NEDERLANDSnl
26
dat bij de toepassing ontstaat te filteren. Wanneer u
lang aan hard geluid wordt blootgesteld, kan uw
gehoor beschadigd raken.
i) Let erop dat andere personen zich op een
veilige afstand van uw werkgebied bevinden.
Iedereen die het werkgebied betreedt, dient
een persoonlijke veiligheidsbescherming te
dragen. Gebroken inzetgereedschap of
brokstukken van het werkstuk kunnen wegvliegen
en letsel buiten het directe werkgebied
veroorzaken.
j) Houd het apparaat alleen vast aan de
geïsoleerde greepvlakken wanneer u
werkzaamheden uitvoert waarbij het
inzetgereedschap verborgen stroomleidingen
of het eigen netsnoer kan raken. Door contact
met een spanningvoerende leiding kunnen ook
metalen apparaatonderdelen onder spanning
worden gezet en kan een elektrische schok teweeg
worden gebracht.
k) Houd het netsnoer uit de buurt van draaiend
inzetgereedschap. Wanneer u de controle over
het apparaat verliest, kan het netsnoer worden
doorgesneden of gegrepen en kan uw hand of uw
arm in het draaiende inzetgereedschap komen.
I) Leg het elektrische gereedschap nooit weg
voordat het inzetgereedschap volledig tot
stilstand is gekomen. Het draaiende
inzetgereedschap kan in contact komen met het
steunvlak, waardoor u mogelijk de controle over het
elektrische gereedschap verliest.
m) Laat het elektrische gereedschap niet
draaien wanneer u het draagt. Door toevallig
contact met het draaiende inzetgereedschap kan
uw kleding worden gegrepen en kan het
inzetgereedschap zich in uw lichaam boren.
n) Reinig regelmatig de ventilatiesleuven van
uw elektrische gereedschap. De motorventilator
trekt stof in de behuizing en een sterke
opeenhoping van metaalstof kan elektrische
gevaren veroorzaken.
o) Gebruik het elektrische gereedschap niet in
de buurt van brandbaar materiaal. Door vonken
kunnen deze materialen vlam vatten.
p) Gebruik geen inzetgereedschap waarvoor
vloeibare koelmedia nodig zijn. Het gebruik van
water of andere vloeibare koelmedia kan leiden tot
een elektrische schok.
4.2 Veiligheidsinstructies met het oog op
terugslagen en andere gevaarlijke
situaties
Een terugslag is een plotselinge reactie als gevolg
van draaiend inzetgereedschap dat blijft haken of
blokkeert, zoals een schuurschijf, steunschijf,
draadborstel, enz. Indien het draaiende
inzetgereedschap blokkeert of blijft haken, wordt
het onmiddellijk stopgezet. Hierdoor wordt
ongecontroleerd elektrisch gereedschap tegen de
draairichting van het inzetgereedschap in op de
plaats van de blokkering versneld.
Wanneer er bijv. een schuurschijf in het werkstuk
blijft haken of blokkeert, kan de rand van de
schuurschijf, die invalt in het werkstuk, vastraken,
met het uitbreken van de schuurschijf of een
terugslag als mogelijk gevolg. De schuurschijf
beweegt zich dan naar of vanaf de bediener,
afhankelijk van de draairichting van de schijf bij de
plaats van de blokkering. Hierbij kunnen
schuurschijven ook breken.
Een terugslag is het gevolg van een verkeerd
gebruik van het elektrisch gereedschap. Deze kan
worden voorkomen door passende
veiligheidsmaatregelen te nemen, zoals hieronder
beschreven.
a) Houd het elektrische gereedschap goed vast
en breng uw lichaam en uw armen in zo'n
positie dat u de terugslagkrachten kunt
opvangen. Gebruik, indien voorhanden, altijd
de extra greep om tijdens de startfase een zo
groot mogelijke controle over de
terugslagkrachten of reactiemomenten te
hebben. De bediener kan door geschikte
veiligheidsmaatregelen te nemen de terugslag- en
reactiemomenten beheersen.
b) Zorg ervoor dat uw hand nooit in de buurt
van draaiend inzetgereedschap komt. Het
inzetgereedschap kan zich bij een terugslag over
uw hand bewegen.
c)
Kom niet met uw lichaam binnen het gebied
waarin het elektrische gereedschap zich in
geval van een terugslag beweegt. Door de
terugslag komt het elektrische gereedschap tegen
de bewegingsrichting van de schuurschijf in op de
plaats van de blokkering.
d) Werk bijzonder voorzichtig bij hoeken,
scherpe randen, enz. Zorg ervoor dat het
inzetgereedschap niet van het werkstuk
terugspringt en beklemd raakt. Het roterende
inzetgereedschap heeft de neiging om bij hoeken,
scherpe randen of ingeval het terugspringt beklemd
te raken. Dit leidt tot verlies van controle of een
terugslag.
e) Gebruik geen ketting- of getand zaagblad. Dit
inzetgereedschap leidt vaak tot een terugslag of
verlies van controle over het elektrische
gereedschap.
4.3 Speciale veiligheidsinstructies voor het
schuren en doorslijpen:
a) Gebruik uitsluitend schuurmiddelen die voor
uw elektrische gereedschap zijn goedgekeurd
en de hiervoor geschikte beschermkap.
Schuurmiddelen die niet geschikt zijn voor het
elektrische gereedschap kunnen niet voldoende
worden afgeschermd en zijn onveilig.
b) Gebogen slijpschijven dienen zo te zijn
aangebracht, dat het slijpvlak zich onder de
rand van de beschermkap bevindt. Een
verkeerd aangebrachte slijpschijf die buiten de rand
van de beschermkap uitsteekt, kan niet naar
behoren worden afgeschermd.
c) De beschermkap dient veilig op het
elektrische gereedschap te worden
aangebracht en zo ingesteld te zijn dat er
sprake is van een maximale mate van
veiligheid. Dit houdt in dat een zo klein