RDW45

IKEA RDW45 Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de IKEA RDW45 Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Inhoud
Veiligheidsinformatie 67
Beschrijving van het product 68
Bedieningspaneel 69
Afwasprogramma's 71
Bediening van het apparaat 72
De waterontharder instellen 72
Gebruik van zout voor de vaatwasser 73
Gebruik van glansspoelmiddel 74
De vaatwasser inruimen 75
Gebruik van vaatwasmiddelen 76
Een afwasprogramma selecteren en starten
77
Onderhoud en reiniging 78
Problemen oplossen 79
Technische gegevens 81
Montage 82
Aansluiting aan de waterleiding 82
Aansluiting aan het elektriciteitsnet 83
Milieubescherming 84
IKEA GARANTIE 84
Wijzigingen voorbehouden
Veiligheidsinformatie
Lees voor uw eigen veiligheid en correcte
werking van het apparaat eerst deze
handleiding aandachtig door, alvorens het
apparaat te installeren. Bewaar deze instruc-
ties altijd bij het apparaat, zelfs wanneer u
deze verplaatst of verkoopt. Gebruikers moe-
ten volledig op de hoogte zijn van de bedie-
ning en veiligheidsfuncties van het apparaat.
Gebruik conform de voorschriften
Het apparaat is uitsluitend ontworpen voor
huishoudelijk gebruik.
Gebruik het apparaat alleen om huishou-
delijk keukengerei dat geschikt is voor af-
wasmachines, schoon te maken.
Doe geen oplosmiddelen in het apparaat.
Pas op voor explosiegevaar.
Plaats de messen en alle voorwerpen met
scherpe punten met de punt naar beneden
in de bestekmand. Als dat niet past, leg ze
dan horizontaal op het bovenrek.
Gebruik alleen merkproducten voor afwas-
machines (afwasmiddel, zout, glansspoel-
middel).
Als u de deur opent als het apparaat in
werking is, kan er hete stoom ontsnappen.
Gevaar voor brandwonden.
Neem geen serviesgoed uit de afwasma-
chine voordat het afwasprogramma is af-
gelopen.
Haal, als het afwasprogramma is afgelo-
pen, de stekker uit het stopcontact en draai
de waterkraan dicht.
Alleen een bevoegde servicemonteur mag
dit apparaat repareren. Gebruik alleen ori-
ginele reserveonderdelen.
Voer de reparaties niet zelf uit om letsel en
schade aan het apparaat te voorkomen.
Neem altijd contact op met de lokale klan-
tenservice.
Algemene veiligheid
Mensen (met inbegrip van kinderen) met
beperkte lichamelijke, zintuiglijke of ver-
standelijke vermogens of gebrek aan erva-
ring en kennis mogen dit apparaat niet ge-
bruiken. Zij moeten onder toezicht staan of
instructies krijgen over het gebruik van dit
apparaat van iemand die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid.
Volg de veiligheidsinstructies van de afwas-
middelfabrikant op om brandwonden aan
ogen, mond en keel te voorkomen.
Drink geen water uit de afwasmachine. Er
kan afwasmiddel in uw apparaat achterge-
bleven zijn.
Sluit de deur altijd als u het apparaat niet
gebruikt om letsel te voorkomen. Bovendien
struikelt u zo niet over de deur.
Ga niet op de open deur zitten of staan.
NEDERLANDS 67
Veiligheid van kinderen
Alleen volwassenen mogen dit apparaat
gebruiken. Kinderen moeten in de gaten
gehouden worden om te voorkomen dat zij
met het apparaat gaan spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de
buurt van kinderen. Gevaar voor verstik-
king.
Bewaar alle afwasmiddelen op een veilge
plaats. Laat kinderen de afwasmiddelen
niet aanraken.
Houd kinderen uit de buurt van de afwas-
machine als de deur open staat.
Installatie
Controleer of het apparaat niet is bescha-
digd tijdens het vervoer. Sluit een bescha-
digd apparaat niet aan. Neem, indien no-
dig, contact op met de leverancier.
Verwijder de verpakking vóór de eerste in-
gebruikneming.
Een gekwalificeerd en bekwaam persoon
moet de elektrische installatie uitvoeren.
Een gekwalificeerd en bekwaam persoon
moet het loodgieterswerk uitvoeren.
Wijzig de specificaties van dit product niet
en verander dit product niet. Gevaar voor
letsel en schade aan het apparaat.
Het apparaat niet gebruiken:
als de hoofdkabel of waterslangen be-
schadigd zijn,
– als het bedieningspaneel, werkblad of
plint zodanig beschadigd zijn, dat u bij
het inwendige van het apparaat kan ko-
men.
Als u twijfelt, neem dan contact op met de
klantenservice. Zie de lijst met klantenservi-
ceafdelingen aan het einde van de hand-
leiding.
Boor niet in de zijkanten van het apparaat
om schade aan de hydraulische en elektri-
sche onderdelen te voorkomen.
Waarschuwing! Volg nauwkeurig de
instructies op voor de elektrische en
wateraansluitingen.
Beschrijving van het product
1
2
3
4
5
6
7
8
9
NEDERLANDS 68
1 Bovenrek
2 Instelschijf waterhardheid
3 Zoutreservoir
4 Afwasmiddeldoseerbakje
5 Glansmiddeldoseerbakje
6 Typeplaatje
7 Filters
8 Onderste sproeiarm
9 Bovenste sproeiarm
Bedieningspaneel
1 Aan-/uit-toets
2 Toets programmakeuze/annuleren (SELECT/CANCEL)
3 Indicatielampjes
4 Indicatielampjes programma
Indicatielampjes
Het indicatielampje gaat aan wanneer het af-
wasprogramma is afgelopen. Hulpfuncties:
Niveau van de waterontharder.
In-/uitschakelen van de geluidssignalen.
Er klinkt een geluidssignaal als het appa-
raat een storing heeft.
1)
Het indicatielampje gaat aan wanneer het
zoutreservoir bijgevuld moet worden. Zie
hoofdstuk 'Gebruik van zout voor afwasma-
chines'.
Het indicatielampje voor zout blijft enkele uren
aan, maar heeft geen ongewenst effect op de
werking van het apparaat.
1) Het indicatielampje is uit als het programma loopt.
NEDERLANDS 69
Toets programmakeuze/annuleren
Gebruik de toets programmakeuze/annule-
ren voor deze handelingen:
Het instellen van het afwasprogramma. Zie
hoofdstuk 'Een afwasprogramma instellen
en starten'.
Het instellen van de waterontharder. Zie
hoofdstuk 'De waterontharder instellen'.
Het in-/uitschakelen van de geluidssigna-
len. Zie hoofdstuk 'Geluidssignalen'.
Het annuleren van een lopend afwaspro-
gramma. Zie hoofdstuk 'Een afwaspro-
gramma instellen en starten'.
Instelmodus
Het apparaat staat in de instelmodus als alle
programmacontrolelampjes uit zijn en het
lampje Einde programma knippert.
Het apparaat moet in de instelmodus staan
voor de volgende handelingen:
Selecteren van een afwasprogramma.
Het waterontharderniveau instellen.
In- of uitschakelen van de geluidssignalen.
Als een programmalampje aan is, annuleer
dan het programma om terug te keren naar
de instelmodus. Zie het hoofdstuk 'Instellen en
starten van een afwasprogramma'.
Programmalampjes A en B
In aanvulling op de keuze van het bijbehoren-
de afwasprogramma, hebben deze lampjes
extra functies:
Op welke stand de waterontharder is inge-
steld.
In- en uitschakelen van de geluidssignalen.
Geluidssignalen
U kunt een geluidssignaal waarnemen:
Aan het einde van het wasprogramma.
Als het apparaat een storing heeft.
Activering van de geluidssignalen is fabrieks-
matig ingesteld.
De geluidssignalen kunnen worden uitgescha-
keld aan de hand van de volgende stappen:
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus
staat.
3. Houd de toets programmakeuze/annule-
ren ingedrukt totdat het programmalamp-
je A gaat knipperen en programmalampje
B continu gaat branden.
4. Druk nogmaals op de toets programma-
keuze/annuleren.
Programmalampjes A gaat branden.
Het programma-indicatielampje B be-
gint te knipperen.
5. Wacht tot programmalampje A uit gaat.
Het programma-indicatielampje B blijft
knipperen.
Het controlelampje Einde gaat branden.
Er klinken geluidssignalen.
6. Druk nogmaals op de toets programma-
keuze/annuleren.
Het controlelampje Einde gaat uit.
De geluidssignalen gaan uit.
7. Schakel het apparaat uit om de handeling
op te slaan.
De geluidssignalen kunnen worden ingescha-
keld aan de hand van de volgende stappen:
1. Voer de bovengenoemde procedure uit
totdat het controlelampje Einde gaat bran-
den.
NEDERLANDS 70
Afwasprogramma's
Afwasprogramma's
Programma
Mate van
vervuiling
Soort ser-
viesgoed
Beschrijving programma
Intensief
Sterk ver-
vuild
Servies-
goed, be-
stek en
pannen
Voorwas
Hoofdwas tot 70°C
2 tussentijdse spoelgangen
Laatste spoelgang
Drogen
Normaal
Normaal
vervuild
Servies-
goed, be-
stek en
pannen
Voorwas
Hoofdwas tot 65°C
2 tussentijdse spoelgangen
Laatste spoelgang
Drogen
Snel
1)
Normaal
of licht
vervuild
Servies-
goed en
bestek
Hoofdwas tot 60°C
Laatste spoelgang
Eco
2)
Normaal
vervuild
Servies-
goed en
bestek
Voorwas
Hoofdwas tot 50°C
1 tussentijdse spoelgang
Laatste spoelgang
Drogen
Spoelstop
Alles
Gedeelte-
lijke lading
(later op de
dag verder
te vullen)
1 koude spoelgang (om te voorkomen dat
voedselresten kunnen aankoeken).
Vaatwasmiddel is met dit programma niet
nodig.
1) Dit is een perfect dagelijks programma voor een halfvolle lading. Ideaal voor een familie bestaande uit
vier personen die alleen het serviesgoed en het bestek van de ochtend- en avondmaaltijd in de machine
wil laden.
2) Testprogramma voor testinstanties. Dit is het zuinige afwasprogramma. Raadpleeg de apart bijgeleverde
documentatie voor testgegevens. Alleen in 3 talen beschikbaar (Engels, Frans, Duits) voor testdoeleinden.
Verbruikswaarden (voor volledige afwascyslus)
Programma Programmaduur
(minuten)
Energieverbruik
(kWh)
Waterverbruik (liter)
65-75 1,5-1,7 18-20
100-110 1,4-1,5 18-20
30 0,8 8
1)
120-130 0,8-0,9 12-13
NEDERLANDS 71
Programma Programmaduur
(minuten)
Energieverbruik
(kWh)
Waterverbruik (liter)
11 0,1 5
1) De duur van dit wasprogramma is vooraf ingesteld (langer) dan de andere programma's door de langere
droog- en afwasfases.
De druk en de temperatuur van het water,
de variaties in stroomtoevoer en de hoe-
veelheid serviesgoed kunnen deze waarden
veranderen.
Bediening van het apparaat
Zie de volgende instructies voor elke stap van
de procedure:
1. Controleer of het niveau van de wateront-
harder juist is voor de waterhardheid in uw
omgeving. Stel, indien nodig, de wateront-
harder in.
2. Vul het zoutreservoir met zout voor afwas-
machines.
3. Vul het glansmiddeldoseerbakje met
glansmiddel.
4. Plaats bestek en serviesgoed in de afwas-
machine.
5. Stel het juiste programma in voor het type
lading en mate van vervuiling.
6. Vul het afwasmiddeldoseerbakje met de
juiste hoeveelheid afwasmiddel.
7. Start het afwasprogramma.
Als u afwasmiddeltabletten gebruikt, zie
hoofdstuk 'Gebruik van tabletten'.
De waterontharder instellen
De waterontharder verwijdert mineralen en
zouten van de watertoevoer. Mineralen en
zouten kunnen een negatieve invloed hebben
op de werking van het apparaat.
De waterhardheid wordt gemeten in de vol-
gende gelijkwaardige schalen:
Duitse graden (dH°).
Franse graden (°TH).
mmol/l (millimol per liter - een internationa-
le eenheid voor de hardheid van water).
•Clarke.
Stel de waterontharder af op de waterhard-
heid in uw omgeving. Neem, indien nodig,
contact op met het lokale waterschap.
Waterhardheid Instelling waterhardheid
°dH °TH mmol/l Clarke handmatig elektronisch
51 - 70 91 - 125 9,1 - 12,5 64 - 88 2 10
43 - 50 76 - 90 7,6 - 9,0 53 - 63 2 9
37 - 42 65 - 75 6,5 - 7,5 46 - 52 2 8
29 - 36 51 - 64 5,1 - 6,4 36 - 45 2 7
23 - 28 40 - 50 4,0 - 5,0 28 - 35 2 6
19 - 22 33 - 39 3,3 - 3,9 23 - 27 2 5
NEDERLANDS 72
Waterhardheid Instelling waterhardheid
°dH °TH mmol/l Clarke handmatig elektronisch
15 - 18 26 - 32 2,6 - 3,2 18 - 22 1 4
11 - 14 19 - 25 1,9 - 2,5 13 - 17 1 3
4 - 10 7 - 18 0,7 - 1,8 5 - 12 1 2
< 4 < 7 < 0,7 < 5
1
1)
1
1)
1) Geen zout nodig.
U moet de waterontharder handmatig en
elektronisch instellen.
Handmatige afstelling
Het apparaat in in de fabriek ingesteld op
stand 2.
1
2
Zet de schakelaar op
stand 1 of 2.
Elektronische aanpassing
De waterontharder is fabrieksmatig inge-
steld op niveau 5
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus
staat.
3. Druk op de toets programmakeuze/annu-
leren en houd deze ingedrukt.
4. Laat de toets programmakeuze/annule-
ren los nadat het programmalampje A
gaat knipperen en programmalampje B
continu gaat branden.
5. Wacht tot programmalampje B uit gaat.
Het programma-indicatielampje A be-
gint te knipperen.
– Het controlelampje einde programma
begint te knipperen.
6. Druk een keer op de toets programmakeu-
ze/annuleren.
Het programma-indicatielampje A be-
gint te knipperen.
De instelfunctie van de waterontharder
is geactiveerd.
Het lampje 'einde programma' knippert
om het niveau van de waterontharder
aan te geven.
Voorbeeld: 5 keer knipperen, pauze, 5
keer knipperen, pauze, enz... = niveau 5.
7. Druk een keer op de toets programmakeu-
ze/annuleren om de stand van de water-
ontharder te verhogen.
8. Druk op de aan-/uit-toets om de hande-
ling op te slaan.
Gebruik van zout voor de vaatwasser
Let op! Gebruik alleen zout voor
afwasmachines. Andere soorten zout die
niet geschikt zijn voor afwasmachines kunnen
schade toebrengen aan de waterontharder.
NEDERLANDS 73
1 2
3
Vul het zoutreservoir
met 1 liter water (al-
leen bij het eerste
gebruik).
4
Vul het zoutreservoir
met 1,5-1,7 kg zout.
Gebruik de bijgele-
verde zouttrechter.
5
Zorg dat er geen
zout buiten het zout-
reservoir terecht-
komt.
6
Het is normaal dat er water uit het zout-
reservoir stroomt wanneer u dit vult met
zout.
Gebruik van glansspoelmiddel
Let op! Gebruik alleen
merkglansmiddelen voor
afwasmachines.
Volg deze stappen om het glansmiddeldo-
seerbakje te vullen:
1
2
3
+
-
M
A
X
4
5
+
-
M
A
X
A
Vul tot de glansmid-
delindicator ( A ) hel-
der wordt.
NEDERLANDS 74
Let op! Vul het glansmiddeldoseerbak-
je nooit met andere middelen (bijv. af-
wasmachinereinigingsmiddel, vloeibaar af-
wasmiddel). Dit kan het apparaat bescha-
digen.
De glansmiddeldosering instellen
De glansmiddeldo-
sering is fabrieksma-
tig ingesteld op ni-
veau 3.
Lees om de dosis te
verhogen of te verla-
gen 'Wat te doen
als...'
De vaatwasser inruimen
Handige aanwijzingen en tips
Let op! Gebruik het apparaat alleen voor
huishoudelijk keukengerei dat geschikt is
voor afwasmachines.
Gebruik het apparaat niet om voorwerpen die
water kunnen opnemen (sponzen, huishoud-
doekjes, enz.) te reinigen.
Volg deze stappen voordat u serviesgoed
en bestek laadt:
Verwijder alle voedselresten en vuil
– Laat aangebakken voedselresten eerst
inweken.
Volg deze stappen terwijl u serviesgoed en
bestek laadt:
Plaats holle voorwerpen (bijv. kopjes, gla-
zen en pannen) met de opening naar be-
neden.
Zorg er voor dat het water niet in het re-
servoir of een diepe pan kan verzamelen.
Zorg er voor dat serviesgoed en bestek
niet in elkaar liggen.
Zorg er voor dat serviesgoed en bestek
elkaar niet overlappen.
Zorg er voor dat glazen andere glazen
niet aanraken.
Leg kleine voorwerpen in de bestekmand.
Voorwerpen van kunststof en pannen met
teflon hebben de neiging waterdruppels
vast te houden. Voorwerpen van kunststof
drogen niet zo goed als porselein en stalen
voorwerpen.
•Leg lichte voorwerpen in het bovenrek. Zorg
er voor dat de voorwerpen niet verschuiven.
Let op! Zorg er voor dat de sproeiarmen
vrij kunnen ronddraaien voordat u een
afwasprogramma start.
Waarschuwing! Sluit altijd de deur
nadat u het apparaat vult of leeg haalt.
Een geopende deur kan gevaarlijk zijn.
Dekschalen en grote
deksels moeten langs
de rand van het rek
worden gerang-
schikt.
NEDERLANDS 75
Gebruik het bestekrooster. Als het rooster
niet gebruikt kan worden door de afme-
tingen van het bestek, verwijder het dan.
Plaats het serviesgoed zo dat het water er
aan alle kanten bij kan komen (links). Klap
de kopjesrekken omhoog voor langere voor-
werpen (rechts).
De hoogte van het bovenrek aanpassen
Als u grote borden in het onderrek plaatst,
moet u eerst het bovenrek in de hoogste stand
zetten.
Waarschuwing! Stel de hoogte af
voordat u het bovenrek gebruikt.
Maximale hoogte van borden in:
•Bovenrek.
–Bovenste stand: 20 cm.
Onderste stand: 24 cm.
Onderrek.
Bovenste stand: 31 cm.
Onderste stand: 27 cm.
A
A
Volg deze stappen om het bovenrek in de bo-
venste of onderste stand te zetten:
1. Verwijder de vergrendelingen (A) van het
bovenrek.
2. Trek het rek er uit.
3. Plaats het rek in de bovenste of onderste
stand.
4. Zet de vergrendelingen (A) van het boven-
rek terug in hun oorspronkelijke stand.
Let op! Als het rek in de bovenste stand
staat, kunt u geen kopjes op het kopjesrek
plaatsen.
Gebruik van vaatwasmiddelen
Gebruik alleen afwasmiddelen (poeder,
vloeibaar of tablet) die geschikt zijn voor
afwasmiddelen.
Volg de gegevens op de verpakking op:
Dosering aanbevolen door de fabrikant.
Aanbevelingen omtrent opslag.
Gebruik niet meer dan de juiste hoeveelheid
afwasmiddel om het milieu te sparen.
1 2
NEDERLANDS 76
3
A
Vul het afwasmiddel-
bakje (A) met afwas-
middel.
4
B
Als u een afwaspro-
gramma met voor-
wasfase gebruikt, vul
dan het vakje voor
afwasmiddel met
voorwasfase met
meer wasmiddel ( B).
5
A
6
Gebruik van afwasmiddeltabletten
Doe het afwasmiddeltablet in het afwasmid-
deldoseerbakje ( A).
Afwasmiddeltabletten bevatten:
afwasmiddel
•glansmiddel
andere schoonmaakmiddelen.
Volg deze stappen om afwasmiddeltabletten
te gebruiken:
1. Zorg er voor dat de afwasmiddeltabletten
geschikt zijn voor de waterhardheid in uw
omgeving. Zie de instructies van de fabri-
kant.
2. Stel het laagste niveau in voor de water-
hardheid en de glansmiddeldosering.
Het is niet nodig om het zoutreservoir en
het glansmiddeldoseerbakje te vullen.
Volg deze stappen als de droogresultaten
niet naar wens zijn:
1. Vul het glansmiddeldoseerbakje met
glansmiddel.
2. Stel de dosering van het glansmiddel in op
stand 2.
Volg deze stappen om opnieuw
afwasmiddelpoeder te gebruiken:
1. Vul het zoutreservoir en het glansmiddel-
doseerbakje.
2. Stel de waterontharder in op het hoogste
niveau.
3. Draai een wasprogramma zonder servies-
goed.
4. Stel de waterontharder af. Zie hoofdstuk
'De waterontharder instellen'.
5. Stel de glansmiddeldosering af.
Verschillende merken afwasmiddel heb-
ben een ander oplostraject. Sommige af-
wasmiddeltabletten geven niet het beste rei-
nigingsresultaat tijdens korte wasprogram-
ma's. Gebruik lange wasprogramma's als u
afwasmiddeltabletten gebruikt om het afwas-
middel volledig te verwijderen.
Een afwasprogramma selecteren en starten
Selecteer het afwasprogramma met de
deur enigszins geopend. Het afwaspro-
gramma start pas nadat u de deur gesloten
hebt. Tot dat moment kunnen de instellingen
nog worden gewijzigd.
Voer deze handelingen uit om een afwaspro-
gramma in te stellen en te starten:
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus
staat.
3. Druk nogmaals op de toets programma-
keuze/annuleren om het afwasprogram-
ma in te stellen. Zie het hoofdstuk "Was-
programma's".
Het programmalampje gaat branden.
4. Sluit de deur.
Het wasprogramma start automatisch.
NEDERLANDS 77
Wanneer het afwasprogramma wordt
uitgevoerd, kunt u het programma niet
wijzigen. Annuleer het afwasprogramma.
Waarschuwing! Onderbreek of
annuleer een afwasprogramma alleen
als dit nodig is.
Let op! Open de deur voorzichtig. Er kan
hete stoom vrijkomen.
Annuleren van een afwasprogramma
1. Druk op de toets programmakeuze/annu-
leren en houd deze ca. 3 seconden inge-
drukt.
Het programmalampje gaat uit.
– Het controlelampje einde programma
begint te knipperen.
2. Laat de toets programmakeuze/annule-
ren los om het afwasprogramma te annu-
leren.
Nu kunt u de volgende stappen uitvoeren:
1. Het apparaat uitschakelen.
2. Een nieuw afwasprogramma selecteren.
Vul het afwasmiddelbakje met afwasmiddel
voordat u een nieuw afwasprogramma instelt.
Een afwasprogramma onderbreken
Open de deur.
Het programma stopt.
Sluit de deur.
Het programma gaat verder vanaf het punt
dat het was onderbroken.
Einde van het afwasprogramma
Schakel het apparaat onder de volgende om-
standigheden uit:
Het apparaat stopt automatisch.
De geluidssignalen voor het programma-
einde zijn hoorbaar.
1. Open de deur.
Het controlelampje Einde gaat branden.
Het programmalampje blijft branden.
2. Druk op de Aan-/uittoets.
3. Wanneer u de deur van de afwasauto-
maat een paar minuten op een kier laat
staan voordat u het serviesgoed uit de ma-
chine haalt, bereikt u betere droogresulta-
ten.
Laat de borden afkoelen voordat u deze uit
het apparaat neemt. Hete borden zijn gevoe-
lig voor beschadigingen.
De lading verwijderen
Verwijder eerst voorwerpen van het onder-
rek en dan van het bovenrek.
Er kan water liggen aan de zijkanten en op
de deur van het apparaat. Roestvrij staal
koelt sneller af dan borden.
Onderhoud en reiniging
Waarschuwing! Schakel het apparaat
uit voordat u de filters schoon maakt.
De filters reinigen
Belangrijk! Gebruik het apparaat niet zonder
filters. Zorg er voor dat de filters juist zijn
geplaatst. Onjuiste plaatsing veroorzaakt
slechte wasresultaten en schade aan het
apparaat.
1 2
A
C
B
Reinig de filters A, B
en C onder stromend
water.
NEDERLANDS 78
3
1
2
Draai de handgreep
ongeveer 1/4-slag
naar links en verwij-
der de filters B en C.
4
A
Verwijder het platte
filter A van de bodem
van het apparaat.
5
2
1
Zet het filtersysteem
op zijn plaats. Om
het filtersysteem te
vergrendelen, draait
u de handgreep
rechtsom totdat de-
ze vastklikt.
Belangrijk! Verwijder de sproeiarmen niet.
Als de openingen in de sproeiarmen verstopt
raken, verwijdert u de achterblijvende delen
met een coctailprikkertje.
Als de afwasmachine langere tijd niet wordt
gebruikt
Volg deze stappen als u het apparaat langere
tijd niet gebruikt:
1. Haal de stekker uit het stopcontact.
2. Draai de waterkraan dicht.
3. Laat de deur op een kier staan om onaan-
gename geurtjes te voorkomen.
4. Houd de binnenkant van het apparaat
schoon (vooral de filters).
Schoonmaken van de buitenkant
Reinig de buitenoppervlakken van de machine
en het bedieningspaneel met een vochtige
zachte doek. Gebruik alleen neutrale afwas-
middelen. Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes of oplosmiddelen (aceton, tri-
chloroethyleen enz).
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Let op! Installeer het apparaat niet op
een plek waar de temperatuur onder de
0 °C komt. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor schade door vorst.
Als dit niet mogelijk is, leeg het apparaat en
sluit de deur. Haal de watertoevoerslagn los
en verwijder het water in de watertoevoers-
lang.
Problemen oplossen
Het apparaat start of stopt niet tijdens de werking.
Als er een storing is, probeer dan eerst het probleem zelf op te lossen. Als u niet zelf het pro-
bleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de serviceafdeling.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Voortdurend
knipperen van
het controlelamp-
je programma
bezig.
Onderbroken ge-
luidssignaal.
De waterkraan is verstopt of aan-
gezet met kalkaanslag.
Maak de waterkraan schoon.
De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan open.
Het filter in de watertoevoerslang
is geblokkeerd.
Maak het filter schoon.
NEDERLANDS 79
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
1 keer knipperen
van het controle-
lampje Einde.
Storing:
De afwasmachine
wordt niet gevuld
met water.
De aansluiting van de watertoe-
voerslang is niet juist. De slang kan
geknakt of ingedeukt zijn.
Zorg er voor dat de aansluiting juist
is.
Voortdurend
knipperen van
het controlelamp-
je programma
bezig.
Onderbroken ge-
luidssignaal.
2 keer knipperen
van het controle-
lampje einde
programma.
Storing:
Het afwaswater
wordt niet afge-
voerd.
De gootsteenafvoer is geblok-
keerd.
Ontstop de gootsteenafvoer.
De aansluiting van de wateraf-
voerslang is niet juist. De slang kan
geknakt of ingedeukt zijn.
Zorg er voor dat de aansluiting juist
is.
Voortdurend
knipperen van
het controlelamp-
je programma
bezig.
Onderbroken ge-
luidssignaal.
3 keer knipperen
van het controle-
lampje einde
programma.
Storing:
De anti-overstro-
mingsinrichting is
geactiveerd.
Draai de kraan dicht en neem contact op met de klantenservice.
Storing:
Het programma be-
gint niet.
De deur van het apparaat is niet
gesloten.
Sluit de deur.
De stekker zit niet in het stopcon-
tact.
Steek de stekker in het stopcontact.
De zekering in de meterkast is
doorgebrand.
Vervang de zekering.
Sluit het apparaat aan na de controle. Het programma gaat verder vanaf het punt dat het was
onderbroken. Als de storing opnieuw verschijnt, neemt u contact op met de klantenservice.
NEDERLANDS 80
Als de afwasresultaten slecht zijn:
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De borden zijn
niet schoon
Het geselecteerde afwasprogramma
is niet geschikt voor het type lading
en mate van vervuiling.
Stel een ander afwasprogramma in.
De rekken zijn niet goed gevuld, zo-
dat het water er niet aan alle kanten
bij kan.
Vul de rekken op de juiste manier.
De sproeiarmen kunnen niet vrij
draaien als gevolg van een onjuiste
plaatsing van het serviesgoed.
Zorg ervoor dat het bestek en het ser-
vies de sproeiarmen niet blokkeren.
De filters zijn vuil of niet juist ge-
plaatst.
Zorg ervoor dat de filters schoon zijn
en op de juiste manier geïnstalleerd.
Er is te weinig of geen afwasmiddel
gebruikt.
Zorg ervoor dat de hoeveelheid af-
wasmiddel in het afwasmiddelbakje
voldoende is.
Er zitten kalk-
resten op de
borden
Het zoutreservoir is leeg. Vul het zoutreservoir met zout.
De waterontharder is ingesteld op
het verkeerde niveau.
Stel de waterontharder in.
De dop van het zoutreservoir zit niet
goed dicht.
Zorg ervoor dat het zoutreservoir
goed gesloten is.
Het servies-
goed is nat en
dof
Er is geen glansmiddel gebruikt. Stel de glansmiddeldosering in.
Het glansmiddeldoseerbakje is leeg. Vul het glansmiddeldoseerbakje.
De glazen en
borden verto-
nen strepen,
melkachtige
vlekken of een
blauwzweem
Verkeerde dosering glansmiddel. Verminder de glansmiddeldosering.
Opgedroogde
waterdruppels
op de glazen
en de borden
Verkeerde dosering glansmiddel. Verhoog de dosering van het glans-
middel.
Het afwasmiddel kan de oorzaak
zijn.
Gebruik een ander soort afwasmid-
del.
Technische gegevens
Afmetingen Breedte (cm) 44,6
Hoogte (cm) 81,8-89,8
Diepte (cm) 55,0
NEDERLANDS 81
Leidingwaterdruk
1)
Minimaal
Maximaal
0,5 bar (0,05 MPa)
8 bar (0,8 MPa)
Capaciteit (couverts) 9
Energieklasse A
Afwasklasse A
Droogklasse A
Geluid (dB(A)) 50
Gemiddeld jaarlijks energie-
verbruik (kWh)
2)
176
Gemiddeld jaarlijks water-
verbruik (liter)
2)
2860
1) Als de waterleidingsdruk in uw woonplaats hoger of lager is, neem dan contact op met de klantenservice.
2) De gegevens zijn gebaseerd op het afwasprogramma voor testinstanties, waarbij uitgegaan wordt van
220 cycli per jaar.
Informatie over de elektrische aansluiting, de spanning en het vermogen staat op het
typeplaatje op de binnenrand van de deur.
Montage
Let op! Zie de montage-instructies om
door te gaan met de installatie.
Waarschuwing! Zorg er voor dat de
stekker uit het stopcontact is gehaald
tijdens de installatie.
Zet het apparaat op de vloer en installeer het
onder een werkblad (keukenaanrecht of was-
bak).
Als reparatie noodzakelijk is, moet het appa-
raat gemakkelijk toegankelijk zijn voor de re-
parateur.
Zet het apparaat naast een kraan en een af-
voer.
Voor de ontluchting van de afwasmachine zijn
alleen openingen voor de watertoevoer, wa-
terafvoer en het netsnoer noodzakelijk.
Aansluiting aan de waterleiding
Dit apparaat heeft een speciale toe-
voerslang met een waterstop (aqualock).
Watertoevoerslang
Sluit het apparaat aan een hete (max. 60°) of
koude watertoevoer aan.
Gebruik een heet watertoevoer om het ener-
gieverbruik te verminderen, als het hete water
door alternatieve, milieuvriendelijkere ener-
giebronnen geproduceerd wordt (bijv. zonne-
of fotovoltaïsche panelen en wind).
Sluit de watertoevoerslang aan op een wa-
terkraan met een externe schroefdraad van
3/4".
Let op! Gebruik geen aansluitslangen
van een oud apparaat.
Let op! Als u het apparaat aansluit op
nieuwe leidingen of leidingen die lange
tijd niet zijn gebruikt, adviseren wij om het
water enkele minuten te laten stromen voordat
u de toevoerslang aansluit.
NEDERLANDS 82
Waterstopslang
De toevoerslang is bestand tegen hoge druk.
De slang is bestand tegen drukwaarden van
maximaal 6 MPa. Aan de buitenkant heeft de
toevoerslang een bekleding tegen eventuele
beschadiging. Als de binnenste slang kapot
gaat, wordt het water in de slang donker. U
kunt dit zien door de speciale doorzichtige be-
kleding. Draai de kraan in dat geval onmid-
dellijk dicht en neem contact op met de klan-
tenservice.
A
B
De waterstopslang
wordt geïnstalleerd
met een veiligheids-
systeem om onbe-
doeld losdraaien te
voorkomen. Loskop-
pelen van de slang:
Druk op de hendel
( B ).
Draai de borgring
( A ) naar links.
Draai de toevoers-
lang naar links of
rechts voor de instal-
latie. Draai de sluit-
moer goed vast om
waterlekkage te
voorkomen.
Als u een verlen-
ging van de toe-
voerslang gebruikt,
mag de totale lengte
niet langer zijn dan 4
meter.
Afvoerslang
A
Verwijder het kunst-
stofmembraan (A)
als u de wateraf-
voerslang aan een
sifon onder de goot-
steen aansluit. Als u
het membraan niet
verwijdert, kunnen
voedselresten een
verstopping in de
slang veroorzaken.
Let op! Zorg er
voor dat de wa-
terkoppelingen ste-
vig vast zitten om
waterlekkage te
voorkomen.
Aansluiting aan het elektriciteitsnet
Waarschuwing! De fabrikant is niet
verantwoordelijk, als u deze
veiligheidsmaatregelen niet opvolgt.
Aard het apparaat volgens de veiligheids-
maatregelen.
Zorg er voor dat het aangegeven voltage en
het type stroom op het typeplaatje overeen-
komen met het voltage en stroomtype van uw
lokale stroomleverancier.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbe-
stendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegsstekkers, -aansluitin-
gen en verlengsnoeren. Gevaar voor brand.
Vervang de hoofdkabels niet zelf. Neem con-
tact op met de klantenservice.
Zorg er voor dat de stekker toegankelijk is na
de installatie.
Trek niet aan de kabel om het apparaat los te
koppelen. Trek altijd aan de stekker zelf.
NEDERLANDS 83
Dit apparaat voldoet aan de Europese richt-
lijnen.
Milieubescherming
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar
moet worden afgegeven bij een verzamelpunt
waar elektrische en elektronische apparatuur
wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de juiste manier wordt verwijderd,
voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen
voor mens en milieu die zich zouden kunnen
voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere
informatie over het recyclen van dit product,
kunt u contact opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
Verpakkingsmaterialen
De materialen met het symbool
zijn recy-
cleerbaar. Gooi de verpakking in de juiste af-
valcontainer voor recycling.
Voordat u het apparaat wegdoet
Waarschuwing! Volg deze stappen om
het apparaat weg te doen:
Trek het netsnoer uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer door en gooi het weg.
Verwijder het slot van de deur. Hierdoor
voorkomt u dat kinderen zichzelf opsluiten
in het apparaat. Gevaar voor verstikking.
IKEA GARANTIE
Hoe lang is de garantie van IKEA geldig?
Deze garantie is vijf (5) jaar geldig vanaf de
oorspronkelijke datum van aankoop van uw
apparaat bij IKEA, tenzij het apparaat van het
merk LAGAN is, dan geldt een garantieperio-
de van twee (2) jaar. De originele kassabon is
nodig als aankoopbewijs. Als er tijdens de ga-
rantieperiode werkzaamheden worden uitge-
voerd, wordt de garantie- periode van het
apparaat niet verlengd, dat geldt ook voor de
nieuwe onderdelen.
Welke apparatuur valt niet onder de vijf (5)
jaar garantie van IKEA?
De apparaten van het merk LAGAN en alle
apparaten die gekocht zijn vóór 1 augustus
2007.
Wie zal de service uitvoeren?
De IKEA servicedienst zal de service uitvoeren
via het eigen bedrijf of het erkende service-
partnernetwerk.
NEDERLANDS 84
Wat valt er onder de garantie?
De garantie dekt storingen van het apparaat,
die veroorzaakt zijn door verkeerde construc-
tie of materiaalfouten vanaf de aankoopda-
tum bij IKEA. Deze garantie is uitsluitend van
toepassing bij huishoudelijk gebruik. De uit-
zonderingen worden onder de hoofding “Wat
valt er niet onder deze garantie? gespecifi-
ceerd. Binnen de garantieperiode worden er
geen kosten om de storing te verhelpen aan-
gerekend, d.w.z. reparaties, onderdelen, ar-
beidsloon en transport, op voorwaarde dat
het apparaat toegankelijk is voor reparatie
zonder speciale kosten en dat het defect be-
trekking heeft op verkeerde constructie of ma-
teriaalfouten die onder de garantie vallen. Op
deze voorwaarden zijn de EG-richtlijnen (Nr.
99/44/EG) en de respectievelijke plaatselijke
voorschriften van toepassing. Vervangen on-
derdelen worden het eigendom van IKEA.
Wat zal IKEA doen om het probleem op te
lossen?
De door IKEA aangestelde servicedienst zal
het product onderzoeken en bepalen, dit uit-
sluitend ter eigen beoordeling, of het gedekt
wordt door deze garantie. Als het gedekt blijkt
te zijn, zal de IKEA servicedienst of de erkende
servicepartner dan via het eigen bedrijf, uit-
sluitend ter eigen beoordeling, ofwel het de-
fecte product repareren of het vervangen door
hetzelfde of een vergelijkbaar product.
Wat valt er niet onder deze garantie?
Normale slijtage.
Opzettelijk aangebrachte schade of schade
door verwaarlozing, schade veroorzaakt
door het niet opvolgen van de bedienings-
handleiding, onjuiste installatie of aanslui-
ting op een verkeerd voltage, schade ver-
oorzaakt door chemische of elektro-chemi-
sche reactie, roest, corrosie of waterschade,
maar niet beperkt tot schade veroorzaakt
door overmatig kalkgehalte van de water-
toevoer, schade veroor zaakt door abnor-
male omgevingsomstandigheden.
Verbruiksonderdelen, met inbegrip van
batterijen en lampjes.
Niet-functionele en decoratieve onderdelen
die niet van invloed zijn op het normale ge-
bruik van het apparaat, inclusief eventuele
krassen en mogelijke kleurverschillen.
Onvoorziene schade veroorzaakt door
vreemde voor-werpen of stoffen en het rei-
nigen of deblokkeren van filters, afvoersys-
temen of wasmiddellades.
Schade aan de volgende onderdelen: glas-
keramiek, accessoires, serviesgoed en be-
stekmandjes, toevoer- en afvoerpijpen, af-
dichtingen, lampen en lampenkapjes, scher-
men, knoppen, behuizingen en gedeeltes
van behuizingen, tenzij kan worden aange-
toond dat deze veroorzaakt zijn door fabri-
cagefouten.
Gevallen waarbij geen storing geconsta-
teerd kon worden tijdens het bezoek van
een technicus.
Reparaties die niet zijn uitgevoerd door on-
ze aange-stelde servicediensten en/of een
erkende contractuele servicepartner of
wanneer er niet-originele onderdelen ge-
bruikt zijn.
Reparaties die veroorzaakt zijn door instal-
latie die verkeerd of niet in overeenstem-
ming met de specificatie is uitgevoerd.
Gebruik van het apparaat in niet-huishou-
delijke omgeving d.w.z. professioneel ge-
bruik.
Transportschade. Indien het apparaat door
een klant naar zijn huis of een ander adres
vervoert, kan IKEA niet aansprakelijk ge-
steld worden voor eventuele transportscha-
de. Indien IKEA het apparaat aflevert op het
door de klant aangegeven adres, dan is
eventuele schade die ontstaan is tijdens de
aflevering gedekt door de garantie.
Kosten voor de uitvoering van de installatie
van het IKEA-apparaat. Indien de IKEA ser-
vicedienst of de erkende servicepartner het
apparaat, binnen de voorwaarden van de-
ze garantie, repareert of vervangt, zal de
servicedienst of de erkende servicepartner,
indien nodig, het gerepareerde apparaat
of het vervangende apparaat installeren.
NEDERLANDS 85
Deze beperking is niet van toepassing op fout-
loze werkzaamheden uitgevoerd door een
gekwalificeerd specialist met gebruik van on-
ze originele onderdelen teneinde het appa-
raat aan te passen aan de technische veilig-
heidsspecificaties van een ander EU-land.
Hoe zijn de landelijke wetten van toepassing
De garantie van IKEA geeft u specifieke wet-
telijke rechten, die op zijn minst voldoen aan
alle plaatselijke wettelijke eisen die per land
verschillend zijn.
Gebied van geldigheid
Voor apparaten die in een EU-land zijn aan-
geschaft en meegenomen worden naar een
ander EU-land, zal de dienstverlening uitge-
voerd worden in het kader van de garantie-
voorwaarden die in het nieuwe land gebrui-
kelijk zijn. Een verplichting om diensten te ver-
lenen in het kader van de garantie bestaat
uitsluitend als:
het apparaat en de installatie ervan vol-
doen aan de technische specificaties van
het land waarin aanspraak gemaakt wordt
op de garantie;
het apparaat en de installatie ervan in over-
een-stemming zijn met de montage-instruc-
ties en de veiligheidsinformatie die in de
gebruikershandleiding staan.
De speciale Klantenservice voor apparaten
van IKEA:
Aarzel alstublieft niet om contact op te nemen
met de speciale IKEA Klantenservice om:
1. een beroep te doen op deze garantie;
2. uitleg te vragen over de installatie van het
IKEA appa-raat in het daarvoor bedoelde
keukenmeubel van IKEA. De service geeft
u geen uitleg met betrekking tot:
de volledige installatie van uw IKEA keu-
ken;
aansluitingen op het elektriciteitsnet (als
het appa-raat geleverd wordt zonder
stekker en kabel), op de water- en gas-
leiding, want dit moet gedaan worden
door een erkend installateur.
3. uitleg te vragen over de gebruikershand-
leiding en de specificaties van het IKEA
apparaat.
Om ervoor te zorgen dat wij u de beste service
verlenen, verzoeken wij u de montage-instruc-
ties en/of de gebrui- kershandleiding in dit
boekje zorgvuldig te lezen voordat u contact
met ons opneemt.
Hoe kunt u ons bereiken als u hulp nodig hebt
Op de laatste pagina van deze handleiding
vindt u de volledige lijst van door IKEA erken-
de servicebedrijven met de bijbehorende na-
tionale telefoonnummers.
Belangrijk! Om u sneller van dienst te kunnen
zijn, advi-seren wij u de specifieke
telefoonnummers te bellen die aan het eind
van deze handleiding vermeld zijn. Gebruik
altijd de telefoon-nummers die in het boekje
staan van het apparaat waarvoor u assistentie
nodig heeft. Zorg ervoor dat u het
artikelnummer (8 cijfers) van het IKEA
apparaat bij de hand hebt, voordat u ons belt
om assistentie te vragen.
Belangrijk! BEWAAR DE KASSABON!
Dit is uw aankoopbewijs en nodig om de ga-
rantie te doen gelden. Op de kassabon staat
ook de naam van het IKEA artikel en het num-
mer (8 cijfers) voor elk apparaat dat u gekocht
heeft.
Hebt u meer hulp nodig?
Neem, voor alle andere vragen die geen be-
trekking hebben op de service voor appara-
ten, contact op met het call center van de
dichtstbijzijnde vestiging van IKEA. Wij raden
u aan de documentatie van het apparaat
zorgvuldig te lezen voordat u contact met ons
opneemt.
NEDERLANDS 86
1/88