19
BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN
Installeren of verwijderen van de boor
Belangrijk:
Controleer altijd of de machine is uitgeschakeld en de
stekker uit het stopkontakt is getrokken, alvorens de boor
te installeren of te verwijderen.
Reinig de boorschacht en smeer er boorvet (bijgeleverd)
op alvorens de boor te installeren. (Fig. 1)
Steek de boor in de machine. Draai de boor en duw deze
naar binnen tot zij vergrendelt. (Fig. 2)
Indien de boor niet naar binnen kan worden geduwd,
dient u deze eruit te nemen en het boorkopdeksel enkele
keren omlaag te trekken. Steek dan de boor opnieuw
erin. Draai de boor en duw deze naar binnen tot zij ver-
grendelt. (Fig. 3)
Nadat de boor is geïnstalleerd, moet u altijd controleren
of de boor goed vastzit door te proberen hem eruit te
trekken.
Om de boor te verwijderen, trekt u het boorkopdeksel
helemaal omlaag en dan trekt u de boor eruit. (Fig. 4)
Kiezen van de gewenste werking
Boren plus hameren (Fig. 5 en 6)
Voor boren in beton, metselwerk e.d., drukt u de vergren-
delknop in en draait u de wisselhefboom zodat de wijzer
naar het
h symbool wijst. Gebruik een boor met een
wolfraamcarbide punt.
Alleen hameren (Fig. 5 en 7)
Voor beitelen, afbikken of slopen, drukt u de vergrendel-
knop in en draait u de wisselhefboom zodat de wijzer
naar het
g
symbool wijst. Gebruik een bull point, koud-
beitel, bikbeitel, enz.
LET OP:
• Wijzig de positie van de wisselhefboom niet terwijl de
machine nog belast draait, aangezien de machine
daardoor beschadigd zal raken.
• Om vroegtijdige slijtage van het wisselmechanisme te
voorkomen, dient u de wisselhefboom altijd juist in een
van de twee werkingsposities te zetten.
Boorhoek (voor beitelen, afbikken of slopen)
Belangrijk:
Controleer altijd of de machine is uitgeschakeld en de
stekker uit het stopkontakt is getrokken, alvorens de
boorhoek te wijzigen.
De boor kan bij 12 verschillende hoeken worden vastge-
zet. Om de boorhoek te wijzigen, drukt u de vergrendel-
knop in en draait u de wisselhefboom zodat de wijzer
naar het O symbool wijst. Draai de boor naar de
gewenste hoek. (Fig. 8)
Druk de vergrendelknop in en draai de wisselhefboom
zodat de wijzer naar het
g symbool wijst. (Fig. 9)
Draai daarna de boor een beetje om te controleren of
deze goed vastzit.
Zijhandgreep (Fig. 10)
LET OP:
Gebruik de zijhandgreep alleen voor beitelen, afbikken of
slopen. Gebruik deze niet voor het boren in beton, met-
selwerk e.d. Wanneer u boort, kunt u de machine met
deze zijhandgreep niet op de juiste manier vasthouden.
De zijhandgreep kan 360° verticaal worden gedraaid en
in elke gewenste positie worden vastgezet. Bovendien
kunt u deze in acht verschillende posities horizontaal
naar voren en naar achteren vastzetten. Draai gewoon
de klemmoer los, zet de zijhandgreep in de gewenste
positie, en draai dan de klemmoer weer stevig vast.
Zijgreep (Fig. 11)
LET OP:
Om een veilige bediening te verzekeren, dient u de zij-
greep altijd te gebruiken wanneer u gaat boren in beton,
metselwerk, enz.
De zijgreep kan naar beide zijden van de machine wor-
den gedraaid, zodat de machine in elke positie gemakke-
lijk te hanteren is. Draai de zijgreep naar links los, draai
hem naar de gewenste stand en draai hem vervolgens
naar rechts vast.
Werking van de schakelaar
LET OP:
Alvorens de stekker op een stopkontakt aan te sluiten,
dient u altijd te controleren of de trekschakelaar goed
werkt en bij loslaten naar de “OFF” positie terugkeert.
Om de machine te starten, drukt u de trekschakelaar
gewoon in. Laat de trekschakelaar los om te stoppen.
Afstellen van de draaisnelheid (Fig. 12)
U kunt het aantal omwentelingen en slagen per minuut
wijzigen door de afsteldraaiknop te verdraaien. De cijfers
op de draaiknop geven de draaisnelheid aan van 1 (mini-
mum) tot 6 (maximum). Raadpleeg de onderstaande
tabel voor de verhouding tussen de cijfers op de draai-
knop en het aantal omwentelingen/slagen per minuut.
Hamerboren (Fig. 13)
Zet de wijzer van de wisselhefboom tegenover het h
symbool. Plaats de punt van de boor op de plaats waar
geboord moet worden en druk dan de trekschakelaar in.
Forceer de machine niet. Een lichte druk geeft de beste
resultaten. Houd de machine stevig op zijn plaats en zorg
dat deze niet uit het boorgat wegslipt.
Oefen geen grotere druk uit op de machine wanneer het
gat vol raakt met boorspanen of gruis. Laat in plaats
daarvan de machine onbelast draaien en verwijder deze
uit het gat. Door dit enkele keren te herhalen wordt het
gat gezuiverd.
LET OP:
Wanneer de boor door het beton heenkomt of op betonij-
zer stuit, kan de machine gevaarlijk vooruit- of terug-
schieten. Bewaar daarom tijdens het boren een goede
balans en een stevige steun voor de voeten, en houd de
machine met beide handen stevig vast.
Cijfers op draai-
knop
Omwentelingen
per minuut
Slagen per
minuut
6 240 2 150
5 230 2 050
4 200 1 800
3 170 1 500
2 301 1 200
1 120 1 100