Indesit LR8 S1 S Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Handleiding
www.indesit.com/register
2
HANDLEIDING
DANK U WEL VOOR UW AANKOOP VAN EEN INDESIT PRODUCT.
Voor verdere assistentie kunt u het apparaat registeren op www.indesit.com/register
INDEX
GIDS GEZONDHEID & VEILIGHEID ......................................................... 3
Veiligheidsvoorschriften .................................................................................3
GIDS GEBRUIK & ONDERHOUD ........................................................... 6
Productbeschrijving ......................................................................................6
Bedieningspaneel .......................................................................................... 6
Koelkastverlichting ........................................................................................7
Schappen ..................................................................................................7
Deur ....................................................................................................... 7
Gebruik van het apparaat ................................................................................8
Eerste gebruik .............................................................................................8
Koelvak en bewaren voedsel ...............................................................................8
Opslaan van verse etenswaar en dranken ...................................................................8
Diepvriescompartiment en bewaren voedsel ...............................................................9
Verwijderen van de vriesladecontainer .....................................................................9
Tips voor het invriezen en bewaren van verse levensmiddelen ...............................................9
Diepgevroren etenswaar: winkeltips ........................................................................9
Bewaartijden voor zelf ingevroren etenswaren .............................................................10
Het vriesvak ontdooien ...................................................................................10
Functionele geluiden .....................................................................................10
Aanbevelingen wanneer het apparaat niet wordt gebruikt .................................................11
Reiniging en onderhoud .................................................................................11
Probleemoplossing ......................................................................................12
Consumentenservice ....................................................................................13
INSTALLATIEGIDS ....................................................................... 14
NL
3
Gids Gezondheid & Veiligheid
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
BELANGRIJK MOET WORDEN GELEZEN
EN IN ACHT GENOMEN
Lees voordat u het apparaat gaat gebruiken deze
veiligheidsinstructies. Bewaar ze in de buurt voor
toekomstige raadpleging.
Deze instructies en het apparaat zelf zijn voorzien
van belangrijke veiligheidsaanwijzingen, die te allen
tijde moeten worden opgevolgd. De fabrikant kan
niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die
het gevolg is van het niet opvolgen van deze
veiligheidsinstructies, oneigenlijk gebruik of een
foute programmering van de regelknoppen.
Heel kleine kinderen (0-3 jaar) moeten uit de
buurt van het apparaat blijven. Jonge kinderen
(3-8 jaar) moeten uit de buurt van het apparaat
blijven, tenzij ze de hele tijd onder toezicht staan.
Kinderen vanaf 8 jaar en personen met verminderde
fysieke, sensorische of mentale vermogens of
gebrek aan ervaring en kennis, mogen dit apparaat
gebruiken indien ze onder toezicht staan of
instructies hebben ontvangen over veilig gebruik
en de mogelijke gevaren ervan begrijpen. Kinderen
mogen niet spelen met het apparaat. De reiniging
en het onderhoud mogen niet door kinderen
worden uitgevoerd zonder toezicht.
TOEGESTAAN GEBRUIK
VOORZICHTIG: Het apparaat is niet geschikt voor
inwerkingstelling met een externe schakelaar zoals
een timer, of een afzonderlijk systeem met
afstandsbediening.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in
huishoudelijke en gelijkaardige toepassingen zoals:
personeelskeukens in winkels, kantoren en overige
werkomgevingen; in landbouwbedrijven; door
klanten in hotels, motels, bed & breakfast en andere
verblijfsomgevingen.
Dit apparaat is niet geschikt voor een professioneel
gebruik. Gebruik het apparaat niet buitenshuis.
De lamp die in het apparaat wordt gebruikt is
speciek ontworpen voor huishoudapparaten en is
niet geschikt voor ruimteverlichting (EG Verordening
244/2009).
Het apparaat is bedoeld voor gebruik op plaatsen
waar de temperatuur binnen het volgende bereik
komt, conform de klimaatklasse op het typeplaatje.
Mogelijk werkt het apparaat niet correct indien het
lange tijd op een temperatuur buiten het aangegeven
bereik wordt gebruikt.
Omgevingstemperaturen van klimaatklasse:
SN: SN: van 10°C tot 32°C; N: van 16°C tot 32°C
ST: van 16°C tot 38°C; T: van 16°C tot 43°C
Dit apparaat bevat geen CFK. Het koelcircuit
bevat R600a (HC). Apparaten met Isobutaan
(R600a): isobutaan is een natuurlijk gas dat
geen schadelijke invloed heeft op het milieu,
maar wel ontvlambaar is. Zorg er daarom voor
dat de koelcircuitleidingen niet beschadigd
raken, vooral wanneer het koelcircuit geledigd
wordt.
WA ARSCHUWING: Beschadig de koelcircuitleidingen
van het apparaat niet.
WAARSCHUWING: Houd de ventilatieopeningen
in de behuizing van het apparaat of in de
ingebouwde structuur vrij van obstakels.
WAARSCHUWING: Gebruik geen mechanische,
elektrische of chemische middelen behalve de
middelen aanbevolen door de fabrikant om het
ontdooiproces te versnellen.
WAARSCHUWING: Gebruik of plaats geen
elektrische apparaten binnenin de
apparaatcompartimenten indien deze niet het type
zijn dat uitdrukkelijk is goedgekeurd door de
Fabrikant.
WAARSCHUWING: IJsmakers en/of
waterdispensers die niet rechtstreeks op het
waterleidingnet zijn aangesloten, mogen uitsluitend
met drinkwater worden gevuld.
WAARSCHUWING: Automatische ijsmakers en/of
waterdispensers moeten worden aangesloten op
een waterleidingnet dat uitsluitend drinkwater
levert, met een waterdruk tussen 0,17 en 0,81MPa
(1,7 en 8,1 bar).
Sla geen ontplofbare stoen zoals spuitbussen
op en gebruik geen benzine of andere brandbare
materialen in of in de buurt van het apparaat.
Slik de (niet-giftige) vloeistof uit de vrieselementen
niet in (bij enkele modellen). Eet geen ijsblokjes of
waterijsjes die net uit de vriezer komen, aangezien
deze vriesbrandwonden kunnen veroorzaken.
Bij producten ontworpen voor gebruik met een
luchtlter in een toegankelijke ventilatorafdekking,
moet het lter altijd zijn aangebracht wanneer de
koelkast in bedrijf is.
Bewaar geen glazen containers met vloeistoen
in het diepvriescompartiment, omdat ze kunnen
breken.
Blokkeer de ventilator (indien aanwezig) niet met
levensmiddelen.
Nadat de levensmiddelen in het apparaat zijn
geplaatst dient gecontroleerd te worden of de
deuren van de vakken goed sluiten, met name de
deur van het vriesvak.
Een beschadigde afdichting dient zo snel
mogelijk vervangen te worden.
4
Gids Gezondheid & Veiligheid
Gebruik het koelkastcompartiment uitsluitend
voor het bewaren van vers voedsel en het
diepvriescompartiment uitsluitend voor het
bewaren van bevroren voedsel, het invriezen van
vers voedsel en het maken van ijsblokjes.
Vermijd het bewaren van onverpakt voedsel in
direct contact met interne oppervlakken van de
koelkast- of diepvriescompartimenten.
Apparaten kunnen over speciale compartimenten
beschikken (vak voor verse etenswaar, nul graden-
vak,...).
Indien niet anders gespeciceerd in de
produ ctbeschrijvin g, kunnen deze compar timenten
verwijderd worden zonder dat hierdoor de
prestaties veranderen.
C-pentaan wordt gebruikt als blaasmiddel in
het isolatieschuim en is een licht ontvlambaar
gas.
INSTALLATIE
Het apparaat moet gehanteerd en geïnstalleerd
worden door twee of meer personen - risico van
verwondingen. Gebruik beschermende handschoenen
om uit te pakken en te installeren - risico van snijwonden.
De installatie, inclusief de watertoevoer (indien
aanwezig) en alle elektrische aansluitingen en
reparaties moeten uitgevoerd worden door een
gekwaliceerd technicus. Repareer of vervang geen
enkel onderdeel van het apparaat, behalve als dit
expliciet aangegeven wordt in de
gebruikershandleiding. Houd kinderen uit de buurt
van de installatieplaats. Controleer na het uitpakken
van het apparaat of het tijdens het transport geen
beschadigingen heeft opgelopen. Neem in geval
van twijfel contact op met uw leverancier of de
dichtstbijzijnde Whirlpool Consumentenservice. Na
de installatie moet het verpakkingsmateriaal (plastic,
piepschuim enz.) buiten het bereik van kinderen
bewaard worden - risico voor verstikking. Het
apparaat moet worden losgekoppeld van het
elektriciteitsnet voordat u installatiewerkzaamheden
uitvoert - risico voor elektrocutie. Tijdens de
installatie dient u ervoor te zorgen dat het apparaat
de voedingskabel niet beschadigd - risico voor
brand of elektrocutie. Activeer het apparaat alleen
als de installatie is voltooid.
Zorg dat u de vloer (bijv. parket) niet beschadigt
tijdens het verplaatsen van het apparaat. Installeer
het apparaat op een vloer of steun die sterk genoeg
is om het gewicht te kunnen hebben, en op een
plaats die geschikt is voor grootte en gebruik.
Controleer of het apparaat niet vlak naast een
warmtebron staat en of de vier pootjes stevig op de
vloer rusten, stel ze naar wens af en controleer of het
apparaat exact horizontaal staat en gebruik hiervoor
een waterpas. Wacht minstens twee uur alvorens
het apparaat in te schakelen, om zeker te stellen dat
het koelcircuit volledig eciënt is.
Om voor voldoende ventilatie te zorgen, dient er
aan beide zijkanten en aan de bovenkant van het
apparaat ruimte vrijgelaten te worden. De afstand
tussen de achterzijde van het apparaat en de muur
achter het apparaat dient minimaal 50 mm te
bedragen, om contact met hete oppervlakken te
voorkomen. Bij minder ruimte aan de achterzijde
neemt het energieverbruik van het product toe.
WAARSCHUWING: Zorg er bij het plaatsen van
het apparaat voor dat de voedingssnoer niet
geklemd zit of beschadigd is.
WAARSCHUWING: Om gevaar als gevolg van
instabiliteit te voorkomen, moet de positionering of
bevestiging van het apparaat worden uitgevoerd
volgens de instructies van de fabrikant.
Het is verboden de koelkast dusdanig te plaatsen
dat de metalen slang van de gaskachel, de metalen
gas- of waterleidingen of de elektrische draden in
contact komen met de achterwand van de koelkast
(condensatorspoel).
ELEKTRISCHE WAARSCHUWINGEN
Het moet mogelijk zijn het apparaat van het
elektriciteitsnet af te koppelen door de stekker uit
het stopcontact te halen of via een meerpolige
netschakelaar die bovenstrooms van het stopcontact
is geplaatst conform de bedradingsvoorschriften en
het apparaat dient geaard te zijn conform de
nationale veiligheidsnormen voor elektriciteit.
Gebruik geen verlengsnoeren, meervoudige
stopcontacten of adapters. Als de installatie voltooid
is, mogen de elektrische onderdelen niet meer
toegankelijk zijn voor de gebruiker. Gebruik het
apparaat niet wanneer u natte voeten hebt of
blootsvoets bent.
Gebruik het apparaat niet als de stroomkabel of de
stekker beschadigd is, als het apparaat niet goed
werkt of als het beschadigd of gevallen is.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet deze
door de fabrikant, zijn technicus of een gelijkaardig
gekwaliceerd persoon vervangen worden door
een identieke kabel, om gevaarlijke situaties en
risico van elektrocutie te voorkomen.
WAARSCHUWING: Meerdere draagbare
stopcontacten of draagbare voedingen mogen niet
aan de achterkant van het apparaat worden
geplaatst.
REINIGING EN ONDERHOUD
WAARSCHUWING: Het apparaat moet worden
losgekoppeld van het elektriciteitsnet voordat u
installatiewerkzaamheden uitvoert; gebruik nooit
stoomreinigers - risico van elektrocutie.
Gebruik op kunststof onderdelen, binnen- en
deurranden of afdichtingen geen schurende of
NL
5
Gids Gezondheid & Veiligheid
agressieve schoonmaakmiddelen zoals ruitensprays,
schurende reinigingsmiddelen, brandbare
vloeistoen, schoonmaakwassen, geconcentreerde
schoonmaakmiddelen, bleekmiddelen en
reinigingsmiddelen die aardolieproducten bevatten.
Gebruik geen papieren handdoeken, schuursponsjes
of ander hard schoonmaakmateriaal.
VERWERKING VAN DE VERPAKKING
De verpakking kan volledig gerecycled worden, zoals door het
recyclingssymbool wordt aangegeven
.
De diverse onderdelen van de verpakking mogen daarom niet bij het
gewone huisvuil worden weggegooid, maar moeten worden afgevoerd
volgens de plaatselijke voorschriften.
AFDANKEN VAN HUISHOUDELIJKE APPARATUUR
Dit apparaat is vervaardigd van recyclebaar of herbruikbaar materiaal.
Dank het apparaat af in overeenstemming met plaatselijke
milieuvoorschriften voor afvalverwerking.
Voor meer informatie over behandeling, terugwinning en recycling van
huishoudelijke apparaten kunt u contact opnemen met uw plaatselijke
instantie, de vuilnisophaaldienst of de winkel waar u dit apparaat hebt
gekocht. Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese
Richtlijn 2012/19/EU inzake Afgedankte elektrische en elektronische
apparaten (AEEA).
Door ervoor te zorgen dat dit product correct wordt afgedankt, helpt
u mogelijke schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te
voorkomen.
Het symbool
op het product of op de begeleidende documentatie
geeft aan dat dit apparaat niet als huishoudelijk afval behandeld
mag worden, maar dat het ingeleverd moet worden bij een speciaal
inzamelingscentrum voor de recycling van elektrische en elektronische
apparatuur.
TIPS OM ENERGIE TE BESPAREN
Installeer het apparaat in een droge, goed geventileerde ruimte, ver bij
eventuele warmtebronnen vandaan (bijv. radiator, fornuis, etc.) en op
een plek die niet aan direct zonlicht wordt blootgesteld. Gebruik indien
nodig een isolatieplaat.
Volg de installatie-instructies om voldoende ventilatie te garanderen.
Door onvoldoende ventilatie aan de achterzijde van het product neemt
het energieverbruik toe en neemt de koeleciëntie af.
Wanneer de deur vaak wordt geopend kan dit leiden tot een verhoogd
Energieverbruik.
De interne temperatuur van het apparaat en het Energieverbruik
worden beïnvloed door de omgevingstemperatuur en de plaats waar
het apparaat opgesteld is. Bij het instellen van de temperatuur moet
rekening gehouden worden met deze factoren. Beperk het openen van
deuren tot een minimum.
Plaats diepgevroren etenswaren die u wilt ontdooien in de koelkast. De
lage temperatuur van de diepgevroren etenswaar koelt de etenswaar in
de koelkast.
Laat warme gerechten en dranken eerst afkoelen voordat ze in het
apparaat geplaatst worden.
De positionering van de platen in de koelkast heeft geen invloed op
het eciënte energiegebruik. De etenswaar dient zodanig op de platen
geplaatst te worden om voor voldoende luchtcirculatie te zorgen (de
verschillende etenswaar dient elkaar niet te raken en de afstand tussen
de etenswaar en de achterwand moet behouden blijven).
U kunt de opslagcapaciteit voor ingevroren etenswaar vergroten door
opslagmanden en, indien aanwezig, de Stop Frost-plaat te verwijderen.
Wees niet verontrust over geluiden die van de compressor komen want
dat zijn de normale geluiden van werking.
6
Gids Gebruik & Onderhoud
PRODUCTBESCHRIJVING
Koelvak
1. Ventilator*
2. Afdekking ventilator*
3. Elektronisch bedieningspaneel/
verlichting
4. Schappen
5. Typeplaatje met handelsnaam
6. Fruit- en groentelade
7. Omkeren deur kit
8. Deurvakken
9. Eierhouder*
10. Flessenscheider*
11. Vakhoogte essen*
12. Deurafdichting
Diepvriescompartiment
12. Deurafdichtingen
13. Laden vriesvak
14. Schappen
15. Onderste lade: koudste zone
ideaal voor het invriezen van verse
levensmiddelen
16. IJsbakje*
3
4
5
7
12
13
1
6
16
15
2
8
11
9
10
14
INVRIEZEN VAN VERSE LEVENSMIDDELEN
Plaats het vers voedsel dat ingevroren moet worden op het
rooster in het vriesvak. Vermijd rechtstreeks contact met voedsel
dat al bevroren is. De hoeveelheid verse etenswaar die in 24 uur
kan worden ingevroren, staat aangegeven op het typeplaatje. Om
vers voedsel in te vriezen, plaats het schap van het vriesvak bovenin.
VENTILATOR*
De ventilator verbetert de temperatuurverdeling in de koelkast,
waardoor de etenswaar beter geconserveerd wordt. De ventilator
is standaard ingeschakeld. Druk op de knop van de ventilator om
de ventilator uit te schakelen. Vergeet niet dat als de ventilator is
ingeschakeld, deze niet continu zal werken. De ventilator start/
stopt met werken afhankelijk van de temperatuur en/of de
vochtigheidsgraad in de koelkast. Het is dus helemaal normaal als
de ventilator niet werkt, ook al is hij ingeschakeld. Als het apparaat
is voorzien van de ventilator kan het ook uitgerust worden met
het antibacteriële lter. Haal het lter uit de doos, die zich in de
crisperlade bevindt en plaats het in de afdekking van de ventilator
- zoals op de afbeelding. De vervangingsprocedure is meegeleverd
in de lterdoos.
TEMPERATUUR KOELVAK EN VRIESVAK
Deze koelkast/diepvriezer wordt aangezet met de thermostaat
in het koelvak.
De temperatuur van beide vakken wordt geregeld door de
thermostaatknop te draaien.
Thermostaat op MIN: lage koelintensiteit
Thermostaat ingesteld op tussen MIN en MAX: de intensiteit
van de koeling kan aan uw eigen voorkeuren worden
aangepast.
Thermostaat ingesteld op MAX: maximale koelinstensiteit.
Voor de beste conservering van levensmiddelen wordt de stand
MED aanbevolen.
Thermostaat ingesteld op
: koeling en verlichting uitgeschakeld.
Opmerking: De weergegeven temperatuurinstelling komt
overeen met de gemiddelde temperatuur in de hele koelkast.
BEDIENINGSPANEEL
B. Thermostaatknop 1. Lampje
2. Thermostaatknop
3. Instelling van de thermostaat
4. Verlichtingsknop
1
23
4
-
MAX
MED
MIN
* Alleen beschikbaar op bepaalde modellen
NL
7
Gids Gebruik & Onderhoud
KOELKASTVERLICHTING
Draai het lampje linksom los, zoals aangegeven op de
afbeelding, en verwijder het. Controleer het lampje. Schroef
indien nodig de kapotte lamp los en vervang ze door een
Led-lamp van hetzelfde type dat alleen te verkrijgen is bij
onze Servicecentra of bij erkende dealers.
Belangrijk: De binnenverlichting van het
koelkastcompartiment gaat branden wanneer de deur van de
koelkast geopend wordt.
SCHAPPEN
Alle schappen, kleppen en schuifmandjes zijn uitneembaar.
DEUR
OMKEREN VAN DE DEUR
Opmerking: De richting waarin de deur opengaat kan
worden veranderd. Indien deze actie wordt uitgevoerd door
Consumentenservice valt dit niet onder de garantie.
Volg de instructies in de Installatiegids.
8
Gids Gebruik & Onderhoud
GEBRUIK VAN HET APPARAAT
EERSTE GEBRUIK
Wacht minstens twee uren na de installatie vooraleer het
apparaat aan te sluiten op het stopcontact.
Nadat u de stekker in het stopcontact gestoken hebt, draai
aan de thermostaatknop om het apparaat aan te zetten.
Na het inschakelen van het apparaat dient u 4-6 uur te
wachten tot de juiste opslagtemperatuur voor een normaal
gevuld apparaat is bereikt. Breng het antibacteriële lter
tegen onaangename geuren op de ventilator aan, zoals
aangeduid in de lterverpakking (indien aanwezig).
KOELVAK EN BEWAREN VOEDSEL
In het koelkastcompartiment kunnen verse etenswaar
en dranken bewaard worden. Het ontdooien van het
koelkastcompartiment vindt geheel automatisch plaats.
De aanwezigheid van waterdruppels op de achterste
binnenwand van het koelkastcompartiment is een teken
van de automatische ontdooifase. Het dooiwater loopt weg
in een afvoeropening en vervolgens in een bak, waar het
verdampt.
Opmerking: de omgevingstemperatuur, hoe vaak de deur
wordt geopend en de plaats van het apparaat kan een invloed
hebben op de interne temperatuur van de twee vakken. Stel de
temperatuur in aan de hand van deze factoren.
Bij veel vocht in het koelkastcompartiment kan er condensvorming
ontstaan, vooral op de glasplaten.
In dit geval wordt geadviseerd dat u vloeistoen in open
pannen afsluit (bijv. een pan bouillon), etenswaar met een hoog
watergehalte (bijv. groenten) in folie wikkelt en de ventilator
inschakelt (indien hiermee uitgerust).
Alle laden, deurvakken en schappen kunnen worden verwijderd.
VENTILATIE
De natuurlijke circulatie van lucht in het koelvak resulteert in
zones met verschillende temperaturen. Het koudste gedeelte
bevindt zich direct boven de crisperlade voor groente en fruit
en bij de achterwand. Het warmste gedeelte bevindt zich
bovenaan de voorzijde van het koelvak.
Onvoldoende ventilatie resulteert in een hoger
energieverbruik en lagere koelprestaties.
OPSLAAN VAN VERSE ETENSWAAR EN DRANKEN
Levensmiddelen die een grote hoeveelheid ethyleengas
afgeven en de levensmiddelen die gevoelig zijn voor dit gas,
zoals fruit, groenten en salade, moeten altijd worden zodanig
worden gescheiden of verpakt dat de houdbaarheid niet
achteruit gaat; bijvoorbeeld geen tomaten samen met kiwi's
of kool bewaren.
Bewaar verschillende etenswaar niet te dicht bij elkaar om
voor voldoende luchtcirculatie te zorgen. Gebruik houders
van recyclebaar plastic, metaal, aluminium en glas, of wikkel
de levensmiddelen in folie.
Indien u een kleine hoeveelheid etenswaar in de koelkast
opslaat, raden wij aan de platen boven de crisperlade voor
groente en fruit te gebruiken, aangezien dit de koelste plek
in het koelvak is. Gebruik altijd afsluitbare houders voor
vloeistoen en etenswaar die geuren of smaken kunnen
afgeven of opnemen, of dek de vloeistoen of etenswaar
af. Om te voorkomen dat essen omvallen, kunt u gebruik
maken van de essenhouder (beschikbaar op bepaalde
modellen).
Legenda
GEMATIGDE ZONE
Aanbevolen voor het bewaren van tropisch
fruit,blikjes, dranken, eieren, sauzen, augurken,
boter, jam
KOUDE ZONE
Aanbevolen voor het bewaren van kaas, melk,
zuivelproducten, delicatessen, yoghurt
FRUIT & GROENTELADE
NL
9
Gids Gebruik & Onderhoud
DIEPVRIESCOMPARTIMENT EN BEWAREN VOEDSEL
In het diepvriescompartiment kan diepgevroren etenswaar
(gedurende de op de verpakking aangegeven periode) bewaard en
verse etenswaar ingevroren worden.
De hoeveelheid verse etenswaar die in 24 uur kan worden
ingevroren, staat aangegeven op het typeplaatje.
Schik de verse etenswaar in het vriesvak in het
diepvriescompartiment (zie de Beknopte Handleiding) en zorg
voor voldoende ruimte rondom elke verpakking zodat de lucht kan
circuleren. Geadviseerd wordt gedeeltelijk ontdooide etenswaar
niet opnieuw in te vriezen. Het is belangrijk om etenswaar zodanig
te verpakken dat het binnendringen van water, vocht of condens
wordt voorkomen.
Voor meer opslagcapaciteit kan het diepvriescompartiment zonder
de diepvriesladen worden gebruikt. Zorg ervoor dat de deur goed
gesloten is.
IJSBLOKJES
Vul het ijsbakje voor 2/3 met water en plaats het in het
diepvriescompartiment. Gebruik nooit puntige of scherpe
voorwerpen om het ijs te verwijderen.
Legenda
LADE DIEPVRIESGEDEELTE
(MAX KOELZONE) Aanbevolen voor het
invriezen van verse/gekookte levensmiddelen.
NORMALE DIEPVRIESLADEN
VERWIJDEREN VAN DE VRIESLADECONTAINER
Open de vriezerdeur.
De bovenste container aan de rechter- en linkerhoeken
naar boven trekken (1).
De lade verwijderen (2).
De bovenste container in de omgekeerde volgorde
installeren.
1
2
TIPS VOOR HET INVRIEZEN EN BEWAREN VAN VERSE LEVENSMIDDELEN
Er wordt aanbevolen om al uw ingevroren levensmiddelen van
een label en datum te voorzien. Door een label aan te brengen
kunt u levensmiddelen makkelijker herkennen en weet u
wanneer deze gebruikt moet worden voordat de kwaliteit ervan
afneemt. Vries ontdooide levensmiddelen niet opnieuw in.
Alvorens verse levensmiddelen in te vriezen dient u het te
wikkelen en verzegelen in: aluminiumfolie, plastic folie, lucht-
en waterdichte plastic zakken, polytheen containers met deksel
of diepvriescontainers die geschikt zijn voor het invriezen van
verse levensmiddelen.
De levensmiddelen moeten vers, rijp en van een zeer goede
kwaliteit zijn.
Vries verse groenten en fruit zo mogelijk direct na de oogst in,
om de voedingsstoen, de consistentie, de kleur en de smaak
te behouden. Enkele vleessoorten (vooral wild) moeten worden
opgehangen voordat deze worden ingevroren.
Laat warme levensmiddelen altijd afkoelen voordat u ze in de
vriezer legt.
Ontdooide of gedeeltelijk ontdooide levensmiddelen moeten
onmiddellijk worden geconsumeerd. Vries ze niet opnieuw
in, tenzij het voedsel na het ontdooien gekookt is. Nadat het
gekookt is, mag het opnieuw worden ingevroren.
Flessen met vloeistof mogen niet worden ingevroren.
DIEPGEVROREN ETENSWAAR: WINKELTIPS
Bij de aankoop van diepvriesproducten moet u op de volgende
punten letten:
Controleer of de verpakking niet beschadigd is (diepgevroren
levensmiddelen in beschadigde verpakkingen kan een
verminderde kwaliteit hebben). Indien de verpakking bol staat
of vochtplekken heeft, werd het mogelijk niet bij optimale
omstandigheden bewaard en het ontdooien is mogelijk al
begonnen.
Koop tijdens het winkelen bevroren voedsel aan het einde van
uw trip en vervoer het in een thermisch geïsoleerde koeltas.
Leg bij thuiskomst het bevroren voedsel onmiddellijk in de
vriezer.
Als het voedsel ook maar gedeeltelijk is ontdooid, vries het niet
opnieuw in. Eet binnen 24 uur op.
Voorkom temperatuurschommelingen of beperk tot een
minimum. De uiterste houdbaarheidsdatum op de verpakking
moet worden gerespecteerd.
Houd steeds rekening met de opslaginformatie op de
verpakking.
10
Gids Gebruik & Onderhoud
BEWAARTIJDEN VOOR ZELF INGEVROREN ETENSWAREN
Product Bewaartijd
Boter of margarine 6 maanden
Kaas 3 maanden
Vis
Schaaldieren
2/3 maanden
1 maand
Fruit (behalve citrus) 8-12 maanden
Roomijs of sorbet 2/3 maanden
Vlees
Ham-worst
Gebraad (rund-varken-lam)
Biefstuk of koteletten (rund-lam-varken)
2 maanden
8/12 maanden
4 maanden
Melk, verse vloeistoen 1-3 maanden
Gevogelte (kip-kalkoen) 5- 7 maanden
Groente 8-12 maanden
HET VRIESVAK ONTDOOIEN
Het vriesvak moet een of tweemaal per jaar of als de ijslaag te dik
geworden is (3 mm dik) ontdooid worden. De vorming van ijs is
normaal.
De hoeveelheid en de mate waarin het ijs zich ophoopt hangt
af van de omstandigheden in de ruimte en hoe vaak de deur
geopend wordt.
Om de vriezer te ontdooien, het apparaat uitschakelen en alle
levensmiddelen verwijderen.
Laat de deur van de vriezer open, zodat het ijs kan smelten.
Voor apparaten zoals afgebeeld hoeft u alleen
de waterafvoer naar buiten te trekken en er een
bak onder te zetten.
Na aoop van de handeling, de waterafvoer
weer op zijn plaats zetten.
Maak de binnenkant van het vriesvak schoon.
Goed afspoelen en afdrogen.
Schakel het apparaat weer in en leg de levensmiddelen terug.
FUNCTIONELE GELUIDEN
Geluiden afkomstig van het apparaat zijn normaal, omdat er een
aantal ventilatoren en motoren voor het regelen van prestaties
aanwezig zijn die automatisch worden in- en uitgeschakeld.
EEN AANTAL FUNCTIONELE GELUIDEN KUNNEN
WORDEN VERMINDERD DOOR MIDDEL VAN:
Optillen van het apparaat en op een egaal oppervlak
installeren.
Scheiden en vermijden van contact tussen het apparaat en
meubilair.
Controleren of de interne onderdelen correct zijn geplaatst.
Controleren of de essen en houders niet tegen elkaar komen.
EEN AANTAL FUNCTIONELE GELUIDEN DIE U ZOU
KUNNEN HOREN
1. Een sisgeluid bij het voor de eerste keer of na een lange pauze
inschakelen van het apparaat.
2.
Een borrelgeluid wanneer koelmiddel de leidingen instroomt.
3. BRRR-geluid van de compressor die loopt.
4.
Een zoemgeluid wanneer de waterklep of de ventilator begint
te werken.
5.
Een kraakgeluid wanneer de compressor start.
6.
De KLIK is van de thermostaat die afstelt hoe vaak de
compressor draait.
NL
11
Gids Gebruik & Onderhoud
AANBEVELINGEN WANNEER HET APPARAAT NIET WORDT GEBRUIKT
BIJ GEEN GEBRUIK
Ontkoppel het apparaat van het elektriciteitsnet en leeg,
ontdooi (indien nodig) en reinig het apparaat.
Laat de deuren op een kier staan, zodat lucht in de
compartimenten kan circuleren. Hierdoor voorkomt u de
ontwikkeling van schimmel en onaangename geuren.
BIJ EEN STROOMSTORING
Houd de deuren gesloten, zodat de etenswaar zo lang
mogelijk koel blijft. Vries gedeeltelijk ontdooide etenswaar
niet opnieuw in. Bij een langdurige stroomstoring is het
mogelijk dat het blackout-alarm geactiveerd wordt (bij
producten met elektronica).
REINIGING EN ONDERHOUD
Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden begint.
Gebruik geen reinigings- of schuurmiddelen. Maak de onderdelen van de koelkast nooit schoon met licht
ontvlambare vloeistoen.
Gebruik geen stoomreinigers.
De toetsen en het display van het bedieningspaneel mogen niet gereinigd worden met middelen op basis van
alcohol of daarvan afgeleide stoen; gebruik in plaats daarvan een droge doek.
Reinig het apparaat regelmatig met een vochtige
doek met een oplossing van lauw water en neutrale
schoonmaakmiddelen die speciaal bestemd zijn voor het
reinigen van de binnenkant van een koelkast.
Reinig de buitenkant en de rubber afdichtingen met een
vochtige doek en droog ze af met een zachte doek.
De condensor aan de achterkant van het apparaat moet
regelmatig met behulp van een stofzuiger worden
schoongemaakt.
Belangrijk:
De toetsen en het display van het bedieningspaneel
mogen niet gereinigd worden met middelen op basis van
alcohol of daarvan afgeleide stoen; gebruik in plaats
daarvan een droge doek.
De buizen van het koelsysteem zitten in de buurt van de
ontdooibak en kunnen heet worden. Maak ze regelmatig
schoon met een stofzuiger.
Om de constante en correcte afvoer
van het dooiwater te garanderen,
dient u de binnenkant van de
afvoer in de achterwand van het
koelkastcompartiment, in de buurt van
de groenten- en fruitlade, schoon te
maken met behulp van het bijgeleverde
gereedschap.
12
Gids Gebruik & Onderhoud
PROBLEEMOPLOSSING
Wat moet u doen als... Mogelijke oorzaken Oplossingen
Het apparaat werkt
niet.
Er kan een probleem zijn met de
stroomtoevoer naar het apparaat
zijn.
Controleer of het netsnoer met de juiste spanning in een
stopcontact zit.
Controleer de beveiligingen en zekeringen van het
elektrische systeem in uw huis
Er zit water in de
ontdooibak.
Dit is normaal bij heet, vochtig
weer. De bak kan zelfs tot
halverwege gevuld raken.
Controleer of het apparaat goed horizontaal staat, om te
voorkomen dat het water uit de bak loopt.
De randen van het
apparaat die in contact
met de deurafdichting
komen zijn warm bij
aanraking.
Dit is geen defect.
Dit is normaal bij een warm klimaat
en als de compressor in werking is.
Het lampje werkt niet.
Het lampje moet mogelijk
vervangen worden.
Het apparaat kan in Aan/Stand-by
modus staan.
Controleer of de beveiligingen en zekeringen van het
elektrische systeem in uw huis goed werken.
Controleer of het netsnoer met de juiste spanning in een
stopcontact zit
Wanneer LED's zijn gebroken moet de gebruiker contact
opnemen met de Klantenservice voor vervanging
van hetzelfde type LED, alleen verkrijgbaar bij de
Klantenservice of erkende dealers.
De motor lijkt te lang in
werking te blijven.
De tijd dat de motor draait
hangt van verschillende
factoren af: het aantal keren
dat de deur wordt geopend, de
hoeveelheid levensmiddelen die
in de koelkast wordt bewaard, de
kamertemperatuur en de instelling
van de thermostaten.
Zorg ervoor dat controles van het apparaat correct zijn
ingesteld.
Controleer of er niet een grote hoeveelheid voedsel aan
het apparaat is toegevoegd.
Controleer of de deur niet te vaak wordt geopend.
Controleer of de deur perfect sluit.
De temperatuur van het
apparaat is te hoog.
Dit kan verschillende oorzaken
hebben (zie 'Oplossingen').
Zorg ervoor dat de condensor (achter het apparaat) vrij is
van stof en pluizen.
Zorg ervoor dat de deur goed gesloten is.
Zorg ervoor dat de deurafdichtingen goed vastzitten.
Op warme dagen, of als het warm is in het vertrek, zal de
motor langer draaien.
Wanneer de deur lang open heeft gestaan, of indien er
grote hoeveelheden levensmiddelen in het apparaat
zijn geplaatst, blijft de motor langer werken om de
binnenkant van het apparaat goed te koelen.
De deuren gaan niet
goed open en dicht.
Dit kan verschillende oorzaken
hebben (zie 'Oplossingen').
Controleer of de deur niet geblokkeerd wordt door
levensmiddelen.
Controleer of de binnenste onderdelen of de
automatische ijsmaker allemaal goed op hun plaats
zitten.
Controleer of de deurafdichtingen niet vuil of kleverig
zijn.
Controleer of het apparaat horizontaal staat.
NL
13
Gids Gebruik & Onderhoud
CONSUMENTENSERVICE
VOORDAT U DE CONSUMENTENSERVICE BELT
1. Controleer of u het probleem zelf kunt oplossen
aan de hand van de punten die beschreven zijn in
“PROBLEEMOPLOSSING”.
2. Zet het apparaat aan en uit om te controleren of het
probleem is opgelost.
ALS NA HET UITVOEREN VAN DEZE CONTROLES DE STORING NOG STEEDS
AANWEZIG IS, NEEM CONTACT OP MET DE DICHTSTBIJZIJNDE
CONSUMENTENSERVICE
Bel voor assistentie het nummer dat in het garantieboekje
staat, of volg de instructies op de website www.indesit.com
Wanneer u contact opneemt met de Klantenservice, vermeld
altijd:
een korte beschrijving van de storing;
het type en het exacte model van het apparaat;
het servicenummer (nummer na het woord Service op
het typeplaatje). Het servicenummer staat ook in het
garantieboekje;
uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Wend u tot een erkend Servicecentrum indien reparatie
noodzakelijk is (alleen dan heeft u zekerheid dat originele
vervangingsonderdelen worden gebruikt en de reparatie
correct wordt uitgevoerd).
14
2
1
6
c
5
1x 1x4x
c
a
b
c
C
A
B
1x
D
50mm
c
a
c
a
c
3
2
b
4
15
12
15
10
9
B
b
A
B
b
11
b
D
13
14
a
7
8
c
a
c
16
400011089372A
1
2
2
1
1
2
45
o
1
2
1
45
o
1
2
3
1
2
3
1
2
34
56
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16

Indesit LR8 S1 S Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding