HOTPOINT/ARISTON CS2A 300 H FA Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

GEBRUIKSAANWIJZING
NL
SCHEMA VAN HET APPARAAT (Fig. 1)
A. Handgreep.
B. Veiligheidssluiting (indien aanwezig).
C. Afdichting.
D. Scheider (indien aanwezig).
E. Dop afvoerkanaal.
F. Bedieningspaneel.
G. Zijrooster afkoeling motor.
VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE
KEER GEBRUIKT
Het door u aangeschafte apparaat is ontworpen voor
huishoudelijk gebruik en ook:
- voor gebruik in keukens van werkplaatsen, winkels en/
of kantoren
- in landbouwbedrijven
- in hotels, motels, appartementen, bed & breakfast voor
gebruik door afzonderlijke klanten.
Het apparaat moet enkel gebruikt worden om bevroren
levensmiddelen te bewaren, verse levensmiddelen in te
vriezen en ijs te maken.
De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht.
De fabrikant aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid
voor eventueel letsel aan personen, dieren of voor
schade aan voorwerpen die veroorzaakt is door het
niet in acht nemen van deze voorschriften.
1. Controleer na het uitpakken van het apparaat of het niet
beschadigd is, of de deur perfect sluit en of de afdichting
niet beschadigd wordt. Uw leverancier dient in geval van
schade binnen 24 uur op de hoogte te worden gesteld.
2. Het is raadzaam minstens twee uur te wachten alvorens
het apparaat in werking te stellen, om het koelcircuit
perfect te kunnen laten functioneren.
3. Zorg ervoor dat de installatie en de elektrische
aansluiting door een gekwaliceerd technicus worden
verricht overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant
en de plaatselijke veiligheidsvoorschriften.
4. Maak de binnenkant van het apparaat schoon alvorens
het te gebruiken.
Controleer voordat u het apparaat op het
elektriciteitsnet aansluit, of de spanning overeenkomt
met de gegevens op het serienummerplaatje op de
achterkant van het apparaat.
Houd u aan de plaatselijke voorschriften voor
elektrische aansluitingen.
INSTALLATIE
Haal het apparaat uit de verpakking.
Verwijder de 4 vulstukken tussen de deur en het
apparaat. (Fig. 3)
Zorg dat de dop van het afvoerkanaal voor dooiwater
(indien aanwezig) correct gepositioneerd is (E).
Om de maximale prestaties te verkrijgen en schade te
voorkomen bij het openen van de deur van het apparaat,
dient een afstand van tenminste 7 cm van de achterwand
en 7 cm van de zijkanten te worden vrijgelaten. (Fig.4)
Breng de bijgeleverde accessoires aan (indien aanwezig).
SCHEMA VAN HET BEDIENINGSPANEEL (Fig. 2)
a. Rode led: als deze knippert, dan wordt hiermee een
alarm aangeduid, zie OPSPOREN VAN STORINGEN..
b. Groene leds: deze duiden aan dat het apparaat in
werking is en dat de temperatuur als volgt ingesteld is:
b1 minder koude temperatuur (lampje rechts aan),
gebruik deze instelling met partiële lading, dat
optimaliseert het energieverbruik.
b2 middelste temperatuur (middelste lampje aan)
b3 heel koude temperatuur (lampje links aan)
ALLE groene leds AAN: Functie SNELVRIEZEN is actief;
zie het gedeelte “Invriezen van verse levensmiddelen”.
c. Toets temperatuurinstelling: voor het aanpassen van
de temperatuurinstelling en om de fast freeze-functie te
activeren/deactiveren.
Druk herhaaldelijk op de insteltoets (3) om de gewenste
temperatuur te selecteren: elke keer dat er op de toets
wordt gedrukt, wordt de ingestelde temperatuur aangepast.
Houd de toets ongeveer 3 seconden ingedrukt om de fast
freeze-functie te activeren/deactiveren: alle groene leds
knipperen 3 keer tegelijkertijd en blijven vervolgens branden.
Opmerking:
De instellingen worden in het geheugen
opgeslagen, zelfs bij een stroomuitval. De benodigde
tijd voor het bereiken van de instelde temperatuur
in de diepvriezer kan variëren afhankelijk van de
klimaatomstandigheden en de instelde temperatuur zelf.
INSCHAKELEN VAN HET APPARAAT
Steek de stekker van het apparaat in het stopcontact.
De groene led brandt (middelste temperatuur).
De rode LED knippert om aan te duiden dat de
temperatuur in het apparaat nog niet laag genoeg is voor
de opslag van etenswaren. De rode led deactiveert zich
normaal gesproken binnen zes uur na de inschakeling.
Plaats de levensmiddelen alleen in het apparaat als de
rode LED niet langer brandt.
Opmerking:
De afdichting sluit het apparaat hermetisch
af, dus u kunt de deur van het apparaat niet onmiddellijk na
sluiting weer openen. Wacht enkele minuten voordat u de
deur van het apparaat opnieuw opent.
INVRIEZEN VAN LEVENSMIDDELEN
Klaarmaken van verse levensmiddelen om in te vriezen
Alvorens verse levensmiddelen in te vriezen dient u het
te wikkelen en verzegelen in: aluminiumfolie, plastic
folie, lucht- en waterdichte plastic zakken, polytheen
containers met deksel die geschikt zijn voor het invriezen
van levensmiddelen.
De levensmiddelen moeten vers, rijp en van een zeer
goede kwaliteit zijn.
Verse groenten en fruit zo mogelijk direct na de oogst
invriezen, om de voedingsstoen, de consistentie, de
kleur en de smaak te behouden.
Laat warme levensmiddelen altijd afkoelen voordat u ze
in het apparaat legt.
Invriezen van verse levensmiddelen
Plaats de in te vriezen levensmiddelen direct tegen de
verticale wanden van het apparaat:
A) - in te vriezen levensmiddelen,
B) - al ingevroren levensmiddelen.
Plaats de in te vriezen levensmiddelen niet direct tegen
de al ingevroren levensmiddelen aan.
Voor beter en sneller invriezen raden wij aan de
levensmiddelen in kleine pakjes te verdelen; dit is ook
nuttig op het moment van gebruik van het ingevroren
voedsel.
1. Activeer de fast freeze-functie minstens 24 uur voordat er
verse levensmiddelen in het product worden ingevroren
door de toets c ongeveer 3 seconden in te drukken. Alle
groene leds (b) gaan branden.
2. Plaats de levensmiddelen in het apparaat en houd de
deur van het apparaat 24 uur gesloten. Na deze periode
zijn de levensmiddelen ingevroren. De fast freeze-functie
kan gedeactiveerd worden door de toets c ongeveer 3
seconden in te drukken.
Als de fast freeze-functie niet handmatig gedeactiveerd
wordt, dan wordt de functie na 50 uur automatisch door
het apparaat gedeactiveerd.
CONSERVERING VAN LEVENSMIDDELEN
Raadpleeg de tabel op het apparaat.
Indeling van de ingevroren levensmiddelen
Laad het diepgevroren voedsel en deel het in; het is
raadzaam de datum waarop het voedsel geladen is te
vermelden op de verpakkingen, om ervoor te zorgen
dat het voedsel gebruikt wordt binnen de vervaldatums
aangegeven in maanden in g. 6 voor elk type van voedsel.
Tips voor het bewaren van diepvriesproducten
Wanneer u bevroren levensmiddelen koopt, zorg dan dat:
De verpakking niet beschadigd is (diepgevroren voedsel
in beschadigde verpakkingen kan een verminderde
kwaliteit hebben). Indien de verpakking bol staat of
vochtplekken heeft, werd het product mogelijk niet bij
optimale omstandigheden bewaard en is mogelijk al
deels ontdooid.
Tijdens het winkelen dient u de aankopen van
diepgevroren levensmiddelen als laatste te doen en u
dient de producten in een thermisch geïsoleerde zak te
dragen.
Zet de diepvriesproducten bij thuiskomst meteen in het
apparaat.
Vermijd of beperk temperatuurvariaties tot een minimum.
Neem de uiterste houdbaarheidsdatum op de verpakking
in acht.
Volg altijd de opslaginstructies op de verpakking van
diepvriesproducten.
Opmerking:
Ontdooide of gedeeltelijk ontdooide levensmiddelen
moeten onmiddellijk worden geconsumeerd.
Vries ze niet opnieuw in, tenzij het voedsel na het
ontdooien gekookt is. Nadat het levensmiddel
gekookt is, mag het opnieuw worden ingevroren.
Als de stroom gedurende langere tijd uitvalt:
Open de deur van het apparaat niet, behalve om de
vrieselementen (indien beschikbaar) boven op het
ingevroren voedsel aan de rechter- en linkerkant van
het apparaat te plaatsen. Op deze manier kunt u de
snelheid waarmee de temperatuur stijgt beperken.
VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN
Zorg er tijdens de installatie voor dat het apparaat
het netsnoer niet beschadigt.
Bewaar geen dranken in glas in het product, omdat het
glas dan kan breken.
Eet geen ijsblokjes of waterijsjes die net uit het apparaat
komen, omdat die zo koud zijn dat ze brandwonden
kunnen veroorzaken.
Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de
stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden begint.
Installeer het apparaat niet op plaatsen waar het
aan direct zonlicht blootstaat of in de buurt van
warmtebronnen, om een hoog energieverbruik te
voorkomen.
Plaats geen spuitbussen of houders die drijfgas of
brandbare stoen bevatten in het apparaat.
Gebruik of bewaar geen benzine of andere ontvlambare
vloeistoen en gassen in de buurt van dit of enig
ander huishoudelijk apparaat. De dampen die hieruit
voortkomen kunnen brand of explosies veroorzaken.
Installeer het apparaat waterpas op een vloer die het
gewicht kan dragen en in een ruimte die geschikt is voor
de afmetingen en het gebruik ervan.
Plaats het apparaat in een droge en goed geventileerde
ruimte. Het apparaat is afgesteld om te werken in
ruimten waarin de temperatuur binnen de volgende
waarden ligt, die gebaseerd zijn op de klimaatklasse die
op het typeplaatje staat aangegeven (Fig. 7). Mogelijk
werkt het apparaat niet correct indien het lange tijd op
een temperatuur buiten het aangegeven bereik wordt
gebruikt.
Het is raadzaam het apparaat aangesloten te laten, ook
als het voor korte tijd leeg is.
Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat om
te voorkomen dat de vloer beschadigd raakt (bijv. parket).
Geadviseerd wordt om het apparaat leeg te maken
voordat u het verplaatst.
Opmerking:
Het apparaat moet gehanteerd en
geïnstalleerd worden door twee of meer personen.
Gebruik geen andere mechanische systemen of
middelen die het ontdooiproces versnellen dan door de
fabrikant zijn aanbevolen en/of geleverd.
Gebruik geen elektrische apparaten aan de binnenkant
van het apparaat, behalve als dit aanbevolen is door de
fabrikant.
De lamp die in het apparaat wordt gebruikt is speciek
ontworpen voor huishoudapparaten en is niet geschikt
voor ruimteverlichting (EG Richtlijn Nr. 244/2009).
Dit apparaat is niet bestemd om gebruikt te worden
door kinderen jonger dan 8 of door personen met
beperkte fysieke, sensorische of verstandelijke
vermogens, of zonder ervaring en kennis van
het apparaat, behalve als zij tijdens het gebruik
instructies ontvangen van of begeleid worden
door een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid.
Laat kinderen niet in het product spelen of zich
erin verbergen: risico van erin opgesloten raken en
verstikken.
De voedingskabel mag alleen door gekwaliceerd
personeel of door de Klantenservice worden
gewijzigd of vervangen.
Gebruik geen verlengsnoeren of adapters.
Het apparaat moet van het elektriciteitsnet
kunnen worden afgekoppeld door de stekker uit
het stopcontact te trekken of via de tweepolige
schakelaar die voor het stopcontact is geplaatst.
Controleer of de spanning op het typeplaatje
overeenkomt met de spanning in uw woning.
Slik de (niet-giftige) inhoud uit de vrieselementen
niet in (indien bijgeleverd).
Open de deur zo weinig mogelijk.
Dit apparaat beschikt over de “skin-condensor”
technologie: de condensoreenheid is in de
wanden van de vriezer geïntegreerd. Om die
reden kunnen de zijkanten en voorzijde van het
product warm worden wanneer het product in
bedrijf is. Dit is normaal en vermindert het risico op
condensvorming bij zeer kritische omstandigheden
(zie de paragraaf “Opsporen van storingen”).
ONTDOOIEN APPARAAT
Wij raden u aan het apparaat te ontdooien wanneer het ijs
op de wanden 5-6 mm dik is geworden.
Koppel het apparaat los van de netvoeding.
Haal alle voedsel uit het apparaat en bewaar het op een
heel koele plek of in thermisch isolerende zakken.
Laat de deur van het apparaat openstaan.
Verwijder de binnendop van het afvoerkanaal (afhankelijk
van model) (Fig. 8).
Verwijder de buitendop van het afvoerkanaal (afhankelijk
van model) en plaats hem zoals aangegeven in
afbeelding 8.
Gebruik de scheider (afhankelijk van model) in het
product als een recipiënt om het resterende water in op
te vangen (D) zoals aangegeven in g. 8. Als er geen
scheider is, gebruik dan een ondiepe kom.
U kunt het ontdooien versnellen door met een spatel het
ijs op de wanden van het apparaat los te maken.
Verwijder het ijs van de bodem van het apparaat.
Gebruik, om onherstelbare schade aan de
binnenkant van het apparaat te voorkomen, geen
puntige of scherpe metalen voorwerpen om het ijs
te verwijderen.
Gebruik geen schuurmiddelen en verwarm het
vriesvak niet kunstmatig.
Maak de binnenkant van het apparaat zorgvuldig
droog.
Plaats na het ontdooien de dop terug.
REINIGING EN ONDERHOUD
Verwijder het ijs op de bovenste randen (zie Opsporen
van storingen).
Reinig na het ontdooien de binnenkant met een
vochtige spons met lauw water en/of een neutraal
schoonmaakmiddel.
Maak de ventilatieopeningen aan de zijkant schoon
(indien aanwezig).
Voordat u begint met het onderhoud van uw apparaat,
dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes
of vlekkenverwijderaars (bijvoorbeeld aceton,
trichloorethyleen) om het apparaat te reinigen.
Om het apparaat optimaal te laten functioneren, wordt
geadviseerd om het tenminste eenmaal per jaar te
reinigen en te onderhouden.
VERVANGEN VAN HET DEURLAMPJE (indien
aanwezig)
Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact.
Verwijder de melkglazen kap aan de hand van de
aanwijzingen van de afbeelding en in de aangegeven
volgorde.
Draai het lampje los en vervang het door een nieuw
lampje met dezelfde spanning en hetzelfde vermogen.
Breng de melkglazen kap weer aan en sluit het apparaat
aan op het elektriciteitsnet.
HANDLEIDING VOOR PROBLEEMOPLOSSING
1. De rode led knippert.
Is de stroom uitgevallen?
Wordt er een ontdooiprocedure uitgevoerd?
Werd onlangs vers voedsel ingebracht?
Is de deur van het apparaat goed dicht?
Staat het apparaat in de buurt van een warmtebron?
Zijn het ventilatierooster en de condensor schoon?
2. Alle LEDS knipperen tegelijkertijd.
Neem contact op met de klantenservice.
3. Het apparaat maakt erg veel lawaai.
Is het apparaat perfect waterpas geïnstalleerd?
Staat het apparaat tegen andere meubels of
voorwerpen aan die trillingen kunnen veroorzaken?
Is de verpakking van het onderstel van het apparaat
verwijderd?
Opmerking:
de circulatie van het koelgas kan een zacht
geluid maken, ook nadat de compressor stopgezet is. Dit is
geheel normaal.
4. Alle LEDS zijn uit en het product werkt niet.
Is de stroom uitgevallen?
Zit de stekker goed in het stopcontact?
Is de voedingskabel niet beschadigd?
5. Alle LEDS zijn uit en het product werkt.
Neem contact op met de klantenservice.
6. De compressor werkt onafgebroken.
Heeft u misschien warm voedsel in het apparaat gezet?
Is de deur van het apparaat langdurig open geweest?
Staat het apparaat in een te warme ruimte of in de
buurt van een warmtebron?
Is de fast freeze-functie geactiveerd? (Alle groene leds
AAN)
7. Te veel ijsvorming op de bovenranden.
Zijn de doppen van het afvoerkanaal voor het
dooiwater correct geplaatst?
Is de deur van het apparaat goed dicht?
Is de afdichting van de deur van het apparaat
beschadigd of vervormd? (Zie hoofdstuk “Installatie”)
Zijn de vier beschermdelen verwijderd? (Zie hoofdstuk
“Installatie”)
8. Er vormt zich condens aan de buitenkant van het
apparaat.
Condensvorming is normaal onder bepaalde
klimatologische omstandigheden (luchtvochtigheid
hoger dan 85%) of als het apparaat geïnstalleerd is
in vochtige en slecht geventileerde ruimtes. Dit heeft
echter geen negatieve invloed op de prestaties van
het apparaat.
9. De ijslaag op de binnenwanden van de vriezer is
niet overal even dik.
Dit is normaal.
MILIEUTIPS
1. Verpakking
Het verpakkingsmateriaal is volledig recyclebaar, zoals
wordt aangegeven door het recyclingsymbool. Leef de
plaatselijke afvalverwerkingsreglementen na. Bewaar het
verpakkingsmateriaal (plastic zakken, polystyreen enz.)
buiten bereik van kinderen; het kan een bron van gevaar
vormen.
2. Slopen/afdanken
Het apparaat is vervaardigd van recyclebaar materiaal.
Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de
Europese Richtlijn 2002/96/EG inzake Afgedankte elektrische
en elektronische apparaten (AEEA). Door ervoor te zorgen
dat dit apparaat op de juiste manier wordt afgedankt, helpt
u mogelijk schadelijke gevolgen voor het milieu en de
gezondheid te voorkomen.
Het symbool op het product of op de begeleidende
documentatie geeft aan dat dit apparaat niet als
huishoudelijk afval behandeld mag worden, maar
dat het ingeleverd moet worden bij een speciaal
inzamelingscentrum voor de recycling van elektrische en
elektronische apparatuur.
Bij het afdanken van het apparaat dient u het onbruikbaar
te maken door de stroomkabel af te snijden en de deuren
en schappen te verwijderen zodat kinderen niet in het
apparaat kunnen klauteren en vast komen te zitten.
Bij het afdanken van het apparaat moeten de plaatselijke
voorschriften voor afvalverwerking worden opgevolgd door
het in te leveren bij een speciaal inzamelpunt Laat het
apparaat niet onbeheerd achter, ook niet voor een paar
dagen, aangezien het een potentieel gevaar vormt voor
kinderen.
Voor meer informatie over behandeling, terugwinning en
recycling van dit product kunt u contact opnemen met uw
plaatselijke instantie, de vuilnisophaaldienst of de winkel
waar u dit product hebt gekocht.
Informatie:
Dit apparaat bevat geen CFK. Het koelcircuit bevat R134a
(HFC) of R600a (HC) (raadpleeg het typeplaatje binnenin
het apparaat).
Apparaten met Isobutaan (R600a): isobutaan is een
natuurlijk gas dat geen schadelijke invloed heeft op het
milieu, maar wel ontvlambaar is. Zorg er daarom voor dat
de koelcircuitleidingen niet beschadigd raken.
Dit product kan geuorideerd broeikasgas bevatten dat
onder het Protocol van Kyoto valt; het koelgas zit in een
hermetisch gesloten systeem.
Koelgas: R134a heeft een aardopwarmingspotentieel
(GWP) van 1300.
Verklaring van overeenstemming
Dit apparaat werd ontwikkeld voor het bewaren van
voedsel en werd geproduceerd conform Richtlijn (EG) nr.
1935/2004.
Dit apparaat werd ontworpen, geproduceerd en op de
markt gebracht conform:
- veiligheidsobjectieven van de richtlijn “Laagspanning”
2006/95/EG (ter vervanging van 73/23/EEG en
daaropvolgende wijzigingen);
- de beschermingsvoorwaarden van Richtlijn “EMC”
2004/108/EG.
De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen
gegarandeerd indien het correct is aangesloten op een
goedgekeurd aardingssysteem.
KLANTENSERVICE
Voordat u contact opneemt met de
Consumentenservice:
1. Ga na of u de storingen niet zelf kunt verhelpen.
2. Schakel het apparaat opnieuw in en controleer of het
probleem is opgelost. Indien niet, koppelt u het apparaat
los van de stroomtoevoer en wacht ongeveer een uur
voordat u het opnieuw inschakelt.
3. Indien het probleem aanhoudt na deze actie, neemt u
contact op met de Klantenservice.
Vermeld het volgende:
de aard van de storing,
het model,
het servicenummer (nummer achter het woord SERVICE
op het typeplaatje op de achterkant van het apparaat),
uw volledige adres,
uw telefoonnummer en zonecode.
123
1
3 4 5
2
6
8 9
CLASE/KLASSE
CLASSE/CLASS
°C °F
SN 10 - 32 50 - 90
N 16 - 32 61 - 90
ST 16 - 38 61 - 100
T 16 - 43 61 - 110
7
400011206653
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8

HOTPOINT/ARISTON CS2A 300 H FA Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor