• Zorg er voordat er bedrading wordt aan-
gelegd voor dat de hoofdterminal van het
apparaat niet onder stroom staat.
• Zorg ervoor dat het apparaat correct is
geïnstalleerd. Loszittende en onvakkun-
dig aangebrachte stekkerverbindingen
kunnen oververhitting van de aansluiting
veroorzaken.
• Zorg ervoor dat er een schokbescher-
ming wordt geïnstalleerd.
• Laat de elektrische verbindingen het ap-
paraat of de pannen niet aanraken als u
het apparaat aansluit op het stopcontact.
• Voorkom dat elektrische verbindingen
verstrikt raken.
• Belast het snoer niet extra door eraan te
trekken.
• Gebruik de juiste stroomkabel.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet
beschadigt. Neem contact op met de
service-afdeling of een elektromonteur
om een beschadigde hoofdkabel te ver-
vangen.
• De elektrische installatie moet een isola-
tieapparaat bevatten waardoor het appa-
raat volledig van het lichtnet afgesloten
kan worden. Het isolatieapparaat moet
een contactopening hebben met een mi-
nimale breedte van 3 mm.
• Gebruik alleen de juiste isolatie-appara-
ten: stroomonderbrekers, zekeringen
(schroefzekeringen moeten uit de houder
worden verwijderd), aardlekschakelaars
en contactgevers.
Gebruik
Waarschuwing! Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische schokken
• Gebruik dit apparaat in een huishoudelij-
ke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag niet
worden veranderd.
• Bedien het apparaat niet met een externe
timer of een apart afstandbedieningssys-
teem.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet
onbeheerd achter.
• Bedien het apparaat niet met natte han-
den of als het contact maakt met water.
• Leg geen bestek of deksels van steelpan-
nen op de kookzones. Deze kunnen heet
worden.
• Zet de kookzone op "uit" na elk gebruik.
Vertrouw niet alleen op de pandetector.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt
als werkblad of aanrecht.
• Als er een scheur in het oppervlak zit,
trek dan de stekker uit het stopcontact
om elektrische schokken te voorkomen.
• Gebruikers met een pacemaker moeten
een afstand van minimaal 30 cm bewa-
ren van de inductiekookzones als het ap-
paraat in werking is.
Waarschuwing! Brand- of
explosiegevaar.
• Verhitte vetten en olie kunnen ontvlamba-
re damp afgeven. Houd vlammen of ver-
warmde voorwerpen uit de buurt van vet
en olie als u er mee kookt.
• De dampen die hete olie afgeeft kunnen
spontane ontbranding veroorzaken.
• Gebruikte olie die voedselresten bevat
kan brand veroorzaken bij een lagere
temperatuur dan olie die voor de eerste
keer wordt gebruikt.
• Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
• Probeer niet om een brand te blussen
met water. Haal het apparaat uit het
stopcontact en dek de vlammen af met
een deksel of blusdeken.
Waarschuwing! Risico op schade aan
het apparaat.
• Zet geen hete pannen op het bedienings-
paneel.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Laat geen voorwerpen of kookgerei op
het apparaat vallen. Het oppervlak kan
beschadigen.
• Activeer de kookzones niet met lege pan-
nen of zonder pannen erop.
• Geen aluminiumfolie op het apparaat leg-
gen.
• Pannen van gietijzer, aluminium of met
beschadigde bodems kunnen krassen
veroorzaken in het glaskeramiek. Til deze
voorwerpen altijd op als u ze moet ver-
plaatsen op het kookoppervlak.
progress 3