3 Ondersteuning en problemen oplossen
Eenvoudige problemen oplossen
De volgende tabel bevat mogelijke problemen, de mogelijke oorzaak van elk probleem en de aanbevolen
oplossingen.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het scherm is leeg of de
video ikkert.
Het netsnoer is niet aangesloten. Sluit het netsnoer op de monitor aan.
Aan/uit-knop is uitgeschakeld. Druk de aan/uit-knop van de monitor in.
OPMERKING: Als de aan/uit-knop niet werkt, houdt u deze
knop 10 seconden ingedrukt om de vergrendelingsfunctie voor
de aan/uit-knop uit te schakelen.
De voeding van de computer is
uitgeschakeld.
Zet de computer aan.
Videokabel is niet aangesloten. Sluit de videokabel aan op het bronapparaat en op de monitor.
Zorg ervoor dat de computer is uitgeschakeld terwijl u de
videokabel aansluit.
Het systeem staat in de
slaapstand.
Druk op een toets op het toetsenbord of beweeg de muis om de
computer uit de slaapstand te halen.
Videokaart is niet compatibel. Vervang de videokaart of sluit de videokabel aan op een van de
onboard videobronnen van de computer.
Het systeem ontwaakt niet
uit de slaapstand wanneer de
muis wordt verplaatst of op
het toetsenbord wordt
gedrukt.
De monitorfunctie
Energiebesparing is ingeschakeld.
Wijzig de instelling van de modus Voeding van Energiebesparing
in Prestaties in het schermmenu.
Open het schermmenu en selecteer Voedingsbeheer > Voeding
> Prestaties.
Het beeld is onscherp,
onduidelijk of te donker.
Helderheid is te laag. Open het schermmenu en selecteer Helderheid om de
helderheidsschaal indien nodig aan te passen.
Invoersignaal niet gevonden
wordt op het scherm
weergegeven.
De videokabel van de monitor is
niet aangesloten.
Sluit de videosignaalkabel aan op de computer en de monitor.
Zorg ervoor dat de computer is uitgeschakeld terwijl u de
videokabel aansluit.
Geen videosignaal. Controleer of de computer een videosignaal heeft verzonden.
Invoersignaal buiten bereik
wordt op het scherm
weergegeven.
De schermresolutie en/of de
verversingsfrequentie is op een te
hoge waarde ingesteld.
Stel de monitor in op een ondersteunde waarde. Zie vooraf
ingestelde beeldschermresoluties op pagina 23 voor meer
informatie.
De monitor is uitgeschakeld,
maar de slaapmodus lijkt niet
actief te zijn.
Automatische slaapstand van de
monitor is uitgeschakeld.
Open het schermmenu en selecteer Voedingsbeheer > Voeding
> Prestaties.
Als de aan/uit-modus is ingesteld op Prestaties en automatische
slaapstand werkt nog altijd niet, open dan het schermmenu en
selecteer Voedingsbeheer > Autmatische slaapstand en stel de
automatische slaapstand in op Aan.
OSD Lockout
(Scherminstellingen
De vergrendelingsfunctie voor het
schermmenu van de monitor is
ingeschakeld.
Houd de knop Menu op het voorpaneel 10 seconden ingedrukt
om de OSD-menuvergrendelingsfunctie uit te schakelen.
18 Hoofdstuk 3 Ondersteuning en problemen oplossen