Documenttranscriptie
3-234-541-31 (1)
Integrated Remote
Commander
Gebruiksaanwijzing
NL
Bruksanvisning
SE
RM-VL700T
© 2001 by Sony Corporation
Kenmerken
Met de veelzijdige RM-VL700T afstandsbediening kunt u al uw audio/
video-apparatuur vanuit één punt bedienen; geen gedoe met voor elk
toestel een aparte afstandsbediening, allemaal anders en lastig uiteen
te houden. Hieronder de overwegende voordelen van deze universele
afstandsbediening.
Gereed voor de centrale bediening van Sony audio/videocomponenten
Deze afstandsbediening is reeds in de fabriek gereed gemaakt voor de
bediening van Sony apparatuur, dus na uitpakken hebt u onmiddellijk
een geïntegreerd regelcentrum voor al uw Sony audio/videocomponenten.
Bedieningssignalen voor andere merken ook al vooringesteld
Bij aflevering is de afstandsbediening geschikt voor alle grote merken,
ook andere dan Sony. U kunt de componenten op afstand bedienen
door type en codenummer van elke component in te stellen
(op blz. 8).
Aanleerfunctie voor het programmeren van nieuw vereiste
bedieningssignalen
NL
Met de aanleerfunctie kunt u de signalen die nog niet vast zijn
ingebouwd eenvoudig overnemen van elke andere afstandsbediening
(“Leer” dergelijke signalen aan deze Commander met behulp van de
afstandsbediening die bij niet-vooringestelde componenten is
geleverd.) (zie blz. 15).
Dit geldt ook voor de bediening van andere apparatuur dan audio/
video: verlichting, airconditioning enz. (maar alleen infrarode signalen
en niet altijd voor alle functies) (op blz. 23).
Veelzijdige extra toetsen voor nieuwe componenten
De componentkeuzetoetsen zijn omschakelbaar voor de bediening van
elke gewenste component. Dit komt goed van pas als u er van
bepaalde apparatuur twee of meer heeft (alleen indien er een
componentkeuzetoets vrij is) (zie blz. 27).
3NL
Inhoudsopgave
Voorbereidingen
Batterij-inleg ................................................................................................. 6
Wanneer de batterijen te vervangen ................................................................. 6
Plaats en functie van de bedieningsorganen ............................................... 7
Basisbediening
De code van vooringestelde A/V-componenten van een ander merk dan
Sony instellen — Componentcodes instellen ............................................ 8
Kiezen van de code voor een component ........................................................ 8
Controleren of het codenummer werkt ......................................................... 10
Opzoeken van een componentcode met de zoekfunctie ............................ 11
Op afstand bedienen van uw apparatuur ................................................... 12
Instellen van de geluidssterkte ....................................................................... 13
Opmerkingen over de afstandsbediening van componenten .................... 14
Signalen van een andere afstandsbediening programmeren
— Aanleerfunctie ..................................................................................... 15
Voor zorgvuldig aanleren van nieuwe functies ............................................ 18
Afstandsbedieningssignalen programmeren onder de
componentkeuzetoetsen ............................................................................... 19
Wijzigen of wissen van een aangeleerde functie .......................................... 21
Opmerkingen bij het programmeren van signalen voor een
airconditioning ............................................................................................... 23
Geavanceerde functies
Volumeregeling voor video-apparatuur aangesloten op een stereoinstallatie ................................................................................................. 24
Toevoegen van een extra functie aan de componentkeuzetoetsen ........... 26
Een gekozen component laten aanschakelen door gewoon op de
betreffende componentkeuzetoets te drukken (alleen voor Sony
componenten) ................................................................................................. 26
Toewijzen van andere apparatuur aan de componentkeuzetoetsen .......... 27
De instellingen van een componentkeuzetoets overnemen onder een
andere toets ..................................................................................................... 29
Andere nuttige functies
Blokkeren van de toetsen — Hold toetsbeveiliging .................................. 30
Alle instellingen wissen — De fabrieksinstellingen van de Commander
herstellen ................................................................................................. 31
4NL
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen ................................................................................ 32
Technische gegevens .................................................................................. 32
Verhelpen van storingen ............................................................................. 33
Aanhangsels
Overzicht van vooringestelde functies ....................................................... 35
TV-toestel ............................................................................................................ 35
VCR (Videorecorder) ........................................................................................ 36
CBL (kabel-TV ontvanger) ............................................................................... 36
SAT (satelliet-ontvanger) ................................................................................. 37
DVD (DVD-speler) ............................................................................................ 37
CD (compact disc speler) ................................................................................. 38
MD (minidisc-recorder) ................................................................................... 38
DAT (digitaal cassettedeck) ............................................................................. 38
DECK (deck) ...................................................................................................... 39
AMP (versterker) ............................................................................................... 39
Index ........................................................................................................... 40
5NL
Voorbereidingen
Batterij-inleg
Schuif het deksel van de
batterijhouder open en plaats twee
R6 (AA) batterijen (niet
meegeleverd). Zorg dat alle
batterijen met de + en – polen in
de juiste richting liggen, zoals
aangegeven met de + en – in het
batterijvak.
Wanneer de batterijen te
vervangen
Batterijen voor de
afstandsbediening (twee R6
(AA) batterijen)
In normale omstandigheden gaan
de batterijen zes maanden mee.
Als uw apparatuur niet meer zo
vlot op de afstandsbediening
reageert, kunnen de batterijen
bijna leeg zijn. Als u dit bemerkt,
dient u de batterijen door nieuwe
te vervangen.
Opmerking
Wacht niet meer dan een uur met het
vervangen van de batterijen, anders
kunnen de vastgelegde codenummers
(op blz. 8) en de aangeleerde functies
(op blz. 15) uit het geheugen
verdwijnen.
Omtrent de batterijen
Plaats de batterijen met de
negatieve onderkant eerst in de
geleideklem van elk batterijvakje,
zoals hierboven aangegeven.
6NL
• Gebruik geen oude batterijen samen
met nieuwe en gebruik ook geen
batterijen van verschillende types
samen.
• Mocht de elektrolyt uit een batterij
lekken, veeg de vervuilde delen van
het batterijvak dan grondig schoon
met een doekje en vervang de oude
batterijen door nieuwe. Om
batterijlekkage te voorkomen, kunt u
beter de batterijen uit de
afstandsbediening verwijderen
wanneer u denkt het apparaat
geruime tijd niet te gebruiken.
Plaats en functie van de bedieningsorganen
1 SET (instel) indicator
2 SET (instel) toets
3 Componentkeuzetoetsen
Branden of knipperen tijdens
de werking.
4 t toets
5 / toets
6 Cijfertoetsen
7 - (1-) toets
8 Spelerbedieningstoetsen of
Fastext toetsen
9 Cursorbedieningstoetsen
0 MENU toets
qa 2 +/– toetsen*
qs % toets*
qd 1 toets
qf GUIDE toets
qg a toets
qh ENT (ingaan) (2-) toets
qj OK toets
qk PROGR +/– toetsen
ql toets
* Betreffende de 2 +/– volumetoetsen en de % dempingtoets
Na het kiezen van een video-component kunt u met de afstandsbediening het TVgeluid instellen of desgewenst afzetten. Na het kiezen van een audio-component
kunt u met de afstandsbediening de geluidsweergave via de versterker instellen of
desgewenst afzetten. U kunt deze instellingen ook wijzigen (op blz. 24).
Opmerking
De functies van de bedieningstoetsen kunnen veranderen, afhankelijk van de
gekozen instellingen/bedieningsfuncties e.d. Zie het “Overzicht van vooringestelde
functies” (op blz. 35) voor de functies van de diverse toetsen voor de afzonderlijke
componenten.
7NL
Basisbediening
De code van
vooringestelde A/Vcomponenten van
een ander merk dan
Sony instellen
— Componentcodes
instellen
De afstandsbediening is in de
fabriek gereed gemaakt voor de
bediening van Sony audio/videoapparatuur (zie de onderstaande
tabel). Als u de afstandsbediening
wilt gebruiken voor deze Sony
componenten, kunt u de hierna
volgende paragrafen overslaan.
U kunt de Commander ook
gebruiken met vooringestelde AVcomponenten van andere merken.
Voor gebruik met andere AVcomponenten of Sonycomponenten die niet met de
Commander werken, moet u de
onderstaande procedures volgen
om de juiste codes in te stellen
voor elke component.
Componentkeuzetoets
TV
VCR
CBL/SAT
DVD
AMP
Voor de
bediening van
TV-toestel
TV/
videorecorder
combinatie
Videorecorder
Satellietontvanger
DVD
videodiscspeler
Versterker
Fabrieksinstelling
Sony TVtoestel
Sony VHS
videorecorder
Sony satellietontvanger
Sony DVDspeler
Kiezen van de code voor
een component
2
3
4
5
Voorbeeld: voor bediening van
een Philips TV-toestel
1 Zie de tabellen in de
bijgeleverde lijst met
“Componentcodenummers” om de
juiste driecijferige code
voor het te bedienen
apparaat te vinden.
Als er meer dan één
codenummer vermeld staat,
kiest u het eerste daarvan.
Om de afstandsbediening
bijvoorbeeld in te stellen op
bediening van een Philips TV
kiest u codenummer 011.
2 Druk op de SET (instel)
toets.
Sony
versterker
Opmerking
Een CD-speler, een MD-speler en
cassettedeck kan onder elk van de
bovenstaande componentkeuzetoetsen
worden opgeslagen. U kunt
componentkeuzetoetsen naar wens
toekennen aan bepaalde componenten.
Voor meer informatie, zie “Andere
componenten toekennen aan de
componentkeuzetoetsen” (op blz. 27).
Zie het “Overzicht van vooringestelde
functies” (op blz. 35) voor de functies
van de diverse toetsen voor de
afzonderlijke componenten.
8NL
Alle componentkeuzetoetsen
gaan knipperen.
3 Druk op de componentkeuzetoets voor het
gewenste type apparaat.
De toets voor het gekozen
apparaat licht op en de
verlichting van alle andere
toetsen dooft.
4 Druk op de cijfertoetsen om
het driecijferige
componentcodenummer in
te voeren.
Opmerkingen
• Als u een codenummer invoert dat
niet voorkomt in de bijgeleverde lijst
met “Componentcodenummers”, of
als u de toetsen in de verkeerde
volgorde indrukt, dan knippert de
componentkeuzetoets vijfmaal en
dooft daarna. Controleer dan het
componentcodenummer en probeer
de instelling opnieuw.
• Als het invoeren wordt onderbroken
en er verstrijken meer dan 20
seconden tussen twee stappen, dan
vervalt de instelprocedure. Begint u
dan overnieuw vanaf stap 2.
• Als u op de SET (instel) toets drukt
tijdens het instellen van de
componentcode, dan worden alle
codenummers gewist en vervalt de
instelprocedure. Begint u dan
overnieuw vanaf stap 2.
Om de instelling te annuleren,
drukt u op de SET (instel) toets.
5 Druk op de ENT
invoertoets.
De componentkeuzetoets dooft
nu definitief.
Als de componentkeuzetoets
vijfmaal knippert voordat deze
dooft, geeft dit aan dat de
instelling incompleet is. Begin
dan opnieuw vanaf stap 2.
wordt vervolgd
9NL
De code van vooringestelde A/Vcomponenten van een ander
merk dan Sony instellen —
Componentcodes instellen
(vervolg)
Controleren of het
codenummer werkt
1 Schakel het te bedienen
apparaat in met de aan/uitschakelaar op het apparaat
zelf.
2 Druk op de componentkeuzetoets voor het
apparaat dat u hebt
ingesteld.
De componentkeuzetoets licht
op wanneer u er op drukt, en
dooft wanneer u de toets
loslaat.
3 Richt de afstandsbediening
op het voorpaneel van het
apparaat en druk op de 1
aan/uit-toets.
De componentkeuzetoets licht
op wanneer u op een
functietoets drukt, en dooft
wanneer u de toets loslaat.
Nu hoort het apparaat te
worden uitgeschakeld.
4 Als het tot zover goed
verloopt, kunt u
controleren of de andere
functies van het apparaat
ook goed reageren op de
afstandsbediening, zoals de
zenderkeuze en de
volumeregeling.
Zie voor nadere
bijzonderheden blz. 12.
10NL
Als de afstandsbediening niet
goed lijkt te werken...
Probeer of het beter lukt na instellen
van een andere code uit de tabel voor
dezelfde component of probeer het
codenummer te vinden met de
zoekfunctie (op blz. 11).
Betreffende de 2 +/–
volumetoetsen en de %
dempingtoets
Bij de bediening van een videocomponent licht de TV toets op
om aan te geven dat u met de
afstandsbediening de
geluidssterkte van het TV-toestel
regelt of het TV-geluid dempt.
Bij de bediening van een audiocomponent licht de AMP toets op
om aan te geven dat u met de
afstandsbediening de
geluidssterkte van de versterker
regelt of de geluidsweergave
dempt.
Het is aanbevolen eerst de TV en
AMP codes voor het TV-toestel,
resp. de versterker in te stellen
alvorens u dit voor de andere
componenten doet.
Toetsen waarvoor al een
afstandsbedieningssignaal is
“aangeleerd”
Als er voor een bepaalde toets al
eerder een signaal is
geprogrammeerd met de
aanleerfunctie (op blz. 15), zal de
“aangeleerde” functie blijven
werken, ook al stelt u een ander
componentcodenummer in. Voor
gebruik als een vaste componentbedieningstoets zult u dan eerst de
“aangeleerde” functie moeten
wissen (op blz. 21).
Opzoeken van een
componentcode met
de zoekfunctie
U kunt een beschikbaar
codenummer opzoeken voor een
component die er nog geen heeft,
in de bijgeleverde lijst met
“Componentcodenummers”.
Alvorens de zoekfunctie in te
schakelen
Zet de componenten in de
volgende stand om de zoekfunctie
naar behoren te laten werken.
TV-toestel: ingeschakeld
Videorecorder, satelliet-ontvanger,
kabel-TV ontvanger, DVD-speler,
versterker: uitgeschakeld
CD-speler*, MD-speler*,
cassettedeck*: schakelt aan met
weergavebron (disc, cassette, enz.)
* Indien sommige van deze
componenten zijn toegekend aan
bepaalde componentkeuzetoetsen
(op blz. 27), kunt u een
componentcode instellen met de
zoekfunctie.
1
3
2
1 Druk op de SET (instel)
toets.
Alle componentkeuzetoetsen
gaan knipperen.
2 Druk op de componentkeuzetoets voor het
gewenste type apparaat.
De toets voor het gekozen
apparaat licht op en de
verlichting van alle andere
toetsen dooft.
3 Druk de PROGR + of de
PROGR – toets en de 1
aan/uit-toets om beurten in
totdat de component naar
behoren reageert, als volgt.
TV : Uitschakelend
Videorecorder, satellietontvanger, kabel-TV ontvanger,
DVD-speler of versterker :
Inschakelend
CD-speler, MD-speler,
cassettedeck: speelt
4
3
Druk op de PROGR + toets om
door te gaan naar het volgende
codenummer.
Druk op de PROGR – toets om
terug te gaan naar het vorige
codenummer.
De componentkeuzetoets
knippert driemaal nadat de
cijfers een gehele cyclus
doorlopen hebben.
wordt vervolgd
11NL
Opzoeken van een
componentcode met de
zoekfunctie (vervolg)
4 Druk op de ENT
invoertoets.
Op afstand bedienen
van uw apparatuur
Om een apparaat van een ander
merk dan Sony te bedienen, zult u
eerst de betreffende componentcode moeten instellen (op blz. 8)
1
De componentkeuzetoets
dooft.
Wanneer de componentkeuzetoets
vijfmaal knippert en vervolgens
dooft, betekent dit dat de
instelling niet is voltooid. Begin
opnieuw vanaf stap 1.
2
5 Controleer of het
codenummer werkt,
volgens de aanwijzingen op
blz. 10.
Opmerkingen
• Wanneer u tussen elke stap niet
binnen de 20 seconden iets invoert in
de Commander, wordt de
instelprocedure geannuleerd. Om de
code in te stellen, moet u dan
opnieuw beginnen.
• Wanneer u tijdens het instellen van
de componentcode op een andere
toets dan PROGR +/– en 1 drukt,
worden alle codenummers gewist en
wordt de instelprocedure
geannuleerd. Begin dan opnieuw.
Om de instelling te annuleren,
drukt u op de SET (instel) toets.
12NL
Voorbeeld: een videorecorder
bedienen
1 Druk op de betreffende
componentkeuzetoets.
De componentkeuzetoets licht
op wanneer u er op drukt, en
dooft wanneer u de toets
loslaat.
2 Druk op de gewenste
afspeelfunctietoets.
Zie het “Overzicht van
vooringestelde functies” (op
blz. 35) voor de functies van de
diverse toetsen voor de
afzonderlijke componenten.
Opmerking
De afstandsbedieningssignalen kunnen
voor bepaalde componenten en
functies wel eens ietwat afwijken. Dan
kunt u het juiste bedieningssignaal
beter zelf programmeren met de
aanleerfunctie (zie blz. 15). Het is echter
alleen mogelijk functies te
programmeren die net als deze
afstandsbediening werken met
infrarode stralen.
Instellen van de
geluidssterkte
Druk op de 2 +/– volumetoetsen
om de geluidssterkte te regelen en
op de % dempingstoets om het
geluid te dempen. Als u instelt op
een video-component kunt u met
de afstandsbediening het TVgeluid instellen of afzetten, en als
u kiest voor een audio-component
kunt u met de afstandsbediening
de geluidsweergave via de
versterker instellen of afzetten. U
kunt deze instellingen ook
wijzigen (op blz. 24).
Opmerkingen
• Wanneer u de leerfunctie (op blz. 15)
hebt gebruikt om de 2 +/– of %
toetsen zo te programmeren dat ze
een signaal naar een andere
component sturen, wordt dat signaal
verstuurd in plaats dat het volume
van de TV of versterker wordt
geregeld of het geluid onderdrukt
wanneer u die component kiest.
• Wanneer u de leerfunctie (op blz. 15)
hebt gebruikt om de 2 +/– of %
toetsen voor de TV of AMP zo te
programmeren dat ze een signaal
naar een andere component sturen,
wordt dat signaal alleen verstuurd
wanneer u TV of AMP kiest. Wanneer
u een andere component kiest,
worden de volumeregelsignalen voor
TV of AMP verstuurd.
• Als u aan de TV of de AMP toets een
andere component hebt toegewezen
(op blz. 27), dan zult u de
geluidssterkte van de TV of de
versterker niet kunnen regelen, ook
niet wanneer u instelt op een andere
component.
wordt vervolgd
13NL
Op afstand bedienen van uw
apparatuur (vervolg)
Opmerkingen over de
afstandsbediening van
componenten
Kiezen van het ingangssignaal
voor een TV-toestel
Telkens wanneer u op de t toets
drukt, verspringt de
ingangskeuze. Direct kiezen kan
ook door op één van de volgende
cijfertoetsen te drukken en
tegelijkertijd t ingedrukt te
houden wanneer er meer dan
twee videorecorders zijn
aangesloten.
“t” + “0” : TV-afstemming
“t” + “1” : VIDEO1
“t” + “2” : VIDEO2
“t” + “3” : VIDEO3
“t” + “4” : VIDEO4
“t” + “5” : VIDEO5
“t” + “6” : VIDEO6
Als de bovenstaande combinaties
echter niet werken, kunt u de
betreffende signalen in de
afstandsbediening overnemen van
de TV-afstandsbediening met de
aanleerfunctie (op blz. 15).
14NL
Kiezen van het ingangssignaal
voor een videorecorder
(alleen voor een Sony
videorecorder)
Telkens wanneer u op de a toets
drukt, verspringt de
ingangskeuze. Direct kiezen kan
ook door één van de volgende
cijfertoetsen in te drukken terwijl
u a ingedrukt houdt.
“a” + “0” : TV-afstemming
“a” + “1” : LINE1
“a” + “2” : LINE2
“a” + “3” : LINE3
“a” + “4” : LINE4
“a” + “5” : DVD
Voor een Sony videorecorder zijn
de bovenstaande functies vast
ingesteld. Voor een ander merk
kunt u deze functies, waarvoor
twee toetsen nodig zijn,
overnemen van de andere
afstandsbediening met de
aanleerfunctie (zie blz. 15).
Signalen van een
andere
afstandsbediening
programmeren —
Aanleerfunctie
Om componenten of functies te
bedienen die niet werken ook al
werd een componentcodenummer
ingesteld, maakt u gebruik van de
leerprocedure om de
programmeerbare toetsen of de
Commander de functies van een
andere afstandsbediening aan te
“leren”. U kunt deze
aanleerfunctie bijvoorbeeld ook
gebruiken om de functie van
afzonderlijke toetsen te wijzigen
na instellen van een componentcodenummer (op blz. 8).
Het is aanbevolen om de
“aangeleerde” toets te noteren bij
wijze van geheugensteuntje. (U
kunt notities maken op de
achterkant van de meegeleverde
“Componentcodenummers”.)
Voorbeeld: het N (weergave)
signaal van uw videorecorder
programmeren onder de VCR
N (weergave) toets van de
Commander
1 Leg de RM-VL700T recht
tegenover de
afstandsbediening van het
apparaat dat u wilt
bedienen.
Afstandsbediening
van uw component
ongeveer
5 - 10 cm
tussenruimte
RM-VL700T
2 Druk op de SET (instel)
toets en houd deze langer
dan 3 seconden ingedrukt.
Opmerkingen
• Er kunnen wel eens signalen zijn die
de afstandsbediening niet kan
overnemen of “aanleren”.
• U kunt ook een monitor gebruiken
voor computerweergave (ook met
ingebouwde tuner) wanneer de
Commander is “geleerd”.
Het SET (instel)
indicatorlampje licht op en alle
component-keuzetoetsen gaan
knipperen.
2,7
4
3
4
wordt vervolgd
15NL
Signalen van een andere
afstandsbediening
programmeren — Aanleerfunctie
(vervolg)
4 Druk op de toets van de
andere afstandsbediening
die als “leraar” dient.
3 Druk op de componentkeuzetoets voor het
apparaat waarvan u een
functie wilt overnemen of
“aanleren”.
Het SET (instel)
indicatorlampje en de gekozen
componentkeuzetoets lichten
op en de verlichting van alle
andere toetsen dooft.
SET (instel) indicatorlampje en
de gekozen componentkeuzetoets gaan knipperen (in
de paraatstand voor de
aanleerfunctie).
Als er al een ander signaal is
“aangeleerd” door die
componentkeuzetoets
De SET (instel) indicator
knippert tweemaal en de
Commander reageert niet
nadat de componentkeuzetoets
in stap 3 werd ingedrukt.
U kunt de functie dan alleen
“aanleren” onder een andere
beschikbare toets, of anders de
eerder “aangeleerde” functie
wissen (op blz. 21) en opnieuw
beginnen.
16NL
5 Houd de toets op de andere
afstandsbediening
ingedrukt totdat zowel het
SET (instel) indicatorlampje
als de componentkeuzetoets opnieuw
oplichten.
Tijdens de gegevensoverdracht
blijft alleen het SET (instel)
indicatorlampje branden en
dooft de componentkeuzetoets.
Nadat de gegevensoverdracht
voltooid is, keert de
afstandsbediening terug naar
de toestand van stap 3.
7 Druk op de SET (instel)
toets om de instelprocedure
af te sluiten.
Opmerkingen
• Als het invoeren wordt onderbroken
en er verstrijken meer dan 20
seconden tussen twee stappen, dan
vervalt de instelprocedure.
• Indien stap 5 niet volgt binnen de 10
seconden nadat u stap 4 hebt verricht,
keert de leerprocedure terug naar
stap 3. Herhaal stap 4.
Om de instelling te annuleren,
drukt u op de SET (instel) toets.
Als de afstandsbediening niet
goed lijkt te werken
afstandsbediening
van de
component
Als de apparatuur niet goed reageert
op de “aangeleerde” toets, “leer” dan
opnieuw “aan”. (Als bijvoorbeeld de
geluidssterkte plotseling veel luider
wordt na slechts eenmaal kort
indrukken van de 2 + volumetoets,
dan kan het aanleren zijn verstoord
door ruis of andere externe effecten.)
Als u een componentcode voor
een toets instelt na het
“aanleren” van een nieuw
bedieningssignaal
tijdens gegevens- gegevensoveroverdracht
dracht voltooid
Als de SET (instel) indicator
vijfmaal knippert
Dit betekent dat het “leren” niet is
voltooid. Herhaal stap 4 en 5.
6 Herhaal de stappen 4 en 5
als u nog andere toetsen
nieuwe functies wilt
“aanleren”.
Als u voor een toets een nieuwe
bedieningsfunctie hebt
geprogrammeerd met de
aanleerfunctie, zal de toets die functie
behouden, ook al kiest u een nieuwe
componentcode voor die toets.
Overnemen van het REC z
opnamesignaal voor een
opname-apparaat
U kunt slechts voor een enkele toets
tegelijk een functie “aanleren”. Daarom
is het niet mogelijk een twee-toets
combinatie (zoals bijvoorbeeld REC z
+ B) over te nemen onder een enkele
toets van deze afstandsbediening.
“Leer” in dit geval de functies van elke
toets op uw component aan de
Commander.
“Aanleren” van een signaal
van een andere
afstandsbediening
Leg de beide
afstandsbedieningseenheden
tegenover elkaar zoals in stap 1 op
blz. 15, druk op de gewenste
componentkeuzetoets en volg de
aanwijzingen 4 en 5 voor het
aanleren van de bedieningsfunctie.
wordt vervolgd
17NL
Signalen van een andere
afstandsbediening
programmeren — Aanleerfunctie
(vervolg)
Wanneer u signalen “leert” aan
2 +/– of %
•Wanneer u de leerfunctie hebt
gebruikt om de 2 +/– of %
toetsen zo te programmeren dat
ze een signaal sturen naar andere
componenten dan de TV of AMP,
wordt dat signaal alleen
verstuurd door op % te drukken
terwijl u die component kiest.
•Wanneer u de leerfunctie hebt
gebruikt om de 2 +/– of %
toetsen zo te programmeren dat
ze een signaal sturen naar de TV
of AMP, wordt dat signaal alleen
verstuurd nadat u TV of AMP
hebt gekozen. Wanneer u andere
componenten kiest, worden de
“geleerde” signalen verstuurd.
Voor “aanleren” van
bedieningssignalen voor een
airconditioning
Zie “Opmerkingen bij het
programmeren van de signalen
voor een airconditioning” op
blz. 23.
Voor zorgvuldig aanleren
van nieuwe functies
•Zorg dat de
afstandsbedieningseenheden
tijdens het aanleren niet
bewegen.
•Blijf voor het “aanleren” de toets
van de andere afstandsbediening
ingedrukt houden tot u een
pieptoon hoort.
•Zorg dat beide
afstandsbedieningseenheden zijn
voorzien van verse batterijen.
•Verricht het overnemen niet in
de volle zon en niet onder felle
tl-buizen of andere
fluorescerende lampen. (Tijdens
de leerprocedure kan er ruis
optreden.)
•De plaats waar het signaal uit de
afstandsbediening komt kan wel
eens verschillen. Als het aanleren
niet lukt, verschuif dan de beide
afstandsbedieningseenheden
tegenover elkaar ietwat en
probeer het opnieuw.
•Wanneer u deze
afstandsbediening signalen
aanleert van een
afstandsbediening met
interactief
signaaluitwisselsysteem
(meegeleverd met sommige
Sony versterkers), kan het
responssignaal van het
hoofdapparaat het aanleren van
de signalen hinderen. In dat
geval moet u naar een plaats
gaan waar de signalen het
hoofdapparaat niet kunnen
bereiken (bijv. een andere
kamer).
BELANGRIJK
Hou de Commander buiten het
bereik van kleine kinderen en
huisdieren, en vergrendel de
bedieningselementen met de
Hold functie (op blz. 30).
Bepaalde elektrische
apparatuur zoals voor
airconditioning, verwarming of
het openen en sluiten van
gordijnen of rolluiken kan
gevaarlijk zijn wanneer er per
ongeluk op een toets van de
afstandsbediening wordt
gedrukt.
18NL
Afstandsbedieningssignalen
programmeren onder de
componentkeuzetoetsen
U kunt een bedieningsprocedure
“leren” aan een
componentkeuzetoets, zodat de
handeling automatisch wordt
verricht wanneer u op de
componentkeuzetoets drukt.
Indien bijvoorbeeld de ingang van
een versterker moet worden
omgeschakeld naar DVD wanneer
u gebruik maakt van een DVDspeler, “leert” u een
ingangskeuzesignaal aan de DVD
toets. Na het “leren” wordt de
ingang van de versterker
automatisch omgeschakeld naar
DVD door gewoon op DVD te
drukken. (Hiervoor moet de
versterker eerst aan zijn
geschakeld.)
Voorbeeld: het DVD
ingangsafstandsbedieningssignaal
van uw versterker “leren” aan
de DVD toets van de
Commander
1 Volg stap 1 tot 2 (op blz.
15).
2 Hou de
componentkeuzetoets langer
dan 3 seconden ingedrukt
voor de componenten
waarvan de signalen moeten
worden “aangeleerd”.
SET (instel) en alle andere
componentkeuzetoetsen
lichten op.
De SET (instel) indicator en de
gekozen componentkeuzetoets
knipperen (leerfunctie in
wacht).
Indien er al een ander
signaal aan deze toets werd
“geleerd”
De SET (instel) indicator knippert
tweemaal en de Commander
reageert niet nadat SET (instel)
ingedrukt werd gehouden in step 2.
“Leer” het signaal aan een andere
vrije toets of wis de bestaande
“geleerde” functie (op blz. 21) en
begin opnieuw.
wordt vervolgd
19NL
Signalen van een andere
afstandsbediening
programmeren — Aanleerfunctie
(vervolg)
3 Hou de toets op de andere
afstandsbediening
ingedrukt tot de SET
(instel) indicator oplicht en
alle
componentkeuzetoetsen
opnieuw knipperen.
Tijdens de gegevensoverdracht
blijft alleen de SET (instel)
indicator branden en dooft de
componentkeuzetoets.
Als de SET (instel) indicator
indicator vijfmaal knippert
Dit betekent dat het “leren” niet is
voltooid. Herhaal stap 2 en 3.
4 Herhaal stap 2 en 3 om
afstandsbedieningssignalen
aan andere toetsen te
“leren”.
5 Druk op SET (instel) om het
“leren” te beëindigen.
20NL
Opmerkingen
• Indien u tijdens het leerproces
niet binnen de 20 seconden een
volgende stap doet, stopt de
leerfunctie.
• Indien u stap 3 niet binnen de 10
seconden na stap 2 verricht, keert
de leerprocedure terug naar stap
1. Herhaal de procedure vanaf
stap 2 terwijl de
componentkeuzetoets brandt.
Druk op SET (instel) om het
“leerproces” te annuleren.
Wijzigen of wissen van een
“aangeleerde” functie
Om een “aangeleerde” functie
door een andere te vervangen, zult
u die functie eerst moeten wissen,
om dan een nieuwe functie over te
nemen.
Voorbeeld: Wissen van de
“aangeleerde” functie voor
cijfertoets 1 voor de VCR
videorecorderstand
1 Druk op de SET (instel)
toets toets en houd deze
langer dan 3 seconden
ingedrukt.
Wissen van een “aangeleerde”
functie van een enkele toets
1,3
Het SET (instel)
indicatorlampje licht op en alle
componentkeuzetoetsen gaan
knipperen.
2 Houd de betreffende
2
componentkeuzetoets
ingedrukt en druk daarbij
op de toets waarvan u de
functie wilt wissen.
+
Het SET (instel)
indicatorlampje dooft en de
gekozen componentkeuzetoets
licht op.
tijdens het wissen gegevens
van gegevens
volledig gewist
Opmerking
Druk op de toets die u wilt wissen
terwijl u de componentkeuzetoets
ingedrukt houdt. Als u de
componentkeuzetoets loslaat,
schakelt de afstandsbediening over
naar de aanleerfunctie.
3 Druk op de SET (instel)
toets om de instelprocedure
af te sluiten.
Druk op SET (instel) om het
wissen te annuleren.
wordt vervolgd
21NL
Signalen van een andere
afstandsbediening
programmeren — Aanleerfunctie
(vervolg)
Alle functiesignalen wissen die
aan een bepaalde
componentkeuzetoes zijn
“geleerd”
Een geleerde functie van de
componentkeuzetoets TV, VCR,
CBL/SAT, DVD of AMP wissen
Voorbeeld: Wissen van alle
“aangeleerde” functies voor de
VCR componentkeuzetoets
Voorbeeld: de functie wissen die
door de TV toets is “geleerd”
Hou SET (instel) minstens 3
seconden ingedrukt en hou
tegelijkertijd de
componentkeuzetoets waarvan
u de functie wilt wissen enige
tijd ingedrukt.
1 Druk op de SET (instel)
toets en houd deze langer
dan 3 seconden ingedrukt.
Het SET (instel)
indicatorlampje licht op en alle
componentkeuzetoetsen gaan
knipperen.
x
2 Druk op de
Het SET (instel)
indicatorlampje dooft en de
gekozen componentkeuzetoets
licht op.
componentkeuzetoets die u
wilt wissen terwijl u x
ingedrukt houdt.
Het SET (instel)
indicatorlampje dooft en de
gekozen componentkeuzetoets
licht op.
tijdens het wissen gegevens
van gegevens
volledig gewist
Opmerking
Via deze procedure kunt u alleen de
“aangeleerde” functies van alle
toetsen voor een bepaalde
component.
3 Druk op de SET (instel)
toets om de instelprocedure
af te sluiten.
22
NL
Druk op SET (instel) om het
wissen te annuleren.
Opmerkingen bij het
programmeren van
signalen voor een
airconditioning
Seizoensinstellingen
Wanneer u de airconditioning
instelt voor het seizoen, moet u de
afstandsbedieningssignalen voor
de nieuwe instellingen op de
Commander programmeren.
Indien de aan/uit-functie niet
correct functioneert
Wanneer de airconditioning via de
Commander alleen “AAN” kan
worden geschakeld met de ene
toets en “UIT” met een andere
toets, terwijl de “AAN/UIT”
functie kan worden bediend met
één enkele toets op de
afstandsbediening van de
airconditioning, kunt u het signaal
als volgt programmeren onder
twee toetsen van de Commander.
1 Wis het “geleerde” aan-/
uitschakelsignaal onder de
geprogrammeerde toets van de
Commander.
2 Herprogrammeer alleen het
aanschakelsignaal van de
airconditioning onder de toets
op de Commander.
3 Programmeer het
uitschakelsignaal van de
airconditioning onder een
andere toets op de Commander.
De twee toetsen op de
Commander zijn geprogrammeerd
met het aan- en uitschakelsignaal
van de airconditioning, zodat u
deze kunt bedienen via de
Commander.
23NL
Geavanceerde functies
Volumeregeling voor
video-apparatuur
aangesloten op een
stereo-installatie
De afstandsbediening is in de
fabriek vooringesteld volgens het
principe, dat u het geluid van uw
video-apparatuur hoort via de
luidsprekers van uw TV-toestel, en
de geluidsweergave van alle
stereo-apparatuur via de
luidsprekers aangesloten op uw
versterker.
Om bijvoorbeeld de geluidssterkte
bij video-weergave (met VCR
bediening) in te stellen, hoeft u
niet op de TV toets te drukken,
maar dienen de volumetoetsen
automatisch al voor het TV-geluid.
Als uw video-apparatuur echter is
aangesloten op een stereoinstallatie, zult u waarschijnlijk
ook het geluid van uw TV en uw
videorecorder willen horen via de
luidsprekers aangesloten op uw
versterker, in plaats van alleen via
de TV-luidsprekers. In dat geval
dient u de fabrieksinstelling om te
schakelen, zodat u de
geluidssterkte van uw videoapparatuur kunt regelen zonder
eerst de afstandsbediening te
hoeven omschakelen naar de
versterker.
Wijzigen van de
fabrieksinstelling voor de
volumeregeling
1
De volgende tabel toont de
fabrieksinstellingen voor de
volumeregeling bij de
verschillende componenten.
Componentkeuzetoets
TV
VCR
CBL/SAT
DVD
AMP
Regelt de geluidssterkte
van de
TV
TV
TV
TV
versterker
2
24NL
1 Druk op de SET (instel)
toets.
Alle componentkeuzetoetsen
gaan knipperen.
2 Houd de %
geluiddempingstoets
ingedrukt en druk daarbij
de 2 + of 2 –
volumetoets in.
Alleen de volumeregelaars
van de audio-componenten
overzetten naar AMP
Druk op de 2 – volumetoets
terwijl u de %
geluiddempingstoets ingedrukt
houdt.
Wanneer u deze toetsen
indrukt, licht alleen AMP op en
dooft vervolgens wanneer u ze
loslaat.
Wanneer u op 2 – drukt
terwijl u % ingedrukt houdt
Alle volumeregelaars
overzetten naar AMP
Druk op de 2 + volumetoets
terwijl u de %
geluiddempingstoets ingedrukt
houdt.
Alle componentkeuzetoetsen
lichten op wanneer u deze
toetsen indrukt en doven
wanneer u ze loslaat.
Wanneer u op 2 + drukt
terwijl u % ingedrukt houdt.
De toetsen schakelen uit
wanneer u ze loslaat.
De volumeregeling is ingesteld.
Videocomponenten zijn:
TV, videorecorder, analoge
kabeldecoder, analoge
satellietdecoder, digitale
satellietdecoder, DVD-speler
Audiocomponenten zijn:
CD-speler, MD-speler,
cassettedeck, versterker
De toetsen schakelen uit
wanneer u ze loslaat.
De volumeregeling is ingesteld.
Druk op SET (instel) om het
instellen te annuleren.
Opmerking
Wanneer u de leerfunctie hebt gebruikt
om de 2 +/– of % toetsen zo te
programmeren dat er een signaal naar
een component wordt gestuurd,
verandert de bovenstaande procedure
de functie van de 2 +/– en % toetsen
niet.
25NL
Toevoegen van een
extra functie aan de
componentkeuzetoetsen
Een gekozen component
laten aanschakelen door
gewoon op de betreffende
componentkeuzetoets te
drukken (alleen voor Sony
componenten)
Bij gebruik van Sony
componenten kunt u de
inschakelcode voor elk apparaat
programmeren onder een
componentkeuzetoets. Zo kunt u
met één druk op de componentkeuzetoets een bepaald apparaat
inschakelen en tegelijk instellen op
de bediening ervan.
2 Houd de 1 toets ingedrukt
en druk daarbij de
gewenste componentkeuzetoets in.
Bij de eerste druk op de 1 toets
lichten alleen de componentkeuzetoetsen op waarvoor al
een inschakelcode is
vastgelegd.
Voorbeeld: Als het
inschakelcommando was
geprogrammeerd voor de VCR
en DVD toetsen, lichten deze
twee toetsen op bij de eerste
druk op de 1 toets.
1
2
Druk op SET (instel) om het
instellen te annuleren.
Wissen van het
inschakelcommando
Herhaal de bovenstaande
handelingen, maar druk op de
componentkeuzetoets die oplicht
wanneer u op de 1 toets drukt.
Voorbeeld: Programmeren van
de TV toets
1 Druk op de SET (instel)
toets toets.
Alle componentkeuzetoetsen
gaan knipperen.
26NL
Opmerkingen
• Als er voor een componentkeuzetoets al een signaal voor een
ander merk dan Sony is
overgenomen, dan kan er geen
inschakelcommando voor die toets
worden geprogrammeerd. Indien u
de componentcode (op blz. 8) wijzigt
na het instellen van de automatische
aanschakelfunctie, werkt de
automatische aanschakeling niet
meer.
• Zelfs indien u de leerfunctie (op blz.
15) hebt gebruikt om een signaal te
programmeren onder een
componentkeuzetoets, kunt u de
automatische aanschakelfunctie
onder die toets programmeren maar
die werkt dan wel niet. De
automatische aanschakelfunctie
werkt wanneer u de “geleerde”
functie voor die toets wist.
Toewijzen van andere
apparatuur aan de
componentkeuzetoetsen
Voorbeeld: een CD-speler
toekennen aan de CBL/SAT toets
1 Druk op de SET (instel)
toets toets.
Alle componentkeuzetoetsen
gaan knipperen.
Aan ongebruikte
componentkeuzetoetsen kan een
andere component worden
toegekend.
Opmerkingen
• Als u een andere component toewijst
aan een componentkeuzetoets, komt
de instelling van het componentcodenummer te vervallen. Dit
componentcodenummer zal niet
terugkomen, ook al verwijdert u de
nieuw gekozen component en stelt u
de toets terug op de oorspronkelijke
component.
Om de oorspronkelijke
componentinstelling te gebruiken,
moet het componentcodenummer
opnieuw worden ingesteld (op blz. 8).
• Als u een andere component toewijst
aan de TV of AMP keuzetoets, zult u
de geluidssterkte voor het TV-toestel
of de versterker niet meer kunnen
regelen wanneer u instelt op een
andere component. (op blz. 13, 24)
• Indien u reeds
afstandsbedieningssignalen onder de
componentkeuzetoetsen hebt
geprogrammeerd met de leerfunctie,
kunt u geen andere componenten
toekennen aan de
componentkeuzetoetsen.
1
2
2 Druk op de componentkeuzetoets waaraan u een
nieuwe functie wilt
toewijzen.
De gekozen componentkeuzetoets licht op.
3 Houd de N weergavetoets
ingedrukt en druk op een
van de cijfertoetsen om in te
stellen op de nieuwe
component die u aan de
gekozen toets wilt
toewijzen.
Druk in dit geval op toets
nummer 5 om CD te kiezen.
+
De componentkeuzetoetsen
wijzigen als volgt en worden
toegekend
wanneer N wordt ingedrukt
3
wanneer N + 5 wordt
ingedrukt
wanneer de toetsen worden
losgelaten
wordt vervolgd.
27NL
Toewijzen van andere
apparatuur aan de
componentkeuzetoetsen
(vervolg)
Elke component wordt als
volgt toegekend aan de
cijfertoetsen.
1: VCR (videorecorder)
3: SAT (satelliet-ontvanger)
4: AMP (versterker)
5: CD (CD-speler)
6: TAPE (cassettedeck)
7: MD (minidisc-recorder)
8: TV (TV-toestel)
9: CBL (kabel-TV ontvanger)
0: DVD (videospeler)
Kies cijfertoets 3 (SAT) om een
digitale kabeldecoder toe te
kennen.
Opmerkingen
• In deze stap wordt alleen de af
fabriek ingestelde functie toegekend.
Andere “geleerde” functies (op blz.
15) worden niet toegekend.
• Wanneer een toe te kennen
component “geleerde” signalen heeft,
knippert de SET indicator tweemaal.
De instelling kan niet worden
verricht. Wis in dit geval de
“geleerde” signalen en volg opnieuw
stap 1 - 3 of kies een andere
componentkeuzetoets die niet is
toegekend aan “geleerde” toetsen.
• U kunt de “geleerde”
afstandsbedieningssignalen van een
componentkeuzetoets kopiëren naar
een andere toets (op blz. 29).
4 •Volg de stappen op pagina
8 tot 9 om de
componentcode in te
stellen.
•Als u extra
afstandsbedieningssignalen
wilt overnemen met de
aanleerfunctie, volgt u
hiervoor de stappen 1 en 3
t/m 7 op blz. 15 t/m 17.
Druk op SET (instel) om het
instellen te annuleren.
28NL
Terugstellen van een
componentkeuzetoets op de
oorspronkelijke instelling
Stel de originele component in
zoals beschreven op blz. 27. Merk
evenwel op dat dit niet kan
wanneer de originele component
“geleerde” signalen heeft.
De instellingen van een
componentkeuzetoets
overnemen onder een
andere toets
2 Druk op de component-
U kunt alle instellingen van een
componentkeuzetoets volledig
overbrengen naar een andere
componentkeuzetoets. De
instellingen voor de
componentcode (op blz. 8) en de
“aangeleerde” functies (op blz. 15)
worden daarbij volledig
overgekopieerd naar de nieuw
gekozen toets.
1
keuzetoets waarvoor u de
instellingen van een andere
componentkeuzetoets wilt
overnemen en houd deze
langer dan 3 seconden
ingedrukt.
Terwijl u deze toets ingedrukt
houdt, knipperen de andere
componentkeuzetoetsen.
Wanneer u dan de
componentkeuzetoets indrukt
met de instelling die u wilt
kopiëren, lichten alle
componentkeuzetoetsen op. Na
het kopiëren doven alle andere
componentkeuzetoetsen dan
de twee ingedrukte toetsen.
2
langer dan 3
seconden
Opmerking
U kunt de instellingen niet
overbrengen naar een componentkeuzetoets waarvoor al een nieuw
commando is vastgelegd met de
“aanleerfunctie” (op blz. 15).
Voorbeeld: de instellingen van
de DVD toets kopiëren naar de
TV toets.
1 Druk op de SET (instel)
toets toets.
Alle componentkeuzetoetsen
gaan knipperen.
Druk op SET (instel) om het
instellen te annuleren.
De componentkeuzetoets weer
instellen op de oorspronkelijke
component
Wis de “geleerde” functie (op blz.
21) en stel de oorspronkelijke
component in zoals beschreven op
blz. 27.
Tip
Kleine gegevens worden snel verwerkt.
29NL
Andere nuttige functies
Terwijl Hold aan staat, werkt er
geen enkele functie. (Alle
componentkeuzetoetsen
knipperen tweemaal.)
Blokkeren van de
toetsen — Hold
toetsbeveiliging
Om vergissingen te voorkomen,
kunt u alle toetsen blokkeren met
de Hold beveiliging.
(tweemaal)
Opheffen van de
toetsbeveiliging
Druk dezelfde drie toetsen in
dezelfde volgorde in als bij de
vorige procedure.
Het SET (instel) indicatorlampje
knippert tweemaal en dan is de
Hold toetsbeveiliging opgeheven.
1
1 Houd de 1 aan/uit-toets
ingedrukt en druk daarbij
de wisseltoets en de %
dempingstoets in.
De SET (instel) indicator
knippert eenmaal en de Hold
functie wordt ingesteld.
(eenmaal)
30NL
(tweemaal)
Alle instellingen
wissen — De
fabrieksinstellingen
van de Commander
herstellen
U kunt alle
afstandsbedieningssignalen die
met de “leerfunctie” werden
geprogrammeerd wissen om de
fabrieksinstellingen van de
Commander te herstellen.
1
1 Druk op t en 2 – terwijl
u 1 ingedrukt houdt.
De SET (instel) indicator en alle
componentkeuzetoetsen
lichten op. Vervolgens doven
de componentkeuzetoetsen
achtereenvolgens te beginnen
van links, gevolgd door de SET
(instel) indicator. Wanneer de
SET (instel) indicator dooft zijn
alle instellingen gewist en keert
de Commander terug in de
originele toestand.
31NL
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
•Laat de afstandsbediening niet
vallen en behoed het apparaat
tegen heftige schokken, om
storingen in de werking te
vermijden.
•Leg het apparaat niet te dicht bij
een warmtebron en stel het niet
bloot aan direct zonlicht, veel
stof of zand, vocht, regen of
mechanische schokken.
•Pas op dat er geen vloeistof of
kleine voorwerpen in de
afstandsbediening terechtkomen.
Als er vloeistof of een voorwerp
in het apparaat terechtkomt,
dient u het eerst door een
deskundige te laten nakijken,
alvorens het weer in gebruik te
nemen.
•Zorg dat er geen direct zonlicht
of fel lamplicht op de
afstandsbedieningssensors van
uw apparatuur valt. Bij te fel
licht kan de afstandsbediening
niet naar behoren werken.
•Houd de afstandsbediening
buiten het bereik van kleine
kinderen en huisdieren.
Bepaalde elektrische apparatuur
zoals voor airconditioning,
verwarming of het openen en
sluiten van gordijnen of
rolluiken kan gevaarlijk zijn
wanneer er per ongeluk op een
toets van de afstandsbediening
wordt gedrukt.
32NL
Technische gegevens
Reikwijdte
Ongeveer 10 meter (kan verschillen
voor apparatuur van andere merken)
Stroomvoorziening
Twee R6 (AA) batterijen
Gebruiksduur batterijen
Ongeveer 6 maanden (afhankelijk
van hoe intensief de
afstandsbediening wordt gebruikt)
Afmetingen
Ongeveer 63 × 197 × 32 mm (b/h/d)
Gewicht
105 gram (zonder batterijen)
Wijzigingen in ontwerp en technische
gegevens voorbehouden, zonder
kennisgeving.
* Het werkingsbereik kan verschillen
afhankelijk van het merk of de
component.
Verhelpen van storingen
Mocht u problemen hebben met het instellen of gebruik van de
afstandsbediening, controleer dan eerst de batterijen (op blz. 6) en neem
vervolgens de onderstaande lijst met controlepunten even door.
Probleem
De apparatuur reageert
niet op de
afstandsbediening.
De geluidssterkte is niet
goed te regelen.
De afstandsbediening
kan de
afstandsbedieningssignalen
niet aanleren. Bepaalde
apparatuur reageert niet,
ook na instellen van een
componentcodenummer.
De afstandsbediening
kan de
afstandsbedieningssignalen
niet aanleren.
Bepaalde apparatuur
reageert niet, ook na
overnemen van de
afstandsbedieningssignalen
met de “aanleerfunctie”.
Oplossing
• Probeer de bediening van wat dichterbij. De maximale
reikwijdte van de afstandsbediening is ongeveer 10 meter.
• Richt de afstandsbediening recht op het te bedienen apparaat
en zorg dat er geen obstakels tussen de afstandsbediening en
het apparaat staan.
• Schakel de apparatuur eerst in en probeer het dan opnieuw.
• Controleer of u de juiste componentkeuzetoets hebt
ingedrukt. Controleer bij CBL/SAT of DVD of de gewenste
component is gekozen.
• Controleer of het te bedienen apparaat wel geschikt is voor
infrarood-afstandsbediening. Als er bij het apparaat geen
afstandsbediening geleverd werd, is het wellicht niet geschikt
voor bediening op afstand.
• Wellicht hebt u een andere component toegewezen aan de
componentkeuzetoets. Controleer de component die aan de
betreffende toets is toegewezen en de componentcode.
• Als uw video-apparatuur is aangesloten op een stereoinstallatie, controleert u dan of de afstandsbediening wel is
ingesteld zoals beschreven onder “Volumeregeling voor
video-apparatuur aangesloten op een stereo-installatie” (op
blz. 24).
• Wellicht hebt u een andere component toegewezen aan de TV
of AMP toets (op blz. 27). In dit geval kunt u de
geluidssterkte niet regelen wanneer u een andere component
dan het TV-toestel of de AMP versterker kiest.
• Zorg dat het juiste componentcodenummer is gekozen. Als
het eerste codenummer voor uw component niet werkt,
probeer dan alle volgende codenummers uit, in de volgorde
zoals vermeld in de bijgeleverde lijst met “Componentcodenummers”.
• Bepaalde functies kunnen niet vooringesteld zijn. Als
sommige of zelfs alle toetsen niet goed werken na het
instellen van het componentcodenummer, gebruik dan de
aanleerfunctie om de afstandsbedieningssignalen voor het
apparaat over te nemen in deze afstandsbediening (op blz.
15).
• Het betreffende apparaat kan werken met een componentcodenummer dat niet staat vermeld in de lijst met
“Componentcodenummers”. Zie “Opzoeken van een
componentcode met de zoekfunctie” (op blz. 11) en probeer
het opnieuw met het gevonden codenummer.
• Wanneer u deze afstandsbediening signalen aanleert van een
afstandsbediening met interactief signaaluitwisselsysteem
(meegeleverd met sommige Sony versterkers), kan het
responssignaal van het hoofdapparaat het aanleren van de
signalen hinderen. In dat geval moet u naar een plaats gaan
waar de signalen het hoofdapparaat niet kunnen bereiken
(bijv. een andere kamer).
• Controleer of de afstandsbediening de juiste signalen heeft
“aangeleerd”. Zo niet, lees dan “Voor zorgvuldig aanleren
van nieuwe functies” (op blz. 18) en verricht het aanleren van
de gewenste functie(s) dan opnieuw (op blz. 15).
wordt vervolgd
33NL
Verhelpen van storingen (vervolg)
Probleem
Oplossing
De SET indicator
• Het aanleren van een functie is mislukt. Lees “Voor
knippert vijfmaal tijdens
zorgvuldig aanleren van nieuwe functies” (op blz. 18) en
de leerprocedure.
verricht het aanleren van de gewenste functie dan opnieuw
(op blz. 15).
• Wis de zelden gebruikte aangeleerde functies uit het
overvolle geheugen (op blz. 21) en probeer het aanleren dan
opnieuw.
Een
• De componentcodes zijn niet goed ingesteld. Zie de
componentkeuzetoets
bijgeleverde lijst met “Componentcodenummers” en probeer
knippert vijfmaal tijdens
het instellen van de componentcodenummers opnieuw (op
het instellen.
blz. 8).
De SET indicator
• Onder een gekozen componentkeuzetoets of andere toets die
knippert tweemaal
moet worden ingesteld, werden afstandsbedieningssignalen
tijdens de leerprocedure.
geprogrammeerd met de leerfunctie (op blz. 15). Wis de
“geleerde” signalen (op blz. 21) of kies een andere toets
zonder “geleerde” signalen en probeer opnieuw in te stellen.
Alle component• De Hold toetsbeveiliging is ingeschakeld. Hef de beveiliging
keuzetoetsen knipperen
op (op blz. 30).
tweemaal.
De
• De batterijen zijn verzwakt.
componentkeuzetoetsen
Vervang de batterijen door nieuwe.
knipperen met een
constante tussentijd
wanneer u op een toets
drukt.
Klantendienst
Hulplijn
besehikebaar
34NL
Indien u vragen over of problemen met deze
afstandsbediening heeft die niet in deze
handleiding staan vermeld, bel dan de klantenhelplijn.
Het nummer van de helplijn staat vermeld op de
garantiekaart.
Aanhangsels
Overzicht van
vooringestelde
functies
TV-toestel
SCHERMAANDUIDING FUNCTIE
qa1
Aan- en uitschakelen.
31 – 9, 0
Zenderkeuze
Tevens voor inschakelen.
4-, 1Kiezen van een nummer
bestaande uit twee
cijfers. Werkt op
dezelfde wijze als bij de
afstandsbediening van
de TV.
qf2Kiezen van een nummer
tussen 20 en 29.
1t
Omschakelen van het
ingangssignaal.
2/
Omschakelen naar
teletekst.
qda
Inschakelen.
Omschakelen van
teletekst naar TV.
5
Fastext-toetsen
(RED)
(GREEN)
(YELLOW)
(BLUE)
8MENU
7f
7F
7G
7g
Opmerking
Bepaalde componenten of functies
kunnen niet altijd op deze
afstandsbediening reageren.
qhOK
qjPROGR +/–
qk
92 +/–
q;%
Oproepen van het
MENU scherm.
Cursor omhoog
verplaatsen.
Cursor omlaag
verplaatsen.
Cursor naar rechts
verplaatsen.
Cursor naar links
verplaatsen.
Uitvoeren van een uit
het MENU gekozen
punt.
Zender met hoger
nummer: +
Zender met lager
nummer: –
Voor het bedienen van
de JUMP, FLASHBACK
of CHANNEL RETURN
functie van de TV
afhankelijk van de
instelling van de
fabrikant.
Geluid harder zetten: +
Geluid zachter zetten: –
Geluid van de TV
dempen. Nog eens
drukken om weer geluid
te horen.
wordt vervolgd
35NL
Overzicht van vooringestelde
functies (vervolg)
VCR (Videorecorder)
CBL (kabel-TV ontvanger)
SCHERMAANDUIDING
qa1
3qf
1 – 9, 0, ENT
SCHERMAANDUIDING
qa1
3qf
1 – 9, 0, ENT
2/
(DISPLAY)
1t
(ANT/SW)
qda
(INPUT
SELECT)
8MENU
7f
7F
7G
7g
qhOK
5m
5N
5M
6REC z
5x
qgX
qjPROGR +/–
FUNCTIE
Aan- en uitschakelen.
Om het kanaal te
wijzigen. Om
bijvoorbeeld kanaal 5 te
wijzigen, drukt u op 0 en
5 (of 5 en ENT).
Schermdisplay tonen.
Antenne-uitgang
omschakelen.
Omschakelen van het
ingangssignaal.
Oproepen van het
MENU scherm.
Cursor omhoog
verplaatsen.
Cursor omlaag
verplaatsen.
Cursor naar rechts
verplaatsen.
Cursor naar links
verplaatsen.
Uitvoeren van een uit
het MENU gekozen
punt.
Band terugspoelen
Video afspelen
Band snel
vooruitspoelen
Voor opnemen: druk op
de N toets terwijl u de
REC z toets ingedrukt
houdt.** Laat eerst de
N toets los en dan de
REC z toets.
Stoppen
Pauzeren
Zender met hoger
nummer: +
Zender met lager
nummer: –
** Om vergissingen te voorkomen,
werkt de REC z toets niet alleen.
36NL
qjPROGR +/–
qk
FUNCTIE
Aan- en uitschakelen.
Zenderkeuze. Voor
keuze van zender 5
bijvoorbeeld drukt u op
0 en 5 (of op 5 en ENT).
Zender met hoger
nummer:+
Zender met lager
nummer: –
Voor de JUMP,
FLASHBACK of
CHANNEL RETURN
functie van de TV, al
naar gelang het merk
TV.
SAT (satelliet-ontvanger)
DVD (DVD-speler)
SCHERMAANDUIDING FUNCTIE
Aan- en uitschakelen.
qa1
Zenderkeuze
31 – 9, 0
Tevens voor inschakelen.
41-, Kiezen van een nummer
bestaande uit twee
cijfers.
1t
Uitgangssignaal van de
satelliet-ontvanger
doorgeven aan het TVtoestel. (Als er ook een
kabel-TV ontvanger of
een antenne is
aangesloten, schakelt u
hiermee over tussen
gewone TV en satellietTV.)
Omschakelen naar
2/
teletekst.
5
Fastext-toetsen
(RED)
SCHERMAANDUIDING FUNCTIE
qa1
Aan- en uitschakelen.
31 – 9, 0
Cijfertoetsen: Voor
keuze van bepaalde
punten op het scherm.
4Keuze van nummer 10
(+10)
en hoger.
qfENT
Invoeren van uw keuze
of vastleggen van een op
het scherm gekozen
punt.
1t
Omschakelen van het
(AUDIO)
geluid.
2/
Aangeven van de
(DISPLAY)
ingeschakelde
afspeelfunctie op het
scherm.
qsGUIDE
Gekozen letters van het
(CLEAR)
scherm wissen.
qk
Terugkeren naar het
(RETURN)
vorige scherm.
6REC z
Aangeven van het
(TITLE)
titelmenu.
qda
Omschakelen van de
(SUBTITLE) ondertiteling.
8MENU
Aangeven van het DVD
(DVD
menu.
MENU)
7f
Cursor omhoog
verplaatsen.
7F
Cursor omlaag
verplaatsen.
7G
Cursor naar rechts
verplaatsen.
7g
Cursor naar links
verplaatsen.
qhOK
Uitvoeren van een uit
het MENU gekozen
punt.
5m
Terugzoeken
5N
Video afspelen
5M
Vooruitzoeken
5x
Stoppen
qgX
Pauzeren
qjPROGR +
Doorgaan naar het
(>)
volgende beeld/
muziekstuk.
qjPROGR –
Terugkeren naar het
(.)
vorige beeld/
muziekstuk.
(GREEN)
(YELLOW)
(BLUE)
qsGUIDE
Master Guide
zendergids laten
verschijnen.
Oproepen van het
8MENU
MENU scherm.
7f
Cursor omhoog
verplaatsen.
Cursor omlaag
7F
verplaatsen.
7G
Cursor naar rechts
verplaatsen.
Cursor naar links
7g
verplaatsen.
qhOK
Oproepen van de Station
Index als er geen
zendergids wordt
aangegeven.
Keuze van de zender die
verlicht wordt
aangegeven.
qjPROGR +/– Zender met hoger
nummer: +
Zender met lager
nummer: –
qk
Afstemmen op de laatst
gekozen zender.
Functie verlaten
qda
(EXIT)
qgX
EPG aanduiding tonen
of verbergen.
(EPG)
wordt vervolgd
37NL
Overzicht van vooringestelde
functies (vervolg)
CD (compact disc speler)
DAT (digitaal cassettedeck)
SCHERMAANDUIDING FUNCTIE
qa1
Aan- en uitschakelen.
31 – 9, 0
Muziekstuknummer
kiezen. 0 kiest
muziekstuk 10.Om
muziekstuknummers
vanaf 10 te kiezen, zie
beschrijving van de +10
toets hieronder.
4Keuze van
(+10)
muziekstuknummers
boven de 10.
qfENT
Invoeren van uw keuze.
qk
Doorgaan naar de
(D.SKIP)
volgende disc.
5m
Terugzoeken
5N
Afspelen
5M
Vooruitzoeken
5x
Stoppen
qgX
Pauzeren
qjPROGR +
Doorgaan naar het
(>)
volgende muziekstuk.
qjPROGR –
Terugkeren naar het
(.)
vorige muziekstuk.
SCHERMAANDUIDING FUNCTIE
qa1
Aan- en uitschakelen.
31 – 9, 0
Keuze van een
muziekstuknummer.
qfENT
Invoeren van uw keuze.
5m
Band terugspoelen
5N
Band afspelen
5M
Band snel
vooruitspoelen
6REC z
Voor opnemen: druk op
de N toets terwijl u de
REC z toets ingedrukt
houdt. Laat eerst de N
toets los en dan de REC
z toets.
5x
Stoppen
qgX
Pauzeren
qjPROGR +
Doorgaan naar het
(>)
volgende muziekstuk.
qjPROGR –
Terugkeren naar het
(.)
vorige muziekstuk.
MD (minidisc-recorder)
SCHERMAANDUIDING FUNCTIE
qa1
Aan- en uitschakelen.
31 – 9, 0
Muziekstuknummer
kiezen. 0 kiest
muziekstuk 10.Om
muziekstuknummers
vanaf 10 te kiezen, zie
beschrijving van de +10
toets hieronder.
4Keuze van
(+10)
muziekstuknummers
boven de 10.
qfENT
Invoeren van uw keuze.
qk
Doorgaan naar de
(D.SKIP)
volgende disc.
5m
Terugzoeken
5N
Afspelen
5M
Vooruitzoeken
6REC z
Voor opnemen: druk op
de N toets terwijl u de
REC z toets ingedrukt
houdt. Laat eerst de N
toets los en dan de REC
z toets.
5x
Stoppen
qgX
Pauzeren
qjPROGR +
Doorgaan naar het
(>)
volgende muziekstuk.
qjPROGR –
Terugkeren naar het
(.)
vorige muziekstuk.
38NL
DECK (deck)
AMP (versterker)
SCHERMAANDUIDING
qa1
5m
5N
4- (n)
SCHERMAANDUIDING FUNCTIE
qa1
Aan- en uitschakelen.
31
Keuze van de
ingangsbron: VIDEO 1
32
Keuze van de
ingangsbron: VIDEO 2
33
Keuze van de
ingangsbron: AUX
(videodisc-speler)
34
Keuze van de
ingangsbron: TUNER
(radio-ontvangst)
35
Keuze van de
ingangsbron: CD
(compact disc)
36
Keuze van de
ingangsbron: TAPE
cassette-weergave
37
Keuze van de
ingangsbron: MD
minidisc-speler
38
Keuze van de
ingangsbron: TV
39
Keuze van de
ingangsbron:PHONO
platenspeler
30
Keuze van de
ingangsbron: DVD
(videospeler)
1t
Ingangskeuze cyclisch
(INPUT)
wijzigen.
qk
Omschakelen van
(SHIFT)
afstemband of
voorkeurzendergroep
qjPROGR+/– Voorinstelnummer of
afstemfrequentie hoger
:+
Voorinstelnummer of
afstemfrequentie lager: –
92 +/–
Geluid harder zetten: +
Geluid zachter zetten: –
q;%
Geluid van de versterker
dempen. Nogmaals
drukken om weer geluid
te horen.
5M
6REC z
5x
qgX
qk
(A/B)
8MENU (z)
7f (N)
7F (x)
7G (M)
7g (m)
qfENT (n)
qhOK (X)
FUNCTIE
Aan- en uitschakelen.
Band terugspoelen
Band afspelen
Bandlooprichting
omkeren.
Band snel
vooruitspoelen
Voor opnemen: druk op
de N toets terwijl u de
REC z toets ingedrukt
houdt. Laat eerst de N
toets los en dan de REC
z toets.
Stoppen
Pauzeren
Keuze van het
cassettedeck: A of B
(alleen voor dubbel
cassettedeck)
Druk op f en tegelijk op
MENU om op te nemen.
Laat eerst f en dan
MENU los.*
Band afspelen*
Stoppen*
Band snel
vooruitspoelen*
Band terugspoelen*
Bandlooprichting
omkeren
Pauzeren*
* Werkt bij een dubbel cassettedeck
(voor deck A van Sony component)
39NL
V
Index
A
Automatische aanschakelfunctie
instellen 26
B
Batterijen 6
Bedieningsvergrendeling
Commander 30
C, D, E
Cijfertoetsen 9, 14, 21, 27
Codenummer 8, 11
Componentkeuzetoetsen
andere componenten
toekennen 27
automatische aanschakelfunctie
instellen 26
een signaal programmeren 15
instellingen kopiëren 29
F, G, H
Fabrieksinstelling 28, 31
I, J
Ingangskeuze 14
K
Kopiëren
instellingen van
componentkeuzetoetsen 29
L
Leerfunctie 15
M, N, O
MUTING toets 10, 13, 18, 25, 30
P, Q, R, S, T, U
PROGR (programma) toets 11
40NL
Verhelpen van storingen 33
VOL toetsen 10, 13, 17, 18, 25, 31
Volumeregeling 10, 13, 24
Voorinstelcomponenten 8
W, X, Y, Z
Wijzigen 21
Wissen 31
Wissen/wijzigen
Automatische aanschakeling 26
geleerd signaal 21, 22