Samsung AM220MNEPEH/EU Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Inhoud
VOORBEREIDING
Veiligheidsmaatregelen ..................................... .................................................................3
Weergave van uw airconditioner. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................... 11
BASISFUNCTIE
Bedrade afstandsbediening (optie) .......................... ............................................................... 12
OVERIGE
Bijlage ..................................................... ............................................................... 16
Modelspecicatie (gewicht en afmetingen) .................. ............................................................... 17
INSTALLATIE
Binneneenheid installeren .................................. ............................................................... 18
Lekkagetest uitvoeren & isoleren ............................ ............................................................... 19
Afvoerleiding en afvoerslang installeren ..................... ............................................................... 21
Elektrische bedrading ....................................... ............................................................... 24
Het adres van de binnenunit en de installatieopties instellen .. ............................................................... 27
Correcte verwijdering van dit product
(elektrische & elektronische afvalapparatuur)
(Van toepassing in landen met afzonderlijke inzamelingssystemen)
Dit label op het product, de accessoires of de documentatie bij dit product duidt erop dat het product en de bijbehorende
elektronische accessoires (bijvoorbeeld de oplader, headset of USB-kabel) aan het eind van de levensduur niet mogen
worden afgevoerd met het huishoudelijk afval. Om negatieve gevolgen voor het milieu en de volksgezondheid door een
ongecontroleerde afvalverwerking te voorkomen, verzoeken we u dit afval te scheiden van andere soorten afval zodat de
grondstoen op een verantwoorde wijze kunnen worden gerecycled voor duurzaam hergebruik.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de
gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de voorwaarden en bepalingen van het
koopcontract doornemen. Dit product en de bijbehorende elektronische accessoires moet gescheiden van ander
commercieel afval worden afgevoerd.
Ga voor informatie over de milieuverbintenissen en product specifieke wettelijke verplichtingen van Samsung naar: samsung.com/uk/
aboutsamsung/samsungelectronics/corporatecitizenship/data_corner.html
Nederlands-2
Veiligheidsmaatregelen
Lees deze handleiding aandachtig door voordat u uw nieuwe airconditioner in
gebruik neemt, zodat u weet hoe u op veilige en eciënte wijze gebruikmaakt
van de uitgebreide mogelijkheden en functies van uw nieuwe apparaat.
Aangezien de gebruiksinstructies gelden voor meerdere modellen, kunnen de
eigenschappen van uw airconditioner verschillen van de beschrijving in deze
handleiding. Als u vragen hebt, kunt u contact opnemen met het dichtstbijzijnde
contactcentrum. U kunt online via www.samsung.com ondersteuning en
informatie krijgen.
Belangrijke veiligheidssymbolen en voorzorgsmaatregelen:
WAARSCHUWING
Risico's of onveilige situaties die kunnen leiden tot
ernstig lichamelijk letsel of de dood.
VOORZICHTIG
Risico's of onveilige situaties die kunnen leiden
tot licht lichamelijk letsel of schade aan
eigendommen.
Volg de richtlijnen.
NIET proberen.
Zorg ervoor dat de machine is geaard om elektrische
schokken te voorkomen.
Trek de stekker uit het stopcontact.
NIET uit elkaar halen.
VOORBEREIDING
01 VOORBEREIDING
Nederlands-3
VOOR INSTALLATIE WAARSCHUWING
Gebruik een voedingskabel die minimaal voldoet aan de
stroomspecicaties van het product en gebruik de voedingskabel alleen
voor dit product. Gebruik bovendien geen verlengsnoer.
Wanneer de voedingskabel wordt verlengd, kan dit resulteren in
elektrische schokken of brand.
Gebruik geen elektrische omvormer. Dit kan resulteren in elektrische
schokken of brand.
Als de spanning/frequentie/stroomsterkte afwijkt, kan dit brand
veroorzaken.
De installatie van dit apparaat moet worden verricht door een erkend
installateur of servicebedrijf.
Indien dat niet gebeurt, kan dit leiden tot elektrische schokken, brand,
explosie, problemen met het product of letsel.
Installeer een schakelaar en stroomonderbreker voor de airconditioner.
Indien dat niet gebeurt, kan dit resulteren in elektrische schokken of
brand.
Bevestig de buitenunit stevig, zodat het elektrische gedeelte van de unit
niet wordt blootgesteld aan de elementen.
Indien dat niet gebeurt, kan dit resulteren in elektrische schokken of
brand.
Installeer het apparaat niet in de buurt van een verwarming of
ontvlambaar materiaal. Installeer dit apparaat niet in een vochtige,
vettige of stoge omgeving, of op een plaats die blootstaat aan direct
zonlicht en water (regendruppels). Plaats het apparaat niet op een
locatie waar gas kan vrijkomen.
Dit kan leiden tot elektrische schokken of brand.
Installeer de buitenunit nooit op een locatie zoals aan een hoge
buitenmuur waar die kan vallen.
Als de buitenunit valt, kan dit resulteren in letsel, de dood of schade aan
eigendommen.
Veiligheidsmaatregelen
Nederlands-4
Dit apparaat moet goed geaard zijn. Aard het apparaat niet aan een
gasleiding, plastic waterleiding of telefoonlijn.
Indien dat wel gebeurt, kan dit leiden tot elektrische schokken, brand,
een explosie of andere problemen met het product.
Steek de stekker nooit in een stopcontact dat niet juist is geaard en
zorg dat het stopcontact voldoet aan de plaatselijke en landelijke
voorschriften.
VOOR INSTALLATIE
VOORZICHTIG
Installeer het apparaat op een een en harde ondergrond die het
gewicht kan dragen.
Wanneer u dat niet doet, kan dit resulteren in abnormale trillingen,
lawaai of problemen met het product.
Zorg voor een correcte installatie van de afvoerslang, zodat het water
goed wordt afgevoerd.
Als u dit niet doet, kan dit leiden tot waterlekkage en materiële schade.
Wanneer u de buitenunit installeert, moet u ervoor zorgen dat de
afvoerslang wordt aangesloten zodat het water goed wordt afgevoerd.
Het water dat tijdens het verwarmen door de buitenunit wordt
gegenereerd, kan overlopen en resulteren in materiële schade. Met
name in de winter kan vallend ijs resulteren in letsel, de dood of
materiële schade.
01 VOORBEREIDING
Nederlands-5
VOOR VOEDING
WAARSCHUWING
Als de stroomonderbreker is beschadigd, neemt u contact op met het
dichtstbijzijnde servicecentrum.
Trek niet te hard aan het netsnoer en buig het niet overmatig. Draai de
voedingskabel niet en leg er geen knopen in. Haak de voedingskabel
niet achter een metalen object, plaats geen zware voorwerpen op de
voedingskabel, plaats de voedingskabel niet tussen objecten en druk de
kabel niet achter het apparaat.
Dit kan leiden tot elektrische schokken of brand.
VOOR VOEDING
VOORZICHTIG
Schakel de stroom uit bij de stroomonderbreker bij onweer of als de
airconditioner gedurende lange tijd niet wordt gebruikt.
Indien dat niet gebeurt, kan dit resulteren in elektrische schokken of
brand.
VOOR GEBRUIK
WAARSCHUWING
Als het apparaat overstroomt, neemt u contact op met uw
dichtstbijzijnde servicecentrum.
Indien dat niet gebeurt, kan dit resulteren in elektrische schokken of
brand.
Als u een vreemd geluid, een brandlucht of rook waarneemt, trekt u
direct de stekker uit het stopcontact en neemt u contact op met het
dichtstbijzijnde servicecentrum.
Indien dat niet gebeurt, kan dit resulteren in elektrische schokken of
brand.
Als er sprake is van een gaslek (zoals propaan, LPG, enz.) moet u de
ruimte onmiddellijk ventileren en raakt u de voedingskabel niet aan.
Raak het apparaat of de voedingskabel niet aan.
Gebruik geen ventilator.
Veiligheidsmaatregelen
Nederlands-6
Een vonkje kan een explosie of brand veroorzaken.
Wanneer de airconditioner opnieuw moet worden geïnstalleerd, neemt
u contact op met uw dichtstbijzijnde servicecentrum.
Indien dat niet gebeurt, kan dat leiden tot problemen met het product,
waterlekken, elektrische schokken of brand.
Er is niet voorzien in een aeveringsservice voor het product. Als u het
product opnieuw installeert op een andere locatie, worden extra kosten
voor de opbouw en installatie in rekening gebracht.
Neem zeker contact op met het dichtstbijzijnde servicecentrum als
u het product op een ongebruikelijke plaats wilt installeren, zoals op
een bedrijvenpark of in nabijheid van de zee waar het product wordt
blootgesteld aan zout in de lucht.
Raak de stroomonderbreker niet aan met natte handen.
Dit kan resulteren in een elektrische schok.
Voorkom dat er excessief veel kracht op de airconditioner wordt
uitgeoefend.
Dit kan resulteren in brand, letsel of problemen met het product.
Plaats geen objecten in de buurt van de buitenunit die kinderen de
mogelijkheid bieden op het apparaat te klimmen.
Hierdoor kunnen ernstig letsel oplopen.
Gebruik de stroomonderbreker niet om de airconditioner uit te
schakelen wanneer deze aan staat.
Wanneer u de airconditioner uit- en inschakelt, kunnen er vonken
ontstaan, wat kan resulteren in elektrische schokken of brand.
Zorg dat u het verpakkingsmateriaal na het uitpakken van de
airconditioner, uit de buurt houdt van kinderen. Verpakkingsmateriaal
kan gevaarlijk zijn voor kinderen.
Als een kind een zak over zijn hoofd trekt, kan dit leiden tot verstikking.
01 VOORBEREIDING
Nederlands-7
VOOR GEBRUIK
WAARSCHUWING
Steek geen vingers of vreemde stoen in het stopcontact wanneer de
airconditioner in bedrijf is of het frontpaneel wordt gesloten.
Zorg ervoor dat kinderen geen letsel oplopen door hun vingers in het
product te steken.
Raak het frontpaneel niet met uw handen of vingers aan wanneer de
airconditioner verwarmt.
Dit kan leiden tot elektrische schokken of brandwonden.
Steek geen vingers of vreemde stoen in de luchtinlaat-/-uitlaat van de
airconditioner.
Zorg ervoor dat kinderen geen letsel oplopen door hun vingers in het
product te steken.
Gebruik deze airconditioner langdurig op een slecht geventileerde
locatie of in de buurt van mensen met een zwakke gezondheid.
Dit kan door het ontstaan van zuurstofgebrek tot een gevaarlijke situatie
leiden. Open minimaal een uur een raam.
Als een vreemde substantie zoals water in het product is gekomen,
onderbreekt u de stroomtoevoer naar het product door de stekker uit
het stopcontact te trekken en de stroomonderbreker uit te schakelen.
Vervolgens neemt u contact op met het dichtstbijzijnde servicecentrum.
Indien dat niet gebeurt, kan dit resulteren in elektrische schokken of
brand.
Probeer het apparaat niet zelf te repareren, te demonteren of aan te
passen.
Gebruik geen andere zekering (zoals koper, staaldraad, enz.) dan de
standaardzekering.
Als u dat toch doet, kan dat leiden tot elektrische schokken, brand,
problemen met het product of letsel.
Veiligheidsmaatregelen
Nederlands-8
VOOR GEBRUIK VOORZICHTIG
Plaats geen objecten of apparaten onder de binnenunit.
Druppend water uit de binnenunit kan resulteren in brand of materiële
schade.
Controleer het installatieframe van de buitenunit minimaal één keer per
jaar op beschadigingen.
Als u dit niet doet, kan dit leiden persoonlijk letsel, de dood of materiële
schade.
De maximale stroom wordt gemeten overeenkomstig de IEC-
veiligheidsnorm en de stroom wordt gemeten overeenkomstig de ISO-
norm voor energie-eciëntie.
Oefen niet te veel kracht uit op de afstandsbediening en haal de
afstandsbediening niet uit elkaar.
Raak nooit de leidingen aan die zijn aangesloten op het product.
Als u dit wel doet, kan dit leiden tot brandwonden of letsel.
Gebruik deze airconditioner niet voor de opslag van precisie-
instrumenten, voedsel, dieren, planten, cosmetica of andere
ongebruikelijke doeleinden.
Dit kan resulteren in materiële schade.
Voorkom dat mensen, dieren of planten gedurende langere tijd worden
blootgesteld aan de luchtstroom van airconditioner.
Dit kan schadelijk zijn voor mensen, dieren of planten.
Dit apparaat is niet bedoeld voor personen (waaronder kinderen)
met een verminderd fysiek, zintuiglijk of mentaal vermogen of met
onvoldoende ervaring en kennis, tenzij ze onder toezicht staan of
instructies hebben gekregen met betrekking tot het gebruik van het
apparaat van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Kinderen mogen het apparaat uitsluitend onder toezicht gebruiken om
te voorkomen dat ze ermee gaan spelen.
01 VOORBEREIDING
Nederlands-9
Voor gebruik in Europa: Dit apparaat kan door kinderen vanaf 8 jaar en door
personen met een verminderd fysiek, zintuiglijk of mentaal vermogen
of gebrek aan ervaring en kennis worden gebruikt. In dat geval dient er
toezicht te zijn of dienen aan deze personen instructies te zijn gegeven
omtrent veilig gebruik van het apparaat en moeten deze personen
begrijpen welke gevaren het gebruik met zich meebrengt. Kinderen
mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en gebruikersonderhoud
mogen niet zonder toezicht door kinderen worden uitgevoerd.
VOOR REINIGING
WAARSCHUWING
Maak het product niet schoon door rechtstreeks water op het product
te sproeien. Gebruik geen wasbenzine, verdunner of alcohol om het
apparaat te reinigen.
Dit kan leiden tot verkleuring, vervorming, schade, elektrische schokken
of brand.
Als u het apparaat wilt reinigen of onderhoud aan het apparaat wilt
verrichten, moet u altijd eerst de stekker uit het stopcontact trekken en
wachten totdat de ventilator is gestopt.
Indien dat niet gebeurt, kan dit resulteren in elektrische schokken of brand.
VOOR REINIGING
VOORZICHTIG
Wees voorzichtig wanneer u het oppervlak van de warmtewisselaar van
de buitenunit reinigt, aangezien deze scherpe randen heeft.
Draag tijdens het reinigen dikke katoenen handschoen om te
voorkomen dat u zich in de vingers snijdt.
Reinig de binnenkant van de airconditioner nooit zelf.
Als u de binnenkant van het apparaat wilt reinigen, neemt u contact op
met het dichtstbijzijnde servicecentrum.
Wanneer u het interne lter reinigt, raadpleegt u de beschrijving in het
gedeelte ‘De airconditioner reinigen en onderhouden.
Wanneer u dit niet doet, kan dit resulteren in een elektrische schok of
brand.
Veiligheidsmaatregelen
Nederlands-10
Weergave van uw airconditioner
Gefeliciteerd met de aankoop van de airconditioner. We hopen dat u veel plezier zult beleven aan de kenmerken van uw
airconditioner en dat u met optimale eciëntie koel of warm blijft.
Lees deze handleiding zorgvuldig door en ga aan de slag om alles uit uw airconditioner te halen.
Luchtkanaaltype
Luchtinlaat
Luchtuitlaat
• Afhankelijk van uw model kan uw airconditioner er enigszins anders uitzien dan op bovenstaande afbeelding.
OPMERKING
01 VOORBEREIDING
Nederlands-11
Bedrade afstandsbediening (optie)
Weergave
Operation On/O (Bedrijf Aan/Uit)
LED-indicatie
(Groen: Normaal / Rood: Moet worden gecontroleerd)
Knop voor Temperature setting (temperatuurinstelling)
• Zonder de afscherming van de bedrade afstandsbediening te openen, kunt u de airconditioner in- of uitschakelen of de
gewenste temperatuur instellen.
OPMERKING
BASISFUNCTIE
Nederlands-12
Classicatie Indicatie Functie
Informatie
over de
airconditioner
Geeft de werking van de airconditioner aan.
Geeft stille/slaapwerking aan.
Geeft de binnentemperatuur/ingestelde temperatuur aan
Geeft de temperatuurregeling van uitgeblazen lucht aan
Geeft het CO
2
-/energieverbruik aan
Geeft de ventilatorsnelheid van de airconditioner aan
Geeft de selectie van het blad aan
Geeft de richting van de luchtstroom (omhoog/omlaag) aan
Informatie
over het
schema
Weergave wekelijks schema/vakantie-instelling
Geeft huidige dag( ) of geplande dag(_) aan
Geeft schemanummer aan
Geeft selectie van geplande apparaat aan
Geeft huidige tijd/zomertijd/geplande tijd aam
Informatie
over
ventilator
(ERV)
Geeft werking van de ventilator(ERV) aan
Geeft reiniging aan
Geeft toerental van de ventilator(ERV) aan
Informatie
over
algemene
werking
Geeft Invalid operation (ongeldige werking)/Filter cleaning (lterreiniging)
(lterreinigingsperiode) aan
Geeft Dust box cleaning alert (reinigingswaarschuwing stofkast)/gedeeltelijke
vergrendeling/gehele vergrendeling aan
Geeft Away (Weg)/Motion detect-sensor (Bewegingsdetectiesensor)/
Range hood (Afzuigkap)/External interconnection control (externe
bedieningsaansluiting)/Auto clean (Automatische reiniging)/ Humidifying
(Bevochtigen)/Energy saving (energiebesparing)/Outdoor air supply intake
(buitenluchtinlaat)/
Central control (Centrale bediening)
Geeft S-Plasma-ion aan
Geeft Indoor CO
2
density (CO
2
-densiteit binnen) aan
Geeft Indoor humidity (binnenvochtigheid) aan
Hiermee wordt de resterende tijd weergegeven voor auto stop/ERV-vertraging
- Vast: uren, knippert: minuten
02 BASISFUNCTIE
Nederlands-13
Bedrade afstandsbediening (optie)
Knoppen
Classicatie Knop Functie
Informatie
over de
airconditioner
Operation On/O
(Bedrijf Aan/Uit)
Hiermee wordt de airconditioner Aan/Uit gezet
Mode (Modus)
Hiermee wordt de gewenste werkstand van de airconditioner
geselecteerd
Knop voor
Temperature setting
(temperatuurinstelling)
De gewenste temperatuur instellen
Knop Fan Speed
(Ventilatorsnelheid)
Hiermee wordt de ventilatorsnelheid van de airconditioner gewijzigd
Knop Air Swing
(Luchtstroom)
Hiermee wordt de richting van de luchtstroom naar omhoog of omlaag
gewijzigd
Knop Temp Controleert de binnentemperatuur
Knop Quiet (Stil)/Sleep
(Slapen)
Hiermee selecteert u de stille/slaapwerking voor de airconditioner
Knop Humidity
(Vochtigheid)
Hiermee wordt de functie bevochtiging van de binnenunit MINI AHU Aan/
Uit gezet
Nederlands-14
Classicatie Knop Functie
Informatie
over de
airconditioner
Knop Blade (Blad) Hiermee wordt een blad voor afzonderlijke besturing geselecteerd
Toets Away (Weg)/
Motion detect-sensor
(Bewegingsdetectiesensor)
Selecteer om te detecteren wanneer er binnen niemand aanwezig
is, zodat de airconditioning automatisch wordt uitgeschakeld en de
bediening AWAY (Afwezig) wordt ingesteld
Outdoor air intake
(buitenluchtinlaat)
Hiermee wordt de functie buitenluchtinlaat van binnenunit MINI AHU
geselecteerd
Weergave
special
functies
Knop Schedule
(Schema)
Hiermee wordt de functie voor het instellen van het schema geselecteerd
Knop User Set
(gebruikersinstelling)
Hiermee wordt de gedetailleerde instelfunctie geselecteerd
Knoppen voor navigatie Bewegen tussen items of de waarde van het item wijzigen
Knop Set (Instellen) Hiermee kunt u uw nieuwe instellingen opslaan
Knop ESC
Hiermee keert u terug naar de algemene modus vanaf de instelschermen
voor schema en details
Knop Delete
(Verwijderen)
Hiermee annuleert u het ingestelde schema
Knop Auto Clean
(automatisch reinigen)
Hiermee gebruikt u de automatische reinigingsfunctie van de
airconditioner
Knop CO
2
/[kWh] Hiermee geeft u de hoeveelheid CO
2
en het energieverbruik weer
Knop Filter Reset (Filter
resetten)
Hiermee schakelt u de weergave van de lterreiniging uit (lter met tijd
reset)
Knop S-Plasma-ion Hiermee kiest u de functie S-Plasma-ion
Knoppen van
ventilator
(ERV)
Operation On/O
(Bedrijf Aan/Uit)
Hiermee zet u de Ventilator(ERV) Aan/Uit
Mode (Modus) Hiermee selecteert u het gewenste bedrijf voor de Ventilator(ERV)
Knop Fan Speed
(Ventilatorsnelheid)
Hiermee wijzigt u het toerental van de Ventilator(ERV)
Knop E.Saver (E.
besparing)
Hiermee begint u de energiebesparende werking
Knop Clean up
(reinigen)
Hiermee selecteert u de luchtzuivering door middel van de in-/uit-
belastingsregeling
• Druk nadat u het lter hebt gereinigd op de knop Filter Reset (Filter resetten). Het lampje gaat uit en gaat
weer aan bij de volgende reinigingstermijn.
• Als u op een functieknop drukt die niet door de binnenunit wordt ondersteund, dan gaat het
lampje aan.
• Als de instelling van de temperatuurweergave op de binnentemperatuur staat en u drukt op de knop Temp. (Temp.),
verschijnt het
lampje op de weergave. (Als u de bedrade afstandsbediening installeert, is deze instelling
beschikbaar.)
• Als u op de knop On/O
(Aan/Uit) drukt wanneer uw Ventilator(ERV) is aangesloten op een bedrade
afstandsbediening, dan zouden de airconditioner en de Ventilator(ERV) tegelijkertijd kunnen werken of stoppen, of
alleen de airconditioner zou kunnen werken of stoppen. De fabrieksinstellingen staan op gelijktijdige werking/stoppen.
(Als u de bedrade afstandsbediening installeert, is deze instelling beschikbaar.)
• Hoewel de airconditioner en de Ventilator(ERV) op gelijktijdige werking/stoppen zijn ingesteld, kunt u de
airconditioner en de Ventilator(ERV) met een andere bediening afzonderlijk besturen (bijvoorbeeld een draadloze
afstandsbediening, centrale bediening, S-net mini) behalve met een bedrade afstandsbediening.
OPMERKING
02 BASISFUNCTIE
Nederlands-15
Bijlage
Probleemoplossing
Raadpleeg de volgende tabel als de airconditioner niet normaal werkt. Dit kan
tijd en onnodige kosten besparen.
PROBLEEM OPLOSSING
De airconditioner
werkt niet
onmiddellijk nadat
deze opnieuw is
opgestart.
•Vanwege een beveiligingsmechanisme begint het
apparaat wellicht niet meteen te werken zodat de
unit niet overbelast raakt. De airconditioner start
over 3 minuten.
De airconditioner
werkt helemaal niet.
•Controleer of de stekker er goed in zit. Steek de
stekker op de juiste manier in het stopcontact.
•Controleer of de stroomonderbreker is ingeschakeld.
•Controleer of er een stroomstoring is.
•Controleer de zekering. Controleer of deze niet is
doorgebrand.
Timerfunctie stelt
niet in.
•Controleer of u op de knop ON/OFF op de
afstandsbediening drukt nadat u de tijd hebt
ingesteld.
Tijdens het gebruik
komen er geuren in
de kamer.
•Controleer of het apparaat in een rokerige ruimte
draait of dat er een geur van buitenaf komt. Laat de
airconditioner in de modus Fan (Ventilator) werken
of doe de ramen open om de kamer te luchten.
De airconditioner
maakt een borrelend
geluid.
•U kunt een borrelend geluid horen wanneer het
koelmiddel door de compressor circuleert. Laat de
airconditioner in een geselecteerde modus werken.
•Wanneer u op de knop (ON/OFF) drukt op de
afstandsbediening, kunt u geluid horen van de
afvoerpomp binnenin de airconditioner.
OVERIGE
Nederlands-16
PROBLEEM OPLOSSING
De airconditioner
gaat niet aan of uit
met de bedrade
afstandsbediening.
•Controleer of u de bedrade afstandsbediening
voor groepsbesturing hebt ingesteld. Als de
bedrade afstandsbediening gebruikt wordt voor
groepsbesturing, gaan de met deze bedrade
afstandsbediening verbonden airconditioners
achter elkaar aan of uit en dit kan enige tijd duren
(maximaal 32 seconden).
De bedrade
afstandsbediening
werkt niet.
•Controleer of de indicator TEST wordt weergegeven
op de bedrade afstandsbediening. Zet in dat geval
de unit uit en schakel de stroomonderbreker uit. Bel
met het dichtstbijzijnde servicecentrum.
Bedrijfsbereik
De onderstaande tabel geeft het bereik aan van de temperatuur en vochtigheid van de airconditioner waarin deze kan werken.
Raadpleeg de tabel voor eciënt gebruik.
MODUS BEDRIJFSTEMPERATUUR BINNENVOCHTIGHEID ALS BUITEN DE VOORWAARDEN
KOELEN 20 ˚C tot 52 ˚C 80 % of minder
Er kan condensatie op de binnenunit
ontstaan met het risico dat er ofwel water
vanaf komt, of dat er druppels op de vloer
komen.
VERWARMEN -5 ˚C tot 15 ˚C -
De interne beveiliging wordt geactiveerd en
de airconditioner stopt.
VENTILEREN 5 ˚C tot 52 ˚C - -
De beveiliging kan optreden als de temperatuur hoger is dan 48 ˚C.
De verwarming of de werking van de ventilator wordt gestopt als de temperatuur lager is dan -5 ˚C.
Een kanaal met koele lucht regelt de uitlaattemperatuur.
Afhankelijk van de binnen-/buitentemperatuur of de installatie-omstandigheden kan de werkelijke uitlaattemperatuur niet exact
worden geregeld.
Modelspecicatie (gewicht en afmetingen)
Type Model Netto gewicht Netto-afmetingen (B x D x H)
Binnenunit
AM140MNEPEH/EU 49,0 kg 1210 x 656 x 370 mm
AM220MNEPEH/EU 81,5 kg 1360 x 910 x 460 mm
AM280MNEPEH/EU 81,5 kg 1360 x 910 x 460 mm
03 OVERIGE
Nederlands-17
Binneneenheid installeren
• Ophijsen van de binnenunit
1) Gebruik gereedschap als katrollen om de binnenunit aan de
trekbouten op te hijsen.
2) Gebruik een waterpas om het niveau van de binnenunit af te
stellen omdat deze anders kan gaan lekken.
• Leidinglengte
• Gebruik een wanddoorvoer wanneer de leiding door de muur
heengaat om schade aan de isolatie door de muur te voorkomen.
Schade heeft een slechte isolatie en condenswater tot gevolg.
VOORZICHTIG
Poort afvoerslang
A
Plafondsteun
A
AM140MNEPEH
 10mm
AM220MNEPEH

3mm
AM280MNEPEH

Beton
Ophangbout (ø9,52 of M10)
Gat in anker
Gat in plug
Insteken
Moer
Moerplaatje
Rubber
De moer vastmaken
U kunt beter eerst het Y-stuk monteren voordat u de binnenunit installeert.
1. Plaats het patroonblad op het plafond op de plek waar u de binnenunit wilt
installeren.
• Aangezien het schema van papier is, kan het door temperatuur
of vochtigheid iets krimpen of rekken. Houd daarom voordat u de
gaten boort de juiste afmetingen aan tussen de markeringen.
OPMERKING
2. Doe er ankerbouten in, gebruik bestaande plafondsteunen of bouw een
geschikte steun als weergegeven op afbeelding.
3. Monteer de ophangbouten, afhankelijk van het type plafond.
• Zorg dat het plafond sterk genoeg is om het gewicht van de
binnenunit te dragen. Test de sterkte van elke bevestigde voordat
u de unit ophangt.
• Als de lengte van de ophangbout langer is dan 1,5 m, moeten
trillingen worden voorkomen.
• Indien dit niet mogelijk is, maak dan een opening in het
verlaagde plafond om het te kunnen gebruiken voor de vereiste
bewerkingen op de binneneenheid.
VOORZICHTIG
4. Schroef acht moeren aan de ophangbouten om ruimte te maken voor het
ophangen van de binnenunit.
• Monteer meer dan vier ophangbouten wanneer u de
binnenunit installeert.
VOORZICHTIG
5. Hang de binnenunit aan de ophangbouten tussen twee moeren.
• Wanneer u de unit ophangt, moeten in het plafond de
leidingen zijn gelegd en aangesloten. Als het plafond al
gebouwd is, leg dan de leidingen op de juiste plaats aan om
op de unit te worden aangesloten voordat u de unit in het
plafond plaatst.
OPMERKING
6. Schroef de moeren vast om de unit op te hangen.
7. Pas het niveau van de unit aan door de meetplaat voor de 4 zijden te
gebruiken.
• Hang de linker- of rechterzijde van de unit die op de afvoerslang
wordt aangesloten, 1° schuin voor een goede afvoer van het
condensaat, als weergegeven op de afbeelding. Zet hem schuin als
u ook de afvoerpomp wilt installeren.
OPMERKING
INSTALLATIE
Nederlands-18
Lekkagetest uitvoeren & isoleren
Lekkagetest
LEKTEST MET STIKSTOF (vóór openen van kleppen)
Om kleine koelmiddellekken te detecteren, voor het aanbrengen van het
vacuüm en het opnieuw in het systeem aanbrengen van R-410A, is het de
verantwoordelijkheid van de installateur om het gehele systeem onder druk te
brengen met stikstof (en daarbij een drukregelaar te gebruiken) bij een druk
van meer dan 4,1 MPa (gemeten).
LEKTEST MET R-410A (na openen van kleppen)
Verwijder voor het openen van kleppen eerst alle stikstof uit het systeem en
realiseer een vacuüm. Controleer na het openen van de kleppen op lekken met
een lekdetector die koelmiddel R-410A kan waarnemen.
• Verwijder alle stikstof om een vacuüm te creëren en vul het
systeem.
VOORZICHTIG
AM140

AM220/280

Lekkagetest
Lekkagetest
Isolatie
Nadat u hebt gecontroleerd op lekken en hebt vastgesteld dat die er niet zijn, kunt u de leiding en slang isoleren.
1. Voorkom condensatieproblemen en breng T13.0 of dikkere acrylonitril-
butadieen-rubber aan rond elke koelmiddelleiding.
• Zorg dat de naad van de leidingen altijd omhoog wijst.
OPMERKING
2. Wikkel isolatietape om de leidingen en afvoerslang en zorg dat u de
isolatie niet te veel samendrukt.
3. Wikkel isolatietape om de rest van de leidingen die naar de buitenunit
lopen.
4. Bevestig de leidingen en elektrische kabels waarmee de binnen- en
buitenunit zijn verbonden, met geschikte goten aan de wand.
• Alle koelmiddelaansluitingen moeten toegankelijk zijn om
onderhoud aan de unit te kunnen plegen of deze volledig te
kunnen verwijderen.
VOORZICHTIG
Geen opening
NBR(T13.0 of dikker)
Zorg dat u de isolatie overlapt
Binnenunit
Isolatiekap leiding
Isolatie leiding
• Moet er strak tegenaan zitten zonder
tussenruimte.
VOORZICHTIG
04 INSTALLATIE
Nederlands-19
Lekkagetest uitvoeren & isoleren
5. De isolatie van de koelleiding selecteren.
Isoleer de leiding aan de gaszijde en de vloeistofzijde en gebruik daarbij de dikte die overeenkomst met de grootte van de
leiding.
De standaardomstandigheden zijn een binnentemperatuur van 30°C en een luchtvochtigheid van 85%. Als u de installatie
onder een hoge luchtvochtigheid uitvoert, gebruik dan isolatie die een maat dikker is, zoals aangegeven in de tabel hieronder.
Als u de installatie onder ongunstige omstandigheden uitvoert, gebruik dan dikkere isolatie.
De hittebestendigheid van het isolatiemateriaal dient meer dan 120°C te zijn.
Leiding Leidingdiameter
Type installatie (verwarmen/koelen)
OpmerkingenStandaard [30 °C,85%]
Hoge luchtvochtigheid [30 °C,
meer dan 85%]
EPDM, NBR
Vloeistoeiding
Ø6,35~Ø9,52 9t
Binnentemperatuur is
hoger dan 120 °C
Ø12,7 ~ Ø50,80 13t
Gasleiding
Ø6,35 13t 19t
Ø9,52
19t
25t
Ø12,70
Ø15,88
Ø19,05
Ø22,23
Ø25,40
Ø28,58
32t
Ø31,75
Ø38,10
Ø44,45
Ø50,80 25t 38t
Extra isolatie
Ophangsysteem
Isolatie koelmiddelleiding
a×3
a
• Installeer de isolatie zodanig dat deze niet wijder wordt en gebruik een zelfklevende isolatie voor het
verbindingsgedeelte om te voorkomen dat er vocht kan binnendringen.
• Omwikkel de koelmiddelleiding met isolatietape als deze wordt blootgesteld aan direct zonlicht.
• Zorg er bij het isoleren van de koelmiddelleiding voor dat het isolatiemateriaal niet dunner wordt bij de gebogen
gedeeltes of de ophanging van de leiding.
• Voeg extra isolatie toe als het isolatievlak dunner wordt.
VOORZICHTIG
Nederlands-20
Afvoerleiding en afvoerslang installeren
1. Hoe korter de installatie van de afvoerslang is hoe beter.
• Om condenswater af te voeren, moet de afvoerslang schuin
worden houden.
• Bevestig de afvoerslang met kabelbinder, zodat het niet
gescheiden raakt van de machine.
• Tijdens het gebruik van de afvoerpomp, sluit u het uiteinde met
de afvoerpomp.
• De aansluitpoort van de exibele slang en PVC afvoerbuis moet
met PVC-lijm worden bevestigd.
A-A
Stalen ring van afvoerslang
Verbinding van afvoerslang
Afvoerpijp
Afvoerpijp
Bevestigen met
kabelbinder
Wikkel thermische hulsslang
Binnenunit
Zoals weergegeven in de afbeelding, draait u de stalen
ring van de afvoerslang vast.
2. Isoleer en bevestig de afvoerslang volgens de afbeelding.
• Plaats de afvoerslang aan de onderkant van de afvoerinstallatie
of waterreservoir.
• Vergrende de stalen ring van de afvoerslang volgens de
afbeelding.
• Wikkel de stalen ring en afvoerslang volledig met de
isolatiespons; bevestig beide uiteinden van de buitenlaag met
lint voor thermische isolatie.
• Na de installatie moet de afvoerslang volledig geïsoleerd
worden door warmte-isolerend materiaal. (Op site verkrijgbaar.)
04 INSTALLATIE
Nederlands-21
Afvoerleiding en afvoerslang installeren
Aansluiting afvoerleiding
Zonder de afvoerpomp
1. Installeer de horizontale afvoerleiding met een helling van 1/100 of meer en bevestig deze met een ophangruimte van 1,0 ~
1,5m.
2. Installeer een zwanenhals aan het einde van de afvoerleiding om te voorkomen dat geuren de binnenunit bereiken.
3. Installeer de afvoerleiding niet opwaarts. Het water zou hierdoor terug naar de unit kunnen stromen.
H
2
1
1~1,5 m
H≥50 mm
Reinigingsopening
afvoerleiding
Horizontale afvoerleiding
helling van meer dan 1/100
Plafond
Ophangsysteem
Met de afvoerpomp
1. Installeer de afvoerleiding binnen 300 mm tot 550 mm van de exibele slang en dan 20 mm of meer lager neerzetten.
2. Installeer de horizontale afvoerleiding met een helling van 1/100 of meer en bevestig deze met een ophangruimte van 1,0 ~
1,5m.
3. Installeer de luchtopening in de horizontale afvoerleiding om te voorkomen dat er water terugstroomt naar de binnenunit.
• U hoeft deze wellicht niet te installeren als er een goede helling in de horizontale afvoerleiding zit.
OPMERKING
4. De exibele slang mag niet opwaarts worden geïnstalleerd. Het water zou hierdoor terug naar de binnenunit kunnen stromen.
Flexibele slang
Ventilatieopening
300mm of minder
Horizontale afvoerleiding
helling van meer dan 1/100
Binnen
300~550 mm
1~1,5 m
200 mm of
meer
Plafond
Ophangsysteem
20 mm of
meer
Nederlands-22
Gecentraliseerde afvoer
Zonder de afvoerpomp
1. Installeer de horizontale afvoerleiding met een helling van 1/100 of meer en bevestig deze met een ophangruimte van 1,0 ~
1,5m.
2. Installeer een zwanenhals aan het einde van de afvoerleiding om te voorkomen dat geuren de binnenunit bereiken.
3. De afvoerleiding mag niet opwaarts worden geïnstalleerd. Het water zou hierdoor terug naar de unit kunnen stromen.
Plafond
Helling horizontale
afvoerleiding meer dan
1/100
100 mm of
meer
Met de afvoerpomp
1. Installeer de hoofdluchtopening aan de voorkant van de verste binnenunit vanaf de hoofdafvoer als er meer dan 3 binnenunits
zijn geïnstalleerd.
2. Wellicht moet u een afzonderlijke luchtopening installeren om te voorkomen dat water bovenaan elke afvoerleiding van de
binnenunit terugstroomt.
550 mm of minder
1~1,5 m
Hoofdluchtopening
Ophangsysteem
Individuele
luchtopening
Hoofdafvoerleiding
Gecentraliseerde horizontale
afvoerleiding (helling meer dan
1/100)
04 INSTALLATIE
Nederlands-23
Elektrische bedrading
Aansluiting van stroom- en communicatiekabel
1. Schakel alle stroom uit voordat u aan de bedrading gaat werken.
2. De voeding van de binnenunit moet via de onderbreker komen (MCCB: gesloten vermogensschakelaar, ELB: Aardlekschakelaar,
ELCB: aardlekschakelaar) gescheiden door de voeding van de buitenunit.
MCCB: overstroombeveiliging
ELB: aardlekbeveiliging
ELCB: overstroombeveiliging + aardlekbeveiliging
3. Het netsnoer mag alleen gebruik maken van koperdraden.
4. Sluit de stroomkabel {1(L), 2(N)} tussen de units en communicatiekabels (F1, F2) aan. De maximumlengte van kabels moet 1000
m zijn.
5. Wanneer u de bedrade afstandsbediening installeert, sluit dan F3 en F4 aan (voor communicatie).
(binnen-PBA wordt beschadigd als V1, V2, F3, F4 kortsluiting maken.)
6. Installatievoorwaarden voor een bedrade afstandsbediening
Een kanaal met koele lucht en een binnenunit moeten niet via één bedrade afstandsbediening worden geïnstalleerd.
Het kanaal met koele lucht heeft een andere bedieningsmodus, temperatuurinstelling, enz. Daarom als er binnenunits
met kanalen met koele lucht worden vermengd, mogen ze geen bedrade afstandsbediening delen. Zorg dat u de bedrade
afstandsbediening gescheiden installeert voor kanalen met koele lucht en binnenunits.
De installatie tussen kanalen met koele lucht kan via één bedrade afstandsbediening worden geregeld.
Voorbeeld van juiste installatie
Installatie tussen kanalen met koele lucht
Kanaal met koele lucht 1 Kanaal met koele lucht 2 Kanaal met koele lucht 3
Bedrade afstandsbediening
220 V - 240 V~
ELB
MCCB
ELCB
MCCB
of
ELCB: Essentiële installatie.
Buitenunit
• Uitschakelen voordat u bedrading aansluit. Binnen-PBA wordt beschadigd als V1, V2, F3, F4 kortsluiting maken.
WAARSCHUWING
• De installatie tussen kanalen met koele lucht kan via één bedrade afstandsbediening worden geregeld.
OPMERKING
Nederlands-24
220 V - 240 V~
Binnenunit 1 Binnenunit 2 Kanaal met koele lucht 1
Bedrade afstandsbediening
ELB
MCCB
ELCB
MCCB
of
ELCB: Essentiële installatie.
Buitenunit
Bedrade afstandsbediening
• Uitschakelen voordat u bedrading aansluit. Binnen-PBA wordt beschadigd als V1, V2, F3, F4 kortsluiting maken.
WAARSCHUWING
• Als binnenunits met kanalen met koele lucht worden vermengd, mogen ze niet door één bedrade afstandsbediening
worden bediend.
OPMERKING
Voorbeeld van onjuiste installatie
Installatie tussen een kanaal met koele lucht en een binnenunit
Binnenunit 1 Binnenunit 2 Kanaal met koele lucht 1
Bedrade afstandsbediening
ELB
MCCB
ELCB
MCCB
of
ELCB: Essentiële installatie.
Buitenunit
220 V - 240 V~
• Uitschakelen voordat u bedrading aansluit. Binnen-PBA wordt beschadigd als V1, V2, F3, F4 kortsluiting maken.
WAARSCHUWING
• Wanneer binnenunits vermengd met kanalen met koele lucht door één bedrade afstandsbediening worden bediend,
kan zich een probleem voordoen door verschillende besturingsspecicaties.
OPMERKING
04 INSTALLATIE
Nederlands-25
Elektrische bedrading
Aansluitklemmen selecteren
Zilversoldeer
Nominale afmetingen voor kabel (mm
2
) 1,5 2,5 4
Nominale afmetingen voor schroef (mm) 4 4 4 4 4
B
Standaardafmetingen (mm) 6,6 8 6,6 8,5 9,5
Tolerantie (mm) ±0,2 ±0,2 ±0,2
D
Standaardafmetingen (mm) 3,4 4,2 5,6
Tolerantie (mm)
+0,3
-0,2
+0,3
-0,2
+0,3
-0,2
d1
Standaardafmetingen (mm) 1,7 2,3 3,4
Tolerantie (mm) ±0,2 ±0,2 ±0,2
E Min. 4,1 6 6
F Min. 6 6 5
L Max. 16 17,5 20
d2
Standaardafmetingen (mm) 4,3 4,3 4,3
Tolerantie (mm)
+0,2
0
+0,2
0
+0,2
0
t Min. 0,7 0,8 0,9
Specicatie van elektrische bedrading
Voeding MCCB ELB of ELCB Voedingskabel Aardkabel Communicatiekabel
Max.: 242 V
Min.: 198 V
XA
XA, 30 mmA
0,1
s
2,5 mm
2
2,5 mm
2
0,75~1,5 mm
2
Bepaal de capaciteit van ELCB (of MCCB+ELB) via de onderstaande formule.
Stroomkabels van onderdelen van apparaten voor buitengebruik mogen niet lichter zijn dan exibel snoer met een
polychloropreen mantel. (IEC-code: 60245 IEC 57 / CENELEC: H05RN-F of IEC:60245 IEC 66 / CENELEC: H07RN-F)
De capaciteit van ELCB of MCCB en ELB X[A] = 1,25 X 1,1 X ∑Ai
X : De capaciteit van ELCB of MCCB en ELB
∑Ai: Som van nominale stroom van elke binnenunit.
Zie de installatiehandleiding van de binnenunits voor meer informatie over de nominale stroom.
Houd bij het bepalen van de specicaties en maximumlengte van de voedingskabel de vermogensdaling voor de binnenunits binnen 10%.
n
Coëf×35,6×L
k
×i
k
10% van ingangsspanning [V]
(
) <
1000×A
k
k=1
coëf: 1,55
L
k
: Afstand tussen elke unit [m], A
k
: Specicatie voedingskabel [mm
2
]
i
k
: Bedrijfsstroom per unit [A]
Breng transmissiedraden aan tussen de binnen- en buitenunits via een kabelbuis ter bescherming tegen externe invloeden, en
voer de kabelbuis samen met de koelmiddelleidingen door de muur.
Nederlands-26
Het adres van de binnenunit en de installatieopties instellen
Stel het adres van de binnenunit en de installatieopties in met de afstandsbediening.
Stel elke optie afzonderlijk in omdat u de opties ADRES-instelling en instelling installatie binnenunit niet tegelijk kunt instellen. U
moet twee keer instellen bij het instellen van het adres van de binnenunit en de installatieoptie.
Het instellen van opties
Mode (Modus)
De bedieningsmodus selecteren.
Richting van de luchtstroom (links en rechts)
Richting van de luchtroom naar links en rechts bijstellen.
Aan/Uit
De airconditioner in- of uitschakelen.
Temperatuur
De temperatuur instellen.
Opties
Opties selecteren tijdens gebruik.
Richting
Naar een optie gaan en optie instellen.
Ventilatorsnelheid
De ventilatorsnelheid instellen.
Richting van de luchtstroom (omhoog en omlaag)
Richting van de luchtstroom maar boven en beneden bijstellen (niet van
toepassing op modellen van het kanaaltype).
SET (Instellen)
Een optie instellen of annuleren.
Settings (Instellingen)
Instellingen selecteren.
Timer
Timeroptie instellen.
Stap 1 Modus voor het instellen van opties activeren
1. Haal de batterijen uit de afstandsbediening.
2. Plaats de batterijen en activeer de modus voor het instellen van de opties voor de knoppen Temperatuur omhoog en
Temperatuur omlaag in te drukken.
3. Controleer of de modus voor het instellen van opties is geactiveerd.
Stap 2 Het instellen van opties
Nadat u de modus voor het instellen van opties hebt geactiveerd, selecteert u de opties als volgt.
De instelbare opties lopen van SEG1 tot SEG 24
• SEG1, SEG7, SEG13, SEG19 worden niet ingesteld als paginaoptie.
• Stel SEG2~SEG6, SEG8~SEG12 in op ON (AAN) en SEG14~18, SEG20~24 op OFF (UIT).
SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6 SEG7 SEG8 SEG9 SEG10 SEG11 SEG12
Aan (SEG1~12) Uit (SEG13~24)
0 X X X X X 1 X X X X X
SEG13 SEG14 SEG15 SEG16 SEG17 SEG18 SEG19 SEG20 SEG21 SEG22 SEG23 SEG24
2 X X X X X 3 X X X X X
VOORZICHTIG
04 INSTALLATIE
Nederlands-27
Het adres van de binnenunit en de installatieopties instellen
Opties instellen Status
1. De opties SEG2, SEG3 instellen
Druk op de knop Low Fan (Ventilator laag) ( ) om de SEG2-waarde in te voeren.
Druk op de knop High Fan (Ventilator hoog) ( ) om de SEG3-waarde in te voeren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, worden beurtelings geselecteerd.
SEG2 SEG3
2. De modus Cool (Koelen) instellen
Druk op de knop Mode (modus) om de modus Cool (Koelen) op ON (AAN) te zetten.
3. De opties SEG4, SEG5 instellen
Druk op de knop Low Fan (Ventilator laag) ( ) om de SEG4-waarde in te voeren.
Druk op de knop High Fan (Ventilator hoog) ( ) om de SEG5-waarde in te voeren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, worden beurtelings geselecteerd.
SEG4 SEG5
4. De modus Dry (Drogen) instellen
Druk op de knop Mode (modus) om de modus DRY (Drogen) op ON (AAN) te zetten.
5. De opties SEG6, SEG8 instellen
Druk op de knop Low Fan (Ventilator laag) ( ) om de SEG6-waarde in te voeren.
Druk op de knop High Fan (Ventilator hoog) ( ) om de SEG8-waarde in te voeren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, worden beurtelings geselecteerd.
SEG6 SEG8
6. De modus Fan (Ventilator) instellen
Druk op de knop Mode (modus) om de modus FAN (Ventilator) op ON (AAN) te zetten.
7. De opties SEG9, SEG10 instellen
Druk op de knop Low Fan (Ventilator laag) ( ) om de SEG9-waarde in te voeren.
Druk op de knop High Fan (Ventilator hoog) ( ) om de SEG10-waarde in te voeren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, worden beurtelings geselecteerd.
SEG9 SEG10
8. De modus Heat (Verwarming) instellen
Druk op de knop Mode (modus) om de modus HEAT (Verwarmen) op ON (AAN) te zetten.
9. De opties SEG11, SEG12 instellen
Druk op de knop Low Fan (Ventilator laag) ( ) om de SEG11-waarde in te voeren.
Druk op de knop High Fan (Ventilator hoog) ( ) om de SEG12-waarde in te voeren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, worden beurtelings geselecteerd.
SEG11 SEG12
10. De modus Auto instellen
Druk op de knop Mode (modus) om de modus AUTO (Automatisch) op OFF (UIT) te zetten.
11. De opties SEG14, SEG15 instellen
Druk op de knop Low Fan (Ventilator laag) ( ) om de SEG14-waarde in te voeren.
Druk op de knop High Fan (Ventilator hoog) ( ) om de SEG15-waarde in te voeren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, worden beurtelings geselecteerd.
SEG14 SEG15
12. De modus Cool (Koelen) instellen
Druk op de knop Mode (modus) om de modus Cool (Koelen) op OFF (UIT) te zetten.
Nederlands-28
Opties instellen Status
13. De opties SEG16, SEG17 instellen
Druk op de knop Low Fan (Ventilator laag) ( ) om de SEG16-waarde in te voeren.
Druk op de knop High Fan (Ventilator hoog) ( ) om de SEG17-waarde in te voeren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, worden beurtelings geselecteerd.
SEG16 SEG17
14. De modus Dry (Drogen) instellen
Druk op de knop Mode (modus) om de modus Dry (Drogen) op OFF (UIT) te zetten.
15. De opties SEG18, SEG20 instellen
Druk op de knop Low Fan (Ventilator laag) ( ) om de SEG18-waarde in te voeren.
Druk op de knop High Fan (Ventilator hoog) ( ) om de SEG20-waarde in te voeren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, worden beurtelings geselecteerd.
SEG18 SEG20
16. De modus Fan (Ventilator) instellen
Druk op de knop Mode (modus) om de modus Fan (Ventilator) op OFF (UIT) te zetten.
17. De opties SEG21, SEG22 instellen
Druk op de knop Low Fan (Ventilator laag) ( ) om de SEG21-waarde in te voeren.
Druk op de knop High Fan (Ventilator hoog) ( ) om de SEG22-waarde in te voeren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, worden beurtelings geselecteerd.
SEG21 SEG22
18. De modus Heat (Verwarming) instellen
Druk op de knop Mode (modus) om de modus HEAT (Verwarmen) op OFF (UIT) te zetten.
19. De modus SEG23, SEG24 instellen
Druk op de knop Low Fan (Ventilator laag) ( ) om de SEG23-waarde in te voeren.
Druk op de knop High Fan (Ventilator hoog) ( ) om de SEG24-waarde in te voeren.
Telkens wanneer u op de knop drukt, worden beurtelings geselecteerd.
SEG23 SEG24
Stap 3 De ingestelde optie controleren
Nadat u de optie hebt ingesteld, drukt u op de knop om te controleren of de ingevoerde optiecode juist is of niet.
Stap 4 Optie invoeren
Druk op de aan/uit-knop met de afstandsbediening in de modus voor het instellen van opties.
U moet de opties tweemaal invoeren om de optie juist in te stellen.
Stap 5 Werkingscontrole
1. Reset de binnenunit door de knop RESET van de binnen- of buitenunit in te drukken.
2. Haal de batterijen uit de afstandsbediening en plaats ze weer terug. Druk vervolgens op de aan/uit-knop.
04 INSTALLATIE
Nederlands-29
Het adres van de binnenunit en de installatieopties instellen
Het adres van een binnenunit instellen (MAIN/RMC)
1. Controleer of de stroomtoevoer is ingeschakeld.
Wanneer de binnenunit niet op de stroomtoevoer is aangesloten, moet aanvullende stroomtoevoer in de binnenunit aanwezig
zijn.
2. Het paneel (scherm) moet op een binnenunit worden aangesloten om de opties te kunnen aezen.
3. Voordat u de binnenunit installeert, moet u een adres toewijzen aan de binnenunit volgens het systeemplan voor
airconditioning.
4. Wijs een adres toe aan de binnenunit met behulp van de draadloze afstandsbediening.
De aanvankelijke instelling ADDRESS(MAIN/RMC) van de binnenunit is “0A0000-100000-200000-300000”.
Optienummer: 0AXXXX-1XXXXX-2XXXXX-3XXXXX
Optie SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6
Uitleg PAGINA MODUS Hoofdadres instellen
Honderdtallencijfer
van het adres van
binnenunit
Tientallencijfer van de
binnenunit
Eenhedencijfer van de
binnenunit
Indicatie en details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
0 A
0
Geen
hoofdadres
0~9 100-cijferig 0~9 10-cijferig 0~9 Eenheden
1
Modus
voor
instellen
van
hoofdadres
Optie SEG7 SEG8 SEG9 SEG10 SEG11 SEG12
Uitleg PAGINA
-
RMC-adres instellen
-
Groepskanaal (*16) Groepsadres
Indicatie en details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
1
0
Geen RMC-
adres
RMC1 0~F RMC2 0~F
1
Modus
voor
instellen
van RMC-
adres
• Wanneer A”~”F” wordt ingevoerd in SEG5~6, wordt het hoofdadres van de binnenunit niet gewijzigd.
• Als u SEG 3 op 0 instelt, houdt de binnenunit het bestaande hoofdadres, zelfs als u een de waarde invoert bij SEG5~6.
• Als u SEG 9 op 0 instelt, houdt de binnenunit het bestaande RMC-adres, zelfs als u een waarde invoert bij SEG11~12.
• U kunt SEG11 en SEG12 niet tegelijkertijd als F-waarde instellen.
VOORZICHTIG
Nederlands-30
De installatieoptie van een binnenunit instellen (in overeenstemming met de omstandigheden op de plaats van installatie)
1. Controleer of de stroomtoevoer is ingeschakeld.
Wanneer de binnenunit niet op de stroomtoevoer is aangesloten, moet aanvullende stroomtoevoer in de binnenunit aanwezig
zijn.
2. Het paneel (scherm) moet op een binnenunit worden aangesloten om de opties te kunnen aezen.
3. Stel de installatieopties in conform de omstandigheden op de plaats van installatie van de airconditioner.
De standaardinstelling van de installatieoptie van een binnenunit is "020010-100000- 200000-300000".
Individuele besturing met afstandbediening (SEG20) is de functie waarmee een binnenunit afzonderlijk kan worden bestuurd
als meerdere binnenunits aanwezig zijn.
4. Stel de opties van de binnenunit in met behulp van de draadloze afstandsbediening.
02-serie installatieoptie
SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6
0 2 - -
Central control
(Centrale bediening)
-
SEG7 SEG8 SEG9 SEG10 SEG11 SEG12
1 Afvoerpomp - -
EEV-stap als
verwarming stopt
Primair / Secundair
SEG13 SEG14 SEG15 SEG16 SEG17 SEG18
2 Externe besturing
Uitgang externe
besturing
- -
Aantal gebruiksuren
lter
SEG19 SEG20 SEG21 SEG22 SEG23 SEG24
3 -
Compensatie
verwarmingsinstelling
EEV-stap van
gestopte unit tijdens
terugloop olie/
ontdooiingsmodus
- -
1-WEG / 2-WEG/ 4-WEG, LEIDINGMODEL : Wanneer de instelwaarde SEG18 niet op 2 of 6 is ingesteld, worden de bedrijfsuren
van de lter (SEG18) automatisch ingesteld op 1000 uur.
Bij het instellen van de optie op andere dan de SEG-waarden hierboven, zal de optie worden ingesteld als "0".
SEG5 optie centrale bediening wordt standaard ingesteld als 1 (Gebruiken), u hoeft de optie centrale bediening dus niet extra
in te stellen. Als echter de centrale bediening niet is aangesloten maar er wordt geen foutmelding aangegeven, dient u de optie
centrale bediening in te stellen op 0 (Uitgeschakeld) om de binnenunit uit te sluiten van de centrale bediening.
04 INSTALLATIE
Nederlands-31
Het adres van de binnenunit en de installatieopties instellen
02-serie installatieoptie (gedetailleerd)
Optienummer: 02XXXX-1XXXXX-2XXXXX-3XXXXX
Optie SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6
Uitleg PAGINA MODUS
- -
Gebruik van centrale
besturing
-
Indicatie en details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
0 2
- - - -
0 Niet gebruiken
- -
1 Gebruiken
Optie SEG7 SEG8 SEG9 SEG10 SEG11 SEG12
Uitleg PAGINA Gebruik van afvoerpomp
- - -
EEV-stap als verwarming
stopt
Primair / Secundair
Indicatie en details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
1
0
Niet
gebruiken
- - - -
0 Standaardwaarde 0 secundair
1 Gebruiken
1
Instelling
ruisreductie
1 primair
2
Wanneer
een
binnenunit
stopt,
blijft de
afvoerpomp
3 min
werken.
Optie SEG13 SEG14 SEG15 SEG16 SEG17 SEG18
Uitleg PAGINA
Gebruik van externe
besturing
Instellen van de
uitvoer van de externe
bediening
- -
Bedrijfsuren lter
Indicatie en details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
2
0
Niet
gebruiken
0
Thermo
aan
- - - -
2 1000 uur
1
AAN/UIT-
regelaar
1
Bediening
aan
6 2000 uur
2 UIT-regelaar
3
Venster
AAN/UIT-
regelaar
Optie SEG19 SEG20 SEG21 SEG22 SEG23 SEG24
Uitleg PAGINA
-
Compensatie
verwarmingsinstelling
EEV-stap van gestopte
unit tijdens terugloop olie/
ontdooiingsmodus
-
-
Indicatie en details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
3
- -
0
Niet
gebruiken
0 Standaardwaarde
- - - -
1 2 °C
1
Terugloop olie
of ruisreductie in
ontdooiingsmodus
2 5 °C
Nederlands-32
Een specieke optie wijzigen
U kunt elk cijfer van een instellingsoptie wijzigen.
Optie SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6
Uitleg PAGINA MODUS - - - -
Indicatie en
details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
0 D - - - - - - - -
• Wanneer u een cijfer van de adresinstelling van een binnenunit wijzigt, stelt u SEG3 in als A.
• Wanneer u een cijfer van een installatieoptie van een binnenunit wijzigt, stelt u SEG3 in als ‘2’.
Bijvoorbeeld wanneer u de zoemer op instelt op ‘uitgeschakeld’.
Optie SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6
Uitleg PAGINA MODUS
De optie die u
wilt wijzigen
Het
tientallencijfer
van een SEG-
optie wordt
gewijzigd
Het
eenhedencijfer
van een SEG-
optie wordt
gewijzigd
De gewijzigde
waarde
Indicatie 0 D 2 1 7 1
OPMERKING
• Als u het model met warmtepomp gebruikt, is de gemengde bedrijfsmodus (twee of meer binnenunits die gelijktijdig
in verschillende bedrijfsmodi werken) niet beschikbaar wanneer de binnenunits op dezelfde buitenunit zijn
aangesloten. Als u de primaire binnenunit met een afstandsbediening instelt, werkt de buitenunit in de modus die in
de primaire binnenunit werd ingesteld.
VOORZICHTIG
04 INSTALLATIE
Nederlands-33
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33

Samsung AM220MNEPEH/EU Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor