HealthRider HETL14915 H200T Handleiding

Categorie
Loopbanden
Type
Handleiding
Sticker met
Serienummer
Modelnr. HETL14915.1
Serienr.
Schrijf het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
www.iconeurope.com
GEBRUIKERSHANDLEIDING
KLANTENDIENST
Neem contact op met de Klanten-
dienst (zie informatie hieronder)
of neem contact op met de winkel
waar u dit product gekocht heeft
wanneer u nog vragen heeft of
wanneer er onderdelen ontbreken
of beschadigd zijn.
4021 529 7186
Maandag-Vrijdag 08:00-20:00
GMT; Zaterdag 09:00-13:00 GMT
Website:
www.iconsupport.eu
Email:
OPGELET
Lees voor gebruik van dit
apparaat alle instructies en
voorzorgsmaatregelen in deze
handleiding. Bewaar deze hand-
leiding voor verdere raadpleging.
2
De hier afgebeelde waarschuwingsstickers
worden meegeleverd bij dit product. Bevestig
de waarschuwingsstickers bovenop de Engelse
waarschuwingen op de aangegeven locatie. De
stickers met waarschuwing hier getoond zijn op de
aangegeven plaatsen geplakt. Bel, wanneer een
sticker ontbreekt of niet leesbaar is, het num-
mer op de voorkant van deze handleiding en
vraag om een gratis vervangende sticker. Plak
de sticker op de aangegeven plaats. Aandacht:
de stickers worden mogelijk niet op ware grootte
weergegeven.
XXDE-368151
DE STICKERS MET WAARSCHUWING .........................................................2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN ...................................................3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
ONDERDEEL IDENTIFICATIESCHEMA ..........................................................6
MONTAGE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7
DE HARTSLAG MONITOR . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18
HOE DE LOOPBAND TE GEBRUIKEN .........................................................19
HOE DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN ............................................28
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ...............................................29
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
LIJST MET ONDERDELEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
GEDETAILLEERDE TEKENING A .............................................................36
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN ..................................................Achterzijde
RECYCLING INFORMATIE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Achterzijde
Het merk BLUETOOTH
®
en zijn logo’s zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc. en worden
gebruikt onder licentie. IFIT is een geregistreerd handelsmerk van ICON Health & Fitness, Inc.
HEALTHRIDER is een geregistreerd handelsmerk van ICON Health & Fitness, Inc.
INHOUD
DE STICKERS MET WAARSCHUWING
3
1. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar om zich ervan te vergewissen dat alle
gebruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van alle waarschuwingen en alle
voorzorgsmaatregelen.
2. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
enig ander oefenprogramma begint. Dit is
vooral belangrijk voor personen van boven
de 35 jaar, of voor personen met reeds
bestaande gezondheidsproblemen.
3. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven
in deze handleiding.
4. De loopband is alleen voor gebruik in huis
bedoeld. Gebruik de loopband niet commer-
cieel, niet voor verhuur of in een instelling.
5. Gebruik de loopband binnenshuis weg van
vocht en stof. Plaats de loopband niet in een
garage, op een overdekt terras of bij water.
6. Plaats de loopband op een vlakke onder-
grond met minstens 2,4 m ruimte achter de
loopband en 0,6 m ruimte aan iedere kant
ervan. Zorg ervoor dat de loopband geen
enkele luchtopening blokkeert. Leg een matje
onder de loopband om de vloer of de vloer-
bedekking te beschermen.
7. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof beheerd
wordt.
8. Houd te allen tijde kinderen jonger dan 12
jaar en huisdieren bij de loopband vandaan.
9. De loopband zou niet door personen die
meer dan 150 kg wegen gebruikt mogen
worden.
10. Laat nooit meer dan één persoon tegelijker-
tijd op de loopband.
11. Draag juiste kleding bij gebruik van de
loopband. Draag geen losse kleding die in de
loopband verstrikt kan raken. Suspensoirs
worden zowel voor mannen als voor vrou-
wen aanbevolen. Draag altijd sportschoenen.
Gebruik de loopband nooit op blote voeten,
nooit op sokken, of met sandalen aan.
12. Steek de stroomkabel, bij het aansluiten (zie
bladzijde 19) in een geaard stopcontact. Geen
enkel ander apparaat mag op dezelfde groep
aangesloten zijn.
13. Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik
dan alleen een 3-dradige geleider: snoer maat
14 (1 mm
2
) van 1,5 m of korter.
14. Houd de stroomkabel bij hete oppervlaktes
vandaan.
15. Loop nooit op de loopband wanneer het
apparaat is uitgeschakeld. Gebruik de loop-
band niet wanneer de stroomkabel of de
stekker beschadigd is of wanneer de loop-
band niet juist werkt. (Zie ONDERHOUD EN
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN op bladzijde
29 als de loopband niet juist werkt.)
16. Lees de noodstopprocedure grondig door
en test de procedure voordat u de loopband
gaat gebruiken (zie HOE HET APPARAAT
AAN TE ZETTEN op bladzijde 21). Draag
tijdens het gebruik van de loopband altijd de
klip.
17. Ga altijd op de voetrails staan wanneer de
band gestart of gestopt wordt. Houd tijdens
het gebruik van de loopband de handleunin-
gen altijd vast.
18. Als een persoon op de loopband loopt,
zal het geluidsniveau van de loopband
toenemen.
19. Houd vingers, haar en kleding weg van de
bewegende band.
20. De loopband kan hoge snelheden bereiken.
Stel de snelheid geleidelijk bij om schok-
kende versnellingen te voorkomen.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING: lees om het risico op brandwonden, brand, elektrische shok,
of persoonlijkletsel te verminderen, alle belangrijke voorzorgsmatregelen en instructies in deze
handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u de loopband gebruikt. ICON is niet
verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het gebruik van dit produkt.
4
21. De hartslagmonitor is geen medisch instru-
ment. Verschillende factoren, waaronder
bewegingen van de gebruiker, kunnen de
nauwkeurigheid van de hartslagmetingen
beïnvloeden. De hartslagmonitor dient
slechts om de hartslag globaal te meten, als
hulpmiddel bij het oefenen.
22. Laat de loopband nooit zonder toezicht
draaien. Verwijder altijd de sleutel, druk de
schakelaar in de stand Off (uit) (zie de teke-
ning op bladzijde 5 voor de plaats van de
schakelaar) en trek de stroomkabel uit wan-
neer de loopband niet gebruikt wordt.
23. Voltooi eerst de montage van de loopband
voordat u hem verplaatst. (Zie MONTAGE
op bladzijde 7 en HOE DE LOOPBAND
INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op bladzijde
28.) U moet in staat zijn om veilig 20 kg op te
kunnen tillen om de loopband in te klappen,
te laten zakken of te verplaatsen.
24. Zorg ervoor dat de opbergvergrendeling het
onderstel stevig in de opbergstand houdt
tijdens het inklappen of het verplaatsen van
de loopband.
25. Steek geen enkel voorwerp in welke opening
van de loopband dan ook.
26. Controleer steeds bij gebruik regelmatig alle
onderdelen van de loopband en draai ze goed
vast.
27. GEVAAR: trek de stroomkabel altijd
direct na gebruik van de loopband uit. Doe dit
ook voor het schoonmaken van de loopband,
voor het plegen van onderhoud en voor het
bijstellen zoals in deze handleiding beschre-
ven. Verwijder nooit de motorkap tenzij een
erkende onderhoudsmonteur dat aangeeft.
Onderhoud, anders dan de procedures in
deze handleiding, dient uitsluitend door een
erkende onderhoudsmonteur uitgevoerd te
worden.
28. Te veel oefenen kan tot ernstig letsel of tot de
dood leiden. Stop onmiddellijk en begin met
af te koelen als u tijdens het oefenen uitgeput
raakt, kortademig wordt of pijn voelt.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
5
Fijn dat u voor de revolutionaire HEALTHRIDER
®
H200T loopband gekozen heeft. De H200T loopband
kent een indrukwekkende reeks mogelijkheden die ont-
wikkeld zijn om uw workouts thuis effectiever en leuker
te maken. En wanneer u niet oefent, kunt u deze
unieke loopband inklappen, waardoor deze minder dan
de helft van de ruimte die andere loopbanden nodig
hebben.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig
door voor gebruik van de loopband. Raadpleeg de
omslag van deze handleiding als u nog vragen hebt.
Noteer het productnummer en het serienummer voor-
dat u met ons contact opneemt. De plaats waar u de
stickers met het productnummer en het serienummer
kunt vinden wordt op de omslag van de handleiding
aangegeven.
Bekijk eerst aandachtig de tekening hieronder en de
verschillende onderdelen, voordat u verder leest.
Handleuning
Staander
Lade
Lade
Sleutel/Klip
Schakelaar
Band
Kussens van het Loopvlak
Voetrails
Afstelschroeven
van de Ruststandrol
Bedienings paneel
Hartslagmonitor
Lengte: 203 cm
Breedte: 91 cm
VOORDAT U BEGINT
6
#8 x 3/4" Schroef
(2)–4
3/8" Sterring
(13)–6
5/16" Sterring
(11)–14
#10 x 3/4" Schroef
(9)–2
3/8" x 4" Schroef (7)–6
#8 x 1/2" Zilveren
Schroef (10)–1
#8 x 1/2"
Schroef (1)–12
#10 Sterring
(5)–2
5/16" x 2 1/2" Schroef
(28)–4
ONDERDEEL IDENTIFICATIESCHEMA
Raadpleeg de tekeningen hieronder om de kleine onderdelen voor de montage te herkennen. Het nummer tus-
sen haakjes onder elke tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN achterin
deze handleiding. Het getal tussen de haakjes is de hoeveelheid die nodig is voor de montage. Aandacht: als
een onderdeel zich niet in de hardwareset bevindt, controleert u of deze al vooraf is gemonteerd. Er zijn
mogelijk extra metalen onderdelen meegeleverd.
7
Montage moet door twee personen worden
uitgevoerd.
Leg alle onderdelen op een open plek en ver-
wijder het verpakkingsmateriaal. Gooi het
verpakkingsmateriaal pas weg als de montage
helemaal is afgerond.
Er kan na verzending een vettige substantie
op de buitenkant van de loopband zitten. Dit
is normaal. Mocht er wat vettige substantie
op de loopband zitten, veeg die dan weg met
een zachte doek en een zacht, niet-schurend
schoonmaakmiddel.
Linker onderdelen worden met “L” of “Left” aange-
geven en rechter onderdelen worden met “R” of
“Right” aangegeven.
Zie bladzijde 6 om kleine onderdelen te kunnen
herkennen.
Voor de montage heeft u het volgende gereed-
schap nodig:
de meegeleverde inbussleutel
een instelbare sleutel
een kruiskopschroevendraaier
Gebruik geen elektrisch gereedschap om schade
aan onderdelen te voorkomen.
1
MONTAGE
1. Ga naar www.iconsupport.eu op uw
computer en registreer uw product.
activeert uw garantie
bespaart u tijd als u ooit contact moet
opnemen met de Klantendienst
hiermee kunnen wij u op de hoogte stellen van
upgrades en aanbiedingen
Aandacht: indien u geen internettoegang heeft,
belt u met de Klantendienst (zie de voorkant van
deze handleiding) om uw product te registreren.
8
2. Zorg ervoor dat de stroomkabel uit getrokken
is.
Druk een Kap van de Basis (74) in elke kant van
de Basis (94).
Verwijder de draadband die de Draad van de
Staander (81) aan de voorkant van de Basis (94)
bevestigt.
Zoek naar de Rechter Staander (90). Laat een
tweede persoon de Rechter Staander bij de
Basis (94) houden.
Zie de inzet-tekening. Maak de draadband in
de Rechter Staander (90) stevig rond het uit-
einde van de Draad van de Staander (81) vast.
Steek dan de Draad van de Staander in het
onderste uiteinde van de Rechter Staander ter-
wijl u het andere uiteinde van de draadband door
de Rechter Staander omhoog trekt.
3. Leg de Rechter Staander (90) bij de Basis (94).
Druk de Borgring (77) in het vierkante gat in de
Rechter Staander. Zorg ervoor dat de aard-
draad niet bekneld raakt.
Maak vervolgens de aarddraad aan de Rechter
Staander (90) vast met een #8 x 1/2" Zilveren
Schroef (10).
94
94
90
90
81
10
90
Draad-
band
Draadband
2
81
77
Aard-
draad
Vierkant
Gat
74
74
3
9
4. Steek een Tussenstuk van het Wiel (63) in een
Voorwiel (62). Houd het Voorwiel in de onder-
kant van de Rechter Staander (90) en steek een
3/8" x 4" Schroef (7) met een 3/8" Sterring (13)
in de Rechter Staander en in het Voorwiel.
Herhaal deze stap aan de linkerkant van de
loopband (niet afgebeeld).
5. Leg een stuk van het verpakkingsmateriaal (A)
onder de rechterkant van de Basis (94). Houd
de Rechter Staander (90) tegen de Basis. Zorg
ervoor dat de Draad van de Staander (81) niet
bekneld raakt.
Steek twee 3/8" x 4" Schroeven (7) met twee
3/8" Sterringen (13) in de Rechter Staander (90)
en draai de drie Schroeven gedeeltelijk in de
Basis (94) vast; draai de Schroeven nog niet
helemaal vast.
Leg het verpakkingsmateriaal (A) links van de
Basis (94) en maak de Linker Staander (niet
afgebeeld) op dezelfde manier vast. Aandacht:
er zijn geen draden aan de linkerkant.
Verwijder dan het verpakkingsmateriaal (A) van
onder de Basis (94).
7
90
13
7
94
81
5
A
4
7
62
63
13
90
10
6. Verwijder de vier aangegeven 5/16" x 3/4"
Schroeven (4) en en bewaar ze.
Zoek naar de Linker en naar de Rechter Kap
van de Basis (82, 83). Schuif de Linker Kap van
de Basis op de Linker Staander (89) en schuif
de Rechter Kap van de Basis op de Rechter
Staander (90). Druk de Kappen van de Basis
nog niet op hun plaats.
82
90
83
6
89
4
7. Zoek naar de linker handleuning (B).
Maak de linker handleuning (B) op de Linker
Staander (89) vast met twee 5/16" x 2 1/2"
Schroeven (28) en twee 5/16" Sterringen (11);
draai de schroeven nog niet helemaal vast.
Verwijder de aangegeven schroef (C) en gooi
hem weg.
7
89
B
28
11
C
4
11
8. Steek de Draad van de Staander (81) in de
onderkant van de rechter handleuning (D) en
trek hem uit de voorkant zoals afgebeeld.
Maak de rechter handleuning (D) op de Rechter
Staander (90) vast met twee 5/16" x 2 1/2”
Schroeven (28) en twee 5/16" Sterringen (11);
draai de Schroeven nog niet helemaal vast.
Zorg ervoor dat de Draad van de Staander
(81) niet bekneld raakt.
Verwijder dan de aangegeven schroef (C) en
gooi hem weg.
28
11
D
90
81
8
64
18
41
93
E
9
9. Plaats de Basis van het Bedienings paneel (64)
naar beneden gericht op een zacht oppervlak om
krassen op de Basis van het Bedienings paneel
te voorkomen. Als er draadbanden zijn die de
Dwars stang voor de Hartslag (93) aan de Basis
van het Bedienings paneel bevestigen, verwijder
die dan.
Verwijder de vier aangegeven schroeven (E) en
gooi ze weg. Verwijder vervolgens de Dwars-
stang voor de Hartslag (93).
Verwijder de vier 5/16" x 3/4" Schroeven
(4) en de zes #8 x 3/4" Schroeven (2) en
bewaar ze. Til dan de twee Klemmen van het
Bedienings paneel (41) en het Onderstel van het
Bedienings paneel (18) omhoog.
4
4
2
2
2
2
Band
Band
C
12
64
27
36
1
1
1
10
10. Zoek naar de Linker en naar de Rechter Lade
(27, 36).
Maak de Laden (27, 36) aan de Basis van het
Bedienings paneel (64) vast met acht #8 x 1/2"
Schroeven (1); draai de Schroeven nog niet
helemaal vast.
Maak het Onderstel van het Bedienings-
paneel (18) weer vast met de zes #8 x 3/4"
Schroeven (2) en met de twee Klemmen van
het Bedienings paneel (41) die u in stap 9
heeft verwijderd; draai de Schroeven nog
niet helemaal vast.
1
18
41
41
2
2
2
2
11. BELANGRIJK: gebruik geen elektrisch
gereedschap en draai de #10 x 3/4"
Schroeven (9) niet te vast om beschadiging
aan de Dwars stang voor de Hartslag (93) te
voorkomen.
Draai de Dwars stang voor de Hartslag (93)
zoals afgebeeld. Maak de Dwars stang voor de
Hartslag aan de Handleuningen (86) vast met
twee #10 x 3/4" Schroeven (9) en twee #10
Sterringen (5); draai beide Schroeven eerst
aan en draai ze daarna vast. Zorg ervoor dat
de Draad van de Staander (81) of de draden
van de handleuning (F) niet bekneld raken.
Draai de vier 5/16" x 2 1/2" Schroeven (28)
vervolgens stevig vast.
Verwijder dan de draadband van de Draad van
de Staander (81).
11
9
9
5
5
28
28
86
93
86
F
F
81
Draadband
13
12. Houd het bedieningspaneel (G) bij de Dwars-
stang voor de Hartslag (93). Sluit de aarddraad
van het bedieningspaneel aan op de Aarddraad
van het Bedienings paneel (58) op de Dwars-
stang voor de Hartslag.
Plaats het bedieningspaneel (G) vervolgens op
de beugels op de Handleuningen (86); laat geen
enkele draad bekneld raken. Zorg ervoor dat
de draden van de handleuning (F) gedraaid
zijn zoals afgebeeld.
Maak het bedieningspaneel (G) vast met de vier
5/16" x 3/4" Schroeven (4) die u in stap 9 heeft
verwijderd en met vier 5/16" Sterringen (11);
draai de Schroeven nog niet helemaal vast.
12
93
G
11
86
58
4
13. Maak het bedieningspaneel (G) aan de Dwars-
stang voor de Hartslag (93) vast met vier
#8 x 1/2" Schroeven (1); draai alle vier de
Schroeven eerst aan en draai ze daarna vast.
Draai vervolgens de vier 5/16" x 3/4"
Schroeven (4) stevig vast.
13
93
G
4
1 1
86
4
11
4
14. Schuif de Dwars stang van de Staander (31)
voorzichtig tussen de Linker en de Rechter
Staander (89, 90). Maak de Dwars stang van
de Staander vast met de vier 5/16" x 3/4"
Schroeven (4) die u in stap 6 heeft verwijderd en
met vier 5/16" Sterringen (11); draai alle vier de
Schroeven eerst aan en draai ze daarna vast.
14
11
4
11
90
89
31
4
F
F
Aarddraad
14
16. Steek de Draad van de Staander (81) en de
draad van de handleuning (F) door de twee aan-
gegeven draadlussen op het bedieningspaneel
(G).
Zie de inzet-tekening. Sluit de Draad van de
Staander (81) en de draad van de handleuning
(F) aan op de draden van het bedieningspaneel.
De connectoren zouden makkelijk samen
moeten glijden en op hun plaats moeten
klikken. Draai aan een van de connectoren en
probeer het opnieuw als dit niet gebeurt. ALS U
DE CONNECTOREN NIET GOED AANSLUIT,
KAN HET BEDIENINGSPANEEL BESCHA-
DIGD RAKEN ALS HET APPARAAT WORDT
AANGEZET.
Steek alle overtollige draad in het bedie-
ningspaneel (G). Trek vervolgens de twee
draadbanden strak tegen de draden en snij de
uiteinden van de draadbanden af.
16
G
81
Banden
F
Draad
van het
Bedienings-
paneel
15
15. Maak de Lade (88) aan de Dwars stang van de
Staander (31) vast met vier #8 x 3/4" Schroeven
(2); draai alle vier de Schroeven eerst aan en
draai ze daarna vast.
2
31
2
88
81
Draden van
het Bedienings-
paneel
F
15
18. Draai de zes 3/8" x 4" Schroeven (7) stevig
vast (slechts één kant is afgebeeld).
Druk de Linker Kap van de Basis (82) en de
Rechter Kap van de Basis (83) op de Basis (94).
18
83
82
94
7
17. Steek de draad van de handleuning (F) aan
de linkerkant door de twee aangegeven
draadlussen op het bedieningspaneel (G)
en sluit de draad aan op de draad van het
bedieningspaneel.
Steek alle overtollige draad in het bedie-
ningspaneel (G). Trek vervolgens de twee
draadbanden strak tegen de draden en snij de
uiteinden van de draadbanden af.
17
G
Banden
F
16
20. Verwijder de 5/16" Moer (12) en de 5/16" x 1 3/4"
Bout (6) uit de beugel van de Basis (94).
Draai vervolgens de Opbergvergrendeling (53)
zoals afgebeeld.
Maak het onderste uiteinde van de Opberg-
vergrendeling (53) aan de beugel op de Basis
(94) vast met de 5/16" x 1 3/4" Bout (6) en de
5/16" Moer (12).
Til vervolgens de Opbergvergrendeling (53) ver-
ticaal en verwijder de draadband (I).
94
53
6
12
I
20
19. Aandacht: indien de loopband op een gladde
ondergrond gemonteerd wordt, kan de loop-
band tijdens deze stap naar voren rollen.
Til het Onderstel (56) rechtop. Laat een tweede
persoon het Onderstel vasthouden totdat
stap 21 voltooid is.
Verwijder de twee 5/16" x 3/4" Schroeven (4) uit
de Dwars stang van de Vergrendeling (38).
Draai de Dwars stang van de Vergrendeling (38)
zoals afgebeeld. Zorg ervoor dat de sticker
“This side toward belt” (deze kant naar de
band) (H) naar de loopband toe wijst. Maak
de Dwars stang van de Vergrendeling aan de
beugels op de Onderstel (56) vast met de twee
5/16" x 3/4" Schroeven (4) die u zojuist verwijder
heeft en twee 5/16" Sterringen (11).
56
38
H
11
11
4
4
Beugels
19
17
22. Zorg ervoor dat alle onderdelen goed vast gedraaid zijn voordat u de loopband gaat gebruiken. Als er
velletjes plastic op de stickers van de loopband zitten, verwijder die dan. Leeg een matje onder de loopband
om de vloer of de vloerbedekking te beschermen. Houd de loopband weg uit direct zonlicht om schade aan de
loopband te voorkomen. Berg de meegeleverde inbussleutel veilig op; de inbussleutel wordt gebruikt om de
loopband bij te stellen (zie bladzijde 30 en 31). Aandacht: er kunnen extra onderdelen meegeleverd zijn.
38
J
3
56
12
53
21
21. Verwijder de 5/16" Moer (12) en de 5/16" x 2 1/4"
Bout (3) uit de beugel van de Dwars stang van de
Vergrendeling (38).
Breng het bovenste uiteinde van de Opberg-
vergrendeling (53) op gelijke lijn met de beugel
op de Dwars stang van de Vergrendeling (38) en
steek de 5/16" x 2 1/4" Bout (3) door de beugel
en door de Opbergvergrendeling. Hierdoor zal
een tussenstuk (J) uit het andere uiteinde
geduwd worden; gooi het tussenstuk weg.
Draai vervolgens de 5/16" Moer (12) op de
5/16" x 2 1/4" Bout (3) vast; draai de Moer nog
niet te vast; de Opbergvergrendeling (53)
moet vrij kunnen draaien.
Laat dan het Onderstel (56) zakken (zie HOE
DE LOOPBAND TE LATEN ZAKKEN VOOR
GEBRUIK op bladzijde 28).
18
DE HARTSLAGMONITOR AANZETTEN
Indien de hartslagmonitor lijkt op de degene die
is afgebeeld in tekening 1, druk dan de zender (A)
op de snelbinders op de borstriem (B). Indien de
hartslagmonitor lijkt op degene die is afgebeeld in
tekening 2, steek dan lipje (C) in een uiteinde van de
borstriem (D) in een van de uiteinde van de zender (E).
Druk vervolgens het uiteinde van de zender onder de
gesp (F) op de borstriem; het lipje moet gelijk liggen
aan de zender.
Wikkel de hartslag-
monitor vervolgens
rond de borst in de
weergegeven locatie;
de hartslagmonitor
moet onder uw kle-
ding dicht tegen uw
huid liggen. Zorg dat
het logo rechtop staat
afgebeeld. Bevestig vervolgens het andere eind van de
borstriem. Mocht het nodig zijn, stel dan de lengte van
de band bij.
Trek vervolgens
de zender en de
borstriem een paar
centimeters van uw
lichaam en zoek de
twee elektrodegebie-
den (G). Maak beide
elektrodes nat met een zoute vloeistof zoals wat spuug
of vloeistof voor contactlenzen. Plaats de zender en de
borstriem terug tegen uw borstkas.
VERZORGING EN ONDERHOUD
Droog de elektrodegebieden grondig met een zachte
doek na elk gebruik. Vocht houdt de hartslagmoni-
tor geactiveerd, maar verkort de levensduur van de
batterij.
Bewaar de hartslagmonitor op een warme, droge
plaats. Bewaar de hartslagmonitor niet in een
plastic zak of enig andere verpakking die vocht kan
vasthouden.
Stel de hartslagmonitor niet langere tijd bloot aan
direct zonlicht en aan temperaturen boven de 50° C
of onder de -10° C.
Buig de hartslagmonitor niet overmatig bij het gebrui-
ken of bewaren van de hartslagmonitor.
Gebruik een vochtige doek en een klein beetje milde
zeep om de zender te reinigen. Veeg de zender
af met een vochtige doek en droog hem daarna
grondig met een zachte doek. Gebruik nooit alco-
hol, schuurmiddelen of chemische middelen om de
zender te reinigen. Was de borstriem op de hand en
droog deze aan de lucht.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Als de hartslagmonitor niet functioneert als u deze
plaatst zoals hier links beschreven staat, dient u het
iets lager of hoger op de borstkas te plaatsen.
Maak de electrodes opnieuw nat wanneer de hart-
slagmetingen pas verschijnen, nadat u begint te
transpireren.
Voor de goede weergave van de hartslagmetingen
moet de gebruiker zich op minder dan een arm-
slengte van het bedieningspaneel bevinden.
Als er zich een batterijklepje bevindt op de achter-
kant van de zender, vervang de batterij dan voor een
nieuwe batterij van hetzelfde type.
De hartslagmonitor is ontwikkeld voor mensen met
een normale hartslag. Problemen met de hartslag-
meting kunnen een medische oorzaak hebben zoals
vroegtijdige ventriculaire samentrekking, hartkloppin-
gen, of aritmie.
De werking van de hartslagmonitor kan worden beïn-
vloed door magnetische storing veroorzaakt door
elektriciteitsleidingen of andere bronnen. Indien u
veronderstelt dat magnetische storing een probleem
veroorzaakt, probeer de trainingsapparatuur dan op
een andere locatie uit.
DE BORSTKAS HARTSLAGMONITOR
1 2
G
A
B
E
F
C
D
19
HOE DE SNOER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De snoer moet geaard zijn. Als het niet goed functio-
neert geeft de aarding de laagste weerstandspad voor
de elektriciteit om zodoende het risico van elektrische
schok te verminderen. Een snoer en een geaarde
stekker zijn bijgeleverd. BELANGRIJK: als het snoer
beschadigd is moet u het vervangen voor een door
de fabrikant aanbevolen snoer.
Volg deze stappen om de snoer in stopcontact te
steken.
1. Steek het aangegeven uiteinde van het snoer in het
stopcontact van de onderstel.
2. Steek het snoer in een goed geinstalleerd en geaard
stopcontact die overeenkomt met alle plaatselijke
regelingen.
UK
GR
FR/SP
IT
AUS
AUS
Stopcontact van
de Onderstel
Snoer
UK
GR
FR/SP
IT
AUS
AUS
Stopcontact
HOE DE LOOPBAND TE GEBRUIKEN
GEVAAR: een verkeerd stopcon-
tact (zonder aarde) kan tot een elektrische
schok leiden. Laat een elektriciën de aarding
nakijken als u niet zeker weet of het stopcon-
tact goed geaard is. Breng geen wijzigingen
aan de stekker van het apparaat aan. Laat een
elektriciën een nieuwe stekker monteren als
de stekker niet in het stopcontact past.
20
ETHE14915
DE WAARSCHUWINGSSTICKER OPPLAKKEN
Zoek de Engelse waarschuwingen op het bedie-
ningspaneel. U vindt dezelfde waarschuwingen
in andere talen op het meegeleverde stickervel.
Plak de Nederlandse waarschuwingssticker op het
bedieningspaneel.
MOGELIJKHEDEN VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband biedt een in-
drukwekkende reeks mogelijkheden die ontwikkeld zijn
om uw workouts effectiever en leuker te maken. U kunt
wanneer u de handmatige instelling gebruikt de snel-
heid en de hellingstand van de loopband veranderen
door de druk op een toets. Het bedieningspaneel zal
tijdens het oefenen meteen feedback aangeven. U kunt
zelfs uw hartslag meten door gebruik te maken van de
handgreep met hartslagmonitor of door middel van de
borstkas hartslagmonitor.
Daarnaast biedt het bedieningspaneel een grote keuze
aan vooraf ingestelde workouts. Iedere workout regelt
automatisch de snelheid en de helling van de loopband
terwijl u door een effectieve oefensessie wordt geleid.
Het bedieningspaneel heeft een iFit
®
instelling zodat de
loopband door middel van een optionele iFit-module op
uw draadloze netwerk aangesloten kan worden. Met de
iFit instelling, kunt u uw eigen workouts downloaden,
uw eigen workouts samenstellen, de resultaten van
uw workouts bijhouden, tegen andere iFit gebruikers
racen en vele andere mogelijkheden gebruiken. Ga
naar www.iFit.com of bel met het telefoonnummer
vermeld op de kaft van deze handleiding om een
iFit-module wanneer dan ook aan te schaffen.
U kunt zelfs, tijdens het oefenen, via het geluidssys-
teem van het bedieningspaneel naar uw favoriete
workout muziek of audioboeken luisteren.
Zie bladzijde 21 om het apparaat aan te zetten. Zie
bladzijde 21 om de handmatige instelling te ge-
bruiken. Zie bladzijde 23 om een vooraf ingestelde
workout te gebruiken. Zie bladzijde 24 om een stel-
een-doel-in workout te gebruiken. Zie bladzijde 25
om een iFit workout te gebruiken. Zie bladzijde 26
om het geluidssysteem te gebruiken. Zie bladzijde
27 om de instellingen te gebruiken.
Aandacht: het bedieningspaneel kan snelheid en
afstand óf in mijlen óf in kilometers aangeven. Zie blad-
zijde 27 om DE INSTELLINGEN te gebruiken. Om het
eenvoudig te houden, verwijzen alle instructies in dit
gedeelte van de handleiding naar kilometers.
BELANGRIJK: als er velletjes plastic op de stickers
van de loopband zitten, verwijder die dan. Draag
schone sportschoenen om, bij gebruik van de loop-
band, beschadiging aan het loopvlak te voorkomen.
Bekijk de eerste keer dat u de loopband gebruikt,
de uitlijning van de band en leg de band indien
nodig in het midden (zie bladzijde 31).
DIAGRAM VAN HET BEDIENINGSPANEEL
21
HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN
BELANGRIJK: laat de loopband, wanneer deze aan
koude temperaturen blootgesteld is geweest, op
kamertemperatuur komen voordat u het apparaat
aanzet. Als u dit niet doet, kunt u het bedie-
ningspaneel of andere elektrische onderdelen
beschadigen.
Steek de stroomkabel in
(zie bladzijde 19). Zoek ver-
volgens naar de schakelaar
bij de stroomkabel op het
onderstel van de loopband.
Druk de schakelaar in de
Reset (resetten) stand.
BELANGRIJK: het bedieningspaneel kent een demo
instelling voor de display, die ontwikkeld is voor
gebruik als de loopband in een winkel geëtaleerd
wordt. De demo instelling gaat aan als de displays
oplichten zodra u de stroomkabel insteekt en de
schakelaar in de resetstand drukt. Houd de toets
Stop enkele seconden lang ingedrukt om de demo
instelling uit te schakelen. Zie DE INSTELLINGEN
op bladzijde 27 om de demo instelling uit te scha-
kelen wanneer de displays blijven branden.
Ga vervolgens op de
voetrails van de loopband
staan. Zoek naar de klip
die aan de sleutel vastzit
en schuif de klip op de
tailleband van uw kleding.
Steek dan de sleutel in
het bedieningspaneel.
Kort daarna zullen de
displays aangaan.
BELANGRIJK: in geval van nood kan de sleutel uit
het bedieningspaneel getrokken worden, waardoor
de loopband langzaam tot stilstand zal komen. Test
de klip door voorzichtig een paar stappen achteruit
te zetten. Stel de lengte van de klip bij als de sleutel
niet uit het bedieningspaneel wordt getrokken.
BELANGRIJK: volg voordat u de loopband gaat
gebruiken, de volgende stappen om er voor te
zorgen dat het bedieningspaneel het juiste hel-
lingniveau van de loopband aangeeft: Druk eerst
eenmaal op de toenametoets Incline (helling). Druk
dan óf de afnametoets Incline óf op de hellingtoets
met het laagste cijfer om de loopband op zijn laag-
ste stand in te stellen. Wanneer het onderstel niet
meer beweegt is de loopband klaar voor gebruik.
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE
GEBRUIKEN
1. Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie links HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN.
2. Kies de handmatige instelling.
Druk op de toets Home (thuis) of op de toets
Manual (handmatig) om dehandmatige instelling te
kiezen.
3. Start de loopband.
Druk op de toets Start, op de toenametoets Speed
(snelheid), of op een van de genummerde Quick
Speed (directe snelheid) toetsen .
Wanneer de Starttoets of de toenametoets Speed
wordt ingedrukt zal de loopband met een snelheid
van 2 Km/H beginnen te draaien. U kunt tijdens
het oefenen de snelheid van de band naar wens
veranderen door op de toename- en op de afname-
toetsen Speed te drukken. De snelheidsinstelling
zal bij iedere druk op een toets met 0,1 Km/H
veranderen; als u een toets ingedrukt houdt zal de
snelheidsinstelling met stappen van 0,5 Km/H ver-
anderen. Aandacht: na het drukken op de toets kan
het eventjes duren voordat de band de gekozen
snelheidsinstelling bereikt.
De loopband zal, wanneer u op een van de genum-
merde snelheidstoetsen drukt, geleidelijk van
snelheid veranderen totdat de gekozen snelheidsin-
stelling wordt bereikt.
Druk op de toets Stop om de loopband te laten
stoppen. De tijd zal op de display gaan opikke-
ren. Druk op de toets Start of op de toenametoets
Speed om de band opnieuw te starten.
4. Verander desgewenst de helling van de
loopband.
Druk, op de toename- en afnametoets Incline
(helling) of op een van de genummerde hellingtoet-
sen om de helling van de loopband te veranderen.
Telkens wanneer u op een van de toetsen drukt, zal
de helling van de loopband geleidelijk veranderen
tot de gekozen hellinginstelling bereikt wordt.
Resetten
ETHE14915
Sleutel
Klip
22
5. Volg uw vorderingen met de displays.
Wanneer u op de loopband loopt of rent zal de
display de volgende workout informatie aangeven:
De verstreken tijd
De afstand die u gelopen of gerend heeft
De intensiteitsbalk van de workout
Het geschatte aantal calorieën dat u heeft
verbrand
De hellingstand van de loopband
Het aantal verticaal geklommen meters
De snelheid van de band
Uw hartslag (zie stap 6)
De matrix
De matrix heeft verschillende display tabbladen.
Druk op de toename- en afnametoetsen naast de
toets Enter of druk op de toets Display (weergave)
tot het gewenste tabblad wordt aangegeven.
Het tabblad Incline zal een proel van de helling-
instellingen van de workout aangeven. Een nieuw
segment zal aan het einde van iedere minuut ver-
schijnen. Het tabblad Speed zal een proel van de
snelheidsinstellingen van de workout aangeven.
Het tabblad My Trail (mijn pad) zal een piste van
400 m (1/4 mijl) aangeven. De opikkerende
rechthoek zal uw vorderingen tijdens het oefenen
aangeven. Het tabblad My Trail zal ook het aantal
afgelegde rondjes aangeven.
Het tabblad Calorie (calorieën) zal het geschatte
aantal calorieën dat u verbrand heeft aangeven.
De hoogte van ieder segment geeft het aantal
verbrande calorieën aan dat tijdens dat seg-
ment verbrand is. Wanneer u het tabblad Calorie
gebruikt, zal de calorie display het geschatte aantal
verbrande calorieën per uur aangeven.
De intensiteitsbalk van de workout zal tijdens het
oefenen het geschatte intensiteitsniveau van uw
workout aangeven.
Druk op de toets Home om naar het standaard-
menu terug te keren (zie DE INSTELLINGEN op
bladzijde 27 om het standaardmenu in te stellen).
Druk, indien nodig, nogmaals op de toets Home.
Druk op de toets Stop, trek de sleutel uit, en steek
de sleutel weer in om de displays te resetten.
6. Meet desgewenst uw hartslag.
Aandacht: het bedieningspaneel zal uw hart-
slag niet nauwkeurig aangeven wanneer u
de handgreep met hartslagmonitor gebruikt
en tegelijkertijd de borstkas hartslagmonitor
draagt. Zie bladzijde 18 voor meer informatie over
de borstkas hartslagmonitor. Aandacht: het bedie-
ningspaneel is compatibel met BLUETOOTH
®
Smart hartslagmonitoren.
Verwijder de velletjes plastic van de metalen con-
tactpunten van de stang voor de hartslag voordat u
de handgreep met hartslagmonitor gaat gebruiken.
Zorg er ook voor dat uw handen schoon zijn.
Ga, om uw hart-
slag te meten,
op de voetrails
staan en houd
de stang voor de
hartslag vast met
uw handpalmen
op de metalen
contactpunten
gedrukt; beweeg
uw handen niet. Wanneer uw pols gemeten kan
worden zal uw hartslag worden weergegeven.
Houd de contactpunten ongeveer 15 secon-
den lang vast voor de meest nauwkeurige
hartslagwaarde.
ETNT99212
Contactpunten
23
7. Zet desgewenst de ventilator aan.
De ventilator kent meerdere snelheidsinstellingen
en een automatische instelling. Wanneer de auto-
matische instelling gekozen wordt, zal de snelheid
van de ventilator automatisch omhoog of omlaag
gaan als de oefen intensiteit toeneemt of afneemt.
Druk herhaaldelijk op de
ventilatortoetsen om een
snelheid voor de venti-
lator of de automatische
instelling te kiezen, of om
de ventilator uit te zetten.
8. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel
wanneer u klaar bent met oefenen.
Ga op de voetrails staan, druk op de toets Stop en
stel de helling van de loopband in op nul. De
helling van de loopband moet op nul staan wan-
neer u de loopband in de opbergstand inklapt
anders kunt u de loopband beschadigen. Trek
vervolgens de sleutel uit het bedieningspaneel en
berg deze veilig op.
Druk de schakelaar in de off-stand (uit) en trek de
stroomkabel uit wanneer u stopt met de loopband.
BELANGRIJK: als u dit niet doet, kunnen de
elektrische onderdelen van de loopband voortij-
dig slijten.
HOE EEN VOORAF INGESTELDE WORKOUT TE
GEBRUIKEN
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
bladzijde 21.
2. Kies een vooraf ingestelde workout.
Druk, om een vooraf ingestelde workout te kie-
zen, herhaaldelijk op de toets Calorie, op de toets
Intensity (intensiteit), op de toets Incline (helling) of
op de toets Speed (snelheid) totdat de gewenste
workout op de display verschijnt.
Wanneer u een vooraf ingestelde workout kiest,
zal de display de duur, en de naam van de workout
aangeven. Bovendien zal er een proel van de
snelheidsinstellingen van de workout op de matrix
verschijnen. Wanneer u een calorie workout kiest,
zal het geschatte aantal calorieën dat u zult ver-
branden in de naam van de workout verschijnen.
3. Start de workout.
Druk op de toets Start of op de toenametoets
Speed om met de workout te beginnen. Eventjes
nadat u op de toets heeft gedrukt, zal de loopband
zich automatisch aanpassen aan de eerste snel-
heids- en hellinginstelling van de workout. Houd de
handleuningen vast en begin te lopen.
Iedere workout is in segmenten verdeeld. Er is één
snelheids- en één hellinginstelling voor elk seg-
ment geprogrammeerd. Aandacht: dezelfde snel-
heids- en/of hellinginstelling kan/kunnen voor op-
eenvolgende segmenten geprogrammeerd worden.
Tijdens de
workout zullen
de proelen op
de snelheid en
op de helling
tabbladen uw
vorderingen
aangeven.
Het opikkerende segment van het proel stelt het
huidige segment van de workout voor. De hoogte
van het opikkerende segment geeft de snelheids-
of hellinginstelling voor het huidige segment aan.
De loopband zal, als er een andere snelheids- en/
of hellinginstelling voor het volgende segment ge-
programmeerd wordt, automatisch de nieuwe snel-
heids- en/of hellinginstelling instellen.
De workout zal zo doorgaan tot het laatste seg-
ment van het proel op de display opikkert en het
laatste segment eindigt. De band zal dan langzaam
tot stilstand komen.
Aandacht: het na te streven calorieën doel is
een schatting van het aantal calorieën dat u tij-
dens de workout zult verbranden. Het feitelijke
aantal calorieën dat u verbrandt zal van ver-
schillende factoren, zoals uw gewicht, afhan-
gen. Daarnaast, zal een handmatige wijziging
van de snelheid of de helling van de loopband
tijdens de workout invloed hebben op het aan-
tal calorieën dat u zult verbranden.
ETHE14915
Huidig Segment
24
Indien de snelheids- of hellinginstelling wanneer
dan ook tijdens de workout te hoog of te laag staat,
dan kunt u de instelling handmatig overschrijven
door op de toets Speed of op de toets Incline te
drukken. Echter, als het volgende segment van
de workout begint, dan zal de loopband zich
automatisch aanpassen aan de snelheids- en
hellinginstelling voor het volgende segment.
Druk op de toets Stop om de workout wanneer
dan ook te stoppen. De tijd zal op de display gaan
opikkeren. Druk op de toets Start of op de toe-
nametoets Speed om de workout te hervatten. De
loopband zal met een snelheid van 2 Km/U begin-
nen te draaien. Wanneer het volgende segment
van de workout begint, dan zal de loopband zich
automatisch aanpassen aan de snelheids- en de
hellinginstelling voor het volgende segment.
4. Volg uw vorderingen op met displays.
Zie stap 5 op bladzijde 22. De display zal, wanneer
u een vooraf ingestelde workout kiest, de reste-
rende tijd in plaats van de verlopen tijd aangeven.
5. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 6 op bladzijde 22.
6. Zet desgewenst de ventilator aan.
Zie stap 7 op bladzijde 23.
7. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel
wanneer u klaar bent met oefenen.
Zie stap 8 op bladzijde 23.
HOE EEN STEL-EEN-DOEL-IN WORKOUT TE
GEBRUIKEN
1. Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
bladzijde 21.
2. Stel een calorieën-, een afstands- tijds- of een
hartslagdoel in.
Druk eerst op de toets Set A Goal (een doel
instellen).
Druk op de toename- en afnametoetsen naast de
toets Enter om door de doel workouts te scrollen.
Druk op de toets Enter om het gewenste doel wor-
kout type te kiezen.
Druk op de toename- en afnametoetsen naast de
toets Enter om het doel bij te stellen. Druk op de
toets Enter om het doel in te stellen.
3. Start de workout.
Druk op de toets Start om de workout te starten.
Eventjes nadat u op de toets heeft gedrukt, zal de
loopband beginnen te draaien. Houd de handleu-
ningen vast en begin te lopen.
De workout zal op dezelfde manier als de handma-
tige instelling werken (zie bladzijde 21 tot 23).
De workout zal zo doorgaan totdat u het ingestelde
doel bereikt. De band zal dan langzaam tot stil-
stand komen.
Aandacht: het na te streven calorieën doel
is een schatting van het aantal calorieën dat
u tijdens de oefening zult verbranden. Het
feitelijke aantal calorieën dat u verbrandt zal
van verschillende factoren, zoals uw gewicht,
afhangen.
4. Volg uw vorderingen op met displays.
Zie stap 5 op bladzijde 22.
5. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 6 op bladzijde 22.
25
6. Zet desgewenst de ventilator aan.
Zie stap 7 op bladzijde 23.
7. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel
wanneer u klaar bent met oefenen.
Zie stap 8 op bladzijde 23.
HOE EEN IFIT WORKOUT TE GEBRUIKEN
Aandacht: voor een iFit workout heeft u een optionele
iFit-module nodig. Ga naar www.iFit.com of bel met
het telefoonnummer vermeld op de kaft van deze
handleiding om een iFit-module wanneer dan ook
aan te schaffen. U moet ook toegang hebben tot een
computer met een USB-poort en een internetverbin-
ding. Daarnaast dient u ook toegang te hebben tot
een draadloos netwerk met een 802.11b/g/n router
ingeschakelde SSID verzending (verborgen netwerken
worden niet ondersteund). Een iFit.com-lidmaatschap
is ook vereist.
1. Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
bladzijde 21.
2. Steek de iFit-module in het bedieningspaneel.
Zie de instructies die met de iFit-module meegele-
verd zijn om de iFit-module in te steken.
BELANGRIJK: om aan de blootstellingsvereis-
ten te voldoen, moet de afstand tussen de an-
tenne en zender in de iFit-module en personen
minstens 20 cm zijn en mogen de zender en de
antenne niet vlakbij een andere antenne of zen-
der staan of erop aangesloten zijn.
3. Kies een gebruiker.
Als er meer dan één gebruiker is geregistreerd,
kunt u vanuit het iFit-hoofdscherm van gebruiker
wisselen. Druk op de toename- en afnametoetsen
naast de toets Enter om een gebruiker te kiezen.
4. Kies een iFit workout.
Druk op de toets Map (kaart), op de toets Train
(trainen) of op de toets Lose Wt. (afslanken) om
de volgende workout van dat type op uw lijst te
downloaden.
Druk op de toets Compete (competitie) om aan een
race deel te nemen die u al eerder gekozen heeft.
Druk eerst op de toets Track (herhaal de wor-
kout) om een recente iFit workout uit uw schema
opnieuw uit te voeren Druk vervolgens op de
toename- en op de afnametoetsen om de gewenste
workout te kiezen. Druk dan op de toets Enter om
de workout te starten.
Ga naar www.iFit.com voor meer informatie
over de iFit workouts.
Wanneer u een iFit workout kiest, dan zal de dis-
play de naam, de duur, de maximale snelheid en
de afstand van de workout aangeven. De display
zal ook het geschatte aantal calorieën dat u tijdens
de workout zult verbranden en een profiel van de
snelheidsinstellingen van de workout aangeven.
Als u een competitie-oefening kiest zal de display
aftellen totdat de race begint.
Aandacht: de iFit toetsen kunnen ook demo wor-
kouts uitvoeren. Verwijder de iFit-module uit het be-
dieningspaneel en druk op een van de iFit toetsen
om de demo workouts te gebruiken.
26
5. Start de workout.
Zie stap 3 op bladzijde 23.
Tijdens sommige workouts kan een audio coach u
door uw workout leiden. U kunt een instelling voor
uw audio coach kiezen (zie DE INSTELLINGEN op
bladzijde 27).
Druk op de toets Stop om de workout wanneer dan
ook te stoppen. De tijd zal op de display gaan op-
ikkeren. Druk op de toets Start of op de toename-
toets Speed (snelheid) om de workout te hervatten.
De band zal met de snelheidsinstelling van het eer-
ste segment van de workout beginnen te draaien.
Wanneer het volgende segment van de workout
begint, dan zal de loopband zich automatisch aan-
passen aan de snelheids- en de hellinginstelling
voor het volgende segment.
6. Volg uw vorderingen op met displays.
Zie stap 5 op bladzijde 22.
Het tabblad My Trail (mijn pad) zal een kaart van
het pad waarop u loopt of rent aangeven, of het
zal een piste met het aantal rondjes dat u voltooit
aangeven.
Tijdens een competitie workout zal het tabblad
Competition uw vorderingen tijdens de race aan-
geven. Tijdens de race zal de bovenste lijn in de
matrix laten zien hoeveel van de race u voltooid
heeft. De andere lijnen zullen uw belangrijkste vier
concurrenten aangeven. Het einde van de matrix
geeft het einde van de race aan.
7. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 6 op bladzijde 22.
8. Zet desgewenst de ventilator aan.
Zie stap 7 op bladzijde 23.
9. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel
wanneer u klaar bent met oefenen.
Zie stap 8 op bladzijde 23.
Ga naar www.iFit.com voor meer informatie over de
iFit instelling.
HOE HET GELUIDSSYSTEEM TE GEBRUIKEN
Steek een audiokabel met 3,5 mm mannelijke uitein-
den (niet meegeleverd) in de audioaansluiting op het
bedieningspaneel en in de audioaansluiting op uw
MP3-speler of CD- speler of andere eigen audiospeler
om via het geluidssysteem van het bedieningspaneel
muziek of audioboeken af te spelen; zorg ervoor dat
de audiokabel volledig ingestoken is. Aandacht:
ga naar uw plaatselijke elektronicawinkel om een
audiokabel aan te schaffen.
Druk dan op de toets play
van uw eigen audio-spe-
ler. Pas het volume aan
met de toename- en afna-
metoetsen volume op het
bedieningspaneel of met de
volumeregelaar op uw eigen audiospeler.
Leg de CD-speler op de vloer of op een ander vlakke
ondergrond in plaats van op het bedieningspaneel als u
uw eigen CD-speler gebruikt en de CD over slaat.
ETHE14915
27
DE INSTELLINGEN
Het bedieningspaneel kent instellingen die de infor-
matie van de loopband bijhouden en u uw eigen
instellingen voor het bedieningspaneel laat invoeren.
1. Kies de instellingen.
Druk op de toets Settings (instellingen) om de
instellingen te kiezen. Wanneer de instellingen
gekozen zijn zal de volgende informatie aangege-
ven worden:
De tijd display zal het totaal aantal uren dat de
loopband gebruikt is aangeven.
De afstand display zal het totaal aantal kilometers
of mijlen dat de loopband gedraaid heeft aangeven.
Het onderste gedeelte van de display zal de status
van de iFit module aangeven. De display zal de
woorden WIFI MODULE aangeven als een iFit
module is aangesloten. De display zal de woorden
NO IFIT MODULE (geen iFit-module) aangeven
wanneer er geen module is aangesloten.
2. Kies de optionele schermen.
De matrix zal verschillende optionele schermen
aangeven terwijl de instellingen wordt gekozen.
Druk op de afnametoets naast de toets Enter om
alle volgende schermen te kiezen:
UNITS (eenheden): druk op de toets Enter om
van meeteenheid te veranderen. Kies ENGLISH
(Engels) om de afstand in mijlen te bekijken. Kies
METRIC (metrisch) om de afstand in kilometers te
bekijken.
DEMO: het bedieningspaneel kent een demo
instelling voor de display, die ontwikkeld is voor
als de loopband in een winkel geëtaleerd wordt.
Terwijl de demo instelling aan gaat, zal het bedie-
ningspaneel normaal werken als de stroomkabel
ingestoken is, de schakelaar in de reset-stand
gedrukt is, en de sleutel in het bedieningspaneel
gestoken is. Wanneer u echter de sleutel uittrekt
zullen de displays blijven branden, al hoewel de
toetsen niet werken. Wanneer de demo instelling
aan staat zal het woord ON (aan) op de matrix
verschijnen. Druk op de toets Enter om de demo
instelling aan of uit te zetten.
CONTRAST LVL (contrastniveau): druk op de
toename- en afnametoetsen Incline (helling) om het
contrastniveau van de display bij te stellen.
Als een module aangesloten is, kunt u ook het
volgende scherm kiezen:
AUDIO COACH: druk op de toets Enter om de
audio coach aan of uit te zetten.
Als een iFit module aangesloten is, kunt u ook
de volgende schermen kiezen:
DEFAULT MENU (standaardmenu): wanneer u de
sleutel in het bedieningspaneel steekt, of wanneer
u op de toets Home (thuis) drukt zal het standaard-
menu verschijnen. Druk herhaaldelijk op de toets
Enter om het handmatige hoofdscherm of het iFit
scherm als het standaard menu te kiezen.
CHECK WIFI STATUS (wi status controle-
ren): druk op de toets Enter om de status van uw
iFit-module te controleren. De onderste display zal
het nummer van de softwareversie, het SSID net-
werk, het type van de netwerkcodering, de status
van de verbinding, de draadloze signaalsterkte, het
IP-adres van de module, het aantal geregistreerde
gebruikers en hun namen, de resultaten van de
DNS zoekopdracht en de status van de iFit server
aangeven.
SEND/RECEIVE DATA (gegevens versturen/
ontvangen): druk op de toets Enter om workouts,
workout logboeken en updates te verzenden en te
ontvangen. Wanneer het proces voltooid is, zullen
de woorden TRANSFERS DONE (transfers uitge-
voerd) op de display verschijnen.
3. Verlaat de instellingen.
Druk op de toets Settings om de instellingen te
verlaten.
28
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN
Stel de helling op nul voordat u de loopband
inklapt om te voorkomen dat de loopband bescha-
digd raakt. Verwijder dan de sleutel en trek de
stroomkabel uit. OPGELET: u moet in staat zijn om
veilig 20 kg op te kunnen tillen om de loopband in
te klappen, te laten zakken of te verplaatsen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de
plaats die door de pijl onder wordt aangegeven.
OPGELET: houd het onderstel niet bij de plastic
voetrails vast. Buig uw knieën en houd uw rug
recht.
2. Til het onderstel omhoog tot de opbergvergrende-
ling in de opbergstand vastklikt. OPGELET: zorg
ervoor dat de opbergvergrendeling vastzit.
Leg een matje onder de loopband om de vloer
of de vloerbedekking te beschermen. Houd de
loopband weg uit direct zonlicht. Berg de loopband
nooit op in een omgeving waar de temperatuur
meer dan 30° C is.
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Klap de loopband in zoals links beschreven voordat
u hem gaat verplaatsen. OPGELET: zorg dat de
opbergvergrendeling in de opbergstand is vergren-
deld. Er kunnen twee mensen nodig zijn om de
loopband te verplaatsen.
Houd de handleuningen met beide handen vast en
duw de loopband voorzichtig naar de gewenste plek.
OPGELET: trek niet aan het onderstel, en verplaats
de loopband niet over een oneffen ondergrond.
HOE DE LOOPBAND TE LATEN ZAKKEN VOOR
GEBRUIK
1. Duw het bovenste uit-
einde van het onderstel
naar voren en druk
tegelijkertijd met uw voet
voorzichtig tegen het
bovenste gedeelte van de
opbergvergrendeling.
2. Trek het bovenste uiteinde
van het onderstel naar u
toe terwijl u met uw voet
op de opbergvergrendeling
drukt.
3. Zet een stap naar achteren
en laat het onderstel op de
vloer zakken.
Handleuning
Wiel
Wiel
Onderstel
1
2
Onderstel
Vergrendeling
1
2
HOE DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
29
ONDERHOUD
Regelmatig onderhoud is belangrijk voor een optimale
werking en om slijtage te verminderen. Controleer
steeds bij gebruik regelmatig alle onderdelen van de
loopband en draai ze goed vast.
Maak de loopband regelmatig schoon en houd de band
schoon en droog. Druk eerst de schakelaar in de
stand Off (uit) en trek de stroomkabel uit. Veeg de
buitenkant van de loopband met een vochtige doek en
een klein beetje zachte zeep af. BELANGRIJK: spuit
geen vloeistoffen rechtstreeks op de loopband.
Houd vloeistoffen weg van het bedieningspaneel
om schade aan het bedieningspaneel te voorko-
men. Maak de loopband vervolgens met een zachte
doek goed droog.
PROBLEMEN OPLOSSEN
De meeste problemen met de loopband kunnen
met de onderstaande eenvoudige stappen worden
opgelost. Zoek naar het symptoom dat van toe-
passing is en volg de vermelde stappen. Zie de
kaft van deze handleiding als u verdere hulp nodig
heeft.
SYMPTOOM: het apparaat gaat niet aan
a. Zorg ervoor dat de stroomkabel op de juiste wijze in
een geaard stopcontact (zie bladzijde 19) is gesto-
ken. Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik
dan alleen een 3-dradige geleider: snoer maat 14
(1 mm
2
) van 1,5 m of korter.
b. Zorg ervoor dat na het insteken van de stroom-
kabel, de sleutel in het bedieningspaneel wordt
ingestoken.
c. Controleer de schakelaar bij de stroomkabel op
het onderstel van de loopband. De schakelaar is
doorgeslagen wanneer de schakelaar uitsteekt
zoals afgebeeld. Wacht vijf minuten en druk dan de
schakelaar weer in om de schakelaar te resetten.
SYMPTOOM: de stroom valt uit tijdens gebruik
a. Controleer de schakelaar (zie links tekening c).
Als de schakelaar doorgeslagen is, wacht dan vijf
minuten en druk de schakelaar weer in.
b. Zorg ervoor dat de stroomkabel ingestoken is. Als
de stroomkabel ingestoken is, trek deze dan uit,
wacht vijf minuten en steek hem dan weer in.
c. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel en
plaats hem dan weer terug.
d. Zie de kaft van deze handleiding als de loopband
nog steeds niet werkt.
SYMPTOOM: de displays van het bedieningspaneel
blijven branden wanneer u de sleutel uit het bedie-
ningspaneel trekt
a. Het bedieningspaneel kent over een demo instel-
ling voor de display die ontwikkeld is voor als de
loopband in een winkel geëtaleerd wordt. De demo
instelling staat aan als de displays blijven branden
wanneer u de sleutel uittrekt. Houd de toets Stop
enkele lang seconden ingedrukt om de demo instel-
ling uit te schakelen. Indien de displays nog steeds
branden, zie DE INSTELLINGEN op bladzijde 27
om de demostand uit te schakelen.
SYMPTOOM: de helling van de loopband verandert
niet juist
a. Houd de toets Stop en de toenametoets Speed
(snelheid) ingedrukt, steek de sleutel in het
bedieningspaneel en laat de toets Stop en de toe-
nametoets Speed dan weer los. Druk vervolgens
op de S toets top en druk dan op de toename- of
afnametoets Incline (helling). De loopband zal auto-
matisch naar het maximum hellingniveau stijgen en
dan naar het minimumniveau terugkeren. Hierdoor
zal het hellingsysteem opnieuw geijkt worden. Druk
op de Stoptoets en daarna weer op de toename- of
afnametoets Incline als het hellingsysteem niet met
ijken gaat beginnen. Trek de sleutel uit het bedie-
ningspaneel als het hellingsysteem geijkt is.
Resetten
Doorgeslagen
c
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
30
SYMPTOOM: de displays van het bedieningspaneel
werken niet naar behoren
a. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel en
TREK DE STROOMKABEL UIT. Verwijder ver-
volgens de vijf #8 x 3/4" Schroeven (2). Draai de
Motorkap (65) voorzichtig eraf.
Zoek naar de Bladveerschakelaar (52) en de
Magneet (50) aan de linkerkant van de Katrol
(49). Draai de Katrol tot de Magneet op gelijke
lijn komt met de Bladveerschakelaar. Zorg
dat de opening tussen de Magneet en de
Bladveerschakelaar ongeveer 3 mm is. Maak,
indien nodig de #8 x 3/4" Tekschroef (14), verschuif
de Bladveerschakelaar wat en draai de Schroef
weer vast. Maak de Motorkap (niet afgebeeld) weer
vast met de #8 x 3/4" Schroeven (niet afgebeeld)
en laat de loopband een paar minuten draaien om
te controleren of de snelheidsmeting juist is.
SYMPTOOM: de loopband vertraagt wanneer er op
gelopen wordt
a. Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan
alleen een 3-dradige geleider: snoer maat 14
(1 mm
2
) van 1,5 m of korter.
b. Als de loopband te strak staat draait de loopband
langzamer en kan het loopvlak zelfs bescha-
digd worden. Verwijder de sleutel en TREK DE
STROOMKABEL UIT. Draai beide schroeven van
de ruststandrol met de inbussleutel een kwartslag
tegen de klok in. Als de loopband goed vastligt
moet u elke rand van de loopband 5 tot 7 cm van
het loopoppervlak kunnen optillen. Wees voorzich-
tig dat de band in het midden blijft liggen. Steek
dan de stroomkabel in, steek de sleutel in en laat
de loopband een paar minuten draaien. Herhaal
deze procedure tot de loopband goed vastligt.
c. Uw loopband is voorzien van een band die al
met een hoogwaardig smeermiddel is behan-
deld. BELANGRIJK: behandel de loopband of
het loopvlak nooit met siliconenspray of enig
andere substantie tenzij dit door een erkende
onderhoudsmonteur wordt aangegeven.
Dergelijke substanties kunnen de kwaliteit van
de loopband verslechteren en tot overmatige
slijtage leiden. Zie de kaft van deze handleiding
als u vermoedt dat de loopband aanvullende sme-
ring nodig heeft.
d. Zie de kaft van deze handleiding als de loopband
nog steeds vertraagt als erop gelopen wordt.
Schroeven van de Ruststandrol
5–7 cm
b
50
14
52
3 mm
49
Boven-
aanzicht
65
2
2
a
2
2
31
SYMPTOOM: de band ligt niet in het midden van
de voetrails. BELANGRIJK: als de band langs de
voetrails schuurt kan de band beschadigd raken.
a. Verwijder als eerste de sleutel en TREK DE
STROOMKABEL UIT. Draai de linker schroef van
de ruststandrol met de inbussleutel een 1/2 slag
met de klok mee als de band naar links verscho-
ven is; draai de linker schroef van de ruststandrol
een 1/2 slag tegen de klok als de band naar rechts
verschoven is. Wees voorzichtig dat u de loopband
niet te strak draait. Steek dan de stroomkabel in,
steek de sleutel in en laat de loopband een paar
minuten draaien. Herhaal deze procedure tot de
band goed in het midden ligt.
SYMPTOOM: de loopband slipt wanneer er op gelo-
pen wordt
a. Verwijder als eerste de sleutel en TREK DE
STROOMKABEL UIT. Draai met de inbussleutel
beide bijstelschroeven van de ruststandrol een
kwartslag met de klok mee. Als de loopband goed
vastligt moet u elke rand van de loopband 5 tot 7
cm van het loopvlak kunnen optillen. Wees voor-
zichtig dat de band in het midden blijft liggen. Steek
dan de stroomkabel in. Steek de sleutel in en loop
een paar minuten voorzichtig op de loopband.
Herhaal deze procedure tot de loopband goed
vastligt.
SYMPTOOM: er lopen lijnen over de display van het
bedieningspaneel
a. Indien er lijnen verschijnen op de display van het
bedieningspaneel, zie DE INSTELLINGEN op
bladzijde 27 en stel het contrastniveau van de
display bij.
a
a
Voet rails
32
Deze richtlijnen helpen u bij het plannen van uw
oefeningenprogramma. Voor meer gedetailleerde oefe-
ninginformatie, dient u een erkend boek te kopen of
uw arts te consulteren. Onthoud dat goede voeding en
voldoende rust essentieel zijn voor succesvolle
resultaten.
INTENSITEIT VAN OEFENINGEN
Of het nu uw doel is om vet te verbranden of om uw
hart en vaatsysteem te versterken, het uitvoeren
van oefeningen met de juiste intensiteit is de sleutel
voor het bereiken van resultaten. U kunt uw hartslag
gebruiken als gids voor het vinden van het juiste inten-
siteitniveau. De grafiek hieronder toont de aanbevolen
hartslagen voor het verbranden van vet en voor een
aerobic oefening.
Voor het vinden van het juiste intensiteitniveau, zoekt u
uw leeftijd onderaan de grafiek (leeftijden worden afge-
rond naar het dichtstbijzijnde tiental). De drie getallen
boven uw leeftijd bepalen uw “trainingszone.” Het
laagste nummer is uw hartslag voor het verbranden
van vet, het middelste nummer is uw hartslag voor het
maximaal verbranden van vet en het hoogste nummer
is de hartslag voor de aerobic-oefening.
Vet verbranden—om op doeltreffende wijze vet te
verbranden, moet u gedurende een aanhoudende
periode oefeningen doen op een laag intensiteitniveau.
Tijdens de eerste minuten van de oefening gebruikt
uw lichaam koolhydraatcalorieën voor de energie. Pas
na de eerste minuten van de oefening gebruikt uw
lichaam opgeslagen vetcalorieën voor de energie. Als
het uw doel is om vet te verbranden dient u de intensi-
teit van de oefening aan te passen tot uw hartslag zich
bij het laagste nummer in uw trainingszone bevindt.
Voor maximale vetverbranding, dient u te oefenen
met uw hartslag in het middelste nummer van uw
trainingszone.
Aerobic-oefening—als het uw doel is om uw hart
en vaatsysteem te versterken dan moet u een aero-
bic-oefening uitvoeren die zorgt voor activiteit die grote
hoeveelheden zuurstof vereist gedurende langere peri-
oden. Voor een aerobic-oefening past u de intensiteit
van uw oefening aan tot uw hartslag in de buurt is van
het hoogste nummer van uw trainingszone.
RICHTLIJNEN VOOR EEN TRAINING
Warming up—start met strekken en lichte oefeningen
gedurende 5 tot 10 minuten. Een warming-up zorgt dat
u uw lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddoorstro-
ming verhoogt in voorbereiding op de training.
Trainingszone-oefening—oefen gedurende 20 tot
30 minuten met uw hartslag in uw trainingszone.
(Gedurende de eerste weken van uw oefeningen-
programma, dient u uw hartslag niet langer dan 20
minuten in uw trainingszone te houden.) Adem regel-
matig en diep bij het uitvoeren van de oefening; houd
uw adem niet in.
Afkoelen—eindig met 5 tot 10 minuten strekken.
Strekken verhoogt de flexibiliteit van de spieren en
helpt problemen na de oefening voorkomen.
FREQUENTIE VAN DE OEFENINGEN
Om uw conditie te behouden of te verbeteren, dient u
drie trainingen per week te doen, met ten minste één
rustdag tussen de trainingen. Na een aantal maanden
regelmatig oefeningen doen, kunt u desgewenst maxi-
maal vijf trainingen per week doen. Onthoud dat het
dagelijks regelmatig en met plezier doen van oefenin-
gen de sleutel tot uw succes is.
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
WAARSCHUWING:
voordat u begint met dit of een ander oefe-
ningenprogramma, dient u een arts te
consulteren. Dit is vooral belangrijk voor
personen boven de 35 jaar of personen met
bestaande gezondheidsproblemen.
De polssensor is geen medisch apparaat.
Diverse factoren kunnen invloed hebben op
nauwkeurigheid van de hartslagwaarden. De
polssensor is alleen bedoeld als hulpmiddel
bij de oefening voor het bepalen van de hart-
slag over het algemeen.
33
AANBEVOLEN STREKOEFENINGEN
De juiste manier voor verschillende basisstrekoefeningen wordt rechts getoond. Beweeg langzaam bij het strek-
ken–spring nooit op.
1. Teen Aanraken Strekoefening
Sta met lichtgebogen knieën en buig langzaam vanuit uw heupen
naar voren. Houd uw rug en schouders ontspannen als u zover
mogelijk naar beneden reikt, richting uw tenen. Houd deze positie
gedurende 15 seconden aan en ontspan dan weer. Herhaal dit drie
keer. Strekken: achillespees, achterkant van de knieën en rug.
2. Strekken van de Achillespees
Ga zitten met één uitgestrekt been. Breng de zool van de andere
voet naar u toe en laat deze rusten tegen de binnenkant van de dij
van uw uitgestrekte been. Probeer zover mogelijk naar uw teen te
reiken. Houd deze positie gedurende 15 seconden aan en ontspan
dan weer. Herhaal dit drie keer voor elk been. Strekken: achillespe-
zen, onderrug en liezen.
3. Strekken van Kuiten/Achillespees
Reik naar voren met het ene been voor de ander en plaats uw han-
den tegen een muur. Houd uw achterbeen gestrekt en uw achtervoet
plat op de vloer. Buig uw voorbeen, leun naar voren en beweeg uw
heupen in de richting van de muur. Houd deze positie gedurende 15
seconden aan en ontspan dan weer. Herhaal dit drie keer voor elk
been. Voor het nog verder strekken van de achillespezen, kunt u ook
uw achterbeen buigen. Strekken: kuiten, achillespezen en enkels.
4. Strekken van de Dijbeenspier
Leun met een hand tegen de muur voor balans en reik met de
andere hand naar achteren en grijp uw voet. Breng uw hiel zo dicht
mogelijk bij uw billen. Houd deze positie gedurende 15 seconden
aan en ontspan dan weer. Herhaal dit drie keer voor elk been.
Strekken: dijbeenspier en heupspieren.
5. Strekken Binnenkant Dijbeen
Zit met de zolen van uw voeten tegen elkaar aan en uw knieën naar
buiten gericht. Trek uw voeten zover mogelijk naar uw liezen. Houd
deze positie gedurende 15 seconden aan en ontspan dan weer.
Herhaal dit drie keer. Strekken: dijbeenspier en heupspieren.
1
2
3
4
5
34
1 18 #8 x 1/2" Schroef
2 46 #8 x 3/4" Schroef
3 1 5/16" x 2 1/4" Bout
4 10 5/16" x 3/4" Schroef
5 2 #10 Sterring
6 1 5/16" x 1 3/4" Bout
7 6 3/8" x 4" Schroef
8 5 #8 Sterring
9 2 #10 x 3/4" Schroef
10 10 #8 x 1/2" Zilveren Schroef
11 14 5/16" Sterring
12 2 5/16" Moer
13 6 3/8" Sterring
14 13 #8 x 3/4" Tekschroef
15 3 1/4" x 2 1/2" Schroef
16 1 3/8" x 1 1/2" Bout
17 2 3/8" x 1 1/2" Wielbout
18 1 Onderstel van het Bedienings paneel
19 4 #8 x 7/16" Schroef
20 2 5/16" Schroef van de Motor
21 2 3/8" Pen
22 2 3/8" x 1" Bout
23 4 5/16" x 1 3/4" Schouderbout
24 12 #8 x 3/4" Tek Schroef met Pankop
25 2 Wiel
26 2 Bovenkant van het Achterste
Kussen
27 1 Rechter Lade
28 4 5/16" x 2 1/2" Schroef
29 1 3/8" x 1 3/4" Zeskantige Bout
30 4 5/16" Platte Tussenring
31 1 Dwars stang van de Staander
32 2 Tussenstuk van de van de Motor
van de Helling
33 6 3/8" Klemmoer
34 4 5/16" Moer
35 4 Onderkant van het Kussen
36 1 Linker Lade
37 1 Linker Voetkussen
38 1 Dwars stang van de Vergrendeling
39 4 Kussen
40 2 Buis van de Kap
41 2 Klem van het Bedienings paneel
42 1 Linker Voetrail
43 1 Waarschuwingssticker
44 1 Loopvlak
45 1 Band
46 2 Riemgeleider
47 1 Rechter Achterpoot
48 4 Draadband
49 1 Aandrijfrol/Katrol
50 1 Magneet
51 1 Klem van de Bladveerschakelaar
52 1 Bladveerschakelaar
53 1 Opbergvergrendeling
54 1 Aandrijfmotor
55 1 Riem van de Motor
56 1 Onderstel
57 1 Linker Achterpoot
58 1 Aarddraad van het Bedienings-
paneel
59 4 Rubber Kussen
60 1 Rechter Voetrail
61 1 Ruststandrol
62 2 Voorwiel
63 2 Tussenstuk van het Wiel
64 1 Basis van het Bedienings paneel
65 1 Motorkap
66 1 Versiering van de Kap
67 2 Tussenstuk van het Onderstel van
de Helling
68 5 Klip van de Kap
69 1 Motor van de Helling
70 1 Onderstel van de Helling
71 2 Tussenstuk van het Onderstel
72 1 Regulateur
73 1 Beugel van de Elektronica
74 2 Kap van de Basis
75 1 Schakelaar
76 1 Stroomkabel
77 1 Borgring
78 1 Onderste Kap
79 1 Kap van de Linker Handleuning
80 1 Bedienings paneel
81 1 Draad van de Staander
82 1 Linker Kap van de Basis
83 1 Rechter Kap van de Basis
84 1 Rechter Onderste Kap van de
Handleuning
85 1 Kap van de Rechter Handleuning
86 2 Handleuning
87 1 Linker Onderste Kap van de
Handleuning
88 1 Lade
89 1 Linker Staander
90 1 Rechter Staander
91 2 Waarschuwingssticker
92 4 1/4" x 2 1/4" Schroef
93 1 Dwars stang voor de Hartslag
94 1 Basis
95 1 Bovenkant van het Rechter
Voorkussen
96 1 Bovenkant van het Linker
Voorkussen
97 1 Rechter Kussen van de Poot
98 1 Sleutel/Klip
LIJST MET ONDERDELEN
Modelnr. HETL14915.1 R0815A
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
35
99 2 Draadband
100 2 1/4" x 1 1/2" Schroef
101 6 #8 x 3/4" Schroef met Tussenring
102 5 #8 x 3/4" Trosvormige Kopschroef
103 1 Linker Achterkap
104 1 Rechter Achterkap
105 1 1/4" Moer
106 1 Klem van de Regulateur
107 2 #8 x 1 3/4" Schroef
108 2 Huls van de Motor
109 1 #8 Moer
110 1 #8 x 3/4" Kolomschroef
111 1 Beugel van de Elektronica
112 1 Filter
113 1 Motorisolator
114 1 Aardbeugel
115 1 Contactdoos
116 2 Kussen van de Basis
117 1 Borstkashartslagmonitor
* Gebruikershandleiding
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
Aandacht: deze technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Kijk op de
achterkant van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen. *Deze onderdelen worden
niet getoond.
36
4
11
12
3
53
6
12
38
23
49
56
107
107
54
60
47
34
30
59
23
52
55
46
19
50
14
51
21
45
102
48
23
15
34
30
59
61
15
30
34
59
23
19
46
43
42
44
21
34
30
59
24
24
57
100
102
24
2 2
103
104
2
24
101
4
11
101
101
101
101
101
37
97
35
39
95
35
39
26
2
2
14
14
14
92
2
2
14
14
39
26
35
35
39
96
92
100
105
15
113
10
10
111
110
109
10
20
108
108
8
8
112
GEDETAILLEERDE TEKENING A
Modelnr. HETL14915.1 R0815A
37
66
65
102
102
102
40
2
68
75
2
2
73
72
2
2
2
78
24
24
24
68
68
2
67
67
33
29
69
33
70
16
71
33
33
71
32
2
106
10
114
10
115
76
8
68
40
GEDETAILLEERDE TEKENING B
Modelnr. HETL14915.1 R0815A
38
17
17
33
77
81
33
94
10
82
91
7
25
83
89
4
11
86
79
87
11
28
90
86
85
84
4
11
28
11
25
91
13
63
62
74
7
13
74
62
63
81
58
10
93
9
1
1
1
1
1
5
9
5
1
116
14
14
116
22
22
11
4
31
4
11
2
11
4
2
2
2
88
1
1
GEDETAILLEERDE TEKENING C
Modelnr. HETL14915.1 R0815A
39
2
2
41
41
2
99
64
1
1
36
1
1
1
2
2
2
27
18
80
98
2
2
2
2
117
GEDETAILLEERDE TEKENING D
Modelnr. HETL14915.1 R0815A
Dit elektronische product mag niet bij het gemeentelijk afval worden gegooid.
Om het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet worden gere-
cycleerd aan het einde van de levenscyclus.
Maak gebruik van installaties voor hergebruik die bevoegd zijn voor het verwer-
ken van dit soort afval in uw streek. Zo helpt u het milieu te beschermen en de
Europese normen voor milieubescherming te verbeteren. Als u meer informatie
nodig hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem dan contact op met uw
plaatselijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.
RECYCLING INFORMATIE
Bekijk de omslag van deze handleiding voor het bestellen van vervangende onderdelen. Zorg ervoor dat u de vol-
gende informatie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
• het modelnummer en het serienummer van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
• de naam van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
het nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE
TEKENING aan het eind van deze handleiding)
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Onderdeel Nr. 370777 R0815A Gedrukt in China © 2015 ICON Health & Fitness, Inc.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40

HealthRider HETL14915 H200T Handleiding

Categorie
Loopbanden
Type
Handleiding