Proline FZ 100 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
MODE D`EMPLOI
INSTRUCTION BOOK
GEBRAUCHSANLEITUNG
GEBRUIKSAANWIJZING
F/PRO/1-2. (02.)200364421
CONGELATEUR
FREEZER
GEFRIERSCHRANK
DIEPVRIEZER
FR
GB
DE
NL
FFZZ 110000
44
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en in gebruik
neemt. U vindt hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische informatie, informatie m.b.t. het
milieu en tips. Als u het apparaat volgens de aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid
werken.
M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden:
Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid
Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat.
Praktische informatie
Informatie m.b.t. het milieu
Tips
Tips m.b.t. levensmiddelen en het bewaren daarvan.
NL
45
Inhoudsopga
Inhoudsopga
v
v
e
e
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid ..........................................................................46
Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid .............................................................................46
Veiligheid van kinderen .........................................................................................................46
Vóór het in gebruik nemen ....................................................................................................46
Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan ....................................................................................46
Aanwijzingen voor de gebruiker..............................................................................................47
Algemene informatie.............................................................................................................47
Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen.............................................................47
Bedienings- en indicatiepaneel ..........................................................................................48
Bedienen van het apparaat....................................................................................................48
In gebruik nemen ............................................................................................................48
Temperatuur instellen .......................................................................................................48
Invriezen ........................................................................................................................49
IJsblokjes maken.............................................................................................................49
Bewaren ........................................................................................................................49
Praktische informatie ............................................................................................................49
Tips ...................................................................................................................................49
Energie besparen............................................................................................................49
Het apparaat en het milieu ................................................................................................49
Onderhoud .........................................................................................................................50
Ontdooien......................................................................................................................50
Reiniging en onderhoud....................................................................................................51
Als de koelkast niet in gebruik is.........................................................................................51
Problemen oplossen.............................................................................................................51
Aanwijzingen voor de installateur ...........................................................................................52
Technische gegevens...........................................................................................................52
Installeren van het apparaat ...................................................................................................52
Vervoer, uitpakken ...........................................................................................................52
Reiniging........................................................................................................................52
Opstelling.......................................................................................................................53
Deurdraairichting omzetten................................................................................................54
Elektrische aansluiting......................................................................................................54
Service..................................................................................................................................55
NL
46
Belangri
Belangri
jk
jk
e aanwi
e aanwi
jzingen m.b.t. de v
jzingen m.b.t. de v
eiligheid
eiligheid
Algemene aanwijzingen
m.b.t. de veiligheid
Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef
hem door aan een evt. volgende eigenaar van het
apparaat.
Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het
huishouden, voor het bewaren van levensmiddelen
en dient volgens de voorschriften te worden
gebruikt.
Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen
van het aansluitsnoer, mogen alleen door
Service worden uitgevoerd. Daarbij mogen
alleen originele Service-onderdelen gebruikt
worden. Onvakkundige reparaties kunnen tot
aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden!
Het apparaat is alleen spanningloos als de stekker
uit het stopcontact is getrokken. Voordat u het
apparaat gaat reinigen, dient u het altijd
spanningloos te maken. Trek de stekker nooit aan
het snoer, maar aan de stekker zelf uit het
stopcontact. Als het stopcontact moeilijk
bereikbaar is, schakel dan de zekering in de
huisinstallatie uit.
Het aansluitsnoer mag niet verlengd worden.
Gebruik bij het schoonmaken, het ontdooien of het
uitnemen van diepvriesproducten of het
ijsblokjesbakje geen scherpe of puntige
voorwerpen. Die kunnen het apparaat
beschadigen.
Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen bij de
temperatuurregelaar, het schakelmechanisme en
de indicator komen.
Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct uit de
vriesruimte in de mond stoppen. IJs kan aan lippen
of tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken.
Eenmaal ontdooide levensmiddelen mogen niet
opnieuw ingevroren worden, maar moeten zo snel
mogelijk geconsumeerd worden.
Kant-en-klare diepvriesproducten volgens de
aanwijzingen van de fabrikant van deze producten
bewaren.
Probeer niet het ontdooiproces te versnellen m.b.v.
elektrische verwarmingstoestellen of chemische
stoffen.
Laat kunststof onderdelen niet met hete
voorwerpen in aanraking komen.
Geen bussen of flessen met brandbaar gas of
vloeistof in het apparaat bewaren. Explosiegevaar!
Geen koolzuurhoudende dranken, flessen en
blikjes in de diepvriezer bewaren.
Veiligheid van kinderen
Houd de verpakking uit de buurt van kinderen.
Kunststof folie kan verstikkingsgevaar
opleveren.
Het apparaat is bedoeld voor gebruik door
volwassenen. Laat kinderen niet met het
apparaat of de bedieningselementen spelen.
Als u het apparaat afdankt, trek dan de stekker
uit het stopcontact, snijd het aansluitsnoer af (zo
dicht mogelijk bij het apparaat) en haal de deur
eruit. U verhindert daardoor, dat spelende
kinderen een elektrische schok krijgen of elkaar
of zichzelf in het apparaat opsluiten.
Vóór het in gebruik nemen
Zet het apparaat tegen de muur om te
voorkomen dat u zich verbrandt aan warmte
afgevende onderdelen (compressor,
condensor).
Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact
voordat u het apparaat gaat verplaatsen.
Let erop dat het apparaat niet op het
aansluitsnoer staat.
Rond het apparaat moet voldoende
luchtcirculatie zijn. Gebrek aan luchtcirculatie
kan tot oververhitting leiden. Volg daarom de
aanwijzingen m.b.t. de installatie.
Als u zich niet aan deze aanwijzingen
houdt, kan de fabrikant niet aansprakelijk
worden gesteld voor eventuele schade.
NL
Veiligheidsmaatregelen
voor isobutaan
Waarschuwing
Het koelmiddel van het apparaat is isobutaan
(R 600a) dat in hoge mate brandbaar en
explosief is.
Houd ventilatie-openingen in het apparaat of in
het inbouwmeubel vrij.
Gebruik geen mechanische apparaten of andere
middelen om het ontdooiproces te
bespoedigen, die niet door de fabrikant worden
aangeraden.
Beschadig het koelcircuit niet.
Gebruik geen elektrische apparaten binnenin
het apparaat, tenzij ze door de fabrikant worden
geadviseerd.
47
Aanwi
Aanwi
jzingen v
jzingen v
oor de gebr
oor de gebr
uik
uik
er
er
Algemene informatie
Dit apparaat is een huishoud-diepvriezer. Het is
geschikt voor het bewaren van diepvriesproducten,
het invriezen van levensmiddelen en het maken van
ijsblokjes.
Het apparaat is geschikt voor gebruik in een
bepaalde klimaatklasse (bepaalde
omgevingstemperaturen).
De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje.
Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen
1. ijslade
2. invriesruimte (met ijsblokjesbakje)
3. bewaarruimte (korven)
4. typeplaatje
5. bedienings- en indicatiepaneel
a) groen lampje
b) rood lampje
c) geel lampje
d) snelvriesschakelaar
e) temperatuurregelaar
6. dooiwaterafvoergootje
7. stelvoeten
8. deurrubber
9. thermostaat
10. luchtrooster
11. condensor
12. luchtcirculatie
13. compressor
NL
48
Bedienings- en indicatiepaneel
Zie de hoofdstukken In gebruik nemen,
Temperatuur instellen en Invriezen voor het gebruik
van de schakelaars en de indicators.
Op het paneel vindt u:
a). Groen lampje
Dit lampje brandt als het apparaat aangesloten is,
d.w.z. als de stekker in het stopcontact zit.
b). Rood lampje
Dit lampje geeft informatie over de temperatuur in
het apparaat.
Het gaat even branden als u het apparaat start, er
verse levensmiddelen in zet en als de
temperatuurregelaar op een lagere temperatuur is
gezet.
Het brandt constant als de temperatuur in het
apparaat te hoog is (te veel warme levensmiddelen
erin, deur is open blijven staan of deurrubber sluit
niet goed) of bij een evt. storing aan het apparaat.
c). Geel lampje
Dit lampje brandt als de snelvriesschakelaar is
ingeschakeld.
d). Snelvriesschakelaar
Als deze schakelaar naar rechts staat, werkt de
compressor continu en zorgt voor een zo koud
mogelijke temperatuur, noodzakelijk voor
invriezen.
e). Temperatuurregelaar
Deze dient voor instellen en wijzigen van de
temperatuur in het apparaat.
Bedienen van het apparaat
In gebruik nemen
Steek de stekker in het stopcontact. Draai de
temperatuurregelaar (zie afb.). Het rode lampje gaat
branden, de compressor start en het apparaat begint
te koelen.
Als het rode lampje uitgaat, is de temperatuur laag
genoeg om diepvriesproducten te bewaren.
Temperatuur instellen
De thermostaat zorgt er automatisch voor dat de
ingestelde temperatuur wordt aangehouden en
schakelt regelmatig het apparaat kortere of langere
tijd uit.
U kunt de temperatuurregelaar m.b.v. een geldstuk
verdraaien. Hoe meer u de regelaar rechtsom draait,
hoe intensiever er gekoeld wordt.
In het apparaat wordt een temperatuur van -18 °C of
kouder bereikt, als u de temperatuurregelaar volgens
de afbeelding instelt.
Als u de temperatuurregelaar uitschakelt (stand 0),
dan onderbreekt u de werking van de compressor
d.w.z. het apparaat koelt niet meer.
NL
49
De temperatuur in de vriezer is niet alleen afhankelijk
van de instelling van de temperatuurregelaar, maar
ook van de omgevingstemperatuur, vaak openen van
de deur, de hoeveelheid levensmiddelen enz.
Op de hoogste stand (bijv. tijdens een hittegolf)
werkt de compressor continu. Dit heeft geen
negatieve invloed op het functioneren van het
apparaat.
IJsblokjes maken
Vul het ijsblokjesbakje met water en zet het in de
vriesruimte. Als u de bodem van het ijsblokjesbakje
nat maakt, gaat het invriezen sneller.
U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het
ijsblokjesbakje onder stromend water te houden en
het dan iets te verdraaien.
Invriezen
Het invriezen van verse levensmiddelen dient altijd
goed voorbereid te worden.
Draai voordat u gaat invriezen de snelvriesschakelaar
rechtsom (het gele lampje gaat branden). Doe dat bij
kleine hoeveelheden 4 uur van te voren, bij grote
hoeveelheden 24 uur van te voren. De compressor
werkt dan continu om de noodzakelijke temperatuur
voor invriezen te bereiken.
Zet de levensmiddelen in het apparaat en laat het
ongeveer 24 uur op de snelvriesstand staan.
Draai daarna de snelvriesschakelaar weer linksom
(het gele lampje gaat uit).
De ijslade is geschikt om klein fruit (aardbeien,
frambozen, bessen enz.) in te vriezen. Leg het fruit in
dunne lagen zonder verpakking op de ijslade. Na het
invriezen kunt u het fruit verpakken en in de
bewaarvakken leggen.
Bewaren
Na het invriezen kunt u de diepvriesproducten het
beste naar de bewaarvakken verplaatsen, zodat u
weer ruimte hebt in het invriesvak.
Tussentijds invriezen heeft geen nadelige invloed op
reeds ingevroren producten.
Tips
In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het
apparaat zo energiezuinig mogelijk te gebruiken. U
vindt hier ook informatie m.b.t. het milieu.
Praktische informatie
Na openen en sluiten van de deur van de vriezer
ontstaat in het apparaat een vacuüm. Na sluiten van
de deur duurt het 2-3 minuten voordat u de deur
weer kunt openen.
Stel de vriezer zodanig in dat de binnentemperatuur
nooit warmer dan -18 °C wordt. Bij te hoge
temperaturen bederven de diepvriesproducten.
Controleer elke dag even of het apparaat goed
functioneert. Zo constateert u evt. storingen tijdig.
Energie besparen
Zet het apparaat liever niet in de zon of naast
een warmte afgevend apparaat.
Zorg ervoor dat de condensor en de
compressor voldoende ventilatie hebben.
Bedek de ventilatie-openingen niet.
Doe levensmiddelen in een afgesloten schaaltje
of in vershoudfolie om onnodige rijpvorming te
voorkomen.
Zorg ervoor dat nog in te vriezen levensmiddelen
niet in aanraking komen met reeds ingevroren
levensmiddelen.
Open de deur niet onnodig en laat hem niet
langer open staan dan nodig is.
Laat warme levensmiddelen altijd eerst tot
kamertemperatuur afkoelen voordat u ze in het
apparaat zet.
Houd de condensor schoon.
Het apparaat en het milieu
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het
isolatiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag
kunnen aantasten. Het apparaat mag niet samen
met huisvuil of gesloopte apparaten weggegooid
worden. Uit het oogpunt van milieubescherming
moeten afgedankte koel- en vriestoestellen volgens
de plaatselijke regelingen op deskundige wijze
verwerkt worden. Informeer bij de gemeente naar
de mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg ervoor
dat het koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de
warmtewisselaar, niet beschadigd wordt.
De materialen met het symbool   zijn geschikt
voor recycling.
NL
50
Onderhoud
Ontdooien
Een deel van het vocht uit de koelruimte wordt
tijdens het gebruik in de vorm van ijs of rijp
afgescheiden.
Dikke lagen ijs en rijp hebben een isolerend effect.
Het koelvermogen wordt minder, de temperatuur
stijgt, er is meer energie nodig en als ijs of rijp te dik
worden, kan de deur van de vriesruimte niet meer
open, de deur kan zelfs kapotgaan.
M.b.v. de meegeleverde kunststof schraper kunt u
kleine stukjes rijp en ijs verwijderen.
Het bakje in de afbeelding wordt niet met het
apparaat meegeleverd!
Als de ijslaag zo dik is, dat hij niet met de kunststof
schraper verwijderd kan worden, moet het
apparaat ontdooid worden. Hoe vaak dat voorkomt,
hangt af van het gebruik.
U ontdooit als volgt:
Maak het apparaat spanningloos.
Neem de diepvriesproducten uit het apparaat en
wikkel ze in enkele lagen krantenpapier of dekens.
Bewaar ze op een zo koel mogelijke plaats, bijv. in
de koelkast.
Laat de deur van het apparaat open.
Veeg het dooiwater, dat zich in het afvoergootje
onderin het apparaat verzamelt, af en toe met een
zachte doek of spons naar opzij weg. U kunt het
water als volgt verwijderen:
Zet een hoog genoeg bakje voor het apparaat. Trek
het afvoergootje (in het midden van de onderkant
van het apparaat) voorzichtig in de richting van de
pijl. Het dooiwater kan nu via het gootje in het bakje
lopen.
U kunt het ontdooiproces versnellen door een pan
of schaal met warm water op het draadrooster te
zetten.
Na het ontdooien de binnenzijde van het apparaat
droog wrijven en het afvoergootje weer
terugduwen.
De stekker weer in het stopcontact steken.
Als het rode lampje uit is de diepvriesproducten
weer in het apparaat leggen.
NL
51
Reiniging en onderhoud
U kunt de vriezer het beste tegelijk ontdooien en
schoonmaken.
Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep.
Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde
van het apparaat met handwarm water schoonmaken
en droog wrijven.
Reinig het deurrubber met schoon water.
Steek na het reinigen de stekker weer in het
stopcontact.
Stof en vuil die zich op de condensor en de
achterkant van de koelkast hebben afgezet, dient u
één of twee maal per jaar te verwijderen.
Als de koelkast niet in gebruik is
Als de koelkast langere tijd niet in gebruik is, gaat u als
volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Maak de koelkast leeg.
Ontdooien en schoonmaken zoals hiervoor
beschreven.
De deur open laten om geurvorming te voorkomen.
Problemen oplossen
Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf
kunt verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t.
het opheffen van zulke kleine storingen.
Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te
horen (compressor, circulatie). Dan is er geen
sprake van een storing.
Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het
apparaat met onderbrekingen werkt. Als de
compressor stopt, wil dat niet zeggen dat het
apparaat niet werkt. Daarom moet u altijd eerst de
stekker uit het stopcontact trekken, voordat u
elektrische onderdelen aanraakt.
Als u de storing aan de hand van de aanwijzingen niet kunt oplossen, neem dan contact op met Service.
Probleem
Het apparaat koelt niet
voldoende.
Het apparaat koelt te
sterk.
Het apparaat koelt
helemaal niet.
Het apparaat maakt veel
geluid.
Oplossing
Op een hogere stand instellen.
Het apparaat langer op een lagere temperatuur
zetten.
Levensmiddelen in porties verdelen.
Minder levensmiddelen tegelijk invriezen.
Levensmiddelen eerst tot kamertemperatuur laten
afkoelen.
Controleren of de deur dicht is.
Op een lagere stand instellen.
De aansluiting controleren.
Stopcontact controleren.
Stand van de temperatuurregelaar controleren.
Controleren of het apparaat stabiel staat (alle vier
voeten moeten op de vloer staan).
Mogelijke oorzaak
De temperatuurregelaar is te laag ingesteld.
Voor het invriezen was de temperatuur niet laag
genoeg.
U hebt levensmiddelen met grote afmetingen in het
apparaat gezet.
U wilt te veel levensmiddelen tegelijk invriezen.
U hebt warme levensmiddelen in het apparaat
gezet,
De deur is niet goed gesloten.
De temperatuurregelaar is te hoog ingesteld.
De stekker zit niet in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
De temperatuurregelaar staat op stand 0.
Het apparaat staat niet goed.
NL
52
Aanwi
Aanwi
jzingen v
jzingen v
oor de ins
oor de ins
t
t
allat
allat
eur
eur
Technische gegevens
Installeren van het apparaat
Model/Type
bruto-inhoud (l)
nuttige inhoud (l)
breedte (mm)
hoogte (mm)
diepte (mm)
Energieverbruik (kWh/24 uur)
(kWh/jaar)
energie-efficiëntieklasse
invriesvermogen (kg/24 h)
max. bewaartijd bij stroomuitval (uur)
aansluitwaarde (W)
gewicht (kg)
FZ 100 (TTI 120 F)
117
100
550
850
600
0,90
329
C
16
17
90
39
Vervoer, uitpakken
U kunt het apparaat het beste rechtop in de
originele verpakking vervoeren. Zie ook de
aanwijzingen op de verpakking.
Na elk transport mag het apparaat pas na ca. 2 uur
ingeschakeld worden.
Pak het apparaat uit en controleer het op
transportschade. Neem in geval van transportschade
contact op met de leverancier en sluit het apparaat
niet aan.
Reiniging
Verwijder het plakband waarmee de onderdelen in het
apparaat vastgezet zijn.
Neem de binnenkant van het apparaat met handwarm
water en wat mild reinigingsmiddel af. Gebruik een
zachte doek.
Wrijf daarna de binnenkant van het apparaat droog.
NL
53
Opstelling
De omgevingstemperatuur heeft invloed op het
stroomverbruik. Daarom moet het apparaat op een
plaats staan waarvan de omgevingstemperatuur
overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het
uitgevoerd is, zie onderstaande tabel. De
klimaatklasse vindt u op het typeplaatje.
Als de omgevingstemperatuur te laag is, kan de
temperatuur in de koelruimte te hoog worden.
Als de omgevingstemperatuur te hoog is, moet de
compressor langer werken, de temperatuur in de
diepvriezer stijgt en er wordt meer energie verbruikt.
Het apparaat moet waterpas staan. Daartoe kunt u de
stelvoeten (1) aan de voorzijde verstellen. De
afstandsringen (2) zijn onderdeel van de stelvoeten.
Als het apparaat waterpas moet worden gezet, kunnen
deze afstandsringen worden verwijderd.
Zet het apparaat niet direct in de zon of dicht bij een
verwarming of fornuis.
Is opstelling naast een warmtebron niet te vermijden,
dan moeten de volgende minimale afstanden worden
aangehouden:
Naast een gas- of elektrisch fornuis 3 cm. Als de
afstand kleiner is, plaats dan een warmte-
isolerende plaat van 0,5 tot 1 cm dik tussen de
twee apparaten.
Naast een olie- of kolenkachel 30 cm.
De koelkast moet geheel tegen de muur staan.
Houd de minimale afstanden aan (zie afb.).
A: opstelling onder een keukenkastje
B: vrije opstelling
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN +10 ..,+32 °C
N +16 ..,+32 °C
ST +18 ..,+38 °C
NL
54
Deurdraairichting omzetten
Als dat handiger in het gebruik is, kunt u de
deurdraairichting van rechts naar links omzetten.
Ga als volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Kantel het apparaat voorzichtig achterover en zorg
ervoor dat de compressor de vloer niet raakt. U
kunt dit het beste met twee personen doen.
Draai de stelvoeten aan beide zijden uit (2 stuks),
daarna de schroeven die de onderste
deurscharnieren vasthouden (3 stuks) en de
schroef aan de andere kant van het apparaat.
Zet de stift in de onderste deurscharnierplaat in de
richting van de pijl over.
Neem de deur los.
Draai de stift van het bovenste deurscharnier uit en
plaats hem aan de andere kant.
Bevestig de deur aan de stift van het bovenste
deurscharnier.
Bevestig de onderste deurschanieren op de
andere kant. Let erop dat de hoek van de deur
parallel loopt met de zijkant van de keukenkast.
Draai dan de ene schroef in de vrijgekomen plaats
aan de andere kant, daarna de stelvoeten (2 stuks)
en zet het apparaat weer rechtop.
Zet de handgreep en de kunststof pluggen op de
andere kant over.
Zet het apparaat op z'n plek, zet het waterpas en
steek de stekker in het stopcontact.
U kunt ook contact opnemen met Service. Een
servicetechnicus kan tegen betaling het
deurscharnier overzetten.
Elektrische aansluiting
Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (
~
) 50 Hz.
Het apparaat moet worden aangesloten aan een
volgens de voorschriften geïnstalleerd
stopcontact met randaarde. Als zo'n stopcontact
niet aanwezig is, laat het dan door een erkend
installateur in de buurt van de koelkast
aanbrengen.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-
richtlijnen:
73/23/EEG van 19.02.1973 (incl.
wijzigingsrichtlijnen) - laagspanningsrichtlijn
89/336/EEG van 03.05.1989 (incl.
wijzigingsrichtlijnen - EMC-richtlijn
NL
55
Ser
Ser
vice
vice
NL
De producent handhaaft het recht van productverandering.
Voorzover het roepen van de service onvermijdelijk is,
wilt U maar het gebrek vermelden bij onze dichts bij
uw woonplaats zijnde service.
Voor de vermelding is het noodzakelijk het toestel te
identificeren. Dit kan aan de hand van het typeplaatje
van het toestel.
Het typeplaatje bevindt zich beneden, aan de
linkerkant in de normale koelruimte, naast de
fruitschotel. U vindt er alle nodige gegevens op die bij
de service-vermelding noodzakelijk zijn (type, model,
fabricage-nummer enz.).
Wij verzoeken U hier de gegevens van het typeplaatje
van uw toestel in te vullen.
Model
Fabricagenummer
Serienummer
Tijdstip van de koop
Printed by Xerox Hungary Ltd. 2002. 12. 09.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14

Proline FZ 100 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding

Gerelateerde artikelen