Brandt MM620BE1 de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

37
Geachte klant,
U hebt een magnetron van BRANDT aangeschaft. Wij willen u hier
graag voor bedanken.
Wij hebben bij het ontwerpen van dit apparaat gebruik gemaakt van
onze passie en onze knowhow om zo goed mogelijk aan uw wensen
te voldoen. Wij hebben het zo ontworpen dat het ook altijd eenvoudig
is te gebruiken; innovatief en hoge prestaties leverend.
In het gamma van BRANDT producten vindt u ook een ruime keuze
aan ovens, kookplaten, afzuigdampkappen, fornuizen, vaatwassers,
wasmachine, droogtrommel, koelkasten en diepvriezers, die u kunt
afstemmen op uw nieuwe magnetron van BRANDT.
Kijk ook op onze site www.brandt.com, daar vindt u al onze produc-
ten en nuttige en aanvullende informatie.
BRANDT
Wij streven voortdurend naar verbetering van onze producten. Daarom
behouden we ons het recht voor om aan de technische, functionele of esthe-
tische kenmerken van onze producten wijzigingen aan te brengen die in ver-
band staan met technische ontwikkelingen.
Belangrijk: Vóór installatie en gebruik van uw apparaat deze installatie-
en gebruiksgids aandachtig lezen. U zult snel gewend raken aan de
werking.
NL
37
DE
51
NL
38
INHOUD
1/BESTEMD VOOR DE GEBRUIKER
• Veiligheidsaanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
• Functioneringsprincipe . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
• Milieubescherming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
2/INSTALLATIE VAN HET APPARAAT
• Voor de aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
• Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
3/BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
• Het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
• De oventoebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
• De bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
4/GEBRUIK VAN HET APPARAAT
• Gebruik van vermogenniveaus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
• Het ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
• Handleiding voor het ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Tabellen magnetron . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
5/ONDERHOUD EN REINIGING VAN HET APPARAAT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
6/BIJ PROBLEMEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
7/KEURINGSTEST . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Belangrijk:
Bewaar deze gebruiksaanwijzing in de
nabijheid van het apparaat. Indien het appa-
raat aan een ander persoon wordt verkocht
of gegeven, dient u de gebruiksaanwijzing
hierbij niet te vergeten. Wij vragen u kennis
te nemen van de aanwijzingen alvorens het
apparaat te installeren en te gebruiken. Zij
zijn voor uw veiligheid en die van anderen
opgesteld.
Het apparaat is uitsluitend bestemd voor huis-
houdelijk gebruik, voor het koken en bakken,
het opwarmen of ontdooien van voedingsmid-
delen. De fabrikant is niet aansprakelijk in
geval van onjuist gebruik.
Controleer of het keukengerei geschikt is
voor gebruik in een magnetronoven. Laat
geen oventoebehoren in de oven wanneer
deze niet werkt.
Om het apparaat niet te beschadigen dient u
het nooit leeg of zonder draaiplateau te laat
werken.
Kom niet aan de slotopening aan de voorkant:
dit zou tot beschadiging en dus reparatie van
het apparaat kunnen leiden.
U dient de afdichting en de lijst van de deur
regelmatig na te kijken om u ervan te verze-
keren dat zij niet beschadigd zijn. Indien deze
zones beschadigd zijn dient u het apparaat
niet langer te gebruiken en het te laten con-
troleren door een vakman.
Houd bij het opwarmen van voedingsmidde-
len in plastic of papieren verpakkingen, de
magnetronoven in de gaten vanwege eventu-
eel brandgevaar.
Bij de microgolven en microgolven + hete
lucht functie wordt het afgeraden om metalen
bakjes, vorken, lepels, messen alsmede
metalen strippen en nietjes voor diepvries-
zakjes te gebruiken.
De inhoud van zuigflessen en potjesvoeding
voor baby's moet eerst worden geschud of
geroerd en de temperatuur moet voor con-
sumptie worden gecontroleerd om verbran-
ding te voorkomen.
Verwarm een zuigfles nooit met de speen
erop (explosiegevaar).
Laat kinderen de magnetronoven nooit
gebruiken zonder toezicht behalve als hier-
voor aangepaste instructies zijn gegeven
zodat zij de magnetronoven op veilige wijze
kunnen gebruiken en de gevaren van ver-
keerd gebruik kunnen begrijpen.
Gebruik altijd ovenwanten wanneer u schalen
uit de magnetronoven haalt. Sommige scha-
len absorberen de warmte van de gerechten
en zijn dus heet.
Vloeistoffen en andere voedingsmiddelen
moeten niet worden opgewarmd in afgeslo-
ten schalen vanwege het explosiegevaar.
Het wordt afgeraden om eieren in de schaal
en hele harde eieren in een magnetronoven te
verwarmen omdat deze uit elkaar kunnen
spatten, zelfs na het koken.
Het opwarmen van dranken in de magnetron-
oven kan het plotseling opspuiten van de
kokende vloeistof veroorzaken. Wees voor-
zichtig bij het uit de magnetronoven halen.
Wanneer u kleine hoeveelheden opwarmt
(een worstje, een croissant, enz...) zet er dan
een glas water naast.
Wanneer het te lang in de magnetronoven
blijft kan het voedingsmiddel uitdrogen en
verbranden. Om dit soort incidenten te ver-
mijden dient u nooit dezelfde tijd te gebruiken
die voor een traditionele oven wordt voorge-
schreven.
Bij rook de magnetronoven stopzetten of de
stekker uit het stopcontact halen en de deur
dicht laten opdat eventuele vlammen worden
gedoofd.
NL
1/BESTEMD VOOR DE GEBRUIKER
39
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
NL 1/BESTEMD VOOR DE GEBRUIKER
40
De microgolven die voor het koken worden
gebruikt zijn elektromagnetische golven.
Deze zijn aanwezig in ons dagelijks leven,
zoals radiogolven, licht of infraroodstraling.
Hun frequentie bevindt zich in de 2450 MHz
band.
Kenmerken:
Zij worden teruggekaatst door metaal.
Zij doordringen alle andere materialen.
Zij worden door watermoleculen, vet
en suiker geabsorbeerd.
Het voedingsmiddel wordt aan microgolven
blootgesteld. Deze brengen de moleculen in
beweging wat verwarming veroorzaakt.
De golven komen tot ongeveer 2,5 cm in het
voedingsmiddel. Indien het voedingsmiddel
dikker is wordt het doorbakken door gelei-
ding, zoals bij traditioneel koken.
Het is goed om te weten dat microgolven
alleen een thermisch (opwarmend) effect heb-
ben op het voedingsmiddel en dat dit niet
schadelijk is voor de gezondheid.
Het verpakkingsmateriaal van dit apparaat is
recyclebaar. Doe mee aan de recycling en
draag bij aan de bescherming van het milieu
door dit materiaal in de hiervoor bestemde
gemeentecontainers te deponeren.
Uw apparaat bevat tevens vele recy-
clebare materialen. Daarom is het
voorzien van dit logo wat aangeeft
dat de gebruikte apparaten van
ander afval dienen te worden
gescheiden. De recycling van de apparaten
die door uw fabrikant wordt georganiseerd
wordt op deze manier onder de beste
omstandigheden uitgevoerd, overeenkomstig
de Europese richtlijn 2002/96/CE betreffende
elektrisch en elektronisch afval. Informeer bij
uw gemeente of bij uw verkoper naar de
dichtstbijzijnde inzamelplaats voor uw oude
apparaten. Wij danken u voor uw bijdrage aan
de bescherming van het milieu.
Fig.01
FUNCTIONERINGSPRINCIPE MILIEUBESCHERMING
41
NL2/INSTALLATIE VAN HET APPARAAT
Let op:
Controleer of het apparaat geen scha-
de heeft ondervonden tijdens het vervoer
(deur of afdichting vervormd, enz...). Mocht u
voor het eerste gebruik schade aan het
apparaat constateren, neem dan contact op
met de verkoper.
Om de referenties van het apparaat in de
toekomst makkelijk terug te vinden raden
wij u aan deze op de pagina "Servicedienst
en Klantenrelaties" te schrijven.
Controleer of:
- het vermogen van de installatie voldoende is.
- de voedingskabels in goede staat zijn
- de diameter van de kabels overeenkomstig
de installatieregels is.
- uw installatie is uitgerust met een thermi-
sche beveiliging van 16 ampère.
Raadpleeg bij twijfel uw elektrotechnicus.
De elektrische aansluiting dient te worden uit-
gevoerd voordat het apparaat in het meubel
wordt geplaatst.
De elektrische veiligheid dient te worden ver-
zekerd door een goede inbouw. De stekker
uit het stopcontact halen bij installatie of
onderhoud van het apparaat, de zekeringen
afsluiten of verwijderen.
Het apparaat dient te worden aangesloten
met een voedingskabel (genormaliseerd) met
3 geleiders van 1,5 mm² (1 fasedraad + 1 nul-
leider + aarding) die moeten worden aange-
sloten op een elektriciteitsnet van
220-240 V
~
, monofasig via een stopcontact
1 fasedraad + 1 nulleider + genormaliseerde
aarding CEI 60083 of overeenkomstig de
installatievoorschriften. De beschermings-
draad (groen-geel) is verbonden met de aan
sluitklem van het apparaat en moet wor-
den verbonden met de aarding van de instal-
latie.
In geval van aansluiting met een aansluitstek-
ker, dient deze toegankelijk te blijven na de
installatie van het apparaat.
De nulleider van de magnetronoven (blauwe
draad) moet met de nulleider van het elektrici-
teitsnet verbonden worden.
Zorg er bij uw elektrische installatie voor dat
de schakelaar toegankelijk is voor de gebrui-
ker zodat deze het apparaat van het elektrici-
teitsnet kan afsluiten. De contactopening
dient tenminste 3 mm voor alle polen te
bedragen.
Indien de voedingskabel is beschadigd, moet
deze door de fabrikant, de servicedienst of
een ander gekwalificeerd persoon veiligheids-
halve worden vervangen.
Let op:
Onze aansprakelijkheid vervalt bij een
ongeval ten gevolge van een afwezige of
foute aarding.
Indien de magnetronoven een willekeurig
probleem vertoont trek dan de stekker uit
het stopcontact of verwijder de zekering die
overeenkomt met de aansluitingskabel van
de magnetronoven.
VOOR DE AANSLUITING
ELEKTRISCHE AANSLUITING
NL 3/BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
42
1
2
3
4
5
10
15
20
25
30
0
min
HET APPARAAT
Functiekeuzeknop
Knop Kooktijd / Starten
Stoptoets Draaiplateau
Openen magnetrondeur
Plateaudrager met wieltjes
Draaiplateau
A
B
C
D
Fig.02
A
D
C
E
F
E
F
B
NL
3/BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
43
Het draaiplateau :
Zorgt voor een gelijk-
matige bereiding van het gerecht zonder dat u
nog in de bereiding tussenbeide hoeft te
komen.
Het draaiplateau draait willekeurig in de twee
richtingen. Indien het draaiplateau niet draait,
controleert u of het aandrijfpunt en de pla-
teaudrager goed op hun plaats zitten.
Het draaiplateau kan als bakschaal worden
gebruikt.
Het draaiplateau kan worden verwijderd om
de oven makkelijker te reinigen. Om het draai-
plateau te verwijderen neemt u het plateau in
de daartoe voorziene grijpzones vast.
(Fig.03)
.
De aandrijver :
permet au plateau verre
de tourner
(Fig.05)
.
Indien u het aandrijfpunt verwijdert, dient u
erop te letten dat er geen water in de opening
van de motoras terechtkomt.
Plaats na de reiniging het aandrijfpunt, de pla-
teaudrager met wieltjes en het draaiplateau
terug in de magnetronoven.
De drager met wieltjes:
Probeer de
plateaudrager met wieltjes nooit met de hand
te laten draaien. U kan hierdoor het aandrijf-
systeem beschadigen. Indien de plateaudra-
ger niet goed draait, controleert u of er zich
geen voorwerpen onder het draaiplateau
bevinden.
DE OVENTOEBEHOREN
Fig.04
Fig.03
NL 4/GEBRUIK VAN HET APPARAAT
44
De programmatie van uw magnetronoven
gebeurt met de Functiekeuzetoets (waarmee
u het vermogen kan instellen) en de knop
Kooktijd / Starten.
Na de elektrische aansluiting van de magne-
tron gaat u als volgt tewerk :
- Open de ovendeur en plaats het gerecht in
de magnetron. Sluit de deur. Let erop dat de
deur goed gesloten is. Anders zal de
magnetron niet werken.
- Stel het vermogen met de functiekeuzeknop in.
- Stel de kooktijd met de knop Kooktijd /
Starten in .
Indien u een kooktijd van minder dan
twee minuten wil instellen, draait u de
knop Kooktijd / Starten eerst voorbij 2 minu-
ten en dan terug tot de gewenste kooktijd.
Indien u een schotel gebruikt waarbij het
draaiplateau niet mag draaien, drukt u op de
stoptoets voor het draaiplateau .
In deze stand dient u evenwel halverwege de
kooktijd de schotel te draaien of het gerecht
in de schotel te doorroeren. Vergeet na de
bereiding niet opnieuw op de stoptoets voor
het draaiplateau te drukken om deze stand te
ontgrendelen.
Sluit de magnetrondeur. Het draaiplateau
draait en de binnenverlichting van de magne-
tron gaat branden. De magnetron werkt nu.
Op het einde van de bereiding hoort u een
bieptoon. De magnetron stopt en de binnen-
verlichting gaat uit.
Wat gebeurt er indien u de magnetron-
deur vóór het einde van de bereiding
opent. Indien het gerecht reeds klaar is,
dient u de knop Kooktijd / Starten opnieuw
op 0min te zetten alvorens de magnetrondeur
opnieuw te sluiten. Indien het gerecht nog niet
klaar is, sluit u de magnetrondeur opnieuw en
de bereiding zal gewoon verdergaan. Laat
nooit een lege magnetronoven werken.
DE BEDIENING
1
2
3
4
5
10
15
20
25
30
0min
Fig.05
NL4/GEBRUIK VAN HET APPARAAT
Symbool Functie Gebruik
KOOKTIJD
Zet de functiekeuzeknop in deze stand om de kook-
tijd te kunnen instellen (zonder dat de magnetron
meteen gaat werken).
WARM HOUDEN
Om een gerecht warm te houden. Om een gerecht
op temperatuur te brengen of boter, room, kaas, ijs
of andere delicate ingrediënten te smelten.
ONTDOOIEN of
ZEER ZACHT KOKEN
Voor het ontdooien van alle types van gerechten.
Om delicate bereidingen te beëindigen of om
gerechten zeer langzaam te koken
.
SUDDERKOKEN
Voor de bereiding van vis en gevogelte.
Om bereidingen te beëindigen die u in de stand
STERK KOKEN bent begonnen, zoals voor bonen,
linzen en melkprodukten.
ZACHT KOKEN
Voor het opwarmen van alle vloeibare of vaste
gerechten en vers bereide of diepvriesgerechten.
STERK KOKEN
Voor het koken van groenten en soepen.
WEERGEGEVEN VERMOGEN: 900 W
GEBRUIK VAN VERMOGENNIVEAUS
45
NL 4/GEBRUIK VAN HET APPARAAT
46
HET ONTDOOIEN
Door diepvriesvoedsel in de magnetronoven
te ontdooien wint u veel tijd. Voor het ont-
dooien van gerechten gebruikt u de functie of
de MICROGOLVEN functie op vermogen .
Wat u dient te weten:
Kleine stukjes vlees of vis kunnen onmiddel-
lijk na het ontdooien worden gebakken. Het is
normaal dat grote stukken vlees of hele vis
nog licht diepgevroren zijn. Wij raden u aan
een rusttijd te voorzien die ten minste gelijk is
aan de ontdooiingstijd om zo een gelijkmatige
temperatuur te verkrijgen.
Een voedingsmiddel dat bedekt is met ijskris-
tallen zal minder snel ontdooien. In dit geval
zult u de ontdooiingstijd moeten verlengen.
Enkele adviezen:
De ontdooiingstijd varieert naar gelang het
type apparaat. Het verschilt ook naar gelang
de vorm, de grootte, de oorspronkelijke tem-
peratuur, de kwaliteit van het voedingsmiddel.
Verwijder de metalen strippen van de verpak-
kingen.
In de meeste gevallen moet de verpakking
worden verwijderd.
Halverwege de ontdooiing dient u de stukken
te draaien, te vermengen of uit elkaar te halen.
Als u vlees of vis ontdooit dat zo groot is dat
hierdoor het draaiplateau niet meer kan draai-
en, gebruik dan de stop plateau functie. In dit
geval dient u het gerecht regelmatig te draai-
en en te roeren.
Laat vlees en vis op een schotel omgekeerd in
een ander bord ontdooien zodat het vrijko-
mende vocht hiermee niet in contact komt wat
anders een begin zou maken van de bakcy-
clus.
Vries nooit opnieuw gerechten in voordat u
deze heeft gekookt of gebakken.
De tijden:
De tijden zijn berekend voor gerechten die
zijn diepgevroren op -18°C. Zij worden ter
informatie gegeven; zij kunnen variëren naar
gelang de dikte, de vorm, de grootte en de de
verpakking.
47
NL
4/GEBRUIK VAN HET APPARAAT
HANDLEIDING VOOR HET ONTDOOIEN
Ontdooien van deeg
Voedingsmiddelen Hoeveelheid Tijd Aanbevelingen
Bladerdeeg of
kruimeldeeg
400 g 2 - 3 min 30 s
Leg het op keukenpapier en draai
het halverwege het ontdooien om.
Ontdooien van schaaldieren
Ontdooien van vis, vlees en groenten
Voedingsmiddelen Hoeveelheid Tijd Aanbevelingen
Jakobsschelpen (zonder
de schelp)
500 g 7 - 9
Leg ze op een bord en meng
ze halverwege het ontdooien.
Gepelde garnalen 100 g 4 - 5
Hele rose garnalen 200 g 7 - 8
Langoustines/Gamba's (10) 500 g 8 - 10
Voedingsmiddelen Hoeveelheid Tijd
Hele vis/moten/filets/groot stuk
525 g
750 g
1000 g
10 - 13
15 - 17
19 - 21
Kalkoenvlees/varkensvlees/kalfsvlees/
rundvlees/gevogelte
Braadstuk/plakken/stukken/enz...
525 g
750 g
1000 g
1250 g
1500 g
1750 g
2000 g
10 - 14
17 - 19
22 - 27
27 - 31
35 - 37
44 - 46
49 - 55
Bloemkool/broccoli/wortelen/champignons/
macedoine/enz...
525 g
750 g
1000 g
10 - 13
16 - 18
23 - 25
Ontdooien van fruit
Voedingsmiddelen Hoeveelheid Tijd
Aardbeien
Frambozen/griotten
Rode bessen/blauwe bosbessen/zwarte bessen
250 g
250 g
250 g
6 - 8
5 - 7
4 - 6
NL 4/GEBRUIK VAN HET APPARAAT
48
TABELLEN MAGNETRON
Om verse groenten te koken, voeg 2 tot 3 eetlepels water toe om het kookproces te
bevorderen. Dek af, roer om halverwege de bereiding en kruid indien gewenst.
Koken van verse vis : sudderkokken
Voedingsmiddelen Hoeveelheid Tijd Aanbevelingen
Artisjokken 2 stuks 8 - 12 min
champignons : niet afdekken
om overkoken te vermijden
Aubergines 2 stuks 10 - 14 min
Champignons 500 g 6 - 8 min
Komkommers 500 g 8 - 10 min
Spinazie, ui 500 g 5 - 7 min
Broccoli, courgettes,
bloemkool, andijvie, rei,
paprika, aardappelen,
pompoen, tomaten
250 g
500 g
750 g
4 - 6 min
8 - 10 min
10 - 12 min
Wortels, knolselder, witte
kool, spruitjes, rapen
250 g
500 g
750 g
6 - 8 min
10 - 12 min
12 - 14 min
Koken van verse groenten : sterk kokken
Voedingsmiddelen Hoeveelheid Tijd Aanbevelingen
Koolvis, kabeljauw en zalm
in moten/hele
1000 g
600 g
10 - 12 min
7 - 9 min
Alle vissoorten kunnen in de magne-
tronoven worden gekookt.
Zorg er alleen voor dat u verse vis
gebruikt.
De smaak zal ongeëvenaard zijn:
bereiden in papillot, met kruiden, in
moten, in filets of heel. Kan opge-
diend worden natuur of met een
sausje, naargelang uw persoonlijke
smaak.
Wanneer een hele vis bereid wordt,
wordt het best een sneetje gemaakt
in het dikste deel van de vis en wor-
den twee tot drie eetlepels water,
wat citroen of witte wijn toegevoegd.
Schik de vis in een ronde of ovale
schotel en dek af.
Jonge koolvis, wijting
of forel
4 stuks
800
9 - 11 min
Zeeduivel 800 g 10 - 12 min
Makreel
4 stuks
800 g
11 - 13 min
Sardientjes 12 stuks 7 - 9 min
Tong, schar, schol
2 stuks
360 g
4 - 6 min
NL5/ONDERHOUD EN REINIGING VAN HET APPARAAT
49
6/BIJ PROBLEMEN
U twijfelt over de goede werking van het apparaat. Dit betekent niet automatisch dat er een
defect is. Controleer in ieder geval de volgende punten:
U constateert het volgende Oplossingen
Het apparaat begint niet te werken.
Controleer de aansluiting van het apparaat.
Controleer of de deur van de magnetronoven
goed dicht is.
Het apparaat maakt lawaai.
Het plateau draait niet goed.
Reinig de wieltjes en de zone met de lagers
onder het draaiplateau.
Controleer of de wieltjes in de goede stand staan.
Er is damp op het glas. Verwijder de damp met behulp van een doek.
Het gerecht wordt niet warm in het micro-
golven programma.
Controleer of het keukengerei geschikt is
voor magnetronovens en of het vermogen is
aangepast.
Er komen vonken uit het apparaat.
Het apparaat goed reinigen: verwijder vet,
bakresten...
Verwijder alle metalen elementen van de wan-
den van de magnetronoven.
Het wordt aanbevolen de magnetronoven
regelmatig te reinigen en voedselresten aan
binnen- en buitenkant van het apparaat te ver-
wijderen. Gebruik een vochtige spons met
zeep. Als het apparaat niet goed schoon
wordt gehouden kan het oppervlak zich snel
in slechte staat bevinden. De levensduur
wordt verkort en het kan tot gevaarlijke situ-
aties leiden. Als de deur of de afdichting
beschadigd zijn moet de magnetronoven niet
worden gebruikt voordat dit door een
bevoegd persoon is hersteld.
Reinig het apparaat niet met een stoomreiniger
.
Het gebruik van schuurmiddelen, alcohol of
verdunningsmiddelen wordt afgeraden; zij
kunnen het apparaat beschadigen.
In geval van sterke geuren of vieze magne-
tronoven kunt u water met citroensap of azijn
gedurende 2 min. in een kopje laten koken en
de wanden met wat afwasmiddel schoonmaken.
Het draaiplateau kan worden verwijderd om
het reinigen te vergemakkelijken. Hiervoor
kunt u het bij de hiervoor bestemde toegangs-
zones vastpakken. Indien u de aandrijver ver-
wijdert, zorg er dan voor dat er geen water in
het gat van de drijfas komt.
Vergeet niet de aandrijver, de drager met de
wieltjes en het draaiplateau weer terug te zetten
.
NL
50
7/KEURINGSTEST
Test Lading
Geschatte
tijd
Selectieknop
voor vermogen
Schalen / Advies
Eiercrème
(12.3.1)
1000 g
750 g
16 - 18 min
12 - 13 min
Sudderkoken
Pyrex 227
Op het draaiplateau
Pyrex 220
Op het draaiplateau
Savoie gebak
(12.3.2)
475 g 5 - 6 min
Sterk koken
Pyrex 827
Op het draaiplateau
Vleesbrood
(12.3.3)
900 g 11 - 13 min
Sterk koken
Pyrex 838
Bedekken met plasticfolie.
Op het draaiplateau
Ontdooien
van vlees
(13.3)
500 g 12 min
Ontdooien
Op een schotel omgekeerd in
een ander bord
Op het draaiplateau
Draai het halverwege
het ontdooien
Ontdooien van
frambozen
(B.2.1)
250 g 6 - 8 min
Ontdooien
Op een plat bord.
Op het draaiplateau
Keuringstest volgens de normen CEI/EN/NF EN 60705;
De Internationale Elektrotechnische commissie, SC.59K, heeft een norm opgezet met
betrek
king tot vergelijkende prestatiekeuringen uitgevoerd op verschillende magnetronovens.
Wij bevelen u het volgende aan voor dit apparaat:
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14

Brandt MM620BE1 de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor