Documenttranscriptie
Nederlands
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
Let op: Lees het volgende voor u dit toestel in gebruik neemt.
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit
uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te
lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er
later nog eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde, koele, droge,
schone plek – uit direct zonlicht, uit de buurt van
warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg, ten
behoeve van voldoende ventilatie, minimaal voor de volgende
vrije ruimte.
Boven: 30 cm
Achter: 20 cm
Zijkanten: 20 cm
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische
apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te
voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het
toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad
(bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te
voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat
zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan
dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel
kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende
of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet
bovenop dit toestel:
– Andere componenten, daar deze schade kunnen
veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen
doen verkleuren.
– Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen
veroorzaken.
– Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische
schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel
kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het
toestel terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz.
zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur
binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand,
schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst.
Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen
en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de
stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen;
dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone,
droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik
van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is
gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of
persoonlijk letsel. Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid
voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel
met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat.
13 Om schade als gevolg van blikseminslag te voorkomen, dient
u de stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert.
i Nl
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of
het te repareren. Neem contact op met erkend Yamaha
servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie
behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken
(bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16 Lees het hoofdstuk “Foutopsporing” in de handleiding over
veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de
conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
17 Voor u dit toestel verplaatst, dient u A naar beneden te
drukken om dit toestel uit te schakelen, waarna u de stekker
uit het stopcontact dient te halen.
18 Er zal zich condens vormen wanneer de
omgevingstemperatuur plotseling verandert. Haal de stekker
uit het stopcontact en laat het toestel met rust.
19 Wanneer het toestel langere tijd achter elkaar gebruikt wordt,
kan het warm worden. Schakel het toestel uit en laat het
afkoelen.
20 Installeer dit toestel in de buurt van een stopcontact op een
plek waar u de stekker gemakkelijk kunt bereiken.
21 De batterijen mogen niet worden blootgesteld aan hitte, zoals
door direct zonlicht, vuur of iets dergelijks. Gooi de batterijen
weg volgens de in uw regio geldende regelgeving.
22 Een te hoge geluidsdruk (volume) van een oortelefoon of
hoofdtelefoon kan leiden tot gehoorschade.
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten zolang de
stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf uitgeschakeld
met A. Dit is de zogenaamde standby-stand. In deze toestand is het
toestel ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te
verbruiken.
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE
SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL IN
GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN.
Gebruik dit toestel niet binnen een afstand van 22 cm van personen
met geïmplanteerde hartpacemaker of defibrillator.
Let op
Raak het oppervlak niet aan dat met dit
label is gemarkeerd.
Het oppervlak kan heet worden tijdens
gebruik.
Radiogolven kunnen elektro-medische apparatuur
beïnvloeden.
Gebruik dit toestel niet in de buurt van medische apparaten of
in medische faciliteiten.
INHOUD
Luisteren naar internetradio....................................38
VOORBEREIDINGEN
Het delen van muziekbestanden via media instellen ... 36
Afspelen pc-muziekinhoud.......................................... 37
Favoriete internetradiostations registreren
(bookmarks)............................................................. 39
iPod-muziek afspelen met AirPlay ..........................40
iPod/iTunes-muziekinhoud afspelen ........................... 40
Aansluitingen ............................................................ 10
Muziek afspelen van een USB-opslagapparaat ......41
De luidsprekers aansluiten........................................... 11
De FM/AM-antennes aansluiten (R-N402) ................. 12
De DAB/FM-antenne aansluiten (R-N402D).............. 12
De netwerkkabel aansluiten......................................... 13
Een draadloze antenne voorbereiden ........................... 13
Het netsnoer aansluiten................................................ 13
Het toestel inschakelen ................................................ 13
Het huidige nummer/de huidige zender
registreren (voorkeuzefunctie) .............................43
Een USB-opslagapparaat aansluiten............................ 41
Weergeven van de inhoud van een
USB-opslagapparaat ................................................ 41
Een voorkeuze registreren ........................................... 43
Een voorkeuze terugroepen ......................................... 43
Verbinding maken met een netwerk....................... 14
De iOS-apparaatinstelling delen .................................. 15
De WPS-drukknopconfiguratie gebruiken .................. 16
De draadloze netwerkverbinding handmatig instellen... 17
Een mobiel apparaat direct met het toestel verbinden
(Wireless Direct) ..................................................... 18
De netwerkverbindingsstatus controleren.................... 19
BASISBEDIENING
Afspelen ..................................................................... 20
Een bron afspelen ........................................................ 20
Informatie wisselen op de display van het voorpaneel ... 20
De slaaptimer gebruiken .............................................. 21
Luisteren naar FM/AM-radio (R-N402) ................ 22
FM/AM afstemmen ..................................................... 22
Voorkeuzefuncties gebruiken ...................................... 22
Radio Data System afstemmen (alleen voor modellen
voor het Verenigd koninkrijk en Europa)................ 25
Luisteren naar FM-radio (R-N402D) ..................... 26
FM afstemmen ............................................................. 26
Voorkeuzefuncties gebruiken ...................................... 26
Radio Data System afstemmen (alleen voor modellen
voor het Verenigd koninkrijk en Europa)................ 29
Luisteren naar DAB-radio (R-N402D) ................... 30
De DAB-afstemming voorbereiden............................. 30
Een DAB-radiostation voor ontvangst selecteren........ 30
De presetfunctie gebruiken .......................................... 31
De DAB-informatie weergeven................................... 32
De ontvangststerkte van elk DAB-kanaallabel
controleren............................................................... 33
GEAVANCEERDE BEDIENING
Afspeelinstellingen configureren voor
verschillende afspeelbronnen
(menu OPTION)....................................................44
INLEIDING
Voorpaneel..................................................................... 4
Display voorpaneel ........................................................ 6
Achterpaneel .................................................................. 7
Afstandsbediening ......................................................... 8
VOORBEREIDINGEN
Muziek afspelen van mediaservers (pc’s/NAS) ......36
BASISBEDIENING
Bijgeleverde accessoires ............................................. 3
Bedieningselementen en functies............................... 4
Optiemenu-items ......................................................... 44
Verschillende functies configureren
(menu SETUP).......................................................45
Onderdelen van het menu SETUP............................... 45
Network ....................................................................... 46
Bluetooth ..................................................................... 47
Balance ........................................................................ 48
Max Volume ................................................................ 48
InitialVolume............................................................... 48
AutoPowerStby (Auto Power Standby)....................... 48
De systeeminstellingen configureren
(ADVANCED SETUP-menu) ..............................49
Onderdelen van het menu ADVANCED SETUP ....... 49
De afstandsbedienings-ID selecteren (REMOTE ID)... 49
Stelt de afstemfrequentiestap in (TU).......................... 49
De standaardinstellingen herstellen (INIT) ................. 49
De firmware bijwerken (UPDATE)............................. 50
De versie van de firmware controleren (VERSION)... 50
De firmware van het toestel bijwerken via het
netwerk...................................................................51
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Bronnen die op dit toestel afgespeeld kunnen worden ... 2
Handige apps bedienen (MusicCast CONTROLLER)... 3
Verbinding maken met een Bluetooth-apparaat
(koppelen)................................................................ 34
Inhoud van het Bluetooth-apparaat weergeven............ 34
Verbreken van een Bluetooth-verbinding.................... 35
AANVULLENDE
INFORMATIE
Wat u kunt doen met dit toestel ................................ 2
Muziek weergeven via Bluetooth..............................34
AANVULLENDE INFORMATIE
Foutopsporing............................................................52
Foutindicaties op display voorpaneel ......................57
Ondersteunde bestandsindelingen...........................57
Technische gegevens..................................................58
Handelsmerken..........................................................59
• “Opmerking” wijst op voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van het product en op functiebeperkingen. y wijst op aanvullende
uitleg voor beter gebruik.
• In deze handleiding wordt de bediening met de meegeleverde afstandsbediening uitgelegd.
• In deze handleiding worden mobiele iOS- en Android-apparaten collectief aangeduid als ‘mobiele apparaten’. Het specifieke type
mobiel apparaat wordt waar nodig vermeld in de uitleg.
1 Nl
Nederlands
INLEIDING
INLEIDING
Wat u kunt doen met dit toestel
Dit toestel is een netwerkontvanger die compatibel is met een netwerkbron, zoals een mediaserver en een mobiel
apparaat.
Het ondersteunt niet alleen afspelen van analoge bronnen zoals een cd-speler, maar ook Bluetooth-apparaten en
netwerkstreamingservices.
Bronnen die op dit toestel afgespeeld kunnen worden
1 Internet
2 Streamingservice
Modem
Wi Fi
BLUETOOTH
DISPLAY
MODE
MEMORY
BAND
PRESET
TUNING
VOLUME
SELECT
BASS
PHONES
TREBLE
INPUT
PUSH ENTER
SPEAKERS
USB
Router*
5V
RETURN
CONNECT
A
3 Pc
5 AirPlay (iTunes)
Dit toestel
Mobiel
apparaat
7 USB-apparaat
4 NAS
5 AirPlay (iPhone/iPad/iPod touch)
6 Bluetooth
8 Cd-speler, enz.
9 Radio
*
U hebt een in de handel verkrijgbare draadloze router (toegangspunt) nodig als u een mobiel apparaat gebruikt.
1 Internetradio weergeven (p. 38)
2 De streamingservice afspelen
(zie de aanvulling voor elke service.)
3 Muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw
pc afspelen (p. 36)
4 Muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw
NAS afspelen (p. 36)
6 Audioinhoud afspelen van Bluetoothapparaten (p. 34)
7 Muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw
USB-apparaat afspelen (p. 41)
8 Uw externe component afspelen (p. 10)
9 Naar radio luisteren (p. 22, 26, 30)
5 Muziekbestanden afspelen met AirPlay (p. 40)
y
Raadpleeg "Aansluitingen" (p. 10) voor meer informatie over het aansluiten van externe apparaten.
2 Nl
Wat u kunt doen met dit toestel
U kunt het toestel bedienen en programmeren, of streamingservices afspelen via dit toestel. U doet dit middels de
installatie van de gratis MusicCast CONTROLLER-app op een mobiel apparaat. Zoek voor details naar “MusicCast
CONTROLLER” in de App Store of op Google Play.
■ Mogelijkheden van MusicCast CONTROLLER
•
•
•
•
•
•
De standaardwerking van het toestel (aanzetten/stand-by, volume aanpassen en ingang selecteren)
Nummers die zijn opgeslagen op computers (servers) afspelen
Een internet-radiozender selecteren
Muziek afspelen op mobiele apparaten
Muziek afspelen op een streamingservice
Audio distribueren en ontvangen tussen het toestel en andere apparaten die Yamaha MusicCast ondersteunen
INLEIDING
Handige apps bedienen (MusicCast CONTROLLER)
Raadpleeg MusicCast-installatiehandleiding voor de details.
Bijgeleverde accessoires
Controleer of de volgende accessoires bij het product zijn geleverd.
AM-antenne (R-N402)
FM-antenne (R-N402)
*
Batterijen (x2)
(AA, R6, UM-3)
Afhankelijk van de regio waarin het
toestel wordt aangekocht wordt één van
het bovenstaande meegeleverd.
DAB/FM-antenne (R-N402D)
Nederlands
Afstandsbediening
3 Nl
Bedieningselementen en functies
Voorpaneel
12
3 4 5 6 7
8 90
AB
Wi Fi
BLUETOOTH
DISPLAY
MODE
MEMORY
BAND
PRESET
TUNING
VOLUME
SELECT
BASS
PHONES
TREBLE
INPUT
PUSH
ENTER
SPEAKERS
USB
5V
C
D
RETURN
CONNECT
A
E
F
1 A (aan/uit)
Hiermee zet u het toestel aan/uit (stand-by).
2 STANBY/ON-indicator
Helder brandend: Toestel staat aan
Gedempt: Stand-bymodus
3 Display voorpaneel
Geeft informatie weer over de bedrijfsstatus van het
toestel.
4 DISPLAY
Selecteert de informatie die wordt weergegeven op de
display op het voorpaneel (p. 20).
5 MODE
Stelt de FM-bandontvangstmodus in op automatische
stereo of mono-ontvangst (p. 22, 26).
6 MEMORY
Slaat het huidige radiostation op als voorkeuze
wanneer TUNER is geselecteerd als ingangsbron
(p. 23, 27, 31).
Registreert het huidige nummer dat wordt afgespeeld
als een voorkeuze wanneer NET, USB zijn
geselecteerd als signaalbron (p. 43).
7 BAND
Stelt de radiotunerband in wanneer TUNER is
geselecteerd als ingangsbron. (p. 22, 26, 30)
4 Nl
G
H
I
J
K
8 PRESET j / i
Roept een vooraf ingesteld radiostation (p. 24, 28, 31)
of nummer/streamingstation op (p. 43).
9 BLUETOOTH-indicator
Gaat branden als het toestel verbinding maakt met een
Bluetooth-apparaat.
0 Wi-Fi-indicator
Gaat branden als het toestel verbinding maakt met een
draadloos netwerk.
Gaat ook branden als het toestel met de app MusicCast
CONTROLLER wordt geregistreerd, zelfs als het
toestel is verbonden met een vast netwerk.
A Afstandsbedieningssensor
Ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
B TUNING jj / ii
Selecteert de afstemfrequentie (p. 22, 26) of een
DAB-radiostation (p. 30) als TUNER is geselecteerd
als signaalbron.
Bedieningselementen en functies
C PHONES-aansluiting
Voert audio uit naar uw hoofdtelefoon zodat u privé
kunt luisteren.
INLEIDING
D SPEAKERS A/B
Elke keer als de betreffende toets wordt ingedrukt,
wordt de luidsprekerset die is aangesloten op de
aansluitingen SPEAKERS A en/of SPEAKERS B op
het achterpaneel in- of uitgeschakeld.
E USB-aansluiting
Voor het aansluiten van een USB-opslagapparaat
(p. 41).
F BASS +/–
Verhoogt of verlaagt de versterking van de lage tonen.
Bedieningsbereik: –10 tot +10 (20 Hz)
G TREBLE +/–
Verhoogt of verlaagt de versterking van de hoge
tonen.
Bedieningsbereik: –10 tot +10 (20 kHz)
H INPUTl / h
Hiermee kiest u de ingangsbron waar u naar wilt
luisteren.
I SELECT/ENTER (stapsgewijze keuzeknop)
Draai de keuzeknop om een numerieke waarde of
instelling te selecteren en druk vervolgens op de
keuzeknop om te bevestigen.
J RETURN
Keert terug naar de vorige indicatie op het
voorpaneelscherm.
CONNECT
Gebruiken om het toestel te bedienen via de
MusicCast CONTROLLER-app voor mobiele
apparaten.
Raadpleeg MusicCast-installatiehandleiding voor de
details.
Nederlands
K VOLUME-bediening
Verhoogt of verlaagt het geluidsniveau.
5 Nl
Bedieningselementen en functies
Display voorpaneel
[AM-radio is alleen beschikbaar voor de R-N402.]
1
2
3 4
5
6
STEREO SP A MUTE
TUNED SP B SLEEP
y
U kunt het helderheidsniveau van de display op het voorpaneel wijzigen door te drukken op DIMMER (p. 8).
1 Informatieweergave
Geeft de huidige status weer (zoals naam van ingang).
U kunt de weergegeven informatie wisselen als u
drukt op DISPLAY (p. 20).
2 STEREO
Gaat branden als het toestel een stereo FMradiosignaal ontvangt.
3 TUNED
Gaat branden als het toestel een signaal van een FM/
AM-station ontvangt.
4 Luidsprekerindicators
“SP A” gaat branden als de SPEAKERS A-uitgang is
ingeschakeld en “SP B” gaat branden als de
SPEAKERS B-uitgang is ingeschakeld.
5 MUTE
Knippert als de audio is gedempt.
6 SLEEP
Gaat branden als de slaaptimer is ingeschakeld (p. 21).
6 Nl
Bedieningselementen en functies
Achterpaneel
1
2
3
INLEIDING
[AM-radio is alleen beschikbaar voor de R-N402.]
4
WIRELESS
NETWORK
ANTENNA
FM
AM
75
MAINS
SPEAKERS
VOLTAGE SELECTOR
0
20
220 240 V
DIGITAL
OPTICAL
CD
A
LINE
IN
OUT
COAXIAL
B
2
5 6
7
3
8
9
0
(R-N402)
1 NETWORK-aansluiting
Voor de aansluiting op een netwerk met een
netwerkkabel (p. 13).
5 OPTICAL-aansluiting
Voor de aansluiting op audiocomponenten die van
optische digitale uitgangen zijn voorzien (p. 10).
2 ANTENNA-aansluitingen
Voor de aansluiting op de radio-antennes (p. 12).
6 COAXIAL-aansluiting
Voor de aansluiting op audiocomponenten die van
coaxiale digitale uitgangen zijn voorzien (p. 10).
4 Netsnoer
Voor de aansluiting op een stopcontact (p. 13).
7 CD-aansluitingen
Voor de aansluiting op een cd-speler (p. 10).
8 LINE 1-3 aansluitingen
Voor de aansluiting op analoge audiocomponenten
(p. 10).
9 SPEAKERS-aansluitingen
Gebruikt om luidsprekers aan te sluiten (p. 11).
0 VOLTAGESCHAKELAAR
(Alleen voor universele modellen en modellen
voor Brazilië)
Nederlands
3 Draadloze antenne
Voor het draadloos verbinding maken met een
netwerkapparaat (p. 13).
7 Nl
Bedieningselementen en functies
Afstandsbediening
5 SPEAKERS A/B
Als u op de betreffende toets drukt, wordt de
luidsprekerset die is aangesloten op de aansluitingen
SPEAKERS A en/of SPEAKERS B op het
achterpaneel van het toestel in- of uitgeschakeld.
1
2
3
4
5
DIMMER
SLEEP
A
6 Signaalkeuzetoetsen
Hiermee kiest u de ingangsbron waar u naar wilt
luisteren.
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
y
De toets NET is voor netwerkbron. Druk hier herhaaldelijk
op om de gewenste netwerkbron te selecteren.
6
7
8
9
MODE
MEMORY
0
A
B
C
E
F
TUNING
PRESET
ENTER
HOME
OPTION
VOLUME
NOW PLAYING
MUTE
REPEAT
SHUFFLE
8 MEMORY
Slaat het huidige radiostation op als voorkeuze
wanneer TUNER is geselecteerd als ingangsbron
(p. 23, 27, 31).
Registreert het huidige nummer dat wordt afgespeeld
als een voorkeuze wanneer NET, USB zijn
geselecteerd als signaalbron (p. 43).
9 PRESET j / i
Roept een vooraf ingesteld radiostation (p. 24, 28, 31)
of nummer/streamingstation op (p. 43).
RETURN
SETUP
7 MODE
Stelt de FM-bandontvangstmodus in op automatische
stereo of mono-ontvangst (p. 22, 26).
G
H
I
D
0 Menutoetsen
Cursortoetsen
ENTER
RETURN
Hiermee selecteert u een menu of
parameter.
Hiermee bevestigt u een
geselecteerd item.
Keert terug naar de vorige situatie.
A HOME
Keert terug naar het bovenste niveau bij het selecteren
van muziekbestanden, mappen, enz.
B SETUP
Geeft het menu “SETUP” weer (p. 45).
1 Infraroodsignaalzender
Verzendt infrarode signalen.
2 A (aan/uit)
Hiermee zet u het toestel aan/uit (stand-by).
3 SLEEP
Stelt de slaaptimer in (p. 21).
4 DIMMER
Wijzigt het helderheidsniveau van het
voorpaneelscherm. Kies de helderheid uit 5 niveaus
door herhaaldelijk op deze toets te drukken.
8 Nl
C NOW PLAYING
Geeft muziekgegevens weer bij het selecteren van
muziekbestanden, mappen, enz.
D Afspeeltoetsen
Hiermee kunnen afspelen en andere handelingen
worden uitgevoerd voor netwerkbronnen, Bluetoothen USB-apparaten.
Opmerking
Yamaha kan de werking van alle Bluetooth-apparaten en USBapparaten niet garanderen.
Bedieningselementen en functies
E DISPLAY
Selecteert de informatie die wordt weergegeven op de
display op het voorpaneel (p. 20).
INLEIDING
F Radiotoetsen
De radio bedienen.
BAND
Stelt de radiotunerband in
wanneer TUNER is geselecteerd
als ingangsbron (p. 22, 26, 30).
TUNING jj / ii Selecteert de afstemfrequentie
(p. 22, 26) of een DABradiostation (p. 30) als TUNER is
geselecteerd als signaalbron.
G OPTION
Geeft het menu “OPTION” weer (p. 44).
H MUTE
Dempt de audioweergave.
I VOLUME +/–
Verhoogt of verlaagt het geluidsniveau.
■ Batterijen plaatsen
Vervang alle batterijen als u merkt dat het werkingsbereik
van de afstandsbediening kleiner wordt. Voordat u nieuwe
batterijen plaatst, dient u het batterijvak schoon te vegen.
■ Werkingsbereik
Richt de afstandsbediening binnen het hieronder
weergegeven bedieningsbereik op de
afstandsbedieningssensor op het toestel. Er mogen zich
geen grote obstakels bevinden tussen de
afstandsbediening en het toestel.
Ongeveer
6m
AA, R6, UM-3-batterijen
Afstandsbediening
•
•
•
•
•
•
•
•
Laat de afstandsbediening niet vallen.
Als de batterijen leeg raken, haal ze dan onmiddellijk uit de afstandsbediening om ontploffing of zuurlekkage te voorkomen.
Als u lekkende batterijen vindt, doe de batterijen dan onmiddellijk weg waarbij u ervoor zorgt dat u het weggelekte materiaal niet
aanraakt. Als het weggelekte materiaal in contact komt met uw huid, uw ogen of uw mond, spoel het dan onmiddellijk weg en
raadpleeg een arts. Maak het batterijvak goed schoon voordat u nieuwe batterijen plaatst.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. Hierdoor kan de levensduur van de nieuwe batterijen verkort worden of kunnen
de oude batterijen gaan lekken.
Gebruik geen verschillende types batterijen door elkaar (zoals alkaline- en mangaanbatterijen). Batterijen die er hetzelfde uitzien,
kunnen een verschillende specificatie hebben.
Voer batterijen af volgens de plaatselijke wet- en regelgeving.
Berg batterijen op buiten het bereik van kinderen.
Batterijen kunnen gevaarlijk zijn als een kind ze in de mond stopt.
Haal de batterijen uit het toestel als u van plan bent het toestel gedurende langere tijd niet te gebruiken. Anders lopen de batterijen
leeg en bestaat het gevaar van lekkage van batterijvloeistof met als gevolg mogelijke beschadiging van het toestel.
9 Nl
Nederlands
LET OP
VOORBEREIDINGEN
Aansluitingen
Alle aansluitingen moeten correct zijn: L (links) op L, R (rechts) op R, “+” op “+” en “–” op “–”. Als de aansluitingen
niet kloppen, wordt er geen geluid weergegeven via de luidsprekers en als de polariteit van de luidspreker-aansluitingen
niet correct is, klinkt de weergave onnatuurlijk, met te weinig lage tonen. Raadpleeg de gebruikershandleiding van elk
van uw componenten.
Gebruik RCA-kabels voor het aansluiten van audiocomponenten.
LET OP
• Sluit dit toestel of andere componenten pas op het lichtnet aan nadat alle aansluitingen tussen componenten zijn
voltooid.
• Laat blootliggende luidsprekerdraden niet met elkaar of met metalen onderdelen van het toestel in contact komen.
Hierdoor kunnen het toestel en/of de luidsprekers beschadigd raken.
Cd-speler, enz.
Audio-uitgang
(digitaal coaxiaal)
C
Cd-recorder, enz.
Dvd-speler, enz.
Audio-uitgang
(digitaal optisch)
Audiouitgang
O
Audioingang
WIRELESS
NETWORK
ANTENNA
FM
AM
75
SPEAKERS
DIGITAL
OPTICAL
CD
A
LINE
IN
OUT
COAXIAL
B
2
3
(R-N402)
Audiouitgang
Cd-speler
Luidsprekers A
Luidsprekers B
Alleen PCM-signalen kunnen naar de digitale (OPTICAL/COAXIAL)-aansluitingen van dit toestel worden verzonden.
Opmerking
Bundel de audiokabels en luidsprekerkabels niet samen met de voedingskabel. Dit kan ruis veroorzaken.
10 Nl
Aansluitingen
■ De luidsprekerkabels aansluiten
aVerwijder ongeveer 10 mm van de isolatie van de
uiteinden van de luidsprekerkabel en draai de
blootliggende draden van de kabel stevig in elkaar.
b Maak de luidsprekeraansluiting los.
c Steek de blootliggende draden van de kabel in de
opening aan de zijkant (bovenaan rechts of onderaan
links) van de aansluiting.
d Maak de aansluiting vast.
■ Dubbel bedrade aansluiting
Een dubbel bedrade aansluiting scheidt de woofer
(lagetonenluidspreker) van het gecombineerde deel voor de
middentonen en de tweeters (hogetonenluidsprekers). Een
luidsprekerkast voor dubbele bedrading heeft vier
aansluitklemmen. Met deze twee sets aansluitingen kan de
luidsprekerkast gesplitst worden in twee onafhankelijke
delen. Met deze verbindingen wordt de weergave van de
middentonen en hoge tonen via de ene set aansluitingen
geleid en die van de lage tonen via een andere set
aansluitingen.
Dit toestel
SPEAK
10 mm
a
A
B
c
b
Luidspreker
VOORBEREIDINGEN
De luidsprekers aansluiten
d
Rood:positief (+)
Zwart:negatief (–)
■ Aansluiten via banaanstekker
(alleen modellen voor Noord-Amerika,
Australië, Brazilië en universele
modellen)
Draai de knop vast en steek vervolgens de banaanstekker
in het uiteinde van de aansluiting.
Sluit de andere luidspreker op dezelfde manier aan op de
andere set aansluitingen.
Opmerking
Bij het maken van dubbel bedrade aansluitingen dient u de
kortsluitbruggen of kabels van de luidspreker te verwijderen.
Raadpleeg de handleidingen van de luidsprekers voor meer
informatie.
y
Banaanstekker
Om dubbel bedrade aansluitingen te gebruiken, drukt u op
SPEAKERS A en SPEAKERS B (p. 8) zodat beide
luidsprekerindicators (“SP A” en “SP B”) branden op het
voorpaneel.
Opmerking
Wanneer u luidsprekerkabels in de luidsprekeraansluitingen
steekt, steek dan alleen de blootliggende luidsprekerdraad in. Als
u geïsoleerde kabel insteekt, kan de verbinding slecht zijn en
hoort u mogelijk geen geluid.
LET OP
Sluit luidsprekers met de hieronder weergegeven
impedantie aan. Als er luidsprekers met een extreem lage
impedantie worden aangesloten kan dit toestel oververhit
raken.
Luidsprekerimpedantie
SPEAKERS A of
SPEAKERS B
8 of hoger
SPEAKERS A en
SPEAKERS B
16 of hoger
(behalve het model voor NoordAmerika)
Dubbele bedrading
8 of hoger
Nederlands
Luidsprekeraansluiting
11 Nl
Aansluitingen
De FM/AM-antennes aansluiten
(R-N402)
Sluit de meegeleverde FM/AM-antenne aan op dit toestel.
Bevestig het einde van de FM-antenne aan een muur en
plaats de AM-antenne.
FM-antenne
De DAB/FM-antenne aansluiten
(R-N402D)
Sluit de meegeleverde DAB/FM-antenne aan op dit toestel
en bevestig de antenne-uiteinden aan een wand.
AM-antenne
NETWORK
ANTENNA
FM
75
DAB/FM-antenne
NETWORK
75
AM
DIGITAL
DIGITAL
OPTICAL
OPTICAL
CD
ANTENNA
DAB FM
LINE
CD
IN
OUT
COAXIAL
LINE
IN
COAXIAL
Opmerkingen
Opmerkingen
• Als u last hebt van een slechte ontvangst, kunt u een
buitenantenne installeren.
• Wikkel de kabel van de AM-antenne niet verder af dan de
benodigde lengte.
• De draden van de AM-antenne hebben geen polariteit.
• Als u last hebt van een slechte ontvangst, kunt u een
buitenantenne installeren.
• De antenne moet horizontaal worden gespannen.
■ De meegeleverde AM-antenne monteren
■ De draden van de AM-antenne
aansluiten
2 Insteken
1 Ingedrukt
houden
12 Nl
OUT
Aansluitingen
Het netsnoer aansluiten
Sluit het toestel aan op de router met een in de handel
verkrijgbare STP-netwerkkabel (rechte kabel van CAT-5
of hoger).
Internet
Network Attached
Storage
(NAS)
WAN
Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact nadat
u alle andere aansluitingen hebt gemaakt.
LET OP
Alleen voor universele modellen en modellen voor
Brazilië:
Stel de VOLTAGE SELECTOR van het toestel in op het
lokale voltage voordat u het netsnoer aansluit. Bij onjuiste
instelling van de VOLTAGE SELECTOR bestaat
brandgevaar en kan schade aan het apparaat ontstaan.
LAN
Modem
Router
VOLTAGE SELECTOR
0
Mobiel apparaat
(zoals iPhone)
Naar stopcontact met
netsnoer
MAINS
PC
20
220 240 V
VOORBEREIDINGEN
De netwerkkabel aansluiten
Netwerkkabel
VOLTAGE SELECTOR
0
NETWORK
20
220 240 V
ANTENNA
FM
75
AM
Het toestel inschakelen
DIGITAL
OPTICAL
CD
LINE
Druk op A (aan/uit) om het toestel in te schakelen.
Dit toestel (achterzijde)
DIMMER
Een draadloze antenne
voorbereiden
Als u het toestel draadloos aansluit, dient u de draadloze
antenne uit te klappen. Voor informatie over het aansluiten
van het toestel op een draadloos netwerk, raadpleegt u
“Verbinding maken met een netwerk” (p. 14).
SLEEP
A (aan/uit)
A
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
MODE
MEMORY
TUNING
PRESET
LESS
WIRE
WORK
Nederlands
Opmerking
Oefen niet te veel kracht uit op de draadloze antenne. Daarmee
beschadigt u mogelijk de antenne.
13 Nl
Verbinding maken met een netwerk
Er zijn verschillende methoden om het toestel verbinding te laten maken met een netwerk. Selecteer een
verbindingsmethode in overeenstemming met uw omgeving.
Opmerkingen
• Bepaalde beveiligingssoftware die op uw pc is geïnstalleerd of de firewall-instellingen van netwerkapparaten (bijvoorbeeld een router)
kunnen de toegang van het toestel tot de netwerkapparaten of internet blokkeren. In deze gevallen dient u de instellingen van de
beveiligingssoftware of firewall op de juiste wijze te configureren.
• Elke server moet zijn aangesloten op hetzelfde subnetwerk als het toestel.
• Als u de service via internet wilt gebruiken, wordt een breedbandverbinding ten zeerste aanbevolen.
• Als u een audiosignaal met hoge resolutie afspeelt via het netwerk, raden we u aan een bekabelde verbinding te maken met een router
voor stabiele weergave.
WAC (Wireless Accessory Configuration)
Als u het toestel inschakelt direct nadat u het heeft gekocht of
geïnitialiseerd, gebruikt het toestel automatisch de
netwerkinstellingen van het iOS-apparaat (iPhone/iPad/iPod touch)
en probeert verbinding te maken met een draadloos lokaal netwerk
R-N402 (voorbeeld)
(tenzij het toestel al is verbonden met een bedraad lokaal netwerk)
Als u een iOS-apparaat heeft, volg dan de procedure vanaf stap 6 in het gedeelte “De iOS-apparaatinstelling delen” (p. 15).
Als u van plan bent met het toestel draadloos via een andere methode verbinding te maken, druk dan op RETURN om het huidige
scherm te verlaten en ga naar één van de onderstaande gedeelten.
WAC
R-N402 XXXXXX
■ Met de MusicCast CONTROLLER-app verbinding maken
Raadpleeg MusicCast-installatiehandleiding voor de details.
■ Met een draadloze router (toegangspunt) verbinding maken
Maak verbinding met het netwerk via de hieronder genoemde methode die overeenkomt met uw omgeving.
Met de Wi-Fi-instelling van het iOS-apparaat
(iPhone / iPad / iPod touch) verbinding maken
De Wi-Fi-instelling van het iOSapparaat delen (p. 15)
Met de WPS drukknopconfiguratie op de draadloze
router (of toegangspunt) verbinding maken
De WPS-drukknopconfiguratie
gebruiken (p. 16)
Met een draadloze router (toegangspunt) zonder
WPS-drukknopconfiguratie verbinding maken
De netwerkverbinding handmatig
instellen (p. 17)
■ Bekabelde verbinding maken met een router
Met de DHCP-serverfunctie van de router
verbinding maken
U kunt verbinding maken met het
netwerk door een bekabelde
verbinding te maken (p. 13)
• Raadpleeg pagina 46 voor instellen van het IP-adres en andere menu-onderdelen.
• Stel om over te schakelen van verbinding met een draadloos lokaal netwerk naar verbinding met een bedraad
lokaal netwerk, de “Connection” bij “Network” in het setupmenu in op “Wired” (p. 46).
■ Zonder een bekabelde router of draadloze router (toegangspunt) verbinding maken
Draadloos verbinding maken met een mobiel
apparaat (Wireless Direct)
Draadloos verbinding maken met
Wireless Direct (p. 18)
Opmerking
Als het toestel met Wireless Direct op het netwerk is aangesloten, kan het geen verbinding maken met een andere draadloze router
(toegangspunt). Om inhoud van internet af te spelen, sluit u dit toestel met een bekabelde of draadloze router (toegangspunt) aan op een netwerk.
14 Nl
Verbinding maken met een netwerk
De iOS-apparaatinstelling delen
6
U kunt eenvoudig een draadloze verbinding configureren
door de verbindingsinstellingen toe te passen op iOSapparaten (iPhone/iPad/iPod touch).
Voordat u verder gaat, bevestigt u dat uw iOS-apparaat is
verbonden met een draadloze router (toegangspunt).
Selecteer op het iOS-apparaat het toestel als
de AirPlay-luidspreker op het Wi-Fi-scherm.
Voorbeeld (iOS 9)
MEMORY
Cursortoetsen
/
ENTER
De naam van dit toestel
7
PRESET
Controleer of het veld “Network” op het
gewenste netwerk is ingesteld en tik
vervolgens op “Next”.
ENTER
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
VOORBEREIDINGEN
Opmerkingen
• Als u de volgende procedure uitvoert worden alle
netwerkinstellingen geïnitialiseerd.
• Deze configuratie werkt niet als de beveiligingsmethode van uw
draadloze router (toegangspunt) WEP is. Gebruik in dat geval een
andere verbindingsmethode.
Tik hierop om het
instellen te starten
RETURN
SETUP
VOLUME
NOW PLAYING
MUTE
1
Druk op SETUP.
2
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
y
Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connection” te selecteren en druk op
ENTER.
4
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Wireless” te selecteren en druk op ENTER.
Het momenteel
geselecteerde netwerk
Als het deelproces is afgerond, wordt het toestel
automatisch verbonden met het geselecteerde
netwerk (toegangspunt).
Als het instellen is afgerond, dient u te controleren of
het toestel is verbonden met een draadloos netwerk
(p. 19).
WIRELESS
¡WPS
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Share
Setting” te selecteren en druk twee keer op
ENTER.
Nederlands
5
15 Nl
Verbinding maken met een netwerk
De WPS-drukknopconfiguratie
gebruiken
U kunt heel simpel een draadloze verbinding configureren
met één druk op de WPS-knop.
Opmerking
Deze configuratie werkt niet als de beveiligingsmethode van uw
draadloze router (toegangspunt) WEP is. Gebruik in dat geval een
andere verbindingsmethode.
MEMORY
Cursortoetsen
/
ENTER
PRESET
ENTER
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
RETURN
SETUP
VOLUME
NOW PLAYING
MUTE
1
Druk op SETUP.
2
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
y
Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connection” te selecteren en druk op
ENTER.
4
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Wireless” te selecteren en druk op ENTER.
WIRELESS
¡WPS
5
Druk tweemaal op ENTER.
“Connecting” verschijnt op de display van het
voorpaneel.
6
Druk op de WPS-knop op de draadloze router
(toegangspunt).
Als het verbindingsproces is afgerond, verschijnt
“Completed” op de display van het voorpaneel. Als
het instellen is afgerond, dient u te controleren of het
toestel is verbonden met een draadloos netwerk
(p. 19).
Als “Not connected” verschijnt, herhaalt u de
procedure vanaf Stap 1 of probeert u een andere
verbindingsmethode.
16 Nl
7
Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Info over WPS
WPS (Wi-Fi Protected Setup) is een standaard die is
ontwikkeld door de Wi-Fi Alliance, waarmee een draadloos
thuisnetwerk makkelijk te maken is.
Verbinding maken met een netwerk
U kunt een teken invoeren/verwijderen door te
drukken op PRESET i (invoeren) of PRESET j
(verwijderen).
De draadloze netwerkverbinding
handmatig instellen
Voordat u de volgende procedure uitvoert, controleert u de
beveiligingsmethod en de beveiligingssleutel op de
draadloze router (toegangspunt).
SECURITY
¡WPA2-PSK(AES)
PRESET
ENTER
9
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
RETURN
SETUP
VOLUME
NOW PLAYING
MUTE
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om de
gewenste beveiligingsmethode te selecteren
en druk op RETURN.
Instellingen
None, WEP, WPA2-PSK (AES), Mixed Mode
Opmerking
1
Druk op SETUP.
2
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
Als u “None” selecteert, kan de verbinding onveilig zijn omdat de
communicatie niet versleuteld is.
10
y
Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connection” te selecteren en druk op
ENTER.
4
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Wireless” te selecteren en druk op ENTER.
5
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“ManualSetting” te selecteren en druk op
ENTER.
11
Gebruik de cursortoetsen om de
beveiligingssleutel op de draadloze router
(toegangspunt) in te voeren en druk op
RETURN voor het vorige scherm.
Als u in stap 9 “WEP” kiest, voer dan een reeks met 5
tot 13 tekens in of 10 tot 26 hexadecimale cijfers.
Als u in stap 10 “WPA2-PSK (AES)” of “Mixed
Mode” kiest, voer dan een reeks met 8 tot 63 tekens
in of 64 hexadecimale cijfers.
Gebruik de toetsen van de afstandsbediening zoals
behandeld in stap 7 om de sleutel in te voeren.
12
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connect [ENT]” te selecteren en druk op
ENTER om de instelling op te slaan.
Als “ERROR” verschijnt, controleert u de SSID en
beveiligingssleutel op de draadloze router
(toegangspunt) en herhaalt u vanaf stap 6.
Als “ERROR” niet verschijnt, is de verbinding
gelukt. Controleer of het toestel is verbonden met een
draadloos netwerk (p. 19).
13
Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “SSID”
te selecteren en druk op ENTER.
SSID
¡
7
Gebruik de cursortoetsen om de SSID op de
draadloze router (toegangspunt) in te voeren
en druk op RETURN voor het vorige scherm.
Gebruik de cursortoetsen (/) om een teken te
selecteren en de cursortoetsen (/) om de
invoerpositie te verplaatsen.
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Security Key” te selecteren en druk op
ENTER.
KEY
MANUAL
¡SSID
6
VOORBEREIDINGEN
Cursortoetsen
ENTER
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Security” te selecteren en druk op ENTER.
17 Nl
Nederlands
MEMORY
8
Verbinding maken met een netwerk
Een mobiel apparaat direct met
het toestel verbinden (Wireless
Direct)
Door Wireless Direct te gebruiken, kan dit toestel als een
draadloos toegangspunt voor het netwerk fungeren waar
mobiele toestellen rechtstreeks verbinding mee kunnen
maken.
MEMORY
PRESET
7
Instellingen
None, WPA2-PSK (AES)
Opmerking
Als u “None” selecteert, kan de verbinding onveilig zijn omdat de
communicatie niet versleuteld is.
8
Cursortoetsen
ENTER
ENTER
HOME
SETUP
OPTION
VOLUME
NOW PLAYING
MUTE
9
Gebruik de cursortoetsen om de
beveiligingssleutel op dit toestel in te voeren
en druk op RETURN voor het vorige scherm.
Voer een reeks met 8 tot 63 tekens in of 64
hexadecimale cijfers.
Gebruik de cursortoetsen (/) om een teken te
selecteren en de cursortoetsen (/) om de
invoerpositie te verplaatsen.
U kunt een teken invoeren/verwijderen door te drukken
op PRESET i (invoeren) of PRESET j (verwijderen).
10
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connect [ENT]” te selecteren en druk op
ENTER om de instelling op te slaan.
De informatie over SSID en beveiligingssleutel is
vereist voor configuratie van een mobiel apparaat.
Als u de “SSID” selecteert in stap 5, kunt u de
geconfigureerde SSID op dit toestel controleren. Deze
SSID kan met de cursortoetsen worden gewijzigd.
11
Configureer de Wi-Fi-instellingen van een
mobiel apparaat.
Raadpleeg de handleiding van het mobiele apparaat
voor meer informatie over instellingen van uw
mobiele apparaat.
Opmerking
Als het toestel met Wireless Direct op het netwerk is aangesloten,
kan het geen verbinding maken met een andere draadloze router
(toegangspunt). Om inhoud van internet af te spelen, sluit u dit
toestel met een bekabelde of draadloze router (toegangspunt) aan
op een netwerk.
1
2
Druk op SETUP.
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
y
Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
3
4
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Security
Key” te selecteren en druk op ENTER.
KEY
RETURN
RETURN
SETUP
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om de
gewenste beveiligingsmethode te selecteren
en druk op RETURN.
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Connection” te selecteren en druk op
ENTER.
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“W.Direct” te selecteren en druk op ENTER.
W.DIRECT
¡SSID
5
Druk op ENTER om de SSID te controleren en
druk op RETURN voor het vorige scherm.
6
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Security” te selecteren en druk op ENTER.
W.DIRECT
¡WPA2-PSK(AES)
18 Nl
(1) Schakel de Wi-Fi-functie in op het mobiele apparaat.
(2) Selecteer de SSID van dit toestel in de lijst van
beschikbare toegangspunten.
(3) Voer de beveiligingssleutel die werd
weergegeven tijdens Stap 9 in als u wordt
gevraagd om een wachtwoord.
Als “ERROR” verschijnt, controleert u de
beveiligingssleutel op dit toestel en herhaalt u stap 11.
Als “ERROR” niet verschijnt, is de verbinding
gelukt. Controleer of het toestel is verbonden met een
draadloos netwerk (p. 19).
12
Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Verbinding maken met een netwerk
De netwerkverbindingsstatus
controleren
Voer de volgende procedure uit om de verbinding van het
toestel met een netwerk te controleren.
MEMORY
Cursortoetsen
/
ENTER
PRESET
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
VOORBEREIDINGEN
ENTER
RETURN
SETUP
VOLUME
NOW PLAYING
MUTE
1
Druk op SETUP.
2
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
y
Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Information” te selecteren en druk op
ENTER.
4
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“STATUS” te selecteren.
STATUS
¡Connec
Als “Connect” wordt weergegeven, is het toestel
verbonden met een netwerk. Als “Disconnect”
verschijnt, moet u de verbinding resetten.
Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Nederlands
5
19 Nl
BASISBEDIENING
Afspelen
Een bron afspelen
DIMMER
Informatie wisselen op de display
van het voorpaneel
A
SPEAKERS A/B
Als u een netwerkbron of USB als signaalbron selecteert,
kunt u op de display op het voorpaneel ook
afspeelinformatie omschakelen.
SLEEP
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
Signaalkeuzetoetsen
DIMMER
SLEEP
A
B
SPEAKERS
TUNER
MODE
MEMORY
BAND
DISPLAY
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
TUNING
PRESET
HOME
DISPLAY
RETURN
MODE
VOLUME
SETUP
OPTION
VOLUME
NOW PLAYING
MEMORY
2
Druk op één van de signaalkeuzetoetsen om
de signaalbron te kiezen waarnaar u wilt
luisteren.
Druk op SPEAKERS A en/of SPEAKERS B
om luidsprekers A en/of B te kiezen.
Opmerkingen
• Als één luidsprekerset met dubbel bedrade verbindingen is
aangesloten, of als gelijktijdig twee luidsprekersets (A en B)
worden gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat op de display van
het voorpaneel “SP A” en “SP B” worden weergegeven.
• Schakel de luidsprekers uit als u met een hoofdtelefoon luistert.
Druk op DISPLAY.
Elke keer als u op de toets drukt, verandert het
weergegeven item.
4
Na 3 seconden wordt de bijbehorende informatie
voor het weergegeven onderdeel weergegeven.
SERVER
› Track #1
Speel de bron af.
Druk op VOLUME +/– om het
geluidsuitvoerniveau te regelen.
y
• U kunt de geluidskwaliteit aanpassen met de regelaars BASS +/
– en TREBLE +/– op het voorpaneel (p. 5).
• U kunt de luidsprekerbalans ook aanpassen met de optie
“Balance” in het menu “SETUP” (p. 48).
20 Nl
SP A
INFO
Track
Signaalbron
3
PRESET
MUTE
1
1
TUNING
SP A
Item
Bluetooth
Track (titel van nummer), Artist (naam
artiest), Album (naam album)
Server
AirPlay
USB
Track (titel van nummer), Artist (naam
artiest), Album (naam album), Time
(verstreken tijd)
Net Radio
Track (titel van nummer), album
(albumnaam), Time (verstreken tijd),
Station (stationsnaam)
Afspelen
De slaaptimer gebruiken
Gebruik deze functie om het toestel na een bepaalde
tijdsduur automatisch in stand-bymodus te zetten. De
slaaptimer is nuttig als u gaat slapen terwijl het toestel
afspeelt.
DIMMER
SLEEP
SLEEP
A (aan/uit)
A
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
MEMORY
TUNING
PRESET
BASISBEDIENING
MODE
Opmerking
De slaaptimer kan alleen met de afstandsbediening worden
ingesteld.
1
Druk herhaaldelijk op SLEEP om de tijdsduur
in te stellen voordat het toestel in standbymodus gaat.
Elke keer dat u op SLEEP drukt, wijzigt de display op
het voorpaneel zoals hieronder wordt getoond.
Het SLEEP-lampje knippert terwijl u de tijdsduur
voor de slaaptimer instelt.
SLEEP
Sleep 120 in.
Als de slaaptimer is ingesteld, zal de SLEEPindicator op de display op het voorpaneel branden.
y
Nederlands
• Selecteer “Sleep Off” om de slaaptimer uit te schakelen.
• De instelling van de slaaptimer kan ook worden geannuleerd
door op A (aan/uit) te drukken om dit toestel in stand-bymodus
in te stellen.
21 Nl
Luisteren naar FM/AM-radio (R-N402)
■ FM-ontvangst verbeteren (FM Mode)
FM/AM afstemmen
DIMMER
Als het signaal van het station zwak is en de
geluidskwaliteit is niet goed, stel dan de FM-radioontvangstmodus in op mono om de ontvangst te
verbeteren.
SLEEP
A
B
SPEAKERS
DIMMER
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
SLEEP
A
TUNER
MODE
MEMORY
TUNING
PRESET
COAXIAL
OPTICAL
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
CD
TUNER
BAND
DISPLAY
BAND
TUNING jj / ii
MODE
MODE
MEMORY
1
B
SPEAKERS
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk herhaaldelijk op BAND om de
ontvangstband (FM of AM) te selecteren.
3
Houd TUNING jj / ii langer dan 1 seconde
ingedrukt om afstemmen te starten.
Druk op ii om op een hogere frequentie af te
stemmen.
Druk op jj om naar een lagere frequentie af te
stemmen.
De frequentie van de ontvangen zender wordt op het
voorpaneel getoond.
Als een uitzending wordt ontvangen, brandt de
“TUNED”-indicator op de display op het voorpaneel.
Als een stereo-uitzending wordt ontvangen, brandt
ook de “STEREO”-indicator.
STEREO SP A
TUNED
FM 87.55MHz
Frequentie
1
TUNING
PRESET
Druk herhaaldelijk op MODE om “Stereo”
(automatische stereomodus) of “Mono”
(mono-modus) te selecteren als dit toestel op
een FM-radiostation is afgestemd.
Wanneer u Mono selecteert, worden FMuitzendingen weergegeven in mono.
Opmerking
De STEREO-indicator op het voorpaneel gaat branden als u naar
een station in stereomodus luistert (p. 6).
Voorkeuzefuncties gebruiken
U kunt 40 stations registreren als voorkeuzestations. Als u
eenmaal voorkeuzestations hebt geregistreerd, kunt u daar
eenvoudig op afstemmen door de voorkeuzen op te
roepen. U kunt FM-stations met een sterk signaal
automatisch registreren. Als de FM-stations die u wilt
opslaan een zwak signaal hebben, kunt u ze handmatig
registreren (p. 23).
■ Radiostations automatisch registreren
(alleen FM station)
y
Opmerkingen
• Als de zendersignalen zwak zijn, stopt de afstemmende
zoekopdracht niet bij de gewenste zender.
• Als de signaalontvangst voor een FM-radiozender niet stabiel
is, kan het helpen om over te schakelen naar mono.
• Als u een station naar een voorkeuzenummer registreert waarop
al een station is geregistreerd, wordt het eerder geregistreerde
station overschreven.
• Als het station dat u wilt opslaan een zwak signaal heeft,
probeer dan de handmatige voorkeuze-afstemmethode.
• Alleen voor modellen voor het Verenigd Koninkrijk en Europa:
Alleen stations die uitzenden met het Radio Data System
kunnen worden geregistreerd als voorkeuze.
y
FM-stations die met de automatische voorkeuzeregistratie als
voorkeuzestations zijn geregistreerd, klinken in stereo.
22 Nl
Luisteren naar FM/AM-radio (R-N402)
■ Een radiostation handmatig registreren
DIMMER
SLEEP
A
B
DIMMER
CD
A
SLEEP
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
B
SPEAKERS
LINE 1
LINE 2
LINE 3
COAXIAL
OPTICAL
CD
NET
USB
BLUETOOTH
LINE 1
LINE 2
LINE 3
TUNER
BAND
DISPLAY
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
TUNER
MODE
BAND
TUNING
MEMORY
PRESET
MODE
PRESET j / i
TUNING
MEMORY
PRESET
MEMORY
Cursortoetsen
/
ENTER
PRESET j / i
ENTER
ENTER
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
OPTION
1
MUTE
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk op de afstandsbediening op OPTION.
Het menu “OPTION” wordt weergegeven (p. 44).
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Auto
Preset” te selecteren en druk op ENTER.
1
Stem af op het gewenste radiostation.
Zie “FM/AM afstemmen” (p. 22).
2
Druk op MEMORY.
y
Houdt u MEMORY op het voorpaneel meer dan 3 seconden
ingedrukt, dan kunt u de volgende stappen overslaan en
automatisch het geselecteerde station registreren onder een
leeg voorkeuzenummer (d.w.z. het voorkeuzenummer dat
volgt op het laatste gebruikte voorkeuzenummer).
3
SP A
OPTION
Au o Prese
SP A
READY
01:FM 87.50MHz
Voorkeuzenummer
99.15
03: E p y
Frequentie
Het toestel zoekt ongeveer 5 seconden later de FMband af vanaf de laagste frequentie omhoog.
Druk om het scannen onmiddellijk te starten op
ENTER.
y
• Voordat het scannen start, kunt u het eerste voorkeuzenummer
aangeven dat moet worden gebruikt door op PRESETj / i te
drukken of op de cursortoetsen (/) op de afstandsbediening.
• Druk om het scannen te annuleren op RETURN.
Als het scannen is voltooid, wordt “FINISH”
weergegeven en daarna keert de display terug naar de
oorspronkelijke situatie.
Druk op PRESET j / i om het
voorkeuzenummer voor registratie van het
station te selecteren.
Wanneer u een voorkeuzenummer selecteert
waarvoor geen station is geregistreerd, wordt de
melding “Empty” weergegeven.
“Empty” (niet in gebruik) of de
huidig geregistreerde frequentie.
4
Druk op MEMORY.
Wanneer de registratie voltooid is, keert het scherm
terug naar de oorspronkelijke status.
y
Druk op RETURN om de registratie te annuleren of voer
gedurende 30 seconden geen handelingen uit.
Nederlands
VOLUME
NOW PLAYING
BASISBEDIENING
RETURN
23 Nl
Luisteren naar FM/AM-radio (R-N402)
■ Een voorkeuzestation terugroepen
U kunt voorkeuzestations terugroepen die zijn
geregistreerd met de automatische of de handmatige
voorkeuzemethode.
DIMMER
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk op OPTION.
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Clear
Preset” te selecteren en druk op ENTER.
SLEEP
A
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
CLEAR
01:FM 88.10MHz
Voorkeuzestation dat u wilt wissen
TUNER
MODE
TUNING
MEMORY
PRESET
PRESET j / i
4
ENTER
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk op PRESET j / i om een
voorkeuzenummer te selecteren.
CLEAR
01:Cleared
5
Herhaal stap 4 tot alle gewenste
voorkeuzestations zijn gewist.
6
Druk op OPTION om het menu “OPTION” af
te sluiten.
y
• Voorkeuzenummers waarvoor geen stations zijn geregistreerd,
worden overgeslagen.
• “No Presets” wordt weergegeven als geen stations zijn
geregistreerd.
■ Een voorkeuzestation wissen
U kunt radiostations wissen die naar de
voorkeuzenummers zijn geregistreerd.
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
TUNER
MODE
TUNING
MEMORY
Cursortoetsen
/
ENTER
PRESET
ENTER
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
OPTION
VOLUME
NOW PLAYING
24 Nl
MUTE
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
voorkeuzestation te selecteren dat moet
worden gewist en druk op ENTER.
Als de voorkeurzender is gewist, wordt “Cleared”
weergegeven en wordt het volgende gebruikte
voorkeuzenummer weergegeven.
Luisteren naar FM/AM-radio (R-N402)
Radio Data System afstemmen
(alleen voor modellen voor het
Verenigd koninkrijk en Europa)
Radio Data System is een systeem voor
gegevensoverdracht dat door FM-stations in een groot
aantal landen wordt gebruikt. Het toestel kan diverse
soorten Radio Data System-gegevens ontvangen, zoals
“Program Service”, “Program Type”, “Radio Text” en
“Clock Time” wanneer het toestel is afgestemd op een
Radio Data System-zender.
Opmerking
“Program Service”, “Program Type”, “Radio Text” en “Clock
Time” worden niet weergegeven als het radiostation de Radio
Data System-service niet verstrekt.
■ Automatisch verkeersinformatie
ontvangen
Als “TUNER” als signaalbron is geselecteerd, ontvangt
het toestel automatisch verkeersinformatie. Als u deze
functie wilt inschakelen, volgt u de procedure hieronder
om het station met verkeersinformatie in te stellen.
■ Radio Data System information
weergeven
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
TUNER
MODE
DIMMER
TUNING
SLEEP
MEMORY
A
PRESET
B
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
Cursortoetsen
/
ENTER
ENTER
HOME
RETURN
RETURN
SETUP
DISPLAY
MODE
1
OPTION
OPTION
VOLUME
TUNING
NOW PLAYING
MUTE
Stem af op het gewenste Radio Data Systemstation.
1
Als “TUNER” als de signaalbron is
geselecteerd, drukt u op OPTION.
We adviseren om radiostations eerst automatisch te registreren
(p. 22) alvorens af te stemmen op Radio Data System radiostations.
2
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“TrafficProgram” te selecteren en druk op
ENTER.
Het zoeken naar het station met verkeersinformatie
begint na ongeveer 5 seconden. Druk nogmaals op
ENTER als u direct met zoeken wilt beginnen.
y
2
Druk op DISPLAY.
Elke keer als u op de toets drukt, verandert het
weergegeven item.
STEREO SP A
TUNED
INFO
Progra
Type
Naam item
Na 3 seconden wordt de bijbehorende informatie
voor het weergegeven onderdeel weergegeven.
STEREO SP A
TUNED
108.00
CLASSICS
Informatie
y
• Als u omhoog/omlaag wilt zoeken vanaf de huidige frequentie
drukt u op de cursortoetsen (/) terwijl “READY” wordt
weergegeven.
• Druk op RETURN als u het zoeken wilt annuleren.
• Met tekst tussen haakjes worden indicators op de display op het
voorpaneel aangegeven.
Het volgende scherm wordt ongeveer 3 seconden
weergegeven als het zoeken is voltooid.
FINISH
TP
FM101.30MHz
TUNED
Program Service
Naam programmaservice
Program Type
Type van het huidige programma
Radio Text
Informatie over het huidige programma
Opmerking
Clock Time
Huidige tijd
Frequency
Frequentie
“TP Not Found” wordt gedurende ongeveer 3 seconden
weergegeven als er geen stations met verkeersinformatie zijn
gevonden.
Station met verkeersinformatie (frequentie)
25 Nl
Nederlands
OPTICAL
BASISBEDIENING
SPEAKERS
COAXIAL
Luisteren naar FM-radio (R-N402D)
■ FM-ontvangst verbeteren (FM Mode)
FM afstemmen
DIMMER
Als het signaal van het station zwak is en de
geluidskwaliteit is niet goed, stel dan de FM-radioontvangstmodus in op mono om de ontvangst te
verbeteren.
SLEEP
A
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
CD
DIMMER
LINE 1
LINE 2
LINE 3
A
SLEEP
B
SPEAKERS
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
TUNER
MODE
MEMORY
TUNING
PRESET
BAND
TUNING jj / ii
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
MODE
MODE
MEMORY
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk herhaaldelijk op BAND om de FM-band
te selecteren.
3
Houd TUNING jj / ii langer dan 1 seconde
ingedrukt om afstemmen te starten.
Druk op ii om op een hogere frequentie af te
stemmen.
Druk op jj om naar een lagere frequentie af te
stemmen.
De frequentie van de ontvangen zender wordt op het
voorpaneel getoond.
Als een uitzending wordt ontvangen, brandt de
“TUNED”-indicator op de display op het voorpaneel.
Als een stereo-uitzending wordt ontvangen, brandt
ook de “STEREO”-indicator.
STEREO SP A
TUNED
FM 87.55MHz
Frequentie
1
TUNING
PRESET
Druk herhaaldelijk op MODE om “Stereo”
(automatische stereomodus) of “Mono”
(mono-modus) te selecteren als dit toestel op
een FM-radiostation is afgestemd.
Wanneer u Mono selecteert, worden FMuitzendingen weergegeven in mono.
Opmerking
De STEREO-indicator op het voorpaneel gaat branden als u naar
een station in stereomodus luistert (p. 6).
Voorkeuzefuncties gebruiken
U kunt 40 stations registreren als voorkeuzestations. Als u
eenmaal voorkeuzestations hebt geregistreerd, kunt u daar
eenvoudig op afstemmen door de voorkeuzen op te
roepen. U kunt FM-stations met een sterk signaal
automatisch registreren. Als de FM-stations die u wilt
opslaan een zwak signaal hebben, kunt u ze handmatig
registreren (p. 27).
■ Radiostations automatisch registreren
y
Opmerkingen
• Als de zendersignalen zwak zijn, stopt de afstemmende
zoekopdracht niet bij de gewenste zender.
• Als de signaalontvangst voor een FM-radiozender niet stabiel
is, kan het helpen om over te schakelen naar mono.
• Als u een station naar een voorkeuzenummer registreert waarop
al een station is geregistreerd, wordt het eerder geregistreerde
station overschreven.
• Als het station dat u wilt opslaan een zwak signaal heeft,
probeer dan de handmatige voorkeuze-afstemmethode.
• Alleen voor modellen voor het Verenigd Koninkrijk en Europa:
Alleen stations die uitzenden met het Radio Data System
kunnen worden geregistreerd als voorkeuze.
y
FM-stations die met de automatische voorkeuzeregistratie als
voorkeuzestations zijn geregistreerd, klinken in stereo.
26 Nl
Luisteren naar FM-radio (R-N402D)
■ Een radiostation handmatig registreren
DIMMER
SLEEP
A
B
DIMMER
CD
A
SLEEP
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
B
SPEAKERS
LINE 1
LINE 2
LINE 3
COAXIAL
OPTICAL
CD
NET
USB
BLUETOOTH
LINE 1
LINE 2
LINE 3
TUNER
BAND
DISPLAY
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
TUNER
MODE
BAND
TUNING
MEMORY
PRESET
MODE
PRESET j / i
TUNING
MEMORY
PRESET
MEMORY
Cursortoetsen
/
ENTER
PRESET j / i
ENTER
ENTER
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
OPTION
1
MUTE
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk op de afstandsbediening op OPTION.
Het menu “OPTION” wordt weergegeven (p. 44).
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Auto
Preset” te selecteren en druk op ENTER.
1
Stem af op het gewenste radiostation.
Zie “FM afstemmen” (p. 26).
2
Druk op MEMORY.
y
Houdt u MEMORY op het voorpaneel meer dan 3 seconden
ingedrukt, dan kunt u de volgende stappen overslaan en
automatisch het geselecteerde station registreren onder een
leeg voorkeuzenummer (d.w.z. het voorkeuzenummer dat
volgt op het laatste gebruikte voorkeuzenummer).
3
SP A
OPTION
Au o Prese
SP A
READY
01:FM 87.50MHz
Voorkeuzenumme
99.15
03: E p y
Frequentie
Het toestel zoekt ongeveer 5 seconden later de FMband af vanaf de laagste frequentie omhoog.
Druk om het scannen onmiddellijk te starten op
ENTER.
y
• Voordat het scannen start, kunt u het eerste voorkeuzenummer
aangeven dat moet worden gebruikt door op PRESETj / i te
drukken of op de cursortoetsen (/) op de afstandsbediening.
• Druk om het scannen te annuleren op RETURN.
Als het scannen is voltooid, wordt “FINISH”
weergegeven en daarna keert de display terug naar de
oorspronkelijke situatie.
Druk op PRESET j / i om het
voorkeuzenummer voor registratie van het
station te selecteren.
Wanneer u een voorkeuzenummer selecteert
waarvoor geen station is geregistreerd, wordt de
melding “Empty” weergegeven.
“Empty” (niet in gebruik) of de
huidig geregistreerde frequentie.
4
Druk op MEMORY.
Wanneer de registratie voltooid is, keert het scherm
terug naar de oorspronkelijke status.
y
Druk op RETURN om de registratie te annuleren of voer
gedurende 30 seconden geen handelingen uit.
Nederlands
VOLUME
NOW PLAYING
BASISBEDIENING
RETURN
27 Nl
Luisteren naar FM-radio (R-N402D)
■ Een voorkeuzestation terugroepen
U kunt voorkeuzestations terugroepen die zijn
geregistreerd met de automatische of de handmatige
voorkeuzemethode.
DIMMER
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk op OPTION.
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Clear
Preset” te selecteren en druk op ENTER.
SLEEP
A
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
CLEAR
01:FM 88.10MHz
Voorkeuzestation dat u wilt wissen
TUNER
MODE
TUNING
MEMORY
PRESET
PRESET j / i
4
ENTER
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk op PRESET j / i om een
voorkeuzenummer te selecteren.
CLEAR
01:Cleared
5
Herhaal stap 4 tot alle gewenste
voorkeuzestations zijn gewist.
6
Druk op OPTION om het menu “OPTION” af
te sluiten.
y
• Voorkeuzenummers waarvoor geen stations zijn geregistreerd,
worden overgeslagen.
• “No Presets” wordt weergegeven als geen stations zijn
geregistreerd.
■ Een voorkeuzestation wissen
Wis radiostations die naar de voorkeuzenummers zijn
geregistreerd.
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
TUNER
MODE
TUNING
MEMORY
Cursortoetsen
/
ENTER
PRESET
ENTER
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
OPTION
VOLUME
NOW PLAYING
28 Nl
MUTE
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
voorkeuzestation te selecteren dat moet
worden gewist en druk op ENTER.
Als de voorkeurzender is gewist, wordt “Cleared”
weergegeven en wordt het volgende gebruikte
voorkeuzenummer weergegeven.
Luisteren naar FM-radio (R-N402D)
Radio Data System afstemmen
(alleen voor modellen voor het
Verenigd koninkrijk en Europa)
Radio Data System is een systeem voor
gegevensoverdracht dat door FM-stations in een groot
aantal landen wordt gebruikt. Het toestel kan diverse
soorten Radio Data System-gegevens ontvangen, zoals
“Program Service”, “Program Type”, “Radio Text” en
“Clock Time” wanneer het toestel is afgestemd op een
Radio Data System-zender.
Program Service
Naam programmaservice
Program Type
Type van het huidige programma
Radio Text
Informatie over het huidige programma
Clock Time
Huidige tijd
Frequency
Frequentie
Opmerking
“Program Service”, “Program Type”, “Radio Text” en “Clock
Time” worden niet weergegeven als het radiostation de Radio
Data System-service niet verstrekt.
■ Radio Data System information
weergeven
DIMMER
SLEEP
A
B
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
BASISBEDIENING
SPEAKERS
DISPLAY
MODE
TUNING
MEMORY
1
PRESET
Stem af op het gewenste Radio Data Systemstation.
y
We adviseren om radiostations eerst automatisch te registreren
(p. 26) alvorens af te stemmen op Radio Data System
radiostations.
Druk op DISPLAY.
Elke keer als u op de toets drukt, verandert het
weergegeven item.
INFO
Progra
STEREO SP A
TUNED
Type
Naam item
Na 3 seconden wordt de bijbehorende informatie
voor het weergegeven onderdeel weergegeven.
STEREO SP A
TUNED
108.00
CLASSICS
Nederlands
2
Informatie
29 Nl
Luisteren naar DAB-radio (R-N402D)
DAB (Digital Audio Broadcasting) maakt gebruik van digitale signalen voor een helderder geluid en een stabieler
ontvangst in vergelijking tot analoge signalen. Dit apparaat kan ook DAB+ ontvangen (een verbeterde versie van DAB)
waarmee meer stations mogelijk zijn die gebruik maken van de MPEG-4 audiocodec (AAC+), die werkt met een
efficiëntere transmissiemethode.
Opmerking
Dit apparaat ondersteunt alleen Band III (174 tot 240 MHz).
De DAB-afstemming voorbereiden
Alvorens op DAB-stations te kunnen afstemmen moet
eerst een zoekactie worden uitgevoerd. Als DAB voor het
eerst wordt geselecteerd, wordt de eerste zoekactie
automatisch uitgevoerd.
Sluit de antenne aan zoals behandeld in “De DAB/FMantenne aansluiten (R-N402D)” (p. 12) om naar een DABstation te luisteren.
Een DAB-radiostation voor
ontvangst selecteren
U kunt een DAB-radiostation selecteren uit de stations die
door de eerste zoekactie zijn opgeslagen.
DIMMER
SLEEP
A
B
SPEAKERS
DIMMER
A
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
B
SPEAKERS
COAXIAL
COAXIAL
SLEEP
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
TUNER
MODE
MEMORY
TUNER
MODE
MEMORY
TUNING
TUNING
PRESET
BAND
TUNING jj / ii
BAND
PRESET
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk op BAND om de DAB-band te
selecteren.
2
Druk op BAND om de DAB-band te selecteren.
De eerste zoekactie wordt gestart. Tijdens de
zoekactie wordt de voortgang weergegeven op het
voorpaneelscherm.
Als de zoekactie is voltooid, verschijnt het begin van
de lijst van gevonden stations op het
voorpaneelscherm.
3
Druk op TUNING jj / ii om een DAB
radiostation te selecteren.
y
• Als er geen DAB-radiostations zijn gevonden tijdens een
eerste zoekactie verschijnt “Not Found” op het
voorpaneelscherm, gevolgd door “Off Air”. Druk twee
maal op BAND om de DAB-band te selecteren en voer de
zoekactie opnieuw uit.
• U kunt de ontvangststerkte van elk DAB-kanaallabel
controleren (p.33).
• Om weer een eerste zoekactie uit te voeren nadat er enkele
DAB-radiostations zijn opgeslagen kiest u “Initiate Scan”
(p. 44) in het menu “OPTION”. Als u weer een eerste
zoekactie uitvoert, worden de DAB-radiostations gewist die
momenteel onder de voorkeuzenummers zijn opgeslagen.
30 Nl
DAB
BBC Radio 4
Opmerkingen
• “Off Air” verschijnt als het geselecteerde DAB-radiostation
momenteel niet beschikbaar is.
• Als het toestel een tweede station ontvangt gaat “2” branden
naast “DAB”.
Luisteren naar DAB-radio (R-N402D)
De presetfunctie gebruiken
3
U kunt 40 DAB radiostations registreren als
voorkeuzestations. Als u eenmaal voorkeuzestations hebt
geregistreerd, kunt u daar eenvoudig op afstemmen door
de voorkeuzen op te roepen.
y
U kunt maximaal 40 favoriete radiostations voor zowel de DABals FM-banden registreren.
DIMMER
MEMORY
02: E p y
SLEEP
A
Druk op PRESET j / i om het
voorkeuzenummer voor registratie van het
station te selecteren.
Wanneer u een voorkeuzenummer selecteert
waarvoor geen station is geregistreerd, wordt de
melding “Empty” weergegeven. Wanneer u een
voorkeuzenummer selecteert waarvoor al een station
is geregistreerd, wordt de melding “Overwrite?”
weergegeven.
B
SPEAKERS
OPTICAL
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
TUNER
MODE
MEMORY
4
BAND
TUNING
PRESET
MEMORY
“Empty” (niet in gebruik) of
“Overwrite?” (in gebruik)
CD
PRESET j / i
Druk op MEMORY.
Wanneer de registratie voltooid is, keert het scherm
terug naar de oorspronkelijke status.
y
Druk op RETURN om de registratie te annuleren of voer
gedurende 30 seconden geen handelingen uit.
Cursortoetsen
/
ENTER
ENTER
■ Voorkeuzestations terugroepen
HOME
RETURN
RETURN
SETUP
Stem af op een geregistreerd DAB-radiostation door het
bijbehorende voorkeuzenummer te selecteren
OPTION
OPTION
VOLUME
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
■ Een DAB-radiostation registreren
2
Druk op BAND om de DAB-band te
selecteren.
1
3
Druk op PRESETj / i om het gewenste DABradiostation te selecteren.
MUTE
Selecteer een DAB-radiostation en registreer het onder
een voorkeuzenummer.
2
Stem af op het gewenste DAB-radiostation.
Zie “Een DAB-radiostation voor ontvangst
selecteren” (p. 30).
Druk op MEMORY.
y
Houdt u MEMORY op het voorpaneel meer dan 3 seconden
ingedrukt, dan kunt u de volgende stappen overslaan en
automatisch het geselecteerde station registreren onder een
leeg voorkeuzenummer (d.w.z. het voorkeuzenummer dat
volgt op het laatste gebruikte voorkeuzenummer).
DAB
PRESET:01
y
• Voorkeuzenummers waarvoor geen stations zijn
geregistreerd, worden overgeslagen.
• “No Presets” wordt weergegeven als er geen stations zijn
geregistreerd.
Nederlands
NOW PLAYING
BASISBEDIENING
COAXIAL
31 Nl
Luisteren naar DAB-radio (R-N402D)
■ Voorkeuze DAB-radiostations wissen
Onder voorkeuzenummers geregistreerde DABradiostations wissen.
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Stem af op het gewenste DAB-radiostation.
2
3
Druk op BAND om de DAB-band te
selecteren.
Druk op DISPLAY.
Elke keer als u op de toets drukt, verandert het
weergegeven item.
3
Druk op OPTION om het menu “OPTION” te
openen.
Het menu “OPTION” voor TUNER wordt
weergegeven (p. 44).
4
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Clear
Preset” te selecteren en druk op ENTER.
5
Druk meerdere keren op de cursortoetsen
( / ) om het gewenste voorkeuzestation te
selecteren.
Het geselecteerde voorkeuzenummer knippert op het
voorpaneelscherm.
6
Druk nogmaals op ENTER om de opdracht te
bevestigen.
“Cleared” wordt weergegeven op het
voorpaneelscherm. Vervolgens wordt een ander
voorkeuzestation weergegeven op het
voorpaneelscherm. Als er geen voorkeuzestations
meer zijn, wordt “No Presets” weergegeven en keert
het scherm terug naar het menu “OPTION”.
Druk op RETURN om terug te keren naar de
oorspronkelijke situatie.
INFO
Progra
Naam item
Het geselecteerde item schuift door de display,
gevolgd door een korte beschrijving en vervolgens
verschijnt de betreffende informatie voor het item.
DAB
DIMMER
SLEEP
A
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
DISPLAY
MODE
MEMORY
32 Nl
TUNING
PRESET
Spor
Informatie
Keuze
Beschrijving
Service Label
Stationsnaam
DLS
(Dynamic Label Segment)
Informatie over het huidige station
Ensemble Label
Ensemblenaam
Program Type
Stationgenre
Date And Time
Huidige datum en tijd
Audio Mode
Audiomodus (mono/stereo) en
bitrate
CH Label/Freq.
Kanaallabel en frequentie
Signal Quality
Kwaliteit signaalontvangst
(0 [geen] tot 100 [beste])
De DAB-informatie weergeven
Dit toestel kan diverse typen DAB-informatie ontvangen
als het is afgestemd op een DAB-radiostation.
Type
Opmerking
Sommige informatie is wellicht niet beschikbaar, afhankelijk van
het geselecteerde DAB-radiostation.
Luisteren naar DAB-radio (R-N402D)
De ontvangststerkte van elk DABkanaallabel controleren
U kunt de ontvangststerkte van elk DAB-kanaallabel
controleren (0 [geen] tot 100 [beste]).
Dit apparaat ondersteunt alleen Band III (174 tot
240 MHz).
Frequentie
Kanaallabel
Frequentie
Kanaallabel
174,928 MHz
5A
208,064 MHz
9D
176,640 MHz
5B
209,936 MHz
10A
178,352 MHz
5C
211,648 MHz
10B
180,064 MHz
5D
213,360 MHz
10C
181,936 MHz
6A
215,072 MHz
10D
183,648 MHz
6B
216,928 MHz
11A
11B
SLEEP
A
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
185,360 MHz
6C
218,640 MHz
NET
USB
BLUETOOTH
187,072 MHz
6D
220,352 MHz
11C
TUNER
BAND
DISPLAY
188,928 MHz
7A
222,064 MHz
11D
190,640 MHz
7B
223,936 MHz
12A
192,352 MHz
7C
225,648 MHz
12B
194,064 MHz
7D
227,360 MHz
12C
195,936 MHz
8A
229,072 MHz
12D
197,648 MHz
8B
230,784 MHz
13A
199,360 MHz
8C
232,496 MHz
13B
201,072 MHz
8D
234,208 MHz
13C
202,928 MHz
9A
235,776 MHz
13D
204,640 MHz
9B
237,488 MHz
13E
206,352 MHz
9C
239,200 MHz
13F
TUNER
MODE
MEMORY
Cursortoetsen
/
ENTER
BAND
TUNING
PRESET
ENTER
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
OPTION
VOLUME
NOW PLAYING
MUTE
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk op BAND om de DAB-band te
selecteren.
3
Druk op OPTION om het menu “OPTION” te
openen.
Het menu “OPTION” voor TUNER wordt
weergegeven (p. 44).
4
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om “Tune
Aid” te selecteren en druk op ENTER.
5
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om het
gewenste DAB-kanaallabel te selecteren.
BASISBEDIENING
DIMMER
■ DAB frequentie-informatie
TUNE AID
12B
Level: 80
Ontvangststerkte
Nederlands
DAB-kanaallabel
33 Nl
Muziek weergeven via Bluetooth
U kunt muziekbestanden die zijn opgeslagen op een
Bluetooth-apparaat (zoals een mobiel apparaat) weergeven
op het toestel.
Raadpleeg ook de gebruikershandleiding van uw
Bluetooth-apparaat.
Dit toestel
2
Schakel de Bluetooth-functie van het
Bluetooth-apparaat in.
3
Selecteer op het Bluetooth-apparaat het
toestel in de lijst met beschikbare apparaten.
Nadat het koppelen is voltooid en het toestel is
verbonden met het Bluetooth-apparaat, zal de
melding “Connected” op de display op het voorpaneel
verschijnen en de Bluetooth-indicator gaan branden.
Bluetooth-apparaat
(zoals een mobiel
apparaat)
Opmerkingen
• Als u de Bluetooth-functie wilt gebruiken, stelt u “Bluetooth”
(p. 47) in het menu “SETUP” in op “On”.
• Een Bluetooth-apparaat wordt, afhankelijk van het model,
mogelijk niet gedetecteerd door het toestel of een functie is
mogelijk niet compatibel.
y
U kunt audio verzenden naar Bluetooth-luidsprekers of een
hoofdtelefoon met de MusicCast CONTROLLER-app. U kunt de
audio-uitvoer alleen selecteren via de MusicCast
CONTROLLER-app.
Verbinding maken met een
Bluetooth-apparaat (koppelen)
Wanneer een Bluetooth-apparaat voor het eerst verbonden
wordt met het toestel, moeten de toestellen aan elkaar
gekoppeld worden (pairing). Bij het koppelen worden de
Bluetooth-apparaten voor gebruik in elkaars geheugen
geregistreerd. Wanneer het koppelen voltooid is, kunnen
de toestellen in het vervolg gemakkelijk met elkaar
worden verbonden, ook wanneer de Bluetooth-verbinding
is verbroken.
BT
SP A
Connec ed
y
U moet de koppelprocedure binnen 5 minuten voltooien.
Inhoud van het Bluetooth-apparaat
weergeven
Maak verbinding met een gekoppeld Bluetooth-apparaat
en begin met het afspelen. Controleer het volgende van
tevoren:
• Het koppelen is voltooid.
• Bluetooth-functie op het Bluetooth-apparaat is
ingeschakeld.
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
BLUETOOTH
MODE
MEMORY
DIMMER
Wi Fi
BLUETOOTH
TUNING
PRESET
SLEEP
A
B
SPEAKERS
REPEAT
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
SHUFFLE
Afspeeltoetsen
BLUETOOTH
MODE
MEMORY
1
TUNING
PRESET
Druk op BLUETOOTH om “Bluetooth” als de
signaalbron te selecteren.
Als er al een ander Bluetooth-apparaat met het toestel
is verbonden, moet u de bestaande Bluetoothverbinding verbreken alvorens u gaat koppelen.
34 Nl
1
Druk op BLUETOOTH om “Bluetooth” als de
signaalbron te selecteren.
y
Als het toestel het eerder aangesloten Bluetooth-apparaat
detecteert, dan maakt het toestel automatisch na stap 1 verbinding
met het Bluetooth-apparaat. Om een andere Bluetooth-verbinding
tot stand te brengen, moet u eerst de huidige Bluetoothverbinding beëindigen.
Muziek weergeven via Bluetooth
Bedien het Bluetooth-apparaat en breng de
BluetoothBluetooth-verbinding tot stand.
Selecteer de modelnaam van het toestel in de lijst met
Bluetooth-apparaten op uw apparaat.
Zodra een verbinding tot stand is gebracht, gaat de
Bluetooth-indicator op de display op het voorpaneel
branden.
y
Als u geen verbinding kunt krijgen met het Bluetooth-apparaat,
moet u het koppelen opnieuw uitvoeren (p.34).
3
Bedien het Bluetooth-apparaat om muziek
weer te geven.
y
U kunt de toetsen op de afstandsbediening gebruiken om het
afspelen te bedienen.
Verbreken van een Bluetoothverbinding
Bluetooth
• Bluetooth is een technologie voor draadloze
communicatie tussen apparaten binnen een gebied van 10
meter. Deze maakt gebruik van de 2,4 GHzfrequentieband, een band die zonder licentie kan worden
gebruikt.
Bluetooth-communicatiebeheer
• De 2,4 GHz-band die door Bluetooth-apparaten wordt
gebruikt, is een radioband die met vele soorten apparatuur
wordt gedeeld. Hoewel Bluetooth-apparaten een
technologie gebruiken die de invloed van andere
componenten op dezelfde radioband minimaliseert, kan
die invloed de snelheid of de afstand van de communicatie
beïnvloeden en in sommige gevallen de communicatie
verbreken.
• De snelheid van de signaaloverdracht en de afstand
waarbinnen communicatie mogelijk is, verschillen in
functie van de afstand tussen de communicatieapparaten,
de aanwezigheid van obstakels, de toestand van de
radiogolven en het soort apparatuur.
• Yamaha biedt geen garantie voor alle draadloze
verbindingen tussen dit toestel en apparaten die
compatibel zijn met de Bluetooth-functie.
Nederlands
Volg een van de procedures hieronder om een Bluetoothverbinding te verbreken.
• Schakel de Bluetooth-functie op het Bluetooth-apparaat
uit.
• Houd BLUETOOTH op de afstandsbediening ten
minste 3 seconden ingedrukt.
• Selecteer “Disconnect” in “Audio Receive” (p. 47) in
het menu “SETUP” en druk vervolgens op ENTER.
BASISBEDIENING
2
35 Nl
Muziek afspelen van mediaservers (pc’s/NAS)
U kunt muziekbestanden die zijn opgeslagen op uw pc of
met DLNA compatibele NAS afspelen op het toestel.
3
Klik op “Turn on media streaming”.
4
Selecteer “Allowed” in de vervolgkeuzelijst
naast de modelnaam van het toestel.
Om met dit toestel muziekbestanden in uw computer af te
spelen, moet u delen van media (Windows Media Player
11 of later) tussen het toestel en de computer instellen.
Hier wordt het instellen van Windows Media Player in
Windows 7 as voorbeeld genomen.
5
Klik op “OK” om af te sluiten.
■ Bij gebruik van Windows Media Player 12
1
Start Windows Media Player 11 op uw pc.
1
Start Windows Media Player 12 op uw pc.
2
2
Selecteer eerst “Library” en vervolgens
“Media Sharing”.
Selecteer eerst “Streamen” en vervolgens
“Turn on media streaming...”.
Het venster van configuratiescherm van uw pc wordt
weergegeven.
3
Selecteer het vakje “Share my media to”,
selecteer het pictogram van het toestel en
klik op “Allow”.
4
Klik op “OK” om af te sluiten.
NAS
Dit toestel
PC
Opmerkingen
• Om deze functie te gebruiken, moeten het toestel en uw pc/NAS op
dezelfde router zijn aangesloten (p. 13). In “Information” (p. 46) in
het menu “SETUP” kunt u controleren of de netwerkparameters
(zoals het IP-adres) goed aan het toestel zijn toegewezen.
• Om muziekbestanden af te spelen, moet de server-software op
de pc/NAS de indelingen van de muziekbestanden die u wilt
afspelen ondersteunen.
• De audio kan worden onderbroken als de draadloze
netwerkverbinding wordt gebruikt. Gebruik in dat geval de
bekabelde netwerkverbinding.
• Raadpleeg pagina 57 voor informatie over ondersteunde
bestandsindelingen.
y
Je kunt maximaal 16 mediaservers aansluiten op dit toestel.
Het delen van muziekbestanden
via media instellen
■ Bij gebruik van Windows Media Player 11
(Voorbeeld van Engelse versie)
■ Bij gebruik van een pc of een NAS
waarop andere DLNA-serversoftware is
geïnstalleerd
Raadpleeg de handleiding voor het apparaat of de software
en configureer de instellingen voor het delen van media.
36 Nl
Muziek afspelen van mediaservers (pc’s/NAS)
Gebruik de volgende toetsen op de afstandsbediening om
het afspelen te besturen.
Volg de procedure hieronder om de muziekinhoud van de
pc te bedienen en het afspelen te starten.
Toetsen
Functie
Cursortoetsen
Selecteer een muziekbestand of
map.
ENTER
Start het afspelen wanneer
ingedrukt terwijl inhoud is
geselecteerd. Gaat één niveau
lager wanneer ingedrukt terwijl
een map is geselecteerd.
RETURN
Gaat één niveau omhoog.
Opmerking
“_” (onderstreepteken) wordt weergegeven voor tekens die het
toestel niet ondersteunt.
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
NET
MODE
TUNING
MEMORY
Afspeeltoetsen
PRESET
Stopt/hervat het afspelen.
p/ e
DISPLAY
Stopt het afspelen.
s
b/w
f/a
Cursortoetsen
ENTER
ENTER
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
RETURN
HOME
Gaat vooruit/terug.
HOME
Geeft de hoofdmap van de
muziekserver weer.
NOW PLAYING
Geeft informatie weer over het
nummer dat wordt afgespeeld.
VOLUME
NOW PLAYING
y
MUTE
NOW PLAYING
REPEAT
U kunt ook een DLNA-compatibele Digital Media Controller
(DMC) gebruiken voor het bedienen van het afspelen. Zie “DMC
Control” (p. 46) in het menu “SETUP” voor details.
SHUFFLE
Afspeeltoetsen
BASISBEDIENING
Afspelen pc-muziekinhoud
■ Instellingen voor herhalen/shuffle
U kunt de instellingen voor herhalen/shuffle voor het
afspelen van de muziekinhoud van de pc configureren.
1
Druk herhaaldelijk op NET om “Server” als
signaalbron te selecteren.
SERVER
NAS A
2
SP A
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
muziekserver te selecteren en druk op
ENTER.
1
Als de signaalbron “Server” is, drukt u
herhaaldelijk op REPEAT of SHUFFLE op de
afspeeltoets om de afspeelmethode te
selecteren.
Afspeeltoetsen
REPEAT
3
Gebruik de cursortoetsen om een onderdeel
te selecteren en druk op ENTER.
Als er een nummer is geselecteerd, wordt het afspelen
gestart en wordt de afspeelinformatie weergegeven.
SERVER
Song01
SP A
Instelling
Functie
Off
Zet de functie herhalen uit.
One
Speelt het huidige nummer
herhaaldelijk af.
All
Speelt alle nummers in het huidige
album (map) herhaaldelijk af.
Off
Zet de functie shuffle (afspelen in
willekeurige volgorde) uit.
On
Speelt nummers in het huidige album
(map) in willekeurige volgorde af.
SHUFFLE
y
Nederlands
• Als er op uw pc een muziekbestand wordt afgespeeld dat vanaf
het toestel is geselecteerd, wordt de afspeelinformatie
weergegeven.
• U kunt het nummer dat wordt weergegeven registreren als een
voorkeuze (p. 43).
• Als u herhaaldelijk op DISPLAY drukt, kunt u op de display op
het voorpaneel de afspeelinformatie wisselen (p. 20).
37 Nl
Luisteren naar internetradio
U kunt luisteren naar internetradiostations uit de hele wereld.
Opmerkingen
• Om deze functie te gebruiken, moet het toestel verbinding
hebben met internet (p. 13). In “Information” (p. 46) in het
menu “SETUP” kunt u controleren of de netwerkparameters
(zoals het IP-adres) goed aan het toestel zijn toegewezen.
• U kunt sommige internetradiostations mogelijk niet ontvangen.
• Het toestel gebruikt de vTuner-databaseservice voor
internetradiostations.
• Deze service kan zonder kennisgeving worden gestopt.
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
2
Gebruik de cursortoetsen om een onderdeel
te selecteren en druk op ENTER.
Als er een internetradiostation is geselecteerd, wordt
het weergeven gestart en wordt de afspeelinformatie
weergegeven.
Ne Radio
JazzST
Gebruik de volgende toetsen op de afstandsbediening
om het afspelen te besturen.
Toetsen
NET
DISPLAY
MODE
Cursortoetsen
ENTER
Functie
Cursortoetsen
Selecteer het internet-radiostation
of de categorie, zoals het genre.
ENTER
Start het weergeven als ingedrukt
terwijl een internet-radiostation is
geselecteerd. Gaat één niveau
lager wanneer ingedrukt terwijl
een categorie is geselecteerd.
RETURN
Gaat één niveau omhoog.
TUNING
MEMORY
PRESET
ENTER
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
RETURN
HOME
Afspeeltoetsen
MUTE
REPEAT
SHUFFLE
NOW PLAYING
s
Stopt het afspelen.
HOME
Geeft bij indrukken tijdens
afspelen de hoofdcategorieën
weer.
NOW PLAYING
Geeft de afspeelgegevens weer
voor het internet-radiostation.
VOLUME
NOW PLAYING
SP A
Afspeeltoetsen
y
1
Druk herhaaldelijk op NET om “NetRadio” als
signaalbron te selecteren.
De stationslijst verschijnt op de display op het
voorpaneel.
SP A
Ne Radio
Book arks
38 Nl
• U kunt het huidige station registreren als een voorkeuze (p. 43).
• Als u herhaaldelijk op DISPLAY drukt, kunt u op de display op
het voorpaneel de afspeelinformatie wisselen (p. 20).
• Sommige informatie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijke
van het station.
Luisteren naar internetradio
Favoriete internetradiostations
registreren (bookmarks)
1
Selecteer een van de internetradiostations
op het toestel.
Deze handeling is nodig om het radiostation voor de
eerste keer te registreren.
2
Controleer de vTuner-ID van het toestel.
U kunt de vTuner-ID vinden in “Information” (p. 46)
in het menu “SETUP”.
3
Ga naar de vTuner-website
(http://yradio.vtuner.com/) met de
webbrowser op uw pc en voer de vTuner-ID in.
BASISBEDIENING
Als u uw favoriete internetradiostations als “Bookmarks”
registreert, kunt u die stations openen vanuit de map
“Bookmarks” op de display op het voorpaneel.
U kunt de taal wijzigen.
Voer hier de vTuner-ID in.
y
Om deze functie te gebruiken, moet u een persoonlijk account
aanmaken. Maak uw account aan met uw e-mailadres.
4
Registreer uw favoriete radiostations.
Klik op het pictogram “Add” (❤+) naast de naam van
het radiostation.
y
Nederlands
Om het radiostation uit de map “Bookmarks” te verwijderen,
selecteert u “Bookmarks” in het beginscherm en klikt u
vervolgens op het pictogram “Remove” (❤–) naast de naam van
het station.
39 Nl
iPod-muziek afspelen met AirPlay
Met de functie AirPlay kunt u iPhone/iPad/iPod touch/
iTunes-muziek via het netwerk weergeven op het toestel.
2
PC
iTunes
Dit toestel
Router
Klik (tik) op de iPod in iTunes op het
pictogram AirPlay en selecteer het toestel
(netwerknaam van het toestel) als het
audioweergaveapparaat.
iTunes (voorbeeld)
iPod (voorbeeld)
Het afspelen wordt
gestart
Netwerknaam van het toestel
iPhone/iPad/
iPod touch
3
Opmerkingen
• In dit gedeelte worden “iPhone”, “iPad” en “iPod touch” samen
als “iPod” aangeduid.
• Om deze functie te gebruiken, moeten het toestel en uw pc of
iPod op dezelfde router zijn aangesloten (p. 13). In
“Information” (p. 46) in het menu “SETUP” kunt u controleren
of de netwerkparameters (zoals het IP-adres) goed aan het
toestel zijn toegewezen.
AirPlay werkt met iPhone, iPad en iPod touch met iOS 4.3.3
of later, Mac met OS X Mountain Lion of later, en pc met
iTunes 10.2.2 of later.
(vanaf juni 2016)
iPod/iTunes-muziekinhoud afspelen
Volg de procedure hieronder om iPod/iTunesmuziekinhoud weer te geven op het toestel.
1
Schakel het toestel in en start iTunes op de
pc of geef het afspeelscherm weer op de
iPod.
Als de iPod of iTunes het toestel herkent, wordt het
pictogram AirPlay (
) weergegeven.
Selecteer een nummer en start het afspelen
Het toestel selecteert automatisch “AirPlay” als de
signaalbron en start het afspelen. De afspeelinformatie
wordt op het voorpaneel weergegeven.
y
• Als u herhaaldelijk op DISPLAY drukt, kunt u op de display op
het voorpaneel de afspeelinformatie wisselen (p. 20).
• U kunt het toestel automatisch inschakelen bij het starten van
het afspelen op iTunes of iPod door “Standby (Network
Standby)” (p. 47) in het menu “SETUP” in te stellen op “On”.
• U kunt de netwerknaam (de naam van het toestel op het
netwerk) die op iPod/in iTunes wordt weergegeven bewerken in
“Network Name” (p. 47) in het menu “SETUP”.
• U kunt het volume van het toestel tijdens het afspelen aanpassen
vanaf de iPod/iTunes.
LET OP
Als u de iPod/iTunes-bediening gebruikt om het volume te
regelen, kan het volume onverwachts hard klinken.
Hierdoor kunnen het toestel of de luidsprekers beschadigd
raken. Als het volume plotseling toeneemt tijdens het
afspelen, stop dan onmiddellijk het afspelen op de iPod/
iTunes.
Gebruik de volgende toetsen op de afstandsbediening om
het afspelen te besturen.
y
Toetsen
Voor iPods met iOS 7/iOS 8/iOS 9 wordt AirPlay weergegeven in
het Control Center. Ga naar het Control Center door omhoog te
vegen vanaf de onderkant van het scherm.
iTunes (voorbeeld)
p/ e
s
iOS 7/iOS 8/iOS 9 (voorbeeld)
b/w
Afspeeltoetsen
Opmerking
Als het pictogram niet wordt weergegeven, controleert u of het
toestel en pc/iPod goed op de router zijn aangesloten.
40 Nl
Functies
f/a
Stopt/hervat het afspelen.
Stopt het afspelen.
Gaat vooruit/terug.
REPEAT
Wijzigt de instellingen voor
Herhalen.
SHUFFLE
Wijzigt de instellingen voor
Shuffle.
Muziek afspelen van een USB-opslagapparaat
U kunt muziekbestanden die zijn opgeslagen op een USB-opslagapparaat weergeven op het toestel. Raadpleeg de
bedieningsinstructies voor het USB-opslagapparaat voor meer informatie.
Opmerkingen
• Sluit alleen USB-apparaten voor massaopslag (zoals USB-acculaders of USB-hubs), pc’s, kaartlezers en externe HDD enz. aan en
geen andere apparaten.
• Afhankelijk van het model of de fabrikant van het USB-opslagapparaat is het mogelijk dat sommige functies niet compatibel zijn.
• Raadpleeg pagina 57 voor informatie over ondersteunde bestandsindelingen.
1
Weergeven van de inhoud van een
USB-opslagapparaat
Sluit het USB-opslagapparaat aan op de
USB-aansluiting.
Dit toestel (voorzijde)
DISPLAY
MODE
MEMORY
Volg de procedure hieronder om de inhoud van het USBopslagapparaat te bedienen en het afspelen te starten.
Opmerking
“_” (onderstreepteken) wordt weergegeven voor tekens die het
toestel niet ondersteunt.
BASS
PHONES
SPEAKERS
USB
5V
A
USB
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
MODE
BASISBEDIENING
Een USB-opslagapparaat
aansluiten
TUNING
MEMORY
PRESET
USB-opslagapparaat
Cursortoetsen
ENTER
USB
ENTER
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
RETURN
HOME
SP A
Connec ed
VOLUME
NOW PLAYING
MUTE
REPEAT
SHUFFLE
NOW PLAYING
y
Als een USB-opslagapparaat veel gegevensbestanden bevat, kan
het laden ervan lang duren. In dit geval wordt “Loading...” op de
display op het voorpaneel weergegeven.
Afspeeltoetsen
Opmerkingen
1
Druk op USB om “USB” als de signaalbron te
selecteren.
USB
Bluse
SP A
Nederlands
• Koppel het USB-opslagapparaat los van de USB-aansluiting
wanneer deze niet wordt gebruikt.
• Stop het afspelen van het USB-opslagapparaat voordat u het
loskoppelt van de USB-aansluiting.
• U kunt de pc niet aansluiten op de USB-aansluiting van het
toestel.
41 Nl
Muziek afspelen van een USB-opslagapparaat
2
■ Instellingen voor herhalen/shuffle
Gebruik de cursortoetsen om een onderdeel
te selecteren en druk op ENTER.
Als er een nummer is geselecteerd, wordt het afspelen
gestart en wordt de afspeelinformatie weergegeven.
USB
Track #3
y
• U kunt het nummer dat wordt weergegeven registreren als een
voorkeuze (p. 43).
• Als u herhaaldelijk op DISPLAY drukt, kunt u op de display op
het voorpaneel de afspeelinformatie wisselen (p. 20).
Gebruik de volgende toetsen op de afstandsbediening om
het afspelen te besturen.
Toetsen
Cursortoetsen
ENTER
Start het afspelen wanneer
ingedrukt terwijl een
muziekbestand is geselecteerd. Gaat
één niveau lager wanneer ingedrukt
terwijl een map is geselecteerd.
RETURN
Gaat één niveau omhoog.
p/ e
s
b/w
f/a
Stopt/hervat het afspelen.
Stopt het afspelen.
Gaat vooruit/terug.
HOME
Geeft de hoofdmap weer van het
USB-apparaat.
NOW PLAYING
Geeft informatie weer over het
nummer dat wordt afgespeeld.
42 Nl
1
Als de signaalbron “USB” is, drukt u
herhaaldelijk op REPEAT of op SHUFFLE op
de toetsen voor het afspelen om de
afspeelmethode te selecteren.
Afspeeltoetsen
REPEAT
Functie
Selecteer een muziekbestand of
map.
Afspeeltoetsen
U kunt de instellingen voor herhalen/shuffle voor afspelen
van de inhoud van een USB-opslagapparaat configureren.
Instelling
Functie
Off
Zet de functie herhalen uit.
One
Speelt het huidige nummer
herhaaldelijk af.
All
Speelt alle nummers in het huidige
album (map) herhaaldelijk af.
Off
Zet de functie shuffle (afspelen in
willekeurige volgorde) uit.
On
Speelt nummers in het huidige album
(map) in willekeurige volgorde af.
SHUFFLE
Het huidige nummer/de huidige zender registreren
(voorkeuzefunctie)
Als u netwerkbronnen en USB als signaalbron selecteert, kunt u het huidige nummer of het streamingstation registreren
als een voorkeuze. Er kunnen maximaal 40 van deze presets worden geprogrammeerd.
U kunt dan gemakkelijk zo’n voorkeuzenummer/-station terugroepen door het voorkeuzenummer te selecteren.
U kunt de volgende signaalbronnen instellen als voorkeuze.
Server, Net Radio, USB en streaming-apparaten.
Een voorkeuze terugroepen
B
SPEAKERS
NET
USB
COAXIAL
OPTICAL
CD
LINE 1
LINE 2
LINE 3
NET
USB
BLUETOOTH
TUNER
BAND
DISPLAY
Selecteer NET, BLUETOOTH of USB als
ingangsbron.
2
Druk op PRESET j / i om een
voorkeuzenummer te selecteren.
3
Druk op ENTER om de voorkeuze terug te
roepen.
BLUETOOTH
MODE
TUNING
MEMORY
PRESET
MEMORY
Cursortoetsen
/
ENTER
1
PRESET j / i
ENTER
y
Een voorkeuze registreren
1
Geef een nummer of een streamingzender
die u wilt registreren weer.
2
Houd MEMORY langer dan 3 seconden
ingedrukt.
Wanneer u voor het eerst een nummer/station
registreert, wordt voor registratie van het
geselecteerde nummer/station het voorkeuzenummer
“01” voorgesteld. U wordt ook gevraagd om elke
volgende song/station dat u selecteert in het volgende
beschikbare voorkeuzenummer te registreren.
MEMORY
01: E p y
• Een paar seconden nadat het voorkeuzenummer is geselecteerd,
start het afspelen van de voorkeuze.
• Druk op RETURN om het terugroepen van voorkeuzes te
annuleren.
• Met de app MusicCast CONTROLLER (p. 3) kunt u een lijst
met geregistreerde content zien (songtitels, radiostations) en
hiernaar luisteren.
BASISBEDIENING
A
SP A
Voorkeuzenummer
y
Om een voorkeuzenummer te selecteren voor registratie drukt u
op PRESET j / i of de cursortoetsen (/).
Druk nogmaals op MEMORY om de
voorkeuze te registreren.
Nederlands
3
y
Druk op RETURN om registratie te annuleren.
43 Nl
GEAVANCEERDE BEDIENING
Afspeelinstellingen configureren voor verschillende
afspeelbronnen (menu OPTION)
U kunt afzonderlijke afspeelinstellingen configureren voor verschillende afspeelbronnen. Met dit menu kunt u tijdens het
afspelen gemakkelijk instellingen configureren.
Item
MEMORY
Cursortoetsen
ENTER
Functie
Pagina
PRESET
ENTER
HOME
RETURN
Tune Aid*1
Controleert ontvangststerkte van elk
DAB-station.
33
TrafficProgram*2
Zoekt automatisch naar een station met
verkeersinformatie.
25
Vol.Interlock
Schakelt volumeknoppen in/uit vanaf
iTunes/iPod via AirPlay.
44
RETURN
SETUP
OPTION
NOW PLAYING
*1 Alleen voor R-N402D
*2 Alleen voor R-N402 modellen voor het Verenigd Koninkrijk en
Europa
OPTION
VOLUME
MUTE
■ Volume Trim
1
Corrigeert volumeverschillen tussen signaalbronnen. Als
u hinder ondervindt van volumeverschillen bij het
schakelen tussen signaalbronnen, gebruik dan deze functie
om dat te corrigeren.
Druk op OPTION.
SP A
OPTION
Volu e Tri
2
y
Deze instelling wordt afzonderlijk op elke signaalbron toegepast.
Gebruik de cursortoetsen om een onderdeel
te selecteren en druk op ENTER.
y
Druk tijdens menuhandelingen op RETURN als u wilt terugkeren
naar de vorige situatie.
Instelbereik
–10 tot +10 (in stappen van 1,0 )
Standaard
0,0
■ Signal Info.
3
4
Geeft informatie weer over audiosignalen.
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
instelling te selecteren.
Keuzes
Druk op OPTION om het menu af te sluiten.
Optiemenu-items
SAMPLING
Het aantal samples per seconde van het digitale
ingangssignaal.
Druk herhaaldelijk op de cursortoetsen ( / ) om de informatie
op het display op het voorpaneel te wisselen.
Welke onderdelen beschikbaar zijn, is afhankelijk van de
geselecteerde signaalbron.
Functie
■ Vol.Interlock (Volume interlock)
Pagina
Volume Trim
Corrigeert volumeverschillen tussen
signaalbronnen.
44
Signal Info.
Geeft informatie weer over het
audiosignaal.
44
Auto Preset
Registreert automatisch FMradiostations met sterke signalen als
voorkeuzestations.
Clear Preset
Wist radiostations die naar
24, 28,
voorkeuzenummers zijn geregistreerd.
32
Initiate Scan*1
Voert een eerste zoekactie uit voor
DAB-radio-ontvangst.
44 Nl
De audio-indeling van het ingangssignaal.
y
y
Item
FORMAT
Schakelt volumeknoppen in/uit vanaf iTunes/iPod via
AirPlay.
Instellingen
22, 26
30
Off
Schakelt volumeknoppen uit vanaf iTunes/iPod.
Ltd
(standaard)
Schakelt volumeknoppen in/uit vanaf iTunes of
een iPod binnen het beperkte bereik (1 tot 60 en
gedempt).
Full
Schakelt volumeknoppen in/uit vanaf iTunes of
een iPod binnen het volledige bereik.
Verschillende functies configureren (menu SETUP)
U kunt de verschillende functies van het toestel configureren.
MEMORY
Cursortoetsen
ENTER
2
PRESET
ENTER
SP A
HOME
RETURN
SETUP
OPTION
SETUP
Max Volu e
RETURN
SETUP
3
VOLUME
NOW PLAYING
Druk op ENTER.
MUTE
MAX VOL
MAX
SP A
Druk op SETUP.
4
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
instelling te selecteren en druk op ENTER.
y
Druk tijdens menuhandelingen op RETURN als u wilt terugkeren
naar de vorige situatie.
5
Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Onderdelen van het menu SETUP
Menu-item
Functie
Pagina
Connection
Selecteert de netwerkverbindingsmethode.
46
Information
Geeft de netwerkinformatie van het toestel weer.
46
IP Address
Configureert de netwerkparameters (zoals IP-adres).
46
DMC Control
Bepaalt of een DLNA-compatibele Digital Media Controller (DMC) het afspelen
mag besturen.
46
Standby
(Network Standby)
Bepaalt of de functie die het toestel inschakelt vanaf andere netwerkapparaten
moet worden ingeschakeld/uitgeschakeld.
47
Network Name
Bewerkt de netwerknaam (de naam van het toestel op het netwerk) die andere
netwerkapparaten wordt weergegeven.
47
Update
(Network Update)
Werkt de firmware bij via internet.
47
On/Off
Schakelt de Bluetooth-functies in/uit.
47
Standby
(Bluetooth Standby)
Bepaalt of de functie die het toestel inschakelt vanaf andere Bluetooth-apparaten,
moet worden ingeschakeld/uitgeschakeld (Bluetooth-stand-by).
47
Audio Receive
Ontvangt audiodata van het Bluetooth-apparaat.
47
Balance
Regelt de geluidsbalans van de linker- en rechterluidsprekers om onevenwichtig
geluid te compenseren.
48
Max Volume
Stelt het maximale volume in om een extreem geluidsvolume te voorkomen.
48
InitialVolume
Stelt het beginvolume in op het moment dat het toestel wordt ingeschakeld.
48
Schakelt de auto-stand-by-functie in/uit.
48
Network
Bluetooth
AutoPowerStby
(Auto Power
Standby)
On/Off
45 Nl
GEAVANCEERDE
BEDIENING
SETUP
Ne
ork
SP A
Nederlands
1
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
menu te selecteren.
Verschillende functies configureren (menu SETUP)
■ IP Address
Network
Configureert de netwerkparameters (zoals IP-adres).
Configureert de netwerkinstellingen.
■ Connection
DHCP
Bepaalt of een DHCP-server wordt gebruikt.
Selecteert de netwerkverbindingsmethode.
Wired
Selecteer deze optie als u het toestel wilt
aansluiten op een netwerk met een in de
handel verkrijgbare netwerkkabel (p. 13).
Off
Wireless
Selecteer deze optie als u het toestel wilt
aansluiten op een netwerk via de draadloze
router of een toegangspunt (p. 15, 16, 17).
On
(standaard)
W.Direct
(Wireless
Direct)
Selecteer deze optie als u een mobiel apparaat
direct op het toestel wilt aansluiten. Voor
details over de instellingen, raadpleegt u “Een
mobiel apparaat direct met het toestel
verbinden (Wireless Direct)” (p. 18).
Extend
Geeft de verbindingsmethode weer van het
MusicCast-netwerk.
■ Information
Geeft de netwerkinformatie van het toestel weer.
NEW FW
Verschijnt als voor de firmware van dit toestel
een update beschikbaar is (p. 51).
STATUS
De verbindingsstatus van het netwerk.
MC NET
Status van het MusicCast-netwerk. Als
“Ready” verschijnt, kunt u de MusicCast
CONTROLLER-app gebruiken.
MAC
Geeft het MAC-adres weer van het toestel.
Afhankelijk van de verbindingsmethode
(bekabelde LAN-verbinding of draadloze
LAN / Wireless Direct -verbinding), kan het
MAC-adres verschillen.
SSID
(Bij gebruik van een draadloze LANverbinding of Wireless Direct) De SSID van
dit toestel op het draadloze netwerk.
IP
IP address
SUBNET
Subnet mask
GATEWAY
Het IP-adres van de standaardgateway
DNS P
Het IP-adres van de primaire DNS-server
DNS S
Het IP-adres van de secundaire DNS-server
VTUNER
Het ID van de internetradio (vTuner)
Er wordt geen DHCP-server gebruikt. U moet de
netwerkparameters handmatig configureren. Zie
“Handmatige netwerkinstellingen” hieronder voor
meer informatie.
Er wordt een DHCP-server gebruikt om de
netwerkparameters (zoals IP-adres) van het toestel
automatisch te bepalen.
Handmatige netwerkinstellingen
1
Stel “DHCP” in op “Off”.
2
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
parametertype te selecteren.
IP
Hierin kunt u een IP-adres opgeven.
SUBNET
Hierin kunt u een subnetmasker opgeven.
GATEWAY
Geeft het IP-adres aan van de standaardgateway.
DNS P
Hierin kunt u het IP-adres van de primaire DNSserver opgeven.
DNS S
Hierin kunt u het IP-adres van de secundaire
DNS-server opgeven.
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
invoerpositie te selecteren.
IP
SP A
Address1••192›
(Voorbeeld: IP-adresinstelling)
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om tussen
segmenten (Address1, Address2...) van het adres te
schakelen.
4
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
waarde te selecteren.
5
Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
■ DMC Control
Bepaalt of een DLNA-compatibele Digital Media
Controller (DMC) het afspelen mag besturen.
Disable
Weergave kan niet worden bediend met DMC’s.
Enable
(standaard)
Weergave kan worden bediend met DMC’s.
y
Een Digital Media Controller (DMC) is een apparaat dat via het
netwerk andere netwerkapparaten kan bedienen. Als deze functie
is ingeschakeld, kunt u het afspelen van het toestel bedienen met
DMC’s (zoals Windiow Media Player 12) op hetzelfde netwerk.
46 Nl
Verschillende functies configureren (menu SETUP)
■ Standby (Network Standby)
Bepaalt of het toestel kan worden ingeschakeld vanaf
andere apparaten in het netwerk (netwerkstand-by).
Off
Schakelt de netwerkstand-byfunctie uit.
On
Schakelt de netwerkstand-byfunctie in.
(Het toestel verbruikt meer stroom dan wanneer
“Off” is geselecteerd.)
Auto
(standaard)
Schakelt de netwerkstand-byfunctie in. Het toestel
schakelt over op energiebesparingsmodus als het
acht uur lang niet meer op het netwerk is
aangesloten.
Configureert de Bluetooth-instellingen.
■ On/Off
Schakelt de Bluetooth-functie in/uit (p. 34).
Off
Schakelt de Bluetooth-functie uit.
On
(standaard)
Schakelt de Bluetooth-functie in. Onmiddellijk
na het selecteren van de “On”, wordt de uitvoer
van de netwerkbron gepauzeerd.
■ Standby (Bluetooth Standby)
Bewerkt de netwerknaam (de naam van het toestel op het
netwerk) die andere netwerkapparaten wordt weergegeven.
Selecteer “Network Name”.
Raadpleeg voor informatie over het selecteren van
een menuoptie de behandelde stappen op pagina 45.
Bepaalt of de functie die het toestel inschakelt vanaf
andere Bluetooth-apparaten, moet worden ingeschakeld/
uitgeschakeld (Bluetooth-stand-by). Als deze functie is
ingesteld op “On”, wordt het toestel automatisch
ingeschakeld als een verbindingsbewerking wordt
uitgevoerd op het Bluetooth-apparaat.
Off
Schakelt de Bluetooth-stand-byfunctie uit.
On
(standaard)
Schakelt de Bluetooth-stand-byfunctie in. (Het
toestel verbruikt meer stroom dan wanneer “Off”
is geselecteerd.)
R-N402 (voorbeeld)
SP A
NET NAME
R-N402 XXXXXX
2
Druk op ENTER om het scherm voor het
bewerken van de naam te openen.
y
Deze instelling is niet beschikbaar als “Standby (Network
Standby)” (p. 47) is ingesteld op “Off”.
■ Audio Receive
Ontvangt audiodata van het Bluetooth-apparaat.
R-N402 (voorbeeld)
SP A
NET NAME
R-N402 XXXXXX›
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om een
teken te selecteren en ( / ) om de
invoerpositie te verplaatsen.
U kunt een teken invoeren/verwijderen door te
drukken op PRESET i (invoeren) of PRESET j
(verwijderen).
4
Druk op ENTER om de nieuwe naam te
bevestigen.
5
Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Disconnect
Verbreekt de verbinding met het aangesloten
Bluetooth-apparaat. Om het Bluetooth-apparaat
te ontkoppelen, drukt u op ENTER.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
■ Network Name
1
Bluetooth
■ Update (Network Update)
Perform
Update
Start het proces voor het bijwerken van de
firmware van het toestel. Zie “De firmware van
het toestel bijwerken via het netwerk” (p. 51)
voor details.
Version
Geeft de versie weer van de firmware die op het
toestel is geïnstalleerd.
ID
Geeft het systeem-ID-nummer weer.
Nederlands
Werkt de firmware bij via het netwerk.
47 Nl
Verschillende functies configureren (menu SETUP)
Balance
Stelt de geluidsbalans van de linker- en
rechterluidsprekers in om onevenwichtig geluid te
compenseren dat wordt veroorzaakt door de plaatsing van
de luidsprekers of door omstandigheden in de
luisterruimte.
Instelbereik
L+10 tot R+10
Max Volume
Stelt het maximale volume in om een extreem
geluidsvolume te voorkomen.
Instelbereik
1 tot 99 (in stappen van 1), Max
Standaard
Max
InitialVolume
Stelt het beginvolume in wanneer de ontvanger wordt
ingeschakeld.
Instelbereik
Off, Mute, 1 tot 99 (in stappen van 1), Max
Standaard
Off
AutoPowerStby
(Auto Power Standby)
Schakelt de auto-stand-by-functie in/uit. Als u het toestel
niet gebruikt gedurende een bepaalde tijd, wordt het
toestel automatisch in de stand-bymodus gezet.
Off
Het toestel wordt niet automatisch in de standbymodus gezet.
On
Zet het toestel automatisch in de stand-bymodus.
Als NET, BLUETOOTH of USB als signaalbron
is geselecteerd, schakelt het toestel over naar de
stand-bymodus van de geselecteerde bron als u
niet binnen 20 minuten begint met afspelen.
Alle signaalbronnen schakelen over op de standbymodus als deze gedurende 8 uur niet worden
gebruikt.
Standaard
Modellen voor de V.S. en Europa: On
Overige modellen: Off
y
Net voordat de stand-bymodus op het toestel wordt geactiveerd,
wordt “AutoPowerStby” weergegeven en begint het aftellen op
de display op het voorpaneel.
48 Nl
De systeeminstellingen configureren (ADVANCED SETUP-menu)
Configureer de systeeminstellingen van het toestel via het display op het voorpaneel.
1
Druk op A (aan/uit) op het voorpaneel om het
toestel uit te schakelen.
2
Houd RETURN op het voorpaneel ingedrukt en
druk op A (aan/uit).
RETURN
MODE
MEMORY
BAND
PRESET
Wanneer meerdere ontvangers in dezelfde ruimte worden
gebruikt, kan het instellen van de ID van de
afstandsbediening van dit toestel op ID1 (en de andere
ontvanger ingesteld op een andere dan ID1) storing
vermijden van andere afstandsbedieningen.
Instellingen
ID1 (standaard), AUTO
Wi Fi
BLUETOOTH
DISPLAY
De afstandsbedienings-ID
selecteren (REMOTE ID)
TUNING
VOLUME
SELECT
BASS
PHONES
TREBLE
INPUT
PUSH
ENTER
SPEAKERS
USB
5V
y
RETURN
CONNECT
A
Met de afstandsbediening van bepaalde Yamaha cd-spelers kan
dit toestel worden in- of uitgeschakeld.
3
4
5
DISPLAY
SELECT/ENTER
Draai SELECT/ENTER om een onderdeel te
selecteren.
Druk op SELECT/ENTER om een instelling te
selecteren.
Druk op A (aan/uit) om het toestel uit te
schakelen en daarna weer in te schakelen.
De nieuwe instellingen worden van kracht.
Selecteert de stapgrootte voor het lokaliseren van
afstemfrequenties.
Instellingen
FM100/AM10, FM50/AM9 (standaard)
De standaardinstellingen herstellen
(INIT)
Herstelt de standaardinstellingen van het toestel.
Onderdelen van het menu
ADVANCED SETUP
Item
Stelt de afstemfrequentiestap in
(TU)
GEAVANCEERDE
BEDIENING
A (aan/uit)
Keuzes
Functie
Pagina
REMOTE ID
Selecteert de afstandsbedienings-ID
van het toestel.
49
TU*
Stelt de afstemfrequentiestap in.
49
INIT
Herstelt de standaardinstellingen.
49
UPDATE
Werkt de firmware bij.
50
VERSION
Controleert de versie van de
firmware die momenteel is
geïnstalleerd op het toestel.
50
CANCEL
(standaard)
Er wordt geen initialisatie uitgevoerd.
NETWORK
Alle netwerk- Bluetooth- en USB-instellingen
initialiseren. Als het toestel wordt geïnitialiseerd
worden alle presets voor het netwerk en USBsignaalbronnen (p. 43) gewist.
ALL
Herstelt de standaardinstellingen van het toestel.
Nederlands
* Alleen voor modellen voor Azië, Brazilië en universele modellen
49 Nl
De systeeminstellingen configureren (ADVANCED SETUP-menu)
De firmware bijwerken (UPDATE)
Wanneer dit nodig is wordt er nieuwe firmware
beschikbaar gesteld die extra eigenschappen of
productverbeteringen bevat. Als het toestel is aangesloten
op internet, kunt u de firmware bijwerken via het netwerk.
Raadpleeg de bijbehorende informatie bij de updates voor
details.
■ Firmware updateprocedure
Voer deze procedure niet uit tenzij een update van de
firmware noodzakelijk is. Lees de bijbehorende informatie
bij de updates voordat u de firmware bijwerkt.
1
Druk herhaaldelijk op SELECT/ENTER om
“USB” of “NETWORK” te selecteren en druk
op DISPLAY om de update van de firmware te
starten.
Keuzes
USB
De firmware bijwerken met een USBgeheugenapparaat.
NETWORK
Werkt de firmware bij via internet.
y
De firmware van het toestel kan ook worden bijgewerkt door de
procedure te volgen in “De firmware van het toestel bijwerken
via het netwerk” (p. 51).
De versie van de firmware
controleren (VERSION)
Controleer de versie van de firmware die momenteel is
geïnstalleerd op het toestel.
y
• U kunt de versie van de firmware eveneens controleren in
“Update (Network Update)” (p. 47) in het menu “SETUP”.
• Het kan enige tijd duren voordat de firmwareversie wordt
weergegeven.
50 Nl
De firmware van het toestel bijwerken via het netwerk
Wanneer dit nodig is wordt er nieuwe firmware beschikbaar gesteld die extra eigenschappen of productverbeteringen
bevat. Als het toestel is aangesloten op internet, kunt u de firmware downloaden en bijwerken via het netwerk.
Opmerkingen
• Gebruik het toestel niet en koppel het netsnoer en de netwerkkabel niet los wanneer de firmware wordt bijgewerkt. Het bijwerken
van de firmware duurt ongeveer 20 minuten of meer (afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding).
• Als het toestel is aangesloten op het draadloze netwerk via een draadloze netwerkadapter, kunnen netwerkupdates mogelijk niet
worden uitgevoerd, afhankelijk van de kwaliteit van de draadloze verbinding. Werk de firmware in dat geval bij met het USBgeheugenapparaat (p. 50).
y
U kunt de firmware eveneens bijwerken met behulp van een
USB-geheugenapparaat via het menu “ADVANCED SETUP”
(p. 50).
MEMORY
6
PRESET
Druk op ENTER om de update van de
firmware te starten.
Het toestel start opnieuw en de update van de
firmware start.
y
Als u de bewerking wilt annuleren zonder de firmware bij te
werken, drukt u op SETUP.
ENTER
HOME
7
RETURN
RETURN
SETUP
SETUP
OPTION
VOLUME
NOW PLAYING
MUTE
Als “UPDATE SUCCESS” wordt weergegeven
op de display op het voorpaneel, drukt u op
A (aan/uit) op het voorpaneel.
De update van de firmware is voltooid.
■ Melding van nieuwe firmware-update
1
Druk op SETUP.
2
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Network” te selecteren en druk op ENTER.
3
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Information” te selecteren en druk op
ENTER.
Als nieuwe firmware beschikbaar is, verschijnt
“NEW FW Available” op de display van het
voorpaneel.
Als er nieuw firmware beschikbaar is, wordt gedurende
korte tijd “NEW FW Update” weergegeven als het toestel
wordt ingeschakeld.
NEW FW
Upda e [ENTER]
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Cursortoetsen
/
ENTER
Druk op ENTER (zoals behandeld in bovenstaande stap 6)
om de firmware van het toestel bij te werken als deze
melding wordt weergegeven en ga verder met stap 7.
4
Druk op RETURN om naar de vorige situatie
terug te keren.
5
Gebruik de cursortoetsen ( / ) om
“Update” te selecteren en druk op ENTER.
Nederlands
NEW FW
Available
UPDATE
Per or Upda e
51 Nl
AANVULLENDE INFORMATIE
Foutopsporing
Raadpleeg de tabel hieronder indien dit toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem dat u ervaart niet
hieronder in de lijst voorkomt, of als de instructies hieronder niet helpen, stelt u dit toestel in op de stand-bymodus,
verwijdert u het netsnoer en neemt u contact op met dichtstbijzijnde bevoegde Yamaha-dealer of -servicecentrum.
■ Algemeen
Probleem
De stroom gaat niet
aan.
De stroom gaat niet
uit.
Geen geluid.
Het geluid valt
plotseling weg.
52 Nl
Oorzaak
Oplossing
Zie
pagina
Het veiligheidscircuit werd 3 keer achter
elkaar geactiveerd. Als het toestel zich in
deze toestand bevindt, knippert de
STANDBY/ON-indicator op het toestel
als u probeert het toestel in te schakelen.
Uit veiligheidsoverwegingen kan de stroom van dit
toestel niet worden ingeschakeld. Neem contact op
met uw dichtstbijzijnde Yamaha-dealer of servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
Het netsnoer of de stekker is niet of niet
goed aangesloten.
Sluit het netsnoer stevig aan.
De beveiliging is in werking getreden door
een kortsluiting, enz.
Controleer of de luidsprekerdraden elkaar niet raken
en zet dan het toestel opnieuw aan.
De interne microcomputer loopt vast door
een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag en ontlading
van statische elektriciteit) of door een
daling van het voltage van de
stroomvoorziening.
Schakel de stroom uit en na ten minste 15 seconden
weer in. (Als het probleem zich blijft voordoen,
koppelt u het netsnoer los van het stopcontact en sluit
u het netsnoer opnieuw aan.)
De interne microcomputer loopt vast door
een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag en ontlading
van statische elektriciteit) of door een
daling van het voltage van de
stroomvoorziening.
Schakel de stroom uit en na ten minste 15 seconden
weer in. (Als het probleem zich blijft voordoen,
koppelt u het netsnoer los van het stopcontact en sluit
u het netsnoer opnieuw aan.)
Invoer- of uitvoerkabels verkeerd
aangesloten.
Verbind de kabels correct. Als het probleem aanhoudt,
is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels.
10
Er is geen geschikte ingangsbron
geselecteerd.
Selecteer een geschikte signaalbron met de INPUT l
/ h op het voorpaneel (of een van de
signaalkeuzetoetsen op de afstandsbediening).
20
De SPEAKERS A/B-schakelaars zijn niet
correct ingesteld.
Zet de betreffende SPEAKERS A of SPEAKERS B
aan.
20
De luidsprekeraansluitingen zitten niet
goed vast.
Zet de aansluitingen goed vast.
—
—
10
—
—
10
Uitvoer is uitgeschakeld.
Schakel dempen uit.
9
De Max volume- of Initial volumeinstelling is te laag.
Controleer de instellingen voor “Max Volume” en
“Initial Volume” in het menu “SETUP”.
48
De component die overeenkomt met de
geselecteerde signaalbron is uitgeschakeld
of speelt niet af.
Zet de component aan en zorg ervoor dat deze
afspeelt.
De audio-uitgang van een apparaat dat op
een digitale audio-ingang (COAXIAL/
OPTICAL-aansluitingen) is aangesloten,
is op iets anders dan PCM ingesteld.
Stel de audio-uitgang van het aangesloten apparaat in
op PCM,
De beveiliging is in werking getreden door
een kortsluiting, enz.
Stel de luidsprekerimpedantie in overeenstemming
met de luidsprekers in.
11
Controleer of de luidsprekerdraden elkaar niet raken
en zet dan het toestel opnieuw aan.
11
Het toestel is te warm geworden.
Let erop dat de openingen in het bovenpaneel niet
worden geblokkeerd.
—
De functie voor automatische stand-by
heeft dit toestel uitgeschakeld.
Wijzig de automatische stand-by (“AutoPowerStby”
in het menu “SETUP”) naar uit.
48
—
—
Foutopsporing
Oplossing
Zie
pagina
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Verbind de kabels correct. Als het probleem aanhoudt,
is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels.
10
Onjuiste instelling voor de
luidsprekerbalans.
Stel de luidsprekerbalans (“Balance” in het menu
“SETUP”) in op de juiste stand.
48
De lage tonen klinken
te zwak en de
weergave is futloos.
De +- en –-kabels zijn verkeerdom
aangesloten op de versterker of de
luidsprekers.
Sluit de luidsprekerkabels aan op de juiste fase + en –.
Er wordt een
“zoemend” geluid
gehoord.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Sluit de audiostekkers stevig aan. Als het probleem
aanhoudt, is het mogelijk dat er iets mis is met de
kabels.
Het geluid is van
mindere kwaliteit
wanneer u luistert met
een hoofdtelefoon
verbonden met de cdspeler of het
cassettedeck die op
dit toestel zijn
aangesloten.
De stroom van het toestel is uitgeschakeld
of het toestel is in de stand-bymodus
ingesteld.
Schakel het toestel in.
Probleem
Er komt slechts aan
één kant geluid uit de
luidspreker.
Oorzaak
11
11
—
■ Afstandsbediening
Probleem
De afstandsbediening
werkt niet correct.
Oorzaak
Verkeerde afstand of hoek.
Oplossing
Zie
pagina
De afstandsbediening werkt binnen een maximaal
bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten
opzichte van het voorpaneel.
9
Direct zonlicht of sterke verlichting (van
fluorescentielampen met een
voorschakelapparaat, enz.) valt op de
afstandsbedieningssensor van dit toestel.
Verplaats het toestel.
De batterijen zijn bijna leeg.
Vervang alle batterijen.
—
9
Oorzaak
Oplossing
Veel ruis bij de
ontvangst van FMstereo.
Dit probleem is inherent aan FMuitzendingen in stereo wanneer de zender
te ver weg is of het signaal dat binnenkomt
via de antenne niet sterk genoeg is.
Controleer de aansluitingen van de antenne.
Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige FMantenne.
Er doet zich
vervorming voor en
ook een goede FMantenne zorgt niet
voor een betere
ontvangst.
U ondervindt interferentie doordat
hetzelfde signaal op verschillende
manieren ontvangen wordt.
Verander de opstelling van de antenne zodat u van
deze interferentie geen last meer hebt.
Er kan niet
automatisch worden
afgestemd op de
gewenste zender.
Het radiosignaal is te zwak.
Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige FMantenne.
“No presets” wordt
weergegeven.
Er zijn geen voorkeuzestations
geregistreerd.
Schakel over op mono.
Zie
pagina
12
22, 26
—
12
Probeer handmatig af te stemmen.
22, 26
Registreer stations waarnaar u wilt luisteren als
voorkeuzestations.
22, 26
Nederlands
Probleem
AANVULLENDE
INFORMATIE
■ FM-ontvangst
53 Nl
Foutopsporing
■ AM-ontvangst (R-N402)
Probleem
Oorzaak
Oplossing
Er kan niet
automatisch worden
afgestemd op de
gewenste zender.
Het signaal is te zwak of de antenneaansluitingen zitten los.
Maak de AM-antenneaansluitingen vast en richt de
antenne voor de beste ontvangst.
U hoort doorlopend
gekraak en gesis.
Deze geluiden kunnen het gevolg zijn van
bliksem, tl-verlichting, motoren,
thermostaten en andere elektrische
apparatuur.
Gebruik een buitenantenne en een goede aarding.
Dit kan in sommige gevallen helpen, maar het blijft
moeilijk om alle storingsbronnen te elimineren.
U hoort gezoem en
gefluit.
Er wordt in de buurt van het toestel een tv
gebruikt.
Zet het toestel verder bij de tv vandaan.
“No presets” wordt
weergegeven.
Er zijn geen voorkeuzestations
geregistreerd.
Registreer stations waarnaar u wilt luisteren als
voorkeuzestations.
Probeer handmatig af te stemmen.
Zie
pagina
—
22, 26
—
—
22, 26
■ DAB-ontvangst (R-N402D)
Probleem
Kan niet afstemmen
op DAB-stations.
Oorzaak
Zie
pagina
De eerste zoekactie is niet uitgevoerd.
Voer de eerste zoekactie uit.
30
Er is geen DAB-dekking in uw regio.
Informeer bij uw dealer of WorldDMB Online op
“http://www.worlddab.org” voor een lijst van de
DAB-dekking in uw regio.
—
Wijzig de hoogte, richting of plaatsing van de
antenne.
12
Informeer bij uw dealer of WorldDMB Online op
“http://www.worlddab.org” voor een lijst van de
DAB-dekking in uw regio.
—
Het DAB-signaal is te zwak.
De eerste zoekacties
zijn niet succesvol en
“Not Found”
verschijnt op het
voorpaneelscherm.
Het DAB-signaal is te zwak.
De DABstationsontvangst is
te zwak.
Het DAB-signaal is te zwak.
Er zijn stoorgeluiden
te horen (bijv. ruis,
gekraak of
fluctuering).
De antenne moet opnieuw worden
gepositioneerd.
De DABstationsinformatie
verschijnt niet of is
onjuist.
Het DAB-station kan tijdelijk buiten
dienst zijn, of de DAB-stationsinformatie
wordt niet door de DAB-omroep verstrekt.
54 Nl
Oplossing
Er is geen DAB-dekking in uw regio.
Wijzig de hoogte, richting of plaatsing van de
antenne.
12
Het DAB-signaal is te zwak.
Neem contact met de DAB-omroep.
—
Foutopsporing
■ Bluetooth
Er wordt geen geluid
geproduceerd of het
geluid wordt
onderbroken tijdens
het afspelen.
Oplossing
Zie
pagina
De Bluetooth-functie van het toestel is
uitgeschakeld.
Schakel de Bluetooth-functie in via het menu
“SETUP”.
47
Een ander Bluetooth-apparaat is al
verbonden met het toestel.
Beëindig de huidige Bluetooth-verbinding en breng
vervolgens een nieuwe verbinding tot stand.
35
Het toestel en het Bluetooth-apparaat zijn
te ver van elkaar verwijderd.
Plaats het Bluetooth-apparaat dichter bij het toestel.
Er is in de buurt een apparaat (zoals een
magnetronoven en draadloze LAN) dat
signalen uitzendt in de 2,4GHzfrequentieband.
Zet het toestel uit de buurt van het apparaat.
Het Bluetooth-apparaat ondersteunt A2DP
niet.
Gebruik een Bluetooth-apparaat dat A2DP
ondersteunt.
—
Aangezien dit toestel met meer dan 20
Bluetooth-apparaten is gekoppeld, zijn er
koppelingsgegevens verwijderd.
Probeer opnieuw te koppelen.
U kunt dit toestel koppelen met maximaal 20
Bluetooth-apparaten voor ontvangst en verzending.
Zodra het 21e apparaat wordt geregistreerd, worden
de laatst gebruikte koppelingsgegevens verwijderd.
34
Het volume van het Bluetooth-apparaat is
te laag ingesteld.
Verhoog het volume van het Bluetooth-apparaat.
Het Bluetooth-apparaat is niet ingesteld
om audiosignalen naar het toestel te
verzenden.
Wijzig de audio-uitvoer van het Bluetooth-apparaat
naar het toestel.
De Bluetooth-verbinding is beëindigd.
Breng opnieuw een Bluetooth-verbinding tot stand
tussen het Bluetooth-apparaat en het toestel.
Het toestel en het Bluetooth-apparaat zijn
te ver van elkaar verwijderd.
Plaats het Bluetooth-apparaat dichter bij het toestel.
Er is in de buurt een apparaat (zoals een
magnetronoven en draadloze LAN) dat
signalen uitzendt in de 2,4GHzfrequentieband.
Zet het toestel uit de buurt van het apparaat.
—
—
—
—
34
—
—
AANVULLENDE
INFORMATIE
Een Bluetoothverbinding kan niet tot
stand worden
gebracht.
Oorzaak
Nederlands
Probleem
55 Nl
Foutopsporing
■ USB en netwerk
Oplossing
Zie
pagina
Probleem
Oorzaak
Het toestel detecteert
het USB-apparaat
niet.
Het USB-apparaat is niet goed aangesloten
op de USB-aansluiting.
Zet het toestel uit, sluit het USB-apparaat opnieuw
aan en zet het toestel weer aan.
—
Het bestandssysteem van het USBapparaat is niet FAT16 of FAT32.
Gebruik een USB-apparaat met de FAT16- of FAT32indeling.
—
Mappen en bestanden
op het USB-apparaat
kunnen niet worden
weergegeven.
De gegevens op het USB-apparaat zijn
beveiligd met de codering.
Gebruik een USB-apparaat zonder coderingsfunctie.
De netwerkfunctie
werkt niet.
De netwerkparameters (IP-adres) zijn niet
correct verkregen.
Schakel de DHCP-serverfunctie in op uw router en
stel “DHCP” in het menu “SETUP” in op “On” op het
toestel. Als u de netwerkparameters handmatig wilt
configureren, dient u na te gaan of u een IP-adres
gebruikt dat niet door andere netwerkapparaten in het
netwerk wordt gebruikt.
—
46
De draadloze router (toegangspunt) is
uitgeschakeld.
Schakel de draadloze router (toegangspunt) in.
Het toestel en de draadloze router
(toegangspunt) staan te ver uit elkaar.
Plaats het toestel en de draadloze router
(toegangspunt) dichter bij elkaar.
—
Er bevindt zich een obstakel tussen het
toestel en de draadloze router
(toegangspunt).
Verplaats het toestel en de draadloze router
(toegangspunt) naar een locatie waar er zich obstakels
tussen bevinden.
—
Magnetronovens of andere draadloze
apparaten in uw omgeving kunnen de
draadloze communicatie verstoren.
Zet deze apparaten uit.
De toegang tot het netwerk wordt beperkt
door de firewall-instellingen van de
draadloze router (toegangspunt).
Controleer de firewall-instelling van de draadloze
router (toegangspunt).
De instelling voor het delen van media is
onjuist.
Configureer de instelling voor delen en selecteer het
toestel als een apparaat waarmee muziekinhoud wordt
gedeeld.
Bepaalde beveiligingssoftware op uw pc
blokkeert de toegang van het toestel tot de
pc.
Controleer de instellingen van de
beveiligingssoftware op uw pc.
Het toestel en de pc bevinden zich niet in
hetzelfde netwerk.
Controleer de netwerkverbindingen en de instellingen
van uw router en verbind vervolgens het toestel en de
pc met hetzelfde netwerk.
13
De bestanden op de
mediaserver (pc’s/
NAS) kunnen niet
worden weergegeven
of geopend.
De bestanden worden niet ondersteund
door het toestel of de mediaserver.
Gebruik een bestandsindeling die wordt ondersteund
door het toestel en de mediaserver. Raadpleeg
“Ondersteunde bestandsindelingen” voor meer
informatie over de bestandsindelingen die door het
toestel worden ondersteund.
57
De internetradio kan
niet worden
weergegeven.
Het geselecteerde internetradiostation is
momenteel niet beschikbaar.
Mogelijk is er een probleem met het radiostation of is
de dienst afgeschaft. Probeer het station later of
selecteer een andere.
—
Het geselecteerde internetradiostation
zendt momenteel stilte uit.
Sommige internetradiostations zenden op bepaalde
tijdstippen van de dag stilte uit. Probeer het station
later of selecteer een andere.
—
De toegang tot het netwerk wordt
verhinderd door de firewall-instellingen
van uw netwerkapparaten (zoals de
router).
Controleer de firewall-instellingen van de
netwerkapparaten. De internetradio kan alleen worden
weergegeven via de poort die toegewezen wordt door
elk radiostation. Het poortnummer varieert
afhankelijk van het radiostation.
—
De iPod herkent het
toestel niet als AirPlay
wordt gebruikt.
Het toestel is aangesloten op een
meervoudige-SSID-router.
Toegang tot de router kan zijn beperkt door de
netwerkscheidingsfunctie op de router. Sluit de iPod aan
op de SSID die toegang kan verkrijgen tot het toestel.
—
De update van de
firmware via internet
is mislukt.
Afhankelijk van de toestand van internet,
is dit misschien niet mogelijk.
Probeer de firmware opnieuw bij te werken via
internet of gebruik een USB-geheugenapparaat.
Het toestel kan geen
verbinding maken met
internet via een
draadloze router
(toegangspunt).
Draadloze netwerk is
niet gevonden.
Het toestel detecteert
de pc niet.
56 Nl
—
—
—
36
—
50
Foutindicaties op display voorpaneel
Bericht
Oorzaak
Oplossing
Access denied
Toegang tot de pc is niet toegestaan.
Configureer de instelling voor delen en selecteer het toestel als een
apparaat waarmee muziekinhoud wordt gedeeld (p. 36).
Access error
Het toestel heeft geen toegang tot het
USB-apparaat.
Zet het toestel uit en sluit het USB-apparaat opnieuw aan. Als dit
het probleem niet verhelpt, probeer dan een ander USB-apparaat.
Er is een probleem met het signaalpad van
het netwerk naar het toestel.
Controleer of de router en modem zijn ingeschakeld.
Check SP Wires
De luidsprekerkabels geven kortsluiting.
Draai de blootliggende draden van de kabels stevig in elkaar en
sluit ze correct aan op het toestel en de luidsprekers.
No content
De geselecteerde map bevat geen
afspeelbare bestanden.
Selecteer een map met bestanden die door het toestel worden
ondersteund.
Please wait
Het toestel bereidt een verbinding met het
netwerk voor.
Wacht tot het bericht verdwijnt. Als het bericht langer dan 3
minuten blijft, schakelt u het toestel uit en weer in.
Unable to play
Het toestel kan om bepaalde redenen de
nummers die op de pc zijn opgeslagen niet
afspelen.
Controleer of de bestandsindeling van de bestanden die u probeert
af te spelen door het toestel wordt ondersteund. Zie “Ondersteunde
bestandsindelingen” hieronder voor informatie over de indelingen
die door het toestel worden ondersteund.
Als het toestel de bestandsindeling ondersteunt maar er toch
helemaal geen bestanden kunnen worden afgespeeld, is het
mogelijk dat het netwerk overbelast is door zwaar verkeer.
Version error
De update van de firmware via internet is
mislukt.
Werk de firmware opnieuw bij.
Controleer de verbinding tussen het toestel en de router (of hub)
(p. 13).
Ondersteunde bestandsindelingen
Pc(NAS)/USB
Bemonsteringsfrequentie
(kHz)
Kwantiseringsbitrate (bit)
Bitrate
Weergave zonder
pauzes
16/24
—
✔
WAV *
32/44,1/48/88,2/96/176,4/192
MP3
32/44,1/48
—
8 tot 320
—
WMA
32/44,1/48
—
8 tot 320
—
MPEG-4 AAC
32/44,1/48
—
8 tot 320
—
FLAC
32/44,1/48/88,2/96/176,4/192
16/24
—
✔
ALAC
32/44,1/48/88,2/96
16/24
—
✔
AIFF
32/44,1/48/88,2/96/176,4/192
16/24
—
✔
DSD
2,8 MHz/5,6 MHz
1
—
—
AANVULLENDE
INFORMATIE
Bestand
* Alleen lineair PCM-indeling
y
Nederlands
• USB-apparaten met versleuteling kunnen niet worden gebruikt.
• Digital Rights Management-inhoud (DRM) kan niet worden afgespeeld.
57 Nl
Technische gegevens
Netwerk
•
•
•
•
•
•
•
Ingang: NETWORK x 1 (100Base-TX/10Base-T)
PC Client Function
Compatibel met DLNA ver. 1,5
AirPlay ondersteund
Internetradio
Streamingservice
Wi-Fi-functie
Geschikt voor WPS
Geschikt voor delen met iOS-apparaten via draadloze verbinding
Geschikt voor directe verbinding met mobiel apparaat
Beschikbare beveiligingsmethode: WEP, WPA2-PSK (AES),
Mixed Mode
Radiofrequentieband: 2,4 GHz
Draadloze netwerkstandaard: IEEE 802.11 b/g/n
Bluetooth
• Bronfunctie
Dit toestel naar sink-apparaat (bijv. Bluetooth hoofdtelefoon)
ondersteunde codec .....................................................................SBC
• Sink-functie
Bronapparaat naar dit toestel (bijv. smartphone/tablet)
Ondersteunde codec ......................................................... SBC, AAC
• Mogelijkheid tot afspelen/stoppen vanaf sink-apparaat
• Bluetooth versie ...........................................................Ver. 2.1+EDR
• Ondersteund profiel....................................................A2DP, AVRCP
• Draadloze uitgang ................................................ Bluetooth Klasse 2
• Maximale communicatieafstand ................10 m zonder interferentie
USB
• Ingang: USB x 1 (USB2.0)
• Huidige opslagcapaciteit: 1,0 A
Audio
• Minimaal RMS-uitgangsvermogen
(40 Hz tot 20 kHz, 0,2% THD, 8 )
[Modellen voor Noord-Amerika, China, Korea, Australië, het
Verenigd Koninkrijk, Europa en Brazilië en universele
modellen] .......................................................... 100 W + 100 W
[Model voor Azië] .................................................... 85 W + 85 W
• Dynamisch vermogen per kanaal (IHF) (8/6/4/2 Ω)
............................................................................ 125/150/165/180 W
• Maximaal vermogen per kanaal (1 kHz, 0,7% THD, 4 Ω)
[Modellen voor het Verenigd Koninkrijk en Europa] ...........115 W
• IEC-vermogen (1 kHz, 0,2% THD, 8 Ω)
[Modellen voor het Verenigd Koninkrijk en Europa] ...........110 W
• Dempfactor (SPEAKERS A)
1 kHz, 8 .................................................................... 120 of meer
• Maximaal continu uitgangsvermogen
(1 kHz, 10% THD, 8 )
[Universele modellen].......................................................... 140 W
[Model voor Azië] .............................................................. 125 W
• Ingangsgevoeligheid/ingangsimpedantie
CD, enz. .................................................................. 500 mV/47 kΩ
• Maximaal ingangssignaal
CD, enz. (1 kHz, 0,5% THD).................................... 2,2 V of meer
• Uitgangsniveau/uitgangsimpedantie
CD, enz. (ingang 1 kHz, 500 mV)
LINE OUT .......................................................... 500 mV/2,2 k
PHONES (8 belasting) ..................................... 470 mV/470
• Frequentierespons
CD, enz. (20 Hz tot 20 kHz) ......................................... 0 ± 0,5 dB
CD, enz. (10 Hz tot 100 kHz) ....................................... 0 ± 3,0 dB
• Totale harmonische vervorming
CD, enz. naar SPEAKERS OUT
(20 Hz tot 20 kHz, 50 W, 8 ) ...............................0,2% of lager
• Signaal/ruis-verhouding (IHF-A)
CD, enz. (ingang kortgesloten, 500 mV) ............... 100 dB of meer
• Overblijvende ruis (IHF-A) .................................................... 70 µV
58 Nl
• Kanaalscheiding
CD, enz. (5,1 k ingang kortgesloten, 1/10 kHz)
..........................................................................65/50 dB of meer
• Toonregelingskarakteristieken
BASS
Versterken/verzwakken (50 Hz) ..................................... ± 10 dB
TREBLE
Versterken/verzwakken (20 kHz) .................................. ± 10 dB
• Digitale ingang (OPTICAL/COAXIAL)
Ondersteunde audio samplerate... 32/44,1/48/88,2/96/176,4/192 kHz
FM
• Afstembereik
[Model voor Noord-Amerika] ....................... 87,5 tot 107,9 MHz
[Modellen voor Azië, Brazilië en universele modellen]
..................................87,5 tot 107,9 MHz/87,50 tot 108,00 MHz
[Modellen voor China, Korea, Australië, het Verenigd Koninkrijk
en Europa] .............................................. 87,50 tot 108,00 MHz
• 50 dB dempingsgevoeligheid (IHF-A, 1 kHz, 100% MOD.)
Mono .................................................................... 3 µV (20,8 dBf)
• Signaal/ruis-verhouding (IHF-A)
Mono/stereo ............................................................... 71 dB/70 dB
• Harmonische vervorming (1 kHz)
Mono/stereo .................................................................. 0,4%/0,4%
• Antenne-aansluiting..........................................75 Ω ongebalanceerd
AM (R-N402)
• Afstembereik
[Model voor Noord-Amerika] ........................... 530 tot 1710 kHz
[Modellen voor Azië, Brazilië en universele modellen]
............................................. 530 tot 1710 kHz/531 tot 1611 kHz
[modellen voor China, Korea, Australië, het Verenigd Koninkrijk
en Europa] ....................................................... 531 tot 1611 kHz
DAB (R-N402D)
• Afstembereik .............................................. 174-240 MHz (Band III)
• Ondersteunde audio-indelingen
............................. MPEG 1 Layer II/MPEG 4 HE AAC v2 (AAC+)
• Antenne-aansluiting.........................................75 Ω, ongebelanceerd
Algemeen
• Voeding
[Model voor Noord-Amerika] ............ 120 V wisselstroom, 60 Hz
[Modellen voor Brazilië en universele modellen]
............................... 110-120/220-240 V wisselstroom, 50/60 Hz
[Model voor China] ............................ 220 V wisselstroom, 50 Hz
[Model voor Korea] ............................ 220 V wisselstroom, 60 Hz
[Model voor Australië] ........................ 240 V wisselstroom, 50 Hz
[Modellen voor het Verenigd Koninkrijk en Europa]
.......................................................... 230 V wisselstroom, 50 Hz
[Model voor Azië] ..................220-240 V wisselstroom, 50/60 Hz
• Stroomverbruik
[Modellen voor Noord-Amerika, China, Korea, Australië, het
Verenigd Koninkrijk, Europa en Brazilië en universele
modellen] .......................................................................... 200 W
[Model voor Azië] ............................................................... 165 W
• Stroomverbruik in wachtstand ................................................. 0,1 W
• Network Standby aan
Bekabeld ................................................................................ 1,7 W
Draadloos (Wi-Fi/Wireless Direct/Bluetooth)... 1,8 W/1,8 W/1,8 W
• Afmetingen (B H D)................................... 435 141 340 mm
• Referentieafmetingen (B H D) (met draadloze antenne rechtop)
.......................................................................... 435 200 340 mm
* Inclusief poten en uitsteeksels
• Gewicht.....................................................................................7,3 kg
* De inhoud van deze handleiding heeft betrekking op de nieuwste
specificaties vanaf de publicatiedatum. Ga naar de Yamaha-website
om de nieuwste handleiding te downloaden.
Handelsmerken
Ondersteunt iOS 7 of hoger voor configuratie met
Wireless Accessory Configuration.
“Made for iPod,” “Made for iPhone,” and “Made for
iPad” betekenen dat een elektronisch accessoire specifiek
is ontwikkeld voor aansluiting op respectievelijk iPod,
iPhone of iPad en door de ontwikkelaar is gecertificeerd
en voldoet aan de prestatienormen van Apple.
Het Wi-Fi CERTIFIED Logo is een keurmerk van Wi-Fi
Alliance.
Het Wi-Fi Protected Setup Identifier Mark is een merk van
de Wi-Fi Alliance.
Wi-Fi, Wi-Fi Alliance, Wi-Fi CERTIFIED, Wi-Fi
Protected Setup, WPA2 zijn handelsmerken of
geregistreerde handelsmerken van Wi-Fi Alliance.
Apple is niet verantwoordelijk voor de werking van dit
apparaat of voor het voldoen aan veiligheidseisen en
wettelijke normen.
iTunes, AirPlay, iPad, iPhone, iPod en iPod touch zijn
handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de VS en
andere landen.
iPad Air en iPad mini zijn handelsmerken van Apple Inc.
App Store is een dienstmerk van Apple Inc.
Gemaakt voor.
iPhone 6s Plus, iPhone 6s, iPhone 6 Plus, iPhone 6,
iPhone 5s, iPhone 5c, iPhone 5, iPhone 4s
iPad Pro, iPad mini 4, iPad Air 2, iPad mini 3, iPad Air,
iPad mini 2, iPad mini, iPad (3e en 4e generatie), iPad 2
iPod touch (5e en 6e generatie)
(vanaf juni 2016)
DLNA™ en DLNA CERTIFIED™ zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van Digital Living Network
Alliance. Alle rechten voorbehouden. Ongeautoriseerd
gebruik is streng verboden.
Windows™
Windows is een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft
Corporation in de V.S. en andere landen.
Internet Explorer, Windows Media Audio en Windows
Media Player zijn handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van Microsoft Corporation in de
Verenigde Staten en/of andere landen.
Het Bluetooth®-woordmerk en logo’s zijn gedeponeerde
handelsmerken die eigendom zijn van Bluetooth SIG, Inc.
en worden door Yamaha Corporation onder licentie
gebruikt.
Bluetooth protocol stack (Blue SDK)
Copyright 1999-2014 OpenSynergy GmbH
Alle rechten voorbehouden. Alle ongepubliceerde rechten
voorbehouden.
Uitleg over GPL
Dit product gebruikt in sommige gedeelten GPL-/LGPLopensourcesoftware. U hebt alleen het recht om deze
opensourcecode te verkrijgen, dupliceren, wijzigen en
opnieuw te verdelen. Raadpleeg voor informatie over
GPL-/LGPL-opensourcesoftware, over hoe deze te
verkrijgen is en over de GPL/LGPL-licentie de Yamaha
Corporation-website
(http://download.yamaha.com/sourcecodes/musiccast/).
MusicCast is een handelsmerk of geregistreerd
handelsmerk van Yamaha Corporation.
AANVULLENDE
INFORMATIE
Het gebruik van dit accessoire met iPod, iPhone of iPad
kan de prestaties van draadloze functies beïnvloeden.
(voor R-N402D)
Het toestel ondersteunt DAB/DAB+-afstemming.
Nederlands
Android™
Google Play™
Android en Google Play zijn handelsmerken van Google
Inc.
59 Nl
Informazioni per gli utenti sulla raccolta e lo
smaltimento di vecchia attrezzatura e batterie
usate
Questi simboli sui prodotti, sull’imballaggio, e/o sui
documenti che li accompagnano significano che i
prodotti e le batterie elettriche e elettroniche non
dovrebbero essere mischiati con i rifiuti domestici
generici.
Per il trattamento, recupero e riciclaggio appropriati
di vecchi prodotti e batterie usate, li porti, prego, ai
punti di raccolta appropriati, in accordo con la Sua
legislazione nazionale e le direttive 2002/96/CE e
2006/66/CE.
Smaltendo correttamente questi prodotti e batterie,
Lei aiuterà a salvare risorse preziose e a prevenire
alcuni potenziali effetti negativi sulla salute umana e
l’ambiente, che altrimenti potrebbero sorgere dal
trattamento improprio dei rifiuti.
Per ulteriori informazioni sulla raccolta e il
riciclaggio di vecchi prodotti e batterie, prego
contatti la Sua amministrazione comunale locale, il
Suo servizio di smaltimento dei rifiuti o il punto
vendita dove Lei ha acquistato gli articoli.
[Informazioni sullo smaltimento negli altri
Paesi al di fuori dell’Unione europea]
Questi simboli sono validi solamente nell’Unione
europea. Se Lei desidera disfarsi di questi articoli,
prego contatti le Sue autorità locali o il rivenditore e
richieda la corretta modalità di smaltimento.
Noti per il simbolo della batteria (sul fondo
due esempi di simbolo):
È probabile che questo simbolo sia usato in
combinazione con un simbolo chimico. In questo
caso è conforme al requisito stabilito dalla direttiva
per gli elementi chimici contenuti.
Información para usuarios sobre recolección y
disposición de equipamiento viejo y baterías
usadas
Estos símbolos en los productos, embalaje, y/o
documentación que se acompañe significan que los
productos electrónicos y eléctricos usados y las
baterías usadas no deben ser mezclados con desechos
domésticos corrientes.
Para el tratamiento, recuperación y reciclado
apropiado de los productos viejos y las baterías
usadas, por favor llévelos a puntos de recolección
aplicables, de acuerdo a su legislación nacional y las
directivas 2002/96/EC y 2006/66/EC.
Al disponer de estos productos y baterías
correctamente, ayudará a ahorrar recursos valiosos y
a prevenir cualquier potencial efecto negativo sobre
la salud humana y el medio ambiente, el cual podría
surgir de un inapropiado manejo de los desechos.
Para más información sobre recolección y reciclado
de productos viejos y baterías, por favor contacte a
su municipio local, su servicio de gestión de residuos
o el punto de venta en el cual usted adquirió los
artículos.
[Información sobre la disposición en otros
países fuera de la Unión Europea]
Estos símbolos sólo son válidos en la Unión
Europea. Si desea deshacerse de estos artículos, por
favor contacte a sus autoridades locales y pregunte
por el método correcto de disposición.
Nota sobre el símbolo de la batería
(ejemplos de dos símbolos de la parte
inferior):
Este símbolo podría ser utilizado en combinación
con un símbolo químico. En este caso el mismo
obedece a un requerimiento dispuesto por la
Directiva para el elemento químico involucrado.
Informatie voor gebruikers over inzameling en
verwijdering van oude apparaten en gebruikte
batterijen
Deze tekens op de producten, verpakkingen en/of bijgaande documenten betekenen dat gebruikte elektrische
en elektronische producten en batterijen niet mogen
worden gemengd met algemeen huishoudelijk afval.
Breng alstublieft voor de juiste behandeling, herwinning en hergebruik van oude producten en gebruikte
batterijen deze naar daarvoor bestemde verzamelpunten, in overeenstemming met uw nationale wetgeving en de instructies 2002/96/EC en 2006/66/EC.
Door deze producten en batterijen correct te verwijderen, helpt u natuurlijke rijkdommen te beschermen en
voorkomt u mogelijke negatieve effecten op de menselijke gezondheid en de omgeving, die zich zouden
kunnen voordoen door ongepaste afvalverwerking.
Voor meer informatie over het inzamelen en
hergebruik van oude producten en batterijen kunt u
contact opnemen met uw plaatselijke
gemeentebestuur, uw afvalverwerkingsbedrijf of het
verkooppunt waar u de artikelen heeft gekocht.
[Informatie over verwijdering in andere
landen buiten de Europese Unie]
Deze symbolen zijn alleen geldig in de Europese
Unie. Mocht u artikelen weg willen gooien, neem
dan alstublieft contact op met uw plaatselijke
overheidsinstantie of dealer en vraag naar de juiste
manier van verwijderen.
Opmerking bij het batterijteken (onderste
twee voorbeelden):
Dit teken wordt mogelijk gebruikt in combinatie met
een scheikundig symbool. In dat geval voldoet het
aan de eis en de richtlijn, die is opgesteld voor het
betreffende chemisch product.
Информация для пользователей по сбору
иутилизации старой аппаратуры и
использованных батареек
Эти знаки на аппаратуре, упаковках и в
сопроводительных документах указывают на то,
что подержанные электрические и электронные
приборы и батарейки не должны выбрасываться
вместе с обычным домашним мусором.
Для правильной обработки, хранения и
утилизации старой аппаратуры и
использованных батареек, пожалуйста сдавайте
их в соответствующие сборные пункты, согласно
вашему национальному законодательству и
директив 2002/96/EC и 2006/66/ EC.
При надлежащей утилизации этих товаров и
батареек, вы помогаете сохранять ценные
ресурсы и предотвращать вредное влияние на
здоровье людей и окружающую среду, которое
может возникнуть из-за несоответствующего
обращения с отходами.
За более подробной информацией о сборе и
утилизации старых товаров и батареек,
пожалуйста обращайтесь в вашу локальную
администрацию, в ваш приёмный пункт или в
магазин где вы приобрели эти товары.
[Информация по утилизации в других
странах за пределами Европейского Союза]
Эти знаки действительны только на территории
Европейского Союза. Если вы хотите избавиться
от этих предметов, пожалуйста обратитесь в
вашу локальную администрацию или продавцу и
спросите о правильном способе утилизации.
Обратите внимание на знак для батареек
(два знака на задней стороне):
Этот знак может использоваться в комбинации со
знаком указывающим о содержании химикалий.
В этом случае это удовлетворяет требованиям
установленными Директивой по использованию
химикалий.
ii
We, Yamaha Music Europe GmbH hereby declare that this unit is in compliance with
the essential requirements and other relevant provisions of Directive 1999/5/EC.
Nous, le fabricant Yamaha Music Europe GmbH, déclarons que cet appareil est
conforme aux exigences essentielles et autres dispositions pertinentes de la Directive
1999/5/EC.
Hiermit erklärt die Yamaha Music Europe GmbH, dass dieses Gerät den wesentlichen
Anforderungen und anderen relevanten Vorschriften der Richtlinie 1999/5/EC
entspricht.
Yamaha Music Europe GmbH intygar härmed att detta system överensstämmer med de
nödvändiga kraven och andra relevanta föreskrifter i direktivet 1999/5/EC.
Yamaha Music Europe GmbH dichiara con il presente che questa unità è conforme ai
requisiti essenziali e alle normative pertinenti della direttiva 1999/5/CE.
Nosotros, Yamaha Music Europe GmbH, declaramos por la presente que esta unidad
cumple con los requisitos esenciales y otras disposiciones pertinentes de la Directiva
1999/5/CE.
Wij, Yamaha Music Europe GmbH verklaren hierbij dat deze eenheid in compliantie is
met de essentiële vereisten en andere relevante voorwaarden van de Richtlijn 1999/5/EG.
Vi, Yamaha Music Europe GmbH, erklærer herved, at denne enhed overholder de
væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/EF.
Vi, Yamaha Music Europe GmbH, erklærer herved at denne enheten er i samsvar med
de grunnleggende krav og øvrige relevante forskrifter i direktiv 1999/5/EF.
Yamaha Music Europe GmbH vakuuttaa täten että tämä yksikkö täyttää direktiivin
1999/5/EY oleelliset vaatimukset ja muut asiaankuuluvat ehdot.
С настоящето Yamaha Music Europe GmbH декларира, че това устройство е в
съответствие със съществените изисквания и другите приложими разпоредби на
Директива 1999/5/EC.
Společnost Yamaha Music Europe GmbH tímto prohlašuje, že tato jednotka splňuje
základní požadavky a všechna příslušná ustanoveni Směrnice 1999/5/ES.
Käesolevaga kinnitab Yamaha Music Europe GmbH seadme vastavust direktiivi
1999/5/EÜ põhinõuetele ja muudele asjakohastele sätetele.
Η Yamaha Music Europe GmbH δηλώνει δια της παρούσης ότι η συγκεκριμένη μονάδα
συμμορφώνεται προς τις βασικές απαιτήσεις και άλλες σχετικές διατάξεις της Οδηγίας
1999/5/ΕΚ.
Ar šo mēs, Yamaha Music Europe GmbH, deklarējam, ka šī iekārta atbilst Direktīvas
1999/5/EK pamatprasībām un citiem attiecīgajiem noteikumiem.
Yamaha Music Europe GmbH deklaruoja, kad šis įrenginys atitinka esminius
reikalavimus ir kitas atitinkamas Direktyvos 1999/5/EB nuostatas.
A Yamaha Music Europe GmbH ezennel kijelenti, hogy a jelen egység megfelel az
1999/5/EK irányelv alapvető követelményeinek és egyéb vonatkozó rendelkezéseinek.
Firma Yamaha Music Europe GmbH niniejszym deklaruje, że zakupione urządzenie jest
zgodne z zasadniczymi wymaganiami i innymi właściwymi postanowieniami
Dyrektywy 1999/5/WE.
Nós, a Yamaha Music Europe GmbH, declaramos que esta unidade cumpre os
requisitos essenciais e outras disposições relevantes da Directiva 1999/5/CE.
Prin prezenta, Yamaha Music Europe GmbH declară că această unitate este în
conformitate cu cerinţele esenţiale şi cu alte prevederi pertinente ale Directivei 1999/5/CE.
Naša spoločnosť, Yamaha Music Europe GmbH, týmto vyhlasuje, že táto jednotka
spĺňa základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia Smernice 1999/5/ES.
Podjetje Yamaha Music Europe GmbH izjavlja, da je ta enota skladna z bistvenimi
zahtevami in drugimi zadevnimi določili direktive 1999/5/ES.
Yamaha Music Europe GmbH
Siemensstr. 22-34 25462 Rellingen, Germany
Tel: +49-4101-303-0
iii