Pioneer SC-LX58-S Handleiding

Categorie
AV-ontvangers
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

SC-LX58-K/-S
AV Receiver
2
WAARSCHUWING
Dit apparaat is niet waterdicht. Om brand of een
elektrische schok te voork
omen, mag u geen voorwerp
dat vloeistof bevat in de buurt van het apparaat zetten
(bijvoorbeeld een bloemenvaas) of het apparaat op
andere wijze blootstellen aan waterdruppels,
opspattend water
, regen of vocht.
D3-4-2-1-3_A1_Nl
WAARSCHUWING
Om brand te voor
komen, mag u geen open vuur (zoals
een brandende kaars) op de apparatuur zette
n.
D3-4-2-1-7a_A1_Nl
BELANGRIJKE INFORMATIE BETREFFENDE
DE VENTILATI
E
Let er bij het installeren van het apparaat op dat er
voldoende vrije ruimte rondom het apparaat is om een
goede doorstroming van lucht te waarborgen
(tenminste
20 cm boven, 10 cm achter en 20 cm aan de
zijkanten van het apparaat).
WAARSCHUWING
De gleuven en openingen in de behuizing van het
apparaat zijn aangebracht voor de ventilatie, zodat een
betrouwbare werking van het apparaat wordt verkregen
en over
verhitting wordt voorkomen. Om brand te
voor
komen, moet u ervoor zorgen dat deze openingen
nooit geblokkeerd worden of dat ze afgedekt worden
door voor
werpen (kranten, tafelkleed, gordijn e.d.) of
door gebruik van het apparaat op een dik tapijt of een
bed.
D3-4-2-1-7b*_A1_Nl
Gebruiksomgeving
Temperatuur en vochtigheidsgraad op de plaats van
gebruik:
+5 °C tot +35 °C, minder dan 85 % RH
(ventilatieopeningen niet afgedekt)
Zet het apparaat niet op een slecht geventileerde plaats
en stel het apparaat ook niet bloot aan hoge
vochtigheid of direct zonlicht (of sterke kunstmatige
verlichting).
D3-4-2-1-7c*_A1_Nl
LET OP
De
STANDBY/ON
schakelaar van dit apparaat
koppelt het apparaat niet volledig los van het lichtnet.
Aangezien er na het uitschakelen van het apparaat
nog een kleine hoeveelheid stroom blijft lopen, moet
u de stekker uit het stopcontact halen om het
apparaat volledig van het lichtnet los te koppelen.
Plaats het apparaat zodanig dat de stekker in een
noodgeval gemakkelijk uit het stopcontact kan
worden gehaald. Om brand te voorkomen, moet u de
stekker uit het stopcontact halen wanneer u het
apparaat langere tijd niet denkt te gebruiken (bijv.
wanneer u op vakantie gaat).
D3-4-2-2-2a*_A1_Nl
Dit apparaat is bestemd voor normaal huishoudelijk
gebruik. Indien het apparaat voor andere doeleinden
of op andere plaatsen wordt gebruikt (bijvoorbeeld
langdurig gebruik in een restaurant voor zakelijke
doeleinden, of gebruik in een auto of boot) en als
gevolg hiervan defect zou raken, zullen de reparaties
in rekening gebracht worden, ook als het apparaat
nog in de garantieperiode is.
K041_A1_Nl
WAARSCHUWING
Berg kleine onderdelen op buiten het bereik van
kinderen en peuters. Raadpleeg onmiddellijk een arts
indien kleine onderdelen per ongeluk worden ingeslikt.
D41-6-4_A1_Nl
LET OP
OM HET GEV
AAR VOOR EEN ELEKTRISCHE SHOCK TE
VOORK
OMEN, DEKSEL (OF RUG) NIET
VERWIJDEREN. AAN DE BINNENZIJDE BEVINDEN
ZICH GEEN ELEMENTEN DIE DOOR DE GEBRUIKER
KU
NNEN BEDIEND WORDEN. ENKEL DOOR
GEK
WALIFICEERD PERSONEEL TE BEDIENEN.
D3-4-2-1-1_B2_Nl
K058a_A1_Nl
Pb
Gebruikersinformatie voor het verzamelen en verwijderen van oude producten en
batterijen
De symbolen op producten, verpakkingen en bijbehorende documenten geven aan
dat de gebruikte elektronische producten en batterijen niet met het gewone
huishoudelijk afval kunnen worden samengevoegd.
Er bestaat een speciaal wettelijk voorgeschreven verzamelsysteem voor de juiste
behandling, het opnieuw bruikbaar maken en de recyclage van gebruikte producten
en batterijen.
Door een correcte verzamelhandeling zorgt u ervoor dat het verwijderde product en/of
batterij op de juiste wijze wordt behandeld, opnieuw bruikbaar wordt gemaakt, wordt
gerecycleerd en het niet schadelijk is voor de gezondheid en het milieu.
Voor verdere informatie betreffende de juiste behandling, het opnieuw bruikbaar
maken en de recyclage van gebruikte producten en batterijen kunt u contact opnemen
met de plaatselijke overheid of een verkooppunt.
Deze symbolen zijn enkel geldig in de landen van de europese unie.
Indien u zich in een ander dan bovengenoemde landen bevindt kunt u contact
opnemen met de plaatselijke overheid voor meer informatie over de juiste verwijdering
van het product.
Symbolen
voor batterijen
Symbool voor
toestellen
Waarschuwing radiogolven
Dit toestel maakt gebruik van radiogolven met een
frequentie van 2,4 GHz, een band die ook gebruikt wordt
door andere draadloze systemen (draadloze telefoons,
magnetronovens enz.)
.
In dit geval verschijnt er ruis in het televisiebeeld en is het
mogelijk dat dit apparaat (en ook de producten die door die
a
pparaat worden ondersteund) signaalinterferentie
veroor
zaakt in de antenne-ingangsaansluiting van uw
televisie, vide
o-apparaat, satelliettuner enz.
Ve
rgroot in een dergelijk geval de afstand tussen de
i
ngangsaansluiting voor de antenne en dit toestel (inclusief
door dit toestel ondersteunde apparatuur).
Pioneer kan niet aansprakelijk worden gesteld voor
storingen of foutieve werking van het geschikte Pioneer
product door communicatiefouten/storingen die
samenhangen met uw netwerkverbinding en/of de
aangesloten apparatuur. Raadpleeg uw Internet-provider
of de fabrikant van uw netwerkapparatuur.
• Er is een aparte overeenk
omst/betaling vereist met/aan
een internet service provider om gebruik te kunnen
maken van het internet.
3
Hartelijk dank voor uw aankoop van dit Pioneer product. Lees deze gebruiksaanwijzing
aandachtig door, zodat u vertrouwd raakt met de bediening van dit apparaat.
Inhoud
01 Voordat u begint
Onze filosofie .......................................................................................................................................................................7
Kenmerken ..........................................................................................................................................................................7
De inhoud van de verpakking controleren .....................................................................................................................10
De receiver installeren .....................................................................................................................................................10
De batterijen plaatsen ...................................................................................................................................................... 10
Bereik van de afstandsbediening ....................................................................................................................................11
02 Bedieningselementen en displays
Afstandsbediening ...........................................................................................................................................................13
Display ...............................................................................................................................................................................15
Voorpaneel ........................................................................................................................................................................16
03 De apparatuur aansluiten
De apparatuur aansluiten ................................................................................................................................................ 19
Achterpaneel .....................................................................................................................................................................19
De toepassing van de luidsprekers bepalen ..................................................................................................................20
De luidsprekers opstellen ................................................................................................................................................24
De luidsprekers aansluiten .............................................................................................................................................. 25
Het luidsprekersysteem installeren ................................................................................................................................27
Meer over de audio-aansluitingen ..................................................................................................................................33
Meer over de video-omzetter............................................................................................................................................33
Meer over HDMI ................................................................................................................................................................34
Uw TV en weergave-apparatuur aansluiten ...................................................................................................................34
Een HDD-/DVD-recorder, BD-recorder en andere videobronnen aansluiten ............................................................. 36
Een receiver voor satelliet/kabel-TV of een andere set-top box aansluiten .................................................................37
Andere audio-apparatuur aansluiten .............................................................................................................................38
Extra versterkers aansluiten ............................................................................................................................................39
AM/FM-antennes aansluiten ........................................................................................................................................... 39
MULTI-ZONE instellingen ................................................................................................................................................40
Aansluiten op het netwerk via de LAN-interface ...........................................................................................................43
Een iPod aansluiten .........................................................................................................................................................43
Een USB-apparaat aansluiten ......................................................................................................................................... 44
Een MHL-compatibel apparaat aansluiten ....................................................................................................................44
Een HDMI-geschikt apparaat aansluiten op de ingang op het voorpaneel ................................................................44
Verbinden met een draadloos LAN ................................................................................................................................. 45
Een infraroodontvanger aansluiten ................................................................................................................................45
Apparaten aan- en uitzetten met de 12-volt-schakelaar ................................................................................................46
De receiver aansluiten op het stopcontact ....................................................................................................................46
04 Basisinstellingen
De ingebouwde AVNavigator gebruiken ........................................................................................................................48
Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC) ...........................................49
Het menu Input Setup ......................................................................................................................................................51
Instelling bedieningsstand ..............................................................................................................................................52
Veranderen van de OSD-displaytaal (OSD Language) ..................................................................................................53
Over het Home Menu ....................................................................................................................................................... 54
05 Basisbediening voor afspelen
Een bron afspelen ............................................................................................................................................................. 56
Een iPod afspelen ............................................................................................................................................................. 57
Een USB-apparaat afspelen ............................................................................................................................................58
Een MHL-compatibel apparaat afspelen ........................................................................................................................60
Luisteren naar de radio ....................................................................................................................................................60
Muziek afspelen via Bluetooth ......................................................................................................................................... 61
06 Luisteren naar het systeem
Genieten van diverse typen weergave met de luisterfuncties ......................................................................................65
Voorgedefinieerde MCACC-instellingen selecteren ......................................................................................................67
Het ingangssignaal kiezen ..............................................................................................................................................67
Beter geluid met fasecontrole ......................................................................................................................................... 67
Beter geluid met fasecontrole en breedband-fasecontrole ..........................................................................................68
07 Afspelen met de NETWERK-voorzieningen
Inleiding ............................................................................................................................................................................. 70
Afspelen met de netwerkfuncties ...................................................................................................................................71
Meer over netwerkweergave ............................................................................................................................................ 73
Meer over de afspeelbare bestandsformaten ................................................................................................................74
08 Control met HDMI-functie
Over de HDMI-bedieningsfunctie ...................................................................................................................................76
Gebruik van Control met HDMI-aansluitingen ..............................................................................................................76
HDMI-instellingen ............................................................................................................................................................76
Voordat u de synchronisatie gebruikt ............................................................................................................................. 77
Meer over gesynchroniseerde bediening ....................................................................................................................... 77
De PQLS-functie instellen ................................................................................................................................................78
Meer over de Sound Retriever Link en Stream Smoother Link ....................................................................................78
Waarschuwingen betreffende de Control met HDMI-functie ......................................................................................78
09 Andere functies gebruiken
De audio-opties instellen .................................................................................................................................................80
De video-opties instellen .................................................................................................................................................. 82
De uitgang omschakelen (OUTPUT PARAMETER).......................................................................................................85
Uitgangsinstellingen HDMI 4K/60p-signaal ..................................................................................................................86
Het kanaalniveau tijdens het luisteren veranderen .......................................................................................................86
MULTI-ZONE bediening gebruiken ................................................................................................................................. 86
Een audio- of video-opname maken................................................................................................................................87
Netwerkinstellingen vanaf een webbrowser maken .....................................................................................................87
De slaaptimer gebruiken .................................................................................................................................................88
Het display dimmen .........................................................................................................................................................88
De instellingen van het systeem controleren ................................................................................................................88
De standaardinstellingen van het systeem herstellen .................................................................................................. 89
4
10 De rest van uw systeem bedienen
Over het menu Remote Setup ......................................................................................................................................... 91
Meerdere receivers bedienen .......................................................................................................................................... 91
De afstandsbediening instellen voor de bediening van andere apparaten ................................................................91
Vooraf ingestelde codes rechtstreeks kiezen .................................................................................................................92
Signalen van andere afstandsbedieningen programmeren ........................................................................................92
Een van de knopinstellingen van de afstandsbediening wissen .................................................................................93
Alle geleerde instellingen wissen die in een bepaalde ingangsfunctie zijn ...............................................................93
Instellen van de achtergrondverlichtingsmodus ...........................................................................................................93
Gebruik van All Zone Standby .........................................................................................................................................94
De overschakeltijd voor de bedieningsstand van de AV-versterker instellen .............................................................94
De instellingen van de afstandsbediening resetten ...................................................................................................... 94
Bedienen van apparaten .................................................................................................................................................. 95
11 Het menu MCACC PRO
De receiver instellen via het menu MCACC PRO ..........................................................................................................98
Automatic MCACC (Expert) ............................................................................................................................................. 98
Handmatige MCACC-instelling .....................................................................................................................................100
De MCACC-gegevens controleren ................................................................................................................................ 102
Data Management..........................................................................................................................................................103
12 De menu’s System Setup en Other Setup
De receiver instellen via het menu System Setup .......................................................................................................106
Luidsprekers handmatig instellen ................................................................................................................................106
Menu voor netwerkinstelling .........................................................................................................................................109
Controleren van de netwerkinformatie ......................................................................................................................... 110
MHL-instellingen ............................................................................................................................................................110
Het menu Other Setup ................................................................................................................................................... 111
Netwerkinstellingen maken met behulp van Safari ....................................................................................................114
Gebruik van Safari voor het instellen van een eigen naam .........................................................................................115
Gebruik van Safari voor het updaten van de firmware ................................................................................................115
13 Veelgestelde vragen
Problemen oplossen ......................................................................................................................................................117
Stroomvoorziening .........................................................................................................................................................117
Geen geluid .....................................................................................................................................................................118
Andere geluidsproblemen .............................................................................................................................................119
BT AUDIO-aansluiting ....................................................................................................................................................120
Video ................................................................................................................................................................................120
Instellingen ......................................................................................................................................................................120
Grafische uitvoer professionele kalibratie-EQ ..............................................................................................................121
Display .............................................................................................................................................................................121
Afstandsbediening .........................................................................................................................................................122
HDMI ................................................................................................................................................................................122
MHL..................................................................................................................................................................................123
Ingebouwde AVNavigator ..............................................................................................................................................123
USB-aansluiting ..............................................................................................................................................................124
iPod ..................................................................................................................................................................................124
Netwerk ............................................................................................................................................................................124
Draadloos LAN ................................................................................................................................................................126
14 Aanvullende informatie
Surroundgeluidsindelingen...........................................................................................................................................128
SABRE DAC
TM
.................................................................................................................................................................128
Meer over HDMI ..............................................................................................................................................................128
HTC Connect ................................................................................................................................................................... 128
Meer over iPod ................................................................................................................................................................129
Windows 8 ....................................................................................................................................................................... 129
MHL..................................................................................................................................................................................129
aptX ..................................................................................................................................................................................129
Bluetooth draadloze technologie ..................................................................................................................................129
Softwarelicentie-informatie ...........................................................................................................................................130
Automatische surround, ALC en Directe stroom met verschillende ingangssignaalindelingen ...........................131
Gids voor de luidsprekerinstellingen ............................................................................................................................131
Over de meldingen die worden weergegeven bij gebruik van de netwerkfuncties .................................................. 133
Belangrijke informatie over de HDMI-aansluiting ....................................................................................................... 133
Het apparaat schoonmaken .......................................................................................................................................... 133
Conformiteitsverklaring met betrekking tot de R&TTE richtlijn 1999/5/EG................................................................134
Woordenlijst .................................................................................................................................................................... 135
Functielijst ....................................................................................................................................................................... 138
Specificaties .................................................................................................................................................................... 139
Lijst met vooraf ingestelde codes ..................................................................................................................................140
5
Stroomschema voor de instellingen op
de receiver
Stroomschema voor het aansluiten en instellen van de receiver
Dit apparaat is een multifunctionele AV-receiver die is uitgerust met talloze voorzieningen en aansluitingen. Het
apparaat kan gemakkelijk worden gebruikt door de onderstaande aanwijzingen te volgen voor het maken van de
aansluitingen en instellingen.
Vereiste instellingen: 1, 2, 3, 4, 5, 8, 10
Instellingen indien nodig: 6, 7, 9, 11, 12, 13, 14
Belangrijk
Met Wiring Navi in de AVNavigator-functie van deze receiver kunt u de begininstellingen van de receiver op uw
computer of mobiele apparaat maken. In dat geval kunt u met Wiring Navi dezelfde aansluitingen of instellin-
gen maken als in stappen 2, 3, 4, 5, 6, 8, en 9. Zie voor details over het gebruik van AVNavigator De ingebouwde
AVNavigator gebruiken op bladzijde 48 .
1 Voordat u begint
! De inhoud van de verpakking controleren op bladzijde 10
! De batterijen plaatsen op bladzijde 10
j
2 De toepassing van de luidsprekers bepalen (bladzijde 20 )
! [A] Aansluiting 9.2-kanaals surroundsysteem (Boven-midden/Voor-breed)
! [B] Aansluiting 9.2-kanaals surroundsysteem (Boven-midden/Voor-hoog)
! [C] Aansluiting 9.2-kanaals surroundsysteem (Boven-voor/Boven-achter)
! [D] Aansluiting 7.2-kanaals surroundsysteem & Aansluiting luidspreker B
! [E] Aansluiting 7.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor (hogekwaliteitssurround)
! [F] Aansluiting 7.2-kanaals surroundsysteem & HDZONE (meerdere zones)
! [G] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor (hogekwaliteitssurround) &
HDZONE (meerdere zones)
! [G-1] 5.2-kanaals surroundsysteem & ZONE 2/ZONE 3 aansluiting (Meerdere zones)
! [H-2] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & ZONE 2/HDZONE (meerdere zones)
! [H-3] Aansluiting multi-ZONE muziek
! [I] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking luidspreker B
! [J] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor en surround
(hogekwaliteitssurround)
! [K] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor en midden (hogekwaliteitssurround)
! [L] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking midden en surround
(hogekwaliteitssurround)
j
3 De luidsprekers aansluiten
! De luidsprekers opstellen op bladzijde 24
! De luidsprekers aansluiten op bladzijde 25
! Het luidsprekersysteem installeren op bladzijde 27
! Dubbele versterking van de luidsprekers op bladzijde 26
j
4 De apparatuur aansluiten
! Meer over de audio-aansluitingen op bladzijde 33
! Meer over de video-omzetter op bladzijde 33
! Uw TV en weergave-apparatuur aansluiten op bladzijde 34
! AM/FM-antennes aansluiten op bladzijde 39
! De receiver aansluiten op het stopcontact op bladzijde 46
j
5 De stroom inschakelen
j
6 Veranderen van de OSD-displaytaal (OSD Language) (bladzijde 53 )
j
7 De AVNavigator-functies gebruiken (bladzijde 48 )
j
8 MCACC-luidsprekerinstellingen
! Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC) op bladzijde 49
j
9 Het menu Input Setup (bladzijde 51 )
(Wanneer andere aansluitingen dan de aanbevolen aansluitingen worden gemaakt)
j
10 Basisbediening weergave (bladzijde 55 )
j
11 De HDMI-uitgang veranderen (bladzijde 85 )
j
12 Geluids- en beeldkwaliteit naar wens instellen
! Gebruik van de diverse luisterfuncties (bladzijde 64 )
! Beter geluid met fasecontrole (bladzijde 67 )
! Het totale EQ-type meten (SYMMETRY/ALL CH ADJ/FRONT ALIGN) (bladzijde 98 )
! Het kanaalniveau tijdens het luisteren veranderen (bladzijde 108 )
! Akoestische kalibratie-EQ, Auto Sound Retriever of Dialog Enhancement in/uitschakelen (bladzijde 80 )
! De PQLS-functie instellen (bladzijde 78 )
! De audio-opties instellen (bladzijde 80 )
! De video-opties instellen (bladzijde 82 )
j
13 Andere optionele afstellingen en instellingen
! Control met HDMI-functie (bladzijde 75 )
! Het menu MCACC PRO (bladzijde 97 )
! De menu’s System Setup en Other Setup (bladzijde 105 )
j
14 Optimaal gebruik van de afstandsbediening
! Meerdere receivers bedienen (bladzijde 91 )
! De afstandsbediening instellen voor de bediening van andere apparaten (bladzijde 91 )
6
 
Onze filosofie ...................................................................................................................................7
Kenmerken .......................................................................................................................................7
De inhoud van de verpakking controleren..................................................................................10
De receiver installeren...................................................................................................................10
De batterijen plaatsen ...................................................................................................................10
Bereik van de afstandsbediening .................................................................................................11
Voordat u begint
7
Voordat u begint
01
Onze filosofie
Pioneer streeft ernaar dat uw luisterervaring in uw thuistheater zo dicht mogelijk komt van de voorstelling van
filmmakers en geluidstechnici bij het maken van het filmgeluid. We concentreren ons hierbij op drie belangrijke
factoren:
1 Gebruik van zorgvuldig uitgekozen componenten voor het ontwerp om een nauwkeurige
overdracht van het oorspronkelijke geluid te verkrijgen
2 De mogelijkheid van aangepaste akoestische kalibratie op basis van de luisterruimte
3 De beschikbaarheid van afstellingen en instellingen om de essentie van het geluid te
kunnen overbrengen
Kenmerken
Audio
% D-klasse versterker
Dit apparaat is een AV-receiver ontworpen op basis van de laatste ontwikkelingen in D-klasse versterkertechno-
logie en waarin de essentie van Pioneer’s topkwaliteit geluid is geïntegreerd. Deze nieuwe-generatie referentie-
klasse versterker koppelt indrukwekkende prestaties aan een superieure geluidskwaliteit en het vermogen tot
weergave van de nieuwste meerkanaals digitale beeld- en geluidsbronnen.
% ESS 32 bits DAC
Alle kanalen zijn uitgerust met ESS SABRE 32 Ultra Audio DAC’s. Door de jitter-eliminators wordt een helderder
geluid verkregen.
% Audio Scaler
Het gecombineerde effect van hi-bit 32 audioverwerking, het digitale filter en de bemonstering-verhogingsfunctie
kunnen worden gebruikt om de signalen van muziekbestanden of CD’s tot 192 kHz/32 bit om te zetten voor een
uiterst helder geluid met zeer hoge definitie.
% Hi-Bit 32 Audioverwerking
Hiermee krijgt u een breder dynamisch bereik bij digitale bronnen als CD’s, DVD’s of BD’s. Er wordt een meer
soepele en subtiele muziekexpressie verkregen door 16-bit, 20-bit en 24-bit PCM en ook gecomprimeerde
audiosignalen opnieuw te kwantificeren naar 32-bit en de hogefrequentie-component te interpoleren tijdens de
gegevensverwerking.
% Eenvoudig in te stellen met MCACC PRO
De Automatic MCACC-instelling biedt een snelle en nauwkeurige instelling van surround-geluid met de geavan-
ceerde functies van professionele akoestische kalibratie-EQ.
% Automatische fasecontrole plus
Voor discs die een andere standaard dan fasecontrole gebruiken, wordt het LFE-kanaal al bij de opname ver-
traagd. Deze functie corrigeert automatisch de faseverschuiving bij zulke discs en uitzendingen. Deze functie is
vooral effectief bij het afspelen van meerkanaals muziek met lagefrequentie-effecten (LFE).
% Breedband-fasecontrole
De geavanceerde breedband-fasecontrole richt zich op de groepsvertraging in het luidsprekernetwerkfilter en
compenseert deze met speciale digitale signaalverwerking (DSP) om de fase van elke eenheid en ook de groeps-
vertraging voor elke luidspreker aan te passen. Met breedband-fasecontrole wordt bij meerbereik-luidsprekers
de geluidscoherentie van breedbereik-luidsprekers verkregen, terwijl het voordeel van het brede frequentiebereik
behouden blijft.
% PQLS bit-stroom
U kunt genieten van storingsvrije weergave van hoge kwaliteit door een PQLS-compatibele speler via HDMI aan te
sluiten. Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de aangesloten Pioneer Blu-ray disc-speler de PQLS-functie
ondersteunt.
% Onafhankelijke uitgang voor twee subwoofers
De uitgang voor twee subwoofers kan onafhankelijk worden ingesteld en aangepast. Als u twee subwoofers
gebruikt, kunt u een betere weergave van lage frequenties realiseren door de uitgang voor elke woofer juist af te
stellen.
% Equalizer voor subwoofer
De equalizer voor de subwooferuitgang is instelbaar. Naast automatische aanpassing door MCACC kunt u de
subwooferuitgang handmatig aanpassen aan uw kijkomgeving of smaak.
Video
% Ultra HD (met 4K/60p video-ondersteuning) - Pass-through en upscaling -
Beeld tot een resolutie van 4K/60p kan ongewijzigd doorgelaten en weergegeven worden. HD (High Definition) en
Full HD-beeld van DVD’s, Blu-ray discs en HD-uitzendingen kan geüpscaled worden tot een resolutie van 4K/60p
en worden weergegeven. Hiervoor is een afzonderlijke monitor vereist die Ultra HD (4K-video) ondersteunt.
% HDMI (3D, Audio Return Channel) - 9-in/3-uit (Dubbel uit + HDZONE uit)
Voor gebruik van de bovenstaande functie is een compatibel apparaat vereist.
 
8
Voordat u begint
01
Netwerk
% Geschikt voor Spotify-muziekstreaming
Spotify is een dienst voor streaming van digitale muziek die miljoenen nummers op aanvraag aanbiedt. De recei-
ver is gereed voor verbinding met Spotify, zodat u nummers op uw Spotify app kunt selecteren en op het audio-
systeem kunt beluisteren. Bezoek www.spotify.com voor informatie over de beschikbaarheid van deze dienst in
uw land.
% Compatibel met Windows 8.1
De receiver is compatibel met Windows 8.1. Dat betekent dat u gemakkelijk muziek kunt streamen van compati-
bele PC’s in uw thuisnetwerk.
% Apple AirPlay
Met AirPlay kunt u muziek van iTunes naar de receiver streamen en weergeven via uw thuisbioscoopsysteem. U
kunt met de receiver zelfs metadata weergeven op een aangesloten beeldscherm, zoals de titels van muziekstuk-
ken, de artiesten en albumafbeeldingen. U kunt gemakkelijk van iTunes-muziek genieten in elke kamer van uw
huis.
% DLNA-gecertificeerd (1.5)
De receiver is DLNA-gecertificeerd (versie 1.5). U kunt hem niet alleen als een digitale mediaspeler (DMP) gebrui-
ken voor het afspelen van DMS-audiobestanden (Digital Media Server), maar ook als een digitale media-renderer
(DMR) die u op afstand bestuurt met bijvoorbeeld een smartphone of PC.
% Internetradio
Door de receiver via de LAN-aansluiting met het netwerk te verbinden kunt u luisteren naar internet-radiozenders.
Aansluitingen
% Gemakkelijk verbinding met het netwerk met de draadloze LAN-adapter
Met de AXF7031 draadloze LAN-adapter kunt u genieten van een draadloze LAN-verbinding voor de AV-receiver.
AXF7031 werkt met de stroomvoorziening via de speciale USB-aansluiting van de AV-receiver, dus er is geen
netspanningsadapter vereist.
% Ingebouwde Bluetooth draadloze technologie
De receiver is voorzien van Bluetooth, zodat u draadloos kunt genieten van muziekbestanden op een iPhone of
ander draadloos Bluetooth-apparaat.
% Weergave van een MHL
TM
(Mobile High-definition Link)-compatibel apparaat
U kunt een MHL 2-compatibel mobiel apparaat aansluiten om te genieten van 3D-video’s, full-HD video’s, topkwa-
liteit meerkanaals audio, foto’s enz. waarbij tegelijkertijd de batterij via de receiver wordt opgeladen.
% HTC Connect
HTC Connect biedt gemakkelijke draadloze streaming van uw favoriete muziek rechtstreeks vanaf uw HTC tele-
foon. Er is geen speciale app voor nodig; HTC Connect is namelijk ingebouwd in de muziekspeler van uw telefoon.
% iPod weergave
U kunt een iPod of iPhone aansluiten op de USB-aansluiting van de receiver en muziekbestanden op de iPod of
iPhone afspelen. De iPod of iPhone wordt opgeladen als hij is aangesloten op de receiver.
 
9
Voordat u begint
01
Afspelen/Verwerken
% Dolby Atmos
Deze AV-receiver ondersteunt het meest recente Dolby Atmos-surroundsysteem. Dolby Atmos is een nieuwe
technologie om een surround-geluidsveld te creëren met behulp van realtime audioberekening en metadata (over
positie en tijd) in het audiosignaal, en dit onafhankelijk van de luidsprekerlay-out en het aantal luidsprekers.
U kunt van Dolby Atmos genieten als de inhoud compatibel is met Dolby Atmos. Dolby Atmos-inhoud op Dolby
Atmos-compatibele Blu-ray discs kan op de meeste conventionele Blu-ray disc-spelers worden afgespeeld door
de Dolby Atmos-bitstream naar de AVR te sturen.
% Bestanden met meerkanaals muziek afspelen
De receiver kan bestanden met meerkanaals muziek afspelen met een resolutie van maximaal 96 kHz/24 bit.
Afspelen van WAV- en FLAC-bestanden via de USB-poort aan de voorzijde en het netwerk wordt ondersteund.
% Afspelen van DSD-muziekbestanden (via het netwerk, USB aan de voorzijde en HDMI)
Het toestel is geschikt voor de weergave van DSD-muziek met zeer hoge geluidskwaliteit (DSD-bestanden en
DSD-discs (SACD’s)).
% Afspelen van muziekbestanden met hoge resoluties
Het is mogelijk om muziekbestanden met hoge resoluties van 96 kHz/24 bit tot 192 kHz/24 bit af te spelen.
Afspelen van AIFF, Apple Lossless, WAV en FLAC-bestanden via de USB-poort aan de voorzijde en het netwerk
wordt ook ondersteund.
% Ononderbroken afspelen
Bij het afspelen van muziekbestanden worden de stille gedeelten tussen de muziekstukken overgeslagen, zodat u
geen hinder heeft van onderbrekingen bij het luisteren naar bijvoorbeeld live-muziek of concerten.
De receiver kan AAC- en MP3-bestanden afspelen met een minimale onderbreking. Het is fundamenteel onmoge-
lijk om ze zonder enige onderbreking af te spelen.
% Virtuele luidsprekers
Door de functies voor ‘Virtuele surround-achterluidsprekers’, ‘Virtuele hoogte-luidsprekers’ en ‘Virtuele breed-
te-luidsprekers’ in te schakelen, kunnen maximaal 11.1 kanalen worden verwezenlijkt via een combinatie van
de echte luidsprekers en de virtuele luidsprekers. Deze voorziening zorgt voor een soepeler overgang tussen het
geluid en een verbeterde 3D-sensatie.
% Compatibel met dts Neo:X
Deze receiver ondersteunt de nieuwste DTS-verwerkingsindeling. U kunt genieten van de kwaliteit van Neo:X,
oorspronkelijk bedoeld voor 9 kanalen of meer, in een 7-kanaals luisteromgeving.
Installatie
% Ingebouwde AVNavigator
Als u de receiver via de browser van uw smartphone, tablet, Windows PC of Mac bedient, kunt u Wiring Navi
gebruiken. Deze functie biedt uitleg over aansluitingen en Interactive Operation Guide, waarmee u duidelijke
uitleg krijgt over de handelingen.
% iControlAV5-applicatie voor afstandsbediening
Met deze applicatie kunt u veel functies van de receiver intuïtief bedienen. De applicatie is beschikbaar in de App
Store voor iPhone, iPod touch en iPad. U vindt hem ook op Google Play voor Android-smartphones. U kunt de
applicatie gratis downloaden.
% HDZONE-uitvoer
Deze receiver ondersteunt uitvoer van het HDMI-uitgangssignaal naar een secundaire zone. U kunt genieten van
indrukwekkend beeld door deze receiver aan te sluiten op een TV die 4K/Full-HD/3D ondersteunt. Bovendien kunt
u een meerkanaals luisteromgeving creëren door deze receiver op een andere AV-receiver in de secundaire zone
aan te sluiten.
% Geschikt voor ZONE
De receiver is voorzien van HDZONE en ZONE 2. HDZONE ondersteunt streaming van HD audio/video naar een
andere kamer via HDMI. Multi-Zone maakt weergave van muziek en film mogelijk van verschillende bronnen in
drie zones tegelijkertijd.
Met HDZONE kunt u niet alleen HDMI-invoer kiezen maar ook INTERNET RADIO of iPod/USB, enz.
% Energiebesparend ontwerp
De AV-receiver heeft een ecologisch ontwerp. Hij heeft een laag stroomverbruik in de stand-bystand en is voor-
zien van een ‘eco-modus’ voor een laag stroomverbruik tijdens weergave. De eco-modus kan bovendien gemakke-
lijk worden ingesteld met een speciale knop op de afstandsbediening of via iControlAV5.
 
10
Voordat u begint
01
De inhoud van de verpakking controleren
Controleer of u de volgende bijgeleverde toebehoren hebt ontvangen:
! Instelmicrofoon (kabel: 5 m)
! Afstandsbediening
! AAA-formaat IEC R03-drogecelbatterijen (voor het controleren van de werking van het systeem) x2
! AM-raamantenne
! FM-draadantenne
! Draadloze LAN-adapter (AXF7031)
Startgids
De kabel aansluiten
! Netsnoer
! CD-ROM
! Snelstartgids
! Veiligheidsbrochure
! Garantiebewijs
Omgaan met de CD-ROM
Voorzorgen voor het gebruik
! Deze CD-ROM is bedoeld voor gebruik met een pc. Deze schijf kan niet worden gebruikt met een DVD-speler
of CD-speler voor muziek. Als er wordt geprobeerd deze CD-ROM af te spelen met een DVD-speler of muziek
CD-speler, kunnen de luidsprekers beschadigd raken of kan uw gehoor zelfs beschadigd raken vanwege het
hoge volume.
Licentie
! U dient akkoord te gaan met de “Voorwaarden voor gebruik” hieronder voor u deze CD-ROM gaat gebruiken.
Gebruik de CD-ROM niet als u niet akkoord wilt gaan met de voorwaarden voor gebruik ervan.
Voorwaarden voor gebruik
! De auteursrechten op de gegevens op deze CD-ROM behoren toe aan PIONEER HOME ELECTRONICS
CORPORATION. Overdracht, duplicatie, uitzending, openbare overdracht, vertaling, verkoop, uitleen of andere
dergelijke handelingen die verder gaan dan wat gemeenlijk kan worden verstaan onder “persoonlijk gebruik” of
“citeren” zoals gedefinieerd in de op het auteursrecht betrekking hebbende regelgeving zonder toestemming
kan onderwerp vormen van gerechtelijke actie. Toestemming tot gebruik van deze CD-ROM wordt onder licen-
tie verleend door PIONEER HOME ELECTRONICS CORPORATION.
Algemene verklaring van afstand
! PIONEER HOME ELECTRONICS CORPORATION geeft geen garantie betreffende de werking van deze CD-ROM
op persoonlijke computers met één van de genoemde besturingssystemen. Daarbij aanvaardt PIONEER
HOME ELECTRONICS CORPORATION geen aansprakelijkheid voor enige schade als gevolg van gebruik van
deze CD-ROM en is niet verantwoordelijk voor enige compensatie. De namen van bedrijven, producten en
andere dingen die hierin beschreven worden zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van hun
respectievelijke eigenaren.
De receiver installeren
! Installeer dit apparaat op een vlak en stabiel oppervlak.
! Installeer het niet op de volgende plaatsen:
op een kleuren-TV (het beeld kan hierdoor vervormen)
dicht bij een cassettedeck (of een ander apparaat dat een magnetisch veld opwekt). Dit kan storingen in het
geluid veroorzaken.
in direct zonlicht
in een vochtige of natte ruimte
in een extreem hete of koude ruimte
op plaatsen met vibratie of andere bewegingen
in zeer stoffige ruimtes
in een ruimte met hete stoom of olie (zoals een keuken)
! Raak het onderpaneel van deze receiver niet aan terwijl het apparaat is ingeschakeld of meteen nadat het
apparaat is uitgeschakeld. Het onderpaneel is warm wanneer het apparaat is ingeschakeld (en is nog warm
meteen nadat het apparaat is uitgeschakeld) waardoor u zich kunt verbranden.
De batterijen plaatsen
Met de batterijen die bij het apparaat worden geleverd, kunt u controleren of alles juist werkt; het is mogelijk
dat deze batterijen geen lange levensduur hebben. Wij raden u aan alkalibatterijen met een lange levensduur te
gebruiken.
WAARSCHUWING
! Batterijen mogen niet in direct zonlicht of op een erg warme plaats, zoals in de buurt van een verwarming of
in een auto die in de zon staat, gebruikt of opgeborgen worden. Dit kan resulteren in lekkage, oververhitting,
explosie of in brand vliegen van de batterijen. Bovendien kan de levensduur van de batterijen afnemen.
WAARSCHUWING
Verkeerd gebruik van de batterijen kan lekkage of het barsten van de batterijen tot gevolg hebben. Neem de vol-
gende voorzorgsmaatregelen in acht:
! Gebruik nooit oude en nieuwe batterijen door elkaar.
! Plaats de batterijen zodanig dat de plus- en minpolen overeenkomen met de merktekens in het batterijvak.
! Let er bij het plaatsen van de batterijen op dat u de veren van de (–) aansluitingen voor de batterijen niet
beschadigt. Dit kan resulteren in lekkage of oververhitting van de batterijen.
! Batterijen met dezelfde vorm kunnen een verschillende spanning hebben. Gebruik verschillende soorten batte-
rijen niet samen.
! Wanneer u lege batterijen weggooit, gelieve daarbij de geldende wetgeving en bepalingen na te leven.
 
11
Voordat u begint
01
Bereik van de afstandsbediening
Onder de volgende omstandigheden werkt de afstandsbediening mogelijk niet goed:
! Er bevinden zich obstakels tussen de afstandsbediening en de sensor van de afstandsbediening op de receiver.
! Er valt direct zonlicht of tl-licht op de sensor van de afstandsbediening.
! De receiver staat dicht bij een apparaat dat infraroodstralen uitzendt.
! De receiver wordt tegelijkertijd met een andere infrarood-afstandsbediening bediend.
30°
30°
7 m
 
12
 
Afstandsbediening ........................................................................................................................13
Display ............................................................................................................................................ 15
Voorpaneel .....................................................................................................................................16
Bedieningselementen en displays
13
Bedieningselementen en displays
02
Afstandsbediening
In dit hoofdstuk wordt het gebruik van de afstandsbediening van de receiver beschreven.
RECEIVER
D.ACCESS
DIMMER SLEEP
LIGHT
RCU SETUP
MPX
PRESET TUNE
BAND PTY
iPod
TUNER
INPUT
USB ADPTROKU
BT
TV
TV
MHL
CD
OUT P.
DVDBD
ALL ZONE STBY
SOURCE
STANDBY/ON
MAIN
SAT
SUB ZONE CONTROL
SOURCE CONTROL
MUTE
VOLUME
VOL
TOP
MENU
HOME
MENU
TOOLS
MENU
ENTER
RETURN
CLASS
ENTER
CLR
CH
CH
2
546
8
0
79
13
AUDIO
DISP
SURRAUTO
CH LV.
ADV
STATUS
AUDIO P. VIDEO P.
Z2 Z3 HDZ
LISTENING MODE
HDMI
NET
ALL
Fav
RECEIVER
1
2
4
3
9
10
11
12
5
6
7
8
13
14
17
15
16
6
De afstandsbediening heeft een handige kleurcodering overeenkomstig de componentbediening, waarbij het vol-
gende systeem wordt gebruikt:
! Wit – Bediening van de receiver, bediening van de TV
! Blauw – Bediening van andere apparaten en de verschillende ingangen (TUNER, enz.) (Zie blz. 57 , 58 ,
60 , 61 en 95 .)
1 u STANDBY/ON
Hiermee zet u de receiver aan of stand-by.
2 ALL ZONE STBY
Gebruik deze knop voor het uitvoeren van een unieke bedieningsreeks (bladzijde 94 ).
3 MAIN RECEIVER
Hiermee stelt u de afstandsbediening in voor bediening van de receiver (deze knop wordt gebruikt om de witte
opdrachten te selecteren).
Gebruik deze knop voor het omschakelen voor bediening in de hoofdzone.
4 SOURCE CONTROL-knoppen
Hiermee schakelt u tussen ingangen. Hiermee schakelt u ook de stand van de afstandsbediening voor bediening
van andere apparaten of ingangen (TUNER, enz.) (bladzijde 91 ).
Elke keer als u op deze knoppen drukt, wordt de ingang voor HDMI , NET en ALL overgeschakeld.
5 TV-bedieningsknoppen
Deze knoppen kunnen worden gebruikt voor bedienen van functies op de TV die aan de TV INPUT-knop is toege-
wezen. De TV kan met deze knoppen worden bediend ongeacht de ingang die is ingesteld voor de bedienings-
functie van de afstandsbediening (bladzijde 91 ).
6 Knoppen voor de receiverbediening
! STATUS – Het IP-adres en andere informatie op het display tonen zoals geselecteerde/ingestelde functies en
het ingangssignaal (bladzijde 88 ).
! OUT P. (OUTPUT PARAMETER) – De uitgangsaansluiting van de HDMI-luidspreker of luidsprekeraansluiting
overschakelen (bladzijde 85 ).
! RETURN – Druk hierop om te bevestigen en om het huidige menuscherm te sluiten.
! CH LV. (CHANNEL LEVEL) – Druk herhaaldelijk op deze knop om een kanaal te selecteren, en pas het niveau
aan met k/l (blz. 86 en 108 ).
7 Knoppen voor de receiverinstellingen
Druk op MAIN RECEIVER voor de volgende functies:
! AUDIO P. (AUDIO PARAMETER) – Gebruik dit voor toegang tot de audio-opties (bladzijde 80 ).
! VIDEO P. (VIDEO PARAMETER) – Gebruik dit voor toegang tot de video-opties (bladzijde 82 ).
! HOME MENU – Hiermee krijgt u toegang tot het Home Menu (bladzijden 51 , 53 , 76 , 98 en 106 ).
8 i/j/k/l/ENTER
Gebruik de pijltoetsen wanneer u het surroundgeluidssysteem (bladzijde 98 ) en de audio- of video-opties (blad-
zijde 80 of 82 ) instelt.
9 LISTENING MODE-knoppen
! AUTO (AUTO SURROUND/ALC/STREAM DIRECT) – Overschakelen tussen de functies Automatische sur-
round (bladzijde 65 ), Automatische niveauregeling en Directe stroom (bladzijde 66 ).
! SURR (STANDARD SURROUND) – Druk hierop voor standaarddecodering en voor het omschakelen van
diverse instellingen (Dolby, DTS, enz.) (bladzijde 65 ).
! ADV (ADVANCED SURROUND) – Hiermee schakelt u tussen de verschillende surroundstanden (bladzijde
66 ).
10 Knop voor bediening van bronapparaat
Hiermee bedient u andere apparaten of de verschillende ingangen (TUNER, enz.).
 
14
Bedieningselementen en displays
02
11 DIMMER
Hiermee verlaagt of verhoogt u de helderheid van het display (bladzijde 88 ).
12 SLEEP
Hiermee zet u de receiver in de slaapstand en stelt u de tijd in voordat hij overschakelt naar de slaapstand (blad-
zijde 88 ).
13 Afstandsbediening-LED
Dit lampje brandt wanneer er een opdracht vanaf de afstandsbediening wordt gestuurd.
14 SUB ZONE CONTROL-knoppen
! Z2 (ZONE 2) – Hiermee wijzigt u de stand naar bediening van Zone 2. Houdt deze knop ingedrukt (1,5 secon-
den) houdt tot de LED van de afstandsbediening één keer knippert.
! Z3 (ZONE 3) – Hiermee wijzigt u de stand naar bediening van Zone 3. Houdt deze knop ingedrukt (1,5 secon-
den) tot de LED van de afstandsbediening één keer knippert.
! HDZ (HDZONE) – Hiermee wijzigt u de stand naar bediening van HDZONE. Houdt deze knop ingedrukt (1,5
seconden) houdt tot de LED van de afstandsbediening één keer knippert.
15 VOLUME +/–
Hiermee stelt u het luistervolume in.
In de hoofdzone drukt u eerst op MAIN RECEIVER en dan op deze knop om het volume aan te passen. In de
secundaire zone drukt u eerst op SUB ZONE CONTROL en dan op deze knop.
16 MUTE
Hiermee dempt u het geluid of herstelt u het oorspronkelijke geluidsniveau nadat het geluid is gedempt (door het
regelen van het volume wordt het geluidsniveau eveneens hersteld).
In de hoofdzone drukt u eerst op MAIN RECEIVER en dan op deze knop om het volume te dempen. In de secun-
daire zone drukt u eerst op SUB ZONE CONTROL en dan op deze knop.
17 LIGHT/RCU SETUP
Zet de knopverlichting aan/uit. De witte knoppen (behalve DIMMER, SLEEP en LIGHT) lichten op.
Er zijn vier instellingen voor de manier waarop de knoppen worden verlicht (bladzijde 93 ).
Hiermee stelt u de afstandsbediening in (bladzijde 91 ).
 
15
Bedieningselementen en displays
02
Display
HDMI
DIGITAL
ANALOG
L C R
SL SR
XL XR
XC
LFE
AUTO
DIGITAL PLUS
AUTO SURROUND
STREAM DIRECT
ADV.SURROUND
STANDARD
SP
AB
SLEEP
DSD PCM
DTS HD ES 96/24
MSTR
S.RTRV SOUND UP MIX
MONO
dB
MULTI-ZONE
STEREO
TrueHD
TUNED
PQLS
ALC
AT T
USB
TV
DVD
HDMI
DVR
BD
CD
TUNER
iPod
[ 2 ]
[ 3 ]
[ 4 ]
FULL BAND
TUNED RDS
21 3 64 107511 13 14
1918 2016 17
15
6
12
89
1 Signaalindicators
Deze lampjes gaan branden om het geselecteerde ingangssignaal aan te geven. AUTO brandt wanneer de recei-
ver is ingesteld voor automatische selectie van het ingangssignaal (bladzijde 67 ).
2 Indicators van de programma-indeling
Het kanaal waarnaar het digitale signaal wordt ingevoerd, licht op. De indicator licht niet op wanneer Dolby
Atmos-inhoud wordt afgespeeld.
! L/R – Linker/rechter voorkanaal
! C – Middenkanaal
! SL/SR – Linker/rechter surroundkanaal
! LFE – Kanaal voor lage frequentie-effecten (de (( ))-indicators branden wanneer een LFE-signaal
binnenkomt)
! XL/XR – Twee kanalen, met uitzondering van de bovenstaande kanalen
! XC – Een ander kanaal maar niet een van de bovenstaande kanalen, het mono-surroundkanaal of de
matrix-codeermarkering
3 Indicators van de digitale indeling
Deze lampjes branden wanneer een signaal dat is gecodeerd met de bijbehorende indeling wordt aangetroffen.
! DIGITAL – Brandt bij Dolby Digital decodering.
! DIGITAL PLUS – Brandt bij Dolby Digital Plus decodering.
! TrueHD – Brandt bij Dolby TrueHD decodering.
! DTS – Brandt bij DTS decodering.
! DTS HD – Brandt bij DTS-HD decodering.
! 96/24 – Brandt bij DTS 96/24 decodering.
! DSD – Dit lampje brandt tijdens weergave van DSD (directe stroom digitaal) signalen.
! DSD PCM – Dit lampje brandt tijdens DSD (directe stroom digitaal) naar PCM omzetting.
! PCM – Dit lampje brandt tijdens weergave van PCM-signalen.
! MSTR – Dit lampje brandt tijdens weergave van DTS-HD Master Audio-signalen.
4 MULTI-ZONE
Dit lampje brandt wanneer de MULTI-ZONE-functie in werking is (bladzijde 86 ).
5 FULL BAND
Dit lampje brandt wanneer breedband-fasecontrole is ingeschakeld (bladzijde 68 ).
6 Luisterfunctie-indicators
! ALC – Dit lampje brandt wanneer de ALC (automatische niveauregeling) is geselecteerd (bladzijde 65 ).
! AUTO SURROUND – Dit lampje brandt wanneer de Automatische surroundfunctie is ingeschakeld (bladzijde
65 ).
! STREAM DIRECT – Dit lampje brandt wanneer Direct/Zuiver direct is geselecteerd (bladzijde 66 ).
! ADV.SURROUND – Dit lampje brandt wanneer een van de Geavanceerde surroundfuncties is geselecteerd
(bladzijde 66 ).
! STANDARD – Dit lampje brandt wanneer een van de Standaard surroundfuncties is ingeschakeld (bladzijde
65 ).
7 (PHASE CONTROL)
Dit lampje brandt wanneer fasecontrole (bladzijde 67 ) of breedband-fasecontrole (bladzijde 68 ) is
ingeschakeld.
8 ATT
Dit lampje brandt wanneer het niveau van het ingangssignaal wordt verlaagd om vervorming te verminderen
(bladzijde 80 ).
9 PQLS
Dit lampje brandt wanneer de PQLS-functie actief is (bladzijde 78 ).
10 SOUND
Dit lampje brandt wanneer DIALOG E (functie voor het verbeteren van de weergave van spraak) of TONE (toonre-
geling) is geselecteerd (bladzijde 80 ).
11 Tunerindicators
! TUNED – Brandt wanneer een uitzending wordt ontvangen.
! STEREO – Brandt tijdens de ontvangst van een stereo FM-uitzending in de automatische stereofunctie.
! MONO – Brandt wanneer de monofunctie wordt ingesteld met MPX.
! RDS – Brandt wanneer een RDS-uitzending wordt ontvangen.
12
Dit lampje brandt wanneer het geluid is gedempt.
13 Hoofdvolumeniveau
Geeft het algehele volumeniveau aan.
---” is het minimumniveau en “+12dB” is het maximumniveau.
14 Ingangsfunctie-indicators
Deze lampjes geven de geselecteerde ingangsfunctie aan.
15 Scroll-indicators
Deze lampjes branden wanneer er nog meer selecteerbare onderdelen zijn bij het maken van de diverse
instellingen.
16 Luidsprekerindicators
Dit lampje geeft de huidige luidsprekeraansluiting aan die is ingesteld met OUT P. (bladzijde 85 ).
17 SLEEP
Dit lampje brandt wanneer de receiver in de slaapstand staat (bladzijde 88 ).
18 S.RTRV
Dit lampje brandt wanneer de Auto Sound Retriever-functie geactiveerd is (bladzijde 80 ).
19 Lettertekendisplay
Hierop worden diverse systeemgegevens weergegeven.
20 Indicator voor afstandsbedieningsmodus
Dit lampje brandt om de instelling van de afstandsbedieningsmodus van de receiver aan te geven. (Wordt niet
aangegeven indien ingesteld op 1.) (bladzijde 111 )
 
16
Bedieningselementen en displays
02
Voorpaneel
PHONES
SPEAKERS
MULTI-ZONE
CONTROL
ZONE 2
ON/OFF
ZONE 3
ON/OFF
HDZONE
ON/OFF
MCACC
SETUP MIC
ENTER
TUNE
TUNE (HDMI)
PRESETPRESET
VIDEO
PARAMETER
AUDIO
PARAMETER
HDMI 5 INPUT
AUTO/ALC/
DIRECTSTATUSBAND TUNER EDIT
iPod iPhone
DIRECT CONTROL
HOME MENU RETURN
MASTER
VOLUME
STANDBY/ON
INPUT
SELECTOR
iPod iPhoneHDMI
MCACC PRO
FL OFF
5V 1
A
1 2 4
35
6
7
8910 1211 13 16
17 18 2019 21 22
3
14 15
1 u STANDBY/ON
Hiermee zet u de receiver aan of stand-by.
2 INPUT SELECTOR-knop
Gebruik deze knop om een ingangsfunctie te selecteren.
3 Indicators
! MCACC PRO – Dit lampje brandt wanneer EQ op ON is ingesteld in het menu AUDIO PARAMETER (blad-
zijde 80 ).
! FL OFF – Licht op wanneer uit (“off”; geen aanduiding) is geselecteerd voor de dimmerinstelling van het dis-
play (bladzijde 88 ).
! HDMI – Dit lampje knippert wanneer een met HDMI uitgerust apparaat wordt aangesloten. Het lampje brandt
onafgebroken zodra het apparaat is aangesloten (bladzijde 34 ).
! iPod iPhone – Dit lampje brandt om aan te geven dat een iPod/iPhone is aangesloten (bladzijde 43 ).
4 Lettertekendisplay
Zie Display op bladzijde 15 .
5 Afstandsbedieningssensor
Ontvangt de signalen van de afstandsbediening (bladzijde 11 ).
6 MASTER VOLUME-knop
7 Bedieningselementen op het voorpaneel
Voor toegang tot de bedieningsknoppen op het voorpaneel pakt u de zijkanten van de klep met uw vingers vast en
trekt u de klep naar voren.
MASTER
VOLUME
STANDBY/ON
INPUT
SELECTOR
8 AUDIO PARAMETER
Hiermee krijgt u toegang tot de audio-opties (bladzijde 80 ).
9 i/j/k/l (TUNE/PRESET) /ENTER
Gebruik de pijltoetsen bij het maken van de instellingen in uw HOME MENU. Gebruik TUNE i/j om te zoeken
naar radiofrequenties en PRESET k/l om te zoeken naar voorkeurzenders (bladzijde 60 ).
10 VIDEO PARAMETER
Hiermee krijgt u toegang tot de video-opties (bladzijde 82 ).
11 Bediening van de MULTI-ZONE
Als u MULTI-ZONE aansluitingen hebt gemaakt (bladzijde 40 ), kunt u met deze bedieningselementen de secun-
daire zone bedienen vanuit de hoofdzone (bladzijde 86 ).
12 SPEAKERS
Hiermee kiest u een andere luidsprekeraansluiting (bladzijde 85 ).
13 iPod iPhone DIRECT CONTROL
Schakel de receiver over naar de iPod als signaalbron en schakel de iPod-bediening in op de iPod (bladzijde 57 ).
14 AUTO SURR/ALC/STREAM DIRECT
Overschakelen tussen de functies Automatische surround (bladzijde 65 ), Automatische niveauregeling en
Directe stroom (bladzijde 66 ).
15 STATUS
Het IP-adres en andere informatie op het display tonen zoals geselecteerde/ingestelde functies en het ingangs-
signaal (bladzijde 88 ).
16 Bediening van de TUNER
! BAND – Hiermee schakelt u tussen de radiogolfbanden AM en FM (bladzijde 60 ).
! TUNER EDIT – Gebruik deze toets samen met TUNE i/j, PRESET k/l en ENTER om zenders op te slaan in
het geheugen en deze een naam te geven (bladzijde 60 ).
17 HOME MENU
Hiermee krijgt u toegang tot het Home Menu (bladzijden 53 , 51 , 76 , 98 en 106 ).
18 RETURN
Druk hierop om te bevestigen en om het huidige menuscherm te sluiten.
 
17
Bedieningselementen en displays
02
19 PHONES-aansluiting
Sluit hierop een koptelefoon aan. Wanneer een koptelefoon is aangesloten, wordt er geen geluid weergegeven via
de luidsprekers.
20 MCACC SETUP MIC-aansluiting
Sluit hierop de bijgeleverde microfoon aan (bladzijde 49 ).
21 iPod/iPhone-aansluitingen
Deze gebruikt u om een Apple iPod/iPhone aan te sluiten als audiobron (bladzijde 43 ), of een USB-apparaat
aan te sluiten voor weergave van audio en afbeeldingen (bladzijde 44 ).
22 HDMI 5 INPUT-aansluiting
Gebruik deze aansluiting voor het aansluiten van een compatibel HDMI-apparaat (videocamera enz.) (bladzijde
44 ).
 
18
 
De apparatuur aansluiten ............................................................................................................. 19
Achterpaneel ..................................................................................................................................19
De toepassing van de luidsprekers bepalen................................................................................20
De luidsprekers opstellen .............................................................................................................24
De luidsprekers aansluiten ...........................................................................................................25
Het luidsprekersysteem installeren .............................................................................................27
Meer over de audio-aansluitingen ...............................................................................................33
Meer over de video-omzetter .......................................................................................................33
Meer over HDMI ............................................................................................................................34
Uw TV en weergave-apparatuur aansluiten ............................................................................... 34
Een HDD-/DVD-recorder, BD-recorder en andere videobronnen aansluiten ........................... 36
Een receiver voor satelliet/kabel-TV of een andere set-top box aansluiten ............................ 37
Andere audio-apparatuur aansluiten ..........................................................................................38
Extra versterkers aansluiten ......................................................................................................... 39
AM/FM-antennes aansluiten ........................................................................................................ 39
MULTI-ZONE instellingen .............................................................................................................. 40
Aansluiten op het netwerk via de LAN-interface .......................................................................43
Een iPod aansluiten .......................................................................................................................43
Een USB-apparaat aansluiten .......................................................................................................44
Een MHL-compatibel apparaat aansluiten ..................................................................................44
Een HDMI-geschikt apparaat aansluiten op de ingang op het voorpaneel ............................. 44
Verbinden met een draadloos LAN .............................................................................................. 45
Een infraroodontvanger aansluiten .............................................................................................45
Apparaten aan- en uitzetten met de 12-volt-schakelaar ...........................................................46
De receiver aansluiten op het stopcontact ..................................................................................46
De apparatuur aansluiten
19
De apparatuur aansluiten
03
De apparatuur aansluiten
Met deze receiver hebt u vele verschillende mogelijkheden om apparatuur aan te sluiten, maar dat hoeft niet
ingewikkeld te zijn. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd welke apparatuur u kunt aansluiten om het thuistheatersys-
teem samen te stellen.
WAARSCHUWING
! Voordat u aansluitingen maakt of wijzigt, zet u het apparaat uit en haalt u de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact. U steekt de stekker pas weer in het stopcontact als u alle apparatuur hebt aangesloten.
! Bij het maken van de aansluitingen moet u erop letten dat de netsnoeren van de apparaten die worden aange-
sloten niet in het stopcontact zitten.
! Afhankelijk van het apparaat dat wordt aangesloten (cd-, dvd- of bd-speler, enz.), kunnen de aansluitmethoden
en de namen van de aansluitingen verschillen van de uitleg in deze handleiding. Raadpleeg tevens de handlei-
ding van de betreffende apparaten.
Achterpaneel
OUT
IN
AC IN
HDMI
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
(
OUTPUT 12 V
TOTA L 150 mA MAX
)
OPTICALCOAXIAL
ASSIGNABLE
SELECTABLE
ASSIGNABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
PRE OUT
VIDEO
AUDIO
ZONE 2
SUBWOOFER
1
1
IN
2
2
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONT CENTER
SUBWOOFER
1
2
L
R
DVR/BDR
IN
ZONE 3
OUT
ZONE 2
OUT
SAT/CBL
IN OUT
MONITOR
OUT
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
P
B
Y
P
R
ANTENNA
AM LOOP FM UNBAL 75
RS-232C
IR
12V TRIGGER
SPEAKERS
FRONTCENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
1
-
7
ASSIGNABLE
IN
1
(
CD
)
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
DVR/
BDR
)
OUT
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LIVENEUTRAL
Opmerkingen
! De RS-232C-aansluiting is uitsluitend voor het installatieprogramma.
! De onderstaande ingangsfuncties zijn standaard toegewezen aan de verschillende ingangsaansluitingen van
de receiver. Zie Het menu Input Setup op bladzijde 51 om de toewijzingen te veranderen wanneer andere
aansluitingen worden gebruikt.
Ingangsfunctie
Ingangsaansluiting
HDMI Audio Apparaat
BD
(BD)
DVD IN 1 COAX-1 IN 1
SAT/CBL IN 2 COAX-2
DVR/BDR IN 3 OPT-2 IN 2
HDMI 4 IN 4
HDMI 5
(voorpaneel)
IN 5
HDMI 6 IN 6
HDMI 7/MHL IN 7
TV OPT-1
CD ANALOG-1
 
20
De apparatuur aansluiten
03
De toepassing van de luidsprekers bepalen
Dit apparaat is uitgerust met luidsprekeraansluitingen voor 11 kanalen zodat de gebruiker kan kiezen uit diverse
luidsprekeropstellingen/gebruikspatronen. De aansluitingen waarop de luidsprekers moeten worden aangeslo-
ten verschillen afhankelijk van de luidsprekeropstelling/gebruikspatroon. Selecteer een luidsprekeropstelling/
gebruikspatroon voordat u de luidsprekers aansluit. Zie Het luidsprekersysteem installeren op bladzijde 27 voor
verdere informatie over de aansluitingen.
De 5.2 +ZONE 2+ZONE 3 en Multi-ZONE Music instellingen kunnen ook afzonderlijk worden gebruikt afhan-
kelijk van de situatie. Gewoonlijk zet u dit onderdeel op 5.2 +ZONE 2+ZONE 3 en gebruikt het systeem dan voor
weergave in meerdere zones/weergave van meerdere bronnen, maar wanneer het systeem bijvoorbeeld voor
feestjes wordt gebruikt zet u dit onderdeel op Multi-ZONE Music om alle zones aan de hoofdzone te koppelen.
! Zorg dat er altijd luidsprekers op het linker en rechter voorkanaal worden aangesloten (L en R).
! Het is ook mogelijk om slechts één paar surround-achterluidsprekers (SB) of geen aan te sluiten.
! Als u twee subwoofers hebt, kan de tweede subwoofer op de SUBWOOFER 2-aansluiting worden aangesloten.
Door twee subwoofers aan te sluiten wordt het basgeluid versterkt zodat een krachtigere geluidsweergave
wordt verkregen.
! Als u Dolby Atmos gebruikt, kunt u genieten van een geluidsveld dat goed klinkt voor elk type luidsprekerop-
stelling. We raden echter aan een systeem met plafondluidsprekers te gebruiken voor een beter geluidsveld.
Belangrijk
! De Speaker System-instelling moet worden gemaakt als u een van de onderstaande aansluitingen gebruikt,
met uitzondering van [A] (zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 ).
! De luidsprekers die geluid moeten weergeven kunnen worden gekozen overeenkomstig de luidsprekeropstel-
ling/gebruikspatroon (het geluid wordt niet altijd via alle aangesloten luidsprekers weergegeven). Gebruik de
OUT P. knop om de luidsprekers te kiezen die geluid moeten weergeven. Zie Overschakelen naar andere luid-
sprekeraansluitingen op bladzijde 85 voor verdere informatie.
[A] Aansluiting 9.2-kanaals surroundsysteem (Boven-midden/Voor-breed)
*Standaardinstelling
! Speaker System instelling: 7.2.2ch TMd/FW
SBR
TMdL TMdR
SBL
SRSL
FWR
FWL R
SW2
C
SW1
L
Een 9.2-kanaals surroundsysteem met de volgende aansluitingen: linker en rechter voorluidspreker (L/R), mid-
denluidspreker (C), linker en rechter boven-middenluidspreker (TMdL/TMdR), linker en rechter voor-breedluid-
spreker (FWL/FWR), linker en rechter surroundluidspreker (SL/SR), linker en rechter surround-achterluidspreker
(SBL/SBR), en de subwoofers (SW 1/SW 2).
Voor de boven-middenluidsprekers kunnen Dolby-luidsprekers gebruikt worden (bladzijde 23 ).
Het is niet mogelijk om gelijktijdig geluid weer te geven via de boven-middenluidsprekers en de
voor-breedluidsprekers.
Dit surroundsysteem biedt een meer realistisch geluid vanaf boven.
De luidsprekers die geluid weergeven kunnen worden omgeschakeld met de OUT P. knop. Zie Overschakelen
naar andere luidsprekeraansluitingen op bladzijde 85 voor verdere informatie.
 
21
De apparatuur aansluiten
03
[B] Aansluiting 9.2-kanaals surroundsysteem (Boven-midden/Voor-hoog)
! Speaker System instelling: 7.2.2ch TMd/FH
SBR
TMdL TMdR
SBL
SRSL
R
SW2
C
SW1
L
FHR
FHL
Een 9.2-kanaals surroundsysteem met de volgende aansluitingen: linker en rechter voorluidspreker (L/R), mid-
denluidspreker (C), linker en rechter boven-middenluidspreker (TMdL/TMdR), linker en rechter voor-hoogluid-
spreker (FHL/FHR), linker en rechter surroundluidspreker (SL/SR), linker en rechter surround-achterluidspreker
(SBL/SBR), en de subwoofers (SW 1/SW 2).
Voor de boven-middenluidsprekers kunnen Dolby-luidsprekers gebruikt worden (bladzijde 23 ).
Het is niet mogelijk om gelijktijdig geluid weer te geven via de boven-middenluidsprekers en de
voor-hoogluidsprekers.
Dit surroundsysteem biedt een meer realistisch geluid vanaf boven.
De luidsprekers die geluid weergeven kunnen worden omgeschakeld met de OUT P. knop. Zie Overschakelen
naar andere luidsprekeraansluitingen op bladzijde 85 voor verdere informatie.
[C] Aansluiting 9.2-kanaals surroundsysteem (Boven-voor/Boven-achter)
! Speaker System instelling: 5.2.4ch
TFwL
TBwL
TFwR
TBwR
SRSL
R
SW2
C
SW1
L
Een 9.2-kanaals surroundsysteem met de volgende aansluitingen: linker en rechter voorluidspreker (L/R), mid-
denluidspreker (C), linker en rechter boven-voorluidspreker (TFwL/TFwR), linker en rechter boven-achterluidspre-
ker (TBwL/TBwR), linker en rechter surroundluidspreker (SL/SR), en de subwoofers (SW 1/SW 2).
Een Dolby-luidspreker kan ook worden gebruikt voor de boven-voorluidsprekers en de boven-achterluidsprekers
(bladzijde 23 ).
Dit surroundsysteem biedt een meer realistisch geluid vanaf boven.
[D] Aansluiting 7.2-kanaals surroundsysteem & Aansluiting luidspreker B
! Speaker System instelling: 7.2ch + Speaker B
SBRSBL
SR
RL
SL
R
SW2
C
SW1
L
Speaker B
TMdL TMdR
Met deze aansluitingen kunt u gelijktijdig genieten van 7.2-kanaals surroundgeluid in de hoofdruimte en stereo-
weergave van hetzelfde geluid via de B luidsprekers. Dezelfde aansluitingen bieden ook 9.2-kanaals surroundge-
luid in de hoofdruimte wanneer de luidsprekers B niet worden gebruikt.
De luidsprekers die geluid weergeven kunnen worden omgeschakeld met de OUT P. knop. Zie Overschakelen
naar andere luidsprekeraansluitingen op bladzijde 85 voor verdere informatie.
[E] Aansluiting 7.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor
(hogekwaliteitssurround)
! Speaker System instelling: 7.2ch + Front Bi-Amp
Aansluitingen voor dubbele versterking van de voorkanalen geeft een hoge geluidskwaliteit met 7.2-kanaals
surround.
SBRSBL
SRSL
SW2
C
Front Bi-Amp
SW1
LR
 
22
De apparatuur aansluiten
03
[F] Aansluiting 7.2-kanaals surroundsysteem & HDZONE (meerdere zones)
! Speaker System instelling: 7.2ch + HDZONE
Met deze aansluitingen kunt u gelijktijdig genieten van 7.2-kanaals surroundgeluid in de hoofdzone, en stereo-
weergave op een andere component in HDZONE. (De keuze van ingangsapparaten is beperkt.)
Deze luidsprekerlay-out/dit gebruikspatroon levert in de hoofdzone 7.2-kanaals weergave met de
surround-achterkanalen.
HDZONE
Hoofdzone
Secundaire zone
SBRSBL
SRSL
R
SW2
C
SW1
L RL
[G] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor
(hogekwaliteitssurround) & HDZONE (meerdere zones)
! Speaker System instelling: 5.2 Bi-Amp+HDZONE
Met deze aansluitingen kunt u gelijktijdig genieten van dubbele versterking van de voorluidsprekers voor een
hoge geluidskwaliteit met 5.2-kanaals surroundgeluid in de hoofdzone, en stereoweergave op een andere compo-
nent in HDZONE. (De keuze van ingangsapparaten is beperkt.)
HDZONE
Hoofdzone
Secundaire zone
SRSL
SW2
C
SW1
LR
RL
Front Bi-Amp
[H-1] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & ZONE 2/ZONE 3 (meerdere zones)
[H-2] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & ZONE 2/HDZONE (meerdere zones)
[H-3] Aansluiting multi-ZONE muziek
! [H-1] Speaker System instelling: 5.2 +ZONE 2+ZONE 3
! [H-2] Speaker System instelling: 5.2 +ZONE 2+HDZONE
! [H-3] Speaker System instelling: Multi-ZONE Music
Met deze aansluitingen kunt u gelijktijdig genieten van 5.2-kanaals surroundgeluid in de hoofdzone, en ste-
reoweergave op een andere component in ZONE 2, ZONE 3 en HDZONE. (De keuze van ingangsapparaten is
beperkt.)
De instellingen 5.2 +ZONE 2+ZONE 3, 5.2 +ZONE 2+HDZONE en Multi-ZONE Music kunnen afzonderlijk wor-
den gebruikt afhankelijk van de situatie. Gewoonlijk stelt u 5.2 +ZONE 2+ZONE 3 of 5.2 +ZONE 2+HDZONE in
en gebruikt u het systeem voor weergave in meerdere zones/van meerdere bronnen. Maar wanneer u het systeem
bijvoorbeeld voor feestjes gebruikt, stelt u Multi-ZONE Music in om alle zones aan de hoofdzone te koppelen.
ZONE 2
ZONE 3 of HDZONE
Hoofdzone
Secundaire zone
SRSL
SW2
C
SW1
LR
RL
RL
[I] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking
luidspreker B
! Speaker System instelling: 5.2ch + SP-B Bi-Amp
Met deze aansluitingen kunt u gelijktijdig genieten van 5.2-kanaals surroundgeluid in de hoofdruimte en stereo-
weergave van hetzelfde geluid via de B luidsprekers. De B luidsprekers kunnen dubbel versterkt worden om een
hoge geluidskwaliteit te verkrijgen.
De luidsprekers die geluid weergeven kunnen worden omgeschakeld met de OUT P. knop. Zie Overschakelen
naar andere luidsprekeraansluitingen op bladzijde 85 voor verdere informatie.
SRSL
R
SW2
C
SW1
L
LR
Speaker B Bi-Amp
 
23
De apparatuur aansluiten
03
[J] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor en
surround (hogekwaliteitssurround)
! Speaker System instelling: 5.2ch F+Surr Bi-Amp
Aansluitingen voor dubbele versterking van de voor- en surroundkanalen geeft een hoge geluidskwaliteit met
5.2-kanaals surroundgeluid.
SRSL
SW2
C
SW1
LR
Front Bi-Amp
Surround Bi-Amp
[K] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor en
midden (hogekwaliteitssurround)
! Speaker System instelling: 5.2ch F+C Bi-Amp
Aansluitingen voor dubbele versterking van de voor- en middenkanalen geeft een hoge geluidskwaliteit met
5.2-kanaals surroundgeluid.
LR
SRSL
SW2
C
SW1
Front Bi-Amp
Center
Bi-Amp
[L] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking midden
en surround (hogekwaliteitssurround)
! Speaker System instelling: 5.2ch C+Surr Bi-Amp
Aansluitingen voor dubbele versterking van de midden- en surroundkanalen geeft een hoge geluidskwaliteit met
5.2-kanaals surroundgeluid.
LR
SRSL
SW2
C
SW1
Surround Bi-Amp
Center
Bi-Amp
Andere luidsprekeraansluitingen
! U kunt uw favoriete luidsprekeraansluitingen ook kiezen wanneer u minder dan 5.2 luidsprekers hebt (met
uitzondering van de linker/rechter voorluidsprekers).
! Wanneer er geen subwoofer wordt aangesloten, moet u luidsprekers die lage frequenties kunnen weergeven
op de voorkanalen aansluiten. (Als de voorluidsprekers dit niet kunnen, worden zij mogelijk beschadigd wan-
neer de lage frequenties bestemd voor de subwoofer via deze luidsprekers worden weergegeven.)
! Na het maken van de aansluitingen moet de Full Auto MCACC (instelling van luidsprekeromgeving) pro-
cedure worden uitgevoerd. Zie Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full Automatic
MCACC) op bladzijde 49 .
Dolby-luidspreker
Dolby-luidsprekers zorgen voor een nieuw gevoel van hoogte en onderdompeling in het geluid zonder dat u over-
headluidsprekers hoeft te installeren.
Plafond
Luisteraar
Dolby-
luidspreker
 
24
De apparatuur aansluiten
03
De luidsprekers opstellen
Zie het onderstaande schema voor de plaats van de luidsprekers die u wilt aansluiten.
Richtlijnen voor plaatsing van de luisteraarluidsprekers
Luisteraarluidsprekers zoals links, rechts, midden, links surround en rechts surround, worden op oorhoogte van
de luisterpositie geplaatst.
L
SW
2SW
1
C
FHL
FWL
SL
SBL
SBR
SB
SR
FWR
R
FHR
30 30
60
60
60
120 120
! Zet de surroundluidsprekers op 120° vanaf het midden. Als u (1) surround-achterluidsprekers gebruikt en (2)
geen hoog-voorluidsprekers/breed-voorluidsprekers gebruikt, raden wij u aan de surroundluidsprekers vlak
naast u te zetten.
! Als u van plan bent om slechts één surround-achterluidspreker aan te sluiten, moet u deze vlak achter u
plaatsen.
! Plaats de linker en rechter hoog-voorluidspreker minimaal 1 meter meteen boven de linker en rechter
voorluidspreker.
Richtlijnen voor plaatsing van de bovenluidsprekers
Bovenluidsprekers zoals boven-voor (TFwL, TFwR), boven-midden (TMdL, TMdR) en boven-achter (TBwL, TBwR)
worden boven de luisterpositie aan het plafond bevestigd.
Bovenaanzicht van de lay-out
TFwL
TMdL
TMdR
TBwL
TBwR
TFwR
30°
30°
! Alle bovenluidsprekerparen worden bij voorkeur geplaatst langs een verticale lijn die ±30º horizontaal staat
van de referentie midden voor. Indien nodig mogen deze luidsprekers echter op grotere afstand geplaatst
worden, zelfs op de zijwanden, en eender waar tussen de zijwanden en het midden van de ruimte.
! We raden ook aan om de boven-voorluidsprekers en achter-achterluidsprekers te plaatsen op een symmetri-
sche afstand voor en achter het middenboven.
Zij-aanzicht van de lay-out
TFwL /
TFwR
FL / FR
Hoogte van luisteraarluidsprekers
vooraan
Hoogte van bovenluidsprekers
(twee tot drie keer de hoogte
van de luisteraarluidsprekers
vooraan)
TMdL /
TMdR
TBwL /
TBwR
65° 100°
125°
150°
55°
30°
! De plafondluidsprekers boven-voor, boven-midden en boven-achter worden bij voorkeur geplaatst op een
hoogte van maximaal drie keer en minimaal twee keer de hoogte van de voorluidsprekers op luisterhoogte.
! De luidsprekers boven-voor, boven-midden en boven-achter moeten recht omlaag gericht worden en niet naar
de centrale luisterpositie.
! We raden aan om de boven-middenluidsprekers iets vóór het middenboven te installeren.
 
25
De apparatuur aansluiten
03
Enkele tips voor het verbeteren van de geluidskwaliteit
De plaats van de luidsprekers in de ruimte heeft een groot effect op de geluidskwaliteit. De volgende richtlijnen
helpen u het beste geluid uit het systeem te krijgen.
! U kunt de subwoofer op de grond zetten. In het ideale geval bevinden de andere luidsprekers zich ongeveer
op oorhoogte wanneer u luistert. Het wordt niet aanbevolen de luidsprekers op de grond te zetten (behalve de
subwoofer) of hoog aan de muur te bevestigen.
! U krijgt het beste stereo-effect als u de voorluidsprekers 2 m tot 3 m uit elkaar zet op gelijke afstand van de TV.
! Als u de luidsprekers rondom uw beeldbuis-TV opstelt, moet u afgeschermde luidsprekers gebruiken of de
luidsprekers op voldoende afstand van uw beeldbuis-TV plaatsen.
! Als u een middenluidspreker gebruikt, stelt u de voorluidsprekers iets schuiner op. Zo niet, dan plaatst u ze
minder schuin.
! Plaats de middenluidspreker boven of onder de TV zodat het geluid van het middenkanaal zich bij het
TV-scherm bevindt. Zorg er ook voor dat de middenluidspreker de lijn die wordt gevormd door de voorste ran-
den van de luidsprekers links en rechts voor niet snijdt.
! De luidsprekers worden het beste schuin in de richting van de luisterpositie geplaatst. Hoe schuin hangt af van
de afmetingen van de ruimte. Plaats ze minder schuin in grotere ruimten.
! Surround- en surround-achterluidsprekers moeten 60 cm tot 90 cm boven oorhoogte en lichtjes neerwaarts
gekanteld worden opgesteld. Plaats de luidsprekers niet naar elkaar toe. Voor DVD-Audio moeten de luidspre-
kers directer achter de luisteraar staan dan voor thuistheaterweergave.
! Probeer de surround-luidsprekers niet verder van de luisterpositie te plaatsen dan de voor- en middenluidspre-
kers. Dit kan het surround-geluidseffect verminderen.
De luidsprekers aansluiten
Elke luidsprekeraansluiting op de receiver bestaat uit een positieve (+) en een negatieve (–) aansluiting.
Controleer of deze overeenkomen met de aansluitingen op de luidsprekers.
Dit apparaat is geschikt voor luidsprekers met een nominale impedantie van 4 W tot 16 W.
WAARSCHUWING
! Deze luidsprekeraansluitingen hebben een GEVAARLIJKE spanning. Om een elektrische schok te voorko-
men bij het aansluiten of losmaken van de luidsprekerkabels, moet u het netsnoer losmaken voordat u eventu-
ele niet-geïsoleerde onderdelen aanraakt.
! Zorg dat de ontblote draaduiteinden van de luidsprekerkabel stevig in elkaar zijn gedraaid en volledig in de
luidsprekeraansluiting steken. Als een gedeelte van de ontblote draaduiteinden van de luidspreker contact
maakt met het achterpaneel, kan de stroomvoorziening worden afgesloten als beveiliging.
Aansluitingen met ontblote draad
WAARSCHUWING
Controleer of alle luidsprekers stevig staan of zijn bevestigd. Dit geeft niet alleen een betere geluidskwaliteit,
maar verkleint ook de kans op schade of letsel als gevolg van luidsprekers die worden omgestoten of die vallen bij
aardschokken.
1 Draai de losse kerndraadjes in elkaar.
2 Draai de aansluitschroef los en steek de kerndraad naar binnen.
3 Draai de aansluitschroef weer vast.
123
10 mm
Opmerkingen
! Raadpleeg de handleiding bij de luidsprekers voor meer informatie over het aansluiten van het andere uiteinde
van de luidsprekerkabels op de luidsprekers.
! Gebruik een kabel met tulpstekkers om de subwoofer aan te sluiten. U kunt geen luidsprekerkabels gebruiken.
! Als u twee subwoofers hebt, kan de tweede subwoofer op de SUBWOOFER 2-aansluiting worden aangesloten.
Door twee subwoofers aan te sluiten wordt het basgeluid versterkt zodat een krachtigere geluidsweergave
wordt verkregen.
 
26
De apparatuur aansluiten
03
Dubbele versterking van de luidsprekers
Dubbele versterking, ook wel bi-amping genoemd, betekent dat u de hogefrequentie-aansturing en de lagefre-
quentie-aansturing van de luidsprekers aansluit op verschillende versterkers voor een betere scheiding van de
frequenties. Deze mogelijkheid bestaat alleen als de luidsprekers geschikt zijn voor dubbele versterking, dat wil
zeggen dat ze afzonderlijke aansluitingen hebben voor hoge en lage frequenties. De geluidsverbetering hangt af
van het type luidsprekers dat u gebruikt.
SPEAKERS
FRONTCENTER
A
RL
TOP MIDDLE
RL
FRONT CENTER
A
RL
TOP MIDDLE
RL
SPEAKERS
High
Low
High
Low
Rechtsvoor Linksvoor
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
WAARSCHUWING
! De meeste luidsprekers die over zowel High- als Low-aansluitingen beschikken, hebben twee metalen plaatjes
die de High-aansluitingen met de Low-aansluitingen verbinden. Deze moeten worden verwijderd wanneer
u de luidsprekers dubbel versterkt. Als u dit niet doet, kan de versterker ernstig beschadigd raken. Zie de
gebruiksaanwijzing bij de luidsprekers voor meer informatie.
! Als de luidsprekers een verwijderbaar crossovernetwerk hebben, mag u dit niet verwijderen voor dubbele ver-
sterking. Dit kan beschadiging van de luidsprekers veroorzaken.
Dubbele bedrading van de luidsprekers
Uw luidsprekers kunnen ook via dubbele bedrading worden aangesloten als ze dubbele versterking
ondersteunen.
! Bij deze aansluitingen is de Speaker System-instelling niet van belang.
WAARSCHUWING
! Sluit niet verschillende luidsprekers op deze manier aan op dezelfde aansluiting.
! Bij gebruik van dubbele bedrading moet u de waarschuwingen voor dubbele versterking hierboven in acht
nemen.
% Als u een luidspreker dubbel wilt bedraden, moet u twee luidsprekersnoeren aansluiten op
de luidsprekeraansluiting op de receiver.
 
27
De apparatuur aansluiten
03
Het luidsprekersysteem installeren
De minimale configuratie bestaat uit de luidsprekers links- en rechtsvoor. De belangrijkste surround-luidsprekers
moeten altijd als paar worden aangesloten, maar u kunt desgewenst slechts één surroundachterluidspreker
aansluiten die moet worden aangesloten op de linker-surround-achteraansluiting.
[A] Aansluiting 9.2-kanaals surroundsysteem (Boven-midden/Voor-breed)
! Selecteer indien nodig ‘7.2.2ch TMd/FW’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
! Bij gebruik van slechts één surround-achterluidspreker sluit u deze op de SURROUND BACK L (Single) aan-
sluitingen aan.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
Boven-midden
links
Boven-midden
rechts
Breed-voor linksBreed-voor rechts
LinksvoorRechtsvoor MiddenSubwoofer 2Subwoofer 1
Surround-
links
Surround-
rechtsachter
Surround-
linksachter
Surround-
rechts
[B] Aansluiting 9.2-kanaals surroundsysteem (Boven-midden/Voor-hoog)
! Selecteer ‘7.2.2ch TMd/FH’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
! Bij gebruik van slechts één surround-achterluidspreker sluit u deze op de SURROUND BACK L (Single) aan-
sluitingen aan.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
Hoog-voor linksHoog-voor rechts
LinksvoorRechtsvoor MiddenSubwoofer 2Subwoofer 1
Surround-links
Surround-
rechtsachter
Surround-
linksachter
Surround-rechts
Boven-midden
links
Boven-midden
rechts
 
28
De apparatuur aansluiten
03
[C] Aansluiting 9.2-kanaals surroundsysteem (Boven-voor/Boven-achter)
! Selecteer ‘5.2.4ch’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
Boven-voor linksBoven-voor rechts
Boven-achter linksBoven-achter rechts
LinksvoorRechtsvoor MiddenSubwoofer 2Subwoofer 1
Surround-
links
Surround-
rechts
[D] Aansluiting 7.2-kanaals surroundsysteem & Aansluiting luidspreker B
! Selecteer ‘7.2ch + Speaker B’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
! Bij gebruik van slechts één surround-achterluidspreker sluit u deze op de SURROUND BACK L (Single) aan-
sluitingen aan.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
Anteriore
sinistro
Anteriore
destro Centrale Subwoofer 2Subwoofer 1
Surround
sinistro
Surround
posteriore destro
Surround
posteriore sinistro
Surround
destro
Speaker B
- sinistra
Speaker B
- destra
Boven-midden
links
Boven-midden
rechts
 
29
De apparatuur aansluiten
03
[E] Aansluiting 7.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor
(hogekwaliteitssurround)
! Selecteer ‘7.2ch + Front Bi-Amp’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
! Bij gebruik van slechts één surround-achterluidspreker sluit u deze op de SURROUND BACK L (Single) aan-
sluitingen aan.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
High
Low
High
Low
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Rechtsvoor
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Linksvoor
MiddenSubwoofer 2Subwoofer 1
Surround-links
Surround-
rechtsachter
Surround-
linksachter
Surround-rechts
[F] Aansluiting 7.2-kanaals surroundsysteem & HDZONE (meerdere zones)
! Selecteer ‘7.2ch + HDZONE’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
! Bij gebruik van slechts één surround-achterluidspreker sluit u deze op de SURROUND BACK L (Single) aan-
sluitingen aan.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
HDZONE -
Links
HDZONE -
Rechts
LinksvoorRechtsvoor
MiddenSubwoofer 2Subwoofer 1
Surround-links
Surround-
rechtsachter
Surround-
linksachter
Surround-rechts
 
30
De apparatuur aansluiten
03
[G] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor
(hogekwaliteitssurround) & HDZONE (meerdere zones)
! Selecteer ‘5.2 Bi-Amp+HDZONE’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
High
Low
High
Low
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Rechtsvoor
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Linksvoor
MiddenSubwoofer 2Subwoofer 1
Surround-links
HDZONE - Rechts HDZONE - Links
Surround-rechts
[H-1] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & ZONE 2/ZONE 3 (meerdere
zones)
[H-2] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & ZONE 2/HDZONE (meerdere
zones)
[H-3] Aansluiting multi-ZONE muziek
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
! [H-1] Speaker System instelling: 5.2 +ZONE 2+ZONE 3
! [H-2] Speaker System instelling: 5.2 +ZONE 2+HDZONE
! [H-3] Speaker System instelling: Multi-ZONE Music
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
HDZONE - LinksHDZONE - Rechts
ZONE 3 - LinksZONE 3 - Rechts
LinksvoorRechtsvoor
MiddenSubwoofer 2Subwoofer 1
Surround-links
ZONE 2 - Rechts ZONE 2 - Links
Surround-rechts
 
31
De apparatuur aansluiten
03
[I] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking luidspreker B
! Selecteer ‘5.2ch + SP-B Bi-Amp’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
High
Low
High
Low
LinksvoorRechtsvoor
Center
Subwoofer 2Subwoofer 1
Surround-linksSurround-rechts
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Luidsprekers B - rechts
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Luidsprekers B - links
[J] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor en
surround (hogekwaliteitssurround)
! Selecteer ‘5.2ch F+Surr Bi-Amp’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
RL
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
High
Low
High
Low
High
Low
High
Low
MiddenSubwoofer 2Subwoofer 1
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Surround-rechts
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Surround-links
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Rechtsvoor
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Linksvoor
 
32
De apparatuur aansluiten
03
[K] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking voor en
midden (hogekwaliteitssurround)
! Selecteer ‘5.2ch F+C Bi-Amp’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
R L
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
High
Low
High
Low
High
Low
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Rechtsvoor
Luidspreker geschikt
voor dubbele versterking
Linksvoor
Diffusore bi-amp
compatibile
Centrale
Subwoofer 2Subwoofer 1
Surround-linksSurround-rechts
[L] Aansluiting 5.2-kanaals surroundsysteem & Dubbele versterking midden
en surround (hogekwaliteitssurround)
! Selecteer ‘5.2ch C+Surr Bi-Amp’ in het menu Speaker System.
Zie Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 voor de juiste procedure.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
(Single)
FRONTCENTER
SUBWOOFER
1
2
FRONT CENTER
A AB
RL
SURROUND
RL
SURROUND BACK
R L
TOP MIDDLE
RL
F WIDE
L
R
FRONT WIDE /
RL
LINE LEVEL
INPUT
LINE LEVEL
INPUT
High
Low
High
Low
High
Low
Diffusore bi-amp
compatibile
Centrale
Diffusore bi-amp compatibile
Surround-rechts
Diffusore bi-amp compatibile
Surround-links
Subwoofer 2Subwoofer 1
LinksvoorRechtsvoor
 
33
De apparatuur aansluiten
03
Meer over de audio-aansluitingen
Overdraagbare audiosignalen
Kwaliteit van geluidssignaal
HDMI HD-audio
Digitaal (Coaxiaal)Conventionele digitale audio
RCA (Analoog)
(Wit/Rood)
Conventionele analoge audio
Digitaal (Optisch)
Typen kabels en aansluitingen
! Met een HDMI-kabel kunnen video- en audiosignalen met hoge kwaliteit via een enkele kabel worden
overgebracht.
! Zie Meer over HDMI op bladzijde 34 voor HD-audio.
Meer over de video-omzetter
De video-omzetter zorgt ervoor dat alle videobronnen hun uitgang hebben via de HDMI OUT 1 en HDMI OUT
2-aansluitingen.
Als de TV alleen op de samengestelde VIDEO MONITOR OUT-aansluitingen van de receiver is aangesloten,
moeten alle andere video-apparaten via de samengestelde aansluitingen worden aangesloten.
Als meerdere video-apparaten aan dezelfde ingangsfunctie zijn toegewezen (zie Het menu Input Setup op blad-
zijde 51 ), geeft de omzetter voorrang aan HDMI, componentvideo en ten slotte samengestelde video (in deze
volgorde).
VIDEO IN
VIDEO
MONITOR OUT
COMPONENT
VIDEO IN
YPB PR
COMPONENT VIDEO
MONITOR OUT
YPB PR
HDMI IN HDMI OUT
Beeld met hoge kwaliteit
Videosignalen
kunnen worden
uitgevoerd
Aansluiting voor verbinding
met TV-monitor
Aansluiting voor
verbinding met bronapparaat
Opmerkingen
! Met de fabrieksinstellingen wordt geen video van de videokabel of componentkabel uitgevoerd via de HDMI-
aansluiting. Om video uit te voeren moet u de video-ingang overschakelen naar het apparaat dat met de video-
kabel of componentkabel is aangesloten, en V.CONV instellen op ON (bladzijde 82 ).
! De enige uitzondering is HDMI: aangezien deze resolutie niet kan worden gedownsampled, moet u de monitor/
tv aansluiten op de HDMI-uitgangen van de receiver wanneer u deze videobron aansluit.
! Als het videosignaal niet op de TV wordt weergegeven, probeert u de resolutie-instellingen op het apparaat of
het scherm te wijzigen. Houd er rekening mee dat sommige apparatuur, zoals videospelletjesapparatuur, reso-
luties hebben die niet kunnen worden omgezet. In dit geval kunt u proberen om de Digital Video Conversion (in
De video-opties instellen op bladzijde 82 ) op OFF te zetten.
! De ingangssignaalresoluties die van de componentvideo-ingang kunnen worden omgezet voor de HDMI-
uitgang zijn 480i/576i, 480p/576p, 720p en 1080i. 1080p signalen kunnen niet worden omgezet.
Questo prodotto incorpora una tecnologia di protezione dalla copia a sua volta protetta da brevetti statunitensi e da
altri diritti alla proprietà intellettuale detenuti dalla Rovi Corporation. Il reverse engineering ed il disassemblaggio
sono proibiti.
 
34
De apparatuur aansluiten
03
Meer over HDMI
Via de HDMI-aansluiting wordt niet-gecomprimeerde digitale video overgedragen, alsmede bijna alle typen digi-
tale audio.
Deze receiver bevat High-Definition Multimedia Interface (HDMI
®
/
TM
) technologie.
Deze receiver ondersteunt de hieronder beschreven functies via de HDMI-aansluitingen.
! Digitale overdracht van niet-gecomprimeerde video (contents beschermd door HDCP (1080p/24, 1080p/60,
enz.))
! 3D-signaaloverdracht
! Deep Color-signaaloverdracht
! x.v.Color-signaaloverdracht
! ARC (Audio Return Channel)
! 4K-signaaloverdracht
Dit werkt mogelijk niet juist, afhankelijk van de aangesloten apparatuur.
De volgende signalen worden ondersteund: 4K 24p, 4K 25p, 4K 30p, 4K 50p en 4K 60p.
! Invoer van meerkanaals lineaire PCM digitale audiosignalen (192 kHz of minder) voor maximaal 8 kanalen
! Invoer van de volgende digitale audio-indelingen:
Dolby Digital, Dolby Digital Plus, DTS, audio met hoge bitsnelheid (Dolby TrueHD, DTS-HD Master Audio,
DTS-HD High Resolution Audio), CD, SACD (DSD-signaal), OBJECT-gebaseerde audio (Atmos)
! Gesynchroniseerde werking met apparaten die de gebruiken Control met de HDMI-functie (zie Control met
HDMI-functie op bladzijde 75 )
Opmerkingen
! Een HDMI-aansluiting kan alleen worden gemaakt met apparaten die zijn uitgerust met DVI en die compatibel
zijn met zowel DVI en HDCP (High Bandwidth Digital Content Protection). Als u ervoor kiest om aan te sluiten
op een DVI-aansluiting, hebt u hiervoor een aparte adapter nodig (DVIdHDMI). Een DVI-aansluiting is niet
geschikt voor audiosignalen. Vraag uw plaatselijke audiodealer om meer informatie.
! Als u een apparaat aansluit dat niet compatibel is met HDCP, verschijnt het bericht HDCP ERROR op het dis-
play op het voorpaneel. Bij sommige apparaten die compatibel zijn met HDCP zal het bericht ook verschijnen,
maar zolang als de video normaal wordt weergegeven duidt dit niet op een storing.
! Afhankelijk van het apparaat dat u hebt aangesloten, is het mogelijk dat een DVI-aansluiting onbetrouwbare
signaaloverdracht geeft.
! Deze receiver ondersteunt SACD, Dolby Digital Plus, Dolby TrueHD en DTS-HD Master Audio. Om deze indelin-
gen te kunnen gebruiken, moet u erop letten dat de apparatuur die op deze receiver is aangesloten eveneens
de corresponderende indeling ondersteunt.
! Gebruik een High Speed HDMI
®
/
TM
-kabel. Als een andere kabel dan een High Speed HDMI
®
/
TM
-kabel wordt
gebruikt, is het mogelijk dat geen juiste werking wordt verkregen.
! Wanneer een HDMI-kabel met een ingebouwde equalizer wordt aangesloten, is het mogelijk dat geen juiste
werking wordt verkregen.
! Signaaloverdracht is alleen mogelijk bij aansluiting op een compatibel apparaat.
! Overdracht van digitale audio met HDMI-indeling vereist een langere herkenningstijd. Daarom is het mogelijk
dat er een onderbreking in het geluid is bij het overschakelen tussen de audio-indelingen of het beginnen met
afspelen.
! Wanneer u de apparatuur die is aangesloten op de HDMI OUT-aansluiting van dit apparaat tijdens weergave
in/uitschakelt, of de HDMI-kabel tijdens weergave aansluit/losmaakt, kunnen er stoorgeluiden zijn of kan het
geluid worden onderbroken.
De termen HDMI en HDMI High-Definition Multimedia Interface en het HDMI-logo zijn handelsmerken of gedepo-
neerde handelsmerken van HDMI Licensing, LLC in de Verenigde Staten en andere landen.
“x.v.Color” en zijn handelsmerken van Sony Corporation.
Uw TV en weergave-apparatuur aansluiten
Aansluiten via HDMI
Als u apparatuur hebt die is uitgerust met HDMI of DVI (met HDCP) (zoals een Blu-ray Disc-speler (BD) enz.),
kunt u deze aansluiten op de receiver met een los verkrijgbare HDMI-kabel.
Als de TV en de weergave-apparaten de Control met HDMI-voorziening ondersteunen, kan de handige Control
met de HDMI-functies worden gebruikt (zie Control met HDMI-functie op bladzijde 75 ).
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
ASSIGNABLE
IN
1
(
CD
)
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
ASSIGNABLE
IN
1
(
CD
)
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
DIGITAL OUT
COAXIAL OPTICAL
ANALOG
RL
AUDIO OUT
HDMI IN
HDMI OUT HDMI OUT
HDMI/DVI-compatibele
Blu-ray disc-speler
Ander apparaat
uitgerust met HDMI/DVI
HDMI/DVI-
compatibele monitor
Eén selecteren
Deze aansluiting moet worden
gemaakt om het geluid van de
TV via de receiver weer te geven.
 
35
De apparatuur aansluiten
03
! Bij het aansluiten van een HDMI/DVI-compatibele monitor via de aansluiting HDMI OUT 2, zet u de HDMI-
uitgangsinstelling op OUT 2 of OUT 1+2. Zie De HDMI-uitgang veranderen op bladzijde 85 .
Op dezelfde wijze, wanneer een HDMI/DVI-compatibele monitor op de HDMI OUT 3-aansluiting wordt
aangesloten, zet u de HDMI OUT 3-instelling op ON (bladzijde 85 ). In dit geval moet MAIN/HDZONE bij
ZONE Setup op MAIN worden ingesteld (bladzijde 112 ).
! Voor ingangsapparaten zijn ook andere aansluitingen dan HDMI-aansluitingen mogelijk (zie Een DVD-speler
zonder HDMI-uitgang aansluiten op bladzijde 35 ).
! Als u het geluid van de TV via de receiver wilt beluisteren, dienen de receiver en de TV met audiokabels met
elkaar te worden verbonden.
Wanneer de tv en de receiver via de HDMI-aansluitingen met elkaar zijn verbonden en de tv de HDMI ARC
(Audio Return Channel) functie ondersteunt, wordt het geluid van de tv via de HDMI OUT-aansluiting naar
de receiver gestuurd en hoeft er dus geen audiokabel te worden aangesloten. In dit geval zet u ARC bij
HDMI Setup op ON (zie HDMI-instellingen op bladzijde 76 ).
Nadat ARC is ingesteld, kan het even duren voordat het aangesloten apparaat wordt herkend en er geluid
wordt weergegeven.
Als u een coaxiale digitale audiokabel of een RCA (analoge) audiokabel gebruikt, moet u opgeven op welke
digitale of analoge ingang de TV is aangesloten (zie Het menu Input Setup op bladzijde 51 ).
Raadpleeg de handleiding van de TV voor aanwijzingen betreffende de aansluitingen en instellingen van de
TV.
! Als de TV die u wilt aansluiten HDMI met 4K/60p ondersteunt, kunt u de signaaluitgang 4K/60p instellen over-
eenkomstig de prestaties van de TV. Als de instelling 4K/60p wordt gewijzigd in 4:4:4, wordt het videobeeld
mogelijk niet correct uitgevoerd, tenzij de HDMI-kabel 4K/60p 4:4:4 24 bits (18 Gbps transmissie) ondersteunt.
In dat geval selecteert u 4:2:0 (bladzijde 86 ).
! Er kan geen 4K/60p 4:4:4 24 bits video worden ingevoerd van de aansluiting HDMI IN 3 naar de IN 7. Gebruik
de aansluiting BD IN, HDMI IN 1 of HDMI IN 2.
! Via de aansluiting HDMI OUT 3 wordt 4K/60p 4:4:4 24 bits video uitgevoerd als MAIN/HDZONE is ingesteld op
MAIN. Bij de instelling HDZONE wordt er geen 4K/60p 4:4:4 24 bits video uitgevoerd.
Een DVD-speler zonder HDMI-uitgang aansluiten
De onderstaande afbeelding toont de aansluiting van een TV (met een HDMI-ingang) en een DVD-speler (of ander
weergave-apparaat zonder HDMI-uitgang) op de receiver.
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
DVR/BDR
INOUT
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
P
B
Y
P
R
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
DVR/
BDR
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
ASSIGNABLE
DVR/BDR
INOUT
MONITOR
OUT
P
B
Y
P
R
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
DVR/
BDR
)
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
OUT
COMPONENT VIDEO
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
HDMI IN
DIGITAL OUT
COAXIAL
OPTICAL
ANALOG
RL
AUDIO OUT
VIDEO
VIDEO OUT
Y
PB
PR
COMPONENT VIDEO OUT
HDMI/DVI-compatibele monitor
DVD-speler enz.
Eén selecterenEén selecteren
! Met de fabrieksinstellingen wordt geen video van de videokabel of componentkabel uitgevoerd via de HDMI-
aansluiting. Om video uit te voeren moet u de video-ingang overschakelen naar het apparaat dat met de video-
kabel of componentkabel is aangesloten, en V.CONV instellen op ON (bladzijde 82 ).
! Als u het geluid van de TV via de receiver wilt beluisteren, dienen de receiver en de TV met audiokabels met
elkaar te worden verbonden (bladzijde 34 ).
Wanneer de TV en de receiver via de HDMI-aansluitingen met elkaar zijn verbonden en de TV de HDMI ARC
(Audio Return Channel) functie ondersteunt, kan het geluid van de TV via de HDMI OUT 1-aansluiting naar
de receiver worden gestuurd en hoeft er dus geen audiokabel te worden aangesloten. In dit geval zet u ARC
bij HDMI Setup op ON (zie HDMI-instellingen op bladzijde 76 ).
! Als u een optische digitale audiokabel of een RCA (analoge) audiokabel gebruikt, moet u opgeven op welke
digitale ingang de speler is aangesloten (zie Het menu Input Setup op bladzijde 51 ).
! Als HDZONE is ingeschakeld, wordt videobeeld dat is aangesloten met een videokabel of componentkabel niet
uitgevoerd via de HDMI-aansluiting. Zet HDZONE uit om videobeeld uit te voeren (bladzijde 86 ).
 
36
De apparatuur aansluiten
03
Een TV zonder HDMI-ingang aansluiten
De onderstaande afbeelding toont de aansluiting van een TV (zonder HDMI-ingang) en een DVD-speler (of ander
weergave-apparaat) op de receiver.
Belangrijk
! Bij deze aansluitingen zal het beeld niet naar de TV worden uitgevoerd, zelfs als de DVD-speler met een HDMI-
kabel is aangesloten. Sluit de receiver en de TV met hetzelfde type videokabel aan als wordt gebruikt voor het
aansluiten van de receiver en de speler.
! Wanneer de receiver en de TV via iets anders dan een HDMI-kabel met elkaar zijn verbonden, kan de OSD-
functie voor weergave van de instellingen, bedieningsfuncties enz. van de receiver op het TV-scherm niet
worden gebruikt. In dit geval kijkt u naar het display op het voorpaneel van de receiver bij het bedienen van de
diverse functies en het maken van instellingen.
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
DVR/BDR
INOUT
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
P
B
Y
P
R
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
DVR/
BDR
)
OUT
MONITOR
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
ASSIGNABLE
DVR/BDR
INOUT
MONITOR
OUT
MONITOR
OUT
P
B
Y
P
R
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
DVR/
BDR
)
COMPONENT VIDEO
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
VIDEO
VIDEO OUT
VIDEO
VIDEO IN
Y
PB
PR
COMPONENT VIDEO OUT
Y
PB
PR
COMPONENT VIDEO IN
DIGITAL OUT
COAXIAL OPTICAL
ANALOG
RL
AUDIO OUT
HDMI OUT
TV
DVD-speler enz.
Eén selecterenEén selecteren Eén selecteren
! Om met deze receiver naar HD-audio te luisteren, sluit u een HDMI-kabel aan en gebruikt u de analoge video-
kabel voor het video-ingangssignaal.
Afhankelijk van de speler is het mogelijk dat niet gelijktijdig videosignalen kunnen worden uitgevoerd naar de
HDMI-uitgang en de andere video-uitgang (samengestelde uitgang, enz) en kan het nodig zijn dat er video-uit-
gangsinstellingen moeten worden gemaakt. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij de speler wordt geleverd
voor meer informatie.
! Als u het geluid van de TV via de receiver wilt beluisteren, dienen de receiver en de TV met audiokabels met
elkaar te worden verbonden (bladzijde 34 ).
! Als u een optische digitale audiokabel of een RCA (analoge) audiokabel gebruikt, moet u opgeven op welke
digitale ingang de speler is aangesloten (zie Het menu Input Setup op bladzijde 51 ).
Een HDD-/DVD-recorder, BD-recorder en andere videobronnen
aansluiten
De receiver beschikt over audio/video-ingangen die geschikt zijn voor het aansluiten van analoge of digitale
video-apparatuur, waaronder HDD-/DVD-recorders en BD-recorders.
Wanneer u de receiver instelt, moet u opgeven op welke ingang de recorder is aangesloten (zie ook Het menu
Input Setup op bladzijde 51 ).
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLEASSIGNABLE
DVR/BDR
INOUT
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
DVR/BDR
INOUT
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
VIDEO
VIDEO OUT
VIDEO
VIDEO IN
DIGITAL OUT
COAXIAL
ANALOG
RL
AUDIO OUT
ANALOG
RL
AUDIO IN
OPTICAL
Eén selecteren
HDD-/DVD-recorder, BD-recorder enz.
 
37
De apparatuur aansluiten
03
! Om te kunnen opnemen, moet u de analoge audiokabels aansluiten (de digitale aansluiting is alleen voor
weergave) (bladzijde 87 ).
! Als uw HDD/DVD-recorder, BD-recorder enz. is uitgerust met een HDMI-uitgangsaansluiting, raden wij u aan
deze met de HDMI DVR/BDR IN-aansluiting van de receiver te verbinden. Wanneer u dit doet, moet u de recei-
ver en de tv ook via HDMI aansluiten (zie Aansluiten via HDMI op bladzijde 34 ).
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
SELECTABLE
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
HDMI IN
HDMI OUT
HDMI/DVI-
compatibele monitor
HDD-/DVD-recorder, BD-recorder enz.
Een receiver voor satelliet/kabel-TV of een andere set-top box
aansluiten
Receivers voor satelliet- en kabel-TV en externe digitale tuners zijn voorbeelden van zogenaamde ‘set-top boxes’.
Wanneer u de receiver instelt, moet u opgeven op welke ingang de set-top box is aangesloten (zie Het menu Input
Setup op bladzijde 51 ).
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
SAT/CBL
IN
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
SAT/CBL
IN
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
VIDEO
VIDEO OUT
DIGITAL OUT
ANALOG
RL
AUDIO OUT
COAXIAL OPTICAL
Eén selecteren
STB
! Met de fabrieksinstellingen wordt geen video van de videokabel of componentkabel uitgevoerd via de HDMI-
aansluiting. Om video uit te voeren moet u de video-ingang overschakelen naar het apparaat dat met de video-
kabel of componentkabel is aangesloten, en V.CONV instellen op ON (bladzijde 82 ).
! Als HDZONE is ingeschakeld, wordt videobeeld dat is aangesloten met een videokabel of componentkabel niet
uitgevoerd via de HDMI-aansluiting. Zet HDZONE uit om videobeeld uit te voeren (bladzijde 86 ).
 
38
De apparatuur aansluiten
03
! Als uw set-top box is uitgerust met een HDMI-uitgangsaansluiting, raden wij u aan deze met de HDMI SAT/
CBL IN-aansluiting van de receiver te verbinden. Wanneer u dit doet, moet u de receiver en de TV ook via HDMI
aansluiten (zie Aansluiten via HDMI op bladzijde 34 ).
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
SELECTABLE
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
HDMI IN
HDMI OUT
HDMI/DVI-compatibele monitor
STB
! Zelfs als uw set-top box is uitgerust met een HDMI-uitgangsaansluiting, wordt het geluid in sommige gevallen
toch via de digitale audio-uitgang (optisch of coaxiaal) uitgevoerd en wordt alleen de video via de HDMI-
uitgangsaansluiting uitgevoerd. In dit geval maakt u de HDMI- en digitale audio-aansluitingen zoals hieronder
is aangegeven.
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
DIGITAL OUT
COAXIALOPTICAL
HDMI OUT
HDMI IN
HDMI/DVI-compatibele monitor
STB
Eén selecteren
Als u een digitale audiokabel of een RCA (analoge) audiokabel gebruikt, moet u opgeven op welke digitale
ingang de set-top box is aangesloten (zie Het menu Input Setup op bladzijde 51 ).
Andere audio-apparatuur aansluiten
Deze receiver beschikt over zowel digitale als analoge ingangen, zodat u digitale audio-apparatuur kunt aanslui-
ten voor afspelen.
Wanneer u de receiver instelt, moet u opgeven op welke ingang het apparaat is aangesloten (zie Het menu Input
Setup op bladzijde 51 ).
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
ASSIGNABLE
IN
1
(
CD
)
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
LAN
(
10/100
)
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
OPTICALCOAXIAL
SELECTABLE
ASSIGNABLE ASSIGNABLE
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
IN
1
(
TV
)
IN
2
(
DVR/BDR
)
IN
1
(
DVD
)
IN
2
(
SAT/CBL
)
ASSIGNABLE
IN
1
(
CD
)
OUT
HDMI
ASSIGNABLE
1
-
7
DIGITAL OUT
COAXIAL
ANALOG
RL
AUDIO OUT
OPTICAL
DIGITAL IN
OPTICAL
CD-speler, MD, DAT, enz.
Eén selecteren
! Als de platenspeler line-level-uitgangen heeft, dat wil zeggen een ingebouwde voorversterker, sluit u deze aan
op de ANALOG IN 1 (CD)-ingangen.
! U kunt geen HDMI-audio horen via de digitale uitgangen van deze receiver.
 
39
De apparatuur aansluiten
03
Extra versterkers aansluiten
Deze receiver heeft meer dan voldoende vermogen voor thuisgebruik, maar niettemin kunt u via de voorverster-
keruitgangen extra versterkers aansluiten voor elk kanaal van het systeem. Breng de hieronder getoonde aanslui-
tingen tot stand om extra versterkers voor de luidsprekers toe te voegen.
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
FRONT CENTER
SUBWOOFER
1
2
F WIDE
L
R
PRE OUT
SURROUND SURR BACK
T.MIDDLE
(Single)
FRONT CENTER
SUBWOOFER
1
2
F WIDE
L
R
R
L
ANALOG
INPUT
R
L
ANALOG
INPUT
R
L
ANALOG
INPUT
ANALOG
INPUT
ANALOG
INPUT
R
L
ANALOG
INPUT
Kanaalversterker
boven-midden
ANALOG
INPUT
R
L
ANALOG
INPUT
Voorkanaal-
versterker
Middenkanaal-
versterker(mono)
Surroundkanaal-
versterker
Surround-
achterkanaal-versterker
Aangestuurde
subwoofer 2
Aangestuurde
subwoofer 1
Versterker voor
breed-voorkanalen
! Als u geen subwoofer gebruikt, wijzigt u de instelling van de voorluidsprekers (zie Speaker Setting op bladzijde
102 ) naar LARGE.
! U kunt ook een extra versterker voor één luidspreker aansluiten op de voorversterkeruitgangen van het sur-
round-achterkanaal. In dat geval sluit u de versterker alleen aan op de linkeraansluiting (SURROUND BACK L
(Single)).
! Het geluid van de surround-achteraansluitingen hangt af van de configuratie van de Luidsprekersysteem
instellen op bladzijde 106 .
! Als u twee subwoofers hebt, kan de tweede subwoofer op de SUBWOOFER 2-aansluiting worden aangesloten.
Door twee subwoofers aan te sluiten wordt het basgeluid versterkt zodat een krachtigere geluidsweergave
wordt verkregen.
! Als u alleen geluid wilt horen via de voorversterkeruitgangen, zet u de luidsprekeraansluitingen op SP: OFF
(bladzijde 85 ) of koppelt u de luidsprekers los die rechtstreeks zijn aangesloten op de receiver.
Het is ook mogelijk om alleen geluid via de voorversterkeruitgangen te horen door het onderdeel AMP op OFF
te zetten en de voorversterkermodus in te stellen voor het uitschakelen van de eindversterkers voor alle kanalen
(zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 ).
AM/FM-antennes aansluiten
Sluit de AM-raamantenne en de FM-draadantenne aan zoals hieronder is afgebeeld. Voor een betere ontvangst en
optimale geluidskwaliteit moet u buitenantennes aansluiten (zie Buitenantennes aansluiten op bladzijde 40 ).
ANTENNA
AM LOOP FM UNBAL 75
ANTENNA
AM LOOPFM UNBAL 75
1
4
5
2
3
ab c
1 Verwijder de isolatie van beide draden van de AM-antenne.
2 Duw de lipjes open, steek een draad volledig in elke aansluiting en laat de lipjes los om de
AM-antennedraden vast te zetten.
3 Bevestig de AM-raamantenne aan de standaard.
Om de standaard aan de antenne vast te maken, buigt u deze in de richting aangegeven door de pijl (afb. a) en
klemt dan de antenne in de standaard (afb. b).
! Als u de AM-antenne aan een muur of ander oppervlak wilt monteren, moet u de standaard met schroeven
aan het oppervlak vastmaken (afb. c) voordat u de antenne in de standaard vastklemt. Zorg dat er een goede
ontvangst is.
4 Zet de AM-antenne op een vlakke ondergrond en draai deze in de richting die de beste
ontvangst geeft.
5 Sluit de FM-draadantenne op de FM-anteneaansluiting aan.
U krijgt de beste resultaten als u de FM-antenne helemaal uitstrekt en vastmaakt aan een muur of deurpost. Laat
de antenne niet losjes of opgevouwen hangen.
 
40
De apparatuur aansluiten
03
Buitenantennes aansluiten
U kunt de FM-ontvangst verbeteren als u een FM-buitenantenne aansluit op FM UNBAL 75 W.
ANTENNA
AM LOOP FM UNBAL 75
ANTENNA
AM LOOP FM UNBAL 75
75 coaxiale kabel
Als u de AM-ontvangst wilt verbeteren, sluit u een met vinyl beklede draad van 5 m tot 6 m aan op de aansluitin-
gen AM LOOP zonder de bijgeleverde AM-raamantenne los te koppelen.
U krijgt de beste ontvangst wanneer u de kabel buiten horizontaal ophangt.
ANTENNA
AM LOOP FM UNBAL 75
ANTENNA
AM LOOP FM UNBAL 75
Buitenantenne
Binnenantenne
(met vinyl beklede draad)
5 m tot 6 m
MULTI-ZONE instellingen
Met deze receiver kunt u maximaal vier onafhankelijke systemen in verschillende ruimten aansturen, nadat u de
benodigde MULTI-ZONE aansluitingen hebt gemaakt.
Er kunnen gelijktijdig verschillende bronnen in de vier zones worden weergegeven of, afhankelijk van uw wensen,
kan ook dezelfde bron worden gebruikt. De hoofdzone en secundaire zones worden onafhankelijk aangestuurd
(de hoofdzone kan uit staan terwijl een of beide secundaire zones aan staan) en de secundaire zones kunnen
worden bediend met de afstandsbediening of de bedieningselementen op het voorpaneel.
MULTI-ZONE aansluitingen tot stand brengen
U kunt deze aansluitingen maken als u een aparte subwoofer en luidsprekers hebt voor de eerste (ZONE 2)
secundaire zone, en een afzonderlijke versterker (en luidsprekers) voor de tweede (ZONE 3) secundaire zone. U
hebt ook een aparte versterker nodig als u geen gebruik maakt van de luidsprekeraansluitingen voor de eerste
secundaire zone. (Zie MULTI-ZONE instellingen met gebruik van de luidsprekeraansluitingen (ZONE 2) op blad-
zijde 41 voor verdere informatie.)
Als de aparte receiver in de secundaire zone een HDMI-ingangsaansluiting heeft, kan de HDMI-ingang van dit
apparaat worden weergegeven als HDZONE.
Hieronder ziet u de drie opstellingen voor de eerste secundaire zone die met dit systeem mogelijk zijn. Kies de
opstelling die het meest geschikt is voor uw situatie.
Belangrijk
! De instellingen bij ZONE Setup moeten worden gewijzigd om de multizonefunctie te kunnen gebruiken (blad-
zijde 112 ).
! MAIN/HDZONE bij ZONE Setup moet op HDZONE worden ingesteld om de HDZONE-functie te gebruiken
(bladzijde 112 ).
MULTI-ZONE luisteropties
De volgende tabel toont de signalen die naar ZONE 2, ZONE 3 en HDZONE kunnen worden uitgevoerd:
Secundaire zone Beschikbare ingangsfuncties
ZONE 2
<a>
SAT/CBL, DVR/BDR, INTERNET RADIO, MEDIA SERVER, FAVORITES, iPod/USB, TV,
CD, TUNER, BT AUDIO
(Voert analoge audio uit)
ZONE 3
<a>
SAT/CBL, DVR/BDR, TV, CD, TUNER, BT AUDIO
(Voert analoge audio uit)
HDZONE
(HDMI)
<b>
BD, DVD, SAT/CBL, DVR/BDR, INTERNET RADIO, MEDIA SERVER, FAVORITES, iPod/
USB, HDMI 1, HDMI 2, HDMI 3, HDMI 4, HDMI 5, HDMI 6, HDMI 7/MHL
(Uitvoer van HDMI-audiosignalen en videosignalen)
a ! Het is niet mogelijk de audio-ingangssignalen die binnenkomen via de HDMI-ingangsaansluitingen of de digitale ingangsaan-
sluitingen (OPTICAL en COAXIAL) terug te brengen zodat ze kunnen worden uitgevoerd naar ZONE 2.
! Het is niet mogelijk de audio-ingangssignalen die binnenkomen via de HDMI-ingangsaansluitingen of de digitale ingangsaan-
sluitingen (OPTICAL en COAXIAL) terug te brengen zodat ze kunnen worden uitgevoerd naar ZONE 3.
b ! Welke ingangen geschakeld kunnen worden, is afhankelijk van hoe de aansluitingen HDMI IN 1 t/m IN 7 zijn toegewezen. Bij
verzending uit de fabriek zijn de ingangsaansluitingen toegewezen aan DVD, SAT/CBL, DVR/BDR, HDMI 4, HDMI 5, HDMI 6
en HDMI 7/MHL, in volgorde vanaf aansluiting HDMI IN 1.
! De video/audiosignalen van de RCA analoge ingangsaansluitingen, de digitale ingangsaansluitingen (OPTICAL en COAXIAL)
en de COMPONENT VIDEO-ingangsaansluitingen kunnen niet via omzettting worden verbeterd en naar de HDZONE worden
uitgevoerd.
! Als een van de ingangen HDMI 3 t/m HDMI 7/MHL is geselecteerd in de hoofdzone, kan voor HDZONE alleen dezelfde
ingang als in de hoofdzone worden geselecteerd. (Andere ingangen dan de hier vermelde kunnen geselecteerd worden.)
Dezelfde beperkingen gelden wanneer een van deze ingangen wordt geselecteerd voor HDZONE.
 
41
De apparatuur aansluiten
03
Opmerking
Wanneer een van de ingangen INTERNET RADIO, MEDIA SERVER, FAVORITES of iPod/USB in de hoofdzone is
geselecteerd, kan voor de secundaire zone alleen dezelfde ingang als in de hoofdzone worden geselecteerd. (Er
kunnen andere ingangen dan de hier vermelde worden geselecteerd.)
Dezelfde beperkingen gelden wanneer een van de bovenstaande ingangen voor de secundaire zone wordt
geselecteerd.
MULTI-ZONE basisopstelling (ZONE 2)
1 Sluit een aparte versterker aan op de AUDIO ZONE 2 OUT-aansluitingen van deze receiver.
Op de versterker in de secundaire zone moet een paar luidsprekers worden aangesloten zoals in de volgende
afbeelding.
2 Sluit een subwoofer aan op de SUBWOOFER ZONE 2 OUT-aansluiting van deze receiver.
Wanneer een subwoofer wordt aangesloten, raden wij u aan om HPF (hoogdoorlaatfilter) bij ZONE Setup op ON
(bladzijde 112 ) te zetten.
ZONE 2
SUBWOOFER
ZONE 2
OUT
ZONE 2
SUBWOOFER
ZONE 2
OUT
RL
AUDIO IN
LINE LEVEL
INPUT
21
Secundaire zone (ZONE 2) Hoofdzone
MULTI-ZONE instellingen met gebruik van de luidsprekeraansluitingen (ZONE 2)
U moet ZONE 2 in Luidsprekersysteem instellen selecteren (bladzijde 106 ) om deze opstelling te kunnen
gebruiken.
% Sluit een paar luidsprekers aan op de surround-achterluidsprekeraansluitingen.
Op de aansluitingen voor de surround-achterluidspreker moet een paar luidsprekers worden aangesloten zoals
hieronder getoond.
(Single)
A
SURROUND BACK
RL
RL
(Single)
A
SURROUND BACK
RL
Secundaire zone (ZONE 2) Hoofdzone
MULTI-ZONE opstelling voor tweede secundaire zone (ZONE 3)
% Sluit een aparte versterker aan op de AUDIO ZONE 3 OUT-aansluitingen van deze receiver.
Op de versterker in de secundaire zone moet een paar luidsprekers worden aangesloten zoals in de volgende
afbeelding.
ZONE 3
OUT
ZONE 3
OUT
RL
AUDIO IN
Secundaire zone (ZONE 3) Hoofdzone
 
42
De apparatuur aansluiten
03
Secundaire MULTI-ZONE instellingen met gebruik van de luidsprekeraansluitingen (ZONE 3)
U moet 5.2 +ZONE 2+ZONE 3 selecteren in Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 om deze opstelling te
kunnen gebruiken.
% Sluit een paar luidsprekers aan op de aansluitingen voor de breed-voorluidsprekers.
B
FRONT WIDE /
RL
RL
B
FRONT WIDE /
RL
Secundaire zone (ZONE 3) Hoofdzone
MULTI-ZONE instellingen met gebruik van de HDMI-aansluiting (HDZONE)
Belangrijk
! MAIN/HDZONE bij ZONE Setup moet op HDZONE worden ingesteld om de HDZONE-functie te gebruiken
(bladzijde 112 ).
! Om de HDZONE-functies te gebruiken, zet u Control of Control Mode in HDMI Setup op OFF. Zie HDMI-
instellingen op bladzijde 76 voor verdere informatie.
% Sluit een afzonderlijke receiver aan op de HDMI OUT 3-aansluiting van deze receiver.
Sluit luidsprekers en een TV aan op de receiver voor de HDZONE zoals aangegeven in de onderstaande
afbeelding.
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
SELECTABLE
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
SELECTABLE
HDMI IN
Secundaire zone (HDZONE) Hoofdzone
Aansluiting van Multi-zone met de HDMI-aansluiting en luidsprekeraansluitingen
(HDZONE)
Belangrijk
! De instellingen bij ZONE Setup moeten worden gewijzigd om de HDZONE-functie te kunnen gebruiken (blad-
zijde 112 ).
! Om de HDZONE-functies te gebruiken, zet u Control of Control Mode in HDMI Setup op OFF. Zie HDMI-
instellingen op bladzijde 76 voor verdere informatie.
! Als u deze instelling wilt gebruiken, moet u HDZONE selecteren in Luidsprekersysteem instellen (bladzijde
106 ).
1 Sluit een paar luidsprekers aan op de surround-achterluidsprekeraansluitingen.
Op de aansluitingen voor de surround-achterluidspreker moet een paar luidsprekers worden aangesloten zoals
hieronder getoond.
2 Sluit een TV-monitor aan op de HDMI OUT 3 (HDZONE)-aansluiting van de receiver.
(Single)
A
SURROUND BACK
RL
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
SELECTABLE
R
Secundaire zone (HDZONE) Hoofdzone
L
(Single)
A
SURROUND BACK
RL
OUT 3
(HDZONE)
OUT 2OUT 1
(CONTROL)
SELECTABLE
HDMI IN
2
1
 
43
De apparatuur aansluiten
03
Aansluiten op het netwerk via de LAN-interface
Door de receiver via de LAN-aansluiting met het netwerk te verbinden kunt u luisteren naar internet-radiozenders.
Om naar internet-radiozenders te kunnen luisteren, moet u vooraf een contract afsluiten met een ISP (Internet
Service Provider).
Bij deze aansluitingen kunt u audiobestanden afspelen die zijn opgeslagen op apparaten in het locale netwerk,
waaronder uw computer.
LAN
(
10/100
)
LAN
(
10/100
)
WAN
321
LAN
Internet
Modem
Router
LAN-kabel
(los verkrijgbaar)
naar LAN-poort
naar LAN-poort
Computer
NAS
Verbind de LAN-aansluiting van de receiver met de LAN-aansluiting van de router (met of zonder ingebouwde
DHCP-serverfunctie) met behulp van een straight LAN-kabel (CAT 5 of hoger).
Schakel de DHCP-serverfunctie van de router in. Als de router niet is uitgerust met een ingebouwde DHCP-
serverfunctie moet u de netwerkinstellingen handmatig maken. Zie Menu voor netwerkinstelling op bladzijde
109 voor verdere informatie.
Specificaties van de LAN-aansluiting
! LAN-aansluiting : Ethernet-aansluiting (10BASE-T/100BASE-TX)
Opmerkingen
! Raadpleeg de handleiding van de apparatuur die u gebruikt voor uw verbinding en let erop dat de aansluitme-
thode mede afhangt van uw internetomgeving.
! Wanneer u een breedband internetverbinding wilt gebruiken, heeft u een overeenkomst met een internet ser-
vice provider nodig. Neem voor meer informatie contact op met uw plaatselijke internet service provider.
Een iPod aansluiten
Deze receiver beschikt over een speciaal voor de iPod gereserveerde aansluiting waarmee u de weergave van het
audiomateriaal van de iPod kunt bedienen met de bedieningselementen van de receiver.
HDMI 5 INPUT
AUTO/ALC/
DIRECT STATUS BAND TUNER EDIT
iPod iPhone
DIRECT CONTROL
5V 1
A
USB-kabel die bij de iPod wordt geleverd
iPod/iPhone
Tip
! Er kan een iPod/iPhone op de receiver worden aangesloten. Zie Een iPod afspelen op bladzijde 57 voor infor-
matie over de ondersteunde modellen en de versies van de betreffende producten.
% Zet deze receiver in de stand-bystand en gebruik dan de iPod-kabel om uw iPod op de
iPod/iPhone-aansluiting op het voorpaneel van deze receiver aan te sluiten.
! Zie tevens de handleiding van uw iPod voor het aansluiten van de kabel.
! Wanneer een iPhone op dit apparaat wordt aangesloten, moet u de iPhone minstens 20 cm verwijderd van
dit apparaat houden. Als de iPhone dichter bij dit apparaat is en er een telefoonoproep door de iPhone wordt
ontvangen, kunnen er stoorgeluiden door dit apparaat worden weergegeven.
! De iPod wordt opgeladen wanneer deze op dit apparaat is aangesloten. (Opladen is alleen mogelijk wanneer
het apparaat is ingeschakeld.)
! Zie Een iPod afspelen op bladzijde 57 voor instructies voor het afspelen van een iPod.
 
44
De apparatuur aansluiten
03
Een USB-apparaat aansluiten
Het is mogelijk om audio- en fotobestanden weer te geven door een USB-apparaat op deze receiver aan te sluiten.
HDMI 5 INPUT
AUTO/ALC/
DIRECT STATUS BAND TUNER EDIT
iPod iPhone
DIRECT CONTROL
5V 1
A
USB-massageheugenapparaat
% Zet de receiver in de stand-bystand en sluit dan uw USB-apparaat aan op de USB-
aansluiting op het voorpaneel van de receiver.
! Deze receiver ondersteunt niet het gebruik van een USB-hub.
! Zie Een USB-apparaat afspelen op bladzijde 58 voor instructies voor het afspelen van een USB-apparaat.
Een MHL-compatibel apparaat aansluiten
U kunt een MHL-compatibel mobiel apparaat aansluiten om te genieten van 3D/Full-HD video’s, topkwaliteit
multikanaals audio, foto’s enz. waarbij tegelijkertijd de batterij via de receiver wordt opgeladen. Gebruik de MHL-
kabel om het apparaat aan te sluiten.
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
(
OUTPUT 5 V
0.9 A MAX
)
IN
1
(
DVD
)
BD IN
IN
2
(
SAT/CBL
)
IN
3
(
DVR/BDR
)
IN
6
IN
4
IN
7
MHL
MHL-compatibele
apparaat
MHL-kabel
% Zet de receiver in de stand-bystand. Sluit vervolgens met de MHL-kabel uw MHL-apparaat
aan op de MHL-aansluiting op het achterpaneel van de receiver.
! Zie MHL-instellingen op bladzijde 110 om automatisch naar de MHL-ingang over te schakelen wanneer een
MHL-compatibel apparaat wordt aangesloten.
! Het MHL-compatibele apparaat wordt opgeladen wanneer het op dit toestel is aangesloten. (Opladen is alleen
mogelijk wanneer dit toestel is ingeschakeld.)
! Zie Een MHL-compatibel apparaat afspelen op bladzijde 60 voor instructies voor het afspelen van een MHL-
compatibel apparaat.
! Sluit geen MHL-apparaat op dit toestel aan wanneer de stroom nog is ingeschakeld.
Een HDMI-geschikt apparaat aansluiten op de ingang op het
voorpaneel
HDMI 5 INPUT
AUTO/ALC/
DIRECT STATUS BAND TUNER EDIT
iPod iPhone
DIRECT CONTROL
5V 1
A
Videocamera, enz.
 
45
De apparatuur aansluiten
03
Verbinden met een draadloos LAN
Sluit de draadloze LAN-adapter aan om dit toestel draadloos met een netwerk te verbinden. Gebruik voor het
aansluiten de bijgeleverde AXF7031.
! Gebruik alleen de bijgeleverde aansluitkabel.
! Er zijn bepaalde instellingen vereist voor gebruik van een draadloze LAN-adapter (AXF7031). Zie de handleiding
die bij de draadloze LAN-adapter (AXF7031) wordt geleverd voor aanwijzingen betreffende het maken van deze
instellingen.
LAN
(
10/100
)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
LAN
(
10/100
)
DC OUTPUT
for WIRELESS LAN
(
OUTPUT 5 V
0.6 A MAX
)
WAN
InternetModem
Draadloze LAN-adapter (AXF7031)
Router
Een infraroodontvanger aansluiten
Als de stereoapparatuur in een afgesloten kast staat of als u de afstandsbediening van de secundaire zone in
een andere zone wilt gebruiken, kunt u een optionele infraroodontvanger gebruiken (zoals een Niles- of Xantech-
apparaat) en hiermee het systeem bedienen in plaats van met de afstandsbedieningssensor op het voorpaneel
van de receiver.
! Het is mogelijk dat de bediening op afstand niet werkt als er direct licht van een sterke fluorescentielamp op
het sensorvenstertje van de infraroodontvanger valt.
! Houd er rekening mee dat andere fabrikanten mogelijk geen gebruikmaken van infraroodtechnologie.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij het apparaat om te controleren of het geschikt is voor infraroodbediening.
! Als u twee afstandsbedieningen gelijktijdig gebruikt, heeft de afstandsbedieningssensor van de infraroodont-
vanger voorrang op de afstandsbedieningssensor op het voorpaneel.
1 Sluit de sensor van de infraroodontvanger aan op de aansluiting IR IN aan de achterkant
van de receiver.
OUT
IN
1
IN
2
IR
OUT
IN
1
IN
2
IR
IN
IR
Afgesloten kast en dergelijke
Niet-Pioneer-
apparaat
Infraroodontvanger
2 Sluit de IR IN-aansluiting van een ander apparaat aan op de IR OUT-aansluiting op de
achterkant van de receiver om deze te koppelen aan de infraroodontvanger.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de infraroodontvanger voor informatie over het type kabel dat nodig is voor
de verbinding.
 
46
De apparatuur aansluiten
03
Apparaten aan- en uitzetten met de 12-volt-schakelaar
U kunt apparaten in het systeem, zoals een scherm of een projector, zodanig op deze receiver aansluiten dat deze
worden aan- of uitgezet met behulp van een 12-volt-schakelaar wanneer u een ingangsfunctie selecteert. U moet
wel opgeven welke ingangsfuncties de schakelaar inschakelen met behulp van het Het menu Input Setup op
bladzijde 51 . Dit werkt alleen met apparaten die over een stand-byfunctie beschikken.
(
OUTPUT 12 V
TOTAL 150 mA MAX
)
1
2
12V TRIGGER
(
OUTPUT 12 V
TOTAL 150 mA MAX
)
1
2
12V TRIGGER
12V TRIGGER
INPUT
% Sluit de 12 V TRIGGER-aansluiting van deze receiver aan op de 12 V Trigger-aansluiting van
een ander apparaat.
Gebruik hiervoor een kabel met een mono-ministekker aan beide uiteinden.
Na het opgeven van de ingangsfuncties die de schakelaar zullen inschakelen, kunt u het apparaat aan- of uitzet-
ten door op de ingangsfunctie(s) te drukken die u hebt ingesteld op bladzijde 51 .
Opmerking
! De 12-volt-schakelaar kan niet alleen aan het omschakelen van de ingangsfunctie worden gekoppeld, maar
ook aan het omschakelen van de HDMI OUT-aansluiting. Zie HDMI-instellingen op bladzijde 76 voor verdere
informatie.
De receiver aansluiten op het stopcontact
Steek de stekker pas in het stopcontact als u alle andere apparaten, waaronder de luidsprekers, hebt aangesloten
op de receiver.
WAARSCHUWING
! Houd het netsnoer bij de stekker vast. Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan het snoer te trekken en
raak het netsnoer nooit met natte handen aan. Dit kan kortsluiting of een elektrische schok tot gevolg hebben.
Zorg ervoor dat u dit apparaat, een meubel of een ander voorwerp niet op het netsnoer plaatst en dat het net-
snoer niet op een andere manier wordt afgekneld. Maak geen knopen in het netsnoer en bind het niet samen
met andere kabels. Leid de netsnoeren zodanig dat de kans klein is dat iemand erop gaat staan. Een bescha-
digd netsnoer kan brand of een elektrische schok veroorzaken. Controleer de staat van het netsnoer regelma-
tig. Als u een beschadiging vaststelt, neemt u contact op met een onafhankelijke, door Pioneer erkende onder-
houdsdienst voor een nieuw netsnoer.
! Gebruik uitsluitend het bij dit apparaat geleverde netsnoer.
! Gebruik het geleverde netsnoer niet voor andere doeleinden dan hieronder beschreven.
! Haal de stekker van dit apparaat uit het stopcontact wanneer u het langere tijd niet gebruikt, bijvoorbeeld
wanneer u op vakantie gaat.
! Controleer of het blauwe u STANDBY/ON-lampje uit is voordat u de stekker uit het stopcontact haalt.
1 Sluit het geleverde netsnoer aan op de AC IN-aansluiting aan de achterkant van de
receiver.
2 Steek het andere einde in het stopcontact.
 
47
 
De ingebouwde AVNavigator gebruiken ....................................................................................48
Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC) .......... 49
Het menu Input Setup ................................................................................................................... 51
Instelling bedieningsstand ...........................................................................................................52
Veranderen van de OSD-displaytaal (OSD Language) ...............................................................53
Over het Home Menu ....................................................................................................................54
Basisinstellingen
48
Basisinstellingen
04
De ingebouwde AVNavigator gebruiken
De ingebouwde AVNavigator is voorzien van Wiring Navi, een interactieve functie die u begeleidt bij het maken
van de aansluitingen en begininstellingen van de receiver. Door eenvoudig de aanwijzingen op het scherm te
volgen voor de aansluitingen en instellingen, kunt u de begininstellingen zonder moeite nauwkeurig uitvoeren.
Bovendien kan inhoud die met de receiver is gekoppeld, met verschillende functies eenvoudig worden gebruikt.
Gebruiksomgeving
! AVNavigator is beschikbaar op de volgende systemen.
Windows-PC: Microsoft
®
Windows
®
XP/Windows Vista
®
/Windows
®
7/Windows
®
8/Windows
®
8.1
Mac: Mac OS X (10.7, 10.8 of 10.9)
iPad/iPhone/iPod touch: iOS 7
Android-apparaat: Android 4.0.4, 4.1.1, 4.1.2, 4.2, 4.2.2, 4.4.2
! AVNavigator werkt met een browser. De volgende browsers worden ondersteund:
Windows-PC: Internet Explorer
®
8, 9, 10, 11
Mac/iPad/iPhone/iPod touch: Safari 6.0
Android-apparaat: Android-browser
! Het is mogelijk dat AVNavigator niet werkt afhankelijk van netwerk- of veiligheidsinstellingen op de computer.
Gebruiken van AVNavigator
Belangrijk
! Sluit de LAN-aansluiting aan op het netwerk (bladzijde 43 ).
1 Druk op u STANDBY/ON om de receiver en uw computer aan te zetten.
2 Start AVNavigator.
U bedient AVNavigator via de schermaanwijzingen op uw computer of apparaat.
! Als u een Windows-pc gebruikt, moet u onderstaande stappen uitvoeren om te starten.
1 Start Internet Explorer op de pc (open een willekeurige internetpagina).
2 Druk op de afstandsbediening op STATUS en controleer de weergave op het voorpaneel op de receiver
(het IP-adres van de receiver wordt weergegeven).
(voorbeeld van tekst)
Als het adres 0.0.0.0 of 169.254.112.202 wordt weergegeven, is de receiver niet verbonden met het net-
werk. Controleer dit om zeker te zijn dat de receiver en de router correct zijn verbonden.
3 Voer het adres uit stap 2 in het veld in Internet Explorer in zoals hieronder wordt getoond, en druk op de
ENTER-toets.
(voorbeeld van invoernotatie) 192.168.0.124
! Op een Windows-PC met een ander systeem dan Windows XP kunt u AVNavigator als volgt starten.
Start Explorer en klik met de rechtermuistoets op <SC-LX58> in de map ‘Network’, en klik op
View device webpage’.
! Op een Mac start u Safari en klikt u op <SC-LX58> in ‘Bonjour’ op de bladwijzerbalk.
Als ‘Bonjour’ niet wordt weergegeven, selecteer dan het selectievakje
Include Bonjour in the Favorites bar’ op het tabblad ‘Advanced’ in het menu ‘Preferences...’ van
Safari.
 
49
Basisinstellingen
04
! Als u een iPad/iPhone/iPod touch gebruikt, kunt u iControlAV5 (gratis applicatie) downloaden van de
App Store. Start iControlAV5 en volg de instructies op het scherm. Daarna tikt u op het beginscherm op
AVNavigator’ of op het pictogram.
iPad iPhone/iPod touch
Op een iPad kunt u AVNavigator voor iPad gebruiken. Download AVNavigator voor iPad van de App Store.
Start AVNavigator voor iPad en volg de instructies op het scherm.
! Als u een Android-apparaat gebruikt, kunt u iControlAV5 (gratis applicatie) downloaden van Google Play
Store. Start iControlAV5 en volg de instructies op het scherm. Daarna tikt u op het beginscherm op het
pictogram.
3 Selecteer en gebruik de gewenste functie.
AVNavigator beschikt over de volgende functies:
! Wiring Navi – Leidt u met dialoogvensters door het maken van de aansluitingen en de begininstellingen. Op
deze manier kunt u gemakkelijk zeer precieze begininstellingen maken.
! Interactive Operation Guide – U bedient de receiver met de afstandsbediening op het scherm, en u kunt
uitleg of video’s bekijken bij functies. De uitleg bij functies die worden bediend met de afstandsbediening,
wordt ook automatisch weergegeven.
! Network Setup – Hiermee maakt u netwerkinstellingen.
Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full
Automatic MCACC)
Bij instelling door Full Automatic MCACC worden de akoestische eigenschappen van de luisterruimte gemeten,
rekening houdend met omgevingsgeluid, luidsprekeraansluitingen en luidsprekerformaten, en worden zowel de
kanaalvertraging als het kanaalniveau getest. Als Measurement Type op Expert staat, worden bovendien de
staande golf, de equalizer en breedband-fasecontrole gemeten. Nadat u de microfoon die bij het systeem wordt
geleverd hebt ingesteld, kiest de receiver op basis van de informatie van een reeks testtonen de optimale luidspre-
ker- en equalizerinstellingen voor de luisterruimte.
Belangrijk
! Verplaats de microfoon en de luidsprekers niet tijdens de Full Automatic MCACC-instelling.
! De instellingen die via de Full Automatic MCACC-instelling worden gemaakt, vervangen alle bestaande instel-
lingen voor de voorgedefinieerde MCACC-instelling die u selecteert.
! Voordat u de Full Automatic MCACC-instelling gebruikt, dient u de hoofdtelefoon los te maken.
! Volgens de fabrieksinstelling wordt het schermdisplay via alle HDMI-uitgangen uitgevoerd en weergegeven op
elke tv die met een HDMI-kabel is aangesloten. U kunt wijzigen waar het scherm wordt uitgevoerd in de instel-
lingen voor MAIN/HDZONE (bladzijde 112 ) en de HDMI-uitgang (bladzijde 85 ).
WAARSCHUWING
! De testtonen die worden voortgebracht tijdens de Full Automatic MCACC-instelling klinken erg hard.
1 Druk op u STANDBY/ON om de receiver en uw tv aan te zetten.
Zorg dat de video-invoer van de TV op deze receiver is ingesteld.
 
50
Basisinstellingen
04
2 Sluit de microfoon aan op de aansluiting MCACC SETUP MIC op het voorpaneel.
PHONES
SPEAKERS
MULTI-ZONE
CONTROL
ZONE 2
ON/OFF
ZONE 3
ON/OFF
HDZONE
ON/OFF
MCACC
SETUP MIC
(HDMI)
HDMI 5 INPUT
AUTO/ALC/
DIRECT STATUSBAND TUNER EDIT
iPod iPhone
DIRECT CONTROL
5V 1
A
Microfoon
Statief
Controleer of er zich geen obstakels tussen de luidsprekers en de microfoon bevinden.
Als u een statief hebt, kunt u dit gebruiken om de microfoon ongeveer op oorhoogte te plaatsen op de normale
luisterpositie. Als u niet beschikt over een statief, kunt u de microfoon ook opstellen met een ander geschikt
voorwerp.
Plaats de microfoon op een stabiele ondergrond. Wanneer de microfoon op een van de volgende plaatsen staat,
kan er geen nauwkeurige meting worden uitgevoerd:
! Zitbank of andere zachte ondergrond.
! Op een hoge plaats zoals op een tafel of bovenaan op een zitbank.
Het Full Automatic MCACC-display verschijnt eenmaal wanneer de microfoon wordt aangesloten.
Speaker System : 7.2.2ch TMd/FW
1a.Full Auto MCACC
A/V RECEIVER
Exit Return
START
EQ Type : – – –
SP to ceiling : 3.00m
MCACC : M1.MEMORY 1
Dolby Enabled Speaker
: NO
Measurement Type : Basic
! Als u langer dan vijf minuten geen bediening op het GUI-scherm uitvoert, zal de screensaver verschijnen.
3 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver.
4 Selecteer de parameters die u wilt instellen.
Als de luidsprekers zijn aangesloten via een andere opstelling dan 7.2.2ch TMd/FW, moet Speaker System
worden ingesteld voordat de Full Automatic MCACC-instelling wordt uitgevoerd. Zie Luidsprekersysteem instellen
op bladzijde 106 .
! Speaker System – Toont de huidige instellingen. Wanneer dit wordt geselecteerd en dan op ENTER wordt
gedrukt, verschijnt het selectiescherm voor het luidsprekersysteem. Selecteer het juiste luidsprekersysteem
en druk dan op RETURN om terug te keren.
Als u de voorluidsprekers met bi-amp wilt aansturen of een afzonderlijk luidsprekersysteem wilt opstellen in
een andere ruimte, leest u Luidsprekersysteem instellen op bladzijde 106 en sluit u de luidsprekers op de
juiste manier aan voordat u doorgaat naar stap 4.
! EQ Type – Als u Expert selecteert voor Measurement Type, moet u de correctiewijze instellen van de fre-
quentiekarakteristieken van de kijkomgeving. Gewoonlijk selecteert u SYMMETRY. Zie Automatic MCACC
(Expert) op bladzijde 98 voor verdere informatie.
! MCACC – De zes voorgedefinieerde MCACC-instellingen worden gebruikt om instellingen voor surroundge-
luid op te slaan voor verschillende luisterposities. Gebruik voorlopig een ongebruikte voorgedefinieerde instel-
ling (u kunt deze later een andere naam geven in Data Management op bladzijde 103 ).
! Dolby Enabled Speaker – Selecteer luidsprekers die een Dolby-luidspreker gebruiken (TFw+TBw, TFw,
TMd, TBw). Als u geen Dolby-luidsprekers gebruikt, selecteert u NO (bladzijde 23 ).
! SP to ceiling – Als u Dolby-luidsprekers gebruikt, voert u de hoogte in van de luidspreker tot het plafond
(bladzijde 23 ).
! Measurement Type – Als u Basic selecteert, wordt de minimale vereiste meting in een kort tijdsbestek uitge-
voerd. Als u Expert selecteert, wordt een nauwkeurige meting uitgevoerd die wellicht enige tijd kan duren.
5 Selecteer ‘START’ en druk op ENTER.
6 Volg de instructies op het scherm.
Controleer of de microfoon is aangesloten en controleer als u een subwoofer gebruikt of de subwoofer aan staat
en op een aangenaam volume is ingesteld.
7 Wacht tot de testtonen hebben geklonken en bevestig de luidsprekerconfiguratie op het
GUI-scherm.
U ziet een voortgangsrapport op het scherm terwijl de receiver testtonen voortbrengt om te bepalen welke luid-
sprekers aanwezig zijn in de opstelling. Probeer zo stil mogelijk te zijn terwijl dit gebeurt.
Als er langer dan 10 seconden geen bedieningshandeling wordt verricht terwijl het luidsprekerconfiguratie-con-
trolescherm wordt getoond, zal de Full Automatic MCACC-instelling automatisch hervat worden. In dit geval hoeft
u niet ‘OK’ te selecteren en op ENTER te drukken in stap 7.
! Bij foutmeldingen (zoals Too much ambient noise! of Check microphone.) selecteert u RETRY nadat u het
omgevingsgeluid (zie Problemen tijdens het gebruik van de Automatic MCACC-instelling op bladzijde 51 )
en de aansluiting van de microfoon hebt gecontroleerd. Als er geen probleem lijkt te zijn, selecteert u gewoon
GO NEXT om verder te gaan.
Now Analyzing... 2/6
Environment Check
1a.Full Auto MCACC
A/V RECEIVER
Exit Cancel
Ambient Noise : OK
Microphone :
Speaker YES/NO :
L : YES
C : YES
R : YES
FWR : YES
SR : YES
SBR : YES
SBL : YES
SL : YES
FWL : YES
SW1 : YES
1a.Full Auto MCACC
10
OK RETRY
A/V RECEIVER
Exi
tC
ancel
De op het scherm getoonde configuratie moet overeenstemmen met de werkelijke luidsprekeropstelling.
! Als u een ERR-melding ziet (of als de weergegeven luidsprekeropstelling niet juist is), kan er een probleem
zijn met de aansluiting van de luidsprekers. Als het probleem niet is verholpen nadat u RETRY hebt gese-
lecteerd, zet u de receiver uit en controleert u de luidsprekeraansluitingen. Als er geen probleem lijkt te zijn,
gebruikt u i/j om de luidspreker te selecteren en k/l om de instelling te wijzigen en door te gaan.
! Als de luidspreker niet naar de microfoon is gericht (luisterplaats) of als luidsprekers worden gebruikt die de
fase beïnvloeden (dipool-luidsprekers, reflectie-luidsprekers enz.), kan Reverse Phase worden aangegeven
hoewel de luidsprekers correct zijn aangesloten.
Als Reverse Phase wordt aangegeven, kunnen de luidsprekerdraden (+ en –) verwisseld zijn. Controleer de
aansluitingen van de luidsprekers.
Als de aansluitingen verkeerd zijn, schakelt u het apparaat uit, trekt dan het netsnoer uit het stopcontact,
waarna u de aansluitingen opnieuw maakt. Vervolgens voert u de Volautomatische MCACC-procedure
opnieuw uit.
Als de aansluitingen in orde zijn, kiest u voor GO NEXT en gaat u door.
 
51
Basisinstellingen
04
8 Controleer of ‘OK’ is geselecteerd en druk op ENTER.
U ziet een voortgangsrapport op het scherm terwijl de receiver meer testtonen voortbrengt om de optimale recei-
verinstellingen te bepalen.
Probeer ook nu zo stil mogelijk te zijn terwijl dit gebeurt. Dit kan 3 tot 10 minuten duren.
9 De Full Automatic MCACC-instelling is voltooid en het menu Home Menu verschijnt weer
automatisch.
Zorg dat u de microfoon losmaakt van de receiver nadat de Full Automatic MCACC-instelling is voltooid.
De instellingen die worden vastgelegd met de Full Automatic MCACC-instelling geven normaal gesproken een
uitstekend surroundgeluid van het systeem, maar u kunt deze instellingen ook handmatig invoeren met Het
menu MCACC PRO op bladzijde 97 of De menu’s System Setup en Other Setup op bladzijde 105 .
! Afhankelijk van de eigenschappen van uw kamer, worden soms verschillende formaten ingesteld voor iden-
tieke luidsprekers met conusafmetingen van ongeveer 12 cm. U kunt de instelling handmatig corrigeren met
de Luidsprekers handmatig instellen op bladzijde 106 .
! De afstand van de subwoofer tot de luisterpositie kan groter worden ingesteld dan de werkelijke afstand. Deze
instelling moet nauwkeurig zijn (rekening houdend met de vertraging en de eigenschappen van de ruimte) en
hoeft normaal gesproken niet te worden gewijzigd.
! Als de meetresultaten van de Full Automatic MCACC-instelling verkeerd zijn als gevolg van de interactie
tussen de luidsprekers en de kijkomgeving, raden wij u aan de instellingen handmatig te maken.
! De afstand van de Dolby-luidspreker is de afstand via weerkaatsing via het plafond. Deze is dus langer dan de
directe afstand maar u hoeft dit niet te wijzigen (bladzijde 23 ).
! Als Full Automatic MCACC of Auto MCACC is geselecteerd, worden alle aanpassingswaarden van de equali-
zer voor Dolby-luidsprekers op 0 dB gezet. U kunt de instellingen handmatig aanpassen.
Problemen tijdens het gebruik van de Automatic MCACC-instelling
Als de omgevingsomstandigheden niet optimaal zijn voor de Automatic MCACC-instelling (te veel achtergron-
druis, weerkaatsing van echo’s door de muren, obstakels tussen de luidsprekers en de microfoon), kunnen de
eindinstellingen onjuist zijn. Controleer of andere huishoudelijke apparatuur (airconditioning, koelkast, ventilator,
enz.) in de omgeving geen storingen veroorzaken en zet ze indien nodig uit. Als instructies worden weergegeven
op het display op het voorpaneel, moet u deze volgen.
! Sommige oudere TV’s kunnen de werking van de microfoon storen. Zet in dit geval de TV uit tijdens de
Automatic MCACC-instelling.
Het menu Input Setup
U hoeft instellingen in het menu Input Setup alleen te wijzigen als u de digitale apparatuur niet hebt aangeslo-
ten volgens de standaardinstellingen (zie Standaardinstellingen en mogelijk instellingen voor de ingangsfunctie
op bladzijde 52 ). In dit geval moet u de receiver laten weten welke digitale apparatuur is aangesloten op welke
aansluiting, zodat de knoppen op de afstandsbediening overeenkomen met de aangesloten apparatuur.
! Volgens de fabrieksinstelling wordt het schermdisplay via alle HDMI-uitgangen uitgevoerd en weergegeven op
elke tv die met een HDMI-kabel is aangesloten. U kunt wijzigen waar het scherm wordt uitgevoerd in de instel-
lingen voor MAIN/HDZONE (bladzijde 112 ) en de HDMI-uitgang (bladzijde 85 ).
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
2 Selecteer ‘System Setup’ in het HOME MENU.
3 Selecteer ‘Input Setup’ in het menu System Setup.
A/V RECEIVER
ExitReturn
a . Manual SP Setup
b . Input Setup
c . OSD Language
d . Network Setup
e . HDMI Setup
f . MHL Setup
g . Other Setup
4.System Setup
4b.Input Setup
A/V RECEIVER
Exi
tR
eturn
Input : DVD
Input Name : Rename
Audio In : COAX-1
HDMI Input : Input-1
Input Skip : OFF
Component In : In-1
12V Trigger 1 : OFF
12V Trigger 2 : OFF
4 Selecteer de ingangsfunctie die u wilt instellen.
De standaardnamen komen overeen met de namen naast de aansluitingen op het achterpaneel (zoals DVD of
SAT/CBL) die op hun beurt weer overeenkomen met de namen op de afstandsbediening.
5 Selecteer de ingang(en) waarop u het digitale apparaat hebt aangesloten.
Als de DVD-speler bijvoorbeeld alleen een optische uitgang heeft, moet u de DVD-instelling van de
Audio In-ingangsfunctie wijzigen van COAX-1 (standaardinstelling) in de optische ingang waarop u het apparaat
hebt aangesloten.
6 Wanneer u klaar bent, gaat u door naar de instellingen voor de andere ingangen.
Er zijn optionele instellingen in aanvulling op de toewijzing van de ingangsaansluitingen:
! Input Name – U kunt de naam van de ingangsfunctie wijzigen om deze gemakkelijker te herkennen.
Selecteer Rename om de naam te wijzigen of Default om terug te gaan naar de standaardnaam.
! Input Skip – Indien ingesteld op ON, zal die ingang worden overgeslagen bij het selecteren van de ingang
met ALL. (De DVD en andere ingangen kunnen nog steeds rechtstreeks met de ingangsfunctieknoppen
worden geselecteerd.)
! 12V Trigger 1/2 – Nadat u een apparaat hebt aangesloten op een van de 12-volt schakelaars (zie Apparaten
aan- en uitzetten met de 12-volt-schakelaar op bladzijde 46 ), selecteert u MAIN, ZONE 2, ZONE 3, HDZONE
of OFF voor de betreffende schakelaarinstelling om deze automatisch aan te zetten in de opgegeven zone
(hoofdzone of secundaire zone).
Apparaten aangesloten op 12-volt schakelaars kunnen worden geassocieerd met HDMI OUT omschake-
ling. Zie HDMI-instellingen op bladzijde 76 voor verdere informatie.
7 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het menu System Setup.
 
52
Basisinstellingen
04
Standaardinstellingen en mogelijk instellingen voor de ingangsfunctie
De aansluitingen van de receiver corresponderen meestal met de naam van een van de ingangsfuncties. Als u
apparaten op een andere manier op deze receiver hebt aangesloten dan met de hieronder vermelde standaardin-
stellingen of als u extra apparatuur hebt aangesloten, raadpleegt u Het menu Input Setup op bladzijde 51 om
de receiver te laten weten hoe u de apparatuur hebt aangesloten. De stippen (k) geven mogelijke toewijzingen
aan.
Ingangsfunctie
Ingangsaansluiting
HDMI Audio Apparaat
BD
(BD)
DVD IN 1 COAX-1 IN 1
SAT/CBL IN 2 COAX-2
k
DVR/BDR IN 3 OPT-2 IN 2
HDMI 1
k
HDMI 2
k
HDMI 3
k
HDMI 4 IN 4
HDMI 5
(voorpaneel)
IN 5
HDMI 6 IN 6
HDMI 7/MHL IN 7
INTERNET RADIO
MEDIA SERVER
FAVORITES
iPod/USB
TV
OPT-1
<a>
CD
ANALOG-1
<b>
TUNER
BT AUDIO
a Wanneer ARC bij HDMI Setup op ON is ingeseld, kunnen er geen toewijzigingen worden gemaakt aan de Audio In-aansluitin-
gen van de TV-ingang.
b Alleen de TV en CD-ingangen kunnen aan ANALOG-1 worden toegewezen.
Instelling bedieningsstand
Deze receiver is uitgerust met een groot aantal functies en instellingen. De functie voor het kiezen van de bedie-
ningsstand (Operation Mode) is bedoeld voor gebruikers die het lastig vinden om al deze functies en instellingen
onder de knie te krijgen.
U kunt kiezen uit twee instellingen voor de Operation Mode: Expert en Basic.
! Volgens de fabrieksinstelling wordt het schermdisplay via alle HDMI-uitgangen uitgevoerd en weergegeven op
elke tv die met een HDMI-kabel is aangesloten. U kunt wijzigen waar het scherm wordt uitgevoerd in de instel-
lingen voor MAIN/HDZONE (bladzijde 112 ) en de HDMI-uitgang (bladzijde 85 ).
Belangrijk
! Veel instellingen en functies kunnen niet worden geselecteerd wanneer de Operation Mode wordt veranderd
naar Basic.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
2 Selecteer ‘Operation Mode Setup’ in het HOME MENU.
3 Selecteer de gewenste instelling voor de bedieningsstand.
! Expert (standaardinstelling) – De gebruiker kan alle functies zelf instellen.
! Basic – Alleen bepaalde basisonderdelen kunnen worden ingesteld. De onderdelen die kunnen worden inge-
steld staan hieronder vermeld. Deze kunnen naar wens of behoefte worden ingesteld aan de hand van de
instructies.
Instelbare onderdelen/items Beschrijving Pagina
HOME MENU
Full Auto MCACC
Maakt het instellen van zeer precieze geluidsvelden mogelijk.
49
Input Name
Ingevoerde namen kunnen naar wens worden veranderd voor een
groter gebruiksgemak.
51
Input Skip
Ingangen die niet worden gebruikt, worden overgeslagen (niet
getoond).
51
Software Update
Werkt de software bij tot de nieuwste versie.
112
Network Information
Controleert het IP-adres van de receiver.
110
Audioparameters
MCACC
(Voorgedefinieerde MCACC-instel-
ling)
Selecteert uw favoriete MCACC-voorinstelling.
80
DELAY
(Geluidsvertraging)
Regelt de algehele vertraging van de geluidsweergave.
80
S.RTRV
(Auto Sound Retriever)
Geeft gecomprimeerde geluidssignalen weer met een hoge geluids-
kwaliteit.
80
DUAL
(Dual mono)
Tweevoudige mono audio-instelling.
80
INPUT ATT
(Ingangssignaal verzwakken)
Verlaagt het niveau van het ingangssignaal om vervorming te vermin-
deren.
80
 
53
Basisinstellingen
04
Instelbare onderdelen/items Beschrijving Pagina
C.SPREAD
(centrumspreiding)
Centrumspreiding zorgt voor een verbreding van het signaal van het
middenkanaal naar de linker en rechter voorluidsprekers zodat de
luisteraar een breder frontaal audiobeeld ervaart. Dit is voornamelijk
geoptimaliseerd en ontworpen voor de weergave van stereomuziek.
80
V.SPs
(Virtuele luidsprekers)
Automatisch toevoegen van virtuele surroundluidsprekers (sur-
round-achterluidsprekers, hoog-voorluidsprekers en breed-voorluid-
sprekers) om een geluidsveld te creëren.
80
V.SB
(Virtueel surround-achterkanaal)
Creëert een virtueel surround-achterkanaal dat kan worden weerge-
geven.
80
V.HEIGHT
(Virtueel hoogte-voorkanaal)
Creëert een virtueel hoogte-voorkanaal dat kan worden weergegeven.
80
V.WIDE
(Virtuele breedte)
Creëert een virtueel breedte-voorkanaal dat kan worden weergegeven.
80
V.DEPTH
(Virtuele diepte)
Weergave met een geluidsveld geschikt voor 3D-beelden.
80
Andere functies
ALL (INPUT SELECTOR) Schakelt de ingangsaansluiting om.
56
VOLUME +/, MUTE Hiermee stelt u het luistervolume in.
56
LISTENING MODE
Hiermee selecteert u uw favoriete luisterfuncties.
64
PQLS
Zorgt voor weergave met de PQLS-functie.
78
PHASE (Fasesturing) Voor weergave met gecorrigeerde fase voor de lage tonen.
67
PHASE (Breedband-fasecontrole)
De breedband-fasecontrole kalibreert de frequentiefase-karakteristie-
ken van de aangesloten luidsprekers.
68
SOUND RETRIEVER AIR
Schakelt de ingang over naar BT AUDIO en geeft gecomprimeerde
geluidssignalen weer met een hoge geluidskwaliteit.
62
iPod iPhone DIRECT CONTROL
Schakelt de ingang over naar iPod/USB en stelt de stand in voor
bediening via de iPod.
57
4 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het HOME MENU.
Veranderen van de OSD-displaytaal (OSD Language)
De taal die gebruikt wordt op het scherm van de grafische gebruikersinterface kan veranderd worden.
! De beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing zijn van toepassing wanneer Engels als de taal voor de grafische
gebruikersinterface is ingesteld.
! Volgens de fabrieksinstelling wordt het schermdisplay via alle HDMI-uitgangen uitgevoerd en weergegeven op
elke tv die met een HDMI-kabel is aangesloten. U kunt wijzigen waar het scherm wordt uitgevoerd in de instel-
lingen voor MAIN/HDZONE (bladzijde 112 ) en de HDMI-uitgang (bladzijde 85 ).
1 Druk op u STANDBY/ON om de receiver en uw tv aan te zetten.
Zorg dat de video-invoer van de TV op deze receiver is ingesteld (als u bijvoorbeeld deze receiver op de VIDEO
aansluitingen van de TV hebt aangesloten, moet u controleren of de VIDEO ingang is geselecteerd).
2 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
3 Selecteer ‘System Setup’ in het Home Menu.
4 Selecteer ‘OSD Language’ in het menu System Setup.
5 Selecteer de gewenste taal.
6 Selecteer ‘OK’ om de taal te veranderen.
De instelling is voltooid en het menu System Setup verschijnt weer automatisch.
 
54
Basisinstellingen
04
Over het Home Menu
Het Home Menu (HOME MENU) van deze receiver kan worden gebruikt om diverse instellingen te maken en om
items die zijn ingesteld te controleren en eventueel te wijzigen.
! Volgens de fabrieksinstelling wordt het Home Menu-scherm via alle HDMI-uitgangen uitgevoerd en weergege-
ven op elke tv die met een HDMI-kabel is aangesloten. U kunt wijzigen waar het scherm wordt uitgevoerd in de
instellingen voor MAIN/HDZONE (bladzijde 112 ) en de HDMI-uitgang (bladzijde 85 ).
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver.
2 Druk op HOME MENU op de afstandsbediening om het Home Menu weer te geven.
1. MCACC PRO
2. MCACC Data Check
3. Data Management
4. System Setup
5. Network Information
6. Operation Mode Setup
Exit Return
HOME MENU
A/V RECEIVER
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
Hieronder wordt het bovenste niveau in het Home Menu getoond. Zie de bijbehorende uitleg voor het maken van
instellingen, controles en afstellingen.
! MCACC PRO – Hiermee kunt u automatische instellingen en gedetailleerde handmatige instellingen maken
voor het surroundgeluid. Zie De receiver instellen via het menu MCACC PRO op bladzijde 98 voor verdere
informatie.
! MCACC Data Check – Toont de resultaten van de MCACC PRO-meting. Gebruik dit om het MCACC-
geheugen te bekijken. Zie De MCACC-gegevens controleren op bladzijde 102 voor verdere informatie.
! Data Management – Hiermee kunt u de gegevens in het MCACC-geheugen beheren. Zie Data Management
op bladzijde 103 voor verdere informatie.
! System Setup – Hiermee kunt u diverse instelingen maken die gerelateerd zijn aan dit systeem. Zie De recei-
ver instellen via het menu System Setup op bladzijde 106 voor verdere informatie.
! Network Information – U kunt de instelling en de status van de netwerk-gerelateerde items controleren. Zie
Controleren van de netwerkinformatie op bladzijde 110 voor verdere informatie.
! Operation Mode Setup – Hiermee kunt u de bedieningsstand van de receiver selecteren. Zie Instelling
bedieningsstand op bladzijde 52 voor verdere informatie.
 
55
 
Een bron afspelen ..........................................................................................................................56
Een iPod afspelen ..........................................................................................................................57
Een USB-apparaat afspelen ..........................................................................................................58
Een MHL-compatibel apparaat afspelen .....................................................................................60
Luisteren naar de radio .................................................................................................................60
Muziek afspelen via Bluetooth .....................................................................................................61
Basisbediening voor afspelen
56
Basisbediening voor afspelen
05
Een bron afspelen
Dit zijn algemene instructies voor het afspelen van een bron, zoals een DVD, met het thuistheatersysteem.
STANDBY/ON
VOLUME
iPod
TUNER
USB ADPTROKU
BT
TV
MHL
CD
DVDBD SAT
SOURCE CONTROL
HDMI
NET
ALL
SURRAUTO ADV
LISTENING MODE
1 Zet de apparatuur van het systeem en de receiver aan.
Begin door de weergave-apparatuur (bijvoorbeeld een DVD-speler), uw tv en uw subwoofer (als u die heeft) aan te
zetten, en zet vervolgens de receiver aan (druk op u STANDBY/ON).
Zorg dat de video-invoer van de TV op deze receiver is ingesteld.
2 Selecteer de gewenste ingangsfunctie.
U kunt hiervoor de ingangsfunctieknoppen op de afstandsbediening of de knop INPUT SELECTOR op het voorpa-
neel gebruiken.
! Selecteer het gewenste type audio-ingangssignaal (bladzijde 67 ).
3 Druk op AUTO (AUTO SURR/ALC/STREAM DIRECT) om ‘AUTO SURROUND’ te selecteren en
te beginnen met het afspelen van de bron.
Bij geluidsbronnen zoals Dolby TrueHD en DTS-HD wordt het surroundgeluid weergegeven. Bij stereogeluid
wordt het geluid via de linker en rechter voorluidspreker met de standaard luisterfunctie weergegeven.
Als u een stereobron over meerdere kanalen wilt afspelen, drukt u op SURR of ADV om uw favoriete luisterstand
te selecteren. (Voorbeeld: Druk herhaaldelijk op ADV om EXT.STEREO te selecteren.)
! U moet mogelijk de instellingen voor de digitale audio-uitgang van de DVD-speler of digitale satellietontvan-
ger controleren. Deze moeten zijn ingesteld op Dolby Digital, DTS en 88,2 kHz / 96 kHz PCM-audio via 2 kana-
len. Als er een optie voor MPEG-audio is, stelt u deze in op conversie van MPEG-audio naar PCM.
! Zie ook Luisteren naar het systeem op bladzijde 64 voor informatie over de verschillende manieren om naar
bronnen te luisteren.
Het is mogelijk om op het display op het voorpaneel te controleren of meerkanaals weergave wel of niet correct
wordt uitgevoerd. Zie Automatische surround, ALC en Directe stroom met verschillende ingangssignaalindelin-
gen op bladzijde 131 voor verdere informatie.
Wanneer meerkanaals luidsprekers (meer dan twee linker en rechter voorkanalen) zijn aangesloten, wordt
rechtstreeks decoderen uitgevoerd en wordt de naam van de ingangssignaalindeling (bijvoorbeeld TrueHD,
DTS-HD MSTR of DTS-HD HI RES) weergegeven.
Als de aanduiding op het display niet overeenkomt met het ingangssignaal en de luidsprekerfunctie, moet u de
aansluitingen en instellingen controleren.
4 Gebruik VOLUME +/– om het volume in te stellen.
Zet het volume van de TV zacht zodat al het geluid uit de luidsprekers komt die zijn aangesloten op deze receiver.
Opmerking
Afhankelijk van de ingang die wordt afgespeeld, kan de bediening voor afspelen in sommige gevallen via het
schermdisplay worden uitgevoerd.
Volgens de fabrieksinstelling wordt het schermdisplay via alle HDMI-uitgangen uitgevoerd en weergegeven op
elke tv die met een HDMI-kabel is aangesloten. U kunt wijzigen waar het scherm wordt uitgevoerd in de instellin-
gen voor MAIN/HDZONE (bladzijde 112 ) en de HDMI-uitgang (bladzijde 85 ).
Het geluid uitschakelen
Hiermee dempt u het geluid of herstelt u het oorspronkelijke geluidsniveau nadat het geluid is gedempt (door het
regelen van het volume wordt het geluidsniveau eveneens hersteld).
% Druk op MUTE.
Een bron afspelen die via HDMI is aangesloten
% Gebruik ALL om de ingangsfunctie voor de HDMI-ingangsaansluitingen van de receiver te
selecteren.
U kunt deze bediening ook uitvoeren met de knop INPUT SELECTOR op het voorpaneel of door enkele malen op
HDMI op de afstandsbediening te drukken.
! Stel de HDMI-parameter in De audio-opties instellen op bladzijde 80 in op THROUGH als u HDMI-audio wilt
beluisteren via de TV (er komt geen geluid uit de receiver).
! Als het videosignaal niet op de TV wordt weergegeven, probeert u de resolutie-instellingen op het apparaat
of het scherm te wijzigen. Houd er rekening mee dat sommige apparatuur, zoals videospelletjesapparatuur,
resoluties hebben die niet kunnen worden omgezet. Gebruik in dit geval een analoge videoverbinding.
 
57
Basisbediening voor afspelen
05
Een iPod afspelen
Deze receiver beschikt over een iPod/iPhone aansluiting waarmee u de weergave van het audiomateriaal van de
iPod kunt bedienen met de bedieningselementen van de receiver.
Hierna wordt de bediening beschreven voor het afspelen een iPod. Zie Een USB-apparaat afspelen op bladzijde
58 voor het afspelen van een USB-apparaat.
Belangrijk
! USB werkt met iPhone 5s, iPhone 5c, iPhone 5, iPhone 4s, iPhone 4, iPhone 3GS, iPhone 3G, iPhone, iPod
touch (1e t/m 5e generatie) en iPod nano (3e t/m 7e generatie).
Het is echter mogelijk dat sommige functies bij sommige modellen beperkt zijn.
! De receiver is ontwikkeld en getest voor de softwareversie van de iPod/iPhone die staat aangegeven op de
Pioneer-website.
http://pioneer.jp/homeav/support/ios/eu/ (voor Europa)
http://pioneer.jp/homeav/support/ios/ao/ (voor Australië en Nieuw-Zeeland)
! Installeren van andere softwareversies dan zoals aangegeven op de Pioneer-website op uw iPod/iPhone kan
leiden tot incompatibiliteit met deze receiver.
! iPod en iPhone zijn gelicentieerd voor weergave van materiaal waarop geen auteursrechten rusten of materiaal
waarvoor de gebruiker de wettelijke toestemming heeft om het weer te geven.
! Functies als de equalizer kunt u niet bedienen via de receiver. Bovendien wordt aangeraden de equalizer uit te
zetten voordat u de iPod aansluit.
! Pioneer kan onder geen enkele omstandigheid aansprakelijk worden gesteld voor directe of indirecte schade
als gevolg van een foutieve werking of verlies van opgenomen materiaal, veroorzaakt door een defect van de
iPod.
! Bij het luisteren naar een track op de iPod in de hoofdzone, is het ook mogelijk om de secundaire zone te
bedienen, maar u kunt in de secundaire zone niet naar een andere track luisteren dan de track die in de hoofd-
zone wordt afgespeeld.
1 Druk op u STANDBY/ON om de receiver en uw tv aan te zetten.
Zie Een iPod aansluiten op bladzijde 43 .
Na het inschakelen van de stroom duurt het ongeveer één minuut totdat het opstarten is voltooid.
! U kunt de iPod ook op de iPod zelf bedienen, zonder dat u het TV-scherm gebruikt. Zie De iPod-bedieningsele-
menten omschakelen op bladzijde 57 voor verdere informatie.
2 Druk op iPod USB van de afstandsbediening om de receiver over te schakelen naar de
iPod/USB.
Wanneer u de namen van de mappen en bestanden op het display ziet, kunt u muziek afspelen van de iPod.
Audiobestanden afspelen die op een iPod zijn opgeslagen
Om te navigeren door de liedjes op uw iPod, kunt u het GUI-scherm gebruiken dat wordt weergegeven op het
beeldscherm van de TV die op deze receiver is aangesloten. De bediening voor het luisteren naar muziek kan ook
volledig via het display op het voorpaneel van deze receiver worden geregeld.
! Tekens die niet op deze receiver kunnen worden weergegeven, worden als # getoond.
! Deze functie is niet beschikbaar voor foto’s in uw iPod.
Zoeken wat u wilt afspelen
Wanneer uw iPod op deze receiver is aangesloten, kunt u op afspeellijst, naam van de artiest, naam van het
album, naam van het nummer, genre of componist door de liedjes bladeren die in uw iPod zijn opgeslagen, net
als wanneer u de iPod rechtstreeks gebruikt.
1 Gebruik i/j om een categorie te selecteren en druk dan op ENTER om door die categorie
te lopen.
! Wanneer bij het lijstscherm op o of p wordt gedrukt, wordt er naar een andere pagina gegaan.
! Als u terug wilt naar het vorige niveau, drukt u op RETURN.
2 Gebruik i/j om door de geselecteerde categorie, bijvoorbeeld albums, te bladeren.
! Gebruik k/l om naar vorige/volgende niveaus te gaan.
3 Blader net zo lang tot u hebt gevonden wat u wilt afspelen. Druk op d om het afspelen te
starten.
! Als u op het afspeelscherm op RETURN drukt, wordt een lijstscherm geopend. Druk op DISP om terug te
keren naar het afspeelscherm.
Opmerking
U kunt alle nummers in een bepaalde categorie afspelen als u de optie All selecteert boven aan de categorielijst.
U kunt bijvoorbeeld alle nummers van een bepaalde artiest afspelen.
Basisbediening voor afspelen
De knoppen op de afstandsbediening van deze receiver kunnen worden gebruikt voor de basisbediening voor het
afspelen van bestanden op een iPod.
TOP
MENU
RETURN
ENTER
HOME
MENU
DISP
De iPod-bedieningselementen omschakelen
U kunt de iPod-bedieningselementen omschakelen tussen de iPod en de receiver.
1 Druk op HOME MENU om over te schakelen naar de iPod-bedieningsorganen.
U kunt nu de bediening en weergave op de iPod uitvoeren en de afstandsbediening en het GUI-scherm van deze
receiver worden uitgeschakeld.
2 Druk nog een keer op HOME MENU om terug te keren naar de bediening met de
bedieningselementen op de receiver.
Opmerking
Schakel de ingang van de receiver in één keer over naar de iPod door op het voorpaneel op de
iPod iPhone DIRECT CONTROL-toets te drukken om iPod-bediening op de iPod mogelijk te maken.
 
58
Basisbediening voor afspelen
05
Een USB-apparaat afspelen
U kunt bestanden afspelen via het USB-interface aan de voorzijde van deze receiver.
! Compatibele USB-apparaten zijn externe magnetische harde schijven, draagbare flashgeheugendrives (in het
bijzonder keydrives) en digitale audiospelers (MP3-spelers) met indeling FAT16/32.
! Pioneer kan geen compatibiliteit (bediening en/of bus-power) garanderen met alle USB-
massageheugenapparaten en kan ook niet aansprakelijk worden gesteld voor eventueel gegevensverlies bij
aansluiting op deze receiver.
1 Druk op u STANDBY/ON om de receiver en uw tv aan te zetten.
Zie Een USB-apparaat aansluiten op bladzijde 44 .
Na het inschakelen van de stroom duurt het ongeveer één minuut totdat het opstarten is voltooid.
! Zorg dat de receiver in de stand-bystand staat bij het losmaken van het USB-apparaat.
2 Druk op iPod USB van de afstandsbediening om de receiver over te schakelen naar de iPod/
USB.
Wanneer u de namen van de mappen en bestanden op het display ziet, kunt u muziek afspelen van het
USB-apparaat.
Opmerking
Als het bericht Over Current op het display verschijnt, zijn de stroomvereisten van het USB-apparaat te hoog
voor deze receiver. Probeer in dat geval een van de volgende dingen:
! Zet de receiver uit en dan weer aan.
! Sluit het USB-apparaat opnieuw aan terwijl de receiver uitgeschakeld is.
! Gebruik een speciale netspanningsadapter (die bij het USB-apparaat wordt geleverd) voor de
USB-stroomvoorziening.
Als dit het probleem niet verhelpt, is uw USB-apparaat waarschijnlijk niet geschikt.
Audiobestanden afspelen die op een USB-geheugenapparaat zijn opgeslagen
Het maximumaantal niveaus dat u kunt selecteren in stap 2 (hieronder) is 9.
! Niet-Romeinse tekens in een afspeellijst worden weergegeven als #.
1 Gebruik i/j om een map te selecteren en druk dan op ENTER om door die map te lopen.
! Als u terug wilt naar het vorige niveau, drukt u op RETURN.
2 Blader net zo lang tot u hebt gevonden wat u wilt afspelen. Druk op d om het afspelen te
starten.
! Audiobestanden waarop auteursrechten rusten kunnen niet met de receiver worden afgespeeld.
! DRM-beveiligde audiobestanden waarop auteursrechten rusten kunnen niet met de receiver worden
afgespeeld.
! Als u op het afspeelscherm op RETURN drukt, wordt een lijstscherm geopend. Druk op DISP om terug te
keren naar het afspeelscherm.
Basisbediening voor afspelen
De knoppen op de afstandsbediening van deze receiver kunnen worden gebruikt voor de basisbediening voor het
afspelen van bestanden op een USB-geheugenapparaat.
! Druk op iPod USB om de afstandsbediening over te schakelen naar de iPod/USB-afstandsbedieningsfunctie.
TOP
MENU
RETURN
ENTER
HOME
MENU
DISP
Opmerking
Tijdens het afspelen van een DSD-bestand zijn m en n uitgeschakeld.
Fotobestanden afspelen die op een USB-geheugenapparaat zijn opgeslagen
! Fotobestanden kunnen niet worden afgespeeld in de secundaire zone.
1 Gebruik i/j om een map te selecteren en druk dan op ENTER om door die map te lopen.
! Bij bestanden met een hoge resolutie kan het even duren voordat de foto verschijnt.
! Als u terug wilt naar het vorige niveau, drukt u op RETURN.
2 Blader net zo lang tot u hebt gevonden wat u wilt afspelen. Druk op ENTER om het
afspelen te starten.
Het gekozen materiaal wordt schermvullend weergegeven en er wordt gestart met een diaserie.
Basisbediening voor afspelen
Knop(pen) Functie
ENTER, d
Start de weergave van een foto en het vertonen van een diaserie.
g
Stopt de speler en keert terug naar het voorgaande menu.
Tip
Het is mogelijk om diaseries van fotobestanden af te spelen terwijl u naar muziekbestanden luistert door terug
te keren naar de weergave van de mappen/bestandslijst tijdens het afspelen van een muziekbestand op een
USB-apparaat, en dan te beginnen met het afspelen van de fotobestanden. Selecteer muziekbestanden met een
bemonsteringsfrequentie van 48 kHz of minder.
 
59
Basisbediening voor afspelen
05
Meer over de afspeelbare bestandsformaten
De USB-functie van deze receiver ondersteunt de volgende bestandsformaten. Het is mogelijk dat sommige
bestandsformaten toch niet afgespeeld kunnen worden, hoewel ze toch vermeld worden in de lijst met afspeel-
bare bestandsformaten.
! MP3, WAV, AAC, FLAC, AIFF en Apple Lossless muziekbestanden worden zonder onderbreking afgespeeld als
ze op elkaar volgen en hetzelfde formaat, dezelfde bemonsteringsfrequentie, en hetzelfde aantal kwantiserings-
bits en kanalen hebben.
Bij AAC en MP3 bestanden wordt de onderbreking zo kort mogelijk gemaakt. Als de onderbrekingen voor u
belangrijk zijn, raden we aan WAV of FLAC bestanden te gebruiken.
Muziekbestanden
Categorie Extensie Datastroom
MP3
<a>
.mp3 MPEG-1 Audio Layer-3
Bemonsteringsfrequentie 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit
Kanaal 2 kanalen
Bitrate 8 kbps tot 320 kbps
VBR/CBR Ondersteund/Ondersteund
WAV .wav LPCM
Bemonsteringsfrequentie
<b>
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz, 176,4 kHz,
192 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit, 24 bit
Kanaal
2 kanalen, 5.0 kanalen,
5.1 kanalen
<c>
WMA .wma
WMA2/7/8/9
<d>
Bemonsteringsfrequentie 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit
Kanaal 2 kanalen
Bitrate 5 kbps tot 320 kbps
VBR/CBR Ondersteund/Ondersteund
AAC
.m4a
.aac
.3gp
.3g2
MPEG-4 AAC LC
MPEG-4 HE AAC
Bemonsteringsfrequentie 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit
Kanaal 2 kanalen
Bitrate 16 kbps tot 320 kbps
VBR/CBR Ondersteund/Ondersteund
Apple Lossless
.m4a
.mp4
Apple Lossless
Bemonsteringsfrequentie
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit, 24 bit
Kanaal 2 kanalen
FLAC
<e>
.flac FLAC
Bemonsteringsfrequentie
<b>
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz, 176,4 kHz,
192 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit, 24 bit
Kanaal
2 kanalen, 5.0 kanalen,
5.1 kanalen
<c>
Categorie Extensie Datastroom
AIFF
.aiff
.aif
AIFF
Bemonsteringsfrequentie
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz, 176,4 kHz,
192 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit, 24 bit
Kanaal 2 kanalen
DSD
<f>
.dff
.dsf
DSDIFF
DSF
Bemonsteringsfrequentie 2,8224 MHz, 5,6448 MHz
Kwantisering-bitrate 1 bit
Kanaal 2 kanalen
a “MPEG Layer-3 audiodecodering-technologie gelicentieerd van Fraunhofer IIS en Thomson multimedia.”
b Voor 32 kHz, 176,4 kHz en 192 kHz worden alleen audiobronnen met 2 kanalen ondersteund.
c Afspelen zonder onderbrekingen is niet mogelijk bij een audiobron met 5.0 of 5.1 kanalen.
d Bestanden gecodeerd met Windows Media Codec 9 kunnen worden afgespeeld, maar sommige delen van de specificatie
worden niet ondersteund; in het bijzonder Pro, Lossless, Voice.
e Niet-gecomprimeerde FLAC-bestanden worden niet ondersteund. Pioneer kan niet garanderen dat afspelen mogelijk is.
f DSD-bestanden kunnen niet worden afgespeeld in de secundaire zone.
Fotobestanden
Categorie Extensie Indeling
JPEG .jpg
Moet voldoen aan de volgende condities:
! Baseline JPEG-formaat
! Y:Cb:Cr – 4:2:2
 
60
Basisbediening voor afspelen
05
Een MHL-compatibel apparaat afspelen
MHL (Mobile High-definition Link) is een interfacestandaard voor het overbrengen van digitale signalen met
mobiele apparaten.
Met MHL kunnen multikanaals audiogegevens van hoge kwaliteit en 3D/Full-HD videoformaten worden
overgebracht.
De videosignalen van het MHL-compatibele apparaat worden weergegeven door de TV die op de receiver is aan-
gesloten en de audiosignalen worden weergegeven door de luidsprekers die op de receiver of TV zijn aangesloten.
1 Druk op u STANDBY/ON om de receiver en uw tv aan te zetten.
Zie Een MHL-compatibel apparaat aansluiten op bladzijde 44 .
2 Druk op MHL van de afstandsbediening om de receiver over te schakelen naar de MHL.
3 Selecteer het gewenste materiaal op het MHL-compatibele apparaat en speel dit af.
Opmerkingen
! MHL-compatibele apparaten kunnen met de afstandsbediening van de receiver worden bediend door op de
MHL-knop van de afstandsbediening te drukken, maar afhankelijk van het MHL-compatibele apparaat dat
wordt gebruikt is het mogelijk dat sommige knoppen niet werken.
! Om een MHL-compatibel apparaat aangesloten op de receiver weer te geven op een TV die ook op de receiver
is aangesloten, moet de receiver altijd ingeschakeld zijn.
Luisteren naar de radio
Hieronder wordt beschreven hoe u afstemt op FM- en AM-radiozenders met de automatische (zoek) en handma-
tige (stap) afstemfuncties. Als u de frequentie van de zender weet, zie Rechtstreeks afstemmen op een zender
hieronder. Zodra u hebt afgestemd op een zender, kunt u de frequentie opslaan voor later. Zie Voorkeurzenders
opslaan op bladzijde 60 voor meer informatie.
1 Druk op TUNER om de tuner te selecteren.
2 Gebruik indien nodig BAND om de radioband (FM of AM) te wijzigen.
3 Stem af op een zender.
Dit kan op drie manieren:
! Automatisch afstemmen – Houd TUNE +/ ongeveer één seconde lang ingedrukt om te zoeken naar zen-
ders op de geselecteerde golfband. De receiver begint te zoeken naar de volgende zender en stopt wanneer
een zender is gevonden. Herhaal deze stap om nog meer zenders te zoeken.
! Handmatig afstemmen – Druk op TUNE +/ om de frequentie stap voor stap te wijzigen.
! Afstemmen met hoge snelheid – Houd TUNE +/ ingedrukt om af te stemmen met hoge snelheid. Laat de
knop los wanneer de gewenste frequentie is bereikt.
FM-geluid verbeteren
Als de indicator TUNED of STEREO niet gaat branden wanneer u afstemt op een FM-zender omdat het signaal
zwak is, drukt u op MPX om de receiver om te schakelen naar mono-ontvangst. Hierdoor verbetert de geluidskwa-
liteit gewoonlijk en kunt u ongestoord genieten van de uitzending.
Gebruik van de ruisonderdrukkingsfunctie
Er zijn twee instellingen voor de ruisonderdrukkingsfunctie beschikbaar bij ontvangst van AM-uitzendingen. Druk
op MPX om de gewenste instelling (1 of 2) voor de ruisonderdrukkingsfunctie te selecteren.
Rechtstreeks afstemmen op een zender
1 Druk op TUNER om de tuner te selecteren.
2 Gebruik indien nodig BAND om de radioband (FM of AM) te wijzigen.
3 Druk op D.ACCESS (Direct Access).
4 Voer de frequentie van de zender in met de cijfertoetsen.
Als u bijvoorbeeld wilt afstemmen op 106.00 (FM), drukt u op 1, 0, 6, 0, 0.
Als u tijdens het invoeren een fout maakt, drukt u tweemaal op D.ACCESS om de frequentie te annuleren en
begint u opnieuw.
Voorkeurzenders opslaan
Als u vaak naar een bepaalde zender luistert, is het handig als u de frequentie opslaat in het geheugen van de
receiver om de zender later gemakkelijk te kunnen oproepen. Zo hoeft u niet telkens handmatig af te stemmen op
de zender. Op deze receiver kunt u maximaal 63 zenders opslaan in het geheugen. Dit gebeurt in zeven geheu-
genklassen (A tot G) van elk 9 zenders.
1 Stem af op de gewenste zender.
Zie Luisteren naar de radio op bladzijde 60 voor verdere informatie.
2 Druk op TOOLS (TUNER EDIT).
Op het display verschijnt PRESET MEMORY en vervolgens een knipperende geheugenklasse.
3 Druk op CLASS om een van de zeven klassen te selecteren en druk vervolgens op PRESET
+/– om het gewenste voorkeurnummer te kiezen.
U kunt het voorkeurnummer ook kiezen met de cijfertoetsen.
4 Druk op ENTER.
Nadat u op ENTER hebt gedrukt, knipperen de klasse en het nummer van de voorkeurzender niet langer en wordt
de zender opgeslagen.
Luisteren naar voorkeurzenders
1 Druk op TUNER om de tuner te selecteren.
2 Druk op CLASS om de klasse te kiezen waarin de zender is opgeslagen.
Druk verschillende malen om door de klassen A tot G te lopen.
3 Druk op PRESET +/– om de gewenste voorkeurzender te selecteren.
! U kunt de voorkeurzender ook oproepen met de cijfertoetsen op de afstandsbediening.
Voorkeurzenders een naam geven
U kunt voorkeurzenders een naam geven om ze gemakkelijker te kunnen herkennen.
1 Kies de voorkeurzender die u een naam wilt geven.
Zie Luisteren naar voorkeurzenders op bladzijde 60 voor verdere aanwijzingen.
2 Druk op TOOLS (TUNER EDIT).
Op het display verschijnt PRESET NAME en vervolgens een knipperende cursor op de eerste tekenpositie.
3 Voer de gewenste naam in.
Selecteer een teken met i/j (of TUNE i/j op het voorpaneel), stel de positie in met k/l (of PRESET k/l
op het voorpaneel), en bevestig met ENTER.
 
61
Basisbediening voor afspelen
05
Opmerkingen
! Als u een zendernaam wilt wissen, herhaalt u stap 1 tot 3 en voert u in plaats van een naam acht spaties in.
! Zodra u een voorkeurzender een naam hebt gegeven, kunt u tijdens het luisteren naar een zender op DISP
drukken om afwisselend de naam en de frequentie weer te geven op het display.
Een inleiding tot RDS (voor Europa)
Radio Data System (RDS), is een systeem dat wordt gebruikt door FM-radiozenders om luisteraars van allerlei
informatie te voorzien, bijvoorbeeld de naam van de zender en het soort programma dat men aan het uitzenden
is.
Een functie van RDS is dat u kunt zoeken op programma’s van een bepaald type. Zo kunt u bijvoorbeeld zoeken
naar een station dat een programma van het type JAZZ uitzendt.
U kunt zoeken op de volgende programmatypes:
! Bovendien zijn er nog twee andere programmatypen, TEST en NONE. U kunt hier niet naar zoeken.
NEWS - Nieuws
AFFAIRS - Actualiteit
INFO - Algemene informatie
SPORT - Sport
EDUCATE - Educatief
DRAMA - Hoorspelen en dergelijke
CULTURE - Nationale of regionale cultuur, theater, enz.
SCIENCE - Wetenschap en technologie
VARIED - Meestal praatprogramma’s, zoals quizzen of inter-
views.
POP M - Popmuziek
ROCK M - Rockmuziek
EASY M - Easy listening
LIGHT M - ‘Lichte’ klassieke muziek
CLASSICS - ‘Serieuze’ klassieke muziek
OTHER M - Muziek die niet in de bovenstaane categorieën valt
WEATHER - Weersvoorspellingen
FINANCE - Beursberichten, zakelijk nieuws, handel, enz.
CHILDREN - Kinderprogramma’s
SOCIAL - Sociale aangelegenheden
RELIGION - Religieuze programma’s
PHONE IN - Praatprogramma’s met telefonische deelname van
luisteraars
TRAVEL - Reisinformatie
LEISURE - Vrijetijdsbesteding en hobby’s
JAZZ - Jazz
COUNTRY - Countrymuziek
NATION M - Populaire muziek in een andere taal dan het
Engels
OLDIES - Populaire muziek uit de jaren 50 en 60
FOLK M - Folkmuziek
DOCUMENT - Documentaires
Zoeken naar RDS-programma’s
Een van de nuttigste aspecten van RDS is de mogelijkheid om naar een bepaald soort radioprogramma te zoe-
ken. U kunt naar alle programmatypes zoeken die hierboven worden opgesomd.
1 Druk op TUNER om de FM-golfband te selecteren.
! RDS wordt alleen uitgezonden op de FM-band.
2 Druk op PTY.
PTY SEARCH verschijnt op het display.
3 Druk op PRESET +/– om het programmatype te selecteren dat u wilt horen.
4 Druk op ENTER om naar dit programmatype te zoeken.
Het systeem doorzoekt alle zenderfrequenties op uitzendingen van het gewenste type. Wanneer het er één vindt,
stopt het zoeken en speelt de desbetreffende zender gedurende vijf seconden.
5 Als u naar deze zender wilt blijven luisteren, moet u binnen deze vijf seconden op ENTER drukken.
Als u niet op ENTER drukt, zoekt het systeem verder.
Als NO PTY op het display verschijnt, betekent dit dat de tuner op dit moment geen programma van het gewenste
type heeft kunnen vinden.
! Het RDS doorzoekt alle zenderfrequenties. Als het programmatype niet kan worden gevonden in de zenderfre-
quenties, wordt NO PTY aangegeven.
RDS-informatie weergeven
Druk op de knop DISP om de verschillende beschikbare types RDS-gegevens weer te geven.
! Als er ruis optreedt terwijl de RT-tekst over het scherm loopt, kunnen sommige tekens onjuist worden
weergegeven.
! Wanneer de tekst NO RT DATA op het RT-display verschijnt, betekent dit dat er geen RT-gegevens worden
uitgezonden door de zender.
! Wanneer de tekst NO PS DATA op het PS-display verschijnt, betekent dit dat er geen PS-gegevens kunnen
worden ontvangen.
! Wanneer de tekst NO PTY DATA op het PTY-display verschijnt, betekent dit dat er geen PTY-gegevens kunnen
worden ontvangen.
% Druk op DISP voor RDS-gegevens.
Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt:
! Radiotekst (RT) – Door de radiozender uitgezonden boodschappen. Een radiozender die een praatshow uit-
zendt, zou bijvoorbeeld een telefoonnummer kunnen weergeven als RT.
! Programmaservicenaam (PS) – De naam van de radiozender.
! Programmatype (PTY) – Geeft het soort programma aan dat wordt uitgezonden.
! Huidige frequentie van de tuner.
Muziek afspelen via Bluetooth
Apparaat dat is voorzien
van Bluetooth draadloze
technologie:
mobiele telefoon
Apparaat dat is voorzien
van Bluetooth draadloze
technologie:
Digitale muziekspeler
Apparaat dat niet is
voorzien van Bluetooth
draadloze technologie.
Digitale muziekspeler
+
Bluetooth audiozender
(los verkrijgbaar)
Deze receiver
Gebruik van de
afstandsbediening
Muziekgegevens
Op dit toestel kunt u via een draadloze verbinding muziek afspelen die is opgeslagen op Bluetooth-apparaten
(mobiele telefoon, digitale muziekspeler, e.d.). U kunt ook met behulp van een Bluetooth-audiozender (los ver-
krijgbaar) muziek afspelen van apparaten zonder Bluetooth-functie. Raadpleeg de handleiding van het Bluetooth-
apparaat voor meer details.
Opmerkingen
! Het apparaat voorzien van Bluetooth draadloze technologie moet A2DP-profielen ondersteunen.
! Pioneer kan geen juiste verbinding en bediening garanderen van dit toestel met alle Bluetooth-apparatuur.
 
62
Basisbediening voor afspelen
05
Gebruik van de afstandsbediening
Met de afstandsbediening die bij dit apparaat wordt geleverd kunt u media starten en stoppen en ook nog andere
bedieningsfuncties regelen.
Opmerkingen
! Het Bluetooth-apparaat moet het AVRCP-profiel ondersteunen.
! Wij kunnen niet garanderen dat de afstandsbedieningsfuncties werken met alle apparaten die zijn voorzien van
Bluetooth draadloze technologie.
Het apparaat koppelen met dit toestel (eerste registratie)
Als u muziek van een Bluetooth-apparaat wilt afspelen, moet het apparaat eerst gekoppeld worden. Koppelen
is nodig wanneer u het Bluetooth-apparaat voor het eerst met dit toestel gebruikt of wanneer de gegevens
over de koppeling verwijderd zijn. Koppelen is een vereiste stap voor draadloze communicatie met een
Bluetooth-apparaat.
! U voert het koppelen uit wanneer u dit toestel en het Bluetooth-apparaat voor het eerst samen gebruikt.
! Draadloze Bluetooth-communicatie is alleen mogelijk als de koppeling zowel op dit toestel als het Bluetooth-
apparaat wordt gemaakt.
! Druk op BT ADPT en schakel over naar de ingang BT AUDIO, en voer de koppelprocedure uit op het Bluetooth-
apparaat. Als de koppeling correct kan worden gemaakt, hoeft u de onderstaande koppelprocedures voor het
toestel niet uit te voeren.
Raadpleeg de handleiding van het Bluetooth-apparaat voor meer details.
1 Druk op u STANDBY/ON en schakel het toestel in.
2 Druk op BT ADPT.
Het toestel schakelt over naar BT AUDIO en op het voorpaneel wordt WAITING DEVICE weergegeven.
3 Schakel het Bluetooth-apparaat in dat u wilt koppelen, en voer de koppelprocedure op het
apparaat uit.
De koppeling wordt gemaakt.
! Houd het Bluetooth-apparaat dicht bij het toestel.
! Raadpleeg de handleiding van het Bluetooth-apparaat voor details over wanneer de koppeling kan worden
gemaakt en hoe u dat doet.
! Als een pincode wordt gevraagd, voert u 0000 in. (Dit toestel accepteert uitsluitend de pincode 0000.)
4 Controleer op het Bluetooth-apparaat of de koppeling is voltooid.
Als de koppeling met het Bluetooth-apparaat is voltooid, wordt CONNECTED weergegeven op het voorpaneel van
dit toestel.
Op dit toestel muziek afspelen van een Bluetooth-apparaat
1 Druk op BT ADPT.
Het toestel schakelt over naar de ingang BT AUDIO.
2 Er wordt een Bluetooth-verbinding gemaakt tussen het Bluetooth-apparaat en dit toestel.
De procedure voor verbinding met dit toestel moet op het Bluetooth-apparaat worden uitgevoerd.
! Raadpleeg de handleiding van het Bluetooth-apparaat voor details over het maken van de verbinding.
! Het toestel wordt automatisch verbonden met het Bluetooth-apparaat waarmee het de laatste keer verbonden
was. Als u verbinding wilt maken met een ander Bluetooth-apparaat, moet u de automatisch gemaakte ver-
binding verbreken en verbinding maken met een ander apparaat.
3 Speel muziek af op het Bluetooth-apparaat.
De knoppen op de afstandsbediening van deze receiver kunnen worden gebruikt voor de basisbediening voor het
afspelen van bestanden op apparaten voorzien van Bluetooth draadloze technologie.
! Afhankelijk van het apparaat voorzien van Bluetooth draadloze technologie dat u gebruikt, kunnen de functies
verschillen van hetgeen er op de knoppen van de afstandsbediening wordt aangegeven.
4 Bij het luisteren naar een bron zet u de afstandsbediening in de receiver-bedieningsstand
en drukt dan herhaaldelijk op ADV om SOUND RETRIEVER AIR te selecteren.
Waarschuwing radiogolven
Dit toestel gebruikt de 2,4GHz-frequentieband. Deze frequentieband wordt ook door andere draadloze systemen
gebruikt (zie onderstaande lijst). Om ruis en verbreking van de verbinding te voorkomen, gebruikt u het toestel
best niet in de buurt van andere apparaten, of controleer of die apparaten zijn uitgeschakeld voor gebruik.
! Draadloze telefoons
! Draadloze faxmachines
! Magnetrons
! Draadloze LAN-apparaten (IEEE802.11b/g)
! Draadloze AV-apparatuur
! Draadloze regelaars voor spelsystemen
! Gezondheidsapparaten op basis van microgolven
! Bepaalde babyphones
Andere, minder bekende apparatuur die op dezelfde frequentie werkzaam kan zijn:
! Antidiefstalsystemen
! Amateurradiostations (HAM)
! Logistieke beheersystemen in magazijnen
! Discriminatiesystemen voor trein- of noodhulpvoertuigen
 
63
Basisbediening voor afspelen
05
Opmerkingen
! Als het televisiebeeld wordt gestoord, wordt dat mogelijk veroorzaakt door interferentie van een Bluetooth-
apparaat (inclusief apparaten die door dit toestel worden ondersteund) met de antenne-ingang van de televi-
sie, video, satelliettuner, e.d. Vergroot in dat geval de afstand tussen de aansluiting van de antenne-ingang en
het Bluetooth-apparaat of dit toestel (inclusief apparaten die door dit toestel worden ondersteund).
! Als er obstakels zijn tussen dit toestel (inclusief apparaten die door dit toestel worden ondersteund) en het
Bluetooth-apparaat (bijvoorbeeld een metalen deur, een betonnen muur, of isolatiemateriaal met aluminiumfo-
lie), moet u het systeem wellicht op een andere locatie plaatsen om ruis en onderbrekingen te voorkomen.
Omvang van de werking
Dit toestel is uitsluitend bestemd voor thuisgebruik. (De communicatieafstand kan kleiner zijn afhankelijk van de
gebruiksomgeving.)
In de volgende locaties kan het geluid worden onderbroken of gestopt als gevolg van slechte omstandigheden of
het niet kunnen ontvangen van radiogolven:
! In gebouwen van gewapend beton of met een stalen of ijzeren frame.
! In de buurt van metalen meubilair.
! In een menigte mensen of in de buurt van een gebouw of een obstakel.
! Op plaatsen waar een magnetisch veld of statische elektriciteit heerst of waar radiocommunicatie wordt
gestoord door andere apparatuur die dezelfde frequentieband (2,4 GHz) als dit toestel gebruikt, bijvoorbeeld
een 2,4 GHz draadloos LAN-apparaat (IEEE802.11b/g) of een magnetron.
! Wanneer u in een dichtbevolkt woongebied woont (appartement, rijtjeshuis enz.) en de magnetron van uw
buren in de buurt van uw systeem is geplaatst, kunt u last hebben van radiogolfinterferentie. Wanneer dit
gebeurt, verplaatst u het apparaat naar een andere plek. Wanneer de magnetron niet wordt gebruikt, is er geen
radiogolfinterferentie.
Weerkaatsingen van radiogolven
De radiogolven die dit toestel ontvangt, kunnen direct van het Bluetooth-apparaat komen (directe golven) of
uit verschillende richtingen komen na reflectie door muren, meubels en gebouwen (gereflecteerde golven).
Gereflecteerde golven veroorzaken op hun beurt nog meer reflecties (door voorwerpen en andere reflecties) en
kunnen voor een slechtere ontvangst zorgen afhankelijk van de locatie. Als de audio-ontvangst door deze ver-
schijnselen niet bevredigend is, probeer dan het Bluetooth-apparaat een beetje te verplaatsen. Audio kan ook
worden verstoord door reflecties wanneer iemand tussen of in de buurt van dit toestel en het Bluetooth-apparaat
staat of loopt.
Voorzorgsmaatregelen bij verbinding met andere ondersteunde producten
! Voltooi altijd eerst de aansluitingen op de ondersteunde apparaten (inclusief hun audiokabels en stroomka-
bels) voordat u ze op dit toestel aansluit.
! Controleer na aansluiting op dit toestel of de audiokabels en de stroomkabels niet door elkaar liggen.
! Controleer voordat u aansluitingen losmaakt of u voldoende ruimte hebt om te werken.
! Wanneer u de aansluiting wijzigt van de audiosnoeren of andere snoeren voor producten die door dit apparaat
worden ondersteund, moet u controleren of er voldoende werkruimte rondom het apparaat is.
 
64
 
Genieten van diverse typen weergave met de luisterfuncties ..................................................65
Voorgedefinieerde MCACC-instellingen selecteren ................................................................... 67
Het ingangssignaal kiezen ............................................................................................................67
Beter geluid met fasecontrole ...................................................................................................... 67
Beter geluid met fasecontrole en breedband-fasecontrole .......................................................68
Luisteren naar het systeem
65
Luisteren naar het systeem
06
Genieten van diverse typen weergave met de luisterfuncties
Met deze receiver kunt u elke bron beluisteren in surround-geluid. De beschikbare opties hangen echter af van de
luidsprekeropstelling en het type bron dat u beluistert.
Om met surroundgeluid weer te geven, raadpleegt u “Standaard-surround-geluid” of “De geavanceerde sur-
round-effecten gebruiken” hieronder en selecteert dan de gewenste functie.
Om met de optimale functie voor het ingangssignaal weer te geven, raadpleegt u “Automatisch afspelen” of
Directe stroom gebruiken”. (Het geluid wordt in stereo weergegeven wanneer 2-kanaals signalen binnenkomen
en in surround wanneer meerkanaals signalen binnenkomen.)
Belangrijk
! De luisterfuncties en veel andere functies die worden beschreven in dit gedeelte zijn mogelijk niet beschikbaar.
Dit is afhankelijk van de huidige bron, de instellingen en de status van de receiver.
Automatisch afspelen
Er zijn vele manieren om naar bronnen te luisteren met deze receiver, maar de eenvoudigste, meest directe
manier is de automatische surroundfunctie. Het type bron dat u afspeelt wordt automatisch herkend en op basis
hiervan wordt stereoweergave of weergave via meerdere kanalen geselecteerd.
% Druk tijdens het luisteren naar een bron op AUTO (AUTO SURR/ALC/STREAM DIRECT) om
een bron automatisch af te spelen.
AUTO SURROUND verschijnt kortstondig op het display, waarna de decoderings- of weergave-indeling wordt
getoond. Aan de hand van de indicators van de digitale indeling op het display op het voorpaneel kunt u zien hoe
de bron wordt verwerkt.
! Als de bron gecodeerd is met Dolby Digital, DTS of Dolby Surround, wordt automatisch de juiste decoderings-
indeling gekozen en getoond op het display.
! Wanneer u luistert naar weergave van de BT AUDIO-ingang, wordt de SOUND RETRIEVER AIR-functie auto-
matisch geselecteerd.
ALC – In de automatische niveauregelingsstand (ALC) corrigeert deze receiver het geluidsniveau van de
weergave.
Ook worden de lage en hoge tonen, dialogen, surroundeffecten enz. die moeilijk te horen kunnen zijn bij een laag
volume geoptimaliseerd voor het ingestelde volume. Deze stand is bij uitstek geschikt wanneer u ’s avonds laat
wilt luisteren.
OPTIMUM SURR – In de stand Optimale surround optimaliseert de receiver automatisch de geluidsbalans in elke
scène overeenkomstig het feitelijk ingestelde volume. De geluidsbalansfunctie regelt de drie voornaamste thea-
tergeluidselementen, te weten dialoog, bas en surround, met het oorspronkelijke algoritme.
Opmerkingen
! Wanneer u een ALC selecteert, kunt u het effectniveau aanpassen met de parameter EFFECT in De audio-op-
ties instellen op bladzijde 80 .
! Als Dolby Atmos-inhoud wordt afgespeeld, kunnen ALC en OPTIMUM SURR niet geselecteerd worden.
Standaard-surround-geluid
De volgende functies leveren standaard-surroundgeluid voor stereobronnen en bronnen met meerdere kanalen.
% Druk tijdens het luisteren naar een bron op SURR (STANDARD SURROUND).
Druk indien nodig meerdere keren om een luisterfunctie te selecteren.
! Als de bron gecodeerd is met Dolby Digital, DTS of Dolby Surround, wordt automatisch de juiste decoderings-
indeling gekozen en getoond op het display.
! WIDE SURROUND MOVIE en WIDE SURROUND MUSIC kunnen niet geselecteerd worden als er geen
voor-breedluidspreker is aangesloten.
Bij bronnen met twee kanalen hebt u de keuze uit:
! Dolby Surround – Dolby surround vervangt huidige op kanalen gebaseerde technologieën voor upmixing
zoals Dolby Pro Logic II, Pro Logic IIx en Pro Logic IIz, en levert door upmixing een driedimensionale
luisterervaring.
! WIDE SURROUND MOVIE – Geeft tot 7.1-kanaalsgeluid (breed-voor), vooral geschikt voor filmbronnen
! WIDE SURROUND MUSIC – Geeft tot 7.1-kanaalsgeluid (breed-voor), vooral geschikt voor muziekbronnen
! Neo:X CINEMA – Geeft tot 9.1-kanaals geluid (surround-achter en hoog-voor of surround-achter en breed-
voor), vooral geschikt voor filmbronnen
! Neo:X MUSIC – Geeft tot 9.1-kanaals geluid (surround-achter en hoog-voor of surround-achter en breed-voor),
vooral geschikt voor muziekbronnen
! Neo:X GAME – Geeft tot 9.1-kanaals geluid (surround-achter en hoog-voor of surround-achter en breed-voor),
vooral geschikt voor videospelletjes
! STEREO – De audio wordt met uw geluidsinstellingen weergegeven en u kunt nog steeds de audio-opties
gebruiken.
Bij bronnen met meerdere kanalen, als u surround-achterluidsprekers, hoog-voorluidsprekers of breed-voorluidspre-
kers hebt aangesloten, hebt u de keuze uit (overeenkomstig de indeling):
! DTS-ES Matrix of DTS-ES Discrete – Hiermee kunt u DTS-ES gecodeerde bronnen beluisteren via 6.1 kanalen
! Neo:X CINEMA – Zie hierboven
! Neo:X MUSIC – Zie hierboven
! Neo:X GAME – Zie hierboven
! WIDE SURROUND MOVIE – Zie hierboven
! WIDE SURROUND MUSIC – Zie hierboven
! STEREO – Zie hierboven
! Rechtstreeks decoderen – Weergeven zonder de bovenstaande effecten.
Opmerkingen
! Wanneer u luistert naar bronnen met 2 kanalen in de Neo:X Cinema, Neo:X Music of Neo:X Game-modus, kunt
u het C.GAIN effect ook aanpassen (zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 ).
! Wanneer u via een hoofdtelefoon luistert, kunt u alleen de STEREO-stand selecteren.
! Als Dolby Atmos-inhoud wordt afgespeeld, kunnen alleen STEREO of rechtstreekse decodering geselecteerd
worden.
! Als Dolby Surround is geselecteerd, kan C.SPREAD aangepast worden (bladzijde 80 ).
! Als Dolby Surround is geselecteerd, wordt er geen audio uitgevoerd via de voor-breedluidspreker en de sur-
round-achterluidspreker als die als enige is aangesloten (ingesteld).
 
66
Luisteren naar het systeem
06
De geavanceerde surround-effecten gebruiken
Met de geavanceerde surround-effecten kunnen diverse extra surround-geluidseffecten worden verkregen. De
meeste geavanceerde surround-functies zijn bedoeld voor het beluisteren van filmgeluid, maar sommige zijn
ook geschikt voor muziekbronnen. Probeer verschillende instellingen uit met diverse geluidsopnamen om te zien
welke instelling u het meest bevalt.
% Druk verschillende malen op ADV (ADVANCED SURROUND) om een luisterfunctie te
selecteren.
! ACTION – Deze functie is speciaal bedoeld voor actiefilms met dynamisch geluid
! DRAMA – Deze functie is speciaal bedoeld voor films met veel gesproken tekst
! ADVANCED GAME – Geschikt voor videospelletjes
! SPORTS – Geschikt voor sportprogramma’s
! CLASSICAL – Geeft geluid zoals in een grote concertzaal
! ROCK/POP – Creëert het geluid van een ‘live’ concert van rock- en/of popmuziek
! EXT.STEREO – Geeft meerkanaals geluid bij een stereobron, met gebruik van alle luidsprekers
! F.S.SURROUND – Gebruik deze functie voor een rijk surroundeffect gericht op het midden waar de geluidspro-
jectie van de linker en de rechter voorluidspreker samenvalt.
Linkervoor-
luidspreker
Rechtervoor-
luidspreker
! SOUND RETRIEVER AIR – Geschikt voor het luisteren naar het geluid van een apparaat voorzien van Bluetooth
draadloze technologie. De luisterfunctie SOUND RETRIEVER AIR kan alleen geselecteerd worden bij een
BT AUDIO ingangssignaal.
! PHONES SURR – Geeft een volwaardig surround-geluid wanneer u met een koptelefoon luistert.
! ECO MODE 1 – Selecteer dit om bijvoorbeeld muziek die een hoog audioniveau heeft af te spelen met een
lager stroomverbruik dan normaal.
! ECO MODE 2 – Selecteer dit om films enz. met veel scènes met een laag of hoog volume (grote dynamiek)
af te spelen met een lager stroomverbruik dan normaal. Deze modus biedt meer stroombesparing dan
ECO MODE 1.
Opmerkingen
! Met de functie Geavanceerde voorpodium-surround (F.S.SURROUND) kunt u natuurlijke surroundeffecten
creëren met gebruik van enkel de voorluidsprekers en de subwoofer.
! Wanneer ECO MODE 1 of ECO MODE 2 is geselecteerd, licht het display op het voorpaneel met de laagste
helderheid op.
! Aangezien ECO MODE 1 en ECO MODE 2 het stroomverbruik verminderen, worden de luidsprekers omge-
schakeld overeenkomstig het aantal ingangskanalen. Als gevolg hiervan kunt u een luidspreker-omschakel-
geluid (klikgeluid) horen wanneer het aantal ingangskanalen wordt omgeschakeld. Wanneer dit u hindert,
schakelt u over naar een andere luisterfunctie.
! Bij gebruik van een hoofdtelefoon kunnen SOUND RETRIEVER AIR (alleen met de BT AUDIO-ingang),
PHONES SURR, ECO MODE 1 en ECO MODE 2 worden geselecteerd.
! Als Dolby Atmos-inhoud wordt afgespeeld, kan Geavanceerde surround niet geselecteerd worden.
Directe stroom gebruiken
Gebruik de Directe stroom-functies wanneer u de meest waarheidsgetrouwe reproductie van een bron wilt beluis-
teren. Alle onnodige signaalverwerking wordt overgeslagen en u hoort de pure analoge of digitale geluidsbron.
De verwerking verschilt afhankelijk van het ingangssignaal en of er wel of geen surround-achterluidsprekers zijn
aangesloten. Zie Automatische surround, ALC en Directe stroom met verschillende ingangssignaalindelingen op
bladzijde 131 voor verdere informatie.
% Druk tijdens het luisteren naar een bron op AUTO (AUTO SURR/ALC/STREAM DIRECT) om
de gewenste functie te selecteren.
Aan de hand van de indicators van de digitale indeling op het display op het voorpaneel kunt u zien hoe de bron
wordt verwerkt.
! AUTO SURROUND – Zie Automatisch afspelen op bladzijde 65 .
! ALC – Luisteren met automatische niveauregeling (bladzijde 65 ).
Wanneer u een ALC selecteert, kunt u het effectniveau aanpassen met de parameter EFFECT in De audio-op-
ties instellen op bladzijde 80 .
! DIRECT – Het geluid van de bron wordt met de minste modificatie, met uitzondering van PURE DIRECT, weer-
gegeven. Bij DIRECT zijn de enige modificaties die aan de PURE DIRECT weergave worden toegevoegd de
kalibratie van het geluidsveld door het MCACC-systeem en het fasecontrole-effect.
! PURE DIRECT – Het geluid wordt ongewijzigd weergegeven met slechts minimale digitale signaalverwerking.
! OPTIMUM SURR – Luisteren met automatische niveauregeling (bladzijde 65 ).
Opmerkingen
! Wanneer u via een hoofdtelefoon luistert, kunt u alleen de ALC, OPTIMUM SURR of PURE DIRECT-stand
selecteren.
! Als Dolby Atmos-inhoud wordt afgespeeld, kunnen ALC en OPTIMUM SURR niet geselecteerd worden.
Informatie over Dolby Atmos
Deze AV-receiver ondersteunt het meest recente Dolby Atmos-surroundsysteem. Dolby Atmos is een nieuwe
technologie om een surround-geluidsveld te creëren met behulp van realtime audioberekening en metadata (over
positie en tijd) in het audiosignaal, en dit onafhankelijk van de luidsprekerlay-out en het aantal luidsprekers.
U kunt van Dolby Atmos genieten als de inhoud compatibel is met Dolby Atmos. Dolby Atmos-inhoud op Dolby
Atmos-compatibele Blu-ray discs kan op de meeste conventionele Blu-ray disc-spelers worden afgespeeld door
de Dolby Atmos-bitstream naar de AVR te sturen.
Zie bladzijde 135 voor meer informatie over Dolby Atmos.
Opmerking
Wanneer Dolby Atmos-inhoud wordt afgespeeld, licht de indicator van de programma-indeling niet op (bladzijde 15 ).
 
67
Luisteren naar het systeem
06
Voorgedefinieerde MCACC-instellingen selecteren
! Standaardinstelling: MEMORY 1
Als u het systeem hebt gekalibreerd voor verschillende luisterposities, kunt u schakelen tussen de instellingen
voor optimale weergave van de bron die u beluistert en de luisterpositie (bijvoorbeeld als u naar een film kijkt
vanaf de bank of een videospelletje speelt vlak voor de TV).
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op AUDIO P..
2 Selecteer ‘MCACC’ met i/j.
3 Gebruik k/l om de instelling te selecteren.
Druk enkele malen op de knop om een van de zes voorgedefinieerde MCACC-instellingen te selecteren. Zie Data
Management op bladzijde 103 om de huidige instellingen te controleren en te beheren.
! Deze instellingen hebben geen effect wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten.
! U kunt ook op k/l drukken voor het selecteren van de voorgedefinieerde MCACC-instelling.
Het ingangssignaal kiezen
Op deze receiver is het mogelijk om de ingangssignalen voor de verschillende ingangen om te schakelen zoals
hieronder is beschreven.
! Deze receiver kan alleen de digitale signaalindelingen Dolby Digital, PCM (32 kHz tot 192 kHz) en DTS (inclu-
sief DTS 96/24) weergeven. De compatibele signalen via de HDMI-aansluitingen zijn: Dolby Digital, DTS, PCM
(32 kHz tot 192 kHz), Dolby TrueHD, Dolby Digital Plus, DTS-EXPRESS, DTS-HD Master Audio en SACD.
! Het is mogelijk dat u digitaal geluid te horen krijgt wanneer een LD-, CD-, DVD- of BD-speler die compatibel is
met DTS een analoog signaal weergeeft. Om ruis te voorkomen moet u de juiste digitale aansluitingen maken
(bladzijde 33 ) en het ingangssignaal instellen op DIGITAL.
! Sommige DVD-spelers geven geen DTS-signalen weer. Zie de gebruiksaanwijzing bij de DVD-speler voor meer
informatie.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op AUDIO P..
2 Selecteer ‘SIGSEL’ met i/j.
3 Selecteer met k/l het ingangssignaal van het bronapparaat.
Bij elke druk op de knop verandert de optie als volgt:
! AUTO – De receiver selecteert het eerst beschikbare signaal in deze volgorde: HDMI; DIGITAL; ANALOG.
! ANALOG – Er wordt een analoog signaal geselecteerd.
! DIGITAL – Er wordt een optisch of coaxiaal digitaal ingangssignaal geselecteerd. Op het voorpaneel wordt
DIGITL’ weergegeven.
! HDMI – Er wordt een HDMI-signaal geselecteerd.
Wanneer de parameter voor de HDMI audio-uitgang op THROUGH is ingesteld, wordt het geluid via uw
TV en niet vanaf deze receiver weergegeven.
Wanneer ingesteld op DIGITAL, HDMI of AUTO (alleen DIGITAL of HDMI geselecteerd), branden de indicators
overeenkomstig het signaal dat gedecodeerd wordt (zie Display op bladzijde 15 ).
Beter geluid met fasecontrole
De fasecontrolefunctie van de receiver maakt gebruik van fasecorrectiemetingen om ervoor te zorgen dat het
geluid de luisterpositie op het juiste moment bereikt en voorkomt dat het geluid wordt vervormd of verkleurd.
De fasecontroletechnologie zorgt voor coherente geluidsreproductie dankzij het samenvallen van de fasen voor
een optimaal geluidsbeeld. Deze functie is standaard ingeschakeld en u wordt aangeraden de functie ingescha-
keld te laten voor alle geluidsbronnen.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op AUDIO P..
2 Selecteer ‘PHASE’ met i/j.
3 Schakel fasecorrectie in met k/l.
De indicator PHASE CONTROL op het voorpaneel gaat branden.
Opmerkingen
! Het samenvallen van de fasen is een zeer belangrijke factor voor een correcte geluidsreproductie. Als twee
golfvormen ‘in fase’ zijn vallen de toppen en dalen samen, met als gevolg een grotere amplitude, helderheid en
aanwezigheid van het geluidssignaal. Als de top van een golf samenvalt met een dal is het geluit ‘uit fase’ en
wordt er een onbetrouwbaar geluidsbeeld geproduceerd.
! Voor schijven die een andere standaard dan fasecontrole gebruiken, wordt het LFE-kanaal al bij de opname ver-
traagd. De fasecontrole plus-functie corrigeert voor het verschuiven van de fase op zulke schijven. Voor aanwij-
zingen betreffende het instellen van de fasecontrole plus, wordt u verwezen naar De audio-opties instellen op
bladzijde 80 .
! Als uw subwoofer een fasecontroleschakelaar heeft, moet u deze op het plus (+) teken (of 0°) zetten. Het effect
dat u werkelijk verkrijgt wanneer PHASE CONTROL op deze receiver op ON staat, hangt af van het type sub-
woofer dat u hebt. Stel de subwoofer zo in dat een maximaal effect wordt verkregen. Wij raden u ook aan een
weinig te experimenteren met de richting en de plaats van de subwoofer.
! Zet de ingebouwde laagdoorlaatfilterschakelaar van de subwoofer op uit. Als dit niet mogelijk is op de sub-
woofer, moet u de afsnijfrequentie op een hogere waarde instellen.
! Als de luidsprekerafstand niet juist is ingesteld, is het mogelijk dat geen maximaal PHASE CONTROL effect
wordt verkregen.
! In de volgende gevallen kan de PHASE CONTROL functie niet op ON worden gezet:
Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten.
Wanneer de PURE DIRECT functie is ingeschakeld.
Wanneer de parameter voor de HDMI audio-uitgang op THROUGH is ingesteld in De audio-opties instellen
op bladzijde 80 .
 
68
Luisteren naar het systeem
06
Beter geluid met fasecontrole en breedband-fasecontrole
Deze receiver is uitgerust met twee typen functies voor het corrigeren van de fasevervorming en groepvertraging:
fasecontrole en breedband-fasecontrole. Wij raden u ten zeerste aan de breedband-fasecontrole te activeren
omdat hiermee ook de effecten van fasecontrole worden verkregen.
De breedband-fasecontrole kalibreert de frequentiefase-karakteristieken van de aangesloten luidsprekers.
Standaardluidsprekers die uitsluitend voor audio zijn ontworpen produceren over het algemeen geluid waarbij de
gesplitste frequentiebanden worden uitgevoerd via een luidsprekersysteem dat bestaat uit meerdere luidspreker-
eenheden (bij bijvoorbeeld een typisch drieweg-luidsprekersysteem zijn er een tweeter, een squaker (midrange)
en een woofer voor het weergeven van respectievelijk de hoge, midden en lage frequenties). Hoewel deze luid-
sprekers zijn ontworpen om een recht verloop van de frequentie-amplituden over een breed bereik te verkrijgen,
zijn er gevallen waarbij de groepvertraging-karakteristieken niet voldoende vlak zijn. Deze fasevervorming van de
luidsprekers resulteert in groepvertraging (de lagefrequentiegeluiden zijn vertraagd ten opzichte van de hogefre-
quentiegeluiden) tijdens weergave van het audiosignaal.
Deze receiver analyseert de frequentiefase-karakteristieken van de luidsprekers via meting van de testsignaaluit-
voer van de luidsprekers met behulp van de bijgeleverde microfoon, waardoor een recht verloop van de geanaly-
seerde frequentiefase-karakteristieken tijdens weergave van het audiosignaal wordt verkregen - dezelfde correctie
wordt toegepast voor een paar linker en rechter luidsprekers. De correctie minimaliseert de groepvertraging
tussen de bereiken van een luidspreker en verbetert de frequentiefase-karakteristieken over alle bereiken.
Bovendien zorgen de verbeterde frequentiefase-karakteristieken tussen de kanalen voor een betere surroundge-
luid-integratie voor meerkanaals weergave.
! Bij verzending uit de fabriek staat de faseregeling aan. Als u Full Auto MCACC (bladzijde 49 ) of
Full Band Phase Ctrl van Auto MCACC (bladzijde 98 ) uitvoert, wordt de functie voor breedband-fasecon-
trole automatisch ingeschakeld na de meting. Als breedband-fasecontrole wordt ingeschakeld, wordt de
fasecontrole ook ingeschakeld. Daarom raden we aan deze functie gewoonlijk te gebruiken met breedband-fa-
secontrole ingeschakeld.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op AUDIO P..
2 Selecteer ‘PHASE’ met i/j.
3 Gebruik k/l om ‘FULLBND’ te selecteren.
Zowel de fasecontrole als de breedband-fasecontrole zijn ingeschakeld. De indicator FULL BAND en op het
voorpaneel gaat branden.
Opmerkingen
! De oorspronkelijke karakteristieken van de groepvertraging van de gekalibreerde luidsprekers en de beoogde
karakteristieken na de correctie kunnen grafisch in het schermdisplay worden weergegeven (zie De MCACC-
gegevens controleren op bladzijde 102 ). Wanneer de meetgegevens met behulp van de CD-ROM naar de
computer worden overgebracht, kunt u de oorspronkelijke karakteristieken van de groepvertraging van de
gekalibreerde luidsprekers en de gecorrigeerde karakteristieken van de groepvertraging driedimensionaal op
uw PC weergeven. Voor nadere bijzonderheden kunt u de handleiding raadplegen van de MCACC PRO PC
Display Application Software die op de CD-ROM staat.
! Afhankelijk van het ingangssignaal en de luisterfunctie is het mogelijk dat de Full Band Phase Ctrl functie niet
op ON kan worden gezet.
! In de volgende gevallen kan de Full Band Phase Ctrl functie niet op ON worden gezet:
Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten.
Wanneer de PURE DIRECT functie is ingeschakeld.
Wanneer de parameter voor de HDMI audio-uitgang op THROUGH is ingesteld in De audio-opties instellen
op bladzijde 80 .
! De functie voor breedband-fasecontrole werkt niet voor Dolby-luidsprekers omdat dat luidsprekers voor volle-
dig bereik zijn.
 
69
 
Inleiding ..........................................................................................................................................70
Afspelen met de netwerkfuncties ................................................................................................71
Meer over netwerkweergave .......................................................................................................73
Meer over de afspeelbare bestandsformaten.............................................................................74
Afspelen met de NETWERK-voorzieningen
70
Afspelen met de NETWERK-voorzieningen
07
Inleiding
De receiver is uitgerust met een LAN-aansluiting. U hebt de beschikking over de volgende functies wanneer u
apparatuur met deze aansluitingen verbindt.
Luisteren naar internet-radiozenders
U kunt uw favoriete internet-radiozenders kiezen en beluisteren uit de lijst met internet-radiozenders die opge-
steld, bewerkt en beheerd wordt door de vTuner databaseservice, speciaal opgezet voor gebruik met Pioneer
producten.
dZie Afspelen met de netwerkfuncties op bladzijde 71 en Luisteren naar internet-radiozenders op bladzijde 71 .
Muziekbestanden afspelen die op een PC zijn opgeslagen
Met dit apparaat kunt u diverse muziekbestanden afspelen die op een PC zijn opgeslagen.
! Naast muziekbestanden op een PC kunt u ook muziekbestanden afspelen die op andere apparaten zijn opge-
slagen door gebruik te maken van de ingebouwde mediaserverfunctie gebaseerd op de DLNA 1.0 of DLNA 1.5
structuur en protocols (bijv. netwerk-geschikte harde schijven en audio-installaties).
dZie Afspelen met de netwerkfuncties op bladzijde 71 en Audiobestanden afspelen die op apparaten in het
netwerk zijn opgeslagen op bladzijde 73 .
Naar Spotify-audiostreaming luisteren
dZie Meer over het afspelen van Spotify-audiostreaming op bladzijde 72 .
Opmerkingen
! Om naar internet-radiozenders te kunnen luisteren, moet u vooraf een contract afsluiten met een ISP (Internet
Service Provider).
! Foto- of videobestanden kunnen niet worden afgespeeld.
! Met Windows Media Player 11 of Windows Media Player 12 kunnen DRM-beveiligde audiobestanden niet op
deze receiver worden afgespeeld.
Over DLNA-netwerkapparatuur waarvan kan worden weergegeven
Met dit apparaat kunt u muziek afspelen op mediaservers die op dezelfde LAN (Local Area Network) als de
receiver zijn aangesloten. Dit apparaat biedt de mogelijkheid bestanden af te spelen die zijn opgeslagen op de
volgende apparatuur:
! PC’s die onder Microsoft Windows 7 of Windows 8 draaien met Windows Media Player 12 geïnstalleerd
! DLNA-compatibele digitale mediaservers (op PC’s of andere apparaten)
Bestanden opgeslagen op een PC of DMS (Digitale Media Server) zoals hierboven beschreven kunnen alleen
worden afgespeeld via een opdracht vanaf een externe Digitale Media Controller (DMC). Apparaten bestuurd door
deze DMC voor het afspelen van bestanden worden DMR’s (Digitale Media Renderers) genoemd. Deze receiver
ondersteunt deze DMR-functie. In de DMR-stand kunnen bedieningsfuncties zoals afspelen en stoppen van
bestanden vanaf de externe bedieningseenheid worden uitgevoerd. Instellen van het volume en regeling van de
dempingsfunctie zijn ook mogelijk. De DMR-functie komt te vervallen als de afstandsbediening in de DMR-stand
wordt bediend (met uitzondering van bepaalde knoppen, waaronder VOLUME +/, MUTE en DISP).
! Afhankelijk van de externe controller die wordt gebruikt, kan deweergave onderbroken worden wanneer het
volume vanaf de controller wordt ingesteld. In dit geval moet u het volume vanaf de receiver of met de afstands-
bediening instellen.
Gebruiken van AirPlay op iPod touch, iPhone, iPad en iTunes
AirPlay werkt met iPhone, iPad en iPod touch met iOS 4.3.3 of hoger, Mac met OS X Mountain Lion of hoger, en
pc met iTunes 10.2.2 of hoger.
Om AirPlay te kunnen gebruiken, moet u uw receiver selecteren op uw iPod touch, iPhone, iPad of in iTunes. *1
De receiver zal automatisch overschakelen naar AirPlay als signaalbron wanneer AirPlay wordt gebruikt. *2
De volgende handelingen kunnen worden uitgevoerd in de AirPlay-stand:
! Instellen van het volume van de receiver via iPod touch, iPhone, iPad of iTunes.
! Pauzeren/hervatten, volgende/vorige muziekstuk en willekeurige weergave (shuffle)/herhalen via de afstands-
bediening van de receiver. *3
! Tonen van de informatie over het spelende muziekstuk op het display van de receiver, inclusief artiest, songtitel
en albumtitel.
*1: Zie de Apple website (http://www.apple.com) voor meer informatie.
*2: De receiver gaat automatisch aan wanneer Network Standby bij Network Setup is ingesteld op ON.
*3: Als bediening niet mogelijk is, drukt u op NET en voert dan de bediening opnieuw uit.
Opmerkingen
! Een netwerkomgeving is vereist om AirPlay te kunnen gebruiken.
! De naam van de receiver zoals deze verschijnt in de AirPlay-interface op de iPod touch, iPhone, iPad en in
iTunes kan worden veranderd via Friendly Name onder Network Setup.
! De AirPlay applicatie op deze receiver is ontwikkeld en getest op basis van de softwareversies voor de iPod,
iPhone, iPod en iTunes zoals aangegeven op de Pioneer website. Het is mogelijk dat AirPlay niet compatibel is
met andere iPod, iPhone, iPad of iTunes softwareversies dan die staan aangegeven op de Pioneer website.
http://pioneer.jp/homeav/support/ios/eu/ (voor Europa)
http://pioneer.jp/homeav/support/ios/ao/ (voor Australië en Nieuw-Zeeland)
Over de DHCP-serverfunctie
Om audiobestanden af te spelen die op apparaten in een netwerk zijn opgeslagen of om naar internet-radiozen-
ders te luisteren, moet u de DHCP-serverfunctie van de router inschakelen. Als de router niet is uitgerust met een
ingebouwde DHCP-serverfunctie moet u de netwerkinstellingen handmatig maken. Anders kunt u geen audiobe-
standen afspelen die op apparaten in het netwerk zijn opgeslagen en kunt u ook niet naar internet-radiozenders
luisteren. Zie Menu voor netwerkinstelling op bladzijde 109 voor verdere informatie.
De receiver autoriseren
Deze receiver moet geautoriseerd worden om afspelen mogelijk te maken. Dit gebeurt automatisch wanneer de
receiver via het netwerk een verbinding maakt met de PC. Als dit niet het geval is, moet u de receiver handmatig
op de PC autoriseren. De autorisatiemethode (of de toestemming) voor toegang varieert afhankelijk van het type
server waarmee verbinding wordt gemaakt. Raadpleeg de handleiding van de server voor verdere informatie over
het autoriseren van de receiver.
 
71
Afspelen met de NETWERK-voorzieningen
07
Over HTC Connect
Deze receiver is uitgerust met “HTC Connect” waarmee u op eenvoudige wijze van muziekcontent kunt genieten
van uw HTC Connect-gecertificeerde smartphone.
1 De HTC Connect muziekstreaming van dit product is ontwikkeld op basis van de samenwerkingstests gedefini-
eerd door het HTC Connect certificatieprogramma met de HTC Connect-compatibele smartphones.
2 Muzieknavigatie via de muziekvoortgangsbalk wordt op het moment niet ondersteund met HTC Connect.
3 Muziekapplicaties van derden (behalve de vooraf geïnstalleerde “Music” app van HTC) zijn niet getest op com-
patibiliteit en zullen mogelijk niet werken. HTC Connect is getest met de codeerformaten MP3, AAC, WMA en
WAV. Andere formaten zijn mogelijk niet compatibel.
4 Grote congestie op het netwerk kan interfereren met de werking van HTC Connect.
HTC Connect-gecertificeerde smartphones
HTC Connect-compatible smartphones: bezoek de Pioneer website voor de meest recente informatie over compa-
tibele apparaten en audioformaten.
http://www.pioneer.eu/eur/content/products/htc-connect.html
Opmerkingen
! Wijzigingen in technische gegevens en ontwerp zonder voorafgaande kennisgeving voorbehouden.
! HTC, HTC Connect en het HTC Connect-logo zijn gedeponeerde handelsmerken van HTC Corporation.
Afspelen met de netwerkfuncties
Belangrijk
! Na het inschakelen van de stroom duurt het ongeveer één minuut totdat het opstarten is voltooid.
! Bij het afspelen van audiobestanden wordt ‘Connecting...’ getoond voordat het afspelen begint. Deze aandui-
ding kan een paar seconden getoond worden afhankelijk van het type bestand.
! Als er een domein is geconfigureerd in een Windows netwerkomgeving, kunt u geen toegang krijgen tot een
PC in het netwerk terwijl u op het domein bent ingelogd. In plaats van inloggen op het domein, moet u op de
lokale apparatuur inloggen.
! Er zijn gevallen waarin de verstreken speelduur niet juist wordt weergegeven.
1 Druk enkele malen op NET om de categorie te selecteren waarvan u wilt afspelen.
Het kan een paar seconden duren voordat de receiver toegang heeft tot het netwerk.
Selecteer een categorie uit de volgende lijst:
! INTERNET RADIO – Internetradio
Wanneer INTERNET RADIO wordt geselecteerd, wordt de radiozender die het laatst werd afgespeeld weer
opnieuw afgespeeld.
! MEDIA SERVER – Serverapparaten op het netwerk
! FAVORITES – Favoriete nummers die nu geregistreerd zijn
Afhankelijk van de geselecteerde categorie worden de namen van de mappen, bestanden en internet-radiozen-
ders weergegeven.
2 Gebruik i/j om de map, het muziekbestand of de internet-radiozender te selecteren die
u wilt afspelen en druk dan op ENTER.
Druk op i/j om naar boven of onder in de lijst te gaan en het gewenste onderdeel te selecteren. Als u op ENTER
drukt, begint het afspelen met het weergavescherm dat getoond wordt voor het geselecteerde onderdeel. Om
terug te gaan naar het lijstscherm, drukt u op RETURN.
Wanneer het lijstscherm vanaf het weergavescherm wordt geopend, keert het systeem automatisch terug naar
het weergavescherm als het lijstscherm langer dan drie minuten niet bediend wordt.
Alleen audiobestanden met de markering kunnen worden afgespeeld. In geval van bestanden met het sym-
bool gebruikt u i/j en ENTER om de gewenste map en audiobestanden te selecteren.
! Wanneer bij het lijstscherm op o of p wordt gedrukt, wordt er naar een andere pagina gegaan.
! Druk op DISP om van het lijstscherm terug te gaan naar het weergavescherm.
3 Herhaal stap 2 om het gewenste nummer of foto af te spelen.
Zie de hieronder aangegeven paragrafen voor gedetailleerde bedieningsaanwijzingen.
! Internet-radiozenders – Zie Luisteren naar internet-radiozenders op bladzijde 71 .
! Mediaserver – Zie Audiobestanden afspelen die op apparaten in het netwerk zijn opgeslagen op bladzijde
73 .
! Favorieten – Zie Uw favoriete nummers afspelen op bladzijde 73 .
Basisbediening voor afspelen
U kunt de volgende bedieningshandelingen verrichten met de afstandsbediening van de receiver. Sommige toet-
sen zijn niet beschikbaar voor de bediening afhankelijk van de categorie die op het moment wordt afgespeeld.
! Druk op NET om de afstandsbediening in de netwerkbedieningsstand te zetten.
TOP
MENU
RETURN
ENTER
TOOLS
MENU
DISP
CLR
Fav
Opmerkingen
! Tijdens het afspelen van een DSD-bestand zijn m en n uitgeschakeld.
! Als de ingang MEDIA SERVER of FAVORITES is, gebeurt het volgende afhankelijk van de server of het bestand.
e werkt mogelijk niet.
m en n werken niet of werken mogelijk hetzelfde als o en p.
! Als de ingang MEDIA SERVER is, kunt u de titels weergeven in alfabetische volgorde of volgorde van nummers
door op TOOLS te drukken op het lijstscherm.
Luisteren naar internet-radiozenders
Internetradio is een audio-uitzendservice die radio-uitzendingen via internet verzorgt. Er zijn vele internet-radio-
zenders die diverse services bieden vanuit alle hoeken van de wereld. Sommige zijn opgericht en worden beheerd
door privépersonen terwijl andere de internetuitvoering zijn van de corresponderende terrestrische radiozenders
of radionetwerken. Maar in tegenstelling tot terrestrische of OTA (via-de-lucht) radiozenders die geografisch
beperkt worden door het bereik van de radiogolven die vanaf het zendstation via de lucht worden uitgezonden,
zijn internet-radiozenders toegankelijk vanaf elke plaats op de wereld, zolang er een verbinding is met internet,
aangezien de uitzendingen niet via de lucht maar via het World Wide Web plaatsvinden. Met deze receiver kunt u
internet-radiozenders op genre en op regio kiezen.
Afhankelijk van de omstandigheden van de internetverbinding is het mogelijk dat er onderbrekingen in het geluid
zijn bij het luisteren naar internetradio.
Over de lijst met internet-radiozenders
De lijst met internet-radiozenders op deze receiver wordt opgesteld, bewerkt en beheerd door de vTuner data-
baseservice, exclusief voor gebruik met deze receiver. Zie vTuner op bladzijde 136 voor verdere informatie over
vTuner.
 
72
Afspelen met de NETWERK-voorzieningen
07
Internet-radiozenders opslaan en oproepen
Het opslaan en oproepen van internet-radiozenders is bijzonder gemakkelijk. Zie Uw favoriete nummers afspelen
op bladzijde 73 voor meer informatie.
! Om naar internet-radiozenders te kunnen luisteren, moet u breedband-internet hebben met hoge snelheid. Bij
gebruik van een 56 K of ISDN-modem is het vaak niet mogelijk om een goede kwaliteit van het geluid van de
internet-radiozenders te verkrijgen.
! Het poortnummer varieert afhankelijk van de internet-radiozender. Controleer de firewall-instellingen.
! De lijst met internet-radiozenders die geleverd wordt door de vTuner databaseservice is onderhevig aan wijzi-
gingen en er kunnen zenders verwijderd worden, zonder voorafgaande kennisgeving.
! Uitzendingen kunnen gestopt of onderbroken worden, afhankelijk van de internet-radiozender. In dit geval kunt
u dan niet meer luisteren naar de radiozender die geselecteerd is in de lijst met internet-radiozenders.
Zenders registreren die niet op de vTuner-lijst zijn van de speciale Pioneer-site
Met deze receiver kunt u zenders die niet zijn opgenomen in de vTuner-lijst registreren en afspelen. Bepaal de toe-
gangscode die vereist is voor registratie in de receiver en gebruik deze toegangscode voor toegang tot de speciale
Pioneer internet-radiosite, waarna u de gewenste radiozenders in uw favorietenlijst registreert. Het adres van de
speciale Pioneer internet-radiosite is:
http://www.radio-pioneer.com
1 Geef het internet-radiolijstscherm weer.
Om het internet-radiolijstscherm weer te geven, volgt u stap 1 in Afspelen met de netwerkfuncties op bladzijde
71 .
2 Gebruik i/j om ‘Help’ te selecteren en druk dan op ENTER.
3 Gebruik i/j om ‘Get access code’ te selecteren en druk dan op ENTER.
De toegangscode die vereist is voor registratie op de speciale Pioneer internet-radiosite wordt weergegeven.
Maak een notitie van dit adres.
Op het scherm Help kunt u het volgende controleren:
! Get access code – De toegangscode die vereist is voor registratie op de speciale Pioneer internet-radiosite
wordt weergegeven.
! Show Your WebID/PW – Na registratie op de speciale Pioneer internet-radiosite worden de geregistreerde
ID en het wachtwoord weergegeven.
! Reset Your WebID/PW – Hiermee wordt alle informatie die geregistreerd is op de speciale Pioneer inter-
net-radiosite gereset. Bij het resetten worden tevens alle geregistreerde zenders gewist. Wilt u weer naar
dezelfde zenders luisteren, dan moet u deze na het resetten opnieuw registreren.
4 Ga met behulp van uw computer naar de speciale Pioneer internet-radiosite en volg het
registratieproces.
http://www.radio-pioneer.com
Ga naar de bovenvermelde site en gebruik de toegangscode uit stap 3 om de gebruikersregistratie uit te voeren,
waarna u de instructies opvolgt die op het scherm verschijnen.
5 Registreer de gewenste zenders als uw favorieten aan de hand van de instructies op het
computerscherm.
Zowel zenders die niet op de vTuner-lijst zijn als zenders die wel op de vTuner-lijst zijn, kunnen worden geregis-
treerd. De zenders worden in de receiver als favoriete zenders geregistreerd en kunnen worden beluisterd.
Meer over het afspelen van Spotify-audiostreaming
Spotify is een dienst voor muziekstreaming die wordt aangeboden en uitgebaat door Spotify Ltd. Spotify distribu-
eert muziek over het internet.
U kunt Spotify-muziekstreams afspelen met dit toestel en uw smartphone of een ander mobiel apparaat.
Voorbereiding (1) De Spotify-applicatie op het digitale apparaat installeren en een
Spotify Premium-account aanmaken
Belangrijk
! Om Spotify-audiostreams op dit toestel te kunnen afspelen, moet u de Spotify-applicatie installeren op een
mobiel apparaat en moet u een geregistreerde Spotify Premium-account (betaald) hebben. Bezoek de website
van Spotify voor informatie over de registratie en andere diensten van Spotify.
http://www.spotify.com/
http://www.spotify.com/connect/
! Bezoek onderstaande website voor informatie over landen en gebieden waar Spotify-diensten worden
aangeboden.
http://www.spotify.com/
Spotify-functies kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Voor gebruik van de Spotify-applicatie moet het mobiele apparaat internetverbinding hebben. Omdat gebruik van
internet via een mobiele telefoonlijn heel duur kan worden door de hoge communicatiekosten, raden we aan een
tariefsysteem met een vast bedrag te kiezen ongeacht hoeveel data er wordt verbruikt. Neem voor meer informa-
tie contact op met uw mobiele provider.
Voorbereiding (2) Het toestel op het netwerk aansluiten
! Sluit dit toestel op het netwerk en op het internet aan (bladzijde 43 ).
! Verbind het mobiele apparaat via wifi met de draadloze LAN-router van hetzelfde netwerk waarop dit toestel
is aangesloten. Zie voor meer informatie over het verbinden de handleiding van het mobiele apparaat en de
draadloze netwerkrouter.
 
73
Afspelen met de NETWERK-voorzieningen
07
Gebruik van de functie voor Spotify-audiostreaming van de Spotify-applicatie
Selecteer dit toestel op de Spotify-applicatie om de functie voor Spotify-audiostreaming te gebruiken.
Als de Spotify-audiostreaming begint, schakelt de ingang van dit toestel automatisch over naar Spotify.
WAARSCHUWING
Ook als u weg bent van huis en op het mobiele apparaat Spotify-audiostreaming start en dit toestel is geselec-
teerd, wordt het geluid via dit toestel afgespeeld. Afhankelijk van het volume kan het geluid luid zijn, dus contro-
leer welke audio-uitgang is geselecteerd voordat u de streaming start. Als u per ongeluk dit toestel selecteert en
hierop geluid afspeelt, moet u de audio-uitgang overschakelen naar het mobiele apparaat.
Opmerkingen
! Voor gebruik van de functie voor Spotify-audiostreaming is een afzonderlijk betaald contract met een internet-
provider vereist.
! In de Spotify-applicatie wordt de naam van dit toestel weergegeven als het weergaveapparaat. U kunt de naam
van dit toestel wijzigen in Friendly Name in de netwerkinstellingen.
! Als dit toestel wordt geselecteerd in de Spotify-applicatie, wordt de accountinformatie ook op dit toestel gere-
gistreerd. Wanneer u het toestel weggooit, raden we aan de instellingen van dit toestel te resetten om de gere-
gistreerde accountinformatie op dit toestel te verwijderen. Zie voor instructies over het resetten de handleiding
van dit toestel.
Audiobestanden afspelen die op apparaten in het netwerk zijn opgeslagen
Met dit apparaat kunt u muziek afspelen op mediaservers die op dezelfde LAN (Local Area Network) als de
receiver zijn aangesloten. Dit apparaat biedt de mogelijkheid bestanden af te spelen die zijn opgeslagen op de
volgende apparatuur:
! PC’s die onder Microsoft Windows Vista of XP draaien met Windows Media Player 11 geïnstalleerd
! PC’s die onder Microsoft Windows 7 of Windows 8 draaien met Windows Media Player 12 geïnstalleerd
! DLNA-compatibele digitale mediaservers (op PC’s of andere apparaten)
Uw favoriete nummers afspelen
In totaal kunnen er 64 favoriete muziekstukken op de mediaserver en/of internet-radiozenders in de favorieten-
map worden geregistreerd. Merk op dat alleen audiobestanden die zijn opgeslagen op apparaten in het netwerk
geregistreerd kunnen worden.
Audiobestanden en internet-radiozenders registreren in en verwijderen uit de
favorietenmap
1 Druk enkele malen op NET om INTERNET RADIO of MEDIA SERVER te selecteren.
2 Druk op +Favorite terwijl het muziekstuk of de internet-radiozender die u wilt registreren
is geselecteerd.
Het geselecteerde muziekstuk of de internet-radiozender wordt in de favorietenmap geregistreerd.
Opmerking
Om geregistreerde muziekstukken of internet-radiozenders te verwijderen, schakelt u over naar FAVORITES,
selecteert dan het muziekstuk of de zender die u wilt verwijderen en drukt daarna op de CLR-knop.
Meer over netwerkweergave
De netwerkweergavefunctie van dit apparaat maakt gebruikt van de volgende technologieën:
Windows Media Player
Zie Windows Media Player 11/Windows Media Player 12 op bladzijde 136 voor verdere informatie.
DLNA
DLNA CERTIFIED
TM
audiospeler
De Digital Living Network Alliance (DLNA) is een wereldwijde organisatie van fabrikanten van consumentenelek-
tronica, computerapparatuur en mobiele apparaten. Digital Living biedt consumenten een gemakkelijke uitwisse-
ling van digitale media via een bedraad of draadloos thuisnetwerk.
Het DLNA-certificatielogo maakt het gemakkelijk om producten te vinden die voldoen aan de DLNA
Interoperability Guidelines. Dit apparaat voldoet aan de DLNA Interoperability Guidelines v1.5.
Wanneer een PC met DLNA-serversoftware of een ander DLNA-compatibel apparaat op deze speler wordt aan-
gesloten, kunnen er bepaalde wijzigingen in de software-instellingen of in de instellingen op het andere apparaat
vereist zijn. Raadpleeg de handleiding van de software of het betreffende apparaat voor verdere informatie.
DLNA
TM
, het DLNA-logo en DLNA CERTIFIED
TM
zijn handelsmerken, dienstenmerken of certificatiemerken van de
Digital Living Network Alliance.
Content die via een netwerk kan worden afgespeeld
! Sommige bestanden worden mogelijk niet juist afgespeeld, ook wanneer ze in een compatibel formaat zijn
gecodeerd.
! Film- of fotobestanden kunnen niet worden afgespeeld.
! Er zijn gevallen waarin u niet naar een internet-radiozender kunt luisteren, zelfs als de zender in de lijst met
radiozenders kan worden geselecteerd.
! Sommige functies worden wellicht niet ondersteund, afhankelijk van het servertype of de versie die wordt
gebruikt.
! De ondersteunde bestandsformaten variëren per server. Bestanden niet die door uw server worden onder-
steund, worden niet op dit apparaat weergegeven. Neem contact op met de fabrikant van uw server voor ver-
dere informatie.
Beperking van aansprakelijkheid voor materiaal van derden
Toegang tot informatie van derden vereist een high speed internet verbinding, en vereist soms registratie van de
account of een betaalde inschrijving.
Informatie services van derden kan veranderd, uitgesteld, onderbroken of gestopt worden, op elk moment zonder
verwittiging. Pioneer is niet verantwoordelijk voor dergelijke gevallen.
Pioneer vertegenwoordigt of garandeert niet dat dergelijke diensten aangeboden blijven gedurende een bepaalde
periode, bijgevolg wordt daar geen garantie (uitdrukkelijk of stilzwijgend) op verleend.
 
74
Afspelen met de NETWERK-voorzieningen
07
Meer over de eigenschappen bij afspelen via een netwerk
! Het afspelen kan stoppen wanneer de PC wordt uitgeschakeld of als er mediabestanden die op de PC zijn
opgeslagen worden gewist tijdens het afspelen van content.
! Als er problemen zijn binnen de netwerkomgeving (veel dataverkeer enz.), bestaat de kans dat er content niet
wordt weergegeven of niet juist wordt afgespeeld (het afspelen wordt onderbroken of stopt). Voor een optimale
prestatie wordt een 100BASE-TX verbinding tussen de speler en PC aanbevolen.
! Als er meerdere clients gelijktijdig afspelen, wat mogelijk is, kan het afspelen onderbroken worden of stoppen.
! Afhankelijk van de beveiligingssoftware die op de aangesloten PC is geïnstalleerd en de instellingen van de
betreffende software, kan een netwerkverbinding geblokkeerd worden.
Pioneer kan niet aansprakelijk worden gesteld voor een foutieve werking van de speler en/of de NETWERK-
voorzieningen als gevolg van communicatiefouten/defecten in de netwerkverbinding en/of de PC of andere aan-
gesloten apparatuur. Neem contact op met de fabrikant van uw PC of de internetserviceprovider.
Dit product bevat technologie die het eigendom is van Microsoft Corporation en die niet gebruikt of gedistribueerd
mag worden zonder toestemming van Microsoft Licensing, Inc.
Microsoft, Windows, Windows Media en Windows Vista zijn òf gedeponeerde handelsmerken òf handelsmerken van
Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of in andere landen.
Meer over de afspeelbare bestandsformaten
De NETWERK-voorziening van deze receiver ondersteunt de volgende bestandsformaten. Het is mogelijk dat
sommige bestandsformaten toch niet afgespeeld kunnen worden, hoewel ze toch vermeld worden in de lijst met
afspeelbare bestandsformaten. De compatibiliteit van de bestandsformaten varieert tevens afhankelijk van het
type server. Controleer de gegevens van uw server om te weten te komen of de bestandsformaten ondersteund
worden.
! Internetradio-weergave kan invloed ondervinden van de internet-gebruiksomgeving en in voorkomende geval-
len is het mogelijk dat ook de hier vermelde bestandsindelingen niet kunnen worden weergegeven.
! MP3, WAV, AAC, FLAC, AIFF en Apple Lossless muziekbestanden worden zonder onderbreking afgespeeld als
ze op elkaar volgen en hetzelfde formaat, dezelfde bemonsteringsfrequentie, en hetzelfde aantal kwantiserings-
bits en kanalen hebben.
Ononderbroken afspelen is niet mogelijk wanneer het formaat wordt omgezet (getranscodeerd) door de
server.
Ononderbroken afspelen is niet mogelijk in de DMR-modus.
Bij AAC en MP3 bestanden wordt de onderbreking zo kort mogelijk gemaakt. Als de onderbrekingen voor u
belangrijk zijn, raden we aan WAV of FLAC bestanden te gebruiken.
Muziekbestanden
Categorie Extensie Datastroom
MP3
<a>
.mp3 MPEG-1 Audio Layer-3
Bemonsteringsfrequentie 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit
Kanaal 2 kanalen
Bitrate 8 kbps tot 320 kbps
VBR/CBR Ondersteund/Ondersteund
Categorie Extensie Datastroom
WAV .wav LPCM
Bemonsteringsfrequentie
<b>
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz, 176,4 kHz,
192 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit, 24 bit
Kanaal
2 kanalen, 5.0 kanalen,
5.1 kanalen
<c>
WMA .wma
WMA2/7/8/9
<d>
Bemonsteringsfrequentie 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit
Kanaal 2 kanalen
Bitrate 5 kbps tot 320 kbps
VBR/CBR Ondersteund/Ondersteund
AAC
.m4a
.aac
.3gp
.3g2
MPEG-4 AAC LC
MPEG-4 HE AAC
Bemonsteringsfrequentie 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit
Kanaal 2 kanalen
Bitrate 16 kbps tot 320 kbps
VBR/CBR Ondersteund/Ondersteund
Apple Lossless
.m4a
.mp4
Apple Lossless
Bemonsteringsfrequentie
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit, 24 bit
Kanaal 2 kanalen
FLAC
<e>
.flac FLAC
Bemonsteringsfrequentie
<b>
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz, 176,4 kHz,
192 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit, 24 bit
Kanaal
2 kanalen, 5.0 kanalen,
5.1 kanalen
<c>
AIFF
.aiff
.aif
.aiff
.aif
Bemonsteringsfrequentie
32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz, 176,4 kHz,
192 kHz
Kwantisering-bitrate 16 bit, 24 bit
Kanaal 2 kanalen
DSD
<f>
.dff
.dsf
DSDIFF
DSF
Bemonsteringsfrequentie 2,8224 MHz, 5,6448 MHz
Kwantisering-bitrate 1 bit
Kanaal 2 kanalen
a “MPEG Layer-3 audiodecodering-technologie gelicentieerd van Fraunhofer IIS en Thomson multimedia.”
b Voor 32 kHz, 176,4 kHz en 192 kHz worden alleen audiobronnen met 2 kanalen ondersteund.
c ! Als een bestand met 5.0 of 5.1 kanalen in de secundaire zone wordt afgespeeld, wordt alleen geluid links voor en rechts voor
weergegeven. Weergave met meerdere kanalen is alleen mogelijk met de hoofdzone.
! Afspelen zonder onderbrekingen is niet mogelijk bij een audiobron met 5.0 of 5.1 kanalen.
d Bestanden gecodeerd met Windows Media Codec 9 kunnen worden afgespeeld, maar sommige delen van de specificatie
worden niet ondersteund; in het bijzonder Pro, Lossless, Voice.
e Niet-gecomprimeerde FLAC-bestanden worden niet ondersteund. Pioneer kan niet garanderen dat afspelen mogelijk is.
f DSD-bestanden kunnen niet worden afgespeeld in de secundaire zone.
 
75
 
Over de HDMI-bedieningsfunctie ................................................................................................76
Gebruik van Control met HDMI-aansluitingen ...........................................................................76
HDMI-instellingen ..........................................................................................................................76
Voordat u de synchronisatie gebruikt .........................................................................................77
Meer over gesynchroniseerde bediening ....................................................................................77
De PQLS-functie instellen ..............................................................................................................78
Meer over de Sound Retriever Link en Stream Smoother Link.................................................. 78
Waarschuwingen betreffende de Control met HDMI-functie ................................................... 78
Control met HDMI-functie
76
Control met HDMI-functie
08
Over de HDMI-bedieningsfunctie
De onderstaande gesynchroniseerde bedieningsfuncties met Control met een HDMI-compatibele Pioneer TV of
Blu-ray Disc-speler zijn mogelijk wanneer de apparatuur met een HDMI-kabel op de receiver is aangesloten.
! U kunt het volume van de receiver instellen of het geluid dempen met behulp van de afstandsbediening van de
TV.
! De receiver schakelt automatisch over naar de juiste signaalbron wanneer het tv-kanaal wordt veranderd of
wanneer er wordt weergegeven van Control met HDMI-compatibele apparatuur.
! De receiver komt ook in de stand-bystand te staan wanneer de TV in de stand-bystand wordt gezet.
Belangrijk
! Bij Pioneer apparaten worden de Control met HDMI-functies aangeduid als “KURO LINK”.
! U kunt deze functie niet gebruiken met apparaten die geen Control met HDMI ondersteunen.
! Wij kunnen alleen garanderen dat deze receiver werkt met Pioneer Control met HDMI-compatibele appara-
tuur. Wij kunnen echter niet garanderen dat alle gesynchroniseerde bedieningsfuncties zullen werken met
apparatuur die de Control met HDMI-functie ondersteunt.
! Gebruik een High Speed HDMI
®
/
TM
-kabel wanneer u de Control met HDMI-functie wilt gebruiken. De Control
met HDMI-functie werkt mogelijk niet juist als een ander type HDMI-kabel wordt gebruikt.
! Zie voor nadere bijzonderheden betreffende de bediening, instellingen enz. tevens de handleidingen van de
andere apparaten.
Gebruik van Control met HDMI-aansluitingen
U kunt de bediening van een aangesloten TV en andere apparaten met elkaar synchroniseren.
! Zorg dat de audiokabel van de tv op de audio-ingang van dit apparaat wordt aangesloten. Wanneer de tv en de
receiver via de HDMI-aansluitingen met elkaar zijn verbonden en de tv de HDMI ARC (Audio Return Channel)
functie ondersteunt, wordt het geluid van de tv via de HDMI OUT 1-aansluiting naar de receiver gestuurd en
hoeft er dus geen audiokabel te worden aangesloten. In dit geval zet u ARC bij HDMI Setup op ON (zie HDMI-
instellingen op bladzijde 76 ).
Zie Uw TV en weergave-apparatuur aansluiten op bladzijde 34 voor verdere informatie.
Belangrijk
! Voordat dit systeem wordt aangesloten of aansluitingen worden gewijzigd, moet u altijd eerst de apparatuur
uitschakelen en de stekkers van de netsnoeren uit het stopcontact halen. Nadat de aansluitingen zijn voltooid,
sluit u de netsnoeren weer op het stopcontact aan.
! Nadat de receiver op een stopcontact is aangesloten, begint er een 2 tot 10-seconden HDMI initialisatieproces.
Tijdens dit proces kunt u geen bedieningshandelingen uitvoeren. De HDMI-indicator op het display op het
voorpaneel knippert tijdens dit procues en u kunt de receiver pas inschakelen zodra de indicator stopt met
knipperen. Als u de Control met HDMI op OFF zet, kunt u dit proces overslaan. Zie Control met HDMI-functie
op bladzijde 75 voor verdere informatie over de Control met HDMI-functie.
! Om optimaal profijt van deze functie te hebben, raden wij u aan uw HDMI-apparaat niet op de TV aan te sluiten
maar rechtstreeks op de HDMI-aansluiting van deze receiver.
! De Control met HDMI-functie werkt met de TV die is aangesloten op de HDMI OUT 1-aansluiting. De functie
werkt niet met de TV’s die zijn aangesloten op de HDMI OUT 2 of HDMI OUT 3-aansluiting.
HDMI-instellingen
U moet de instellingen op de receiver en ook de instellingen op de aangesloten Control met HDMI-compatibele
apparaten aanpassen om de Control met HDMI-functie te kunnen gebruiken. Zie voor meer informatie de
gebruiksaanwijzingen van de andere apparaten.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
2 Selecteer ‘System Setup’ en druk op ENTER.
3 Selecteer ‘HDMI Setup’ en druk op ENTER.
4 Selecteer de gewenste ‘Control’ instelling.
U kunt de Control met HDMI-functie van dit apparaat op ON of OFF zetten. Kies de ON instelling voor gebruik
van de Control met HDMI-functie.
Bij gebruik van een apparaat dat de Control met HDMI-functie niet ondersteunt, zet u dit onderdeel op OFF.
! ON – De Control met HDMI-functie is ingeschakeld. Stel Control Mode, ARC en PQLS in de hierna volgende
onderdelen op de gewenste waarden in.
Wanneer dit onderdeel op ON wordt gezet, kunnen ook de Sound Retriever Link en Stream Smoother Link-
functies automatisch geregeld worden door een speler aan te sluiten die de betreffende functies ondersteunt.
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 voor verdere informatie over de Sound Retriever Link en De
video-opties instellen op bladzijde 82 voor verdere informatie over de Stream Smoother Link.
! OFF – De Control met HDMI-functie is uitgeschakeld. De Control Mode, ARC en PQLS-functies in de hierna
volgende onderdelen kunnen niet worden gebruikt.
5 Selecteer de gewenste ‘Control Mode’ instelling.
U kunt de gesynchroniseerde bedieningsfuncties in- of uitschakelen.
! ON – De gesynchroniseerde bedieningsfuncties zijn ingeschakeld.
! OFF – De gesynchroniseerde bedieningsfuncties zijn uitgeschakeld.
6 Selecteer de gewenste ‘ARC’ instelling.
Wanneer een TV die de HDMI ARC (Audio Return Channel) functie ondersteunt op de receiver wordt aangesloten,
kan het geluid van de TV via de HDMI OUT 1-aansluiting worden ingevoerd.
Nadat ARC is ingesteld, kan het even duren voordat het aangesloten apparaat wordt herkend en er geluid wordt
weergegeven.
! ON – Het geluid van de TV wordt via de HDMI-aansluiting ingevoerd.
! OFF – Het geluid van de TV wordt ingevoerd via de audio-ingangsaansluitingen, met uitzondering van de
HDMI-ingangen.
7 Selecteer de gewenste ‘PQLS’ instelling.
U kunt de PQLS-functie van dit apparaat op AUTO of OFF zetten.
Zie De PQLS-functie instellen op bladzijde 78 voor verdere informatie over de PQLS-functie.
! AUTO – PQLS is ingeschakeld. De nauwkeurige kwartsregeling in deze receiver elimineert vervorming veroor-
zaakt door timingfouten (jitter), zodat u een optimale digitaal-naar-analoog omzetting verkrijgt wanneer u de
HDMI-interface gebruikt. Dit werkt als een HDMI-functie voor PQLS-compatibele spelers.
! OFF – PQLS is uitgeschakeld.
8 Selecteer de gewenste ‘Standby Through’ instelling.
Wanneer de receiver in de stand-bystand staat, is het mogelijk om de signalen van een HDMI-aangesloten speler
naar de TV over te brengen.
Selecteer de HDMI-ingang waarvan het HDMI-signaal moet worden overgebracht wanneer de receiver in de
stand-bystand staat. Wanneer LAST wordt geselecteerd, wordt het ingangssignaal overgebracht van de HDMI-
ingang die nu is geselecteerd. Wanneer OFF wordt geselecteerd, wordt er geen HDMI-ingangssignaal overge-
bracht in de stand-bystand. (Als Control echter op ON staat, wordt het HDMI-ingangssignaal wel overgebracht
via de Control met HDMI-functie, zelfs in de stand-bystand.)
 
77
Control met HDMI-functie
08
! Wanneer iets anders dan OFF voor deze instelling is gekozen, kan de HDMI-ingang van de receiver ook wor-
den omgeschakeld wanneer de receiver in de stand-bystand staat. (U schakelt om door de afstandsbediening
op de receiver te richten en op de knop HDMI, BD, DVD, SAT/CBL te drukken.)
! Bij instelling op iets anders dan OFF neemt het stroomverbruik in de stand-bystand toe.
! Deze instelling kan ook met apparaten worden gebruikt die niet compatibel zijn met de Control met
HDMI-functie.
! De Standby Through-functie kan niet met MHL-compatibele apparaten worden gebruikt.
9 Selecteer de gewenste ‘12V Trigger’ instelling.
Het apparaat aangesloten op de 12 V TRIGGER-aansluiting kan aan- en uitgezet worden wanneer HDMI OUT
wordt omgeschakeld. U kunt OUT 1, OUT 2, OUT 3 of OFF selecteren. Selecteer OFF als u wilt dat het apparaat
omschakelt wanneer de ingangsfunctie wordt omgeschakeld.
10 Selecteer de gewenste ‘Speaker B Link’ instelling.
Als hier ON wordt geselecteerd, kunnen de luidsprekeraansluitingen die gebruikt worden voor weergeven (de
instelling van de OUT P.-knop) automatisch worden omgeschakeld wanneer HDMI OUT 1 en HDMI OUT 2 wor-
den omgeschakeld. Dit werkt alleen wanneer 7.2ch + Speaker B of 5.2ch + SP-B Bi-Amp is geselecteerd voor de
Speaker System-instelling.
! OFF – De luidsprekeraansluitingen die gebruikt worden voor weergeven (de instelling van de OUT P.-knop)
worden niet automatisch omgeschakeld wanneer HDMI OUT 1 en HDMI OUT 2 worden omgeschakeld.
! ON – De luidsprekeraansluitingen die gebruikt worden voor weergeven (de instelling van de OUT P.-knop)
worden automatisch omgeschakeld wanneer HDMI OUT 1 en HDMI OUT 2 worden omgeschakeld. Zie De
HDMI-uitgang veranderen op bladzijde 85 voor verdere informatie.
11 Druk op HOME MENU wanneer u klaar bent.
Voordat u de synchronisatie gebruikt
Nadat u alle aansluitingen en instellingen hebt voltooid, moet u het volgende doen:
1 Zet alle apparaten in de stand-bystand.
2 Schakel alle apparaten in, waarbij u de TV als laatste inschakelt.
3 Kies de HDMI-ingang waarmee de TV met de receiver is verbonden en kijk of de video-
uitvoer van de aangesloten apparaten juist op het scherm wordt weergegeven.
4 Controleer of alle apparaten die op de HDMI-ingangen zijn aangesloten, juist worden
weergegeven.
Meer over gesynchroniseerde bediening
Belangrijk
! De gesynchroniseerde bedieningsfuncties zijn ingeschakeld wanneer Control Mode op ON is ingesteld nadat
Control in HDMI Setup op ON is gezet. Zie HDMI-instellingen op bladzijde 76 voor verdere informatie.
Het Control met HDMI-compatibele apparaat aangesloten op de receiver werkt synchroon zoals hieronder
beschreven.
! Als u via het menuscherm van de Control met HDMI-compatibele TV de audiobron instelt die door de receiver
moet worden weergegeven, schakelt de receiver over naar de gesynchroniseerde versterkerfunctie.
! Wanneer de gesynchroniseerde versterkerfunctie is ingeschakeld, kunt u het volume van de receiver instellen
of het geluid dempen met behulp van de afstandsbediening van de TV.
! Wanneer de gesynchroniseerde versterkerfunctie is ingeschakeld, zal deze geannuleerd worden wanneer de
receiver wordt uitgeschakeld. Om de gesynchroniseerde versterkerfunctie opnieuw in te schakelen, stelt u
de audiobron die door de receiver moet worden weergegeven weer op het menuscherm enz. van de TV in. De
receiver wordt ingeschakeld en schakelt over naar de gesynchroniseerde versterkerfunctie.
! Wanneer de gesynchroniseerde versterkerfunctie wordt geannuleerd, zal de receiver worden uitgeschakeld als
u op de TV aan het kijken was naar een HDMI-ingangsbron of een TV-programma.
! Wanneer de gesynchroniseerde versterkerfunctie is ingeschakeld, zal deze geannuleerd worden als er op het
menuscherm enz. van de TV een bediening wordt uitgevoerd waarbij geluid via de TV wordt geproduceerd.
! Wanneer de TV in de stand-bystand wordt gezet, komt de receiver ook in de stand-bystand te staan. (Alleen
wanneer de ingangsfunctie voor een apparaat dat via een HDMI-verbinding op de receiver is aangesloten
wordt geselecteerd of wanneer TV wordt gekeken.)
! De receiver schakelt de ingangsfunctie automatisch om wanneer wordt begonnen met afspelen van het
Control met HDMI-compatibel apparaat.
! De receiver schakelt de ingangsfunctie automatisch om wanneer het ingangssignaal van de tv wordt
omgeschakeld.
! De gesynchroniseerde versterkerfunctie blijft actief ook wanneer de ingangsfunctie van de receiver naar een
ander apparaat dan een HDMI-aangesloten apparaat wordt overgeschakeld.
De onderstaande bedieningsfuncties kunnen ook op Pioneer Control met HDMI-compatibele TV’s worden
gebruikt.
! Wanneer het volume van de receiver wordt ingesteld of het geluid wordt uitgeschakeld, zal de volume-aandui-
ding op het scherm van de TV worden weergegeven.
! Wanneer de OSD-taal op de TV wordt veranderd, zal tegelijk de taalinstelling op de receiver worden gewijzigd.
 
78
Control met HDMI-functie
08
De PQLS-functie instellen
PQLS (Precision Quartz Lock System) is een technologie voor regeling van de overdracht van digitale audiosigna-
len met gebruik van de Control met HDMI-functie. Deze technologie biedt een betere geluidskwaliteit via regeling
van de audiosignalen van de receiver naar een PQLS-compatibele speler enz. De technologie elimineert de jitter
die een negatieve invloed heeft op de geluidskwaliteit en bij de signaaloverdracht wordt gegenereerd.
! Bij spelers compatibel met PQLS Bit-stream werkt PQLS voor alle bronnen.
! Bij spelers compatibel met PQLS Multi Surround werkt PQLS voor alle bronnen. Stel de audio-uitgang van de
speler in op lineaire PCM.
! Bij spelers compatibel met PQLS 2-kanaals audio werkt PQLS alleen bij het afspelen van CD’s.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij de speler wordt geleverd voor meer informatie.
Deze functie wordt geactiveerd wanneer Control op ON wordt gezet.
Tip
! De PQLS-instelling wordt gemaakt bij PQLS in HDMI Setup van het HOME MENU, maar de instelling kan ook
worden gewijzigd met de afstandsbediening, zoals hieronder wordt beschreven.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op AUDIO P..
2 Gebruik i/j om ‘PQLS’ te selecteren.
3 Gebruik k/l om de PQLS-instelling te selecteren.
De instelling wordt op het display op het voorpaneel weergegeven.
! AUTO – PQLS is ingeschakeld. De nauwkeurige kwartsregeling in deze receiver elimineert vervorming veroor-
zaakt door timingfouten (jitter), zodat u een optimale digitaal-naar-analoog omzetting verkrijgt wanneer u de
HDMI-interface gebruikt. Dit werkt als een HDMI-functie voor PQLS-compatibele spelers.
! OFF – PQLS is uitgeschakeld.
Meer over de Sound Retriever Link en Stream Smoother Link
Dit zijn automatische functies waarmee u optimale audio- en videosignalen vanaf deze receiver kunt uitvoeren
met behulp van de Control met HDMI-functie. Wanneer een speler die de betreffende functie ondersteunt via
HDMI op de receiver is aangesloten, zal het geluid/beeld worden geoptimaliseerd voor het gecomprimeerde
audio/videobestand dat op de speler wordt afgespeeld.
! Afhankelijk van de bestandsindeling van het gecomprimeerde audio/videobestand, is het mogelijk dat de wer-
king niet automatisch geschiedt.
! Zie ook de handleiding van de speler.
Sound Retriever Link
Wanneer een gecomprimeerd audiobestand op de speler wordt afgespeeld, wordt de bitsnelheid-informatie van
het bestand met behulp van de Control met HDMI-functie opgevraagd en wordt het geluid op de receiver geopti-
maliseerd op basis van deze informatie.
Maak de onderstaande instelling om de Sound Retriever Link-functie te activeren.
1 Zet de HDMI Setup’s Control op ON en zet het onderdeel Control Mode op ON.
Zie HDMI-instellingen op bladzijde 76 .
2 Zet het onderdeel S.RTRV (Auto Sound Retriever) op ON.
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
Stream Smoother Link-functie
Via gebruik van de Control met HDMI-functie detecteert de receiver automatisch of er een gecomprimeerd video-
bestand op de speler wordt afgespeeld en indien dit het geval is, wordt automatisch de Stream Smoother-functie
geactiveerd.
Maak de onderstaande instelling om de Stream Smoother Link-functie te activeren.
1 Zet de HDMI Setup’s Control op ON en zet het onderdeel Control Mode op ON.
Zie HDMI-instellingen op bladzijde 76 .
2 Zet het onderdeel STREAM (Stream Smoother) op AUTO.
Zie De video-opties instellen op bladzijde 82 .
Waarschuwingen betreffende de Control met HDMI-functie
! Sluit de TV rechtstreeks op deze receiver aan. Wanneer de verbinding via andere versterkers of via een
AV-omzetter (zoals een HDMI-schakelaar) wordt gemaakt, kunnen er bedieningsfouten optreden.
! Sluit alleen apparatuur (Blu-ray Disc-speler enz.) aan die u als een bron voor de HDMI-ingang van de recei-
ver wilt gebruiken. Wanneer de verbinding via andere versterkers of via een AV-omzetter (zoals een HDMI-
schakelaar) wordt gemaakt, kunnen er bedieningsfouten optreden.
! Wanneer de Control van de receiver op ON staat, kunt u zelfs wanneer de receiver uit (stand-by) staat, de
audio- en videosignalen uitvoeren van een speler die via HDMI op de tv is aangesloten zonder dat er geluid via
de receiver wordt weergegeven, maar alleen wanneer er een Control met HDMI-compatibele apparatuur (Blu-
ray Disc-speler enz.) en een compatibele tv zijn aangesloten. In dit geval wordt de receiver ingeschakeld en
gaan het aan/stand-by-lampje en de HDMI-indicator branden.
! Als het onderdeel Control niet op OFF staat, is het stroomverbruik tijdens stand-by hoger.
 
79
 
De audio-opties instellen .............................................................................................................. 80
De video-opties instellen ..............................................................................................................82
De uitgang omschakelen (OUTPUT PARAMETER) .......................................................................85
Uitgangsinstellingen HDMI 4K/60p-signaal ................................................................................ 86
Het kanaalniveau tijdens het luisteren veranderen ...................................................................86
MULTI-ZONE bediening gebruiken ..............................................................................................86
Een audio- of video-opname maken ............................................................................................87
Netwerkinstellingen vanaf een webbrowser maken .................................................................87
De slaaptimer gebruiken ...............................................................................................................88
Het display dimmen ......................................................................................................................88
De instellingen van het systeem controleren..............................................................................88
De standaardinstellingen van het systeem herstellen ...............................................................89
Andere functies gebruiken
80
Andere functies gebruiken
09
De audio-opties instellen
Er zijn een aantal extra geluidsinstellingen die u kunt maken in het menu AUDIO PARAMETER. De standaard-
waarden zijn vetgedrukt.
Belangrijk
! Als een instelling niet voorkomt in het menu AUDIO PARAMETER, is deze niet beschikbaar voor de huidige
bron, de huidige instelling en/of de status van de receiver.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op AUDIO P..
2 Selecteer de instelling die u wilt aanpassen met i/j.
Afhankelijk van de huidige status / functie van de receiver kunt u bepaalde opties mogelijk niet selecteren. In de
volgende tabel vindt u hierover meer informatie.
3 Gebruik k/l om de benodigde instelling te maken.
Raadpleeg de onderstaande tabel voor de beschikbare opties voor elke instelling.
4 Druk op RETURN om te bevestigen en het menu af te sluiten.
Audioparametermenu
Instelling Functie Optie(s)
MCACC
(Voorgedefinieerde MCACC-in-
stelling)
Hiermee selecteert u uw favoriete voorgedefinieerde MCACC-instel-
ling wanneer meerdere voorgedefinieerde instellingen zijn opge-
slagen. Wanneer een voorgedefinieerde MCACC-instelling van een
andere naam is voorzien, wordt de nieuwe naam getoond.
c M1. MEMORY 1 t/m
M6. MEMORY 6 d
Standaard-instelling:
M1. MEMORY 1
EQ
(Akoestische kalibratie-EQ)
Hiermee schakelt u de effecten van de EQ Pro in/uit.
ON
OFF
S-WAVE
(Staande golf)
Hiermee schakelt u de effecten van de Staande golf in/uit.
ON
OFF
PHASE
(Fasecontrole)
Hiermee schakelt u de effecten van de fasecontrole in/uit (bladzijde
67 ).
Dit wordt automatisch ingesteld op FULLBND als een meting van de
breedband-fasecontrole wordt uitgevoerd (bladzijde 68 ). U kunt
FULLBND niet selecteren vóór de meting.
FULLBND
ON
OFF
PHASE C+
(Fasesturing plus)
Voor schijven die een andere standaard dan fasesturing (Phase
Control) gebruiken, wordt het LFE-kanaal al bij de opname vertraagd.
Deze functie corrigeert voor het verschuiven van de fase op zulke
schijven.
Deze functie is vooral geschikt bij het afspelen van meerkanaalsmu-
ziek die lagefrequentie-effecten (LFE) bevat.
Wanneer AUTO is geselecteerd, worden niet alleen de vertraging in
het lage bereik maar ook de polariteit en de correlatie gedetecteerd
om een optimaal effect te verkrijgen.
c AUTO/0 t/m 16
(ms) d
Standaardinstelling:
AUTO
DELAY
(Geluidsvertraging)
Bepaalde monitors hebben een kleine vertraging bij het vertonen van
video, waardoor het geluid niet helemaal synchroon loopt met het
beeld. Door een kleine vertraging toe te voegen zorgt u ervoor dat het
geluid gelijk loopt met het beeld.
c 0 t/m 800 (ms) d
Standaard-instelling: 0
TONE
(Toonregeling)
Hiermee past u de toonregeling voor hoge en lage tonen toe op een
bron of negeert u deze volledig.
BYPASS
ON
Instelling Functie Optie(s)
BASS
<a>
Hiermee past u de hoeveelheid lage tonen aan.
c –6 t/m +6 (dB) d
Standaard-instelling:
0 (dB)
TREBLE
<a>
Hiermee past u de hoeveelheid hoge tonen aan.
c –6 t/m +6 (dB) d
Standaard-instelling:
0 (dB)
S.RTRV
(Auto Sound Retriever)
<b>
Bij de Auto Sound Retriever-functie wordt DSP-verwerking gebruikt
om te compenseren voor het verlies van audiogegevens bij de com-
pressie, waardoor het gevoel, de dichtheid en de modulatie van het
geluid worden verbeterd.
Wanneer een speler die de Sound Retriever Link-functie ondersteunt
via HDMI op de receiver is aangesloten en dit onderdeel op ON is
ingesteld, wordt de bitsnelheid-informatie van het gecomprimeerde
audiobestand dat op de speler wordt afgespeeld verkregen via de
Control met HDMI-functie en wordt het geluid op basis van deze
informatie geoptimaliseerd (Sound Retriever Link).
OFF
ON
DNR
(Digitale ruisonderdrukking)
Hiermee kunt u de geluidskwaliteit verbeteren van een bron met ruis,
zoals een videoband met veel achtergrondgeluid.
Dit werkt alleen bij 2-kanaals ingangssignalen.
Deze functie is alleen effectief bij materiaal met een bemonsterings-
frequentie van 48 kHz of minder.
OFF
ON
DIALOG E
(Dialog Enhancement)
<c>
Hiermee plaatst u de dialogen in het middenkanaal, waardoor ze
duidelijker naar voren komen dan andere achtergrondgeluiden bij het
bekijken van TV-programma’s of films. Wanneer u van UP1 via UP2 en
UP3 naar UP4 omhooggaat, lijkt het alsof de geluidsbron naar boven
wordt verschoven.
c OFF/FLAT/UP1/UP2/
UP3/UP4 d
Standaardinstelling:
OFF
AScale
(Audio Scaler)
Wanneer AUTO wordt geselecteerd, worden Hi-bit32, UpSampling
en DFILTER automatisch optimaal ingesteld overeenkomstig de
bemonsteringsfrequentie en de bitrate van de 2-kanaals audiobron
om weergavegeluid van hoge kwaliteit te verkrijgen.
MANUAL
AUTO
Hi-bit32
<d>
Hiermee krijgt u een breder dynamisch bereik bij digitale bronnen
als CD’s, DVD’s of BD’s. Er wordt een meer soepele en subtiele
muziekexpressie verkregen door 16-bit, 20-bit en 24-bit PCM en ook
gecomprimeerde audiosignalen opnieuw te kwantificeren naar 32-bit
en de hogefrequentie-component te interpoleren tijdens de gegevens-
verwerking.
ON
OFF
UpSampling
(bemonstering verhogen)
<d, e>
De bemonsteringsfrequentie van een 2-kanaals audiobron wordt
verhoogd tot het ingestelde meervoud om weergavegeluid van hoge
kwaliteit te verkrijgen.
x1 (uit)
x2
x4
DFILTER
(Digitaal filter)
<d>
Hiermee kiest u het digitale filtertype voor de AUDIO DAC (digitale
audio-omzetter). Er kan gekozen worden uit twee instellingen: SLOW
(zacht en warm) en SHARP (scherp en strak).
SLOW
SHARP
PQLS
(Precisie-kwartsvergrendel-
systeem)
Hiermee wordt de PQLS-functie omgeschakeld tussen AUTO en OFF
(De PQLS-functie instellen op bladzijde 78 ).
AUTO
OFF
 
81
Andere functies gebruiken
09
Instelling Functie Optie(s)
DUAL
(Dual mono)
Hiermee geeft u op hoe Dolby Digital-geluidsopnamen die gecodeerd
zijn in dual mono moeten worden weergegeven. Dual mono wordt
niet veel gebruikt, maar is soms nodig wanneer twee talen naar
afzonderlijke kanalen moeten worden gestuurd.
CH1 – Alleen kanaal 1 is
hoorbaar
CH2 – Alleen kanaal 2 is
hoorbaar
CH1 CH2 – Beide kana-
len zijn hoorbaar via de
voorluidsprekers
SIGSEL
(Signaal kiezen)
Hiermee schakelt u het type ingangssignaal om (analoog/digitaal/
HDMI) (bladzijde 67 ).
AUTO
ANALOG
DIGITAL
<f>
HDMI
Fixed PCM
Dit is bijvoorbeeld handig als het even duurt voordat met OFF het
PCM-signaal op een CD wordt herkend.
Wanneer ON is geselecteerd, kunt u ruis horen bij het afspelen van
niet-PCM-bronnen. Selecteer een ander ingangssignaal als dit een
probleem is.
OFF
ON
DRC
(Regeling dynamisch bereik)
<g>
Hiermee stelt u het niveau van het dynamisch bereik in voor film-
geluid geoptimaliseerd voor Dolby Digital, DTS, Dolby Digital Plus,
Dolby TrueHD, DTS-HD en DTS-HD Master Audio (u hebt deze functie
soms nodig bij het luisteren naar surroundgeluid met laag volume).
AUTO
MAX
MID
OFF
Loud Mgmt
(Loudnessbeheer)
Dit is een instelling van de nabewerkingsfunctie van de Dolby True-
HD-decoder. Als u OFF selecteert, wordt de geluidskwaliteit beter.
Dit kan alleen worden ingesteld wanneer DRC op OFF is ingesteld en
het ingangssignaal een Dolby TrueHD-signaal is.
ON
OFF
LFE
(LFE verzwakken)
Sommige audiobronnen bevatten ultralage bastonen. Stel de LFE-ver-
zwakker naar vereist in om te voorkomen dat de ultralage bastonen
het geluid van de luidsprekers vervormen.
Bij instelling op de aanbevolen waarde van 0 dB is de LFE niet
begrensd. Bij instelling op een andere waarde dan 0 dB is de LFE
begrensd overeenkomstig de ingestelde waarde. Wanneer OFF is
geselecteerd, wordt er geen geluid via het LFE-kanaal weergegeven.
c OFF/ –20dB/ –15dB/
–10dB/ –5dB/ –4dB/
–3dB/ –2dB/ –1dB/
0dB d
Standaardinstelling:
0dB
INPUT ATT
(Ingangssignaal verzwakken)
<h>
Als het geluid vervormd is, kunt u hiermee het niveau van het
ingangssignaal verlagen en de vervorming verminderen.
OFF
ON
HDMI
(HDMI Audio)
<i>
Hiermee geeft u op hoe het HDMI-audiosignaal van de receiver (amp)
wordt doorgestuurd naar een TV. Wanneer THROUGH wordt geselec-
teerd, zal er geen geluid via de receiver worden uitgevoerd.
AMP
THROUGH
A.DELAY
(Automatische vertraging)
<j>
Deze functie corrigeert automatisch de audio-tot-video vertraging
tussen apparaten aangesloten via een HDMI-kabel. De audio-vertra-
gingstijd wordt ingesteld afhankelijk van de werkingsstatus van het
beeldscherm aangesloten via een HDMI-kabel. De video-vertragings-
tijd wordt automatisch aangepast overeenkomstig de audio-vertra-
gingstijd.
OFF
ON
C.GAIN
(Versterking middenkanaal)
(Deze instelling is alleen
beschikbaar wanneer u een
middenluid-spreker gebruikt)
<k>
Hiermee past u de versterking van het middenkanaal aan zodat u een
breder stereo-effect krijgt bij vocale muziek. Stel het effect in van 0
(alle middenkanaalsignalen gaan naar de luidsprekers links en rechts
voor) tot 1.0 (de middenkanaalsignalen gaan alleen naar de midden-
luidspreker).
c 0 t/m 1.0 d
Standaardinstellingen:
Neo:X CINEMA: 1.0
Neo:X MUSIC: 0.3
Neo:X GAME: 1.0
Instelling Functie Optie(s)
EFFECT
Hiermee stelt u het effectniveau in voor de ALC-modus.
c 10 t/m 90 d
Standaardinstellin-
gen: 50
C.SPREAD
(centrumspreiding)
<l>
Centrumspreiding zorgt voor een verbreding van het signaal van het
middenkanaal naar de linker en rechter voorluidsprekers zodat de
luisteraar een breder frontaal audiobeeld ervaart. Dit is voornamelijk
geoptimaliseerd en ontworpen voor de weergave van stereomuziek.
ON
OFF
V.SPs
(Virtuele luidsprekers)
Wanneer AUTO is geselecteerd, wordt er een geluidsveld gecreëerd
waaraan de surround-achterluidsprekers, de hoog-voorluidsprekers
en de breed-voorluidsprekers waarvan Speaker Setting is ingesteld
op NO automatisch worden toegevoegd.
Om de respectievelijke luidsprekerkanalen afzonderlijk in te stellen,
selecteert u MANUAL.
AUTO
MANUAL
V.SB
(Virtueel surround-achter-
kanaal)
<m>
Wanneer u geen surround-achterluidsprekers gebruikt, kunt u met
deze functie een virtueel surround-achterkanaal horen via de sur-
round-luidsprekers. U kunt ook luisteren naar bronnen zonder infor-
matie voor een surround-achterkanaal.
OFF
ON
V.HEIGHT
(Virtueel hoogte-voorkanaal)
<n>
Wanneer u geen hoog-voorluidsprekers gebruikt, kunt u met deze
functie een virtueel hoogte-voorkanaal horen via de voorluidsprekers.
OFF
ON
V.WIDE
(Virtuele breedte)
<o>
Wanneer u geen breed-voorluidsprekers gebruikt, kunt u met deze
functie een virtueel breedte-voorkanaal horen via de voorluidsprekers.
Hiermee wordt een betere continuïteit verkregen van het geluid van
de voorkanalen naar de surroundkanalen.
OFF
ON
V.DEPTH
(Virtuele diepte)
<p>
Wanneer deze functie wordt geselecteerd, wordt het geluidsveld
virtueel uitgebreid tot achter het scherm, zodat een geluidsveld wordt
verkregen met dezelfde diepte als het 3D-beeld waardoor het gevoel
van aanwezigheid wordt versterkt.
OFF
MIN
MID
MAX
AMP
<q>
Hiermee kunt u de eindversterkergedeelten uitschakelen en de
kanalen uitsluitend in de voorversterkermodus gebruiken. Selecteer
ON om de eindversterkers voor alle kanalen te gebruiken. Selecteer
Front OFF om de eindversterker voor het voorkanaal uit te schakelen
en het voorkanaal uitsluitend in de voorversterkermodus te gebruiken,
selecteer F&C OFF om de eindversterkers voor het voorkanaal en
middenkanaal uit te schakelen en het voorkanaal en middenkanaal
uitsluitend in de voorversterkermodus te gebruiken. Om de eindver-
sterkers voor alle kanalen uit te schakelen en deze uitsluitend in de
voorversterkermodus te gebruiken, selecteert u OFF.
ON
Front OFF
F&C OFF
OFF
a Deze aanpassing kan alleen worden gemaakt wanneer TONE op ON is ingesteld.
b ! De standaardwaarde is afhankelijk van het type ingang (bladzijde 89 ).
! Wanneer ON wordt geselecteerd, wordt het Sound Retriever-effect geoptimaliseerd op basis van de informatie omtrent de
bitsnelheid van het audiomateriaal afkomstig van het USB-geheugenapparaat en de INTERNET RADIO, MEDIA SERVER,
FAVORITES (alleen digitale audio-ingangssignalen) om een hoge geluidskwaliteit te realiseren.
! Bij de iPod/USB, INTERNET RADIO, MEDIA SERVER, FAVORITES of BT AUDIO- ingangsfunctie is S.RTRV standaard inge-
steld op ON.
! Wanneer ON wordt geselecteerd, wordt met behulp van de HDMI ARC (Audio Return Channel) functie een optimale correctie
verkregen van de audio-ingangssignalen die via de HDMI OUT-aansluiting binnenkomen en het geluid van digitale TV-uitzen-
dingen wordt met HD-kwaliteit weergegeven. Dit geldt wanneer de ingangsfunctie is ingesteld op TV en ARC in HDMI Setup is
ingesteld op ON. (Zie HDMI-instellingen op bladzijde 76 .)
c UP1 tot UP4 kunnen alleen geselecteerd worden wanneer er hoog-voorluidsprekers zijn aangesloten. De aanwezigheid of afwe-
zigheid van effecten hangt af van de luisterfunctie.
 
82
Andere functies gebruiken
09
d ! Dit kan worden ingesteld wanneer MANUAL is geselecteerd voor AScale.
! Deze functie werkt niet wanneer de bemonsteringsfrequentie 32 kHz is.
e Deze instelling is alleen van invloed op 2-kanaals audiobronnen.
f Op het voorpaneel wordt ‘DIGITL’ weergegeven.
g AUTO is alleen beschikbaar voor Dolby TrueHD signalen. Selecteer MAX of MID voor andere signalen dan Dolby TrueHD.
h ! De verzwakker is niet beschikbaar wanneer u de Stream Direct (ANALOG DIRECT) functies gebruikt.
! De verzwakker werkt niet wanneer de luisterfunctie is ingesteld op PURE DIRECT bij AirPlay.
i ! De HDMI Audio-instelling kan niet veranderd worden wanneer er een gesynchroniseerde versterkerbediening wordt uitge-
voerd.
! De gesynchroniseerde versterkerfunctie moet ingeschakeld zijn om de HDMI audio- en video-ingangssignalen die de receiver
ontvangt van de tv te kunnen weergeven wanneer de receiver stand-by staat. Zie Meer over gesynchroniseerde bediening op
bladzijde 77 .
j Deze voorziening is alleen beschikbaar wanneer het aangesloten beeldscherm automatische audio/video synchronisatie
(‘lip-synchronisatie’) voor HDMI ondersteunt. Als de automatisch ingestelde vertragingstijd niet geschikt is, zet u A.DELAY op
OFF en stelt dan de vertragingstijd handmatig in. Neem rechtstreeks contact op met de fabrikant voor meer informatie over de
lip-synchronisatiefunctie van uw beeldscherm.
k Alleen beschikbaar als u bronnen met 2 kanalen beluistert in de modus Neo:X CINEMA/MUSIC/GAME.
l De standaardwaarde is afhankelijk van het type ingang (bladzijde 89 ).
m ! Dit kan worden ingesteld wanneer MANUAL is geselecteerd voor V.SPs.
! U kunt de virtuele surround-achterkanaalfunctie niet gebruiken wanneer de koptelefoon op deze receiver is aangesloten of
wanneer de stereofunctie, Geavanceerde voorpodium-surround, Sound Retriever Air of Directe stroom is geselecteerd.
! Het virtuele surround-achterkanaal kan alleen gebruikt worden als de surroundluidsprekers zijn ingeschakeld en de instelling
SB op NO staat of als 5.2.4ch, 5.2 Bi-Amp+HDZONE, 5.2 +ZONE 2+ZONE 3, 5.2 +ZONE 2+HDZONE, Multi-ZONE Music,
5.2ch + SP-B Bi-Amp, 5.2ch F+Surr Bi-Amp, 5.2ch F+C Bi-Amp of 5.2ch C+Surr Bi-Amp is geselecteerd bij Speaker System.
! Deze functie is alleen effectief bij materiaal met een bemonsteringsfrequentie van 48 kHz of minder.
n ! Dit kan worden ingesteld wanneer MANUAL is geselecteerd voor V.SPs.
! U kunt de functie virtueel hoogtekanaal niet gebruiken wanneer de koptelefoon op deze receiver is aangesloten of wanneer de
stereofunctie, Geavanceerde voorpodium-surround, Sound Retriever Air of Directe stroom is geselecteerd.
! U kunt de functie virtueel hoogtekanaal alleen gebruiken als de surroundluidsprekers zijn ingeschakeld en FH is ingesteld
op NO. De functie kan ook niet worden gebruikt bij de weergave van signalen die reeds informatie voor een hoogte-voorkanaal
bevatten.
! Deze functie is alleen effectief bij materiaal met een bemonsteringsfrequentie van 48 kHz of minder.
o ! Dit kan worden ingesteld wanneer MANUAL is geselecteerd voor V.SPs.
! U kunt de functie virtuele breedte niet gebruiken wanneer de koptelefoon op deze receiver is aangesloten of wanneer de
stereofunctie, Geavanceerde voorpodium-surround, Sound Retriever Air of Directe stroom is geselecteerd.
! U kunt de functie virtueel breedtekanaal alleen gebruiken als de surroundluidsprekers zijn ingeschakeld en FW is ingesteld
op NO. De functie kan ook niet worden gebruikt bij de weergave van signalen die reeds informatie voor een breedte-voorkanaal
bevatten.
! Deze functie is alleen effectief bij materiaal met een bemonsteringsfrequentie van 48 kHz of minder.
p ! Deze functie is alleen effectief bij materiaal met een bemonsteringsfrequentie van 48 kHz of minder.
! U kunt de functie virtuele diepte niet gebruiken wanneer de koptelefoon op deze receiver is aangesloten of wanneer de functie
Directe stroom is geselecteerd.
q ! Als Speaker System is ingesteld op 7.2ch + Front Bi-Amp, 5.2 Bi-Amp+HDZONE, 5.2ch F+Surr Bi-Amp of 5.2ch F+C
Bi-Amp, wordt de instelling AMP vergrendeld op ON en kan deze niet gewijzigd worden.
! Wanneer Speaker System op 5.2ch C+Surr Bi-Amp staat, kunnen alleen ON en Front OFF worden geselecteerd voor de
AMP-instelling.
De video-opties instellen
Er zijn een aantal extra beeldinstellingen die u kunt maken in het menu VIDEO PARAMETER. De standaardwaar-
den zijn vetgedrukt.
Belangrijk
! Als MAIN/HDZONE is ingesteld op HDZONE, werkt de menu-instelling VIDEO PARAMETER alleen voor het
signaal van de aansluitingen HDMI OUT 1 en HDMI OUT 2.
En als HDZONE is ingesteld op ON, kan VIDEO PARAMETER niet worden ingesteld (werkt niet).
! Als een optie niet geselecteerd kan worden in het menu VIDEO PARAMETER, is deze niet beschikbaar voor de
huidige bron, de huidige instelling en/of de status van de receiver.
! Alle onderdelen kunnen worden ingesteld voor elke ingangsfunctie.
Met de ingang voor alleen audio kan VIDEO PARAMETER niet worden ingesteld.
En als HDZONE is ingesteld op ON, kan VIDEO PARAMETER niet worden ingesteld (werkt niet).
! Andere onderdelen dan V.CONV kunnen alleen worden ingesteld wanneer V.CONV op ON staat.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op VIDEO P..
2 Selecteer de instelling die u wilt aanpassen met i/j.
Afhankelijk van de huidige status / functie van de receiver kunt u bepaalde opties mogelijk niet selecteren. In de
volgende tabel vindt u hierover meer informatie.
3 Gebruik k/l om de benodigde instelling te maken.
Raadpleeg de onderstaande tabel voor de beschikbare opties voor elke instelling.
4 Druk op RETURN om te bevestigen en het menu af te sluiten.
 
83
Andere functies gebruiken
09
Videoparametermenu
Instelling Functie Optie(s)
V.CONV
(Digitale video-omzetter)
<a>
Allen video-ingangssignalen worden omgezet zodat ze via de HDMI
OUT 1 en HDMI OUT 2-aansluitingen kunnen worden uitgevoerd.
ON
OFF
RES
(Resolutie)
<b>
Hiermee geeft u de uitgangsresolutie van het videosignaal op (wan-
neer video-ingangssignalen bij de HDMI OUT-aansluitingen worden
uitgevoerd, stelt u dit onderdeel in overeenkomstig de resolutie van
uw monitor en de beelden die u wilt bekijken).
(“576p” geeft de 480p/576p resolutie-instelling aan.)
AUTO
PURE
576p
720p
1080i
1080p
1080/24p
4K
4K/24p
PCINEMA
(PureCinema)
<c, e>
Deze instelling optimaliseert de werking van het progressive scan-
circuit voor het weergeven van filmmateriaal. Gewoonlijk moet u dit
onderdeel op AUTO instellen. Als het beeld onnatuurlijk is, schakelt u
over naar ON of OFF.
AUTO
ON
OFF
P.MOTION
(Progressieve beweging)
<c, e>
Hiermee wordt de beweging en de kwaliteit van stilstaande beelden
ingesteld wanneer de video-uitvoer op progressief is ingesteld.
c –4 t/m +4 d
Standaard-instelling: 0
STREAM
(Stream Smoother)
<e>
Deze functie verbetert de elementen die de beeldkwaliteit in netwerk-
materiaal kunnen verminderen, zoals mosquito-ruis en blokruis.
Wanneer AUTO is geselecteerd, wordt de Stream Smoother-functie
van dit apparaat automatisch ingeschakeld wanneer netwerkmateri-
aal wordt afgespeeld op een speler die Stream Smoother Link onder-
steunt en die via HDMI op dit apparaat is aangesloten (vooropgesteld
dat de geïntegreerde werking met de Control met HDMI-functie is
ingesteld). (Stream Smoother Link)
OFF
ON
AUTO
V.ADJ
(Geavanceerde videoregeling)
Stelt de optimale beeldkwaliteit in voor het type beeldscherm dat is
aangesloten. Selecteer PDP voor plasmaschermen, LCD voor vloei-
bare kristalschermen (lcd), FPJ voor projectoren, PRO voor professi-
onele monitoren. Als u de instellingen voor de beeldkwaliteit aan uw
eigen smaak wilt aanpassen, selecteert u MEMORY.
PDP
LCD
FPJ
PRO
MEMORY
YNR
<d, e>
Hiermee wordt de ruis in het luminantiesignaal (Y) verminderd.
c
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c 0 t/m +8 d
Standaard-instelling: 0
Instelling Functie Optie(s)
CNR
<d, e>
Hiermee wordt de ruis in het ingangskleursignaal (C) verminderd.
c
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c 0 t/m +8 d
Standaard-instelling: 0
BNR
<d, e>
Hiermee wordt de blokruis (blokvormige vervorming die ontstaat bij
MPEG-compressie) in het beeld verminderd.
c
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c 0 t/m +8 d
Standaard-instelling: 0
MNR
<d, e>
Hiermee wordt de mosquito-ruis (vervorming die ontstaat aan de
omtrek van het beeld bij MPEG-compressie) in het beeld verminderd.
c
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c 0 t/m +8 d
Standaard-instelling: 0
DETAIL
<d, e>
Hiermee wordt de scherpte van de randen ingesteld.
c
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c 0 t/m +8 d
Standaard-instelling: 0
BRIGHT
(Helderheid)
<d, e>
Hiermee stelt u de algemene helderheid in.
c
0
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c –6 t/m +6 d
Standaard-instelling: 0
 
84
Andere functies gebruiken
09
Instelling Functie Optie(s)
CONTRAST
<d, e>
Hiermee past u het contrast aan tussen licht en donker.
c
0
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c –6 t/m +6 d
Standaard-instelling: 0
HUE
<d, e>
Hiermee regelt u de balans tussen rood en groen.
c
0
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c –6 t/m +6 d
Standaard-instelling: 0
CHROMA
(Chromaniveau)
<d, e>
Hiermee stelt u de verzadiging in van dof tot helder.
c
0
d
(De afbeelding is alleen een voorbeeld voor het illustreren van het
effect.)
c –6 t/m +6 d
Standaard-instelling: 0
BLK SETUP
(Zwartinstelling)
<f>
Instellen van het zwartniveau aan de hand van het video-ingangssig-
naal.
Gewoonlijk moet u 0 selecteren. Als het zwartniveau te hoog is als
gevolg van de combinatie met de aangesloten monitor, selecteert u
7.5.
0
7.5
ASP
(Beeldverhouding)
<g>
Hier geeft u de beeldverhouding op wanneer ingangssignalen bij de
HDMI-uitgang worden uitgevoerd. Maak de gewenste instellingen
terwijl u elke instelling op het beeldscherm controleert (als het beeld
niet bij uw monitortype past, kan het beeld worden afgesneden of
verschijnen er zwarte banden).
THROUGH
NORMAL
a ! De standaardwaarde is afhankelijk van het type ingang (bladzijde 89 ).
! Als het videobeeld slechter wordt wanneer deze instelling op ON wordt gezet, zet u het op OFF.
! Bij aansluiting op een video-apparaat via de componentvideo-ingangsaansluitingen zet u dit onderdeel op ON en kijkt dan
naar video van de HDMI OUT 1 of HDMI OUT 2-aansluiting.
b ! Wanneer een resolutie is ingesteld waarvoor de tv (monitor) niet geschikt is, zal er geen beeld worden weergegeven. Ook zal er
in sommige gevallen geen beeld zijn omdat de signalen voorzien zijn van auteursrechtbeveiliging (copyright). In dit geval moet u
de instelling veranderen.
! Wanneer AUTO is geselecteerd, zal de resolutie automatisch worden geselecteerd overeenkomstig de eigenschappen van het
via HDMI aangesloten beeldscherm. Wanneer PURE wordt geselecteerd, worden de signalen met dezelfde resolutie uitgevoerd
als waarmee ze binnenkomen (zie Meer over de video-omzetter op bladzijde 33 ).
! Wanneer 1080/24p of 4K/24p is geselecteerd, kunnen bewegingen onnatuurlijk of het beeld niet helder zijn, afhankelijk van
het videosignaal dat binnenkomt. In dit geval moet u de resolutie instellen op een andere waarde dan 1080/24p of 4K/24p.
! Als PURE is geselecteerd en het ingangssignaal 480i is, kan het schermdisplay niet worden weergegeven.
c ! P.MOTION is uitgeschakeld wanneer PCINEMA op ON staat.
! Deze instelling is alleen van invloed op beelden opgenomen met de interlaced scan-indeling (480i/576i of 1080i signalen).
d Instelling is niet mogelijk als V.ADJ (Geavanceerde videoregeling) niet is ingesteld op MEMORY.
e ! Deze instelling wordt alleen getoond wanneer de onderstaande videosignalen worden ingevoerd:
480i, 576i, 480p, 576p, 720p, 1080i analoge videosignalen
480i, 576i, 480p, 576p, 720p, 1080i, 1080p, 1080p24 HDMI-videosignalen
f Deze instelling is alleen mogelijk wanneer 480i signalen binnenkomen via de composiet video-aansluitingen.
g ! Als het beeld niet overeenkomt met uw type beeldscherm, moet u de beeldverhouding op het bronapparaat of op het beeld-
scherm aanpassen.
! Deze instelling wordt alleen weergegeven wanneer 480i/p of 576i/p videosignalen worden ingevoerd.
 
85
Andere functies gebruiken
09
De uitgang omschakelen (OUTPUT PARAMETER)
Druk op OUT P. om de uitgang van de luidsprekeraansluitingen of de af te spelen HDMI-aansluitingen om te
schakelen.
Overschakelen naar andere luidsprekeraansluitingen
Als u 7.2.2ch TMd/FW, 7.2.2ch TMd/FH of 7.2ch + Speaker B hebt geselecteerd bij Luidsprekersysteem instel-
len op bladzijde 106 , kunt u tussen luidsprekers overschakelen met de knop OUT P..
Als u 7.2ch + Front Bi-Amp, 7.2ch + HDZONE, 5.2.4ch, 5.2 Bi-Amp+HDZONE, 5.2ch + SP-B Bi-Amp,
5.2ch F+Surr Bi-Amp, 5.2ch F+C Bi-Amp, 5.2ch C+Surr Bi-Amp, Multi-ZONE Music, 5.2 +ZONE 2+HDZONE of
5.2 +ZONE 2+ZONE 3 hebt geselecteerd, schakelt u met deze knop de hoofdluidsprekeraansluiting in of uit.
1 Druk op OUT P..
! U kunt hetzelfde doen door te drukken op SPEAKERS op het voorpaneel.
2 Selecteer ‘SP’ met i/j.
3 Schakel met k/l over naar de gewenste luidsprekeraansluiting.
Als u 7.2ch + Front Bi-Amp, 7.2ch + HDZONE, 5.2.4ch, 5.2 Bi-Amp+HDZONE, 5.2ch + SP-B Bi-Amp,
5.2ch F+Surr Bi-Amp, 5.2ch F+C Bi-Amp, 5.2ch C+Surr Bi-Amp, Multi-ZONE Music, 5.2 +ZONE 2+HDZONE of
5.2 +ZONE 2+ZONE 3 hebt geselecteerd, schakelt u met deze knop de hoofdluidsprekeraansluiting (A) in of uit
(pre-AMP), zoals hierboven is vermeld.
De voorversterkermodus is een modus die bedoeld is om het stroomverbruik te verminderen wanneer er eind-
versterkers op de PRE OUT-aansluitingen zijn aangesloten door de stroom van de versterkers voor deze kanalen
afzonderlijk uit te schakelen.
Druk verschillende malen op de knop om te kiezen uit de volgende opties voor de luidsprekeraansluitingen:
Als u 7.2.2ch TMd/FW selecteert, kunt u kiezen uit:
! SP: TMd/FW ON – Boven-midden- of voor-breedkanalen worden toegevoegd aan de voor-, midden-, sur-
round- en surround-achterkanalen (maximaal 7 kanalen), en er worden maximaal 9 kanalen uitgevoerd.
De boven-middenkanalen en voor-breedkanalen worden automatisch omgeschakeld naargelang het
audio-ingangssignaal.
! SP: TMd ON – Boven-middenkanalen worden toegevoegd aan de voor-, midden-, surround- en surround-ach-
terkanalen (maximaal 7 kanalen), en er worden maximaal 9 kanalen uitgevoerd.
! SP: FW ON – Breed-voorkanalen worden toegevoegd aan de voor-, midden-, surround- en surround-achterka-
nalen (maximaal 7 kanalen) en er worden maximaal 9 kanalen weergegeven.
! SP: OFF – Er klinkt geen geluid uit de luidsprekers.
Als u 7.2.2ch TMd/FH selecteert, kunt u kiezen uit:
! SP: TMd/FH ON – Boven-midden- of voor-hoogkanalen worden toegevoegd aan de voor-, midden-, sur-
round- en surround-achterkanalen (maximaal 7 kanalen), en er worden maximaal 9 kanalen uitgevoerd.
De boven-middenkanalen en voor-hoogkanalen worden automatisch omgeschakeld naargelang het
audio-ingangssignaal.
! SP: TMd ON – Boven-middenkanalen worden toegevoegd aan de voor-, midden-, surround- en surround-ach-
terkanalen (maximaal 7 kanalen), en er worden maximaal 9 kanalen uitgevoerd.
! SP: FH ON – Hoog-voorkanalen worden toegevoegd aan de voor-, midden-, surround- en surround-achterka-
nalen (maximaal 7 kanalen) en er worden maximaal 9 kanalen weergegeven.
! SP: OFF – Er klinkt geen geluid uit de luidsprekers.
Wanneer u 7.2ch + Speaker B selecteert, kunt u kiezen uit:
! SP: A ON – Het geluid wordt via de luidsprekeraansluitingen A weergegeven (maximaal 9 kanalen (waaronder
de hoog-voorkanalen), afhankelijk van de bron).
! SP: B ON – Het geluid wordt weergegeven via de twee luidsprekers die op de luidsprekeraansluitingen B zijn
aangesloten. Bronnen met meerdere kanalen worden niet weergegeven.
! SP: A+B ON – Het geluid wordt weergegeven via de luidsprekeraansluitingen A (maximaal 7 kanalen,
afhankelijk van de bron), de twee luidsprekers die op de luidsprekeraansluitingen B zijn aangesloten en de
subwoofer. Het geluid van de luidsprekeraansluitingen B is hetzelfde als het geluid van de luidsprekeraanslui-
tingen A (bronnen met meerdere kanalen worden teruggebracht tot 2 kanalen).
! SP: OFF – Er klinkt geen geluid uit de luidsprekers.
Opmerkingen
! Wanneer 7.2ch + Speaker B of 5.2ch + SP-B Bi-Amp is geselecteerd voor het onderdeel Speaker System
(bladzijde 106 ) en het onderdeel Speaker B Link (HDMI-instellingen op bladzijde 76 ) op “ON” staat, veran-
dert de instelling van de weergegeven luidsprekeraansluitingen automatisch wanneer HDMI OUT 1 en HDMI
OUT 2 worden omgeschakeld. Zie De HDMI-uitgang veranderen op bladzijde 85 voor verdere informatie.
! De weergave van de subwoofer hangt af van de instellingen die u hebt gekozen in Luidsprekers handmatig
instellen op bladzijde 106 . Als u echter hierboven SP: B ON selecteert, brengt de subwoofer geen geluid voort
(het LFE-kanaal wordt niet gedownmixt).
! Alle luidsprekersystemen (uitgezonderd de 7.2ch + Speaker B aansluitingen) worden uitgeschakeld wanneer
u een koptelefoon aansluit.
De HDMI-uitgang veranderen
U kunt instellen welke aansluiting gebruikt moet worden wanneer video- en audiosignalen via de HDMI-
uitgangsaansluitingen worden uitgevoerd.
De HDMI OUT 1-aansluiting is compatibel met de Control met HDMI-functie.
1 Druk op OUT P..
2 Selecteer ‘OUT 1/2’ met i/j.
3 Gebruik k/l om de uitgangsinstellingen voor de HDMI OUT 1 en HDMI OUT
2-aansluitingen te selecteren.
Wacht even terwijl Please wait ... wordt weergegeven.
De uitgang schakelt om tussen OUT 1+2, OUT 1, OUT 2 en OFF telkens wanneer op de knop wordt gedrukt.
! De gesynchroniseerde versterkerfunctie wordt geannuleerd wanneer de HDMI-uitgangsinstelling wordt
veranderd. Als u de gesynchroniseerde versterkerfunctie wilt gebruiken, schakelt u over naar OUT 1 en selec-
teert dan de gesynchroniseerde versterkerfunctie op de TV met behulp van de afstandsbediening van de TV.
4 Gebruik i/j om ‘OUT 3’ te selecteren.
5 Gebruik k/l om de uitgangsinstellingen voor de HDMI OUT 3-aansluiting te selecteren.
Wacht even terwijl Please wait ... wordt weergegeven.
De instelling schakelt om tussen ON en OFF telkens wanneer op de knop wordt gedrukt.
! Wanneer MAIN/HDZONE op HDZONE wordt ingesteld, kan de uitvoer van de HDMI OUT 3-aansluiting niet
worden omgeschakeld (bladzijde 112 ).
6 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
Meer over de functie Luidsprekers B Link
Wanneer 7.2ch + Speaker B of 5.2ch + SP-B Bi-Amp is geselecteerd voor het onderdeel Speaker System (blad-
zijde 106 ) en het onderdeel Speaker B Link (HDMI-instellingen op bladzijde 76 ) op “ON” staat, verandert de
instelling van de weergegeven luidsprekeraansluitingen automatisch wanneer HDMI OUT 1 en HDMI OUT 2
worden omgeschakeld. De instelling verandert als volgt.
! OUT 1+2 – Schakelt om naar SP: A+B ON. Het geluid wordt gelijktijdig weergegeven in de ruimte waar de
luidsprekers A staan en in de ruimte waar de luidsprekers B staan.
! OUT 1 – Schakelt om naar SP: A ON. Het geluid wordt alleen weergegeven in de ruimte waar de luidsprekers A staan.
! OUT 2 – Schakelt om naar SP: B ON. Het geluid wordt alleen weergegeven in de ruimte waar de luidsprekers B staan.
 
86
Andere functies gebruiken
09
Uitgangsinstellingen HDMI 4K/60p-signaal
Als de TV die u met HDMI wilt aansluiten 4K/60p ondersteunt, kunt u de uitgangsinstellingen van het 4K/60p-
signaal gebruiken voor het beste beeld en geluid.
U kunt deze instelling aan de voorzijde van het toestel aanpassen. Deze kan alleen worden ingesteld als de multi-
zonefunctie is ingesteld op MULTI ZONE OFF (bladzijde 86 ).
1 Zet de receiver in de stand-bystand.
2 Terwijl u ENTER op het voorpaneel ingedrukt houdt, drukt u op u STANDBY/ON.
U ziet RESET c NO d op het display.
3 Gebruik i/j om ‘4K/60p’ te selecteren.
4 Gebruik k/l om het signaal te selecteren dat u wilt instellen.
! 4:4:4 – Selecteer deze instelling als u een HDMI-kabel gebruikt om het toestel op een 4K/60p 4:4:4 24 bit-com-
patibele TV aan te sluiten. Dit resulteert in de beste beeldkwaliteit.
Als de HDMI-kabel 4K/60p 4:4:4 24 bit (18 Gbps overdracht) niet ondersteunt, wordt het beeld wellicht niet
correct weergegeven. Selecteer in dat geval 4:2:0 voor een 4K/60p 4:2:0 24 bit-weergave.
Via de aansluiting HDMI OUT 3 wordt geen 4K/60p 4:4:4 24 bits videobeeld uitgevoerd als
MAIN/HDZONE is ingesteld op HDZONE.
! 4:2:0 – Selecteer deze instelling als u een HDMI-kabel gebruikt om het toestel op een 4K/60p 4:2:0 24 bit-com-
patibele TV aan te sluiten.
5 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
6 Druk op u STANDBY/ON om de receiver en uw tv aan te zetten.
Zorg dat de video-invoer van de TV op deze receiver is ingesteld.
Het kanaalniveau tijdens het luisteren veranderen
Met de kanaalniveau-instellingen kunt u de algehele balans van het luidsprekersysteem aanpassen. Dit is een
belangrijke factor bij het instellen van een thuistheatersysteem.
1 Druk op CH LV..
2 Selecteer met i/j het kanaal dat u wilt aanpassen.
3 Stel het volume af met k/l.
Het volume kan worden afgesteld tussen -12.0dB en +12.0dB, in stapjes van 0,5 dB.
4 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
Ingangsvolume-afstelfunctie
Gebruik deze functie om het verschil in volume tussen de ingangsbronnen te corrigeren.
1 Schakel over naar de ingangsbron waarvan u het volume wilt afstellen.
2 Druk op CH LV..
3 Gebruik i/j om ‘ALL’ te selecteren.
4 Stel het volume af met k/l.
Het volume kan worden afgesteld tussen -12.0dB en +12.0dB, in stapjes van 0,5 dB.
5 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
MULTI-ZONE bediening gebruiken
Bij de volgende stappen worden de bedieningselementen op het voorpaneel gebruikt om het volume in de secun-
daire zones te regelen en bronnen te selecteren. Zie Knoppen om ZONE 2 op afstand te bedienen en Knoppen om
de HDZONE op afstand te bedienen op bladzijde 87 .
Belangrijk
! De instellingen bij ZONE Setup moeten worden gewijzigd om de multizonefunctie te kunnen gebruiken (blad-
zijde 112 ).
1 Druk op de knop op het voorpaneel voor de zone die u wilt bedienen (ZONE 2 ON/OFF,
ZONE 3 ON/OFF of HDZONE ON/OFF).
De zone wordt in- of uitgeschakeld telkens wanneer op de knop wordt gedrukt.
De MULTI-ZONE-indicator brandt wanneer de MULTI-ZONE bediening is ingeschakeld.
2 Druk op MULTI-ZONE CONTROL om de gewenste secundaire zone(s) te selecteren.
! Wanneer de receiver aan staat, controleert u of opdrachten voor de secundaire zone worden uitgevoerd
terwijl ZONE en de geselecteerde secundaire zone(s) worden weergegeven op het display. Als dit niet wordt
weergegeven, hebben de bedieningselementen op het voorpaneel enkel effect op de hoofdzone.
Als de receiver in stand-bystand staat, is het display minder fel verlicht en worden ZONE en de geselecteerde
secundaire zone(s) nog steeds weergegeven op het display.
3 Gebruik de knop INPUT SELECTOR om de bron voor de geselecteerde zone te selecteren.
Bijvoorbeeld, ZONE 2 SAT/CBL stuurt de bron aangesloten op de SAT/CBL-ingangen naar de eerste secundaire
zone (ZONE 2).
! Als u TUNER selecteert, kunt u een voorkeuzezender kiezen met de bedieningselementen voor de radio (zie
Voorkeurzenders opslaan op bladzijde 60 voor de juiste procedure). De tuner kan niet op meer dan één
zender tegelijk worden afgestemd. Wanneer u afstemt op een andere zender in de ene zone, verandert de
zender ook in de andere zone. Let op dat u niet op een andere zender afstemt tijdens de opname van een
radio-uitzending.
4 Gebruik de knop MASTER VOLUME om het volume voor de secundaire zone in te stellen.
Wanneer Speaker System op iets anders dan 5.2 +ZONE 2+ZONE 3, 5.2 +ZONE 2+HDZONE of
Multi-ZONE Music is ingesteld, kan de volume-uitvoer via de aansluitingen AUDIO ZONE 2 OUT van de receiver
worden ingesteld op –40 dB of 0 dB, en kan het volume op de aangesloten versterker worden ingesteld. Zie ZONE-
instellingen op bladzijde 112 voor het instellen van het volume op de aangesloten versterker.
5 Wanneer u klaar bent, drukt u nogmaals op MULTI-ZONE CONTROL om terug te keren naar
de bediening van de hoofdzone.
U kunt ook op ZONE 2 ON/OFF, ZONE 3 ON/OFF of HDZONE ON/OFF op het voorpaneel drukken om alle uitvoer
naar de secundaire zone uit te schakelen.
! U kunt de hoofdzone pas volledig uitschakelen nadat u de MULTI-ZONE bediening hebt uitgeschakeld.
! Als u de MULTI-ZONE functie lange tijd niet gaat gebruiken, zet u zowel de secundaire zone als de hoofdzone
uit zodat de receiver in de stand-bystand staat.
Opmerking
Als HDZONE is ingeschakeld, is de video-omzetterfunctie uitgeschakeld. Daarom wordt video die is aangesloten
met de videokabel of de componentkabel niet uitgevoerd via de HDMI-aansluiting. Upscalen van video op de
HDMI-ingang is ook niet mogelijk. Als u de video-omzetterfunctie wilt inschakelen, moet u HDZONE uitzetten.
 
87
Andere functies gebruiken
09
Knoppen om ZONE 2 op afstand te bedienen
Houd eerst Z2 op de afstandsbediening ingedrukt (1,5 seconde) tot de LED op de afstandsbediening een keer
knippert. Doe dit voordat u de bediening uitvoert.
In de volgende tabel ziet u de mogelijke knoppen om ZONE 2 op afstand te bedienen:
Knop(pen) Functie
u
Hiermee schakelt u het apparaat in de secundaire zone in of uit.
ALL
Hiermee selecteert u de ingangsfunctie in de secundaire zone.
Ingangsfunctie-knoppen
Hiermee kunt u de ingangsfunctie direct selecteren (voor sommige functies werkt dit wel-
licht niet) in de secundaire zone.
VOLUME +/
<a>
Hiermee stelt u het luistervolume in de secundaire zone in.
MUTE
<a>
Hiermee dempt u het geluid of herstelt u het oorspronkelijke geluidsniveau nadat het geluid
is gedempt (door het regelen van het volume wordt het geluidsniveau eveneens hersteld).
a ! Het volume kan niet op de receiver worden ingesteld als Volume Level bij ZONE 2 Setup onder ZONE Setup op –40 dB
Fixed of 0 dB Fixed is ingesteld.
Knoppen om ZONE 3 op afstand te bedienen
Houd eerst Z3 op de afstandsbediening ingedrukt (1,5 seconde) tot de LED op de afstandsbediening een keer
knippert. Doe dit voordat u de bediening uitvoert.
In de volgende tabel ziet u de mogelijke knoppen om ZONE 3 op afstand te bedienen:
Knop(pen) Functie
u
Hiermee schakelt u het apparaat in de secundaire zone in of uit.
ALL
Hiermee selecteert u de ingangsfunctie in de secundaire zone.
Ingangsfunctie-knoppen
Hiermee kunt u de ingangsfunctie direct selecteren (voor sommige functies werkt dit wel-
licht niet) in de secundaire zone.
VOLUME +/
<a>
Hiermee stelt u het luistervolume in de secundaire zone in.
MUTE
<a>
Hiermee dempt u het geluid of herstelt u het oorspronkelijke geluidsniveau nadat het geluid
is gedempt (door het regelen van het volume wordt het geluidsniveau eveneens hersteld).
a ! Het volume kan niet op de receiver worden ingesteld als Volume Level bij ZONE 3 Setup onder ZONE Setup op –40 dB
Fixed of 0 dB Fixed is ingesteld.
Knoppen om de HDZONE op afstand te bedienen
Houd eerst HDZ op de afstandsbediening ingedrukt (1,5 seconde) tot de LED op de afstandsbediening een keer
knippert. Doe dit voordat u de bediening uitvoert.
In de volgende tabel ziet u de mogelijke knoppen om de HDZONE op afstand te bedienen:
Knop(pen) Functie
u
Hiermee schakelt u het apparaat in de HDZONE in of uit.
ALL
Hiermee selecteert u de ingangsfunctie in de HDZONE.
Ingangsfunctie-knoppen
Hiermee kunt u de ingangsfunctie direct selecteren (voor sommige functies werkt dit wel-
licht niet) in de HDZONE.
VOLUME +/
<a>
Hiermee stelt u het luistervolume in HDZONE in.
MUTE
<a>
Hiermee dempt u het geluid of herstelt u het oorspronkelijke geluidsniveau nadat het geluid
is gedempt (door het regelen van het volume wordt het geluidsniveau eveneens hersteld).
a Deze bediening is alleen mogelijk als Speaker System is ingesteld op 7.2ch + HDZONE, 5.2 Bi-Amp+HDZONE of 5.2 +ZONE 2+HDZONE.
Een audio- of video-opname maken
U kunt een audio- of een video-opname maken vanaf de ingebouwde tuner of van een audio- of videobron die is
aangesloten op de receiver, bijvoorbeeld een CD-speler of TV.
Denk eraan dat u geen digitale opname kunt maken van een analoge bron en omgekeerd. Zorg er daarom voor
dat de apparaten waarop/waarvan u opneemt op dezelfde manier zijn aangesloten (zie De apparatuur aansluiten
op bladzijde 19 voor meer informatie over de aansluitingen).
! Het volume, de audioparameters (bijvoorbeeld de toonregelingen) en de surround-effecten van de receiver
hebben geen invloed op het opgenomen signaal.
! Sommige digitale bronnen zijn beveiligd tegen kopiëren en kunnen alleen analoog worden opgenomen.
! Sommige videobronnen zijn beveiligd tegen kopiëren. Deze kunnen niet worden opgenomen.
Omdat de video-omzetter niet beschikbaar is bij het maken van opnamen (via de video OUT-aansluitingen), dient
u ervoor te zorgen dat u hetzelfde type videokabel gebruikt voor het aansluiten van de recorder als u hebt gebruikt
voor het aansluiten van de videobron (degene die u wilt opnemen) op deze receiver. Zo moet u uw recorder bij-
voorbeeld met componentvideo aansluiten als uw bron ook met componentvideo aangesloten is geweest.
1 Selecteer de bron die u wilt opnemen.
U kunt hiervoor de ingangsfunctieknoppen op de afstandsbediening of de knop INPUT SELECTOR op het voorpa-
neel gebruiken.
2 Bereid de bron voor die u wilt opnemen.
Stem af op een radiozender, plaats de CD, videoband, DVD en dergelijke.
3 Selecteer het ingangssignaal overeenkomstig het signaal dat wordt opgenomen.
Gebruik de knop AUDIO P. van de afstandsbediening.
4 Bereid de recorder voor.
Plaats een lege cassette, MD, videoband en dergelijke in het opnameapparaat en stel de opnameniveaus in.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de recorder als u niet zeker weet hoe dit moet. De meeste videorecorders
stellen het audio-opnameniveau automatisch in. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij het apparaat in geval van
twijfel.
5 Start de opname en start vervolgens de weergave op het bronapparaat.
Netwerkinstellingen vanaf een webbrowser maken
De netwerkinstellingen kunnen worden gemaakt met behulp van de browser die op een computer is die op het-
zelfde LAN als de receiver is aangesloten.
1 Druk op u STANDBY/ON om de receiver in te schakelen.
2 Schakel de computer in en start de internetbrowser.
3 Voer het IP-adres van de receiver in het adresinvoerveld van de browser in.
Ga in een browser naar het IP-adres “http://(IP-adres van de receiver)”. U kunt het IP-adres van het toestel op het
display weergeven door te drukken op STATUS op de afstandsbediening.
Als er verbinding is met de receiver, verschijnt het menuscherm van AVNavigator in de browser.
4 Selecteer in het menuscherm van AVNavigator Network Setup.
5 Selecteer de gewenste instelling.
 
88
Andere functies gebruiken
09
De slaaptimer gebruiken
De slaaptimer zet de receiver in de stand-bystand na de ingestelde tijdsduur. U kunt dus rustig in slaap val-
len zonder bang te hoeven zijn dat de receiver de hele nacht aan blijft staan. Stel de slaaptimer in met de
afstandsbediening.
% Druk zo vaak als nodig op SLEEP om de gewenste tijdsduur voor de slaaptimer in te stellen.
30 min 60 min
Off 90 min
! U kunt de resterende tijd van de slaaptimer op elk gewenst moment controleren door eenmaal op SLEEP te
drukken. Druk verschillende malen om nogmaals door de verschillende opties van de slaaptimer te lopen.
! De slaaptimer geldt voor alle zones. Zolang een van de zones is ingeschakeld, blijft de sleeptimer werken.
Het display dimmen
U kunt kiezen uit vier verschillende helderheidsniveaus voor het display op het voorpaneel. Wanneer u bronnen
selecteert, wordt het display automatisch helderder gedurende enkele seconden.
U kunt het display uitschakelen als u merkt dat de geluidskwaliteit wordt beïnvloed door ruis van het display.
% Druk zo vaak als nodig op DIMMER om de gewenste helderheid van het display op het
voorpaneel in te stellen.
! U kunt het display ook uitschakelen. In dat geval zal de FL OFF-indicator oplichten.
De instellingen van het systeem controleren
Op het statusdisplayscherm kunt u de huidige instellingen controleren voor functies zoals surround-achterka-
naalverwerking en de huidige voorgedefinieerde MCACC-instelling.
1 Druk op STATUS.
2 Gebruik i/j om de systeeminstelling te controleren.
De informatie op het display van het hoofdapparaat verandert zoals hieronder is aangegeven telkens wanneer op
een van de knoppen wordt gedrukt.
IP-adres f Audioformaat f Bemonsteringsfrequentie f MCACC-geheugen f Automatische faseregeling
plus correctiewaarde f Ingangsbron die wordt weergegeven in ZONE 2 f Ingangsbron die wordt weergege-
ven in ZONE 3 f Ingangsbron die wordt weergegeven in HDZONE f HDMI-uitgangsinstelling f Secundaire
zone waarnaar HDZONE wordt uitgevoerd
! Bij sommige instellingen worden sommige items niet weergegeven.
3 Druk nogmaals op STATUS wanneer u klaar bent om het display uit te schakelen.
 
89
Andere functies gebruiken
09
De standaardinstellingen van het systeem herstellen
Aan de hand van de volgende procedure kunt u alle instellingen van de receiver terugzetten op de standaardin-
stellingen. Gebruik hiervoor de bedieningselementen op het voorpaneel. Zet MULTI-ZONE op MULTI ZONE OFF.
! Maak de iPod en het USB-geheugenapparaat vooraf los van de receiver.
! Stel de Control met HDMI in op OFF (zie HDMI-instellingen op bladzijde 76 ).
1 Zet de receiver in de stand-bystand.
2 Terwijl u ENTER op het voorpaneel ingedrukt houdt, drukt u op u STANDBY/ON.
U ziet RESET c NO d op het display.
3 Selecteer ‘RESET’ met PRESET k/l en druk dan op ENTER op het voorpaneel.
U ziet RESET? OK op het display.
4 Druk op ENTER om te bevestigen.
U ziet OK op het display om aan te geven dat de standaardinstellingen van de receiver zijn hersteld.
! Alle instellingen worden opgeslagen, zelfs als de stekker van de receiver uit het stopcontact wordt gehaald.
Standaardinstellingen van het systeem
Instelling Standaardwaarde
Digitale video-omzetter
OFF
SPEAKERS
TMd/FW ON
Luidsprekersysteem
7.2.2ch TMd/FW
Speaker Setting
Voor
SMALL
Midden
SMALL
Boven-midden/Boven-voor/Boven-achter
SMALL
FH/FW
SMALL
Surround
SMALL
Surround-achter
SMALLx2
Subwoofer
SW1+2 YES
Surroundpositie
ON SIDE
Scheiding
80Hz
X-curve
OFF
DIMMER Middelmatig helder
Ingangen
Zie Standaardinstellingen en mogelijk instellingen voor de ingangsfunctie op bladzijde 52 .
Ingangsvolume-afstelfunctie Alle ingangen
0dB
HDMI
HDMI-geluid
AMP
Control
OFF
Control-modus --- (OFF)
ARC (Audio Return Channel) --- (OFF)
PQLS --- (AUTO)
Standby Through-modus
OFF
4K/60p
4:4:4
DSP
Niveau bij stroom aan
LAST
Instelling Standaardwaarde
Toelaatbare maximumvolume
OFF
Dempingsniveau
FULL
Fasecontrole
ON
Auto Sound Retriever-functie
Voor de ingangen iPod/USB, INTERNET
RADIO, MEDIA SERVER, FAVORITES, BT
AUDIO
ON
Andere ingangsfuncties
OFF
Geluidsvertraging 0 ms
Dual mono
CH1
DRC
OFF
LFE verzwakken
0dB
Automatische vertraging
OFF
Digitale veiligheid
OFF
Effectniveau ALC (Automatische niveauregeling)
50
Centrumspreiding
Ingang met videobeeld
OFF
Ingang zonder videobeeld
ON
Neo:X opties Versterking middenkanaal
Neo:X CINEMA: 1.0
Neo:X MUSIC: 0.3
Neo:X GAME: 1.0
Alle ingangen
Luisterfunctie (2-kanalen/meerdere
kanalen)
AUTO SURROUND
Luisterfunctie (hoofdtelefoon)
STEREO
Zie ook De audio-opties instellen op bladzijde 80 voor andere standaardinstellingen voor DSP.
MCACC
Positiegeheugen MCACC
M1. MEMORY 1
Kanaalniveau (M1 tot M6) 0.0 dB
Luidsprekerafstand (M1 tot M6) 3.00 m
Standing Wave (M1 tot M6)
ATT van alle kanalen/filters 0.0 dB
Wide trim SWch 0.0 dB
EQ-gegevens (M1 tot M6)
Alle kanalen/banden 0.0 dB
Brede trim-EQ 0.0 dB
Netwerk
Netwerk stand-by
OFF
DHCP
ON
 
90
 
Over het menu Remote Setup ...................................................................................................... 91
Meerdere receivers bedienen ....................................................................................................... 91
De afstandsbediening instellen voor de bediening van andere apparaten ............................. 91
Vooraf ingestelde codes rechtstreeks kiezen ..............................................................................92
Signalen van andere afstandsbedieningen programmeren ...................................................... 92
Een van de knopinstellingen van de afstandsbediening wissen ..............................................93
Alle geleerde instellingen wissen die in een bepaalde ingangsfunctie zijn ............................. 93
Instellen van de achtergrondverlichtingsmodus ........................................................................93
Gebruik van All Zone Standby ......................................................................................................94
De overschakeltijd voor de bedieningsstand van de AV-versterker instellen ......................... 94
De instellingen van de afstandsbediening resetten ...................................................................94
Bedienen van apparaten ...............................................................................................................95
De rest van uw systeem bedienen
91
De rest van uw systeem bedienen
10
Over het menu Remote Setup
De Remote Setup functie wordt ingesteld door op de cijferknop te drukken terwijl RCU SETUP ingedrukt wordt
gehouden. Hieronder worden de verschillende onderdelen van het menu Remote Setup beschreven. Zie de uitleg
van de betreffende onderdelen voor instructies over het maken van de instellingen.
Instelling Functie
Afstands-bedie-
nings-modus
veranderen
Als u meerdere Pioneer receivers, versterkers enz. hebt, kunt u dit onderdeel gebruiken om te voorkomen dat
andere apparaten gelijktijdig worden bediend wanneer de afstandsbediening wordt gebruikt. Zie Meerdere
receivers bedienen op bladzijde 91 .
Vooraf inge-
stelde codes
oproepen
Hier kunnen de vooraf ingestelde codes voor de verschillende ingangsfuncties worden ingesteld. De
afstandsbedieningscodes voor een aantal apparaten (waaronder producten van andere fabrikanten) worden
in de afstandsbediening ingesteld om de betreffende apparaten te kunnen bedienen. Zie Vooraf ingestelde
codes rechtstreeks kiezen op bladzijde 92 .
Codes program-
meren
Als de gewenste bedieningsfuncties niet kunnen worden uitgevoerd hoewel de vooraf ingestelde codes zijn
ingesteld, kunt u de afstandsbedieningssignalen van de andere apparaten rechtstreeks programmeren. Zie
Signalen van andere afstandsbedieningen programmeren op bladzijde 92 .
Gepro-
gram-meerde
codes wissen
Met deze functie kunnen de afstandsbedieningscodes die zijn geprogrammeerd worden gewist. De codes die
voor de verschillende ingangsfuncties zijn geprogrammeerd, kunnen afzonderlijk worden gewist. Zie Een van
de knopinstellingen van de afstandsbediening wissen op bladzijde 93 .
Achter-
grond-verlich-
ting
Het verlichtingspatroon voor de achtergrondverlichting kan op een van de onderstaande vier instellingen
worden gezet, overeenkomstig uw eigen voorkeur en de levensduur van de batterijen. Zie Instellen van de
achtergrondverlichtingsmodus op bladzijde 93 .
Resetfunctie
Met deze functie kunnen de vooraf ingestelde codes die zijn ingesteld gereset worden. Het resetten kan
voor de afzonderlijke ingangsfuncties worden uitgevoerd. Zie Alle geleerde instellingen wissen die in een
bepaalde ingangsfunctie zijn op bladzijde 93 .
Overschakeltijd
voor de bedie-
ningsstand
U kunt instellen dat het systeem automatisch moet overschakelen naar de bedieningsstand van de AV-ver-
sterker nadat u met de afstandsbediening ingangsfuncties hebt bediend en een bepaalde tijd is verstreken.
Zie De overschakeltijd voor de bedieningsstand van de AV-versterker instellen op bladzijde 94 .
Alles resetten
Met deze functie kunnen alle instellingen die u op de afstandsbediening hebt gemaakt worden teruggezet op
de standaardinstellingen die golden bij het verlaten van de fabriek. Zie De instellingen van de afstandsbedie-
ning resetten op bladzijde 94 .
Opmerkingen
! U kunt elke stap hieronder op elk moment annuleren of afsluiten door op RCU SETUP te drukken.
! Na een inactiviteit van één minuut wordt de bewerking automatisch afgesloten.
Meerdere receivers bedienen
Bij gebruik van meerdere receivers kunnen er maximaal vier receivers met de afstandsbediening van
deze receiver worden bediend, mits de receivermodellen hetzelfde zijn als deze receiver. De receiver die
bediend wordt, kunt u omschakelen door de vooraf ingestelde code in te voeren voor het instellen van de
afstandsbedieningsinstelling.
! Stel de afstandsbedieningsmodi op de receivers in voordat u deze functie gebruikt (zie Instellng van de
afstandsbedieningsmodus op bladzijde 111 ).
1 Houd RCU SETUP ingedrukt en druk dan ‘4’ drie seconden in.
Laat de toets los nadat de LED één keer geknipperd heeft. De LED blijft knipperen.
! Druk op RCU SETUP om de instelfunctie te annuleren.
2 Druk op de cijfertoets voor de receiver (“Receiver 1” tot “Receiver 4”) die u wilt bedienen.
Om bijvoorbeeld “Receiver 2” te bedienen, drukt u op ‘2’.
Als de LED één seconde oplicht, is de instelling uitgevoerd.
Wanneer de vooraf ingestelde code is ingevoerd en de LED driemaal knippert, betekent dit dat de instelling is mislukt.
De afstandsbediening instellen voor de bediening van andere
apparaten
De meeste apparaten kunnen worden toegewezen aan een van de ingangsfunctieknoppen (zoals DVD of CD) met
behulp van de vooraf ingestelde apparaatcode van de fabrikant in de afstandsbediening.
Het is echter mogelijk dat slechts bepaalde functies kunnen worden bediend na het toewijzen van de juiste appa-
raatcode. Bovendien kunnen de codes voor de fabrikant in de afstandsbediening niet geschikt zijn voor het model
dat u gebruikt.
Als u geen vooraf ingestelde code vindt die overeenstemt met het apparaat dat u wilt bedienen, kunt u opdrach-
ten van een andere afstandsbediening programmeren (zie Signalen van andere afstandsbedieningen program-
meren op bladzijde 92 ).
! Met de TV-knoppen kan de TV worden bediend ongeacht de ingang die is ingesteld voor de bedieningsfunctie
van de afstandsbediening. Bij gebruik van één TV-toestel raden wij u aan dezelfde vooraf ingestelde codes van
de TV toe te wijzen aan de TV INPUT-knop en de TV-knop. Bij gebruik van twee TV-toestellen kunt u voor meer
bedieningsgemak de TV die is aangesloten op de MONITOR OUT-aansluitingen toewijzen aan de TV INPUT-
knop en de andere TV aan de TV-knop.
! De apparaten kunnen aan de volgende ingangsfunctieknoppen worden toegewezen.
SOURCE CONTROL
STANDBY/ON
DVDBD SAT
HDMI
TV CD
INPUT
ALL
 
92
De rest van uw systeem bedienen
10
Vooraf ingestelde codes rechtstreeks kiezen
1 Houd RCU SETUP ingedrukt en druk dan ‘1’ drie seconden in.
Laat de toets los nadat de LED één keer geknipperd heeft. De LED blijft knipperen.
! Druk op RCU SETUP om de instelfunctie te annuleren.
2 Druk op de ingangsfunctieknop voor het apparaat dat u wilt bedienen.
Om de vooraf ingestelde codes toe te wijzen van de TV die met de TV-functie wordt bediend, drukt u op de TV
INPUT-knop.
De LED van de afstandsbediening licht op.
3 Gebruik de cijfertoetsen om de 4-cijferige vooraf ingestelde code in te voeren.
Zie Lijst met vooraf ingestelde codes op bladzijde 140 .
Als de LED één seconde oplicht en dan blijft knipperen, is de instelling met succes voltooid.
Wanneer de vooraf ingestelde code volledig is ingevoerd en de LED driemaal knippert, betekent dit dat de instel-
ling is mislukt. In dit geval moet u de 4-cijferige vooringestelde code opnieuw invoeren.
4 Herhaal de stappen 2 en 3 voor de andere apparaten die u wilt bedienen.
Om de afstandsbediening te proberen, zet u het apparaat aan of uit (stand-by) door op u SOURCE te drukken. Als
dat niet werkt, kiest u de volgende code in de lijst (als er meerdere codes zijn).
5 Druk op RCU SETUP om de instelfunctie voor de vooraf ingestelde code te annuleren.
Signalen van andere afstandsbedieningen programmeren
Wanneer geen vooraf ingestelde codes beschikbaar zijn voor het apparaat of wanneer de beschikbare apparaat-
codes niet juist werken, kunt u de signalen van de afstandsbediening van een ander apparaat programmeren. U
kunt deze procedure ook gebruiken om extra functies (knoppen die niet vooraf zijn ingesteld) te programmeren
na het toewijzen van een vooraf ingestelde code.
U kunt ongeveer 120 vooraf ingestelde codes van andere apparaten opslaan in de afstandsbediening (dit is alleen
getest met codes in Pioneer-indeling).
Bepaalde knoppen zijn bedoeld voor functies die niet kunnen worden geprogrammeerd van andere afstandsbe-
dieningen. De beschikbare knoppen worden hieronder getoond:
STANDBY/ON
ENTER
SOURCE
INPUT
TV VOL
RECEIVER
ENTER
CLR
CH
CH
2
546
8
0
79
13
Fav
1 Houd RCU SETUP ingedrukt en druk dan ‘2’ drie seconden in.
Laat de toets los nadat de LED één keer geknipperd heeft. De LED blijft knipperen.
! Om codes onder de TV-knoppen te “programmeren”, gaat u door naar stap 3.
! Druk op RCU SETUP om de instelfunctie te annuleren.
2 Druk op de ingangsfunctieknop voor het apparaat dat u wilt bedienen.
De LED knippert eenmaal en knippert daarna continu.
 
93
De rest van uw systeem bedienen
10
3 Richt de twee afstandsbedieningen naar elkaar. Druk vervolgens op de knop waaronder u
het signaal wilt programmeren op de afstandsbediening van deze receiver.
De LED knippert één keer en stopt dan met met knipperen om doorlopend te blijven branden.
! De afstandsbedieningen moeten 3 cm van elkaar verwijderd zijn.
3 cm
Afstandsbediening
van deze receiver
Andere
afstandsbediening
4 Druk op de overeenkomstige knop van de andere afstandsbediening die het signaal
verzendt naar (aanleert aan) de afstandsbediening van deze receiver.
Als de LED één seconde oplicht en dan blijft knipperen, is de instelling met succes voltooid.
! Als de LED vijf seconden knippert, betekent dit dat het geheugen vol is. Zie Alle geleerde instellingen wissen
die in een bepaalde ingangsfunctie zijn op bladzijde 93 als u een geprogrammeerde knop wilt wissen die u
niet gebruikt om zo geheugenruimte vrij te maken (houd er rekening mee dat sommige signalen meer geheu-
gen vragen dan andere).
! Soms resulteert het programmeren van de afstandsbediening in een verkeerd signaal als gevolg van interfe-
rentie van TV’s of andere apparatuur.
! Sommige opdrachten van andere afstandsbedieningen kunnen niet worden geprogrammeerd, maar in de
meeste gevallen volstaat het de afstandsbedieningen dichter bij of verder van elkaar te houden.
5 Herhaal stap 3 en 4 als u nog meer signalen voor hetzelfde apparaat wilt programmeren.
Als u signalen voor een ander apparaat wilt programmeren, sluit u de procedure af en herhaalt u stap 2 tot en
met 4.
6 Druk op RCU SETUP om de programmeerfunctie af te sluiten.
Een van de knopinstellingen van de afstandsbediening wissen
Volg de stappen hieronder om een geprogrammeerde knop te wissen en de standaardinstelling van de knop te
herstellen.
1 Houd RCU SETUP ingedrukt en druk dan drie seconden op ‘8’.
Laat de toets los nadat de LED één keer geknipperd heeft. De LED blijft knipperen.
! Om instellingen die onder de TV-knoppen zijn geregistreerd te wissen, gaat u door naar stap 3.
! Druk op RCU SETUP om de instelfunctie te annuleren.
2 Druk op de ingangsfunctieknop voor het apparaat dat correspondeert met de opdracht die
u wilt wissen.
De LED knippert eenmaal.
3 Houd de knop die u wilt wissen drie seconden lang ingedrukt.
Als de LED één seconde oplicht, is het wissen met succes voltooid.
4 Herhaal stap 3 als u meer knoppen wilt wissen.
5 Druk op RCU SETUP om de wisfunctie af te sluiten.
Alle geleerde instellingen wissen die in een bepaalde
ingangsfunctie zijn
Volg de onderstaande stappen om alle bedieningsinstellingen van andere apparaten te wissen die in een
bepaalde ingangsfunctie zijn geprogrammeerd en vervolgens de fabrieksinstellingen te herstellen.
Deze functie is handig voor het wissen van alle gegevens die geprogrammeerd zijn voor apparaten die niet meer
worden gebruikt.
1 Houd RCU SETUP ingedrukt en druk dan ‘9’ drie seconden in.
Laat de toets los nadat de LED één keer geknipperd heeft. De LED blijft knipperen.
! Druk op RCU SETUP om de instelfunctie te annuleren.
2 Houd de ingangsfunctieknop voor het apparaat dat correspondeert met de opdracht die u
wilt wissen drie seconden ingedrukt.
Om de instellingen die onder alle TV-knoppen zijn geregistreerd te wissen, houdt u de TV INPUT-knop 3 secon-
den ingedrukt.
Als de LED één seconde oplicht, is het wissen met succes voltooid.
Instellen van de achtergrondverlichtingsmodus
! Standaardinstelling: 1 (normale modus)
Het verlichtingspatroon voor de achtergrondverlichting kan op een van de onderstaande vier instellingen worden
gezet, overeenkomstig uw eigen voorkeur en de levensduur van de batterijen.
1 Houd RCU SETUP ingedrukt en druk dan ‘6’ drie seconden in.
Laat de toets los nadat de LED één keer geknipperd heeft. De LED blijft knipperen.
! Druk op RCU SETUP om de instelfunctie te annuleren.
2 Druk op de cijferknop voor de achtergrondverlichtingsmodus die u wilt instellen.
!1’ (normale modus) – De achtergrondverlichting wordt in- en uitgeschakeld met de verlichtingstoets. Nadat
de verlichting is ingeschakeld, wordt deze automatisch uitgeschakeld als er gedurende 10 seconden geen
bedieningshandeling wordt verricht.
!2’ (frequente verlichtingsmodus) – De achtergrondverlichting wordt ingeschakeld wanneer op een knop van
de afstandsbediening wordt gedrukt. De verlichting wordt uitgeschakeld met de verlichtingstoets. Nadat de
verlichting is ingeschakeld, wordt deze automatisch uitgeschakeld als er gedurende 10 seconden geen bedie-
ningshandeling wordt verricht.
!3’ (eco-modus) – De achtergrondverlichting wordt in- en uitgeschakeld met de verlichtingstoets. Nadat de
verlichting is ingeschakeld, wordt deze automatisch uitgeschakeld als er gedurende 5 seconden geen bedie-
ningshandeling wordt verricht.
!4’ (uit-modus) – De achtergrondverlichting gaat niet branden ook wanneer op de verlichtingstoets wordt
gedrukt.
Als de LED één seconde oplicht en dan blijft knipperen, is de instelling met succes voltooid.
Als de LED driemaal knippert, is de instelling mislukt.
3 Druk op RCU SETUP om de instelfunctie te verlaten.
 
94
De rest van uw systeem bedienen
10
Gebruik van All Zone Standby
De All Zone Standby kan worden gebruikt om alle zones uit te schakelen wanneer de receiver in de stand-bystand
wordt gezet.
Tevens kunnen bij gebruik van afzonderlijke Pioneer versterkers/receivers voor de secundaire zones deze ook
gelijktijdig in de stand-bystand worden gezet.
! Om de versterkers/receivers die op de secundaire zones zijn aangesloten in de stand-bystand te kunnen zetten,
moeten de aangesloten versterkers/receivers zodanig worden geïnstalleerd of aangesloten dat deze afstands-
bedieningssignalen kunnen ontvangen.
! De versterkers/receivers kunnen met deze bedieningsfunctie in de stand-bystand worden gezet, zelfs wanneer
meerdere Pioneer versterkers/receivers worden gebruikt en de Remote Control Mode ervan is gewijzigd.
1 Druk op ALL ZONE STBY.
De LED blijft knipperen.
2 Druk op u STANDBY/ON.
De receiver schakelt in de stand-bystand en alle zones worden uitgeschakeld.
De overschakeltijd voor de bedieningsstand van de AV-versterker
instellen
! Standaardinstelling: Het systeem schakelt niet automatisch over naar de bedieningsstand van de
AV-versterker.
Nadat u op SOURCE CONTROL drukt om een ander apparaat te bedienen, moet u op MAIN RECEIVER drukken
om over te schakelen naar de bedieningsstand van de AV-versterker op de receiver.
U kunt instellen dat het systeem automatisch moet overschakelen naar de bedieningsstand van de AV-versterker
nadat u met de afstandsbediening ingangsfuncties hebt bediend en een bepaalde tijd is verstreken. Zie De over-
schakeltijd voor de bedieningsstand van de AV-versterker instellen op bladzijde 94 .
1 Houd RCU SETUP ingedrukt en druk dan drie seconden op ‘5’.
De LED knippert eenmaal.
2 Druk op de cijferknop voor de tijd die u wilt instellen.
! 1 – Het systeem schakelt niet automatisch over naar de bedieningsstand van de AV-versterker.
! 2 – Overschakelen na vijf minuten.
! 3 – Overschakelen na drie minuten.
! 4 – Overschakelen na één minuut.
! 5 – Overschakelen na 30 seconden.
3 Druk op RCU SETUP om de instelfunctie te verlaten.
De instellingen van de afstandsbediening resetten
Aan de hand van de volgende procedure kunt u alle instellingen van de afstandsbediening terugzetten op de
standaardinstellingen.
! Wanneer er vooraf ingestelde codes zijn ingesteld, worden alle signalen die geprogrammeerd zijn in de
ingangsfunctieknoppen gewist. Deze functie is handig wanneer u enkele maar niet alle ingangsbronknoppen
in de oorspronkelijke toestand wilt herstellen.
1 Houd RCU SETUP ingedrukt en druk dan ‘0’ drie seconden in.
Laat de toets los nadat de LED één keer geknipperd heeft. De LED blijft knipperen.
2 Houd de knop ENTER vijf seconden ingedrukt.
Als de LED één seconde oplicht, is het wissen met succes voltooid.
Standaard vooraf ingestelde codes
Ingangsfunctieknop Vooraf ingestelde code
BD
2255
DVD
2197
HDMI
2144
TV
0305
CD
5000
SAT/CBL
6329
TV (INPUT) 0305
ALL
2034
 
95
De rest van uw systeem bedienen
10
Bedienen van apparaten
Met deze afstandsbediening kunt u apparaten bedienen na het invoeren van de juiste codes (zie De afstandsbe-
diening instellen voor de bediening van andere apparaten op bladzijde 91 voor meer informatie). Gebruik de
ingangsfunctieknoppen om het apparaat te selecteren.
TOP
MENU
RETURN
RECEIVER
STANDBY/ON
ENTER
TOOLS
MENU
SOURCE
INPUT
TV VOL
HOME
MENU
ENTER
CLR
CH
CH
2
546
8
0
79
13
AUDIO
DISP
Tv en audio/video-apparatuur
Knop(pen) TV TV (Monitor) BD/DVD
HDD/BDR/
DVR
VIDEORECORDER
SAT/CATV
u SOURCE
POWER ON/
OFF
POWER ON/
OFF
POWER ON/
OFF
POWER ON/
OFF
POWER ON/
OFF
POWER ON/
OFF
Cijfertoetsen nummers nummers nummers nummers nummers nummers
CLR
! (punt)
KURO LINK CLEAR +
*
ENTER (CLASS) CH ENTER CH ENTER ENTER ENTER ENTER
EXIT/INFO EXIT TOP MENU TOP MENU LIST
TOOLS/GUIDE/
EPG
USER MENU
TOOLS
<a>
GUIDE GUIDE
i/j/k/l i/j/k/l i/j/k/l i/j/k/l i/j/k/l
i/j/k/l
ENTER
ENTER ENTER ENTER ENTER ENTER
HOME MENU HOME MENU HOME MENU HOME MENU HOME MENU
RETURN RETURN RETURN RETURN RETURN
d
d d d d
e
AUTO SETUP
e e e e
g
FREEZE
g g g g
m
m m m m
n
n n n n
o
TV/DTV AV SELECTION
o o
o
p
SCREEN SIZE
p p
p
AUDIO
AUDIO AUDIO AUDIO AUDIO AUDIO AUDIO
DISP
DISPLAY DISPLAY DISPLAY DISPLAY DISPLAY/INFO
CH +/–
CH +/– CH +/–
Ondertiteling
(CH +)
Pop-upmenu
(CH –)
<a>
Ondertiteling
(CH +) of CH
+/–
CH +/– CH +/–
a Bedieningsknoppen voor BD.
 
96
De rest van uw systeem bedienen
10
Audio/video-apparatuur
Knop(pen) LD CD/CD-R/SACD MD/DAT CASSETTE
u SOURCE
POWER ON/OFF POWER ON/OFF POWER ON/OFF POWER ON/OFF
Cijfertoetsen nummers nummers nummers
CLR +10 >10/CLEAR
CLEAR
<a>
CLEAR
ENTER (CLASS) ENTER DISC/ENTER
OPEN/CLOSE
<a>
ENTER
TOP MENU
MSc
LEGATO LINK
<b>
MSd
i/j/k/l i/j/k/l
e/g/m/n
ENTER
ENTER
SACD SETUP
<b>
RETURN
d d d d d
e e e e e
g g g g g
m m m m m
n n n n n
o o o o o
p p p p p
AUDIO
AUDIO
PURE AUDIO
<b>
DISP
DISPLAY/INFO
TIME
<b>
a Bedieningsknoppen voor MD.
b Bedieningsknoppen voor SACD.
TV (Projector)
Knop(pen) TV (Projector)
u SOURCE
POWER ON
1
MOVIE
2
STANDARD
3
DYNAMIC
4
USER1
5
USER2
6
USER3
7
COLOR+
8
SHARP+
9
GAMMA
0
COLOR–
CLR SHARP–
ENTER (CLASS) COLOR TEMP
EXIT
INFO
i/j/k/l i/j/k/l
ENTER
ENTER
TEST
HIDE
MENU
m
HDMI1
d
HDMI2
n
COMP.
o
VIDEO
e
S-VIDEO
g
BRIGHT–
p
BRIGHT+
AUDIO
POWER OFF
DISP
ASPECT
CH +/–
CONTRAST+/–
 
97
 
De receiver instellen via het menu MCACC PRO ......................................................................... 98
Automatic MCACC (Expert)...........................................................................................................98
Handmatige MCACC-instelling ...................................................................................................100
De MCACC-gegevens controleren ..............................................................................................102
Data Management .......................................................................................................................103
Het menu MCACC PRO
98
Het menu MCACC PRO
11
De receiver instellen via het menu MCACC PRO
Het MCACC (Multi Channel ACoustic Calibration, multikanaals akoestische kalibratie) PRO-systeem is ontwik-
keld in Pioneers laboratoria met het doel om thuisgebruikers in staat te stellen om eenvoudig dezelfde nauwkeu-
rige instellingen te maken als in een studio mogelijk is. De akoestische eigenschappen van de luisterruimte wor-
den gemeten en de frequentierespons wordt overeenkomstig gekalibreerd om een hoge precisie, automatische
analyse en optimale kalibratie van het geluidsveld te verkrijgen, zodat de studio-omgeving zo dicht mogelijk kan
worden benaderd. Om staande golven te elimineren, wat voorheen zeer moeilijk was, is deze receiver uitgerust
met een regelfunctie voor staande golven die gebruik maakt van een uniek proces om akoestische analyse uit te
voeren en de invloed van deze golven te verminderen.
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u het geluidsveld automatisch kunt kalibreren en de geluidsveldgegevens
handmatig kunt fijnafstellen.
1 Druk op u STANDBY/ON om de receiver en uw tv aan te zetten.
Zorg dat de video-invoer van de TV op deze receiver is ingesteld.
2 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
! U kunt op elk gewenst moment op HOME MENU drukken om het HOME MENU af te sluiten.
3 Selecteer ‘MCACC PRO’ in het HOME MENU en druk hierna op ENTER.
4 Selecteer de instelling die u wilt aanpassen.
! Full Auto MCACC – Zie Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC)
op bladzijde 49 voor een snelle en effectieve automatische instelling van surround-geluid.
! Auto MCACC – Zie Automatic MCACC (Expert) op bladzijde 98 voor een meer gedetailleerde
MCACC-instelling.
! Manual MCACC – Stel de luidsprekerinstellingen nauwkeurig in en pas de akoestische kalibratie-EQ aan (zie
Handmatige MCACC-instelling op bladzijde 100 ).
! Demo – Er worden geen instellingen opgeslagen en er treden geen fouten op. Wanneer de luidsprekers op
deze receiver zijn aangesloten, wordt de testtoon herhaaldelijk uitgestuurd. Druk op RETURN om de testtoon
uit te schakelen.
Automatic MCACC (Expert)
Als u gedetailleerdere instellingen nodig hebt dan die worden beschreven in Automatisch uitvoeren van de
optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC) op bladzijde 49 , kunt u de instellingsopties hieronder
aanpassen. U kunt het systeem op verschillende manieren kalibreren voor maximaal zes verschillende voorgede-
finieerde MCACC-instellingen. Dit kan handig zijn als u verschillende luisterposities hebt die afhankelijk zijn van
het type bron, bijvoorbeeld films kijken vanaf de bank of videospelletjes spelen vlak voor de TV.
Belangrijk
! Verplaats de microfoon/luidsprekers niet tijdens de Automatic MCACC-instelling.
! De screensaver verschijnt automatisch na vijf minuten inactiviteit.
WAARSCHUWING
! De testtonen die worden voortgebracht tijdens de Automatic MCACC-instelling klinken erg hard.
1 Selecteer ‘Auto MCACC’ in het menu MCACC PRO en druk hierna op ENTER.
Als het scherm MCACC PRO niet wordt weergegeven, raadpleeg dan De receiver instellen via het menu MCACC
PRO op bladzijde 98 .
2 Selecteer de parameters die u wilt instellen.
Gebruik i/j om het onderdeel te selecteren en gebruik dan k/l om de instelling te maken.
! Auto MCACC – De standaardinstelling is ALL (aanbevolen), maar u kunt de kalibratie van het systeem desge-
wenst beperken tot slechts één instelling om tijd te besparen.
Nadat de gegevens zijn gemeten (na het selecteren van ALL of Keep SP System), zullen de gegevens
over de galmeigenschappen (zowel vóór als na de kalibratie) die in de receiver zijn opgeslagen, worden
overschreven.
Wanneer de meting wordt uitgevoerd met iets anders dan SYMMETRY (nadat u ALL of Keep SP System
heeft geselecteerd), kunnen de galmeigenschappen na kalibratie niet worden voorspeld, en zal de grafiek
voor de eigenschappen na kalibratie (“Na”) niet kunnen worden weergegeven. Als u de grafiek voor de
eigenschappen na kalibratie (“Na”) moet laten weergeven, dient u de meting uit te voeren met behulp van
het menu EQ Professional in de Manual MCACC-instelling (bladzijde 100 ).
De EQ Pro & S-Wave-meting wordt ook gedaan als ALL of Keep SP System is geselecteerd. Zie
Professionele akoestische kalibratie-EQ op bladzijde 101 voor meer informatie.
Het effect van de Professionele akoestische kalibratie-EQ en de Staande golf kan in- of uitgeschakeld wor-
den in de respectievelijke voorgedefinieerde MCACC-instelling. Zie De audio-opties instellen op bladzijde
80 voor verdere informatie.
! EQ Type (alleen beschikbaar als het bovenstaande menu Auto MCACC is ingesteld op EQ Pro & S-Wave) –
Hiermee bepaalt u de manier waarop de frequentiebalans wordt aangepast.
Nadat een enkele kalibratie is uitgevoerd, kan elk van de volgende drie correctiecurven afzonderlijk in het
MCACC-geheugen worden opgeslagen.
SYMMETRY voert symmetrische correctie uit voor elk paar linker en rechter luidsprekers voor een recht
verloop van de karakteristieken van de frequentie-amplituden.
ALL CH ADJ is een ‘neutrale’ instelling waarbij alle luidsprekers afzonderlijk worden ingesteld, dus geen
enkel kanaal krijgt meer nadruk.
Bij FRONT ALIGN worden alle luidsprekers overeenkomstig de voorluidspreker-instellingen ingesteld (er
wordt geen egalisatie op de linker en rechter voorkanalen toegepast).
Als u ALL of Keep SP System als uw menu Auto MCACC hebt geselecteerd, kunt u de voorgedefinieerde
MCACC-instelling opgeven waar u de SYMMETRY, ALL CH ADJ en FRONT ALIGN instellingen wilt opslaan.
EQ van de subwoofer wordt automatisch ingesteld in de stand ALL CH ADJ.
! STAND.WAVE Multi-Point (alleen beschikbaar als het bovengenoemde menu Auto MCACC is ingesteld
op EQ Pro & S-Wave) – Naast metingen op de luisterpositie kunt u twee of meer referentiepunten gebruiken
waarvoor testtonen worden geanalyseerd op staande golven. Dit is handig als u een gebalanceerde ‘vlakke’
kalibratie wilt voor verschillende posities in de luisterruimte. Zet de microfoon op het referentiepunt dat op
het scherm wordt aangegeven en houd er rekening mee dat de laatste microfoonpositie de hoofdluisterposi-
tie is:
12
3
Tweede
referentiepunt
Derde
referentiepunt
Hoofdluisterpositie
 
99
Het menu MCACC PRO
11
! Dolby Enabled Speaker (Dit kan alleen ingesteld worden als ALL en Speaker Setting zijn geselecteerd voor
Auto MCACC.) – Selecteer luidsprekers die een Dolby-luidspreker gebruiken (TFw+TBw, TFw, TMd, TBw).
Als u geen Dolby-luidsprekers gebruikt, selecteert u NO (bladzijde 23 ).
! SP to ceiling (Dit kan alleen ingesteld worden als Dolby-luidsprekers gebruikt worden en als ALL, Keep
SP System en Channel Level & Speaker Distance zijn geselecteerd voor Auto MCACC.) – Als u Dolby-
luidsprekers gebruikt, voert u de hoogte in van de luidspreker tot het plafond (bladzijde 23 ).
3 Sluit de microfoon aan op de aansluiting MCACC SETUP MIC op het voorpaneel.
Controleer of er zich geen obstakels tussen de luidsprekers en de microfoon bevinden.
PHONES
SPEAKERS
MULTI-ZONE
CONTROL
ZONE 2
ON/OFF
ZONE 3
ON/OFF
HDZONE
ON/OFF
MCACC
SETUP MIC
(HDMI)
HDMI 5 INPUT
AUTO/ALC/
DIRECT STATUSBAND TUNER EDIT
iPod iPhone
DIRECT CONTROL
5V 1
A
Microfoon
Statief
Als u een statief hebt, kunt u dit gebruiken om de microfoon ongeveer op oorhoogte te plaatsen op de normale
luisterpositie. Als u niet beschikt over een statief, kunt u de microfoon ook opstellen met een ander geschikt
voorwerp.
! Een juiste meting kan wel eens problematisch zijn als de microfoon staat opgesteld op een tafel, stoel of
zitbank e.d.
4 Wanneer u klaar bent met het instellen van de opties, selecteert u START en drukt u daarna
op ENTER.
5 Volg de instructies op het scherm.
6 Wacht totdat de Automatic MCACC-instelling klaar is met het weergeven van testtonen.
U ziet een voortgangsrapport op het scherm terwijl de receiver testtonen voortbrengt om te bepalen welke luid-
sprekers aanwezig zijn in de opstelling. Probeer zo stil mogelijk te zijn terwijl dit gebeurt.
! Bij foutmeldingen (zoals Too much ambient noise! of Check microphone.) selecteert u RETRY nadat u het
omgevingsgeluid (zie Problemen tijdens het gebruik van de Automatic MCACC-instelling op bladzijde 51 )
en de aansluiting van de microfoon hebt gecontroleerd. Als er geen probleem lijkt te zijn, selecteert u gewoon
GO NEXT om verder te gaan.
! Wijzig het volume niet tijdens de weergave van de testtonen. Dit kan onjuiste luidsprekerinstellingen tot
gevolg hebben.
7 Controleer zo nodig de luidsprekerconfiguratie op het GUI-scherm.
De op het scherm getoonde configuratie moet overeenstemmen met de werkelijke luidsprekeropstelling.
Als er langer dan 10 seconden geen bedieningshandeling wordt verricht terwijl het luidsprekerconfiguratie-con-
trolescherm wordt getoond, zal de Automatic MCACC-instelling automatisch hervat worden. In dit geval hoeft u
niet ‘OK’ te selecteren en op ENTER te drukken in stap 8.
! Als u een ERR-melding ziet (of als de weergegeven luidsprekeropstelling niet juist is), kan er een probleem
zijn met de aansluiting van de luidsprekers. Als het probleem niet is verholpen nadat u RETRY hebt gese-
lecteerd, zet u de receiver uit en controleert u de luidsprekeraansluitingen. Als er geen probleem lijkt te zijn,
gebruikt u i/j om de luidspreker te selecteren en k/l om de instelling te wijzigen en door te gaan.
! Als de luidspreker niet naar de microfoon is gericht (luisterplaats) of als luidsprekers worden gebruikt die de
fase beïnvloeden (dipool-luidsprekers, reflectie-luidsprekers enz.), kan Reverse Phase worden aangegeven
hoewel de luidsprekers correct zijn aangesloten.
Als Reverse Phase wordt aangegeven, kunnen de luidsprekerdraden (+ en –) verwisseld zijn. Controleer de
aansluitingen van de luidsprekers.
Als de aansluitingen verkeerd zijn, schakelt u het apparaat uit, trekt dan het netsnoer uit het stopcontact,
waarna u de aansluitingen opnieuw maakt. Vervolgens voert u de Automatic MCACC-procedure opnieuw
uit.
Als de aansluitingen in orde zijn, kiest u voor GO NEXT en gaat u door.
8 Controleer of ‘OK’ is geselecteerd en druk op ENTER.
U ziet een voortgangsrapport op het scherm terwijl de receiver meer testtonen voortbrengt om de optimale recei-
verinstellingen te bepalen.
Probeer ook nu zo stil mogelijk te zijn terwijl dit gebeurt. Dit kan 3 tot 7 minuten duren.
! Als u een STAND.WAVE Multi-Point-instelling hebt geselecteerd bij stap 2, wordt u gevraagd de microfoon
te plaatsen op het tweede en derde referentiepunt voordat u de microfoon ten slotte op de hoofdluisterpositie
plaatst.
9 De Automatic MCACC-instelling is voltooid en het menu MCACC PRO verschijnt weer
automatisch.
De instellingen die worden vastgelegd met de Automatic MCACC-instelling geven normaal gesproken een uit-
stekend surround-geluid van het systeem, maar u kunt deze instellingen ook handmatig invoeren met het instel-
menu Manual MCACC (begint hieronder) of het menu Manual SP Setup (begint op bladzijde 106 ).
! Afhankelijk van de eigenschappen van uw kamer, worden soms verschillende formaten ingesteld voor iden-
tieke luidsprekers met conusafmetingen van ongeveer 12 cm. U kunt de instelling handmatig corrigeren met
de Luidsprekers handmatig instellen op bladzijde 106 .
! De afstand van de subwoofer tot de luisterpositie kan groter worden ingesteld dan de werkelijke afstand. Deze
instelling moet nauwkeurig zijn (rekening houdend met de vertraging en de eigenschappen van de ruimte) en
hoeft normaal gesproken niet te worden gewijzigd.
! Als de meetresultaten van de Automatic MCACC-instelling verkeerd zijn als gevolg van de interactie tussen
de luidsprekers en de kijkomgeving, raden wij u aan de instellingen handmatig te maken.
U kunt de instellingen ook bekijken door de parameters afzonderlijk te selecteren op het scherm
MCACC Data Check (zie De MCACC-gegevens controleren op bladzijde 102 ).
Druk op RETURN nadat u elk scherm hebt gecontroleerd. Wanneer u klaar bent, selecteert u RETURN om terug
te gaan naar het menu HOME MENU.
Zorg dat u de microfoon losmaakt van de receiver nadat de Automatic MCACC-instelling is voltooid.
 
100
Het menu MCACC PRO
11
Handmatige MCACC-instelling
Wanneer u meer vertrouwd bent met het systeem, kunt u met de opties in het instelmenu Manual MCACC gede-
tailleerde aanpassingen verrichten. Voltooi de stappen in Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellin-
gen (Full Automatic MCACC) op bladzijde 49 voordat u deze instellingen verricht.
U hoeft deze instellingen slechts één keer te verrichten (tenzij u de huidige luidsprekeropstelling wijzigt of nieuwe
luidsprekers toevoegt).
WAARSCHUWING
! De testtonen die worden voortgebracht tijdens de Manual MCACC-instelling klinken erg hard.
Belangrijk
! Druk op de knop MCACC terwijl de relevante instelschermen worden weergegeven om de voorgedefinieerde
MCACC-instellingen te selecteren.
! Voor sommige van de hieronder beschreven instellingen moet u de instelmicrofoon aansluiten op het voorpa-
neel en deze op oorhoogte op de normale luisterpositie plaatsen. Druk op HOME MENU om het HOME MENU
weer te geven voordat u de microfoon op deze receiver aansluit.
! Zie Problemen tijdens het gebruik van de Automatic MCACC-instelling op bladzijde 51 voor opmerkingen
betreffende hoge achtergrondruisniveaus en andere mogelijke storingen.
! Als u een subwoofer gebruikt, zet u deze aan en zet u het volume in de middelste stand.
1 Selecteer ‘Manual MCACC’ in het menu MCACC PRO.
Zie De receiver instellen via het menu MCACC PRO op bladzijde 98 als u zich nog niet in dit scherm bevindt.
2 Selecteer de instelling die u wilt aanpassen.
Als u dit voor het eerst doet, is het wellicht raadzaam deze instellingen in de getoonde volgorde te verrichten.
! Fine Channel Level – Hiermee kunt u de algehele balans van het luidsprekersysteem nauwkeurig aanpassen
(zie Fine Channel Level op bladzijde 100 ).
! Fine SP Distance – Hiermee kunt u de vertragingsinstellingen van het luidsprekersysteem nauwkeurig aan-
passen (zie De luidsprekerafstand nauwkeurig instellen op bladzijde 100 ).
! Standing Wave – Hiermee regelt u te resonante lage frequenties in de luisterruimte (zie Standing Wave op
bladzijde 101 ).
De laatste twee instellingen zijn specifiek bedoeld om de parameters aan te passen die worden beschreven in
Afstelbare akoestische kalibratie-EQ op bladzijde 101 :
! EQ Adjust – Hiermee past u de frequentiebalans van het luidsprekersysteem handmatig aan terwijl u luistert
naar testtonen (zie Afstelbare akoestische kalibratie-EQ op bladzijde 101 ).
! EQ Professional – Hiermee kalibreert u het systeem op basis van direct geluid dat uit de luidsprekers
komt en maakt u gedetailleerde instellingen op basis van de akoestische eigenschappen van de ruimte (zie
Professionele akoestische kalibratie-EQ op bladzijde 101 ).
Fine Channel Level
! Standaardinstelling: 0.0dB (alle kanalen)
U krijgt een beter surround-geluid als u de algehele balans van het luidsprekersysteem correct instelt. U kunt het
kanaalniveau van elke luidspreker instellen in stappen van 0,5 dB. Met de volgende instelling kunt u nauwkeurige
aanpassingen doorvoeren die wellicht niet mogelijk zijn met de Luidsprekers handmatig instellen op bladzijde
106 .
1 Selecteer ‘Fine Channel Level’ in het instelmenu Manual MCACC.
Het volume wordt verhoogd tot het referentieniveau 0.0 dB.
2 Stel het niveau van het linkerkanaal in.
Dit is het referentieluidsprekerniveau. Het is wellicht het beste dat u een niveau rond 0.0dB instelt, zodat u
genoeg speelruimte hebt om de overige luidsprekerniveaus in te stellen.
! Nadat u op ENTER hebt gedrukt, worden testtonen weergegeven.
3 Selecteer alle kanalen één voor één en stel de juiste niveaus (+/–12.0 dB) in.
Gebruik k/l om het volume te regelen van de gekozen luidspreker om deze te laten overeenstemmen met de
referentieluidspreker. Wanneer het klinkt alsof beide tonen hetzelfde volume hebben, drukt u op j om te bevesti-
gen en door te gaan naar het volgende kanaal.
! De referentieluidspreker waarmee u kunt vergelijken, verandert afhankelijk van de luidspreker die u kiest.
! Als u wilt teruggaan naar een kanaal om het bij te regelen, selecteert u het kanaal met i/j.
4 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het instelmenu Manual MCACC.
De luidsprekerafstand nauwkeurig instellen
! Standaardinstelling: 3.00 m (alle luidsprekers)
Voor een goede geluidsdiepte en kanaalscheiding is het nodig dat u een korte vertraging toevoegt aan sommige
luidsprekers, zodat alle geluiden de luisterpositie gelijktijdig bereiken. U kunt de afstand van elke luidspreker
instellen in stappen van 1 cm. Met de volgende instelling kunt u nauwkeurige aanpassingen doorvoeren die wel-
licht niet mogelijk zijn met de Luidsprekers handmatig instellen op bladzijde 106 .
1 Selecteer ‘Fine SP Distance’ in het instelmenu Manual MCACC.
2 Stel de afstand van het linkerkanaal tot de luisterpositie in.
Als Dolby-luidsprekers zijn ingesteld, voert u de afstand in van de luidsprekers tot het plafond en van de luisterpo-
sitie tot elke Dolby-luidspreker (bladzijde 23 ).
3 Selecteer alle kanalen één voor één en stel de juiste afstand in.
Pas met k/l de vertraging aan van de geselecteerde luidspreker zodat die overeenkomt met de referentieluid-
spreker. (Als u Dolby-luidsprekers gebruikt, wordt de afstand weergegeven van het luidsprekergeluid dat via het
plafond wordt weerkaatst (bladzijde 23 ).)
Luister naar de referentieluidspreker en regel op basis hiervan het doelkanaal bij. Ga op de luisterpositie met
uitgestrekte armen voor de twee luidsprekers staan en wijs in de richting van de luidsprekers. Probeer te bereiken
dat de twee tonen klinken alsof ze tegelijkertijd aankomen op een punt net vóór u en tussen uw armen.
! Als u dit niet kunt bereiken door de afstandsinstelling aan te passen, moet u wellicht de hoek van uw luid-
sprekers iets aanpassen.
! De testtoon van de subwoofer verschilt van die voor andere kanalen. Zorg ervoor dat het geluid van de sub-
woofer duidelijk onderscheiden kan worden. Let op dat het bij het instellen van de subwoofer en afhankelijk
van de lage frequentierespons van uw luidspreker, moeilijk kan zijn het verschil te horen wanneer u de instel-
ling verhoogt of verlaagt, of wanneer de opstelling van de luidspreker wordt veranderd. Het kan moeilijk zijn
om deze toon te vergelijken met de andere luidsprekers (afhankelijk van de lage-frequentierespons van de
referentieluidspreker).
Wanneer het klinkt alsof de vertragingsinstellingen met elkaar overeenstemmen, drukt u op j om te bevestigen
en door te gaan naar het volgende kanaal.
! De referentieluidspreker waarmee u kunt vergelijken, verandert afhankelijk van de luidspreker die u kiest.
! Als u wilt teruggaan naar een kanaal om het bij te regelen, selecteert u het kanaal met i/j.
4 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het instelmenu Manual MCACC.
 
101
Het menu MCACC PRO
11
Standing Wave
! Standaardinstelling: ON/ATT 0.0dB (alle filters)
Akoestische staande golven treden op wanneer onder bepaalde omstandigheden geluidsgolvan van uw luidspre-
kersysteem resoneren met geluidsgolven die worden gereflecteerd door de muren in de luisterruimte. Dit kan een
negatief effect hebben op het algehele geluid, in het bijzonder bij bepaalde lagere frequenties. Afhankelijk van de
plaatsing van de luidsprekers, uw luisterpositie en de vorm van de ruimte, kan dit een te resonant (‘dreunend’)
geluid geven. Standing Wave Control maakt gebruik van filters om het effect van te resonante geluiden in de
luisterruimte te verminderen. Tijdens het afspelen van een bron kunt u de filters die voor Standing Wave Control
worden gebruikt aanpassen voor elk van de voorgedefinieerde MCACC-instellingen.
! Filterinstellingen voor het regelen van staande golven kunnen niet worden gewijzigd tijdens het afspelen van
bronnen via de HDMI-aansluiting.
1 Selecteer ‘Standing Wave’ in het instelmenu Manual MCACC.
2 Stel de parameters voor de Standing Wave Control in.
! Filter Channel – Selecteer het kanaal waarop u de filters wilt toepassen: MAIN (alle kanalen behalve het
middenkanaal en de subwoofer), Center of SW (subwoofer).
! TRIM (alleen beschikbaar wanneer het bovengenoemde filterkanaal SW is) – Hiermee past u het sub-
woofer-kanaalniveau aan om het verschil in voortgebracht geluid na toepassing van het filter te compenseren.
! Freq / Q / ATT – Dit zijn de filterparameters waarbij Freq staat voor de frequentie die u regelt en Q de band-
breedte is. Hoe hoger de Q, des te smaller de bandbreedte of het bereik van de verzwakking (ATT is de mate
van afzwakking van de betreffende frequentie).
3 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het instelmenu Manual MCACC.
Afstelbare akoestische kalibratie-EQ
! Standaardinstelling: ON/0.0dB (alle kanalen/banden)
De akoestische kalibratie-equalizer is een soort kamerequalizer voor de luidsprekers (met uitzondering van de
subwoofer). Hij meet de akoestische eigenschappen van de ruimte en neutraliseert de omgevingsfactoren die
het originele bronmateriaal kunnen verkleuren en geeft een ‘vlakke’ egalisatie-instelling. Als u niet tevreden bent
met de automatische instelling in Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full Automatic
MCACC) op bladzijde 49 of Automatic MCACC (Expert) op bladzijde 98 , kunt u deze instellingen ook handma-
tig verrichten om de frequentiebalans naar wens aan te passen.
1 Selecteer ‘EQ Adjust’ in het instelmenu Manual MCACC.
2 Selecteer het (de) gewenste kanaal (kanalen) en regel ze naar wens bij.
Gebruik i/j om het kanaal te selecteren.
Gebruik k/l om de frequentie te selecteren en i/j om de equalizerband te verhogen of te verlagen. Wanneer
u klaar bent, gaat u terug naar de bovenkant van het scherm en drukt dan op k om terug te keren naar Ch,
waarna u i/j gebruikt om het kanaal te selecteren.
! De OVER!-indicator verschijnt op het display als de frequentie-aanpassing te drastisch is en vervorming kan
veroorzaken. In dat geval verlaagt u het niveau tot OVER! van het display verdwijnt.
3 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het instelmenu Manual MCACC.
Opmerkingen
! Wanneer u de frequentiecurve van één kanaal te drastisch wijzigt, zal dit de algehele balans beïnvloeden. Als
de luidsprekerbalans niet in orde lijkt, kunt u kanaalniveaus verhogen of verlagen op basis van testtonen met
behulp van de TRIM-functie. Gebruik k/l om TRIM te selecteren en verhoog of verlaag het kanaalniveau van
de huidige luidspreker met i/j.
! 63Hz kan niet worden geselecteerd voor een kanaal dat is ingesteld op SMALL met Speaker Setting.
! De volgende frequenties kunnen worden aangepast met het SW-kanaal: 31Hz, 63Hz, 125Hz en 250Hz.
! Afhankelijk van de instelling voor de crossover-frequentie, zijn sommige frequenties minder effectief.
Professionele akoestische kalibratie-EQ
Deze instelling brengt ongewenste effecten van de akoestiek van een ruimte terug tot een minimum omdat u het
systeem kalibreert op basis van direct geluid dat uit de luidsprekers komt.
Uitvoeren van de professionele akoestische kalibratie-EQ (Acoustic Calibration EQ Professional) werkt goed
wanneer de lagere frequenties te veel lijken na te trillen in uw luisterruimte (het klinkt ‘dreunend’) zoals getoond
bij Type A hieronder, of wanneer verschillende kanalen andere nagalmkarakteristieken lijken te vertonen, zoals te
zien bij Type B.
! Type A: Weergalmen van hoge versus lage frequenties
0
80
160
Niveau
Kalibratiebereik
van professionele
akoestische kalibratie-EQ
Lage frequenties
Hoge frequenties
Kalibratiebereik van
conventionele MCACC EQ
Tijd
(in msec.)
! Type B: Galmeigenschappen voor verschillende kanalen
0
80
160
Niveau
Tijd
(in msec.)
Voor L
Voor R
Kalibratiebereik
van professionele
akoestische kalibratie-EQ
Kalibratiebereik van
conventionele MCACC EQ
 
102
Het menu MCACC PRO
11
Professionele akoestische kalibratie-EQ gebruiken
1 Selecteer ‘EQ Professional’ en druk op ENTER.
2 Selecteer een optie en druk op ENTER.
! Reverb Measurement – Hiermee kunt u de galmeigenschappen van de ruimte meten vóór en na de
kalibratie.
! Reverb View – U kunt de metingen van de galm controleren die zijn gedaan voor bepaalde frequentieberei-
ken voor elk kanaal.
Als u de Reverb View-procedure uitvoert na de Reverb Measurement-bewerking, kan de galmgrafiek
er verschillend uitzien afhankelijk van de instelling voor staande golven. De Auto MCACC-functie meet
de galm met regeling van de staande golven. Dus deze grafiek toont de galmkarakteristieken zonder het
effect van de staande golven, die immers zijn geëlimineerd. De Reverb Measurement-functie daarente-
gen meet de galm zonder regeling van de staande golven. Dus deze grafiek toont de galmkarakteristieken
inclusief het effect van de staande golven. Als u de galmkarakteristieken van de kamer zelf wilt controle-
ren (met de staande golven zoals ze zijn), raden wij aan de Reverb Measurement-functie te gebruiken.
! Advanced EQ Setup – Gebruik deze optie om de tijdsperiode in te stellen die wordt gebruikt voor aanpassing
van de frequentie en kalibratie op basis van de metingen van de galm in de luisterruimte. Het aanpassen
van de systeemkalibratie met deze instelling verandert de instellingen die u in Automatisch uitvoeren van de
optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC) op bladzijde 49 of Automatic MCACC (Expert) op
bladzijde 98 hebt aangebracht, en is niet nodig als u tevreden bent met deze instellingen.
3 Als u ‘Reverb Measurement’ hebt geselecteerd, selecteert u EQ ON of EQ OFF en
vervolgens START.
De volgende opties bepalen hoe de galmeigenschappen van uw luisterruimte in Reverb View worden
weergegeven:
! EQ OFF – Selecteer deze optie als u de akoestische eigenschappen van de luisterruimte wilt bekijken zonder
egalisatie van de receiver (voor kalibratie).
! EQ ON – Selecteer deze optie als u de akoestische eigenschappen van de luisterruimte wilt bekijken met
egalisatie van de receiver (na kalibratie). Merk op dat de EQ-respons wellicht niet geheel vlak lijkt, vanwege
correcties die nodig zijn voor uw luisterruimte.
De kalibratie die overeenkomt met de momenteel geselecteerde voorgedefinieerde MCACC-instelling
wordt gebruikt wanneer EQ ON is geselecteerd. Om een andere voorgedefinieerde MCACC-instelling te
gebruiken, drukt u op MCACC om het MCACC-geheugen te selecteren dat u wilt opslaan.
Na automatische kalibratie met EQ Type: SYMMETRY (Auto MCACC, enz.) kan de grafiek voor de afge-
leide galmeigenschappen worden weergegeven door Reverb View te selecteren. Om de feitelijk gemeten
galmeigenschappen na de EQ-kalibratie weer te geven, moet u met EQ ON meten.
Wanneer het meten van de galm voltooid is, kunt u Reverb View selecteren om de resultaten op het scherm te
zien. Zie Grafische uitvoer professionele kalibratie-EQ op bladzijde 121 voor informatie over het oplossen van
problemen.
4 Als u ‘Reverb View’ hebt geselecteerd, kunt u de galmeigenschappen van elk kanaal
controleren. Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
De galmkarakteristieken worden weergegeven wanneer de Reverb Measurement-metingen worden uitgevoerd.
Gebruik k/l om het kanaal, de frequentie en de kalibratie-instelling te selecteren die u wilt controleren. Gebruik
i/j om tussen deze drie te schakelen. De grafiek met de galmeigenschappen vóór en na de EQ-kalibratie kan
worden weergegeven door Calibration : Before / After te selecteren. De markeringen op de verticale as geven
decibellen aan met intervallen van 2 dB.
5 Als ‘Advanced EQ Setup’ wordt geselecteerd, moet u het MCACC-geheugen selecteren
dat wordt opgeslagen, waarna u de gewenste tijdinstelling voor de kalibratie invoert en
vervolgens START selecteert.
! Om de plaats op te geven waar het MCACC-geheugen moet worden opgeslagen, drukt u op MCACC om het
MCACC-geheugen te selecteren dat u wilt opslaan.
Op basis van de meting van de galmeigenschappen kunt u de tijdsperiode kiezen die wordt gebruikt voor de
uiteindelijke aanpassing van de frequentie en kalibratie. Hoewel u dit ook kunt instellen zonder meting van de
galmeigenschappen, is het beter om de resultaten van de meting te gebruiken als referentie voor de tijdsinstel-
ling. De aanbevolen tijdsinstelling voor een optimale kalibratie van het systeem op basis van direct geluid uit de
luidsprekers is 30-50ms.
Gebruik k/l om de instelling te selecteren. Gebruik i/j om hiertussen te schakelen.
Selecteer de instelling uit de volgende tijdsperioden (in milliseconden): 0-20ms, 10-30ms, 20-40ms, 30-50ms,
40-60ms, 50-70ms en 60-80ms. Deze instelling geldt voor alle kanalen tijdens de kalibratie.
Selecteer START wanneer u klaar bent. De kalibratie duurt ongeveer 2 tot 4 minuten.
Nadat de akoestische kalibratie-egalisatie is ingesteld, krijgt u de optie om de instellingen op het scherm te
controleren.
De MCACC-gegevens controleren
Bij de Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC) op bladzijde 49 pro-
cedure, de Automatic MCACC (Expert) op bladzijde 98 procedure, of na fijnafstelling bij Handmatige MCACC-
instelling op bladzijde 100 kunt u uw gekalibreerde instellingen controleren met behulp van het schermdisplay.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
2 Selecteer ‘MCACC Data Check’ in het HOME MENU.
3 Selecteer de instelling die u wilt controleren.
! Speaker Setting – Hiermee kunt u de instellingen van de luidsprekersystemen controleren. Zie Speaker
Setting op bladzijde 102 voor verdere informatie.
! Channel Level – Hiermee kunt u het uitgangsniveau van de verschillende luidsprekers controleren. Zie
Channel Level op bladzijde 103 voor verdere informatie.
! Speaker Distance – Hiermee kunt u de afstand tot de verschillende luidsprekers controleren. Zie Speaker
Distance op bladzijde 103 voor verdere informatie.
! Standing Wave – Hiermee kunt u de instellingen van de regelfilters voor staande golven controleren. Zie
Standing Wave op bladzijde 103 voor verdere informatie.
! Acoustic Cal EQ – Hiermee kunt u de kalibratiewaarden controleren van het frequentieverloop van de luister-
omgeving. Zie Acoustic Cal EQ op bladzijde 103 voor verdere informatie.
! Group Delay – Hiermee kunt u de groepsvertraging van de luidsprekers controleren (zowel vóór als na de
kalibratie). Zie Group Delay op bladzijde 103 voor verdere informatie.
4 Druk op RETURN om terug te gaan naar het menu MCACC Data Check en herhaal stap 2 en
3 om andere instellingen te controleren.
5 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het HOME MENU.
Speaker Setting
Gebruik dit onderdeel om de luidsprekergrootte en het aantal luidsprekers te controleren. Zie Speaker Setting op
bladzijde 107 voor verdere informatie.
 
103
Het menu MCACC PRO
11
1 Selecteer ‘Speaker Setting’ in het menu MCACC Data Check.
2 Selecteer het kanaal dat u wilt controleren.
Gebruik i/j om het kanaal te selecteren. Het bijbehorende kanaal in de afbeelding wordt verlicht.
Channel Level
Gebruik dit onderdeel om het niveau van de verschillende kanalen weer te geven. Zie Channel Level op bladzijde
108 voor verdere informatie.
1 Selecteer ‘Channel Level’ in het menu MCACC Data Check.
2 Wanneer ‘MCACC’ is verlicht, gebruikt u k/l om de voorgedefinieerde MCACC-instelling
te selecteren die u wilt controleren.
Het niveau van de verschillende kanalen ingesteld bij de geselecteerde voorgedefinieerde MCACC-instelling
wordt weergegeven. ‘---’ wordt weergegeven voor kanalen die niet zijn aangesloten.
Speaker Distance
Gebruik dit onderdeel om de afstand vanaf de verschillende luidsprekers tot de luisterplaats weer te geven. Zie
Speaker Distance op bladzijde 108 voor verdere informatie.
1 Selecteer ‘Speaker Distance’ in het menu MCACC Data Check.
2 Wanneer ‘MCACC’ is verlicht, gebruikt u k/l om de voorgedefinieerde MCACC-instelling
te selecteren die u wilt controleren.
De afstand van de verschillende kanalen ingesteld bij de geselecteerde voorgedefinieerde MCACC-instelling
wordt weergegeven. ‘---’ wordt weergegeven voor kanalen die niet zijn aangesloten.
Standing Wave
Gebruik dit onderdeel om de instelwaarden die verband houden met de staande golven weer te geven voor de
diverse MCACC-geheugens. Zie Standing Wave op bladzijde 101 voor verdere informatie.
1 Selecteer ‘Standing Wave’ in het menu MCACC Data Check.
2 Wanneer ‘Filter Channel’ is verlicht, gebruikt u i/j om het kanaal te selecteren waarvoor
u de staande-golfregeling wilt controleren.
De kalibratiewaarde die verband houdt met de staande golf voor het geselecteerde kanaal opgeslagen met de
geselecteerde voorgedefinieerde MCACC-instelling wordt weergegeven.
3 Druk op k om ‘MCACC’ te verlichten en gebruik dan i/j om de voorgedefinieerde
MCACC-instelling te selecteren die u wilt controleren.
Acoustic Cal EQ
Gebruik dit onderdeel om de kalibratiewaarden weer te geven voor het frequentieverloop van de diverse kanalen
ingesteld in de verschillende voorgedefinieerde MCACC-instellingen. Zie Afstelbare akoestische kalibratie-EQ op
bladzijde 101 voor verdere informatie.
1 Selecteer ‘Acoustic Cal EQ’ in het menu MCACC Data Check.
2 Wanneer ‘Ch’ is verlicht, gebruikt u i/j om het kanaal te selecteren.
De kalibratiewaarde voor het frequentieverloop van het geselecteerde kanaal opgeslagen met de geselecteerde
voorgedefinieerde MCACC-instelling wordt weergegeven.
3 Druk op k om ‘MCACC’ te verlichten en gebruik dan i/j om de voorgedefinieerde
MCACC-instelling te selecteren die u wilt controleren.
Group Delay
Gebruik dit onderdeel om de resultaten van de gekalibreerde luidsprekergroepsvertraging weer te geven. Zie
Beter geluid met fasecontrole en breedband-fasecontrole op bladzijde 68 voor verdere informatie.
1 Selecteer ‘Group Delay’ in het menu MCACC Data Check.
2 Wanneer ‘Channel’ is verlicht, gebruikt u k/l om het kanaal te selecteren dat u wilt
controleren.
Het resultaat van de kalibratie van de groepsvertraging voor het geselecteerde kanaal wordt weergegeven.
Wanneer er metingen zijn uitgevoerd met Full Auto MCACC geselecteerd bij MCACC PRO of met ALL of
Full Band Phase Ctrl geselecteerd wanneer Auto MCACC geselecteerd is, zal ook de grafiek vóór de kalibratie
van de groepsvertraging worden weergegeven.
Wanneer After wordt geselecteerd bij Calibration, wordt de groepsvertraging na de kalibratie weergegeven.
Vergeleken met wanneer Before wordt geselecteerd, zal er bij After minder verschil zijn in de vertraging tussen
de frequentiebanden en is de groepsvertraging tussen de verschillende kanalen uniform, zodat u hef effect van de
breedband-fasecontrole kunt bepalen.
No Data wordt weergegeven als de geselecteerde groepsvertraging niet gemeten is.
! De functie voor breedband-fasecontrole werkt niet voor Dolby-luidsprekers omdat dat luidsprekers voor volle-
dig bereik zijn.
Data Management
In dit systeem kunt u maximaal zes voorgedefinieerde MCACC-instellingen opslaan zodat u het systeem kunt
kalibreren voor verschillende luisterposities of frequentieaanpassingen voor dezelfde luisterpositie. Dit is handig
voor alternatieve instellingen afhankelijk van het type bron dat u beluistert en de luisterpositie (bijvoorbeeld als u
film kijkt vanaf de bank of een videospelletje speelt vlak voor de TV).
Vanuit dit menu kunt u kopiëren van de ene voorgedefinieerde instelling naar de andere, voorgedefinieerde instel-
lingen een naam geven zodat u ze gemakkelijk kunt herkennen en instellingen die u niet meer nodig hebt wissen.
! U kunt deze voorgedefinieerde instellingen instellen in Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellin-
gen (Full Automatic MCACC) op bladzijde 49 of Automatic MCACC (Expert) op bladzijde 98 . Als het goed
is, hebt u een van beide procedures al uitgevoerd.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
2 Selecteer ‘Data Management’ in het HOME MENU.
3 Selecteer de instelling die u wilt aanpassen.
! Memory Rename – Geef de voorgedefinieerde MCACC-instellingen namen zodat u ze gemakkelijk kunt her-
kennen (zie Voorgedefinieerde MCACC-instellingen een naam geven op bladzijde 104 ).
! MCACC Memory Copy – Kopieer instellingen van de ene voorgedefinieerde MCACC-instelling naar de
andere (zie Gegevens van voorgedefinieerde MCACC-instellingen kopiëren op bladzijde 104 ).
! MCACC Memory Clear – Wis eventuele voorgedefinieerde MCACC-instellingen die u niet meer nodig hebt
(zie Voorgedefinieerde MCACC-instellingen wissen op bladzijde 104 ).
 
104
Het menu MCACC PRO
11
Voorgedefinieerde MCACC-instellingen een naam geven
Als u verschillende voorgedefinieerde MCACC-instellingen hebt, is het handig om deze een naam te geven zodat
u ze gemakkelijker kunt herkennen.
1 Selecteer ‘Memory Rename’ in het instelmenu Data Management.
2 Selecteer de voorgedefinieerde MCACC-instellingen die u een andere naam wilt geven en
selecteer een geschikte naam.
Gebruik i/j om de voorgedefinieerde instelling te selecteren en k/l om een naam te selecteren.
3 Herhaal deze procedure voor alle voorgedefinieerde MCACC-instellingen die u een naam
wilt geven en druk op RETURN als u klaar bent.
U keert terug naar het instelmenu Data Management.
Gegevens van voorgedefinieerde MCACC-instellingen kopiëren
Als u de akoestische kalibratie-EQ handmatig wilt aanpassen (zie Handmatige MCACC-instelling op bladzijde
100 ), raden wij u aan de huidige instellingen te kopiëren naar een ongebruikte voorgedefinieerde MCACC-
instelling. In plaats van over een vlakke EQ-curve beschikt u dan over een referentiepunt als startpunt.
! De instellingen die u hebt gemaakt in Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full
Automatic MCACC) op bladzijde 49 of Automatic MCACC (Expert) op bladzijde 98 .
1 Selecteer ‘MCACC Memory Copy’ in het instelmenu Data Management.
2 Selecteer de instelling die u wilt kopiëren.
! All Data – Kopieert alle instellingen van het geselecteerde voorgedefinieerde MCACC-geheugen.
! Level & Distance – Kopieert alleen de instellingen voor het kanaalniveau en de luidsprekerafstand van het
geselecteerde voorgedefinieerde MCACC-geheugen.
3 Selecteer de voorgedefinieerde MCACC-instelling waaruit u instellingen wilt kopiëren bij
‘From’ en geef op waarnaar u deze wilt kopiëren ‘To’.
Zorg ervoor dat u geen voorgedefinieerde MCACC-instelling overschrijft die u momenteel gebruikt (u kunt het
kopiëren namelijk niet ongedaan maken).
4 Selecteer ‘OK’ om de instellingen te kopiëren en te bevestigen.
Wanneer MCACC Memory Copy? wordt weergegeven, selecteert u YES. Als NO wordt geselecteerd, wordt het
geheugen niet gekopieerd.
U ziet Completed! op het GUI-scherm als de voorgedefinieerde MCACC-instelling is gekopieerd waarna u auto-
matisch teruggaat naar het instelmenu Data Management.
Voorgedefinieerde MCACC-instellingen wissen
Als u een van de voorgedefinieerde MCACC-instellingen die zijn opgeslagen in het geheugen niet meer nodig
hebt, kunt u de kalibratie-instellingen van die voorgedefinieerde instelling wissen.
1 Selecteer ‘MCACC Memory Clear’ in het instelmenu Data Management.
2 Selecteer de voorgedefinieerde MCACC-instelling die u wilt wissen.
Zorg ervoor dat u geen voorgedefinieerde MCACC-instelling wist die u momenteel gebruikt (u kunt het wissen
namelijk niet ongedaan maken).
3 Selecteer ‘OK’ om de instelling te wissen en te bevestigen.
Wanneer MCACC Memory Clear? wordt weergegeven, selecteert u YES. Als NO wordt geselecteerd, wordt het
geheugen niet gewist.
U ziet Completed! op het GUI-scherm als de voorgedefinieerde MCACC-instelling is gewist waarna u automa-
tisch teruggaat naar het instelmenu Data Management.
 
105
 
De receiver instellen via het menu System Setup .....................................................................106
Luidsprekers handmatig instellen ..............................................................................................106
Menu voor netwerkinstelling .....................................................................................................109
Controleren van de netwerkinformatie ....................................................................................110
MHL-instellingen .........................................................................................................................110
Het menu Other Setup ................................................................................................................111
Netwerkinstellingen maken met behulp van Safari .................................................................114
Gebruik van Safari voor het instellen van een eigen naam .....................................................115
Gebruik van Safari voor het updaten van de firmware ...........................................................115
De menu’s System Setup en Other Setup
106
De menu’s System Setup en Other Setup
12
De receiver instellen via het menu System Setup
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de instellingen die verband houden met de luidsprekers handmatig kunt
veranderen en ook hoe u diverse andere instellingen kunt maken (ingangsbronkeuze, keuze van de schermdis-
playtaal enz.).
! Volgens de fabrieksinstelling wordt het schermdisplay via alle HDMI-uitgangen uitgevoerd en weergegeven op
elke tv die met een HDMI-kabel is aangesloten. U kunt wijzigen waar het scherm wordt uitgevoerd in de instel-
lingen voor MAIN/HDZONE (bladzijde 112 ) en de HDMI-uitgang (bladzijde 85 ).
1 Druk op u STANDBY/ON om de receiver en uw tv aan te zetten.
Zorg dat de video-invoer van de TV op deze receiver is ingesteld.
2 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
! U kunt op elk gewenst moment op HOME MENU drukken om het HOME MENU af te sluiten.
3 Selecteer ‘System Setup’ in het HOME MENU en druk hierna op ENTER.
4 Selecteer de instelling die u wilt aanpassen.
! Manual SP Setup – Hiermee stelt u het type verbinding in dat gebruikt wordt voor de surround-achteraan-
sluitingen en de grootte, het aantal, de afstand en de totale balans van de aangesloten luidsprekers (zie
Luidsprekers handmatig instellen op bladzijde 106 ).
! Input Setup – Geef op welke apparaten zijn aangesloten op de digitale, HDMI- en componentvideo-ingangen
(zie Het menu Input Setup op bladzijde 51 ).
! OSD Language – De taal voor het GUI-scherm kan worden veranderd (zie Veranderen van de OSD-displaytaal
(OSD Language) op bladzijde 53 ).
! Network Setup – Hiermee maakt u de instellingen die nodig zijn om dit apparaat op het netwerk aan te
sluiten (zie Menu voor netwerkinstelling op bladzijde 109 ).
! HDMI Setup – Synchroniseert deze receiver met uw Pioneer apparaat dat Control met HDMI ondersteunt
(bladzijde 75 ).
! MHL Setup – Hiermee verandert u de instellingen die verband houden met MHL (zie MHL-instellingen op
bladzijde 110 ).
! Other Setup – Hiermee maakt u aangepaste instellingen die weergeven hoe u de receiver gebruikt (zie Het
menu Other Setup op bladzijde 111 ).
Luidsprekers handmatig instellen
Met deze receiver kunt u nauwkeurige instellingen maken om het surround-geluid optimaal af te stellen. U hoeft
deze instellingen slechts één keer te verrichten (tenzij u de huidige luidsprekeropstelling wijzigt of nieuwe luid-
sprekers toevoegt).
Deze instellingen zijn bedoeld om het systeem aan uw wensen aan te passen. Als u de resultaten van de instel-
lingen in Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC) op bladzijde 49
bevredigend vindt, hoeft u echter niet al deze instellingen te verrichten.
WAARSCHUWING
! De testtonen die worden voortgebracht tijdens de Manual SP Setup klinken erg hard.
1 Selecteer ‘Manual SP Setup’ en druk op ENTER.
Zie De receiver instellen via het menu System Setup op bladzijde 106 als u zich nog niet in dit scherm bevindt.
2 Selecteer de instelling die u wilt aanpassen.
Als u dit voor het eerst doet, is het wellicht raadzaam deze instellingen in de getoonde volgorde te verrichten:
! Speaker System – Specificeert hoe u uw surround-achteraansluitingen en uw luidsprekeraansluitingen B
gebruikt (bladzijde 106 ).
! Speaker Setting – Hiermee geeft u het aantal luidsprekers op dat u hebt aangesloten en hun formaat (blad-
zijde 107 ).
! Channel Level – Hiermee stelt u de algehele balans van het luidsprekersysteem in (bladzijde 108 ).
! Speaker Distance – Hiermee geeft u de afstand van de luidsprekers tot de luisterpositie op (bladzijde 108 ).
! X-Curve – Hiermee stelt u de toonbalans van het luidsprekersysteem in voor filmgeluid (bladzijde 108 ).
3 Breng de nodige aanpassingen aan voor elke instelling en druk na elk scherm op RETURN
om te bevestigen.
Luidsprekersysteem instellen
! Standaardinstelling: 7.2.2ch TMd/FW
Er zijn verschillende manieren waarop u de luidsprekeraansluitingen van deze receiver kunt gebruiken. Naast de
normale thuistheaterinstelling waarbij ze worden gebruikt voor de boven-middenluidsprekers of de voor-breed-
luidsprekers, kunnen ze ook worden gebruikt voor dubbele versterking van de voorluidsprekers of voor een onaf-
hankelijk luidsprekersysteem in een andere ruimte.
1 Selecteer ‘Speaker System’ in het menu Manual SP Setup.
Zie De receiver instellen via het menu System Setup op bladzijde 106 als u zich nog niet in dit scherm bevindt.
2 Selecteer de instelling voor het luidsprekersysteem.
! 7.2.2ch TMd/FW – Kies deze instelling voor een normaal thuistheatersysteem met boven-middenluidspre-
kers en voor-breedluidsprekers in de hoofdinstelling (luidsprekersysteem A).
! 7.2.2ch TMd/FH – Kies deze instelling voor een normaal thuistheatersysteem met boven-middenluidsprekers
en voor-hoogluidsprekers in de hoofdinstelling (luidsprekersysteem A).
! 5.2.4ch – Kies deze instelling voor een normaal thuistheatersysteem met boven-voorluidsprekers en
boven-achterluidsprekers in de hoofdinstelling (luidsprekersysteem A).
! 7.2ch + Speaker B – Kies deze instelling om de B-luidsprekeraansluitingen te gebruiken om te luisteren naar
stereoweergave in een andere ruimte (zie Overschakelen naar andere luidsprekeraansluitingen op bladzijde
85 ).
! 7.2ch + Front Bi-Amp – Kies deze instelling voor een bi-amp-aansturing van de voorluidsprekers (zie Dubbele
versterking van de luidsprekers op bladzijde 26 ).
! 7.2ch + HDZONE – Kies deze instelling om de aansluitingen van de voor-breedluidsprekers te gebruiken voor
een onafhankelijk systeem in een andere zone (zie MULTI-ZONE bediening gebruiken op bladzijde 86 ).
! 5.2 Bi-Amp+HDZONE – Kies deze instelling om de aansluitingen voor de surround-achterluidsprekers te
gebruiken voor een onafhankelijk systeem in een andere zone met dubbele versterking van de voorluidspre-
kers (zie Dubbele versterking van de luidsprekers op bladzijde 26 ).
! 5.2 +ZONE 2+ZONE 3 – Kies deze instelling om de aansluitingen voor de surround-achterluidsprekers (ZONE
2) en breed-voorluidsprekers (ZONE 3) te gebruiken voor onafhankelijke systemen in een andere zone (zie
MULTI-ZONE bediening gebruiken op bladzijde 86 ).
! 5.2 +ZONE 2+HDZONE – Kies deze instelling om de aansluitingen van de surround-achterluidsprekers
(ZONE 2) en de voor-breedluidsprekers (HDZONE) te gebruiken voor een onafhankelijk systeem in een andere
zone (zie MULTI-ZONE bediening gebruiken op bladzijde 86 ).
! 5.2ch + SP-B Bi-Amp – Kies deze instelling als u gebruik maakt van dubbele versterking voor uw luidsprekers
B (zie Dubbele versterking van de luidsprekers op bladzijde 26 ).
! 5.2ch F+Surr Bi-Amp – Kies deze instelling als u gebruik maakt van dubbele versterking voor uw voorluid-
sprekers en surroundluidsprekers (zie Dubbele versterking van de luidsprekers op bladzijde 26 ).
 
107
De menu’s System Setup en Other Setup
12
! 5.2ch F+C Bi-Amp – Kies deze instelling als u gebruik maakt van dubbele versterking voor uw voorluidspre-
kers en middenluidspreker (zie Dubbele versterking van de luidsprekers op bladzijde 26 ).
! 5.2ch C+Surr Bi-Amp – Kies deze instelling als u gebruik maakt van dubbele versterking voor uw midden- en
surroundluidsprekers (zie Dubbele versterking van de luidsprekers op bladzijde 26 ).
! Multi-ZONE Music – Zie Gebruik van de Multi-ZONE Music-functie op bladzijde 107 .
3 Als u 7.2.2ch TMd/FW, 7.2.2ch TMd/FH, 7.2ch + Speaker B, 7.2ch + Front Bi-Amp of
7.2ch + HDZONE hebt geselecteerd in stap 2, moet u de plaats van de surroundluidsprekers
selecteren.
Bij een 7.2-kanaals surroundsysteem met surroundluidsprekers die direct aan de zijkanten van de luisterplaats
zijn geplaatst, wordt het surroundgeluid van 5.1-kanaals bronnen vanaf de zijkant gehoord. Deze functie mengt
het geluid van de surroundluidsprekers met het geluid van de surround-achterluidsprekers zodat het geluid dia-
gonaal van achteren wordt gehoord, zoals het moet zijn.
Afhankelijk van de plaats van de luidsprekers en de geluidsbron is het mogelijk dat soms toch geen bevredigend
resultaat wordt verkregen. In dit geval zet u de instelling op ON SIDE of IN REAR.
! ON SIDE – Selecteer deze instelling wanneer de surroundluidsprekers vlak naast u staan.
! IN REAR – Selecteer deze instelling wanneer de surroundluidsprekers schuin achter u staan.
4 Wanneer ‘Setting Change?’ wordt weergegeven, selecteert u Yes.
Als No wordt geselecteerd, wordt de instelling niet veranderd.
U keert terug naar het menu Manual SP Setup.
Gebruik van de Multi-ZONE Music-functie
Multi-ZONE Music kan worden gebruikt om hetzelfde geluid in de MAIN ZONE, ZONE 2 en ZONE 3
weer te geven, wat bijvoorbeeld handig is bij feestjes in uw huis. Gewoonlijk zet u Speaker System op
5.2 +ZONE 2+ZONE 3 voor weergave in meerdere zones/weergave van meerdere bronnen en zet u dit onderdeel
enkel op Multi-ZONE Music wanneer u een feestje in uw huis hebt. Nadat dit is gedaan, wordt het geluid van de
ingangsfunctie die geselecteerd is voor de MAIN ZONE in alle zones weergegeven (MAIN ZONE, ZONE 2 en ZONE
3).
! Er is praktisch geen vertraging in het geluid.
! Het omschakelen van de ingangsfunctie voor alleen ZONE 2 of ZONE 3 is uitgeschakeld, maar het volume kan
nog wel voor de afzonderlijke zones worden ingesteld of gedempt.
! Dit is alleen geldig voor de ZONE 2 en ZONE 3 verbindingen die gebruik maken van de luidsprekeraansluitin-
gen. Er wordt geen geluid uitgevoerd via de ZONE 2 en ZONE 3 voorversterkeruitgangen. Er wordt ook niets
uitgevoerd via de ZONE 2 en ZONE 3 COMPONENT VIDEO-uitgang en de VIDEO-uitgangsaansluitingen.
! De HDZONE-instelling geldt niet voor Multi-ZONE Music.
Speaker Setting
Gebruik deze instelling om de luidsprekerconfiguratie (formaat, aantal luidsprekers en crossover-frequentie) op te
geven. Het is een goed idee te controleren of de instellingen die u hebt gemaakt in Automatisch uitvoeren van de
optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC) op bladzijde 49 juist zijn. Merk op dat deze instellingen
van toepassing is op alle voorgedefinieerde MCACC-instellingen, en niet onafhankelijk kan worden ingesteld.
1 Selecteer ‘Speaker Setting’ in het menu Manual SP Setup.
2 Kies de luidsprekers die u wilt instellen en selecteer vervolgens een luidsprekerformaat.
Gebruik k/l om het formaat (en het aantal) van elk van de volgende luidsprekers op te geven:
! Front – Selecteer LARGE als de voorluidsprekers de basfrequenties effectief weergeven of als u geen sub-
woofer hebt aangesloten. Selecteer SMALL om de basfrequenties naar de subwoofer te sturen.
! Center – Selecteer LARGE als de middenluidspreker de basfrequenties effectief weergeeft of selecteer
SMALL om de basfrequenties naar de andere luidsprekers of naar de subwoofer te sturen. Als u geen mid-
denluidspreker hebt aangesloten, kiest u NO (het middenkanaal wordt naar de voorluidsprekers gestuurd).
! TMd – Selecteer LARGE als de boven-middenluidsprekers basfrequenties goed kunnen weergeven, of selec-
teer SMALL om basfrequenties naar andere luidsprekers of de subwoofer te sturen. Als u Dolby-luidsprekers
gebruikt, selecteert u Dolby Sp (bladzijde 23 ). Als u geen boven-middenluidsprekers hebt aangesloten,
kiest u NO (het boven-middenkanaal wordt naar de voorluidsprekers gestuurd).
U kunt deze instelling alleen aanpassen als Speaker System is ingesteld op 7.2.2ch TMd/FW,
7.2.2ch TMd/FH, 5.2.4ch of 7.2ch + Speaker B.
Als u de instelling wijzigt van Dolby Sp naar SMALL of LARGE, wordt mogelijk de ingestelde waarde
voor Speaker Distance gewijzigd. Dit gebeurt omdat de maximumwaarde van Speaker Distance met de
instelling Dolby Sp groter is dan de maximumwaarde van Speaker Distance met de instellingen SMALL
en LARGE. Als de waarde van Speaker Distance met de instelling Dolby Sp groter is dan de maximum-
waarde van Speaker Distance voor SMALL en LARGE, wordt Speaker Distance voor SMALL en LARGE
ingesteld op de maximumwaarde.
! TFw – Selecteer LARGE als de boven-voorluidsprekers basfrequenties goed kunnen weergeven, of selecteer
SMALL om basfrequenties naar andere luidsprekers of de subwoofer te sturen. Als u Dolby-luidsprekers
gebruikt, selecteert u Dolby Sp (bladzijde 23 ). Als u geen boven-voorluidsprekers hebt aangesloten, kiest u
NO (het boven-voorkanaal wordt naar de voorluidsprekers gestuurd).
U kunt deze instelling alleen aanpassen wanneer Speaker System op 5.2.4ch staat.
Als u TBw op NO instelt, wordt deze instelling automatisch ingesteld op NO.
Als u de instelling wijzigt van Dolby Sp naar SMALL of LARGE, wordt mogelijk de ingestelde waarde
voor Speaker Distance gewijzigd. Dit gebeurt omdat de maximumwaarde van Speaker Distance met de
instelling Dolby Sp groter is dan de maximumwaarde van Speaker Distance met de instellingen SMALL
en LARGE. Als de waarde van Speaker Distance met de instelling Dolby Sp groter is dan de maximum-
waarde van Speaker Distance voor SMALL en LARGE, wordt Speaker Distance voor SMALL en LARGE
ingesteld op de maximumwaarde.
! TBw – Selecteer LARGE als de boven-achterluidsprekers basfrequenties goed kunnen weergeven, of selec-
teer SMALL om basfrequenties naar andere luidsprekers of de subwoofer te sturen. Als u Dolby-luidsprekers
wordt gebruikt, selecteert u Dolby Sp (bladzijde 23 ). Als u geen boven-achterluidsprekers hebt aangeslo-
ten, kiest u NO (het boven-achterkanaal wordt naar de voorluidsprekers gestuurd).
U kunt deze instelling alleen aanpassen wanneer Speaker System op 5.2.4ch staat.
Als u TFw op NO instelt, wordt deze instelling automatisch ingesteld op NO.
Als u de instelling wijzigt van Dolby Sp naar SMALL of LARGE, wordt mogelijk de ingestelde waarde
voor Speaker Distance gewijzigd. Dit gebeurt omdat de maximumwaarde van Speaker Distance met de
instelling Dolby Sp groter is dan de maximumwaarde van Speaker Distance met de instellingen SMALL
en LARGE. Als de waarde van Speaker Distance met de instelling Dolby Sp groter is dan de maximum-
waarde van Speaker Distance voor SMALL en LARGE, wordt Speaker Distance voor SMALL en LARGE
ingesteld op de maximumwaarde.
! FH – Selecteer LARGE als de hoog-voorluidsprekers de basfrequenties effectief weergeven of selecteer
SMALL om de basfrequenties naar de andere luidsprekers of naar de subwoofer te sturen. Als u geen
hoog-voorluidsprekers hebt aangesloten, kiest u NO (het hoog-voorkanaal wordt naar de voorluidsprekers
gestuurd).
U kunt deze instelling alleen aanpassen wanneer Speaker System op 7.2.2ch TMd/FH staat.
Als de surroundluidsprekers op NO zijn gezet, komt dit onderdeel automatisch op NO te staan.
! FW – Selecteer LARGE als de breed-voorluidsprekers de basfrequenties effectief weergeven of selecteer
SMALL om de basfrequenties naar de andere luidsprekers of naar de subwoofer te sturen. Als u geen
breed-voorluidsprekers hebt aangesloten, kiest u NO (het breed-voorkanaal wordt naar de voorluidsprekers
gestuurd).
U kunt deze instelling alleen aanpassen wanneer Speaker System op 7.2.2ch TMd/FW staat.
Als de surroundluidsprekers op NO zijn gezet, komt dit onderdeel automatisch op NO te staan.
 
108
De menu’s System Setup en Other Setup
12
! Surr – Selecteer LARGE als de surround-achterluidsprekers de basfrequenties effectief weergeven. Selecteer
SMALL om de basfrequenties naar de andere luidsprekers of naar de subwoofer te sturen. Als u geen sur-
roundluidsprekers hebt aangesloten, kiest u NO (het geluid van de surroundkanalen wordt naar de voorluid-
sprekers of naar de subwoofer gestuurd).
! SB – Selecteer het aantal surround-achterluidsprekers dat u hebt (één, twee of geen). Selecteer LARGEx2
of LARGEx1 als de surround-achterluidsprekers de basfrequenties effectief weergeven. Selecteer SMALLx2
of SMALLx1 om de basfrequenties naar de andere luidsprekers of naar de subwoofer te sturen. Als u geen
surround-achterluidsprekers hebt aangesloten, kiest u NO.
U kunt deze instelling alleen aanpassen als Speaker System is ingesteld op 7.2.2ch TMd/FW,
7.2.2ch TMd/FH, 7.2ch + Speaker B of 7.2ch + Front Bi-Amp.
Als de surround-luidsprekers zijn ingesteld op NO, worden de surround-achterluidsprekers automatisch
ingesteld op NO.
! SW 1/SW 2 – LFE-signalen en basfrequenties van kanalen die zijn ingesteld op SMALL worden weergege-
ven via de subwoofer wanneer u YES selecteert. Kies de instelling PLUS als u wilt dat de subwoofer continu
basgeluid weergeeft of als u diepere bassen wenst (de basfrequenties die normaal gezien naar de voor- en
middenluidsprekers gaan, worden ook naar de subwoofer gestuurd). Als u geen subwoofer hebt aangesloten,
kiest u NO (de basfrequenties worden weergegeven door de andere luidsprekers).
Als u een subwoofer hebt en van veel bassen houdt, lijkt het logisch om LARGE te selecteren voor de voor-
luidsprekers en PLUS voor de subwoofer. Dit geeft mogelijk niet de beste basweergave. Afhankelijk van de
luidsprekeropstelling in de ruimte is het zelfs mogelijk dat de bassen minder prominent zijn als gevolg van
de onderdrukking van lage frequenties. Probeer in dat geval de positie of de richting van de luidsprekers
te veranderen. Als u geen goede resultaten bereikt, beluistert u de basweergave met de instellingen PLUS
en YES of stelt u de voorluidsprekers afwisselend in op LARGE en SMALL en laat uw oren beslissen. De
eenvoudigste oplossing in geval van problemen is dat u alle basgeluiden naar de subwoofer leidt door de
voorluidsprekers in te stellen op SMALL.
Als u NO selecteert voor de subwoofer, worden de luidsprekers automatisch vast ingesteld op LARGE. Ook kunt
u de midden-, surround-, surround-achter, hoog-voor en breed-voorluidsprekers niet instellen op LARGE als de
voorluidsprekers zijn ingesteld op SMALL. In dat geval worden alle basfrequenties naar de subwoofer gestuurd.
3 Selecteer ‘X. OVER’ en stel de crossover-frequentie in.
Frequenties onder de scheidingsfrequentie worden naar de subwoofer (of luidsprekers met de instelling LARGE)
gestuurd.
! Deze instelling bepaalt de scheidingsfrequentie tussen de lage tonen die worden weergegeven door de luid-
sprekers die zijn ingesteld op LARGE, of de subwoofer, en de lage tonen die worden weergegeven door de
luidsprekers die zijn ingesteld op SMALL. Zij legt eveneens de scheidingsfrequentie vast voor de lage tonen in
het LFE-kanaal.
! Bij de Full Auto MCACC-instelling of de Auto MCACC-instelling (ALL of Speaker Setting), is de hier
gemaakte instelling niet geldig en wordt de crossover-frequentie automatisch ingesteld. De crossover-fre-
quentie is een frequentie bedoeld voor het verkrijgen van een optimaal geluidsveld, rekening houdend met de
bastonen-capaciteit van alle aangesloten luidsprekers en de eigenschappen van het menselijk gehoor.
4 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het menu Manual SP Setup.
Channel Level
Met de kanaalniveau-instellingen kunt u de algehele balans van het luidsprekersysteem aanpassen. Dit is een
belangrijke factor bij het instellen van een thuistheatersysteem.
1 Selecteer ‘Channel Level’ in het menu Manual SP Setup.
De testtonen beginnen.
2 Pas het niveau van elk kanaal aan met k/l.
Gebruik i/j om tussen de luidsprekers om te schakelen.
Pas het niveau van elke luidspreker aan wanneer de testtoon wordt weergegeven.
! Als u een Sound Pressure Level (SPL) meter gebruikt, verricht u de metingen vanaf de hoofdluisterpositie en
stelt u het niveau van elke luidspreker in op 75 dB SPL (C-gewogen/langzame uitlezing).
3 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het menu Manual SP Setup.
Speaker Distance
Voor een goede geluidsdiepte en scheiding van het systeem moet u de afstand opgeven van de luidsprekers tot
de luisterpositie. (Als Dolby-luidsprekers worden gebruikt, geeft u de afstand op van het luidsprekergeluid zoals
het door het plafond wordt weerkaatst (bladzijde 23 ).) De receiver kan dan de nodige vertraging toevoegen voor
een effectief surroundgeluid.
1 Selecteer ‘Speaker Distance’ in het menu Manual SP Setup.
2 Stel de afstand van elke luidspreker in met k/l.
U kunt de afstand van elke luidspreker instellen in stappen van 0,01 m.
3 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het menu Manual SP Setup.
Opmerking
Voor een optimaal surround-geluid moet u ervoor zorgen dat de surround-achterluidsprekers op dezelfde afstand
van de luisterpositie staan.
X-curve
Het meeste filmgeluid dat bedoeld is voor bioscopen is te helder voor grote ruimten. De X-curve-instelling fun-
geert als een soort re-equalizer voor thuistheaters en herstelt de juiste toonbalans van filmgeluid.
1 Selecteer ‘X-Curve’ in het menu Manual SP Setup.
2 Kies de gewenste instelling voor X-curve.
Gebruik k/l om de instelling aan te passen. De X-curve wordt uitgedrukt als neerwaartse helling in decibellen
per octaaf, beginnend bij 2 kHz. Het geluid wordt minder helder naarmate de helling steiler wordt, met een maxi-
mum van –3.0dB/oct. Houd u aan de volgende richtlijnen als u de X-curve instelt op basis van de grootte van de
ruimte:
Grootte van de
ruimte (m
2
)
X-curve
(dB/oct)
–0.5 –1.0 –1.5 –2.0 –2.5 –3.0
36
48
60
72
300
1000
! Als u OFF selecteert, is de frequentiecurve vlak en heeft de X-curve geen effect.
3 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
 
109
De menu’s System Setup en Other Setup
12
Menu voor netwerkinstelling
Maak de instellingen voor het aansluiten van de receiver op internet en het gebruik van de netwerkfuncties.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
2 Selecteer ‘System Setup’ in het HOME MENU.
3 Selecteer ‘Network Setup’ in het menu System Setup.
4 Selecteer de instelling die u wilt aanpassen.
Als u dit voor het eerst doet, is het wellicht raadzaam deze instellingen in de getoonde volgorde te verrichten:
! IP Address, Proxy – Hier stelt u het IP-adres/proxy van deze receiver in (bladzijde 109 ).
! Network Standby – Ook als het toestel in de stand-bystand staat, kan het worden ingeschakeld vanaf iCon-
trolAV5 (bladzijde 109 ).
! Friendly Name – De naam van de receiver zoals weergegeven op een computer of op andere apparatuur op
het netwerk, kan worden gewijzigd (bladzijde 110 ).
! Parental Lock – Beperkt het gebruik van netwerkfuncties (bladzijde 110 ).
! Port Number Setting – Hier stelt u de nummers in van de poorten waar de signalen van de IP-regeling wor-
den ontvangen (bladzijde 110 ).
IP-address/proxy instellen
Als de router die op de LAN-aansluiting van de receiver is aangesloten een breedbandrouter is (met een inge-
bouwde DHCP-serverfunctie), hoeft u alleen maar de DHCP-serverfunctie in te schakelen en is het niet nodig om
het netwerk handmatig in te stellen. U moet het netwerk op de hieronder beschreven wijze instellen wanneer u de
receiver op een breedbandrouter aansluit die niet met een DHCP-serverfunctie is uitgerust. Voordat u begint met
het maken van de netwerkinstellingen dient u uw ISP of netwerkbeheerder te raadplegen voor de vereiste instel-
lingen. Lees tevens de handleiding die bij uw netwerkapparaat wordt geleverd.
! Wanneer u wijzigingen maakt in de netwerkconfiguratie zonder de DHCP-serverfunctie, moet u de correspon-
derende wijzigingen maken in de netwerkinstellingen van de receiver.
IP Address
Het IP-adres dat wordt ingevoerd, moet binnen de volgende bereiken zijn gedefinieerd. Als het IP-adres buiten
de volgende bereiken is gedefinieerd, kunt u geen audiobestanden afspelen die op apparaten in het netwerk zijn
opgeslagen en kunt u ook niet naar internet-radiozenders luisteren.
Groep A: 10.0.0.1 tot 10.255.255.254
Groep B: 172.16.0.1 tot 172.31.255.254
Groep C: 192.168.0.1 tot 192.168.255.254
Subnet Mask
Wanneer een xDSL-modem of een terminaladapter rechtstreeks op de receiver is aangesloten, voert u het
subnetmasker in dat door uw internetserviceprovider op papier wordt geleverd. In de meeste gevallen moet u
255.255.255.0 invoeren.
Default Gateway
Wanneer een gateway (router) op de receiver is aangesloten, voert u het bijbehorende IP-adres in.
Primary DNS Server/Secondary DNS Server
Als er maar één DNS-serveradres door uw internetserviceprovider op papier wordt geleverd, voert u dit in het
Primary DNS Server’ veld in. Als er meer dan twee DNS-serveradressen zijn, voert u ‘Secondary DNS Server’ in
het andere adresveld voor de DNS-server in.
Proxy Hostname/Proxy Port
Deze instelling is vereist wanneer u de receiver via een proxyserver op het internet aansluit. Voer het IP-adres
van uw proxyserver in het ‘Proxy Hostname’ veld in. Voer ook het poortnummer van uw proxyserver in het
Proxy Port’ veld in.
1 Selecteer ‘IP Address, Proxy’ in het menu Network Setup.
2 Selecteer de gewenste DHCP instelling.
Wanneer u ON selecteert, worden de netwerkinstellingen automatisch gemaakt en hoeft u stap 3 niet uit te voe-
ren. Ga door naar stap 4.
Als er geen DHCP-server op het netwerk is en u ON selecteert, gebruikt deze receiver de eigen automatische
IP-functie om het IP-adres te bepalen.
! Het IP-adres bepaalt door de automatische IP-functie is 169.254.X.X. U kunt niet naar een internet-radiozen-
der luisteren als het IP-adres is ingesteld door de automatische IP-functie.
3 Voer het IP Address, Subnet Mask, Default Gateway, Primary DNS Server en
Secondary DNS Server in.
Druk op i/j om een nummer te selecteren en op k/l om de cursor te verplaatsen.
4 Selecteer ‘OFF’ of ‘ON’ voor de instelling Enable Proxy Server om de proxyserver te
activeren of deactiveren.
Als u ‘OFF’ selecteert, gaat u door naar stap 7. Als u daarentegen ‘ON’ selecteert, gaat u door naar stap 5.
5 Voer het adres van uw proxyserver of de domeinnaam in.
Gebruik i/j om een teken te selecteren, k/l om de plaats in te stellen en ENTER om uw selectie te
bevestigen.
6 Voer het poortnummer van uw proxyserver in.
Gebruik i/j om een teken te selecteren, k/l om de plaats in te stellen en ENTER om uw selectie te
bevestigen.
7 Selecteer ‘OK’ om het IP-adres/proxy-instelling te bevestigen.
Netwerk stand-by
Hiermee kunt u instellen dat de functie iControlAV5 die is aangesloten op hetzelfde LAN met de receiver ook kan
worden gebruikt wanneer het toestel in de stand-bystand staat.
1 Selecteer ‘Network Standby’ in het menu Network Setup.
2 Geef op of de Network Standby ON of OFF is.
! ON – Ook als het toestel in de stand-bystand staat, kan het worden ingeschakeld vanaf het iControlAV5-appa-
raat dat met het netwerk is verbonden.
! OFF – De functie iControlAV5 kan niet worden gebruikt wanneer de receiver in de stand-bystand staat (het
stroomverbruik tijdens stand-by kan verminderd worden).
 
110
De menu’s System Setup en Other Setup
12
Vriendelijke naam
1 Selecteer ‘Friendly Name’ in het menu Network Setup.
2 Selecteer ‘Edit Name’ en vervolgens ‘Rename’.
Als u na het veranderen van de naam deze weer wilt terugzetten op de standaardinstelling, moet u Default
selecteren.
3 Voer de gewenste naam in.
Gebruik i/j om een teken te selecteren, k/l om de plaats in te stellen en ENTER om uw selectie te
bevestigen.
Kinderslot
U kunt beperkingen instellen voor het gebruik van internetdiensten. U kunt deze gebruiksbeperkingen ook voor-
zien van een wachtwoord.
! Bij het verlaten van de fabriek is het wachtwoord op “0000” ingesteld.
Belangrijk
Wanneer de INTERNET RADIO of FAVORITES-ingangsfunctie is geselecteerd, kan deze instelling niet worden
gebruikt.
1 Selecteer ‘Parental Lock’ in het menu Network Setup.
2 Voer uw wachtwoord in.
Gebruik i/j om een teken te selecteren, k/l om de plaats in te stellen en ENTER om uw selectie te
bevestigen.
3 Specificeer of Parental Lock aan of uit gezet moet worden.
! OFF – Er gelden geen beperkingen voor internetdiensten.
! ON – Er gelden beperkingen voor internetdiensten.
4 Selecteer Change Password als u het wachtwoord wilt veranderen.
In dit geval keert de procedure terug naar stap 2.
Instelling van de poortnummers
Bij deze receiver kunnen in totaal 5 nummers worden ingesteld voor poorten waar signalen worden ontvangen.
1 Selecteer ‘Port Number Setting’ in het menu Network Setup.
2 Selecteer het poortnummer dat u wilt veranderen.
3 Voer het poortnummer in.
! Gebruik i/j om een teken te selecteren, k/l om de plaats in te stellen en ENTER om uw selectie te
bevestigen.
! Het is niet mogelijk om hetzelfde poortnummer meer dan één keer in te stellen.
4 Als er nog andere poortnummers zijn die u wilt veranderen, herhaalt u de stappen 2 en 3.
Opmerking
Wij raden u aan het poortnummer op 00023 in te stellen of binnen het bereik van 49152 tot 65535.
Controleren van de netwerkinformatie
U kunt de instelling en de status van de volgende netwerk-gerelateerde items controleren.
! IP Address – Controleer het IP-adres van deze receiver.
! MAC Address – Controleer het MAC-adres van deze receiver.
! Friendly NameVriendelijke naam op bladzijde 110 .
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j en ENTER om door de schermen te
lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
2 Selecteer ‘Network Information’ in het HOME MENU.
Tonen van de instelling en de status van de netwerk-gerelateerde items.
MHL-instellingen
Selecteer of de ingangsfunctie wel of niet automatisch naar de MHL-ingang moet worden omgeschakeld wan-
neer een MHL-compatibel apparaat wordt aangesloten.
! Standaardinstelling: ON
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
! U kunt op elk gewenst moment op HOME MENU drukken om het HOME MENU af te sluiten.
2 Selecteer ‘System Setup’ in het HOME MENU en druk hierna op ENTER.
3 Selecteer ‘MHL Setup’ in het menu System Setup.
4 Selecteer ‘Auto input switching’ in het menu MHL Setup.
5 Gebruik k/l om de instelling te selecteren.
! OFF – Niet automatisch overschakelen naar de ingang MHL.
! ON – Automatisch overschakelen naar de ingang MHL.
6 Selecteer ‘OK’ en druk op ENTER.
Opmerkingen
! Dit geldt alleen voor MHL-compatibele apparaten die deze functie ondersteunen.
! Wanneer de stroom is ingeschakeld, wordt het MHL-compatibele apparaat opgeladen. (Deze receiver onder-
steunt het opladen van apparaten tot 0,9 A.)
 
111
De menu’s System Setup en Other Setup
12
Het menu Other Setup
Het menu Other Setup bevat instellingen waarmee u de manier waarop u de receiver gebruikt kunt aanpassen.
1 Druk op MAIN RECEIVER om de afstandsbediening over te schakelen naar de
bedieningsstand voor de receiver, en druk op HOME MENU.
Er verschijnt een grafische gebruikersinterface (GUI) op uw TV. Gebruik i/j/k/l en ENTER om door de scher-
men te lopen en menu-items te selecteren. Druk op RETURN om het huidige menu af te sluiten.
2 Selecteer ‘System Setup’ in het HOME MENU.
3 Selecteer ‘Other Setup’ en druk op ENTER.
4 Selecteer de instelling die u wilt aanpassen.
Als u dit voor het eerst doet, is het wellicht raadzaam deze instellingen in de getoonde volgorde te verrichten:
! Auto Power Down – Schakelt de stroom automatisch uit wanneer de receiver niet wordt gebruikt (bladzijde
111 ).
! Volume Setup – Hiermee maakt u instellingen die verband houden met het volume van deze receiver (blad-
zijde 111 ).
! Remote Control Mode Setup – Hiermee stelt u de afstandsbedieningsmodus van deze receiver in (bladzijde
111 ).
! Software Update – Gebruik deze mogelijkheid om de software van de receiver bij te laten werken en de
versie te controleren (bladzijde 112 ).
! ZONE Setup
Hiermee maakt u de instellingen die betrekking hebben op de secundaire zone (bladzijde 112 ).
! On Screen Display Setup – Hiermee stelt u in of de status wel of niet op het display moet worden weergege-
ven wanneer de receiver wordt bediend (bladzijde 114 ).
! Play ZONE Setup – Selecteer de zone voor het afspelen van de audiocontents van de apparaten in het thuis-
netwerk (bladzijde 114 ).
! Maintenance Mode – Deze functie kunt u gebruiken om onderhoud te ontvangen van een Pioneer service-
monteur of deskundige voor aangepaste installatie (bladzijde 114 ).
5 Breng de nodige aanpassingen aan voor elke instelling en druk na elk scherm op RETURN
om te bevestigen.
Automatisch uitschakelen
De stroom kan automatisch worden uitgeschakeld wanneer er een bepaalde tijd lang geen handelingen met het
toestel zijn uitgevoerd en er geen audio- of videosignalen worden ontvangen door de receiver. Wanneer ZONE 2,
ZONE 3 of HDZONE gebruikt wordt, kan de stroom voor ZONE 2, ZONE 3 of HDZONE ook worden uitgeschakeld,
maar voor ZONE 2, ZONE 3 of HDZONE zal de stroom ook automatisch worden uitgeschakeld na de hier inge-
stelde tijd zelfs als er signalen worden ontvangen of handelingen worden uitgevoerd.
U kunt verschillende tijden instellen voor de hoofdzone, ZONE 2, ZONE 3 en HDZONE.
1 Selecteer ‘Auto Power Down’ in het menu Other Setup.
2 Selecteer de zone waarvoor u de instelling wilt maken en de tijd waarna de stroom moet
worden uitgeschakeld.
! MAIN – Wat de tijd betreft kunt u kiezen uit “15 min”, “30 min”, “60 min” en “OFF”. De stroom wordt uit-
geschakeld wanneer er voor de geselecteerde tijdsduur geen signaal is ontvangen en geen handeling is
verricht.
! ZONE 2 – Wat de tijd betreft kunt u kiezen uit “30 min”, “1 hour”, “3 hours”, “6 hours”, “9 hours” en “OFF”.
De stroom zal na de ingestelde tijd vanzelf worden uitgeschakeld.
! ZONE 3 – Wat de tijd betreft kunt u kiezen uit “30 min”, “1 hour”, “3 hours”, “6 hours”, “9 hours” en “OFF”.
De stroom zal na de ingestelde tijd vanzelf worden uitgeschakeld.
! HDZONE – Wat de tijd betreft kunt u kiezen uit “30 min”, “1 hour”, “3 hours”, “6 hours”, “9 hours” en “OFF”.
De stroom zal na de ingestelde tijd vanzelf worden uitgeschakeld.
Opmerking
Afhankelijk van de aangesloten apparaten, is het mogelijk dat de automatische uitschakelfunctie niet juist werkt
als gevolg van overmatige ruis of om een andere reden.
Volume-instellingen
U kunt het maximumvolume voor deze receiver instellen en het volumeniveau kiezen dat wordt ingesteld wanneer
het apparaat wordt ingeschakeld.
1 Selecteer ‘Volume Setup’ in het menu Other Setup.
2 Selecteer de gewenste Power ON Level instelling.
Het volume kan zo worden ingesteld dat dit altijd op hetzelfde niveau komt te staan wanneer de receiver wordt
ingeschakeld.
! LAST (standaardinstelling) – Wanneer de receiver wordt ingeschakeld, komt het volume op hetzelfde niveau
te staan als toen de receiver de laatste keer werd uitgeschakeld.
!---” – Wanneer de receiver wordt ingeschakeld, komt het volume op het minimumniveau te staan.
! –80.0dB tot +12.0dB – Hier kunt u in stappen van 0,5 dB het volume opgeven dat ingesteld moet worden
wanneer de receiver wordt ingeschakeld.
Het is niet mogelijk om een volumeniveau in te stellen dat hoger is dan de waarde die is opgegeven bij de instel-
ling voor het toelaatbare maximumvolume (zie hieronder).
3 Selecteer de gewenste Volume Limit instelling.
Gebruik deze functie om het maximumvolume te beperken. Het volume kan niet hoger worden gezet dan het
niveau dat hier is ingesteld, zelfs wanneer de VOLUME-knop (of de regelaar op het voorpaneel wordt bediend).
! OFF (standaardinstelling) – Het maximumvolume is niet beperkt.
! –20.0dB/–15.0dB/–10.0dB/–5.0dB/0.0dB – Het maximumvolume is beperkt tot de hier ingestelde waarde.
4 Selecteer de gewenste Mute Level instelling.
Hiermee stelt u in hoeveel het volume wordt verlaagd wanneer MUTE wordt ingedrukt.
! FULL (standaardinstelling) – Geen geluid.
! –40.0dB/–20.0dB – Het volume wordt verlaagd tot het hier opgegeven niveau.
5 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het menu Other Setup.
Instellng van de afstandsbedieningsmodus
! Standaardinstelling: 1
Hiermee kunt de afstandsbedieningsmodus van deze receiver instellen om een foutieve bediening te voorkomen
wanneer meerdere receivers worden gebruikt.
1 Selecteer ‘Remote Control Mode Setup’ in het menu Other Setup.
2 Selecteer de gewenste Remote Control Mode instelling.
3 Selecteer ‘OK’ om de afstandsbedieningsmodus te veranderen.
4 Volg de aanwijzingen op het scherm om de afstandsbedieningsinstelling te veranderen.
Zie Meerdere receivers bedienen op bladzijde 91 .
5 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het menu Other Setup.
 
112
De menu’s System Setup en Other Setup
12
Software Update
Gebruik deze procedure om de software van de receiver bij te laten werken en de versie te controleren. Er zijn
twee manieren om een update uit te voeren: via het internet en via een USB-geheugenapparaat.
Updaten via het internet gaat door via de receiver toegang te krijgen tot de server en het bestand te downloaden.
Deze procedure is alleen mogelijk als de receiver is verbonden met het internet.
Updaten via een USB-geheugenapparaat gaat door het updatebestand eerst te downloaden met een computer,
dan dit bestand over te brengen naar een USB-geheugenapparaat en tenslotte dit USB-geheugenapparaat in de
USB-poort op het voorpaneel van de receiver te steken. Met deze procedure moet het USB-geheugenapparaat
met het juiste updatebestand eerst correct worden ingebracht in de USB-poort op het voorpaneel van de receiver.
! Als er een updatebestand beschikbaar is op de Pioneer website, download dit dan naar uw computer.
Wanneer u een updatebestand downloadt van de Pioneer website naar uw computer, wordt dit bestand
opgeslagen als ZIP-bestand (gecomprimeerd archief). Pak het ZIP-bestand uit voor u het opslaat op het USB-
geheugenapparaat. Als er op het USB-geheugenapparaat oude gedownloade updatebestanden staan, of
updatebestanden voor andere modellen, moet u die eerst verwijderen.
http://www.pioneer.eu/eur (voor Europa)
http://www.pioneer.com.au (voor Australië en Nieuw-Zeeland)
! Als er geen updatebestand op de Pioneer website is, hoeft de software voor de receiver niet te worden
bijgewerkt.
Belangrijk
! Trek NOOIT de netsnoerstekker los tijdens het bijwerken.
! Wanneer u de update uitvoert via het internet, mag u ook de LAN-kabel niet loskoppelen. Wanneer u de update
uitvoert via een USB-geheugenapparaat, mag u het USB-geheugenapparaat niet loskoppelen.
! Als het updaten wordt onderbroken voordat het is voltooid, moet u het updaten vanaf het begin herhalen.
! De instellingen van de receiver kunnen gereset worden wanneer de software wordt geüpdatet. Informatie
betreffende de modellen waarbij de instellingen gereset worden vindt u op de Pioneer website. Raadpleeg de
website voordat u met updaten begint.
1 Selecteer ‘Software Update’ in het menu Other Setup.
2 Selecteer de updateprocedure.
! Update via Internet – De receiver controleert of er een update beschikbaar is via het internet.
! Update via USB Memory – De receiver controleert of er een update staat op het USB-geheugenapparaat in
de USB-poort op het voorpaneel van de receiver.
Accessing” verschijnt en het updatebestand wordt gecontroleerd. Wacht een poosje.
3 Controleer op het scherm of er een updatebestand is gevonden of niet.
Als “New version found.” verschijnt, is er een updatebestand gevonden. Het versienummer en de tijd van de
update zullen worden getoond.
Als “This is the latest version. There is no need to update.” verschijnt, is er geen updatebestand gevonden.
4 Selecteer OK om de update uit te voeren.
Het updatescherm verschijnt en de update zal worden uitgevoerd.
! Wanneer de update voltooid is, wordt de stroom automatisch uitgeschakeld.
Software-update meldingen
Statusmeldingen Beschrijving
FILE ERROR
Probeer het USB-geheugenapparaat lost te koppelen en weer aan te sluiten, of sla het updatebestand
opnieuw op. Als de fout hierdoor niet verholpen wordt, kunt u een ander USB-geheugenapparaat
proberen.
Er is geen updatebestand gevonden op het USB-geheugenapparaat. Sla het bestand op in de rootmap
(de bovenste map) van het USB-geheugenapparaat.
UPDATE ERROR 1 naar
UPDATE ERROR 7
Schakel de receiver uit en vervolgens weer aan en probeer de software vervolgens opnieuw bij te laten
werken.
Update via USB
Als deze melding knippert, is de update mislukt. Voer de update uit via een USB-geheugenapparaat.
Zet het updatebestand op een USB-geheugenapparaat en sluit dit aan op de USB-poort. Wanneer het
bestand gevonden is, zal de software-update automatisch beginnen.
UE11
De update is mislukt. Gebruik dezelfde procedure om de software opnieuw bij te laten werken.
UE22
UE33
ZONE-instellingen
De instelling van de secundaire zone omschakelen.
Instelling MAIN/HDZONE (instelling voor gebruik van de HDMI OUT 3-aansluiting)
1 Selecteer ‘ZONE Setup’ in het menu Other Setup.
2 Selecteer ‘MAIN/HDZONE’ en druk op ENTER.
3 Stel in hoe de HDMI OUT 3-aansluiting moet worden gebruikt.
! MAIN: Selecteer dit om dezelfde ingangsbron uit te voeren als in de hoofdzone.
Nadat dit onderdeel op MAIN is ingesteld, verlaat u het Home menu, drukt dan op OUT P. en selecteert ver-
volgens de HDMI-uitgangsaansluiting (bladzijde 85 ).
! HDZONE (standaardinstelling): Gebruik de multizonefunctie van de HDMI-uitgang (HDZONE) om een andere
ingangsbron uit te voeren dan die in de hoofdzone (bladzijde 86 ).
4 Selecteer ‘OK’ en druk op ENTER.
Instelling ZONE 2/ZONE 3/HDZONE
De volume-instelling en de toon voor de secundaire zones die met deze receiver kunnen worden gebruikt, kunnen
hier worden veranderd en afgesteld.
! Wanneer de verbindingen voor gebruik in meerdere zones zijn gemaakt met behulp van de AUDIO ZONE 2
OUT of AUDIO ZONE 3 OUT-aansluitingen en er muziek in Zone 2 of Zone 3 wordt weergegeven, kunt u kiezen
of het volume voor Zone 2 of Zone 3 op de receiver wordt ingesteld of dat er een vast volumeniveau wordt inge-
steld (–40 dB Fixed of 0 dB Fixed). Bij het verlaten van de fabriek staat dit onderdeel op Variable, wat bete-
kent dat het volume op de receiver kan worden ingesteld. Wilt u het volume vanaf de aangesloten versterker
instellen, maak dan de onderstaande instelling.
! HDZONE kan worden ingesteld wanneer Speaker System is ingesteld op 7.2ch + HDZONE,
5.2 Bi-Amp+HDZONE of 5.2 +ZONE 2+HDZONE.
! HDZONE is ingesteld op Variable. Dit kan niet worden ingesteld op –40 dB Fixed en 0 dB Fixed.
 
113
De menu’s System Setup en Other Setup
12
WAARSCHUWING
! Houd er rekening mee dat wanneer Volume Level op 0 dB Fixed is ingesteld, de audio-uitvoer van de AUDIO
ZONE 2 OUT-aansluitingen op maximum staat. Tevens kan afhankelijk van de volume-instelling op de aan-
gesloten versterker het geluid toch met groot volume worden weergegeven, zelfs wanneer Volume Level op
–40 dB Fixed is ingesteld.
1 Selecteer ‘ZONE Setup’ in het menu Other Setup.
2 Selecteer de secundaire zone waarvan u de instelling wilt wijzigen.
3 Selecteer de gewenste Volume Level instelling.
! Variable (standaard) – Pas het geluidsvolume van de secundaire zone aan met dit toestel.
! –40 dB Fixed/0 dB Fixed – De volume-uitvoer voor Zone 2/Zone 3 vanaf de receiver ligt vast op de hier inge-
stelde waarde.
4 Selecteer de gewenste Power ON Level-instelling.
Stel het geluidsvolume van de secundaire zone in wanneer de multi-zonefunctie wordt gebruikt om de secundaire
zone in te schakelen. Het volume kan worden ingesteld voor respectievelijk ZONE 2, ZONE 3 en HDZONE.
Wanneer Volume Level op –40 dB Fixed of 0 dB Fixed is ingesteld, ligt het volume vast op die waarde en kan
het volume hier niet worden ingesteld.
! LAST (standaardinstelling) – Wanneer MULTI-ZONE wordt ingeschakeld, wordt het volume ingesteld op het
niveau dat was ingesteld toen u de laatste keer luisterde in die zone.
!---” – Wanneer MULTI-ZONE wordt ingeschakeld, wordt het volume voor die zone ingesteld op minimum.
! –80.0dB tot 0dB – Wanneer MULTI-ZONE wordt ingeschakeld, wordt het volume ingesteld op het niveau dat
hier is ingesteld. Het volume kan worden ingesteld tot de waarde die is ingesteld bij Volume Limit hieronder.
5 Selecteer de gewenste Volume Limit-instelling.
Het maximumvolume voor de zone geselecteerd in stap 2 kan worden ingesteld.
! OFF (standaardinstelling) – Het maximumvolume is niet beperkt.
! –20.0dB/–10.0dB – Het maximumvolume is beperkt tot de hier ingestelde waarde.
6 Selecteer de gewenste Mute Level-instelling.
Het dempingsniveau voor de zone geselecteerd in stap 2 kan worden ingesteld.
Hiermee stelt u in hoeveel het volume wordt verlaagd wanneer MUTE wordt ingedrukt.
! FULL (standaardinstelling) – Geen geluid.
! –40.0dB/–20.0dB – Het volume wordt verlaagd tot het hier opgegeven niveau.
7 Stel Lch Level en Rch Level in.
Het kanaalniveau voor de zone geselecteerd in stap 2 kan worden ingesteld.
Het niveau kan in stapjes van 1 dB worden ingesteld tussen –12.0dB en +12.0dB.
8 Selecteer de gewenste HPF (hoogdoorlaatfilter)-instelling.
Dit onderdeel kan alleen worden ingesteld wanneer ZONE 2 is geselecteerd in stap 2.
De uitvoer van de lagere frequenties via de AUDIO ZONE 2 OUT-aansluitingen is afgesneden. Wanneer een sub-
woofer in Zone 2 is aangesloten, raden wij u aan dit onderdeel op “ON” te zetten. Deze instelling is alleen geldig
wanneer Zone 2 is aangesloten via gebruik van de AUDIO ZONE 2 OUT-aansluitingen.
! OFF (standaardinstelling) – De hoogdoorlaatfilterfunctie is uitgeschakeld.
! ON – De hoogdoorlaatfilterfunctie is ingeschakeld.
9 Selecteer de gewenste TONE-instelling.
Dit onderdeel kan alleen worden ingesteld wanneer ZONE 2 is geselecteerd in stap 2.
De lage en hoge tonen voor ZONE 2 kunnen worden ingesteld. Wanneer BYPASS wordt geselecteerd, wordt het
oorspronkelijke geluid onveranderd weergegeven. Wanneer ON wordt geselecteerd, kunnen BASS en TREBLE
worden ingesteld.
! Als de luidsprekeraansluitingen worden gebruikt voor ZONE 2, is ZONE 2 TONE geldig als Speaker System
is ingesteld op 5.2 Bi-Amp+HDZONE, 5.2 +ZONE 2+ZONE 3 of 5.2 +ZONE 2+HDZONE. Bij de instelling
7.2ch + HDZONE, Multi-ZONE Music, wordt ZONE 2 TONE niet toegepast.
10 Stel de lage tonen (BASS) en hoge tonen (TREBLE) naar wens in.
Dit onderdeel kan alleen worden ingesteld wanneer ZONE 2 in stap 2 is geselecteerd en ON in stap 8 is
geselecteerd.
De BASS en TREBLE kunnen in stapjes van 1 dB worden ingesteld tussen –10.0dB en +10.0dB.
11 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het menu Other Setup.
 
114
De menu’s System Setup en Other Setup
12
Instellingen voor het beeldschermdisplay
Wanneer de receiver wordt bediend, wordt de status (naam van de ingang, luisterfunctie, enz.) over de video-
weergave heen op het scherm getoond. U kunt de statusaanduiding uitschakelen door deze instelling op OFF te
zetten. U kunt deze instelling maken voor de hoofdzone en HDZONE.
! Standaardinstelling: ON (zowel de hoofdzone als HDZONE)
1 Selecteer ‘On Screen Display Setup’ in het menu Other Setup.
2 Selecteer de hoofdzone of HDZONE waarvan u de instelling wilt wijzigen en maak de
gewenste instelling.
3 Selecteer de gewenste On Screen Display-instelling.
4 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het menu Other Setup.
Opmerkingen
! Het schermdisplay wordt alleen weergegeven voor videoweergave van de HDMI-aansluiting.
! Als een 3D-videosignaal wordt ingevoerd, kan het schermdisplay wellicht niet worden weergegeven.
! De grootte van de weergegeven tekens verschilt afhankelijk van de uitgangsresolutie.
Instellingen voor de Play ZONE
Selecteer de zone voor het afspelen van de audiocontents van de apparaten in het thuisnetwerk wanneer de
DMR-modus wordt gebruikt.
! Zie bladzijde 70 voor afspeelbare DLNA-compatibele netwerkapparaten.
1 Selecteer ‘Play ZONE Setup’ in het menu Other Setup.
2 Selecteer de zone waarin u de audiocontents wilt afspelen.
3 Druk op RETURN wanneer u klaar bent.
U keert terug naar het menu Other Setup.
Opmerkingen
! Als een andere zone is ingeschakeld, is het wellicht niet mogelijk om de audiocontents af te spelen. In dit geval
schakelt u de andere zone uit en speelt dan de audiocontents af.
! MAIN/HDZONE bij ZONE Setup moet op HDZONE worden ingesteld om de HDZONE-functie te gebruiken
(bladzijde 112 ).
Onderhoudmodus
Gebruik deze alleen wanneer u de instructie hiervoor krijgt van een Pioneer servicemonteur of deskundige voor
aangepaste installatie.
Netwerkinstellingen maken met behulp van Safari
1 Start Safari op uw computer.
2 Druk op het Bookmark-pictogram. Klik op de Bonjour-lijst (a) en selecteer dan de naam van
deze receiver (Friendly Name) (b) in Bookmark.
Als de Bonjour-lijst niet wordt weergegeven, gaat u vanuit Safari naar het IP-adres “http://(het IP-adres van de
receiver)”.
a
b
3 Selecteer in het menuscherm van AVNavigator Network Setup.
4 Klik op IP, Proxy Setting.
5 Maak de netwerkinstellingen handmatig en druk dan op Apply.
Opmerking
Deze instelling van het netwerk is gecontroleerd en bevestigd voor Mac OS X 10.7 en Safari 5.1.
 
115
De menu’s System Setup en Other Setup
12
Gebruik van Safari voor het instellen van een eigen naam
1 Start Safari op uw computer.
2 Druk op het Bookmark-pictogram. Klik op de Bonjour-lijst (a) en selecteer dan de naam van
deze receiver (Friendly Name) (b) in Bookmark.
Als de Bonjour-lijst niet wordt weergegeven, gaat u vanuit Safari naar het IP-adres “http://(het IP-adres van de
receiver)”.
3 Selecteer in het menuscherm van AVNavigator Network Setup.
4 Klik op Friendly Name.
5 Voer een eigen naam in en druk dan op Apply.
Opmerking
Deze instelling van het netwerk is gecontroleerd en bevestigd voor Mac OS X 10.7 en Safari 5.1.
Gebruik van Safari voor het updaten van de firmware
1 Start Safari op uw computer.
2 Druk op het Bookmark-pictogram. Klik op de Bonjour-lijst (a) en selecteer dan de naam van
deze receiver (Friendly Name) (b) in Bookmark.
Als de Bonjour-lijst niet wordt weergegeven, gaat u vanuit Safari naar het IP-adres “http://(het IP-adres van de
receiver)”.
3 Selecteer in het menuscherm van AVNavigator Network Setup.
4 Klik op Firmware Update.
5 Druk op Start.
Het voorbereidingsscherm voor het updaten van de firmware wordt weergegeven. Als er niet automatisch naar
het scherm wordt overgeschakeld, klikt u op Click here.
6 Blader door de meest recente firmware op uw computer (a) en druk dan op Upload (b).
De firmwarebestanden hebben de extensie “fw”. Selecteer een bestand met de extensie “fw”.
Het bevestigingsscherm verschijnt. Als u door wilt gaan met het updaten van de firmware, drukt u op OK. Zodra
het updaten van de firmware is gestart, kan dit niet meer worden gestopt. Wacht totdat het bestand geüpload is
(dit kan ongeveer één minuut duren afhankelijk van de eigenschappen van uw LAN-verbinding).
a
b
7 Het statusscherm voor het updaten van de firmware wordt weergegeven.
The upload process finished successfully.” wordt getoond wanneer het updaten is voltooid.
Nadat het updaten is voltooid, wordt de receiver automatisch uitgeschakeld.
Opmerking
Deze instelling van het netwerk is gecontroleerd en bevestigd voor Mac OS X 10.7 en Safari 5.1.
 
116
 
Problemen oplossen .................................................................................................................... 117
Stroomvoorziening .....................................................................................................................117
Geen geluid .................................................................................................................................. 118
Andere geluidsproblemen .......................................................................................................... 119
BT AUDIO-aansluiting .................................................................................................................120
Video .............................................................................................................................................120
Instellingen...................................................................................................................................120
Grafische uitvoer professionele kalibratie-EQ ..........................................................................121
Display .......................................................................................................................................... 121
Afstandsbediening ......................................................................................................................122
HDMI .............................................................................................................................................122
MHL ...............................................................................................................................................123
Ingebouwde AVNavigator ..........................................................................................................123
USB-aansluiting ...........................................................................................................................124
iPod ...............................................................................................................................................124
Netwerk ........................................................................................................................................124
Draadloos LAN .............................................................................................................................126
Veelgestelde vragen
117
Veelgestelde vragen
13
Problemen oplossen
Vaak worden onjuiste handelingen verward met problemen of storingen. Wanneer u denkt dat er iets mis is met
dit apparaat, controleert u eerst de onderstaande punten. Soms ligt de oorzaak van het probleem bij een ander
apparaat. Controleer de andere apparaten en de elektrische apparatuur die in gebruik is. Als het probleem niet
is verholpen nadat u de onderstaande punten hebt gecontroleerd, vraagt u het dichtstbijzijnde erkende Pioneer-
servicecentrum om reparaties te verrichten.
! Als het apparaat niet naar behoren functioneert vanwege externe effecten zoals statische elektriciteit, haalt u
de stekker uit het stopcontact en steekt u deze weer in het stopcontact om het apparaat weer normaal te doen
werken.
Als u het probleem niet kunt oplossen aan de hand van de aanwijzingen in de onderstaande lijst, als de beelden
op het scherm plotseling ‘bevriezen’ of als de knoppen op de afstandsbediening of het voorpaneel niet meer
werken, kunt u het volgende doen:
! Druk op u STANDBY/ON op het voorpaneel om het apparaat uit te schakelen en schakel het apparaat daarna
weer in.
Als dit het probleem niet verhelpt, schakelt u het apparaat opnieuw uit. Houd daarna de u STANDBY/ON-knop
op het voorpaneel tenminste vijf seconden ingedrukt. (Het toestel wordt ingeschakeld en na vijf seconden weer
uitgeschakeld.)
! Als het toestel niet kan worden uitgeschakeld, houdt u u STANDBY/ON op het voorpaneel langer dan vijf
seconden ingedrukt. Het toestel zal dan worden uitgeschakeld. In dit geval worden diverse instellingen op de
receiver mogelijk gewist. (Instellingen die zijn gemaakt terwijl de stroom was uitgeschakeld, worden gewoon-
lijk niet gewist.)
Stroomvoorziening
Probleem Oplossing
Het apparaat gaat niet aan. Controleer of de stekker van het netsnoer in een werkend stopcontact zit.
Probeer de stekker uit het stopcontact te halen en deze er weer in te steken.
Het apparaat gaat niet uit.
(ZONE 2 ON wordt getoond.)
Houd de ZONE 2-knop op de afstandsbediening 1,5 seconde ingedrukt, en druk op de
u STANDBY/ON-knop om de stroom uit te schakelen.
Het apparaat gaat niet uit.
(ZONE 3 ON wordt getoond.)
Houd de ZONE 3-knop op de afstandsbediening 1,5 seconde ingedrukt, en druk op de
u STANDBY/ON-knop om de stroom uit te schakelen.
Het apparaat gaat niet uit.
(HDZONE ON wordt getoond.)
Houd de HDZONE-knop op de afstandsbediening 1,5 seconde ingedrukt, en druk op de
u STANDBY/ON-knop om de stroom uit te schakelen.
De receiver gaat plotseling uit of de
iPod iPhone-indicator knippert.
Controleer of er geen losse draadjes van het snoer van de luidspreker contact maken met
het achterpaneel of andere snoeren. Als dit het geval is, sluit u de luidsprekers opnieuw
aan waarbij u ervoor zorgt dat er geen losse draadjes zijn.
Er kan een ernstig probleem met de receiver zijn. Haal de stekker van de receiver uit het
stopcontact en bel een door Pioneer erkend servicecentrum.
Probleem Oplossing
Tijdens weergave met hoog volume
gaat het apparaat plotseling uit.
Zet het volume lager.
Verminder de equalizerniveaus voor 63 Hz en 125 Hz in de Handmatige MCACC-instelling
op bladzijde 100 .
Schakel de digitale veiligheidsvoorziening in. Terwijl u ENTER op het voorpaneel inge-
drukt houdt, drukt u op u STANDBY/ON om de receiver in de stand-bystand te zetten.
Gebruik TUNE i/j om D.SAFETY cOFFd te selecteren en gebruik dan PRESET k/l
om 1 of 2 te selecteren (selecteer D.SAFETY cOFFd om deze voorziening te deactive-
ren). Als het apparaat zelfs uit gaat als u 2 hebt ingeschakeld, zet u het volume lager.
Wanneer 1 of 2 is ingeschakeld, is het mogelijk dat sommige functies niet beschikbaar
zijn.
Als er weinig informatie over de lage frequenties beschikbaar is in het bronmateriaal,
wijzigt u de luidsprekerinstellingen naar Front: SMALL / Subwoofer: YES of Front: LARGE
/ Subwoofer: PLUS (zie Speaker Setting op bladzijde 107 ).
Het apparaat reageert niet wanneer
de knoppen worden ingedrukt.
Zet de receiver uit en weer aan.
Haal de stekker uit het stopcontact en steek de stekker weer in het stopcontact.
AMP ERR knippert op het display en
het apparaat gaat automatisch uit.
De MCACC PRO-indicator knippert
en het apparaat gaat niet aan.
Er kan een ernstig probleem met de receiver zijn. Probeer de receiver niet aan te zetten.
Haal de stekker van de receiver uit het stopcontact en bel een door Pioneer erkend ser-
vicecentrum.
De receiver gaat plotseling uit of de
FL OFF-indicator knippert.
Mogelijk was er een fout in de voedingsschakeling van de receiver. Wacht minstens één
minuut voordat u het toestel weer aanzet. Als het systeem daarna weer dezelfde proble-
men vertoont, moet u de receiver niet meer gebruiken. Haal de stekker uit het stopcon-
tact en laat het toestel repareren.
AMP OVERHEAT knippert op het
display, de FL OFF-indicator knippert
en het toestel gaat uit.
Laat het toestel afkoelen op een goed geventileerde plaats voor u het weer aan zet (zie De
receiver installeren op bladzijde 10 ).
Controleer of de kabels die gebruikt worden voor het aansluiten van de luidsprekers
kortsluiting maken.
Wacht minstens 1 minuut en schakel dan de stroom weer in.
De temperatuur binnenin het toestel is hoger geworden dan de toegestane waarde.
Zet het volume lager.
HDZONE kan niet worden inge-
schakeld.
Zet Output Setting in MAIN/HDZONE op HDZONE (bladzijde 112 ).
De receiver wordt plotseling uitge-
schakeld of MCACC PRO knippert.
De voedingseenheid is beschadigd. Haal de stekker van de receiver uit het stopcontact
en bel een door Pioneer erkend servicecentrum.
FAN STOP wordt weergegeven en
daarna knippert de iPod iPhone
indicator.
De ingebouwde koelventilator is defect. Probeer de receiver niet aan te zetten. Haal de
stekker van de receiver uit het stopcontact en bel een door Pioneer erkend servicecen-
trum.
Op het display knippert 12V TRG
ERR.
Er is een fout opgetreden in de 12 V trigger-aansluitingen. Maak de aansluitingen
opnieuw op de juiste wijze en schakel dan de stroom weer in.
 
118
Veelgestelde vragen
13
Geen geluid
Probleem Oplossing
Er wordt geen geluid uitgevoerd, het
geluid wordt afgesneden of er is ruis.
Als Fixed PCM in de audioparameters is ingesteld op ON, kan er geen audio worden
afgespeeld in andere indelingen dan PCM. Als u een andere indeling dan PCM-audio wilt
afspelen, moet u OFF selecteren (zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 ).
Er klinkt geen geluid nadat u een
ingangsfunctie hebt geselecteerd.
Er klinkt geen geluid uit de voorluid-
sprekers.
Controleer het volume, of het geluid is gedempt (druk op MUTE) en de luidsprekerinstel-
ling (druk op OUT P.).
Controleer of u de juiste ingangsfunctie hebt geselecteerd.
Controleer of de MCACC-instelmicrofoon wel is losgekoppeld.
Controleer of u het juiste ingangssignaal hebt geselecteerd (zie Het ingangssignaal
kiezen op bladzijde 67 ).
Controleer of het bronapparaat goed is aangesloten (zie De apparatuur aansluiten op
bladzijde 19 ).
Controleer of de luidsprekers goed zijn aangesloten (zie De luidsprekers aansluiten op
bladzijde 25 ).
Er klinkt geen geluid uit de sur-
round-luidsprekers of de midden-
luidspreker.
Controleer of de Stereo-luisterfunctie of de functie Geavanceerde voorpodium-surround
niet is geselecteerd; selecteer een van de surround-luisterfuncties (zie Genieten van
diverse typen weergave met de luisterfuncties op bladzijde 65 ).
Controleer of de surround-/middenluidsprekers niet zijn ingesteld op NO (zie Speaker
Setting op bladzijde 107 ).
Controleer de kanaalniveau-instellingen (zie Channel Level op bladzijde 108 ).
Controleer de aansluitingen van de luidsprekers (zie De luidsprekers aansluiten op blad-
zijde 25 ).
Er klinkt geen geluid uit de sur-
round-achterluidsprekers.
Controleer of de surround-achterluidsprekers op LARGE of SMALL staan en de surround-
luidsprekers niet op NO zijn ingesteld (zie Speaker Setting op bladzijde 107 ).
Controleer de aansluitingen van de luidsprekers (zie De luidsprekers aansluiten op blad-
zijde 25 ). Als er slechts een surround-achterluidspreker is aangesloten, controleert u of
deze is aangesloten op de aansluiting voor de linkerkanaalluidspreker.
Als Dolby Surround is geselecteerd, wordt er geen audio uitgevoerd via de sur-
round-achterluidspreker als die als enige is aangesloten (ingesteld).
Er klinkt geen geluid uit de hoog- of
breed-voorluidsprekers.
Controleer of de hoog- of breed-voorluidsprekers op LARGE of SMALL staan en de sur-
roundluidsprekers niet op NO zijn ingesteld (zie Speaker Setting op bladzijde 107 ).
Als Speaker System is ingesteld op 7.2.2ch TMd/FW en SP: TMd ON wordt geselec-
teerd met de knop OUT P., wordt er geen geluid uitgevoerd uit de voor-breedluidsprekers.
Selecteer SP: FW ON of SP: TMd/FW ON (zie Overschakelen naar andere luidsprekeraan-
sluitingen op bladzijde 85 ).
Als Speaker System is ingesteld op 7.2.2ch TMd/FH en SP: TMd ON wordt geselecteerd
met de knop OUT P., wordt er geen geluid uitgevoerd uit de voor-hoogluidsprekers.
Selecteer SP: FH ON of SP: TMd/FH ON (zie Overschakelen naar andere luidsprekeraan-
sluitingen op bladzijde 85 ).
Controleer de aansluitingen van de luidsprekers (zie De luidsprekers aansluiten op blad-
zijde 25 ).
Als Speaker System is ingesteld op 7.2.2ch TMd/FW en Dolby Surround is geselec-
teerd, wordt er geen audio uitgevoerd uit de voor-breedluidsprekers.
Probleem Oplossing
Er klinkt geen geluid uit de sub-
woofer.
Controleer of de subwoofer goed is aangesloten, aan staat en of het volume op een hoor-
baar niveau staat.
Als de subwoofer een slaapstand heeft, controleert u of deze is uitgeschakeld.
Controleer of de subwoofer is ingesteld op YES of PLUS (zie Speaker Setting op bladzijde
107 ).
De crossoverfrequentie is mogelijk te laag ingesteld. Probeer een hogere instelling die
overeenkomt met de eigenschappen van de andere luidsprekers (zie Speaker Setting op
bladzijde 107 ).
Als er weinig informatie over de lage frequenties beschikbaar is in het bronmateriaal,
wijzigt u de luidsprekerinstellingen naar Front: SMALL / Subwoofer: YES of Front: LARGE
/ Subwoofer: PLUS (zie Speaker Setting op bladzijde 107 ).
Controleer of het LFE-kanaal niet is ingesteld op OFF of een hele stille instelling (zie De
audio-opties instellen op bladzijde 80 ).
Controleer de niveau-instellingen van de luidspreker (zie Channel Level op bladzijde 108 ).
Er klinkt geen geluid uit de luid-
sprekers.
Controleer de AMP-instelling. Zet het onderdeel op ON wanneer u het geluid via alle
luidsprekers wilt weergeven (De audio-opties instellen op bladzijde 80 ).
Er klinkt geen geluid uit één luid-
spreker.
Controleer de aansluitingen van de luidsprekers (zie De luidsprekers aansluiten op blad-
zijde 25 ).
Controleer de niveau-instellingen van de luidspreker (zie Channel Level op bladzijde 108 ).
Controleer of de luidspreker niet is ingesteld op NO (zie Speaker Setting op bladzijde 107 ).
Het kanaal is mogelijk niet opgenomen in de bron. Als u een van de luisterfuncties met
geavanceerde effecten gebruikt, kunt u mogelijk het ontbrekende kanaal toevoegen (zie
Genieten van diverse typen weergave met de luisterfuncties op bladzijde 65 ).
Er is wel geluid van analoge appa-
ratuur, maar niet van digitale (DVD,
LD, CD enz.).
Controleer of het type ingangssignaal is ingesteld op DIGITAL (zie Het ingangssignaal
kiezen op bladzijde 67 ).
Controleer of de digitale ingang op de juiste wijze is toegewezen aan de ingangsaanslui-
ting waarop het apparaat is aangesloten (zie Het menu Input Setup op bladzijde 51 ).
Controleer de instellingen van de digitale uitgang op het bronapparaat.
Als het bronapparaat een digitale volumeregeling heeft, controleert u of deze niet hele-
maal zacht staat.
Er is geen geluid of juist ruis hoor-
baar wanneer Dolby Digital/DTS-soft-
ware wordt afgespeeld.
Controleer of de BD of DVD-speler geschikt is voor Dolby Digital-/DTS-discs.
Controleer de digitale uitgangsinstellingen of de instellingen voor de HDMI-audio-uitgang
van de BD- of DVD-speler. Controleer of de DTS-signaaluitgang is ingesteld op On.
Als het bronapparaat een digitale volumeregeling heeft, controleert u of deze niet hele-
maal zacht staat.
Geen geluid bij gebruik van het
HOME MENU.
Als de HDMI-ingangsfunctie is geselecteerd, staat het geluid uit totdat u het
HOME MENU verlaat.
 
119
Veelgestelde vragen
13
Andere geluidsproblemen
Probleem Oplossing
Tijdens weergave kan er een scha-
kelgeluid voor luidsprekers (klikken)
worden gehoord uit de receiver.
Aangezien ECO MODE 1 en ECO MODE 2 het stroomverbruik verminderen, worden
de luidsprekers omgeschakeld overeenkomstig het aantal ingangskanalen. Als gevolg
hiervan kunt u een luidspreker-omschakelgeluid (klikgeluid) horen wanneer het aantal
ingangskanalen wordt omgeschakeld. Wanneer dit u hindert, schakelt u over naar een
andere luisterfunctie.
Afhankelijk van de luisterfunctie is het mogelijk dat er automatisch geschakeld wordt
tussen de hoogte-voor (of breedte-voor) en de surround-achterluidsprekers aan de hand
van veranderingen in het audio-ingangssignaal. Op zo’n moment kunt u het geluid van
het omschakelen van de luidsprekers (een klikkend geluid) horen uit de receiver. Als dit
geluid u irriteert, raden we u aan de instelling voor de luidsprekeraansluitingen te wijzi-
gen (zie Overschakelen naar andere luidsprekeraansluitingen op bladzijde 85 ).
Zenders kunnen niet automatisch
worden geselecteerd of er is nogal
veel ruis in de radio-uitzendingen.
Rol de FM-draadantenne volledig af, plaats deze waar u de beste ontvangst hebt en
bevestig de antenne aan een muur of deurpost.
Gebruik een buitenantenne voor betere ontvangst (zie bladzijde 40 ).
Wijzig de positie en richting van de AM-antenne.
Ruis kan worden veroorzaakt door interferentie van andere apparatuur, zoals een
TL-lamp, motor en dergelijke. Zet de andere apparatuur uit of verplaats deze. U kunt ook
de AM-antenne verplaatsen.
Er is ruis hoorbaar tijdens het zoeken
op een DTS-CD.
Dit is geen storing van de receiver. De scanfunctie van de speler verandert de digitale
informatie, waardoor deze onleesbaar wordt en ervoor zorgt dat ruis wordt weergegeven.
Zet het volume laag wanneer u scant.
Er is ruis hoorbaar in de geluidsop-
name wanneer een LD met DTS-inde-
ling wordt afgespeeld.
Controleer of het type ingangsignaal is ingesteld op DIGITAL (zie Het ingangssignaal
kiezen op bladzijde 67 ).
Er kan geen audio-opname worden
gemaakt.
U kunt alleen een digitale opname maken van een digitale bron en een analoge opname
van een analoge bron.
Controleer bij een digitale bron of wat u opneemt niet is beveiligd met een kopieerbevei-
liging.
Het volume van de subwoofer is
erg laag.
Kies de instelling PLUS om meer audiosignalen naar de subwoofer te sturen of stel de
voorluidsprekers in op SMALL (zie Speaker Setting op bladzijde 107 ).
Alles lijkt juist ingesteld, maar het
geluid klinkt vreemd.
De luidsprekers zijn mogelijk uit fase. Controleer of de positieve/negatieve luidspreke-
raansluitingen op de receiver overeenkomen met de overeenkomstige aansluitingen op
de luidsprekers (zie De luidsprekers aansluiten op bladzijde 25 ).
De functie Phase Control heeft geen
hoorbaar effect.
Controleer indien van toepassing of de laagdoorlaatfilterschakelaar op uw subwoofer
uit is, en of het filtersnijpunt is ingesteld op de hoogste frequentie. Als uw subwoofer
een PHASE-instelling heeft, stelt u deze in op 0º (of, afhankelijk van de subwoofer, op de
instelling waarvan u denkt dat deze het beste effect op het algehele geluid heeft).
Controleer of de ingestelde luidsprekerafstand voor alle luidsprekers juist is (zie Speaker
Distance op bladzijde 108 ).
Full Band Phase Control kan niet
worden geselecteerd.
Voer de Full Automatic MCACC-metingen uit (zie Automatisch uitvoeren van de optimale
geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC) op bladzijde 49 ). Full Band Phase Control
wordt automatisch ingeschakeld wanneer de metingen zijn voltooid.
Er is ruis of een bromgeluid hoor-
baar, ook als er geen geluid wordt
ingevoerd.
Controleer of pc’s of andere digitale apparaten die op dezelfde spanningsbron zijn aange-
sloten geen interferentie veroorzaken.
Probleem Oplossing
Sommige ingangsfuncties kunnen
niet worden geselecteerd met de
INPUT SELECTOR op het voorpaneel
of de knop ALL op de afstandsbe-
diening.
Controleer de Input Skip instellingen in het menu Input Setup (zie Het menu Input
Setup op bladzijde 51 ).
Controleer de toewijzing van de HDMI Input-ingangen in het menu Input Setup en kijk
of deze op OFF staan (zie Het menu Input Setup op bladzijde 51 ).
Er lijkt een tijdsverschil te zijn tussen
de uitvoer van de luidsprekers en die
van de subwoofer.
Zie Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC)
op bladzijde 49 om het systeem opnieuw in te stellen met behulp van MCACC. De
vertraging van de subwooferuitvoer wordt dan automatisch gecompenseerd.
Het beschikbare maximumvolume
(weergegeven op het display op het
voorpaneel) is lager dan het maxi-
mum van +12dB.
Controleer of de Volume Limit is ingesteld op OFF (zie Volume-instellingen op bladzijde
111 ).
De instelling voor het kanaalniveau is mogelijk hoger dan 0.0dB.
Bepaalde luisterfuncties of
HOME MENU-onderdelen kunnen
niet worden geselecteerd.
Wanneer Operation Mode op Basic staat, worden de door Pioneer aanbevolen instel-
lingen gemaakt en kunnen niet alle functies worden gebruikt. Om alle functies zonder
beperkingen te kunnen gebruiken, zet u Operation Mode op Expert (zie Instelling
bedieningsstand op bladzijde 52 ).
Afhankelijk van het ingangssignaal en de luistermodus kunnen sommige functies niet
worden geslecteerd.
Het volume wordt automatisch lager.
De temperatuur binnenin het toestel is hoger geworden dan de toegestane waarde.
Probeer het toestel ergens anders neer te zetten voor een betere koeling (zie De receiver
installeren op bladzijde 10 ).
Het volume lijkt anders wanneer een
andere ingangsbron wordt gese-
lecteerd.
Zet het onderdeel Channel Level op ALL en stel dan het volume van de respectievelijke
ingangsbronnen af (zie Ingangsvolume-afstelfunctie op bladzijde 86 ).
Als HDZONE is ingesteld op ON,
worden meerkanaals audiobronnen
niet weergegeven in de hoofdzone.
Als HDZONE is geselecteerd in Speaker System en dezelfde HDMI-ingang is geselec-
teerd voor zowel de hoofdzone als HDZONE, dan worden tweekanaals PCM-audiobron-
nen ook in de hoofdzone uitgevoerd. Als u meerkanaals audiobronnen wilt uitvoeren,
moet u HDZONE instellen op OFF of de ingang HDZONE wijzigen.
Er wordt geen geluid uitgevoerd voor
HDZONE.
Met HDZONE wordt er mogelijk geen multikanaalsaudio uitgevoerd. Stel in dat geval de
audio-uitgang van het weergaveapparaat in op 2 kanaals-PCM.
 
120
Veelgestelde vragen
13
BT AUDIO-aansluiting
Probleem Oplossing
Het apparaat voorzien van Bluetooth
draadloze technologie kan niet
aangesloten of bediend worden. Het
geluid van het apparaat voorzien
van Bluetooth draadloze technologie
wordt niet weergegeven of er zijn
onderbrekingen in het geluid.
Controleer of er geen apparaat in de buurt van de receiver is dat elektromagnetische
golven in de 2,4 GHz band uitzendt (magnetron, draadloos LAN-apparaat of apparaat
voorzien van Bluetooth draadloze technologie). Als een dergelijk apparaat bij de receiver
staat, moet u het verder weg zetten. U kunt het apparaat dat de elektromagnetische
golven uitzendt ook uitzetten.
Controleer of het apparaat voorzien van Bluetooth draadloze technologie niet te ver van
de receiver staat en of er geen obstakels zijn tussen het apparaat voorzien van Bluetooth
draadloze technologie en de receiver. Plaats het apparaat voorzien van Bluetooth draad-
loze technologie en de receiver zodanig dat de afstand tussen de apparaten minder dan
10 m is en dat er geen obstakels tussen de apparaten zijn.
Het apparaat voorzien van Bluetooth draadloze technologie staat niet in de communica-
tiestand die de Bluetooth draadloze technologie ondersteunt. Controleer de instelling van
het apparaat voorzien van Bluetooth draadloze technologie.
Controleer of het paren correct is uitgevoerd. Het is mogelijk dat de paringsinstelling van
dit apparaat of het apparaat voorzien van Bluetooth draadloze technologie is gewist. Voer
het paren opnieuw uit.
Controleer of het profiel correct is. Gebruik een apparaat voorzien van Bluetooth draad-
loze technologie die het A2DP-profiel en het AVRCP-profiel ondersteunt.
Video
Probleem Oplossing
Er is geen beeld nadat u een ingang
hebt geselecteerd.
Controleer de videoaansluitingen van het bronapparaat.
Voor HDMI, of als V.CONV is ingesteld op OFF en een TV en ander apparaat met verschil-
lende snoeren zijn aangesloten (in De video-opties instellen op bladzijde 82 ), moet u de
TV op deze receiver aansluiten met hetzelfde type videokabel als u hebt gebruikt om het
videoapparaat aan te sluiten. Voor de componentvideo-ingang worden de signalen alleen
uitgevoerd via de HDMI OUT 1 of HDMI OUT 2-aansluiting, dus als u de componentvi-
deo-ingang gebruikt moet u V.CONV op OFF zetten.
Controleer of de ingangen op de juiste manier zijn toegewezen voor de apparaten die
zijn aangesloten met componentvideo- of HDMI-kabels (zie Het menu Input Setup op
bladzijde 51 ).
Controleer de instellingen van de video-uitgang op het bronapparaat.
Controleer of u de juiste video-ingang hebt geselecteerd op de TV.
Sommige apparatuur, zoals videospelletjesapparatuur, heeft resoluties die niet kunnen
worden omgezet. Als het aanpassen van de Resolution-instelling van deze receiver (in De
video-opties instellen op bladzijde 82 ) en/of de resolutie-instellingen op de apparatuur
of het beeldscherm niet werkt, kunt u proberen om V.CONV (in De video-opties instellen
op bladzijde 82 ) om te schakelen naar OFF.
Wanneer het apparaat via een HDMI OUT-aansluiting is aangesloten, drukt u op de
OUT P.-knop van de afstandsbediening om de HDMI OUT-uitgangsinstelling te controle-
ren. Voor OUT 3 moet u ook de MAIN/HDZONE-instelling bij ZONE Setup controleren.
Als de instelling HDMI OUT 1/2 van de uitgangsparameterfunctie is ingesteld op OFF,
moet u hem op ON zetten.
Als HDZONE is ingeschakeld, wordt videobeeld dat is aangesloten met een videokabel of
componentkabel niet uitgevoerd via de HDMI-aansluiting. Zet HDZONE uit om videobeeld
uit te voeren (bladzijde 86 ).
Probleem Oplossing
Het beeld bevat sneeuw, valt soms
weg of is vervormd.
Soms brengt een videorecorder een videosignaal met sneeuw voort, bijvoorbeeld tijdens
het scannen. Het is ook mogelijk dat de beeldkwaliteit gewoon slecht is, bijvoorbeeld bij
sommige videospelletjesapparatuur. De beeldkwaliteit is ook afhankelijk van de instel-
lingen van het weergaveapparaat. Zet de video-omzetter uit en sluit de bron en het weer-
gaveapparaat opnieuw aan met hetzelfde type verbinding (componentvideo of samenge-
stelde video). Probeer hierna opnieuw af te spelen.
Er worden geen videosignalen via de
componentaansluiting uitgevoerd.
Wanneer op de componentaansluiting een monitor wordt aangesloten die alleen compa-
tibel is met resoluties van 480i en er een andere monitor op de HDMI-aansluiting wordt
aangesloten, kunnen de videosignalen mogelijk niet worden uitgevoerd naar de monitor
die op de componentaansluiting is aangesloten. In dit geval doet u het volgende:
— Schakel de monitor uit die op de HDMI-aansluiting is aangesloten.
— Verander in het menu VIDEO P. de RES-instelling (zie De video-opties instellen op
bladzijde 82 ).
— De videosignalen van de HDMI-aansluiting kunnen niet via de componentaansluitin-
gen worden uitgevoerd. Laat de videosignalen van de speler of andere bron via de compo-
siet- of componentaansluitingen binnen komen. Bij gebruik van de componentaansluitin-
gen moet u deze toewijzen bij Input Setup (zie Het menu Input Setup op bladzijde 51 ).
De beeldbewegingen zijn niet
natuurlijk.
Wanneer de resolutie onder VIDEO PARAMETER is ingesteld op 1080/24p of 4K/24p, is
het mogelijk dat het beeld bij sommige bronnen niet juist wordt weergegeven. In dit geval
moet u de resolutie op een andere waarde dan 1080/24p of 4K/24p instellen (bladzijde
82 ).
Videoparameters kunnen niet wor-
den gebruikt.
De videoparameterfunctie kan niet worden gebruikt voor invoer van alleen audio (TUNER,
CD en TV). Gebruik deze voor video of ingang met een GUI-display.
Deze functie kan niet worden gebruikt als HDZONE is ingeschakeld. Zet HDZONE uit.
Instellingen
Probleem Oplossing
Er wordt voortdurend een fout
gemeld tijdens de Automatic MCA-
CC-instelling.
Er is mogelijk te veel omgevingsgeluid. Zorg voor zo min mogelijk achtergrondgeluid in
de ruimte (zie ook Problemen tijdens het gebruik van de Automatic MCACC-instelling op
bladzijde 51 ). Als u het geluidsniveau niet laag genoeg kunt houden, zult u het sur-
round-geluid handmatig moeten instellen (bladzijde 106 ).
Bij gebruik van slechts één surround-achterluidspreker sluit u deze op de SURROUND
BACK L (Single) aansluitingen aan.
Om een 5.1-kanaals luidsprekergroep te gebruiken, gebruikt u de surroundluidsprekers
voor het surroundkanaal en niet voor het surround-achterkanaal.
Controleer of er zich geen obstakels tussen de luidsprekers en de microfoon bevinden.
Als Reverse Phase wordt weergegeven, probeert u het volgende:
— De polariteit (+ en –) van de luidsprekerdraden kan omgekeerd zijn. Controleer de
aansluitingen van de luidsprekers.
— Afhankelijk van het type luidsprekers en de installatie-omstandigheden kan er
Reverse Phase worden weergegeven, zelfs wanneer de luidsprekers juist zijn aangeslo-
ten. In dit geval selecteert u GO NEXT waarna u doorgaat.
— Als de luidspreker niet naar de microfoon is gericht (luisterplaats) of als luidsprekers
worden gebruikt die de fase beïnvloeden (dipool-luidsprekers, reflectie-luidsprekers enz.),
is het mogelijk dat de polariteit niet juist kan worden bepaald.
 
121
Veelgestelde vragen
13
Probleem Oplossing
Na de Automatic MCACC-instelling
is de instelling van het luidspreker-
formaat onjuist.
Er is mogelijk achtergrondgeluid met een lage frequentie in de ruimte, bijvoorbeeld van
een airconditioner, motor of een ander apparaat. Zet alle andere apparatuur in de ruimte
uit en voer de Automatic MCACC-instelling nogmaals uit.
Afhankelijk van een aantal factoren (basweergave-eigenschappen van de luidsprekers,
grootte van de ruimte, plaats van de luidsprekers enz.) kan dit in enkele gevallen voor-
komen. Wijzig de luidsprekerinstelling handmatig in Speaker Setting op bladzijde 107
en gebruik de optie ALL (Keep SP System) bij het menu Auto MCACC in Automatic
MCACC (Expert) op bladzijde 98 als dit een terugkerend probleem is.
De luidsprekerafstand kan niet
nauwkeurig worden ingesteld.
Controleer of alle luidsprekers in fase zijn (zorg ervoor dat de positieve (+) en negatieve
(–) aansluitingen met elkaar overeenstemmen).
Op het display wordt KEY LOCK ON
weergegeven wanneer u instellingen
probeert te verrichten.
Zet de receiver stand-by en druk ongeveer 5 seconden op u STANDBY/ON terwijl u
SPEAKERS ingedrukt houdt om de toetsvergrendeling uit te schakelen.
De laatste instellingen zijn gewist. De stekker is uit het stopcontact gehaald terwijl u de instelling aanpaste.
De instellingen worden alleen opgeslagen indien de subzones zijn uitgeschakeld. Scha-
kel alle zones uit voordat u de netsnoerstekker losmaakt.
De diverse systeeminstellingen zijn
niet opgeslagen.
Haal de stekker niet uit het stopcontact terwijl u de instellingen uitvoert. (De instellingen
worden opgeslagen wanneer zowel de hoofdzone als de secundaire zone worden uitge-
schakeld.) Schakel alle zones uit voordat u de stekker uit het stopcontact haalt.)
Bepaalde luisterfuncties of
HOME MENU-onderdelen kunnen
niet worden geselecteerd.
Wanneer Operation Mode op Basic staat, worden de door Pioneer aanbevolen instel-
lingen gemaakt en kunnen niet alle functies worden gebruikt. Om alle functies zonder
beperkingen te kunnen gebruiken, zet u Operation Mode op Expert (zie Instelling
bedieningsstand op bladzijde 52 ).
Ik merk geen EQ-effect van de sub-
woofer.
Het effect neemt af bij een lage instelling van de crossover-frequentie. Als u een hoge
frequentie instelt, wordt het EQ-effect van de subwoofer sterker. Bij een hogere cross-
over-frequentie draagt de subwoofer echter een groter aandeel van de weergave van lage
frequenties. Daarom is dat niet gunstig voor de fase. Stel de gewenste waarde in.
Grafische uitvoer professionele kalibratie-EQ
Probleem Oplossing
De grafiek voor de galmeigenschap-
pen na EQ-kalibratie ziet er niet
geheel vlak uit.
Er zijn gevallen waarin de grafiek niet geheel vlak is, zelfs wanneer u ALL CH ADJ selec-
teert bij Auto MCACC Setup, vanwege aanpassingen ter compensatie van de eigenschap-
pen van de ruimte om een optimaal geluid te bereiken.
Delen van de grafiek kunnen er identiek uitzien (voor en na) wanneer er weinig of geen
aanpassing nodig is.
De grafiek kan verticaal verschoven lijken te zijn wanneer u de metingen voor en na
kalibratie vergelijkt.
EQ-aanpassingen die gemaakt zijn
met de handmatige MCACC instel-
ling lijken geen invloed te hebben op
de grafiek voor de galmeigenschap-
pen na EQ-kalibratie.
Ook als er niveau-aanpassingen zijn gemaakt, geven de voor analyse gebruikte filters
deze correcties niet altijd weer in de grafische representatie van de galmeigenschappen
na EQ-kalibratie. De filters voor algehele kalibratie van het systeem houden echter wel
rekening met deze correcties.
Lagere frequentieresponsecurven
voor SMALL-luidsprekers lijken niet
te zijn gekalibreerd.
In het basbeheer (het subwooferkanaal) gebruikte lagere frequenties veranderen niet voor
luidsprekers die in de configuratie als SMALL zijn opgegeven, of die deze frequenties niet
uitvoeren.
De kalibratie is wel uitgevoerd, maar door de beperkingen van uw luidsprekers in het lage
frequentiegebied wordt er geen meetbaar geluid uitgevoerd dat kan worden weergege-
ven.
Display
Probleem Oplossing
Het display is donker of uitgescha-
keld.
Druk enkele melen op DIMMER om een andere helderheid te kiezen.
Het OSD-scherm wordt niet weer-
gegeven.
Het schermdisplay wordt alleen weergegeven wanneer de HDMI OUT 1 of HDMI OUT
2-aansluiting van deze receiver met een HDMI-kabel op de TV is aangesloten. Als de TV
niet geschikt is voor HDMI, kijkt u naar het display op het voorpaneel van de receiver
wanneer u de bedieningshandelingen uitvoert en instellingen maakt.
Het beeldschermdisplay kan niet worden weergegeven bij invoer van een 3D-signaal.
DIGITAL licht niet op hoewel de
ingang wordt overgeschakeld.
Controleer de digitale aansluitingen en controleer of de digitale ingangen op de juiste
wijze zijn toegewezen (zie Het menu Input Setup op bladzijde 51 ).
DIGITAL of DTS licht niet op
bij het afspelen van Dolby/DTS-soft-
ware.
Deze indicators branden niet als het afspelen wordt onderbroken.
Controleer of de receiver is ingesteld op AUTO of DIGITAL (zie Het ingangssignaal kiezen
op bladzijde 67 ).
Controleer de afspeelinstellingen van het bronapparaat (vooral de digitale uitgang).
Tijdens het afspelen van Dolby
Digital- of DTS-bronnen branden de
indelingsindicators van de receiver
niet.
Controleer of de speler is aangesloten via een digitale verbinding.
Controleer of de receiver is ingesteld op AUTO of DIGITAL (zie Het ingangssignaal kiezen
op bladzijde 67 ).
Controleer of de speler niet zo is ingesteld dat Dolby Digital- en DTS-bronnen worden
omgezet naar PCM.
Controleer of het Dolby Digital- of DTS-audiospoor is geselecteerd als er verschillende
audiosporen op de disc staan.
Tijdens het afspelen van bepaalde
discs brandt geen van de indelings-
indicators van de receiver.
De disc bevat wellicht geen materiaal met meerdere kanalen. Kijk op de verpakking van
de disc voor meer informatie over de audiosporen op de disc.
Deze branden niet bij invoer van een PCM-signaal of analoog signaal.
Als een disc wordt afgespeeld
en de luisterstand is ingesteld
op Auto Surround of ALC, wordt
Dolby Surround of DTS Neo:X niet
weergegeven op de receiver.
Controleer of de receiver is ingesteld op AUTO of DIGITAL (zie Het ingangssignaal kiezen
op bladzijde 67 ).
Als er een geluidsspoor met twee kanalen wordt afgespeeld (ook van het type Dolby Sur-
round), is dit geen storing. Kijk op de verpakking van de disc voor meer informatie over de
beschikbare audiosporen op de disc.
Tijdens het afspelen van DVD-Audio
geeft het display PCM weer.
Dit gebeurt wanneer u DVD-Audiomateriaal afspeelt via de HDMI-aansluiting. Dit is geen
storing.
Het apparaat gaat automatisch uit
en sommige indicators knipperen,
of sommige indicators knipperen
maar het apparaat kan niet worden
ingeschakeld.
Zie de paragraaf Stroomvoorziening (bladzijde 117 ).
 
122
Veelgestelde vragen
13
Afstandsbediening
Probleem Oplossing
De afstandsbediening doet het niet. Stel de afstandsbediening zo in dat de stand overeenkomt met de instelling op het hoofd-
toestel (zie Meerdere receivers bedienen op bladzijde 91 ).
Controleer of de afstandsbedieningsmodus van de receiver correct is ingesteld (zie Instel-
lng van de afstandsbedieningsmodus op bladzijde 111 ).
Vervang de batterijen van de afstandsbediening (zie De batterijen plaatsen op bladzijde
10 ).
Gebruik de afstandbediening binnen een afstand van 7 meter en onder een hoek van
maximaal 30º ten opzichte van de afstandsbedieningssensor op het voorpaneel (zie
Bereik van de afstandsbediening op bladzijde 11 ).
Controleer of er geen obstakels zijn tussen de receiver en de afstandsbediening.
Controleer of er geen fluorescerend licht of andere sterke lichtbron schijnt op de sensor
van de afstandsbediening.
Andere apparaten kunnen niet
worden bediend met deze afstands-
bediening.
Als de batterij leeg was, kunnen de vooraf ingestelde codes gewist zijn. Voer de vooraf
ingestelde codes opnieuw in.
De vooraf ingestelde code is onjuist. Herhaal de procedure voor het invoeren van vooraf
ingestelde codes.
Wanneer er opdrachten van de afstandsbedieningen van andere apparatuur zijn gere-
gistreerd met behulp van de programmeerfunctie, is het mogelijk dat die opdrachten in
sommige gevallen niet juist geprogrammeerd worden. In dat geval moet u de opdrachten
opnieuw registreren met de programmeerfunctie (zie bladzijde 92 ). Als de opdrachten
nog steeds niet werken, kunnen ze in een speciaal formaat zijn dat niet kan worden gere-
gistreerd in de afstandsbediening van deze receiver. Bedien het toestel met een andere
afstandsbediening.
HDMI
Probleem Oplossing
De HDMI-indicator blijft maar knip-
peren.
Controleer alle onderstaande punten.
Er wordt geen video of audio uit-
gevoerd of de uitvoer wordt onder-
broken.
Deze receiver is geschikt voor HDCP. Controleer of de apparatuur die u aansluit ook
geschikt is voor HDCP. Als dit niet het geval is, sluit u de apparatuur aan via de aanslui-
tingen voor componentvideo of samengestelde video.
Afhankelijk van het aangesloten apparaat is het mogelijk dat het apparaat niet werkt met
deze receiver (zelfs als het geschikt is voor HDCP). Gebruik in dat geval een aansluiting
voor component of samengestelde video tussen de bron en de receiver.
Als het probleem zich nog steeds voordoet wanneer u het HDMI-apparaat direct op uw
monitor aansluit, moet u de handleiding van het apparaat of van de monitor raadplegen
of contact opnemen met de fabrikant voor ondersteuning.
Als er geen beeld op de TV verschijnt, probeert u de instelling voor de resolutie of Deep
Color, of een andere instelling voor het apparaat te wijzigen.
Wanneer er analoge videosignalen via HDMI worden uitgevoerd, moet u een afzonderlijke
verbinding voor de audio-uitvoer gebruiken.
Om signalen in Deep Color uit te voeren, gebruikt u een HDMI-kabel (High Speed HDMI
®
/
TM
-kabel) om deze receiver te verbinden met apparatuur of met een tv met de Deep
Color-functie.
De beeld- en geluidsuitvoer worden
afgesneden of er is geen uitvoer.
Beeld en geluid kunnen afgesneden of onderbroken worden door storing van een tv
die stand-by staat. Druk in dat geval op OUT P. en gebruik een andere uitgang dan de
HDMI-uitgang waarop de betreffende tv is aangesloten.
Er is geen beeld.
Probeer de resolutie-instelling te veranderen (in De video-opties instellen op bladzijde
82 ).
Om de HDMI OUT 3-aansluiting in de hoofdzone te gebruiken, zet u MAIN/HDZONE
Output Setting op MAIN (bladzijde 112 ).
Er is geen geluid of het geluid stopt
plotseling.
Controleer of de HDMI Audio-instelling is ingesteld op AMP (De audio-opties instellen op
bladzijde 80 ).
Als het een DVI-apparaat betreft, gebruikt u een aparte verbinding voor de audio.
Als er analoge video via HDMI wordt uitgevoerd, moet u een afzonderlijke verbinding voor
de audio gebruiken.
Controleer de instellingen van de audio-uitgang op het bronapparaat.
Overdracht van digitale audio met HDMI-indeling vereist een langere herkenningstijd.
Daarom is het mogelijk dat er een onderbreking in het geluid is bij het overschakelen
tussen de audio-indelingen of het beginnen met afspelen.
Wanneer u de apparatuur die is aangesloten op de HDMI OUT-aansluiting van dit
apparaat tijdens weergave in/uitschakelt, of de HDMI-kabel tijdens weergave aansluit/
losmaakt, kunnen er stoorgeluiden zijn of kan het geluid worden onderbroken.
Het beeld bevat sneeuw of is ver-
vormd.
Soms brengt een videorecorder een videosignaal met sneeuw voort, bijvoorbeeld tijdens
het scannen. Het is ook mogelijk dat de beeldkwaliteit gewoon slecht is, bijvoorbeeld bij
sommige videospelletjesapparatuur. De beeldkwaliteit is ook afhankelijk van de instel-
lingen van het weergaveapparaat. Zet de video-omzetter uit en sluit de bron en het weer-
gaveapparaat opnieuw aan met hetzelfde type verbinding (componentvideo of samenge-
stelde video). Probeer hierna opnieuw af te spelen.
Als het probleem zich nog steeds voordoet wanneer u het HDMI-apparaat direct op uw
monitor aansluit, moet u de handleiding van het apparaat of van de monitor raadplegen
of contact opnemen met de fabrikant voor ondersteuning.
 
123
Veelgestelde vragen
13
Probleem Oplossing
HDCP ERROR verschijnt op het
display.
Controleer of het aangesloten apparaat compatibel is met HDCP. Als het apparaat niet
compatibel is met HDCP, moet u het apparaat via een ander type verbinding aansluiten
(componentvideo of samengestelde video). Bij sommige apparaten die compatibel zijn
met HDCP zal het bericht ook verschijnen, maar zolang als de video normaal wordt
weergegeven duidt dit niet op een storing.
Gesynchroniseerde bediening is
niet mogelijk met de Control met
HDMI-functie.
Controleer de HDMI-aansluitingen.
De kabel kan beschadigd zijn.
Selecteer ON voor de Control Mode met HDMI instelling (zie HDMI-instellingen op
bladzijde 76 ).
Schakel eerst het TV-toestel in en daarna pas deze receiver.
Schakel de Control met HDMI-instelling aan de TV-zijde in (zie de gebruiksaanwijzing van
de TV).
Sluit het TV-toestel aan op de HDMI OUT 1-aansluiting en stel het HDMI-uitgangssignaal
in op OUT 1. Schakel vervolgens eerst het TV-toestel in en daarna deze receiver.
Wanneer HDZONE op ON wordt
ingesteld, veranderen de videoreso-
lutie en het aantal audiokanalen voor
de hoofdzone.
Dit is een gevolg van de specificaties voor de HDMI-verbinding; het duidt niet op een
defect. Wanneer dezelfde ingang in de hoofdzone en HDZONE wordt weergegeven,
worden de video- en audiosignalen ingesteld die gemeenschappelijk voor alle apparatuur
aangesloten op de HDMI OUT 1, HDMI OUT 2 en HDMI OUT 3 (HDZONE)-aansluitin-
gen kunnen worden uitgevoerd.
HDZONE kan niet worden inge-
schakeld.
Zet Output Setting in MAIN/HDZONE op HDZONE (bladzijde 112 ).
Wanneer de ingangsbron voor
de hoofdzone of HDZONE wordt
veranderd of als de stroom van de
respectievelijke zones wordt in- en
uitgeschakeld, wordt de audio of
video van de HDMI-uitgangsaan-
sluiting die niet in werking is soms
onderbroken.
Dit komt omdat de HDMI-apparaten elkaar opnieuw moeten herkennen. Dit duidt niet op
een foutieve werking. Als er storing in het beeld is of het beeld niet wordt weergegeven,
schakelt u de apparaten in alle zones uit en daarna weer in. U kunt ook proberen de
Network Standby en Standby Through-instellingen tijdelijk op OFF te zetten.
Menu’s zoals het HOME MENU en
ook het schermdisplay worden niet
weergegeven voor HDMI OUT 1 of
HDMI OUT 2.
Druk op OUT P. en schakel de HDMI OUT 1/2 instelling om.
Upscalen naar 4K of 1080p is niet
mogelijk.
Wijzig V.CONV in ON. (bladzijde 82 )
Wijzig RES. (bladzijde 82 )
Als HDZONE is ingeschakeld, is upscalen niet mogelijk. Als u wilt upscalen, moet u
HDZONE uitschakelen (bladzijde 86 ).
Er wordt geen 4K-video uitgevoerd
hoewel een 4K-compatibele TV is
aangesloten.
Als MAIN/HDZONE is ingesteld op MAIN en de HDMI-uitgang is ingesteld op OUT 1+2
en als MAIN/HDZONE op HDZONE staat en HDZONE dezelfde ingang is als bij de hoofd-
zone, dan wordt video uitgevoerd met de lagere resolutie van de TV die is aangesloten op
HDMI OUT 1 en HDMI OUT 2. Als er slechts één 4K-compatibele TV is, sluit u hem aan
op HDMI OUT 1 en zet u de HDMI-uitgang op OUT 1 of zet u HDZONE uit, zodat er alleen
video wordt uitgevoerd naar de 4K-compatibele TV.
Probleem Oplossing
De aangesloten TV is compatibel met
4K/60p 4:4:4 24 bits, maar 4K/60p
4:4:4 24 bits videobeeld wordt niet
correct uitgevoerd.
Stel de instelling voor uitvoer van een HDMI 4K/60p-signaal in op 4:4:4 (bladzijde 86 ).
Als de HDMI-kabel geen 4K/60p 4:4:4 24 bits (18 Gbps transmissie) ondersteunt, wordt
het videobeeld wellicht niet correct weergegeven. In dat geval moet u de kabel vervangen
door een compatibele HDMI-kabel of de instelling voor uitvoer van een HDMI 4K/60p-sig-
naal wijzigen in 4:2:0 voor weergave van 4K/60p 4:2:0 24 bits videobeeld.
Via de aansluiting HDMI OUT 3 wordt geen 4K/60p 4:4:4 24 bits videobeeld uitgevoerd als
MAIN/HDZONE is ingesteld op HDZONE. Stel MAIN/HDZONE in op MAIN of gebruik de
aansluiting HDMI OUT 1 of HDMI OUT 2.
Er kan geen 4K/60p 4:4:4 24 bits video worden ingevoerd van de aansluiting HDMI IN 3
naar de IN 7. Gebruik de aansluiting BD IN, HDMI IN 1 of HDMI IN 2.
MHL
Probleem Oplossing
Wanneer een MHL-compatibel
apparaat dat is aangesloten op de
HDMI 7/MHL-aansluiting wordt
afgespeeld, werkt de Standby
Through-functie niet en wordt de
stroom uitgeschakeld.
Het MHL-apparaat werkt niet tenzij het via deze receiver van stroom wordt voorzien.
Wanneer deze receiver in de Standby Through-stand staat, kan er geen stroom worden
geleverd als gevolg van het verminderde stroomverbruik. Hierdoor zal het MHL-apparaat
niet functioneren. Dit duidt niet op een foutieve werking.
Een MHL-compatibel apparaat
kan niet met de afstandsbediening
worden bediend.
Druk op MHL om de afstandsbediening in de MHL-bedieningsstand te zetten.
Op het display staat MHL POW ERR. Er is een probleem met de stroomvoorziening van het MHL-apparaat. Zet de receiver uit,
ontkoppel met MHL-apparaat, sluit het MHL-apparaat weer aan, en zet de receiver weer
aan.
Als u bovenstaande handeling enkele keren hebt herhaald en de fout nog altijd optreedt,
is er een probleem bij de receiver of het MHL-apparaat. Haal de stekker uit het stopcon-
tact en laat het probleem repareren.
Ingebouwde AVNavigator
Probleem Oorzaak Oplossing
AVNavigator werkt niet goed
samen met de receiver.
De receiver wordt niet inge-
schakeld.
Zet de receiver aan. (Wacht ongeveer 60 seconden na het
inschakelen van de stroom tot eventuele netwerkfuncties
zijn opgestart.)
De receiver of de computer is
niet verbonden met het LAN.
Sluit een LAN-kabel aan op de receiver of computer (blad-
zijde 43 ).
De router staat uit. Zet de router aan.
Netwerkverbindingen kun-
nen beperkt worden door de
netwerkinstellingen, beveili-
gingsinstellingen enz. van de
computer.
Controleer de netwerkinstellingen, beveiligingsinstellingen
enz. van de computer.
In Wiring Navi krijgt u de
opdracht om het toestel uit te
schakelen en andere apparatuur
of luidsprekers aan te sluiten.
Dit is om beschadiging van
de receiver te voorkomen door
kortsluiting tussen kabels of
door statische elektriciteit.
Volg de instructies van Wiring Navi en zet het toestel uit.
Als u de browser niet uitschakelt, wordt de begeleiding
door Wiring Navi voortgezet wanneer u de receiver weer
inschakelt.
 
124
Veelgestelde vragen
13
Probleem Oorzaak Oplossing
Wanneer Wiring Navi of
Interactive Operation Guide
wordt opgestart, verschijnt er
een beveiligingswaarschuwing in
de browser.
Dit gebeurt vanwege de beveili-
gingsfunties van de browser.
Dit is verder geen probleem. Voer de vereiste handelingen
uit om het geblokkeerde materiaal toe te staan.
Het AVNavigator-scherm wordt
niet in de browser weergegeven.
Het IP-adres van deze receiver
is niet juist in de browser
ingevoerd.
Controleer het IP-adres van de receiver en voer het juist in
de browser in (bladzijde 110 ).
De receiverinstellingen kunnen
niet vanaf een browser worden
gemaakt.
JavaScript is niet ingeschakeld
op de internetbrowser.
Schakel JavaScript in.
De browser is niet compatibel
met JavaScript.
Gebruik een internetbrowser die compatibel is met JavaS-
cript.
USB-aansluiting
Probleem Oorzaak Oplossing
De mappen/bestanden
opgeslagen op een USB-ge-
heugenapparaat worden
niet weergegeven.
De mappen/bestanden zijn op een
andere plaats opgeslagen dan het
FAT (File Allocation Table) gebied.
Sla de mappen/bestanden in het FAT-gebied op.
Het aantal niveaus in een map is
meer dan 9.
Beperk het maximumaantal niveaus in een map tot 9
(bladzijde 58 ).
Er rusten auteursrechten op de
audiobestanden.
Audiobestanden waarop auteursrechten rusten en die op
een USB-geheugenapparaat zijn opgeslagen, kunnen niet
worden afgespeeld (bladzijde 58 ).
Een USB-geheugenappa-
raat wordt niet herkend.
Het USB-geheugenapparaat onder-
steunt niet de specificaties voor
massaopslag.
Probeer een USB-geheugenapparaat te gebruiken dat
compatibel is met de specificaties voor massaopslag. Er
zijn gevallen waarin de audiobestanden opgeslagen op een
USB-geheugenapparaat compatibel met de specificaties
voor massaopslag toch niet op de receiver kunnen worden
afgespeeld (bladzijde 58 ).
Sluit het USB-geheugenapparaat aan en schakel de recei-
ver in (bladzijde 44 ).
Er wordt een USB-hub gebruikt.
Deze receiver ondersteunt niet het gebruik van USB-hubs
(bladzijde 58 ).
De receiver herkent het USB-geheu-
genapparaat als een vervalsing.
Schakel de receiver uit en dan weer in.
Sluit het USB-apparaat opnieuw aan terwijl de receiver
uitgeschakeld is.
Schakel over naar een andere ingangsfunctie dan iPod/
USB en zet de ingangsfunctie daarna weer op iPod/USB.
Een USB-geheugenap-
paraat is aangesloten en
wordt weergegeven, maar
de audiobestanden opge-
slagen op het USB-geheu-
genapparaat kunnen niet
worden afgespeeld.
USB-geheugenapparaten met
bepaalde indelingen, inclusief FAT
12, NTFS en HFS, kunnen niet met de
receiver worden afgespeeld.
Controleer of de indeling van uw USB-geheugenapparaat
FAT 16 of FAT 32 is. FAT 12, NTFS en HFS indelingen kun-
nen niet met deze receiver worden afgespeeld (bladzijde
58 ).
Het bestandsformaat kan niet
correct met de receiver worden
afgespeeld.
Raadpleeg de lijst met bestandsformaten die met de recei-
ver kunnen worden afgespeeld (bladzijde 59 ).
Probleem Oorzaak Oplossing
Een USB-geheugenap-
paraat kan niet met de
afstandsbediening worden
bediend.
Druk op iPod USB om de afstandsbediening in de iPod
USB-bedieningsstand te zetten.
Op het display staat
Over Current.
Er is een probleem met de stroomvoorziening van het
USB-geheugen. Zet de receiver uit, ontkoppel met USB-ge-
heugen, sluit het USB-geheugen weer aan, en zet de recei-
ver weer aan.
Als u bovenstaande handeling enkele keren hebt herhaald
en Over Current nog altijd wordt weergegeven, is er een
probleem bij de receiver of het USB-geheugen. Haal de
stekker uit het stopcontact en laat het probleem repareren.
iPod
Probleem Oorzaak Oplossing
De iPod wordt niet herkend. Deze receiver herkent de iPod als
een namaakproduct.
Schakel de receiver uit en dan weer in.
Sluit de iPod opnieuw aan terwijl de receiver uitgeschakeld
is.
Schakel over naar een andere ingangsfunctie dan iPod/
USB en zet de ingangsfunctie daarna weer op iPod/USB.
iPod touch/iPhone wordt
niet herkend of functioneert
om een andere reden niet
juist.
De werking van de iPod kan onsta-
biel zijn.
Voer de onderstaande handeling uit.
1. Druk de slaapstand/slaapstand-annuleertoets op de iPod
touch/iPhone tegelijk met de home-toets tenminste 10
seconden in om het apparaat opnieuw te starten.
2. Schakel de receiver in.
3. Sluit de iPod touch/iPhone op de receiver aan.
De iPod kan niet met de
afstandsbediening worden
bediend.
Druk op iPod USB om de afstandsbediening in de iPod
USB-bedieningsstand te zetten.
Netwerk
Probleem Oorzaak Oplossing
Geen toegang mogelijk tot
het netwerk.
De LAN-kabel is niet stevig aange-
sloten.
Sluit de LAN-kabel stevig aan (bladzijde 43 ).
De router is niet ingeschakeld. Schakel de router in.
Er is internet-beveiligingssoftware
geïnstalleerd in het aangesloten
apparaat.
Er zijn gevallen waarbij geen toegang mogelijk is tot een
apparaat met internet-beveiligingssoftware.
Het audio-apparaat in het netwerk
dat uitgeschakeld is, wordt inge-
schakeld.
Schakel het audio-apparaat in het netwerk in voordat u de
receiver inschakelt.
Het afspelen begint niet
en “Connecting...” wordt
voortdurend aangegeven.
Het apparaat is losgekoppeld van de
receiver of de stroomvoorziening.
Controleer of het apparaat correct op de receiver en de
stroomvoorziening is aangesloten.
 
125
Veelgestelde vragen
13
Probleem Oorzaak Oplossing
De netwerkfunctie kan niet
met de afstandsbediening
worden bediend.
Druk op NET om de afstandsbediening in de bedienings-
stand voor de netwerkfunctie te zetten.
De PC of internetradio
werkt niet juist.
Het corresponderende IP-adres is
niet juist ingesteld.
Schakel de ingebouwde DHCP-serverfunctie van de router
in of maak de netwerkinstellingen handmatig overeenkom-
stig uw netwerkomgeving (bladzijde 109 ).
Het IP-adres wordt nu automatisch
geconfigureerd.
De automatische configuratie zal even duren. Even wach-
ten a.u.b.
De audiobestanden die op
de apparaten in het netwerk
zijn opgeslagen, zoals een
PC, kunnen niet worden
afgespeeld.
Windows Media Player 11 of
Windows Media Player 12 is niet op
de PC geïnstalleerd.
Installeer Windows Media Player 11 of Windows Media
Player 12 op uw PC (bladzijde 70 ).
Audiobestanden opgenomen in
MPEG-4 AAC of FLAC worden afge-
speeld op Windows Media Player 11
of Windows Media Player 12.
Audiobestanden opgenomen in MPEG-4 AAC of FLAC
kunnen niet worden afgespeeld op Windows Media Player
11 of Windows Media Player 12. Probeer een andere server
te gebruiken. Zie de handleiding die bij uw server wordt
geleverd.
Het apparaat aangesloten op het
netwerk wordt niet juist bediend.
Controleer of het apparaat wellicht beïnvloed wordt door
speciale omstandigheden of in de slaapmodus staat.
Indien nodig, kunt u proberen om het apparaat opnieuw
op te starten.
Het apparaat aangesloten op het net-
werk geeft geen toestemming voor
het uitwisselen van bestanden.
Probeer de instellingen te veranderen voor het apparaat
aangesloten op het netwerk.
De map opgeslagen op het apparaat
aangesloten op het netwerk is verwij-
derd of beschadigd.
Controleer de map opgeslagen op het apparaat aangeslo-
ten op het netwerk.
Netwerkverbindingen kunnen
beperkt worden door de netwerkin-
stellingen, beveiligingsinstellingen
enz. van de computer.
Controleer de netwerkinstellingen, beveiligingsinstellingen
enz. van de computer.
De ondersteunde bestandsformaten
variëren per server. Bestanden die
niet door uw server worden onder-
steund, worden niet op dit apparaat
weergegeven.
Neem contact op met de fabrikant van uw server voor
verdere informatie.
Er rusten auteursrechten op de
audiobestanden.
DRM-beveiligde audiobestanden waarop auteursrechten
rusten kunnen niet met de receiver worden afgespeeld.
Geen toegang mogelijk tot
het apparaat aangesloten
op het netwerk.
Het apparaat aangesloten op het
netwerk is niet juist ingesteld.
Als de client automatisch geautoriseerd wordt, moet u de
corresponderende informatie opnieuw invoeren. Controleer
of de verbindingsstatus op “Niet autoriseren” is ingesteld.
Er zijn geen afspeelbare audiobe-
standen op het apparaat aangeslo-
ten op het netwerk.
Controleer de audiobestanden opgeslagen op het apparaat
aangesloten op het netwerk.
Probleem Oorzaak Oplossing
De audioweergave wordt
plotseling gestopt of er zijn
storingen.
Het audiobestand dat wordt afge-
speeld is niet opgenomen in een
formaat dat de receiver kan afspelen.
Controleer of het audiobestand is opgenomen in een
formaat dat door de receiver wordt ondersteund.
Controleer of de map beschadigd is of de gegevens ver-
minkt.
Merk op dat er gevallen zijn waarbij de audiobestanden
als afspeelbaar op de receiver zijn aangegeven, maar toch
niet afgespeeld of weergegeven kunnen worden (bladzijde
74 ).
De LAN-kabel is niet goed aange-
sloten.
Sluit de LAN-kabel correct aan (bladzijde 43 ).
Er is veel dataverkeer op het netwerk
terwijl er tevens verbinding is met
internet op hetzelfde netwerk.
Gebruik 100BASE-TX voor toegang tot de apparaten in het
netwerk.
In de DMR-stand kan afhankelijk
van de externe controller die wordt
gebruikt, de weergave worden onder-
broken wanneer het volume vanaf de
controller wordt ingesteld.
In dit geval moet u het volume vanaf de receiver of met de
afstandsbediening instellen.
Er wordt een verbinding via een
draadloze LAN op hetzelfde netwerk
geleid.
Er kan een tekort aan bandbreedte zijn op de 2,4 GHz band
die door het draadloos LAN wordt gebruikt. Maak bedrade
LAN-verbindingen die niet via een draadloos LAN worden
geleid.
Plaats uit de buurt van apparaten die elektromagnetische
golven op de 2,4 GHz band uitzenden (magnetrons, video-
spelconsoles enz.). Als dit het probleem niet verhelpt, moet
u stoppen met het gebruik van de andere apparaten die
elektromagnetische golven uitzenden.
Geen toegang mogelijk tot
Windows Media Player 11
of Windows Media Player
12.
In geval van Windows Media Player
11: U bent op het moment op het
domein ingelogd via uw PC met
Windows XP of Windows Vista
geïnstalleerd.
In geval van Windows Media Player
12: U bent op het moment op het
domein ingelogd via uw PC met
Windows 7 of Windows 8 geïnstal-
leerd.
In plaats van inloggen op het domein, moet u op de lokale
apparatuur inloggen (bladzijde 71 ).
Kan niet naar internet-ra-
diozenders luisteren.
De firewall-instellingen voor de appa-
raten in het netwerk zijn geactiveerd.
Controleer de firewall-instellingen voor de apparaten in het
netwerk.
U bent niet verbonden met internet.
Controleer de verbindingsinstellingen voor de apparaten
in het netwerk en neem indien nodig contact op met uw
netwerkserviceprovider (bladzijde 109 ).
De uitzendingen van een inter-
net-radiozender worden gestopt of
onderbroken.
Er zijn gevallen waarin u niet naar bepaalde internet-ra-
diozenders kunt luisteren, hoewel de zenders toch in de
lijst staan van de internet-radiozenders van de receiver
(bladzijde 71 ).
 
126
Veelgestelde vragen
13
Probleem Oorzaak Oplossing
Dit toestel kan niet worden
geselecteerd in de Spo-
tify-applicatie.
Zowel het mobiele apparaat als dit toestel moeten internet-
verbinding hebben.
Verbind het mobiele apparaat via wifi met de draadloze
LAN-router van het hetzelfde netwerk waarop dit toestel is
aangesloten.
In de Spotify-applicatie moet u registreren voor een Spotify
Premium-account (betaald).
Wanneer dit toestel stand-by staat, kan het niet worden
geselecteerd in de Spotify-applicatie.
Er wordt geen geluid weer-
gegeven van de Spotify-au-
diostreaming.
Controleer of dit toestel geselecteerd is in de Spotify-ap-
plicatie.
Controleer of er iets wordt afgespeeld in de Spotify-appli-
catie.
Als bovenstaande oplossingen het probleem niet verhel-
pen, zet dan dit toestel uit en weer aan.
Als de AV-receiver de optie
System SetupdOther Setupd
Play ZONE Setup’ heeft, wordt het
geluid mogelijk afgespeeld in een
andere zone.
Selecteer in welke zone het geluid moet worden afgespeeld
bij de instellingen voor de weergavezone.
Het geluid van dit toestel
wordt niet verhoogd als ik
de volumeschuifregelaar
in de Spotify-applicatie
verhoog.
Er is een bovengrens voor het
volume om te voorkomen dat het
volume per ongeluk te hoog wordt.
Gebruik de afstandsbediening als u het volume nog
meer wilt verhogen. Als u iControlAV5 of de ingebouwde
AVNavigator gebruikt, kun u met die applicatie het geluid
verhogen.
Het afspelen op dit toestel
blijft doorgaan nadat de
Spotify-applicatie is uit-
gezet.
De Spotify-audiostream blijft door-
lopen op dit toestel nadat de Spo-
tify-applicatie is uitgezet.
Start de Spotify-applicatie opnieuw voor verdere bediening.
De netwerkfuncties kunnen
niet worden bediend met de
knoppen op de afstandsbe-
diening.
De afstandsbediening staat niet in
de netwerkfunctie-modus.
Druk op NET om de afstandsbediening in de netwerkfunc-
tie-modus (bladzijde 71 ) te zetten.
Wanneer de DMR-modus of
AirPlay vanaf een compu-
ter, smartphone enz. wordt
gebruikt, wordt het geluid
in de secundaire zone
afgespeeld.
Play ZONE Setup is niet ingesteld
op MAIN.
Verander Play ZONE Setup naar MAIN (bladzijde 114 ).
Er kunnen geen netwerkver-
bindingen via de draadloze
LAN-omzetter worden
gemaakt (AXF7031).
Zie Draadloos LAN op bladzijde 126 voor verdere infor-
matie.
Draadloos LAN
Geen toegang tot het netwerk via een draadloos LAN.
De draadloze LAN-adapter staat niet aan.
! Controleer of de USB-kabel die de draadloze LAN-adapter verbindt met de DC OUTPUT for WIRELESS
LAN-aansluiting van de receiver correct is aangesloten.
WLAN POW ERR verschijnt op het display van de receiver.
! Er is een probleem met de stroomvoorziening van de draadloze LAN-adapter. Zet de receiver uit, maak de
USB-kabel los en vervolgens weer vast en zet tenslotte de receiver weer aan.
! Als WLAN POW ERR nog steeds getoond wordt nadat u de bovenstaande procedure een paar keer her-
haald hebt, is er een probleem met de receiver of met de USB-kabel. Haal de stekker van de receiver uit
het stopcontact en bel een door Pioneer erkend servicecentrum.
De LAN-kabel is niet stevig aangesloten.
! Sluit de LAN-kabel stevig aan (bladzijde 45 ).
De draadloze LAN-adapter en de basiseenheid (draadloze LAN-router enz.) zijn te ver bij elkaar vandaan, of er
bevindt zich een obstakel tussen de apparaten.
! Verbeter de draadloze LAN-omgeving door de draadloze LAN-adapter en de basiseenheid dichter bij elkaar
te brengen enz.
Er is een magnetron of andere apparatuur die elektromagnetische golven genereert in de buurt van de draad-
loze LAN-omgeving.
! Zie de handleiding van de draadloze LAN-adapter.
 
127
 
Surroundgeluidsindelingen ........................................................................................................ 128
SABRE DAC
TM
................................................................................................................................128
Meer over HDMI ..........................................................................................................................128
HTC Connect .................................................................................................................................128
Meer over iPod .............................................................................................................................129
Windows 8 ...................................................................................................................................129
MHL ...............................................................................................................................................129
aptX ..............................................................................................................................................129
Bluetooth draadloze technologie ..............................................................................................129
Softwarelicentie-informatie .......................................................................................................130
Automatische surround,
ALC en Directe stroom met verschillende ingangssignaalindelingen .....................................131
Gids voor de luidsprekerinstellingen ......................................................................................... 131
Over de meldingen die worden weergegeven bij gebruik van de netwerkfuncties............. 133
Belangrijke informatie over de HDMI-aansluiting ....................................................................133
Het apparaat schoonmaken .......................................................................................................133
Conformiteitsverklaring met betrekking tot de R&TTE richtlijn 1999/5/EG ...........................134
Woordenlijst ................................................................................................................................135
Functielijst ....................................................................................................................................138
Specificaties..................................................................................................................................139
Lijst met vooraf ingestelde codes ..............................................................................................140
Aanvullende informatie
128
Aanvullende informatie
14
Surroundgeluidsindelingen
Hierna volgt een korte beschrijving van de voornaamste indelingen van surroundgeluid die worden gebruikt voor
BD’s, DVDs, satelliet- en kabeluitzendingen, digitale tuners en videocassettes.
Dolby
Hierna worden de Dolby-technologieën nader toegelicht. Zie http://www.dolby.com voor meer gedetailleerde
informatie.
Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories. Dolby, Dolby Atmos en het symbool double-D zijn handelsmer-
ken van Dolby Laboratories.
DTS
Hieronder worden de DTS-technologieën nader toegelicht. Zie http://www.dts.com voor meer gedetailleerde
informatie.
Voor DTS-patenten, zie http://patents.dts.com. Geproduceerd onder licentie van DTS Licensing Limited. DTS,
DTS-HD, het symbool, en DTS en het symbool samen zijn gedeponeerde handelsmerken, en DTS-HD Master Audio
is een handelsmerk van DTS, Inc. © DTS, Inc. Alle rechten voorbehouden.
Geproduceerd onder een licentie van VS patent nr. 7.003.467; 7.283.634; 5.956.674; 5.974.380; 5.978.762; 6.487.535;
6.226.616; 7.212.872; 7.272.567; 7.668.723; 7.392.195; 7.930.184; 7.333.929 en 7.548.853. DTS, het symbool, en DTS
en het symbool samen zijn gedeponeerde handelsmerken & DTS Neo:X is een handelsmerk van DTS, Inc. ©2012
DTS, Inc. Alle rechten voorbehouden.
SABRE DAC
TM
SABRE DAC
TM
en het logo zijn handelsmerken van ESS Technology, Inc.
Meer over HDMI
HDMI (High-Definition Multimedia Interface) is een digitale overdrachtstandaard voor ontvangst van video- en
audiogegevens via één enkele kabel. Het is een aanpassing van DVI (Digital Visual Interface), een technologie
voor de aansluiting van beeldschermen, bestemd voor audio-apparaten voor thuisgebruik. Deze interfacestan-
daard is voor de volgende generatie TV’s die zijn uitgerust met HDCP (High-bandwith Digital Content Protection).
De termen HDMI en HDMI High-Definition Multimedia Interface en het HDMI-logo zijn handelsmerken of gedepo-
neerde handelsmerken van HDMI Licensing, LLC in de Verenigde Staten en andere landen.
HTC Connect
HTC, HTC Connect en het HTC Connect-logo zijn gedeponeerde handelsmerken van HTC Corporation.
 
129
Aanvullende informatie
14
Meer over iPod
AirPlay werkt met iPhone, iPad en iPod touch met iOS 4.3.3 of hoger, Mac met OS X Mountain Lion of hoger, en
pc met iTunes 10.2.2 of hoger.
USB werkt met iPhone 5s, iPhone 5c, iPhone 5, iPhone 4s, iPhone 4, iPhone 3GS, iPhone 3G, iPhone, iPod touch
(1e t/m 5e generatie) en iPod nano (3e t/m 7e generatie).
“Made for iPod” en “Made for iPhone” wil zeggen dat een elektronische accessoire speciaal ontwikkeld is voor
verbinding met respectievelijk een iPod of iPhone en door de maker gewaarborgd is als conform de Apple wer-
kingsnormen. Apple is niet verantwoordelijk voor de werking van dit apparaat en voor het voldoen aan de veilig-
heidsnormen en wettelijke normen. Houd er rekening mee dat het gebruik van dit accessoire met iPod of iPhone
invloed kan hebben op de draadloze prestatie.
Apple, AirPlay, iPad, iPhone, iPod, iPod nano, iPod touch, iTunes, Safari, Bonjour, Mac, Mac OS en OS X zijn handels-
merken van Apple Inc., gedeponeerd in de VS en andere landen.
Het AirPlay-logo is een handelsmerk van Apple Inc.
App Store is een dienstenmerk van Apple Inc.
Windows 8
Dit product is Windows 8.1-compatibel en Windows 8-compatibel.
Windows
®
en het Windows-logo zijn handelsmerken van de Microsoft-bedrijvengroep.
MHL
MHL, het MHL-logo en Mobile High-Definition Link zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van MHL,
LLC in de Verenigde Staten en andere landen.
aptX
© 2013 CSR plc en bedrijven in haar groep. Het merk aptX
®
en het logo van aptX zijn handelsmerken van CSR plc
of een bedrijf in haar groep en kunnen gedeponeerd zijn in een of meer rechtsgebieden.
Bluetooth draadloze technologie
Het merk Bluetooth
®
en de logo’s daarvan zijn gedeponeerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc. PIONEER
CORPORATION gebruikt deze onder licentie. Andere handelsmerken en handelsnamen zijn eigendom van de
respectieve eigenaren.
 
130
Aanvullende informatie
14
Softwarelicentie-informatie
Hieronder ziet u de vertalingen van de softwarelicenties. Deze vertalingen zijn geen officiële documenten.
Raadpleeg hiervoor het Engelse origineel.
Over de Apple Lossless Audio Codec
Copyright © 2011 Apple Inc. Alle rechten voorbehouden.
Gelicentieerd onder de Apache-licentie, versie 2.0. U kunt een kopie van de licentie verkrijgen op
http://www.apache.org/licenses/LICENSE-2.0
Meer over FLAC
FLAC-decoder
Copyright © 2000, 2001, 2002, 2003, 2004, 2005, 2006, 2007, 2008, 2009
Josh Coalson
Redistributie en gebruik in bron- en binaire vorm, met of zonder modificatie, zijn toegestaan mits aan de volgende
voorwaarden is voldaan:
! Bij redistributie van de broncode moeten de bovenstaande copyrightinformatie, deze lijst van voorwaarden en
de volgende disclaimer worden vermeld.
! Bij redistributie in binaire vorm moeten de bovenstaande copyrightinformatie, deze lijst van voorwaarden en de
volgende disclaimer worden vermeld in de documentatie en/of andere materialen die bij de verspreiding wor-
den geleverd.
! Noch de naam van de Xiph.org Foundation noch de namen van de medewerkers mogen gebruikt worden voor
goedkeuring of reclame van producen die afgeleid zijn van deze software, zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming.
DEZE SOFTWARE WORDT GELEVERD DOOR DE COPYRIGHTHOUDERS EN DE MEDEWERKERS “ZOALS DEZE
IS” EN EENDER WELKE GARANTIE, EXPLICIET UITGEDRUKT OF IMPLICIET BEDOELD, WAARONDER, MAAR
NIET BEPERKT TOT DE GEÏMPLICEERDE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR
EEN BEPAALD DOEL, WORDT AFGEWEZEN. IN GEEN GEVAL ZAL DE STICHTING OF DE MEDEWERKERS
AANSPRAKELIJKHEID AANVAARDEN VOOR DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE, SPECIALE, EENMALIGE
OF GEVOLGSCHADE (WAARONDER, MAAR NIET BEPERKT TOT, DE VERWERVING VAN VERVANGENDE
GOEDEREN OF DIENSTEN; VERLIES VAN GEBRUIK, DATA OF GEDERFDE WINST; OF ONDERBREKING VAN
ZAKELIJKE ACTIVITEITEN), OP WELKE WIJZE DAN OOK VEROORZAAKT EN GEBASEERD OP ENIGE THEORIE
VAN AANSPRAKELIJKHEID, ZOWEL IN DE VORM VAN CONTRACTBREUK, BURGELIJKE AANSPRAKELIJKHEID
OF ONRECHTMATIGE DADEN (WAARONDER NALATIGHEID OF ANDERSZINS), VOORTKOMEND UIT HET
GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE, ZELFS INDIEN GEÏNFORMEERD OVER DE MOGELIJKHEID TOT ZULKE
SCHADE.
Spotify
De Spotify-software is onderhevig aan licenties van derden die hier beschikbaar zijn:
www.spotify.com/connect/third-party-licenses
Over Performance Audio Framework
Copyright (C) 2004-2014 Texas Instruments Incorporated - http://www.ti.com/
Alle rechten voorbehouden.
Redistributie en gebruik in bron- en binaire vorm, met of zonder modificatie, zijn toegestaan mits aan de volgende
voorwaarden is voldaan:
! Bij redistributie van de broncode moeten de bovenstaande copyrightinformatie, deze lijst van voorwaarden en
de volgende disclaimer worden vermeld.
! Bij redistributie in binaire vorm moeten de bovenstaande copyrightinformatie, deze lijst van voorwaarden en de
volgende disclaimer worden vermeld in de documentatie en/of andere materialen die bij de verspreiding wor-
den geleverd.
! Noch de naam van Texas Instruments Incorporated noch de namen van de medewerkers daarvan mogen
gebruikt worden voor goedkeuring of reclame van producen die afgeleid zijn van deze software, zonder vooraf-
gaande schriftelijke toestemming.
DEZE SOFTWARE WORDT GELEVERD DOOR DE COPYRIGHTHOUDERS EN DE MEDEWERKERS “ZOALS
DEZE IS” EN EENDER WELKE GARANTIE, EXPLICIET UITGEDRUKT OF IMPLICIET BEDOELD, WAARONDER,
MAAR NIET BEPERKT TOT DE GEÏMPLICEERDE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID
VOOR EEN BEPAALD DOEL, WORDT AFGEWEZEN. IN GEEN GEVAL ZULLEN DE COPYRIGHTEIGENAAR OF
DE MEDEWERKERS AANSPRAKELIJKHEID AANVAARDEN VOOR DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE,
SPECIALE, EENMALIGE OF GEVOLGSCHADE (WAARONDER, MAAR NIET BEPERKT TOT, DE VERWERVING
VAN VERVANGENDE GOEDEREN OF DIENSTEN; VERLIES VAN GEBRUIK, DATA OF GEDERFDE WINST; OF
ONDERBREKING VAN ZAKELIJKE ACTIVITEITEN), OP WELKE WIJZE DAN OOK VEROORZAAKT EN GEBASEERD
OP ENIGE THEORIE VAN AANSPRAKELIJKHEID, ZOWEL IN DE VORM VAN CONTRACTBREUK, BURGERLIJKE
AANSPRAKELIJKHEID OF ONRECHTMATIGE DADEN (WAARONDER NALATIGHEID OF ANDERSZINS),
VOORTKOMEND UIT HET GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE, ZELFS INDIEN GEÏNFORMEERD OVER DE
MOGELIJKHEID TOT ZULKE SCHADE.
 
131
Aanvullende informatie
14
Automatische surround, ALC en Directe stroom met verschillende
ingangssignaalindelingen
In de volgende tabellen ziet u wat u te horen krijgt bij verschillende ingangssignaalindelingen, afhankelijk van de
Directe stroom-modus (zie Directe stroom gebruiken op bladzijde 66 ) die u hebt geselecteerd.
Stereo (2-kanaals) signaalindelingen
Ingangssignaalindeling
Automatische surround
/ DIRECT
ALC PURE DIRECT
Surround-achterluidspreker(s): Aangesloten
Dolby Digital-surround
Dolby Surround Dolby Digital Dolby Surround
DTS-surround
Neo:X CINEMA
DTS
Neo:X CINEMA
Andere stereobronnen Stereoweergave Stereoweergave Stereoweergave
Analoge bronnen Zie boven Zie boven ANALOG DIRECT (stereo)
PCM-bronnen Zie boven Zie boven Stereoweergave
DVD-A-bronnen Zie boven Zie boven Zie boven
SACD-bronnen Zie boven Zie boven Zie boven
Surround-achterluidspreker(s): Niet aangesloten
Dolby Digital-surround
Dolby Surround Dolby Digital Dolby Surround
DTS-surround
Neo:X CINEMA
DTS
Neo:X CINEMA
Andere stereobronnen Stereoweergave Stereoweergave Stereoweergave
Analoge bronnen Zie boven Zie boven ANALOG DIRECT (stereo)
PCM-bronnen Zie boven Zie boven Stereoweergave
DVD-A-bronnen Zie boven Zie boven Zie boven
SACD-bronnen Zie boven Zie boven Zie boven
Multikanaals signaalindelingen
Ingangssignaalindeling Automatische surround / PURE DIRECT / DIRECT
Surround-achterluidspreker(s): Aangesloten
Dolby Digital EX (6.1-kanaals markering)
Dolby TrueHD EX (6.1-kanaals markering)
Dolby Surround
<a>
DTS-HD Master Audio ES (6.1-kanaals markering) DTS-ES (Matrix)
DTS-ES (6.1-kanaals bronnen/6.1-kanaals mar-
kering)
DTS-ES (Matrix/Discrete)
DTS-bronnen (5.1-kanaals codering) Rechtstreekse decodering
DTS-HD bronnen Zie boven
Overige 5.1/6.1/7.1-kanaals bronnen Zie boven
Surround-achterluidspreker(s): Niet aangesloten
DVD-A bronnen/Meerkanaals PCM Rechtstreekse decodering
SACD-bronnen (5.1-kanaals codering) Zie boven
Overige 5.1/6.1/7.1-kanaals bronnen Zie boven
a Niet beschikbaar wanneer maar één surround-achterluidspreker is aangesloten.
Dolby Atmos-indeling
Ingangssignaalindeling Automatische surround / PURE DIRECT / DIRECT
Dolby Atmos-indeling Rechtstreekse decodering
! ALC kan niet worden geselecteerd als het ingangssignaal de indeling Dolby Atmos heeft.
! Zie bladzijde 135 voor meer informatie over Dolby Atmos.
Gids voor de luidsprekerinstellingen
Voor de meest doeltreffende surround-effecten is het belangrijk om de plaats voor uw luidsprekers zorgvuldig te
kiezen en hun geluidssterkte en klank identiek in te stellen zodat ze alle meerkanaalsgeluiden in optimale samen-
werking kunnen weergeven.
De drie voornaamste aspecten bij de luidsprekeropstelling zijn afstand, onderlinge hoek en oriëntering (de
richting waarin de luidsprekers wijzen).
Afstand: Alle luidsprekers moeten op gelijke afstand staan.
Onderlinge hoek: De oriëntering moet horizontaal symmetrisch zijn.
Oriëntering: De oriëntering moet horizontaal symmetrisch zijn.
In de meeste huiskamers is het echter niet goed mogelijk om dit te bereiken. Voor de afstand biedt deze receiver
de mogelijkheid om automatisch de luidsprekerafstand elektronisch te corrigeren tot op 1 cm nauwkeurig met de
Full Automatic MCACC-instelfunctie (bladzijde 49 ).
Stap 1: Luidsprekeropstelling en afstandsinstelling
Gebruik luidsprekerstandaards om te zorgen dat de luidsprekers stevig staan opgesteld en laat een ruimte van
tenminste 10 cm open tot de dichtstbijzijnde wand. Stel de luidsprekers zorgvuldig zo op dat de linker en rechter
luidspreker een gelijke hoek maken met uw luisterplaats (het middelpunt voor de fijnregeling). (Wij raden u aan
om ook snoeren e.d. te gebruiken bij het kiezen van de opstelling.) In principe moeten alle luidsprekers op precies
gelijke afstand van uw luisterplaats staan.
Opmerking
Als de luidsprekers niet allemaal op gelijke afstand geplaatst kunnen worden (m.a.w. in een cirkel), gebruikt u
dan de luidsprekerafstandscorrectie en de functie Fine Speaker Distance van de Automatic MCACC-instelling om
de afstanden op elektronische wijze gelijk te schakelen.
Stap 2: Instellen van de luidsprekerhoogte
Verstel de hoogte (en hellingshoek) van de verschillende luidsprekers.
Stel de voorluidsprekers die de midden- en hoge frequenties weergeven zo goed mogelijk op oorhoogte in.
Als de middenluidspreker niet op dezelfde hoogte geplaats kan worden als de voorluidsprekers, stelt u dan in elk
geval de hellingshoek zo in dat de luidspreker op uw luisterplaats gericht is.
Stel surround-luidspreker 1 zo op dat die niet lager is dan uw oren op de luisterplaats.
 
132
Aanvullende informatie
14
Stap 3: Oriëntering van de luidsprekers
Als de linker en rechter luidsprekers niet op hetzelfde punt gericht staan, zal de klank van links en rechts ver-
schillend zijn, hetgeen resulteert in een klankbeeld dat niet doorkomt zoals bedoeld. Als echter de luidsprekers
allemaal recht op uw luisterplaats gericht zijn, zal het klankbeeld erg benauwd lijken. In proeven door de Pioneer
Multi-channel Research Group is gebleken dat een duidelijk gedefinieerd klankbeeld kan worden bereikt door de
luidsprekers allemaal te richten op een gebied van 30 cm tot 80 cm achter uw luisterplaats (dus tussen uw luis-
terplaats en de achterste surroundluidsprekers).
De algemene indruk van het klankbeeld zal in de praktijk echter ook afhangen van de eigenschappen van uw
kamer en van de luidsprekers die u gebruikt. Vooral in een kleinere luisterruimte (met de voorluidsprekers dichter
bij de luisterplaats) zullen bij de genoemde methode de luisprekers te sterk naar binnen gericht staan. Wij raden
u aan dit installatievoorbeeld te gebruiken als richtlijn bij het uitproberen van verschillende opstellingen.
Stap 4: Opstellen en afregelen van de lagetonenluidspreker
Opstellen van de subwoofer tussen de midden- en voorluidsprekers laat ook muziek zeer natuurgetrouw klinken
(als u een enkele subwoofer gebruikt, maakt het niet uit of u die links of rechts plaatst). De lage bastonen van
een ‘subwoofer’ zijn niet richtingsgevoelig, en over de hoogte hoeft u zich ook geen zorgen te maken. Gewoonlijk
wordt de lagetonenluidspreker op de vloer geplaatst. Zet de luidspreker wel zo dat die de lagetonenweergave van
de andere luidsprekers niet in de weg zit. Houd er rekening mee dat opstelling dichtbij een wand kan resulteren
in resonantie in de structuur van het gebouw, hetgeen de bassen overmatig kan versterken.
Als het onvermijdelijk is de lagetonenluidspreker dicht bij een wand op te stellen, plaatst u hem dan in elk geval
niet parallel aan die wand. Dit kan de resonantie verminderen, maar afhankelijk van de vorm van de kamer zou
het kunnen resulteren in staande golven. Als er echter staande golven worden opgewekt, kunt u voorkomen dat
die de klank nadelig beïnvloeden, met behulp van de staande-golfcompensatie van de Automatic MCACC (blad-
zijde 101 ).
Stap 5: Oorspronkelijke instellingen met de Auto MCACC (automatische
klankbeeldcorrectie) instelfunctie
Het is efficiënter om de Full Automatic MCACC-instelling (bladzijde 49 ) te verrichten nadat u eerst de boven-
staande instellingen hebt voltooid.
Opmerking
De afstand tot de lagetonenluidspreker kan iets groter zijn dan de afstand die u daadwerkelijk kunt meten met
een rolmaat e.d. Dat komt omdat de afstand is gecorrigeerd voor elektrische vertraging, en het vormt geen
probleem.
Plaatsverhouding tussen de luidsprekers en een beeldscherm
Opstelling van de voorluidsprekers en een beeldscherm
De voorluidsprekers moeten op precies gelijke afstand van het beeldscherm staan.
L
R
45° tot 60°
Opstelling van de middenluidspreker bij een beeldscherm
Aangezien de middenluidspreker grotendeels dient voor filmdialogen, kunt u de middenluidspreker beter zo
dicht mogelijk bij het scherm plaatsen, voor een zo natuurlijk mogelijk effect. Bij TV-toestellen met een traditi-
onele beeldbuis is het aanbevolen een op de vloer staande middenluidspreker iets omhoog te richten, naar uw
luisterplaats.
Opstelling op de vloer
(Schematisch
zijaanzicht)
Beeldscherm
! Als uw middenluidspreker een niet afgeschermd type is, dient u die verder van de TV te plaatsen.
! Bij opstellen van de middenluidspreker bovenop het beeldscherm, richht u de luidspreker ietwat omlaag naar
uw luisterplaats.
 
133
Aanvullende informatie
14
Over de meldingen die worden weergegeven bij gebruik van de
netwerkfuncties
Zie de volgende informatie wanneer er een statusmelding verschijnt tijdens het gebruik van de netwerkfuncties.
Statusmeldingen Beschrijving
Connection Down
Er kan geen verbinding met de geselecteerde categorie of de internet-radiozender worden
gemaakt.
File Format Error
Afspelen is om de een of andere reden niet mogelijk.
Track Not Found
Het geselecteerde nummer kan nergens op het netwerk worden gevonden.
Server Error
Er kan geen verbinding met de geselecteerde server worden gemaakt.
Server Disconnected
De server is niet aangesloten.
Empty
Er zijn geen bestanden in de geselecteerde map opgeslagen.
License Error
De licentie voor de content die moet worden afgespeeld is ongeldig.
Item Already Exists
Dit wordt weergegeven wanneer het bestand dat u in de favorietenmap probeerde te
registreren reeds is geregistreerd.
Favorite List Full
Dit wordt weergegeven wanneer u een bestand in de favorietenmap probeerde te registre-
ren maar de favorietenmap vol is.
Belangrijke informatie over de HDMI-aansluiting
In bepaalde gevallen zult u geen HDMI-signalen via deze receiver kunnen sturen (dit hangt af van de HDMI-
apparatuur die u aansluit-raadpleeg de fabrikant voor nadere informatie over de HDMI-compatibiliteit).
Als u op deze receiver de HDMI-signalen niet goed kan receiver (van het bronapparaat), probeert u dan een van
de volgende configuraties voor het aansluiten.
Configuratie A
Gebruik componentvideokabels voor het aansluiten van de video-uitgang van uw HDMI-geschikte videobronap-
paraat op de componentvideo-ingang van de receiver. De receiver kan dan de analoge componentvideosignalen
omzetten in een digitaal HDMI-signaal voor doorsturen naar het beeldscherm. Bij deze configuratie gebruikt u
de handigste aansluiting (digitaal is aanbevolen) voor het doorgeven van het audiosignaal aan de receiver. Zie de
gebruiksaanwijzingen voor nadere details over de audioaansluitingen.
Opmerking
De beeldkwaliteit zal tijdens de omzetting ietwat veranderen.
Configuratie B
Sluit uw HDMI-geschikte bronapparaat rechtstreeks aan op het beeldscherm via een HDMI-kabel. Gebruik vervol-
gens de handigste aansluiting (digitaal is aanbevolen) voor het doorgeven van het audiosignaal aan de receiver.
Zie de gebruiksaanwijzingen voor nadere details over de audioaansluitingen. Zet de geluidssterkte van het beeld-
scherm in de minimumstand bij het gebruik van deze aansluitmethode.
Opmerkingen
! Als uw beeldscherm slechts een enkele HDMI-aansluiting heeft, kunt u alleen HDMI-video ontvangen van het
aangesloten bronapparaat.
! Afhankelijk van het apparaat, kan het audio-uitgangssignaal beperkt zijn tot het aantal kanalen dat beschik-
baar is van het aangesloten beeldscherm (zo kan bijvoorbeeld het audio-uitgangssignaal worden beperkt tot 2
kanalen bij een videomonitor met niet meer dan stereo-geluidsweergave).
! Wanneer u van ingangsfunctie wilt wisselen, zult u de functie zowel op de receiver als op het beeldschermap-
paraat moeten omschakelen.
! Aangezien de geluidsweergave van het beeldscherm gedempt is bij gebruik van een HDMI-aansluiting, zult u
de geluidssterkte telkens moeten bijregelen wanneer u van ingangsfunctie verandert.
Het apparaat schoonmaken
! Gebruik een poetsdoek of een droge doek om stof en vuil van het apparaat te verwijderen.
! Wanneer het buitenoppervlak van het apparaat vuil is, veegt u het schoon met een zachte doek die u in een
neutraal reinigingsmiddel, vijf- tot zesmaal verdund in water, hebt gedompeld en goed hebt uitgewrongen.
Maak het apparaat vervolgens droog met een droge doek. Gebruik geen meubelwas of meubelreinigers.
! Gebruik nooit verdunner, benzeen, insectensprays of andere chemische producten om dit apparaat schoon te
maken. Deze producten kunnen corrosie op het buitenoppervlak veroorzaken.
 
134
Aanvullende informatie
14
Conformiteitsverklaring met betrekking tot de R&TTE richtlijn
1999/5/EG
English:
Suomi:
Nederlands:
Français:
Svenska:
Dansk:
Deutsch:
Ελληνικά:
Italiano:
Español:
Hereby, Pioneer, declares that this [*] is
in compliance with the essential
requirements and other relevant
provisions of Directive 1999/5/EC.
Pioneer vakuuttaa täten että [*]
tyyppinen laite on direktiivin 1999/5/EY
oleellisten vaatimusten ja sitä
koskevien direktiivin muiden ehtojen
mukainen.
Hierbij verklaart Pioneer dat het toestel
[*] in overeenstemming is met de
essentiële eisen en de andere
relevante bepalingen van richtlijn
1999/5/EG
Par la présente Pioneer déclare que
l’appareil [*] est conforme aux
exigences essentielles et aux autres
dispositions pertinentes de la directive
1999/5/CE
Härmed intygar Pioneer att denna [*]
står I överensstämmelse med de
väsentliga egenskapskrav och övriga
relevanta bestämmelser som framgår
av direktiv 1999/5/EG.
Undertegnede Pioneer erklærer
herved, at følgende udstyr [*]
overholder de væsentlige krav og
øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/EF
Hiermit erklärt Pioneer, dass sich
dieses [*] in Übereinstimmung mit den
grundlegenden Anforderungen und den
anderen relevanten Vorschriften der
Richtlinie 1999/5/EG befindet". (BMWi)
ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ Pioneer ΔΗΛΩΝΕΙ
ΟΤΙ [*] ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ
ΟΥΣΙΩΔΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ
ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ΔΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ
ΟΔΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ
Con la presente Pioneer dichiara che
questo [*] è conforme ai requisiti
essenziali ed alle altre disposizioni
pertinenti stabilite dalla direttiva
1999/5/CE.
Por medio de la presente Pioneer
declara que el [*] cumple con los
requisitos esenciales y cualesquiera
otras disposiciones aplicables o
exigibles de la Directiva 1999/5/CE
[*] SC-LX58-K, SC-LX58-S
Manufacturer:
PIONEER HOME ELECTRONICS
CORPORATION
1-1, Shin-ogura, Saiwai-ku,
Kawasaki-shi, Kanagawa
212-0031, Japan
EU Representative’s:
Pioneer Europe NV
Haven 1087, Keetberglaan 1,
9120 Melsele, Belgium
http://www.pioneer.eu
Português:
Čeština:
Eesti:
Magyar:
Latviešu valoda:
Lietuvių kalba:
Malti:
Slovenčina:
Slovenščina:
Română:
български:
Polski:
Norsk:
Íslenska:
Pioneer declara que este [*] está
conforme com os requisitos essenciais
e outras disposições da Directiva
1999/5/CE.
Pioneer tímto prohlašuje, že tento [*] je
ve shodě se základními požadavky a
dalšími příslušnými ustanoveními
směrnice 1999/5/ES
Käesolevaga kinnitab Pioneer seadme
[*] vastavust direktiivi 1999/5/EÜ
põhinõuetele ja nimetatud direktiivist
tulenevatele teistele asjakohastele
sätetele.
Alulírott, Pioneer nyilatkozom, hogy a
[*] megfelel a vonatkozó alapvetõ
követelményeknek és az 1999/5/EC
irányelv egyéb elõírásainak.
Ar šo Pioneer deklarē, ka [*] atbilst
Direktīvas 1999/5/EK būtiskajām
prasībām un citiem ar to saistītajiem
noteikumiem.
Šiuo Pioneer deklaruoja, kad šis [*]
atitinka esminius
reikalavimus ir kitas 1999/5/EB
Direktyvos nuostatas.
Hawnhekk, Pioneer jiddikjara li dan [*]
jikkonforma mal-ħtiġijiet essenzjali u ma
provvedimenti oħrajn
relevanti li hemm
fid-Dirrettiva 1999/5/EC
Pioneer týmto vyhlasuje, že [*] spĺňa
základné požiadavky a všetky príslušné
ustanovenia Smernice
1999/5/ES.
Pioneer izjavlja, da je ta [*] v skladu z
bistvenimi zahtevami in ostalimi
relevantnimi določili direktive
1999/5/ES.
Prin prezenta, Pioneer declara ca acest
[*] este in conformitate cu cerintele
esentiale si alte prevederi ale Directivei
1999/5/EU.
С настоящето, Pioneer декларира, че
този [*] отговаря на основните
изисквания и други съответни
постановления на Директива
1999/5/EC.
Niniejszym Pioneer oświadcza, że
[*] jest zgodny z zasadniczymi wymo-
gami oraz pozostałymi stosownymi
postanowieniami
Dyrektywy 1999/5/EC
Pioneer erklærer herved at utstyret [*]
er i samsvar med de grunnleggende
krav og øvrige relevante krav i direktiv
1999/5/EF.
Hér með lýsir Pioneer yfir því að
[*] er í samræmi við
grunnkröfur og aðrar kröfur, sem gerðar
eru í tilskipun 1999/5/EC
Hrvatski:
Ovime tvrtka Pioneer izjavljuje da je
ovaj [*] u skladu osnovnim zahtjevima i
ostalim odredbama Direktive
1999/5/EC.
R-TTE-24L_C1_En
 
135
Aanvullende informatie
14
Woordenlijst
Audioformaten/Decodering
Dolby
Hierna worden de Dolby-technologieën nader toegelicht. Zie http://www.dolby.com voor meer gedetailleerde
informatie.
Dolby Digital
Dolby Digital is een multikanaals digitaal audiocoderingsysteem dat veel gebruikt wordt in bioscopen en ook
thuis voor weergave van DVD’s en digitale uitzendingen.
Dolby TrueHD
Dolby TrueHD is een “lossless” (zonder verliezen) coderingstechnologie die is ontwikkeld voor optische schijven
met high-definition materiaal die in de nabije toekomst steeds gewoner zullen worden.
Dolby Digital Plus
Dolby Digital Plus is een audiotechnologie voor alle high-definition programma’s en media. Het combineert effici-
entie met kracht en flexibiliteit om te kunnen voldoen aan de eisen die toekomstige zendtechnologie zal stellen en
om het volledige audiopotentieel van het high-definition materiaal van de nabije toekomst te kunnen realiseren.
Dolby Atmos
Kenmerken
! Levert een krachtige en geheel nieuwe luisterervaring voor bioscoopgeluid.
! Creëert een driedimensionale luisteromgeving waarin geluid door de kamer wordt gestuurd.
! Reproduceert een natuurlijk geluid dat de werkelijke omgeving en geluiden uiterst realistisch weergeeft.
! Toevoeging van audio-elementen in de ruimte boven de luisteraar. Hoogteaudio wordt weergegeven door over-
head- of Dolby-luidsprekers.
! Ongeacht uw thuissysteem kan de oorspronkelijke bedoeling van de regisseur worden weergegeven.
Technische informatie
! Plaatsing voor een duidelijker, nauwkeuriger bioscoopgeluid is mogelijk. Door te mixen met “objecten” kunnen
onafhankelijke geluidselementen over de kanaalinformatie heen worden weergegeven.
! Omdat alle opnamevariabelen als metadata worden geïmporteerd, kan de weergave aan elke kamer worden
aangepast.
! Soundtracks worden geschaald om op elk luidsprekersysteem de best mogelijke prestaties te bereiken.
! In Dolby Atmos worden soundtracks uit meerdere lagen opgebouwd. In combinatie met de conventionele
kanaalgebaseerde methode bestaat de basislaag uit hoofdzakelijk statische omgevingsgeluiden. Hierboven
bevindt zich een laag met dynamische geluiden die “bewegen”. In deze laag kan geluid zo worden geplaatst en
bewogen dat het overeenstemt met het beeld op het scherm.
De metadata bevat informatie hoe een bepaald type geluid zich gedraagt bij het afspelen. Hierdoor is het
mogelijk de opnamesituatie die de regisseur voor ogen had zo getrouw mogelijk weer te geven in eender welke
omgeving. Dankzij de techniek met twee lagen genieten filmmakers de vrijheid om een volledig assortiment
uitdrukkingsmogelijkheden te gebruiken, en kunnen gebruikers de bedoeling van de regisseur in elk type
thuistheater ervaren.
! U kunt van Dolby Atmos genieten als de inhoud compatibel is met Dolby Atmos. Dolby Atmos-inhoud op Dolby
Atmos-compatibele Blu-ray discs kan op de meeste conventionele Blu-ray disc-spelers worden afgespeeld door
de Dolby Atmos-bitstream naar de AVR te sturen.
DTS
Hieronder worden de DTS-technologieën nader toegelicht. Zie http://www.dts.com voor meer gedetailleerde
informatie.
DTS Digital Surround
DTS Digital Surround is een 5.1-kanaals audiocoderingsysteem van DTS Inc. dat nu veel wordt gebruikt voor DVD-
Video, DVD-Audio, 5.1-kanaals muziekschijven, digitale uitzendingen en videospellen.
DTS-HD Master Audio
DTS-HD Master Audio is een technologie die master audiobronnen opgenomen in een professionele studio aan
de luisteraar kan toeleveren zonder verlies van gegevens, waardoor de geluidskwaliteit behouden blijft.
DTS-HD High Resolution Audio
Een high-definition audiotechnologie waarmee signalen kunnen worden doorgegeven via HDMI-kabels.
DTS-ES
DTS-ES (de ES staat voor “Extended Surround”) is een decoder die zowel DTS-ES Discrete 6.1 als DTS-ES Matrix
6.1 bronmateriaal kan decoderen.
DTS Neo:X
DTS Neo:X kan 11.1-kanaals surroundweergave genereren van welke matrix-stereobron dan ook (zoals video of
TV) en van 5.1-kanaals bronnen.
Decoderen
Een technologie voor het omzetten van digitale signalen die na opname zijn gecomprimeerd door een digitale
signaalbewerking o.i.d. naar de oorspronkelijke signalen. De term “decodering” (of “matrix decodering”) wordt
ook gebruikt voor het omzetten van 2-kanaals geluidsbronnen naar meerdere kanalen of het uitbreiden van
5.1-kanaals signalen naar 6.1 of 7.1 kanalen.
Kalibreren van het geluidsveld/verbeteren van de geluidskwaliteit
Fasecontrole
De fasecontrole (Phase Control) zoals gebruikt in deze receiver zorgt voor een samenhangende geluidsweergave
door het aanpassen van de fase van het geluidssignaal voor een optimaal geluidsbeeld op uw luisterplek.
Fasesturing plus (automatische fasesturing plus)
Deze functie corrigeert de vertraging in de lagefrequentie-effecten (LFE) van de contents. Bij een juiste correctie
is het basgeluid krachtiger waardoor de balans van het geluid wordt verbeterd.
Wanneer AUTO wordt geselecteerd, zal de contents in real-time geanalyseerd worden waardoor deze onder opti-
male condities kan worden weergegeven. Deze functie heeft alleen effect bij contents met lagefrequentie-effecten
(LFE), zoals Dolby Digital 5.1-kanaals materiaal.
Breedband-fasecontrole
De breedband-fasecontrole kalibreert de frequentiefase-karakteristieken van de aangesloten luidsprekers.
Virtuele luidsprekers
U kunt genieten van een virtuele weergave van maximaal 11.2 kanalen waarbij de feitelijk aanwezige luidsprekers
worden gecombineerd met de virtuele luidsprekers. Deze voorziening biedt een soepele overgang tussen de gelui-
den en een verbeterde 3D-sensatie.
Virtueel surround-achterkanaal
Wanneer u geen surround-achterluidsprekers gebruikt, kunt u met deze functie een virtueel surround-ach-
terkanaal horen via de surround-luidsprekers. U kunt ook luisteren naar bronnen zonder informatie voor een
surround-achterkanaal.
Virtueel hoogte-voorkanaal
Wanneer u geen hoog-voorluidsprekers gebruikt, kunt u met deze functie een virtueel hoogte-voorkanaal horen
via de voorluidsprekers.
Virtuele breedte
Wanneer u geen breed-voorluidsprekers gebruikt, kunt u met deze functie een virtueel breedte-voorkanaal horen
via de voorluidsprekers.
Virtuele diepte
Wanneer deze functie wordt geselecteerd, wordt het geluidsveld virtueel uitgebreid tot achter het scherm, zodat
een geluidsveld wordt verkregen met dezelfde diepte als het 3D-beeld waardoor het gevoel van aanwezigheid
wordt versterkt.
 
136
Aanvullende informatie
14
Auto Sound Retriever-functie
De Auto Sound Retriever-functie maakt gebruik van DSP-technologie voor het herstellen van de geluidsdruk en
het uitvlakken van scherpe geluidsovergangen die niet voorkomen in het oorspronkelijke signaal (artefacten) als
resultaat van de compressie.
Bij sommige audio-ingangssignalen wordt het Sound Retriever-effect automatisch geoptimaliseerd op basis van
de bitsnelheid van het binnenkomende materiaal om een hoge geluidskwaliteit te kunnen bereiken.
Sound Retriever Air
Sound Retriever Air compenseert voor een verminderde geluidskwaliteit als gevolg van de compressie bij het
oversturen van Bluetooth signalen.
PQLS
U kunt genieten van storingsvrije weergave van hoge kwaliteit door een PQLS-compatibele speler via HDMI aan
te sluiten.
ALC (Automatische niveauregeling)
In de automatische niveauregelingsstand (ALC) corrigeert deze receiver het geluidsniveau van de weergave.
Ook worden de lage en hoge tonen, dialogen, surroundeffecten enz. die moeilijk te horen kunnen zijn bij een laag
volume geoptimaliseerd voor het ingestelde volume. Deze stand is bij uitstek geschikt wanneer u ’s avonds laat
wilt luisteren.
Geavanceerde voorpodium-surround
Met de geavanceerde voorpodium-surroundfunctie profiteert u van naadloze, natuurlijke geluidseffecten met
alleen de voorluidsprekers, zonder dat de kwaliteit van het oorspronkelijke geluid daardoor slechter wordt.
MCACC
De Automatic MCACC-instelling biedt een snelle en nauwkeurige instelling van surround-geluid met de geavan-
ceerde functies van professionele akoestische kalibratie-EQ.
HDMI
Control met HDMI-functie
De onderstaande gesynchroniseerde bedieningsfuncties met Control met een HDMI-compatibele Pioneer TV of
Blu-ray Disc-speler zijn mogelijk wanneer de apparatuur met een HDMI-kabel op de receiver is aangesloten.
! U kunt het volume van de receiver instellen of het geluid dempen met behulp van de afstandsbediening van de
TV.
! De receiver schakelt automatisch over naar de juiste signaalbron wanneer het tv-kanaal wordt veranderd of
wanneer er wordt weergegeven van Control met HDMI-compatibele apparatuur.
! De receiver komt ook in de stand-bystand te staan wanneer de TV in de stand-bystand wordt gezet.
ARC (Audio Return Channel)
Wanneer een tv die de HDMI ARC (Audio Return Channel) functie ondersteunt op de receiver wordt aangesloten,
kan het geluid van de tv via de HDMI OUT-aansluiting worden ingevoerd.
Het geluid van de tv kan worden ingevoerd via de HDMI OUT-aansluiting van de receiver, zodat de volledige ver-
binding met de tv voltooid kan worden met een enkele HDMI-kabel.
Netwerkfunctie
AirPlay
AirPlay werkt met iPhone, iPad en iPod touch met iOS 4.3.3 of hoger, Mac met OS X Mountain Lion of hoger, en
pc met iTunes 10.2.2 of hoger.
Zie de Apple website (http://www.apple.com) voor meer informatie.
DLNA
De Digital Living Network Alliance (DLNA) is een wereldwijde organisatie van fabrikanten van consumentenelek-
tronica, computerapparatuur en mobiele apparaten. Digital Living biedt consumenten een gemakkelijke uitwisse-
ling van digitale media via een bedraad of draadloos thuisnetwerk.
vTuner
vTuner is een online-databaseservice waarmee u van radio-uitzendingen via internet kunt genieten. vTuner bevat
duizenden zenders van 100 verschillende landen over de hele wereld. Voor verdere informatie over vTuner kunt u
de volgende website bezoeken:
http://www.radio-pioneer.com
“Dit product wordt beschermd door bepaalde intellectuele eigendomsrechten van NEMS en BridgeCo. Gebruik of
verspreiding van beschermde technologieën van dit product is niet toegestaan zonder een licentie van NEMS en
BridgeCo of een geautoriseerde dochteronderneming.”
Apple Lossless (ALAC)
“ALAC” is de afkorting voor Apple Lossless Audio Codec. Dit is een verliesvrij type audio-codering/decodering die
bijvoorbeeld gebruikt wordt voor iTunes
®
. Niet-gecomprimeerde bestanden (zoals WAV en AIFF) worden tot onge-
veer de helft van de oorspronkelijke grootte gecomprimeerd zonder verlies in geluidskwaliteit.
FLAC
FLAC (Free Lossless Audio Codec) is een audioformaat dat verliesvrij comprimeren/decomprimeren toestaat. Met
FLAC kan audio gecomprimeerd worden zonder verlies in kwaliteit. Voor verdere informatie over FLAC kunt u de
volgende website bezoeken:
http://flac.sourceforge.net/
Windows Media
Windows Media is een multimedia framework voor mediacreatie en verspreiding voor Microsoft Windows.
Windows Media is een gedeponeerd handelsmerk of een handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten en/of in andere landen. Gebruik een applicatie die gelicentieerd is door Microsoft Corporation voor het
maken, verspreiden en afspelen van Windows Media geformatteerde content. Bij gebruik van een applicatie die
niet geautoriseerd is door Microsoft Corporation bestaat er kans op een foutieve werking.
Windows Media Player 11/Windows Media Player 12
Windows Media Player is software om muziek, foto’s en films van een Microsoft Windows computer naar uw
stereo-installatie en TV over te brengen.
Met deze software kunt u bestanden die op de PC zijn opgeslagen via diverse apparaten in uw huis weergeven.
Deze software kunt u wel vanaf de Microsoft website downloaden.
! Windows Media Player 11 (voor Windows XP of Windows Vista)
! Windows Media Player 12 (voor Windows 7 of Windows 8)
Bezoek voor verdere informatie de officiële Microsoft website.
Router
Een apparaat voor het doorgeven van digitale gegevens van het ene netwerk naar een ander netwerk. In
thuisnetwerken functioneren routers ook vaak als DHCP-servers. Producten met ingebouwde draadloze LAN-
toegangspunten worden ook wel “draadloze LAN-routers” genoemd.
DHCP
Afkorting van Dynamic Host Configuration Protocol. Een protocol voor het automatisch toewijzen van instelgege-
vens zoals IP-adressen voor netwerkverbindingen. Dit is een gemakkelijke functie omdat het uitgebreide netwerk-
functies mogelijk maakt door eenvoudigweg de apparatuur te verbinden met dit deel van het netwerk.
Draadloos LAN/Wi-Fi
“Wi-Fi” (Wireless Fidelity) is een handelsmerk van de Wi-Fi Alliance organisatie bedoeld om draadloze LAN-
standaarden en normen beter herkenbaar te maken. Tegen de achtergrond van de toename in het aantal appa-
raten dat kan worden aangesloten op computers de laatste paar jaar, biedt Wi-Fi het voordeel van een draadloze
verbinding, waardoor het aansluiten van LAN-kabels en de problemen die dat met zich mee kan brengen niet
meer nodig is. Om de gebruikers gerust te stellen, hebben producten die geslaagd zijn voor de bruikbaarheids-
tests het logo “Wi-Fi Certified” om aan te geven dat ze met elkaar werken.
 
137
Aanvullende informatie
14
WPS
Afkorting van “Wi-Fi Protected Setup”. Dit is de standaard die vastgesteld is door de Wi-Fi Alliance voor een
functie die eenvoudige instelling mogelijk maakt voor het onderling met elkaar verbinden van WPS-compatibele
draadloze LAN-apparatuur en voor versleuteling. Er zijn hiervoor een aantal methoden, waaronder configuratie
met druktoetsen en configuratie met PIN-code. Deze AV-receiver ondersteunt zowel configuratie met druktoetsen
als configuratie met PIN-code.
SSID
Afkorting van Service Set IDentifier. Dit is de identificatie van een draadloos LAN-toegangspunt. Dit kan naar
wens of behoefte worden ingesteld als een reeks van 32 letters en cijfers.
Bluetooth-functie
Bluetooth draadloze technologie
Dit is een standaard voor draadloze communicatie tussen digitale apparatuur met een kort bereik. Gegevens
kunnen worden uitgewisseld door middel van radioverbindingen tussen apparaten die enkele meters tot enkele
tientallen meters van elkaar verwijderd zijn. Deze technologie maakt gebruik van radiogolven in de 2,4 GHz band
waarvoor geen vergunning of registratie vereist is voor draadloze uitwisseling van digitale gegevens bij relatief
lage snelheden, zoals bijvoorbeeld computermuizen en toetsenborden, mobiele telefoons, smartphones, tekst- en
audiogegevens voor elektronische agenda’s enz.
Receiverfunctie
Bedieningsstand
Deze receiver is uitgerust met een groot aantal functies en instellingen. De functie voor het kiezen van de bedie-
ningsstand (Operation Mode) is bedoeld voor gebruikers die het lastig vinden om al deze functies en instellingen
onder de knie te krijgen.
MHL
MHL (Mobile High-definition Link) is een interfacestandaard voor het overbrengen van digitale signalen met
mobiele apparaten.
Met MHL kunnen multikanaals audiogegevens van hoge kwaliteit en 3D/Full-HD videoformaten worden
overgebracht.
“Deze receiver is uitgerust met MHL 2.”
 
138
Aanvullende informatie
14
Functielijst
Bedieningsstand
Zie Instelling bedieningsstand op bladzijde 52 .
AVNavigator
Zie De ingebouwde AVNavigator gebruiken op bladzijde 48 .
ECO MODE 1, 2
Zie De geavanceerde surround-effecten gebruiken op bladzijde 66 .
HDZONE
Zie MULTI-ZONE instellingen op bladzijde 40 .
HTC Connect
Zie Over HTC Connect op bladzijde 71 .
Muziek in meerdere zones
Zie Gebruik van de Multi-ZONE Music-functie op bladzijde 107 .
Play ZONE
Zie Instellingen voor de Play ZONE op bladzijde 114 .
4K pass-through/upscaling
Zie Meer over HDMI op bladzijde 34 .
Volledig automatische MCACC
Zie Automatisch uitvoeren van de optimale geluidsafstellingen (Full Automatic MCACC) op bladzijde 49 .
Automatic MCACC (Expert)
Zie Automatic MCACC (Expert) op bladzijde 98 .
Handmatige MCACC-instelling
Zie Handmatige MCACC-instelling op bladzijde 100 .
PQLS
Zie De PQLS-functie instellen op bladzijde 78 .
Fasecontrole
Zie Beter geluid met fasecontrole op bladzijde 67 .
Breedband-fasecontrole
Zie Beter geluid met fasecontrole en breedband-fasecontrole op bladzijde 68 .
Standing Wave
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
Fasesturing plus
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
Auto Sound Retriever-functie
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
ALC (Automatische niveauregeling)
Zie Automatisch afspelen op bladzijde 65 .
Geavanceerde voorpodium-surround
Zie Genieten van diverse typen weergave met de luisterfuncties op bladzijde 65 .
Sound Retriever Air
Zie Genieten van diverse typen weergave met de luisterfuncties op bladzijde 65 .
Dialog Enhancement (Dialoogverbetering)
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
Internetradio
Zie Luisteren naar internet-radiozenders op bladzijde 71 .
vTuner
Zie Luisteren naar internet-radiozenders op bladzijde 71 .
DLNA
Zie Meer over netwerkweergave op bladzijde 73 .
AirPlay
Zie Gebruiken van AirPlay op iPod touch, iPhone, iPad en iTunes op bladzijde 70 .
Draadloos LAN
Zie Verbinden met een draadloos LAN op bladzijde 45 .
Weergave van audiobestanden met hoge resolutie
Zie Meer over de afspeelbare bestandsformaten op bladzijde 74 .
Zie Een USB-apparaat afspelen op bladzijde 58 .
Diavoorstelling
Zie Fotobestanden afspelen die op een USB-geheugenapparaat zijn opgeslagen op bladzijde 58 .
Bluetooth
Zie Muziek afspelen via Bluetooth op bladzijde 61 .
ARC (Audio Return Channel)
Zie HDMI-instellingen op bladzijde 76 .
Automatische vertraging
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
Versterking hoogte-kanaal (Dolby Pro Logic llz Height optie)
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
Virtueel surround-achterkanaal
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
Virtueel hoogte-voorkanaal
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
Virtuele breedte
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
Virtuele diepte
Zie De audio-opties instellen op bladzijde 80 .
Digitale video-omzetter
Zie De video-opties instellen op bladzijde 82 .
Pure Cinema
Zie De video-opties instellen op bladzijde 82 .
Progressieve beweging
Zie De video-opties instellen op bladzijde 82 .
Geavanceerde videoregeling
Zie De video-opties instellen op bladzijde 82 .
Automatisch uitschakelen
Zie Het menu Other Setup op bladzijde 111 .
 
139
Aanvullende informatie
14
Specificaties
Versterkergedeelte
Gelijktijdig meerkanaals-uitgangsvermogen (1 kHz, 1 %, 8 W)
Totaal 9 kanalen .................................................................................................................................................760 W
Nominaal uitgangsvermogen (1 kHz, 4 W, 1 %, 1 kanaal uitgestuurd) ............................................... 240 W per kanaal
Nominaal uitgangsvermogen (1 kHz, 6 W, 1 %, 1 kanaal uitgestuurd) ............................................... 190 W per kanaal
Voor het model voor Oceanië: Maximaal uitgangsvermogen (1 kHz, 4 W, 10 %, 1 kanaal uitgestuurd)
.................................................................................................................................................................320 W per kanaal
Totale harmonische vervorming .............................................................................0,04 % (1 kHz, 110 W + 110 W, 8 W)
Gegarandeerde luidsprekerimpedantie ........................................................................................................ 4 W t/m 16 W
Audiogedeelte
Ingang (gevoeligheid/impedantie)
LINE .......................................................................................................................................................390 mV/47 kW
Uitgang (niveau/impedantie)
REC .......................................................................................................................................................390 mV/2,2 kW
Signaal-ruisverhouding (IHF, kortgesloten, A-netwerk)
LINE .................................................................................................................................................................. 101 dB
Tunergedeelte
Frequentiebereik (FM) .................................................................................................................. 87,5 MHz t/m 108 MHz
Antenne-ingang (FM) ......................................................................................................................75 W ongebalanceerd
Frequentiebereik (AM) ................................................................................................................... 531 kHz t/m 1 602 kHz
Antenne (AM) ....................................................................................................................Raamantenne (gebalanceerd)
Videogedeelte
Signaalniveau
Samengestelde video ............................................................................................................................ 1 Vp-p (75 W)
Componentvideo ......................................................................................Y: 1,0 Vp-p (75 W), PB/PR: 0,7 Vp-p (75 W)
Corresponderende maximale resolutie
Componentvideo ...................................................................................................................................1080p (1125p)
Bluetooth
Versie ..............................................................................................................................Bluetooth-specificatie versie 4.0
Uitgang ............................................................................................................................. Bluetooth-specificatie klasse 2
Geschatte directe transmissie-afstand* ...................................................................................................Ongeveer 10 m
* De directe transmissie-afstand is een geschatte waarde. De feitelijke transmissie-afstand kan verschillen afhan-
kelijk van de omgevingsomstandigheden.
Frequentiebereik .................................................................................................................................................... 2,4 GHz
Modulatiesysteem ..................................................................................FH-SS (Frequency Hopping Spread Spectrum)
Ondersteunde Bluetooth-profielen ............................................................................................................A2DP, AVRCP
Ondersteunde codec ................................................................................................. SBC (Subband Codec), AAC, aptX
Ondersteunde inhoudbescherming .....................................................................................................................SCMS-T
Digitale ingangen/uitgangen
HDMI-aansluiting ................................................................................................................................... 19-pins (niet DVI)
Type HDMI-uitgang ........................................................................................................................................... 5 V, 55 mA
HDMI-ingang/MHL-aansluiting ..................................................................................................................... 5 V, 900 mA
USB-aansluiting .....................................................................................................USB 2.0 High Speed (type A) 5 V, 1 A
iPod-aansluiting .......................................................................................................................................................... USB
WIRELESS LAN ADAPTER-aansluiting ......................................................................................................... 5 V, 600 mA
Geïntegreerd bedieningsgedeelte
Bedieningssignaalaansluiting (IR) ........................................................................... ø 3,5 minibusaansluiting (MONO)
IR-signaal ........................................................................................................................Hoog actief (hoog-niveau: 2,0 V)
12 V trekkertype-aansluiting ...................................................................................... ø 3,5 minibusaansluiting (MONO)
12 V triggeruitgang-type .....................................................................................................................12 V, totaal 150 mA
RS-232C kabeltype .................................................................................. 9-pins, cross-type, twee vrouwelijke uiteinden
Netwerkgedeelte
LAN-aansluiting ..........................................................................................................................10 BASE-T/100 BASE-TX
Diversen
Stroomvereisten .............................................................................................................AC 220 V t/m 230 V, 50 Hz/60 Hz
Stroomverbruik .........................................................................................................................................................330 W
In stand-bystand .................................................................................................................................................0,1 W
In stand-by (HDMI-sturing aan) .........................................................................................................................0,3 W
In stand-by (netwerkstand-by aan) ....................................................................................................................2,0 W
In stand-by (HDMI-sturing aan, netwerkstand-by aan) ....................................................................................2,5 W
In stand-by (HDMI-sturing uit, netwerkstand-by aan, draadloos LAN aangesloten) ......................................3,5 W
In stand-by (HDMI-sturing aan, netwerkstand-by aan, draadloos LAN aangesloten) ....................................3,5 W
Inschakelen en uitschakelen van draadloos LAN
.................................................................Verbinding maken of verbreken met draadloze LAN-adapter (AXF7031)
Automatische uitschakeling ........................................................................... 15 min (standaard), 30 min., 60 min., uit
Afmetingen ........................................................................................................ 435 mm (B) x 185 mm (H) x 441 mm (D)
Gewicht (zonder verpakking) .................................................................................................................................. 15,3 kg
Bijgeleverde onderdelen, aantal
MCACC-instelmicrofoon ...................................................................................................................................................1
Afstandsbediening ............................................................................................................................................................1
AAA-formaat IEC R03-drogecelbatterijen ........................................................................................................................2
AM-raamantenne .............................................................................................................................................................. 1
FM-draadantenne..............................................................................................................................................................1
Draadloze LAN-adapter (AXF7031) ..................................................................................................................................1
— Startgids
— De kabel aansluiten
Netsnoer
CD-ROM
Snelstartgids
Veiligheidsbrochure
Garantiebewijs
Opmerkingen
! Deze specificaties gelden bij een netspanning van 230 V.
! De technische gegevens en het ontwerp kunnen met het oog op verbeteringen zonder voorafgaande kennisge-
ving worden gewijzigd.
! Dit product maakt gebruik van FontAvenue
®
fonts onder licentie van NEC Corporation. FontAvenue is een gedepo-
neerd handelsmerk van NEC Corporation.
! iOS is een handelsmerk waarvan Cisco de handelsmerkrechten bezit in de VS en bepaalde andere landen.
! Microsoft, Windows, Windows Media en Windows Vista zijn òf gedeponeerde handelsmerken òf handelsmerken
van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of in andere landen.
! Android en Google Play zijn handelsmerken van Google Inc.
! De namen van bedrijven en producten die hierin vermeld worden zijn handelsmerken of gedeponeerde han-
delsmerken van hun respectievelijke bedrijven.
 
140
Aanvullende informatie
14
Lijst met vooraf ingestelde codes
Er is gewoonlijk geen probleem om een apparaat te bedienen als u de fabrikant in deze lijst ziet, maar houd er
wel rekening mee dat er gevallen zijn waarin de codes voor de fabrikant in de lijst niet werken met het model dat
u gebruikt. Ook zijn er gevallen waarin alleen bepaalde functies bediend kunnen worden nadat de juiste code is
toegewezen.
Belangrijk
! Wij garanderen niet dat de bedieningsfuncties van alle vermelde fabrikanten en apparaten werken. Bediening
is wellicht niet mogelijk zelfs wanneer een vooraf ingestelde code is ingevoerd.
Als u geen vooraf ingestelde code vindt die overeenstemt met het apparaat dat u wilt bedienen, kunt u
opdrachten van een andere afstandsbediening programmeren (zie Signalen van andere afstandsbedieningen
programmeren op bladzijde 92 ).
 
TV
Pioneer 0113, 0233, 0252,
0275, 0291, 0295, 0296, 0305
A.R. Systems 0155
Acme 0141
Acura 0142, 0154
ADC 0140
Admiral 0138, 0139, 0140,
0145, 0146
Adyson 0141, 0228, 0229
Agashi 0228, 0229
Agazi 0140
Aiko 0141, 0142, 0154, 0155,
0228, 0229
Aim 0155
Aiwa 0199
Akai 0142, 0143, 0149, 0152,
0154, 0155, 0228, 0229
Akiba 0143, 0155
Akura 0140, 0143, 0154,
0155
Alaron 0228
Alba 0125, 0141, 0142, 0143,
0147, 0150, 0152, 0154, 0155,
0190, 0193, 0203, 0228
Alcyon 0132
Allorgan 0229
Allstar 0149, 0155
AMOi 0224
Amplivision 0125, 0141,
0156, 0229
Amstrad 0140, 0142, 0143,
0154, 0155
Anam 0142
Anglo 0142, 0154
Anitech 0132, 0140, 0142,
0154, 0155
Ansonic 0125, 0133, 0142,
0144, 0154, 0155
Arcam 0228, 0229
Arcam Delta 0141
Aristona 0149, 0152, 0155
Arthur Martin 0156
ASA 0138, 0146
Asberg 0132, 0149, 0155
Astra 0142
Asuka 0140, 0141, 0143,
0228, 0229
Atlantic 0141, 0149, 0152,
0155, 0228
Atori 0142, 0154
Auchan 0156
Audiosonic 0125, 0141,
0142, 0143, 0149, 0152, 0155,
0229
AudioTon 0125, 0141, 0229
Ausind 0132
Autovox 0132, 0138, 0140,
0141, 0229
Awa 0228, 0229
Baird 0229
Bang & Olufsen 0138, 0230
Basic Line 0142, 0143, 0149,
0154, 0155, 0229
Bastide 0141, 0229
Baur 0152, 0155
Bazin 0229
Beko 0125, 0150, 0155, 0175
Benq 0219
Beon 0149, 0152, 0155
Best 0125
Bestar 0125, 0149, 0155
Binatone 0141, 0229
Blue Sky 0143, 0155
Blue Star 0151
Boots 0141, 0229
BPL 0151, 0155
Brandt 0148, 0153, 0157,
0159
Brinkmann 0155
Brionvega 0138, 0149, 0152,
0155
Britannia 0141, 0228, 0229
Bruns 0138
BTC 0143
Bush 0142, 0143, 0145, 0147,
0149, 0151, 0152, 0154, 0155,
0180, 0193, 0229
Capsonic 0140
Carena 0155
Carrefour 0147
Cascade 0142, 0154, 0155
Casio 0221
Cathay 0149, 0152, 0155
CCE 0229
Centurion 0149, 0152, 0155
Century 0138
CGE 0125, 0132
Cimline 0142, 0154
City 0142, 0154
Clarivox 0152
Clatronic 0125, 0132, 0140,
0141, 0142, 0143, 0149, 0150,
0154, 0155, 0229
CMS 0228
CMS Hightec 0229
Concorde 0142, 0154
Condor 0125, 0141, 0149,
0150, 0154, 0155, 0228
Contec 0141, 0142, 0147,
0154, 0228
Continental Edison 0148
Cosmel 0142, 0154
Crosley 0132, 0138
Crown 0125, 0132, 0142,
0149, 0150, 0152, 0154, 0155
CS Electronics 0141, 0143,
0228
CTC Clatronic 0144
Cybertron 0143
Daewoo 0128, 0141, 0142,
0149, 0154, 0155, 0169, 0179,
0206, 0228, 0229
Dainichi 0143, 0228
Dansai 0140, 0149, 0152,
0155, 0228, 0229
Dantax 0125, 0152
Dawa 0155
Daytron 0142, 0154
De Graaf 0145
Decca 0141, 0149, 0152,
0155, 0229
Denver 0213, 0218
Desmet 0149, 0152, 0155
Diamant 0155
Diamond 0228
Dixi 0142, 0149, 0152, 0154,
0155, 0229
DTS 0142, 0154
Dual 0141, 0155, 0229
Dual-Tec 0141, 0142
Dumont 0138, 0141, 0144,
0229
Dux 0152
Dynatron 0149, 0152, 0155
Elbe 0125, 0133, 0155, 0229
Elcit 0138
Electa 0151
ELECTRO TECH 0142
Elin 0141, 0149, 0152, 0154,
0155, 0228
Elite 0143, 0149, 0155
Elman 0144
Elta 0142, 0154, 0228
Emerson 0125, 0138, 0155
Epson 0216
Erres 0149, 0152, 0155
ESC 0229
Etron 0142
Eurofeel 0229, 0140
Euroline 0152
Euroman 0125, 0140, 0141,
0149, 0155, 0228, 0229
Europhon 0141, 0144, 0149,
0155, 0228, 0229
Expert 0156
Exquisit 0155
Fenner 0142, 0154
Ferguson 0148, 0152, 0153,
0157
Fidelity 0141, 0145, 0155,
0228
Filsai 0229
Finlandia 0145
Finlux 0132, 0138, 0141,
0144, 0149, 0152, 0155, 0229
Firstline 0141, 0142, 0149,
0154, 0155, 0228, 0229
Fisher 0125, 0138, 0141,
0147, 0150, 0229
Flint 0149, 0155
Formenti 0132, 0138, 0139,
0141, 0152, 0228
Formenti/Phoenix 0228
Fortress 0138, 0139
Fraba 0125, 0155
Friac 0125
Frontech 0140, 0142, 0145,
0146, 0154, 0229
Fujitsu 0229
Fujitsu General 0229
Funai 0140
Galaxi 0155, 0150
Galaxis 0125, 0155
GBC 0142, 0147, 0154
Geant Casino 0156
GEC 0141, 0146, 0149, 0152,
0155, 0229
Geloso 0142, 0145, 0154
General Technic 0142, 0154
Genexxa 0143, 0146, 0149,
0155
Giant 0229
GoldHand 0228
Goldline 0155
Goldstar 0125, 0141, 0142,
0145, 0149, 0152, 0154, 0155,
0228, 0229
Goodmans 0140, 0142,
0147, 0149, 0152, 0154, 0155,
0222, 0229
Gorenje 0125, 0150
GPM 0143
Graetz 0146
Granada 0132, 0141, 0145,
0147, 0149, 0152, 0155, 0156,
0229
Grandin 0142, 0143, 0151,
0152
Gronic 0229
Grundig 0124, 0125, 0132,
0155, 0162
Halifax 0140, 0141, 0228,
0229
Hampton 0141, 0228, 0229
Hanseatic 0125, 0133, 0141,
0142, 0147, 0149, 0152, 0154,
0155, 0229
Hantarex 0142, 0154, 0155
Ha
ntor 0155
Harwood 0154, 0155
HCM 0140, 0141, 0142, 0151,
0154, 0155, 0229
Hema 0154, 0229
Higashi 0228
HiLine 0155
Hinari 0142, 0143, 0147,
0149, 0152, 0154, 0155
Hisawa 0143, 0151, 0156
Hitachi 0137, 0141, 0145,
0146, 0147, 0155, 0191, 0226,
0229
Hornyphon 0149, 0155
Hoshai 0143
Huanyu 0141, 0228
Hygashi 0141, 0228, 0229
Hyper 0141, 0142, 0154,
0228, 0229
Hypson 0140, 0141, 0149,
0151, 0152, 0155, 0156, 0229
Iberia 0155
ICE 0140, 0141, 0142, 0143,
0149, 0154, 0155, 0228, 0229
ICeS 0228
Imperial 0125, 0132, 0146,
0149, 0150, 0155
Indiana 0149, 0152, 0155
Ingelen 0146
Ingersol 0142, 0154
Inno Hit 0132, 0141, 0142,
0143, 0149, 0152, 0154, 0155,
0229
Innovation 0140, 0142
Interactive 0125
Interbuy 0142, 0154
Interfunk 0125, 0138, 0146,
0149, 0152, 0155
International 0228
Intervision 0125, 0140,
0141, 0144, 0155, 0229
Irradio 0132, 0142, 0143,
0149, 0152, 0154, 0155
Isukai 0143, 0155
ITC 0141, 0229
ITS 0143, 0149, 0151, 0155,
0228
ITT 0142, 0146
ITV 0142, 0152, 0155
JVC 0134, 0135, 0147, 0149,
0192
Kaisui 0141, 0142, 0143,
0151, 0154, 0155, 0228, 0229
Kamosonic 0141
Kamp 0141, 0228
Kapsch 0146
Karcher 0125, 0141, 0142,
0152, 0155
Kawasho 0228
Kendo 0125, 0144, 0145,
0155
KIC 0229
Kingsley 0141, 0228
Kneissel 0125, 0133, 0155
Kolster 0149, 0155
Konka 0143
Korpel 0149, 0152, 0155
Korting 0125, 0138
Kosmos 0155
Koyoda 0142
KTV 0141, 0229
Kyoto 0228, 0229
Lasat 0125
Lenco 0142, 0154
Lenoir 0141, 0142, 0154
Leyco 0140, 0149, 0152, 0155
LG 0125, 0136, 0141, 0142,
0145, 0149, 0152, 0154, 0155,
0186, 0189, 0196, 0220, 0228,
0229
LG/GoldStar 0129
Liesenk 0152
Liesenkotter 0155
Life 0140, 0142
Lifetec 0140, 0142, 0154,
0155
Lloyds 0154
Loewe 0125, 0133, 0155,
0166, 0167
Loewe Opta 0138, 0149,
0152
Luma 0145, 0152, 0154, 0155
Lumatron 0145, 0149, 0152,
0155, 0229
Lux May 0149
Luxor 0141, 0145, 0229
M Electronic 0141, 0142,
0146, 0148, 0149, 0152
Magnadyne 0138, 0144,
0152
Magnafon 0132, 0141, 0144,
0228
Magnum 0140, 0142
Mandor 0140
Manesth 0140, 0141, 0149,
0152, 0155, 0229
Marantz 0149, 0152, 0155
Marelli 0138
Mark 0149, 0152, 0154, 0155,
0228, 0229
Masuda 0229
Matsui 0141, 0142, 0145,
0147, 0149, 0152, 0154, 0155,
0229
Mediator 0149, 0152, 0155
Medion 0140, 0142, 0155
M-Electronic 0154, 0155,
0228, 0229
Melvox 0156
Memorex 0142, 0154
Memphis 0142, 0154
Mercury 0154, 0155
Metz 0138, 0299, 0300, 0301,
0302
Micromaxx 0140, 0142
Microstar 0140, 0142
Minerva 0132
Minoka 0149, 0155
Mitsubishi 0138, 0147, 0149,
0155, 0200
Mivar 0125, 0132, 0133,
0141, 0228, 0229
Motion 0132
MTC 0125, 0228
Multi System 0152
Multitech 0125, 0141, 0142,
0144, 0145, 0147, 0152, 0154,
0155, 0228, 0229
Murphy 0141, 0228
141
Aanvullende informatie
14
 
Naonis 0145
NEC 0147, 0229
Neckermann 0125, 0138,
0141, 0145, 0149, 0150, 0152,
0155, 0229
NEI 0149, 0152, 0155
Neufunk 0154, 0155
New Tech 0142, 0149, 0154,
0155, 0229
New World 0143
Nicamagic 0141, 0228
Nikkai 0140, 0141, 0143,
0149, 0152, 0154, 0155, 0228,
0229
Nobliko 0132, 0141, 0144,
0228
Nokia 0146
Nordic 0229
Nordmende 0138, 0146,
0148, 0149
Nordvision 0152
Novatronic 0155
Oceanic 0146, 0156
Okano 0125, 0150, 0155
ONCEAS 0141
Opera 0155
Orbit 0149, 0155
Orion 0142, 0149, 0152,
0154, 0155, 0194
Orline 0155
Osaki 0140, 0141, 0143,
0155, 0229
Oso 0143
Otto Versand 0139, 0141,
0147, 0149, 0151, 0152, 0155,
0229
Pael 0141, 0228
Palladium 0125, 0141, 0150,
0155, 0229
Palsonic 0229
Panama 0140, 0141, 0142,
0154, 0155, 0228, 0229
Panasonic 0123, 0146, 0155,
0158, 0164, 0214, 0217
Panavision 0155
Pathe Cinema 0125, 0133,
0141, 0156, 0228
Pausa 0142, 0154
Perdio 0155, 0228
Perfekt 0155
Philco 0125, 0132, 0138,
0155
Philharmonic 0141, 0229
Philips 0115, 0117, 0138,
0141, 0149, 0152, 0155, 0160,
0163, 0165, 0170, 0171, 0173,
0174, 0182, 0183, 0195, 0196,
0202, 0205, 0212, 0215
Phoenix 0125, 0138, 0149,
0152, 0155, 0228
Phonola 0138, 0149, 0152,
0155, 0228
Plantron 0140, 0149, 0154,
0155
Playsonic 0229
Poppy 0142, 0154
Prandoni-Prince 0132, 0145
Precision 0141, 0229
Prima 0142, 0146, 0154
Profex 0142, 0154
Profi-Tronic 0149, 0155
Proline 0149, 0155
Prosonic 0125, 0141, 0152,
0155, 0228, 0229, 0232
Protech 0140, 0141, 0142,
0144, 0149, 0152, 0229
Provision 0152, 0155
Pye 0149, 0152, 0155, 0198
Pymi 0142, 0154
Quandra Vision 0156
Quelle 0140, 0141, 0149,
0152, 0155, 0229
Questa 0147
Radialva 0155
Radio Shack 0155
Radiola 0149, 0152, 0155,
0229
Radiomarelli 0138, 0155
Radiotone 0125, 0149, 0154,
0155
Rank 0147
Recor 0155
Redstar 0155
Reflex 0155
Revox 0125, 0149, 0152,
0155
Rex 0140, 0145, 0146
RFT 0125, 0133, 0138
Rhapsody 0228
R-Line 0149, 0152, 0155
Roadstar 0140, 0142, 0143,
0154
Robotron 0138
Rowa 0228, 0229
Royal Lux 0125
RTF 0138
Saba 0138, 0146, 0148, 0153,
0157, 0159
Saisho 0140, 0141, 0142,
0154, 0229
Salora 0145, 0146
Sambers 0132, 0144
Samsung 0119, 0120, 0125,
0140, 0141, 0142, 0149, 0150,
0152, 0154, 0155, 0177, 0178,
0181, 0204, 0208, 0228, 0229
Sandra 0141, 0228, 0229
Sansui 0149, 0155
Sanyo 0125, 0133, 0141,
0147, 0154, 0187, 0228, 0229
SBR 0152, 0155
SCHAUB LORENTZ 0146
Schneider 0141, 0143, 0149,
0152, 0155, 0190, 0229
SEG 0140, 0141, 0144, 0147,
0152, 0154, 0155, 0190, 0228,
0229
SEI 0155
SEI-Sinudyne 0138, 0144,
0146
Seleco 0145, 0146, 0147
Sencora 0142, 0154
Sentra 0154
Serino 0228
Sharp 0130, 0131, 0139,
0147, 0184, 0207
Siarem 0138, 0144, 0155
Sierra 0149, 0155
Siesta 0125
Silva 0228
Silver 0147
Singer 0138, 0144, 0156
Sinudyne 0138, 0144, 0152,
0155
Skantic 0146
Skyworth 0307
Solavox 0146
Sonitron 0125, 0229
Sonoko 0140, 0141, 0142,
0149, 0152, 0154, 0155, 0229
Sonolor 0146, 0156
Sontec 0125, 0149, 0152,
0155
Sony 0116, 0118, 0142, 0147,
0161, 0168, 0172, 0185, 0188,
0197, 0201, 0211, 0225, 0227
Sound & Vision 0143, 0144
Soundwave 0149, 0152,
0155
Standard 0141, 0142, 0143,
0149, 0154, 0155, 0229
Starlight 0152
Starlite 0154, 0155
Stenway 0151
Stern 0145, 0146
Strato 0154, 0155
Stylandia 0229
Sunkai 0142
Sunstar 0154, 0155
Sunwood 0142, 0149, 0154,
0155
Superla 0141, 0228, 0229
SuperTech 0154, 0155, 0228
Supra 0142, 0154
Susumu 0143
Sutron 0142, 0154
Sydney 0141, 0228, 0229
Sysline 0152
Sytong 0228
Tandy 0139, 0141, 0143,
0146, 0229
Tashiko 0144, 0145, 0147,
0228, 0229
Tatung 0141, 0149, 0152,
0155, 0229
TCL 0308
TCM 0140, 0142
Teac 0155, 0229
Tec 0141, 0142, 0154, 0229
TEDELEX 0229
Teleavia 0148
Telecor 0155, 0229
Telefunken 0148, 0149,
0155, 0157
Telegazi 0155
Telemeister 0155
Telesonic 0155
Telestar 0155
Teletech 0142, 0152, 0154,
0155
Teleton 0141, 0229
Televideon 0228
Televiso 0156
Tensai 0142, 0143, 0149,
0154, 0155, 0229
Tesmet 0149
Tevion 0140, 0142
Texet 0141, 0154, 0228, 0229
Thomson 0121, 0122, 0141,
0148, 0149, 0153, 0155, 0157,
0159, 0210
Thorn 0152, 0155
Tokai 0149, 0155, 0229
Tokyo 0141, 0228
Tomashi 0151
Toshiba 0126, 0127, 0147,
0176, 0209, 0229
Towada 0146, 0229
Trakton 0229
Trans Continens 0155, 0229
Transtec 0228
Trident 0229
Triumph 0155
Vestel 0145, 0146, 0149,
0150, 0152, 0155, 0229
Vexa 0142, 0152, 0154, 0155
Victor 0147, 0149
VIDEOLOGIC 0228
Videologique 0141, 0143,
0228, 0229
VideoSystem 0149, 0155
Videotechnic 0228, 0229
Viewsonic 0223
Visiola 0141, 0228
Vision 0149, 0155, 0229
Vortec 0149, 0152, 0155
Voxson 0132, 0138, 0145,
0146, 0149, 0155
Waltham 0141, 0155, 0229
Watson 0149, 0152, 0155
Watt Radio 0141, 0144,
0228
Wega 0138, 0147, 0155
Wegavox 0154
Weltblick 0149, 0152, 0155,
0229
White Westinghouse 0141,
0144, 0152, 0155, 0228
Xrypton 0155
Yamishi 0155, 0229
Yokan 0155
Yoko 0125, 0140, 0141, 0142,
0143, 0149, 0152, 0154, 0155,
0228, 0229
Yorx 0143
Zanussi 0145, 0229
Pioneer 2014
AEG 2188
Aiwa 2149
Akai 2096
Akura 2186
Alba 2122, 2133, 2143
Amitech 2188
AMW 2189
Awa 2189
Bang & Olufsen 2191
Bellagio 2189
Best Buy 2185
Brainwave 2188
Brandt 2112, 2139
Bush 2122, 2143, 2177, 2184
Cambridge Audio 2180
CAT 2182, 2183
Centrum 2183
CGV 2180, 2188
Cinetec 2189
Clatronic 2184
Coby 2190
Conia 2177
Continental Edison 2189
Crown 2188
C-Tech 2181
CyberHome 2103, 2132
Daenyx 2189
Daewoo 2130, 2154, 2188,
2189
Daewoo International
2189
Dalton 2187
Dansai 2179, 2188
Daytek 2105, 2128, 2189
Dayton 2189
DEC 2184
Decca 2188
Denon 2161, 2163
Denver 2164, 2184, 2186,
2190
Denzel 2178
Diamond 2180, 2181
DK Digital 2129
Dmtech 2095
Dual 2178
DVX 2181
Easy Home 2185
Eclipse 2180
Electrohome 2188
Elin 2188
Elta 2142, 2188
Enzer 2178
Finlux 2180, 2188
Gericom 2145
Global Solutions 2181
Global Sphere 2181
Goodmans 2122, 2165, 2184
Graetz 2178
Grundig 2148
Grunkel 2188
H&B 2184
Haaz 2180, 2181
HiMAX 2185
Hitachi 2110, 2178, 2185
Innovation 2097
JVC 2119, 2136, 2152
Kansai 2190
Kennex 2188
Kenwood 2146
KeyPlug 2188
Kiiro 2188
Kingavon 2184
Kiss 2178
Koda 2184
KXD 2185
Lawson 2181
Lecson 2179
Lenco 2184, 2188
LG 2111, 2115, 2135, 2138,
2160, 2171
Life 2097
Lifetec 2097
Limit 2181
Loewe 2151
LogicLab 2181
Magnavox 2184
Majestic 2190
Marantz 2157
Marquant 2188
Matsui 2139
Mecotek 2188
Medion 2097
MiCO 2180
Micromaxx 2097
Microstar 2097
Minoka 2188
Mizuda 2184, 2185
Monyka 2178
Mustek 2101
Mx Onda 2180
Naiko 2188
Neufunk 2178
Nevir 2188
NU-TEC 2177
Onkyo 2167
Optim 2179
Optimus 2099
Orava 2184
Orbit 2189
Orion 2156
P&B 2184
Pacific 2181
Panasonic 2113, 2114, 2121,
2127, 2131, 2170
Philips 2100, 2106, 2117,
2118, 2126, 2134, 2157
Pointer 2188
Portland 2188
Powerpoint 2189
Prosonic 2190
Provision 2184
Raite 2178
RedStar 2186, 2188, 2190
Reoc 2181
Roadstar 2116, 2184
Ronin 2189
Rowa 2177
Rownsonic 2183
Saba 2112, 2139
Sabaki 2181
Saivod 2188
Samsung 2110, 2137, 2158,
2173, 2176
Sansui 2180, 2181, 2188
Sanyo 2140, 2166
ScanMagic 2101
Schaub Lorenz 2188
Schneider 2095
Scientific Labs 2181
Scott 2120, 2187
SEG 2116, 2178, 2181, 2189
Sharp 2097, 2141, 2174
Sigmatek 2185
Silva 2186
Singer 2180, 2181
Skymaster 2153, 2181
Skyworth 2186
Slim Art 2188
SM Electronic 2181
Sony 2104, 2108, 2123, 2124,
2125, 2150, 2175
Soundmaster 2181
Soundmax 2181
Spectra 2189
Standard 2181
DVD
Als bepaalde bedieningsfuncties niet mogelijk zijn met de onderstaande vooraf ingestelde codes, kunt u de bedien-
ingsfuncties wellicht uitvoeren met de vooraf ingestelde codes voor de BD, DVR (BDR, HDR).
142
Aanvullende informatie
14
 
BD
Als bepaalde bedieningsfuncties niet mogelijk zijn met de onderstaande vooraf ingestelde codes, kunt u de bedien-
ingsfuncties wellicht uitvoeren met de vooraf ingestelde codes voor de DVD, DVR (BDR, HDR).
Pioneer 2034, 2192, 2255,
2258, 2259, 2260, 2281
Denon 2310, 2311, 2312
Hitachi 2307, 2308, 2309
JVC 2290, 2291, 2293, 2294,
2295, 2296
LG 2286, 2287
Marantz 2302, 2303
Mitsubishi 2300, 2301
Onkyo 2289
Panasonic 2277, 2278, 2279
Philips 2280
Samsung 2282
Sharp 2304, 2305, 2306
Sony 2283, 2284, 2285, 2292
Toshiba 2288, 2262
Yamaha 2297, 2298, 2299
DVR (BDR, HDR)
Als bepaalde bedieningsfuncties niet mogelijk zijn met de onderstaande vooraf ingestelde codes, kunt u de bedien-
ingsfuncties wellicht uitvoeren met de vooraf ingestelde codes voor de DVD, BD.
Pioneer 2078, 2099, 2107,
2109, 2144, 2157, 2193, 2194,
2195, 2196, 2258, 2259, 2260,
2261, 2264, 2265, 2266, 2270
Panasonic 2263, 2269
Sharp 2267, 2275
Sony 2268, 2271, 2272, 2273,
2276
Toshiba 2274
VIDEORECORDER
Pioneer 1053, 1108
Adyson 1050
Aiwa 1033, 1034, 1035
Akai 1034
Akiba 1040, 1050
Akura 1034, 1040, 1050
Alba 1035, 1036, 1037, 1040,
1050, 1051
Ambassador 1037
Amstrad 1033, 1050, 1051
Anitech 1040, 1050
ASA 1038, 1039
Asuka 1033, 1038, 1039,
1040, 1050
Audiosonic 1051
Baird 1033, 1034, 1036, 1051
Bang & Olufsen 1052
Basic Line 1035, 1036, 1037,
1040, 1050, 1051
Baur 1039
Bestar 1036, 1037, 1051
Black Panther Line 1036,
1051
Blaupunkt 1039
Bondstec 1037, 1050
Bush 1035, 1036, 1040, 1050,
1051
Cathay 1051
Catron 1037
CGE 1033, 1034
Cimline 1035, 1040, 1050
Clatronic 1037, 1050
Condor 1036, 1037, 1051
Crown 1036, 1037, 1040,
1050, 1051
Daewoo 1036, 1037, 1051
Dansai 1040, 1050, 1051
Dantax 1035
Daytron 1036, 1051
De Graaf 1039
Decca 1033, 1034, 1039
Denko 1050
Dual 1034, 1051, 1060
Dumont 1033, 1039
Elbe 1051
Elcatech 1050
Elsay 1050
Elta 1040, 1050, 1051
Emerson 1050
ESC 1036, 1051
Etzuko 1040, 1050
Ferguson 1034
Fidelity 1033, 1050
Finlandia 1039
Finlux 1033, 1034, 1039
Firstline 1035, 1038, 1040,
1050
Flint 1035
Formenti/Phoenix 1039
Frontech 1037
Fujitsu 1033
Funai 1033
Galaxy 1033
GBC 1037, 1040
GEC 1039
Geloso 1040
General 1037
General Technic 1035
GoldHand 1040, 1050
Goldstar 1033, 1048
Goodmans 1033, 1036,
1037, 1038, 1040, 1050, 1051
Graetz 1034
Granada 1039
Grandin 1033, 1036, 1037,
1038, 1040, 1050, 1051
Grundig 1039, 1040
Hanseatic 1038, 1039, 1051
Harwood 1050
HCM 1040, 1050
Hinari 1035, 1040, 1050,
1051
Hisawa 1035
Hitachi 1033, 1034, 1039,
1045
Hypson 1035, 1040, 1050,
1051
Impego 1037
Imperial 1033
Inno Hit 1036, 1037, 1039,
1040, 1050, 1051
Innovation 1035
CD
Pioneer 5000, 5011, 5062,
5063, 5064, 5067, 5068, 5070,
5071, 5072, 5073, 5074, 5075
AKAI 5043
Asuka 5045
Denon 5019
Fisher 5048
Goldstar 5040
Hitachi 5042
Kenwood 5020, 5021, 5031
Luxman 5049
Marantz 5033
Onkyo 5017, 5018, 5030,
5050
Panasonic 5036
Philips 5022, 5032, 5044
RCA 5013, 5029
Roadstar 5052
Sharp 5051
Sony 5012, 5023, 5026, 5027,
5028, 5039
TEAC 5015, 5016, 5034, 5035,
5037
Technics 5041
Victor 5014
Yamaha 5024, 5025, 5038,
5046, 5047
Supervision 2181
Synn 2181
Tatung 2130, 2188
TCM 2097
Teac 2162, 2177, 2181
Tec 2186
Technika 2188
Telefunken 2183
Tensai 2188
Tevion 2097, 2181, 2187
Thomson 2098, 2112, 2155,
2159
Tokai 2178, 2186
Toshiba 2102, 2156, 2168,
2169, 2172
TRANScontinents 2189
Trio 2188
TruVision 2185
Wharfedale 2180, 2181
Xbox 2098
Xlogic 2181, 2188
XMS 2188
Yamada 2189
Yamaha 2106
Yamakawa 2178, 2189
Yukai 2101, 2147
Interbuy 1038, 1050
Interfunk 1039
Intervision 1033, 1051
Irradio 1038, 1040, 1050
ITT 1034
ITV 1036, 1038, 1051
JVC 1034, 1046
Kaisui 1040, 1050
Karcher 1039
Kendo 1035, 1036, 1037,
1050
Korpel 1040, 1050
Kyoto 1050
Lenco 1036
Leyco 1040, 1050
LG 1033, 1038, 1049
Lifetec 1035
Loewe Opta 1038, 1039
Logik 1040, 1050
Lumatron 1036, 1051
Luxor 1050
M Electronic 1033
Manesth 1040, 1050
Marantz 1039
Mark 1051
Matsui 1035, 1038
Matsushita 1033, 1039
Mediator 1039
Medion 1035
Memorex 1033, 1038
Memphis 1040, 1050
Micromaxx 1035
Microstar 1035
Migros 1033
Multitech 1033, 1037, 1039,
1040, 1050
Murphy 1033
NEC 1034
Neckermann 1034, 1039
NEI 1039
Nesco 1040, 1050
Nikkai 1037, 1050, 1051
Nokia 1034, 1051
Nordmende 1034
Oceanic 1033, 1034
Okano 1035, 1050, 1051
Orion 1035
Orson 1033
Osaki 1033, 1038, 1040, 1050
Otto Versand 1039
Palladium 1034, 1038, 1040,
1050
Panasonic 1043
Pathe Marconi 1034
Perdio 1033
Philco 1050
Philips 1039, 1045, 1052
Phonola 1039
Portland 1036, 1037, 1051
Prinz 1033
Profex 1040
Proline 1033
Prosonic 1035, 1051
Pye 1039
Quelle 1033, 1039
Radialva 1050
Radiola 1039
Rex 1034
RFT 1037, 1039, 1050
Roadstar 1036, 1038, 1040,
1050, 1051
Royal 1050
Saba 1034
Saisho 1035, 1040
Samsung 1041
Samurai 1037, 1050
Sansui 1034
Saville 1051
SBR 1039
Schaub Lorenz 1033, 1034
Schneider 1033, 1035, 1036,
1037, 1038, 1039, 1040, 1050,
1051
SEG 1040, 1050, 1051
SEI-Sinudyne 1039
Seleco 1034
Sentra 1037, 1050
Sentron 1040, 1050
Sharp 1042
Shintom 1040, 1050
Shivaki 1038
Siemens 1038
Silva 1038
Silver 1051
Sinudyne 1039
Solavox 1037
Sonneclair 1050
Sonoko 1036, 1051
Sontec 1038
Sony 1044
Standard 1036, 1051
Stern 1051
Sunkai 1035
Sunstar 1033
Suntronic 1033
Sunwood 1040, 1050
Symphonic 1050
Taisho 1035
Tandberg 1051
Tashiko 1033
Tatung 1033, 1034, 1039
TCM 1035
Teac 1051
Tec 1037, 1050, 1051
Teleavia 1034
Telefunken 1034
Teletech 1050, 1051
Tenosal 1040, 1050
Tensai 1033, 1038, 1040,
1050
Tevion 1035
Thomson 1034, 1048
Thorn 1034
Tokai 1038, 1040, 1050
Tonsai 1040
Toshiba 1034, 1039, 1047
Towada 1040, 1050
Towika 1040, 1050
TVA 1037
Uher 1038
Ultravox 1051
United Quick Star 1036,
1051
Universum 1033, 1038, 1039
Videon 1035
Weltblick 1038
Yamishi 1040, 1050
Yokan 1040, 1050
Yoko 1037, 1038, 1040, 1050
143
Aanvullende informatie
14
 
Satelliet-settopbox
Pioneer 6220, 6219, 6204
@sat 6251
@Sky 6238
ABsat 6180
Acoustic Solutions 6217
ADB 6174
Akai 6214
Akura 6228
Alba 6176, 6200, 6180, 6217
Allsat 6214
Alltech 6180
Allvision 6252, 6238, 6199
Amitronica 6180
Ampere 6256, 6261
Amstrad 6202, 6243, 6256,
6261, 6236, 6180
Anglo 6180
Ankaro 6180
Ansonic 6245
Anttron 6200
Apollo 6176
Apro 6232
Arcon 6192
Arcus 6193
Armstrong 6214
Arnion 6251
ASA 6230
Asat 6214
ASCI 6213, 6238
ASLF 6180
AssCom 6220
Astra 6255, 6180
Astratec 6268, 6269
Astrell 6202
Astro 6177, 6236, 6255,
6200, 6246, 6215, 6222, 6243
Atlanta 6245
Atsat 6251
AtSky 6238
Audioline 6232
Audioton 6200
Austar 6174
Avalon 6261
Axil 6244, 6186, 6245
Axis 6267
Axitronic 6228
B.net 6232
B@ytronic 6230, 6199
Balmet 6186
Beko 6176
Belson 6245
Big Sat 6186
Black Diamond 6217
Blaupunkt 6177
Blue Sky 6180
Boca 6256, 6180, 6252, 6185,
6257, 6237, 6187, 6188
Bodner & Mann 6194
Boshmann 6244, 6247
Boston 6227
Brainwave 6232, 6231
British Sky Broadcasting
6210
Broco 6180
BskyB 6210
BT 6195
Bubu Sat 6180
Bush 6254, 6217, 6264, 6228,
6190, 6232, 6268, 6201, 6265,
6182
Cambridge 6236
Canal Digital 6220
Canal Satellite 6220, 6219,
6278, 6277
Canal+ 6220, 6277
CGV 6244, 6183
Cherokee 6194
Chess 6213, 6180, 6238, 6228
CityCom 6229, 6255, 6179,
6192, 6241, 6252
Clark 6200
Classic 6232
Clatronic 6244
Clayton 6228
Clemens Kamphus 6261
Cobra 6261
Colombia 6256
Columbia 6256
Comag 6256, 6252, 6185,
6199, 6244, 6257, 6237, 6189,
6187, 6188
Comsat 6244
Condor 6255, 6253
Connexions 6261
Conrad 6256, 6236, 6207,
6255
Coship 6186, 6232
Crown 6217
Cryptovision 6176
CS 6247
Cyfrowy Polsat 6220
Cyrus 6214
D-box 6275
Daewoo 6267, 6180, 6195,
6268, 6182
Dantax 6228
Deltasat 6192
Denver 6245
Digatron 6231
Digenius 6229, 6226
Digiality 6255, 6238
Digifusion 6268, 6269
Digihome 6217, 6265, 6218
DigiLogic 6217
DigiQuest 6251, 6186, 6247
DigiSat 6252
Digisky 6186
Digital 6187
Digital Vision 6269
DigitalBox 6222, 6247
Dijam 6195
DirecTV 6263
Discovery 6194
Distratel 6202, 6250
DMT 6192
DNT 6214, 6261
Doro 6232
Dual 6252
Durabrand 6217, 6218
Echolink 6185
Echostar 6220, 6233, 6261,
6176, 6180, 6181, 6239
Edision 6247
Einhell 6256, 6236, 6180
Elap 6180, 6244, 6183
Elbe 6245
Elless 6230
Elsat 6180
Elta 6214
eMTech 6196
Energy Sistem 6247
Engel 6180, 6227
EP Sat 6176
Eurieult 6202
Eurocrypt 6176
EuroLine 6227
Europa 6236, 6255
Europhon 6256, 6229, 6255
Eurosat 6189
Eurosky 6256, 6213, 6229,
6236, 6255, 6230
Eurostar 6255, 6179
Eutelsat 6180
Eutra 6230
Evesham 6218
Exator 6200
Fagor 6203
Fenner 6180
Ferguson 6176, 6264, 6268,
6269
Fidelity 6236
Finlandia 6176
Finlux 6176, 6207, 6228
FinnSat 6230
Flair Mate 6180
Fly Com 6186
FMD 6213, 6244, 6186
Freecom 6236
FTEmaximal 6180, 6189
Fuba 6177, 6229, 6261, 6207,
6226, 6196
Galaxis 6220, 6267
Gardiner 6179
Garnet 6192
GbSAT 6196
Gecco 6246, 6199
General Satellite 6241
Globo 6230, 6227, 6238,
6199, 6257
GOD Digital 6214
Gold Box 6220, 6219
Gold Vision 6247
Golden Interstar 6250
Goodmans 6176, 6254,
6217, 6264, 6271, 6218, 6201,
6190
Gran Prix 6230
Granada 6176
Grandin 6228
Grocos 6239, 6186
Grundig 6220, 6177, 6217,
6264, 6232, 6218, 6201, 6190
Haensel & Gretel 6256
Haier 6245
Hama 6183
Hanseatic 6215, 6222
Hauppauge 6231, 6232
HB 6196
Heliocom 6255
Helium 6255
Hiro 6189
Hirschmann 6267, 6177,
6229, 6261, 6236, 6207, 6255,
6230, 6252, 6199, 6189
Hitachi 6176, 6217, 6218
HNE 6256
Hornet 6251
Houston 6261
Humax 6241, 6268, 6242
Huth 6256, 6255, 6192, 6193
Hyundai 6192
ID
Digital 6241
ILLUSION sat 6247
Imperial 6222, 6216, 6223,
6238, 6232
Ingelen 6213, 6261
Inno Hit 6228
International 6256
Interstar 6196
Intervision 6255
Inves 6268
iotronic 6244
ITT Nokia 6176, 6207
Jaeger 6238
K-SAT 6180
Kamm 6180
Kaon 6251
KaTelco 6267
Kathrein 6177, 6214, 6213,
6262, 6200, 6180, 6179, 6272,
6183
Kendo 6252
Kenwood 6220
Key West 6256
Kiton 6213
KR 6200
Kreiling 6213, 6194, 6228
Kreiselmeyer 6177
Kyostar 6200
L&S Electronic 6256, 6238
Labgear 6195
LaSAT 6177, 6256, 6229,
6255, 6230
Leiko 6228
Lemon 6238
Lenco 6255, 6180
Lenson 6236
LG 6192
Lifesat 6256, 6229, 6180
Listo 6228
Lodos 6217
Logik 6217
Logix 6192
Lorenzen 6256, 6229, 6255,
6226, 6231, 6257, 6237
Luxor 6236, 6207, 6265
M Electronic 6179
Manata 6256, 6180
Manhattan 6176, 6251
Marantz 6214
Maspro 6177, 6180
Matsui 6177, 6217, 6271,
6228, 6268, 6269
Max 6255
Maximum 6192, 6238
Mediabox 6220, 6219
Mediacom 6198
MediaSat 6220, 6219, 6236,
6278, 6277
Medion 6256, 6229, 6180,
6230, 6192, 6252, 6238, 6199,
6228
Medison 6180
Mega 6214
MegaSat 6189
Metronic 6256, 6200, 6180,
6179, 6202, 6250, 6238, 6244
Metz 6177
Micro 6236, 6255, 6200,
6180, 6231
Micro Elektronic 6180
Micro Technology 6180
Micromaxx 6229
Microstar 6229, 6192, 6226
Microtec 6180
Mitsubishi 6176
Morgan’s 6214, 6256, 6180,
6252, 6199
Multibroadcast 6174
Multichoice 6174
Myryad 6214
Mysat 6180
MySky 6212, 6211
NEOTION 6238
Netsat 6263
Neuhaus 6236, 6255, 6180
Neuling 6256, 6252, 6257,
6188
Neusat 6180
Neveling 6226
Newton 6261
NextWave 6193
Nichimen 6254
Nikko 6214, 6180
Noda Electronic 6202
Nokia 6220, 6176, 6207, 6206
Nordmende 6176
Octagon 6200
OctalTV 6231
Onn 6217, 6218
Opentel 6252, 6199
Optex 6213, 6180, 6250,
6244, 6203, 6228
Orbis 6252, 6238, 6199
Orbitech 6213, 6236, 6215,
6222, 6216, 6223
P/Sat 6252
Pace 6220, 6214, 6176, 6181,
6273, 6212, 6211
Pacific 6217
Packard Bell 6267
Palcom 6229, 6226, 6239
Palladium 6261, 6236
Palsat 6236
Panasonic 6176, 6178
Panda 6177, 6176, 6255
Pansat 6191
Pass 6183
Patriot 6256
peeKTon 6186, 6245
Philips 6220, 6177, 6214,
6275, 6219, 6277, 6268, 6232,
6179, 6200, 6176, 6263
Phoenix 6245
Phonotrend 6233
Pilotime 6278
Pino 6238
Pixx 6191
Planet 6261
PMB 6180, 6203
Polytron 6261
Portland 6195
Preisner 6256, 6261, 6243,
6185
Premier 6219
Primacom 6267
Pro Basic 6220, 6184
Proline 6217
Promax 6176
Proscan 6234
Quelle 6229, 6255
Radiola 6214
Radix 6261, 6243
Rainbow 6200
RCA 6234
Rebox 6196
Regal 6227
RFT 6214
Roadstar 6220, 6180
Rollmaster 6244
Rover 6180
Rownsonic 6183
SAB 6227, 6251
Saba 6255, 6230, 6202, 6184
Sabre 6176
Sagem 6275, 6258, 6277
Saivod 6245
Salora 6252
Samsung 6220, 6198, 6197,
6273, 6253
Sanyo 6228
SAT 6236
Sat Control 6251
Sat Partner 6236, 6200
Sat Team 6180
SAT+ 6239
Satcom 6255
Satec 6180
Satelco 6252
Satplus 6222
SatyCon 6247
Schaecke 6200
Schaub Lorenz 6196, 6245
Schneider 6198, 6227
Schwaiger 6267, 6256, 6262,
6255, 6230, 6202, 6192, 6238,
6199, 6186, 6257, 6247, 6232,
6187, 6188
Scientific Atlanta 6209
SCS 6229, 6230
Sedea Electronique 6256,
6213, 6198, 6250, 6228
Seemann 6261
SEG 6213, 6192, 6227, 6217,
6228
Septimo 6202
Serd 6199
Servimat 6203
ServiSat 6180, 6227
Shark 6247
Sharp 6265, 6218
Siemens 6177, 6261, 6238
Sigmatek 6245
Silva 6229
SilverCrest 6187
Skantin 6180
SKR 6180
SKT 6256
SKY 6263, 6210, 6212, 6211
SKY Italia 6220, 6212
Sky XL 6227, 6199
Skymaster 6233, 6180, 6192,
6238, 6239, 6183, 6203, 6184
Skymax 6214, 6244
Skypex 6230
Skyplus 6230, 6252, 6238,
6199
SkySat 6213, 6236, 6255,
6180
Skyvision 6238
SL 6256, 6229, 6230, 6231,
6257, 6232
SM Electronic 6233, 6180,
6239
Smart 6256, 6261, 6180,
6243, 6252, 6246, 6244, 6257,
6247
Sm
artVision 6186
Sony 6235, 6220, 6219, 6176
SR 6256
Star Sat 6196
144
Aanvullende informatie
14
 
Starland 6180
Starlite 6214
Stream 6212
Stream System 6251
Strong 6220, 6228, 6256,
6200, 6180, 6245, 6217, 6239
Sumin 6199
Sunny 6251
Sunsat 6180
Sunstar 6174, 6256
SuperMax 6193
Supratech 6244
Systec 6238
Tantec 6176
Targa 6191
Tatung 6176
TBoston 6227, 6245
Tecatel 6233
Technical 6228
Technika 6217, 6232, 6218
TechniSat 6213, 6261, 6176,
6236, 6215, 6222, 6216, 6223
Technomate 6250
Technosat 6193
Technosonic 6254, 6232
Technotrend 6232
Technowelt 6256, 6255
Techwood 6213, 6217, 6228,
6218
Telasat 6255
TELE System 6261, 6227,
6239, 6203
Teleciel 6200
Teleka 6261, 6236, 6255,
6200
Telesat 6255
Telestar 6213, 6236, 6215,
6222, 6216, 6223, 6227, 6238,
6228, 6232
Teletech 6213
Televes 6256, 6176, 6236,
6196, 6251, 6238, 6257
Telewire 6252
Tempo 6193
Tevion 6254, 6180, 6239,
6232, 6184
Thomson 6220, 6219, 6180,
6255, 6176, 6265, 6277, 6234,
6264, 6210, 6212
Thorn 6176
Tiny 6232
Tioko 6256
Titan 6189, 6184
TNT SAT 6258
Tokai 6214
Tonna 6176, 6236, 6180,
6203
Topfield 6198
Toshiba 6176, 6217
Trevi 6227
Triasat 6236
Triax 6220, 6214, 6256, 6189,
6253, 6228, 6203, 6261, 6213,
6257, 6244, 6195, 6264, 6227,
6243, 6180, 6236
Turnsat 6180
Twinner 6180, 6203
Unisat 6214, 6256
United 6227
Univers 6189
Universum 6177, 6213,
6229, 6255, 6230, 6215, 6227
Van Hunen 6226
Variosat 6177
VEA 6245
Ventana 6214
Vestel 6213, 6227, 6217,
6218
VH Sat 6229
Viasat 6273
Viola Digital 6232
Vision 6228, 6189
Visionic 6250
Visiosat 6213, 6254, 6180,
6244, 6186, 6191
Vitecom 6244
Volcasat 6245
VTech 6179
Wetekom 6236
Wewa 6176
Wharfedale 6217, 6265,
6218
Wisi 6177, 6256, 6229, 6261,
6176, 6236, 6255, 6230, 6252,
6199
Worldsat 6213, 6196, 6227,
6194
WorthIt! 6190
Woxter 6245
Xoro 6191
Xsat 6180, 6196, 6181
Xtreme 6251
Yakumo 6244
ZapMaster 6230
Zehnder 6213, 6262, 6179,
6192, 6252, 6227, 6238, 6199,
6244, 6247, 6249
Zeta Technology 6214
Zodiac 6261, 6200
Satelliet-settopbox (SAT/PVR combinatie)
@sat 6251
Allvision 6199
Atsat 6251
B@ytronic 6230, 6199
Boca 6187
BskyB 6210
Bush 6254
Canal Satellite 6278
Comag 6199, 6187
Daewoo 6182
Digifusion 6269
Digihome 6218
DigiQuest 6251
Digital 6187
DMT 6192
Edision 6247
eMTech 6196
GbSAT 6196
Gecco 6199
Globo 6199
Goodmans 6254, 6218
Hirschmann 6230, 6199
Humax 6241, 6242
Huth 6192
Hyundai 6192
Kathrein 6272
LaSAT 6230
LG 6192
Luxor 6265
Maximum 6238
Mediacom 6198
MediaSat 6277
Medion 6230, 6199
Microstar 6192
Morgan’s 6199
MySky 6212, 6211
NEOTION 6238
Nichimen 6254
Nokia 6206
Opentel 6199
Orbis 6199
Pace 6273, 6211
Panasonic 6178
Philips 6263, 6277
Pilotime 6278
Pixx 6191
Proscan 6234
Rebox 6196
Sagem 6258
Samsung 6198, 6197, 6273
Sat Control 6251
Schneider 6198
Schwaiger 6230, 6192, 6199,
6187
Sedea Electronique 6198
Serd 6199
Sharp 6218
SilverCrest 6187
SKY 6210, 6212, 6211
SKY Italia 6212
Sky XL 6199
Skymaster 6192
Skypex 6230
Skyplus 6230, 6238, 6199
Stream System 6251
Sumin 6199
Sunny 6251
Targa 6191
TechniSat 6216, 6223
Technosonic 6254
Telestar 6216, 6223
Thomson 6210, 6265
TNT SAT 6258
Topfield 6198
Viasat 6273
Visiosat 6254, 6191
Wisi 6230
Xoro 6191
Xtreme 6251
Zehnder 6192, 6199, 6249
Kabel-settopbox
Pioneer 6205, 6325, 6328,
6329
ABC 6266
ADB 6175
Auna 6175
Austar 6276
Bell & Howell 6266
Birmingham Cable
Communications 6276
Cablecom 6270
Fosgate 6276
France Telecom 6260
Freebox 6274
General Instrument 6276,
6266
Humax 6224, 6248
Jerrold 6276, 6266
Kabel Deutschland 6224
Macab 6260
Madritel 6175
Magnavox 6266
Memorex 6240
Motorola 6276
Nokia 6208
Noos 6260
NTL 6276, 6221
Optus 6276
Orange 6260
Pace 6221
Panasonic 6240
Paragon 6240
Philips 6260, 6270
Pulsar 6240
Runco 6240
Sagem 6260
Salora 6240
Samsung 6221, 6240
Scientific Atlanta 6225
StarHub 6276
Supercable 6276
Telewest 6225
Thomson 6270, 6224
Toshiba 6240
UPC 6270
US Electronics 6276
Virgin Media 6225, 6221
Visiopass 6260
Zenith 6240
Ziggo 6208
Kabel-settopbox (Kabel/PVR-combinatie)
Freebox 6274
Humax 6248, 6224
Nokia 6208
Scientific Atlanta 6225
Telewest 6225
Thomson 6270
UPC 6270
Virgin Media 6225
CD-R
Pioneer 5001, 5053, 5071
Philips 5054
Yamaha 5055
Cassettedeck
Pioneer 5058, 5059
Laserdisc-speler
Pioneer 5002, 5003, 5004, 5005, 5006, 5007, 5008, 5009, 5010
Digitaal tapedeck
Pioneer 5057
Netwerk Audio Player
Pioneer 5063
MD
Pioneer 5056
Spelconsole
X-Box 2313
AV Receiver
Pioneer 5096 (ID 1), 5097 (ID 2), 5098 (ID 3), 5099 (ID 4),
<ARC8360-B>
PIONEER HOME ELECTRONICS CORPORATION
1-1, Shin-ogura, Saiwai-ku, Kawasaki-shi, Kanagawa 212-0031, Japan
PIONEER ELECTRONICS (USA) INC.
P. O. BOX 1540, Long Beach, California 90801-1540, U.S.A. TEL: (800) 421-1404
PIONEER ELECTRONICS OF CANADA, INC.
340 Ferrier Street, Unit 2, Markham, Ontario L3R 2Z5, Canada TEL: 1-877-283-5901, 905-479-4411
PIONEER EUROPE NV
Haven 1087, Keetberglaan 1, B-9120 Melsele, Belgium TEL: 03/570.05.11
PIONEER ELECTRONICS ASIACENTRE PTE. LTD.
253 Alexandra Road, #04-01, Singapore 159936 TEL: 65-6472-7555
PIONEER ELECTRONICS AUSTRALIA PTY. LTD.
5 Arco Lane, Heatherton, Victoria, 3202, Australia, TEL: (03) 9586-6300
PIONEER ELECTRONICS DE MEXICO S.A. DE C.V.
Blvd.Manuel Avila Camacho 138 10 piso Col.Lomas de Chapultepec, Mexico, D.F. 11000 TEL: 55-9178-4270
K002_B3_En
© 2014 PIONEER HOME ELECTRONICS CORPORATION.
Alle rechten voorbehouden.
http://www.pioneer.nl http://www.pioneer.be
http://www.pioneer.eu
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145

Pioneer SC-LX58-S Handleiding

Categorie
AV-ontvangers
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor