Bauknecht KDU 1476-1 LH de handleiding

Type
de handleiding
INFORMATIE OVER HET MlLlEU
Het behandelen van verpakking en afval
L
J
Werp de verpakking van Uw apparaat niet in de vuilnisbak
maar selecteer de verschillende soorten materiaal (bijv. karton,
polystyreen) en breng deze, volgens de plaastselijke voorschrif-
ten, naar de hiervoor bestemde depots.
Conformiteitsverklaring
Dit apparaat bevat onderdelen die in contact kunnen komen
met levensmiddelen. De onderdelen voldoen aan de
E.E.G.
Richtlijn 89/109/CEE.
Informatie
Dit apparaat bevat geen HCFK (het koelcìrcuit bevat
RI
34a) of
HFK (het koelcircuit bevat R600a
-
Isobutaan). Raadpleeg voor
verdere details het typeplaatje op het apparaat.
Voor apparaten met lsobutaan (R600a)
Het koelgas lsobutaan is een natuurlijk gas dat zeer milieu-
vriendelijk
is,
maar wel brandbaar.
Daarom
is
het essentiëel dat u goed controleert of de buizen
van het koelcircuit niet beschadigt zijn.
n
LEER
UW APPARAAT KENNEN
De koelkast die u hebt aangeschaft is, afhankelijk van het mo-
del, geschikt voor het bewaren van verse levensmiddelen en,
indien voorzien van een lage-temperatuurcompartiment met
het symbool
[YYKI,
voor het invriezen van kleine hoeveelhe-
den voedsel, voor het bewaren van diepvriesprodukten en
voor het maken van ijsblokjes.
De versies met super-isolatie zijn speciaal ontworpen om ho-
gere prestaties bij een lager energieverbruik te leveren.
We raden u aan dit boekje aandachtig te lezen. U vindt hierin
de beschrijving van het apparaat en nuttige raadgevingen voor
het verkrijgen van de beste resultaten bij het bewaren van uw
levensmiddelen.
BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT (Fig.
I)
1) Knop voor regeling van de temperatuur in beide comparti-
menten (thermostaat)
2)
Druktoets voor lampje aan
3)
Compartiment met lage temperatuur
4) In hoogte afstelbare roosters
5)
Rekken
6)
Lade voor groenten en fruit
7)
Deurvak met vakjes
8) Vak voor eieren en boter
INSTALLATIE
Verzeker u ervan dat het apparaat niet beschadigd is: eventue-
le transportschade dient binnen 24 uur na aflevering aan uw
handelaar te worden gemeld.
We raden u aan tenminste een uur
te
wachten alvorens het
apparaat aan te sluiten, om het koelsysteem de gelegenheid
te geven zo efficiënt mogelijk
te
werken.
De beste plaats van opstelling is in een droge en goed geventi-
leerde ruimte, ver van warmtebronnen. Vermijd plaatsing in
een nis of inham.
Laat
boven het apparaat een afstand van tenminste 50 mm
vrij
(Fig.
2);
zet het apparaat horizontaal; eventueel regelt u
dit bij met de twee voorste draaibare voetjes
(Fig.
3).
Breng
de afstandstukjes (indien meegeleverd) aan op de bovenkant
van de condensator
(Fig.
4).
Om de lucht vrij te kunnen laten circuleren moet u het ventila-
tierooster aan de bovenkant van het apparaat vrij houden
(Fig.
5).
Maak de binnenkant van de compartimenten schoon met een
vochtige spons en lauw water met azijn.
INBOUW VAN HET APPARAAT ONDER HET
WERKBLAD
(Fig. 16
-
17)
Het is mogelijk het apparaat in te bouwen onder een werk-
blad dat zich 850 mm boven de vloer bevindt, waarbij u als
volgt te werk gaat:
-
Na de achterste schroeven
9
en de voorste schroeven
1
O
te
heb-
ben verwijderd, haalt u het blad van het apparaat
af
(Fig. 16).
-
Maak een ventilatie-opening in het werkblad
(Fig. 17).
-
Schuif het apparaat onder het werkblad on maak het aan de
voorkant vast met dezelfde schroeven 1
O
als warmee het blad
van het apparaat bevestigd was.
-
Houd een afstand vanaf de achterwand aan zoals aangege-
ven
(Fig. 17).
ELEKTRISCHE AANSLUITING EN
lMSCHAKELEM
Laat het apparaat 1 uur staan alvorens het op het stroomnet
aan te sluiten.
Controleer of het voltage zoals aangegeven op het type-
plaatje, dat zich rechts van de groenten- en fruitlade bevindt,
overeenkomt met de netspanning
(Fig.6).
Het aarden van het apparaat
is
wettelijk verplicht. De
fabrikant wijst iedere verantwoordelijkheid af voor
eventuele schade aan personen en zaken, veroorzaakt
door het niet opvolgen van deze norm.
Past de stekker van het apparaat niet in uw stopcontact, laat
dan het stopcontact door een erkend vaktechnicus vervangen
door een geschikt model. Deze technicus dient zich er in het
bijzonder van
te
verzekeren, dat de bedrading van het stop-
contact geschikt is voor de hoeveelheid stroom die door het
apparaat wordt afgenomen.
Het gebruik van verloopstekkers, verdeelstekkers en verleng-
snoeren wordt afgeraden.
Is
dit niet
te
vermijden, gebruik dan
alleen verloop- of verdeelstekkers en verlengsnoeren die vol-
doen aan de geldende veiligheidsnormen. Het amperage,
zoals vermeld op verloopstekker
of
verlengsnoer, mag hierbij
niet overschreden worden, evenmin als het maximum vermo-
gen zoals aangegeven op de meervoudige stekker.
Wanneer het apparaat
is
aangesloten en de thermostaatknop
niet op symbool
O
staat,
gaat de binnenverlichting aan bij het
openen van de deur.
Nadat u de temperatuur hebt ingesteld, zoals aangegeven in
het volgende hoofdstuk, is de koelkast klaar voor gebruik.
REGELING VAN DE TEMPERATUUR
Met de thermostaat (zie de afbeelding) kunt u de temperatuur
trapsgewijs regelen.
Stand
O
betekent 'werking van het apparaat' onderbroken en
binnenverlichting uit.
Om de levensmiddelen zo goed mogelijk te bewaren, raden
we aan de thermostaat op stand
4
te zetten.
Wenst u lagere temperaturen, draai dan de thermostaatknop
naar een hoger nummer.
Is
de temperatuur daarentegen te
laag, draai dan de knop naar een lager nummer: stand
1.
We maken u er op attent dat de regeling van de thermostaat
afhankelijk is van de kamertemperatuur, de hoeveelheid opge-
slagen levensmiddelen, de plaats van opstelling en de frequen-
tie van deur openen.
U
zult al gauw de voor u meest geschikte
afstelling vinden.
.""~~
"3,.
-fl
-
-
-
{.r
4,
r-p-~
"
,
":<4%!
L2ET
..
.
.,
,
>
-
"
\.".a
*
-z"l/?PARdBIVIENT (Fig.
7)
In het
EGG
compartiment varieert de temperatuur van plaats
tot plaats.
De koudste zones bevinden zich direkt boven de groenten- en
fruitlade en dicht tegen de achterwand.
Om smaak, substantie en versheid van alle levensmiddelen be-
ter
te
behouden, raden we aan
ze
in aluminium- of plasticfolie
te
verpakken of in daartoe geschikte dozen met deksel.
Zo voorkomt
u
ook dat de diverse levensmiddelen elkaars geur
aannemen.
De ruimte in de koelkast kan op verschillende manieren benut
worden door de rekken naar behoefte
te
verplaatsen.
Gewoonlijk raden we aan de levensmiddelen op de volgende
wijze in de koelkast
te
zetten:
Toebereid voedsel, oude kaas:
gebruik de bovenste rekken.
Vlees, vis, worst, enz.:
op de plaat boven de groenten- en
fruitlade.
Fruit en groenten:
gebruik de daarvoor bestemde lade.
Frisdrank:
gebruik het daarvoor bestemde gedeelte van het
deurvak.
Eieren, kaas, melkprodukten:
gebruik de vakjes van het
deurvak.
Boter:
zet
dit in het daarvoor bestemde vakje van het deur-
vak; dit vakje
is
bij enkele modellen voorzien van sleuven voor
regeling van de temperatuur: zo blijft de boter op stand
O
smeerbaar.
Blikken:
is
een blik eenmaal geopend, doe de resterende
inhoud dan over in een niet-metalen schaal of doos.
Belangrijk:
Zet
voedsel of dozen niet direct tegen de ach-
terwand van de koelruimte aan. Let er op dat de lucht vrij tus-
sen de verschillende verpakkingen kan circuleren. Bedek de
rekken niet met papier of ander materiaal.
Zet toebereid voedsel pas in de koelkast nadat het is af-
gekoeld.
Cf"P-8
.
.'
+
"V
..
'kr;l?\!
GCT
~,~~~~~~~~~~~A~~~~~-
.-~..-~.~~2~~qns~~~
In het compartiment met lage temperatuur, gemerkt met het
symbool
EGG,
kunt
u
kleine hoeveelheden levensmiddelen
invriezen, ijsblokjes maken en diepvriesprodukten bewaren.
. ...
- (Fig. 7) (indien aanwezig)
"ii*
.-.<"?.-.p
r
-
I-
.~ ~
-"
_.
In het
EGG
compartiment heerst een temperatuur van
-1
8°C;
u
kunt hierin
een maximale hoeveelheid van
1.5
kg levens-
middelen in
24 uur
invriezen.
We raden aan de thermostaat tijdens het invriezen op stand
2
-
3
te zetten.
Verpak het in te vriezen voedsel in plastic of aluminium folie
en plak op deze verpakking een etiket met daarop de inhoud
en datum van invriezen.
Let
er op, dat reeds ingevroren levensmiddelen niet in aan-
raking komen met nog in
te
vriezen verse produkten.
Zet nooit warme levensmiddelen in het lage-temperatuurvak;
vries nooit half ontdooid voedsel opnieuw in maar con-
sumeer het binnen
24
uur.
Zet
geen vloeistoffen in potten
of
flessen in dit vak.
.
."
.~
~ ~
-i
,-
"\"y?"
j!p,\!
IJSrgQYJES
Vul de bakjes voor het maken van ijs voor driekwart met water
en plaats ze in het Compartiment. Wanneer de bakjes aan de
onderkant vastgevroren zijn, probeer ze dan niet met scherpe
of puntige voorwerpen
los
te
maken.
U
zou het apparaat kun-
nen beschadigen. Gebruik liever de steel van een lepel.
Waarschuwing:
Eet geen ijsblokjes of ijslollies zó uit het vries-
vak,
ze
zouden koudeverbrandingen kunnen veroorzaken.
HET
BEWAREN
V.Al21
WEPVR1ESP~OQUK'TEW
Controleer, wanneer
u
diepvriesvoedsel koopt,
of
de ver-
pakking onbeschadigd
is
en geen blazen of vochtvlekken ver-
toont. Breng de diepvriesprodukten zo snel mogelijk over naar
uw
IEB
lage-temperatuurcompartiment, om
te
voorkomen
dat een temperatuurstijging tijdens het transport de versheid
van het voedsel zou doen verminderen.
In ieder geval dienen deze produkten binnen de op de ver-
pakking vermelde uiterste bewaardatum geconsumeerd wor-
den.
ONTDOQIIEN
Hier volgen enige raadgevingen:
Kookgroenten:
niet ontdooien, maar in kokend water doen
en verder zoals gebruikelijk koken.
Vlees in het algemeen (grote stukken):
in de originele ver-
pakking in de koelkast ontdooien. Vóór het vlees verder te be-
reiden dit enige uren bij kamertemperatuur laten rusten.
(kleine stukken):
bij kamertemperatuur ontdooien of meteen
bereiden.
Vis:
in de originele verpakking in de koelkast ontdooien of na
gedeeltelijk ontdooien meteen bereiden.
Voorgekookt voedsel:
direct in de oven toebereiden zonder
het uit het aluminium bakje
te
halen.
Fruit:
in de koelkast ontdooien.
!-!?ET
VERW14DEREN
VAN
RlJP
-
Wanneer de koelkast niet is voorzien van een
EBB
compar-
timent, gebeurt het ontdooien automatisch. Gedurende de
ontdooicyclus loopt er water langs de achterwand van de
koelruimte. Het water, dat door een kanaaltje wordt geleid,
loopt in een bakje op de compressor, waar het verdampt.
-
Is
de koelkast voorzien van een
cxxxl
compartiment, dan ra-
den we aan om de binnenkant van de koelruimte, ter bespa-
ring van energie, regelmatig van een te dikke rijplaag
te
ont-
doen.
Gebruik hiervoor nooit scherpe voorwerpen of metalen ge-
reedschap. Het
is
raadzaam te ontdooien, steeds wanneer de
rijplaag een dikte van
3
mm heeft bereikt
(Fig.
8).
Om
te
ontdooien gaat
u
als volgt
te
werk:
-
neem de stekker uit het stopcontact
(Fig. 9);
-
haal de levensmiddelen uit het
EGG
compartiment;
-
zet
de thermostaat op stand
O;
-
neem het bij het ontdooien gevormde water op met een
spons of een doek
(Fig.
IO).
Is
het ontdooien klaar, droog dan de wanden van het compar-
timent af, doe de stekker weer in het stopcontact en zet de
thermostaat op de door
u
gewenste stand (raadpleeg het
hoofdstuk "Regeling van de temperatuur").
Ook bij dit model vindt het ontdooien van de koelkast
automatisch plaats.
Let op:
Het tijdens het ontdooien oplopen van de tempera-
tuur van de diepvriesprodukten kan hun bewaartijd verkorten.
ONDERHOUD
EN
SCHOONMAKEN
Een goede werking en een lange levensduur van uw apparaat
hangen af van een juist en regelmatig onderhoud.
Voordat u met onderhoudswerkzaamheden begint altijd
eerst de stekker uit het stopcontact nemen.
Maak de binnenkant van de compartimenten regelmatig
schoon met wat lauw water en azijn.
Spoel na en droog af.
Gebruik nooit schuurprodukten
of
afwasmiddelen.
Maak af en toe de opening voor de waterafvoer, die zich op
de achterkant bevindt
(Fig.
Il),
schoon met het daarvoor be-
stemde ragertje.
Maak de deurafdichting met water schoon en droog deze
zorgvuldig af.
Zorg er voor dat er geen olie of vet op de afdichting komt,
daar deze stoffen de afdichting poreus kunnen maken.
Maak de buitenkant van de koelkast schoon met een spons en
lauw water.
Met een zachte doek afdrogen.
Maak af en toe de condensor
(Fig. 12)
met een stofzuiger
schoon.
~~A~~~V~~~G~~
Bl4
~~~~~~~~~~~
Bent u lang afwezig,
neem dan de stekker uit het stopcon-
tact,
haal de koelkast leeg, maak de binnenkant schoon en
laat de deur open (om de vorming van vieze luchtjes tegen
te
gaan).
Bij
een korte afwezigheid
kunt u het apparaat aan laten staan.
Om het apparaat tijdelijk uit te schakelen
zet
u
de thermo-
staatknop op stand
O.
~~A~~~~~~~~E~
VOOS
~~~~~~~~~~~~A~~~~
U
kunt uw apparaat met minder energie laten werken.
-
Controleer de afdichting van de deur;
Stel
het apparaat waterpas op, zodat de deur perfect sluit.
-
Is
de koelkast voorzien van een
m
compartiment, verwij-
der dan regelmatig de rijplaag op de binnenkant hiervan; ont-
dooi wanneer de rijplaag een dikte van
ca
3
mm heeft bereikt.
-
Maak de condensor regelmatig schoon.
-
Open de deur niet onnodig; sluit deze meteen na het uitne-
men van de levensmiddelen.
-
Doe de koelkast vol maar niet overvol; zorg, dat de lucht bin-
nenin goed kan circuleren.
-
Wanneer
u
het apparaat op een lagere temperatuur instelt
dan nodig is, verspilt u energie.
-
Plaats
het apparaat niet naast een warmtebron zoals een for-
nuis, verwarming, boiler, of in de volle zon.
~~~~~~~~~~~~~~
(Fig.
15)
Een onregelmatige werking wordt niet altijd veroorzaakt door
een defect aan het apparaat, maar is vaak het gevolg van een
foutieve installatie of een onjuist gebruik.
Om onnodige tussenkomsten met bijbehorende kosten van onze
service
te
voorkomen, raden wij aan als volgt
te
werk
te
gaan:
1) De binnentemperatuur
is
niet laag genoeg.
Controleer of:
-
de deur perfect sluit;
-
de thermostaat op de juiste stand staat (zie het hoofdstuk
"Regeling van de temperatuur");
-
het apparaat niet naast een warmtebron staat;
-
de lucht vrij door de ventilatie-openingen kan circuleren;
-
er geen excessieve rijplaag in het
lage-temperatuurcomparti-
ment
zit;
-
de condensor (radiator), bevestigd op de achterkant, schoon
is
(Fig. 12).
2) De binnentemperatuur
is
te laag.
Controleer of:
-
de thermostaat op de juiste stand staat.
3)
Het apparaat maakt erg veel lawaai.
Controleer of:
-
het apparaat goed horizontaal staat.
4) Het apparaat werkt niet.
Controleer of:
-
de thermostaatknop niet op stand
O
staat;
-
er stroom is;
-
de stekker goed in het stopcontact zit;
-
de hoofdschakelaar niet is uitgeschakeld of de zekeringen
niet zijn doorgebrand;
-
de voedingskabel niet kapot is (zie ook de Noot).
5)
De binnenverlichting brandt niet:
Zie punt
4.
Neem anders de stekker uit het stopcontact,
schroef het kapje (indien aanwezig) met een schroevedraaier
los
(Fig. 13)
en controleer of de lamp
los
zit; indien nodig de-
ze
vastdraaien.
-
Is
het lampje kapot, schroef het dan
los
en vervang het door
een nieuwe (niet sterker dan 15 W)
(Fig.14).
6)
Water op de bodem van de koelkast.
Controleer of:
-
de thermostaat op de juiste stand staat;
-
de waterafvoer niet belemmerd wordt en de afvoeropening
niet verstopt is (zie het hoofdstuk "Onderhoud")
(Fig.11).
Noot
Indien u de voedingskabel moet vervangen, neem dan de
stekker uit het stopcontact, monteer de nieuwe kabel en ver-
zeker u ervan dat deze de juiste doorsnede heeft en correct
is
vastgezet en aangesloten.
Wanneer het apparaat na de bovengenoemde controles nog
steeds niet normaal wil functioneren, waarschuw dan de
Service Dienst, waarvan
u
de adressen vindt zowel op het ga-
rantiebewijs als in de telefoongids; specificeer de aard van het
defect, het model en het serienummer van het apparaat; deze
gegevens staan vermeld op het typeplaatje
(Fig.
6).
OMKEREN
VAM
DE
DEUR
1) Demonteer het onderste scharnier
2)
Verwijder de deur
3)
Verwijder de schroeven
4)
Draai de pen om
5) Draai het voetje om
AL
6)
Demonteer de handgreep
7)
Draai de scharnierbus om
8)
Monteer de handgreep
9)
Zet
de sluitdopjes in
1
O)
Draai de handgreep om
1
1)
Zet de sluitdopjes in
.c
12) Monteer de deur
13)
Monteer het onderste scharnier
~~~~~~~ VAN
DE
KLEP
VAN
HET
LAGE-TEMPERATUURCON~~~TB~ENB
(Fig.
A)
1)
Open de deur en demonteer de onderste scharnier.
2)
Verwijder de deur.
3)
Verwijder de sluitpal en monteer hem aan de rechter kant.
Verwijder de terugtrekveer en monteer hem aan de linker kant.
4)
Verwijder de bovenste bus en plaats hem in de linker
behuizing.
5) Monteer de deur (met
180"
gedraaid).
6)
Hermonteer de onderste scharnier.
7)
Sluit het ongebruikte gat af met de clip (uit het zakje).
QMKEREN
VAN
DE
KLEP
VAN
HET
LAGE-TEMPEIRATUURCQRnBAR-BIMFhrT
(Fig.
B)
1)
Demonteer het linker sluitblokje
(2
schroeven)
2)
Demonteer de scharnieren op de rechterkant
(4
schroeven)
en verwijder de klep.
3)
Monteer de scharnieren opnieuw op de linkerkant en mon-
teer de klep.
4)
Monteer het sluitblokje opnieuw op de rechterkant.
5) Sluit de niet gebruikte openingen af met
2
clips (uit het
zakje).

Documenttranscriptie

INFORMATIE OVER HET MlLlEU INBOUW VAN HET APPARAAT ONDER HET WERKBLAD (Fig. 16 - 17) Werp de verpakking van Uw apparaat niet in de vuilnisbak maar selecteer de verschillende soorten materiaal (bijv. karton, polystyreen)en breng deze, volgens de plaastselijke voorschriften, naar de hiervoor bestemde depots. Conformiteitsverklaring Dit apparaat bevat onderdelen die in contact kunnen komen met levensmiddelen. De onderdelen voldoen aan de E.E.G. Richtlijn 89/109/CEE. Informatie Dit apparaat bevat geenHCFK (het koelcìrcuit bevat R I 34a) of HFK (het koelcircuit bevat R600a - Isobutaan). Raadpleeg voor verdere details het typeplaatje op het apparaat. Voor apparaten met lsobutaan (R600a) Het koelgas lsobutaan iseen natuurlijk gas dat zeer milieuvriendelijk is, maar wel brandbaar. Daarom is het essentiëel dat u goed controleert of de buizen van het koelcircuit niet beschadigt zijn. Het is mogelijk het apparaat in te bouwen onder een werkblad dat zich 850 mm boven de vloer bevindt, waarbij u als volgt te werk gaat: - Na de achterste schroeven 9 en de voorste schroeven 1O te hebben verwijderd, haalt u het blad van het apparaat af (Fig. 16). - Maak een ventilatie-opening in het werkblad (Fig. 17). - Schuif het apparaat onder het werkblad on maak het aan de voorkant vast met dezelfde schroeven 1O als warmee het blad van het apparaat bevestigd was. - Houd een afstand vanaf de achterwand aan zoals aangegeven (Fig. 17). n Het behandelen van verpakking en afval L J LEER UW APPARAAT KENNEN De koelkast die u hebt aangeschaft is, afhankelijk van het model, geschikt voor het bewaren van verse levensmiddelen en, indien voorzien vaneen lage-temperatuurcompartiment met het symbool [YYKI, voor het invriezen van kleinehoeveelheden voedsel, voor het bewaren van diepvriesprodukten en voor het maken van ijsblokjes. Deversies met super-isolatie zijn speciaal ontworpen om hogere prestaties bij een lager energieverbruik te leveren. We raden u aan dit boekje aandachtig te lezen. U vindt hierin de beschrijving van het apparaat en nuttige raadgevingen voor het verkrijgen van de beste resultaten bij het bewaren van uw levensmiddelen. BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT (Fig. I) 1) Knop voor regeling van de temperatuur in beide compartimenten (thermostaat) 2) Druktoets voor lampje aan 3) Compartiment met lage temperatuur 4) In hoogte afstelbare roosters 5) Rekken 6) Lade voor groenten en fruit 7) Deurvak met vakjes 8) Vak voor eieren en boter ELEKTRISCHE AANSLUITING EN lMSCHAKELEM Laat het apparaat 1 uur staan alvorens het op het stroomnet aan te sluiten. Controleer of het voltage zoals aangegeven op het typeplaatje, dat zich rechts van de groenten- en fruitlade bevindt, overeenkomt met de netspanning (Fig.6). Het aarden van het apparaat is wettelijk verplicht. De fabrikant wijst iedere verantwoordelijkheid af voor eventuele schade aan personen en zaken, veroorzaakt door het niet opvolgen van deze norm. Past de stekker van het apparaat niet in uw stopcontact, laat dan het stopcontact door een erkend vaktechnicus vervangen door een geschikt model. Deze technicus dient zich er in het bijzonder van te verzekeren, dat de bedrading van het stopcontact geschikt is voor dehoeveelheid stroom die door het apparaat wordt afgenomen. Het gebruik van verloopstekkers, verdeelstekkers en verlengsnoeren wordt afgeraden. Is dit niet te vermijden, gebruik dan alleen verloop- of verdeelstekkers en verlengsnoeren die voldoen aan de geldende veiligheidsnormen. Het amperage, zoals vermeld op verloopstekker of verlengsnoer, mag hierbij niet overschreden worden, evenmin als het maximum vermogen zoals aangegeven op de meervoudige stekker. Wanneer het apparaat is aangesloten en de thermostaatknop niet op symbool O staat, gaat de binnenverlichting aan bij het openen van de deur. Nadat u de temperatuur hebt ingesteld, zoals aangegeven in het volgende hoofdstuk, isde koelkast klaar voor gebruik. REGELING VAN DE TEMPERATUUR INSTALLATIE Verzeker u ervan dat het apparaat niet beschadigd is: eventuele transportschade dient binnen 24 uur na aflevering aan uw handelaar te worden gemeld. We raden u aan tenminste een uur te wachten alvorens het apparaat aan te sluiten, om het koelsysteem de gelegenheid te geven zo efficiënt mogelijk te werken. De beste plaats van opstelling is in een droge en goed geventileerde ruimte, vervan warmtebronnen. Vermijd plaatsing in een nis of inham. Laat boven het apparaat een afstand van tenminste 50 mm vrij (Fig. 2); zet het apparaat horizontaal; eventueel regelt u dit bij met de twee voorste draaibare voetjes (Fig. 3). Breng de afstandstukjes (indien meegeleverd) aan op de bovenkant van de condensator (Fig. 4). Om de lucht vrij te kunnen laten circuleren moet u het ventilatierooster aan de bovenkant van het apparaat vrij houden (Fig. 5). Maak de binnenkant van de compartimenten schoon met een vochtige spons en lauw water met azijn. Met de thermostaat (zie de afbeelding) kunt u de temperatuur trapsgewijs regelen. Stand O betekent 'werking van het apparaat' onderbroken en binnenverlichting uit. Omde levensmiddelen zo goed mogelijk te bewaren, raden we aan de thermostaat op stand 4 te zetten. Wenst u lagere temperaturen, draai dan de thermostaatknop naar een hoger nummer. Is de temperatuur daarentegen te laag, draai dan de knop naareen lager nummer: stand 1. We maken u er op attent dat de regeling van de thermostaat afhankelijk is van de kamertemperatuur, de hoeveelheid opgeslagen levensmiddelen, de plaats van opstelling en de frequentie van deur openen. U zult al gauw de voor u meest geschikte afstelling vinden. . " " ~ ~ "3,. " . . . -fl , --- > ., {.r 4, " ,":<4%!L2ET HET BEWAREN V.Al21 WEPVR1ESP~OQUK'TEW r-p-~ \.".a * -z"l/?PARdBIVIENT(Fig. 7) In het EGG compartiment varieert de temperatuur van plaats tot plaats. De koudste zones bevinden zich direkt boven de groenten- en fruitlade en dicht tegen de achterwand. Om smaak, substantie en versheid van alle levensmiddelen beter te behouden, raden we aan ze in aluminium- of plasticfolie te verpakken of in daartoe geschikte dozenmet deksel. Zo voorkomt u ook dat de diverse levensmiddelen elkaars geur aannemen. De ruimte in de koelkast kan op verschillende manieren benut worden door de rekken naar behoefte te verplaatsen. Gewoonlijk raden we aan de levensmiddelen op de volgende wijze in de koelkast te zetten: Toebereid voedsel, oude kaas: gebruik de bovenste rekken. Vlees, vis, worst, enz.: op de plaat boven de groenten- en fruitlade. Fruit en groenten: gebruik de daarvoor bestemde lade. Frisdrank: gebruik het daarvoor bestemde gedeelte van het deurvak. Eieren, kaas, melkprodukten: gebruik de vakjesvan het deurvak. Boter: zet dit in het daarvoor bestemde vakje van het deurvak; dit vakje is bij enkele modellen voorzien van sleuven voor regeling van de temperatuur: zo blijft de boter op stand O smeerbaar. Blikken: is een blik eenmaal geopend, doe de resterende inhoud dan over in een niet-metalen schaal of doos. Belangrijk: Zet voedsel of dozen niet direct tegen de achterwand van de koelruimte aan. Let er op dat de lucht vrij tussende verschillende verpakkingen kan circuleren. Bedekde rekken niet met papier of ander materiaal. Zet toebereid voedsel pas in de koelkast nadat het is afgekoeld. .. +" V 'kr;l?\! GCT ~ , . . -.. ~ . . - ~ . ~- ~ 2(Fig. ~ ~7) q(indien n s ~aanwezig) ~ ~ C.f " P. - '8 ~ In het compartiment met lage temperatuur, gemerkt met het symbool EGG, kunt u kleine hoeveelhedenlevensmiddelen invriezen,ijsblokjes maken en diepvriesprodukten bewaren. .~ " i i * .-.<"?.-.p -" ~ r _. I- In het EGG compartiment heerst een temperatuur van -1 8°C; u kunt hierin een maximale hoeveelheid van 1.5 kg levensmiddelen in 24 uur invriezen. Weradenaande thermostaat tijdens het invriezen op stand 2 - 3 te zetten. Verpak het in te vriezen voedsel in plastic of aluminium folie en plak op deze verpakking een etiket met daarop de inhoud en datum van invriezen. Let erop, dat reeds ingevroren levensmiddelen niet in aanraking komen met nog in te vriezen verse produkten. Zet nooit warme levensmiddelen in het lage-temperatuurvak; vries nooit half ontdooid voedsel opnieuw in maar consumeer het binnen 24 uur. Zet geen vloeistoffen in potten of flessen in dit vak. ..~ ." ~ -i ,- "\"y?" j!p,\! IJSrgQYJES Vul de bakjes voor het maken van ijs voor driekwart met water en plaats ze in het Compartiment. Wanneer de bakjes aan de onderkant vastgevroren zijn, probeer ze dan niet met scherpe of puntige voorwerpen los te maken. U zou het apparaat kunnen beschadigen. Gebruik lieverde steel van een lepel. Waarschuwing: Eet geen ijsblokjes of ijslollies zó uit het vriesvak, ze zouden koudeverbrandingen kunnen veroorzaken. Controleer, wanneer u diepvriesvoedsel koopt, of de verpakking onbeschadigd is en geen blazen of vochtvlekken vertoont. Breng de diepvriesprodukten zo snel mogelijk over naar uw IEB lage-temperatuurcompartiment, om te voorkomen dat een temperatuurstijging tijdens het transport de versheid van het voedsel zou doen verminderen. In iedergeval dienen deze produkten binnen de op de verpakking vermelde uiterste bewaardatum geconsumeerd worden. ONTDOQIIEN Hier volgen enige raadgevingen: Kookgroenten: niet ontdooien, maar in kokend water doen en verder zoals gebruikelijk koken. Vlees in het algemeen (grote stukken): in de originele verpakking in de koelkast ontdooien. Vóór het vlees verder te bereiden dit enige uren bij kamertemperatuur laten rusten. (kleine stukken): bij kamertemperatuur ontdooien of meteen bereiden. Vis: in de originele verpakking in de koelkast ontdooien of na gedeeltelijk ontdooien meteen bereiden. Voorgekookt voedsel: direct in de oven toebereiden zonder het uit het aluminium bakje te halen. Fruit: in de koelkast ontdooien. !-!?ET VERW14DEREN VAN RlJP - Wanneer de koelkast niet is voorzien van een E B B compartiment, gebeurt het ontdooien automatisch. Gedurende de ontdooicyclus loopt er water langs de achterwand van de koelruimte. Het water, dat door een kanaaltje wordt geleid, loopt in een bakje op de compressor, waar het verdampt. - Is de koelkast voorzien van een cxxxl compartiment, dan raden we aan om de binnenkant van de koelruimte, ter bespa~ ~ te dikke rijplaag ~ te ontring~van energie, regelmatig van een doen. Gebruik hiervoor nooit scherpe voorwerpen of metalen gereedschap. Het is raadzaam te ontdooien, steeds wanneer de rijplaag een dikte van 3 mm heeft bereikt (Fig. 8). Om te ontdooien gaat u als volgt te werk: - neem de stekker uit het stopcontact (Fig. 9); - haal de levensmiddelen uit het EGG compartiment; - zet de thermostaat op stand O; - neem het bij het ontdooien gevormde water op met een spons of een doek (Fig. IO). Is het ontdooien klaar, droog dan de wanden van het compartiment af, doe de stekker weer in het stopcontact en zet de thermostaat op de door u gewenste stand (raadpleeg het hoofdstuk "Regeling van de temperatuur"). Ook bij dit model vindt het ontdooien van de koelkast automatisch plaats. Let op: Het tijdens het ontdooien oplopen van de temperatuur van de diepvriesprodukten kan hun bewaartijd verkorten. ONDERHOUD EN SCHOONMAKEN Een goede werking en een lange levensduur van uw apparaat hangen af van een juist en regelmatig onderhoud. Voordat u met onderhoudswerkzaamhedenbegint altijd eerst de stekker uit het stopcontact nemen. Maak de binnenkant vande compartimenten regelmatig schoon met wat lauw water en azijn. Spoel na en droog af. Gebruik nooit schuurprodukten of afwasmiddelen. Maak af en toe de opening voor de waterafvoer, die zich op de achterkant bevindt (Fig. Il), schoon met het daarvoor bestemde ragertje. Maak de deurafdichting met water schoon en droog deze zorgvuldig af. Zorg er voor dat er geen olie of vet op de afdichting komt, daar deze stoffen de afdichting poreus kunnen maken. ~ - Is het lampje kapot, schroef het dan los en vervang het door Maak de buitenkant van de koelkast schoon met een spons en lauw water. Met een zachte doek afdrogen. Maak af en toe de condensor (Fig. 12) met een stofzuiger schoon. ~ ~ A Bl4 ~~~~~~~~~~~ ~ ~ ~ V Bent u lang afwezig, neem dan de stekker uit het stopcontact, haaldekoelkastleeg,maakde binnenkant schoon en laat de deur open (om de vorming van vieze luchtjes tegen te gaan). Bij een korte afwezigheidkunt u het apparaat aan laten staan. Om het apparaat tijdelijk uit te schakelen zet u de thermostaatknop op stand O. ~ ~ VOOS ~~~~~~~~~~~~A~~~~ A U kunt uw apparaat met minder energie laten werken. - Controleer de afdichting van de deur; Stel het apparaat waterpas op, zodat de deur perfect sluit. - Is de koelkast voorzien van een m compartiment, verwijder dan regelmatig de rijplaag op de binnenkant hiervan; ontdooi wanneer de rijplaag een dikte van ca 3 mm heeft bereikt. - Maak de condensor regelmatig schoon. - Open de deur niet onnodig; sluit deze meteen na het uitnemen van de levensmiddelen. - Doe de koelkast vol maar niet overvol; zorg, dat de lucht binnenin goed kan circuleren. - Wanneer u het apparaat op een lagere temperatuur instelt dan nodig is, verspilt u energie. - Plaats het apparaat niet naast een warmtebron zoals een fornuis, verwarming, boiler, of in de volle zon. ~ een nieuwe (niet sterker dan 15 W) (Fig.14). 6)Water op de bodem van de koelkast. Controleer of: - de thermostaat op de juiste stand staat; - de waterafvoer niet belemmerd wordt en de afvoeropening niet verstopt is (zie het hoofdstuk "Onderhoud") (Fig.11). ~ ~ ~ G ~ ~ Noot Indien u de voedingskabel moet vervangen, neem dan de stekker uit het stopcontact, monteer de nieuwe kabel en verzeker u ervan dat deze de juiste doorsnede heeft en correct is vastgezet en aangesloten. Wanneer het apparaat nade bovengenoemde controles nog steeds niet normaal wil functioneren, waarschuw dan de Service Dienst, waarvan u de adressen vindt zowel op het garantiebewijs als in de telefoongids; specificeer de aard van het defect, het model en het serienummer van het apparaat; deze gegevens staan vermeld op het typeplaatje (Fig. 6). ~ OMKEREN VAM DE DEUR ~ ~ 1) Demonteerhet onderste scharnier 2) Verwijder de deur 3) Verwijder de schroeven 4) Draai de pen om 5) Draai het voetje om AL.c 6) Demonteer de handgreep 7) Draai de scharnierbusom 8) Monteer de handgreep 9) Zet de sluitdopjes in 1O) Draai de handgreepom 1 1) Zet de sluitdopjesin 12) Monteer de deur 13) Monteer het onderste scharnier VAN DE KLEP VAN HET LAGE-TEMPERATUURCON~~~TB~ENB (Fig. A) ~~~~~~~ ~~~~~~~~~~~~~~ (Fig. 15) Een onregelmatige werking wordt niet altijd veroorzaakt door een defect aan het apparaat, maar is vaak het gevolg van een foutieve installatie of een onjuist gebruik. Om onnodige tussenkomsten met bijbehorende kosten van onze service te voorkomen, raden wij aanals volgt te werk te gaan: 1) De binnentemperatuur is niet laag genoeg. Controleer of: - de deur perfect sluit; - de thermostaat op de juiste stand staat (zie het hoofdstuk "Regeling van de temperatuur"); - het apparaat niet naast een warmtebron staat; - de lucht vrij door de ventilatie-openingen kan circuleren; - er geen excessieve rijplaag in het lage-temperatuurcompartiment zit; - de condensor (radiator), bevestigd op de achterkant, schoon is (Fig. 12). 2) De binnentemperatuur is te laag. Controleer of: - de thermostaat op de juiste stand staat. 3) Het apparaat maakt erg veel lawaai. Controleer of: - het apparaat goed horizontaal staat. 4) Het apparaat werkt niet. Controleer of: - de thermostaatknop niet op stand O staat; - er stroom is; - de stekker goed in het stopcontact zit; - de hoofdschakelaar niet is uitgeschakeld of de zekeringen niet zijn doorgebrand; - de voedingskabelniet kapot is (zie ook de Noot). 5) De binnenverlichtingbrandt niet: Zie punt 4. Neem anders de stekker uit het stopcontact, schroef het kapje (indien aanwezig) met eenschroevedraaier los (Fig. 13) en controleer of de lamp los zit; indien nodig deze vastdraaien. 1) Open de deur en demonteer de onderste scharnier. 2) Verwijder de deur. 3) Verwijder de sluitpal en monteer hem aan de rechter kant. Verwijder de terugtrekveer en monteer hem aan de linker kant. 4) Verwijder de bovenste bus en plaats hem in de linker behuizing. 5) Monteer de deur (met 180" gedraaid). 6) Hermonteer de onderste scharnier. 7) Sluit het ongebruikte gat af met de clip (uit het zakje). QMKEREN VAN DE KLEP VAN HET LAGE-TEMPEIRATUURCQRnBAR-BIMFhrT (Fig. B) 1) Demonteer het linker sluitblokje(2 schroeven) 2) Demonteer de scharnieren op de rechterkant (4 schroeven) en verwijder de klep. 3) Monteer de scharnieren opnieuw op de linkerkant en monteer de klep. 4) Monteer het sluitblokje opnieuw op de rechterkant. 5) Sluit de niet gebruikte openingen af met 2 clips (uit het zakje).
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8

Bauknecht KDU 1476-1 LH de handleiding

Type
de handleiding