Indesit LR9 S1Q F W Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gezondheid & Veiligheid, Gebruiksaanwijzing
en Installatiegids
www.indesit.com/register
2
NEDERLANDS .....................................3
NL
3
DANK U WEL VOOR UW AANKOOP VAN EEN INDESIT PRODUCT.
Voor verdere assistentie kunt u het apparaat registeren op www.indesit.com/
register
Index
Gids voor Gezondheid en Veiligheid
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN ............................................................................ 4
MILIEUTIPS ...............................................................................................6
CONFORMITEITSVERKLARING ............................................................................6
PRODUCTBESCHRIJVING .................................................................................7
APPARAAT .................................................................................................7
BEDIENINGSPANEEL ........................................................................................ 7
DEUR ......................................................................................................8
KOELKASTVERLICHTING ....................................................................................8
SCHAPPEN ................................................................................................. 8
VENTILATOR ...............................................................................................8
IJSVRIJ KOELKAST COMPARTIMENT .........................................................................9
HET VRIESVAK ONTDOOIEN .................................................................................9
ACCESSOIRES ..............................................................................................9
GEBRUIK VAN HET APPARAAT ...........................................................................10
EERSTE GEBRUIK ..........................................................................................10
INSTALLATIE ..............................................................................................10
DAGELIJKS GEBRUIK .......................................................................................11
FUNCTIES .................................................................................................11
TIPS VOOR OPSLAG VAN LEVENSMIDDELEN ................................................................12
OPSLAAN VAN ETENSWAAR EN DRANKEN ..................................................................13
AANBEVELINGEN WANNEER HET APPARAAT NIET WORDT GEBRUIKT ........................................16
ONDERHOUD EN REINIGING .............................................................................17
GIDS VOOR PROBLEEMOPLOSSING EN CONSUMENTENSERVICE ........................................18
FUNCTIONELE GELUIDEN ..................................................................................18
HANDLEIDING VOOR PROBLEEMOPLOSSING ...............................................................19
CONSUMENTENSERVICE ...................................................................................21
Gids voor Gebruik en Verzorging
NEDERLANDS
GIDS VOOR GEZONDHEID & VEILIGHEID
en GEBRUIK & VERZORGING
Installatiegids ............................................................................................22
4
BELANGRIJK MOET WORDEN
GELEZEN EN IN ACHT
GENOMEN
Lees voordat u het apparaat gaat
gebruiken deze
veiligheidsinstructies.
Bewaar ze voor toekomstige
raadpleging.
Deze instructies en het apparaat
zelf zijn voorzien van belangrijke
veiligheidsaanwijzingen, die te
allen tijde moeten worden
opgevolgd.
De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden voor schade die
het gevolg is van het niet opvolgen
van deze veiligheidsinstructies,
oneigenlijk gebruik of een foute
programmering van de
regelknoppen.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
Heel jonge (0-3 jaar) en jonge
kinderen (3-8 jaar) dienen op
afstand van het apparaat
gehouden te worden, tenzij ze
onder voortdurend toezicht staan.
Kinderen vanaf 8 jaar en personen
met verminderde fysieke,
sensorische of mentale vermogens
of gebrek aan ervaring en kennis,
mogen dit apparaat gebruiken
indien ze onder toezicht staan of
instructies hebben ontvangen over
veilig gebruik en de mogelijke
gevaren ervan begrijpen. Kinderen
mogen niet spelen met het
apparaat. De reiniging en het
onderhoud mogen niet door
kinderen worden uitgevoerd
zonder toezicht.
TOEGESTAAN GEBRUIK
VOORZICHTIG: Het apparaat is
niet geschikt voor inwerkingstelling
met een externe timer of
afzonderlijk systeem met
afstandsbediening.
Het apparaat is uitsluitend bestemd
voor huishoudelijk, niet
professioneel gebruik.
Gebruik het apparaat niet
buitenshuis.
Geen ontplofbare brandbare
stoffen, zoals spuitbussen opslaan
en geen benzine of andere
brandbare materialen gebruiken in
of in de buurt van het apparaat: er
kan brand ontstaan vliegen als het
apparaat per ongeluk wordt
ingeschakeld.
• Dit apparaat is bedoeld voor
gebruik in huishoudelijke en
gelijkaardige toepassingen zoals:
– personeelskeukens in winkels,
kantoren en andere
werkomgevingen;
- cottages en door klanten in hotels,
motels en andere residentiële
omgevingen;
- bed- and breakfast omgevingen;
- catering en soortgelijke non-retail
toepassingen.
De lamp die in het apparaat wordt
gebruikt is specifiek ontworpen
voor huishoudapparaten en is niet
geschikt voor ruimteverlichting (EC
Richtlijn Nr. 244/2009).
Het apparaat is bedoeld voor
gebruik op plaatsen waar de
temperatuur binnen het volgende
bereik komt, conform de
klimaatklasse op het typeplaatje.
Mogelijk werkt het apparaat niet
correct indien het lange tijd op een
temperatuur buiten het
aangegeven bereik wordt gebruikt.
Klimaatklasse Omg. (°C)
SN Van 10 tot 32
N Van 16 tot 32
ST Van 16 tot 38
T Van 16 tot 43
Dit apparaat bevat geen CFK. Het
koelcircuit bevat R600a (HC).
Apparaten met Isobutaan (R600a):
isobutaan is een natuurlijk gas dat
geen schadelijke invloed heeft op
het milieu, maar wel ontvlambaar
is. Zorg er daarom voor dat de
koelcircuitleidingen niet
beschadigd raken. Let vooral op
beschadigde leidingen die tot het
leegraken van het koelcircuit
leiden.
WAARSCHUWING: Beschadig de
koelcircuitleidingen van het
apparaat niet.
WAARSCHUWING: Houd de
ventilatieopeningen in de
behuizing van het apparaat of in de
ingebouwde structuur vrij van
obstakels.
WAARSCHUWING: Gebruik geen
mechanische, elektrische of
chemische middelen behalve de
middelen aanbevolen door de
fabrikant om het ontdooiproces te
versnellen.
WAARSCHUWING: Gebruik of
plaats geen elektrische apparaten
binnenin de
apparaatcompartimenten indien
deze niet het type zijn dat
uitdrukkelijk is goedgekeurd door
de Fabrikant.
WAARSCHUWING: IJsmakers en/
of waterdispensers die niet
rechtstreeks op het waterleidingnet
zijn aangesloten, mogen
uitsluitend met drinkwater worden
gevuld.
WAARSCHUWING: Automatische
ijsmakers en/of waterdispensers
moeten worden aangesloten op
een waterleidingnet dat uitsluitend
drinkwater levert, met een
waterdruk tussen 0.17 en 0.81 MPa
(1.7 en 8.1 bar).
Slik de (niet-giftige) vloeistof uit de
vrieselementen niet in (bij enkele
modellen).
Eet geen ijsblokjes of waterijsjes die
net uit de vriezer komen, aangezien
deze vriesbrandwonden kunnen
veroorzaken.
Bij producten ontworpen voor
gebruik met een luchtfilter in een
toegankelijke ventilatorafdekking,
moet het filter altijd zijn
aangebracht wanneer de koelkast
in bedrijf is.
Bewaar geen glazen containers
met vloeistoffen in het
diepvriescompartiment, omdat ze
kunnen breken.
Blokkeer de ventilator (indien
aanwezig) niet met
levensmiddelen.
Nadat de levensmiddelen in het
apparaat zijn geplaatst dient
gecontroleerd te worden of de
deuren van de vakken goed sluiten,
met name de deur van het
vriesvak.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
NL
5
Een beschadigde afdichting dient
zo snel mogelijk vervangen te
worden.
Gebruik het koelkastcompartiment
uitsluitend voor het bewaren van
vers voedsel en het
diepvriescompartiment uitsluitend
voor het bewaren van bevroren
voedsel, het invriezen van vers
voedsel en het maken van
ijsblokjes.
Vermijd het bewaren van
onverpakt voedsel in direct contact
met interne oppervlakken van de
koelkast- of
diepvriescompartimenten.
Apparaten kunnen over speciale
compartimenten beschikken (vak
voor verse etenswaar, nul graden-
vak,...). Indien niet anders
gespecificeerd in het betreffende
productboekje kunnen deze
compartimenten verwijderd
worden en blijven daarbij
vergelijkbare prestaties behouden.
C-pentaan wordt gebruikt als
blaasmiddel in het isolatieschuim
en is een licht ontvlambaar gas.
INSTALLATIE
Het apparaat moet gehanteerd en
geïnstalleerd worden door twee of
meer personen. Gebruik
beschermende handschoenen bij
het uitpakken en installeren van
het apparaat.
Installaties en reparaties moeten
worden uitgevoerd door een
gespecialiseerd monteur, volgens
de instructies van de fabrikant en in
overeenstemming met de
plaatselijke
veiligheidsvoorschriften. Repareer
of vervang geen enkel onderdeel
van het apparaat, behalve als dit
expliciet aangegeven wordt in de
gebruikershandleiding.
De installatie mag niet door
kinderen worden uitgevoerd.
Tijdens het installeren moeten
kinderen er vandaan worden
gehouden. Houd, tijdens en na de
installatie, het verpakkingsmateriaal
(plastic zakken, onderdelen van
polystyreen, enz.) buiten het bereik
van kinderen.
Zorg dat u de vloer (bijv. parket)
niet beschadigt tijdens het
verplaatsen van het apparaat.
Installeer het apparaat op een vloer
of steun die sterk genoeg is om het
gewicht te kunnen hebben, en op
een plaats die geschikt is voor
grootte en gebruik.
Controleer na het uitpakken van
het apparaat of deze tijdens het
transport geen beschadigingen
heeft opgelopen. Neem in geval
van twijfel contact op met uw
leverancier of het dichtstbijzijnde
servicecentrum.
Het apparaat moet worden
losgekoppeld van het
elektriciteitsnet, voordat u
installatiewerkzaamheden uitvoert.
Zorg er tijdens de installatie voor
dat het apparaat het netsnoer niet
beschadigt.
Om voor voldoende ventilatie te
zorgen dient er aan beide zijkanten
en aan de bovenkant van het
apparaat ruimte vrijgelaten te
worden. De afstand tussen de
achterzijde van het apparaat en de
muur achter het apparaat dient
minimaal 50 mm te bedragen, om
contact met hete oppervlakken te
voorkomen. Bij minder ruimte aan
de achterzijde neemt het
energieverbruik van het product
toe.
Het apparaat alleen activeren als de
installatie is voltooid.
Wacht minstens twee uur alvorens
het apparaat in te schakelen, om
zeker te stellen dat het koelcircuit
volledig efficiënt is.
Installeer het product niet in de
buurt van een warmtebron.
ELEKTRISCHE
WAARSCHUWINGEN
Om ervoor te zorgen dat de
installatie voldoet aan de geldende
veiligheidsvoorschriften moet er
een multipolaire schakelaar met
een afstand van minstens 3 mm
worden gebruikt en moet het
apparaat geaard worden.
Vervang een beschadigde
stroomkabel door een soortgelijk
exemplaar. De stroomkabel mag
uitsluitend vervangen worden
door een gespecialiseerd monteur,
volgens de instructies van de
fabrikant en in overeenstemming
met de geldende
veiligheidsvoorschriften. Neem
contact op met een erkend
servicecentrum.
Als de bijgeleverde stekker niet
geschikt is voor uw stopcontact
neem dan contact op met een
erkende monteur.
De stroomkabel moet lang genoeg
zijn om het apparaat, nadat dit is
ingebouwd in het meubel, te
kunnen aansluiten op het
stopcontact van de netvoeding.
Niet aan de stroomkabel trekken.
Gebruik geen verlengkabels,
meervoudige stopcontacten of
adapters.
Gebruik het apparaat niet als het
netsnoer of de stekker beschadigd
is, als het apparaat niet goed werkt
of als het beschadigd of gevallen is.
Houd het snoer uit de buurt van
hete oppervlakken.
Als de installatie voltooid is, mogen
de elektrische onderdelen niet
meer toegankelijk zijn voor de
gebruiker.
Raak het apparaat niet aan met
vochtige lichaamsdelen en gebruik
het niet op blote voeten.
REINIGING EN ONDERHOUD
Gebruik geen stoomreinigers.
Draag bij reiniging en onderhoud
beschermende handschoenen.
Het apparaat moet worden
losgekoppeld van het
elektriciteitsnet voordat u
onderhoudswerkzaamheden
uitvoert.
Gebruik op kunststof onderdelen,
binnen- en deurranden of
afdichtingen geen schurende of
agressieve schoonmaakmiddelen
zoals ruitensprays, schurende
reinigingsmiddelen, brandbare
vloeistoffen, schoonmaakwassen,
geconcentreerde
schoonmaakmiddelen,
bleekmiddelen en
reinigingsmiddelen die
aardolieproducten bevatten.
Gebruik geen papieren
handdoeken, schuursponsjes of
ander hard schoonmaakmateriaal.
6
Dit apparaat is ontworpen,
vervaardigd en gedistribueerd in
overeenstemming met de
veiligheidsvoorschriften van de
Europese Richtlijnen:
LVD 2014/35/EU, EMC 2014/30/EU en
RoHS 2011/65/EU.
Dit apparaat is ontworpen,
vervaardigd en gedistribueerd in
overeenstemming met de
voorschriften voor Ecodesign en
Energielabel van de EG-richtlijnen:
2009/125/EG en 2010/30/EU.
VERWERKING VAN DE
VERPAKKING
De verpakking kan volledig
gerecycled worden, zoals door het
recyclingssymbool wordt aangegeven
. De diverse onderdelen van de
verpakking mogen daarom niet bij
het gewone huisvuil worden
weggegooid, maar moeten worden
afgevoerd volgens de plaatselijke
voorschriften.
AFVALVERWERKING
VAN HUISHOUDELIJKE
APPARATEN
Bij het afdanken van het apparaat
dient u het onbruikbaar te maken
door de stroomkabel af te snijden en
de deuren en schappen te
verwijderen (indien aanwezig), zodat
kinderen niet in het apparaat kunnen
klauteren en vast komen te zitten.
Dit apparaat is vervaardigd van
recyclebaar
of herbruikbaar
materiaal. Dank het apparaat af in
overeenstemming met plaatselijke
milieuvoorschriften voor
afvalverwerking.
Voor meer informatie over behandeling,
terugwinning en recycling van dit
apparaat kunt u contact opnemen met
uw plaatselijke instantie, de
vuilnisophaaldienst of de winkel waar u
dit product hebt gekocht.
Dit apparaat is voorzien van het
merkteken volgens de Europese
Richtlijn 2012/19/EU inzake
Afgedankte elektrische en
elektronische apparaten (AEEA).
Door ervoor te zorgen dat dit product
op de juiste manier als afval wordt
verwerkt, helpt u mogelijke
schadelijke gevolgen voor het milieu
en de volksgezondheid te voorkomen,
die veroorzaakt zouden kunnen
worden door onjuiste verwerking van
dit product als afval.
Het symbool
op het product of
op de begeleidende documentatie
geeft aan dat dit apparaat niet als
huishoudelijk afval behandeld mag
worden, maar dat het ingeleverd
moet worden bij een speciaal
inzamelingscentrum voor de recycling
van elektrische en elektronische
apparatuur.
TIPS VOOR
ENERGIEBESPARING
Installeer het apparaat in een droge,
goed geventileerde ruimte, ver bij
eventuele warmtebronnen vandaan
(bijv. radiator, fornuis, etc.) en op een
plek die niet aan direct zonlicht wordt
blootgesteld. Gebruik indien nodig
een isolatieplaat.
Volg de installatie-instructies om
voldoende ventilatie te garanderen.
Door onvoldoende ventilatie aan de
achterzijde van het product neemt
het energieverbruik toe en neemt de
koelefficiëntie af.
Wanneer de deur vaak wordt
geopend kan dit leiden tot een
verhoogd Energieverbruik.
De binnentemperatuur van het
apparaat en het Energieverbruik kan
beïnvloed worden door de
omgevingstemperatuur, hoe vaak de
deur wordt geopend en de plaats van
het apparaat. Bij het instellen van de
temperatuur moet rekening
gehouden worden met deze factoren.
Beperk het openen van deuren tot
een minimum.
Plaats diepgevroren etenswaar die u
wilt ontdooien in de koelkast. De lage
temperatuur van de diepgevroren
etenswaar koelt de etenswaar in de
koelkast.
Laat warme gerechten en dranken
eerst afkoelen voordat ze in het
apparaat geplaatst worden.
De positionering van de platen in de
koelkast heeft geen invloed op het
efficiënte energiegebruik. De
etenswaar dient zodanig op de platen
geplaatst te worden om voor
voldoende luchtcirculatie te zorgen
(de verschillende etenswaar dient
elkaar niet te raken en de afstand
tussen de etenswaar en de
achterwand moet behouden blijven).
U kunt de opslagcapaciteit voor
ingevroren etenswaar vergroten door
opslagmanden en, indien aanwezig,
de Stop Frost-plaat te verwijderen en
daarbij een vergelijkbaar
energieverbruik behouden.
Producten van een hoge
energieklasse zijn uitgerust met een
hoogrendementsmotor die langer
blijft werken, maar een laag
energieverbruik hebben. Maakt u zich
dus geen zorgen als de motor langere
tijd blijft werken.
CONFORMITEITSVERKLARING
MILIEUTIPS
NL
7
Koelkastcompartiment
1. Ventilator
2. Elektronisch
bedieningspaneel/verlichting
3. Schappen
4. Typeplaatje met handelsnaam
5. Fresh crisper
6. Omkeren van de deur
7. Deurvakken
8. Eierhouder
9. Vakhoogte flessen
10. Deurafdichting
Diepvriescompartiment
10. Deurafdichtingen
11. Laden vriesvak
12. Schappen
13. Onderste lade: koudste zone
ideaal voor het invriezen van
verse levensmiddelen
14. IJsbakje
1. Led-controlelampjes (voor het
weergeven van de huidige
temperatuurwaarde of de
functie Super Cool)
2. Super Cool-toets /
Temperatuurtoets
BEDIENINGSPANEEL
PRODUCTBESCHRIJVING
APPARAAT
Gids voor Gebruik en Verzorging
1
2
2
3
4
6
11
5
7
10
8
9
12
13
14
1
8
DEUR
OMKEREN VAN DE DEUR
Opmerking: De richting waarin de deur opengaat kan
worden veranderd. Indien deze actie wordt uitgevoerd door
Consumentenservice valt dit niet onder de garantie. Het
wordt aanbevolen om de scharnierzijde van de deur met
twee personen om te keren.
Volg de instructies in de Installatiegids.
KOELKASTVERLICHTING
Het verlichtingssysteem binnenin de vriezer maakt
gebruik van Led-lampjes; dit zorgt niet alleen voor
een betere verlichting maar ook voor een zeer laag
energieverbruik.
Als het systeem met ledverlichting niet werkt, contact
opnemen met de Klantenservice om het te laten
vervangen.
Belangrijk: De binnenverlichting van het
koelkastcompartiment gaat branden wanneer de deur
van de koelkast geopend wordt. Als de deur langer
dan 8 minuten geopend blijft, wordt de verlichting
automatisch uitgeschakeld
SCHAPPEN
Alle schappen, kleppen en schuifmandjes zijn
uitneembaar.
VENTILATOR
De Ventilator verbetert de temperatuurverdeling
in het product, waardoor de levensmiddelen beter
geconserveerd worden.
De ventilator is standaard ingeschakeld. Geadviseerd
wordt de ventilator ingeschakeld te laten als u
waterdruppels op de glasplaten ziet of onder
zeer vochtige omstandigheden. Vergeet niet
dat als de ventilator is ingeschakeld, deze niet
continu zal werken. De ventilator start/stopt met
werken afhankelijk van de temperatuur en/of de
vochtigheidsgraad in het product. Het is dus helemaal
normaal als de ventilator niet werkt, ook al is hij
ingeschakeld.
Opmerking: Blokkeer het gebied van de luchtinlaat niet met
levensmiddelen.
Om ervoor te zorgen dat goede prestaties worden
geleverd bij een lagere omgevingstemperatuur
(kouder dan 18 °C) en om het energieverbruik te
optimaliseren, dient u de ventilator uit te schakelen.
NL
9
IJSVRIJ KOELKAST
COMPARTIMENT
Het ontdooien van het koelvak vindt volledig
automatisch plaats.
De aanwezigheid van waterdruppels op de
achterwand aan de binnenkant van de koelkast
geeft aan dat de automatische ontdooifase bezig
is. Het dooiwater loopt automatisch weg in een
afvoeropening en vervolgens in een bak, waar het
verdampt.
HET VRIESVAK
ONTDOOIEN
Het vriesvak moet een of tweemaal per jaar of als
de ijslaag te dik geworden is (3 mm dik) ontdooid
worden. De vorming van ijs is normaal.
De hoeveelheid en de mate waarin het ijs zich
ophoopt hangt af van de omstandigheden in de
ruimte en hoe vaak de deur geopend wordt.
Om de vriezer te ontdooien, het apparaat
uitschakelen en alle levensmiddelen verwijderen.
Laat de deur van de vriezer open, zodat het ijs kan
smelten.
Voor apparaten zoals afgebeeld hoeft
u alleen de waterafvoer naar buiten
te trekken en er een bak onder te
zetten.
Na afloop van de handeling, de
waterafvoer weer op zijn plaats
zetten.
Maak de binnenkant van het vriesvak schoon. Goed
afspoelen en afdrogen.
Schakel het apparaat weer in en leg de
levensmiddelen terug.
ACCESSOIRES
EIERHOUDER FLESSENSCHEIDER (indien aanwezig) IJSBAKJE*
10
GEBRUIK VAN
HET APPARAAT
EERSTE GEBRUIK
IN WERKING STELLEN VAN HET APPARAAT
Nadat de stekker in het stopcontact is gestoken,
begint het apparaat automatisch te werken.
Wacht nadat u het apparaat heeft ingeschakeld,
minstens 4-6 uur voordat u levensmiddelen in het
apparaat legt.
Wanneer het apparaat wordt aangesloten op
de netvoeding wordt het display verlicht en
worden alle pictogrammen gedurende circa 1
seconde weergegeven. De standaardwaarden
(fabriekswaarden) van de instellingen van de koelkast
lichten op.
TEMPERATUURINSTELLING
Het apparaat wordt normaal in de fabriek ingesteld
op de aanbevolen medium temperatuur.
Voor details over het instellen van de temperatuur -
zie de Snelle Referentiegids.
Opmerking: De weergegeven temperatuurinstelling komt
overeen met de gemiddelde temperatuur in de hele
koelkast.
INSTALLATIE
EEN APPARAAT INSTALLEREN
Om voor voldoende ventilatie te zorgen dient er
aan beide zijkanten en aan de bovenkant van het
apparaat ruimte vrijgelaten te worden.
De afstand tussen de achterzijde van het apparaat en
de muur achter het apparaat dient minimaal 50 mm te
bedragen.
Bij minder ruimte aan de achterzijde neemt het
energieverbruik van het product toe.
50mm
50mm
NL
11
DAGELIJKS GEBRUIK
DE OPSLAGRUIMTE VAN DE VRIEZER
VERGROTEN
het verwijderen van de opslagmanden, voor het
opslaan van grote producten.
de voedselproducten rechtstreeks op de schappen
van de vriezer leggen.
het verwijderen van extra verwisselbare accessoires.
Het luchtuitlaatgebied (aan de achterwand en aan
de onderkant in het product) niet blokkeren met
voedingsmiddelen.
Alle schappen en schuifmandjes zijn uitneembaar.
De binnentemperatuur van het apparaat kan
beïnvloed worden door de omgevingstemperatuur,
hoe vaak de deur wordt geopend en de plaats van
het apparaat.
Bij het instellen van de temperatuur moet rekening
gehouden worden met deze factoren.
Tenzij anders gespecificeerd zijn de accessoires van
het apparaat niet geschikt voor een vaatwasser.
VERWIJDEREN VAN DE VRIESLADECONTAINER
Open de vriezerdeur
De bovenste container aan de rechter en linker
hoeken naar boven trekken (1)
De lade verwijderen (2)
1
2
De bovenste container in de omgekeerde volgorde
installeren
FUNCTIES
SUPER COOL
Het gebruik van deze functie
wordt aanbevolen als u zeer veel
levensmiddelen in de koelkast en
diepvriescompartimenten plaatst.
Met de functie Super Cool is het
mogelijk de koelcapaciteit in de
koelkast en vriescompartimenten
te verhogen.
Houd de ventilator ingeschakeld
voor maximale koelcapaciteit.
Opmerking: De functie Super Cool
moet ook op AAN worden gezet
voordat u vers voedsel in het
vriesvak zet, om de vriescapaciteit
zo groot mogelijk te maken.
ALARM DEUR OPEN
Het Alarm deur open wordt
geactiveerd als de deur langer dan
5 minuten open blijft staan.
Het alarm wordt aangeduid door
het knipperen van het Led-lampje
van de deur.
Als de deur langer dan 8 minuten
open blijft staan, wordt het Led-
lampje van de deur uitgeschakeld.
12
TIPS VOOR OPSLAG VAN LEVENSMIDDELEN
KOELVAK
De koelkast is de ideale opslagplek voor
kant-en-klare maaltijden, verse en geconserveerde
voedingswaren, zuivelproducten, groente/fruit en
dranken.
VENTILATIE
De natuurlijke circulatie van lucht in het koelvak
resulteert in zones met verschillende temperaturen.
Het koudste gedeelte bevindt zich direct boven
de crisperlade voor groente en fruit en bij de
achterwand. Het warmste gedeelte bevindt zich
bovenaan de voorzijde van het koelvak.
Onvoldoende ventilatie resulteert in een hoger
energieverbruik en lagere koelprestaties.
De luchtslots niet met voedsel bedekken - ze zijn
geoptimaliseerd voor goede luchtcirculatie en
voedselbewaring.
OPSLAAN VAN VERSE
ETENSWAAR EN DRANKEN
› Gebruik houders van recyclebaar plastic, metaal,
aluminium en glas, of wikkel de levensmiddelen in
folie.
› Gebruik altijd afsluitbare houders voor vloeistoffen
en etenswaar die geuren of smaken kunnen afgeven
of opnemen, of dek de vloeistoffen of etenswaar af.
› Levensmiddelen die een grote hoeveelheid
ethyleengas afgeven en de levensmiddelen die
gevoelig zijn voor dit gas, zoals fruit, groenten
en salade, moeten altijd worden zodanig worden
gescheiden of verpakt dat de houdbaarheid niet
achteruit gaat; bijvoorbeeld geen tomaten samen met
kiwi's of kool bewaren.
› Bewaar verschillende etenswaar niet te dicht bij
elkaar om voor voldoende luchtcirculatie te zorgen.
› Om te voorkomen dat flessen omvallen, kunt u
gebruik maken van de flessenhouder.
› Indien u een kleine hoeveelheid etenswaar in de
koelkast opslaat, raden wij aan de platen boven
de crisperlade voor groente en fruit te gebruiken,
aangezien dit de koelste plek in het koelvak is.› Let
er op dat de luchtslots niet door het voedsel worden
afgesloten.
DE JUISTE PLEK VOOR VERSE
ETENSWAAR EN DRANKEN
› Op de schappen van de koelkast: kant-en-klare
maaltijden, tropisch fruit, kazen, delicatessen.
› Op de koelste plek (boven de crisperlade voor fruit
en groenten): vlees, vis, vleeswaren, gebak.
› In de crisperlade voor fruit en groenten: fruit, sla,
groente.
› In de deur: boter, jam, sauzen, augurken, blikjes,
flessen, drankkartons, eieren.
NL
13
OPSLAAN VAN ETENSWAAR
EN DRANKEN
Legenda
GEMATIGDE ZONE
Aanbevolen voor het bewaren van tropisch
fruit,blikjes, dranken, eieren, sauzen,
augurken, boter, jam.
KOUDE ZONE
Aanbevolen voor het bewaren van kaas,
melk, zuivelproducten, delicatessen,
yoghurt.
FRUIT & GROENTELADE
LADE DIEPVRIESGEDEELTE
(MAX KOELZONE)
Aanbevolen voor het invriezen van verse/
gekookte levensmiddelen.
NORMALE DIEPVRIESLADEN
Opmerking: De grijsschakering van de legenda
komt niet overeen met de kleur van de laden
14
DIEPVRIESCOMPARTIMENT
De vriezer is de ideale opslagplaats voor het opslaan
van ingevroren levensmiddelen, het maken van
ijsblokjes en het invriezen van verse levensmiddelen
in het vriesvak.
De maximale hoeveelheid verse levensmiddelen die
in 24 uur kan worden ingevroren wordt aangegeven
op het typeplaatje (…kg/24h).
Wanneer u een kleine hoeveelheid voedsel heeft om
in de vriezer te bewaren is het aan te bevelen om het
onderste gebied te gebruiken.
TIPS VOOR HET INVRIEZEN EN BEWAREN
VAN VERSE LEVENSMIDDELEN
› Wij raden aan om de bevroren levensmiddelen
van een etiket en datum te voorzien. Door een label
aan te brengen, kunt u levensmiddelen makkelijker
herkennen en weet u wanneer deze gebruikt moet
worden voordat de kwaliteit ervan afneemt. Vries
ontdooide levensmiddelen niet opnieuw in.
› Voor het invriezen de verse levensmiddelen wikkelen
en luchtdicht verpakken in:
aluminiumfolie, plastic folie, lucht- en waterdichte
plastic zakken, polytheen containers met deksel
of diepvriezercontainers die geschikt zijn voor het
invriezen van verse levensmiddelen.
› Het voedsel moet vers, rijp en van uitstekende
kwaliteit zijn voor het verkrijgen van een hoge
kwaliteit bevroren voedsel.
› Verse groenten en fruit moeten bij voorkeur zo snel
mogelijk worden bevroren, zodra ze zijn uitgekozen,
om de volledige oorspronkelijke voedingswaarde,
consistentie, kleur en smaak te bewaren. Enkele
vleessoorten (vooral wild) moet worden opgehangen
voordat dit wordt ingevroren.
› Warm voedsel altijd laten afkoelen voordat het in de
vriezer wordt geplaatst.
› Volledig of gedeeltelijk ontdooid voedsel meteen
opeten.
Vries ze niet opnieuw in, tenzij het voedsel na het
ontdooien gekookt is. Nadat het gekookt is, mag het
opnieuw worden ingevroren.
› Geen flessen met vloeistof invriezen.
› Gebruik de functie Super Cool om het koel- of
vriesproces te versnellen (zie Snelle Handleiding).
DIEPGEVROREN ETENSWAAR: WINKELTIPS
Bij de aankoop van diepvriesproducten moet u op de
volgende punten letten:
Zorg dat de verpakking niet beschadigd is
(diepgevroren levensmiddelen in beschadigde
verpakkingen kan
een verminderde kwaliteit hebben). Indien de
verpakking bol staat of vochtplekken heeft, werd het
mogelijk niet bij optimale omstandigheden bewaard
en het ontdooien is mogelijk al begonnen.
› Koop tijdens het winkelen bevroren voedsel aan het
einde van uw trip en vervoer het in een thermisch
geïsoleerde koeltas.
› Bij thuiskomst het bevroren voedsel onmiddellijk in
de vriezer leggen.
› Als het voedsel ook maar gedeeltelijk is ontdooid
niet opnieuw invriezen. Binnen 24 uur opeten.
› Temperatuurschommelingen voorkomen of tot een
minimum beperken. De uiterste houdbaarheidsdatum
op de verpakking moet worden gerespecteerd.
› Altijd kijken naar de opslaginformatie op de
verpakking.
NL
15
BEWAARTIJD
VAN BEVROREN LEVENSMIDDELEN
VLEES maanden STOOFVLEES maanden FRUIT maanden
Rundvlees 8 - 12 Vlees, gevogelte 2 - 3 Appels 12
Varkensvlees,
kalfsvlees
6 - 9 ZUIVELPRODUCTEN Abrikozen 8
Lamsvlees 6 - 8 Boter 6 Bramen 8 - 12
Konijnenvlees 4 - 6 Kaas 3 Zwarte/rode bessen 8 - 12
Gehakt/Orgaanvlees 2 - 3 Room 1 - 2 Kersen 10
Saucijzen 1 - 2 IJs 2 - 3 Perziken 10
GEVOGELTE Eieren 8 Peren 8 - 12
Kip 5 - 7 SOEP EN SAUZEN Pruimen 10
Kalkoen 6 Soep 2 - 3 Frambozen 8 - 12
Eetbare organen
gevogelte
2 - 3 Jus 2 - 3 Aardbeien 10
KREEFTACHTIGEN Pastei 1 Rabarber 10
Weekdieren, kreeft 1 - 2 Ratatouille 8
Vruchtensap
(sinaasappelsap,
citroensap,
grapefruitsap)
4 - 6
Krab, kreeft 1 - 2 GEBAK EN BROOD GROENTE
SCHAALDIEREN Brood 1 - 2 Asperges 8 - 10
Oesters, zonder schaal 1 - 2 Taart (normaal) 4 Basilicum 6 - 8
VIS Gateaux (gebak) 2 - 3 Bonen 12
"vette vissoorten"
(zalm, haring, makreel)
2 - 3 Crêpes 1 - 2 Artisjokken 8 - 10
"magere vissoorten"
(tong)
3 - 4 Ongebakken gebak 2 - 3 Broccoli 8 - 10
Quiche 1 - 2 Spruiten 8 - 10
Pizza 1 - 2 Bloemkool 8 - 10
Wortelen 10 - 12
Selderij 6 - 8
Paddenstoelen 8
Peterselie 6 - 8
Pepers 10 - 12
Erwten 12
Pronkbonen 12
Spinazie 12
Tomaten 8 - 10
Courgette 8 - 10
16
AANBEVELINGEN WANNEER HET
APPARAAT NIET WORDT GEBRUIKT
AFWEZIGHEID/VAKANTIE
Bij langere afwezigheid wordt aanbevolen
levensmiddelen te consumeren en het apparaat te
ontkoppelen om energie te besparen.
VERHUIZEN
1. Haal alle uitneembare elementen uit het apparaat.
2. Verpak ze zorgvuldig en zet ze aan elkaar vast
met plakband om te voorkomen dat ze tegen elkaar
klapperen of kwijtraken.
3. Schroef de stelvoetjes zodanig aan dat ze het
steunvlak niet raken.
4. Sluit de deur en plak deze met plakband dicht
en plak ook de voedingskabel met plakband aan het
apparaat vast.
STROOMUITVAL
Als de stroom uitvalt,dient u zich tot het plaatselijke
elektriciteitsbedrijf te wenden om te vragen hoe lang
de stroomuitval zal duren.
Opmerking: Houd er rekening mee dat een vol vriesvak
langer koud blijft dan een halfvol vak.
Als er op de voedingsmiddelen ijskristallen zichtbaar
zijn, kunnen ze zonder enig risico opnieuw worden
ingevroren, ook al zullen de smaak en het aroma
waarschijnlijk anders zijn.
Wanneer de levensmiddelen duidelijk in een slechte
staat verkeren, kunt u deze beter weggooien.
Als de stroomuitval korter dan 24 uur duurt.
Houd de deur van het apparaat gesloten. Op deze
manier blijven de levensmiddelen in de koelkast zo
lang mogelijk koud.
Als de stroomuitval langer dan 24 uur duurt.
Haal alle bevroren levensmiddelen uit het vriesvak en
zet deze in een draagbare vriezer. Als dit type vriezer
niet voorhanden is en als er geen pakken kunstijs
beschikbaar zijn, probeer dan de levensmiddelen die
het snelst bederven te consumeren.
Maak de ijsbak leeg.
NL
17
ONDERHOUD EN REINIGING
Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de
stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden begint.
Gebruik geen reinigings- of schuurmiddelen. Maak
de onderdelen van de koelkast nooit schoon met
licht ontvlambare vloeistoffen.
Gebruik geen stoomreinigers.
De toetsen en het display van het
bedieningspaneel mogen niet gereinigd worden
met middelen op basis van alcohol of daarvan
afgeleide stoffen; gebruik in plaats daarvan een
droge doek.
› Reinig het apparaat regelmatig met een doek
en een oplossing van lauw water en een neutraal
schoonmaakmiddel, speciaal voor de binnenkant van
koelkasten.
› Reinig regelmatig de buitenkant van het apparaat
en de deurafdichting met een vochtige doek en
droog het met een zachte doek.
› De condensor aan de achterkant van het apparaat
moet regelmatig met behulp van een stofzuiger
worden schoongemaakt.
Belangrijk:
› De toetsen en het display van het bedieningspaneel
mogen niet gereinigd worden met middelen op basis
van alcohol of daarvan afgeleide stoffen; gebruik in
plaats daarvan een droge doek.
› De buizen van het koelsysteem zitten in de buurt
van de ontdooibak en kunnen heet worden. Maak ze
regelmatig schoon met een stofzuiger.
Om de constante en correcte afvoer van het
dooiwater te garanderen, regelmatig het afvoergaatje
op de achterwand van het koelvak, in de buurt van de
groente- en fruitlade, schoonmaken met behulp van
het bijgeleverde gereedschap
18
GIDS VOOR PROBLEEMOPLOSSING
EN CONSUMENTENSERVICE
VOORDAT U CONTACT OPNEEMT MET DE
CONSUMENTENSERVICE...
De problemen bij het gebruik worden vaak
veroorzaakt door kleinigheden die u zelf kunt
opsporen en verhelpen, zonder dat hiervoor
gereedschap nodig is.
FUNCTIONELE GELUIDEN
Geluiden afkomstig van het apparaat zijn normaal,
omdat er een aantal ventilatoren en motoren voor het
regelen van prestaties aanwezig zijn die automatisch
worden in- en uitgeschakeld.
EEN AANTAL FUNCTIONELE GELUIDEN KUNNEN
WORDEN VERMINDERD DOOR MIDDEL VAN:
› Optillen van het apparaat en op een egaal
oppervlak installeren.
› Scheiden en vermijden van contact tussen het
apparaat en meubilair.
› Controleren of de interne onderdelen correct zijn
geplaatst.
› Controleren of de flessen en houders niet tegen
elkaar komen.
EEN AANTAL FUNCTIONELE GELUIDEN
DIE U ZOU KUNNEN HOREN
Een sisgeluid bij het voor de
eerste keer of na een lange pauze
inschakelen van het apparaat.
Een borrelgeluid wanneer
koelmiddel de leidingen
instroomt.
BRRR geluid van de compressor
die loopt..
Een zoemgeluid wanneer de
waterklep of de ventilator begint
te werken.
Een kraakgeluid wanneer de
compressor start.
De KLIK is van de thermostaat die
afstelt hoe vaak de compressor
draait.
NL
19
HANDLEIDING VOOR
PROBLEEMOPLOSSING
Probleem Mogelijke oorzaken Oplossing
HET APPARAAT WERKT NIET Er kan een probleem zijn met de
stroomtoevoer naar het apparaat
zijn.
› Controleer of het netsnoer
met de juiste spanning in een
stopcontact zit.
› Controleer de beveiligingen en
zekeringen van het elektrische
systeem in uw huis.
ER ZIT WATER IN DE
ONTDOOIBAK
Dit is normaal bij heet, vochtig
weer. De bak kan zelfs tot
halverwege gevuld raken.
› Zorg ervoor dat het apparaat
op niveau is, zodat het water niet
kan overlopen.
DE RANDEN VAN HET
APPARAAT DIE IN CONTACT
MET DE DEURAFDICHTING
KOMEN ZIJN WARM BIJ
AANRAKING
Dit is geen defect.
Dit is normaal bij een warm
klimaat en als de compressor in
werking is.
HET LAMPJE WERKT NIET Het lampje moet mogelijk
vervangen worden.
Het apparaat kan in Aan/Stand-
by modus staan.
› Controleer of de beveiligingen
en zekeringen van het elektrische
systeem in uw huis goed werken.
› Controleer of het netsnoer
met de juiste spanning in een
stopcontact zit.
› Mochten de Leds gebroken
zijn moet de gebruiker de
Servicedienst bellen om ze voor
hetzelfde type om te wisselen,
dat alleen te verkrijgen is bij
onze Servicecentra of bij erkende
dealers.
DE MOTOR LIJKT TE LANG IN
WERKING TE BLIJVEN
De tijd dat de motor draait
hangt van verschillende
factoren af: het aantal keren
dat de deur wordt geopend, de
hoeveelheid levensmiddelen die
in de koelkast wordt bewaard,
de kamertemperatuur en de
instelling van de thermostaten.
› Zorg ervoor dat controles
van het apparaat correct zijn
ingesteld.
› Controleer of er is niet een
grote hoeveelheid voedsel aan
het apparaat is toegevoegd.
› Controleer of de deur niet te
vaak geopend is.
› Controleer of de deur goed
gesloten is.
20
DE TEMPERATUUR VAN HET
APPARAAT IS TE HOOG
Dit kan verschillende oorzaken
hebben (zie 'Oplossingen').
› Zorg ervoor dat de condensor
(achter het apparaat) vrij is van
stof en pluizen.
› Zorg ervoor dat de deur goed
gesloten is.
› Zorg ervoor dat de
deurafdichtingen goed
vastzitten.
› Op warme dagen of als het
in de kamer warm is draait de
motor natuurlijk langer.
› Als de deur van het apparaat
een tijdje open is geweest of als
er grote hoeveelheden voedsel
zijn opgeslagen zal de motor
langer lopen, om de binnenkant
van het apparaat af te laten
koelen.
DE DEUREN GAAN NIET GOED
OPEN EN DICHT
Dit kan verschillende oorzaken
hebben (zie 'Oplossingen').
› Controleer of de
voedselpakketten niet de deur
blokkeren.
› Controleer of de interne
onderdelen of de automatische
ijsmaker niet uit positie zijn.
› Controleer of de
deurafdichtingen niet vuil of
kleverig zijn.
› Controleer of het apparaat op
niveau is.
NL
21
CONSUMENTENSERVICE
VOORDAT U DE CONSUMENTENSERVICE BELT 1. Controleer of u het probleem zelf kunt oplossen
aan de hand van de punten die beschreven zijn in
OPSPOREN VAN STORINGEN”.
2. Het apparaat aan- en uitzetten om te controleren
of het probleem is opgelost.
ALS NA HET UITVOEREN VAN DEZE CONTROLES
DE STORING NOG STEEDS AANWEZIG IS,
CONTACT OPNEMEN MET DE DICHTSTBIJZIJNDE
CONSUMENTENSERVICE
Bel voor assistentie het nummer dat in het
garantieboekje staat, of volg de instructies op de
website www.indesit.com
Vermeld altijd:
een korte beschrijving van de storing;
het type en het exacte model van het apparaat;
het servicenummer (nummer na het woord Service
op het typeplaatje). Het servicenummer staat ook in
het garantieboekje;
uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Wend u tot een erkend Servicecentrum indien
reparatie noodzakelijk is (alleen dan heeft u zekerheid
dat originele vervangingsonderdelen worden
gebruikt en de reparatie correct wordt uitgevoerd).
Fabrikant:
Whirlpool Europe S.r.l. - Socio Unico
Viale Guido Borghi 27
21025 Comerio (VA)
Italy
22
2
1
6
c
5
1x 1x4x
c
a
b
c
C
A
B
1x
D
50mm
c
a
c
a
c
3
2
b
4
NL
23
12
15
10
9
B
b
A
B
b
11
b
D
13
14
a
7
8
c
a
c
24
1
2
2
1
1
2
45
o
1
2
1
45
o
1
2
3
1
2
3
1
2
34
56
NL
25
400010874933
001
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26

Indesit LR9 S1Q F W Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor