35 NL
1. Zet de oven uit alvorens hem te
reinigen.
2. Houd de deurafdichtingen en de
plaatsen hieromheen schoon. Als er
spatten en gemorste vloeistoffen vast
zijn gaan zitten op de ovenwanden,
deurafdichtingen en de plaatsen
hieromheen, moeten deze worden
schoongemaakt met een vochtige
doek. Als zij zeer vuil zijn geworden
mag gebruik geamaakt worden van
een mild reinigingsmiddel. Het gebruik
van agressieve reinigings-middelen of
schuursponsjes wordt niet aanbevolen.
gebruik geen commerciële
ovenreinigers.
3. Gebruik geen ruwe, schurende
reinigingsmiddelen of scherpe metalen
schrapers om de ruit van de ovendeur
te reinigen, aangezien deze het
oppervlak kunnen krassen en het glas
kunnen doen barsten.
4. De buitenzijde van de oven moet
worden schoongemaakt met een
vochtige doek. Ter voorkoming van
schade aan de onderdelen binnen
in de oven, mag er geen water via
de ventilatie-openingen naar binnen
sijpelen.
5. Indien het bedieningspaneel vuil
wordt, moet dit met een zachte, droge
doek gereinigd worden. Gebruik
geen agressieve reiningingsmiddelen
of schuursponsjes op het
bedieningspaneel. Bij het reinigen van
het bedieningspaneel moet de ovendeur
open blijven om te voorkomen dat de
oven per ongeluk wordt ingeschakeld.
Druk na het reinigen op de stop/wis
toets om het uitleesvenster te wissen.
6. Indien er aan de binnenkant van de
ovendeur of rondom de buitenkant
hiervan stoomvor-ming plaatsvindt,
veeg deze dan weg met een zachte
doek. Dit kan het geval kunnen zijn,
wanneer de magnetronoven wordt
gebruikt in een ruimte met een hoge
vochtigheidsgraad; dit duidt niet op
foutief functioneren van het apparaat.
7. Van tijd tot tijd moet het glazen
draaiplateau verwijderd worden om
het schoon te maken. Reinig het
draaiplateau in warm water met een
afwasmiddel of in een vaatwasmachine.
8. De draairing en de ovenbodem moeten
regelmatig worden gereinigd om
ongewenste ge-luiden te voorkomen.
Verwijder het vuil op de bodem van
de magnetronoven met een mild
schoonmaakmiddel en heet water,
en maak hem daarna droog met
een schone doek. De draairing moet
worden afgewassen in een mild sopje.
Bij een regelmatig gebruik zetten zich
kookdampen vast op de bodem en/
of de wielen van de draairing, maar
tasten deze op geen enkele wijze
aan. Wanneer u de draai-ring uit de
uitsparing in de grondplaat haalt om
hem schoon te maken, let er dan goed
op dat de draairing weer in de juiste
positie terug geplaatst wordt.
9. Bij het grillen of combinatie koken
zullen sommige voedselsoorten
vetspatten op de ovenwanden
veroorzaken. Indien de oven niet van
tijd tot tijd gereinigd wordt, kan hij
tijdens het gebruik gaan “roken”.
10. Gebruik geen stoomreiniger voor het
reinigen.
11. De magnetronoven mag uitsluitend
door ge-kwaliceerd servicepersoneel
worden gerepareerd. Neem voor
onderhoud en reparaties van de oven
contact op met de dichtstbij-zijnde
erkende dealer.
12. Houd ventilatie-openingen altijd vrij.
Controleer dat stof of andere materialen
de ventilatie-openingen boven-, onder-
of achteraan de oven niet blokkeren.
Een blokkering van de ventilatie-
openingen kan leiden tot oververhitting
en de werking van de oven hinderen.
13. Als u de oven niet schoonhoudt, is
het mogelijk dat de kwaliteit van de
oppervlakken vermindert waardoor de
levensduur van het toestel verkort en er
mogelijk gevaarlijke situaties ontstaan.
Verzorging van uw Magnetronoven