Privileg PCCF 80211250 X Gebruikershandleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Privileg PCCF 80211250 X Gebruikershandleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Gebrauchsanweisung
Instructions for use
Mode d’emploi
Gebruiksaanwijzing
Istruzioni per l’uso
Brugsanvisning
Bruksanvisning
Käyttöohje
Manual de utilização
Instrucciones para el uso
Instrukcje użytkowania
Használati utasítás
ИнструкциЯ за употреба
Návod k použití
Návod na použitie
Instruc∑iuni de utilizare
Инструкции по эксплуатации
52
Geachte klant,
u heeft een nieuw product uit onze nieuwe serie elektrische fornuizen gekocht. Wij hopen dat ons
product aan uw verwachtingen zal voldoen. Wij adviseren u deze handleiding door te lezen en het
apparaat volgens de aanwijzingen te gebruiken.
BELANGRIJKE INFORMATIE,
AANWIJZINGEN EN AANBEVELINGEN
Controleer of de gegevens van de nominale spanning, die op het typenplaatje zijn vermeld,
overeenkomen met die van uw elektriciteitsnet
Het fornuis moet aangesloten worden op het elektriciteitsnet volgens het bijgevoegde aansluitschema.
De installatie, instellingen, reparaties en wijzigingen van het apparaat moeten altijd door erkende
vakman uitgevoerd worden (zie Garantiebewijs).
De uitgevoerde werkzaamheden moeten in het Garantiebewijs van het apparaat vermeld worden.
Voor de elektrische aansluiting moet voor het apparaat een voorziening worden aangebracht waarmee
het apparaat losgekoppeld kan worden van het elektriciteitsnet. De afstand tussen de contacten van
deze voorziening moet minstens 3 mm bedragen (verder in de tekst als hoofdschakelaar genoemd).
Het fornuis is uitsluitend bedoeld voor het bereiden met warmte van levensmiddelen. Het mag niet
gebruikt worden om een ruimte te verwarmen, dit leidt tot oververhitting en dus tot beschadiging van
het apparaat. De garantie geldt niet voor defecten die ontstaan zijn door verkeerd gebruik van het
apparaat.
Het is verboden brandstoffen vlakbij de kookzones, de verwarmingselementen van de oven en in de
opbergruimte van het fornuis te bewaren.
Verzeker u ervan dat de voedingskabels van andere apparaten niet in contact komen met de kookplaat
of met andere hete delen van het fornuis.
Als het fornuis niet in werking is, moet u ervoor zorgen dat alle schakelaars uitgeschakeld zijn.
Wij adviseren om elke twee jaar een onderhoudsbedrijf te vragen de werking van het apparaat te
controleren en het deskundige onderhoud uit te voeren.
Daardoor voorkomt u eventuele storingen en wordt de levensduur van het fornuis verlengd.
Tijdens reinigings- en reparatiewerkzaamheden moet de hoofdschakelaar uitgeschakeld worden.
Wanneer zich een storing voordoet in het elektrische deel van het apparaat, dan mag deze niet zelf
repareren. Schakel het apparaat uit en vraag een erkende elektricien om de reparatie uit te voeren.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele schade, als de in deze
gebruiksaanwijzing vermelde bindende aanwijzingen en aanbevelingen niet opgevolgd zijn.
Gebruik accesoires die tekenen van slijtage of beschadiging niet meer.
Gebruik voor de reiniging van het apparaat geen stoomreiniger.
53
1. Bedieningsknop kookzone linksvoor
2. Bedieningsknop kookzone linksachter
3. Bedieningsknop kookzone rechtsachter
4. Bedieningsknop kookzone rechtsvoor
5. Oventhermostaat
6. Functiekeuzetoets oven
7. Controlelampje thermostaat
8. Controlelampje algemene werking
9. Digitale timer
10. Bedieningstoetsen timer
AANWIJZINGEN VOOR DE
INGEBRUIKNEMING VAN HET FORNUIS
Voordat u het apparaat kunt gebruiken moeten alle verpakkingsmaterialen verwijderd worden.
Verschillende onderdelen van de verpakking kunnen gerecycled worden.
Houdt u aan de landelijk geldende voorschriften.
Het wordt aanbevolen het fornuis en de accessoires vóór het gebruik schoon te maken.
Schakel het apparaat pas in, met de hoofdschakelaar, nadat alle oppervlakken goed droog geworden zijn
en volg de aanwijzingen voor het gebruik op.
Wij maken u erop attent dat het niet toegestaan is de elektrische delen van het fornuis te reinigen en te
verwijderen, tenzij dit vermeld is in het hoofdstuk over de reiniging.
OVEN
Zet de functieschakelaar van de oven in de stand voor boven- en onderwarmte. Zet de thermostaat op
250 °C en laat de oven met gesloten deur gedurende 1 uur werken. Verzeker u ervan dat de ruimte goed
geventileerd is. Op die manier worden de luchtjes die de oven verspreidt, verwijderd.
BEDIENINGSPANEEL
54
BEDIENING VAN DE BRANDERS
Het apparaat mag, in overeenstemming met deze handleiding, uitsluitend gebruikt worden door
volwassenen. Laat kinderen niet zonder toezicht aanwezig zijn in de ruimte waarin het fornuis
geïnstalleerd wordt.
Het elektrische fornuisvereist voortdurend toezicht.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (inclusief kinderen) met beperkte lichamelijke,
zintuiglijke of verstandelijke beperkingen of die onvoldoende ervaring en kennis van het apparaat
hebben om het op veilige wijze te gebruiken, tenzij zij onder toezicht staan van iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Zorg ervoor dat kinderen niet met het apparaat gaan spelen.
GLASKERAMISCHE KOOKPLAAT MET KOOKZONES
De kookplaten van het fornuis hebben een regelknop met zes standen. De hoogste stand is "6", de
laagste is stand "1".
De elektrische kookplaten zijn bedoeld voor de bereiding van levensmiddelen. Het gebruik van pannen
met een platte bodem wordt aanbevolen.
Bij oververhitting van de kookzone onder de gaskeramische kookplaat wordt deze door een
temperatuurregelaar uitgeschakeld. Het controlelampje van de restwarmte, dat op het voorste deel
van de kookplaat zit, geeft de verhoogde temperatuur aan, ook als het apparaat uitgeschakeld is.
FOYER DE CUISSON A DOUBLE CIRCUIT
Het middelste deel van de kookplaat Ø 120mm wordt
geregeld door de regelknop naar rechts te draaien, van 0 naar 700W.
Als u de knop helemaal naar rechts draait, wordt de kookplaat Ø 180mm ingeschakeld. Deze wordt dan
tot het maximumvermogen van 1700W verhit,afhankelijk van het gekozen niveau van 1 (laag) tot 9
(maximum). Als u de knop op de stand 0 zet, worden beide delen van de kookzone uitgeschakeld.
Bij oververhitting van de Het controlelampje van de restwarmte, dat op het voorste deel van de kookplaat
zit, signaleert de verhoogde temperatuur van de oppervlakte vande kookzone, ook als het apparaat is
uitgeschakeld.
Om energie te besparen kunt u gebruikmaken van de restwarmte van de kookzone. Het controlelampje
gaat pas uit als de kookplaat zodanig is afgekoeld, dat er geen gevaar voor brandwonden meer is.
kookzone onder de gaskeramische kookplaat wordt de kookplaat door een temperatuurregelaar
uitgeschakeld.
WAARSCHUWING:
Ø 180 / 120 mm - 1700 / 700 kW
Ø 145 / 250 mm - 2000 / 1200 kW
55
ENKELE ADVIEZEN VOOR HET GEBRUIK VAN GLASKERAMISCHE PLATEN:
Gebruik pannen met vlakke bodem zonder verontreinigingen die krassen zouden kunnen veroorzaken.
De bodem van de pan dient minstens even groot te zijn als de doorsnede van de kookzone, om te
voorkomen dat de temperatuurregelaar de kookplaat uitschakelt vanwege oververhitting.
Gebruik tijdens de bereiding een deksel op de pan, regel de temperatuur zodanig, dat u het deksel niet
hoeft te verschuiven of verwijderen.
De glaskeramische kookplaat mag niet gebruikt worden om de ruimte te verwarmen.
Verwijder gemorste levensmiddelen onmiddellijk tijdens de bereiding. Maak de kookplaat meteen na
gebruik schoon.
Besteed met name aandacht aan aangekoekte resten van levensmiddelen met een hoog suikergehalte,
deze kunnen ma verloop van tijd de structuur van de kookplaat aantasten.
Metaalachtig glanzende verkleuringen onstaan door het gebruik van aluminium pannen of het gebruik
van een ongeschikt reinigingsmiddel, de vlekken kunnen door herhaalde reiniging verwijderd worden.
Krassen op de kookplaat kunnen veroorzaakt zijn door zandkorrels van schoongemaakte groente, of
resten ongeschikte reinigingsmiddelen in poedervorm of ruwe doekjes.
Als de plaat vervuild is met aarde, zand of andere schuurmiddelen, veeg deze dan weg met een zacht
vochtig doekje en reinig de plaat met een vloeibaar reinigingsmiddel dat geschikt is voor glaskeramische
oppervlakken. Gebruik geen schuursponsjes of andere schurende producten.
OVEN
BINNENRUIMTE VAN OVEN
De oven heeft rechte wanden en geleiders aan de zijkant voor het plaatsen van de accessoires (rooster
van oven, bakblik). In de oven zit bovenin een grillelement. Onder de bodem van de oven zit het onderste
verwarmingselement. In de achterwand van de oven - onder het distributiedeksel - zitten het ronde
verwarmingselement en de ventilator.
Door de knop weer terug te draaien wordt de ingestelde temperatuur verlaagd.
IN- EN UITSCHAKELEN VAN DE OVEN
Draai de ovenfunctieknop op de gewenste functie. De knop kan in beide richtingen gedraaid worden. De
temperatuur kan ingesteld worden door de de knop van de thermostaat naar rechts te draaien van 50 °C -
250 °C.
Als u de knop verderdraait dan de nulstand kan de thermostaat beschadigd raken!
Het bakblik dat in de geleiders is geplaatst mag met max. 3 kg belast worden. Het rooster met
braadpan of bakblik mag met max. 7 kg belast worden.
De bakblikken en braadpannen zijn niet geschikt om levensmiddelen langdurig te bewaren (langer dan
48 uur). Als u de levensmiddelen langer wilt bewaren, doe ze dan in een geschikte houder.
OPMERKING:
56
Verlichting van de oven die bij de instelling
van alle ovenfuncties brandt.
Statische verwarming van de oven met het
bovenste en onderste verwarmingselement.
De thermostaat kan ingesteld worden op de
temperatuur van 50 - 250 °C.
Verwarming van de oven met alleen het
onderste verwarmingselement. De warmte
wordt door een natuurlijke convectie
verspreid, de thermostaat kan ingesteld
worden op de temperatuur van 50 -250 °C.
Aanbeveling: Deze functie is geschikt voor
de slotfase van de bereiding van gerechten die
een hogere temperatuur van onderaf vereisen
Verwarming van de oven met alleen het
bovenste verwarmingselement. De warmte
wordt door een natuurlijke convectie
versrpeid, de thermostaat kan ingesteld
worden op de temperatuur van 50 -250 °C.
Aanbeveling: Deze functie is geschikt voor
de laatste bereidingsfase van gerechten die
een hogere temperatuur voor de bovenkant
of een bruin korstje vereisen.
Grill met infraroodfunctie. De thermostaat
moet ingesteld worden op de hoogste
ttemperatuur.
Grill met ventilator. De temperatuur in het
bovenste deel van de oven is hoger door de
luchtcirculatie (boven het rooster of de
opvangbak). De thermostaat kan ingesteld
worden op de temperatuur van 150-250°C.
Aanbeveling: Deze functie is geschikt voor
het grillen of braden van grote stukken vlees
bij hogere temperatuur. De deur van de oven
moet gesloten blijven.
De warmte afkomstig van het bovenste en
onderste verwarmingselement wordt door
een ventilator verdeeld. De luchtcirculatie
zorgt voor een gelijkmatige temperatuur in de
hele oven. De thermostaat kan ingesteld
worden op de temperatuur van 50 - 250°C.
Aanbeveling: Deze functie is ook geschikt
ook voor het gelijktijdig bereiden van twee
gerechten op verschillende steunhoogtes, op
dezelfde temperatuur.
Het onderste verwarmingselement verwarmt
samen met het ronde verwarmingselement en
de ventilator. De temperatuur kan met de
thermostaat ingesteld worden.
Aanbeveling: De functie is geschikt voor een
snelle voorverwarming van de oven. Na het
bereiken van de gewenste temperatuur de
oven instellen op de gewenste functie.
Verwarming van de oven met het ronde
verwarmingselement en de ventilator. De
luchtcirculatie zorgt voor een gelijkmatige
temperatuur in de hele oven. De thermostaat
kan ingesteld worden opdetemperatuur van
50 - 250 °C.
Aanbeveling: De functie is geschikt voor de
gelijktijdige bereiding van twee gerechten op
verschillende steunhoogtes. (geschikt voor het
bakken van een groot brood of van grotere
hoeveelheden van een gerecht).
Deze functie kan gebruikt worden door het
voorzichtig drogen en ontdooien van
levensmiddelen.
Aanbeveling: De functie is geschikt voor het
ontdooien van gerechten of kant-en-klare
maaltijden.
De warmte afkomstig van het onderste
verwarmingselement wordt door de
ventilator verdeeld. De luchtcirculatie zorgt
voor een gelijkmatige temperatuur in de hele
oven. De thermostaat kan ingesteld worden
tussen 50 - 250 °C.
Het onderste verwarmingselement - Aqua
clean kan ook gebruikt worden voor de
reiniging van de oven. Details over de
reiniging vindt u in het hoofdstuk "Reiniging en
onderhoud".
AQUA Clean (zie hoofdstuk „Reiniging").
OVEN- FUNCTIES
57
AANBEVELINGEN EN ADVIEZEN
Ter informatie zijn de aanbevolen temperaturen voor typische bereiding van gerechten vermeld.
50-70° C drogen
80-100° C steriliseren
130-150° C stoven
180-220° C deeg bakken
220-250° C vlees braden
Ideale temperaturen voor alle soorten gerechten kunnen aangepast worden aan persoonlijke
voorkeuren.
In sommige gevallen wordt aanbevolen de oven voor de bereiding voor te verwarmen. Tijdens het
voorverwarmen blijft het thermostaatlampje branden. Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur
gaat het lampje van de thermostaat uit.
Schuif het rooster met het bakblik of de opvangbak bij voorkeur in de tweede geleider van onderen.
Alle bereidingen moetenmet gesloten deur uitgevoerd worden om de temperatuur in de oven niet te
verstoren. Het openen van de deur leidt tot langere bereidingsduur of de gerechten zouden kunnen
aanbranden.
GRILLEN OP ROOSTER
Leg het gerecht op het rooster.
Schuif het rooster in de geleiders in de zijwanden van de oven.
Om de jus op te vangen kunt u een opvangbak op een lagere
steunhoogte zetten of op de bodem van de oven.
Tijdens het grillen moet de ovendeur gesloten blijven.
Bij het gebruik van de grill worden de toegankelijke delen (deur van oven
enz.) erg heet. Houd kinderen op veilige afstand.
LETOP:
58
De digitale tijdprogrammaregelaar is bedoeld voor het uitschakelen van de oven na verloop van een van te
voren ingestelde tijdsduur. Het in- en uitschakelen van de digitale programmaregelaar wordt aangegeven
door het aangaan van het symbool (8 - pan) in het het midden van het display. Op het display wordt de tijd
continu weergegeven. De digitale programmaregelaar wordt alleen elektrisch gevoed, als de stroom
wordt onderbroken en als deze weer wordt hersteld blijft de regelaar uitgeschakeld (de cijfers 0.00 +
symbool 6 knipperen) en de tijd moet opnieuw ingesteld worden.
1. Knop voor instelling van geluidssignaal
2. Knop voor instelling van bereidingsduur
3. Knop voor instelling van uitschakeling
4. Knop voor instelling (-)
5. Knop voor instelling (+)
6. Symbool “A” - blijft branden vanaf het begin tot het einde van de
bereiding. Symbool “A”- knippert als de bereiding voltooid is.
7. Symbool - kookwekker
8. Symbool brandt als de oven in werking is
OVEN WERKT MET TWEE FUNCTIES
Zonder het gebruik van de digitale programmaregelaar (in dat geval moet op het display het symbool
van de pan (8) branden - als dat niet het geval is, druk dan tegelijkertijd op de knoppen 2 en 3, anders
wordt de oven niet ingeschakeld). De functies van de oven kunnen met twee knoppen - thermostaat
en ovenfunctieknop geregeld worden.
Met gebruik van de digitale programmaregelaar (zie de volgende procedure voor het gebruik). Stel de
temperatuur en de werking in met de bedieningsknoppen van de oven.
INSTELLING TIJDSTIP VAN DIGITALE PROGRAMMAREGELAAR
Na de aansluiting van het apparaat op het elektriciteitsnet knipperen op het scherm de cijfers 0.00. Druk
gelijktijdig op de toetsen 2 en 3 om het tijdstip in te stellen (0.00 en symbool 8 gaan branden). Stel
vervolgens het tijdstip in met de toetsen 4 en 5.
HANDMATIGE BEDIENING VAN DE OVEN
Als u de oven zonder programmering wilt gebruiken, dan moet symbool 6 gedoofd zijn.
Controleer dus altijd het programmeeruur: als symbool 6 brandt, druk dan gelijktijdig op de toetsen 4 en
5. Pas nadat het symbool 6 gedoofd is, kunt u de oven zonder programmering gebruiken!
Met behulp van de digitale programmeerregelaar kunt u de werking van de oven op twee manieren
programmeren:
HALFAUTOMATISCH
- de oven wordt onmiddellijk ingeschakeld en gaat na afloop van de bereiding automatisch uit.
AUTOMATISCH
- instelling voor automatisch inschakelen en uitschakelen van de oven.
HALFAUTOMATISCHE WERKING
Met deze programmeringswijze kunt u de werkingstijd van de oven instellen (duur). Maximale instelling is
23 uur en 59 minuten!
PROCEDURE HALFAUTOMATISCHE WERKING
Verklarend voorbeeld:
Duur 1 uur 20 minuten (1.20).
Instelling tijdsduur:
Druk op toets 2 (0.00 en symbool 8 gaan branden) en druk op toets 5 tot 1.20 wordt weergegeven.
Tijdens de instelling gaat ook symbool 6 branden. Na 5 seconden gaan op het display het tijdstip en
symbool 6 branden.
Schakel de oven in: stel met de betreffende knop het verwarmingssysteem en de
bereidingstemperatuur in.
BEDIENING VAN DE OVEN MET DIGITALE
PROGRAMMA-REGELAAR
59
De oven wordt onmiddellijk ingeschakeld (de bereiding begint); tijdens de bereiding blijven de
symbolen 6 en 8 branden.
Na afloop van de ingestelde bereidingstijd in dit geval over 1 uur en 20 minuten de oven wordt
automatisch uitgeschakeld (bereiding is voltooid), er klinkt een geluidssignaal dat u uit kunt schakelen
door op de toetsen 1, 2 of 3 te drukken.
- Na 2 minuten wordt het geluidssignaal automatisch uitgeschakeld.
- symbool 8 dooft
- symbool 6 knippert.
Schakel de oven uit en druk gelijktijdig op de toetsen 2 en 3 om symbool 6 uit te schakelen.
Zodra symbool 6 gedoofd is, kan de oven handmatig bediend worden.
AUTOMATISCHE WERKING
Bij deze programmeringswijze kan de werkingstijd van de oven (werkingsduur) en het eindtijdstip van de
werking worden ingesteld. Maximale instelling in- en uitschakeling is 23 uur en 59 minuten (instelling
uitschakeling = uur + 23 uur en 59 minuten).
Als de oven niet met de speciale knoppen worden ingeschakeld, zal hij
niet automatisch werken!
PROCEDURE AUTOMATISCHE WERKING
Verklarend voorbeeld:
Bereidingsduur is 1 uur 20 minuten (1.20), uitschakeling om 13.52 uur.
Controleer of het ingestelde tijdstip overeenkomt met het exacte tijdstip.
Instelling werkingsduur:
Druk op toets 2 (0.00 en symbool 8 gaan branden), druk op toets 5 tot 1.20 verschijnt (tijdens de
instelling gaat ook symbool 6 branden). Na 5 seconden gaan op het display het tijdstip en de symbolen 6
en 8 branden.
Instelling uitschakeling:
Druk op toets 3 - het eerst mogelijke tijdstiip van uitschakeling gaat branden (tijdstip + ingestelde
bereidingstijd). Stel met de toetsen 4 en 5 de tijd 3.52 in - het gewenste tijdstip van uitschakeling. Na
voltooiing van de instelling gaan na 5 seconden op het display het tijdstip en symbool 6 branden.
Symbool 8 dooft (gaat weer branden als de oven weer wordt ingeschakeld).
Schakel de oven in. Stel met de betreffende knoppen het verwarmingssysteem en de
bereidingstemperatuur in.
De oven wordt automatisch ingeschakeld (in dit geval om 12.32) (aanvang bereiding, hij blijft 1 uur en
20 minuten werken en wordt om 13.52 uitgeschakeld. Tijdens de bereiding blijft symbool 8 branden.
- Als de oven uitgeschakeld wordt: klinkt er een geluidssignaal dat u uit kunt schakelen door op de
toetsen 1, 2 of 3 te drukken. Na 2 minuten wordt het geluidssignaal automatisch uitgeschakeld,
- symbool 8 dooft
- symbool 6 knippert.
Schakel de oven uit en druk tegelijkertijd op de toetsen 2 en 3 om symbool 6 uit te schakelen. Als
symbool 6 gedoofd is, kan de oven handmatig gebruikt worden.
KOOKWEKKER
Een andere functie van de digitale programmaregelaar is de kookwekker, deze kunt u inschakelen door op
toets 1 te drukken. Op het display gaat 0.00 branden. Stel het gewenste tijdstip in met de toetsen 4 en 5.
Op het display gaat symbool 7 branden. De ingestelde tijd kan voortdurende gecontroleerd worden door
op toets 1 te drukken. Na afloop van de ingestelde tijd klinkt er een geluidssignaal, dat u met toets 1,
2 of
3 uit kunt schakelen.
INSTELLEN VAN TOONHOOGTE
De digitale programmaregelaar moet ingesteld worden op basis van het huidige tijdstip
Door op de linker toets 4 te drukken kan de toonhoogte van het signaal op 3 mogelijke niveaus
gekozen worden.
De ingestelde toonhoogte wordt opgeslagen in de digitale programmeerregelaar tot de volgende
wijziging of tot de voeding wordt onderbroken, daarna staat de toonhoogte weer op het hoogste
niveau.
Om wijzigingen aan te kunnen brengen moet altijd 5 seconden gewacht
worden om de wijziging op te slaan.a
OPMERKING:
WAARSCHUWING:
60
UITSCHUIFBARE GELEIDERS
Volg voor de reiniging en het onderhoud de volgende aanwijzingen op:
Draai alle knoppen op de stand "uit".
De hoofdschakelaar moet in de stand "uit" staan.
Wacht tot de kookplaten zijn afgekoeld.
GLASKERAMISCHE PLAAT
Reinig de oppervlakte van de kookplaat met een vochtig doekje of spons en maak hem zorgvuldig droog.
Gebruik, om hardnekkig vuil te verwijderen aanbevolen reinigingsmiddelen. Maak de kookplaat, nadat deze
is afgekoeld, na ieder gebruik schoon. Ook kleine verontreinigingen kunnen bij het volgende gebruik
inbranden. Gebruik schuurmiddelen, staalwol, pannensponsjes ruwe kant, reinigingspasta's en evenmin
sponzen en washandjes die u voor andere doeleinden gebruikt. Deze middelen kunnen krassen
veroorzaken op het glaskeramische oppervlak. Gebruik voor het schoonmaken uitsluitend speciale
reinigingsmiddelen voor glaskeramische kookplaten.
GLASKERAMISCHE PLAAT
De glaskeramische plaat ziet er mooi uit en is makkelijk in gebruik. De volgende adviezen en aanbevelingen
zullen u helpen de kookplaat in goede staat te houden zodat u er lang van zult kunnen genieten.
Aanwijzingen voor het gebruik van glaskeramische kookplaten:
Gebruik pannen met vlakke bodem zonder onzuiverheden die krassen kunnen veroorzaken.
De bodem van de pan dient minstens zo groot te zijn als de doorsnede van de kookzone, om te
voorkomen dat de temperatuurregelaar de plaat tijdens de bereiding uitschakelt vanwege oververhitting.
Gebruik tijdens de bereiding een deksel, regel de temperatuur zodanig dat u deze niet hoeft te
verschuiven of verwijderen.
De glaskeramische kookplaat mag niet gebruikt worden om de ruimte te verwarmen.
Verwijder tijdens de bereiding onmiddellijk eventuele etensresten van de kookplaat, en maak de plaat
meteen na gebruik schoon.
Zorg er in ieder geval voor dat u etensresten met een hoog suikergehalte zo snel mogelijk verwijderd,
deze kunnen de structuur van de kookplaat mettertijd aantasten.
Metaalachtig glanzende verkleuringen onstaan door het gebruik van aluminium pannen of door het
gebruik van ongeschikte reinigingsmiddelen, de vlekken kunnen door herhaalde reiniging verwijderd
worden.
WAARSCHUWING!
REINIGING EN ONDERHOUD VAN
FORNUIS
Krassen op de kookplaat kunnen veroorzaakt zijn door zandkorrels van schoongemaakte groente, of
resten ongeschikte reinigingsmiddelen in poedervorm of ruwe doekjes.
Als de plaat vervuild is met aarde, zand of andere schuurmiddelen, veeg deze dan weg met een zacht
vochtig doekje en reinig de plaat met een vloeibaar reinigingsmiddel dat geschikt is voor glaskeramische
oppervlakken. Gebruik geen schuursponsjes of andere schurende producten.
Wij ontraden het gebruik van corrosieve ovenreinigingsspuitbussen of vlekkenverwijderaars.
Tijdens het koken mogen de randen van de pannen niet tegen de rand van de glaskeramische kookplaat
aankomen, laat hier ook geen pannen op staan.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor
defecten van de glaskeramische plaat die veroorzaakt zijn door
het gebruik van ongeschikte pannen of door ongeschikt of
onjuist onderhoud.
METAALACHTIG GLANZENDE VERKLEURINGEN
Deze ontstaan door het gebruik van aluminium pannen of door het gebruik van ongeschikte
reinigingsmiddellen.
Deze vlekken kunnen door herhaaldelijk schoonmaken verdwijnen.
Kleurveranderingen van de glaskeramische kookplaat zijn vooral te wijten aan ingebrande etensresten die
niet tijdig werden verwijderd. Zij hebben geen invloed op de werking van de glaskeramische kookplaat, er
is geen sprake van aantasting van het materiaal.
Vlekken van gerechten met een hoog suikergehalte die niet onmiddellijk verwijderd worden kunnen leiden
tot onherstelbare schade aan de glaskeramische kookplaat.
SLIJTAGE VAN DE DECORATIE
Kan veroorzaakt worden door agressieve reinigingsmiddelen, door het langdurig schuiven met pannen over
het oppervlak van de kookplaat, hierdoor ontstaat een donkere plek.
OVEN
Reinig de oven met een wasmiddel of een speciaal middel voor ovenreiniging. Maak het vuil vochtig, borstel
ze weg en veeg ze af met een doekje. Verwijder de aangebrande resten niet met scherpe metalen
voorwerpen.
Reinig de accessoires van de oven met een spons met afwasmiddel of was ze af in de afwasmaschine
(rooster, opvangbak enz.).
AQUA CLEAN
Wij adviseren u voor een dagelijkse reiniging van de oven (na ieder gebruik) de volgende procedure uit te
voeren: draai de functiekeuzeknop van de afgekoelde oven op de stand
.
Zet de knop van de
thermostaat op 50° C. Giet in de opvangbak 0,4 l water en zet deze op de onderste geleiders. Na 30
minuten worden de resten van gerechten die op het emaille van de ovenwanden zitten zacht en kunt u
deze met een vochtig doekje afvegen.
VERVANGEN VAN HET LAMPJE IN DE OVEN
Zet alle bedieningsknoppen op “uitgeschakeld” en trek de stekker uit het stopcontact of schakel de
hoofdschakelaar uit.
draai het glazen kapje van het lampje naar links
schroef het defecte lampje los en schroef het nieuwe lampje erin
zet het glazen kapje terug
Gebruik voor de verlichting uitsluitend een lampje van T 300 °C, E 14,
230 V~, 25 W.
1. Glazen kapje
2. Lampje
3. Fitting
4. Achterwand van de oven
OPMERKING:
61
62
KLACHTEN
Wanneer zich een storing voordoet bij het apparaat tijdens de garantieperiode, repareer deze niet zelf. Stel
de winkel waar u het apparaat gekocht hebt op de hoogte van de klacht, of de geautoriseerde klantenservice
of een andere technische dienst in de Garantievoorwaarden is vermeld. Volg de aanwijzingen op die vermeld
zijn in het Garantiebewijs en de Garantievoorwaarden. Zonder correct ingevuld Garantiebewijs wordt de
klacht niet in behandeling genomen.
VERWERKING EN RECYCLING VAN DE
VERPAKKING
Karton, verpakkinspapier: - inleveren bij centra voor gescheiden inzameling - in containers voor papier
gooien
Houten pallet: - centrum voor afvalverwerking - andere verwerking
Verpakkingsfolies en PE-zakjes: - containers voor kunststof
VERWERKING VAN
AFGEDANKT APPARAAT
Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake Afgedankte
Elektrische en Elektronische apparatuur (Waste Electrical and Electronic Equipment - WEEE). Deze richtlijn
voorziet in een enkel Europees (CE) kader voor de verwerking en recycling van afgedankte apparaten.
Het apparaat bevat waardevolle stoffen die hergebruikt kunnen worden.
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE EN
AFSTELLING
De installatie dient uitgevoerd te worden overeenkomstig geldende plaatselijke normen en
voorschriften. De installatie van het fornuis moet uitgevoerd worden door een gekwalificeerde
technicus.
AANSLUITING VAN HET APPARAAT OP HET ELEKTRICITEITSNET:
De installatie dient uitgevoerd te worden in overeenstemming met de geldende plaatselijke normen en
voorschriften. De aansluiting van het apparaat op het elektriciteitsnet dient uitgevoerd te worden door een
gekwalificeerd technicus. Voor de aansluting van het apparaat op het elektriciteitsnet moet een voorziening
worden aangebracht met een afstand van de losgekoppelde contacten van minstens 3 mm. Aanbevolen wordt
een aansluiting van het fornuis is een 3 fase aansluiting met netsnoer type H05RR-F5G-1,5, die aangepast is
volgens afb. 9. De uiteinden van de draden moeten bestand zijn tegen uitrafelen met geperste eindstukken.
Voor de 1-fase-aansluiting gebruik maken van een netsnoer van het type H05RR-F3G-4, de uiteinden van de
geleiders moeten bevestigd worden volgens afb. 5. Om de uiteinden van de draden aan te sluiten onder de
koppen van de schroeven in het klemmenbord de draden in het klemmenbord plaatsen en blokkeren met
een klem (afb. 5). Sluit het deksel van het klemmenbord.
Voor de aansluiting van het fornuis adviseren wij het gebruik van de voedingskabel:
- Cu 3 x 4 mm2 min. voor 1-fase-aansluiting (beveiligingsschakelaar 35 - 38 A vafhankelijk van het type)
- Cu 5 x 1,5 mm2 min. voor driefase-aansluiting (beveiligingsschakelaar 3x16 A)
63
Tijdens elke demontage en montage van het elektrische fornuis, behalve het dagelijks gebruik, moet de
stekker van het apparaat altijd uit het stopcontact gehaald worden. Verzeker u ervan dat het apparaat uit
staat.
Voor de installatie van het apparaat moeten, voor de goede werking, de volgende handelingen
verricht worden:
controle van de correcte aansluiting op het elektriciteitsnet,
controle van de juiste werking van de verwarmingselementen, bedienings- en regelelementen,
demonstratie voor de klant van alle functies van het apparaat en het gebruik en het onderhoud.
BELANGRIJKE AANWIJZING
Het elektrische fornuis is een apparaat van klasse I volgens de beschermingsgraad tegen ongevallen
veroorzaakt door elektrische stroom en dient met een veiligheidsschakelaar aan het elektriciteitsnet
gekoppeld te zijn.
WAARSCHUWING:
64
PLAATSING
Het elektrische fornuis is bedoeld voor huishoudelijk
gebruik. Het kan in ingebouwd worden in een keuken
zonder zijtussenruimten (minimale breedte 500 mm).
Het fornuis kan tussen kasten met die bestand zijn
tegen een temperatuur van 100 °C geplaatst worden of
met warmteisolerend materiaal bekleed zijn het is
verboden om het fornuis op een sokkel te plaatsen. "X"
is de minimumafstand 650 mm tot de afzuigkap,
volgens aanbeveling van de fabrikant.
IN HOOGTE VERSTELLEN VAN HET FORNUIS
Het fornuis is voorzien van 4 stelschroeven waarmee
het waterpas gezet kan worden of in hoogte versteld
kan worden.
PROCEDURE:
kantel het fornuis op zijn zijkant
draai de plastic schroeven in de voorste en
achterste gaten op de onderkant
kantel het fornuis op de andere kant en draai de schroeven in de openingen aan de andere kant van
het fornuis
stel et fornuis verder af met een schroevendraaier vanuit de opbergruimte van het fornuis.
De afstelling in hoogte (met de schroeven) is niet nodig als de hoogte en de afstelling van het
apparaat zonder plastic schroeven goed zijn.
De fabrikant behoudt zich het recht voor om kleine wijzigingen in de gebruiksaanwijzing aan te
brengen die uit innovatieve of technologische wijzigingen van het product voortvloeien en die geen
invloed hebben op de werking van het apparaat.
WAARSCHUWING:
OPMERKING:
65
Tijdentabel - OVEN
Gerecht Functie Voorverwarming
Inzethoogte
(vanaf de bodem)
Temperatuur
(°C)
Bereidingstijd
(minuten)
VLEES
rund-, varkens- en kalfsvlees
(1 kg)
Statisch X 2 180 - 210 70 - 90
Ventilator - 2 170 - 190 70 - 90
kip, konijn, eend (~1 kg)
Statisch X 2 180 - 210 55 - 75
Ventilator - 2 170 - 190 55 - 75
schapen-, geiten-, lamsvlees
(~1 kg)
Statisch X 2 180 - 210 70 - 90
Ventilator - 2 170 - 190 70 - 90
gans (~2 kg)
Statisch X 1 190 - 210 100 - 120
Ventilator - 1 170 - 190 100 - 120
VIS HEEL (van ~ 0,8 tot 1 kg)
brasem, forel, zalm
Statisch X 2 170 - 180 45 - 55
Ventilator - 2 160 - 170 45 - 55
VISFILET (van ~ 0,5 tot 0,7 kg)
zwaardvis, tonijn, kabeljauw
Statisch X 2 170 - 180 35 - 45
Ventilator - 2 160 - 170 35 - 45
GROENTE (van ~ 0,5 tot 0,7 kg)
gevulde paprika
Statisch X 2 160 - 170 40 - 50
Ventilator - 2 150 - 160 40 - 50
gevulde aardappelen
Statisch X 2 160 - 170 55 - 65
Ventilator - 2 150 - 160 55 - 60
gebakken aardappelen
Statisch X 2 200 - 210 55 - 65
Ventilator - 2 190 - 200 50 - 60
TAARTEN enz.
gerezen taart (broze taart)
Statisch X 2 150 - 170 35 - 45
Ventilator - 2 150 - 160 30 - 40
Hartige taart met vulling (kaas)
Statisch X 2 165 - 175 60 - 70
Ventilator - 2 150 - 160 60 - 70
grote taart met lagen
Statisch X 2 170 - 180 35 - 45
Ventilator - 2 160 - 170 35 - 45
strudel
Statisch X 2 170 - 180 35 - 45
Ventilator - 2 160 - 170 30 - 40
koekjes
Statisch X 2 160 - 170 15 - 25
Ventilator - 2 150 - 160 15 - 20
zoet gebak
Statisch X 2 160 - 170 30 - 40
Ventilator - 2 150 - 160 25 - 35
hartige taarten
(Quiche Lorraine)
Statisch X 2 170 - 180 40 - 50
Ventilator - 1 160 - 170 40 - 50
lasagne
Statisch X 2 170 - 180 40 - 50
Ventilator - 2 160 - 170 40 - 50
pizza
Statisch X 2 220 - 250 15 - 20
Ventilator - 2 200 - 225 15 - 20
taarten met vulling
(ananas, perzik)
Statisch X 2 160 - 170 30 - 40
Ventilator - 2 160 - 170 30 - 40
schuimpjes
Statisch X 2 80 - 100 60 - 90
Ventilator - 2 50 - 75 60 - 90
soufflé
Statisch X 2 160 - 180 55 - 65
Ventilator - 2 150 - 160 50 - 60
Opmerking: De bereidingstijden en -temperaturen zijn indicatief
66
Tijdentabel - GRILL
Levensmiddel Functie
Voorverwarming
(5 minuten)
Inzethoogte
(vanaf de bodem)
Temperatuur
(°C)
Bereidingstijd
(minuten)
VLEES
klapstuk Grill X 3 Maximum 20 - 30
varkenskoteletten
Grill X 3 Maximum 15 - 20
saucijsjes Grill X 3 Maximum 20 - 30
vis
Grill X 3 Maximum 15 - 25
kippenboutjes Grill X 3 Maximum 20 - 30
kebab
Grill X 3 Maximum 20 - 30
varkensribstuk Grill X 3 Maximum 30 - 40
1/2 kip
Grill X 3 Maximum 40 - 50
Opmerking: De bereidingstemperaturen en -tijden zijn indicatief
TECHNISCHE GEGEVENS
ELEKTRISCH FORNUIS
PCCF 30201050 W
PCCF 30201050 X
PCCF 50201250 W
PCCF 50201250 X
PCCF 80211250 W
PCCF 80211250 X
Afmetingen: hoogte / breedte / diepte 850 / 500 / 605 850 / 500 / 605 850 / 500 / 605
Kookplaat - elektrische kookzones
Linksachter Ø 145 mm (kW) 1,2 1,2 1,2
Linksvoor Ø 180/120 mm (kW)
1,7 1,7 / 0,7 1,7 / 0,7
Rechtsachter Ø 145 / 250 mm (kW)
1,7 2,0 / 1,2 2,0 / 1,2
Rechtsvoor Ø 145 mm (kW)
1,2 1,2 1,2
Oven
Bovenste verwarmingselement (kw)
0,75 0,75 0,75
Onderste verwarmingselement (kw)
1,10 1,10 1,10
Grillverwarmingselement (kw)
1,85 1,85 1,85
Rond verwarmingselement (kw)
- - 2,00
Ventilator (w)
- 30 (35) 30 (35)
Verlichting (w)
25 25 25
Min. / Max temperatuur in oven
50 / 250° C 50 / 250° C 50 / 250° C
Voedingsspanning
230 / 400 V ~ 230 / 400 V ~ 230 / 400 V ~
Totaal vermogen apparaat (kw)
7,7 8,1 9,3
TOEBEHOREN
Rooster + + +
Opvangbak + + +
Bakblik + + +
Schrapertje + + +
Uitschuifbare geleiders +
67
INFORMATIEBLAD
Model
PCCF 30201050 W
PCCF 30201050 X
PCCF 50201250 W
PCCF 50201250 X
PCCF 80211250 W
PCCF 80211250 X
A - Het meest efficiënt
B
C
D
E
F
G - Het minst efficiënt
A A A
Energieverbruik (kW/h)
0,79 0,79
Bereidingstijd bij standaardbelasting (min)
52,3 53,1
Energieverbruik (kW/h)
079 0,79
Bereidingstijd bij standaardbelasting (min)
47 44,3
Bruikbare inhoud van de oven
49 45 42
Afmetingen van de oven
KLEIN
MIDDELGROOT
GROOT
Geluidsemissie (dB)
46 46
Laagste energieverbruik (stand-by) (W)
Oppervlakte grootste bakblik (cm
2
)
1230 1230 1230
/