betere
kwaliteit zijn dan uw andere luidsprekers.
FLAT Om de frequentierespons van alle
luidsprekers te middelen. Aanbevolen
wanneer al uw luidsprekers van
vergelijkbare kwaliteit zijn.
LOW Om de frequentierespons van al uw
luidsprekers te middelen, met voorrang
voor de precisie van de lage tonen.
MID Om de frequentierespons van al uw
luidsprekers te middelen, met voorrang
voor de precisie van de middentonen.
HIGH Om de frequentierespons van al uw
luidsprekers te middelen, met voorrang
voor de precisie van de hoge tonen.
SKIP Om het geselecteerde onderdeel over te
slaan zonder instellingen te wijzigen.
6
Druk op
n
, selecteer SETUP en druk vervolgens
op
l / h
voor de volgende mogelijkheden:
AUTO Om de hele automatische setup
automatisch uit te laten voeren.
STEP
Om te wachten op een bevestiging tussen
elke controle in de automatische setup.
RELOAD Om de vorige automatische setup
instelling te herstellen.
Beginnen van de setup
CROSSOVER/
HIGH CUT
MIN
MAX
Subwoofer
VOLUME
MIN
MAX
SET MENU
MENU
AMP
SOURCE
TV
vervolgens
ENTER
ENTER

SET MENU
. ;AUTO SETUP
;MANUAL SETUP
: Up/Down
p
/
p
: Enter
</>
Opmerking
1
AUTO:MENU
.WIRING;;;;;CHECK
DISTANCE;;;CHECK
SIZE;;;;;;;CHECK
EQUALIZING;;FLAT
LEVEL;;;;;;CHECK
SETUP;;;;;;;AUTO
START PUSH
: Up/Down
p
/
p
: Select
</>
>
28
AUTO SETUP
7 Druk op n, selecteer START PUSH i en druk
vervolgens op h.
Er zullen nu luide testtonen worden geproduceerd via de
diverse luidsprekers, terwijl gedurende de automatische
setup de boodschap WAIT getoond zal worden.
Als “E-10:OTHER ERROR” verschijnt tijdens het testen, dient u
de procedure opnieuw te beginnen vanaf stap 3.
Als u bij stap 6 voor “AUTO” gekozen hebt
Na elke controle zal RESULT een paar seconden op het
display getoond worden, waarna de instelling van het volgende
onderdeel zal beginnen. Nadat alle onderdelen zijn ingesteld,
zal de melding RESULT:EXIT op het display verschijnen.
y
U kunt alle resultaten nog eens laten zien door één keer op
k
te
drukken en dan herhaaldelijk op
h
te drukken voor u deze functie
afsluit. Druk op
n
om terug te keren naar het RESULT:EXIT display.
8 Om de instellingen inderdaad te wijzigen
dient u op l / h te drukken, SET te
selecteren en vervolgens met n deze
procedure af te sluiten.
Om de automatische setup te annulerendient u
op
l / h
te drukken, CANCEL te selecteren en
vervolgens met
n
de procedure af te sluiten.
Als u bij stap 6 voor “STEP” gekozen hebt
Na elke controle verschijnt RESULT op het display.
8
Druk op
l / h
, selecteer RESULT:EXIT en druk
vervolgens op
l / h
voor de volgende mogelijkheden:
NEXT Druk op n om door te gaan met de controle van
het volgende onderdeel.
EXIT Druk op n om de automatische setup af te sluiten.
y
Druk herhaaldelijk op k / n om heen en weer te schakelen
tussen de diverse schermen.
Als u niet tevreden bent met het resultaat, of als u met de hand
bepaalde instellingen wilt wijzigen, kunt u de handmatige setup
gebruiken (zie bladzijde 58).
Als u luidsprekers vervangt of anders opstelt, of als u de
inrichting van uw kamer verandert, moet u de AUTO SETUP
opnieuw uitvoeren.
Bij de DISTANCE resultaten kan de getoonde afstand groter
zijn dan in werkelijkheid, afhankelijk van de karakteristieken
van uw subwoofer.
Bij de EQUALIZING resultaten is het mogelijk dat er voor
dezelfde band verschillende waarden zijn ingesteld voor een
nog preciezere instelling.
Als u bij stap 6 voor “RELOAD” gekozen
hebt
Het RESULT:EXIT display verschijnt.
y
U kunt alle resultaten nog eens laten zien door één keer op k te
drukken en dan herhaaldelijk op h te drukken voor u deze
functie afsluit. Druk op n om terug te keren naar het
RESULT:EXIT display.
8 Druk op l / h, selecteer “SET” en druk
vervolgens op n om deze functie af te
sluiten.
Opmerking
/ : Up/Down
p
p
</> : Back/Next
RESULT:WIRING
FRONT L;;;;;;;OK
/ : Up/Down
p
p
EQ;;;;;FRONT L
63Hz;;;-2.0dB
125Hz;;;-5.0dB
500Hz;;;;;;0dB
630Hz;;;;;;0dB
1.0kHz;;;;;;0dB
3.15kHz;;;+3.0dB
10.0kHz;;;+1.0dB
RESULT:EQUALIZI.
/ : Up/Down
p
p
</> : Back/Next
. FRONT L;;;;3.20m
CENTER;;;;;3.30m
FRONT R;;;;2.90m
PRES L;;;;;1.70m
PRES R;;;;;1.50m
RESULT:DISTANCE1
/ : Up/Down
p
p
</> : Back/Next
. FRONT L;;;+5.0dB
CENTER;;;;-4.5dB
FRONT R;;;+5.5dB
PRESENCE;;-3.0dB
RESULT:LEVEL 1
/ : Up/Down
p
p
</> : Back/Next
FRONT L;;;;;;LRG
RESULT:SIZE 1
Opmerkingen
29
Nederlands
AUTO SETUP
VOORBEREIDINGEN
Oplossen van problemen met de automatische setup
Voor de automatische setup
Tijdens de automatische setup
Druk op l / h om gedetailleerde informatie over individuele fouten te laten zien. Selecteer “RETRY” om de
automatische setup opnieuw te proberen.
Foutmelding Oorzaak Oplossing
Connect MIC!
De optimalisatie-microfoon is niet aangesloten. Verbind de meegeleverde optimalisatie-microfoon
met de OPTIMIZER MIC aansluiting op het
voorpaneel.
Unplug HP!
Er is een hoofdtelefoon aangesloten. Maak de hoofdtelefoon los.
Foutmelding Oorzaak Oplossing
E-1:NO FRONT SP
Er worden geen L/R voorkanaal signalen
gedetecteerd.
Selecteer de voor-luidsprekers met SPEAKER A of
B.
Controleer de aansluitingen van de L/R voor-
luidsprekers.
E-2:NO SURR.SP
Er wordt geen surroundkanaal signaal
gedetecteerd.
Controleer de aansluitingen van de surround-
luidspreker.
E-3:NO PRES. SP
Er wordt geen aanwezigheidskanaal signaal
gedetecteerd.
Controleer de aansluitingen van de
aanwezigheidsluidspreker.
E-4:SBR->SBL
Er wordt alleen een rechter surround
achterkanaal gedetecteerd.
Verbind de surround achter-luidspreker met de LEFT
SURROUND BACK SPEAKERS aansluiting als u
slechts een enkele surround achter-luidspreker heeft.
E-5:NOISY
Teveel geluiden op de achtergrond. Probeer de automatische setup wanneer het zo stil
mogelijk is.
Zet lawaaiige elektrische apparatuur zoals air-
conditioners (enz.) uit, of zet ze uit de buurt van de
optimalisatie-microfoon.
E-6:CHECK SURR.
Wel surround achter-luidspreker(s) aangesloten,
maar geen L/R surround-luidsprekers.
Sluit uw surround-luidsprekers aan wanneer u een of
meer surround achter-luidspreker(s) gebruikt.
E-7:NO MIC
De optimalisatie-microfoon is losgeraakt
tijdens de automatische setup.
Sluit de meegeleverde optimalisatiemicrofoon aan op
de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel.
E-8:NO SIGNAL
De optimalisatie-microfoon kan geen testtonen
detecteren.
Controleer de instelling van de microfoon.
Controleer de aansluiting en de opstelling van de
microfoon.
E-9:USER CANCEL
De automatische setup is geannuleerd door iets
dat de gebruiker gedaan heeft.
Voer de automatische setup opnieuw uit.
E-10:OTHER ERROR
Er is een interne fout opgetreden. Voer de automatische setup opnieuw uit.
30
AUTO SETUP
Na de automatische setup
Druk op l / h om gedetailleerde informatie over individuele waarschuwingen te laten zien.
Als de ERROR of WARNING schermen verschijnen, dient u de oorzaak van het probleem op te sporen en te corrigeren en vervolgens
de automatische setup opnieuw uit te voeren.
Als de waarschuwingen W-1, W-4 of W-5 verschijnen, zijn er wel instellingen verricht, maar is het mogelijk dat deze niet optimaal
zijn.
Als de waarschuwingen W-2 of W-3 verschijnen, zijn er geen instellingen verricht.
Als foutmelding E-10 herhaaldelijk verschijnt dient u contact op te nemen met een erkend YAMAHA service-centrum.
Waarschuwing Oorzaak Oplossing
W-1:OUT OF PHASE
De polariteit van de luidspreker is niet correct.
Deze melding kan, afhankelijk van de
luidspreker in kwestie, ook verschijnen
wanneer deze toch correct is aangesloten.
Controleer de polariteit van de luidspreker-
aansluitingen (+ of –).
W-2:OVER 24m
(80ft)
De afstand tussen de luidspreker en de
luisterplek is groter dan 24 meter.
Zet de luidspreker dichter bij de luisterplek.
W-3:LEVEL ERROR
Er is teveel volumeverschil tussen de
luidsprekers. (Er wordt geen niveaucorrectie
gemaakt.)
Verander de opstelling van de luidsprekers zodat alle
luidsprekers in vergelijkbare omstandigheden
verkeren.
Controleer de luidspreker-aansluitingen.
Gebruik luidsprekers van vergelijkbare kwaliteit.
Stel het uitgangsvolume van de subwoofer in.
W-4:SWFR PHASE
De fase van de subwoofer is niet correct
ingesteld.
Stel de subwoofer op ‘tegengestelde fase’ in als de
subwoofer een fase-schakelaar heeft.
W-5:VOL ERROR
Het resultaat is mogelijk niet correct omdat het
volume werd gewijzigd tijdens de automatische
setup.
Voer de automatische setup opnieuw uit. Tijdens de
automatische setup mag u het volume niet
veranderen.
BASIS SETUP
31
Nederlands
VOORBEREIDINGEN
De basisinstellingen voor uw systeem worden automatisch uitgevoerd
wanneer u de automatische setup doet (bladzijde 26). De
basisinstellingen komen van pas wanneer u uw luidsprekers snel
gebruiksklaar wilt maken of wanneer u met de hand enkele onderdelen
wilt wijzigen die met de automatische setup zijn ingesteld.
y
Als u het toestel met de hand nog preciezer wilt instellen, kunt u
de gedetailleerde instellingen van het SOUND MENU menu
(bladzijde 58) gebruiken in plaats van het BASIC MENU.
Als u instellingen verandert in het BASIC MENU, zullen alle
SOUND MENU instellingen worden teruggezet.
1
Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens
op SET MENU om het SET MENU te openen.
2
Druk net zo vaak op
k / n
tot u MANUAL SETUP
geselecteerd heeft en druk vervolgens op
l / h
om de geselecteerde categorie te openen.
Als u op
k
drukt wanneer AUTO SETUP is geselecteerd,
of als u op
n
drukt wanneer MANUAL SETUP is
geselecteerd, zal het SET MENU worden gesloten. Druk
op SET MENU om het SET MENU opnieuw te openen.
3 Druk op l / h om het BASIC MENU te
openen.
4 Wanneer u ROOM heeft geselecteerd, kunt u
op l / h drukken om de instelling te
wijzigen.
Kies de afmetingen van de kamer waar u uw
luidsprekers heeft opgesteld. De afmetingen zijn
grofweg als volgt gedefinieerd:
[Modellen voor de V.S. en Canada]
S (klein) 16 x 13 ft, 200 ft
2
(4.8 x 4.0 m, 20 m
2
)
M (medium) 20 x 16 ft, 300 ft
2
(6.3 x 5.0 m, 30 m
2
)
L (groot) 26 x 19 ft, 450 ft
2
(7.9 x 5.8 m, 45 m
2
)
[Overige modellen]
S (klein) 3.6 x 2.8 m, 10 m
2
M (medium) 4.8 x 4.0 m, 20 m
2
L (groot) 6.3 x 5.0 m, 30 m
2
5 Druk op n, selecteer SWFR en druk
vervolgens op l / h voor de volgende
mogelijkheden:
YES
Als u een subwoofer in uw systeem heeft.
NONE Als u geen subwoofer in uw systeem heeft.
6 Druk op n, selecteer PRESENCE en druk
vervolgens op l / h voor de volgende
mogelijkheden:
YES
Als u zogenaamde aanwezigheidsluidsprekers in
uw systeem heeft.
NONE Als u geen zogenaamde
aanwezigheidsluidsprekers in uw systeem heeft.
BASIS SETUP
Opmerking
Gebruiken van het BASIC MENU
SET MENU
MENU
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
SELECT
VOL
+
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
2-9
1
SET MENU
MENU
AMP
SOURCE
TV
vervolgens

SET MENU
;AUTO SETUP
. ;MANUAL SETUP
: Up/Down
p
/
p
: Enter
</>
ENTER
vervolgens
ENTER
1
BASIC MENU 1/2
.ROOM: S[ML
SWFR:[YESNONE
PRESENCE;;;;NONE
SPEAKERS;;;;7spk
32
BASIS SETUP
7 Druk op n, selecteer SPEAKERS en druk
vervolgens op l / h om het aantal
luidsprekers in te stellen dat is aangesloten
op het toestel.
Uw keuzes hangen als volgt af van de PRESENCE instelling:
*
De surround-achter en de zogenaamde aanwezigheidsluidsprekers
kunnen niet tegelijkertijd geluid weergeven. Via het SOUND MENU (zie
bladzijde 63) kunt u één van beide sets luidsprekers de voorkeur geven.
8 Als u klaar bent met instellen, kunt u op n
drukken en vervolgens op l / h voor de
volgende mogelijkheden:
SET Om de wijzigingen definitief te maken.
CANCEL Om de setup te annuleren.
Als u “SET” selecteert, zult u uit elk van de
luidsprekers een testtoon horen.
9 Druk op n, selecteer CHECK OK? en druk
vervolgens op l / h voor de volgende
mogelijkheden:
YES
Om de setup af te sluiten indien de testtonen goed
klonken.
NO Om de niveaus van de diverse luidsprekers af te
regelen (zie bladzijde 60).
Keuzes
PRESENCE instelling
YES
NONE
2
——
L/R voor
3
——
L/R voor,
Midden
4
L/R
aanwezigheid,
L/R voor
L/R voor, L/R
surround
5
L/R
aanwezigheid,
L/R voor,
Midden
L/R voor,
Midden, L/R
surround
6
L/R
aanwezigheid,
L/R voor, L/R
surround
L/R voor,
Midden, L/R
surround,
surround achter
7
L/R
aanwezigheid,
L/R voor,
Midden, L/R
surround
L/R voor,
Midden, L/R
surround,
Surround achter
L/R
8
L/R
aanwezigheid, L/
R voor, Midden,
L/R surround,
Surround achter
*
——
9
L/R
aanwezigheid, L/
R voor, Midden,
L/R surround,
Surround achter
L/R
*
——
LL C R
SL SB SR
LL CR
SL SB SR
LL R
LL C R
SL SB SR
LL RC
LL C R
SL SB
SB
SR
LL R
SL SR
LL C R
SL SB SR
LL C R
SL SR
LL C R
SL SB SR
LL C R
SL SB SR
LL C R
SL SB SR
.[SET CANCEL
ROOM SIZE=MEDIUM
1 BASIC MENU 2/2
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de
opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel
uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het
stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om
een andere reden langer dan een week onderbroken
wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan.
In een dergelijk geval dient u de instellingen opnieuw
te maken.
. CHECK OK?;;;;YES
1 BASIC MENU 2/2
-+
. FR
C
SL
B)SPEAKER
LEVEL
(wanneer u “NO” kiest)
WEERGAVE
33
Nederlands
BASISBEDIENING
1 Druk op STANDBY/ON (SYSTEM POWER op
de afstandsbediening) om dit toestel aan te
zetten.
2 Zet het beeldscherm dat is aangesloten op
dit toestel aan.
3 Druk op SPEAKERS A of B op het
voorpaneel.
Met elke druk op de toets wordt de bijbehorende set
luidsprekers in- of uitgeschakeld.
Als u dubbele bedrading gebruikt, moet zowel A als
B selecteren.
4 Selecteer de signaalbron.
Gebruik INPUT (of druk op de ingangskeuzetoetsen
op de afstandsbediening) om de gewenste signaalbron
te selecteren.
De naam van de geselecteerde signaalbron en de
ingangsfunctie worden een paar seconden lang op het
display en het beeldscherm getoond.
5 Start de weergave of stem af op een zender
op de broncomponent.
Raadpleeg eventueel de handleiding van de
betreffende component.
6 Zet het volume op het gewenste niveau.
WEERGAVE
Basisbediening
VOLUME
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
INPUT
MULTI CH
INPUT
INPUT MODE
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
STANDBY
/
ON
A B
MIC
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
1 4
73
6
SET MENU
MENU
PURE DIRECT
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
VOL
+
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
CLEAR
LEARN
RE–NAME
SET MENU
MENU
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDI O
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
TV MUTE TV INPUT
MUTE
MACROONOFF
1
7
4
6
7
(Modellen voor de V.S.)
STANDBY
/ON
POWER
SYSTEM
Voorpaneel
Afstandsbediening
of
SPEAKERS
AB
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
INPUT
Voorpaneel Afstandsbediening
of
DVD AUTO
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
VOLUME
A
SP
LL R
dB
Geselecteerde
signaalbron
Ingangsfunctie
VOLUME
VOL
+
of
Afstandsbediening
Voorpaneel
34
WEERGAVE
7 Kies, indien gewenst, een
geluidsveldprogramma.
Gebruik PROGRAM (of zet AMP/SOURCE/TV op
AMP en druk herhaaldelijk op één van de toetsen
voor de geluidsveldprogramma’s) om een
geluidsveldprogramma te selecteren. Zie bladzijde 49
voor meer informatie over geluidsveldprogramma’s.
Wanneer dit toestel Dolby Digital signalen detecteert, zal het
volgende display een paar seconden getoond worden. Dit geeft
aan welke correctie wordt toegepast om het signaal op –27 dB te
brengen (aanbevolen voor THX).
Bediening via het voorpaneel
Verdraai PROGRAM om het gewenste
geluidsveldprogramma te selecteren.
De naam van het geselecteerde programma zal verschijnen
op het display op het voorpaneel en op het beeldscherm.
Opmerking
PROGRAM
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TY THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
AMP
SOURCE
TV
Afstandsbediening
Voorpaneel
of
DialNorm;;+4dB
Selecteren van
geluidsveldprogramma’s
VOLUME
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
INPUT
MULTI CH
INPUT
INPUT M MODE
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
STANDBY
/
ON
A B
MIC
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
PROGRAM
(Modellen voor de V.S.)
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
HiFi DSP
VOLUME
A
SP
LL R
dB
JAZZ CLUB
Programmanaam
PROGRAM
35
Nederlands
WEERGAVE
BASISBEDIENING
Afstandsbediening
Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk
vervolgens net zo vaak op één van de toetsen
voor de geluidsveldprogramma’s tot u het
gewenste programma geselecteerd heeft.
De naam van het geselecteerde programma zal verschijnen
op het display op het voorpaneel en op het beeldscherm.
y
Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak, niet op
basis van de naam van het programma.
Wanneer u een bepaalde signaalbron selecteert, zal het toestel
automatisch het laatst met die signaalbron gebruikte
geluidsveldprogramma instellen.
Er kunnen geen geluidsveldprogramma’s worden gebruikt
wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron heeft
geselecteerd.
Toonregeling
Hiermee kunt u de weergave van
de lage en hoge tonen regelen
voor de linker, rechter en midden
voorkanalen.
Druk herhaaldelijk op TONE
CONTROL op het voorpaneel om
te kiezen tussen TREBLE of
BASS.
Selecteer TREBLE en draai
vervolgens PROGRAM naar rechts
of links om de hoge tonen te versterken of te verzwakken.
Selecteer BASS en draai vervolgens PROGRAM naar rechts
of links om de lage tonen te versterken of te verzwakken.
Om de toonregeling te annuleren dient u net zo vaak op TONE
CONTROL te drukken tot u BYPASS heeft geselecteerd.
Als u de hoge of lage tonen teveel versterkt of verzwakt, is het mogelijk
dat de toonkleur van de surround-luidsprekers niet meer overeenkomt
met die van de linker, rechter en midden voor-luidsprekers.
TONE CONTROL staat buiten werking wanneer THX
(bladzijde 49) of PURE DIRECT (bladzijde 37) is geselecteerd,
of wanneer MULTI CH INPUT is geselecteerd.
TONE CONTROL werkt niet voor weergave via een
hoofdtelefoon. Gebruik HP TONE CTRL om de lage en hoge
tonen te regelen voor uw hoofdtelefoon (bladzijde 62).
Tijdelijk uitschakelen van de
geluidsweergave
Druk op MUTE op de afstandsbediening.
De MUTE indicator zal gaan knipperen
op het display op het voorpaneel.
Druk nog eens op MUTE om de
geluidsweergave te hervatten (of druk op VOL –/+). De MUTE
indicator zal van het display verdwijnen.
y
U kunt instellen hoe ver het volume verlaagd wordt (zie
bladzijde 62).
Luisteren met een hoofdtelefoon
(“SILENT CINEMA”)
De “SILENT CINEMA” functie stelt u in staat naar multikanaals
materiaal of filmsoundtracks, inclusief Dolby Digital en DTS
surroundmateriaal, te luisteren met een normale hoofdtelefoon.
“SILENT CINEMA” wordt automatisch ingeschakeld wanneer u
een hoofdtelefoon aansluit op de PHONES aansluiting terwijl u
luistert met de CINEMA DSP of HiFi DSP
geluidsveldprogramma’s. Indien ingeschakeld zal de “SILENT
CINEMA” indicator oplichten op het display op het voorpaneel.
Dit toestel kan niet overschakelen naar de “SILENT CINEMA” functie
wanneer u MULTI CH INPUT heeft geselecteerd als signaalbron.
“SILENT CINEMA” staat buiten werking wanneer PURE
DIRECT of een 2-kanaals stereoprogramma is geselecteerd, of
wanneer de STRAIGHT functie is ingeschakeld.
Opmerkingen
SET MENU
MENU
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
VOL
+
3421
90
+10
ENT.
5678
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
Toetsen voor de
geluidsveldprogramma’s
AMP/SOURCE/TV
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
HiFi DSP
VOLUME
A
SP
LL R
dB
JAZZ CLUB
AMP
SOURCE
TV
Programmanaam
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
Aanvullende mogelijkheden
Opmerkingen
Opmerkingen
TONE CONTROL
PROGRAM
MUTE
36
WEERGAVE
Selecteren van MULTI CH INPUT
Druk op MULTI CH INPUT zodat “MULTI CH INPUT”
op het display en op het beeldscherm verschijnt.
Wanneer “MULTI CH INPUT” wordt getoond op het display en/
of het beeldscherm, kan er geen andere signaalbron worden
weergegeven. Als u met INPUT (één van de
ingangskeuzetoetsen) een andere signaalbron wilt selecteren,
druk dan eerst op MULTI CH INPUT zodat de melding “MULTI
CH INPUT” verdwijnt van het display en het beeldscherm.
Luisteren naar multikanaals materiaal
met 6.1/7.1 kanaals surroundweergave
Als u één of twee surround achter-luidsprekers heeft
aangesloten, kunt u via deze functie profiteren van 6.1/7.1-
kanaals weergave van multikanaals signaalbronnen met
behulp van de Dolby Pro Logic IIx, Dolby Digital EX of
DTS-ES decoder.
Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk
vervolgens op EXTD. SUR op de
afstandsbediening om heen en weer te schakelen
tussen 5.1- en 6.1/7.1 kanaals weergave.
Om een decoder te selecteren, dient u
herhaaldelijk op l / h te drukken wanneer
PLIIxMovie (enz.) wordt getoond.
AUTOMATISCH (AUTO)
Wanneer er een speciale code (vlag) die door dit toestel
kan worden herkend in het ingangssignaal aanwezig is, zal
het toestel zelf de optimale decoder voor weergave via 6.1/
7.1 kanalen selecteren.
Als het toestel de ‘vlag’ niet kan herkennen of als het
signaal geen ‘vlag’ bevat, kan er niet automatisch via 6.1/
7.1 kanalen worden weergegeven.
Decoders (selecteren met l / h)
Afhankelijk van de formattering van het weergegeven
materiaal heeft u de volgende keuzemogelijkheden.
PLIIxMovie
Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 7.1
kanalen met de Pro Logic IIx movie decoder.
PLIIxMusic
Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 6.1/
7.1 kanalen met de Pro Logic IIx music decoder.
EX/ES
Voor weergave van Dolby Digital signalen via 6.1/7.1
kanalen met de Dolby Digital EX decoder.
DTS signalen worden weergegeven via 6.1/7.1 kanalen
met de DTS-ES decoder.
EX
Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 6.1/
7.1 kanalen met de Dolby Digital EX decoder.
UIT (OFF)
Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 5.1
kanalen.
y
Wanneer SURR B L/R SP op “LRGx1” of “SMLx1” (zie
bladzijde 59) is ingesteld, zal het surround achterkanaal worden
gereproduceerd via de linker SURROUND BACK luidspreker-
aansluitingen.
Sommige discs met 6.1-kanaals materiaal hebben geen aparte
signalering (vlag) die dit toestel automatisch kan detecteren.
Wanneer u een dergelijke disc met 6.1-kanaals materiaal
afspeelt, dient u met de hand een decoder (PLIIxMovie,
PLIIxMusic, EX/ES of EX) te kiezen.
In de volgende gevallen is 6.1-kanaals weergave niet mogelijk,
ook al wordt EXTD. SUR ingedrukt:
– Wanneer SURR L/R SP of SURR B L/R SP op “NONE” staat
(zie bladzijde 59).
Wanneer de met de MULTI CH INPUT aansluitingen
verbonden signaalbron wordt weergegeven.
Wanneer het weergegeven materiaal geen L/R
surroundsignalen bevat.
Wanneer er een Dolby Digital KARAOKE signaalbron wordt
weergegeven.
Wanneer u 2ch Stereo of PURE DIRECT heeft geselecteerd.
Wanneer dit toestel wordt uitgeschakeld, zal de ingangsfunctie
worden teruggezet op AUTO.
Wanneer de DTS-ES decoder wordt toegepast op DTS 96/24
signalen, zal dit toestel de DTS 96/24 signalen decoderen met
de DTS-ES Matrix decoder
De Pro Logic IIx decoder kan niet worden gebruikt wanneer
SURR B L/R SP op “NONE” is ingesteld (zie bladzijde 59).
“PLIIxMovie” kan niet worden geselecteerd wanneer SURR B
L/R SP op “LRGx1” of “SMLx1” (zie bladzijde 59) is
ingesteld.
Opmerking
MULTI CH
INPUT
MULTI CH IN
Voorpaneel Afstandsbediening
of
EXTD. SUR
ENT.
Opmerkingen
37
Nederlands
WEERGAVE
BASISBEDIENING
Genieten van 2-kanaals materiaal en
surroundweergave
Ingangssignalen afkomstig van 2 kanaals bronnen kunnen
ook via meerdere kanalen worden weergegeven.
Druk op STANDARD op de afstandsbediening om
de decoder te selecteren.
Afhankelijk van het soort materiaal dat u afspeelt en uw
persoonlijke voorkeuren kunt u kiezen uit de volgende
functies.
PRO LOGIC SUR. STANDARD
Standaard verwerking voor Dolby Surround
bronmateriaal.
PRO LOGIC SUR. ENHANCED
CINEMA DSP Enhanced verwerking voor Dolby
Surround bronmateriaal.
PRO LOGIC IIx Movie
*
Dolby Pro Logic II/IIx verwerking voor filmmateriaal.
PRO LOGIC IIx Music
*
Dolby Pro Logic II/IIx verwerking voor muziekmateriaal.
PRO LOGIC IIx Game
*
Dolby Pro Logic II/IIx verwerking voor spelmateriaal.
DTS Neo:6 Cinema
DTS verwerking voor filmmateriaal.
DTS Neo:6 Music
DTS verwerking voor muziekmateriaal.
*
Gebruik de PLII/PLIIx parameter om te kiezen tussen de
Pro Logic II of de Pro Logic IIx decoder (zie bladzijde 88).
De Pro Logic IIx decoder kan niet worden gebruikt wanneer
SURR B L/R SP op “NONE” is ingesteld (zie bladzijde 59).
Luisteren naar Hi-Fi stereoweergave met
PURE DIRECT
PURE DIRECT passeert de decoders en DSP processors
van dit toestel en sluit de videoschakelingen af, zodat u
naar een zo natuurgetrouw mogelijke weergave kunt
luistern van analoge en PCM signaalbronnen.
Druk op PURE DIRECT om deze functie in te
schakelen.
De toets licht op en het display op het voorpaneel gaat
automatisch uit.
y
Het display op het voorpaneel wordt alleen ingeschakeld wanneer
dat nodig is.
Druk nog eens op PURE DIRECT om de functie te
annuleren.
De indicator rond de toets op het voorpaneel gaat uit en de
oorspronkelijke instellingen worden hersteld.
Om onverwacht lawaai te voorkomen mag u geen DTS
gecodeerde CD’s afspelen in deze stand.
Wanneer er multikanaals signalen (Dolby Digital of DTS)
binnenkomen, zal het toestel automatisch overschakelen naar de
corresponderende analoge signaalbron. (Wanneer DTS is
ingesteld als ingangsfunctie zal er geen geluid worden
weergegeven.)
Er zal geen geluid worden weergegeven via de subwoofer.
De TONE CONTROL (bladzijde 35) en SET MENU
(bladzijde 56) instellingen staan buiten werking.
De volgende handelingen zijn niet mogelijk met het toestel in
de PURE DIRECT functie:
omschakelen van het geluidsveldprogramma
weergeven van het OSD (in-beeld display)
wijzigen van SET MENU instellingen
alle videofuncties (video-conversie enz.)
PURE DIRECT wordt automatisch geannuleerd wanneer het
toestel uit (standby) wordt gezet.
Opmerking
STANDARD
0
Opmerkingen
PURE DIRECT
PURE DIRECT
Voorpaneel Afstandsbediening
of
38
WEERGAVE
Luisteren naar Hi-Fi stereoweergave met
Direct Stereo
Direct Stereo passeert de decoders en DSP processors van
dit toestel, zodatu naar een zo natuurgetrouw mogelijke
weergave kunt luisteren van 2-kanaals
analoge en PCM signaalbronnen.
y
Deze functie verdient aanbeveling wanneer u naar zeer
natuurgetrouwe stereoweergave wilt luisteren bij weergave van
een videobron. In andere gevallen kunt u PURE DIRECT
gebruiken voor de meest natuurgetrouwe geluidsweergave
(zie bladzijde 37).
Verdraai PROGRAM (of druk herhaaldelijk op
STEREO) en selecteer DIRECT STEREO.
Het display op het voorpaneel wordt automatisch
donkerder.
Om onverwacht lawaai te voorkomen mag u geen DTS
gecodeerde CD’s afspelen in deze stand.
Wanneer er multikanaals signalen (Dolby Digital of DTS)
binnenkomen, zal het toestel automatisch overschakelen naar
een analoge signaalbron. (Wanneer DTS is ingesteld als
ingangsfunctie zal er geen geluid worden weergegeven.)
Er zal geen geluid worden weergegeven via de subwoofer.
De TONE CONTROL (bladzijde 35) en SET MENU
(bladzijde 56) instellingen treden niet in werking.
Middernacht luisterfunctie
De middernacht luisterfuncties zijn ontworpen om bij lage
volumes, bijvoorbeeld wanneer u ’s nachts wilt luisteren,
toch alles te kunnen verstaan. Kies NIGHT:CINEMA of
NIGHT:MUSIC afhankelijk van wat voor materiaal u gaat
afspelen.
Druk herhaaldelijk op NIGHT op de
afstandsbediening om te kiezen tussen film en
muziek.
De NIGHT indicator zal oplichten op het display op het
voorpaneel wanneer de middernacht luisterfunctie is
ingeschakeld.
Selecteer NIGHT:CINEMA wanneer u naar een film
gaat kijken om het dynamisch bereik van de soundtrack
te verminderen en de gesproken tekst beter
verstaanbaar te maken bij lagere volumes.
Selecteer NIGHT:MUSIC wanneer u naar muziek wilt
luisteren om alle geluiden beter verstaanbaar te maken.
Selecteer OFF als u deze functie niet wilt gebruiken.
Druk op l / h om het effectniveau in te stellen
terwijl NIGHT:CINEMA of NIGHT:MUSIC getoond
wordt.
Hiermee kunt u regelen hoeveel het dynamisch bereik
wordt gecomprimeerd.
Selecteer “MIN” voor minimale compressie.
Selecteer “MID” voor standaard compressie.
Selecteer “MAX” voor maximale compressie.
y
De NIGHT:CINEMA en NIGHT:MUSIC instellingen worden
apart opgeslagen.
U kunt de middernacht luisterfuncties niet gebruiken met PURE
DIRECT of MULTI CH INPUT of wanneer er een
hoofdtelefoon is aangesloten (ook al licht de NIGHT indicator
op wanneer PURE DIRECT is geselecteerd).
Hoe groot het effect is van de nachtluisterfuncties hangt mede
af van het weergegeven materiaal en van uw instellingen voor
surroundweergave.
Opmerkingen
Direct Stereo
Voorpaneel
of
PROGRAM
Afstandsbediening
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
Opmerkingen
Afstandsbediening
NIGHT
AUDIO
ENTER
Afstandsbediening
Effect.Lvl:MID
39
Nederlands
WEERGAVE
BASISBEDIENING
Terugmengen naar 2 kanalen
U kunt naar multikanaals bronmateriaal luisteren in 2-
kanaals stereoweergave.
Verdraai PROGRAM (of druk op STEREO op de
afstandsbediening) en selecteer 2ch Stereo.
U kunt een subwoofer gebruiken met dit programma wanneer
“SWFR” of “BOTH” is ingesteld bij LFE/BASS OUT.
Luiteren naar onveranderde
ingangssignalen
In de STRAIGHT functie zal tweekanaals stereomateriaal
alleen via de linker en rechter voor-luidsprekers worden
weergegeven. Multikanaals materiaal zal rechtstreeks via
de diverse kanalen worden weergegeven zonder verdere
toevoeging van effecten.
Druk op STRAIGHT/EFFECT en selecteer
STRAIGHT.
Druk nog eens op STRAIGHT/EFFECT zodat
“STRAIGHT” verdwijnt van het display wanneer u de
geluidseffecten weer wilt inschakelen.
Virtual CINEMA DSP
Virtual CINEMA DSP stelt u in staat te profiteren van de
CINEMA DSP programma's zonder surround-
luidsprekers. Dit programma maakt virtuele luidsprekers
om een natuurlijk geluidsveld te reproduceren.
Als u SURR L/R SP op “NONE” zet, zal Virtual
CINEMA DSP automatisch worden ingeschakeld wanneer
u een CINEMA DSP geluidsveldprogramma selecteert.
In de volgende gevallen zal Virtual CINEMA DSP niet in werking
treden, ook al staat SURR L/R SP op “NONE” (zie bladzijde 59):
– Wanneer u MULTI CH INPUT heeft geselecteerd als signaalbron.
Wanneer er een hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting zit.
Afspelen van video op de achtergrond
U kunt beelden van een videobron combineren met geluid
van een audiobron. Zo kunt u bijvoorbeeld naar klassieke
muziek luisteren terwijl u op uw beeldscherm kijkt naar
mooie landschapsopnamen.
Gebruik de ingangskeuzetoetsen om de
gewenste videobron te selecteren en kies
vervolgens de audiobron.
Als u wilt luisteren naar een signaalbron die is aangesloten op de
MULTI CH INPUT aansluitingen terwijl u naar andere
videobeelden kijkt, moet u eerst de videobron selecteren en
vervolgens op MULTI CH INPUT drukken.
Opmerking
Opmerking
2ch Stereo
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
Voorpaneel
of
PROGRAM
Afstandsbediening
STRAIGHT
EFFECT
EFFECT
STRAIGHT
Voorpaneel Afstandsbediening
of
Opmerking
TUNERPHONO
V
-
AUX
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
CBL/SAT MD/TAPE CD-R
CD
MULTI CH IN
Audiobronnen
Videobronnen
40
WEERGAVE
Dit toestel is uitgerust met allerlei ingangsaansluitingen. U kunt
als volgt bepalen wat voor ingangssignalen u wilt gebruiken.
1 Selecteer de signaalbron.
2 Druk op INPUT MODE om de ingangsfunctie
te selecteren. In de meeste gevallen kunt u
gewoon AUTO gebruiken.
AUTO Ingangssignalen worden automatisch
geselecteerd in deze volgorde:
1) Digitale signalen
*
2) Analoge signalen
DTS
Alleen DTS gecodeerde digitale
signalen zullen worden geselecteerd. Als
er geen DTS signalen binnenkomen, zal
er geen geluid worden weergegeven.
ANALOG Er zullen alleen analoge signalen
worden geselecteerd. Als er geen
analoge signalen binnenkomen, zal er
geen geluid worden weergegeven.
* Wanneer het toestel een Dolby Digital of DTS signaal
detecteert, zal de decoder automatisch overschakelen naar
het bijbehorende geluidsveldprogramma.
y
U kunt zelf bepalen welke ingangsfunctie zal worden ingeschakeld
wanneer de stroom wordt ingeschakeld (zie bladzijde 64).
De DTS weergavefunctie wordt aanbevolen voor weergave van
CD’s of LD’s die opgenomen zijn met DTS.
Als het digitale uitgangssignaal van de speler op de een of andere manier
bewerkt is, is het misschien niet meer mogelijk het DTS signaal te decoderen,
ook al bestaat er een digitale verbinding tussen de speler en dit toestel.
Tonen van informatie over de
signaalbron
U kunt het type, de formattering en de
bemonsteringsfrequentie van het huidige ingangssignaal
laten zien.
1 Selecteer de signaalbron.
2 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk
vervolgens op STRAIGHT/EFFECT zodat
“STRAIGHT” op het display verschijnt.
3 Druk op k / n om de volgende informatie over
het ingangssignaal te laten verschijnen.
(Formattering)
De formattering van het signaal wordt
getoond. Wanneer het toestel geen
digitaal signaal kan detecteren, wordt
er automatisch overgeschakeld naar
analoog.
in
Aantal bronkanalen in het ingangssignaal.
Bijvoorbeeld een multikanaals soundtrack
met 3 voorkanalen, 2 surroundkanalen en
een LFE kanaal, zal worden getoond als
“3/2/LFE”.
fs Bemonsteringsfrequentie. Wanneer het
toestel de bemonsteringsfrequentie niet
kan bepalen, zal “Unknown”
verschijnen.
rate Bitsnelheid. Wanneer het toestel de
bitsnelheid niet kan bepalen, zal
“Unknown” verschijnen.
flg Signalering (vlag) die in DTS of Dolby
Digital signalen is meegecodeerd en
die dit toestel in staat stelt automatisch
van decoder te wisselen.
Op het display wordt “3/2/LFE” getoond, zelfs wanneer u DTS-
ES Discrete 6.1 bronnen afspeelt met 3 surroundkanalen.
Selecteren van ingangsfuncties
Opmerking
INPUT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
of
Voorpaneel Afstandsbediening
INPUT MODE
DVD AUTO
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
VOLUME
A
SP
LL R
dB
TRANSMIT
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
Voorpaneel Afstandsbediening
of
Ingangsfunctie
Opmerking
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
EFFECT
STRAIGHT
AMP
SOURCE
TV
vervolgens
ENTER
AFSTEMMEN
41
Nederlands
BASISBEDIENING
U kunt op 2 manieren afstemmen op een radiozender:
automatisch of met de hand.
Automatisch afstemmen gaat goed wanneer u sterke
signalen ontvangt en er weinig storing is.
Automatisch afstemmen
1 Verdraai INPUT om TUNER als signaalbron te
selecteren.
2 Druk op FM/AM om de radioband te kiezen.
“FM” of “AM” zal op het display op het voorpaneel verschijnen.
3 Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L
MONO) zodat de AUTO indicator op het
display oplicht.
Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display,
staat het toestel in de PRESET stand en kunt u niet
afstemmen. Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om
deze stand uit te schakelen.
4 Druk één keer op PRESET/TUNING l / h om
het automatisch afstemmen te laten
beginnen.
Druk op h om af te stemmen op een hogere
frequentie, of op l om af te stemmen op een lagere
frequentie.
Wanneer er is afgestemd op een zender, zal de
TUNED indicator oplichten en zal de frequentie
waarop is afgestemd worden getoond op het display.
Handmatig afstemmen
Als het signaal van de zender waar u op wilt afstemmen te
zwak is, moet u er met de hand op afstemmen. Handmatig
afstemmen op een FM zender zal automatisch de
ontvangst naar mono overschakelen om de kwaliteit van
de ontvangst te verbeteren.
1 Selecteer TUNER en de gewenste radioband
volgens de stappen 1 en 2 onder
“Automatisch afstemmen”.
2 Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L
MONO) zodat de AUTO indicator van het
display verdwijnt.
Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display,
staat het toestel in de PRESET stand en kunt u niet
afstemmen. Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om
deze stand uit te schakelen.
3 Druk op PRESET/TUNING l / h om met de
hand af te stemmen op de gewenste zender.
Houd de toets ingedrukt om
de frequentie doorlopend te
laten veranderen.
AFSTEMMEN
Automatisch en handmatig
afstemmen
VOLUME
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
INPUT
MULTI CH
INPUT
INPUT MODE
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
STANDBY
/
ON
A B
MIC
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
1
3324
(Modellen voor
V.S.)
INPUT
Voorpaneel
FM/AM
of
TUNING
MODE
AUTO/MAN'L MONO
AUTO
Licht op
PRESET
/
TUNING
EDIT
A~~AM~1440 kHz
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD T
U
AUTO
A
SP
PRESET/
TUNING
A~~AM~1530 kHz
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD T
U
TUNE
D
AUTO
A
SP
TUNING
MODE
AUTO/MAN'L MONO
AUTO
Verdwijnt
PRESET
/
TUNING
EDIT
A~~AM~1440 kHz
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD T
U
A
SP
PRESET/
TUNING
42
AFSTEMMEN
Automatisch voorprogrammeren van FM
zenders
Met de automatische voorprogrammering kunt u FM
zenders voorprogrammeren. Met deze functie zal het
toestel automatisch afstemmen op FM zenders met een
goede ontvangst en deze, op volgorde, opslaan tot een
maximum van 40 (8 zenders in 5 groepen, A1 t/m E8). U
kunt vervolgens gemakkelijk via de bijbehorende
voorkeuzenummers afstemmen op de
voorgeprogrammeerde zenders.
1 Druk op FM/AM en selecteer de FM band.
2 Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L
MONO) zodat de AUTO indicator op het
display oplicht.
3 Houd MEMORY (MAN’L/AUTO FM) tenminste
3 seconden ingedrukt.
Het voorkeuzenummer en de MEMORY en AUTO
indicators gaan knipperen. Na ongeveer 5 seconden
zal het automatisch voorprogrammeren beginnen
vanaf de huidige frequentie naar hogere frequenties.
Wanneer het automatisch voorprogrammeren klaar is,
zal de frequentie voor de laatst
voorgeprogrammeerde zender op het display getoond
worden.
Gegevens voor een zender die reeds zijn opgeslagen onder een
bepaald nummer zullen worden gewist wanneer u een andere
zender onder dat voorkeuzenummer opslaat.
Als het aantal voorgeprogrammeerde zenders niet tot het
maximum 40 (E8) komt, konden er met het automatisch
voorprogrammeren niet meer zenders gevonden worden.
Alleen FM zenders met een voldoende sterke ontvangst worden
opgeslagen bij het automatisch voorprogrammeren. Als u een
zwakkere zender wilt opslaan, dient u hierop met de hand af te
stemmen en kunt u de zender opslaan via de procedure onder
“Zenders handmatig voorprogrammeren”.
Andere mogelijkheden bij het automatisch
voorprogrammeren
U kunt instellen vanaf welk voorkeuzenummer het toestel
FM zenders zal opslaan en/of beginnen met zoeken in
lagere frequenties.
Nadat u bij stap 3 op MEMORY heeft gedrukt:
1 Druk op A/B/C/D/E en dan op PRESET/TUNING l /
h om het voorkeuzenummer te selecteren waaronder
de eerst gevonden zender zal worden opgeslagen. Het
automatisch voorprogrammeren stopt wanneer
voorkeuzenummer E8 bereikt is.
2 Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om de dubbele
punt (:) te laten verdwijnen en druk dan op PRESET/
TUNING l om te zoeken in lagere frequenties.
Zenders voorprogrammeren
VOLUME
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
INPUT
MULTI CH
INPUT
INPUT MODE
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
STANDBY
/
ON
A B
MIC
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
321
(Modellen voor de
V. S. )
FM/AM
TUNING
MODE
AUTO/MAN'L MONO
AUTO
Licht op
MEMORY
MAN'L/AUTO FM
A1:FM 87.5 MHz
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
AUTO
MEMORY
VOLUME
A
SP
LL R
dB
Opmerkingen
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de
opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel
uit (standby) staat, wanneer de stekker uit het
stopcontact is, of wanneer de stroomvoorziening
tijdelijk wordt onderbroken door een stroomstoring.
Wanneer echter de stroomvoorziening langer dan een
week onderbroken wordt, zullen de voorkeuzezenders
gewist worden. In een dergelijk geval zult u de zenders
opnieuw op één van de aangegeven manieren moeten
opslaan.
43
Nederlands
AFSTEMMEN
BASISBEDIENING
Zenders handmatig voorprogrammeren
U kunt ook met de hand maximaal 40 FM of AM zenders
(8 zenders in 5 groepen, A1 t/m E8) voorprogrammeren.
1 Stem af op een zender.
Zie bladzijde 41 voor aanwijzingen over hoe u moet
afstemmen op een zender.
Wanneer er is afgestemd op een zender zal de
bijbehorende frequentie op het display getoond
worden.
2 Druk op MEMORY (MAN’L/AUTO FM).
De MEMORY indicator knippert ongeveer 5
seconden.
3 Druk net zo vaak op A/B/C/D/E tot u de
gewenste voorkeuzegroep geselecteerd
heeft (A t/m E) terwijl de MEMORY indicator
aan het knipperen is.
De letter van de gekozen groep zal nu verschijnen.
Controleer of de dubbele punt (:) inderdaad verschijnt
op het display.
4 Druk op PRESET/TUNING l / h om een
voorkeuzenummer (1 t/m 8) te selecteren
terwijl de MEMORY indicator aan het
knipperen is.
Druk op h om een hoger voorkeuzenummer te
selecteren.
Druk op l om een lager voorkeuzenummer te
selecteren.
5 Druk op MEMORY (MAN’L/AUTO FM) op het
voorpaneel terwijl de MEMORY indicator aan
het knipperen is.
De radioband en de
frequentie voor deze zender
verschijnen op het display,
samen met de door u
geselecteerde
voorkeuzegroep en het
voorkeuzenummer.
6 Herhaal de stappen 1 t/m 5 om andere
zenders op te slaan.
Gegevens voor een zender die reeds zijn opgeslagen onder een
bepaald nummer zullen worden gewist wanneer u een andere
zender onder dat voorkeuzenummer opslaat.
De soort ontvangst (stereo of mono) wordt samen met de
frequentie van de zender opgeslagen.
VOLUME
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
INPUT
MULTI CH
INPUT
INPUT MODE
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
STANDBY
/
ON
A B
MIC
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
3 2,5
4
(Modellen voor de
V. S. )
A :AM 630 kHz
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
TUNED
VOLUME
A
SP
LL R
dB
MEMORY
MAN'L/AUTO FM
MEMORY
Knippert
A/B/C/D/E
C :AM 630 kHz
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
TUNED
MEMORY
VOLUME
A
SP
LL R
dB
Opmerkingen
PRESET/
TUNING
C3:AM 630 kHz
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
TUNED
MEMORY
VOLUME
A
SP
LL R
dB
MEMORY
MAN'L/AUTO FM
C3:AM 630 kHz
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
TUNED
VOLUME
A
SP
LL R
dB
Laat zien dat de getoonde zender is opgeslagen als
C3.
44
AFSTEMMEN
U kunt op de gewenste zender afstemmen door
eenvoudigweg het voorkeuzenummer waaronder die
zender is opgeslagen te selecteren.
Wanneer u deze handeling uitvoert met de
afstandsbediening, moet u eerst op TUNER
drukken om de afstandsbediening in de
tunerfunctie te zetten.
1 Druk op A/B/C/D/E om de voorkeuzegroep te
selecteren.
De letter van de voorkeuzegroep verschijnt op het
display en verandert met elke druk op de toets.
2 Druk op PRESET/TUNING l / h (PRESET +/–
op de afstandsbediening) om het
voorkeuzenummer (1 t/m 8) te selecteren.
De voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer
verschijnen op het display op het voorpaneel, samen
met de radioband en de frequentie, en de TUNED
indicator zal oplichten.
U kunt twee voorkeuzezenders van plaats laten wisselen.
In het voorbeeld hieronder ziet u hoe u voorkeuzezender
“E1” van plaats kunt laten wisselen met voorkeuzezender
“A5”.
1 Selecteer voorkeuzezender “E1” met A/B/C/
D/E en PRESET/TUNING l / h.
Zie “Selecteren van voorkeuzezenders”.
2 Houd PRESET/TUNING (EDIT) tenminste 3
seconden ingedrukt.
De “E1” en MEMORY indicators zullen gaan
knipperen op het display op het voorpaneel.
3 Selecteer voorkeuzezender “A5” met A/B/C/
D/E en PRESET/TUNING l / h.
De “A5” en MEMORY indicators zullen gaan
knipperen op het display op het voorpaneel.
4 Druk nog eens op PRESET/TUNING (EDIT).
De zenders onder de twee voorkeuzenummers
worden nu omgewisseld.
Selecteren van voorkeuzezenders
VOLUME
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
INPUT
MULTI CH
INPUT
INPUT MODE
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
STANDBY
/
ON
A B
MIC
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
1
2
(Modellen voor de V.S.)
A/B/C/D/E
VOL
+
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
1
2
A/B/C/D/E
A/B/C/D/E
TV INPUT
of
Voorpaneel Afstandsbediening
PRESET/
TUNING
CH
+
PRESET
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNE
R
TUNED
A
SP
E1:FM 87.5 MHz
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
Omwisselen van voorkeuzezenders
VOLUME
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
INPUT
MULTI CH
INPUT
INPUT MODE
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
STANDBY
/
ON
A B
MIC
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
1,3
1,3
2,4
(Modellen voor de V.S.)
PRESET
/
TUNING
EDIT
C
R2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
TUNED
MEMORY
A
SP
E1:FM 87.5 MHz
A5:FM 90.6 MHz
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
TUNED
MEMORY
VOLUME
A
SP
LL R
dB
PRESET
/
TUNING
EDIT
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
TUNED
VOLUME
A
SP
LL R
dB
EDIT E1-A5
45
Nederlands
AFSTEMMEN
BASISBEDIENING
RDS (Radio Data Systeem) is een systeem voor
gegevensoverdracht dat door FM zenders in een groot
aantal landen worden gebruikt. De RDS functies worden
verzorgd door zenders in een netwerk.
Dit toestel is geschikt voor verschillede soorten RDS
gegevens, zoals PS (Programma Service naam), PTY
(Programmatype), RT (Radio Tekst), CT (Klok-tijd), EON
(Enhanced Other Networks; Verbeterde service andere
netwerken) wanneer er wordt afgestemd op RDS zenders.
PS (Program Service name) functie:
De naam van de RDS zender waarop is afgestemd zal
worden getoond.
PTY (Program Type) functie:
RDS zenders maken onderscheid tussen 15 soorten
programma’s.
RT (Radio Text) functie:
Informatie over het programma (de titel van het muziekstuk,
naam van de artiest enz.) op de RDS zender waar u op
afgestemd heeft kan tot maximaal 64 alfanumerieke tekens,
inclusief het trema, op het display worden getoond. Als er
andere tekens worden gebruikt voor de RT gegevens, zullen
deze worden aangegeven met een streepje.
CT (Clock Time) functie:
De tijd op dit moment wordt getoond en elke minuut
bijgewerkt.
In het geval deze gegevensstroom wegvalt, kan “CT
WAIT” verschijnen.
EON (Enhanced Other Networks):
Zie “De EON functie” op bladzijde 47.
Dit toestel kan RDS gegevens op vier manieren
weergeven. De PS, PTY, RT en/of CT indicators die
corresponderen met de RDS gegevens die door de huidige
zender verzorgd worden zullen oplichten op het display op
het voorpaneel. Druk herhaaldelijk op RDS MODE/FREQ
(of op FREQ/RDS op de afstandsbediening) om de diverse
RDS gegevens die worden verzorgd door deze zender te
tonen zoals hieronder aangegeven.
y
Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening,
moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de
tunerfunctie te zetten.
Druk niet op RDS MODE/FREQ tot de RDS indicator op het
display op het voorpaneel oplicht. Er zal niets kunnen
veranderen wanneer u eerder op de toets drukt. De reden
hiervoor is dat het toestel nog niet alle benodigde RDS
gegevens van de zender ontvangen heeft.
RDS gegevens of diensten die niet door de zender worden
aangeboden kunnen niet worden geselecteerd.
Dit toestel kan geen gebruik maken van de RDS gegevens
indien het ontvangen signaal te zwak is. Voor met name de RT
functie is een grote hoeveelheid gegevens nodig, dus het kan
gebeuren dat de RT functie niet beschikbaar is, terwijl andere
RDS functies (PS, PTY, enz.) wel naar behoren functioneren.
Wanneer de ontvangst slecht is kunnen er mogelijk helemaal
geen RDS gegevens worden ontvangen. Druk in een dergelijk
geval op TUNING MODE zodat de AUTO indicator van het
display verdwijnt. Alhoewel hierdoor op handmatig afstemmen
wordt overgeschakeld, is het mogelijk dat er nu wel RDS
gegevens verschijnen wanneer u overschakelt naar de RDS
functie.
Als de ontvangst gestoord wordt door externe omstandigheden
terwijl u afgestemd heeft op een RDS zender, is het mogelijk
dat de RDS gegevensoverdracht plotseling wordt onderbroken
en dat de melding “...WAIT” verschijnt op het display.
Ontvangst van RDS zenders
NEWS Nieuws
AFFAIRS Actualiteiten
INFO Algemene informatie
SPORT Sport
EDUCATE Educatief
DRAMA Theater
CULTURE Cultuur
SCIENCE Wetenschap
VARIED Licht amusement
POP M Pop
ROCK M Rock
M.O.R. M
Middle-of-the-road muziek
(easy-listening)
LIGHT M Licht klassiek
CLASSICS Klassiek
OTHER M Overige muziek
Wijzigen van de RDS functie
Opmerkingen
RDS MODE
/FREQ
FREQ/RDS
PS
PTY
RT
CT
Frequentiedisplay
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
46
AFSTEMMEN
U kunt het door u gewenste programmatype kiezen en het
toestel vervolgens automatisch alle voorgeprogrammeerde
RDS zenders laten afzoeken naar een zender die een
programma van dat type aan het uitzenden is.
y
Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening,
moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de
tunerfunctie te zetten.
1 Druk op PTY SEEK MODE om het toestel in
de PTY SEEK zoekfunctie te zetten.
Het type van het programma dat op dit moment wordt
ontvangen, of “NEWS”, gaat knipperen op het
display.
Om de PTY SEEK functie af te sluiten, dient u nog
eens op PTY SEEK MODE te
drukken.
2 Druk op PRESET/TUNING l / h (PRESET +/–
op de afstandsbediening) om het
gewenste programmatype te selecteren.
Het geselecteerde programmatype verschijnt op het
display.
3 Druk op PTY SEEK START om alle
voorgeprogrammeerde RDS zenders af te
zoeken.
Het geselecteerde programmatype blijft knipperen op
het display en de PTY HOLD indicator licht op
terwijl er naar een geschikte zender gezocht wordt.
Druk nog eens op PTY SEEK START om het zoeken
te annuleren.
Het toestel stopt met zoeken zodra er een zender
gevonden is die een programma van het
geselecteerde type uitzendt.
Als de gevonden zender niet naar uw wens is, kunt
u nog eens op PTY SEEK START drukken. Het
toestel gaat dan op zoek naar een andere zender die
het gewenste programmatype uitzendt.
De PTY SEEK functie
VOLUME
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
INPUT
MULTI CH
INPUT
INPUT MODE
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
STANDBY
/
ON
A B
MIC
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
EON PTY SEEK
MODE START
RDS MODE
/FREQ
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
2
1
3
SET MENU
MENU
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
VOL
+
3421
90
+10
ENT.
5678
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
PRESET
1, 3
2
(Modellen voor
Europa)
PTY SEEK
MODE
START
Knippert
MODE PTY SEEK START
Voorpaneel
of
Afstandsbediening
PRESET/
TUNING
CH
+
PRESET
Voorpaneel
of
Afstandsbediening
PTY HOLD
PTY SEEK
MODE
START
Licht op
MODE PTY SEEK START
of
Afstandsbediening
Voorpaneel
47
Nederlands
AFSTEMMEN
BASISBEDIENING
Deze functie maakt gebruik van de EON gegevens die
worden uitgezonden door het RDS zendernetwerk. Als u
een bepaald programmatype selecteert (NEWS, INFO,
AFFAIRS of SPORT), zal dit toestel automatisch alle
voorgeprogrammeerde RDS zenders die een uitzending
van het gewenste type in hun zendschema hebben
opgenomen opzoeken en overschakelen naar de nieuwe
zender wanneer de uitzending van het gewenste soort
programma begint.
Deze functie kan alleen worden gebruikt wanneer u heeft
afgestemd op een RDS zender die EON gegevens aanbiedt.
Wanneer u heeft afgestemd op een dergelijke zender, zal de EON
indicator op het display op het voorpaneel oplichten.
1 Controleer of de EON indicator inderdaad
verschijnt op het display.
Als de EON indicator niet oplicht, stem dan af op een
andere RDS zender waarbij de EON indicator wel
oplicht.
2 Druk een paar keer op EON en selecteer het
gewenste programmatype (NEWS, INFO,
AFFAIRS of SPORT).
De naam van het geselecteerde programmatype
verschijnt op het display.
Zodra een voorgeprogrammeerde RDS zender
begint met de uitzending van een programma van
het gewenste type, zal het toestel automatisch van
het huidige programma daarnaar overschakelen.
(EON indicator knippert.)
Wanneer de uitzending van het programma van het
geselecteerde type afgelopen is, zal het toestel weer
terugkeren naar de oorspronkelijke zender (of een
ander programma op dezelfde zender).
Annuleren van deze functie
Druk net zo vaak op EON tot er geen programmatype op
het display meer staat.
De EON functie
Opmerking
RDS MODE
/FREQ
EON
EON
Voorpaneel
of
Afstandsbediening
OPNEMEN
48
Opname-instellingen en andere handelingen dienen te
worden verricht op de opname-apparatuur. Raadpleeg
eventueel de handleiding van de betreffende componenten.
1 Zet dit toestel en alle aangesloten
componenten aan.
2 Selecteer de signaalbron waarvan u wilt
opnemen.
3 Start de weergave (of stem af op een zender)
op de broncomponent.
4 Start de opname op de opnemende
component.
y
Maak altijd eerst een test-opname voor u aan de echte opname
begint.
Wanneer dit toestel uit (standby) staat, kunt u niet opnemen
tussen op dit toestel aangesloten componenten.
De instellingen van TONE CONTROL, VOLUME, SPEAKER
LEVEL (bladzijde 60) en eventuele geluidsveldprogramma’s
hebben geen invloed op de opnamen.
Er kunnen geen opnamen gemaakt worden van een signaalbron
via de MULTI CH INPUT aansluitingen van dit toestel.
S-video en composiet videosignalen worden gescheiden
verwerkt door dit toestel. Daarom kunt u bij het opnemen of
kopiëren van videosignalen van een component die alleen is
aangesloten op een S-video (of alleen op een composiet video-)
aansluiting alleen een S-videosignaal (of alleen een composiet
videosignaal) opnemen met uw VCR.
Digitale signalen die binnenkomen via de DIGITAL INPUT
aansluitingen worden niet ten behoeve van uw opnamen
gereproduceerd via de analoge AUDIO OUT (L/R)
aansluitingen. Op dezelfde manier worden analoge signalen die
binnenkomen via de AUDIO IN (L/R) aansluitingen niet
gereproduceerd via de DIGITAL OUTPUT aansluiting. Als uw
signaalbron alleen digitaal (of alleen analoog) is aangesloten,
kunt u dus ook alleen maar digitale (of alleen analoge) signalen
opnemen.
Een bepaalde signaalbron wordt niet gereproduceerd via
hetzelfde REC OUT kanaal. (Het ingangssignaal van VCR 1 IN
wordt bijvoorbeeld niet gereproduceerd via VCR 1 OUT.)
Controleer de regelingen met betrekking tot het auteursrecht in
het gebied waar u zich bevindt voor u opnamen gaat maken van
platen, CD’s, radio enz. Opnemen van auteursrechtelijk
beschermd materiaal kunnen inbreuk maken op de op het
materiaal rustende rechten.
Speciale overwegingen bij het opnemen
van DTS materiaal
Het DTS signaal bestaat uit een digitale bitstroom. Als u
probeert digitale opnamen te maken van de DTS
bitstroom, zal er slechts ruis worden opgenomen. Als u dit
toestel wilt gebruiken om DTS materiaal op te nemen,
moet u een aantal dingen in gedachten houden en dient u
de volgende instellingen te verrichten.
Voor DVD’s en CD’s met
DTS
gecodeerd materiaal en
met een speler die geschikt is voor
DTS
weergave, dient u
de handleiding van de speler te volgen en deze zo in te
stellen dat de speler een analoog signaal produceert.
OPNEMEN
VOLUME
VIDEO AUXSILENT
SPEAKERS
INPUT
MULTI CH
INPUT
INPUT MODE
PRESET
/
TUNING
PHONES
A/B/C/D/E
S VIDEO
MEMORY
FM/AM
EDIT
PRESET
/TUNING
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
TUNING
MODE
VIDEO AUDIO OPTICALLR
STANDBY
/
ON
A B
MIC
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT
EFFECT
EON PTY SEEK
MODE START
RDS MODE
/FREQ
TUNER
PURE DIRECT
YPAO
21
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
1
2
(Modellen voor de
V.S.)
INPUT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
of
Voorpaneel Afstandsbediening
Opmerkingen
Als u videomateriaal weergeeft met gescramblede of
gecodeerde signalen die moeten voorkomen dat het
materiaal gekopieerd wordt, is het mogelijk dat deze
signalen de weergave zelf storen.
GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN
49
Nederlands
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
Dit toestel is uitgerust met diverse zeer preciese digitale decoders waarmee u kunt profiteren van multikanaals weergave
van vrijwel elke geluidsbron (stereo of multikanaals). Dit toeste is tevens voorzien van een YAMAHA digitale
geluidsveldprogramma (DSP) processor met een aantal geluidsveldprogramma’s waarmee u uw luister-ervaring een extra
dimensie kunt geven. De meeste van deze geluidsveldprogramma’s zijn preciese digitale nabootsingen van de werkelijke
akoestische omstandigheden in beroemde concertzalen, theaters en bioscopen.
y
De YAMAHA CINEMA DSP functies zijn geheel compatibel met alle Dolby Digital, DTS en Dolby Surround bronnen. Zet de ingangsfunctie op
AUTO (zie bladzijde 40) zodat dit toestel automatisch kan overschakelen naar de juiste digitale decoder voor het binnenkomende ingangssignaal.
De DSP geluidsveldprogramma’s van dit toestel zijn natuurgetrouwe reproducties van echte akoestische omgevingen, samengesteld
aan de hand van exacte metingen verricht in de betreffende ruimtes zelf. Op deze manier kunt u de variaties waarnemen in de
weerkaatsingen van voren, achteren, links en rechts.
Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak en voorkeuren, niet alleen op basis van de naam van het programma.
U kunt kiezen uit de volgende geluidsvelden wanneer u film- of videomateriaal afspeelt. De met “MULTI” aangeduide
geluidsvelden kunnen worden gebruikt met multikanaals signaalbronnen, zoals DVD, digitale TV enz. De met “2-CH”
aangeduide kunnen worden gebruikt met 2-kanaals (stereo) bronnen zoals TV programma’s, videobanden enz.
GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN
Opmerkingen
Voor film/video bronnen
Programma Kenmerken Bronnen
STEREO:
2ch Stereo
Brengt multikanaals materiaal terug tot 2 kanalen (links en rechts) of geeft 2-kanaals materiaal
onveranderd weer.
MULTI
2-CH
MUSIC VIDEO
Dit programma produceert een enthousiaste atmosfeer en geeft u het gevoel alsof u echt bij een
jazz of rock concert bent.
ENTERTAINMENT:
Game
Dit programma geeft de geluidsweergave bij videospelletjes een diepe en ruimtelijke dimensie.
TV THEATER:
Mono Movie
Dit programma is bedoeld voor de reproductie van mono videomateriaal (zoals oude films).
Het programma produceert optimale natrillingen om het geluid ook alleen met het
aanwezigheidsveld diepte te kunnen geven.
TV THEATER:
Variety/Sports
Alhoewel het aanwezigheidsveld relatief smal is, zorgt het surround geluidsveld voor de
akoestiek van een grote concertzaal. Dit effect verbetert de geluidsweergave van allerlei TV
programma’s, zoals nieuws, amusementsshows, muziek- en sportprogramma’s.
MOVIE THEATER:
Spectacle
CINEMA DSP verwerking. Dit programma zorgt voor een zeer weids geluidsveld, zoals in een
70-mm bioscoop. Het oorspronkelijke geluid wordt zeer precies en gedetailleerd weergegeven,
waardoor het geluidsveld en het beeld bijzonder echt lijken. Dit is ideaal voor Dolby Surround,
Dolby Digital of DTS gecodeerd videomateriaal (vooral groots opgezette films).
MOVIE THEATER:
Sci-Fi
CINEMA DSP verwerking. Dit programma zorgt voor duidelijke weergave van gesproken
tekst en geluidseffecten in een vorm die opgang doet in science fiction films, zodat er een
weidse cinematische ruimte wordt gecreëerd temidden van de koude stilte. U kunt zo beter
genieten van science fiction films in een virtuele geluidsruimte met Dolby Surround, Dolby
Digital en DTS gecodeerd materiaal dat gebruik maakt van de meest geavanceerde technieken.
MOVIE THEATER:
Adventure
CINEMA DSP verwerking. Dit programma is ideaal voor een precieze reproductie van de
nieuwste 70-mm films en films met multikanaals soundtracks. Het geluidsveld bootst dat van
de nieuwste bioscopen na, zodat de natrillingen in het geluidsveld zelf zo veel mogelijk
beperkt worden.
MOVIE THEATER:
General
CINEMA DSP verwerking. Dit programma is bedoeld voor de reproductie van 70-mm films
en films met multikanaals soundtracks en wordt gekenmerkt door een zacht en weids
geluidsveld. Het zogenaamde aanwezigheidsgeluidsveld is relatief smal. Het spreidt zich uit
rond het scherm en in de richting van het scherm en houdt het echo-effect van gesproken tekst
binnen de perken zonder aan helderheid in te boeten.
THX:
THX Cinema
THX verwerking voor elk multikanaals bronmateriaal. 2-kanaals bronmateriaal wordt
gedecodeerd met PRO LOGIC, PRO LOGIC II, PRO LOGIC IIx of DTS Neo:6 decoders voor
de THX verweking plaatsvindt.
50
GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN
THX:
THX Surr. EX
THX verwerking voor Dolby Digital en Dolby Digital EX bronmateriaal. Dit programma kan
alleen gebruikt worden wanneer er L/R surround achter-luidsprekers op dit toestel zijn
aangesloten en wanneer het weergegeven bronmateriaal surround-achterkanalen bevat.
MULTI
THX:
dts ES + THX
THX verwerking voor DTS-ES bronmateriaal.
DOLBY DIGITAL:
SUR. STANDARD
Standaard 5.1-kanaals verwerking voor Dolby Digital bronmateriaal.
DOLBY DIGITAL:
SUR. ENHANCED
Verbeterde CINEMA DSP verwerking voor Dolby Digital bronmateriaal.
q D+PLIIxMovie:
SUR. STANDARD
Standaard 7.1-kanaals verwerking voor Dolby Digital bronmateriaal.
q D+PLIIxMovie:
SUR. ENHANCED
Verbeterde CINEMA DSP 7.1-kanaals verwerking voor Dolby Digital materiaal.
DOLBY D EX:
SUR. STANDARD
Standaard 6.1-kanaals verwerking voor Dolby Digital bronmateriaal.
DOLBY D EX:
SUR. ENHANCED
Verbeterde CINEMA DSP 6.1-kanaals verwerking (Dolby Digital EX) voor Dolby Digital
bronmateriaal.
DTS:
SUR. STANDARD
Standaard 5.1-kanaals verwerking voor DTS bronmateriaal.
DTS:
SUR. ENHANCED
Verbeterde CINEMA DSP verwerking voor DTS en 96 kHz/24-bit DTS bronmateriaal.
DTS 96/24:
SUR. STANDARD
Standaard 5.1-kanaals verwerking voor 96 kHz/24-bits DTS bronmateriaal.
DTS+PLIIx Movie:
SUR. ENHANCED
Verbeterde CINEMA DSP 7.1-kanaals verwerking (Dolby Pro Logic IIx) voor DTS
bronmateriaal.
DTS+DOLBY EX:
SUR. STANDARD
Standaard 6.1-kanaals verwerking (Dolby Digital EX) voor DTS materiaal.
DTS+DOLBY EX:
SUR. ENHANCED
Verbeterde CINEMA DSP 6.1-kanaals verwerking (Dolby Digital EX) voor DTS
bronmateriaal.
DTS ES Mtrx6.1:
SUR. STANDARD
Standaard 6.1-kanaals verwerking (DTS-ES Matrix) voor DTS materiaal.
DTS ES Mtrx6.1:
SUR. ENHANCED
Verbeterde CINEMA DSP verwerking (DTS-ES Matrix) voor DTS en 96 kHz/24-bit DTS
bronmateriaal.
DTS ES Disc6.1:
SUR. STANDARD
Standaard 6.1-kanaals verwerking (DTS-ES Discrete) voor DTS materiaal.
DTS ES Disc6.1:
SUR. ENHANCED
Verbeterde CINEMA DSP verwerking (DTS-ES Discrete) voor DTS materiaal.
DTS 96/24 ES:
SUR. STANDARD
Standaard 6.1-kanaals verwerking (DTS-ES Matrix) voor 96 kHz/24-bit DTS bronmateriaal.
Programma Kenmerken Bronnen
51
Nederlands
GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
*
U kunt kiezen tussen Pro Logic IIx of
Pro Logic II
verwerking met de
PLII/PLIIx
instelling op bladzijde 88.
PRO LOGIC:
SUR. STANDARD
Standaard verwerking voor Dolby Surround bronmateriaal.
2-CH
PRO LOGIC:
SUR. ENHANCED
Verbeterde CINEMA DSP verwerking voor Dolby Surround bronmateriaal.
PRO LOGIC IIx:
PLIIx Movie
Dolby Pro Logic IIx verwerking voor filmmateriaal.*
PRO LOGIC II:
PLII Movie
Dolby Pro Logic II verwerking voor filmmateriaal.*
PRO LOGIC IIx:
PLIIx Game
Dolby Pro Logic IIx verwerking voor spelmateriaal.*
PRO LOGIC II:
PLII Game
Dolby Pro Logic II verwerking voor spelmateriaal.*
DTS:
Neo:6 Cinema
DTS verwerking voor filmmateriaal.
Programma Kenmerken Bronnen
52
GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN
U kunt kiezen uit de volgende geluidsvelden bij weergave van muziek, zoals CD’s, FM/AM uitzendingen, cassettes enz.
*
U kunt kiezen tussen Pro Logic IIx of
Pro Logic II
verwerking met de
PLII/PLIIx
instelling op bladzijde 88.
Voor muziekmateriaal
Programma Kenmerken Bronnen
CONCERT HALL
HiFi DSP verwerking. Een klassieke doosvormige concertzaal met ongeveer 1700 stoelen. De
zuilen en ingewikkelde versieringen zorgen voor zeer complexe reflecties en voor een volle en
rijke geluidsweergave.
MULTI
2-CH
JAZZ CLUB
HiFi DSP verwerking. Dit is het geluidsveld vlak voor het podium in “The Bottom Line”, de
befaamde New Yorkse jazz club. Er is plaats voor 300 mensen links en rechts en het
geluidsveld biedt een realistische en levendige weergave.
ROCK CONCERT
HiFi DSP verwerking. Het ideale programma voor levendige, dynamische rockmuziek. De
gegevens voor dit programma werden opgenomen in de “hottest” rock club in LA. U bevindt
zich virtueel in het midden links in de zaal.
ENTERTAINMENT:
Disco
HiFi DSP verwerking. Dit programma bootst de akoestiek na van een wervelende disco in het
hart van een grote stad. De geluidsweergave is krachtig en zeer geconcentreerd. Het wordt ook
gekenmerkt door een grote energie en “directheid”.
q D+PLIIxMusic:
SUR. STANDARD
Standaard Dolby Digital en Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziek.
MULTI
q D+PLIIxMusic:
SUR. ENHANCED
Verbeterde DSP Dolby Digital en Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziekbronnen.
DTS+PLIIx Music:
SUR. STANDARD
Standaard DTS en Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziek.
DTS+PLIIx Music:
SUR. ENHANCED
Verbeterde DSP DTS en Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziekbronnen.
STEREO:
2ch Stereo
2-kanaals (links en rechts) weergave.
2-CH
STEREO:
Direct Stereo
Wordt gebruikt om stereomateriaal weer te geven via alleen de linker en rechter voor-
luidsprekers zonder verdere bewerking.
STEREO:
7ch Stereo
Wordt gebruikt om stereomateriaal weer te geven via alle luidsprekers (in stereo). Dit geeft een
groter geluidsveld en is ideaal voor achtergrondmuziek bij feesten en partijen enz.
PRO LOGIC IIx:
PLIIx Music
Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziekmateriaal.*
PRO LOGIC II:
PLII Music
Dolby Pro Logic II verwerking voor muziekmateriaal.*
DTS:
Neo:6 Music
DTS verwerking voor muziekmateriaal.
GEAVANCEERDE BEDIENING
53
Nederlands
GEAVANCEERDE
BEDIENING
U kunt de bedieningsinformatie van dit toestel op een
beeldscherm laten weergeven. Als u de SET MENU en
geluidsveldprogramma instellingen op een beeldscherm
laat weergeven, zijn de beschikbare mogelijkheden en
parameters veel makkelijker af te lezen dan op het display
op het voorpaneel.
1 Zet het beeldscherm dat is aangesloten op
dit toestel aan.
2 Druk herhaaldelijk op ON SCREEN om de
OSD weergavefunctie te veranderen.
De instelling van de OSD
weergavefunctie verandert als
volgt: volledige weergave, verkorte
weergave en uit.
Volledige weergave
Laat altijd zowel de geluidsveldprogramma
parameter instellingen zien als de inhoud van het
display op het voorpaneel.
Verkorte weergave
Laat eventjes beneden aan het scherm de inhoud van
het display op het voorpaneel zien telkens wanneer
het toestel bediend wordt.
Display uit
Alleen handelingen met ON SCREEN worden getoond.
Het OSD (in-beeld display) wordt weergegeven wanneer
u SET MENU of de testtoonfunctie gebruikt, ook al
staat OSD op “Display off”.
Het OSD signaal wordt niet gereproduceerd via de REC OUT
aansluiting en zal niet worden opgenomen.
Wanneer er component videosignalen binnenkomen, zal de
verkorte weergave niet worden geproduceerd via de
COMPONENT VIDEO MONITOR OUT aansluitingen.
U kunt het OSD aan (grijze achtergrond) of uit zetten wanneer
er geen videobron wordt weergegeven (of wanneer de
broncomponent is uitgeschakeld) via DISPLAY SET (zie
bladzijde 65).
Met deze functie kunt het toestel zichzelf uit (standby)
laten schakelen na een door u bepaalde tijd. Deze
slaaptimer is bijvoorbeeld handig wanneer u gaat slapen
terwijl uw installatie nog aan het spelen of opnemen is. De
slaaptimer schakelt ook automatisch de op de AC
OUTLET(S) netstroomaansluitingen aangesloten externe
apparatuur uit.
Instellen van de slaaptimer
1 Selecteer de gewenste signaalbron en start
de weergave op de broncomponent.
2 Druk herhaaldelijk op SLEEP
om de gewenste tijd in te
stellen.
Met elke druk op SLEEP zal het
display op het voorpaneel als volgt
veranderen. De SLEEP indicator knippert terwijl u de
tijd voor de slaaptimer aan het instellen bent.
De SLEEP indicator zal oplichten op het display op
het voorpaneel en het display keert terug naar het
geselecteerde geluidsveldprogramma.
GEAVANCEERDE BEDIENING
Selecteren van de OSD (in-beeld
display) weergavefunctie
Opmerkingen
ON SCREEN
DISPLAY
P08
Sci-Fi
.DSPLEVEL;;;;0dB
P.INITDLY;;16ms
P.ROOMSIZE;;1.0


S.INITDLY;;20ms
S.ROOMSIZE;;1.0
P08MOVIE THEATER
Sci-Fi
Volledige weergave Verkorte weergave
Gebruiken van de slaaptimer
TRANSMIT
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
2
SLEEP
SLEEP 120 min. SLEEP 90 min.
SLEEP 60 min.SLEEP 30 min.SLEEP OFF
SLEEP 120min
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
SLEEP
VOLUME
A
SP
LL R
dB
CONCERT HALL
V–AUX
DVR/VCR2
VCR 1
CBL/SAT
DTV DVD
MD/TAPE
CD–R CD TUNER
PHONO
SLEEP
VOLUME
A
SP
LL R
dB
54
GEAVANCEERDE BEDIENING
Annuleren van de slaaptimer
Druk net zo vaak op SLEEP tot “SLEEP OFF” op het
display op het voorpaneel verschijnt.
Na een paar seconden zal “SLEEP OFF” verdwijnen en de
SLEEP indicator uit gaan.
y
U kunt de slaaptimer ook annuleren door met STANDBY op de
afstandsbediening (of STANDBY/ON op het voorpaneel) het
toestel uit (standby) te zetten.
U kunt het uitgangsniveau van de luidsprekers instellen
terwijl u naar muziek aan het luisteren bent. Dit is ook
mogelijk wanneer u een signaal dat via de MULTI CH
INPUT aansluitingen binnenkomt afspeelt.
Vergeet niet dat hierdoor de instellingen gemaakt via de
“AUTO SETUP” (bladzijde 26), “Luidsprekerniveau”
(bladzijde 60) en “Gebruiken van de testtoon”
(bladzijde 55) zullen worden vervangen.
1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP.
2 Druk net zo vaak op LEVEL tot u de
luidspreker geselecteerd heeft die u wilt
instellen.
FRONT L Linker voor-luidsprekerniveau
CENTER Midden-luidsprekerniveau
FRONT R Rechter voor-luidsprekerniveau
SUR.R Rechter surround-luidsprekerniveau
SUR.B.R Rechter surround achter-
luidsprekerniveau
SUR.B.L Linker surround achter-
luidsprekerniveau
SUR.L Linker surround-luidsprekerniveau
SWFR Subwooferniveau
PRES Aanwezigheidsluidspreker-niveau
y
Wanneer u op LEVEL heeft gedrukt, kunt u de gewenste
luidspreker ook selecteren met k / n.
3 Druk op l / h om het uitgangsniveau
(volume) van de luidspreker te regelen.
Het instelbereik loopt van +10 dB t/m -10 dB.
SLEEP
Handmatig instellen van de
luidsprekersniveaus
SET MENU
MENU
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
VOL
+
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
1
2
3
55
Nederlands
GEAVANCEERDE BEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Met de testtoon kunt u met de hand uw luidsprekerniveaus
op elkaar afstemmen. Vergeet niet dat hierdoor de
instellingen gemaakt via de “AUTO SETUP”
(bladzijde 26), “Luidsprekerniveau” (bladzijde 60) en
“Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus”
(bladzijde 54) zullen worden vervangen. Gebruik de
testtoon om de luidsprekers zo af te stellen dat ze op de
luisterplek allemaal even hard klinken.
De testtoon kan niet worden ingeschakeld wanneer er een
hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting zit. Haal de
hoofdtelefoon uit de PHONES aansluiting.
1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP.
2 Druk op TEST.
Het toestel zal nu de testtoon produceren.
3 Druk net zo vaak op k / n tot u de luidspreker
geselecteerd heeft die u wilt instellen.
TEST LEFT Linker voor-luidspreker
TEST CENTER Midden-luidspreker
TEST RIGHT Rechter voor-luidspreker
TEST SUR. R Rechter surround-luidspreker
TEST SUR. B. R Rechter surround achter-
luidsprekerniveau
TEST SUR. B. L Linker surround achter-
luidspreker
TEST SUR. L Linker surround-luidspreker
TEST SUBWOOFER Subwoofer
4 Gebruik l / h om het volume van de
luidsprekers in te stellen.
5 Druk op TEST wanneer u klaar bent met
instellen.
Als PRESENCE SP bij SPEAKER SET is ingesteld
op “YES” (zie bladzijde 59), kunt u doorgaan naar
stap 6 om het volume van de
aanwezigheidsluidsprekers in te stellen.
Als PRESENCE SP via SPEAKER SET op “NONE”
is gezet, zal de testtoon stoppen.
6 Druk herhaaldelijk op k / n om de
luidspreker(s) die u de testtoon wilt laten
weergeven te selecteren.
TEST FRONT Voor-luidsprekers
TEST PRESENCE Aanwezigheidsluidsprekers
TEST PRES L Linker
aanwezigheidsluidspreker
TEST PRES R Rechter
aanwezigheidsluidspreker
7 Druk op l / h om het volume van de
aanwezigheidsluidsprekers in te stellen.
8 Druk op TEST wanneer u klaar bent met
instellen.
De testtoon zal nu stoppen.
y
Als u een handzame SPL meter gebruikt, houd deze dan met
uitgestrekte arm vast en richt de meter naar boven zodat deze
zich op de luisterplek bevindt. Met de meter op de 70 dB schaal
en op C SLOW kunt u nu alle luidsprekers afstellen op 75 dB.
Voor u de testtoon laat horen raden we u aan het volume op
0 dB te zetten.
Gebruiken van de testtoon
Opmerking
SET MENU
MENU
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
VOL
+
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
1
3,6
2,5,8
4,7
SET MENU
56
Met behulp van het SET MENU (instelmenu) kunt u allerlei systeeminstellingen wijzigen en kunt u de manier waarop
het toestel werkt aanpassen aan uw voorkeuren. Verander de begininstellingen (hieronder vet gedrukt aangeduid) op basis
van uw specifieke systeem en uw voorkeuren.
AUTO SETUP
Hiermee kunt u opgeven welke luidspreker-instellingen de automatische setup zal verrichten en kunt u de automatische
setup in werking stellen (zie bladzijde 26).
MANUAL SETUP
Hiermee kunt u zelf luidspreker- en systeeminstellingen wijzigen.
BASIC MENU
Hiermee kunt u snel en makkelijk de basisinstellingen voor uw systeem invoeren (zie bladzijde 31).
SOUND MENU
Hiermee kunt u met de hand alle luidspreker-instellingen wijzigen, de kwaliteit en de toonkleur van de weergave van uw
systeem aanpassen of compenseren voor eventueel vertraagde videoweergave bij gebruik van LCD monitoren of
projectoren.
y
De meeste instellingen in het SOUND MENU worden automatisch uitgevoerd wanneer u de automatische setup (zie bladzijde 26) doet.
U kunt het SOUND MENU gebruiken voor verdere instellingen, maar we raden u aan om toch eerst de automatische setup te doen.
INPUT MENU
Via dit menu kunt u digitale in-/uitgangen opnieuw toewijzen, de ingangsfunctie instellen, nieuwe namen geven aan uw
signaalbronnen of externe ingangsinstellingen opgeven.
SET MENU
Onderdeel Kenmerken
Bladzijde
A)SPEAKER SET
Selecteren van de afmetingen van de luidsprekers, de luidsprekers voor weergave van lage tonen en
de crossover frequentie.
58
B)SPEAKER LEVEL
Instellen van het uitgangsniveau van elke luidspreker.
60
C)SP DISTANCE
Instellen van de vertraging voor elke luidspreker.
60
D)GRAPHIC EQ
Instellen van de klankkleur van elke luidspreker.
61
E)LFE LEVEL
Instellen van het uitgangsniveau van het LFE kanaal bij Dolby Digital of DTS signalen.
61
F)DYNAMIC RANGE
Instellen van het dynamisch bereik bij Dolby Digital of DTS signalen.
61
G)LOW FRQ. TEST
Afstemmen van het niveau van de subwoofer op het niveau van de overige luidsprekers.
62
H)HP TONE CTRL
Instellen van de klankkleur voor de hoofdtelefoon.
62
I)AUDIO SET
Aanpassen van algemene audio-instellingen voor dit toestel.
62
J)PR/SBch SELECT
Hiermee bepaalt u of de surround achter- of de aanwezigheidsluidsprekers uw voorkeur hebben
wanneer beide zijn aangesloten.
63
Onderdeel Kenmerken
Bladzijde
A)I/O ASSIGNMENT
Toewijzen van aansluitingen aan de daarmee verbonden componenten.
63
B)INPUT MODE
Selecteren van de begininstelling van de ingangsfunctie voor de signaalbron.
64
C)INPUT RENAME
Hiermee kunt u een signaalbron een andere naam geven.
64
D)MULTI CH INPUT
Instellen van de signaalrichting voor de midden-, subwoofer- en surroundkanalen voor de
broncomponent die is aangesloten op de MULTI CH INPUT aansluitingen.
65
57
Nederlands
SET MENU
GEAVANCEERDE
BEDIENING
OPTION MENU
Via dit menu kunt u de optionele systeeminstellingen wijzigen.
*
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië)
Gebruik de afstandsbediening om de
parameters te openen en in te stellen.
y
U kunt SET MENU instellingen wijzigen terwijl het toestel aan
het weergeven is.
Sommige SET MENU instellingen kunnen niet worden gewijzigd
terwijl het toestel in de Cinema of Music middernacht
luisterfunctie staat.
1
Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens
op SET MENU om het SET MENU te openen.
2
Druk op
k / n
tot u AUTO SETUP of MANUAL
SETUP geselecteerd heeft en druk vervolgens op
l / h
om de geselecteerde categorie te openen.
Als u op k drukt wanneer AUTO SETUP is geselecteerd, of
als u op n drukt wanneer MANUAL SETUP is geselecteerd,
zal het SET MENU worden gesloten. Druk op SET MENU
om het SET MENU opnieuw te openen.
3
Druk net zo vaak op
k / n
tot u het gewenste menu
geselecteerd heeft, en druk vervolgens op
l / h
om het geselecteerde menu-onderdeel te openen.
Herhaal deze handelingen om door het menusysteem te
bladeren en het onderdeel dat u wilt instellen op te zoeken.
Onderdeel Kenmerken
Bladzijde
A)DISPLAY SET
Instellingen voor het in-beeld display (OSD) en het display op het voorpaneel en het omzetten van
videosignalen.
65
B)MEMORY GUARD
Vergrendelen van instellingen voor de geluidsveldprogramma’s en andere SET MENU
instellingen.
66
C)PARAM. INI
Initialiseren van de instellingen voor een groep geluidsveldprogramma’s.
66
D)SP IMP. SET
Selecteren van de impedantie van uw luidsprekers.
66
E)ZONE SET
Opgeven van de locatie van de luidsprekers die zijn verbonden met de SPEAKERS B
aansluitingen.
67
F)ZONE2 SET
*
Selecteren van de Zone 2 functie.
67
G)ZONE3 SET
*
Selecteren van de Zone 3 functie.
67
Gebruiken van het SET MENU
Opmerking
SET MENU
MENU
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
THX SURROUND SUR. BACK
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
VOL
+
3421
90
+10
ENT.
5678
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
1
2,3,5
5
2,3,4
Opmerking
SET MENU
MENU
AMP
SOURCE
TV
vervolgens

SET MENU
. ;AUTO SETUP
;MANUAL SETUP
: Up/Down
p
/
p
: Enter
</>
ENTER
ENTER
vervolgens
58
SET MENU
4 Druk herhaaldelijk op l / h om de instelling
van het geselecteerde te wijzigen.
5 Om te annuleren dient u net zo vaak op k / n
te drukken tot het menu verdwijnt, dient u op
één van de toetsen voor de
geluidsveldprogramma’s te drukken.
Via dit menu kunt u met de hand luidspreker-instellingen
wijzigen of compenseren voor vertraging in de videoweergave
bij gebruik van LCD schermen of projectoren. De meeste
instellingen in het SOUND worden automatisch uitgevoerd
wanneer u de automatische setup (zie bladzijde 26) doet.
Luidspreker-instelling A)SPEAKER SET
Via dit menu kunt u met de hand de luidspreker-instellingen wijzigen.
y
Als u niet tevreden bent met de door uw luidsprekers geproduceerde
lage tonen, kunt u deze instellingen aanpassen aan uw voorkeuren.
Zet eventuele THX luidsprekers op SMALL (SML).
Midden-luidspreker CENTER SP
Keuzes: NONE, SML, LRG
Selecteer “NONE” als u geen midden-luidspreker heeft. Het
toestel zal in dat geval alle signalen voor de midden-
luidspreker naar de linker en rechter voor-luidsprekers sturen.
Selecteer “SML” als u een kleine midden-luidspreker heeft. Het
toestel zal nu de lage tonen uit het middenkanaal naar de
luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met LFE/BASS OUT.
Selecteer “LRG” als u een grote midden-luidspreker
heeft. Het toestel zal zo het hele toonbereik van het
middenkanaal naar de midden-luidspreker sturen.
Voor-luidsprekers FRONT SP
Keuzes: SMALL, LARGE
Selecteer “SMALL” als u kleine voor-luidsprekers heeft. Het
toestel zal nu de lage tonen uit het voorkanaal naar de luidsprekers
sturen die u heeft geselecteerd met LFE/BASS OUT.
Selecteer “LARGE” als u grote voor-luidsprekers heeft. Het
toestel zal zo het hele toonbereik van de linker en rechter
voorkanalen naar de linker en rechter voor-luidsprekers sturen.
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de
opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel
uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het
stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om
een andere reden langer dan een week onderbroken
wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan.
In een dergelijk geval dient u de instellingen opnieuw
te maken.
of
ENTER
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TY THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
Gebruiken van het SOUND MENU
Opmerking
. A)SPEAKERSET
B)SPEAKERLEVEL
C)SPDISTANCE
D)GRAPHICEQ
: Up/Down
p
/
p
: Enter
</>
2 SOUND
MENU 1/3
NONE [SML LRG
CENTER SP
[SMALL LARGE
FRONT SP
59
Nederlands
SET MENU
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Linker/rechter surround-luidsprekers
SURR L/R SP
Keuzes: NONE, SML, LRG
Selecteer “NONE” als u geen surround-luidsprekers
heeft. Hierdoor wordt het toestel in de Virtual
CINEMA DSP stand gezet (zie bladzijde 39) en zal de
surround achter-luidspreker (SURR B L/R SP)
automatisch op “NONE” worden ingesteld.
Selecteer “SML” als u kleine linker en rechter
surround-luidsprekers heeft. Het toestel zal nu de lage
tonen uit het surroundkanaal naar de luidsprekers
sturen die u heeft geselecteerd met LFE/BASS OUT.
Selecteer “LRG” als u grote linker en rechter surround-
luidsprekers heeft, of als er een achter-subwoofer is
aangesloten op uw surround-luidsprekers. Het hele
toonbereik van het surroundkanaal zal naar de linker en
rechter surround-luidsprekers worden gestuurd.
Surround achter-luidsprekers SURR B L/R SP
Keuzes: LRGx2, LRGx1, SMLx2, SMLx1, NONE
Selecteer “LRGx2” als u 2 grote surround achter-
luidsprekers heeft. Het toestel zal zo het hele
toonbereik van het surround achterkanaal naar de
surround achter-luidsprekers sturen.
Selecteer “LRGx1” als u één grote surround achter-luidspreker
heeft. Het toestel zal zo het hele toonbereik van het surround
achterkanaal naar de linker surround achter-luidspreker sturen.
Selecteer “SMLx2” als u 2 kleine surround achter-
luidsprekers heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit
de surround-achterkanalen naar de luidsprekers sturen
die u heeft geselecteerd met LFE/BASS OUT.
Selecteer “SMLx1” als u één kleine surround achter-
luidspreker heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit
het surround-achterkanaal naar de luidsprekers sturen
die u heeft geselecteerd met LFE/BASS OUT en de
rest van het signaal zal naar de linker surround achter-
luidspreker worden gestuurd.
Selecteer “NONE” als u geen surround achter-
luidspreker heeft. Het toestel zal in dat geval alle
signalen voor het surround achterkanaal naar de linker
en rechter surround-luidsprekers sturen.
Als u “LRGx1” of “SMLx1” selecteert, dient u de luidspreker aan
te sluiten op de linker SURROUND BACK luidspreker-
aansluitingen.
Aanwezigheidsluidsprekers PRESENCE SP
Keuzes: NONE, YES
Selecteer “YES” als u aanwezigheidsluidsprekers
heeft.
Selecteer “NONE” als u geen
aanwezigheidsluidsprekers heeft.
LFE/bass out LFE/BASS OUT
De lage tonen (bass) kunnen naar de subwoofer en/of de
linker en rechter voor-luidsprekers worden gestuurd als
dat beter overeenkomt met de karakteristieken van uw
systeem. Deze instelling bepaalt ook waar het LFE (Lage
Frequentie Effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS
signalen naartoe wordt gestuurd.
Keuzes: SWFR (subwoofer), FRNT, BOTH
THX aanbeveling: SWFR
Selecteer “SWFR” als u een subwoofer aangesloten
heeft. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere
kanalen worden nu in overeenstemming met de
luidspreker-instellingen naar de subwoofer gestuurd.
Selecteer “FRNT” als u geen subwoofer wilt
gebruiken. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere
kanalen worden nu in overeenstemming met de
luidspreker-instellingen naar de voor-luidsprekers
gestuurd (ook al had u oorspronkelijk de voor-
luidsprekers op SML ingesteld).
Selecteer “BOTH” als u een subwoofer heeft
aangesloten en u de lage tonen voor beide voorkanalen
zowel via de voor-luidsprekers als via de subwoofer
wilt laten weergeven. Het LFE kanaal en de lage tonen
uit andere kanalen worden ook naar de subwoofer
gestuurd in overeenstemming met de luidspreker-
instellingen. Gebruik deze functie om lage tonen te
benadrukken met behulp van de subwoofer bij
weergave van bijvoorbeeld CD’s.
Opmerking
NONE [SML LRG
SURR L/R SP
SMLx1 [SMLx2
SURR B L/R SP
[NONE YES
PRESENCE SP
[SWFR FRNT BOTH
LFE/BASS OUT
60
SET MENU
Crossover frequentie CROSS OVER
Met deze functie kunt u de crossover (afsnij) frequentie
instellen voor alle lage tonen. Alle frequenties beneden de
ingestelde frequentie zullen naar de subwoofer worden
gedirigeerd.
Keuzes: 40Hz, 60Hz, 80Hz (THX), 90Hz, 100Hz, 110Hz,
120Hz, 160Hz, 200Hz
THX aanbeveling: 80Hz
Luidsprekerniveau B)SPEAKER LEVEL
Deze mogelijkheid stelt u in staat met de hand de balans te
bepalen tussen het volume (luidsprekerniveau) van de
linker voor- (of linker surround-) luidspreker en elk van de
bij SPEAKER SET (bladzijde 58) geselecteerde
luidsprekers.
Keuzes: –10,0 dB t/m +10,0 dB
FR instellen van de balans tussen de linker en de
rechter voor-luidspreker.
C instellen van de balans tussen de linker voor- en de
midden-luidspreker.
SL instellen van de balans tussen de linker voor- en de
linker surround-luidspreker.
SBL
*
instellen van de balans tussen de linker
surround- en de linker surround achter-luidspreker.
SBR
*
instellen van de balans tussen de linker
surround- en de rechter surround achter-luidspreker.
SR instellen van de balans tussen de linker surround-
en de rechter surround-luidspreker.
SWFR instellen van de balans tussen de linker voor-
luidspreker en de subwoofer.
PRES instellen van de balans tussen de voor- en de
aanwezigheidsluidsprekers.
*
SB zal verschijnen als u slechts een enkele surround achter-
luidspreker heeft geselecteerd bij SURR B L/R SP
(bladzijde 59).
y
Als u een handzame SPL meter gebruikt, houd deze dan met
uitgestrekte arm vast en richt de meter naar boven zodat deze zich
op de luisterplek bevindt. Met de meter op de 70 dB schaal en op
C SLOW kunt u nu alle luidsprekers afstellen op 75 dB.
Luidspreker afstand C)SP DISTANCE
Met deze functie kunt u met de hand de afstand van elke
luidspreker tot de luisterplek invoeren en zo de vertraging
voor het bijbehorende kanaal instellen. In het ideale geval
zouden alle luidsprekers op dezelfde afstand van de
luisterplek moeten staan. Maar in de meeste gevallen is dat
praktisch gezien niet mogelijk. Daarom moet de weergave
van elke luidspreker een bepaalde fractie van een seconde
vertraagd worden, zodat het geluid van alle luidsprekers
op hetzelfde moment op de luisterplek arriveert.
Eenheid UNIT
Keuzes: meters (m), feet (ft)
Begininstelling:
Modellen voor de V.S. en Canada: feet (ft)
Overige modellen: meters (m)
Selecteer “meters” om de afstanden van de
luidsprekers in meters in te kunnen voeren.
Selecteer “feet” om de afstanden van de luidsprekers in
voeten (feet) in te kunnen voeren.
Luidspreker afstanden
Keuzes: 0,3 tot 24,00 m
FRONT L instellen van de afstand van de linker voor-
luidspreker. Begininstelling: 3,0 m
FRONT R instellen van de afstand van de rechter
voor-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m
CENTER instellen van de afstand van de midden-
luidspreker. Begininstelling: 3,0 m
SURR L instellen van de afstand van de linker
surround-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m
SURR R instellen van de afstand van de rechter
surround-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m
SB L
*
instellen van de afstand van de linker surround
achter-luidspreker. Begininstelling: 2,10 m
SB R
*
instellen van de afstand van de rechter surround
achter-luidspreker. Begininstelling: 2,10 m
SWFR instellen van de afstand van de subwoofer.
Begininstelling: 3,0 m
PRES L instellen van de afstand van de linker
aanwezigheidsluidspreker. Begininstelling: 3,0 m
PRES R instellen van de afstand van de rechter
aanwezigheidsluidspreker. Begininstelling: 3,0 m
*
“SURR B” zal verschijnen als u slechts een enkele surround
achter-luidspreker heeft geselecteerd bij SURR B L/R SP
(bladzijde 59).
FREQ;;;80Hz(THX)
CROSS OVER
-+
. FR
C
SL
B)SPEAKER
LEVEL
. UNIT;;;;;;meters
FRONTL;;;;3.00m
FRONTR;;;;3.00m
CENTER;;;;;3.00m
: Up/Down
p
/
p
: Adjust
</>
C)SP
DISTANCE
61
Nederlands
SET MENU
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Grafische equalizer D)GRAPHIC EQ
Met deze functie kunt u kiezen tussen een parametrische
(PEQ) of een grafische equalizer (GEQ).
Equalizer selecteren EQ SELECT
Keuzes: PEQ, GEQ
Selecteer “PEQ” om de equalizer te gebruiken met de
instellingen zoals bepaald tijdens de automatische setup.
Selecteer “GEQ” om de ingebouwde 7-banden grafische
equalizer te gebruiken (zie “Equalizer” hieronder).
Equalizer
Hiermee kunt u de toonkwaliteit van de midden-, L/R
surround en L/R surround-achter luidsprekers afstemmen
op die van de L/R voor-luidsprekers.
Keuzes: –6 t/m +6 (dB)
U kunt 7 frequentiebanden apart instellen: 63Hz, 160Hz,
400Hz, 1kHz, 2,5kHz, 6,3kHz, 16kHz
Niveau Lage Frequentie Effecten
E)LFE LEVEL
Deze functie stelt u in staat het volume (uitgangsniveau) van het
LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal aan te passen aan uw
subwoofer of hoofdtelefoon. Het LFE kanaal zorgt voor de
weergave van speciale effecten met zeer lage tonen bij bepaalde
passages. Deze instelling treedt alleen in werking bij weergave
wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS signalen decodeert.
Keuzes: –20 t/m 0 (dB)
Luidspreker SPEAKER
Kies deze mogelijkheid om het LFE niveau bij weergave
via uw luidsprekers in te stellen.
Hoofdtelefoon HEADPHONE
Kies deze mogelijkheid om het LFE niveau bij weergave
via uw hoofdtelefoon in te stellen.
Afhankelijk van de instellingen bij LFE LEVEL is het mogelijk
dat sommige signalen niet via de SUBWOOFER PRE OUT
aansluiting worden gereproduceerd.
Dynamisch bereik F)DYNAMIC RANGE
Via deze instelling kunt u instellen hoeveel het dynamisch
bereik moet worden gecomprimeerd voor uw luidsprekers
of uw hoofdtelefoon. Deze instelling treedt alleen in
werking wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS
signalen decodeert.
Keuzes: MIN (minimum), STD (standaard), MAX
(maximum)
Luidspreker SP
Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave
via uw luidsprekers inte stellen.
Hoofdtelefoon HP
Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave
via uw hoofdtelefoon inte stellen.
Selecteer “MIN” als u regelmatig bij een laag volume
wilt luisteren.
Selecteer “STD” voor algemeen gebruik.
Selecteer “MAX” om het grootste dynamische bereik
te behouden.
. EQ SELECT....PEQ
/ : Up/Down
p
p
</> : Select
D) GRAPHIC EQ
. CHANNEL;;FRONT L
-+
63Hz 0dB
160Hz 0dB
400Hz 0dB
1kHz 0dB
2.5kHz 0dB
6.3kHz 0dB
16kHz 0dB
D)GRAPHIC
EQ
. SPEAKER;;;;;;0dB
HEADPHONE;;;;0dB
/ : Up/Down
p
p
</> : Adjust
E)LFE
LEVEL
Opmerking
. SP: MIN STD[MAX
HP: MIN STD[MAX
/ : Up/Down
p
p
</> : Select
F)DYNAMIC RANGE
62
SET MENU
Lage tonen test G)LOW FRQ. TEST
Met deze functie kunt u het uitgangsniveau van uw
subwoofer aanpassen aan dat van uw andere luidsprekers.
1 Druk op l / h om de TEST TONE aan (ON) te
zetten en regel het volume met VOL –/+ zo af
dat u de toon kunt horen.
Zet het volume niet te hoog. Als u geen testtoon
hoort, zet het volume dan laag, zet het toestel uit
(standby) en controleer of alle aansluitingen op de
juiste manier gemaakt zijn.
De toongenerator produceert smalband ruis rond een
bepaalde frequentie via een band-doorlaatfilter, naast
een breedband ruis.
2 Druk op n, ga naar OUTPUT en druk op l /
h om de luidspreker die u met de subwoofer
wilt vergelijken te selecteren.
Keuzes: FRONT L/R, FRONT L, CENTER, FRONT
R, SUR.R, SBR
*
, SBL
*
, SUR.L, SWFR, PRESENCE
* “SB” zal verschijnen als u slechts een enkele surround
achter-luidspreker heeft geselecteerd bij SURR B L/R SP
(bladzijde 59).
3 Druk op n, ga naar FRQ en druk op l / h om
de gewenste frequentie te selecteren.
Keuzes: 35 t/m 250 (Hz), WIDE
Begininstelling: 88 Hz
4 Regel het volume van de subwoofer met de
bedieningsorganen op de subwoofer zelf zo
af dat dit overeenkomt met het volume van de
luidspreker waar u hem mee vergelijkt.
y
U kunt de testtoon niet alleen voor het instellen van het
subwooferniveau gebruiken, maar ook voor het controleren van
de akoestische kenmerken van uw luisterruimte bij lage tonen.
Lage tonen ondervinden met name invloed van de positie van de
luisteraar, de plaatsing van de luidsprekers, de polariteit van de
subwoofer en andere omstandigheden.
Toonregeling hoofdtelefoon
H)HP TONE CTRL
Met deze functie kunt u de weergave van de lage en hoge
tonen via uw hoofdtelefoon regelen.
Keuzes: –6 t/m +6 (dB)
Gebruik BASS om de weergave van de lage tonen via
uw hoofdtelefoon te regelen.
Gebruik TRBL om de weergave van de hoge tonen via
uw hoofdtelefoon te regelen.
Audio instellingen I)AUDIO SET
Hiermee kunt algemene audio instellingen voor dit toestel
wijzigen.
Tijdelijk uitschakelen geluidsweergave MUTE
U kunt zelf bepalen hoeveel het volume verlaagd moet
worden wanneer u deze functie gebruikt.
Keuzes: MUTE, –20 dB
Selecteer “MUTE” om de geluidsweergave helemaal te
stoppen.
Selecteer “–20 dB” om het huidige volume met 20 dB
te verlagen.
Audio Delay AUDIO DELAY
U kunt de geluidsweergave vertragen zodat deze
synchroon loopt met de videobeelden. Dit is soms nodig
bij gebruik van bepaalde LCD monitors of projectoren.
Keuzes: 0 t/m 240 (ms)
Dialoog-lift DIALG.LIFT
Hiermee kunt u de DIALG.LIFT functie aan/uit zetten (zie
bladzijde 88). Met deze parameter bepaalt u de schijnbare
hoogte van de geluidsweergave via de voor- en
middenkanalen (dialoog, vocalen enz.) door sommige
elementen uit de voor- en middenkanalen toe te wijzen aan
de aanwezigheidsluidsprekers.
Keuzes: ON, OFF
Selecteer “ON” om het DIALG.LIFT effect aan te zetten.
Selecteer “OFF” om het DIALG.LIFT effect uit te zetten.
DIALG.LIFT verschijnt alleen wanneer PRESENCE op “YES” is
gezet (zie bladzijde 31).
. TEST TONE;;;;OFF
OUTPUT;FRONT L/R
FRQ;;;;;;;;;88Hz
G)LOW FRQ.TEST
Opmerking
. BASS
TRBL
-+
0dB
/ : Up/Down
</> : Adjust
H)HP TONE
CTRL
/ : Exit
p
p
</> : Select
. AUDIO MUTE;;MUTE
AUDIO DELAY;;0ms
DIALG.LIFT;;;OFF
I)AUDIO SET
63
Nederlands
SET MENU
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Aanwezigheids-/surround achterkanaal
keuze
J)PR/SBch SELECT
De surround-achter en de zogenaamde
aanwezigheidsluidsprekers kunnen niet tegelijkertijd
geluid weergeven. U kunt ervoor kiezen de voorkeur te
geven aan één van beide luidsprekersets bij het afspelen
van materiaal met signalen voor een surround
achterkanaal met de CINEMA DSP
geluidsveldprogramma’s.
Keuzes: PRch, SBch
Selecteer “PRch” als u uw aanwezigheidsluidsprekers
wilt gebruiken, ook wanneer er wel een surround
achterkanaal binnenkomt. De signalen voor het
surround achterkanaal zullen worden weergegeven via
de suround-luidsprekers.
Selecteer “SBch” als u uw surround achter-
luidsprekers wilt gebruiken wanneer er een surround
achterkanaal wordt gedetecteerd door een CINEMA
DSP programma. Eventuele signalen voor een
aanwezigheidskanaal zullen worden weergegeven via
de voor-luidsprekers.
Hiermee kunt u digitale in-/uitgangen opnieuw toewijzen.
de ingangsfunctie selecteren of uw signaalbronnen andere
namen geven.
Toewijzen van in-/uitgangsaansluitingen
A)I/O ASSIGNMENT
U kunt de aansluitingen toewijzen aan andere
componenten als de begininstellingen van dit toestel niet
overeenkomen met uw voorkeuren. Wijzig de volgende
instellingen om de respectievelijke aansluitingen toe te
wijzen aan andere apparatuur en uiteindelijk meer
componenten te kunnen aansluiten.
Wanneer de ingangsaansluitingen opnieuw zijn
toegewezen, kunt u de daarbij behorende component
selecteren als signaalbron met INPUT op het voorpaneel
of met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening.
De standaardinstellingen worden tussen haakjes getoond op het
OSD.
CMPNT-V IN voor de COMPONENT VIDEO INPUT
aansluitingen [A] en [B]
Keuzes: DVD, V-AUX, DVR/VCR 2, VCR 1, CBL/SAT,
DTV, CD-R
OPTICAL OUT voor de OPTICAL OUTPUT
aansluitingen (1) en (2)
Keuzes: MD/TAPE, CD-R, CD, PHONO, V-AUX, DVR/
VCR 2, VCR 1, CBL/SAT, DTV, DVD
/ : Exit
p
p
</> : Select
PRch [SBch
J)PR/SBch SELECT
Gebruiken van het INPUT MENU
Opmerking
. A)I/OASSIGNMENT
B)INPUTMODE
C)INPUTRENAME
D)MULTI CH INPUT
: Up/Down
p
/
p
: Enter
</>
3 INPUT
MENU
. [A];;;;; DVD
( DVD )
[B];;;;; DTV
(DTV)
CMPNT-V
INPUT
. (1);;;;;MD/TAPE
(MD/TAPE )
(2);;;;; CD-R
(CD-R)
OPTICAL
OUT
64
SET MENU
OPTICAL IN voor de OPTICAL INPUT
aansluitingen (3), (4), (5) en (6)
Keuzes: CD, PHONO, DVR/VCR 2, VCR 1, CBL/SAT,
DTV, DVD, MD/TAPE, CD-R
COAXIAL IN voor de COAXIAL INPUT
aansluitingen (7), (8) en (9)
Keuzes: CD, PHONO, V-AUX, DVR/VCR 2, VCR 1,
CBL/SAT, DTV, DVD, MD/TAPE, CD-R
U kunt een bepaalde naam maar één keer gebruiken voor een
bepaald soort aansluiting.
Wanneer u een bepaalde component zowel met de COAXIAL
als met de OPTICAL aansluiting verbindt, zal het via de
COAXIAL aansluiting binnenkomende signaal voorrang
krijgen.
Ingangsfunctie B)INPUT MODE
Met deze instelling kunt u de ingangsfunctie bepalen voor
signaalbronnen op de DIGITAL INPUT aansluitingen op
het moment dat dit toestel wordt ingeschakeld (zie
bladzijde 40 voor details omtrent de ingangsfunctie).
Keuzes: AUTO, LAST
Kies “AUTO” om het toestel automatisch het soort
ingengssignaal te laten bepalen en de bijbehorende
ingangsfunctie te laten instellen.
Kies “LAST” om het toestel automatisch de
ingangsfunctie in te laten schakelen die het laatst met
de signaalbron in kwestie gebruikt is.
De laatste instelling voor de EXTD. SUR toets zal niet worden
hersteld, ook niet wanneer u “LAST” heeft geselecteerd.
Signaalbronnen nieuwe namen geven
C)INPUT RENAME
Met deze functie kunt u de namen van de signaalbronnen
op het OSD (in-beeld display) en op het display op het
voorpaneel veranderen.
1 Druk op de ingangskeuzetoets om de
signaalbron waarvan u de naam wilt
veranderen te selecteren.
2 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP.
3 Druk op l / h en verplaats de _
(onderstreping) naar het teken of de spatie
die u wilt veranderen.
4 Kies met k / n het teken dat u wilt gebruiken
en ga vervolgens met l / h naar het
volgende teken.
U kunt maximaal 8 tekens gebruiken voor elke
signaalbron.
Druk op n om de tekens als volgt te laten
veranderen, of druk op k om deze reeks in
omgekeerde volgorde te doorlopen:
A t/m Z, spatie, 0 t/m 9, spatie, a t/m z, spatie, #, *,
+, enz.
5 Herhaal de stappen 1 t/m 4 als u de namen
van andere signaalbronnen wilt veranderen.
6 Druk een paar keer op h om de INPUT
RENAME functie af te sluiten.
Opmerkingen
Opmerking
. (3);;;;; CD
(CD)
(4);;;;; DVD
(DVD )
(5);;;;; DTV
(DTV )
OPTICAL
IN
. (7);;;;; CD
(CD)
(8);;;;; DVD
(DVD )
(9);;;;;DVR/VCR2
(DVR/VCR2)
COAXIAL
IN
/ : Exit
p
p
</> : Select
[AUTO LAST
B)INPUT MODE
</> : Position
p
p
/ : Character
DVD -> DVD
C)INPUT RENAME
65
Nederlands
SET MENU
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Multikanaals ingangsaansluiting
D)MULTI CH INPUT
Met deze functie kunt u instellen waar de signalen voor de
midden-, subwoofer- en surroundkanalen voor de
broncomponent die is aangesloten op de MULTI CH INPUT
aansluitingen naartoe moeten. Als u een ingangssignaal met 8
kanalen van een externe decoder gebruikt, kunt u met deze
functie de aansluitingen kiezen voor de extra voorkanalen.
6ch/8ch
Deze instelling bepaalt het aantal kanalen dat ontvangen
wordt van de externe decoder.
Keuzes: 6ch, 8ch
Als ZONE2 AMP (bladzijde 67) is ingeschakeld (ON), zal er geen
geluid worden geproduceerd via de surround achter-luidsprekers, ook
al slecteert u “8ch”. Selecteer in dit geval “6ch” en zet de
uitgangsinstelling van de externe decoder ook op 6 kanalen.
FRNT
Als u “8ch” heeft ingesteld, kunt u de analoge audio-
aansluitingen selecteren waarop de extra voorkanalen van
de externe decoder zullen binnenkomen.
Keuzes: DVD, DTV, CBL/SAT, VCR 1, DVR/VCR 2,
MD/TAPE, CD-R, CD, V-AUX
CENTER
Hiermee kunt u instellen hoe de via de CENTER aansluiting
binnenkomende signalen zullen worden gereproduceerd.
Keuzes: CENTER, FRONT
Kies “CENTER” om deze signalen via de midden-
luidspreker te reproduceren.
Kies “FRONT” om deze signalen via de linker en
rechter voor-luidsprekers te reproduceren.
SWFR
Hiermee kunt u instellen hoe de via de SUBWOOFER aansluiting
binnenkomende signalen zullen worden gereproduceerd.
Keuzes: SWFR, FRONT
Kies “SWFR” om deze signalen via de subwoofer te
reproduceren.
Kies “FRONT” om deze signalen via de linker en
rechter voor-luidsprekers te reproduceren.
SL/SR
Hiermee kunt u instellen hoe de via de SURROUND aansluiting
binnenkomende signalen zullen worden gereproduceerd.
Keuzes: SL/SR, FRONT
Kies “SL/SR” om deze signalen via de surround-
luidsprekers te reproduceren.
Kies “FRONT” om deze signalen via de linker en
rechter voor-luidsprekers te reproduceren.
Display instellingen A)DISPLAY SET
Dimmer DIMMER
Hiermee kunt u de helderheid van het display op het
voorpaneel instellen.
Keuzes: –4 t/m 0
OSD vershuiven OSD SHIFT
Hiermee kunt u de verticale positie van het OSD (in-beeld
display) instellen.
Keuzes: +5 (naar beneden) t/m –5 (naar boven)
Druk op # om het OSD (in-beeld display) lager op het
scherm weer te geven.
Druk op @ om het OSD (in-beeld display) hoger op het
scherm weer te geven.
Grijze achtergrond GRAY BACK
Als u “AUTO” kiest voor de in-beeld display instellingen,
zal er een grijze achtergrond getoond worden wanneer er
geen videosignaal binnenkomt.
Als “OFF” is ingesteld staat, zal er alleen informatie op
het scherm worden getoond wanneer er videosignalen
binnenkomen
.
Keuzes: AUTO, OFF
Als GRAY BACK op “OFF” is ingesteld, kan er geen informatie
worden getoond wanneer er alleen component videosignalen
binnenkomen.
Opmerking
.[6CH 8CH
(FRNT/SB-> FRNT)
CENTER ->CENTER
SWFR -> SWFR
SL/SR -> SL/SR
( --- -> SB )
</> : Select
/ : Up/Down
D)MULTI CH INPUT
p
p
Gebruiken van het OPTION MENU
Opmerking
. A)DISPLAYSET
B)MEMORYGUARD
C)PARAM.INI
D)SP IMP. SET
: Up/Down
p
/
p
: Enter
</>
4
OPTION
MENU1/2
/ : Up/Down
p
p
</> : Select
. DIMMER;;;;;;;;;0
OSD SHIFT;;;;;;0
GRAY BACK;;;AUTO
V CONV.;;;;;;;ON
CMPNT OSD;;;;;ON
A)DISPLAY SET
66
SET MENU
Video conversie V CONV.
Gebruik deze functie om de omzetting van composiet
(VIDEO) signalen naar zowel S-Video als component
videosignalen aan/uit te zetten. Hierdoor kunnen de
omgezette videosignalen worden gereproduceerd via de S
VIDEO of COMPONENT VIDEO aansluitingen wanneer
er geen S-Video of component videosignalen
binnenkomen. Deze functie zet S-videosignalen ook om in
component videosignalen wanneer er geen component
ingangssignaal is.
Keuzes: ON, OFF
Selecteer “OFF” als u geen signalen wilt omzetten.
Selecteer “ON” om composiet signalen om te zetten in
S-video en component videosignalen en om S-
videosignalen om te zetten in to component signalen.
De geconverteerde videosignalen worden alleen gereproduceerd
via de MONITOR OUT aansluitingen. Bij het maken van
opnamen moet u tussen de diverse componenten telkens gebruik
maken van dezelfde soorten aansluitingen (composiet of S-video).
Bij het omzetten van composiet of S-Videosignalen van een
videorecorder naar component videosignalen, is het mogelijk, afhankelijk
van de gebruikte videorecorder, dat de beeldkwaliteit achteruit gaat.
Component OSD CMPNT OSD
Met deze mogelijkheid kunt u de weergave van het OSD
via de COMPONENT VIDEO MONITOR OUT
aansluitingen aan/uit zetten wanneer u het SET MENU, de
testtoon of parameter functies gebruikt.
Keuzes: ON, OFF
Selecteer “ON” om de OSD signalen te laten
weergeven via de COMPONENT VIDEO MONITOR
OUT aansluitingen.
Selecteer “OFF” om de OSD signalen niet te laten
weergeven via de COMPONENT VIDEO MONITOR
OUT aansluitingen.
SET MENU functioneert, zelfs wanneer “OFF” is geselecteerd.
Geheugen beveiliging B)MEMORY GUARD
Met deze functie kunt u voorkomen dat de DSP
programma instellingen en andere systeeminstellinge per
abuis gewijzigd worden.
Keuzes: OFF, ON
Kies “ON” om de inhoud van het geheugen te beveiligen:
DSP programma instellingen
Alle SET MENU onderdelen
Alle ingestelde luidsprekerniveaus
De weergavefunctie voor het in-beeld display (OSD)
Wanneer de MEMORY GUARD beveiliging is ingeschakeld
“ON”, kunt u geen gebruik meer maken van de testtoon of andere
SET MENU onderdelen selecteren.
Parameters initialiseren C)PARAM. INI
Hiermee kunt u de instellingen voor alle
geluidsveldprogramma’s in een programmagroep tegelijk
initialiseren. Wanneer u een geluidsveldprogrammagroep
initialiseert, zullen alle gewijzigde instellingen voor de
programma’s in die groep worden teruggezet op hun
beginwaarden.
Druk op de cijfertoets voor het geluidsveldprogramma dat
u wilt initialiseren.
Een sterretje (*) naast een programmanummer geeft aan
dat de instellingen daarvan gewijzigd zijn ten opzichte van
hun beginwaarden.
U kunt de eerder ingestelde waarden niet meer automatisch
terughalen nadat u een geluidsveldprogrammagroep
heeft
geïnitialiseerd.
U kunt geen individuele geluidsveldprogramma’s
initialiseren.
U kunt geen geluidsveldprogrammagroepen initialiseren
wanneer de MEMORY GUARD beveiliging is ingeschakeld
ON.
Instelling luidsprekerimpedantie
D)SP IMP.SET
Hiermee kunt u de impedantie van uw luidsprekers
instellen.
Keuzes: 6ohms, 8ohms
Opmerkingen
Opmerking
/ : Exit
p
p
</> : Select
[OFF ON
B)MEMORY GUARD
Opmerking
Opmerkingen
123*4
*5678
9*0
C)PARAM. INI
/ : Exit
p
p
</> : Select
Minimum 8ohms
D)SP IMP.SET
67
Nederlands
SET MENU
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Zone instellen E)ZONE SET
Luidsprekers B SP B
U kunt instellen waar de luidsprekers die zijn verbonden
met de SPEAKERS B aansluitingen zich bevinden.
Keuzes: MAIN, ZONE B
Selecteer “MAIN” om de SPEAKERS A set en B aan/
uit te zetten wanneer de met de SPEAKERS B
aansluitingen verbonden luidsprekers zich in uw
luisterruimte bevinden.
Selecteer “ZONE B” als de met de SPEAKERS B
aansluitingen verbonden luidsprekers zich in een
andere ruimte bevinden. Als SPEAKERS A wordt
uitgeschakeld OFF en SPEAKERS B wordt
ingeschakeld ON, zullen alle luidsprekers in de
luisterruimte, inclusief de subwoofer, worden
uitgeschakeld en zal er alleen via de SPEAKERS B
geluid worden weergegeven.
Als u “ZONE B” selecteert en een hoofdtelefoon in de
PHONES aansluiting op dit toestel doet, zal het geluid worden
weergegeven via de zowel de hoofdtelefoon als SPEAKERS B.
Wanneer er een DSP programma is geselecteerd zal het toestel
automatisch de Virtual CINEMA DSP functie inschakelen.
Zone 2 instellen F)ZONE2 SET
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K.
en Australië)
Uitgangsvolume OUTPUT VOL
Hiermee kunt u bepalen hoe de volumeregeling zal
werken met betrekking tot de ZONE 2 OUTPUT
aansluitingen.
Keuzes: VAR., FIX
Kies “VAR.” om het volume voor ZONE 2 OUTPUT
met VOL –/+ op de afstandsbediening te kunnen
regelen.
Kies “FIX” om het ZONE 2 OUTPUT volumeniveau
vast te zetten op een standaard niveau.
Zone 2 versterker ZONE2 AMP
U kunt instellen hoe de ZONE 2 luidsprekers versterkt
moeten worden.
Keuzes: ON, OFF
Kies “OFF” als u geen Zone 2 luidsprekers heeft of als
u uw Zone 2 luidsprekers heeft aangesloten via een
externe maar op de ZONE 2 OUTPUT uitgang van dit
toestel aangesloten versterker.
Kies “ON” om de interne versterker van dit toestel te
gebruiken en u uw Zone 2 luidsprekers direct op de
PRESENCE/ZONE 2 luidsprekeraansluitingen van dit
toestel heeft aangesloten.
Zone 3 instellen G)ZONE3 SET
(Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K.
en Australië)
Uitgangsvolume OUTPUT VOL
Hiermee kunt u bepalen hoe de volumeregeling zal
werken met betrekking tot de ZONE 3 OUT aansluitingen.
Keuzes: VAR., FIX
Kies “VAR.” om het volume voor ZONE 3 OUT met
VOL –/+ op de afstandsbediening te kunnen regelen.
Kies “FIX” om het ZONE 3 OUT volumeniveau vast te
zetten op een standaard niveau.
Opmerkingen
/ : Exit
p
p
</> : Main
SP B;;;;;;MAIN
E)ZONE SET
/ : Up/Down
p
p
</> : Select
OUTPUT VOL;;VAR.
ZONE2 AMP....OFF
F)ZONE2 SET
/ : Exit
p
p
</> : Select
OUTPUT VOL;;VAR.
G)ZONE3 SET
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
68
Naast dit toestel kan de afstandsbediening ook andere audio- en videocomponenten van YAMAHA en van andere
fabrikanten aansturen. Om andere componenten te kunnen bedienen, moet u de juiste fabrikantencodes instellen op de
afstandsbediening. Deze afstandsbediening is tevens voorzien van een ‘leerfunctie’ waarmee u functies kunt overnemen
van andere infrarode afstandsbedieningen.
Bedienen van dit toestel
De grijze toetsen kunnen worden gebruikt om dit toestel te
bedienen nadat u AMP/SOURCE/TV op AMP gezet heeft
om de AMP bedieningsfunctie in te schakelen.
Bedienen van andere componenten
De grijs aangegeven toetsen hieronder kunnen worden
gebruikt om andere componenten te bedienen. De functies
van de toetsen hangen mede af van de geselecteerde
componenten. Selecteer de component die u wilt bedienen
met een ingangskeuzetoets of met SELECT k/n. De naam
van de geselecteerde component zal verschijnen in het
uitleesvenster.
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Bedieningstoetsen
CLEAR
LEARN
RE–NAME
SET MENU
MENU
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
VOL
+
3421
90
+10
ENT.
5678
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
MACROONOFF
PRESET
De toetsen binnen
de stippellijnen
kunnen in elke stand
worden gebruikt om
dit toestel te
bedienen (SYSTEM
POWER,
STANDBY,
SLEEP, INPUT
MODE, VOLUME
+/–, MUTE, PURE
DIRECT en
STRAIGHT/
EFFECT).
AMP/SOURCE/TV
Zet op AMP om dit
toestel te bedienen.
Zet op SOURCE om
de met de
ingangskeuzetoetsen
geselecteerde
component te
bedienen.
Zet op TV
om de
televisie te bedienen.
Uitleesvenster
CLEAR
LEARN
RE–NAME
SET MENU
MENU
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
EFFECT
CHP/INDEX
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
THX SURROUND SUR. BACK
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
VOL
+
3421
90
+10
ENT.
5678
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
MACROONOFF
PRESET
SET MENU
MENU
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
CHP/INDEX
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
NIGHT
AUDIO
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
THX SURROUND SUR. BACK
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
POWER POWER
AVTV
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
+
PRESET
SET MENU
MENU
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
NIGHT
AUDIO
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
POWER POWER
AVTV
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
+
PRESET
Component set
bedieningstoetsen
Door de juiste
afstandsbedieningscode
in te stellen kunt u tot
maximaal 14
verschillende
componenten bedienen
(zie bladzijde 79).
Met de A/B toetsen en de
ingangskeuzetoetsen kunt u
zoals hieronder aangegeven
een andere set
bedieningstoetsen kiezen.
*
Gebruik de A/B toetsen
om andere componenten te
bedienen, ongeacht of ze op
dit toestel zijn aangesloten
of niet.
Fabrieksinstelling:
A...LD-speler
B...Cassettedeck
SELECT k/n schakelt de
bediening over naar een
andere component zonder
de op dit toestel ingestelde
signaalbron te veranderen.
Uitleesvenster
69
Nederlands
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Bedienen van optionele apparatuur
(OPTN set)
OPTN is een extra set bedieningstoetsen die kan worden
geprogrammeerd met afstandsbedieningsfuncties die
verder los staan van de aangesloten signaalbronnen. Deze
set is handig voor het programmeren van instructies die u
alleen als onderdeel van een macrofunctie wilt gebruiken
of waarvoor geen geldige afstandsbedieningscode bestaat.
Om de OPTN set bedieningstoetsen te selecteren dient u
net zo vaak op n te drukken tot OPTN in het
uitleesvenster verschijnt.
U kunt voor deze set bedieningstoetsen geen
afstandsbedieningscode instellen. Zie bladzijde 71 voor het
programmeren van toetsen in deze set bedieningstoetsen.
De OPTN set kan niet worden gebruikt wanneer AMP1Z is
geselecteerd in het versterker Archief (zie bladzijde 70).
U kunt andere componenten bedienen als u de
bijbehorende afstandsbedieningscodes heeft ingesteld.
Voor elke set bedieningstoetsen kan een code worden
ingevoerd.
In de volgende tabel staan de standaard ingestelde
componenten (Archief: componentencategorie) en de
afstandsbedieningscode voor elke set bedieningstoetsen.
Standaardinstellingen afstandsbedieningscodes
*
Andere beschikbare YAMAHA codes staan tussen haakjes.
Het is mogelijk dat u uw YAMAHA component niet zult kunnen
bedienen, ook al is er een YAMAHA afstandsbedieningscode
voorgeprogrammeerd zoals hierboven vermeld. Probeer in een
dergelijk geval een andere YAMAHA afstandsbedieningscode in
te stellen.
1 Zet AMP/SOURCE/TV op SOURCE.
Opmerkingen
Instellen van
afstandsbedieningscodes
Ingang
Archief
(Componentencategorie)
Standaard
Yamaha Code*
A LD 2200
B TAPE 2700, (2701)
PHONO TV –
TUNER TUNER
2600, (0203, 1203,
1358, 2601)
CD CD 2300, (2301)
MULTI CH
INPUT
DVD
2102, (0517, 0566,
0572, 2100, 2101)
V-AUX VCR –
CBL/SAT CABLE
MD/TAPE MD 2500, (2501, 2502)
CD-R CD-R 2400
DTV TV
VCR 1 VCR
DVR/VCR2 DVR 2807
DVD DVD
2102, (0517, 0566,
0572, 2100, 2101)
Opmerking
AMP
SOURCE
TV
70
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
2
Druk op een ingangskeuzetoets om de
broncomponent die u wilt instellen te selecteren.
3 Houd vervolgens LEARN ongeveer 3
seconden ingedrukt met een balpen of iets
dergelijks.
De namen van het archief (bijv. “L:DVD”) en van de
geselecteerde component (bijv. “DVD”) zullen om en
om in het uitleesvenster verschijnen.
y
Als u een andere component wilt instellen, druk dan op de
ingangskeuzetoets of op SELECT k/n om de component te
selecteren.
U moet LEARN tenminste 3 seconden ingedrukt houden,
want anders wordt de ‘leerfunctie’ opgestart.
Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden
uitvoert, zal de instelfunctie automatisch worden
geannuleerd. Houd in dat geval LEARN nog eens
ingedrukt.
Als u een ander archief
(componentencategorie) wilt gebruiken,
dient u op l / h te drukken. U kunt een
ander soort component instellen.
Beschikbare archieven: L:DVD, L:DVR, L:LD,
L:CD, L:CDR, L:MD, L:TAP (cassette), L:TUN
(tuner), L:AMP
*
, L:TV, L:CAB (kabel), L:SAT
(satelliet), L:VCR
* De code voor het versterkerarchief (L:AMP) is
voorgeprogrammeerd op “AMP1” (2000) om dit toestel
te bedienen. Indien nodig kunt u echter één van de
volgende 3 codes gebruiken.
4 Druk op ENTER.
De viercijferige code voor de geselecteerde
component zal verschijnen in het uitleesvenster.
“0000” zal in het uitleesvenster verschijnen wanneer er geen
code is ingesteld.
5 Gebruik de cijfertoetsen om de vier cijfers
van de afstandsbedieningscode voor de
gewenste component in te voeren.
Raadpleeg de “LIJST MET
AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van
deze handleiding voor een complete lijst van alle
beschikbare afstandsbedieningscodes.
6 Druk op ENTER om de ingevoerde code
definitief te maken.
“OK” zal in het uitleesvenster verschijnen als de
instelling met succes is verlopen.
“NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als de
instelling mislukt is. Begin in dit geval opnieuw vanaf
stap 3.
y
Als u gelijk nog een code wilt instellen voor een andere
component, druk dan op de ingangskeuzetoets of op
SELECT k/n om de gewenste component te selecteren en
herhaal vervolgens de stappen 4 t/m 6.
7 Druk nog eens op LEARN om deze
instelfunctie te verlaten.
Opmerkingen
Functie
Code
AMP1
Om dit toestel te bedienen.
2000
AMP1Z
Om functies voor ZONE 2 of
ZONE 3 te bedienen. (Alleen
modellen voor de V.S., Canada,
Europa, het V.K. en Australië)
2001
NO
Om receivers/versterkers van andere
fabrikanten te bedienen met deze
afstandsbediening.
2004
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
SLEEP
INPUT MODE
A
B
LEARN
Opmerking
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TY THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
LEARN
71
Nederlands
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
8 Druk op één van de grijze toetsen hieronder
om te kijken of u de component in kwestie
kunt bedienen. Als dat lukt, heeft u de juiste
afstandsbedieningscode ingesteld.
y
Als er meerdere codes zijn voor de fabrikant van uw
component, probeer ze dan één voor één tot u de juiste
gevonden heeft.
“ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een
toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of
wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt.
De meegeleverde afstandsbediening bevat niet alle mogelijke
codes voor alle in de handel verkrijgbare audio- en video-
apparatuur (met inbegrip van YAMAHA componenten). Als
geen enkele afstandsbedieningscode werkt met uw apparatuur,
kunt u de gewenste functie programmeren met de ‘Leerfunctie’
(zie “Overnemen van codes van andere afstandsbedieningen
(Leren)”) of dient u de met de apparatuur in kwestie
meegeleverde afstandsbediening te gebruiken.
Functies die zijn geprogrammeerd met de ‘leerfunctie’ krijgen
voorrang over functies onder afstandsbedieningscodes.
Als u functies wilt gebruiken die niet mogelijk zijn met de
afstandsbedieningscode, of als er geen geschikte
afstandsbedieningcode gevonden kan worden, dan kunt u
proberen de Leerfunctie te gebruiken. U kunt alle toetsen
in een bepaalde set zelf opnieuw programmeren (zie
bladzijde 68). De toetsen kunnen apart voor elke
component worden geprogrammeerd.
Deze afstandsbediening maakt gebruik van infrarood stralen. Als
de andere afstandsbediening ook infrarood gebruikt, kan deze
afstandsbediening waarschijnlijk de meeste functies daarvan
‘leren’. Sommige speciale signalen of hele lange signalen kunnen
echter mogelijk niet worden overgenomen. (Raadpleeg tevens de
handleiding van de betreffende afstandsbediening.)
1 Zet AMP/SOURCE/TV op SOURCE.
2 Druk op de ingangskeuzetoets voor de
gewenste component.
3 Leg deze afstandsbediening en de andere
ongeveer 5 tot 10 cm uit elkaar op een vlakke
ondergrond zodat hun infrarood vensters op
elkaar gericht zijn.
Opmerkingen
CLEAR
LEARN
RE–NAME
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
THX STANDARD EXTD. SUR
90
+10
ENT.
MACROONOFF
TRANSMIT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
Overnemen van codes van andere
afstandsbedieningen (Leren)
Opmerking
AMP
SOURCE
TV
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
SLEEP
INPUT MODE
A
B
TRANSMIT
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
5 tot 10 cm
72
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
4 Druk met een balpen of iets dergelijks
LEARN in.
“LEARN” en de naam van de geselecteerde
component (bijv. “DVD”) zullen om en om in het
uitleesvenster verschijnen.
Houd LEARN niet te lang ingedrukt. Als u het knopje drie
seconden ingedrukt houdt, zal de instelfunctie voor
afstandsbedieningscodes worden opgestart.
Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden
uitvoert, zal de leerfunctie automatisch worden geannuleerd.
Houd in dat geval LEARN nog eens ingedrukt.
5 Druk op de toets waaronder u de nieuwe
functie wilt programmeren.
“LEARN” verschijnt in het uitleesvenster.
6 Houd de toets waarvan u de functie wilt
overnemen op de andere afstandsbediening
ingedrukt tot “OK” in het uitleesvenster
verschijnt.
“NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als het
overnemen niet gelukt is. Begin in dit geval opnieuw
vanaf stap 5.
y
Herhaal de stappen 5 en 6 wanneer u gelijk nog een andere
functie wilt programmeren.
Als u gelijk nog een functie wilt programmeren voor een
andere component, druk dan op de ingangskeuzetoets of
op SELECT k/n om de gewenste component te selecteren
en herhaal vervolgens de stappen 3 t/m 6.
7 Druk nog eens op LEARN om de leerfunctie
te verlaten.
“ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een
toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of
wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt.
Deze afstandsbediening is in staat ongeveer 200 functies te
leren. Het is echter mogelijk, afhankelijk van de overgenomen
signalen, dat de melding “FULL” in het uitleesvenster
verschijnt voordat u 200 functies heeft geprogrammeerd. In dit
geval kunt u eerder geprogrammerde functies die u niet meer
nodig heeft wissen om ruimte te maken voor nieuwe functies.
In de volgende gevallen is het mogelijk dat de leerfunctie niet
werkt:
Wanneer de batterijen in deze of in de andere
afstandsbediening leeg of bijna leeg zijn.
Wanneer de afstand tussen de twee afstandsbedieningen te
groot of te klein is.
Wanneer de infraroodvensters van de afstandsbedieningen
niet goed op elkaar gericht zijn.
Wanneer de afstandsbediening in de zon ligt.
Wanneer het signaal voor de functie die u wilt overnemen
continu is of zeer ongewoon.
Opmerkingen
LEARN
TRANSMIT
SET MENU
MENU
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
VOL
+
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
PRESET
TRANSMIT
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
Opmerkingen
LEARN
73
Nederlands
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
U kunt de naam die verschijnt in het uitleesvenster van de
afstandsbediening veranderen als een andere naam dan de
voorgeprogrammeerde uw voorkeur heeft. Dit komt
bijvoorbeeld van pas wanneer u een andere component op
een bepaalde ingang heeft aangesloten.
1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP of SOURCE.
2 Druk op een ingangskeuzetoets om de
signaalbron die u een nieuwe naam wilt
geven te selecteren.
De naam van de geselecteerde component zal
verschijnen in het uitleesvenster.
3 Druk met een balpen of iets dergelijks RE-
NAME in.
Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden
uitvoert, zal het veranderen van de namen automatisch
worden geannuleerd. Houd in dat geval RE-NAME nog eens
ingedrukt.
4 Druk op k / n om een teken te selecteren en
in te voeren.
Door op n te drukken zullen de tekens als volgt
veranderen: A t/m Z, 1 t/m 9, 0, + (plus), –
(afbreekstreepje), ; (punt comma), / (slash) en spatie.
(Druk op k om deze reeks in omgekeerde volgorde te
doorlopen.)
5 Druk op l / h om de cursor naar de
volgende tekenpositie te verplaatsen.
6 Druk op ENTER om de nieuwe naam
definitief te maken.
“OK” zal in het uitleesvenster verschijnen als de
naam met succes is veranderd.
“NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als
veranderen van de naam niet gelukt is. Begin in dit
geval opnieuw vanaf stap 4.
y
Als u gelijk nog een component een nieuwe naam wilt
geven, druk dan op de ingangskeuzetoets of op SELECT k/
n om de gewenste component te selecteren en herhaal
vervolgens de stappen 4 t/m 6.
7 Druk nog eens op RE-NAME om de functie
voor het geven van nieuwe namen te
verlaten.
“ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een toets
drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of
wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt.
Veranderen van de namen van
signaalbronnen in het
uitleesvenster
Opmerking
AMP
SOURCE
TV
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
SLEEP
INPUT MODE
A
B
RE-NAME
ENTER
Opmerking
ENTER
RE-NAME
74
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
De Macro functie maakt het mogelijk een reeks handelingen uit te laten voeren met één druk op een toets. Wanneer u
bijvoorbeeld een CD wilt afspelen zou u normaal gesproken eerst uw apparatuur aan moeten zetten, vervolgens de CD als
signaalbron selecteren en dan pas op de weergavetoets drukken. Met de Macro functie kunt u al deze handelingen laten
uitvoeren door eenvoudigweg op de CD macrotoets te drukken. De toetsen die hieronder genoemd worden als
macrotoetsen zijn reeds als zodanig voorgeprogrammeerd. U kunt echter ook uw eigen macro’s samenstellen (zie
bladzijde 75).
*1
U kunt sommige componenten (inclusief YAMAHA componenten) die zijn aangesloten op dit toestel aan zetten via de AC
OUTLET(S) netstroomaansluitingen op het achterpaneel. (Afhankelijk van de component in kwestie is het mogelijk dat het in- en
uitschakelen van de stroom niet synchroon loopt met dit toestel. Raadpleeg voor details tevens de handleiding van de aangesloten
component.)
*2
De weergave kan direct worden gestart met elke MD-recorder, CD-speler, CD-recorder, DVD-speler, of DVD-recorder die geschikt is
voor de YAMAHA afstandsbediening. Wanneer u macro’s met andere componenten gebruikt, moet u de weergavetoets
programmeren in de set bedieningstoetsen voor die component (zie bladzijde 71) of een afstandsbedieningscode instellen (zie
bladzijde 69).
*3
Wanneer de TUNER wordt geselecteerd als signaalbron, zal dit toestel afstemmen op de laatste zender die werd ontvangen voor het
toestel de vorige keer uit (standby) werd gezet.
Gebruiken van de Macro functie
Macrotoetsen Eerste Tweede Derde
——
——
(*1)
(CD set) (*2)
(MD/TAPE set) (*2)
(CD-R set) (*2)
(VCR 1 set) (*2)
(DVR/VCR 2 set) (*2)
(DVD set) (*2)
CD
POWER
SYSTEM
CD
(CD set)
Druk op een macrotoets om automatisch deze signalen op volgorde uit te zenden
STANDBY
STANDBY
POWER
SYSTEM
POWER
SYSTEM
A
B
PHONO
POWER
SYSTEM
PHONO
TUNER
TUNER
(*3)
CD
CD
MULTI CH IN MULTI CH IN
V
-
AUX
V
-
AUX
CBL/SAT
CBL/SAT
MD/TAPE
MD/TAPE
CD-R
CD-R
DTV
DTV
VCR 1
VCR 1
DVR/VCR2
DVR/VCR2
DVD
DVD
75
Nederlands
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
De macrofunctie
1 Zet MACRO ON/OFF op ON.
2 Druk op een macrotoets.
Wanneer u klaar bent met de Macro functie, moet u MACRO
ON/OFF op OFF instellen.
Terwijl de afstandsbediening bezig is met het uitvoeren van een
macro, zullen alle andere toetsen buiten werking worden gesteld
tot de macro klaar is (tot de zendindicator stopt met knipperen).
Houd de afstandsbediening op de component in kwestie gericht
tot de macro klaar is.
Programmeren van macro’s
U kunt ook uw eigen macros programmeren en de
macrofunctie gebruiken om met een enkele toets op de
afstandsbediening een aantal instructies uit te laten
voeren. Stel eerst de juiste afstandsbedieningscodes in en
neem eventueel functies over met de leerfunctie voor u een
macro gaat programmeren. Wij raden u aan geen
doorlopende handelingen, zoals het regelen van het
volume, in een macro te programmeren.
De voorgeprogrammeerde macro wordt niet gewist wanneer er
voor een toets een nieuwe macro wordt geprogrammeerd. De
voorgeprogrammeerde macro kan weer worden gebruikt
wanneer de door u geprogrammeerde macro is gewist.
Er kan geen nieuwe instructie (macro-stap) aan een
voorgeprogrammeerde macro worden toegevoegd. Een macro
kan alleen in zijn geheel worden geprogrammeerd.
1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP of SOURCE.
2 Druk met een balpen of iets dergelijks
MACRO in.
“MCR ?” verschijnt in het uitleesvenster.
Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden
uitvoert, zal macro programmeerfunctie automatisch
worden geannuleerd. Houd in dat geval MACRO nog eens
ingedrukt.
3 Druk op de macrotoets die u wilt gebruiken.
De namen van de macrotoets (bijv. “M:DVD”) en van
de geselecteerde component (bijv. “DVD”) zullen om
en om in het uitleesvenster verschijnen.
“AGAIN” zal in het uitleesvenster verschijnen wanneer u op
een andere dan een macrotoets drukt.
Opmerkingen
CLEAR
LEARN
RE–NAME
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
MACROONOFF
TRANSMIT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
MACROMACRO ON/OFF
Macrotoetsen
Opmerkingen
Opmerking
Opmerking
AMP
SOURCE
TV
MACRO
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
SLEEP
INPUT MODE
A
B
76
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
4
Druk in de gewenste volgorde op de toetsen
voor de functies die u wilt opnemen in de macro.
u kunt maximaal 10 stappen (10 functies)
programmeren. Wanneer u 10 stappen heeft
geprogrammeerd zal de melding “FULL” verschijnen
en zal de macrofunctie automatisch worden afgesloten.
Druk op SELECT k/n om de geselecteerde signaalbron te
veranderen. Als u op één van de ingangskeuzetoetsen drukt, zal
er een macro-stap worden geprogrammeerd, terwijl u met
SELECT k/n alleen de geselecteerde component en de daarbij
behorende set bedieningstoetsen verandert.
5 Druk nog eens op MACRO wanneer u alle
gewenste stappen geprogrammeerd heeft.
“ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een
toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap,
of wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt.
U kunt alle wijzigingen, zoals overgenomen functies, nieuwe
namen voor signaalbronnen en afstandsbedieningscodes, voor een
bepaalde set bedieningstoetsen tegelijk wissen.
1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP of SOURCE.
2 Druk met een balpen of iets dergelijks
CLEAR in.
“CLEAR” verschijnt in het uitleesvenster.
Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden
uitvoert, zal het wissen automatisch worden geannuleerd.
Houd in dat geval CLEAR nog eens ingedrukt.
3 Druk op k / n om de wisfunctie te selecteren.
L:DVD (L: naam van een component)
Wist alle overgenomen (‘geleerde’) functies voor
de set bedieningstoetsen in kwestie. Druk op de
ingangskeuzetoets voor de gewenste component.
L:AMP Wist alle overgenomen (‘geleerde’) functies voor
de set bedieningstoetsen voor dit toestel.
L:ALL Wist alle overgenomen (‘geleerde’) functies.
M:ALL Wist alle geprogrammeerde macro’s.
RNAME Wist alle veranderde namen voor signaalbronnen.
FCTRY Wist alle functies van de afstandsbediening en zet
deze terug op de fabrieksinstellingen.
4 Houd CLEAR nog eens tenminste 3
seconden ingedrukt.
“WAIT” verschijnt in het uitleesvenster. Als het
wissen met succes is verlopen, zal “C:OK” in het
uitleesvenster verschijnen.
y
Wanneer u een overgenomen functie heeft gewist, zal de
toets terugkeren naar de fabrieksinstelling (of de bij een
eventueel ingestelde afstandsbedieningscode behorende
functie).
“L:ALL” en “FCTRY” kunnen ongeveer 30 seconden duren.
Opmerking
Opmerking
Geheugen back-up
Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder
batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het
geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen gewist is,
dient u nieuwe batterijen in de afstandsbediening te doen en
moet u eventueel ingevoerde afstandsbedieningscodes en
andere functies opnieuw programmeren.
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
CLEAR
LEARN
RE–NAME
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
MACROONOFF
1
2
3
MCR 1: DVD
Geeft het aantal
macro-stappen aan
dat u heeft
geprogrammeerd.
Knippert om en om zodat u de
volgende stap kunt programmeren.
MCR 2: AV POWER
MCR 3: h
Wissen van ingestelde functies
Opmerking
Opmerking
AMP
SOURCE
TV
CLEAR
CLEAR
77
Nederlands
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
5 Druk op CLEAR om de wisfunctie te verlaten.
“C:NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als het wissen niet
gelukt is. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 3.
“ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een
toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of
wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt.
Wissen van een overgenomen
(‘geleerde’) functie
U kunt de overgenomen functie onder een bepaalde toets
in een bepaalde set bedieningstoetsen wissen.
1 Zet AMP/SOURCE/TV op SOURCE.
2 Druk op een ingangskeuzetoets om de
broncomponent met de functie die u wilt
wissen te selecteren.
De naam van de geselecteerde component zal
verschijnen in het uitleesvenster.
3 Druk met een balpen of iets dergelijks
LEARN in.
“LEARN” en de naam van de geselecteerde
component (bijv. “DVD”) zullen om en om in het
uitleesvenster verschijnen.
Houd LEARN niet te lang ingedrukt. Als u het knopje drie
seconden ingedrukt houdt, zal de instelfunctie voor
afstandsbedieningscodes worden opgestart.
Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden
uitvoert, zal de leerfunctie automatisch worden
geannuleerd. Houd in dat geval LEARN nog eens
ingedrukt.
Opmerkingen
CLEAR
Wissen van individuele functies
Opmerkingen
AMP
SOURCE
TV
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
SLEEP
INPUT MODE
A
B
LEARN
78
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
4 Houd CLEAR ingedrukt met een balpen of
iets dergelijks en houd vervolgens de toets
met de functie die u wilt wissen tenminste 3
seconden ingedrukt.
“C:OK” zal in het uitleesvenster verschijnen als het
wissen gelukt is.
y
Herhaal stap 4 als u gelijk nog een andere functie wilt
wissen.
Wanneer u een overgenomen functie heeft gewist, zal de
toets terugkeren naar de fabrieksinstelling (of de bij een
eventueel ingestelde fabrikantencode behorende functie).
5 Druk op CLEAR om de wisfunctie te verlaten.
De afstandsbediening gaat nu weer in de leerfunctie.
6 Druk nog eens op LEARN om deze functie te
verlaten.
“C:NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als het wissen niet
gelukt is. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 4.
“ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een
toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of
wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt.
Wissen van een macrofunctie
U kunt de functie wissen die onder een bepaalde
macrotoets is geprogrammeerd.
1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP of SOURCE.
2 Druk met een balpen of iets dergelijks
MACRO in.
“MCR ?” verschijnt in het uitleesvenster.
Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden
uitvoert, zal macro programmeerfunctie automatisch
worden geannuleerd. Houd in dat geval MACRO nog eens
ingedrukt.
3 Houd CLEAR ingedrukt met een balpen of
iets dergelijks en houd vervolgens de toets
met de functie die u wilt wissen tenminste 3
seconden ingedrukt.
“C:OK” zal in het uitleesvenster verschijnen als het
wissen gelukt is.
y
Herhaal stap 3 als u gelijk nog een andere functie wilt
wissen.
Wanneer u een geprogrammeerde functie heeft gewist, zal
de toets terugkeren naar de fabrieksinstelling (of de bij een
eventueel ingestelde fabrikantencode behorende functie).
4 Druk op CLEAR om de wisfunctie te verlaten.
De afstandsbediening gaat nu weer in de macro
programmeerfunctie.
5 Druk nog eens op MACRO om deze functie te
verlaten.
“C:NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als het wissen niet
gelukt is. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 3.
“ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een
toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of
wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt.
Opmerkingen
CLEAR
LEARN
RE–NAME
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
MACROONOFF
Opmerking
Opmerkingen
AMP
SOURCE
TV
MACRO
CLEAR
LEARN
RE–NAME
REC
DISC SKIP
MACROONOFF
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
79
Nederlands
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Wanneer u de bijbehorende fabrikantencodes heeft ingesteld, kunt
u met deze afstandsbediening ook uw andere apparatuur
bedienen. Het is mogelijk dat sommige toetsen niet het verwachte
effect hebben op uw apparatuur. Gebruik de ingangskeuzetoetsen
om de component te selecteren die u wilt bedienen. De
afstandsbediening zal automatisch overschakelen naar de
bedieningsfunctie voor die component.
*1
Deze toets werkt alleen wanneer de originele afstandsbediening van de component in kwestie een POWER (aan/uit) toets heeft.
*2
Met deze toetsen kunt u uw TV bedienen zonder de signaalbron om te schakelen indien de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld onder DTV of PHONO.
Als u uw TV heeft ingesteld voor zowel de DTV als de PHONO set bedieningstoetsen, zal voorrang worden gegeven aan het signaal voor de DTV set.
*3
Met deze toetsen kunt u uw videorecorder bedienen zonder de signaalbron om te schakelen indien de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld onder VCR 1.
*4
Deze toetsen functioneren alleen op modellen voor Europa en het V.K.
Bedienen van andere componenten
DVD-speler/
DVD-recorder
VCR
Kabel TV/
satellietontvanger
TV LD-speler CD-speler
MD-recorder/
CD-recorder
Cassettedeck Tuner
1 AV P OW E R
Aan/uit
*1
Aan/uit
*1
Aan/uit
*1
VCR aan/uit
*3
Aan/uit
*1
Aan/uit
*1
Aan/uit
*1
Aan/uit
*1
Aan/uit
*1
2 TV POWER
TV aan/uit
*2
TV aan/uit
*2
TV aan/uit
*2
Aan/uit
*1
TV aan/uit
*2
TV aan/uit
*2
TV aan/uit
*2
TV aan/uit
*2
TV aan/uit
*2
3 TV VOL +
TV volume +
*2
TV volume +
*2
TV volume +
*2
Volume +
TV volume +
*2
TV volume +
*2
TV volume +
*2
TV volume +
*2
TV volume +
*2
TV VOL –
TV volume –
*2
TV volume –
*2
TV volume –
*2
Volume –
TV volume –
*2
TV volume –
*2
TV volume –
*2
TV volume –
*2
TV volume –
*2
CH +
TV kanaal +
*2
Kanaal +
Kanaal + Kanaal +
TV kanaal +
*2
TV kanaal +
*2
TV kanaal +
*2
TV kanaal +
*2
PRESET +
CH –
TV kanaal –
*2
Kanaal –
Kanaal – Kanaal
TV kanaal –
*2
TV kanaal –
*2
TV kanaal –
*2
TV kanaal –
*2
PRESET –
TV INPUT/A/B/C/D/E
TV ingang
*2
TV ingang
*2
TV ingang
*2
Ingang
TV ingang
*2
TV ingang
*2
TV ingang
*2
Richting A/B A/B/C/D/E
TV MUTE
TV geluid uit
*2
TV geluid uit
*2
TV geluid uit
*2
Tijdelijk
uitschakelen
geluidsweergave
TV geluid uit
*2
TV geluid uit
*2
TV geluid uit
*2
TV geluid uit
*2
TV geluid uit
*2
4 TITLE
Titel Titel Titel Titel
5 MENU
Menu Menu Menu
6 ENTER
Menu Enter Menu selectie Menu selectie
k Menu op Menu op Menu op
n Menu neer Menu neer Menu neer
l Menu links Menu links Menu links
h Menu rechts Menu rechts Menu rechts
7 RETURN
Terug Terug Terug Terug
8 1-9, 0, +10
Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen
Voorkeuzezenders (1-8)
9 ll
Terug zoeken Terug zoeken
VCR terug zoeken
3
VCR terug zoeken
3
Terug zoeken Terug zoeken Terug zoeken Terug zoeken
FREQ
*4
hh Vooruit zoeken Vooruit zoeken
VCR vooruit zoeken
3
VCR vooruit zoeken
3
Vooruit zoeken Vooruit zoeken Vooruit zoeken Vooruit zoeken
EON
*4
b Terug springen
Hoofdstuk/
Terug springen
Terug springen Terug springen Richting terug
PTY MODE
*4
a
Vooruit
springen
Hoofdstuk/
Vooruit springen
Vooruit
springen
Vooruit
springen
Richting
vooruit
PTY START
*4
REC/
DISC SKIP
Disc overslaan
(speler)
Opname (recorder)
Opname
VCR opname
*3
VCR opname
*3
Disc overslaan Opname Opname
s Stop Stop
VCR stop
*3
VCR stop
*3
Stop Stop Stop Stop
e Pauze Pauze
VCR pauze
*3
VCR pauze
*3
Pauze Pauze Pauze Pauze
h Weergave Weergave
VCR weergave
*3
VCR weergave
*3
Weergave Weergave Weergave Weergave
0 AUDIO
Audio Audio
A DISPLAY
Display Display Display Display Display Display
B ENTER
Enter Enter/oproepen
Enter/cijfertoets
TRANSMIT
SET MENU
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDIO
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
VOL
+
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
MENU
PRESET
1
2
3
5
4
CLEAR
LEARN
RE–NAME
SET MENU
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDI O
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
VOL
3421
90
+10
ENT.
5678
CH
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
SOURCE
TV
MACROONOFF
MENU
0
A
B
6
7
8
9
ZONE 2/ZONE 3 (ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET V.K. EN AUSTRALIË)
80
Dit toestel stelt u in staat een audiosysteem in verschillende kamers samen te stellen. De Zone 2 en Zone 3 functies maken het
mogelijk dit toestel zo in te stellen dat er verschillende signaalbronnen worden weergegeven in de woonkamer en in de tweede (Zone
2) of derde kamer (Zone 3). U kunt dit toestel bedienen vanuit de tweede of derde kamer met de meegeleverde afstandsbediening.
Om gebruik te kunnen maken van de multi-ruimte weergavefunctie van dit toestel heeft u de volgende extra apparatuur nodig:
Een infrarood ontvanger in de tweede en/of derde ruimte.
Een infrarood zender in de hoofdruimte. Deze zender brengt de infrarood signalen van de afstandsbediening in de
tweede en/of derde kamer over naar de hoofdruimte (naar een CD-speler of DVD-speler, bijvoorbeeld).
Een versterker en luidsprekers voor de tweede en/of derde ruimte.
y
Omdat er verschillende manieren zijn waarop u dit toestel kunt aansluiten en in meerdere ruimten gebruiken, raden we u aan uw dichtstbijzijnde
erkende YAMAHA dealer of servicecentrum te raadplegen voor de Zone 2/Zone 3 aansluitingen die het best overeenkomen met uw wensen.
Sommige YAMAHA modellen kunnen direct worden aangesloten op de CONTROL OUT aansluiting van dit toestel. Als u een dergelijk product in bezit heeft,
heeft u waarschijnlijk geen aparte infrarood zender nodig. Op de hier aangegeven manier kunnen er maximaal zes YAMAHA componenten worden aangesloten.
Systeemconfiguratie en aansluitvoorbeeld
Met externe versterkers
Om een externe versterker te gebruiken in Zone 2, dient u ZONE2 AMP in het SET MENU op “OFF” in te stellen.
Wanneer u uw eerste ruimte niet gebruikt, dient u het volume van dit toestel voor de eerste ruimte uit te zetten. Regel het Zone 2/Zone
3 volume met de versterker in de tweede/derde ruimte.
Om onverwachte zeer luide ruis te voorkomen, mag u de Zone 2/Zone 3 functie NIET gebruiken met CD's met DTS materiaal.
ZONE 2/ZONE 3
(ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET V.K. EN
AUSTRALIË)
Alleen analoge signalen kunnen worden wgg in de tweede en derde kamer. Een signaalbron waar u naar wilt kunnen luisteren
in de tweede of derde kamer moet dus aangesloten zijn op de analoge (AUDIO L/R) ingangsaansluitingen van dit toestel.
Zone 2/Zone 3 aansluitingen
Opmerkingen
OUT
IN
OUT
IN
CONTROL OUT
Dit toestel
REMOTE OUT
AUDIO IN
MONITOR OUT
SP OUT
ZONE 2 REMOTE IN
ZONE 2 AUDIO OUT
ZONE 3 AUDIO OUT
ZONE 3 REMOTE IN
MAIN
ZONE 3
ZONE 2
Infrarood-zender
CD- speler
(of andere component)
Ve rs t er ke r
Afstandsbediening
Infrarood-ontvanger
Ver st er ker
Afstandsbediening
Infrarood-ontvanger
Tweede ruimte Derde ruimteEerste ruimte
Dit toestel
SYSTEEM
81
Nederlands
ZONE 2/ZONE 3 (ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET V.K. EN AUSTRALIË)
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Gebruiken van de interne versterker van dit toestel
Om de interne versterker van dit toestel te gebruiken, dient u ZONE2 AMP op ON in te stellen via het SET MENU (zie bladzijde 67)
.
Voor Zone 2/Zone 3 kunt u ook de meegeleverde
afstandsbediening gebruiken. U kunt zelfs onafhankelijk van
wat er in de eerste ruimte afgespeeld wordt vanuit de tweede/
derde ruimte een signaalbron kiezen en componenten
bedienen die zich in de eerste ruimte bevinden.
Inschakelen van de Zone functie op de
afstandsbediening
Hierdoor kunt u de afstandsbediening omschakelen voor
gebruik in een andere ruimte en , de ingangskeuzetoetsen,
STANDBY, SYSTEM POWER, MUTE en VOLUME +/–
alleen voor de apparatuur in die ruimte gebruiken.
1
Herhaal de stappen 1 t/m 3 van de procedure bij “Instellen
van afstandsbedieningscodes” op bladzijde 69.
2 Druk op l / h en selecteer “L:AMP”.
3 Druk op ENTER.
“2000” verschijnt in het uitleesvenster.
4 Voer de code “2001” in.
5 Druk op ENTER om de ingevoerde code
definitief te maken.
“OK” zal in het uitleesvenster verschijnen als de
instelling met succes is verlopen.
6 Druk op LEARN om deze Zone instelling af te
sluiten.
De afstandsbediening kan nu vanuit Zone 2 of Zone 3
dit toestel bedienen.
Zone 2/Zone 3 bediening
1 Druk net zo vaak op SELECT k tot “ZONE 2”
of “ZONE 3” in het uitleesvenster verschijnt.
2 Druk op SYSTEM POWER om de stroom voor
Zone 2 of Zone 3 in te schakelen.
3 Druk op de ingangskeuzetoets voor de
signaalbron waar u in de tweede/derde
ruimte naar wilt luisteren.
In het uitleesvenster verschijnt “2: naam van de
geselecteerde signaalbron” of “3: naam van de
geselecteerde signaalbron” als de afstandsbediening
in de Zone 2/Zone 3 stand staat.
Signalen die binnenkomen via de V-AUX en PHONO
aansluitingen kunnen niet worden doorgestuurd naar
Zone 2/Zone 3.
R
L
+
PRESENCE/ ZONE 2
Tweede ruimte
Dit toestel
Afstandsbediening Zone 2/Zone 3
ENTER
LEARN
Opmerking
SELECT
of
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
SLEEP
INPUT MODE
A
B
82
ZONE 2/ZONE 3 (ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET V.K. EN AUSTRALIË)
4 U kunt dit toestel bedienen vanuit Zone 2 of
Zone 3 met de ingangskeuze-, STANDBY,
SYSTEM POWER, MUTE en VOLUME +/–
toetsen.
* VOLUME +/– kan alleen worden gebruikt wanneer
OUTPUT VOL is geselecteerd bij VAR. in het SET
MENU (zie bladzijde 67).
5 Druk op SELECT k/n om de Zone 2/Zone 3
functie af te sluiten.
De signaalbron voor Zone 2 is altijd gelijk aan de signaalbron
die u opneemt.
“ZONE2” of “ZONE3” zal alleen in het uitleesvenster
verschijnen wanneer er op k wordt gedrukt en “SYSTM” alleen
wanneer er op n wordt gedrukt.
Aan of uit (standby) zetten van dit
toestel
SYSTEM POWER en STANDBY werken iets anders
afhankelijk van de geselecteerde functie zoals die in het
uitleesvenster verschijnt.
Wanneer normaal gesproken Zone 2 of Zone 3 is
geselecteerd, kunt u het toestel zelf of Zone 2 of Zone 3
individueel aan/uit (standby) zetten.
Wanneer de System functie is geselecteerd, of wanneer
“AMP1” is geselecteerd als versterker-archief
(L:AMP) code, kunt u het toestel zelf, Zone 2 en Zone
3 tegelijkertijd aan/uit (standby) zetten.
*
“MAIN” zal een paar seconden worden getoond wanneer
SYSTEM POWER of STANDBY wordt ingedrukt.
Speciale opmerkingen betreffende DTS
materiaal
Het DTS signaal bestaat uit een digitale bitstroom. Als u
een DTS signaal naar de tweede/derde ruimte probeert te
sturen, zal er alleen een luide digitale ruis te horen zijn
(die uw luidsprekers kan beschadigen). Daarom dient u de
volgende maatregelen te nemen wanneer u DTS materiaal
wilt kunnen weergeven.
Voor DVD’s de gecodeerd zijn met DTS
Er kunnen alleen 2-kanaals analoge audiosignalen naar de
tweede/derde ruimte worden gestuurd.
Gebruik het discmenu om de gemengde 2-kanaals linker
en rechter audio-uitgangen van de DVD-speler op PCM of
Dolby Digital weergave te zetten.
Voor DTS gecodeerde CD’s
Om onverwachte zeer luide ruis te voorkomen, mag u de
Zone 2/Zone 3 functie NIET gebruiken met CD’s met
DTS materiaal.
Opmerkingen
DTV DVR/VCR2VCR 1 DV D
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
SET MENU
MENU
PURE DIRECT
LEVEL
TITLE
A/B/C/D/E
SELECT
VOL
+
CH
+
TV VOL
TV MUTE TV INPUT
MUTE
+
AMP
SOURCE
TV
*
Uitleesvenster
SYSTEM POWER/
STANDBY
Normale
stand
*
Naam component
Zet het toestel aan/uit
(standby)
Zone 2 stand
“ZONE2” of “2:naam
van de component”
Zet Zone 2 aan/uit
(standby)
Zone 3 stand
“ZONE3” of “3:naam
van de component”
Zet Zone 3 aan/uit
(standby)
Systeem
stand
“SYSTM”
Zet alles (het toestel
zelf, Zone 2, Zone 3)
aan/uit (standby)
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN
83
Nederlands
AANVULLENDE
INFORMATIE
Wat het meeste bijdraagt aan de rijke, volle tonen van een
live voorstelling, zijn de ingewikkelde weerkaatsingen via
de wanden van de ruimte. Naast het feit dat deze
weerkaatsingen het “live” aspect van het geluid
belichamen, vertellen ze ons ook waar de muzikanten zich
bevinden en hoe groot de ruimte waar we in zitten is en
welke vorm deze heeft.
Onderdelen van een geluidsveld
In elke situatie zijn er, naast de door de muzikanten
geproduceerde geluiden die onze oren direct bereiken,
twee verschillende soorten weerkaatsingen die samen
onze waarneming van het geluid bepalen:
Vroege weerkaatsingen
Deze bereiken onze oren het eerst (50 ms – 100 ms na het
directe geluid) en zijn slechts door één enkel oppervlak
weerkaatst - bijvoorbeeld het plafond of een muur. Deze
vroege weerkaatsingen maken het direct waargenomen
geluid voor ons helderder.
Natrillingen
Deze worden veroorzaakt door weerkaatsingen via meer
dan één oppervlak - muren, plafond, de achterwand van de
ruimte - en zijn zo talrijk dat ze samensmelten tot een
bijna doorlopende “nagalm”. Deze natrillingen zijn niet
richtinggevoelig en maken het directe geluid in onze
waarneming minder helder.
Het directe geluid, de vroege weerkaatsingen en de
natrillingen samen helpen ons bij het bepalen van onze
indruk van de grootte en de vorm van de ruimte en het is
deze informatie die door de digitale geluidsveld processor
wordt gereproduceerd bij het samenstellen van het
geluidsveld.
Als u in de kamer waar u altijd naar uw muziek luistert de
juiste vroege weerkaatsingen en natrillingen zou kunnen
maken, zou u uw eigen akoestische luisterparadijs kunnen
bouwen. U zou de akoestiek van uw kamer kunnen
veranderen in die van een concertzaal, een danshol of in
die van vrijwel elke ruimte die zich zou kunnen indenken.
Deze kunst om zelf geluidsvelden samen te stellen is
precies wat YAMAHA nu heeft bereikt met de digitale
geluidsveld processor.
U kunt een goede geluidskwaliteit bereiken met de fabrieksinstellingen.
U hoeft deze begininstellingen niet te veranderen, maar u kunt dat wel
doen wanneer u de weergave beter wilt proberen aan te passen aan de
specifieke omstandigheden in uw kamer.
1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP.
2 Zet het beeldscherm aan en druk
herhaaldelijk op ON SCREEN om de
volledige weergave te selecteren.
3 Selecteer het geluidsveldprogramma
waarvan u de instellingen wilt wijzigen.
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN
Wat is een geluidsveld? Veranderen van instellingen
CLEAR
LEARN
RE–NAME
SET MENU
MENU
FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START
REC
DISC SKIP
EFFECT
TEST
RETURN
ON SCREEN
DISPLAY
STRAIGHT
NIGHT
AUDI O
PURE DIRECT
ENTER
LEVEL
TITLE
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
TV MUTE TV INPUT
MUTE
MACROONOFF
A/B/C/D/E
SELECT
DTV DVR/VCR2VCR 1 DVD
V
-
AUX
CBL/SAT MD/TAPE
CD-R
PHONO TUNER CD
MULTI CH IN
VOL
+
POWER POWER POWER
SYSTEM
STANDBY
AVTV
SLEEP
INPUT MODE
A
B
CH
+
TV VOL
+
AMP
SOURCE
TV
2
4,5
3
1
AMP
SOURCE
TV
ON SCREEN
DISPLAY
THX STANDARD EXTD. SUR
ENTERTAIN
MUSIC TV THTR
MOVIE
STEREO HALL JAZZ
ROCK
3421
90
+10
ENT.
5678
P04 ROCK CONCERT
ROOM SIZE;;;;1.0
LIVENESS;;;;;;;5
REV.TIME;;;;1.6s
REV.DELAY;;120ms
DSP LEVEL;;;;0dB
INIT.DLY;;;;15ms
>
Programmanr. Programmanaam
Parameters Parameter-waarden
Cursor
84
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN
4 Druk op k / n en
selecteer de
parameters.
5 Druk op l / h om de
huidige waarde voor deze
parameter te wijzigen.
Wanneer u voor een parameter
een andere waarde invoert dan
de fabrieksinstelling, zal er een
sterretje (*) verschijnen bij de naam van de parameter
op het beeldscherm.
6 Herhaal de stappen 3 t/m 5 indien u nog
andere parameters voor dit programma wilt
veranderen.
Sommige van de programma’s hebben zoveel instellingen dat er
meer dan één OSD scherm nodig is. Druk op k / n om door
deze schermen te bladeren.
U kunt geen parameterwaarden wijzigen wanneer de
MEMORY GUARD beveiliging is ingeschakeld “ON”. Als u
toch parameterwaarden wilt wijzigen, dient u MEMORY
GUARD op “OFF” te zetten (zie bladzijde 66).
Parameters terugzetten op hun
fabrieksinstelling
Terugzetten van een bepaalde parameter
Selecteer de parameter die u terug wilt zetten en druk
vervolgens net zo vaak op l / h tot het sterretje (*) naast
de naam van de parameter verdwijnt van het beeldscherm.
Terugzetten van alle parameters
Gebruik PARAM.INI (zie bladzijde 66).
Opmerkingen
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de
opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel
uit (standby) staat, wanneer de stekker uit het
stopcontact is, of wanneer de stroomvoorziening
tijdelijk wordt onderbroken door een stroomstoring.
Als de stroomvoorziening echter langer dan een week
onderbroken wordt, zullen de parameterwaarden
terugkeren naar hun fabrieksinstellingen. In een
dergelijk geval zult u de parameterwaarden opnieuw
moeten wijzigen.
ENTER
ENTER
GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN
85
Nederlands
AANVULLENDE
INFORMATIE
U kunt de waarden van bepaalde parameters van de digitale geluidsveldprogramma’s wijzigen om de weergave aan te
passen aan de omstandigheden in uw kamer. Niet alle onderstaande parameters gelden voor alle programma’s.
DSP LEVEL
Functie: Deze parameter regelt het niveau van alle DSP effecten binnen een klein bereik.
Omschrijving: Afhankelijk van de akoestiek in uw kamer wilt u mogelijk het DSP effectniveau verhogen of verlagen
ten opzichte van het niveau van de directe weergave.
Instelbereik: –6 dB – +3 dB
INIT. DLY/P. INIT. DLY (Initiële vertraging)
Functie:
Deze parameter regelt de schijnbare afstand van de geluidsbron tot het weerkaatsende oppervlak door middel van
de vertraging tussen het directe geluid en de eerste weerkaatsing daarvan die door de luisteraar gehoord wordt.
Omschrijving: Hoe kleiner deze waarde, hoe dichter de geluidsbron bij het weerkaatsende oppervlak lijkt te zijn. Hoe
groter deze waarde, hoe verder weg het lijkt. Gebruik een kleine waarde voor een kleine kamer. Gebruik
een grotere waarde voor een grote kamer.
Instelbereik: 1
99 msec
ROOM SIZE/P. ROOM SIZE (Kamergrootte)
Functie: Deze parameter regelt de schijnbare afmetingen van het surround geluidsveld. Hoe groter deze waarde,
hoe groter het surround geluidsveld wordt.
Omschrijving:
Omdat geluid keer op keer wordt weerkaatst in een ruimte, zal de tijd tussen het oorspronkelijk gereflecteerde
geluid en elke volgende weerkaatsing langer worden naarmate de ruimte groter is. Door de tijd tussen de
weerkaatsingen te regelen, kunt u bepalen hoe groot de virtuele ruimte lijkt. Door de waarde van deze
parameter te veranderen van een naar twee, zal de schijnbare lengte van de ruimte verdubbeld worden.
Instelbereik: 0,1 – 2,0
GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN
Brongeluid
Vroege
weerkaatsingen
Tijd Tijd Tijd
INIT. DLY
INIT. DLY INIT. DLY
Geluidsbron
Weerkaatsend oppervlak
Niveau
Kleine waarde = 1 ms Grote waarde = 99 ms
Niveau
Niveau
Niveau
Niveau
Niveau
Tijd
Tijd
Tijd
Brongeluid
Kleine waarde = 0,1
Grote waarde = 2,0
Geluidsbron
Vroege
weer-kaatsingen
86
GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN
LIVENESS
Functie: Deze parameter regelt de reflectiviteit van de virtuele wanden van de ruimte door de mate waarin de
vroege weerkaatsingen in kracht afnemen te veranderen.
Omschrijving: De vroege weerkaatsingen van een geluidsbron worden sneller zwakker in een ruimte met
geluidabsorberende wanden dan in een ruimte met wanden die juist veel geluid weerkaatsen. Een
ruimte met geluidabsorberende oppervlakken wordt ook wel akoestisch “dood” genoemd, terwijl een
ruimte met oppervlakken die veel geluid weerkaatsen “levendig” genoemd wordt. Via de LIVENESS
parameter kunt u de mate waarin de vroege weerkaatsingen wegsterven regelen en dus de
“levendigheid” van de ruimte.
Instelbereik: 0 – 10
S. INIT. DLY (Surround beginvertraging)
Functie: Deze parameter regelt de vertraging tussen het directe geluid en de eerste weerkaatsing vanuit het
surround geluidsveld. U kunt deze parameter alleen instellen wanneer u tenminste twee voorkanalen en
twee surroundkanalen gebruikt.
Instelbereik: 1 – 49 msec
S. ROOM SIZE (Surround kamergrootte)
Functie: Deze parameter regelt de schijnbare afmetingen van het surround geluidsveld.
Instelbereik: 0,1 – 2,0
S. LIVENESS (Surround levendigheid)
Functie: Deze parameter regelt de schijnbare reflectiviteit van de virtuele wanden van het surround geluidsveld.
Instelbereik: 0 – 10
SB INI. DLY (Surround achter beginvertraging)
Functie: Deze parameter regelt de vertraging tussen het directe geluid en de eerste weerkaatsing vanuit het
surround achter geluidsveld.
Instelbereik: 1 – 49 msec
SB ROOM SIZE (Surround achter kamergrootte)
Functie: Deze parameter regelt de schijnbare afmetingen van het surround achter geluidsveld.
Instelbereik: 0,1 – 2,0
SB LIVENESS (Surround achter levendigheid)
Functie: Deze parameter regelt de schijnbare reflectiviteit van de virtuele wanden van het surround achter-
geluidsveld.
Instelbereik: 0 – 10
Brongeluid
Niveau
Niveau
Niveau
Dood
Levendig
Tijd
Tijd Tijd
Zwak weerkaatst
geluid
Krachtig weerkaatst
geluid
Kleine waarde = 0
Grote waarde = 10
87
Nederlands
GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN
AANVULLENDE
INFORMATIE
REV.TIME (Natriltijd)
Functie: Deze parameter regelt hoe lang het duurt voordat de dichte natrillingen verzwakt zijn met 60 dB
(bij 1 kHz). Hierdoor worden de schijnbare afmetingen van de akoestische omgeving over een zeer
groot bereik veranderd.
Omschrijving: Hoe langer de natriltijd, hoe “levendiger” de ruimte waarin u luistert zal lijken. Hoe korter de natriltijd,
hoe “doodser” de ruimte waarin u luistert zal lijken.
Instelbereik: 1,0 – 5,0 sec
REV.DELAY (Beginvertraging natrillingen)
Functie: Deze parameter regelt het tijdverschil tussen het begin van het directe geluid en het begin van de
natrillingen.
Omschrijving: Hoe groter deze waarde, hoe later de natrillingen zullen beginnen. Als de natrillingen later beginnen,
krijgt u het gevoel dat u zich in een ruimere akoestische omgeving bevindt.
Instelbereik: 0 – 250 msec
REV. LEVEL (Niveau natrillingen)
Functie: Deze parameter regelt het volume van de natrillingen.
Omschrijving: Hoe groter deze waarde, hoe sterker de natrillingen zullen zijn.
Instelbereik: 0 – 100%
Natrillingen
Natrillingen
60 dB 60 dB 60 dB
Brongeluid
REV.TIME
REV.TIME
REV.TIME
Geluidsbron
Korte
natrillingen
Lange
natrillingen
Kleine waarde = 1,0 s Grote waarde = 5,0 s
Vroege
weerkaatsingen
(dB)
60 dB
Niveau
Brongeluid
Natrillingen
REV.TIMEREV.DELAY
Tijd
Brongeluid
Niveau
REV. LEVEL
Tijd
88
GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN
DIALG.LIFT (Dialoog-lift)
Functie: Deze parameter regelt de schijnbare hoogte van de voor- en middenkanalen door sommige elementen
uit de voor- en middenkanalen toe te wijzen aan de aanwezigheidsluidsprekers.
Omschrijving: Hoe groter deze waarde, hoe hoger de schijnbare positie van de weergave van de voor- en
middenkanalen.
Keuzes: 0/1/2/3/4/5, de begininstelling is 3.
Voor 7ch Stereo
Functie: Deze parameter regelt het volumeniveau voor elk kanaal in de 7-kanaals stereo weergavefunctie.
Instelbereik: 0 – 100%
CT LEVEL (Midden niveau)
SL LEVEL (Linker surround niveau)
SR LEVEL (Rechter surround niveau)
SB LEVEL (Surround-achter niveau)
PL LEVEL (Linker aanwezigheidsniveau)
PR LEVEL (Rechter aanwezigheidsniveau)
Voor PRO LOGIC IIx Music en PRO LOGIC II Music
PANORAMA
Functie: Breidt het stereoveld voor uit tot het ook de surround-luidsprekers omvat voor een omhullend effect.
Instelmogelijkheden:
OFF/ON, de begininstelling is OFF.
DIMENSION
Functie: Zorgt voor een graduele aanpassing van het geluidsveld naar voren of naar achteren.
Instelbereik: –3 (naar achteren) t/m +3 (naar voren), de begininstelling is STD (standaard).
CENTER WIDTH
Functie: Regelt het middengeluidsveld via alle drie de voor-luidsprekers. Een grotere waarde breidt het
middenveld uit in de richting van de linker en rechter voor-luidsprekers.
Instelbereik:
0 (geluid voor het middenkanaal wordt alleen maar weergegeven via de midden-luidspreker) t/m 7 (het
middenkanaal wordt helemaal via de linker en rechter voor-luidsprekers weergegeven), de begininstelling is 3.
Voor PRO LOGIC IIx Music, Movie en Game
PLII/PLIIx (Pro Logic II/Pro Logic IIx)
Functie:
Schakelt tussen de beschikbare soorten Pro Logic decodering. PLII decodering zorgt voor 5.1-kanaals weergave
van 2-kanaals bronmateriaal. PLIIx decodering zorgt voor 6.1/7.1-kanaals weergave van 2-kanaals bronmateriaal.
Instelmogelijkheden:
PLII, PLIIx
Voor DTS Neo:6 Music
C. IMAGE (Middenbeeld)
Functie: Deze parameter regelt het middengeluidsveld via alle drie de voor-luidsprekers.
Instelbereik: 0 – 1,0
Voor THX Cinema
DEC (2ch Decoder Selectie)
Functie: Selecteert de decoder voor weergave van 2-kanaals bronmateriaal met THX Cinema.
Instelmogelijkheden:
PRO LOGIC / PLII Movie / Neo:6 Cinema
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
89
Nederlands
AANVULLENDE
INFORMATIE
Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld
staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde YAMAHA dealer of servicecentrum.
Algemeen
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
Het toestel gaat niet
aan wanneer u op
STANDBY/ON (of
SYSTEM POWER)
drukt, of gaat direct
weer uit (standby)
zodra de stroom
wordt ingeschakeld.
Het netsnoer of de stekker is niet of niet
goed aangesloten.
Sluit het netsnoer op de juiste manier aan.
De instelling voor de impedantie is niet
correct.
Stel de impedantie in zodat deze overeenkomt met die
van uw luidsprekers.
25
De beveiliging is in werking getreden. Controleer of alle luidsprekerbedrading, op het toestel
en op de luidsprekers zelf, op de juiste manier is
aangesloten en dat de draden geen contact maken met
andere dingen dan de bijbehorende aansluitingen.
13–16
Het toestel heeft blootgestaan aan een
sterke, externe elektrische schok
(bijvoorbeeld een blikseminslag of een
ontlading van statische elektriciteit).
Zet het toestel uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact, wacht 30 seconden voor u de stekker
weer terug doet en probeer het toestel vervolgens
weer gewoon te gebruiken.
Het in-beeld display
wordt niet
weergegeven.
Het in-beeld display (OSD) is ingesteld op
“DISPLAY OFF”.
Kies in plaats hiervan de volledige of de verkortte
weergave.
53
De GRAY BACK instelling in het SET
MENU staat op “OFF” en er wordt
momenteel geen videosignaal ontvangen.
Zet GRAY BACK op “AUTO” zodat het OSD altijd
wordt weergegeven.
65
Geen geluid In- of uitgangskabels niet op de juiste
manier aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem
niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels.
18–21
De optimalisatie-microfoon is aangesloten.
Maak de optimalisatie-microfoon los.
De ingangsfunctie staat op “DTS” of
“ANALOG”.
Stel de ingangsfunctie in op “AUTO”.
40
Er is geen geschikte signaalbron
geselecteerd.
Selecteer een geschikte signaalbron met INPUT,
MULTI CH INPUT of met de ingangskeuzetoetsen.
33
De luidsprekers zijn niet goed
aangesloten.
Sluit de luidsprekers op de juiste manier aan.
13
De te gebruiken voor-luidsprekers zijn
niet op de juiste manier geselecteerd.
Selecteer de voor-luidsprekers met SPEAKERS A en/
of B.
33
Het volume staat uit. Zet het volume hoger.
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Druk op MUTE of op een andere bedieningstoets
voor dit toestel om de geluidsweergave te herstellen
en het volume te kunnen regelen.
35
De ingangsfunctie staat op “ANALOG”
maar er wordt een DTS gecodeerd
bronsignaal weergegeven.
Wijzig de instelling voor de ingangsfunctie naar
“AUTO” of “DTS”.
40
Er komen signalen binnen van de
signaalbron die dit toestel niet kan
reproduceren, bijv.: een CD-ROM.
Speel materiaal af met signalen die wel door dit
toestel gereproduceerd kunnen worden.
Geen beeld Er wordt gebruik gemaakt van
verschillende types video-aansluitingen
voor de in- en uitgang van het
beeldsignaal.
Schakel de videoconversie-functie in.
66
90
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
Het geluid valt
plotseling uit.
De beveiliging is in werking getreden
vanwege kortsluiting enz.
Controleer of de impedantie correct is ingesteld.
25
Controleer of de luidsprekerbedrading nergens
kortsluiting maakt en zet vervolgens het toestel weer
aan.
De slaaptimer heeft het toestel
uitgeschakeld.
Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron
weer af.
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Druk op MUTE om de geluidsweergave te herstellen.
35
Alleen de luidspreker
aan de ene kant doet
het.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem
niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels.
13
Onjuiste balans ingesteld via het SET MENU.
Wijzig de SPEAKER LEVEL instellingen.
60
Er wordt alleen flink
geluid geproduceerd
door de midden-
luidspreker.
Wanneer er een mono bronsignaal wordt
weergegeven met een CINEMA DSP
programma, zal dit signaal via het
middenkanaal worden weergegeven, terwijl
alleen eventuele door het programma
toegevoegde effecten via de voor- en surround-
luidsprekers worden geproduceerd.
Geen geluid uit de
effect-luidsprekers.
De geluidsveldprogramma’s zijn
uitgeschakeld.
Kies STRAIGHT/EFFECT om de effecten in te
schakelen.
39
U gebruikt een signaalbron of een
programmacombinatie waarbij niet via
alle kanalen geluid wordt geproduceerd.
Probeer een ander geluidsveldprogramma.
34
Geen geluid uit de
midden-luidspreker.
Het uitgangsniveau van de midden-
luidspreker staat op een te lage waarde.
Stel het niveau van de midden-luidspreker hoger in.
60
CENTER SP in het SET MENU staat op
“NONE”.
Selecteer de juiste instelling voor uw midden-
luidspreker.
58
Eén van de HiFi DSP programma’s
(uitgezonderd 7ch Stereo) is geselecteerd.
Probeer een ander geluidsveldprogramma.
34
Geen geluid uit de
surround-
luidsprekers.
Het uitgangsniveau van de surround-
luidsprekers staat op een te lage waarde.
Stel het niveau van de surround-luidsprekers hoger in.
60
SURR L/R SP in het SET MENU staat op
“NONE”.
Selecteer de juiste instelling voor de linker en rechter
surround-luidsprekers.
59
Er wordt een mono of stereo bronsignaal
afgespeeld met STRAIGHT.
Druk op STRAIGHT/EFFECT om de
geluidsveldeffecten in te schakelen.
Geen geluid uit de
surround achter-
luidsprekers.
De aanwezigheidsluidsprekers zijn
geselecteerd.
Selecteer de surround achter-luidsprekers bij PR/
SBch SELECT.
63
SURR L/R SP in het SET MENU staat op
“NONE”.
Als “NONE” is ingesteld voor de linker en rechter surround-
luidsprekers, zullen de surround achter-luidsprekers
automatisch ook op “NONE” worden ingesteld. Selecteer de
juiste instelling voor de linker en rechter surround-luidsprekers.
59
SURR B L/R SP in het SET MENU staat
op “NONE”.
Selecteer “SMLx1”, “SMLx2”, “LRGx1” of
“LRGx2”.
59
Geen geluid uit de
subwoofer.
LFE/BASS OUT in het SET MENU staat
op “FRNT” terwijl er een Dolby Digital of
DTS signaal wordt weergegeven.
Selecteer “SWFR” of “BOTH”.
59
LFE/BASS OUT in het SET MENU staat
op “SWFR” of “FRNT” terwijl er een 2-
kanaals bronsignaal wordt weergegeven.
Selecteer “BOTH”.
59
Het bronsignaal bevat geen zeer lage tonen.
91
Nederlands
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
AANVULLENDE
INFORMATIE
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
Er kunnen geen Dolby
Digital of DTS
bronnen worden
weergegeven. (De
Dolby Digital of DTS
indicator op het
display op het
voorpaneel licht niet
op.)
De aangesloten component is niet correct
ingesteld voor het produceren van Dolby
Digital of DTS digitale signalen.
Volg de handleiding van de apparatuur in kwestie en
maak de vereiste instellingen.
De ingangsfunctie staat op “ANALOG”. Wijzig de instelling voor de ingangsfunctie naar
“AUTO” of “DTS”.
40
U hoort een zeker
“gebrom”.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Steek de stekkers goed in de aansluitingen. Als dit het
probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis
is met de kabels.
De draaitafel is niet verbonden met de
GND aansluiting.
Sluit de aarding van uw draaitafel aan op de GND
aansluiting van dit toestel.
21
Het volume is te laag
bij weergave van een
plaat.
De plaat wordt afgespeeld op een
draaitafel met een MC cartridge.
De draaitafel moet op dit toestel worden aangesloten
via een MC-kopversterker.
21
Het volume kan niet
worden verhoogd, of
het geluid klinkt
vervormd.
De op de OUT (REC) aansluitingen van
dit toestel aangesloten component staat
uit.
Zet de betreffende component aan.
Geluidseffecten
worden niet
opgenomen.
Het is niet mogelijk door het toestel
toegevoegde effecten op te nemen met
aangesloten opname-apparatuur.
Er kan niet worden
opgenomen door
digitale opname-
apparatuur die is
aangesloten op de
DIGITAL OUTPUT
aansluiting van dit
toestel.
De signaalbron waarvan u wilt opnemen is
niet aangesloten op de DIGITAL INPUT
aansluitingen van dit toestel.
Sluit de signaalbron aan op de DIGITAL INPUT
aansluitingen.
18–21
Sommige componenten kunnen geen
Dolby Digital of DTS bronmateriaal
opnemen.
Er kan niet worden
opgenomen door
analoge opname-
apparatuur die is
aangesloten op de
AUDIO OUT
aansluitingen.
De signaalbron waarvan u wilt opnemen is
niet aangesloten op de analoge AUDIO IN
aansluitingen.
Sluit de signaalbron aan op de analoge AUDIO IN
aansluitingen.
18–21
Sommige instellingen
en geluidsveld
parameters van dit
toestel kunnen niet
meer worden
gewijzigd.
MEMORY GUARD in het SET MENU
staat op “ON”.
Selecteer “OFF”.
66
Het toestel
functioneert niet naar
behoren.
De interne microcomputer is vastgelopen
door een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading
van statische elektriciteit) of door een te
laag voltage van de stroomvoorziening.
Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na
ongeveer 30 seconden weer terug.
“CHECK SP WIRES”
zal op het display op
het voorpaneel
verschijnen.
De luidsprekerbedrading maakt
kortsluiting.
Controleer of alle luidsprekerkabels op de juiste
manier zijn aangesloten.
13
92
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Tuner
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
U ondervindt storing
van digitale of
hoogfrequente
apparatuur, of van dit
toestel.
Dit toestel staat te dicht bij de digitale of
hoogfrequente apparatuur.
Zet het toestel verder bij dergelijke apparatuur
vandaan.
De beeldweergave
wordt gestoord.
De videobron maakt gebruik van
gescramblede of gecodeerde signalen om
kopiëren tegen te gaan.
Er treedt storing op
wanneer het OSD
wordt weergegeven.
Het OSD kan gestoord worden bij
weergave van het OSD via component
video-aansluitingen.
Selecteer OFF bij CMPNT OSD.
66
Het toestel gaat
plotseling uit
(standby).
De interne temperatuur is te hoog
opgelopen en de
oververhittingsbeveiliging is in werking
getreden.
Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel afgekoeld is voor
u het weer aan zet.
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
FM
Veel ruis in de FM
stereo-ontvangst.
Dit probleem is inherent aan FM
stereo-uitzendingen wanneer de
zender te ver weg is of het
ontvangstsignaal dat binnenkomt via
de antenne niet sterk genoeg is.
Controleer de aansluitingen van de antenne.
Probeer een hoogwaardige
richtingsgevoelige FM antenne.
23
Stem met de hand af.
41
Er is vervorming en ook
een betere FM antenne
zorgt niet voor een
betere ontvangst.
U ondervindt interferentie doordat
hetzelfde signaal op verschillende
manieren ontvangen wordt.
Verander de opstelling van de antenne zodat
u van deze interferentie geen last meer hebt.
Er kan niet automatisch
worden afgestemd op
de gewenste zender.
Het radiosignaal is te zwak. Probeer een hoogwaardige
richtingsgevoelige FM antenne.
23
Stem met de hand af.
41
Er kan niet langer
worden afgestemd op
eerder
voorgeprogrammeerde
zenders.
Het toestel is te lang zonder stroom
geweest.
Programmeer de zenders opnieuw.
42
AM
Er kan niet automatisch
worden afgestemd op
de gewenste zender.
Het signaal is te zwak of de antenne is
los.
Controleer de aansluitingen van de AM
ringantenne en stel deze zo op dat u de beste
ontvangst verkrijgt.
Stem met de hand af.
41
U hoort doorlopend
gekraak en gesis.
Deze geluiden kunnen het gevolg zijn
van bliksem, TL verlichting, motoren,
thermostaten en andere elketrische
apparatuur.
Gebruik een buitenantenne en een goede
aarding. Dit kan in sommige gevallen helpen,
maar het blijft moeilijk om alle
storingsbronnen te elimineren.
U hoort gezoem en
gefluit.
Er wordt in de buurt van het toestel
een TV gebruikt.
Zet dit toestel verder bij de TV vandaan.
93
Nederlands
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
AANVULLENDE
INFORMATIE
Afstandsbediening
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
De afstandsbediening
werkt niet of niet naar
behoren.
Te ver weg of onder te scherpe hoek
gebruikt.
De afstandsbediening werkt binnen een maximaal
bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten
opzichte van loodrecht op het voorpaneel.
8
Direct zonlicht of sterke verlichting
(vooral van TL lampen enz.) valt op de
sensor voor de afstandsbediening van dit
toestel.
Stel het toestel anders op.
De batterijen raken leeg. Vervang alle batterijen.
3
AMP/SOURCE/TV is niet correct
ingesteld.
Stel AMP/SOURCE/TV correct in.
Zet de afstandsbediening in de AMP stand u wanneer
het toestel wilt bedienen. Zet de afstandsbediening op
de SOURCE stand wanneer u de met de
ingangskeuzetoetsen geselecteerde component wilt
bedienen. Zet de afstandsbediening in de TV stand
wanneer u de TV die is ingesteld voor de DTV of
PHONO set wilt bedienen.
De afstandsbedieningscode is niet goed
ingesteld.
Stel de juiste afstandsbedieningscode in.
69
Probeer een andere code voor dezelfde fabrikant.
69
Ook als de juiste afstandsbedieningscode
is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde
modellen niet goed reageren op de
afstandsbediening.
Programmeer de gewenste functies apart onder de
programmeerbare toetsen met de ‘leerfunctie’.
71
De afstandsbediening
kan geen nieuwe
functies “leren”.
De batterijen van deze afstandsbediening
en/of die van de andere afstandsbediening
zijn te zwak.
Vervang de batterijen.
3
De afstand tussen de twee
afstandsbedieningen is te groot of te klein.
Plaats de afstandsbedieningen op de juiste afstand van
elkaar.
71
De signaalcodering of modulatie van de
andere afstandsbediening is niet
compatibel met deze afstandsbediening.
‘Leren’ is niet mogelijk.
Het geheugen is vol. Wis functies die u niet meer nodig heeft om ruimte te
maken voor nieuwe functies.
76
WOORDENLIJST
94
Dolby Digital
Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem met
volledig van elkaar gescheiden multikanaals audio. Met 3
voorkanalen (links, midden en rechts), en 2 surround-
stereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5 audiokanalen
met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal
speciaal voor de zeer lage tonen, het zogenaamde LFE
(Lage Frequentie Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal
5.1 kanalen (het LFE kanaal wordt als 0.1 kanaal geteld).
Door 2-kanaals stereo voor de surround-luidsprekers te
gebruiken is er een betere weergave van bewegende
geluidsbronnen en een beter algeheel surroundeffect
mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote dynamische
bereik (van het zachtste tot het hardste geluid wat nog kan
worden weergegeven) van de 5 kanalen met het volle
frequentiebereik en de precieze plaatsing van het geluid
door de digitale verwerking biedt de luisteraar een
ongehoord realistische weergave.
Dolby Digital EX
Dolby Digital EX creëert 6 kanalen met het volledige
frequentiebereik van 5.1-kanaals bronmateriaal. Dit wordt
bereikt met een matrix decoder die 3 surroundkanalen
samenstelt uit de gegevens voor de 2 surroundkanalen uit
de oorspronkelijke opnamen. Voor de beste resultaten
moet Dolby Digital EX gebruikt worden met
filmsoundtracks die zijn opgenomen in Dolby Digital
Surround EX. Met dit extra kanaal krijgt u een betere en
meer dynamische weergave van bewegende
geluidsbronnen, vooral bij zogenaamde “fly-over” en “fly-
around” effecten.
Dolby Pro Logic II
Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek
voor de grote hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround
materiaal. Deze nieuwe technologie maakt 5-kanaals
weergave mogelijk met 2 voorkanalen, links en rechts, 1
middenkanaal en 2 surroundkanalen, links en rechts (in
plaats van slechts 1 surroundkanaal bij conventionele Pro
Logic weergave). Naast de Movie stand is er ook een
Music stand en een Game stand voor 2- kanaals
bronmateriaal.
Dolby Pro Logic IIx
Dolby Pro Logic IIx is een nieuwe technologie die 6.1 of
7.1 multikanaals weergave mogelijk maakt van 2-kanaals
of multikanaals bronmateriaal. Er is een Music stand voor
muziek, een Movie stand voor films en een Game stand
voor spelletjes.
Dolby Surround
Dolby Surround maakt gebruik van een een 4-kanaals
analoog opnamesysteem voor de reproductie van
realistische en dynamische geluidseffecten: 2
voorkanalen, links en rechts (stereo), een middenkanaal
voor gesproken tekst (mono) en een surroundkanaal voor
speciale geluidseffecten (mono). Het surroundkanaal geeft
alleen geluiden binnen een beperkt frequentiebereik weer.
Dolby Surround wordt veel gebruikt op videobanden en
laserdiscs en ook wel bij TV en kabelprogramma’s. De in
dit toestel ingebouwde Dolby Pro Logic decoder maakt
gebruik van een digitale signaalverwerking die
automatisch het volume van de verschillende kanalen
stabiliseert om de richtingsgevoeligheid en de weergave
van bewegende geluidsbronnen te verbeteren.
DTS 96/24
DTS 96/24 biedt een ongekend hoog niveau
audiokwaliteit voor multikanaals weergave van DVD-
Video en is volledig compatibel met alle vroegere DTS
decoders. “96” refereert aan de 96 kHz
bemonsteringsfrequentie (vergeleken met een normale
waarde van 48 kHz). “24” refereert aan de gebruikte
codelengte van 24 bits. DTS 96/24 biedt een
geluidskwaliteit die vergelijkbaar is met die van de
originele 96/24 masteropnamen, en 96/24 5.1-kanaals
weergave met video van hoge kwaliteit voor
muziekprogramma's zowel als speelfilms op DVD-video.
DTS (Digital Theater Systems)
Digitale Surround
DTS digitale surroundweergave is ontwikkeld om de
analoge filmsoundtracks te vervangen door een 6-kanaals
digitale soundtrack en is over de hele wereld bezig aan een
opmars in de bioscoop. Digital Theater Systems Inc. heeft
tevens een thuisbioscoopsysteem ontwikkeld zodat u
gewoon thuis kunt profiteren van de verbluffende DTS
digitale surroundweergave. Dit systeem produceert vrijwel
vervormingsvrije 6-kanaals weergave (technisch
gesproken, linker, rechter en midden voorkanalen, 2
surroundkanalen, plus een LFE 0.1 kanaal voor de
subwoofer, dus anders gezegd 5.1 kanalen). Dit toestel is
uitgerust met een DTS-ES decoder die 6.1- kanaals
weergave mogelijk maakt door uit bestaand 5.1-kanaals
bronmateriaal een surround-achterkanaal te destilleren.
Neo:6
Neo:6 bewerkt conventioneel 2-kanaals bronmateriaal
voor 6-kanaals weergave met een speciale decoder.
Hierdoor wordt weergave mogelijk met kanalen met het
volle bereik en met een verbeterde kanaalscheiding, zoals
bij weergave van digitale signalen met gescheiden
kanalen. Er zijn twee standen; “Music” voor weergave van
muziek en “Cinema” voor films.
WOORDENLIJST
Audioformaten
95
Nederlands
WOORDENLIJST
AANVULLENDE
INFORMATIE
PCM (Lineair PCM)
Lineair PCM is een signaalformaat voor het
ongecomprimeerd digitaliseren, opnemen en overbrengen
van analoge audiosignalen. Dit wordt gebruikt als
opnamemethode van CD’s en DVD audio. Het PCM
systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het
analoge signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De
afkorting staat voor “Puls Code Modulatie”, het analoge
signaal wordt gecodeerd als pulsjes en dan gemoduleerd
voor opname.
CINEMA DSP
Omdat de Dolby Surround en DTS systemen
oorspronkelijk bedoeld waren voor de bioscoop, werken
deze systemen het best in een theatrale ruimte met een
heleboel luidsprekers opgesteld voor het maximale
akoestische effect. Maar de omstandigheden bij mensen
thuis, de afmetingen van de kamer, het materiaal waar de
muur van gemaakt is, het aantal luidsprekers enz., zijn zo
verschillend, dat de weergave ook anders wordt. Op basis
van een massa in het echt gemeten gegevens maken nu de
YAMAHA CINEMA DSP programma’s gebruik van de
origineel door YAMAHA ontwikkelde
geluidsveldentechnologie om in combinatie met Dolby
Pro Logic, Dolby Digital en DTS systemen te komen tot
een zo goed mogelijke benadering in uw huiskamer van de
audiovisuele ervaring die tot nog toe alleen in de bioscoop
gerealiseerd kon worden.
SILENT CINEMA
YAMAHA heeft een natuurlijk en realistisch DSP
geluidsveldprogramma ontwikkeld voor hoofdtelefoons.
Voor elk apart geluidsveld zijn parameters voor weergave
via een hoofdtelefoon opgenomen zodat alle
geluidsveldprogramma’s natuurgetrouw kunnen worden
weergegeven.
Virtual CINEMA DSP
YAMAHA heeft een Virtual CINEMA DSP
geluidsveldprogramma ontwikkeld dat u ook zonder
daadwerkelijke surround-luidsprekers in staat stelt te
profiteren van DSP surroundeffecten door middel van
virtuele surround-luidsprekers.
U kunt Virtual CINEMA DSP zelfs gebruiken op een
minimaal systeem met slechts twee luidsprekers zonder
midden-luidspreker.
Geluidsveldprogramma’s
96
WOORDENLIJST
ITU-R
ITU-R is de radio-communicatie afdeling van de ITU
(International Telecommunication Union). De ITU-R
heeft een aanbeveling opgesteld voor een standaard
luidsprekeropstelling die gebruikt wordt in veel kritische
luisterruimten, zoals mastering studio’s.
LFE 0.1 kanaal
Dit kanaal is speciaal bedoeld voor de weergave van zeer
lage tonen. Het frequentiebereik voor dit kanaal is 20 Hz
t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt meestal als 0.1 geteld omdat
niet het volledige frequentiebereik wordt weergegeven,
zoals de andere 5/6 kanalen in een Dolby Digital of DTS
5.1/6.1-kanaals systeem.
Bemonsteringsfrequentie en aantal
kwantisatiebits
Bij het digitaliseren van een analoog audiosignaal wordt
het aantal keren dat het signaal per seconde wordt gemeten
de bemonsteringsfrequentie genoemd en de
gedetailleerdheid waarmee het geluid in een numerieke
waarde wordt omgezet, het aantal kwantisatiebits.
Het frequentiebereik dat kan worden weergegeven is
gebaseerd op de bemonsteringsfrequentie, terwijl het
dynamisch bereik, het verschil tussen het zachtste en het
hardste geluid, bepaald wordt door het aantal
kwantisatiebits. In principe is het zo dat hoe hoger de
bemonsteringsfrequentie is, hoe groter het aantal tonen is
dat kan worden weergegeven, en hoe hoger het aantal
kwantisatiebits is, hoe precieser het geluidsniveau kan
worden gereproduceerd.
THX Cinema verwerking
THX is een exclusieve set standaarden en technologieën
zoals vastgesteld door de wereldberoemde filmproducent
Lucasfilm Ltd. THX is het resultaat van George Lucas’
persoonlijke wens de weergave van de filmsoundtrack,
zowel in de bioscoop als bij u thuis, zo veel mogelijk
overeen te laten stemmen met wat de regisseur in
gedachten had.
Filmsoundtracks worden samengesteld in speciale
geluidsstudio’s en zijn bedoeld om te worden afgespeeld
in bioscopen die zijn uitgerust met vergelijkbare
apparatuur. Deze zelfde soundtrack wordt vervolgens
overgebracht op Laserdisc, VHS video, DVD enz. en
wordt verder niet gewijzigd voor weergave bij u thuis.
De THX technici hebben geoctroieerde technieken
ontwikkeld om het voor weergave in bioscopen bedoelde
materiaal natuurgetrouw te transponeren naar de huiskamer
door te corrigeren voor de ruimtelijke en tonale verschillen.
Wanneer op dit product de THX indicator aan staat, worden
de THX functies automatisch toegevoegd aan de Cinema
functies (bijv. THX Cinema, THX Surround EX).
Aangepaste decorrelatie
In een bioscoop zijn er een groot aantal surround-
luidsprekers die allemaal meehelpen om een omhullend
surround-effect op te bouwen, maar thuis heeft u er
misschien maar twee. Hierdoor kunnen de surround-
luidsprekers al snel klinken als een grote hoofdtelefoon,
zonder gevoel van ruimte en zonder omhullend effect. Ook
kan het hele surround-effect makkelijk verloren gaan
wanneer u niet in het midden zit, maar te dicht bij de ene
surround-luidspreker. Aangepaste decorrelatie verschuift
de timing en de fase van de twee surroundkanalen iets ten
opzichte van elkaar. Het effect hiervan is dat de luisterplek
waar het effect waargenomen kan worden effectief
vergroot wordt – met toch maar twee luidsprekers – en dat
de bioscoopervaring beter benaderd wordt.
Re-Equalization
De toonbalans van een filmsoundtrack zal te helder en te
hard overkomen bij weergave in uw huiskamer omdat een
soundtrack gemaakt is voor weergave in grote bioscopen
met grote professionele apparatuur. Re-Equalization
herstelt de juiste toonbalans zodat een filmsoundtrack
beter zal klinken in uw huiskamer.
Timbre Matching
Voor het menselijk gehoor hangt de manier waarop we een
geluid waarnemen mede af van de richting waar het geluid
vandaan komt. In een bioscoop is er een enorme batterij
aan luidsprekers die ons vanaf alle kanten voorzien van de
nodige geluidsinformatie. Maar thuis gebruiken we
misschien maar twee luidsprekers om hetzelfde effect te
bereiken. De Timbre Matching functie filtert de informatie
die naar de surround-luidsprekers gestuurd wordt zodat ze
de toonkwaliteit van de voor-luidsprekers beter benaderen.
Hierdoor worden tussen de voor- en surround-luidsprekers
bewegende geluidsbronnen beter en naadlozer
weergegeven.
Audio informatie
97
Nederlands
WOORDENLIJST
AANVULLENDE
INFORMATIE
THX Select
Voor een component voor een thuisbioscoop de THX
Select certificatie krijgt, moet er voldaan worden aan een
serie rigoureuze kwaliteits- en prestatietests. Slechts dan
mag een product het THX Select logo dragen, uw garantie
dat u nog vele jaren zult kunnen genieten van de door u
aangeschafte thuisbioscoop producten. De THX Select
eisen raken alle aspecten van de producten, inclusief de
prestaties en de bediening van de eind- en voorversterker
en honderden andere onderdelen voor het digitale zowel
als het analoge gedeelte.
THX Surround EX
THX Surround EX - Dolby Digital Surround EX is
gezamenlijk ontwikkeld door Dolby Laboratories en THX
Ltd.
In een bioscoop kan bij Dolby Digital Surround EX
filmsoundtracks een extra kanaal worden gereproduceerd
dat bij het mixen van het programma is toegevoegd. Dit
kanaal, het surround-achterkanaal, geeft geluiden achter
de luisteraar weer, in aanvulling op de huidige configuratie
met linker, rechter en midden voorkanalen, linker en
rechter surroundkanalen en een subwooferkanaal. Dit
extra kanaal schept de mogelijkheid meer gedetailleerde
geluidsbeelden achter de luisteraar te plaatsen en zo meer
diepte, meer ruimte en een betere plaatsing van het geluid
te verwezenlijken.
Films die zijn voorzien van Dolby Digital Surround EX
technologie zullen waarschijnlijk een logo of tekst op de
verpakking van die strekking krijgen wanneer ze op de
markt voor thuisgebruikers verschijnen. Op de Dolby
internetpagina’s www.dolby.com kunt u een lijst vinden
met films die genruik maken van deze technologie. Een
lijst met verkrijgbare DVD titels die gecodeerd zijn met de
betreffende technologie kunt u vinden op www.thx.com.
Alleen receivers en andere apparatuur die voorzien zijn
van het THX Surround EX logo zijn in staat, in de THX
Surround EX stand, deze nieuwe technologie bij u thuis te
reproduceren.
Het is mogelijk dat dit product de THX Surround EX
stand ook inschakelt bij weergave van 5.1-kanaals
materiaal dat niet Dolby Digital Surround EX gecodeerd
is. In een dergelijk geval hangt de informatie voor het
surround-achterkanaal af van het gebruikte programma en
kan het resultaat tegenvallen afhankelijk van de
soundtrack in kwestie en uw persoonlijke voorkeur.
Component videosignaal
In een component video systeem wordt het videosignaal
gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en in PB
en P
R signalen voor de kleuren. Dit systeem zorgt voor een
betere kleurweergave omdat elk van deze signalen
onafhankelijk is van de andere. Componentsignalen
worden ook wel “kleurverschilsignalen” genoemd omdat
het luminantiesignaal wordt afgetrokken van het
kleursignaal.
U heeft een monitor met component ingangsaansluitingen
nodig om component videosignalen te kunnen weergeven.
Composiet videosignaal
Een composiet videosignaal bestaat uit alle drie de
basiselementen van het videobeeld: kleur, helderheid en
synchronisatiegegevens. Een composiet video-aansluiting
op een videocomponent geeft deze drie elementen
gecombineerd door.
S-videosignaal
In een S-videosysteem wordt het videosignaal dat normaal
via een enkele kabel zou worden doorgegeven gescheiden
in een Y signaal voor de luminantie en een C signaal voor
de kleur en doorgegeven via speciale S-video
aansluitingen. Gebruik van een S VIDEO aansluiting
vermindert signaalverslechtering bij lange verbindingen
en zorgt voor een betere beeldkwaliteit.
Videosignaal informatie
TECHNISCHE GEGEVENS
98
AUDIO GEDEELTE
Minimum RMS uitgangsvermogen voor, midden, surround,
surround-achter
20 Hz t/m 20 kHz, 0,04% THV, 8 ................................... 120 W
Maximum vermogen (EIAJ)
[modellen voor Australië, China, Korea, Azië en algemene
modellen]
1 kHz, 10% THV, 8 .......................................................... 170 W
Dynamisch vermogen (IHF)
[Modellen voor de V.S., Canada, China, Australië, Azië, Korea en
algemene modellen]
8/6/4/2 ....................................................... 155/195/250/330 W
DIN standaard uitgangsvermogen [modellen voor het V.K. en
Europa]
1 kHz, 0.7% THV, 4 ......................................................... 170 W
IEC uitgangsvermogen [modellen voor het V.K. en Europa]
1 kHz, 0.04% THV, 8 ....................................................... 125 W
Dempingsfactor (IHF)
20 Hz t/m 20 kHz, 8 .................................................140 of meer
Frequentierespons
CD aansluiting naar L/R voor .............. 10 Hz t/m 100 kHz, –3 dB
Totale harmonische vervorming
PHONO naar REC OUT (20 Hz t/m 20 kHz, 1 V) ..............0,02%
CD, enz. naar L/R voor (20 Hz t/m 20 kHz, 60 W, 8 Ω) ..... 0.04%
Signaal-ruis verhouding (IHF-A netwerk)
PHONO (5 mV) naar L/R voor
[Modellen voor het V.K., Europa en Australië] .....................81 dB
[Overige modellen] ...............................................................86 dB
CD (250 mV) naar L/R voor, Effect uit ...............................100 dB
Restruis (IHF-A netwerk)
L/R voor ............................................................ 150 µV of minder
Kanaalscheiding (1 kHz/10 kHz)
PHONO (afgesloten) naar L/R voor ......................... 60 dB/55 dB
CD (5,1 k afgesloten) naar L/R voor ...................... 60 dB/45 dB
Toonregeling (L/R voor)
BASS versterking/drempel ........................................ ±6 dB/50 Hz
BASS turnover frequentie ...................................................350 Hz
TREBLE versterking/drempel ................................ ±6 dB/20 kHz
TREBLE turnover frequentie .............................................3,5 kHz
Hoofdtelefoon uitgangsvermogen ............................ 150 mV/100
Ingangsgevoeligheid/uitgangsimpedantie
PHONO ................................................................... 3,5 mV/47 k
CD, enz. ................................................................. 200 mV/47 k
MULTI CH INPUT ............................................... 200 mV/47 k
Uitgangsniveau/ingangsimpedantie
REC OUT.............................................................. 200 mV/1,2 k
PRE OUT .................................................................. 1,0 V/500
SUBWOOFER .......................................................... 2,0 V/500
ZONE 2 OUTPUT
[Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K.
en Australië]........................................................... 1,0 V/1,2 k
ZONE 3 OUTPUT
[Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K.
en Australië]........................................................... 1,0 V/1,2 k
VIDEO GEDEELTE
Videosignaaltype ........................................................... PAL/NTSC
Signaal-ruis verhouding .......................................................... 60 dB
Frequentierespons (MONITOR OUT)
Composiet, S-Video ................................5 Hz t/m 10 MHz, –3 dB
Component ............................................ 5 Hz t/m 60 MHz, –3 dB
FM GEDEELTE
Afstembereik
[Modellen voor de V.S. en Canada] ............... 87,5 t/m 107,9 MHz
[Modellen voor Azië en algemene modellen]
...............................................87,5/87,50 t/m 108,0/108,00 MHz
[Overige modellen] .................................... 87,50 t/m 108,00 MHz
Bruikbare gevoeligheid (IHF) ............................... 1,0 µV (11,2 dBf)
Signaal-ruis verhouding (IHF)
Mono/Stereo .............................................................. 76 dB/70 dB
Harmonische vervorming (1 kHz)
Mono/Stereo ................................................................. 0,2%/0,3%
Stereoscheiding (1 kHz) .......................................................... 42 dB
Frequentierespons ............................ 20 Hz t/m 15 kHz +0,5, –2 dB
AM GEDEELTE
Afstembereik
[Modellen voor de V.S. en Canada] ...................530 t/m 1710 kHz
[Modellen voor Azië en algemene modellen]
530/531 t/m 1710/1611 kHz
[Overige modellen] ............................................531 t/m 1611 kHz
Bruikbare gevoeligheid ......................................................300 µV/m
ALGEMEEN
Stroomvoorziening
[Modellen voor de V.S. en Canada] .... 120 V/60 Hz wisselstroom
[Modellen voor Australië] .................. 240 V/50 Hz wisselstroom
[Modellen voor China] ....................... 220 V/50 Hz wisselstroom
[Modellen voor Korea] ........................ 220 V/60 Hz wisselstroom
[Modellen voor het V.K. en Europa] .. 230 V/50 Hz wisselstroom
[Algemene modellen]
........................ 110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
[Modellen voor Azië] ...... 220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Stroomverbruik
[Modellen voor de V.S. en Canada] ....................... 500 W/630 VA
[Overige modellen] ............................................................. 500 W
Stroomverbruik uit (standby)
[Modellen voor Azië en algemene modellen]
(240 V/50 Hz wisselstroom)............................. 0,8 W of minder
[Overige modellen] ............................................. 0,5 W of minder
Netstroomaansluitingen
[Modellen voor de V.S. en Canada]
.............................................. 2 (Totaal 100 W/0,8 A maximum)
[Modellen voor het V.K. en Australië]
........................................................ 1 (Totaal 100 W maximum)
[Modellen voor China en Europa] .... 2 (Totaal 100 W maximum)
[Modellen voor Azië en algemene modellen]
.......................................................... 2 (Totaal 50 W maximum)
Afmetingen (b x h x d) ................................. 435 x 171 x 433,5 mm
Gewicht ................................................................................. 15,5 kg
TECHNISCHE GEGEVENS

Documenttranscriptie

LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT. LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT. 1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken. 2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde, koele, droge, schone plek — uit direct zonlicht, uit de buurt van warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de bovenkant, 20 cm aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan de achterkant van dit toestel. 3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen. 4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel. 5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet bovenop dit toestel: – Andere componenten, daar deze schade kunnen veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren. – Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken. – Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het toestel terecht komt. 6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz. zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. 7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle aansluitingen gemaakt zijn. 8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade. 9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen en/of snoeren. 10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de stekker zelf trekken, niet aan het snoer. 11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen; dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge doek. 12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat. 13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient u de stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert. 14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of het te repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken. 15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken (bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen. 16 Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN” over veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont. 17 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ON te drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen. 18 VOLTAGE SELECTOR (Alleen modellen voor Azië en algemene modellen) De VOLTAGE SELECTOR schakelaar op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de lokale netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De geschikte voltages zijn als volgt: Algemene modellen ..................... 110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom Modellen voor Azië ................................... 220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom WAARSCHUWING OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN. De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde standby-stand. In deze toestand is het toestel ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te verbruiken. ALLEEN VOOR KLANTEN IN NEDERLANDS Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA. INHOUDSOPGAVE GELUIDSVELDPROGRAMMA’S KENMERKEN ....................................................... 2 VAN START ........................................................... 3 GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN.........................................49 Megeleverde accessoires ........................................... 3 Inzetten van batterijen in de afstandsbediening......... 3 Voor film/video bronnen ......................................... 49 Voor muziekmateriaal ............................................. 52 INLEIDING INLEIDING BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES......... 4 VOORBEREIDINGEN GEAVANCEERDE BEDIENING GEAVANCEERDE BEDIENING.......................53 Selecteren van de OSD (in-beeld display) weergavefunctie................................................... 53 Gebruiken van de slaaptimer ................................... 53 Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus..... 54 Gebruiken van de testtoon ....................................... 55 SET MENU ............................................................56 Opstelling van de luidsprekers................................. 12 Luidspreker-aansluitingen ....................................... 13 Gebruiken van het SET MENU............................... 57 Gebruiken van het SOUND MENU ........................ 58 Gebruiken van het INPUT MENU .......................... 63 Gebruiken van het OPTION MENU ....................... 65 Voor u componenten gaat aansluiten....................... 17 Aansluiten van videocomponenten.......................... 18 Aansluiten van audiocomponenten.......................... 21 Aansluiten van de antennes ..................................... 23 Aansluiten van het netsnoer..................................... 24 Instelling luidsprekerimpedantie ............................. 25 Inschakelen van de stroom....................................... 25 Inleiding................................................................... 26 Optimalisatie-microfoon setup ................................ 26 Beginnen van de setup ............................................. 27 BASIS SETUP....................................................... 31 Gebruiken van het BASIC MENU .......................... 31 BASISBEDIENING Basisbediening......................................................... 33 Selecteren van geluidsveldprogramma’s ................. 34 Aanvullende mogelijkheden .................................... 35 Selecteren van ingangsfuncties................................ 40 AFSTEMMEN ...................................................... 41 OPNEMEN............................................................ 48 ZONE 2/ZONE 3 (ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET V.K. EN AUSTRALIË) ....................................................80 Zone 2/Zone 3 aansluitingen ................................... 80 Afstandsbediening Zone 2/Zone 3........................... 81 AANVULLENDE INFORMATIE WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN ..............................................83 Wat is een geluidsveld? ........................................... 83 Veranderen van instellingen .................................... 83 AANVULLENDE INFORMATIE Automatisch en handmatig afstemmen.................... 41 Zenders voorprogrammeren..................................... 42 Selecteren van voorkeuzezenders ............................ 44 Omwisselen van voorkeuzezenders......................... 44 Ontvangst van RDS zenders .................................... 45 Wijzigen van de RDS functie .................................. 45 De PTY SEEK functie ............................................. 46 De EON functie ....................................................... 47 Bedieningstoetsen .................................................... 68 Instellen van afstandsbedieningscodes .................... 69 Overnemen van codes van andere afstandsbedieningen (Leren) ............................... 71 Veranderen van de namen van signaalbronnen in het uitleesvenster ................................................. 73 Gebruiken van de Macro functie ............................. 74 Wissen van ingestelde functies................................ 76 Wissen van individuele functies .............................. 77 Bedienen van andere componenten ......................... 79 GEAVANCEERDE BEDIENING WEERGAVE ........................................................ 33 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING.................................68 GELUIDSVELDPROGRAMMA’S AUTO SETUP....................................................... 26 BASISBEDIENING LUIDSPREKER SETUP ..................................... 12 AANSLUITINGEN .............................................. 17 VOORBEREIDINGEN Voorpaneel................................................................. 4 Afstandsbediening ..................................................... 6 Gebruiken van de afstandsbediening ......................... 8 Display voorpaneel .................................................... 9 Achterpaneel ............................................................ 11 GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN.........................................85 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN .......................89 WOORDENLIJST ................................................94 Audioformaten......................................................... 94 Geluidsveldprogramma’s......................................... 95 Audio informatie...................................................... 96 Videosignaal informatie .......................................... 97 TECHNISCHE GEGEVENS...............................98 Nederlands 1 KENMERKEN KENMERKEN Ingebouwde 7-kanaals eindversterker Overige kenmerken ◆ Minimum RMS uitgangsvermogen (0,04% THV, 20 Hz – 20 kHz, 8 Ω) Voor: 120 W +120 W Midden: 120 W Surround: 120 W +120 W Surround Achter: 120 W +120 W ◆ YPAO: YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer voor automatische instelling van uw luidsprekers ◆ 192-kHz/24-bits D/A converter ◆ SET MENU om dit toestel optimaal af te stemmen aan uw audio/videosysteem ◆ 6 of 8 extra ingangsaansluitingen voor gescheiden multikanaals signalen ◆ De in-beeld displayfunctie maakt de bediening van dit toestel gemakkelijk ◆ PURE DIRECT voor onversneden, natuurgetrouwe weergave van analoge en PCM bronnen ◆ S-Video in-/uitgangsaansluitingen ◆ Component video in-/uitgangsaansluitingen ◆ Videosignaal conversie (composiet video ↔ S-Video → component video) mogelijk voor de monitor uitgang ◆ Optische en coaxiale digitale audio-aansluitingen ◆ Slaaptimer ◆ Cinema en Muziek Middernacht luisterfuncties ◆ Afstandsbediening met voorgeprogrammeerde afstandsbedieningscodes en Leer-/Macrofunctie ◆ Zone 2/Zone 3 aangepaste installatie mogelijk (alleen bij modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) Kenmerken geluidsveld ◆ Zelf ontwikkelde YAMAHA technologie voor de creatie van geluidsvelden ◆ THX Select ◆ Dolby Digital/Dolby Digital EX Decoder ◆ DTS/DTS-ES Matrix 6.1, Discrete 6.1, DTS Neo:6 Decoder, DTS 96/24 ◆ Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II/Dolby Pro Logic IIx Decoder ◆ Virtual CINEMA DSP ◆ SILENT CINEMA™ Verfijnde AM/FM tuner ◆ ◆ ◆ ◆ 40 Gemakkelijk toegankelijke voorkeuzezenders Automatisch voorprogrammeren Wijzigen van voorkeuzezenders (Bewerken voorkeuzezenders) RDS: Radio Data Systeem ontvangst (alleen modellen voor Europa en het V.K.) • y geeft een bedieningstip aan. • Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het toestel zelf als met de afstandsbediening. Als de naam van een toets op de afstandsbediening verschilt van die op het toestel zelf, zal de naam van de betreffende toets op de afstandsbediening tussen haakjes vermeld worden. • Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg van verbeteringen enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit. Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “Pro Logic”, “Surround EX” en het dubbele-D symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. “SILENT CINEMA” is een handelsmerk van YAMAHA CORPORATION. 2 “DTS”, “DTS-ES”, “Neo:6” en “DTS 96/24” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc. THX en het THX logo zijn gedeponeerde handelsmerken van THX Ltd. Surround EX is een gezamenlijk door THX en Dolby Laboratories, Inc. ontwikkelde technologie en is een handelsmerk van Dolby Laboratories, Inc. Alle rechten voorbehouden. Gebruikt met toestemming. VAN START VAN START INLEIDING Megeleverde accessoires Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt. Batterijen (4) (AAA, R03, UM-4) Afstandsbediening SYSTEM POWER POWER TV AV STANDBY POWER A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD Netsnoer (Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K., Australië, China en Korea) FM binnenantenne (Modellen voor de V.S., Canada, China, Korea, Azië en algemene modellen) SELECT AMP + + + TV VOL CH VOL – – – SOURCE TV Sleutel voor de luidspreker-aansluitingen Optimalisatie-microfoon A/B/C/D/E TV MUTE TV INPUT MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU FM binnenantenne (Modellen voor het V.K., Europa en Australië) PURE DIRECT NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY STRAIGHT EFFECT STEREO HALL JAZZ 75 Ohm/300 Ohm antenne-adapter (Alleen bij modellen voor het V.K.) ROCK 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 7 8 THX STANDARD 9 0 FREQ/RDS EON EXTD. SUR +10 ENT. AM ringantenne MODE PTY SEEK START REC DISC SKIP OFF ON MACRO LEARN CLEAR RE–NAME Inzetten van batterijen in de afstandsbediening 2 1 3 Druk op en schuif het klepje van het batterijvak. 2 Doe de vier meegeleverde batterijen (AAA, R03, UM-4) in het batterijvak, in overeenstemming met de polariteitsaanduidingen binnenin. 3 Schuif het klepje terug op zijn plaats tot het vastklikt. • Vervang alle batterijen tegelijk als u merkt dat bijvoorbeeld het bereik van de afstandsbediening afneemt, de indicator niet knippert of dat de indicator of het uitleesvenster zwakker worden. • Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. • Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar (alkali en gewone (mangaan) batterijen bijvoorbeeld). Lees de informatie op de verpakking aandachtig door, want de verschillende soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken. • Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan en zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet. • Gooi batterijen niet weg met het gewone afval; gooi batterijen alleen weg in overeenstemming met de plaatselijke regelgeving, dus als klein chemisch afval. Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen gewist is, dient u nieuwe batterijen in de afstandsbediening te doen en moet u eventueel ingevoerde functies opnieuw programmeren. Nederlands 1 Opmerkingen over batterijen 3 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Voorpaneel 1 2 4 5 67 8 3 9 0 (Modellen voor de V.S.) VOLUME INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON A/B/C/D/E PRESET/ TUNING PRESET/ TUNING FM/AM MEMORY TUNING MODE PROGRAM TUNER SPEAKERS A B MULTI CH INPUT EDIT INPUT MODE MAN'L/AUTO FM SILENT CINEMA S VIDEO AUTO/MAN'L MONO TONE CONTROL VIDEO L AUDIO R STRAIGHT OPTICAL YPAO EFFECT OPTIMIZER MIC VIDEO AUX PHONES RDS MODE /FREQ A B C D E F G EON H PTY SEEK MODE L M START I J K N O (Alleen modellen voor het V.K. en Europa) 1 STANDBY/ON Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby). Wanneer u het toestel aan zet, hoort u een klik, waarna het 6 a 7 seconden duurt voor er geluid wordt weergegeven. Opmerking Wanneer het toestel uit (standby) staat, wordt er nog steeds een heel klein beetje stroom verbruikt zodat er gereageerd kan worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening. 2 INPUT keuzeknop Hiermee kunt u kiezen naar welke signaalbron u wilt luisteren of kijken. 3 PURE DIRECT Hiermee zet u de PURE DIRECT weergavefunctie aan of uit. Licht op indien ingeschakeld (zie bladzijde 37). 4 Display voorpaneel Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de toestand waarin het toestel zich bevindt. 5 PRESET/TUNING EDIT Hiermee schakelt u PRESET/TUNING l / h heen en weer tussen voorkeuzezenders en gewoon afstemmen. 4 6 FM/AM Hiermee schakelt u heen en weer tussen de FM en AM radiobanden. 7 MEMORY (MAN’L/AUTO FM) Hiermee kunt u een zender in het geheugen opslaan. Houd deze toets tenminste 3 seconden ingedrukt om het automatisch voorprogrammeren te laten beginnen. 8 TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO) Hiermee schakelt u heen en weer tussen automatisch afstemmen (AUTO indicator aan) en handmatig afstemmen (AUTO indicator uit). 9 Sensor voor de afstandsbediening Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening. 0 VOLUME Hiermee kunt u het volume (uitgangsniveau) van alle audiokanalen tegelijk instellen. Dit heeft geen invloed op het REC OUT niveau. A SPEAKERS A/B Met elke druk op de bijbehorende toets zet u de set voorluidsprekers aangesloten op de A en/of B aansluitingen op het achterpaneel aan of uit. BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES C INPUT MODE Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, DTS, ANALOG) voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een bepaalde component verbonden is met twee of meer van de ingangsaansluitingen (zie bladzijde 40) van dit toestel. D OPTIMIZER MIC aansluiting Hierop kunt u de meegeleverde microfoon aansluiten voor gebruik met de AUTO SETUP functie (zie bladzijde 26). E A/B/C/D/E Hiermee kunt u één van de 5 voorkeuzegroepen selecteren (A t/m E). F PRESET/TUNING l / h Hiermee stelt u een voorkeuzezender, nummer 1 t/m 8, in wanneer er op het display op het voorpaneel naast de radioband een dubbele punt (:) te zien is. U stemt hiermee af op de gewenste frequentie wanneer de dubbele punt (:) niet getoond wordt. G PHONES (SILENT CINEMA) aansluiting Via deze aansluiting kunt u luisteren met een hoofdtelefoon. Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, zullen er geen signalen worden gereproduceerd via de PRE OUT aansluitingen of de luidsprekers. Alle Dolby Digital en DTS audiosignalen worden teruggemengd naar de linker en rechter hoofdtelefoonkanalen. ■ Alleen bij modellen voor het V.K. en Europa L RDS MODE/FREQ Druk op deze toets wanneer het toestel een RDS zender ontvangt om te schakelen tussen de PS functie, PTY functie, RT functie, CT functie (als de zender deze RDS gegevens verzorgt) en/of het frequentiedisplay (zie bladzijde 45). INLEIDING B MULTI CH INPUT Hiermee selecteert u de met de MULTI CH INPUT aansluitingen verbonden signaalbron. Indien geselecteerd, zal de MULTI CH INPUT signaalbron voorrang krijgen over een met INPUT (of met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening) geselecteerde signaalbron. M EON Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS, INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 47). N PTY SEEK MODE Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie te zetten (zie bladzijde 46). O PTY SEEK START Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte zender te laten beginnen nadat u het gewenste programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK functie (zie bladzijde 46). ■ Open en dicht doen van de klep in het voorpaneel Wanneer u de bedieningsorganen achter het klepje wilt gebruiken, kunt u dit openen door zachtjes op het onderste deel van het paneel te drukken. Houd het klepje dicht wanneer u deze bedieningsorganen niet nodig heeft. H VIDEO AUX aansluitingen Via deze audio- en video-aansluitingen kunt u een externe signaalbron zoals een spelcomputer aansluiten. Om de signalen die via deze aansluitingen binnenkomen weer te geven, dient u V-AUX in te stellen als signaalbron. I TONE CONTROL Hiermee kunt u de weergave van de lage en hoge tonen regelen voor de linker, rechter en midden voorkanalen (zie bladzijde 35). Druk voorzichtig tegen het onderste deel van het klepje om dit te openen. J PROGRAM Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of de weergave van de lage/hoge tonen regelen (samen met TONE CONTROL). Nederlands K STRAIGHT/EFFECT Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder enig toegevoegd effect. 5 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Afstandsbediening In dit hoofdstuk worden de functies van de toetsen op de bij dit toestel behorende afstandsbediening beschreven. Zie “KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING” op bladzijde 68 als u andere componenten wilt kunnen bedienen. 1 2 3 C POWER TV AV STANDBY POWER A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD 4 SELECT 5 PRESET + AMP + + SOURCE 6 7 TV VOL CH VOL – – – TV MUTE SET MENU TITLE MENU 0 PURE DIRECT NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY 6 A/B/C/D/E In de tunerfunctie selecteert u hiermee groepen voorkeuzezenders. G 7 LEVEL Hiermee kunt u een luidsprekerkanaal selecteren om het niveau in te stellen. 8 Cursortoetsen k / n/ l / h / ENTER Hiermee kunt u DSP programma parameters of SET MENU items selecteren en instellen. H I 9 TEST Met deze toets kunt u de testtoon laten weergeven voor het instellen van de luidsprekers. J 0 Geluidsveldprogramma / cijfertoetsen Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of cijfers invoeren. Wanneer het toestel in de tunerfunctie staat, kunt u met de cijfertoetsen 1 t/m 8 direct voorkeuzezenders selecteren. K MUTE LEVEL 8 9 TV INPUT D E F TV A/B/C/D/E STRAIGHT EFFECT STEREO HALL JAZZ ROCK 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 7 THX STANDARD 9 0 FREQ/RDS EON L M N O P A MACRO ON/OFF Hiermee zet u de macro-functie aan of uit. B MACRO Met deze toets kunt u een reeks handelingen onder een enkele toets programmeren (zie bladzijde 74). 8 EXTD. SUR +10 ENT. C STANDBY Hiermee zet u het toestel uit (standby). Q U MODE PTY SEEK START REC DISC SKIP A B OFF ON MACRO LEARN CLEAR RE–NAME R S t 1 Infrarood venster Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden. Richt dit venster op de component die u wilt bedienen. 2 Zendindicator Knippert wanneer de afstandsbediening signalen aan het uitzenden is. 6 4 Uitleesvenster Toont de naam van de geselecteerde signaalbron die u wilt bedienen. 5 PRESET +/– In de tunerfunctie selecteert u hiermee voorkeuzezenders. SYSTEM POWER 3 Ingangskeuzetoetsen Hiermee selecteert u de weer te geven signaalbron en bepaalt u welke set bedieningstoetsen gebruikt wordt. D SYSTEM POWER Hiermee zet u het toestel aan. E INPUT MODE Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, DTS, ANALOG) voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een bepaalde component verbonden is met twee of meer van de ingangsaansluitingen (zie bladzijde 40) van dit toestel. F SLEEP Hiermee kunt u de slaaptimer instellen. G MULTI CH IN Hiermee selecteert u de MULTI CH INPUT functie bij gebruik van een externe decoder (enz.). BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES T LEARN Hiermee kunt u afstandsbedieningscodes instellen of functies overnemen van andere afstandsbedieningen (zie bladzijde 69 en 71). I VOL +/– Hiermee verhoogt of verlaagt u het volume. ■ Alleen bij modellen voor het V.K. en Europa J AMP/SOURCE/TV Hiermee selecteert u de component die wilt bedienen met de afstandsbediening. AMP: In deze stand kunt u dit toestel bedienen. SOURCE: In deze stand kunt u de met de ingangskeuzetoetsen geselecteerde bedienen. TV: In deze stand kunt u de televisie bedienen. Zie bladzijde 69 voor het instellen van de afstandsbedieningscodes voor uw componenten. U RDS afstemtoetsen (Beschikbaar wanneer dit toestel in de tunerfunctie staat) K MUTE Deze toets schakelt u de geluidsweergave tijdelijk uit. Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het oorspronkelijke volume voort te zetten. EON Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS, INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 47). L PURE DIRECT Hiermee zet u de PURE DIRECT weergavefunctie aan of uit (zie bladzijde 37). PTY SEEK MODE Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie te zetten (zie bladzijde 46). M SET MENU Selecteren van de SET MENU functie. PTY SEEK START Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte zender te laten beginnen nadat u het gewenste programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK functie (zie bladzijde 46). N NIGHT Hiermee kunt u de middernacht luisterfuncties aan of uit zetten (zie bladzijde 38). INLEIDING H SELECT k/n Hiermee kunt u een andere component selecteren die u onafhankelijk van de met de ingangskeuzetoetsen geselecteerde signaalbron kunt bedienen. FREQ/RDS Druk op deze toets wanneer het toestel een RDS zender ontvangt om te schakelen tussen de PS functie, PTY functie, RT functie, CT functie (als de zender deze RDS gegevens verzorgt) en/of het frequentiedisplay (zie bladzijde 45). O ON SCREEN Hiermee kunt u bepalen welke gegevens van het in-beeld display (OSD) door dit toestel naar uw beeldscherm worden doorgestuurd. P STRAIGHT/EFFECT Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder enig toegevoegd effect. Q EXTD. SUR Schakelt tussen 5.1- en 6.1/7.1-kanaals weergave van multikanaals materiaal. R RE-NAME Hiermee kunt u de naam van de signaalbron in het uitleesvenster veranderen (zie bladzijde 73). Nederlands S CLEAR Hiermee kunt u dingen wissen bij de leerfunctie en bij het veranderen van de getoonde namen, of bij het instellen van afstandsbedieningscodes (zie bladzijde 76). 7 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Gebruiken van de afstandsbediening De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal uit. Richt de afstandsbediening op de sensor op het toestel dat u wilt bedienen. VOLUME INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON A/B/C/D/E PRESET/ TUNING PRESET /TUNING FM/AM MEMORY TUNING MODE PROGRAM TUNER SPEAKERS A B MULTI CH INPUT EDIT INPUT MODE MAN'L/AUTO FM PHONES S VIDEO AUTO/MAN'L MONO VIDEO TONE CONTROL L AUDIO R STRAIGHT OPTICAL MIC YPAO EFFECT SILENT Ongeveer 6 m 30 VIDEO AUX 30 ■ Omgaan met de afstandsbediening • Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbediening. • Laat de afstandsbediening niet vallen. • Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de volgende plekken: – zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad – plekken waar de temperatuur hoog kan oplopen, zoals naast de verwarming of kachel – zeer koude plekken – stoffige plekken 8 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Display voorpaneel 2 1 DVR/VCR2 THX PCM 0 A VCR 1 NIGHT VIRTUAL 96 MATRIX 24 DISCRETE 4 CBL/SAT SP AB 5 DTV 6 DVD MD/TAPE 7 8 CD–R CD TUNER ft mS dB C D E F G (Alleen modellen voor de V.S., P Canada, Europa, het V.K. en Australië) PHONO PS PTY RT CT EON AUTO STEREO YPAO PTY HOLD MEMORY TUNED HiFi DSP SILENT CINEMA DIGITAL ZONE2 PL ZONE3 PL ZONE4 EX PL x SLEEP B 9 H dB MUTE VOLUME 96/24 L C R LFE SL SB SR I J K L M NO Q (Alleen modellen voor het V.K. en Europa) 1 Decoder indicators Wanneer één van de decoders van dit toestel in werking is, zal de bijbehorende indicator oplichten. A PCM indicator Licht op wanneer dit toestel PCM (pulscode modulatie) digitale audiosignalen weergeeft. 2 Geluidsveld indicators Lichten op om aan te geven welke DSP geluidsvelden er in werking zijn. B SLEEP indicator Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld. DSP aanwezigheidsgeluidsveld Luisterplek Rechter surround DSP Linker surround DSP geluidsveld geluidsveld Achter surround DSP geluidsveld 3 NIGHT indicator Licht op wanneer u de nacht-luisterfunctie selecteert. 4 Signaalbron indicators Een cursorstreepje geeft aan welke signaalbron wordt weergegeven. INLEIDING V–AUX 3 C VIRTUAL indicator Licht op wanneer Virtual CINEMA DSP in werking is (zie bladzijde 39). D Hoofdtelefoon indicator Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten. E SP A B indicators Lichten op om aan te geven welke set voor-luidsprekers is geselecteerd. Beide indicators lichten op wanneer u beide sets luidsprekers heeft geselecteerd of bij dubbele aansluiting van een enkele set. 5 CINEMA DSP indicator Licht op wanneer u een CINEMA DSP geluidsveldprogramma selecteert. F SILENT CINEMA indicator Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en er een geluidsveldprogramma is geselecteerd (zie bladzijde 35). 6 YPAO indicator Licht op tijdens de automatische set-up en wanneer de automatische luidspreker-instellingen onveranderd worden gebruikt. G Multifunctioneel display Toont de naam van het huidige geluidsveldprogramma en andere gegevens bij het invoeren of wijzigen van instellingen. 7 AUTO indicator Licht op wanneer dit toestel in de automatische afstemfunctie staat. H HiFi DSP indicator Licht op wanneer u een HiFi DSP geluidsveldprogramma selecteert. 8 STEREO indicator Licht op wanneer het toestel een sterk FM stereosignaal ontvangt en de AUTO indicator brandt. I MEMORY indicator Knippert ten teken dat een zender kan worden opgeslagen. 0 THX indicator Licht op wanneer er een THX programma is geselecteerd. J TUNED indicator Licht op wanneer dit toestel is afgestemd op een zender. K MUTE indicator Knippert wanneer de MUTE functie (tijdelijk uitschakelen geluidsweergave) is ingeschakeld. 9 Nederlands 9 VOLUME niveauaanduiding Hiermee wordt het volumeniveau aangegeven. BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES L 96/24 indicator Licht op wanneer dit toestel een DTS 96/24 signaal ontvangt. M LFE indicator Licht op wanneer het ingangssignaal een LFE signaal bevat. N Indicators ingangskanalen Deze geven aan uit welke kanalen het huidige digitale ingangssignaal bestaat. O Aanwezigheids- en surround achterluidspreker indicators Deze geven aan of er aanwezigheids- en/of achter surround luidsprekers zijn aangesloten bij gebruik van de SPEAKERS instelling (bladzijde 32) of de SP LEVEL instelling (bladzijde 60). P ZONE 2/ZONE 3 indicators (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) Licht op wanneer de Zone 2 of Zone 3 functie wordt gebruikt. Q RDS indicators (Alleen modellen voor het V.K. en Europa) De RDS gegevens die worden verzorgd door de RDS zender waar op dit moment op is afgestemd zullen oplichten. EON licht op wanneer er is afgestemd op een RDS zender die EON gegevens aanbiedt. PTY HOLD licht op wanneer er met de PTY SEEK zoekfunctie naar zenders wordt gezocht. 10 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Achterpaneel 2 3 AUDIO DIGITAL OUTPUT OPTICAL AUDIO L R VIDEO VIDEO L R COMPONENT VIDEO PR PB Y S VIDEO MD/TAPE 5 6 REMOTE RS-232C IN DVD IN (PLAY) CD-R 4 7 8 INLEIDING 1 CONTROL OUT OUT DVD +12V 15mA MAX. MD/TAPE DTV OUT (REC) DTV IN (PLAY) CBL /SAT R + – A – + + – B – + L DIGITAL INPUT CD DVD FRONT CD-R MONITOR OUT OUT (REC) IN VCR 1 DTV CBL/SAT PHONO SURROUND FRONT IN COAXIAL AC OUTLETS FM ANT 75Ω UNBAL. DVR/ VCR 2 + – – + AC OUTLETS L L R OUT ZONE 2 SURROUND L + CD-R SUB WOOFER DVD CENTER R DVR/ VCR 2 CENTER MULTI CH INPUT 0 ZONE 3 R + – – + L SURROUND BACK /PRESENCE SUB WOOFER 9 R R SURROUND CD GND L R GND FRONT (6CH)/SB (8CH) + AM ANT OUT CD CENTER – TUNER L – SURROUND BACK PRE OUT SPEAKERS C D SINGLE PRESENCE/ZONE 2 MONITOR OUT OUTPUT A B E (Modellen voor de V.S.) 1 DIGITAL OUTPUT aansluitingen Zie bladzijde 21 voor details. 9 DIGITAL INPUT aansluitingen Zie de bladzijden 18, 20 en 21 voor details. 2 Aansluitingen voor audio-apparatuur Zie bladzijde 21 voor meer informatie over deze aansluitingen. 0 MULTI CH INPUT aansluitingen Zie bladzijde 19 voor meer informatie over deze aansluitingen. 3 Aansluitingen voor video-apparatuur Zie de bladzijden 18 en 20 voor meer informatie over deze aansluitingen. A ZONE 2/ZONE 3 OUTPUT aansluitingen (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) Zie bladzijde 80 voor meer informatie over deze aansluitingen. 4 RS-232C aansluiting (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) Dit is een aansluiting voor uitbreidingen voor handelsdoeleinden. Raadpleeg uw dealer voor details hieromtrent. 5 REMOTE IN/OUT aansluitingen (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) Zie bladzijde 80 voor meer informatie over deze aansluitingen. 6 CONTROL OUT aansluiting (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) Zie bladzijde 80 voor meer informatie over deze aansluitingen. 8 AC INLET (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K., Australië, China en Korea) Steek hier het meegeleverde netsnoer in (zie bladzijde 24). C PRE OUT aansluitingen Zie bladzijde 22 voor meer informatie over deze aansluitingen. D Luidspreker-aansluitingen Zie bladzijde 13 voor meer informatie over deze aansluitingen. E PRESENCE/ZONE 2 luidspreker-aansluitingen (Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) PRESENCE luidspreker-aansluitingen (overige modellen) Zie bladzijde 14 voor meer informatie over deze aansluitingen. < Alleen modellen voor Azië en algemene modellen > Nederlands 7 AC OUTLET(S) Hiermee kunt eventueel andere A/V componenten van stroom voorzien (zie bladzijde 24). B Antenne-aansluitingen Zie bladzijde 23 voor meer informatie over deze aansluitingen. FREQUENCY STEP schakelaar Zie bladzijde 23. VOLTAGE SELECTOR Zie bladzijde 24. 11 LUIDSPREKER SETUP LUIDSPREKER SETUP Opstelling van de luidsprekers Voor de beste resultaten dient u de luidsprekers op te stellen zoals hieronder staat aangegeven. PL PR C 30˚ SL De surround-luidsprekers worden gebruikt voor omhullende surroundweergave en effecten. Plaats deze luidsprekers achter uw luisterplek, een beetje naar binnen gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer. Surround achter-luidsprekers (SBR en SBL) De surround achter-luidsprekers geven een aanvulling op de surround-luidsprekers en zorgen voor realistischer overgangen van voor naar achter. Plaats deze luidsprekers direct achter de luisterplek en op dezelfde hoogte als de surround-luidsprekers. Deze luidsprekers moeten tenminste 30 cm uit elkaar worden geplaatst. In het ideale geval zou u ze op dezelfde afstand uit elkaar moeten plaatsen als de voor-luidsprekers. FR FL Surround-luidsprekers (SR en SL) SR 60˚ SL 80˚ SBL SR Subwoofer SBR Meer dan 30 cm . 1,8 m 1,8 m Een subwoofer, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System, zorgt niet alleen voor een effectieve versterking van de lage tonen in de diverse weergavekanalen, maar ook voor een natuurgetrouwe reproductie van het LFE (lage frequentie effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS geluidsmateriaal. De opstelling van de subwoofer is niet zo belangrijk, want de zeer lage tonen zijn niet erg richtingsgevoelig. U kunt de subwoofer het beste in de buurt van de voor-luidsprekers plaatsen. Richt hem een beetje naar het midden van de ruimte om weerkaatsing via de wanden te verminderen. Aanwezigheidsluidsprekers (PR en PL) De illustraties tonen de standaard luidsprekeropstelling zoals aanbevolen door de ITU-R (zie bladzijde 96). Met deze opstelling profiteert u optimaal van CINEMA DSP, multikanaals audio en THX weergave. De zogenaamde ‘aanwezigheids’-luidsprekers geven een aanvulling op de weergave via de voor-luidsprekers met extra omgevingseffecten geproduceerd door CINEMA DSP (zie bladzijde 49). Deze effecten bestaan onder meer uit geluiden die de filmmakers een stukje verder achter het scherm willen plaatsen voor een groter bioscoopeffect. Plaats deze luidsprekers voor in de ruimte, ongeveer 0,5 1 m buiten de voor-luidsprekers, een beetje naar binnen gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer. Voor-luidsprekers (FR en FL) Opmerking De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van het hoofdkanaal plus effecten. Plaats deze luidsprekers op gelijke afstand van uw luisterplek. De afstanden van deze luidsprekers tot het beeldscherm moeten ook gelijk zijn. De surround-achter en de zogenaamde aanwezigheidsluidsprekers kunnen niet tegelijkertijd geluid weergeven. Via het SOUND MENU (zie bladzijde 63) kunt u één van beide sets luidsprekers de voorkeur geven. y Midden-luidspreker (C) De midden-luidspreker is voor weergave van het middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een of andere reden niet mogelijk is om een midden-luidspreker te gebruiken, kunt u ook zonder. De beste resultaten krijgt u echter met een volledig systeem. Zorg ervoor dat de voorkant van de midden-luidspreker in lijn ligt met de voorkant van uw beeldscherm. Plaats deze luidspreker midden tussen de voor-luidsprekers en zo dicht mogelijk bij het beeldscherm, bijvoorbeeld direct erboven of eronder. 12 LUIDSPREKER SETUP ■ Opstelling di-pool luidsprekers Voor THX surroundweergave kunnen di-pool of direct weerkaatsende luidsprekers worden gebruikt. Als u voor di-pool luidsprekers kiest, dient u de surround- en surround achter-luidsprekers op te stellen zoals hieronder schematisch is aangegeven. FL FR C SR 30˚ SBL 30˚ SBR : Di-pool luidspreker : Richting di-pool luidspreker Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen, “+” (rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit. Als de aansluitingen niet kloppen, zal er geen geluid worden weergegeven via de luidsprekers en als de polariteit van de luidspreker-aansluitingen niet correct is, zal de weergave onnatuurlijk klinken met te weinig lage tonen. LET OP • Als u 6 Ohm luidsprekers wilt gebruiken, moet u de luidsprekerimpedantie van dit toestel voor gebruik op 6 Ohm instellen (zie bladzijde 25). • Zet het toestel uit voor u de luidsprekers gaat aansluiten. • Laat de blote luidsprekerdraden elkaar niet raken en zorg ervoor dat ze geen contact maken met de metalen onderdelen van het toestel. Hierdoor kunnen het toestele en/of de luidsprekers beschadigd raken. • Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als dergelijke luidsprekers toch uw beeldscherm storen, zet de luidsprekers dan verder bij het beeldscherm vandaan. VOORBEREIDINGEN SL Luidspreker-aansluitingen Een luidsprekersnoer bestaat uit twee geïsoleerde draden naast elkaar. De ene draad onderscheidt zich van de andere door een andere kleur, of misschien een streep, groef of ribbels. Sluit de afwijkend gestreepte (gegroefde enz.) draad aan op de “+” (rode) aansluitingen van dit toestel en uw luidspreker. Verbind de gewone draad met de “–” (zwarte) aansluitingen. 10 mm 1 2 1 Strip ongeveer 10 mm isolatie van het uiteinde van de luidsprekerdraden. 2 Draai de blootgekomen draadjes in elkaar om kortsluiting te voorkomen. 3 Draai de knop los. De meegeleverde dopsleutel is handig bij het los en vast draaien van deze knoppen. 4 Steek een ontbloot draadeind in het gat aan de zijkant van de aansluiting. Nederlands 13 LUIDSPREKER SETUP 5 Draai de draad vervolgens met de knop weer vast. Sleutel voor de luidspreker-aansluitingen 5 4 3 Rood: positief (+) Zwart: negatief (–) ■ Gebruik van de PRESENCE/ZONE 2 of PRESENCE luidspreker-aansluitingen 1 3 2 1 Doe het lipje open. 2 Steek een ontbloot draadeind in het gat van de aansluiting. 3 Doe het lipje weer op zijn plaats om de draad vast te zetten. ■ Aansluiten met bananenstekkers (Uitgezonderd modellen voor het V.K., Europa en Azië) Draai eerst de knop vast en steek vervolgens de bananenstekker in het gat bovenin de aansluiting. Bananenstekker (Uitgezonderd modellen voor het V.K., Europa en Azië) y Voor de PRESENCE/ZONE 2 en PRESENCE luidsprekeraansluitingen kunt u ook bananenstekkers gebruiken. Doe het lipje open, en steek één bananenstekker in het gat van elk van de aansluitingen. Probeer de lipjes niet weer dicht te doen nadat u de bananenstekkers in de aansluitingen heeft gestoken. 14 LUIDSPREKER SETUP 9 10 4 2 1 8 Voor-luidsprekers (A) 7 3 6 Rechts 5 Links Subwoofer met ingebouwde versterker Middenluidspreker 1 2 Voorluidsprekers (B) 4 3 RC-232C R FRONT + – – + + – – + + – – + VOORBEREIDINGEN Opstelling van de luidsprekers L CENTER – + SURROUND R L L R + SUB WOOFER R + – – + L – SURROUND BACK PRE OUT SINGLE PRESENCE/ZONE 2 SPEAKERS (Modellen voor de V.S.) 7 8 Rechts Links Surroundluidsprekers 6 5 Rechts Links Surround achterluidsprekers 9 10 Rechts Links Aanwezigheidsluidsprekers • U kunt zowel aanwezigheids- als surround-achter luidsprekers aansluiten op dit toestel, maar deze zullen niet tegelijkertijd geluid kunnen produceren. Via het SOUND MENU (zie bladzijde 63) kunt u één van beide sets luidsprekers de voorkeur geven. • De surround achter-luidsprekers geven het surround achterkanaal in Dolby Digital EX en DTS-ES materiaal weer en werken alleen wanneer de Dolby Digital EX, DTS-ES of Dolby Pro Logic IIx decoder is ingeschakeld. • De aanwezigheidsluidsprekers produceren omgevingseffecten die worden gecreëerd door de DSP geluidsvelden. Ze zullen geen geluid produceren wanneer er andere geluidsvelden geselecteerd zijn. Nederlands 15 LUIDSPREKER SETUP ■ FRONT aansluitingen ■ CENTER aansluitingen U kunt hierop een enkel of twee luidsprekersystemen aansluiten. Als u een enkel luidsprekersysteem gebruikt, kunt u dit naar keuze met de FRONT A of de B aansluitingen verbinden. Hierop kunt u een midden-luidspreker aansluiten. Hierop kunt u surround-luidsprekers aansluiten. ■ SUBWOOFER aansluiting Opmerking Modellen voor Canada zijn niet in staat weergave via twee verschillende luidsprekersystemen tegelijkertijd te verzorgen. Dubbele aansluiting Met dit toestel is het ook mogelijk een enkel luidsprekersysteem dubbel aan te sluiten. Gebruik in dit geval twee luidsprekersnoeren voor elke box (één snoer voor de woofer en één snoer voor de tweeter/ middenbereik luidspreker in de box). Om gebruik van de dubbele aansluitingen te kunnen maken moet u de SPEAKERS A en SPEAKERS B toetsen op het voorpaneel indrukken zodat zowel SP A als B op het display op het voorpaneel oplichten. Dubbele aansluiting + – A – + FRONT + – B – + R Dit toestel 16 ■ SURROUND aansluitingen L Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde eindversterker aan, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System. ■ SURROUND BACK aansluitingen Hierop kunt u surround achter-luidsprekers aansluiten. Als u slechts één surround achter-luidspreker gebruikt, verbind deze dan met de linker (L) aansluitingen. ■ PRESENCE aansluitingen Hierop kunt u aanwezigheidsluidsprekers aansluiten. Opmerking (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) U kunt deze aansluitingen ook gebruiken om Zone 2 luidsprekers op aan te sluiten (zie bladzijde 67). AANSLUITINGEN AANSLUITINGEN Stofkapje Trek het kapje van de optische aansluiting voor u er de optische glasvezelkabel op aansluit. Gooi het stofkapje niet weg. Wanneer u de optische aansluiting niet gebruikt, dient u het stofkapje er weer op te doen. Dit kapje beschermt de aansluiting tegen stof en vuil. Voor u componenten gaat aansluiten LET OP ■ Kabelaanduidingen ■ Video-aansluitingen Voor analoge signalen Linker analoge bedrading L Rechter analoge bedrading R Voor digitale signalen Optische kabels O Coaxiale bedrading C Voor videosignalen Videobedrading V S-videobedrading S Dit toestel heeft drie soorten video-aansluitingen. Welke aansluiting u nodig heeft hangt af van die van uw beeldscherm. De signalen die binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen worden automatisch omgezet voor weergave via de VIDEO aansluitingen. Wanneer V CONV. op “ON” (zie bladzijde 66) is ingesteld, zullen signalen die binnenkomen via de VIDEO aansluitingen kunnen worden gereproduceerd via de S VIDEO en COMPONENT VIDEO aansluitingen. Op dezelfde manier zullen signalen die binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen kunnen worden gereproduceerd via de COMPONENT VIDEO aansluitingen. S VIDEO VIDEO V VOORBEREIDINGEN Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de componenten gemaakt zijn. COMPONENT VIDEO PR PB Y V ■ Analoge aansluitingen V Analoge signalen van andere audiocomponenten kunt u via tulpstekkerkabels aansluiten op de analoge aansluitingen van dit toestel. Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen. ■ Digitale aansluitingen Dit toestel heeft digitale aansluitingen voor directe transmissie van digitale signalen via coaxiale bedrading of optische glasvezelkabels. U kunt de digitale aansluitingen gebruiken voor PCM, Dolby Digital en DTS ingangssignalen. Wanneer u een bepaalde component zowel met de COAXIAL als met de OPTICAL aansluiting verbindt, zal het via de COAXIAL aansluiting binnenkomende signaal voorrang krijgen. Alle digitale ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz. Opmerking S VIDEO aansluiting Voor S-video signalen, in luminantie (Y) en kleur (C) gescheiden videosignalen voor een betere beeldkwaliteit. COMPONENT VIDEO aansluitingen Voor component videosignalen, in luminantie (Y) en kleurverschil (PB, PR) gescheiden videosignalen voor de beste beeldkwaliteit. Signaalschema binnenin het toestel Ingang Uitgang (MONITOR OUT) COMPONENT VIDEO S VIDEO VIDEO Alleen wanneer V CONV. op ON staat (zie bladzijde 66) Opmerking Wanneer er zowel signalen binnenkomen via de S VIDEO als via de VIDEO aansluitingen, krijgen de via de S VIDEO aansluiting binnenkomende signalen voorrang. 17 Nederlands In dit toestel is de verwerking van digitale signalen gescheiden van de verwerking van analoge signalen. Daarom kunnen audiosignalen die binnenkomen via de analoge ingangsaansluitingen ook alleen via de analoge OUT (REC) uitgangsaansluitingen worden weergegeven. Op dezelfde manier zullen via de digitale (OPTICAL of COAXIAL) ingangsaansluitingen binnenkomende signalen alleen via de DIGITAL OUTPUT uitgangsaansluitingen kunnen worden weergegeven. VIDEO aansluiting Voor conventionele composiet videosignalen. AANSLUITINGEN Aansluiten van videocomponenten ■ Aansluitingen voor DVD weergave Coaxiale uitgang Optische uitgang Video uitgang DVD-speler Audio uitgang C R O L AUDIO DIGITAL OUTPUT OPTICAL R AUDIO L VIDEO VIDEO L R DVD IN (PLAY) CD-R COMPONENT VIDEO PR PB Y S VIDEO MD/TAPE DVD MD/TAPE OUT (REC) Video ingang DIGITAL INPUT CD Beeldscherm IN (PLAY) DVD CD-R MONITOR OUT OUT (REC) TUNER AM ANT CD COAXIAL M GND CBL/SAT PHONO FM ANT MAIN/SURROUND BACK SUR CD 75Ω UNBAL. ZONE 2 SURROUND SUB WOO DVD DTV SUB WOOFER GND CENTER MULCH CH INPUT ZONE 3 MONITOR OUT OUTPUT (Modellen voor de V.S.) 18 AANSLUITINGEN ■ Apparatuur verbinden met de MULTI CH INPUT aansluitingen Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen (links en rechts FRONT, CENTER, links en rechts SURROUND en SUBWOOFER) voor gescheiden multikanaals ingangssignalen van een multiformat-speler, externe decoder, sound processor of voorversterker. Als u MULTI CH INPUT 6ch/8ch op “8ch” zet (zie bladzijde 65), kunt u de ingangsaansluitingen die zijn toegewezen aan MULTI CH INPUT FRONT (bladzijde 65) samen met de MULTI CH INPUT aansluitingen gebruiken voor ingangssignalen met 8 kanalen. Verbind de uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of externe decoder met de MULTI CH INPUT aansluitingen. Let er goed op dat u de linker en rechter uitgangen verbindt met de linker en rechter ingangsaansluitingen voor zowel de voor- als de surroundkanalen. Voor 8-kanaals ingangssignalen FRONT(6CH)/SB(8CH) FRONT(6CH)/SB(8CH) AUDIO R SURROUND SURROUND IN (PLAY) AUDIO L R L DVD MD/TAPE VOORBEREIDINGEN Voor 6-kanaals ingangssignalen DTV SUB WOOFER SUB WOOFER CENTER IN (PLAY) CENTER CBL /SAT MULTI CH INPUT MULTI CH INPUT CD-R IN R L Subwoofer uitgang R L R L Middenkanaal uitgang Voorkanaal uitgang Multiformaat-speler/ externe decoder Surroundkanaal Surrounduitgang achter uitgang Subwoofer uitgang Middenkanaal uitgang Multiformaat-speler/ externe decoder VCR 1 R L CD Surroundkanaal uitgang IN DVR/ VCR 2 R L Voorkanaal uitgang Opmerkingen • Wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron selecteert, zal dit toestel automatisch de digitale geluidsveldprocessor uitschakelen en zult u geen geluidsveldprogramma’s kunnen selecteren. • Dit toestel is niet in staat de via de MULTI CH INPUT aansluitingen binnenkomende signalen zo te herschikken dat er wordt gecompenseerd voor eventueel in uw systeem ontbrekende luidsprekers. Daarom bevelen we u aan tenminste een 5.1-kanaals luidsprekersysteem aan te sluiten voor u gebruik maakt van deze functie. • Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, zullen alleen de L/R voorkanalen worden weergegeven. Nederlands 19 AANSLUITINGEN ■ Aansluiting van andere videocomponenten Optische uitgang Video uitgang Kabel TV of satellietontvanger Audio uitgang R O L AUDIO DIGITAL OUTPUT OPTICAL AUDIO L R VIDEO VIDEO L R COMPONENT VIDEO PR PB Y S VIDEO MD/TAPE IN (PLAY) CD-R MD/TAPE DTV OUT (REC) DIGITAL INPUT CD CBL /SAT IN (PLAY) CD-R CD-R OUT (REC) IN TUNER VCR 1 DVD AM ANT OUT CD MA GND CBL/SAT PHONO IN COAXIAL DVR/ VCR 2 MAIN/SURROUND BACK FM ANT SURR CD OUT ZONE 2 SURROUND 75Ω UNBAL. CD-R SUB WOOF DVD DVR/ VCR2 SUB WOOFER GND ZONE 3 CENTER MULCH CH INPUT OUTPUT Hierop kunt u een YAMAHA CDrecorder aansluiten die OSD in-beeld displaysignalen produceert. (Modellen voor de V.S.) C R L R L Audio ingang DVD-recorder of videorecorder Video ingang Audio uitgang Video uitgang Coaxiale uitgang ■ VIDEO AUX aansluitingen (op het voorpaneel) Via deze aansluitingen kunt u allerlei videobronnen, zoals spelcomputers of camcorders, aansluiten op dit toestel. S VIDEO VIDEO S V L AUDIO R OPTICAL VIDEO AUX L R O Optische uitgang Audio uitgang R Audio uitgang L Video uitgang S-video uitgang 20 Spelcomputer of videocamera AANSLUITINGEN Aansluiten van audiocomponenten ■ Aansluitingen voor audiocomponenten Optische ingang MD-recorder of cassettedeck Audio uitgang Audio ingang R L R L AUDIO DIGITAL OUTPUT OPTICAL R VOORBEREIDINGEN O AUDIO L L R MD/TAPE IN (PLAY) CD-R Optische ingang MD/TAPE OUT (REC) O Optische uitgang DIGITAL INPUT Audio uitgang CD IN (PLAY) O L CD-R R OUT (REC) Audio uitgang DVD R CD Audio ingang L CD-speler R CBL/SAT PHONO COAXIAL * MAIN/SURROUND BACK CD C Coaxiale uitgang CD-recorder* L ZONE 2 SURROUND DVD Audio uitgang DTV SUB WOOFER GND Sommige CD-recorders kunnen worden aangesloten op de VIDEO CD-R aansluitingen (zie bladzijde 20). L CENTER MULCH CH INPUT ZONE 3 OUTPUT R (Modellen voor de V.S.) GND Draaitafel ■ Aansluiten van een draaitafel y De PHONO aansluitingen zijn bedoeld voor een draaitafel met een MM of hoog-vermogen MC cartridge. Als u een draaitafel heeft met een laag-vermogen MC cartridge, dient u een in-line boosting transformator of een MC-kopversterker te gebruiken bij verbinding met deze aansluitingen. Verbind uw draaitafel met de GND aardaansluiting om ruis in het signaal te verminderen. Bij sommige platenspelers is het echter mogelijk dat u minder ruis zult horen zonder gebruik te maken van de GND aansluiting. Nederlands 21 AANSLUITINGEN ■ Aansluiten op een externe versterker Als u het uitgangsvermogen voor de luidsprekers wilt opvoeren, of als u gewoon een andere versterker wilt gebruiken, kunt u als volgt een externe versterker verbinden met de PRE OUT aansluiten. Opmerkingen • Wanneer er audio tulpstekkers in de PRE OUT aansluitingen zitten voor de verbinding met een externe versterker, is het niet meer nodig de corresponderende SPEAKERS aansluitingen te gebruiken. Zet het volume van de op dit toestel aangesloten externe versterker op de hoogste stand. • Het signaal dat wordt doorgegeven via de FRONT PRE OUT en CENTER PRE OUT aansluitingen ondervindt invloed van de TONE CONTROL instellingen. • Als SPEAKERS A uit staat en SP B op ZONE B (zie bladzijde 67) is ingesteld, zullen er alleen signalen worden geproduceerd via de FRONT PRE OUT aansluitingen. 1 L R FRONT 2 R L SURROUND 3 4 SUB WOOFER CENTER R 5 L SURROUND BACK /PRESENCE PRE OUT 1 FRONT PRE OUT aansluitingen Voorkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau. 2 SURROUND PRE OUT aansluitingen Surroundkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau. 3 SUBWOOFER PRE OUT aansluiting Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde eindversterker aan, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System. 4 SURROUND BACK/PRESENCE PRE OUT aansluitingen Surround achter- of aanwezigheidskanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau. 5 CENTER PRE OUT aansluiting Middenkanaal uitgangsaansluitingen op lijnniveau. 22 Opmerkingen • Elk van de PRE OUT uitgangsaansluitingen produceert hetzelfde signaal als de bij dat kanaal behorende luidsprekeraansluiting. Wannneer echter zowel surround-achter als zg. aanwezigheidsluidsprekers zijn ingesteld op dit toestel, is het mogelijk dat de signalen geproduceerd via de SURROUND BACK/PRESENCE PRE OUT aansluitingen niet corresponderen met de juiste luidsprekers. • Regel het volume van de subwoofer met de bedieningsorganen op de subwoofer zelf. U kunt het volumeniveau ook regelen met de afstandsbediening (zie “Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus” op bladzijde 54). • Het is mogelijk dat sommige signalen niet worden gereproduceerd via de SUBWOOFER PRE OUT aansluiting, afhankelijk van de SPEAKER SET (zie bladzijde 58) en LFE/ BASS OUT (zie bladzijde 59) instellingen. AANSLUITINGEN Aansluiten van de antennes Dit toestel wordt geleverd met zowel een AM als een FM binnenantenne. Normaal gesproken zorgen deze antennes voor een voldoende sterke ontvangst. Verbind de antennes op de juiste manier met de bijbehorende aansluitingen. AM ringantenne (meegeleverd) FM binnenantenne (meegeleverd) COMPONENT VIDEO PR PB Y VD • De AM ringantenne moet niet te dicht bij dit toestel geplaatst worden. • De AM ringantenne moet altijd aangesloten blijven, zelfs als er een AM buitenantenne op dit toestel is aangesloten. • Een goede buitenantenne geeft een betere ontvangst dan een binnenantenne. Als u last heeft van een slechte ontvangst, probeer dan of de ontvangst verbetert met een buitenantenne. Vraag bij uw dichtstbijzijnde erkende YAMAHA dealer of service-centrum naar de mogelijkheden met buitenantennes. ■ 75 Ohm/300 Ohm antenne-adapter (Alleen modellen voor het V.K.) ONITOR OUT TUNER AM ANT MAIN GND FM ANT 75Ω UNBAL. 1 Maak de meegeleverde 75 Ohm/300 Ohm antenneadapter open. 2 Strip de buitenmantel van de 75 Ohm coaxiale kabel en maak deze klaar voor het aansluiten. SURRO SUB WOOFE Aarde (GND aansluiting) Voor de grootst mogelijke veiligheid en zo min mogelijk storing dient u de antenne GND aansluiting goed te aarden. Een goede aarding wordt bijvoorbeeld verzorgd door een metalen staaf die in vochtige grond gedreven is. ■ Aansluiten van de AM ringantenne 1 3 Knip de verbindingsdraad door en verwijder deze. 4 Steek de binnendraad van Klem de kabel in de sleuf en klem Steek de draad deze vast met in de sleuf een tang. Zet de AM ringantenne in elkaar en verbind deze met de bijbehorende aansluitingen op dit toestel. 5 2 Houd het lipje ingedrukt zodat u de AM antennedraden in de AM ANT en GND aansluitingen kunt steken. 11 8 6 VOORBEREIDINGEN TV Opmerkingen eenheid: mm Verbindingsdraad Klem Klik de behuizing weer dicht. ■ FREQUENCY STEP schakelaar (Alleen modellen voor Azië en algemene modellen) Omdat de ruimte tussen de zendfrequenties per gebied verschilt, FM AM dient u de FREQUENCY STEP schakelaar (op het achterpaneel) op de juiste stand voor het gebied waar u zich bevindt te zetten. • Noord, Midden en Zuid Amerika: 100 kHz/10 kHz • Overige gebieden: 50 kHz/9 kHz Voor u deze schakelaar op een andere stand zet, moet u de stekker van het toestel uit het stopcontact halen. 100kHz/10kHz 50kHz/9kHz Stel de AM ringantenne zo op dat u de beste ontvangst verkrijgt. 23 Nederlands 3 FREQUENCY STEP AANSLUITINGEN Aansluiten van het netsnoer ■ Aansluiten van het netsnoer (Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K., Australië, China en Korea) Steek het netsnoer pas in de netstroomingang nadat u alle andere aansluitingen hebt verricht en steek daarna pas de stekker in het stopcontact. AC OUTLETS LET OP Gebruik geen andere netsnoeren. Gebruik uitsluitend het meegeleverde netsnoer. Gebruik van andere netsnoeren kan leiden tot brandgevaar of elektrische schokken. (Overige modellen) Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact. ■ AC OUTLET(S) (SWITCHED) (Modellen voor de V.S.) VOLTAGE SELECTOR 2 VOLTAGE SELECTOR Modellen voor het V.K. en Australië ...................................................... 1 Netstroomaansluiting Modellen voor Korea .................................................Geen Overige modellen.......................2 Netstroomaansluitingen Via de netstroomaansluitingen op dit toestel kunt u andere componenten in uw systeem van stroom voorzien. De stroomvoorziening van de AC OUTLET(S) stopcontacten wordt geregeld door de STANDBY/ON toets van dit toestel (of SYSTEM POWER en STANDBY). Deze aansluitingen voorzien de erop aangesloten componenten van stroom wanneer dit toestel aan staat. Het maximale vermogen (totale stroomverbruik van de aangesloten componenten) van de AC OUTLET(S) aansluitingen is: Modellen voor Azië en algemene modellen ............. 50 W Overige modellen .................................................... 100 W ■ VOLTAGE SELECTOR (Alleen modellen voor Azië en algemene modellen) De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de ter plekke gebruikte netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De geschikte voltages zijn als volgt: Algemene modellen .............. 110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom Modellen voor Azië ............................ 220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom (Algemeen model) ■ Geheugen back-up De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om een andere reden langer dan een week onderbroken wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan. 24 AANSLUITINGEN Instelling luidsprekerimpedantie Inschakelen van de stroom Wanneer alle aansluitingen gemaakt zijn, kunt u dit toestel aan zetten. LET OP Als u 6 Ohm luidsprekers gebruikt, dient u als volgt de impedantie op 6 Ohm in te stellen voor u de stroom inschakelt. 1 U moet het toestel eerst uit (standby) zetten. VOLUME INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON 1 PRESET/ TUNING A/B/C/D/E PRESET /TUNING MEMORY FM/AM TUNING MODE PROGRAM TUNER SPEAKERS A B MULTI CH INPUT INPUT MODE MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES AUTO/MAN'L MONO S VIDEO TONE CONTROL VIDEO L AUDIO R STRAIGHT OPTICAL YPAO EFFECT OPTIMIZER MIC SILENT VIDEO AUX (Modellen voor de V.S.) SPEAKERS A SYSTEM STANDBY /ON POWER POWER TV AV STANDBY POWER 1 A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD VOORBEREIDINGEN Houd op het voorpaneel SPEAKERS A ingedrukt en druk dan op STANDBY/ON. “SP IMP.SET” zal een paar seconden lang op het display op het voorpaneel getoond worden, waarna “Minimum 8ohms” zal verschijnen. SELECT SP IMP.SET AMP + 1 Minimum 8ohms + + Druk op STANDBY/ON (SYSTEM POWER op de afstandsbediening) om dit toestel aan te zetten. SYSTEM POWER 2 3 STANDBY /ON Druk op SPEAKERS A of SPEAKERS B om de impedantie van uw luidsprekers te kiezen. U kunt kiezen tussen 6 Ohm of 8 Ohm. Druk op STANDBY/ON om deze instelling af te sluiten. Het toestel gaat vervolgens uit (standby). y U kunt ook SP IMP.SET gebruiken (zie bladzijde 66) om de luidsprekerimpedantie in te stellen. Voorpaneel 2 of Afstandsbediening Zet het beeldscherm dat is aangesloten op dit toestel aan. Opmerking Druk nog eens op STANDBY/ON (STANDBY op de afstandsbediening) om dit toestel uit (standby) te zetten. Nederlands 25 AUTO SETUP AUTO SETUP Inleiding Deze receiver maakt gebruik van YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer (YPAO) technologie zodat u zelf geen lastige luidspreker-instellingen hoeft te doen en waardoor een zeer accurate instelling wordt verkregen. De meegeleverde optimalisatie-microfoon pikt het geluid op dat uw luidsprekers maken in de omgeving waar u ze daadwerkelijk zult gebruiken. Optimalisatie-microfoon setup 1 Verbind de meegeleverde optimalisatiemicrofoon met de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel. (Modellen voor de V.S.) A/B/C/D/E PRESET/ TUNING PRESET /TUNING FM/AM MEMORY TUNING MODE TUNER y MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES De basis setup (bladzijde 31) is handig wanneer u uw systeem snel en met minimale inspanningen klaar voor gebruik wilt maken. We raden u echter aan eventueel op een later tijdstip toch de automatische setup uit te voeren zodat u kunt profiteren van de YPAO instelfunctie en een nog betere geluidsweergave kunt bereiken. S VIDEO AUTO/MAN'L MONO VIDEO L AUDIO R OPTICAL YPAO OPTIMIZER MIC SILENT VIDEO AUX Opmerkingen Opmerkingen • Wij wijzen u erop dat het normaal is dat tijdens de automatische setup luide testtonen worden geproduceerd. • Als de automatische setup stopt en er een foutmelding op het scherm verschijnt, dient u de procedure voor het oplossen van problemen op bladzijde 29 te volgen. • Nadat u de automatische setup heeft afgemaakt moet u de optimalisatie-microfoon weer losmaken. • De optimalisatie-microfoon is niet goed bestand tegen warmte. –Houd hem daarom uit direct zonlicht. –Laat hem ook niet bovenop dit toestel liggen. YPAO voert de volgende controles uit en maakt de juiste instellingen voor een zo optimaal mogelijke weergave van uw systeem. WIRING Controleert welke luidsprekers er aangesloten zijn en de polariteit van elk van de luidsprekers. DISTANCE Controleert de afstand van elk van de luidsprekers tot de luisterplek en stelt de timing van elk van de kanalen in. SIZE Controleert de frequentierespons van van de luidsprekers en stelt de juiste laagfrequente crossover in voor elk van de kanalen. EQUALIZING Regelt de frequentie en het niveau van elk van de kanalen via een parametrische equalizer om te voorkomen dat de verschillende kanalen elkaar onbedoeld beïnvloeden en om een samenhangend geluidsveld samen te stellen. Dit is vooral van belang wanneer u luidsprekers van verschillende afmetingen of verschillende merken gebruikt voor sommige kanalen of wanneer uw kamer bijzondere akoestische kenmerken vertoond. De YPAO equalisatie maakt gebruik van drie parameters (Frequency, Level en Q factor) voor elk van de zeven banden in de parametrische equalizer om te komen tot een precieze automatische instelling van de frequentiekarakteristieken. LEVEL Controleert en regelt het geluidsniveau (volume) van elk van de luidsprekers. 26 2 Plaats de optimalisatie-microfoon op een vlak en horizontaal oppervlak met de omnidirectionele microfoonkop naar boven op uw normale luisterplek. Gebruik indien mogelijk een statief (o.i.d.) om de optimalisatie-microfoon vast te zetten op dezelfde hoogte als waar uw oren zich zouden bevinden wanneer u op uw luisterplek zit. Opstelling optimalisatie-microfoon AUTO SETUP Beginnen van de setup 4 Voor de beste resultaten moet u ervoor zorgen dat de ruimte zo stil mogelijk is tijdens de automatische setup (YPAO). Als er teveel andere geluiden zijn, is het mogelijk dat de resultaten tegenvallen. Druk herhaaldelijk op k / n om WIRING, DISTANCE, SIZE, EQUALIZING of LEVEL te selecteren. 1 AUTO:MENU .WIRING;;;;;CHECK DISTANCE;;;CHECK SIZE;;;;;;;CHECK EQUALIZING;;FLAT LEVEL;;;;;;CHECK SETUP;;;;;;;AUTO START PUSH > y Als het volume en de crossover frequentie van uw subwoofer ingesteld kunnen worden, zet het volume dan ongeveer op half (of iets minder) en zet de crossover frequentie op de maximale waarde. p 5 Wanneer u WIRING, DISTANCE, SIZE of LEVEL heeft geselecteerd, kunt u op l / h drukken voor de volgende mogelijkheden: CHECK Om het geselecteerde onderdeel automatisch te MIN MAX MAX MIN SKIP Subwoofer 1 2 Opmerking Zet dit toestel en uw beeldscherm aan. Controleer of het OSD (in-beeld display) inderdaad wordt weergegeven (zie bladzijde 53). Bij gebruik van THX luidsprekers moet u SIZE op SKIP instellen en controleren of “SMALL” of “SMLx2” is geselecteerd bij SPEAKER SET (bladzijde 58) en dat 80Hz (THX) is geselecteerd bij CROSS OVER (bladzijde 60). Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens op SET MENU om het SET MENU te openen. AMP Wanneer u EQUALIZING heeft geselecteerd, kunt u op l / h drukken voor de volgende mogelijkheden: FRONT Om de frequentierespons van elk van de luidsprekers in te stellen in overeenstemming met de weergave van uw voor-luidsprekers. Aanbevolen wanneer uw voor-luidsprekers van aanzienlijk betere kwaliteit zijn dan uw andere luidsprekers. FLAT Om de frequentierespons van alle luidsprekers te middelen. Aanbevolen wanneer al uw luidsprekers van vergelijkbare kwaliteit zijn. LOW Om de frequentierespons van al uw luidsprekers te middelen, met voorrang voor de precisie van de lage tonen. MID Om de frequentierespons van al uw luidsprekers te middelen, met voorrang voor de precisie van de middentonen. HIGH Om de frequentierespons van al uw luidsprekers te middelen, met voorrang voor de precisie van de hoge tonen. SKIP Om het geselecteerde onderdeel over te slaan zonder instellingen te wijzigen. SET MENU vervolgens MENU SOURCE TV 3 Druk op k / n, selecteer AUTO SETUP en druk vervolgens één keer op h om het hoofdmenu te openen. ENTER SET MENU  . ;AUTO SETUP ;MANUAL SETUP p /p : Up/Down < / > : Enter 6 Druk op n, selecteer SETUP en druk vervolgens op l / h voor de volgende mogelijkheden: AUTO Om de hele automatische setup automatisch uit te laten voeren. Om te wachten op een bevestiging tussen STEP elke controle in de automatische setup. RELOAD Om de vorige automatische setup instelling te herstellen. 27 Nederlands ENTER controleren en in te stellen. Om het geselecteerde onderdeel over te slaan zonder instellingen te wijzigen. VOORBEREIDINGEN CROSSOVER/ HIGH CUT VOLUME /p : Up/Down < / > : Select AUTO SETUP y 7 Druk op n, selecteer START PUSH i en druk vervolgens op h. Er zullen nu luide testtonen worden geproduceerd via de diverse luidsprekers, terwijl gedurende de automatische setup de boodschap WAIT getoond zal worden. • Druk herhaaldelijk op k / n om heen en weer te schakelen tussen de diverse schermen. • Als u niet tevreden bent met het resultaat, of als u met de hand bepaalde instellingen wilt wijzigen, kunt u de handmatige setup gebruiken (zie bladzijde 58). Opmerkingen Opmerking Als “E-10:OTHER ERROR” verschijnt tijdens het testen, dient u de procedure opnieuw te beginnen vanaf stap 3. Als u bij stap 6 voor “AUTO” gekozen hebt Na elke controle zal RESULT een paar seconden op het display getoond worden, waarna de instelling van het volgende onderdeel zal beginnen. Nadat alle onderdelen zijn ingesteld, zal de melding RESULT:EXIT op het display verschijnen. y U kunt alle resultaten nog eens laten zien door één keer op k te drukken en dan herhaaldelijk op h te drukken voor u deze functie afsluit. Druk op n om terug te keren naar het RESULT:EXIT display. 8 Na elke controle verschijnt RESULT op het display. Druk op l / h, selecteer RESULT:EXIT en druk vervolgens op l / h voor de volgende mogelijkheden: NEXT EXIT Druk op n om door te gaan met de controle van het volgende onderdeel. Druk op n om de automatische setup af te sluiten. RESULT:WIRING FRONT L;;;;;;;OK p p RESULT:DISTANCE1 RESULT:EQUALIZI. EQ;;;;;FRONT L 63Hz;;;-2.0dB 125Hz;;;-5.0dB 500Hz;;;;;;0dB 630Hz;;;;;;0dB 1.0kHz;;;;;;0dB 3.15kHz;;;+3.0dB 10.0kHz;;;+1.0dB / p p / : Up/Down </> : Back/Next : Up/Down RESULT:LEVEL 1 / : Up/Down </> : Back/Next / : Up/Down </> : Back/Next RESULT:SIZE 1 p p / : Up/Down </> : Back/Next p p . FRONT L;;;+5.0dB CENTER;;;;-4.5dB FRONT R;;;+5.5dB PRESENCE;;-3.0dB p p . FRONT L;;;;3.20m CENTER;;;;;3.30m FRONT R;;;;2.90m PRES L;;;;;1.70m PRES R;;;;;1.50m FRONT L;;;;;;LRG 28 Als u bij stap 6 voor “RELOAD” gekozen hebt Het RESULT:EXIT display verschijnt. y Om de instellingen inderdaad te wijzigen dient u op l / h te drukken, SET te selecteren en vervolgens met n deze procedure af te sluiten. Om de automatische setup te annulerendient u op l / h te drukken, CANCEL te selecteren en vervolgens met n de procedure af te sluiten. Als u bij stap 6 voor “STEP” gekozen hebt 8 • Als u luidsprekers vervangt of anders opstelt, of als u de inrichting van uw kamer verandert, moet u de AUTO SETUP opnieuw uitvoeren. • Bij de DISTANCE resultaten kan de getoonde afstand groter zijn dan in werkelijkheid, afhankelijk van de karakteristieken van uw subwoofer. • Bij de EQUALIZING resultaten is het mogelijk dat er voor dezelfde band verschillende waarden zijn ingesteld voor een nog preciezere instelling. U kunt alle resultaten nog eens laten zien door één keer op k te drukken en dan herhaaldelijk op h te drukken voor u deze functie afsluit. Druk op n om terug te keren naar het RESULT:EXIT display. 8 Druk op l / h, selecteer “SET” en druk vervolgens op n om deze functie af te sluiten. AUTO SETUP ■ Oplossen van problemen met de automatische setup Voor de automatische setup Foutmelding Oorzaak Oplossing Connect MIC! De optimalisatie-microfoon is niet aangesloten. • Verbind de meegeleverde optimalisatie-microfoon met de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel. Unplug HP! Er is een hoofdtelefoon aangesloten. • Maak de hoofdtelefoon los. Foutmelding Oorzaak Oplossing E-1:NO FRONT SP Er worden geen L/R voorkanaal signalen gedetecteerd. • Selecteer de voor-luidsprekers met SPEAKER A of B. • Controleer de aansluitingen van de L/R voorluidsprekers. E-2:NO SURR.SP Er wordt geen surroundkanaal signaal gedetecteerd. • Controleer de aansluitingen van de surroundluidspreker. E-3:NO PRES. SP Er wordt geen aanwezigheidskanaal signaal gedetecteerd. • Controleer de aansluitingen van de aanwezigheidsluidspreker. E-4:SBR->SBL Er wordt alleen een rechter surround achterkanaal gedetecteerd. • Verbind de surround achter-luidspreker met de LEFT SURROUND BACK SPEAKERS aansluiting als u slechts een enkele surround achter-luidspreker heeft. E-5:NOISY Teveel geluiden op de achtergrond. • Probeer de automatische setup wanneer het zo stil mogelijk is. • Zet lawaaiige elektrische apparatuur zoals airconditioners (enz.) uit, of zet ze uit de buurt van de optimalisatie-microfoon. E-6:CHECK SURR. Wel surround achter-luidspreker(s) aangesloten, maar geen L/R surround-luidsprekers. • Sluit uw surround-luidsprekers aan wanneer u een of meer surround achter-luidspreker(s) gebruikt. E-7:NO MIC De optimalisatie-microfoon is losgeraakt tijdens de automatische setup. • Sluit de meegeleverde optimalisatiemicrofoon aan op de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel. E-8:NO SIGNAL De optimalisatie-microfoon kan geen testtonen detecteren. • Controleer de instelling van de microfoon. • Controleer de aansluiting en de opstelling van de microfoon. E-9:USER CANCEL De automatische setup is geannuleerd door iets dat de gebruiker gedaan heeft. • Voer de automatische setup opnieuw uit. E-10:OTHER ERROR Er is een interne fout opgetreden. • Voer de automatische setup opnieuw uit. VOORBEREIDINGEN Tijdens de automatische setup Druk op l / h om gedetailleerde informatie over individuele fouten te laten zien. Selecteer “RETRY” om de automatische setup opnieuw te proberen. Nederlands 29 AUTO SETUP Na de automatische setup Druk op l / h om gedetailleerde informatie over individuele waarschuwingen te laten zien. Waarschuwing Oorzaak Oplossing W-1:OUT OF PHASE De polariteit van de luidspreker is niet correct. Deze melding kan, afhankelijk van de luidspreker in kwestie, ook verschijnen wanneer deze toch correct is aangesloten. • Controleer de polariteit van de luidsprekeraansluitingen (+ of –). W-2:OVER 24m (80ft) De afstand tussen de luidspreker en de luisterplek is groter dan 24 meter. • Zet de luidspreker dichter bij de luisterplek. W-3:LEVEL ERROR Er is teveel volumeverschil tussen de luidsprekers. (Er wordt geen niveaucorrectie gemaakt.) • Verander de opstelling van de luidsprekers zodat alle luidsprekers in vergelijkbare omstandigheden verkeren. • Controleer de luidspreker-aansluitingen. • Gebruik luidsprekers van vergelijkbare kwaliteit. • Stel het uitgangsvolume van de subwoofer in. W-4:SWFR PHASE De fase van de subwoofer is niet correct ingesteld. • Stel de subwoofer op ‘tegengestelde fase’ in als de subwoofer een fase-schakelaar heeft. W-5:VOL ERROR Het resultaat is mogelijk niet correct omdat het volume werd gewijzigd tijdens de automatische setup. • Voer de automatische setup opnieuw uit. Tijdens de automatische setup mag u het volume niet veranderen. • Als de ERROR of WARNING schermen verschijnen, dient u de oorzaak van het probleem op te sporen en te corrigeren en vervolgens de automatische setup opnieuw uit te voeren. • Als de waarschuwingen W-1, W-4 of W-5 verschijnen, zijn er wel instellingen verricht, maar is het mogelijk dat deze niet optimaal zijn. • Als de waarschuwingen W-2 of W-3 verschijnen, zijn er geen instellingen verricht. • Als foutmelding E-10 herhaaldelijk verschijnt dient u contact op te nemen met een erkend YAMAHA service-centrum. 30 BASIS SETUP BASIS SETUP De basisinstellingen voor uw systeem worden automatisch uitgevoerd wanneer u de automatische setup doet (bladzijde 26). De basisinstellingen komen van pas wanneer u uw luidsprekers snel gebruiksklaar wilt maken of wanneer u met de hand enkele onderdelen wilt wijzigen die met de automatische setup zijn ingesteld. Druk op l / h om het BASIC MENU te openen. 4 Wanneer u ROOM heeft geselecteerd, kunt u op l / h drukken om de instelling te wijzigen. Kies de afmetingen van de kamer waar u uw luidsprekers heeft opgesteld. De afmetingen zijn grofweg als volgt gedefinieerd: y Als u het toestel met de hand nog preciezer wilt instellen, kunt u de gedetailleerde instellingen van het SOUND MENU menu (bladzijde 58) gebruiken in plaats van het BASIC MENU. Opmerking Als u instellingen verandert in het BASIC MENU, zullen alle SOUND MENU instellingen worden teruggezet. [Modellen voor de V.S. en Canada] S (klein) 16 x 13 ft, 200 ft2 (4.8 x 4.0 m, 20 m2) M (medium) 20 x 16 ft, 300 ft2 (6.3 x 5.0 m, 30 m2) L (groot) 26 x 19 ft, 450 ft2 (7.9 x 5.8 m, 45 m2) Gebruiken van het BASIC MENU [Overige modellen] S (klein) 3.6 x 2.8 m, 10 m2 M (medium) 4.8 x 4.0 m, 20 m2 L (groot) 6.3 x 5.0 m, 30 m2 SELECT AMP + + + TV VOL CH VOL SOURCE – – – TV A/B/C/D/E TV MUTE TV INPUT MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU 2-9 1 PURE DIRECT 1 BASIC MENU 1/2 NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY .ROOM: S[ML SWFR:[YESNONE PRESENCE;;;;NONE SPEAKERS;;;;7spk STRAIGHT EFFECT 1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens op SET MENU om het SET MENU te openen. AMP SET MENU SOURCE vervolgens 5 MENU TV 2 VOORBEREIDINGEN 3 Druk net zo vaak op k / n tot u MANUAL SETUP geselecteerd heeft en druk vervolgens op l / h om de geselecteerde categorie te openen. ENTER vervolgens ENTER Druk op n, selecteer SWFR en druk vervolgens op l / h voor de volgende mogelijkheden: YES NONE 6 Als u een subwoofer in uw systeem heeft. Als u geen subwoofer in uw systeem heeft. Druk op n, selecteer PRESENCE en druk vervolgens op l / h voor de volgende mogelijkheden: YES NONE Als u zogenaamde aanwezigheidsluidsprekers in uw systeem heeft. Als u geen zogenaamde aanwezigheidsluidsprekers in uw systeem heeft. SET MENU  ;AUTO SETUP . ;MANUAL SETUP p /p : Up/Down < / > : Enter Nederlands Als u op k drukt wanneer AUTO SETUP is geselecteerd, of als u op n drukt wanneer MANUAL SETUP is geselecteerd, zal het SET MENU worden gesloten. Druk op SET MENU om het SET MENU opnieuw te openen. 31 BASIS SETUP 7 Druk op n, selecteer SPEAKERS en druk vervolgens op l / h om het aantal luidsprekers in te stellen dat is aangesloten op het toestel. Uw keuzes hangen als volgt af van de PRESENCE instelling: — L C R SL SB SR 3 — — L C R SL SB SR L/R voor, Midden L C R SL SB SR L/R voor, L/R surround R L C R 5 6 7 8 L SL R SR L C R SL SR L C R SL SB SR L C R SL SB SR 9 * L/R aanwezigheid, L/R voor L/R aanwezigheid, L/R voor, Midden L/R aanwezigheid, L/R voor, L/R surround L/R aanwezigheid, L/R voor, Midden, L/R surround L C R SL SB SR L C R SL SB SR L C R SL SB SR L/R voor, Midden, L/R surround L/R voor, Midden, L/R surround, surround achter L/R voor, Midden, L/R surround, Surround achter L/R L/R aanwezigheid, L/ R voor, Midden, L/R surround, Surround achter* — — L/R aanwezigheid, L/ R voor, Midden, L/R surround, Surround achter L/R* — — Als u klaar bent met instellen, kunt u op n drukken en vervolgens op l / h voor de volgende mogelijkheden: SET CANCEL Om de wijzigingen definitief te maken. Om de setup te annuleren. 1 BASIC MENU 2/2 . [SET CANCEL ROOM SIZE=MEDIUM Als u “SET” selecteert, zult u uit elk van de luidsprekers een testtoon horen. 32 1 BASIC MENU 2/2 . CHECK OK?;;;;YES De surround-achter en de zogenaamde aanwezigheidsluidsprekers kunnen niet tegelijkertijd geluid weergeven. Via het SOUND MENU (zie bladzijde 63) kunt u één van beide sets luidsprekers de voorkeur geven. 8 Om de setup af te sluiten indien de testtonen goed klonken. Om de niveaus van de diverse luidsprekers af te regelen (zie bladzijde 60). L/R voor — L YES NONE YES 2 4 Druk op n, selecteer CHECK OK? en druk vervolgens op l / h voor de volgende mogelijkheden: NO PRESENCE instelling Keuzes 9 (wanneer u “NO” kiest) B)SPEAKER LEVEL . FR C SL + Geheugen back-up De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om een andere reden langer dan een week onderbroken wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan. In een dergelijk geval dient u de instellingen opnieuw te maken. WEERGAVE WEERGAVE Basisbediening 1 4 4 6 Selecteer de signaalbron. Gebruik INPUT (of druk op de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening) om de gewenste signaalbron te selecteren. VOLUME PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD INPUT INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON of PRESET/ TUNING A/B/C/D/E PRESET /TUNING FM/AM MEMORY TUNING MODE PROGRAM TUNER SPEAKERS A B MULTI CH INPUT INPUT MODE MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES S VIDEO AUTO/MAN'L MONO TONE CONTROL VIDEO L AUDIO R STRAIGHT OPTICAL MIC YPAO EFFECT SILENT VIDEO AUX Voorpaneel (Modellen voor de V.S.) 3 7 TV MUTE SYSTEM POWER POWER TV AV A B STANDBY POWER INPUT MODE SLEEP TV INPUT V–AUX MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R TEST ON SCREEN VCR 1 DVR/VCR2 6 + TV VOL + + CH VOL – – JAZZ 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 THX STANDARD 9 0 FREQ/RDS EON REC SOURCE DISC SKIP OFF – Geselecteerde signaalbron ROCK ON MACRO 7 8 7 7 1 TV INPUT ENT. MODE PTY SEEK START SET MENU TITLE MENU CD TUNER PHONO dB VOLUME AUTO L R Ingangsfunctie LEARN CLEAR 5 Start de weergave of stem af op een zender op de broncomponent. Raadpleeg eventueel de handleiding van de betreffende component. 6 Zet het volume op het gewenste niveau. RE–NAME TV MUTE LEVEL CD–R EXTD. SUR +10 A/B/C/D/E TV MUTE MD/TAPE STRAIGHT HALL AMP DVD DISPLAY STEREO DVD SELECT DTV DVD EFFECT DTV CBL/SAT SP A AUDIO RETURN 4 VCR 1 NIGHT ENTER PHONO DVR/VCR2 PURE DIRECT PURE DIRECT Druk op STANDBY/ON (SYSTEM POWER op de afstandsbediening) om dit toestel aan te zetten. BASISBEDIENING 1 Afstandsbediening De naam van de geselecteerde signaalbron en de ingangsfunctie worden een paar seconden lang op het display en het beeldscherm getoond. VOLUME + of SYSTEM VOL POWER STANDBY /ON – of Voorpaneel Afstandsbediening 2 Zet het beeldscherm dat is aangesloten op dit toestel aan. 3 Druk op SPEAKERS A of B op het voorpaneel. Met elke druk op de toets wordt de bijbehorende set luidsprekers in- of uitgeschakeld. Voorpaneel Afstandsbediening SPEAKERS A B Nederlands Als u dubbele bedrading gebruikt, moet zowel A als B selecteren. 33 WEERGAVE 7 Kies, indien gewenst, een geluidsveldprogramma. Gebruik PROGRAM (of zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk herhaaldelijk op één van de toetsen voor de geluidsveldprogramma’s) om een geluidsveldprogramma te selecteren. Zie bladzijde 49 voor meer informatie over geluidsveldprogramma’s. Selecteren van geluidsveldprogramma’s ■ Bediening via het voorpaneel VOLUME INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON PROGRAM AMP STEREO HALL JAZZ ROCK 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TY THTR MOVIE 5 6 7 8 THX STANDARD 9 0 A/B/C/D/E PRESET/ TUNING PRESET /TUNING FM/AM MEMORY TUNING MODE PROGRAM TUNER of SOURCE SPEAKERS A B MULTI CH INPUT INPUT M MODE MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES S VIDEO Voorpaneel VIDEO TONE CONTROL L AUDIO R STRAIGHT OPTICAL EFFECT SILENT TV AUTO/MAN'L MONO MIC YPAO VIDEO AUX EXTD. SUR +10 ENT. Afstandsbediening (Modellen voor de V.S.) PROGRAM Opmerking Wanneer dit toestel Dolby Digital signalen detecteert, zal het volgende display een paar seconden getoond worden. Dit geeft aan welke correctie wordt toegepast om het signaal op –27 dB te brengen (aanbevolen voor THX). Verdraai PROGRAM om het gewenste geluidsveldprogramma te selecteren. De naam van het geselecteerde programma zal verschijnen op het display op het voorpaneel en op het beeldscherm. PROGRAM DialNorm;;+4dB V–AUX DVR/VCR2 VCR 1 CBL/SAT SP A DTV DVD MD/TAPE CD–R HiFi DSP JAZZ CLUB Programmanaam 34 CD TUNER PHONO dB VOLUME L R WEERGAVE ■ Afstandsbediening Aanvullende mogelijkheden AMP + + + AMP/SOURCE/TV SOURCE TV VOL – CH VOL – – ■ Toonregeling TV A/B/C/D/E TV MUTE TV INPUT MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY STRAIGHT EFFECT STEREO HALL JAZZ 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 7 8 THX STANDARD ROCK 9 0 Toetsen voor de geluidsveldprogramma’s EXTD. SUR +10 ENT. Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens net zo vaak op één van de toetsen voor de geluidsveldprogramma’s tot u het gewenste programma geselecteerd heeft. De naam van het geselecteerde programma zal verschijnen op het display op het voorpaneel en op het beeldscherm. AMP TV DVR/VCR2 VCR 1 CBL/SAT SP A DTV STEREO HALL JAZZ 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 7 8 THX STANDARD 9 0 DVD MD/TAPE ROCK CD–R JAZZ CLUB Opmerkingen EXTD. SUR +10 HiFi DSP PROGRAM ENT. CD TUNER PHONO dB VOLUME L R Programmanaam y Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak, niet op basis van de naam van het programma. Opmerkingen • Wanneer u een bepaalde signaalbron selecteert, zal het toestel automatisch het laatst met die signaalbron gebruikte geluidsveldprogramma instellen. • Er kunnen geen geluidsveldprogramma’s worden gebruikt wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron heeft geselecteerd. • Als u de hoge of lage tonen teveel versterkt of verzwakt, is het mogelijk dat de toonkleur van de surround-luidsprekers niet meer overeenkomt met die van de linker, rechter en midden voor-luidsprekers. • TONE CONTROL staat buiten werking wanneer THX (bladzijde 49) of PURE DIRECT (bladzijde 37) is geselecteerd, of wanneer MULTI CH INPUT is geselecteerd. • TONE CONTROL werkt niet voor weergave via een hoofdtelefoon. Gebruik HP TONE CTRL om de lage en hoge tonen te regelen voor uw hoofdtelefoon (bladzijde 62). BASISBEDIENING SOURCE V–AUX Hiermee kunt u de weergave van de lage en hoge tonen regelen voor de linker, rechter en midden voorkanalen. Druk herhaaldelijk op TONE CONTROL op het voorpaneel om te kiezen tussen TREBLE of BASS. Selecteer TREBLE en draai vervolgens PROGRAM naar rechts of links om de hoge tonen te versterken of te verzwakken. Selecteer BASS en draai vervolgens PROGRAM naar rechts of links om de lage tonen te versterken of te verzwakken. Om de toonregeling te annuleren dient u net zo vaak op TONE CONTROL te drukken tot u BYPASS heeft geselecteerd. TONE CONTROL PURE DIRECT ■ Tijdelijk uitschakelen van de geluidsweergave Druk op MUTE op de afstandsbediening. MUTE De MUTE indicator zal gaan knipperen op het display op het voorpaneel. Druk nog eens op MUTE om de geluidsweergave te hervatten (of druk op VOL –/+). De MUTE indicator zal van het display verdwijnen. y U kunt instellen hoe ver het volume verlaagd wordt (zie bladzijde 62). ■ Luisteren met een hoofdtelefoon (“SILENT CINEMA”) De “SILENT CINEMA” functie stelt u in staat naar multikanaals materiaal of filmsoundtracks, inclusief Dolby Digital en DTS surroundmateriaal, te luisteren met een normale hoofdtelefoon. “SILENT CINEMA” wordt automatisch ingeschakeld wanneer u een hoofdtelefoon aansluit op de PHONES aansluiting terwijl u luistert met de CINEMA DSP of HiFi DSP geluidsveldprogramma’s. Indien ingeschakeld zal de “SILENT CINEMA” indicator oplichten op het display op het voorpaneel. • Dit toestel kan niet overschakelen naar de “SILENT CINEMA” functie wanneer u MULTI CH INPUT heeft geselecteerd als signaalbron. • “SILENT CINEMA” staat buiten werking wanneer PURE DIRECT of een 2-kanaals stereoprogramma is geselecteerd, of wanneer de STRAIGHT functie is ingeschakeld. 35 Nederlands Opmerkingen WEERGAVE ■ Selecteren van MULTI CH INPUT Druk op MULTI CH INPUT zodat “MULTI CH INPUT” op het display en op het beeldscherm verschijnt. MULTI CH INPUT MULTI CH IN of Voorpaneel Afstandsbediening Opmerking Wanneer “MULTI CH INPUT” wordt getoond op het display en/ of het beeldscherm, kan er geen andere signaalbron worden weergegeven. Als u met INPUT (één van de ingangskeuzetoetsen) een andere signaalbron wilt selecteren, druk dan eerst op MULTI CH INPUT zodat de melding “MULTI CH INPUT” verdwijnt van het display en het beeldscherm. ■ Luisteren naar multikanaals materiaal met 6.1/7.1 kanaals surroundweergave Als u één of twee surround achter-luidsprekers heeft aangesloten, kunt u via deze functie profiteren van 6.1/7.1kanaals weergave van multikanaals signaalbronnen met behulp van de Dolby Pro Logic IIx, Dolby Digital EX of DTS-ES decoder. Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens op EXTD. SUR op de afstandsbediening om heen en weer te schakelen tussen 5.1- en 6.1/7.1 kanaals weergave. EXTD. SUR ENT. Om een decoder te selecteren, dient u herhaaldelijk op l / h te drukken wanneer PLIIxMovie (enz.) wordt getoond. AUTOMATISCH (AUTO) Wanneer er een speciale code (vlag) die door dit toestel kan worden herkend in het ingangssignaal aanwezig is, zal het toestel zelf de optimale decoder voor weergave via 6.1/ 7.1 kanalen selecteren. Als het toestel de ‘vlag’ niet kan herkennen of als het signaal geen ‘vlag’ bevat, kan er niet automatisch via 6.1/ 7.1 kanalen worden weergegeven. 36 Decoders (selecteren met l / h) Afhankelijk van de formattering van het weergegeven materiaal heeft u de volgende keuzemogelijkheden. PLIIxMovie Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 7.1 kanalen met de Pro Logic IIx movie decoder. PLIIxMusic Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 6.1/ 7.1 kanalen met de Pro Logic IIx music decoder. EX/ES Voor weergave van Dolby Digital signalen via 6.1/7.1 kanalen met de Dolby Digital EX decoder. DTS signalen worden weergegeven via 6.1/7.1 kanalen met de DTS-ES decoder. EX Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 6.1/ 7.1 kanalen met de Dolby Digital EX decoder. UIT (OFF) Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 5.1 kanalen. y Wanneer SURR B L/R SP op “LRGx1” of “SMLx1” (zie bladzijde 59) is ingesteld, zal het surround achterkanaal worden gereproduceerd via de linker SURROUND BACK luidsprekeraansluitingen. Opmerkingen • Sommige discs met 6.1-kanaals materiaal hebben geen aparte signalering (vlag) die dit toestel automatisch kan detecteren. Wanneer u een dergelijke disc met 6.1-kanaals materiaal afspeelt, dient u met de hand een decoder (PLIIxMovie, PLIIxMusic, EX/ES of EX) te kiezen. • In de volgende gevallen is 6.1-kanaals weergave niet mogelijk, ook al wordt EXTD. SUR ingedrukt: – Wanneer SURR L/R SP of SURR B L/R SP op “NONE” staat (zie bladzijde 59). – Wanneer de met de MULTI CH INPUT aansluitingen verbonden signaalbron wordt weergegeven. – Wanneer het weergegeven materiaal geen L/R surroundsignalen bevat. – Wanneer er een Dolby Digital KARAOKE signaalbron wordt weergegeven. – Wanneer u 2ch Stereo of PURE DIRECT heeft geselecteerd. • Wanneer dit toestel wordt uitgeschakeld, zal de ingangsfunctie worden teruggezet op AUTO. • Wanneer de DTS-ES decoder wordt toegepast op DTS 96/24 signalen, zal dit toestel de DTS 96/24 signalen decoderen met de DTS-ES Matrix decoder • De Pro Logic IIx decoder kan niet worden gebruikt wanneer SURR B L/R SP op “NONE” is ingesteld (zie bladzijde 59). • “PLIIxMovie” kan niet worden geselecteerd wanneer SURR B L/R SP op “LRGx1” of “SMLx1” (zie bladzijde 59) is ingesteld. WEERGAVE ■ Genieten van 2-kanaals materiaal en surroundweergave Ingangssignalen afkomstig van 2 kanaals bronnen kunnen ook via meerdere kanalen worden weergegeven. Druk op STANDARD op de afstandsbediening om de decoder te selecteren. STANDARD 0 ■ Luisteren naar Hi-Fi stereoweergave met PURE DIRECT PURE DIRECT passeert de decoders en DSP processors van dit toestel en sluit de videoschakelingen af, zodat u naar een zo natuurgetrouw mogelijke weergave kunt luistern van analoge en PCM signaalbronnen. Druk op PURE DIRECT om deze functie in te schakelen. De toets licht op en het display op het voorpaneel gaat automatisch uit. Afhankelijk van het soort materiaal dat u afspeelt en uw persoonlijke voorkeuren kunt u kiezen uit de volgende functies. PURE DIRECT PURE DIRECT of PRO LOGIC SUR. STANDARD Standaard verwerking voor Dolby Surround bronmateriaal. Voorpaneel Afstandsbediening y PRO LOGIC IIx Movie* Dolby Pro Logic II/IIx verwerking voor filmmateriaal. Druk nog eens op PURE DIRECT om de functie te annuleren. De indicator rond de toets op het voorpaneel gaat uit en de oorspronkelijke instellingen worden hersteld. PRO LOGIC IIx Music* Dolby Pro Logic II/IIx verwerking voor muziekmateriaal. PRO LOGIC IIx Game* Dolby Pro Logic II/IIx verwerking voor spelmateriaal. DTS Neo:6 Cinema DTS verwerking voor filmmateriaal. DTS Neo:6 Music DTS verwerking voor muziekmateriaal. * Gebruik de PLII/PLIIx parameter om te kiezen tussen de Pro Logic II of de Pro Logic IIx decoder (zie bladzijde 88). Opmerking De Pro Logic IIx decoder kan niet worden gebruikt wanneer SURR B L/R SP op “NONE” is ingesteld (zie bladzijde 59). Het display op het voorpaneel wordt alleen ingeschakeld wanneer dat nodig is. Opmerkingen BASISBEDIENING PRO LOGIC SUR. ENHANCED CINEMA DSP Enhanced verwerking voor Dolby Surround bronmateriaal. • Om onverwacht lawaai te voorkomen mag u geen DTS gecodeerde CD’s afspelen in deze stand. • Wanneer er multikanaals signalen (Dolby Digital of DTS) binnenkomen, zal het toestel automatisch overschakelen naar de corresponderende analoge signaalbron. (Wanneer DTS is ingesteld als ingangsfunctie zal er geen geluid worden weergegeven.) • Er zal geen geluid worden weergegeven via de subwoofer. • De TONE CONTROL (bladzijde 35) en SET MENU (bladzijde 56) instellingen staan buiten werking. • De volgende handelingen zijn niet mogelijk met het toestel in de PURE DIRECT functie: – omschakelen van het geluidsveldprogramma – weergeven van het OSD (in-beeld display) – wijzigen van SET MENU instellingen – alle videofuncties (video-conversie enz.) • PURE DIRECT wordt automatisch geannuleerd wanneer het toestel uit (standby) wordt gezet. Nederlands 37 WEERGAVE ■ Luisteren naar Hi-Fi stereoweergave met Direct Stereo Direct Stereo passeert de decoders en DSP processors van dit toestel, zodatu naar een zo natuurgetrouw mogelijke weergave kunt luisteren van 2-kanaals analoge en PCM signaalbronnen. y Deze functie verdient aanbeveling wanneer u naar zeer natuurgetrouwe stereoweergave wilt luisteren bij weergave van een videobron. In andere gevallen kunt u PURE DIRECT gebruiken voor de meest natuurgetrouwe geluidsweergave (zie bladzijde 37). Verdraai PROGRAM (of druk herhaaldelijk op STEREO) en selecteer DIRECT STEREO. Het display op het voorpaneel wordt automatisch donkerder. PROGRAM of Voorpaneel STEREO HALL JAZZ ROCK 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR 5 6 7 THX STANDARD 9 0 De middernacht luisterfuncties zijn ontworpen om bij lage volumes, bijvoorbeeld wanneer u ’s nachts wilt luisteren, toch alles te kunnen verstaan. Kies NIGHT:CINEMA of NIGHT:MUSIC afhankelijk van wat voor materiaal u gaat afspelen. Druk herhaaldelijk op NIGHT op de afstandsbediening om te kiezen tussen film en muziek. De NIGHT indicator zal oplichten op het display op het voorpaneel wanneer de middernacht luisterfunctie is ingeschakeld. NIGHT AUDIO Afstandsbediening MOVIE 8 EXTD. SUR +10 ■ Middernacht luisterfunctie ENT. Afstandsbediening Direct Stereo Opmerkingen • Om onverwacht lawaai te voorkomen mag u geen DTS gecodeerde CD’s afspelen in deze stand. • Wanneer er multikanaals signalen (Dolby Digital of DTS) binnenkomen, zal het toestel automatisch overschakelen naar een analoge signaalbron. (Wanneer DTS is ingesteld als ingangsfunctie zal er geen geluid worden weergegeven.) • Er zal geen geluid worden weergegeven via de subwoofer. • De TONE CONTROL (bladzijde 35) en SET MENU (bladzijde 56) instellingen treden niet in werking. • Selecteer NIGHT:CINEMA wanneer u naar een film gaat kijken om het dynamisch bereik van de soundtrack te verminderen en de gesproken tekst beter verstaanbaar te maken bij lagere volumes. • Selecteer NIGHT:MUSIC wanneer u naar muziek wilt luisteren om alle geluiden beter verstaanbaar te maken. • Selecteer OFF als u deze functie niet wilt gebruiken. Druk op l / h om het effectniveau in te stellen terwijl NIGHT:CINEMA of NIGHT:MUSIC getoond wordt. Hiermee kunt u regelen hoeveel het dynamisch bereik wordt gecomprimeerd. ENTER Afstandsbediening Effect.Lvl:MID • Selecteer “MIN” voor minimale compressie. • Selecteer “MID” voor standaard compressie. • Selecteer “MAX” voor maximale compressie. y De NIGHT:CINEMA en NIGHT:MUSIC instellingen worden apart opgeslagen. Opmerkingen • U kunt de middernacht luisterfuncties niet gebruiken met PURE DIRECT of MULTI CH INPUT of wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten (ook al licht de NIGHT indicator op wanneer PURE DIRECT is geselecteerd). • Hoe groot het effect is van de nachtluisterfuncties hangt mede af van het weergegeven materiaal en van uw instellingen voor surroundweergave. 38 WEERGAVE ■ Terugmengen naar 2 kanalen ■ Afspelen van video op de achtergrond U kunt naar multikanaals bronmateriaal luisteren in 2kanaals stereoweergave. U kunt beelden van een videobron combineren met geluid van een audiobron. Zo kunt u bijvoorbeeld naar klassieke muziek luisteren terwijl u op uw beeldscherm kijkt naar mooie landschapsopnamen. Verdraai PROGRAM (of druk op STEREO op de afstandsbediening) en selecteer 2ch Stereo. PROGRAM of STEREO HALL JAZZ ROCK 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 7 THX STANDARD 9 0 8 Gebruik de ingangskeuzetoetsen om de gewenste videobron te selecteren en kies vervolgens de audiobron. EXTD. SUR +10 ENT. Audiobronnen Voorpaneel Afstandsbediening 2ch Stereo PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD Videobronnen Opmerking Opmerking ■ Luiteren naar onveranderde ingangssignalen Als u wilt luisteren naar een signaalbron die is aangesloten op de MULTI CH INPUT aansluitingen terwijl u naar andere videobeelden kijkt, moet u eerst de videobron selecteren en vervolgens op MULTI CH INPUT drukken. In de STRAIGHT functie zal tweekanaals stereomateriaal alleen via de linker en rechter voor-luidsprekers worden weergegeven. Multikanaals materiaal zal rechtstreeks via de diverse kanalen worden weergegeven zonder verdere toevoeging van effecten. BASISBEDIENING U kunt een subwoofer gebruiken met dit programma wanneer “SWFR” of “BOTH” is ingesteld bij LFE/BASS OUT. Druk op STRAIGHT/EFFECT en selecteer STRAIGHT. STRAIGHT STRAIGHT of EFFECT EFFECT Voorpaneel Afstandsbediening Druk nog eens op STRAIGHT/EFFECT zodat “STRAIGHT” verdwijnt van het display wanneer u de geluidseffecten weer wilt inschakelen. ■ Virtual CINEMA DSP Virtual CINEMA DSP stelt u in staat te profiteren van de CINEMA DSP programma's zonder surroundluidsprekers. Dit programma maakt virtuele luidsprekers om een natuurlijk geluidsveld te reproduceren. Als u SURR L/R SP op “NONE” zet, zal Virtual CINEMA DSP automatisch worden ingeschakeld wanneer u een CINEMA DSP geluidsveldprogramma selecteert. Opmerking Nederlands In de volgende gevallen zal Virtual CINEMA DSP niet in werking treden, ook al staat SURR L/R SP op “NONE” (zie bladzijde 59): – Wanneer u MULTI CH INPUT heeft geselecteerd als signaalbron. – Wanneer er een hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting zit. 39 WEERGAVE ■ Tonen van informatie over de signaalbron Selecteren van ingangsfuncties Dit toestel is uitgerust met allerlei ingangsaansluitingen. U kunt als volgt bepalen wat voor ingangssignalen u wilt gebruiken. 1 Selecteer de signaalbron. INPUT of Voorpaneel U kunt het type, de formattering en de bemonsteringsfrequentie van het huidige ingangssignaal laten zien. 1 PHONO TUNER CD MULTI CH IN PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD Afstandsbediening 2 2 Selecteer de signaalbron. Druk op INPUT MODE om de ingangsfunctie te selecteren. In de meeste gevallen kunt u gewoon AUTO gebruiken. Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens op STRAIGHT/EFFECT zodat “STRAIGHT” op het display verschijnt. AMP STRAIGHT TRANSMIT SOURCE SYSTEM INPUT MODE of Voorpaneel V–AUX DVR/VCR2 POWER POWER STANDBY POWER TV AV A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN CBL/SAT DTV DVD MD/TAPE CD–R SP A DVD AUTO EFFECT TV 3 Afstandsbediening VCR 1 vervolgens CD TUNER Druk op k / n om de volgende informatie over het ingangssignaal te laten verschijnen. PHONO dB VOLUME L ENTER R Ingangsfunctie AUTO DTS ANALOG Ingangssignalen worden automatisch geselecteerd in deze volgorde: 1) Digitale signalen* 2) Analoge signalen Alleen DTS gecodeerde digitale signalen zullen worden geselecteerd. Als er geen DTS signalen binnenkomen, zal er geen geluid worden weergegeven. Er zullen alleen analoge signalen worden geselecteerd. Als er geen analoge signalen binnenkomen, zal er geen geluid worden weergegeven. * Wanneer het toestel een Dolby Digital of DTS signaal detecteert, zal de decoder automatisch overschakelen naar het bijbehorende geluidsveldprogramma. y • U kunt zelf bepalen welke ingangsfunctie zal worden ingeschakeld wanneer de stroom wordt ingeschakeld (zie bladzijde 64). • De DTS weergavefunctie wordt aanbevolen voor weergave van CD’s of LD’s die opgenomen zijn met DTS. (Formattering) De formattering van het signaal wordt getoond. Wanneer het toestel geen digitaal signaal kan detecteren, wordt er automatisch overgeschakeld naar analoog. Aantal bronkanalen in het ingangssignaal. in Bijvoorbeeld een multikanaals soundtrack met 3 voorkanalen, 2 surroundkanalen en een LFE kanaal, zal worden getoond als “3/2/LFE”. fs Bemonsteringsfrequentie. Wanneer het toestel de bemonsteringsfrequentie niet kan bepalen, zal “Unknown” verschijnen. rate Bitsnelheid. Wanneer het toestel de bitsnelheid niet kan bepalen, zal “Unknown” verschijnen. flg Signalering (vlag) die in DTS of Dolby Digital signalen is meegecodeerd en die dit toestel in staat stelt automatisch van decoder te wisselen. Opmerking Als het digitale uitgangssignaal van de speler op de een of andere manier bewerkt is, is het misschien niet meer mogelijk het DTS signaal te decoderen, ook al bestaat er een digitale verbinding tussen de speler en dit toestel. 40 Opmerking Op het display wordt “3/2/LFE” getoond, zelfs wanneer u DTSES Discrete 6.1 bronnen afspeelt met 3 surroundkanalen. AFSTEMMEN AFSTEMMEN Automatisch en handmatig afstemmen 4 U kunt op 2 manieren afstemmen op een radiozender: automatisch of met de hand. Automatisch afstemmen gaat goed wanneer u sterke signalen ontvangt en er weinig storing is. Druk één keer op PRESET/TUNING l / h om het automatisch afstemmen te laten beginnen. Druk op h om af te stemmen op een hogere frequentie, of op l om af te stemmen op een lagere frequentie. PRESET/ TUNING ■ Automatisch afstemmen VCR 1 CBL/SAT DTV DVD MD/TAPE CD–R CD TU AUTO TUNED SP A A~~AM~1530 kHz 1 Wanneer er is afgestemd op een zender, zal de TUNED indicator oplichten en zal de frequentie waarop is afgestemd worden getoond op het display. VOLUME INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON ■ Handmatig afstemmen B MULTI CH INPUT INPUT MODE PRESET/ TUNING PRESET /TUNING MEMORY FM/AM MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES TUNING MODE PROGRAM AUTO/MAN'L MONO S VIDEO VIDEO TONE CONTROL L AUDIO R STRAIGHT OPTICAL MIC YPAO EFFECT SILENT VIDEO AUX 4 32 1 3 (Modellen voor V.S.) Verdraai INPUT om TUNER als signaalbron te selecteren. Als het signaal van de zender waar u op wilt afstemmen te zwak is, moet u er met de hand op afstemmen. Handmatig afstemmen op een FM zender zal automatisch de ontvangst naar mono overschakelen om de kwaliteit van de ontvangst te verbeteren. 1 Selecteer TUNER en de gewenste radioband volgens de stappen 1 en 2 onder “Automatisch afstemmen”. 2 Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO) zodat de AUTO indicator van het display verdwijnt. INPUT Voorpaneel TUNING MODE BASISBEDIENING A/B/C/D/E TUNER SPEAKERS A AUTO Verdwijnt 2 AUTO/MAN'L MONO Druk op FM/AM om de radioband te kiezen. “FM” of “AM” zal op het display op het voorpaneel verschijnen. Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display, staat het toestel in de PRESET stand en kunt u niet afstemmen. Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om deze stand uit te schakelen. FM/AM of 3 Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO) zodat de AUTO indicator op het display oplicht. TUNING MODE PRESET /TUNING EDIT 3 DTV DVD MD/TAPE CD–R CD TU A~~AM~1440 kHz VCR 1 CBL/SAT SP A DTV DVD MD/TAPE CD–R CD Druk op PRESET/TUNING l / h om met de hand af te stemmen op de gewenste zender. Houd de toets ingedrukt om PRESET/ TUNING de frequentie doorlopend te laten veranderen. Nederlands Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display, staat het toestel in de PRESET stand en kunt u niet afstemmen. Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om deze stand uit te schakelen. EDIT CBL/SAT SP A AUTO Licht op AUTO/MAN'L MONO PRESET /TUNING VCR 1 TU AUTO A~~AM~1440 kHz 41 AFSTEMMEN Opmerkingen Zenders voorprogrammeren ■ Automatisch voorprogrammeren van FM zenders Met de automatische voorprogrammering kunt u FM zenders voorprogrammeren. Met deze functie zal het toestel automatisch afstemmen op FM zenders met een goede ontvangst en deze, op volgorde, opslaan tot een maximum van 40 (8 zenders in 5 groepen, A1 t/m E8). U kunt vervolgens gemakkelijk via de bijbehorende voorkeuzenummers afstemmen op de voorgeprogrammeerde zenders. • Gegevens voor een zender die reeds zijn opgeslagen onder een bepaald nummer zullen worden gewist wanneer u een andere zender onder dat voorkeuzenummer opslaat. • Als het aantal voorgeprogrammeerde zenders niet tot het maximum 40 (E8) komt, konden er met het automatisch voorprogrammeren niet meer zenders gevonden worden. • Alleen FM zenders met een voldoende sterke ontvangst worden opgeslagen bij het automatisch voorprogrammeren. Als u een zwakkere zender wilt opslaan, dient u hierop met de hand af te stemmen en kunt u de zender opslaan via de procedure onder “Zenders handmatig voorprogrammeren”. Andere mogelijkheden bij het automatisch voorprogrammeren VOLUME INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON PRESET/ TUNING A/B/C/D/E PRESET /TUNING FM/AM MEMORY TUNING MODE PROGRAM TUNER SPEAKERS A B MULTI CH INPUT INPUT MODE MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES S VIDEO AUTO/MAN'L MONO VIDEO TONE CONTROL L AUDIO R STRAIGHT OPTICAL MIC YPAO EFFECT SILENT VIDEO AUX 1 32 1 (Modellen voor de V.S.) Druk op FM/AM en selecteer de FM band. FM/AM 2 Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO) zodat de AUTO indicator op het display oplicht. TUNING MODE AUTO Licht op AUTO/MAN'L MONO 3 Houd MEMORY (MAN’L/AUTO FM) tenminste 3 seconden ingedrukt. Het voorkeuzenummer en de MEMORY en AUTO indicators gaan knipperen. Na ongeveer 5 seconden zal het automatisch voorprogrammeren beginnen vanaf de huidige frequentie naar hogere frequenties. MEMORY MAN'L/AUTO FM V–AUX DVR/VCR2 VCR 1 CBL/SAT SP A DTV DVD MD/TAPE CD–R CD TUNER AUTO MEMORY A1:FM 87.5 MHz PHONO dB VOLUME L R Wanneer het automatisch voorprogrammeren klaar is, zal de frequentie voor de laatst voorgeprogrammeerde zender op het display getoond worden. 42 U kunt instellen vanaf welk voorkeuzenummer het toestel FM zenders zal opslaan en/of beginnen met zoeken in lagere frequenties. Nadat u bij stap 3 op MEMORY heeft gedrukt: 1 Druk op A/B/C/D/E en dan op PRESET/TUNING l / h om het voorkeuzenummer te selecteren waaronder de eerst gevonden zender zal worden opgeslagen. Het automatisch voorprogrammeren stopt wanneer voorkeuzenummer E8 bereikt is. 2 Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om de dubbele punt (:) te laten verdwijnen en druk dan op PRESET/ TUNING l om te zoeken in lagere frequenties. Geheugen back-up De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat, wanneer de stekker uit het stopcontact is, of wanneer de stroomvoorziening tijdelijk wordt onderbroken door een stroomstoring. Wanneer echter de stroomvoorziening langer dan een week onderbroken wordt, zullen de voorkeuzezenders gewist worden. In een dergelijk geval zult u de zenders opnieuw op één van de aangegeven manieren moeten opslaan. AFSTEMMEN ■ Zenders handmatig voorprogrammeren U kunt ook met de hand maximaal 40 FM of AM zenders (8 zenders in 5 groepen, A1 t/m E8) voorprogrammeren. 4 VOLUME INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON PRESET/ TUNING A/B/C/D/E PRESET /TUNING FM/AM MEMORY TUNING MODE PROGRAM TUNER SPEAKERS A B MULTI CH INPUT INPUT MODE MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES AUTO/MAN'L MONO S VIDEO VIDEO TONE CONTROL L AUDIO R STRAIGHT OPTICAL MIC YPAO EFFECT SILENT Druk op PRESET/TUNING l / h om een voorkeuzenummer (1 t/m 8) te selecteren terwijl de MEMORY indicator aan het knipperen is. Druk op h om een hoger voorkeuzenummer te selecteren. Druk op l om een lager voorkeuzenummer te selecteren. VIDEO AUX PRESET/ TUNING 3 4 1 2,5 (Modellen voor de V.S.) Stem af op een zender. Zie bladzijde 41 voor aanwijzingen over hoe u moet afstemmen op een zender. V–AUX DVR/VCR2 VCR 1 CBL/SAT DTV DVD MD/TAPE CD–R CD SP A TUNER TUNED 630 kHz VCR 1 CBL/SAT DTV dB VOLUME L R 5 MEMORY MAN'L/AUTO FM V–AUX DVR/VCR2 VCR 1 CBL/SAT DTV SP A C3:AM Druk net zo vaak op A/B/C/D/E tot u de gewenste voorkeuzegroep geselecteerd heeft (A t/m E) terwijl de MEMORY indicator aan het knipperen is. De letter van de gekozen groep zal nu verschijnen. Controleer of de dubbele punt (:) inderdaad verschijnt op het display. A/B/C/D/E VCR 1 CBL/SAT DTV SP A C :AM DVD MD/TAPE CD–R CD TUNER MEMORY TUNED 630 kHz CD TUNER 630 kHz PHONO dB VOLUME L R Druk op MEMORY (MAN’L/AUTO FM) op het voorpaneel terwijl de MEMORY indicator aan het knipperen is. De radioband en de MEMORY frequentie voor deze zender MAN'L/AUTO FM verschijnen op het display, samen met de door u geselecteerde voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer. Knippert DVR/VCR2 CD–R PHONO Druk op MEMORY (MAN’L/AUTO FM). De MEMORY indicator knippert ongeveer 5 seconden. V–AUX MD/TAPE MEMORY TUNED C3:AM MEMORY 3 DVD SP A Wanneer er is afgestemd op een zender zal de bijbehorende frequentie op het display getoond worden. 2 DVR/VCR2 DVD MD/TAPE CD–R CD TUNER TUNED 630 kHz BASISBEDIENING A :AM V–AUX PHONO dB VOLUME L R Laat zien dat de getoonde zender is opgeslagen als C3. 6 Herhaal de stappen 1 t/m 5 om andere zenders op te slaan. Opmerkingen • Gegevens voor een zender die reeds zijn opgeslagen onder een bepaald nummer zullen worden gewist wanneer u een andere zender onder dat voorkeuzenummer opslaat. • De soort ontvangst (stereo of mono) wordt samen met de frequentie van de zender opgeslagen. PHONO dB VOLUME L R Nederlands 43 AFSTEMMEN Selecteren van voorkeuzezenders Omwisselen van voorkeuzezenders U kunt twee voorkeuzezenders van plaats laten wisselen. In het voorbeeld hieronder ziet u hoe u voorkeuzezender “E1” van plaats kunt laten wisselen met voorkeuzezender “A5”. U kunt op de gewenste zender afstemmen door eenvoudigweg het voorkeuzenummer waaronder die zender is opgeslagen te selecteren. VOLUME INPUT VOLUME PURE DIRECT STANDBY /ON INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON A/B/C/D/E PRESET/ TUNING PRESET /TUNING FM/AM MEMORY TUNING MODE PROGRAM TUNER SPEAKERS A B MULTI CH INPUT INPUT MODE MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES AUTO/MAN'L MONO S VIDEO TONE CONTROL VIDEO L AUDIO R STRAIGHT OPTICAL MIC YPAO EFFECT PRESET/ TUNING A/B/C/D/E PRESET /TUNING FM/AM TUNING MODE MEMORY PROGRAM TUNER SILENT VIDEO AUX SPEAKERS A B MULTI CH INPUT INPUT MODE MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES AUTO/MAN'L MONO S VIDEO VIDEO TONE CONTROL L AUDIO R STRAIGHT OPTICAL MIC YPAO EFFECT SILENT 1 2 VIDEO AUX (Modellen voor de V.S.) 1,3 1,3 2,4 2 AMP + + + TV VOL CH VOL SOURCE – – – TV 1 Selecteer voorkeuzezender “E1” met A/B/C/ D/E en PRESET/TUNING l / h. Zie “Selecteren van voorkeuzezenders”. 2 Houd PRESET/TUNING (EDIT) tenminste 3 seconden ingedrukt. De “E1” en MEMORY indicators zullen gaan knipperen op het display op het voorpaneel. A/B/C/D/E TV MUTE TV INPUT MUTE 1 Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening, moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de tunerfunctie te zetten. 1 Druk op A/B/C/D/E om de voorkeuzegroep te selecteren. De letter van de voorkeuzegroep verschijnt op het display en verandert met elke druk op de toets. A/B/C/D/E A/B/C/D/E of TV INPUT Voorpaneel 2 (Modellen voor de V.S.) PRESET /TUNING VCR 1 CBL/SAT DTV DVD MD/TAPE CD–R SP A 3 CD Selecteer voorkeuzezender “A5” met A/B/C/ D/E en PRESET/TUNING l / h. De “A5” en MEMORY indicators zullen gaan knipperen op het display op het voorpaneel. V–AUX DVR/VCR2 VCR 1 CBL/SAT DTV DVD MD/TAPE CD–R SP A CD TUNER MEMORY TUNED A5:FM 90.6 MHz 4 TUNER MEMORY TUNED E1:FM 87.5 MHz EDIT Afstandsbediening Druk op PRESET/TUNING l / h (PRESET +/– op de afstandsbediening) om het voorkeuzenummer (1 t/m 8) te selecteren. De voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer verschijnen op het display op het voorpaneel, samen met de radioband en de frequentie, en de TUNED indicator zal oplichten. CR2 PHONO dB VOLUME L R Druk nog eens op PRESET/TUNING (EDIT). De zenders onder de twee voorkeuzenummers worden nu omgewisseld. PRESET /TUNING PRESET PRESET/ TUNING + of EDIT CH – Voorpaneel Afstandsbediening V–AUX DVR/VCR2 VCR 1 CBL/SAT DTV DVD MD/TAPE CD–R SP A EDIT VCR 1 CBL/SAT SP A DTV DVD MD/TAPE CD–R CD TUNER TUNED E1:FM 87.5 MHz 44 CD TUNER TUNED E1-A5 PHONO dB VOLUME L R AFSTEMMEN Ontvangst van RDS zenders RDS (Radio Data Systeem) is een systeem voor gegevensoverdracht dat door FM zenders in een groot aantal landen worden gebruikt. De RDS functies worden verzorgd door zenders in een netwerk. Dit toestel is geschikt voor verschillede soorten RDS gegevens, zoals PS (Programma Service naam), PTY (Programmatype), RT (Radio Tekst), CT (Klok-tijd), EON (Enhanced Other Networks; Verbeterde service andere netwerken) wanneer er wordt afgestemd op RDS zenders. Wijzigen van de RDS functie Dit toestel kan RDS gegevens op vier manieren weergeven. De PS, PTY, RT en/of CT indicators die corresponderen met de RDS gegevens die door de huidige zender verzorgd worden zullen oplichten op het display op het voorpaneel. Druk herhaaldelijk op RDS MODE/FREQ (of op FREQ/RDS op de afstandsbediening) om de diverse RDS gegevens die worden verzorgd door deze zender te tonen zoals hieronder aangegeven. RDS MODE /FREQ ■ PS (Program Service name) functie: De naam van de RDS zender waarop is afgestemd zal worden getoond. Voorpaneel ■ PTY (Program Type) functie: of RDS zenders maken onderscheid tussen 15 soorten programma’s. Nieuws AFFAIRS Actualiteiten INFO Algemene informatie SPORT Sport EDUCATE Educatief DRAMA Theater CULTURE Cultuur SCIENCE Wetenschap VARIED Licht amusement POP M Pop ROCK M Rock M.O.R. M Middle-of-the-road muziek (easy-listening) LIGHT M Licht klassiek CLASSICS Klassiek OTHER M Overige muziek ■ RT (Radio Text) functie: Informatie over het programma (de titel van het muziekstuk, naam van de artiest enz.) op de RDS zender waar u op afgestemd heeft kan tot maximaal 64 alfanumerieke tekens, inclusief het trema, op het display worden getoond. Als er andere tekens worden gebruikt voor de RT gegevens, zullen deze worden aangegeven met een streepje. ■ CT (Clock Time) functie: FREQ/RDS PTY RT CT Afstandsbediening Frequentiedisplay y Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening, moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de tunerfunctie te zetten. BASISBEDIENING NEWS PS Opmerkingen • Druk niet op RDS MODE/FREQ tot de RDS indicator op het display op het voorpaneel oplicht. Er zal niets kunnen veranderen wanneer u eerder op de toets drukt. De reden hiervoor is dat het toestel nog niet alle benodigde RDS gegevens van de zender ontvangen heeft. • RDS gegevens of diensten die niet door de zender worden aangeboden kunnen niet worden geselecteerd. • Dit toestel kan geen gebruik maken van de RDS gegevens indien het ontvangen signaal te zwak is. Voor met name de RT functie is een grote hoeveelheid gegevens nodig, dus het kan gebeuren dat de RT functie niet beschikbaar is, terwijl andere RDS functies (PS, PTY, enz.) wel naar behoren functioneren. • Wanneer de ontvangst slecht is kunnen er mogelijk helemaal geen RDS gegevens worden ontvangen. Druk in een dergelijk geval op TUNING MODE zodat de AUTO indicator van het display verdwijnt. Alhoewel hierdoor op handmatig afstemmen wordt overgeschakeld, is het mogelijk dat er nu wel RDS gegevens verschijnen wanneer u overschakelt naar de RDS functie. • Als de ontvangst gestoord wordt door externe omstandigheden terwijl u afgestemd heeft op een RDS zender, is het mogelijk dat de RDS gegevensoverdracht plotseling wordt onderbroken en dat de melding “...WAIT” verschijnt op het display. Nederlands De tijd op dit moment wordt getoond en elke minuut bijgewerkt. In het geval deze gegevensstroom wegvalt, kan “CT WAIT” verschijnen. ■ EON (Enhanced Other Networks): Zie “De EON functie” op bladzijde 47. 45 AFSTEMMEN De PTY SEEK functie 2 U kunt het door u gewenste programmatype kiezen en het toestel vervolgens automatisch alle voorgeprogrammeerde RDS zenders laten afzoeken naar een zender die een programma van dat type aan het uitzenden is. Druk op PRESET/TUNING l / h (PRESET +/– op de afstandsbediening) om het gewenste programmatype te selecteren. Het geselecteerde programmatype verschijnt op het display. PRESET/ TUNING 1 VOLUME Voorpaneel INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON of PRESET/ TUNING A/B/C/D/E PRESET /TUNING MEMORY FM/AM TUNING MODE RDS MODE /FREQ EON PTY SEEK PROGRAM TUNER SPEAKERS A B MULTI CH INPUT INPUT MODE MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES MODE AUTO/MAN'L MONO S VIDEO VIDEO L AUDIO R START TONE CONTROL PRESET STRAIGHT OPTICAL MIC YPAO + EFFECT SILENT VIDEO AUX CH – (Modellen voor Europa) 3 2 Afstandsbediening PRESET AMP + + + TV VOL CH VOL 3 SOURCE – – – TV A/B/C/D/E TV MUTE TV INPUT MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU 2 PURE DIRECT NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY STRAIGHT EFFECT STEREO HALL JAZZ 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 7 THX STANDARD 9 0 FREQ/RDS EON REC ROCK 8 PTY SEEK EXTD. SUR +10 Druk op PTY SEEK START om alle voorgeprogrammeerde RDS zenders af te zoeken. Het geselecteerde programmatype blijft knipperen op het display en de PTY HOLD indicator licht op terwijl er naar een geschikte zender gezocht wordt. ENT. MODE PTY SEEK START 1, 3 MODE START Voorpaneel DISC SKIP of y Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening, moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de tunerfunctie te zetten. PTY HOLD Licht op MODE PTY SEEK START Afstandsbediening 1 Druk op PTY SEEK MODE om het toestel in de PTY SEEK zoekfunctie te zetten. Het type van het programma dat op dit moment wordt ontvangen, of “NEWS”, gaat knipperen op het display. PTY SEEK MODE START Voorpaneel of MODE PTY SEEK START Knippert Afstandsbediening Om de PTY SEEK functie af te sluiten, dient u nog eens op PTY SEEK MODE te drukken. 46 Druk nog eens op PTY SEEK START om het zoeken te annuleren. • Het toestel stopt met zoeken zodra er een zender gevonden is die een programma van het geselecteerde type uitzendt. • Als de gevonden zender niet naar uw wens is, kunt u nog eens op PTY SEEK START drukken. Het toestel gaat dan op zoek naar een andere zender die het gewenste programmatype uitzendt. AFSTEMMEN De EON functie Deze functie maakt gebruik van de EON gegevens die worden uitgezonden door het RDS zendernetwerk. Als u een bepaald programmatype selecteert (NEWS, INFO, AFFAIRS of SPORT), zal dit toestel automatisch alle voorgeprogrammeerde RDS zenders die een uitzending van het gewenste type in hun zendschema hebben opgenomen opzoeken en overschakelen naar de nieuwe zender wanneer de uitzending van het gewenste soort programma begint. Opmerking Deze functie kan alleen worden gebruikt wanneer u heeft afgestemd op een RDS zender die EON gegevens aanbiedt. Wanneer u heeft afgestemd op een dergelijke zender, zal de EON indicator op het display op het voorpaneel oplichten. Controleer of de EON indicator inderdaad verschijnt op het display. Als de EON indicator niet oplicht, stem dan af op een andere RDS zender waarbij de EON indicator wel oplicht. 2 Druk een paar keer op EON en selecteer het gewenste programmatype (NEWS, INFO, AFFAIRS of SPORT). De naam van het geselecteerde programmatype verschijnt op het display. RDS MODE /FREQ BASISBEDIENING 1 EON Voorpaneel of EON Afstandsbediening • Zodra een voorgeprogrammeerde RDS zender begint met de uitzending van een programma van het gewenste type, zal het toestel automatisch van het huidige programma daarnaar overschakelen. (EON indicator knippert.) • Wanneer de uitzending van het programma van het geselecteerde type afgelopen is, zal het toestel weer terugkeren naar de oorspronkelijke zender (of een ander programma op dezelfde zender). ■ Annuleren van deze functie Nederlands Druk net zo vaak op EON tot er geen programmatype op het display meer staat. 47 OPNEMEN OPNEMEN Opname-instellingen en andere handelingen dienen te worden verricht op de opname-apparatuur. Raadpleeg eventueel de handleiding van de betreffende componenten. 1 2 VOLUME INPUT PURE DIRECT STANDBY /ON PRESET/ TUNING A/B/C/D/E PRESET /TUNING MEMORY FM/AM TUNING MODE RDS MODE /FREQ EON PTY SEEK PROGRAM TUNER SPEAKERS A B MULTI CH INPUT INPUT MODE MAN'L/AUTO FM EDIT PHONES MODE AUTO/MAN'L MONO S VIDEO VIDEO L AUDIO R START TONE CONTROL STRAIGHT OPTICAL MIC YPAO EFFECT SILENT VIDEO AUX (Modellen voor de V.S.) SYSTEM POWER POWER TV AV A B STANDBY POWER INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD 1 2 1 Zet dit toestel en alle aangesloten componenten aan. 2 Selecteer de signaalbron waarvan u wilt opnemen. INPUT PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD of Voorpaneel Afstandsbediening 3 Start de weergave (of stem af op een zender) op de broncomponent. 4 Start de opname op de opnemende component. y Maak altijd eerst een test-opname voor u aan de echte opname begint. 48 Opmerkingen • Wanneer dit toestel uit (standby) staat, kunt u niet opnemen tussen op dit toestel aangesloten componenten. • De instellingen van TONE CONTROL, VOLUME, SPEAKER LEVEL (bladzijde 60) en eventuele geluidsveldprogramma’s hebben geen invloed op de opnamen. • Er kunnen geen opnamen gemaakt worden van een signaalbron via de MULTI CH INPUT aansluitingen van dit toestel. • S-video en composiet videosignalen worden gescheiden verwerkt door dit toestel. Daarom kunt u bij het opnemen of kopiëren van videosignalen van een component die alleen is aangesloten op een S-video (of alleen op een composiet video-) aansluiting alleen een S-videosignaal (of alleen een composiet videosignaal) opnemen met uw VCR. • Digitale signalen die binnenkomen via de DIGITAL INPUT aansluitingen worden niet ten behoeve van uw opnamen gereproduceerd via de analoge AUDIO OUT (L/R) aansluitingen. Op dezelfde manier worden analoge signalen die binnenkomen via de AUDIO IN (L/R) aansluitingen niet gereproduceerd via de DIGITAL OUTPUT aansluiting. Als uw signaalbron alleen digitaal (of alleen analoog) is aangesloten, kunt u dus ook alleen maar digitale (of alleen analoge) signalen opnemen. • Een bepaalde signaalbron wordt niet gereproduceerd via hetzelfde REC OUT kanaal. (Het ingangssignaal van VCR 1 IN wordt bijvoorbeeld niet gereproduceerd via VCR 1 OUT.) • Controleer de regelingen met betrekking tot het auteursrecht in het gebied waar u zich bevindt voor u opnamen gaat maken van platen, CD’s, radio enz. Opnemen van auteursrechtelijk beschermd materiaal kunnen inbreuk maken op de op het materiaal rustende rechten. Als u videomateriaal weergeeft met gescramblede of gecodeerde signalen die moeten voorkomen dat het materiaal gekopieerd wordt, is het mogelijk dat deze signalen de weergave zelf storen. ■ Speciale overwegingen bij het opnemen van DTS materiaal Het DTS signaal bestaat uit een digitale bitstroom. Als u probeert digitale opnamen te maken van de DTS bitstroom, zal er slechts ruis worden opgenomen. Als u dit toestel wilt gebruiken om DTS materiaal op te nemen, moet u een aantal dingen in gedachten houden en dient u de volgende instellingen te verrichten. Voor DVD’s en CD’s met DTS gecodeerd materiaal en met een speler die geschikt is voor DTS weergave, dient u de handleiding van de speler te volgen en deze zo in te stellen dat de speler een analoog signaal produceert. GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN Dit toestel is uitgerust met diverse zeer preciese digitale decoders waarmee u kunt profiteren van multikanaals weergave van vrijwel elke geluidsbron (stereo of multikanaals). Dit toeste is tevens voorzien van een YAMAHA digitale geluidsveldprogramma (DSP) processor met een aantal geluidsveldprogramma’s waarmee u uw luister-ervaring een extra dimensie kunt geven. De meeste van deze geluidsveldprogramma’s zijn preciese digitale nabootsingen van de werkelijke akoestische omstandigheden in beroemde concertzalen, theaters en bioscopen. y De YAMAHA CINEMA DSP functies zijn geheel compatibel met alle Dolby Digital, DTS en Dolby Surround bronnen. Zet de ingangsfunctie op AUTO (zie bladzijde 40) zodat dit toestel automatisch kan overschakelen naar de juiste digitale decoder voor het binnenkomende ingangssignaal. Opmerkingen • De DSP geluidsveldprogramma’s van dit toestel zijn natuurgetrouwe reproducties van echte akoestische omgevingen, samengesteld aan de hand van exacte metingen verricht in de betreffende ruimtes zelf. Op deze manier kunt u de variaties waarnemen in de weerkaatsingen van voren, achteren, links en rechts. • Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak en voorkeuren, niet alleen op basis van de naam van het programma. Voor film/video bronnen U kunt kiezen uit de volgende geluidsvelden wanneer u film- of videomateriaal afspeelt. De met “MULTI” aangeduide geluidsvelden kunnen worden gebruikt met multikanaals signaalbronnen, zoals DVD, digitale TV enz. De met “2-CH” aangeduide kunnen worden gebruikt met 2-kanaals (stereo) bronnen zoals TV programma’s, videobanden enz. Programma Kenmerken Brengt multikanaals materiaal terug tot 2 kanalen (links en rechts) of geeft 2-kanaals materiaal onveranderd weer. MUSIC VIDEO Dit programma produceert een enthousiaste atmosfeer en geeft u het gevoel alsof u echt bij een jazz of rock concert bent. ENTERTAINMENT: Game Dit programma geeft de geluidsweergave bij videospelletjes een diepe en ruimtelijke dimensie. TV THEATER: Mono Movie Dit programma is bedoeld voor de reproductie van mono videomateriaal (zoals oude films). Het programma produceert optimale natrillingen om het geluid ook alleen met het aanwezigheidsveld diepte te kunnen geven. TV THEATER: Variety/Sports Alhoewel het aanwezigheidsveld relatief smal is, zorgt het surround geluidsveld voor de akoestiek van een grote concertzaal. Dit effect verbetert de geluidsweergave van allerlei TV programma’s, zoals nieuws, amusementsshows, muziek- en sportprogramma’s. MOVIE THEATER: Spectacle CINEMA DSP verwerking. Dit programma zorgt voor een zeer weids geluidsveld, zoals in een 70-mm bioscoop. Het oorspronkelijke geluid wordt zeer precies en gedetailleerd weergegeven, waardoor het geluidsveld en het beeld bijzonder echt lijken. Dit is ideaal voor Dolby Surround, Dolby Digital of DTS gecodeerd videomateriaal (vooral groots opgezette films). CINEMA DSP verwerking. Dit programma zorgt voor duidelijke weergave van gesproken tekst en geluidseffecten in een vorm die opgang doet in science fiction films, zodat er een weidse cinematische ruimte wordt gecreëerd temidden van de koude stilte. U kunt zo beter genieten van science fiction films in een virtuele geluidsruimte met Dolby Surround, Dolby Digital en DTS gecodeerd materiaal dat gebruik maakt van de meest geavanceerde technieken. MOVIE THEATER: Adventure CINEMA DSP verwerking. Dit programma is ideaal voor een precieze reproductie van de nieuwste 70-mm films en films met multikanaals soundtracks. Het geluidsveld bootst dat van de nieuwste bioscopen na, zodat de natrillingen in het geluidsveld zelf zo veel mogelijk beperkt worden. MOVIE THEATER: General CINEMA DSP verwerking. Dit programma is bedoeld voor de reproductie van 70-mm films en films met multikanaals soundtracks en wordt gekenmerkt door een zacht en weids geluidsveld. Het zogenaamde aanwezigheidsgeluidsveld is relatief smal. Het spreidt zich uit rond het scherm en in de richting van het scherm en houdt het echo-effect van gesproken tekst binnen de perken zonder aan helderheid in te boeten. THX: THX Cinema THX verwerking voor elk multikanaals bronmateriaal. 2-kanaals bronmateriaal wordt gedecodeerd met PRO LOGIC, PRO LOGIC II, PRO LOGIC IIx of DTS Neo:6 decoders voor de THX verweking plaatsvindt. MULTI 2-CH Nederlands MOVIE THEATER: Sci-Fi GELUIDSVELDPROGRAMMA’S STEREO: 2ch Stereo Bronnen 49 GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN Programma Kenmerken THX: THX Surr. EX THX verwerking voor Dolby Digital en Dolby Digital EX bronmateriaal. Dit programma kan alleen gebruikt worden wanneer er L/R surround achter-luidsprekers op dit toestel zijn aangesloten en wanneer het weergegeven bronmateriaal surround-achterkanalen bevat. THX: dts ES + THX THX verwerking voor DTS-ES bronmateriaal. DOLBY DIGITAL: SUR. STANDARD Standaard 5.1-kanaals verwerking voor Dolby Digital bronmateriaal. DOLBY DIGITAL: SUR. ENHANCED Verbeterde CINEMA DSP verwerking voor Dolby Digital bronmateriaal. q D+PLIIxMovie: SUR. STANDARD Standaard 7.1-kanaals verwerking voor Dolby Digital bronmateriaal. q D+PLIIxMovie: SUR. ENHANCED Verbeterde CINEMA DSP 7.1-kanaals verwerking voor Dolby Digital materiaal. DOLBY D EX: SUR. STANDARD Standaard 6.1-kanaals verwerking voor Dolby Digital bronmateriaal. DOLBY D EX: SUR. ENHANCED Verbeterde CINEMA DSP 6.1-kanaals verwerking (Dolby Digital EX) voor Dolby Digital bronmateriaal. DTS: SUR. STANDARD Standaard 5.1-kanaals verwerking voor DTS bronmateriaal. DTS: SUR. ENHANCED Verbeterde CINEMA DSP verwerking voor DTS en 96 kHz/24-bit DTS bronmateriaal. DTS 96/24: SUR. STANDARD Standaard 5.1-kanaals verwerking voor 96 kHz/24-bits DTS bronmateriaal. DTS+PLIIx Movie: SUR. ENHANCED Verbeterde CINEMA DSP 7.1-kanaals verwerking (Dolby Pro Logic IIx) voor DTS bronmateriaal. DTS+DOLBY EX: SUR. STANDARD Standaard 6.1-kanaals verwerking (Dolby Digital EX) voor DTS materiaal. DTS+DOLBY EX: SUR. ENHANCED Verbeterde CINEMA DSP 6.1-kanaals verwerking (Dolby Digital EX) voor DTS bronmateriaal. DTS ES Mtrx6.1: SUR. STANDARD Standaard 6.1-kanaals verwerking (DTS-ES Matrix) voor DTS materiaal. DTS ES Mtrx6.1: SUR. ENHANCED Verbeterde CINEMA DSP verwerking (DTS-ES Matrix) voor DTS en 96 kHz/24-bit DTS bronmateriaal. DTS ES Disc6.1: SUR. STANDARD Standaard 6.1-kanaals verwerking (DTS-ES Discrete) voor DTS materiaal. DTS ES Disc6.1: SUR. ENHANCED Verbeterde CINEMA DSP verwerking (DTS-ES Discrete) voor DTS materiaal. DTS 96/24 ES: SUR. STANDARD Standaard 6.1-kanaals verwerking (DTS-ES Matrix) voor 96 kHz/24-bit DTS bronmateriaal. 50 Bronnen MULTI GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN Programma Kenmerken PRO LOGIC: SUR. STANDARD Standaard verwerking voor Dolby Surround bronmateriaal. PRO LOGIC: SUR. ENHANCED Verbeterde CINEMA DSP verwerking voor Dolby Surround bronmateriaal. PRO LOGIC IIx: PLIIx Movie Dolby Pro Logic IIx verwerking voor filmmateriaal.* PRO LOGIC II: PLII Movie Dolby Pro Logic II verwerking voor filmmateriaal.* PRO LOGIC IIx: PLIIx Game Dolby Pro Logic IIx verwerking voor spelmateriaal.* PRO LOGIC II: PLII Game Dolby Pro Logic II verwerking voor spelmateriaal.* DTS: Neo:6 Cinema DTS verwerking voor filmmateriaal. Bronnen 2-CH * U kunt kiezen tussen Pro Logic IIx of Pro Logic II verwerking met de PLII/PLIIx instelling op bladzijde 88. GELUIDSVELDPROGRAMMA’S Nederlands 51 GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN Voor muziekmateriaal U kunt kiezen uit de volgende geluidsvelden bij weergave van muziek, zoals CD’s, FM/AM uitzendingen, cassettes enz. Programma Kenmerken CONCERT HALL HiFi DSP verwerking. Een klassieke doosvormige concertzaal met ongeveer 1700 stoelen. De zuilen en ingewikkelde versieringen zorgen voor zeer complexe reflecties en voor een volle en rijke geluidsweergave. JAZZ CLUB HiFi DSP verwerking. Dit is het geluidsveld vlak voor het podium in “The Bottom Line”, de befaamde New Yorkse jazz club. Er is plaats voor 300 mensen links en rechts en het geluidsveld biedt een realistische en levendige weergave. ROCK CONCERT HiFi DSP verwerking. Het ideale programma voor levendige, dynamische rockmuziek. De gegevens voor dit programma werden opgenomen in de “hottest” rock club in LA. U bevindt zich virtueel in het midden links in de zaal. ENTERTAINMENT: Disco HiFi DSP verwerking. Dit programma bootst de akoestiek na van een wervelende disco in het hart van een grote stad. De geluidsweergave is krachtig en zeer geconcentreerd. Het wordt ook gekenmerkt door een grote energie en “directheid”. q D+PLIIxMusic: SUR. STANDARD Standaard Dolby Digital en Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziek. q D+PLIIxMusic: SUR. ENHANCED Verbeterde DSP Dolby Digital en Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziekbronnen. DTS+PLIIx Music: SUR. STANDARD Standaard DTS en Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziek. DTS+PLIIx Music: SUR. ENHANCED Verbeterde DSP DTS en Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziekbronnen. STEREO: 2ch Stereo 2-kanaals (links en rechts) weergave. STEREO: Direct Stereo Wordt gebruikt om stereomateriaal weer te geven via alleen de linker en rechter voorluidsprekers zonder verdere bewerking. STEREO: 7ch Stereo Wordt gebruikt om stereomateriaal weer te geven via alle luidsprekers (in stereo). Dit geeft een groter geluidsveld en is ideaal voor achtergrondmuziek bij feesten en partijen enz. PRO LOGIC IIx: PLIIx Music Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziekmateriaal.* PRO LOGIC II: PLII Music Dolby Pro Logic II verwerking voor muziekmateriaal.* DTS: Neo:6 Music DTS verwerking voor muziekmateriaal. Bronnen MULTI 2-CH MULTI 2-CH * U kunt kiezen tussen Pro Logic IIx of Pro Logic II verwerking met de PLII/PLIIx instelling op bladzijde 88. 52 GEAVANCEERDE BEDIENING GEAVANCEERDE BEDIENING Selecteren van de OSD (in-beeld display) weergavefunctie U kunt de bedieningsinformatie van dit toestel op een beeldscherm laten weergeven. Als u de SET MENU en geluidsveldprogramma instellingen op een beeldscherm laat weergeven, zijn de beschikbare mogelijkheden en parameters veel makkelijker af te lezen dan op het display op het voorpaneel. Gebruiken van de slaaptimer Met deze functie kunt het toestel zichzelf uit (standby) laten schakelen na een door u bepaalde tijd. Deze slaaptimer is bijvoorbeeld handig wanneer u gaat slapen terwijl uw installatie nog aan het spelen of opnemen is. De slaaptimer schakelt ook automatisch de op de AC OUTLET(S) netstroomaansluitingen aangesloten externe apparatuur uit. ■ Instellen van de slaaptimer 1 2 Zet het beeldscherm dat is aangesloten op dit toestel aan. TRANSMIT SYSTEM Druk herhaaldelijk op ON SCREEN om de OSD weergavefunctie te veranderen. De instelling van de OSD weergavefunctie verandert als DISPLAY volgt: volledige weergave, verkorte weergave en uit. POWER POWER TV AV A B INPUT MODE STANDBY POWER SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD 2 ON SCREEN Volledige weergave Laat altijd zowel de geluidsveldprogramma parameter instellingen zien als de inhoud van het display op het voorpaneel. Verkorte weergave Laat eventjes beneden aan het scherm de inhoud van het display op het voorpaneel zien telkens wanneer het toestel bediend wordt. P08 Sci-Fi Selecteer de gewenste signaalbron en start de weergave op de broncomponent. 2 Druk herhaaldelijk op SLEEP SLEEP om de gewenste tijd in te stellen. Met elke druk op SLEEP zal het display op het voorpaneel als volgt veranderen. De SLEEP indicator knippert terwijl u de tijd voor de slaaptimer aan het instellen bent. SLEEP 120 min. SLEEP OFF V–AUX DVR/VCR2 SLEEP 90 min. SLEEP 30 min. SLEEP 60 min. VCR 1 CBL/SAT DTV DVD MD/TAPE CD–R CD TUNER SP A .DSPLEVEL;;;;0dB P.INITDLY;;16ms P.ROOMSIZE;;1.0  S.INITDLY;;20ms S.ROOMSIZE;;1.0 SLEEP P08MOVIE THEATER Sci-Fi Volledige weergave 1 PHONO dB VOLUME SLEEP 120min L R GEAVANCEERDE BEDIENING Display uit Alleen handelingen met ON SCREEN worden getoond. Het OSD (in-beeld display) wordt weergegeven wanneer u SET MENU of de testtoonfunctie gebruikt, ook al staat OSD op “Display off”. SELECT De SLEEP indicator zal oplichten op het display op het voorpaneel en het display keert terug naar het geselecteerde geluidsveldprogramma. Verkorte weergave V–AUX DVR/VCR2 VCR 1 CBL/SAT DTV DVD MD/TAPE CD–R CD SP A Opmerkingen SLEEP CONCERT HALL TUNER PHONO dB VOLUME L R Nederlands • Het OSD signaal wordt niet gereproduceerd via de REC OUT aansluiting en zal niet worden opgenomen. • Wanneer er component videosignalen binnenkomen, zal de verkorte weergave niet worden geproduceerd via de COMPONENT VIDEO MONITOR OUT aansluitingen. • U kunt het OSD aan (grijze achtergrond) of uit zetten wanneer er geen videobron wordt weergegeven (of wanneer de broncomponent is uitgeschakeld) via DISPLAY SET (zie bladzijde 65). 53 GEAVANCEERDE BEDIENING ■ Annuleren van de slaaptimer Druk net zo vaak op SLEEP tot “SLEEP OFF” op het display op het voorpaneel verschijnt. Na een paar seconden zal “SLEEP OFF” verdwijnen en de SLEEP indicator uit gaan. SLEEP y U kunt de slaaptimer ook annuleren door met STANDBY op de afstandsbediening (of STANDBY/ON op het voorpaneel) het toestel uit (standby) te zetten. Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus U kunt het uitgangsniveau van de luidsprekers instellen terwijl u naar muziek aan het luisteren bent. Dit is ook mogelijk wanneer u een signaal dat via de MULTI CH INPUT aansluitingen binnenkomt afspeelt. Vergeet niet dat hierdoor de instellingen gemaakt via de “AUTO SETUP” (bladzijde 26), “Luidsprekerniveau” (bladzijde 60) en “Gebruiken van de testtoon” (bladzijde 55) zullen worden vervangen. AMP + + + TV VOL CH VOL SOURCE – – – TV 1 A/B/C/D/E TV MUTE 2 TV INPUT MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU PURE DIRECT NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY STRAIGHT EFFECT 3 1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP. 2 Druk net zo vaak op LEVEL tot u de luidspreker geselecteerd heeft die u wilt instellen. FRONT L CENTER FRONT R SUR.R SUR.B.R SUR.B.L SUR.L SWFR PRES Linker voor-luidsprekerniveau Midden-luidsprekerniveau Rechter voor-luidsprekerniveau Rechter surround-luidsprekerniveau Rechter surround achterluidsprekerniveau Linker surround achterluidsprekerniveau Linker surround-luidsprekerniveau Subwooferniveau Aanwezigheidsluidspreker-niveau y Wanneer u op LEVEL heeft gedrukt, kunt u de gewenste luidspreker ook selecteren met k / n. 3 54 Druk op l / h om het uitgangsniveau (volume) van de luidspreker te regelen. Het instelbereik loopt van +10 dB t/m -10 dB. GEAVANCEERDE BEDIENING Gebruiken van de testtoon 6 Met de testtoon kunt u met de hand uw luidsprekerniveaus op elkaar afstemmen. Vergeet niet dat hierdoor de instellingen gemaakt via de “AUTO SETUP” (bladzijde 26), “Luidsprekerniveau” (bladzijde 60) en “Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus” (bladzijde 54) zullen worden vervangen. Gebruik de testtoon om de luidsprekers zo af te stellen dat ze op de luisterplek allemaal even hard klinken. Opmerking De testtoon kan niet worden ingeschakeld wanneer er een hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting zit. Haal de hoofdtelefoon uit de PHONES aansluiting. AMP + + + SOURCE TV VOL – CH – VOL – TV TEST FRONT TEST PRESENCE TEST PRES L TEST PRES R Druk op l / h om het volume van de aanwezigheidsluidsprekers in te stellen. 8 Druk op TEST wanneer u klaar bent met instellen. De testtoon zal nu stoppen. 1 MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU 4,7 2,5,8 TV INPUT y PURE DIRECT NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY STRAIGHT 3,6 EFFECT 1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP. 2 Druk op TEST. Het toestel zal nu de testtoon produceren. 3 Druk net zo vaak op k / n tot u de luidspreker geselecteerd heeft die u wilt instellen. LEFT CENTER RIGHT SUR. R SUR. B. R TEST SUR. B. L TEST SUR. L TEST SUBWOOFER • Als u een handzame SPL meter gebruikt, houd deze dan met uitgestrekte arm vast en richt de meter naar boven zodat deze zich op de luisterplek bevindt. Met de meter op de 70 dB schaal en op C SLOW kunt u nu alle luidsprekers afstellen op 75 dB. • Voor u de testtoon laat horen raden we u aan het volume op 0 dB te zetten. Linker voor-luidspreker Midden-luidspreker Rechter voor-luidspreker Rechter surround-luidspreker Rechter surround achterluidsprekerniveau Linker surround achterluidspreker Linker surround-luidspreker Subwoofer Gebruik l / h om het volume van de luidsprekers in te stellen. 5 Druk op TEST wanneer u klaar bent met instellen. Als PRESENCE SP bij SPEAKER SET is ingesteld op “YES” (zie bladzijde 59), kunt u doorgaan naar stap 6 om het volume van de aanwezigheidsluidsprekers in te stellen. Als PRESENCE SP via SPEAKER SET op “NONE” is gezet, zal de testtoon stoppen. Nederlands 4 GEAVANCEERDE BEDIENING TEST TEST TEST TEST TEST Voor-luidsprekers Aanwezigheidsluidsprekers Linker aanwezigheidsluidspreker Rechter aanwezigheidsluidspreker 7 A/B/C/D/E TV MUTE Druk herhaaldelijk op k / n om de luidspreker(s) die u de testtoon wilt laten weergeven te selecteren. 55 SET MENU SET MENU Met behulp van het SET MENU (instelmenu) kunt u allerlei systeeminstellingen wijzigen en kunt u de manier waarop het toestel werkt aanpassen aan uw voorkeuren. Verander de begininstellingen (hieronder vet gedrukt aangeduid) op basis van uw specifieke systeem en uw voorkeuren. ■ AUTO SETUP Hiermee kunt u opgeven welke luidspreker-instellingen de automatische setup zal verrichten en kunt u de automatische setup in werking stellen (zie bladzijde 26). ■ MANUAL SETUP Hiermee kunt u zelf luidspreker- en systeeminstellingen wijzigen. BASIC MENU Hiermee kunt u snel en makkelijk de basisinstellingen voor uw systeem invoeren (zie bladzijde 31). SOUND MENU Hiermee kunt u met de hand alle luidspreker-instellingen wijzigen, de kwaliteit en de toonkleur van de weergave van uw systeem aanpassen of compenseren voor eventueel vertraagde videoweergave bij gebruik van LCD monitoren of projectoren. y De meeste instellingen in het SOUND MENU worden automatisch uitgevoerd wanneer u de automatische setup (zie bladzijde 26) doet. U kunt het SOUND MENU gebruiken voor verdere instellingen, maar we raden u aan om toch eerst de automatische setup te doen. Onderdeel Kenmerken Bladzijde A)SPEAKER SET Selecteren van de afmetingen van de luidsprekers, de luidsprekers voor weergave van lage tonen en de crossover frequentie. 58 B)SPEAKER LEVEL Instellen van het uitgangsniveau van elke luidspreker. 60 C)SP DISTANCE Instellen van de vertraging voor elke luidspreker. 60 D)GRAPHIC EQ Instellen van de klankkleur van elke luidspreker. 61 E)LFE LEVEL Instellen van het uitgangsniveau van het LFE kanaal bij Dolby Digital of DTS signalen. 61 F)DYNAMIC RANGE Instellen van het dynamisch bereik bij Dolby Digital of DTS signalen. 61 G)LOW FRQ. TEST Afstemmen van het niveau van de subwoofer op het niveau van de overige luidsprekers. 62 H)HP TONE CTRL Instellen van de klankkleur voor de hoofdtelefoon. 62 I)AUDIO SET Aanpassen van algemene audio-instellingen voor dit toestel. 62 Hiermee bepaalt u of de surround achter- of de aanwezigheidsluidsprekers uw voorkeur hebben J)PR/SBch SELECT wanneer beide zijn aangesloten. 63 INPUT MENU Via dit menu kunt u digitale in-/uitgangen opnieuw toewijzen, de ingangsfunctie instellen, nieuwe namen geven aan uw signaalbronnen of externe ingangsinstellingen opgeven. Onderdeel Kenmerken Bladzijde A)I/O ASSIGNMENT Toewijzen van aansluitingen aan de daarmee verbonden componenten. 63 B)INPUT MODE Selecteren van de begininstelling van de ingangsfunctie voor de signaalbron. 64 C)INPUT RENAME Hiermee kunt u een signaalbron een andere naam geven. 64 Instellen van de signaalrichting voor de midden-, subwoofer- en surroundkanalen voor de D)MULTI CH INPUT broncomponent die is aangesloten op de MULTI CH INPUT aansluitingen. 56 65 SET MENU OPTION MENU Via dit menu kunt u de optionele systeeminstellingen wijzigen. Onderdeel * Kenmerken Bladzijde A)DISPLAY SET Instellingen voor het in-beeld display (OSD) en het display op het voorpaneel en het omzetten van videosignalen. 65 B)MEMORY GUARD Vergrendelen van instellingen voor de geluidsveldprogramma’s en andere SET MENU instellingen. 66 C)PARAM. INI Initialiseren van de instellingen voor een groep geluidsveldprogramma’s. 66 D)SP IMP. SET Selecteren van de impedantie van uw luidsprekers. 66 E)ZONE SET Opgeven van de locatie van de luidsprekers die zijn verbonden met de SPEAKERS B aansluitingen. 67 F)ZONE2 SET* Selecteren van de Zone 2 functie. 67 G)ZONE3 SET* Selecteren van de Zone 3 functie. 67 (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) Gebruiken van het SET MENU 1 Gebruik de afstandsbediening om de parameters te openen en in te stellen. Zet AMP/SOURCE/TV op AMP en druk vervolgens op SET MENU om het SET MENU te openen. AMP SET MENU SOURCE AMP + + + TV VOL CH VOL SOURCE – – – TV INPUT 1 MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU 2,3,4 PURE DIRECT NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY STRAIGHT 2,3,5 2 EFFECT STEREO 5 HALL JAZZ MENU TV TV A/B/C/D/E TV MUTE vervolgens ROCK 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 7 8 THX SURROUND 9 0 Druk op k / n tot u AUTO SETUP of MANUAL SETUP geselecteerd heeft en druk vervolgens op l / h om de geselecteerde categorie te openen. SUR. BACK +10 ENT. y ENTER vervolgens ENTER GEAVANCEERDE BEDIENING U kunt SET MENU instellingen wijzigen terwijl het toestel aan het weergeven is. Opmerking Sommige SET MENU instellingen kunnen niet worden gewijzigd terwijl het toestel in de Cinema of Music middernacht luisterfunctie staat. SET MENU  . ;AUTO SETUP ;MANUAL SETUP p p / : Up/Down < / > : Enter Opmerking Als u op k drukt wanneer AUTO SETUP is geselecteerd, of als u op n drukt wanneer MANUAL SETUP is geselecteerd, zal het SET MENU worden gesloten. Druk op SET MENU om het SET MENU opnieuw te openen. Druk net zo vaak op k / n tot u het gewenste menu geselecteerd heeft, en druk vervolgens op l / h om het geselecteerde menu-onderdeel te openen. Herhaal deze handelingen om door het menusysteem te bladeren en het onderdeel dat u wilt instellen op te zoeken. 57 Nederlands 3 SET MENU 4 5 Druk herhaaldelijk op l / h om de instelling van het geselecteerde te wijzigen. Om te annuleren dient u net zo vaak op k / n te drukken tot het menu verdwijnt, dient u op één van de toetsen voor de geluidsveldprogramma’s te drukken. of HALL JAZZ 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TY THTR MOVIE 5 6 7 8 THX STANDARD 9 0 Via dit menu kunt u met de hand luidspreker-instellingen wijzigen of compenseren voor vertraging in de videoweergave bij gebruik van LCD schermen of projectoren. De meeste instellingen in het SOUND worden automatisch uitgevoerd wanneer u de automatische setup (zie bladzijde 26) doet. 2 SOUND MENU 1/3 ROCK  . A)SPEAKERSET B)SPEAKERLEVEL C)SPDISTANCE D)GRAPHICEQ /p : Up/Down < / > : Enter p ENTER STEREO Gebruiken van het SOUND MENU EXTD. SUR +10 ENT. ■ Luidspreker-instelling A)SPEAKER SET Via dit menu kunt u met de hand de luidspreker-instellingen wijzigen. Geheugen back-up De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om een andere reden langer dan een week onderbroken wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan. In een dergelijk geval dient u de instellingen opnieuw te maken. y Als u niet tevreden bent met de door uw luidsprekers geproduceerde lage tonen, kunt u deze instellingen aanpassen aan uw voorkeuren. Opmerking Zet eventuele THX luidsprekers op SMALL (SML). Midden-luidspreker CENTER SP Keuzes: NONE, SML, LRG CENTER SP NONE [SML LRG • Selecteer “NONE” als u geen midden-luidspreker heeft. Het toestel zal in dat geval alle signalen voor de middenluidspreker naar de linker en rechter voor-luidsprekers sturen. • Selecteer “SML” als u een kleine midden-luidspreker heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit het middenkanaal naar de luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met LFE/BASS OUT. • Selecteer “LRG” als u een grote midden-luidspreker heeft. Het toestel zal zo het hele toonbereik van het middenkanaal naar de midden-luidspreker sturen. Voor-luidsprekers FRONT SP Keuzes: SMALL, LARGE FRONT SP [SMALL LARGE • Selecteer “SMALL” als u kleine voor-luidsprekers heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit het voorkanaal naar de luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met LFE/BASS OUT. • Selecteer “LARGE” als u grote voor-luidsprekers heeft. Het toestel zal zo het hele toonbereik van de linker en rechter voorkanalen naar de linker en rechter voor-luidsprekers sturen. 58 SET MENU Linker/rechter surround-luidsprekers SURR L/R SP Keuzes: NONE, SML, LRG SURR L/R SP NONE [SML LRG • Selecteer “NONE” als u geen surround-luidsprekers heeft. Hierdoor wordt het toestel in de Virtual CINEMA DSP stand gezet (zie bladzijde 39) en zal de surround achter-luidspreker (SURR B L/R SP) automatisch op “NONE” worden ingesteld. • Selecteer “SML” als u kleine linker en rechter surround-luidsprekers heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit het surroundkanaal naar de luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met LFE/BASS OUT. • Selecteer “LRG” als u grote linker en rechter surroundluidsprekers heeft, of als er een achter-subwoofer is aangesloten op uw surround-luidsprekers. Het hele toonbereik van het surroundkanaal zal naar de linker en rechter surround-luidsprekers worden gestuurd. Surround achter-luidsprekers SURR B L/R SP Keuzes: LRGx2, LRGx1, SMLx2, SMLx1, NONE Aanwezigheidsluidsprekers Keuzes: NONE, YES PRESENCE SP PRESENCE SP [NONE YES • Selecteer “YES” als u aanwezigheidsluidsprekers heeft. • Selecteer “NONE” als u geen aanwezigheidsluidsprekers heeft. LFE/bass out LFE/BASS OUT De lage tonen (bass) kunnen naar de subwoofer en/of de linker en rechter voor-luidsprekers worden gestuurd als dat beter overeenkomt met de karakteristieken van uw systeem. Deze instelling bepaalt ook waar het LFE (Lage Frequentie Effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS signalen naartoe wordt gestuurd. Keuzes: SWFR (subwoofer), FRNT, BOTH THX aanbeveling: SWFR LFE/BASS OUT SURR B L/R SP [SWFR FRNT BOTH SMLx1 [SMLx2 GEAVANCEERDE BEDIENING • Selecteer “LRGx2” als u 2 grote surround achterluidsprekers heeft. Het toestel zal zo het hele toonbereik van het surround achterkanaal naar de surround achter-luidsprekers sturen. • Selecteer “LRGx1” als u één grote surround achter-luidspreker heeft. Het toestel zal zo het hele toonbereik van het surround achterkanaal naar de linker surround achter-luidspreker sturen. • Selecteer “SMLx2” als u 2 kleine surround achterluidsprekers heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit de surround-achterkanalen naar de luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met LFE/BASS OUT. • Selecteer “SMLx1” als u één kleine surround achterluidspreker heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit het surround-achterkanaal naar de luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met LFE/BASS OUT en de rest van het signaal zal naar de linker surround achterluidspreker worden gestuurd. • Selecteer “NONE” als u geen surround achterluidspreker heeft. Het toestel zal in dat geval alle signalen voor het surround achterkanaal naar de linker en rechter surround-luidsprekers sturen. • Selecteer “SWFR” als u een subwoofer aangesloten heeft. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden nu in overeenstemming met de luidspreker-instellingen naar de subwoofer gestuurd. • Selecteer “FRNT” als u geen subwoofer wilt gebruiken. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden nu in overeenstemming met de luidspreker-instellingen naar de voor-luidsprekers gestuurd (ook al had u oorspronkelijk de voorluidsprekers op SML ingesteld). • Selecteer “BOTH” als u een subwoofer heeft aangesloten en u de lage tonen voor beide voorkanalen zowel via de voor-luidsprekers als via de subwoofer wilt laten weergeven. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden ook naar de subwoofer gestuurd in overeenstemming met de luidsprekerinstellingen. Gebruik deze functie om lage tonen te benadrukken met behulp van de subwoofer bij weergave van bijvoorbeeld CD’s. Nederlands Opmerking Als u “LRGx1” of “SMLx1” selecteert, dient u de luidspreker aan te sluiten op de linker SURROUND BACK luidsprekeraansluitingen. 59 SET MENU Crossover frequentie CROSS OVER Met deze functie kunt u de crossover (afsnij) frequentie instellen voor alle lage tonen. Alle frequenties beneden de ingestelde frequentie zullen naar de subwoofer worden gedirigeerd. Keuzes: 40Hz, 60Hz, 80Hz (THX), 90Hz, 100Hz, 110Hz, 120Hz, 160Hz, 200Hz THX aanbeveling: 80Hz CROSS OVER ■ Luidspreker afstand C)SP DISTANCE Met deze functie kunt u met de hand de afstand van elke luidspreker tot de luisterplek invoeren en zo de vertraging voor het bijbehorende kanaal instellen. In het ideale geval zouden alle luidsprekers op dezelfde afstand van de luisterplek moeten staan. Maar in de meeste gevallen is dat praktisch gezien niet mogelijk. Daarom moet de weergave van elke luidspreker een bepaalde fractie van een seconde vertraagd worden, zodat het geluid van alle luidsprekers op hetzelfde moment op de luisterplek arriveert. C)SP DISTANCE . UNIT;;;;;;meters FRONTL;;;;3.00m FRONTR;;;;3.00m CENTER;;;;;3.00m FREQ;;;80Hz(THX) p /p : Up/Down < / > : Adjust ■ Luidsprekerniveau B)SPEAKER LEVEL Deze mogelijkheid stelt u in staat met de hand de balans te bepalen tussen het volume (luidsprekerniveau) van de linker voor- (of linker surround-) luidspreker en elk van de bij SPEAKER SET (bladzijde 58) geselecteerde luidsprekers. Keuzes: –10,0 dB t/m +10,0 dB B)SPEAKER LEVEL . FR C SL + • FR instellen van de balans tussen de linker en de rechter voor-luidspreker. • C instellen van de balans tussen de linker voor- en de midden-luidspreker. • SL instellen van de balans tussen de linker voor- en de linker surround-luidspreker. • SBL* instellen van de balans tussen de linker surround- en de linker surround achter-luidspreker. • SBR* instellen van de balans tussen de linker surround- en de rechter surround achter-luidspreker. • SR instellen van de balans tussen de linker surrounden de rechter surround-luidspreker. • SWFR instellen van de balans tussen de linker voorluidspreker en de subwoofer. • PRES instellen van de balans tussen de voor- en de aanwezigheidsluidsprekers. * SB zal verschijnen als u slechts een enkele surround achterluidspreker heeft geselecteerd bij SURR B L/R SP (bladzijde 59). y Als u een handzame SPL meter gebruikt, houd deze dan met uitgestrekte arm vast en richt de meter naar boven zodat deze zich op de luisterplek bevindt. Met de meter op de 70 dB schaal en op C SLOW kunt u nu alle luidsprekers afstellen op 75 dB. 60 Eenheid UNIT Keuzes: meters (m), feet (ft) Begininstelling: Modellen voor de V.S. en Canada: feet (ft) Overige modellen: meters (m) • Selecteer “meters” om de afstanden van de luidsprekers in meters in te kunnen voeren. • Selecteer “feet” om de afstanden van de luidsprekers in voeten (feet) in te kunnen voeren. Luidspreker afstanden Keuzes: 0,3 tot 24,00 m • FRONT L instellen van de afstand van de linker voorluidspreker. Begininstelling: 3,0 m • FRONT R instellen van de afstand van de rechter voor-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m • CENTER instellen van de afstand van de middenluidspreker. Begininstelling: 3,0 m • SURR L instellen van de afstand van de linker surround-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m • SURR R instellen van de afstand van de rechter surround-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m • SB L* instellen van de afstand van de linker surround achter-luidspreker. Begininstelling: 2,10 m • SB R* instellen van de afstand van de rechter surround achter-luidspreker. Begininstelling: 2,10 m • SWFR instellen van de afstand van de subwoofer. Begininstelling: 3,0 m • PRES L instellen van de afstand van de linker aanwezigheidsluidspreker. Begininstelling: 3,0 m • PRES R instellen van de afstand van de rechter aanwezigheidsluidspreker. Begininstelling: 3,0 m * “SURR B” zal verschijnen als u slechts een enkele surround achter-luidspreker heeft geselecteerd bij SURR B L/R SP (bladzijde 59). SET MENU ■ Grafische equalizer D)GRAPHIC EQ Met deze functie kunt u kiezen tussen een parametrische (PEQ) of een grafische equalizer (GEQ). Equalizer selecteren Keuzes: PEQ, GEQ EQ SELECT D) GRAPHIC EQ . EQ SELECT....PEQ p p / : Up/Down </> : Select • Selecteer “PEQ” om de equalizer te gebruiken met de instellingen zoals bepaald tijdens de automatische setup. • Selecteer “GEQ” om de ingebouwde 7-banden grafische equalizer te gebruiken (zie “Equalizer” hieronder). D)GRAPHIC EQ . CHANNEL;;FRONT L + 63Hz 0dB 160Hz 0dB 400Hz 0dB 1kHz 0dB 2.5kHz 0dB 6.3kHz 0dB 16kHz 0dB U kunt 7 frequentiebanden apart instellen: 63Hz, 160Hz, 400Hz, 1kHz, 2,5kHz, 6,3kHz, 16kHz ■ Niveau Lage Frequentie Effecten E)LFE LEVEL F)DYNAMIC RANGE . SP: MIN STD[MAX HP: MIN STD[MAX / : Up/Down </> : Select Luidspreker SP Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave via uw luidsprekers inte stellen. Hoofdtelefoon HP Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave via uw hoofdtelefoon inte stellen. • Selecteer “MIN” als u regelmatig bij een laag volume wilt luisteren. • Selecteer “STD” voor algemeen gebruik. • Selecteer “MAX” om het grootste dynamische bereik te behouden. GEAVANCEERDE BEDIENING Deze functie stelt u in staat het volume (uitgangsniveau) van het LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal aan te passen aan uw subwoofer of hoofdtelefoon. Het LFE kanaal zorgt voor de weergave van speciale effecten met zeer lage tonen bij bepaalde passages. Deze instelling treedt alleen in werking bij weergave wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS signalen decodeert. Keuzes: –20 t/m 0 (dB) ■ Dynamisch bereik F)DYNAMIC RANGE Via deze instelling kunt u instellen hoeveel het dynamisch bereik moet worden gecomprimeerd voor uw luidsprekers of uw hoofdtelefoon. Deze instelling treedt alleen in werking wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS signalen decodeert. Keuzes: MIN (minimum), STD (standaard), MAX (maximum) p p Equalizer Hiermee kunt u de toonkwaliteit van de midden-, L/R surround en L/R surround-achter luidsprekers afstemmen op die van de L/R voor-luidsprekers. Keuzes: –6 t/m +6 (dB) Opmerking Afhankelijk van de instellingen bij LFE LEVEL is het mogelijk dat sommige signalen niet via de SUBWOOFER PRE OUT aansluiting worden gereproduceerd. E)LFE LEVEL . SPEAKER;;;;;;0dB HEADPHONE;;;;0dB p p / : Up/Down </> : Adjust Luidspreker SPEAKER Kies deze mogelijkheid om het LFE niveau bij weergave via uw luidsprekers in te stellen. Nederlands Hoofdtelefoon HEADPHONE Kies deze mogelijkheid om het LFE niveau bij weergave via uw hoofdtelefoon in te stellen. 61 SET MENU ■ Lage tonen test G)LOW FRQ. TEST ■ Toonregeling hoofdtelefoon Met deze functie kunt u het uitgangsniveau van uw subwoofer aanpassen aan dat van uw andere luidsprekers. H)HP TONE CTRL Met deze functie kunt u de weergave van de lage en hoge tonen via uw hoofdtelefoon regelen. Keuzes: –6 t/m +6 (dB) G)LOW FRQ.TEST . TEST TONE;;;;OFF OUTPUT;FRONT L/R FRQ;;;;;;;;;88Hz H)HP TONE CTRL . BASS TRBL + 0dB / : Up/Down </> : Adjust 1 2 Druk op l / h om de TEST TONE aan (ON) te zetten en regel het volume met VOL –/+ zo af dat u de toon kunt horen. Zet het volume niet te hoog. Als u geen testtoon hoort, zet het volume dan laag, zet het toestel uit (standby) en controleer of alle aansluitingen op de juiste manier gemaakt zijn. De toongenerator produceert smalband ruis rond een bepaalde frequentie via een band-doorlaatfilter, naast een breedband ruis. • Gebruik BASS om de weergave van de lage tonen via uw hoofdtelefoon te regelen. • Gebruik TRBL om de weergave van de hoge tonen via uw hoofdtelefoon te regelen. ■ Audio instellingen I)AUDIO SET Hiermee kunt algemene audio instellingen voor dit toestel wijzigen. I)AUDIO SET Druk op n, ga naar OUTPUT en druk op l / h om de luidspreker die u met de subwoofer wilt vergelijken te selecteren. Keuzes: FRONT L/R, FRONT L, CENTER, FRONT R, SUR.R, SBR*, SBL*, SUR.L, SWFR, PRESENCE 3 Druk op n, ga naar FRQ en druk op l / h om de gewenste frequentie te selecteren. Keuzes: 35 t/m 250 (Hz), WIDE Begininstelling: 88 Hz 4 Regel het volume van de subwoofer met de bedieningsorganen op de subwoofer zelf zo af dat dit overeenkomt met het volume van de luidspreker waar u hem mee vergelijkt. y U kunt de testtoon niet alleen voor het instellen van het subwooferniveau gebruiken, maar ook voor het controleren van de akoestische kenmerken van uw luisterruimte bij lage tonen. Lage tonen ondervinden met name invloed van de positie van de luisteraar, de plaatsing van de luidsprekers, de polariteit van de subwoofer en andere omstandigheden. / : Exit </> : Select p p * “SB” zal verschijnen als u slechts een enkele surround achter-luidspreker heeft geselecteerd bij SURR B L/R SP (bladzijde 59). . AUDIO MUTE;;MUTE AUDIO DELAY;;0ms DIALG.LIFT;;;OFF Tijdelijk uitschakelen geluidsweergave MUTE U kunt zelf bepalen hoeveel het volume verlaagd moet worden wanneer u deze functie gebruikt. Keuzes: MUTE, –20 dB • Selecteer “MUTE” om de geluidsweergave helemaal te stoppen. • Selecteer “–20 dB” om het huidige volume met 20 dB te verlagen. Audio Delay AUDIO DELAY U kunt de geluidsweergave vertragen zodat deze synchroon loopt met de videobeelden. Dit is soms nodig bij gebruik van bepaalde LCD monitors of projectoren. Keuzes: 0 t/m 240 (ms) Dialoog-lift DIALG.LIFT Hiermee kunt u de DIALG.LIFT functie aan/uit zetten (zie bladzijde 88). Met deze parameter bepaalt u de schijnbare hoogte van de geluidsweergave via de voor- en middenkanalen (dialoog, vocalen enz.) door sommige elementen uit de voor- en middenkanalen toe te wijzen aan de aanwezigheidsluidsprekers. Keuzes: ON, OFF • Selecteer “ON” om het DIALG.LIFT effect aan te zetten. • Selecteer “OFF” om het DIALG.LIFT effect uit te zetten. Opmerking DIALG.LIFT verschijnt alleen wanneer PRESENCE op “YES” is gezet (zie bladzijde 31). 62 SET MENU ■ Aanwezigheids-/surround achterkanaal keuze J)PR/SBch SELECT De surround-achter en de zogenaamde aanwezigheidsluidsprekers kunnen niet tegelijkertijd geluid weergeven. U kunt ervoor kiezen de voorkeur te geven aan één van beide luidsprekersets bij het afspelen van materiaal met signalen voor een surround achterkanaal met de CINEMA DSP geluidsveldprogramma’s. Keuzes: PRch, SBch Gebruiken van het INPUT MENU Hiermee kunt u digitale in-/uitgangen opnieuw toewijzen. de ingangsfunctie selecteren of uw signaalbronnen andere namen geven. 3 INPUT MENU . A)I/OASSIGNMENT B)INPUTMODE C)INPUTRENAME D)MULTI CH INPUT p /p : Up/Down < / > : Enter J)PR/SBch SELECT PRch [SBch p p / : Exit </> : Select • Selecteer “PRch” als u uw aanwezigheidsluidsprekers wilt gebruiken, ook wanneer er wel een surround achterkanaal binnenkomt. De signalen voor het surround achterkanaal zullen worden weergegeven via de suround-luidsprekers. • Selecteer “SBch” als u uw surround achterluidsprekers wilt gebruiken wanneer er een surround achterkanaal wordt gedetecteerd door een CINEMA DSP programma. Eventuele signalen voor een aanwezigheidskanaal zullen worden weergegeven via de voor-luidsprekers. ■ Toewijzen van in-/uitgangsaansluitingen A)I/O ASSIGNMENT U kunt de aansluitingen toewijzen aan andere componenten als de begininstellingen van dit toestel niet overeenkomen met uw voorkeuren. Wijzig de volgende instellingen om de respectievelijke aansluitingen toe te wijzen aan andere apparatuur en uiteindelijk meer componenten te kunnen aansluiten. Wanneer de ingangsaansluitingen opnieuw zijn toegewezen, kunt u de daarbij behorende component selecteren als signaalbron met INPUT op het voorpaneel of met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening. Opmerking De standaardinstellingen worden tussen haakjes getoond op het OSD. CMPNT-V IN voor de COMPONENT VIDEO INPUT aansluitingen [A] en [B] Keuzes: DVD, V-AUX, DVR/VCR 2, VCR 1, CBL/SAT, DTV, CD-R OPTICAL OUT voor de OPTICAL OUTPUT aansluitingen (1) en (2) Keuzes: MD/TAPE, CD-R, CD, PHONO, V-AUX, DVR/ VCR 2, VCR 1, CBL/SAT, DTV, DVD GEAVANCEERDE BEDIENING CMPNT-V INPUT . [A];;;;; DVD ( DVD ) [B];;;;; DTV (DTV) OPTICAL OUT . (1);;;;;MD/TAPE (MD/TAPE ) (2);;;;; CD-R (CD-R) Nederlands 63 SET MENU OPTICAL IN voor de OPTICAL INPUT aansluitingen (3), (4), (5) en (6) Keuzes: CD, PHONO, DVR/VCR 2, VCR 1, CBL/SAT, DTV, DVD, MD/TAPE, CD-R ■ Signaalbronnen nieuwe namen geven C)INPUT RENAME Met deze functie kunt u de namen van de signaalbronnen op het OSD (in-beeld display) en op het display op het voorpaneel veranderen. OPTICAL IN C)INPUT RENAME . (3);;;;; CD ( CD ) (4);;;;; DVD (DVD ) (5);;;;; DTV (DTV ) DVD -> DVD p p </> : Position / : Character COAXIAL IN voor de COAXIAL INPUT aansluitingen (7), (8) en (9) Keuzes: CD, PHONO, V-AUX, DVR/VCR 2, VCR 1, CBL/SAT, DTV, DVD, MD/TAPE, CD-R 1 Druk op de ingangskeuzetoets om de signaalbron waarvan u de naam wilt veranderen te selecteren. 2 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP. 3 Druk op l / h en verplaats de _ (onderstreping) naar het teken of de spatie die u wilt veranderen. 4 Kies met k / n het teken dat u wilt gebruiken en ga vervolgens met l / h naar het volgende teken. • U kunt maximaal 8 tekens gebruiken voor elke signaalbron. • Druk op n om de tekens als volgt te laten veranderen, of druk op k om deze reeks in omgekeerde volgorde te doorlopen: A t/m Z, spatie, 0 t/m 9, spatie, a t/m z, spatie, #, *, +, enz. 5 Herhaal de stappen 1 t/m 4 als u de namen van andere signaalbronnen wilt veranderen. 6 Druk een paar keer op h om de INPUT RENAME functie af te sluiten. COAXIAL IN . (7);;;;; CD ( CD ) (8);;;;; DVD (DVD ) (9);;;;;DVR/VCR2 (DVR/VCR2) Opmerkingen • U kunt een bepaalde naam maar één keer gebruiken voor een bepaald soort aansluiting. • Wanneer u een bepaalde component zowel met de COAXIAL als met de OPTICAL aansluiting verbindt, zal het via de COAXIAL aansluiting binnenkomende signaal voorrang krijgen. ■ Ingangsfunctie B)INPUT MODE Met deze instelling kunt u de ingangsfunctie bepalen voor signaalbronnen op de DIGITAL INPUT aansluitingen op het moment dat dit toestel wordt ingeschakeld (zie bladzijde 40 voor details omtrent de ingangsfunctie). Keuzes: AUTO, LAST B)INPUT MODE [AUTO LAST p p / : Exit </> : Select • Kies “AUTO” om het toestel automatisch het soort ingengssignaal te laten bepalen en de bijbehorende ingangsfunctie te laten instellen. • Kies “LAST” om het toestel automatisch de ingangsfunctie in te laten schakelen die het laatst met de signaalbron in kwestie gebruikt is. Opmerking De laatste instelling voor de EXTD. SUR toets zal niet worden hersteld, ook niet wanneer u “LAST” heeft geselecteerd. 64 SET MENU ■ Multikanaals ingangsaansluiting D)MULTI CH INPUT 4 OPTION MENU1/2 . A)DISPLAYSET B)MEMORYGUARD C)PARAM.INI D)SP IMP. SET /p : Up/Down < / > : Enter ■ Display instellingen A)DISPLAY SET A)DISPLAY SET . DIMMER;;;;;;;;;0 OSD SHIFT;;;;;;0 GRAY BACK;;;AUTO V CONV.;;;;;;;ON CMPNT OSD;;;;;ON p p . [6CH 8CH (FRNT/SB-> FRNT) CENTER ->CENTER SWFR -> SWFR SL/SR -> SL/SR ( ---> SB ) </> : Select / : Up/Down Gebruiken van het OPTION MENU p D)MULTI CH INPUT Met deze functie kunt u instellen waar de signalen voor de midden-, subwoofer- en surroundkanalen voor de broncomponent die is aangesloten op de MULTI CH INPUT aansluitingen naartoe moeten. Als u een ingangssignaal met 8 kanalen van een externe decoder gebruikt, kunt u met deze functie de aansluitingen kiezen voor de extra voorkanalen. Opmerking Als ZONE2 AMP (bladzijde 67) is ingeschakeld (ON), zal er geen geluid worden geproduceerd via de surround achter-luidsprekers, ook al slecteert u “8ch”. Selecteer in dit geval “6ch” en zet de uitgangsinstelling van de externe decoder ook op 6 kanalen. FRNT Als u “8ch” heeft ingesteld, kunt u de analoge audioaansluitingen selecteren waarop de extra voorkanalen van de externe decoder zullen binnenkomen. Keuzes: DVD, DTV, CBL/SAT, VCR 1, DVR/VCR 2, MD/TAPE, CD-R, CD, V-AUX SWFR Hiermee kunt u instellen hoe de via de SUBWOOFER aansluiting binnenkomende signalen zullen worden gereproduceerd. Keuzes: SWFR, FRONT • Kies “SWFR” om deze signalen via de subwoofer te reproduceren. • Kies “FRONT” om deze signalen via de linker en rechter voor-luidsprekers te reproduceren. Dimmer DIMMER Hiermee kunt u de helderheid van het display op het voorpaneel instellen. Keuzes: –4 t/m 0 OSD vershuiven OSD SHIFT Hiermee kunt u de verticale positie van het OSD (in-beeld display) instellen. Keuzes: +5 (naar beneden) t/m –5 (naar boven) • Druk op # om het OSD (in-beeld display) lager op het scherm weer te geven. • Druk op @ om het OSD (in-beeld display) hoger op het scherm weer te geven. Grijze achtergrond GRAY BACK Als u “AUTO” kiest voor de in-beeld display instellingen, zal er een grijze achtergrond getoond worden wanneer er geen videosignaal binnenkomt. Als “OFF” is ingesteld staat, zal er alleen informatie op het scherm worden getoond wanneer er videosignalen binnenkomen. Keuzes: AUTO, OFF Opmerking Als GRAY BACK op “OFF” is ingesteld, kan er geen informatie worden getoond wanneer er alleen component videosignalen binnenkomen. Nederlands SL/SR Hiermee kunt u instellen hoe de via de SURROUND aansluiting binnenkomende signalen zullen worden gereproduceerd. Keuzes: SL/SR, FRONT • Kies “SL/SR” om deze signalen via de surroundluidsprekers te reproduceren. • Kies “FRONT” om deze signalen via de linker en rechter voor-luidsprekers te reproduceren. GEAVANCEERDE BEDIENING CENTER Hiermee kunt u instellen hoe de via de CENTER aansluiting binnenkomende signalen zullen worden gereproduceerd. Keuzes: CENTER, FRONT • Kies “CENTER” om deze signalen via de middenluidspreker te reproduceren. • Kies “FRONT” om deze signalen via de linker en rechter voor-luidsprekers te reproduceren. / : Up/Down </> : Select p p 6ch/8ch Deze instelling bepaalt het aantal kanalen dat ontvangen wordt van de externe decoder. Keuzes: 6ch, 8ch 65 SET MENU Video conversie V CONV. Gebruik deze functie om de omzetting van composiet (VIDEO) signalen naar zowel S-Video als component videosignalen aan/uit te zetten. Hierdoor kunnen de omgezette videosignalen worden gereproduceerd via de S VIDEO of COMPONENT VIDEO aansluitingen wanneer er geen S-Video of component videosignalen binnenkomen. Deze functie zet S-videosignalen ook om in component videosignalen wanneer er geen component ingangssignaal is. Keuzes: ON, OFF • Selecteer “OFF” als u geen signalen wilt omzetten. • Selecteer “ON” om composiet signalen om te zetten in S-video en component videosignalen en om Svideosignalen om te zetten in to component signalen. Opmerkingen • De geconverteerde videosignalen worden alleen gereproduceerd via de MONITOR OUT aansluitingen. Bij het maken van opnamen moet u tussen de diverse componenten telkens gebruik maken van dezelfde soorten aansluitingen (composiet of S-video). • Bij het omzetten van composiet of S-Videosignalen van een videorecorder naar component videosignalen, is het mogelijk, afhankelijk van de gebruikte videorecorder, dat de beeldkwaliteit achteruit gaat. Component OSD CMPNT OSD Met deze mogelijkheid kunt u de weergave van het OSD via de COMPONENT VIDEO MONITOR OUT aansluitingen aan/uit zetten wanneer u het SET MENU, de testtoon of parameter functies gebruikt. Keuzes: ON, OFF • Selecteer “ON” om de OSD signalen te laten weergeven via de COMPONENT VIDEO MONITOR OUT aansluitingen. • Selecteer “OFF” om de OSD signalen niet te laten weergeven via de COMPONENT VIDEO MONITOR OUT aansluitingen. Kies “ON” om de inhoud van het geheugen te beveiligen: • DSP programma instellingen • Alle SET MENU onderdelen • Alle ingestelde luidsprekerniveaus • De weergavefunctie voor het in-beeld display (OSD) Opmerking Wanneer de MEMORY GUARD beveiliging is ingeschakeld “ON”, kunt u geen gebruik meer maken van de testtoon of andere SET MENU onderdelen selecteren. ■ Parameters initialiseren C)PARAM. INI Hiermee kunt u de instellingen voor alle geluidsveldprogramma’s in een programmagroep tegelijk initialiseren. Wanneer u een geluidsveldprogrammagroep initialiseert, zullen alle gewijzigde instellingen voor de programma’s in die groep worden teruggezet op hun beginwaarden. Druk op de cijfertoets voor het geluidsveldprogramma dat u wilt initialiseren. Een sterretje (*) naast een programmanummer geeft aan dat de instellingen daarvan gewijzigd zijn ten opzichte van hun beginwaarden. C)PARAM. INI 1 2 3 *4 *5 6 7 8 9 *0 Opmerkingen Opmerking • U kunt de eerder ingestelde waarden niet meer automatisch terughalen nadat u een geluidsveldprogrammagroep heeft geïnitialiseerd. • U kunt geen individuele geluidsveldprogramma’s initialiseren. • U kunt geen geluidsveldprogrammagroepen initialiseren wanneer de MEMORY GUARD beveiliging is ingeschakeld ON. SET MENU functioneert, zelfs wanneer “OFF” is geselecteerd. ■ Instelling luidsprekerimpedantie ■ Geheugen beveiliging B)MEMORY GUARD D)SP IMP.SET Hiermee kunt u de impedantie van uw luidsprekers instellen. Keuzes: 6ohms, 8ohms Met deze functie kunt u voorkomen dat de DSP programma instellingen en andere systeeminstellinge per abuis gewijzigd worden. Keuzes: OFF, ON B)MEMORY GUARD [OFF D)SP IMP.SET Minimum 8ohms ON p p / : Exit </> : Select p p / : Exit </> : Select 66 SET MENU ■ Zone instellen E)ZONE SET E)ZONE SET SP B;;;;;;MAIN p p / : Exit </> : Main Opmerkingen • Als u “ZONE B” selecteert en een hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting op dit toestel doet, zal het geluid worden weergegeven via de zowel de hoofdtelefoon als SPEAKERS B. • Wanneer er een DSP programma is geselecteerd zal het toestel automatisch de Virtual CINEMA DSP functie inschakelen. ■ Zone 3 instellen G)ZONE3 SET (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) G)ZONE3 SET OUTPUT VOL;;VAR. / : Exit </> : Select p p Luidsprekers B SP B U kunt instellen waar de luidsprekers die zijn verbonden met de SPEAKERS B aansluitingen zich bevinden. Keuzes: MAIN, ZONE B • Selecteer “MAIN” om de SPEAKERS A set en B aan/ uit te zetten wanneer de met de SPEAKERS B aansluitingen verbonden luidsprekers zich in uw luisterruimte bevinden. • Selecteer “ZONE B” als de met de SPEAKERS B aansluitingen verbonden luidsprekers zich in een andere ruimte bevinden. Als SPEAKERS A wordt uitgeschakeld OFF en SPEAKERS B wordt ingeschakeld ON, zullen alle luidsprekers in de luisterruimte, inclusief de subwoofer, worden uitgeschakeld en zal er alleen via de SPEAKERS B geluid worden weergegeven. Zone 2 versterker ZONE2 AMP U kunt instellen hoe de ZONE 2 luidsprekers versterkt moeten worden. Keuzes: ON, OFF • Kies “OFF” als u geen Zone 2 luidsprekers heeft of als u uw Zone 2 luidsprekers heeft aangesloten via een externe maar op de ZONE 2 OUTPUT uitgang van dit toestel aangesloten versterker. • Kies “ON” om de interne versterker van dit toestel te gebruiken en u uw Zone 2 luidsprekers direct op de PRESENCE/ZONE 2 luidsprekeraansluitingen van dit toestel heeft aangesloten. Uitgangsvolume OUTPUT VOL Hiermee kunt u bepalen hoe de volumeregeling zal werken met betrekking tot de ZONE 3 OUT aansluitingen. Keuzes: VAR., FIX • Kies “VAR.” om het volume voor ZONE 3 OUT met VOL –/+ op de afstandsbediening te kunnen regelen. • Kies “FIX” om het ZONE 3 OUT volumeniveau vast te zetten op een standaard niveau. ■ Zone 2 instellen F)ZONE2 SET (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) GEAVANCEERDE BEDIENING F)ZONE2 SET OUTPUT VOL;;VAR. ZONE2 AMP....OFF p p / : Up/Down </> : Select Nederlands Uitgangsvolume OUTPUT VOL Hiermee kunt u bepalen hoe de volumeregeling zal werken met betrekking tot de ZONE 2 OUTPUT aansluitingen. Keuzes: VAR., FIX • Kies “VAR.” om het volume voor ZONE 2 OUTPUT met VOL –/+ op de afstandsbediening te kunnen regelen. • Kies “FIX” om het ZONE 2 OUTPUT volumeniveau vast te zetten op een standaard niveau. 67 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Naast dit toestel kan de afstandsbediening ook andere audio- en videocomponenten van YAMAHA en van andere fabrikanten aansturen. Om andere componenten te kunnen bedienen, moet u de juiste fabrikantencodes instellen op de afstandsbediening. Deze afstandsbediening is tevens voorzien van een ‘leerfunctie’ waarmee u functies kunt overnemen van andere infrarode afstandsbedieningen. Bedieningstoetsen ■ Bedienen van dit toestel ■ Bedienen van andere componenten De grijze toetsen kunnen worden gebruikt om dit toestel te bedienen nadat u AMP/SOURCE/TV op AMP gezet heeft om de AMP bedieningsfunctie in te schakelen. De grijs aangegeven toetsen hieronder kunnen worden gebruikt om andere componenten te bedienen. De functies van de toetsen hangen mede af van de geselecteerde componenten. Selecteer de component die u wilt bedienen met een ingangskeuzetoets of met SELECT k/n. De naam van de geselecteerde component zal verschijnen in het uitleesvenster. SYSTEM POWER POWER TV AV STANDBY POWER A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD Uitleesvenster SELECT PRESET AMP/SOURCE/TV Zet op AMP om dit toestel te bedienen. Zet op SOURCE om de met de ingangskeuzetoetsen geselecteerde component te bedienen. Zet op TV om de televisie te bedienen. AMP + + + TV VOL CH VOL – – – SOURCE TV A/B/C/D/E TV MUTE TV INPUT MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU PURE DIRECT NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY STRAIGHT EFFECT STEREO HALL JAZZ 1 2 3 4 MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 7 8 STANDARD 9 0 FREQ/RDS EON 68 MACRO POWER TV AV STANDBY POWER A B PHONO TUNER INPUT MODE SLEEP V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD POWER POWER TVCD MULTI AV CH IN SELECT PRESET AMP + + + TV VOL CH VOL SOURCE – – – A/B/C/D/E TV MUTE TV INPUT TV PRESET + + MUTE TV VOL LEVEL SET MENU TITLE MENU – CH PURE DIRECT – A/B/C/D/E TV MUTE Uitleesvenster ENTER TVNIGHT INPUT AUDIO LEVEL TITLE MODE PTY SEEK START LEARN CLEAR RE–NAME SET MENU MENU TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY STRAIGHT NIGHT EFFECT ENTER ENT. DISC SKIP ON SYSTEM POWER EXTD. SUR +10 REC OFF Met de A/B toetsen en de ingangskeuzetoetsen kunt u zoals hieronder aangegeven een andere set bedieningstoetsen kiezen. * Gebruik de A/B toetsen om andere componenten te bedienen, ongeacht of ze op dit toestel zijn aangesloten of niet. Fabrieksinstelling: A...LD-speler B...Cassettedeck SELECT k/n schakelt de bediening over naar een andere component zonder de op dit toestel ingestelde signaalbron te veranderen. ROCK ENTERTAIN THX De toetsen binnen de stippellijnen kunnen in elke stand worden gebruikt om dit toestel te bedienen (SYSTEM POWER, STANDBY, SLEEP, INPUT MODE, VOLUME +/–, MUTE, PURE DIRECT en STRAIGHT/ EFFECT). Component set bedieningstoetsen Door de juiste afstandsbedieningscode in te stellen kunt u tot maximaal 14 verschillende componenten bedienen (zie bladzijde 79). STEREO HALL 1 2 ENTERTAIN MUSIC 5 6 JAZZ ROCK 3 4 TEST RETURN TV THTR MOVIE 7 SURROUND 9 0 FREQ/RDS EON REC 1 +10 HALL SUR. BACK 2 4 TV THTR MOVIE 5 6 7 8 THX STANDARD ENT. MODE PTY SEEK START 0 FREQ/RDS MACRO ROCK 3 MUSIC 9 ON JAZZ ENTERTAIN DISC SKIP OFF DISPLAY 8 STEREO THX AUDIO ON SCREEN LEARN CLEAR REC DISC SKIP CHP/INDEX EON RE–NAME EXTD. SUR +10 ENT. MODE PTY SEEK START KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING ■ Bedienen van optionele apparatuur (OPTN set) OPTN is een extra set bedieningstoetsen die kan worden geprogrammeerd met afstandsbedieningsfuncties die verder los staan van de aangesloten signaalbronnen. Deze set is handig voor het programmeren van instructies die u alleen als onderdeel van een macrofunctie wilt gebruiken of waarvoor geen geldige afstandsbedieningscode bestaat. Om de OPTN set bedieningstoetsen te selecteren dient u net zo vaak op n te drukken tot OPTN in het uitleesvenster verschijnt. Opmerkingen Instellen van afstandsbedieningscodes U kunt andere componenten bedienen als u de bijbehorende afstandsbedieningscodes heeft ingesteld. Voor elke set bedieningstoetsen kan een code worden ingevoerd. In de volgende tabel staan de standaard ingestelde componenten (Archief: componentencategorie) en de afstandsbedieningscode voor elke set bedieningstoetsen. Standaardinstellingen afstandsbedieningscodes • U kunt voor deze set bedieningstoetsen geen afstandsbedieningscode instellen. Zie bladzijde 71 voor het programmeren van toetsen in deze set bedieningstoetsen. • De OPTN set kan niet worden gebruikt wanneer AMP1Z is geselecteerd in het versterker Archief (zie bladzijde 70). Archief (Componentencategorie) Standaard Yamaha Code* A LD 2200 B TAPE 2700, (2701) PHONO TV – TUNER TUNER 2600, (0203, 1203, 1358, 2601) CD CD 2300, (2301) MULTI CH INPUT DVD 2102, (0517, 0566, 0572, 2100, 2101) V-AUX VCR – CBL/SAT CABLE – MD/TAPE MD 2500, (2501, 2502) CD-R CD-R 2400 DTV TV – VCR 1 VCR – DVR/VCR2 DVR 2807 DVD DVD 2102, (0517, 0566, 0572, 2100, 2101) Andere beschikbare YAMAHA codes staan tussen haakjes. Opmerking Het is mogelijk dat u uw YAMAHA component niet zult kunnen bedienen, ook al is er een YAMAHA afstandsbedieningscode voorgeprogrammeerd zoals hierboven vermeld. Probeer in een dergelijk geval een andere YAMAHA afstandsbedieningscode in te stellen. 1 GEAVANCEERDE BEDIENING * Ingang Zet AMP/SOURCE/TV op SOURCE. AMP SOURCE TV Nederlands 69 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING 2 Druk op een ingangskeuzetoets om de broncomponent die u wilt instellen te selecteren. A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD 4 Opmerking “0000” zal in het uitleesvenster verschijnen wanneer er geen code is ingesteld. 5 3 Druk op ENTER. De viercijferige code voor de geselecteerde component zal verschijnen in het uitleesvenster. Houd vervolgens LEARN ongeveer 3 seconden ingedrukt met een balpen of iets dergelijks. De namen van het archief (bijv. “L:DVD”) en van de geselecteerde component (bijv. “DVD”) zullen om en om in het uitleesvenster verschijnen. Gebruik de cijfertoetsen om de vier cijfers van de afstandsbedieningscode voor de gewenste component in te voeren. Raadpleeg de “LIJST MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van deze handleiding voor een complete lijst van alle beschikbare afstandsbedieningscodes. LEARN 6 y Als u een andere component wilt instellen, druk dan op de ingangskeuzetoets of op SELECT k/n om de component te selecteren. Opmerkingen • U moet LEARN tenminste 3 seconden ingedrukt houden, want anders wordt de ‘leerfunctie’ opgestart. • Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden uitvoert, zal de instelfunctie automatisch worden geannuleerd. Houd in dat geval LEARN nog eens ingedrukt. Als u een ander archief (componentencategorie) wilt gebruiken, dient u op l / h te drukken. U kunt een ander soort component instellen. Beschikbare archieven: L:DVD, L:DVR, L:LD, L:CD, L:CDR, L:MD, L:TAP (cassette), L:TUN (tuner), L:AMP*, L:TV, L:CAB (kabel), L:SAT (satelliet), L:VCR * De code voor het versterkerarchief (L:AMP) is voorgeprogrammeerd op “AMP1” (2000) om dit toestel te bedienen. Indien nodig kunt u echter één van de volgende 3 codes gebruiken. AMP1 AMP1Z NO 70 Functie Code Om dit toestel te bedienen. 2000 Om functies voor ZONE 2 of ZONE 3 te bedienen. (Alleen modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië) 2001 Om receivers/versterkers van andere fabrikanten te bedienen met deze afstandsbediening. 2004 STEREO HALL JAZZ 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TY THTR MOVIE 5 6 THX STANDARD 9 0 7 ROCK 8 EXTD. SUR +10 ENT. Druk op ENTER om de ingevoerde code definitief te maken. “OK” zal in het uitleesvenster verschijnen als de instelling met succes is verlopen. “NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als de instelling mislukt is. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 3. y Als u gelijk nog een code wilt instellen voor een andere component, druk dan op de ingangskeuzetoets of op SELECT k/n om de gewenste component te selecteren en herhaal vervolgens de stappen 4 t/m 6. 7 Druk nog eens op LEARN om deze instelfunctie te verlaten. LEARN KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING 8 Druk op één van de grijze toetsen hieronder om te kijken of u de component in kwestie kunt bedienen. Als dat lukt, heeft u de juiste afstandsbedieningscode ingesteld. TRANSMIT SYSTEM POWER POWER TV AV STANDBY THX STANDARD 9 0 FREQ/RDS EON EXTD. SUR +10 ENT. POWER A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD MODE PTY SEEK START REC DISC SKIP OFF ON MACRO LEARN CLEAR RE–NAME y Als er meerdere codes zijn voor de fabrikant van uw component, probeer ze dan één voor één tot u de juiste gevonden heeft. Overnemen van codes van andere afstandsbedieningen (Leren) Als u functies wilt gebruiken die niet mogelijk zijn met de afstandsbedieningscode, of als er geen geschikte afstandsbedieningcode gevonden kan worden, dan kunt u proberen de Leerfunctie te gebruiken. U kunt alle toetsen in een bepaalde set zelf opnieuw programmeren (zie bladzijde 68). De toetsen kunnen apart voor elke component worden geprogrammeerd. Opmerking Deze afstandsbediening maakt gebruik van infrarood stralen. Als de andere afstandsbediening ook infrarood gebruikt, kan deze afstandsbediening waarschijnlijk de meeste functies daarvan ‘leren’. Sommige speciale signalen of hele lange signalen kunnen echter mogelijk niet worden overgenomen. (Raadpleeg tevens de handleiding van de betreffende afstandsbediening.) Opmerkingen • “ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt. • De meegeleverde afstandsbediening bevat niet alle mogelijke codes voor alle in de handel verkrijgbare audio- en videoapparatuur (met inbegrip van YAMAHA componenten). Als geen enkele afstandsbedieningscode werkt met uw apparatuur, kunt u de gewenste functie programmeren met de ‘Leerfunctie’ (zie “Overnemen van codes van andere afstandsbedieningen (Leren)”) of dient u de met de apparatuur in kwestie meegeleverde afstandsbediening te gebruiken. • Functies die zijn geprogrammeerd met de ‘leerfunctie’ krijgen voorrang over functies onder afstandsbedieningscodes. 1 Zet AMP/SOURCE/TV op SOURCE. AMP SOURCE TV 2 A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD Leg deze afstandsbediening en de andere ongeveer 5 tot 10 cm uit elkaar op een vlakke ondergrond zodat hun infrarood vensters op elkaar gericht zijn. GEAVANCEERDE BEDIENING 3 Druk op de ingangskeuzetoets voor de gewenste component. STANDBY MULTI CH IN SLEEP POWER TRANSMIT CD INPUT MODE SYSTEM B DVD CD-R AV TUNER MD/TAPE POWER A DVR/VCR2 TV PHONO VCR 1 CBL/SAT POWER DTV V-AUX SELECT 5 tot 10 cm Nederlands 71 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING y 4 • Herhaal de stappen 5 en 6 wanneer u gelijk nog een andere functie wilt programmeren. • Als u gelijk nog een functie wilt programmeren voor een andere component, druk dan op de ingangskeuzetoets of op SELECT k/n om de gewenste component te selecteren en herhaal vervolgens de stappen 3 t/m 6. Druk met een balpen of iets dergelijks LEARN in. “LEARN” en de naam van de geselecteerde component (bijv. “DVD”) zullen om en om in het uitleesvenster verschijnen. 7 LEARN Druk nog eens op LEARN om de leerfunctie te verlaten. LEARN Opmerkingen • Houd LEARN niet te lang ingedrukt. Als u het knopje drie seconden ingedrukt houdt, zal de instelfunctie voor afstandsbedieningscodes worden opgestart. • Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden uitvoert, zal de leerfunctie automatisch worden geannuleerd. Houd in dat geval LEARN nog eens ingedrukt. 5 Druk op de toets waaronder u de nieuwe functie wilt programmeren. “LEARN” verschijnt in het uitleesvenster. SLEEP POWER SYSTEM STANDBY MULTI CH IN TRANSMIT CD INPUT MODE AV B POWER TUNER DVD CD-R TV A MD/TAPE POWER PHONO DVR/VCR2 AMP SELECT TV SOURCE VCR 1 + CBL/SAT – VOL DTV + PURE DIRECT AUDIO NIGHT STRAIGHT V-AUX – CH PRESET – + MUTE SET MENU MENU DISPLAY ON SCREEN TV VOL TV INPUT A/B/C/D/E ENTER Houd de toets waarvan u de functie wilt overnemen op de andere afstandsbediening ingedrukt tot “OK” in het uitleesvenster verschijnt. “NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als het overnemen niet gelukt is. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 5. STANDBY MULTI CH IN SLEEP POWER SYSTEM CD INPUT MODE TRANSMIT B DVD CD-R AV TUNER MD/TAPE POWER A DVR/VCR2 TV PHONO VCR 1 CBL/SAT POWER DTV V-AUX SELECT 72 TV MUTE LEVEL TITLE TEST RETURN 6 Opmerkingen • “ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt. • Deze afstandsbediening is in staat ongeveer 200 functies te leren. Het is echter mogelijk, afhankelijk van de overgenomen signalen, dat de melding “FULL” in het uitleesvenster verschijnt voordat u 200 functies heeft geprogrammeerd. In dit geval kunt u eerder geprogrammerde functies die u niet meer nodig heeft wissen om ruimte te maken voor nieuwe functies. • In de volgende gevallen is het mogelijk dat de leerfunctie niet werkt: – Wanneer de batterijen in deze of in de andere afstandsbediening leeg of bijna leeg zijn. – Wanneer de afstand tussen de twee afstandsbedieningen te groot of te klein is. – Wanneer de infraroodvensters van de afstandsbedieningen niet goed op elkaar gericht zijn. – Wanneer de afstandsbediening in de zon ligt. – Wanneer het signaal voor de functie die u wilt overnemen continu is of zeer ongewoon. KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Veranderen van de namen van signaalbronnen in het uitleesvenster 5 Druk op l / h om de cursor naar de volgende tekenpositie te verplaatsen. U kunt de naam die verschijnt in het uitleesvenster van de afstandsbediening veranderen als een andere naam dan de voorgeprogrammeerde uw voorkeur heeft. Dit komt bijvoorbeeld van pas wanneer u een andere component op een bepaalde ingang heeft aangesloten. ENTER 6 1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP of SOURCE. AMP SOURCE TV 2 y Druk op een ingangskeuzetoets om de signaalbron die u een nieuwe naam wilt geven te selecteren. De naam van de geselecteerde component zal verschijnen in het uitleesvenster. Als u gelijk nog een component een nieuwe naam wilt geven, druk dan op de ingangskeuzetoets of op SELECT k/ n om de gewenste component te selecteren en herhaal vervolgens de stappen 4 t/m 6. 7 A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD Druk op ENTER om de nieuwe naam definitief te maken. “OK” zal in het uitleesvenster verschijnen als de naam met succes is veranderd. “NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als veranderen van de naam niet gelukt is. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 4. Druk nog eens op RE-NAME om de functie voor het geven van nieuwe namen te verlaten. RE-NAME 3 Druk met een balpen of iets dergelijks RENAME in. RE-NAME Opmerking “ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt. GEAVANCEERDE BEDIENING Opmerking Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden uitvoert, zal het veranderen van de namen automatisch worden geannuleerd. Houd in dat geval RE-NAME nog eens ingedrukt. 4 Druk op k / n om een teken te selecteren en in te voeren. Door op n te drukken zullen de tekens als volgt veranderen: A t/m Z, 1 t/m 9, 0, + (plus), – (afbreekstreepje), ; (punt comma), / (slash) en spatie. (Druk op k om deze reeks in omgekeerde volgorde te doorlopen.) Nederlands ENTER 73 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Gebruiken van de Macro functie De Macro functie maakt het mogelijk een reeks handelingen uit te laten voeren met één druk op een toets. Wanneer u bijvoorbeeld een CD wilt afspelen zou u normaal gesproken eerst uw apparatuur aan moeten zetten, vervolgens de CD als signaalbron selecteren en dan pas op de weergavetoets drukken. Met de Macro functie kunt u al deze handelingen laten uitvoeren door eenvoudigweg op de CD macrotoets te drukken. De toetsen die hieronder genoemd worden als macrotoetsen zijn reeds als zodanig voorgeprogrammeerd. U kunt echter ook uw eigen macro’s samenstellen (zie bladzijde 75). Druk op een macrotoets CD om automatisch deze signalen op volgorde uit te zenden SYSTEM POWER CD Macrotoetsen Eerste Tweede Derde STANDBY STANDBY — — (CD set) SYSTEM SYSTEM POWER POWER — — — — — — — — A B PHONO PHONO TUNER TUNER CD CD MULTI CH IN MULTI CH IN — V-AUX V-AUX — CBL/SAT — CBL/SAT — (*3) — (CD set) (*2) SYSTEM POWER MD/TAPE MD/TAPE (MD/TAPE set) (*2) (*1) CD-R CD-R DTV DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD VCR 1 DVR/VCR2 (CD-R set) (*2) — (VCR 1 set) (*2) (DVR/VCR 2 set) (*2) DVD (DVD set) (*2) *1 U kunt sommige componenten (inclusief YAMAHA componenten) die zijn aangesloten op dit toestel aan zetten via de AC OUTLET(S) netstroomaansluitingen op het achterpaneel. (Afhankelijk van de component in kwestie is het mogelijk dat het in- en uitschakelen van de stroom niet synchroon loopt met dit toestel. Raadpleeg voor details tevens de handleiding van de aangesloten component.) *2 De weergave kan direct worden gestart met elke MD-recorder, CD-speler, CD-recorder, DVD-speler, of DVD-recorder die geschikt is voor de YAMAHA afstandsbediening. Wanneer u macro’s met andere componenten gebruikt, moet u de weergavetoets programmeren in de set bedieningstoetsen voor die component (zie bladzijde 71) of een afstandsbedieningscode instellen (zie bladzijde 69). *3 Wanneer de TUNER wordt geselecteerd als signaalbron, zal dit toestel afstemmen op de laatste zender die werd ontvangen voor het toestel de vorige keer uit (standby) werd gezet. 74 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING ■ De macrofunctie ■ Programmeren van macro’s Macrotoetsen TRANSMIT SYSTEM POWER POWER TV AV A B STANDBY POWER INPUT MODE SLEEP FREQ/RDS EON MODE PTY SEEK START REC PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD DISC SKIP OFF ON MACRO MACRO ON/OFF 1 Zet MACRO ON/OFF op ON. 2 Druk op een macrotoets. LEARN CLEAR RE–NAME MACRO Opmerkingen • Wanneer u klaar bent met de Macro functie, moet u MACRO ON/OFF op OFF instellen. • Terwijl de afstandsbediening bezig is met het uitvoeren van een macro, zullen alle andere toetsen buiten werking worden gesteld tot de macro klaar is (tot de zendindicator stopt met knipperen). • Houd de afstandsbediening op de component in kwestie gericht tot de macro klaar is. U kunt ook uw eigen macro’s programmeren en de macrofunctie gebruiken om met een enkele toets op de afstandsbediening een aantal instructies uit te laten voeren. Stel eerst de juiste afstandsbedieningscodes in en neem eventueel functies over met de leerfunctie voor u een macro gaat programmeren. Wij raden u aan geen doorlopende handelingen, zoals het regelen van het volume, in een macro te programmeren. Opmerkingen • De voorgeprogrammeerde macro wordt niet gewist wanneer er voor een toets een nieuwe macro wordt geprogrammeerd. De voorgeprogrammeerde macro kan weer worden gebruikt wanneer de door u geprogrammeerde macro is gewist. • Er kan geen nieuwe instructie (macro-stap) aan een voorgeprogrammeerde macro worden toegevoegd. Een macro kan alleen in zijn geheel worden geprogrammeerd. 1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP of SOURCE. AMP SOURCE TV 2 Druk met een balpen of iets dergelijks MACRO in. “MCR ?” verschijnt in het uitleesvenster. MACRO Opmerking 3 Druk op de macrotoets die u wilt gebruiken. De namen van de macrotoets (bijv. “M:DVD”) en van de geselecteerde component (bijv. “DVD”) zullen om en om in het uitleesvenster verschijnen. A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD “AGAIN” zal in het uitleesvenster verschijnen wanneer u op een andere dan een macrotoets drukt. 75 Nederlands Opmerking GEAVANCEERDE BEDIENING Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden uitvoert, zal macro programmeerfunctie automatisch worden geannuleerd. Houd in dat geval MACRO nog eens ingedrukt. KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING 4 Druk in de gewenste volgorde op de toetsen voor de functies die u wilt opnemen in de macro. u kunt maximaal 10 stappen (10 functies) programmeren. Wanneer u 10 stappen heeft geprogrammeerd zal de melding “FULL” verschijnen en zal de macrofunctie automatisch worden afgesloten. Wissen van ingestelde functies U kunt alle wijzigingen, zoals overgenomen functies, nieuwe namen voor signaalbronnen en afstandsbedieningscodes, voor een bepaalde set bedieningstoetsen tegelijk wissen. 1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP of SOURCE. AMP SYSTEM POWER POWER STANDBY POWER TV AV A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD 2 MCR 2: AV POWER SOURCE TV 2 MCR 1: DVD 1 FREQ/RDS EON Druk met een balpen of iets dergelijks CLEAR in. “CLEAR” verschijnt in het uitleesvenster. MODE PTY SEEK START CLEAR REC 3 DISC SKIP OFF ON MACRO LEARN CLEAR MCR 3: h RE–NAME Opmerking Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden uitvoert, zal het wissen automatisch worden geannuleerd. Houd in dat geval CLEAR nog eens ingedrukt. Geeft het aantal macro-stappen aan dat u heeft geprogrammeerd. 3 L:DVD (L: naam van een component) Wist alle overgenomen (‘geleerde’) functies voor de set bedieningstoetsen in kwestie. Druk op de ingangskeuzetoets voor de gewenste component. L:AMP Wist alle overgenomen (‘geleerde’) functies voor de set bedieningstoetsen voor dit toestel. L:ALL Wist alle overgenomen (‘geleerde’) functies. M:ALL Wist alle geprogrammeerde macro’s. RNAME Wist alle veranderde namen voor signaalbronnen. FCTRY Wist alle functies van de afstandsbediening en zet deze terug op de fabrieksinstellingen. Knippert om en om zodat u de volgende stap kunt programmeren. Opmerking Druk op SELECT k/n om de geselecteerde signaalbron te veranderen. Als u op één van de ingangskeuzetoetsen drukt, zal er een macro-stap worden geprogrammeerd, terwijl u met SELECT k/n alleen de geselecteerde component en de daarbij behorende set bedieningstoetsen verandert. 5 Druk nog eens op MACRO wanneer u alle gewenste stappen geprogrammeerd heeft. Opmerking “ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt. Geheugen back-up Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen gewist is, dient u nieuwe batterijen in de afstandsbediening te doen en moet u eventueel ingevoerde afstandsbedieningscodes en andere functies opnieuw programmeren. 76 Druk op k / n om de wisfunctie te selecteren. 4 Houd CLEAR nog eens tenminste 3 seconden ingedrukt. “WAIT” verschijnt in het uitleesvenster. Als het wissen met succes is verlopen, zal “C:OK” in het uitleesvenster verschijnen. CLEAR y Wanneer u een overgenomen functie heeft gewist, zal de toets terugkeren naar de fabrieksinstelling (of de bij een eventueel ingestelde afstandsbedieningscode behorende functie). Opmerking “L:ALL” en “FCTRY” kunnen ongeveer 30 seconden duren. KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING 5 Druk op CLEAR om de wisfunctie te verlaten. CLEAR Opmerkingen • “C:NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als het wissen niet gelukt is. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 3. • “ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt. Wissen van individuele functies ■ Wissen van een overgenomen (‘geleerde’) functie U kunt de overgenomen functie onder een bepaalde toets in een bepaalde set bedieningstoetsen wissen. 1 Zet AMP/SOURCE/TV op SOURCE. AMP SOURCE TV 2 3 Druk op een ingangskeuzetoets om de broncomponent met de functie die u wilt wissen te selecteren. De naam van de geselecteerde component zal verschijnen in het uitleesvenster. A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD Druk met een balpen of iets dergelijks LEARN in. “LEARN” en de naam van de geselecteerde component (bijv. “DVD”) zullen om en om in het uitleesvenster verschijnen. Opmerkingen • Houd LEARN niet te lang ingedrukt. Als u het knopje drie seconden ingedrukt houdt, zal de instelfunctie voor afstandsbedieningscodes worden opgestart. • Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden uitvoert, zal de leerfunctie automatisch worden geannuleerd. Houd in dat geval LEARN nog eens ingedrukt. GEAVANCEERDE BEDIENING LEARN Nederlands 77 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING ■ Wissen van een macrofunctie 4 Houd CLEAR ingedrukt met een balpen of iets dergelijks en houd vervolgens de toets met de functie die u wilt wissen tenminste 3 seconden ingedrukt. “C:OK” zal in het uitleesvenster verschijnen als het wissen gelukt is. FREQ/RDS EON U kunt de functie wissen die onder een bepaalde macrotoets is geprogrammeerd. 1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP of SOURCE. AMP SOURCE TV MODE PTY SEEK START REC DISC SKIP OFF ON MACRO LEARN CLEAR RE–NAME 2 Druk met een balpen of iets dergelijks MACRO in. “MCR ?” verschijnt in het uitleesvenster. MACRO y • Herhaal stap 4 als u gelijk nog een andere functie wilt wissen. • Wanneer u een overgenomen functie heeft gewist, zal de toets terugkeren naar de fabrieksinstelling (of de bij een eventueel ingestelde fabrikantencode behorende functie). 5 6 Druk op CLEAR om de wisfunctie te verlaten. De afstandsbediening gaat nu weer in de leerfunctie. Opmerking Als u elk van de volgende stappen niet binnen 30 seconden uitvoert, zal macro programmeerfunctie automatisch worden geannuleerd. Houd in dat geval MACRO nog eens ingedrukt. 3 Druk nog eens op LEARN om deze functie te verlaten. Opmerkingen • “C:NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als het wissen niet gelukt is. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 4. • “ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt. Houd CLEAR ingedrukt met een balpen of iets dergelijks en houd vervolgens de toets met de functie die u wilt wissen tenminste 3 seconden ingedrukt. “C:OK” zal in het uitleesvenster verschijnen als het wissen gelukt is. DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD REC DISC SKIP OFF ON MACRO LEARN CLEAR RE–NAME y • Herhaal stap 3 als u gelijk nog een andere functie wilt wissen. • Wanneer u een geprogrammeerde functie heeft gewist, zal de toets terugkeren naar de fabrieksinstelling (of de bij een eventueel ingestelde fabrikantencode behorende functie). 4 Druk op CLEAR om de wisfunctie te verlaten. De afstandsbediening gaat nu weer in de macro programmeerfunctie. 5 Druk nog eens op MACRO om deze functie te verlaten. Opmerkingen • “C:NG” zal in het uitleesvenster verschijnen als het wissen niet gelukt is. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 3. • “ERROR” zal in het uitleesvenster verschijnen als u op een toets drukt die niet staat aangegeven voor deze bepaalde stap, of wanneer u tegelijkertijd meerdere toetsen heeft ingedrukt. 78 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Bedienen van andere componenten Wanneer u de bijbehorende fabrikantencodes heeft ingesteld, kunt u met deze afstandsbediening ook uw andere apparatuur bedienen. Het is mogelijk dat sommige toetsen niet het verwachte effect hebben op uw apparatuur. Gebruik de ingangskeuzetoetsen om de component te selecteren die u wilt bedienen. De afstandsbediening zal automatisch overschakelen naar de bedieningsfunctie voor die component. 1 2 SOURCE TRANSMIT POWER TV AV STANDBY CH VOL – – – POWER TV A/B/C/D/E TV MUTE A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD 7 8 AMP + + + TV VOL CH VOL – – – TV INPUT SOURCE 9 TV MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU 6 SELECT PRESET 3 TV VOL SYSTEM POWER PURE DIRECT NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN DISPLAY STRAIGHT EFFECT STEREO HALL JAZZ ROCK 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR 5 6 7 THX STANDARD 9 0 FREQ/RDS EON 0 A MOVIE 8 EXTD. SUR +10 ENT. B MODE PTY SEEK START REC A/B/C/D/E TV MUTE 4 TV INPUT MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU DISC SKIP PURE DIRECT 5 OFF ON MACRO LEARN CLEAR RE–NAME NIGHT AUDIO ENTER DVD-speler/ VCR DVD-recorder 1 2 3 *1 4 5 6 0 A B *2 *3 *4 Aan/uit *1 Aan/uit *1 TV aan/uit *2 TV aan/uit *2 TV VOL – TV volume – *2 TV volume – *2 TV volume – *2 Volume – TV volume – *2 TV volume – *2 TV volume – *2 TV volume – *2 TV volume – *2 CH + TV kanaal + *2 Kanaal + Kanaal + Kanaal + TV kanaal + *2 TV kanaal + *2 TV kanaal + *2 TV kanaal + *2 PRESET + CH – TV kanaal –*2 Kanaal – Kanaal – Kanaal – TV kanaal –*2 TV kanaal –*2 TV kanaal –*2 TV kanaal –*2 PRESET – TV ingang *2 TV ingang *2 Ingang TV ingang *2 TV ingang *2 TV ingang *2 Richting A/B A/B/C/D/E TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 TV aan/uit *2 TV volume + *2 TV volume + *2 TV volume + *2 TV volume + *2 TV volume + *2 TV MUTE TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 Tijdelijk uitschakelen geluidsweergave TITLE Titel Titel MENU Menu Menu Menu ENTER Menu Enter Menu selectie Menu selectie k Menu op Menu op Menu op n Menu neer Menu neer Menu neer l Menu links Menu links Menu links h Menu rechts Menu rechts Menu rechts RETURN Terug Terug Terug Terug 1-9, 0, +10 Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen ll Terug zoeken Terug zoeken VCR terug zoeken 3 VCR terug zoeken 3 Terug zoeken hh Vooruit zoeken Vooruit zoeken VCR vooruit zoeken 3 VCR vooruit zoeken 3 Vooruit zoeken Vooruit zoeken Vooruit zoeken Vooruit zoeken EON *4 b Terug springen Hoofdstuk/ Terug springen a Vooruit springen Hoofdstuk/ Vooruit Vooruit springen springen REC/ DISC SKIP Disc overslaan (speler) Opname Opname (recorder) VCR opname *3 VCR opname *3 Titel Titel Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Terug zoeken Terug zoeken Voorkeuzezenders (1-8) Terug zoeken Terug springen Richting terug PTY MODE *4 Vooruit springen Richting vooruit PTY START *4 Disc overslaan Opname Opname Terug springen s Stop Stop VCR stop *3 VCR stop *3 Stop Stop Stop Stop e Pauze Pauze VCR pauze *3 VCR pauze *3 Pauze Pauze Pauze Pauze h Weergave Weergave VCR weergave *3 VCR weergave *3 Weergave Weergave Weergave Weergave AUDIO Audio DISPLAY Display Display Display ENTER FREQ *4 Audio Display Enter Display Display Enter/oproepen Enter/cijfertoets Deze toets werkt alleen wanneer de originele afstandsbediening van de component in kwestie een POWER (aan/uit) toets heeft. Met deze toetsen kunt u uw TV bedienen zonder de signaalbron om te schakelen indien de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld onder DTV of PHONO. Als u uw TV heeft ingesteld voor zowel de DTV als de PHONO set bedieningstoetsen, zal voorrang worden gegeven aan het signaal voor de DTV set. Met deze toetsen kunt u uw videorecorder bedienen zonder de signaalbron om te schakelen indien de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld onder VCR 1. Deze toetsen functioneren alleen op modellen voor Europa en het V.K. 79 Nederlands *1 Cassettedeck Tuner TV volume + *2 TV volume + *2 TV volume + *2 Volume + TV aan/uit *2 Aan/uit *1 TV aan/uit *2 TV aan/uit *2 Aan/uit *1 MD-recorder/ CD-recorder TV VOL + Aan/uit *1 Aan/uit *1 CD-speler TV POWER TV aan/uit *2 VCR aan/uit *3 DISPLAY Aan/uit TV aan/uit *2 Aan/uit *1 RETURN STRAIGHT GEAVANCEERDE BEDIENING 7 8 9 *1 LD-speler ON SCREEN AV POWER TV INPUT/A/B/C/D/E TV ingang *2 Aan/uit Kabel TV/ TV satellietontvanger TEST ZONE 2/ZONE 3 (ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET V.K. EN AUSTRALIË) ZONE 2/ZONE 3 (ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET V.K. EN AUSTRALIË) Dit toestel stelt u in staat een audiosysteem in verschillende kamers samen te stellen. De Zone 2 en Zone 3 functies maken het mogelijk dit toestel zo in te stellen dat er verschillende signaalbronnen worden weergegeven in de woonkamer en in de tweede (Zone 2) of derde kamer (Zone 3). U kunt dit toestel bedienen vanuit de tweede of derde kamer met de meegeleverde afstandsbediening. Alleen analoge signalen kunnen worden wgg in de tweede en derde kamer. Een signaalbron waar u naar wilt kunnen luisteren in de tweede of derde kamer moet dus aangesloten zijn op de analoge (AUDIO L/R) ingangsaansluitingen van dit toestel. Zone 2/Zone 3 aansluitingen Om gebruik te kunnen maken van de multi-ruimte weergavefunctie van dit toestel heeft u de volgende extra apparatuur nodig: • Een infrarood ontvanger in de tweede en/of derde ruimte. • Een infrarood zender in de hoofdruimte. Deze zender brengt de infrarood signalen van de afstandsbediening in de tweede en/of derde kamer over naar de hoofdruimte (naar een CD-speler of DVD-speler, bijvoorbeeld). • Een versterker en luidsprekers voor de tweede en/of derde ruimte. y • Omdat er verschillende manieren zijn waarop u dit toestel kunt aansluiten en in meerdere ruimten gebruiken, raden we u aan uw dichtstbijzijnde erkende YAMAHA dealer of servicecentrum te raadplegen voor de Zone 2/Zone 3 aansluitingen die het best overeenkomen met uw wensen. • Sommige YAMAHA modellen kunnen direct worden aangesloten op de CONTROL OUT aansluiting van dit toestel. Als u een dergelijk product in bezit heeft, heeft u waarschijnlijk geen aparte infrarood zender nodig. Op de hier aangegeven manier kunnen er maximaal zes YAMAHA componenten worden aangesloten. IN OUT OUT IN CONTROL OUT Dit toestel ■ Systeemconfiguratie en aansluitvoorbeeld Met externe versterkers Om een externe versterker te gebruiken in Zone 2, dient u ZONE2 AMP in het SET MENU op “OFF” in te stellen. ZONE 3 AUDIO OUT ZONE 2 AUDIO OUT SP OUT Versterker Versterker MONITOR OUT CD- speler (of andere component) Dit toestel MAIN SYSTEEM AUDIO IN Afstandsbediening Afstandsbediening Infrarood-ontvanger Infrarood-ontvanger Tweede ruimte Derde ruimte ZONE 2 ZONE 3 Infrarood-zender Eerste ruimte REMOTE OUT ZONE 2 REMOTE IN ZONE 3 REMOTE IN Opmerkingen • Wanneer u uw eerste ruimte niet gebruikt, dient u het volume van dit toestel voor de eerste ruimte uit te zetten. Regel het Zone 2/Zone 3 volume met de versterker in de tweede/derde ruimte. • Om onverwachte zeer luide ruis te voorkomen, mag u de Zone 2/Zone 3 functie NIET gebruiken met CD's met DTS materiaal. 80 ZONE 2/ZONE 3 (ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET V.K. EN AUSTRALIË) Gebruiken van de interne versterker van dit toestel Om de interne versterker van dit toestel te gebruiken, dient u ZONE2 AMP op ON in te stellen via het SET MENU (zie bladzijde 67). R L + – PRESENCE/ ZONE 2 Tweede ruimte Dit toestel Afstandsbediening Zone 2/Zone 3 Voor Zone 2/Zone 3 kunt u ook de meegeleverde afstandsbediening gebruiken. U kunt zelfs onafhankelijk van wat er in de eerste ruimte afgespeeld wordt vanuit de tweede/ derde ruimte een signaalbron kiezen en componenten bedienen die zich in de eerste ruimte bevinden. ■ Zone 2/Zone 3 bediening 1 Druk net zo vaak op SELECT k tot “ZONE 2” of “ZONE 3” in het uitleesvenster verschijnt. SELECT ■ Inschakelen van de Zone functie op de afstandsbediening Hierdoor kunt u de afstandsbediening omschakelen voor gebruik in een andere ruimte en , de ingangskeuzetoetsen, STANDBY, SYSTEM POWER, MUTE en VOLUME +/– alleen voor de apparatuur in die ruimte gebruiken. of Herhaal de stappen 1 t/m 3 van de procedure bij “Instellen van afstandsbedieningscodes” op bladzijde 69. 2 Druk op SYSTEM POWER om de stroom voor Zone 2 of Zone 3 in te schakelen. 2 Druk op l / h en selecteer “L:AMP”. 3 Druk op de ingangskeuzetoets voor de signaalbron waar u in de tweede/derde ruimte naar wilt luisteren. In het uitleesvenster verschijnt “2: naam van de geselecteerde signaalbron” of “3: naam van de geselecteerde signaalbron” als de afstandsbediening in de Zone 2/Zone 3 stand staat. ENTER 3 4 5 6 Druk op ENTER. “2000” verschijnt in het uitleesvenster. A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD GEAVANCEERDE BEDIENING 1 Voer de code “2001” in. Druk op ENTER om de ingevoerde code definitief te maken. “OK” zal in het uitleesvenster verschijnen als de instelling met succes is verlopen. Signalen die binnenkomen via de V-AUX en PHONO aansluitingen kunnen niet worden doorgestuurd naar Zone 2/Zone 3. Nederlands Druk op LEARN om deze Zone instelling af te sluiten. De afstandsbediening kan nu vanuit Zone 2 of Zone 3 dit toestel bedienen. Opmerking LEARN 81 ZONE 2/ZONE 3 (ALLEEN MODELLEN VOOR DE V.S., CANADA, EUROPA, HET V.K. EN AUSTRALIË) 4 U kunt dit toestel bedienen vanuit Zone 2 of Zone 3 met de ingangskeuze-, STANDBY, SYSTEM POWER, MUTE en VOLUME +/– toetsen. SYSTEM POWER POWER STANDBY POWER TV AV A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN SELECT AMP V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R DTV VCR 1 DVR/VCR2 DVD + + + TV VOL CH VOL SOURCE – – – TV * A/B/C/D/E TV MUTE TV INPUT MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU PURE DIRECT ■ Aan of uit (standby) zetten van dit toestel SYSTEM POWER en STANDBY werken iets anders afhankelijk van de geselecteerde functie zoals die in het uitleesvenster verschijnt. • Wanneer normaal gesproken Zone 2 of Zone 3 is geselecteerd, kunt u het toestel zelf of Zone 2 of Zone 3 individueel aan/uit (standby) zetten. • Wanneer de System functie is geselecteerd, of wanneer “AMP1” is geselecteerd als versterker-archief (L:AMP) code, kunt u het toestel zelf, Zone 2 en Zone 3 tegelijkertijd aan/uit (standby) zetten. * VOLUME +/– kan alleen worden gebruikt wanneer OUTPUT VOL is geselecteerd bij VAR. in het SET MENU (zie bladzijde 67). 5 Uitleesvenster Normale stand* Druk op SELECT k/n om de Zone 2/Zone 3 functie af te sluiten. Opmerkingen • De signaalbron voor Zone 2 is altijd gelijk aan de signaalbron die u opneemt. • “ZONE2” of “ZONE3” zal alleen in het uitleesvenster verschijnen wanneer er op k wordt gedrukt en “SYSTM” alleen wanneer er op n wordt gedrukt. Naam component Zet het toestel aan/uit (standby) Zone 2 stand “ZONE2” of “2:naam van de component” Zet Zone 2 aan/uit (standby) Zone 3 stand “ZONE3” of “3:naam van de component” Zet Zone 3 aan/uit (standby) “SYSTM” Zet alles (het toestel zelf, Zone 2, Zone 3) aan/uit (standby) Systeem stand * SYSTEM POWER/ STANDBY “MAIN” zal een paar seconden worden getoond wanneer SYSTEM POWER of STANDBY wordt ingedrukt. ■ Speciale opmerkingen betreffende DTS materiaal Het DTS signaal bestaat uit een digitale bitstroom. Als u een DTS signaal naar de tweede/derde ruimte probeert te sturen, zal er alleen een luide digitale ruis te horen zijn (die uw luidsprekers kan beschadigen). Daarom dient u de volgende maatregelen te nemen wanneer u DTS materiaal wilt kunnen weergeven. Voor DVD’s de gecodeerd zijn met DTS Er kunnen alleen 2-kanaals analoge audiosignalen naar de tweede/derde ruimte worden gestuurd. Gebruik het discmenu om de gemengde 2-kanaals linker en rechter audio-uitgangen van de DVD-speler op PCM of Dolby Digital weergave te zetten. Voor DTS gecodeerde CD’s Om onverwachte zeer luide ruis te voorkomen, mag u de Zone 2/Zone 3 functie NIET gebruiken met CD’s met DTS materiaal. 82 WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN Wat is een geluidsveld? Wat het meeste bijdraagt aan de rijke, volle tonen van een live voorstelling, zijn de ingewikkelde weerkaatsingen via de wanden van de ruimte. Naast het feit dat deze weerkaatsingen het “live” aspect van het geluid belichamen, vertellen ze ons ook waar de muzikanten zich bevinden en hoe groot de ruimte waar we in zitten is en welke vorm deze heeft. Veranderen van instellingen U kunt een goede geluidskwaliteit bereiken met de fabrieksinstellingen. U hoeft deze begininstellingen niet te veranderen, maar u kunt dat wel doen wanneer u de weergave beter wilt proberen aan te passen aan de specifieke omstandigheden in uw kamer. TV MUTE SYSTEM POWER POWER TV AV STANDBY POWER A B INPUT MODE SLEEP PHONO TUNER CD MULTI CH IN V-AUX CBL/SAT MD/TAPE CD-R TV INPUT MUTE LEVEL SET MENU TITLE MENU NIGHT AUDIO ENTER TEST ON SCREEN RETURN ■ Onderdelen van een geluidsveld In elke situatie zijn er, naast de door de muzikanten geproduceerde geluiden die onze oren direct bereiken, twee verschillende soorten weerkaatsingen die samen onze waarneming van het geluid bepalen: Vroege weerkaatsingen Deze bereiken onze oren het eerst (50 ms – 100 ms na het directe geluid) en zijn slechts door één enkel oppervlak weerkaatst - bijvoorbeeld het plafond of een muur. Deze vroege weerkaatsingen maken het direct waargenomen geluid voor ons helderder. PURE DIRECT DTV VCR 1 DVR/VCR2 EFFECT STEREO HALL JAZZ 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 7 THX STANDARD 9 0 FREQ/RDS EON AMP + – CH VOL – – 8 3 EXTD. SUR +10 ENT. MODE PTY SEEK START REC + 1 SOURCE TV VOL ROCK DVD SELECT + STRAIGHT DISPLAY 4,5 2 TV DISC SKIP OFF ON MACRO LEARN CLEAR RE–NAME A/B/C/D/E 1 Zet AMP/SOURCE/TV op AMP. AMP SOURCE TV Natrillingen Deze worden veroorzaakt door weerkaatsingen via meer dan één oppervlak - muren, plafond, de achterwand van de ruimte - en zijn zo talrijk dat ze samensmelten tot een bijna doorlopende “nagalm”. Deze natrillingen zijn niet richtinggevoelig en maken het directe geluid in onze waarneming minder helder. Het directe geluid, de vroege weerkaatsingen en de natrillingen samen helpen ons bij het bepalen van onze indruk van de grootte en de vorm van de ruimte en het is deze informatie die door de digitale geluidsveld processor wordt gereproduceerd bij het samenstellen van het geluidsveld. Zet het beeldscherm aan en druk herhaaldelijk op ON SCREEN om de volledige weergave te selecteren. ON SCREEN DISPLAY 3 Selecteer het geluidsveldprogramma waarvan u de instellingen wilt wijzigen. ROCK STEREO HALL JAZZ 1 2 3 4 ENTERTAIN MUSIC TV THTR MOVIE 5 6 7 THX STANDARD 9 0 Programmanr. 8 EXTD. SUR +10 ENT. AANVULLENDE INFORMATIE Als u in de kamer waar u altijd naar uw muziek luistert de juiste vroege weerkaatsingen en natrillingen zou kunnen maken, zou u uw eigen akoestische luisterparadijs kunnen bouwen. U zou de akoestiek van uw kamer kunnen veranderen in die van een concertzaal, een danshol of in die van vrijwel elke ruimte die zich zou kunnen indenken. Deze kunst om zelf geluidsvelden samen te stellen is precies wat YAMAHA nu heeft bereikt met de digitale geluidsveld processor. 2 Programmanaam P04 ROCK CONCERT Cursor DSP LEVEL;;;;0dB > INIT.DLY;;;;15ms ROOM SIZE;;;;1.0 LIVENESS;;;;;;;5 REV.TIME;;;;1.6s REV.DELAY;;120ms Nederlands Parameters Parameter-waarden 83 WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN 4 Druk op k / n en selecteer de parameters. ENTER 5 Druk op l / h om de huidige waarde voor deze parameter te wijzigen. Wanneer u voor een parameter een andere waarde invoert dan de fabrieksinstelling, zal er een sterretje (*) verschijnen bij de naam van de parameter op het beeldscherm. ENTER 6 Herhaal de stappen 3 t/m 5 indien u nog andere parameters voor dit programma wilt veranderen. Opmerkingen • Sommige van de programma’s hebben zoveel instellingen dat er meer dan één OSD scherm nodig is. Druk op k / n om door deze schermen te bladeren. • U kunt geen parameterwaarden wijzigen wanneer de MEMORY GUARD beveiliging is ingeschakeld “ON”. Als u toch parameterwaarden wilt wijzigen, dient u MEMORY GUARD op “OFF” te zetten (zie bladzijde 66). Geheugen back-up De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat, wanneer de stekker uit het stopcontact is, of wanneer de stroomvoorziening tijdelijk wordt onderbroken door een stroomstoring. Als de stroomvoorziening echter langer dan een week onderbroken wordt, zullen de parameterwaarden terugkeren naar hun fabrieksinstellingen. In een dergelijk geval zult u de parameterwaarden opnieuw moeten wijzigen. ■ Parameters terugzetten op hun fabrieksinstelling Terugzetten van een bepaalde parameter Selecteer de parameter die u terug wilt zetten en druk vervolgens net zo vaak op l / h tot het sterretje (*) naast de naam van de parameter verdwijnt van het beeldscherm. Terugzetten van alle parameters Gebruik PARAM.INI (zie bladzijde 66). 84 GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN U kunt de waarden van bepaalde parameters van de digitale geluidsveldprogramma’s wijzigen om de weergave aan te passen aan de omstandigheden in uw kamer. Niet alle onderstaande parameters gelden voor alle programma’s. ■ DSP LEVEL Functie: Omschrijving: Instelbereik: Deze parameter regelt het niveau van alle DSP effecten binnen een klein bereik. Afhankelijk van de akoestiek in uw kamer wilt u mogelijk het DSP effectniveau verhogen of verlagen ten opzichte van het niveau van de directe weergave. –6 dB – +3 dB ■ INIT. DLY/P. INIT. DLY (Initiële vertraging) Functie: Omschrijving: Instelbereik: Deze parameter regelt de schijnbare afstand van de geluidsbron tot het weerkaatsende oppervlak door middel van de vertraging tussen het directe geluid en de eerste weerkaatsing daarvan die door de luisteraar gehoord wordt. Hoe kleiner deze waarde, hoe dichter de geluidsbron bij het weerkaatsende oppervlak lijkt te zijn. Hoe groter deze waarde, hoe verder weg het lijkt. Gebruik een kleine waarde voor een kleine kamer. Gebruik een grotere waarde voor een grote kamer. 1 – 99 msec Brongeluid Niveau Niveau Niveau Vroege weerkaatsingen Tijd Tijd INIT. DLY INIT. DLY Tijd INIT. DLY Geluidsbron Weerkaatsend oppervlak Kleine waarde = 1 ms Grote waarde = 99 ms ■ ROOM SIZE/P. ROOM SIZE (Kamergrootte) Tijd Brongeluid Vroege weer-kaatsingen Tijd AANVULLENDE INFORMATIE Niveau Instelbereik: Niveau Omschrijving: Deze parameter regelt de schijnbare afmetingen van het surround geluidsveld. Hoe groter deze waarde, hoe groter het surround geluidsveld wordt. Omdat geluid keer op keer wordt weerkaatst in een ruimte, zal de tijd tussen het oorspronkelijk gereflecteerde geluid en elke volgende weerkaatsing langer worden naarmate de ruimte groter is. Door de tijd tussen de weerkaatsingen te regelen, kunt u bepalen hoe groot de virtuele ruimte lijkt. Door de waarde van deze parameter te veranderen van een naar twee, zal de schijnbare lengte van de ruimte verdubbeld worden. 0,1 – 2,0 Niveau Functie: Tijd Geluidsbron Nederlands Kleine waarde = 0,1 Grote waarde = 2,0 85 GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN ■ LIVENESS Functie: Omschrijving: Instelbereik: Deze parameter regelt de reflectiviteit van de virtuele wanden van de ruimte door de mate waarin de vroege weerkaatsingen in kracht afnemen te veranderen. De vroege weerkaatsingen van een geluidsbron worden sneller zwakker in een ruimte met geluidabsorberende wanden dan in een ruimte met wanden die juist veel geluid weerkaatsen. Een ruimte met geluidabsorberende oppervlakken wordt ook wel akoestisch “dood” genoemd, terwijl een ruimte met oppervlakken die veel geluid weerkaatsen “levendig” genoemd wordt. Via de LIVENESS parameter kunt u de mate waarin de vroege weerkaatsingen wegsterven regelen en dus de “levendigheid” van de ruimte. 0 – 10 Brongeluid Tijd Niveau Dood Niveau Niveau Levendig Tijd Zwak weerkaatst geluid Kleine waarde = 0 Tijd Krachtig weerkaatst geluid Grote waarde = 10 ■ S. INIT. DLY (Surround beginvertraging) Functie: Instelbereik: Deze parameter regelt de vertraging tussen het directe geluid en de eerste weerkaatsing vanuit het surround geluidsveld. U kunt deze parameter alleen instellen wanneer u tenminste twee voorkanalen en twee surroundkanalen gebruikt. 1 – 49 msec ■ S. ROOM SIZE (Surround kamergrootte) Functie: Instelbereik: Deze parameter regelt de schijnbare afmetingen van het surround geluidsveld. 0,1 – 2,0 ■ S. LIVENESS (Surround levendigheid) Functie: Instelbereik: Deze parameter regelt de schijnbare reflectiviteit van de virtuele wanden van het surround geluidsveld. 0 – 10 ■ SB INI. DLY (Surround achter beginvertraging) Functie: Instelbereik: Deze parameter regelt de vertraging tussen het directe geluid en de eerste weerkaatsing vanuit het surround achter geluidsveld. 1 – 49 msec ■ SB ROOM SIZE (Surround achter kamergrootte) Functie: Instelbereik: Deze parameter regelt de schijnbare afmetingen van het surround achter geluidsveld. 0,1 – 2,0 ■ SB LIVENESS (Surround achter levendigheid) Functie: Instelbereik: 86 Deze parameter regelt de schijnbare reflectiviteit van de virtuele wanden van het surround achtergeluidsveld. 0 – 10 GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN ■ REV.TIME (Natriltijd) Functie: Omschrijving: Instelbereik: Deze parameter regelt hoe lang het duurt voordat de dichte natrillingen verzwakt zijn met 60 dB (bij 1 kHz). Hierdoor worden de schijnbare afmetingen van de akoestische omgeving over een zeer groot bereik veranderd. Hoe langer de natriltijd, hoe “levendiger” de ruimte waarin u luistert zal lijken. Hoe korter de natriltijd, hoe “doodser” de ruimte waarin u luistert zal lijken. 1,0 – 5,0 sec Brongeluid Vroege weerkaatsingen Natrillingen 60 dB 60 dB REV.TIME Geluidsbron Natrillingen REV.TIME Korte natrillingen 60 dB REV.TIME Lange natrillingen Kleine waarde = 1,0 s Grote waarde = 5,0 s ■ REV.DELAY (Beginvertraging natrillingen) Functie: Omschrijving: Niveau Instelbereik: Deze parameter regelt het tijdverschil tussen het begin van het directe geluid en het begin van de natrillingen. Hoe groter deze waarde, hoe later de natrillingen zullen beginnen. Als de natrillingen later beginnen, krijgt u het gevoel dat u zich in een ruimere akoestische omgeving bevindt. 0 – 250 msec Brongeluid (dB) 60 dB Natrillingen Tijd REV.DELAY REV.TIME ■ REV. LEVEL (Niveau natrillingen) Niveau Deze parameter regelt het volume van de natrillingen. Hoe groter deze waarde, hoe sterker de natrillingen zullen zijn. 0 – 100% AANVULLENDE INFORMATIE Functie: Omschrijving: Instelbereik: Brongeluid REV. LEVEL Nederlands Tijd 87 GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN ■ DIALG.LIFT (Dialoog-lift) Functie: Omschrijving: Keuzes: Deze parameter regelt de schijnbare hoogte van de voor- en middenkanalen door sommige elementen uit de voor- en middenkanalen toe te wijzen aan de aanwezigheidsluidsprekers. Hoe groter deze waarde, hoe hoger de schijnbare positie van de weergave van de voor- en middenkanalen. 0/1/2/3/4/5, de begininstelling is 3. Voor 7ch Stereo Functie: Instelbereik: Deze parameter regelt het volumeniveau voor elk kanaal in de 7-kanaals stereo weergavefunctie. 0 – 100% ■ CT LEVEL (Midden niveau) ■ SL LEVEL (Linker surround niveau) ■ SR LEVEL (Rechter surround niveau) ■ SB LEVEL (Surround-achter niveau) ■ PL LEVEL (Linker aanwezigheidsniveau) ■ PR LEVEL (Rechter aanwezigheidsniveau) Voor PRO LOGIC IIx Music en PRO LOGIC II Music ■ PANORAMA Functie: Breidt het stereoveld voor uit tot het ook de surround-luidsprekers omvat voor een omhullend effect. Instelmogelijkheden: OFF/ON, de begininstelling is OFF. ■ DIMENSION Functie: Instelbereik: Zorgt voor een graduele aanpassing van het geluidsveld naar voren of naar achteren. –3 (naar achteren) t/m +3 (naar voren), de begininstelling is STD (standaard). ■ CENTER WIDTH Functie: Instelbereik: Regelt het middengeluidsveld via alle drie de voor-luidsprekers. Een grotere waarde breidt het middenveld uit in de richting van de linker en rechter voor-luidsprekers. 0 (geluid voor het middenkanaal wordt alleen maar weergegeven via de midden-luidspreker) t/m 7 (het middenkanaal wordt helemaal via de linker en rechter voor-luidsprekers weergegeven), de begininstelling is 3. Voor PRO LOGIC IIx Music, Movie en Game ■ PLII/PLIIx (Pro Logic II/Pro Logic IIx) Functie: Schakelt tussen de beschikbare soorten Pro Logic decodering. PLII decodering zorgt voor 5.1-kanaals weergave van 2-kanaals bronmateriaal. PLIIx decodering zorgt voor 6.1/7.1-kanaals weergave van 2-kanaals bronmateriaal. Instelmogelijkheden: PLII, PLIIx Voor DTS Neo:6 Music ■ C. IMAGE (Middenbeeld) Functie: Instelbereik: Deze parameter regelt het middengeluidsveld via alle drie de voor-luidsprekers. 0 – 1,0 Voor THX Cinema ■ DEC (2ch Decoder Selectie) Functie: Selecteert de decoder voor weergave van 2-kanaals bronmateriaal met THX Cinema. Instelmogelijkheden: PRO LOGIC / PLII Movie / Neo:6 Cinema 88 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde YAMAHA dealer of servicecentrum. ■ Algemeen Probleem Het toestel gaat niet aan wanneer u op STANDBY/ON (of SYSTEM POWER) drukt, of gaat direct weer uit (standby) zodra de stroom wordt ingeschakeld. Het in-beeld display wordt niet weergegeven. Geen geluid Oplossing Raadpleeg bladzijde Het netsnoer of de stekker is niet of niet goed aangesloten. Sluit het netsnoer op de juiste manier aan. — De instelling voor de impedantie is niet correct. Stel de impedantie in zodat deze overeenkomt met die van uw luidsprekers. 25 De beveiliging is in werking getreden. Controleer of alle luidsprekerbedrading, op het toestel en op de luidsprekers zelf, op de juiste manier is aangesloten en dat de draden geen contact maken met andere dingen dan de bijbehorende aansluitingen. 13–16 Het toestel heeft blootgestaan aan een sterke, externe elektrische schok (bijvoorbeeld een blikseminslag of een ontlading van statische elektriciteit). Zet het toestel uit (standby), haal de stekker uit het stopcontact, wacht 30 seconden voor u de stekker weer terug doet en probeer het toestel vervolgens weer gewoon te gebruiken. — Het in-beeld display (OSD) is ingesteld op “DISPLAY OFF”. Kies in plaats hiervan de volledige of de verkortte weergave. 53 De GRAY BACK instelling in het SET MENU staat op “OFF” en er wordt momenteel geen videosignaal ontvangen. Zet GRAY BACK op “AUTO” zodat het OSD altijd wordt weergegeven. 65 In- of uitgangskabels niet op de juiste manier aangesloten. Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels. 18–21 De optimalisatie-microfoon is aangesloten. Maak de optimalisatie-microfoon los. — De ingangsfunctie staat op “DTS” of “ANALOG”. Stel de ingangsfunctie in op “AUTO”. 40 Er is geen geschikte signaalbron geselecteerd. Selecteer een geschikte signaalbron met INPUT, MULTI CH INPUT of met de ingangskeuzetoetsen. 33 De luidsprekers zijn niet goed aangesloten. Sluit de luidsprekers op de juiste manier aan. 13 De te gebruiken voor-luidsprekers zijn niet op de juiste manier geselecteerd. Selecteer de voor-luidsprekers met SPEAKERS A en/ of B. 33 Het volume staat uit. Zet het volume hoger. — De geluidsweergave is tijdelijk uitgeschakeld. Druk op MUTE of op een andere bedieningstoets voor dit toestel om de geluidsweergave te herstellen en het volume te kunnen regelen. 35 De ingangsfunctie staat op “ANALOG” maar er wordt een DTS gecodeerd bronsignaal weergegeven. Wijzig de instelling voor de ingangsfunctie naar “AUTO” of “DTS”. 40 Er komen signalen binnen van de signaalbron die dit toestel niet kan reproduceren, bijv.: een CD-ROM. Speel materiaal af met signalen die wel door dit toestel gereproduceerd kunnen worden. — Er wordt gebruik gemaakt van verschillende types video-aansluitingen voor de in- en uitgang van het beeldsignaal. Schakel de videoconversie-functie in. 66 AANVULLENDE INFORMATIE Nederlands Geen beeld Oorzaak 89 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN Probleem Het geluid valt plotseling uit. Oorzaak Raadpleeg bladzijde Controleer of de impedantie correct is ingesteld. 25 Controleer of de luidsprekerbedrading nergens kortsluiting maakt en zet vervolgens het toestel weer aan. — De slaaptimer heeft het toestel uitgeschakeld. Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron weer af. — De geluidsweergave is tijdelijk uitgeschakeld. Druk op MUTE om de geluidsweergave te herstellen. 35 Alleen de luidspreker aan de ene kant doet het. Bedrading niet op de juiste manier aangesloten. Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels. 13 Onjuiste balans ingesteld via het SET MENU. Wijzig de SPEAKER LEVEL instellingen. 60 Er wordt alleen flink geluid geproduceerd door de middenluidspreker. Wanneer er een mono bronsignaal wordt weergegeven met een CINEMA DSP programma, zal dit signaal via het middenkanaal worden weergegeven, terwijl alleen eventuele door het programma toegevoegde effecten via de voor- en surroundluidsprekers worden geproduceerd. Geen geluid uit de effect-luidsprekers. De geluidsveldprogramma’s zijn uitgeschakeld. Kies STRAIGHT/EFFECT om de effecten in te schakelen. 39 U gebruikt een signaalbron of een programmacombinatie waarbij niet via alle kanalen geluid wordt geproduceerd. Probeer een ander geluidsveldprogramma. 34 Het uitgangsniveau van de middenluidspreker staat op een te lage waarde. Stel het niveau van de midden-luidspreker hoger in. 60 CENTER SP in het SET MENU staat op “NONE”. Selecteer de juiste instelling voor uw middenluidspreker. 58 Eén van de HiFi DSP programma’s (uitgezonderd 7ch Stereo) is geselecteerd. Probeer een ander geluidsveldprogramma. 34 Het uitgangsniveau van de surroundluidsprekers staat op een te lage waarde. Stel het niveau van de surround-luidsprekers hoger in. 60 SURR L/R SP in het SET MENU staat op “NONE”. Selecteer de juiste instelling voor de linker en rechter surround-luidsprekers. 59 Er wordt een mono of stereo bronsignaal afgespeeld met STRAIGHT. Druk op STRAIGHT/EFFECT om de geluidsveldeffecten in te schakelen. — De aanwezigheidsluidsprekers zijn geselecteerd. Selecteer de surround achter-luidsprekers bij PR/ SBch SELECT. 63 SURR L/R SP in het SET MENU staat op “NONE”. Als “NONE” is ingesteld voor de linker en rechter surroundluidsprekers, zullen de surround achter-luidsprekers automatisch ook op “NONE” worden ingesteld. Selecteer de juiste instelling voor de linker en rechter surround-luidsprekers. 59 SURR B L/R SP in het SET MENU staat op “NONE”. Selecteer “SMLx1”, “SMLx2”, “LRGx1” of “LRGx2”. 59 LFE/BASS OUT in het SET MENU staat op “FRNT” terwijl er een Dolby Digital of DTS signaal wordt weergegeven. Selecteer “SWFR” of “BOTH”. 59 LFE/BASS OUT in het SET MENU staat op “SWFR” of “FRNT” terwijl er een 2kanaals bronsignaal wordt weergegeven. Selecteer “BOTH”. 59 Geen geluid uit de midden-luidspreker. Geen geluid uit de surroundluidsprekers. Geen geluid uit de surround achterluidsprekers. Geen geluid uit de subwoofer. De beveiliging is in werking getreden vanwege kortsluiting enz. Oplossing Het bronsignaal bevat geen zeer lage tonen. 90 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN Raadpleeg bladzijde Probleem Oorzaak Oplossing Er kunnen geen Dolby Digital of DTS bronnen worden weergegeven. (De Dolby Digital of DTS indicator op het display op het voorpaneel licht niet op.) De aangesloten component is niet correct ingesteld voor het produceren van Dolby Digital of DTS digitale signalen. Volg de handleiding van de apparatuur in kwestie en maak de vereiste instellingen. — De ingangsfunctie staat op “ANALOG”. Wijzig de instelling voor de ingangsfunctie naar “AUTO” of “DTS”. 40 U hoort een zeker “gebrom”. Bedrading niet op de juiste manier aangesloten. Steek de stekkers goed in de aansluitingen. Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels. — De draaitafel is niet verbonden met de GND aansluiting. Sluit de aarding van uw draaitafel aan op de GND aansluiting van dit toestel. 21 Het volume is te laag bij weergave van een plaat. De plaat wordt afgespeeld op een draaitafel met een MC cartridge. De draaitafel moet op dit toestel worden aangesloten via een MC-kopversterker. 21 Het volume kan niet worden verhoogd, of het geluid klinkt vervormd. De op de OUT (REC) aansluitingen van dit toestel aangesloten component staat uit. Zet de betreffende component aan. — Geluidseffecten worden niet opgenomen. Het is niet mogelijk door het toestel toegevoegde effecten op te nemen met aangesloten opname-apparatuur. Er kan niet worden opgenomen door digitale opnameapparatuur die is aangesloten op de DIGITAL OUTPUT aansluiting van dit toestel. De signaalbron waarvan u wilt opnemen is niet aangesloten op de DIGITAL INPUT aansluitingen van dit toestel. Sluit de signaalbron aan op de DIGITAL INPUT aansluitingen. 18–21 18–21 Sommige componenten kunnen geen Dolby Digital of DTS bronmateriaal opnemen. Sluit de signaalbron aan op de analoge AUDIO IN aansluitingen. Sommige instellingen en geluidsveld parameters van dit toestel kunnen niet meer worden gewijzigd. MEMORY GUARD in het SET MENU staat op “ON”. Selecteer “OFF”. 66 Het toestel functioneert niet naar behoren. De interne microcomputer is vastgelopen door een externe elektrische schok (bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading van statische elektriciteit) of door een te laag voltage van de stroomvoorziening. Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na ongeveer 30 seconden weer terug. — “CHECK SP WIRES” zal op het display op het voorpaneel verschijnen. De luidsprekerbedrading maakt kortsluiting. Controleer of alle luidsprekerkabels op de juiste manier zijn aangesloten. 13 Nederlands De signaalbron waarvan u wilt opnemen is niet aangesloten op de analoge AUDIO IN aansluitingen. AANVULLENDE INFORMATIE Er kan niet worden opgenomen door analoge opnameapparatuur die is aangesloten op de AUDIO OUT aansluitingen. 91 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN Probleem Oorzaak U ondervindt storing van digitale of hoogfrequente apparatuur, of van dit toestel. Dit toestel staat te dicht bij de digitale of hoogfrequente apparatuur. De beeldweergave wordt gestoord. De videobron maakt gebruik van gescramblede of gecodeerde signalen om kopiëren tegen te gaan. Er treedt storing op wanneer het OSD wordt weergegeven. Het toestel gaat plotseling uit (standby). Oplossing Raadpleeg bladzijde Zet het toestel verder bij dergelijke apparatuur vandaan. — Het OSD kan gestoord worden bij weergave van het OSD via component video-aansluitingen. Selecteer OFF bij CMPNT OSD. 66 De interne temperatuur is te hoog opgelopen en de oververhittingsbeveiliging is in werking getreden. Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel afgekoeld is voor u het weer aan zet. — ■ Tuner Probleem Veel ruis in de FM stereo-ontvangst. FM AM 92 Oorzaak Oplossing Raadpleeg bladzijde Dit probleem is inherent aan FM stereo-uitzendingen wanneer de zender te ver weg is of het ontvangstsignaal dat binnenkomt via de antenne niet sterk genoeg is. Controleer de aansluitingen van de antenne. Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige FM antenne. 23 Stem met de hand af. 41 Er is vervorming en ook een betere FM antenne zorgt niet voor een betere ontvangst. U ondervindt interferentie doordat hetzelfde signaal op verschillende manieren ontvangen wordt. Verander de opstelling van de antenne zodat u van deze interferentie geen last meer hebt. — Er kan niet automatisch worden afgestemd op de gewenste zender. Het radiosignaal is te zwak. Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige FM antenne. 23 Stem met de hand af. 41 Er kan niet langer worden afgestemd op eerder voorgeprogrammeerde zenders. Het toestel is te lang zonder stroom geweest. Programmeer de zenders opnieuw. 42 Er kan niet automatisch worden afgestemd op de gewenste zender. Het signaal is te zwak of de antenne is los. Controleer de aansluitingen van de AM ringantenne en stel deze zo op dat u de beste ontvangst verkrijgt. — Stem met de hand af. 41 U hoort doorlopend gekraak en gesis. Deze geluiden kunnen het gevolg zijn van bliksem, TL verlichting, motoren, thermostaten en andere elketrische apparatuur. Gebruik een buitenantenne en een goede aarding. Dit kan in sommige gevallen helpen, maar het blijft moeilijk om alle storingsbronnen te elimineren. — U hoort gezoem en gefluit. Er wordt in de buurt van het toestel een TV gebruikt. Zet dit toestel verder bij de TV vandaan. — OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ■ Afstandsbediening Probleem De afstandsbediening werkt niet of niet naar behoren. De afstandsbediening kan geen nieuwe functies “leren”. Oorzaak Oplossing Raadpleeg bladzijde Te ver weg of onder te scherpe hoek gebruikt. De afstandsbediening werkt binnen een maximaal bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten opzichte van loodrecht op het voorpaneel. 8 Direct zonlicht of sterke verlichting (vooral van TL lampen enz.) valt op de sensor voor de afstandsbediening van dit toestel. Stel het toestel anders op. — De batterijen raken leeg. Vervang alle batterijen. 3 AMP/SOURCE/TV is niet correct ingesteld. Stel AMP/SOURCE/TV correct in. Zet de afstandsbediening in de AMP stand u wanneer het toestel wilt bedienen. Zet de afstandsbediening op de SOURCE stand wanneer u de met de ingangskeuzetoetsen geselecteerde component wilt bedienen. Zet de afstandsbediening in de TV stand wanneer u de TV die is ingesteld voor de DTV of PHONO set wilt bedienen. — De afstandsbedieningscode is niet goed ingesteld. Stel de juiste afstandsbedieningscode in. 69 Probeer een andere code voor dezelfde fabrikant. 69 Ook als de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde modellen niet goed reageren op de afstandsbediening. Programmeer de gewenste functies apart onder de programmeerbare toetsen met de ‘leerfunctie’. 71 De batterijen van deze afstandsbediening en/of die van de andere afstandsbediening zijn te zwak. Vervang de batterijen. 3 De afstand tussen de twee afstandsbedieningen is te groot of te klein. Plaats de afstandsbedieningen op de juiste afstand van elkaar. 71 De signaalcodering of modulatie van de andere afstandsbediening is niet compatibel met deze afstandsbediening. ‘Leren’ is niet mogelijk. — Het geheugen is vol. Wis functies die u niet meer nodig heeft om ruimte te maken voor nieuwe functies. 76 AANVULLENDE INFORMATIE Nederlands 93 WOORDENLIJST WOORDENLIJST Audioformaten ■ Dolby Digital Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem met volledig van elkaar gescheiden multikanaals audio. Met 3 voorkanalen (links, midden en rechts), en 2 surroundstereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5 audiokanalen met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal speciaal voor de zeer lage tonen, het zogenaamde LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal 5.1 kanalen (het LFE kanaal wordt als 0.1 kanaal geteld). Door 2-kanaals stereo voor de surround-luidsprekers te gebruiken is er een betere weergave van bewegende geluidsbronnen en een beter algeheel surroundeffect mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote dynamische bereik (van het zachtste tot het hardste geluid wat nog kan worden weergegeven) van de 5 kanalen met het volle frequentiebereik en de precieze plaatsing van het geluid door de digitale verwerking biedt de luisteraar een ongehoord realistische weergave. ■ Dolby Digital EX Dolby Digital EX creëert 6 kanalen met het volledige frequentiebereik van 5.1-kanaals bronmateriaal. Dit wordt bereikt met een matrix decoder die 3 surroundkanalen samenstelt uit de gegevens voor de 2 surroundkanalen uit de oorspronkelijke opnamen. Voor de beste resultaten moet Dolby Digital EX gebruikt worden met filmsoundtracks die zijn opgenomen in Dolby Digital Surround EX. Met dit extra kanaal krijgt u een betere en meer dynamische weergave van bewegende geluidsbronnen, vooral bij zogenaamde “fly-over” en “flyaround” effecten. ■ Dolby Surround Dolby Surround maakt gebruik van een een 4-kanaals analoog opnamesysteem voor de reproductie van realistische en dynamische geluidseffecten: 2 voorkanalen, links en rechts (stereo), een middenkanaal voor gesproken tekst (mono) en een surroundkanaal voor speciale geluidseffecten (mono). Het surroundkanaal geeft alleen geluiden binnen een beperkt frequentiebereik weer. Dolby Surround wordt veel gebruikt op videobanden en laserdiscs en ook wel bij TV en kabelprogramma’s. De in dit toestel ingebouwde Dolby Pro Logic decoder maakt gebruik van een digitale signaalverwerking die automatisch het volume van de verschillende kanalen stabiliseert om de richtingsgevoeligheid en de weergave van bewegende geluidsbronnen te verbeteren. ■ DTS 96/24 DTS 96/24 biedt een ongekend hoog niveau audiokwaliteit voor multikanaals weergave van DVDVideo en is volledig compatibel met alle vroegere DTS decoders. “96” refereert aan de 96 kHz bemonsteringsfrequentie (vergeleken met een normale waarde van 48 kHz). “24” refereert aan de gebruikte codelengte van 24 bits. DTS 96/24 biedt een geluidskwaliteit die vergelijkbaar is met die van de originele 96/24 masteropnamen, en 96/24 5.1-kanaals weergave met video van hoge kwaliteit voor muziekprogramma's zowel als speelfilms op DVD-video. ■ DTS (Digital Theater Systems) Digitale Surround Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek voor de grote hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround materiaal. Deze nieuwe technologie maakt 5-kanaals weergave mogelijk met 2 voorkanalen, links en rechts, 1 middenkanaal en 2 surroundkanalen, links en rechts (in plaats van slechts 1 surroundkanaal bij conventionele Pro Logic weergave). Naast de Movie stand is er ook een Music stand en een Game stand voor 2- kanaals bronmateriaal. DTS digitale surroundweergave is ontwikkeld om de analoge filmsoundtracks te vervangen door een 6-kanaals digitale soundtrack en is over de hele wereld bezig aan een opmars in de bioscoop. Digital Theater Systems Inc. heeft tevens een thuisbioscoopsysteem ontwikkeld zodat u gewoon thuis kunt profiteren van de verbluffende DTS digitale surroundweergave. Dit systeem produceert vrijwel vervormingsvrije 6-kanaals weergave (technisch gesproken, linker, rechter en midden voorkanalen, 2 surroundkanalen, plus een LFE 0.1 kanaal voor de subwoofer, dus anders gezegd 5.1 kanalen). Dit toestel is uitgerust met een DTS-ES decoder die 6.1- kanaals weergave mogelijk maakt door uit bestaand 5.1-kanaals bronmateriaal een surround-achterkanaal te destilleren. ■ Dolby Pro Logic IIx ■ Neo:6 ■ Dolby Pro Logic II Dolby Pro Logic IIx is een nieuwe technologie die 6.1 of 7.1 multikanaals weergave mogelijk maakt van 2-kanaals of multikanaals bronmateriaal. Er is een Music stand voor muziek, een Movie stand voor films en een Game stand voor spelletjes. 94 Neo:6 bewerkt conventioneel 2-kanaals bronmateriaal voor 6-kanaals weergave met een speciale decoder. Hierdoor wordt weergave mogelijk met kanalen met het volle bereik en met een verbeterde kanaalscheiding, zoals bij weergave van digitale signalen met gescheiden kanalen. Er zijn twee standen; “Music” voor weergave van muziek en “Cinema” voor films. WOORDENLIJST ■ PCM (Lineair PCM) Lineair PCM is een signaalformaat voor het ongecomprimeerd digitaliseren, opnemen en overbrengen van analoge audiosignalen. Dit wordt gebruikt als opnamemethode van CD’s en DVD audio. Het PCM systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het analoge signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De afkorting staat voor “Puls Code Modulatie”, het analoge signaal wordt gecodeerd als pulsjes en dan gemoduleerd voor opname. Geluidsveldprogramma’s ■ CINEMA DSP Omdat de Dolby Surround en DTS systemen oorspronkelijk bedoeld waren voor de bioscoop, werken deze systemen het best in een theatrale ruimte met een heleboel luidsprekers opgesteld voor het maximale akoestische effect. Maar de omstandigheden bij mensen thuis, de afmetingen van de kamer, het materiaal waar de muur van gemaakt is, het aantal luidsprekers enz., zijn zo verschillend, dat de weergave ook anders wordt. Op basis van een massa in het echt gemeten gegevens maken nu de YAMAHA CINEMA DSP programma’s gebruik van de origineel door YAMAHA ontwikkelde geluidsveldentechnologie om in combinatie met Dolby Pro Logic, Dolby Digital en DTS systemen te komen tot een zo goed mogelijke benadering in uw huiskamer van de audiovisuele ervaring die tot nog toe alleen in de bioscoop gerealiseerd kon worden. ■ SILENT CINEMA YAMAHA heeft een natuurlijk en realistisch DSP geluidsveldprogramma ontwikkeld voor hoofdtelefoons. Voor elk apart geluidsveld zijn parameters voor weergave via een hoofdtelefoon opgenomen zodat alle geluidsveldprogramma’s natuurgetrouw kunnen worden weergegeven. ■ Virtual CINEMA DSP YAMAHA heeft een Virtual CINEMA DSP geluidsveldprogramma ontwikkeld dat u ook zonder daadwerkelijke surround-luidsprekers in staat stelt te profiteren van DSP surroundeffecten door middel van virtuele surround-luidsprekers. U kunt Virtual CINEMA DSP zelfs gebruiken op een minimaal systeem met slechts twee luidsprekers zonder midden-luidspreker. AANVULLENDE INFORMATIE Nederlands 95 WOORDENLIJST Audio informatie ■ ITU-R ITU-R is de radio-communicatie afdeling van de ITU (International Telecommunication Union). De ITU-R heeft een aanbeveling opgesteld voor een standaard luidsprekeropstelling die gebruikt wordt in veel kritische luisterruimten, zoals mastering studio’s. ■ LFE 0.1 kanaal Dit kanaal is speciaal bedoeld voor de weergave van zeer lage tonen. Het frequentiebereik voor dit kanaal is 20 Hz t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt meestal als 0.1 geteld omdat niet het volledige frequentiebereik wordt weergegeven, zoals de andere 5/6 kanalen in een Dolby Digital of DTS 5.1/6.1-kanaals systeem. ■ Bemonsteringsfrequentie en aantal kwantisatiebits Bij het digitaliseren van een analoog audiosignaal wordt het aantal keren dat het signaal per seconde wordt gemeten de bemonsteringsfrequentie genoemd en de gedetailleerdheid waarmee het geluid in een numerieke waarde wordt omgezet, het aantal kwantisatiebits. Het frequentiebereik dat kan worden weergegeven is gebaseerd op de bemonsteringsfrequentie, terwijl het dynamisch bereik, het verschil tussen het zachtste en het hardste geluid, bepaald wordt door het aantal kwantisatiebits. In principe is het zo dat hoe hoger de bemonsteringsfrequentie is, hoe groter het aantal tonen is dat kan worden weergegeven, en hoe hoger het aantal kwantisatiebits is, hoe precieser het geluidsniveau kan worden gereproduceerd. ■ THX Cinema verwerking THX is een exclusieve set standaarden en technologieën zoals vastgesteld door de wereldberoemde filmproducent Lucasfilm Ltd. THX is het resultaat van George Lucas’ persoonlijke wens de weergave van de filmsoundtrack, zowel in de bioscoop als bij u thuis, zo veel mogelijk overeen te laten stemmen met wat de regisseur in gedachten had. Filmsoundtracks worden samengesteld in speciale geluidsstudio’s en zijn bedoeld om te worden afgespeeld in bioscopen die zijn uitgerust met vergelijkbare apparatuur. Deze zelfde soundtrack wordt vervolgens overgebracht op Laserdisc, VHS video, DVD enz. en wordt verder niet gewijzigd voor weergave bij u thuis. De THX technici hebben geoctroieerde technieken ontwikkeld om het voor weergave in bioscopen bedoelde materiaal natuurgetrouw te transponeren naar de huiskamer door te corrigeren voor de ruimtelijke en tonale verschillen. Wanneer op dit product de THX indicator aan staat, worden de THX functies automatisch toegevoegd aan de Cinema functies (bijv. THX Cinema, THX Surround EX). Aangepaste decorrelatie In een bioscoop zijn er een groot aantal surroundluidsprekers die allemaal meehelpen om een omhullend surround-effect op te bouwen, maar thuis heeft u er misschien maar twee. Hierdoor kunnen de surroundluidsprekers al snel klinken als een grote hoofdtelefoon, zonder gevoel van ruimte en zonder omhullend effect. Ook kan het hele surround-effect makkelijk verloren gaan wanneer u niet in het midden zit, maar te dicht bij de ene surround-luidspreker. Aangepaste decorrelatie verschuift de timing en de fase van de twee surroundkanalen iets ten opzichte van elkaar. Het effect hiervan is dat de luisterplek waar het effect waargenomen kan worden effectief vergroot wordt – met toch maar twee luidsprekers – en dat de bioscoopervaring beter benaderd wordt. Re-Equalization De toonbalans van een filmsoundtrack zal te helder en te hard overkomen bij weergave in uw huiskamer omdat een soundtrack gemaakt is voor weergave in grote bioscopen met grote professionele apparatuur. Re-Equalization herstelt de juiste toonbalans zodat een filmsoundtrack beter zal klinken in uw huiskamer. Timbre Matching Voor het menselijk gehoor hangt de manier waarop we een geluid waarnemen mede af van de richting waar het geluid vandaan komt. In een bioscoop is er een enorme batterij aan luidsprekers die ons vanaf alle kanten voorzien van de nodige geluidsinformatie. Maar thuis gebruiken we misschien maar twee luidsprekers om hetzelfde effect te bereiken. De Timbre Matching functie filtert de informatie die naar de surround-luidsprekers gestuurd wordt zodat ze de toonkwaliteit van de voor-luidsprekers beter benaderen. Hierdoor worden tussen de voor- en surround-luidsprekers bewegende geluidsbronnen beter en naadlozer weergegeven. 96 WOORDENLIJST ■ THX Select Voor een component voor een thuisbioscoop de THX Select certificatie krijgt, moet er voldaan worden aan een serie rigoureuze kwaliteits- en prestatietests. Slechts dan mag een product het THX Select logo dragen, uw garantie dat u nog vele jaren zult kunnen genieten van de door u aangeschafte thuisbioscoop producten. De THX Select eisen raken alle aspecten van de producten, inclusief de prestaties en de bediening van de eind- en voorversterker en honderden andere onderdelen voor het digitale zowel als het analoge gedeelte. ■ THX Surround EX ■ Component videosignaal In een component video systeem wordt het videosignaal gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en in PB en PR signalen voor de kleuren. Dit systeem zorgt voor een betere kleurweergave omdat elk van deze signalen onafhankelijk is van de andere. Componentsignalen worden ook wel “kleurverschilsignalen” genoemd omdat het luminantiesignaal wordt afgetrokken van het kleursignaal. U heeft een monitor met component ingangsaansluitingen nodig om component videosignalen te kunnen weergeven. ■ Composiet videosignaal Een composiet videosignaal bestaat uit alle drie de basiselementen van het videobeeld: kleur, helderheid en synchronisatiegegevens. Een composiet video-aansluiting op een videocomponent geeft deze drie elementen gecombineerd door. ■ S-videosignaal In een S-videosysteem wordt het videosignaal dat normaal via een enkele kabel zou worden doorgegeven gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en een C signaal voor de kleur en doorgegeven via speciale S-video aansluitingen. Gebruik van een S VIDEO aansluiting vermindert signaalverslechtering bij lange verbindingen en zorgt voor een betere beeldkwaliteit. AANVULLENDE INFORMATIE THX Surround EX - Dolby Digital Surround EX is gezamenlijk ontwikkeld door Dolby Laboratories en THX Ltd. In een bioscoop kan bij Dolby Digital Surround EX filmsoundtracks een extra kanaal worden gereproduceerd dat bij het mixen van het programma is toegevoegd. Dit kanaal, het surround-achterkanaal, geeft geluiden achter de luisteraar weer, in aanvulling op de huidige configuratie met linker, rechter en midden voorkanalen, linker en rechter surroundkanalen en een subwooferkanaal. Dit extra kanaal schept de mogelijkheid meer gedetailleerde geluidsbeelden achter de luisteraar te plaatsen en zo meer diepte, meer ruimte en een betere plaatsing van het geluid te verwezenlijken. Films die zijn voorzien van Dolby Digital Surround EX technologie zullen waarschijnlijk een logo of tekst op de verpakking van die strekking krijgen wanneer ze op de markt voor thuisgebruikers verschijnen. Op de Dolby internetpagina’s www.dolby.com kunt u een lijst vinden met films die genruik maken van deze technologie. Een lijst met verkrijgbare DVD titels die gecodeerd zijn met de betreffende technologie kunt u vinden op www.thx.com. Alleen receivers en andere apparatuur die voorzien zijn van het THX Surround EX logo zijn in staat, in de THX Surround EX stand, deze nieuwe technologie bij u thuis te reproduceren. Het is mogelijk dat dit product de THX Surround EX stand ook inschakelt bij weergave van 5.1-kanaals materiaal dat niet Dolby Digital Surround EX gecodeerd is. In een dergelijk geval hangt de informatie voor het surround-achterkanaal af van het gebruikte programma en kan het resultaat tegenvallen afhankelijk van de soundtrack in kwestie en uw persoonlijke voorkeur. Videosignaal informatie Nederlands 97 TECHNISCHE GEGEVENS TECHNISCHE GEGEVENS AUDIO GEDEELTE VIDEO GEDEELTE • Minimum RMS uitgangsvermogen voor, midden, surround, surround-achter 20 Hz t/m 20 kHz, 0,04% THV, 8 Ω ................................... 120 W • Videosignaaltype ........................................................... PAL/NTSC • Maximum vermogen (EIAJ) [modellen voor Australië, China, Korea, Azië en algemene modellen] 1 kHz, 10% THV, 8 Ω .......................................................... 170 W • Dynamisch vermogen (IHF) [Modellen voor de V.S., Canada, China, Australië, Azië, Korea en algemene modellen] 8/6/4/2 Ω ....................................................... 155/195/250/330 W • DIN standaard uitgangsvermogen [modellen voor het V.K. en Europa] 1 kHz, 0.7% THV, 4 Ω ......................................................... 170 W • IEC uitgangsvermogen [modellen voor het V.K. en Europa] 1 kHz, 0.04% THV, 8 Ω ....................................................... 125 W • Dempingsfactor (IHF) 20 Hz t/m 20 kHz, 8 Ω ................................................. 140 of meer • Frequentierespons CD aansluiting naar L/R voor .............. 10 Hz t/m 100 kHz, –3 dB • Totale harmonische vervorming PHONO naar REC OUT (20 Hz t/m 20 kHz, 1 V) ..............0,02% CD, enz. naar L/R voor (20 Hz t/m 20 kHz, 60 W, 8 Ω) ..... 0.04% • Signaal-ruis verhouding (IHF-A netwerk) PHONO (5 mV) naar L/R voor [Modellen voor het V.K., Europa en Australië] .....................81 dB [Overige modellen] ...............................................................86 dB CD (250 mV) naar L/R voor, Effect uit ...............................100 dB • Restruis (IHF-A netwerk) L/R voor ............................................................ 150 µV of minder • Kanaalscheiding (1 kHz/10 kHz) PHONO (afgesloten) naar L/R voor ......................... 60 dB/55 dB CD (5,1 kΩ afgesloten) naar L/R voor ...................... 60 dB/45 dB • Toonregeling (L/R voor) BASS versterking/drempel ........................................ ±6 dB/50 Hz BASS turnover frequentie ...................................................350 Hz TREBLE versterking/drempel ................................ ±6 dB/20 kHz TREBLE turnover frequentie .............................................3,5 kHz • Hoofdtelefoon uitgangsvermogen ............................ 150 mV/100 Ω • Ingangsgevoeligheid/uitgangsimpedantie PHONO ................................................................... 3,5 mV/47 kΩ CD, enz. ................................................................. 200 mV/47 kΩ MULTI CH INPUT ............................................... 200 mV/47 kΩ • Uitgangsniveau/ingangsimpedantie REC OUT.............................................................. 200 mV/1,2 kΩ PRE OUT .................................................................. 1,0 V/500 Ω SUBWOOFER .......................................................... 2,0 V/500 Ω ZONE 2 OUTPUT [Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië] ........................................................... 1,0 V/1,2 kΩ ZONE 3 OUTPUT [Modellen voor de V.S., Canada, Europa, het V.K. en Australië] ........................................................... 1,0 V/1,2 kΩ • Signaal-ruis verhouding .......................................................... 60 dB • Frequentierespons (MONITOR OUT) Composiet, S-Video ................................5 Hz t/m 10 MHz, –3 dB Component ............................................ 5 Hz t/m 60 MHz, –3 dB FM GEDEELTE • Afstembereik [Modellen voor de V.S. en Canada] ............... 87,5 t/m 107,9 MHz [Modellen voor Azië en algemene modellen] ............................................... 87,5/87,50 t/m 108,0/108,00 MHz [Overige modellen] .................................... 87,50 t/m 108,00 MHz • Bruikbare gevoeligheid (IHF) ............................... 1,0 µV (11,2 dBf) • Signaal-ruis verhouding (IHF) Mono/Stereo .............................................................. 76 dB/70 dB • Harmonische vervorming (1 kHz) Mono/Stereo ................................................................. 0,2%/0,3% • Stereoscheiding (1 kHz) .......................................................... 42 dB • Frequentierespons ............................ 20 Hz t/m 15 kHz +0,5, –2 dB AM GEDEELTE • Afstembereik [Modellen voor de V.S. en Canada] ...................530 t/m 1710 kHz [Modellen voor Azië en algemene modellen] 530/531 t/m 1710/1611 kHz [Overige modellen] ............................................531 t/m 1611 kHz • Bruikbare gevoeligheid ......................................................300 µV/m ALGEMEEN • Stroomvoorziening [Modellen voor de V.S. en Canada] .... 120 V/60 Hz wisselstroom [Modellen voor Australië] .................. 240 V/50 Hz wisselstroom [Modellen voor China] ....................... 220 V/50 Hz wisselstroom [Modellen voor Korea] ........................ 220 V/60 Hz wisselstroom [Modellen voor het V.K. en Europa] .. 230 V/50 Hz wisselstroom [Algemene modellen] ........................ 110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom [Modellen voor Azië] ...... 220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom • Stroomverbruik [Modellen voor de V.S. en Canada] ....................... 500 W/630 VA [Overige modellen] ............................................................. 500 W • Stroomverbruik uit (standby) [Modellen voor Azië en algemene modellen] (240 V/50 Hz wisselstroom)............................. 0,8 W of minder [Overige modellen] ............................................. 0,5 W of minder • Netstroomaansluitingen [Modellen voor de V.S. en Canada] .............................................. 2 (Totaal 100 W/0,8 A maximum) [Modellen voor het V.K. en Australië] ........................................................ 1 (Totaal 100 W maximum) [Modellen voor China en Europa] .... 2 (Totaal 100 W maximum) [Modellen voor Azië en algemene modellen] .......................................................... 2 (Totaal 50 W maximum) • Afmetingen (b x h x d) ................................. 435 x 171 x 433,5 mm • Gewicht ................................................................................. 15,5 kg 98
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264
  • Page 265 265
  • Page 266 266
  • Page 267 267
  • Page 268 268
  • Page 269 269
  • Page 270 270
  • Page 271 271
  • Page 272 272
  • Page 273 273
  • Page 274 274
  • Page 275 275
  • Page 276 276
  • Page 277 277
  • Page 278 278
  • Page 279 279
  • Page 280 280
  • Page 281 281
  • Page 282 282
  • Page 283 283
  • Page 284 284
  • Page 285 285
  • Page 286 286
  • Page 287 287
  • Page 288 288
  • Page 289 289
  • Page 290 290
  • Page 291 291
  • Page 292 292
  • Page 293 293
  • Page 294 294
  • Page 295 295
  • Page 296 296
  • Page 297 297
  • Page 298 298
  • Page 299 299
  • Page 300 300
  • Page 301 301
  • Page 302 302
  • Page 303 303
  • Page 304 304
  • Page 305 305
  • Page 306 306
  • Page 307 307
  • Page 308 308
  • Page 309 309
  • Page 310 310
  • Page 311 311
  • Page 312 312
  • Page 313 313
  • Page 314 314
  • Page 315 315
  • Page 316 316
  • Page 317 317
  • Page 318 318
  • Page 319 319
  • Page 320 320
  • Page 321 321
  • Page 322 322
  • Page 323 323
  • Page 324 324
  • Page 325 325
  • Page 326 326
  • Page 327 327
  • Page 328 328
  • Page 329 329
  • Page 330 330
  • Page 331 331
  • Page 332 332
  • Page 333 333
  • Page 334 334
  • Page 335 335
  • Page 336 336
  • Page 337 337
  • Page 338 338
  • Page 339 339
  • Page 340 340
  • Page 341 341
  • Page 342 342
  • Page 343 343
  • Page 344 344
  • Page 345 345
  • Page 346 346
  • Page 347 347
  • Page 348 348
  • Page 349 349
  • Page 350 350
  • Page 351 351
  • Page 352 352
  • Page 353 353
  • Page 354 354
  • Page 355 355
  • Page 356 356
  • Page 357 357
  • Page 358 358
  • Page 359 359
  • Page 360 360
  • Page 361 361
  • Page 362 362
  • Page 363 363
  • Page 364 364
  • Page 365 365
  • Page 366 366
  • Page 367 367
  • Page 368 368
  • Page 369 369
  • Page 370 370
  • Page 371 371
  • Page 372 372
  • Page 373 373
  • Page 374 374
  • Page 375 375
  • Page 376 376
  • Page 377 377
  • Page 378 378
  • Page 379 379
  • Page 380 380
  • Page 381 381
  • Page 382 382
  • Page 383 383
  • Page 384 384
  • Page 385 385
  • Page 386 386
  • Page 387 387
  • Page 388 388
  • Page 389 389
  • Page 390 390
  • Page 391 391
  • Page 392 392
  • Page 393 393
  • Page 394 394
  • Page 395 395
  • Page 396 396
  • Page 397 397
  • Page 398 398
  • Page 399 399
  • Page 400 400
  • Page 401 401
  • Page 402 402
  • Page 403 403
  • Page 404 404
  • Page 405 405
  • Page 406 406
  • Page 407 407
  • Page 408 408
  • Page 409 409
  • Page 410 410
  • Page 411 411
  • Page 412 412
  • Page 413 413
  • Page 414 414
  • Page 415 415
  • Page 416 416
  • Page 417 417
  • Page 418 418
  • Page 419 419
  • Page 420 420
  • Page 421 421
  • Page 422 422
  • Page 423 423
  • Page 424 424
  • Page 425 425
  • Page 426 426
  • Page 427 427
  • Page 428 428
  • Page 429 429
  • Page 430 430
  • Page 431 431
  • Page 432 432
  • Page 433 433
  • Page 434 434
  • Page 435 435
  • Page 436 436
  • Page 437 437
  • Page 438 438
  • Page 439 439
  • Page 440 440
  • Page 441 441
  • Page 442 442
  • Page 443 443
  • Page 444 444
  • Page 445 445
  • Page 446 446
  • Page 447 447
  • Page 448 448
  • Page 449 449
  • Page 450 450
  • Page 451 451
  • Page 452 452
  • Page 453 453
  • Page 454 454
  • Page 455 455
  • Page 456 456
  • Page 457 457
  • Page 458 458
  • Page 459 459
  • Page 460 460
  • Page 461 461
  • Page 462 462
  • Page 463 463
  • Page 464 464
  • Page 465 465
  • Page 466 466
  • Page 467 467
  • Page 468 468
  • Page 469 469
  • Page 470 470
  • Page 471 471
  • Page 472 472
  • Page 473 473
  • Page 474 474
  • Page 475 475
  • Page 476 476
  • Page 477 477
  • Page 478 478
  • Page 479 479
  • Page 480 480
  • Page 481 481
  • Page 482 482
  • Page 483 483
  • Page 484 484
  • Page 485 485
  • Page 486 486
  • Page 487 487
  • Page 488 488
  • Page 489 489
  • Page 490 490
  • Page 491 491
  • Page 492 492
  • Page 493 493
  • Page 494 494
  • Page 495 495
  • Page 496 496
  • Page 497 497
  • Page 498 498
  • Page 499 499
  • Page 500 500
  • Page 501 501
  • Page 502 502
  • Page 503 503
  • Page 504 504
  • Page 505 505
  • Page 506 506
  • Page 507 507
  • Page 508 508
  • Page 509 509
  • Page 510 510
  • Page 511 511
  • Page 512 512
  • Page 513 513
  • Page 514 514
  • Page 515 515
  • Page 516 516
  • Page 517 517
  • Page 518 518
  • Page 519 519
  • Page 520 520
  • Page 521 521
  • Page 522 522
  • Page 523 523
  • Page 524 524
  • Page 525 525
  • Page 526 526
  • Page 527 527
  • Page 528 528
  • Page 529 529
  • Page 530 530
  • Page 531 531
  • Page 532 532
  • Page 533 533
  • Page 534 534
  • Page 535 535
  • Page 536 536
  • Page 537 537
  • Page 538 538
  • Page 539 539
  • Page 540 540
  • Page 541 541
  • Page 542 542
  • Page 543 543
  • Page 544 544
  • Page 545 545
  • Page 546 546
  • Page 547 547
  • Page 548 548
  • Page 549 549
  • Page 550 550
  • Page 551 551
  • Page 552 552
  • Page 553 553
  • Page 554 554
  • Page 555 555
  • Page 556 556
  • Page 557 557
  • Page 558 558
  • Page 559 559
  • Page 560 560
  • Page 561 561
  • Page 562 562
  • Page 563 563
  • Page 564 564
  • Page 565 565
  • Page 566 566
  • Page 567 567
  • Page 568 568
  • Page 569 569
  • Page 570 570
  • Page 571 571
  • Page 572 572
  • Page 573 573
  • Page 574 574
  • Page 575 575
  • Page 576 576
  • Page 577 577
  • Page 578 578
  • Page 579 579
  • Page 580 580
  • Page 581 581
  • Page 582 582
  • Page 583 583
  • Page 584 584
  • Page 585 585
  • Page 586 586
  • Page 587 587
  • Page 588 588
  • Page 589 589
  • Page 590 590
  • Page 591 591
  • Page 592 592
  • Page 593 593
  • Page 594 594
  • Page 595 595
  • Page 596 596
  • Page 597 597
  • Page 598 598
  • Page 599 599
  • Page 600 600
  • Page 601 601
  • Page 602 602
  • Page 603 603
  • Page 604 604
  • Page 605 605
  • Page 606 606
  • Page 607 607
  • Page 608 608
  • Page 609 609
  • Page 610 610
  • Page 611 611
  • Page 612 612
  • Page 613 613
  • Page 614 614
  • Page 615 615
  • Page 616 616
  • Page 617 617
  • Page 618 618
  • Page 619 619
  • Page 620 620
  • Page 621 621
  • Page 622 622
  • Page 623 623
  • Page 624 624
  • Page 625 625
  • Page 626 626
  • Page 627 627
  • Page 628 628
  • Page 629 629
  • Page 630 630
  • Page 631 631
  • Page 632 632
  • Page 633 633
  • Page 634 634
  • Page 635 635
  • Page 636 636
  • Page 637 637
  • Page 638 638
  • Page 639 639
  • Page 640 640
  • Page 641 641
  • Page 642 642
  • Page 643 643
  • Page 644 644
  • Page 645 645
  • Page 646 646
  • Page 647 647
  • Page 648 648
  • Page 649 649
  • Page 650 650
  • Page 651 651
  • Page 652 652
  • Page 653 653
  • Page 654 654
  • Page 655 655
  • Page 656 656
  • Page 657 657
  • Page 658 658
  • Page 659 659
  • Page 660 660
  • Page 661 661
  • Page 662 662
  • Page 663 663
  • Page 664 664
  • Page 665 665
  • Page 666 666
  • Page 667 667
  • Page 668 668
  • Page 669 669
  • Page 670 670
  • Page 671 671
  • Page 672 672
  • Page 673 673
  • Page 674 674
  • Page 675 675
  • Page 676 676
  • Page 677 677
  • Page 678 678
  • Page 679 679
  • Page 680 680
  • Page 681 681
  • Page 682 682
  • Page 683 683
  • Page 684 684
  • Page 685 685
  • Page 686 686
  • Page 687 687
  • Page 688 688
  • Page 689 689
  • Page 690 690
  • Page 691 691
  • Page 692 692
  • Page 693 693
  • Page 694 694
  • Page 695 695
  • Page 696 696
  • Page 697 697
  • Page 698 698
  • Page 699 699
  • Page 700 700

Yamaha RX-V1500 de handleiding

Categorie
Ontvanger
Type
de handleiding