Whirlpool H 60 V P.1 IX /Y Gebruikershandleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Gebruikershandleiding
Gebruiksaanwijzing
OVEN
Samenvatting
Het installeren, 2-4
Plaatsing
Elektrische aansluiting
Typeplaatje
Beschrijving van het apparaat, 5
Algemeen aanzicht
Bedieningspaneel
Starten en gebruik, 6
De oven starten
Programmas, 7-8
Kookprogrammas
Praktische kooktips
Kooktabel
Kookplaat, 9
Type kookplaat
Aanzetten kookplaat glaskeramiek
Praktische tips voor het gebruik van de
glaskeramische kookplaat
Voorzorgsmaatregelen en advies, 10
Algemene veiligheidsmaatregelen
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubesef
Onderhoud en verzorging, 11
De elektrische stroom afsluiten
Schoonmaken van de oven
De ovendeur reinigen
Vervangen van het lampje
Automatische reiniging door middel van FAST CLEAN
Service, 12
H 60 V P.1 /Y
H 60 V P.1 IX /Y
NL
Deutsch, 13
DE
Nederlands, 1
NL
2
NL
! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere
raadpleging. Wanneer u het product weggeeft,
verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij
de oven te bewaren zodat alle nodige informatie
voorhanden blijft.
! Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er
staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik
en veiligheid.
Plaatsing
! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor
kinderen en dient daarom te worden weggegooid
volgens de geldende normen (zie
Voorzorgsmaatregelen en advies).
!De installatie moet worden uitgevoerd door een
bevoegde installateur en volgens de instructies van
de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade
berokkenen aan personen, dieren of dingen.
Inbouw
Voor een goede werking van het apparaat moet het
keukenmeubel de juiste kenmerken hebben:
de zijkanten van de kastjes die aan de oven
grenzen moeten hittebestendig zijn;
in het bijzonder moet, in geval van meubels met
fineer, de lijm bestand zijn tegen temperaturen van
100°C;
voor het inbouwen van de oven, zowelonder het
aanrecht (zie figuur ) alsin stapelbouw, dient het
meubel de volgende afmetingen te hebben:
! Nadat het apparaat is ingebouwd, mag er geen
contact meer mogelijk zijn met de elektrische
onderdelen. Het energieverbruik dat staat aangegeven
op het typeplaatje is gebaseerd op dit soort installatie.
Ventilatie
Om een goede ventilatie te kunnen garanderen is het
noodzakelijk de achterkant van het meubel te
verwijderen. Het verdient de voorkeur de oven op
twee houten balken te plaatsen, of eventueel op een
enkele plank die een opening heeft van tenminste 45
x 560 mm (zie afbeeldingen).
Centreren en bevestigen
Regel de 4 klemmetjes aan de zijkant van de oven in
overeenkomst met de 4 gaten in de lijst. De stand
hangt af van de dikte van de zijkant van het meubel:
als de dikte 20 mm is: verwijder
dan het beweegbare gedeelte
van het voetje (zie afb.);
als de dikte 18 mm is: gebruik
dan de eerste gleuf; zoals al
door de fabriek is voorzien (zie
afb.);
als de dikte 16 mm is: gebruik
de tweede gleuf (zie afb.).
Om het apparaat aan het keukenkastje te bevestigen:
open de ovendeur en schroef de 4 houtschroeven in
de 4 gaten in de zijrand.
! Alle beschermende onderdelen moeten zodanig
worden bevestigd dat ze niet kunnen worden
verwijderd zonder gereedschap te gebruiken.
595
558
min
45
min
575-585
min
560
+4 -0
480
+4 -0
555
580
500
39
15
595
23
572
543545
560 mm.
45 mm.
Het installeren
3
NL
Elektrische aansluiting
De keuken moet aan het elektrische net worden
aangesloten. Deze functioneert met de wisselstroom,
de spanning en de frequentie die aangegeven staan
op het typeplaatje (zie volgende pagina).
De kookplaat wordt aan het fornuis verbonden met
een speciale aansluiting.
INBOUWPLAAT
INBOUWFORNUIS
WIT ROOD GEELBLAUW GROEN
Slechts op
enkele modellen
aanwezig
Nadat u de kookplaat heeft aangesloten, dient u de
metalen bescherming weer op zijn plaats te doen. Als
de kookplaat wordt verwijderd moet u de rode dop,
die oorspronkelijk op de rode connector zat, weer op
zijn plaats doen.
Monteren voedingskabel
1. Licht de lipjes aan de
zijkant van het deksel
van het klemmenbord op
met een
schroevendraaier: trek
het deksel van het
klemmenbord open (zie
afb.).
2. De voedingskabel in werking stellen: maak de
schroef van de kabelklem en de schroeven van de
contacten L-N-
los, en bevestig de draden onder
de schroeven met inachtneming van de kleuren:
Blauw (N) Bruin (L) Geel-Groen (
).
Het klemmenbord is ingesteld voor een verbinding op
400 V driefasenstroom (zie afbeeldingen onder).
400V 3N~H05RR-F
5x2.5 CEI-UNEL 35363
Als de elektrische installatie andere eigenschappen
heeft (zie afbeeldingen onder), dient u de elektrische
verbinding tot stand te brengen door middel van de
verbindings-U-bouten in doos P.
230V~ H05RR-F 3x4
CEI-UNEL 35364
400V 2N~H05RR-F 4x4
CEI-UNEL 35363
3. Maak de voedingskabel vast aan de speciale
kabelklem.
4. Maak het deksel van het klemmenbord dicht.
NL3L1L2
1
3
2
4
5
N
L2
L3
L1
P
NL
1
3
2
4
5
NL2L1
1
3
2
4
5
4
NL
Het aansluiten van de voedingskabel aan het net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje(zie hiernaast).
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt
aangesloten moet men tussen het apparaat en het net
een meerpolige schakelaar aanbrengen met een
afstand tussen de contacten van minstens 3mm,
aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend
aan de geldende normen (de aarding mag niet
worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig geplaatst worden dat hij
nergens een temperatuur bereikt die 50°C hoger is
dan de kamertemperatuur.
! De installateur is verantwoordelijk voor de correcte
elektrische verbinding en het in acht nemen van de
geldende veiligheidsnormen.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
het stopcontact geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
het stopcontact in staat is het maximale vermogen
van het apparaat te verdragen, zoals aangegeven
op het typeplaatje (zie onder );
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje (zie onder);
het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het
stopcontact te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
snoer en het stopcontact makkelijk te bereiken zijn.
! De kabel mag niet worden gebogen of
samengedrukt.
! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd
en mag alleen door erkende monteurs worden
vervangen (zie Service).
! De fabrikant kan niet verantwoordelijkheid
worden gesteld als deze normen niet worden
nageleefd.
TYPEPLAATJE
Afmetingen
breedte 43,5 cm.
hoogte 32 cm.
diepte 41,5 cm.
Inhoud liter 58
Elektrische
aansluitingen
spanning 230V/400V~ 3N 50/60Hz
maximum vermogen 10800W
ENERGY LABEL
Richtlijn 2002/40/CE op etiket van
elektrische ovens.
Norm EN 50304
Energieverbruik convectie
Natuurlijk – verwarmingsfunctie:
Traditioneel;
Energieverbruikverklaring Klasse
convectie Hetelucht
verwarmingsfunctie: Gebak.
Dit apparaat voldoet aan de
volgende EU Richtlijnen:
73/23/EEG van 19/02/73
(laagspanning) en daaropvolgende
wijzigingen;
-89/336/EEG van 03/05/89
(elektromagnetische compatibiliteit)
en daaropvolgende wijzigingen
- 93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen
- 2002/96/EC
5
NL
Bedieningspaneel
Rooster GRILL
Rooster LEKPLAAT
GLIJDERS om
roosters in te
schuiven
positie 5
positie 4
positie 3
positie 2
positie 1
Algemeen aanzicht
Beschrijving van het
apparaat
Bedieningspaneel
Knop
PROGRAMMAS
Controlelampje
- VOORVERWARMING (knippert)
- VOORTGANG PROGRAMMA (aan, knippert niet)
- FOUTMELDING (knippert snel)
Knop KOOKPLATEN
DUBBELE DIAMETER
THERMOSTAATKNOP
Knop
KOOKPLATEN
Knop KOOKPLATEN
DUBBELE DIAMETER
Knop
KOOKPLATEN
Controlelampje
DEURBLOKKERING
Controlelampje
KOOKPLATEN
6
NL
! Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven
minstens een uur leeg te laten functioneren, op
maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u
de oven hebt uitgedaan, opent u de ovendeur en lucht
u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het
verdampen van de middelen die worden gebruikt om
de oven te beschermen.
De oven starten
1. Door aan de knop PROGRAMMAS te draaien kunt
u het gewenste kookprogramma kiezen.
2. De oven begint voor te verwarmen, op het
bedieningspaneel knippert het controlelampje
VOORVERWARMING.
3. Kies de temperatuur door aan de knop
THERMOSTAAT te draaien. Een lijst met kooktijden en
aanbevolen kooktemperaturen kunt u terugvinden in
de Kooktabel (zie Programmas).
4. Een geluidssignaal en het aangaan van het
controlelampje VOORTGANG PROGRAMMA op het
bedieningspaneel geven aan dat de voorverwarming
compleet is: zet de etenswaren in de oven.
5. Tijdens het koken kunt u nog altijd:
- het kookprogramma veranderen met behulp van de
knop PROGRAMMAS;
- de temperatuur veranderen met behulp van de knop
THERMOSTAAT;
- het koken onderbreken door de knop
PROGRAMMAS weer op stand 0 te zetten.
6. Wanneer de stroom uitvalt en de oventemperatuur
niet te laag is geworden, gaat de oven automatisch
terug naar het punt waar het koken is onderbroken.
! Bij het programma BARBECUE is geen
voorverwarming voorzien.
! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
riskeert hiermee het email te beschadigen.
! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde
roosters.
Ventilator
Teneinde de hitte aan de buitenkant van de oven te
beperken, zijn enkele modellen voorzien van een
ventilator. Hierdoor ontstaat een luchtstroom die
tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar
buiten komt.
Bij het programma GEBAK gaat de ventilator aan als
de oven warm is. Aan het begin van de FAST CLEAN
sessies functioneert de ventilator op lage snelheid.
! Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator
draaien totdat de oven voldoende is afgekoeld.
Ovenverlichting
Deze gaat werken door de knop PROGRAMMAS op
te draaien. Ze blijft aan wanneer u een kookprogramma
selecteert. Tijdens de twee FAST CLEAN programmas
gaat het licht echter automatisch uit.
Starten en gebruik
7
NL
Kookprogrammas
! U kunt voor alle programmas een temperatuur
instellen tussen de 60°C en MAX, behalve voor:
BARBECUE (hierbij is het aanbevolen alleen MAX te
gebruiken);
GRATINEREN (hierbij is het aanbevolen niet meer
dan 200°C in te stellen).
Programma TRADITIONELE OVEN
Met deze traditionele kookwijze is het beter een enkel
rooster te gebruiken: met meerdere roosters riskeert u
een slechte temperatuursverspreiding.
Programma MULTIKOKEN
Aangezien de warmte in de hele oven constant is,
zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze
gekookt en gebakken worden. Hierbij is het mogelijk
maximaal twee roosters tegelijk te gebruiken.
Programma BARBECUE
Het koken onder de grill is vooral aan te raden voor
gerechten die een hoge en directe temperatuur aan
de buitenkant nodig hebben. Kook met de ovendeur
dicht.
Programma GRATINEREN
Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de
grill gecombineerd met de circulatie van de lucht in
de oven. Eventueel verbranden van de buitenkant
wordt zo vermeden; de warmte dringt gemakkelijker
door naar de binnenkant. Kook met de ovendeur
dicht.
Programma PIZZA OVEN
Met deze combinatie wordt de oven snel warm dankzij
het aanzienlijke vermogen dat vooral van onderaf
komt. Indien u meerdere roosters gebruikt moet u de
gerechten halverwege de kooktijd omwisselen.
Programma GEBAK OVEN
Deze functie is aanbevolen voor het bakken van
kwetsbare gerechten (vooral taarten die moeten
rijzen) en kleine gerechten die u op 3 hoogtes
tegelijkertijd wilt koken.
Programmas
Programma FAST CLEAN
Dit programma reinigt de oven volledig automatisch
door middel van de pyrolyse (zie Onderhoud en
verzorging).
! De programmacyclus is ingesteld op 90 minuten.
Programma FAST CLEAN INTENSIEF
Dit programma reinigt de oven volledig automatisch
door middel van de pyrolyse (zie Onderhoud en
verzorging).
! De programmacyclus is ingesteld op 120 minuten.
Praktische kooktips
! Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit
de roosterstanden 1 en 5: de hete lucht zou fijne
gerechten kunnen verbranden.
! Bij de functies BARBECUE of GRATINEREN raden
wij u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om
eventueel vet of jus op te vangen.
MULTIKOKEN
Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de gerechten
die meer warmte nodig hebben op stand 2.
Plaats de lekplaat op de onderste stand en de grill
op de hoogste.
BARBECUE
Plaats de grill op stand 3 of 4, plaats de gerechten
op het midden van de grill.
We raden u aan het energieniveau op de hoogste
stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste
verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn
werking wordt geregeld door een thermostaat.
PIZZA OVEN
Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet
hem op het bijgeleverde ovenrooster.
Bij gebruik van de bakplaat duurt het langer en
krijgt u waarschijnlijk geen krokante pizza.
Bij zeer gevulde pizzas raden wij aan de
mozzarella of andere kaas pas halverwege de
kooktijd toe te voegen.
8
NL
Kooktabel
Roosterstanden VoorverwarmenProgramma's Gerechten Gewicht
(kg)
standaard
rails
verschuifbare
rails
Aangeraden
temperatuur
(°C)
Kooktijd
(minuten)
Eend 1,5 2 1 ja 200-210 70-80
Kip 1,5 2 1 ja 200-210 60-70
Kalfs- of runderrollade 1 2 1 ja 200 70-75
Varkensrollade 1 2 1 ja 200-210 70-80
Koekjes (kruimeldeeg) - 2 1 ja 180 15-20
Traditionele
oven
Vruchtentaart (harde bodem) 1 2 1 ja 180 30-35
Pizza op 2 roosters 2 en 4 1 en 3 ja 220-230 20-25
Vruchtentaarten (harde/zachte bodem) op 2
roosters
2 en 4 1 en 3 ja 180 30-35
Cake op 2 roosters (op lekplaat) 2 en 4 1 en 3 ja 170 20-25
Gebakken kip + aardappels 1+1 1 en 2/3 1 en 3 ja 200-210 65-75
Lamsvlees 1 2 1 ja 190-200 45-50
Makreel 1 1 of 2 1 ja 180 30-35
Lasagne 1 2 1 ja 190-200 35-40
Soesjes op 2 roosters 2 en 4 1 en 3 ja 190 20-25
Koekjes op 2 roosters 2 en 4 1 en 3 ja 190 10-20
Kaaskoekjes op 2 roosters 2 en 4 1 en 3 ja 210 20-25
Multikoken
Hartige taarten 1 en 3 1 en 3 ja 200 20-30
Makreel 1 4 3 nee 100% 15-20
Tong en inktvis 0,7 4 3 nee 100% 10-15
Calamari- en garnalenspiesjes 0,7 4 3 nee 100% 8-10
Kabeljauwfilet 0,7 4 3 nee 100% 10-15
Gegrilde groenten 0,5 3 of 4 2 of 3 nee 100% 15-20
Kalfsbiefstuk 0,8 4 3 nee 100% 15-20
Worstjes 0,7 4 3 nee 100% 15-20
Hamburgers n.° 4 of 5 4 3 nee 100% 10-12
Tosti (of geroosterd brood) n.° 4 of 6 4 3 nee 100% 3-5
Kip aan het spit (indien braadspit aanwezig) 1 - - nee 100% 70-80
Barbecue
Lam aan het spit (indien braadspit aanwezig) 1 - - nee 100% 70-80
Gegrilde kip 1,5 2 2 nee 210 55-60
Inktvis 1 2 2 nee 200 30-35
Kip aan het spit (indien braadspit aanwezig) 1,5 - - nee 210 70-80
Eend aan het spit (indien braadspit aanwezig) 1,5 - - nee 210 60-70
Kalfs- of runderrollade 1 2 2 nee 210 60-75
Varkensrollade 1 2 2 nee 210 70-80
Gratineren
Lamsvlees 1 2 2 nee 210 40-45
Pizza 0,5 2 1 ja 220 15-20
Pizza
oven
Focaccia-brood 0,5 2 1 ja 200 20-25
Vruchtentaart (harde bodem) 0,5 2 of 3 1 of 2 ja 180 25-35
Vruchtentaart 1 2 of 3 1 of 2 ja 180 40-50
Cakejes 0,7 2 of 3 1 of 2 ja 170-180 45-55
Kleine cakejes op 2 roosters 0,7 2 en 4 1 en 3 ja 180-190 20-25
Cake 0,6 2 of 3 1 of 2 ja 160-170 30-40
Soesjes op 3 roosters 0,7
1 en 3 en
5
1 en 2 en 4 ja 180-190 20-25
Koekjes op 3 roosters 0,7
1 en 3 en
5
1 en 2 en 4 ja 180 20-25
Gevulde flensjes 0,8 2 1 ja 200 30-35
Schuimgebak op 3 roosters 0,5
1 en 3 en
5
1 en 2 en 4 ja 90 180
Gebak
oven
Kaaskoekjes 0,5 2 1 ja 210 20-25
! De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak aangepast worden. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingesteld
en kan niet handmatig worden gewijzigd.
9
NL
Kookplaat
Type kookplaten
Bij de oven hoort een kookplaat die
samengesteld kan zijn uit twee
verschillende verwarmingselementen:
elektrische kookplaten van gietijzer
(zie afbeelding 1) of glaskeramische
kookplaten die zowel traditioneel
kunnen zijn (zie afbeelding 2) als
verlengbaar (zie afbeelding 3).
Aanzetten kookplaat glaskeramiek
Traditioneel kookgedeelte
De traditionele straalelementen (A) zijn gemaakt van
cirkelvormige verwarmingselementen die pas zon tiental
seconden na ontsteking rood worden.
Ieder kookgedeelte heeft zijn eigen bedieningsknop
waarmee u 9 verschillende temperaturen kunt kiezen,
met een minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde
van 9.
Verlengbaar kookgedeelte
De verlengbare straalelementen (B) herkent u aan het
dubbele verwarmingsgedeelte. U kunt alleen het
binnenste gedeelte aansteken of beide gedeelten.
Door middel van de bedieningsknop kunt u kiezen
tussen twee stroomsterktes; deze gaan beide van een
minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde van 9:
door de knop met de klok mee te draaien van 1 naar 9
stelt u een lagere stroomsterkte in.
door de knop te draaien tot aan het einde (A), te
herkennen aan een lichte klik, stelt u de maximum
stroomsterkte in, die geregeld kan worden tussen 9
en 1 door de knop tegen de klok in te draaien. Om de
minimum stroomsterkte weer in te stellen, moet u de
knop weer op stand 0 terugbrengen.
In het geval van dubbele kookgedeeltes, zal het eerste
deel van de draaiing het kleinere (binnenste)
kookgedeelte activeren. Om zowel het binnenste als het
buitenste gedeelte te activeren moet u de knop tot aan
het einde doordraaien (A) en een stroomsterkte kiezen
tussen 9 en 1.
Controlelampjes resterende warmte (slechts op
enkele modellen aanwezig)
De warmtecontrolelampjes (C) geven aan dat het
betreffende kookgedeelte warmer is dan 60°C, ook
nadat het verwarmingselement is uitgeschakeld.
Aangeraden stroomsterktes voor verschillend gebruik:
Stroomsterkte Straalelement
0Uit
1 Boter of chocolade smelten
2 en 3 Vloeistoffen opwarmen
4 Crèmes of sausen bereiden
5 Vlees stoven
6 Pasta of rijst koken
7 en 8 Vlees, vis, eieren op hoog vuur koken
9 Bakken
A
Beide kookgedeeltes aanzetten
Praktische tips voor het gebruik van de
glaskeramische kookplaat
! De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat
vetvlekjes achter op het glas. Voordat u de kookplaat
gebruikt, raden wij u aan de vlekken te verwijderen met
een niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de
eerste uren van gebruik is het mogelijk dat u een
rubbergeur ruikt, die echter snel wegtrekt.
Teneinde optimale resultaten te bereiken van de
kookplaat:
gebruik pannen met een platte bodem die perfect
aansluiten op het verwarmgedeelte;
gebruik pannen die groot genoeg zijn om de
kookplaat geheel te bedekken teneinde alle
beschikbare hitte te benutten;
houdt de bodem van de pannen altijd schoon en
droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit
verlengt de levensduur van zowel de pannen als het
kookgedeelte.
vermijdt dezelfde pannen te gebruiken
die u ook op een gasfornuis heeft gebruikt: de
warmteconcentratie
van gasbranders kan de bodem van pannen
vervormen, waardoor ze niet goed meer aansluiten;
laat nooit een kookgedeelte aan staan zonder een pan
erop. De verhitting, die snel het maximum niveau
bereikt, zou de verwarmingselementen kunnen
beschadigen.
C
A
A
A
A
C
A
A
B
B
afbeelding 1
afbeelding 2
afbeelding 3
10
NL
Voorzorgsmaatregelen en advies
! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze
aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u
dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg
gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of
als het onweert.
Maak gebruik van de handgrepen aan de zijkant
van de oven als u het apparaat moet verplaatsen.
Raak de oven niet blootsvoets of met natte handen
of voeten aan.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het
mag uitsluitend worden gebruikt door volwassenen
en alleen volgens de instructies die beschreven
staan in deze handleiding.
Gedurende het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de
ovendeur heet. Raak ze niet aan en houdt
kinderen op afstand.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de oven
terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Pak het handvat van de ovendeur alleen in het
midden vast: aan de zijkant zou het heet kunnen zijn.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven
te zetten en eruit te halen.
Plaats geen aluminiumfolie op de bodem van de oven.
Plaats geen brandbaar materiaal in de oven: als de
oven plotseling aan zou worden gezet, zou dit
materiaal vlam kunnen vatten.
Controleer altijd dat de knoppen in de positie l/
¡ staan als het fornuis niet gebruikt wordt.
Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan
het snoer te trekken.
Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud
uit als de stekker nog in het stopcontact zit.
Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne
systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te
voeren. Neem contact op met de Technische
Dienst (zie Service).
Plaats geen zware voorwerpen op de open
ovendeur.
De glaskeramische kookplaat is bestand tegen
mechanische stoten. Hij kan echter worden
beschadigd (of barsten) als hij wordt geraakt door
een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap.
Als dit gebeurt, moet u onmiddellijk het apparaat
afsluiten van de elektrische stroom en contact
opnemen met de Technische Dienst.
Vergeet niet dat de temperatuur in het
kookgedeelte aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30
minuten nadat het wordt uitgeschakeld.
Houdt voorwerpen die kunnen smelten op afstand
van de kookplaat, zoals b.v. plastic, aluminium of
suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic
of aluminium verpakkingen of folie: als u ze op het
nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u een
zware schade aanrichten.
Afvalverwijdering
Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houdt u
aan de plaatselijke normen, zodat het
verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden.
De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging
van Electrische en Electronische Apparatuur
(WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische
apparaten niet mogen vernietigd via de normale
ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten
moeten apart worden ingezameld om zo het
hergebruik van de gebruikte materialen te
optimaliseren en de negatieve invloed op de
gezondheid en het milieu te reduceren. Het
symbool op het product van de afvalcontainer met
een kruis erdoor herinnert u aan uw verplichting,
dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat
apart moet worden ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de
locale autoriteiten voor informatie over de juiste
wijze van vernietiging van hun oude apparaat.
Energiebesparing en milieubesef
Door de oven te gebruiken vanaf het late
middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u
ervoor dat uw elektriciteitscentrale minder wordt
belast tijdens het spitsuur.
Houdt bij de functie GRILL altijd de ovendeur dicht:
dit om betere resultaten te bereiken en voor een
betere energiebesparing (circa 10%).
Houdt de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed
aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen.
11
NL
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling
overgaat.
Schoonmaken van de oven
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij staal
als de rubberen afdichtingen, kunnen met een spons en
een sopje worden afgenomen. Als de vlekken moeilijk te
verwijderen zijn, kunt u een speciaal reinigingsmiddel
gebruiken. Na het reinigen dient u alles goed af te
spoelen en te drogen. Gebruik geen schuurmiddelen of
bijtende producten.
De binnenkant van de oven kunt u het beste direct na
gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is. Gebruik warm
water en een schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af
en droog met een zachte doek. Gebruik geen
schuurmiddelen.
De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen
(eventueel ook in de vaatwasser).
! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
De ovendeur reinigen
Reinig het glas van de ovendeur met producten en
sponzen die niet schuren, en droog het af met een zachte
doek.
U kunt voor een grondige reiniging de ovendeur
verwijderen:
1. open de deur volledig (zie afbeelding).
2. til de hendeltjes op die zich aan de scharnieren
bevinden en draai ze (zie afb.);
3. pak de deur aan de zijkanten
beet en sluit hem langzaam, maar
niet helemaal. Trek dan de deur
naar u toe en haal hem uit zijn
voegen (zie afbeelding). Zet de
deur weer op zijn plaats door deze
handelingen in omgekeerde
volgorde uit te voeren.
Controleer de afdichtingen
Controleer regelmatig de staat van de afdichting rondom
de ovendeur. In het geval de afdichtingen beschadigd zijn,
dient u zich tot de dichtstbijzijnde Technische Dienst te
wenden (zie Service). Gebruik de oven niet voordat de
reparatie is uitgevoerd.
Vervangen van het lampje
Voor het vervangen van het ovenlampje:
1. Dient u het glazen
lampenkapje los te halen met
behulp van een schroevendraaier.
2. Schroef het lampje los en
vervang het met eenzelfde soort
lampje: sterkte 15W, fitting E 14.
Breng het glazen plaatje weer aan
en let erop dat de afdichting op
zijn plaats zit (zie afb.).
Automatische reiniging door middel van
FAST CLEAN
Tijdens de FAST CLEAN functie bereikt de binnenkant van
de oven een temperatuur van 500°C en wordt de pyrolyse
geactiveerd die nodig is voor het verbranden van
voedselrestjes. Het vuil wordt letterlijk as. Gedurende de
automatische reiniging kunnen de oppervlakken zeer heet
worden: houdt kinderen op afstand. Door de ovendeur
heen kunt u zien dat bepaalde deeltjes zullen oplichten: dit
is een plotselinge verbranding, hetgeen een absoluut
normaal verschijnsel is wat geen enkel gevaar met zich
mee brengt.
Voor het activeren van de FAST CLEAN programmas:
verwijdert u met een natte spons het ergste vuil uit de
oven. Gebruik geen schoonmaakmiddelen;
haal alle accessoires uit de oven;
laat geen keukendoeken of pannelappen op het handvat
hangen.
! Het programma zal alleen van start gaan als de ovendeur
gesloten is.
Om FAST CLEAN NORMAAL te activeren (90min) moet u
de knop PROGRAMMAS op
draaien.
Om FAST CLEAN INTENSIEF te activeren (120 min) moet u
de knop PROGRAMMAS op
draaien.
! Kies het intensieve programma alleen als de oven zeer
vuil is.
Veiligheidssystemen
de deur wordt automatisch geblokkeerd zodra de
temperatuur erg hoog wordt;
als er iets onverwachts of vreemds gebeurt zal de
verwarming worden onderbroken.
Wat gebeurt er aan het einde van de automatische
reiniging?
Het controlelampje VOORTGANG PROGRAMMA gaat uit,
maar het lampje DEURBLOKKERING blijft aan. De
ovendeur kan pas worden geopend als de temperatuur tot
een acceptabel niveau is gezakt en het controlelampje
DEURBLOKKERING uitgaat. U zult nu wat wit poeder
waarnemen op de bodem en op de wanden van de oven:
verwijder dit als de oven is afgekoeld met een natte spons.
Als u wilt profiteren van de overgebleven warmte van de
oven om te gaan koken, kunt u het witte poeder rustig laten
liggen: het levert geen enkel gevaar op voor de gerechten
die u wilt gaan koken.
Onderhoud en verzorging
coperchio
guarnizione
lampadina
cavità
12
NL
Service
Dit dient u door te geven:
het model oven (Mod.)
het serienummer (S/N)
Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat en/of op de verpakking.

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing OVEN Samenvatting NL DE Nederlands, 1 Deutsch, 13 Het installeren, 2-4 Plaatsing Elektrische aansluiting Typeplaatje Beschrijving van het apparaat, 5 Algemeen aanzicht Bedieningspaneel Starten en gebruik, 6 De oven starten Programma’s, 7-8 Kookprogramma’s Praktische kooktips Kooktabel H 60 V P.1 /Y H 60 V P.1 IX /Y Kookplaat, 9 Type kookplaat Aanzetten kookplaat glaskeramiek Praktische tips voor het gebruik van de glaskeramische kookplaat Voorzorgsmaatregelen en advies, 10 Algemene veiligheidsmaatregelen Afvalverwijdering Energiebesparing en milieubesef Onderhoud en verzorging, 11 De elektrische stroom afsluiten Schoonmaken van de oven De ovendeur reinigen Vervangen van het lampje Automatische reiniging door middel van FAST CLEAN Service, 12 NL Het installeren ! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere raadpleging. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij de oven te bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft. ! Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid. Ventilatie Om een goede ventilatie te kunnen garanderen is het noodzakelijk de achterkant van het meubel te verwijderen. Het verdient de voorkeur de oven op twee houten balken te plaatsen, of eventueel op een enkele plank die een opening heeft van tenminste 45 x 560 mm (zie afbeeldingen). Plaatsing . 560 mm 45 m m. ! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen en dient daarom te worden weggegooid volgens de geldende normen (zie Voorzorgsmaatregelen en advies). !De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde installateur en volgens de instructies van de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade berokkenen aan personen, dieren of dingen. Inbouw Voor een goede werking van het apparaat moet het keukenmeubel de juiste kenmerken hebben: • de zijkanten van de kastjes die aan de oven grenzen moeten hittebestendig zijn; • in het bijzonder moet, in geval van meubels met fineer, de lijm bestand zijn tegen temperaturen van 100°C; • voor het inbouwen van de oven, zowelonder het aanrecht (zie figuur ) alsin stapelbouw, dient het meubel de volgende afmetingen te hebben: Centreren en bevestigen Regel de 4 klemmetjes aan de zijkant van de oven in overeenkomst met de 4 gaten in de lijst. De stand hangt af van de dikte van de zijkant van het meubel: als de dikte 20 mm is: verwijder dan het beweegbare gedeelte van het voetje (zie afb.); als de dikte 18 mm is: gebruik dan de eerste gleuf; zoals al door de fabriek is voorzien (zie afb.); 580 39 500 0 +4 -0 560 +4 -0 48 als de dikte 16 mm is: gebruik de tweede gleuf (zie afb.). in m 45 572 23 575-585 min 555 15 595 53 558 min 54 NL 595 ! Nadat het apparaat is ingebouwd, mag er geen contact meer mogelijk zijn met de elektrische onderdelen. Het energieverbruik dat staat aangegeven op het typeplaatje is gebaseerd op dit soort installatie. 2 Om het apparaat aan het keukenkastje te bevestigen: open de ovendeur en schroef de 4 houtschroeven in de 4 gaten in de zijrand. ! Alle beschermende onderdelen moeten zodanig worden bevestigd dat ze niet kunnen worden verwijderd zonder gereedschap te gebruiken. Elektrische aansluiting 400V 3N~H05RR-F 5x2.5 CEI-UNEL 35363 N L3 L2 L1 1 2 4 INBOUWPLAAT 3 5 De keuken moet aan het elektrische net worden aangesloten. Deze functioneert met de wisselstroom, de spanning en de frequentie die aangegeven staan op het typeplaatje (zie volgende pagina). De kookplaat wordt aan het fornuis verbonden met een speciale aansluiting. Het klemmenbord is ingesteld voor een verbinding op 400 V driefasenstroom (zie afbeeldingen onder). Slechts op enkele modellen aanwezig P N L3 L2 BLAUW WIT ROOD GEEL L1 GROEN Als de elektrische installatie andere eigenschappen heeft (zie afbeeldingen onder), dient u de elektrische verbinding tot stand te brengen door middel van de verbindings-U-bouten in doos P. 230V~ H05RR-F 3x4 CEI-UNEL 35364 N L 1 3 5 2 4 INBOUWFORNUIS Nadat u de kookplaat heeft aangesloten, dient u de metalen bescherming weer op zijn plaats te doen. Als de kookplaat wordt verwijderd moet u de rode dop, die oorspronkelijk op de rode connector zat, weer op zijn plaats doen. Monteren voedingskabel N L2 L1 1 3 2 4 2. De voedingskabel in werking stellen: maak de schroef van de kabelklem en de schroeven van de contacten L-Nlos, en bevestig de draden onder de schroeven met inachtneming van de kleuren: Blauw (N) Bruin (L) Geel-Groen ( ). 400V 2N~H05RR-F 4x4 CEI-UNEL 35363 5 1. Licht de lipjes aan de zijkant van het deksel van het klemmenbord op met een schroevendraaier: trek het deksel van het klemmenbord open (zie afb.). 3. Maak de voedingskabel vast aan de speciale kabelklem. 4. Maak het deksel van het klemmenbord dicht. 3 NL NL Het aansluiten van de voedingskabel aan het net Gebruik voor de voedingskabel een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het typeplaatje(zie hiernaast). Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt aangesloten moet men tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de contacten van minstens 3mm, aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende normen (de aarding mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig geplaatst worden dat hij nergens een temperatuur bereikt die 50°C hoger is dan de kamertemperatuur. ! De installateur is verantwoordelijk voor de correcte elektrische verbinding en het in acht nemen van de geldende veiligheidsnormen. Vóór het aansluiten moet u controleren dat: • het stopcontact geaard is en voldoet aan de geldende normen; • het stopcontact in staat is het maximale vermogen van het apparaat te verdragen, zoals aangegeven op het typeplaatje (zie onder ); • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje (zie onder); • het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het stopcontact te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. TYPEPLAATJE Afmetingen breedte 43,5 cm. hoogte 32 cm. diepte 41,5 cm. Inhoud liter 58 Elektrische aansluitingen spanning 230V/400V~ 3N 50/60Hz maximum vermogen 10800W Richtlijn 2002/40/CE op etiket van elektrische ovens. Norm EN 50304 ! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de snoer en het stopcontact makkelijk te bereiken zijn. ! De kabel mag niet worden gebogen of samengedrukt. ! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen (zie Service). ! De fabrikant kan niet verantwoordelijkheid worden gesteld als deze normen niet worden nageleefd. 4 ENERGY LABEL Energieverbruik convectie Natuurlijk – verwarmingsfunctie: Traditioneel; Energieverbruikverklaring Klasse convectie Hetelucht verwarmingsfunctie: Gebak. Dit apparaat voldoet aan de volgende EU Richtlijnen: 73/23/EEG van 19/02/73 (laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen; -89/336/EEG van 03/05/89 (elektromagnetische compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen - 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen - 2002/96/EC Beschrijving van het apparaat Algemeen aanzicht NL Bedieningspaneel GLIJDERS om roosters in te schuiven positie 5 positie 4 positie 3 positie 2 positie 1 Rooster GRILL Rooster LEKPLAAT Bedieningspaneel Knop KOOKPLATEN DUBBELE DIAMETER Controlelampje KOOKPLATEN Knop KOOKPLATEN Controlelampje DEURBLOKKERING Knop PROGRAMMA’S Knop KOOKPLATEN DUBBELE DIAMETER THERMOSTAATKNOP Knop KOOKPLATEN Controlelampje - VOORVERWARMING (knippert) - VOORTGANG PROGRAMMA (aan, knippert niet) - FOUTMELDING (knippert snel) 5 Starten en gebruik NL ! Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven minstens een uur leeg te laten functioneren, op maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u de oven hebt uitgedaan, opent u de ovendeur en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het verdampen van de middelen die worden gebruikt om de oven te beschermen. De oven starten 1. Door aan de knop PROGRAMMA’S te draaien kunt u het gewenste kookprogramma kiezen. 2. De oven begint voor te verwarmen, op het bedieningspaneel knippert het controlelampje VOORVERWARMING. 3. Kies de temperatuur door aan de knop THERMOSTAAT te draaien. Een lijst met kooktijden en aanbevolen kooktemperaturen kunt u terugvinden in de Kooktabel (zie Programma’s). 4. Een geluidssignaal en het aangaan van het controlelampje VOORTGANG PROGRAMMA op het bedieningspaneel geven aan dat de voorverwarming compleet is: zet de etenswaren in de oven. 5. Tijdens het koken kunt u nog altijd: - het kookprogramma veranderen met behulp van de knop PROGRAMMA’S; - de temperatuur veranderen met behulp van de knop THERMOSTAAT; - het koken onderbreken door de knop PROGRAMMA’S weer op stand “0” te zetten. 6. Wanneer de stroom uitvalt en de oventemperatuur niet te laag is geworden, gaat de oven automatisch terug naar het punt waar het koken is onderbroken. ! Bij het programma BARBECUE is geen voorverwarming voorzien. ! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u riskeert hiermee het email te beschadigen. ! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde roosters. 6 Ventilator Teneinde de hitte aan de buitenkant van de oven te beperken, zijn enkele modellen voorzien van een ventilator. Hierdoor ontstaat een luchtstroom die tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar buiten komt. Bij het programma GEBAK gaat de ventilator aan als de oven warm is. Aan het begin van de FAST CLEAN sessies functioneert de ventilator op lage snelheid. ! Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator draaien totdat de oven voldoende is afgekoeld. Ovenverlichting Deze gaat werken door de knop PROGRAMMA’S op te draaien. Ze blijft aan wanneer u een kookprogramma selecteert. Tijdens de twee FAST CLEAN programma’s gaat het licht echter automatisch uit. Programma’s Kookprogramma’s ! U kunt voor alle programma’s een temperatuur instellen tussen de 60°C en MAX, behalve voor: • BARBECUE (hierbij is het aanbevolen alleen MAX te gebruiken); • GRATINEREN (hierbij is het aanbevolen niet meer dan 200°C in te stellen). Programma TRADITIONELE OVEN Met deze traditionele kookwijze is het beter een enkel rooster te gebruiken: met meerdere roosters riskeert u een slechte temperatuursverspreiding. Programma MULTIKOKEN Aangezien de warmte in de hele oven constant is, zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze gekookt en gebakken worden. Hierbij is het mogelijk maximaal twee roosters tegelijk te gebruiken. Programma BARBECUE Het koken onder de grill is vooral aan te raden voor gerechten die een hoge en directe temperatuur aan de buitenkant nodig hebben. Kook met de ovendeur dicht. Programma GRATINEREN Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de grill gecombineerd met de circulatie van de lucht in de oven. Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht. Programma PIZZA OVEN Met deze combinatie wordt de oven snel warm dankzij het aanzienlijke vermogen dat vooral van onderaf komt. Indien u meerdere roosters gebruikt moet u de gerechten halverwege de kooktijd omwisselen. Programma FAST CLEAN NL Dit programma reinigt de oven volledig automatisch door middel van de pyrolyse (zie Onderhoud en verzorging). ! De programmacyclus is ingesteld op 90 minuten. Programma FAST CLEAN INTENSIEF Dit programma reinigt de oven volledig automatisch door middel van de pyrolyse (zie Onderhoud en verzorging). ! De programmacyclus is ingesteld op 120 minuten. Praktische kooktips ! Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit de roosterstanden 1 en 5: de hete lucht zou fijne gerechten kunnen verbranden. ! Bij de functies BARBECUE of GRATINEREN raden wij u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om eventueel vet of jus op te vangen. MULTIKOKEN • Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de gerechten die meer warmte nodig hebben op stand 2. • Plaats de lekplaat op de onderste stand en de grill op de hoogste. BARBECUE • Plaats de grill op stand 3 of 4, plaats de gerechten op het midden van de grill. • We raden u aan het energieniveau op de hoogste stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn werking wordt geregeld door een thermostaat. PIZZA OVEN • Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet hem op het bijgeleverde ovenrooster. Bij gebruik van de bakplaat duurt het langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante pizza. • Bij zeer gevulde pizza’s raden wij aan de mozzarella of andere kaas pas halverwege de kooktijd toe te voegen. Programma GEBAK OVEN Deze functie is aanbevolen voor het bakken van kwetsbare gerechten (vooral taarten die moeten rijzen) en kleine gerechten die u op 3 hoogtes tegelijkertijd wilt koken. 7 NL Kooktabel Programma's Gerechten Gewicht (kg) Roosterstanden Voorverwarmen Aangeraden Kooktijd temperatuur (minuten) (°C) standaard verschuifbare rails rails Traditionele oven Eend 1,5 2 1 ja 200-210 70-80 Kip 1,5 2 1 ja 200-210 60-70 Kalfs- of runderrollade 1 2 1 ja 200 70-75 Varkensrollade 1 2 1 ja 200-210 70-80 Koekjes (kruimeldeeg) - 2 1 ja 180 15-20 Vruchtentaart (harde bodem) 1 2 1 ja 180 30-35 2 en 4 1 en 3 ja 220-230 20-25 Pizza op 2 roosters Vruchtentaarten (harde/zachte bodem) op 2 roosters Cake op 2 roosters (op lekplaat) Gebakken kip + aardappels Multikoken 30-35 20-25 65-75 1 en 2/3 1 en 3 ja 200-210 2 1 ja 190-200 45-50 Makreel 1 1 of 2 1 ja 180 30-35 Lasagne 1 35-40 2 1 ja 190-200 Soesjes op 2 roosters 2 en 4 1 en 3 ja 190 20-25 Koekjes op 2 roosters 2 en 4 1 en 3 ja 190 10-20 Kaaskoekjes op 2 roosters 2 en 4 1 en 3 ja 210 20-25 Hartige taarten 1 en 3 1 en 3 ja 200 20-30 1 4 3 nee 100% 15-20 Tong en inktvis 0,7 4 3 nee 100% 10-15 Calamari- en garnalenspiesjes 0,7 4 3 nee 100% 8-10 Kabeljauwfilet 0,7 4 3 nee 100% 10-15 Gegrilde groenten 0,5 3 of 4 2 of 3 nee 100% 15-20 Kalfsbiefstuk 0,8 4 3 nee 100% 15-20 Worstjes 0,7 4 3 nee 100% 15-20 10-12 Hamburgers n.° 4 of 5 4 3 nee 100% Tosti (of geroosterd brood) n.° 4 of 6 4 3 nee 100% 3-5 1 - - nee 100% 70-80 Lam aan het spit (indien braadspit aanwezig) 1 - - nee 100% 70-80 1,5 2 2 nee 210 55-60 1 2 2 nee 200 30-35 Kip aan het spit (indien braadspit aanwezig) 1,5 - - nee 210 70-80 Eend aan het spit (indien braadspit aanwezig) 60-70 Inktvis 1,5 - - nee 210 Kalfs- of runderrollade 1 2 2 nee 210 60-75 Varkensrollade 1 2 2 nee 210 70-80 40-45 Lamsvlees 1 2 2 nee 210 Pizza 0,5 2 1 ja 220 15-20 Focaccia-brood 0,5 2 1 ja 200 20-25 Vruchtentaart (harde bodem) 0,5 2 of 3 1 of 2 ja 180 25-35 1 2 of 3 1 of 2 ja 180 40-50 Cakejes 0,7 2 of 3 1 of 2 ja 170-180 45-55 Kleine cakejes op 2 roosters 0,7 2 en 4 1 en 3 ja 180-190 20-25 Cake 0,6 1 of 2 ja 160-170 30-40 Soesjes op 3 roosters 0,7 2 of 3 1 en 3 en 5 1 en 3 en 5 2 1 en 3 en 5 2 1 en 2 en 4 ja 180-190 20-25 Vruchtentaart Gebak oven 180 170 1 Gegrilde kip Pizza oven ja ja 1+1 Kip aan het spit (indien braadspit aanwezig) Gratineren 1 en 3 1 en 3 Lamsvlees Makreel Barbecue 2 en 4 2 en 4 Koekjes op 3 roosters 0,7 Gevulde flensjes 0,8 Schuimgebak op 3 roosters 0,5 Kaaskoekjes 0,5 1 en 2 en 4 ja 180 20-25 1 ja 200 30-35 1 en 2 en 4 ja 90 180 1 ja 210 20-25 ! De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak aangepast worden. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingesteld en kan niet handmatig worden gewijzigd. 8 Kookplaat Type kookplaten Bij de oven hoort een kookplaat die samengesteld kan zijn uit twee verschillende verwarmingselementen: elektrische kookplaten van gietijzer (zie afbeelding 1) of glaskeramische kookplaten die zowel traditioneel kunnen zijn (zie afbeelding 2) als verlengbaar (zie afbeelding 3). afbeelding 1 A A A C A B afbeelding 3 afbeelding 2 A Aangeraden stroomsterktes voor verschillend gebruik: B NL Stroomsterkte Straalelement 0 Uit 1 Boter of chocolade smelten 2 en 3 Vloeistoffen opwarmen 4 Crèmes of sausen bereiden 5 Vlees stoven 6 Pasta of rijst koken 7 en 8 Vlees, vis, eieren op hoog vuur koken 9 Bakken A Beide kookgedeeltes aanzetten A C Aanzetten kookplaat glaskeramiek Traditioneel kookgedeelte De traditionele straalelementen (A) zijn gemaakt van cirkelvormige verwarmingselementen die pas zo’n tiental seconden na ontsteking rood worden. Ieder kookgedeelte heeft zijn eigen bedieningsknop waarmee u 9 verschillende temperaturen kunt kiezen, met een minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde van 9. Verlengbaar kookgedeelte De verlengbare straalelementen (B) herkent u aan het dubbele verwarmingsgedeelte. U kunt alleen het binnenste gedeelte aansteken of beide gedeelten. Door middel van de bedieningsknop kunt u kiezen tussen twee stroomsterktes; deze gaan beide van een minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde van 9: • door de knop met de klok mee te draaien van 1 naar 9 stelt u een lagere stroomsterkte in. • door de knop te draaien tot aan het einde (A), te herkennen aan een lichte klik, stelt u de maximum stroomsterkte in, die geregeld kan worden tussen 9 en 1 door de knop tegen de klok in te draaien. Om de minimum stroomsterkte weer in te stellen, moet u de knop weer op stand 0 terugbrengen. In het geval van dubbele kookgedeeltes, zal het eerste deel van de draaiing het kleinere (binnenste) kookgedeelte activeren. Om zowel het binnenste als het buitenste gedeelte te activeren moet u de knop tot aan het einde doordraaien (A) en een stroomsterkte kiezen tussen 9 en 1. Controlelampjes resterende warmte (slechts op enkele modellen aanwezig) De warmtecontrolelampjes (C) geven aan dat het betreffende kookgedeelte warmer is dan 60°C, ook nadat het verwarmingselement is uitgeschakeld. Praktische tips voor het gebruik van de glaskeramische kookplaat ! De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat vetvlekjes achter op het glas. Voordat u de kookplaat gebruikt, raden wij u aan de vlekken te verwijderen met een niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste uren van gebruik is het mogelijk dat u een rubbergeur ruikt, die echter snel wegtrekt. Teneinde optimale resultaten te bereiken van de kookplaat: • gebruik pannen met een platte bodem die perfect aansluiten op het verwarmgedeelte; • gebruik pannen die groot genoeg zijn om de kookplaat geheel te bedekken teneinde alle beschikbare hitte te benutten; • houdt de bodem van de pannen altijd schoon en droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit verlengt de levensduur van zowel de pannen als het kookgedeelte. • vermijdt dezelfde pannen te gebruiken die u ook op een gasfornuis heeft gebruikt: de warmteconcentratie van gasbranders kan de bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet goed meer aansluiten; • laat nooit een kookgedeelte aan staan zonder een pan erop. De verhitting, die snel het maximum niveau bereikt, zou de verwarmingselementen kunnen beschadigen. 9 Voorzorgsmaatregelen en advies NL ! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Algemene veiligheidsmaatregelen • • • Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of als het onweert. • Maak gebruik van de handgrepen aan de zijkant van de oven als u het apparaat moet verplaatsen. • Raak de oven niet blootsvoets of met natte handen of voeten aan. • Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag uitsluitend worden gebruikt door volwassenen en alleen volgens de instructies die beschreven staan in deze handleiding. • Gedurende het gebruik van de oven worden de verwarmingselementen en enkele delen van de ovendeur heet. Raak ze niet aan en houdt kinderen op afstand. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van de oven terechtkomen. • Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij. • Pak het handvat van de ovendeur alleen in het midden vast: aan de zijkant zou het heet kunnen zijn. • Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te zetten en eruit te halen. • Plaats geen aluminiumfolie op de bodem van de oven. • Plaats geen brandbaar materiaal in de oven: als de oven plotseling aan zou worden gezet, zou dit materiaal vlam kunnen vatten. • Controleer altijd dat de knoppen in de positie “l”/ “¡” staan als het fornuis niet gebruikt wordt. • Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer te trekken. • Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne 10 • • systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te voeren. Neem contact op met de Technische Dienst (zie Service). Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur. De glaskeramische kookplaat is bestand tegen mechanische stoten. Hij kan echter worden beschadigd (of barsten) als hij wordt geraakt door een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit gebeurt, moet u onmiddellijk het apparaat afsluiten van de elektrische stroom en contact opnemen met de Technische Dienst. Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat het wordt uitgeschakeld. Houdt voorwerpen die kunnen smelten op afstand van de kookplaat, zoals b.v. plastic, aluminium of suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of aluminium verpakkingen of folie: als u ze op het nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u een zware schade aanrichten. Afvalverwijdering • Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen, zodat het verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden. • De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging van Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool op het product van de “afvalcontainer met een kruis erdoor” herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden ingezameld. Consumenten moeten contact opnemen met de locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van vernietiging van hun oude apparaat. Energiebesparing en milieubesef • Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat uw elektriciteitscentrale minder wordt belast tijdens het ‘spitsuur’. • Houdt bij de functie GRILL altijd de ovendeur dicht: dit om betere resultaten te bereiken en voor een betere energiebesparing (circa 10%). • Houdt de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen. Onderhoud en verzorging De elektrische stroom afsluiten Vervangen van het lampje Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. Voor het vervangen van het ovenlampje: 1. Dient u het glazen lampenkapje los te halen met behulp van een schroevendraaier. 2. Schroef het lampje los en vervang het met eenzelfde soort lampje: sterkte 15W, fitting E 14. Breng het glazen plaatje weer aan en let erop dat de afdichting op zijn plaats zit (zie afb.). Schoonmaken van de oven • De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met een spons en een sopje worden afgenomen. Als de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Na het reinigen dient u alles goed af te spoelen en te drogen. Gebruik geen schuurmiddelen of bijtende producten. • De binnenkant van de oven kunt u het beste direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is. Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog met een zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen. • De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser). ! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. De ovendeur reinigen Reinig het glas van de ovendeur met producten en sponzen die niet schuren, en droog het af met een zachte doek. U kunt voor een grondige reiniging de ovendeur verwijderen: 1. open de deur volledig (zie afbeelding). 2. til de hendeltjes op die zich aan de scharnieren bevinden en draai ze (zie afb.); 3. pak de deur aan de zijkanten beet en sluit hem langzaam, maar niet helemaal. Trek dan de deur naar u toe en haal hem uit zijn voegen (zie afbeelding). Zet de deur weer op zijn plaats door deze handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren. Controleer de afdichtingen Controleer regelmatig de staat van de afdichting rondom de ovendeur. In het geval de afdichtingen beschadigd zijn, dient u zich tot de dichtstbijzijnde Technische Dienst te wenden (zie Service). Gebruik de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd. cavità lampadina guarnizione coperchio Automatische reiniging door middel van FAST CLEAN Tijdens de FAST CLEAN functie bereikt de binnenkant van de oven een temperatuur van 500°C en wordt de pyrolyse geactiveerd die nodig is voor het verbranden van voedselrestjes. Het vuil wordt letterlijk as. Gedurende de automatische reiniging kunnen de oppervlakken zeer heet worden: houdt kinderen op afstand. Door de ovendeur heen kunt u zien dat bepaalde deeltjes zullen oplichten: dit is een plotselinge verbranding, hetgeen een absoluut normaal verschijnsel is wat geen enkel gevaar met zich mee brengt. Voor het activeren van de FAST CLEAN programma’s: • verwijdert u met een natte spons het ergste vuil uit de oven. Gebruik geen schoonmaakmiddelen; • haal alle accessoires uit de oven; • laat geen keukendoeken of pannelappen op het handvat hangen. ! Het programma zal alleen van start gaan als de ovendeur gesloten is. Om FAST CLEAN NORMAAL te activeren (90min) moet u draaien. de knop PROGRAMMA’S op Om FAST CLEAN INTENSIEF te activeren (120 min) moet u de knop PROGRAMMA’S op draaien. ! Kies het intensieve programma alleen als de oven zeer vuil is. Veiligheidssystemen • de deur wordt automatisch geblokkeerd zodra de temperatuur erg hoog wordt; • als er iets onverwachts of vreemds gebeurt zal de verwarming worden onderbroken. Wat gebeurt er aan het einde van de automatische reiniging? Het controlelampje VOORTGANG PROGRAMMA gaat uit, maar het lampje DEURBLOKKERING blijft aan. De ovendeur kan pas worden geopend als de temperatuur tot een acceptabel niveau is gezakt en het controlelampje DEURBLOKKERING uitgaat. U zult nu wat wit poeder waarnemen op de bodem en op de wanden van de oven: verwijder dit als de oven is afgekoeld met een natte spons. Als u wilt profiteren van de overgebleven warmte van de oven om te gaan koken, kunt u het witte poeder rustig laten liggen: het levert geen enkel gevaar op voor de gerechten die u wilt gaan koken. 11 NL Service NL Dit dient u door te geven: • het model oven (Mod.) • het serienummer (S/N) Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat en/of op de verpakking. 12
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24

Whirlpool H 60 V P.1 IX /Y Gebruikershandleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Gebruikershandleiding