Bresser Junior 8853100 de handleiding

Type
de handleiding
Bedienungsanleitung
Operating Instructions
Mode d’emploi
Handleiding
Istruzioni per l’uso
Instrucciones de uso
Manual de utilização
DE
GB
FR
NL
IT
ES
Art. No. 88-53100
DigiMicro DM700 LCD
PT
2
DE
Bedienungsanleitung .................................4
GB
Operating Instructions .............................18
FR
Mode d’emploi ..........................................30
NL
Handleiding ...............................................44
IT
Istruzioni per l’uso ....................................58
ES
Instrucciones de uso ................................72
PT
Manual de utilização ................................86
b
c
Fig. 1
Fig. 2
b
e
d
f
G
h
I
I
1#
1$
1%
1^
1&
1*
Fig. 3
1(
2)
1)
1!
1@
2!
2@ 2#
J
17
DE
FR
43
44
GEVAAR voor uw kind!
Bij het werken met dit apparaat wor-
den vaak scherpe en puntige hulpmid-
delen gebruikt. Bewaar dit apparaat daarom
samen met alle onderdelen en hulpmiddelen
op een plaats die niet voor kinderen toegan-
kelijk is. Uw kind kan
LETSEL oplopen!
Dit apparaat bevat elektronische onderdelen
die via een stroombron (stroomvoorziening
of batterijen) worden aangedreven. Zorg dat
kinderen tijdens de bediening altijd onder
toezicht staan! Gebruik mag uitsluitend plaats
vinden zoals in de gebruiksaanwijzing staat
omschreven, anders bestaat het
GEVAAR van
een ELEKTRISCHE SCHOK!
Batterijen horen buiten het bereik van kinde-
ren te blijven! Let bij het plaatsen van een bat-
terij op de juiste richting (+/-). Lekkende of
beschadigde batterijen veroorzaken irritatie
als ze met de huid in aanraking komen. Ge-
bruik in dat geval geschikte handschoenen.
Kinderen mogen het apparaat uitsluitend
onder toezicht gebruiken. Houdt het verpak-
kingsmateriaal (plastic zakken, elastiekjes,
e.d.) buiten bereik van kinderen! Hierdoor
kunnen ze
STIKKEN!
De bijgeleverde chemicaliën en vloeistoffen
mogen niet in de handen van kinderen vallen!
Chemische stoffen niet drinken! Handen na
gebruik met stromend water grondig schoon-
maken. Bij onbedoeld contact met ogen of
mond met water uitspoelen. Bij klachten on-
middellijk een arts raadplegen en de substan-
ties laten zien.
BRAND-/EXPLOSIEGEVAAR!
Stel het apparaat niet bloot aan hoge
temperaturen. Gebruik uitsluitend de
meegeleverde adapter of de aanbevolen bat-
terijen. Apparaat en batterijen niet kortsluiten
en niet in open vuur gooien! Door overmatige
hitte en onoordeelkundig gebruik kunnen
kortsluiting, brand en zelfs explosies optre-
den!
GEVAAR voor schade aan het materiaal!
Demonteer het apparaat niet! Neem
in alle situaties waarin zich een de-
fect voordoet contact op met uw vakhandel.
Hij neemt contact op met het servicecentrum
en kan het apparaat indien nodig ter reparatie
opsturen.
Stel het apparaat niet bloot aan temperaturen
boven de 60ºC!
TIPS voor het schoonmaken
Ontkoppel het apparaat vóór het
schoonmaken van de stroombron
(stekker uit het stopcontact nemen
of batterijen verwijderen)!
Reinig het apparaat uitsluitend aan de bui-
tenzijde met een droge doek. Gebruik geen
reinigingsvloeistof om schade aan de elektro-
nische onderdelen te voorkomen.
Reinig de lenzen (oculairglazen en/of objec-
tiefglazen) uitsluitend met het meegeleverde
lenspoetsdoekje of met een andere zachte en
pluisvrije doek (bv. Velcro). Druk het doekje
er niet te stevig op om krassen op de lenzen
te voorkomen.
Bescherm het apparaat tegen stof en vocht!
Bewaar het in de meegeleverde tas of verpak-
king. De batterijen dienen uit het apparaat te
worden verwijderd als het gedurende langere
tijd niet wordt gebruikt.
NL
45
AFVALVERWERKING
Bied het verpakkingsmateriaal op soort
gescheiden als afval aan. Informatie
over de juiste afvalverwerking kunt u van uw
plaatselijke afvalverwerkingsbedrijf of de mili-
eudienst krijgen.
Gooi elektrische apparaten niet weg met
het huisvuil!
Volgens de Europese Richtlijn 2002/96/EG
over afgedankte elektrische en elektronische
apparaten alsmede de daaraan gerelateerde
nationale wetgeving moeten gebruikte elektri-
sche apparaten gescheiden worden ingeza-
meld en volgens de milieurichtlijnen worden
gerecycled.
Lege batterijen en accu’s moeten door de
gebruiker bij inzamelingspunten voor batte-
rijen worden aangeboden. Informatie over de
afvalverwerking van oude apparaten of batte-
rijen die na 1 juni 2006 zijn gemaakt, krijgt u
van uw plaatselijke afvalverwerkingsbedrijf of
de milieudienst.
EU-Conformiteitsverklaring
Een “conformiteitsverklaring” in ove-
renstemming met de toepasselijke
richtlijnen is door Meade Instruments GmbH
& Co. KG opgesteld en kan worden inge-
zien.
46
Dit zijn de onderdelen van je microscoop
1. SD-geheugenkaartgleuf
2. LCD-monitor
3. LCD-module
4. USB-kabelaansluiting (mini)
5. Objectiefl ens
6. Focusseerwiel
7. Objecttafel
8. Oplicht-verlichting
9. Doorlicht-verlichting
10. Instellen van de lichtsterkte (-)
11. Aan-/Uitknop voor de belichtingsmethode
12. Instellen van de lichtsterkte (+)
13. Wisseltoets (ESC)
14. Monitor-controlelamp
15. Aan-/uit-schakelaar (hoofdschakelaar)
16. Menu-toets (menu)
17. Opnametoets (snap)
18. Pijltjes- en OK-toetsen
19. Netadapterstekker
20. Apparaatstopcontact
21. Microscoop Accessoires
22. Software
23. USB kabel
1. De microscoop neerzetten en
aansluiten
Haal voorzichtig de microscoop en de andere
onderdelen uit de kartonnen doos en
zet ze op een tafel of een ander vlak opper-
vlak. Haal de stofkap van de microscoop.
Voor een waarneming met de elektrische
LED-verlichting en het elektronische LCD-
oculair (displaymodule) is een stroomaanslui-
ting (220-230 V) vereist.
De microscoop heeft ook een aansluiting om
hem aan een PC te verbinden (USB-aanslui-
ting).
Om de microscoop te kunnen gebruiken
wordt de meegeleverde stroomkabel (Afb. 3)
op de stroomaansluiting (Afb. 3) achter op de
voet van de microscoop (Afb. 3) en met een
stopcontact (220-230 V) verbonden. Vervol-
gens stelt u met de belichtingskeuzeschake-
laar (11) de gewenste belichting in en stelt u
de gewenste helderheid in met de knopjes
“+” (12) en “-”.
2. Verbinding tussen de microscoop en de
PC
2.1 Dataoverdracht naar de PC
Gebruik een USB-kabel om je computer met
de microscoop te verbinden.
Wanneer de verbinding correct tot stand is
gebracht, herkent de computer de nieuwe
hardware vanzelf. Het controlelampje op
de microscoop gaat aan, maar de digitale
camera blijft uit. Open op de computer
de overeenkomstige map van het externe
geheugen, bekijk de gegevens van de in het
geheugen opgeslagen foto’s en kopieer ze
naar je computer, waar je ze kunt bewerken.
Let op!
Trek de USB-kabel niet los terwijl er een da-
taoverdracht bezig is, want dan kan er data
verloren gaan.
Voordat je de USB-verbinding verbreekt of
de LCD-module uitschakelt, moet je op de
computer met de hardware-assistent het ex-
terne geheugen verwijderen (“deactiveren”)!
Wanneer het externe geheugen niet eerst is
gedeactiveerd, kan de computer crashen of
kan er dataverlies optreden!
2.2 Software installeren
Let op!
Sluit de DigiMikro DM700 nu nog niet aan je
PC (computer) aan.
Om lang plezier te hebben van je DigiMikro
DM700 raden wij je aan om de DigiMikro
DM700 altijd aan de zelfde USB-poort aan
te sluiten.
NL
47
Het kan namelijk soms voorkomen dat het
apparaat door de computer niet herkend
wordt. Normaal gesproken hoef je dan al-
leen maar de driver (het stuurprogramma)
opnieuw te installeren (vanaf de CD). Wan-
neer dit het probleem niet oplost kan je in
het volgende hoofdstuk meer lezen over het
oplossen van problemen.
Leg de meegeleverde CD-ROM in je CD/
DVD-drive. Het menu van de CD wordt
automatisch geopend. Als het menu zich niet
opent, ga dan naar de Windows Explorer
en open je CD/DVD-drive. Start daar het
bestand “Menu.exe” door erop te dubbelklik-
ken.
2.3 Drivers installeren
Zorg ervoor dat de DigiMikro DM700 nog niet
met de computer is verbonden.
Volg deze aanwijzingen stap voor stap:
1. Maak een backup van al je data en sluit alle
programma’s die open zijn.
2. Klik op “Drivers installeren”. 3. Er ver-
schijnt een keuzescherm. Kies je taal uit en
klik op “Verder>”. 4. Er verschijnt een wel-
komstscherm. Klik weer op “Verder>”.
5. Nu verschijnt er een scherm “Setup Status”.
Het stuurprogramma wordt naar je computer
gekopieerd. Dit kan enkele minuten duren. 6.
Wanneer het venster is verdwenen, kan het
even duren voor het venster “InstallShield Wi-
zard gesloten” verschijnt. Klik hier op “Beëin-
digen”. Je computer start nu opnieuw op. 7.
Na de reboot is de driver geïnstalleerd.
8. Sluit de meegeleverde USB-kabel aan op
een vrije USB-poort van je computer.
9. Druk op de pijl naar links (
) op de LCD-
module en hou deze ingedrukt. Verbind nu
de USB-kabel met de DigiMikro DM700. De
Webcam-functie wordt nu gestart.
Driverherkenning:
De DigiMikro DM700 wordt nu door je com-
puter herkend. In Windows XP verschijnt er
rechts onder een tekstballonnetje: “De hard-
ware is geïnstalleerd en kan nu gebruikt wor-
den”. De DigiMikro DM700 is nu klaar voor
gebruik.
2.4 Plaatjes van de DigiMikro DM700 op
je computer laten zien en opslaan:
Wanneer je later weer de Webcam-functie
van je DigiMikro DM700 wilt gebruiken, hoef
je alleen maar de punten 8 en 9 te herhalen.
2.5 Installatie van de fotobewerkingssoft-
ware
Tip: Wanneer je al een fotobewerkingspro-
gramma geïnstalleerd hebt hoef je punt 2.4
niet uit te voeren. Je hebt zo alleen de dri-
ver (het stuurprogramma) van de DigiMikro
DM700 geïnstalleerd. Weet je niet zeker of
je een beeldbewerkingsprogramma hebt, ga
dan hier verder.
1. Leg de meegeleverde CD-ROM in je CD/
DVD-drive. Het menu van de CD wordt au-
tomatisch geopend. Als het menu zich niet
opent, ga dan naar de Windows Explorer en
open je CD/DVD-drive. Start daar het bestand
“Menu.exe” door erop te dubbelklikken.
2. Klik op “Software installeren”.
3. Er verschijnt een keuzemenu waar je de
door jou gewenste taal kunt kiezen. Bevestig
je keuze door op “OK” te klikken.
4. Druk bij “Welkom” op “Volgende>”.
5. Er verschijnt nu een licentieovereenkomst
die je met “Ja” moet beantwoorden.
6. In de volgende twee vensters wordt ge-
vraagd naar het “Pad” en de “Programmafol-
der”. Bevestig deze met “Volgende>”.
7. Nu verschijnt er een scherm “Setup Sta-
tus”. Het programma wordt naar je computer
gekopieerd. Dit kan enkele minuten duren.
8. Het venster “InstallShield Wizard afgeslo-
ten” verschijnt. Klik nu op “Beëindigen”. De
fotobewerkingssoftware is nu geïnstalleerd.
2.6 Probleemoplossing: apparaat wordt
door de computer (USB) niet herkend
1. Dit probleem komt soms bij bepaalde
48
OEM-versies van Windows Vista en XP voor!
Het apparaat is niet defect! Een update van
de USB-driver van het Notebook of de PC lost
dit probleem in de meeste gevallen op!
2. Als het bijwerken van de driver geen bevre-
digende resultaten geeft, kunt u het volgende
proberen. (De fabrikant stelt zich hiervoor niet
aansprakelijk!
1
).
Verwijder zogenaamde spookapparatuur! Dit
is apparatuur die momenteel niet op de com-
puter is aangesloten. Oorzaak: Windows ge-
nereert telkens een registratie in de systeem-
instellingen voor elk nieuw USB-apparaat op
de verschillende USB-poorten (bijv. de USB-
stick). Elke keer als Windows opstart, zoekt
het dan ook naar dit apparaat. Dit vertraagt de
herkenning van een USB-apparaat en het op-
starten van Windows en is de reden dat een
nieuw apparaat op de USB-poort niet wordt
herkend!
U kunt daarom uw systeembesturing „oprui-
men“ en niet-gebruikte apparatuur verwijde-
ren. Klik hiervoor met de rechter muisknop
op WERKPLEK (onder Vista: COMPUTER)
en open het menu-item EIGENSCHAPPEN in
het contextmenu. Klik vervolgens in het ven-
ster op het tabblad GEAVANCEERD (onder
Vista: GEAVANCEERDE SYSTEEMINSTEL-
LINGEN) en daarna op OMGEVINGSVARIA-
BELEN. Selecteer nu in het onderste gedeel-
te onder OMGEVINGSVARIABELE de optie
NIEUW. Voer bij NAAM VAN DE VARIABELE
de volgende tekst in:
devmgr_show_nonpresent_devices
Bij WAARDE VAN DE VARIABELE voert u het
getal „1“ in.
Bevestig uw invoer met OK en start de com-
puter opnieuw op!
Na de herstart gaat u naar apparaatbeheer.
Activeer in het menu-item BEELD de optie
VERBORGEN APPARATEN WEERGEVEN.
De „spookapparatuur“ die eerst niet zichtbaar
was, wordt nu in lichtgrijs weergegeven. Con-
troleer de verschillende categorieën, zoals
USB, geheugenvolumes etc. Verwijder in ap-
paraatbeheer alleen die apparaten die u niet
meer gebruikt.
1
1
Bron: Microsoft Knowledge Base
http://support.microsoft.com/kb/315539/de
3. Bediening van de microscoop
3.1 Eerste vereisten
Voordat je begint objecten of preparaten te
bekijken, moet je het LCD-beeldscherm en de
verlichting inschakelen en ook weten, hoe je
met de objecttafel omgaat. Dan kun je begin-
nen met het onderzoek van het allerkleinste.
3.2 LCD-module
Deze digitale microscoop is anders dan de
gebruikelijke microscopen: de LCD-monitor
vervangt de oculairen, waar je bij normale
microscopen doorheen kijkt. Zo kun je sa-
men met anderen objecten bestuderen en je
ervaringen delen. Als je met de microscoop
begint te werken, zet je de LCD-monitor
aan door de aan/uit-schakelaar in te druk-
ken (zie afb. 3). Hou de knop net zo lang
ingedrukt tot de LCD-monitor aan gaat. Als
dit lampje aan is, staat de LCD-monitor aan.
Dit is eigenlijk alles wat je moet doen om de
LCD-monitor op het microscoperen voor te
bereiden. De verschillende toetsen van de
LCD-module worden voornamelijk voor beel-
dopnames (foto’s en video’s) gebruikt en wor-
den verderop in deze handleiding behandeld.
3.3 Belichting
Met dit apparaat, een microscoop met on-
der- en bovenverlichting, kunnen zowel door-
zichtige als ondoorzichtige objecten geob-
serveerd worden. De beeldinformatie van het
huidige object worden door het licht “getrans-
porteerd”. De gekozen belichting is dus de
factor die bepaalt of je iets kunt zien of niet!
De Digital Microscope heeft in totaal drie ver-
lichtingsmogelijkheden, die al naar gelang
het voorwerp dat je wilt bekijken, kunnen
NL
49
worden gebruikt:
a) Oplicht (licht van boven),
b) Doorlicht (licht van onder) of
c) Op- en doorIicht (dan komt het licht van on-
der en boven tegelijk).
Als je één keer op de aan/uit-knop (11) drukt,
wordt de oplicht-verlichting (8) ingeschakeld.
Als je een tweede keer op de knop drukt, gaat
de doorlicht-verlichting (9) branden. Druk je
een derde keer op de knop, gaan beide lam-
pen tegelijk aan. Nog een druk op de knop
schakelt de verlichting helemaal uit.
Het kiezen van de juiste verlichting is afhanke-
lijk van wat je wilt bekijken.
Wanneer je een ondoorzichtig object bekijkt
(b.v. kleine dieren, stukjes van planten, ste-
nen, munten, etc.) met deze microscoop, dan
valt het licht van boven op het te observeren
object (bovenbelichting). Het licht wordt door
het object teruggekaatst door de lens, die de
vergroting veroorzaakt, naar het elektronische
oculair, dat voor een extra vergroting van het
beeld zorgt.
Bij doorzichtige (transparante) objecten (b.v.
eencellige dieren) daarentegen schijnt het
licht van onderen door de opening in de mi-
croscooptafel en dan door het te observeren
object (belichting van onderen). De weg van
let licht loopt dan weer door het objectief naar
het elektronische oculair.
Het gebruik van beide belichtingsmethoden
tegelijk is alleen zinvol bij halfdoorzichtige ob-
jecten. Het wordt afgeraden voor doorzichtige
objecten op glazen plaatjes omdat het voor re-
ecties in het glazen plaatje kan zorgen.
Preparaten van verschillende grootte, dikte
of kleuren eisen verschillende belichtings-
sterkten. Er zijn twee mogelijkheden om deze
tijdens het observeren te veranderen: De hel-
derheid aan passen met de knoppen “+” en
“-” op het apparaat. De knoppen ingedrukt
houden! Of de EV-functie op de LCD-monitor
gebruiken. De EV-functie (EV = exposure va-
lue for brightness, opnamehelderheidswaar-
de) verhoogt of verlaagt de helderheid van het
beeld op de LCD-monitor afhankelijk van of je
de pijl naar links of de pijl naar rechts (
, )
ingedrukt houdt (Afb. 2).
Wanneer het geobserveerde preparaat on-
doorzichtig of donker van kleur is, heb je
gewoonlijk meer licht nodig om bepaalde ka-
rakteristieken of details goed te kunnen zien.
Het beste is om gewoon de lichtsterkte van de
belichting te verhogen door op de “+” knop op
het apparaat te drukken.
De beste belichting kan je vinden door te ex-
perimenteren met verschillende instellingen,
want elk object vraagt een iets andere belich-
ting om goed tot zijn recht te komen.
3.4 Een object observeren
Draai de objecttafel met het focuswiel (Afb.
1, Nr. 6) helemaal naar beneden. Begin met
een makkelijke observatie. Plaats daarvoor
een duurpreparaat direct onder de lens op de
objecttafel. Duw hiervoor eerst de klemme-
tjes aan de kant, leg het duurpreparaat op de
objecttafel en plaats de klemmetjes voorzich-
tig op het duurpreparaat terug. Het geobser-
veerde object moet precies boven of onder
de belichting liggen.
Stel het beeld scherp met het focuswiel (Afb.
1, Nr. 6).
Je kan de vergroting verhogen door digitale
zoom te gebruiken. Gebruik hiervoor de pijl-
tjestoetsen naar boven en naar beneden
(
, ) op de LCD-module. Op het beeld-
scherm verschijnt een indicator die aangeeft
welke zoominstelling er gebruikt wordt.
4. Digitale beelden
Eerste handelingen
Aanzetten
Houd de aan/uit-schakelaar (zie afb. 2) 1 à 2
seconden ingedrukt, als het apparaat eerst uit
stond.
50
Uitzetten
Houd de aan/uit-schakelaar (zie afb. 2) 1 à
2 seconden ingedrukt, als het apparaat aan
staat.
Instelling
Om de momentele apparaatinstelling te wijzi-
gen roep je het menu op door op de menu-toets
(menu) te drukken. Druk op de pijltjestoetsen
om een bepaalde instelling te selecteren. Als
je de juiste instelling hebt gemaakt, bevestig je
je keuze door op de OK-toets te drukken.
Weergave op de LCD-monitor
Door één of meerdere keren op de wisseltoets
(Esc) te drukken, kom je in verschillende be-
drijfsmodi (functies). Deze worden hierna be-
schreven.
Digitale foto-modus
1. Symbool voor de digitale foto-modus
2. Symbool van het opslagmedium. Wanneer
je een SD-kaart gebruikt, verschijnt het
SD-kaart-symbool.
3. Dit is het aantal plaatjes dat nog in het ge-
heugen kan worden opgenomen.
4. Resolutie van de afbeelding (aantal beeld-
punten oftewel pixels) 3M, 2M, 1M, VGA
5. Kwaliteit, ***, **, *
6. EV, opnamehelderheidswaarde
7. Vergroting
Zelfontspanner-modus
1. Symbool voor de zelfontspanner-modus
Digitale video-modus
1. Symbool voor de digitale video-modus
2. Symbool van het opslagmedium. Wanneer
je een SD-kaart gebruikt, verschijnt het
SD-kaart-symbool.
3. Filmtijd die nog in het geheugen kan wor-
den opgeslagen.
4. Resolutie van de afbeelding (aantal beeld-
punten oftewel pixels) VGA, QVGA
NL
51
Foto- en fi lmarchief-modus
1. Symbool voor foto of video
2. Symbool van het opslagmedium. Wanneer
je een SD-kaart gebruikt, verschijnt het
SD-kaart-symbool.
3. De naam van het momenteel gebruikte
bestand
4. Resolutie van het plaatje
5. Symbool voor Start, Stop en Pause (voor
lmpjes)
5. Instellingen
Instelling van de beeldresolutie
• Druk in de digitale foto-, video- of zelfont-
spanner-modus op de menu-toets (menu)
om het instellingenmenu te openen.
• Kies de gewenste resolutie met de pijltjes-
toetsen (
, ) (3M = 2048×1536, 2M
= 1600×1200,
1M = 1280×1024, VGA = 640×480, QVGA
= 320x240 voor fi lmpjes).
• Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap”
om het menu te verlaten
• Druk op “Snap” om het menu te verlaten
zonder iets te wijzigen.
De resolutie is afhankelijk van het soort afbeel-
ding dat je wenst. Hoe hoger de resolutie, des
te hoger de beeldkwaliteit, maar des te groter
wordt ook het benodigde geheugen, dus kun
je minder opnames opslaan. In de meeste
situaties is het het best, het beschikbare
ash-geheugen met een geschikte resolutie
te gebruiken. Zoals je hieronder kunt zien,
heb je voor de resolutie vijf opties (keuzemo-
gelijkheden). Als je een betere beeldkwaliteit
wilt, neem dan een hogere resolutie. Hoeveel
opnames je kunt opslaan, is afhankelijk van
de beschikbare geheugencapaciteit en de
gekozen resolutie (Zie tabel).
Belichtungs-Einstellung
Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in
digitale-fotografi e- of zelfontspanner-mo-
dus bent om het instellingenmenu te ope-
nen.
Druk op de pijltjesknopjes (
, ) om het
Setupmenu te openen
• Kies met de pijtjesknopjes (
, ) de op-
tie “Belichting”. Druk op de OK-knop om
je keuze te bevestigen.
• Kies met de pijltjestoetsen (
, ) de ge-
wenste EV-waarde (–3,…, 0 , … +3). EV =
–3 geeft een zeer donker beeld, EV = +3
een zeer helder beeld.
Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap”
om het menu te verlaten
Druk op “Snap” om het menu te verlaten
zonder iets te wijzigen.
Resolutie Opslagruimte
64M 128M 256M 512M 1G
2048×1536 120 240 480 960 1920
1600×1200 170 340 680 1360 2720
1280×1024 230 460 920 1840 3680
640×480 430 860 1720 3440 6880
Eenheid: stuks
52
Scherpstellen
Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in
digitale-fotografi e- of zelfontspanner-mo-
dus bent om het instellingenmenu te ope-
nen.
Druk op de pijltjesknopjes (
, ) om het
Setupmenu te openen
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de op-
tie “Scherpte”. Druk op de OK-knop om je
keuze te bevestigen.
• Kies met de pijltjestoetsen (
, ) de ge-
wenste scherpte (Normaal, Scherp, Wa-
zig).
Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap”
om het menu te verlaten
Druk op “Snap” om het menu te verlaten
zonder iets te wijzigen.
Instellen van de beeldkwaliteit
Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in
digitale-fotografi e-, zelfontspanner- of vi-
deomodus bent om het instellingenmenu te
openen.
Druk op de pijltjesknopjes (
, ) om het
Setupmenu te openen
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de op-
tie “Kwaliteit” uit. Druk op de OK-knop om
je keuze te bevestigen.
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de ge-
wenste kwaliteit (Super, Fijn, Normaal).
Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap”
om het menu te verlaten.
Druk op “Snap” om het menu te verlaten
zonder iets te wijzigen.
Hoe hoger de beeldkwaliteit is, des te groter
is de benodigde opslagruimte, oftewel, des te
minder foto’s je kan opslaan. Het beste is om
de beeldkwaliteit af te stemmen op de opslag-
capaciteit van je geheugenkaart.
Het opschrift instellen
Om de foto’s makkelijk te kunnen verwerken
en bewerken heeft het apparaat een op-
schriftfunctie (voor de opnametijd en -datum).
Stel alsjeblieft de tijd en datum in voor je deze
functie gebruikt.
Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in
digitale-fotografi e- of zelfontspanner-mo-
dus bent om het instellingenmenu te ope-
nen.
Druk op de pijltjesknopjes (
, ) om het
Setupmenu te openen
Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de
optie “Datum”. Druk op de OK-knop om je
keuze te bevestigen.
• Schakel met de pijtjesknopjes (
, )
tussen “Off” (geen opschrift) en “On” (op-
schrift van de datum en tijd van de foto).
Druk op OK om te bevestigen.
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de op-
tie “Datum instellen”. Druk op de OK-knop
om te bevestigen. Je komt nu in een invoer-
menu.
Kies met de pijltjes naar links en naar
rechts (
, ) de gewenste invoer (Datum,
Tijd, Datumweergave) en doe dan de ge-
wenste instelling met de pijltjes naar boven
en naar beneden (
, ).
Druk na de invoer op OK om te bevesti-
gen.
Automatisch uitschakelen
Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in
digitale-fotografi e- of zelfontspanner-mo-
dus bent om het instellingenmenu te ope-
nen.
Druk op de pijltjesknopjes (
, ) om het
Setupmenu te openen
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de op-
tie “Auto Uit” . Druk op de OK-knop om je
keuze te bevestigen.
Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de
gewenste instelling (1 minuut, 2 minuten,
3 minuten, ?).
Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap”
om het menu te verlaten
Druk op “Snap” om het menu te verlaten
zonder iets te wijzigen.
NL
53
Taalinstelling
Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in
digitale-fotografi e- of zelfontspanner-mo-
dus bent om het instellingenmenu te ope-
nen.
Druk op de pijltjesknopjes (
, ) om het
Setupmenu te openen
Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de
optie “Taal”. Druk op de OK-knop om je
keuze te bevestigen.
Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de
gewenste taal uit de 8 beschikbare talen.
Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap”
om het menu te verlaten
Druk op “Snap” om het menu te verlaten
zonder iets te wijzigen.
Flikkerfrequentie
Omdat er bij video-opnamen een storende
ikkering kan ontstaan, kan de beeldfrequen-
tie ingesteld worden op 50Hz of 60Hz.
• Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in
digitale-fotografi e- of zelfontspanner-modus
bent om het instellingenmenu te openen.
Druk op de pijltjesknopjes (
, ) om het
Setupmenu te openen
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de
optie “Frequentie”. Druk op de OK-knop
om je keuze te bevestigen.
Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de
frequentie (50Hz, 60Hz).
Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap”
om het menu te verlaten
Druk op “Snap” om het menu te verlaten
zonder iets te wijzigen.
Formatteerfunctie
Let op: Na het formatteren zijn alle gegevens
gewist!
Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in
digitale-fotografi e- of zelfontspanner-mo-
dus bent om het instellingenmenu te ope-
nen.
Druk op de pijltjesknopjes (
, ) om het
Setupmenu te openen
Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de
optie “Format”. Druk op de OK-knop om je
keuze te bevestigen.
Wissel met de pijltjesknopjes (
, ) tus-
sen “Annuleren” (de instellingen worden
niet veranderd) en “OK” (de instellingen
worden geherinitialiseerd).
Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap”
om het menu te verlaten
Druk op “Snap” om het menu te verlaten
zonder iets te wijzigen.
Fabrieksinstellingen
Met de fabrieksinstellingenfunctie worden
alle instellingen weer teruggezet tot de stan-
daardinstellingen.
• Drücke im Digitalfoto-, Selbstauslöser-Mo-
dus die Menü-Taste (Menu) um das Einstel-
lungsmenü zu öffnen.
Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in
digitale-fotografi e- of zelfontspanner-mo-
dus bent om het instellingenmenu te ope-
nen.
Druk op de pijltjesknopjes (
, ) om het
Setupmenu te openen
Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de
optie “Fabrieksinstellingen”. Druk op de
OK-knop om je keuze te bevestigen.
Wissel met de pijltjesknopjes (
, )
tussen “Annuleren” (geen veranderingen)
en “OK” (instellingen worden geherinitiali-
seerd).
Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap”
om het menu te verlaten
Druk op “Snap” om het menu te verlaten
zonder iets te wijzigen.
Basisinstelling:
Resolutie 1M
Belichting 0
Scherpte Normaal
Fotokwaliteit Fijn
Datumweergave JJJJ/MM/DD
Auto. uitschakelen 2 minuten
Taal Engels
Frequentie 60Hz
54
Functies
Digitale foto-opnamemodus
Voordat je digitale foto’s opneemt, dienen
eerst bepaalde instellingen te worden ge-
daan. Nota bene: Het aantal foto’s dat kan
worden opgenomen, is proportioneel afhan-
kelijk van het vrije fl ash-geheugen.
• Als je het apparaat aanzet, start het altijd
standaard op in de digitale foto-modus.
• Druk op de opnametoets (Snap) om een
foto op te nemen.
Zelfontspannerfunctie
Voordat je de zelfontspannerfunctie gebruikt
moet je de bijbehorende instellingen doen in
de zelfontspannermodus.
• Door op de wisselknop (Esc) te drukken
schakel je de zelfontspannermodus in.
(Vanuit de digitale-fotografi emodus druk je
eenmaal op de wisselknop om de zelfont-
spannermodus in te schakelen.)
• Druk op de opnameknop (Snap) om de op-
name van foto’s te starten. De wachttijd is
10 seconden.
Digitale-videofunctie
Voordat je digitale video’s opneemt moet je
eerst daarvoor de correcte instellingen doen.
Let op: De lengte van de video die je kan op-
nemen hangt af van de hoeveelheid
vrije opslagruimte.
• Door op de wisselknop (Esc) te drukken
schakel je de digitale-videomodus in. (Van-
uit de digitale-fotografi emodus moet je
tweemaal op de wisselknop drukken om
de digitale-videomodus in te schakelen.
• Druk op de opnameknop (Snap) om de op-
name te starten.
• Druk nog een keer op de opnameknop om
de opname te stoppen.
Instelling van de digitale zoom en van de
EV-waarde
Soms is de afbeelding van een detail van het
object te klein of is er te weinig licht, om het
goed op de LCD-monitor te kunnen zien.
Hierbij helpen het instellen van de EV-waarde
en van de digitale zoom (elektronische ver-
groting) je verder.
• Druk op de links- en rechts-pijltjestoetsen (
, ) om de EV-waarde in te stellen. Het
bereik van de EV-waarde loopt van –3,0
tot +3,0.
• Druk op de op- en neer-pijltjestoetsen (
, )
om de elektronische vergrotingsfactor in te
stellen. Het bereik hiervan loopt van 0,1 tot
4,00.
6. Bekijken van digitale foto’s of video’s
• Gebruik de wisseltoets (Esc) om in de foto-
en fi lmarchiefmodus te komen. (Vanuit de
digitale foto-modus druk je drie keer op de
wisseltoets om naar de foto- en fi lmarchief-
modus te gaan.)
• Alle opgeslagen digitale foto’s en fi lms (vi-
deosymbool: fi lmcamera) wordt op het
beeldscherm weergegeven. Met de pijl-
tjestoetsen (
, ) kun je door de lijst heen-
bladeren.
• Selecteer een digitale foto of video met de
pijltjestoetsen (
, ).
• Als je een digitale video wilt afspelen, se-
lecteer het fi lmpje dan, druk op de Snap-
toets en vervolgens op de op-pijltjestoets
(
). Wanneer je weer op de op-pijltjestoets
drukt, wordt het afspelen onderbroken.
• Druk op de wisseltoets (Esc) om van de
foto- en fi marchiefmodus terug te gaan
naar de digitale foto-modus.
NL
55
Functies
Beveiliging van bestanden
Om de opgeslagen bestanden te bescher-
men tegen onbedoeld wissen, heeft het toe-
stel een beveiligingsfunctie.
• Gebruik de wisseltoets (Esc) om in de foto-
en fi lmarchiefmodus te komen. (Vanuit de
digitale foto-modus druk je drie keer op de
wisseltoets om naar de foto- en fi lmarchief-
modus te gaan.)
• Druk op de menu-toets (menu) om het ge-
heugenmenu te openen.
• Selecteer met behulp van de pijltjestoetsen
(
, ) de optie “Beveiliging”. Druk ter
bevestiging op OK.
• Selecteer met de pijltjestoetsen (
, )
een van de opties “Enkel”, “Alle” en “Pa-
gina”. Druk ter bevestiging op OK.
• Selecteer met behulp van de pijltjestoetsen
(
, ) de optie “Set”. Druk ter bevesti-
ging op OK.
De beveiligde bestanden krijgen een hang-
slot-symbool. De beveiliging kan met “Annu-
leren” en OK worden opgeheven voor gese-
lecteerde enkele bestanden (in Beveiliging /
Enkel) of voor alle bestanden (in Beveiliging
/ Alle).
Bestanden wissen
• Gebruik de wisseltoets (Esc) om in de foto-
en fi lmarchiefmodus te komen. (Vanuit de
digitale foto-modus druk je drie keer op de
wisseltoets om naar de foto- en fi lmarchief-
modus te gaan.)
• Druk op de menu-toets (menu) om het ge-
heugenmenu te openen.
• Selecteer met de pijltjestoetsen (
, )
de optie “Wissen”. Druk ter bevestiging op
OK.
• Kies met de pijltjestoetsen (
, ) voor
“Enkel” of “Alle”. Druk ter bevestiging op
OK.
Enkel: Alleen het geel gemarkeerde bestand
wordt nu gewist.
Alle: Alle opgeslagen bestanden worden nu
gewist.
Een digitale foto draaien
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) een di-
gitale foto uit.
• Druk op het Menuknopje (Menu) om het
opslagmenu te openen.
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de optie
“draaien”.
• Schakel met de pijltjesknopjes (
, ) tus-
sen “90°”, “180°”, “270°” of “annuleren”.
Een foto bijsnijden
Met de footo “Bijsnijden” (“Crop”) kan je uit
een digitale foto een deel uitkiezen, dit deel
eruit knippen en als een nieuwe foto op-
slaan.
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) een
digitale foto uit.
• Druk op het Menuknopje (Menu) om het
opslagmenu te openen.
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) de optie
“bijsnijden”.
• Schakel met de pijltjesknopjes (
, ) tus-
sen “bijsnijden” of “afbreken”.
• Als je “bijsnijden” kiest, verschijnt er een
nieuw menu.
• Kies met de pijltjesknopjes (
, ) het
deel van de foto dat je wilt uitsnijden.
• Druk op de Snap-knop om je keuze te be-
vestigen.
• Het uitgekozen stukje van de foto komt
nu als nieuwe foto op de LCD-display te
staan.
• Druk nog een keer op de Snap-knop om de
foto op te slaan of druk op de Menuknop
om deze functie te verlaten zonder de foto
op te slaan.
56
Het gebruik van een SD-geheugenkaart
Hoe ga je met de SD-geheugenkaart om
• Zolang je geen SD-kaart hebt geplaatst,
worden de bestanden in het interne fl ash-
geheugen opgeslagen.
• Als je een SD-kaart in de gleuf steekt, doe
het dan zo, dat de contacten naar je toe wij-
zen. Schuif de kaart er niet snel en met ge-
weld in; dat kan de SD-kaart beschadigen.
• De LCD-monitor toont het SD-kaartsym-
bool. De beschikbare hoeveelheid geheu-
gen op de kaart verschijnt rechtsonder in
ieder scherm.
• De digitale microscoop dient uit te staan,
voordat je de kaart er weer uit haalt.
7. Opstarten en gebruiken van de
Photomizer SE software
1. Start Photomizer SE op je computer.
2. Voor de beste weergave van de software
Photomizer SE adviseren wij een resolutie
van 1278x960. Klik hiervoor op de beeld-
schermoptie „Aufl ösung anpassen“.(Reso-
lutie aanpassen). Als de resolutie er niet bij
staat, kun je hem toevoegen via het (+) veld
naast de mogelijke resoluties.
3. Klik in het programmavenster op „Van ca-
mera importeren“
4. Wanneer er meerdere apparaten op je PC
zijn aangesloten, kun je in het volgende
menu het juiste apparaat selecteren. Is er
maar één enkel apparaat aangesloten, ver-
valt deze stap.
5. Als het goed is, ziet je nu het beeld van de
camera op je beeldscherm. Stel het beeld
van de microscoop scherp door aan de
instelwieltjes voor de beeldscherpte (6) te
draaien.
6. Klik op opnemen „Opnemen“ om een
beeld dat u wilt opslaan, vast te leggen. Dit
wordt dan rechts in de balk weergegeven.
7. Selecteer het beeld weer door een enkele
klik met de muis en breng het over naar de
software door op „Film Overstappen“ te
klikken.
8. Je verlaat nu de cameraweergave en keert
terug naar het programmavenster.
9. Klik nu boven op “Bestand“ en dan op „Op-
slaan als“ om het beeld op te slaan.
Tip:
Als u vragen of problemen heeft met de soft-
ware „Photomizer SE“, klikt u in het menu van
het programma op „?“ en opent de helptek-
sten door op „Hulp openen“ te klikken. Bij
vragen of problemen kun je op de internet-
pagina www.photomizer.net naar antwoorden
zoeken. Zeg het eerst even tegen je ouders
dat je het internet opgaat.
8. Accessoires
Dekglaasjes
Preparaten die je op een objectglas voor het
microscoperen hebt voorbereid, dek je met
een dekglas af.
Objectglazen
Leg het preparaat op het objectglas. Als je het
met wat water of Gum-Media hebt bedekt, kun
je er een dekglaasje op doen.
Pincet
Dit is een soort tang, waarmee je kleine voor-
werpen beter vast kunt pakken.
Prepareernaald
Een prepareernaald kun je op allerlei manie-
ren goed gebruiken. Je kunt het oppervlak van
een preparaat ermee open krabben, objecten
xeren of gebruiken om er druppeltjes vloeistof
mee om te roeren.
NL
57
IT
71
ES
85
PT
99
Meade Instruments Europe
GmbH & Co. KG
Gutenbergstr. 2
DE-46414 Rhede
Germany
www.bresser-junior.de
Irrtümer und technische Änderungen vorbehalten. · Errors and technical changes reserved. · Sous réserve d’erreurs et de modifi cations techniques.
Vergissingen en technische veranderingen voorbehouden. · Con riserva di errori e modifi che tecniche.
Queda reservada la posibilidad de incluir modifi caciones o de que el texto contenga errores. · Erros e alterações técnicas reservados.
ANL8853100MSP0910BRESSER

Documenttranscriptie

DigiMicro DM700 LCD Art. No. 88-53100 DE GB FR NL IT ES PT Bedienungsanleitung Operating Instructions Mode d’emploi Handleiding Istruzioni per l’uso Instrucciones de uso Manual de utilização DE GB FR NL IT ES PT 2 Bedienungsanleitung ................................. 4 Operating Instructions .............................18 Mode d’emploi ..........................................30 Handleiding ...............................................44 Istruzioni per l’uso ....................................58 Instrucciones de uso ................................72 Manual de utilização ................................86 Fig. 1 b c b e d 1# 1$ 1% 1& 1^ 1* I Fig. 2 f I G 2) 1( h Fig. 3 2! J 1) 1! 1@ 2@ 2# DE 17 FR 43 GEVAAR voor uw kind! Bij het werken met dit apparaat worden vaak scherpe en puntige hulpmiddelen gebruikt. Bewaar dit apparaat daarom samen met alle onderdelen en hulpmiddelen op een plaats die niet voor kinderen toegankelijk is. Uw kind kan LETSEL oplopen! Dit apparaat bevat elektronische onderdelen die via een stroombron (stroomvoorziening of batterijen) worden aangedreven. Zorg dat kinderen tijdens de bediening altijd onder toezicht staan! Gebruik mag uitsluitend plaats vinden zoals in de gebruiksaanwijzing staat omschreven, anders bestaat het GEVAAR van een ELEKTRISCHE SCHOK! Batterijen horen buiten het bereik van kinderen te blijven! Let bij het plaatsen van een batterij op de juiste richting (+/-). Lekkende of beschadigde batterijen veroorzaken irritatie als ze met de huid in aanraking komen. Gebruik in dat geval geschikte handschoenen. Kinderen mogen het apparaat uitsluitend onder toezicht gebruiken. Houdt het verpakkingsmateriaal (plastic zakken, elastiekjes, e.d.) buiten bereik van kinderen! Hierdoor kunnen ze STIKKEN! 44 De bijgeleverde chemicaliën en vloeistoffen mogen niet in de handen van kinderen vallen! Chemische stoffen niet drinken! Handen na gebruik met stromend water grondig schoonmaken. Bij onbedoeld contact met ogen of mond met water uitspoelen. Bij klachten onmiddellijk een arts raadplegen en de substanties laten zien. BRAND-/EXPLOSIEGEVAAR! Stel het apparaat niet bloot aan hoge temperaturen. Gebruik uitsluitend de meegeleverde adapter of de aanbevolen batterijen. Apparaat en batterijen niet kortsluiten en niet in open vuur gooien! Door overmatige hitte en onoordeelkundig gebruik kunnen kortsluiting, brand en zelfs explosies optreden! GEVAAR voor schade aan het materiaal! Demonteer het apparaat niet! Neem in alle situaties waarin zich een defect voordoet contact op met uw vakhandel. Hij neemt contact op met het servicecentrum en kan het apparaat indien nodig ter reparatie opsturen. Stel het apparaat niet bloot aan temperaturen boven de 60ºC! TIPS voor het schoonmaken Ontkoppel het apparaat vóór het schoonmaken van de stroombron (stekker uit het stopcontact nemen of batterijen verwijderen)! Reinig het apparaat uitsluitend aan de buitenzijde met een droge doek. Gebruik geen reinigingsvloeistof om schade aan de elektronische onderdelen te voorkomen. Reinig de lenzen (oculairglazen en/of objectiefglazen) uitsluitend met het meegeleverde lenspoetsdoekje of met een andere zachte en pluisvrije doek (bv. Velcro). Druk het doekje er niet te stevig op om krassen op de lenzen te voorkomen. Bescherm het apparaat tegen stof en vocht! Bewaar het in de meegeleverde tas of verpakking. De batterijen dienen uit het apparaat te worden verwijderd als het gedurende langere tijd niet wordt gebruikt. AFVALVERWERKING Bied het verpakkingsmateriaal op soort gescheiden als afval aan. Informatie over de juiste afvalverwerking kunt u van uw plaatselijke afvalverwerkingsbedrijf of de milieudienst krijgen. EU-Conformiteitsverklaring Een “conformiteitsverklaring” in overenstemming met de toepasselijke richtlijnen is door Meade Instruments GmbH & Co. KG opgesteld en kan worden ingezien. NL Gooi elektrische apparaten niet weg met het huisvuil! Volgens de Europese Richtlijn 2002/96/EG over afgedankte elektrische en elektronische apparaten alsmede de daaraan gerelateerde nationale wetgeving moeten gebruikte elektrische apparaten gescheiden worden ingezameld en volgens de milieurichtlijnen worden gerecycled. Lege batterijen en accu’s moeten door de gebruiker bij inzamelingspunten voor batterijen worden aangeboden. Informatie over de afvalverwerking van oude apparaten of batterijen die na 1 juni 2006 zijn gemaakt, krijgt u van uw plaatselijke afvalverwerkingsbedrijf of de milieudienst. 45 Dit zijn de onderdelen van je microscoop 1. SD-geheugenkaartgleuf 2. LCD-monitor 3. LCD-module 4. USB-kabelaansluiting (mini) 5. Objectieflens 6. Focusseerwiel 7. Objecttafel 8. Oplicht-verlichting 9. Doorlicht-verlichting 10. Instellen van de lichtsterkte (-) 11. Aan-/Uitknop voor de belichtingsmethode 12. Instellen van de lichtsterkte (+) 13. Wisseltoets (ESC) 14. Monitor-controlelamp 15. Aan-/uit-schakelaar (hoofdschakelaar) 16. Menu-toets (menu) 17. Opnametoets (snap) 18. Pijltjes- en OK-toetsen 19. Netadapterstekker 20. Apparaatstopcontact 21. Microscoop Accessoires 22. Software 23. USB kabel 1. De microscoop neerzetten en aansluiten Haal voorzichtig de microscoop en de andere onderdelen uit de kartonnen doos en zet ze op een tafel of een ander vlak oppervlak. Haal de stofkap van de microscoop. Voor een waarneming met de elektrische LED-verlichting en het elektronische LCDoculair (displaymodule) is een stroomaansluiting (220-230 V) vereist. De microscoop heeft ook een aansluiting om hem aan een PC te verbinden (USB-aansluiting). Om de microscoop te kunnen gebruiken wordt de meegeleverde stroomkabel (Afb. 3) op de stroomaansluiting (Afb. 3) achter op de voet van de microscoop (Afb. 3) en met een stopcontact (220-230 V) verbonden. Vervolgens stelt u met de belichtingskeuzeschakelaar (11) de gewenste belichting in en stelt u de gewenste helderheid in met de knopjes “+” (12) en “-”. 2. Verbinding tussen de microscoop en de PC 2.1 Dataoverdracht naar de PC Gebruik een USB-kabel om je computer met de microscoop te verbinden. 46 Wanneer de verbinding correct tot stand is gebracht, herkent de computer de nieuwe hardware vanzelf. Het controlelampje op de microscoop gaat aan, maar de digitale camera blijft uit. Open op de computer de overeenkomstige map van het externe geheugen, bekijk de gegevens van de in het geheugen opgeslagen foto’s en kopieer ze naar je computer, waar je ze kunt bewerken. Let op! Trek de USB-kabel niet los terwijl er een dataoverdracht bezig is, want dan kan er data verloren gaan. Voordat je de USB-verbinding verbreekt of de LCD-module uitschakelt, moet je op de computer met de hardware-assistent het externe geheugen verwijderen (“deactiveren”)! Wanneer het externe geheugen niet eerst is gedeactiveerd, kan de computer crashen of kan er dataverlies optreden! 2.2 Software installeren Let op! Sluit de DigiMikro DM700 nu nog niet aan je PC (computer) aan. Om lang plezier te hebben van je DigiMikro DM700 raden wij je aan om de DigiMikro DM700 altijd aan de zelfde USB-poort aan te sluiten. Het kan namelijk soms voorkomen dat het apparaat door de computer niet herkend wordt. Normaal gesproken hoef je dan alleen maar de driver (het stuurprogramma) opnieuw te installeren (vanaf de CD). Wanneer dit het probleem niet oplost kan je in het volgende hoofdstuk meer lezen over het oplossen van problemen. Leg de meegeleverde CD-ROM in je CD/ DVD-drive. Het menu van de CD wordt automatisch geopend. Als het menu zich niet opent, ga dan naar de Windows Explorer en open je CD/DVD-drive. Start daar het bestand “Menu.exe” door erop te dubbelklikken. 2.3 Drivers installeren Zorg ervoor dat de DigiMikro DM700 nog niet met de computer is verbonden. Volg deze aanwijzingen stap voor stap: 1. Maak een backup van al je data en sluit alle programma’s die open zijn. 2. Klik op “Drivers installeren”. 3. Er verschijnt een keuzescherm. Kies je taal uit en klik op “Verder>”. 4. Er verschijnt een welkomstscherm. Klik weer op “Verder>”. 5. Nu verschijnt er een scherm “Setup Status”. Het stuurprogramma wordt naar je computer gekopieerd. Dit kan enkele minuten duren. 6. Wanneer het venster is verdwenen, kan het even duren voor het venster “InstallShield Wizard gesloten” verschijnt. Klik hier op “Beëindigen”. Je computer start nu opnieuw op. 7. Na de reboot is de driver geïnstalleerd. 8. Sluit de meegeleverde USB-kabel aan op een vrije USB-poort van je computer. 9. Druk op de pijl naar links ( ) op de LCDmodule en hou deze ingedrukt. Verbind nu de USB-kabel met de DigiMikro DM700. De Webcam-functie wordt nu gestart. ver (het stuurprogramma) van de DigiMikro DM700 geïnstalleerd. Weet je niet zeker of je een beeldbewerkingsprogramma hebt, ga dan hier verder. 2.5 Installatie van de fotobewerkingssoftware 1. Leg de meegeleverde CD-ROM in je CD/ DVD-drive. Het menu van de CD wordt automatisch geopend. Als het menu zich niet opent, ga dan naar de Windows Explorer en open je CD/DVD-drive. Start daar het bestand “Menu.exe” door erop te dubbelklikken. 2. Klik op “Software installeren”. 3. Er verschijnt een keuzemenu waar je de door jou gewenste taal kunt kiezen. Bevestig je keuze door op “OK” te klikken. 4. Druk bij “Welkom” op “Volgende>”. 5. Er verschijnt nu een licentieovereenkomst die je met “Ja” moet beantwoorden. 6. In de volgende twee vensters wordt gevraagd naar het “Pad” en de “Programmafolder”. Bevestig deze met “Volgende>”. 7. Nu verschijnt er een scherm “Setup Status”. Het programma wordt naar je computer gekopieerd. Dit kan enkele minuten duren. 8. Het venster “InstallShield Wizard afgesloten” verschijnt. Klik nu op “Beëindigen”. De fotobewerkingssoftware is nu geïnstalleerd. Tip: Wanneer je al een fotobewerkingsprogramma geïnstalleerd hebt hoef je punt 2.4 niet uit te voeren. Je hebt zo alleen de dri- 2.6 Probleemoplossing: apparaat wordt door de computer (USB) niet herkend 1. Dit probleem komt soms bij bepaalde Driverherkenning: De DigiMikro DM700 wordt nu door je computer herkend. In Windows XP verschijnt er rechts onder een tekstballonnetje: “De hardware is geïnstalleerd en kan nu gebruikt worden”. De DigiMikro DM700 is nu klaar voor gebruik. 2.4 Plaatjes van de DigiMikro DM700 op je computer laten zien en opslaan: Wanneer je later weer de Webcam-functie van je DigiMikro DM700 wilt gebruiken, hoef je alleen maar de punten 8 en 9 te herhalen. 47 NL OEM-versies van Windows Vista en XP voor! Het apparaat is niet defect! Een update van de USB-driver van het Notebook of de PC lost dit probleem in de meeste gevallen op! 2. Als het bijwerken van de driver geen bevredigende resultaten geeft, kunt u het volgende proberen. (De fabrikant stelt zich hiervoor niet aansprakelijk! 1). Verwijder zogenaamde spookapparatuur! Dit is apparatuur die momenteel niet op de computer is aangesloten. Oorzaak: Windows genereert telkens een registratie in de systeeminstellingen voor elk nieuw USB-apparaat op de verschillende USB-poorten (bijv. de USBstick). Elke keer als Windows opstart, zoekt het dan ook naar dit apparaat. Dit vertraagt de herkenning van een USB-apparaat en het opstarten van Windows en is de reden dat een nieuw apparaat op de USB-poort niet wordt herkend! U kunt daarom uw systeembesturing „opruimen“ en niet-gebruikte apparatuur verwijderen. Klik hiervoor met de rechter muisknop op WERKPLEK (onder Vista: COMPUTER) en open het menu-item EIGENSCHAPPEN in het contextmenu. Klik vervolgens in het venster op het tabblad GEAVANCEERD (onder Vista: GEAVANCEERDE SYSTEEMINSTELLINGEN) en daarna op OMGEVINGSVARIABELEN. Selecteer nu in het onderste gedeelte onder OMGEVINGSVARIABELE de optie 48 NIEUW. Voer bij NAAM VAN DE VARIABELE de volgende tekst in: devmgr_show_nonpresent_devices Bij WAARDE VAN DE VARIABELE voert u het getal „1“ in. Bevestig uw invoer met OK en start de computer opnieuw op! Na de herstart gaat u naar apparaatbeheer. Activeer in het menu-item BEELD de optie VERBORGEN APPARATEN WEERGEVEN. De „spookapparatuur“ die eerst niet zichtbaar was, wordt nu in lichtgrijs weergegeven. Controleer de verschillende categorieën, zoals USB, geheugenvolumes etc. Verwijder in apparaatbeheer alleen die apparaten die u niet meer gebruikt. 1 1 Bron: Microsoft Knowledge Base 3.2 LCD-module Deze digitale microscoop is anders dan de gebruikelijke microscopen: de LCD-monitor vervangt de oculairen, waar je bij normale microscopen doorheen kijkt. Zo kun je samen met anderen objecten bestuderen en je ervaringen delen. Als je met de microscoop begint te werken, zet je de LCD-monitor aan door de aan/uit-schakelaar in te drukken (zie afb. 3). Hou de knop net zo lang ingedrukt tot de LCD-monitor aan gaat. Als dit lampje aan is, staat de LCD-monitor aan. Dit is eigenlijk alles wat je moet doen om de LCD-monitor op het microscoperen voor te bereiden. De verschillende toetsen van de LCD-module worden voornamelijk voor beeldopnames (foto’s en video’s) gebruikt en worden verderop in deze handleiding behandeld. http://support.microsoft.com/kb/315539/de 3. Bediening van de microscoop 3.1 Eerste vereisten Voordat je begint objecten of preparaten te bekijken, moet je het LCD-beeldscherm en de verlichting inschakelen en ook weten, hoe je met de objecttafel omgaat. Dan kun je beginnen met het onderzoek van het allerkleinste. 3.3 Belichting Met dit apparaat, een microscoop met onder- en bovenverlichting, kunnen zowel doorzichtige als ondoorzichtige objecten geobserveerd worden. De beeldinformatie van het huidige object worden door het licht “getransporteerd”. De gekozen belichting is dus de factor die bepaalt of je iets kunt zien of niet! De Digital Microscope heeft in totaal drie verlichtingsmogelijkheden, die al naar gelang het voorwerp dat je wilt bekijken, kunnen worden gebruikt: a) Oplicht (licht van boven), b) Doorlicht (licht van onder) of c) Op- en doorIicht (dan komt het licht van onder en boven tegelijk). Als je één keer op de aan/uit-knop (11) drukt, wordt de oplicht-verlichting (8) ingeschakeld. Als je een tweede keer op de knop drukt, gaat de doorlicht-verlichting (9) branden. Druk je een derde keer op de knop, gaan beide lampen tegelijk aan. Nog een druk op de knop schakelt de verlichting helemaal uit. Het kiezen van de juiste verlichting is afhankelijk van wat je wilt bekijken. Wanneer je een ondoorzichtig object bekijkt (b.v. kleine dieren, stukjes van planten, stenen, munten, etc.) met deze microscoop, dan valt het licht van boven op het te observeren object (bovenbelichting). Het licht wordt door het object teruggekaatst door de lens, die de vergroting veroorzaakt, naar het elektronische oculair, dat voor een extra vergroting van het beeld zorgt. Bij doorzichtige (transparante) objecten (b.v. eencellige dieren) daarentegen schijnt het licht van onderen door de opening in de microscooptafel en dan door het te observeren object (belichting van onderen). De weg van let licht loopt dan weer door het objectief naar het elektronische oculair. Het gebruik van beide belichtingsmethoden tegelijk is alleen zinvol bij halfdoorzichtige objecten. Het wordt afgeraden voor doorzichtige objecten op glazen plaatjes omdat het voor reflecties in het glazen plaatje kan zorgen. Preparaten van verschillende grootte, dikte of kleuren eisen verschillende belichtingssterkten. Er zijn twee mogelijkheden om deze tijdens het observeren te veranderen: De helderheid aan passen met de knoppen “+” en “-” op het apparaat. De knoppen ingedrukt houden! Of de EV-functie op de LCD-monitor gebruiken. De EV-functie (EV = exposure value for brightness, opnamehelderheidswaarde) verhoogt of verlaagt de helderheid van het beeld op de LCD-monitor afhankelijk van of je de pijl naar links of de pijl naar rechts ( , ) ingedrukt houdt (Afb. 2). Wanneer het geobserveerde preparaat ondoorzichtig of donker van kleur is, heb je gewoonlijk meer licht nodig om bepaalde karakteristieken of details goed te kunnen zien. Het beste is om gewoon de lichtsterkte van de belichting te verhogen door op de “+” knop op het apparaat te drukken. De beste belichting kan je vinden door te experimenteren met verschillende instellingen, want elk object vraagt een iets andere belichting om goed tot zijn recht te komen. 3.4 Een object observeren Draai de objecttafel met het focuswiel (Afb. 1, Nr. 6) helemaal naar beneden. Begin met een makkelijke observatie. Plaats daarvoor een duurpreparaat direct onder de lens op de objecttafel. Duw hiervoor eerst de klemmetjes aan de kant, leg het duurpreparaat op de objecttafel en plaats de klemmetjes voorzichtig op het duurpreparaat terug. Het geobserveerde object moet precies boven of onder de belichting liggen. Stel het beeld scherp met het focuswiel (Afb. 1, Nr. 6). Je kan de vergroting verhogen door digitale zoom te gebruiken. Gebruik hiervoor de pijltjestoetsen naar boven en naar beneden ( , ) op de LCD-module. Op het beeldscherm verschijnt een indicator die aangeeft welke zoominstelling er gebruikt wordt. 4. Digitale beelden Eerste handelingen Aanzetten Houd de aan/uit-schakelaar (zie afb. 2) 1 à 2 seconden ingedrukt, als het apparaat eerst uit stond. 49 NL Uitzetten Houd de aan/uit-schakelaar (zie afb. 2) 1 à 2 seconden ingedrukt, als het apparaat aan staat. Digitale foto-modus Instelling Om de momentele apparaatinstelling te wijzigen roep je het menu op door op de menu-toets (menu) te drukken. Druk op de pijltjestoetsen om een bepaalde instelling te selecteren. Als je de juiste instelling hebt gemaakt, bevestig je je keuze door op de OK-toets te drukken. Weergave op de LCD-monitor Door één of meerdere keren op de wisseltoets (Esc) te drukken, kom je in verschillende bedrijfsmodi (functies). Deze worden hierna beschreven. 50 Zelfontspanner-modus 1. Symbool voor de zelfontspanner-modus Digitale video-modus 1. Symbool voor de digitale foto-modus 2. Symbool van het opslagmedium. Wanneer je een SD-kaart gebruikt, verschijnt het SD-kaart-symbool. 3. Dit is het aantal plaatjes dat nog in het geheugen kan worden opgenomen. 4. Resolutie van de afbeelding (aantal beeldpunten oftewel pixels) 3M, 2M, 1M, VGA 5. Kwaliteit, ***, **, * 6. EV, opnamehelderheidswaarde 7. Vergroting 1. Symbool voor de digitale video-modus 2. Symbool van het opslagmedium. Wanneer je een SD-kaart gebruikt, verschijnt het SD-kaart-symbool. 3. Filmtijd die nog in het geheugen kan worden opgeslagen. 4. Resolutie van de afbeelding (aantal beeldpunten oftewel pixels) VGA, QVGA Foto- en filmarchief-modus Resolutie Opslagruimte 64M 128M 256M 512M 1G 2048×1536 120 240 480 960 1920 1600×1200 170 340 680 1360 2720 1280×1024 230 460 920 1840 3680 640×480 430 860 1720 3440 6880 NL Eenheid: stuks 1. Symbool voor foto of video 2. Symbool van het opslagmedium. Wanneer je een SD-kaart gebruikt, verschijnt het SD-kaart-symbool. 3. De naam van het momenteel gebruikte bestand 4. Resolutie van het plaatje 5. Symbool voor Start, Stop en Pause (voor filmpjes) 5. Instellingen Instelling van de beeldresolutie • Druk in de digitale foto-, video- of zelfontspanner-modus op de menu-toets (menu) om het instellingenmenu te openen. • Kies de gewenste resolutie met de pijltjes- toetsen ( , ) (3M = 2048×1536, 2M = 1600×1200, 1M = 1280×1024, VGA = 640×480, QVGA = 320x240 voor filmpjes). • Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap” om het menu te verlaten • Druk op “Snap” om het menu te verlaten zonder iets te wijzigen. De resolutie is afhankelijk van het soort afbeelding dat je wenst. Hoe hoger de resolutie, des te hoger de beeldkwaliteit, maar des te groter wordt ook het benodigde geheugen, dus kun je minder opnames opslaan. In de meeste situaties is het het best, het beschikbare flash-geheugen met een geschikte resolutie te gebruiken. Zoals je hieronder kunt zien, heb je voor de resolutie vijf opties (keuzemogelijkheden). Als je een betere beeldkwaliteit wilt, neem dan een hogere resolutie. Hoeveel opnames je kunt opslaan, is afhankelijk van de beschikbare geheugencapaciteit en de gekozen resolutie (Zie tabel). Belichtungs-Einstellung • Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in digitale-fotografie- of zelfontspanner-modus bent om het instellingenmenu te openen. • Druk op de pijltjesknopjes ( , ) om het Setupmenu te openen • Kies met de pijtjesknopjes ( , ) de optie “Belichting”. Druk op de OK-knop om je keuze te bevestigen. • Kies met de pijltjestoetsen ( , ) de gewenste EV-waarde (–3,…, 0 , … +3). EV = –3 geeft een zeer donker beeld, EV = +3 een zeer helder beeld. • Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap” om het menu te verlaten • Druk op “Snap” om het menu te verlaten zonder iets te wijzigen. 51 Scherpstellen • Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in digitale-fotografie- of zelfontspanner-modus bent om het instellingenmenu te openen. • Druk op de pijltjesknopjes ( , ) om het Setupmenu te openen • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de optie “Scherpte”. Druk op de OK-knop om je keuze te bevestigen. • Kies met de pijltjestoetsen ( , ) de gewenste scherpte (Normaal, Scherp, Wazig). • Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap” om het menu te verlaten • Druk op “Snap” om het menu te verlaten zonder iets te wijzigen. Instellen van de beeldkwaliteit • Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in digitale-fotografie-, zelfontspanner- of videomodus bent om het instellingenmenu te openen. • Druk op de pijltjesknopjes ( , ) om het Setupmenu te openen • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de optie “Kwaliteit” uit. Druk op de OK-knop om je keuze te bevestigen. • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de gewenste kwaliteit (Super, Fijn, Normaal). • Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap” 52 om het menu te verlaten. • Druk op “Snap” om het menu te verlaten zonder iets te wijzigen. Hoe hoger de beeldkwaliteit is, des te groter is de benodigde opslagruimte, oftewel, des te minder foto’s je kan opslaan. Het beste is om de beeldkwaliteit af te stemmen op de opslagcapaciteit van je geheugenkaart. Het opschrift instellen Om de foto’s makkelijk te kunnen verwerken en bewerken heeft het apparaat een opschriftfunctie (voor de opnametijd en -datum). Stel alsjeblieft de tijd en datum in voor je deze functie gebruikt. • Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in digitale-fotografie- of zelfontspanner-modus bent om het instellingenmenu te openen. • Druk op de pijltjesknopjes ( , ) om het Setupmenu te openen • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de optie “Datum”. Druk op de OK-knop om je keuze te bevestigen. • Schakel met de pijtjesknopjes ( , ) tussen “Off” (geen opschrift) en “On” (opschrift van de datum en tijd van de foto). Druk op OK om te bevestigen. • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de op- tie “Datum instellen”. Druk op de OK-knop om te bevestigen. Je komt nu in een invoermenu. • Kies met de pijltjes naar links en naar rechts ( , ) de gewenste invoer (Datum, Tijd, Datumweergave) en doe dan de gewenste instelling met de pijltjes naar boven en naar beneden ( , ). • Druk na de invoer op OK om te bevestigen. Automatisch uitschakelen • Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in digitale-fotografie- of zelfontspanner-modus bent om het instellingenmenu te openen. • Druk op de pijltjesknopjes ( , ) om het Setupmenu te openen • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de optie “Auto Uit” . Druk op de OK-knop om je keuze te bevestigen. • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de gewenste instelling (1 minuut, 2 minuten, 3 minuten, ?). • Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap” om het menu te verlaten • Druk op “Snap” om het menu te verlaten zonder iets te wijzigen. Taalinstelling • Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in digitale-fotografie- of zelfontspanner-modus bent om het instellingenmenu te openen. • Druk op de pijltjesknopjes ( , ) om het Setupmenu te openen • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de optie “Taal”. Druk op de OK-knop om je keuze te bevestigen. • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de gewenste taal uit de 8 beschikbare talen. • Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap” om het menu te verlaten • Druk op “Snap” om het menu te verlaten zonder iets te wijzigen. Flikkerfrequentie Omdat er bij video-opnamen een storende flikkering kan ontstaan, kan de beeldfrequentie ingesteld worden op 50Hz of 60Hz. • Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in digitale-fotografie- of zelfontspanner-modus bent om het instellingenmenu te openen. • Druk op de pijltjesknopjes ( , ) om het Setupmenu te openen • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de optie “Frequentie”. Druk op de OK-knop om je keuze te bevestigen. • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de frequentie (50Hz, 60Hz). • Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap” om het menu te verlaten • Druk op “Snap” om het menu te verlaten zonder iets te wijzigen. Formatteerfunctie Let op: Na het formatteren zijn alle gegevens gewist! • Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in digitale-fotografie- of zelfontspanner-modus bent om het instellingenmenu te openen. • Druk op de pijltjesknopjes ( , ) om het Setupmenu te openen • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de optie “Format”. Druk op de OK-knop om je keuze te bevestigen. • Wissel met de pijltjesknopjes ( , ) tussen “Annuleren” (de instellingen worden niet veranderd) en “OK” (de instellingen worden geherinitialiseerd). • Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap” om het menu te verlaten • Druk op “Snap” om het menu te verlaten zonder iets te wijzigen. Fabrieksinstellingen Met de fabrieksinstellingenfunctie worden alle instellingen weer teruggezet tot de standaardinstellingen. • Drücke im Digitalfoto-, Selbstauslöser-Modus die Menü-Taste (Menu) um das Einstellungsmenü zu öffnen. • Druk op de menuknop (Menu) terwijl je in digitale-fotografie- of zelfontspanner-modus bent om het instellingenmenu te openen. • Druk op de pijltjesknopjes ( , ) om het Setupmenu te openen • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de optie “Fabrieksinstellingen”. Druk op de OK-knop om je keuze te bevestigen. • Wissel met de pijltjesknopjes ( , ) tussen “Annuleren” (geen veranderingen) en “OK” (instellingen worden geherinitialiseerd). • Druk op “OK” om te bevestigen en “Snap” om het menu te verlaten • Druk op “Snap” om het menu te verlaten zonder iets te wijzigen. Basisinstelling: Resolutie Belichting Scherpte Fotokwaliteit Datumweergave Auto. uitschakelen Taal Frequentie 1M 0 Normaal Fijn JJJJ/MM/DD 2 minuten Engels 60Hz 53 NL Functies Digitale foto-opnamemodus Voordat je digitale foto’s opneemt, dienen eerst bepaalde instellingen te worden gedaan. Nota bene: Het aantal foto’s dat kan worden opgenomen, is proportioneel afhankelijk van het vrije flash-geheugen. • Als je het apparaat aanzet, start het altijd standaard op in de digitale foto-modus. • Druk op de opnametoets (Snap) om een foto op te nemen. Zelfontspannerfunctie Voordat je de zelfontspannerfunctie gebruikt moet je de bijbehorende instellingen doen in de zelfontspannermodus. • Door op de wisselknop (Esc) te drukken schakel je de zelfontspannermodus in. (Vanuit de digitale-fotografiemodus druk je eenmaal op de wisselknop om de zelfontspannermodus in te schakelen.) • Druk op de opnameknop (Snap) om de opname van foto’s te starten. De wachttijd is 10 seconden. 54 Digitale-videofunctie Voordat je digitale video’s opneemt moet je eerst daarvoor de correcte instellingen doen. Let op: De lengte van de video die je kan opnemen hangt af van de hoeveelheid vrije opslagruimte. • Door op de wisselknop (Esc) te drukken schakel je de digitale-videomodus in. (Vanuit de digitale-fotografiemodus moet je tweemaal op de wisselknop drukken om de digitale-videomodus in te schakelen. • Druk op de opnameknop (Snap) om de opname te starten. • Druk nog een keer op de opnameknop om de opname te stoppen. Instelling van de digitale zoom en van de EV-waarde Soms is de afbeelding van een detail van het object te klein of is er te weinig licht, om het goed op de LCD-monitor te kunnen zien. Hierbij helpen het instellen van de EV-waarde en van de digitale zoom (elektronische vergroting) je verder. • Druk op de links- en rechts-pijltjestoetsen ( , ) om de EV-waarde in te stellen. Het bereik van de EV-waarde loopt van –3,0 tot +3,0. • Druk op de op- en neer-pijltjestoetsen ( , ) om de elektronische vergrotingsfactor in te stellen. Het bereik hiervan loopt van 0,1 tot 4,00. 6. Bekijken van digitale foto’s of video’s • Gebruik de wisseltoets (Esc) om in de fotoen filmarchiefmodus te komen. (Vanuit de digitale foto-modus druk je drie keer op de wisseltoets om naar de foto- en filmarchiefmodus te gaan.) • Alle opgeslagen digitale foto’s en films (videosymbool: filmcamera) wordt op het beeldscherm weergegeven. Met de pijltjestoetsen ( , ) kun je door de lijst heenbladeren. • Selecteer een digitale foto of video met de pijltjestoetsen ( , ). • Als je een digitale video wilt afspelen, selecteer het filmpje dan, druk op de Snaptoets en vervolgens op de op-pijltjestoets ( ). Wanneer je weer op de op-pijltjestoets drukt, wordt het afspelen onderbroken. • Druk op de wisseltoets (Esc) om van de foto- en fimarchiefmodus terug te gaan naar de digitale foto-modus. Functies Beveiliging van bestanden Om de opgeslagen bestanden te beschermen tegen onbedoeld wissen, heeft het toestel een beveiligingsfunctie. • Gebruik de wisseltoets (Esc) om in de fotoen filmarchiefmodus te komen. (Vanuit de digitale foto-modus druk je drie keer op de wisseltoets om naar de foto- en filmarchiefmodus te gaan.) • Druk op de menu-toets (menu) om het geheugenmenu te openen. • Selecteer met behulp van de pijltjestoetsen ( , ) de optie “Beveiliging”. Druk ter bevestiging op OK. • Selecteer met de pijltjestoetsen ( , ) een van de opties “Enkel”, “Alle” en “Pagina”. Druk ter bevestiging op OK. • Selecteer met behulp van de pijltjestoetsen ( , ) de optie “Set”. Druk ter bevestiging op OK. De beveiligde bestanden krijgen een hangslot-symbool. De beveiliging kan met “Annuleren” en OK worden opgeheven voor geselecteerde enkele bestanden (in Beveiliging / Enkel) of voor alle bestanden (in Beveiliging / Alle). Bestanden wissen • Gebruik de wisseltoets (Esc) om in de fotoen filmarchiefmodus te komen. (Vanuit de digitale foto-modus druk je drie keer op de wisseltoets om naar de foto- en filmarchiefmodus te gaan.) • Druk op de menu-toets (menu) om het geheugenmenu te openen. • Selecteer met de pijltjestoetsen ( , ) de optie “Wissen”. Druk ter bevestiging op OK. • Kies met de pijltjestoetsen ( , ) voor “Enkel” of “Alle”. Druk ter bevestiging op OK. Enkel: Alleen het geel gemarkeerde bestand wordt nu gewist. Alle: Alle opgeslagen bestanden worden nu gewist. Een digitale foto draaien • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) een digitale foto uit. • Druk op het Menuknopje (Menu) om het opslagmenu te openen. • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de optie “draaien”. • Schakel met de pijltjesknopjes ( , ) tussen “90°”, “180°”, “270°” of “annuleren”. Een foto bijsnijden Met de footo “Bijsnijden” (“Crop”) kan je uit een digitale foto een deel uitkiezen, dit deel eruit knippen en als een nieuwe foto opslaan. NL • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) een digitale foto uit. • Druk op het Menuknopje (Menu) om het opslagmenu te openen. • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) de optie “bijsnijden”. • Schakel met de pijltjesknopjes ( , ) tussen “bijsnijden” of “afbreken”. • Als je “bijsnijden” kiest, verschijnt er een nieuw menu. • Kies met de pijltjesknopjes ( , ) het deel van de foto dat je wilt uitsnijden. • Druk op de Snap-knop om je keuze te bevestigen. • Het uitgekozen stukje van de foto komt nu als nieuwe foto op de LCD-display te staan. • Druk nog een keer op de Snap-knop om de foto op te slaan of druk op de Menuknop om deze functie te verlaten zonder de foto op te slaan. 55 Het gebruik van een SD-geheugenkaart Hoe ga je met de SD-geheugenkaart om • Zolang je geen SD-kaart hebt geplaatst, worden de bestanden in het interne flashgeheugen opgeslagen. • Als je een SD-kaart in de gleuf steekt, doe het dan zo, dat de contacten naar je toe wijzen. Schuif de kaart er niet snel en met geweld in; dat kan de SD-kaart beschadigen. • De LCD-monitor toont het SD-kaartsymbool. De beschikbare hoeveelheid geheugen op de kaart verschijnt rechtsonder in ieder scherm. • De digitale microscoop dient uit te staan, voordat je de kaart er weer uit haalt. 7. Opstarten en gebruiken van de Photomizer SE software 1. Start Photomizer SE op je computer. 2. Voor de beste weergave van de software Photomizer SE adviseren wij een resolutie van 1278x960. Klik hiervoor op de beeldschermoptie „Auflösung anpassen“.(Resolutie aanpassen). Als de resolutie er niet bij staat, kun je hem toevoegen via het (+) veld naast de mogelijke resoluties. 3. Klik in het programmavenster op „Van camera importeren“ 4. Wanneer er meerdere apparaten op je PC zijn aangesloten, kun je in het volgende 56 menu het juiste apparaat selecteren. Is er maar één enkel apparaat aangesloten, vervalt deze stap. 5. Als het goed is, ziet je nu het beeld van de camera op je beeldscherm. Stel het beeld van de microscoop scherp door aan de instelwieltjes voor de beeldscherpte (6) te draaien. 6. Klik op opnemen „Opnemen“ om een beeld dat u wilt opslaan, vast te leggen. Dit wordt dan rechts in de balk weergegeven. 7. Selecteer het beeld weer door een enkele klik met de muis en breng het over naar de software door op „Film Overstappen“ te klikken. 8. Je verlaat nu de cameraweergave en keert terug naar het programmavenster. 9. Klik nu boven op “Bestand“ en dan op „Opslaan als“ om het beeld op te slaan. Tip: Als u vragen of problemen heeft met de software „Photomizer SE“, klikt u in het menu van het programma op „?“ en opent de helpteksten door op „Hulp openen“ te klikken. Bij vragen of problemen kun je op de internetpagina www.photomizer.net naar antwoorden zoeken. Zeg het eerst even tegen je ouders dat je het internet opgaat. 8. Accessoires Dekglaasjes Preparaten die je op een objectglas voor het microscoperen hebt voorbereid, dek je met een dekglas af. Objectglazen Leg het preparaat op het objectglas. Als je het met wat water of Gum-Media hebt bedekt, kun je er een dekglaasje op doen. Pincet Dit is een soort tang, waarmee je kleine voorwerpen beter vast kunt pakken. Prepareernaald Een prepareernaald kun je op allerlei manieren goed gebruiken. Je kunt het oppervlak van een preparaat ermee open krabben, objecten fixeren of gebruiken om er druppeltjes vloeistof mee om te roeren. NL 57 IT 71 ES 85 PT 99 Irrtümer und technische Änderungen vorbehalten. · Errors and technical changes reserved. · Sous réserve d’erreurs et de modifications techniques. Vergissingen en technische veranderingen voorbehouden. · Con riserva di errori e modifiche tecniche. Queda reservada la posibilidad de incluir modificaciones o de que el texto contenga errores. · Erros e alterações técnicas reservados. ANL8853100MSP0910BRESSER Meade Instruments Europe GmbH & Co. KG Gutenbergstr. 2 DE-46414 Rhede Germany www.bresser-junior.de
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100

Bresser Junior 8853100 de handleiding

Type
de handleiding