Wacker Neuson VP1340Aw Loxam Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruiksaanwijzing
Trilplaat
VP
type machine VP
Materiaalnummer 5100056084
Versie 1.0
Datum 02/2020
Taal [nl]
5100056084
Impressum
Uitgever en rechthebbende:
Wacker Neuson Produktions GmbH & Co. KG
Wackerstrasse 6
85084Reichertshofen Germany
Zetel van het bedrijf: Reichertshofen
Rechtbank en nummer: Amtsgericht Ingolstadt, HRA3195
USt.-Id.-nr./BTW-nummer: DE277138620
Telefoon: +49 (0) 8453-3403200
www.wackerneuson.com
Originele gebruiksaanwijzing
Alle rechten voorbehouden, vooral het auteursrecht, het recht tot verveelvoudiging en het reproductierecht.
Dit document mag door de ontvanger uitsluitend voor het hiervoor bedoelde doel worden gebruikt. Het mag zon-
der voorafgaande schriftelijke toestemming op geen enkele wijze geheel of gedeeltelijk worden vermenigvuldigd
of vertaald.
Nadruk of vertaling, zij het geheel of gedeeltelijk, is alleen toegestaan met schriftelijke toestemming van Wacker
Neuson Produktion GmbH & Co. KG.
Elke overtreding van de wettelijke bepalingen met in het bijzonder voor de bescherming van het auteursrecht
wordt civiel- en strafrechtelijk vervolgd.
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG behoudt zich het recht voor om zijn producten en de technische spe-
cificaties ervan te allen tijde voor verdere technische ontwikkeling te wijzigen zonder dat daaruit een claim op wij-
zigingen aan reeds geleverde machines kan worden afgeleid. De informatie in de technische documentatie van
het product is te allen tijde van toepassing.
De machine op de omslagfoto dient ter illustratie en kan derhalve speciale uitrusting (opties) hebben.
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wijzigingen en fouten voorbehouden, printed in Germany
Copyright © 2020
Inhoudsopgave
iii
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
Inhoudsopgave
1 EG-conformiteitsverklaring
2 Voorwoord
2.1 Inleiding ............................................................................................................................................ 9
2.2 Gebruiksaanwijzing bewaren............................................................................................................ 9
2.3 Ongevallenpreventievoorschriften .................................................................................................. 10
2.4 Wacker Neuson-contactpersoon .................................................................................................... 11
2.5 Identificatie van de machine ........................................................................................................... 11
2.6 Gebruik van de gebruikshandleiding .............................................................................................. 11
3 Gebruik
3.1 Reglementair gebruik...................................................................................................................... 13
3.2 Niet beoogd gebruik........................................................................................................................ 13
4 Veiligheid
4.1 Veiligheidssymbolen en signaalwoorden........................................................................................ 14
4.2 Principe........................................................................................................................................... 14
4.3 Constructieve wijzigingen ............................................................................................................... 15
4.4 Verantwoordelijkheid van de exploitant .......................................................................................... 15
4.5 Plichten van de exploitant............................................................................................................... 16
4.6 Personeelskwalificatie .................................................................................................................... 16
4.7 Restrisico's...................................................................................................................................... 16
4.8 Algemene veiligheidsvoorschriften ................................................................................................. 17
4.9 Specifieke veiligheidsaanwijzingen trilplaten .................................................................................. 18
4.10 Veiligheidsvoorzieningen ................................................................................................................ 19
4.11 Onderhoud...................................................................................................................................... 20
5 Beschrijving van de machine
5.1 Leveringsomvang ........................................................................................................................... 23
5.2 Veiligheids- en informatiestickers ................................................................................................... 23
5.3 Componenten ................................................................................................................................. 24
5.4 Bedieningselementen ..................................................................................................................... 24
6 Transport
6.1 Veiligheidsaanwijzingen voor het transport .................................................................................... 26
6.2 Vereisten en voorbereidingen......................................................................................................... 26
6.3 Machine optillen.............................................................................................................................. 26
6.4 Machine vastsjorren........................................................................................................................ 27
7 inbedrijfstelling
7.1 Controles vóór inbedrijfstelling........................................................................................................ 28
7.2 Veiligheidsaanwijzingen voor gebruik............................................................................................. 28
7.3 In bedrijf nemen .............................................................................................................................. 29
8 Bediening
Inhoudsopgave
iv
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
8.1 Machine gebruiken ......................................................................................................................... 31
8.2 Buiten bedrijf nemen....................................................................................................................... 31
9 Onderhoud
9.1 Veiligheidsinformatie over onderhoud ............................................................................................ 32
9.2 Onderhoudsschema ....................................................................................................................... 34
9.3 Onderhoudswerkzaamheden.......................................................................................................... 34
10 Bedrijfsstoringen
10.1 Verhelpen van storingen................................................................................................................. 40
11 Stilleggen
11.1 Tijdelijke stillegging......................................................................................................................... 41
11.2 Definitieve stillegging ...................................................................................................................... 41
12 Accessoires
12.1 Accessoires..................................................................................................................................... 42
13 Technische gegevens
13.1 Algemene informatie....................................................................................................................... 43
13.2 Geluids- en trillingsgegevens.......................................................................................................... 43
13.3 VP ................................................................................................................................................... 43
13.4 Verbrandingsmotor ......................................................................................................................... 47
EG-Verklaring van Overeenstemming
Fabrikant
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wackerstraße 6, D-85084 Reichertshofen
Het opstellen van deze conformiteitsverklaring valt volledig onder de verantwoordelijkheid van de
fabrikant.
Product
VP1135
Procedure voor beoordeling van conformiteit
2000/14/EG, Bijlage VIII
Aangemelde instantie
Productsoort
Trilplaat
Productfunctie
Verdichten van de bodem
Materiaalnummer
5100029063, 5100029064, 5100029065, 5100029066
Geïnstalleerd nominaal vermogen
2,6 kW
Gemeten geluidsniveau
100 dB(A)
Gegarandeerd geluidsniveau
105 dB(A)
TÜV Rheinland LGA Products GmbH, Tillystr. 2, D-90431 Nürnberg (NB 0197)
Richtlijnen en normen
Hiermee verklaren wij dat dit product voldoet aan de desbetreffende bepalingen en voorschriften
van de volgende richtlijnen en normen:
2006/42/EG, 2000/14/EG, 2014/30/EU, EN 500-1:2006 + A1:2009, EN 500-4:2011, EN ISO 13766-
1:2018, EN ISO 13766-2:2018
Verantwoordelijke persoon voor technische documenten
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wackerstraße 6, D-85084 Reichertshofen
Directeur
__VP1135_CE_nl
Reichertshofen, 06.12.2019
Helmut Bauer
Originele Verklaring van Overeenstemming
Originele Verklaring van Overeenstemming
EG-Verklaring van Overeenstemming
Fabrikant
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wackerstraße 6, D-85084 Reichertshofen
Het opstellen van deze conformiteitsverklaring valt volledig onder de verantwoordelijkheid van de
fabrikant.
Product
VP1340
Procedure voor beoordeling van conformiteit
2000/14/EG, Bijlage VIII
Aangemelde instantie
Productsoort
Trilplaat
Productfunctie
Verdichten van de bodem
Materiaalnummer
5100029058, 5100029059, 5100029060, 5100029061,
5100029062
Geïnstalleerd nominaal vermogen
3,6 kW
Gemeten geluidsniveau
100 dB(A)
Gegarandeerd geluidsniveau
108 dB(A)
TÜV Rheinland LGA Products GmbH, Tillystr. 2, D-90431 Nürnberg (NB 0197)
Richtlijnen en normen
Hiermee verklaren wij dat dit product voldoet aan de desbetreffende bepalingen en voorschriften
van de volgende richtlijnen en normen:
2006/42/EG, 2000/14/EG, 2014/30/EU, EN 500-1:2006 + A1:2009, EN 500-4:2011, EN ISO 13766-
1:2018, EN ISO 13766-2:2018
Verantwoordelijke persoon voor technische documenten
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wackerstraße 6, D-85084 Reichertshofen
Directeur
__VP1340_CE_nl
Reichertshofen, 06.12.2019
Helmut Bauer
EG-Verklaring van Overeenstemming
Fabrikant
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wackerstraße 6, D-85084 Reichertshofen
Het opstellen van deze conformiteitsverklaring valt volledig onder de verantwoordelijkheid van de
fabrikant.
Product
VP1550
Procedure voor beoordeling van conformiteit
2000/14/EG, Bijlage VIII
Aangemelde instantie
Productsoort
Trilplaat
Productfunctie
Verdichten van de bodem
Materiaalnummer
5100029054, 5100029055, 5100029056, 5100029057,
5100051526
Geïnstalleerd nominaal vermogen
3,6 kW
Gemeten geluidsniveau
101 dB(A)
Gegarandeerd geluidsniveau
108 dB(A)
TÜV Rheinland LGA Products GmbH, Tillystr. 2, D-90431 Nürnberg (NB 0197)
Richtlijnen en normen
Hiermee verklaren wij dat dit product voldoet aan de desbetreffende bepalingen en voorschriften
van de volgende richtlijnen en normen:
2006/42/EG, 2000/14/EG, 2014/30/EU, EN 500-1:2006 + A1:2009, EN 500-4:2011, EN ISO 13766-
1:2018, EN ISO 13766-2:2018
Verantwoordelijke persoon voor technische documenten
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wackerstraße 6, D-85084 Reichertshofen
Directeur
__VP1550_CE_nl
Reichertshofen, 06.12.2019
Helmut Bauer
Originele Verklaring van Overeenstemming
EG-Verklaring van Overeenstemming
Fabrikant
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wackerstraße 6, D-85084 Reichertshofen
Het opstellen van deze conformiteitsverklaring valt volledig onder de verantwoordelijkheid van de
fabrikant.
Product
VP2050
Procedure voor beoordeling van conformiteit
2000/14/EG, Bijlage VIII
Aangemelde instantie
Productsoort
Trilplaat
Productfunctie
Verdichten van de bodem
Materiaalnummer
5100029050, 5100029051, 5100029052, 5100029053
Geïnstalleerd nominaal vermogen
3,6 kW
Gemeten geluidsniveau
103 dB(A)
Gegarandeerd geluidsniveau
108 dB(A)
TÜV Rheinland LGA Products GmbH, Tillystr. 2, D-90431 Nürnberg (NB 0197)
Richtlijnen en normen
Hiermee verklaren wij dat dit product voldoet aan de desbetreffende bepalingen en voorschriften
van de volgende richtlijnen en normen:
2006/42/EG, 2000/14/EG, 2014/30/EU, EN 500-1:2006 + A1:2009, EN 500-4:2011, EN ISO 13766-
1:2018, EN ISO 13766-2:2018
Verantwoordelijke persoon voor technische documenten
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wackerstraße 6, D-85084 Reichertshofen
Directeur
__VP2050_CE_nl
Reichertshofen, 06.12.2019
Helmut Bauer
Originele Verklaring van Overeenstemming
Voorwoord
Inleiding 2.1
9
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
2 Voorwoord
2.1 Inleiding
Deze gebruikshandleiding bevat belangrijke informatie en procedures
voor het veilige, correcte en economische gebruik van deze Wacker Neu-
son-machine. Zorgvuldig lezen, begrijpen en de inachtneming ervan helpt
gevaren te voorkomen, reparatiekosten en stilstandstijden te verlagen en
daarmee de betrouwbaarheid en levensduur van de machine te verho-
gen.
Deze gebruikshandleiding is geen handleiding voor uitgebreide instand-
houdings- of reparatiewerkzaamheden. Dergelijke werkzaamheden moe-
ten door Wacker Neuson Service of door erkend vakpersoneel worden
uitgevoerd. De Wacker Neuson-machine moet worden bediend en onder-
houden in overeenstemming met de instructies in deze gebruikshandlei-
ding. Onjuiste bediening of onjuist onderhoud kan risico's met zich mee-
brengen.
Defecte machineonderdelen moeten onmiddellijk worden vervangen!
Wacker Neuson-contactpersonen staan altijd klaar om vragen over de
bediening of het onderhoud te beantwoorden.
2.2 Gebruiksaanwijzing bewaren
Deze gebruiksaanwijzing moet in de onmiddellijke nabijheid van de ma-
chine worden bewaard en te allen tijde voor het personeel toegankelijk
zijn.
In geval van verlies of noodzaak van een tweede exemplaar van deze
gebruiksaanwijzing zijn er twee mogelijkheden:
Gebruiksaanwijzing downloaden via internet - http://www.wackerneu-
son.com
Contact opnemen met uw contactpersoon bij Wacker Neuson.
2.2.1 Deze handleiding begrijpen
Dit hoofdstuk helpt u bij het begrijpen van de handleiding en de bijbeho-
rende afbeeldingen.
doelgroep
Personen, die met deze machine werken, moeten regelmatig worden ge-
schoold over de gevaren in de omgang met de machine.
Deze gebruikshandleiding is bedoeld voor:
Bedienend personeel:
Deze personen zijn aan de machine geïnstrueerd en over moge-
lijke gevaren bij onjuist gedrag geïnformeerd.
Vakpersoneel:
Deze personen hebben een vaktechnische opleiding en aanvul-
lende kennis en ervaring. Zij zijn in staat om de hun toegewezen
taken te beoordelen en mogelijke gevaren te herkennen.
2
Voorwoord
2.3 Ongevallenpreventievoorschriften
10
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
Verklaring van symbolen
symbool Verklaring
1., 2., 3… Aanduiding voor een handeling die moet worden uitgevoerd. De aangegeven volgorde moet
nageleefd worden.
kenmerkt het resultaat of het tussenresultaat van een handeling.
kenmerkt voorwaarden waaraan voor het begin van het werk moet worden voldaan.
Kenmerkt een opsomming, bijvoorbeeld als meerdere componenten na elkaar genoemd
worden.
- Kenmerkt een subopsomming, bijvoorbeeld als een component uit meer onderdelen bestaat
I
Kenmerkt een positie in een grafiek, meestal een component of een besturingselement. De
nummering kan doorlopend of in Romeinse cijfers worden aangegeven.
1; A Kenmerkt in een toelichting de naam van de component. Dit is identiek met de hiernaast
staande posities in grafieken.
III
III
kenmerkt de richting van een beweging of verschillende mogelijkheden bij het schakelen.
Kenmerkt het vermijden van gevaren door middel van waarschuwingen.
[52] Kenmerkt een kruisverwijzing in tabellen. Hier bijvoorbeeld verwijzing op bladzijde 52
Symboolverklaring
Symbool voor waarschuwingen
Dit symbool geeft een waarschuwing aan. Het wordt ge-
bruikt om voor mogelijke gevaren te waarschuwen. Op het
veiligheidssymbool volgt altijd een signaalwoord dat het ge-
vaar kenmerkt. Met deze waarschuwingen moet altijd reke-
ning worden gehouden. Zo worden de bediener en derden
tegen persoonlijk letsel en materiële schade beschermd.
Symbool voor milieuinformatie
Dit symbool geeft aanwijzingen voor het milieu aan. Het
wordt gebruikt om voor mogelijke gevaren te waarschuwen.
Symbool voor informatie
Dit symbool geeft informatie aan. Deze informatie kan bij-
voorbeeld tips voor besturing bevatten. Ze helpen om de
machine beter te begrijpen en te bedienen.
Symbool voor het voldoen aan de EG-richtlijn
Door het CE-teken wordt gedocumenteerd dat de machine
voldoet aan de geldende EG-richtlijnen.
2.3 Ongevallenpreventievoorschriften
Naast de aanwijzingen en veiligheidsinstructies in deze gebruikshandlei-
ding gelden de plaatselijke ongevallenpreventievoorschriften en de natio-
nale bepalingen voor arbeidsveiligheid.
Voorwoord
Wacker Neuson-contactpersoon 2.4
11
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
2.4 Wacker Neuson-contactpersoon
Afhankelijk van het land is de Wacker Neuson-contactpersoon een Wac-
ker Neuson-service, een dochteronderneming van Wacker Neuson of
een Wacker Neuson-dealer.
Op het internet onder - http://www.wackerneuson.com.
2.5 Identificatie van de machine
Gegevens van het typeplaatje
Het typeplaatje bevat informatie die deze machine eenduidig identificeert.
Deze informatie is nodig voor het bestellen van reserveonderdelen en
voor technische vragen.
Voer de gegevens van de machine in de volgende tabel in:
Aanduiding Uw gegevens
Groep - type
Materiaalnummer (mat.nr.)
Machineversie (versie)
Machinenummer (mach.nr.)
Bouwjaar
2.6 Gebruik van de gebruikshandleiding
Deze handleiding:
moet worden beschouwd als een integraal onderdeel van de machine
en moet gedurende de gehele levensduur ervan op een veilige plaats
worden bewaard.
moet worden doorgegeven aan elke volgende eigenaar of gebruiker
van het product.
is van toepassing op verschillende machinetypen uit één product-
reeks. Om deze reden kunnen sommige afbeeldingen afwijken van
het uiterlijk van de gekochte machine. Variantafhankelijke componen-
ten die niet in de leveringsomvang zijn opgenomen, kunnen ook wor-
den beschreven.
Wacker Neuson behoudt zich het recht voor om deze handleiding zonder
voorafgaande kennisgeving te wijzigen.
Er moet voor worden gezorgd dat eventuele wijzigingen of toevoegingen
van de fabrikant onmiddellijk in deze handleiding worden opgenomen.
Het volgende wordt beschreven:
Groep - machinetype Materiaalnummer (mat.nr.)
VP1135A 5100029066
VP1135Aw 5100029065
VP1135Aw CN 5100039666
VP1340A 5100029061
VP1340Aw 5100029060
VP1340Aw CN 5100039665
2
Voorwoord
2.6 Gebruik van de gebruikshandleiding
12
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
Groep - machinetype Materiaalnummer (mat.nr.)
VP1340Aw 5100029062
VP1550A 5100029057
VP1550Aw 5100029056
VP2050A 5100029053
VP2050Aw 5100029052
VP2050Aw CN 5100039664
VP1135A US 5100029064
VP1135AW US 5100029063
VP1340A US 5100029059
VP1340AW US 5100029058
VP1550A US 5100029055
VP1550AW US 5100029054
VP2050A US 5100029051
VP2050AW US 5100029050
Gebruik
Reglementair gebruik 3.1
13
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
3 Gebruik
3.1 Reglementair gebruik
Tot het gebruik volgens de voorschriften behoren ook het in acht nemen
van alle aanwijzingen en veiligheidsinstructies in deze gebruikshandlei-
ding en het in acht nemen van de voorgeschreven onderhouds- en repa-
ratie-instructies.
De machine wordt gebruikt voor het:
Verdichting in de grond- en steengruisbouw.
Het verdichten van gemengde en korrelige bodems.
Het verdichten van asfalt.
Vastschudden van straatstenen.
Elk ander gebruik of gebruik dat verder gaat dan dit wordt beschouwd als
onreglementair gebruik. Aansprakelijkheid en garantie van de fabrikant
vervallen voor de daaruit voortvloeiende schade. Het risico is uitsluitend
voor de exploitant.
3.2 Niet beoogd gebruik
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die het
gevolg is van niet beoogd gebruik. De volgende werkzaamheden zijn on-
der andere onreglementair:
Verdichting van sterk samenhangende bodems.
Verdichting van bevroren bodems.
Verdichting van harde, niet te verdichten bodems.
Verdichting van niet draagkrachtige bodems.
3
Veiligheid
4.1 Veiligheidssymbolen en signaalwoorden
14
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
4 Veiligheid
4.1 Veiligheidssymbolen en signaalwoorden
Het volgende symbool kenmerkt veiligheidsaanwijzingen aan. Het wordt
gebruikt om te waarschuwen voor mogelijke persoonlijke gevaren.
GEVAAR
GEVAAR staat voor een situatie die leidt tot ernstig letsel of zelfs de
dood als deze niet wordt vermeden.
Gevolgen bij het niet in acht nemen ervan.
Vermijden van (dodelijk) letsel.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING staat voor een situatie die kan leiden tot ernstig
letsel of zelfs de dood als deze niet wordt vermeden.
Gevolgen bij het niet in acht nemen ervan.
Vermijden van (dodelijk) letsel.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG geeft een situatie aan die kan leiden tot letsel wan-
neer deze niet wordt vermeden.
Gevolgen bij het niet in acht nemen ervan.
Vermijden van verwondingen.
AANWIJZING
AANWIJZING staat voor een situatie die bij niet-naleving kan leiden
tot materiële schade.
Gevolgen bij het niet in acht nemen ervan
Vermijden van materiële schade.
4.2 Principe
De machine is gebouwd volgens de laatste stand der techniek en voldoet
aan de geldende veiligheidseisen. Desondanks kunnen bij onjuist gebruik
ervan gevaren voor lijf en leven van de gebruiker, derden of schade aan
de machine en andere goederen ontstaan.
Opmerkingen en veiligheidsaanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing le-
zen en opvolgen. Het niet opvolgen van deze instructies kan leiden tot
elektrische schokken, brand en/of ernstig letsel alsmede schade aan de
machine en/of andere voorwerpen.
Veiligheidsaanwijzingen en instructies voor de toekomst bewaren.
Veiligheid
Constructieve wijzigingen 4.3
15
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
4.3 Constructieve wijzigingen
Constructieve wijzigingen mogen niet worden aangebracht zonder schrif-
telijke toestemming van de fabrikant. Ongeoorloofde constructieve veran-
deringen kunnen leiden tot risico's voor de bediener en/of derden en tot
schade aan de machine.
Ook bij ongeoorloofde constructieve wijzigingen vervallen de aansprake-
lijkheid en garantie van de fabrikant.
Als constructieve wijziging geldt met name:
Openen van de machine en permanente verwijdering van onderde-
len.
Installatie van reserveonderdelen die niet van Wacker Neuson afkom-
stig zijn of die qua ontwerp en kwaliteit niet gelijkwaardig zijn aan de
originele onderdelen.
Opbouw van alle soorten accessoires die niet van Wacker Neuson af-
komstig zijn.
Reserveonderdelen of accessoires van Wacker Neuson kunnen veilig
worden in- of opgebouwd. Meer informatie op het internet onder - http://
www.wackerneuson.com.
4.4 Verantwoordelijkheid van de exploitant
Exploitant is die persoon, die deze machine voor industriële of commerci-
ële doeleinden zelf exploiteert of aan een derde het gebruik/de toepas-
sing overlaat en tijdens het gebruik de wettelijke productaansprakelijkheid
draagt voor de bescherming van het personeel of derden.
De exploitant moet de gebruikshandleiding te allen tijde toegankelijk ma-
ken voor het personeel en ervoor zorgen dat de gebruiker deze gebruiks-
handleiding gelezen en begrepen heeft.
De gebruiksaanwijzing moet bij de machine of op de plaats van gebruik
bij de hand worden gehouden.
De exploitant moet de gebruiksaanwijzing aan een andere bediener of
volgende eigenaar van de machine overhandigen.
Bovendien moeten de landspecifieke voorschriften, normen en richtlijnen
voor ongevallenpreventie en milieubescherming in acht worden geno-
men. De gebruikshandleiding moet worden aangevuld met verdere in-
structies voor de naleving van de operationele, officiële, nationale of alge-
meen geldende veiligheidsaanwijzingen.
4
Veiligheid
4.5 Plichten van de exploitant
16
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
4.5 Plichten van de exploitant
Geldende bepalingen voor arbeidsveiligheid kennen en implemente-
ren.
In een risicoanalyse moeten de gevaren die voortvloeien uit de werk-
omstandigheden op de plaats van gebruik worden bepaald.
Bedrijfsinstructies voor het gebruik van deze machine maken.
Regelmatig controleren of de bedrijfsinstructies aan de actuele stand
van de regels en voorschriften voldoen.
Verantwoordelijkheden voor de installering, bediening, het oplossen
van storingen, het onderhoud en de reiniging eenduidig regelen en
vastleggen.
Personeel regelmatig scholen en over mogelijke gevaren informeren.
Instructies regelmatige opfrissen.
Gegevens van de ontvangen instructies bewaren en op verzoek ter
beschikking van de verantwoordelijke autoriteit stellen.
Het personeel de vereiste beschermingsmiddelen ter beschikking
stellen.
4.6 Personeelskwalificatie
Deze machine mag alleen door opgeleid personeel in gebruik worden ge-
nomen en bediend.
In geval van verkeerd gebruik, misbruik of bediening door ongeschoold
personeel bestaat er gevaar voor de gezondheid van de bedieners en/of
derden alsmede schade aan of volledige uitval van de machine.
Daarnaast gelden de volgende eisen voor de exploitant:
Fysiek en mentaal geschikt.
Minimumleeftijd van 18 jaar.
Geen invloed op het reactievermogen door drugs, alcohol of medicij-
nen.
Vertrouwd met de veiligheidsinstructies in deze gebruikshandleiding.
Vertrouwd met het beoogde gebruik van deze machine.
Geïnstrueerd in de zelfstandige bediening van de machine.
4.7 Restrisico's
Restrisico's zijn bijzondere risico's bij de omgang met machines die on-
danks hun veiligheidsbewuste ontwerp niet kunnen worden uitgesloten.
Deze restrisico's zijn niet duidelijk herkenbaar en kunnen de oorzaak zijn
van mogelijk letsel of gevaar voor de gezondheid.
Als zich onvoorziene restrisico's voordoen, moet de machine onmiddellijk
worden stilgelegd en moet de verantwoordelijke supervisor op de hoogte
worden gesteld. Deze laatste neemt verdere beslissingen en neemt al het
nodige om het gevaar dat zich voordoet, weg te nemen.
Indien nodig moet de fabrikant hierover worden geïnformeerd.
Veiligheid
Algemene veiligheidsvoorschriften 4.8
17
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
4.8 Algemene veiligheidsvoorschriften
De veiligheidsinstructies in dit hoofdstuk bevatten de "Algemene veilig-
heidsinstructies", die volgens de van toepassing zijnde normen in de ge-
bruikshandleiding moeten worden vermeld. Het kan instructies bevatten
die niet relevant zijn voor deze machine.
4.8.1 Werkplek
Maak u voor het begin van de werkzaamheden vertrouwd met de
werkomgeving, bijv. het draagvermogen van de vloer of obstakels in
de omgeving.
Werkgebied naar het openbare verkeersgebied beveiligen.
Noodzakelijke bescherming van muren en plafonds, bijv. in sloten.
Houd kinderen en andere personen bij werkzaamheden met deze
machine op afstand. Afleiding kan leiden tot verlies van controle over
de machine.
Machine altijd tegen kantelen, rollen, glijden en vallen beveiligen. Let-
selgevaar!
Werkgebied netjes houden. Wanorde of onverlichte werkplekken kun-
nen leiden tot ongelukken.
Let op veranderende bodemgesteldheid, vooral bij oneffen en zachte
grond of hellingen. Beveilig de machine tegen wegglijden!
Wees voorzichtig bij het werken in de buurt van kuilen, sloten of pla-
teaus! Het draagvermogen van de bodem moet het gewicht van de
machine en de bestuurder veilig kunnen dragen.
4.8.2 Veiligheid van personen
Werken onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen kan leiden tot
ernstig letsel.
Bij alle werkzaamheden moeten geschikte beschermingsmiddelen
worden gedragen. Persoonlijke beschermingsmiddelen verminderen
het risico op letsel aanzienlijk.
Houd wijde of losse kleding, beschermende handschoenen, sieraden
en lang haar uit de buurt van bewegende/draaiende machineonder-
delen. Intrekgevaar!
Zorg dat u stevig staat, altijd met beiden voeten op de grond.
Bij langdurige werkzaamheden met deze machine kan schade door
trillingen op lange termijn niet volledig worden uitgesloten. Trillingsbe-
lasting,
zie Technische gegevens op pagina 43
.
Zorg ervoor dat zich geen andere personen in de gevarenzone bevin-
den!
4
Veiligheid
4.9 Specifieke veiligheidsaanwijzingen trilplaten
18
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
Persoonlijke beschermingsmiddelen
WAARSCHUWING
Gevaar voor gehoorschade door overschrijding van de landspecifie-
ke toegestane geluidslimieten!
Werken met de machine zonder gehoorbescherming kan tot permanente
gehoorschade leiden.
Gehoorbescherming dragen.
Werk bijzonder attent en voorzichtig met gehoorbescherming.
4.8.3 Hantering en gebruik
Machines met zorgvuldigheid behandelen. Machines, waarvan com-
ponenten of bedieningselementen defect zijn niet in gebruik nemen.
Defecte componenten of bedieningselementen direct laten vervan-
gen. Bij machines met defecte onderdelen of bedieningselementen
bestaat een groot risico op letsel!
Bedieningselementen van de machine mogen niet worden vergren-
deld, gemanipuleerd of gewijzigd.
Ongebruikte machines tegen onbevoegde ingebruikname beveiligen.
De machine mag alleen door geautoriseerd personeel worden be-
diend.
Machine met zorgvuldigheid behandelen. Defecte onderdelen direct
laten vervangen, voordat deze machine in gebruik genomen wordt.
Defecte machines brengen een hoog risico op letsel met zich mee.
Machine, accessoires, gereedschappen etc. overeenkomstig deze in-
structies gebruiken.
Bewaar de machine na gebruik op een afgesloten, schone, vorstvrije
en droge plaats die niet toegankelijk is voor andere personen en kin-
deren.
4.9 Specifieke veiligheidsaanwijzingen trilplaten
Invloeden van buitenaf
Gebruik de machine niet bij de volgende invloeden van buitenaf:
In explosiegevaarlijke omgevingen. Explosiegevaar!
Bij harde regen op hellende vlakken. Slipgevaar!
Als methaangas uit de grond lekt in de buurt van olievelden. Explo-
siegevaar!
Bij droge, licht ontvlambare vegetatie. Brandgevaar!
In de buurt van open vuur. Brandgevaar!
Veiligheid
Veiligheidsvoorzieningen 4.10
19
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
Operationele veiligheid
Zorg ervoor dat tijdens het gebruik van de machine geen gas-, water-
of elektrische leidingen of buizen worden beschadigd.
Let zeer goed op in de buurt van afgronden of hellingen. Gevaar voor
vallen!
Verlaat de bedienersplaats niet wanneer de machine in werking is.
Besteed bij greppels en kuilen de grootste aandacht aan de zijwan-
den. Deze moeten stabiel zijn en mogen niet bezwijken onder de tril-
lingen. Gevaar voor bedolven worden!
Laat de machine nooit onbeheerd werken. Letselgevaar!
Grens het werkgebied ruim af en houd onbevoegden op afstand. Let-
selgevaar!
Operators van deze machine moeten ervoor zorgen dat mensen die
zich in het werkgebied bevinden een minimale afstand van 2 meter
tot de werkende machine aanhouden.
Wanneer u de machine op hellende oppervlakken gebruikt, moet u al-
tijd hellingen van onderaf benaderen en op een helling altijd boven de
machine staan. De machine kan wegglijden of kantelen.
Veiligheidsafstanden
Verdichtingswerkzaamheden in de buurt van gebouwen kunnen leiden tot
schade aan de gebouwen. Om deze reden moeten alle mogelijke uitwer-
kingen en trillingen op omliggende gebouwen vooraf worden gecontro-
leerd.
De relevante voorschriften en regels voor het meten, beoordelen en ver-
minderen van trillingsimmissies moeten in acht worden genomen, met
name DIN 4150-3.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor eventuele schade aan gebouwen.
4.10 Veiligheidsvoorzieningen
Veiligheidsvoorzieningen beschermen de operator van deze machine te-
gen blootstelling aan de aanwezige gevaren. Het gaat om barrières
(scheidende beschermingsvoorzieningen) of andere technische maatre-
gelen. De gevarenbron wordt in bepaalde situaties uitgeschakeld of het
gevaar wordt verminderd.
WAARSCHUWING
Hete uitlaat!
Aanraking kan tot verbrandingen leiden.
Gebruik de machine alleen als de veiligheidsvoorzieningen correct
zijn aangebracht.
Veiligheidsvoorzieningen niet wijzigen of verwijderen.
4
Veiligheid
4.11 Onderhoud
20
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
1 V-snaarbeschermer
4.11 Onderhoud
Deze machine mag niet in ingeschakelde toestand onderhouden, ge-
repareerd, ingesteld of gereinigd worden.
Onderhoudsintervallen aanhouden.
Onderhoudsschema in acht nemen. Laat niet-uitgevoerde werkzaam-
heden via uw contactpersoon van Wacker Neuson uitvoeren.
Na iedere onderhoudsbeurt of reparatie moeten de veiligheidsvoor-
zieningen weer op deze machine worden aangebracht.
Versleten of beschadigde machinedelen altijd direct vervangen. Ge-
bruik uitsluitend reserveonderdelen van WackerNeuson.
Machine schoonhouden.
Ontbrekende, beschadigde of niet meer leesbare labels direct ver-
vangen. Veiligheidsstickers bevatten belangrijke informatie om de ge-
bruiker te beschermen.
Onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd in een scho-
ne en droge omgeving (bijv. werkplaats).
4.11.1 Service
Machine alleen door gekwalificeerd vakpersoneel laten repareren of
onderhouden.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen of onderdelen van
toebehoren. De bedrijfszekerheid van de machine blijft zo behouden.
Veiligheid
Onderhoud 4.11
21
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
Schroefverbindingen
Alle schroefverbindingen moeten voldoen aan de voorgeschreven specifi-
caties en stevig aan elkaar geschroefd zijn. De aandraaimomenten in
acht nemen! Schroeven en moeren mogen niet beschadigd, verbogen of
vervormd zijn.
In het bijzonder moet worden gelet op:
Zelfborgende moeren en micro-ingekapselde schroeven mogen na
het losdraaien niet opnieuw worden gebruikt. De beveiligingswerking
gaat verloren.
Schroefverbindingen met lijmbescherming/vloeibare lijmen (bijv. Loc-
tite) moeten na het losmaken worden gereinigd en voorzien van nieu-
we lijm.
Informatie
Aanwijzingen van de fabrikant van de vloeibare lijm in acht nemen.
4.11.2 Bedrijfsstoffen
Bij het hanteren van bedrijfsstoffen altijd een veiligheidsbril en veilig-
heidshandschoenen dragen. Onmiddellijk een arts raadplegen als er
bijv. hydraulische olie, brandstof, olie of koelmiddel in de ogen komt.
Rechtstreeks huidcontact met bedrijfsstoffen vermijden. Huid onmid-
dellijk met water en zeep afwassen.
Tijdens werkzaamheden met bedrijfsstoffen niet eten en drinken.
Verontreinigde bedrijfsstoffen (bijv. door vuil, water) kunnen leiden tot
vroegtijdige slijtage of uitval van de machine.
Afgetapte of gemorste bedrijfsstoffen volgens de geldende voorschrif-
ten voor milieubescherming afvoeren.
Als er bedrijfsstoffen uit de machine lekken, stop dan met het gebruik
van de machine en laat deze onmiddellijk door een vertegenwoordi-
ger van Wacker Neuson repareren.
4
Veiligheid
4.11 Onderhoud
22
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
4.11.3 Verbrandingsmotor
Motor vóór aanvang van het werk op lekkage en scheuren in de
brandstofleiding, tank en tankdop controleren.
Defecte motor niet in gebruik nemen. Beschadigde onderdelen on-
middellijk vervangen.
Het vooraf ingestelde motortoerental mag niet worden aangepast. Dit
kan leiden tot motorschade.
Zorg ervoor dat het uitlaatsysteem van de motor vrij is van afvalstof-
fen. Brandgevaar!
Vóór het tanken de motor uitschakelen en laten afkoelen.
Gebruik het juiste type brandstof. Voorgeschreven mengverhoudin-
gen in acht nemen.
Gebruik schone vulhulpmiddelen om te tanken. Brandstof niet mor-
sen, gemorste brandstof direct opvegen.
De motor mag niet in de buurt van gemorste brandstof worden ge-
start. Explosiegevaar!
Bij gebruik in gedeeltelijk gesloten ruimten moet er voor voldoende
ventilatie gezorgd worden. Adem uitlaatgassen niet in. Gevaar voor
vergiftiging!
Het motoroppervlak en het uitlaatsysteem kunnen al na korte tijd zeer
heet worden. Verbrandingsgevaar!
Geen startspray gebruiken. Deze kunnen leiden tot verkeerde ontste-
kingen en motorschade. Brandgevaar!
Beschrijving van de machine
Leveringsomvang 5.1
23
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
5 Beschrijving van de machine
5.1 Leveringsomvang
Verwijder het verpakkingsmateriaal volledig van de machine.
Trilplaat
Handleiding
5.2 Veiligheids- en informatiestickers
WAARSCHUWING
Letselgevaar door ontbrekende of beschadigde labels en bordjes!
Veiligheidsstickers bevatten belangrijke informatie om de gebruiker te be-
schermen.
Alle veiligheids-, waarschuwings- en bedieningsinstructies op de ma-
chine in een goede leesbare toestand houden.
Beschadigde of niet meer leesbare labels en bordjes direct vervan-
gen.
Brandgevaar!
Roken en open vuur verboden.
Geen hefpunt.
5
Beschrijving van de machine
5.3 Componenten
24
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
Gevaar voor letsel door vallende machine
Uitsluitend aan het ophangpunt opheffen.
Opheffen met een graafmachine is niet toegestaan.
Aan-/uitschakelaar.
Gehoor- en oogbescherming gebruiken.
Handleiding lezen.
Oliepeil en brandstofpeil controleren.
Korte handleiding Start-Stop.
Gegarandeerd geluidsvermogensniveau.
5.3 Componenten
1 Aandrijfmotor
2 V-snaarbeschermer
3 Grondplaat
4 Handgreep (afhankelijk van uitvoering)
5 Dynamo
6 Watertank
7 Typeplaatje
5.4 Bedieningselementen
Houd de displays en bedieningselementen op de machine altijd droog,
schoon, olie- en vetvrij.
Bedieningselementen van de machine mogen niet worden vergrendeld,
gemanipuleerd of gewijzigd.
Beschrijving van de machine
Bedieningselementen 5.4
25
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
1 Motorschakelaar
2 Greep trekstarter
3 Gashendel
4 Chokehendel
5 Brandstofkraan
6 Stuurbeugel
5
Transport
6.1 Veiligheidsaanwijzingen voor het transport
26
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
6 Transport
6.1 Veiligheidsaanwijzingen voor het transport
WAARSCHUWING
Gevaar door vallen!
Een vallende machine kan zwaar letsel veroorzaken, zoals kneuzingen.
Gebruik uitsluitend geschikte en goedgekeurde hefgereedschappen
en aanslagmiddelen (veiligheidshaken) met toereikend draagvermo-
gen.
Machine uitsluitend aan het centrale ophangpunt optillen.
Machine betrouwbaar aan heftoestel bevestigen.
Til de machine niet aan de stuurbeugel op.
Verlaat de gevarenzone tijdens het heffen, sta niet onder hangende
lasten.
WAARSCHUWING
Brandgevaar door brandstof!
Lekkende brandstof kan vlam vatten en ernstige brandwonden veroorza-
ken.
Leeg de brandstoftank voorafgaand aan het transport.
Hef en transporteer de machine rechtop.
6.2 Vereisten en voorbereidingen
Schakel de machine uit en laat hem afkoelen.
Gebruik alleen geschikte hijswerktuigen met een minimale laadcapa-
citeit van 150 kg.
6.3 Machine optillen
ü Laat een deskundige het hefproces leiden.
ü Het transportvoertuig moet over voldoende draagvermogen en een
geschikt laadvlak beschikken.
ü Alleen toegestane draag- en bevestigingsmiddelen gebruiken.
Transport
Machine vastsjorren 6.4
27
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
1. Stuurbeugel bij heffen en transporteren omklappen.
2. Geschikt aanslagmiddel aan de centrale ophanging1 bevestigen.
3. Machine in of op een geschikt transportmiddel verladen.
6.4 Machine vastsjorren
AANWIJZING
Gebruik antislipmatten om de lading te beveiligen.
Om de machine vast te zetten, mogen uitsluitend de daarvoor bestemde
sjorpunten worden gebruikt.
Machine zoals afgebeeld vastsjorren.
ð Machine is beveiligd tegen wegrollen, wegglijden en kantelen.
6
inbedrijfstelling
7.1 Controles vóór inbedrijfstelling
28
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
7 inbedrijfstelling
7.1 Controles vóór inbedrijfstelling
Informatie
Verdere informatie en gedetailleerde beschrijvingen,
zie Onderhoud
op pagina 32
.
De volgende controles uitvoeren:
Machine en componenten op beschadigingen controleren.
Beschadigde machine niet in gebruik nemen. Schade en gebre-
ken onmiddellijk laten verhelpen.
Brandstofpeil controleren.
Brandstofleidingen op dichtheid controleren.
Luchtfilter controleren.
Motoroliepeil controleren.
Trekstarter controleren.
7.2 Veiligheidsaanwijzingen voor gebruik
WAARSCHUWING
Kantelgevaar door wegglijdende of omvallende machine!
In de buurt van randen moet minimaal 2/3 van de machine op een draag-
krachtig oppervlak staan.
Machine buiten bedrijf stellen en terugtillen naar een draagkrachtig
oppervlak.
Werken op hellende oppervlakken
AANWIJZING
Technische schade door uitval van de motorsmering!
De maximaal toelaatbare hellingshoek niet overschrijden, zie
zie
Technische gegevens op pagina 43
.
Benader hellingen altijd van onderaf.
Bodemgesteldheid
De maximale storthoogte is van meerdere factoren van de bodemge-
steldheid afhankelijk. Een exacte indicatie van deze waarde is niet moge-
lijk.
Bepaal de maximale storthoogte met behulp van verdichtingstests of
bodemtests.
inbedrijfstelling
In bedrijf nemen 7.3
29
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
Intrillen van straatstenen
Om beschadigingen aan de machine of het verdichtingsmateriaal te
voorkomen, glijvoorziening gebruiken,
zie Accessoires op pagina
42
.
Verdichten van asfalt
Om scheurvorming en plakken aan het asfalt te voorkomen, water-
tank met sproeisysteem gebruiken,
zie Accessoires op pagina 42
.
7.3 In bedrijf nemen
WAARSCHUWING
Verbrandingsgevaar door starthulpsprays!
Starthulpsprays kunnen vlam vatten en ernstige brandwonden veroorza-
ken.
Gebruik geen starthulpsprays.
1. Brandstofkraan1 in standA zetten.
B
2. Chokehendel2 bij koude motor in standA zetten.
3. Chokehendel bij warme motor in standB zetten.
7
inbedrijfstelling
7.3 In bedrijf nemen
30
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
4. Gashendel3 in standA zetten.
5. Motorschakelaar4 in standA zetten.
6. Startergreep5 aantrekken.
ð Licht aan de startergreep trekken totdat weerstand voelbaar is,
dan krachtig doortrekken. Startergreep langzaam terug laten
gaan.
7. Chokehendel bij de start in standA, chokehendel tijdens warmlopen
van de motor weer in standB zetten.
ð Motor loopt.
Bediening
Machine gebruiken 8.1
31
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
8 Bediening
8.1 Machine gebruiken
De beoogde plaats van de operator is achter de machine.
Duw en bestuur de machine met de stuurbeugel.
8.2 Buiten bedrijf nemen
1. Gashendel1 in standB zetten.
2. Motorschakelaar2 in standB zetten.
3. Brandstofkraan3 in standB zetten.
ð Machine en motor laten afkoelen.
8
Onderhoud
9.1 Veiligheidsinformatie over onderhoud
32
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
9 Onderhoud
9.1 Veiligheidsinformatie over onderhoud
WAARSCHUWING
Onjuist gebruik kan letsel of grote materiële schade veroorzaken.
Alle veiligheidsaanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing lezen en in
acht nemen.
WAARSCHUWING
Gevaar voor vergiftiging door uitlaatgassen!
Uitlaatgassen bevatten giftige koolmonoxide die bewustzijnsverlies of de
dood kunnen veroorzaken.
Voer alleen onderhoudswerkzaamheden uit met de motor uit en de
machine buiten werking.
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel door ongecontroleerd starten van de machine en
bewegende delen.
Voer alleen onderhoudswerkzaamheden uit met de motor uit en de
machine buiten werking.
WAARSCHUWING
Brand- en explosiegevaar door brandstof en brandstofdampen!
Brandstof en brandstofdampen kunnen vlam vatten en ernstige brand-
wonden veroorzaken.
Niet roken.
Niet tanken in de buurt van open vuur.
Voor het tanken de motor uitschakelen en laten afkoelen.
WAARSCHUWING
Brand- en explosiegevaar bij gebruik van brandbare reinigingsmid-
delen!
Reinig de machine en componenten niet met benzine of andere op-
losmiddelen.
Onderhoud
Veiligheidsinformatie over onderhoud 9.1
33
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING
Verbrandingsgevaar door hete motorolie!
Hete oliespatten kunnen de huid verbranden.
Motor uitschakelen en laten afkoelen.
Veiligheidshandschoenen dragen.
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel door ontbrekende of niet-functionerende veilig-
heidsvoorzieningen.
Gebruik de machine alleen als de veiligheidsvoorzieningen correct
zijn geïnstalleerd en functioneren.
Veiligheidsvoorzieningen niet wijzigen of verwijderen.
VOORZICHTIG
Gevaar voor de gezondheid door bedrijfsvloeistoffen!
Dampen niet inademen.
Huid- en oogcontact vermijden.
AANWIJZING
Bij gebruik van de motor zonder luchtfilter bestaat het risico van
snellere motorslijtage!
Motor niet zonder luchtfilter of luchtfilterdeksel gebruiken.
Milieu
Bodemverontreiniging door lekkende of overlopende olie.
Bekleed het werkoppervlak met een ondoordringbare folie.
Gebruik een opvangbak voor de afgewerkte olie.
Verwijder de afgewerkte olie op een milieuvriendelijke manier, in
overeenstemming met de voorschriften van de wetgever.
Milieu
Milieuschade voorkomen!
Reinig de machine op een geschikte plaats waar vervuild afvalwater
op een milieuvriendelijke manier kan worden opgevangen.
Verontreinigd water opvangen en op milieuvriendelijke wijze verwij-
deren.
9
Onderhoud
9.2 Onderhoudsschema
34
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
9.2 Onderhoudsschema
AANWIJZING
Gevaar voor motorschade!
Bij inbedrijfstelling van een nieuwe machine moet na 20 bedrijfsuren
een olieverversing plaatsvinden.
Onderhoudswerkzaamheden dage-
lijks
weke-
lijks
maan-
de-
lijks
100h 125h 250h 300h 500h
Machine reinigen.
Visuele controle op volledig-
heid.
Visuele controle beschadi-
gingen.
Motoroliepeil controleren.
Aanzuiggebied luchtfilter contro-
leren.
Controleer de schroefverbindin-
gen.
Brandstoffilter reinigen.
Luchtfilter reinigen en controle-
ren.
Dynamo-oliepeil controleren.
V-snaarspanning controleren.
Opvangbeker reinigen.
Motorolie vervangen.
Bougies controleren.
Rubber buffer controleren.*
Dynamo-olie vervangen.*
Klepspeling controleren.*
Brandstoffilter vervangen.
*Laat deze werkzaamheden uitvoeren door een servicepartner.
9.3 Onderhoudswerkzaamheden
Voorbereidingen uitvoeren
1. Machine op een vlakke ondergrond plaatsen.
2. Machine buiten bedrijf stellen.
3. Machine laten afkoelen.
Onderhoud
Onderhoudswerkzaamheden 9.3
35
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
9.3.1 Machine reinigen
Let bij het reinigen van de machine met een hogedrukreiniger
op het volgende:
1. Richt de hogedrukreiniger niet rechtstreeks op luchtinlaten en elek-
trische onderdelen.
2. Houd de hogedrukreiniger niet te dicht bij de machine om beschadi-
ging aan labels en kwetsbare onderdelen te voorkomen.
Visuele controle na de reiniging:
1. Controleer kabels, slangen en leidingen op dichtheid en schuurplek-
ken.
2. Controleer de schroefverbindingen.
ð Vervang beschadigde onderdelen.
3. Controleer veiligheids-, waarschuwings- en bedieningsaanwijzingen
op volledigheid.
ð Beschadigde of niet meer leesbare labels en bordjes direct ver-
vangen.
9.3.2 Brandstofpeil controleren en bijvullen
1. Vuilafzettingen verwijderen.
2. Tankdeksel openen.
3. Brandstofpeil controleren.
ð Max. brandstofpeil tot onderkant vulopening.
4. Indien nodig brandstof bijvullen,
zie Technische gegevens op pagi-
na 43
.
5. Tankdeksel goed afsluiten.
9
Onderhoud
9.3 Onderhoudswerkzaamheden
36
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
9.3.3 Luchtfilter reinigen en controleren
1. Luchtfilterdeksel1 verwijderen.
2. Luchtfilterelementen verwijderen en losmaken.
ð Papierfilterelement2 en schuimfilterelement3
3. Beide luchtfilterelementen op scheuren en gaten controleren, bij be-
schadiging vervangen.
Papierfilterelement reinigen
1. Filterelement op hard oppervlak uitkloppen.
2. Met perslucht vanaf de binnenkant door het filterelement blazen.
ð Niet uitborstelen, daardoor wordt vuil in de vezels gedrukt.
ð Bij extreme vervuiling vervangen.
Schuimfilterelement reinigen
1. Filterelement in zeepsop uitwassen.
2. Grondig uitspoelen met water.
3. Laten drogen.
4. In nieuwe motorolie dompelen,
zie Technische gegevens op pagina
43
.
5. Filterelement uitdrukken.
ð Overtollige motorolie rookt wanneer de motor wordt gestart.
9.3.4 Motoroliepeil controleren en bijvullen
AANWIJZING
Gevaar voor motorschade!
Olie alleen bij bedrijfswarme motor verversen.
Alleen motorolie met de juiste specificatie gebruiken,
zie Technische
gegevens op pagina 43
.
1. Vuilafzettingen verwijderen.
2. Machine moet horizontaal staan.
3. Motoroliepeilstok1 losdraaien.
4. Motoroliepeilstok met een schone en pluisvrije doek afvegen.
5. Motoroliepeilstok weer vastdraaien.
6. Motoroliepeilstok opnieuw losdraaien.
Onderhoud
Onderhoudswerkzaamheden 9.3
37
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
7. Motoroliepeil controleren.
ð Als het motoroliepeil de ondergrens van3 bereikt, indien nodig
motorolie bijvullen,
zie Technische gegevens op pagina 43
.
ð Motorolie tot bovengrens 2 bijvullen, niet overmatig vullen.
Motoroliepeilstok weer vastdraaien.
9.3.5 Motorolie verversen
1. Vuilafzettingen verwijderen.
2. Geschikte opvangbak voor het opvangen van de afgewerkte olie
klaarzetten.
3. Motoroliepeilstok1 losdraaien.
4. Aftapplug motoroliemetafdichtring2 losdraaien.
5. Afgewerkte olie volledig aftappen.
6. Aftapplug motorolie met nieuwe afdichtring vastdraaien, aandraai-
moment18Nm.
7. Machine horizontaal zetten.
8. Nieuwe motorolie bijvullen,
zie Motoroliepeil controleren en bijvullen
op pagina 36
.
9. Motoroliepeilstok weer vastdraaien.
9.3.6 Opvangbeker reinigen
1. Brandstofkraan3 in standB zetten.
9
Onderhoud
9.3 Onderhoudswerkzaamheden
38
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
2. Opvangbeker, filter en O-ring2 verwijderen.
3. Opvangbeker en filter reinigen en afdrogen.
4. Nieuwe O-ring, filter en opvangbeker weer bevestigen.
5. Brandstofkraan1 in standA zetten.
6. Brandstofsysteem op dichtheid controleren.
9.3.7 Bougie controleren
AANWIJZING
Gevaar voor motorschade!
Een verkeerde bougie kan motorschade veroorzaken,
zie Technische ge-
gevens op pagina 43
.
Correcte elektrodenafstand.
Vrij van afzettingen.
Onderhoud
Onderhoudswerkzaamheden 9.3
39
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
1. Bougiestekker lostrekken.
2. Vervuilingen rond bougies verwijderen.
3. Bougie losdraaien en controleren.
4. Bij beschadiging of sterke vervuiling vervangen.
5. Elektrodenafstand1 meten,
zie Technische gegevens op pagina
43
.
ð Door voorzichtig buigen de elektrodenafstand corrigeren.
6. Bougie weer vastdraaien, aandraaimoment18Nm.
7. Bougiestekker op de bougie steken.
9.3.8 V-snaar dynamo bijspannen en vervangen
V-snaar bijspannen
1. V-snaarkap demonteren.
2. Moeren van de V-snaarschijf van de motor verwijderen.
3. Buitenste helft V-snaarschijf verwijderen.
4. Tussenringen verwijderen (meestal is één ring verwijderen al vol-
doende).
5. De verwijderde tussenringen en de buitenste helft van de V-snaar-
schijf uitlijnen en bevestigen.
Informatie
Bij vastdraaien van de moeren de V-snaarschijf draaien om vastklemmen
van de V-snaar te voorkomen.
1. Moeren vastdraaien, aandraaimoment25Nm.
2. V-snaarkap monteren, aandraaimoment15Nm.
9
Bedrijfsstoringen
10.1 Verhelpen van storingen
40
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
10 Bedrijfsstoringen
10.1 Verhelpen van storingen
WAARSCHUWING
Levensgevaar door zelf storingen te verhelpen!
Neem contact op met de fabrikant als bij deze machine storingen op-
treden die niet in deze handleiding worden beschreven.
Verhelp de storingen niet zelf.
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
Motor kan niet worden gestart. Motorschakelaar uit. Motorschakelaar aan.
Gashendel in stop- of stationaire
stand.
Gashendel in.
Te weinig brandstof. Brandstof bijvullen. Brandstoffilter
en brandstofleidingen controleren.
Klepspeling onjuist. Klepspeling controleren, indien no-
dig laten instellen.*
Kleppen versleten. Machine laten repareren.*
Cilinder en/of zuigerring versleten.
Bougies versleten.
Motoroliepeil te laag. Motorolie bijvullen.
Geen trillingen bij lopende motor. V-snaar versleten. V-snaar vervangen.
Koppelingsvoering versleten. Koppelingsvoering laten vervan-
gen.*
*Laat deze werkzaamheden uitvoeren door een servicepartner.
Stilleggen
Tijdelijke stillegging 11.1
41
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
11 Stilleggen
11.1 Tijdelijke stillegging
Informatie
Verdere informatie en gedetailleerde beschrijvingen,
zie Onderhoud
op pagina 32
.
Als de machine langer dan 1 maand niet wordt gebruikt, neem dan de
volgende maatregelen:
Gehele machine. Grondig reinigen.
Op dichtheid controleren, indien nodig alle onvolkomenhe-
den verhelpen.
Droog en stofvrij opslaan.
Brandstoftank. Kunststof tank:
Brandstof volledig aftappen.
Metalen tank:
Brandstof bijvullen.
Motor. Motoroliepeil controleren, indien nodig motorolie bijvullen.
Luchtfilter controleren en reinigen.
Brandstoffilter reinigen.
Corrosiegevoelige onderdelen zoals borgbou-
ten, spindels en gaskabel.
Oliën en invetten.
Als de machine langer dan 6 maanden niet wordt gebruikt, neem dan
contact op met een servicepartner.
11.2 Definitieve stillegging
Als de machine niet meer wordt gebruikt en wordt afgedankt, moeten alle
bedrijfsvloeistoffen worden afgetapt.
Laat de machine professioneel demonteren en verwijderen door een door
de staat erkend recyclingbedrijf.
Een juiste verwijdering van deze machine voorkomt schadelijke effecten
op mens en milieu, dient een gerichte behandeling van verontreinigende
stoffen en maakt het hergebruik van waardevolle grondstoffen mogelijk.
11
Accessoires
12.1 Accessoires
42
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
12 Accessoires
12.1 Accessoires
VOORZICHTIG
Gevaar voor letsel en mogelijke schade aan de machine!
Gebruik van niet-originele toebehorendelen of reserveonderdelen kan tot
letsel of machineschade leiden.
Gebruik alleen originele onderdelen.
Bij onachtzaam gebruik vervalt elke aansprakelijkheid.
VOORZICHTIG
Stabiliteit van de machine met wielset!
Kantelen of wegrollen van de machine kan tot letsel of materiële schade
leiden.
Machine veilig neerzetten.
Wielset beveiligen tegen wegrollen of omhoog klappen.
Wielset
Wielset voor gemakkelijker transport op de bouwplaats.
Watertank
Watertank met traploos instelbaar sproeisysteem,
zie Veiligheidsaanwij-
zingen voor gebruik op pagina 29
.
Glijvoorziening
Oppervlaktebescherming,
zie Veiligheidsaanwijzingen voor gebruik op
pagina 29
.
Technische gegevens
Algemene informatie 13.1
43
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
13 Technische gegevens
13.1 Algemene informatie
Informatie
Om technische redenen kunnen lege kolommen worden weergegeven in
de technische gegevens. Ook kunnen cijfers en letters in superscript/sub-
script onjuist worden weergegeven, zoals:
Geluidsvermogensniveau LWA in plaats van L
WA
Geluidsdrukniveau LpA in plaats van L
pA
Totale trillingswaarde ahv in plaats van a
hv
Kooldioxide CO2 in plaats van CO
2
Eenheid m/s2 in plaats van m/s
2
13.2 Geluids- en trillingsgegevens
De vermelde geluids- en trillingsgegevens zijn bepaald aan de hand van
de volgende richtlijnen voor de typische bedrijfsomstandigheden van de
machine / speciale testcondities en met behulp van geharmoniseerde
normen:
Machinerichtlijn2006/42/EG
Geluidsemissierichtlijn 2000/14/EG
Tijdens het gebruik kunnen de waarden, afhankelijk van de heersende
bedrijfsomstandigheden, verschillen.
Geluidsdrukniveau op de bedienersplaats
L
pA
werd volgens ENISO11201 en EN500-4 bepaald.
Gegarandeerd geluidsvermogensniveau
L
WA
werd volgens ENISO3744 en EN500-4 bepaald.
Gewogen totaalwaarde voor hand-arm-trillingen
a
hv
werd volgens ENISO20643 en EN500-4 bepaald.
13.3 VP
Type VP1135A VP1135Aw
Materiaalnummer machine 5100029066 5100029065
Materiaalnummer motor 5100045994 5100045994
Centrifugale kracht [kN] 11 11
Trillingen [Hz] 98 98
Trillingen [1/min] 5880 5880
Oppervlaktecapaciteit* [m2/h] 533 533
Vooruit rijden [m/min] 25 25
Klimcapaciteit [%] 36,4 36,4
13
Technische gegevens
13.3 VP
44
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
Type VP1135A VP1135Aw
Lengte (dissel in werkpositie) [mm] 958 958
Breedte [mm] 355 355
Hoogte [mm] 918 918
Bodemvrijheid [mm] 467 566
Bedrijfsgewicht [kg] 61 69
Nominaal vermogen** [kW] 2,6 2,6
Nominaal toerental [1/min] 3600 3600
Oliehoeveelheid dynamo [l] - -
Olietype dynamo - -
Bedrijfstemperatuurbereik [°C] -15 - +45 -15 - +45
Opslagtemperatuurbereik [°C] -15 - +40 -15 - +40
Geluidsdrukniveau op de bedienersplaats LpA
[dB(A)]
91 91
Geluidsvermogensniveau LWA, gemeten
[dB(A)]
100 100
Geluidsvermogensniveau LWA, gegarandeerd
[dB(A)]
105 105
Totale trillingswaarde ahv [m/s2] 4,7 4,5
Meetonzekerheid totale trillingswaarde ahv [m/
s2]
0,5 0,5
*Afhankelijk van de bodemgesteldheid.
** Komt overeen met het geïnstalleerde nuttige vermogen volgens richtlijn2000/14/EG.
Type VP1340A VP1340Aw
Materiaalnummer machine 5100029061 5100029060
Materiaalnummer motor 5100045995 5100045995
Centrifugale kracht [kN] 13 13
Trillingen [Hz] 98 98
Trillingen [1/min] 5880 5880
Oppervlaktecapaciteit* [m2/h] 600 600
Vooruit rijden [m/min] 25 25
Klimcapaciteit [%] 36,4 36,4
Lengte (dissel in werkpositie) [mm] 1040 1040
Breedte [mm] 400 400
Hoogte [mm] 937 937
Bodemvrijheid [mm] 549 580
Bedrijfsgewicht [kg] 81 93
Nominaal vermogen** [kW] 3,6 3,6
Nominaal toerental [1/min] 3600 3600
Oliehoeveelheid dynamo [l] 0,25 0,25
Olietype dynamo 75W-90 API GL-4 75W-90 API GL-4
Bedrijfstemperatuurbereik [°C] -15 - +45 -15 - +45
Opslagtemperatuurbereik [°C] -15 - +40 -15 - +40
Technische gegevens
VP 13.3
45
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
Type VP1340A VP1340Aw
Geluidsdrukniveau op de bedienersplaats LpA
[dB(A)]
92 92
Geluidsvermogensniveau LWA, gemeten
[dB(A)]
100 100
Geluidsvermogensniveau LWA, gegarandeerd
[dB(A)]
108 108
Totale trillingswaarde ahv [m/s2] 3,1 2,6
Meetonzekerheid totale trillingswaarde ahv [m/
s2]
0,5 0,5
*Afhankelijk van de bodemgesteldheid.
** Komt overeen met het geïnstalleerde nuttige vermogen volgens richtlijn2000/14/EG.
Type VP1340Aw VP1550A
Materiaalnummer machine 5100029062 5100029057
Materiaalnummer motor 5100045995 5100045995
Centrifugale kracht [kN] 13 15
Trillingen [Hz] 98 98
Trillingen [1/min] 5880 5880
Oppervlaktecapaciteit* [m2/h] 600 750
Vooruit rijden [m/min] 25 25
Klimcapaciteit [%] 36,4 36,4
Lengte (dissel in werkpositie) [mm] 1040 1035
Breedte [mm] 400 503
Hoogte [mm] 937 940
Bodemvrijheid [mm] 580 552
Bedrijfsgewicht [kg] 93 93
Nominaal vermogen** [kW] 3,6 3,6
Nominaal toerental [1/min] 3600 3600
Oliehoeveelheid dynamo [l] 0,25 0,25
Olietype dynamo 75W-90 API GL-4 75W-90 API GL-4
Bedrijfstemperatuurbereik [°C] -15 - +45 -15 - +40
Opslagtemperatuurbereik [°C] -15 - +40 -15 - +40
Geluidsdrukniveau op de bedienersplaats LpA
[dB(A)]
92 91
Geluidsvermogensniveau LWA, gemeten
[dB(A)]
100 101
Geluidsvermogensniveau LWA, gegarandeerd
[dB(A)]
108 108
Totale trillingswaarde ahv [m/s2] 2,6 3,1
Meetonzekerheid totale trillingswaarde ahv [m/
s2]
0,5 0,5
*Afhankelijk van de bodemgesteldheid.
** Komt overeen met het geïnstalleerde nuttige vermogen volgens richtlijn2000/14/EG.
13
Technische gegevens
13.3 VP
46
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
Type VP1550Aw VP2050A
Materiaalnummer machine 5100029056 5100029053
Materiaalnummer motor 5100045995 5100045995
Centrifugale kracht [kN] 15 20
Trillingen [Hz] 98 98
Trillingen [1/min] 5880 5880
Oppervlaktecapaciteit* [m2/h] 750 750
Vooruit rijden [m/min] 25 25
Klimcapaciteit [%] 36,4 36,4
Lengte (dissel in werkpositie) [mm] 1035 1035
Breedte [mm] 503 503
Hoogte [mm] 940 940
Bodemvrijheid [mm] 583 552
Bedrijfsgewicht [kg] 102 100
Nominaal vermogen** [kW] 3,6 3,6
Nominaal toerental [1/min] 3600 3600
Oliehoeveelheid dynamo [l] 0,25 0,25
Olietype dynamo 75W-90 API GL-4 75W-90 API GL-4
Bedrijfstemperatuurbereik [°C] -15 - +40 -15 - +40
Opslagtemperatuurbereik [°C] -15 - +40 -15 - +40
Geluidsdrukniveau op de bedienersplaats LpA
[dB(A)]
91 94
Geluidsvermogensniveau LWA, gemeten
[dB(A)]
101 103
Geluidsvermogensniveau LWA, gegarandeerd
[dB(A)]
108 108
Totale trillingswaarde ahv [m/s2] 2,7 3,6
Meetonzekerheid totale trillingswaarde ahv [m/
s2]
0,5 0,5
*Afhankelijk van de bodemgesteldheid.
** Komt overeen met het geïnstalleerde nuttige vermogen volgens richtlijn2000/14/EG.
Type VP2050Aw VP1550Aw
Materiaalnummer machine 5100029052 5100051526
Materiaalnummer motor 5100045995 5100045995
Centrifugale kracht [kN] 20 15
Trillingen [Hz] 98 98
Trillingen [1/min] 5880 5880
Oppervlaktecapaciteit* [m2/h] 750 750
Vooruit rijden [m/min] 25 25
Klimcapaciteit [%] 36,4 36.4
Lengte (dissel in werkpositie) [mm] 1035 1035
Breedte [mm] 503 503
Hoogte [mm] 940 940
Bodemvrijheid [mm] 583 583
Technische gegevens
Verbrandingsmotor 13.4
47
[nl] | 02/2020 | 5100056084 | VP | Gebruiksaanwijzing
Type VP2050Aw VP1550Aw
Bedrijfsgewicht [kg] 110 102
Nominaal vermogen** [kW] 3,6 3.6
Nominaal toerental [1/min] 3600 3600
Oliehoeveelheid dynamo [l] 0,25 0.25
Olietype dynamo 75W-90 API GL-4 75W-90 API GL-4
Bedrijfstemperatuurbereik [°C] -15 - +40 -15 - +40
Opslagtemperatuurbereik [°C] -15 - +40 -15 - +40
Geluidsdrukniveau op de bedienersplaats LpA
[dB(A)]
94 91
Geluidsvermogensniveau LWA, gemeten
[dB(A)]
103 101
Geluidsvermogensniveau LWA, gegarandeerd
[dB(A)]
108 108
Totale trillingswaarde ahv [m/s2] 3,1 2.7
Meetonzekerheid totale trillingswaarde ahv [m/
s2]
0,5 0.5
*Afhankelijk van de bodemgesteldheid.
** Komt overeen met het geïnstalleerde nuttige vermogen volgens richtlijn2000/14/EG.
13.4 Verbrandingsmotor
Motorfabrikant Honda
Materiaalnummer motor 5100045994
Motortype GX 120
Verbrandingsmethode viertakt
Koeling Lucht
Cilinder 1
Cilinderinhoud [cm3] 118
Kantelhoek max. [°] 20
Brandstoftype Benzine
Brandstofverbruik [l/h] 1
Tankinhoud [l] 2,5
Oliespecificatie SAE 10W-30
Olievulling max. [l] 0,6
Vermogen max. [kW] 2,6
Toerental [1/min] 3600
Norm SAE J1349
Uitlaatgasniveau EU fase V, US phase 3
CO2-uitstoot* [g/kWh] 976
Nabehandeling uitlaatgas -
Type bougie NGK BP-6 ES
Elektrodenafstand [mm] 0,7 - 0,8
* Berekende waarde van de CO2-uitstoot bij de motorcertificering zonder rekening te houden met de toepas-
sing op de machine.
13
Technische gegevens
13.4 Verbrandingsmotor
48
Gebruiksaanwijzing | VP | 5100056084 | 02/2020 | [nl]
Motorfabrikant Honda
Materiaalnummer motor 5100045995
Motortype GX 160
Verbrandingsmethode viertakt
Koeling Lucht
Cilinder 1
Cilinderinhoud [cm3] 163
Kantelhoek max. [°] 20
Brandstoftype Benzine
Brandstofverbruik [l/h] 0,8
Tankinhoud [l] 3,6
Oliespecificatie SAE 10W-30
Olievulling max. [l] 0,6
Vermogen max. [kW] 3,6
Toerental [1/min] 3600
Norm SAE J1349
Uitlaatgasniveau EU fase V, US phase 3
CO2-uitstoot* [g/kWh] 757
Nabehandeling uitlaatgas -
Type bougie NGK BP-6 ES
Elektrodenafstand [mm] 0,7 - 0,8
* Berekende waarde van de CO2-uitstoot bij de motorcertificering zonder rekening te houden met de toepas-
sing op de machine.
Wacker Neuson Produktion GmbH &
Co. KG
Wackerstraße 6
D-85084 Reichertshofen
Tel.: +49 8453 340-0
www.wackerneuson.com
Materiaalnummer: 5100056084
Taal: [nl]
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50

Wacker Neuson VP1340Aw Loxam Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor