Documenttranscriptie
Welkom !
Voorzorgsmaatregelen
Dank u voor uw aankoop van deze Sony
Compact Disc Player. Dit toestel biedt u tal van
mogelijkheden die u kunt benutten met behulp
van de volgende bedieningsaccessoires:
Meegeleverd accessoire
Afstandsbedieningskaart
RM-X95 (voor de CDX-M700R)
RM-X96 (voor de CDX-M600R)
Los verkrijgbaar accessoire
Bedieningssatelliet RM-X4S
• Laat de speler voor gebruik afkoelen, als u in
de zon hebt geparkeerd en de temperatuur in
de auto hoog is opgelopen.
•Als de speler geen voedingsspanning krijgt,
controleert u eerst de verbindingen. Als de
verbindingen in orde zijn controleert u de
zekering.
•Als uw auto voorzien is van een
motorantenne, zal deze automatisch
uitschuiven zodra het apparaat wordt
ingeschakeld.
Bovenop CD en radio, kunt u uw systeem nog
uitbreiden door extra CD/MD-apparatuur aan
te sluiten*1.
Bij het bedienen van dit toestel of aangesloten
los verkrijgbare CD-apparatuur met CD TEXT
functie, verschijnt de CD TEXT informatie in
het uitleesvenster bij weergave van een CD
TEXT disc*2.
Als u vragen of problemen hebt die niet in
deze handleiding aan de orde komen, neemt u
contact op met de dichtstbijzijnde Sonyleverancier.
*1 U kunt CD-wisselaars, MD-wisselaars, CD-spelers
of MD-spelers aansluiten.
*2 Een CD TEXT disc is een audio CD met daarop
informatie zoals de discnaam, de artiestennaam
en muziekstuknamen.
Deze informatie is op de disc opgenomen.
2
Condensvorming
Op een regenachtige dag of in een zeer
vochtige omgeving kan op de lenzen in het
toestel vocht condenseren. Hierdoor kan de
werking van het toestel worden verstoord.
Verwijder in dat geval de disc en wacht
ongeveer een uur tot alle condensvocht is
verdampt.
Opmerkingen betreffende
compact discs
Bij een vuile of beschadigde disc kan het
weergavegeluid soms wegvallen. Voor een
optimale weergave behandelt u de disc als
volgt.
Pak een compact disc altijd bij de rand vast, en
raak het oppervlak niet aan.
Opmerkingen bij discs
Als u discs gebruikt zoals hieronder
beschreven, kunnen de kleverige resten de CD
doen stoppen met draaien waardoor het toestel
defect of de disc beschadigd kunnen raken.
Gebruik geen gebruikte of gehuurde CD’s met
kleverig oppervlak (bijvoorbeeld afkomstig
van stickers of inkt of lijm die van onder de
stickers komt).
Lijmresten.
Kleverige inkt.
Plak geen papier of plakband op een compact
disc.
Gebruik geen gehuurde CD’s met oude labels
die loskomen.
Stickers die loskomen
laten kleverige resten
achter.
Gebruik geen CD’s waarop labels of stickers
zijn gekleefd.
Vastgekleefde labels.
Stel compact discs niet bloot aan direkt
zonlicht of de warmte van een kachel of
radiator. Laat ze ook niet liggen in een
geparkeerde auto in de volle zon, aangezien
hierin de temperatuur bijzonder hoog kan
oplopen.
8 cm CD-singles afspelen
Gebruik de los verkrijgbare Sony compact disc
single adapter (CSA-8) om de CD-speler niet te
beschadigen.
Opmerkingen bij CD-R discs
Veeg de disc schoon met een los verkrijgbaar
reinigingsdoekje, alvorens deze af te spelen.
Veeg vanuit het midden naar de rand.
• U kunt CD-R’s (opneembare CD’s) afspelen
met dit toestel. Met sommige CD-R’s lukt dat
echter niet, afhankelijk van de
omstandigheden waarin ze werden
opgenomen.
• U kunt geen CD-R afspelen die niet is
gefinaliseerd (finalisatie is nodig om een CDR te kunnen afspelen met een audio CDspeler).
• U kunt geen CD-RW’s (herschrijfbare CD’s)
afspelen met dit toestel.
Gebruik geen oplosmiddelen zoals benzine,
verdunner of in de handel verkrijgbare
reinigingsmiddelen en antistatische spray voor
konventionele grammofoonplaten.
3
Inhoud
Plaats van de bedieningsorganen .......................... 6
Aan de slag
Instellingen wissen .............................................
Beveiliging afzetten ............................................
Het toestel aan-/uitschakelen ...........................
Gebruik van het menu ........................................
De klok instellen ..................................................
8
8
8
9
9
CD-speler
Los verkrijgbare
CD/MD-apparatuur
Een CD beluisteren
(alleen met dit toestel) .................................
Muziekstukken herhaald afspelen
— Repeat play ..............................................
Muziekstukken in willekeurige volgorde
afspelen
— Shuffle play ..............................................
Een CD een naam geven
— Disc memo (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie) ........................
Een disc zoeken op naam
— List-up (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie of
MD-apparatuur) ..........................................
Bepaalde muziekstukken voor weergave
uitkiezen
— Bank (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie) ........................
10
12
12
13
14
15
Stations automatisch opslaan
— Best Tuning Memory (BTM) ................. 16
Uitsluitend bepaalde stations vastleggen ...... 16
Ontvangst van de opgeslagen stations .......... 17
RDS
4
Wat is DAB precies? .........................................
Basisfuncties van DAB .....................................
DAB-diensten automatisch voorinstellen
— BTM ..........................................................
DAB-diensten handmatig voorinstellen
— Manual Preset Memory .........................
Een DAB-programma beluisteren ..................
Instellingen voor audio-ontvangst .................
Een DAB-dienst zoeken op programmatype
(PTY) ..............................................................
23
24
25
25
26
27
27
DSP (alleen CDX-M700R)
Radio
Overzicht van de RDS-functie .........................
De naam van het station weergeven ..............
Automatisch opnieuw afstemmen op
eenzelfde programma
— Alternative Frequencies (AF)
(alternatieve frequenties) ............................
Luisteren naar verkeersinformatie .................
De RDS-stations instellen met de AF- en
TA-gegevens .................................................
Een station zoeken aan de hand van het
programmatype ...........................................
De klok automatisch instellen .........................
DAB
18
18
De equalizer instellen .......................................
De luisterpositie kiezen ....................................
Een soundstage menu kiezen
— Dynamic Soundstage Organizer
(DSO) .............................................................
De balans regelen (BAL) ..................................
Voor/achter-balans regelen (fader). ...............
Het volume van de subwoofer(s) regelen .....
Elke programmabron met geregistreerde
DSO beluisteren
— Source Sound Memory (SSM) ...............
28
29
29
30
30
31
31
Andere functies
Etiketten aanbrengen op de
bedieningssatelliet ....................................... 32
Werken met de bedieningssatelliet ................ 32
De geluidskenmerken aanpassen
(alleen CDX-M600R) .................................... 34
Het geluid dempen ........................................... 34
De instellingen voor het geluid en het
uitleesvenster wijzigen ................................ 35
Voor een krachtiger bass-geluid
— D-bass (alleen CDX-M600R) .................. 36
De spectrum analyser kiezen .......................... 36
Het geluid en de frequentie van de equalizer
voorversterker regelen
(alleen voor de CDX-M600R) ..................... 37
Overige informatie
18
20
21
22
23
Onderhoud .........................................................
Verwijderen van het gehele apparaat ............
Specificaties ........................................................
Problemen oplossen ..........................................
37
38
40
41
Plaats van de bedieningsorganen
Afstandsbedieningskaart
OPEN/CLOSE
OFF
MENU
DSO
DISC
LIST
SEEK
SEEK
SOURCE
SOUND
DISC
ENTER
PTY
DSPL
ATT
AF/TA
MODE
VOL
Zie de aangegeven pagina’s voor meer
informatie.
1 OFF knop 8, 10
2 MENU knop 9, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17,
19, 21, 23, 25, 27, 28, 30, 31, 35, 36
qa M/m (PRST/DISC –/+) toetsen
9, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 19, 21, 22,
23, 24, 25, 26, 27, 28, 30, 31, 35, 36
3 SOURCE (TUNER/CD/MD) knop
8, 10, 11, 14, 16, 17, 24, 28, 29, 30, 31, 36
Tijdens afspelen CD/MD:
Disc wisselen 11
4 </, SEEK/AMS –/+ toetsen
9, 11, 12, 13, 15, 17, 19, 21, 23, 24, 25,
27, 28, 29, 30, 31, 34, 35, 36
Automatic Music Sensor (./>) 11
Handmatig zoeken (m/M) 11
Zoeken 17
Tijdens radio-ontvangst:
Voorkeuzestations kiezen 17
5 SOUND knop 28, 29, 30, 31, 34
6 DSPL/PTY (instelling uitleesvenster /
programmatype) knop 10, 11, 13, 22, 27
7 ATT (dempen) knop 34
8 CDX-M700R:
DSO (Dynamic Soundstage Organizer)
knop 29
CDX-M600R:
D-BASS knop 36
9 OPEN/CLOSE knop 10
q; LIST knop 13, 14, 26
qs ENTER knop 9, 13, 14, 15, 16, 17, 19, 21,
22, 23, 25, 26, 27, 28, 30, 31, 35, 36
qd AF/TA knop 18, 19, 20, 21
qf MODE knop 10, 14, 16, 17, 24
Tijdens afspelen CD/MD:
Keuze CD/MD-toestel 10, 14
Tijdens radio-ontvangst:
Bandkeuze 16, 17
qg VOL (volumeregeling) knoppen 20, 31
Een toestel dat werd uitgeschakeld door
gedurende twee seconden op (OFF) te
drukken, kan niet worden bediend met de
afstandsbedieningskaart tenzij (SOURCE) op
het toestel is ingedrukt of eerst een CD werd
ingebracht om het toestel aan te schakelen.
5
Plaats van de bedieningsorganen
Beveiligingskant
Werkingskant
PTY
M OD E
DSO
AF
REP
SHUF
1
2
3
4
5
6
TA
CDX-M700R/M600R
6
D
UN
SO
OFF
ST
SOURCE
DISC
LI
M
EN
U
DSPL
R
DISC
TE
EN
CLOSE
De overeenkomstige knoppen op het
toestel hebben dezelfde functie als die op
de afstandsbedieningskaart.
17 Reset-knop 8
2 Hoofduitleesvenster
3 OPEN knop 38
4qf Ontvanger voor de
afstandsbedieningskaart
* Opgelet bij het monteren in een auto
waarvan het contactslot geen ACC
(accessory) stand heeft
Druk (OFF) op het toestel gedurende
twee seconden in om de klokweergave uit
te schakelen na het afzetten van de
motor.
Indien u slechts even op (OFF) drukt,
verdwijnt de tijdindicatie niet waardoor de
batterij uitgeput raakt.
5 Volumeregelknoppen
6 Z (uitwerp) knop 10
8 DSPL/PTY (instelling uitleesvenster/
programmatype) knop
9 Subuitleesvenster
q; MENU knop
qa DISC/PRST +/– (cursor op/neer) toetsen
SEEK/AMS –/+ (cursor links/rechts)
toetsen 16
qs CDX-M700R:
DSO knop
CDX-M600R:
D-BASS knop
qd LIST knop
qg OFF knop*
qh MODE knop
qj SOURCE (TUNER/CD/MD) knop
qk AF knop 18, 19, 21
ql Cijfertoetsen
Tijdens radio-ontvangst:
Voorkeuzestation kiezen
16, 17, 19, 21, 26
Tijdens CD/MD-weergave:
(1) REP 12
(2) SHUF 12
w; TA knop 19, 20, 21
wa SOUND knop
ws ENTER knop
wd CLOSE knop
7
Aan de slag
Het toestel aan-/
uitschakelen
Het toestel aanschakelen
Instellingen wissen
Voordat u het apparaat voor de eerste keer
gebruikt, of na het vervangen van de accu van
de auto, dient u de instellingen van het
apparaat te wissen.
Druk op de terugsteltoets met een puntig
voorwerp, zoals bijvoorbeeld een balpen.
Reset-knop
Druk op (SOURCE) of breng een CD in het
toestel. Zie pagina 10 (CD/MD) en pagina 16
(radio) voor details omtrent de bediening.
Het toestel uitschakelen
Druk op (OFF) om de CD/MD-weergave of
radio-ontvangst te stoppen (de toetsen en het
uitleesvenster blijven verlicht).
Druk gedurende twee seconden op (OFF) om
het toestel volledig uit te schakelen.
Opmerking
Indien het contactslot van uw auto geen ACC
stand heeft, moet u het toestel afzetten door
(OFF) twee seconden lang ingedrukt te houden
om te voorkomen dat de batterij uitgeput raakt.
Opmerking
Door op de reset-knop te drukken, worden alle
klokinstellingen en bepaalde geheugenfuncties
gewist.
Beveiliging afzetten
Verricht de volgende basisinstellingen
alvorens het toestel voor de eerste maal in
gebruik te nemen, na het vervangen van de
autobatterij of na het terugstellen van het
toestel.
Verricht zeker deze instellingen, zoniet wordt
het voorpaneel niet geactiveerd en kan het
toestel niet worden bediend.
1
Druk op de terugsteltoets.
“Code in” verschijnt.
2
Druk op de toetsen op de
afstandsbedieningskaart en verstuur de
veiligheidscode.
Raadpleeg het meegeleverde inlegvel voor
details omtrent de beveiligingscodetoetsen.
Wanneer de code is bevestigd, verschijnt de
tijd in het uitleesvenster en kan het toestel
normaal worden bediend.
Opmerkingen
• Neem bij het uitstappen altijd de
afstandsbedieningskaart mee.
• Raadpleeg uw Sony Service Center als u uw
beveiligingscode bent vergeten. Neem de
afstandsbedieningskaart mee.
8
2 Druk op M of m om de uren in te
stellen.
Gebruik van het menu
Dit toestel wordt bediend door items uit een
menu te kiezen.
Om te kiezen schakelt u eerst over naar de
menustand en kiest u M/m (op/neer) of
</, (links/rechts).
3 Druk op ,.
M/m
M: om naar omhoog te
kiezen
DISC
SEEK
SEEK
De minuten knipperen.
SOURCE
DISC
4 Druk op M of m om de minuten in te
stellen.
m: om naar omlaag te
kiezen
</,
DISC
<:
om naar
links te
kiezen
SEEK
SEEK
SOURCE
,:
om naar
rechts te
kiezen
2
Druk op (ENTER).
DISC
De klok is nu ingeschakeld.
De klok instellen
De klok beschikt over een 24-uurs digitale
aanduiding.
Voorbeeld: De klok instellen op 10:08
1
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot “Clock”
verschijnt.
Tip
U kunt de klok automatisch gelijkzetten met
behulp van de RDS functie (pagina 22).
Opmerking
In de oorspronkelijke instelling verschijnt de
klokaanduiding wanneer het toestel wordt
uitgezet.
Als de D.Info mode op “on” staat, wordt de tijd
altijd aangegeven (behalve sommige functies in SA
mode) (pagina 35).
1 Druk op (ENTER).
De uren knipperen.
9
CD-speler
Los verkrijgbare CD/
MD-apparatuur
Met dit toestel kunt u niet alleen een CD
afspelen maar ook externe CD/MDapparatuur bedienen.
Als u CD-apparatuur met CD TEXT functie
aansluit, verschijnt de CD TEXT informatie in
het uitleesvenster bij weergave van een CD
TEXT disc.
Na afloop van het laatste
muziekstuk op de CD
Het muziekstuknummer komt weer op “1”, te
staan en de weergave zal weer beginnen vanaf
het eerste muziekstuk op de CD.
Functie
Afspelen stoppen
Uitnemen van de CD
Een CD of MD afspelen (met los
verkrijgbare CD/MD-apparatuur)
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om
“CD” of “MD” te kiezen.
2
Druk op (MODE) tot de gewenste
wisselaar verschijnt.
CD/MD-apparatuur start.
Een CD beluisteren
(alleen met dit toestel)
1
Druk op (OPEN/CLOSE) op de
afstandsbedieningskaart en plaats de
CD.
De CD wordt automatisch afgespeeld.
De zijde met het label omhoog
Druk op
(OFF)
(OPEN/CLOSE) en
daarna op Z
Alle discs in de huidige CD/MD-apparatuur
worden vanaf het begin weergegeven.
De weergave in het uitleesvenster
wijzigen
Telkens wanneer u tijdens de weergave van
een CD, CD TEXT disc of MD op (DSPL/PTY)
drukt, verandert het uitleesvenster als volgt:
2
Druk op (OPEN/CLOSE) op de
afstandsbedieningskaart om het
voorpaneel te sluiten.
Indien er al een CD is ingebracht, druk dan
herhaaldelijk op (SOURCE), tot “CD”
verschijnt om de weergave te beginnen.
CD indicatie
Muziekstuknummer
Verstreken speeltijd
Opmerking
Gebruik voor het afspelen van 8 cm Cd-singles de
optionele Sony compact disc single adapter
(CSA-8).
10
V
Disc-nummer*1/Muziekstuknummer/
Verstreken speelduur
V
Disc-naam*2/artiestennaam*3
V
Muziekstuk-naam*4
V
FM1 Frequentie*5
*1 Met los verkrijgbare CD/MD apparatuur
aangesloten.
*2 Indien u de CD of CD TEXT disc nog niet hebt
benoemd (“Een CD benoemen” op pagina 13)
of indien er geen disc-naam is opgenomen op
de MD, verschijnt “NO D.Name” in het
uitleesvenster.
*3 Bij het afspelen van een CD TEXT disc verschijnt
de artiestennaam achter de disc-naam in het
uitleesvenster. (Alleen voor CD TEXT discs met
de artiestennaam.)
*4 Als de muziekstuknaam van een CD TEXT disc of
MD niet is opgenomen, verschijnt “NO T.Name”
in het uitleesvenster.
*5 Met de AF/TA-functie geactiveerd.
Nadat u het gewenste item hebt gekozen, keert
het uitleesvenster na enkele seconden
automatisch terug naar de Motion Display
mode.
In de Motion Display mode, rollen alle
bovenstaande items achtereenvolgens in het
uitleesvenster.
Opmerking
Gepersonaliseerde labels hebben altijd
voorrang op de originele CD TEXT informatie
bij weergave van dergelijke informatie.
Tip
De Motion Display mode kan worden afgezet. (Zie
“De instellingen voor het geluid en het
uitleesvenster wijzigen” op pagina 35).
De titel van een CD of MD
automatisch verschuiven
— Auto Scroll
Als de disc-naam, artiestennaam of
muziekstuknaam op een MD of CD TEXT disc
langer is dan 10 tekens en de Auto Scroll
functie aan is, rolt de informatie automatisch
over het uitleesvenster als volgt:
• De discnaam verschijnt wanneer u van disc
verandert (als de discnaam is geselecteerd als
weer te geven item).
• De muziekstuknaam verschijnt wanneer u van
muziekstuk verandert (als de muziekstuknaam is
geselecteerd als weer te geven item).
• De disc- of muziekstuknaam verschijnt
afhankelijk van de instelling wanneer u op
(SOURCE) drukt om een CD of MD TEXT disc te
kiezen.
Als u op (DSPL/PTY) drukt om de indicatie op
het uitleesvenster te wijzigen, rolt de disc- of
muziekstuknaam van de MD of CD TEXT disc
automatisch met aan- of uitgeschakelde
functie.
Een bepaald muziekstuk zoeken
— Automatic Music Sensor (AMS)
Druk tijdens de weergave even op
< of , voor elk muziekstuk dat u wilt
overslaan.
< (.):
Een vorig
muziekstuk
zoeken
DISC
SEEK
SEEK
SOURCE
, (>):
Een volgend
muziekstuk
zoeken
DISC
Een bepaald punt in een
muziekstuk zoeken
— Handmatig zoeken
Hou tijdens de weergave < of ,
ingedrukt. Laat los wanneer u het
gewenste punt hebt gevonden.
DISC
< (m):
Achteruit
zoeken
SEEK
SEEK
SOURCE
, (M):
Vooruit
zoeken
DISC
Opmerking
” of “
” in het
Als “
uitleesvenster verschijnt, heeft u het begin of het
einde van de disc bereikt en kunt u niet meer
verder.
Een disc zoeken
— Disc-selectie
Druk op M of m om de gewenste disc te
kiezen wanneer los verkrijgbare CD/MDapparatuur is aangesloten.
M (DISC +): voor volgende discs
DISC
1
Druk tijdens het afspelen op (MENU).
2
Druk herhaaldelijk op M of m tot “A.Scrl”
verschijnt.
3
Druk op , om “A.Scrl on” te kiezen.
4
Druk op (ENTER).
SEEK
SEEK
SOURCE
DISC
m (DISC –): voor vorige discs
De gewenste disc in de huidige los
verkrijgbare CD/MD-apparatuur begint te
spelen.
Kies “A.Scrl off” in stap 3 om Auto Scroll te
annuleren.
Opmerking
Bij sommige CD TEXT discs met zeer veel tekens
kan het volgende zich voordoen:
— Sommige tekens verschijnen niet in het
uitleesvenster.
— De functie Auto Scroll werkt niet.
11
Muziekstukken herhaald
afspelen
— Repeat play
De CD in het hoofdtoestel wordt aan het eind
automatisch herhaald. Voor herhaalde
weergave kunt u kiezen uit de volgende
mogelijkheden:
•Repeat 1 — om een muziekstuk te herhalen.
•Repeat 2 — om een disc in de los verkrijgbare
CD/MD-apparatuur te herhalen.
1
Druk tijdens de weergave op (MENU).
2
Druk herhaaldelijk op M of m tot
“Repeat” verschijnt.
3
Druk herhaaldelijk op , tot de
gewenste instelling verschijnt in het
uitleesvenster.
B Repeat 1
B Repeat 2*
Repeat off b
* “Repeat 2” is alleen beschikbaar wanneer u
los verkrijgbare CD- of MD-apparatuur
aansluit.
De muziekstukken worden herhaald
afgespeeld.
Kies “Repeat off” in stap 3 om terug te keren
naar normale weergave.
Tip
Wanneer u de knoppen op het toestel gebruikt,
druk dan herhaaldelijk op (1) (REP) tot de
gewenste stand verschijnt.
12
Muziekstukken in
willekeurige volgorde
afspelen — Shuffle play
U kunt kiezen uit de volgende instellingen:
•Shuf 1 — speelt de muziekstukken op de
huidige disc af in willekeurige volgorde.
•Shuf 2 — om de muziekstukken in de
huidige CD/MD-apparatuur in willekeurige
volgorde af te spelen.
•Shuf All — om alle muziekstukken in alle los
verkrijgbare CD/MD-apparatuur in
willekeurige volgorde af te spelen.
1
Druk tijdens de weergave op (MENU).
2
Druk herhaaldelijk op M of m tot “Shuf”
verschijnt.
3
Druk herhaaldelijk op , tot de
gewenste instelling verschijnt in het
uitleesvenster.
B Shuf 1
B Shuf 2*
B Shuf All*
Shuf off b
* “Shuf 2” en “Shuf All” zijn alleen beschikbaar
wanneer u los verkrijgbare CD- of MDapparatuur aansluit.
Shuffle play begint.
Kies “Shuf off” in stap 3 om terug te keren
naar normale weergave.
Tip
Wanneer u de knoppen op het toestel gebruikt,
druk dan herhaaldelijk op (2) (SHUF) tot de
gewenste stand verschijnt.
Een CD een naam geven
— Disc memo (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie)
U kunt elke CD een eigen naam geven. U kunt
per disc acht tekens gebruiken. U kunt
vervolgens discs op naam zoeken (pagina 14)
en bepaalde muziekstukken selecteren voor
weergave (pagina 15).
1
Start de weergave van de disc die u wilt
benoemen.
2
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot “Name edit”
verschijnt.
3
Druk op (ENTER).
5
Om terug te keren naar de gewone CDafspeelstand, drukt u op (ENTER).
Tips
• Om een naam te wissen of te corrigeren, voert u
voor elk teken “ ” (onderstreping) in.
• Het benoemen van een CD kan nog op een
andere manier worden gestart. Druk op (LIST)
gedurende twee seconden in plaats van stap 2 en
3. U kunt de handeling ook beëindigen door
(LIST) gedurende twee seconden in te drukken
in plaats van stap 5.
De disc memo tonen
Druk op (DSPL/PTY) tijdens het afspelen
van een CD of CD TEXT disc.
Benoemingsstand
Telkens wanneer u tijdens de weergave van
een CD of CD TEXT op (DSPL/PTY) drukt,
verandert het uitleesvenster als volgt:
4
Voer de gewenste tekens in.
1 Druk herhaaldelijk op M om de
gewenste tekens te kiezen.
(A t B t C t ··· Z t 0 t 1 t 2 t
··· 9 t + t – t * t / t \ t > t <
t.t
)
V
Discnummer*1/Muziekstuknummer/
Verstreken speelduur
V
Disc memo naam
V
Muziekstuk-naam*2
V
FM1 Frequentie*3
Als u herhaaldelijk op m drukt,
verschijnen de tekens in omgekeerde
volgorde.
Als u na een teken een lege ruimte wilt
invoegen, kiest u “ ”.
*1 Met los verkrijgbare CD-apparatuur
aangesloten.
*2 Als u optionele CD-apparatuur met CD TEXT
functie aansluit, verschijnt de CD TEXT
informatie in het uitleesvenster bij het
afspelen van een CD TEXT disc.
*3 Met de AF/TA-functie geactiveerd.
2 Druk op , nadat u het gewenste
teken hebt gevonden.
Het volgende teken knippert.
Als u op < drukt, knippert het vorige
teken.
3 Herhaal voor het opgeven van de
volledige naam de stappen 1 en 2.
13
De disc memo wissen
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om
“CD” te kiezen.
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de CDspeler met gebruikersbestandsfunctie te
kiezen.
3
4
Druk op (ENTER).
5
Druk herhaaldelijk op M of m om de discnaam te kiezen die u wilt wissen.
6
Druk tenminste twee seconden op
(ENTER).
De naam is gewist.
Herhaal indien gewenst stap 5 en 6.
— List-up (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie of
MD-apparatuur)
Deze functie kan worden gebruikt voor discs
waaraan een naam is gegeven. Voor meer
informatie over disc memonamen, zie “Een CD
een naam geven” (pagina 13).
1
Druk op (LIST).
De naam van de huidige disc verschijnt in
het uitleesvenster.
Een disc memonaam die u aan een CD
TEXT disc toekent heeft altijd voorrang op
de originele CD TEXT informatie.
Druk tweemaal op (MENU).
De speler komt weer in de gewone CD
afspeelstand.
2
Druk herhaaldelijk op M (DISC +) of m
(DISC –) tot u de gewenste disc hebt
gevonden.
Opmerking
Wanneer het gepersonaliseerde label wordt
gewist, verschijnt de oorspronkelijke CD TEXT
informatie in het uitleesvenster.
3
Druk op (ENTER) om de disc af te spelen.
7
14
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot “Name Del”
verschijnt.
Een disc zoeken op naam
Opmerkingen
• Tijdens het afspelen van een CD TEXT disc of MD
kunnen de namen van de muziekstukken niet
worden weergegeven.
• Als er geen discs in het magazijn zijn, zal “NO
Disc” in het uitleesvenster worden weergegeven.
• Als een disc geen eigen naam heeft gekregen,
wordt “********” in het uitleesvenster
weergegeven.
• Bij het afspelen van een CD TEXT disc of MD
kunnen bepaalde letters niet verschijnen.
Bepaalde muziekstukken
voor weergave uitkiezen
— Bank (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie)
Als u een disc benoemt, kunt u bepaalde
muziekstukken laten spelen of overslaan.
1
Begin de disc af te spelen die u wilt
benoemen.
2
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot “Bank Sel”
verschijnt.
3
Uitsluitend de uitgekozen
muziekstukken afspelen
U kunt de volgende instellingen selecteren:
• “Bank on” — om muziekstukken af te spelen
met de instelling “Play”.
• “Bank inv” (Inverse, omkeren) — om
muziekstukken af te spelen met de instelling
“Skip”.
1
Druk tijdens de weergev op (MENU) en
vervolgens herhaaldelijk op M of m tot
“Bank” verschijnt.
2
Druk herhaaldelijk op , tot de
gewenste instelling verschijnt.
B Bank on
B Bank inv
Bank off b
Druk op (ENTER).
De stand Bank bewerken
3
4
Muziekstukken benoemen.
1 Druk herhaaldelijk op < of , om het
muziekstuk te kiezen dat u wilt
benoemen.
2 Druk herhaaldelijk op (ENTER) om
“Play” te kiezen.
5
Herhaal stap 4 om “Play” of “Skip” in te
stellen voor alle muziekstukken.
6
Druk tweemaal op (MENU).
De speler keert terug in de gewone CDafspeelstand.
Druk op (ENTER).
Vanaf het eerstvolgende muziekstuk is de
functie Bank ingeschakeld.
Om terug te keren naar de gewone
weergavestand, kiest u “Bank off” in stap 2.
Opmerkingen
• “Play” en “Skip” kan voor maximum 24
muziekstukken worden ingesteld.
• “Skip” kan niet worden ingesteld voor alle
muziekstukken op een CD.
15
Radio
Stations automatisch
opslaan
— Best Tuning Memory (BTM)
Deze functie selecteert de stations met de
sterkste signalen en legt deze vast in de
volgorde van hun frequentie. U kunt
maximum 6 stations per band opslaan (FM1,
FM2, FM3, MW en LW).
VOORKOM ONGEVALLEN!
Wilt u tijdens het rijden afstemmen op een
station, gebruik dan Best Tuning Memory om
ongevallen te voorkomen.
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
Bij elke druk op (SOURCE) verandert de
geluidsbron als volgt:
B Tuner
B CD
B MD*
* Het item verschijnt niet als de betreffende
optionele apparatuur niet is aangesloten.
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de
band te kiezen.
Bij elke druk op (MODE) verandert de band
als volgt:
B FM1
B FM2
LW b
16
B FM3
Opmerkingen
• Stations met zwakke frequenties zullen niet
onder de voorkeuzetoetsen worden opgeslagen.
Indien slechts enkele stations kunnen worden
ontvangen, zal voor een aantal
voorkeuzetoetsen de vroegere instelling
behouden blijven.
• Indien een voorkeuzestation in het uitleesvenster
wordt weergegeven, zullen stations worden
opgeslagen op alle voorkeuzetoetsen vanaf het
huidig weergegeven voorkeuzestation.
• Als er geen CD in het toestel zit, verschijnt alleen
de tuner band wanneer u (SOURCE) indrukt.
Uitsluitend bepaalde
stations vastleggen
U kunt maximum 18 FM-stations (telkens 6
voor FM1, FM2 en FM3), 6 MW-stations en 6
LW-stations vastleggen in de volgorde van uw
keuze.
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de
band te kiezen.
3
Druk op . of > op het toestel om af
te stemmen op de zender die u wilt
opslaan onder de cijfertoets.
4
Druk op de gewenste cijfertoets ((1) tot
(6)) op het toestel tot “MEM” verschijnt.
Het nummer van de voorkeuzetoets wordt
weergegeven in het uitleesvenster.
MW b
3
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot “BTM”
verschijnt.
4
Druk op (ENTER).
De stations worden in volgorde van hun
frequentie onder de voorkeuzetoetsen
opgeslagen.
Wanneer de instelling is opgeslagen
weerklinkt een pieptoon.
Opmerking
Als u opnieuw een station opslaat onder dezelfde
voorkeuzetoets, zal het eerder opgeslagen station
worden gewist.
Ontvangst van de
opgeslagen stations
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de
band te kiezen.
3
Druk herhaaldelijk op M (hoger
voorinstelnummer) of m (lager
voorinstelnummer) om de stations te
ontvangen in de volgorde waarin ze in
het geheugen zijn opgeslagen.
Bij slechte FM stereo-ontvangst
— Stand mono
1
Druk tijdens radio-ontvangst op (MENU)
en vervolgens herhaaldelijk op M of m
tot “Mono” verschijnt.
2
Druk op , tot “Mono on” verschijnt.
De geluidskwaliteit verbetert, maar de
weergave wordt mono (de “ST”aanduiding is niet meer zichtbaar).
3
Druk op (ENTER).
Om terug te keren naar de normale
weergavestand, kiest u “Mono off” in stap 2.
Tip
Om af te stemmen op vooringestelde stations,
drukt u op de cijfertoets ((1) to (6)) waaronder
het gewenste station is opgeslagen.
Indien u niet kunt afstemmen op
een voorkeuzestation
Druk op < of , om het station te
zoeken (automatisch afstemmen)
Het scannen stopt als het toestel een station
ontvangt. Druk herhaaldelijk op < of ,
tot het gewenste station wordt ontvangen.
Opmerking
Als automatisch afstemmen te vaak stopt, druk
dan op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op
M of m tot “Local” (lokale zoekstand) verschijnt.
Druk vervolgens op , om “Local on” te kiezen.
Druk op (ENTER).
In deze stand zal uitsluitend worden afgestemd op
stations met relatief sterke signalen.
Tips
• Als u de stand “Local on” kiest, verschijnt “LCL
Seek” terwijl het toestel naar een station zoekt.
• Als u de frequentie kent van het station dat u
wilt beluisteren, hou dan < of , ingedrukt tot
de gewenste frequentie verschijnt (handmatig
afstemmen).
17
RDS
Overzicht van de RDSfunctie
Radio Data System (RDS) is een zenderservice
waarmee FM-stations digitale informatie
kunnen meezenden met het reguliere radioprogrammasignaal. Hiermee beschikt u via uw
autoradio over een aantal extra diensten, zoals
automatisch opnieuw afstemmen op eenzelfde
programma, het luisteren naar
verkeersinformatie en het zoeken naar stations
met een bepaald type programma’s.
Opmerkingen
• In bepaalde landen of gebieden zijn mogelijk
niet alle RDS-functies beschikbaar.
• RDS zal mogelijk niet goed werken als het
ontvangen signaal zwak is, of als het station
waarop u hebt afgestemd geen RDS-gegevens
uitzendt.
Nadat u het gewenste item hebt gekozen,
wordt na enkele seconden overgeschakeld
naar Motion Display mode.
In de Motion Display mode rollen alle items
achter elkaar over het uitleesvenster.
Tip
De Motion Display mode kan worden afgezet. (Zie
“De instellingen voor het geluid en het
uitleesvenster wijzigen” op pagina 35).
Automatisch opnieuw
afstemmen op eenzelfde
programma
— Alternative Frequencies (AF)
(alternatieve frequenties)
De AF-functie (alternatieve frequenties) kiest
uit een netwerk automatisch het station met
het sterkste signaal, en stemt hierop af.
Dankzij deze functie kunt u tijdens het
afleggen van langere afstanden blijven
luisteren naar eenzelfde programma, zonder
het station handmatig opnieuw te hoeven
instellen.
Frequenties worden automatisch ingesteld.
De naam van het station
weergeven
98,5MHz
96,0MHz
De naam van het huidige station verschijnt in
het uitleesvenster.
Emetteur
Kies een FM-station (pagina 16).
Zodra u afstemt op een FM-station dat
RDS-gegevens uitzendt, zal de naam van
het station worden weergegeven in het
uitleesvenster.
Opmerking
Het teken “*” geeft aan dat een RDS-station wordt
ontvangen.
102,5MHz
1
Kies een FM-station (pagina 16).
2
Druk herhaaldelijk op (AF/TA) tot “AF
on” wordt weergegeven.
Er wordt vervolgens gezocht naar een
alternatief station met een sterker signaal in
hetzelfde netwerk.
Tip
Als u de stand kiest met de knoppen op het
toestel, druk dan op (AF) tot “AF on” verschijnt.
18
De weergave in het uitleesvenster
wijzigen
Een regionaal programma
beluisteren
Telkens wanneer u drukt op (AF/TA), wordt de
weergave als volgt gewijzigd:
De functie “REG on” (regionaal) maakt het
mogelijk dat u blijft afgestemd op een
plaatselijk programma, zonder dat het
apparaat overschakelt naar een ander station
in het gebied. (Hierbij dient de functie AF te
zijn ingeschakeld.) De standaardinstelling van
het apparaat is “REG on”. U kunt deze functie
als volgt uitschakelen.
B AF on
B TA on
B AF TA on*
AF TA off b
* Met deze keuze schakelt u zowel de AF- als de
TA-functies in.
Tips
• Bij elke druk op (AF) op het toestel verandert
het item als volgt:
AF on y AF off
• Bij elke druk op (TA) op het toestel, verandert
het item als volgt:
TA on y TA off
Opmerkingen
• Als er geen alternatief station is in de omgeving,
en er is geen noodzaak tot het zoeken van
alternatieve stations, schakelt u de AF-functie uit
door herhaaldelijk op (AF/TA) te drukken, totdat
“AF TA off” wordt weergegeven.
• Wanneer “NO AF” en de stationsnaam
afwisselend knipperen, betekent dit dat het
toestel geen alternatief station in het netwerk
kan vinden.
• Als de stationsnaam gaat knipperen nadat u een
station hebt gekozen met de AF-functie,
betekent dit dat er geen alternatieve frequentie
beschikbaar is.
Druk op < of , terwijl de stationsnaam
knippert (binnen de acht seconden).
Het toestel gaat dan op zoek naar een andere
frequentie met dezelfde PI (Programme
Identification) gegevens (“PI Seek” verschijnt en
het geluid is uitgeschakeld). Als het toestel geen
andere frequentie kan vinden, verschijnt “NO PI”
en keert het terug naar de eerst gekozen
frequentie.
1
Druk tijdens radio-ontvangst op (MENU)
en vervolgens herhaaldelijk op M of m
tot “REG” verschijnt.
2
Druk op , tot “REG off” verschijnt.
3
Druk op (ENTER).
Met de instelling “REG off” kan het
apparaat overschakelen naar een andere
zender in hetzelfde netwerk.
Om terug te keren naar regionale ontvangst,
kiest u “REG on” in stap 2.
Opmerking
Deze functie kan niet worden gebruikt in GrootBrittannië en in bepaalde andere gebieden.
Lokale verbindingsfunctie
(Uitsluitend voor Groot-Brittannië)
De Lokale verbindingsfunctie maakt het
mogelijk dat u andere plaatselijke zenders in
het gebied kiest, zonder dat deze zijn
opgeslagen onder de voorkeuzetoetsen.
1
Druk op een cijfertoets op het toestel
waaronder een lokaal station is
opgeslagen.
2
Druk binnen vijf seconden nogmaals op
deze toets.
3
Herhaal deze procedure tot het
gewenste lokale station wordt
ontvangen.
19
Luisteren naar
verkeersinformatie
Met Traffic Announcement (TA) en Traffic
Programme (TP) wordt automatisch afgestemd
op een FM-station dat verkeersinformatie
uitzendt, zelfs als u op dat moment naar een
andere programmabron luistert.
Druk een aantal malen op (AF/TA) totdat
“TA on” of “AF TA on” in het
uitleesvenster wordt weergegeven.
Het apparaat gaat zoeken naar een station
dat verkeersinformatie uitzendt. Wanneer
een station met verkeersinformatie wordt
gevonden, wordt “TP” weergegeven in het
uitleesvenster.
Wanneer het verkeersbericht begint,
knippert “TA”. Het knipperen stopt
wanneer het bericht is afgelopen.
Tips
• Als het verkeersbericht begint terwijl u naar een
andere programmabron luistert, wordt
automatisch overgeschakeld naar het
verkeersbericht. Na het verkeersbericht wordt
automatisch teruggeschakeld naar de
oorspronkelijke programmabron.
• Als u de stand kiest met de knoppen op het
toestel, druk dan op (TA) tot “TA on” verschijnt.
Opmerking
Als het ontvangen station geen verkeersinformatie
uitzendt, knippert “NO TP” vijf seconden lang.
Vervolgens wordt gezocht naar een station dat
wel doet.
Het huidige verkeersbericht
annuleren
Druk op (AF/TA).
Als u alle verkeersberichten wilt annuleren,
schakelt u de functie uit door op (AF/TA) te
drukken totdat “AF TA off” verschijnt.
20
Het volume van de
verkeersinformatie vooraf instellen
U kunt het volume van de verkeersinformatie
vooraf instellen, zodat u geen bericht mist.
Wanneer een verkeersbericht begint, wordt dit
automatisch weergegeven met het volume dat
u hebt ingesteld.
1
Selecteer het gewenste volume.
2
Druk twee seconden op (AF/TA).
“TA” verschijnt en de instelling wordt
opgeslagen.
Noodberichten ontvangen
Indien er een noodbericht binnenkomt terwijl
u naar de radio luistert, wordt daar
automatisch naar overgeschakeld. Als u naar
een andere programmabron dan de radio
luistert, hoort u het noodbericht wanneer u AF
of TA hebt ingeschakeld. Het toestel schakelt
automatisch over naar deze berichten, welke
bron u op dat ogenblik ook beluistert.
De RDS-stations instellen
met de AF- en TAgegevens
Wanneer u de RDS-stations instelt, worden
voor elk station de gegevens en de frequentie
opgeslagen, zodat u de functie AF of TA niet
steeds hoeft in te schakelen wanneer u afstemt
op het ingestelde station. U kunt voor elk
voorkeuzestation een andere instelling
opgeven (AF, TA of beide) of alle
voorkeuzestations dezelfde instelling geven.
Alle voorkeuzestations op dezelfde
wijze instellen
1
Selecteer een FM-band (pagina 16).
2
Druk een aantal malen op (AF/TA) om
“AF on”, “TA on” of “AF TA on” (voor
zowel AF- als TA-functies) te selecteren.
Wanneer u “AF TA off” selecteert, worden
niet alleen RDS-stations maar ook nietRDS-stations opgeslagen.
Voor elk voorkeuzestation een
andere instelling opgeven
1
Selecteer een FM-band en stem af op het
gewenste station (pagina 16).
2
Druk een aantal malen op (AF/TA) om
“AF on”, “TA on” of “AF TA on” (voor
zowel AF- als TA-functies) te selecteren.
Tip
Als u de stand kiest met de knoppen op het
toestel, druk dan op (TA) en/of (TA) om “AF on”
en/of “TA on” te kiezen.
3
Druk op de gewenste cijfertoets op het
toestel tot “MEM” verschijnt.
Herhaal vanaf stap 1 als u andere stations
wilt instellen.
Tip
Als u de instelling van AF en/of TA wilt wijzigen
nadat u hebt afgestemd op een voorkeuzezender,
kunt u dit doen door de functie AF of TA aan of
uit te schakelen.
Tip
Als u de stand kiest met de knoppen op het
toestel, druk dan op (AF) en/of (TA) om “AF
on” en/of “TA on” te kiezen. Merk op dat
door “AF off” of “TA off” te kiezen niet alleen
RDS stations maar ook niet-RDS stations
worden opgeslagen.
3
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot “BTM”
verschijnt.
4
Druk op , tot “BTM” knippert.
5
Druk op (ENTER).
21
Een station zoeken aan de
hand van het
programmatype
1
U kunt het gewenste station zoeken door een
van de volgende programmatypen te
selecteren.
Programmatypen
Nieuws
Actualiteiten
Informatie
Sport
Educatieve programma’s
Toneel
Cultuur
Wetenschap
Diversen
Populaire muziek
Rock-muziek
Easy Listening
Licht klassiek
Klassiek
Ander type muziek
Weerberichten
Financiën
Kinderprogramma’s
Sociale zaken
Religie
Phone In
Reizen
Ontspanning
Jazz-muziek
Country-muziek
Nationale muziek
Oldies
Folk-muziek
Documentaires
Niet opgegeven
Uitleesvenster
News
Affairs
Info
Sport
Educate
Drama
Culture
Science
Varied
Pop M
Rock M
Easy M
Light M
Classics
Other M
Weather
Finance
Children
Social A
Religion
Phone In
Travel
Leisure
Jazz
Country
Nation M
Oldies
Folk M
Document
None
Opmerking
U kunt deze functie niet gebruiken in een aantal
landen waar geen gegevens over PTY (selectie
programmatype) beschikbaar zijn.
22
Druk op (DSPL/PTY) tijdens FMontvangst totdat “PTY” in het
uitleesvenster wordt weergegeven.
De aanduiding voor het huidige
programmatype wordt weergegeven als het
station de PTY-gegevens uitzendt. Als het
ontvangen station geen RDS-station is of als
de RDS-gegevens niet worden ontvangen,
wordt “- - - - -” weergegeven.
2
Druk herhaaldelijk op M of m tot het
gewenste programmatype verschijnt.
De programmatypes verschijnen in de
volgorde van de tabel. U kunt niet “None”
(Niet opgegeven) opgeven om te zoeken.
3
Druk op (ENTER).
Er wordt gezocht naar een station dat het
geselecteerde programmatype uitzendt.
De klok automatisch
instellen
Met de CT-gegevens (Clock Time, kloktijd) van
de RDS-uitzending wordt de klok automatisch
ingesteld.
1
Druk tijdens radio-ontvangst op (MENU)
en vervolgens herhaaldelijk op M of m
tot “CT” verschijnt.
2
Druk herhaaldelijk op , tot “CT on”
verschijnt.
De klok is ingesteld.
Met uitbreidingsapparatuur
DAB
Wat is DAB precies?
DAB (Digital Audio Broadcasting) is een
nieuw multimedia-zendsysteem dat
audioprogramma’s uitzendt van CD-kwaliteit.
Dat kan dankzij een microcomputer in de DAB
tuner die de radio- en multipath-signalen
(gereflecteerde radiogolven) gebruikt om het
hoofdsignaal te versterken. Dat maakt DAB
haast ongevoelig voor radiostoringen, zelfs in
een bewegend object zoals een auto.
Elke DAB-zender bundelt radioprogramma’s
(diensten) tot een geheel dat dan wordt
uitgezonden. Elke dienst bevat een of meer
componenten. Alle sets diensten en
componenten zijn benoemd, zodat u ze kan
terugvinden zonder de frequenties te kennen.
DAB programma
3
Druk op (ENTER) om terug te keren naar
het normale uitleesvenster.
De CT-functie annuleren
Kies “CT off” in stap 2.
Opmerkingen
• Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook
al wordt wel een RDS-station ontvangen.
• Er kan een verschil bestaan tussen de tijd van de
CT-functie en de werkelijke tijd.
Set
Dienst
Dienst
Dienst
Component
Component
Component
Opmerkingen
• Het DAB-systeem zit nog in de testfase. Dit
houdt in dat sommige diensten nog niet volledig
zijn omschreven of nog worden getest.
Momenteel worden dergelijke diensten niet
ondersteund door de DAB tuner XT-100DAB.
• DAB-programma’s worden uitgezonden in band
III (174 tot 240 MHz) en de L-band (1.452 tot
1.492 MHz), waarbij elke band is onderverdeeld
in kanalen (41 in band-III en 23 in de L-Band).
Elke DAB-zender stuurt een set per kanaal.
• Wanneer u van FM3 omschakelt naar DAB,
blijven alle AF TA instellingen behouden.
• Wanneer u een AF TA instelling wijzigt in DAB,
blijft die behouden in FM1.
23
Basisfuncties van DAB
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
Na het voorinstellen van de dienst staat de
volgende procedure ter beschikking. Voor
details over het voorinstellen van diensten, zie
“DAB-diensten automatisch voorinstellen”
(pagina 25) en “DAB-diensten handmatig
voorinstellen” (pagina 25).
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) om “DAB”
te kiezen.
1
3
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
Hou < of , ingedrukt tot “Seek +” of
“Seek –” verschijnt.
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) om “DAB”
te kiezen.
3
Druk herhaaldelijk op M of m om de
vooringestelde dienst te kiezen.
Set en Dienst zoeken
— Automatisch afstemmen
4
Druk op < of , om de gewenste dienst
te zoeken.
Opmerking
” knippert terwijl het toestel naar een Set
”
zoekt.
Tip
Een vooringestelde dienst kan nog op een andere
manier worden ontvangen.
Druk op de cijfertoetsen ((1) tot (6)) op het
toestel waaronder de dienst moet worden
opgeslagen.
Een Set kiezen
— Handmatig afstemmen
De ontvangststand van de DAB tuner
verschijnt zoals vermeld in de onderstaande
tabel:
Als u het kanaalnummer van de set kent, volgt
u de onderstaande procedure om af te
stemmen.
Indicatie
1
2
3
4
(knippert)
Niveau Ontvangststand
0
geen ontvangst
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
1
slechte ontvangst
Druk herhaaldelijk op (MODE) om “DAB”
te kiezen.
2
middelmatige
ontvangst
3
tamelijk goede
ontvangst
4
goede ontvangst
Druk op M of m tot “Ch. XXX” verschijnt.
Druk herhaaldelijk op M of m tot het
gewenste kanaalnummer verschijnt.
Tips
• Een Set kan door meer dan één kanaal worden
uitgezonden.
• Als u de Set dienst kiest maar niet kunt
”.
ontvangen, knippert “
24
Gememoriseerde diensten
ontvangen
DAB-diensten automatisch
voorinstellen — BTM
De BTM (Best Tuning Memory) functie kiest
DAB-sets en kent automatisch
voorinstelnummers toe aan de diensten in de
sets. Er kunnen maximum 40 diensten worden
vooringesteld.
Als diensten vooraf werden ingesteld, werkt
de BTM-functie in de volgende
omstandigheden:
•Als u de BTM-functie activeert tijdens het
beluisteren van een vooringestelde dienst, zal
het toestel gedetecteerde diensten alleen
opslaan (door overschrijven) onder hogere
voorinstelnummers dan de huidige
vooringestelde dienst.
•Als u de functie activeert tijdens het
beluisteren van een niet-vooringestelde
dienst, vervangt het toestel de inhoud van
alle voorinstelnummers.
•Indien het toestel in beide bovenstaande
gevallen een dienst ontdekt die overeenkomt
met de vooringestelde dienst, blijft de vorige
dienst ongewijzigd en wordt de nieuwe
dienst niet vooringesteld.
1
Druk op (MENU) tijdens het beluisteren
van een DAB-programma.
2
Druk herhaaldelijk op M of m tot “BTM”
verschijnt.
3
Druk op (ENTER).
Wanneer de dienst wordt opgeslagen
weerklinkt een pieptoon
Na het activeren van de BTM functie stemt
het toestel automatisch af op de dienst die
aan voorinstelgeheugen 1 werd toegekend.
DAB-diensten handmatig
voorinstellen
— Manual Preset Memory
U kan ook DAB-diensten handmatig
voorinstellen of een reeds vooringestelde
dienst wissen. Merk op dat er maximum 40
diensten (handmatig of door de BTM-functie
vooringesteld) in het geheugen kunnen
worden opgeslagen.
1
Druk op (MENU) tijdens het beluisteren
van een DAB-programma.
2
Druk herhaaldelijk op M of m tot
“PresetEdit” verschijnt en druk
vervolgens op (ENTER).
3
Kies de dienst en het voorinstelnummer
waaronder u die wenst op te slaan.
1 Druk op < of , om de dienst te
kiezen.
2 Druk op M of m om het
voorinstelnummer te kiezen.
3 Druk op (ENTER).
4
Druk op M of m om “Over Wrt” te kiezen.
Bij elke druk op m verandert het
commando als volgt:
B Over Wrt
Opmerking
Als het toestel slechts op enkele diensten kan
afstemmen, kan de BTM-functie geen diensten
toekennen aan alle voorinstelnummers.
B Insert*
B Delete
* “Insert” verschijnt niet als het maximum
aantal diensten (40) al in het geheugen is
vastgelegd.
Herhaal stap 3 en 4 om andere diensten
voorin te stellen.
5
Druk op (ENTER).
25
Diensten in voorinstelgeheugens
vervangen
Druk op M of m om in stap 4 “Over Wrt” te
kiezen en druk vervolgens op (ENTER).
Diensten in voorinstelgeheugens
toevoegen
Druk op M of m om in stap 4 “Insert” te kiezen
en druk vervolgens op (ENTER).
Diensten in voorinstelgeheugens
wissen
Druk op M of m om in stap 4 “Delete” te kiezen
en druk vervolgens op (ENTER).
Tip
De dienst kan nog op een andere manier worden
vooringesteld.
((1) tot (6)) op het toestel tot er een pieptoon
weerklinkt.
Tip
Om de naam van de huidige component, set of
dienst te controleren, drukt u herhaaldelijk op
(LIST) tot de betreffende lijst verschijnt in het
uitleesvenster. De naam van het gekozen item
knippert.
De weergave in het uitleesvenster
wijzigen
Door eenmaal op (LIST) te drukken, verschijnt
de laatst gekozen lijst.
Bij elke druk op (LIST) verandert de lijst als
volgt:
V
ENS (Setlijst)
V
SRV (Dienstlijst)
V
CMP (Componentlijst)
V
PRS (Voorinstellijst)
V
Een DAB-programma
beluisteren
Volg de onderstaande procedure om
handmatig af te stemmen op een DABprogramma.
U kan ook DAB-diensten opslaan in het
geheugen en er dan meteen op afstemmen (zie
“DAB-diensten automatisch voorinstellen
(BTM)” op pagina 25).
26
1
Druk tijdens het beluisteren van een
DAB-programma herhaaldelijk op (LIST)
tot Ensemble List verschijnt.
2
Druk op M of m tot de gewenste set
verschijnt en druk vervolgens op
(ENTER).
3
Druk herhaaldelijk op (LIST) tot Service
List verschijnt.
4
Druk herhaaldelijk op M of m tot de
gewenste dienst verschijnt en druk
vervolgens op (ENTER).
5
Druk herhaaldelijk op (LIST) tot
Component List verschijnt.
6
Druk op M of m tot de gewenste
component verschijnt en druk
vervolgens op (ENTER).
DAB (Annuleren)
Automatische bijwerking van de
setlijst
Wanneer de BTM-functie voor het eerst wordt
geactiveerd, worden alle sets die in uw streek
beschikbaar zijn automatisch opgeslagen.
Wanneer u de BTM-functie nogmaals activeert,
wordt de inhoud van deze lijst bijgewerkt
conform de voorwaarden beschreven op
pagina 25.
Een set wordt toegevoegd aan de lijst bij
ontvangst tijdens automatische of handmatige
afstemming, maar is ongeregistreerd.
Een ongeregistreerde set wordt ook van de lijst
gewist wanneer:
•u een set kiest uit de lijst maar die niet kan
worden ontvangen.
•u automatisch of handmatig afstemt om een
geregistreerde set, dienst of component te
ontvangen, maar die niet kan worden
ontvangen.
Instellingen voor audioontvangst
Een DAB-dienst zoeken op
programmatype (PTY)
DAB kan meerkanaalsaudio bevatten. Voor
ontvangst is er keuze uit hoofd- of subkanaal.
Als u de DRC (Dynamic Range Control)
functie activeert, kan de dynamiek van de
dienst die DRC ondersteunt automatisch
worden vergroot.
De volgende items kunnen worden ingesteld:
•Main/Sub — om te kiezen tussen
“Main”(hoofdkanaal) en “Sub”(subkanaal).
•DRC — om de functie aan en uit te
schakelen.
Met de PTY (Programme Type selection)
functie kan u afstemmen op het programma
van uw keuze.
1
Druk op (MENU) bij het beluisteren van
een DAB-programma.
2
Druk herhaaldelijk op M of m tot “DRC”
of “Main (of Sub)” verschijnt.
3
Druk op < of , om de gewenste
instelling te kiezen (voorbeeld: “on” of
“off”).
4
Druk op (ENTER).
1
Druk tijdens het beluisteren van een
DAB-programma op (DSPL/PTY).
2
Druk herhaaldelijk op M of m om het
programmatype te kiezen.
De programmatypes verschijnen in de
volgorde zoals vermeld op pagina 22.
3
Druk op (ENTER).
Opmerking
“Main (of Sub)” verschijnt alleen in het menu bij
ontvangst van een meerkanaalsprogramma.
27
De equalizercurve regelen
1
Druk op (MENU).
2
Druk herhaaldelijk op M of m tot “EQ
Tune” verschijnt.
De equalizer instellen
3
Druk op (ENTER).
U kunt een equalizercurve kiezen voor vijf
muziektypes (Rock, Vocal, Groove, Techno en
Custom).
U kunt equalizerfrequency en -niveau regelen
en opslaan.
4
Druk op < of , om de gewenste
equalizercurve te kiezen.
De equalizercurve kiezen
5
Druk op (ENTER).
6
Druk op < of , om de gewenste
frequentie te kiezen.
DSP (alleen CDX-M700R)
1
Druk op (SOURCE) om een bron (tuner,
CD of MD) te kiezen.
2
Druk herhaaldelijk op (SOUND) tot “EQ”
verschijnt.
Rock y Vocal y Groove y Techno y
Custom y off
62 Hz y 157 Hz y 396 Hz y 1.0 kHz y
2.5 kHz y 6.3 kHz y 16.0 kHz
3
Druk op < of , om de gewenste
equalizercurve te kiezen.
7
Druk op M of m om het gewenste niveau
te kiezen.
Het volume is in stappen van 1 dB
instelbaar van –12 dB tot +12 dB.
Hou (ENTER) twee seconden ingedrukt om
de oorspronkelijke equalizercurve te
herstellen.
8
Druk tweemaal op (MENU).
Wanneer het effect is ingesteld, verschijnt
de normale weergavestand.
Rock y Vocal y Groove y Techno y
Custom y off
Kies “off” om het equalizereffect uit te
schakelen. Na drie seconde keert het
uitleesvenster terug naar de normale
weergavestand.
28
De luisterpositie kiezen
U kunt het toestel zo instellen dat het geluid
van de luidsprekers met enige vertraging
wordt gehoord.
Op die manier kunt u een natuurlijk
geluidsveld simuleren waar u zich altijd
precies midden in waant, waar u ook in de
auto zit.
1
2
3
1
Uitleesvenster Midden
geluidsveld
POS
Normale instelling
All
(1 + 2 + 3)
POS
Vooraan
Front
(1 + 2)
POS
Rechts voor (2)
Front-R
POS
Links voor (1)
Front-L
POS
Achteraan (3)
Rear
POS
Annuleren
off
Een soundstage menu
kiezen
— Dynamic Soundstage Organizer (DSO)
Als uw luidsprekers onderaan in de deuren
zijn gemonteerd, komt het geluid van onderuit
en is het misschien minder helder.
De DSO (Dynamic Soundstage Organizer)
functie produceert een meer ruimtelijk geluid
alsof er luidsprekers in het dashboard zijn
geplaatst (virtuele luidsprekers).
Soundstage menu
Voorinstellingen
DSO1 – 3
Betekenis
Virtuele luidsprekers
(Standard)
Virtuele luidsprekers
(Wide)
Annuleren
DSO Wide
DSO off
Beeld van virtuele luidsprekers
Druk op (SOURCE) om een bron (tuner,
CD of MD) te kiezen.
*1
*1
*2
*2
2
*3
Druk even op (SOUND) tot “POS”
verschijnt.
*3
3
Druk op < of , om de gewenste
luisterpositie te kiezen.
All y Front y Front-R y Front-L y Rear y
off
*1 Standard
*2 Wide
*3 Effectieve luidsprekerpositie (onderin de
voordeuren).
De DSO kiezen
De luisterposities verschijnen in de
bovenstaande volgorde.
1
Druk op (SOURCE) om een bron (tuner,
CD of MD) te kiezen.
Kies “off” om de POS mode te annuleren.
Na drie seconden keert het uitleesvenster
terug naar de normale weergavestand.
2
Druk herhaaldelijk op (DSO) om de
gewenste DSO mode te kiezen.
B1
B2
B3
B Wide
off b
Kies “off” om DSO af te zetten.
Na drie seconden keert het uitleesvenster
terug naar de normale weergavestand.
29
Links/rechts-balans regelen.
1
Druk op (SOURCE) om een bron (tuner,
CD of MD) te kiezen.
2
Druk herhaaldelijk op (SOUND) tot “BAL”
verschijnt.
3
Druk op < of , om de balans te
regelen.
Na drie seconden keert het uitleesvenster
terug naar de normale weergavestand.
Voor/achter-balans
regelen (fader).
1
Druk op (SOURCE) om een bron (tuner,
CD of MD) te kiezen.
2
Druk herhaaldelijk op (SOUND) om “F”
voor de voorluidsprekers of “R” voor de
achterluidsprekers te kiezen.
De kantelfrequentie en het
uitgangsniveau van de voor-/
achterluidsprekers regelen
Om het systeem af te stemmen op de
karakteristieken van de geïnstalleerde
luidsprekers, kunnen het uitgangsniveau en de
kantelfrequentie van de luidsprekers worden
geregeld.
Niveau
De balans regelen (BAL)
Kantelfrequentie
Frequentie (Hz)
1
Druk op (MENU).
2
Druk herhaaldelijk op M of m om “Front
HPF” of “Rear HPF” te kiezen.
3
Druk op (ENTER).
4
Druk op < of , om de
kantelfrequentie te kiezen.
off y 78 Hz y 99 Hz y 125 Hz y 157 Hz y
198 Hz
5
3
Druk op < of , om het volume van de
voor-/achterluidsprekers te regelen.
Na drie seconden keert het uitleesvenster
terug naar de normale weergavestand.
Tip
Wanneer u het volume helemaal dicht zet,
verschijnt “ATT” en wordt de kantelfrequentie
gedesactiveerd.
6
30
Druk op M of m om het uitgangsniveau
te regelen.
Het volume is in stappen van 1 dB
instelbaar van –12 dB tot +12 dB.
Druk tweemaal op (MENU).
Na de instelling van het effect verschijnt de
normale weergavestand opnieuw.
Het volume van de
subwoofer(s) regelen
1
Druk op (SOURCE) om een bron (tuner,
CD of MD) te kiezen.
2
Druk herhaaldelijk op (SOUND) tot “SUB”
verschijnt.
3
4
Druk op (ENTER).
Druk op < of , om de gewenste
kantelfrequentie te kiezen.
De kantelfrequentie in het uitleesvenster
verandert als volgt:
62 y 78 y 99 y 125 y 157 y off
3
Druk op < of , om het volume te
regelen.
Na drie seconden keert het uitleesvenster
terug naar de normale weergavestand.
Tip
Indien u herhaaldelijk op (VOL) drukt om het
volume te verlagen, verschijnt “Sub ATT” en wordt
de afsnijfrequentie van de subwoofer
uitgeschakeld.
De frequentie van de subwoofer(s)
regelen
Niveau
Om het systeem af te stemmen op de
karakteristieken van de aangesloten
subwoofer(s), kunt u ongewenste hoge en
middenfrequenties uitschakelen. Door de
kantelfrequentie in te stellen (zie onderstaande
grafiek), produceren subwoofers alleen
laagfrequente signalen zodat u een helderder
geluid verkrijgt.
5
Druk op M of m om het volume te
regelen.
6
Druk tweemaal op (MENU).
Na het instellen van de frequentie keert het
uitleesvenster terug naar de normale
weergavestand.
Elke programmabron met
geregistreerde DSO
beluisteren
— Source Sound Memory (SSM)
Telkens wanneer u een bepaalde bron
beluistert, kunnen het DSO menu en de
equalizercurve die voor die bron werden
geregistreerd worden opgeroepen, zelfs na het
veranderen van programmabron en nadat het
toestel af en opnieuw aan werd gezet.
Afsnijfrequentie
Frequentie (Hz)
1
Druk op (MENU).
2
Druk herhaaldelijk op (MENU) tot “SUB
LPF” verschijnt.
31
Andere functies
U kunt het toestel ook besturen met een (los
verkrijgbare) bedieningssatelliet.
Etiketten aanbrengen op
de bedieningssatelliet
Breng het passende etiket aan zoals hieronder
afgebeeld en hou hierbij rekening met de
manier waarop u de bedieningssatelliet
installeert.
Werken met de
bedieningssatelliet
U bestuurt de bedieningssatelliet door op de
knoppen te drukken en/of aan de
bedieningselementen te draaien.
U kunt ook optionele CD/MD-apparatuur
besturen met de bedieningssatelliet.
Door op toetsen te drukken
(SOURCE en MODE)
(SOURCE)
(MODE)
SOUND
MODE
DSPL
Bij elke druk op (SOURCE) verandert de
bron als volgt:
Tuner t CD t MD*
DSPL
MODE
SOUND
* Als de betreffende optionele apparatuur niet
is aangesloten, verschijnt het item niet.
Door op (MODE) te drukken, verandert
de werkingsstand als volgt:
• Tuner: FM1 t FM2 t FM3 t MW t LW
• CD-apparatuur: CD1 t CD2 t …
• MD-apparatuur*: MD1 t MD2 t …
* Als de betreffende los verkrijgbare
apparatuur niet is aangesloten, verschijnt het
item niet.
32
Andere bewerkingen
Draai aan het
bedieningselement VOL als u
het volume wilt aanpassen.
Druk op (ATT) als
u het geluid wilt
dempen.
OFF
Door aan de bedieningssatelliet te
draaien (SEEK/AMS)
Druk op (OFF) als
u het apparaat
wilt uitschakelen.
Draai even aan de knop en laat hem los
om:
•Een bepaald muziekstuk op een disc te
zoeken. Draai aan het bedieningselement
en houd het in die positie om een bepaald
punt in een muziekstuk te zoeken, en laat
het vervolgens los om de weergave te
starten.
•Automatisch af te stemmen op stations.
Draai aan het bedieningselement en houd
het in die positie om af te stemmen om
een bepaald station te vinden.
Door de bedieningssatelliet in te
drukken en te verdraaien (PRESET/
DISC)
Druk op (SOUND) om
het geluidsmenu te
regelen.
Druk op (DSPL) om de gememoriseerde
namen weer te geven.
Tip
Als het contactslot van uw auto geen ACC
(accessory) stand heeft, moet u gedurende twee
seconden op (OFF) drukken om de klokweergave
uit te schakelen na het afzetten van de motor.
Draai aan het bedieningselement en
druk het tegelijkertijd in als u:
•Stations wilt ontvangen die zijn
opgeslagen onder de voorkeuzetoetsen.
•Van disc wilt wisselen.
33
De werkingsrichting wijzigen
De werkingsrichting van de
bedieningselementen is af fabriek ingesteld
zoals hieronder aangegeven.
De geluidskenmerken
aanpassen (alleen CDX-M600R)
U kunt de hoge en lage tonen, de balans en de
fader aanpassen.
U kunt de lage en hoge tonen voor elke bron
afzonderlijk regelen.
verhogen
1
verlagen
Als u de bedieningssatelliet rechts op de
stuurkolom moet monteren, kan de
werkingsrichting worden omgekeerd.
Selecteer het onderdeel dat u wilt
aanpassen door een aantal malen op
(SOUND) te drukken.
Telkens wanneer u op (SOUND) drukt,
worden de items als volgt gewijzigd:
BAS (lage tonen) t TRE (hoge tonen) t
BAL (inks-rechts) t FAD (voor-achter)
2
Pas het gekozen item aan door op < of
, te drukken.
Bij het regelen met de bedieningssatelliet
drukt u op (SOUND) en draait u aan de
volumeregelaar.
Opmerking
Pas de items aan binnen de drie seconden nadat ze
werden geselecteerd.
Druk twee seconden op (SOUND) terwijl
u het bedieningselement VOL ingedrukt
houdt.
Tip
U kunt ook de werkingsrichting van deze
bedieningselementen met het toestel wijzigen
(zie “De instellingen voor het geluid en het
uitleesvenster wijzigen” op pagina 35).
Het geluid dempen
Druk op (ATT) op de
afstandsbedieningskaart of de
bedieningssatelliet.
“ATT on” verschijnt even.
Als u het vorige geluidsniveau wilt herstellen,
drukt u nogmaals op (ATT).
Tip
Wanneer de interfacekabel van een autotelefoon
is aangesloten op de ATT-kabel, wordt het volume
automatisch verlaagd wanneer een
telefoongesprek binnenkomt (functie Telephone
ATT).
34
De instellingen voor het
geluid en het
uitleesvenster wijzigen
1
Druk op (MENU).
2
Druk herhaaldelijk op M of m tot het
gewenste item verschijnt.
Bij elke druk op m verandert het item als
volgt:
Voorbeeld
Clock t CT t Beep t RM t
French/German/Italian/Dutch t D.Info t SA
t Dimmer t Contrast t M.Dspl t A.Scrl*1
t EQ tune*2 t Front HPF*2 t Rear HPF*2 t
SUB LPF*2
De volgende instellingen zijn mogelijk:
Set (Instelling)
•Clock (Klok) (pagina 9)
•CT (Clock Time, Kloktijd) (pagina 23)
•Beep — schakelt het geluidsignaal in en uit.
•RM (bedieningssatelliet) — wijzigt de
werkingsrichting van de bedieningssatelliet.
— Kies “norm” om de bedieningssatelliet te
gebruiken met de fabrieksinstelling.
— Kies “rev” wanneer u de
bedieningssatelliet rechts op de
stuurkolom monteert.
•French/German/Italian/Dutch — de
weergavetaal wijzigen in Frans, Duits,
Italiaans of Nederlands.
*1 Dit verschijnt niet wanneer geen CD of MD
speelt.
*2 alleen CDX-M700R
Opmerking
De weergave in het uitleesvenster hangt af van
de geluidsbron.
Tip
U kunt makkelijk veranderen van categorie
(“Set”, “Snd”, “P/M” (Weergavestand) en
“Dis”) door twee seconden lang op M of m te
drukken.
Dis (Uitleesvenster)
•Dimmer wijzigt de intensiteit van het
uitleesvenster.
— Selecteer “Auto” als u alleen een minder
heldere weergave wenst wanneer u de
lichten aanzet.
— Selecteer “on” als u een minder heldere
weergave wenst.
— Kies “off” om Dimmer te desactiveren.
•Contrast — wijzigt het contrast van het
uitleesvenster als dit door de
installatiepositie niet goed afleesbaar is.
•D.Info (dubbele informatie)*1 — om klok en
weergavestand samen (on) of de informatie
afwisselend (off) te laten verschijnen.
•M.Dspl (Bewegings Display) — om motion
display aan of af te zetten.
•A.Scrl (Automatisch verschuiven)*1
(pagina 11)
3
Druk op , om de gewenste instelling te
kiezen (voorbeeld: on of off) of druk
herhaaldelijk op < of , om de
frequentie te kiezen (voorbeeld: off, 78
Hz of 125 Hz).
Bij het instellen van “Contrast” wordt het
contrast groter als u op , drukt en kleiner
als u op < drukt.
4
Druk op (ENTER).
Na het kiezen van de stand, keert het
uitleesvenster terug naar de normale
weergavestand.
Snd (geluid)
•EQ tuning Tune*2 (Equalizer tuning) — om
de frequentie en het volume van de
equalizercurve te regelen.
•Front HPF*2 (hoogdoorlaatfilter voor preoutput vooraan) — voor het kiezen van de
afsnijfrequentie van de pre-output vooraan.
•Rear HPF*2 (hoogdoorlaatfilter voor preoutput achteraan) — voor het kiezen van de
afsnijfrequentie van de pre-output achteraan.
•SUB LPF (laagdoorlaatfilter voor subwooferuitgang)*2 — om de roll off frequentie voor
de subwoofer-uitgang te kiezen.
35
Voor een krachtiger bassgeluid — D-bass (alleen CDX-M600R)
De spectrum analyser
kiezen
Met de D-bass functie kan u een extra helder
en krachtig bass-geluid bekomen.
Voor een extra helder en krachtig bass-geluid.
De D-bass functie versterkt het lage- en hogefrequentiesignaal met een scherpere curve dan
bij een conventioneel bass boost-systeem.
Zo kunt u het bass-geluid helderder maken,
zelfs bij een identiek vocaal volume. Met de DBASS knop kunt u het bass-geluid makkelijk
accentueren en aanpassen.
Het geluidssignaalniveau verschijnt op een
spectrum analyser. U kunt kiezen uit
weergavepatroon 1 tot 6 of automatische
weergave.
Niveau
D-BASS 3
D-BASS 2
D-BASS 1
1
Druk op (SOURCE) om een bron te
kiezen (tuner, tape, CD of MD).
2
Druk op (MENU).
3
Druk herhaaldelijk op M of m tot “SA”
verschijnt.
4
Druk herhaaldelijk op < of , om de
gewenste instelling te kiezen.
D-BASS 3
D-BASS 2
D-BASS 1
0dB
Frequentie (Hz)
De bass-curve aanpassen
Druk herhaaldelijk op (D-BASS) om de
gewenste bass-curve te kiezen.
Het D-BASS nummer neemt toe samen met
het effect.
D-BASS 1 t D-BASS 2 t D-BASS 3 t D-BASS off
Opmerking
Bij hetzelfde volume kan het bass-geluid
vervormen. Kies in dat geval een minder efficiënte
bass curve.
36
B SA 1 b
B SA Auto* b
B ... SA 6 b
B SA off b
* Al deze weergavepatronen verschijnen
automatisch achtereenvolgens.
5
Druk op (ENTER).
Het geluid en de
frequentie van de
equalizer voorversterker
regelen (alleen voor de CDX-M600R)
Met dit toestel kan ook een los verkrijgbare
equalizer voorversterker worden bediend.
Zo kunnen bepaalde effecten worden
toegevoegd aan het klankbeeld van de
gekozen bron.
Meer details vindt u in de gebruiksaanwijzing
van de equalizer voorversterker.
Overige informatie
Onderhoud
Zekeringen vervangen
Vervang een zekering altijd door een indentiek
exemplaar. Als de zekering doorbrandt,
controleert u de aansluiting van de
voedingsspanning en vervangt u de zekering.
Als de zekering vervolgens nogmaals
doorbrandt, kan er sprake zijn van een defect
in de speler. Raadpleeg in dat geval de
dichtstbijzijnde Sony-leverancier.
Zekering (10 A)
Waarschuwing
Gebruik nooit een zekering die zwaarder is
dan de standaardzekering van het apparaat.
Het gebruik van een te zware zekering kan
leiden tot beschadiging van de speler.
37
Vervangen van de lithiumbatterij
Wanneer de batterij uitgeput raakt, wordt het
bereik van de afstandsbedieningskaart korter.
Vervang de batterij dan door een nieuwe
CR2025 lithiumbatterij.
Verwijderen van het
gehele apparaat
Met geopend voorpaneel
1
Druk op (OPEN) op het toestel en duw
vervolgens met een dunne
schroevendraaier op de clip in het
voorpaneel en wrik het voorzichtig los.
2
Herhaal stap 1 aan de linkerkant.
Het voorpaneel is verwijderd.
3
Druk met een dunne schroevendraaier
het clipje aan de linkerkant van het
apparaat in en trek vervolgens aan de
linkerkant van het apparaat totdat het
loslaat.
4
Herhaal stap 3 aan de rechterkant.
5
Schuif het apparaat uit de houder.
x
+ kant naar boven
Opmerkingen over de
lithiumbatterij
•Hou de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Bij inslikken van de batterij moet u
onmiddellijk een dokter raadplegen.
•Veeg de batterij schoon met een droge doek
om een goed contact te verzekeren.
•Hou bij het plaatsen van de batterij rekening
met de juiste polariteit.
•Houd de batterij niet vast met een metalen
pincet, anders kan er kortsluiting ontstaan.
OPGELET
Bij verkeerde behandeling kan de batterij
ontploffen.
Probeer de batterij niet op te laden, uit
elkaar te nemen of te verbranden.
Bij dit produkt zijn batterijen
geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u
ze niet weggooien maar
inleveren als KCA.
38
Als het voorpaneel niet opengaatt
vanwege een gesprongen zekering
1
Druk met de speciale sleutel
(meegeleverd) op de clip in het
voorpaneel en wrik het los.
Vrijmaaksleutel
(meegeleverd)
2
Herhaal stap 1 aan de linkerkant.
Het voorpaneel is verwijderd.
3
Duw het lipje links van het toestel in met
de vrijmaaksleutel en trek dan de
linkerkant van het toestel uit tot de klem
vrijkomt.
4
Herhaal stap 3 aan de rechterkant.
5
Schuif het apparaat uit de houder.
39
Specificaties
CD-speler
Algemeen
Signaal-ruis verhouding 90 dB
Frequentiebereik
10 – 20.000 Hz
Wow en flutter
Minder dan meetbare
waarden
Uitgangen
Ingangen
Radio
FM
Afstembereik
Antenneaansluiting
87,5 – 108,0 MHz
Aansluiting voor externe
antenne
Tussenfrequentie
10,7 MHz/450 kHz
Minimale gevoeligheid
8 dBf
Selectiviteit
75 dB bij 400 kHz
Signaal-ruisverhouding 66 dB (stereo),
72 dB (mono)
Harmonische vervorming bij 1 kHz
0,6 % (stereo),
0,3 % (mono)
Scheiding
35 dB bij 1 kHz
Frequentierespons
30 – 15.000 Hz
MW/LW
Afstembereik
Antenne-aansluiting
Tussenfrequentie
Gevoeligheid
MW: 531 – 1.602 kHz
LW: 153 – 279 kHz
Aansluiting voor externe
antenne
10,7 MHz/450 kHz
MW: 30 µV
LW: 40 µV
Versterker
Uitgangen
Luidsprekeruitgangen
Luidsprekerimpedantie 4 – 8 ohm
Maximum uitgangsvermogen
50 W × 4 (bij 4 ohm)
Toonregeling
(alleen CDX-M600R)
Voeding
Afmetingen
Inbouwafmetingen
Gewicht
Meegeleverde accessoires
Audio-uitgangen*1
Besturingskabel
motorantenne
Besturingskabel
eindversterker
Besturingskabel telefoon
ATT
Verlichtingskabel
Bas ±9 dB bij 100 Hz
Hoge tonen ±9 dB bij
10 kHz
12 volt gelijkstroom
(autoaccu, negatieve aarde)
Ongeveer
178 × 50 × 182 mm
(b/h/d)
Ongeveer
182 × 53 × 163 mm
(b/h/d)
Ongeveer 1,5 kg
Afstandsbedieningskaart
RM-X95
(alleen CDX-M700R)
RM-X96
(alleen CDX-M600R)
Onderdelen voor installatie
en aansluitingen (1 set)
Los verkrijgbare accessoires
Bedieningssatelliet
RM-X4S
BUS-kabel (met RCA-pen)
RC-61 (1 m), RC-62 (2 m)
Compact disc single
adapter CSA-8
Los verkrijgbare onderdelen
CD-wisselaar (10 CD’s)
CDX-828, CDX-737
MD-wisselaar (6 CD’s)
MDX-65
Andere CD/MDapparatuur met Sony-BUS
systeem
Geluidsbronkiezer
XA-C30
DAB tuner
XT-100DAB
Digitale equalizer/
voorversterker*2
XDP-210EQ, XDP-4000X
*1 Uitgerust met voor-, achter- en subuitgangen:
alleen CDX-M700R
Uitgerust met voor- en achteruitgangen:
alleen CDX-M600R
2
* alleen CDX-M600R
Het ontwerp en de specificaties kunnen zonder
kennisgeving vooraf worden gewijzigd.
40
Problemen oplossen
De onderstaande checklist kan u helpen bij het oplossen van problemen die zich met dit toestel
kunnen voordoen.
Lees voor u de onderstaande controlelijst doorloopt, eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik.
Algemeen
Probleem
Oorzaak/oplossing
Geen geluid.
•De ATT-functie uitschakelen.
•Stel de faderinstelling voor systemen met twee luidsprekers
in op de middelste stand.
•Druk op (+) of de VOL toetsen om het volume te regelen.
Het geheugen is gewist.
•De verbinding van de voedingskabel of de accu is
onderbroken.
•De reset-knop is ingedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
Geen pieptoon.
De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 35).
Het geluid is gestoord.
U gebruikt een mobilofoon.
Weergeven van CD of MD
Probleem
Oorzaak/oplossing
Er kan geen disc worden
geladen.
•Er is al een CD in de speler geplaatst.
•De CD is verkeerd-om ingestoken (ondersteboven of de
verkeerde kant voor).
Het afspelen begint niet.
Defecte MD of vuile CD.
Een disc wordt automatisch
uitgeworpen.
De omgevingstemperatuur bedraagt meer dan 50°C.
De CD wordt niet uitgeworpen.
U hebt het voorpaneel gesloten of de disc in het toestel
geforceerd terwijl ze werd uitgeworpen nadat u op Z hebt
gedrukt.
t Druk op de reset-knop.
De bedieningsknoppen werken
niet.
Druk op de reset-knop.
Het geluid valt weg bij
trillingen.
•De speler is gemonteerd onder een hoek van meer dan 60°.
•De speler is niet op een stabiele plaats in de auto gemonteerd.
Het geluid verspringt.
Vuile of defecte disc.
De aanduiding “--------” kan niet
worden uitgezet.
U kunt geen CD’s benoemen als er geen CD-apparatuur met
de functie gebruikersbestanden is aangesloten.
t Druk twee seconden op (LIST).
41
Radio-ontvangst
Probleem
Oorzaak/oplossing
Voorkeuze-afstemming is niet
mogelijk.
•Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
•De zender is te zwak.
De stations kunnen niet worden Sluit een elektrische antennebedieningskabel (blauw) of
ontvangen.
hulpvoedingskabel (rood) aan op de voedingskabel van de
Het geluid is gestoord.
auto-antenneversterker. (Alleen indien uw wagen is uitgerust
met een FM/MW/LW-antenne in de achterruit/zijruit.)
Automatisch afstemmen is niet
mogelijk.
De zender is te zwak.
t Gebruik handmatige afstemming.
De aanduiding “ST” knippert.
•Stem nauwkeurig af op de juiste frequentie.
•De zender is te zwak.
t Schakel Mono-weergave in (pagina 17).
RDS-functies
Probleem
Oorzaak/oplossing
SEEK (zoeken) begint na enkele
seconden weergave.
Het station is niet van het TP type of heeft een zwak signaal.
t Druk op (AF/TA) om “AF TA off” te kiezen.
Geen verkeersinformatie.
•Schakel “TA” in.
•Ondanks TP zendt het station geen verkeersinformatie uit.
t Stem af op een andere zender.
PTY geeft “None” weer.
De zender geeft het programmatype niet door.
DSP-functies
42
Probleem
Oorzaak/oplossing
Geen of te zacht geluid.
Het volume van de luidsprekers kan automatisch zijn verlaagd
om het effect van de luisterpositieregeling te maximaliseren.
t Druk op < of , om de balans te regelen.
De luidsprekerbalans kan afzonderlijk worden ingesteld
voor DSP ON en DSP OFF (pagina 29).
Foutberichten (met los verkrijgbare CD/MD-apparatuur)
De volgende aanduidingen zullen ongeveer vijf seconden knipperen, waarbij een
waarschuwingstoon wordt weergegeven.
Uitleesvenster
Oorzaak
Oplossing
NO Mag
Er bevindt zich geen disc-magazijn in
het CD/MD-toestel.
Plaats het disc-magazijn in het CD/
MD-toestel.
NO Disc
Er bevindt zich geen disc in het CD/
MD-toestel.
Plaats een disc in het CD/MDtoestel.
Een CD/MD kan niet worden
afgespeeld wegens een probleem
(vuile CD, beschadigde MD, enz.).
Breng een andere CD/MD in.
De CD is vuil of omgekeerd
geplaatst.*2
Maak de CD schoon of plaats de
CD op de juiste wijze.
De MD kan niet worden afgespeeld
vanwege een probleem.*2
Plaats een andere MD.
Er zijn geen muziekstukken
opgenomen op de MD.*2
Speel een MD met opgenomen
muziekstukken af.
PushReset
Het CD/MD-toestel kan in verband
met een probleem niet worden
gebruikt.
Druk op de reset-knop van het
toestel.
Not Ready
Het deksel van het MD-toestel is open Sluit het deksel of plaats de MD’s
of MD’s zijn niet correct geplaatst.
op de juiste manier.
High Temp
De omgevingstemperatuur is hoger
dan 50°C.
NG Discs
Error
*1
1
Blank*
Wacht tot de temperatuur onder
50°C is gedaald.
*1 Als er een fout optreedt tijdens het afspelen van een CD of MD, wordt het nummer van de MD of CD
niet in het uitleesvenster aangegeven.
*2 Het nummer van de disc die de fout veroorzaakt wordt aangegeven in het uitleesvenster.
Neem contact op met de dichtstbijzijnde Sony-leverancier als deze oplossingen niet werken.
43