Wacker Neuson IREN 57 Handleiding

Type
Handleiding
Gebruiksaanwijzing
Trilnaald
IREN
Type IREN
Document 5000203044
Editie 12.2019
Versie 16
Taal nl
2 100_0000_0001.fm
Copyright © 2019 Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG
Printed in Germany
Alle rechten, in het bijzonder het wereldwijd geldende auteursrecht, het recht op vermenigvuldiging en
het recht op distributie, voorbehouden.
Dit drukwerk mag door de ontvanger alleen voor het bedoelde doel worden gebruikt. Het mag op geen
enkele wijze gedeeltelijk of geheel worden vermenigvuldigd of vertaald worden zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming.
Herdruk of vertaling, ook gedeeltelijk, uitsluitend met schriftelijke toestemming van Wacker Neuson
Produktion GmbH & Co. KG.
Elke inbreuk op de wettelijke bepalingen, voornamelijk de voorschriften ter bescherming van het
auteursrecht, worden civiel- en strafrechtelijk vervolgd.
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG werkt voortdurend aan de verbetering van zijn producten
in het kader van technische vooruitgang. Derhalve moeten we ons het recht voorbehouden om
wijzigingen in afbeeldingen en beschrijvingen in deze documentatie voorbehouden, zonder dat daaruit
aanspraak op wijzigingen aan reeds geleverde machines kan voortvloeien.
Onder voorbehoud van fouten.
De machine op het voorblad kan voorzien zijn van specifieke uitrustingen (opties).
Fabrikant
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG
Wackerstraße 6
D-85084 Reichertshofen
www.wackerneuson.com
Tel.: +4984533403200
E-Mail: service-LE@wackerneuson.com
Originele gebruiksaanwijzing
Inhoudsopgave
5000203044IVZ.fm 3
1 Voorwoord ..............................................................................................................................4
2 Inleiding ..................................................................................................................................5
2.1 Weergavemiddelen in deze bedieningshandleiding .................................................................... 5
2.2 Wacker Neuson contactpersoon.................................................................................................. 5
2.3 Beschreven apparaattypen.......................................................................................................... 6
2.4 Markering van het apparaat......................................................................................................... 6
3 Veiligheid ................................................................................................................................7
3.1 Uitgangspunten ........................................................................................................................... 7
3.2 Verantwoordelijkheden van de exploitant.................................................................................... 7
3.3 Plichten van de exploitant............................................................................................................ 8
3.4 Kwalificaties van het personeel ................................................................................................... 8
3.5 Restrisico’s .................................................................................................................................. 8
3.6 Algemene veiligheidsinstructies................................................................................................... 8
3.7 Elektrische veiligheid................................................................................................................... 9
3.8 Speciale veiligheidsinstructies - binnenvibratoren..................................................................... 10
3.9 Onderhoud................................................................................................................................. 10
3.10 Persoonlijke beschermingsmiddelen......................................................................................... 10
3.11 Gedrag in gevaarlijke situaties................................................................................................... 11
4 Algemene veiligheidsinstructies voor elektrisch gereedschap ......................................12
5 Constructie en werking .......................................................................................................14
5.1 Inhoud van het pakket ............................................................................................................... 14
5.2 Toepassingsgebied.................................................................................................................... 14
5.3 Werking...................................................................................................................................... 14
6 Componenten en bedieningselementen ...........................................................................15
7 Transport ..............................................................................................................................16
8 Bediening en gebruik ..........................................................................................................17
8.1 Voorafgaand aan inbedrijfname................................................................................................. 17
8.2 In bedrijf stellen.......................................................................................................................... 17
8.3 Buiten werking stellen................................................................................................................ 20
8.4 Reiniging.................................................................................................................................... 20
9 Onderhoud ...........................................................................................................................21
9.1 Kwalificatie voor onderhoudswerkzaamheden .......................................................................... 21
9.2 Onderhoudsplan........................................................................................................................ 21
9.3 Onderhoudswerkzaamheden..................................................................................................... 22
10 Storingen verhelpen ............................................................................................................23
11 Afvalverwerking ...................................................................................................................24
11.1 Weggooien van oude elektrische en elektronische apparaten.................................................. 24
12 Technische gegevens .........................................................................................................25
12.1 IREN30...................................................................................................................................... 25
12.2 IREN38...................................................................................................................................... 26
12.3 IREN45...................................................................................................................................... 28
12.4 IREN58...................................................................................................................................... 30
12.5 IREN65...................................................................................................................................... 32
12.6 Verlengkabel.............................................................................................................................. 34
EG-conformiteitsverklaring ........................................................................................35
DIN EN ISO 9001-certificaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
Inhalt
1 Voorwoord
4 100_0000_0002.fm
1Voorwoord
Deze gebruiksaanwijzing bevat belangrijke informatie en procedures voor het veilige, juiste en
duurzame gebruik van deze Wacker Neuson-machine. Het zorgvuldig te lezen, begrijpen en in acht
nemen van deze gebruiksaanwijzing helpt u gevaren voorkomen en reparatiekosten en uitvaltijden te
verminderen. Op die manier verhoogt u de beschikbaarheid en verlengt u de levensduur van de
machine.
Deze gebruiksaanwijzing bevat geen instructies voor uitgebreide onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden. Dergelijke werkzaamheden moeten door de Wacker Neuson-servicedienst of
door erkende technici worden uitgevoerd. De Wacker Neuson-machine dient overeenkomstig de
instructies in deze gebruiksaanwijzing bediend en onderhouden te worden. Onvakkundig gebruik of
onderhoudswerkzaamheden die niet volgens de instructies worden uitgevoerd kunnen gevaren
veroorzaken. Daarom dient deze gebruiksaanwijzing altijd beschikbaar te zijn op de locatie waar de
machine wordt gebruikt.
U dient defecte machinecomponenten altijd direct te vervangen!
Voor vragen over het gebruik of het onderhoud staan de Wacker Neuson-contactpersonen te allen tijde
voor u klaar.
2 Inleiding
100_0000_0003.fm 5
2 Inleiding
2.1 Weergavemiddelen in deze bedieningshandleiding
Waarschuwingssymbolen
Deze bedieningshandleiding bevat veiligheidsvoorschriften in de volgende catego-
rieën:
GEVAAR, WAARSCHUWING, VOORZICHTIG, LET OP.
Deze voorschriften moeten in acht genomen worden om het gevaar voor dood of verwonding
van de bediener, materiële schade of niet-deskundige service uit te sluiten.
Handelingsaanwijzing
Dit symbool betekent dat u iets moet doen.
1. Genummerde handelingsaanwijzingen geven aan dat u iets in de aangegeven
volgorde moet doen.
Dit symbool wordt gebruikt bij opsommingen.
2.2 Wacker Neuson contactpersoon
Uw contactpersoon bij Wacker Neuson is, al naargelang het land, uw Wacker
Neuson Service, uw Wacker Neuson dochteronderneming of uw Wacker Neuson
verkoper.
Adressen vindt u op het Internet onder www.wackerneuson.com.
Het adres van de fabrikant vindt u aan het begin in deze bedieningshandleiding.
GEVAAR
Deze waarschuwing duidt op onmiddellijk dreigen gevaren die de dood of ernstig letsel
veroorzaken.
Met de genoemde maatregelen kunt u het gevaar voorkomen.
WAARSCHUWING
Deze waarschuwing duidt op mogelijke gevaren die kunnen resulteren in ernstig letsel of de dood.
Met de genoemde maatregelen kunt u het gevaar voorkomen.
VOORZICHTIG
Deze waarschuwing duidt op mogelijk gevaren die kunnen resulteren in minder ernstig letsel.
Met de genoemde maatregelen kunt u het gevaar voorkomen.
LET OP
Deze waarschuwing duidt op mogelijke gevaren die kunnen resulteren in materiële schade.
Met de genoemde maatregelen kunt u het gevaar voorkomen.
Aanwijzing
Hier krijgt u aanvullende informatie.
2 Inleiding
6 100_0000_0003.fm
2.3 Beschreven apparaattypen
Deze bedieningshandleiding geldt voor verschillende apparaattypen uit één pro-
ductreeks. Daardoor kunnen afbeeldingen iets afwijken van het uiterlijk van uw ap-
paraat. Bovendien kunnen er componenten worden beschreven die geen deel uit-
maken van uw apparaat.
Gedetailleerde informatie over de beschreven apparaattypen vindt u in het hoofd-
stuk Technische gegevens.
2.4 Markering van het apparaat
Gegevens van het typeplaatje
Het typeplaatje bevat gegevens die uw apparaat ondubbelzinnig identificeren. Deze
gegevens zijn voor de bestelling van reserveonderdelen en bij technische vragen
vereist.
Noteer de gegevens van uw apparaat in de volgende tabel:
Benaming Uw gegevens
Groep en type
Bouwjaar
Machine-nr.
Versie-nr.
Artikel-nr.
3 Veiligheid
100_0101_si_0010.fm 7
3 Veiligheid
3.1 Uitgangspunten
Nieuwste stand van de techniek
De machine is gebouwd overeenkomstig de nieuwste stand van de techniek en de erkende
veiligheidstechnische richtlijnen. Onvakkundig gebruik kan echter levensgevaarlijke situaties
veroorzaken voor de gebruiker of derden, of de werking van de machine hinderen of andere materiële
schade veroorzaken.
Gebruik conform de voorschriften
De machine mag alleen voor de volgende doeleinden worden gebruikt:
Verdichten van gestort beton.
De machine mag niet voor de volgende doeleinden worden gebruikt:
Onderdompelen in zuur- of looghoudende vloeistoffen.
Contact met lichaamsdelen of inbrengen in lichaamsdelen.
Tot het correcte gebruik behoort ook het in acht nemen van alle aanwijzingen en veiligheidsinstructies
in deze gebruiksaanwijzing alsmede het opvolgen van de voorgeschreven onderhoudsinstructies.
Alle andere of hierbuiten vallende toepassingen worden als niet correct beschouwd. Schade als gevolg
daarvan vallen buiten de aansprakelijkheid en de garantieverplichtingen van de fabrikant. De exploitant
draagt hiervoor het volledige risico.
Wijzigingen in de constructie
Wijzigingen in de constructie mogen niet zonder schriftelijke toestemming van de fabrikant worden
uitgevoerd. Bij wijzigingen waarvoor geen toestemming is gegeven kunnen risico's ontstaan voor de
gebruiker en/of derden en kan de machine beschadigd raken.
Daarnaast vervallen de aansprakelijkheid en de garantieverplichtingen van de fabrikant in het geval van
ongeautoriseerde wijzigingen in de constructie.
In de volgende gevallen is sprake van wijzigingen in de constructie:
Het openen van de machine en het permanent verwijderen van componenten.
Het inbouwen van reserveonderdelen van andere fabrikanten dan Wacker Neuson of die wat betreft
constructie en kwaliteit niet gelijkwaardig zijn aan de oorspronkelijke componenten.
Het monteren van accessoires van andere fabrikanten dan Wacker Neuson.
Reserveonderdelen of accessoires van Wacker Neuson kunnen altijd in- of opgebouwd worden, ga
daarvoor op het internet naar www.wackerneuson.com.
3.2 Verantwoordelijkheden van de exploitant
De exploitant is de persoon die ze machine voor commerciële of zakelijke doelen zelf bedient of waarvan
hij/zij het gebruik/de bediening aan een derde overdraagt en tijdens het gebruik de wettelijke
productverantwoordelijkheid voor de bescherming van personeel of derden draagt.
De exploitant moet de gebruiksaanwijzing beschikbaar stellen aan de gebruiker en ervoor zorgen dat de
gebruiker deze heeft gelezen en begrepen.
De gebruiksaanwijzing moet bij de machine of op de gebruikslocatie worden bewaard.
De exploitant moet elke volgende gebruiker of de volgende eigenaar van de machine deze
gebruiksaanwijzing overhandigen.
LET OP
U dient alle aanwijzingen en veiligheidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing in acht te
nemen. Wanneer u de veiligheidsinstructies niet in acht neemt, kan dat leiden tot
elektrische schokken, brand en/of zwaar letsel, alsmede tot beschadiging van de machine
en/of beschadiging van andere eigendommen. Bewaar de veiligheidsinstructies en de
aanwijzingen voor toekomstig gebruik.
3 Veiligheid
8 100_0101_si_0010.fm
Ook de landspecifieke voorschriften, normen en richtlijnen voor ongevallenpreventie en
milieubescherming moeten in acht worden genomen. De gebruiksaanwijzing moet met andere
instructies voor het in acht nemen van bedrijfs- en overheidsrichtlijnen en nationale of algemeen
geldende richtlijnen worden aangevuld.
3.3 Plichten van de exploitant
Op de hoogte zijn van de van toepassing zijnde arbeidswetgeving en deze toepassen.
In een risico-evaluatie de risico's vaststellen waarvan door de werkomstandigheden in het
toepassingsgebied sprake is.
Gebruiksaanwijzingen voor het gebruik van deze machine opstellen.
Regelmatig controleren of deze gebruiksaanwijzingen overeen komen met de geldende stand van de
regelgeving.
De verantwoordelijkheden voor de bediening, het oplossen van storingen, het onderhoud en de
reiniging eenduidig regelen en vastleggen.
Het personeel regelmatig trainen en informeren over de mogelijke risico's.
Stel de benodigde persoonlijke beschermingsmiddelen beschikbaar aan het personeel.
3.4 Kwalificaties van het personeel
Deze machine mag alleen door getraind personeel in gebruik worden genomen en worden bediend.
Bij onjuist gebruik, misbruik of bediening door ongeschoold personeel kunnen risico's ontstaan voor de
gezondheid van de gebruiker of van derden, alsmede voor beschadiging of totale uitval van de machine.
Daarnaast zijn de volgende voorwaarden van toepassing op de gebruiker:
Lichamelijk en geestelijk fit.
Geen beïnvloeding van de reactiesnelheid door drugs, alcohol of geneesmiddelen.
Op de hoogte van de veiligheidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing.
Op de hoogte van het gebruik volgende voorschriften van de machine.
Heeft de minimale leeftijd van 18 jaar voor het bedienen van deze machine bereikt.
Is getraind in het zelfstandig bedienen van de machine.
Is gerechtigd om machines en systemen overeenkomstig de normen van de veiligheidstechniek
zelfstandig in bedrijf te stellen.
3.5 Restrisico’s
Restrisico's zijn bijzondere risico's bij de omgang met machines die ondanks een veilige constructie niet
geheel kunnen worden weggenomen.
Deze restrisico's zijn niet duidelijk herkenbaar en kunnen de oorzaak zijn van mogelijk letsel of
gezondheidsrisico's.
Wanneer sprake is van onvoorziene restrisico's, dient de machine direct te worden uitgeschakeld en de
verantwoordelijke leidinggevende te worden geïnformeerd. Deze beslist wat te doen en stelt al het
noodzakelijke in het werk om de opgetreden risico's weg te nemen.
Wanneer nodig wordt de machinefabrikant geïnformeerd.
3.6 Algemene veiligheidsinstructies
De veiligheidsinstructies in dit hoofdstuk bevatten de "Algemene veiligheidsinstructies", die conform de
geldende normen in de gebruiksaanwijzing moeten worden opgenomen. Ze bevatten mogelijk
instructies die niet relevant zijn voor deze machine.
3.6.1 Werkplek
Maak u voordat u met werken begint vertrouwd met de locatie, bijv. met de draagkracht van de
ondergrond of hindernissen in de omgeving.
Sluit het werkgebied af voor het openbare verkeer.
Noodzakelijke afscherming van wanden en plafonds, bijv. in greppels.
Houd de werkplek opgeruimd. Rommelige of niet goed verlichte werkplekken kunnen tot ongevallen
leiden.
Werken met deze machine in omgevingen met explosiegevaar is verboden.
Houd kinderen en andere personen tijdens het werken met de machine op afstand. Wanneer uw
aandacht wordt afgeleid, kunt u de controle over de machine verliezen.
Zorg er altijd voor dat de machine niet kan omkiepen, wegrollen, wegglijden of vallen. Letselgevaar!
3 Veiligheid
100_0101_si_0010.fm 9
3.6.2 Onderhoud
Laat de machine alleen door gekwalificeerde vakpersoneel repareren en onderhouden.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen en accessoires. De gebruiksveiligheid van de machine
blijft daardoor behouden.
3.6.3 Veiligheid van personen
Werken onder de invloed van drugs, alcohol of geneesmiddelen kan tot ernstig letsel leiden.
Draag bij alle werkzaamheden de passende beschermingsmiddelen. Passende
beschermingsmiddelen zorgen voor een aanzienlijke verlaging van de kans op letsel.
Verwijder gereedschap voordat de machine in gebruik wordt genomen. Gereedschap dat zich in de
buurt van draaiende machinecomponenten bevindt kan worden weggeslingerd en tot ernstige
verwondingen leiden.
Let erop dat u altijd stevig staat.
Wanneer u langere tijd met deze machine werkt, kan schade op de lange termijn door trillingen niet
volledig worden uitgesloten. Voor de exacte waarden voor trillingsmeting, zie het hoofdstuk
Technische gegevens.
Draag geschikte kleding. Houd wijde of loszittende kleding, handschoenen, sieraden en haar weg
van bewegende/draaiende machinecomponenten. Gevaar op intrekken!
Zorg ervoor dat er zich geen andere personen in het gevarengebied bevinden!
3.6.4 Omgang en gebruik
Zorgvuldig met de machine omgaan. Machines, waarvan de componenten of bedieningselementen
defect zijn, mogen niet in bedrijf worden gesteld. Defecte componenten of bedieningselementen
direct laten vervangen. Machines met defecte componenten of bedieningselementen betekenen een
verhoogd letselgevaar!
Bedieningselementen van de machine mogen niet ongeautoriseerd vergrendeld, gemanipuleerd of
gewijzigd worden.
Gebruik de machine, accessoires en gereedschap etc. altijd overeenkomstig deze
gebruiksaanwijzing.
Berg ongebruikte machines buiten het bereik van kinderen op. De machine mag alleen door
geautoriseerd personeel worden bediend.
Sla de afgekoelde machine na gebruik op in een afgesloten, schone, vorstvrije en droge plaats die
niet toegankelijk is voor andere personen en kinderen.
3.7 Elektrische veiligheid
3.7.1 Stroomvoorziening voor machines van beschermingsniveau I
De binnenvibrator moet aangesloten worden op een stopcontact met randaarde van 15 A/16 A en de
juiste beveiliging tegen overbelasting.
Daarbij is het gebruik van één van de volgende aardlekschakelaars vereist:
Standaard aardlekschakelaar (pulsstroomgevoelig, type A).
Voor alle soorten stroomgevoelige aardlekschakelaar (type B).
De machine alleen op stroomvoorzieningen aansluiten, wanneer alle machinecomponenten technisch
volledig intact zijn.
De stroomvoorziening moet voorzien zijn van een aansluiting waarvan de randaarde (PE) intact is en
een stopcontact met randaarde van 15 A/16 A en de juiste beveiliging tegen overbelasting.
Bij het aansluiten op vaste of mobiele stroomgeneratoren moet minstens één van de volgende
veiligheidsvoorzieningen aanwezig zijn:
FI-veiligheidsschakelaar.
ISO-beveiliging.
IT-netwerk.
Bij het aansluiten op een verdeelkast, moet deze geaard zijn!
Neem de van toepassing zijn landelijke veiligheidsrichtlijnen in acht!
3 Veiligheid
10 100_0101_si_0010.fm
3.7.2 Verlengkabel
Machine uitsluitend gebruiken met een onbeschadigde verlengkabel.
Verlengkabels met een beschermingsgeleider en correcte beschermingsgeleideraansluiting op de
stekker en de koppeling gebruiken.
Alleen geteste verlengkabels gebruiken! Voor gebruik op de bouw adviseert Wacker Neuson H07RN-
F, H07BQ-F, een SOOW-kabel of een voor het land specifieke gelijkwaardige uitvoering.
Kabelhaspels en stekkerdozen moeten aan dezelfde vereisten voldoen als de verlengkabel.
Beveilig verlengkabels, stekkerdozen, kabelhaspels en koppelingen tegen regen, sneeuw en andere
vormen van vocht.
3.8 Speciale veiligheidsinstructies - binnenvibratoren
3.8.1 Invloeden van buitenaf
De binnenvibrator mag in de volgende situaties niet worden gebruikt:
Bij sterke regen op hellingen. Slipgevaar!
In een omgeving met explosiegevaar. Explosiegevaar!
3.8.2 Veiligheid
Let bijzonder goed op in de buurt van afgronden en hellingen, en op steigers en ladders. Risico op
vallen!
Draagkracht van de ondergrond en afscherming van wanden en plafonds controleren.
De bestuurder mag de bestuurdersplek tijdens het gebruik van de machine niet verlaten.
Laat de machine nooit zonder toezicht lopen. Letselgevaar!
Beveilig de machine tegen gebruik door onbevoegden.
Zet het werkgebied ruim af en houd onbevoegde personen op afstand. Letselgevaar!
Voorkom lichaamscontact met geaarde delen.
Gebruik de beschermleiding, de aansluitkabel of andere componenten van de machine nooit om op
te staan of om het apparaat mee vast te zetten.
Bij intensief gebruik van handgevoerde machines kan schade op de lange termijn door trillingen niet
volledig worden uitgesloten. De desbetreffende wettelijke voorschriften en richtlijnen moeten in acht
worden genomen.
Afhankelijk van de manier waarop het elektrische gereedschap gebruikt wordt, kan de vibratie-
emissiewaarde verschillen van de aangegeven waarde.
3.9 Onderhoud
De volgende instructies moeten in acht worden genomen:
Deze machine mag alleen in uitgeschakelde toestand worden onderhouden, gerepareerd, ingesteld
of gereinigd worden.
Neem de onderhoudsintervallen in acht.
Na ieder onderhoud of reparatie moeten de veiligheidsvoorzieningen van deze machine weer worden
aangebracht.
Neem het onderhoudsplan in acht. Genoemde werkzaamheden moeten door de servicedienst van
de Wacker Neuson-vertegenwoordiger worden uitgevoerd.
Vervang versleten of beschadigde machinecomponenten altijd direct. Gebruik alleen
reserveonderdelen van Wacker Neuson.
Houd de machine schoon.
Ontbrekende, beschadigde of onleesbare veiligheidsstickers moeten altijd direct worden vervangen.
Veiligheidsstickers bevatten belangrijke informatie over de bescherming van de gebruiker.
Onderhoudswerkzaamheden moeten in een schone en droge omgeving worden uitgevoerd (bijv.
werkplaats).
3.10 Persoonlijke beschermingsmiddelen
LET OP
Om letsel bij de omgang met deze machine te vermijden, moeten bij alle werkzaamheden
aan en met deze machine persoonlijke beschermingsmiddelen worden gedragen.
3 Veiligheid
100_0101_si_0010.fm 11
3.11 Gedrag in gevaarlijke situaties
Preventieve maatregelen:
Wees altijd voorbereid op ongevallen.
Houd eerstehulpvoorzieningen bij de hand.
Maak het personeel vertrouwd met de voorzieningen voor de melding van ongevallen, eerste hulp en
reddingswerk.
Houd de toegangswegen tot reddingsvoertuigen vrij.
Train het personeel op het gebied van eerste hulp bij ongelukken.
Maatregelen in noodgevallen:
Zet de machine direct uit.
Breng gewonden en andere personen buiten de gevarenzone.
Eerste hulpmaatregelen uitvoeren.
Alarmeer de reddingsdiensten.
Houd de toegangswegen tot reddingsvoertuigen vrij.
Informeer de verantwoordelijke leidinggevende op de locatie.
Pictogram Betekenis Beschrijving
Gebruik veiligheidsschoenen! Veiligheidsschoenen beschermen tegen beknellingen,
vallende onderdelen en uitglijden op een gladde
ondergrond.
Gebruik veiligheidshandschoenen! Veiligheidshandschoenen beschermen tegen schaven,
snijden, steken en hete oppervlakken.
Gebruik gehoorbescherming! Gehoorbescherming beschermt tegen permanente
gehoorbeschadiging.
LET OP
Het is mogelijk dat deze machine de in het land geldende geluidslimieten (persoonlijke
beoordelingsniveaus) overschrijdt. Daarom moet gehoorbescherming worden gedragen.
Voor de exacte waarden voor geluidsemissie, zie hoofdstuk Technische gegevens.
Werk wanneer u gehoorbescherming draagt bijzonder oplettend en voorzichtig, omdat u
geluiden, bijvoorbeeld roepen of alarmsignalen, beperkt hoort.
Wacker Neuson adviseert altijd gehoorbescherming te dragen.
4 Algemene veiligheidsinstructies voor elektrisch gereedschap
12 100_0101_si_0008.fm
4 Algemene veiligheidsinstructies voor elektrisch gereedschap
1. Veiligheid van de werkplek
a) Zorg ervoor dat uw werkplek altijd schoon en goed verlicht is. Rommelige of niet goed
verlichte werkplekken kunnen tot ongevallen leiden.
b) Werk niet met elektrisch gereedschap in omgevingen waar sprake is van explosiegevaar,
of waar brandbare vloeistoffen, gassen of stof aanwezig is. Elektrisch gereedschap kunnen
vonken genereren waardoor stof of dampen kunnen ontbranden.
c) Houd kinderen en andere personen tijdens het gebruik van elektrisch gereedschap op
afstand. Wanneer u wordt afgeleid, kunt u de controle over het apparaat verliezen.
2. Elektrische veiligheid
a) De aansluitstekker van het elektrisch gereedschap moet in het stopcontact passen. De
stekker mag op geen enkele manier worden gewijzigd. Gebruik geen adapterstekker bij
geaard elektrisch gereedschap. Ongewijzigde stekkers en passende stopcontacten
verminderen het risico op een elektrische schok.
b) Vermijd lichaamscontact met geaarde oppervlakken, zoals van buizen, verwarmingen,
haarden en koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico op elektrische schok als uw lichaam
geaard is.
c) Houd het elektrische gereedschap uit de buurt van regen en natheid. Wanneer water in het
elektrische gereedschap komt, verhoogt dit het risico op elektrische schokken.*
d) Gebruik de kabel nooit om het elektrische gereedschap te dragen, aan op te hangen of om
de stekker uit het stopcontact te trekken. Houd de kabel uit de buurt van hitte, olie, scherpe
randen of bewegende apparaatonderdelen. Beschadigde of in de knoop zittende kabels
verhogen het risico op een elektrische schok.
e) Wanneer u buitenshuis werkt met elektrisch gereedschap, mag u alleen verlengkabels
gebruiken die geschikt zijn voor gebruik buitenshuis. Het gebruik van een voor gebruik
buitenshuis geschikte verlengkabel verlaagt het risico op elektrische schokken.
f) Wanneer het gebruik van het elektrische gereedschap in een vochtige omgeving niet kan
worden voorkomen, moet u een aardlekschakelaar gebruiken. Het gebruik van een
aardlekschakelaar verlaagt het risico op elektrische schokken.
3. Veiligheid van personen
a) Let op wat u aan het doen bent en wees voorzichtig en oplettend bij het werken met
elektrisch gereedschap. Gebruik geen elektrisch gereedschap wanneer u moe bent of
onder de invloed van drugs, alcohol of medicijnen. Eén ogenblik van onoplettendheid kan bij
het gebruik van elektrisch gereedschap tot ernstig letsel leiden.
b) Draag persoonlijke beschermingsmiddelen en altijd een veiligheidsbril. Het dragen van
persoonlijke beschermingsmiddelen zoals stofmasker, slipvaste veiligheidsschoenen,
veiligheidshelm of gehoorbescherming, afhankelijk van de aard en het gebruik van het elektrische
gereedschap, verlaagt het risico op letsel.
c) Voorkom dat het elektrisch per ongeluk kan worden aangezet. Zorg ervoor dat het
elektrische gereedschap is uitgeschakeld voordat u de stroomkabel en/of accu aansluit of
wanneer u het optilt of draagt. Wanneer u tijdens het dragen van het elektrische gereedschap
uw vinger op de schakelaar houdt, of als het apparaat ingeschakeld op de stroomvoorziening
wordt aangesloten, kan dit tot ongevallen leiden.
WAARSCHUWING
Lees alle veiligheidsinstructies, aanwijzingen, afbeeldingen en technische
gegevens, waarvan dit elektrische gereedschap voorzien is.
Wanneer de veiligheidsinstructies en aanwijzingen niet in acht neemt, kan dat leiden tot
elektrische schokken, brand en/of zwaar letsel.
Berg alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen op voor toekomstig gebruik.
Het in de veiligheidsinstructies gebruikt begrip "Elektrisch gereedschap" heeft betrekking
op alle op netstroom aangedreven elektrische gereedschappen (met stroomkabel) en op
alle op accu aangedreven elektrische gereedschappen (zonder stroomkabel).
4 Algemene veiligheidsinstructies voor elektrisch gereedschap
100_0101_si_0008.fm 13
d) Verwijder afstelgereedschap of sleutels voordat u het elektrische gereedschap inschakelt.
Gereedschap of een sleutel dat/die zich in een draaiend onderdeel van een apparaat bevindt, kan
tot letsel leiden.
e) Voorkom een onnatuurlijke lichaamshouding. Zorg ervoor dat u stevig staat en dat u goed
in evenwicht bent. Daardoor hebt u meer controle over het elektrische gereedschap in
onverwachte situaties.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen losse kleding of sieraden. Houd haren, kleding en
handschoenen uit de buurt van bewegende delen. Losse kleding, sieraden of lange haren
kunnen door bewegende delen worden vastgegrepen.
g) Als er stofafzuig- en -opvanginrichtingen geïnstalleerd kunnen worden, moet u controleren
of deze zijn aangesloten en correct worden gebruikt. Gebruik van stofafzuiging kan gevaar
door stof verminderen.
h) Waan u niet in valse veiligheid en houdt u altijd aan de veiligheidsregels voor elektrisch
gereedschap, ook wanneer u na veelvuldig gebruik volledig vertrouwd bent met het
elektrische gereedschap. Achteloos handelen kan binnen een fractie van een seconde tot
ernstig letsel leiden.
4. Gebruik en behandeling van elektrisch gereedschap
a) U mag het apparaat nooit overbelasten. Gebruik voor uw werkzaamheden altijd het
daarvoor bestemde gereedschap. Met het juiste elektrische gereedschap werkt u beter in
veiliger in het aangegeven vermogensbereik.
b) Gebruik het elektrische gereedschap niet als de schakelaar defect is. Een elektrisch
gereedschap, dat niet meer in- of uitgeschakeld kan worden, is gevaarlijk en moet worden
gerepareerd.
c) Trek de stekker uit het stopcontact en/of verwijder de accu, voordat u de
apparaatinstellingen uitvoert, accessoires vervangt of het apparaat weglegt. Deze
maatregelen voorkomen het ongewenst starten van het elektrisch gereedschap.
d) Berg ongebruikt elektrisch gereedschap buiten het bereik van kinderen op. Laat het
apparaat niet gebruiken door mensen die hier geen ervaring mee hebben of die deze
gebruiksaanwijzingen niet hebben gelezen. Elektrisch gereedschap is gevaarlijk wanneer het
door onervaren personen wordt gebruikt.
e) Onderhoud elektrisch of gebruiksgereedschap zorgvuldig. Controleer of bewegende
componenten probleemloos werken en niet vastklemmen, of onderdelen kapot of
beschadigd zijn en of het elektrische gereedschap goed werkt. Laat beschadigde
componenten repareren voordat u het apparaat gebruikt. Veel ongevallen worden
veroorzaakt door slecht onderhouden elektrisch gereedschap.
f) Houd zaaggereedschap altijd schoon en scherp. Zorgvuldig onderhouden zaaggereedschap
met scherp randen slaan minder snel vast en zijn gemakkelijker te gebruiken.
g) Gebruik elektrisch gereedschap, toebehoren, gebruiksgereedschap, etc. overeenkomstig
deze aanwijzingen. Houd daarbij rekening met de omstandigheden en de uit te voeren
werkzaamheden. Het gebruik van elektrisch gereedschap voor andere doelen dan de bedoelde
gebruikstoepassingen kan tot gevaarlijke situaties leiden.
h) Houd handgrepen en handgreepoppervlakken droog, schoon en vrij van olie en vet. Gladde
handgrepen en handgreepoppervlakken geven geen veilige bediening en controle over het
elektrische gereedschap in onvoorziene omstandigheden.
5. Onderhoud
a) Laat uw elektrisch gereedschap alleen repareren door gekwalificeerde monteurs en
gebruik alleen originele reserveonderdelen. Hierdoor zorgt u ervoor dat de veiligheid van het
apparaat behouden blijft.
5 Constructie en werking
14 100_0101_sf_0004.fm
5 Constructie en werking
5.1 Inhoud van het pakket
De trilnaald wordt kant-en-klaar gemonteerd geleverd en kan alleen in combinatie met een draaistroom-
omvormer worden gebruikt.
De inhoud van het pakket bestaat uit:
Apparaat.
Bedieningshandleiding.
5.2 Toepassingsgebied
Gebruik het apparaat alleen volgens de voorschriften, zie hoofdstuk Veiligheid, Ge-
bruik in overeenstemming met de bestemming.
GV
Het apparaat voorkomt beschadiging van de bekisting door de rubberafsluitkap
(GV).
ST1
Het apparaat is met name geschikt voor een betere geleiding en positionering in
slecht bereikbare delen van de bekisting.
5.3 Werking
Principe
Het apparaat is een trilnaald, die in het trilnaaldlichaam hoogfrequente trillingen ge-
nereert.
Door het trilnaaldlichaam in het verse beton te dompelen, wordt het beton in het
werkbereik van het trilnaaldlichaam ontlucht en verdicht.
Het verse beton koelt tegelijkertijd het trilnaaldlichaam.
Aanwijzing:Zolang er luchtbelletjes opstijgen, wordt het beton verdicht.
Thermobeveiliging
Het apparaat is met een thermobeveiliging beveiligd tegen oververhitting. In geval
van oververhitting schakelt deze het apparaat uit.
Na het afkoelen moet u het apparaat uit- en weer inschakelen.
Aanwijzing:Wanneer uw apparaat geen aan/uitschakelaar heeft, moet u de om-
vormer uit- en weer inschakelen.
Trilnaaldlichaam
In het trilnaaldlichaam draait een elektromotor een onbalans met ca. 12.000 min
-1
(200 Hz) en genereert daardoor trillingen. Door deze trillingen voert het trilnaald-
lichaam cirkelbewegingen uit.
6 Componenten en bedieningselementen
100_0101_cp_0004.fm 15
6 Componenten en bedieningselementen
IREN30
IREN38, 45, 58, 65
IREN ST1
Pos. Beschrijving Pos. Beschrijving
1 Trilnaaldlichaam 4 Aansluitsnoer
2 Beschermslang 5 Stekker
3 Schakelaarbehuizing 6 Aan/uitschakelaar
Pos. Beschrijving Pos. Beschrijving
1 Trilnaaldlichaam 5 Stekker
2 Beschermslang 6 Aan/uitschakelaar
3 Schakelaarbehuizing 7 Buisonderdeel
4 Aansluitsnoer 8 Rubberafsluitkap (optioneel)
Pos. Beschrijving Pos. Beschrijving
1 Trilnaaldlichaam 5 Aansluitsnoer
2 Buis 6 Stekker
3 Beschermslang 7 Aan/uitschakelaar
4 Schakelaarbehuizing 8 Buisonderdeel
7 Transport
16 100_0101_tr_0002.fm
7 Transport
Apparaat transporteren
1. Apparaat uitschakelen met de aan/uitschakelaar.
2. Wachten tot het apparaat volledig tot stilstand is gekomen.
3. Omvormer uitschakelen.
4. Apparaat loskoppelen van omvormer.
5. Apparaat in of op een geschikt transportmiddel leggen.
6. Aansluitsnoer oprollen.
Aanwijzing: Aansluitsnoer niet knikken!
7. Apparaat borgen tegen afvallen of wegglijden.
Aanwijzing:IREN ST kan door zijn lengte aan de voor- of achterkant van het trans-
portmiddel uitsteken. Neem de geldende verkeersregels in acht en
voorzie het apparaat evt. van een voorgeschreven waarschuwings-
bord.
WAARSCHUWING
Onvakkundige omgang kan tot letsel of grote materiële schade leiden.
U moet alle veiligheidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing lezen en in acht nemen.
WAARSCHUWING
Trillichaam is heet.
Aanraking kan tot verbrandingen leiden.
Laat het trillichaam afkoelen.
Draag beschermende handschoenen.
8 Bediening en gebruik
100_0101_op_0003.fm 17
8 Bediening en gebruik
8.1 Voorafgaand aan inbedrijfname
Het apparaat is na het uitpakken bedrijfsklaar.
Apparaat controleren
Apparaat en alle componenten controleren op beschadigingen.
Beschadigingen van de beschermslang en het aansluitsnoer.
Stroomnet controleren
Controleren of stroomnet of bouwplaatsverdeler de juiste bedrijfsspanning heeft
(zie typeplaatje van het apparaat of hoofdstuk Technische gegevens).
Controleren of stroomnet of bouwplaatsverdeler zijn beveiligd conform de gel-
dende landelijke normen en richtlijnen.
8.2 In bedrijf stellen
WAARSCHUWING
Ondeskundige behandeling kan resulteren in letsel of zware materiële schade.
Alle veiligheidsvoorschriften van deze bedieningshandleiding lezen en op-
volgen, zie hoofdstuk Veiligheid.
WAARSCHUWING
Beschadigde isolatie.
Gevaar door elektrische schokken.
Beschermslang en aansluitsnoer niet knikken of beschadigen.
8 Bediening en gebruik
18 100_0101_op_0003.fm
Apparaat aan de stroomvoorziening aansluiten
Sluit het apparaat uitsluitend aan op een draaistroom-omvormer, aansluitwaarden
zie hoofdstuk Technische gegevens.
1. Apparaat uitschakelen met de aan/uitschakelaar.
2. Indien nodig goedgekeurde verlengkabel op het apparaat aansluiten.
Aanwijzing: Toegelaten lengtes en diameters van het litzendraad van verleng-
kabels staan vermeld in het hoofdstuk Technische gegevens.
3. Stekker in het stopcontact op de omvormer steken.
IREN inschakelen
1. Apparaat optillen aan de beschermslang, in de buurt van het trilnaaldlichaam
vasthouden.
2. Apparaat inschakelen met de aan/uitschakelaar.
IREN ST1 inschakelen
1. Apparaat optillen aan de buis, in de buurt van het trilnaaldlichaam vasthouden.
2. Apparaat inschakelen met de aan/uitschakelaar.
LET OP
Elektrische spanning.
Foutieve spanning kan schade aan het apparaat veroorzaken.
Controleren of de spanning van de stroombron overeenkomt met de gege-
vens op het apparaat, zie hoofdstuk Technische gegevens.
WAARSCHUWING
Starten van het apparaat.
Letselgevaar door ongecontroleerd starten van apparaat.
Voorafgaand aan aansluiting op de stroomvoorziening apparaat uitschake-
len.
WAARSCHUWING
Elektrische spanning.
Letsel door elektrische schokken.
Aansluitsnoer en verlengkabel controleren op beschadigingen.
Uitsluitend verlengkabels gebruiken waarvan de aardleider is aangesloten
op de stekker en de koppeling (alleen voor apparaten uit beschermingscate-
gorie I, zie hoofdstuk Technische gegevens).
8 Bediening en gebruik
100_0101_op_0003.fm 19
Vers beton verdichten
1. Trilnaaldlichaam snel in het verse beton dompelen, meerdere seconden onder-
gedompeld laten en langzaam uittrekken.
2. Trilnaaldlichaam in alle delen van de bekisting onderdompelen en het verse be-
ton verdichten.
Aanwijzing:
Verdicht met name intensief bij de hoeken van de bekisting, omdat daar de wa-
peningsdichtheid het grootst is.
Voorkom dat het trilnaaldlichaam in aanraking komt met de wapening. Wanneer
het trilnaaldlichaam de wapening raakt, kunnen de volgende beschadigingen
ontstaan:
De hechting van het beton aan de wapening kan verloren gaan.
Het apparaat kan beschadigd raken.
Het resultaat van de verdichting hangt af van de volgende punten:
Hoe lang het trilnaaldlichaam in het beton blijft.
Diameter van het trilnaaldlichaam.
Consistentie van het beton.
Wapeningsdichtheid.
Wanneer u bijv. een trilnaaldlichaam met een kleine diameter gebruikt, moet u
langer verdichten om hetzelfde resultaat te bereiken als met een trilnaald-
lichaam met een grote diameter.
Aan de volgende punten kunt u zien of het beton voldoende verdicht is:
Het beton zet zich niet meer.
Er stijgen geen of vrijwel geen luchtbelletjes meer op.
Het geluid van het trilnaaldlichaam verandert niet meer.
8 Bediening en gebruik
20 100_0101_op_0003.fm
8.3 Buiten werking stellen
Apparaat uitschakelen
1. Apparaat langzaam uit het verse beton trekken, trilnaaldlichaam in de lucht hou-
den.
2. Apparaat uitschakelen met de aan/uitschakelaar.
Aanwijzing: Wanneer het apparaat geen aan/uitschakelaar heeft, het apparaat
uitschakelen met de aan/uitschakelaar van de omvormer.
3. Omvormer uitschakelen.
4. Wachten tot het apparaat volledig tot stilstand is gekomen.
5. Apparaat langzaam neerleggen.
Beschermslang en aansluitsnoer niet knikken!
6. Apparaat loskoppelen van omvormer.
8.4 Reiniging
Apparaat reinigen
Apparaat en alle bijbehorende componenten na elk gebruik met water reinigen.
Aanwijzing:Betonrestanten kunt u verwijderen door het werkende apparaat onder
te dompelen in een grindbed.
VOORZICHTIG
Autonome beweging van het werkende trilnaaldlichaam buiten het verse beton.
Letselgevaar of gevaar voor materiële schade door om zich heen slaand tril-
naaldlichaam.
Apparaat uitschakelen alvorens het neer te leggen.
VOORZICHTIG
Verhitting van het werkende trilnaaldlichaam buiten het verse beton.
Verbrandingsgevaar door hete oppervlakken.
Beschadiging van het apparaat door verhoogde slijtage.
Apparaat niet buiten het verse beton laten draaien.
9 Onderhoud
100_0101_mt_0003.fm 21
9 Onderhoud
9.1 Kwalificatie voor onderhoudswerkzaamheden
Kwalificatie voor onderhoudswerkzaamheden
De in deze bedieningshandleiding beschreven onderhoudswerkzaamheden mogen
door elke bediener met verantwoordelijkheidsbesef uitgevoerd worden, voor zover
niet anders vermeld.
Sommige onderhoudswerkzaamheden mogen alleen door speciaal opgeleid vak-
personeel of alleen door de service van uw Wacker Neuson contactpersoon uitge-
voerd worden - deze zijn speciaal gemarkeerd.
9.2 Onderhoudsplan
Aanwijzing:De hier genoemde tijdintervallen zijn richtwaarden voor normaal be-
drijf. Bij extreem bedrijf, bijv. ononderbroken inzet, halveert u de on-
derhoudsintervallen.
Het trillichaam is af fabriek met olie gevuld en daardoor onderhoudsvrij.
Aanwijzing:Als het onderste deel van het trillichaam vervangen moet worden, vul
dan voldoende olie bij. Bevestig het onderste deel van het trillichaam
op de juiste wijze. Laat deze werkzaamheden door de servicedienst
van uw Wacker Neuson-vertegenwoordiger uitvoeren.
Bij trillichaam IREN30 kan de olie niet vervangen worden. Het trillichaam moet door de
servicedienst van de Wacker_Neuson-vertegenwoordiger vervangen worden.
WAARSCHUWING
Ondeskundige behandeling kan resulteren in letsel of zware materiële schade.
Alle veiligheidsvoorschriften van deze bedieningshandleiding lezen en op-
volgen, zie hoofdstuk Veiligheidsvoorschriften.
WAARSCHUWING
Levensgevaar door elektrische schok bij ondeskundig gebruik.
Het apparaat openen, repareren en de aansluitende controle van de veilig-
heid mag uitsluitend gebeuren door een erkend elektricien conform de gel-
dende richtlijnen.
Activiteit Dagelijks vóór
bedrijf
Om de 100 uur
Visuele controle van alle on-
derdelen op beschadiging.
Slijtagematen controleren.
9 Onderhoud
22 100_0101_mt_0003.fm
9.3 Onderhoudswerkzaamheden
Visuele controle op beschadiging
Apparaat controleren
Alle apparaatonderdelen controleren op beschadiging.
Apparaten met aan/uitschakelaar:
Schakelaarmembraan controleren op dichtheid.
Slijtagematen van het trilnaaldlichaam controleren
Slijtagematen zijn:
Minimale diameter buisonderdeel øL
L
Minimale diameter trilnaaldlichaam øL
Lengte trilnaaldlichaam L
L
De slijtage is het grootst bij het uiteinde van het trilnaaldlichaam dat wordt onderge-
dompeld.
Vetgedrukte maten zijn slijtagematen.
Maten tussen haakjes zijn originele maten van de nieuwe apparaten.
Wanneer een slijtagemaat op een bepaalde plek is bereikt, laat u het buisonderdeel
vervangen door uw contactpersoon bij Wacker Neuson.
WAARSCHUWING
Beschadiging van een apparaatonderdeel, de beschermslang of het aansluit-
snoer kan resulteren in lichamelijk letsel door elektrische stroom.
Beschadigd apparaat niet gebruiken!
Beschadigd apparaat onverwijld laten repareren.
Apparaat-
type
Maten voor trilnaaldlichaam en buisonderdeel
[mm]
øL
L
L
L
øL L
IREN30 28 (30) 347 (353) — *
* Trilnaaldlichaam is niet gedeeld.
— *
IREN38 33 (38) 338 (345) 36 (38) 218
IREN45 38 (45) 372 (382) 42 (45) 333
IREN58 50 (58) 390 (400) 54 (58) 253
IREN65 52 (65) 475 (490) 58 (65) 322
10 Storingen verhelpen
100_0101_ts_0002.fm 23
10 Storingen verhelpen
De volgende tabel geeft een overzicht van mogelijke storingen, oorzaken en oplossingen.
Storing Oorzaak Oplossing
Trilnaaldlichaam trilt niet. Geen netspanning.
Stekker aansluiten op de om-
vormer.
Aansluitsnoer controleren op
beschadiging, bij defect la-
ten vervangen.*
* Laat deze werkzaamheden door de service van uw Wacker Neuson contactpersoon uitvoeren.
Trilnaaldlichaam is uitgescha-
keld vanwege te hoge tempera-
tuur.
Apparaat uitschakelen en tril-
naaldlichaam laten afkoelen.
Aan/uitschakelaar defect.
Mechanisch defect in tril-
naaldlichaam.
Apparaat laten repareren. *
Opvallend lawaai, trilnaald-
lichaam werkt met verminderd
vermogen.
Een van de thermische beveili-
gingsschakelaars is uitgescha-
keld (tweefasenwerking).
Apparaat laten repareren. *
11 Afvalverwerking
24 100_0000_0004.fm
11 Afvalverwerking
11.1 Weggooien van oude elektrische en elektronische apparaten
Wanneer deze machine op de juiste manier wordt weggegooid, worden negatieve gevolgen voor mens
en milieu voorkomen, kunnen schadelijke stoffen doelgericht worden verwerkt en kunnen waardevolle
grondstoffen worden hergebruikt.
Voor klanten in EU-landen
Deze machine valt onder de Europese richtlijn voor verouderde elektrische en elektronische apparaten
(Waste Electrical and Electronical Equipment - WEEE) alsmede onder de van toepassing zijnde
landelijke richtlijnen. De WEEE-richtlijn geeft daarbij het kader voor een voor de hele EU geldende
omgang met oude elektrische apparaten.
De machine is voorzien van het hiernaast getoonde symbool van een doorgestreepte
vuilnisbak. Dit betekent dat u de machine niet met het normale huisvuil weg mag gooien,
maar dat u deze af dient te geven voor gescheiden en milieuvriendelijke afvalverwerking.
Dit apparaat wordt beschouwd als professioneel elektrisch gereedschap uitsluitend voor
commercieel gebruik (zgn. B2B-apparaten conform de WEEE-richtlijn). In tegenstelling tot
voornamelijk in particuliere huishoudens gebruikte apparaten (zgn. B2C-apparaten) mag deze machine
daarom in sommige EU-landen, bijv. in Duitsland, niet bij de verzamelplaatsen van de publiekrechtelijke
afvalverwerkende instanties (bijv. gemeentelijke afvalstortplaatsen) worden afgegeven. In geval van
twijfel kunt u bij uw verkooppunt informatie krijgen over de wettelijke wijze voor het weggooien van
elektrische B2B-apparaten in het betreffende land, om ervoor te zorgen dat uw machine volgens de
geldende wettelijke voorschriften wordt weggegooid. Hierbij dient u ook eventuele aanwijzingen hierover
in het koopcontract resp. in de algemene voorwaarden van uw verkooppunt in acht te nemen.
Voor klanten in andere landen
Het wordt aanbevolen deze machine niet met het normale huisvuil weg te gooien, maar ze af te geven
voor gescheiden en milieuvriendelijke afvalverwerking. Ook nationale richtlijnen verplichten soms tot de
gescheiden afvalverwerking van elektrische en elektronische producten. Op die manier verzekert u zich
ervan dat de machine op de juiste manier volgens de nationaal geldende voorschriften weggegooid
wordt.
12 Technische gegevens
100_0101_td_0014.fm 25
12 Technische gegevens
12.1 IREN30
Benaming Unit
IREN30/042/5 IREN30/042/10 IREN30/042/18
Artikel-nr. 5000008958 5000610018 5100040880
Nominale stroom A 3,5
Nominale spanning V 42
Nominale frequentie Hz 200
Nominaal vermogen ** kW 0,20
Fasen ~ 3
Trillingsuitslag in de lucht mm 2,00
Trillingen 1/min 12000
Hz 200
Diameter trilnaaldlichaam mm 30
Buitendiameter
beschermslang
mm 28
Lengte trilnaaldlichaam mm 353
Lengte beschermslang m 5 10 18
Lengte aansluitsnoer *** m 15
Gewicht kg 8,7 13,0 17,1
Stekker CEE-3P 32A 42V 4H
Motortype Asynchrone motor
Oliespecificatie 4 UH1-46N
Hoeveelheid olie l 0,005
Beschermingscategorie lll
Beschermingsklasse IP 67
In werking treden van
thermobeveiliging
°C 150
Opslagtemperatuurbereik °C -20 – +60
Bedrijfstemperatuurbereik °C -10 – +40
Geluidsdrukniveau L
pA
* dB(A) 76
Norm EN 12649
Totale waarde van de
trillingen a
hv
m/s
2
<2,5
Norm EN ISO 20643
Afwijking van de meting van
de totale waarde van de
trillingen a
hv
m/s
2
0,5
*
Deze meetwaarden zijn verkregen bij gebruik van het apparaat vrijhangend in de lucht op 1 meter afstand.
**
Het nominale vermogen geeft het opgenomen nuttige vermogen bij nominaal bedrijf aan.
***
Kabellengte: incl. stekker.
12 Technische gegevens
26 100_0101_td_0014.fm
12.2 IREN38
Benaming Unit IREN38/042/5 IREN38/042/10 IREN38/042/18
Artikel-nr.
GV
5000007895
5000008433
5000008515
5100054150
5100008966
Nominale stroom A
7,0
Nominale spanning V
42
Nominale frequentie Hz
200
Nominaal vermogen ** kW
0,41
Fasen ~
3
Trillingsuitslag in de lucht mm
1,90
Trillingen 1/min
12000
Hz
200
Diameter trilnaaldlichaam mm
38
Buitendiameter beschermslang mm
31
Lengte trilnaaldlichaam mm
345
Lengte beschermslang m
51018
Lengte aansluitsnoer *** m
15
Gewicht kg
10,5 14,7 24,2
Stekker
CEE-3P 32A 42V 4H
Motortype Asynchrone motor
Oliespecificatie
4 UH1-46N
Hoeveelheid olie l
0,008
Beschermingscategorie
lll
Beschermingsklasse
IP 67
In werking treden van
thermobeveiliging
°C
150
Opslagtemperatuurbereik °C
-20 – +60
Bedrijfstemperatuurbereik °C
-10 – +40
Geluidsdrukniveau L
pA
* dB(A)
79
Norm
EN 12649
Totale waarde van de trillingen
a
hv
m/s
2
<2,5
Norm
EN ISO 20643
Afwijking van de meting van de
totale waarde van de trillingen
a
hv
m/s
2
0,5
*
Deze meetwaarden zijn verkregen bij gebruik van het apparaat vrijhangend in de lucht op 1 meter afstand.
**
Het nominale vermogen geeft het opgenomen nuttige vermogen bij nominaal bedrijf aan.
***
Kabellengte: incl. stekker.
12 Technische gegevens
100_0101_td_0014.fm 27
Benaming Unit IREN38/250/5 IREN38/250/18
Artikel-nr. 5000008470 5100040881
Nominale stroom A 1,4
Nominale spanning V 250
Nominale frequentie Hz 200
Nominaal vermogen ** kW 0,41
Fasen ~ 3
Trillingsuitslag in de lucht mm 1,90
Trillingen 1/min 12000
Hz 200
Diameter trilnaaldlichaam mm 38
Buitendiameter
beschermslang
mm 31
Lengte trilnaaldlichaam mm 345
Lengte beschermslang m 5 18
Lengte aansluitsnoer *** m 15
Gewicht kg 10,6 21,75
Stekker CEE- 16A 4P 10H 250V
Motortype Asynchrone motor
Oliespecificatie 4 UH1-46N
Hoeveelheid olie l 0,008
Beschermingscategorie l
Beschermingsklasse IP 67
In werking treden van
thermobeveiliging
°C 150
Opslagtemperatuurbereik °C -20 – +60
Bedrijfstemperatuurbereik °C -10 – +40
Geluidsdrukniveau L
pA
* dB(A) 79
Norm EN 12649
Totale waarde van de
trillingen a
hv
m/s
2
<2,5
Norm EN ISO 20643
Afwijking van de meting van
de totale waarde van de
trillingen a
hv
m/s
2
0,5
*
Deze meetwaarden zijn verkregen bij gebruik van het apparaat vrijhangend in de lucht op 1 meter afstand.
**
Het nominale vermogen geeft het opgenomen nuttige vermogen bij nominaal bedrijf aan.
***
Kabellengte: incl. stekker.
12 Technische gegevens
28 100_0101_td_0014.fm
12.3 IREN45
Benaming Unit IREN45/042/5 IREN45/042/10 IREN45/042/18
Artikel-nr.
GV
5000007896
5000008434
5000008512
5100053969
5100008967
Nominale stroom A 10,0
Nominale spanning V 42
Nominale frequentie Hz 200
Nominaal vermogen ** kW 0,58
Fasen ~ 3
Trillingsuitslag in de lucht mm 2,10
Trillingen 1/min 12000
Hz 200
Diameter trilnaaldlichaam mm 45
Buitendiameter beschermslang mm 31
Lengte trilnaaldlichaam mm 382
Lengte beschermslang m 5 10 18
Lengte aansluitsnoer *** m 15
Gewicht kg 11,8 16,0 25,2
Stekker CEE-3P 32A 42V 4H
Motortype Asynchrone motor
Oliespecificatie 4 UH1-46N
Hoeveelheid olie l 0,008
Beschermingscategorie lll
Beschermingsklasse IP 67
In werking treden van thermobeveiliging °C 150
Opslagtemperatuurbereik °C -20 – +60
Bedrijfstemperatuurbereik °C -10 – +40
Geluidsdrukniveau L
pA
*dB(A) 79
Norm EN 12649
Totale waarde van de trillingen a
hv
m/s
2
<2,5
Norm EN ISO 20643
Afwijking van de meting van de totale
waarde van de trillingen a
hv
m/s
2
0,5
*
Deze meetwaarden zijn verkregen bij gebruik van het apparaat vrijhangend in de lucht op 1 meter afstand.
**
Het nominale vermogen geeft het opgenomen nuttige vermogen bij nominaal bedrijf aan.
***
Kabellengte: incl. stekker.
12 Technische gegevens
100_0101_td_0014.fm 29
Benaming Unit IREN45/250/5 IREN45/250/18
Artikel-nr. 5000008472 5100040882
Nominale stroom A 1,85
Nominale spanning V 250
Nominale frequentie Hz 200
Nominaal vermogen ** kW 0,58
Fasen ~ 3
Trillingsuitslag in de lucht mm 2,30
Trillingen 1/min 12000
Hz 200
Diameter trilnaaldlichaam mm 45
Buitendiameter
beschermslang
mm 31
Lengte trilnaaldlichaam mm 382
Lengte beschermslang m 5 18
Lengte aansluitsnoer *** m 15
Gewicht kg 11,9 22,25
Stekker CEE-16A 4P 10H 250V
Motortype Asynchrone motor
Oliespecificatie 4 UH1-46N
Hoeveelheid olie l 0,008
Beschermingscategorie l
Beschermingsklasse IP 67
In werking treden van
thermobeveiliging
°C 150
Opslagtemperatuurbereik °C -20 – +60
Bedrijfstemperatuurbereik °C -10 – +40
Geluidsdrukniveau L
pA
* dB(A) 79
Norm EN 12649
Totale waarde van de
trillingen a
hv
m/s
2
<2,5
Norm EN ISO 20643
Afwijking van de meting van
de totale waarde van de
trillingen a
hv
m/s
2
0,5
*
Deze meetwaarden zijn verkregen bij gebruik van het apparaat vrijhangend in de lucht op 1 meter afstand.
**
Het nominale vermogen geeft het opgenomen nuttige vermogen bij nominaal bedrijf aan.
***
Kabellengte: incl. stekker.
12 Technische gegevens
30 100_0101_td_0014.fm
12.4 IREN58
Benaming Unit IREN58/042/5 IREN58/042/10 IREN58/042/18
Artikel-nr.
GV
5000007820
5000008435
5000008506
5100053968
5100008951
Nominale stroom A 17,3
Nominale spanning V 42
Nominale frequentie Hz 200
Nominaal vermogen ** kW 1,05
Fasen ~ 3
Trillingsuitslag in de lucht mm 2,10
Trillingen 1/min 12000
Hz 200
Diameter trilnaaldlichaam mm 58
Buitendiameter beschermslang mm 40
Lengte trilnaaldlichaam mm 400
Lengte beschermslang m 5 10 18
Lengte aansluitsnoer *** m 15 8
Gewicht
GV
kg 16,2 23,3
25,9
34,1
Stekker CEE-3P 32A 42V 4H
Motortype Asynchrone motor
Oliespecificatie 4 UH1-46N
Hoeveelheid olie l 0,012
Beschermingscategorie lll
Beschermingsklasse IP 67
In werking treden van
thermobeveiliging
°C 150
Opslagtemperatuurbereik °C -20 – +60
Bedrijfstemperatuurbereik °C -10 – +40
Geluidsdrukniveau L
pA
*dB(A) 79
Norm EN 12649
Totale waarde van de trillingen a
hv
m/s
2
<2,5
Norm EN ISO 20643
Afwijking van de meting van de totale
waarde van de trillingen a
hv
m/s
2
0,5
*
Deze meetwaarden zijn verkregen bij gebruik van het apparaat vrijhangend in de lucht op 1 meter afstand.
**
Het nominale vermogen geeft het opgenomen nuttige vermogen bij nominaal bedrijf aan.
***
Kabellengte: incl. stekker.
12 Technische gegevens
100_0101_td_0014.fm 31
Benaming Unit IREN58/250/5 IREN58/250/18 IREN58ST1
Artikel-nr. 5000008466 5100040883 5000008903
Nominale stroom A 3,0 17,3
Nominale spanning V 250 42
Nominale frequentie Hz 200
Nominaal vermogen ** kW 1,05
Fasen ~ 3
Trillingsuitslag in de lucht mm 2,50
Trillingen 1/min 12000
Hz 200 85
Diameter trilnaaldlichaam mm 58
Buitendiameter beschermslang mm 40
Lengte trilnaaldlichaam mm 400
Lengte beschermslang m 5 18 2
Lengte aansluitsnoer *** m 15
Gewicht kg 16,4 31,85 27,0
Stekker CEE 16A 4P 10H 250V
Motortype Asynchrone motor
Oliespecificatie 4 UH1-46N
Hoeveelheid olie l 0,012
Beschermingscategorie l lll
Beschermingsklasse IP 67
In werking treden van
thermobeveiliging
°C 150
Opslagtemperatuurbereik °C -20 – +60
Bedrijfstemperatuurbereik °C -10 – +40
Geluidsdrukniveau L
pA
* dB(A) 79
Norm EN 12649
Totale waarde van de trillingen a
hv
m/s
2
<2,5
Norm EN ISO 20643
Afwijking van de meting van de totale
waarde van de trillingen a
hv
m/s
2
0,5
*
Deze meetwaarden zijn verkregen bij gebruik van het apparaat vrijhangend in de lucht op 1 meter afstand.
**
Het nominale vermogen geeft het opgenomen nuttige vermogen bij nominaal bedrijf aan.
***
Kabellengte: incl. stekker.
12 Technische gegevens
32 100_0101_td_0014.fm
12.5 IREN65
Benaming Unit IREN65/042/5 IREN65/042/5
GV
IREN65/042/8
GV
Artikel-nr. 5000007847 5000008436 5100009700
Nominale stroom A 25,0
Nominale spanning V 42
Nominale frequentie Hz 200
Nominaal vermogen ** kW 1,46 1,70 1,46
Fasen ~ 3
Trillingsuitslag in de lucht mm 2,5
Trillingen 1/min 12000
Hz 200
Diameter trilnaaldlichaam mm 65
Buitendiameter
beschermslang
mm 40
Lengte trilnaaldlichaam mm 490
Lengte beschermslang m 5 8
Lengte aansluitsnoer *** m 15
Gewicht kg 22,5 26,1
Stekker CEE-3P 32A 42V 4H
Motortype Asynchrone motor
Oliespecificatie 4 UH1-46N
Hoeveelheid olie l 0,012
Beschermingscategorie lll
Beschermingsklasse IP 67
In werking treden van
thermobeveiliging
°C 150
Opslagtemperatuurbereik °C -20 – +60
Bedrijfstemperatuurbereik °C -10 – +40
Geluidsdrukniveau L
pA
* dB(A) 79
Norm EN 12649
Totale waarde van de
trillingen a
hv
m/s
2
<2,5
Norm EN ISO 20643
Afwijking van de meting van
de totale waarde van de
trillingen a
hv
m/s
2
0,5
*
Deze meetwaarden zijn verkregen bij gebruik van het apparaat vrijhangend in de lucht op 1 meter afstand.
**
Het nominale vermogen geeft het opgenomen nuttige vermogen bij nominaal bedrijf aan.
***
Kabellengte: incl. stekker.
12 Technische gegevens
100_0101_td_0014.fm 33
Benaming Unit IREN65/042/10 IREN65/042/18
Artikel-nr. 5100015329 5100015350
Nominale stroom A 25,0
Nominale spanning V 42
Nominale frequentie Hz 200
Nominaal vermogen ** kW 1,46
Fasen ~ 3
Trillingsuitslag in de lucht mm 2,5
Trillingen 1/min 12000
Hz 200
Diameter trilnaaldlichaam mm 65
Buitendiameter
beschermslang
mm 40
Lengte trilnaaldlichaam mm 490
Lengte beschermslang m 10 18
Lengte aansluitsnoer *** m 15 5
Gewicht kg 26,1 34,3
Stekker CEE-3P 32A 42V 4H
Motortype Asynchrone motor
Oliespecificatie 4 UH1-46N
Hoeveelheid olie l 0,012
Beschermingscategorie lll
Beschermingsklasse IP 67
In werking treden van
thermobeveiliging
°C 150
Opslagtemperatuurbereik °C -20 – +60
Bedrijfstemperatuurbereik °C -10 – +40
Geluidsdrukniveau L
pA
* dB(A) 79
Norm EN 12649
Totale waarde van de
trillingen a
hv
m/s
2
<2,5
Norm EN ISO 20643
Afwijking van de meting van
de totale waarde van de
trillingen a
hv
m/s
2
0,5
*
Deze meetwaarden zijn verkregen bij gebruik van het apparaat vrijhangend in de lucht op 1 meter afstand.
**
Het nominale vermogen geeft het opgenomen nuttige vermogen bij nominaal bedrijf aan.
***
Kabellengte: incl. stekker.
12 Technische gegevens
34 100_0101_td_0014.fm
12.6 Verlengkabel
Gebruik uitsluitend betrouwbare verlengkabels, zie hoofdstuk Veiligheid.
De vereiste litzendraaddoorsnede voor verlengkabels vindt u in de volgende tabel:
Voorbeeld
U heeft een IREN38/042/10 en u wilt een verlengkabel van 30 m lengte gebruiken.
Het apparaat heeft 42 V ingangsspanning.
Volgens de tabel moet uw verlengkabel een doorsnede van de litzendraad van 4 mm
2
hebben.
WAARSCHUWING
Elektrische spanning.
Letsel door elektrische schokken.
Aansluitsnoer en verlengkabel controleren op beschadigingen.
Uitsluitend verlengkabels gebruiken waarvan de aardleider is aangesloten op
de stekker en de koppeling (alleen voor apparaten uit
beschermingscategorie I, zie hoofdstuk Technische gegevens).
LET OP
De typeaanduiding en de spanning van uw apparaat vindt u op het typeplaatje of
via het artikelnummer in het hoofdstuk Technische gegevens.
Apparaat Spanning [V] Verlenging [m]
Doorsnede litzendraad [mm
2
]
IREN30 42 3~ < 35 1,5
<
58 2,5
<
91 4
IREN38 42 3~ <
29 2,5
<
45 4
250 3~ <
150 1,5
IREN45 42 3~ <
20 2,5
<
32 4
<
46 6
250 3~ <
150 1,5
IREN58 42 3~ <
12 2,5
<
18 4
<
27 6
<
42 10
250 3~ <
150 1,5
IREN65 42 3~ <
8 2,5
<
13 4
<
19 6
<
29 10
Helmut Bauer
Directeur
Originele Verklaring van Overeenstemming
5000203044_16_IREN30, IREN38, IREN45, IREN58, IREN65_CE_nl
Richtlijnen en normen
Hiermee verklaren wij dat dit product voldoet aan de desbetreffende bepalingen en voorschriften
van de volgende richtlijnen en normen:
2006/42/EG, 2014/30/EU, 2011/65/EU, EN 60745-1:2009 + A11:2010, EN 60745-2-12:2009,
EN 55014-1:2017, EN 55014-2:2015, EN 12649:2008 + A1:2011
Verantwoordelijke persoon voor technische documenten
Reichertshofen, 05.12.2019
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wackerstraße 6, D-85084 Reichertshofen
EG-Verklaring van Overeenstemming
Fabrikant
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Wackerstraße 6, D-85084 Reichertshofen
Het opstellen van deze conformiteitsverklaring valt volledig onder de verantwoordelijkheid van de
fabrikant.
Product
IREN30, IREN38, IREN45, IREN58, IREN65
Productsoort
Trilnaald
Productfunctie
Verdichten van beton
Materiaalnummer
5000007820, 5000007847, 5000007895, 5000007896,
5000008433, 5000008434, 5000008435, 5000008436,
5000008466, 5000008470, 5000008472, 5000008506,
5000008512, 5000008515, 5000008903, 5000008958,
5000610018, 5100008951, 5100008966, 5100008967,
5100009700, 5100015329, 5100015350, 5100040880,
5100040881, 5100040882, 5100040883, 5100053968,
5100053969, 5100054150
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38

Wacker Neuson IREN 57 Handleiding

Type
Handleiding