KitchenAid KHDD2 38510 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Gebruiksaanwijzingen
IT
NL
Veiligheidsvoorschriften 4
Productbeschrijving en symbolen 9
Regelingssymbolen 9
Gebruik van de branders 9
Praktische adviezen voor het gebruik van de kookplaat 10
De pannensteunen plaatsen 10
Afstand van afzuigkap en keukenkastjes (mm) 11
Sproeiertabel 12
Installatie 12
Gasaansluiting 13
Elektrische aansluiting 13
Installatie 14
Aanpassing aan een ander type gas 14
Vervangen van de sproeiers 15
Afstellen van het minimale stromingsniveau van de gaskranen 15
Reiniging en onderhoud 16
Reiniging en onderhoud van de gasbranders 16
Opsporen van storingen 17
Consumentenservice 17
Deze instructies vindt u tevens op de website docs.kitchenaid.eu
4
Veiligheidsvoorschriften
BELANGRIJK MOET WORDEN GELEZEN EN IN ACHT GENOMEN
Deze instructies zijn van toepassing
als het landsymbool op het apparaat
staat. Als het symbool niet op het
apparaat verschijnt, gelieve de
technische instructies te raadplegen
om het apparaat aan de
gebruiksvoorwaarden van het land aan
te passen.
VOORZICHTIG: Gebruik van het
gaskooktoestel produceert warmte,
vocht en verbrandingsproducten in de
ruimte waarin het is geïnstalleerd. Zorg
ervoor dat de keuken goed geventileerd
is, vooral wanneer het apparaat in
gebruik is: zorg voor openingen voor
natuurlijke ventilatie of installeer een
mechanische ventilatie-inrichting
(mechanische afzuigkap). Bij langdurig
en intensief gebruik van het apparaat
kan extra ventilatie nodig zijn,
bijvoorbeeld door het openen van een
raam, of een eectievere ventilatie,
door het niveau van mechanische
ventilatie (indien mogelijk) te verhogen.
Als u de informatie in deze
handleiding niet precies opvolgt, kan
dit brand of een ontplong
veroorzaken, met materiële schade of
persoonlijk letsel tot gevolg.
Lees voordat u het apparaat gaat
gebruiken deze veiligheidsinstructies.
Houd ze binnen handbereik voor latere
raadpleging.
Deze instructies en het apparaat zelf
zijn voorzien van belangrijke
veiligheidsaanwijzingen, die te allen
tijde moeten worden opgevolgd. De
fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor schade die het gevolg is
van het niet opvolgen van deze
veiligheidsinstructies, oneigenlijk
gebruik van het apparaat of een foute
instelling van de regelknoppen.
WAARSCHUWING: Als het oppervlak
van de kookplaat gebarsten is, gebruik
het apparaat niet - risico voor
elektrocutie.
WAARSCHUWING: Brandgevaar: leg
geen voorwerpen op de
kookoppervlakken.
VOORZICHTIG: Het bereidingsproces
moet onder toezicht plaatsvinden. Een
kort bereidingsproces moet onder
voortdurend toezicht plaatsvinden.
WAARSCHUWING: Onbewaakt
koken op een kookvuur met vet of olie
kan gevaarlijk zijn en kan brand
veroorzaken. Probeer een brand NOOIT
te blussen met water, maar zet het
apparaat uit en bedek de vlam met bijv.
een deksel of een branddeken.
Gebruik de kookplaat niet als
werkblad of als steun.
Houd kleding of andere brandbare
materialen uit de buurt van het
apparaat tot alle onderdelen van het
apparaat helemaal zijn afgekoeld -
risico voor brand.
Kleine kinderen (0-3jaar) moeten uit
de buurt van het apparaat gehouden
worden. Kleine kinderen (3-8 jaar)
moeten uit de buurt van het apparaat
gehouden worden, tenzij er
voortdurend toezicht is. Kinderen vanaf
8 jaar en personen met verminderde
fysieke, sensorische of mentale
vermogens of gebrek aan ervaring en
kennis, mogen dit apparaat gebruiken
indien ze onder toezicht staan of
instructies hebben ontvangen over
veilig gebruik en de mogelijke gevaren
ervan begrijpen. Kinderen mogen niet
spelen met het apparaat. De reiniging
en het onderhoud mogen niet door
5
kinderen worden uitgevoerd zonder
toezicht.
VOORZICHTIG: Bij het glasbreuk van
de kookzone: schakel direct alle
branders en eventuele elektrische
verwarmingselementen uit en
ontkoppel het apparaat van de
netvoeding; - raak het oppervlak van
het apparaat niet aan; - gebruik het
apparaat niet.
De glazen afdekking kan
inbreken bij opwarming.
Schakel alle branders en
elektrische platen uit voordat u
het deksel sluit. Sluit het deksel niet als
er een gasbrander brandt.
WAARSCHUWING: Het apparaat en
de accessoires worden heet tijdens het
gebruik. Let op dat u geen
verwarmingselementen aanraakt.
Kinderen jonger dan 8 jaar moeten uit
de buurt van het apparaat worden
gehouden, tenzij er voortdurend
toezicht is.
TOEGESTAAN GEBRUIK
VOORZICHTIG: het apparaat is niet
geschikt voor inwerkingstelling met
een externe schakelaar zoals een timer,
of een afzonderlijk systeem met
afstandsbediening.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik
in huishoudelijke en gelijkaardige
toepassingen zoals: personeelskeukens
in winkels, kantoren en overige
werkomgevingen; landbouwbedrijven;
door klanten in hotels, motels, bed &
breakfast en andere
verblijfsomgevingen.
Elk ander gebruik is verboden (bijv.
als kamerverwarming).
Dit apparaat is niet voor professioneel
gebruik bestemd. Gebruik het apparaat
niet buiten.
Gebruik pannen met bodems
waarvan de diameter gelijk, of iets
groter is dan die van de branders (zie
tabel). Zorg ervoor dat de pannen op
de roosters niet uitsteken buiten de
rand van de kookplaat.
Een verkeerd gebruik van de
pannenroosters kan schade aan de
kookplaat veroorzaken: positioneer de
rooster niet ondersteboven en schuif ze
niet over de kookplaat.
Laat de gasvlam nooit buiten de randen van de pan
komen.
Gebruik geen: Gietijzeren grillplaten, grillsteenplaten,
aardewerken potten en pannen.
Warmteverdelers zoals een metalen gaas of andere
typen. Twee branders tegelijkertijd voor één pan (bijv.
vispan).
Indien door de lokale staat van het toegevoerde gas
het ontsteken van de brander moeilijk gaat, wordt
geadviseerd de bewerking te herhalen met de knop
verdraaid naar de kleine vlaminstelling.
Als er een afzuigkap boven de kookplaat wordt
geïnstalleerd, zie dan de bij de afzuigkap geleverde
instructies voor de juiste afstand.
De beschermende rubberen pootjes op de roosters
vormen verstikkingsgevaar voor kleine kinderen.
Controleer na het verwijderen van de roosters of alle
pootjes correct zijn geplaatst.
INSTALLATIE
Het apparaat moet verplaatst en
geïnstalleerd worden door twee of
meer personen - risico op
verwondingen. Gebruik beschermende
handschoenen om uit te pakken en te
installeren - risico voor snijwonden.
De elektriciteits- en gasaansluitingen
moeten voldoen aan de lokale
regelgeving.
Laat de installatie, m.i.v. de aansluiting
op het waternet (indien van toepassing)
en de elektrische aansluitingen en
reparaties door een gekwaliceerd
technicus verrichten. Repareer of
vervang geen enkel onderdeel van het
apparaat, behalve als dit expliciet
aangegeven wordt in de
gebruikershandleiding. Houd kinderen
ver van de installatieplaats. Controleer
na het uitpakken van het apparaat of
het tijdens het transport geen
beschadigingen heeft opgelopen.
Neem in geval van problemen contact
op met uw leverancier of de
6
dichtstbijzijnde klantenservice. Na de
installatie moet het
verpakkingsmateriaal (plastic,
piepschuim enz.) buiten het bereik van
kinderen bewaard worden - risico voor
verstikking. Het apparaat moet worden
losgekoppeld van het elektriciteitsnet
voordat u installatiewerkzaamheden
uitvoert - risico voor elektrocutie.
Tijdens de installatie dient u ervoor te
zorgen dat het apparaat de
voedingskabel niet beschadigd - risico
voor brand of elektrocutie. Activeer het
apparaat alleen wanneer de installatie
helemaal uitgevoerd is.
WAARSCHUWING: Aanpassing van
het apparaat en de manier van
installeren zijn essentieel om het
apparaat veilig en correct te gebruiken
in alle andere landen.
Gebruik drukregelaars die geschikt
zijn voor de gasdruk die in de
Gebruiksaanwijzing staat aangegeven.
De ruimte moet zijn uitgerust met
een luchtafzuigsysteem dat alle
verbrandingsgassen afvoert.
De ruimte moet ook een goede
luchtcirculatie mogelijk maken, omdat
er lucht nodig is voor een normale
verbranding.
De luchtstroom moet minstens 2 m³/
uur per kW geïnstalleerd vermogen
bedragen.
Het luchtcirculatiesysteem kan lucht
rechtstreeks van buiten opnemen door
middel van een buis met een inwendige
doorsnede van ten minste 100 cm²; de
opening mag niet vatbaar zijn voor
verstoppingen.
Het systeem kan de lucht voor
verbranding ook indirect aanvoeren uit
aangrenzende ruimten die zijn
uitgerust met luchtcirculatiebuizen
zoals hierboven beschreven.
Deze ruimten mogen echter geen
gemeenschappelijke ruimten of
slaapkamers zijn, of ruimten die
brandgevaarlijk kunnen zijn.
Vloeibaar petroleumgas zakt naar
de vloer omdat het zwaarder is dan
lucht. Daarom moeten kamers met
Lpg-cilinders ook zijn uitgerust met
ventilatieopeningen om gas te laten
ontsnappen in het geval van een lek.
Lpg-cilinders, gedeeltelijk of volledig
gevuld, mogen daarom niet worden
geïnstalleerd of opgeslagen in ruimten
of opslagruimten onder het maaiveld
(kelders, enz.). Het is raadzaam om
alleen de cilinder die in gebruik is in de
ruimte te hebben. Deze moet zodanig
geplaatst zijn dat hij niet blootstaat aan
warmte geproduceerd door externe
bronnen (ovens, open haarden, kachels,
enz.) die de temperatuur van de cilinder
boven 50 °C kunnen laten oplopen.
Als u het moeilijk vindt om aan de knoppen voor de
brander te draaien, neem dan contact op met de
Klantenservice, die de branderkraan kan vervangen als
deze defect is.
Openingen voor ventilatie en warmteafvoer mogen
nooit worden afgedekt.
Voer eerst alle zaagwerkzaamheden
uit en verwijder alle spaanders en
zaagresten voordat u het apparaat
plaatst.
Als het apparaat niet boven een
oven wordt geïnstalleerd, moet een
(niet bijgeleverd) scheidingspaneel
worden geïnstalleerd in het
compartiment onder het apparaat.
GASAANSLUITING
WAARSCHUWING: Controleer vóór
de installatie of de lokale toevoer van
gas (aard van gas en gasdruk) en de
conguratie van het apparaat
compatibel zijn.
Controleer of de druk van de
gastoevoer overeenkomt met de
waarden in Tabel 1 ("Specicaties
brander en mondstuk").
WAARSCHUWING: De
conguratievoorwaarden voor dit
apparaat staan vermeld op het etiket
7
(of het typeplaatje).
WAARSCHUWING: Dit apparaat is
niet aangesloten op e en af voerinstallatie
voor verbrandingsproducten. Het
moet geïnstalleerd en aangesloten
worden volgens de geldende
installatievoorschriften. Besteed
speciale aandacht aan de relevante
vereisten met betrekking tot ventilatie.
Als het apparaat op vloeibaar gas is
aangesloten, moet de regelschroef zo
strak mogelijk worden aangedraaid.
BELANGRIJK: Als een gascilinder of
gashouder gebruikt wordt, moet deze
juist geplaatst worden (verticaal).
WAARSCHUWING: Deze handeling
moet door een gekwaliceerd monteur
worden uitgevoerd.
Gebruik alleen een exibele of stijve
metalen leiding voor de gasaansluiting.
Aansluiting met een stijve leiding
(koper of staal) De aansluiting op het
gassysteem moet zodanig worden
uitgevoerd dat er geen spanning op
het apparaat wordt uitgeoefend. Er zit
een verstelbare L-vormige buistting
op de aanvoerzijde van het apparaat.
Deze is voorzien van een afdichting om
lekken te voorkomen. De afdichting
moet altijd worden vervangen na het
draaien van de buistting (de afdichting
is bij het apparaat geleverd). De tting
van de gastoevoerbuis is een cilindrische
mannelijke bevestiging (1/2 gas) met
schroefdraad.
Een exibele naadloze roestvrij
stalen leiding aansluiten op een
schroefdraadbevestiging.
De tting van de gastoevoerbuis is een
cilindrische mannelijke bevestiging (1/2
gas) met schroefdraad. Deze leidingen
moeten zodanig worden geïnstalleerd
dat ze nooit langer zijn dan 2000 mm
wanneer ze volledig zijn uitgeschoven.
Zorg er nadat de aansluiting tot stand is
gebracht voor dat de exibele metalen
leiding geen bewegende delen raakt
en niet is samengedrukt. Gebruik alleen
leidingen en afdichtingen die voldoen
aan de geldende regelgeving in het
land van installatie.
BELANGRIJK: Als een roestvrijstalen
slang wordt gebruikt, moet deze
zodanig worden geïnstalleerd dat hij
geen bewegende delen van het
meubel raakt (bijvoorbeeld laden). De
leiding moet door een gedeelte zonder
obstakels worden geleid, waar de
leiding over de gehele lengte
gecontroleerd kan worden.
Het apparaat moet worden
aangesloten op de hoofdgastoevoer of
op een gascilinder die voldoet aan de
geldende regelgeving in het land van
installatie. Controleer voordat u de
aansluiting uitvoert of het apparaat
compatibel is met de gastoevoer die u
wilt gebruiken.
Als dit niet het geval is, volg dan de
instructies in de paragraaf "Aanpassing
aan verschillende gassoorten".
Controleer na aansluiting op de
gastoevoer met zeepwater op lekkages.
Steek de branders aan en draai de
knoppen van de hoogste stand 1* naar
de laagste stand 2* om de stabiliteit van
de vlam te controleren.
Aansluiting op het gasnetwerk of de
gases kan worden uitgevoerd met
een exibele rubberen of stalen slang,
in overeenstemming met de huidige
nationale wetgeving.
AANPASSING AAN VERSCHILLENDE
GASSOORTEN
(Deze bewerking moet worden
uitgevoerd door een gekwaliceerde
technicus.)
Volg de stappen na de
installatietekeningen voor aanpassing
van het apparaat aan een ander type
gas dan het type waarvoor het is
vervaardigd (aangegeven op de
8
classicatietabel).
ELEKTRISCHE WAARSCHUWINGEN
BELANGRIJK: Informatie over
stroom- en spanningsverbruik vindt u
op het typeplaatje.
Het moet mogelijk zijn het apparaat
van het elektriciteitsnet af te koppelen
door de stekker uit het stopcontact te
halen of via een meerpolige
netschakelaar die bovenstrooms van
het stopcontact is geplaatst conform
de bedradingsvoorschriften en het
apparaat dient geaard te zijn conform
de nationale veiligheidsnormen voor
elektriciteit.
De stroomkabel moet lang genoeg zijn om het
apparaat, nadat dit is ingebouwd in het meubel,
te kunnen aansluiten op het stopcontact van de
netvoeding. Niet aan de stroomkabel trekken.
Gebruik geen verlengsnoeren,
meervoudige stopcontacten of
adapters. Als de installatie voltooid is,
mogen de elektrische onderdelen niet
meer toegankelijk zijn voor de
gebruiker. Gebruik het apparaat niet
wanneer u natte voeten hebt of
blootsvoets bent.
Gebruik het apparaat niet als de
stroomkabel of de stekker beschadigd
is, als het apparaat niet goed werkt of
als het beschadigd of gevallen is.
Als de voedingskabel beschadigd is,
moet het door de fabrikant, zijn
technicus of een gelijkaardig
gekwaliceerd persoon vervangen
worden door een identieke kabel om
gevaarlijke situaties te voorkomen -
risico voor elektrocutie.
REINIGEN EN ONDERHOUD
WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat
het apparaat uitgeschakeld en
losgekoppeld is van het elektriciteitsnet
alvorens onderhoud uit te voeren;
gebruik geen stoomreinigers - risico
van elektrocutie.
Gebruik geen schurende of bijtende
producten, reinigingsmiddelen op
chloorbasis of schuursponsjes.
Om schade aan het elektrische
ontstekingsmechanisme te voorkomen mag dit niet
worden gebruikt wanneer de branders niet in hun
behuizing zitten.
VERWERKING VAN DE VERPAKKING
De verpakking kan volledig gerecycled worden, zoals
door het recyclingssymbool wordt aangegeven
.
De diverse onderdelen van de verpakking moeten op
verantwoordelijk wijze afgevoerd worden volgens de
plaatselijke voorschriften voor de verwerking van het
afval.
AFDANKEN VAN HUISHOUDELIJKE
APPARATUUR
Dit apparaat is vervaardigd van recyclebaar of
herbruikbaar materiaal.
Dank het apparaat af in overeenstemming met
plaatselijke milieuvoorschriften voor afvalverwerking.
Voor meer informatie over behandeling, terugwinning
en recycling van huishoudelijke apparaten kunt u
contact opnemen met uw plaatselijke instantie, de
vuilnisophaaldienst of de winkel waar u dit apparaat
hebt gekocht. Dit apparaat is voorzien van het
merkteken volgens de Europese Richtlijn 2012/19/
EU inzake Afgedankte elektrische en elektronische
apparaten (AEEA).
Door ervoor te zorgen dat dit product correct wordt
afgedankt, helpt u schadelijke gevolgen voor het milieu
en de gezondheid te voorkomen.
Het symbool
op het product of op de begeleidende
documentatie geeft aan dat dit apparaat niet als
huishoudelijk afval behandeld mag worden, maar
dat het ingeleverd moet worden bij een speciaal
inzamelingscentrum voor de recycling van elektrische
en elektronische apparatuur.
TIPS OM ENERGIE TE BESPAREN
Gebruik een snelkookpan, om nog meer energie en tijd
te besparen.
CONFORMITEITSVERKLARING
Dit apparaat voldoet aan de ecologische
ontwerpvereisten van de Europese Richtlijn nr. 66/2014
in overeenstemming met de Europese norm EN 60350-2.
Dit apparaat voldoet aan de ecologische
ontwerpvereisten van de Europese Richtlijn nr. 66/2014
in overeenstemming met de Europese norm EN 30-2-1
9
Eén van de branders aansteken:
1. Draai de betreende bedieningsknop naar
links tot de indicator ter hoogte van het
symbool met de maximale vlam staat
.
2. Druk op de bedieningsknop om de brander
aan te steken.
3. Nadat de brander is aangestoken, houdt u de
bedieningsknop ongeveer 5 seconden
ingedrukt om het veiligheidsthermokoppel op
elke brander te laten aangrijpen. Het
thermokoppel schakelt de gastoevoer naar de
brander uit als de vlam per ongeluk zou doven
(een windvlaag, tijdelijke onderbreking van de
gastoevoer of gemorste vloeistof, enz.).
Als de brander niet binnen ongeveer 15
seconden ontsteekt, schakel de brander dan uit
en controleer of de dop en het plaatje van de
brander correct aangebracht zijn. Wacht
minimaal 1 minuut voordat u het opnieuw
probeert.
Als de brander uitgaat als u de bedieningsknop
loslaat, dan is het thermokoppel niet
ingeschakeld.
Wacht minimaal 1 minuut voordat u de stappen
1 tot en met 3 herhaalt.
1. Verwijderbare roosters
2. Hulpbrander
3. Snelle brander
4. Bedieningsknop hulpbrander
5. Bedieningsknop sneller brander
Productbeschrijving en symbolen
Regelingssymbolen
Uit
Maximale vlam
Minimale vlam
Gebruik van de branders
10
Lees de gebruiksaanwijzing om de beste prestaties
uit uw kookplaat te halen.
- - Gebruik pannen met een geschikte diameter
voor de brander (zie de tabel op deze pagina)
- - Gebruik pannen met een vlakke bodem,
behalve bij de woksteun.
- - Gebruik niet te veel water bij het bereiden van
voedsel en doe het deksel op de pan.
- - Zorg dat de pannen volledig ondersteund
worden door de pannensteunen en niet
uitsteken buiten de randen.
Dit mag u nooit gebruiken:
- - Gietijzeren potten en pannen, steengrillen of
aardewerk schalen op de kookplaat, omdat de
pannensteunen hierdoor beschadigd kunnen
raken.
- - Convectors zoals metalen roosters en
dergelijke.
- - Het gebruik van twee branders tegelijk met
één pan erop, zoals een vispan.
Belangrijk:
Plaats of verschuif de pannensteunen niet
ondersteboven over de kookplaat, omdat er dan
krassen kunnen ontstaan.
Als deze aanbevelingen niet worden
opgevolgd, kan de kookplaat van glaskeramiek
beschadigd raken of kapot gaan en komt de
veiligheid van uw apparaat in gevaar.
Brander Ø Pannen
snel van 24 tot 26 cm
hulp van 8 tot 14 cm
Praktische adviezen voor het gebruik van de kookplaat
Om de pannensteunen te plaatsen, moeten ze eerst worden uitgelijnd met de branders en daarna op de
denitieve plaats worden gezet. Wees hierbij voorzichtig dat u met de steun geen krassen maakt in de
metalen bovenzijde.
De pannensteunen plaatsen
11
Afstand van afzuigkap en
keukenkastjes (mm)
Dit apparaat is niet voorzien van een afvoer van
verbrandingsproducten. Het wordt aanbevolen dat
het apparaat geïnstalleerd wordt in voldoende
beluchte ruimten, overeenkomstig de geldende
wetten en voorschriften.
De hoeveelheid lucht die nodig is voor verbranding
mag niet lager zijn dan 2,0 m3 / h voor elke kW
geïnstalleerd vermogen. Zie de tabel
brandervermogen.
Opmerking:
Het apparaat valt binnen installatieklasse 3.
De parameters voor bijstelling van het apparaat
worden weergegeven op de plaat die aan de
behuizing is bevestigd.
Een paneel gemaakt van hout of een ander
isolerend materiaal, moet onder de kookplaat
geïnstalleerd worden op een afstand van minimaal
15 mm van het oppervlak.
Als u meerdere producten van Domino wilt installeren op dezelfde stroomonderbreker, moet de Domino-
connector 481010793572 (niet inbegrepen als accessoire) afzonderlijk bij de aftersalesservice worden
aangekocht.
Daarnaast dient u de speciale kit 480121103229 te bestellen in het geval van een installatie in een stenen
bovenblad.
750
490
+1
0
360
+1
0
511
+1
0
R
1
2
381
+1
0
73
1
R
1
1
380
510
12
Technische informatie voor de installateur
Dit apparaat kan worden ingebouwd in een
werkblad van 30 mm tot 70 mm dik.
Als er geen oven onder de kookplaat
geïnstalleerd wordt, dan moet er een paneel
onder de oven worden aangebracht om
beschadiging van de kookplaat te voorkomen
en om de inhoud van het kastje te beschermen.
Dit paneel moet de gehele onderkant van de
kookplaat bedekken, en moet zodanig
geplaatst worden dat er een luchtruimte van
minimaal 15 mm tussen het paneel en de
onderkant van de kookplaat overblijft, en van
maximaal 150 mm tot de onderkant van het
werkblad.
Deze kookplaat is ontworpen voor perfecte
werking met alle ovens uit het KitchenAid-
assortiment. De fabrikant wijst alle
aansprakelijkheid af bij installatie van een oven
van een ander merk.
De fabrikant wijst alle aansprakelijkheid af
bij installatie van een oven van een ander
merk.
Controleer de volgende punten voor installatie:
Waarschuwing: dit is een zwaar apparaat.
De installatie moet worden uitgevoerd door
twee personen.
Controleer of de gastoevoer (type en druk) en
de kalibratie van de kookplaat compatibel zijn
(zie het serienummerplaatje op de kookplaat
en de tabel op pagina 12).
Controleer of de keukenkastjes en apparaten
naast de kookplaat hittebestendig en in
overeenstemming met de plaatselijke
voorschriften zijn.
De verbrandingsproducten moeten uit de
ruimte worden verwijderd met behulp van een
afzuigkap of elektrische ventilator die aan de
wand of in de ramen geïnstalleerd is, volgens
de geldende voorschriften.
De lucht moet op natuurlijke wijze circuleren
door een geschikte opening die niet kleiner
dan 100cm2 in doorsnede is, en die:
- permanent en toegankelijk is in de wand van
de ruimte die geventileerd wordt, en die naar
buiten afzuigt.
- op zodanige wijze gemaakt is dat de
openingen zowel aan de binnenkant als aan
de buitenkant niet geblokkeerd kunnen
worden, ook niet per ongeluk.
- Beschermd door een kunststof of metalen
rooster etc. dat de doorsnede van 100cm2
niet verkleint
- Op een zodanige plaats is aangebracht dat
deze de afzuiging van
verbrandingsproducten niet belemmert.
Installatie
Sproeiertabel
Category II2H3+
Gebruikt type gas Type brander Type sproeier
Nominale
warmtestroom
kW
Nominaal
verbruik
Gereduceerde
warmtecapaciteit
kW
Gasdruk mbar
min. nom. max.
AARDGAS
(Methaan) G20
snel 125 3,00 286 l/u 0,70
17 20 25
hulp 78 1,00 95 l/u 0,30
VLOEIBAAR GAS
(Butaan) G30
snel 85 3,00 218 g/u 0,70
20 28-30 35
hulp 50 1,00 73 g/u 0,30
VLOEIBAAR GAS
(Propaan) G31
snel 85 3,00 214 g/u 0,70
25 37 45
hulp 50 1,00 71 g/u 0,30
Gebruikt type gas
Conguratie model met
2 branders
Nominaal thermisch
vermogen kW
Totaal nominaal
verbruik
Benodigde lucht (m
3
)
voor verbranding1
m
3
van gas
G20 20 mbar 1R - 1AUX 4,00 381 l/u 9,52
G30 28-30 mbar 1R - 1AUX 4,00 291 g/u 30,94
G31 37 mbar 1R - 1AUX 4,00 285 g/u 23,80
Zie de sproeiertabel van uw land
Elektrische voeding: 220-240 V ~ 50/60 Hz 0,6 W
13
Gasaansluiting
WAARSCHUWING! Deze handeling moet door een gekwaliceerd
monteur worden uitgevoerd.
Het gastoevoersysteem moet aan de lokale voorschriften voldoen.
U kunt specieke lokale voorschriften voor sommige landen vinden
in de paragraaf Verwijzing naar lokale voorschriften”. Als er geen
informatie over uw land wordt gegeven, doe dan navraag bij uw
installateur.
De aansluiting van de kookplaat op het gasleidingnetwerk of de
gases moet geschieden door middel van een stijve koperen of
stalen leiding met koppelingen die aan de lokale voorschriften
voldoet, of door middel van een exibele RVS-leiding met een
continu oppervlak die aan de lokale voorschriften voldoet. De
maximale lengte van de exibele leiding is 2 lineaire meter.
Sluit het elleboogstuk aan op de hoofdtoevoerleiding van de
kookplaat en plaats de afdichting volgens EN 549, zoals te zien in de
afbeelding.
BELANGRIJK: als een exibele roestvrijstalen leiding wordt
gebruikt, moet deze zodanig geïnstalleerd worden dat deze geen
bewegende meubelstukken raakt. De leiding moet in een gedeelte
zonder obstakels gelegd worden, waarbij de leiding over de
gehele lengte gecontroleerd kan worden.
Controleer na aansluiting op de gastoevoer met zeepwater op
lekkages. Steek de branders aan en draai de knoppen van de
maximale positie
naar de minimale positie om de stabiliteit
van de vlam te controleren.
Elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting moet voldoen aan de geldende
voorschriften en moet worden uitgevoerd door een erkende
monteur.
Informatie over de spanning en het opgenomen vermogen vindt u
op het serienummerplaatje.
Dit apparaat moet geaard worden.
Bij installatie van het apparaat adviseren wij de kookplaat te
beveiligen met een bipolaire schakelaar van 3 mm.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet deze worden
vervangen door een identieke voedingskabel. Wij adviseren dit
te laten doen door onze Klantenservice. Neem contact op met
ons Klantcontactcentrum via 00800-3810-4026.
Gebruik geen verlengsnoeren.
De fabrikant wijst alle aansprakelijkheid af voor letsel bij
personen of huisdieren en schade aan eigendommen die het
gevolg is van het niet naleven van de bovengenoemde
voorschriften.
L
N
Aarde
(geel/groen)
14
Installatie
De kookplaat is ontworpen om ingebouwd te worden in een werkoppervlak zoals weergegeven in de
afbeelding.
Alvorens de kookplaat te installeren, dient u de pakking
x
rondom de volledige omtrek van de opening
aan te brengen, daar waar de plaat wordt aangebracht.
De afmetingen van het gat worden getoond op pagina 11.
Voor vlakke inbouwmodellen, moet de omtrek van de opening worden verlaagd tot een diepte van 1,5
mm.
De opening hoeft niet ingefreesd te worden voor semi-vlakke inbouwmodellen.
De kookplaat kan in verschillende materialen worden geïnstalleerd, zoals metselwerk, staal, marmer,
conglomeraten, synthetische materialen, hout en hout bedekt met plastic laminaat, zolang de
weerstandstemperatuur maar 90 °C is.
(*)
(*)
x
x
Afdichtstrook Afdichtstrook
(*) Steun met
adapterverlengstukken:
- kort voor werkblad
met een dikte van
50 tot 70 mm.
- lang voor werkblad
met een dikte van
30 tot 50 mm.
(*) Montagesteun
kookplaat zonder
adapterverlengstukken
voor werkblad met een
dikte van 60 tot 70 mm.
Als u een ander soort gas gebruikt dan aangegeven
op het serienummer van de plaat en het oranje
label aan de achterkant van de kookplaat, moet u
de injectoren vervangen; Pas in het geval van de
Wokbrander de primaire lucht aan (zie de
injectortabel op pagina 12).
Het oranje label moet worden verwijderd en bij de
handleiding worden bewaard.
Gebruik drukregelaars die geschikt zijn voor de
gasdruk die aangegeven staat op pagina 12
Neem voor vervanging van de sproeiers
contact op met de Klantenservice via nummer
00800-3810-4026, of met een erkende
monteur.
Sproeiers die niet standaard bijgeleverd zijn,
moeten worden besteld bij de Klantenservice
via nummer 00800-3810-4026.
Regel de laagste stand van de kranen af.
Opmerking: bij vloeibaar petroleumgas (G30/
G31) moet de bypass-schroef volledig worden
aangedraaid. Wanneer u moeilijkheden
ondervindt bij het draaien van de
bedieningsknop, neem dan contact op met de
Klantenservice via ons Klantcontactcentrum op
nummer 00800-3810-4026, die voor
vervanging zal zorgen na vaststelling dat de
kraan beschadigd is.
Aanpassing aan een ander type gas
15
Vervangen van de sproeiers
Opmerking: Zie de tabel op pagina 12 om te controleren of u
het juiste type sproeier gebruikt.
Gewone branders (T)
1. Verwijder de dop (A).
2. Verwijder de vlamverdeler (B).
3. Draai de sproeier (C) los met een dopsleutel 7.
4. Vervang de sproeier door de sproeier voor het nieuwe
gas.
5. Plaats de branders en de pannensteunen terug.
Opmerking: Voordat u de kookplaat installeert, moet u het
gaskalibratielabel dat bij de vervangende sproeiers is
bijgeleverd, over de gasinformatie op de onderkant van de
kookplaat plakken.
A
B
C
Afstellen van het minimale stromingsniveau van de gaskranen
Het regelen van het minimale stromingsniveau moet worden
uitgevoerd met de kraan in de laagste positie (kleine vlam)
.
De primaire lucht in de branders hoeft niet te worden afgesteld.
Om ervoor te zorgen dat het minimale niveau goed afgesteld is,
verwijdert u de bedieningsknop en stelt u de schroeven op de
kraan als volgt af:
1. Aanhalen voor een lagere vlamhoogte 1 (-)
2. De schroef losdraaien om de vlamhoogte te vergroten (+)
3. Draai bij ingeschakelde branders de knoppen van de
maximale stand
naar de minimale stand om de
stabiliteit van de vlam te controleren.
16
Voordat u met reiniging of onderhoud begint,
moet de kookplaat worden losgekoppeld van
de netvoeding. Wacht tot de kookplaat is
afgekoeld.
Om de kookplaat in perfecte conditie te houden,
moeten voedselresten verwijderd te worden en
moet de kookplaat worden schoongemaakt na
ieder gebruik.
Reinigen van de kookplaat:
- Reinig de oppervlakken van de kookplaat met
een sopje van lauwwarm water en een neutraal
schoonmaakmiddel, spoel ze na en maak ze
grondig droog met een zachte doek of zeem.
- Langdurig contact met hard water of
agressieve reinigingsmiddelen zouden de
roestvrijstalen oppervlakken kunnen aantasten
of bevlekken reinigingsmiddelen die chloor
en/of chloorcomposieten of ammoniak
bevatten of die zeer zuur zijn, veroorzaken
onherstelbare schade aan de kookplaat. Voor
elk gebruik adviseren wij u op het productlabel
te lezen om te controleren of een product
geschikt is voor de kookplaat.
- Zorg dat zure of alkaline stoen, zoals azijn,
mosterd, zout of citroensap, niet langdurig in
contact komen met de kookplaat.
- Geadviseerd wordt om gemorste vloeistoen
(water, saus, koe etc.) onmiddellijk af te
nemen.
- Gebruik geen schuurmiddelen en
pannensponsjes.
- Gebruik geen stoomreinigers.
- Gebruik geen brandbare producten.
- Alle geëmailleerde en glazen onderdelen
moeten worden gereinigd met warm water en/
of een neutraal reinigingsmiddel.
Reiniging en onderhoud
De pannensteunen en branders kunnen worden
verwijderd om ze makkelijker te kunnen
schoonmaken.
1. Was ze zorgvuldig met de hand af in warm
water met een mild reinigingsmiddel. Zorg dat
ingebrand vuil wordt verwijderd en dat de
openingen van de brander niet verstopt zijn.
De interne vlamverdeler (D) op pagina 12 is
gemaakt van messing en wordt op een
natuurlijke manier gepolijst wanneer deze
opwarmt. Reinig de vlamverdeler met een
speciaal reinigingsproduct voor messing.
Gebruik warm water en een mild
reinigingsmiddel voor het reinigen van de
vlamverdeler (onderdeel (C) op pagina 12).
Gebruik nooit bijtende producten of
schuurmiddelen; hierdoor wordt de speciale
laag op het oppervlak beschadigd.
2. Spoel en droog goed af.
3. Plaats de branders en doppen op de juiste
manier terug.
4. Zorg dat u de pannensteunen op de juiste
manier terugplaatst bij elke brander.
Opmerking: Bij kookplaten met elektronische
ontsteking en thermokoppels moeten de
uiteinden van het ontstekingsmechanisme en de
thermokoppels regelmatig worden gereinigd.
Reinig ze zeer zorgvuldig met een vochtige doek.
Als er ingebrand voedsel op zit, moet dit
voorzichtig worden verwijderd met een
tandenstoker of iets dergelijks.
Om beschadiging van de elektronische
ontsteking te voorkomen, mag deze alleen
worden gebruikt met de branders en
pannensteunen correct aangebracht.
Reiniging en onderhoud van de gasbranders
17
Als de kookplaat niet goed werkt, lees dan deze
paragraaf door voordat u contact opneemt met het
Klantcontactcentrum.
De brander ontsteekt niet of de vlam is niet
stabiel? Controleer of:
1. de gastoevoer of de elektriciteit niet
onderbroken is en of de bedieningsknop
opengedraaid is.
2. de gastoevoer niet op is.
3. de openingen op de brander verstopt zijn
geraakt.
4. het uiteinde van de elektronische ontsteking
schoon is.
5. alle onderdelen van de brander op hun plaats
zitten.
De vlam blijft niet branden? Controleer of:
1. de knop goed ingedrukt is gehouden tijdens
het inschakelen van de brander, om het
veiligheidsthermokoppel de tijd te geven om
in te schakelen.
2. de openingen van de brander niet verstopt zijn
met betrekking tot het thermokoppel.
3. het uiteinde van het thermokoppel schoon is.
De pannen staan niet stabiel? Controleer of:
1. de onderkant van de pan perfect vlak is.
2. de pan midden op de brander staat.
3. de pannensteunen correct geplaatst zijn met
alle rubberen pootjes op hun plaats.
Als u na al deze controles en na het opnieuw in- en
uitschakelen van de kookplaat nog steeds
problemen heeft, neem dan contact op met ons
Klantcontactcentrum via nummer 00800-3810-
4026.
Opsporen van storingen
Controleer voordat u contact opneemt met het
Klantcontactcentrum, of het probleem
verholpen kan worden aan de hand van de tips
voor het opsporen van storingen.
1. Als de storing aanhoudt, neem dan contact
met ons op via nummer 00800-3810-4026. Wij
vragen hierbij om enkele gegevens; houd a.u.b.
de volgende informatie bij de hand:
een korte beschrijving van de storing
het serienummer en modelnummer van het
apparaat
het servicenummer (het nummer achter het
woord SERVICE op het typeplaatje) aan de
onderkant van de kookplaat. Het
servicenummer staat ook in het
garantieboekje.
uw naam, volledige adres met postcode en
telefoonnummer.
Opmerking: Als er een probleem is met uw
kookplaat en u neemt geen contact met ons op,
dan kan de veiligheid en kwaliteit van dit
apparaat in gevaar komen.
Consumentenservice
18
19
Gedrukt in Italië
12/19
400011419925
WHIRLPOOL EMEA S.P.A.
Via Carlo Pisacane n. 1
20016 Pero (Mi), Italië
NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20

KitchenAid KHDD2 38510 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding