Pottinger SYNKRO 4030 T NOVA Handleiding

Type
Handleiding
Handleiding
Vertaling van de originele handleiding
Nr.
99+9791.NL.80T.0
Stoppelcultivator
SYNKRO 3030 -nova -multiline
(Type 9791:
+..Masch#: 02091/Chassis#: 01091
SYNKRO 3530 -nova
(Type 9792:
+..Masch#: 01061/Chassis#: 00061
SYNKRO 4030 K/T -nova
(Type 9794:
+..Masch#: 01261/Chassis#: 00261
SYNKRO 5030 K/T -nova
(Type 9795:
+..Masch#: 01109/Chassis#: 0109
SYNKRO 6030 T -nova
(Type 9796:
+...Masch#: 01069/Chassis#: 00069
)
1500_NL-BLADZIJDE2
Productaansprakelijkheid, informatieplicht
De productaansprakelijkheid verplicht de producent en de dealer de handleiding bij de verkoop van machines beschikbaar te stell
en.
Bovendien moet de gebruiker bij de machine worden geïnstrueerd omtrent bedienings-, veiligheids- en onderhoudsvoorschriften.
Het feit dat de machine en de handleiding volgens de voorschriften zijn afgeleverd, dient te worden bevestigd.
Hiervoor dient het
document A
ondertekend te worden toegestuurd aan de firma Pöttinger of via internet (www.poettinger.at) te worden verstuurd.
Document B
blijft bij de dealer die de machine levert.
Document C
is voor de klant.
Iedere landbouwkundige is ondernemer in de zin van de productaansprakelijkheidswet.
Materiële schade in de zin van de productaansprakelijkheidswet is schade die door een machine wordt veroorzaakt, maar niet aan
de machine wordt veroorzaakt; voor de aansprakelijkheid is een eigen risico voorzien van euro 500,-
Zakelijke materiële schade in de zin van de productaansprakelijkheidswet is uitgesloten.
Attentie!
Als de machine van eigenaar wisselt, dient de handleiding te worden doorgegeven. De nieuwe gebruiker moet volgens
de voorschriften worden geïnstrueerd.
Pöttinger - Vertrouwen binnen handbereik - sinds 1871
Kwaliteit is een waarde die rendeert. Daarom beschikken wij over de hoogste kwaliteitsstandaarden voor onze producten. Deze
worden door ons eigen kwaliteitsmanagement en door onze bedrijfsleiding permanent gecontroleerd. Want veiligheid, probleemloos
functioneren, hoogste kwaliteit en absolute betrouwbaarheid van onze machine tijdens het gebruik vormen onze kerncompetenties,
waarvoor wij staan.
Omdat wij permanent werken aan de ontwikkeling van onze producten, kan deze handleiding afwijken van het product. Er kunnen
daarom geen rechten worden ontleend aan de gegevens, afbeeldingen en beschrijvingen. Bindende informatie omtrent bepaalde
eigenschappen van de machine dient bij de service-dealer te worden opgevraagd.
Wij vragen om begrip voor het feit dat wijzigingen in de leve
ringsomvang, wat betreft de vorm, uitrusting en techniek mogelijk
zijn.
Nadruk, vertaling en kopieën in welke vorm dan ook, ook als samenv
atting, zijn alleen toegestaan met schriftelijke toestemming
van Pöttinger Landtechnik GmbH.
Alle auteursrechten blijven Alois Pöttinger Maschinenfabrik Ges.m.b.H. uitdrukkelijk voorbehouden.
© Pöttinger Landtechnik GmbH – 31 oktober 2012
Vind extra informatie over uw machine op PÖTPRO:
U bent op zoek naar passende onderdelen of accessoires voor uw machine? Geen probleem, hier vindt u alle benodigde informatie.
QR-code op het typeplaatje van de machine scannen of op www.poettinger.at/poetpro
QR-code op het typeplaatje van de machine scannen of op www.poettinger.at/poetpro
Als u toch niet kunt vinden wat u nodig heeft, kunt u altijd terecht bij uw service-dealer. Hij adviseert u graag.
Document
D
NL-0600 Dokum D Synkro
- 3 -
PÖTTINGER Landtechnik GmbH
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
Tel. 07248 / 600 -0
Telefax 07248 / 600-2511
Machine volgens leveringsdocument gecontroleerd
.
Alle verpakte delen verwijderd en uitgepakt.
Veiligheidstechnische voorzieningen en bedieningspaneel zijn aanwezig.
De bediening, de inbedrijfname en het onderhoud van de machine of werktuig is aan de hand van de handleiding
met de gebruiker besproken en uitgelegd.
Aanpassing aan de trekker uitgevoerd
Transport- en arbeidspositie uitgelegd.
Informatie verstrekt over extra leverbaar toebehoren.
Gebruiker gewezen op het nut en de noodzaak om de handleiding goed te lezen.
Aankruisen hetgeen van toepassing is.
X
Wij verzoeken U de volgende punten i.v.m. de wet op de productaansprakelijkheid te controleren.
INSTRUCTIES VOOR DE
OVERDRACHT VAN MACHINES
NL
Ter controle van de juiste overdracht van de machine en de handleiding is het gewenst dat dit aan de fabrikant wordt bevestigd.
Hiervoor dient het
- Document A
getekend naar de importeur c.q. naar de fabrikant te worden gezondenof via internet
- Document A getekend naar de importeur c.q. naar de fabrikant te worden gezondenof via internet - Document A
(www.poettinger.at)
(www.poettinger.at)
te worden verstuurd.
- Document B
blijft bij de dealer die de machine levert.
- Document C
is voor de klant.
- 4 -
1602_NL-INHALT_9791
NL
INHOUDSOPGAVE
Attentie!
Let op de veilig-
heidsvoorschrif-
ten in bijlage
A! veiligheids-
voorschriften in
bijlage A!
Inhoudsopgave
INHOUDSOPGAVE
CE-kenmerk ............................................................... 5
Betekenis van de waarschuwings afbeeldingen ........ 5
Inleiding ..................................................................... 6
GEBRUIKTE SYMBOLEN
CE-kenmerk ............................................................... 7
Veiligheidsaanwijzingen: ............................................ 7
WAARSCHUWINGSAFBEELDINGEN
Positie en betekenis van de
waarschuwingsafbeeldingen
...................................... 8
AANBOUW AAN DE TREKKER
Voorbereidingen aan de trekker ................................. 9
Hydraulische regeling aan hefinstallatie .................... 9
Voorbereidingen aan de machine .............................. 9
Instelling aanbouwbok bij variant NOVA .................... 9
Aanbouw aan de trekker .......................................... 10
Aankoppelen van de hydraulische slangen ............. 10
Veranderen van arbeidspositie in transportpositie ... 10
Veranderen van transport- in arbeidspositie .............11
Rijden op de openbare wegen: .................................11
Gebruik van extra machines .................................... 12
INSTELLINGEN
Instellingen voor het gebruik .................................... 13
Uitrustingsvarianten en slijtageonderdelen .............. 13
Holle schijven ........................................................... 13
Egaliseertanden (optie)............................................ 13
Overbelastingsbeveiliging .........................................14
Kouter snelwissel ..................................................... 15
Tastwiel (optionele uitrusting) .................................. 15
Tastwiel voor variant T ............................................. 15
MULTILINE
Multiline (optionele uitrusting) .................................. 16
Hoogte-instelling van de messenbalk .......................17
Onderhoud: .............................................................. 18
Heffen van de machine ............................................ 18
Aanbouw aan de trekker .......................................... 19
Afkoppelen van de trekker ....................................... 19
TANDHOUDERBALK
Overzicht
.................................................................. 20
Tandhouderbalk (alleen aanbouwmachines) ........... 20
ZIJPLAAT
Overzicht
.................................................................. 22
GEBRUIK
Begin van de werkzaamheden ................................ 25
ALGEMEEN ONDERHOUD
Veiligheidsaanwijzingen ........................................... 27
Algemene onderhoudsaanwijzingen ........................ 27
Reinigen van machinedelen..................................... 27
Parkeren in de open lucht ........................................ 27
Winterklaar maken ................................................... 27
Cardanassen ........................................................... 28
Hydraulische installatie ............................................ 28
Veiligheidsaanwijzingen ........................................... 29
Reserve-onderdelen ................................................ 29
Hydraulische installatie ............................................ 29
Reinigen van machinedelen..................................... 29
Winterklaar maken ................................................... 29
Verwerking van niet-bruikbare machine-
onderdelen ............................................................... 29
Smeerplaatsen
......................................................... 30
Beschrijving van de sticker ...................................... 30
Smeernippel voor tastwiel bij variant T .................... 30
Vervangen van de geleideplaten ........................... 31
KOUTERVARIANTEN
Koutervarianten
........................................................ 35
Koutervarianten - overzicht ...................................... 37
TECHNISCHE GEGEVENS
Technische gegevens .............................................. 38
Typeplaatje............................................................... 39
Positie van het typeplaatje ....................................... 39
Noodzakelijke aansluitingen .................................... 39
Gebruik conform de bestemming van de cultivator .. 40
Extra uitrusting ......................................................... 40
Multiline (optionele uitrusting) ...................................41
MATEN
REMINSTALLATIE
Algemene veiligheidsaanwijzingen .......................... 48
Overzicht
.................................................................. 48
Voor het rijden
......................................................... 48
Reminstelling en onderhoud .................................... 49
Hydraulisch schema Synkro 3030 en Synkro
3530 ......................................................................... 50
Hydraulisch schema SYNKRO 3030 en
SYNKRO 3530 .........................................................51
met Multiline
..............................................................51
HYDRAULISCHE SCHEMA'S
Hydraulisch schema SYNKRO 4030 K/T ................ 52
Hydraulisch schema SYNKRO 5030 K/T en
SYNKRO 6030 K/T .................................................. 53
Hydraulisch schema SYNKRO 4030 T/ 5030 T en
6030 T
..................................................................... 54
met hydraulisch steunwiel ........................................ 54
ONDERSTEL
Onderstel
1)
............................................................. 55
Veiligheidsaanwijzingen ........................................... 55
Aanbouw .................................................................. 56
Gebruik .................................................................... 56
AANHANGSEL
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
Smeermiddelen
........................................................ 61
Combinatie van trekker en aanbouwwerktuig .......... 64
- 5 -
1602_NL-INHALT_9791
INHOUDSOPGAVE
NL
Gevaar door weggeslingerde delen
- veiligheidsafstand in acht nemen
Nooit in de machine grijpen, zolang zich daar nog delen
kunnen bewegen.
Buiten het zwenkbereik van de machine blijven.
bsb 447 410
Betekenis van de waarschuwings
afbeeldingen
Het door de fabrikant aan te brengen
CE-kenmerk, geeft aan dat de
machine beantwoord aan de EG-
richtlijnen.
EG conform verklaring (zie bijlage)
Met het ondertekenen van de EG conform-verklaring
verklaart de fabrikant dat de afgeleverde machine aan alle
voorgeschreven veiligheids- en medische voorschriften
beantwoordt.
CE-kenmerk
- 6 -
NL
INLEIDING
1700_NL-inleiding
Inleiding
Geachte gebruiker!
Met behulp van deze handleiding kunt u de machine leren
kennen. De handleiding informeert u bovendien op een
overzichtelijke manier over een veilig en juist gebruik,
onderhoud en reparatie. Het verdient daarom aanbeveling
om de handleiding te lezen.
De handleiding maakt deel uit van de machine. De hand-
leiding moet tijdens de levensduur van de machine op een
geschikte plaats worden bewaard en op ieder moment
voor het personeel toegankelijk zijn. Aanwijzingen over
nationale voorschriften met betrekking tot het voorkomen
van ongevallen, wegenverkeerswet en milieubescherming
moeten worden aangevuld.
Alle personen die de machine gebruiken, onderhouden
of transporteren, moeten deze handleiding, met name
de veiligheidsaanwijzigen, hebben gelezen en begrepen,
voordat met de werkzaamheden wordt begonnen. Als de
handleiding niet wordt nageleefd, komen evt. garantieclaims
te vervallen.
Heeft u vragen met betrekking tot de inhoud van de
handleiding of andere vragen over de machine, neem dan
contact op met uw dealer.
Door tijdige en correcte onderhoud en reparatie overeen-
komstig de vastgelegde onderhoudsintervallen, wordt de
bedrijfs- en de verkeersveiligheid gegarandeerd. Ook komt
dit de betrouwbaarheid van de machine ten goede.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen en toebe-
horen van Pöttinger of reserveonderdelen en toebehoren
die zijn goedgekeurd door Pöttinger. Van deze onderdelen
is de betrouwbaarheid, veiligheid en geschiktheid voor
machines van Pöttinger vastgesteld. Wordt gebruik ge-
maakt van niet goedgekeurde onderdelen, dan komt de
garantie te vervallen. Om het prestatievermogen van de
machine ook op de langere duur te garanderen, verdient
het aanbeveling om de originele onderdelen ook na afloop
van de garantietermijn te gebruiken.
De productaansprakelijkheidswetgeving verplicht de produ-
cent en de dealer bij de verkoop van de machines een hand-
leiding mee te leveren en de klant bij de machine te instrueren
over de veiligheids- bedienings- en onderhoudsvoorschriften.
Ter controle van de juiste overdracht van de machine en
de handleiding is een bevestiging in de vorm van een over-
drachtsverklaring noodzakelijk. De overdrachtsverklaring
bevindt zich bij de machine op het moment van aflevering.
In de zin van de productaansprakelijkheid is iedere zelf-
standige en landbouwer ondernemer. Bedrijfsschade in de
zin van de productaansprakelijkheid valt daarom niet onder
de aansprakelijkheid van Pöttinger. Als bedrijfsschade in
de zin van de productaansprakelijkheid geldt schade die
door de machine ontstaat, maar niet aan de machine.
De handleiding maakt deel uit van de machine. Geef ze
daarom door aan volgende eigenaar van de machine.
De volgende eigenaar moet worden geïnstrueerd en op
genoemde voorschriften worden gewezen.
Uw Pöttinger-serviceteam wenst u veel succes.
- 7 -
1800_D-Veiligheid ANSI
NL
GEBRUIKTE SYMBOLEN
CE-kenmerk
Het door de fabrikant aan te brengen CE-kenmerk geeft aan dat de machine beantwoordt aan de machinerichtlijn en
andere toepasselijke EG-richtlijnen.
EG-conformiteitsverklaring (zie bijlage)
Met het ondertekenen van de EG-conform-verklaring verklaart de fabrikant dat de afgeleverde
machine aan alle voorgeschreven veiligheids- en medische voorschriften beantwoordt.
Veiligheidsaanwijzingen:
In de handleiding vindt u de volgende symbolen
met aanwijzingen:
GEVAAR
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op een dodelijk of een
opgevolgd, bestaat de kans op een dodelijk of een
levensbedreigend letsel.
levensbedreigend letsel.
Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die-
nen absoluut te worden opgevolgd!
WAARSCHUWING
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op een zwaar letsel.
Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die-
nen absoluut te worden opgevolgd!
VOORZICHTIG
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op een letsel.
Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die-
nen absoluut te worden opgevolgd!
AANWIJZING
AANWIJZING
Als de aanwijzingen in een dergelijke tekst niet worden
opgevolgd, bestaat de kans op materiële schade.
Alle aanwijzingen in dergelijke teksten die-
nen absoluut te worden opgevolgd!
TIP
Dergelijke teksten geven bijzondere aanbevelingen en
adviezen met betrekking tot het economisch gebruik
van de machine.
MILIEU
Dergelijke teksten geven u handelwijzen en advies inzake
milieubescherming.
Als (optie) aangegeven uitrustingen zijn alleen standaard
beschikbaar bij bepaalde uitvoeringen van de machine of
worden alleen voor bepaalde uitvoeringen als speciale
uitrusting geleverd of worden alleen in bepaalde landen
aangeboden.
Afbeeldingen kunnen in detail afwijken van de machine
en dienen te worden begrepen als principe-afbeelding.
Aanduidingen als links en rechts gelden altijd in rijrichting,
als niet anders blijkt uit tekst of beeld.
- 8 -
1800_NL-Waarschuwingsafbeelding_9791
NL
WAARSCHUWINGSAFBEELDINGEN
Positie en betekenis van de waarschuwingsafbeeldingen
497-14-50
1
4
4
2
4
2
3
2
2
5
4
4
3
6
Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis
Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis
Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis
Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis
Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis
Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis
Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis
Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis
Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis
Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis Nr. Waarschuwingsafbeelding Betekenis
1
Lees voor inge-
bruikname de be-
dieningsinstructies
en veiligheidsin-
structies.
4
Nooit in de ma-
chine grijpen,
zolang zich daar
nog delen kunnen
bewegen.
2
Smeerpositie 5
Smeerpositie 5
Smeerpositie 5
Smeerpositie 5
Smeerpositie 5
Aanspraak ma-
ken op de pro-
ductgarantie is al-
leen mogelijk als
de overdrachts-
verklaring is on-
dertekend.
3
bsb 449 567
495.166
Niet in het zwenk-
bereik komen of
verblijven.
6
Machine alleen
transpor teren
met een lege
tank.
NL
- 9 -
1800_NL-AANBOUW_9791
AANBOUW AAN DE TREKKER
Voorbereidingen aan de trekker
Wielen en banden
- De bandenspanning van de achterwielen van de tractor
moet bij gebruik 0,8 bar bedragen.
- Onder zware omstandigheden kunnen extra
wielverzwaringen voordelig zijn. Zie ook de
gebruikershandleiding van uw trekkerfabrikant.
Ballastgewichten
De trekker moet aan de voorzijde van voldoende
ballastgewichten worden voorzien, zodat het stuur- en
remvermogen wordt gegarandeerd.
20%
Kg
Tenminste 20% van het voertuig-lediggewicht rust op
de vooras.
Hefinrichting
- De hefarmen (4) moeten links en rechts even lang zijn.
Met verstelmogelijkheid (3) nastellen.
- Als de hefstangen (4) in meerdere standen aan de
trekker zijn te bevestigen, is het wenselijk de achterste
stand (H) te kiezen. Hierdoor wordt de hydraulische
installatie van de trekker minder zwaar belast.
- De topstang (1) aanbrengen volgens de aanwijzingen
van de trekkerfabrikant (2).
Instelling tijdens het transport
- De hefarmen met de stabilisatoren (5) zo vastzetten,
dat de aangekoppelde machine tijdens het transport
niet kan uitzwenken.
- De bedieningshendel van de hydraulische regeling moet
zijn vastgezet om zakken te voorkomen.
Hydraulische regeling aan hefinstallatie
Positieregeling:
Voor het aan- en afbouwen van de machine en tijdens
transport.
De positieregeling is de normale instelling van de
hefinrichtingshydrauliek.
De aangekoppelde machine blijft in de hoogte (= positie)
die via het regelventiel (ST) is ingesteld.
Voorbereidingen aan de machine
Aanbouwas
De aanbouwas dient te worden gekozen in
overeenstemming met de aansluitmaat (categorie
II of III) aan de hefinstallatie van de tractor. Zie ook
reserveonderdelenlijst.
Instelling aanbouwbok bij variant NOVA
Bij de variant NOVA moet de aanbouwbok licht naar
voren hellen.
(1) voorste v
erbinding met de machine: onderste gat
gebruiken
(2) achterste verbinding met de machine: voorste gat
gebruiken
138-12-19
1
2
AANWIJZING
Risico op materiële schade doordat de adviezen in de
handleiding niet worden gevolgd of door eigenhandig
verstellen.
Stel de machine volgens de gegevens in de
handleiding in.
NL
AANBOUW AAN DE TREKKER
- 10 -
1800_NL-AANBOUW_9791
Veranderen van arbeidspositie in
transportpositie
WAARSCHUWING
Risico op dodelijk letsel of andere zware verwondingen
door kantelen van de machine op oneffen, hellend
terrein of losse bodem.
Voer het klappen van de machine van ar-
beids- in transportpositie en omgekeerd al-
leen uit op een vlakke, stevige ondergrond.
WAARSCHUWING
Risico op dodelijk letsel of andere zware verwondingen
wanneer personen zich ophouden in de gevaren- of
zwenkzone van de klapvelden.
Stel vast of de zwenkruimte vrij is en of zich
verder geen personen in de gevarenzone
bevinden, voordat met de klapprocedure
wordt begonnen.
- Regelventiel (ST) op 'HEFFEN' zetten
De zijdelen van de machine worden in de 'transportpositie'
gezwenkt.
- Hydraul. afsluitkraan (A) afsluiten
Aanbouw aan de trekker
- Trekkerhydrauliek in positieregeling schakelen.
- Machine aan de hefarmen aankoppelen en met een
splitpen borgen.
De topstang (1) monteren
- Topstang (1) zo vastzetten dat het aansluitpunt (P1)
aan de machine ook tijdens de werkzaamheden iets
hoger ligt dan het aansluitpunt (P2) aan de tractor.
Aankoppelen van de hydraulische
slangen
Dubbelwerkend regelventiel
- Drukleiding (1) en retourleiding (2) aansluiten
NL
AANBOUW AAN DE TREKKER
- 11 -
1800_NL-AANBOUW_9791
Transportpositie:
< 3m
TIP
De transportbreedte voor de SYNCRO 3530 -nova is
3,5m. Deze afmeting is in sommige landen te breed voor
de maximaal toelaatbare transportbreedte.
Veranderen van transport- in
arbeidspositie
- Hydraul. afsluitkraan (A) openen
- Controleer of het zwenkbereik vrij is en of zich geen
personen binnen de gevarenzone bevinden.
- Regelventiel (ST) kort in positie 'HEFFEN' brengen, tot
de transportbeveiliging is ontlast en ontgrendeld.
AANWIJZING
AANWIJZING
Risico op materiële schade als de transportbeveiliging
niet voor de klapprocedure wordt losgemaakt.
Ontlast de transportbeveiliging, en maak
deze los, voordat de klapvelden van de
transportpositie in de arbeidspositie worden
gezwenkt.
- Regelventiel (ST) in positie 'DALEN' brengen
De zijdelen van de machine worden in de 'arbeidspositie'
gezwenkt.
Arbeidspositie:
A
X
X = 3 m (SYNKRO 3030 -nova)
X = 3,5m (SYNKRO 3530 -nova)
X = 4 m (SYNKRO 4030 K/T -nova)
X = 5 m (SYNKRO 5030 K/T -nova)
X = 6 m (SYNKRO 6030T -nova)
Rijden op de openbare wegen:
• Let op de wettelijke nationale voorschriften.
In bijlage C bevinden zich aanwijzingen voor het
aanbrengen van verlichting, zoals geldt voor Duitsland.
• Onderdelen en montage
- zie reserveonderdelenlijst
Rijden op de openbare weg mag alleen volgens de
instructies in het hoofdstuk 'Transportpositie'.
Totale breedte van het werktuig in arbeidspositie:
meer dan 3m
Totale breedte in transportpositie:
zie techn. gegevens
Wegzetten, schoonmaken en winterklaar maken
van de machine
Let op de aanwijzingen in het hoofdstuk ‘ONDERHOUD’!
NL
AANBOUW AAN DE TREKKER
- 12 -
1800_NL-AANBOUW_9791
Gebruik van extra machines
Bijkomende uitrusting, zoals de Drillbox (DB),
overeenkomstig de instructies van de fabrikant aan de
machine monteren.
De machine mag niet worden overladen. Raadpleeg in
geval van twijfel onze klantenservice.
Let bovendien op de capaciteitsgrenzen van de gebruikte
trekker.
- 13 -
1800_NL-INS
TELLINGEN_9791
NL
INSTELLINGEN
Holle schijven
Dienen voor het gelijkmatig effenen van het bodemoppervlak.
Holle schijven instellen
Deze instelling dient te worden aangepast aan de
werkomstandigheden (bodemsoort, rijsnelheden en
stro op de bodem).
De holle schijven in principe met de gewenste werkdiepte
meeversteld.
Een fijnafstelling is daarna nodig.
345
Egaliseertanden (optie)
Dienen, als alternatief voor de holle schijven, voor het
gelijkmatig effenen van het bodemoppervlak.
Egaliseertanden instellen
Deze instellingen dienen te worden aangepast aan de
werkomstandigheden (bodemsoort, rijsnelheid en stro
op de bodem).
1. Boven - beneden
naar boven:
1. Plaats de excenterhendel (1) in het eerstvolgende
erbovenliggende gat.
1
2
2. Verwijder de veiligheidsbout (2)
3. Druk de excenterhendel (1) naar beneden, om de
tanden te heffen.
4. Veiligheidsbout (2) weer plaatsen
Instellingen voor het gebruik
1. De machine moet in horizontale positie aan de trekker
zijn aangebouwd, hij mag niet naar één kant hellen.
2. De voorste en de achterste - moeten even diep in de
bodem steken (werkdiepte).
Het frame moet, in de langsrichting gezien, parallel ten
opzichte van het veldoppervlak liggen.
3. De trekarm (4) zo fixeren dat het werktuig niet zijwaarts
kan uitzwenken.
Uitrustingsvarianten en
slijtageonderdelen
Starre tanden (basisuitrusting)
344-05-14
7
6
Geveerde tanden (optionele uitrusting)
(zie reserveonderdelenlijst)
- Basisinstelling = 345 mm
Slijtageonderdelen
- zijn aan de tanden vastgeschroefd en kunnen daarom
voordelig worden vervangen.
- 14 -
1800_NL-INS
TELLINGEN_9791
INSTELLINGEN
NL
2. Verstel de hellingshoek binnen het langsgat (3) in
de gewenste richting.
3. De schroef (2) weer vastmaken.
Overbelastingsbeveiliging
Breekbouten
De tanden zijn bevestigd met breekbouten.
Bij overbelasting breekt de breekbout (7) en het
ploeglichaam zwenkt naar boven weg.
344-05-14
7
6
- Restant van de breekbout verwijderen.
- Zeskantschroef (6) losmaken.
- Tand weer in werkpositie terugbrengen.
- Nieuwe breekbout plaatsen en beide bouten weer
vastdraaien.
AANWIJZING
Risico op materiële schade bij het gebruik van niet
originele vervangende onderdelen.
Gebruik alleen originele breekbouten (zie
reserveonderdelenlijst) met de juiste afme-
tingen en kwaliteit. Gebruik in geen enkel
geval bouten met een grotere of geringere
sterkte.
naar beneden:
1. Plaats de excenterhendel (1) in het daaropvolgende
erbovenliggende gat.
1
2
2. Verwijder de veiligheidsbout (2)
3. Druk de excenterhendel (1) naar boven, om de
tanden te laten zakken.
4. Veiligheidsbout (2) weer plaatsen
2. Voor - achter
1. Verschuif de tanden langs de horizontale as van de
machine naar voren en achteren
2. Fixeer met de schroeven.
1
2
TIP
De drie achterste gaten (2) zijn bedoeld voor de
bevestiging van de naloper.
3. Hellingshoek
2
3
1. Maak de schroef los (2)
- 15 -
1800_NL-INS
TELLINGEN_9791
INSTELLINGEN
NL
Kouter snelwissel
1. Wisselsleutel (1) plaatsen.
2. Op vergrendelingsknop (2) drukken.
3. Kouter met een hamerslag losmaken.
4. Nieuwe kouter plaatsen.
Tastwiel (optionele uitrusting)
Instellen van de hoogte:
1. Handslinger (1) 180° naar boven draaien. De greep
wijst nu naar boven.
2. Handslinger (1) draaien tot de gewenste arbeidsdiepte
is bereikt.
3. Handslinger (1) weer in parkeerpositie brengen.
1
2
TIP
Voor de oriëntering is een schaalverdeling (2) voor
de arbeidsdiepte aan de ophanging van het tastwiel
aangebracht. Deze schaalverdeling dient als een globale
richtwaarde.
Tastwiel voor variant T
Instellen van de hoogte:
1. Borgpen (2) voor de beveiliging van de ratel verwijderen.
2. Draairichting van de schroefdraadarm met hulp van de
hendel (3) instellen (2 posities 'onder' en 'boven').
3. Met pompbewegingen aan de ratel (1) de gewenste
arbeidsdiepte instellen.
4. Ratel weer in de parkeerpositie brengen en met borgpen
(1) beveiligen.
3
2
1
4
TIP
Voor de oriëntering is een schaalverdeling (4) voor
de arbeidsdiepte onder de ratel aangebracht. Deze
schaalverdeling dient als een globale richtwaarde.
- 16 -
1801-NL_MULTILINE_9791
NL
MULTILINE
Multiline (optionele uitrusting)
1. Overzicht:
- hydraulische dissel (1)
- Chassis met bandenpakkerwals (2)
- Hefinrichtingscilinder voor Vitasem (3)
- Hefinrichtingscilinder voor (4) cultivator
1
2
3
2. Regeling:
De hefinrichting wordt bediend via een dubbel werkend
regelventiel.
3. Transportstand
AANWIJZING
AANWIJZING
Risico van materiële schade aan assen en framedelen
bij overschrijding van de maximum toegestane aslast
bij de transportrit.
Maak het zaadreservoir van de rijenzaai-
machine leeg voor een transportrit op de
openbare weg.
1. Machine met regelventiel heffen (witte cilinder)
2. Vitasem met regelventiel boven chassis heffen (rode
cilinder [3]).
(Master-slave verbinding van de cilinder zorgt ervoor
dat het heffen rustig en parallel aan de bodem
gebeurt)
3. Afsluitkraan op de dissel sluiten.
Afsluitkranen gesloten Afsluitkranen geopend
Bovenste afsluitkraan blokkeert de witte cilinder van
de machine.
Onderste afsluitkraan blokkeert de rode cilinder van
het chassis.
4. Messenbalk aan beide zijden van een gatpositie naar
binnen schuiven om de wettelijke transportbreedte
niet te overschrijden.
5. Hefarm van de trekker zo instellen dat de beide
assen van de bandenpakkerwals bij het remmen
gelijkmatig worden belast.
Richtwaarde: ~700 mm (grond tot midden bout)
4. Arbeidspositie:
1. Bovenste afsluitkraan openen.
Bovenste afsluitkraan sluit de heffunctie van de
schijveneg.
2. Lijn aantrekken om over te schakelen op
randschijvenomklapping.
3. Met behulp het regelapparaat de randschijven laten
zakken.
4. Onderste afsluitkraan openen.
Onderste afsluitkraan sluit de heffunctie van de
rijenzaaimachine.
5. Gewenste werkdiepte kiezen.
6. Machine met behulp van hefinrichting en machinelood
instellen.
- 17 -
1801-NL_MULTILINE_9791
MULTILINE
NL
5. Afkoppelen van de zaaimachine (solorit met
de machine)
1. Zaaimachine middels regelventiel heffen
2. Bovenste afsluitkraan van de zaaimachine sluiten
3. Werkdiepte van de zaaimachine aan beide zijden
terugzetten op 0
4. Achterste parkeersteunen aan beide zijden plaatsen
en beveiligen
5. Zaaimachine met behulp van regelappaaat laten
zakken en zacht laten zakken op de achterste
steunen.
6. Topstang (1) tussen zaaimachine en multiline
mechanisme verwijderen
1
7. Alle kabele en leidingen tussen zaamachine en
landbouwmachine afkoppelen
8. Zaaimachine opheffen zodat de voorste steunen
kunnen worden ingeschoven
9. Voorste parkeersteunen aan beide zijden plaatsen
en beveiligen
10. Verbindingsbeugels (2) tussen zaaimachine en
schijveneg op beide zijden openen en vastmaken.
De verbindingsbeugels bevinden zich aan de
buitenzijden van de machine.
2
11. Onderstel middels regelventiel helemaal laten
zakken.
12. Met de schijveneg van onder de zaaimachine
wegrijden.
6. Aanhangen van de zaaimachine: in logisch
omgekeerde volgorde
Hoogte-instelling van de messenbalk
De messenbalk dient voor de gelijkmaking van de grond
tussen de banden van de bandenpakker.
Hoe lager u de messen instelt, hoe meer druk er komt op
de messenbalk.
Blokkeren van de messenbalk:
Bij moeilijke werkomstandigheden (moeilijke bodem, nat)
kan ook zonder messenbalk worden gereden.
1. Hef de messenbalk op
2. Sluit de afgebeelde hydraulische kraan (11) om de
messenbalk in opgeheven positie te blokkeren. De
hydraulische kraan bevindt zich aan het multiline-onderstel
in rijrichting links voor van de bandenpakkerwals.
11
- 18 -
1801-NL_MULTILINE_9791
MULTILINE
NL
Onderhoud:
a. Smering
1. Dissel: twee smeerpunten (6) aan beide assen
6
2. Onderstel lager van bandenpakkerwals geremd
4x opslag van de bandenpakkerwals (geremd)
1
2b.
Onderstel lager van bandenpakkerwals ongeremd
8x opslag van de bandenpakkerwals (1)(ongeremd)
1
3. Chassis: Hefcilinder van de zaaimachine: steeds 3
smeerpunten (9) per hefcilinder links en rechts
9
b. Bandenspanning bandenpakkerwals (=
chassis Mulitiline): 4,0 bar
Heffen van de machine
De machine mag alleen aan punt 1, zie afbeelding, met
een wagenhefinrichting worden geheven. Dit punt bevindt
zich aan de naloper aan de linker en de rechter zijde van
de machine.
1
GEVAAR
Levensgevaar - door kantelen van de machine!
Voer een bandenwissel met wagenhefi nrich-
ting in arbeidspositie uit.
- 19 -
1801-NL_MULTILINE_9791
MULTILINE
NL
Afkoppelen van de trekker
GEVAAR
Levensgevaar - bij onvoorspelbare bewegingen van
trekker of machine
Plaats de trekker alleen op een stevige en
vlakke ondergrond.
De trekker tegen onbedoeld wegrollen
beveiligen.
Zet de motor af.
Verwijder de sleutel.
Beveilig de machine met steunelementen
tegen kantelen.
1. Machine middels blokken beveiligen.
2. Steunpoot (5) uitschuiven en bout (6) insteken
3. Hydraulische slangen en elektrische kabels afkoppelen
4. Machine van de trekkerhydrauliek afkoppelen
5. Anti-diefstalbeveiliging (7) links en rechts op de dissel
plaatsen
7
6. Anti-diefstalbeveiliging (7) met hangslot beveiligen
7
Aanbouw aan de trekker
WAARSCHUWING
Risico op ernstige verwonding door beknelling bij
het aankoppelen van de machine aan de hefarm!
Let er bij het aankoppelen aan de hefarm
vooral op dat u niet bekneld raakt, of ergens
tussen geraakt.
1. Tractor-hefarm in het midden fixeren. De hydraulische
hefarm (U) zo fixeren dat de machine niet zijdelings
kan pendelen.
2. - Trekkerhydrauliek in positieregeling schakelen.
3. - Machine aan de hefarmen aankoppelen.
4. Koppelbout (1) op de juiste manier beveiligen
5. Aankoppelen van de hydraulische slangen
* Dubbele regelventielen
* Drukleiding (3) en de retourleiding (4) aansluiten
3
4
6. Aankoppelen van de elektrische kabels
7. De steunpoot (5) in transportpositie omhoogtrekken
5
6
1
8. met spiebout (6) beveiligen.
- 20 -
1801_NL-STRIEGELBALKEN_9791
NL
TANDHOUDERBALK
Overzicht
189-15-07
1,2
1,2
3,4
3,4
5
6,7
6,7
5
6,7
6,7
1,2
1,2
Tandhouderbalk (alleen
aanbouwmachines)
1. Geïntegreerde achteruitrijbeveiliging:
Als een tandhouder bij het achteruit rijden in de bodem
blijft steken, kan de gehele tandhouderbalk, dankzij de
positie om de bout (1) in rijrichting draaien. Dit voorkomt
dat de balk afbreekt.
2. Tandhouderslijtage:
De geïntegreerde achteruitrijbeveiliging beschikt over nog
een andere positie (2). Plaats de bout in positie (2), als
de tandhouders in positie (1) de bodem niet meer raken.
1
2
TIP
Plaats de beide bouten - links en rechts op de
tandhouderbalk - altijd in dezelfde positie.
3. Zijdelingse bewegelijkheid:
Elke tandhouder kan individueel zijdelings worden bewogen
aan de balk.
Maak de beide schroeven (3) aan de gewenste tandhouder
los en verschuif de tandhouder zijwaarts.
4. Montage van extra tandhouders of demontage
van afzonderlijke tandhouders:
Monteer of demonteer met behulp van de schroeven (3)
tandhouders aan de balk.
3
- 21 -
1801_NL-STRIEGELBALKEN_9791
TANDHOUDERBALK
NL
5. Instellen van de tandhouderhelling:
Met behulp van de gatenplaat (4) kan de tandhouderhelling
aan de bodem worden aangepast. Hoe verder achter (in
rijrichting) de bout in de gatenplaat wordt gestoken, des
te vlakker de tandhouder geplaatst wordt.
4
TIP
Plaats de beide bouten - links en rechts op de
tandhouderbalk - altijd in dezelfde positie.
6. Instellen van de afstand van de balk ten
opzichte van de naloper:
Afhankelijk van de gebruikte naloper is er een ideale positie
(a, b, c) voor de tandhouderbalk die rekening houdt met
zowel de bodembewerkingskwaliteit als ook de kracht die
effect heeft op de aanbouwbok.
189-15-03
A
A
b
c
Positie a: Snijringwals, rubberpakkerwals
Positie b: Ringpakkerwals
Positie c: Conussegmentwals
TIP
Plaats de beide bouten - links en rechts op de
tandhouderbalk - altijd in dezelfde positie.
7. Instellen van de tandhouderbalk op de
arbeidsdiepte van de Terradisc:
Aan de gatenplaat (5) kan de hellingshoek van de
tandhouderbalk op de arbeidsdiepte van de Terradisc
worden ingesteld.
5
TIP
Plaats de beide bouten - links en rechts op de
tandhouderbalk - altijd in dezelfde positie.
8. Vastzetten in transportpositie:
Via het zaagtandblad (6) wordt de tandenhouderbalk bij het
hoogzwenken in de transportpositie automatisch vastgezet.
6
Controleer het zaagtandblad regelmatig op vervuiling,
vooral wanneer de tandhouderbalk tijdens het transport
heen en weer beweegt.
- 22 -
1801_NL-ZIJPLAAT_9791
NL
ZIJPLAAT
Overzicht
1
2a
2b
3
4
5
6
1... Fixeerbout
2a...geperforeerde plaat voor grotere arbeidsdiepte
2b...geperforeerde plaat voor kleinere arbeidsdiepte
3...
Zijplaat
4...
Langsgat voor hellingaanpassing
5...
Veer van de overbelastingsbeveiliging
6...
Bout voor de instelling van de arbeidsdiepte en voor
het vastzetten in transportpositie
Wegklappen in arbeidspositie
1. Fixeerbout (1) losmaken en uitnemen
1
2. Zijplaat handmatig wegklappen
3. Fixeerbout (1) in onderste gat plaatsen en borgen
1
TIP
Bij werkzaamheden moet de zijplaat naar achteren kunnen
uitwijken. Steek de bout (6) van de arbeidsdiepte-instelling
in het gewenste gat. De bout (6) moet daarbij voor het
blok worden geplaatst en niet erdoorheen.
6
- 23 -
1801_NL-ZIJPLAAT_9791
ZIJPLAAT
NL
Opklappen in transportpositie
TIP
Klap de zijplaat bij transport over de weg altijd op, zo-
dat de wettelijk toegestane transportbreedte niet wordt
overschreden.
TIP
Bij het opklappen moet de zijplaat zijn gefixeerd, zodat
deze niet gaat glijden. Plaats daarvoor de bout (6) ar-
beidsdiepte-instelling in het blok.
6
1. Fixeerbout losmaken en uit het onderste gat nemen
1
2. Randplaat handmatig opklappen
3. Fixeerbout in bovenste gat plaatsen en borgen
1
Principiële arbeidsdiepte instellen
Stel de principiële arbeidsdiepte van de cultivator in door
de zijplaat boven geperforeerde plaat 1 (voor kleinere
arbeidsdiepte) of geperforeerde plaat 2 (voor grotere
arbeidsdiepte) te monteren.
Geperforeerde plaat 2
Geperforeerde plaat 1
Geperforeerde plaat 1
Fijnafstelling van de arbeidsdiepte
1. De afstand tussen bodem en zijplaat moet ca. 3 cm
bedragen.
3 cm
3 cm
- 24 -
1801_NL-ZIJPLAAT_9791
ZIJPLAAT
NL
2. Stel de arbeidsdiepte van de cultivator in op de
geperforeerde plaat (1-5). Zie tabel.
1
2
3
4
5
0
Arbeidsdiepte
(Geperforeerde
plaat 1)
Arbeidsdiepte
(Geperforeerde
plaat 2)
Boring 1
5 cm 14 cm
5 cm 14 cm
Boring 2
8 cm 17 cm
8 cm 17 cm
Boring 3
12 cm 21 cm
12 cm 21 cm
Boring 4
17 cm 25 cm
17 cm 25 cm
Boring 5
20 cm 30 cm
20 cm 30 cm
AANWIJZING
AANWIJZING
Risico op materiële schade door fixeren van de bout
in boring 0.
Fixeer de bout voor de arbeidsdiepte niet in
boring 0. Deze moet vrij blijven!
Helling van de zijplaat instellen
De helling van de zijplaat moet via het langsgat (4) worden
ingesteld.
Stel de zijplaat principieel parallel ten opzichte van de
bodem in. Bij grotere aardappelen kan de hoek van de
zijplaat tot max. 5° steiler worden ingesteld.
Overbelastingsbeveiliging
Controleer de veer van de overbelastingsbeveiliging (5)
voor iedere rit op vervuiling. Indien nodig reinigen.
Onderhoud
Smeernippels (7) om de 50 uur met vet smeren.
7
Begin van de werkzaamheden
1. Controleer de juiste manier van aanbouwen.
Voor ingebruikname alle boutverbindingen controleren
of deze vastzitten, en evt. aanhalen.
2a. Instellen van de werkdiepte hydraulisch:
VOORZICHTIG
Risico van een lichte of gemiddelde verwonding
wanneer in de gevarenzone wordt verbleven.
Controleer of zich niemand in de gevaren-
zone rond de machine bevindt voor u de
werkdiepte instelt.
De instelling van de werkdiepte gebeurt via het
dubbelwerkende regelapparaat aan de trekker. Beide
draagarmen en indien aanwezig de beide hydraulische
tastwielen worden ingesteld. Holle schijf en naloper
worden daarbij parallel via de geometrie ingesteld.
Op de, in de rijrichting, rechter hydraulische cilinder is een
schaal aangebracht voor de werkdiepte. "-10" betekent
dat de tanden zich ca. 10 cm boven de akkergrond
bevinden. "0" betekent dat de tanden nog net niet in
de grond steken. "30" is de maximale werkdiepte, die
op 30 cm ligt.
of
2b. Instellen van de werkdiepte mechanisch:
A Werkdiepte:
1. Trek de fixeerbout eruit.
2. Stel de aanslag op de gewenste werkdiepte in. Hoe
verder de aanslag naar achteren wordt geschoven, des
te groter is de werkdiepte.
3. Plaats de fixeerbout in de gewenste boring.
B: Naloper fixeren:
1. Trek de fixeerbout eruit.
2. Stel de aanslag op de gewenste werkdiepte in.
3. Plaats de fixeerbout in de gewenste boring.
A
A
A
b
hogere
werkdiepte
geringere
geringere
geringere
werkdiepte
Altijd beide bouten omsteken!
Basisinstelling van de egalisatietanden: 3cm in de bodem
steken
Basisinstelling van de holle schijven: 1/3 van de totale
arbeidsdiepte.
TD 34/95/20
5
2/3
1/3
3a. Holle schijf (links en rechts) in de arbeidspositie
(A) zwenken
Daarvoor de bout (7) op de juiste plaats steken.
of
NL
- 25 -
1800_NL-GEBRUIK_9791
GEBRUIK
3b. Egalisatietanden in arbeidspositie zetten
Daarvoor veiligheidsbouten (8) verwijderen
Dan buitenste tanden (links en rechts) uittrekken en
met veiligheidsbouten (8) vastzetten
8
TIP
Is uw machine uitgerust met egalisatietanden en zijplaten,
demonteer dan steeds de buitenste egalisatietanden links
en rechts. Deze zijn in combinatie met een zijplaat niet
functioneel noodzakelijk.
4. Werktuig met de hefinrichting van de tractor
tot op de bodem laten zakken.
Rij enkele meters het veld in en controleer vervolgens
de arbeidsdiepte en het toedekken van de tandgroeven.
5. De tandhelling, indien noodzakelijk, aan de
arbeidsomstandigheden aanpassen (SK, EX).
Pos. B: De tanden naar achteren zwenken
(pos. B), wanneer de gewenste arbeids-
diepte niet wordt bereikt, bijv. bij zeer
dichte bodem.
Pos. N: Normale positie van de tanden.
SK
B
N
344-05-11
NL
- 26 -
1800_NL-GEBRUIK_9791
GEBRUIK
- 27 -
1800_NL-Algemeen-Onderhoud_BA
NL
Parkeren in de open lucht
Als de machine langere tijd in de open lucht moet blijven
staan, moe
ten de cylinderstangen worden ge
rei
nigd en
worden ingevet.
FETT
TD 49/93/2
Reinigen van machinedelen
Let op!
Gebruik geen hogedrukreiniger voor het reinigen
van lagers en hydraulische delen.
- Kans op roestvorming!
- Na het reinigen de machine volgens het smeerschema
doorsmeren en de machine korte tijd laten draaien.
- Reinigen met te hoge druk kan beschadigingen aan de
lak veroorzaken.
Veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
Letselgevaar door bewegende of roterende
onderdelen.
Voer het onderhoud pas uit wanneer u het apparaat
veilig en stabiel buiten bedrijf hebt gesteld
op een vlakke, vaste ondergrond.
met wielblokken heeft beveiligd tegen weg-
rollen.
de motor van de trekker uitgeschakeld is en
de aftakas stationair is.
alle bewegende of roterende delen (in het
bijzonder de maaischijven) tot stilstand
gekomen zijn. (Hoortest!)
de contactsleutel van de trekker uitgetrok-
ken is.
Indien nodig de cardanas demonteren.
Levensgevaar wanneer men te lang onder de machine
blijft staan
Onderdelen waaronder u zult blijven staan
goed ondersteunen.
WAARSCHUWING
Risico op zware verwonding door lekkende olie
Let op opengescheurde of klemzittende
plekken op de slang.
Maak de koppelingen van olieslangen en
-contactdozen voor elke koppeling schoon!
Draag geschikte beschermende kleding.
AANWIJZING
AANWIJZING
Materiële schade door vuil in he
t hydraulisch systeem
Maak de koppelingen van olieslangen en
-contactdozen voor elke koppeling schoon!
Algemene onderhoudsaanwijzingen
Leef de volgende aanwijzingen na om de machine
gedurende langere tijd in goede conditie te houden:
- Na de eerste gebruiksuren alle bou
ten en moeren
natrekken.
Speciaal gecontroleerd moeten worden:
Mesbouten bij maaiers
Bouten in de tandbevestiging van schudders en van
zwadharken
Winterklaar maken
- De machine voor de
winter goed schoon maken.
- Beschermd tegen weersinvloeden wegzetten.
- Olie verversen of bijvullen
- Blanke delen tegen roest beschermen.
- Alle smeerpunten doorsmeren.
- Terminal losmaken, droog en vorstvrij bewaren.
Reserve-onderdelen
a.
Originele onderdelen en toebehoren
zijn speciaal voor
deze ma
chi
nes en werk
tui
gen ont
wik
keld.
b. Wij maken u er uitdrukkelijk op
attent dat niet door ons
geleverde originele onderdelen en toebehoor ook niet
door ons zijn ge
con
tro
leerd en vrijgegeven.
c. De inbouw en/of het gebruik van dergelijke producten
kan daarom de constructie en de eigenschappen van de
machine eventueel negatief veranderen of beïnvloeden.
Voor schade die ontstaat door het gebruik van niet-
originele onderdelen en toebehoor kan de fabrikant in
geen geval aansprakelijk worden gesteld.
d. Eigenhandig aangebrachte wijzigingen en het gebruik
van bouw- en aanbouwelementen aan de machine
vallen buiten de aansprakelijkheid van de producent!
ALGEMEEN ONDERHOUD
- 28 -
1800_NL-Algemeen-Onderhoud_BA
NL
Hydraulische installatie
Let op verwondings- en infectiegevaar!
Vloeistoffen die onder hoge druk uittreden kunnen
de huid binnendringen en zware verwondingen
veroorzaken. Raadpleeg in dat geval onmiddellijk een
arts!
Voordat de hydraulische leidingen worden aangesloten,
moet worden gecontroleerd of de hydraulische installatie
geschikt is voor de tractor.
Na de eerste 10 bedrijfsuren en alle volgende 50
bedrijfsuren
- Hydraulisch aggregaat en leidingen controleren op lekkage
en evt. schroefverbindingen aandraaien.
Voor iedere ingebruikname
- hydraulische slangen op slijtage controleren.
Versleten of beschadigde hydraulische slangen moeten
direct worden vervangen. De nieuwe slangen moeten
voldoen aan de techn. eisen van de producent.
Slangen zijn onderhevig aan een natuurlijke veroudering,
gebruiksduur niet langer dan 5-6 jaar.
Cardanassen
- zie ook de aanwijzingen in de bijlage
Voor het plegen van onderhoud in acht nemen!
In principe gelden de aanwijzingen die in de handleiding
worden gegeven.
Als hier geen speciale aanwijzingen worden gegeven,
gelden de aanwijzingen in de meegeleverde handleiding
van de betreffende cardanassenproducent.
ALGEMEEN ONDERHOUD
- 29 -
1800-NL ONDERHOUD_9791
NL
ONDERHOUD
Veiligheidsaanwijzingen
Voor het verrichten van instel-, onderhouds- en reparatie-
werkzaamheden motor uitschakelen.
* Werkzaamheden onder de machine mogen alleen worden
uitgevoerd met een veilige ondersteuning.
- Na de eerste bedrijfsuren alle bouten natrekken.
Reserve-onderdelen
a. Originele onderdelen en toebehoor zijn speciaal voor
de machines of apparatuur ontworpen.
b. Wij maken U er uitdrukkelijk op attent dat niet door ons
geleverde originele delen en toebehoren ook niet door
ons gecontroleerd en vrijgegeven zijn.
c. Montage en/of gebruik hiervan kan daarom onder bepaalde
omstandigheden de constructieve eigenschappen van
uw machine wijzigen of negatief beïnvloeden. De
fabrikant kan niet
aansprakelijk worden gesteld voor
schade ontstaan door het gebruik van niet originele
delen en toebehoren.
d. Zelfstandig wijzigingen aanbrengen of het monteren
van aanbouwdelen o.i.d. aan de machine sluit iedere
aansprakelijkheid van de fabrikant uit.
Hydraulische installatie
Let op verwondings- en infectiegevaar!
Vloeistoffen die onder hoge
druk uittreden kunnen de
huid binnendringen en zware
verwondingen veroorzaken.
Raadpleeg in dat geval
onmiddellijk een arts!
Na de eerste 10 bedrijfsuren en alle volgende
50 bedrijfsuren
- Controleer of het hydraulisch aggregaat en de leidingen
dicht zijn. Eventueel schroefverbindingen aandraaien.
Voor iedere ingebruikname
- Hydraulische slangen controleren op slijtage.
Versleten of beschadigde hydraulische slangen moeten
direct worden vervangen. De nieuwe slangen moeten
voldoen aan de techn. eisen van de producent.
Reinigen van machinedelen
Let op!
G e e n
hogedrukreiniger
gebruiken voor het
reinigen van lagers
en van hydraulische delen.
- Kans op roestvorming!
- Na het reinigen van de machine deze volgens het
smeerschema doorsmeren en de machine een korte
tijd laten draaien.
- Reinigen met te hoge druk kan beschadigingen aan
de lak veroorzaken.
Winterklaar maken
- Machine grondig reinigen
- Daarna alle smeerpunten smeren en het smeermiddel
in de lagers gelijkmatig verdelen (bijv. door de
machine even te laten proefdraaien)
- Blanke delen tegen roest beschermen
- Zet de machine beschermd tegen weer en wind weg
Verwerking van niet-bruikbare machine-
onderdelen
Machines die aan het eind van hun levensduur zijn gekomen,
dienen volgens de wettelijke voorschriften met betrekking
tot afvalverwerking te worden afgevoerd.
- 30 -
1800-NL ONDERHOUD_9791
ONDERHOUD
NL
100 ha20h
8h
495.777
Om de 100 hectare:
• Lagerbussen controleren op slijtage
- Versleten lagerbussen vervangen!
Om de 20 bedrijfsuren:
• Lageringen smeren
Om de 8 bedrijfsuren:
• Schroeven aanhalen
Beschrijving van de sticker
Smeerplaatsen
Lager
• Tandenrol 'Rotopack'
Staafrol
• Geveerde tanden
• Naloper
FETT
Smeernippel voor tastwiel bij variant T
met vet (IV) om de 20 bedrijfsuren smeren. (Deze smeernippels moeten aan beide tastwielen worden gesmeerd)
- 2x smeernippel (1) aan beide kanten aan de loopas van het tastwiel
. 2x smeernippel (2) schroefdraadarm onder de ratel
- 1x smeernippel (3) aan de ophangas van het tastwiel
Na de eerste 10 bedrijfsuren ophangmoer aanhalen.
1
2
3
- 31 -
1800-NL ONDERHOUD_9791
ONDERHOUD
NL
Vervangen van de geleideplaten
- 32 -
1800-NL ONDERHOUD_9791
ONDERHOUD
NL
- 33 -
1800-NL ONDERHOUD_9791
ONDERHOUD
NL
- 34 -
1800-NL ONDERHOUD_9791
ONDERHOUD
NL
NL
- 35 -
0900_NL-SCHAR-VARIANTEN_0965
KOUTERVARIANTEN
1. Puntkouter met vleugelkouter
(standaard)
Werkdiepte, verkruimelingsdiepte: 5 - 15 cm
Losmaking: zeer goed
Vermenging: zeer goed
Gelijkmaking: zeer goed
Zonder vleugelkouter: diepere bewerking
Met vleugelkouter: bewerking over de hele oppervlakte
Koutervarianten
3. Dubbelhartkouter met vleugel
(optionele uitrusting)
Werkdiepte, verkruimelingsdiepte: 5 - 15 cm
Losmaking: zeer goed
Vermenging: zeer goed
Gelijkmaking: zeer goed
Zonder vleugelkouter: diepere bewerking
Met vleugelkouter: bewerking over de hele oppervlakte
Dubbelhartkouter is omkeerbaar en kan dus 2 maal gebruikt
worden
Geen leiplaat
2. Puntkouter alleen
(gereduceerde prijs)
Werkdiepte, verkruimelingsdiepte: 10 - 30 cm
Losmaking: zeer goed
Vermenging: vanaf 10 cm goede vermenging
Gelijkmaking: zeer goed
Zonder vleugelkouter: diepere bewerking
NL
KOUTERVARIANTEN
- 36 -
0900_NL-SCHAR-VARIANTEN_0965
4. Dubbelhartkouter alleen
(optionele uitrusting)
Werkdiepte, verkruimelingsdiepte: 10 - 30 cm
Losmaking: zeer goed
Vermenging: vanaf 10 cm goede vermenging
Gelijkmaking: zeer goed
Zonder vleugelkouter: diepere bewerking
Dubbelhartkouter is omkeerbaar en kan dus 2 maal gebruikt
worden
Geen leiplaat
6. Snelwisselaar met smalle kouter
(optionele uitrusting)
Werkdiepte, verkruimelingsdiepte: 10 - 30 cm
Losmaking: zeer goed
Vermenging: vanaf 10 cm goede vermenging
Gelijkmaking: zeer goed
Zonder vleugelkouter: diepere bewerking
5. Snelwisselaar met vlakke kouter
(optionele uitrusting)
Werkdiepte, verkruimelingsdiepte: 5 - 10 cm
Losmaking: zeer goed
Vermenging: zeer goed
Gelijkmaking: zeer goed
Vleugelkouter: bewerking over de hele oppervlakte
NL
KOUTERVARIANTEN
- 37 -
0900_NL-SCHAR-VARIANTEN_0965
1.
Puntkouter
met vleugel-
kouter
2.
Puntkouter
alleen
3.
Dubbelhart-
kouter met
vleugel
4.
Dubbelhart-
kouter alleen
5.
Snelwisselaar
met vlakke
kouter
6.
Snelwisselaar
met smalle
kouter
Werkdiepte,
verkruimelings-
diepte
5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm
5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm
5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm
5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm
5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm
5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm 5 - 15 cm 10 - 30 cm
Losmaking zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
Losmaking zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
Losmaking zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
Losmaking zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
Losmaking zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
Losmaking zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
Losmaking zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
Vermenging zeer goed
Vermenging zeer goed
vanaf 10
cm goede
vermenging
zeer goed
vanaf 10
cm goede
vermenging
zeer goed
vanaf 10
cm goede
vermenging
Gelijkmaking
zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed zeer goed
Verschil met
of zonder
vleugelkouter
bewerking
over de hele
oppervlakte
diepere
bewerking
bewerking
over de hele
oppervlakte
diepere
bewerking
bewerking
over de hele
oppervlakte
diepere
bewerking
Koutervarianten - overzicht
- 38 -
1800-NL TECHN. GEGEVENS_9791
NL
TECHNISCHE GEGEVENS
Alle gegevens zijn niet bindend.
Technische gegevens
Beschrijving SYNKRO
3030
-nova
Type 9791
SYNKRO
3530
-nova
Type 9792
SYNKRO
4030
K/T -nova
Type 9794
SYNKRO
5030
K/T -nova
Type 9795
SYNKRO
6030
T -nova
Type 9796
Werkbreedte [m] 3 3,5 4 5 6
Werkbreedte [m] 3 3,5 4 5 6
Werkbreedte [m] 3 3,5 4 5 6
Werkbreedte [m] 3 3,5 4 5 6
Werkbreedte [m] 3 3,5 4 5 6
Werkbreedte [m] 3 3,5 4 5 6
Transportbreedte * [m] 3 3,5 3 3 3
Transportbreedte * [m] 3 3,5 3 3 3
Transportbreedte * [m] 3 3,5 3 3 3
Transportbreedte * [m] 3 3,5 3 3 3
Transportbreedte * [m] 3 3,5 3 3 3
Transportbreedte * [m] 3 3,5 3 3 3
Werkdiepte [cm] 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30
Werkdiepte [cm] 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30
Werkdiepte [cm] 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30
Werkdiepte [cm] 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30
Werkdiepte [cm] 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30
Werkdiepte [cm] 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30 0 - 30
Aantal werktuigen 11 12 14 18 22
Aantal werktuigen 11 12 14 18 22
Aantal werktuigen 11 12 14 18 22
Aantal werktuigen 11 12 14 18 22
Aantal werktuigen 11 12 14 18 22
Aantal werktuigen 11 12 14 18 22
Afstand tussen rijen [mm] 750 750 750 750 750
Afstand tussen rijen [mm] 750 750 750 750 750
Afstand tussen rijen [mm] 750 750 750 750 750
Afstand tussen rijen [mm] 750 750 750 750 750
Afstand tussen rijen [mm] 750 750 750 750 750
Afstand tussen rijen [mm] 750 750 750 750 750
Tandafstand [mm] 270 285 280 280 270
Tandafstand [mm] 270 285 280 280 270
Tandafstand [mm] 270 285 280 280 270
Tandafstand [mm] 270 285 280 280 270
Tandafstand [mm] 270 285 280 280 270
Tandafstand [mm] 270 285 280 280 270
Framehoogte [mm] 850 850 850 850 850
Framehoogte [mm] 850 850 850 850 850
Framehoogte [mm] 850 850 850 850 850
Framehoogte [mm] 850 850 850 850 850
Framehoogte [mm] 850 850 850 850 850
Framehoogte [mm] 850 850 850 850 850
Aanbouw Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III
Aanbouw Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III
Aanbouw Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III
Aanbouw Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III
Aanbouw Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III
Aanbouw Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III Cat II, Cat III
Benodigd vermogen
vanaf
[kW/pk] 80/110 95/130 110/150 110/150 160/220
[kW/pk] 80/110 95/130 110/150 110/150 160/220
[kW/pk] 80/110 95/130 110/150 110/150 160/220
[kW/pk] 80/110 95/130 110/150 110/150 160/220
[kW/pk] 80/110 95/130 110/150 110/150 160/220
[kW/pk] 80/110 95/130 110/150 110/150 160/220
Gewicht
-
Basismachine
met geveerde
elementen
[kg]
[kg]
1000
1300
1100
1450
1750
2130
2000
2910
2650
3240
Kooirol Ø 540 / Ø 660
Dubbele kooirol
Pendelrotorpack
Snijringwals Ø 540 / Ø 600
Ringpakkerrol
Conussegmentwals
Rubber pakkerrol
Chassis
[kg]
[kg]
[kg]
[kg]
[kg]
[kg]
[kg]
[kg]
318/440
390
430
430/560
595
440
550
--
--
--
--
--
690
520
--
--
476/534
580
--
600/732
820
600
--
1100
560/634
630
--
740/850
960
720
900
1100
--
680
--
--
1100
--
1100
1100
Continu geluidsniveau <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A)
Continu geluidsniveau <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A)
Continu geluidsniveau <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A)
Continu geluidsniveau <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A)
Continu geluidsniveau <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A)
Continu geluidsniveau <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A) <70 dB (A)
Alle gegevens niet bindend
* kan in sommige landen boven de maximaal toegestane
transportbreedte liggen
- 39 -
1800-NL TECHN. GEGEVENS_9791
TECHNISCHE GEGEVENS
Alle gegevens zijn niet bindend.
NL
Typeplaatje
Het chassisnummer is te vinden op het typeplaatje, zie
afbeelding hiernaast. Bij garantieclaims, vragen over de
machine en bestellingen van reserve-onderdelen dient het
chassisnummer altijd te worden vermeld.
Het verdient daarom aanbeveling om het chassisnummer
van het voertuig of de machine direct na aankoop op het
titelblad van de handleiding over te nemen.
Typeplaatje voor de aangebouwde versie:
Typeplaatje voor de getrokken versies:
Internationaal:
Frankrijk:
La désignation
Autochargeuse
PÖTTINGER Landtechnik GmbH
AT-4710 Grieskirchen
P.T.A.C.
22.000kg
Charge maximale
techniquement admissible
1.Essieu
2.Essieu
9.000 kg
9.000 kg
Sur l'anneau d'attelage
4.000 kg
VBP00010008123456
N° de série ou
d'immatriculation
JTL0550A
Type et version
N° de réception
S.0173.05.00
Marque
Date de réception á Monthlery, le
par la DRIEE Ile de France
PÖTTINGER
08.11.2015
5501234567
N° de chassis
optionaler 40 Zeichen Te xt möglich
199 - FR
ww w. poettinger.at/poetpro
Positie van het typeplaatje
Het typeplaatje (1) bevindt zich in de rijrichting gezien
rechts voor aan het frame van de machine.
497-14-52
1
Noodzakelijke aansluitingen
1 dubbelwerkende hydraulische aansluiting - Opklappen
Bedrijfsdruk min.: 150 bar
Bedrijfsdruk max.: 200 bar
1 dubbelwerkende hydraulische aansluiting (optioneel)
- hydraulische diepteverstelling
Bedrijfsdruk min.: 150 bar
Bedrijfsdruk max.: 200 bar
- 40 -
1800-NL TECHN. GEGEVENS_9791
TECHNISCHE GEGEVENS
Alle gegevens zijn niet bindend.
NL
Gebruik conform de bestemming van de cultivator
De cultivator „SYNKRO 3030 -nova“, „SYNKRO 3030 -nova multiline", „SYNKRO 3530 -nova“, „SYNKRO 4030 K/T
-nova“, „SYNKRO 5030 K/T -nova“ en „SYNKRO 6030 T -nova“ is uitsluitend bestemd voor normaal gebruik bij
landbouwwerkzaamheden.
• Voor het voorbereiden van de bovenste laag van de akker voor zaaiwerkzaamheden.
Ieder ander gebruik geldt als niet conform bestemming.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor eventuele hieruit voortvloeiende schade; dit risico is geheel en al voor de
gebruiker.
Tot gebruik conform bestemming behoort ook het nakomen van de door de fabrikant voorgeschreven onderhouds- en
reparatievoorwaarden.
Extra uitrusting
1
Randschijf links
Randschijf rechts
(2) Verlichting
Type naloper
3
Kooirol
4
Dubbele kooirol
5
Snijringwals (alleen variant K)
6
Snijpakkerwals
7 Rubber pakkerwals
8 Conussegmentwals (alleen variant K)
9 Dubbelconussegmentwals
2
1
1381218
8
7
6
3
4
5
9
9
- 41 -
1800-NL TECHN. GEGEVENS_9791
TECHNISCHE GEGEVENS
Alle gegevens zijn niet bindend.
NL
Multiline (optionele uitrusting)
Alle gegevens met Vitasem ADD zonder optionele
uitrustingen
SYNKRO 3030
multiline
SYNKRO 3030
nova multiline
Werkbreedte 3,0 m 3,0 m
Werkbreedte 3,0 m 3,0 m
Werkbreedte 3,0 m 3,0 m
Totale arbeidsbreedte bA 3,4 m 3,4 m
Totale arbeidsbreedte bA 3,4 m 3,4 m
Totale arbeidsbreedte bA 3,4 m 3,4 m
Disselsystemen Cat II/III CAT II/III
Disselsystemen Cat II/III CAT II/III
Disselsystemen Cat II/III CAT II/III
Transportbreedte b 2,99 m
Transportbreedte b 2,99 m
Transportlengte 7,12 m 7,44 m
Transportlengte 7,12 m 7,44 m
Transportlengte 7,12 m 7,44 m
Transporthoogte h 2,32 m
Transporthoogte h 2,32 m
Basisgewicht 3600 kg 3700 kg
Basisgewicht 3600 kg 3700 kg
Basisgewicht 3600 kg 3700 kg
Asbelasting 3000 kg 3100 kg
Asbelasting 3000 kg 3100 kg
Asbelasting 3000 kg 3100 kg
Belasting 600 kg 600 kg
Belasting 600 kg 600 kg
Belasting 600 kg 600 kg
Toegelaten totaalgewicht 4000 kg 4500 kg
Toegelaten totaalgewicht 4000 kg 4500 kg
Toegelaten totaalgewicht 4000 kg 4500 kg
bA
b
- 42 -
1800-NL TECHN. GEGEVENS_9791
TECHNISCHE GEGEVENS
Alle gegevens zijn niet bindend.
NL
SYNKRO Multiline in transport / wendakkerpositie
SYNKRO Multiline in arbeidspositie
SYNKRO Multiline zonder zaaimachine
- 43 -
1201_NL-MASSBLATT_9791
NL
MATEN
Alle gegevens zijn niet bindend
SYNKRO 3030 -nova
138-12-04
1584
3894
2994
- 44 -
1201_NL-MASSBLATT_9791
MATEN
NL
Alle gegevens zijn niet bindend
SYNKRO 3530 -nova
3494
1584
3894
138-14-17
3494
- 45 -
1201_NL-MASSBLATT_9791
MATEN
NL
Alle gegevens zijn niet bindend
SYNKRO 4030 K/T -nova
138-12-05
3934
1956
3999
- 46 -
1201_NL-MASSBLATT_9791
MATEN
NL
Alle gegevens zijn niet bindend
SYNKRO 5030 K/T -nova
138-12-07
5044
3998
1956
- 47 -
1201_NL-MASSBLATT_9791
MATEN
NL
Alle gegevens zijn niet bindend
SYNKRO 6030 T -nova
138-12-07
5964
1956
4179
- 48 -
1800-NL-REM_9791
NL
REMINSTALLATIE
Algemene veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
Levensgevaar door niet functionerende remmen
De reminstallatie is een veiligheidsvoor-
ziening. Laat alle voorkomende revisie- en
reparatiewerkzaamheden aan de remmen
door een erkend mechanisatiebedrijf of door
onze klantenservice uitvoeren.
Na elke reparatie aan de remmen moet een
functiecontrole worden gedaan of proefrit
worden gemaakt, om de werking van de
remmen te waarborgen. Nieuwe trommels of
remvoeringen bereiken pas na enkele keren
remmen de optimale remwerking. Vermijd
plotselinge remacties.
Neem de onderhoudsintervallen in acht.
Houd de reminstallatie schoon.
Overzicht
1 Ontwateringsventiel
2 Persluchtreservoir
3 Remventiel
4 Leidingsfilter
Voor het rijden
1. Ontwateren van het persluchtreservoir
Het persluchtreservoir moet dagelijks, voordat
met rijden wordt begonnen worden ontwaterd.
Trek hiervoor de bout van de ontwateringsklep
met behulp van een draad naar de zijkant.
2. Aansluiten van de remslangen
Bij het aankoppelen van de remslangen moet op het
volgende worden gelet:
- de afdichtringen van de koppelingskoppen moeten
schoon zijn
- goed afdichten
- volgens de aanduidingen koppelen
'voorraad' (kleur rood) op 'voorraad'
'rem' (kleur geel) op 'rem'
• Beschadigde afdichtringen moeten vervangen worden.
- Er mag pas worden weggerreden als de luchtdruk in
het remsysteem 5,0 bar bedraagt.
3. Parkeerrem losmaken:
De vastzetrem losmaken en de slinger naar binnen
zwenken.
- 49 -
1800-NL-REM_9791
NL
REMINSTALLATIE
Reminstelling en onderhoud
1. Reminstellingen
De kleinste afmeting van de remcilinder bedraagt 122mm.
De toegelaten slag aan beide kanten bedraagt 10,5mm.
• De instelmaat van de remvoeringen bedraagt 298mm.
De instelling wordt gedaan met een stelschroef (7).
• Plunjer-slag regelmatig controleren en evt. bijstellen.
2. Reiniging van het leidingfilter
De beide leidingfilters moeten, afhankelijk van de
omstandigheden, normaal gesproken ongeveer iedere 3 - 4
maanden gereinigd worden. Voor de reiniging moeten de
sinter-filter-patronen worden gedemonteerd.
Procedure:
a) Sluitstuk (21) aan beide tongen indrukken en
schuifstuk (22) uitnemen.
b) Sluitstuk met O-ring (23), veer en sinter-filter-patroon
uitnemen.
c) De sinter-filter-patronen moeten met nitro-
reinigingsmiddel worden uitgespoeld en met
perslucht worden schoongeblazen. Beschadigde
filterpatronen moeten worden vervangen.
d) Bij het samenbouwen in omgekeerde volgorde,
moet erop worden gelet dat de O-ring (23) niet in de
geleidingssleuf van het schuifstuk in de behuizing
kantelt!
2. Remvloeistof verversen
TIP
Oude remvloeistof opvangen en volgens de lokale wetten
en voorschriften verwerken.
1. Afsluitplug aan het remvloeistofreservoir openen om
lucht in het remsysteem te laten.
2. Remsysteem op het laagste punt openen om de
remleidingen leeg te maken.
3. Alle remvloeistof uit de leiding laten lopen.
4. Remsysteem sluiten nadat alle remvloeistof uit de leiding
is gestroomd.
5. Remvloeistofreservoir met nieuwe remvloeistof bijvullen,
tot het vulpeil tussen de vulpeilmarkeringen MIN en
MAX ligt.
3. Remleidingen ontluchten
Voorwaarde:
het remsysteem is gesloten.
TIP
Voor het ontluchten van de remleidingen is iemand
nodig die de rem bedient, en iemand die de rem
ontlucht.
Herhaal de procedure net zolang tot de remvloeistof geen
lucht meer bevat.
1. Persoon 1 trapt op de rem.
2. Persoon 2 opent de aftapplug. Het remvloeistof/
luchtmengsel stroomt weg.
3. Persoon 2 sluit de aftapplug als de remvloeistof
zichtbaar geen lucht meer bevat.
4. Persoon 1 laat het rempedaal weer los.
Herhaal de stappen 1-4 bij iedere remtrommel.
5. Remvloeistofreservoir bijvullen.
- 50 -
1800-NL Hydraulisch schema_9791
NL
HYDRAULISCHE SCHEMA'S
Hydraulisch schema Synkro 3030 en Synkro 3530
442.795 442.796
442.241.007
0,8mm
2 2
1
Legenda:
1 dubbelwerkend regelapparaat van de trekker
2 instelling diepte
- 51 -
1800-NL Hydraulisch schema_9791
NL
HYDRAULISCHE SCHEMA'S
Hydraulisch schema SYNKRO 3030 en SYNKRO 3530
met Multiline
448.095
445.1.006
442.545
442.241.007
442.823
442.822
445.1.002
442.819 442.819
442.546 442.546
442.820442.821
445.1.006
1 1
2
3
4
5
6
Legenda:
1 Tractorregelventiel, dubbelwerkend
2 Dissel
3 Chassis
4 Messenhouder
5 Hefarmen
6 Diepte-aanpassing
- 52 -
1800-NL Hydraulisch schema_9791
NL
HYDRAULISCHE SCHEMA'S
Hydraulisch schema SYNKRO 4030 K/T
445.1.006 445.1.006
442.659 442.659
442.286
442.750 442.656
4 5
111
3
2
Legenda:
1 Tractorregelventiel, dubbelwerkend
2 Ontgrendeling
3 Opklappen
4 Trekdisselcilinder (optie T)
5 Onderstel (optie T)
- 53 -
1800-NL Hydraulisch schema_9791
NL
HYDRAULISCHE SCHEMA'S
Hydraulisch schema SYNKRO 5030 K/T en SYNKRO 6030 K/T
445.1.006 445.1.006
442.681
442.286
1mm
442.681
1mm
442.681
1mm
442.681
1mm
442.750 442.656
1 1 1
2
3
4 5
Legenda:
1 Tractorregelventiel, dubbelwerkend
2 Ontgrendeling
3 Opklappen
4 Trekdisselcilinder (optie T)
5 Onderstel (optie T)
- 54 -
1800-NL Hydraulisch schema_9791
NL
HYDRAULISCHE SCHEMA'S
Hydraulisch schema SYNKRO 4030 T/ 5030 T en 6030 T
met hydraulisch steunwiel
Legenda
1 dubbelwerkend regelapparaat van de trekker
2 hydraulisch steunwiel
3 hydraulische diepte-aanpassing
DW
130bar
50bar
1
2
1
2
3mm
272.40.041.0
1,5mm
272.40.040.0
BA
445.089
445.333
445.334
442.766442.765
442.798 442.797
442.241.007
3
3
2
2
1
- 55 -
1800-NL CARGO_9765
NL
ONDERSTEL
Onderstel 1)
1)
Optionele uitvoering
p
p
A = Arbeidspositie
V = Wendakkerpositie
T = Transportpositie
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Risico op verwonding met dodelijk letsel als gevolg
of een andere zware verwonding bij het omzetten
van arbeids- in transportpositie of omgekeerd op
hellingen of op een rulle ondergrond.
Het omzetten mag alleen worden uitgevoerd
op een vlakke, stevige ondergrond.
WAARSCHUWING
Risico op verwonding met dodelijk letsel als gevolg
of een andere zware verwonding door verblijf in de
gevarenzone onder de klapvelden.
Stel vast of de ruimte waarin de de klap-
velden zwenken vrij is en of zich verder
geen personen in de gevarenzone rond de
machine bevinden.
- 56 -
1800-NL CARGO_9765
NL
ONDERSTEL
Aanbouw
- Tractor-hefarm in het midden fixeren.
- De hefarmen (U) zodanig vastzetten dat de machine
niet zijwaarts kan wegzwenken.
- tegen onrustige, instabiele naloop van de machine
- Zwaaihaakas (P) aan de hefarm koppelen
- de koppelbouten (1) op de juiste manier beveiligen
- De beide neerzetsteunen (2) in transportpositie omhoog
brengen.
- met spiebout (3) beveiligen
Gebruik
Door het chassis worden de hydraulische installatie en
de hefinrichting van de tractor bij transportritten en op de
wendakker ontlast.
Arbeidspositie (A)
Het chassis met het hydraulische regelventiel heffen
- de machine rust op de bodem
Wendakkerpositie (V)
Het chassis met het hydraulische regelventiel laten
zakken
- de wielen lopen over de bodem
Transportpositie (T)
Het chassis met het hydraulische regelventiel laten
zakken
Machine in transportpositie omhoog brengen
- de wielen lopen over de bodem
NL-Anhang Titelblatt _BA-Allgemein
NL
AANHANGSEL
NL-Anhang Titelblatt _BA-Allgemein
NL
U maakt de beslissing ‘Original’ of ‘namaak? De beslissing wordt vaak op grond van
de prijs genomen. Een ‘goedkope aanschaf’ kan echter zeer duur worden.
Let dus bij de aanschaf op het ‘Original’ teken met het
klaverblad!
Kwaliteit en nauwkeurige pas
sing
- Bedrijfszekerheid
Betrouwbaar functioneren
Lagere levensduur
- Economisch werken
Beschikbaarheid
van de onderdelen
Het werken gaat beter
met Originele Pöttinger
onderdelen
Het origineel laat zich niet vervalsen…
- 59 -
1800_NL-BIJLAGEA_VEILIGHEID
BIJLAGE -A
NL
TIP
In deze handleiding worden alle plaatsen waarop de
veiligheid van personen betrekking heeft met dit symbool
aangeduid.
1) Handleiding
a. De handleiding is een belangrijk onderdeel van de
machine. Zorg ervoor dat de handleiding op de plaats
waar de machine wordt gebruikt altijd direct beschikbaar
is.
b. Bewaar de handleiding gedurende de gehele levensduur
van de machine.
c. Als de machine wordt verkocht of geruild, geef ze dan
met de machine mee.
d. Houd de veiligheids- en gevarenaanwijzingen op
de machine volledig en in leesbare toestand. De
gevarenaanwijzingen zijn belangrijk voor veilig gebruik
van de machine en dienen dus uw eigen veiligheid.
2) Gekwalificeerd personeel
a. Alleen personen die de wettelijke minimumleeftijd
hebben bereikt, die fysiek en mentaal geschikt zijn
en die erin geschoold of opgeleid zijn, mogen met de
machine werken.
b. Personeel dat noch geschoold, getraind of opgeleid is
of dat een algemene opleiding volgt, mag alleen onder
toezicht van een ervaren persoon aan of met de machine
werken.
c. Controle-, instel- en reparatiewerkzaamheden mogen
alleen door bevoegd personeel worden uitgevoerd.
3.) Uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden
a. In deze handleiding worden alleen onderhouds-,
service- en reparatiewerkzaamheden beschreven die
de exploitant zelfstandig kan uitvoeren. Alle andere
werkzaamheden mogen alleen door een vakmonteur
worden uitgevoerd.
b. Reparaties van het elektrische of hydraulische
systeem, voorgespannen veren, drukaccumulatoren,
enz.vereisen voldoende kennis, voorgeschreven
montagegereedschap en beschermende kleding en
mogen alleen door een vakmonteur worden uitgevoerd.
4.) Na onderhoudswerkzaamheden aan de
remmen
a. Na elke herstelling aan de remmen moet een
werkingscontrole resp. een proefrit worden gemaakt,
om de correcte werking van de remmen te waarborgen.
Nieuwe trommels resp. rembeslag hebben pas na
enkele keren remmen een optimale remwerking. Plots
hard remmen moet worden vermeden.
5) Aanpassingswerkzaamheden
a. Breng geen eigenmachtige aan- en ombouwingen of
veranderingen aan de machine aan. Dit geldt ook voor
de inbouw en de instelling van veiligheidsvoorzieningen
en voor het lassen of boren aan dragende delen.
6) Gebruik conform bestemming
a. Zie de technische gegevens
b. Het gebruik conform bestemming omvat ook de
inachtneming van de door de fabrikant voorgeschreven
gebruiks-, service- en onderhoudsvoorschriften.
7) Reserve-onderdelen
a.
Originele onderdelen en toebehoren
zijn speciaal
ontworpen voor de machines of apparaten.
b. Wij maken u er uitdrukkelijk op
attent dat niet door ons
geleverde originele onderdelen en toebehoor ook niet
door ons zijn ge
con
tro
leerd en vrijgegeven.
c. De inbouw en/of het gebruik van dergelijke producten
kan daarom de constructie en de eigenschappen van de
machine eventueel negatief veranderen of beïnvloeden.
Voor schade die ontstaat door het gebruik van niet-
originele onderdelen en toebehoor kan de fabrikant in
geen geval aansprakelijk worden gesteld.
d. Eigenmachtige veranderingen, evenals het gebruik
van bouw- en aanbouwdelen aan de machine sluiten
de aansprakelijkheid van de fabrikant uit.
8) Veiligheidsvoorzieningen
a. Alle veiligheidsvoorzieningen moeten op de machine
worden aangebracht en moeten in goede toestand
zijn. Versleten en beschadigde afschermingen en
beveiligingen dienen onmiddellijk te worden vervangen.
9) Vóór de inbedrijfstelling
a. Voor de aanvang van het werk moet de operator zich
vertrouwd maken met alle bedieningsinrichtingen en
met de werking ervan. Tijden het werk is dit te laat!
b. Controleer vóór elke inbedrijfstelling het voertuig of de
machine op verkeers- en bedrijfsveiligheid.
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
- 60 -
1800_NL-BIJLAGEA_VEILIGHEID
BIJLAGE -A
NL
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
10) Asbest
a. Bepaalde ingekochte onderdelen van het voertuig
kunnen om technische redenen asbest bevatten. Let
op de markering van reserveonderdelen.
11) Personen meenemen is verboden
a. Het is niet toegestaan personen mee te nemen op de
machine.
b. De machine mag alleen in de beschreven positie voor
wegvervoer op openbare wegen worden vervoerd.
12) Rijprestaties met aanhangwagens
a. De trekker moet vooraan of achteraan van voldoende
ballast worden voorzien om de stuur- en remvaardigheid
te waarborgen (min. 20% van het gewicht van de trekker
op de vooras.
20%
Kg
b. De rijprestaties worden beïnvloed door de rijbaan en
de aanbouwmachines. De manier van rijden moet
worden aangepast aan de respectieve terrein- en
bodemomstandigheden.
c. Houd bij het nemen van bochten met een aanhangwagen
ook rekening met de uitstekende lading en de
bewegende massa van de machine!
d. Houd bij het nemen van bochten met aan de trekker
gekoppelde of gemonteerde machines ook rekening
met de verder uitstekende lading en de bewegende
massa van de machine!
13) Algemeen
a. Alvorens machines aan de driepuntsophanging te
koppelen, de positiebedieningshefboom in de stand
brengen waarin heffen of neerlaten uitgesloten is!
b. Bij het koppelen van de machine aan de trekker bestaat
het risico een verwonding op te lopen!
c. Binnen het bereik van de driepuntskoppeling bestaat
het risico een verwonding op te lopen door verplettering
en knelling!
d. Bij gebruik van de buitenbediening voor de
driepuntsaanbouw niet tussen de trekker en de machine
gaan staan!
e. De geleide as alleen aan- of afkoppelen wanneer de
motor uitgeschakeld is.
f. Bij het rijden op de weg met de machine opgeheven,
moet de bedieningshendel worden vergrendeld tegen
neerlaten.
g. Alvorens de trekker te verlaten, aanbouwmachines op
de grond laten zakken. De contactsleutel uittrekken!
h. Niemand mag tussen de trekker en de machine gaan
staan zonder dat het voertuig tegen wegrollen beveiligd
is door middel van de parkeerrem en/of met wielblokken.
i. Voor alle onderhouds-, service- en
ombouwwerkzaamheden de aandrijfmotor uitzetten
en de aandrijfkoppeling verwijderen.
14) Reiniging van de machine
a. Geen hogedrukreiniger gebruiken voor de reiniging van
lager- en hydraulische onderdelen.
- 61 -
1400_NL-BETRIEBSSTOFFE
NL
prestaties en levensduur van de machines zijn afhankelijk van een zorgvuldig onderhoud en het gebruik van goede smeermiddelen.
Dit schema vergemakkelijkt de goede keuze van de juiste smeer-middelen.
Olie in aandrijvingen volgens de ge-bruiksaanwijzing
verwisselen - echter tenminste 1 x jaarlijks.
- Aftapplug er uit nemen, de olie aftappen en milieuvriendelijk verwerken.
Voor het buiten gebruik stellen (win-terperiode) de olie-wissel uitvoeren en alle vetnippel smeerpunten doorsmeren. Blanke meta
aldelen (koppelingen enz.) met een product uit groep "Iv" van de navolgende tabel
tegen corrosie beschermen.
Corrosiebescherming: FLUID 466
Smeermiddelen
Uitgave 2013
Smeermiddelen
code
I
(II)
ÖL
III
(IV)
FETT
V VI VII
V VI VII
V VI VII
caratteristica richiesta di
qualità
HYDRAULIKöL HLP
DIN 51524 Teil 2
Siehe Anmerkungen
*
**
***
Motorenöl SAE 30 gemäß API
CD/SF
Getriebeöl SAE 90 bzw. SAE 85 W-140 gemäß
API-GL 4 oder API-GL 5
Li-Fett (DIN 51 502,
KP 2K)
Getriebefließfett (DIN 51
502:GOH
Komplexfett (DIN 51 502:
KP 1R)
smeerolie SAE 90 of 85 W-140 volgens
API-GL 5
- 62 -
1400_NL-BETRIEBSSTOFFE
Firma Company
Société Societá
I
(II)
ÖL
III
(IV)
FETT
V VI VIII OPMERKINGEN
V VI VIII OPMERKINGEN
V VI VIII OPMERKINGEN
V VI VIII OPMERKINGEN
AGIP OSO 32/46/68
AGIP OSO 32/46/68
ARNICA 22/46
MOTOROIL HD 30
SIGMA MULTI 15W-40
SUPER TRACTOROIL UNIVERS. 15W-30
ROTRA HY 80W-90/85W-140
ROTRA MP 80W-90/85W-140
GR MU 2 GR SLL
GR MU 2 GR SLL
GR LFO
- ROTRA MP 80W-90
- ROTRA MP 80W-90
ROTRA MP 85W-140
* B i j
gecombineerde
werkzaamheden
met tractoren met
natte platenrem is
de internationale
specificatie J 20
A noodzakelijk
** Hydraulische
oliën H LP-(D) +
HV
***
Hydraulische
oliën op basis
van plantaardige
olie HLP + HV
Biologisch
afbreekbaar,
daarom bijzonder
milieuvriendelijk
ARAL VITAM GF 32/46/68
ARAL VITAM GF 32/46/68
VITAM HF 32/46
SUPER KOWAL 30 MULTI TURBORAL
SUPER TRAKTORAL 15W-30
GETRIEBEÖL EP 90 GETRIEBEÖL
HYP 85W-90
ARALUB HL 2 ARALUB FDP 00 ARALUB FK 2 GETRIEBEÖL HYP 90
ARALUB HL 2 ARALUB FDP 00 ARALUB FK 2 GETRIEBEÖL HYP 90
ARALUB HL 2 ARALUB FDP 00 ARALUB FK 2 GETRIEBEÖL HYP 90
ARALUB HL 2 ARALUB FDP 00 ARALUB FK 2 GETRIEBEÖL HYP 90
AVIA AVILUB RL 32/46
AVIA AVILUB RL 32/46
AVILUB VG 32/46
MOTOROIL HD 30
MULTIGRADE HDC 15W-40 TRACTAVIA HF
SUPER 10 W-30
GETRIEBEÖL MZ 90 M MULTIHYP
85W-140
AVIA MEHRZWECKFETT
AVIA ABSCHMIERFETT
AVIA
GETRIEBEFLIESSFETT
AVIALUB
SPEZIALFETT LD
GETRIEBEÖL HYP 90
EP MULTIHYP 85W-
140 EP
BAYWA HYDRAULIKÖL HLP 32/46/68
BAYWA HYDRAULIKÖL HLP 32/46/68
SUPER 2000 CD-MC *
HYDRA HYDR. FLUID *
HYDRAULIKÖL MC 530 **
PLANTOHYD 40N ***
SUPER 2000 CD-MC
SUPER 2000 CD
HD SUPERIOR 20 W-30
HD SUPERIOR SAE 30
SUPER 8090 MC
HYPOID 80W-90
HYPOID 85W-140
MULTI FETT 2
SPEZIALFETT FLM
PLANTOGEL 2 N
GETRIEBEFLIESSFETT
NLGI 0
RENOLIT DURAPLEX
EP 00 PLANTOGEL 00N
RENOPLEX EP 1 HYPOID 85W-140
RENOPLEX EP 1 HYPOID 85W-140
BP ENERGOL SHF 32/46/68 VISCO 2000
BP ENERGOL SHF 32/46/68 VISCO 2000
BP ENERGOL SHF 32/46/68 VISCO 2000
ENERGOL HD 30
VANELLUS M 30
GEAR OIL 90 EP
HYPOGEAR 90 EP
ENERGREASE LS-EP 2 FLIESSFETT NO
ENERGREASE LS-EP 2 FLIESSFETT NO
ENERGREASE HTO
OLEX PR 9142 HYPOGEAR 90 EP
OLEX PR 9142 HYPOGEAR 90 EP
HYPOGEAR 85W-140
EP
CASTROL HYSPIN AWS 32/46/68 HYSPIN
CASTROL HYSPIN AWS 32/46/68 HYSPIN
AWH 32/46
RX SUPER DIESEL 15W-40 POWERTRANS EPX 80W-90
RX SUPER DIESEL 15W-40 POWERTRANS EPX 80W-90
HYPOY C 80W-140
CASTROLGREASE LM IMPERVIA
CASTROLGREASE LM IMPERVIA
MMO CASTROLGREASE
MMO CASTROLGREASE
LMX
EPX 80W-90
HYPOY C 80W-140
ELAN HLP 32/46/68
ELAN HLP 32/46/68
HLP-M M32/M46
MOTORÖL 100 MS SAE 30 MOTORÖL 104
CM 15W-40 AUSTROTRAC 15W-30
GETRIEBEÖL MP 85W-
90 GETRIEBEÖL B 85W-90
GETRIEBEÖL C 85W-90
LORENA 46
LITORA 27
RHENOX 34 - GETRIEBEÖL B 85W-
RHENOX 34 - GETRIEBEÖL B 85W-
RHENOX 34 - GETRIEBEÖL B 85W-
90 GETRIEBEÖL C
85W-140
ELF OLNA 32/46/68
ELF OLNA 32/46/68
HYDRELF 46/68
PERFORMANCE 2 B SAE 30 8000 TOURS
20W-30 TRACTORELF ST 15W-30
TRANSELF TYP B 90 85W-140
TRANSELF EP 90 85W-140
EPEXA 2
ROLEXA 2
MULTI 2
GA O EP
POLY G O
MULTIMOTIVE 1 TRANSELF TYP B 90
MULTIMOTIVE 1 TRANSELF TYP B 90
85W-140 TRANSELF
TYP BLS 80 W-90
ESSO NUTO H 32/46/68
ESSO NUTO H 32/46/68
NUTO HP 32/46/68
PLUS MOTORÖL 20W-30 UNIFARM 15W-30 GEAROIL GP 80W
PLUS MOTORÖL 20W-30 UNIFARM 15W-30 GEAROIL GP 80W
-90 GEAROIL
GP 85W-140
MULTI PURPOSE
GREASE H
FIBRAX EP 370 NEBULA EP 1
FIBRAX EP 370 NEBULA EP 1
GP GREASE
GEAR OIL GX 80W-90
GEAR OIL GX 85W-140
EVVA ENAK HLP 32/46/68
EVVA ENAK HLP 32/46/68
ENAK MULTI 46/68
SUPER EVVAROL HD/B SAE 30 UNIVERSAL
TRACTOROIL SUPER
HYPOID GA 90
HYPOID GB 90
HOCHDRUCKFETT LT/
SC 280
GETRIEBEFETT MO 370 EVVA
GETRIEBEFETT MO 370 EVVA
CA 300 HYPOID GB 90
CA 300 HYPOID GB 90
FINA HYDRAN 32/46/68 DELTA PLUS SAE 30
FINA HYDRAN 32/46/68 DELTA PLUS SAE 30
FINA HYDRAN 32/46/68 DELTA PLUS SAE 30
SUPER UNIVERSAL OIL
PONTONIC N 85W-90 PONTONIC
MP 85W-90 85W-140
SUPER UNIVERSAL OIL
MARSON EP L 2 NATRAN 00 MARSON AX 2 PONTONIC MP 85W-
MARSON EP L 2 NATRAN 00 MARSON AX 2 PONTONIC MP 85W-
MARSON EP L 2 NATRAN 00 MARSON AX 2 PONTONIC MP 85W-
MARSON EP L 2 NATRAN 00 MARSON AX 2 PONTONIC MP 85W-
140
FUCHS • TITAN HYD 1030
FUCHS • TITAN HYD 1030
AGRIFARM STOU MC 10W-30
• AGRIFARM UTTO MP
• PLANTOHYD 40N ***
• AGRIFARM STOU MC 10W-30
• TITAN UNIVERSAL HD
• AGRIFARM GEAR 80W90
• AGRIAFRM GEAR 85W-140
• AGRIFARM GEAR LS 90
• AGRIFARM HITEC 2
• AGRIFARM PROTEC 2
• RENOLIT MP
• RENOLIT FLM 2
• PLANTOGEL 2-N
AGRIFARM FLOWTEC
000
• RENOLIT SO-GFO 35
RENOLIT DURAPLEX
EP 00
• PLANTOGEL 00N
RENOLIT
DURAPLEX EP 1
AGRIFARM GEAR
8090
AGRIFARM GEAR
85W-140
AGRIFARM GEAR
LS90
GENOL HYDRAULIKÖL HLP/32/46/68
GENOL HYDRAULIKÖL HLP/32/46/68
HYDRAMOT 1030 MC *
HYDRAULIKÖL 520 **
PLANTOHYD 40N ***
MULTI 2030
2000 TC
HYDRAMOT 15W-30 HYDRAMOT 1030 MC
GETRIEBEÖL MP 90
HYPOID EW 90
HYPOID 85W-140
MEHRZWECKFETT
SPEZIALFETT GLM
PLANTOGEL 2 N
GETRIEBEFLIESSFETT
PLANTOGEL 00N
RENOPLEX EP 1 HYPOID EW 90
RENOPLEX EP 1 HYPOID EW 90
HYPOID 85W-140
MOBIL DTE 22/24/25
MOBIL DTE 22/24/25
DTE 13/15
HD 20W-20
DELVAC 1230
SUPER UNIVERSAL 15W-30
MOBILUBE GX 90
MOBILUBE HD 90
MOBILUBE HD 85W-140
MOBILGREASE MP MOBILUX EP 004 MOBILPLEX 47 MOBILUBE HD 90
MOBILGREASE MP MOBILUX EP 004 MOBILPLEX 47 MOBILUBE HD 90
MOBILGREASE MP MOBILUX EP 004 MOBILPLEX 47 MOBILUBE HD 90
MOBILGREASE MP MOBILUX EP 004 MOBILPLEX 47 MOBILUBE HD 90
MOBILUBE HD 85W-
140
RHG
RENOLIN B 10/15/20 RENOLIN
B 32 HVI/46HVI
EXTRA HD 30
SUPER HD 20 W-30
MEHRZWECKGETRIEBEÖlSAE90
HYPOID EW 90
MEHRZWECKFETT
RENOLIT MP
DURAPLEX EP
RENOSOD GFO 35 RENOPLEX EP 1 HYPOID EW 90
RENOSOD GFO 35 RENOPLEX EP 1 HYPOID EW 90
RENOSOD GFO 35 RENOPLEX EP 1 HYPOID EW 90
- 63 -
1400_NL-BETRIEBSSTOFFE
Firma Company
Société Societá
I
(II)
ÖL
III
(IV)
FETT
V VI VIII OPMERKINGEN
V VI VIII OPMERKINGEN
V VI VIII OPMERKINGEN
V VI VIII OPMERKINGEN
SHELL
TELLUS S32/S 46/S68 TELLUS
T 32/T46
AGROMA 15W-30
ROTELLA X 30
RIMULA X 15W-40
SPIRAX 90 EP
SPIRAX HD 90
SPIRAX HD 85/140
RETINAX A
ALVANIA EP 2
SPEZ. GETRIEBEFETT
H SIMMNIA GREASE O
AEROSHELL
GREASE 22
DOLIUM GREASE
R
SPIRAX HD 90
SPIRAX HD 85W-140
* Bij gecombineerde
werkzaamheden
met tractoren met
natte platenrem is
de internationale
specificatie J 20
A noodzakelijk
** Hydraulische oln
H LP-(D) + HV
***
Hydraulische
oliën op basis
van plantaardige
olie HLP + HV
Biologisch
afbreekbaar,
daarom bijzonder
milieuvriendelijk
TOTAL AZOLLA ZS 32, 46, 68 EQUIVIS
TOTAL AZOLLA ZS 32, 46, 68 EQUIVIS
ZS 32, 46, 68
RUBIA H 30
MULTAGRI TM 15W-20
TOTAL EP 85W-90
TOTAL EP B 85W-90
MULTIS EP 2 MULTIS EP 200 MULTIS HT 1 TOTAL EP B 85W-90
MULTIS EP 2 MULTIS EP 200 MULTIS HT 1 TOTAL EP B 85W-90
MULTIS EP 2 MULTIS EP 200 MULTIS HT 1 TOTAL EP B 85W-90
MULTIS EP 2 MULTIS EP 200 MULTIS HT 1 TOTAL EP B 85W-90
VALVOLINE UL
VALVOLINE UL
TRAMAX HLP 32/46/68
VALVOLINE ULTRAMAX HLP 32/46/68 VALVOLINE UL
SUPER TRAC FE 10W-30*
ULTRAMAX HVLP 32 **
ULTRAPLANT 40 ***
SUPER HPO 30
STOU 15W-30
SUPER TRAC FE 10W-30
ALL FLEET PLUS 15W-40
HP GEAR OIL 90
oder 85W-140
TRANS GEAR OIL 80W-90
MULTILUBE EP 2
VAL-PLEX EP 2
PLANTOGEL 2 N
RENOLIT LZR 000
DEGRALUB ZSA 000
DURAPLEX EP 1 HP GEAR OIL 90
DURAPLEX EP 1 HP GEAR OIL 90
oder 85W-140
VEEDOL ANDARIN 32/46/68 HD PLUS SAE 30 M U L
VEEDOL ANDARIN 32/46/68 HD PLUS SAE 30 M U L
VEEDOL ANDARIN 32/46/68 HD PLUS SAE 30 M U L
VEEDOL ANDARIN 32/46/68 HD PLUS SAE 30 M U L
TIGRADE SAE 80/90
MULTIGEAR B 90
MULTIGEAR C SAE 85W-140
MULTIPURPOSE - - MULTIGEAR B 90
MULTIPURPOSE - - MULTIGEAR B 90
MULTIPURPOSE - - MULTIGEAR B 90
MULTIPURPOSE - - MULTIGEAR B 90
MULTI C SAE 85W-140
WIN
TERS
HALL WIOLAN HS (HG) 32/46/68
HALL WIOLAN HS (HG) 32/46/68
WIOLAN HVG 46 **
WIOLAN HR 32/46 ***
HYDROLFLUID *
MULTI-REKORD 15W-40
PRIMANOL
REKORD 30
HYPOID-GETRIEBEÖL
80W-90, 85W-140
MEHRZWECKGETRIEBEÖL
80W-90
WIOLUB LFP 2 WIOLUB GFW WIOLUB AFK 2
WIOLUB LFP 2 WIOLUB GFW WIOLUB AFK 2
WIOLUB LFP 2 WIOLUB GFW WIOLUB AFK 2
HYPOID-GETRIEBEÖL
80W-90, 85W-140
MOTOREX COREX HLP 32 46 68**
MOTOREX COREX HLP 32 46 68**
COREX HLPD 32 46 68**
COREX HV 32 46 68**
OEKOSYNT 32 46 68***
EXTRA SAE 30
FARMER TRAC 10W/30
GEAR OIL UNIVERSAL
80W/90
GEAR OIL UNIVERSAL
85W/140
FETT 176 GP
FETT 190 EP
FETT 3000
FETT 174 FETT 189 EP
FETT 174 FETT 189 EP
FETT 190 EP
FETT 3000
GEAR OIL UNIVERSAL
80W/90
GEAR OIL UNIVERSAL
85W/140
0000-NL ZUSINFO / BA-EL ALLG.
NL
- Z.64 -
BELANGRIJKE EXTRA-INFORMATIE VOOR UW VEILIGHEID
Zie gebruikershandleiding trekker
Zie prijslijst en/of gebruikershandleiding van de machines
Nameten
Driepuntsmachine of front-/driepuntscombinatie
1. Berekening van het minste frontballastgewicht
G
V min
Breng het berekende minste frontbalastgewicht, dat voor op de trekker aanwezig moet zijn, over in de tabel.
Frontaanbouwmachine
2. Berekening van het minste ballastgewicht in de driepuntshefinrichting G
H min
Breng het berekende minste ballastgewicht, dat achter op de trekker aanwezig moet zijn, over in de tabel.
T
L
[kg]
T
V
[kg]
V [kg]
V
T
H
[kg]
G
H
[kg]
G
V
[kg]
V [kg]
V
leeggewicht van de trekker
belasting van de voor-as bij een lege trekker
belasting van de achteras bij een lege trekker
hartafstand van de assen
totaalgewicht driepuntsmachine/driepuntsballastgewicht
totaalgewicht frontaanbouwmachine/ frontballast
afstand tussen zwaartepunt frontaanbouw
machine/frontballast en het hart van de
voor-as
afstand hart achteras tot hart hefkogel
afstand hart achteras tot hart hefkogel
hartafstand hefkogel en zwaartepunt
driepuntsmachine / driepuntsballast
a
[m]
b
[m]
c
[m]
d
[m]
2
3
1
1
1
1
1
2
2
2
3
3
1
3
2
Combinatie van trekker en aanbouwwerktuig
De combinatie van machines in de front en in de driepuntshefinrichting mag niet leiden tot een overschrijding van de toegestane
totaalgewichten, de toegestane asbelastingen en de maximale bandenbelasting van de trekker. De voor-as van de trekker moet alti
jd
met tenminste 20% van het ledige gewicht van de trekker belast blijven.
Overtuig u er van voor het aankopen van een machine, dat deze voorwaarden aanwezig zijn, door de volgende berekening uit te
voeren of de combinatie van trekker en werktuig(en) te wegen.
Berekening van het totaalgewicht, de asbelastingen en de belasting van de banden, als ook de minste
ballasttoevoeging
Voor de berekening hebt u de volgende gegevens nodig:
0000-NL ZUSINFO / BA-EL ALLG.
NL
- Z.65 -
BELANGRIJKE EXTRA-INFORMATIE VOOR UW VEILIGHEID
Minste ballastgewicht
front/driepuntshef
Totaalgewicht
Voor-as belasting
Achteras belasting
Daadwerkelijke waarde
vlg. berekening
Toegestane waarde vlg.
gebruikershandleiding
Dubbele toegestane
bandenbelasting
(twee banden)
(twee banden)
Het minste ballastgewicht moet als aanbouwwerktuig of in de vorm van ballastgewichten op de trekker
worden aangebracht!
De berekende waarden moeten lager / gelijk (
) zijn aan de toegestane waarden!
) zijn aan de toegestane waarden!
3. Berekening van de daadwerkelijk voor-as belasting T
V tat
(Als het minste frontballastgewicht (G
V min
) niet wordt bereikt door het gewicht van de machine (G
V
), moet het gewicht in het front worden
V), moet het gewicht in het front worden
V
verhoogd tot de berekende waarde)
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane voor-as belastin
g in de
tabel in.
4. Berekening van het daadwerkelijke totaalgewicht G
tat
(Als het minste ballastgewicht (G
H min
) niet wordt bereikt moet het gewicht van de driepunts-machine (G
H
) worden verhoogd tot minste
ballastgewichtswaarde)
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane totaal-belasting
in de tabel in.
5. Berekening van de daadwerkelijke achteras belasting T
H tat
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane achteras belasti
ng in de
tabel in.
6. Bandenbelasting
Voer de dubbele waarde (twee banden) van de toegestane bandenbelasting (zie bijv. gegevens van de bandenleverancier in de tabel
in).
Tabel
Firmanaam en adres van de producent:
PÖTTINGER Landtechnik GmbH
Industriegelände 1
AT - 4710 Grieskirchen
Machine (vervangbare uitrusting):
cultivator
Type
Serienummer
De producent verklaart uitdrukkelijk dat de machine overeenkomt met alle desbetreffende
bepalingen van de volgende EG-richtlijn:
Machines 2006/42/EG
Bovendien wordt de overeenstemming met de volgende andere EG-richtlijnen en/of
desbetreffende bepalingen verklaard
Vindplaats van de toegepaste geharmoniseerde normen:
EN ISO 12100 EN ISO 4254-1
Vindplaats van de toegepaste overige technische normen en/of specificaties:
Documentatiegemachtigde:
Wilhelm Meindlhumer
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
EG-conformiteitsverklaring
Originele conformiteitsverklaring
Markus Baldinger,
Bedrijfsleiding F&E
Grieskirchen,
01.08.2016
Jörg Lechner,
Bedrijfsleiding Productie
De producent verklaart uitdrukkelijk dat de machine overeenkomt met alle desbetreffende
De producent verklaart uitdrukkelijk dat de machine overeenkomt met alle desbetreffende
De producent verklaart uitdrukkelijk dat de machine overeenkomt met alle desbetreffende
De producent verklaart uitdrukkelijk dat de machine overeenkomt met alle desbetreffende
SYNKRO 3030
-nova -multiline
3530
-nova
4030 K/T
-nova
5030 K/T
-nova
6030 T
-nova
9791
9792 9794 9795 9796
9792 9794 9795 9796
9792 9794 9795 9796
9792 9794 9795 9796
9792 9794 9795 9796
A empresa PÖTTINGER Landtechnik GmbH
esforçase continuamente por melhorar os
seus produtos, adaptando-os à evolução
técnica.
Por este motivo, reservamonos o direito de modificar
as figuras e as descrições constantes no presente
manual, sem incorrer na obrigação de modificar
máquinas já fornecidas.
As características técnicas, as dimensões e os pesos
não são vinculativos.
A reprodução ou a tradução do presente manual de
instruções, seja ela total ou parcial, requer a autorização
por escrito da
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen
Todos os direitos estão protegidos pela lei da prop-
riedade intelectual.
Im Zuge der technischen Wei
ter
ent
wick
lung
arbeitet die PÖTTINGER Landtechnik
Im Zuge der technischen Wei
arbeitet die PÖTTINGER Landtechnik
Im Zuge der technischen Wei
lung
arbeitet die PÖTTINGER Landtechnik
lung
GmbH stän
dig an der Verbesserung ih
rer
Pro
duk
te.
Änderungen ge
gen
über den Ab
bil
dun
gen und
Be
schrei
bun
gen dieser Be
triebs
an
lei
tung müs
sen wir
uns darum vorbehalten, ein Anspruch auf Än
de
run
gen
an bereits aus
ge
lie
fer
ten Ma
schi
nen kann daraus nicht
ab
ge
lei
tet werden.
Technische Angaben, Maße und Ge
wich
te sind
un
ver
bind
lich. Irrtümer vor
be
hal
ten.
Nachdruck oder Übersetzung, auch aus
zugs
wei
se,
nur mit schriftlicher Ge
neh
mi
gung der
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Alle Rechte nach dem Gesetz des Ur
he
ber
recht
vor
be
hal
ten.
La société PÖTTINGER Landtechnik GmbH
améliore constamment ses produits grâce
au progrès technique.
C'est pourquoi nous nous réser-vons le droit de
modifier descriptions et illustrations de cette notice
d'utilisation, sans qu'on en puisse faire découler un
droit à modifications sur des machines déjà livrées.
Caractéristiques techniques, dimensions et poids sont
sans engagement. Des erreurs sont possibles.
Copie ou traduction, même d'extraits, seulement avec
la permission écrite de
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Tous droits réservés selon la réglementation des
droits d'auteurs.
Following the policy of the PÖTTINGER
Landtechnik GmbH to improve their products
as technical developments continue,
PÖTTINGER reserve the right to make alterations which
must not necessarily correspond to text and illustrations
contai-ned in this publication, and without incurring
obligation to alter any machines previously delivered.
Technical data, dimensions and weights are given as
an indication only. Responsibility for errors or omissions
not accepted.
Reproduction or translation of this publication, in whole
or part, is not permitted without the written consent of the
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
All rights under the provision of the copyright Act are
reserved.
PÖTTINGER Landtechnik GmbH werkt
permanent aan de verbetering van hun
producten in het kader van hun technische
ontwikkelingen. Daarom moeten wij ons
veranderingen van de afbeeldingen en beschrijvingen
van deze gebruiksaanwijzing voorbehouden, zonder
dat daaruit een aanspraak op veranderingen van reeds
geieverde machines kan worden afgeleid.
Technische gegevens, maten en gewichten zijn niet
bindend. Vergissingen voorbehouden.
Nadruk of vertaling, ook gedeeltelijk, slechts met
schriftelijke toestemming van
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Alle rechten naar de wet over het auteursrecht voor-
behouden.
La empresa PÖTTINGER Landtechnik
GmbH se esfuerza contínuamente en
la mejora constante de sus productos,
adaptándolos a la evolución técnica. Por ello
nos vemos obligados a reservarnos todos los derechos
de cualquier modificación de los productos con relación
a las ilustraciones y a los textos del presente manual,
sin que por ello pueda ser deducido derecho alguno a
la modificación de máquinas ya suministradas.
Los datos técnicos, las medidas y los pesos se
entienden sin compromiso alguno.
La reproducción o la traducción del presente manual
de instrucciones, aunque sea tan solo parcial, requiere
de la autorización por escrito de
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Todos los derechos están protegidos por la ley de la
propiedad industrial.
La PÖTTINGER Landtechnik GmbH è
costantemente al lavoro per migliorare i suoi
prodotti mantenendoli aggiornati rispetto allo
sviluppo della tecnica.
Per questo motivo siamo costretti a riservarci la facoltà
di apportare eventuali modifiche alle illustrazioni e alle
descrizioni di queste istruzioni per l’uso. Allo stesso
tempo ciò non comporta il diritto di fare apportare
modifiche a macchine già fornite.
I dati tecnici, le misure e i pesi non sono impegnativi. Non
rispondiamo di eventuali errori. Ristampa o traduzione,
anche solo parziale, solo dietro consenso scritto della
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Ci riserviamo tutti i diritti previsti dalla legge sul diritto
d’autore.
EN
EN
IT
PT
PT
NL
NL
DE
DE
ES
ES
FR
FR
PÖTTINGER Deutschland GmbH
Servicecenter Landsberg
Spöttinger-Straße 24
Postfach 1561
D-86 899 LANDSBERG / LECH
Telefon:
Ersatzteildienst: +49 8191 9299 - 166 od. 169
Kundendienst: +49 8191 9299 - 130 od. 231
Telefax: +49 8191 59656
e-Mail: landsberg@poettinger.at
e-Mail: landsberg@poettinger.at
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen
Telefon: +43 7248 600-0
Telefax: +43 7248 600-2513
e-Mail: info@poettinger.at
e-Mail: info@poettinger.at
Internet: http://www.poettinger.at
Internet: http://www.poettinger.at
PÖTTINGER Deutschland GmbH
Verkaufs- und Servicecenter Recke
Steinbecker Strasse 15
D-49509 Recke
Telefon: +49 5453 9114-0
Telefax: +49 5453 9114-14
e-Mail: recke@poettinger.at
e-Mail: recke@poettinger.at
PÖTTINGER France S.A.R.L.
129 b, la Chapelle
F-68650 Le Bonhomme
Tél.: +33 (0) 3 89 47 28 30
Tél.: +33 (0) 3 89 47 28 30
e-Mail: france@poettinger.at
e-Mail: france@poettinger.at
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68

Pottinger SYNKRO 4030 T NOVA Handleiding

Type
Handleiding