11
Dekbedhoezen kunnen doorgaans uitstekend in de
wasautomaat gewassen worden. Vaak is niet het gewicht,
maar de grootte doorslaggevend. Met ŽŽn twee-persoons
hoes en twee slopen kan de trommel echt al ÒvolÓ zijn.
Welk wasmiddel?
Een gouden regel is: gebruik altijd machinewasmiddelen,
dus nooit, om wat voor reden dan ook, een
handafwasmiddel of zeep.
Een nauwelijks minder belangrijke regel: probeer gewoon
uit welk merk u het best bevalt.
Tot slot: probeer met hoeveel u toekunt om de was schoon
te krijgen. Teveel wasmiddel maakt de was niet schoner, is
slecht voor uw portemonnaie en een extra belasting voor
het milieu.
Er zijn totaal wasmiddelen voor kook- of bontwas, bleekvrije
wasmiddelen voor bontwas, speciale fijnwasmiddelen,
speciale wolwasmiddelen en biologische voorwas- of
weekmiddelen.
Uw machine kan ook met vloeibare wasmiddelen overweg.
Wij gaan ervanuit dat u geen voorwas doet. Laad de
trommel, stel programma en temperatuur in, giet het
vloeibare wasmiddel in het vakje voor het hoofdwasmiddel
en start meteen daarna de machine.
U kunt natuurlijk ook andere doseermiddelen gebruiken,
zoals de door de wasmiddelfabrikant geleverde doseerbol.
Doe dat echter niet als uw machine ook kan drogen, want
door de hete lucht zal de bol smelten.
Ook voor poedervormige wasmiddelen bestaan
tegenwoordig doseerzakjes en dergelijke.
Als u van een andere mogelijkheid dan de
wasmiddelhouder van de machine gebruik maakt, let dan
erop dat puur wasmiddel niet direkt in aanraking met het
wasgoed komt. In pure, onverdunde vorm zijn wasmiddelen
agressief en kunnen schade aan of vlekken op het
wasgoed veroorzaken.
Wasverzachter gebruiken?
Uw machine is ingericht voor het automatisch doseren van
een vloeibare wasverzachter.
De machine doet dat tijdens de laatste spoelgang, als u
tenminste wasverzachter in het daarvoor bestemde vakje in
de wasmiddelhouder gedaan hebt.
U hoeft geen wasverzachter te gebruiken, maar in
bepaalde omstandigheden kan het toch gewenst zijn:
¥ Voor katoen, als u dat, met name binnenshuis aan de lijn
droogt. Het wordt dan minder stug.
¥ Voor synthetika, als u dat in de trommeldroger droogt.
Het wordt dan niet statisch (knetteren en kleven).
Doseer volgens de voorschriften van de fabrikant van de
wasverzachter, maar nooit meer dan de aanduiding voor
het maximum in het vakje aangeeft.
Waterontharder gebruiken?
Het leidingwater is ÒharderÓ naarmate er meer calcium en
magnesium in voorkomt. In ons land wordt de hardheid
uitgedrukt in ¡Dh (graden Duitse hardheid). Op de
verpakking van wasmiddelen is het water globaal in drie
hardheidszones ingedeeld. U ziet dat u meer moet doseren
naarmate het leidingwater harder is.
Kalk slaat neer op het wasgoed, waardoor het op den duur
grauw en stug wordt. Kalk slaat ook neer op machinedelen,
waarvan het verwarmingselement wel het bekendste
voorbeeld is.
Om dat te voorkomen doet de wasmiddelfabrikant een
ÒkalkbinderÓ in zÕn produkt.
Hoe harder het water, hoe meer kalkbinder u moet
gebruiken en dus ook meer van alle andere ingredi‘nten in
het wasmiddel. Eigenlijk doseert u dan van al die andere
stoffen onnodig teveel.
U kunt dat voorkomen door minder wasmiddel te doseren
en het verschil aan te vullen met een pure kalkbinder, zoals
Calgon. In hetzelfde vakje doen, samen met het wasmiddel.
Spoelen
Moderne wasautomaten spoelen drie of vier keer na een
katoenprogramma en drie keer na een synthetika-, fijnwas-
of wolprogramma.
Een aantal modellen spoelt drie keer na katoen en dat kan
dan door middel van een toets tot vier keer uitgebreid
worden.Dat doet men om de machine Òvan huis uitÓ zeer
spaarzaam met water om te laten gaan. Normaal
gesproken is het spoelresultaat ook bij drie keer goed. Er
kunnen zich echter omstandigheiden voordoen waarbij een
extra spoelgang gewenst is, bijvoorbeeld allergie voor
wasmiddelen.
Bij weer andere modellen wordt na het katoenprogramma
vier keer gespoeld en kan dat door middel van een toets tot
drie keer gereduceerd worden. Dat doet men om tot
waterbesparing te komen.
Tussen de spoelgangen door wordt gecentrifugeerd om
zoveel mogelijk sop kwijt te raken. Dat scheelt aanzienlijk in
de benodigde hoeveelheid vers spoelwater.
Eindcentrifugeren katoenprogramma’s
Bij gelijksoortige machines is het bijna vanzelfsprekend dat
het wasgoed ÒdrogerÓ uit de machine komt naarmate het
met een hoger toerental gecentrifugeerd wordt.
Omdat katoen het meeste water opneemt, veel meer dan
synthetika, meet men door middel van een
standaardkatoen hoeveel water er na het centrifugeren nog
in het wasgoed zit. Aangezien het gewicht van een liter
water ongeveer een kilogram is, kunnen we dus
gemakkelijk zeggen dat het wasgoed Òvoor 100% natÓ is
indien er net zoveel water in zit als het wasgoed droog
weegt.
Dat is bij een centrifugeertoerental van circa 400/min het
geval. We noemen dat ÒdruipdroogÓ.
Globaal kunnen we zeggen dat voor katoen het
ÒrestvochtpercentageÓ bij 800/min circa 70% is, bij 1000/min
circa 65%, bij 1200/min circa 60% en bij 1400/min circa
55%.
Gebruikt u een elektrische trommeldroger om het wasgoed
te drogen, dan is het van groot belang dat het wasgoed zo
droog mogelijk de droger ingaat. Centrifugeert uw machine
met minder dan 800/min, koop dan een losse centrifuge
met een toerental van 2800/min.
Het energieverbruik voor het drogen hangt hoofdzakelijk af
van het centrifugeren. Hoe beter gecentrifugeerd, hoe lager
het energieverbruik.
Spoelstop synthetika en fijnwas
Soms heeft u geen gelegenheid de was direkt na het
centrifugeren uit de machine te nemen. Voor katoen is dat
doorgaans niet erg, want dat moet meestal gestreken
worden. Het mag daarom gerust enige tijd nat in de
machine blijven liggen.
Voor synthetika ligt dat vaak anders. Als het na het
centrifugeren vochtig (erg nat kan het al niet meer zijn) een
poosje in de machine blijft liggen, zal het kreuken. En
veelal zijn dat juist die stoffen welke u, normaal gesproken,
niet hoeft te strijken.
Om het ontstaan van deze ÒligplooienÓ te voorkomen, zal
de machine na de laatste spoelgang niet afpompen. De
was blijft dan in ruim water staan en kreukt niet. Om te
kunnen afpompen en daarna kort centrifugeren kiest u het
betreffende programma.
Wol mag nooit in het water blijven liggen. Direkt na het
wassen kort centrifugeren en platliggend drogen.