232 Verklarende woordenlijst
USB – Universal Serial Bus – Een hardware-interface
voor apparaten met een lage snelheid, zoals een
USBHcompatibel toetsenbord, muis, joystick, scanner,
speakerset, printer, breedbandapparaten (DSL- en
kabelmodems), beeldapparaten of opslagapparaten.
Apparaten worden rechtstreeks op een 4 pins socket
op uw computer aangesloten, of op een hub met
meerdere poorten die op uw computer is aangesloten.
USB-apparaten kunnen worden aangesloten en
ontkoppeld terwijl de computer aanstaat. Tevens
kunnen ze aaneengeschakeld worden.
UTP – Unshielded Twisted Pair – Een type kabel
die voor de meeste telefoonnetwerken en sommige
computernetwerken wordt gebruikt. Paren niet-
afgeschermde draden worden gevlochten voor
bescherming tegen elektromagnetische storing,
in plaats van deze te omhullen met een metalen mantel.
UXGA – Ultra eXtended Graphics Array –
Een videonorm voor videokaarten en -controllers
die resoluties tot 1600 x 1200 ondersteunt.
V
V – Volt – Eenheid van elektrische potentiaal of
elektrische spanning. Eén volt ontstaat bij een weerstand
van één ohm, wanneer een stroom van 1 ampère door die
weerstand gaat.
Vernieuwingsfrequentie – De frequentie, gemeten in Hz,
waarmee de horizontale lijnen op uw scherm worden
herladen (soms ook verticale frequentie genoemd).
Hoe hoger de vernieuwingsfrequentie, des te minder
flikkeringen in het beeld het menselijk oog kan
waarnemen.
Videocontroller – Het schakelsysteem op een videokaart
of op de systeemkaart (in computers met een
geïntegreerde videocontroller) die, in combinatie
met de monitor, de videomogelijkheden levert voor
uw computer.
Videogeheugen – Geheugen dat bestaat uit geheugen-
chips voor videofuncties. Videogeheugen is doorgaans
sneller dan systeemgeheugen. De grootte van het
geïnstalleerde videogeheugen beïnvloedt in de eerste
plaats het aantal kleuren dat een programma kan
weergeven.
Videomodus – Een modus die aangeeft hoe tekst en
beeld worden weergegeven op een monitor. Op beelden
gebaseerde software, zoals de besturingssystemen van
Windows, werkt in videomodi die kunnen worden
gedefinieerd als x horizontale pixels bij y verticale pixels
bij z kleuren. Op tekens gebaseerde software, zoals
teksteditors, werkt in videomodi die kunnen worden
gedefinieerd als x kolommen bij y rijen tekens.
Videoresolutie – Zie resolutie.
Vingerafdruklezer – Een sensor die uw unieke
vingerafdruk gebruikt om uw gebruikersidentiteit te
verifiëren voor een betere beveiliging van uw computer.
Virus – Een programma dat voor ongemak en irritatie
zorgt of gegevens vernielt die op uw computer zijn
opgeslagen. Een virusprogramma kan van de ene
computer op een andere overgaan via een geïnfecteerde
diskette, van internet gedownloade software, of e-mailbij-
lagen. Wanneer een geïnfecteerd programma wordt
gestart, wordt het aangehechte virus ook gestart.
Een veel voorkomend virus is een opstartvirus, dat is
opgeslagen in de opstartsectoren van een diskette.
Als de diskette in het station zit op het moment dat de
computer wordt uitgeschakeld en deze wordt vervolgens
weer aangezet, wordt de computer geïnfecteerd tijdens
het lezen van de opstartsectoren van de diskette.
Als de computer eenmaal is geïnfecteerd, kopieert het
opstartvirus zichzelf op alle diskettes die worden gelezen
of geschreven in die computer, totdat het virus is
verwijderd.