Aeg-Electrolux A60110GS1 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
24
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert
en in gebruik neemt. U vindt hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische
informatie, informatie m.b.t. het milieu en tips. Als u het apparaat volgens de
aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid werken.
M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden:
Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid
Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren
van het apparaat.
Praktische informatie
Informatie m.b.t. het milieu
Tips
Tips m.b.t. levensmiddelen en het bewaren daarvan.
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product
niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een
plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt
gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt
verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen
die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling.
Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het
best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst
belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
25
Inhoudsopgave
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid.............................................................26
Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid.................................................................26
Veiligheid van kinderen........................................................................................................27
Vóór het in gebruik nemen.................................................................................................27
Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan..........................................................................27
Aanwijzingen voor de gebruiker .......................................................................................28
Algemene informatie ............................................................................................................28
Beschrijving van het apparaat, belangrijkste
onderdelen................................................................................................................................28
Bedienings- en indicatiepaneel.....................................................................................29
Bedienen van het apparaat.................................................................................................29
In gebruik nemen...............................................................................................................29
Temperatuur instellen.......................................................................................................29
Invriezen................................................................................................................................30
IJsblokjes maken.................................................................................................................30
Bewaren.................................................................................................................................30
Praktische informatie............................................................................................................30
Tips ..............................................................................................................................................31
Energie besparen................................................................................................................31
Het apparaat en het milieu.............................................................................................31
Onderhoud................................................................................................................................31
Ontdooien.............................................................................................................................31
Reiniging en onderhoud ..................................................................................................32
Als de koelkast niet in gebruik is..................................................................................33
Problemen oplossen...............................................................................................................33
Aanwijzingen voor de installateur....................................................................................34
Installeren van het apparaat ..............................................................................................34
Vervoer, uitpakken.............................................................................................................34
Reiniging...............................................................................................................................34
Opstelling..............................................................................................................................34
Deurdraairichting omzetten...........................................................................................35
Elektrische aansluiting......................................................................................................36
Bewaartijdentabel ...................................................................................................................37
Service..........................................................................................................................................38
Garantievoorwaarden.............................................................................................................39
Reparatievoorwaarden...........................................................................................................39
26
Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef hem door aan een evt. volgende
eigenaar van het apparaat.
Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het huishouden, voor het
bewaren van levensmiddelen en dient volgens de voorschriften te worden
gebruikt.
Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen van het aansluitsnoer, mogen
alleen door Service worden uitgevoerd. Daarbij mogen alleen originele
Service-onderdelen gebruikt worden. Onvakkundige reparaties kunnen tot
aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden!
Het apparaat is alleen spanningloos als de stekker uit het stopcontact is
getrokken. Voordat u het apparaat gaat reinigen, dient u het altijd
spanningloos te maken. Trek de stekker nooit aan het snoer, maar aan de
stekker zelf uit het stopcontact. Als het stopcontact moeilijk bereikbaar is,
schakel dan de zekering in de huisinstallatie uit.
Het aansluitsnoer mag niet verlengd worden.
Zorg ervoor dat de stekker niet wordt platgedrukt of beschadigd door de
achterkant van het koel/vriesapparaat.
-Een beschadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken.
Plaats geen zware voorwerpen of het koel/vriesapparaat zelf op het
aansluitsnoer.
-Daardoor bestaat kans op kortsluiting en brand.
Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan het snoer te trekken,
vooral niet als het koel/vriesapparaat uit de nis wordt getrokken.
-Schade aan het snoer kan kortsluiting, brand en/of een elektrische schok
veroorzaken.
-Als het aansluitsnoer beschadigd is, moet het worden vervangen door onze
service-afdeling of door een erkend installateur.
Als het stopcontact los zit, steek de stekker er dan niet in.
-Daardoor bestaat kans op een elektrische schok of brand.
Gebruik bij het schoonmaken, het ontdooien of het uitnemen van
diepvriesproducten of het ijsblokjesbakje geen scherpe of puntige voorwerpen.
Die kunnen het apparaat beschadigen.
Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen bij de temperatuurregelaar, het
schakelmechanisme en de indicator komen.
Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct uit de vriesruimte in de mond
stoppen. IJs kan aan lippen of tong vastvriezen en verwondingen
veroorzaken.
Eenmaal ontdooide levensmiddelen mogen niet opnieuw ingevroren worden,
maar moeten zo snel mogelijk geconsumeerd worden.
Kant-en-klare diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant
van deze producten bewaren.
Probeer niet het ontdooiproces te versnellen m.b.v. elektrische
verwarmingstoestellen of chemische stoffen.
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
27
Laat kunststof onderdelen niet met hete voorwerpen in aanraking komen.
Geen bussen of flessen met brandbaar gas of vloeistof in het apparaat bewaren.
Explosiegevaar!
Geen koolzuurhoudende dranken, flessen en blikjes in de diepvriezer
bewaren.
Veiligheid van kinderen
Houd de verpakking uit de buurt van kinderen. Kunststof folie kan
verstikkingsgevaar opleveren.
Het apparaat is bedoeld voor gebruik door volwassenen. Laat kinderen niet
met het apparaat of de bedieningselementen spelen.
Als u het apparaat afdankt, trek dan de stekker uit het stopcontact, snijd het
aansluitsnoer af (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en haal de deur eruit. U
verhindert daardoor, dat spelende kinderen een elektrische schok krijgen of
elkaar of zichzelf in het apparaat opsluiten.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door kinderen, personen met
verminderde lichamelijke, zintuigelijke of geestelijke capaciteiten of een
gebrek aan kennis en ervaring, tenzij er toezicht is ingesteld door de persoon
die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of tenzij zij van deze persoon
instructies hebben gekregen over het gebruik.
Vóór het in gebruik nemen
Zet het apparaat tegen de muur om te voorkomen dat u zich verbrandt aan
warmte afgevende onderdelen (compressor, condensor).
Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat
verplaatsen.
Let erop dat het apparaat niet op het aansluitsnoer staat.
Rond het apparaat moet voldoende luchtcirculatie zijn. Gebrek aan
luchtcirculatie kan tot oververhitting leiden. Volg daarom de aanwijzingen
m.b.t. de installatie.
Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan
Waarschuwing
Het koelmiddel van het apparaat is isobutaan
(R 600a) dat in hoge mate brandbaar en explosief is.
Houd ventilatie-openingen in het apparaat of in het inbouwmeubel vrij.
Gebruik geen mechanische apparaten of andere middelen om het
ontdooiproces te bespoedigen, die niet door de fabrikant worden
aangeraden.
Beschadig het koelcircuit niet.
Gebruik geen elektrische apparaten binnenin het apparaat, tenzij ze door de
fabrikant worden geadviseerd.
Als u zich niet aan deze aanwijzingen houdt, kan de fabrikant niet
aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade.
28
Aanwijzingen voor de gebruiker
Algemene informatie
Dit apparaat is een huishoud-diepvriezer. Het is geschikt voor het bewaren van
diepvriesproducten, het invriezen van levensmiddelen en het maken van ijsblokjes.
Het apparaat is geschikt voor gebruik in een bepaalde klimaatklasse (bepaalde
omgevingstemperaturen).
De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje.
Beschrijving van het apparaat, belangrijkste
onderdelen
1
4
4
3
2
5
1. Bediening- en indicatiepaneel
2. Ijslade
3. Invriesruimte (met ijsblokjesbakje)
4. Bewaarruimte (korven)
5. Dooiwaterafvoergootje
29
Bedienings- en indicatiepaneel
Zie de hoofdstukken "In gebruik nemen", "Temperatuur instellen" en
"Invriezen" voor het gebruik van de schakelaars en de indicators.
Op het paneel vindt u:
A) Groen lampje
Dit lampje brandt als het apparaat
aangesloten is, d.w.z. als de stekker in
het stopcontact zit.
B) Rood lampje
Dit lampje geeft informatie over de
temperatuur in het apparaat.
Het gaat even branden als u het apparaat start, er verse levensmiddelen in
zet en als de temperatuurregelaar op een lagere temperatuur is gezet.
Het brandt constant als de temperatuur in het apparaat te hoog is (te veel
warme levensmiddelen erin, deur is open blijven staan of deurrubber sluit
niet goed) of bij een evt. storing aan het apparaat.
C) Geel lampje en invriesschakelaar
Als deze schakelaar ingeschakeld staat (wordt ingedrukt en brandt), werkt de
compressor continu en zorgt voor een zo koud mogelijke temperatuur voor
het invriezen.
D) Temperatuurregelaar
Deze dient voor instellen en wijzigen van de temperatuur in het apparaat.
Bedienen van het apparaat
In gebruik nemen
Steek de stekker in het stopcontact.
Draai de temperatuurregelaar (zie afb.).
Het rode lampje gaat branden, de
compressor start en het apparaat
begint te koelen.
Als het rode lampje uitgaat, is de
temperatuur laag genoeg om
diepvriesproducten te bewaren.
Temperatuur instellen
De thermostaat zorgt er automatisch voor dat de ingestelde temperatuur
wordt aangehouden en schakelt regelmatig het apparaat kortere of langere
tijd uit.
U kunt de temperatuurregelaar m.b.v. een geldstuk verdraaien. Hoe meer u
de regelaar rechtsom draait, hoe intensiever er gekoeld wordt.
30
In het apparaat wordt een temperatuur van -18 °C of kouder bereikt, als u
de temperatuurregelaar volgens de afbeelding instelt.
Als u de temperatuurregelaar uitschakelt (stand „0”), dan onderbreekt u de
werking van de compressor d.w.z. het apparaat koelt niet meer.
De temperatuur in de vriezer is niet alleen afhankelijk van de instelling van
de temperatuurregelaar, maar ook van de omgevingstemperatuur, vaak
openen van de deur, de hoeveelheid levensmiddelen enz.
Op de hoogste stand (bijv. tijdens een hittegolf) werkt de compressor
continu. Dit heeft geen negatieve invloed op het functioneren van het
apparaat.
Invriezen
De verse levensmiddelen dienen altijd na een goede voorbereiding in de
invriesruimte te worden ingevroren.
Drukt u de vriesschakelaar, bij kleine hoeveelheden 4 uur van tevoren, bij
grote hoeveelheden 24 uur van tevoren (na indrukken gaat het lampje
branden). De compressor werkt dan continu om de noodzakelijke
temperatuur voor invriezen te bereiken.
Zet de levensmiddelen in het apparaat en laat het ongeveer 24 uur op de
vriesstand staan, zoals bovenaan beschreven.
Druk daarna de vriesschakelaar weer (het gele lampje gaat uit en de
schakelaar gaat naar zijn originele stand).
De ijslade is geschikt om klein fruit (aardbeien, frambozen, bessen enz.) in te
vriezen. Leg het fruit in dunne lagen zonder verpakking op de ijslade. Na het
invriezen kunt u het fruit verpakken, sorteren en in de bewaarvakken leggen.
IJsblokjes maken
Vul het ijsblokjesbakje met water en zet het in de vriesruimte. Als u de bodem
van het ijsblokjesbakje nat maakt, gaat het invriezen sneller.
U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het ijsblokjesbakje onder
stromend water te houden en het dan iets te verdraaien.
Bewaren
Na het invriezen kunt u de diepvriesproducten het beste naar de
bewaarvakken verplaatsen, zodat u weer ruimte hebt in het invriesvak.
Tussentijds invriezen heeft geen nadelige invloed op reeds ingevroren
producten.
Praktische informatie
Na openen en sluiten van de deur van de vriezer ontstaat in het apparaat een
vacuüm. Na sluiten van de deur duurt het 2-3 minuten voordat u de deur weer
kunt openen.
Stel de vriezer zodanig in dat de binnentemperatuur nooit warmer dan -18 °C
wordt. Bij te hoge temperaturen bederven de diepvriesproducten.
31
Controleer elke dag even of het apparaat goed functioneert. Zo constateert u evt.
storingen tijdig.
Tips
In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het apparaat zo energiezuinig
mogelijk te gebruiken. U vindt hier ook informatie m.b.t. het milieu.
Energie besparen
Zet het apparaat liever niet in de zon of naast een warmte afgevend
apparaat.
Zorg ervoor dat de condensor en de compressor voldoende ventilatie hebben.
Bedek de ventilatie-openingen niet.
Doe levensmiddelen in een afgesloten schaaltje of in vershoudfolie om
onnodige rijpvorming te voorkomen.
Zorg ervoor dat nog in te vriezen levensmiddelen niet in aanraking komen
met reeds ingevroren levensmiddelen.
Open de deur niet onnodig en laat hem niet langer open staan dan nodig is.
Laat warme levensmiddelen altijd eerst tot kamertemperatuur afkoelen
voordat u ze in het apparaat zet.
Houd de condensor schoon.
Het apparaat en het milieu
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het isolatiemateriaal, geen
gassen die de ozonlaag kunnen aantasten. Het apparaat mag niet samen met
huisvuil of gesloopte apparaten weggegooid worden. Uit het oogpunt van
milieubescherming moeten afgedankte koel- en vriestoestellen volgens de
plaatselijke regelingen op deskundige wijze verwerkt worden. Informeer bij
de gemeente naar de mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg ervoor dat het
koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar, niet beschadigd
wordt.
De materialen met het symbool „ ” zijn geschikt voor recycling.
Onderhoud
Ontdooien
Een deel van het vocht uit de koelruimte wordt tijdens het gebruik in de
vorm van ijs of rijp afgescheiden.
Dikke lagen ijs en rijp hebben een isolerend effect. Het koelvermogen wordt
minder, de temperatuur stijgt, er is meer energie nodig en als ijs of rijp te dik
worden, kan de deur van de vriesruimte niet meer open, de deur kan zelfs
kapotgaan.
M.b.v. de meegeleverde kunststof schraper kunt u kleine stukjes rijp en ijs
verwijderen.
32
Het bakje in de afbeelding wordt niet
met het apparaat meegeleverd!
Als de ijslaag zo dik is, dat hij niet met
de kunststof schraper verwijderd kan
worden, moet het apparaat ontdooid
worden. Hoe vaak dat voorkomt,
hangt af van het gebruik.
U ontdooit als volgt:
Maak het apparaat spanningloos.
Neem de diepvriesproducten uit het
apparaat en wikkel ze in enkele lagen
krantenpapier of dekens. Bewaar ze
op een zo koel mogelijke plaats, bijv.
in de koelkast.
Laat de deur van het apparaat open.
Veeg het dooiwater, dat zich in het
afvoergootje onderin het apparaat
verzamelt, af en toe met een zachte
doek of spons naar opzij weg. U kunt
het water als volgt verwijderen:
Zet een hoog genoeg bakje voor het
apparaat. Trek het afvoergootje (in het midden van de onderkant van het
apparaat) voorzichtig in de richting van de pijl. Het dooiwater kan nu via het
gootje in het bakje lopen.
U kunt het ontdooiproces versnellen door een pan of schaal met warm water
op het draadrooster te zetten.
Na het ontdooien de binnenzijde van het apparaat droog wrijven en het
afvoergootje weer terugduwen.
De stekker weer in het stopcontact steken.
Als het rode lampje uit is de diepvriesproducten weer in het apparaat leggen.
Reiniging en onderhoud
U kunt de vriezer het beste tegelijk ontdooien en schoonmaken.
Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep.
Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde van het apparaat met
handwarm water schoonmaken en droog wrijven.
Reinig het deurrubber met schoon water.
Steek na het reinigen de stekker weer in het stopcontact.
Stof en vuil die zich op de condensor en de achterkant van de koelkast
hebben afgezet, dient u één of twee maal per jaar te verwijderen.
33
Als de koelkast niet in gebruik is
Als de koelkast langere tijd niet in gebruik is, gaat u als volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Maak de koelkast leeg.
Ontdooien en schoonmaken zoals hiervoor beschreven.
De deur open laten om geurvorming te voorkomen.
Problemen oplossen
Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf kunt verhelpen. In de
tabel vindt u informatie m.b.t. het opheffen van zulke kleine storingen.
Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te horen (compressor,
circulatie). Dan is er geen sprake van een storing.
Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het apparaat met onderbrekingen
werkt. Als de compressor stopt, wil dat niet zeggen dat het apparaat niet
werkt. Daarom moet u altijd eerst de stekker uit het stopcontact trekken,
voordat u elektrische onderdelen aanraakt.
Probleem
Het apparaat
koelt niet
voldoende.
Het apparaat
koelt te sterk.
Het apparaat
koelt helemaal
niet.
Het apparaat
maakt veel
geluid.
Oplossing
Op een hogere stand instellen.
Het apparaat langer op een lagere
temperatuur zetten.
Levensmiddelen in porties verdelen.
Minder levensmiddelen tegelijk
invriezen.
Levensmiddelen eerst tot
kamertemperatuur laten afkoelen.
Controleren of de deur dicht is.
Op een lagere stand instellen.
De aansluiting controleren.
Stopcontact controleren.
Stand van de temperatuurregelaar
controleren.
Controleren of het apparaat stabiel
staat (alle vier voeten moeten op de
vloer staan).
Mogelijke oorzaak
De temperatuurregelaar is te laag
ingesteld.
Voor het invriezen was de
temperatuur niet laag genoeg.
U hebt levensmiddelen met grote
afmetingen in het apparaat gezet.
U wilt te veel levensmiddelen
tegelijk invriezen.
U hebt warme levensmiddelen in
het apparaat gezet,
De deur is niet goed gesloten.
De temperatuurregelaar is te hoog
ingesteld.
De stekker zit niet in het
stopcontact.
Er staat geen spanning op het
stopcontact.
De temperatuurregelaar staat op
stand „0”.
Het apparaat staat niet goed.
Als u de storing aan de hand van de aanwijzingen niet kunt oplossen, neem dan
contact op met Service.
34
Aanwijzingen voor de installateur
Installeren van het apparaat
Vervoer, uitpakken
U kunt het apparaat het beste rechtop in de originele verpakking vervoeren.
Zie ook de aanwijzingen op de verpakking.
Na elk transport mag het apparaat pas na ca. 2 uur ingeschakeld worden.
Pak het apparaat uit en controleer het op transportschade. Neem in geval
van transportschade contact op met de leverancier en sluit het apparaat niet
aan.
Reiniging
Verwijder het plakband waarmee de onderdelen in het apparaat vastgezet
zijn.
Neem de binnenkant van het apparaat met handwarm water en wat mild
reinigingsmiddel af. Gebruik een zachte doek.
Wrijf daarna de binnenkant van het apparaat droog.
Opstelling
De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Daarom
moet het apparaat op een plaats staan waarvan de omgevingstemperatuur
overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het uitgevoerd is, zie
onderstaande tabel. De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje.
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN +10 ..,+32 °C
N +16 ..,+32 °C
ST +18 ..,+38 °C
Als de omgevingstemperatuur te laag is, kan de temperatuur in de
koelruimte te hoog worden.
Als de omgevingstemperatuur te hoog is,
moet de compressor langer werken, de
temperatuur in de diepvriezer stijgt en er
wordt meer energie verbruikt.
Het apparaat moet waterpas staan.
Daartoe kunt u de stelvoeten (1) aan de
voorzijde verstellen. De afstandsringen
(2) zijn onderdeel van de stelvoeten. Als
het apparaat waterpas moet worden
gezet, kunnen deze afstandsringen
worden verwijderd.
35
Zet het apparaat niet direct in de zon of
dicht bij een verwarming of fornuis.
Is opstelling naast een warmtebron niet
te vermijden, dan moeten de volgende
minimale afstanden worden
aangehouden:
Naast een gas- of elektrisch fornuis 3
cm. Als de afstand kleiner is, plaats dan
een warmte-isolerende plaat van 0,5
tot 1 cm dik tussen de twee apparaten.
Naast een olie- of kolenkachel 30 cm.
De koelkast moet geheel tegen de muur staan.
Houd de minimale afstanden aan (zie afb.).
A: opstelling onder een keukenkastje
B: vrije opstelling
Deurdraairichting omzetten
Als dat handiger in het gebruik is, kunt u de
deurdraairichting van rechts naar links
omzetten.
Ga als volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Kantel het apparaat voorzichtig achterover
en zorg ervoor dat de compressor de vloer
niet raakt. U kunt dit het beste met twee
personen doen.
Draai de stelvoeten aan beide zijden uit (2
stuks), daarna de schroeven die de onderste
deurscharnieren vasthouden (2 stuks) en de
schroef aan de andere kant van het apparaat.
Zet de stift in de onderste deurscharnierplaat
in de richting van de pijl over.
Neem de deur los.
Draai de stift van het bovenste deurscharnier
uit en plaats hem aan de andere kant.
Bevestig de deur aan de stift van het
bovenste deurscharnier.
Bevestig de onderste deurschanieren op de
andere kant. Let erop dat de hoek van de deur parallel loopt met de zijkant
van de keukenkast.
Draai dan de ene schroef in de vrijgekomen plaats aan de andere kant,
daarna de stelvoeten (2 stuks) en zet het apparaat weer rechtop.
36
Zet de handgreep en de kunststof
pluggen op de andere kant over.
Zet het apparaat op z'n plek, zet het
waterpas en steek de stekker in het
stopcontact.
U kunt ook contact opnemen met
Service. Een servicetechnicus kan tegen
betaling het deurscharnier overzetten.
Elektrische aansluiting
Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (
~
) 50 Hz.
Het apparaat moet worden aangesloten aan een volgens de voorschriften
geïnstalleerd stopcontact met randaarde. Als zo'n stopcontact niet
aanwezig is, laat het dan door een erkend installateur in de buurt van de
koelkast aanbrengen.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlijnen:
73/23/EEG van 19.02.1973 (incl. wijzigingsrichtlijnen) -
laagspanningsrichtlijn
89/336/EEG van 03.05.1989 (incl. wijzigingsrichtlijnen - EMC-richtlijn
96/57 EEC - 96/09/03 (richtlijn energie-efficiëntie) en latere aanvullingen
37
Soort
-18°C
groente 12 maanden
kant-en-klare producten 6 maanden
aardappelgerechten, pastagerechten 12 maanden
soep 6 maanden
fruit 12 maanden
vlees 5 maanden
consumptie-ijs 3 weken
Bewaartijdentabel
Diepvriesproducten bewaren
38
Service
Als u vragen hebt waar deze gebruiksaanwijzing geen antwoord op geeft,
kunt u de volgende afdelingen raadplegen:
Service-informatielijn (0172) 468 300
(voor bezoek servicetechnicus en onderdelen)
Consumentenbelangen (0172) 468 172
(voor algemene, product- of gebruiksinformatie)
Adres service-afdeling
AEG fabrieksservice
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
www.aeg.nl
Belangrijk!
Houd bij het opgeven van een storing altijd modelaanduiding, PNC-nummer
en S-nummer van uw apparaat bij de hand. Deze nummers vindt u op het
typeplaatje van het apparaat en kunt u het beste hieronder noteren.
Modelaanduiding ...........................…..
PNC-nummer …....................................
S-nummer .............................................
Bereid het gesprek altijd goed voor. Zo vergemakkelijkt u de diagnose en de
beslissing of bezoek van een servicetechnicus nodig is.
Geef zo nauwkeurig mogelijk op:
- Hoe doet de storing zich voor?
- Onder welke omstandigheden treedt de storing op?
Aan de hand van deze informatie kan onze service-afdeling de juiste
voorbereidingen treffen, zodat het apparaat bij het eerste bezoek van de
servicetechnicus weer hersteld kan worden. Op deze manier hoeft u
slechts één maal thuis te blijven.
Wanneer ontstaan er voor u ook tijdens de garantietermijn kosten?
- als u de storing m.b.v. de storingstabel (zie hoofdstuk "Wat te doen als...")
zelf had kunnen opheffen,
- als onze service-technicus u verschillende malen moet bezoeken, omdat
hij voor zijn bezoek niet alle belangrijke informatie heeft gekregen en nu
bijv. onderdelen moet halen. Dit kunt u voorkomen als u uw
telefoongesprek goed voorbereidt zoals boven beschreven.
39
Garantievoorwaarden
Onze producten worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid
geproduceerd. Desondanks kan het voorkomen dat er een defect optreedt.
Onze servicedienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de
garantietermijn. De levensduur van het product wordt daardoor niet negatief
beïnvloed.
Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG
en het Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven
onverlet.
Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven
onaangetast.
Voor dit product verlenen wij garantie volgens onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met
15 gebreken aan het product die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf
de datum van levering aan de eindgebruiker. In geval van professioneel of
daarmee gelijk te stellen gebruik is de garantie beperkt tot 12 maanden. Voor
tweedehands producten geldt eveneens een termijn van 12 maanden.
2. De garantieprestatie houdt in dat het product kosteloos wordt teruggebracht
in de toestand die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen
worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen onderdelen worden ons
eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om mogelijke verdere schade te
voorkomen. De garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet binnen twee
maanden na vaststelling is gemeld.
4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of
leveringsdatum te worden overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander
overtuigend bewijs te worden overlegd.
5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen,
zoals (vitrokeramisch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door
onzorgvuldig gebruik.
6. De garantie heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde
kwaliteit die voor de waarde en deugdelijkheid van het product onbeduidend
zijn.
7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt door:
a) chemische en elektrochemische inwerking van water,
b) abnormale milieuomstandigheden in het algemeen,
c) voor het product oneigenlijke bedrijfsomstandigheden,
d) contact met agressieve stoffen.
8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die
buiten onze verantwoordelijkheid is ontstaan, niet-vakkundige installatie of
montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen
van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
40
9. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door
herstelling of ingrepen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn,
of wanneer het product voorzien werd van toebehoren of onderdelen die niet
origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken.
10. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden
overhandigd aan of gezonden naar onze servicedienst. Herstelling ter plaatse
kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde producten.
11. Indien het product zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of
geplaatst dat de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan
30 minuten bedraagt, worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de
gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of
uitbouw komt ten laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van hetzelfde defect
herhaaldelijk mislukt of de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in
overleg met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval van
vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen
naar rato van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van de garantietermijn
noch aanvang van een nieuwe garantietermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een garantie van 12 maanden, uitsluitend op
hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder vergoeding van schade
ontstaan buiten het product, zijn uitgesloten voor zover een
aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd.
16. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van
het product niet overtreffen, tenzij wettelijk anders is bepaald.
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland gekochte en/of in
gebruik zijnde producten. Indien een product naar het buitenland wordt
gebracht dient de gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de
technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften,
gassoort, klimaatomstandigheden) in het betreffende land. Voor in het
buitenland aangeschafte producten dient de gebruiker zich te vergewissen
van de bepalingen in Nederland. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen
vallen niet onder de garantie, en kunnen niet altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de garantietermijn staat onze servicedienst u ter
beschikking.
Adres Servicedienst:
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
41
Reparatievoorwaarden
Onze reparatievoorwaarden zijn conform de afspraak tussen de
Consumentenbond en Vlehan*.
Art1. Aan de consument zal na een melding van een storing zo mogelijk direct,
doch uiterlijk binnen één werkdag worden medegedeeld op welke dag het
bezoek van de technicus zal plaatsvinden. De reparatie zal als regel binnen
zeven werkdagen na de melding zijn uitgevoerd.
Art2. a) Alvorens de reparatie wordt verricht zal de technicus een onderzoek
uitvoeren naar de vermoedelijke oorzaak van de gemelde storing. Aan de
hand hiervan zal hij een zo nauwkeurig mogelijke, gespecificeerde begroting
maken van de totale reparatiekosten inclusief voorrijkosten en diagnose-
kosten. Desgevraagd zal deze begroting door de technicus schriftelijk worden
vastgelegd.
b) Indien de consument met het begrote bedrag niet akkoord gaat, zal op
verzoek het te repareren toestel worden teruggebracht in de staat waarin
het aan de technicus werd aangeboden. Nadat dit is geschied, zullen
alleen de kosten van voorrijden en arbeidsloon in rekening worden
gebracht op basis van de werkelijke bestede tijd, danwel van een vooraf
vastgesteld tarief.
Art3. Indien tijdens het uitvoeren van de reparatie duidelijk wordt dat:
a) de oorspronkelijke reparatie door redelijkerwijs niet te voorziene
omstandigheden niet tegen het begrote bedrag kan worden uitgevoerd, of
b) ook andere dan in de begroting voorziene reparaties noodzakelijk zijn, zal
overleg met de consument plaatsvinden en een herziene kostenbegroting
worden gemaakt.
In geval de consument daarmee alsnog niet akkoord gaat, geldt eveneens het
in artikel 2b bepaalde.
Art4. De reparatie zal zoveel mogelijk tijdens het eerste bezoek worden uitgevoerd.
Indien om het toestel in werkende staat te brengen een tweede bezoek
noodzakelijk is, zal:
a) direct, doch uiterlijk binnen één werkdag door de betreffende service-
organisatie of door de technicus met de consument de datum voor een
tweede bezoek worden afgesproken.
b) een herhalingsbezoek zal als regel binnen tien werkdagen na de melding
plaatsvinden.
c) voor een tweede of daaropvolgend bezoek zal geen voorrijtarief in
rekening worden gebracht, tenzij de noodzaak voor een herhalingsbezoek
aan de consument is toe te schrijven.
Art5. De consument ontvangt een gespecificeerde rekening met vermelding van
type en serienummer van het apparaat, omschrijving van de diagnose,
toegepaste tarieven, gebruikte onderdelen en materialen en een korte
omschrijving van de verrichte werkzaamheden. De betaling van de rekening
dient tegen afgifte van een reparatienota direct contant of door middel van
een gegarandeerd betaalmiddel plaats te vinden.
42
Art6. Op elke uitgevoerde en betaalde reparatie zal bij normaal huishoudelijk
gebruik een volledige garantie van minimaal 3 maanden worden gegeven.
Deze garantie omvat het kosteloos uitvoeren van een hernieuwde reparatie.
Op de uitgewisselde en betaalde onderdelen geldt een garantietermijn van 12
maanden. Bij een beroep op garantie op de reparatie dient de consument op
verzoek de gespecificeerde rekening van de voorgaande reparatie aan de
technicus te overleggen.
Art7. Indien na driemaal uitvoeren van eenzelfde reparatie hetzelfde defect bij
normaal huishoudelijk gebruik opnieuw optreedt binnen de onder art. 6
bedoelde garantietermijn en redelijkerwijs een afdoend resultaat bij het
opnieuw uitvoeren van de reparatie niet verwacht kan worden, zal aan de
consument een nieuw exemplaar of soortgelijk toestel van hetzelfde merk
worden aangeboden tegen bijbetaling op basis van een per product te
bepalen jaarlijks afschrijvingspercentage.
Art8. Vervangen onderdelen stelt de technicus weer ter beschikking van de
consument, met uitzondering van de onder garantie of tegen een
gereduceerde prijs vervangen onderdelen.
Art9. Een reparatie dient op zodanige wijze te worden uitgevoerd, dat een toestel
daarna weer volledig voldoet aan de veiligheidsvoorschriften, die op grond
van een van fabriekswege aangebracht veiligheidskeurmerk gelden, danwel bij
het ontbreken daarvan, aan de wettelijke vereisten terzake. Dit houdt
ondermeer in, dat reparaties moeten worden uitgevoerd met originele en
door de fabrikant ook terzake van veiligheidskeurmerken en -voorschriften
gegarandeerde onderdelen.
*) Vereniging Leveranciers van Huishoudelijke Apparaten in Nederland.
AEG Hausgeräte GmbH
Postfach 1036
D-90327 Nürnberg
Sie können Ersatzteile, Zubehör und Pflegemittel on-line bestellen bei
http://www.aeg-electrolux.de
www.electrolux.com
www.aeg-electrolux.de
© Copyright by AEG
Technische Änderungen vorbehalten
200381263 - 01 - 0707
From the Electrolux Group. The world’s No.1 choice.
Die Electrolux-Gruppe ist der weltweit größte Hersteller von gas- und strombetriebenen Geräten für
die Küche, zum Reinigen und für Forst und Garten. Jedes Jahr verkauft die Electrolux-Gruppe in
über 150 Ländern der Erde über 55 Millionen Produkte (Kühlschränke, Herde, Waschmaschinen,
Staubsauger, Motorsägen und Rasenmäher) mit einem Wert von rund 14 Mrd. USD.
Das Symbol auf dem Produkt oder seiner Verpackung weist darauf hin, dass dieses Produkt nicht als normaler
Haushaltsabfall zu behandeln ist, sondern an einem Sammelpunkt für das Recycling von elektrischen und
elektronischen Geräten abgegeben werden muss. Durch Ihren Beitrag zum korrekten Entsorgen dieses Produkts
schützen Sie die Umwelt und die Gesundheit Ihrer Mitmenschen. Umwelt und Gesundheit werden durch
falsches Entsorgen gefährdet. Weitere Informationen über das Recycling dieses Produkts erhalten Sie von Ihrem
Rathaus, Ihrer Müllabfuhr oder dem Geschäft, in dem Sie das Produkt gekauft haben.
2007. 07. 02.
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden
behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur
wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u
mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op
met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de
winkel waar u het product hebt gekocht.

Documenttranscriptie

Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en in gebruik neemt. U vindt hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische informatie, informatie m.b.t. het milieu en tips. Als u het apparaat volgens de aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid werken. M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden: Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat. Praktische informatie Informatie m.b.t. het milieu Tips Tips m.b.t. levensmiddelen en het bewaren daarvan. Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. 24 Inhoudsopgave Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid .............................................................26 Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid.................................................................26 Veiligheid van kinderen........................................................................................................27 Vóór het in gebruik nemen.................................................................................................27 Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan..........................................................................27 Aanwijzingen voor de gebruiker .......................................................................................28 Algemene informatie ............................................................................................................28 Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen................................................................................................................................28 Bedienings- en indicatiepaneel .....................................................................................29 Bedienen van het apparaat.................................................................................................29 In gebruik nemen...............................................................................................................29 Temperatuur instellen.......................................................................................................29 Invriezen................................................................................................................................30 IJsblokjes maken.................................................................................................................30 Bewaren.................................................................................................................................30 Praktische informatie............................................................................................................30 Tips ..............................................................................................................................................31 Energie besparen ................................................................................................................31 Het apparaat en het milieu.............................................................................................31 Onderhoud................................................................................................................................31 Ontdooien.............................................................................................................................31 Reiniging en onderhoud ..................................................................................................32 Als de koelkast niet in gebruik is..................................................................................33 Problemen oplossen...............................................................................................................33 Aanwijzingen voor de installateur....................................................................................34 Installeren van het apparaat ..............................................................................................34 Vervoer, uitpakken .............................................................................................................34 Reiniging ...............................................................................................................................34 Opstelling..............................................................................................................................34 Deurdraairichting omzetten ...........................................................................................35 Elektrische aansluiting......................................................................................................36 Bewaartijdentabel ...................................................................................................................37 Service..........................................................................................................................................38 Garantievoorwaarden.............................................................................................................39 Reparatievoorwaarden...........................................................................................................39 25 Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid 26 Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef hem door aan een evt. volgende eigenaar van het apparaat. Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het huishouden, voor het bewaren van levensmiddelen en dient volgens de voorschriften te worden gebruikt. Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen van het aansluitsnoer, mogen alleen door Service worden uitgevoerd. Daarbij mogen alleen originele Service-onderdelen gebruikt worden. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden! Het apparaat is alleen spanningloos als de stekker uit het stopcontact is getrokken. Voordat u het apparaat gaat reinigen, dient u het altijd spanningloos te maken. Trek de stekker nooit aan het snoer, maar aan de stekker zelf uit het stopcontact. Als het stopcontact moeilijk bereikbaar is, schakel dan de zekering in de huisinstallatie uit. Het aansluitsnoer mag niet verlengd worden. Zorg ervoor dat de stekker niet wordt platgedrukt of beschadigd door de achterkant van het koel/vriesapparaat. -Een beschadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken. Plaats geen zware voorwerpen of het koel/vriesapparaat zelf op het aansluitsnoer. -Daardoor bestaat kans op kortsluiting en brand. Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan het snoer te trekken, vooral niet als het koel/vriesapparaat uit de nis wordt getrokken. -Schade aan het snoer kan kortsluiting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken. -Als het aansluitsnoer beschadigd is, moet het worden vervangen door onze service-afdeling of door een erkend installateur. Als het stopcontact los zit, steek de stekker er dan niet in. -Daardoor bestaat kans op een elektrische schok of brand. Gebruik bij het schoonmaken, het ontdooien of het uitnemen van diepvriesproducten of het ijsblokjesbakje geen scherpe of puntige voorwerpen. Die kunnen het apparaat beschadigen. Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen bij de temperatuurregelaar, het schakelmechanisme en de indicator komen. Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct uit de vriesruimte in de mond stoppen. IJs kan aan lippen of tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken. Eenmaal ontdooide levensmiddelen mogen niet opnieuw ingevroren worden, maar moeten zo snel mogelijk geconsumeerd worden. Kant-en-klare diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant van deze producten bewaren. Probeer niet het ontdooiproces te versnellen m.b.v. elektrische verwarmingstoestellen of chemische stoffen. Laat kunststof onderdelen niet met hete voorwerpen in aanraking komen. Geen bussen of flessen met brandbaar gas of vloeistof in het apparaat bewaren. Explosiegevaar! Geen koolzuurhoudende dranken, flessen en blikjes in de diepvriezer bewaren. Veiligheid van kinderen Houd de verpakking uit de buurt van kinderen. Kunststof folie kan verstikkingsgevaar opleveren. Het apparaat is bedoeld voor gebruik door volwassenen. Laat kinderen niet met het apparaat of de bedieningselementen spelen. Als u het apparaat afdankt, trek dan de stekker uit het stopcontact, snijd het aansluitsnoer af (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en haal de deur eruit. U verhindert daardoor, dat spelende kinderen een elektrische schok krijgen of elkaar of zichzelf in het apparaat opsluiten. Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door kinderen, personen met verminderde lichamelijke, zintuigelijke of geestelijke capaciteiten of een gebrek aan kennis en ervaring, tenzij er toezicht is ingesteld door de persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of tenzij zij van deze persoon instructies hebben gekregen over het gebruik. Vóór het in gebruik nemen Zet het apparaat tegen de muur om te voorkomen dat u zich verbrandt aan warmte afgevende onderdelen (compressor, condensor). Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat verplaatsen. Let erop dat het apparaat niet op het aansluitsnoer staat. Rond het apparaat moet voldoende luchtcirculatie zijn. Gebrek aan luchtcirculatie kan tot oververhitting leiden. Volg daarom de aanwijzingen m.b.t. de installatie. Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan Waarschuwing Het koelmiddel van het apparaat is isobutaan (R 600a) dat in hoge mate brandbaar en explosief is. Houd ventilatie-openingen in het apparaat of in het inbouwmeubel vrij. Gebruik geen mechanische apparaten of andere middelen om het ontdooiproces te bespoedigen, die niet door de fabrikant worden aangeraden. Beschadig het koelcircuit niet. Gebruik geen elektrische apparaten binnenin het apparaat, tenzij ze door de fabrikant worden geadviseerd. Als u zich niet aan deze aanwijzingen houdt, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade. 27 Aanwijzingen voor de gebruiker Algemene informatie Dit apparaat is een huishoud-diepvriezer. Het is geschikt voor het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van levensmiddelen en het maken van ijsblokjes. Het apparaat is geschikt voor gebruik in een bepaalde klimaatklasse (bepaalde omgevingstemperaturen). De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje. Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen 1 2 3 4 5 1. Bediening- en indicatiepaneel 2. Ijslade 3. Invriesruimte (met ijsblokjesbakje) 28 4 4. Bewaarruimte (korven) 5. Dooiwaterafvoergootje Bedienings- en indicatiepaneel A) B) C) D) Zie de hoofdstukken "In gebruik nemen", "Temperatuur instellen" en "Invriezen" voor het gebruik van de schakelaars en de indicators. Op het paneel vindt u: Groen lampje Dit lampje brandt als het apparaat aangesloten is, d.w.z. als de stekker in het stopcontact zit. Rood lampje Dit lampje geeft informatie over de temperatuur in het apparaat. Het gaat even branden als u het apparaat start, er verse levensmiddelen in zet en als de temperatuurregelaar op een lagere temperatuur is gezet. Het brandt constant als de temperatuur in het apparaat te hoog is (te veel warme levensmiddelen erin, deur is open blijven staan of deurrubber sluit niet goed) of bij een evt. storing aan het apparaat. Geel lampje en invriesschakelaar Als deze schakelaar ingeschakeld staat (wordt ingedrukt en brandt), werkt de compressor continu en zorgt voor een zo koud mogelijke temperatuur voor het invriezen. Temperatuurregelaar Deze dient voor instellen en wijzigen van de temperatuur in het apparaat. Bedienen van het apparaat In gebruik nemen Steek de stekker in het stopcontact. Draai de temperatuurregelaar (zie afb.). Het rode lampje gaat branden, de compressor start en het apparaat begint te koelen. Als het rode lampje uitgaat, is de temperatuur laag genoeg om diepvriesproducten te bewaren. Temperatuur instellen De thermostaat zorgt er automatisch voor dat de ingestelde temperatuur wordt aangehouden en schakelt regelmatig het apparaat kortere of langere tijd uit. U kunt de temperatuurregelaar m.b.v. een geldstuk verdraaien. Hoe meer u de regelaar rechtsom draait, hoe intensiever er gekoeld wordt. 29 In het apparaat wordt een temperatuur van -18 °C of kouder bereikt, als u de temperatuurregelaar volgens de afbeelding instelt. Als u de temperatuurregelaar uitschakelt (stand „0”), dan onderbreekt u de werking van de compressor d.w.z. het apparaat koelt niet meer. De temperatuur in de vriezer is niet alleen afhankelijk van de instelling van de temperatuurregelaar, maar ook van de omgevingstemperatuur, vaak openen van de deur, de hoeveelheid levensmiddelen enz. Op de hoogste stand (bijv. tijdens een hittegolf) werkt de compressor continu. Dit heeft geen negatieve invloed op het functioneren van het apparaat. Invriezen De verse levensmiddelen dienen altijd na een goede voorbereiding in de invriesruimte te worden ingevroren. Drukt u de vriesschakelaar, bij kleine hoeveelheden 4 uur van tevoren, bij grote hoeveelheden 24 uur van tevoren (na indrukken gaat het lampje branden). De compressor werkt dan continu om de noodzakelijke temperatuur voor invriezen te bereiken. Zet de levensmiddelen in het apparaat en laat het ongeveer 24 uur op de vriesstand staan, zoals bovenaan beschreven. Druk daarna de vriesschakelaar weer (het gele lampje gaat uit en de schakelaar gaat naar zijn originele stand). De ijslade is geschikt om klein fruit (aardbeien, frambozen, bessen enz.) in te vriezen. Leg het fruit in dunne lagen zonder verpakking op de ijslade. Na het invriezen kunt u het fruit verpakken, sorteren en in de bewaarvakken leggen. IJsblokjes maken Vul het ijsblokjesbakje met water en zet het in de vriesruimte. Als u de bodem van het ijsblokjesbakje nat maakt, gaat het invriezen sneller. U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het ijsblokjesbakje onder stromend water te houden en het dan iets te verdraaien. Bewaren Na het invriezen kunt u de diepvriesproducten het beste naar de bewaarvakken verplaatsen, zodat u weer ruimte hebt in het invriesvak. Tussentijds invriezen heeft geen nadelige invloed op reeds ingevroren producten. Praktische informatie Na openen en sluiten van de deur van de vriezer ontstaat in het apparaat een vacuüm. Na sluiten van de deur duurt het 2-3 minuten voordat u de deur weer kunt openen. Stel de vriezer zodanig in dat de binnentemperatuur nooit warmer dan -18 °C wordt. Bij te hoge temperaturen bederven de diepvriesproducten. 30 Controleer elke dag even of het apparaat goed functioneert. Zo constateert u evt. storingen tijdig. Tips In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het apparaat zo energiezuinig mogelijk te gebruiken. U vindt hier ook informatie m.b.t. het milieu. Energie besparen Zet het apparaat liever niet in de zon of naast een warmte afgevend apparaat. Zorg ervoor dat de condensor en de compressor voldoende ventilatie hebben. Bedek de ventilatie-openingen niet. Doe levensmiddelen in een afgesloten schaaltje of in vershoudfolie om onnodige rijpvorming te voorkomen. Zorg ervoor dat nog in te vriezen levensmiddelen niet in aanraking komen met reeds ingevroren levensmiddelen. Open de deur niet onnodig en laat hem niet langer open staan dan nodig is. Laat warme levensmiddelen altijd eerst tot kamertemperatuur afkoelen voordat u ze in het apparaat zet. Houd de condensor schoon. Het apparaat en het milieu Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het isolatiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag kunnen aantasten. Het apparaat mag niet samen met huisvuil of gesloopte apparaten weggegooid worden. Uit het oogpunt van milieubescherming moeten afgedankte koel- en vriestoestellen volgens de plaatselijke regelingen op deskundige wijze verwerkt worden. Informeer bij de gemeente naar de mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg ervoor dat het koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar, niet beschadigd wordt. De materialen met het symbool „ ” zijn geschikt voor recycling. Onderhoud Ontdooien Een deel van het vocht uit de koelruimte wordt tijdens het gebruik in de vorm van ijs of rijp afgescheiden. Dikke lagen ijs en rijp hebben een isolerend effect. Het koelvermogen wordt minder, de temperatuur stijgt, er is meer energie nodig en als ijs of rijp te dik worden, kan de deur van de vriesruimte niet meer open, de deur kan zelfs kapotgaan. M.b.v. de meegeleverde kunststof schraper kunt u kleine stukjes rijp en ijs verwijderen. 31 Het bakje in de afbeelding wordt niet met het apparaat meegeleverd! Als de ijslaag zo dik is, dat hij niet met de kunststof schraper verwijderd kan worden, moet het apparaat ontdooid worden. Hoe vaak dat voorkomt, hangt af van het gebruik. U ontdooit als volgt: Maak het apparaat spanningloos. Neem de diepvriesproducten uit het apparaat en wikkel ze in enkele lagen krantenpapier of dekens. Bewaar ze op een zo koel mogelijke plaats, bijv. in de koelkast. Laat de deur van het apparaat open. Veeg het dooiwater, dat zich in het afvoergootje onderin het apparaat verzamelt, af en toe met een zachte doek of spons naar opzij weg. U kunt het water als volgt verwijderen: Zet een hoog genoeg bakje voor het apparaat. Trek het afvoergootje (in het midden van de onderkant van het apparaat) voorzichtig in de richting van de pijl. Het dooiwater kan nu via het gootje in het bakje lopen. U kunt het ontdooiproces versnellen door een pan of schaal met warm water op het draadrooster te zetten. Na het ontdooien de binnenzijde van het apparaat droog wrijven en het afvoergootje weer terugduwen. De stekker weer in het stopcontact steken. Als het rode lampje uit is de diepvriesproducten weer in het apparaat leggen. Reiniging en onderhoud U kunt de vriezer het beste tegelijk ontdooien en schoonmaken. Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep. Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde van het apparaat met handwarm water schoonmaken en droog wrijven. Reinig het deurrubber met schoon water. Steek na het reinigen de stekker weer in het stopcontact. Stof en vuil die zich op de condensor en de achterkant van de koelkast hebben afgezet, dient u één of twee maal per jaar te verwijderen. 32 Als de koelkast niet in gebruik is Als de koelkast langere tijd niet in gebruik is, gaat u als volgt te werk: Trek de stekker uit het stopcontact. Maak de koelkast leeg. Ontdooien en schoonmaken zoals hiervoor beschreven. De deur open laten om geurvorming te voorkomen. Problemen oplossen Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf kunt verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t. het opheffen van zulke kleine storingen. Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te horen (compressor, circulatie). Dan is er geen sprake van een storing. Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het apparaat met onderbrekingen werkt. Als de compressor stopt, wil dat niet zeggen dat het apparaat niet werkt. Daarom moet u altijd eerst de stekker uit het stopcontact trekken, voordat u elektrische onderdelen aanraakt. Probleem Het apparaat koelt niet voldoende. Het apparaat koelt te sterk. Het apparaat koelt helemaal niet. Het apparaat maakt veel geluid. Mogelijke oorzaak De temperatuurregelaar is te laag ingesteld. Voor het invriezen was de temperatuur niet laag genoeg. U hebt levensmiddelen met grote afmetingen in het apparaat gezet. U wilt te veel levensmiddelen tegelijk invriezen. U hebt warme levensmiddelen in het apparaat gezet, De deur is niet goed gesloten. De temperatuurregelaar is te hoog ingesteld. De stekker zit niet in het stopcontact. Er staat geen spanning op het stopcontact. De temperatuurregelaar staat op stand „0”. Het apparaat staat niet goed. Oplossing Op een hogere stand instellen. Het apparaat langer op een lagere temperatuur zetten. Levensmiddelen in porties verdelen. Minder levensmiddelen tegelijk invriezen. Levensmiddelen eerst tot kamertemperatuur laten afkoelen. Controleren of de deur dicht is. Op een lagere stand instellen. De aansluiting controleren. Stopcontact controleren. Stand van de temperatuurregelaar controleren. Controleren of het apparaat stabiel staat (alle vier voeten moeten op de vloer staan). Als u de storing aan de hand van de aanwijzingen niet kunt oplossen, neem dan contact op met Service. 33 Aanwijzingen voor de installateur Installeren van het apparaat Vervoer, uitpakken U kunt het apparaat het beste rechtop in de originele verpakking vervoeren. Zie ook de aanwijzingen op de verpakking. Na elk transport mag het apparaat pas na ca. 2 uur ingeschakeld worden. Pak het apparaat uit en controleer het op transportschade. Neem in geval van transportschade contact op met de leverancier en sluit het apparaat niet aan. Reiniging Verwijder het plakband waarmee de onderdelen in het apparaat vastgezet zijn. Neem de binnenkant van het apparaat met handwarm water en wat mild reinigingsmiddel af. Gebruik een zachte doek. Wrijf daarna de binnenkant van het apparaat droog. Opstelling De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Daarom moet het apparaat op een plaats staan waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het uitgevoerd is, zie onderstaande tabel. De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje. Klimaatklasse SN N ST Omgevingstemperatuur +10 ..,+32 °C +16 ..,+32 °C +18 ..,+38 °C Als de omgevingstemperatuur te laag is, kan de temperatuur in de koelruimte te hoog worden. Als de omgevingstemperatuur te hoog is, moet de compressor langer werken, de temperatuur in de diepvriezer stijgt en er wordt meer energie verbruikt. Het apparaat moet waterpas staan. Daartoe kunt u de stelvoeten (1) aan de voorzijde verstellen. De afstandsringen (2) zijn onderdeel van de stelvoeten. Als het apparaat waterpas moet worden gezet, kunnen deze afstandsringen worden verwijderd. 34 Zet het apparaat niet direct in de zon of dicht bij een verwarming of fornuis. Is opstelling naast een warmtebron niet te vermijden, dan moeten de volgende minimale afstanden worden aangehouden: Naast een gas- of elektrisch fornuis 3 cm. Als de afstand kleiner is, plaats dan een warmte-isolerende plaat van 0,5 tot 1 cm dik tussen de twee apparaten. Naast een olie- of kolenkachel 30 cm. De koelkast moet geheel tegen de muur staan. Houd de minimale afstanden A: opstelling onder een keukenkastje B: vrije opstelling aan (zie afb.). Deurdraairichting omzetten Als dat handiger in het gebruik is, kunt u de deurdraairichting van rechts naar links omzetten. Ga als volgt te werk: Trek de stekker uit het stopcontact. Kantel het apparaat voorzichtig achterover en zorg ervoor dat de compressor de vloer niet raakt. U kunt dit het beste met twee personen doen. Draai de stelvoeten aan beide zijden uit (2 stuks), daarna de schroeven die de onderste deurscharnieren vasthouden (2 stuks) en de schroef aan de andere kant van het apparaat. Zet de stift in de onderste deurscharnierplaat in de richting van de pijl over. Neem de deur los. Draai de stift van het bovenste deurscharnier uit en plaats hem aan de andere kant. Bevestig de deur aan de stift van het bovenste deurscharnier. Bevestig de onderste deurschanieren op de andere kant. Let erop dat de hoek van de deur parallel loopt met de zijkant van de keukenkast. Draai dan de ene schroef in de vrijgekomen plaats aan de andere kant, daarna de stelvoeten (2 stuks) en zet het apparaat weer rechtop. 35 Zet de handgreep en de kunststof pluggen op de andere kant over. Zet het apparaat op z'n plek, zet het waterpas en steek de stekker in het stopcontact. U kunt ook contact opnemen met Service. Een servicetechnicus kan tegen betaling het deurscharnier overzetten. Elektrische aansluiting Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (~) 50 Hz. Het apparaat moet worden aangesloten aan een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact met randaarde. Als zo'n stopcontact niet aanwezig is, laat het dan door een erkend installateur in de buurt van de koelkast aanbrengen. Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlijnen: – 73/23/EEG van 19.02.1973 (incl. wijzigingsrichtlijnen) laagspanningsrichtlijn – 89/336/EEG van 03.05.1989 (incl. wijzigingsrichtlijnen - EMC-richtlijn – 96/57 EEC - 96/09/03 (richtlijn energie-efficiëntie) en latere aanvullingen 36 Bewaartijdentabel Diepvriesproducten bewaren Soort groente kant-en-klare producten aardappelgerechten, pastagerechten soep fruit vlees consumptie-ijs -18°C 12 maanden 6 maanden 12 maanden 6 maanden 12 maanden 5 maanden 3 weken 37 Service Als u vragen hebt waar deze gebruiksaanwijzing geen antwoord op geeft, kunt u de volgende afdelingen raadplegen: Service-informatielijn (0172) 468 300 (voor bezoek servicetechnicus en onderdelen) Consumentenbelangen (0172) 468 172 (voor algemene, product- of gebruiksinformatie) Adres service-afdeling AEG fabrieksservice Postbus 120 2400 AC Alphen aan den Rijn www.aeg.nl Belangrijk! Houd bij het opgeven van een storing altijd modelaanduiding, PNC-nummer en S-nummer van uw apparaat bij de hand. Deze nummers vindt u op het typeplaatje van het apparaat en kunt u het beste hieronder noteren. Modelaanduiding ...........................….. PNC-nummer ….................................... S-nummer ............................................. Bereid het gesprek altijd goed voor. Zo vergemakkelijkt u de diagnose en de beslissing of bezoek van een servicetechnicus nodig is. Geef zo nauwkeurig mogelijk op: - Hoe doet de storing zich voor? - Onder welke omstandigheden treedt de storing op? Aan de hand van deze informatie kan onze service-afdeling de juiste voorbereidingen treffen, zodat het apparaat bij het eerste bezoek van de servicetechnicus weer hersteld kan worden. Op deze manier hoeft u slechts één maal thuis te blijven. Wanneer ontstaan er voor u ook tijdens de garantietermijn kosten? - als u de storing m.b.v. de storingstabel (zie hoofdstuk "Wat te doen als...") zelf had kunnen opheffen, - als onze service-technicus u verschillende malen moet bezoeken, omdat hij voor zijn bezoek niet alle belangrijke informatie heeft gekregen en nu bijv. onderdelen moet halen. Dit kunt u voorkomen als u uw telefoongesprek goed voorbereidt zoals boven beschreven. 38 Garantievoorwaarden Onze producten worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het voorkomen dat er een defect optreedt. Onze servicedienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de garantietermijn. De levensduur van het product wordt daardoor niet negatief beïnvloed. Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet. Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast. Voor dit product verlenen wij garantie volgens onderstaande voorwaarden: 1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het product die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker. In geval van professioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik is de garantie beperkt tot 12 maanden. Voor tweedehands producten geldt eveneens een termijn van 12 maanden. 2. De garantieprestatie houdt in dat het product kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigendom. 3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om mogelijke verdere schade te voorkomen. De garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet binnen twee maanden na vaststelling is gemeld. 4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of leveringsdatum te worden overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander overtuigend bewijs te worden overlegd. 5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik. 6. De garantie heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de waarde en deugdelijkheid van het product onbeduidend zijn. 7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt door: a) chemische en elektrochemische inwerking van water, b) abnormale milieuomstandigheden in het algemeen, c) voor het product oneigenlijke bedrijfsomstandigheden, d) contact met agressieve stoffen. 8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten onze verantwoordelijkheid is ontstaan, niet-vakkundige installatie of montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen. 39 9. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het product voorzien werd van toebehoren of onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken. 10. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd aan of gezonden naar onze servicedienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde producten. 11. Indien het product zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt, worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt ten laste van de gebruiker. 12. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen naar rato van de verstreken gebruiksperiode. 13. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van de garantietermijn noch aanvang van een nieuwe garantietermijn tot gevolg. 14. Op herstellingen geven wij een garantie van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek. 15. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten het product, zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd. 16. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het product niet overtreffen, tenzij wettelijk anders is bepaald. Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland gekochte en/of in gebruik zijnde producten. Indien een product naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte producten dient de gebruiker zich te vergewissen van de bepalingen in Nederland. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet onder de garantie, en kunnen niet altijd worden aangebracht. Ook na afloop van de garantietermijn staat onze servicedienst u ter beschikking. Adres Servicedienst: Electrolux Service Vennootsweg 1 2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN 40 Reparatievoorwaarden Onze reparatievoorwaarden zijn conform de afspraak tussen de Consumentenbond en Vlehan*. Art1. Aan de consument zal na een melding van een storing zo mogelijk direct, doch uiterlijk binnen één werkdag worden medegedeeld op welke dag het bezoek van de technicus zal plaatsvinden. De reparatie zal als regel binnen zeven werkdagen na de melding zijn uitgevoerd. Art2. a) Alvorens de reparatie wordt verricht zal de technicus een onderzoek uitvoeren naar de vermoedelijke oorzaak van de gemelde storing. Aan de hand hiervan zal hij een zo nauwkeurig mogelijke, gespecificeerde begroting maken van de totale reparatiekosten inclusief voorrijkosten en diagnosekosten. Desgevraagd zal deze begroting door de technicus schriftelijk worden vastgelegd. b) Indien de consument met het begrote bedrag niet akkoord gaat, zal op verzoek het te repareren toestel worden teruggebracht in de staat waarin het aan de technicus werd aangeboden. Nadat dit is geschied, zullen alleen de kosten van voorrijden en arbeidsloon in rekening worden gebracht op basis van de werkelijke bestede tijd, danwel van een vooraf vastgesteld tarief. Art3. Indien tijdens het uitvoeren van de reparatie duidelijk wordt dat: a) de oorspronkelijke reparatie door redelijkerwijs niet te voorziene omstandigheden niet tegen het begrote bedrag kan worden uitgevoerd, of b) ook andere dan in de begroting voorziene reparaties noodzakelijk zijn, zal overleg met de consument plaatsvinden en een herziene kostenbegroting worden gemaakt. In geval de consument daarmee alsnog niet akkoord gaat, geldt eveneens het in artikel 2b bepaalde. Art4. De reparatie zal zoveel mogelijk tijdens het eerste bezoek worden uitgevoerd. Indien om het toestel in werkende staat te brengen een tweede bezoek noodzakelijk is, zal: a) direct, doch uiterlijk binnen één werkdag door de betreffende serviceorganisatie of door de technicus met de consument de datum voor een tweede bezoek worden afgesproken. b) een herhalingsbezoek zal als regel binnen tien werkdagen na de melding plaatsvinden. c) voor een tweede of daaropvolgend bezoek zal geen voorrijtarief in rekening worden gebracht, tenzij de noodzaak voor een herhalingsbezoek aan de consument is toe te schrijven. Art5. De consument ontvangt een gespecificeerde rekening met vermelding van type en serienummer van het apparaat, omschrijving van de diagnose, toegepaste tarieven, gebruikte onderdelen en materialen en een korte omschrijving van de verrichte werkzaamheden. De betaling van de rekening dient tegen afgifte van een reparatienota direct contant of door middel van een gegarandeerd betaalmiddel plaats te vinden. 41 Art6. Op elke uitgevoerde en betaalde reparatie zal bij normaal huishoudelijk gebruik een volledige garantie van minimaal 3 maanden worden gegeven. Deze garantie omvat het kosteloos uitvoeren van een hernieuwde reparatie. Op de uitgewisselde en betaalde onderdelen geldt een garantietermijn van 12 maanden. Bij een beroep op garantie op de reparatie dient de consument op verzoek de gespecificeerde rekening van de voorgaande reparatie aan de technicus te overleggen. Art7. Indien na driemaal uitvoeren van eenzelfde reparatie hetzelfde defect bij normaal huishoudelijk gebruik opnieuw optreedt binnen de onder art. 6 bedoelde garantietermijn en redelijkerwijs een afdoend resultaat bij het opnieuw uitvoeren van de reparatie niet verwacht kan worden, zal aan de consument een nieuw exemplaar of soortgelijk toestel van hetzelfde merk worden aangeboden tegen bijbetaling op basis van een per product te bepalen jaarlijks afschrijvingspercentage. Art8. Vervangen onderdelen stelt de technicus weer ter beschikking van de consument, met uitzondering van de onder garantie of tegen een gereduceerde prijs vervangen onderdelen. Art9. Een reparatie dient op zodanige wijze te worden uitgevoerd, dat een toestel daarna weer volledig voldoet aan de veiligheidsvoorschriften, die op grond van een van fabriekswege aangebracht veiligheidskeurmerk gelden, danwel bij het ontbreken daarvan, aan de wettelijke vereisten terzake. Dit houdt ondermeer in, dat reparaties moeten worden uitgevoerd met originele en door de fabrikant ook terzake van veiligheidskeurmerken en -voorschriften gegarandeerde onderdelen. *) Vereniging Leveranciers van Huishoudelijke Apparaten in Nederland. 42 From the Electrolux Group. The world’s No.1 choice. Die Electrolux-Gruppe ist der weltweit größte Hersteller von gas- und strombetriebenen Geräten für die Küche, zum Reinigen und für Forst und Garten. Jedes Jahr verkauft die Electrolux-Gruppe in über 150 Ländern der Erde über 55 Millionen Produkte (Kühlschränke, Herde, Waschmaschinen, Staubsauger, Motorsägen und Rasenmäher) mit einem Wert von rund 14 Mrd. USD. Das Symbol auf dem Produkt oder seiner Verpackung weist darauf hin, dass dieses Produkt nicht als normaler Haushaltsabfall zu behandeln ist, sondern an einem Sammelpunkt für das Recycling von elektrischen und elektronischen Geräten abgegeben werden muss. Durch Ihren Beitrag zum korrekten Entsorgen dieses Produkts schützen Sie die Umwelt und die Gesundheit Ihrer Mitmenschen. Umwelt und Gesundheit werden durch falsches Entsorgen gefährdet. Weitere Informationen über das Recycling dieses Produkts erhalten Sie von Ihrem Rathaus, Ihrer Müllabfuhr oder dem Geschäft, in dem Sie das Produkt gekauft haben. 2007. 07. 02. Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. AEG Hausgeräte GmbH Postfach 1036 D-90327 Nürnberg Sie können Ersatzteile, Zubehör und Pflegemittel on-line bestellen bei http://www.aeg-electrolux.de www.electrolux.com www.aeg-electrolux.de © Copyright by AEG Technische Änderungen vorbehalten 200381263 - 01 - 0707
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22

Aeg-Electrolux A60110GS1 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding