16
614-06803-00
NEDERLANDS
Gebruiksomstandigheden
l Dit apparaat is een UPS
(ononderbroken energievoorziening)
die uitsluitend ontworpen is om
een computer en de bijbehorende
randapparatuur, of tv-, hi- en
videoapparatuur van stroom te
voorzien. Hij is dus niet bestemd voor
de energievoorziening van andere
elektrische apparaten (verlichting,
verwarming, huishoudelijke
apparaten…).
l De UPS kan horizontaal, verticaal
of in een 2U rack (optionele set)
geplaatst worden.
Aansluiten van de UPS
l Sluit de UPS
1
via een geaarde
wandcontactdoos op de netspanning
aan: met behulp van het bijgeleverde
snoer
bij een UPS met FR/DIN
aansluitingen, of met het netsnoer
van uw computer bij een UPS met IEC
aansluitingen (zie guur A).
l Sluit de aansluitingen van kritische
apparatuur (computer, monitor,
modem…) aan op de battery backup-
en surge protected aansluitingen
9
(zie guur B); daarbij mag de
aangegeven stroom in Ampères
echter niet overschreden worden.
l
De overige apparatuur (printer,
scanner, fax…) kan op de gelterde
surge protected aansluitingen
8
aangesloten worden (zie guur B);
de gelterde aansluitingen hebben
bij een stroomuitval geen battery
backup.
l Facultatieve Internet modem /
netwerk: de modem- of
ethernetverbinding kan tegen
overspanning worden beveiligd
door hem aan te sluiten via de UPS.
Dit bereikt u door enerzijds de
wandcontactdoos via het snoer van
het te beveiligen apparaat op de UPS
UPS
aan te sluiten, en anderzijds door
de UPS op dit apparaat aan te sluiten
met behulp van een kabel met dezelfde
specicaties, zoals aangegeven in
guur C (snoer
niet bijgeleverd).
l Optionele USB-port beveiliging: het
UPS-apparaat kan op de computer
worden aangesloten via
de meegeleverde USB-kabel
5
.
De software is beschikbaar op de
CD-ROM
5
of downloadbaar van
powerquality.eaton.com (zie guur
D en F).
Registreer voor de garantiekaart op
powerquality.eaton.com.
Werkingsmode van de
Master en EcoControl
aansluitingen
Om het energieverbruik van de
randapparatuur (scanner, printer)
in pauze mode zo laag mogelijk te
houden, is het Ellipse Eco voorzien
van EcoControl aansluitingen die
ondergeschikt zijn aan de Master
aansluiting (zie Figuur B). Bij
l Opladen batterij:
de batterij wordt
opgeladen zodra de UPS op de
netspanning
wordt
aangesloten,
en
dit
ongeacht
de
stand
van
de
knop
12
.
Bij het eerste gebruik levert de
batterij pas de nominale autonomie
na 8 uur opladen. Voor een optimale
autonomie wordt aangeraden om
de UPS continu op de netspanning
aangesloten te laten.
l Inschakelen van de UPS: druk 1
seconde op de knop
12
.
l Gefilterde aansluitingen zonder
battery backup
8
: de apparaten
die op deze aansluitingen zijn
aangesloten krijgen stroom
zodra de ingangskabel
4
op de
wandcontactdoos wordt aangesloten.
Deze aansluitingen worden niet met
de knop
12
in- en uitgeschakeld.
l Battery backup-aansluitingen
9
: de
apparaten die op deze aansluitingen
aangesloten zijn krijgen stroom zodra
de knop
12
groen verlicht is (zie
guur E). Deze aansluitingen kunnen
ook worden ingeschakeld als de UPS
niet op de netspanning aangesloten is
(knop
12
knippert).
l Stroomstoring: als de netspanning
slecht of afwezig is, werkt de UPS
verder op batterij: de knop
12
knippert groen. In normale mode laat
het geluidsalarm om de 10 seconden
een signaal horen, en vervolgens om
de 3 seconden als het einde van de
batterijautonomie bijna bereikt is. In
stille mode (zie § instellingen), laat het
geluidsalarm een korte pieptoon horen
bij het overschakelen op batterij.
l Als de stroomuitval langer duurt
dan de batterijautonomie, schakelt
de UPS uit en start het systeem
automatisch weer na terugkeer van de
netspanning. Na volledige ontlading
duurt het een paar uur voordat de
autonomie weer volledig hersteld is.
l Om energie te besparen kan de
knop
12
worden gebruikt om de
energievoorziening naar de apparaten
die op de battery backup-aansluitingen
zijn aangesloten uit te schakelen.
l Bliksemafleider: alle aansluitingen,
met of zonder battery backup,
zijn tegen overspanning beveiligd
ongeacht de stand van de knop
12
.
l
Uitschakelen van de battery backup-
aansluitingen
9
:
druk langer
dan 2
seconden op de knop
12
.
uitschakelen van de hoofdapplicatie
die door de
Master aansluiting van
energie wordt voorzien (de computer),
worden de EcoControl aansluitingen
automatisch uitgeschakeld en schakelt
de randapparatuur uit.
Deze functie (default: uitgeschakeld)
wordt ingeschakeld en
geparametreerd via de conguratie
tool die in de software.
N.B.: Als de functie geactiveerd is
mag er geen kritische apparatuur
op de EcoControl aansluitingen
aangesloten worden.
Inschakeldrempels
parametreren
De default parametrering garandeert
de goede werking van de EcoControl
functie.
Afhankelijk van het verbruiksniveau
van de hoofdapparatuur kan
het echter noodzakelijk zijn om
de inschakeldrempel van de
EcoControl functie te wijzigen via de
conguratiesoftware die bij de UPS
geleverd wordt:
l Controleer eerst of de functie
geactiveerd is in het “EcoControl
function
” menu van de conguratie
tool.
l Als de randapparatuur die op
de EcoControl aansluitingen
aangesloten is niet uitschakelt als
de hoofdapparatuur niet in normale
werkingsmode staat (bv.: bij activeren
van de pauze mode), moet de
inschakeldrempel op High gezet
worden.
l Als het nominale verbruiksniveau
van de hoofdapparatuur
gering is en de EcoControl
aansluitingen uitschakelen terwijl
de hoofdapparatuur in normale
werkingsmode staat, moet de
inschakeldrempel op Low ingesteld
worden.
Gebruiksaanwijzing
8
: Gelterde aansluitingen.
9
: Battery backup-aansluitingen.
10
:
LED On geeft aan dat “bescherming
tegen piekstroomstoten” actief is.
11
: LED "fout UPS".
13
: Aan/uit-knop van de battery
backup-aansluitingen.
13
: Beveiligingsschakelaar.
8
9
Ellipse 1200 / 1600Ellipse 500 / 650 / 800
9
8
12
13 13
10
11
614-06803-00.indd 16 10/12/2010 11:15:10