Dell Vostro 1550 Handleiding

Categorie
Notitieboekjes
Type
Handleiding
Dell Vostro 1540/1550
Eigenaarshandleiding
Regelgevingsmodel P18F
Regelgevingstype P18F001,P18F002
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,
en waarschuwingen
OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik
van de computer.
WAARSCHUWING: VOORZICHTIG geeft aan dat er schade aan hardware of potentieel
gegevensverlies kan optreden als de instructies niet worden opgevolgd.
GEVAAR: EEN WAARSCHUWING duidt op een risico van schade aan eigendommen,
lichamelijk letsel of overlijden.
De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
© 2011 Dell Inc. Alle rechten voorbehouden.
Verveelvoudiging van dit document, op welke wijze dan ook, zonder de schriftelijke toestemming van Dell
Inc. is strikt verboden.
Merken in deze tekst:
Dell
, het Dell-logo,
Dell Precision
,
Precision ON
,
ExpressCharge
,
Latitude
,
Latitude ON
,
OptiPlex
,
Vostro
en
Wi-Fi Catcher
zijn merken van Dell Inc.
Intel
®
,
Pentium
®
,
Xeon
®
,
Core
,
Atom
,
Centrino
®
en
Celeron
®
zijn merken of gedeponeerde merken van Intel Corporation in de
Verenigde Staten en andere landen.
AMD
®
is een gedeponeerd merk en
AMD Opteron
,
AMD Phenom
,
AMD Sempron
,
AMD Athlon
,
ATI Radeon
en
ATI FirePro
zijn merken van Advanced Micro Devices,
Inc.
Microsoft
®
,
Windows
®
,
MS-DOS
®
,
Windows Vista
®
, het logo van de startknop van Windows Vista en
Office Outlook
®
zijn merken of gedeponeerde merken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/
of andere landen.
Blu-ray Disc
is een merk dat het eigendom vormt van de Blu-ray Disc Association (BDA)
en in licentie is gegeven voor gebruik op schijven en spelers.
Bluetooth
®
is een gedeponeerd merk van
Bluetooth
®
SIG, Inc., en elk gebruik van dit merk door Dell Inc. geschiedt op basis van een licentie.
Wi-Fi
®
is
een gedeponeerd merk van de Wireless Ethernet Compatibility Alliance, Inc.
Overige merken en handelsnamen die mogelijk in dit document worden gebruikt kunnen verwijzen naar de
rechtspersonen die aanspraak maken op het eigendom van de merken en namen van hun producten. Dell
Inc. maakt geen aanspraak op het eigendom van merken en handelsnamen van derden.
2011 – 08
Rev. A00
Inhoudsopgave
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen, en waarschuwingen.................2
Hoofdstuk 1: Aan de computer werken.....................................................7
Voordat u in de computer gaat werken.............................................................................7
Aanbevolen hulpmiddelen.................................................................................................9
Uw computer uitschakelen...............................................................................................9
Nadat u aan de computer hebt gewerkt.........................................................................10
Hoofdstuk 2: De batterij verwijderen.......................................................11
De batterij plaatsen.........................................................................................................12
Hoofdstuk 3: De SD-kaart verwijderen....................................................13
De SD-kaart installeren...................................................................................................14
Hoofdstuk 4: De scharnierkap verwijderen............................................15
De scharnierkap installeren............................................................................................16
Hoofdstuk 5: Het toetsenbord verwijderen.............................................17
Het toetsenbord installeren.............................................................................................18
Hoofdstuk 6: Het optische station verwijderen......................................19
Het optische station installeren......................................................................................20
Hoofdstuk 7: De geheugenmodule verwijderen.....................................21
De geheugenmodule installeren.....................................................................................22
Hoofdstuk 8: De polssteun verwijderen...................................................23
De polssteun installeren..................................................................................................24
Hoofdstuk 9: De aan/uit-knopkaart verwijderen....................................27
De aan/uit-knopkaart installeren.....................................................................................28
Hoofdstuk 10: De vaste schijf verwijderen..............................................31
De vaste schijf installeren...............................................................................................32
Hoofdstuk 11: De WLAN-kaart verwijderen............................................33
De WLAN-kaart installeren.............................................................................................34
Hoofdstuk 12: De knoopcelbatterij verwijderen.....................................35
De knoopcelbatterij plaatsen..........................................................................................36
Hoofdstuk 13: De USB-kaart verwijderen...............................................37
De USB-kaart installeren................................................................................................38
Hoofdstuk 14: De microfoon verwijderen................................................39
De microfoon installeren.................................................................................................40
Hoofdstuk 15: De processorventilator en de warmteafleider
verwijderen..................................................................................................41
De processorventilator en de warmteafleider installeren..............................................42
Hoofdstuk 16: De processor verwijderen................................................43
De processor installeren.................................................................................................44
Hoofdstuk 17: De systeemkaart verwijderen..........................................45
De systeemkaart installeren............................................................................................46
Hoofdstuk 18: De luidsprekers verwijderen............................................49
De luidsprekers installeren.............................................................................................51
Hoofdstuk 19: Het beeldscherm verwijderen.........................................53
Het beeldscherm installeren...........................................................................................55
Hoofdstuk 20: De gelijkspanningsingangspoort en de beugel
verwijderen..................................................................................................57
De gelijkspanningsingangspoort en beugel installeren..................................................59
Hoofdstuk 21: Het montagekader van het beeldscherm
verwijderen..................................................................................................61
Het montagekader van het beeldscherm installeren......................................................62
Hoofdstuk 22: De camera verwijderen....................................................63
De camera installeren.....................................................................................................64
Hoofdstuk 23: Het beeldschermpaneel verwijderen.............................65
Het beeldschermpaneel installeren................................................................................67
Hoofdstuk 24: De LVDS-kabel verwijderen.............................................69
De LVDS-kabel installeren..............................................................................................70
Hoofdstuk 25: System Setup openen.......................................................73
Overzicht System Setup..................................................................................................73
System Setup-schermen.................................................................................................74
Opties voor System Setup...............................................................................................75
Hoofdstuk 26: Diagnostische pieptooncodes.........................................79
Batterijstatuslampjes......................................................................................................80
Statuslampjes van apparaat...........................................................................................80
Hoofdstuk 27: Specificaties.......................................................................81
Hoofdstuk 28: Contact opnemen met Dell...............................................87
6
1
Aan de computer werken
Voordat u in de computer gaat werken
Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw eigen veiligheid te
garanderen en de computer tegen mogelijke schade te beschermen. Tenzij
anders aangegeven, wordt er bij elke procedure in dit document van de
volgende veronderstellingen uitgegaan:
U hebt de stappen uitgevoerd in Aan de computer werken.
U hebt de veiligheidsinformatie geraadpleegd die bij uw computer is
geleverd.
Een onderdeel kan worden vervangen of, indien afzonderlijk aangeschaft,
worden geïnstalleerd door de verwijderingsprocedure in omgekeerde
volgorde uit te voeren.
GEVAAR: Lees de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u
werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg voor meer informatie over
veiligheidsrichtlijnen onze webpagina over wet- en regelgeving op www.dell.com/
regulatory_compliance.
WAARSCHUWING: Een groot aantal reparaties mag alleen door een erkend
servicemonteur worden uitgevoerd. U mag alleen probleemoplossing en
eenvoudige reparaties uitvoeren zoals toegestaan volgens de documentatie bij uw
product of zoals geïnstrueerd door het on line of telefonische team voor service en
ondersteuning. Schade die het gevolg is van onderhoud dat niet door Dell is
geautoriseerd, wordt niet gedekt door uw garantie. Lees de veiligheidsinstructies
die bij het product zijn geleverd en leef deze na.
WAARSCHUWING: Voorkom elektrostatische ontlading door uzelf te aarden met
een aardingspolsbandje of door regelmatig een ongeverfd metalen oppervlak aan
te raken, zoals een connector aan de achterkant van de computer.
WAARSCHUWING: Ga voorzichtig met componenten en kaarten om. Raak de
componenten en de contacten op kaarten niet aan. Pak kaarten vast bij de
uiteinden of bij de metalen bevestigingsbeugel. Houd een component, zoals een
processor, vast aan de uiteinden, niet aan de pinnen.
7
WAARSCHUWING: Verwijder kabels door aan de stekker of aan de
kabelontlastingslus te trekken en niet aan de kabel zelf. Sommige kabels zijn
voorzien van een connector met borglippen. Als u dit type kabel loskoppelt, moet u
de borglippen ingedrukt houden voordat u de kabel verwijdert. Trek connectors in
een rechte lijn uit elkaar om te voorkomen dat connectorpinnen verbuigen. Ook
moet u voordat u een kabel verbindt, controleren of beide connectors op juiste
wijze zijn opgesteld en uitgelijnd.
OPMERKING: De kleur van uw computer en bepaalde onderdelen kunnen
verschillen van de kleur die in dit document is afgebeeld.
Om schade aan de computer te voorkomen, moet u de volgende instructies
opvolgen voordat u in de computer gaat werken.
1. Zorg ervoor dat het werkoppervlak vlak en schoon is, om te voorkomen dat
de computerkap bekrast raakt.
2. Schakel uw computer uit (zie
Turning Off Your Computer (Uw computer
uitschakelen)
).
3. Als de computer is verbonden met een dockingapparaat (gekoppeld), zoals
de optionele mediabasis of batterijblok, moet u deze ontkoppelen.
WAARSCHUWING: Wanneer u een netwerkkabel wilt verwijderen, moet u eerst de
connector van de netwerkkabel uit de computer verwijderen en daarna de
netwerkkabel loskoppelen van het netwerkapparaat.
4. Verwijder alle stekkers van netwerkkabels uit de computer.
5. Haal de stekker van de computer en van alle aangesloten apparaten uit het
stopcontact.
6. Sluit het beeldscherm en zet de computer ondersteboven op een plat
werkoppervlak neer.
OPMERKING: U voorkomt schade aan de systeemkaart door de hoofdbatterij te
verwijderen voordat u de computer een onderhoudsbeurt geeft.
7. Verwijder de hoofdbatterij.
8. Zet de computer weer rechtop.
9. Klap het beeldscherm open.
10. Druk op de aan-/uit-knop om de systeemkaart te aarden.
WAARSCHUWING: U beschermt zich tegen elektrische schokken door altijd eerst
de stekker uit het stopcontact te halen voordat u de computerbehuizing opent.
8
WAARSCHUWING: Raak onderdelen pas aan nadat u zich hebt geaard door een
ongeverfd metalen oppervlak van de behuizing aan te raken, zoals het metaal
rondom de openingen voor de kaarten aan de achterkant van de computer. Raak
tijdens het werken aan uw computer af en toe een ongeverfd metalen oppervlak
aan om eventuele statische elektriciteit, die schadelijk kan zijn voor interne
componenten, te ontladen.
11. Verwijder alle geïnstalleerde ExpressCards of smartcards uit de
desbetreffende sleuven.
Aanbevolen hulpmiddelen
Bij de procedures in dit document hebt u mogelijk de volgende hulpmiddelen nodig:
Kleine sleufkopschroevendraaier
#0 Phillips schroevendraaier
#1 Phillips schroevendraaier
Klein plastic pennetje
Een cd met het Flash BIOS-updateprogramma
Uw computer uitschakelen
WAARSCHUWING: U voorkomt gegevensverlies door alle gegevens in geopende
bestanden op te slaan en de bestanden te sluiten. Sluit vervolgens alle geopende
programma's voordat u de computer uitzet.
1. Sluit het besturingssysteem af:
In Windows Vista:
Klik op Start
en vervolgens op de pijl in de linkeronderhoek van het
menu Start, zoals hieronder wordt getoond, en klik vervolgens op
Afsluiten.
In Windows XP:
Klik op Start Computer afsluitenAfsluiten . De computer wordt
uitgezet nadat het besturingssysteem is afgesloten.
2. Controleer of alle op de computer aangesloten apparaten uitgeschakeld
zijn. Houd de aan/uit-knop vier seconden ingedrukt, indien uw computer en
9
aangesloten apparaten niet automatisch worden uitgeschakeld wanneer u
het besturingssysteem afsluit.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
Nadat u onderdelen hebt vervangen of geplaatst, moet u controleren of u alle
externe apparaten, kaarten, kabels etc. hebt aangesloten voordat u de
computer inschakelt.
WAARSCHUWING: U voorkomt schade aan de computer door alleen de batterij te
gebruiken die voor deze specifieke Dell-computer is ontworpen. Gebruik geen
batterijen die voor andere Dell-computer zijn ontworpen.
1. Sluit externe apparaten aan, zoals een poortreplicator, een batterijblok of
mediabasis en plaats alle kaarten terug, zoals een ExpressCard.
2. Sluit alle telefoon- of netwerkkabels aan op uw computer.
WAARSCHUWING: Als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst
aan op het netwerkapparaat en sluit u de kabel vervolgens aan op de computer.
3. Plaats de batterij terug.
4. Sluit uw computer en alle aangesloten apparaten aan op het stopcontact.
5. Zet de computer aan.
10
2
De batterij verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Schuif de vergrendelingslipjes opzij om de batterij te ontgrendelen.
3. Verschuif de batterij en verwijder deze uit de computer.
11
De batterij plaatsen
1. Schuif de batterij in de sleuf totdat deze vastklikt.
2. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
12
3
De SD-kaart verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Druk op de SD-geheugenkaart om deze uit de computer te verwijderen.
3. Schuif de geheugenkaart uit de computer.
13
De SD-kaart installeren
1. Duw de geheugenkaart in het compartiment totdat deze volledig is
vastgeklikt.
2. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
14
4
De scharnierkap verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder de schroeven waarmee de scharnierkap is bevestigd.
4. Draai de computer om en verwijder de scharnierkap.
15
De scharnierkap installeren
1. Installeer de scharnierkap en druk erop om deze met de computer te
bevestigen.
2. Draai de computer om en installeer de schroeven waarmee de
scharnierkap wordt bevestigd.
3. Plaats de
batterij
.
4. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
16
5
Het toetsenbord verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij.
3. Wrik het omhoog om de bovenste vier lipjes vrij te geven waarmee het
toetsenbord aan de computer is bevestigd.
4. Draai het toetsenbord om en plaats het op de polssteun.
5. Koppel de toetsenbordkabel los van de systeemkaart.
17
6. Verwijder het toetsenbord van de computer.
Het toetsenbord installeren
1. Sluit de toetsenbordkabel aan op de systeemkaart.
2. Plaats het toetsenbord met een hoek van 30 graden in het compartiment.
3. Druk het toetsenbord omlaag om de bovenste lipjes vast te klikken.
4. Plaats de
batterij
.
5. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
18
6
Het optische station verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Verwijder de schroef waarmee het optische station is bevestigd.
5. Gebruik een schroevendraaier om het optische station voorzichtig uit de
computer te wrikken.
19
Het optische station installeren
1. Schuif het optische station in het compartiment aan de linkerkant van het
chassis.
2. Draai de schroef vast waarmee het optische station op de computer wordt
bevestigd.
3. Plaats het
toetsenbord
.
4. Plaats de
batterij
.
5. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
20
7
De geheugenmodule verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Duw de borgklemmen van de geheugenmodule naar buiten totdat de
module loskomt.
5. Verwijder de geheugenmodule uit de computer.
21
De geheugenmodule installeren
1. Plaats de geheugenmodule in de geheugensocket.
2. Druk de geheugenmodule omlaag totdat deze met de borgklemmen wordt
vastgeklikt.
3. Plaats het
toetsenbord
.
4. Plaats de
batterij
.
5. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
22
8
De polssteun verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Verwijder de schroeven waarmee de onderplaat is bevestigd.
5. Draai de computer om en koppel de stroomkaartkabel (1) en de
touchpadkabel (2) los.
23
6. Verwijder de schroeven waarmee de polssteun aan de computer is
bevestigd.
7. Wrik de polssteun met een plastic pennetje los om alle lipjes aan de onder-,
linker- en rechterkant van de polssteun vrij te geven. Wanneer alle lipjes
zijn vrijgegeven, verwijdert u de polssteun uit de computer.
De polssteun installeren
1. Plaats de polssteun richting het beeldscherm met een hoek van 30 graden.
2. Lijn de polssteun uit voordat u deze omlaag drukt om alle lipjes vast te
klikken.
3. Sluit de stroomkaartkabel en touchpadkabel aan op de bijbehorende
connectors.
24
4. Installeer de schroeven waarmee de polssteun op de computer wordt
bevestigd.
5. Draai de computer om en installeer de schroeven waarmee de onderplaat
wordt bevestigd.
6. Plaats het
toetsenbord
.
7. Plaats de
batterij
.
8. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
25
26
9
De aan/uit-knopkaart verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Verwijder de
polssteun
.
5. Verwijder het plakband van de aan/uit-knopkaart waarmee deze aan de
polssteun is bevestigd.
6. Draai de polssteun om en verwijder de schroef waarmee de aan/uit-
knopkaart aan de polssteun is bevestigd.
27
7. Til de aan/uit-knopkaart omhoog en verwijder de bijbehorende kabel via de
opening.
De aan/uit-knopkaart installeren
1. Steek de kabel van de aan/uit-knopkaart door de opening.
2. Bevestig de aan/uit-knopkaart aan het bijbehorende compartiment.
3. Installeer de schroef waarmee de aan/uit-knopkaart wordt bevestigd.
4. Draai de computer om en sluit de kabel van de aan/uit-knop aan op de
polssteun.
5. Installeer de
polssteun
.
6. Plaats het
toetsenbord
.
7. Plaats de
batterij
.
28
8. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
29
30
10
De vaste schijf verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Verwijder de
polssteun
.
5. Verschuif de vaste schijf en til deze uit de computer.
6. Verwijder de schroeven waarmee de vasteschijfbeugel is bevestigd en
koppel deze los van de vaste schijf.
31
De vaste schijf installeren
1. Installeer de vasteschijfbeugel op de vaste schijf.
2. Draai de schroeven vast waarmee de vasteschijfbeugel wordt bevestigd.
3. Plaats de vaste schijf in het bijbehorende compartiment en schuif deze
richting de SATA-connector om deze aan de systeemkaart te bevestigen.
4. Plaats de
polssteun
.
5. Plaats het
toetsenbord
.
6. Plaats de
batterij
.
7. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
32
11
De WLAN-kaart verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Verwijder de
polssteun
.
5. Koppel alle antennes los die aan de WLAN-kaart zijn bevestigd.
6. Wrik de vergrendeling los om de WLAN-kaart los te maken van het
compartiment.
33
7. Verwijder de WLAN-kaart uit de computer.
De WLAN-kaart installeren
1. Schuif de WLAN-kaart in de sleuf.
2. Klem de WLAN-kaart op de vergrendeling om deze te bevestigen.
3. Sluit de antennes aan volgens de kleurcode op de WLAN-kaart.
4. Plaats de
polssteun
.
5. Plaats het
toetsenbord
.
6. Plaats de
batterij
.
7. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
34
12
De knoopcelbatterij verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Verwijder de
polssteun
.
5. Verwijder de kabel van de knoopcelbatterij uit de systeemkaart.
6. Verwijder de knoopcelbatterij uit de computer.
35
De knoopcelbatterij plaatsen
1. Plaats de knoopcelbatterij in het bijbehorende compartiment.
2. Sluit de kabel van de knoopcelbatterij op de systeemkaart aan.
3. Plaats de
polssteun
.
4. Plaats het
toetsenbord
.
5. Plaats de
batterij
.
6. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
36
13
De USB-kaart verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Verwijder het
optische station
.
5. Verwijder de
polssteun
.
6. Koppel de USB-kaartkabel los van de systeemkaart.
7. Verwijder de schroef waarmee de USB-kaart is bevestigd.
37
8. Til de USB-kaart omhoog en verwijder deze uit de computer.
De USB-kaart installeren
1. Plaats de USB-kaart in het compartiment op de computer en lijn deze uit.
2. Plaats de schroef waarmee de USB-kaart wordt bevestigd.
3. Sluit de USB-kaartkabel aan op de systeemkaart.
4. Plaats de
polssteun
.
5. Installeer het
optische station
.
6. Plaats het
toetsenbord
.
7. Plaats de
batterij
.
8. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
38
14
De microfoon verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Verwijder de
polssteun
.
5. Koppel de microfoonkabel los van de systeemkaart.
6. Til de microfoon omhoog en verwijder deze uit het compartiment.
39
De microfoon installeren
1. Plaats de microfoon in het compartiment en lijn deze uit.
2. Sluit de microfoonkabel aan op de systeemkaart.
3. Plaats de
polssteun
.
4. Plaats het
toetsenbord
.
5. Plaats de
batterij
.
6. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
40
15
De processorventilator en de
warmteafleider verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Verwijder de
polssteun
.
5. Koppel de processorventilator los van de systeemkaart.
6. Verwijder de geborgde schroeven waarmee de warmteafleider en
processorventilator zijn bevestigd aan de hand van de volgorde in de
afbeelding.
41
7. Verwijder de warmteafleider en de processorventilator uit de computer.
De processorventilator en de warmteafleider
installeren
1. Lijn de warmteafleider en processorventilator uit en plaats ze.
2. Draai de geborgde schroeven vast waarmee de warmteafleider en de
processorventilator worden bevestigd.
3. Sluit de kabel van de processorventilator aan op de systeemkaart.
4. Installeer de
polssteun
.
5. Plaats het
toetsenbord
.
6. Plaats de
batterij
.
7. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
42
16
De processor verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
toetsenbord
.
4. Verwijder de
polssteun
.
5. Verwijder de
processorventilator en de warmteafleider
.
6. Draai de sluitnok van de processor linksom.
7. Til de processor omhoog en verwijder deze uit de computer.
43
De processor installeren
1. Plaats de processor in de processoraansluiting. Controleer of de processor
goed is geplaatst.
2. Draai de sluitschroef rechtsom in de vergrendelde positie.
3. Installeer de
processorventilator en de warmteafleider
.
4. Plaats de
polssteun
.
5. Plaats het
toetsenbord
.
6. Plaats de
batterij
.
7. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
44
17
De systeemkaart verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder de
SD-geheugenkaart
.
4. Verwijder het
toetsenbord
.
5. Verwijder het
optische station
.
6. Verwijder de
geheugenmodule
.
7. Verwijder de
polssteun
.
8. Verwijder de
vaste schijf
.
9. Verwijder de
WLAN-kaart
.
10. Verwijder de
processorventilator en de warmteafleider
.
11. Koppel de beeldschermkabel (1), gelijkspanningsingangskabel (2), USB-
kaartkabel (3), luidsprekerkabel (4), geluidskaartkabel (5) en de
knoopcelbatterijkabel (6) los.
12. Verwijder de schroeven waarmee de systeemkaart is bevestigd.
45
13. Til de systeemkaart met een hoek omhoog en schuif deze uit de LAN-,
VGA-, HDMI- en USB-sockets.
De systeemkaart installeren
1. Plaats de systeemkaart met de LAN-, VGA-, HDMI- en USB-connectors in
de respectieve sockets en lijn de systeemkaart uit.
2. Installeer de schroeven waarmee de systeemkaart wordt bevestigd.
3. Sluit de LCD-kabel, de gelijkspanningsingangskabel, de USB-kaartkabel, de
geluidskaartkabel, de knoopcelbatterijkabel en de luidsprekerkabel aan.
4. Installeer de
processor
.
5. Installeer de
processorventilator en de warmteafleider
.
6. Installeer de
WLAN-kaart
.
7. Installeer de
vaste schijf
.
46
8. Installeer de
polssteun
.
9. Installeer de
geheugenmodule
.
10. Installeer het
optische station
.
11. Plaats het
toetsenbord
.
12. Installeer de
SD-geheugenkaart
.
13. Plaats de
batterij
.
14. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
47
48
18
De luidsprekers verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder de
SD-geheugenkaart
.
4. Verwijder het
toetsenbord
.
5. Verwijder het
optische station
.
6. Verwijder de
geheugenmodule
.
7. Verwijder de
polssteun
.
8. Verwijder de
vaste schijf
.
9. Verwijder de
WLAN-kaart
.
10. Verwijder de
processorventilator en de warmteafleider
.
11. Verwijder de
systeemkaart
.
12. Haal de luidsprekerkabel uit de geleiders.
13. Druk op de vergrendelingen en til de linkerluidspreker omhoog.
49
14. Druk op de vergrendelingen en til de rechterluidspreker omhoog.
15. Verwijder de luidsprekers en de luidsprekerkabel uit de computer.
50
De luidsprekers installeren
1. Plaats de linker- en rechterluidspreker in hun respectieve compartimenten
en bevestig ze.
2. Plaats de luidsprekerkabel in de geleider in het chassis en lijn deze uit.
3. Plaats de
systeemkaart
.
4. Installeer de
processor
.
5. Installeer de
processorventilator en de warmteafleider
.
6. Installeer de
WLAN-kaart
.
7. Installeer de
vaste schijf
.
8. Installeer de
polssteun
.
9. Installeer de
geheugenmodule
.
10. Installeer het
optische station
.
11. Plaats het
toetsenbord
.
12. Installeer de
SD-geheugenkaart
.
13. Plaats de
batterij
.
14. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
51
52
19
Het beeldscherm verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder de
scharnierkap
.
4. Verwijder het
toetsenbord
.
5. Verwijder de
polssteun
.
6. Koppel de LVDS-kabel los van de systeemkaart.
7. Koppel de WLAN-antennes los en verwijder deze uit de geleiders op het
chassis.
53
8. Verwijder de schroeven waarmee de linker- en rechterscharnier zijn
bevestigd.
9. Til het beeldscherm uit de computer en verwijder deze.
54
Het beeldscherm installeren
1. Plaats de beeldschermscharnieren in de bijbehorende houders.
2. Installeer de schroeven waarmee beide scharnieren worden bevestigd.
3. Sluit de LVDS-kabel aan op de systeemkaart.
4. Plaats de kabel van de WLAN-antennes in de houder en sluit de antennes
aan op de WLAN-kaart.
5. Sluit de USB-kaartkabel aan.
6. Plaats de
polssteun
.
7. Plaats het
toetsenbord
.
8. Installeer de
scharnierkap
.
9. Plaats de
batterij
.
10. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
55
56
20
De gelijkspanningsingangspoort en
de beugel verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder de
scharnierkap
.
4. Verwijder het
toetsenbord
.
5. Verwijder de
polssteun
.
6. Verwijder het
beeldscherm
.
7. Koppel de gelijkspanningskabel los van de systeemkaart.
8. Verwijder de schroef waarmee de gelijkspanningsingangspoort is
bevestigd.
57
9. Til de beugel van de gelijkspanningsingangspoort omhoog.
10. Verwijder de gelijkspanningsingangspoort uit de computer.
58
De gelijkspanningsingangspoort en beugel
installeren
1. Plaats de gelijkspanningsingangspoort en de beugel in het compartiment.
2. Lijn de beugel uit en draai de schroef vast waarmee de beugel en
gelijkspanningsingangspoort worden bevestigd.
3. Sluit de gelijkspanningskabel aan op de systeemkaart.
4. Plaats het
beeldscherm
.
5. Installeer de
polssteun
.
6. Plaats het
toetsenbord
.
7. Installeer de
scharnierkap
.
8. Plaats de
batterij
.
9. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
59
60
21
Het montagekader van het
beeldscherm verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Wrik het montagekader van het beeldscherm van binnen naar buiten los,
beginnend aan de onderkant, en werk naar de rechter- en linkerhoeken van
het montagekader toe.
4. Verwijder het montagekader van het beeldscherm nadat alle lipjes zijn
vrijgegeven.
61
Het montagekader van het beeldscherm
installeren
1. Lijn het montagekader van het beeldscherm uit met de bovenkap.
2. Druk het montagekader van het beeldscherm omlaag beginnend aan de
onderrand om het kader met de lipjes vast te klikken.
3. Plaats de
batterij
.
4. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
62
22
De camera verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder het
montagekader
.
4. Koppel de camerakabel los van de cameramodule.
5. Wrik de vergrendeling los, til de camera omhoog en verwijder deze.
63
De camera installeren
1. Plaats de cameramodule in het compartiment en lijn deze uit.
2. Sluit de camerakabel aan op de cameramodule.
3. Plaats het
montagekader van het beeldscherm
.
4. Plaats de
batterij
.
5. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
64
23
Het beeldschermpaneel verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder de
scharnierkap
.
4. Verwijder het
toetsenbord
.
5. Verwijder de
polssteun
.
6. Verwijder het
beeldscherm
.
7. Verwijder het
montagekader
.
8. Koppel de camerakabel los van de cameramodule.
9. Verwijder de schroeven waarmee de beeldschermbeugels en -scharnieren
zijn bevestigd.
65
10. Maak de draadloze antennes los van de rechterscharnier.
11. Koppel de LVDS-kabel los van de linkerscharnier.
66
12. Verwijder het beeldschermpaneel en de beugels van de beeldschermkap.
13. Verwijder de schroeven van de linker- en rechterbeugels van het
beeldscherm en verwijder het beeldschermpaneel.
Het beeldschermpaneel installeren
1. Bevestig de linker- en rechterbeugels op het beeldschermpaneel en draai
de schroeven vast.
2. Plaats de beeldschermkabel en draadloze antennes in de linker- en
rechterscharnieren.
3. Lijn het beeldschermpaneel met de beugels uit met de bovenkap.
4. Plaats de kabel van de WLAN-antennes in de houder en sluit de antennes
aan op de WLAN-kaart.
67
5. Installeer de schroeven waarmee het beeldschermpaneel en de beugels
worden bevestigd.
6. Sluit de camerakabel aan op de cameramodule.
7. Plaats het
montagekader van het beeldscherm
.
8. Plaats het
beeldscherm
.
9. Plaats de
polssteun
.
10. Plaats het
toetsenbord
.
11. Installeer de
scharnierkap
.
12. Plaats de
batterij
.
13. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
68
24
De LVDS-kabel verwijderen
1. Volg de procedures in
Voordat u binnen de computer gaat werken
.
2. Verwijder de
batterij
.
3. Verwijder de
scharnierkap
.
4. Verwijder het
toetsenbord
.
5. Verwijder het
optische station
.
6. Verwijder de
polssteun
.
7. Verwijder het
beeldscherm
.
8. Verwijder het
montagekader
.
9. Verwijder het
beeldschermpaneel
.
10. Verwijder de tape waarmee de LVDS-kabelaansluiting is bevestigd.
11. Koppel de LVDS-kabel los van het beeldschermpaneel.
69
12. Verwijder de volledige beeldschermkabel van de kleefstof waarmee deze
aan het beeldschermpaneel is bevestigd.
De LVDS-kabel installeren
1. Sluit de beeldschermkabel aan op het beeldschermpaneel.
2. Sluit de beeldschermkabelconnector aan op het beeldschermpaneel en
maak deze met de tape vast.
3. Plaats het
beeldschermpaneel
.
4. Plaats het
montagekader van het beeldscherm
.
5. Plaats het
beeldscherm
.
6. Installeer de
polssteun
.
7. Installeer het
optische station
.
70
8. Plaats het
toetsenbord
.
9. Installeer de
scharnierkap
.
10. Plaats de
batterij
.
11. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
71
72
25
System Setup openen
1. Zet de computer aan of start deze opnieuw op.
2. Wacht tot de F2-prompt wordt weergegeven wanneer het blauwe DELL-
logo wordt weergegeven.
3. Druk onmiddellijk op <F2> als de F2-prompt verschijnt.
OPMERKING: De F2-prompt duidt erop dat het toetsenbord is geïnitialiseerd. Deze
prompt kan zeer snel verschijnen. Wees dus op het verschijnen ervan beducht en
druk op <F2>. Als u te vroeg op <F2> drukt, wordt deze toetsaanslag niet
geregistreerd.
4. Als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem wordt
weergegeven, moet u blijven wachten tot het bureaublad van Microsoft
Windows wordt weergegeven. Daarna sluit u de computer af en probeert u
het opnieuw.
Overzicht System Setup
Met System Setup kunt u:
de systeemconfiguratie wijzigen nadat u hardware hebt toegevoegd,
gewijzigd of verwijderd
het instellen of wijzigen van een door de gebruiker te selecteren optie, zoals
een wachtwoord
de huidige hoeveelheid geheugen lezen of het geïnstalleerde type vaste
schijf instellen.
Voordat u System Setup gebruikt, is het verstandig de informatie op het System
Setup-scherm te noteren zodat u deze later ter referentie kunt gebruiken.
WAARSCHUWING: U mag de instellingen voor dit programma alleen wijzigen als u
een ervaren computergebruiker bent. Uw computer kan incorrect werken als u
bepaalde wijzigingen aanbrengt.
73
System Setup-schermen
Menu Verschijnt boven aan het venster System Setup. Dit veld biedt een menu
met System Setup-opties. Druk op < Pijl naar links > en < Pijl naar rechts >
om te bladeren. Wanneer een van de menuopties is geselecteerd, geeft de
lijst Options (Opties) de opties weer die de geïnstalleerde hardware op uw
computer definiëren.
Options
List (Lijst
Opties)
Verschijnt boven aan het venster System Setup. Dit veld biedt een menu
met System Setup-opties. Druk op < Pijl naar links > en < Pijl naar rechts >
om te bladeren. Wanneer een van de menuopties is geselecteerd, geeft de
lijst Options (Opties) de opties weer die de geïnstalleerde hardware op uw
computer definiëren.
Veld
Options
(Opties)
Verschijnt rechts van de lijst Options (Opties) en bevat informatie over elke
optie in de lijst Options (Opties). In dit veld kunt u informatie bekijken over
uw computer en wijzigingen maken op de huidige instellingen. Druk op <
Enter> om wijzigingen aan te brengen op de huidige instellingen. Druk op
<ESC> om terug te keren naar de lijst Options (Opties).
OPMERKING: Niet alle instellingen die in het optieveld worden
weergegeven, kunnen worden gewijzigd.
Help Verschijnt rechts in het venster System Setup en bevat Help-informatie
over de optie die is geselecteerd in de lijst Options (Opties).
Gebruik de onderstaande toetsen om door de System Setup-schermen te
bladeren:
Toetsaanslag Actie
< F2 > Geeft informatie weer over een willekeurig
geselecteerd item in System Setup.
< Esc > Hiermee sluit u het huidige scherm af of schakelt u van
het huidige scherm naar de pagina Exit (Afsluiten) in
System Setup.
< Pijl omhoog > of < Pijl
omlaag >
Hiermee selecteert u een item dat u wilt weergeven.
< Pijl omhoog > of < Pijl
omlaag >
Hiermee selecteert een menu om weer te geven.
74
Toetsaanslag Actie
– of + Hiermee wijzigt u de bestaande itemwaarde.
< Enter > Hiermee selecteert u het submenu of voert u de
opdracht uit.
< F9 > Hiermee laadt u de standaardinstelling.
< F10 > Hiermee slaat u de huidige configuratie op en sluit u
System Setup af.
Opties voor System Setup
Algemeen
Systeeminformatie (System Information)
Geeft het nummer van het computermodel
weer.
System Date (Systeemdatum) Stelt de datum op de interne agenda van
de computer opnieuw in.
System Time (Systeemtijd) Stelt de tijd van de interne klok van de
computer opnieuw in.
BIOS Version (BIOS-versie) Geeft de BIOS-revisie weer.
Product Name (Productnaam) Geeft de productnaam en het
modelnummer weer.
Service Tag (Serviceplaatje) Geeft het serviceplaatje van uw computer
weer.
Asset Tag (Inventaristag) Geeft de inventaristag van uw computer
weer (indien beschikbaar).
CPU Type (Processortype) Geeft het type processor weer.
CPU Speed (Processorsnelheid) Geeft de snelheid van de processor weer.
CPU ID Geeft de processor-ID weer.
L1 Cache Size (Grootte L1-
cachegeheugen)
Geeft de capaciteit van het L1-
cachegeheugen van de processor weer.
L2 Cache Size (Grootte L2-
cachegeheugen)
Geeft de capaciteit van het L2-
cachegeheugen van de processor weer.
L3 Cache Size (Grootte L3-
cachegeheugen)
Geeft de capaciteit van het L3-
cachegeheugen van de processor weer.
75
Extended Memory (Uitgebreide geheugen) Geeft het geïnstalleerde geheugen op de
computer weer.
System Memory (Systeemgeheugen) Geeft het ingebouwde geheugen op de
computer weer.
Memory Speed (Geheugensnelheid) Geeft de geheugensnelheid weer.
Gefixeerde vaste schijf Geeft het modelnummer en de capaciteit
van de vaste schijf weer.
SATA ODD Geeft het modelnummer en de capaciteit
van het optische station weer.
Netadaptertype Geeft het type van de netadapter weer.
Advanced (Geavanceerd)
Intel SpeedStep
Schakel de Intel
SpeedStep-functie in of uit.
Standaard: Ingeschakeld
Virtualization (Virtualisatie) Schakel de Intel
virtualisatiefunctie in of uit.
Standaard: Ingeschakeld
Integrated NIC
(Geïntegreerde
netwerkkaart)
Schakel de
voedingseenheid naar de
op de systeemkaart
ingebouwde netwerkkaart
in of uit.
Standaard: Ingeschakeld
USB Emulation (USB-
emulatie)
Schakel de USB-
emulatiefunctie in of uit.
Standaard: Ingeschakeld
USB Wake Support (USB-
ondersteuning voor
automatisch inschakelen)
Hiermee kunnen USB-
apparaten de computer
ontwaken uit de stand-
byfunctie. Deze functie is
alleen ingeschakeld als de
netadapter is aangesloten.
Standaard: Uitgeschakeld
SATA Operation (SATA-
bediening)
Wijzig de SATA-
controllermodus in ATA of
AHCI.
Standaard: AHCI
Adapter Warnings
(Adapterwaarschuwingen)
Schakelt
adapterwaarschuwingen
in.
Standaard: Ingeschakeld
76
Functietoetsgedrag Geeft het gedrag op van de
functietoets <Fn> .
Standaard: Functietoets
eerst
Charger Behavior
(Ladergedrag)
Geeft aan of de
computerbatterij wordt
geladen wanneer deze is
aangesloten op een
stroombron.
Standaard: Ingeschakeld
Miscellaneous devices
(Diverse apparaten)
Met deze velden kunt u
diverse ingebouwde
apparaten in- of
uitschakelen.
Beveiliging
Serviceplaatje instellen
Dit veld geeft het serviceplaatje van het
systeem weer. Als het serviceplaatje nog
niet is ingesteld, kunt u dit via dit veld
alsnog doen.
Set Supervisor Password
(Supervisorwachtwoord instellen)
Hiermee kunt u het
beheerderswachtwoord wijzigen of
verwijderen.
Set HDD Password Hiermee kunt u een wachtwoord instellen
op de interne vaste schijf van de
computer.
Password Bypass (Wachtwoord
overslaan)
Hiermee kunt u het systeemwachtwoord
en het wachtwoord van de interne vaste
schijf tijdens het opnieuw opstarten van
het systeem of het ontwaken uit de
sluimerstand omzeilen.
Computrace Schakel de Computrace-functie op de
computer in of uit.
Boot (Opstarten)
Opstartvolgorde
Geeft de opstartvolgorde van de
verschillende apparaten van de computer
op.
Hard Disk Drives (Vaste schijven) Geeft aan via welke vaste schijf de
computer kan opstarten.
77
USB Storage Device (USB-
opslagapparaat)
Geeft op via welk USB-opslagapparaat de
computer kan opstarten.
CD/DVD-ROM-schijven Geeft aan via welke cd/dvd de computer
kan opstarten.
Netwerk Geeft op via welk netwerkapparaat de
computer kan opstarten.
Exit (Afsluiten)
Met deze sectie kunt u standaardinstellingen opslaan, weggooien en laden
voordat u afsluit via System Setup.
78
26
Diagnostische pieptooncodes
De computer kan een reeks pieptonen afgeven tijdens het opstarten als het
beeldscherm geen fouten of problemen kan weergeven. Deze reeks pieptonen,
die pieptooncodes wordt genoemd, geven verschillende problemen aan. De
vertraging tussen elk piepje is 300 ms; de vertraging tussen elke reeks piepjes is
3 sec; het piepje zelf duurt 300 ms. Na elk piepje en elke reeks piepjes moet het
BIOS waarnemen of de gebruiker de aan/uit-knop indrukt. Als dit het geval is,
verlaat het BIOS de lus en wordt het normale afsluitproces uitgevoerd en het
systeem ingeschakeld.
Code Oorzaak en stappen voor probleemoplossing
1 BIOS ROM-checksum bezig of fout
Moederbordstoring, omvat BIOS-beschadiging of ROM-fout
2 Geen RAM gedetecteerd
Geen geheugen gedetecteerd
3 Chipsetfout (North en South Bridge-chipset, DMA/IMR/Timerfout), fout bij testen
van tijdklok, fout bij poort A20, fout in Super I/O-chip, fout tijdens test van
toetsenbordcontroller
Moederbordfout
4 RAM-lees-/schrijffout
Geheugenfout
5 Stroomstoring real-time klok
CMOS-batterijstoring
6 Fout tijdens test Video-BIOS
Videokaartfout
7 Processorfout
Processorfout
8 Beeldscherm
Beeldschermfout
79
Batterijstatuslampjes
Als de computer is aangesloten op een stopcontact, werkt het batterijlampje als
volgt:
Afwisselend oranje en wit knipperend lampje — Er is een niet geverifieerde
of ondersteunde netadapter aan de laptop gekoppeld die niet van Dell is.
Lampje dat afwisselend oranje knippert en wit brandt — Tijdelijke
batterijstoring met netadapter aanwezig.
Oranje knipperend lampje — Batterijstoring met netadapter aanwezig.
Lampje uit — Batterij in volledig geladen modus met netadapter aanwezig.
Wit lampje brandt — Batterij in laadmodus met netadapter aanwezig.
Statuslampjes van apparaat
Gaat branden wanneer u de computer inschakelt en knippert wanneer de
computer zich in de energiebeheermodus bevindt.
Gaat branden wanneer de computer gegevens leest of schrijft.
Gaat branden of knippert om de batterijstatus aan te geven.
Gaat branden wanneer het draadloze netwerk is ingeschakeld.
80
27
Specificaties
OPMERKING: Aanbiedingen kunnen per regio verschillen. De volgende
specificaties zijn alleen de specificaties die wettelijk verplicht moeten worden
meegeleverd bij de computer. Voor meer informatie over de configuratie van uw
computer klikt u op Start Help en ondersteuning en selecteert u de optie om
informatie over uw computer weer te geven.
Systeeminformatie
Chipset
Vostro 1450/Vostro 1550 Intel HM67
Vostro 1440/Vostro 1540 Intel HM57
DRAM-busbreedte 64-bits
Flash-EPROM SPI 32 Mbits
Processor
Types
Intel Celeron
Intel Core i3 serie
Intel Core i5 serie
L2-cache max. 6 MB
Externe busfrequentie 1333 MHz
Geheugen
Geheugenconnector twee SODIMM-sleuven
Geheugencapaciteit 1 GB, 2 GB of 4 GB
Type geheugen DDR3 SDRAM, 1333 MHz
Minimumgeheugen 1 GB
Maximumgeheugen 8 GB
81
Audio (Geluidskaart)
Type 2.1-kanaals High Definition Audio
Controller IDT 92HD87B1
Stereoconversie 24-bits (analoog-naar-digitaal en digitaal-
naar-analoog)
Interface:
Intern high definition audio
Extern microfooningang, connector voor stereo
hoofdtelefoon/externe luidsprekers
Luidsprekers 2 x 2 watt
Volumeknoppen functietoetsen toetsenbord en
programmamenu's
Video
Type videokaart
geïntegreerd op moederbord
Los
Gegevensbus:
UMA geïntegreerde video
Los
PCI-E x16 Gen1
PCI-E x16 Gen2
Videocontroller:
UMA Intel HD Graphics
Vostro 1450/Vostro 1550
Intel HD Graphics
Intel HD Graphics 3000
Vostro 1440/Vostro 1540 Intel HD graphics
Los
Vostro 1440 AMD Radeon HD6450M
Vostro 1450 AMD Radeon HD6470M
82
Camera
Cameraresolutie 1,3 megapixels
Videoresolutie 640 x 480 bij 30 fps (maximum)
Communicatie
Netwerkadapter 10/100/1000 Mbps Ethernet-LAN
Draadloos interne WLAN-kaart
Poorten en aansluitingen
Audio (Geluidskaart) één microfoonconnector, één connector voor
stereohoofdtelefoon/luidsprekers
Video
één 15-pins VGA-connector
één 19-pins HDMI-connector
Netwerkadapter één RJ-45-connector
USB drie 4-pins connectors, geschikt voor USB 2.0
Geheugenkaartlezer één 3-in-1 (SD/MMC/MS)
Beeldscherm
Type HD WLED TrueLife; HD WLED AG
Afmetingen
Vostro 1440/Vostro 1450 14,0”
Vostro 1540/Vostro 1550 15,0”
Afmetingen: Vostro 1440/Vostro 1450
Hoogte 192,50 mm
Breedte 324,00 mm
Diagonaal 355,60 mm
Actief gedeelte (X/Y) 344,23 mm x 193,54
mm
Afmetingen: Vostro 1540/Vostro 1550
Hoogte 193,50 mm
83
Beeldscherm
Breedte 344,20 mm
Diagonaal 396,24 mm
Actief gedeelte (X/Y) 344,23 mm x 193,54 mm
Maximale resolutie 1366 x 768 bij 262K kleuren
Maximale helderheid 220 nits
Werkingshoek 0° (gesloten) tot 140°
Vernieuwingsfrequentie 60 Hz
Minimale gezichtshoeken:
Horizontaal 40/40
Verticaal 15/30 (H/L)
Pixelpitch: 0,23 mm x 0,23 mm
Toetsenbord
Aantal toetsen: Verenigde Staten en Canada: 86 toetsen,
Europa en Brazilië: 87 toetsen, Japan: 90
toetsen
Touchpad
Actief gedeelte:
X-as 90 mm
Y-as 49 mm
Batterij
Type 6-cels lithium-ion (2,20 wattuur)
Afmetingen:
Hoogte 20,20 mm
Breedte 208,36 mm
Diepte 56,52 mm
Gewicht 0,33 kg
84
Batterij
Oplaadtijd ongeveer 4 uur (wanneer de computer is
uitgeschakeld)
Spanning 11,1 V gelijkstroom
Temperatuurbereik:
In bedrijf 0 °C tot 35 °C
Niet in bedrijf –40 °C tot 65 °C
Knoopcelbatterij CR2032-lithiumknoopcelbatterij van 3 V
Netadapter
Type:
Vostro 1440/Vostro 1450/Vostro
1540/Vostro 1550 met ingebouwde
videokaart
65 W
Vostro 1440 met discrete
videokaart
65 W
Vostro 1450 met discrete
videokaart
90 W
Ingangsspanning 100 V wisselstroom tot 240 V wisselstroom
Ingangsstroom (maximum) 1,50 A/1,60 A/1,70 A/2,10 A
Ingangsfrequentie 50 Hz tot 60 Hz
Uitgangsvermogen 65 W en 90 W
Uitgangsstroom
65 W 3,34 A (continu)
90 W 4,62 A
Nominale uitgangsspanning 19,50 V gelijkstroom (+/- 1,0 V gelijkstroom)
Afmetingen:
Hoogte 28,20 mm
Breedte 57,90 mm
Diepte 137,16 mm
85
Netadapter
Temperatuurbereik:
In bedrijf 0 °C tot 40 °C
Niet in bedrijf –40 °C tot 70 °C
Fysiek
Vostro 1440 / Vostro 1450:
Hoogte (met een WLED-paneel) 31,50 mm tot 34,70 mm
Breedte 342 mm
Diepte 244 mm
Gewicht (minimum) 2,2 kg
Vostro 1540 / Vostro 1550:
Hoogte (met een WLED-paneel) 31,50 mm tot 34,50 mm
Breedte 376 mm
Diepte 260 mm
Gewicht (minimum) 2,37 kg
Omgeving
Temperatuur:
In bedrijf 0 °C tot 35 °C
Opslag –40 °C tot 65 °C
Relatieve vochtigheid (maximum):
In bedrijf 10% tot 90% (niet-condenserend)
Opslag 5% tot 95% (niet-condenserend)
Hoogte (maximum):
In bedrijf –15,2 m tot 3048 m
Niet in bedrijf –15,2 m tot 10.668 m
Contaminatieniveau in de lucht G1, zoals gedefinieerd in ISA-71.04-1985
86
28
Contact opnemen met Dell
OPMERKING: Als u geen actieve internetverbinding hebt, kunt u de
contactgegevens vinden op de factuur, de pakbon of in de productcatalogus van
Dell.
Dell biedt diverse online en telefonische ondersteunings- en servicemogelijkheden. De
beschikbaarheid verschilt per land en product en sommige services zijn mogelijk niet
beschikbaar in uw regio. Wanneer u met Dell contact wilt opnemen voor vragen over de
verkoop, technische ondersteuning of de klantenservice:
1. Ga naar support.dell.com.
2. Selecteer uw ondersteuningscategorie.
3. Als u niet in de VS woont, selecteert u uw landnummer onder aan de
pagina of Alles om meer opties weer te geven.
4. Selecteer de gewenste service- of ondersteuningslink.
87
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87

Dell Vostro 1550 Handleiding

Categorie
Notitieboekjes
Type
Handleiding