Fagor DFH15624W de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

GEBRUIKSHANDLEIDING NL
Vaatwasmachine
DFH15624W
DFH15624X
Geachte klant,
U heeft zopas een BRANDT gekocht. We danken u dan ook voor uw vertrouwen in onze
producten.
We hebben dit product ontworpen en geproduceerd met uzelf, uw levenswijze en uw noden in
ons achterhoofd om ervoor te zorgen dat het zo goed mogelijk aan uw verwachtingen voldoet. U
vindt er onze knowhow, onze innoveringsgeest en alle passie in terug die ons al meer dan 60 jaar
drijft.
Aangezien we er voortdurend naar streven zo goed mogelijk te beantwoorden aan uw eisen, staat
onze klantendienst geheel te uwer beschikking en biedt ze u een luisterend oor voor al uw vragen
of suggesties.
Kijk ook op onze site www.brandt.com, daar vindt u al onze producten en nuttige en
aanvullende informatie.
BRANDT is verheugd om u dagelijks te begeleiden en wenst u heel veel plezier met uw aankoop.
Belangrijk: Alvorens uw apparaat aan te zetten, lees eerst aandachtig deze
installatie- en gebruikshandleiding zodat u sneller vertrouwd bent met de werking
ervan
Lees deze handleiding
Beste klant,
Gelieve deze handleiding zorgvuldig te lezen alvorens de
vaatwasmachine te gebruiken. Dit zal u helpen bij een
correct gebruik en onderhoud van de vaatwasmachine.
Bewaar deze handleiding voor toekomstig gebruik.
Geef deze door aan de eventuele volgende eigenaar van
het apparaat.
Deze handleiding bevat hoofdstukken over veiligheids-,
bedienings- en installatie-instructies, tips voor
probleemoplossing, enz.
Vooraleer contact op te
nemen met de
servicedienst
Raadpleeg het hoofdstuk over tips voor
probleemoplossing. Hiermee zult u sommige veel
voorkomende problemen zelf kunnen oplossen.
Indien u de problemen niet zelf kunt oplossen, gelieve dan
hulp te vragen aan een professionele technicus.
OPMERKING:
De fabrikant kan, volgens het beleid van voortdurende
ontwikkeling en actualisering van het product, wijzigingen
doorvoeren zonder voorafgaande kennisgeving.
Indien u de handleiding verloren bent of deze verouderd
is, kunt u een nieuw exemplaar van de
gebruikershandleiding krijgen van de fabrikant of de
verantwoordelijke verkoper.
1) Veiligheidsinstructies ................................ 1-4
2) Snelle gebruikershandleiding ....................... 5
3) Gebruiksinstructies ...................................... 6
Bedieningspaneel .......................................... 6
Functies van de vaatwasmachine ................. 6
4) Vóór het eerste gebruik ............................... 7
A Waterverzachter ......................................... 7
B. Vullen van zout in de waterverzachter ........... 8
C. Vullen van het glansspoelmiddelreservoir ....... 8
D. Functie van het wasmiddel ........................... 9
5) Voorbereiding en vullen met vaat .............. 12
Aanbevelingen voor het vullen en leegmaken van de
vaatwasmachine ............................................. 12
Standaard vulpatroon ...................................... 13
6) Starten van een wasprogramma ................. 14
Wascyclustabel ............................................... 14
Aanzetten van het apparaat ............................. 14
Veranderen van een programma halverwege de
cyclus ............................................................ 15
Aan het einde van de wascyclus ........................ 15
7) Onderhoud en reiniging .............................. 16
Filtersysteem .................................................. 16
Onderhoud van de vaatwasmachine ................... 17
8) Installatie-instructies ................................ 18
Plaatsing van het apparaat ............................... 18
Stroomaansluiting ........................................... 18
Wateraansluiting ............................................. 19
Aanzetten van de vaatwasmachine .................... 20
9) Tips voor probleemoplossing ...................... 21
Vooraleer contact op te nemen met de servicedienst
.................................................................... 21
Foutcodes ...................................................... 22
Technische informatie ...................................... 23
Het vullen van de manden volgens En50242:
1
1.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE
OPGELET!
Volg de hieronder vermelde
voorzorgsmaatregelen bij het gebruik
van uw vaatwasmachine:
Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk en soortgelijke
toepassingen zoals:
- personeelskeukens in winkels, kantoren en andere
werkomgevingen;
- boerderijwoningen;
- door klanten in hotels, motels en andere verblijfswoningen;
- bed and breakfasts.
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar
en personen met een lichamelijke, zintuiglijke of
verstandelijke beperking of mensen met onvoldoende
ervaring en kennis als ze onder toezicht staan betreffende het
gebruik van het apparaat op een veilige manier en de
betrokken gevaren begrijpen.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. De reiniging
en het onderhoud mogen niet worden uitgevoerd door
kinderen zonder toezicht. (Voor EN60335-1)
Het verpakkingsmateriaal kan gevaarlijk zijn voor kinderen!
Dit apparaat is alleen bedoeld voor huishoudelijk gebruik
binnenshuis.
Om het risico op elektrische schokken te beperken mag het
apparaat, het snoer of de stekker niet worden
ondergedompeld in water of een andere vloeistof.
Gelieve de stekker uit het stopcontact te trekken alvorens het
apparaat te reinigen of een onderhoud uit te voeren.
Gebruik een zachte doek bevochtigd met een milde zeep, en
gebruik dan een droge doek om af te vegen.
2
AARDINGSINSTRUCTIES
Dit apparaat moet worden geaard. In geval van een
storing of defect zal de aarding het risico op elektrische
schokken beperken door middel van een weg met de
minste weerstand voor de elektrische stroom. Dit apparaat
is voorzien van een aardgeleiderstekker.
De stekker moet worden gestoken in een gepast
stopcontact dat geïnstalleerd en geaard is in
overeenstemming met alle lokale regelgevingen en
verordeningen.
Een onjuiste verbinding tussen het apparaat en de
aardgeleider kan aanleiding geven tot elektrische
schokken.
Raadpleeg een bevoegde elektricien of
serviceverantwoordelijke indien u twijfels hebt of het
apparaat correct is geaard.
Verander de bij het apparaat bijgevoegde stekker niet als
deze niet op het stopcontact past.
Laat een gepast stopcontact plaatsen door een bevoegde
elektricien.
Ga niet zitten of staan op de deur of het rek van de
vaatwasmachine of gebruik deze niet verkeerd.
Gebruik uw vaatwasmachine alleen als alle
behuizingspanelen correct zijn bevestigd.
Open de deur zeer voorzichtig als de vaatwasmachine in
werking is. Er kan water uit de machine spuiten.
Zet geen zware voorwerpen op de open deur en ga er niet
op staan. Het apparaat kan naar voor kantelen.
Bij het plaatsen van te reinigen voorwerpen:
1) Plaats scherpe voorwerpen zodanig dat
ze de deurafdichting niet kunnen beschadigen;schade aan de
deur afdichting;
2) Opgelet: Messen en andere voorwerpen met scherpe
3
punten moeten in de mand worden geplaatst met de punt naar
onder of horizontaal.
Controleer of het wasmiddelreservoir leeg is na afloop van de
wascyclus.
Was geen plastic voorwerpen in de vaatwasmachine tenzij
deze zijn gemarkeerd als "vaatwasmachinebestendig" of een
equivalent.
Voor niet-gemarkeerde plastic voorwerpen, raadpleeg de
aanbevelingen van de fabrikant.
Gebruik alleen wasmiddel en glansspoelmiddel
aanbevolen voor gebruik in een automatische
vaatwasmachine.
Gebruik nooit zeep, wasmiddel voor de wasmachine of
handzeep in uw vaatwasmachine.
De deur mag niet open blijven staan, omdat dit het risico op
struikelen kan verhogen.
Als het netsnoer is beschadigd, moet dit worden vervangen
door de fabrikant of zijn serviceagent of een ander
gekwalificeerd persoon om gevaar te vermijden.
Tijdens de installatie mag het stroomsnoer niet overdreven of
gevaarlijk gebogen of platgedrukt zijn.
Knoei niet met de bedieningspanelen.
Het apparaat moet worden aangesloten op de hoofdwaterklep
met nieuwe slangensets. Oude sets mogen niet opnieuw
worden gebruikt.
Het maximum aantal te wassen couverts is 15.
De maximum toegestane inlaatwaterdruk is 1 MPa.
De minimum toegestane inlaatwaterdruk is 0,04 MPa.
4
Afdanking
Het verpakkingsmateriaal van het apparaat is recycleerbaar.
Gooi de verpakking in de gepaste afvalcontainer om het te
recycleren.
Het is verboden dit af te danken als huishoudelijk
afval.
Correct afdanken van dit product: dit symbool op het product of de
verpakking toont dat dit product niet mag worden beschouwd als
huishoudelijk afval. In plaats daarvan moet het worden afgegeven
bij een gepast inzamelpunt voor de recycling van elektrische en
elektronische apparatuur. Door dit product correct af te danken,
helpt u de mogelijke negatieve gevolgen voor het milieu en de
volksgezondheid te voorkomen, die kunnen worden veroorzaakt
door een verkeerde afvalverwerking van dit product.
Voor meer informatie over de recyclage van dit product kunt u
contact opnemen met de dienst van uw gemeente voor
huishoudelijk afval of de winkel waar u het product aankocht.
OPGELET!
Voor het weggooien van de verpakking en het afdanken van
het apparaat gelieve naar het recyclagepark te gaan. Snij de
stroomkabel af en zorg ervoor dat de deur niet meer open kan.
Het kartonnen verpakkingsmateriaal is gemaakt van
gerecycleerd papier en moet worden weggegooid in de
afvalbak voor oud papier.
Door dit product correct af te danken, helpt u de mogelijke
negatieve gevolgen voor het milieu en de volksgezondheid te
voorkomen, die kunnen worden veroorzaakt door een
verkeerde afvalverwerking van dit product.
Voor meer informatie over de recyclage van dit product,
gelieve contact op te nemen met uw gemeentedienst of uw
ophaaldienst voor huishoudelijk afval.
AFDANKING: Dank dit product niet af als ongesorteerd
gemeentelijk afval. De afzonderlijke inzameling van dergelijk afval
voor speciale verwerking is noodzakelijk.
5
Zet het apparaat aan
Druk op de Aan-/Uit-knop om het apparaat aan te zetten. Open de deur.
Vul het wasmiddelreservoir
Compartment A:
Met elke wascyclus.
Compartiment B:
Voor programma's met alleen voorwas.
(Volg de gebruiksinstructies)
Controleer het
glansspoelmiddelpeil
Mechanische indicator C.
Elektrische indicator op het bedieningspaneel (indien voorzien).
Controleer het peil van het
regenereerzout
(Op modellen met alleen wateronthardersysteem.)
Elektrische indicator op het bedieningspaneel (indien voorzien).
Als er geen lampje voor zoutgebrek is voor zien op het
bedieningspaneel (voor sommige modellen), kunt u schatten
wanneer u zout in de ontharder moet bijvullen door het aantal
cycli te tellen dat de vaatwasser heeft doorlopen.
Vul de manden
Om de manden te vullen, raadpleeg hoofdstuk "Vullen van de manden van de vaatwasmachine".
Selecteer een programma
Sluit de deur, druk op de programmaknop totdat de indicator van het geselecteerde
programma oplicht. (Zie hoofdstuk "Bedieningsinstructies")
Aanzetten van de
vaatwasmachine
Draai de waterkraan open en druk op de Start-/Pauze-knop. De machine zal beginnen
werken
na ongeveer 10 seconden.
Veranderen van het
programma
1. Een cyclus kan worden aangepast als deze nog maar pas gestart is. Anders kan het wasmiddel
eventueel al zijn vrijgegeven en het water al afgevoerd. In dit geval moet het wasmiddel worden
bijgevuld.
2. Druk op de Start-/Pauzeknop om de wasbeurt te stoppen. Druk dan op de knop gedurende meer
dan 3 seconden. Het programma wordt geannuleerd.
3. Druk op de programmaknop om een nieuw programma te kiezen.
4. Druk op de Start-/Pauzeknop. De vaatwasmachine zal beginnen
werken na 10 seconden.
Vergeten vaat toevoegen
aan de vaatwasmachine.
1. Druk op de Start-/Pauzeknop om de wasbeurt te stoppen
2. Open de deur een beetje.
3. Nadat de sproeiarmen stoppen met werken, kunt u de deur volledig
openen.
4. Voeg de vergeten borden toe.
5. Sluit de deur
6. Druk op de Start-/Pauzeknop. De vaatwasmachine zal beginnen werken na 10 seconden.
Als het apparaat wordt
uitgezet tijdens een
wascyclus.
Als het apparaat wordt uitgeschakeld tijdens een wasbeurt, en vervolgens weer weer ingeschakeld,
selecteer dan opnieuw het wasprogramma en bedien de vaatwasser volgens de oorspronkelijke
inschakeltoestand.
.
Zet het apparaat uit
Wanneer de werkingscyclus is beëindigd, zal de zoemer van de vaatwasmachine 8 keer klinken en dan
stoppen.
Schakel het apparaat uit met de Aan-/Uit-knop, om het apparaat uit te schakelen.
Draai de waterkraan dicht,
maak de manden leeg
Waarschuwing: Wacht enkele minuten (ongeveer 15 minuten) alvorens de vaatwasmachine leeg te
maken om te voorkomen dat de vaat nog steeds heet en breekbaarder is.
De vaat zal ook beter drogen. Maak eerst de onderste mand leeg.
OPGELET!
Open voorzichtig de deur.
Kijk uit voor hete stoom als u
de deur opent!
6
3. Bedieningsinstructies
BELANGRIJK Lees voor het beste resultaat met uw vaatwasmachine alle gebruiksinstructies alvorens het
apparaat voor de eerste keer te gebruiken.
Bedieningspaneel
1. Programmaknop: Druk op de knoppen om een
wasprogramma te selecteren.
Druk op de twee knoppen tegelijkertijd gedurende 3
seconden
om de alles-in-één-functie te selecteren.
Druk opnieuw op de knoppen om te annuleren.
2. Programmeer de indicatoren.
3. Scherm weergeven: om de resterende tijd en de
toestand weer te geven (actuele toestand,
vertragingstijd enz.
4. Vertragingsknop: Druk op de knoppen om de start te
vertragen van het wasprogramma. Druk simultaan op
de + en -toetsen gedurende 3 seconden om het
programma te vergrendelen, druk ze opnieuw in om dit
te annuleren.
5. Aan-/Uit-knop: Om de stroomtoevoer aan of uit te
schakelen.
6. Start-/Pauzeknop: Om het geselecteerde
wasprogramma te starten of het lopende
wasprogramma te pauzeren.
7. Vertragingsindicator
8. Schermindicator:
Indicator Alles-in-één-functie:
Indicator Glansspoelmiddel:
Geeft weer wanneer het reservoir moet worden
bijgevuld.
Indicator Voeg zout toe:
Geeft weer wanneer het reservoir moet worden
bijgevuld.
Indicator Kinderslot
Functies van de vaatwasmachine
Vooraanzicht Achteraanzicht
1
Bovenste sproeiarm
4
Binnenpijp
7
Reservoir
10
Filtersysteem
13
Regelaar
2
Bestekrek
5
Onderste mand:
8
Afgesneden legbord
11
Inlaatpijpverbinding
3
Bovenste mand
6
Zoutreservoir
9
Sproeiarmen
12
Afvoerpijp
7
4. ór het eerste gebruik
Alvorens de vaatwasmachine voor de eerste keer te gebruiken:
A.
Plaats de waterverzachter
B.
Voeg 1, 5 kg zout voor de vaatwasmachine toe en vul dan het zoutreservoir
met water
C.
Vul het glansspoelmiddelreservoir
D.
Vul met wasmiddel
A. Waterverzachter
De waterontharder moet handmatig worden ingesteld met behulp van de wijzerplaat voor waterhardheid.
De waterverzachter is ontworpen om mineralen en zouten uit het water te verwijderen, die een schadelijk of negatief effect
zouden hebben op de werking van het apparaat.
Hoe meer mineralen in het water, hoe harder het water.
De verzachter moet worden aangepast volgens de hardheid van het water in uw woongebied. Uw plaatselijke
watermaatschappij kan u meer informatie geven over de hardheid van het water in uw woongebied.
Het zoutverbruik aanpassen
De vaatwasmachine is ontworpen om de hoeveelheid verbruikt zout aan te passen gebaseerd op de hardheid van het
gebruikte water. Dit is bedoeld om het niveau van het zoutverbruik te optimaliseren en aan te passen.
Gelieve onderstaande stappen te volgen om het zoutverbruik aan te passen.
1. Zet het apparaat aan;
2. Druk op de Start-/Pauzeknop gedurende 5 seconden om de instelmodus van de waterverzachter te
starten (binnen 60 seconden nadat het apparaat is aangezet);
3. Druk op de Start-/Pauzeknop om de juiste instelling te selecteren afhankelijk van de hardheid van
uw plaatselijke water. De instellingen zullen veranderen in de volgende volgorde: H1 ->H2-> H3->H 4-
>H5->H6;
4. Om de instelmodus te beëindigen, druk ofwel op de Aan-/Uit-knop of wacht 5 seconden.
WATERHARDHEID
Selectorpositie
Zoutverbruik
(gram/cyclus)
°dH
°fH
°Clark
mmol/l
0~5
0~9
0~6
0~0,94
H1-> Zeep indicator brandt
0
6-11
10-20
7-14
1,0-2,0
H2-> Indicator Snel aan
9
12-17
21-30
15-21
2,1-3,0
H3-> Indicator snel en weken
branden
12
18-22
31-40
22-28
3,1-4,0
H4-> Eco indicator brandt
20
23-34
41-60
29-42
4,1-6,0
H5-> Indicator Eco en weken
branden
30
35-55
61-98
43-69
6,1-9,8
H6-> Indicator Eco en snel
branden
60
Opmerking: 1
1 dH=1, 25°Clarke=1,78° fH=0,178mmol/l
dH: Duitse hardheid
fH: Franse hardheid
Clark: Britse hardheid
Opmerking: 2
De fabrieksinstelling: H3 (EN 50242)
Neem contact op met het waterleidingbedrijf voor informatie over de hardheid van het water.
OPMERKING:
Indien uw model niet over een waterverzachter beschikt, mag u dit
hoofdstuk overslaan.
WATERVERZACHTER
De hardheid van het water verschilt van plaats tot plaats. Indien hard water wordt gebruikt in de
vaatwasmachine zal er aanslag worden gevormd op de vaat.
Het apparaat is uitgerust met een speciale verzachter die gebruik maakt van een zoutreservoir speciaal ontworpen
om kalk en mineralen uit het water te verwijderen.
8
B. Vullen van zout in de waterverzachter
Gebruik altijd zout bedoeld voor vaatwasmachines.
Het zoutreservoir bevindt zich onder de onderste mand en moet als volgt worden gevuld:
Opgelet!
Gebruik alleen zout speciaal bedoeld voor vaatwasmachines! Elk ander type zout dat niet speciaal is ontworpen voor
vaatwasmachines, in het bijzonder tafelzout, zal de waterverzachter beschadigen. In geval van schade veroorzaakt door het
gebruik van ongepast zout geeft de fabrikant geen enkele garantie en is hij niet verantwoordelijk voor veroorzaakte schade.
Alleen zout bijvullen net voor het starten van een cyclus.
Dit zal voorkomen dat zoutkorrels of zout water gedurende langere tijd achterblijven op de bodem van de machine, wat kan
leiden tot corrosie.
2
A.
Nadat de onderste mand is verwijderd, schroef het deksel van het zoutreservoir los en verwijder dit.
1
B.
Plaats het einde van de trechter (bijgeleverd) in de holte en voeg ongeveer 1,5 kg zout voor de vaatwasmachine
toe.
C.
Vul het zoutreservoir tot de maximale limiet met water, Het is normaal dat een kleine hoeveelheid water uit het
zoutreservoir komt.
2
D.
Schroef na het vullen van het reservoir het deksel opnieuw vast.
E
Het waarschuwingslichtje van het zout zal doven nadat het zoutreservoir is gevuld met zout.
F.
Onmiddellijk na het vullen van het zoutreservoir moet een wasprogramma worden gestart (wij raden een kort
programma aan). Anders kunnen het filtersysteem, de pomp of andere belangrijke onderdelen van de machine
worden beschadigd door zout water. Voor dergelijke schade heeft u geen recht op garantie.
Opmerking:
1. Het zoutreservoir mag alleen worden gevuld wanneer het waarschuwingslichtje van het zout op het
bedieningspaneel brandt.
Afhankelijk van hoe goed het zout oplost, kan het waarschuwingslichtje van het zout nog even blijven
branden nadat het zoutreservoir is gevuld.
Als er geen lampje voor zoutgebrek is voor zien op het bedieningspaneel (voor sommige modellen), kunt u
schatten wanneer u zout in de ontharder moet bijvullen door het aantal cycli te tellen dat de vaatwasser
heeft doorlopen.
2. Indien zout is gemorst, een weekprogramma of snel programma starten om dit te verwijderen.
Open
9
C. Vullen van het glansspoelmiddelreservoir
Glansspoelmiddelreservoir
Het glansspoelmiddel wordt vrijgegeven tijdens de laatste spoeling om te voorkomen dat het water druppels vormt op uw
vaat, wat vlekken of strepen kan achterlaten. Het verbetert ook het drogen doordat het water van de vaat parelt. Uw
vaatwasmachine is ontworpen voor gebruik met vloeibare glansspoelmiddelen. Het glansspoelmiddelreservoir bevindt zich op
de deur naast het afwasmiddelreservoir.
Om het reservoir te vullen, open het deksel en doe het glansspoelmiddel in het reservoir totdat de peilindicator opnieuw
volledig zwart is. Het volume van het glansspoelmiddelreservoir is ongeveer 110 ml.
Functie van glansspoelmiddel
Het glansspoelmiddel wordt automatisch tijdens de laatste spoeling toegevoegd, waardoor een grondige spoeling, een goede
droging worden gegarandeerd en vlekken en strepen worden vermeden.
Opgelet!
Gebruik alleen glansspoelmiddelen van merken voor vaatwasmachines. Vul het glansspoelmiddelreservoir nooit samen met
andere substanties
(Bv Vaatwasreinigingsmiddel, vloeibaar wasmiddel). Dit zal het apparaat beschadigen.
10
Bij het bijvullen van het glansspoelmiddelreservoir
Tenzij het waarschuwingslichtje van het glansspoelmiddel op het bedieningspaneel brandt, kunt u altijd de hoeveelheid
afleiden van de kleur op de optische peilindicator "C" naast het deksel. Wanneer het glansspoelmiddelreservoir vol is, zal
de indicator volledig zwart zijn. De grootte van het zwarte bolletje wordt kleiner naarmate de hoeveelheid
glansspoelmiddel vermindert. Laat het glansspoelmiddelpeil nooit minder dan 1/4 vol zijn.
C (Glansspoelmiddelindicator)
Naarmate de hoeveelheid glansspoelmiddel vermindert, verandert het
zwarte bolletje op de peilindicator van het glansspoelmiddel, zoals
hieronder afgebeeld.
Vol
3/4 vol
1/2 vol
1/4 vol Moet worden bijgevuld om vlekken te vermijden
Leeg
1
Om het reservoir te openen, draai het deksel naar de "open-pijl" (links) en haal dit eruit.
2.
Doe voorzichtig het glansspoelmiddel in het reservoir en vermijd dat het overloopt.
3.
Plaats het deksel opnieuw door dit naar de "gesloten-pijl" (rechts) te draaien.
OPMERKING: Verwijder al het gemorste glansspoelmiddel met een absorberend doekje om te veel schuim bij
de volgende wasbeurt te vermijden. Vergeet niet het deksel opnieuw terug te plaatsen voordat u de deur
van de vaatwasmachine sluit.
Instellen van het glansspoelmiddelreservoir
Het glansspoelmiddelreservoir heeft zes of vier instellingen. Start altijd met het
reservoir in te stellen op "4". Als vlekken en slechte droging een probleem
vormen, verhoog dan de hoeveelheid glansspoelmiddel afgegeven door het
reservoir. Verwijder het reservoirdeksel en zet de draaiknop op "5". Als de
borden nog steeds niet goed drogen of vlekken vertonen, verhoog dan de
instelling van de knop tot de borden vlekloos zijn . De aanbevolen instelling is
"4". (Fabriekswaarde is "4").
OPMERKING:
Verhoog de dosis indien er water- of kalkdruppels zichtbaar zijn na de wasbeurt.
Verminder de dosis indien er plakkerige, witte strepen zichtbaar zijn op uw vaat of er
een blauwachtige film op glazen of lemmeten van messen achterblijft.
D. Functie van het wasmiddel
De chemische ingrediënten die het wasmiddel bevat zijn nodig om vuil te verwijderen of af te breken en het uit de
vaatwasmachine af te voeren. De meeste kwaliteitswasmiddelen zijn geschikt voor dit gebruik.
Opgelet!
Correct gebruik van het wasmiddel
Gebruik alleen wasmiddelen speciaal gemaakt voor gebruik in vaatwasmachines. Bewaar uw wasmiddel op een koele en droge
plaats.
Doe geen poederwasmiddel in het reservoir totdat u op het punt staat de vaat te wassen.
Niveau aanpassen (spoelen)
11
Wasmiddelen
Er bestaan drie soorten wasmiddelen
1. Met fosfaat en chloor
2. Met fosfaat en zonder chloor
3. Zonder fosfaat en zonder chloor
Doorgaans bevatten de nieuwe poederwasmiddelen geen fosfaat. Aan de wateronthardingsfunctie van het fosfaat wordt daardoor
niet voldaan. In dit geval raden we aan zout in het zoutreservoir te doen, zelfs wanneer de waterhardheid slechts 6 dH is. Indien
wasmiddelen zonder fosfaat worden gebruikt verschijnen er in geval van hard water vaak witte vlekken op de vaat. Gelieve in dat
geval meer wasmiddel toe te voegen voor betere resultaten. Wasmiddelen zonder chloor bleken slechts een beetje. Sterke en
gekleurde vlekken zullen niet volledig worden verwijderd. Gelieve in dat geval een programma met een hogere temperatuur te
kiezen.
Geconcentreerd wasmiddel
Op basis van de chemische samenstelling kunnen wasmiddelen worden opgedeeld in twee basistypes:
Conventionele; alkalische wasmiddelen met bijtende bestanddelen
Wasmiddelen met een lage alkalineconcentratie met natuurlijke enzymen
Wasmiddeltabletten
Wasmiddeltabletten van verschillende merken lossen op verschillende snelheden op. Daarom kunnen sommige
wasmiddeltabletten niet oplossen en hun volledige reinigingskracht bereiken tijdens korte programma's. Gelieve daarom langere
programma's te gebruiken met wasmiddeltabletten om de volledige verwijdering van wasmiddelresten te garanderen.
Wasmiddelreservoir
Het reservoir moet worden bijgevuld vóór de start van elke wascyclus volgens de instructies in de wascyclustabel. Uw
vaatwasmachine gebruikt minder wasmiddel en glansspoelmiddel dan een conventionele vaatwasmachine. Over het algemeen is
slechts een eetlepel wasmiddel nodig voor een normale wasbeurt. Vuilere voorwerpen vereisen meer wasmiddel. Voeg altijd het
wasmiddel toe net voor het aanzetten van de vaatwasmachine, anders kan het vochtig worden en niet correct oplossen.
Hoeveelheid te gebruiken wasmiddel
OPMERKING:
Indien het deksel gesloten is: druk op de knop. Het deksel zal openspringen.
Voeg altijd het wasmiddel toe net vóór het starten van elke wascyclus.
Gebruik alleen wasmiddelen van merken voor vaatwasmachines.
OPGELET!
Vaatwasmiddel is een bijtende stof!
Zorg ervoor dat u het wasmiddel buiten bereik van kinderen bewaart.
1
Duw op de knop om te openen
1
Wasmiddelpoeder
Wasmiddeltablet
12
Vullen van het wasmiddelreservoir
Vul het reservoir met wasmiddel. De markering geeft de doseringsniveaus aan, zoals
rechts afgebeeld:
A. Vul hier met wasmiddel voor de hoofdwas.
B. Vul hier met wasmiddel voor de voorwas.
Gelieve de doserings- en opslagaanbevelingen
van de fabrikant zoals op de verpakking van het wasmiddel te raadplegen.
Sluit het deksel en druk erop totdat het vastklikt.
Indien de vaat zeer vuil is, doe een extra dosis wasmiddel in het voorwasreservoir. Dit wasmiddel zal worden gebruikt in de
voorwasfase.
OPMERKING:
U vindt informatie over de hoeveelheid wasmiddel voor het eenvoudige programma op pagina 14.
Wees ervan bewust dat, afhankelijk van de vervuiling van het water, de instellingen kunnen verschillen.
Gelieve de aanbevelingen van de fabrikant op de verpakking van het wasmiddel te raadplegen.
13
5. Voorbereiding en vullen met vaat
Aanbeveling
Koop voorwerpen die zijn gemarkeerd als vaatwasmachinebestendig.
Gebruik een mild wasmiddel beschreven als "vaatvriendelijk". Zoek indien nodig meer informatie bij de fabrikant van
het wasmiddel.
Selecteer bij speciale voorwerpen een programma met de laagste temperatuur.
Neem, om schade te voorkomen, geen glas en bestek onmiddellijk na het beëindigen van het programma uit de
vaatwasmachine.
Voor het wassen zijn het volgende bestek/vaat
Niet geschikt
Redelijk geschikt
Bestek met handvaten van hout, porselein, hoorn of
paarlemoer
Plastic voorwerpen die niet hittebestendig zijn
Ouder bestek met gelijmde onderdelen die niet
hittebestendig zijn
Gebonden bestek of borden
Tinnen of koperen voorwerpen
Kristalglas
Stalen voorwerpen die niet roestbestendig zijn
Houten schalen
Voorwerpen van synthetische vezels
Sommige soorten glas kunnen mat worden na veel
wasbeurten
Zilveren en aluminium onderdelen hebben de neiging
om te verkleuren tijdens wasbeurten
Geglazuurde patronen kunnen vervagen na veel
wasbeurten
Aanbevelingen voor het vullen en leegmaken van de
vaatwasmachine
(Volg deze vulrichtlijnen voor optimale prestaties van de vaatwasmachine.
De kenmerken en het uitzicht van de manden en bestekmanden kunnen verschillen van model tot model.)
Schraap grote hoeveelheden etensresten van de vaat. Verzacht aangebakken etensresten in pannen.
Het is niet nodig om borden af te spoelen onder stromend water.
Zet de voorwerpen op de volgende manier in de vaatwasmachine:
1. Voorwerpen zoals koppen, glazen, potten/pannen, enz. met de opening naar beneden plaatsen.
2. Voorwerpen met gebogen vormen of uitsparingen schuin plaatsen zodat het water er uit kan lopen.
3. Alle gebruiksvoorwerpen stevig neerzetten zodat ze niet kunnen omvallen.
4. Alle gebruiksvoorwerpen worden zodanig geplaatst dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien tijdens de wasbeurt.
OPMERKING:
Zeer kleine voorwerpen mogen niet worden afgewassen in de vaatwasmachine, omdat ze
gemakkelijk uit de manden kunnen vallen.
Plaats holle voorwerpen zoals kopjes, glazen, pannen e.d. met de opening naar beneden, zodat er zich geen water in de
voorwerpen kan ophopen.
Vaat en bestek mogen niet in of over elkaar geschoven zitten.
Om glasbreuk te vermijden mogen glazen elkaar niet raken.
Plaats grote en moeilijk te reinigen voorwerpen in de onderste mand.
De bovenste mand is bedoeld voor delicater en lichter vaatwerk, zoals glazen en koffie- en theekoppen.
Lange messen die rechtop worden geplaatst, zijn een mogelijk gevaar!
Lange en scherpe voorwerpen zoals snijmessen moeten horizontaal worden gelegd in de bovenste mand.
Gelieve uw vaatwasmachine niet te overvullen. Dit is belangrijk voor een goed resultaat en voor een redelijk
energieverbruik.
De vaat verwijderen
Om te voorkomen dat het water van de bovenste mand op de vaat in de onderste mand drupt, raden we aan eerst de onderste
mand leeg te maken en dan pas de bovenste.
14
Standaard vulpatroon
A. Vullen van bovenste mand
B. Vullen van onderste mand
De bovenste mand is bedoel voor delicater en lichter
vaatwerk, zoals glazen, koffie- en theekoppen en schotels,
evenals borden, kommetjes en ondiepe pannen (zolang
deze niet te vuil zijn). Plaats het vaatwerk en kookgerei
zodanig dat het niet bewegen door de waterstraal.
We raden aan dat u grote voorwerpen en moeilijker te
reinigen voorwerpen in de onderste mand plaatst: zoals
potten, pannen, deksels, serveerborden en kommen, zoals
hieronder afgebeeld. Plaats bij voorkeur de serveerborden en
deksels aan de kant van de rekken om te voorkomen dat de
bovenste sproeiarm wordt geblokkeerd.
De maximale diameter aangeraden voor borden tegenover
het detergentreservoir is 19 cm, zodat deze de
opening ervan niet belemmert
Denk eraan dat:
Potten, serveerkommen, enz. moeten altijd omgedraaid worden geplaatst.
Diepe potten moeten schuin worden geplaatst, zodat het water er uit kan lopen.
De onderste mand beschikt over vouwpinnen zodat grotere of meerdere potten kunnen worden geplaatst.
C. Aanpassen van bovenste mand
D. Inklappen van koprekken
De hoogte van de bovenste mand kan eenvoudig worden
aangepast om grotere vaat in de bovenste of onderste
mand te plaatsen. Om de mand in de bovenste stand te
zetten, hef deze op totdat beide kanten op dezelfde
hoogte staan. De mand zal vastklikken. Om de mand te
verlagen, duw de hendel naar beneden en laat los.
Voor een betere stapeling van potten en pannen kunnen
de pinnen naar beneden worden gevouwen zoals
afgebeeld op de onderstaande afbeelding.
Hef de mand op
Duw de hendel naar
beneden
E. Opvouwbare pinnen van de onderste mand
Voor een betere stapeling van potten en pannen kunnen
de pinnen naar beneden worden gevouwen zoals
afgebeeld op de onderstaande afbeelding.
Pas de hendel aan
F. Vullen van de bestekmand
Het bestek moet in het bestekrek worden geplaatst zonder elkaar te raken en in de juiste posities. Zorg ervoor dat het bestek niet
in elkaar verstrengeld raakt, dit kan slechte prestaties veroorzaken.
Voor een reiniging van topkwaliteit, plaats het bestek in de mand en zorg ervoor dat:
dat het bestek niet in elkaar verstrengeld raakt.
Zilverwerk wordt geplaatst met de mannelijke kant ophoog.
Lang bestek in het midden.
OPGELET
!
Laat geen voorwerpen op de bodem liggen.
Plaats scherpe gebruiksvoorwerpen altijd met de scherpe
kant naar beneden!
IN
IN
15
6. Starten van een wasprogramma
Wascyclustabel
OPMERKING:
( ) Betekent: Het glansspoelmiddelreservoir moet worden bijgevuld.
Programma
Cyclusselectie Informatie
Beschrijving
van de cyclus
Wasmiddel
voor/hoofd
Looptijd
(min)
Energie
(Kwh)
Water
(L)
Glanssp
oelmidd
el
Intensief
Voor zeer vuile vaat, en vuile
potten, pannen, borden, enz.
met opgedroogde etensresten.
Voorwas (50)
Wassen (60)
Spoelen
Spoelen
Spoelen (70
Drogen
5/32,5 g
(of 3 in 1)
175
1,6
17,5
Een uur
Voor licht vervuilde vaat die
geen krachtig
droogprogramma vereist.
Voorwas (50)
Wassen (60)
Spoelen (60
Drogen
5/32,5g
(of 3 in 1)
60
1,15
10
Normaal
Voor normaal vervuilde vaat,
zoals potten, borden, glazen
en licht vervuilde pannen.
Voorwas (45)
Wassen (55)
Spoelen
Spoelen (65)
Drogen
5/32,5 g
(of 3 in 1)
185
1,3
13,5
Auto
Automatische detectie wassen,
licht, normaal of zeer vervuilde
vaat met of zonder
opgedroogde etensresten
Voorwas (45)
Automatisch
wassen (45-55 )
Spoelen
Spoelen (65)
Drogen
5/32,5g
(of 3 in 1)
150
0,9~1,3
11-15
Dit is een standaard
programma. Het is geschikt
voor het reinigen van normaal
vervuilde vaat en het is het
meest doeltreffende
programma voor een
gecombineerd energie- en
waterverbruik voor dat type
vaat.
Voorwas
Wassen (45)
Spoelen (65
Drogen
5/32,5 g
(of 3 in 1)
195
0,93
10
Glas
Voor licht vervuilde vaat en
glas.
Voorwas
Wassen (40)
Spoelen
Spoelen (60
Drogen
5/32,5g
(of 3 in 1)
130
0,9
13
Weken
Om borden te spoelen die u
later die dag wenst te wassen
Voorwas
15
0,02
4
OPMERKING:
* EN 50242:
Dit programma is de testcyclus. De informatie voor de vergelijkbaarheidstest volgens EN 42 is als volgt:
Capaciteit: 15 couverts
Positie bovenste mand: laagste stand
Instelling van glansspoelmiddel: 6
PI:0.49W; Po: 0,45 W
Aanzetten van het apparaat
Starten van een wascyclus
1
Trek de onderste en bovenste mand uit, vul deze met vaat en duw ze terug naar binnen.
Het wordt aanbevolen om eerst de onderste mand te vullen, dan pas de bovenste (zie hoofdstuk "Vullen van
vaatwasmachine").
2
Voeg het wasmiddel toe (zie hoofdstuk "Zout, wasmiddel en glansspoelmiddel").
3
Steek de stekker in het stopcontact. De voeding is 220-240 VAC / 50 HZ, de specificatie van het stopcontact is 10A 250VAC.
Zorg ervoor dat de watertoevoer is ingeschakeld op volle druk.
4
Sluit de deur, druk op de Aan-/Uit-knop.
5
Druk op de programmaknop om het gewenste programma te kiezen.
Als het programma is geselecteerd, zal het lichtje gaan branden. Druk dan op de Start-/Pauze-knop en de vaatwasmachine zal
de cyclus starten.
16
Veranderen van een programma halverwege de cyclus
Uitgangspunt:
1 Een cyclus kan alleen worden gewijzigd als deze nog maar pas gestart is. Anders kan het wasmiddel eventueel al zijn
vrijgegeven en het apparaat kan het waswater al hebben afgevoerd. In dat geval moet het wasmiddelreservoir worden
bijgevuld (zie hoofdstuk "Vullen met wasmiddel").
2. Druk op de Start-/Pauze-knop om de wasbeurt te stoppen, druk dan op de programmaknop gedurende minstens 3
seconden. Het programma wordt geannuleerd. Druk dan op de programmaknop om de gewenste cyclusinstelling te
selecteren, druk op de Start-/Pauze-knop, en de vaatwasmachine zal starten na 10 seconden. (Zie hoofdstuk "Starten van
een wascyclus..").
OPMERKING:
Als u de deur opent tijdens een wascyclus, zal de machine pauzeren. Het programmalichtje zal niet meer
knipperen, tenzij u de deur sluit. Nadat u de deur hebt gesloten, zal de machine na 10 seconden opnieuw
beginnen werken
Een bord vergeten in de vaatwasmachine te zetten?
Een vergeten bord kan alsnog worden toegevoegd voordat het wasmiddel wordt vrijgegeven.
1
Open de deur een beetje.
4
Sluit de deur
2
Nadat de sproeiarmen stoppen met werken, kunt u de deur
volledig openen.
5
Druk op de Start-/Pauze-knop. De vaatwasmachine
zal beginnen werken na 10 seconden.
3
Voeg de vergeten borden toe.
Aan het einde van de wascyclus
Wanneer de werkcyclus is beëindigd. Schakel het apparaat uit door op de AAN-/UIT-knop te drukken, zet de watertoevoer uit en
open de deur van de vaatwasmachine. Wacht enkele minuten alvorens de vaatwasmachine leeg te maken om te voorkomen dat
de vaat nog steeds heet en breekbaarder is. De vaat zal ook beter drogen.
De vaatwasmachine uitschakelen
Het programmalichtje brandt, maar knippert niet; alleen in dit geval is het programma beëindigd.
1. Schakel de vaatwasmachine uit door op de AAN-/UIT-knop te drukken.
2. Sluit de waterkraan!
Open voorzichtig de deur.
Hete vaat is gevoelig voor schokken. De vaat moet ongeveer 15 minuten afkoelen alvorens deze uit de vaatwasmachine te
verwijderen.
Open de deur van de vaatwasmachine, laat deze op een kier en wacht enkele minuten alvorens de vaat te verwijderen. Op
deze manier koelt de vaat af en droogt deze beter.
Leegmaken van de vaatwasmachine
Het is normaal dat de vaatwasmachine nat is van binnen.
Maak eerst de onderste mand leeg en dan pas de bovenste. Dit voorkomt dat het water van de bovenste mand op de vaat
van de onderste mand drupt.
OPGELET!
Het is gevaarlijk om de deur in het midden van een cyclus te openen,
omdat de hete stoom brandwonden kan veroorzaken.
OPMERKING:
Als u op de Start-/Pauze-knop drukt om tijdens de wasbeurt te pauzeren, zal de indicator niet meer knipperen, tenzij u op de
Start-/Pauze-knop drukt om te starten.
17
1
2
3
7. Onderhoud en reiniging
Filtersysteem
De filter voorkomt dat er grote hoeveelheden etensresten of andere voorwerpen in de pomp terechtkomen.
De etensresten kunnen de filter blokkeren en moeten in dat geval worden verwijderd.
2
1
3
Het filtersysteem bestaat uit een groffilter, een platte (hoofdfilter) en
een microfilter (fijnfilter).
Hoofdfilter 1
Etensresten en vuildeeltjes gefilterd door deze filter worden verpulverd
door een speciale waterstraal op de onderste sproeiarm en afgevoerd
door de afvoer.
Groffilter 2
Grotere voorwerpen, zoals stukjes bot of glas, die de afvoer kunnen
blokkeren worden gefilterd door de groffilter. Om de voorwerpen
gefilterd door de filter te verwijderen, knijp voorzichtig op de
bovenkant van de filter en haal deze eruit.
Fijnfilter 3
Deze filter houdt vuil en etensresten in het reservoir en voorkomt dat
deze worden afgezet op de vaat tijdens de wascyclus.
Filtersysteem
De filter verwijdert doeltreffend etensresten uit het waswater, zodat het tijdens de cyclus kan worden gerecycleerd. Voor de beste
prestaties en resultaten moet de filter regelmatig worden gereinigd. Daarom is het een goed idee grotere etensresten uit de filter te
verwijderen na elke wascyclus door de halfronde filter en het kopje onder stromend water af te spoelen. Om de filter te
verwijderen, trek de hendel van het kopje omhoog.
OPGELET!
De vaatwasmachine mag nooit worden gebruikt zonder de filters.
De onjuiste vervanging van de filter kan het prestatieniveau van het
apparaat verminderen en de vaat en de gebruiksvoorwerpen beschadigen.
1
Stap 1: Draai de filter tegen de klok in.
2
2
Stap 2: Til de filter op
OPMERKING:
Bij het volgen van deze procedure vanaf stap 1 tot stap 2, zal het filtersysteem worden verwijderd;
Bij het volgen van deze procedure vanaf stap 2 tot stap 2, zal het filtersysteem worden
geïnstalleerd;
21
Opmerkingen:
- Controleer na elke cyclus of er geen vuil in de filter zit om blokkering in de toekomst te vermijden.
- Door de groffilter los te schroeven, kunt u het filtersysteem verwijderen. Verwijder alle etensresten en reinig de filters onder
stromend water.
OPMERKING:
Het volledige filtersysteem moet één keer per week worden
gereinigd.
Reinigen van de filter
Om de groffilter en de fijne filter te reinigen, gebruik een borstel. Monteer de filteronderdelen (zie pagina 13) opnieuw en
installeer ze opnieuw in de vaatwasmachine, breng ze op hun plaats en duw ze naar beneden.
OPGELET!
Wanneer u de filters reinigt, mag u ze niet blootstellen aan schokken. Anders
kunnen de filters worden vervormd, wat de prestaties van de vaatwasmachine
negatief kan beïnvloeden.
Onderhoud van de vaatwasmachine
Het bedieningspaneel kan worden gereinigd met een licht bevochtigde doek.
Veeg nadien goed droog.
Gebruik voor de buitenkant een goede was.
Gebruik nooit scherpe voorwerpen, schuursponsjes of agressieve schoonmaakmiddelen op de vaatwasmachine.
Reinigen van de deur
Om de rand rond de deur te reinigen, gebruikt u best alleen een zachte, vochtige doek.
Om te voorkomen dat er water in de deurvergrendeling en de elektrische onderdelen
dringt, gebruik nooit een sprayreiniger.
OPGELET!
Gebruik nooit een sprayreiniger om het deurpaneel te reinigen, want dit
kan de deurvergrendeling en elektrische onderdelen beschadigen.
Schuurmiddelen of enige papieren doeken worden beter niet gebruikt
vanwege de kans op krassen en vlekken op het roestvrijstalen oppervlak.
Beschermen tegen bevriezing
Neem vorstbeschermingsmaatregelen voor de vaatwasmachine in de winter. Ga na elke wascyclus als volgt te
werk:
1. Koppel de stroomtoevoer naar de vaatwasmachine af.
2. Sluit de watertoevoer af en koppel de watertoevoerleiding af van de waterinlaatklep.
3. Laat het water van de toevoerleiding en de waterinlaatklep af. (Gebruik een kom om het water op te vangen)
4. Sluit de watertoevoerleiding opnieuw op de waterinlaatklep aan.
5. Verwijder de filter aan de bodem van de kuip en gebruik een spons om het water op te vangen.
OPMERKING:
Indien uw vaatwasmachine niet kan werken vanwege het
ijs, gelieve contact op te nemen met deskundig
servicepersoneel.
Reinigen van de sproeiarmen
Het is noodzakelijk om de sproeiarmen regelmatig te reinigen zodat
kalkafzettingen en waterchemicaliën de sproeiers en lagers van de
sproeiarmen niet zouden verstoppen.
Om de bovenste sproeiarm te verwijderen, houd de moer vast en
draai de arm in wijzerzin om deze te verwijderen.
Om de onderste sproeiarm te verwijderen, trek de sproeiarm omhoog.
Reinig de sproeiarmen met zeep en warm water, en gebruik een zachte
borstel om de sproeiers te reinigen. Plaats ze opnieuw terug nadat u ze
grondig hebt afgespoeld.
Open
18
22
Hoe uw vaatwasmachine in een optimale werkingstoestand
houden?
Na elke wasbeurt
Schakel na elke wasbeurt de watertoevoer naar het
apparaat uit en laat de deur een beetje open zodat
vocht en geuren niet in de machine blijven.
Verwijder de stekker
Trek vóór het reinigen of het uitvoeren van een
onderhoud altijd de stekker uit het stopcontact.
Geen oplosmiddelen of agressieve
schuurmiddelen
Gebruik geen oplosmiddelen of agressieve
reinigingsmiddelen om de buitenkant of de rubberen
onderdelen van de vaatwasmachine te reinigen.
Gebruik alleen een doek met warm zeepwater.
Gebruik een vochtige doek met water en een beetje azijn
of een reinigingsproduct dat speciaal bedoeld is voor
vaatwasmachines om vlekken of strepen aan de
binnenkant te verwijderen.
vaatwassers.
Wanneer lange tijd niet in gebruik
Het wordt aanbevolen een wascyclus met een lege
vaatwasmachine te starten en dan de stekker uit het
stopcontact te trekken, de watertoevoer af te koppelen
en de deur van het apparaat een beetje te laten
openstaan. Hierdoor zullen de deurafdichtingen langer
meegaan en zullen slechte geuren in het apparaat
worden vermeden.
Het apparaat verplaatsen
Indien het apparaat moet worden verplaatst, probeer
dit dan in een verticale positie te houden. Indien
absoluut noodzakelijk kan het op zijn rug worden
geplaatst.
Afdichtingen
Een van de oorzaken van slechte geuren is dat er
etensresten achterblijven in de afdichtingen. Regelmatig
reinigen met een vochtige spons zal dit voorkomen.
8. Installatie-instructies
Plaatsing van het apparaat op de gewenste locatie. De rug moet rusten tegen de muur achter het apparaat, en de zijkanten
tegen de aangrenzende kasten of muren. De vaatwasmachine is uitgerust met watertoevoer- en -afvoerslangen die zowel
langs rechts als links kunnen worden geplaatst om een correcte installatie te vergemakkelijken.
Waterpas zetten van het apparaat
Zodra het apparaat is geplaatst om het waterpas te zetten, kan de hoogte
van de vaatwasmachine worden aangepast door het schroefniveau van de
poten aan te passen. In elk geval mag het apparaat niet meer dan 2"
worden gekanteld.
Stroomaansluiting
OPGELET!
Voor persoonlijke veiligheid:
Gebruik in geen geval een verlengsnoer of adapter met dit apparaat.
Knip of verwijder in geen geval de aarding van het netsnoer.
Elektrische vereisten
Gelieve het etiket te raadplegen om de nominale spanning te kennen en de vaatwasmachine op de gepaste stroomtoevoer aan te
sluiten. Gebruik de vereiste zekering van 10 amp, aanbevolen vertragingszekering of stroomonderbreker en voorzie een
afzonderlijke kring enkel voor dit apparaat.
Zorg ervoor dat
de juiste aarding
aanwezig is vóór
gebruik
Elektrische aansluiting
Zorg ervoor dat de spanning en frequentie van het stroomnet
overeenkomen met die op het typeplaatje. Steek de stekker alleen in
een correct geaard stopcontact. Indien het stopcontact, waar het
apparaat mee moet worden verbonden, niet geschikt is voor de stekker
van het apparaat, dient het stopcontact te worden vervangen in plaats
van adapters e.d. te gebruiken aangezien deze zouden kunnen leiden
tot oververhitting en brand.
Plaatsing van het apparaat
19
19
Aansluiting koud water
Sluit de toevoerslang voor koud water aan op een schroefdraad van 3/4 (inch) en zorg ervoor dat
deze stevig op zijn plaats zit.
Indien de waterleidingen nieuw zijn of lange tijd niet zijn gebruikt, laat het water dan lopen om
ervoor te zorgen dat het water helder is. Deze voorzorgsmaatregel is nodig om het risico op
blokkering van de waterinlaat te vermijden wat het apparaat kan beschadigen.
Aansluiting afvoerslang
Steek de afvoerslang in een afvoerbuis met een minimale diameter van 40 mm, of laat het in de gootsteen lopen en zorg
ervoor dat de slang niet buigt of krimpt. De hoogte van de afvoerbuis moet minder dan 1000 mm zijn.
PLAATS DE AFVOERSLANG OFWEL OP MANIER A OF B
Wateraansluiting
Opgelet!
Gelieve de brandkraan te sluiten na gebruik.
Voorkant
Teller
A
B
φ 40mm
OPMERKING
Het bovenste punt van
de slang moet lager zijn
dan 1000 mm
Afvoerbuis
MAX 1000 mm
20
20
Hoe overtollig water uit de slang afvoeren
Als de gootsteen meer dan 1000 mm boven de grond is geplaatst kan het overtollige water niet uit de slang in de gootsteen
lopen. Het is dan noodzakelijk om het water op te vangen in een waskom of andere geschikte opvangbak die lager is
gepositioneerd dan de gootsteen.
Waterafvoer
Sluit de waterafvoerslang aan. De afvoerslang moet correct worden bevestigd om waterlekken te vermijden. Zorg ervoor dat
de waterafvoerslang niet geknikt of geplet is.
Verlengslang
Als u een verlengstuk nodig heeft voor de waterafvoer dient u hetzelfde soort slang te gebruiken als van het apparaat.
Het verlengstuk mag maximaal 4 meter zijn; anders zou het reinigingsvermogen van de afwasmachine kunnen afnemen.
Sifonaansluiting
De afstand tussen de afvoeraansluiting en de bodem van het apparaat mag niet langer dan 1000 mm zijn.
De waterafvoerslang moet worden vastgemaakt.
Aanzetten van de vaatwasmachine
De volgende zaken moeten worden gecontroleerd voordat u de vaatwasmachine start.
1 De vaatwasmachine staat waterpas en is op de juiste wijze gemonteerd
2 De inlaatklep staat open
3 Om een waterlek te vermijden, controleer of de inlaatklep correct is vastgeschroefd aan de
vaatwasmachine
4 De snoeren zijn goed aangesloten
5 De stroom is ingeschakeld
6 De toevoer- en afvoerslangen liggen niet in de knoop
7
Alle verpakkingsmateriaal en stickers zijn verwijderd van de vaatwasmachine.
Bewaar deze handleiding na installatie.
De inhoud van de handleiding is zeer nuttig voor de gebruikers.
21
21
9. Tips voor probleemoplossing
Vooraleer contact op te nemen met de servicedienst
Door de tabellen op de volgende pagina's te raadplegen, bespaart u zichzelf de moeite om
te bellen.
Technische
problemen
Probleem
Mogelijke
oorzaken
Wat doen?
De vaatwasmachine
start niet
Gesprongen zekering of
stroomonderbreking
geactiveerd
Vervang de zekering of reset de stroomonderbreking.
Verwijder alle apparatuur aangesloten op dezelfde kring
als de vaatwasmachine
De stroomtoevoer is niet
ingeschakeld
Zorg ervoor dat de vaatwasmachine is ingeschakeld en
de deur veilig is gesloten.
Zorg ervoor dat het netsnoer goed in het stopcontact
steekt.
De waterdruk is laag
Controleer dat de watertoevoer correct is aangesloten en
het water is aangekoppeld.
De deur van de
vaatwasmachine is niet
correct gesloten.
Zorg ervoor dat de deur correct is gesloten en
vergrendeld.
Het water van de
vaatwasmachine
wordt niet
weggepompt
Kink in de afvoerslang.
Controleer de afvoerslang.
Filter verstopt
Controleer de groffilter
(Zie paragraaf "Reiniging de filter")
Gootsteen verstopt
Controleer de gootsteen in de keuken en check of het
water goed wegloopt.
Als het aanrecht niet goed afvoert, heeft u
een loodgieter nodig in plaats van een servicetechnicus
voor vaatwassers.
Algemene
problemen
Schuim in de kuip
Ongepast wasmiddel
Gebruik alleen wasmiddel speciaal voor vaatwasmachines
om schuim te vermijden.
Als dit gebeurt, opent u de vaatwasser en laat het
zeepsop verdampen. Voeg 1 liter koud water aan het bad
toe. Sluit en vergrendel de vaatwasmachine. Selecteer
een cyclus. De vaatwasmachine zal eerst het water
afvoeren. Open de deur nadat het afvoeren van het
water is beëindigd en controleer of het schuim is
verdwenen.
Gemorst glansspoelmiddel
Veeg altijd het gemorste glansspoelmiddel af.
Vlekken aan
binnenkant van de
vaatwasmachine
Er werd een wasmiddel met
kleurstof gebruikt.
Zorg ervoor dat u een wasmiddel zonder kleurstof
gebruikt.
Witte waas op de
binnenkant van de
machine
Mineralen in hard water
Gebruik om de binnenkant te reinigen een vochtige
spons met afwasmiddel voor afwasmachines en draag
hierbij rubberen handschoenen.
Gebruik geen ander schoonmaakmiddel om mogelijke
schuimvorming te voorkomen.
Er zijn roestvlekken
op het bestek.
De desbetreffende
voorwerpen zijn niet
corrosiebestendig.
Er werd geen programma
gestart nadat zout werd
toegevoegd. Er zijn
zoutsporen in de wascyclus
terechtgekomen
Start altijd een kort wasprogramma zonder vaat in de
vaatwasmachine en zonder de turbofunctie (indien
aanwezig) te selecteren nadat het zout is toegevoegd.
Het deksel van de
verzachter zit los
Controleer het deksel. Zorg ervoor dat het probleem is
verholpen.
22
22
Geluid
Een kloppend geluid
in de spoelruimte
Een sproeiarm klopt tegen
een voorwerp in een mand
Onderbreek het programma en verplaats de voorwerpen
die de sproeiarm blokkeren.
Ratelend geluid in de
spoelruimte
Er zit vaat los in de
spoelruimte
Onderbreek het programma
en verplaats de vaat.
Kloppend geluid in de
waterleidingen
Dit kan veroorzaakt worden
door leidingen ter plaatse
of de diameter van de
leidingen.
Dit heeft geen invloed op de werking van de
vaatwasmachine.
Indien u twijfels hebt, neem contact op met een
bevoegde loodgieter.
23
23
Onbevre-
digend
was-
resultaat
Probleem
Mogelijke
oorzaken
Wat doen?
De vaat
is niet proper
De vaat werd niet correct
geplaatst.
Zie opmerkingen in "Vullen van de manden van de
vaatwasmachine".
Het programma was niet
krachtig genoeg.
Selecteer een krachtiger programma.
Zie "Wascyclustabel"
Er werd niet genoeg
wasmiddel toegevoegd.
Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander wasmiddel.
Items blokkeren
het pad van de sproeiarmen.
Verplaats de voorwerpen zodat de sproeiarmen vrij kunt
ronddraaien.
Het filtersysteem onderin de
spoelruimte is niet proper en
is niet correct geplaatst. Dit
kan ervoor zorgen dat de
sproeiarmen verstopt raken
met vuil.
Reinig het filtersysteem en/of plaats het op een correcte
manier.
Reinig de sproeiarmen. Zie "Reinigen van de
sproeiarmen".
Troebel glaswerk
De combinatie van zacht
water en te veel wasmiddel.
Gebruik minder wasmiddel als u zacht water hebt en
selecteer een kortere cyclus om het glaswerk te reinigen
en het proper te krijgen.
Zwarte of grijze
vlekken op de vaat.
Aluminium
gebruiksvoorwerpen
hebben tegen de vaat
gewreven.
Gebruik een mild schuurmiddel om deze vlekken te
verwijderen.
Resten wasmiddel in
de reservoirs
De vaat blokkeert de
afgifte uit de reservoirs.
Verwijder de vaat correct en plaats deze correct in de
manden.
Onbevre-
digend
droog-
resultaat
De vaat droogt niet
Onjuist vullen
Vul de vaatwasmachine volgens de richtlijnen.
Te weinig glansspoelmiddel
Verhoog de hoeveelheid glansspoelmiddel/vul het
glansspoelmiddel bij.
De vaat werd te snel
verwijderd
Verwijder uw vaat niet onmiddellijk na de wasbeurt. Open
de deur een beetje zodat de stoom kan ontsnappen. Begin
de vaatwasmachine slechts leeg te maken zodra de vaat
bijna niet meer warm aanvoelt. Maak eerst de onderste
mand leeg om te vermijden dat er water op de onderste
mand drupt.
Er werd een verkeerd
programma geselecteerd
Met een kort programma is de wastemperatuur lager
waardoor de reinigingsprestaties verminderen.
Kies een programma met een langere wastijd.
Gebruik van bestek met
een lage kwaliteit coating
De waterafvoer is lastiger bij deze voorwerpen.
Bestek of borden van dit type zijn niet geschikt voor de
vaatwasmachine.
Foutcodes
In geval van storingen zal het apparaat foutcodes tonen om u te waarschuwen:
Codes
Betekenis
Mogelijke oorzaken
Het week-lichtje knippert snel
Langere toevoertijd.
De kraan is niet geopend, de
watertoevoer is beperkt of de waterdruk is
te laag.
Het eco-lichtje knippert snel
Overstroming
Sommige onderdelen van de
vaatwasmachine lekken
Het auto-lichtje knippert snel
Foutieve oriëntatie van de verdeelklep.
Het circuit is open of defecte verdeelklep.
Het auto- of week-lichtje
Blijf gedurende meer dan 30 seconden op
de knop drukken.
Waterlek in de bodemplaat.
OPGELET!
Bij een overstroming de kraan dichtdraaien voor u de servicedienst belt.
Als er water in de bodemplaat staat:
- De kraan dichtdraaien voor u de servicedienst belt
- Verwijder overtollig water alvorens de vaatwasmachine opnieuw aan te
zetten.
24
24
Technische informatie
Hoogte
845 mm
Breedte:
598mm
Diepte:
600 mm (met de deur gesloten)
Waterdruk:
0,04-1,0 MPa
Stroomtoevoer:
zie etiket
Capaciteit:
15 couverts
25
25
Productfiche
Fiche van vaatwasmachine voor huishoudelijk gebruik volgens de EU-richtlijnen A016/2010 & 1059/2010:
Fabrikant
BRANDT
Type / Beschrijving
DFH15624W.DFH15624X
Standaard locatie-instellingen
15
Energie-efficiëntieklasse
A++
Jaarlijks energieverbruik
270 kWh
Energieverbruik standaard reinigingscyclus
0,93 kWh
Stroomverbruik in uit-modus
0,45 W
Stroomverbruik in sluimerstand
0,49 W
Jaarlijks waterverbruik
2800 liter
Drogingsefficiëntieklasse
A
Standaard reinigingscyclus
ECO 45°C
Programmaduur standaard reinigingscyclus
195 min
Geluidsniveau
44 dB(A) re 1 pW
Montage
Vrijstaand
Kan worden ingebouwd
Nee
Hoogte
84,5 cm
Breedte
59,8 cm
Diepte (met verbindingsstukken)
60 cm
Stroomverbruik
1930 W
Nominale spanning/frequentie
230 V~50 Hz
Waterdruk (stromingsdruk)
0,4-10 bar = 0,04-1 MPa
OPMERKING:
A + + + (hoogste efficiëntie) tot D (laagste efficiëntie)
Energieverbruik "262" kWh per jaar, gebaseerd op 280 standaard reinigingscycli met koud water en het verbruik van
energiebesparende modi. Het werkelijke energieverbruik is afhankelijk van hoe het apparaat wordt gebruikt.
Waterverbruik "2800" liter per jaar, gebaseerd op 280 standaard reinigingscycli. Het werkelijke waterverbruik is afhankelijk
van hoe het apparaat wordt gebruikt.
A (hoogste efficiëntie) tot G (laagste efficiëntie)
Dit is een programma geschikt voor het reinigen van normaal vervuilde vaat en het is het meest doeltreffende
programma voor een gecombineerd energie- en waterverbruik voor dat type vaat.
Het toestel voldoet aan de Europese standaarden en richtlijnen in de huidige versie bij de levering:
- LVD 2006/95/EC
- EMC 2004/108/EC
- ErP 2009/125/EC
Bovenstaande waarden werden gemeten in overeenstemming met de standaarden onder specifieke
werkingsomstandigheden.
De resultaten kunnen sterk verschillen afhankelijk van de hoeveelheid en de vervuiling van de vaat, de waterhardheid, de
hoeveelheid wasmiddel, enz.
De handleiding is gebaseerd op de normen en regels van de Europese Unie.
26
Het vullen van de manden volgens En50242:
1. Bovenste mand:
Koppen
Schoteltjes
Glazen
Kleine serveerkom
Middelgrote
serveerkom
2. Onderste mand:
Grote serveerkom
Dessertborden
Borden
Soepborden
Ovenschotel
3. Bestekmand:
1 Soeplepels
5 Dessertlepels
2 Vorken
6 Serveerlepels
3 Messen
7 Serveervorken
4 Theelepels
8 Sauslepels
De informatie voor de vergelijkbaarheidstest volgens EN
50242
Capaciteit: 15 couverts
Positie van de bovenste mand: laagste positie
Programma: ECO
Instelling van glansspoelmiddel: 6
Instellingen verzachter: H3
IN
IN
26
Dienst na verkoop:
Elk onderhoud aan de apparatuur moet worden uitgevoerd door:
- Of de verkoper,
- Of een andere gekwalificeerde monteur die een erkende agent is voor de apparaten van het merk.
Vermeld de volledige referentie van uw apparaat (model, type en serienummer) als u een afspraak maakt.
Deze informatie staat op het etiket bevestigd op uw apparaat.
28
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31

Fagor DFH15624W de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor