NI-22
Onderhoud van uw magnetronoven
1. Schakel de magnetronoven uit voordat u deze gaat
schoonmaken.
2. Hou de binnenkant van de magnetronoven, de
deurafdichtingen en de plaatsen rondom deze afdichtingen
schoon. Wanneer er voedselresten of gemorste vloeistoffen
aan de wanden van de magnetronoven, deurafdichtingen en
plaatsen rondom deze afdichtingen kleven, veeg deze dan
weg met een vochtige doek. Indien deze vlekken erg vuil zijn
geworden, kunt u gebruik maken van een zachtwerkend
schoonmaakmiddel. De gebruik van scherpe reinig-
ingsmiddelen of schuurmiddelen wodt afgeraden.
GEBRUIK GEEN STANDAARD OVENREINIG-
INGSMIDDELEN.
3. De buitenkant van de oven moet met een vochtige doek
worden schoongemaakt. Om te voorkomen, dat de
mechanische delen van de magnetronoven worden
beschadigd, dient men er goed op te letten dat er geen
water door de ventilatie-openingen kan binnendringen.
Gebruik geen ruwe, schurende reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de ruit van de ovendeur te
reinigen, aangezien deze de oppervlak kunnen krassen en
de glas kunnen doen barsten.
4. Indien de bedieningspaneel vuil is geworden, maak deze
dan met een zachte, droge doek schoon. Gebruik voor de
bedieningspaneel geen sterke reinigingsmiddelen of schuur-
middelen. Bij de schoonmaken van de bedieningspaneel
dient de ovendeur geopend te blijven, om zodoende te
voorkomen, dat de magnetronoven per ongeluk wordt
ingeschakeld. Na de schoonmaken moet de STOP/Wistoets
opnieuw worden ingedrukt om de uitleesvenster weer op de
kloktijd te stellen.
5. Indien er aan de binnenkant van de ovendeur of rondom de
buitenkant hiervan, stoomvorming plaatsvindt, veeg deze
dan met een zachte doek weg. Dit zou nl. de geval kunnen
zijn, waneer de magnetronoven wordt gebruikt in een ruimte
met een hoog vochtigheidsgehalte - deze stoomvorming
heeft niets te maken met een slecht of foutief functioneren
van de apparaat.
6. De is af en toe noodzakelijk om de glazen draaiplateau te
verwijderen om dit schoon te maken. Was de plateau in
warm water met een afwasmiddel of in een vaatwasmachine.
7. De loopring en de holle ruimte in de ovenbodem dienen ook
regelmatig schoongemaakt te worden, om geruis tijdens de
werken te voorkomen. De bodem van de magnetron kan met
heet water en een schoonmaakmiddel schoongemaakt
worden en vervolgens droog gemaakt worden met een
schone doek. De loopring moet worden afgewassen in een
zacht zeepsopje. Bij een regelmatig gebruik zetten zich
kookdampen vast op de bodem en/of op de wielen van de
loopring, maar tasten deze op geen enkele wijze aan.
Wanneer u de loopring uit de uitsparing van de grondplaat
haalt, om deze schoon te maken, let er dan goed op dat
deze weer in de juiste positie teruggeplaatst wordt.
8. Bij de grillen, hete lucht, of combinatie koken kunnen
sommige voedselsoorten vetspatten op de ovenwanden
veroorzaken. Maak de oven dan ook regelmatig schoon
omdat dit vet zich anders opeenhoopt als gevolg waarvan de
oven, tijdens de gebruik, kan gaan 'roken'.
9. Om een hardnekkige geur te doen verdwijnen een halve
kom water met de sap van een halve citroen erin in de oven
plaatsen. De oven 4-5 min. op HOOG 1000 W vermogen
zetten. De op de wanden van de oven neergeslagen damp
afwissen met een spons.
10. Gebruik geen stoomreiniger voor de reinigen.
11. Deze oven dient alleen door gekwalificeerd personeel
onderhouden te worden. Neem voor de onderhoud en
reparatie van de oven contact op met uw meest dichtsbij-
zijnde, geautoriseerde, vakhandelaar.
12. Houd verluchtingsopeningen altijd vrij. Controleer dat stof of
andere materialen de verluchtingsopeningen boven-, onder-
of achteraan de oven niet blokkeren. Een blokkering van de
verluchtingsopeningen kan leiden tot oververhitting en de
werking van de oven hinderen.
13. Als u de oven niet schoon houdt, is de mogelijk dat de
kwaliteit van de oppervlakken vermindert waardoor de
levensduur van de toestel verkort en er mogelijk gevaarlijke
situaties ontstaan.