Documenttranscriptie
© Copyright 2011 by Conrad Electronic SE.
01_1211_01
Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van de firma Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau
(www.conrad.com).
Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microverfilming
of de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever.
Nadruk, ook van uittreksels, verboden.
Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen. Wijziging van techniek en uitrusting
voorbehouden.
Colofon
© Copyright 2011 by Conrad Electronic SE.
Ce mode d’emploi est une publication de la société Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau
(www.conrad.com).
Tous droits réservés, y compris de traduction. Toute reproduction, quelle qu’elle soit (p. ex. photocopie, microfilm, saisie dans
des installations de traitement de données) nécessite une autorisation écrite de l’éditeur. Il est interdit de le réimprimer, même
par extraits.
Ce mode d’emploi correspond au niveau technique du moment de la mise sous presse. Sous réserve de modifications
techniques et de l’équipement.
Information légales
© Copyright 2011 by Conrad Electronic SE.
These operating instructions are a publication by Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau
(www.conrad.com).
All rights including translation reserved. Reproduction by any method, e.g. photocopy, microfilming, or the capture in electronic
data processing systems require the prior written approval by the editor. Reprinting, also in part, is prohibited.
These operating instructions represent the technical status at the time of printing. Changes in technology and equipment
reserved.
Legal notice
© Copyright 2011 by Conrad Electronic SE.
Diese Bedienungsanleitung ist eine Publikation der Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau
(www.conrad.com).
Alle Rechte einschließlich Übersetzung vorbehalten. Reproduktionen jeder Art, z. B. Fotokopie, Mikroverfilmung, oder die
Erfassung in elektronischen Datenverarbeitungsanlagen, bedürfen der schriftlichen Genehmigung des Herausgebers. Nachdruck, auch auszugsweise, verboten.
Diese Bedienungsanleitung entspricht dem technischen Stand bei Drucklegung. Änderung in Technik und Ausstattung
vorbehalten.
Impressum
CONRAD IM INTERNET http://www.conrad.com
MPA - M.A.R.L.I.S. MkIII
PA-systeem
MPA - M.A.R.L.I.S. MkIII
Système PA
MPA - M.A.R.L.I.S. MkIII
Active PA-Set
Pagina 56 - 73
Page 38 - 55
Page 20 - 37
Seite 2 - 19
Version 12/11
GEBRUIKSAANWIJZING
OPERATING INSTRUCTIONS
MPA - M.A.R.L.I.S. MkIII
Aktiv PA-Set
Best.-Nr. / Item-No. / N° de commande / Bestnr.:
30 49 78
31 15 00
31 14 99
BEDIENUNGSANLEITUNG
NOTICE D´EMPLOI
Inhoudsopgave
Pagina
1.
Inleiding ......................................................................................................................................................... 57
2.
Voorgeschreven gebruik .............................................................................................................................. 58
3.
Verklaring van symbolen .............................................................................................................................. 58
4.
Veiligheidsvoorschriften ............................................................................................................................... 59
5.
Functie- en kenmerkbeschrijving ................................................................................................................. 61
6.
Aansluitingen en bedieningselementen ...................................................................................................... 62
7.
Opstelling ...................................................................................................................................................... 63
8.
Aansluiting van de signaalingangen ............................................................................................................ 64
9.
Aansluiting van de luidsprekeruitgangen .................................................................................................... 66
10. Netaansluiting ............................................................................................................................................... 68
11. Ingebruikneming en bediening ..................................................................................................................... 69
12. Gebruik .......................................................................................................................................................... 70
13. Onderhoud .................................................................................................................................................... 70
14. Verhelpen van storingen .............................................................................................................................. 72
15. Afvoer ............................................................................................................................................................ 73
16. Technische gegevens ................................................................................................................................... 73
56
1. Inleiding
Geachte klant,
hartelijk dank voor de aankoop van dit product.
Dit product voldoet aan de wettelijke nationale en Europese eisen. Gelieve deze gebruiksaanwijzing goed
op te volgen om deze toestand te behouden en een gebruik zonder gevaren te waarborgen!
Deze gebruiksaanwijzing hoort bij dit product. Ze bevat belangrijke aanwijzingen over de inbedrijfname en het
gebruik. Let hierop, ook als u het product doorgeeft aan derden. Bewaar deze bedieningshandleiding daarom voor
later gebruik!
Alle voorkomende bedrijfsnamen en productaanduidingen zijn handelsmerken van de betreffende eigenaar.
Alle rechten voorbehouden.
Voor meer informatie kunt u kijken op www.conrad.nl of www.conrad.be
57
2. Voorgeschreven gebruik
De MPA - M.A.R.L.I.S. MkIII actief PA-set is bedoeld voor het versterken van audiosignalen van audio-installaties
en het via de luidsprekers omzetten van deze signalen in hoorbare geluidsgolven.
De ingangen mogen alleen aan audio-uitgangen van audioapparaten met een laag niveau worden aangesloten.
Op de luidsprekeruitgangen mogen alleen geschikte passieve luidsprekers worden aangesloten.
Dit product is alleen goedgekeurd voor aansluiting op 220-240V~/50-60Hz wisselspanning en voor randgeaarde
contactdozen.
Het product mag uitsluitend in gesloten ruimten worden gebruikt, dus niet in de open lucht. Vermijd absoluut het
contact met vocht, b.v. in de badkamer.
Een andere toepassing dan hierboven beschreven, leidt tot beschadiging van het product en brengt bovendien
gevaren met zich mee zoals kortsluiting en brand.
Het complete product mag niet worden gewijzigd of omgebouwd; daarnaast is het niet toegestaan de behuizing te
openen.
De veiligheidsvoorschriften dienen absoluut in acht te worden genomen.
Volg alle veiligheidsinstructies en montagevoorschriften in deze gebruiksaanwijzing op!
3. Verklaring van symbolen
Een bliksemschicht in een driehoek waarschuwt voor onbeschermde spanningvoerende delen
resp. elementen binnen in de behuizing of voor contactgevaarlijke aansluitpunten. Aanraking
van deze elementen resp. aansluitpunten kan levensgevaarlijk zijn.
Leidingen die op dergelijke punten worden aangesloten, mogen alleen door een vakman
worden aangesloten of er moeten leidingen worden gebruikt die volledig aansluitklaar zijn.
In het apparaat bevinden zich geen onderdelen die door de gebruiker moeten worden
onderhouden. Het apparaat mag daarom nooit worden geopend.
Het symbool met een uitroepteken wijst de gebruiker erop, dat hij/zij voor de ingebruikneming
van het apparaat de gebruiksaanwijzing moet lezen en deze bij het gebruik in acht moet nemen.
58
4. Veiligheidsvoorschriften
Bij schade veroorzaakt door het niet opvolgen van de gebruiksaanwijzing, vervalt het recht op
garantie. Voor vervolgschade die hieruit ontstaat, zijn wij niet aansprakelijk!
Voor materiële schade of persoonlijk letsel veroorzaakt door ondeskundig gebruik of het niet
opvolgen van de veiligheidsvoorschriften, zijn wij niet verantwoordelijk. In dergelijke gevallen
vervalt het recht op garantie!
Geachte klant: De volgende veiligheids- en gevarenvoorschriften hebben niet alleen de bescherming van
het product, maar ook de bescherming van uw gezondheid tot doel. Lees de volgende punten zorgvuldig
door:
• Om veiligheidsredenen is het eigenmachtig ombouwen en/of veranderen van het systeem niet
toegestaan.
• Alle personen, die het systeem bedienen, installeren, opstellen, in bedrijf nemen of onderhouden,
moeten hiervoor opgeleid en voldoende gekwalificeerd zijn en deze gebruiksaanwijzing opvolgen.
• Het systeem voldoet aan veiligheidsklasse 1. Als spanningsbron mag alleen een wandcontactdoos
met randaarde (220-240V~/50-60Hz) van het openbare stroomnet worden gebruikt die aan de
voorschriften voldoet.
• Let op correcte ingebruikneming van het systeem. Neem hierbij deze gebruiksaanwijzing in acht.
• Zorg dat het netsnoeren niet wordt afgekneld, geknikt, door scherpe randen wordt beschadigd of op
andere wijze mechanisch worden belast. Vermijd overmatige thermische belasting van de netsnoeren
door te grote hitte of koude. Verander de netsnoeren niet. Indien u hier niet op let, dan kunnen de
netsnoeren beschadigd raken. Beschadigde netsnoeren kunnen een levensgevaarlijke elektrische
schok tot gevolg hebben.
• Als een netsnoer beschadigd is, mag u het niet aanraken. Schakel eerst de betreffende
wandcontactdoos stroomloos (bijv. via de bijbehorende veiligheidsschakelaar) en trek daarna de
netstekker voorzichtig uit de wandcontactdoos. Koppel het netsnoer los van het apparaat. Gebruik
het systeem in geen geval met een beschadigd netsnoer.
• Om een volledige scheiding te krijgen van het stroomnet, moet(en) de stekker(s) van het systeem
uit het stopcontact worden getrokken. Het volstaat niet het systeem met de aan/uit-schakelaar uit
te schakelen.
• Houd het product buiten bereik van kinderen; het is geen speelgoed. Kinderen kunnen niet
inschatten welke gevaren aan het gebruik van elektrische apparatuur zijn verbonden.
• Zorg dat elektrische apparatuur niet in contact komt met vloeistof. Zet voorwerpen waar vloeistof in
zit niet boven op elektrische apparaten (bijv. vazen). Er bestaat brandgevaar of gevaar voor een
levensgevaarlijke elektrische schok. Schakel in dit geval de bijhorende wandcontactdoos spanningloos
(bijv. veiligheidsschakelaar uitschakelen) en trek vervolgens de netstekker uit het stopcontact. Trek
alle kabels van het systeem uit. Het product mag daarna niet meer worden gebruikt, breng het naar
een elektrotechnisch bedrijf.
59
• Netstekkers mogen nooit met natte handen in de contactdoos worden gestoken of er uit worden
verwijderd.
• Let tijdens het gebruik op voldoende ventilatie. Bedek de ventilatieopeningen niet met tijdschriften,
dekens, gordijnen, enz. Houd een minimale afstand van ca. 15 cm aan tot andere voorwerpen.
• Stel het systeem niet bloot aan hoge temperaturen, druip- of spatwater, sterke trillingen of hoge
mechanische belastingen.
• Zet geen brandende voorwerpen, zoals kaarsen, op het systeem.
• Raadpleeg een vakman wanneer u twijfelt over de werking, veiligheid of aansluiting.
• Het systeem mag nooit zonder toezicht in werking zijn.
• Gebruik het product uitsluitend in een gematigd klimaat; niet in een tropisch klimaat.
• Laat verpakkingsmateriaal niet achteloos slingeren. Dit kan voor kinderen gevaarlijk speelgoed zijn.
• Bewaar magneetgeheugens niet in de buurt van het systeem, zoals bijv. diskettes, videobanden,
enz. aangezien het magneetveld van de luidsprekers de op deze geheugenmedia vastgelegde
informatie kan verstoren.
• Neem ook de veiligheidsvoorschriften in de afzonderlijke hoofdstukken van deze gebruiksaanwijzing
in acht.
• Neem ook de veiligheidsinstructies en gebruiksaanwijzingen in acht van de andere apparaten die
op het systeem worden aangesloten.
• In commerciële omgevingen dienen talrijke wetten en voorschriften, bijv. de Arbo-voorschriften ter
voorkoming van ongevallen met betrekking tot elektrische installaties en bedrijfsmiddelen, in acht
te worden genomen. Als gebruiker moet u zich informeren bij de betrokken diensten en overheden,
en bent u verantwoordelijk voor het opvolgen van de geldende regels en voorschriften.
• Indien u vragen heeft over de correcte aansluiting of als er problemen zijn waar u in de
gebruiksaanwijzing geen oplossing voor kunt vinden, neem dan contact op met onze technische
helpdesk of met een vakman.
60
5. Functie- en kenmerkbeschrijving
De MPA - M.A.R.L.I.S. MkIII PA-set is een PA-systeem met een of twee subwoofers.
U kunt de MPA - M.A.R.L.I.S. 2.0 MkIII set op elk moment met de afzonderlijk verkrijgbare actieve subwoofer voor
de MPA - M.A.R.L.I.S. 2.0 MkIII PA-set uitrusten.
Het ingangssignaal wordt in de subwoofer door middel van een actief crossover-netwerk gescheiden in bas- en
middelhogetonenaandelen. De basaandelen worden door de baseindtrap versterkt en via de subwoofer(s) in
laagfrequente geluidsgolven omgezet. De middelhogetonenaandelen worden eveneens door een eindtrap in de
subwoofer versterkt en via de satellietluidsprekers in geluidsgolven omgezet.
De 38cm-(15")-subwoofer is ingebouwd in een basreflexbehuizing, die ook de complete versterkerelektronica bevat.
De satellietluidsprekers zijn in 2-weg-techniek met een 200mm-(8")-basmiddenspeaker opgebouwd.
De subwooferbehuizing is voorzien van rollen die een licht transport toestaan. Alle behuizingen zijn goed beschermd
tegen mechanische belasting met bekleding.
De satellietluidsprekers kunnen met boxstatieven worden opgesteld, die ook in de boxenflens van de subwoofer
kunnen worden gestoken.
Kenmerken:
•
Trillingsvrije metalen rooster (aan satellieten en subwoofers)
•
Luchtdichte greepkommen
•
Stabiele en robuuste subwoofer-stuurrollen (2 daarvan vergrendelbaar)
•
Aluminium boxflens
•
Onverslijtbare bekleding
•
Krachtige dynamishce 25mm (1") hogetoondriver in de satellieten
•
Speaker-aansluitterminals
•
Symmetrische XLR-ingangsbussen en asymmetrische cinchingangen
•
Main-Levelregelaar
•
Sub-Levelregelaar
•
Faseomkeerschakelaar
•
Ventilatorloze koeling
•
Volledig symmetrische eindstappenopbouw
•
Absoluut kortsluitingsbestendig
•
Limiter voor subwoofer- en satellieteneindtrap
•
3-kanaals-eindtrap RMS/MAX 400/800 W
61
6. Aansluitingen en bedieningselementen
(1) Regelknop MAIN LEVEL
(2) Schakelaar SUB PHASE
(3) Regelknop SUB LEVEL
(4) Indicatie POWER
(5) Cinchaansluitingen INPUT LEFT/RIGHT
(6) XLR-aansluitingen INPUT LEFT/RIGHT
(7) Aansluitingen SAT OUTPUT LEFT/RIGHT
(8) Schakelaar POWER
(9) Netaansluiting
62
7. Opstelling
Let bij het plaatsen van het apparaat op dat blootstelling aan direct zonlicht, trillingen, stof,
hitte, kou en vocht moet worden voorkomen. Er mogen zich geen sterke transformatoren of
motoren in de nabijheid van het systeem bevinden.
Let bij het opstellen samen met andere apparatuur op voldoende ventilatiemogelijkheden.
Houd voldoende afstand tot warmtebronnen. Plaats het systeem niet in de directe nabijheid van
warmtebronnen, zoals bijv. een verwarming. Richt geen sterke stralers of lichtbronnen op het
systeem. Dit kan leiden tot oververhitting (brandgevaar!).
De warmteafvoer van het systeem mag niet worden verhinderd. U mag de ventilatieopeningen
niet afdekken. Zorg dat de luchtcirculatie niet door voorwerpen zoals tijdschriften, tafelkleden
of gordijnen wordt beperkt. Dit verhindert de warmteafvoer van het systeem en kan leiden tot
oververhitting (brandgevaar!).
Boor voor het bevestigen niet in de behuizing en plaats geen extra schroeven; hierdoor kunnen
spanningvoerende delen bloot komen te liggen.
Zorg ervoor dat de aansluitkabels niet worden afgekneld of door scherpe randen worden
beschadigd. Leg kabels altijd zo dat er niemand over kan struikelen of erin kan blijven haken.
Er bestaat de kans op ongelukken!
De kabels moeten lang genoeg zijn. Voorkom dat de kabels door trekkracht mechanisch
worden belast. Hierdoor kunnen de kabels resp. het systeem beschadigd raken. Er bestaat
gevaar voor een levensgevaarlijke elektrische schok.
Plaats uw systeem niet in de directe nabijheid van beeldschermen zoals televisieapparaten of
computermonitors. Het gevaar bestaat dat de magneetvelden van de luidsprekers het beeld
vervormen.
Gebruik het systeem uitsluitend op een stabiele ondergrond, die niet gevoelig is voor warmte.
Let er bij het opstellen van de satellietluidsprekers op, dat deze veilig op een stabiel oppervlak
worden geplaatst. Als de boxen naar beneden vallen, kunnen personen ernstig gewond raken.
De boxen mogen niet aan de draaggrepen of dergelijke worden opgehangen.
Indien de satelliet-luidsprekers op statieven worden geplaatst, moeten deze stevig en geschikt
zijn voor de belasting van de luidsprekers.
•
Rol het systeem naar de opstelplaats.
•
Kantel de subwoofer(s) naar voren, zodat de luidspreker naar het publiek wijst.
•
Stel de satellietluidsprekers op. Deze kunnen ook van boxenstatieven worden voorzien. De subwoofers zijn aan
de bovenkant van boxflensen voorzien, de statieven voor de satellietenluidsprekers kunnen opnemen.
•
Subwoofer en satellietluidsprekers dienen t.o.v. het publiek zo mogelijk op één lijn te worden opgesteld. Hierdoor
worden klankproblemen voorkomen.
63
8. Aansluiting van de signaalingangen
Het PA-systeem is voorzien van symmetrische XLR-ingangen en asymmetrische cinchaansluitingen. Het is voor de
werking onbelangrijk, welke aansluitingen worden gekozen. Maak echter steeds gebruik van slechts één soort
aansluiting.
Let bij de aansluiting van de signaalingangen erop, dat de aansluitsnoeren niet platgedrukt of
door scherpe hoeken beschadigd worden.
De ingangen mogen uitsluitend op audio-uitgangen van audioapparatuur met een laag niveau
worden aangesloten.
Het PA-systeem en het apparaat waarop de set wordt aangesloten, moeten tijdens de aansluiting
uitgeschakeld zijn.
Gebruik voor de aansluiting van de cinch- resp. XLR-ingangen uitsluitend hiervoor geschikte
afgeschermde cinch- resp. XLR-kabels. Bij gebruik van de verkeerde kabels kunnen storingen
optreden.
Om vervormingen of onjuiste aanpassingen te voorkomen die tot beschadiging van het PAsysteem kunnen leiden, mogen op de cinchingangen uitsluitend audioapparaten met een
cinchuitgang worden aangesloten. Op de XLR-ingangen mogen uitsluitend apparaten met
XLR-uitgangen worden aangesloten.
Let hierbij ook op de aansluitwaarden in het hoofdstuk „Technische gegevens“.
Aansluiting bij gebruik van een subwoofer
•
Verbind de cinchaansluitingen INPUT LEFT/RIGHT (5) resp. de XLR-aansluitingen INPUT LEFT/RIGHT (6) met
de voorversterkeruitgangen van het voorgeschakelde audioapparaat (bijv. mengpaneel).
•
Verbind hierbij de aansluiting INPUT RIGHT met de rechter voorversterkeruitgang en de aansluiting INPUT
LEFT met de linker voorversterkeruitgang.
R
64
L
Aansluiting bij gebruik van twee subwoofers
•
Verbind de telkens slechts een cinchaansluiting INPUT LEFT/RIGHT (5) resp. een XLR-aansluitingen INPUT
LEFT/RIGHT (6) per subwoofer met de voorversterkeruitgangen van het voorgeschakelde audioapparaat (bijv.
mengpaneel).
•
Verbind hierbij de aansluiting INPUT RIGHT van de rechter subwoofer met de rechter voorversterkeruitgang en
de aansluiting INPUT LEFT van de linker subwoofer met de linker voorversterkeruitgang.
65
10. Netaansluiting
Het stopcontact waarop het PA-systeem wordt aangesloten, moet gemakkelijk bereikbaar zijn
zodat het systeem in geval van storingen snel en zonder gevaren van de netspanning kan
worden gescheiden.
Het PA-systeem en alle aangesloten apparaten moeten bij het aansluiten van de
voedingsspanning zijn uitgeschakeld.
Controleer of alle elektrische verbindingen, verbindingsleidingen tussen de apparaten en
eventuele verlengsnoeren volgens de voorschriften en in overeenstemming met de
gebruiksaanwijzing zijn aangesloten.
•
Verbind de eurostekker van de netkabel met de netaansluiting (8).
•
Steek de netstekker van het netsnoer in een wandcontactdoos.
•
Met de schakelaar POWER (7) wordt het PA-systeem in- resp. uitgeschakeld.
Stand „O“: apparaat is uitgeschakeld.
Stand “I”: apparaat is ingeschakeld.
Als het apparaat is ingeschakeld, brandt het indicatielampje POWER (4).
68
11. Ingebruikneming en bediening
Neem het systeem alleen in gebruik, als u zich met de functies en met deze gebruiksaanwijzing
vertrouwd heeft gemaakt. Controleer nogmaals of alle aansluitingen juist zijn. U mag het
systeem niet in bedrijf stellen als het beschadigd is.
Schakel het PA-systeem altijd als laatste in en als eerste uit. Daarmee voorkomt u, dat storende
geluiden die bijv. bij het uitschakelen van een mengpaneel kunnen ontstaan, het PA-systeem
beschadigen.
Zorg dat de aangesloten apparaten niet worden overbelast. De geluidsweergave mag in ieder
geval niet vervormd zijn. Indien u vervormde muziek hoort terwijl het volume niet te hoog is
ingesteld, moet het PA-systeem direct worden uitgeschakeld en de aansluiting worden
gecontroleerd. Als de aansluiting van het apparaat in orde is, dient u een vakman te raadplegen.
Het systeem mag alleen door personen worden bediend, die bekend zijn met de inhoud van
deze gebruiksaanwijzing en de instructies in acht nemen. Houd andere personen en kinderen
uit de buurt van het apparaat.
•
Draai de regelknoppen MAIN LEVEL (1) en SUB LEVEL (3) helemaal terug (linker aanslag).
•
Schakel het aangesloten mengpaneel in en start de weergave. Stel op het mengpaneel een gemiddeld volume
in.
•
Schakel het PA-systeem met de schakelaar POWER (7) in.
•
Zet het volume van het mengpaneel op ca. 75% van het maximale volume resp. op het maximale onvervormde
niveau (bij apparaten met volume-indicatoren te zien aan de markering „0db“).
•
Regel het subwoofervolume nu met de regelknop(pen) SUB LEVEL (3) en het totale volume van het PA-systeem
met de regelknop(pen) MAIN LEVEL (1) tot het maximaal benodigde volume.
Deze instelling behaalt een zo hoog mogelijke ruisafstand en maakt de beste audiokwaliteit mogelijk.
Let erop, dat het PA-systeem niet overbelast wordt. Door een te hoog volume kan het systeem beschadigd raken.
Subwoofers zouden de satellietluidsprekers in het diepbasbereik moeten aanvullen. Ze horen niet te dreunen.
•
Na deze basisinstelling wordt het volume slechts nog met de volumeregelaar op het mengpaneel ingesteld. Bij
elke verandering van de schakeling moet het instelproces worden herhaald.
•
Schakel de schakelaar(s) SUB PHASE (2) als test om. Afhankelijk van de plaats van opstelling van de
satellietluidsprekers kan de faseomkering van de subwoofer(s) een verbetering van de basweergave tot gevolg
hebben. De stand met de zuivere en luidere bas is de juiste.
Let op: Als twee subwoofers worden gebruikt, moeten beide PHASE-schakelaars (2) altijd in dezelfde stand
staan.
•
Om de installatie uit te schakelen, schakelt u eerst het PA-systeem uit met de schakelaar(s) POWER (7) en pas
daarna het mengpaneel uit.
69
12. Gebruik
•
Steek netstekkers nooit direct in de contactdoos als het systeem van een koude in een warme ruimte is gebracht.
Het condenswater dat wordt gevormd, kan onder bepaalde omstandigheden het systeem beschadigen.
Laat het systeem eerst op kamertemperatuur komen, voordat u de stekker in de contactdoos steekt. Wacht tot
al het condenswater is verdampt.
•
Trek nooit aan het netsnoer om de stekker uit de contactdoos te verwijderen, pak altijd de netstekker beet bij de
daarvoor bestemde greepvlakken om deze uit de contactdoos te verwijderen.
•
Neem de netstekker altijd uit de contactdoos als u deze langere tijd niet gebruikt.
•
Neem bij onweer de netstekker altijd uit de contactdoos.
•
Het wordt afgeraden gedurende een langere periode naar muziek met een te hoog volume te luisteren. Hierdoor
kan het gehoor beschadigd raken.
13. Onderhoud
Controleer regelmatig de technische veiligheid van het systeem, bijv. op beschadigingen aan de netkabel(s) en de
behuizing(en).
Indien kan worden aangenomen dat gebruik zonder gevaren niet meer mogelijk is, dan moet het product buiten
bedrijf worden gesteld en worden beveiligd tegen onopzettelijk gebruik. Neem de stekker uit de contactdoos!
U mag ervan uitgaan dat een veilig gebruik niet meer mogelijk is indien:
•
het systeem of een netsnoer zichtbaar beschadigd is
•
het systeem niet meer functioneert
•
het toestel gedurende langere tijd onder ongunstige omstandigheden is opgeslagen of
•
het toestel tijdens transport te zwaar is belast
70
Neem altijd de volgende veiligheidsinstructies in acht voordat u het PA-systeem gaat schoonmaken of onderhouden:
Bij het openen van deksels en/of het verwijderen van onderdelen van het toestel kunnen
spanningvoerende delen vrij komen te liggen.
Daarom moet het toestel voor onderhoud of reparatie worden losgekoppeld van alle
spanningsbronnen.
Condensatoren in het toestel kunnen nog geladen zijn, zelfs als het van alle spanningsbronnen
is losgekoppeld.
Een reparatie mag uitsluitend plaatsvinden door een technicus die vertrouwd is met de risico’s
resp. toepasselijke voorschriften.
Let er bij vervanging van zekeringen op dat uitsluitend zekeringen van het aangegeven type en met de juiste
nominale stroomsterkte worden gebruikt (zie Technische gegevens).
Het repareren van zekeringen of het overbruggen van de zekeringhouder is niet toegestaan.
•
Nadat de verbinding met het netwerk succesvol verbroken is (netstekker lostrekken!) trekt u de betreffende
eurostekker uit de netwerkaansluiting (8) op de subwoofer. Haal de zekeringhouder via de netaansluiting (8) met
de defecte zekering eruit.
•
Verwijder de defecte zekering en vervang deze door een nieuwe zekering van hetzelfde type.
•
Zet de zekeringhouder met de nieuwe zekering nu weer voorzichtig in het apparaat.
•
Verbind de netkabel pas daarna weer met de subwoofer en steek deze in een wandcontactdoos.
Reiniging
Reinig de buitenkant van het PA-systeem enkel met een zachte en droge doek of kwast. De tapijtbespanning van
de behuizing kunt u met een stofzuiger schoonmaken.
Gebruik in geen geval agressieve schoonmaakmiddelen of chemische oplossingen, omdat deze het oppervlak van
de behuizing kunnen beschadigen.
71
14. Verhelpen van storingen
U heeft met het PA-systeem een product aangeschaft dat volgens de nieuwste stand der techniek is ontwikkeld en
veilig is in het gebruik.
Toch kunnen zich problemen of storingen voordoen.
Daarom wordt hieronder beschreven hoe eventuele storingen kunnen worden verholpen:
Neem altijd de veiligheidsvoorschriften in acht!
Geen werking, indicator POWER (4) brandt niet.
•
Is het systeem ingeschakeld?
•
Is de netstekker in de netcontactdoos geplaatst?
•
Is de zekering van de subwoofer defect?
•
Controleer de netcontactdoos. Wordt ze correct met stroom verzorgd?
De indicator POWER (4) brandt, er is echter geen toon te horen.
•
Staat de volumeregelaar bij het mengpaneel op minimum?
•
Is het mengpaneel correct aan de ingang aangesloten?
•
Is bij het mengpaneel evt. een muteschakeling geactiveerd?
Maar één satellietluidspreker werkt.
•
Is de betreffende aansluitleiding van het mengpaneel in orde?
•
Is de luidspreker correct aan de aansluiting SAT OUTPUT (6) aangesloten?
•
Is bij het mengpaneel de balans- of panoramaregelaar onjuist ingesteld?
•
Is de aansluitleiding van de audiobron naar het mengpaneel correct aangesloten?
Er treedt een brommen op.
•
Zijn de signaalkabels van het mengpaneel naar het PA-systeem in orde?
•
Zijn de signaalkabels van de audiobron naar het mengpaneel in orde?
Andere reparaties dan hierboven beschreven, mogen uitsluitend door een erkend vakman
worden uitgevoerd.
72
15. Afvoer
Elektronische apparaten zijn recyclebare stoffen en horen niet bij het huisvuil!
Als het product niet meer werkt, moet u het volgens de geldende wettelijke bepalingen voor
afvalverwerking inleveren.
16. Technische gegevens
Voedingsspanning ..................................................................... 220 - 240 V/50 - 60 Hz
Zekering ..................................................................................... T3,15AL/250 V (5 x 20 mm)
Ingangsimpedantie .................................................................... 5,7 kOhm (XLR)/12 kOhm (Cinch)
Ingangsgevoeligheid ................................................................. 380 mV (XLR)/650 mV (cinch)
Uitgangsvermogen max. (systeem) .......................................... 800 W
Uitgangsvermogen RMS (systeem) .......................................... 400 W
Frequentiebereik ........................................................................ 35 - 130 Hz (SUB)/130 - 20000 Hz (SAT)
Geluidsdruk (systeem) ............................................................... max. 122 dB
Subwoofer .................................................................................. 38 cm (15")
Satellieten .................................................................................. 200 mm (8")-basluidspreker met hoge tonen horens
Afmetingen (SUB) ...................................................................... 450 x 556 x 600 mm
Afmetingen (SAT) ...................................................................... 280 x 415 x 240 mm
73