V-ZUG 059 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Dampafzuiger
DW-SE/DI-SE
Bedieningshandleiding
V-ZUG Ltd
2
Hartelijk dank dat u heeft gekozen voor een van onze producten. Uw toestel
voldoet aan de hoogste eisen en de bediening is eenvoudig. Neemt u
niettemin de tijd deze bedieningshandleiding te lezen. Op die manier raakt u
vertrouwd met uw toestel en kunt u het optimaal en zonder storingen
gebruiken.
Volg de veiligheidsvoorschriften op.
Wijzigingen
Tekst, afbeeldingen en gegevens komen overeen met de technische conditie
van het toestel ten tijde van het ter perse gaan van deze bedieningshand-
leiding. Wijzigingen in de zin van verdere ontwikkeling blijven voorbehouden.
Gebruikte symbolen
Geeft de stappen aan die u in de aangegeven volgorde moet uitvoeren.
Beschrijft de reactie van het toestel op de uitgevoerde stap.
Duidt op een opsomming.
Geldigheidsbereik
Het modelnummer komt overeen met de eerste 3 cijfers op het service-
plaatje. Deze bedieningshandleiding geldt voor de modellen:
Afwijkingen tussen verschillende uitvoeringen zijn in de tekst vermeld.
© V-ZUG Ltd, CH-6301 Zug, 2011
Geeft de voorschriften aan die voor de veiligheid belangrijk zijn.
Het niet in acht nemen van deze aanwijzingen kan leiden tot
verwondingen, schade aan het toestel of aan de installatie!
Duidt op nuttige gebruikersaanwijzingen.
Type Modelnr Maatsysteem Type Modelnr Maatsysteem
DW-SE6 048 60 DI-SE10 076 100
DW-SE7 054 70 DI-SE12 077 120
DW-SE9 059 90
DW-SE12 068 120
3
Inhoud
1 Veiligheidsvoorschriften 4
1.1 Voor de eerste ingebruikneming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
1.2 Reglementair gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
1.3 Bij kinderen in het huishouden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
1.4 Gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
2 Beschrijving van het toestel 8
2.1 Luchtafzuigmodel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
2.2 Luchtcirculatiemodel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
2.3 Uitrusting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
2.4 Opbouw . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
2.5 Bedienings- en display-elementen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
3 Bediening 11
3.1 Gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
3.2 Nalooptijd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
3.3 Intensief niveau . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
3.4 Verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
4 Verzorging en onderhoud 14
4.1 Behuizing reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
4.2 Vetfilter reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
4.3 Standaard actief koolfilter vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
4.4 Longlife actief koolfilter reinigen en vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
4.5 Halogeenlamp verwisselen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
5 Storingen zelf verhelpen 20
5.1 Wat te doen als ... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
6 Toebehoren en vervangingsonderdelen 21
7 Technische gegevens 22
8 Verwerking 23
9Notities 24
10 Overzicht van de trefwoorden 25
11 Reparatieservice 27
4
1 Veiligheidsvoorschriften
In overeenstemming met IEC 60335-1 geldt als voorschrift:
Personen (inclusief kinderen) die wegens hun fysieke, zintuiglijke of
geestelijke vermogens of wegens hun onervarenheid of onkunde niet in
staat zijn het toestel op een veilige manier te gebruiken, mogen dit toestel
slechts gebruiken onder toezicht of met de hulp van een persoon die voor
de veiligheid verantwoordelijk is.
1.1 Voor de eerste ingebruikneming
Het toestel mag alleen volgens de aparte installatiehandleiding gemon-
teerd en op de netstroom worden aangesloten. Laat de benodigde
werkzaamheden uitvoeren door een erkende installateur/elektricien.
Verwijder het verpakkingsmateriaal volgens de plaatselijke voorschriften.
Het toestel voldoet aan de erkende technische regels en de desbe-
treffende veiligheidsvoorschriften. Om schade en ongevallen te
vermijden moet het toestel evenwel op deskundige wijze worden
gebruikt. Neem de aanwijzingen in deze bedieningshandleiding in
acht.
1 Veiligheidsvoorschriften
5
1.2 Reglementair gebruik
Het toestel is bedoeld voor het afzuigen van dampen boven een
huishoudelijke kookplaats.
Reparaties, wijzigingen of manipulaties aan of in het toestel, in het
bijzonder aan stroomgeleidende onderdelen mogen alleen door de
fabrikant, de klantendienst of een eender gekwalificeerde persoon worden
uitgevoerd. Ondeskundige reparaties kunnen leiden tot zware ongevallen,
schade aan het toestel en aan de inrichting, zowel als tot gebruikssto-
ringen. Bij een storing aan het toestel of bij een reparatieopdracht dient u
de aanwijzingen in het hoofdstuk 'Reparatie-service' te lezen. Wend u zich
zo nodig tot onze klantendienst.
Er mogen uitsluitend originele vervangingsonderdelen worden gebruikt.
Bewaar de bedieningshandleiding zorgvuldig, zodat u deze steeds kunt
raadplegen. Geef deze handleiding, alsook de installatiehandleiding
samen met het toestel door wanneer u het verkoopt of aan derden afstaat.
De nieuwe eigenaar kan zich zo van de juiste bediening van het toestel en
van de betreffende aanwijzingen op de hoogte stellen.
1.3 Bij kinderen in het huishouden
Delen van de verpakking bv. folie en piepschuim kunnen voor kinderen
gevaarlijk zijn. Verstikkingsgevaar! Houdt verpakkingsdelen buiten bereik
van kinderen.
Het apparaat is bedoeld voor gebruik door volwassenen die kennis
hebben genomen van de inhoud van deze bedieningshandleiding.
Kinderen herkennen vaak de gevaren niet die door de omgang met
elektrische apparaten ontstaan. Zorg voor het nodige toezicht en laat
kinderen niet met het apparaat spelen – er bestaat het gevaar dat kinderen
zich verwonden.
1 Veiligheidsvoorschriften
6
1.4 Gebruik
Als het toestel zichtbare beschadigingen vertoont, neem het dan niet in
gebruik en wend u zich tot onze klantendienst.
Zodra er een functiestoring wordt ontdekt, moet het toestel van het
stroomnet worden losgekoppeld.
Als de aansluitleiding van het toestel is beschadigd, moet deze door
deklantendienst worden vervangen om gevaren te vermijden.
Voorzichtig: Toegankelijke onderdelen kunnen heet worden bij gebruik met
kookapparatuur.
Het is niet toegestaan onder het toestel te flamberen. Vetfilters die vol zitten
met vet kunnen daardoor ontvlammen en een brand veroorzaken.
Bij het frituren op de kookplaats dient het gebruikte toestel voortdurend in
het oog te worden gehouden. De in het frituurapparaat gebruikte olie kan
bij oververhitting ontvlammen en een brand veroorzaken. Daarom moet de
olietemperatuur worden bewaakt en onder het ontvlammingspunt worden
gehouden. Let er daarbij ook op of de olie schoon is; vervuilde olie
ontvlamt gemakkelijker.
De reinigingsintervallen moeten worden aangehouden. Als deze aanwijzing
niet wordt opgevolgd, kan er brandgevaar bestaan ten gevolge van te veel
vet in het vetfilter.
De afzonderlijke kookzones mogen alleen gebruikt worden als er gevuld
kookgerei op is geplaatst, zodat het toestel en de keukenmeubels niet
door te sterke hitteinwerking worden beschadigd. Open vuurplaatsen bij
olie-, gas-, hout- en kolenfornuizen moeten absoluut vermeden worden.
Bij het gebruik van de afzuigventilator moet een voldoende frisselucht-
toevoer gewaarborgd zijn, om onaangename onderdruk in de keuken-
ruimte te vermijden en om een optimale luchtafvoer mogelijk te maken.
Vermijd een dwarsstromende luchtstroom, die de damp boven de
kookplaats kan wegblazen.
1 Veiligheidsvoorschriften
7
Bij gelijktijdig gebruik van andere toestellen die op gas of andere brand-
stoffen werken, moet een voldoende frisseluchttoevoer zijn gewaarborgd.
Geldt niet voor luchtcirculatietoestellen.
Bij gelijktijdig gebruik van vuurhaarden, zoals verwarmingstoestellen op
hout, gas, olie of kolen, is een gevaarloos bedrijf alleen mogelijk als de
onderdruk in de ruimte van 4 Pa (0,04 mbar) niet wordt overschreden.
Vergiftigingsgevaar! Er moet een voldoende aanvoer van verse lucht zeker
gesteld zijn, bv. door openingen in deuren en ramen die niet gesloten
kunnen worden, samen met luchttoevoer- en -afvoerkasten in de muur of
door andere technische maatregelen.
Bij onderhoudswerkzaamheden aan het toestel, ook bij het vervangen van
lampen, dient het toestel stroomloos geschakeld te worden (stoppen
helemaal uit de fittingen halen, c. q. automatische zekeringen uitschakelen
of stekker uit het stopcontact trekken).
Zorg er bij het reinigen voor dat er geen water in het toestel kan dringen.
Gebruik een maar iets vochtige doek. Spuit het toestel binnen of buiten
nooit af met water of met een stoomreiniger. Binnendringend water kan
schade veroorzaken.
8
2 Beschrijving van het toestel
Het toestel is bedoeld voor het afzuigen van dampen boven een huishoude-
lijke kookplaats.
Dit model kan gebruikt worden om lucht af te zuigen of te circuleren.
2.1 Luchtafzuigmodel
De dampen die boven de kookplaats ontstaan worden afgezogen door de
geïntegreerde ventilator. De lucht wordt gereinigd door de vetfilters en via de
afvoerluchtleiding naar de buiten afgevoerd.
2.2 Luchtcirculatiemodel
Nadat de dampen die zijn ontstaan boven de kookplaats door de metalen
vetfilters zijn gezuiverd wordt de damp via een actief koolfilter zoveel mogelijk
ontdaan van lastige geuren en via de aan de zijkant in het afzuigingkanaal
aangebrachte luchtgleuven weer terug naar de keuken geleid.
Tijdens het gebruik moet er voor voldoende frisse lucht worden
gezorgd. Afvoerlucht heeft toevoerlucht nodig.
Indien het toestel niet is voorzien van een actief koolfilter moet u deze
bestellen en voordat u het toestel gaat gebruiken erin worden
geplaatst. Bovendien moet de verzadigingsindicatie voor het actief
koolfilter worden geactiveerd.
2 Beschrijving van het toestel
9
2.3 Uitrusting
1 afzuigventilator
•Verlichting
2, 3resp. 4metalen vetfilters
1 actief koolfilter (alleen bij luchtcirculatie, niet bij levering inbegrepen)
De afzuigventilator heeft 4 vermogensniveaus
1 = laag, 2 = middel, 3 = sterk ventilatievermogen en het intensieve niveau.
De niveaus 1–3 zijn geschikt voor continu bedrijf.
Het intensieve niveau dient voor kort, intensief afzuigen van dampen, bijv.
bij het aanbraden. Het intensieve niveau kan voor 5 minuten worden
gebruikt.
2.4 Opbouw
1 Bedieningselementen
2 Metalen vetfilter
3 Verlichting
4 Luchtterugvoer bij luchtcirculatiemodel
1
32
4
2 Beschrijving van het toestel
10
2.5 Bedienings- en display-elementen
Verlichting AAN/UIT
Ventilatorstand 1/uitschakelen
Ventilatorstand 2
Ventilatorstand 3
Ventilatorstand Intensief
Verzadigingsindicator filter
Knippert: vetfilter reinigen
Longlife actief koolfilter reinigen (indien aanwezig)
Brandt: standaard actief koolfilter reinigen (indien aanwezig)
Afhankelijk van het model en de uitrusting kan de uitvoering in detail
van de beschreven standaarduitvoering afwijken.
11
3Bediening
3.1 Gebruik
Toestel inschakelen
Door aantippen van de toets / / of schakelt het toestel naar
de ventilatorstand 1, 2, 3 of Intensief.
De actuele ventilatorstand wordt aangeduid door het branden van de
betreffende toets.
Toestel uitschakelen
Ventilatorstand 1 selecteren.
Door herhaaldelijk aantippen van de toets schakelt het toestel uit.
Wij adviseren om het toestel 5 minuten voordat u met koken begint in
ventilatorstand 1 in te schakelen. Bij normale kookdampen dient een
lage ventilatorstand, bij zeer sterke damp- en geurvorming een
hogere stand geselecteerd te worden.
Laat het toestel na het koken nog ca. 15 minuten in werking, zodat de
geuren afgezogen kunnen worden.
3 Bediening
12
3.2 Nalooptijd
Door aantippen van de toets / / of de gewenste ventilator-
stand selecteren.
De toets / / of minstens 3 seconden ingedrukt houden om
de nalooptijd te activeren.
Er weerklinkt een geluidssignaal.
De toets knippert en de nalooptijd is geactiveerd.
Bij de nalooptijd loopt het toestel overeenkomstig de onderstaande tabel
verder en wordt vervolgens uitgeschakeld.
3.3 Intensief niveau
Het intensieve niveau kan bij een in- of uitgeschakeld toestel worden geselec-
teerd.
Door aantippen van de toets wordt het intensieve niveau gedurende
5 minuten ingeschakeld.
De toets brandt.
Door aantippen van de toets / of kan het intensieve niveau
vóór afloop van de 5 minuten worden beëindigd.
Toets Nalooptijd
20 minuten
15 minuten
10 minuten
5 minuten
Als van tevoren een ventilatorstand is geselecteerd, wordt het toestel
na 5 minuten weer naar dit niveau teruggeschakeld.
Als het intensieve niveau bij een uitgeschakeld toestel is geselec-
teerd, wordt het toestel na 5 minuten uitgeschakeld.
3 Bediening
13
3.4 Verlichting
Door aantippen van de toets wordt de verlichting ingeschakeld.
Door herhaaldelijk aantippen van de toets wordt de verlichting
uitgeschakeld.
Verzadigingsindicator vetfilter
Na 40 bedrijfsuren knippert de toets . De verzadigingsgraad is bereikt; het
vetfilter moet worden gereinigd.
Verzadigingsindicator standaard actief koolfilter
Na 160 bedrijfsuren brandt de toets . De verzadigingsgraad is bereikt, het
standaard actieve koolfilter moet worden vervangen.
Activeren:
Toestel uitschakelen.
De toets (brandt niet) minstens 3 seconden ingedrukt houden.
Er weerklinkt een geluidssignaal.
De toets brandt zolang deze ingedrukt wordt.
De luchtcirculatiewerking is geactiveerd.
Deactiveren:
Toestel uitschakelen.
De toets (brandt) minstens 3 seconden ingedrukt houden.
Er weerklinkt een geluidssignaal.
De toets gaat uit.
De luchtcirculatiewerking is gedeactiveerd.
De verlichting kan onafhankelijk van de ventilator worden bediend.
De verzadigingsindicator is af fabriek gedeactiveerd. Bij gebruik van
het toestel als luchtcirculatiemodel moet de verzadigingsindicator
eerst worden geactiveerd.
14
4 Verzorging en onderhoud
4.1 Behuizing reinigen
Buitenkant/binnenkant reinigen
Reinig de buitenkant met een iets vochtige doek, evt. met een beetje
afwasmiddel, en droog na.
Aan de binnenkant kan zich vet en condenswater afzetten naast de vetfilters.
Reinig met een iets vochtige doek, evt. met een beetje afwasmiddel, en
droog na.
Zorg ervoor dat er geen water in de behuizing dringt! Water in de
behuizing kan tot schade leiden.
Gebruik voor het reinigen geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
staalwol, etc. Het oppervlak wordt erdoor beschadigd.
Draai de stoppen eruit c. q. schakel de automatische zekering uit.
4 Verzorging en onderhoud
15
4.2 Vetfilter reinigen
De vetfilters moeten bij normaal gebruik minimaal één keer per maand of
telkens als de toets knippert worden gereinigd. Bij een optimale
verzorging is de levensduur van de vetfilters onbeperkt.
Demontage van het vetfilter
Bij het vetfilter 1 de greep 2 naar
achteren drukken.
Het vetfilter voorzichtig naar
beneden uit de houder trekken.
Reiniging
Het vetfilter in de vaatwasmachine reinigen.
Bij de vaatwasmachine het programma «Intensief» resp. «Sterk» met warm
voorspoelen selecteren.
Indien geen vaatwasmachine beschikbaar is:
Het vetfilter in een bak met afwaswater reinigen.
Het filter gedurende ca. 2 uur in een bak met heet afwaswater inweken en
vervolgens met een afwasborstel reinigen.
Montage van het vetfilter
Het vetfilter achter in de opnamesleuven invoeren.
De greep naar beneden drukken.
Het vetfilter naar boven zwenken en vastklikken.
De toets minstens 3 seconden ingedrukt houden.
De knipperende toets gaat uit.
Het vetfilter niet beschadigen.
Vetfilters kunnen door het reinigen verkleuren. Dit beperkt de filter-
werking echter op geen enkele wijze.
2
1
4 Verzorging en onderhoud
16
4.3 Standaard actief koolfilter vervangen
Standaard actieve koolfilters worden uitsluitend bij het luchtcirculatiemodel
toegepast.
De reinigende werking van een standaard actief koolfilter neemt door gebruik
na verloop van tijd af. Een standaard actief koolfilter moet bij normaal gebruik
minimaal om de 4 maanden of telkens als de toets brandt worden
vervangen. Dit filter is niet wasbaar of regenereerbaar.
Het vetfilter verwijderen en
reinigen.
Beide vergrendelknoppen A 90°
draaien en het standaard actieve
koolfilter naar beneden eruit
nemen.
Het nieuwe standaard actieve
koolfilter achteraan vastklikken en
vooraan met de vergrendel-
knoppen borgen.
Het vetfilter weer plaatsen.
De zekering erin schroeven of
de automatische zekering
inschakelen.
De toets minstens 3 seconden
ingedrukt houden.
De brandende toets gaat uit.
Een vervuild standaard actief koolfilter kan via het normale huisvuil
worden afgevoerd.
90˚
A
A
4 Verzorging en onderhoud
17
4.4 Longlife actief koolfilter reinigen en vervangen
Longlife actieve koolfilters worden uitsluitend bij het luchtcirculatiemodel
toegepast.
In tegenstelling tot het standaard actieve koolfilter kan het Longlife actieve
koolfilter gereinigd en gereactiveerd worden. Bij normaal gebruik van het
toestel dient het Longlife actieve koolfilter één keer per maand of als de toets
knippert gereinigd te worden.
Het filter kan in de vaatwasmachine bij een temperatuur van 65 °C
(programma «Intensief» resp. «Sterk») worden gereinigd. Het filter dient apart
gereinigd te worden, zodat zich geen voedselresten op het filter kunnen
vastzetten.
Indien niet anders mogelijk, kan het filter ook een uur lang in een gootsteen
met water met een temperatuur van 60 °C en een normaal afwasmiddel
worden geplaatst. Vervolgens goed spoelen.
Om de actieve koolstof weer te activeren, moet het filter zonder frame in de
bakoven worden gedroogd.
Kies boven-/onderhitte of hete lucht 100 °C en laat het filter gedurende
60 minuten op het rooster drogen.
Na circa 3 jaar moet het Longlife actieve koolfilter worden vervangen,
aangezien de geuropnamecapaciteit afneemt. Het vervuilde Longlife
actieve koolfilter kan via het normale huisvuil worden afgevoerd.
4 Verzorging en onderhoud
18
Het vetfilter verwijderen en reinigen.
Beide vergrendelknoppen 90° draaien en het
Longlife actieve koolfilter naar beneden eruit
nemen.
Filter 1 eruit nemen, reinigen, reactiveren en weer in
het frame 2 plaatsen. Het filter hierbij niet bescha-
digen. Indien nodig dient het gebruikte Longlife
actieve koolfilter door een nieuw exemplaar
vervangen te worden.
Het Longlife actieve koolfilter weer plaatsen,
achteraan vastklikken en vooraan met de vergren-
delknoppen borgen.
Het vetfilter weer plaatsen.
De zekering erin schroeven of de automatische
zekering inschakelen.
De toets minstens 3 seconden ingedrukt
houden.
De knipperende toets gaat uit.
1
2
4 Verzorging en onderhoud
19
4.5 Halogeenlamp verwisselen
Til de lampring met een fijne schroeven-
draaier voorzichtig iets op.
Vervang de defecte halogeenlamp met
een halogeenlamp van hetzelfde type
(max. 20 watt).
Reinig de lampring en het glas.
Steek de lampring en het glas in de
daarvoor bestemde inkepingen.
Draai de stop er weer in c. q. schakel de
automatische zekering weer in.
Draai de stoppen eruit c. q. schakel de automatische zekering uit.
Halogeenlampen worden heet door het gebruik! Laat ze eerst
afkoelen.
Houd de halogeenlamp niet vast
met blote handen. Gebruik een fijne,
droge en vetvrije doek.
20
5 Storingen zelf verhelpen
5.1 Wat te doen als ...
de verlichting niet functioneert
het toestel onvoldoende lucht afzuigt
Mogelijke oorzaak Oplossing
De stop of automatische
zekering van de woning
c. q. de huishoudelijke
installatie is defect.
Vervang de zekering.
Schakel de automatische zekering weer in.
Stroomtoevoer valt uit.
Controleer de stroomvoorziening.
Halogeenlamp is defect.
Vervang de halogeenlamp.
Mogelijke oorzaak Oplossing
Vetfilters zijn vervuild. Reinig de vetfilters.
Het actief koolfilter
(bij toestellen met
luchtcirculatie) is
gedemonteerd.
Verwissel de standaard actief koolfilter.
Reinig of verwissel het Longlife actief
koolfilter.
21
6 Toebehoren en vervangingsonderdelen
Geef bij bestellingen altijd het modelnummer en de juiste benaming aan.
Halogeenlamp
Metalen vetfilters
Standaard actief koolfilter
Longlife actief koolfilter
De halogeenlamp kan ook in een speciaalzaak worden gekocht.
22
7 Technische gegevens
Elektrische aansluiting
Zie serviceplaatje.
Verwijder het vetfilter.
Het serviceplaatje bevindt zich aan de binnenkant van het toestel.
23
8Verwerking
Verpakking
Het verpakkingsmateriaal (karton, plasticfolie PE en piepschuim EPS) is
gemerkt en moet zomogelijk gerecycled worden en op een milieuvriende-
lijke manier verwijderd.
Deïnstallatie
Koppel het toestel los van de netstroom. Bij een vast gemonteerd toestel
moet dit door een erkend elektricien worden uitgevoerd!
Veiligheid
Om ongevallen door ondeskundig gebruik te vermijden, met name door
spelende kinderen, dient het toestel onbruikbaar te worden gemaakt.
Trek de stekker uit het stopcontact, c. q. laat de aansluiting door een
elektricien demonteren. Snij vervolgens het netsnoer van het toestel.
Afdanken
Het oude toestel is geen waardeloos afval. Door een juiste verwijdering
kunnen de grondstoffen worden hergebruikt.
Op het serviceplaatje van het toestel is het symbool afgebeeld. Het
wijst er op dat afdanken met het normale huishoudelijke afval niet toege-
laten is.
Het afdanken moet volgens de lokale voorschriften voor afvalverwerking
gebeuren. Voor meer informatie over de behandeling, verwerking en
recycling van het product kunt u zich wenden tot de verantwoordelijke
instanties van uw gemeentebestuur, bij het plaatselijke recyclingcentrum
voor huishoudelijk afval, of tot de handelaar bij wie u het toestel heeft
gekocht.
24
9 Notities
25
10 Overzicht van de trefwoorden
A
Actief koolstoffilter . . . . . . . . . . . . . . 8
Afdanken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
B
Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Bedieningselementen . . . . . . . . 9, 10
Beschrijving van het toestel . . . . . . . 8
D
Deïnstallatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Display-elementen . . . . . . . . . . . . . 10
E
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . 22
F
Filter
Combifilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Metalen vetfilter . . . . . . . . . . . . . . 15
G
Geldigheidsbereik . . . . . . . . . . . . . . 2
H
Halogeenlamp . . . . . . . . . . . . . . . . 19
I
Ingebruikneming . . . . . . . . . . . . . . . 4
Inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Intensief niveau . . . . . . . . . . . . . . . 12
K
Kinderen in het huishouden. . . . . . . 5
Korte handleiding . . . . . . . . . . . . . 28
L
Longlife actief koolfilter
Reinigen en vervangen . . . . . . . . 17
Luchtafzuigmodel . . . . . . . . . . . . . . 8
Luchtcirculatiemodel . . . . . . . . . . . . 8
M
Metalen vetfilter . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Modelnr. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
N
Nalooptijd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
O
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Opbouw. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
R
Reiniging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Longlife actief koolfilter . . . . . . . . 17
Reparatieservice . . . . . . . . . . . . . . 27
S
Serviceplaatje . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Standaard actief koolfilter
Vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Verzadigingsindicator . . . . . . . . . 13
Storingen zelf verhelpen . . . . . . . . 20
Symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
T
Technische gegevens . . . . . . . . . . 22
Toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Type . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
26
10 Overzicht van de trefwoorden
U
Uitrusting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
V
Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Veiligheidsvoorschriften
Bij kinderen in het huishouden . . . . 5
Gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Reglementair gebruik . . . . . . . . . . . 5
Voor de eerste ingebruikneming. . . 4
Verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . 9, 13
Verpakking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Vervangingsonderdelen . . . . . . . . . 21
Verzadigingsindicator
Standaard actief koolfilter . . . . . . . 13
Vetfilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Verzorging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Vetfilter
Demonteren . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Monteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Reiniging. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Verzadigingsindicator . . . . . . . . . . 13
27
11 Reparatieservice
Wanneer u op grond van een bedrijfsstoring of een bestelling contact met ons
opneemt, vermeld dan altijd het serienummer (FN) en de benaming van uw
toestel. Schrijf deze gegevens hier op, alsmede op de bij het toestel
geleverde servicesticker. Plak deze op een goed zichtbare plaats of in uw
telefoonagenda.
Deze gegevens vindt u op het garantiecertificaat, de originele rekening en op
het serviceplaatje van uw toestel.
Verwijder metalen vetfilter.
Het serviceplaatje bevindt zich aan de binnenkant van het toestel.
Met behulp van het hoofdstuk
STORINGEN ZELF VERHELPEN kunt u
kleine bedrijfsstoringen zelf verhelpen.
U bespaart zich het bestellen van een servicetechnicus en de daarbij
onstaande kosten.
FN
Toestel
Korte handleiding
Lees eerst de veiligheidsvoorschriften in de bedieningshandleiding!
Verlichting AAN/UIT
Ventilatorstand 1/uitschakelen
Ventilatorstand 2
Ventilatorstand 3
Ventilatorstand Intensief
Verzadigingsindicator filter
Knippert: vetfilter reinigen
Longlife actief koolfilter reinigen (indien aanwezig)
Brandt: standaard actief koolfilter reinigen (indien aanwezig)
J048.356-0
V-ZUG Ltd
Industriestrasse 66, CH-6301 Zug
[email protected], www.vzug.com
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

V-ZUG 059 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor