Dell Latitude D520 de handleiding

Categorie
Notitieboekjes
Type
de handleiding
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Over de computer
Informatie zoeken
Batterijen gebruiken
Het beeldscherm gebruiken
Het toetsenbord en de touchpad gebruiken
Multimedia gebruiken
Kaarten gebruiken
Een netwerk instellen
De computer beveiligen
Problemen oplossen
Systeeminstallatieprogramma
Software opnieuw installeren
Onderdelen toevoegen en vervangen
Dell™QuickSet
Uw computer op reis meenemen
Help-informatie
Specificaties
Bijlage
Termenlijst
Klik op de koppelingen links voor informatie over de functies en de werking van uw computer. Zie Informatie zoeken voor meer informatie over andere
documentatie die bij de computer is meegeleverd.
Opmerkingen, kennisgevingen en waarschuwingen
Afkortingen en acroniemen
Zie Termenlijst voor een volledige lijst van afkortingen en acroniemen.
AlsueenDell™-computer uit de n-serie hebt aangeschaft, zijn de verwijzingen naar de Microsoft
®
Windows
®
-besturingssystemen in dit document niet van
toepassing.
De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
©2006DellInc.Allerechtenvoorbehouden.
Verveelvoudiging van dit materiaal, op welke wijze dan ook, is alleen toegestaan na uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Dell Inc .
Merken in dit document: Dell, het DELL-logo, Inspiron, Dell Precision, Dimension, OptiPlex, Latitude, PowerEdge, PowerVault, PowerApp, ExpressCharge, Dell TravelLite, Undock & Go, en Dell
OpenManage zijn handelsmerken van of Dell Inc.; Core is een handelsmerk en Intel, Pentium en Celeron eengedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation; Microsoft, Outlook
en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation; Bluetooth is een gedeponeerd handelsmerk dat het eigendom is van Bluetooth SIG, Inc. en door Dell
onder licentie wordt gebruikt; EMC is een gedeponeerd handelsmerk van EMC Corporation; ENERGY STAR is een gedeponeerd handelsmerk van de U.S. Environmental Protection
Agency. Als een partner van ENERGY STAR heeft Dell Inc. vastgesteld dat dit product voldoet aan de ENERGY STAR-richtlijnen voor energie-efficiëntie.
Andere merken en handelsnamen die mogelijk in dit document worden gebruikt, dienen ter aanduiding van de rechthebbenden met betrekking tot de merken en namen of ter
aanduiding van hun producten. Dell Inc. claimt op geen enkele wijze enig eigendomsrecht ten aanzien van andere merken of handelsnamen dan haar eigen merken en
handelsnamen.
Model PP17L
November2006Rev.A01
OPMERKING: Een OPMERKING geeft belangrijke informatie voor een beter gebruik van de computer.
KENNISGEVING: EenKENNISGEVINGgeeftpotentiëleschadeaanhardwareofpotentieelgegevensverliesaanenverteltuhoehetprobleemkan
worden vermeden.
WAARSCHUWING: Een WAARSCHUWING duidt het risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden aan.
Terug naar inhoudsopgave
Over de computer
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Vooraanzicht
Linkeraanzicht
Rechteraanzicht
Achteraanzicht
Onderaanzicht
Vooraanzicht
beeldscherm Zie Het beeldscherm gebruiken voor meer informatie over het beeldscherm.
statuslampjes apparaat
1
beeldscherm
2
statuslampjes apparaat
3
toetsenbord
4
touchpad
5
displayvergrendeling
6
luidsprekers
7
knoppen voor touchpad
8
statuslampjes toetsenbord
9
aan/uit-knop
Als de computer is aangesloten op een stopcontact, geldt voor het lampje het volgende:
¡ Lampje is groen: De batterij wordt opgeladen.
¡ Lampje knippert groen: De batterij is bijna vol.
Werkt de computer op een batterij, dan geldt voor het lampje het volgende:
¡ Lampje is uit: De batterij is voldoende opgeladen (of de computer is uitgeschakeld).
¡ Het lampje knippert oranje: De batterij is zo goed als leeg.
¡ Het lampje is oranje: De batterij is bijna leeg.
toetsenbord Het toetsenbord bevat een numieriek toetsenblok alsook de Windows-toets. Zie Toetsencombinaties voor meer informatie over ondersteunde
sneltoetsen op het toetsenbord.
touch pad Biedt dezelfde functionaliteit als die van een muis. Zie Touchpad voor meer informatie.
beeldschermvergrendeling Houd het beeldscherm dichtgeklapt.
luidsprekers Druk op de sneltoetsen voor volumeregeling om het volume van de ingebouwde luidsprekers aan te passen. Zie Het volume aanpassen voor
meer informatie.
knoppen voor touchpad Bieden dezelfde functionaliteit als die van een muis. Zie Touchpad voor meer informatie.
statuslampjes toetsenbord
De groene lampjes boven het toetsenbord geven het volgende aan:
Gaat branden wanneer u de computer inschakelt en knippert wanneer de computer
zich in de stand-by-modus bevindt.
Gaat branden wanneer de computer gegevens leest of schrijft.
KENNISGEVING: Schakel de computer nooit uit wanneer het lampje
knippert om gegevensverlies te voorkomen.
Zal gaan branden of knipperen om de batterijstatus aan te geven.
Gaat branden wanneer het numerieke toetsenblok wordt ingeschakeld.
Gaat branden wanneer draadloze apparaten zijn ingeschakeld.
Gaat branden wanneer de hoofdletterfunctie wordt ingeschakeld.
Gaat branden wanneer de draadloze Bluetooth
®
-technologie is ingeschakeld. U
schakelt de draadloze Bluetooth -technologie of andere draadloze apparaten in of uit
door op <Fn><F2> te drukken.
aan/uit-knop Druk op de aan/uit-knop om de computer in te schakelen of om een energiebeheermodus te verlaten (zie Energiebeheermodi).
Als de computer niet meer reageert, houdt u de aan/uit-knop ingedrukt totdat de computer wordt uitgeschakeld (dit kan enkele seconden duren).
Linkeraanzicht
sleuf voor beveiligingskabel Hiermee bevestigt u een in de handel verkrijgbare antidiefstalvoorziening aan de mediabasis. Zie de instructies die met het
apparaat zijn meegeleverd voor meer informatie.
IEEE 1394-connector Verbindt apparaten die snelle IEEE 1394 overdrachtssnelheden ondersteunen, zoals een aantal digitale videocamera's.
PC-kaart-/ExpressCard-sleuf Ondersteuntéénpc-kaart, zoals een modem of netwerkadapter, of een ExpressCard in een adapter. De computer wordt
geleverd met een plastic opvulstuk in de sleuf geplaatst. Zie Een pc-kaart of ExpressCard installeren voor meer informatie.
infraroodsensor Hiermee kunt u bestanden overbrengen van de computer naar een ander infrarood-compatibel apparaat zonder kabelverbinding te
gebruiken.
Wanneer de computer wordt geleverd, is de sensor uitgeschakeld. U kunt de sensor met het systeeminstallatieprogramma (zie Systeeminstallatieprogramma)
inschakelen. Zie Windows Help, Help en ondersteuning of de documentatie die bij het infrarood-compatibele apparaat werd meegeleverd, voor informatie over
het overbrengen van gegevens. Zie Windows Help en ondersteuning voor meer informatie over het openen van Help en ondersteuning.
audioconnectoren
OPMERKING: De draadloze Bluetooth-technologie is een optionele functie op de
computer. Het -pictogram is dus alleen beschikbaar als de draadloze Bluetooth-
technologie opdecomputerisgeïnstalleerd.
Zie de documentatie die bij de draadloze Bluetooth-technologie werd meegeleverd,
voor meer informatie.
Gaat branden wanneer de scroll lock-functie wordt ingeschakeld.
KENNISGEVING: U voorkomt dat er gegevens verloren gaan door de computer uit te schakelen door Microsoft
®
Windows
®
af te sluiten in plaats van
op de aan/uit-knop te drukken.
1
sleuf voor beveiligingskabel
2
IEEE 1394-connector
3
PC-kaart-/ExpressCard-sleuf
4
infraroodsensor
5
audioconnectoren (2)
6
vaste schijf
OPMERKING: Wanneer de computer te warm wordt, wordt de ventilator ingeschakeld. Ventilatorgeruis is normaal en duidt niet op een probleem met de
ventilator of de computer.
KENNISGEVING: Voordat u een antidiefstalvoorziening koopt, moet u ervoor zorgen dat deze met de beveiligingskabelsleuf op de computer werkt.
vaste schijf Slaat software en gegevens op.
Rechteraanzicht
mediabasis Indemediabasiskuntuapparateninstallerenzoalseenoptischeschijf,eentweedebatterijofeenDellTravelLite™-module. Zie Mediabasis
voor meer informatie.
beeldschermvergrendeling Hiermee koppelt u de mediabasis los. Zie Mediabasis voor instructies.
USB-connectoren
Achteraanzicht
Sluit koptelefoons of luidsprekers aan op de -connector.
Sluit een microfoon aan op de -connector.
1
mediabasis
2
beeldschermvergrendeling
3
USB-ingangen (2)
Sluit USB-apparaten aan, zoals een muis, toetsenbord of printer. Het is
ook mogelijk het optionele diskettestation direct op een USB-connector
aan te sluiten met de optionele diskettestationskabel.
WAARSCHUWING: Blokkeer de luchtopeningen niet, duw er geen voorwerpen in en zorg dat er zich geen stof in ophoopt. Plaats de computer niet
in een omgeving waar weinig lucht beschikbaar is, zoals een gesloten koffer, als de computer is ingeschakeld. Als u dat toch doet, loopt u risico
op brand of beschadiging van de computer.
1
USB-ingangen (2)
2
modemconnector (RJ-11)
3
netwerkconnector (RJ-45)
4
S-video TV-out-connector
5
seriëleconnector
6
videoconnector
7
connector voor netadapter
8
ventilatieopeningen
USB-connectoren
modemconnector (RJ-11)
netwerkconnector (RJ-45)
S-video TV-out-connector
seriëleconnector
videoconnector
connector voor netadapter Sluit een netadapter op de computer aan.
Sluit USB-apparaten aan, zoals een muis, toetsenbord of printer. Het is
ook mogelijk het optionele diskettestation direct op een USB-connector
aan te sluiten met de optionele diskettestationskabel.
Sluit de telefoonlijn aan op de modemconnector om de interne modem te
gebruiken.
Zie de documentatie over de on line modem die met de computer is
meegeleverd, voor informatie over het gebruik van de modem. Zie
Informatie zoeken voor informatie over het openen van on line
gebruikershandleidingen.
KENNISGEVING: De netwerkconnector is iets groter dan de modemconnector. U voorkomt schade aan de computer door geen telefoonlijn op de
netwerkconnector aan te sluiten.
Sluit uw computer aan op een netwerk. De twee lampjes naast de
connector geven de status aan van de verbinding en de overdracht van
informatie van bedrade netwerkcommunicaties.
Raadpleeg voor informatie over het gebruik van de netwerkadapter de
met de computer meegeleverde gebruikershandleiding van het apparaat.
Zie Informatie zoeken.
Sluit uw computer aan op een tv. Zie De computer aansluiten op een tv of
audioapparaat voor meer informatie.
Sluitseriëleapparatenaan,zoalseenmuis,toetsenbordofprinter.
Sluit een externe monitor aan. Zie Het beeldscherm gebruiken voor meer
informatie.
De netadapter zet netstroom om naar gelijkstroom die door de computer wordt vereist. U kunt de netadapter aansluiten met de computer in- of
uitgeschakeld.
ventilatieopeningen De computer gebruikt een interne ventilator om voldoende lucht door te openingen te laten, zodat de computer niet oververhit raakt.
Onderaanzicht
deksel geheugenmodule/modem/mini-WLAN-kaart/knoopbatterij Bedekthetcompartimentmetééngeheugenmodule,demodem,demini-WLAN-kaart
en de knoopbatterij. Zie Onderdelen toevoegen en vervangen voor meer informatie.
ontgrendelingsschuifje van batterijhouder Ontgrendelt de batterij. Zie Batterijen gebruiken voor instructies.
batterijoplaadmeter Biedt informatie over de batterijlading. Zie Batterijen gebruiken voor meer informatie.
batterij Wanneerereenbatterijisgeïnstalleerd,kuntudecomputergebruikenzonderdatudezeopeenstopcontacthoeftaantesluiten.ZieBatterijen
gebruiken voor meer informatie.
sleuf koppelapparaat Hiermee bevestigt u de computer aan een koppelapparaat. Raadpleeg de documentatie bij het koppelapparaat voor meer informatie
over het loskoppelen.
WAARSCHUWING: De netadapter werkt op electriciteitsnetten wereldwijd. Stroomaansluitingen en contactdozen verschillen echter sterk per
land. Wanneer u een incompatibele kabel gebruikt of de kabel onjuist op de contactdoos of het stopcontact aansluit, kan er brand of schade aan
de apparatuur ontstaan.
KENNISGEVING: Wanneer u de netadapter van de computer loskoppelt, moet u stevig maar voorzichtig aan de connector trekken en niet aan de kabel
zelf, om schade aan de kabel te voorkomen.
OPMERKING: Wanneer de computer te warm wordt, wordt de ventilator ingeschakeld. Ventilatorgeruis is normaal en duidt niet op een probleem met de
ventilator of de computer.
WAARSCHUWING: Blokkeer de luchtopeningen niet, duw er geen voorwerpen in en zorg dat er zich geen stof in ophoopt. Plaats de computer niet
in een omgeving waar weinig lucht beschikbaar is, zoals een gesloten koffer, als de computer is ingeschakeld. Als u dat toch doet, loopt u risico
op brand of beschadiging van de computer.
1
deksel
geheugenmodule/modem/mini-
WLAN-kaart/knoopbatterij
2
ontgrendelingsschuifje
van batterijhouder
3
batterijoplaadmeter
4
batterij
5
sleuf koppelapparaat
6
ventilatieopeningen
7
vaste schijf
KENNISGEVING: DecomputerbeschiktoverdeUndock&Go™-technologie waarmee u de computer kunt loskoppelen zonder deze eerst in de stand-
by-modus te zetten. De computer wordt niet automatisch in de stand-by-modus gezet wanneer deze wordt ontkoppeld. Zorg er dus voor dat de
instellingen in het onderdeel Energiebeheer de computer niet verhinderen in de stand-by-modus te gaan. Als u het onderdeel Energiebeheer zo wijzigt
dat de computer niet meer in de stand-by-modus kan worden gezet, is de kans groter dat de batterij snel verslijt of dat de computer oververhit raakt.
ventilatieopeningen De computer gebruikt een interne ventilator om voldoende lucht door te openingen te laten, zodat de computer niet oververhit raakt.
vaste schijf Slaat software en gegevens op.
Terug naar inhoudsopgave
OPMERKING: Wanneer de computer te warm wordt, wordt de ventilator ingeschakeld. Ventilatorgeruis is normaal en duidt niet op een probleem met de
ventilator of de computer.
WAARSCHUWING: Blokkeer de luchtopeningen niet, duw er geen voorwerpen in en zorg dat er zich geen stof in ophoopt. Plaats de computer niet
in een omgeving waar weinig lucht beschikbaar is, zoals een gesloten koffer, als de computer is ingeschakeld. Als u dat toch doet, loopt u risico
op brand of beschadiging van de computer.
Terug naar inhoudsopgave
Bijlage
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
De computer reinigen
Productkennisgeving Macrovision
FCC-kennisgevingen (alleen V.S.)
De computer reinigen
Computer, toetsenbord en beeldscherm
l Gebruik een drukluchtspray om stof tussen de toetsen op het toetsenbord te verwijderen.
l Bevochtig een zachte, stofvrije doek met water of een beeldschermreiniger en veeg het beeldscherm schoon.
l Bevochtig een zachte, stofvrije doek met water en veeg de computer en het toetsenbord schoon. Zorg dat er geen water van de doel tussen de
touchpad en de polssteun sijpelt.
Touchpad
1. Sluit de computer af.
2. Ontkoppel alle aangesloten apparaten van de computer en van het stopcontact.
3. Verwijderallegeïnstalleerdebatterijen(zieDe batterij vervangen).
4. Bevochtig een zachte, stofvrije doek met water en veeg hiermee voorzichtig over het oppervlak van de touchpad. Zorg dat er geen water van de doel
tussen de touchpad en de polssteun sijpelt.
Diskettestation
Reinig de diskette met een in de handel verkrijgbare reinigingsset. Deze sets bevatten voorbehandelde diskettes die contaminanten verwijderen die tijdens
de normale werking worden opgehoopt.
Cd's en dvd's
Als u problemen hebt met de afspeelkwaliteit van uw cd's of dvd's, zoals overslaan, probeer dan eerst de schijven te reinigen.
1. Houd de schijf tussen duim en wijsvinger vast. U mag ook een vinger in het gat in het midden steken.
2. Veeg met een zachte, stofvrije doek in een rechte lijn vanuit het midden naar de buitenkant van de schijf de onderkant van de schijf schoon (de niet
gelabelde kant).
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
WAARSCHUWING: Voordatudecomputergaatreinigen,moetudezeloskoppelenvanhetstopcontactenallegeïnstalleerdebatterijen
verwijderen. Maak de computer schoon met een zachte, vochtige doek. Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of reinigingsmiddelen uit een
spuitbus die ontvlambare stoffen kunnen bevatten.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de computer of het beeldscherm door de reinigingsoplossing niet direct op het beeldscherm te spuiten. Gebruik
alleen producten die specifiek zijn ontworpen voor het reinigen van beeldschermen en volg de instructies die met het product zijn meegeleverd.
KENNISGEVING: Maak de aandrijfkoppen niet met een wattenstokje schoon. Het is mogelijk dat u de koppen per ongeluk verkeerd uitlijnt waardoor
het station niet meer werkt.
KENNISGEVING: Gebruik altijd druklucht om de lens in het cd/dvd-station te reinigen en volg de instructies die met het drukluchtproduct worden
meegeleverd. Raak nooit de lens in het station aan.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan het oppervlak door geen circulaire beweging te maken bij het reinigen van de schijf.
Gebruik voor hardnekkige vuilresten water of een verdunde oplossing van milde zeep. Er zijn ook producten in de winkel verkrijgbaar die schijven
reinigen en enige bescherming bieden tegen stof, vingerafdrukken en krassen. Reinigingsproducten voor cd's zijn ook te gebruiken voor dvd's.
Productkennisgeving Macrovision
Dit product bevat technologie voor auteursrechtelijke bescherming, die beveiligd wordt door Amerikaanse patenten en andere rechten voor intellectueel
eigendom. Het gebruik van deze technologie voor auteursrechtelijke bescherming moet door Macrovision worden geautoriseerd en is bedoeld voor
thuisgebruik en een aantal andere manieren van weergave, tenzij anders geautoriseerd door Macrovision. Reverse engineering of demontage is verboden.
FCC-kennisgevingen (alleen V.S.)
FCC klasse B
Deze apparatuur kan radiofrequentie-energiegenereren,gebruikenenuitstralenenkan,indiennietgeïnstalleerdengebruiktinovereenstemmingmetde
instructiehandleiding van de fabrikant, radio- en televisie-ontvangst verstoren. Deze apparatuur is getest en voldoet aan de beperkingen voor een digitaal
apparaat uit klasse B conform Deel 15 van de FCC-regels.
Dit apparaat voldoet aan Deel 15 van de FCC-regels. De werking moet aan de volgende twee voorwaarden voldoen:
1. Dit apparaat mag niet voor schadelijke storing zorgen.
2. Dit apparaat moet alle ontvangen storingen accepteren, inclusief storing die wordt veroorzaakt door een ongewenste werking.
Deze beperkingen zijn bedoeld om redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storingen in een thuisinstallatie. U hebt echter niet de garantie dat er in
een bepaalde installatie geen storing zal optreden. Als door deze apparatuur radio- of televisieontvangst wordt gestoord, hetgeen u kunt vaststellen door de
apparatuur uit te schakelen en vervolgens weer in te schakelen, kunt u de storing als volgt proberen te verhelpen:
l Richt de ontvangende antenne opnieuw.
l Verplaats het systeem ten opzichte van de ontvanger.
l Plaats het systeem uit de buurt van de ontvanger.
l Sluit het netsnoer van het systeem aan op een ander stopcontact, zodat het systeem en de ontvanger niet op dezelfde groep zijn aangesloten.
Raadpleeg zo nodig een medewerker van Dell inc. of een ervaren radio- of televisiereparateur voor aanvullend advies.
De volgende informatie wordt geleverd op het apparaat of de apparaten die in dit document worden beschreven in overeenstemming met de FCC-regels:
Terug naar inhoudsopgave
KENNISGEVING: De FCC-regels bepalen dat wijzigingen die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door Dell Inc., uw bevoegdheid om deze apparatuur te
bedienen, ongeldig kan maken.
Productnaam:
Dell™Latitude™D520
Modelnummer:
PP17L
Bedrijfsnaam:
Dell Inc.
Worldwide Regulatory Compliance & Environmental Affairs
One Dell Way
Round Rock, TX 78682 USA
512-338-4400
Terug naar inhoudsopgave
Batterijen gebruiken
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Batterijprestaties
De batterijlading controleren
Batterijstroom besparen
Energiebeheermodi
De energiebeheerinstellingen configureren
De batterij opladen
De batterij vervangen
Een batterij bewaren
Batterijprestaties
VooroptimaleprestatiesvandecomputerenomtehelpendeinstellingenvandeBIOStebehouden,dientudedraagbareDell™computerteallentijdete
gebruikenterwijldehoofdbatterijgeïnstalleerdis.Erwordtstandaardéénbatterijmeegeleverd;dezebevindtzichinhetbatterijcompartiment.
De werkingduur van de batterij is afhankelijk van de werkomstandigheden. U kunt eventueel een tweede batterij in de mediabasis plaatsen om de
werkingsduur aanzienlijk te verhogen.
De werkingsduur neemt aanzienlijk af door onder andere:
l Het gebruik van optische apparaten
l Het gebruik van draadloze communicatieapparaten, pc-kaarten, ExpressCards, mediageheugenkaarten of USB-apparaten
l Zeer heldere weergave-instellingen, driedimensionale screensavers of andere programma's die veel energie verbruiken, zoals driedimensionale
spelletjes
l De computer op maximale prestaties laten draaien (zie De energiebeheerinstellingen configureren)
U kunt de batterijlading controleren (zie De batterijlading controleren) voordat u de batterij in de computer plaatst. U kunt ook de energiebeheeropties zo
instellen dat u gewaarschuwd wordt als de batterij leeg raakt (zie De energiebeheerinstellingen configureren).
De batterijlading controleren
De Dell QuickSet-batterijmeter, het Microsoft Windows Energiemeter-venster en -pictogram, de batterijopladingsmeter en gezondheidscontrole en de
waarschuwing bij de batterij die leeg raakt, geven informatie over de batterijstatus.
Dell™QuickSet-batterijmeter
AlsDellQuickSetisgeïnstalleerd,druktuop<Fn><F3>omdeQuickSet-batterijmeter weer te geven. De batterijmeter toont de status en de gezondheid van
de batterij, het oplaadniveau en de tijd totdat het opladen is voltooid.
OPMERKING: Zie de Productinformatiegids of het afzonderlijke papieren garantiedocument dat met uw computer is meegeleverd voor informatie over de
Dell-garantie op uw computer.
OPMERKING: De batterij is mogelijk niet helemaal opgeladen. Het is daarom raadzaam de computer met de netadapter aan te sluiten op een
stopcontact als u de computer voor het eerst gebruikt. Voor de beste resultaten maakt u gebruik van de netadapter totdat de batterij van uw computer
helemaal is opgeladen. U geeft de batterijstatus weer door te klikken op Configuratiescherm® Energiebeheer en vervolgens op het tabblad
Energiemeter te klikken.
OPMERKING: De werkingsduur van de batterij (de tijd gedurende welke de batterij stroom kan leveren) neemt met de tijd af. Afhankelijk van de
frequentie waarmee de batterij wordt gebruikt en de gebruiksomstandigheden kan het zijn dat u tijdens de levensduur van de computer een nieuwe
batterij moet aanschaffen.
OPMERKING: Het wordt aanbevolen dat u de computer op een stopcontact aansluit wanneer u naar een cd of dvd schrijft.
WAARSCHUWING: Het gebruik van een incompatibele batterij kan de kans op brand of een explosie vergroten. Vervang de batterij uitsluitend
met een compatibele batterij die u bij Dell hebt aangeschaft. De lithium-ionbatterij is ontwikkeld voor gebruik met uw Dell-computer. Gebruik
geen batterij van een andere computer voor uw computer.
WAARSCHUWING: Gooi batterijen niet met het huisafval weg. Als de batterij geen energie meer bevat, moet u contact opnemen met de
plaatselijke vuilophaal- of milieudienst voor advies over het verwijderen van een lithium-ionbatterij. Zie "Batterijen verwijderen" in de
Productinformatiegids.
WAARSCHUWING: Misbruik van de batterij kan de kans op brand of chemische brandwonden verhogen. Maak geen gaten in batterijen, gooi geen
batterijeninhetvuur,maakgeenbatterijenopenenstelgeenbatterijenblootaaneentemperatuurhogerdan65°C.Houddebatterijbuiten
bereik van kinderen. Ga uiterst voorzichtig met beschadigde of lekkende batterijen om. Beschadigde batterijen kunnen lekken en lichamelijke
schade of schade aan uw apparatuur opleveren.
Voor meer informatie over QuickSet klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram op de taakbalk en daarna op Help.
Microsoft
®
Windows
®
-Energiemeter
De Windows Energiemeter geeft de resterende batterijlading weer. U controleert de energiemeter door te dubbelklikken op het pictogram op de taakbalk.
Als de computer op een stopcontact is aangesloten, verschijnt er een -pictogram.
Opladingsmeter
U controleert het volgende door de statusknop op de ladingsmeter op de batterij eenmaal in te drukken of vast te houden:
l Lading van de batterij (de statusknop indrukken en loslaten)
l Batterijgezondheid (de statusknop indrukken en vasthouden)
De werkingsduur van de batterij wordt grotendeels bepaald door het aantal keren dat deze is opgeladen. Na honderden laadcycli verliezen batterijen iets van
hun oplaadbaarheidsvermogen oftewel iets van hun gezondheid. Dat betekent dat een batterij met de status "geladen" een verminderd
oplaadbaarheidsvermogen (slechtere gezondheid) kan hebben.
De batterijstatus controleren
Wanneer u de batterijstatus wilt controleren, moet u de statusknop op de ladingsmeter indrukken en loslaten om de ladingsniveaulichtjes te laten branden. Elk
lampje vertegenwoordigt ongeveer 20 procent van de totale batterijlading. Als bijvoorbeeld tachtig procent van de lading resteert, zullen er vier lampjes
branden. Als er geen lampjes branden, is de batterij leeg.
De gezondheid van de batterij controleren
Wanneerudegezondheidvandebatterijmetdeladingsmeterwiltcontroleren,moetudestatusknopopdeladingsmeterminstens3secondeningedrukt
houden. Als er geen lampjes gaan branden, verkeert de batterij in een goede conditie, en heeft deze nog meer dan 80 procent van zijn oorspronkelijke
oplaadcapaciteit.Elklampjegeefteenafnemendeconditieaan.Alservijflampjesgaanbranden,iserminderdan60%vandeoorspronkelijkoplaadcapaciteit
over, en kunt u de batterij het beste vervangen. Zie Specificaties voor meer informatie over de werkingsduur van de batterij.
Waarschuwing dat batterij bijna leeg is
Er verschijnt standaard een pop-upvenster met de waarschuwing dat de batterij voor bijna 90 procent leeg is. In QuickSet of in het venster Eigenschappen
voor Energiebeheer kunt u de instellingen voor de batterijwaarschuwingen wijzigen. Zie De energiebeheerinstellingen configureren voor informatie over het
openen van QuickSet of het venster Eigenschappen voor Energiebeheer.
Batterijstroom besparen
Voer de onderstaande acties uit om batterijstroom te besparen:
l Sluit de computer aan op een stopcontact indien mogelijk, omdat de levensduur van de batterij grotendeels wordt bepaald door het aantal keren dat
deze wordt gebruikt en wordt opgeladen.
l Zet de computer in de stand-by-modus of in de slaapstand wanneer u deze voor een langere tijd niet gebruikt (zie Energiebeheermodi).
l Gebruik de wizard Energiebeheer om opties te selecteren om het energiegebruik van de computer te optimaliseren. Deze opties kunnen bovendien zo
worden ingesteld dat ze worden gewijzigd wanneer u op de aan/uit-knop drukt, het scherm dichtklapt of op <Fn><Esc> drukt.
Energiebeheermodi
OPMERKING: De gezondheid van de batterij kan op twee manieren worden gecontroleerd: door de ladingsmeter te gebruiken zoals hieronder wordt
beschreven, en door de batterijmeter te gebruiken in Del QuickSet. Voor informatie over QuickSet klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram
op de taakbalk en daarna op Help.
KENNISGEVING: U voorkomt dat gegevens beschadigd raken of verloren gaan, door uw werk direct op te slaan als u een waarschuwing ontvangt dat
de batterij bijna leeg is. Sluit de computer vervolgens op een stopcontact aan. Als de batterij volledig leegraakt, wordt automatisch de slaapstand
geactiveerd.
OPMERKING: Zie Energiebeheermodi voor meer informatie over het besparen van batterijstroom.
Stand-by-modus
De stand-by-modus bespaart energie door het beeldscherm en de vaste schijf na een vooraf vastgestelde periode van inactiviteit uit te schakelen (een time-
out). Wanneer de computer de stand-by-modus verlaat, keert deze terug naar de toestand van voor de stand-by-modus.
U zet de computer als volgt in de stand-by-modus:
l Klik op Start® Afsluiten® Stand-by.
of
l Afhankelijk van de ingestelde energiebeheeropties in het venster Eigenschappen voor Energiebeheer of in de wizard QuickSet Energiebeheer,
gebruikt u een van de onderstaande methoden:
¡ Druk op de aan/uit-knop.
¡ Klap het beeldscherm dicht.
¡ Druk op <Fn><Esc>.
U sluit de stand-by-modus door op de aan/uit-knop te drukken of het beeldscherm open te klappen, afhankelijk van de ingestelde energiebeheeropties. U
kunt de stand-by-modus niet verlaten door op een toets te drukken of de touchpad aan te raken.
Slaapstand
Deslaapstandbespaartenergiedoorsysteemgegevensnaareengereserveerdgebiedopdevasteschijftekopiërenendecomputervervolgensvollediguit
te schakelen. Wanneer de computer de slaapstand verlaat, keert deze terug naar de toestand van voor de slaapstand.
De computer gaat in de slaapstand als de batterij zo goed als leeg is.
U schakelt de slaapstand als volgt handmatig in:
l Klik op Start® Afsluiten, houdt de toets <Shift> ingedrukt en klik op Slaapstand.
of
l Afhankelijk van de ingestelde energiebeheeropties in het venster Eigenschappen voor Energiebeheer of in de wizard QuickSet Energiebeheer,
gebruikt u een van de onderstaande methoden om de slaapstand te activeren:
¡ Druk op de aan/uit-knop.
¡ Klap het beeldscherm dicht.
¡ Druk op <Fn><Esc>.
Druk op de aan/uit-knop om de slaapstand te verlaten. Het kan even duren voordat de computer de slaapstand heeft verlaten. U kunt de slaapstand niet
verlaten door op een toets te drukken of de touchpad aan te raken. Zie de documentatie die met het besturingssysteem is meegeleverd voor meer informatie
over de slaapstand.
De energiebeheerinstellingen configureren
Voor het configureren van de energiebeheerinstellingen op de computer kunt u de wizard QuickSet Energiebeheer of de energiebeheeropties van Windows
gebruiken.
l U opent de wizard QuickSet Energiebeheer door op het -pictogram op de taakbalk te dubbelklikken. Klik voor meer informatie over QuickSet op de
knop Help in de wizard Energiebeheer.
l U opent het venster Energiebeheeropties door te klikken op Start,® Configuratiescherm® Prestaties en onderhoud® Energiebeheer. Klik voor meer
informatie over een willekeurig veld in het venster Eigenschappen voor Energiebeheer op het vraagteken op de titelbalk en vervolgens op het gebied
waarover u meer informatie wilt.
De batterij opladen
Als u de computer aansluit op een stopcontact of een batterij aanbrengt terwijl de computer op een stopcontact is aangesloten, zal de computer de lading en
temperatuur van de batterij controleren. Indien nodig zal de netadapter de batterij opladen en de batterijlading op peil houden.
KENNISGEVING: Als uw computer in de stand-by-modus geen wissel- of batterijstroom meer krijgt, kunnen er gegevens verloren gaan.
KENNISGEVING: Het is niet mogelijk apparaten te verwijderen of de computer los te koppelen terwijl deze zich in de slaapstand bevindt.
OPMERKING: Sommige pc-kaarten of ExpressCards functioneren niet correct nadat de computer de slaapstand heeft verlaten. Verwijder de kaart en
plaats deze opnieuw (zie Een pc-kaart of ExpressCard installeren) of start de computer opnieuw op.
OPMERKING: MetbehulpvandeDell™ExpressCharge™laadtdenetadapter,alsuwcomputeruitstaat,eenvollediglegebatterijtot80procentopin
ongeveer 1 uur, en tot 100 procent in ongeveer 2 uur. De oplaadtijd is langer als de computer aanstaat. U kunt de batterij in de computer laten zitten
zolang als u wilt. De interne circuits van de batterij voorkomen dat de batterij wordt overladen.
Als de batterij erg warm is geworden door het gebruik in de computer of in een warme omgeving verkeert, is het mogelijk dat de batterij niet wordt opgeladen
als u de computer op een stopcontact aansluit.
De batterij is te warm om opgeladen te kunnen worden als het -lampje afwisselend groen en oranje knippert. Koppel de computer los van het stopcontact
en laat de computer en batterij afkoelen tot kamertemperatuur. Sluit de computer vervolgens aan op een stopcontact om het opladen van de batterij voort te
zetten.
Zie Voedingsproblemen voor meer informatie over het oplossen van problemen met de batterij.
De batterij vervangen
De batterij verwijderen:
1. Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Raadpleeg de documentatie bij het dockingstation voor
instructies voor het loskoppelen.
2. Zorg ervoor dat de computer uitstaat.
3. Open het vergrendelingsschuifje van de batterijhouder aan de onderkant van de computer totdat dit vastklikt.
4. Gebruik het lipje op de batterij om deze uit de computer te halen.
U vervangt de batterij door de batterij in de houder te plaatsen en hierop te drukken totdat het vergrendelingsschuifje vastklikt.
Een batterij bewaren
Verwijder de batterij als u de computer voor langere tijd opslaat. Een batterij verliest zijn lading als deze gedurende een lange periode wordt opgeslagen. Na
een lange opslagperiode dient u de batterij volledig opnieuw te laden voordat u deze gebruikt (zie De batterij opladen).
Terug naar inhoudsopgave
WAARSCHUWING: Voordat u deze procedures uitvoert, moet u de computer uitzetten, de netadapter uit het stopcontact halen, de modem
losmaken van de wandaansluiting en de computer en alle andere externe kabels loskoppelen van de computer.
WAARSCHUWING: Het gebruik van een incompatibele batterij kan de kans op brand of een explosie vergroten. Vervang de batterij uitsluitend
meteencompatibelebatterijdieubijDellhebtaangeschaft.DebatterijisspeciaalgemaaktvooreenDell™computer.Gebruikgeenbatterijvan
een andere computer voor uw computer.
KENNISGEVING: U moet alle externe kabels van de computer ontkoppelen om schade aan de connector te voorkomen. Zie Multimedia gebruiken voor
informatie over het vervangen van de tweede batterij, die zich in de mediabasis bevindt.
1
ontgrendelingsschuifje van batterijhouder
2
batterij
Terug naar inhoudsopgave
Kaarten gebruiken
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Kaarttypen
Blanco kaarten
Uitgebreide kaarten
Een pc-kaart of ExpressCard installeren
Een kaart of blanco verwijderen
Kaarttypen
Zie Specificaties voor informatie over ondersteunde kaarttypen.
De pc-kaart-/ExpressCard-sleufheeftéénconnectordieeenenkeleTypeIofTypeII-kaart ondersteunt, alsook een adapter voor een 34-mm ExpressCard. De
pc-kaart-/ExpressCard-sleuf ondersteunt CardBus-technologie en uitgebreide pc-kaarten. "Type" van de kaart verwijst naar de dikte en niet naar de functie
ervan.
Blanco kaarten
De computer wordt geleverd met een plastic blanco kaart die in de sleuf is geplaatst. Blanco kaarten beschermen ongebruikte sleuven tegen stof en andere
deeltjes. Bewaar de blanco kaart voor wanneer er geen kaart in de sleuf is geplaatst; blanco kaarten van andere computers passen mogelijk niet in de
computer. Zie Een kaart of blanco verwijderen om de blanco te verwijderen.
Uitgebreide kaarten
Een uitgebreide kaart (bijvoorbeeld een draadloze netwerkadapter) is langer dan een standaardkaart en steekt uit de computer. Houd u aan deze
voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van uitgebreide kaarten:
l Beschermhetblootgesteldeuiteindevaneengeïnstalleerdekaart.Wanneerhetuiteindevandekaartwordtaangeraakt,kandesysteemkaart
beschadigd raken.
l Zorg altijd dat de uitgebreide kaart verwijderd is, voordat u de computer in de draagkoffer plaatst.
Een pc-kaart of ExpressCard installeren
Het is mogelijk een pc-kaart of 34-mm ExpressCard (met een adapter) in de computer te installeren terwijl deze is ingeschakeld. De computer spoort de kaart
automatisch op.
Kaarten worden over het algemeen gemarkeerd met een symbool (zoals een driehoek of een pijl) om aan te geven hoe u de kaart in de sleuf moet plaatsen.
De kaarten zijn gecodeerd om een onjuiste plaatsing te voorkomen. Zie de documentatie die met de kaart wordt meegeleverd als de kaartrichting niet
duidelijk is.
OPMERKING: Een pc-kaart is geen opstartbaar apparaat.
1
54-mm ExpressCard
(niet ondersteund door
uw computer)
2
34-mm ExpressCard (ondersteund
bij gebruik van een adapter)
3
PC-kaart
(ondersteund door
uw computer)
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
PC-kaart
1. Steek de kaart met de richtingspijl in de sleuf en met de bovenkant van de kaart omhoog. De vergrendeling moet in de stand "in" staan voordat u de
kaart kunt plaatsen.
2. Schuif de kaart in de sleuf totdat de kaart zich volledig in de connector bevindt.
Duw niet door als u teveel weerstand voelt. Controleer de kaartrichting en probeer het opnieuw.
De computer herkent de meeste kaarten en laadt automatisch het juiste apparaatstuurprogramma. Als het configuratieprogramma u vraagt om de
stuurprogramma's van de fabrikant te laden, gebruikt u de diskette of de cd die met de pc-kaart is meegeleverd.
ExpressCard
1. Steek de 34-mm ExpressCard, terwijl deze in de adapter is geplaatst, met de richtingspijl in de pc-kaart-/ExpressCard-sleuf en met de bovenkant van
de kaart omhoog. De vergrendeling moet in de stand "in" staan voordat u de kaart kunt plaatsen.
2. Schuif de adapter in de kaartsleuf totdat de adapter volledig in de connector is geplaatst.
Duw niet door als u teveel weerstand voelt. Controleer de richting van de ExpressCard en adapter en probeer het opnieuw.
De computer herkent de meeste kaarten en laadt automatisch het juiste apparaatstuurprogramma. Als het configuratieprogramma u vraagt om de
stuurprogramma's van de fabrikant te laden, gebruikt u de diskette of de cd die met de kaart is meegeleverd.
Een kaart of blanco verwijderen
Druk op de vergrendeling en verwijder de kaart of de blanco. Op sommige vergrendelingen moet u tweemaal drukken. eenmaal om de vergrendeling eruit te
laten komen en nog een keer om de kaart eruit te laten komen.
OPMERKING: De computer ondersteunt alleen een 34-mm ExpressCard als u een adapter gebruikt. De computer ondersteunt het gebruik van 54-mm
ExpressCards niet.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
KENNISGEVING: Klik op het -pictogram op de taakbalk om een kaart te selecteren en het functioneren ervan te stoppen voordat u deze uit de
computer verwijdert. Als u de kaart niet stopt in het configuratieprogramma, kunnen er gegevens verloren gaan. Verwijder een kaart niet door aan de
eventuele kabel te trekken.
Terug naar inhoudsopgave
Terug naar inhoudsopgave
Het beeldscherm gebruiken
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
De helderheid aanpassen
Het videobeeld verplaatsen
De beeldschermresolutie en de vernieuwingsfrequentie instellen
Onafhankelijke dubbele-weergavemodus
Het primaire en secundaire beeldscherm omwisselen
De helderheid aanpassen
WanneereenDell™-computer op batterijen werkt, kunt u stroom besparen door de laagste helderheidsinstelling te gebruiken en op <Fn> te drukken en op
de pijl-omhoog of -omlaag op het toetsenbord te drukken.
U kunt op de volgende toetsen drukken om de helderheid van het beeldscherm aan te passen:
l Druk op <Fn> en op de pijl-omhoog om de helderheid van alleen het ingebouwde beeldscherm te verhogen (niet op de externe monitor).
l Druk op <Fn> en op de pijl-omlaag om de helderheid van alleen het ingebouwde beeldscherm te verlagen (niet op de externe monitor).
Het videobeeld verplaatsen
Wanneer u de computer inschakelt terwijl er een extern apparaat (externe monitor of projector) op is aangesloten en ingeschakeld, kan het beeld op het
computerscherm of op het externe apparaat verschijnen.
Druk op <Fn><F8> om het videobeeld te verplaatsen tussen het beeldscherm en het externe apparaat of om het op zowel het beeldscherm als het externe
apparaat weer te geven.
De beeldschermresolutie en de vernieuwingsfrequentie instellen
Wanneer u een programma met een specifieke resolutie wilt weergeven, moeten zowel de grafische kaart als het beeldscherm het programma ondersteunen
enmoetendevereistevideostuurprogramma'szijngeïnstalleerd.
Zorg dat u voor toekomstig gebruik een notitie maakt van de standaard weergave-instellingen voordat u deze wijzigt.
Als u een hogere resolutie of kleurenpalet kiest dan door het beeldscherm wordt ondersteund, worden automatisch die waarden gebruikt die het meest
overeenkomen.
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Beeldscherm® Instellingen.
2. Probeer de verschillende instellingen uit voor Kleurkwaliteit en Beeldschermresolutie.
Als de instelling van de videoresolutie te hoog is om door het beeldscherm te worden ondersteund, gaat de computer over op de panmodus. In de panmodus
kan het hele scherm niet volledig worden weergegeven. Zo kan de taakbalk, die doorgaans onder aan het bureaublad te zien is, niet langer zichtbaar zijn.
Gebruik het touchpad om naar beneden, boven, links en rechts te schuiven om de rest van het beeldscherm weer te geven.
Onafhankelijke dubbele-weergavemodus
Het is mogelijk een externe monitor of projector op de computer aan te sluiten en te gebruiken als verlenging van uw beeldscherm (ook bekend als de modus
voor een onafhankelijke dubbele weergave of een uitgebreid bureaublad). Met deze modus kunt u beide schermen onafhankelijk gebruiken en objecten van
het ene scherm naar het andere slepen. Zo verdubbelt u de grootte van uw werkruimte.
OPMERKING: De toetsencombinaties voor helderheid hebben alleen invloed op het beeldscherm van de draagbare computer, en niet op monitors of
projectors die u op de draagbare computer of koppelapparaat aansluit. Als de computer is aangesloten op een externe monitor en u wijzigt het
helderheidsniveau, is het wel mogelijk dat de helderheidsmeter verschijnt, maar zal het helderheidsniveau op het externe apparaat niet veranderen.
OPMERKING: Als u de huidige beeldschermresolutie wijzigt, kan de afbeelding wazig of de tekst moeilijk leesbaar worden. Zorg dat u voor toekomstig
gebruik een notitie maakt van de huidige instellingen voordat u de beeldscherminstellingen wijzigt.
OPMERKING: GebruikalleendedoorDellgeïnstalleerdevideostuurprogramma's,ontwikkeldomdebesteprestatiesteleverenophetdoorDell
geïnstalleerdebesturingssysteem.
OPMERKING: Hoe hoger de resolutie, des te kleiner de pictogrammen en tekst op het scherm.
KENNISGEVING: Wanneer u een niet ondersteunde vernieuwingsfrequentie gebruikt, kan een externe monitor beschadigd raken. Neem daarom de
gebruikershandleiding van de monitor door voordat u de vernieuwingsfrequentie op de externe monitor aanpast.
1. Sluit de externe monitor, tv of projector op de computer aan.
2. Klik op Start® Configuratiescherm® Beeldscherm® Instellingen.
3. Klik op het pictogram van monitor 2® Het Windows-bureaublad uitbreiden naar deze monitor® Toepassen.
4. Stel de gewenste instellingen voor Beeldschermresolutie voor beide beeldschermen in en klik op Toepassen.
5. Als u gevraagd wordt de computer opnieuw op te starten, klikt u op Apply the new color setting without restarting (De nieuwe kleurinstelling
toepassen zonder opnieuw op te starten)® OK.
6. Indien u gevraagd wordt of u het bureaublad wilt vergroten of verkleinen, klikt u op OK.
7. Wordt u gevraagd om de instellingen te behouden, dan klikt u op Ja.
8. Klik op OK om het venster Eigenschappen voor Beeldscherm te sluiten.
U schakelt de onafhankelijke dubbele-weergave-modus als volgt uit:
1. Klik op Instellingen in het venster Eigenschappen voor Beeldscherm.
2. Klik op het pictogram van monitor 2 en schakel de optie Het Windows-bureaublad uitbreiden naar deze monitor uit en klik op Toepassen.
Druk, indien nodig, op <Fn><F8> om de weergave terug te brengen naar het computerscherm.
Het primaire en secundaire beeldscherm omwisselen
U wisselt het primaire en secundaire beeldscherm als volgt om (wanneer u bijvoorbeeld na het koppelen de externe monitor als primair beeldscherm wilt
gebruiken):
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Beeldscherm® Instellingen® Geavanceerd® Displays (Beeldschermen).
Raadpleeg de documentatie die bij de videokaart werd geleverd voor meer informatie.
Terug naar inhoudsopgave
OPMERKING: Als u een hogere resolutie of kleurenpalet kiest dan door het beeldscherm wordt ondersteund, worden automatisch die waarden gebruikt
die het meest overeenkomen. Zie de documentatie die bij het besturingssysteem werd geleverd, voor meer informatie.
Terug naar inhoudsopgave
Informatie zoeken
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
OPMERKING: Sommige kenmerken of media kunnen optioneel zijn en niet worden geleverd met uw computer. Sommige kenmerken of media zijn
wellicht niet beschikbaar in bepaalde landen.
OPMERKING: Mogelijk is er bij uw computer aanvullende informatie geleverd.
Waarnaar zoekt u?
Hier kunt u het vinden
l Een diagnoseprogramma voor de computer
l Stuurprogramma's voor de computer
l Documentatie voor mijn toestel
l Notebook System Software (NSS)
De cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's, ook bekend
als de ResourceCD)
Dedocumentatieenstuurprogramma'szijnreedsopdecomputergeïnstalleerd.
U kunt de cd gebruiken om stuurprogramma's opnieuw te installeren (zie Stuur-
en hulpprogramma's opnieuw installeren), Dell Diagnostics (Dell-
diagnoseprogramma) uit te voeren (zie Dell Diagnostics (Dell-
diagnoseprogramma)) of de documentatie te openen.
Mogelijk bevat de cd leesmij-bestanden met de laatst beschikbare informatie
over technische wijzigingen aan de computer of geavanceerd technisch
naslagmateriaal voor technici en gevorderde gebruikers.
OPMERKING: Updates van de stuurprogramma's en de documentatie vindt u op
support.dell.com.
OPMERKING: De cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) is
optioneel en is mogelijk niet met uw computer meegeleverd.
l De computer instellen
l Basisinformatie probleemoplossing
l Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uitvoeren
l Onderdelen verwijderen en vervangen
Snelle referentiegids
OPMERKING: Dit document kan optioneel zijn en niet worden geleverd met uw
computer.
OPMERKING: Dit document is beschikbaar als PDF-bestand op
support.dell.com.
l Garantie-informatie
l Algemene voorwaarden (alleen Verenigde Staten)
Dell™-productinformatiegids
l Veiligheidsinstructies
l Informatie over regelgeving
l Ergonomische informatie
l licentieovereenkomst voor eindgebruikers
l Onderdelen verwijderen en vervangen
l Specificaties
l Systeeminstellingen configureren
l Problemen vaststellen en oplossen
Gebruikershandleiding
Help en ondersteuning van Microsoft Windows XP
1. Klik op Start® Help en ondersteuning® Dell User and System Guides
(Gebruikers- en systeemhandleidingen)® System Guides
(Systeemhandleidingen).
2. Klik op de Gebruikershandleiding van uw computer in de lijst met on line
documentatie.
l Servicelabel en code voor express-service
l Microsoft Windows-licentielabel
Servicelabel en Microsoft
®
Windows
®
-licentielabel
Deze labels bevinden zich op de computer.
l Gebruik het servicelabel om de computer te identificeren als u
gebruikmaakt van support.dell.com of contact opneemt met de
technische ondersteuning.
l Voer de code voor de express-service in zodat uw telefonische verzoek
naar de juiste medewerker van de ondersteuningsdienst wordt
doorgeleid.
l Oplossingen Hints en tips voor probleemoplossing, artikelen van
technici, on line cursussen en veelgestelde vragen
l Community On line discussies met andere gebruikers van Dell-
producten
l Upgrades Upgrade-informatie over onderdelen als het
geheugen, de vaste schijf en het besturingssysteem
l Klantenservice Contactgegevens, de status van
reparatieverzoeken en bestellingen, informatie over garantie en
reparatie
l Service en ondersteuning De status van reparatieverzoeken,
ondersteuningshistorie, het servicecontract, on line discussies met
medewerkers van de technische ondersteuning
l Referentiemateriaal Computerdocumentatie, details over mijn
computerinstellingen, productspecificaties en white papers
l Downloads Geautoriseerde stuurprogramma's, patches en
software-updates
l Notebook System Software (NSS) Als u het besturingsysteem
van de computer opnieuw installeert, moet u het NSS-
hulpprogrammaookopnieuwinstalleren.NSSbiedtessentiële
updatesvooruwbesturingssysteemenondersteuningvoorDell™
3,5-inch USB-diskettestations, Intel
®
processors, optische schijven
en USB-apparaten. NSS is benodigd voor een juiste werking van uw
Dell-computer. De software detecteert automatisch de computer en
het besturingssysteem en installeert de updates die voor uw
configuratie van belang zijn.
Dell Support-website support.dell.com
OPMERKING: Selecteer uw regio of business-segment om bij de juiste
ondersteuningssite te komen.
Ga als volgt te werk om Notebook Systeem Software te downloaden:
1. Ga naar support.dell.com, selecteer uw regio of business-segment en
geef uw servicelabel op.
2. Selecteer Drivers & Downloads (Stuurprogramma's & downloads) en
klik op Go (Doorgaan).
3. Klik op uw besturingssysteem en zoek op het trefwoord Notebook System
Software.
OPMERKING: De gebruikersinterface van support.dell.com kan verschillen
afhankelijk van uw selecties.
l Software-upgrades en tips voor probleemoplossing
l FAQ's, actuele onderwerpen en over uw algemene gezonde
computeromgeving
Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma)
De Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) is een automatisch upgrade- en
meldingssysteemdatopuwcomputerisgeïnstalleerd.Dithulpprogrammabiedt
real-time scans voor een gezonde computeromgeving, software-updates en
relevante zelfhulpinformatie. Toegang tot de Dell Support Utility verkrijgt u via
het pictogram op de taakbalk. Zie Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma)
voor meer informatie.
l Met Windows XP werken
l Aan het werk met programma's en bestanden
l Hoe pas ik mijn bureaublad aan?
Help en ondersteuning van Windows
1. Klik op de knop Start en daarna op Help en ondersteuning.
Terug naar inhoudsopgave
2. Geef met een of meer woorden een beschrijving van het probleem en klik
vervolgens op het pijltje.
3. Klik op het onderwerp dat uw probleem beschrijft.
4. Volg de instructies op het scherm.
Dell QuickSet Help
Wanneer u Dell QuickSet Help wilt weergeven, klikt u met de rechtermuisknop op
het pictogram op de taakbalk van Microsoft
®
Windows
®
.
Zie Dell™QuickSet voor meer informatie over Dell QuickSet.
l Het besturingssysteem opnieuw installeren
Cd Operating System (besturingssysteem)
OPMERKING: De cd met het besturingssysteem kan optioneel zijn en is wellicht
niet meegeleverd met uw computer.
Hetbesturingssysteemisreedsopdecomputergeïnstalleerd.Wanneeruhet
besturingssysteem opnieuw wilt installeren, moet u de cd met het
besturingssysteem gebruiken. Zie Het besturingssysteem herstellen.
Nadatuuwbesturingssysteemopnieuwhebtgeïnstalleerd,gebruiktudecd
Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's, ook bekend als de ResourceCD)
om de stuurprogramma's opnieuw te installeren voor de apparaten die zijn
meegeleverd met uw computer.
Het productsleutellabel voor het besturingssysteem bevindt zich op de
computer.
OPMERKING: De kleur van de cd is afhankelijk van het besturingssysteem dat u
hebt besteld.
Terug naar inhoudsopgave
Termenlijst
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
De termen in deze termenlijst worden alleen ter informatie gegeven en kunnen functies beschrijven die op uw specifieke computer beschikbaar zijn.
A
AC wisselstroom De elektriciteitsvorm die de computer voedt wanneer u de netadapterkabel in een stopcontact steekt.
achtergrond Het achtergrondpatroon of de achtergrondafbeelding op het Windows-bureaublad. Wijzig de achtergrond via het Configuratiescherm van
Windows. U kunt ook uw favoriete afbeelding zoeken en hiervan de achtergrond maken.
ACPI advanced configuration and power interface (geavanceerde configuratie- en energie-interface) Een energiebeheerspecificatie waarmee
besturingssystemen van Microsoft
®
Windows
®
een computer in de stand-by-modus of slaapstand kan zetten om de elektrische stroom te besparen die aan
elk apparaat wordt toegewezen dat op de computer is aangesloten.
AGP accelerated graphics port (snelle grafische poort) Een speciale grafische poort waarmee het systeemgeheugen voor videogerelateerde taken kan
worden gebruikt. AGP geeft vloeiende videobeelden met ware kleuren door de snellere interface tussen de videocircuits en het computergeheugen.
alleen-lezen Gegevens en/of bestanden die u kunt weergeven, maar niet kunt bewerken of verwijderen. Een bestand heeft in de volgende gevallen een
leesmij-status:
¡ Als het bestand op een fysieke diskette, cd of dvd staat die tegen schrijven is beveiligd.
¡ Als het bestand zich in een map op een netwerk bevindt en de systeembeheerder alleen aan specifieke personen rechten heeft toegewezen.
ALS ambient light sensor (omgevingslichtsensor).
antivirussoftware Een programma ontworpen om virussen te identificeren, te isoleren en/of van de computer te verwijderen.
apparaat Hardwarezoalseenschijfstation,printeroftoetsenborddieindecomputerisgeïnstalleerdoferopisaangesloten.
apparaatstuurprogramma Zie stuurprogramma.
APR advanced port replicator (geavanceerde poortreplicator) Een koppelingsstation waarmee u heel makkelijk een externe monitor, toetsenbord, muis
en ander apparaat met uw draagbare computer kunt gebruiken.
ASF alert standards format (indeling waarschuwingsstandaarden) Eenstandaardvoorhetdefiniërenvaneenmechanismevoorhetmeldenvan
hardware- en softwarewaarschuwingen aan een beheerconsole. ASF is platform- en besturingssysteemonafhankelijk.
B
batterij Een herlaadbare interne stroombron die gebruikt wordt voor draagbare computers wanneer deze niet op een netadapter en een stopcontact zijn
aangesloten.
batterijlevensduur De hoeveelheid tijd (jaren) die een batterij van een draagbare computer kan worden gebruikt en opnieuw worden opgeladen.
batterijwerkingsduur De hoeveelheid tijd (minuten of uren) die een batterij van een draagbare computer de computer kan voeden.
BIOS basisinvoer-/uitvoersysteem Een programma (of hulpprogramma) dat als een interface werkt tussen de computerhardware en het
besturingssysteem. U kunt de instellingen beter niet wijzigen, tenzij u weet welke invloed ze op de computer hebben. Deze worden samen ook het
systeeminstallatieprogramma genoemd.
bit De kleinste gegevenseenheid die door uw computer wordt gebruikt.
bps bits per seconde De standaardeenheid voor het aangeven van de gegevenstransmissiesnelheid.
BTU British thermal unit (Britse eenheid voor energie) Een eenheid voor verbrandingswarmte.
bus Een communicatiepad tussen de onderdelen in de computer.
bussnelheid De snelheid in MHz die aangeeft hoe snel een bus gegevens kan overbrengen.
byte De basisgegevenseenheid die door uw computer wordt gebruikt. Een byte is doorgaans gelijk aan 8 bits.
C
C Celsius Eentemperatuurseenheidwaarbij0°hetvriespuntisen100°hetkookpuntvanwater.
cache Een speciaal mechanisme voor snelle opslag in de vorm van een speciale locatie van het hoofdgeheugen of een onafhankelijk apparaat voor snelle
opslag.Decacheverhoogtdeefficiëntievanveelprocessorbewerkingen.
carnet Een internationaal grensdocument dat tijdelijke invoer in het buitenland vergemakkelijkt. Dit wordt ook wel een handelspaspoort genoemd.
CD compact disc Een optische vorm van opslagmedia, die doorgaans gebruikt wordt voor audio- en softwareprogramma's.
cd-r opneembare cd Een opneembare versie van een cd. Gegevens kunnen slechts eenmaal op een cd-r worden opgenomen. Nadat ze zijn opgenomen,
kunnen de gegevens niet meer worden gewist of overschreven.
cd-rw herschrijfbare cd Een herschrijfbare versie van een cd. De gegevens kunnen op een cd-rw-schijf worden geschreven en vervolgens worden gewist
en overschreven (opnieuw beschreven).
cd-rw-station Een station dat cd's kan lezen en naar cd-rw- (herschrijfbare cd's) en cd-r- (opneembare cd's) schijven kan schrijven. Cd-rw-schijven kunnen
meerdere keren worden overschreven, maar cd-r-schijven kunnen slechts eenmaal worden beschreven.
cd-rw/dvd-station Een station, ook wel combostation genoemd, dat cd's en dvd's kan lezen en naar cd-rw- (herschrijfbare cd's) en cd-r- (opneembare cd's)
schijven kan schrijven. Cd-rw-schijven kunnen meerdere keren worden overschreven, maar cd-r-schijven kunnen slechts eenmaal worden beschreven.
Cd-speler De software die gebruikt wordt om muziek-cd's af te spelen. De cd-speler geeft een venster met knoppen weer waarmee u een cd kunt afspelen.
Cd-station Een station dat optische technologie gebruikt om gegevens van cd's te lezen.
COA Certificate of Authenticity (certificaat van echtheid) De alfanumerieke code van Windows die te vinden is op een sticker op de computer. Deze wordt
ook wel de productcode of
product-IDgenoemd.
Configuratiescherm Een Windows-functie waarmee u besturingssysteem- en hardware-instellingen kunt aanpassen, zoals die van het beeldscherm.
controller Een chip die het gegevensbeheer regelt tussen de processor en het geheugen of tussen de processor en apparaten.
CRIMM continuity rambus in-line memory module (in-linecontinuïteits- en geheugenmodules van rambus Een speciale module zonder geheugenchips die
wordt gebruikt om ongebruikte RIMM-sleuven op te vullen.
cursor De markering op een beeldscherm of scherm die aangeeft waar de volgende toetsenbord-, touchpad- of muisactie zal plaatsvinden. Het heeft vaak
de vorm van een knipperende, ononderbroken streep, een onderstrepingsteken of een kleine pijl.
D
DDR SDRAM double-data-rate SDRAM (SDRAM met dubbele gegevenssnelheid) Een SDRAM-type dat de gegevensburstcyclus verdubbelt en zo de
systeemprestaties verbetert.
DDR2 SDRAM double-data-rate 2 SDRAM (SDRAM met dubbele gegevenssnelheid 2) Een type DDR SDRAM dat gebruikt maakt van een 4-bits prefetch en
andere architecturele wijzigingen om de geheugensnelheid tot meer dan 400 MHz te verhogen.
DIN-connector Een ronde 6-pins connector die voldoet aan DIN-standaarden (Deutsche Industrie-Norm); de connector wordt doorgaans gebruikt om PS/2-
toetsenbord- of muiskabelconnectoren aan te sluiten.
disk striping Een techniek voor het verspreiden van gegevens over meerdere schijfstations. Disk striping kan bewerkingen versnellen die gegevens
ophalen die op schijven zijn opgeslagen. Op computers die disk striping gebruiken, kunnen gebruikers doorgaans de grootte van de gegevenseenheid of de
stripebreedte selecteren.
diskette Een elektromagnetische vorm van opslagmedia. Deze wordt ook wel floppy of floppy disk genoemd.
diskettestation Een diskettestation dat diskettes kan lezen en ernaar kan schrijven.
DMA direct memory access (directe geheugentoegang) Een kanaal waarmee bepaalde typen gegevensoverdracht tussen RAM en een apparaat mogelijk
zijn om de processor te omzeilen.
DMTF Distributed Management Task Force (speciale eenheid voor gedistribueerd beheer) Een consortium van hardware- en softwarebedrijven die
beheerstandaarden ontwikkelen voor gedistribueerde desktop- netwerk, ondernemings- en internetomgevingen.
domein Een groep van computers, programma's en apparaten op een netwerk die als eenheid wordt beheerd met algemene regels en procedures voor
gebruik door een specifieke groep gebruikers. Een gebruiker meldt zich aan bij het domein om toegang te krijgen tot de bronnen.
Draadloze Bluetooth
®
-technologie Een standaard voor draadloze technologie voor netwerkapparaten met een kort bereik (9 m) waarmee apparaten
elkaar automatisch kunnen herkennen.
DRAM dynamic random-access memory (dynamisch RAM) Geheugen dat informatie opslaat in ingebouwde circuits met condensatoren.
DSL Digital Subscriber Line Een technologie die een constante, snelle internetverbinding biedt via een analoge telefoonlijn.
dual display mode (dubbele-weergavemodus) Een beeldscherminstelling waarmee u een tweede monitor kunt gebruiken als een uitbreiding van het
huidige beeldscherm. Deze wordt ook de uitgebreide-weergavemodus genoemd.
DVD digital versatile disc (digitale veelzijdige schijf) Een schijf met hoge capaciteit die doorgaans gebruikt wordt om films op te slaan. DVD-stations
kunnen de meeste cd-s ook lezen.
Dvd-speler De software die gebruikt wordt om dvd's te bekijken. De dvd-speler geeft een venster met knoppen weer waarmee u een dvd kunt bekijken.
Dvd-station Een station dat optische technologie gebruikt om gegevens van dvd's en cd's te lezen.
Dvd-r opneembare dvd Een opneembare versie van een dvd. Gegevens kunnen slechts eenmaal op een dvd-r worden opgenomen. Nadat ze zijn
opgenomen, kunnen de gegevens niet meer worden gewist of overschreven.
Dvd+rw herschrijfbare dvd Een herschrijfbare versie van een dvd. De gegevens kunnen op een dvd-rw-schijf worden geschreven en vervolgens worden
gewist en overschreven (opnieuw beschreven) (dvd+rw-technologie is anders dan de dvd-rw-technologie).
Dvd+rw-station Een station dat dvd's en de meeste cd's kan lezen en naar dvd+rw-schijven (herschrijfbare dvd's) kan schrijven.
DVI digitale video-interface Een standaard voor digitale overdracht tussen een computer en een digitaal videobeeldscherm.
E
ECC error checking and correction (fouten controleren en corrigeren) Een geheugentype met speciale circuits die de juistheid van gegevens controleren
die het geheugen inkomen en verlaten.
ECP extended capabilities port (poort met uitgebreide mogelijkheden) Een parallel connectorontwerp dat verbeterde bidirectionele gegevensoverdracht
biedt. ECP is vergelijkbaar met EPP en gebruikt directe geheugentoegang om gegevens over te brengen en zorgt vaak voor betere prestaties.
EIDE enhancedintegrateddeviceelectronics(verbeterdegeïntegreerdeapparaatelektronica) Een verbeterde versie van de IDE-interface voor vaste
schijven en cd-stations.
EMI elektromagnetische storing Elektrische storing veroorzaakt door elektromagnetische straling.
ENERGY STAR
®
Vereisten van het Environmental Protection Agency (Amerikaanse instantie voor milieubescherming) die de totale consumptie van
elektriciteit vermindert.
EPP enhanced parallel port (verbeterde parallelle poort) Een parallel connectorontwerp dat bidirectionele gegevensoverdracht biedt.
ESD electrostatic discharge (elektrostatische ontlading) Eensnelleontladingvanstatischeelektriciteit.ESDkangeïntegreerdecircuitsincomputer- en
communicatieapparatuur beschadigen.
ExpressCard Een verwijderbare I/O-kaart die voldoet aan de PCMCIA-standaard. Modems en netwerkadapters zijn veelvoorkomende ExpressCards.
ExpressCards ondersteunen zowel de PCI Express- als de USB 2.0-standaard.
Express-servicecode EennumeriekecodedieuvindtopeenstickeropuwDell™-computer. Gebruik deze code wanneer u contact opneemt met Dell voor
hulp. De service van de Express-servicecode is in sommige landen niet beschikbaar.
extended display mode (uitgebreide-weergavemodus) Een beeldscherminstelling waarmee u een tweede monitor kunt gebruiken als een uitbreiding van
het huidige beeldscherm. Deze wordt ook de dubbele-weergavemodus genoemd.
F
Fahrenheit Eentemperatuurseenheidwaarbij32°hetvriespuntisen212°hetkookpuntvanwater.
FCC Federal Communications Commission (federale communicatiecommissie) Een Amerikaanse instantie verantwoordelijk voor de regelgeving met
betrekking tot de communicatie die aangeeft hoeveel straling computers en andere elektronische apparaten mogen afgeven.
formatteren Het proces dat een station of schijf voor bestandsopslag voorbereidt. Wanneer een station of een schijf is geformatteerd, gaat de bestaande
informatie erop verloren.
FSB front side bus Het gegevenspad en de fysieke interface tussen de processor en de RAM.
FTP file transfer protocol (bestandsoverdrachtprotocol) Een standaard internetprotocol dat wordt gebruikt om bestanden uit te wisselen tussen
computers die met het internet zijn verbonden.
G
G zwaartekracht Een eenheid van gewicht en kracht.
GB gigabyte Een eenheid van gegevensopslag die gelijk is aan 1024 MB (1.073.741.824 bytes). Wanneer het aantal GB verwijst naar de opslag op vaste
schijf, wordt dit vaak afgerond tot 1.000.000.000 bytes.
geheugen Een tijdelijke locatie voor gegevensopslag in de computer. De gegevens in het geheugen zijn niet permanent. Het is daarom raadzaam dat u de
bestanden regelmatig opslaat terwijl u aan ze werkt en ze sowieso altijd opslaat voordat u de computer uitschakelt. De computer kan verschillende typen
geheugen bevatten, zoals RAM, ROM en videogeheugen. Het woord 'geheugen' wordt vaak ook als synoniem voor RAM gebruikt.
geheugenadres Een specifieke locatie waar gegevens tijdelijk in RAM worden opgeslagen.
geheugenmodule Een kleine printplaat met geheugenchips die verbinding heeft met de systeemkaart.
geheugen toewijzen Het proces waarmee de computer bij het opstarten geheugenadressen aan fysieke locaties toewijst. Apparaten en software kunnen
dan informatie identificeren waartoe de processor toegang heeft.
geïntegreerd Duidt doorgaans op onderdelen die zich fysiek op de systeemkaart van de computer bevinden. Hiervoor wordt ook vaak de term ingebouwd
gebruikt.
GHz gigahertz Een frequentie-eenheid die gelijk is aan duizend miljoen Hz of duizend MHz. De snelheden voor computerprocessors, bussen en interfaces
worden vaak in GHz uitgedrukt.
grafische modus Een videomodus die gedefinieerd kan worden als x horizontale pixels bij y verticale pixels bij z kleuren. Grafische modi kunnen een
onbeperkte variatie van vormen en lettertypen weergeven.
GUI graphical user interface (grafische gebruikersinterface) Software die gebruikt kan worden door middel van menu's, vensters en pictogrammen. De
meeste programma's die op het Windows-besturingssysteem werken, zijn GUI's.
H
harde schijf Een station dat gegevens op een harde schijf leest en ernaar schrijft. De termen vaste schijf en harde schijf worden allebei gebruikt.
help-bestand Een bestand met beschrijvende informatie of instructies over een product. Sommige helpbestanden zijn gekoppeld aan een bepaald
programma, zoals Help in Microsoft Word. Andere helpbestanden zijn zelfstandig referentiemateriaal. Helpbestanden hebben doorgaans een
bestandsnaamextensie als .hlp of .chm.
HTML hypertext markup language Een set codes die is ingevoegd in een internetwebpagina en bedoeld voor weergave op een internetbrowser.
HTTP hypertext transfer protocol (HyperText-overdrachtsprotocol) Een protocol voor het uitwisselen van bestanden tussen computers met een
internetverbinding.
Hz hertz Een frequentie-eenheid die gelijk is aan 1 cyclus per seconde. Computers en elektronische apparaten worden vaak aangeduid in kilohertz (kHz),
megahertz (MHz), gigahertz (GHz) of terahertz (THz).
I
IC integrated circuit (ingebouwd circuit) Een halfgeleiderplak of -chip waarop duizenden of miljoenen zeer kleine elektronische onderdelen zijn gemaakt
voor gebruik in computer-, audio- en videoapparatuur.
IDE integrated device electronics (apparaten met ingebouwde elektronica) Een interface voor apparaten voor massaopslag waarbij de controller in de
vaste schijf of in het cd-station is ingebouwd.
IEEE 1394 Institute of Electrical and Electronics Engineers, Inc. (instituut voor elektro- en elektronicatechnici) Eengeavanceerdeseriëlebusdiegebruikt
wordt om IEEE 1394-compatibele apparaten, zoals digitale camera's en dvd-spelers, op de computer aan te sluiten.
infraroodsensor Een poort waarmee u gegevens kunt overbrengen tussen de computer en infrarood-compatibele apparaten zonder een kabelverbinding te
gebruiken.
installatieprogramma Een programma dat gebruikt wordt om hardware en software te installeren en te configureren. Het programma setup.exe of
install.exe wordt met de meeste Windows-softwarepakketten meegeleverd. Het installatieprogramma verschilt van de systeeminstellingen.
I/O input/output (invoer/uitvoer) Een bewerking of apparaat waarmee gegevens van de computer kunnen worden gehaald of erop kunnen worden
gezet. Toetsenborden en printers zijn voorbeelden van I/O-apparaten.
I/O-adres EenadresinRAMdatgekoppeldisaaneenspecifiekapparaat(zoalseenseriëleconnector,parallelleconnectorofuitbreidingssleuf)en
waarmee de processor met dat apparaat kan communiceren.
IrDA Infrared Data Association (vereniging voor infraroodgegevens) De organisatie die internationale standaarden maakt voor infraroodcommunicatie.
IRQ interrupt request (interruptaanvraag) Een elektronisch pad dat is toegewezen aan een specifiek apparaat en het apparaat met de processor laat
communiceren. Aan elke apparaatverbinding moet een IRQ zijn toegewezen. Hoewel twee apparaten dezelfde IRQ-toewijzing kunnen hebben, is het niet
mogelijk beide apparaten tegelijk te bedienen.
ISP Internet service provider (internetserviceaanbieder) Een bedrijf dat u toegang geeft tot hun hostserver om direct verbinding te krijgen met het
internet, e-mail te verzenden en te ontvangen en websites te openen. De internetaanbieder biedt u doorgaans een softwarepakket, een gebruikersnaam en
toegangsnummers tegen betaling.
K
Kb kilobit Een gegevenseenheid die gelijk is aan 1024 bits. Een eenheid van de capaciteit van in geheugen ingebouwde circuits.
KB kilobyte Een gegevenseenheid die gelijk is aan 1024 bytes, maar vaak wordt aangeduid met 1000 bytes.
kHz kilohertz Een frequentie-eenheid die gelijk is aan 1000 Hz.
kloksnelheid De snelheid in MHz die aangeeft hoe snel computeronderdelen werken die zijn aangesloten op de systeembus.
koelplaat Een metalen plaat op sommige processors die warmte afgeeft.
koppelapparaat Zie APR.
L
L1-cache Primaire cache opgeslagen in de processor.
L2-cache Secundaire cache die zich buiten de processor kan bevinden of zijn ingebouwd in de processorarchitectuur.
LAN local area network Een computernetwerk dat een klein gebied beslaat. Een LAN wordt doorgaans slechts gebruikt door een gebouw of door een
aantal gebouwen in de buurt. Een LAN kan over een willekeurige afstand worden aangesloten op een andere LAN via telefoonlijnen en radiogolven om een
WAN (wide area network) te vormen.
LCD liquid crystal display (beeldscherm met vloeibare kristallen) De technologie die gebruikt wordt bij beeldschermen van draagbare computers en flat-
panelmonitoren.
LED light-emitting diode (licht afgevende halfgeleider) Een elektronisch onderdeel dat licht afgeeft om de status van de computer aan te duiden.
leesmij-bestand Een tekstbestand in een softwarepakket of hardwareproduct. Leesmij-bestanden bieden gewoonlijk installatiegegevens en beschrijven
verbeteringen of correcties van nieuwe producten die nog niet zijn vastgelegd.
lokale bus Een gegevensbus die een snelle doorvoer van apparaten naar de processor biedt.
LPT line print terminal (printerpoort) De toewijzing van een parallelle verbinding met een printer of ander parallel apparaat.
M
map Een term die gebruikt wordt om de ruimte op de schijf of op het station te beschrijven waarin bestanden worden georganiseerd en gegroepeerd.
Bestanden in een map kunnen op diverse manieren worden weergegeven en gerangschikt, zoals alfabetisch, op datum en op grootte.
Mb megabit Een eenheid van geheugenchipscapaciteit die gelijk is aan 1024 Kb.
Mbps megabits per seconde Een miljoen bits per seconde. Deze eenheid wordt doorgaans gebruikt voor overdrachtssnelheden voor netwerken en
modems.
MB megabyte Eeneenheidvangegevensopslagdiegelijkisaan1.048.576bytes.1MBisgelijkaan1024KB.WanneerhetaantalGBverwijstnaarde
opslag op vaste schijf, wordt dit vaak afgerond tot 1.000.000 bytes.
MB/sec megabytes per seconde Een miljoen bytes per seconde. Deze eenheid wordt doorgaans gebruikt voor gegevensoverdrachtspecificaties.
MHz megahertz Een frequentie-eenheid die gelijk is aan 1 miljoen cycli per seconde. De snelheden voor computerprocessors, bussen en interfaces
worden vaak in MHz uitgedrukt.
Mobiel breedbandnetwerk Een snel draadloos gegevensnetwerk dat gebruik maakt van cellulaire technologie en een veel groter geografisch gebied
beslaat dan WLAN. Het is ook bekend als WWAN.
modem Een apparaat waarmee de computer via analoge telefoonlijnen met andere computers kan communiceren. Er zijn drie typen modems: extern, als
PC-kaart en intern. U gebruikt uw modem doorgaans om verbinding te maken met het internet en om te e-mailen.
mediahouder Eenhouderdieapparatenondersteunt,zoalsoptischestations,eentweedebatterijofeenDellTravelLite™-module.
monitor Een beeldscherm met een hoge resolutie dat computergegevens uitvoert.
ms milliseconde Een eenheid van tijd die gelijk is aan een duizendste van een seconde. Toegangstijden van opslagapparaten worden vaak aangeduid in
ms.
muis Een aanwijsapparaat waarmee u de beweging regelt van de cursor op het scherm. Normaal gesproken beweegt u de muis over een hard, vlak
oppervlak om de aanwijzer of cursor op het scherm te verplaatsen.
N
netwerkadapter Een chip die netwerkmogelijkheden biedt. Een computer kan een systeemkaart of een PC-kaart hebben met een netwerkadapter. Een
netwerkadapter wordt ook wel een NIC (network interface controller (netwerkinterfacecontroller)) genoemd.
NIC Zie netwerkadapter.
ns nanoseconde Een eenheid van tijd die gelijk is aan een miljardste van een seconde.
NVRAM nonvolatile random access memory (niet-vluchtige RAM) Een type geheugen dat gegevens opslaat wanneer de computer is uitgeschakeld of zijn
externe stroombron verliest. NVRAM wordt gebruikt voor het behouden van computerconfiguratie-informatie, zoals datum, tijd en andere systeeminstellingen.
O
opstartbare cd Een cd die u kunt gebruiken om de computer op te starten. Zorg ervoor dat u altijd een opstartbare cd of diskette beschikbaar hebt voor
het geval de vaste schijf is beschadigd of de computer een virus heeft. De cd Drivers and Utilities of Stuur- en hulpprogramma's, ook bekend als de ResourceCD,
is een opstartbare cd.
opstartbare schijf Een schijf die u kunt gebruiken om de computer op te starten. Zorg ervoor dat u altijd een opstartbare cd of diskette beschikbaar hebt
voor het geval de vaste schijf is beschadigd of de computer een virus heeft.
opstartsequentie Geeft de volgorde op van de apparaten waarvan de computer probeert op te starten.
optisch station Een station dat optische technologie gebruikt om gegevens van cd's, dvd's of dvd+rw's te lezen of ernaar te schrijven. Voorbeelden van
optische stations zijn cd-stations, dvd-stations, cd-rw-stations en cd-rw/dvd-combostations.
P
parallele connector Een I/O-poort die vaak wordt gebruikt om een parallelle printer op de computer aan te sluiten. Deze wordt ook wel een LPT-poort
genoemd.
partitie Een fysieke opslaglocatie op een vaste schijf die aan een of meer logische opslaglocaties is toegewezen, ook wel logische stations genoemd. Elke
partitie kan meerdere logische stations bevatten.
PC-kaart Een verwijderbare I/O-kaart die voldoet aan de PCMCIA-standaard. Modems en netwerkadapters zijn veelvoorkomende PC-kaarten.
PCI peripheral component interconnect (bus voor het onderling verbinden van randapparatuuronderdelen) PCI is een lokale bus die 32-en 64-bits
gegevenspaden ondersteunt en een snel gegevenspad biedt tussen de processor en apparaten, zoals een videospeler, stations en netwerken.
PCI Express Een wijziging op de PCI-interface die de gegevensoverdrachtspecificatie verhoogt tussen de processor en de apparaten die erop zijn
aangesloten.PCIExpresskangegevensoverbrengenmetsnelhedenvan250MB/sectot4GB/sec.AlsdePCIExpress-chipset en het apparaat met
verschillende snelheden kunnen werken, werken ze met de lagere snelheid.
PCMCIA Personal Computer Memory Card International Association (internationale vereniging voor geheugenkaarten van pc's) De organisatie die
standaarden voor PC-kaarten vaststelt.
piekbeveiligers Voorkomen spanningspieken, die bijvoorbeeld kunnen optreden tijdens een elektrische storm die de computer ingaan via het stopcontact.
Piekbeveiligers beschermen niet tegen bliksem of onderspanningen, die optreden wanneer de spanning tot meer dan 20 procent onder het normale
voltageniveau van de wisselstroomlijn komt.
Netwerkverbindingen kunnen niet door piekbeveiligers worden beschermd. Ontkoppel de netwerkkabel tijdens elektrische stormen altijd van de
netwerkconnector.
PIN persoonlijk identificatienummer Een reeks cijfers en/of letters die gebruikt wordt om onbevoegde toegang tot computernetwerken en andere
beveiligde systemen te beperken.
PIO programmed input/output (geprogrammeerde invoer/uitvoer Een methode voor het overbrengen van gegevens tussen twee apparaten via de
processor als deel van het gegevenspad.
pixel Een enkele punt op een beeldscherm. Pixels worden gerangschikt in rijen en kolommen om een afbeelding te vormen. Een videoresolutie, zoals 800 x
600, geeft het aantal pixels aan dat horizontaal en verticaal staat.
Plug en Play De mogelijkheid van de computer om apparaten automatisch te configureren. Plug en Play zorgt voor automatische installatie, configuratie en
compatibiliteit met bestaande hardware als de BIOS, het besturingssysteem en alle apparaten Plug en Play-compatibel zijn.
POST power-on self-test (serie testen bij inschakelen computer) Diagnostische programma's die automatisch door de BIOS worden geladen en
basistesten uitvoeren op de belangrijkste computeronderdelen, zoals het geheugen, vaste schijven en videospelers. Als er tijdens POST geen problemen
worden opgespoord, gaat de computer verder met opstarten.
processor Een computerchip die programma-instructies vertaalt en uitvoert. De processor wordt ook wel de CVE (centrale verwerkingseenheid) genoemd.
programma Alle software die gegevens verwerkt, zoals een spreadsheet, een tekstverwerker, een database en gamepakketten. Voor de uitvoering van
programma's is een besturingssysteem nodig.
PS/2 personal system/2 Een connectortype voor het aansluiten van een toetsenbord, muis of toetsenblok die compatibel zijn met PS/2.
PXE pre-boot execution environment (uitvoeringsomgeving voorafgaan aan het opstarten) Een WfM-standaard (Wired for Management) waarmee
computers die zijn aangesloten op een netwerk en geen besturingssysteem hebben, extern geconfigureerd en opgestart kunnen worden.
R
RAID redundant array of independent disks (overtollige reeks onafhankelijke schijven) Een methode om overtollige gegevens te bieden. Sommige
algemenetoepassingenvanRAIDomvattenRAID0,RAID1,RAID5,RAID10enRAID50.
RAM random-access memory De primaire tijdelijke opslaglocatie voor programma-instructies en gegevens. Alle informatie die in RAM is opgeslagen gaat
verloren, wanneer u de computer uitschakelt.
reismodule Een plastic apparaat dat ontworpen is voor de mediabasis van een draagbare computer om het gewicht van de computer te verminderen.
reservekopie Een kopie van een programma of gegevensbestand op een diskette, cd, dvd of vaste schijf. Maak uit voorzorg regelmatig een reservekopie
van de gegevensbestanden op de vaste schijf.
resolutie De scherpte en helderheid van een afbeelding uitgevoerd door een printer of weergegeven op een monitor. Hoe hoger de resolutie, des te
scherper de afbeelding.
RFI radio frequency interference (radiofrequentiestoring) Storing die gegenereerd wordt bij doorsnee radiofrequenties, binnen het bereik van 10 kHz tot
100.000 MHz. Radiofrequenties hebben lage elektromagnetische frequenties en meer kans op storing dan de hogere frequentiestralingen, zoals infrarood en
licht.
ROM read-only memory (alleen-lezen geheugen) Geheugen dat gegevens en programma's opslaat die niet kunnen worden verwijderd of waarnaar de
computer niet kan schrijven. Anders dan RAM bewaart ROM de inhoud nadat u de computer uitschakelt. ROM bevat een aantal programma's die essentieel zijn
voor de werking van de computer.
RPM revolutions per minute (omwentelingen per minuut) Het aantal rotaties dat per minuut plaatsvindt. De snelheid van de vaste schijf wordt vaak in
rpm gemeten.
RTC real time clock (real-timeklok) Klok op batterijen op de systeemkaart die de datum en tijd bijhoudt na het uitschakelen van de computer.
RTCRST real-time clock reset (opnieuw instellen real-timeklok) Een schakelaar op de systeemkaart van sommige computers die vaak kan worden gebruikt
voor het oplossen van problemen.
S
ScanDisk Een programma van Microsoft dat bestanden, mappen en de vaste schijf op fouten controleert. ScanDisk wordt vaak uitgevoerd wanneer u de
computer opnieuw opstart als deze niet meer reageert.
SDRAM synchronous dynamic random-access memory (synchroon DRAM) Een DRAM-type dat gesynchroniseerd is met de optimale kloksnelheid van de
processor.
seriëleconnector Een I/O-poort die vaak wordt gebruikt om apparaten op uw computer aan te sluiten, zoals een draagbaar digitaal apparaat of een
digitale camera.
Servicelabel Een barcodelabel op uw computer die de computer identificeert wanneer u Dell Support bezoekt op support.dell.com of wanneer u Dell belt
voor klantenservice of technische ondersteuning.
SIM Subscriber Identity Module (abonnee-identiteitsmodule). Een SIM-kaart bevat een microchip die spraak- en gegevensoverdrachten codeert. SIM-
kaarten kunnen worden gebruikt in telefoons en in draagbare computers.
slaapstand Een energiebeheermodus die alles in het geheugen op een speciale locatie op de harde schijf opslaat en de computer vervolgens uitschakelt.
Wanneer u de computer dan opnieuw opstart, wordt de informatie uit het geheugen dat op de vaste schijf werd opgeslagen, automatisch hersteld.
smartcard Eenkaartdieisingeslotenineenprocessoreneengeheugenchip.Smartcardskunnenwordengebruiktomeengebruikerteverifiërenop
computers die geschikt zijn voor smartcards.
snelkoppeling Een pictogram waarmee u snel toegang krijgt tot veelgebruikte programma's, bestanden, mappen en stations. Wanneer u een snelkoppeling
op het Windows-bureaublad plaatst en erop dubbelklikt, opent u de bijbehorende map of het bijbehorende bestand zonder dat u deze eerst hoeft te zoeken.
Snelkoppelingspictogrammenwijzigendelocatievanbestandenniet.Alsueensnelkoppelingverwijdert,wordthetoorspronkelijkebestandnietbeïnvloedt.
Het is bovendien mogelijk de naam van een snelkoppelingspictogram te wijzigen.
software Alles wat elektronisch kan worden opgeslagen, zoals computerbestanden of programma's.
S/PDIF Sony/Philips Digital Interface (digitale interface van Sony/Philips) Een indeling van een audio-overdrachtsbestand voor het overbrengen van
audio van het ene naar het andere bestand zonder dit te converteren naar en van een analoge indeling, waardoor de kwaliteit van het bestand kan
verslechteren.
stand-by-modus Een energiebeheermodus die alle overbodige computerfuncties uitschakelt om energie te besparen.
Strike Zone™ Verstevigd gedeelte van de platformbasis dat de vaste schijf beschermt door als een koelapparaat te functioneren wanneer een computer
resonerende schokken krijgt of valt (ongeacht of deze in- of uitgeschakeld is).
stuurprogramma Software waarmee het besturingssysteem een apparaat zoals een printer kan beheren. Veel apparaten werken niet goed als het juist
stuurprogrammanietindecomputerisgeïnstalleerd.
SVGA super-video graphics array Een videostandaard voor videokaarten en -controllers. Doorsnee SVGA-resoluties zijn 800 x 600 en 1024 x 768.
Het aantal kleuren en resoluties dat een programma weergeeft, hangt af van de mogelijkheden van de monitor, de videocontroller en de bijbehorende
stuurprogramma'sendehoeveelheidvideogeheugendieopdecomputerisgeïnstalleerd.
S-video TV-uitgang Een connector die gebruikt wordt om een TV of digitaal audioapparaat op de computer aan te sluiten.
SXGA super-extended graphics array Een videostandaard voor videokaarten en -controllers die resoluties ondersteunt van maximaal 1280 x 1024.
SXGA+ super-extended graphics array plus Een videostandaard voor videokaarten en -controllers die resoluties ondersteunt van maximaal 1400 x 1050.
systeeminstallatieprogramma Een hulpprogramma dat als een interface werkt tussen de computerhardware en het besturingssysteem. Met dit programma
kunt u door gebruiker te selecteren opties in de BIOS configureren, zoals datum en tijd of het systeemwachtwoord. U kunt de instellingen voor dit programma
beter niet wijzigen, tenzij u weet welke invloed ze op de computer hebben.
systeemkaart De belangrijkste printplaat in de computer. Deze is ook bekend als het moederbord.
systeemlade Zie systeemvak.
systeemvak Het gedeelte van de Windows-taakbalk met de pictogrammen, die snel toegang bieden tot programma's en computerfuncties, zoals de klok,
de volumeregeling en de afdrukstatus. Deze wordt ook de systeemlade genoemd.
T
TAPI telephony application programming interface (programmeerinterface voor telefoontoepassingen) Hiermee kunnen Windows-programma's met veel
verschillende telefoonapparaten werken, zoals voor spraak, gegevens, faxen en video.
tegen schrijven beveiligd Bestanden of media die niet kunnen worden gewijzigd. Gebruik schrijfbeveiliging wanneer u gegevens ervoor wilt beschermen
dat ze worden gewijzigd of vernietigd. U beschermt een 3,5-inch diskette tegen schrijven door het klepje voor schrijfbeveiliging in de open-positie te schuiven.
teksteditor Een programma dat gebruikt wordt om bestanden te maken en te bewerken die alleen tekst bevatten; Windows Kladblok gebruikt bijvoorbeeld
een teksteditor. Teksteditors bieden gewoonlijk geen functie voor tekstomloop of opmaak (zoals de optie voor onderstrepen of het wijzigen van lettertypen).
toetscombinatie Een opdracht waarvoor u meerdere toetsen tegelijk moet indrukken.
U
uibreidingskaart Eenprintplaatdieinsommigecomputersineenuitbreidingssleufopdesysteemkaartwordtgeïnstalleerd,waardoordemogelijkheden
van de computer worden uitgebreid. Voorbeelden zijn video-, modem- en geluidskaarten.
uitbreidingssleuf Een connector op de systeemkaart (in sommige computers) waarin u een uitbreidingskaart kunt steken zodat deze met de systeembus
wordt verbonden.
uitgebreide PC-kaart Een PC-kaart die bij de plaatsing uit de PC-kaartsleuf steekt.
uitschakelen Het proces dat vensters sluit, programma's afsluit, het besturingssysteem afsluit en de computer uitschakelt. Als u de computer uitschakelt
voordat alle software is gesloten, kunnen er gegevens verloren gaan.
UMA unified memory allocation (verenigde geheugentoewijzing) Systeemgeheugen dynamisch toegewezen aan video.
UPS uninterruptible power supply (continue stroomvoorziening) Een reservestroombron die wordt gebruikt wanneer de stroom uitvalt of daalt tot een
onacceptabel voltageniveau. Met een UPS blijft de computer een beperkte tijd werken wanneer er geen stroom meer is. UPS-systemen bieden doorgaans
piekonderdrukking en soms ook spanningsregeling. Kleine UPS-systemen zorgen ook voor batterijstroom gedurende een aantal minuten om u in staat te
stellen de computer uit te schakelen.
USB universalserialbus(universeleseriëlebus) Een hardware-interface voor een langzaam apparaat, zoals een toetsenbord, muis, joystick, scanner,
luidsprekerset, printer, breedbandapparaat (DSL en kabelmodems), imaging- of opslagapparaat dat compatibel is met USB. Apparaten worden direct via een
4-pins contact verbonden met de computer of via een multi-porthub die op de computer wordt aangesloten. USB-apparaten kunnen wordt gekoppeld en
ontkoppeld terwijl de computer wordt ingeschakeld en kunnen ook worden.
UTP unshielded twisted pair (onafgeschermde gevlochte paren) Beschrijft een kabeltype dat gebruikt wordt bij de meeste telefoonnetwerken en een
aantal computernetwerken. Paren van onafgeschermde kabels zijn gevlochten om te beschermen tegen elektromagnetische storing, in plaats van te
vertrouwen op een metalen huls rondom elk paar.
UXGA ultra-extended graphics array Een videostandaard voor videokaarten en -controllers die resoluties ondersteunt van maximaal 1600 x 1200.
V
V volt Deeenheidvanelektrischvermogenofelektromotievekracht.EénVverschijntovereenweerstandvan1ohmwanneereenstroomvan1ampère
door die weerstand stroomt.
vernieuwingsfrequentie De frequentie in Hz waarmee de horizontale lijnen op het beeldscherm opnieuw worden geladen (ook wel de verticale frequentie
genoemd). Hoe hoger de vernieuwingsfrequentie, des te minder knipperingen er door het menselijk ook gezien kunnen worden.
videocontroller De circuits op een videokaart of op de systeemkaart (op computers met een ingebouwde videocontroller) die voor de videomogelijkheden
zorgtin combinatie met de monitorvan uw computer.
videogeheugen Geheugen dat bestaat uit geheugenchips speciaal voor videofuncties. Videogeheugen is gewoonlijk sneller dan systeemgeheugen. De
hoeveelheidvideogeheugendiegeïnstalleerdis,beïnvloedtvoornamelijkhetaantalkleurendateenprogrammakanweergeven.
videomodus Een modus die beschrijft hoe tekst en afbeeldingen op een monitor worden weergegeven. Grafische software, zoals de Windows-
besturingssystemen, wordt weergegeven in videomodi die gedefnieerd kunnen worden als x horizontale pixels bij y verticale pixels bij z kleuren.
Tekengebaseerde software, zoals teksteditors, wordt weergegeven in videomodi die gedefinieerd kunnen worden als x kolommen bij y rijen van tekens.
videoresolutie Zie resolutie.
virus Een programma dat ontworpen is om u last te bezorgen of om gegevens op uw computer te vernietigen. Een virusprogramma verplaatst zich van de
enenaardeanderecomputerviaeengeïnfecteerdeschijf,softwaregedownloadvanhetinternetofe-mailbijlagen.Wanneereengeïnfecteerdprogramma
wordt gestart, wordt ook het ingesloten virus gestart.
Een opstartvirus is een algemeen type virus, dat is opgeslagen in de opstartsectoren van een diskette. Als u de diskette in het station laat zitten, wanneer de
computerwordtuitgeschakeldenweeringeschakeld,raaktdecomputergeïnfecteerdwanneerdezeopstartsectorenleestvandedisketteenverwachthet
besturingssysteemtevinden.Alsdecomputerisgeïnfecteerd,kanhetopstartviruszichzelfkopiërennaarallediskettesdieindiecomputerwordengelezenof
geschreven totdat het virus wordt vernietigd.
W
W watt Deeenheidvanelektrischestroom.EénWis1ampèrevanstroomdiemet1voltstroomt.
WHr wattuur Een eenheid die vaak wordt gebruikt om de geschatte capaciteit van een batterij aan te duiden. Een batterij van 66-WHr kan bijvoorbeeld
66 W vermogen bieden voor 1 uur of 33 W voor 2 uur.
WLAN wireless local area network (draadloze LAN). Een reeks verbonden computers die met elkaar communiceren via de luchtgolven waarbij gebruik wordt
gemaakt van toegangspunten of draadloze routers om internettoegang te bieden.
WWAN wireless local area network (draadloze WAN). Zie Mobiel breedband.
WXGA wide-aspect extended graphics array Een videostandaard voor videokaarten en -controllers die resoluties ondersteunt van maximaal 1280 x 800.
X
XGA extended graphics array Een videostandaard voor videokaarten en -controllers die resoluties ondersteunt van maximaal 1024 x 768.
Z
ZIF zero insertion force Eentypesocketofconnectorwaarmeeeencomputerchipkanwordengeïnstalleerdofverwijderdzonderdaterdrukwordt
uitgeoefend op de chip of de socket.
Zip Een populaire gegevenscompressie-indeling. Bestanden die zijn gecomprimeerd met de Zip-indeling worden Zip-bestanden genoemd en hebben
gewoonlijk de bestandsnaamextensie .zip. Een speciaal type zipbestand is een zelfuitpakkend bestand, met de bestandsnaamextensie .exe. U kunt een
zelfuitpakkend bestand uitpakken door erop te dubbelklikken.
Zip-station Een diskettestation met hoge capaciteit ontwikkeld door Iomega Corporation die uitneembare 3,5-inch schijven gebruikt die zipdiskettes
worden genoemd. Zipdiskettes zijn iets groter dan gewone diskettes, ongeveer twee keer zo dik en er kunnen meer dan 100 MB gegevens op worden
opgeslagen.
Terug naar inhoudsopgave
Terug naar inhoudsopgave
Help-informatie
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Hulp krijgen
Problemen met de bestelling
Productinformatie
Items retourneren voor reparatie of geldteruggave
Voordat u belt
Contact opnemen met Dell
Hulp krijgen
1. Volg de procedures in Problemen oplossen.
2. Voer Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uit (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
3. Maak een kopie van de diagnostische checklist en vul deze in.
4. Gebruik het uitgebreide Dell-pakket van on line services die beschikbaar zijn op Dell Support (support.dell.com) voor hulp bij installatie- en
probleemoplossingsprocedures.
5. Als met de voorgaande stappen het probleem nog steeds niet is opgelost, neemt u contact op met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
OPMERKING: Bel de ondersteuningsdienst terwijl u zich bij de computer bevindt, zodat een medewerker u kan helpen bij noodzakelijke procedures.
OPMERKING: Het systeem voor de code voor express-service van Dell is mogelijk niet in alle landen beschikbaar.
Voer de code voor express-service in om het gesprek direct naar de juiste medewerker te leiden als het geautomatiseerde telefoonsysteem van Dell hierom
vraagt. Als u geen code voor express-service hebt, opent u de map Dell Accessories, dubbelklikt u op het pictogram van de code voor express-service en
volgt u de aanwijzingen.
Zie Support Service (ondersteuningsdienst) voor instructies over het gebruik van de ondersteuningsdienst.
OPMERKING: Sommige van de onderstaande diensten zijn niet altijd overal buiten de Verenigde Staten beschikbaar. Bel uw plaatselijke Dell-
vertegenwoordiger voor informatie hierover.
On line services
Dell Support is bereikbaar op support.dell.com. Selecteer uw regio op de pagina WELCOME TO DELL SUPPORT (Welkom bij de Dell-ondersteuning) en vul de
gewenste gegevens in om programma's en informatie te openen.
U kunt via de volgende adressen elektronisch contact opnemen met Dell:
l World Wide Web
www.dell.com/
www.dell.com/ap/ (alleen de Aziatische landen/landen rond de Stille Oceaan)
www.dell.com/jp (alleen Japan)
www.euro.dell.com (alleen Europa)
www.dell.com/la/ (Latijns-Amerikaanse landen)
www.dell.ca (alleen Canada)
l Anonieme bestandsoverdrachtsprotocol (FTP - file transfer protocol)
ftp.dell.com/
Meldt u aan als gebruiker: anoniem en gebruik uw e-mailadres als uw wachtwoord.
l Electronische ondersteuning
WAARSCHUWING: Als u de computerkappen moet verwijderen, moet u eerst de stroom naar de computer onderbreken en de modemkabels uit de
stopcontacten halen.
[email protected] (alleen Aziatische landen/landen rond de Stille Oceaan)
support.jp.dell.com (alleen Japan)
support.euro.dell.com (alleen Europa)
l Elektronische offertedienst
[email protected] (alleen Aziatische landen/landen rond de Stille Oceaan)
[email protected] (alleen Canada)
AutoTech-dienst
Dell's geautomatiseerde ondersteuningsdienstAutoTechbiedt opgenomen antwoorden op de meest gestelde vragen van Dell-klanten over hun draagbare
en desktopcomputers.
Gebruik bij het bellen naar AutoTech uw touch-tone telefoon om de onderwerpen te selecteren die aansluiten op uw vragen.
De AutoTech-serviceis24uurperdag,7dagenperweekbeschikbaar.Dezeserviceisookbereikbaarviadeondersteuningsdienst.Ziedecontactnummers
van uw regio voor het te bellen nummer (zie Contact opnemen met Dell).
Geautomatiseerde bestelservice
WanneerudestatuswiltnagaanvandeDell™-producten die u hebt besteld, gaat u naar support.dell.com, of belt u de geautomatiseerde bestelservice. U
wordt gevraagd de vereiste informatie te geven om uw bestelling te vinden en te controleren. Zie de contactnummers van uw regio voor het te bellen nummer
(zie Contact opnemen met Dell).
Ondersteuningsdienst
Dell'sondersteuningsdienstis24uur per dag, 7 dagen in de week beschikbaar om uw vragen over de Dell-hardware te beantwoorden. Onze medewerkers
gebruiken diagnostische programma's op de computer om snelle, accurate antwoorden te geven.
Zie Hulp krijgen om contact op te nemen met Dell's ondersteuningsdienst en bel het nummer van uw land in de lijst Contact opnemen met Dell.
Problemen met de bestelling
Als u problemen hebt met de bestelling, zoals ontbrekende of verkeerde onderdelen of een onjuiste factuur, moet u contact opnemen met de klantenservice
van Dell. Zorg dat u de factuur of verpakkingsstrook bij de hand hebt wanneer u belt. Zie de contactnummers van uw regio voor het te bellen nummer.
Productinformatie
Als u informatie nodig hebt over andere beschikbare producten van Dell of als u een bestelling wilt plaatsen, gaat u naar de Dell-website op www.dell.com.
Zie de contactnummers van uw regio voor het telefoonnummer van de dichtstbijzijnde winkel.
Items retourneren voor reparatie of geldteruggave
Maak alle items als volgt gereed om te retourneren, of dit nu voor reparatie is of voor geldteruggave.
1. Bel Dell voor een machtigingsnummer voor het retourneren van materiaal en schrijf het zo op de buitenkant van de doos dat het goed zichtbaar is.
Zie de contactnummers van uw regio voor het te bellen nummer (zie Contact opnemen met Dell).
2. Voeg er een kopie bij van de factuur en een brief met de reden waarom u het item retourneert.
3. Voeg er ook een kopie bij van de diagnostische checklist waarin de testen staan die u hebt uitgevoerd en de foutmeldingen die door Dell Diagnostics
(Dell-diagnostiek) zijn weergegeven.
4. Stuur alle accessoires mee die bij het te retourneren item horen (zoals stroomkabels, softwarediskettes en handleidingen), als u geld wilt terugkrijgen.
5. Pak het materiaal dat u gaat retourneren in de originele (of gelijkwaardige) verpakking in.
U bent tevens verantwoordelijk voor het verzekeren van het te retourneren product en moet rekening houden met het risico dat het tijdens het transport
naar Dell kan zoekraken Rembourspakketten worden niet geaccepteerd.
Geretourneerdepakkettendienietaanéénofmeervandehierbovengenoemdeeisenvoldoen,wordenbijhetlaadperrongeweigerdennaaru
teruggezonden.
Voordat u belt
OPMERKING: Zorg dat u de code voor express-service bij de hand hebt wanneer u belt. De code helpt het geautomatiseerde ondersteuningssysteem u
efficiënterdoorteverbinden.
Vergeet niet de diagnostische checklist in te vullen. Indien mogelijk zet u de computer aan voordat u Dell belt voor hulp en bel terwijl u zich bij de computer
bevindt. U wordt mogelijk gevraagd een aantal opdrachten met het toetsenbord in te voeren, gedetailleerde informatie te geven tijdens de bewerkingen of
andere probleemoplossingsstappen te proberen die alleen mogelijk zijn op de computer. Zorg ervoor dat de computerdocumentatie beschikbaar is.
Contact opnemen met Dell
Bezoek de volgende websites voor elektronisch contact met Dell:
l www.dell.com
l support.dell.com (ondersteuning)
l premiersupport.dell.com (ondersteuning voor onderwijsinstituten, overheidsinstanties, medische instituten en midden- en grootbedrijven, waaronder
Premier-, Platinum- en Gold-klanten)
Zie de landensectie in de onderstaande tabel voor specifieke webadressen van het land waarin u woont.
OPMERKING: In sommige landen is de ondersteuning die specifiek is voor draagbare Dell XPS-computers, beschikbaar via een afzonderlijk telefoonnummer
dat bij de deelnemende landen staat aangegeven. Als u geen telefoonnummer ziet staan dat specifiek is voor draagbare XPS-computers, kunt u contact
opnemen met Dell via het ondersteuningsnummer waarmee u wordt doorverbonden.
Gebruik de e-mailadressen, telefoonnummers en netnummers in de onderstaande tabel wanneer u contact moet opnemen met Dell. Als u hulp nodig hebt bij
het bepalen van de te gebruiken netnummers, raadpleegt u een plaatselijke of internationale telefonist.
WAARSCHUWING: Volg de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids. voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken.
Diagnostische checklist
Naam:
Datum:
Adres:
Telefoonnummer:
Servicelabel (streepjescode op de achterkant van de computer):
Code voor express-service:
Machtigingsnummer voor het retourneren van materiaal (mits geleverd door een medewerker van de technische ondersteuning van Dell):
Besturingssysteem en versie:
Apparaten:
Uitbreidingskaarten:
Bent u aangesloten op een netwerk? Ja Nee
Netwerk, versie en netwerkadapter:
Programma's en versies:
Zie de documentatie van het besturingssysteem om achter de inhoud van de opstartbestanden van het systeem te komen. Als er een printer op de
computer is aangesloten, drukt u elk bestand af. Neem anders de inhoud van elk bestand goed door voordat u Dell belt.
Foutmelding, pieptooncodes of diagnostische code:
Beschrijving van het probleem en de probleemoplossingsprocedures die u hebt uitgevoerd:
OPMERKING: Gratis nummers zijn voor gebruik binnen het land waarbij ze staan.
Land (stad)
Internationaal
toegangsnummer
Landnummer
Netnummer
Afdelingsnaam of verzorgingsgebied,
website en e-mailadres
Netnummers,
plaatselijke nummers en
gratis nummers
Anguilla
Website: www.dell.com.ai
E-mail: la-[email protected]

Algemene ondersteuning
gratis:800-335-0031
Website: www.dell.com.ag
Antigua en Barbuda
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
1-800-805-5924
Aomen
Technischeondersteuning(Dell™Dimension™,DellInspiron™,DellOptiPlex™,Dell
Latitude™enDellPrecision™)
0800-105
Technische ondersteuning (servers en opslag)
0800-105
Argentinië(BuenosAires)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 54
Netnummer: 11
Website: www.dell.com.ar

E-mail: la-[email protected]
E-mail voor desktopcomputers en draagbare computers:

E-mail voor servers en EMC
®
-opslagproducten:

Klantenservice
gratis:0-800-444-0730
Technische ondersteuning
gratis:0-800-444-0733
Technische ondersteuningsdiensten
gratis:0-800-444-0724
Verkoop
0-810-444-3355
Aruba
Website: www.dell.com.aw
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:800-1578
Australië(Sydney)
Internationaal
toegangsnummer: 0011
Landnummer: 61
Netnummer: 2
Website: support.ap.dell.com

E-mail: support.ap.dell.com/contactus
Technische ondersteuning (XPS)
gratis:1300790877
Algemene ondersteuning
13DELL-133355
Oostenrijk (Wenen)
Internationaal
toegangsnummer: 900
Landnummer: 43
Netnummer: 1
Website: support.euro.dell.com


Verkoop thuis- en kleinbedrijf
082024053000
Faxnummer thuis- en kleinbedrijf
082024053049
Klantenservice thuis- en kleinbedrijf
082024053014
Geprefereerde accounts/Klantenservice bedrijven
082024053016
Ondersteuning voor XPS
082024053081
Ondersteuning thuis- en kleinbedrijf voor alle andere Dell-computers
082024053017
Geprefereerde accounts/Technische ondersteuning bedrijven
082024053017
Schakelbord
082024053000
Bahama's
Website: www.dell.com.bs
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-866-874-3038
Barbados
Website: www.dell.com/bb
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
1-800-534-3142
België(Brussel)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 32
Netnummer: 2
Website: support.euro.dell.com

Technische ondersteuning voor XPS
024819296
Technische ondersteuning voor alle andere Dell-computers
024819288
Faxnummer technische ondersteuning
024819295
Klantenservice
027131565
Bedrijfsverkoop
024819100
Faxnummer
024819299
Schakelbord
024819100
Bermuda
Website: www.dell.com/bm
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
1-877-890-0751
Bolivia
Website: www.dell.com/bo
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:800-10-0238
Brazilië
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 55
Netnummer: 51
Website: www.dell.com/br

E-mail: BR-[email protected]
Klantenservice en technische ondersteuning
0800903355
Faxnummer technische ondersteuning
5121045470
Faxnummer klantenservice
5121045480
Verkoop
08007223498
Britse Maagdeneilanden
Algemene ondersteuning
gratis:1-866-278-6820
Brunei
Landnummer: 673
Technischeondersteuning(Penang,Maleisië)
6046334966
Klantenservice(Penang,Maleisië)
6046334888
Transactieverkoop(Penang,Maleisië)
6046334955
Canada (North York,
Ontario)
Internationaal
toegangsnummer: 011
On line bestelstatus: www.dell.ca/ostatus
Website: support.ca.dell.com
AutoTech (geautomatiseerde ondersteuning hardware en garantie)
gratis:1-800-247-9362
Klantenservice (thuis/thuiskantoor)
gratis:1-800-847-4096
Klantenservice (klein-/midden-/grootbedrijf, overheid)
gratis:1-800-387-5757
Klantenservice (printers, projectors, televisies, handhelds, digitale jukeboxen en
draadloos)
gratis:1-800-847-4096
Telefonische ondersteuning hardwaregarantie (XPS)
gratis:1-866-398-8977
Telefonische ondersteuning hardwaregarantie (thuis/thuiskantoor)
gratis:1-800-847-4096
Telefonische ondersteuning hardwaregarantie (klein-/midden-/grootbedrijf,
regering)
gratis:1-800-387-5757
Telefonische ondersteuning hardwaregarantie (printers, projectors, televisies,
handhelds, digitale jukeboxen en draadloos)
1-877-335-5767
Verkoop (thuisverkoop/kleinbedrijf)
gratis:1-800-387-5752
Verkoop (midden-/grootbedrijf, regering)
gratis:1-800-387-5755
Verkoop reserve-onderdelen & uitgebreide service verkoopafdeling
18664403355
Kaaimaneilanden
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
1-877-262-5415
Chili (Santiago)
Landnummer: 56
Netnummer: 2
Website: www.dell.com/cl
E-mail: la-[email protected]
Verkoop en klantenondersteuning
gratis:1230-020-4823
China (Xiamen)
Landnummer: 86
Netnummer: 592
Website technische ondersteuning: support.dell.com.cn

E-mailadres technische ondersteuning: support.dell.com.cn/email

E-mailadres klantenservice: [email protected]
Faxnummer technische ondersteuning
5928181350
Technische ondersteuning (XPS)
gratis:8008580540
Technische ondersteuning (Dimension en Inspiron)
gratis:8008582969
Technische ondersteuning (OptiPlex, Latitude en Dell Precision)
gratis:8008580950
Technische ondersteuning (servers en opslag)
gratis:8008580960
Technische ondersteuning (voor o.a. projectors, PDA's, netwerken en routers)
gratis:8008582920
Technische ondersteuning (printers)
gratis:8008582311
Klantenservice
gratis:8008582060
Faxnummer klantenservice
5928181308
Thuis- en kleinbedrijf
gratis:8008582222
Geprefereerde accountsafdeling
gratis:8008582557
Grote bedrijfsaccounts GCP
gratis:8008582055
Grote bedrijfsaccounts Sleutelaccounts
gratis:8008582628
Grote bedrijfsaccounts noord
gratis:8008582999
Grote bedrijfsaccounts noord Overheid en onderwijs
gratis:8008582955
Grote bedrijfsaccounts oost
gratis:8008582020
Grote bedrijfsaccounts oost Overheid en onderwijs
gratis:8008582669
Grote bedrijfsaccounts Fileteam
gratis:8008582572
Grote bedrijfsaccounts zuid
gratis:8008582355
Grote bedrijfsaccounts west
gratis:8008582811
Reserveonderdelen voor grote bedrijfsaccounts
gratis:8008582621
Colombia
Website: www.dell.com/cl
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
01-800-915-4755
Costa Rica
Website: www.dell.com/cr
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
0800-012-0231
RepubliekTsjechië(Praag)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Website: support.euro.dell.com


Technische ondersteuning
225372727
Klantenservice
225372707
Faxnummer
225372714
Landnummer: 420
Faxnummer technische ondersteuning
225372728
Schakelbord
225372711
Denemarken (Kopenhagen)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 45
Website: support.euro.dell.com

Technische ondersteuning voor XPS
7010 0074
Technische ondersteuning voor alle andere Dell-computers
70230182
Klantenservice (relaties)
70230184
Klantenservice thuis- en kleinbedrijf
32875505
Schakelbord (relaties)
32871200
Faxnummer schakelbord (relaties)
32871201
Schakelbord (thuis-/kleinbedrijf)
32875000
Faxnummer schakelbord (thuis-/kleinbedrijf)
32875001
Dominica
Website: www.dell.com/dm
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-866-278-6821
Dominicaanse republiek
Website: www.dell.com/do
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
1-800-156-1588
Ecuador
Website: www.dell.com/ec
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning (oproepen vanaf Quito)
gratis:999-119-877-655-3355
Algemene ondersteuning (bellen vanaf Guayaquil)
gratis:1800-999-119-877-655-3355
El Salvador
Website: www.dell.com/ec
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
800-6132
Finland (Helsinki)
Internationaal
toegangsnummer: 990
Landnummer: 358
Netnummer: 9
Website: support.euro.dell.com

Technische ondersteuning
0207533555
Klantenservice
0207533538
Schakelbord
0207533533
Verkoopafdeling tot 500 werknemers
0207533540
Faxnummer
0207533530
Verkoopafdeling met meer dan 500 werknemers
0207533533
Faxnummer
0207533530
Frankrijk (Parijs)
(Montpellier)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 33
Netnummers: (1) (4)
Website: support.euro.dell.com

Thuis- en kleinbedrijf

Technische ondersteuning voor XPS
0825 387 129
Technische ondersteuning voor alle andere Dell-computers
0825387270
Klantenservice
0825823833
Schakelbord
0825004700
Schakelbord (oproepen van buiten Frankrijk)
0499754000
Verkoop
0825004700
Faxnummer
0825004701
Faxnummer (oproepen van buiten Frankrijk)
0499754001
Bedrijf

Technische ondersteuning
0825004719
Klantenservice
0825338339
Schakelbord
0155947100
Verkoop
0155947100
Faxnummer
0155947101
Duitsland (Frankfurt)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 49
Netnummer: 69
Website: support.euro.dell.com
Technische ondersteuning voor XPS
06997927222
Technische ondersteuning voor alle andere Dell-computers
0699792-7200
Klantenservice thuis- en kleinbedrijf
0180-5-224400
Onderdeel wereldwijde klantenservice
0699792-7320
Klantenservice geprefereerde accounts
0699792-7320
Klantenservice grote accounts
0699792-7320
Klantenservice openbare accounts
0699792-7320
Schakelbord
0699792-7000
Griekenland
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 30
Website: support.euro.dell.com
Technische ondersteuning
00800-44 14 95 18
Technische ondersteuning Gold Service
00800-44 14 00 83
Schakelbord
2108129810
Schakelbord Gold Service
2108129811
Verkoop
2108129800
Faxnummer
2108129812
Grenada
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-866-540-3355
Guatemala
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
1-800-999-0136
Guyana
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-877-270-4609
Hong Kong
Internationaal
toegangsnummer: 001
Landnummer: 852
Website: support.ap.dell.com

E-mailadres technische ondersteuning: support.dell.com.cn/email

Technische ondersteuning (XPS)
00852-34166923
Technische ondersteuning (Dimension en Inspiron)
00852-29693188
Technische ondersteuning (OptiPlex, Latitude en Dell Precision)
00852-29693191
Technische ondersteuning (servers en opslag)
00852-29693196
Technische ondersteuning (voor o.a. projectors, PDA's, netwerken en routers)
00852-34160906
Klantenservice
00852-34160910
Grote bedrijfsaccounts
00852-34160907
Wereldwijde klantenprogramma's
00852-34160908
Afdeling kleinbedrijf
00852-34160912
Afdeling thuis- en kleinbedrijf
00852-29693105
India
Website: support.ap.dell.com
Technische ondersteuning (XPS-computers)
08025068033
ofgratis:18004252066
Technische ondersteuning (draagbare pc's, servers en opslag)
1600338045
en 1600448046
Verkoop (grote bedrijfsaccounts)
1600338044
Verkoop (thuis- en kleinbedrijf)
1600338046
Ierland (Cherrywood)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 353
Netnummer: 1
Website: support.euro.dell.com


Verkoop
Verkoopafdeling Ierland
012044444
Dell-winkel
1850200778
Helpdesk on-linebestellingen
1850200778
Klantenservice
Klantenservice thuisgebruiker
012044014
Klantenservice kleinbedrijf
012044014
Klantenservice bedrijven
1850200982
Technische ondersteuning
Technische ondersteuning voor alleen XPS-computers
1850200722
Technische ondersteuning voor alle andere Dell-computers
1850543543
Algemeen
Faxnummer/faxnummer verkoop
012040103
Schakelbord
012044444
Klantenservice U.K. (alleen binnen de U.K. bellen)
08709060010
Klantenservice bedrijven (alleen binnen de U.K. bellen)
08709074499
Verkoop U.K. (alleen binnen de U.K. bellen)
08709074000
Italië(Milaan)
Internationaal
Website: support.euro.dell.com

Thuis- en kleinbedrijf

Technische ondersteuning
0257782690
Klantenservice
0269682114
Faxnummer
0269682113
toegangsnummer: 00
Landnummer: 39
Netnummer: 02
Schakelbord
0269682112
Bedrijf

Technische ondersteuning
0257782690
Klantenservice
0257782555
Faxnummer
0257503530
Schakelbord
02577821
Jamaica
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning (alleen binnen Jamaica bellen)
1-800-440-9205
Japan (Kawasaki)
Internationaal
toegangsnummer: 001
Landnummer: 81
Netnummer: 44
Website: support.jp.dell.com
Technische ondersteuning (XPS)
gratis:0120-937-786
Technische ondersteuning buiten Japan (XPS)
044-520-1235
Klantenservice XPS (als bestelde items ontbreken of tijdens transport zijn
beschadigd)
044-556-4240
Technische ondersteuning (Dimension en Inspiron)
gratis: 0120-198-226
Technische ondersteuning buiten Japan (Dimension en Inspiron)
81-44-520-1435
Technische ondersteuning (Dell Precision, OptiPlex en Latitude)
gratis: 0120-198-433
Technische ondersteuning buiten Japan (Dell Precision, OptiPlex en Latitude)
81-44-556-3894
Technischeondersteuning(DellPowerApp™,DellPowerEdge™,Dell
PowerConnect™enDellPowerVault™)
gratis: 0120-198-498
Technische ondersteuning buiten Japan (PowerApp, PowerEdge, PowerConnect en
PowerVault)
81-44-556-4162
Technische ondersteuning (projectors, PDA's, printers en routers)
gratis: 0120-981-690
Technische ondersteuning buiten Japan (projectors, PDA's, printers en routers)
81-44-556-3468
Service faxapparaat
044-556-3490
Geautomatiseerde 24-uurs bestelservice
044-556-3801
Klantenservice
044-556-4240
Verkoopafdeling (maximaal 400 werknemers)
044-556-1465
Afdeling verkoop geprefereerde accounts (minimaal 400 werknemers)
044-556-3433
Verkoop openbaar (overheidsinstanties, onderwijsinstituten en medische
instituten)
044-556-5963
Onderdeel wereldwijd Japan
044-556-3469
Afzonderlijke gebruiker
044-556-1760
Schakelbord
044-556-4300
Korea (Seoul)
Internationaal
toegangsnummer: 001
Landnummer: 82
Netnummer: 2
Ondersteuning
gratis:080-200-3800
Technische ondersteuning (XPS)
gratis:080-999-0283
Ondersteuning (Dimension, PDA, elektronica en accessoires)
gratis: 080-200-3801
Verkoop
gratis:080-200-3600
Faxnummer
2194-6202
Schakelbord
2194-6000
Latijns-Amerika
Technische ondersteuning en klantenservice (Austin, Texas, V.S.)
512728-4093
Klantenservice (Austin, Texas, V.S.)
512728-3619
Faxnummer (technische ondersteuning en klantenservice) (Austin, Texas, V.S.)
512728-3883
Verkoop (Austin, Texas, V.S.)
512728-4397
Faxnummer verkoop (Austin, Texas, V.S.)
512728-4600
of512728-3772
Luxemburg
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 352
Website: support.euro.dell.com

Ondersteuning
3420808075
Verkoop thuis- en kleinbedrijf
+32(0)27131596
Bedrijfsverkoop
26257781
Klantenservice
+32(0)24819119
Faxnummer
26257782
Macau
Landnummer: 853
Technische ondersteuning
gratis:0800105
Klantenservice (Xiamen, China)
34 160 910
Transactieverkoop (Xiamen, China)
29 693 115
Maleisië(Penang)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Website: support.ap.dell.com
Technische ondersteuning (XPS)
gratis:1800885784
Technische ondersteuning (Dell Precision, OptiPlex en Latitude)
gratis:1800880193
Technische ondersteuning (Dimension, Inspiron en elektronica en accessoires)
gratis:1800881306
Landnummer: 60
Netnummer: 4
Technische ondersteuning (PowerApp, PowerEdge, PowerConnect en PowerVault)
gratis:1800881386
Klantenservice
gratis:1800881306(optie6)
Transactieverkoop
gratis:1800888202
Bedrijfsverkoop
gratis:1800888213
Mexico
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 52
E-mail: la-[email protected]
Technische ondersteuning klanten
001-877-384-8979
of 001-877-269-3383
Verkoop
50-81-8800
of 01-800-888-3355
Klantenservice
001-877-384-8979
of 001-877-269-3383
Algemeen
50-81-8800
of 01-800-888-3355
Montserrat
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-866-278-6822
Nederlandse Antillen
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
001-800-882-1519
Nederland (Amsterdam)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 31
Netnummer: 20
Website: support.euro.dell.com
Technische ondersteuning voor XPS
0206744594
Technische ondersteuning voor alle andere Dell-computers
0206744500
Faxnummer technische ondersteuning
0206744766
Klantenservice thuis- en kleinbedrijf
0206744200
Klantenservice relaties
0206744325
Verkoop thuis- en kleinbedrijf
0206745500
Verkoop relaties
0206745000
Faxnummer verkoop thuis-/kleinbedrijf
0206744775
Faxnummer verkoop relaties
0206744750
Schakelbord
0206745000
Faxnummer schakelbord
0206744750
Nieuw-Zeeland
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 64
Website: support.ap.dell.com

E-mail: support.ap.dell.com/contactus
Technische ondersteuning (XPS)
gratis:0800335540
Algemene ondersteuning
0800441567
Nicaragua
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
001-800-220-1377
Noorwegen (Lysaker)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 47
Website: support.euro.dell.com
Technische ondersteuning voor XPS
815 35 043
Technische ondersteuning voor alle andere Dell-producten
67116882
Klantenservice relaties
67117575
Klantenservice thuis- en kleinbedrijf
23162298
Schakelbord
67116800
Faxnummer schakelbord
67116865
Panama
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
011-800-507-1264
Peru
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
0800-50-669
Polen (Warschau)
Internationaal
toegangsnummer: 011
Landnummer: 48
Netnummer: 22
Website: support.euro.dell.com
Telefoonnummer klantenservice
5795700
Klantenservice
5795999
Verkoop
5795999
Faxnummer klantenservice
5795806
Faxnummer receptie
5795998
Schakelbord
5795999
Portugal
Internationaal
toegangsnummer: 00
Website: support.euro.dell.com

Technische ondersteuning
707200149
Klantenservice
800300413
Landnummer: 351
Verkoop
800300410of800300411of
800300412of214220710
Faxnummer
214240112
Puerto Rico
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
1-877-537-3355
St. Kitts en Nevis
Website: www.dell.com/kn
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-866-540-3355
St. Lucia
Website: www.dell.com/lc
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-866-464-4352
St. Vincent en de Grenadine-
eilanden
Website: www.dell.com/vc
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-866-464-4353
Singapore (Singapore)
Internationaal
toegangsnummer: 005
Landnummer: 65
OPMERKING: De telefoonnummers in deze sectie kunnen alleen vanuit Singapore
ofMaleisiëwordengebeld.
Website: support.ap.dell.com
Technische ondersteuning (XPS)
gratis:18003947464
Technische ondersteuning (Dimension, Inspiron en elektronica en accessoires)
gratis:18003947430
Technische ondersteuning (OptiPlex, Latitude en Dell Precision)
gratis:18003947488
Technische ondersteuning (PowerApp, PowerEdge, PowerConnect en PowerVault)
gratis:18003947478
Klantenservice
gratis:18003947430(optie6)
Transactieverkoop
gratis:18003947412
Bedrijfsverkoop
gratis:18003947419
Slowakije (Praag)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 421
Website: support.euro.dell.com


Technische ondersteuning
0254415727
Klantenservice
420225372707
Faxnummer
0254418328
Faxnummer technische ondersteuning
0254418328
Schakelbord (verkoop)
0254417585
Zuid-Afrika (Johannesburg)
Internationaal
toegangsnummer:
09/091
Landnummer: 27
Netnummer: 11
Website: support.euro.dell.com
Gouden file
0117097713
Technische ondersteuning
0117097710
Klantenservice
0117097707
Verkoop
0117097700
Faxnummer
0117060495
Schakelbord
0117097700
Zuid-oostAziëendelanden
in de Stille oceaan
Technischeondersteuning,klantenserviceenverkoop(Penang,Maleisië)
6046334810
Spanje (Madrid)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 34
Netnummer: 91
Website: support.euro.dell.com
Thuis- en kleinbedrijf

Technische ondersteuning
902100130
Klantenservice
902118540
Verkoop
902118541
Schakelbord
902118541
Faxnummer
902118539
Bedrijf

Technische ondersteuning
902100130
Klantenservice
902115236
Schakelbord
917229200
Faxnummer
917229583
Zweden (Upllands Vasby)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 46
Website: support.euro.dell.com
Technische ondersteuning voor XPS
0771 340 340
Technische ondersteuning voor alle andere Dell-producten
0859005199
Klantenservice relaties
0859005642
Klantenservice thuis- en kleinbedrijf
0858770527
Aankoopprogramma werknemersondersteuning (EPP)
0201401444
Netnummer: 8
Faxnummer technische ondersteuning
0859005594
Verkoop
0859005185
Zwitserland(Genève):
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 41
Netnummer: 22
Website: support.euro.dell.com


Technische ondersteuning voor XPS
0848 33 88 57
Technische ondersteuning (thuis- en kleinbedrijf) voor alle andere Dell-producten
0844811411
Technische ondersteuning (bedrijven)
0844822844
Klantenservice (thuis- en kleinbedrijf)
0848802202
Klantenservice (bedrijven)
0848821721
Faxnummer
0227990190
Schakelbord
0227990101
Taiwan
Internationaal
toegangsnummer: 002
Landnummer: 886
Website: support.ap.dell.com
E-mail: support.dell.com.cn/email
Technische ondersteuning (XPS)
gratis:00801863085
Technische ondersteuning (OptiPlex, Latitude, Inspiron, Dimension en elektronica
en accessoires)
gratis:00801861011
Technische ondersteuning (servers en opslag)
gratis:00801601256
Klantenservice
gratis:00801601250(optie5)
Transactieverkoop
gratis:00801651228
Bedrijfsverkoop
gratis:00801651227
Thailand
Internationaal
toegangsnummer: 001
Landnummer: 66
Website: support.ap.dell.com
Technische ondersteuning (OptiPlex, Latitude en Dell Precision)
gratis:1800006007
Technische ondersteuning (PowerApp, PowerEdge, PowerConnect en PowerVault)
gratis:1800060009
Klantenservice
gratis:1800006007(optie7)
Bedrijfsverkoop
gratis:1800006009
Transactieverkoop
gratis:1800006006
Trinidad en Tobago
Website: www.dell.com/tt
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-888-799-5908
Turks- en Caicoseilanden
Website: www.dell.com/tc
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-877-441-4735
U.K. (Bracknell)
Internationaal
toegangsnummer: 00
Landnummer: 44
Netnummer: 1344
Website: support.euro.dell.com
Website klantenservice: support.euro.dell.com/uk/en/ECare/form/home.asp
Verkoop
Verkoop thuis- en kleinbedrijf
08709074000
Verkoop bedrijven/publieke sector
01344860456
Klantenservice
Klantenservice thuis- en kleinbedrijf
08709060010
Klantenservice bedrijven
01344373185
Geprefereerde accounts (5005000 werknemers)
08709060010
Klantenservice wereldwijde accounts
01344373186
Klantenservice centrale overheid
01344373193
Klantenservice lokale & overheid en onderwijs
01344373199
Klantenservice gezondheidszorg
01344373194
Technische ondersteuning
Technische ondersteuning voor alleen XPS-computers
0870 366 4180
Technische ondersteuning (bedrijven/geprefereerde accounts/PAD [1000+
werknemers])
08709080500
Technische ondersteuning voor alle andere producten
08703530800
Algemeen
Faxnummer thuis- en kleinbedrijf
08709074006
Uruguay
Website: www.dell.com/uy
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:000-413-598-2521
Geautomatiseerde bestelservice
gratis:1-800-433-9014
AutoTech (draagbare en desktopcomputers)
gratis:1-800-247-9362
Ondersteuning hardware en garantie (Dell TV, printers en projectors) voor relatie
met klanten
gratis:1-877-459-7298
Terug naar inhoudsopgave
V.S. (Austin, Texas)
Internationaal
toegangsnummer: 011
Landnummer: 1
Klantenondersteuning XPS Noord- en Zuid-Amerika
gratis:1-800-232-8544
Klantenondersteuning (huis- enthuiskantoor)vooralleandereDell-producten
gratis:1-800-624-9896
Klantenservice
gratis:1-800-624-9897
Aankoopprogramma werknemers (EPP) klanten
gratis:1-800-695-8133
Websitefinanciëleservice:www.dellfinancialservices.com
Financiëleservice(lease/leningen)
gratis:1-877-577-3355
Financiëleservice(Dellgeprefereerdeaccounts[DPA])
gratis:1-800-283-2210
Zakelijk
Klantenservice en technische ondersteuning
gratis:1-800-456-3355
Aankoopprogramma werknemers (EPP) klanten
gratis:1-800-695-8133
Technische ondersteuning printers, projectors, PDA's en MP3-spelers
gratis:1-877-459-7298
Openbaar(overheid,onderwijsengezondheidszorg)
Klantenservice en technische ondersteuning
gratis:1-800-456-3355
Aankoopprogramma werknemers (EPP) klanten
gratis:1-800-695-8133
Dell verkoop
gratis:1-800-289-3355
ofgratis:1-800-879-3355
Dell Outlet Store (opgeknapte Dell-computers)
gratis:1-888-798-7561
Verkoop software en randapparatuur
gratis:1-800-671-3355
Verkoop reserve-onderdelen
gratis:1-800-357-3355
Verkoop uitgebreide service en garantie
gratis:1-800-247-4618
Faxnummer
gratis:1-800-727-8320
Dell-service voor doven, slechthorenden of mensen met een spraakmoeilijkheden
gratis:1-877-DELLTTY
(1-877-335-5889)
V.S. Maagdeneilanden
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
gratis:1-877-702-4360
Venezuela
Website: www.dell.com/ve
E-mail: la-[email protected]
Algemene ondersteuning
0800-100-4752
Terug naar inhoudsopgave
Het toetsenbord en de touchpad gebruiken
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Numeriek toetsenblok
Toetsencombinaties
Touchpad
Numeriek toetsenblok
Het numerieke toetsenblok werkt als het numerieke toetsenblok op het externe toetsenbord. Elke toets op het toetsenblok heeft meerdere functies. De cijfers
op het toetsenblok en symbolen zijn blauw gemarkeerd rechts van de toetsenblok. Houd <Fn> ingedrukt en druk op de gewenste toets om een cijfer of
symbool in te voeren.
l Druk op <Num Lk> om het toetsenblok in te schakelen. Het lampje geeft aan dat het toetsenblok actief is.
l Druk op <Num Lk> om het toetsenblok weer uit te schakelen.
Toetsencombinaties
Systeemfuncties
Batterij
Cd- of dvd-lade
Weergavefuncties
<Ctrl><Shift><Esc>
Opent het venster Taakbeheer.
<Fn><F3>
GeeftdeDell™QuickSet-batterijmeter weer
<Fn><F10>
Werptdeladeuithetstation(alsDellQuickSetisgeïnstalleerd).
<Fn><F8>
Verplaatst het videobeeld volgens de volgende beeldschermoptie. Tot de opties behoren het ingebouwde beeldscherm, een externe
monitor en beide schermen tegelijk.
<Fn> en de pijl-
omhoog
Verhoogt de helderheid alleen op het ingebouwde beeldscherm (niet op een externe monitor).
<Fn> en de pijl-
omlaag
Verlaagt de helderheid alleen op het ingebouwde beeldscherm (niet op een externe monitor).
Luidsprekerfuncties
Radio's (inclusief draadloos netwerken en draadloze Bluetooth
®
-technologie)
Energiebeheer
Microsoft
®
Windows
®
-toetsenfuncties
Wanneer u de toetsenbordbewerking wilt aanpassen, zoals de herhaalsnelheid van tekens, opent u het Configuratiescherm, klikt u op Printers en andere
hardware en klikt u daarna op Toetsenbord. Open Help en ondersteuning van Windows voor informatie over het Configuratiescherm (zie Windows Help en
ondersteuning).
Touchpad
De touchpad detecteert de druk en beweging van uw vinger zodat u de cursor op het beeldscherm kunt verplaatsen. Gebruik de touchpad en de
touchpadknoppen op dezelfde manier als een muis.
<Fn><PageUp>
Verhoogt het luidsprekervolume.
<Fn><PageDn>
Verlaagt het luidsprekervolume.
<Fn><End>
Dempt het luidsprekervolume.
<Fn><F2>
Hiermee schakelt u radio's in en uit, inclusief draadloos netwerken en draadloze Bluetooth-technologie.
<Fn><Esc>
Activeert een energiebeheermodus. U kunt deze toetsenbordsnelkoppeling opnieuw programmeren om een andere energiebeheermodus te
activeren met het tabblad Geavanceerd in het venster Energiebeheeropties (zie De energiebeheerinstellingen configureren).
<Fn><F1>
Zet de computer in de slaapstand. Dell QuickSet is vereist (zie Dell™QuickSet).
Windows-toets en
<m>
Minimaliseert alle geopende vensters.
Windows-toets en
<Shift><m>
Herstelt alle geminimaliseerde vensters. Deze toetsencombinatie functioneert als een wisselknop om alle geminimaliseerde vensters
te herstellen met de combinatie van de Windows-toets en de <m>-toets.
Windows-toets en <e>
Hiermee wordt Windows Explorer uitgevoerd.
Windows-toets en <r>
Opent het dialoogvenster Uitvoeren.
Windows-toets en <f>
Opent het dialoogvenster Zoekresultaten.
Windows-toets en
<Ctrl><f>
Opent het dialoogvenster Zoekresultaten-Computer (als de computer is verbonden met een netwerk).
Windows-toets en
<Pause>
Opent het dialoogvenster Systeemeigenschappen.
1
touchpad
2
knoppen voor touchpad
l U verplaatst de cursor door uw vinger lichtjes over de touchpad te bewegen.
l U selecteert een object door eenmaal lichtjes op het oppervlak van de touchpad te tikken of uw duim te gebruiken om op de linker touchpadknop te
drukken.
l U selecteert en verplaatst (of sleept) een object door de cursor op het object te plaatsen en tweemaal op de touchpad te tikken. Laat uw vinger bij de
tweede tik op de touchpad liggen en verplaats het geselecteerde object door uw vinger over het oppervlak te schuiven.
l Wanneer u op een object wilt dubbelklikken, plaatst u de cursor op het object en tikt u tweemaal op de touchpad of gebruikt u uw duim om tweemaal
op de linkertouchpad te drukken.
De touchpad aanpassen
Met het venster Eigenschappen voor Muis kunt u de touchpad uitschakelen of de functies ervan wijzigen.
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Muis. Zie Help en ondersteuning van Windows voor informatie over het
Configuratiescherm. Zie Windows Help en ondersteuning om Help en ondersteuning te openen.
2. Doe het volgende in het venster Eigenschappen voor Muis:
l Klik op het tabblad Device Select (Apparaatselectie) om de touchpad uit te schakelen.
l Klik op het tabblad Aanwijzer om de touchpadinstellingen aan te passen.
3. Klik op OK om de instellingen op te slaan en sluit het venster.
Terug naar inhoudsopgave
Terug naar inhoudsopgave
Multimedia gebruiken
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Een cd of dvd afspelen
Het volume aanpassen
De afbeelding aanpassen
Cd'sendvd'skopiëren
De computer aansluiten op een tv of audioapparaat
Een cd of dvd afspelen
1. Druk op de uitwerpknop aan de voorkant van het station.
2. Haal de lade eruit.
3. Plaats de schijf met de labelkant omhoog in het midden van de lade en druk de schijf op de spindel.
4. Duw de lade weer terug in het station.
Zie de cd-software die met de computer is meegeleverd voor het formatteren van cd's voor gegevensopslag, het maken van muziek-cd'sofhetkopiërenvan
cd's.
Het volume aanpassen
1. Klik op de knop Start, wijs naar Alle programma's® Bureau-accessoires® Entertainment (of Multimedia) en klik op Volumeregeling.
2. Klik in het venster Volume Control (volumeregeling) op de balk in de kolom Volume Control (volumeregeling) en schuif deze omhoog of omlaag om het
volume te verhogen of te verlagen.
Klik voor meer informatie over volumeregelingsopties op Help in het venster Volume Control (volumeregeling).
De volumemeter geeft het huidige volumeniveau weer, inclusief dempen, op de computer. Klik op het pictogram op de taakbalk en schakel de optie
KENNISGEVING: Druk de cd- of dvd-lade niet omlaag wanneer u deze opent of sluit. Houd de lade gesloten wanneer u het station niet gebruikt.
KENNISGEVING: U moet de computer niet verplaatsen terwijl u cd's of dvd's afspeelt.
1
cd/dvd-lade
OPMERKING: Als u een cd/dvd-station gebruikt dat met een andere computer werd meegeleverd, moet u mogelijk de stuurprogramma's en software
installeren om cd's of dvd's af te spelen of gegevens te schrijven. Zie de cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) (de cd Drivers and Utilities
(stuur- en hulpprogramma's) is optioneel en mogelijk niet beschikbaar voor uw computer of in bepaalde landen).
OPMERKING: Zorg dat u aan alle auteursrechten voldoet bij het maken van cd's.
OPMERKING: Wanneer de luidsprekers zijn gedempt, hoort u het geluid van de cd of dvd niet.
Disable On Screen Volume Meter (volumemeter op het scherm uitschakelen) in of uit of druk op de volumeknoppen om de volumemeter op het scherm in of
uit te schakelen.
Pas het volume na het inschakelen van de volumemeter aan met de volumeknoppen of door op de onderstaande toetsen te drukken:
l Druk op <Fn><PageUp> om het volume te verhogen.
l Druk op <Fn><PageDn> om het volume te verlagen.
l Druk op <Fn><End> om het volume te dempen.
Voor meer informatie over QuickSet klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram op de taakbalk en daarna op Help.
De afbeelding aanpassen
Als een foutbericht aangeeft dat de huidige resolutie en kleurdiepte teveel geheugen gebruiken en het afspelen van dvd's verhindert, moet u de weergave-
eigenschappen aanpassen.
1. Klik op de knop Start en daarna op Configuratiescherm.
2. Klik onder Kies een categorie op Vormgeving en thema's.
3. Klik onder Kies een taak... op De beeldschermresolutie wijzigen.
4. Klik in het venster Eigenschappen voor Beeldscherm op de balk in Beekdschermresolutie en sleep deze om de instelling voor de schermresolutie te
verlagen.
5. Klik op de vervolgkeuzelijst onder Kleurkwaliteit en vervolgens op Gemiddeld (16 bits).
6. Klik op OK om de instellingen op te slaan en sluit het venster.
Cd'sendvd'skopiëren
Dit gedeelte geldt alleen voor computers met een cd-rw-, dvd+/-rw- of cd-rw/dvd (combo)-station.
De onderstaande instructies beschrijven hoe u een exacte kopie van een cd of dvd maakt. U kunt Sonic DigitalMedia ook voor andere doeleinden gebruiken,
zoals het maken van muziek-cd'svanaudiobestandendieopdecomputerzijnopgeslagenofhetopslaanvanbelangrijkegegevensopreservekopieën.Open
Sonic DigitalMedia voor hulp en klik op het vraagteken rechtsboven in het venster.
Eencdofdvdkopiëren
De beschrijfbare dvd-stationsopDell™-computers kunnen naar dvd+/-r-, dvd+/-rw- en dvd+r dl (dubbele laag)-media schrijven en deze lezen, maar niet naar
dvd-ram- of dvd-r dl-media schrijven of deze lezen.
1. Klik op de knop Start, wijs naar Alle programma's® Sonic® DigitalMedia Projects en klik vervolgens op Kopiëren.
2. Klik onder de tab Kopiërenop Disc Copy(schijfkopiëren).
3. U kopieert als volgt de cd of dvd:
l Alsuééncd/dvd-station hebt, controleer dan of de instellingen correct zijn en klik vervolgens op Disc Copy(schijfkopiëren).Decomputerleestuw
bron-cd of -dvd en kopieert de gegevens naar een tijdelijke map op de vaste schijf van uw computer.
Plaats, wanneer u hierom wordt gevraagd, een lege cd of dvd in het station en klik op OK.
l Als u twee cd- of dvd-stations hebt, selecteert u het station waarin u de bron-cd of -dvd hebt geplaatst en klikt u vervolgens op Disc Copy (schijf
kopiëren).Decomputerkopieertdegegevensvandebron-cd of -dvd naar de lege cd of dvd.
Wanneeruklaarbentmethetkopiërenvandebron-cd of -dvd, wordt de cd of dvd die u hebt gemaakt, automatisch uitgeworpen.
OPMERKING: Zorg dat u aan alle auteursrechten voldoet bij het maken van cd's of dvd's.
OPMERKING: De typen cd- of dvd-stations die door Dell worden aangeboden, kunnen per land verschillen.
OPMERKING: Cd-rw/dvd-combostations kunnen niet naar dvd-media schrijven. Als u een cd-rw/dvd-combostation hebt en opnameproblemen
ondervindt, moet u controleren op beschikbare softwarepatches op de ondersteuningswebsite van Sonic op www.sonic.com.
OPMERKING: Demeestecommerciëledvd'shebbenauteursrechtbeschermingenkunnennietmetSonicDigitalMediawordengekopieerd.
Lege cd's en dvd's gebruiken
Cd-rw-stations kunnen alleen naar cd-opnamemedia schrijven (inclusief snelle cd-rw) als de beschrijfbare dvd-stations naar zowel cd- als dvd-opnamemedia
kunnen schrijven.
Gebruik lege cd-r's voor het opnemen van muziek of voor het permanent opslaan van gegevensbestanden. Wanneer een cd-r is gemaakt, kunt u niet
nogmaals naar die cd-r schrijven (zie de Sonic-documentatie voor meer informatie). Gebruik lege cd-rw's als u informatie op de cd later wilt wissen,
herschrijven of bijwerken.
Lege dvd+/-r's kunnen worden gebruikt om permanent grote aantallen gegevens op te slaan. Na het maken van een dvd+/-r-schijf kunt u mogelijk niet
nogmaals naar die schijf schrijven als de schijf tijdens de laatste fase van het maakproces is voltooid of gesloten. Gebruik lege dvd+/-rw's als u later
informatie op de schijf wilt wissen, herschrijven of bijwerken.
Stations voor beschrijfbare cd's
Stations voor beschrijfbare dvd's
Nuttige tips
l Gebruik Microsoft
®
Windows
®
Explorer alleen om bestanden naar een cd-r of cd-rw te slepen en hier neer te zetten nadat u Sonic DigitalMedia hebt
gestart en een DigitalMedia-project hebt geopend.
l Gebruik cd-r's om muziek-cd's te branden die u op gewone stereo-installaties wilt afspelen. Cd-rw's kunnen mogelijk in veel stereo-installaties thuis of
in auto's niet worden afgespeeld.
l U kunt geen audio-dvd's maken met Sonic DigitalMedia.
l Muziek-mp3-bestanden kunnen alleen op mp3-spelers of op computers met MP3-software worden afgespeeld.
l In de handel verkrijgbare dvd-spelers die op thuisbioscoopsystemen worden gebruikt, ondersteunen niet alle beschikbare dvd-indelingen. Zie de
documentatie die met de dvd-speler is meegeleverd of neem contact op met uw leverancier, voor een lijst met indelingen die door uw dvd-speler
worden ondersteund.
l Brand lege cd-r's of cd-rw's niet tot ze helemaal vol zijn; kopieer bijvoorbeeld geen bestand van 650 MB naar een 650-MB-cd. Het cd-rw-station heeft
namelijk nog 12 MB lege ruimte nodig om de opname te voltooien.
l Gebruik een lege cd-rw om het opnemen op cd's te oefenen totdat u vertrouwd bent met cd-opnametechnieken. Als u een fout maakt, kunt u de
gegevens op de cd-rw wissen en het opnieuw proberen. U kunt ook lege cd-rw's gebruiken om projecten met muziekbestanden uit te proberen voordat
u het project permanent op een lege cd-r opneemt.
l Zie de Sonic-website op www.sonic.com voor extra informatie.
De computer aansluiten op een tv of audioapparaat
De computer heeft een S-video TV-out-connector waarmee u samen met een standaard S-videokabel (beschikbaar bij Dell) de computer op een tv kunt
aansluiten.
Mediatype
Lezen
Schrijven
Beschrijfbaar
Cd-r
Ja
Ja
Nee
Cd-rw
Ja
Ja
Ja
Mediatype
Lezen
Schrijven
Beschrijfbaar
Cd-r
Ja
Ja
Nee
Cd-rw
Ja
Ja
Ja
Dvd+r
Ja
Ja
Nee
Dvd-r
Ja
Ja
Nee
Dvd+rw
Ja
Ja
Ja
Dvd-rw
Ja
Ja
Ja
Dvd+r dl
Ja
Ja
Nee
Dvd-r dl
Misschien
Nee
Nee
Dvd-ram
Misschien
Nee
Nee
OPMERKING: Video- en audiokabels voor het aansluiten van de computer op een tv of ander audioapparaat worden niet met de computer meegeleverd
en zijn in bepaalde landen niet verkrijgbaar. Zijn de kabels in uw land wel beschikbaar, dan zijn ze te krijgen bij de meeste elektronicawinkels of via
Dell.
De tv heeft een S-video-ingangsconnector of samengestelde-video-ingangsconnector. Afhankelijk van het type connector dat beschikbaar is op de tv, kunt u
een in de handel verkrijgbare Svideo-kabel of samengestelde-videokabel gebruiken om de computer op de tv aan te sluiten.
Het is raadzaam om video- en audiokabels in een van de onderstaande combinaties op de computer aan te sluiten.
l S-video en standaard audio
l Samengestelde video en standaard audio
Wanneer de video- en audiokabels op de computer en de tv zijn aangesloten, moet u de computer inschakelen om met de tv te laten werken. Zie De
beeldscherminstellingen voor een tv inschakelen in Microsoft® Windows® XP om ervoor te zorgen dat de computer de tv herkent en er correct mee werkt.
S-video en standaard audio
1. Schakel de computer en de tv en/of het audioapparaat uit dat u wilt aansluiten.
2. SluitéénuiteindevandeS-videokabel aan op de connector van de S-video-ingang op de computer.
3. Sluit het andere uiteinde van de S-videokabel aan op de connector van de S-video-ingang op de tv.
4. Steekhetuiteindevandeaudiokabelmetéénconnectorindeconnectorvandehoofdtelefoonopdecomputer.
1
S-video TV-out-connector
2
standaard S-videokabelconnector
OPMERKING: Zie de diagrammen aan het begin van elke subsectie om te helpen bepalen welke verbindingsmethode u moet gebruiken.
1
standaard S-videokabel
2
standaard audiokabel
OPMERKING: U kunt een S-videokabel direct op de connector van de S-video TV-out-connector op de computer aansluiten (zonder de adapterkabel van
de tv/digitale audio), als de tv of het audioapparaat wel S-video ondersteunt, maar geen digitale S/PDIF-audio.
5. Steek de twee RCA-connectoren aan het andere uiteinde van de audiokabel in de audio-ingangsconnectoren op de tv of op een ander audioapparaat.
6. Zet de tv en alle audioapparaten aan die u hebt verbonden (indien toepasbaar) en schakel de computer in.
7. Zie De beeldscherminstellingen voor een tv inschakelen in Microsoft® Windows® XP om ervoor te zorgen dat de computer de tv herkent en er correct
mee werkt.
Samengestelde video en standaard audio
1. Schakel de computer en de tv en/of het audioapparaat uit dat u wilt aansluiten.
2. Sluit de adapterkabel voor standaardvideo naar samengestelde video aan op de S-video TV-out-connector op de computer.
3. Sluitéénuiteindevandesamengestelde-videokabel aan op de samengestelde-video-ingangsconnnector op de kabel van standaardvideo naar
samengestelde video.
4. Sluit het andere uiteinde van de samengestelde-videokabel aan op de samengestelde-video-ingangsconnector op de tv.
5. Steekhetuiteindevandeaudiokabelmetéénconnectorindeconnectorvandehoofdtelefoonopdecomputer.
6. Steek de twee RCA-connectoren aan het andere uiteinde van de audiokabel in de audio-ingangsconnectoren op de tv of op een ander audioapparaat.
7. Zet de tv en alle audioapparaten aan die u hebt verbonden (indien toepasbaar) en schakel de computer in.
8. Zie De beeldscherminstellingen voor een tv inschakelen in Microsoft® Windows® XP om ervoor te zorgen dat de computer de tv herkent en er correct
mee werkt.
De Cyberlink-hoofdtelefoon (CL) instellen
1
standaard S-video op de samengestelde video-adapter
2
samengestelde-videokabel
3
standaard audiokabel
OPMERKING: De functie voor CL-hoofdtelefoons is alleen beschikbaar als de computer over een dvd-station beschikt.
Als de computer een dvd-station heeft, kunt u digitale audio inschakelen voor het afspelen van dvd's.
1. Klik op Start® Alle programma's® PowerDVD om het programma Cyberlink PowerDVD te starten.
2. Plaats een dvd in het dvd-station.
Als de dvd begint met afspelen, klikt u op de stopknop.
3. Klik op de optie Settings (instellingen).
4. Klik op de optie DVD.
5. Klik op het pictogram DVD Audio Setting (instellingen dvd-audio).
6. Klik op de pijlen naast de instelling Speaker Configuration (instellingen luidsprekers) om door de opties te schuiven en selecteer de optie Headphones
(hoofdtelefoon).
7. Klik op de pijlen naast de instelling Audio listening mode (audioluistermodus) om door de opties te schuiven en selecteer de optie CL Headphone (CL-
hoofdtelefoon).
8. Klik op de pijlen naast de optie Dynamic range compression (compressie dynamisch bereik) om de meest geschikte optie te selecteren.
9. Klik eenmaal op de knop Back (terug) en vervolgens nogmaals op Back (terug) om terug te keren naar het scherm met het hoofdmenu.
De beeldscherminstellingen voor een tv inschakelen in Microsoft
®
Windows
®
XP
1. Klik op de knop Start en daarna op Configuratiescherm.
2. Klik op Vormgeving en thema's.
3. Klik onder of kies een pictogam... op Beeldscherm.
4. Klik op het tabblad Instellingen en vervolgens op Geavanceerd.
5. Klik op het tabblad Intel
®
Extreme Graphics.
6. Klik op Graphic Properties (eigenschappen voor afbeeldingen).
7. Ga als volgt te werk als u alleen een tv wilt gebruiken en geen computerbeeldscherm of andere beeldschermen:
a. Klik in het nieuwe venster op TV zodat er boven op het tv-pictogram een rood vinkje verschijnt.
b. Ga na of de instellingen correct zijn.
8. Ga als volgt te werk als u zowel een tv als computerbeeldscherm wilt gebruiken:
a. Klik in het nieuwe venster op Intel
®
Dual Display Clone en zorg dat een van de apparaten in de lijst een tv is.
b. Klik op Apparaatinstellingen.
c. Zorg ervoor dat de instellingen van de beeldschermresolutie in het nieuwe venster correct zijn.
9. Klik op Toepassen om de nieuwe instellingen weer te geven.
10. Klik op OK om de nieuwe instellingen te bevestigen.
11. Klik op Ja om de nieuwe instellingen te behouden.
12. Klik op OK.
Terug naar inhoudsopgave
OPMERKING: Ga na of de tv correct is aangesloten voordat u de beeldscherminstellingen inschakelt.
Terug naar inhoudsopgave
Een netwerk instellen
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Fysiek verbinding maken met een netwerk of breedbandmodem
De wizard Netwerk instellen
WLAN (Wireless Local Area Network)
Mobiel breedbandnetwerk (of Wireless Wide Area Network)
Firewall voor internetverbinding
Fysiek verbinding maken met een netwerk of breedbandmodem
Voordatumetuwcomputerverbindingkuntmakenmeteenbedraadnetwerk,moeteropdecomputereennetwerkadapterzijngeïnstalleerdeneen
netwerkkabel aan zijn verbonden.
U sluit als volgt een netwerkkabel aan:
1. Sluit de netwerkkabel aan op de connector van de netwerkadapter op de achterkant van de computer.
2. Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op een netwerkverbindingsapparaat of een netwerkwandconnector.
De wizard Netwerk instellen
Het besturingssysteem Microsoft
®
Windows
®
XP biedt de wizard Netwerk instellen om u te helpen bij het delen van bestanden, printers of een
internetverbinding maken tussen computers in een kantoor aan huis of een klein kantoor.
1. Klik op Start® Alle programma's® Bureau-accessoires® Communicatie® Wizard Netwerk instellen.
2. Klik in het welkomstscherm op Volgende.
3. Klik op Controlelijst voor het instellen van een netwerk.
4. Voltooi de controlelijst.
5. Keer terug naar de wizard Netwerk instellen en volg de instructies op het scherm.
WLAN (Wireless Local Area Network)
Een WLAN bestaat uit een aantal onderling verbonden computers die met elkaar communiceren via luchtgolven in plaats van een netwerkkabel die op elke
computer is aangesloten. In een WLAN maakt een radiocommunicatieapparaat, dat toegangspunt of draadloze router wordt genoemd, verbinding met
netwerkcomputers en biedt toegang tot een netwerk. Het toegangspunt of de draadloze router en de draadloze netwerkkaart in de computer communiceren
door via de luchtgolven gegevens vanaf hun antennes te verzenden.
Wat u nodig hebt voor een WLAN-verbinding
Voor het instellen van een WLAN hebt u het volgende nodig:
l Snelle (breedband) internettoegang (zoals een kabel of DSL)
OPMERKING: Steek de kabelconnector erin totdat deze op zijn plaats klikt en trek dan voorzichtig aan de kabel om te controleren of deze goed is
aangesloten.
OPMERKING: Gebruik geen netwerkkabel bij een telefoonwandconnector.
OPMERKING: Wanneer u de verbindingsmethode Deze computer maakt rechtstreeks verbinding met het Internet selecteert, schakelt u de
ingebouwde firewall in die bij Windows XP Service Pack 2 (SP2) wordt meegeleverd.
l Een breedbandmodem die verbonden en actief is
l Een draadloze router of toegangspunt
l Een draadloze netwerkkaart voor elke computer die u op het WLAN wilt aansluiten
l Een netwerkkabel met de netwerkconnector (RJ-45)
De draadloze netwerkkaart controleren
Afhankelijk van wat u hebt geselecteerd bij de aankoop van uw computer, heeft de computer een aantal verschillende configuraties. Gebruik een van de
volgende methodes om te controleren of uw computer over een draadloze netwerkkaart beschikt en om het type kaart vast te stellen:
l De knop Start en de optie Verbinding maken
l De bestelbevestiging voor uw computer
De knop Start en de optie Verbinding maken
1. Klik op Start.
2. Wijs Verbinding maken aan en klik op Alle verbindingen weergeven.
Als Draadloze netwerkverbinding niet verschijnt onder LAN- of Internet-verbinding, hebt u mogelijk geen draadloze netwerkkaart.
Als Draadloze netwerkverbinding verschijnt, hebt u wel een draadloze netwerkkaart. U geeft als volgt meer informatie weer over de draadloze
netwerkkaart:
1. Rechtsklik op Draadloze netwerkverbinding.
2. Klik op Eigenschappen. Het venster Eigenschappen voor Draadloze netwerkverbinding verschijnt. Op het tabblad Algemeen ziet u de naam en het
modelnummer van de draadloze netwerkkaart.
De bestelbevestiging voor uw computer
De bestelbevestiging die u hebt ontvangen toen u de computer bestelde, bevat de hardware en de software die met de computer is meegeleverd.
Een nieuwe WLAN instellen
Een draadloze router en een breedbandmodem verbinden
1. Neem contact op met uw internetserviceaanbieder voor specifieke informatie over de verbindingseisen voor uw breedbandmodem.
2. Zorg dat u bedrade internettoegang hebt via uw breedbandmodem voordat u een draadloze internetverbinding probeert in te stellen (zie Fysiek
verbinding maken met een netwerk of breedbandmodem).
3. Installeer alle software die voor uw draadloze router vereist is. De draadloze router kan zijn meegeleverd op een installatie-cd. Deze cd's bevatten
gewoonlijk informatie over installaties en het oplossen van problemen. Installeer de vereiste software volgens de instructies die door de fabrikant zijn
verstrekt.
4. Schakel de computer en alle andere draadloos ingeschakelde computers in de nabijheid uit via het menu Start.
5. Haal de stroomkabel van de breedbandmodem uit het stopcontact.
6. Koppel de netwerkkabel van de computer en de modem los.
7. Ontkoppel de netadapterkabel van de draadloze router om ervoor te zorgen dat de router geen stroom krijgt.
8. Steek een netwerkkabel in de netwerkconnector (RJ-45) op de breedbandmodem.
9. Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op de internetnetwerkconnector (RJ-45) op de stroomloze draadloze router.
OPMERKING: Als de computer is ingesteld op het klassieke menu Start, kunt u netwerkverbindingen weergeven door te klikken op de knop Start,
Settings (instellingen) en Netwerkverbindingen. Als Draadloze netwerkverbinding niet verschijnt, hebt u mogelijk geen draadloze netwerkkaart.
OPMERKING: Wacht na het loskoppelen van de breedbandmodem minstens 5 minuten voordat u verdergaat met het instellen van het netwerk.
10. Zorg dat er geen netwerk- of USB-kabels, met uitzondering van de netwerkkabel die verbinding heeft met de modem en de draadloze router, zijn
aangesloten op de breedbandmodem.
11. Schakel alleen de breedbandmodem in en wacht minstens 2 minuten totdat de breedbandmodem is gestabiliseerd. Ga na 2 minuten verder naar stap
12.
12. Schakeldedraadlozerouterinenwachtminstens2minutentotdatdedraadlozerouterisgestabiliseerd.Gana2minutenverdernaarstap 13.
13. Start de computer op en wacht totdat het opstartproces voltooid is.
14. Zie de documentatie die met de draadloze router is meegeleverd om het volgende te doen om de draadloze router in te stellen:
l Zorg dat er communicatie is tussen uw computer en de draadloze router.
l Configureer de draadloze router om te communiceren met uw breedbandrouter.
l Ga na wat de uitzendnaam is van de draadloze router. De technische term voor de uitzendnaam van de router is Service SetIdentifier (SSID) of
netwerknaam.
15. Indien nodig, configureert u de draadloze netwerkkaart om verbinding te maken met het draadloze netwerk (zie Verbinding maken met een WLAN).
Verbinding maken met een WLAN
Dit gedeelte bevat algemene procedures voor het aansluiten op een netwerk via draadloze technologie. Specifieke netwerknamen en configuratiegegevens
verschillen. Zie WLAN (Wireless Local Area Network) voor meer informatie over de voorbereidingen voor het aansluiten van de computer op een WLAN.
Dedraadlozenetwerkkaartvereistspecifiekesoftwareenstuurprogramma'svoordeaansluitingopeennetwerk.Desoftwareisalgeïnstalleerd.
Apparaatbeheer voor draadloos netwerken bepalen
Afhankelijkvandesoftwaredieopdecomputergeïnstalleerdis,beherenverschillendedraadlozeconfiguratiehulpprogramma'sdenetwerkapparaten:
l Het configuratiehulpprogramma van de draadloze netwerkkaart
l Het Windows XP-besturingssysteem
U bepaalt als volgt welk draadloze configuratiehulpprogramma uw draadloze netwerkkaart beheert:
1. Klik op Start® Instellingen® Configuratiescherm.
2. Dubbelklik op Netwerkverbindingen.
3. Rechtsklik op het pictogram Draadloze netwerkverbinding en klik op Beschikbare draadloze netwerken weergeven.
Als het venster Een draadloos netwerk selecteren het bericht Windows kan deze verbinding niet configureren weergeeft, wordt de draadloze
netwerkkaart door het configuratiehulpprogramma van de draadloze netwerkkaart beheerd.
Als het venster Een draadloos netwerk selecteren het bericht Klik op een onderdeel in de lijst hieronder als u een verbinding met een draadloos netwerk
binnen bereik wilt maken of als u meer informatie wilt weergeven weergeeft, beheert het Windows XP-besturingssysteem de draadloze netwerkkaart.
Zie de documentatie voor draadloos netwerken in de Windows Help en ondersteuning voor specifieke informatie over het hulpprogramma voor draadloze
netwerkendatopuwcomputerisgeïnstalleerd.
1. Klik op de knop Start en daarna op Help en ondersteuning.
2. Klik onder Kies een Help-onderwerp op Dell User and System Guides (gebruikers- en systeemhandleidingen).
3. Selecteer onder Device Guides (apparaathandleidingen) de documentatie voor uw draadloze netwerkkaart.
De verbinding met de WLAN voltooien
Wanneer u de computer inschakelt en er wordt een netwerk in de omgeving gedetecteerd (waarvoor de computer niet is geconfigureerd), verschijnt er naast
OPMERKING: Start de draadloze apparatuur opnieuw op in de volgorde die hieronder is beschreven om te voorkomen dat de verbinding mislukt.
OPMERKING: Zorg voordat u gaat aansluiten op een WLAN dat u de volgende instructies hebt gevolgd in WLAN (Wireless Local Area Network).
OPMERKING: De volgende netwerkinstructies gelden niet voor interne kaarten met de draadloze Bluetooth
®
-technologie of mobiele apparaten.
OPMERKING: Als de software wordt verwijderd of beschadigd raakt, volgt u de instructies in de gebruikersdocumentatie voor uw draadloze
netwerkkaart.ControleerhettypedraadlozenetwerkkaartdatopdecomputerisgeïnstalleerdenzoekdenaamervanopdeDellSupport-website op
support.dell.com. Zie De draadloze netwerkkaart controlerenvoorinformatieoverhettypedraadlozenetwerkkaartdatopdecomputerisgeïnstalleerd.
het pictogram voor draadloze netwerken (dat aangeeft dat er een draadloos netwerk is gedetecteerd) een pop-up rechtsonder op het Windows-bureaublad.
Volg de instructies die in alle pop-ups van hulpprogramma's staan die op het scherm verschijnen.
Nadat u de computer hebt geconfigureerd voor het draadloze netwerk dat u hebt geselecteerd, verschijnt er een andere pop-up met het bericht dat de
computer met dat netwerk is verbonden.
Als u zich nu aanmeldt bij de computer binnen het bereik van het geselecteerde draadloze netwerk, ziet u dezelfde pop-up die u op de hoogte stelt van de
verbinding met het draadloze netwerk.
De draadloze netwerkkaart inschakelen/uitschakelen
U kunt de functie voor draadloos netwerken in- en uitschakelen door op de toetsencombinatie <Fn><F2> te drukken. Als de functie voor draadloos netwerken
is ingeschakeld, drukt u op <Fn><F2> om deze uit te schakelen. Is de functie voor draadloos netwerken uitgeschakeld, dan drukt u op <Fn><F2> om deze
weer in te schakelen.
DestatuscontrolerenvandedraadlozenetwerkverbindingenviaDell™QuickSet
De draadloze activiteitsindicator biedt u een eenvoudige manier om de status van de draadloze apparaten van computer te controleren. Rechtsklik op het Dell
QuickSet-pictogram op de taakbalk om de optie Wireless Activity Indicator Off (draadloze activiteitsindicator) in of uit te schakelen.
De draadloze activiteitsindicator geeft weer of de draadloze apparaten van de computer zijn in- of uitgeschakeld. Wanneer u de functie voor draadloos
netwerken in- of uitschakelt, verandert de draadloze activiteitsindicator van status.
Zie het Dell QuickSet Help-bestand voor meer informatie over de draadloze activiteitsindicator. Wilt u meer informatie over QuickSet en over het openen van
het Dell QuickSet Help-bestand, zie dan Dell™QuickSet.
Mobiel breedbandnetwerk (of Wireless Wide Area Network)
Net als een WLAN bestaat een mobiel breedbandnetwerk (ook bekend als een WWAN) uit een reeks onderling verbonden computers die via draadloze
technologie met elkaar communiceren. Een mobiel breedbandnetwerk gebruikt echter cellulaire technologie en biedt internettoegang op dezelfde gevarieerde
locaties waar mobiele telefoondienst beschikbaar is. De computer kan de verbinding met het mobiele breedbandnetwerk behouden ongeacht de fysieke
locatie, zolang de computer in het verzorgingsgebied blijft van de mobiele serviceaanbieder.
Wat hebt u nodig voor een verbinding met een mobiel breedbandnetwerk
Vereisten voor het maken van een verbinding met een mobiel breedbandnetwerk:
l Een ExpressCard voor mobiel breedband
Zie ExpressCard voor instructies over het gebruik van ExpressCards.
l De Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogrammavoormobielebreedbandkaarten)(opdecomputergeïnstalleerdalsudekaarttegelijkmet
de computer kocht, of op de cd die bij de kaart is meegeleverd als u deze los van de computer hebt gekocht)
Zie de gebruikershandleiding van de Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten) voor instructies, als het
programma is beschadigd of van de computer is verwijderd. De gebruikershandleiding is beschikbaar via de Windows Help en ondersteuning (of op de
cd die bij de kaart werd meegeleverd als u deze los van de computer hebt aangeschaft). Zie Windows Help en ondersteuning om Help en ondersteuning
te openen.
Verbinding maken met een mobiel breedbandnetwerk
Gebruik de Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten) om internetverbinding te maken met een mobiel
OPMERKING: Als u een veilig netwerk selecteert, moet u een WEP- of WPA-sleutel invoeren als hierom wordt gevraagd. Beveiligingsinstellingen voor
netwerken zijn uniek voor uw netwerk. Dell kan deze informatie niet geven.
OPMERKING: Het kan een minuut duren voordat de computer verbinding heeft met het netwerk.
OPMERKING: Als u geen verbinding kunt maken met een draadloos netwerk, moet u ervoor zorgen dat u over alle noodzakelijke componenten beschikt
voor het instellen van een WLAN (zie Wat u nodig hebt voor een WLAN-verbinding) en controleren of de draadloze netwerkkaart is ingeschakeld door op
<Fn><F2> te drukken.
OPMERKING: De computer ondersteunt het gebruik van een 34-mm ExpressCard in een adapter om mobiele breedbandconnectiviteit (WWAN) te
bieden. De computer ondersteunt het gebruik van een WWAN-minikaart niet.
OPMERKING: Deze instructies zijn alleen van toepassing op ExpressCards of minikaarten voor mobiel breedband. Ze gelden niet voor interne kaarten
met de draadloze Bluetooth
®
-technologie of WLAN-minikaarten.
OPMERKING: Voordat u verbinding maakt met internet moet u de mobiele breedbandservice activeren via uw mobiele internetaanbieder. Zie de
gebruikershandleiding die beschikbaar is via de Help en ondersteuning van Windows voor instructies en meer informatie over het gebruik van de Dell
Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten). Zie Windows Help en ondersteuning om Help en ondersteuning te
openen. De gebruikershandleiding is ook beschikbaar op de Dell Support-website op support.dell.com en op de cd die met de mobiele breedbandkaart
wordt meegeleverd als u deze los van de computer hebt aangeschaft.
breedbandnetwerk en deze vervolgens te beheren:
1. Klik op het pictogram van de Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten) op de Windows-taakbalk om
dit programma uit te voeren.
2. Klik op Connect (verbinding maken)
3. Volg de instructies op het scherm om de netwerkverbinding met het hulpprogramma te beheren.
Firewall voor internetverbinding
De Firewall voor internetverbinding biedt basisbeveiliging tegen onbevoegde toegang tot de computer terwijl deze met internet is verbonden. De firewall
wordt automatisch ingeschakeld wanneer u de wizard Netwerk instellen uitvoert. Wanneer de firewall voor een netwerkverbinding is ingeschakeld, verschijnt
het firewall-pictogram met een rode achtergrond in het gedeelte Netwerkverbindingen van het Configuratiescherm.
Met het inschakelen van de Firewall voor internetverbinding wordt de behoefte aan antivirussoftware niet minder.
Zie de Help en ondersteuning van het Microsoft
®
Windows
®
XP-besturingssysteem voor meer informatie. Zie Windows Help en ondersteuning om Help en
ondersteuning te openen.
Terug naar inhoudsopgave
OPMERKING: De knop Connect (verbinding maken) verandert in de knop Disconnect (verbinding verbreken).
Terug naar inhoudsopgave
Onderdelen toevoegen en vervangen
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Voordat u begint
Vaste schijf
Mediabasis
Scharnierkapje
Toetsenbord
Geheugen
Draadloze kaarten
Interne kaart met de draadloze Bluetooth®-technologie
Knoopbatterij
Voordat u begint
Dit hoofdstuk biedt procedures voor het verwijderen en installeren van de onderdelen in uw computer. Tenzij anders aangegeven wordt bij elke procedure
van de onderstaande omstandigheden uitgegaan:
l U hebt de stappen uitgevoerd van De computer uitschakelen en Voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken.
l UhebtdeveiligheidsinformatieindeDell™Productinformatiegids gelezen.
Benodigd gereedschap
Voor de procedures in dit document hebt u de volgende gereedschappen nodig:
l Kleine platte schroevendraaier
l Phillips-schroevendraaier
l Kleine plastic schraper
l Flash BIOS-update (zie de Dell Support-website op support.dell.com)
De computer uitschakelen
1. Schakel het besturingssysteem uit.
a. Sla alle geopende bestanden op en sluit ze, sluit alle geopende programma's af en klik op Start® Afsluiten.
b. Selecteer Afsluiten® OK.
De computer wordt uitgeschakeld nadat het afsluitingsproces van het besturingssysteem is voltooid.
2. Ga na of de computer en alle aangesloten apparaten zijn uitgeschakeld. Als de computer en de aangesloten apparaten niet automatisch worden
uitgeschakeld bij het afsluiten van het besturingssysteem, houdt u de aan/uit-knop ongeveer 4 seconden ingedrukt.
Voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken
Gebruik de volgende veiligheidsrichtlijnen om de computer te beschermen tegen mogelijke schade en om uw persoonlijke veiligheid te garanderen.
WAARSCHUWING: Sommige onderdelen die in dit hoofdstuk aan de orde komen, mogen alleen worden vervangen door een erkende
servicetechnicus en niet door klanten.
KENNISGEVING: Voorkom dat er gegevens verloren gaan door alle geopende bestanden op te slaan en te sluiten en alle geopende programma's af te
sluiten voordat u de computer uitschakelt.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
WAARSCHUWING: Hanteer alle onderdelen en kaarten met zorg. Raak de onderdelen of de contactpunten op een kaart niet aan. Houd de kaart
bij de randen vast of aan de metalen montagebeugel. Houd een onderdeel, zoals een processor, aan de randen vast en niet aan de pennen.
KENNISGEVING: Schade veroorzaakt door service die niet door Dell wordt geautoriseerd, valt niet onder de garantie.
KENNISGEVING: Verwijder kabels door aan de connector of aan het treklipje te trekken en niet aan de kabel zelf. Sommige kabels hebben een
connector met borglipjes; als u dit kabeltype wilt loskoppelen, moet u op de borglipjes drukken voordat u de kabel verwijdert. Als u connectoren van
1. Zorg ervoor dat het werkoppervlak vlak is en schoon om te voorkomen dat er krassen ontstaan op de computerkap.
2. Schakel de computer uit (zie De computer uitschakelen).
3. Ontkoppel alle telefoon- of netwerkkabels van de computer.
4. Haal de stekkers van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.
5. Verwijder de batterij (zie De batterij vervangen).
6. Druk op de aan/uit-knop om de systeemkaart te aarden.
Vaste schijf
U vervangt als volgt de vaste schijf in de vaste-schijfhouder:
1. Volg de procedures in Voordat u begint.
2. Zet de computer op zijn kop en verwijder de twee schroeven waarmee de vaste schijfdrager aan het chassis is bevestigd.
elkaar haalt, moet u ervoor zorgen dat u ze recht uit de aansluiting trekt om te voorkomen dat de connectorpinnen verbuigen. Ook moet u voor het
aansluiten van een kabel controleren of beide connectoren correct zijn gepositioneerd en uitgelijnd.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de computer door de volgende stappen uit te voeren voordat u aan de onderdelen in de computer gaat werken.
KENNISGEVING: Wanneer u een netwerkkabel wilt ontkoppelen, moet u deze eerst van de computer loskoppelen en daarna pas uit de
netwerkwandaansluiting.
KENNISGEVING: U voorkomt schade aan de systeemkaart door de hoofdbatterij te verwijderen voordat u met de computer aan de slag gaat.
WAARSCHUWING: Als u de vaste schijf uit de computer verwijdert wanneer de schijf heet is, moet u de metalen behuizing van de vaste schijf
niet aanraken.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
KENNISGEVING: Voorkom het verlies van gegevens door de computer uit te schakelen voordat u de vaste schijf verwijdert. Verwijder de vaste schijf
niet wanneer de computer nog is ingeschakeld of in de stand-by-modus of in de slaapstand staat.
KENNISGEVING: Vaste schijven zijn ontzettend kwetsbaar; zelfs een klein schokje kan de schijf beschadigen.
OPMERKING: DellgarandeertgeencompatibiliteitmetofondersteuningvanvasteschijvenvananderefabrikantendanDell.
OPMERKING: Als u een vaste schijf installeert die niet van Dell afkomstig is, moet u hierop een besturingssysteem (zie Het besturingssysteem
herstellen) en stuurprogramma's installeren (zieStuurprogramma's).
1
schroeven (2)
2
vaste schijf
KENNISGEVING: Na verwijdering van de vaste schijf uit de computer, moet u deze in een beschermende antistatische verpakking bewaren. Zie
"Bescherming tegen elektrostatische ontlading" in de Productinformatiegids.
3. Schuif de vaste schijf uit de computer.
4. Haal de nieuwe schijf uit de verpakking.
Bewaar de originele verpakking om de vaste schijf in te bewaren of te vervoeren.
5. Schuif de nieuwe vaste schijf in de houder en in de connector totdat deze goed op zijn plaats zit.
6. Plaats de schroeven terug.
7. Installeer het besturingssysteem voor de computer (zie Het besturingssysteem herstellen).
8. Installeer de stuur- en hulpprogramma's voor de computer (zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren).
Een vaste schijf retourneren aan Dell
Retourneer uw oude vaste schijf aan Dell in de oorspronkelijke of een vergelijkbare schuimverpakking. Anders kan de vaste schijf bij het transport beschadigd
raken.
Mediabasis
De borgschroef van het apparaat verwijderen
Verwijder de borgschroef van het apparaat (indien aanwezig), voordat u het apparaat verwijdert:
1. Zorg dat u alle geopende bestanden opslaat en sluit, sluit alle geopende programma's af en schakel de computer uit.
2. Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Raadpleeg de documentatie bij het dockingstation voor
instructies voor het loskoppelen.
3. Klap het beeldscherm dicht en zet de computer op zijn kop.
4. Gebruik een #1 Phillips-schroevendraaier om de borgschroef aan de onderkant van de computer te verwijderen.
KENNISGEVING: Oefen stevige en gelijkmatige druk uit om de schijf op zijn plaats te schuiven. Als u te veel kracht gebruikt, kunt u de connector echter
beschadigen.
1
schuimverpakking
2
vaste schijf
OPMERKING: Als het apparaat geen borgschroef heeft, kunt u apparaten verwijderen en installeren terwijl de computer is ingeschakeld en aangesloten
op een koppelapparaat (gekoppeld).
Mediabases verwijderen en installeren
1. Verwijder de borgschroef van het apparaat, indien aanwezig, van de onderkant van de computer (zie De borgschroef van het apparaat verwijderen).
2. Dubbelklik op het pictogram Hardware veilig verwijderen op de taakbalk terwijl de computer is ingeschakeld, klik daarna op het apparaat dat u wilt
verwijderen en vervolgens op Stoppen.
3. Druk op de apparaatvergrendeling.
4. Verwijder het apparaat uit de mediabasis.
5. Plaats het nieuwe apparaat in de basis totdat deze zich vastklikt.
Scharnierkapje
1. Volg de procedures in Voordat u begint.
2. Zet de computer op zijn kop, klap het beeldscherm helemaal open (180 graden) zodat het plat op het werkoppervlak ligt.
1
borgschroef apparaat
2
beeldschermvergrendeling
OPMERKING: Als het apparaat geen borgschroef heeft, kunt u apparaten verwijderen en installeren terwijl de computer is ingeschakeld en aangesloten
op een koppelapparaat (gekoppeld).
KENNISGEVING: U voorkomt schade aan apparaten door ze op een veilige, droge plaats te bewaren, wanneer ze niet op de computer zijn
geïnstalleerd.Zorgdatuerniethardopdruktenergeenzwarevoorwerpenopplaatst.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
KENNISGEVING: Voorkom elektrostatisch ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig een ongeverfd metalen
oppervlak aan te raken (zoals een connector aan de achterkant van de computer).
KENNISGEVING: Het scharnierkapje is kwetsbaar en kan kapot gaan als u er te grof mee omgaat. Wees dus voorzichtig als u het kapje verwijdert.
3. Plaats een schraper in de inkeping om de scharnierkap aan de rechterkant omhoog te halen.
4. Haal de kap rustig omhoog door deze van rechts naar links te bewegen en verwijder deze.
5. U plaatst het kapje weer terug door de linkerkant ervan in de sleuf te plaatsen en er van links naar rechts op te drukken totdat het op zijn plaats
vastklikt.
Toetsenbord
1. Volg de procedures in Voordat u begint.
2. Verwijder het scharnierkapje (zie Scharnierkapje).
3. Verwijder de twee schroeven boven aan het toetsenbord.
4. Zorg dat u het toetsenbord net genoeg omhoog en iets naar voren om bij de toetsenbordconnector op de systeemkaart te komen.
5. Draai de plastic balk op de toetsenbordconnector richting de linkerkant van de computer om de toetsenbordkabel uit de connector op de systeemkaart
te halen.
KENNISGEVING: U voorkomt schade aan het scharnierkapje door het niet aan beide kanten tegelijk op te tillen.
1
scharnierkapje
2
inkeping
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
KENNISGEVING: Voorkom elektrostatisch ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig een ongeverfd metalen
oppervlak aan te raken (zoals een connector aan de achterkant van de computer).
KENNISGEVING: De toetsen van het toetsenbord zijn kwetsbaar, zitten snel los en het duurt lang om ze terug te plaatsen. Wees voorzichtig met het
verwijderen van het toetsenbord en met het toetsenbord zelf.
6. U plaatst het toetsenbord terug door de toetsenbordkabel op de connector op de systeemkaart aan te sluiten.
7. Plaats de lipjes aan de voorkant van het toetsenbord in de polssteun en legt het toetsenbord op de polssteun.
8. Plaats de twee schroeven boven aan het toetsenbord terug.
9. Plaats ten slotte het scharnierkapje terug.
Geheugen
U kunt het computergeheugen vergroten door geheugenmodules op de systeemkaart te installeren. Zie Specificaties voor informatie over het geheugen dat
door de computer wordt ondersteund. Installeer alleen geheugenmodules die voor de computer zijn bedoeld.
De computer heeft twee geheugenmoduleconnectors genaamd "DIMM A" en "DIMM B". DIMM A bevindt zich op de bovenkant van de systeemkaart (onder het
toetsenbord)enDIMMBopdeonderkantvandesysteemkaartonderdegeheugenmoduledeksel.Alserslechtsééngeheugenmoduleisgeïnstalleerd,moet
dezeinDIMMAzijngeïnstalleerd,zoalsindefabriekisingesteld.Alsugeenextrageheugenhebtbesteld,isDIMMBleeg.Alsugeheugentoevoegt,doetu
dit doorgaans door een geheugenmodule in DIMM B te installeren. Werkt u geheugen bij, dan moet u mogelijk geheugenmodules in zowel DIMM A als B
verwijderen en installeren, afhankelijk van de mate van upgrade.
U installeert als volgt een geheugenmodule in DIMM A:
1. Volg de procedures in Voordat u begint.
2. Verwijder het scharnierkapje (zie Scharnierkapje).
3. Verwijder het toetsenbord (zie Toetsenbord).
4. Aard uzelf door een van de metalen connectoren aan de achterkant van de computer aan te raken.
5. Als u een geheugenmodule vervangt, moet u de bestaande module verwijderen:
1
toetsenbord
2
toetsenbordschroeven
3
lipjes (5)
4
toetsenbordkabel
5
plasticbalkoptoetsenbordconnector
KENNISGEVING: Voorkom krassen op de polssteun bij het terugplaatsen van het toetsenbord door de lipjes aan de voorkant van het toetsenbord
vast te haken en het toetsenbord weer op zijn plaats te bevestigen.
OPMERKING: Geheugenmodules die u van Dell koopt, vallen onder de computergarantie.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
KENNISGEVING: U voorkomt schade aan de systeemkaart door de hoofdbatterij te verwijderen voordat u met de computer aan de slag gaat.
KENNISGEVING: Als u de ruimte verlaat, moet u uzelf opnieuw aarden wanneer u terugloopt naar de computer.
a. Haal de zekeringsbeugels aan elk uiteinde van de connector van de geheugenmodule voorzichtig met uw vingers uit elkaar totdat de module
eruit springt.
b. Ontkoppel de module van de connector.
6. Aard uzelf en installeer de nieuwe geheugenmodule.
a. Lijn de inkeping in de randconnector van de module uit met het lipje in de connectorsleuf.
b. Schuif de module stevig in de sleuf met een hoek van 45 graden en draai de module naar beneden totdat op zijn plaats klikt. Als u geen klik
voelt, verwijdert u de module en probeert u het opnieuw.
7. Plaats het toetsenbord terug (zie Toetsenbord).
8. Plaats het scharnierkapje terug(zie Scharnierkapje).
9. Plaats de batterij in de batterijhouder of steek de netadapter in op de computer en in een stopcontact.
10. Zet de computer aan.
Bij het opstarten van de computer wordt het extra geheugen gedetecteerd en de systeemconfiguratiegegevens automatisch bijgewerkt.
Klik op Start, Help en ondersteuning en vervolgens op Computer Information (Computergegevens) om de hoeveelheid geheugen na te gaan die op de
computerisgeïnstalleerd.
U installeert als volgt een geheugenmodule in DIMM B:
1. Volg de procedures in Voordat u begint.
2. Zet de computer op zijn kop, draai de kopschroef op het deksel van de geheugenmodule los en verwijder dit deksel.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de connector van de geheugenmodule door geen gereedschap te gebruiken voor het spreiden van de
zekeringsbeugels van de geheugenmodule.
1
geheugenmodule
2
zekeringsbeugels (2)
KENNISGEVING: Plaats de geheugenmodules met een hoek van 45 graden om schade aan de connector te voorkomen.
OPMERKING: Alsdegeheugenmodulenietcorrectisgeïnstalleerd,wordtdecomputermogelijknietgoedopgestart.Bijdezefoutverschijntergeen
foutmelding.
3. Als u een geheugenmodule vervangt, moet u de bestaande module verwijderen:
a. Haal de zekeringsbeugels aan elk uiteinde van de connector van de geheugenmodule voorzichtig met uw vingers uit elkaar totdat de module
eruit springt.
b. Ontkoppel de module van de connector.
4. Aard uzelf en installeer de nieuwe geheugenmodule.
a. Lijn de inkeping in de randconnector van de module uit met het lipje in de connectorsleuf.
b. Schuif de module stevig in de sleuf met een hoek van 45 graden en draai de module naar beneden totdat op zijn plaats klikt. Als u geen klik
voelt, verwijdert u de module en probeert u het opnieuw.
5. Plaats de geheugenmoduledeksel terug en draai de schroef vast.
6. Plaats de batterij in de batterijhouder of steek de netadapter in op de computer en in een stopcontact.
7. Zet de computer aan.
Bij het opstarten van de computer wordt het extra geheugen gedetecteerd en de systeemconfiguratiegegevens automatisch bijgewerkt.
Klik op Start, Help en ondersteuning en vervolgens op Computer Information (Computergegevens) om de hoeveelheid geheugen na te gaan die op de
computerisgeïnstalleerd.
Draadloze kaarten
Als u tegelijk met de computer een WLAN-kaarthebtbesteld,isdekaartalgeïnstalleerd.
WLAN-kaarten (Wireless Local Area Network)
1. Volg de procedures in Voordat u begint.
2. Aard uzelf door een van de metalen connectoren aan de achterkant van de computer aan te raken.
3. Alsernoggeenkaartisgeïnstalleerd,gaatunaarstap 4. Als u een kaart vervangt, moet u de bestaande kaart verwijderen:
a. Ontkoppel de twee antennekabels van de kaart.
1
kopschroef
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de connector van de geheugenmodule door geen gereedschap te gebruiken voor het spreiden van de
zekeringsbeugels van de geheugenmodule.
1
zekeringsbeugels (2)
2
geheugenmodule
KENNISGEVING: Als u geheugenmodules in twee connectoren moet installeren, installeert u eerst een geheugenmodule in de connector genaamd
"DIMMA" en daarna een module in de connector "DIMMB". Plaats de geheugenmodules met een hoek van 45 graden om schade aan de connector te
voorkomen.
OPMERKING: Alsdegeheugenmodulenietcorrectisgeïnstalleerd,wordtdecomputermogelijknietgoedopgestart.Bijdezefoutverschijntergeen
foutmelding.
KENNISGEVING: Als de deksel moeilijk te sluiten is, verwijdert u de module en installeert u deze opnieuw. Als u te veel kracht uitoefent bij het sluiten,
kunt u de computer beschadigen.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
KENNISGEVING: U voorkomt schade aan de systeemkaart door de hoofdbatterij te verwijderen voordat u met de computer aan de slag gaat.
OPMERKING: Als u de ruimte verlaat, moet u uzelf opnieuw aarden waneer u terugloopt naar de computer.
OPMERKING: Het hangt af van het type minikaart of er twee of drie van de drie antennekabels in gebruik zijn.
b. Maak de kaart los door het metalen borglipje van de kaart af te duwen totdat de kaart iets omhoog komt.
c. Schuif de kaart met een hoek van 45 graden uit de connector.
4. De kaart installeren:
a. Zorg dat de WLAN-kaart geen hinder heeft van antennekabels.
b. Lijn de kaart uit met de connector met een hoek van 45 graden en druk de kaart in de connector totdat deze vastklikt.
5. Sluit de antennekabels aan op de WLAN-kaart, en zorg ervoor dat deze correct zijn geplaatst.
Interne kaart met de draadloze Bluetooth
®
-technologie
1
antennekabels (2)
1
WLAN-kaart
2
metalen borglipje
KENNISGEVING: De connectoren zijn gecodeerd om voor een juiste plaatsing te zorgen. Als u weerstand voelt, controleert u de connectoren en lijnt u
de kaart opnieuw uit.
OPMERKING: Plaats geen mobiele breedbandnetwerkkaart (WWAN) in de WLAN-kaartconnector.
OPMERKING: De WLAN-kaart heeft twee of drie antenneconnectoren, afhankelijk van het kaarttype dat u hebt besteld.
KENNISGEVING: Voorkom schade aan de WLAN-kaart door geen kabels op of onder de kaart te plaatsen.
OPMERKING: Zie de documentatie die met de WLAN-kaart is meegeleverd voor meer informatie over welke kabel u met welke connector moet
verbinden.
WAARSCHUWING: Lees de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u de onderstaande procedures uitvoert.
KENNISGEVING: Voorkom elektrostatisch ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig een connector op de
achterkant van de computer aan te raken.
KENNISGEVING: U voorkomt schade aan de systeemkaart door de hoofdbatterij te verwijderen voordat u met de computer aan de slag gaat.
Als u een interne kaart hebt besteld met de draadloze Bluetooth-technologiemetdecomputer,isdezealgeïnstalleerd.
1. Volg de procedures in Voordat u begint.
2. Verwijder de vaste schijf (zie Vaste schijf).
3. Haal de kabelconnector van de kaart uit de connector van de systeemkaart.
4. Trek aan de kabel om de kaart uit de computer te halen.
Knoopbatterij
1. Volg de procedures in Voordat u begint.
2. Plaats een plastic schraper in de geleider aan de zijkant van de knoopbatterij en haal de batterij omhoog.
Plaats de vervangende batterij met een hoek van 30 graden onder het klemmetje met de positieve kant (aangeduid met het plus-symbool (+)) omhoog en
druk deze op zijn plaats.
1
kaart
2
systeemkaartconnector
3
kabelconnector
KENNISGEVING: Wees voorzichtig bij het verwijderen van de kaart om schade aan de kaart, kaartkabel of omliggende onderdelen te voorkomen.
WAARSCHUWING: Lees de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids voordat u de onderstaande procedures uitvoert.
KENNISGEVING: Voorkom elektrostatisch ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig een connector op de
achterkant van de computer aan te raken.
KENNISGEVING: U voorkomt schade aan de systeemkaart door de hoofdbatterij te verwijderen voordat u met de computer aan de slag gaat.
1
knoopbatterij
Terug naar inhoudsopgave
Terug naar inhoudsopgave
Dell™QuickSet
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Dell™QuickSetbiedtueenvoudigtoegangomdevolgendetypeninstellingenteconfigurerenofweertegeven:
l Netwerkconnectiviteit
l Energiebeheer
l Weergave
l Systeeminformatie
AfhankelijkvanwatuwiltdoeninDell™QuickSet,kuntubeginnendoorteklikken, te dubbelklikken of te rechtsklikken op het QuickSet-pictogram, op de
Microsoft
®
Windows
®
-taakbalk. U vindt de taakbalk in de rechteronderhoek van het scherm.
Rechtsklik op het QuickSet-pictogram en selecteer Help voor meer informatie over QuickSet.
Terug naar inhoudsopgave
OPMERKING: Deze functie is mogelijk niet beschikbaar op uw computer.
Terug naar inhoudsopgave
De computer beveiligen
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Beveiligingskabelslot
Wachtwoorden
Computeropsporingssoftware
Als de computer kwijt of gestolen is
Beveiligingskabelslot
Een beveiligingskabelslot is een in de handel verkrijgbare antidiefstalvoorziening. Wanneer u het slot wilt gebruiken, moet u het op de beveiligingskabelsleuf
opdeDell™-computer aansluiten. Zie de instructies die met het apparaat zijn meegeleverd voor meer informatie.
Wachtwoorden
Een primair wachtwoord, een beheerderswachtwoord en een vaste-schijfwachtwoord voorkomen op verschillende manieren onbevoegde toegang tot uw
computer. In de volgende tabel staan de typen en functies van de wachtwoorden die op uw computer beschikbaar zijn.
Als u een of meer wachtwoorden vergeet, neemt u contact op met uw systeembeheeerder of met Dell (zie Contact opnemen met Dell). Uit
veiligheidsoverwegingen zal de ondersteuningsdienst van Dell naar een identiteitsbewijs vragen om ervoor te zorgen dat alleen een bevoegd persoon
gebruik kan maken van de computer.
Een primair/systeemwachtwoord gebruiken
Met het primaire (systeem-) wachtwoord beveiligt u de computer tegen onbevoegde toegang.
Open Gebruikersaccounts via het Configuratiescherm om gebruikersaccounts te maken en wachtwoorden toe te voegen of te wijzigen. Wanneer u een
primair wachtwoord hebt toegewezen, moet u dit invoeren telkens wanneer u de computer inschakelt.
OPMERKING: Zie Uw computer op reis meenemen voor informatie over het beveiligen van de computer als u op reis gaat.
OPMERKING: De computer wordt niet met een beveiligingskabelslot geleverd.
KENNISGEVING: Voordat u een antidiefstalvoorziening koopt, moet u ervoor zorgen dat deze met de beveiligingskabelsleuf op de computer werkt.
OPMERKING: Wachtwoorden zijn bij levering van de computer uitgeschakeld.
Type wachtwoord
Functies
Primair/systeemwachtwoord
l Beveiligt de computer tegen onbevoegde toegang
Beheerderswachtwoord
l Geeft systeembeheerders of servicetechnici toegang tot computers voor reparatie of nieuwe configuratie
l Hiermee beperkt u de toegang tot de systeeminstellingen op dezelfde manier als een primair wachtwoord toegang tot
de computer beperkt.
l Kan worden gebruikt in plaats van het primaire wachtwoord
Vaste schijf
l Beveiligt de gegevens op de vaste schijf of externe vaste schijf (indien er een wordt gebruikt) tegen onbevoegde
toegang
OPMERKING: Sommige vaste schijven ondersteunen geen vaste-schijfwachtwoorden.
KENNISGEVING: Wachtwoorden bieden een hoog beveiligingsniveau voor gegevens op de computer of vaste schijf. Ze zijn echter niet onfeilbaar. Als u
meer beveiliging wenst, moet u andere vormen gebruiken, zoals smartcards, programma's voor gegevenscodering of pc-kaarten met coderingsfuncties.
Als u het wachtwoord niet binnen 2 minuten invoert, keert de computer terug naar de eerdere toestand.
Als u een beheerderswachtwoord hebt toegewezen, kunt u ook dit gebruiken in plaats van het primaire wachtwoord. De computer vraagt niet specifiek om
het beheerderswachtwoord.
Een beheerderswachtwoord gebruiken
Het beheerderswachtwoord is bedoeld om systeembeheerders of servicetechnici toegang te geven tot computers voor reparatie of een nieuwe configuratie.
De beheerders of technici kunnen identieke beheerderswachtwoorden toewijzen aan groepen computers, zodat u een uniek primair wachtwoord kunt
toewijzen.
Open Gebruikersaccounts via het Configuratiescherm om beheerderswachtwoorden toe te voegen of te wijzigen.
Wanneer u een beheerderswachtwoord instelt, wordt de optie Configure Setup (instellingen configureren) beschikbaar in het systeeminstallatieprogramma.
Met de optie Configure Setup (instellingen configureren) beperkt u de toegang tot de systeeminstellingen op dezelfde manier als een primair wachtwoord
toegang tot de computer beperkt.
Het is mogelijk het beheerderswachtwoord te gebruiken in plaats van het primaire wachtwoord. Wanneer u gevraagd wordt het primaire wachtwoord in te
voeren, kunt u dus ook het beheerderswachtwoord geven.
Als u het primaire wachtwoord vergeet en geen beheerderswachtwoord hebt toegewezen, of als u zowel het primaire wachtwoord als het
beheerderswachtwoord bent vergeten, neemt u contact op met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
Een vaste-schijfwachtwoord gebruiken
Het vaste-schijfwachtwoord beveiligt de gegevens op de vaste schijf tegen onbevoegde toegang. Het is ook mogelijk een wachtwoord voor een externe vaste
schijf toe te wijzen (indien er een wordt gebruikt), dat hetzelfde of anders is dan dat van de primaire vaste schijf.
Wanneer u een vaste-schijfwachtwoord hebt toegewezen, moet u dit invoeren telkens wanneer u de computer inschakelt en telkens wanneer u de computer
uit de stand-by-modus haalt.
Als het vaste-schijfwachtwoord is ingeschakeld, moet u dit invoeren telkens wanneer u de computer inschakelt. Er verschijnt een bericht waarin naar het
vaste-schijfwachtwoord wordt gevraagd.
Ga verder door het wachtwoord in te voeren (van maximaal acht tekens) en op <Enter> te drukken.
Als u het wachtwoord niet binnen 2 minuten invoert, keert de computer terug naar de eerdere toestand.
Als u een onjuist wachtwoord invoert, verschijnt het bericht dat het wachtwoord ongeldig is. Druk op <Enter> om het nogmaals te proberen.
Als u na drie pogingen het juiste wachtwoord nog niet hebt ingevoerd, probeert de computer vanaf een ander opstartbaar apparaat op te starten mits de
optie Boot First Device (eerste apparaat opstarten) is ingesteld in het systeeminstallatieprogramma om op te kunnen starten vanaf een ander apparaat. Als
de optie Boot First Device (eerste apparaat opstarten) niet zo is ingesteld dat de computer wordt opgestart vanaf een ander apparaat, keert de computer
terug naar de toestand waarin deze verkeerde voordat u deze inschakelde.
Als het vaste-schijfwachtwoord, het wachtwoord van de externe vaste schijf en het primaire wachtwoord hetzelfde zijn, vraagt de computer alleen naar het
primaire wachtwoord. Is het vaste-schijfwachtwoord anders dan het primaire wachtwoord, dan vraagt de computer u beide in te voeren. Twee verschillende
wachtwoorden bieden meer veiligheid.
Computeropsporingssoftware
Met computeropsporingssoftware kunt u de computer opsporen als deze kwijt of gestolen is. De software is optioneel en kan worden aangeschaft bij de
aankoopvaneenDell™-computer. U kunt ook contact opnemen met uw Dell-vertegenwoordiger voor informatie over deze beveiligingsfunctie.
Als de computer kwijt of gestolen is
l Bel de politie om de kwijtgeraakte of gestolen computer te melden. Vergeet niet het servicelabel door te geven wanneer u een beschrijving geeft van
de computer. Vraag of u een nummer krijgt toegewezen en schrijf dit op, samen met de naam, aders en telefoonnummer van het politiebureau. Vraag
indien mogelijk ook de naam van de agent die uw zaak behandelt.
KENNISGEVING: Als u het beheerderswachtwoord uitschakelt, wordt ook het primaire wachtwoord uitgeschakeld.
KENNISGEVING: Als u het beheerderswachtwoord uitschakelt, wordt ook het primaire wachtwoord uitgeschakeld.
OPMERKING: Het beheerderswachtwoord biedt toegang tot de computer, maar niet tot de vaste schijf wanneer er een vaste-schijfwachtwoord is
toegewezen.
OPMERKING: Het beheerderswachtwoord biedt toegang tot de computer, maar niet tot de vaste schijf wanneer er een vaste-schijfwachtwoord is
toegewezen.
OPMERKING: Computeropsporingssoftware is mogelijk niet in alle landen verkrijgbaar.
OPMERKING: Als u over de opsporingssoftware beschikt en uw computer is kwijt of gestolen, moet u contact opnemen met het bedrijf dat de
opsporingsservice biedt om melding te maken van de verloren computer.
l Als de computer eigendom is van een bedrijf, brengt u het beveiligingsbureau van het bedrijf op de hoogte.
l Neem ook contact op met de klantenservice van Dell om de verloren computer te melden. Geef het servicelabel van de computer door en de naam, het
adres en het telefoonnummer van het politiebureau waar u de verloren computer hebt gemeld. Geef indien mogelijk ook de naam van de agent die uw
zaak behandelt.
De klantenservice van Dell registreert uw melding onder het servicelabel van de computer en neemt de computer op als verloren of gestolen. Als iemand Dell
beltvoortechnischeondersteuningenuwservicelabelgeeft,wordtdecomputerautomatischalsverlorenofgestolengeïdentificeerd.Devertegenwoordiger
probeert dan het telefoonnummer en adres van de beller te krijgen. Vervolgens zal Dell contact opnemen met het politiebureau waar u de verloren computer
hebt gemeld.
Terug naar inhoudsopgave
OPMERKING: Als u weet waar de computer is kwijtgeraakt of gestolen, belt u het politiebureau van dat gebied. Weet u dat niet, dan belt u het
plaatselijke politiebureau.
Terug naar inhoudsopgave
Systeeminstallatieprogramma
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Overzicht
De systeeminstallatieschermen weergeven
Systeeminstallatieschermen
Veelgebruikte instellingen
Overzicht
U kunt het systeeminstallatieprogramma als volgt gebruiken:
l Door gebruiker te selecteren functies instellen of wijzigen bijvoorbeeld uw computerwachtwoord
l Informatie over de huidige configuratie van de computer controleren, zoals de hoeveelheid systeemgeheugen
Voer na het instellen van de computer het systeeminstallatieprogramma uit om vertrouwd te raken met de systeemconfiguratiegegevens en de optionele
instellingen. Het is raadzaam de informatie te bewaren voor toekomstig gebruik.
De systeeminstallatieschermen geven de huidige installatiegegevens en instellingen voor de pc weer, zoals:
l Systeemconfiguratie
l Opstartvolgorde
l Opstartconfiguratie en configuratie-instellingen koppelapparaat
l Basisinstellingen apparaatconfiguratie
l Instellingen voor systeembeveiliging en vaste-schijfwachtwoorden
De systeeminstallatieschermen weergeven
1. De computer opnieuw inschakelen (of opstarten).
2. WanneerhetDELL™-logo verschijnt, drukt u direct op <F2>. Als u te lang wacht en het logo van Windows verschijnt, moet u wachten totdat u het
bureaublad van Windows ziet. Sluit de computer vervolgens af en probeer het opnieuw.
Systeeminstallatieschermen
Inhetsysteeminstallatieprogrammastaandecategorieënvandeprimaireinstellingenaandelinkerkant.Wanneerudeinstellingstypenwiltzienineen
categorie, markeert u de categorie en drukt u op <Enter>. Wanneer u een instellingstype markeert, geeft de rechterkant van het scherm de waarde van dat
instellingstype weer. Instellingen die wit op het scherm verschijnen, kunnen gewijzigd worden. Waarden die u niet kunt wijzigen (deze worden bepaald door
de computer), worden minder duidelijk weergegeven.
De systeeminstellingstoetsen worden onder aan het scherm weergegeven.
Veelgebruikte instellingen
Voor bepaalde instellingen moet u de computer opnieuw opstarten om nieuwe instellingen van kracht te laten gaan.
De opstartvolgorde wijzigen
De opstartvolgorde, geeft aan de computer door waar u de software vindt voor het starten van het besturingssysteem. Met de pagina Boot Sequence
(opstartvolgorde) in de categorie Systeem kunt u de opstartvolgorde instellen en apparaten in- en uitschakelen.
OPMERKING: Het besturingssysteem configureert automatisch de meeste opties die in het systeeminstallatieprogramma beschikbaar zijn, zodat er
opties worden overschreven die door het installatieprogramma worden ingesteld (de optie Externe sneltoets is hierop een uitzondering; u kunt deze
alleen in- of uitschakelen met het systeeminstallatieprogramma). Open Help en ondersteuning (zie Windows Help en ondersteuning) voor meer
informatie over het configureren van functies van het besturingssysteem.
KENNISGEVING: Wijzig de systeeminstellingen alleen als u een ervaren computergebruiker bent of als u van de technische ondersteuning van Dell
hiertoe opdracht krijgt. Door bepaalde wijzigingen kan de computer niet goed werken.
OPMERKING: Zie het gedeelte Help op het scherm voor informatie over een specifiek item op een systeeminstallatiescherm.
De pagina Boot Sequence(opstartvolgorde)geefteenalgemenelijstweermetdeopstartbareapparatendiemogelijkopdecomputerzijngeïnstalleerd,met
inbegrip van maar niet beperkt tot de onderstaande:
l Diskettestation
l Modulaire houder HDD
l Interne HDD
l Cd/dvd/cd-rw-station
Tijdens de opstartroutine begint de computer boven aan de lijst en scant elk ingeschakeld apparaat op de opstartbestanden van het besturingssysteem.
Wanneer de computer de bestanden heeft gevonden, stopt deze met zoeken en wordt het besturingssysteem gestart.
U beheert de opstartapparaten door een apparaat te selecteren (markeren) door op de pijl-omlaag of -omhoog te drukken en het apparaat in of uit te
schakelen of de volgorde in de lijst te wijzigen.
l Markeer het item en druk op de spatiebalk om een apparaat in of uit te schakelen. Ingeschakelde items worden wit weergegeven en hebben aan hun
linkerkant een kleine driehoek; uitgeschakelde items verschijnen blauw of lichter gekleurd en zonder een driehoek.
l Wanneer u een apparaat in de lijst wilt verplaatsen, markeert u dit apparaat en drukt u op <u> of <d> (niet hoofdlettergevoelig) om het gemarkeerde
apparaat omhoog of omlaag te verplaatsen.
De wijzigingen van de opstartvolgorde gaan in zodra u de wijzigingen hebt opgeslagen en het systeeminstallatieprogramma hebt afgesloten.
Eenmalig opstarten
He is mogelijk een eenmalige opstartsequentie in te stellen zonder het systeeminstallatieprogramma te openen (u kunt deze procedure ook gebruiken om Dell
Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) op de partitie met het diagnostische hulpprogramma op de vaste schijf op te starten).
1. Sluit de computer af via het menu Start.
2. Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Raadpleeg de documentatie bij het dockingstation voor
instructies voor het loskoppelen.
3. Steek de stekker van de computer in het stopcontact.
4. Zet de computer aan. Wanneer het DELL-logo verschijnt, drukt u direct op <F12>. Als u te lang wacht en het logo van Windows verschijnt, moet u
wachten totdat u het bureaublad van Windows ziet. Sluit de computer vervolgens af en probeer het opnieuw.
5. Wanneer de lijst met opstartbronnen verschijnt, selecteert u het apparaat waarvan u wilt opstarten en drukt u op <Enter>.
De computer wordt dan vanaf het geselecteerde apparaat opgestart.
De volgende keer dat u de computer opnieuw opstart, wordt de eerdere opstartvolgorde hersteld.
COM-poorten wijzigen
Met Seriëlepoort die zich in de categorie Onboard Devices (boordapparaten) bevindt, kunt u het COM-adresvandeseriëlepoorttoewijzenofdeseriële
poort en het adres uitschakelen, zodat de computerbronnen door een ander apparaat kunnen worden gebruikt.
De infraroodsensor inschakelen
1. Zoek Fast IR (snelle IR) onder Onboard Devices (boordapparaten).
2. Druk op <Enter>.
3. Gebruik de pijltoetsen om de infrarode COM-poort te selecteren.
4. Druk op <Enter>.
5. Volg de instructies op het scherm.
Wanneer u de infraroodsensor inschakelt, kunt u deze gebruiken om een koppeling te maken naar een infraroodapparaat. Zie de documentatie van het
infraroodapparaat en Help en ondersteuning van Windows over het gebruik van het apparaat. Zie Windows Help en ondersteuning om Help en ondersteuning
te openen.
OPMERKING: Zie Eenmalig opstartenom de volgorde eenmalig te wijzigen.
OPMERKING: Zorg ervoor dat de COM-poortdieuselecteert,eenandereisdandieistoegewezenaandeseriëleconnector.
Terug naar inhoudsopgave
Terug naar inhoudsopgave
Software opnieuw installeren
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Stuurprogramma's
Software- en hardware-incompatibiliteit
Het besturingssysteem herstellen
Stuurprogramma's
Wat is een stuurprogramma?
Een stuurprogramma is een programma dat een apparaat zoals een printer, muis of toetsenbord beheert. Voor alle apparaten is een stuurprogramma vereist.
Een stuurprogramma fungeert als een vertaler tussen het apparaat en alle programma's die dat apparaat gebruiken. Elk apparaat heeft zijn eigen set
gespecialiseerde opdrachten die alleen door het stuurprogramma worden herkend.
Dellverzendtuwcomputernaarumetallevereistestuurprogramma'sreedsgeïnstalleerd er is geen verdere installatie of configuratie nodig.
Veel stuurprogramma's, zoals het toetsenbordstuurprogramma zijn geleverd bij uw Microsoft
®
Windows
®
-besturingssysteem. Mogelijk moet u
stuurprogramma's installeren wanneer u:
l uw besturingssysteem upgradet;
l uw besturingssysteem opnieuw installeert;
l een nieuw apparaat aansluit of installeert.
Stuurprogramma's identificeren
Als u problemen ondervindt met een apparaat, moet u proberen te achterhalen of het stuurprogramma de bron daarvan is en, indien nodig, het
stuurprogramma bijwerken.
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Systeem.
2. Klik op Hardware® Apparaatbeheer.
3. Schuif omlaag door de lijst om te zien of er apparaten zijn met een uitroepteken (een gele cirkel met een [!]) op het apparaatpictogram.
Als er een uitroepteken naast de apparaatnaam staat, moet u mogelijk het stuurprogramma opnieuw installeren of een nieuw stuurprogramma
installeren (zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren).
Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren
Windows XP Vorig stuurprogramma gebruiken
Alsereenprobleemoptreedtopuwcomputernadatueenstuurprogrammahebtgeïnstalleerdofbijgewerkt,moetuWindowsXPVorigstuurprogramma
gebruikenomhetstuurprogrammatevervangendoordeeerdergeïnstalleerdeversie.
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Systeem.
2. Klik op Hardware® Apparaatbeheer.
3. KlikmetderechtermuisknopophetapparaatwaarvoorhetnieuwestuurprogrammawerdgeïnstalleerdenklikopEigenschappen.
4. Klik op Stuurprogramma's® Vorig stuurprogramma.
Als met Vorig stuurprogramma het probleem niet wordt opgelost, moet u Systeemherstel gebruiken om de computer terug te zetten naar de toestand waarin
deze verkeerde voordat u het nieuwe stuurprogramma installeerde (zie Microsoft Windows XP Systeemherstel gebruiken).
KENNISGEVING: De optionele cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) bevat mogelijk stuurprogramma's voor besturingssystemen die niet
op uw computer staan. Zorg ervoor dat u de juiste software voor uw besturingssysteem installeert.
KENNISGEVING: De Dell Support-website op support.dell.com en uw cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) bieden goedgekeurde
stuurprogramma'svoorDell™-computers. Als u stuurprogramma's verkregen van andere bronnen installeert, werkt uw computer mogelijk niet goed.
De cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) gebruiken
Als met Vorig stuurprogramma of Systeemherstel het probleem niet wordt opgelost, moet u het stuurprogramma opnieuw installeren vanaf de cd Drivers and
Utilities (stuur- en hulpprogramma's, ook bekend als de ResourceCD).
1. Bewaar en sluit alle geopende bestanden, en sluit alle actieve programma's af.
2. Plaats de cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's).
Meestal wordt de cd automatisch gestart. Als dit niet het geval is, start u Windows Explorer, dubbelklikt u op het cd-station om de cd-inhoud weer te
geven en dubbelklikt u op het bestand autorcd.exe. De eerste keer dat u de cd start, wordt u mogelijk gevraagd om installatiebestanden te installeren.
Klik op OK en volg de instructies op het scherm om verder te gaan.
3. Selecteer in de keuzelijst Language (taal) op de werkbalk de gewenste taal voor het stuur- of hulpprogramma (indien beschikbaar). Er verschijnt een
welkomstscherm.
4. Klik op Next (volgende).
De cd doorzoekt automatisch uw hardware op stuur- en hulpprogramma's die uw computer gebruikt.
5. Nadat de cd de hardware heeft doorzocht, kunt u ook andere stuur- en hulpprogramma's detecteren. Selecteer onder Search Criteria (zoekcriteria) de
vantoepassingzijndecategorieënindekeuzelijstenSystem Model (systeemmodel), Operating System, (besturingssysteem) en Topic (onderwerp).
Er verschijnen een of meer koppelingen voor de specifieke stuur- en hulpprogramma's die uw computer gebruikt.
6. Klik op de koppeling voor een bepaald stuur- of hulpprogramma's voor informatie over het stuur- of hulpprogramma dat u wilt installeren.
7. Klik op de knop Install (installeren) (indien aanwezig) om te beginnen met het installeren van het stuur- of hulpprogramma. Volg de instructies in het
welkomstscherm om de installatie te voltooien.
Als er geen knop Install (installeren) is, is automatische installatie niet mogelijk. Zie voor installatie-instructies de van toepassing zijnde instructies in de
volgende subsecties of klik op Extract (uitpakken), volg de uitpakinstructies en lees daarna het leesmij-bestand.
Als u de instructie krijgt om naar de stuurprogrammabestanden te bladeren, klikt u op de cd-directory in het venster met informatie over het
stuurprogramma om de bestanden weer te geven die bij dat stuurprogramma horen.
Handmatig stuurprogramma's opnieuw installeren
1. Nadat u de stuurprogrammabestanden hebt uitgepakt naar uw vaste schijf op de manier die in de vorige sectie is beschreven, klikt u met de
rechtermuisknop op Deze computer op het Windows-bureaublad® Eigenschappen® Hardware® Apparaatbeheer.
2. Dubbelklik op het type apparaat waarvoor u het stuurprogramma installeert (bijvoorbeeld Modems of Infraroodapparaten).
3. Dubbelklik op de naam van het apparaat waarvoor u het stuurprogramma installeert.
4. Klik op Stuurprogramma® Stuurprogramma bijwerken.
5. Klik op Ik wil zelf kiezen (geavanceerd)® en klik op Volgende.
6. Klik op Bladeren en blader naar de locatie waarnaar u de stuurprogrammabestanden hebt gekopieerd.
7. Wanneer de naam van het juiste stuurprogramma verschijnt, klikt u op Volgende® Voltooien en start u de computer opnieuw op.
Software- en hardware-incompatibiliteit
Als een apparaat niet wordt ontdekt tijdens het installeren van het besturingssysteem of wel wordt ontdekt maar verkeerd is geconfigureerd, kunt u de
probleemoplosser voor hardware gebruiken om de incompatibiliteit op te lossen.
1. Klik op Start® Help en ondersteuning.
2. Typ probleemoplosser voor hardware in het veld Zoeken en klik op de pijl om te beginnen met zoeken.
OPMERKING: De cd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) is optioneel en is mogelijk niet met uw computer meegeleverd.
OPMERKING: Als u een stuurprogramma van een infraroodsensor opnieuw installeert, moet u de infraroodsensor eerst in het
systeeminstallatieprogramma inschakelen (zie De infraroodsensor inschakelen) voordat u verdergaat met de installatie.
3. Klik in de lijst onder Probleemoplosser voor hardware® Er is een hardwareconflict op de computer® en klik op Volgende.
Het besturingssysteem herstellen
U kunt uw besturingssysteem op de volgende manieren herstellen:
l Microsoft
®
Windows
®
XP Systeemherstel brengt uw computer terug naar een oudere toestand zonder verlies van persoonlijke gegevensbestanden.
Gebruik Systeemherstel als de eerste oplossing voor het herstellen van uw besturingssysteem en het behouden van gegevensbestanden.
l Als u de cd Operating System (besturingssysteem) met de computer meegeleverd hebt gekregen, kunt u deze gebruiken om het besturingssysteem te
herstellen. Met de cd Operating System (besturingssysteem) worden echter ook alle gegevens op de vaste schijf verwijderd. Gebruik de cd alleen als met
Systeemherstel het probleem met uw besturingssysteem niet werd opgelost.
Microsoft Windows XP Systeemherstel gebruiken
Het besturingssysteem Microsoft Windows XP biedt Systeemherstel, waarmee u uw computer kunt terugzetten naar een oudere toestand (zonder dat er
gegevensbestanden worden verwijderd) als wijzigingen van de hardware, software of andere systeeminstellingen de computer in een ongewenste toestand
hebben gebracht. Zie Help en ondersteuning van Windows voor informatie over het gebruik van Systeemherstel. Zie Windows Help en ondersteuning om Help
en ondersteuning te openen.
Een herstelpunt maken
1. Klik op Start® Help en ondersteuning.
2. Klik op de taak voor Systeemherstel.
3. Volg de instructies op het scherm.
De computer terugzetten naar een eerdere toestand
Alserproblemenoptredennadatueenapparaatstuurprogrammahebtgeïnstalleerd,moetudezemetVorigstuurprogrammaoplossen(zieWindows XP Vorig
stuurprogramma gebruiken). Als dat niet lukt, moet u Systeemherstel gebruiken.
1. Klik op Start® Alle programma's® Bureau-accessoires® Systeemwerkset® Systeemherstel.
2. Zorg ervoor dat Een eerdere status van deze computer herstellen is geselecteerd en klik op Volgende.
3. Klik op de kalenderdatum waarnaar u de computer wilt terugzetten.
Het scherm Selecteer een herstelpunt biedt een kalender waarop u herstelpunten kunt zien en selecteren. Alle kalenderdatums met beschikbare
herstelpunten zijn vet.
4. Selecteer een herstelpunt en klik op Volgende.
Alsermaaréénherstelpuntopdekalenderstaat,wordtdatpuntautomatischgeselecteerd.Alsertweeofmeerherstelpuntenbeschikbaarzijn,kliktu
op het gewenste herstelpunt.
5. Klik op Next (volgende).
Nadat Systeemherstel klaar is met het verzamelen van gegeven, verschijnt het scherm Herstellen voltooid en vervolgens wordt de computer opnieuw
opgestart.
6. Wanneer de computer opnieuw is opgestart, klikt u op OK.
Als u een andere herstelpunt wilt gebruiken, kunt u de hierboven beschreven stappen uitvoeren met een ander herstelpunt of het huidige herstel ongedaan
maken.
Het laatste systeemherstel ongedaan maken
KENNISGEVING: Maak regelmatig een reservekopie van uw gegevensbestanden. Systeemherstel controleert uw gegevensbestanden niet en herstelt
ze ook niet.
OPMERKING: De procedures in dit document zijn geschreven voor de standaardweergave van Windows, dus mogelijk zijn ze niet van toepassing als u
deklassiekeweergavevanWindowsopuwDell™-computer hebt ingesteld.
KENNISGEVING: Bewaar en sluit alvorens de computer naar een eerdere toestand terug te zetten alle geopende bestanden, en sluit alle actieve
programma's af. Wijzig, open en verwijder geen bestanden of programma's voordat het systeemherstel voltooid is.
1. Klik op Start® Alle programma's® Bureau-accessoires® Systeemwerkset® Systeemherstel.
2. Klik op De laatste herstelbewerking ongedaan maken® en klik op Volgende.
Systeemherstel inschakelen
Als u Windows XP opnieuw installeert terwijl er minder dan 200 MB vrije ruimte op de vaste schijf is, wordt Systeemherstel automatisch uitgeschakeld. U kunt
als volgt zien of Systeemherstel is ingeschakeld:
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Prestaties en onderhoud® Systeem® Systeemherstel.
2. Zorg ervoor dat het selectievakje Systeemherstel op alle stations uitschakelen is uitgeschakeld.
De cd Operating System (besturingssysteem) gebruiken
Voordat u begint
Als u van plan bent om het Windows XP-besturingssysteemopnieuwteinstallerenomeenprobleemmeteenpasgeïnstalleerdstuurprogrammateverhelpen,
moet u eerst Windows XP Vorig stuurprogramma gebruiken (zie Windows XP Vorig stuurprogramma gebruiken). Als met Vorig stuurprogramma het probleem
niet wordt opgelost, moet u Systeemherstel gebruiken om de computer terug te zetten naar de toestand waarin deze verkeerde voordat u het nieuwe
stuurprogramma installeerde (zie Microsoft Windows XP Systeemherstel gebruiken).
Voor het opnieuw installeren van Windows XP, hebt u het volgende nodig:
l De Dell™cdOperating System (besturingssysteem)
l De Dell cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's)
Windows XP opnieuw installeren
Hetopnieuwinstallerenkan1tot2uurinbeslagnemen.Nadatuhetbesturingssysteemopnieuwhebtgeïnstalleerd,moetuookde
apparaatstuurprogramma's, het antivirusprogramma en de andere software opnieuw installeren.
1. Bewaar en sluit alle geopende bestanden, en sluit alle actieve programma's af.
2. Plaats de cd Operating System (besturingssysteem). Klik op Afsluiten als het bericht Windows XP installeren verschijnt en start de computer opnieuw
op.
3. Drukdirectop<F12>wanneerhetDELL™-logo verschijnt.
Als het logo van het besturingssysteem verschijnt, wacht u totdat het Windows-bureaublad verschijnt. Sluit daarna de computer af en probeer het
opnieuw.
4. Volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
Terug naar inhoudsopgave
KENNISGEVING: Bewaar en sluit alvorens het laatste systeemherstel ongedaan te maken alle geopende bestanden, en sluit alle actieve programma's
af. Wijzig, open en verwijder geen bestanden of programma's voordat het systeemherstel voltooid is.
OPMERKING: De cd Drivers and Utilities (stuur- enhulpprogramma's)bevatdestuurprogramma'sdiewerdengeïnstalleerdtijdenshetassemblerenvan
de computer. Gebruik de cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) om vereiste stuurprogramma's te laden. Afhankelijk van de regio waar u de
computer hebt besteld en of u wel of om de cd's hebt gevraagd, zijn de cd's Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) en Operating System
(besturingssysteem) mogelijk niet met uw computer meegeleverd.
KENNISGEVING: De cd Operating System (besturingssysteem) biedt opties voor het opnieuw installeren van Windows XP. Met deze opties kunnen
bestanden worden overschreven en programma's aantasten die op de vaste schijf staan. Daarom moet u Windows XP alleen installeren als een
medewerker van de technische ondersteuning van Dell u vraagt dit te doen.
Terug naar inhoudsopgave
Specificaties
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Processor
Processortype
Intel
®
Core™2Duo-processor, Intel Core Duo-
processor, Intel Core Solo-processor of Intel
Celeron
®
-M processor
L1-cache
32 KB (intern)
L2-cache
maximaal 4 MB (on-die), afhankelijk van de Intel
Core-processor en 1 MB voor Celeron M processor
Externe busfrequentie
533 of 667 MHz
Systeeminformatie
Systeemchipset
Intel 945GM of Intel 940GML
Breedte gegevensbus
64-bits
DRAM-busbreedte
64-bits
Busbreedte processoradres
36-bits
PC-kaart
CardBus-controller
O2Micro OZ711EZ1 (PC-kaarten en 34-mm
ExpressCards)
(ondersteuning voor USB ExpressCards via adapter in
CardBus-sleuf)
PC-kaartconnector
één(ondersteuntéénTypeI- of Type II-kaartenéén
34-mm ExpressCard met adapter)
OPMERKING: U moet een adapter gebruiken met de
34-mm ExpressCard voordat u de kaart in de PC-
kaartconnector plaatst.
Ondersteunde kaarten
3,3 V en 5 V PC-kaarten
1,5 V ExpressCards (met adapter)
Grootte PC-kaartconnector
68-pins
Gegevensbreedte (maximale)
PCMCIA 16-bits
CardBus 32-bits
Geheugen
Geheugenmoduleconnector
twee gebruikerstoegankelijke SODIMM-sockets
Mogelijkheden geheugenmodule
256 MB, 512 MB, 1 GB en 2 GB
Geheugentype
533/667-MHz DDRII SDRAM
Minimale geheugen
256 MB
Maximale geheugen
maximaal 4 GB voor 945GM chipset en maximaal 2 GB
voor 940GML chipset
Poortenenconnectoren
Serieel
9-pins connector; 16550C-compatibele
bufferconnector van 16-bytes
Video
15-gats connector
Audio
miniconnector microfoon, miniconnector
stereohoofdtelefoons/luidsprekers
Tv-uitgang S-video
7-pins mini-DIN-connector (optionele adapterkabels
met S-video en samengestelde videoconnectoren)
USB
vier 4-pins met USB 2.0-compatibele connectoren
infraroodsensor
sensor compatibel met IrDA Standard 1.1 (Fast IR) en
IrDA Standard 1.0 (Slow IR)
Modem
RJ-11-ondersteuning
IEEE 1394a
seriële4-pins connector
Minikaart
éénminikaartsleufvantypeIIIA
Netwerkadapter
RJ-45-poort
D-poort
standaard koppelingsconnector voor geavanceerde
D/Port-poortreplicator
Communicatie
Modem:
Type
v.92 56K MDC
Controller
softmodem
Interface
Hoge definitie-audio van Intel
Netwerkadapter
10/100 Ethernet LAN op systeemkaart
Draadloos
interne PCI-e minikaart-WLAN-ondersteuning;
ondersteuning draadloze Bluetooth
®
-technologie;
WWAN-ondersteuning via ExpressCard met adapter
in PC-kaart-/ExpressCard-sleuf
Video
Videotype
Intel GMA 950
Gegevensbus
PCI Express
Controller/geheugen
1 MB met Dynamic Virtual Memory Technology (DVMT),
maximaal 64 MB (met 256 MB systeemgeheugen) of
128 MB (met 512 MB of meer systeemgeheugen)
LCD-interface
LVDS
Tv-ondersteuning
NTSC of PAL in S-video samengestelde modi (alleen
viaDell™geavanceerdeD/Port-poortreplicator)
Audio
Audiotype
Hoge definitie-audio (HDA)
Audiocontroller
SigmaTel STAC9200
Stereoconversie
20-bits (stereo digitaal naar analoog),
18-bits (stereo analoog naar digitaal)
Interfaces:
Intern
Azalia/AC'97
Extern
miniconnector microfoon, miniconnector stereo
hoofdtelefoons/luidsprekers
Luidspreker
twee 8-ohm luidsprekers
Interne luidsprekerversterker
1-W-kanaal in 8 ohms
Volumeknoppen
volumeknoppen of programmamenu's
Weergave
Type (actieve matrix TFT)
14,1 inch en 15 inch XGA
15 inch SXGA+
Afmetingen (14 inch beeldscherm):
Hoogte
214,3 mm
Breedte
285,7 mm
Diagonaal
357,1 mm
Afmetingen (15,1 inch beeldscherm):
Hoogte
228,1 mm
Breedte
304,1 mm
Diagonaal
381 mm
Werkingshoek
0°(gesloten)tot180°
Weergavehoeken:
XGA horizontaal
+/ 40/40°
XGA verticaal
+/ 10/30°
SXGA+ horizontaal
+/ 65/65°
SXGA+ verticaal
+/ 50/50°
Pixelpitch:
XGA
0,297 mm
SXGA+
0,217 mm
Stroomverbruik (paneel met schermlicht)
(gebruikelijk):
XGA
5 W (max.)
SXGA+
4,8 W (max.)
Knoppen
helderheid kan worden beheerd via de
toetsenbordsneltoetsen
Toetsenbord
Aantal toetsen
87(VSenCanada);87(China);89(Brazilië);88
(Europa); 91 (Japan)
Toetsenbeweging
2,5 mm ± 0,3 mm
Toetsafstand
19,05 mm ± 0,3 mm
Opmaak
QWERTY/AZERTY/Kanji
Touchpad
X/Y-positieresolutie(grafischetabelmodus)
240 cpi
Grootte:
Breedte
64,88 mm sensoractief gebied
Hoogte
48,88 mm rechthoek
Batterij
Type
"slimme" 6-cels lithium-ion (56 WHr) (standaard)
"slimme" 6-cels lithium-ion (48 WHr) (optioneel in
mediabasis)
"slimme" 4-cels lithium-ion (32 WHr) (optioneel)
Afmetingen:
Diepte
77,5 mm
Hoogte
19,5 mm
Breedte
123,4 mm
Gewicht
0.32kg(0,70lb)(6cels)0,23kg(0,52lb)(4cels)
Spanning
14,8 VDC (4-cels)
11,1 VDC (6-cels)
Oplaadtijd (ongeveer):
Computer uit
ongeveer 1 uur voor lading van 80 procent
Werkingsduur
hangt af van de werkomstandigheden en kan
aanzienlijk worden verkort onder bepaalde energie-
intensieve omstandigheden.
Zie Batterijprestaties voor meer informatie.
Levensduur (ongeveer)
300 laadcycli
Temperatuurbereik:
Tijdens gebruik
t/m40°C(32°t/m104°F)
Tijdens opslag
40° t/m60°C(40°t/m140°F)
Netadapter
Ingangsspanning
100240 VAC
Ingangsstroom (maximum)
1,5 A
Ingangsfrequentie
5060 Hz
Uitgangsstroom
3,34 A (65-W netadapter)
4,62 A (90-W netadapter)
Uitgangsstroom
65 W
90 W
Nominale uitgangsspanning
19,5 VDC
Afmetingen en gewicht (65W-netadapter):
Hoogte
28,3 mm
Breedte
57,8 mm
Terug naar inhoudsopgave
Diepte
137,2 mm
Gewicht (met kabels)
0,36 kg
Afmetingen en gewicht (90W-netadapter):
Hoogte
34,2 mm
Breedte
60,9 mm
Diepte
153,42 mm
Gewicht (met kabels)
0,46 kg
Temperatuurbereik:
Tijdens gebruik
0°t/m40°C(32°t/m104°F)
Tijdens opslag
40°t/m60°C(40°t/m140°F)
Fysiek
Hoogte
35,8 mm
Breedte
338,3 mm
Diepte
273 mm
Gewicht
ongeveer 2,38 kg, met een 14,1 inch XGA-
beeldscherm,DellTravelLite™-module, en 4-cels
batterij; gewicht is afhankelijk van de configuratie- en
fabricatievariabiliteit
Milieu
Temperatuurbereik:
Tijdens gebruik
t/m35°C(32°t/m95°F)
Tijdens opslag
40°t/m60°C(40°t/m140°F)
Relatieve vochtigheid (maximum):
Tijdens gebruik
10% t/m 90% (zonder condensatie)
Tijdens opslag
5% t/m 95% (zonder condensatie)
Maximale trilling (met een willekeurig trillingsspectrum
dat de gebruikersomgeving nabootst):
Tijdens gebruik
0,66 GRMS
Tijdens opslag
1,30 GRMS
Maximale schok (gemeten met de vaste schijf
geactiveerd en een 2-ms halve sinuspuls voor
werking; ook gemeten met de koppen van de vaste
schijf in de parkeerstand gefixeerd en 2-ms halve-
sinuspuls voor opslag):
Tijdens gebruik
142 G, 70 inches/sec
Tijdens opslag
163 G, 80 inches/sec
Hoogte (maximaal):
Tijdens gebruik
15,2 t/m 3048 m
Tijdens opslag
15,2 t/m 10.668 m
Terug naar inhoudsopgave
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Klik op de koppelingen links voor informatie over de functies en de werking van uw computer. Zie Informatie zoeken voor meer informatie over andere
documentatie die bij de computer is meegeleverd.
Zie Termenlijst voor een volledige lijst van afkortingen en acroniemen.
AlsueenDell™-computer uit de n-serie hebt aangeschaft, zijn de verwijzingen naar de Microsoft
®
Windows
®
-besturingssystemen in dit document niet van
toepassing.
De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
©2006DellInc.Allerechtenvoorbehouden.
Verveelvoudiging van dit materiaal, op welke wijze dan ook, is alleen toegestaan na uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Dell Inc.
Merken in dit document: Dell, het DELL-logo, Inspiron, Dell Precision, Dimension, OptiPlex, Latitude, PowerEdge, PowerVault, PowerApp, ExpressCharge, Dell TravelLite, Undock & Go, en Dell
OpenManage zijn handelsmerken van of Dell Inc.; Core is een handelsmerk en Intel, Pentium en Celeron eengedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation; Microsoft, Outlook
en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation; Bluetooth is een gedeponeerd handelsmerk dat het eigendom is van Bluetooth SIG, Inc. en door Dell
onder licentie wordt gebruikt; EMC is een gedeponeerd handelsmerk van EMC Corporation; ENERGY STAR is een gedeponeerd handelsmerk van de U.S. Environmental Protection
Agency. Als een partner van ENERGY STAR heeft Dell Inc. vastgesteld dat dit product voldoet aan de ENERGY STAR-richtlijnen voor energie-efficiëntie.
Andere merken en handelsnamen die mogelijk in dit document worden gebruikt, dienen ter aanduiding van de rechthebbenden met betrekking tot de merken en namen of ter
aanduiding van hun producten. Dell Inc. claimt op geen enkele wijze enig eigendomsrecht ten aanzien van andere merken of handelsnamen dan haar eigen merken en
handelsnamen.
Terug naar inhoudsopgave
OPMERKING: Een OPMERKING geeft belangrijke informatie voor een beter gebruik van de computer.
KENNISGEVING: EenKENNISGEVINGgeeftpotentiëleschadeaanhardwareofpotentieelgegevensverliesaanenverteltuhoehetprobleemkan
worden vermeden.
WAARSCHUWING: Een WAARSCHUWING duidt het risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden aan.
Terug naar inhoudsopgave
Uw computer op reis meenemen
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Uw computer identificeren
De computer inpakken
Reistips
Uw computer identificeren
l Bevestig een naamlabel of visitekaartje aan de computer.
l Schrijf de gegevens op uw servicelabel op en bewaar deze uit de buurt van de computer of buiten de draagkoffer Gebruik het servicelabel als u verlies
of diefstal moet melden aan de politie en Dell.
l Maak een bestand op het Microsoft
®
Windows
®
-bureaublad met de naam indien_gevonden. Neem gegevens zoals uw naam, adres en
telefoonnummer in dit bestand op.
l Neem contact op met uw credituitgever een vraag deze om gecodeerde identificatielabels.
De computer inpakken
l Verwijder alle externe apparaten die op de computer zijn aangesloten en bewaar ze op een veilige plaats. Verwijder alle kabels die zijn verbonden met
geïnstalleerdepc-kaarten of ExpressCards en verwijder alle pc-kaarten die uit de computer steken (zie Een kaart of blanco verwijderen).
l Omdecomputerzolichtmogelijktemakenmoetualleapparatendieindemodulehouderzijngeïnstalleerd,vervangendoordeDellTravelLite™-
module.
l Laad de hoofdbatterij volledig op, evenals de reservebatterijen die u mee wilt nemen.
l Sluit de computer af.
l Maak de netadapter los.
l Verwijder alle voorwerpen, zoals paperclips, pennen en papier van het toetsenbord en de polssteun en klap het beeldscherm dicht.
l GebruikdeoptioneleDell™-draagkoffer om de computer samen met de accessoires in te pakken.
l Pak de computer niet samen in met voorwerpen zoals scheerschuim, eau-de-cologne, parfum of etenswaren.
l Bescherm de computer, de batterijen en de vaste schijf tegen gevaren zoals extreme temperaturen en overmatige blootstelling aan zonlicht, vuil, stof
of vloeistoffen.
l Pak de computer zodanig in dat hij niet kan gaan schuiven in de kofferbak van uw auto of in een opbergruimte boven uw hoofd.
Reistips
l Wijzig de opties voor energiebeheer (zie De energiebeheerinstellingen configureren) zodanig dat de batterij zo lang mogelijk blijft werken.
l Als u naar het buitenland reist, moet u een eigendomsbewijsof een bewijs dat u het recht hebt om de computer te gebruiken als deze eigendom is
van een bedrijfmeenemen om sneller door de douane heen te komen. Ga na welke douaneregels gelden in de landen die u gaat bezoeken en vraag
een internationaal carnet (ook wel bekend als een handelspaspoort) aan bij uw overheid.
l Ga na welk type stopcontact wordt gebruikt in de landen die u gaat bezoeken en zorg voor de juiste netadapters.
l Doe bij uw creditcarduitgever navraag naar de soorten reishulpverlening deze biedt aan gebruikers van draagbare computers.
Met het vliegtuig reizen
l Zorg ervoor dat u een geladen batterij in uw koffer hebt zitten voor als u wordt gevraagd de computer aan te zetten.
KENNISGEVING: Wanneer u het beeldscherm dichtklapt, kunnen voorwerpen op het toetsenbord of de polssteun het beeldscherm beschadigen.
KENNISGEVING: Als de computer is blootgesteld aan extreme temperaturen, moet u hem 1 uur op kamertemperatuur laten komen voor u hem aanzet.
KENNISGEVING: Verplaats de computer niet terwijl het optische station in gebruik is om gegevensverlies te voorkomen.
KENNISGEVING: Check bij een vliegreis de computer niet als bagage in.
KENNISGEVING: Loopnietmetdecomputerdooreendetectiepoort.Laatdecomputerdooreenröntgenapparaathalenofmetdehandcontroleren.
l Ga na of het is toegestaan om een computer mee te nemen voordat u op het vliegtuig stapt. Bij sommige luchtvaartmaatschappijen mogen er tijdens
de vlucht geen elektronische apparaten worden gebruikt. Bij geen enkele luchtvaartmaatschappij mogen er tijdens het opstijgen en landen
elektronische apparaten worden gebruikt.
Terug naar inhoudsopgave
Terug naar inhoudsopgave
Problemen oplossen
Dell™Latitude™D520Gebruikershandleiding
Technische updateservice van Dell
De technische updateservice van Dell geeft proactieve meldingen per e-mail van software- en hardware-updates voor uw computer. Deze service is gratis en
en de inhoud, indeling en frequentie van de meldingen kan worden aangepast.
U kunt zich aanmelden voor de technische updateservice van Dell door naar support.dell.com/technicalupdate te gaan.
Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)
Wanneer u Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) moet gebruiken
Als er zich een probleem voordoet met uw computer, moet u eerst de controles beschreven in Vastlopen en softwareproblemen doen en Dell Diagnostics (Dell-
diagnoseprogramma) uitvoeren voordat u contact opneemt met Dell voor technische ondersteuning.
U wordt aangeraden om deze procedures af te drukken voordat u begint.
Start Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) vanaf uw vaste schijf of vanaf de optionele cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's, ook bekend
als de ResourceCD).
Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) starten vanaf de vaste schijf
Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) bevindt zich op een verborgen partitie op de vaste schijf.
1. Sluit de computer af.
2. Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Raadpleeg de documentatie bij het dockingstation voor
instructies voor het loskoppelen.
3. Steek de stekker van de computer in het stopcontact.
4. Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) kan op twee manieren worden geopend:
l Zetdecomputeraan.WanneerhetDELL™-logo verschijnt, drukt u direct op <F12>. Selecteer Diagnostics in het opstartmenu en druk op
<Enter>.
l Houd de toets <Fn> ingedrukt terwijl u de computer aanzet.
Technische updateservice van Dell
Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)
Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma)
Problemen met stations
E-mail-, modem- en internetproblemen
Foutberichten
Problemen met IEEE 1394-apparaten
Toetsenbordproblemen
Vastlopen en softwareproblemen
Problemen met geheugen
Netwerkproblemen
Problemen met pc-kaarten of ExpressCards
Voedingsproblemen
Printerproblemen
Scannerproblemen
Problemen met geluid en luidsprekers
Problemen met de touchpad of met de muis
Video- en beeldschermproblemen
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
KENNISGEVING: Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)werktalleenopDell™-computers.
OPMERKING: De cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) is optioneel en is mogelijk niet met uw computer meegeleverd.
OPMERKING: Als uw computer geen beeld op het scherm kan weergeven, moet u contact opnemen met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
OPMERKING: Als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem wordt weergegeven, moet u blijven wachten tot het bureaublad van
Microsoft
®
Windows
®
wordt weergegeven. Sluit de computer vervolgens af en probeer het opnieuw.
De computer voert een systeemanalyse uit: een reeks begintests van het moederbord, het toetsenbord, de vaste schijf en het computerscherm.
l Beantwoord tijdens de analyse eventuele vragen die worden gesteld.
l Als er een fout wordt gedetecteerd, stopt de computer en wordt er een geluidssignaal afgeven. Wanneer u met de analyse wilt stoppen en de
computer opnieuw wilt opstarten, drukt u op <Esc>; wilt u met de volgende test verdergaan, druk dan op <y>; wilt u het onderdeel waar een
fout optrad, opnieuw testen, druk dan op <r>.
l Als er een fout wordt gedetecteerd tijdens de systeemanalyse, moet u de foutcode(s) opschrijven en contact opnemen met Dell (zie Contact
opnemen met Dell).
Als de systeemanalyse is voltooid, verschijnt het bericht Booting Dell Diagnostic Utility Partition. Press any key to continue (opstarten vanaf
partitie met Dell Diagnostics; druk op een willekeurige toets om door te gaan).
5. Druk op een toets om Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)testartenvanafdepartitiemethetdiagnostischehulpprogrammaopdevasteschijf.
Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) starten vanaf de cd Drivers and Utilities (stuur-
en hulpprogramma's)
1. Plaats de cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's).
2. Zet de computer uit en start deze opnieuw op.
Wanneer het DELL-logo verschijnt, drukt u direct op <F12>.
Als u te lang wacht en het logo van Windows verschijnt, moet u wachten totdat u het bureaublad van Windows ziet. Sluit de computer vervolgens af en
probeer het opnieuw.
3. Wanneer de lijst met opstartbronnen verschijnt, markeert u het cd/dvd/cd-rw-station en drukt u op <Enter>.
4. Selecteer de optie Boot from CD-ROM (Opstarten vanaf CD-ROM) in het menu dat verschijnt en druk op <Enter>.
5. Typ 1 om te beginnen met het menu en druk op <Enter> om verder te gaan.
6. Selecteer Run the 32 Bit Dell Diagnostics (32-bit Dell-diagnoseprogramma uitvoeren) in de genummerde lijst. Als er meerdere versies worden
aangegeven, moet u de versie selecteren die op uw computer van toepassing is.
7. Als het hoofdmenu van Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) verschijnt, selecteert u de test die u wilt uitvoeren.
Hoofdmenu Dell Diagnostics
1. Nadat het Dell-diagnoseprogramma is geladen en het scherm met het hoofdmenu wordt weergegeven, klikt u op de knop voor de gewenste optie.
2. Als er tijdens een test een probleem wordt gedetecteerd, wordt er een bericht weergegeven met de foutcode en een beschrijving van het probleem.
Noteer de foutcode en de beschrijving van het probleem en volg de instructies op het scherm.
Als u de foutconditie niet kunt oplossen, moet u contact opnemen met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
3. Wanneer u een test uitvoert met de optie Custom Test (Aangepaste test) of Symptom Tree (Symptomenstructuur), kunt u voor meer informatie over de
OPMERKING: Als een bericht wordt weergegeven dat er geen partitie met een diagnostisch hulpprogramma is gevonden, voert u Dell Diagnostics
(Dell-diagnoseprogramma) uit vanaf de optionele cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's).
OPMERKING: Met de volgende stappen wordt de opstartvolgorde slechts eenmalig gewijzigd. De volgende keer zal de computer opstarten
volgens de volgorde van apparaten die in de systeeminstellingen is aangegeven.
Optie
Functie
Express Test (Snelle test)
Hiermee wordt een snelle test uitgevoerd van apparaten. De test neemt normaliter 10 tot 20 minuten in beslag en vereist geen
interactie van uw kant. Als u de snelle test eerst uitvoert, vergroot u de kans om het probleem snel op te sporen.
Extended Test
(Uitgebreide test)
Hiermee wordt een grondige controle van apparaten uitgevoerd. De test neemt normaliter 1 uur of meer in beslag. Zo nu en dan
zult u vragen moeten beantwoorden.
Custom Test (Aangepast
test)
Hiermee kunt u een bepaald apparaat testen. U kunt de tests die u wilt uitvoeren, zelf aanpassen.
Symptomenstructuur
Geeft een overzicht van de problemen die het meest voorkomen en stelt u in staat om een test te selecteren op basis van de
symptomen van het probleem dat u ondervindt.
OPMERKING: Het servicelabel voor de computer bevindt zich boven aan elk testvenster. Als u contact opneemt met Dell, zal de technische
ondersteuning naar het servicelabel vragen.
test op een van de tabbladen klikken die in de volgende tabel worden beschreven.
4. Als de tests zijn voltooid en u Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) vanaf de cd Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's) hebt uitgevoerd,
moet u deze cd verwijderen.
5. Wanneer de tests zijn voltooid, sluit u het testscherm om terug te keren naar het scherm met het hoofdmenu. U sluit Dell Diagnostics (Dell-
diagnoseprogramma) af en start de computer opnieuw op door het scherm met het hoofdmenu te sluiten.
Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma)
De Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma)isopuwcomputergeïnstalleerdenuverkrijgtertoegangtoeviahetpictogramDellSupport op de taakbalk
of via de knop Start. Gebruik dit hulpprogramma voor zelfhulpinformatie, software-updates en scans voor een gezonde computeromgeving.
Toegang verkrijgen tot de Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma)
U verkrijgt toegang tot de Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) via het pictogram op de taakbalk of via het menu Start.
Als het pictogram Dell Support niet op de taakbalk staat:
1. Klik op Start® Alle programma's® Dell Support® Dell Support Settings (Dell Support-instellingen).
2. Zorg ervoor dat de optie Show icon on the taskbar (pictogram op taakbalk weergeven) is ingeschakeld.
De Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) is aangepast aan uw computeromgeving.
Als het pictogram op de taakbalk anders werkt wanneer u er op klikt, moet u erop dubbelklikken of met de rechtermuisknop erop klikken.
Op het pictogram Dell Support klikken
Klik met de linker- of rechtermuisknop op het pictogram om de volgende taken uit te voeren:
l Uw computeromgeving controleren.
l De instellingen van de Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) weergeven.
l Het Help-bestand voor de Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) openen.
l Veelgestelde vragen bekijken.
l Meer te weten komen over de Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma).
l De Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) uitschakelen.
Op het pictogram Dell Support dubbelklikken
Dubbelklik op het pictogram als u handmatig uw computeromgeving wilt controleren, veelgestelde vragen wilt bekijken, het Help-bestand voor de Dell
Support Utility (Dell-hulpprogramma) wilt openen en Dell Support-instellingen wilt weergeven.
Klik voor meer informatie over de Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) op het vraagteken (?) boven aan het Dell Support-venster.
Tabblad
Functie
Results
(Resultaten)
Hier worden de resultaten van de test weergegeven, samen met eventuele foutcondities die zijn aangetroffen.
Errors (Fouten)
Geeft de aangetroffen foutcondities weer en een beschrijving van het probleem.
Help
Hier wordt de test beschreven en worden eventuele vereisten voor het uitvoeren van de test vermeld.
Configuration
(Configuratie)
Hier wordt de hardwareconfiguratie beschreven voor het geselecteerde apparaat.
Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) haalt configuratiegegevens op voor alle apparaten uit de systeeminstellingen, het geheugen,
verschillende interne tests en geeft de informatie weer in de lijst met apparaten in het linkervenster van het scherm. Mogelijk worden in
hetapparaatoverzichtnietdenamenvanalleonderdelenweergegevendiezijngeïnstalleerdinofaangeslotenopdecomputer.
Parameters
Hiermee kunt u de test aanpassen door de testinstellingen te wijzigen.
OPMERKING: Als de Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma) niet in het menu Start staat, moet u naar support.dell.com gaan en de software
downloaden.
Problemen met stations
Vul de Diagnostics Checklist (zie Diagnostische checklist) in terwijl u deze controles uitvoert.
Zorg ervoor dat Microsoft
®
Windows
®
het station herkent Klik op de knop Start en daarna op Deze computer. Als de diskette, de cd- of het dvd-station
niet wordt vermeld, moet u een volledige scan uitvoeren met uw antivirussoftware om te controleren op virussen en deze te verwijderen. Virussen kunnen
soms ervoor zorgen dat Windows het station niet herkent.
Test het station
l Plaats een andere diskette, cd of dvd om de mogelijkheid uit te sluiten dat het oorspronkelijke exemplaar defect is.
l Plaats een opstartbare diskette en start de computer opnieuw op.
Maak het station of de schijf schoon Zie De computer reinigen.
Zorg ervoor dat de cd op de spindel in de lade is vastgeklikt
Controleer de kabelaansluitingen
Controleer op hardware-incompatibiliteit Zie Software- en hardware-incompatibiliteit oplossen.
Voer Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uit Zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma).
Problemen met cd- en dvd-stations
Problemen met schrijven naar een cd/dvd-rw-station
Sluit andere programma's Het cd/dvd-rw-station moet tijdens het schrijven een continue stroom gegevens ontvangen. Als de stroom wordt onderbroken,
treedt er een fout op. Probeer alle programma's te sluiten voordat u naar de cd/dvd-rw schrijft.
Schakel de stand-bymodus in Windows uit voordat u naar een cd/dvd-rw-schijf schrijft Zie Stand-bymodus of zoek op het trefwoord stand-by in
Windows Help en ondersteuning for informatie over energiebeheermodi.
Kies een lagere schrijfsnelheid Zie de Help-bestanden van uw cd- of dvd-brandsoftware.
Als u de lade van het cd-, cd-rw-, dvd- of dvd+rw-station niet kunt uitwerpen
1. Zorg ervoor dat de computer uitstaat.
2. Maak een paperclip recht en steek het uiteinde in de uitwerpopening. Duw vervolgens stevig totdat de lade gedeeltelijk wordt uitgeworpen.
3. Trek de lade voorzichtig naar buiten totdat deze niet meer verder kan.
Als u een vreemd schrapend of schurend geluid hoort
l Controleer of het geluid niet wordt veroorzaakt een het programma dat wordt uitgevoerd.
l Controleer of de diskette of schijf goed is geplaatst.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
OPMERKING: Trillingen bij cd- of dvd-stations met hoge snelheden zijn normaal en kunnen geluid produceren, wat niet in hoeft te houden dat het
station of de cd of dvd defect is.
OPMERKING: Omdat er in verschillende regio's wereldwijd verschillende schijfindelingen worden gebruikt, werken niet alle dvd-titels in alle dvd-
stations.
Problemen met de vaste schijf
Laat de computer afkoelen voordat u deze weer aanzet Een hete vaste schijf kan ervoor zorgen dat het besturingssysteem niet start. Laat de computer
afkoeken tot kamertemperatuur voordat u deze weer aanzet.
Voer Schijf controleren uit
1. Klik op Start® Deze Computer.
2. Klik met de rechtermuisknop op Lokaal station (C:).
3. Klik op Eigenschappen® Extra® Nu controleren.
4. Klik op Beschadigde sectoren zoeken en repareren® Start.
E-mail-, modem- en internetproblemen
Controleer de beveiligingsinstellingen van Microsoft Outlook
®
Express Als u geen e-mailbijlagen kunt openen:
1. Klik in Outlook Express op Extra® Opties® Beveiliging.
2. Klik op Geen bijlagen toestaan om het vinkje te verwijderen.
Controleer de telefoonlijnaansluiting
Controleer de telefoonconnector
Sluit de modem rechtstreeks aan op de telefoonwandconnector
Gebruik een andere telefoonlijn
l Controleer of de telefoonlijn is aangesloten op de connector op de modem (naast de connector bevindt zich een groen label of een pictogram in de
vorm van een connector).
l Steek de telefoonlijnconnector in de modem totdat deze vastklikt.
l Ontkoppel de telefoonlijn van de modem en sluit deze op een telefoon aan. Luister of er een kiestoon is.
l Als er andere telefoonapparaten zijn die de lijn gebruiken, zoals een antwoordapparaat, fax, overspanningsbeveiliging of een lijnsplitter, moet u deze
omzeilenendemodemrechtstreeksopdetelefoonwandconnectoraansluiten.Alsueenlijngebruiktdie3moflangeris,moetueenkorterelijn
uitproberen.
Voer de Modem Helper-diagnose uit Klik op de knop Start, wijs naar Alle programma's en klik op Modem Helper. Volg de instructies op het scherm om
modemproblemen te identificeren en op te lossen (Modem Helper is niet op alle computers beschikbaar).
Controleer of de modem communiceert met Windows
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Telefoon- en modemopties® Modems.
2. Klik op de COM-poort voor uw modem® Eigenschappen® Diagnostische gegevens® Instellingen opvragen om te controleren of de modem
communiceert met Windows.
3. Als alle opdrachten worden beantwoord, werkt de modem goed.
Controleer of u verbinding hebt met internet Controleer of u een abonnement hebt genomen bij een internetaanbieder. Open het e-mailprogramma
Outlook Express en klik op Bestand. Als er een vinkje staat naast Off line werken, moet u op het vinkje klikken om het te verwijderen en verbinding te maken
met internet. Neem voor hulp contact op met uw internetserviceaanbieder.
Scan de computer op spyware Als uw computer zeer traag is, vaak last heeft van pop-upadvertenties of problemen met het opzetten van een
internetverbinding,isuwcomputermogelijkgeïnfecteerdmetspyware.Gebruikeenvirusscannermetbeschermingtegenspyware(mogelijkisvooruw
programma een upgrade nodig) om de computer te scannen en eventuele spyware te verwijderen. Ga voor meer informatie naar support.dell.com en zoek op
het trefwoord spyware.
Foutberichten
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
OPMERKING: Sluit de modem alleen aan op een analoge telefoonconnector. De modem werkt niet als deze wordt aangesloten op een digitaal
telefoonnet.
Vul de Diagnostics Checklist (zie Diagnostische checklist) in terwijl u deze controles uitvoert.
Als het bericht niet wordt vermeld, raadpleegt u de documentatie bij het besturingssysteem of het programma dat werd uitgevoerd toen het bericht
verscheen.
Auxiliary device failure (fout in hulpapparaat) Er kan een fout zitten in de touchpad of de externe muis. Controleer bij een externe muis de
kabelaansluiting. Schakel de optie Pointing Device (aanwijsapparaat) in het systeeminstallatieprogramma in. Als het probleem aanhoudt, moet u contact
opnemen met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
Bad command or file name (onjuiste opdracht of bestandsnaam) Controleer of u de opdracht correct hebt gespeld, spaties op de juiste plaats hebt gezet
en de correct padnaam hebt gebruikt.
Cache disabled due to failure (cache uitgeschakeld wegens fout) Er is een fout opgetreden in de primaire cache van de microprocessor. Neem contact op
met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
CD drive controller failure (fout in controller van cd-station) Het cd-station reageert niet meer op opdrachten van de computer (zie Dell Support Utility
(Dell-hulpprogramma)).
Data error (gegevensfout) De vaste schijf kan de gegevens niet lezen (zie Dell Support Utility (Dell-hulpprogramma)).
Decreasing available memory (afnemend beschikbaar geheugen) Een of meer geheugenmodules zijn defect of zitten niet goed vast. Plaats de
geheugenmodules opnieuw en vervang ze indien nodig (zie Geheugen).
Disk C: failed initialization (initialisiatie schijf C: mislukt) Devasteschijfkonnietwordengeïnitialiseerd.Voerdevaste-schijftests in Dell Diagnostics
(Dell-diagnoseprogramma) uit (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Drive not ready (station niet gereed) Er moet een vaste schijf in de houder zitten om verder te kunnen gaan. Monteer een vaste schijf in de vaste-
schijfhouder (zie Vaste schijf).
Error reading PCMCIA card (fout bij lezen van PCMCIA-kaart) De computer herkent de pc-kaart of ExpressCard niet. Steek de kaart opnieuw erin of
probeer een andere kaart (zie Kaarten gebruiken).
Extended memory size has changed (hoeveelheid uitgebreid geheugen is gewijzigd) De hoeveelheid geheugen opgenomen in NVRAM komt niet overeen
metdehoeveelheidgeheugendieindecomputerisgeïnstalleerd.Startdecomputeropnieuwop.Alsdefoutopnieuwoptreed,moetucontactopnemenmet
Dell (zie Contact opnemen met Dell).
The file being copied is too large for the destination drive (het bestand dat wordt gekopieerd, is te groot voor het doelstation) Het bestand dat u wilt
kopiëren,istegrootomopdeschijftepassenofdeschijfistevol.Probeerhetbestandnaareenandereschijftekopiërenofgebruikeenschijfmeteen
grotere capaciteit.
A filename cannot contain any of the following characters (de volgende tekens mogen niet voorkomen in een bestandsnaam): \ / : * ? " < > | Gebruik
deze tekens niet in bestandsnamen.
Gate A20 failure (fout in gate A20) Mogelijk zit er een geheugenmodule los. Plaats de geheugenmodules opnieuw en vervang ze indien nodig (zie
Geheugen).
General failure (algemene fout) Het besturingssysteem kan de opdracht niet uitvoeren. Dit bericht wordt gewoonlijk gevolgd door specifieke informatie
bijvoorbeeld, Papier is op. Voer de juiste actie uit.
Hard-disk drive configuration error (configuratiefout vaste-schijfstation) De computer herkent het stationstype niet. Schakel de computer uit, verwijder
de vaste schijf (zie Vaste schijf) en start de computer op vanaf een cd. Schakel daarna de computer weer uit, plaats de vaste schijf terug en start de computer
opnieuw op. Voer de vaste-schijftests in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uit (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
Hard-disk drive controller failure 0 (fout in controller vaste-schijfstation 0) De vaste schijf reageert niet meer op opdrachten van de computer. Schakel
de computer uit, verwijder de vaste schijf (zie Vaste schijf) en start de computer op vanaf een cd. Schakel daarna de computer weer uit, plaats de vaste schijf
terug en start de computer opnieuw op. Als het probleem aanhoudt, probeert u een ander station. Voer de vaste-schijftests in Dell Diagnostics (Dell-
diagnoseprogramma) uit (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Hard-disk drive failure (storing in vaste-schijfstation) De vaste schijf reageert niet meer op opdrachten van de computer. Schakel de computer uit,
verwijder de vaste schijf (zie Vaste schijf) en start de computer op vanaf een cd. Schakel daarna de computer weer uit, plaats de vaste schijf terug en start de
computer opnieuw op. Als het probleem aanhoudt, probeert u een ander station. Voer de vaste-schijftests in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uit
(zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Hard-disk drive read failure (fout bij lezen van vaste-schijfstation) Mogelijk is de vaste schijf defect. Schakel de computer uit, verwijder de vaste schijf
(zie Vaste schijf) en start de computer op vanaf een cd. Schakel daarna de computer weer uit, plaats de vaste schijf terug en start de computer opnieuw op.
Als het probleem aanhoudt, probeert u een ander station. Voer de vaste-schijftests in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uit (zie Dell Diagnostics
(Dell-diagnoseprogramma)).
Insert bootable media (plaats een opstartbaar medium) Het besturingssysteem probeert op te starten vanaf een niet-opstartbare cd. Plaats een
opstartbare cd.
Invalid configuration information-please run System Setup Program (ongeldige configuratiegegevens - voer het systeeminstallatieprogramma uit) De
systeemconfiguratiegegevens komen niet overeen met de hardwareconfiguratie. De grootste kans dat dit bericht wordt weergegeven, is na het plaatsen van
een geheugenmodule. Corrigeer de van toepassing zijnde opties in het systeeminstallatieprogramma (zie Systeeminstallatieprogramma).
Keyboard clock line failure (fout in kloklijn toetsenbord) Controleer bij een extern toetsenbord de kabelaansluiting. Voer de Keyboard Controller-test uit
in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Keyboard controller failure (fout in keyboardcontroller) Controleer bij een extern toetsenbord de kabelaansluiting. Start de computer opnieuw op en
raak tijdens het opstarten het toetsenbord en de muis niet aan. Voer de Keyboard Controller-test uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) (zie Dell
Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Keyboard date line failure (fout in datalijn toetsenbord) Controleer bij een extern toetsenbord de kabelaansluiting. Voer de Keyboard Controller-test uit
in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Keyboard stuck key failure (toetsenbordtoets zit vast) Controleer bij een extern toetsenbord of -blok de kabelaansluiting. Start de computer opnieuw op
en raak tijdens het opstarten het toetsenbord en de toetsen niet aan. Voer de Stuck Key-test uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) (zie Dell
Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Memory address line failure at address, read value expecting value (adreslijnfout geheugen in adres, gelezen waarde verwacht waarde) Mogelijk is
er een geheugenmodule die defect is of niet goed vastzit. Plaats de geheugenmodules opnieuw en vervang ze indien nodig (zie Geheugen).
Memory allocation error (geheugentoewijzingsfout) Er is een conflict tussen de software die u wilt uitvoeren en het besturingssysteem of een ander
programma of hulpprogramma. Schakel de computer uit, wacht 30 seconden en start hem opnieuw op. Probeer het programma opnieuw uit te voeren. Als het
foutbericht nog steeds wordt weergegeven, moet u de documentatie bij de software raadplegen.
Memory data line failure at address, read value expecting value (datalijnfout geheugen in adres, gelezen waarde verwacht waarde) Mogelijk is er een
geheugenmodule die defect is of niet goed vastzit. Plaats de geheugenmodules opnieuw (zie Geheugen) en vervang ze indien nodig.
Memory double word logic failure at address, read value expecting value (dubbelwoordlogicafout geheugen in adres, gelezen waarde verwacht
waarde) Mogelijk is er een geheugenmodule die defect is of niet goed vastzit. Plaats de geheugenmodules opnieuw (zie Geheugen) en vervang ze indien
nodig.
Memory odd/even word logic failure at address, read value expecting value (oneven/even-logicafout geheugen in adres, gelezen waarde verwacht
waarde) Mogelijk is er een geheugenmodule die defect is of niet goed vastzit. Plaats de geheugenmodules opnieuw (zie Geheugen) en vervang ze indien
nodig.
Memory write/read failure at address, read value expecting value (lees/schrijffout geheugen in adres, gelezen waarde verwacht waarde) Mogelijk is
er een geheugenmodule die defect is of niet goed vastzit. Plaats de geheugenmodules opnieuw (zie Geheugen) en vervang ze indien nodig.
No boot device available (geen opstartapparaat beschikbaar) De computer kan de vaste schijf niet vinden. Als de vaste schijf uw opstartapparaat is,
moet u controleren of deze is gemonteerd, goed vastzit en als opstartapparaat is gepartitioneerd.
No boot sector on hard drive (geen opstartsector op vaste schijf) Mogelijk is het besturingssysteem beschadigd. Neem contact op met Dell (zie Contact
opnemen met Dell).
No timer tick interrupt (geen timertikonderbreking) Mogelijk werkt een chip op de systeemkaart niet goed. Voer de System Set-tests in Dell Diagnostics
(Dell-diagnoseprogramma) uit (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Not enough memory or resources. Exit some programs and try again (onvoldoende geheugen of bronnen; sluit een aantal programma's af en probeer
het opnieuw) Er zijn te veel programma's geopend. Sluit alle vensters en open het programma dat u wilt gebruiken.
Operating system not found (besturingssysteem niet gevonden) Monteer de vaste schijf opnieuw (zie Vaste schijf). Als het probleem aanhoudt, moet u
contact opnemen met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
Optional ROM bad checksum (onjuiste controlesom optionele ROM) Blijkbaar zit er een fout in de optionele ROM. Neem contact op met Dell (zie Contact
opnemen met Dell).
A required .DLL file was not found (een vereist .DLL-bestand is niet gevonden) Het programma dat u wilt openen, mist een essentieel bestand.
Verwijder het programma en installeer het opnieuw.
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Software.
2. Selecteer het programma dat u wilt verwijderen.
3. Klik op Verwijderen of Wijzigen/Verwijderen en volg de instructies op het scherm.
4. Raadpleeg de documentatie bij het programma voor installatie-instructies.
Sector not found (sector niet gevonden) Het besturingssysteem kan geen sector op de vaste schijf vinden. Mogelijk is er een defecte sector of
beschadigde FAT op de vaste schijf. Voer het Windows-hulpprogramma voor foutcontrole uit om de bestandsstructuur op de vaste schijf te controleren. Zie
Help en ondersteuning voor instructies. Zie Windows Help en ondersteuning om Help en ondersteuning te openen. Als een groot aantal sectoren defect zijn,
maakt u (indien mogelijk) een back-up van de gegevens en formatteert u de vaste schijf opnieuw.
Seek error (zoekfout) Het besturingssysteem kan een bepaald spoor op de vaste schijf niet vinden.
Afsluitfout Mogelijk werkt een chip op de systeemkaart niet goed. Voer de System Set-tests in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uit (zie Dell
Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Time-of-day clock lost power (dagtijdklok heeft geen voeding meer) Er zijn systeemconfiguratie-instellingen beschadigd. Sluit de computer aan op een
stopcontact om de batterij op te laden. Als het probleem aanhoudt, moet u proberen de gegevens de herstellen door het systeeminstallatieprogramma te
openen. Sluit het programma daarna direct af. Als het bericht opnieuw verschijnt, moet u contact opnemen met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
Time-of-day clock stopped (dagtijdklok is gestopt) Mogelijk moet de reservebatterij die de systeemconfiguratie-instellingen ondersteunt, worden
opgeladen. Sluit de computer aan op een stopcontact om de batterij op te laden. Als het probleem aanhoudt, moet u contact opnemen met Dell (zie Contact
opnemen met Dell).
Time-of-day not set - please run the system setup program (dagtijd is niet ingesteld; voer het systeeminstallatieprogramma uit) De in het
systeeminstallatieprogramma ingestelde tijd of datum komt niet overeen met die van de systeemklok. Corrigeer de instellingen voor de opties Datum en Tijd
(zie Systeeminstallatieprogramma).
Timer chip counter 2 failed (fout in timerchipteller 2) Mogelijk werkt een chip op de systeemkaart niet goed. Voer de System Set-tests in Dell Diagnostics
(Dell-diagnoseprogramma) uit (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Unexpected interrupt in protected mode (onverwachte onderbreking in veilige modus) Mogelijk werkt de toetsenbordcontroller niet goed of zit er een
geheugenmodule los. Voer de System Memory-tests en de Keyboard Controller-test uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) (zie Dell Diagnostics
(Dell-diagnoseprogramma)).
x:\ is niet toegankelijk. Het apparaat is niet gereed Plaats een schijf in het station en probeer het opnieuw.
Warning: Battery is critically low (waarschuwing: batterij is bijna leeg) De batterij is bijna leeg. Plaats een volle batterij of sluit de computer op een
stopcontact aan. Activeer anders de slaapstand of schakel de computer uit.
Problemen met IEEE 1394-apparaten
Controleer of Windows het IEEE 1394-apparaat herkent Klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware. Als uw IEEE 1394-apparaat
wordt vermeld, herkent Windows het apparaat.
Als er problemen zijn met een IEEE 1394-apparaat Als het apparaat niet door Dell is geleverd, moet u contact opnemen met Dell (zie Contact opnemen
met Dell). Als het apparaat door een andere fabrikant is geleverd, moet u contact opnemen met die fabrikant.
Zorg ervoor dat het IEEE 1394-apparaat goed in de connector is gestoken
Toetsenbordproblemen
Vul de Diagnostics Checklist (zie Diagnostische checklist) in terwijl u de verschillende uitvoert.
Problemen met extern toetsenbord
Controleer de toetsenbordkabel Sluit de computer af. Ontkoppel de toetsenbordkabel, controleer deze op beschadigingen en sluit de kabel daarna goed
aan.
Als u een toetsenbordverlengkabel gebruikt, moet u deze ontkoppelen en het toetsenbord rechtstreeks op de computer aansluiten.
Controleer het externe toetsenbord
1. Schakel de computer uit, wacht 1 minuut en schakel hem weer in.
2. Controleer of de lampjes van de cijfers, hoofdletters en de scroll lock knipperen tijdens het opstarten.
3. Klik op het Windows-bureaublad op Start® Alle programma's® Bureau-accessoires® Kladblok.
4. Typ een paar tekens met het externe toetsenbord en controleer of ze op het scherm worden weergegeven.
Als u deze stappen niet kunt controleren, is uw externe toetsenbord mogelijk defect.
Alsuwiltcontrolerenofhetprobleemaanhetexternetoetsenbordligt,moetuhetgeïntegreerdetoetsenbordcontroleren
1. Sluit de computer af.
2. Maak het externe toetsenbord los.
3. Zet de computer aan.
4. Klik op het Windows-bureaublad op Start® Alle programma's® Bureau-accessoires® Kladblok.
5. Typeenpaartekensmethetgeïntegreerdetoetsenbordencontroleerofzeophetschermwordenweergegeven.
Als de tekens nu wel worden weergegeven, wat niet het geval was bij het externe toetsenbord, is mogelijk uw externe toetsenbord defect. Neem
contact op met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
Voer de diagnostische tests voor het toetsenbord uit Voer de PC-AT Compatible Keyboards-tests uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma (zie Dell
Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)). Als uit de tests blijkt dat het externe toetsenbord defect is, moet u contact opnemen met Dell (zie Contact opnemen
met Dell).
Onverwachte tekens
Schakel het numerieke toetsenblok uit Druk op <Num Lk> om het numerieke toetsenblok uit te schakelen als er cijfers in plaats van letters worden
weergegeven. Controleer of het lampje van de cijfers niet brandt.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
OPMERKING: GebruikhetgeïntegreerdetoetsenbordwanneruDell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) of het systeeminstallatieprogramma
gebruikt.Wanneerueenexterntoetsenbordaansluit,blijfthetgeïntegreerdetoetsenbordvolledigwerken.
OPMERKING: Wanneerueenexterntoetsenbordaansluit,blijfthetgeïntegreerdetoetsenbordvolledigwerken.
Vastlopen en softwareproblemen
De computer start niet op
Controleer of de netadapter goed is aangesloten op de computer en het stopcontact.
De computer reageert niet meer
Zet de computer uit Als u geen reactie krijgt door op een toets op het toetsenbord te drukken of de muis te bewegen, moet u de aan/uit-knop minstens 8-
10 seconden ingedrukt houden totdat de computer uitgaat. Start de computer vervolgens opnieuw op.
Een programma reageert niet meer of blijft crashen
Beëindighetprogramma
1. Druk tegelijkertijd op <Ctrl><Shift><Esc>.
2. Klik op Taakbeheer.
3. Klik op Toepassingen.
4. Klik op het programma dat niet meer reageert.
5. Klik op Taakbeëindigen.
Raadpleeg de softwaredocumentatie Indien nodig maakt u de installatie van het programma ongedaan en installeer u het opnieuw.
Er is een programma dat is ontwikkeld voor een eerdere versie van het Microsoft
®
Windows
®
-besturingssysteem
Voer de wizard Programmacompatibiliteit uit De wizard Programmacompatibiliteit configureert een programma op zodanige wijze dat het in een omgeving
wordt uitgevoerd die lijkt op andere dan Windows XP-besturingssysteemomgevingen.
1. Klik op Start® Alle programma's® Bureau-accessoires® Wizard Programmacompatibiliteit® Volgende.
2. Volg de instructies op het scherm.
Er verschijnt een blauw scherm
Zet de computer uit Als u geen reactie krijgt door op een toets op het toetsenbord te drukken of de muis te bewegen, moet u de aan/uit-knop minstens 8-
10 seconden ingedrukt houden totdat de computer uitgaat. Start de computer vervolgens opnieuw op.
Andere softwareproblemen
Raadpleeg de softwaredocumentatie of neem contact op met de softwarefabrikant voor informatie over probleemoplossing
l Ganaofhetprogrammacompatibelismethetbesturingssysteemdatopdecomputerisgeïnstalleerd.
l Controleer of de computer voldoet aan de minimale hardwarevereisten voor de software. Raadpleeg de softwaredocumentatie voor informatie.
l Controleerofhetprogrammaopjuistewijzeisgeïnstalleerdengeconfigureerd.
l Controleer of de stuurprogramma's voor het apparaat niet met het programma conflicteren.
l Indien nodig maakt u de installatie van het programma ongedaan en installeert u het opnieuw.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
KENNISGEVING: U loopt het risico gegevens te verliezen als u het besturingssysteem niet afsluit.
OPMERKING: Bij software worden normaliter installatie-instructies geleverd in de vorm van een installatiehandleiding of op een diskette of cd.
Maak direct een reservekopie van uw bestanden
Gebruik een virusscanner om de vaste schijf, diskettes of cd's te scannen
Bewaar en sluit alle geopende bestanden of programma's en sluit de computer af via het menu Start
Scan de computer op spyware Als uw computer zeer traag is, vaak last heeft van pop-upadvertenties of problemen met het opzetten van een
internetverbinding,isuwcomputermogelijkgeïnfecteerdmetspyware.Gebruikeenvirusscannermetbeschermingtegenspyware(mogelijkisvooruw
programma een upgrade nodig) om de computer te scannen en eventuele spyware te verwijderen. Ga voor meer informatie naar support.dell.com en zoek op
het trefwoord spyware.
Voer Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uit Zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma). Als alle tests met succes zijn afgewerkt, is de
foutmelding het gevolg van een softwareprobleem.
Problemen met geheugen
Vul de Diagnostics Checklist (zie Diagnostische checklist) in terwijl u deze controles uitvoert.
Als er een bericht verschijnt dat aangeeft dat er onvoldoende geheugen is
l Bewaar en sluit alle geopende bestanden of programma's die u niet gebruikt om erachter te komen of daarmee het probleem is opgelost.
l Raadpleeg de documentatie bij de software voor de minimale geheugeneisen. Plaats indien nodig extra geheugen (zie Geheugen).
l Druk de geheugenmodules stevig vast om ervoor te zorgen dat de computer ermee kan communiceren (zie Geheugen).
l Voer Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uit (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Als er andere problemen met het geheugen zijn
l Druk de geheugenmodules (zie Geheugen) stevig vast om ervoor te zorgen dat de computer ermee kan communiceren.
l Zorg ervoor dat u de richtlijnen voor het plaatsen van geheugenmodules volgt (zie Geheugen).
l Voer Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uit (zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Netwerkproblemen
Vul de Diagnostics Checklist in terwijl u deze controles uitvoert.
Algemeen
Controleer de netwerkkabelconnector Controleer of de netwerkkabel stevig in de netwerkconnector aan de achterkant van de computer en de
netwerkconnector is gestoken.
Controleer de netwerklampjes op de netwerkconnector Als er geen lampje brandt, betekent dit dat er geen netwerkcommunicatie is. Vervang de
netwerkkabel.
Start de computer opnieuw op en meldt u weer aan bij het netwerk
Controleer uw netwerkinstellingen Neem contact op met de netwerkbeheerder of degene die uw netwerk heeft ingesteld om te controleren dat de
netwerkinstellingen correct zijn en dat het netwerk functioneert.
Mobiel breedbandnetwerk
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
OPMERKING: De gebruikershandleiding van de Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten) vindt u via
Help en ondersteuning. U kunt de gebruikershandleiding ook downloaden vanaf support.dell.com.
OPMERKING: In het systeemvak verschijnt het -pictogramalseropdecomputereenDellMobileBroadbandCardisgeïnstalleerd.Dubbelklikophet
pictogram om het hulpprogramma te starten
Cannot connect (kan geen verbinding maken) De Dell Mobile Broadband Card moet geactiveerd zijn op het netwerk om verbinding te kunnen maken.
Plaats de muis op het pictogram in het systeemvak om de status van de verbinding af te lezen. Als de status aangeeft dat de mobiele breedbandkaart
niet is geactiveerd, raadpleegt u Uw mobiele breedbandkaart activeren voor meer informatie. Als er problemen blijven bestaan, moet u contact opnemen met
uw mobiele breedbandaanbieder voor meer informatie over het dekkingsschema.
Controleer uw mobiele breedbandnetwerkservice Neem contact op met uw mobiele breedbandaanbieder om na te gaan wat het dekkingsschema is en
welke services er worden ondersteund.
Controleer de status in de Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten) Klik op het pictogram op de
taakbalk om het hulpprogramma te starten. Controleer de status in het hoofdvenster:
l No card detected (geen kaart gevonden) Start de computer opnieuw op en start het hulpprogramma opnieuw.
U kunt de functie voor draadloos netwerken in- en uitschakelen door op de toetsencombinatie <Fn><F2> te drukken. Als de functie voor draadloos
netwerken is ingeschakeld, drukt u op <Fn><F2> om deze uit te schakelen. Is de functie voor draadloos netwerken uitgeschakeld, dan drukt u op
<Fn><F2> om deze weer in te schakelen.
l Wireless Disabled (draadloos uitgeschakeld) Druk op <Fn><F2> of klik met de rechtermuisknop op het pictogram om te controleren of uw
ExpressCard voor het draadloze netwerk is ingeschakeld.
l Searching (bezig met zoeken) De Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten) heeft nog geen mobiel
breedbandnetwerk gevonden. Als de zoekstatus aanhoudt, moet u controleren of het signaal voldoende sterk is.
l No service (geen service) De Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten) kon geen mobiel
breedbandnetwerk vinden. Controleer of het signaal voldoende sterk is. Start het hulpprogramma Dell Wireless (Dell draadloos) opnieuw of neem
contact op met uw mobiele breedbandaanbieder.
l Check your WWAN service (controleer uw WWAN-service) Neem contact op met uw mobiele breedbandaanbieder om na te gaan wat het
dekkingsschema is en welke services er worden ondersteund.
Activeer uw mobiele breedbandkaart Voordat u verbinding maakt met internet moet u de mobiele breedbandservice activeren via uw mobiele
internetaanbieder. Zie de gebruikershandleiding die beschikbaar is via de Help en ondersteuning van Windows voor instructies en meer informatie over het
gebruik van de Dell Mobile Broadband Card Utility (Dell-hulpprogramma voor mobiele breedbandkaarten). Zie Windows Help en ondersteuning om Help en
ondersteuning te openen. De gebruikershandleiding is ook beschikbaar op de Dell Support-website op support.dell.com en op de cd die met de mobiele
breedbandkaart wordt meegeleverd als u deze los van de computer hebt aangeschaft.
Problemen met pc-kaarten of ExpressCards
Controleer de kaart Zorg ervoor dat de kaart goed in de connector is gestoken. Als u een ExpressCard gebruikt, moet u deze in een adapter steekt
voordat u deze in de kaartsleuf steekt.
Controleer of Windows de kaart herkent Dubbelklik op het pictogram Hardware veilig verwijderen op de Windows-taakbalk. Controleer of de kaart
wordt vermeld.
Als er problemen zijn met een ExpressCard die door Dell is geleverd Neem contact op met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
Als er problemen zijn met een kaart die niet door Dell is geleverd Neem contact op met de fabrikant van de kaart.
Voedingsproblemen
Vul de Diagnostics Checklist (zie Diagnostische checklist) in terwijl u deze controles uitvoert.
Controleer het aan/uit-lampje Wanneer het aan/uit-lampje brandt of knippert, heeft de computer voeding. Als het aan/uit-lampje knippert, staat de
computer op stand-by druk op de voedingsknop om de stand-bymodus uit te schakelen. Als het lampje uit is, moet u op de aan/uit-knop drukken om de
computer aan te zetten.
OPMERKING: Als u geen verbinding kunt maken met een draadloos netwerk, moet u ervoor zorgen dat u over alle noodzakelijke componenten
beschikt voor het instellen van een WLAN (zie Wat u nodig hebt voor een WLAN-verbinding) en controleren of de draadloze netwerkkaart is
ingeschakeld door op <Fn><F2> te drukken.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
Laad de batterij op Mogelijk is de batterij leeg.
1. Plaats de batterij terug.
2. Gebruik de netadapter om de computer aan te sluiten op een stopcontact.
3. Zet de computer aan.
Controleer het batterijstatuslampje Als het batterijstatuslampje oranje knippert of continu oranje is, is de batterij bijna of helemaal leeg. Steek de stekker
van de computer in het stopcontact.
Als het batterijlampje afwisselend groen en oranje wordt, is de batterij te heet om opgeladen te kunnen worden. Schakel de computer uit, haal de stekker
van de computer uit het stopcontact en laat de batterij en de computer afkoelen tot kamertemperatuur.
Als het batterijstatuslampje snel oranje knippert, is de batterij mogelijk defect. Neem contact op met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
Controleer de temperatuur van de batterij Alsdetemperatuurvandebatterijlagerisdan0°C,startdecomputernietop.
Test het stopcontact Controleer of er stroom uit het stopcontact komt, door er een ander apparaat, zoals een lamp, op aan te sluiten.
Controleer de netadapter Controleer de aansluitingen van de netadapterkabel. Als er een lampje op de netadapter zit, moet u controleren of dat brandt.
Steek de stekker van de computer rechtstreeks in het stopcontact Omzeil voedingsbeschermingsapparaten, contactdozen en de verlengkabel om te
controleren of de computer aangaat.
Hef mogelijke interferentie op Schakel ventilatoren, tl-lampen, halogeenlampen en andere apparaten in de buurt uit.
De voedingseigenschappen aanpassen Zie De energiebeheerinstellingen configureren.
Plaats de geheugenmodules opnieuw Als het aan/uit-lampje van de computer gaat branden, maar het scherm leeg blijft, plaats dan de geheugenmodules
opnieuw (zie Geheugen).
Zorgen voor voldoende voeding naar uw computer
Uw computer is ontworpen voor gebruik van een 65W- of 90W-netadapter. Voor optimale systeemprestaties kunt u echter het beste altijd een 90W-adapter
gebruiken.
Als u een minder krachtige netadapter gebruikt, waaronder de 65W-netadapter, krijgt u een WARNING-bericht (waarschuwingsbericht).
Voeding in gekoppelde toestand
Uw computer ondersteunt het gebruik van een geavanceerde Dell D/Port-poortreplicator. Door het extra stroomverbruik wanneer een computer aan een
koppelapparaat is gekoppeld, is batterijstroom alleen niet voldoende om normaal met de computer te kunnen werken. Zorg ervoor dat de netadapter op de
computer is aangesloten wanneer deze aan een koppelapparaat is gekoppeld.
Koppelen terwijl de computer is ingeschakeld
Als u de computer op de Dell D/Port aansluit terwijl de computer is ingeschakeld, wordt de aanwezigheid van het koppelapparaat genegeerd totdat u de
netadapter op de computer aansluit.
Verlies van netvoeding terwijl de computer gekoppeld is
Als uw computer netvoeding verliest terwijl deze aan de Dell D/Port is gekoppeld, schakelt deze direct over naar de lage-prestatiemodus.
OPMERKING: De werkingsduur van de batterij (de tijd gedurende welke de batterij stroom kan leveren) neemt met de tijd af. Afhankelijk van de
frequentie waarmee de batterij wordt gebruikt en de gebruiksomstandigheden kan het zijn dat u tijdens de levensduur van de computer een nieuwe
batterij moet aanschaffen.
Printerproblemen
Vul de Diagnostics Checklist (zie Diagnostische checklist) in terwijl u deze controles uitvoert.
Controleer of de printer is ingeschakeld
Controleer de printerkabelaansluitingen
l Raadpleeg de documentatie bij de printer voor informatie over kabelaansluitingen.
l Controleer of de printerkabels goed zijn aangesloten op de printer en de computer.
Test het stopcontact Controleer of er stroom uit het stopcontact komt, door er een ander apparaat, zoals een lamp, op aan te sluiten.
Controleer of Windows de printer herkent
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Reedsgeïnstalleerdeprintersenfaxprintersweergeven.
2. Als de printer wordt vermeld, klikt u met de rechtermuisknop op het printerpictogram.
3. Klik op Eigenschappen® Poorten. Zorg er bij een parallele printer voor dat de instelling voor Afdrukken naar de volgende poort(en): LPT1
(Printerpoort) is. Zorg er bij een USB-printer voor dat de instelling voor Afdrukken naar de volgende poort(en): USB is.
Installeer het printerstuurprogramma opnieuw Raadpleeg de documentatie bij de printer voor instructies.
Scannerproblemen
Raadpleeg de documentatie bij de scanner Raadpleeg de documentatie bij de scanner voor installatie- en probleemoplossingsinformatie.
Ontgrendel de scanner Zorg ervoor dat uw scanner is ontgrendeld als deze voorzien is van een vergrendelingslipje of -knop.
Start de computer opnieuw op en probeer opnieuw te werken met de scanner
Controleer de kabelaansluitingen
l Raadpleeg de documentatie bij de scanner voor informatie over kabelaansluitingen.
l Controleer of de scannerkabels goed zijn aangesloten op de scanner en de computer.
Controleer of Microsoft Windows de scanner herkent Klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Scanners en camera's. Als
uw scanner wordt vermeld, herkent Windows de scanner.
Installeer het scannerstuurprogramma opnieuw Raadpleeg de documentatie bij de scanner voor instructies.
Problemen met geluid en luidsprekers
Vul de Diagnostics Checklist (zie Diagnostische checklist) in terwijl u deze controles uitvoert.
Erkomtgeengeluiduitdegeïntegreerdeluidsprekers
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
OPMERKING: Als u technische ondersteuning voor uw printer nodig hebt, moet u contact opnemen met de printerfabrikant.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
OPMERKING: Als u technische ondersteuning voor uw scanner nodig hebt, moet u contact opnemen met de scannerfabrikant.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
Stel de Windows-volumeregeling bij Dubbelklik op het luidsprekerpictogram in de rechteronderhoek van het scherm. Controleer of het volume omhoog is
bijgesteld en dat het geluid niet is gedempt. Stel de volume-, bas- of hogetonenregelaars bij om vervorming ongedaan te maken.
Installeer het (audio) stuurprogramma opnieuw Zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren.
Er komt geen geluid uit de externe luidsprekers
Controleer of de subwoofer en de luidsprekers zijn ingeschakeld Raadpleeg het installatiediagram dat bij de luidsprekers is geleverd. Als uw luidsprekers
zijn voorzien van volumeregelaars, moet u het volume, de bastonen of de hoge tonen bijstellen om vervorming ongedaan te maken.
Stel de Windows-volumeregeling bij Klik of dubbelklik op het luidsprekerpictogram in de rechteronderhoek van het scherm. Controleer of het volume
omhoog is bijgesteld en dat het geluid niet is gedempt.
Maak de hoofdtelefoon los van de hoofdtelefoonconnector Het geluid uit de luidsprekers wordt automatisch uitgeschakeld wanneer er een hoofdtelefoon
wordt aangesloten op de hoofdtelefoonconnector in het frontpaneel van de computer.
Test het stopcontact Controleer of er stroom uit het stopcontact komt, door er een ander apparaat, zoals een lamp, op aan te sluiten.
Hef mogelijke interferentie op Schakel ventilatoren, tl-lampen of halogeenlampen in de buurt uit om te controleren of er sprake is van interferentie.
Installeer het audiostuurprogramma opnieuw Zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren.
Voer Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uit Zie Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma).
Er komt geen geluid uit de hoofdtelefoon
Controleer de kabelaansluiting van de hoofdtelefoon Controleer of de kabel van de hoofdtelefoon stevig in de hoofdtelefoonconnector is gestoken.
Stel de Windows-volumeregeling bij Klik of dubbelklik op het luidsprekerpictogram in de rechteronderhoek van het scherm. Controleer of het volume
omhoog is bijgesteld en dat het geluid niet is gedempt.
Problemen met de touchpad of met de muis
Controleer de instellingen van de touchpad
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Printers en andere hardware® Muis.
2. Probeer de instellingen aan te passen.
Controleer de muiskabel Sluit de computer af. Ontkoppel de muiskabel, controleer deze op beschadigingen en sluit de kabel daarna goed aan.
Als u een muisverlengkabel gebruikt, moet u deze ontkoppelen en de muis rechtstreeks op de computer aansluiten.
Om te controleren dat het probleem aan de muis ligt, moet u de touchpad controleren
1. Sluit de computer af.
2. Ontkoppel de muis.
3. Zet de computer aan.
4. Gebruik op het -bureaublad de touchpad om de cursor rond te bewegen, selecteer een pictogram en open dit.
OPMERKING: De volumeregeling in sommige MP3-spelers neemt voorrang op de Windows-volume-instelling. Als u naar MP3-songs hebt geluisterd,
moet u controleren of u het volume van de speler niet omlaag hebt gebracht of hebt uitgeschakeld.
Als de touchpad goed werkt, is mogelijk de muis defect.
Controleer de instellingen van het systeeminstallatieprogramma Controleer of het systeeminstallatieprogramma het juiste apparaat voor de optie
Aanwijsapparaat vermeldt (de computer herkent USB-muizen automatisch zonder instellingen te wijzigen). Zie Systeeminstallatieprogramma voor meer
informatie over het gebruik van het systeeminstallatieprogramma.
Test de muiscontroller Voor het testen van de muiscontroller (die de beweging van de aanwijzer regelt) en de werking van de touchpad of de
muisknoppen, voert u de Mouse-test (muistest) uit in de testgroep Pointing Devices (aanwijsapparaten) in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) (zie
Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma)).
Installeer het touchpad-stuurprogramma opnieuw Zie Stuur- en hulpprogramma's opnieuw installeren.
Video- en beeldschermproblemen
Vul de Diagnostics Checklist (zie Diagnostische checklist) in terwijl u deze controles uitvoert.
Als het beeldscherm leeg is
Controleer de batterij Als u een batterij gebruikt om uw computer van stroom te voorzien, is mogelijk de batterij leeg. Sluit de computer met behulp van de
netadapter aan op een stopcontact en schakel de computer in.
Test het stopcontact Controleer of er stroom uit het stopcontact komt, door er een ander apparaat, zoals een lamp, op aan te sluiten.
Controleer de netadapter Controleer de aansluitingen van de netadapterkabel. Als er een lampje op de netadapter zit, moet u controleren of dat brandt.
Steek de stekker van de computer rechtstreeks in het stopcontact Omzeil voedingsbeschermingsapparaten, contactdozen en de verlengkabel om te
controleren of de computer aangaat.
De voedingseigenschappen aanpassen Zoek op het trefwoord stand-by in Help en ondersteuning van Windows (zie Windows Help en ondersteuning).
Verplaats het videobeeld Als er een externe monitor op uw computer is aangesloten, drukt u op <Fn><F8> om het videobeeld daarnaar te verplaatsen.
Als heb beeldscherm slecht leesbaar is
Stel de helderheid bij Druk op <Fn> en de omhoog- en omlaagtoetsen.
Zet de externe subwoofer verder van de computer of monitor vandaan Als uw externe luidsprekersysteem is voorzien van een subwoofer, moet u ervoor
zorgendatdesubwooferzichminimaalopeenafstandvan60cmvandecomputerofexternemonitorbevindt.
Hef mogelijke interferentie op Schakel ventilatoren, tl-lampen, halogeenlampen en andere apparaten in de buurt uit.
Draai de computer in een andere richting Haal de monitor uit direct zonlicht, omdat dat kan leiden tot een slechte beeldkwaliteit.
WAARSCHUWING: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de veiligheidsinstructies te volgen die u vindt in de
Productinformatiegids.
OPMERKING: Als u een programma gebruikt die een hogere resolutie vereist dan uw computer ondersteund, is het raadzaam om een externe monitor
op uw computer aan te sluiten.
Pas de Windows-beeldscherminstellingen aan
1. Klik op Start® Configuratiescherm® Vormgeving en thema's.
2. Klik op het gedeelte dat u wilt wijzigen of klik op het pictogram Beeldscherm.
3. Probeer de verschillende instellingen uit voor Kleurkwaliteit en Beeldschermresolutie.
Voer de diagnostische tests voor videospelers uit Als er geen foutbericht wordt weergegeven en u hebt nog steeds een weergaveprobleem, maar het
beeldscherm is niet helemaal leeg, voer dan de apparaatgroep Video uit in Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) (zie Dell Diagnostics (Dell-
diagnoseprogramma)). Neem daarna contact op met Dell (zie Contact opnemen met Dell).
Zie "Foutberichten" Als er een foutbericht verschijnt, gaat u naar Foutberichten.
Als alleen een gedeelte van het beeldscherm leesbaar is
Sluit een externe monitor aan
1. Schakel de computer uit en sluit er een externe monitor op aan.
2. Zet de computer en de monitor aan en stel de helderheids- en contrastregelaars van de monitor bij.
Als de externe monitor wel goed werkt, is mogelijk het beeldscherm of de videocontroller van de computer defect. Neem contact op met Dell (zie Contact
opnemen met Dell).
Terug naar inhoudsopgave
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103

Dell Latitude D520 de handleiding

Categorie
Notitieboekjes
Type
de handleiding