3. Doe de stekker in het stopcontact; de rode LED
licht op als indicatie dat de batterijen worden
opgeladen.
4. Na het verstrijken van de ingestelde tijd wordt
overgeschakeld naar druppelladen (de rode LED
dooft, de groene LED licht op) en worden de
batterijen verder opgeladen; in deze toestand
kunnen de batterijen continu blijven zitten.
Test:
De test mode is alleen mogelijk met batterijen van
het type AAA, AA, C en D. Plaats de batterij in het
meest linkse batterij-vak en zet de functieschake-
laar in de positie "TEST". Het TEST lampje licht
op. Brandt het lampje zwak dan is het raadzaam
om bij NiCd batterijen, de batterijen te ontladen en
nogmaals te laden.
Ontladen:
Plaats de batterijen (alleen type AAA, AA, C en D)
en zet de functieschakelaar in de positie "DIS-
CHARGE". De batterijen worden nu ontladen. Er
zal nu geen LED oplichten.
Let op: nadat de baterijen ontladen zijn, wordt er
NIET automatisch overgeschakeld naar opladen.
Gebruik de TEST-mode om te checken of de bat-
terijen voldoende ontladen zijn en schuif de
schakelaar in positie "CHARGE" om de batterijen
op te laden.
3