Kärcher Puzzi 10/1 Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Kärcher Puzzi 10/1 Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
– 1
Gelieve vóór het eer-
ste gebruik van uw ap-
paraat deze veiligheidsinstruc-
ties te lezen en ze in acht te ne-
men. Bewaar deze veiligheids-
aanwijzingen voor later gebruik
en voor latere gebruikers.
Lees voor het ingebruikne-
men de gebruiksaanwijzing
van uw apparaat en let bijzon-
der goed op de veiligheids-
voorschriften.
De op het apparaat aange-
brachte waarschuwings- en
aanwijzingsborden geven
aanwijzingen voor gebruik
zonder gevaar.
Naast de instructies in de ge-
bruiksaanwijzing moeten de
algemene voorschriften inza-
ke veiligheid en ongevallen-
preventie van de wetgever in
acht genomen worden.
Houd verpakkingsfolie uit de
buurt van kinderen, er be-
staat verstikkingsgevaar!
Gevaar
Voor een onmiddellijk dreigend
gevaar dat tot ernstige en zelfs
dodelijke lichaamsverwondin-
gen leidt.
Waarschuwing
Voor een mogelijke gevaarlijke
situatie die tot ernstige en zelfs
dodelijke lichaamsverwondin-
gen kan leiden.
Voorzichtig
Verwijzing naar een mogelijk ge-
vaarlijke situatie die tot lichte
verwondingen kan leiden.
Opgelet
Verwijzing naar een mogelijke
gevaarlijke situatie die tot mate-
riële schade kan leiden.
Gevaar
De op het typeplaatje aange-
geven spanning moet met de
spanning van de stroombron
overeenkomen.
Beschermingsklasse I - Ap-
paraten mogen uitsluitend
aangesloten worden aan re-
glementair geaarde stroom-
bronnen.
Bij werkzaamheden met
vloeistoffen (bv. reinigings-
middelen) bevelen wij de
aansluiting op een beveiligd
stopcontact met aardlekscha-
kelaar (max. 30 mA) aan.
De door de fabrikant voorge-
schreven stroomleiding moet
gebruikt worden, dat geldt
ook bij een eventuele vervan-
ging van de leiding. Bestel-
nummer en type zie gebruiks-
aanwijzing.
Veiligheidsinstructies voor
sproeiextractie-apparatuur
Gevarenniveaus
Stroomaansluiting
22 NL
– 2
Controleer voor ieder gebruik
of aansluitkabel en netstek-
ker onbeschadigd zijn. Laat
beschadigde voedingskabels
onmiddellijk vervangen door
een bevoegde medewerker
van de technische dienst of
een elektro-vakman.
Het apparaat mag uitlsuitend
aan een elektrische aanslui-
ting aangesloten worden die
werd uitgevoerd door een
electricien conform IEC
60364-1.
De stekker nooit met natte
handen aanraken.
Let erop dat netaansluiting en
verlengsnoer niet beschadigd
raken door eroverheen rijden,
knellen, trekken en dergelij-
ke. Bescherm de kabel tegen
hitte, olie en scherpe randen.
De netaansluitingleiding dient
regelmatig op beschadiging
te worden onderzocht, zoals
bv op vorming van scheuren
of slijtage. Wordt een bescha-
diging geconstateerd, moet
de leiding vóór een verder ge-
bruik worden vervangen.
Als er verbindingen met de
netsnoer of de verlengkabel
worden vervangen, moet er-
voor worden gezorgd dat de
spatwaterbescherming en de
mechanische sterkte behou-
den blijven.
Het schoonmaken van het
apparaat mag niet met een
waterslang of hogedrukstraal
gebeuren (gevaar van kort-
sluiting of andere schades).
Opgelet
Inschakelprocessen creëren
korte spanningdalingen.
Bij ongunstige netomstandig-
heden kunnen andere appa-
raten beïnvloed worden.
Bij netimpedantie van minder
dan 0,15 Ohm zijn geen sto-
ringen te verwachten.
Gevaar
Het apparaat met de werk-
voorzieningen, vooral de ne-
taansluitleiding en de ver-
lengkabel, dient vóór het ge-
bruik op een reglementaire
toestand en bedrijfsveiligheid
te worden gecontroleerd. Is
de toestand niet foutvrij, met-
een de netsteker uit het stop-
contact halen. Het apparaat
mag niet worden benut.
De voorziening voor de wa-
terpeilbeperking moet regel-
matig gereinigd en op tekens
van een beschadiging wor-
den onderzocht.
Nooit explosieve vloeistoffen,
brandbare gassen, explosie-
ve stoffen, alsmede onver-
dunde zuren en oplosmidde-
len verspreiden en opzuigen!
Daartoe behoren benzine,
verfverdunner of stookolie die
door verwerveling met de
zuiglucht explosieve dampen
of mengsels kunnen vormen,
verder aceton, onverdunde
zuren en oplosmiddelen om-
dat zij op het apparaat ge-
bruikte materialen aantasten.
Gebruik
23NL
– 3
Geen brandende of glimmen-
de voorwerpen opzuigen.
Mensen en dieren mogen
met dit apparaat niet worden
afgezogen.
De apparaten mogen bij lage
temperaturen niet in het bui-
tenbereik worden toegepast.
Bij gebruik van het apparaat
in gevaarlijke omgevingen
(bijvoorbeeld tankstations)
moeten de overeenkomstige
veiligheidsvoorschriften in
acht genomen worden. Niet
gebruiken in ruimtes met ont-
ploffingsgevaar.
Alleen de door de fabrikant
aanbevolen reinigingsmidde-
len gebruiken, en de ge-
bruiks-, afvoer- en waarschu-
wingsinstructies van de reini-
gingsmiddelfabrikant in acht
nemen.
De aanbevolen reinigings-
middelen mogen niet verdund
gebruikt worden. De produc-
ten zijn veilig aangezien ze
geen zuren, logen of milieu-
onvriendelijke stoffen bevat-
ten. Wij bevelen u aan de rei-
nigingmsiddelen buiten be-
reik van kinderen te bewaren.
Bij contact van reinigingsmid-
delen met de ogen moeten
deze grondig met water ge-
spoeld worden en bij inslik-
ken moet onmiddellijk een
arts geraadpleegd worden.
Voorzichtig
Het apparaat is niet geschikt
voor het afzuigen van ge-
zondheidsschadelijke stoffen.
Bij de afvoer van het vuile wa-
ter en de logen moeten de
wettelijke voorschriften in
acht genomen worden.
Opgelet
Het eventueel op het appa-
raat voorhanden stopcontact
mag alleen gebruikt worden
voor de aansluiting van de ac-
cessoires en voorzetappara-
ten.
Het apparaat is geen stofzui-
ger! Niet meer vloeistof op-
zuigen dan verspreid werd.
Niet voor het opzuigen van
droog vuil gebruiken!
Apparaat geschikt voor voch-
tige tot natte vloeren tot een
maximale hoogte van het wa-
ter van ca. 1 cm. Niet in een
zone rijden wanneer het ge-
vaar bestaat dat de maximale
waterhoogte overschreden
wordt.
Het apparaat is alleen ge-
schikt voor het/de in de ge-
bruiksaanwijzing genoemde
wegdek/ondergrond.
Apparaat tegen vorst be-
schermen.
24 NL
– 4
Gevaar
Degene die het apparaat be-
dient dient het te gebruiken
volgens de voorschriften.
Deze dient rekening te hou-
den met de plaatselijke om-
standigheden en bij het wer-
ken met het apparaat te letten
op derden, speciaal op kinde-
ren.
Het apparaat nooit zonder
toezicht laten, zo lang het niet
uitgeschakeld is en de netste-
ker niet uit het stopcontact
werd genomen.
Werkzaamheden aan het ap-
paraat altijd met geschikte
handschoenen uitvoeren.
Het apparaat mag alleen door
personen worden gebruikt die
voor de omgang ermee zijn
opgeleid of hun vaardigheden
in het bedienen hebben aan-
getoond en uitdrukkelijk de
opdracht hebben gekregen
voor het gebruik.
Kinderen of niet-geïnstrueerd
personeel mogen het appa-
raat niet gebruiken.
Het apparaat mag gebruikt
worden door personen met
beperkte fysische, zintuigelij-
ke of mentale capaciteiten of
gebrek aan ervaring en ken-
nis, op voorwaarde dat ze on-
der toezicht staan of over het
veilige gebruik van het appa-
raat werden ingelicht en de
daaruit resulterende gevaren
begrijpen.
Over kinderen dient toezicht
te worden gehouden, om te
waarborgen dat ze niet met
het apparaat spelen.
Schakel het apparaat bij on-
dichtheden onmiddellijk uit.
Let op! Apparaat bij vrijkomen
van schuim of vloeistof met-
een uitschakelen!
Kap niet openen bij een lo-
pende motor.
Waarschuwing
Bij vervoer van het apparaat dient
u de motor af te zetten en het ap-
paraat goed vast te zetten.
Gevaar
Voor het reinigen en onder-
houden van het apparaat en
het vervangen van onderde-
len moet het apparaat uitge-
schakeld worden. Indien
voorhanden moet de netstek-
ker uitgetrokken worden, bij
batterijgedreven apparaten
moet de batterijstekker uitge-
trokken resp. moeten de
klemmen van de batterij los-
gemaakt worden. Bij de om-
schakeling naar een andere
functie moet het apparaat uit-
geschakeld worden.
Reparaties mogen uitsluitend
door goedgekeurde klanten-
servicewerkplaatsen of door
vaklui voor dit gebied worden
uitgevoerd die met de betref-
fende veiligheidsvoorschrif-
ten vertrouwd zijn.
Bediening
Vervoer
Onderhoud
25NL
– 5
Veiligheidscontrole volgens
de plaatselijk geldige voor-
schriften voor van plaats ver-
anderlijke, industrieel benutte
apparaten opvolgen.
Gevaar
Er mogen alleen toebehoren en
onderdelen gebruikt worden, die
door de fabrikant zijn goedge-
keurd. Origineel toebehoren en
originele onderdelen staan er
borg voor dat het apparaat veilig
en storingsvrij gebruikt kan wor-
den.
Gevaar
Alleen de bij het apparaat ge-
leverde of de in de gebruiks-
aanwijzing bepaalde borstels
/ schijven gebruiken. Het ge-
bruik van andere borstels /
schijven kan negatieve gevol-
gen hebben voor de veilig-
heid.
Er moet erop gelet worden
dat de stroomleiding of de
verlengingskabel bij de wer-
king van een reinigingskop
met roterende borstels / schij-
ven niet beschadigd wordt
door erover te rijden.
Toebehoren en
reserveonderdelen
Apparaten met roterende
borstels / schijven
26 NL
/