Documenttranscriptie
Let op: Lees het volgende voor u dit toestel in gebruik neemt.
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit uw
toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen.
Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later nog eens
iets in kunt opzoeken.
2 Installeer deze geluidsinstallatie op een goed geventileerde, koele,
droge, schone plek – uit de buurt van direct zonlicht, warmtebronnen,
trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor een ventilatieruimte van
tenminste 30 cm aan de bovenkant, 20 cm aan de rechter- en
linkerkant, en 20 cm aan de achterkant van dit toestel.
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische apparatuur,
motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge temperatuurswisselingen
van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving met
een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een
luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel
condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken,
brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel kunnen
vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of spattende
vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet bovenop dit toestel:
– Andere componenten, daar deze schade kunnen veroorzaken en/
of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren.
– Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand, schade
aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken.
– Voorwerpen met vloeistoffen, aangezien deze kunnen vallen en
de vloeistof elektrische schokken voor de gebruiker en/of schade
aan dit toestel kan veroorzaken.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz. zodat de
koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur binnenin het
toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand, schade aan het toestel
en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst. Het
kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen en/of
snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de stekker
zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen; dit kan
de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik van dit
toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk en kan
leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige schade
veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander voltage dan
hetgeen aangegeven staat.
13 Om schade door blikseminslag te voorkomen, dient u de stekker uit
het stopcontact te halen wanneer het onweert.
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of het te
repareren. Neem contact op met erkend Yamaha servicepersoneel
wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie behoeft. Probeer in geen
geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken (bijv.
vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16 Installeer dit toestel in de buurt van een stopcontact op een plek waar
u de stekker gemakkelijk kunt bereiken.
17 Lees het hoofdstuk "Oplossen van problemen" over veel
voorkomende vergissingen bij de bediening vóór u de conclusie trekt
dat het toestel een storing of defect vertoont.
18 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op ASTANDBY/ON te
drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker uit het
stopcontact te halen.
19 VOLTAGE SELECTOR (Alleen modellen voor Azië en Algemene
modellen)
De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit toestel moet
worden ingesteld op de ter plekke gebruikte netspanning VOORDAT
u de stekker in het stopcontact steekt. De voltages zijn:
....................................110-120/220-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
20 De batterijen mogen niet worden blootgesteld aan hitte, zoals door
zonlicht, vuur of iets dergelijks.
21 Een te hoge geluidsdruk (volume) van een oortelefoon of
hoofdtelefoon kan leiden tot gehoorschade.
22 Vergewis u bij het vervangen van de batterijen ervan dat u batterijen
van hetzelfde type gebruikt. Er kan gevaar op explosie bestaan als de
batterijen onjuist vervangen worden.
WAARSCHUWING
OM HET RISICO VAN BRAND OF ELEKTRISCHE
SCHOKKEN TE VERMINDEREN, STEL DIT
TOESTEL NIET BLOOT AAN REGEN OF VOCHT.
Zolang dit toestel is aangesloten op het stopcontact, is de
stroomvoorziening niet afgesloten, ook niet wanneer u het
toestel uitschakelt met ASTANDBY/ON. In deze
staat is dit toestel ontworpen om slechts een zeer kleine
hoeveelheid stroom te gebruiken.
Let op-i Nl
Let op: Lees het volgende voor u dit toestel in gebruik neemt.
Informatie voor gebruikers van inzameling en verwijdering van oude apparaten en gebruikte
batterijen
Deze tekens op de producten, verpakkingen en/of bijgaande documenten betekent dat gebruikte
elektrische en elektronische producten en batterijen niet mogen worden gemengd met algemeen
huishoudelijk afval.
Breng alstublieft voor de juiste behandeling, herwinning en hergebruik van oude producten en
gebruikte batterijen deze naar daarvoor bestemde verzamelpunten, in overeenstemming met uw
nationale wetgeving en de instructies 2002/96/EC en 2006/66/EC.
Door deze producten en batterijen juist te rangschikken, helpt u het redden van waardevolle
rijkdommen en voorkomt u mogelijke negatieve effecten op de menselijke gezondheid en de omgeving,
welke zich zou kunnen voordoen door ongepaste afvalverwerking.
Voor meer informatie over het inzamelen en hergebruik van oude producten en batterijen kunt u contact
opnemen met uw plaatselijke gemeente, uw afvalverwerkingsbedrijf of het verkooppunt waar u de
artikelen heeft gekocht.
[Informatie over verwijdering in ander landen buiten de Europese Unie]
Deze symbolen zijn alleen geldig in de Europese Unie. Mocht u artikelen weg willen gooien, neem dan
alstublieft contact op met uw plaatselijke overheidsinstantie of dealer en vraag naar de juiste manier
van verwijderen.
Opmerking bij het batterij teken (onderkant twee tekens voorbeelden):
Dit teken wordt mogelijk gebruikt in combinatie met een chemisch teken. In dat geval voldoet het aan
de eis en de richtlijn, welke is opgesteld voor het betreffende chemisch product.
Beperkte garantie voor de Europese Economische Ruimte en Zwitserland
Hartelijk dank dat u een Yamaha-product hebt gekozen. In het onwaarschijnlijke geval dat uw Yamaha-product tijdens de garantie dient te worden
gerepareerd, dient u contact op te nemen met de dealer bij wie u het hebt gekocht. Indien u moeilijkheden ervaart, gelieve dan contact op te nemen met de
vertegenwoordiging van Yamaha in uw land. U vindt de gegevens op onze website (http://www.yamaha-hifi.com/ of http://www.yamaha-uk.com/ voor
inwoners van het V.K.).
Er wordt gegarandeerd dat het product vrij is van gebreken in fabricage en materialen voor een periode van twee jaren te rekenen vanaf de originele
aankoop. Yamaha zorgt ervoor, met inachtneming van onderstaande voorwaarden, dat een product dat gebreken vertoont wordt gerepareerd of dat om het
even welke onderdelen worden gerepareerd of vervangen (naar goeddunken van Yamaha) zonder kosten voor de onderdelen of werkuren. Yamaha behoudt
zich het recht voor om een product te vervangen door een gelijkaardig met dezelfde eigenschappen en waarde, indien een model niet meer leverbaar is of het
onrendabel is dit te repareren.
Voorwaarden
1. De originele factuur of de kassabon (met vermelding van de aankoopdatum, de productcode en de naam van de dealer) MOET worden gevoegd bij het
product dat gebreken vertoont, samen met een verklaring waaruit het gebrek blijkt. Ingeval van afwezigheid van dit duidelijk aankoopbewijs, behoudt
Yamaha zich het recht voor om gratis service te weigeren en kan het product op kosten van de klant worden teruggezonden.
2. Het product MOET zijn gekocht bij een ERKENDE Yamaha dealer binnen de Europese Economische Ruimte (EEA) of Zwitserland.
3. Het product mag geen wijzigingen of veranderingen hebben ondergaan, tenzij deze schriftelijk door Yamaha werden toegestaan.
4. Het volgende is van garantie uitgesloten:
a. Regelmatig onderhoud of reparaties of vervanging van onderdelen vanwege normale slijtage.
b. Schade die voortkomt uit:
(1) Reparaties uitgevoerd door de klant zelf of een ongemachtigde derde.
(2) Een onjuiste verpakking of oneigenlijk gebruik wanneer het product door de klant wordt verstuurd. Het is belangrijk te weten dat het de
verantwoordelijkheid is van diegene die het product terugstuurt dat het product adequaat is ingepakt wanneer hij of zij het product terugstuurt met
het oog op reparatie.
(3) Oneigenlijk gebruik, met inbegrip van maar niet beperkt tot (a) verzuim om het product voor normale doeleinden te gebruiken of te gebruiken
overeenkomstig de instructies van Yamaha met betrekking tot eigenlijk gebruik, onderhoud en opslag, en (b) installatie of gebruik van het product
op een manier die niet overeenkomt met de van toepassing zijnde technische of veiligheidsnormen in de landen van gebruik.
(4) Ongevallen, blikseminslag, waterschade, brandschade, een onjuiste ventilatie, lekkende batterijen of een oorzaak die buiten de controle van
Yamaha ligt.
(5) Gebreken aan het systeem waarin het product wordt ingebouwd en/of onverenigbaarheid met derde producten.
(6) Gebruik van een product dat in de Europese Economische Ruimte en/of Zwitserland werd ingevoerd, maar niet door Yamaha, en dat niet voldoet
aan de technische of veiligheidsnormen van het land van gebruik en/of de standaardspecificaties van producten die door Yamaha in de Europese
Economische Ruimte en/of Zwitserland worden verkocht.
(7) Producten die niet AV (audiovisueel) gerelateerd zijn.
(De producten die onderworpen zijn aan de “Yamaha AV garantievoorwaarden” worden gedefinieerd op onze website:
http://www.yamaha-hifi.com/ of http://www.yamaha-uk.com/ voor inwoners van het V.K.)
5. Indien de garantie verschilt tussen het land van aankoop en het land van gebruik, zal de garantie van het land van gebruik van toepassing zijn.
6. Yamaha kan niet aansprakelijk worden gesteld voor verlies of beschadiging, hetzij rechtstreeks of onrechtstreeks of anders, behalve voor de reparatie of
vervanging van het product.
7. Maak kopieën van douaneformulieren of gegevens omdat Yamaha niet aansprakelijk kan worden gesteld voor om het even welke wijzigingen aan of
verlies van dergelijke formulieren en gegevens.
8. Deze garantie heeft noch invloed op de statutaire rechten van klanten die van toepassing zijn binnen het kader van de nationale wetgevingen, noch op de
rechten van klanten ten opzichte van de dealer die voortkomen uit hun overeenkomst tot verkoop/aankoop.
Let op-ii Nl
INHOUD
INLEIDING
GEAVANCEERDE BEDIENING
Ingestelde menu .................................................... 31
Meegeleverde accessoires.......................................... 2
Het ingestelde menu gebruiken................................ 32
1 SOUND MENU.................................................... 32
2 INPUT MENU...................................................... 34
3 OPTION MENU ................................................... 35
Functioneel overzicht.............................................. 3
Voorpaneel................................................................. 3
Display voorpaneel .................................................... 4
Afstandsbediening ..................................................... 5
Achterpaneel .............................................................. 6
Snelstartgids ............................................................ 7
L
Voorbereiding van de afstandsbediening ............. 8
Verbindingen ........................................................... 9
Optimaliseren van de luidsprekerinstellingen
voor uw kamer (YPAO) ...................................16
Gebruiken van AUTO SETUP ................................ 16
Over deze handleiding
• y geeft een bedieningstip aan.
• Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de
toetsen op het voorpaneel als met de afstandsbediening. Als de naam
van een toets op de afstandsbediening verschilt van die op het
voorpaneel, zal de naam van de betreffende toets op de
afstandsbediening tussen haakjes vermeld worden.
• Deze handleiding is gedrukt voordat uw toestel geproduceerd werd.
Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg
van verbeteringen, enz. Als de handleiding en het product van elkaar
verschillen, heeft het product de prioriteit.
• "ASTANDBY/ON" o "eDVD" (voorbeeld) geeft de naam aan
van een onderdeel op het voorpaneel of de afstandsbediening.
Raadpleeg het "Functioneel overzicht" op pagina 3.
Weergave ...............................................................18
Basisprocedure......................................................... 18
Aanvullende werkingen ........................................... 19
De SCENE sjablonen selecteren ..........................22
Selecteer het gewenste SCENE-sjabloon ................ 22
Originele SCENE sjablonen creëren........................ 24
Geluidsveldprogramma's ..................................... 25
AANVULLENDE
INFORMATIE
Selecteren van geluidsveldprogramma's.................. 25
GEAVANCEERDE
BEDIENING
BASISBEDIENING
Oplossen van problemen...................................... 38
Woordenlijst.......................................................... 43
Technische gegevens............................................. 44
Index ...................................................................... 45
BASISBEDIENING
Luidsprekers opstellen ............................................... 9
Aansluiten van luidsprekers....................................... 9
Aansluiten van videocomponenten .......................... 10
Aansluiten van andere componenten ....................... 13
Gebruiken van de VIDEO AUX aansluitingen
op het voorpaneel................................................. 14
Aansluiten van de FM en AM antennes................... 15
Aansluiten van het netsnoer ..................................... 15
De stroom in- of uitschakelen .................................. 15
AANVULLENDE INFORMATIE
VOORBEREIDINGEN
VOORBEREIDINGEN
Geavanceerde setup.............................................. 37
INLEIDING
Kenmerken .............................................................. 2
FM/AM afstemmen...............................................27
Overzicht.................................................................. 27
FM/AM afstemmingbewerkingen............................ 27
FM/AM zenders vooraf instellen ............................. 27
Radio Data Systeem ontvangst (alleen voor
modellen uit Europa en Rusland)....................29
Tonen van Radio Data Systeem informatie ............. 29
Selecteren van een Radio Data Systeem
programmatype (PTY SEEK stand) .................... 29
Gebruiken van de dataservice voor verbetering
van het gebruik van andere netwerken (EON) .... 30
APPENDIX
Nederlands
1 Nl
INLEIDING
Kenmerken
Ingebouwde 5-kanaals eindversterker
◆ Minimum RMS uitgangsvermogen
(1 kHz, 0,9% THD, 6 Ω)
Voor: 100 W/ch
Midden: 100 W
Surround: 100 W/ch
"HDMI", het "HDMI"-logo en "High-Definition
Multimedia Interface" zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
Verschillende ingang/uitgang connectors
◆ HDMI (IN x 2, OUT x 1), Component video (IN x 3, OUT x
1), Samengestelde video (IN x 3, OUT x 2), Coaxiaal digitale
audio (IN x 1), Optische digitale audio (IN x 2), Analoge
audio (IN x 9, OUT x 2)
◆ Luidspreker uitgang (5-kanaals), Subwoofer uitgang
◆ Discrete multikanaal ingang (6-kanaals)
SCENE selecteer functie
◆ Vooraf ingestelde SCENE-sjablonen voor verschillende
situaties
◆ SCENE-sjabloon aanpasmogelijkheid
Geluidsveldprogramma's
◆ Zelf ontwikkelde Yamaha-technologie voor de creatie van
surroundvelden
◆ De Compressed Music Enhancer stand
◆ SILENT CINEMA™
Decoders en DSP-circuits
◆
◆
◆
◆
◆
Dolby Digital decoder
Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II decoder
DTS-decoder
Virtual CINEMA DSP
SILENT CINEMA™
Verfijnde FM/AM ontvanger
◆ 40 willekeurige en gemakkelijk toegankelijke
voorkeuzezenders
◆ Automatisch voorprogrammeren
HDMI™ (High-Definition Multimedia Interface)
◆ HDMI interfacevoor standaard, verbeterde of high-definition
video (bevat 1080p videosignaaltransmissie)
Overige kenmerken
◆
◆
◆
◆
192-kHz/24-bits D/A converter
Slaaptimer
Cinema en muziek nachtluisterstanden
Afstandsbedieningmogelijkheid
Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories.
"Dolby", "Pro Logic", en het dubbele D-symbool zijn
handelsmerken van Dolby Laboratories.
Vervaardigd onder licentie volgens V.S. Patentnrs.:
5,451,942;5,956,674;5,974,380;5,978,762;6,487,535 en
andere Amerikaanse en internationale uitgegeven en in
behandeling zijnde patenten. DTS is een geregistreerd
handelsmerk en de DTS logo's en het symbool zijn
handelsmerken van DTS, Inc. © 1996-2007 DTS, Inc.
Alle rechten voorbehouden.
2 Nl
"SILENT CINEMA" is een handelsmerk van Yamaha
Corporation.
Meegeleverde accessoires
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad
ontvangen hebt.
❏
❏
❏
❏
❏
Afstandsbediening
Batterijen (2) (AAA, R03, UM-4)
AM ringantenne
FM binnenantenne
Optimalisatie-microfoon
Functioneel overzicht
Voorpaneel
C
D
E
F
G
H
T I
P
INLEIDING
U
VOLUME
OPTIMIZER MIC
EDIT
PRESET/TUNING
l
A/B/C/D/E
PRESET/TUNING
h
BAND
MEMORY
VOORBEREIDIN
GEN
SPEAKERS
TUNING AUTO/MAN'L
SCENE
1
PHONES
TONE CONTROL
PROGRAM
l
STANDBY
/ON
2
l
EFFECT
VIDEO
B
K
L
STANDBY/ON
M
PHONES aansluiting
C
SPEAKERS
VOLUME-bediening
Q
VIDEO (VIDEO AUX)-aansluiting
PRESET/TUNING l / h
Kan worden aangesloten op een gameconsole of een
videocamera met gebruik van een composiet videokabel (Zie
bladzijde 14).
R
S
MEMORY
Legt een station vast waar u op heeft afgestemd als een
voorkeuzestation (Zie bladzijde 27).
I
TUNING AUTO/MAN'L
PORTABLE (VIDEO AUX)-aansluiting
Kan worden aangesloten op een audiocomponent (zoals een
iPod) (Zie bladzijde 14).
T
OPTIMIZER MIC-aansluiting
Kan worden aangesloten op een meegeleverde
optimalisatiemicrofoon (Zie bladzijde 16).
Selecteert de ontvangstband van FM en AM (Zie bladzijde 27).
H
AUDIO L/R (VIDEO AUX)-aansluitingen
Kan worden aangesloten op een gameconsole of een
videocamera met gebruik van analoge audiokabels (Zie
bladzijde 14).
Stemt handmatig of automatisch af op radiostations en selecteer
een voorkeuzegroep (Zie bladzijde 27).
BAND
S
Stelt het volumeniveau van dit apparaat af (Zie bladzijde 18).
Selecteert de voorkeuzegroep (A naar E) (Zie bladzijde 28).
G
R
U
Display voorpaneel
Toont informatie over de operationele status van dit apparaat
(Zie bladzijde 18).
APPENDIX
Selecteert een afstemmethode uit automatisch of handmatig
afstemmen (Zie bladzijde 27).
J
SCENE 1/2/3/4
Roept een signaalbron en een geluidsveldprogramma aan die
aan elke SCENE-toets zijn aangewezen (Zie bladzijde 22).
K
AANVULLENDE
INFORMATIE
F
PORTABLE
Selecteert de nachtluisterstand (Zie bladzijde 20).
De afstemfunctie instellen op (Zie bladzijde 27).
A/B/C/D/E
Q
P
Zet de set met voor-luidsprekers die zijn aangesloten op FRONT
A of FRONT B luidsprekeraansluitingen (Zie bladzijde 19) aan
of uit.
E
J
NIGHT
Sluit aan op een hoofdtelefoon (Zie bladzijde 20).
EDIT PRESET/TUNING
O
AUDIO
GEAVANCEERD
E BEDIENING
B
N
O
Zet het toestel aan of zet het in de standby (Zie bladzijde 15).
D
VIDEO AUX
NIGHT
h
BASISBEDIENIN
G
A
INPUT
STRAIGHT
h
SILENT CINEMA
A
4
3
TONE CONTROL
Selecteert "BASS" en "TREBLE" om de frequentie van de tonen
af te stemmen (Zie bladzijde 20).
L
PROGRAM l / h
M
STRAIGHT
N
INPUT l / h
Selecteert van geluidsveldprogramma (Zie bladzijde 25).
Nederlands
Activeert de"STRAIGHT" stand. (Zie bladzijde 26).
Selecteert een signaalbron (Zie bladzijde 18).
3 Nl
Functioneel overzicht
Display voorpaneel
a
b
c
d
DVR
t
VIRTUAL
ENHANCER
e
V-AUX
DTV/CBL
f
g
MD/CD-R
DVD
TUNER
h
CD
YPAO AUTO TUNED STEREO MEMORY
PRESET
PTY HOLD PS PTY RT CT EON SLEEP MUTE
SP SILENT CINEMA
NIGHT
AB
q DIGITAL
q PL
ft
q PL
mS
dB
PCM
j
a
k
l
m
Decoderindicator
n
p
Licht op wanneer één van de decoders van dit toestel in werking
is.
b
VIRTUAL indicator
Licht op wanneer Virtuele CINEMA DSP actief is (Zie
bladzijde 26).
d
SILENT CINEMA indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en er een
geluidsveldprogramma is geselecteerd (Zie bladzijde 26).
e
Signaalbron indicators
De corresponderende cursor licht op om aan te geven welke
signaalbron op dit moment is geselecteerd.
f
YPAO indicator
Licht op wanneer u de "AUTO SETUP" doet en wanneer de via
de "AUTO SETUP" ingestelde luidsprekerinstellingen zonder
wijzigingen worden gebruikt (Zie bladzijde 16).
g
Tuner (radio) indicators
Licht op wanneer dit toestel in de FM of AM afstemfunctie staat
(Zie bladzijde 27).
h
MUTE indicator
Knippert terwijl de MUTE functie is ingeschakeld (Zie
bladzijde 20).
i
VOLUME niveauindicator
j
PCM indicator
Geeft het huidige volumeniveau aan.
Licht op wanneer het apparaat PCM (Pulse Code Modulatie)
digitale audiosignalen reproduceert.
k
Hoofdtelefoon indicator
Licht op als de hoofdtelefoons zijn aangesloten (Zie
bladzijde 20).
l
SP A B indicators
Licht op volgens de set van geselecteerde voor-luidsprekers (Zie
bladzijde 18).
m
NIGHT indicator
Licht op wanneer u de nachtluisterstand selecteert (Zie
bladzijde 20).
n
CINEMA DSP indicator
Licht op wanneer u een geluidsveldprogramma selecteert (Zie
bladzijde 26).
o
Multi-informatie display
Toont de naam van het huidige geluidsveldprogramma en andere
gegevens bij het invoeren of wijzigen van instellingen.
4 Nl
p
VOLUME
dB
LFE
L C R
SL
SR
q
r
Radio Data Systeem indicators (alleen voor
modellen uit Europa en Rusland)
• PTY HOLD
Licht op wanneer dit toestel in de PTY SEEK-functie staat (Zie
bladzijde 29).
• PS, PTY, RT en CT
Deze lichten op aan de hand van de beschikbare informatie voor
het Radio Data Systeem.
• EON
Licht op wanneer er EONgegevens beschikbaar zijn.
ENHANCER indicator
Licht op wanneer de Compressed Music Enhancer functie is
geselecteerd (Zie bladzijde 25).
c
o
i
q
SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld (Zie
bladzijde 21).
r
Ingangskanaal en luidspreker indicators
LFE
L C R
SL
SR
LFE indicator
Indicators ingangskanalen
• LFE indicator
Licht op wanneer de invoersignalen het LFE signaal bevatten.
• Indicators ingangskanalen
Deze geven aan uit welke kanalen het huidige digitale
ingangssignaal bestaat.
Functioneel overzicht
Afstandsbediening
n
a
o
POWER
• Druk op de cursors om naar het ingestelde menu te navigeren
(Zie bladzijde 32).
• Druk op ENTER om een selectie in het ingestelde menu te
bevestigen (Zie bladzijde 32).
c
b
SCENE
d
1
CD
2
3
4
MD/CD-R TUNER
MULTI CH IN
f
DVD
DTV/CBL
DVR
p
NIGHT
q
RETURN
Selecteert de nachtluisterstand (Zie bladzijde 20).
V-AUX
Keert terug naar het voorgaande menuniveau in de ingestelde
menustand (Zie bladzijde 32).
VOLUME
g
MUTE
i
A/B/C/D/E
PRESET
SLEEP
j
MENU
AUDIO SEL
m
NIGHT
o
ENTER
RETURN
DISPLAY
SUR.DECODE
PROG
STRAIGHT
n
p
s
r
ENHANCER
r
SUR.DECODE
s
DISPLAY
t
STRAIGHT
u
PROG l / h
v
ENHANCER
Selecteert een decoder uit vier decoders (Zie bladzijde 26).
Is niet beschikbaar voor dit toestel.
Activeert de "STRAIGHT" stand (Zie bladzijde 26).
Selecteert het geluidsveldprogramma (Zie bladzijde 25).
Stelt het geluidsveldprogramma in op de "Music Enh. 2ch" of
"Music Enh. 5ch" (Zie bladzijde 25).
v
INFO
EON
MODE
PTY SEEK
START
w
INFO/Radio data systeembesturing
Infraroodvenster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden (Zie
bladzijde 8).
b
STANDBY (
)
Zet dit apparaat in standby (Zie bladzijde 15).
c
)
AANVULLENDE
INFORMATIE
POWER (
Zet dit toestel aan (Zie bladzijde 15).
d
SCENE 1/2/3/4
Roept een signaalbron en een geluidsveldprogramma aan die
aan elke SCENE-toets zijn aangewezen (Zie bladzijde 22).
e
Ingangskeuzetoetsen
f
MULTI CH IN
g
VOLUME +/–
h
MUTE
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Bedient het Radio Data Systeem met vier toetsen (INFO/EON/
MODE (PTY-SEEK)/START (PTY-SEEK)) (Zie bladzijde 29).
a
BASISBEDIENIN
G
LEVEL
h
k
l
VOORBEREIDIN
GEN
e
Cursors (l / h / n / k) / ENTER
INLEIDING
Selecteert een selectiefunctie voor de audio-ingang voor elke
signaalbron (Zie bladzijde 19).
STANDBY
q
t
u
w
AUDIO SEL
Stelt de signaalbron op elke bron in (Zie bladzijde 18).
Stelt de signaalbron in op MULTI CH IN (Zie bladzijde 19).
Stelt het volumeniveau van dit apparaat af (Zie bladzijde 18).
APPENDIX
Dempen van audioweergave. Druk opnieuw op deze toets om de
audioweergave te hervatten (Zie bladzijde 20).
i
PRESET l / h
Stemt handmatig of automatisch af op radiostations en selecteer
een voorkeuzestationnummer (1 tot en met 8) (Zie bladzijde 27).
j
A/B/C/D/E
k
MENU
Selecteert de voorkeuzegroep (A tot E) (Zie bladzijde 28).
l
SLEEP
m
LEVEL
Nederlands
Geeft het ingestelde menu weer op de display van het
voorpaneel (Zie bladzijde 32).
Stelt de slaaptimer in (Zie bladzijde 21).
Selecteert de luidspreker die u wilt afstellen (Zie bladzijde 20).
5 Nl
Functioneel overzicht
Achterpaneel
a
b
c
d
e
ANTENNA
OUT
DTV/CBL
DVR
CENTER
FRONT B
HDMI
COMPONENT VIDEO
DVD
SPEAKERS
SURROUND
DTV/CBL
DVD
MONITOR
OUT
AM
PR
GND
DIGITAL INPUT
VIDEO
PB
DVD
DTV/CBL
DVR
IN
OUT
MONITOR
OUT
FM
UNBAL.
OPTICAL
CD
Y
MULTI CH INPUT
DTV/
CBL
FRONT
SURROUND
CENTER
DVD
DTV/CBL
AUDIO
DVR
IN
CD
OUT
MD/ OUT
IN
(PLAY) CD-R (REC)
OUTPUT
SUB
WOOFR
DVD
COAXIAL
FRONT A
SUBWOOFER
f
a
g
h
COMPONENT VIDEO aansluitingen
i
f
Kan worden aangesloten op Y, PB/CB en PR/CR-aansluitingen
op uw videocomponenten met de component videokabels (Zie
bladzijde 11).
• DVD ingangsaansluitingen
• DTV/CBL ingangsaansluitingen
• DVR ingangsaansluitingen
• MONITOR OUT-uitgangaansluitingen
b
c
d
g
h
ANTENNA aansluitingen
SPEAKERS-aansluitingen
Kan op elke luidspreker worden aangesloten (Zie bladzijde 9).
• FRONT A L/R
• FRONT B L/R
• SURROUND L/R
• CENTER
6 Nl
AUDIO aansluitingen
Kan worden aangesloten op de audiouitgang/ingangaansluitingen op uw componenten met analoge audiokabels (Zie
bladzijde 10).
• DVD L/R-aansluiting
• DTV/CBL L/R-aansluiting
• DVR IN L/R-aansluiting
• DVR OUT L/R-aansluiting
• CD L/R-aansluiting
• IN (PLAY) L/R-aansluiting
• OUT (REC) L/R-aansluiting
Kan worden aangesloten op meegeleverde FM en AM-antennes
(Zie bladzijde 15).
e
MULTI CH INPUT aansluitingen
Verbind de uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of
externe decoder met de analoge audiokabels (Zie bladzijde 14).
• FRONT L/R-aansluiting
• SURROUND L/R-aansluiting
• CENTER-aansluiting
• SUBWOOFER-aansluiting
VIDEO aansluitingen
Kan worden aangesloten op videoaansluitingen op uw
videocomponenten met composiet videokabels (Zie
bladzijde 11).
• DVD ingangsaansluiting
• DTV/CBL ingangsaansluiting
• DVR IN aansluiting
• DVR OUT aansluiting
• MONITOR OUT-aansluiting
DIGITAL INPUT-aansluitingen
Kan worden aangesloten op DIGITAL-uitgangaansluitingen op
uw digitale audiocomponenten met Coaxiaal/Optisch digitale
audiokabels.
Deze invoeraansluitingen ondersteunen PCM, Dolby Digital en
DTS bitstream (Zie bladzijde 10).
• COAXIAL (DVD)
• OPTICAL (DTV/CBL)
• OPTICAL (CD)
HDMI-aansluitingen
Kan worden aangesloten op HDMI uitgang/ingangaansluitingen op uw externe componenten met HDMI-kabels
(Zie bladzijde 11).
• HDMI DVD-aansluitingen
• HDMI DTV/CBL-aansluitingen
• HDMI OUT uitgangaansluiting
j
i
SUBWOOFER OUTPUT-aansluiting
Kan worden aangesloten op een subwoofer met een analoge
audiokabel (Zie bladzijde 9).
j
Netsnoer
Kan worden aangesloten op een stopcontact (Zie bladzijde 15).
Snelstartgids
De volgende stappen beschrijven de eenvoudigste manier op dit apparaat te bedienen. Zie de bijbehorende pagina's voor
meer informatie over de werking en de instellingen.
Stap 1: Controleer de onderdelen
Beeldscherm
Linker voorluidspreker
Rechter voorluidspreker
Subwoofer
Rechter surroundluidspreker
❏ Voor-luidspreker ................................ x 2
Er zijn ten minste twee voor-luidsprekers nodig
om het afspelen te starten.
❏ Luidsprekerkabel ................................... x 5
❏ Subwooferkabel ...................................... x 1
Kies een mono RCA kabel.
❏ Beeldscherm............................................ x 1
Kies een TV, projector of ander beeldscherm met
een composiet video ingangsaansluiting.
❏ Coaxiaal digitale audiokabel ................. x 1
Linker surroundluidspreker
• Luidsprekers opstellen
• Aansluiten van luidsprekers
☞b. 9
☞b. 9
Stap 3: Uw onderdelen aansluiten
Sluit uw TV, DVD-speler of andere componenten aan.
• Aansluiten van een beeldscherm of projector ☞b. 12
• Aansluiten van audio- en videocomponenten ☞b. 13
• Aansluiten van een multiformaat-speler of externe
decoder
☞b. 14
• Gebruiken van de VIDEO AUX aansluitingen op het
voorpaneel
☞b. 14
• Aansluiten van de FM en AM antennes
☞b. 15
Stap 4: Het toestel inschakelen
AANVULLENDE
INFORMATIE
❏ Videokabel .............................................. x 2
Kies een RCA composiet videokabel.
DVD-speler
GEAVANCEERD
E BEDIENING
❏ DVD-speler .............................................. x 1
Kies een DVD-speler met een coaxiaal digitale
audio uitgangsaansluiting en met een composiet
video uitgangsaansluiting.
Middenluidspreker
BASISBEDIENIN
G
❏ Midden-luidspreker ............................ x 1
❏ Surround-luidspreker ........................ x 2
❏ Actieve subwoofer ................................. x 1
Kies een actieve subwoofer met een RCA ingangsaansluiting.
VOORBEREIDIN
GEN
❏ Luidsprekers
Wij raden magnetisch afgeschermde luidsprekers
aan.
Stel uw luidsprekers op in uw kamer en sluit ze aan op dit
toestel.
INLEIDING
In de volgende stappen heeft u de volgende onderdelen
nodig die niet worden meegeleverd in de verpakking van
dit toestel.
Stap 2: Instellen van uw luidsprekers
Sluit het stroomsnoer aan en zet het apparaat aan.
• Aansluiten van het netsnoer
• De stroom in- of uitschakelen
☞b. 15
☞b. 15
Selecteer het component dat is aangesloten in stap 3 als
een signaalbron en start de weergave.
☞b. 18
☞b. 22
☞b. 25
7 Nl
Nederlands
• Basisprocedure
• Selecteer de SCENE-sjablonen
• De geluidsveldprogramma's aanpassen
APPENDIX
Stap 5: Selecteer de signaalbron en start
de weergave
VOORBEREIDINGEN
Voorbereiding van de afstandsbediening
Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening
1
3
Gebruiken van de afstandsbediening
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal
uit.
U moet de afstandsbediening goed op de
afstandsbedieningssensor op dit toestel richten.
2
30º
1
Verwijder de klep van het batterijvak.
2
Doe de vier meegeleverde batterijen (AAA,
R03, UM-4) in het vak met de polen de goede
kant op (+ en –), zoals aangegeven in het
batterijvak.
a
30º
Ongeveer 6 m
Infraroodvenster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden.
Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
Opmerkingen
3
Klik de klep van het batterijvak weer terug op
zijn plaats.
Opmerkingen
• Verwissel alle batterijen wanneer u het volgende merkt:
– het bereik van de afstandsbediening wordt minder.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
• Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar (alkali
en gewone batterijen bijvoorbeeld). Lees de informatie op de
verpakking aandachtig door, want de verschillende soorten
batterijen kunnen erg op elkaar lijken.
• Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk
weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan en
zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het
batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet.
• Gooi batterijen nooit samen met gewoon huishoudelijk afval weg;
neem bij het weggooien van batterijen de plaatselijk geldende
regelgeving in acht.
8 Nl
• Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbediening.
• Laat de afstandsbediening niet vallen.
• Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de volgende
plekken:
– zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad
– plekken waar de temperatuur hoog kan worden, zoals bij de
verwarming of kachel
– zeer koude plekken
– stoffige plekken
Verbindingen
Luidsprekers opstellen
Aansluiten van luidsprekers
FL
C
FR
SL
SR
60˚
SL
80˚
SR
■
5.1-kanaals luidsprekeraansluiting
f
e
g
SPEAKERS
ANTENNA
D
SURROUND
R
L
DTV/CBL
HDMI
CENTER
FRONT B
L
R
AM
GND
VIDEO
BL
DVR
IN
MONITOR
OUT
OUT
FM
75
UNBAL.
BL
DVR
IN
AUDIO
OUT
CD
IN
MD/ OUT
(PLAY) CD-R (REC)
OUTPUT
SUB
WOOFER
R FRONT A
h
a
L
b
APPENDIX
Subwoofer (SW)
Een subwoofer met ingebouwde eindversterker, zoals het
Yamaha Active Servo Processing Subwoofer System,
zorgt niet alleen voor een effectieve versterking van de
lage tonen in sommige of alle kanalen, maar ook voor een
natuurgetrouwe hi-fi (high fidelity) reproductie van het
LFE (lage frequentie effecten) kanaal in Dolby Digital en
DTS-geluidsmateriaal. De opstelling van de subwoofer is
niet zo belangrijk, want de zeer lage tonen zijn niet erg
richtingsgevoelig. U kunt de subwoofer het beste in de
buurt van de voor-luidsprekers plaatsen. Richt hem een
beetje naar het midden van de ruimte om weerkaatsing via
de wanden te verminderen.
d
AANVULLENDE
INFORMATIE
Linker en rechter surround-luidsprekers (SL en
SR)
De surround-luidsprekers worden gebruikt voor
omhullende surroundweergave en effecten.
c
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Midden-luidspreker (C)
De midden-luidspreker is voor weergave van het
middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een
of andere reden niet mogelijk is om een middenluidspreker te gebruiken, kunt u ook zonder. De beste
resultaten krijgt u echter met een volledig systeem.
BASISBEDIENIN
G
Linker en rechter voor-luidsprekers (FL en FR)
De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van
het hoofdkanaal plus effecten. Plaats deze luidsprekers op
gelijke afstand van de ideale luisterplek. De afstanden van
deze luidsprekers tot het beeldscherm moeten ook gelijk
zijn.
Let op
• Gebruik luidsprekers met de aangegeven impedantie
zoals is afgebeeld op het achterpaneel van dit
apparaat.
• Voordat u de luidsprekers aansluit, moet u ervoor
zorgen dat de stekker niet in het stopcontact is
gestoken.
• Laat de blote luidsprekerdraden elkaar niet raken en
zorg ervoor dat ze geen contact maken met de
metalen onderdelen van het toestel. Hierdoor kunnen
het toestel en/of de luidsprekers beschadigd raken.
• Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als
dergelijke luidsprekers toch uw beeldscherm storen,
zet de luidsprekers dan verder bij het beeldscherm
vandaan.
VOORBEREIDINGEN
SW
30˚
Let erop dat u de linker (L), en rechter (R) kanalen, "+"
(rood) en "–" (zwart) op de juiste manier aansluit. Als de
verbindingen niet goed goed zijn, zal dit toestel de
signaalbronnen niet correct kunnen weergeven.
INLEIDING
Hieronder ziet u de door ons aanbevolen opstelling van de
luidsprekers. Met deze opstelling profiteert u optimaal van
CINEMA DSP en multikanaals audio.
Nederlands
9 Nl
Verbindingen
Luidsprekers
Aansluitingen op dit
toestel
a Voor-luidspreker (A)
Rechts*
FRONT A (R)
b Voor-luidspreker (A) Links*
FRONT A (L)
c Rechter
surroundluidspreker
SURROUND (R)
d Linker surroundluidspreker
SURROUND (L)
e Midden-luidspreker
CENTER
f Voor-luidspreker (B)
Rechts*
FRONT B (R)
g Voor-luidspreker (B) Links*
FRONT B (L)
h Subwoofer
SUBWOOFER
* U kunt de voor-luidsprekers selecteren van de voor-luidsprekers (A) en
de voor-luidsprekers (B) door herhaaldelijk op CSPEAKERS
drukken Zie bladzijde 19 voor meer informatie.
■
■
Aansluiten op de FRONT A-aansluitingen
2
1
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
3
1
Draai de knop los.
2
Steek het blote eind van de luidsprekerdraad
in de gleuf op de aansluiting.
3
Draai de knop weer om de draad vast te zetten.
■
Aansluiten op de FRONT B, CENTER, en
SURROUND-aansluitingen
Sluit luidsprekerkabels aan op elke
luidspreker
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
De kabels zijn verschillend gekleurd of gevormd,
misschien een streep, groef of ribbels. Sluit de gestreepte
(gegroefde enz.) draad aan op de "+" (rode) aansluitingen
van uw luidspreker. Verbind de gewone draad met de "–"
(zwarte) aansluitingen.
■
Voordat u de SPEAKERS aansluit op de
aansluiting
Een luidsprekersnoer bestaat uit twee geïsoleerde draden
naast elkaar.
Verwijder ongeveer 10 mm van de isolatie van het
uiteinde van elk van de luidsprekerdraden en
draai vervolgens de blootliggende draadjes
netjes in elkaar om kortsluiting te voorkomen.
10 mm
1
Duw het lipje naar onderen.
2
Steek het blote eind van de luidsprekerdraad
in het gat op de aansluiting.
3
Laat het lipje weer los om de draad vast te zetten.
Aansluiten van videocomponenten
Informatie over aansluitingen en stekkers
Audio-aansluitingen en stekkers
DIGITAL AUDIO
DIGITAL AUDIO
L
R
COAXIAL
OPTICAL
(Wit)
(Rood)
(Oranje)
L
R
C
AUDIO
O
Linker en rechter Coaxiaal digitale Optisch digitale
analoge
audiostekker
audiostekker
audiostekkers
10 Nl
Verbindingen
AUDIO aansluitingen
Voor conventionele analoge audiosignalen via linker en
rechter analoge audiokabels. Verbind de rode stekkers met
de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
OPTICAL aansluitingen
Voor digitale audiosignalen via optisch digitale
audiokabels.
COMPONENT VIDEO
Y
PB
PR
VIDEO
(Geel)
(Groen)
(Blauw) (Rood)
■
HDMI aansluiting en stekker
Y
PB
Component
videostekkers
Composiet
videostekker
HDMI-stekker
PR
COMPONENT VIDEO aansluitingen
Voor component videosignalen, in luminantie (Y) en
chrominatie (PB, PR) gescheiden videosignalen die
worden doorgegeven via aparte draden in component
videokabels.
• We raden u aan een in de handel verkrijgbare HDMI kabel te gebruiken
die korter is dan 5 meter en die duidelijk voorzien is van het HDMI-logo.
• Gebruik een conversiekabel (HDMI aansluiting ↔ DVI aansluiting) om
dit toestel aan te sluiten op andere DVI-apparatuur.
De AUDIO OUT REC-aansluiting gebruiken
U kunt het audiosignaaluitvoer bij de AUDIO OUT
(REC)-aansluiting opnemen met gebruik van
opnamecomponenten.
Opmerking
PR
COMPONENT
PB
VIDEO
Y
Uitgang
(MONITOR OUT)
PR
APPENDIX
• Controleer de regelingen met betrekking tot het auteursrecht in uw land
voor u opnamen gaat maken van CD's, radio, enz. Opnemen van
auteursrechtelijk beschermd materiaal kan inbreuk maken op de op het
materiaal rustende rechten.
Stroomschema videosignalen voor MONITOR OUT
Ingang
AANVULLENDE
INFORMATIE
VIDEO aansluitingen
Voor conventionele composiet videosignalen die worden
overgebracht via composiet videokabels.
y
GEAVANCEERD
E BEDIENING
HDMI
V
BASISBEDIENIN
G
Video-aansluitingen en stekkers
U kunt beelden weergeven door het beeldscherm en het
videobroncomponent aan te sluiten op dit apparaat met
HDMI-aansluitingen.
Op dat moment worden audio/videosignalen uitgezonden
via het aangesloten component (zoals een DVD-speler,
etc.), alleen uitgezonden via het aangesloten beeldscherm
als dit apparaat is aangezet en is ingesteld op de
signaalbron (DVD of DTV/CBL).
Welke audio/videosignalen kunnen worden weergegeven
hangt mede af van de specificaties van het aangesloten
beeldscherm. Raadpleeg de handleidingen van alle
aangesloten componenten.
VOORBEREIDINGEN
Opmerkingen
• U kunt de digitale aansluitingen gebruiken voor PCM, Dolby Digital, en
DTS bitstreams ingangsignalen. Alle digitale ingangsaansluitingen zijn
compatibel met digitale signalen met een bemonsteringsfrequentie tot 96
kHz.
• Dit apparaat verwerkt digitale en analog signalen onafhankelijk van
elkaar. Digitale signalen die binnenkomen via de digitale aansluitingen
worden niet uitgezonden via de analoge AUDIO OUT (REC)aansluiting.
Audiosignalen die binnenkomen via de HDMIaansluiting worden niet uitgezonden via een
luidsprekeraansluiting, maar via het aangesloten
beeldscherm. Om te genieten van het geluid van
luidsprekers die op dit apparaat zijn aangesloten,
– maak naast de HDMI-aansluiting ook een analoge
of digitale aansluiting (Zie bladzijde 13).
– het volume van het aangesloten beeldscherm
dempen.
INLEIDING
COAXIAL aansluitingen
Voor digitale audiosignalen via coaxiaal digitale
audiokabels.
Informatie over HDMI™
PB
Y
Nederlands
VIDEO
11 Nl
Verbindingen
Aansluiten van een beeldscherm of projector
Zorg ervoor dat de stekkers van zowel dit
toestel als die van de andere apparatuur uit het
stopcontact gehaald zijn.
Opmerking
• Als u het beeldscherm uitschakelt dat verbonden is met de HDMI OUT aansluiting via een DVI aansluiting, is het mogelijk dat de verbinding mislukt. In
een dergelijk geval zal de HDMI indicator onregelmatig knipperen.
TV (of projector)
Component
video-ingang
Videoingang
HDMIingang
Y
PB
Audiouitgang
PR
V
R
L
SPE
ANTENNA
OUT
DVD
DVD
SURROUND
R
L
DTV/CBL
CE
HDMI
COMPONENT VIDEO
DTV/CBL
DVR
MONITOR
OUT
AM
PR
GND
VIDEO
DIGITAL INPUT
PB
DVD
DVR
DTV/CBL
IN
MONITOR
OUT
OUT
FM
75
UNBAL.
OPTICAL
Y
CD 3
MULTI CH INPUT
FRONT
DTV/
CBL 2
SURROUND
DVD
CENTER
L
DTV/CBL
DVR
IN
L
AUDIO
OUT
CD
IN
MD/ OUT
(PLAY) CD-R (REC)
OUTPUT
SUB
WOOFER
DVD 1
R
R
COAXIAL
SUBWOOFER
Aanbevolen verbindingen
12 Nl
Alternatieve verbindingen
Verbindingen
Aansluiten van andere componenten
Aansluiten van audio- en videocomponenten
■
Aansluitingsvoorbeeld (aansluiten van een DVD-speler)
VOORBEREIDINGEN
ANTENNA
OUT
DVD
SU
R
DTV/CBL
HDMI
DVD
COMPONENT VIDEO
DTV/CBL
DVR
MONITOR
OUT
AM
PR
GND
VIDEO
DIGITAL INPUT
PB
DVD
DTV/CBL
DVR
IN
MONITOR
OUT
OUT
FM
75
UNBAL.
OPTICAL
Y
CD 3
MULTI CH INPUT
SURROUND
DVD
CENTER
DTV/CBL
AUDIO
DVR
IN
L
CD
OUT
IN
MD/ OUT
(PLAY) CD-R (REC)
OUTPUT
BASISBEDIENIN
G
FRONT
DTV/
CBL 2
SUB
WOOFER
L
DVD 1
R
R
COAXIAL
SUBWOOFER
L
R
V
HDMI-uitgang
C
Aanbevolen verbindingen
Alternatieve verbindingen
Zorg ervoor dat de stekkers van zowel dit
toestel als die van de andere apparatuur uit het
stopcontact gehaald zijn.
Component
Video
Audio
Video
Audio
Aansluitingen op dit toestel
HDMI-uitgang*
HDMI (DVD)*
Component-uitgang
COMPONENT VIDEO (DVD)
Video-uitgang (tulpstekker)
VIDEO (DVD)
Optische-uitgang*
COAXIAL (DVD)*
Audio-uitgang (analoog)
AUDIO (DVD)
HDMI-uitgang*
HDMI (DTV/CBL)*
Component-uitgang
COMPONENT VIDEO (DTV/CBL)
Video-uitgang (tulpstekker)
VIDEO (DTV/CBL)
Optische-uitgang*
OPTICAL (DTV/CBL)*
Analoge-uitgang (analoog)
AUDIO (DTV/CBL)
13 Nl
Nederlands
Kastje met convertor en
decoder
Aansluitingen op component
APPENDIX
DVD-speler of Blu-ray
Disc-speler
Signaaltype
• U kunt ook gebruik maken van de VIDEO AUX aansluitingen (Zie
bladzijde 14) op het voorpaneel om een extra component aan te sluiten.
• Om de posities van de "aansluitingen op dit apparaat" in de volgende
tabel te bevestigen, raadpleegt u "Achterpaneel" in "Functioneel
overzicht" op pagina 6.
AANVULLENDE
INFORMATIE
■ Voor audio- en videoverbindingen gebruikte aansluitingen
Aanbevolen verbindingen worden aangegeven met (*). Bij het aansluiten van een opnamecomponent dient u additionele
verbindingen voor het opnemen te maken (signaaloverdracht van dit toestel naar de opnamecomponent).
y
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Coaxiale-uitgang
Video-uitgang
PR
Audio-uitgang
PB
Componentuitgang
Y
INLEIDING
Dit toestel bezit drie typen audio-aansluitingen, twee typen video-aansluitingen en HDMI aansluitingen. U kunt de
aansluitingsmethode kiezen afhankelijk van de te verbinden component.
Verbindingen
Component
Signaaltype
DVD-recorder
Aansluitingen op component
Video
CD-speler
MD- of CD-recorder
HDMI-uitgang*
Aansluitingen op dit toestel
HDMI (DVR)*
Video uitgang (tulpstekker)
VIDEO (DVR IN)
Audio
Audio-uitgang (analoog)*
AUDIO (IN (PLAY))*
Opname van audio
Audio-ingang (analoog)*
AUDIO (OUT (REC))*
Opname van video
Video ingang (tulpstekker)*
VIDEO (DVR OUT)*
Audio
Coaxiale uitgang*
OPTICAL (CD)*
Audio-uitgang (analoog)
AUDIO (CD)
Audio
Audio-uitgang (analoog)*
AUDIO (IN (PLAY))*
Opname van audio
Audio-ingang (analoog)*
AUDIO (OUT (REC))*
Opmerkingen
• Zorg ervoor dezelfde type video-aansluitingen te maken als die voor uw TV als de videoconversie niet ingeschakeld is. Als u bijvoorbeeld uw TV heeft
verbonden met de VIDEO MONITOR OUT aansluiting van dit toestel, dan dient u uw andere component te verbinden met de VIDEO aansluitingen.
• Controleer de regelingen met betrekking tot het auteursrecht in uw land voor u opnamen gaat maken van CD's, radio, enz. Opnemen van auteursrechtelijk
beschermd materiaal kan inbreuk maken op de op het materiaal rustende rechten.
• Om een digitale verbinding te maken met een andere component dan degene die standaard is toegewezen aan elke DIGITAL INPUT of DIGITAL
OUTPUT aansluiting, configureer de "INPUT ASSIGN" instelling (Zie bladzijde 34).
• Er kunnen alleen analoge audiosignalen die worden weergegeven via de AUDIO OUT (REC)-aansluiting worden opgenomen met opnamecomponenten.
Daardoor kunnen Digitale signalen die binnenkomen via de DIGITAL INPUT-aansluitingen, of analoge signalen die binnenkomen via de MULTI CH
INPUT-aansluitingen, worden weergegeven bij de analoge AUDIO OUT (REC)-aansluiting voor opname.
Aansluiten van een multiformaat-speler of
externe decoder
Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen
(FRONT L/R, SURROUND L/R, CENTER en
SUBWOOFER) voor gescheiden multikanaals
ingangssignalen van een multiformaat-speler, externe
decoder, of geluidsprocessor. Verbind de
uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of
externe decoder met de MULTI CH INPUT aansluitingen.
Let er goed op dat u de linker- en rechteruitgangen
verbindt met de linker en rechter ingangsaansluitingen
voor zowel de voor- als de surroundkanalen.
CD 3
MULTI CH INPUT
FRONT
DTV/
CBL 2
SURROUND
DVD
CENTER
L
DTV/CBL
DVR
IN
L
DVD 1
R
Opmerkingen
• Wanneer u het component dat is verbonden met de MULTI CH INPUTaansluitingen selecteert als signaalbron (Zie bladzijde 19), zal dit toestel
automatisch de digitale geluidsveldprocessor uitschakelen en zult u geen
geluidsveldprogramma's kunnen selecteren.
• Dit toestel is niet in staat de via de MULTI CH INPUT aansluitingen
binnenkomende signalen zo te herschikken dat er wordt gecompenseerd
voor eventueel in uw systeem ontbrekende luidsprekers. Daarom bevelen
we u aan een 5.1-kanaals luidsprekersysteem aan te sluiten voor u
gebruik maakt van deze functie.
• Er kunnen geen opnamen gemaakt worden van een signaalbron die is
aangesloten op de MULTI CH INPUT aansluitingen van dit toestel.
Gebruiken van de VIDEO AUX
aansluitingen op het voorpaneel
Gebruik de VIDEO AUX aansluitingen op het voorpaneel
als u een spelcomputer of een videocamera wilt aansluiten
op dit toestel. Om de bronsignalen via deze aansluitingen
weer te geven, selecteer "V-AUX" als de ingangsbron.
R
COAXIAL
SUBWOOFER
Middenkanaal uitgang
R
Subwoofer uitgang
L
Surround uitgang
R
Voorkanaal uitgang
L
Multi-formaat speler of externe
decoder
14 Nl
Let op
U moet het volume van dit toestel en de andere
componenten laag zetten voor u de aansluitingen gaat
maken.
Opmerking
• De audiosignalen die worden ontvangen bij de PORTABLE miniaansluiting hebben prioriteit op de degenen die worden ontvangen bij de
AUDIO L/R-aansluitingen.
Verbindingen
Aansluiten van de FM en AM antennes
Opmerkingen
Aansluiten van het netsnoer
Als alle verbindingen zijn gemaakt, steekt u de stekker in
het stopcontact.
• De AM ringantenne moet niet te dicht bij dit toestel geplaatst worden.
• Een goed geïnstalleerde buitenantenne geeft een betere ontvangst dan een
binnenantenne. Als u last heeft van een slechte ontvangst, kunt u een
buitenantenne installeren. Vraag bij uw dichtstbijzijnde erkende Yamaha
dealer of service-centrum naar de mogelijkheden met buitenantennes.
• De AM ringantenne moet altijd aangesloten blijven, zelfs als er een AM
buitenantenne op dit toestel is aangesloten.
Netsnoer
VOORBEREIDINGEN
L
AM-buitenantenne
AMringantenne
(meegeleverd)
Gebruik 5 tot 10 meter met
plastic geïsoleerd draad dat
u bijvoorbeeld uit een raam
naar buiten spant.
Naar het stopcontact
DEO
N
DVR OUT
FMbinnenantenne
(meegeleverd)
MONITOR
OUT
AM
GND
FM
R SURRO
75
UNBAL.
Aan zetten van dit toestel
Druk op ASTANDBY/ON (of cPOWER) om dit
apparaat aan te zetten.
DVR OUT
OUTP
CD
IN
MD/ OUT
(PLAY) CD-R (REC)
S
Optische uitgang
Aansluiten van de draad van de AM ringantenne
Doe het
hendeltje open
Inbrengen
Doe het hendeltje
weer dicht
Zet dit apparaat in standby
Druk op ASTANDBY/ON (of bSTANDBY) om
dit apparaat uit te zetten.
Opmerking
• Wanneer het toestel uit (standby) staat, verbruikt het nog steeds een heel
klein beetje stroom zodat er gereageerd kan worden op de
infraroodsignalen van de afstandsbediening.
APPENDIX
In elkaar zetten van de meegeleverde AM
ringantenne
AANVULLENDE
INFORMATIE
Voor de grootst mogelijke veiligheid en zo min
mogelijk storing dient u de antenne GNDaansluiting goed te aarden. Een goede aarding
wordt bijvoorbeeld verzorgd door een metalen
staaf die in vochtige grond gedreven is.
• Wanneer u dit toestel aan zet, zal het 4 tot 5 seconden duren voor het
toestel geluid kan reproduceren.
GEAVANCEERD
E BEDIENING
y
AUDIO
N
BASISBEDIENIN
G
De stroom in- of uitschakelen
ANTENNA
INLEIDING
Dit toestel wordt geleverd met zowel een FM als een AM
binnenantenne. Normaal gesproken zorgen deze antennes
voor een voldoende sterke ontvangst. Verbind de antennes
op de juiste manier met de bijbehorende aansluitingen.
Opmerking
• De types meegeleverde AM-ringantenne verschillen afhankelijk van de
modellen.
Nederlands
15 Nl
Optimaliseren van de luidsprekerinstellingen voor uw kamer (YPAO)
Dit apparaat heeft een Yamaha Parametric Acoustic Optimizer (YPAO). Met de YPAO, stelt dit apparaat automatisch de
signaalkenmerken van uw luidsprekers af op basis van luidsprekerstanden, luidsprekerprestaties en akoestische kenmerken
van de ruimte. We raden aan om eerst de uitgangskarakteristieken met de YPAO af te stellen als u dit apparaat gebruikt.
Opmerkingen
• Wij wijzen u erop dat het normaal is dat tijdens de
automatische "AUTO SETUP" procedure luide
testtonen worden geproduceerd. Laat kleine kinderen
tijdens deze procedure niet de kamer betreden.
• Om de beste resultaten te bereiken moet u ervoor
zorgen dat de ruimte zo stil mogelijk is tijdens de
"AUTO SETUP" procedure. Als er teveel andere
geluiden zijn, is het mogelijk dat de resultaten
tegenvallen.
3
Plaats de optimalisatie-microfoon op uw
normale luisterplek op een vlak en
horizontaal oppervlak met de omnidirectionele microfoonkop naar boven.
Optimalisatie-microfoon
Gebruiken van AUTO SETUP
y
• Begininstellingen worden aangegeven met een (*) in elk van de volgende
parameters.
1
Controleer de volgende controlepunten.
Controleer de volgende controlepunten voordat u de
automatische setup start.
• Alle luidsprekers en de subwoofer moeten goed
zijn aangesloten.
• Er mag geen hoofdtelefoon zijn aangesloten op dit
toestel.
• Dit toestel is ingeschakeld.
• Een eventueel aangesloten subwoofer moet worden
ingeschakeld en het volume moet ongeveer
halverwege (of iets lager) worden ingesteld.
• FRONT A luidsprekers moeten zijn geselecteerd
als het voor-luidsprekersysteem (Zie bladzijde 19).
• De kamer moet voldoende stil zijn.
• De crossoverfrequentie voor de aangesloten
subwoofer moet op de maximum stand worden
ingesteld.
VOLUME
MIN
MAX
y
• Wij raden u aan om een statief (enz.) te gebruiken om de
optimalisatie-microfoon vast te zetten op dezelfde hoogte als waar
uw oren zich zouden bevinden wanneer u op uw luisterplek zit. U
kunt de optimalisatiemicrofoon vastzetten op het statief (enz.) met
behulp van de statiefschroef.
4
Keuze
CROSSOVER
HIGH CUT
MIN
Verbind de meegeleverde optimalisatiemicrofoon met de OPTIMIZER MIC
aansluiting op het voorpaneel.
"SETUP•••••AUTO" verschijnt op de display van het
voorpaneel.
Functie
AUTO*
Laat automatisch de gehele "AUTO SETUP"
procedure uitvoeren.
RELOAD
Laadt de laatste "AUTO SETUP" instellingen
opnieuw en overschrijft de voorgaande
instellingen.
UNDO
Maakt de laatste "AUTO SETUP" instellingen
ongedaan en herstelt de voorgaande
instellingen.
DEFAULT
Zet de "AUTO SETUP" parameters weer terug
naar de begininstellingen van de fabriek.
Opmerking
MAX
• "RELOAD" of "UNDO" zijn alleen beschikbaar als u eerder
"AUTO SETUP" heeft uitgevoerd en de resultaten heeft bevestigd.
Besturing van een subwoofer (voorbeeld)
2
Druk op ol / h om "AUTO" te selecteren.
5
Druk op oENTER om de instelprocedure te
laten beginnen.
Dit toestel begint met de automatische
instelprocedure (setup). Er worden luide testtonen
geproduceerd via de diverse luidsprekers tijdens de
audio instelprocedure. Nadat alle instellingen
("INITIALIZING", "WIRING/LEVEL",
"DISTANCE", "SIZE") achtereenvolgens zijn
voltooid, verschijnt "FINISH" op de display van het
voorpaneel.
y
• Druk op ok om de automatische setup te annuleren.
16 Nl
Optimaliseren van de luidsprekerinstellingen voor uw kamer (YPAO)
10
Opmerkingen
6
y
FL: 3.3m
+2
■ Als er een foutscherm verschijnt
Als dit apparaat potentiële problemen detecteert,
verschijnt er een foutmelding op de display van het
voorpaneel tijdens de automatische setup.
Voor meer informatie over elk foutbericht, kijkt u bij het
"AUTO SETUP" hoofdstuk in "Oplossen van problemen"
op pagina 41.
Een paar seconden later verschijnen de volgende keuzes.
Druk op ol / h om "RETRY" of "EXIT" te selecteren
en druk dan op oENTER.
Keuze
y
• Om de resultaten van de automatische setup opnieuw weer te
geven, drukt u herhaaldelijk op lk / n.
Start de "AUTO SETUP" opnieuw.
EXIT
Wordt afgesloten van de "AUTO SETUP"
procedure.
Druk op ol / h om "SET" of "CANCEL" te
selecteren.
Keuze
Bevestigt de "AUTO SETUP" resultaten.
CANCEL
Annuleert de "AUTO SETUP" resultaten.
Druk op oENTER om uw selectie te
bevestigen.
"AUTO SETUP" verschijnt op de display van het
voorpaneel.
PHASE REVERSED
LFE
L C R
SL
SR
Knippert
y
• Voor meer informatie over elk waarschuwingsbericht, kijkt u bij het
"AUTO SETUP" hoofdstuk in "Oplossen van problemen" op pagina 41.
Druk op kMENU om "SET MENU" af te
sluiten.
Nederlands
9
SET*
Druk op on om gedetailleerde informatie over de
waarschuwing weer te geven.
De gedetailleerde informatie over de waarschuwing wordt
weergegeven en de indicatoren van niet toepasbare
luidsprekers knipperen op de display van het voorpaneel.
APPENDIX
8
Functie
Opmerking
• Waarschuwingen verschillen van fouten in die zin dat waarschuwingen
niet de automatische instelprocedure annuleren.
AANVULLENDE
INFORMATIE
7
■ Indien "WARNING" verschijnt
Wanneer dit toestel potentiële problemen detecteert tijdens
de automatische setup procedure, verschijnt er
"WARNING" op de display van het voorpaneel na het
resultaat van elke luidspreker. Bekijk de
waarschuwingsboodschappen om uw
luidsprekerinstellingen te corrigeren.
GEAVANCEERD
E BEDIENING
RETRY*
Opmerkingen
• Indien u "RELOAD" in stap 4 selecteert, worden er geen testtonen
uitgezonden.
• Indien er een fout optreedt tijdens de "AUTO:CHECK" procedure,
wordt de instelprocedure geannulleerd en verschijnt een
foutscherm. Voor informatie, zie "Als er een foutscherm
verschijnt" op pagina 17.
• Als dit apparaat mogelijke problemen detecteert tijdens de "AUTO
SETUP" procedure, verschijnt "WARNING" en worden de
waarschuwingsberichten weergegeven nadat dit apparaat het
resultaat van de automatische setup weergeeft. Voor meer
informatie raadpleegt u het "AUTO SETUP" hoofdstuk in
"Oplossen van problemen" op pagina 41.
• Het resultaat van de afstandsmeting kan langer zijn dan de
feitelijke afstand afhankelijk van de karakteristieken van uw
subwoofer.
Functie
BASISBEDIENIN
G
Speaker
Het resultaat van het
FL/FR: Links/rechts voor
afstemmen van het
C: Midden
volumeniveau
SL/SR: Links/rechts surround
SW: Subwoofer
• Als u veranderingen aanbrengt in de aangesloten luidsprekers, de
opstelling van de luidsprekers of de inrichting van uw
luisterruimte, moet u "AUTO SETUP" opnieuw uitvoeren om uw
systeem opnieuw te optimaliseren.
• Als u de resultaten van de automatische setup in detail wilt
controleren of handmatig de parameters wilt afstellen, gebruikt u
"MANUAL SETUP" (Zie bladzijde 32).
VOORBEREIDINGEN
Als alle metingen succesvol zijn voltooid,
verschijnt "FINISH" op het de display van het
voorpaneel.
Het resultaat van de automatische set voor elke
luidspreker verschijnt in volgorde op de display van
het voorpaneel.
De afstand tussen de luidsprekerafstand
en de luisterplek
Ontkopppel de optimalisatiemicrofoon van
dit apparaat.
De optimalisatie-microfoon is niet goed bestand
tegen warmte. Houd deze uit de zon en plaats hem
niet bovenop dit toestel.
INLEIDING
• Voer geen handelingen uit met dit toestel terwijl de automatische
setup bezig is.
• Wij raden u aan de kamer te verlaten terwijl dit toestel de auto
setup uitvoert. Het duurt ongeveer 3 minuten voordat het apparaat
de automatische instelprocedure heeft voltooid.
17 Nl
BASISBEDIENING
Weergave
Let op
U moet zeer voorzichtig zijn wanneer u DTS
gecodeerde CD's gaat afspelen. Als u een DTS
gecodeerde CD afspeelt op een CD-speler die niet
geschikt is voor DTS-weergave, zult u alleen een
ongewenst geruis of lawaai horen dat uw luidsprekers
kan beschadigen. Controleer of uw CD-speler geschikt
is voor DTS gecodeerde CD's. Controleer ook het
geluidsniveau van uw CD-speler voor u een DTS
gecodeerde CD gaat afspelen.
5
Verdraai PVOLUME (of druk op gVOLUME
+/–) om het volume op het gewenste niveau in
te stellen.
Basisprocedure
1
Zet de externe componenten (TV, DVD-speler,
etc.) die zijn aangesloten op dit toestel, aan.
2
Druk herhaaldelijk op CSPEAKERS om de
voor-luidspreker te selecteren die u wenst.
De respectievelijke luidsprekerindicators zullen
oplichten op het display op het voorpaneel.
3
Druk herhaaldelijk op NINPUT l / h (orf
druk op de ingangselectietoetsen (e)) om de
gewenste signaalbron te selecteren.
De naam van de geselecteerde signaalbron wordt een
paar seconden lang op het display op het voorpaneel
getoond.
Beschikbare signaalbron
DVR
V-AUX
DTV/CBL
DVD
MD/CD-R
y
• Zie bladzijde 20 om het uitgangsniveau van elke luidspreker in te
stellen.
• Dit heeft geen effect op het AUDIO OUT (REC) niveau.
• U kunt he beginvolumeniveau en het maximale volumeniveau
instellen (Zie bladzijde 34).
6
Druk op LPROGRAM l / h (of druk
herhaaldelijk op uPROG l / h) om het
gewenste geluidveldprogramma te
selecteren.
De naam van het geselecteerde geluidveldprogramma
verschijnt op het display op het voorpaneel.
Zie bladzijde 22 voor meer informatie over
geluidveldprogramma's.
Movie Dramatic
TUNER
CD
INPUT:DVD
Op dit moment geselecteerd geluidsveldprogramma
Opmerkingen
Op dit moment geselecteerde signaalbron
4
Start de weergave op de geselecteerde
component of stem af op een zender.
Opmerkingen
• Raadpleeg de handleiding van de betreffende component.
• Zie bladzijde 27 voor details omtrent het afstemmen (FM/AM).
y
• Om het uitgangsniveau van elke luidspreker in te stellen, Zie
bladzijde 20.
18 Nl
• Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak, niet alleen op
basis van de naam van het programma.
• Wanneer u een bepaalde signaalbron selecteert, zal het toestel
automatisch het laatst met die signaalbron gebruikte
geluidsveldprogramma instellen.
• Er kunnen geen geluidsveldprogramma's worden geselecteerd wanneer
de component die is verbonden met de MULTI CH INPUT aansluitingen
is geselecteerd als signaalbron (Zie bladzijde 19).
• Wanneer PCM signalen met een bemonsteringsfrequentie van meer dan
48 kHz binnenkomen, wordt dit apparaat automatisch ingesteld op de
stand "STRAIGHT" (Zie bladzijde 26).
• Om informatie over de huidig geselecteerde signaalbron weer te geven
op de display op het voorpaneel, kijkt u op Zie bladzijde 21 voor meer
informatie.
Weergave
■
Gids met inhoud
Wanneer u wilt...
Zie bladzijde
20
Parameters van
geluidsveldprogramma's bewerken
26
s' Nachts genieten van de bronnen
met een breed dynamisch bereik
20
Het gebruiken van hoofdtelefoons
20
Selecteer een decoder om bronnen
mee af te spelen
26
Zet dit apparaat automatisch in
standby
21
y
Gebruik de volgende functies om een ingangaansluiting of
signaalbron te selecteren.
De voor-luidsprekerset selecteren
FRONT B
Selecteren van audio ingangsaansluitingen
(AUDIO SELECT)
Gebruik deze functie (selecteren van audio ingangsaansluitingen) om
over te schakelen naar een andere ingangsaansluiting dan de
toegewezen aansluiting wanneer er twee of meer aansluitingen
beschikbaar zijn voor de signaalbron in kwestie.
y
• In de meeste gevallen raden we u aan de selectiefunctie voor de audio
ingangsaansluiting op "AUTO" te laten staan.
• U kunt de standaard selectiefunctie voor de audio ingangsaansluiting van dit toestel
zelf bepalen via "AUDIO SELECT" in "OPTION MENU" (Zie bladzijde 36).
1
Druk herhaaldelijk op NINPUT l / h (orf
druk op de ingangselectietoetsen (e)) om de
gewenste signaalbron te selecteren.
2
Druk herhaaldelijk op nAUDIO SEL om de
gewenste audio ingangaansluiting
selectieinstelling te selecteren.
OFF
DVR
• U kunt niet zowel de hoofdruimte en de Zone B luidsprekers
tegelijkertijd aanzetten.
• Indien u CINEMA DSP geluidsveldprogramma selecteert en de Zone B
luidsprekers aanzet, dan wordt Virtual CINEMA DSP automatisch
aangezet (Zie bladzijde 26).
MD/CD-R
TUNER
CD
Geselecteerde instelling voor audio-ingangsaansluiting
Keuze
Functie
AUTO
Ingangssignalen worden automatisch
geselecteerd in deze volgorde:
(1) Digitale signalen
(2) Analoge signalen
ANALOG
Er zullen alleen analoge signalen
worden geselecteerd. Als er geen
analoge signalen binnenkomen, zal er
geen geluid worden weergegeven.
y
Nederlands
Opmerkingen
DVD
APPENDIX
Druk herhaaldelijk op CSPEAKERS op het
voorpaneel om de Zone B luidsprekers aan of uit
te zetten.
Wanneer u de Zone B luidsprekers aanzet, worden alle
luidsprekers in de hoofdruimte gedempt.
DTV/CBL
A.SEL:AUTO
Opmerking
• Zet het volumeniveau van dit apparaat uit voordat u de voorluidsprekerinstelling schakelt.
■ De Zone B functie gebruiken
Wanneer u "FRONT B" instelt op "ZONE B" (Zie
bladzijde 32), dan kunt u de luidsprekers gebruiken die
zijn aangesloten op FRONT B luidsprekeraansluitingen in
een andere ruimte (Zone B).
V-AUX
AANVULLENDE
INFORMATIE
FRONT A
■
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Druk herhaaldelijk op CSPEAKERS om de
actieve voor-luidsprekerset die is aangesloten op
de FRONT A of FRONT B
luidsprekeraansluitingen te wijzigen of zet de
voor-luidsprekers uit.
De actieve voor-luidsprekerset wordt als volgt gewijzigd:
Opmerkingen
• Geluidsveldprogramma's, of de nachtluisterstand, etc. kunnen niet geselecteerd
worden wanneer "MULTI CH" geselecteerd is als de ingangsbron.
• Als er gebruik wordt gemaakt van hoofdtelefoons, dan worden geluiden
alleen uitgezonden via de linker en rechter voorkanalen.
BASISBEDIENING
Inganginstellingfuncties gebruiken
• U kunt de multikanaal ingangsinstellingen configureren met "MULTI
CH" (Zie bladzijde 35).
VOORBEREIDIN
GEN
Aanvullende werkingen
■
Druk herhaaldelijk op NINPUT l / h (of druk op
fMULTI CH IN) om "MULTI CH" te selecteren.
"MULTI CH" verschijnt op de display van het voorpaneel.
INLEIDING
Regelen van de klankkleur van de
voor-luidsprekers
Het selecteren van het component dat is
aangesloten op de MULTI CH INPUT
aansluitingen als signaalbron
Gebruik deze functie om het component te selecteren dat
is aangesloten op de MULTI CH INPUT aansluitingen
(Zie bladzijde 14) als de signaalbron.
• U kunt de instelling voor de selectiefunctie voor de audioingangsaansluitingen configureren in "AUDIO SELECT".
Opmerking
• Deze functie is niet beschikbaar als er geen digitale
ingangsaansluiting is toegewezen aan de geselecteerde
ingangsbron in "INPUT ASSIGN" (Zie bladzijde 34).
19 Nl
Weergave
y
Gebruiken van audiofuncties
• Wanneer u op mLEVEL op de afstandsbediening heeft gedrukt,
kunt u de gewenste luidspreker ook selecteren met ok / n.
• Welke luidsprekerkanalen er beschikbaar zijn hangt af van de
luidsprekerinstellingen.
Gebruik de volgende functies om de geluidsweergave of
het luidsprekerniveau aan te passen.
■
Uitschakelen van de geluidsweergave
2
Druk op hMUTE op de afstandsbediening om de
geluidsweergave tijdelijk uit te schakelen. Druk nog
eens op hMUTE om de geluidsweergave te hervatten.
y
• U kunt ook PVOLUME verdraaien (of drukken op gVOLUME +/–)
om de geluidsweergave weer te hervatten.
• U kunt het dempingsniveau configureren door gebruik te maken van
"MUTE TYP." in "SOUND MENU" (Zie bladzijde 34).
• De MUTE indicator knippert op het voorpaneel wanneer de
geluidsweergave tijdelijk is uitgeschakeld en verdwijnt wanneer de
geluidsweergave weer wordt hervat.
■ Toonregeling
Hiermee kunt u de balans tussen de lage en hoge tonen
regelen voor de linker en rechtervoorkanalen.
Druk herhaaldelijk op KTONE CONTROL om
"BASS" of "TREBLE" te selecteren en druk op
LPROGRAM l / h om het bijbehorende
frequentiereactieniveau aan te passen.
Instelbereik: –10 dB tot +10 dB
Elke keuze wordt als volgt gedefinieerd.
Keuze
Functie
BASS
Past de reactie van de lage tonen aan.
TREBLE
Past de reactie van de hoge tonen aan.
Opmerkingen
Gebruik optionele functies
Gebruik de volgende functies om verschillende nuttige
functies waarmee dit apparaat is uitgerust, te gebruiken.
y
• Begininstellingen worden aangegeven met een (*) in elk van de volgende
parameters.
■
■ Instellen luidsprekerniveau
U kunt het uitgangsniveau van de luidsprekers instellen
terwijl u naar muziek aan het luisteren bent. Dit is ook
mogelijk wanneer u een signaal dat via de MULTI CH
INPUT aansluitingen binnenkomt afspeelt.
Gebruiken van hoofdtelefoons
U kunt een hoofdtelefoon met een analoge stereostekker
aansluiten op de PHONES aansluiting op het voorpaneel.
y
• Wanneer u een geluidsveldprogramma selecteert, zal de SILENT
CINEMA functie automatisch worden ingeschakeld (Zie bladzijde 26).
Opmerkingen
• Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, zullen er geen signalen worden
gereproduceerd via de luidspreker-aansluitingen.
• Alle Dolby Digital en DTS audiosignalen worden teruggemengd naar de
linker en rechter hoofdtelefoonkanalen.
■ De nachtluisterstand selecteren
De nachtluisterstanden zijn ontwikkeld om de
luistermogelijkheid bij lage volumes of 's nachts te verbeteren.
1
• De luidsprekerr en hoofdtelefooninstellingen worden apart opgeslagen.
• Als u de hoge of lage tonen teveel versterkt of verzwakt, is het mogelijk
dat de toonkleur van de surround-luidsprekers niet meer overeenkomt
met die van de linker en rechter voor-luidsprekers.
• Dit heeft geen invloed op opgenomen materiaal.
Druk op ol / h op de afstandsbediening
(of druk op FPRESET/TUNING l / h) om
het uitgangsniveau (volume) van de
luidsprekers te regelen.
Instelbereik: –10,0 dB tot +10,0 dB
Druk herhaaldelijk op ONIGHT (of druk op
pNIGHT) om "NIGHT:CINEMA" of
"NIGHT:MUSIC" te selecteren.
Elke keuze wordt als volgt gedefinieerd.
Keuze
Functie
NIGHT:CINEMA
Vernauwt het dynamische bereik van
filmsoundtracks en maakt het makkelijker
om dialoog te horen bij lagere volumes.
NIGHT:MUSIC
Behoudt het luistergemak voor alle
geluiden.
NIGHT OFF
Schakelt deze functie uit.
Opmerking
• Deze handeling overschrijft de niveau-instellingen die zijn gemaakt in
"SP LEVEL" (Zie bladzijde 33).
1
Druk herhaaldelijk op mLEVEL tot u de
luidspreker geselecteerd heeft die u wilt instellen.
Keuze
Beschrijving
FRONT L
Linker voor-luidspreker
FRONT R
Rechter voor-luidspreker
CENTER
Midden-luidspreker
SWFR
Subwoofer
SUR.L
Linker surround-luidspreker
SUR.R
Rechter surround-luidspreker
20 Nl
y
• De NIGHT indicator licht op op de display op het voorpaneel als
de nachtluisterstand is geselecteerd.
Weergave
2
Keuze
Keuze
Functie
Past het effectniveau langzaam aan.
MID*
Past het effectniveau gematigd aan.
MAX
Past het effectniveau aanzienlijk aan.
y
FORMAT
Signaalformattering.
SAMPLING
Het aantal metingen per seconden van
een continu signaal om discrete
signalen te kunnen maken.
CHANNEL
Aantal bronkanalen in het
ingangssignaal (voor/surround/LFE).
BITRATE
Het aantal bits aan gegevens dat per
seconde een bepaald meetpunt
passeert.
FLAG
Signalering (vlag) die zijn gedoceerd
in DTS, Dolby Digital, of PCM
signalen en die dit toestel in staat stel
automatisch van decoder te wisselen.
• "NIGHT:CINEMA" en "NIGHT:MUSIC" afstellingen worden
apart opgeslagen.
Opmerkingen
■
1
Druk op kMENU op de afstandsbediening.
"AUTO SETUP" verschijnt op de display van het
voorpaneel.
Druk op kMENU op de afstandsbediening
om opnieuw "SET MENU" af te sluiten.
■ Gebruiken van de slaaptimer
Met deze functie kunt dit apparaat zichzelf uit (standby)
laten schakelen na een door u bepaalde tijd. Deze
slaaptimer is bijvoorbeeld handig wanneer u gaat slapen
terwijl uw installatie nog aan het spelen of opnemen is.
Druk herhaaldelijk op lSLEEP om de
tijdsperiode in te stellen.
De slaaptimerinstelling wijzigt als volgt.
SLEEP 120min
SLEEP OFF
;AUTO SETUP
3
Druk herhaaldelijk op ok / n om "SIGNAL
INFO" te selecteren en druk dan op
oENTER.
Druk op ok / nom de weergegeven
informatie te veranderen.
De volgende informatie over de signaalbron
verschijnt op de display van het voorpaneel.
SLEEP 30min
SLEEP 60min
De SLEEP indicator zal oplichten op de display van het
voorpaneel en het display keert terug naar het
geselecteerde geluidsveldprogramma.
Annuleren van de slaaptimer
Druk herhaaldelijk op lSLEEP op de
afstandsbediening om "SLEEP OFF" te selecteren.
y
• Als u de hoofdzone op de standby-stand instelt, wordt de slaaptimer
automatisch geannuleerd.
Gebruik de ingangskeuzetoetsen (e) op de
afstandsbediening om de gewenste videobron te
selecteren en kies vervolgens de audiobron.
CD
DTV/CBL
DVR
MULTI CH IN
Audiobronnen
Nederlands
DVD
MD/CD-R TUNER
APPENDIX
■ Videobronnen in de achtergrond afspelen
U kunt videobeelden van een videobron combineren met
geluid van een audiobron. Zo kunt u bijvoorbeeld naar
klassieke muziek luisteren terwijl u op uw beeldscherm
kijkt naar mooie landschapsopnamen.
AANVULLENDE
INFORMATIE
2
SLEEP 90min
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Weergeven van de ingangsbroninformatie
(SIGNAL INFO)
U kunt de formattering, de bemonsteringsfrequentie, het
aantal kanalen en eventuele signaleringsgegevens (vlag)
van het huidige ingangssignaal laten zien.
4
BASISBEDIENING
• U kunt de nachtluisterstanden in de volgende gevallen niet gebruiken:
– wanneer de component die is verbonden met de MULTI CH INPUT
aansluitingen is geselecteerd als signaalbron.
– wanneer er een hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting zit.
– Wanneer de bemonsteringsfrequentie van de signaalbronnen hoger is
dan 48 kHz.
• Het effect van de nachtluisterstanden kan variëren, afhankelijk van de
signaalbron en de surroundgeluidsinstellingen die u gebruikt.
VOORBEREIDIN
GEN
MIN
Beschrijving
INLEIDING
Druk op ol / h om het effectniveau aan te
passen terwijl "NIGHT:CINEMA" of
"NIGHT:MUSIC" wordt weergegeven op de
display op het voorpaneel.
Elke keuze wordt als volgt gedefinieerd.
V-AUX
Videobronnen
21 Nl
De SCENE sjablonen selecteren
Door simpelweg te drukken op de SCENE-toets kunt u uw
favoriete signaalbron en geluidsveldprogramma oproepen
volgens het SCENE-sjabloon dat is toegewezen aan de
SCENE-toets. De SCENE-sjablonen zijn gebouwde
combinaties van signaalbronnen en
geluidsveldprogramma's.
Dit apparaat is uitgerust met 12 vooraf ingestelde SCENEsjablonen voor verschillende situaties. De volgende
SCENE-sjablonen worden toegewezen aan de
respectievelijke SCENE-toetsen in de
standaardinstellingen.
Standaard
SCENE-toets
Selecteer het gewenste SCENEsjabloon
Indien u gebruik wilt maken van de SCENE-sjablonen,
dan kunt u de gewenste SCENE-sjablonen uit het SCENEsjabloonarchief selecteren en de sjablonen aan de
geselecteerde SCENE-toetsen op het voorpaneel van de
afstandsbediening toewijzen.
Selecteer het gewenste SCENE-sjabloon
De naam van het SCENE-sjabloon en
de beschrijving ervan
SCENE 1
DVD Movie Viewing
– signaalbron: DVD
– geluidsveldprogramma: STRAIGHT
Voor als u een DVD wilt afspelen.
SCENE 2
Music Disc Listening
– signaalbron: DVD
– geluidsveldprogramma: 2ch Stereo
Voor als u wilt luisteren naar een muziekCD vanaf de aangesloten DVD -speler.
SCENE 3
TV Viewing *1
– signaalbron: DTV/CBL
– geluidsveldprogramma: STRAIGHT
Voor als u een televisieprogramma wilt
bekijken.
SCENE 4
Radio Listening *2, *3, *4
– signaalbron: TUNER
– geluidsveldprogramma: Music Enh. 5ch
Voor als u wilt luisteren naar een
muziekprogramma vanaf het FM
radiostation.
1
SCENE-sjabloonarchief (beeld)
1
Houd de gewenste JSCENE (of dSCENE)toets gedurende drie seconden ingedrukt.
De MEMORY indicator op het voorpaneel begint te
knipperen en de naam van het huidig toegewezen
SCENE-sjabloon verschijnt op de display op het
voorpaneel.
DVD Movie View
2
Druk op NINPUT l / h (of druk op ol / h)
om het gewenste sjabloon te selecteren.
DVD Viewing
Opmerkingen
*1 U moet van tevoren een kabel-tv of een satelliettuner op dit apparaat
aansluiten. Zie bladzijde 13 voor informatie.
*2 U dient van te voren de meegeleverde FM en AM antennes op dit
apparaat aan te sluiten. Zie bladzijde 15 voor informatie.
*3 U dient af te stemmen op het gewenste radiostation. Zie pagina's 27 tot
28 voor informatie over afstemmen.
*4 Voor de best mogelijke ontvangst, richt u de aangesloten AM
ringantenne of past u de stand van het eind van de binnen FM-antenne
aan.
Wijs het gewenste
SCENE-sjabloon
toe aan de
SCENE-toets
3
Druk opnieuw op de JSCENE (of dSCENE)
toets om de selectie te bevestigen.
De MEMORY indicator stopt met knipperen en het
SCENE sjabloon dat is geselecteerd wordt
toegewezen aan de toets.
y
• Om de procedure te annuleren, drukt u op qRETURN.
22 Nl
De SCENE sjablonen selecteren
Welk SCENE-sjabloon wilt u selecteren?
■
Videobronnen (DVD video, Opgenomen video)
SCENE-sjabloon
DVD Viewing
DVD
STRAIGHT
DVD Movie Viewing
DVD
Movie Dramatic
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u films op uw
DVD-speler afspeelt.
DVD Live Viewing
DVD
Pop/Rock
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u van een live
muziekvideo wilt genieten op uw DVD-speler.
DVR Viewing
DVR
Movie Dramatic
2
Kenmerken
Music Disc Listening
DVD
2ch Stereo
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u
muziekschijven op uw DVD-speler afspeelt.
Disc Listening
DVD
5ch Stereo
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u
muziekbronnen als achtergrondmuziek op uw
DVD-speler afspeelt.
CD Listening
CD
5ch Stereo
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u een
muziekbron als achtergrondmuziek op uw CDspeler afspeelt.
CD Music Listening
CD
2ch Stereo
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u
muziekschijven op uw CD-speler afspeelt.
SCENE-sjabloon
Signaalbron
Afspeelstand
Kenmerken
Radio Listening
TUNER
Music Enh. 5ch
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u geniet van FM
of AM radioprogramma's.
Signaalbron
Afspeelstand
Kenmerken
TV Viewing
DTV/CBL
STRAIGHT
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u geniet van TVprogramma's.
TV Sports Viewing
DTV/CBL
TV Sports
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u geniet van
sportprogramma's op TV.
Signaalbron
Afspeelstand
AANVULLENDE
INFORMATIE
Afspeelstand
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Signaalbron
TV programma's
SCENE-sjabloon
3
Video games
SCENE-sjabloon
Game Playing
V-AUX
Game
APPENDIX
■
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u films afspeelt
op uw digitale videorecorder.
Radioprogramma's
4
■
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u algemene
inhoud op uw DVD-speler afspeelt.
Muziekschijven (CD, SA-CD of DVD-Audio)
SCENE-sjabloon
■
Kenmerken
BASISBEDIENING
■
Afspeelstand
VOORBEREIDIN
GEN
1
Signaalbron
INLEIDING
De volgende tabellen geven de vooraf ingestelde SCENE-sjabloonbeschrijvingen. Selecteere de bijbehorende SCENEsjablonen voor de gewenste bron. De afbeeldingen van de SCENE-toets in de volgende tabel geven aan dat de SCENEsjablonen in die cellen zijn toegewezen aan de respectievelijke SCENE-toetsen.
U kunt ook uw oorspronkelijke SCENE-sjablonen creëren door de vooraf ingestelde SCENE-sjablonen te bewerken. Zie
bladzijde 24 voor informatie.
Kenmerken
23 Nl
Nederlands
Selecteer dit SCENE-sjabloon als u videogames
speelt.
De SCENE sjablonen selecteren
Originele SCENE sjablonen creëren
2
U kunt uw originele SCENE-sjablonen creëren door elke
SCENE-toets. Raadpleeg de vooraf ingestelde 12 SCENEsjablonen om de originele SCENE-sjablonen te creëren.
De vooraf ingestelde SCENE-sjablonen
aanpassen
• Het signaalbroncomponent
• De actieve geluidsveldprogramma's of STRAIGHT
stand
• De nachtluisterstandinstelling (Zie bladzijde 20)
– SYSTEM: houdt de huidige nachtluisterstand.
– CINEMA: zet de nachtluisterstand op de
CINEMA-stand.
– MUSIC: zet de nachtluisterstand op de
MUSIC-stand.
Gebruik deze functie om de vooraf ingestelde SCENEsjablonen aan te passen.
Selecteer het gewenste
SCENE-sjabloon
Druk op ok / n om de gewenste parameter te
selecteren uit het SCENE-sjabloon en dan op
ol / h om de gewenste waarde van de
geselecteerde parameter te selecteren.
U kunt de volgende parameters voor een SCENEsjabloon aanpassen:
Creëer een origineel
SCENE-sjabloon
SCENE : DVD Viewing
3
Druk opnieuw op de iSCENE-toets om de
bewerking te bevestigen.
SCENE : DVD Viewing
INPUT : DVD
SCENE-sjabloonarchief
(beeld)
1
1
Wijs het gewenste
SCENE-sjabloon toe aan
de SCENE-toets
1
Houd de gewenste dSCENE-toets drie
seconden ingedrukt.
De MEMORY indicator op het voorpaneel begint te
knipperen.
1
3 seconden
Opmerking
• Als het SCENE-sjabloon dat u wilt aanpassen niet is toegewezen
aan een dSCENE toets, druk dan herhaaldelijk op ol / h om
het gewenste SCENE sjabloon op te roepen (Zie bladzijde 22).
24 Nl
y
• Een sterretjesteken (*) verschijnt bij de naam van het originele SCENEsjabloon.
• Om de procedure te annuleren, drukt u op qRETURN.
Opmerkingen
• U kunt een aangepast SCENE-sjabloon voor elke dSCENE-toets
creëren, en als u een ander aangepast SCENE-sjabloon creëert, dan
overschrijft dit apparaat het oude aangepaste SCENE-sjabloon voor een
nieuwe.
• Het aangepaste SCENE-sjabloon is alleen beschikbaar voor de
toegewezen dSCENE-toets.
Geluidsveldprogramma's
Selecteren van
geluidsveldprogramma's
y
• Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak, niet alleen op
basis van de naam van het programma zelf.
• U kunt "Music Enh. 2ch" en "Music Enh. 5ch" door herhaaldelijk te
drukken op vENHANCER.
Beschrijvingen van geluidsveldprogramma's
• Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw eigen smaak, niet alleen op basis van de naam van het programma oid.
• Welke geluidsveldparameters er beschikbaar zijn hangt mede af van de luidsprekerinstellingen.
Categorie
STEREO
Hall
CINEMA DSP verwerking. Dit geluidsveld is geschikt voor klassieke en orkestmuziek. Het
programma gebruikt verzamelde gegevens in een grote concerthal in München. U kunt genieten
van delicate en prachtige natrillingen in een majestueuze atmosfeeer.
Jazz
CINEMA DSP verwerking. Dit geluidsveld is geschikt voor jazz en fusiontmuziek.
Het gebruikt gegevens die zijn verzameld in een beroemde jazzclub in New York. U kunt genieten
van heldere natrillingen.
Game
CINEMA DSP verwerking. U kunt genieten van dynamische en spannende geluidseffecten als u
games speelt. Het programma laat u de diepte en het driedimensionale surroundinggeluid voelen in
het veld waar u speelt en biedt u bioscoopachtige surroundinggeluidseffecten voor de filmscènes.
TV Sports
CINEMA DSP verwerking. U kunt genieten van sportrelais die in stereo worden uitgezonden en
een diversiteit aan shows met een live geluidsomgeving. Voor sportrelais, komen de stemmen van
de commentatoren en omroepers duidelijk vanuit het midden; het gejuich en de atmosfeer in het
stadium verspreidt met een comfortabel bereik en u kunt zich voelen alsof u in het stadion bent.
Movie Spacious
CINEMA DSP verwerking. he geluidsveld is geschikt voor films met een nadruk op spectaculaire
geluidseffecten en past perfect bij een breedbeeldscherm. Het programma reproduceert een breed
dynamisch bereik voor minimale geluidseffecten op krachtige geluiden.
Movie Dramatic
CINEMA DSP verwerking. Dit geluidsveld is ook geschikt voor films met een nadruk op
driedimensionale geluidseffecten. Het bestuurt de trilling op matige wijze, maar reproduceert een
geluidseffect en een achtergrondmuziek op een zachte, driedimensionale manier met duidelijkheid
en een centrumoriëntatie van stemmen als centrale figuren.
2ch Stereo
Brengt meerkanaals bronnen terug tot 2 kanalen of speelt 2 kanaalsbronnen zoals deze zijn.
5ch Stereo
CINEMA DSP verwerking. Het gebruik van dit programma verhoogt het luisterstandbereik. Dit is
een geluidsveld dat geschikt is voor achtergrondmuziek bij feestjes.
Music Enh. 2ch
Music Enh. 5ch
Selecteer deze programma's voor het afspelen van compressie-artefacten (zoals het MP3-formaat)
in 2 kanalen of 5 kanalen stereo. Dit programma verbetert uw luisterervaring door de ontbrekende
harmonie in een compressie-artefact te regenereren.
25 Nl
Nederlands
ENHANCER
CINEMA DSP verwerking. Dit programma presenteert een beeld van pop, rock, of een jazz live
concert. Het geluidsveld reproduceert de ruimtelijkheid van een massief paviljoen met een nadruk
op de levendigheid van de vocalen op het podium en de solo-instrumenten en de beat van de ritmeinstrumenten.
APPENDIX
MOVIE
Pop/Rock
AANVULLENDE
INFORMATIE
ENTERTAIN
Kenmerken
GEAVANCEERD
E BEDIENING
MUSIC
Programma
BASISBEDIENING
y
VOORBEREIDIN
GEN
Druk op LPROGRAM l / h (of druk
herhaaldelijk op uPROG l / h repeatedly).
De naam van het geselecteerde geluidsveldprogramma
verschijnt op het display van het voorpaneel.
Opmerkingen
• Wanneer u een bepaalde signaalbron selecteert, zal het toestel
automatisch het laatst met die signaalbron gebruikte
geluidsveldprogramma instellen.
• Er kunnen geen geluidsveldprogramma's worden geselecteerd wanneer
de component die is verbonden met de MULTI CH INPUT aansluitingen
is geselecteerd als signaalbron (Zie bladzijde 19).
• Wanneer PCM signalen met een bemonsteringsfrequentie van meer dan
48 kHz binnenkomen, wordt dit apparaat automatisch ingesteld op de
stand "STRAIGHT" (Zie bladzijde 26).
INLEIDING
Dit toestel is uitgerust met diverse zeer precieze digitale
decoders waarmee u kunt profiteren van multikanaals
weergave van vrijwel elke stereo of multikanaals
geluidsbron. Dit toestel is tevens voorzien van een
Yamaha digitale geluidsveldprogramma (DSP) processor
met een aantal geluidsveldprogramma's waarmee u uw
luister-ervaring een extra dimensie kunt geven.
Geluidsveldprogramma's
■
Selecteren van decoders voor 2-kanaals
bronnen (surround decoderfunctie)
Signalen die binnenkomen via 2 kanaalsbronnen kunnen
ook worden afgespeeld op multikanalen.
Druk herhaaldelijk op rSUR. DECODE om een
decoder te selecteren.
U kunt de uit de volgende decoders kiezen afhankelijk van
het type materiaal dat wordt afgespeeld en uw
persoonlijke voorkeuren.
STANDARD
Dolby Pro Logic verwerking voor elk
bronmateriaal
PLII Movie
Dolby Pro Logic II verwerking voor
filmbronnen
Dolby Pro Logic II verwerking voor
muziekbronnen
PLII Game
Dolby Pro Logic II verwerking voor
gamebronnen
■ Geluidveldparameters bewerken
Hoewel u kunt genieten van een goede geluidskwaliteit
met de oorspronkelijke fabrieksinstellingen, kunt u enkele
van de parameters veranderen zodat deze beter passen bij
de ingangsbron of uw luisterruimte.
1
Druk onder het luisteren op ok / n om de
gewenste parameter te selecteren.
2
Druk op ol / h om de parameterwaarde te
wijzigen.
Opmerking
• U kunt parameterwaarden niet wijzigen als "MEM.GUARD" in
"OPTION MENU" is ingesteld op "ON" (Zie bladzijde 35).
CT WIDTH
Functie:
Past het middenbeeld in van alle drie de
voor-luidsprekers in verschillende mate. Een
grotere waarde past het middenkanaal aan in
de richting van de linker en rechter voorluidsprekers.
Instelbereik:
0 (het middenkanaal wordt alleen
weergegeven via de midden-luidspreker) t/m
7 (het middenkanaal wordt alleen
weergegeven via de linker en rechter voorluidsprekers) begininstelling is 3.
Functie
PRO LOGIC
PLII Music
Middenbreedte
Voor Music Enh. 2ch en Music Enh. 5ch
Effectniveau
Functie:
Past het effectniveau aan.
Keuzes:
LOW, HIGH*
■
Gebruik van geluidsveldprogramma's zonder
surround-luidsprekers (Virtual CINEMA DSP)
Virtual CINEMA DSP stelt u in staat te profiteren van de
CINEMA DSP geluidsveldprogramma's zonder surroundluidsprekers. Wanneer u "SUR. L/R" instelt op "NONE"
(Zie bladzijde 33), wordt Virtual CINEMA DSP
automatisch geactiveerd als u een CINEMA DSP
geluidsveldprogramma selecteert (Zie bladzijde 25).
■
Luisteren naar multikanaals materiaal en
geluidsveldprogramma's met een
hoofdtelefoon (SILENT CINEMA)
SILENT CINEMA stelt u in staat naar multikanaals
materiaal of filmsoundtracks te luisteren met een normale
hoofdtelefoon. SILENT CINEMA wordt automatisch
ingeschakeld wanneer u hoofdtelefoons in de PHONES
aansluiting doet terwijl u luistert naar de CINEMA DSP
geluidsveldprogramma's (Zie bladzijde 25).
y
y
• Begininstellingen worden aangegeven met een (*) in elk van de volgende
parameters.
• Indien het is ingeschakeld zal de SILENT CINEMA indicator oplichten
op de display van het voorpaneel.
Voor Pop/Rock, Hall, Jazz, Game, TV Sports,
Movie Spacious en Movie Dramatic:
■
DSP-niveau
DSP LEVEL
Functie:
Past het effectniveau aan.
Keuzes:
MIN, MID*, MAX
Voor PRO LOGIC II Muziek:
Panorama
Functie:
Keuzes:
Afmeting
PANORAMA
Stuurt stereosignalen naar de surroundluidsprekers zowel als naar de voorluidsprekers voor een omhullend effect.
OFF*, ON
DIMENSION
Functie:
Zorgt voor een gelijkmatige aanpassing van
het geluidsveld naar voren of naar achteren.
Instelbereik:
–3 (richting de achterkant) to +3 (richting de
voorkant), begininstelling is STD
(standaard).
26 Nl
Genieten van niet verwerkte signaalbronnen
(rechte decodeerstand)
Wanneer het toestel in de "STRAIGHT" stand staat,
worden 2-kanaals stereobronnen alleen weergegeven via
de linker en rechter voor-luidsprekers. Multikanaals
materiaal zal rechtstreeks via de diverse kanalen worden
weergegeven zonder verdere toevoeging van effecten.
Druk op MSTRAIGHT (of op tSTRAIGHT) om
"STRAIGHT" te selecteren.
"STRAIGHT" verschijnt op de display van het
voorpaneel.
Uitschakelen van de "STRAIGHT" stand
Druk op MSTRAIGHT (of tSTRAIGHT) zodat
"STRAIGHT" verdwijnt van het display op het
voorpaneel.
FM/AM afstemmen
4
Overzicht
■ Frequentie-afstemfunctie
U kunt de frequentie van de gewenste FM/AM zender
automatisch of manueel opzoeken of specificeren (zie
"FM/AM afstemmingbewerkingen"op deze pagina).
Opmerking
• Als het signaal van de zender waar u op wilt afstemmen te zwak is,
moet u er met de hand op afstemmen.
Opmerking
FM/AM afstemmingbewerkingen
Druk herhaaldelijk op NINPUT l / h zodat
"TUNER" wordt weergegeven op de display
van het voorpaneel.
2
Druk op GBAND om de ontvangstband (FM
of AM) te selecteren.
3
Automatisch vooraf instellen van station
U kunt gebruik maken van de automatische afstemfunctie
voor voorkeuzezenders om tot maximaal 40 FM zenders
met sterke signalen op volgorde op te slaan.
1
Druk herhaaldelijk op NINPUT l / h zodat
"TUNER" wordt weergegeven op de display
van het voorpaneel.
2
Druk op GBAND om "FM" als
ontvangstband te selecteren.
3
Houd HMEMORY tenminste 3 seconden
ingedrukt.
Het voorkeuzenummer alsook de MEMORY en
AUTO indicators gaan knipperen. Na ongeveer 5
seconden zal de automatische
voorprogrammeerstatus beginnen vanaf de huidige
frequentie naar hogere frequenties.
Licht op tijdens automatisch afstemmen
AUTO
A
AM 1440 kHz
Geen dubbele punt (:)
APPENDIX
Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display
van het voorpaneel, dan kunt u niet handmatig/
automatisch afstemmen. Druk op DEDIT
PRESET/TUNING om de dubbele punt (:) uit te
schakelen.
Knippert
AUTO
AANVULLENDE
INFORMATIE
Om automatisch naar een station te zoeken,
drukt u op ITUNING AUTO/MAN'L zodat
de AUTO indicator oplicht op de display op
het voorpaneel. Om handmatig naar een
station te zoeken, drukt u opnieuw op
ITUNING AUTO/MAN'L zodat de AUTO
indicator verdwijnt van de display op het
voorpaneel.
Gebruik deze functie om maximaal 40 zenders op te slaan
(A1 t/m E8: 8 voorkeuzezenders in elk van 5
voorkeuzegroepen). Stel de gewenste zenders van tevoren
in op dit toestel met behulp van de automatische of
manuele instelling van voorkeuzezenders.
GEAVANCEERD
E BEDIENING
1
FM/AM zenders vooraf instellen
BASISBEDIENING
• Voor de best mogelijke ontvangst, richt u de aangesloten AM ringantenne
of past u de stand van het eind van de binnen FM-antenne aan.
VOORBEREIDIN
GEN
■ Automatische afstemfunctie
U kunt de gewenste FM/AM zender van tevoren instellen
en de zender vervolgens oproepen door de
voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer te specificeren
(zie "Selecteren van voorkeuzezenders" op pagina 28).
INLEIDING
U kunt gebruik maken van twee afstemfuncties om op een
gewenste FM/AM zender af te stemmen:
Druk één keer op FPRESET/TUNING l / h
om het automatisch afstemmen te laten
beginnen. Druk herhaaldelijk op FPRESET/
TUNING l / h om handmatig op het
gewenste station af te stemmen.
Wanneer het toestel is afgestemd op een zender, zal
de TUNED indicator oplichten en zal de frequentie
waarop is afgestemd worden getoond op het display.
• FPRESET/TUNING h om af te stemmen op
een hogere frequentie.
• Om af te stemmen op een lagere frequentie, drukt u
op FPRESET/TUNING l.
MEMORY
A1:FM 87.50MHz
Knippert
y
• U kunt de voorkeuze zendergroep en het voorkeuze zendernummer
selecteren waar het eerste ontvangststation zal worden opgeslagen door te
drukken op EA/B/C/D/E en dan op FPRESET/TUNING l / h.
27 Nl
Nederlands
Wanneer het automatisch voorprogrammeren klaar is,
zal de frequentie voor de laatst
voorgeprogrammeerde zender op het display getoond
worden.
FM/AM afstemmen
Opmerkingen
• Gegevens voor een zender die reeds zijn opgeslagen onder een bepaald
nummer zullen worden gewist wanneer u een andere zender onder dat
voorkeuzenummer opslaat.
• Alleen FM zenders met een voldoende sterke ontvangst worden
opgeslagen bij het automatisch voorprogrammeren. Als u een zwakkere
zender wilt opslaan, dient u hierop met de hand af te stemmen zoals
beschreven in "Manuele instelling van voorkeuzezenders" op pagina 28.
• Alleen Radio Data Systeem zenders worden automatisch opgeslagen bij
het automatisch voorprogrammeren (Alleen Europese modellen).
Als u deze handeling uitvoert met de
afstandsbediening, drukt u op eTUNER om
"TUNER" als signaalbron te selecteren.
1
Druk herhaaldelijk op EA/B/C/D/E (of jA/B/
C/D/E) om de gewenste voorkeuzegroep (A
tot E) te selecteren.
De letter van de voorkeuzegroep verschijnt op het
display op het voorpaneel en verandert met elke druk
op de toets.
2
Druk op FPRESET/TUNING l / h (of
iPRESET l / h) om het gewenste
voorkeuzenummer (1 tot 8) te selecteren.
De voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer
verschijnen op het display op het voorpaneel, samen
met de radioband en de frequentie.
Manuele instelling van voorkeuzezenders
Gebruik deze functie om de FM of AM zenders manueel
op te slaan.
1
Afstemmen op een zender.
Zie bladzijde 27 voor gebruiksinstructies.
2
Druk op HMEMORY.
De MEMORY indicator knippert ongeveer 30
seconden lang op het display op het voorpaneel.
3
Druk herhaaldelijk op EA/B/C/D/E en
FPRESET/TUNING l / h om een
voorkeuzegroep en voorkeuzenummer te
selecteren (A1 tot E8) terwijl de MEMORY
indicator knippert.
Controleer of de dubbele punt (:) inderdaad verschijnt
op het display van het voorpaneel.
• Om een hogere voorkeuzegroep en -nummer te
selecteren, druk op FPRESET/TUNING h.
• Om een lagere voorkeuzegroep en -nummer te
selecteren, druk op FPRESET/TUNING l.
Omwisselen van voorkeuzezenders
U kunt twee voorkeuzezenders met elkaar van plaats laten
wisselen. In het voorbeeld hieronder ziet u hoe u
voorkeuzezender "E1" en "A5" van plaats kunt laten
verwisselen.
1
Selecteer voorkeuzezender "E1" met gebruik
van EA/B/C/D/E en FPRESET/TUNING l
/ h.
Zie "Selecteren van voorkeuzezenders" op deze
pagina.
2
Houd DEDIT PRESET/TUNING tenminste
3 seconden ingedrukt.
"E1" en de MEMORY indicator knippert op het
display van het voorpaneel.
3
Seleceer voorkeuzezender "A5" met gebruik
van EA/B/C/D/E en FPRESET/TUNING l
/ h.
"A5" en de MEMORY indicator knippert op het
display van het voorpaneel.
Zie "Selecteren van voorkeuzezenders" op deze
pagina.
Knippert
TUNED
C3 : AM
MEMORY
630 kHz
Voorkeuzegroep en nummer
4
Druk op HMEMORY terwijl de MEMORY
indicator knippert.
De radioband en de frequentie voor deze zender
verschijnen op het display, samen met de door u
geselecteerde voorkeuzegroep en het
voorkeuzenummer.
Knippert
MEMORY
TUNED
C3 : AM
A5 : FM 90.50MHz
630 kHz
Knippert
De weergegeven zender is opgeslagen als C3.
Selecteren van voorkeuzezenders
U kunt op de gewenste zender afstemmen door
eenvoudigweg het voorkeuzenummer waaronder die
zender is opgeslagen te selecteren.
28 Nl
4
Druk opnieuw op DEDIT PRESET/
TUNING.
"EXCHANGE E1-A5" zal op het display op het
voorpaneel verschijnen wanneer de twee
voorkeuzezenders van plaats wisselen.
Radio Data Systeem ontvangst
(alleen voor modellen uit Europa en Rusland)
Tonen van Radio Data Systeem
informatie
Gebruik deze functie om de 4 types Radio Data Systeem
informatie weer te laten geven: PS (programmaservice),
PTY (programmatype), RT (radio tekst) en CT (klok tijd).
De bijbehorende indicators lichten op, op de display van
het voorpaneel (Zie bladzijde 4).
Gebruik deze functie om het gewenste radioprogramma te
selecteren uit alle voorgeprogrammeerde Radio Data
Systeem zenders door middel van het programmatype.
Opmerkingen
• Gebruik de automatische voorprogrammeerfunctie om Radio Data
Systeem zenders voor te programmeren (Zie bladzijde 27).
Druk op eTUNER op de afstansbediening
om "TUNER" te selecteren als signaalbron.
2
Stem af op de gewenste Radio Data Systeem
zender.
Druk op wPTY SEEK MODE op de
afstandsbediening om dit toestel in de PTY
SEEK functie te zetten.
De naam van het geselecteerde programmatype of
"NEWS" zal gaan knipperen op de display van het
voorpaneel.
y
y
• Wij raden u aan om af te stemmen op Radio Data Systeem zenders
met behulp van de automatische voorprogrammeerfunctie (Zie
bladzijde 27).
• U kunt ook met de PTY SEEK functie afstemmen op de gewenste
voorgeprogrammeerde Radio Data Systeem zender.
Druk herhaaldelijk op wINFO op de
afstandsbediening om de gewenste Radio
Data Systeem weergavefunctie te selecteren.
PS
PTY
RT
3
Druk op iPRESET l / h op de
afstandsbediening om het gewenste
programmatype te selecteren.
De afstandsbediening van het geselecteerde
programmatype verschijnt op de display van het
voorpaneel.
CT
Programmatype
Frequentiedisplay
Keuze
PS
RT
Geeft het type van het ontvangen
Radio Data Systeem programma weer
dat momenteel wordt ontvangen.
Geeft de informatie van het ontvangen
Radio Data Systeem programma weer
dat momenteel wordt ontvangen.
Geeft de huidige tijd weer.
Nieuws
AFFAIRS
Actualiteiten
INFO
Algemene informatie
SPORT
Sports
EDUCATE
Educatief
DRAMA
Drama
CULTURE
Cultuur
SCIENCE
Wetenschap
VARIED
Licht amusement
POP M
Populaire muziek
ROCK M
Rock muziek
M.O.R. M
Middle-of-the-road muziek (easylistening)
29 Nl
Nederlands
CT
Geeft de naam van het ontvangen
Radio Data Systeem programma weer
dat momenteel wordt ontvangen.
NEWS
APPENDIX
PTY
Functie
Beschrijving
AANVULLENDE
INFORMATIE
2
• Om de PTY SEEK stand te annuleren, dient u nog eens op wPTY
SEEK MODE op de afstandsbediening te drukken.
GEAVANCEERD
E BEDIENING
1
1
BASISBEDIENING
• De Radio Data Systeem weergavefunctie varieert afhankelijk van het
huidige programmazender.
• Het kan even duren voor dit toestel alle Radio Data Systeem gegevens
heeft ontvangen van de zender in kwestie.
• Als de signalen niet goed genoeg kunnen worden ontvangen, is het
mogelijk dat dit toestel geen gebruik kan maken van de Radio Data
Systeem gegevens.
• Bij slechte ontvangst kunt u op ITUNING AUTO/MAN'L op het
voorpaneel drukken zodat de AUTO indicator verdwijnt van het display
op het voorpaneel.
y
VOORBEREIDIN
GEN
Selecteren van een Radio Data
Systeem programmatype (PTY SEEK
stand)
INLEIDING
Radio Data Systeem is een systeem voor gegevensoverdracht dat door FM zenders in een groot aantal landen worden
gebruikt. Dit toestel kan verschillende Radio Data Systeem gegevens ontvangen, zoals PS (programma service), PTY
(programma type), RT (radio tekst), CT (klok tijd) en EON (Enhanced Other Networks - Verbeterde service andere
netwerken) wanneer er wordt afgestemd op Radio Data Systeem zenders.
Radio Data Systeem ontvangst (alleen voor modellen uit Europa en Rusland)
Programmatype
4
Beschrijving
LIGHT M
Licht klassiek
CLASSICS
Klassiek
OTHER M
Overige muziek
Druk op wPTY SEEK START op de
afstandsbediening om alle
voorgeprogrammeerde Radio Data Systeem
zenders af te zoeken.
De naam van het geselecteerde programmatype en de
PTY HOLD indicator licht op op de display van het
voorpaneel.
y
• Om het zoeken naar geschikte zenders te annuleren, dient u nog
eens op wPTY SEEK START op de afstandsbediening te
drukken.
Opmerking
• Druk opnieuw op wPTY SEEK START om te blijven zoeken
naar een andere zender dat hetzelfde programma uitzendt.
Gebruiken van de dataservice voor
verbetering van het gebruik van
andere netwerken (EON)
Deze functie stelt u in staat te profiteren van de EON
(Enhanced Other Networks) gegevensservice van het
Radio Data Systeem netwerk. Wanneer u één van de 4
Radio Data Systeem programmatypes (NEWS, AFFAIRS,
INFO, of SPORT) heeft geselecteerd, zal dit toestel
automatisch een bepaalde tijd lang alle beschikbare
voorkeuzezenders afzoeken die EON gegevens uitzenden
naar een programma van het geselecteerde type. Wanneer
de geplande EON service begint, zal dit toestel
automatisch overschakelen naar de lokale zender die de
EON gegevens uitzendt en vervolgens terugschakelen naar
de nationale zender wanneer de EON gegevens ophouden.
Opmerkingen
• U kunt deze functie alleen gebruiken wanneer de EON gegevensservice
beschikbaar is.
• De EON indicator zal alleen oplichten op de display van het voorpaneel
wanneer de EON gegevensservice ontvangen wordt van een Radio Data
Systeem zender.
1
Stem af op de gewenste Radio Data Systeem
zender.
2
Controleer of de EON indicator brandt op de
display van het voorpaneel.
Als de EON indicator niet oplicht op de display, dient
u af te stemmen op een ander Radio Data Systeem
programma waarbij de EON indicator wel gaat
branden.
30 Nl
3
Druk herhaaldelijk op wEON op de
afstandsbediening om één van de 4 Radio
Data Systeem programmatypes (NEWS,
AFFAIRS, INFO of SPORT) te selecteren.
De naam van het geselecteerde programmatype
verschijnt op de display van het voorpaneel.
y
• Om de EON functie te annuleren, drukt u herhaaldelijk op wEON
op de afstandsbediening tot de naam van het programmatype
verdwijnt en "EON OFF" verschijnt op de display van het
voorpaneel.
GEAVANCEERDE BEDIENING
Ingestelde menu
Auto setup
AUTO SETUP
Via deze functie kunt u automatisch de luidspreker- en systeeminstellingen wijzigen (Zie bladzijde 16).
Handmatige setup
INLEIDING
U kunt de volgende parameters gebruiken in het ingestelde menu om een diversiteit aan systeeminstellingen af te stellen en de
manier waarop dit apparaat werkt aan te passen. Wijzig de begininstellingen om de behoeften van de luisteromgeving weer te geven.
MANUAL SETUP
■ Geluidmenu 1 SOUND MENU
Gebruik dit menu om handmatig de luidsprekerinstellingen af te stellen, de kwaliteit en de toon van het geluid dat door het systeem wordt weergegeven
te veranderen of vertragingen in de verwerking van het videosignaal te compenseren als u gebruik maakt van LCD-beeldschermen of projectors.
Parameter
Kenmerken
Bladz
ijde
Selecteer het formaat van elke luidspreker, de lage signaaltonen van de luidsprekers, de crossoverfrequentie en de locatie van de voor-luidsprekers die zijn aangesloten op de FRONT B uitgangen.
32
B)SP LEVEL
Stelt het uitgangsniveau van elke luidspreker in.
33
C)SP DISTANCE
Stelt de afstand van elke luidspreker in.
33
D)CENTER GEQ
Regelt de klankkleur (toon) van de midden-luidsprekers.
33
E)LFE LEVEL
Stelt het uitgangsniveau van het LFE kanaal voor Dolby Digital of DTS signalen in.
34
Stelt het dynamische bereik van Dolby Digital ofr DTS signalen in.
34
G)AUDIO SET
Stelt het dempniveau, de audiovertragingsinstellingen, het maximale volumeniveau en het aanvangsvolumeniveau in.
34
■ Ingangmenu 2 INPUT MENU
Gebruik dit menu om handmatig de ingangaansluitingen opnieuw aan te wijzen, selecteer de ingangstand of herbenoem de signaalbron.
Parameter
Kenmerken
Bladz
ijde
Wijst de ingangaansluitingen op dit apparaat aan volgens het gebruikte component.
34
B)INPUT RENAME
Wijzigt de naam van de signaalbron.
34
C)VOLUME TRIM
Stelt het uitgangsvolume van elke aansluiting in.
35
D)DECODER MODE
Selecteert de decoderstand voor de bronnen die zijn aangesloten op de DIGITAL INPUT-aansluitingen op
de achterkant van dit apparaat.
35
E)MULTI CH SET
Selcteer welke videosignaalbron als achtergrond worden weergegeven bij weergave van signalen die
binnenkomen via de MULTI CH INPUT aansluitingen.
35
AANVULLENDE
INFORMATIE
A)INPUT ASSIGN
GEAVANCEERDE
BEDIENING
F)D.RANGE
BASISBEDIENIN
G
A)SPEAKER SET
VOORBEREIDIN
GEN
Via deze functie kunt u met de hand de luidspreker- en systeeminstellingen wijzigen.
■ Optiemenu 3 OPTION MENU
Gebruik dit menu om handmatig de optionele systeemparameters aan te passen.
Kenmerken
Bladz
ijde
A)DISPLAY SET
Past de helderheid van de display van het voorpaneel aan.
35
B)MEMORY GUARD
Vergrendelt de parameters van het geluidsveldprogramma en andere ingestelde menu-instellingen.
35
C)AUDIO SELECT
Instellen van de standaard selectiefunctie voor de audio ingangsaansluiting voor signaalbronnen die zijn
verbonden met de DIGITAL INPUT aansluitingen wanneer u dit toestel aan zet.
36
D)PARAM. INI
Zet alle parameters van de geluidsveldprogramma's in op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
36
Nederlands
Signaalinformatie
APPENDIX
Parameter
SIGNAL INFO
Met deze functie kunt u informatie over het audiosignaal controleren (Zie bladzijde 21).
31 Nl
Ingestelde menu
Het ingestelde menu gebruiken
Gebruik de afstandsbediening voor toegang en afstelling
van elke parameter.
y
• U kunt de parameters van het ingestelde menu wijzigen terwijl het
apparaat geluid reproduceert.
1
2
Druk op kMENU op de afstandsbediening.
"AUTO SETUP" verschijnt op de display van het
voorpaneel.
Druk op ok / n om "MANUAL SETUP" te
selecteren.
. MANUAL SETUP
1 SOUND MENU
Gebruik dit menu om handmatig de luidsprekerinstellingen af te
stelen of de vertraging van de verwerking van het videosignaal te
compenseren als u LCD-beeldschermen of projectors gebruikt.
y
• Begininstellingen worden aangegeven met een (*) in elk van de volgende
parameters.
Luidsprekerinstellingen
Gebruik deze functie om met de hand de luidsprekerinstellingen wijzigen.
■ FRONT B luidspreker-instelling FRONT B
Gebruik deze functie om de locatie van de voor-luidsprekers die
zijn aangesloten op de FRONT B-aansluitingen, te selecteren.
Keuze
3
Druk op oENTER om naar "MANUAL
SETUP" te gaan.
"1 SOUND MENU" verschijnt op de display van het
voorpaneel.
Wanneer FRONT B-luidsprekers zich in de
hoofdruimte bevinden.
ZONE B
Wanneer FRONT B-luidsprekers zich in een andere
ruimte bevinden. Deze instelling dempt alle
luidsprekers in de hoofdruimte als FRONT B wordt
geselecteerd door CSPEAKERS.
Opmerkingen
Druk herhaaldelijk op ok / n en druk op
oENTER voor toegang tot het gewenste
menu.
De volgende menu's verschijnen op de display van
het voorpaneel als u herhaaldelijk drukt op ok / n.
1 SOUND MENU
2 INPUT MENU
3 OPTION MENU
5
6
7
Voorwaarde
FRONT*
1 SOUND MENU
4
A)SPEAKER SET
Druk herhaaldelijk op ok / n en druk op
oENTER voor toegang tot het gewenste
submenu.
• Herhaal deze stap om te navigeren naar de items
die u wilt afstellen.
• Om naar het vorige menuniveau terug te keren,
druk op qRETURN.
Druk op ok / n om de gewenste parameter
te selecteren en druk vervolgens op ol / h
om de parameteriwaarden te wijzigen.
• Druk op oh om de ingestelde waarde te
verhogen.
• Druk op ol om de ingestelde waarde te
verlagen.
Druk op kMENU om het ingestelde menu af
te sluiten.
• Indien u hoofdtelefoons aansluit op de PHONES-aansluiting op dit apparaat,
wordt het geluid uitgezonden vanaf beide hoofdtelefoons, en de FRONT Baansluitingen terwijl "FRONT B" wordt ingesteld op "ZONE B".
• Als een DSP-programma wordt geselecteerd als "FRONT B" is ingesteld
op "ZONE B", dan gaat dit apparaat automatisch naar de Virtual
CINEMA DSP-stand (Zie bladzijde 26).
■
Voor-luidsprekers, Midden-luidsprekers,
Surround links/rechts-luidsprekers
FRONT, CENTER, SUR. LR
Selecteer "LARGE (LRG)" of "SMALL (SML)"
afhankelijk van het formaat van uw luidspreker. Selecteer
"NONE" als de Midden-luidspreker of Surround
luidspreker niet is aangesloten.
Begininstelling:
FRONT: "LARGE"
CENTER: "SML"
SUR. LR: "SML"
Wooferdoorsnede van een luidspreker is 16 cm of
groter: LARGE (LRG)
Wooferdoorsnede van een luidspreker is kleiner dan
16 cm: SMALL (SML)
Opmerkingen
• Als "BASS OUT" is ingesteld op "FRONT" op deze pagina, dan kunt u
uitsluitend "LARGE" in "FRONT" kiezen. Indien "FRONT" van te voren
is ingesteld op een andere instelling dan "LARGE" dan wijzigt dit
apparaat de waarde automatisch naar "LARGE".
• Indien u "NONE" in "CENTER" selecteert, worden signalen voor het
middenkanaal naar de linker en rechter voor-luidsprekers gestuurd.
• Wanneer u "NONE" in "SUR. LR", dit apparaat keert automatisch in de
Virtual CINEMA DSP-stand (Zie bladzijde 26).
■ LFE/Weergave lage tonen BASS OUT
Gebruik deze functie om de luidsprekers te selecteren die de
LFE (Lage Frequentie Effecten) en de lage tonen weergeven.
y
• Als u niet tevreden bent met de door uw luidsprekers geproduceerde lage
tonen, kunt u deze instellingen aanpassen aan uw voorkeuren.
32 Nl
Ingestelde menu
LFE uitgangssignalen
Keuze
Opmerkingen
Voorluidsprekers
Subwoofer
Overige
luidsprekers
Uitgang
Geen uitgang
Geen uitgang
SWFR
Uitgang
Geen uitgang
Geen uitgang
FRONT
Geen uitgang
Uitgang
Geen uitgang
Uitgang lage frequentiesignalen
Luidsprekerafstand
C)SP DISTANCE
Met deze functie kunt u met de hand de afstand van elke
luidspreker tot de luisterplek invoeren en zo de vertraging
voor het bijbehorende kanaal instellen. Alle geluiden
worden afgesteld om tegelijkertijd bij de luisterpositie te
arriveren, ongeacht de afstand van elk van de luidsprekers.
Voorluidsprekers
Overige
luidsprekers
BOTH*
*1
*2
*3
SWFR
*4
*3
*3
Keuze
FRONT
Geen uitgang
*1
*3
meters*
Waneer u de afstanden van de luidsprekers in meters
instelt.
feet
Waneer u de afstanden van de luidsprekers in feet
instelt.
Opmerkingen
UNIT
Voorwaarde
■ Luidsprekerafstanden
Instelbereik: 0,30 t/m 24,00 m (10 bis 80,0 ft)
Instelstap: 0,10 m (0,5 ft)
Begininstelling:
FRONT L/FRONT R/SWFR: 3,00 m (10,0 ft)
CENTER: 2,60 m (8,5 ft)
SUR. L/SUR. R: 2,40 m (8,0 ft)
SP DISTANCE
Ingestelde luidspreker
FRONT L
Linker voor-luidspreker
Rechter voor-luidspreker
CENTER
Midden-luidspreker
• Alle frequenties onder de geselecteerde frequentie zullen naar de
subwoofer worden gedirigeerd of naar de luidsprekers die zijn ingesteld
op "LRG" (of "LARGE") in "SPEAKER SET" (zie pagina's 31 en 32).
SUR. L
Linker surround-luidspreker
SUR. R
Rechter surround-luidspreker
SWFR
Subwoofer
Keuze
Functie
NRM*
Keert de fase van uw subwoofer niet om.
REV
Keert de fase voor uw subwoofer om.
Luidsprekerniveau
B)SP LEVEL
SP LEVEL
Ingestelde luidspreker
Linker voor-luidspreker
FR
Rechter voor-luidspreker
C
Midden-luidspreker
SL
Linker surround-luidspreker
SR
Rechter surround-luidspreker
SWFR
Subwoofer
D)CENTER GEQ
Gebruik deze functie om de ingebouwde 5-frequentieband
(100Hz, 300Hz, 1kHz, 3kHz en 10kHz) grafische
equalizer af te stellen op een middenkanaal zodat
deklankkleur van de midden-luidsprekers overeenkomen
met die van de voor-luidsprekers.
Instelbereik: –6,0 dB tot 0 dB* tot +6,0 dB
Instelstap: 0,5 dB
y
• Druk op ok / n om een frequentieband te selecteren en ol / h om de
geselecteerde frequentieband af te stellen.
• U kunt instellen terwijl u luistert naar de huidige bron of testtoon.
Hierna volgt een voorbeeld waarbij "100Hz" is
geselecteerd als frequentieband.
100Hz--||--
Nederlands
FL
Grafische equalizer midden
APPENDIX
Via deze functie kunt u de het uitgangsniveau van elke
luidspreker handmatig aanpassen.
Instelbereik: –10 dB tot 0 dB* tot +10 dB
Instelstap: 1 dB
Opmerking
• Welke luidsprekerkanalen er beschikbaar zijn hangt mede af van de
luidsprekerinstellingen.
AANVULLENDE
INFORMATIE
FRONT R
Opmerking
■ Subwoofer fase SWFR PHASE
Als de lage tonen niet of onduidelijk worden weergegeven,
kunt u hiermee de fase van uw subwoofer omschakelen.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
■ Crossover CROSSOVER
Gebruik deze functie om een crossoverfrequentie van alle
luidsprekers te selecteren die zijn ingesteld op "SML" (of
"SMALL") of op "NONE" in "SPEAKER SET" (zie
pagina's 31 en 32).
Keuzes: 40Hz, 60Hz, 80Hz*, 90Hz, 100Hz, 110Hz,
120Hz, 160Hz, 200Hz
Apparaat
BASISBEDIENIN
G
*1 Produceert de lage frequentiesignalen van de voorkanalen en andere
luidsprekers die zijn ingesteld op "SML" of "NONE".
*2 Produceren altijd de lage frequentiesignalen van de voorkanalen.
*3 Produceren de lage frequentiesignalen als de afmetingen van de
luidsprekers zijn ingesteld op "LARGE" (of "LRG").
*4 Produceert de lage frequentiesignalen van de luidsprekers die zijn
ingesteld op "SML".
■
VOORBEREIDIN
GEN
Subwoofer
Keuze
INLEIDING
BOTH*
• Welke luidsprekerkanalen er beschikbaar zijn hangt mede af van de
luidsprekerinstellingen.
• Dit heeft geen invloed op opgenomen materiaal.
0
33 Nl
Ingestelde menu
■ Testtoon TEST
Gebruik deze functie om instellingen te maken voor
"CENTER GEQ" terwijl u luistert naar een testtoon.
Keuze
Functie
OFF*
Stopt de testtoon en geeft het huidige weer.
ON
Produceert de testtonen van de midden en linker luidsprekers.
Laagfrequentie effectniveau
E)LFE LEVEL
Deze functie stelt u in staat het volume (uitgangsniveau)
van het LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal aan te passen
aan de capaciteit van uw subwoofer of hoofdtelefoon.
Instelbereik: –20 dB tot 0 dB*
Instelstap: 1 dB
■ Luidspreker LFE SP LFE
Stelt het LFE niveau van de luidspreker af.
■ Hoofdtelefoon LFE HP LFE
Stelt het LFE niveau van de hoofdtelefoon af.
Opmerkingen
• Afhankelijk van de instellingen van "BASS OUT" (Zie bladzijde 32), is
het mogelijk dat sommige signalen niet via de SUBWOOFER OUTPUT
aansluitingen worden gereproduceerd.
• Het LFE kanaal zorgt voor de weergave van speciale effecten met zeer
lage tonen die alleen aan bepaalde passages worden toegevoegd.
• Deze instelling is effectief wanneer het ingangssignaal het LFE kanaal
bevat.
Dynamisch bereik
F)D.RANGE
Via deze functie kunt u instellen hoeveel het dynamisch
bereik moet worden gecomprimeerd voor uw luidsprekers
of uw hoofdtelefoon. Deze instelling is alleen effectief als
dit apparaat Dolby Digital en DTS signalen decodeert.
Keuze
Functie
MIN
Stelt het dynamisch bereik in op een beperkte waarde.
STD
Stelt het dynamisch bereik in op een gemiddelde waarde.
MAX*
Behoudt het grootste dynamische bereik.
■ Dynamisch bereik van de luidspreker
Instellen luidsprekercompressie.
Dynamisch bereik van de hoofdtelefoon
HP D.R
Stelt de hoofdtelefooncompressie in.
G)AUDIO SET
Gebruik deze functie om de algehele audio-instellingen
van dit apparaat mee in te stellen.
■ Demptype MUTE TYP.
U kunt zelf bepalen hoeveel het volume verlaagd moet
worden wanneer u deze functie gebruikt (Zie bladzijde 20).
Keuze
Functie
FULL*
Schakelt alle geluidsweergave tijdelijk uit.
-20dB
Verlaagt het huidige volume met 20 dB.
34 Nl
■ Maximum volume MAX VOL.
Gebruik deze functie om het maximum volumeniveau in
te stellen ongeacht het originele volumebereik. Deze
functie is nuttig om te voorkomen dat er hele harde
geluiden worden weergegeven.
Instelbereik: +16 dB*, +10 dB tot –30 dB
Instelstap: 5 dB
Opmerking
• De "MAX VOL." instelling krijgt voorrang boven de instelling voor "INI
VOL". Als bijvoorbeeld "INI.VOL." is ingesteld op –20 dB en "MAX
VOL." is ingesteld op –30 dB, dan wordt het volumeniveau automatisch
ingesteld op –30 dB wanneer u de volgende keer het toestel weer aan zet.
■ Beginvolume INI.VOL.
Gebruik deze functie om in te stellen wat het volume moet
worden wanneer dit toestel aan wordt gezet.
Keuzes: Off*, –80 dB tot +16 dB
Instelstap: 1 dB
Opmerking
• De "MAX VOL." instelling krijgt voorrang boven de instelling voor
"INI. VOL".
2 INPUT MENU
Gebruik dit menu om de ingangaansluitingen opnieuw aan
te wijzen, selecteer de ingangstand of herbenoem de
signaalbron.
y
• Begininstellingen worden aangegeven met een (*) in elk van de volgende
parameters.
Invoeraanwijzing
A)INPUT ASSIGN
U kunt de ingangsaansluitingen toewijzen aan andere
componenten als de begininstellingen van dit toestel niet
overeenkomen met uw voorkeuren.
SP D.R
■
Audioinstellingen
■ Audiovertraging A.DELAY
Gebruik deze functie om de geluidsuitvoer te vertragen en
te synchroniseren met het videobeeld. Dit kan bij bepaalde
LCD-beeldschermen of projectors nodig zijn.
Instelbereik: 0 ms* tot 160 ms
Instelstap: 1 ms
Keuzes: CD, MD/CD-R, DVD, DTV/CBL, V-AUX, DVR
Begininstelling:
IN (1) (COAXIAL-aansluiting): DVD
IN (2) (OPTICAL (DTV/CBL)-aansluiting): DTV/
CBL
IN (3) (OPTICAL (CD)-aansluiting): CD
Opmerkingen
• U kunt niet vaker dan één keer een specifiek item selecteren.
• U kunt niet dezelfde signaalbron toewijzen aan zowel "IN (2)" en "IN (3)".
Als u bijvoorbeeld "CD" toewijst aan "IN (2)", "–––" verschijnt in "IN (3)".
• Wanneer de ingangaansluitingen opnieuw zijn toegewezen, kunt u de
bijbehorende component selecteren met gebruik van NINPUT l / h
(of de ingangselectietoetsen (e) oo de afstandsbediening).
Ingangnaam
B)INPUT RENAME
Met deze functie kunt u de namen van de ingangsbronnen
veranderen zoals die op het display van het voorpaneel
verschijnen.
Ingestelde menu
Het volgende is een voorbeeld waarbij "DVD" is
hernoemd in "My DVD".
DVR
1
DTV/CBL pDVD
MD/CD-R
TUNER
CD
My DVD
Druk op een van de invoerselectietoetsen (e)
of fMULTI CH IN om de signaalbron te
selecteren waar u de naam van wilt wijzigen.
Druk op ol / h op de afstandsbediening
om de "_" (onderstreept) onder de spatie of
het teken te plaatsen dat u wilt bewerken.
3
Kies met ok / n het teken dat u wilt
gebruiken en ga vervolgens met ol / h
naar de volgende spatie.
Druk op kMENU om "INPUT RENAME" af te
sluiten.
C)VOLUME TRIM
■ BGV BGV
Gebruik deze functie om te kiezen welke videosignaalbron
als achtergrond zal worden weergegeven bij weergave van
signalen die binnenkomen van de MULTI CH INPUT
aansluitingen.
Keuzes: LAST*, DVR, V-AUX, DTV/CBL, DVD
y
• Selecteer "LAST" om dit apparaat automatisch de laatst geselecteerde
videbron als achtergrond videobron te selecteren.
D)DECODER MODE
■ Decoderselectiestand
Met deze functie kunt u een bepaalde decoderfunctie
standaard instellen voor de signaalbronnen die zijn
aangesloten op de DIGITAL INPUT aansluitingen.
AUTO*
Detecteert automatisch het type ingangssignaal en
selecteert de juiste decoderfunctie.
LAST
Selecteert automatisch de laatste decoderstand die
werd gebruikt met de signaalbron in kwestie.
y
• Begininstellingen worden aangegeven met een (*) in elk van de volgende
parameters.
Weergaveinstellingen
A)DISPLAY SET
■ Dimmer DIMMER
Hiermee kunt u de helderheid van de display op het
voorpaneel instellen.
Instelbereik: –4 tot 0*
Instelstap: 1
• Druk op ol pm de display van het voorpaneel te
dimmen.
• Druk op oh pm de display van het voorpaneel
helderder te maken.
Geheugenbeveiliging
B)MEMORY GUARD
■ Geheugenbeveiliging MEM.GUARD
Met deze functie kunt u voorkomen dat de DSP
programma parameterwaarden en andere
systeeminstellingen per abuis gewijzigd worden.
Keuze
Functie
OFF*
Schakelt de "MEM.GUARD" functie uit.
ON
Beschermt:
– geluidsveldprogrammaparameters
– alle ingestelde menu-onderdelen
– SCENE-sjabloonparameters
Opmerking
• Wanneer "MEM.GUARD" is ingesteld op "ON", kunt u geen andere
ingestelde menu-onderdelen selecteren en aanpassen.
35 Nl
Nederlands
Functie
Gebruik dit menu om de optionele systeemparameters aan
te passen.
APPENDIX
Druk op een van de invoerselectietoetsen (e) of
vMULTI CH IN om de signaalbron te
selecteren waarvan u het niveau van wilt
wijzigen.
Keuzes: CD, TUNER, MD/CD-R, DVD, DTV/CBL,
V-AUX, DVR, MULTI CH IN
Instelbereik: –6,0 tot 0,0* tot +6,0 dB
Instelstap: 1,0 dB
Keuze
Multikanaals ingangsetup
E)MULTI CH SET
AANVULLENDE
INFORMATIE
Gebruik deze functie om het niveau van de
signaalweergave bij elke aansluiting aan te passsen. Dit
komt van pas wanneer u wilt vermijden dat het volume
plotseling verandert wanneer u overschakelt naar een
andere signaalbron.
Decoderstand
Hiermee kunt u een DTS-CD afspelen.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Herhaal de stappen 1 t/m 3 als u de namen
voor elke signaalbron wilt veranderen.
Volume trimmen
DTS
BASISBEDIENIN
G
5
Functie
Detecteert automatisch het type ingangssignaal en
selecteert de juiste ingangstand.
3 OPTION MENU
Opmerkingen
• U kunt maximaal 8 tekens gebruiken voor elke signaalbron.
• Druk op on om de tekens als volgt te laten veranderen, of druk op
ok om deze reeks in omgekeerde volgorde te doorlopen:
A tot Z, een spatie, 0 tot 9, een spatie, a tot z, een spatie, symbolen
(#, *, –, +, etc.)
4
Keuze
AUTO*
VOORBEREIDIN
GEN
2
DTS decoder voorkeurinstelling
INLEIDING
DVD
V-AUX
■
Ingestelde menu
Audioselectie
C)AUDIO SELECT
Gebruik deze functie om de standaard audio
ingangaansluiting selectieinstelling voor de
signaalbronnen toe te wijzen.
Keuze
Functie
AUTO*
Detecteert automatisch het type ingangssignaal en
selecteert de juiste ingangstand.
LAST
Selecteert automatisch de laatste ingangaansluiting
voor de aangesloten signaalbron (Zie bladzijde 19).
Parameterinitialisatie
D)PARAM. INI
Gebruik deze functie om alle parameters van de
geluidsveldprogramma's in te stellen op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Keuze
Functie
NO*
Annuleert de parameterinitialisatie en keert terug naar
het vorige menuniveau.
YES
Zet alle geluidsveldparameters in op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Opmerkingen
• U kunt niet automatisch naar de vorige parameterinstellingen terugkeren
als u eenmaal de parameters van het geluidsveldprogramma heeft
geïnitialiseerd.
• U kunt niet apart individuele geluidsveldprogramma's initialiseren.
36 Nl
Geavanceerde setup
Dit toestel heeft extra menu's die worden getoond op het display op het voorpaneel. Het uitgebreide instelmenu biedt
aanvullende handelingen om de manier waarop dit toestel functioneert aan te passen. Verander de begininstellingen
(aangeduid met (*) in de volgende parameter) op basis van uw voorkeuren van uw luisteromgeving.
• Alleen ASTANDBY/ON, LPROGRAM l / h en
MSTRAIGHT zijn effectief als u het uitgebreide instelmenu gebruikt.
• Er kunnen geen andere handelingen worden verricht terwijl u het
uitgebreide instelmenu aan het gebruiken bent.
• Het uitgebreide instelmenu is alleen beschikbaar via de display op het
voorpaneel.
Druk op ASTANDBY/ON op het voorpaneel
om dit toestel in standby te zetten.
3
Druk op LPROGRAM l / h om de
parameter te selecteren die u wilt aanpassen.
De naam van de geselecteerde parameter verschijnt
op het display op het voorpaneel.
4
Druk herhaaldelijk op MSTRAIGHT om de
geselecteerde parameterinstelling te
wijzigen.
5
Druk op ASTANDBY/ON om uw selectie te
bevestigen en zet dit toestel in standby.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Houd KTONE CONTROL ingedrukt en druk
dan op ASTANDBY/ON om het apparaat
aan te zetten.
Het toestel wordt ingeschakeld, en het uitgebreide
instelmenu zal verschijnen op de display van het
voorpaneel.
BASISBEDIENIN
G
2
Opmerking
• De oorspronkelijke fabrieksinstellingen worden weer van kracht wanneer
het toestel de volgende keer wordt ingeschakeld.
VOORBEREIDIN
GEN
1
■ Initialiseren PRESET
Met deze functie kunt u alle parameters van dit toestel
terugzetten op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Keuzes: CANCEL*, RESET
• Selecteer "CANCEL" om geen parameters van dit
apparaat te resetten.
• Selecteer "RESET" om parameters van dit apparaat te
resetten.
INLEIDING
Opmerkingen
AANVULLENDE
INFORMATIE
y
• De gewijzigde instellingen worden van kracht zodra u dit toestel de
volgende keer aan zet.
APPENDIX
Nederlands
37 Nl
AANVULLENDE INFORMATIE
Oplossen van problemen
Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld
staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde Yamaha dealer of servicecentrum.
■
Algemeen
Probleem
Het toestel gaat niet
aan, of gaat direct
weer uit (standby)
zodra de stroom
wordt ingeschakeld.
Geen geluid
Het geluid valt
plotseling uit.
Er klinkt alleen geluid
uit de luidspreker aan
één kant.
38 Nl
Oorzaak
Oplossing
Zie
bladzijde
Het netsnoer of de stekker is niet of niet
goed aangesloten.
Sluit het netsnoer op de juiste manier aan.
—
De beveiliging is in werking getreden.
Controleer of alle luidsprekerbedrading, op het toestel
en op de luidsprekers zelf, op de juiste manier is
aangesloten en dat de draden geen contact maken met
andere dingen dan de bijbehorende aansluitingen.
9
Het toestel heeft blootgestaan aan een
sterke, externe elektrische schok
(bijvoorbeeld een blikseminslag of een
ontlading van statische elektriciteit).
Zet het toestel uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact, wacht 30 seconden voor u de stekker
weer terug doet en probeer het toestel vervolgens
weer gewoon te gebruiken.
—
In- of uitgangskabels niet op de juiste
manier aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem
niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels.
Er is geen juiste audio
ingangsaansluitingselectie ingesteld.
Stel een juiste audio ingangsaansluitingselectie in.
Er is geen geschikte signaalbron
geselecteerd.
Selecteer een juist ingangsignaal met N INPUT l /
h op het voorpaneel (of de signaalselectietoetsen
(e) op de afstandsbediening).
De luidsprekers zijn niet goed aangesloten.
Sluit de luidsprekers op de juiste manier aan.
9
De voor-luidsprekers die moeten worden
gebruikt, zijn niet goed geselecteerd.
Selecteer de voor-luidsprekers met CSPEAKERS.
19
Het volume staat uit.
Zet het volume hoger.
—
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Druk op hMUTE of gVOLUME +/– op de
afstandsbediening om de geluidsweergave te
herstellen en het volume te kunnen regelen.
20
Er worden signalen van een broncomponent
ontvangen die dit toestel niet kan weergeven,
zoals van een CD-ROM.
Gebruik een signaalbron waarvan de signalen wel
door dit toestel kunnen worden gereproduceerd.
—
Audiosignalen die binnenkomen via de
HDMI-aansluiting worden niet uitgezonden
via een luidsprekeraansluiting.
Maak naast de HDMI-aansluiting ook een analoge of
digitale aansluiting.
—
De instelling van de aangesloten
component is onjuist.
Volg de handleiding van de apparatuur in kwestie en
maak de vereiste instelling.
—
De beveiliging is in werking getreden
vanwege kortsluiting enz.
Controleer of de luidsprekerbedrading nergens kortsluiting
maakt en zet vervolgens het toestel weer aan.
—
De slaaptimer heeft het toestel uitgeschakeld.
Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron weer af.
—
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Druk op hMUTE of gVOLUME +/– op de
afstandsbediening om de geluidsweergave te hervatten.
20
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem
niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels.
10-14
Onjuiste instellingen in "SP LEVEL".
Pas de "SP LEVEL" instellingen aan.
10-13
36
18, 19
33
Oplossen van problemen
Probleem
Oorzaak
Oplossing
Zie
bladzijde
Wanneer er een mono bronsignaal wordt
weergegeven met een CINEMA DSP programma,
zal dit signaal via het middenkanaal worden
weergegeven, terwijl alleen eventuele door het
programma toegevoegde effecten via de voor- en
surround-luidsprekers worden geproduceerd.
Er klinkt geen geluid
uit de middenluidspreker.
"CENTER" in "SPEAKER SET" wordt
ingesteld op "NONE".
Zet "CENTER" op "SML" of "LRG".
32
Sommige geluidsveldprogramma's geven geen
geluiden weer van de middenluidspreker.
Probeer een ander geluidsveldprogramma.
25
Er klinkt geen geluid
uit de surroundluidsprekers.
"SUR. LR" in "SPEAKER SET" is
ingesteld op "NONE".
Stel "SUR. LR" in op "SML" of "LRG".
32
Dit toestel staat in de "STRAIGHT" stand
en er wordt mono materiaal weergegeven.
Druk op M STRAIGHT op het voorpaneel zodat
"STRAIGHT" van het display op het voorpaneel verdwijnt.
26
Er klinkt geen geluid
uit de subwoofer.
"BASS OUT" in "SPEAKER SET" is
ingesteld op "FRONT" terwijl er een Dolby
Digital of DTS-signaal wordt weergegeven.
Zet "BASS OUT" op "SWFR" of "BOTH".
32
"BASS OUT" in "SPEAKER SET" is
ingesteld op "SWFR" of "FRONT" als een
2-kanaals bron wordt afgespeeld.
Zet "BASS OUT" op "BOTH".
32
INLEIDING
Er wordt alleen flink
geluid geproduceerd
door de middenluidspreker.
Zet de selectiefunctie voor de audio
ingangsaansluiting op "AUTO".
19
U hoort een zeker
gebrom.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Sluit de audiokabels stevig en op de juiste manier aan.
Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat
er iets mis is met de kabels.
—
Het volume kan niet
worden verhoogd, of
het geluid klinkt
vervormd.
U probeert het volumeniveau hoger in te
stellen dan het maximale volumeniveau.
Stel de "MAX VOL." instelling af.
34
De op de AUDIO OUT (REC) aansluiting van
dit toestel aangesloten component staat uit.
Zet de betreffende component aan.
—
Geluidseffecten
worden niet
opgenomen.
Het is niet mogelijk door het toestel
toegevoegde effecten op te nemen met
aangesloten opname-apparatuur.
Er kan niet worden
opgenomen door analoge
opname-apparatuur die is
aangesloten op de AUDIO
OUT (REC) aansluiting.
De signaalbron is niet aangesloten op de
analoge AUDIO IN aansluitingen van dit
toestel.
Sluit de signaalbron aan op de analoge AUDIO IN
aansluitingen.
13
De
geluidsveldparameter
s en sommige andere
instellingen van dit
toestel kunnen niet
worden gewijzigd.
"MEM.GUARD" in "OPTION MENU" is
ingesteld op "ON".
Zet "MEM.GUARD" op "OFF".
35
Nederlands
De selectiefunctie voor de audio
ingangsaansluiting staat op "ANALOG".
APPENDIX
—
AANVULLENDE
INFORMATIE
Volg de handleiding van de apparatuur in kwestie en
maak de vereiste instellingen.
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Het aangesloten component is niet correct
ingesteld voor het produceren van Dolby
Digital of DTS digitale signalen.
BASISBEDIENIN
G
Dolby Digital of DTSgeluidsbronnen kunnen
niet worden afgespeeld.
(De Dolby Digital of DTS
indicator op de display
van het voorpaneel licht
niet op.)
VOORBEREIDIN
GEN
De bron bevat geen zeer lage bastonen.
39 Nl
Oplossen van problemen
Oorzaak
Het toestel
functioneert niet naar
behoren.
De interne microcomputer is vastgelopen
door een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading
van statische elektriciteit) of door een te
laag voltage van de stroomvoorziening.
Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na
ongeveer 30 seconden weer terug.
—
"CHECK SP WIRES"
verschijnt op de display
van het voorpaneel.
De luidsprekerbedrading maakt
kortsluiting.
Controleer of alle luidsprekerkabels op de juiste
manier zijn aangesloten.
9
U ondervindt storing van
digitale of andere
apparatuur die
radiogolven gegenereert.
Dit toestel staat te dicht bij de digitale of
hoogfrequente apparatuur.
Zet het toestel verder bij dergelijke apparatuur
vandaan.
—
De beeldweergave
wordt gestoord.
De videobron maakt gebruik van
gescramblede of gecodeerde signalen om
kopiëren tegen te gaan.
Het toestel gaat
plotseling uit
(standby).
De interne temperatuur is te hoog opgelopen en
de oververhittingsbeveiliging is in werking
getreden.
Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel afgekoeld is voor
u het weer aan zet.
—
Virtual CINEMA DSP
is niet ingesteld.
SILENT CINEMA is
niet ingesteld.
■
Oplossing
Zie
bladzijde
Probleem
"MULTI CH" is geselecteerd als signaalbron.
Selecteer een andere signaalbron dan "MULTI CH".
18
Hoofdtelefoons zijn aangesloten op de
PHONES aansluiting.
Haal de stekker van de hoofdtelefoon uit de
PHONES-aansluiting.
—
Dit apparaat bevindt zich in de "5ch
Stereo" stand.
Ga uit de "5ch Stereo"-stand.
25
"MULTI CH" is geselecteerd als signaalbron.
Selecteer een andere signaalbron dan "MULTI CH".
18
Het toestel is in de "2ch Stereo",
"STRAIGHT" of "Music Enh. 2ch"-stand.
Verlaat de "2ch Stereo", "STRAIGHT" of "Music
Enh. 2ch"-stand.
25
Tuner
FM
40 Nl
Oplossing
Zie
bladzijde
Probleem
Oorzaak
Veel ruis in de FM
stereo-ontvangst.
Dit probleem is inherent aan FM
stereo-uitzendingen wanneer de zender
te ver weg is of het ontvangstsignaal
dat binnenkomt via de antenne niet
sterk genoeg is.
Controleer de aansluitingen van de antenne.
15
Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige
FM antenne.
—
Stem met de hand af.
27
Er is vervorming en ook een
betere FM antenne zorgt niet
voor een betere ontvangst.
U ondervindt interferentie doordat
hetzelfde signaal op verschillende
manieren ontvangen wordt.
Verander de opstelling van de antenne zodat u
van deze interferentie geen last meer hebt.
—
Er kan niet automatisch
worden afgestemd op
de gewenste zender.
Het radiosignaal is te zwak.
Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige
FM antenne.
—
Stem met de hand af.
27
Er kan niet langer worden
afgestemd op eerder
voorgeprogrammeerde
zenders.
Het toestel is te lang zonder stroom
geweest.
Selecteren van voorkeuzezenders.
27
"...WAIT" of "CT WAIT"
verschijnt op het
voorpaneel
De signaalsterkte wordt verzwakt als
dit toestel Radio Data
Systeemgegevens ontvangt.
Controleer de aansluitingen van de antenne.
15
Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige
FM antenne.
—
Stem met de hand af.
27
Oplossen van problemen
Probleem
Er kan niet automatisch
worden afgestemd op
de gewenste zender.
Het signaal is te zwak of de antenne is
los.
U hoort doorlopend
gekraak en gesis.
U hoort gezoem en gefluit.
Zie
bladzijde
Controleer de aansluitingen van de AM ringantenne
en stel deze zo op dat u de beste ontvangst verkrijgt.
—
Stem met de hand af.
27
Geluiden die het gevolg zijn van bliksem,
TL-verlichting, motoren, thermostaten en
andere elektrische apparatuur.
Gebruik een buitenantenne en een goede aarding.
Dit kan in sommige gevallen helpen, maar het blijft
moeilijk om alle storingsbronnen te elimineren.
—
Er wordt in de buurt van het toestel een
TV gebruikt.
Zet dit toestel verder bij de TV vandaan.
—
AUTO SETUP
Voor AUTO SETUP
Foutmelding
Oorzaak
Oplossing
Zie
bladzijde
De optimalisatie-microfoon is niet
aangesloten.
Verbind de meegeleverde optimalisatie-microfoon met
de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel.
16
Unplug HP!
Er is een hoofdtelefoon aangesloten.
Maak de hoofdtelefoon los.
—
Tijdens AUTO SETUP
Foutmelding
NO FRONT L SP
NO SUR.L SP
NO SUR.R SP
NOISY
Oplossing
Zie
bladzijde
Controleer de aansluitingen van de L/R voorluidsprekers.
9
Er wordt geen signaal voor een
surroundkanaal gedetecteerd.
Controleer de aansluitingen van de surroundluidspreker.
9
Teveel geluiden op de achtergrond.
Probeer de "AUTO SETUP" onder stille
omstandigheden.
—
Zet lawaaiige elektrische apparatuur zoals airconditioners uit, of zet ze uit de buurt van de
optimalisatie-microfoon.
—
NO MIC
De optimalisatie-microfoon is losgeraakt
tijdens de "AUTO SETUP" procedure.
Verbind de meegeleverde optimalisatie-microfoon met
de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel.
16
USER CANCEL
De "AUTO SETUP" procedure is
geannuleerd door iets wat de gebruiker
gedaan heeft.
Doe de "AUTO SETUP" nog eens.
16
AANVULLENDE
INFORMATIE
Er worden geen L/R voorkanaalsignalen
gedetecteerd.
GEAVANCEERD
E BEDIENING
NO FRONT R SP
Oorzaak
BASISBEDIENIN
G
Connect MIC!
VOORBEREIDIN
GEN
■
Oplossing
INLEIDING
AM
Oorzaak
APPENDIX
Nederlands
41 Nl
Oplossen van problemen
Na AUTO SETUP
Waarschuwing
Oorzaak
Oplossing
Zie
bladzijde
PHASE REVERSED
De polariteit van de luidspreker is niet
correct. Deze melding kan, afhankelijk van
de luidspreker in kwestie, ook verschijnen
wanneer deze toch correct is aangesloten.
Controleer de polariteit van de
luidsprekeraansluitingen (+ of –).
9
DISTANCE ERROR
De afstand tussen de luidspreker die het
dichtste bij staat en de luidspreker die het
verste weg is, bevindt zich buiten het
instelbare bereik.
Zet de luidspreker dichter bij de luisterplek.
—
LEVEL ERROR
Er is teveel volumeverschil tussen de
luidsprekers. (Er is geen niveaucorrectie
uitgevoerd.)
Indien "SWFR:TOO LOUD" of "SWFR:TOO LOW"
verschijnt, dient u het weergavevolume van de
subwoofer af te stellen.
16
Verander de opstelling van de luidsprekers zodat alle
luidsprekers in vergelijkbare omstandigheden verkeren.
—
Controleer de aansluitingen van de luidspreker.
9
Gebruik luidsprekers van vergelijkbare kwaliteit.
—
Opmerkingen
• Als de "ERROR" of "WARNING" schermen verschijnen, dient u de oorzaak van het probleem op te sporen en te corrigeren en vervolgens de "AUTO
SETUP" opnieuw uit te voeren.
• Als een waarschuwingsbericht "PHASE REVERSED" verschijnt, worden correcties uitgevoerd, maar deze zijn mogelijk niet optimaal.
• Als een waarschuwingsbericht "DISTANCE ERROR" of "LEVEL ERROR" verschijnt, worden er geen correcties uitgevoerd.
■
Afstandsbediening
Probleem
De afstandsbediening
werkt niet of niet naar
behoren.
Oorzaak
Oplossing
Zie
bladzijde
Te ver weg of onder te scherpe hoek
gebruikt.
De afstandsbediening werkt binnen een maximaal
bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten
opzichte van loodrecht op het voorpaneel.
8
Direct zonlicht of sterke verlichting (vooral
van TL lampen enz.) valt op de sensor voor
de afstandsbediening van dit toestel.
Stel het toestel anders op.
—
De batterijen raken leeg.
Vervang alle batterijen.
8
Ook als de juiste afstandsbedieningscode
is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde
modellen niet goed reageren op de
afstandsbediening.
■ Resetten van het systeem
Met deze functie kunt u alle parameters van dit toestel terugzetten op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen. Voor meer
informatie over het resetten van het systeem, zie "Initialiseren" in "Geavanceerde setup" op pagina 37.
42 Nl
Woordenlijst
■
Audio-informatie
Dolby Digital
Dolby Surround
LFE 0.1 kanaal
Dit kanaal reproduceert de zeer lage bastonen. Het frequentiebereik
voor dit kanaal is 20 Hz t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt meestal als 0.1
geteld omdat niet het volledige frequentiebereik wordt weergegeven,
zoals de andere 5 kanalen in een Dolby Digital of DTS 5.1kanaalssystemen.
PCM (Lineair PCM)
SILENT CINEMA
Yamaha heeft een natuurlijk en realistisch DSP
geluidsveldprogramma ontwikkeld voor hoofdtelefoons. Voor elk
apart geluidsveldprogramma zijn parameters voor weergave via een
hoofdtelefoon opgenomen zodat alle geluidsveldprogramma's
natuurgetrouw kunnen worden weergegeven.
Virtual CINEMA DSP
Yamaha heeft een Virtual CINEMA DSP geluidsveldprogramma
ontwikkeld dat u ook zonder surround-luidsprekers in staat stelt te
profiteren van DSP geluidsveld surroundeffecten door middel van
virtuele surround-luidsprekers. U kunt Virtual CINEMA DSP zelfs
gebruiken op een minimaal systeem met slechts twee luidsprekers
zonder midden-luidspreker.
■
Video informatie
Component videosignaal
In een component video systeem wordt het videosignaal gescheiden in
een Y signaal voor de luminantie en in PB en PR signalen voor de
kleuren. Dit systeem zorgt voor een betere kleurweergave omdat elk
van deze signalen onafhankelijk is van de andere. Componentsignalen
worden ook wel "kleurverschilsignalen" genoemd omdat het
luminantiesignaal wordt afgetrokken van het kleursignaal. U heeft een
monitor met component ingangsaansluitingen nodig om component
videosignalen te kunnen weergeven.
Composiet videosignaal
Een composiet videosignaal bestaat uit alle drie de basiselementen
van het videobeeld: kleur, helderheid en synchronisatiegegevens. Een
composiet video-aansluiting op een videocomponent geeft deze drie
elementen gecombineerd door.
Nederlands
Lineair PCM is een signaalformaat voor het ongecomprimeerd
digitaliseren, opnemen en overbrengen van analoge audiosignalen. Dit
wordt gebruikt als opnamemethode van CD's en DVD audio. Het
PCM systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het analoge
signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De afkorting staat voor
"Puls Code Modulatie", het analoge signaal wordt gecodeerd als
pulsjes en dan gemoduleerd voor opname.
APPENDIX
DTS digitale surroundweergave is ontwikkeld om de analoge
filmsoundtracks te vervangen door een 5.1-kanaals digitale soundtrack
en is over de hele wereld bezig aan een opmars in de bioscoop. DTS, Inc.
heeft tevens een thuisbioscoopsysteem ontwikkeld zodat u gewoon thuis
kunt profiteren van de verbluffende DTS digitale surroundweergave. Dit
systeem produceert een vrijwel vervormingsvrije weergave via 5.1
kanalen (dat wil zeggen; links en rechts, midden, 2 surround, en een LFE
0.1 kanaal als subwoofer voor in totaal 5.1 kanalen).
Daar de Dolby Surround en DTS systemen oorspronkelijk bedoeld
waren voor de bioscoop, werken deze systemen het best in een
theatrale ruimte met een heleboel luidsprekers opgesteld voor het
maximale akoestische effect. Maar de omstandigheden bij mensen
thuis, de afmetingen van de kamer, het materiaal waar de muur van
gemaakt is, het aantal luidsprekers enz., zijn zo verschillend, dat de
weergave ook anders wordt. Op basis van een schat aan feitelijk
gemeten gegevens, gebruikt Yamaha CINEMA DSP de Yamaha
originele DSP technologie om Dolby Pro Logic, Dolby Digital en
DTS systemen te combineren, om de audiovisuele ervaring van een
bioscoop in de luisterruimte van uw eigen huis te leveren.
AANVULLENDE
INFORMATIE
DTS Digital Surround
CINEMA DSP
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Dolby Surround maakt gebruik van een 4-kanaals analoog
opnamesysteem voor de reproductie van realistische en dynamische
geluidseffecten: 2 voorkanalen, links en rechts (stereo), een
middenkanaal voor gesproken tekst (mono) en een surroundkanaal
voor speciale geluidseffecten (mono). Het surroundkanaal
reproduceert geluid binnen een nauw begrensd frequentiebereik.
Dolby Surround wordt veel gebruikt op videobanden en laserdiscs en
ook wel bij TV- en kabelprogramma's. De in dit toestel ingebouwde
Dolby Pro Logic decoder maakt gebruik van een digitale
signaalverwerking die automatisch het volume van de verschillende
kanalen stabiliseert om de richtingsgevoeligheid en de weergave van
bewegende geluidsbronnen te verbeteren.
Geluidsveldprogramma informatie
BASISBEDIENIN
G
Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek voor de grote
hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround materiaal. Deze nieuwe
technologie maakt gescheiden 5-kanaals weergave mogelijk met 2
voorkanalen, links en rechts, 1 middenkanaal en 2 surroundkanalen,
links en rechts, in plaats van slechts 1 surroundkanaal bij conventionele
Pro Logic weergave. Er zijn drie standen beschikbaar: Een "Music
mode" voor muziekbronnen, "Movie mode" voor filmbronnen en een
"Game mode" voor gamebronnen.
■
VOORBEREIDIN
GEN
Dolby Pro Logic II
Bij het digitaliseren van een analoog audiosignaal wordt het aantal
keren dat het signaal per seconde wordt gemeten de
bemonsteringsfrequentie genoemd en de gedetailleerdheid waarmee
het geluid in een numerieke waarde wordt omgezet, het aantal
kwantisatiebits. Het frequentiebereik dat kan worden weergegeven is
gebaseerd op de bemonsteringsfrequentie, terwijl het dynamisch
bereik, het verschil tussen het zachtste en het hardste geluid, bepaald
wordt door het aantal kwantisatiebits. In principe is het zo dat hoe
hoger de bemonsteringsfrequentie is, hoe groter het aantal tonen is dat
kan worden weergegeven, en hoe hoger het aantal kwantisatiebits is,
hoe precieser het geluidsniveau kan worden gereproduceerd.
INLEIDING
Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem met volledig van elkaar
gescheiden multikanaals audio. Met 3 voorkanalen (links, midden en
rechts), en 2 surround-stereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5
audiokanalen met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal
speciaal voor de zeer lage tonen, het zogenaamde LFE (Lage Frequentie
Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal 5.1 kanalen (het LFE kanaal
wordt als 0.1 kanaal geteld). Door 2-kanaals stereo voor de surroundluidsprekers te gebruiken is er een betere weergave van bewegende
geluidsbronnen en een beter algeheel surroundeffect mogelijk dan bij
Dolby Surround. Het grote dynamische bereik (van het zachtste tot het
hardste geluid dat nog kan worden weergegeven) van de 5 kanalen met
het volle frequentiebereik en de precieze plaatsing van het geluid door
de digitale verwerking biedt de luisteraar een ongehoord realistische
weergave. Met dit toestel kunt u zelf kiezen wat voor weergave u wilt
horen, van mono tot 5.1 kanaals weergave, u vraagt, wij draaien.
Bemonsteringsfrequentie en aantal kwantisatiebits
43 Nl
Technische gegevens
AUDIO GEDEELTE
• Minimum RMS uitgangsvermogen voor, midden,surround
1 kHz, 0,9% THD, 6 Ω .................................................. 100 W/ch
• Maximum vermogen (JEITA)
1 kHz, 10% THD, 6 Ω ....................................................135 W/ch
• MAX vermogen per kanaal
1 kHz, 0,7% THD, 4 Ω ......................................... 105 W of meer
• IEC vermogen
1 kHz, 0,1% THD, 6 Ω ........................................... 90 W of meer
• Dynamisch vermogen
(IHF, 6/4/2 Ω) ....................................................... 105/130/150 W
• Dynamisch bereik
8 Ω ..................................................................................... 0,41 dB
• Frequentierespons
CD, etc. tot Voor ................................ 10 Hz tot 100 kHz, 0/–3 dB
V-AUX tot Voor ................................... 10 Hz tot 20 kHz, 0/–3 dB
• Totale harmonische vervorming
CD, etc. (2ch stereo) naar Front SP OUT, 1 kHz, 50 W/6 Ω
.......................................................................... 0,06% of minder
• Signaal-ruis verhouding (IHF-A netwerk)
CD, etc. (STEREO) Invoer verkort
250 mV................................................................ 100 dB of meer
200 mV.................................................................. 98 dB of meer
• Restruis (IHF-A netwerk)
L/R voor ............................................................ 170 µV of minder
• Kanaalscheiding
CD, etc. Invoer 5.1 kΩ verkort (1 kHz/10 kHz)
................................................................... 60 dB/45 dB of meer
• Toonregeling
BASS versterking/drempel ................................... ±10 dB/100 Hz
TREBLE versterking/drempel ............................... ±10 dB/20 Hz
• Gemeten Uitgangsvoltage/Uitgangsimpedantie
AUDIO OUT (REC) ............................................. 200 mV/1,2 kΩ
SUBWOOFER OUTPUT
(2ch Stereo en FRONT SP: SMALL) ....................... 4 V/1,2 kΩ
• Filterkarakteristieken (fc=40/60/80/90/100/110/120/160/200 Hz)
H.P.F. (Voor, Midden, Surround) .................................. 12 dB/oct.
L.P.F. (Subwoofer) ........................................................ 24 dB/oct.
VIDEO GEDEELTE
• Signaalniveau
Composiet ................................................................. 1 Vp-p/75 Ω
Component ................... 1 Vp-p/75 Ω (Y), 0,7 Vp-p/75 Ω (PB/PR)
• Maximum ingangsniveau Video ........................... 1,5 Vp-p of meer
• Signaal tot ruisratio .................................................... 50 dB of meer
• Frequentierespons (MONITOR OUT)
Componentsignaal .................................. 5 Hz tot 60 MHz, –3 dB
FM GEDEELTE
• Afstembereik ................................................ 87,50 tot 108,00 MHz
• 50 dB Rustgevoeligheid (IHF, 100% mod.)
Mono ................................................................. 2,8 µV (20,2 dBf)
• Signaal-ruis verhouding (IHF)
Mono/Stereo ............................................................. 73 dB/70 dB
• Harmonische vervorming (1 kHz)
Mono/Stereo ................................................................ 0,5%/0,5%
AM GEDEELTE
• Afstembereik .........................................................531 tot 1611 kHz
ALGEMEEN
• Stroomvoorziening ................................................230 V AC, 50 Hz
• Stroomverbruik ....................................................................... 240 W
• Opgegeven vermogen/impedantie hoofdtelefoonaansluiting
CD, etc. (1 kHz, 200 mV, 8 Ω).................................... 0.4 V/470 Ω
• Standby stroomverbruik ........................................................... 0,8 W
• Ingangsgevoeligheid/ingangsimpedantie
CD, enz. ................................................................. 200 mV/47 kΩ
MULTI CH INPUT ............................................... 200 mV/47 kΩ
• Gewicht ................................................................................... 8,0 kg
• Afmetingen (B x H x D) ................................... 435 x 151 x 318 mm
• Maximum ingangsignaal
CD, enz. 1 kHz, 0,5%THD (EFFECT ON) ............. 2,0 V of meer
*
44 Nl
Technische gegevens kunnen zonder kennisgeving gewijzigd worden.
Index
■
Numerieken
1 SOUND MENU ....................................31, 32
2 INPUT MENU ......................................31, 34
2ch Stereo .......................................................25
3 OPTION MENU ...................................31, 35
5ch Stereo .......................................................25
■
A
■
B
B)INPUT RENAME ......................................34
B)MEMORY GUARD ...................................35
B)SP LEVEL ..................................................33
BAND, voorpaneel ...........................................3
BASS OUT .....................................................32
Beginvolume ..................................................34
BGV ...............................................................35
■
C
D
D)CENTER GEQ .......................................... 33
D)DECODER MODE ................................... 35
D)PARAM. INI ............................................. 36
De luidsprekerinstelling optimaliseren .......... 16
De MULTI CH INPUT
aansluitingen aansluiten ............................ 14
De MULTI CH INPUT component
selecteren als signaalbron ......................... 19
De nachtluisterstand selecteren ...................... 20
De VIDEO AUX aansluitingen gebruiken .... 14
Decoderindicator .............................................. 4
Decoderselectiestand ..................................... 35
Decoderstand ................................................. 35
Demptype ....................................................... 34
DIGITAL AUDIO COAXIAL
aansluitingen ............................................. 10
DIGITAL AUDIO OPTICAL
aansluitingen ............................................. 10
DIGITAL INPUT COAXIAL toewijzing ..... 34
DIGITAL INPUT-aansluitingen ...................... 6
DIMENSION ................................................. 26
DIMMER ....................................................... 35
Dimmer .......................................................... 35
Disc Listening ................................................ 23
Display voorpaneel ...................................... 3, 4
DISPLAY, afstandsbediening .......................... 5
DISTANCE ERROR, Autosetup fout
bericht ....................................................... 42
DRAMA, Radio Data Systeem
programmatype ......................................... 29
DSP LEVEL .................................................. 26
DSP niveau .................................................... 26
DTS decoder voorkeurinstelling .................... 35
DVD Live Viewing ........................................ 23
DVD Movie Viewing .................................... 23
DVD Viewing ................................................ 23
DVR Viewing ................................................ 23
Dynamisch bereik .......................................... 34
Dynamisch bereik hoofdtelefoon ................... 34
Dynamisch bereik luidspreker ....................... 34
■
E
E)LFE LEVEL ............................................... 34
E)MULTI CH SET ........................................ 35
EDIT PRESET/TUNING, voorpaneel ............. 3
EDUCATE, Radio Data Systeem
programmatype ......................................... 29
Een CD-speler aansluiten .............................. 13
Een DVD-recorder aansluiten ........................ 13
Een DVD-speler aansluiten ........................... 13
Een MD-recorder/CD-recorder aansluiten .... 13
Een TV aansluiten .......................................... 12
ENHANCER indicator .................................... 4
ENHANCER, afstandsbediening ..................... 5
EON ................................................................. 4
EON gegevensservice, Radio Data Systeem
informatie afstembewerking ..................... 30
EON, Radio Data Systeem informatie ........... 29
■
F
F)D.RANGE .................................................. 34
FM afstembewerking ..................................... 27
FRONT .......................................................... 32
FRONT B ....................................................... 32
FRONT B luidsprekerinstelling ..................... 32
■
G
■
H
Hall ................................................................ 25
Handmatig voorprogrammeren ..................... 28
Handmatige afstembewerking ....................... 27
Handmatige setup .......................................... 31
HDMI ............................................................ 11
HDMI aansluiting en HDMI stekker ............. 11
HDMI-aansluitingen ........................................ 6
Het toestel inschakelen .................................. 15
Het toestel uitschakelen ................................. 15
Hoofdtelefoon indicator .................................. 4
Hoofdtelefoon LFE ....................................... 34
HP D.R .......................................................... 34
HP LFE .......................................................... 34
■
I
Indicators ingangskanalen ............................... 4
INFO, Radio Data Systeem
programmatype ......................................... 29
INFO/Radio data systeembesturing,
afstandsbediening ....................................... 5
Infraroodvenster .............................................. 8
infraroodvenster, afstandsbediening ................ 5
Ingangmenu ................................................... 31
Ingangnaam ................................................... 34
Ingangskanaal en luidspreker indicators ......... 4
Ingangskeuzetoetsen, afstandsbediening ......... 5
Ingestelde menu ............................................. 31
INI.VOL. ....................................................... 34
Initialiseren .................................................... 37
INPUT, voorpaneel ......................................... 3
Instellen luidsprekerniveau ........................... 20
Invoeraanwijzing ........................................... 34
Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening ....................................... 8
■
J
Jazz ................................................................ 25
■
K
Kloktijd, Radio Data Systeem
informatie ................................................. 29
■
L
Laagfrequentie effectniveau .......................... 34
LEVEL ERROR, Autosetup fout
bericht ....................................................... 42
LEVEL, afstandsbediening ............................. 5
LFE indicator ................................................... 4
LFE/Weergave lage tonen ............................. 32
LIGHT M, Radio Data Systeem
informatie ................................................. 29
Links/rechts surround luidsprekers ............... 32
Luidspreker LFE ........................................... 34
Luidsprekerafstand ........................................ 33
Luidsprekerafstanden .................................... 33
Luidsprekerinstellingen ................................. 32
Luidsprekerniveau ......................................... 33
Luidsprekers opstellen ..................................... 9
Luisteren naar multikanaals materiaal en
geluidsveld programma’s met een
hoofdtelefoon ............................................ 26
Luisteren naar onverwerkte
ingangsignalen .......................................... 26
G)AUDIO SET .............................................. 34
Game Playing ................................................. 23
Gebruiken van de afstandsbediening ............... 8
45 Nl
Nederlands
C)AUDIO SELECT .......................................36
C)SP DISTANCE ...........................................33
C)VOLUME TRIM ........................................35
CD Listening ..................................................23
CD Music Listening .......................................23
CENTER ........................................................32
CINEMA DSP indicator ..................................4
CLASSICS, Radio Data Systeem
programmatype ..........................................29
COMPONENT VIDEO aansluitingen .......6, 11
Connect MIC!, Autosetup foutbericht ............41
CROSSOVER ................................................33
Crossover ........................................................33
■
Gebruiken van hoofdtelefoons ...................... 20
Geheugenbeveiliging ..................................... 35
Geluidmenu ................................................... 31
Geluidsveldprogramma's ............................... 25
Geluidveldparameters bewerken ................... 26
Genieten van 2 kanaalsbronnen met
gebruik van de standaard decoders ........... 26
Grafische equalizer midden ........................... 33
AANVULLENDE
INFORMATIE
A)DISPLAY SET ...........................................35
A)INPUT ASSIGN ........................................34
A)SPEAKER SET ..........................................32
A.DELAY ......................................................34
A/B/C/D/E, voorpaneel ....................................3
Aansluiten op de CENTER-aansluitingen .....10
Aansluiten op de COMPONENT
VIDEO aansluitingen ................................10
Aansluiten op de
FRONT A-aansluitingen ...........................10
Aansluiten op de
FRONT B-aansluitingen ...........................10
Aansluiten op de HDMI-aansluitingen ..........11
Aansluiten op de
SURROUND-aansluitingen ......................10
Aansluiten van audiocomponenten ................13
Aansluiten van de AM antennes ....................15
Aansluiten van de FM antennes .....................15
Aansluiten van het netsnoer ...........................15
Aansluiten van luidsprekers .............................9
Aansluiten van videocomponenten ................13
Achterpaneel ....................................................6
AFFAIRS, Radio Data Systeem
programmatype ..........................................29
Afmeting ........................................................26
Afstandsbediening ............................................5
AM afstembewerking .....................................27
ANTENNA aansluitingen ................................6
AUDIO aansluitingen .................................6, 10
Audio aansluitingen .......................................10
AUDIO L/R (VIDEO AUX)-aansluitingen,
voorpaneel ...................................................3
AUDIO SEL, afstandsbediening ......................5
AUDIO SELECT ...........................................19
audio-ingangaansluitingen selecteren ............19
Audio-instellingen ..........................................34
Audiokabelstekkers ........................................10
Audioselectie ..................................................36
Audiovertraging .............................................34
AUTO SETUP .........................................16, 31
Auto setup ......................................................31
AUTO SETUP, Foutbericht ...........................41
Automatisch voorprogrammeren ...................27
Automatische afstembewerking .....................27
CT WIDTH .................................................... 26
CT, Radio Data Systeem informatie .............. 29
CULTURE, Radio Data Systeem
programmatype ......................................... 29
Cursors/ENTER, afstandsbediening ................ 5
Index
■
M
M.O.R. M, Radio Data Systeem
programmatype ......................................... 29
MANUAL SETUP ........................................ 31
MAX VOL. .................................................... 34
Maximum volume ......................................... 34
Meegeleverde accessoires ................................ 2
MEM.GUARD .............................................. 35
MEMORY, voorpaneel ................................... 3
MENU, afstandsbediening ............................... 5
Middenbreedte ............................................... 26
Midden-luidspreker ....................................... 32
Movie Dramatic ............................................. 25
Movie Spacious ............................................. 25
MULTI CH IN, afstandsbediening .................. 5
MULTI CH INPUT aansluitingen ................... 6
Multi-informatie display .................................. 4
Multikanaals ingangsetup .............................. 35
Music Disc Listening ..................................... 23
Music Enh. 2ch .............................................. 25
Music Enh. 5ch .............................................. 25
MUTE indicator ............................................... 4
MUTE TYP. .................................................. 34
MUTE, afstandsbediening ............................... 5
■
N
Nachtluistermodus ......................................... 20
Netsnoer ........................................................... 6
NEWS, Radio Data Systeem
programmatype ......................................... 29
NIGHT indicator .............................................. 4
NIGHT, afstandsbediening .............................. 5
NIGHT, voorpaneel ......................................... 3
NO FRONT L SP, Autosetup fout
bericht ....................................................... 41
NO FRONT R SP, Autosetup fout
bericht ....................................................... 41
NO MIC, Autosetup foutbericht .................... 41
NO SUR.L SP, Autosetup foutbericht ........... 41
NO SUR.R SP, Autosetup foutbericht .......... 41
NOISY, Autosetup fout bericht ..................... 41
■
O
Omwisselen van voorkeuzezenders ............... 28
Oplossen van problemen ............................... 38
Optiemenu ..................................................... 31
Optimalisatie-microfoon ................................ 16
Optimalisatiemicrofoon, Auto setup ............. 16
OPTIMIZER MIC-aansluiting,
Auto setup ................................................. 16
OPTIMIZER MIC-aansluiting,
voorpaneel ................................................... 3
Originele SCENE sjablonen creëren ............. 24
OTHER M, Radio Data Systeem
informatie .................................................. 29
■
P
PANORAMA ................................................ 26
Panorama ....................................................... 26
Parameterinitialisatie ..................................... 36
PCM indicator ................................................. 4
PHASE REVERSED, Autosetup fout
bericht ....................................................... 42
PHONES-aansluiting, voorpaneel ................... 3
POP M, Radio Data Systeem informatie ....... 29
Pop/Rock ....................................................... 25
PORTABLE (VIDEO AUX)-aansluitingen,
voorpaneel ................................................... 3
POWER, afstandsbediening ............................ 5
PRESET ......................................................... 37
PRESET/TUNING, voorpaneel ....................... 3
PROG, afstandsbediening ................................ 5
PROGRAM, voorpaneel .................................. 3
Programmaservice, Radio Data Systeem
informatie .................................................. 29
Programmatype, Radio Data Systeem
informatie .................................................. 29
PS, PTY, RT en CT ......................................... 4
46 Nl
Radio Data Systeem afstembewerking ...........29
Radio Data Systeem indicators ........................4
Radio Listening ..............................................23
Radiotekst, Radio Data Systeem
informatie ..................................................29
Rechte decodeerstand .....................................26
Resetten van het systeem ...............................37
RETURN, afstandsbediening ...........................5
ROCK M, Radio Data Systeem
informatie ..................................................29
RT, Radio Data Systeem informatie ..............29
VIDEO (VIDEO AUX)-aansluitingen,
voorpaneel ................................................... 3
VIDEO aansluitingen ................................ 6, 11
Video aansluitingen ....................................... 11
Videobronnen in de achtergrond
afspelen ..................................................... 21
Videokabelstekkers ........................................ 11
Virtual CINEMA DSP ................................... 26
VIRTUAL indicator ........................................ 4
VOLUME +/-, afstandsbediening .................... 5
VOLUME niveauindicator .............................. 4
Volume Trimmen .......................................... 35
VOLUME-besturing, voorpaneel .................... 3
Vooraf ingestelde SCENE-sjablonen ............ 23
Voor-luidsprekers .......................................... 32
Voorpaneel ....................................................... 3
■
■
PTY HOLD ....................................................29
PTY SEEK stand ............................................29
PTY, Radio Data Systeem informatie ............29
■
R
S
SCENE ...........................................................22
SCENE 1/2/3/4, afstandsbediening ..................5
SCENE 1/2/3/4, voorpaneel .............................3
SCIENCE, Radio Data Systeem
programmatype ..........................................29
Selecteer de SCENE-sjablonen ......................22
Selecteren van voorkeuzezenders ..................28
Selectie, Radio Data Systeem
programmatype ..........................................29
Signaalbron indicators ......................................4
Signaalbroninformatie ....................................21
Signaalinformatie ...........................................31
SIGNAL INFO ...............................................21
SILENT CINEMA .........................................26
SILENT CINEMA indicator ............................4
Slaaptimer ......................................................21
SLEEP indicator ...............................................4
SLEEP, afstandsbediening ...............................5
SP A B indicators .............................................4
SP D.R ............................................................34
SP LFE ...........................................................34
SPEAKERS, voorpaneel ..................................3
SPEAKERS-aansluitingen ...............................6
SPORT, Radio Data Systeem
programmatype ..........................................29
STANDBY, afstandsbediening ........................5
STANDBY/ON, voorpaneel ............................3
STRAIGHT, afstandsbediening .......................5
STRAIGHT, voorpaneel ..................................3
Subwoofer fase ...............................................33
SUBWOOFER OUTPUT-aansluiting .............6
SUR. LR .........................................................32
SUR.DECODE, afstandsbediening ..................5
SWFR PHASE ...............................................33
■
W
Weergave-instellingen ................................... 35
■
Y
Yamaha Parametric Room Acoustic
Optimizer .................................................. 16
YPAO ............................................................ 16
YPAO (Yamaha Parametric Room
Acoustic Optimizer) .................................. 16
YPAO indicator ............................................... 4
■
Z
Zet dit apparaat in standby ............................. 15
Zone B ........................................................... 19
T
Technische gegevens ......................................44
TEST ..............................................................34
Testtoon ..........................................................34
Toestel ............................................................33
TONE CONTROL, voorpaneel .......................3
Toonregeling ..................................................20
Tuner (radio) indicators ....................................4
TUNING AUTO/MAN'L, voorpaneel .............3
TV Sports .......................................................25
TV Sports Viewing ........................................23
TV Viewing ....................................................23
■
U
Uitschakelen van de geluidsweergave ...........20
UNIT ..............................................................33
Unplug HP!, Autosetup foutbericht ...............41
USER CANCEL, Autosetup fout
bericht ........................................................41
■
V
VARIED, Radio Data Systeem
programmatype ..........................................29
Verbeterd gegevensservice andere netwerken,
Radio Data Systeem afstembewerking ......30
"ASTANDBY/ON" of
"eDVD" (voorbeeld) geeft de
naam aan van een onderdeel op het
voorpaneel of de
afstandsbediening. Raadpleeg het
"Functioneel overzicht" op
pagina 3.