FD-T660-A3
X
22T
12T
S, M, L
63° - 66°
50 mm
44T / 48T
44-32-22T
FC-T661
104 mm / 64 mm
170 mm, 175 mm
50 mm
68, 73 mm
BC1.37 (68, 73mm)
SM-BB70
FD-T660 / FD-T661
X
22T
12T
S, M, L
63° - 66°, 66° - 69°
50 mm
44T / 48T
Van toepassing op zowel normaal type als bovengeleid type
Verschil vertanding voorste kettingwiel
Min. verschil tussen grootste en middelste kettingring
Diameter van voorderailleurklemband
Hoek van kettingsteun (
a
)
Kettinglijn van toepassing
Modelnummer
Voorste Kettingwiel van toepassing
Modelnummer
Combinatie van kettingwielvertandingen
Diameter van boutcirkel
Lengte van crankarm
Kettinglijn
Breedte van trapashuis
Afmetingen van schroef- draad van trapascup
Aanbevolen te gebruiken trapas
Specificaties
Diamètres des colliers de fixation:
S (28,6 mm), M (31,8 mm), L (34,9 mm)
Gebruik bij maat S, M een
montageklemband met een diameter van
28,6 mm, 31,8mm en monteer deze aan
een maat L adapter.
Hoek van kettingsteun
Kettingwiel
48-36-26T
Voorderailleur
X = Beschikbaar
LX
SL-T660
SIS-SP41
FC-T661
CN-HG73
SM-SP17
FD-T660 / FD-T661 / FD-T660-A3
Voor-aandrijf systeem
Serie
RAPIDFIRE-Plus (Schakelhendel)
Buitenkabel
Voorderailleur
Voorste kettingwiel
Ketting
Trapas-kabelgeleider
Technische montage-instructies SI-6RBFA-003
Voor het verkrijgen van de beste prestaties wordt het aanbevolen gebruik te maken van de onderstaande combinatie.
* Montage-instructies in andere talen zijn beschikbaar op : http://techdocs.shimano.com
Opmerking: Specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving gewijzigd worden. (Dutch)
SIS afstelling
De voorderailleur op de wijze aangegeven in de illustratie afstellen
en vervolgens monteren. Tijdens montage het Pro-Set
uitrichtingsblok niet verwijderen.
De tandwielvertanding
moet in dit bereik
komen.
Pro-Set meter
Pro-Set uitrichtingsblok
Het platte gedeelte van de buitenste
plaat van de kettinggeleider dient direct
boven en parallel ten opzichte van de
grootste kettingring te staan. Vastzetten
met behulp van een 5 mm inbussleutel.
Aantrekkoppel :
5 - 7 N·m {50 - 70 kgf·cm}
Kettingwiel
(grootste
kettingring)
Kettinggeleider
Zorg er voor de hieronder aangegeven volgorde aan te houden.
1. Afstelling van de laagste versnelling
Verwijder eerst het Pro-Set uitrichtingsblok. Stel vervolgens
zodanig af dat de speling tussen de binnenste plaat van de
kettinggeleider en de ketting 0 - 0,5 mm bedraagt.
Pro-Set
uitrichtingsblok
Kettinglengte
Voeg 2 schakels toe terwiji de
ketting om het grootste
versnellingstandwiel en de grootste
kettingring geplaatst is.
Grootste
versnellingstandwiel
Grootste
Kettingring
Ketting
A
B
B
A
FD-T661
FD-T660/T660-A3
Afstelschroef voor
laagste versnelling
Ketting
Binnenste plaat van
kettinggeleider
Kettingpositie
Grootste
versnellingstandwiel
Kleinste van
kettingring
Overschakelen van de versnellingen
Deze ontgrendelhendel is uitgerust met een 2-weg ontgrendelmechanisme waarmee het mogelijk is ontgrendelingen uit te voeren door het
indrukken of aantrekken van de hendel. Zowel hendel (A) als hendel (B) keren altijd naar hun uitgangspositie terug wanneer deze na het
overschakelen worden losgelaten. Bij het bedienen van een van de hendels steeds er op letten tegelijkertijd de crankarm te draaien.
Overschakelen van een grote kettingring naar een kleinere
kettingring
Wanneer de hendel eenmaal wordt ingedrukt, vindt er
overschakeling van één versnelling plaats van een groot tandwiel
naar een kleinere kettingring
Voorbeeld:
de grootste
kettingring naar de
middelste kettingring.
Overschakelen van een kleine kettingring naar een grotere
kettingring.
Wanneer de hendel eenmaal wordt ingedrukt, vindt er
overschakeling van één versnelling plaats van een kleine kettingring
naar een grotere kettingring.
Voorbeeld:
van de middelste
kettingring naar de
grootste kettingring.
• Monteer de schakelhendel in een positie waarbij de remwerking en
de overschakeling van de versnellingen niet gehinderd wordt.
• Niet gebruiken in een combinatie die tot gevolg heeft dat de
remwerking gehinderd wordt.
Montage van de hendel
Gebruik een stuurhandgreep met een maximum
buitendiameter van 36 mm.
Aantrekkoppel :
5 N·m {50 kgf·cm}
4 mm inbussleutel
Hendel (B)
2-weg ontgrendeling
Uitgangspositie van hendel (A)
Snijd het overtollige gedeelte van de binnenkabel af en monteer
vervolgens het afdekkapje van de binnenkabel.
< Normale type >
• FD-T660 / FD-T660-A3
< Type met bovengelide kabel >
5 mm inbussleutel
Opmerking:
Leid de
binnenkabel zoals
aangegeven in de
illustratie.
Kabelbevestigingsbout
2. Aansluiten en vastzetten van de binnenkabel
Bedien hendel (B) 2 maal of meer om op de
indicator te controleren of de laagste stand
correct is en bevestig vervolgens de
binnenkabel.
Hendel (B)
Monteer de afdekking van het
binnenste gat door deze tot aan
de aanslag te draaien zoals
aangegeven in de illustratie.
Niet verder dan dit punt draaien,
aangezien anders de
schroefdraad beschadigd wordt.
Afsnijden van de buitenkabel
Bij het afsnijden van de buitenkabel, deze aan het uiteinde
tegenovergesteld aan het uiteinde met de markering afsnijden.
Na het afsnijden van de buitenkabel het uiteinde er van zodanig
afronden dat de binnenomtrek van het gat
een gelijkmatige diameter heeft.
Bevestig hetzelfde
buitenkabelafsluitkapje op
het afgesneden uiteinde
van het buitenkabel.
Buitenkabelafsluitkapje
Algemene veiligheidsinformatie
•
Gebruik voor het reinigen van de ketting een neutraal schoonmaakmiddel. Gebruik geen alkalihoudend of zuurhoudend
schoonmaakmiddel zoals een roestverwijderingsmiddel, aangezien dit tot beschadiging en/of het breken van de ketting kan leiden.
• Gebruik de versterkte verbindingspen uitsluitend voor het verbinden van het smalle kettingtype.
• Er zijn twee verschillende typen versterkte verbindingspen beschikbaar. Zie onderstaande tabel voor het kiezen van het te
gebruiken type verbindingspen.
Als er andere verbindingspennen dan de speciale
versterkte verbindingspennen worden gebruikt, of als er
een versterkte verbindingspen of gereedschap wordt
gebruikt welke niet geschikt is voor het type ketting,
bestaat de kans dat de sterkte van de verbinding niet
voldoende is, hetgeen tot gevolg kan hebben dat de
ketting breekt of van de tandwielen valt.
• Als het afstellen van de kettinglengte noodzakelijk is als gevolg van een verandering in het
aantal tandwieltanden, de ketting op een andere plaats doorsnijden dan op de plaats waar de
ketting door middel van een versterkte verbindingspen of een sluitpen aan elkaar verbonden is.
De ketting zal worden beschadigd wanneer deze op de plaats wordt doorgesneden waar deze
door middel van een versterkte verbindingspen of een sluitpen aan elkaar verbonden is.
• Wees voorzichtig dat tijdens het fietsen de uiteinden van uw kleding niet tussen de ketting
beklemd raken, anders bestaat de kans dat u van de fiets valt.
• Controleer of de spanning van de ketting correct is en of de ketting niet beschadigd is. Als de spanning onvoldoende is of de
ketting beschadigd is, dient de ketting vernieuwd te worden. Als dit niet gebeurt, bestaat de kans dat de ketting breekt en dat
ernstig letsel wordt veroorzaakt.
• Gebruik in combinatie met de Shimano CN-7701, CN-HG93 en CN-HG73 kettingen een voorste kettingwiel dat compatibel is
met 9-versnellingen kettingen. Wanneer een kettingwiel voor 8-versnellingen kettingen of minder wordt gebruikt kunnen er
problemen ontstaan bij het schakelen op het voorste kettingwiel of er kunnen kettingverbindingspennen uitvallen hetgeen tot
resultaat heeft dat de ketting breekt.
• De twee bevestigingsbouten van de linker crankarm dienen beurtelings in etappes aangetrokken te worden zonder elk van
beide bouten in een keer volledig aan te trekken. Gebruik een momentsleutel om te controleren of de eindaantrekkoppels zich
binnen het bereik van 12 - 14 N·m bevinden. Gebruik verder na het rijden van ongeveer 100 km (60 mijl) een momentsleutel
om de aantrekkoppels nogmaals te controleren. Ook is het van belang de aantrekkoppels van tijd tot tijd te controleren. Als de
aantrekkoppels te zwak zijn of als de bevestigingsbouten niet beurtelings in etappes worden aangetrokken, bestaat de kans dat
de linker crankarm losraakt en dat u met de fiets komt te vallen en ernstig letsel oploopt.
• Controleer of er geen scheurtjes in de crankarmen zijn alvorens met de fiets te gaan rijden. Als er scheurtjes zijn, bestaat de
kans dat de crankarm breekt en dat u van de fiets valt.
• Als de binnenste afdekking niet correct gemonteerd wordt, bestaat de kans dat de as gaat roesten en beschadigd wordt en dat
u met de fiets valt en ernstig letsel oploopt.
• Zorg er voor dat u de montage-instructies heeft en lees deze nauwkeurig alvorens de onderdelen te monteren.
Loszittende, versleten of beschadigde onderdelen kunnen tot gevolg hebben dat u met de fiets komt te vallen en ernstig letsel
oploopt. Het wordt ten zeerste aanbevolen uitsluitend gebruik te maken van originele Shimano vervangingsonderdelen.
• Zorg er voor dat u de montage-instructies heeft en lees deze nauwkeurig alvorens de onderdelen te monteren. Als de
afstellingen niet correct worden uitgevoerd, kan de ketting afglijden en dit kan tot gevolg hebben dat u van de fiets valt en
ernstig letsel oploopt.
• Lees deze technische montage-instructies nauwkeurig en bewaar ze op een veilige plaats voor toekomstige referentie.
WAARSCHUWING
KettinggereedschapKetting
9-versnellingen
supersmalle ketting zoals
CN-7701 / CN-HG93
8-/7-/6-versnellingen
smalle ketting zoals
CN-HG50 / CN-HG40
Versterkte
verbindingspen
TL-CN32 /TL-CN27
TL-CN32 /TL-CN27
Zilver
Zwart
Versterkte verbindingspen
Sluitpen Verbindingspen
Opmerking
• Verder, als de werking van de pedalen niet normaal aanvoelt, dit nogmaals controleren.
• Controleer alvorens met de fiets te gaan rijden of de verbinding geen speling heeft of loszit. Zorg er voor de crankarmen en
pedalen periodiek aan te trekken.
• Als de verbinding van de trapas en de linker crankarm een piepend geluid maakt, vet aanbrengen op de verbinding en deze
vervolgens met het voorgeschreven koppel aantrekken.
• Het trapashuis niet reinigen met hogedruk waterstralen.
• Als u voelt dat de lagers speling hebben, dient u het trapashuis te vernieuwen.
•
Als het overschakelen van de versnellingen niet soepel verloopt, de derailleur schoon spoelen en alle bewegende onderdelen smeren.
• Als de mate van speling in de verbindingen zodanig is dat afstelling niet mogelijk is, dient u de derailleur te vernieuwen.
• U dient de kettingringen regelmatig in een neutraal reinigingsmiddel schoon te spoelen en deze vervolgens opnieuw te smeren.
Bovendien kan het reinigen van de ketting met een neutraal reinigingsmiddel en het smeren een effectieve manier zijn om de
gebruiksduur van de kettingringen en de ketting te verlengen.
• Als de ketting tijdens het fietsen van de kettingringen blijft afglijden, de kettingringen en de ketting vernieuwen.
• Wanneer de ketting zich in de positie bevindt welke is aangegeven in de illustratie, is het
mogelijk dat de ketting de voorste kettingringen of de voorderailleur raakt en geluid
voortbrengt. Als het geluid een probleem is, de ketting naar het volgende grotere
achterste versnellingstandwiel of het daaropvolgende tandwiel overbrengen.
• Breng vet aan op de linker en rechter adapters alvorens deze te monteren.
• Voor een soepele werking dient men steeds gebruik te maken van de SIS-SP buitenkabel
en de trapas-kabelgeleider.
• Deze voorderailleur is uitsluitend bestemd voor gebruik met een kettingwiel met drie
tandwielen. Deze kan niet worden gebruikt met een kettingwiel met twee tandwielen,
aangezien de schakelpunten niet overeenkomen.
• Bij het monteren van een type met bovengeleide kabel, dient men een frame te kiezen met drie
buitenkabelhouders, zoals aangegeven in illustratie.
• Gebruik een buitenkabel die lang genoeg is, ook voor wanneer het stuur volledig naar beide kanten
gedraaid wordt. Controleer bovendien of de schakelhendel het fietsframe niet raakt wanneer het stuur
volledig naar beide kanten gedraaid wordt.
• Voor de versnellingskabel wordt een speciaal soort vet gebruikt (SIS-SP41). Gebruik geen DURA-ACE
vet of andere soorten vet, aangezien dit een nadelige invloed kan hebben op het overschakelen van de
versnellingen.
• Smeer de binnenkabel en de binnenzijde van de buitenkabel alvorens dczc in gebruik te nemen om er voor te zorgen dat deze
goed glijden.
• De hendels van de versnelling dienen alleen te worden gebruikt als het voorwiel draait.
• Als de remvloeistof die in de vloeistofschijfremmen wordt gebruikt van een soort is dat zich aan de plastic onderdelen van de
schakelhendel vasthecht, kan dit scheurtjes in de plastic onderdelen of verkleuring daarvan tot gevolg hebben. Let er dus op
dat de remvloeistof niet met deze plastic onderdelen in aanraking komt.
De minerale olie die in SHIMANO schijfremmen wordt gebruikt veroorzaakt geen scheurtjes of verkleuring wanneer deze met
plastic onderdelen in aanraking komt, echter dergelijke onderdelen dienen eerst met alcohol gereinigd te worden om te
voorkomen dat verontreinigende deeltjes zich kunnen vasthechten.
•
De indicator en de schakelhendeleenheid niet demonteren, aangezien dit beschadiging of foutieve werking tot gevolg kan hebben.
• Onderdelen zijn niet gegarandeerd tegen natuurlijke slijtage of veroudering dat het gevolg is van normaal gebruik.
•
In het geval u vragen heeft betreffende de methoden van behandeling of onderhoud, contact opnemen met de plaats van aankoop.
Buitenkabelhouders
Voorste
kettingringen
Achterste
versnellings
tandwielen
3. Afstelling van de hoogste versnelling
Stel zodanig af dat de speling
tussen de buitenste plaat van
de kettinggeleider en de
ketting 0 - 0,5 mm bedraagt.
5. Storingstabel
Verplaats na het uitvoeren van de stappen 1 - 4 de
schakelhendel om het overschakelen te controleren.
(Dit is eveneens van toepassing indien het schakelen tijdens
gebruik problemen oplevert.)
Als de ketting naar de zijde van de
crank afglijdt
Als het overschakelen van de
middelste kettingring naar de grootste
kettingring problemen oplevert
Als het overschakelen van de
middelste kettingring naar de kleinste
kettingring problemen oplevert
Draai de afstelschroef voor de
hoogste versnelling rechtsom
aan (ongeveer 1/4 slag).
Draai de afstelschroef voor de
hoogste versnelling linksom los
(ongeveer 1/8 slag).
Draai de afstelschroef voor de
laagste versnelling linksom los
(ongeveer 1/4 slag).
Als de ketting door de binnenste plaat
van de voorderailleur gehinderd wordt
wanneer de ketting zich op de grootste
kettingring bevindt
Als de ketting door de buitenste plaat
van de voorderailleur gehinderd wordt
wanneer de ketting zich op de grootste
kettingring bevindt
Draai de afstelschroef voor de
hoogste versnelling rechtsom
aan (ongeveer 1/8 slag).
Draai de afstelschroef voor de
hoogste versnelling linksom los
(ongeveer 1/8 slag).
Als de middelste kettingring bij het
overschakelen van de grootste
kettingring wordt overgeslagen
Draai de afstelnippel voor de
buitenkabel linksom los
(1 of 2 slagen).
Als de ketting door de binnenste plaat
van de voorderailleur
gehinderd wordt wanneer naar het
grootste versnellingstandwiel van de
achterderailleur wordt overgeschakeld
en de ketting zich op de middelste
kettingring bevindt
Als de ketting naar de zijde van de
trapas afglijdt
Als de hendel stroef gaat bij het
overschakelen van de middelste
kettingring naar de grootste kettingring
Draai de afstelnippel voor de
buitenkabel rechtsom aan
(1 of 2 slagen).
Draai de afstelschroef voor de
laagste versnelling rechtsom
aan (ongeveer 1/2 slag).
Draai de afstelschroef voor de
hoogste versnelling linksom
(ongeveer 1/4 slag).
Trek de kabel eerst strak aan en bevestig deze aan de
voorderailleur zoals aangegeven in de illustratie.
Normale type Type met
bovengelide
kabel
Trekken
Trekken
Ketting
Buitenste
plaat van
kettinggeleider
Afstelschroef voor
hoogste
versnelling
Kettingpositie
Kleinste
versnellingstandwiel
Grootste
kettingring
Buitenste afstelbout
4. Afstellen van de middelste kettingring
Tijdens het uitvoeren van de afstelling de
ketting op het grootste versnellingstandwiel
plaatsen. Plaats de ketting aan de
voorzijde op de middelste kettingring
Stel met behulp van de afstelnippel voor
de buitenkabel zodanig af dat de speling
tussen de binnenste plaat van de
kettinggeleider en de ketting
0 - 0,5 mm bedraagt.
Ketting
Binnenste plaat van
kettinggeleider
Kettingpositie
Grootste
versnellingstandwiel
Middelste
kettingring
■ Zie de montage-instructies voor het
achteraandrijfsysteem voor bijzonderheden betreffende
het vernieuwen en monteren van de indicatoreenheid.
Aantrekkoppel :
5 - 7 N·m {50 - 70 kgf·cm}
< Normale type >
• FD-T661
< Type met bovengelide kabel >
Opmerking:
Leid de
binnenkabel zoals
aangegeven in de
illustratie.
Kabelbevestigingsbout
Trek de binnenkabel stevig aan en zet deze vast door het
vastdraaien van de bevestigingsbout met behulp van een 5 mm
inbussleutel.
■ Opmerking
Controleer in het geval van het monteren van onderdelen aan een koolstof frame/stuurdelen de aanbeveling van de fabrikant van het
koolstof frame/delen omtrent het aantrekkoppel om beschadiging van het koolstof materiaal door een te hoog aantrekkoppel en/of het
losraken van onderdelen als gevolg van een te laag aantrekkoppel te voorkomen.
Band Type Kettingkaststeun type
■ Methode voor montage van het afstandsstuk
(1) Controleer of de breedte van het trapashuis 68 mm of 73 mm
is.
(2) Monteer vervolgens de adapter aan de hand van
onderstaande illustraties.
Afstandsstuk
F
A
F
B
F
C
68 mm 68 mm
Kettingkaststeun
73 mm 73 mm
F
A
F
C
F
C
F
C
F
B
F
A
F
A
F
A
F
A
Eenheidafdekking
Afdekking van binnenste gat
Aanvoerhendel
SI-6RBFA-003-03
*
*
1,8 mm komt overeen met de dikte van het kettinghuis.
Monteer aan de hand van de procedure aangegeven in de illustratie.
1, 2 Gebruik het speciaal gereedschap TL-FC32/36 voor het monteren
van de rechter adapter (linkse schroefdraad) en de linker
adapter (rechtse schroefdraad).
Aantrekkoppel: 35 - 50 N·m {350 - 500 kgf·cm}
3 Steek de rechter crankeenheid naar binnen.
4 Steek gedeelte A van de linker crank in de as van de rechter
crankeenheid op de plaats met de brede vertanding.
5 Gebruik de TL-FC16/18 voor het aantrekken van de dop.
Aantrekkoppel: 0,7 - 1,5 N·m {7 - 15 kgf·cm}
6 Duw de aanslagplaat omhoog en controleer of de plaatpen
stevig op zijn plaats zit en draai vervolgens de bout van de
linker crankarm vast. (5 mm inbussleutel)
Opmerking : De bouten dienen gelijkmatig en in dezelfde
mate aangetrokken te worden tot
12 - 14 N·m {120 - 140 kgf·cm}
Monteren van het voorste kettingwiel en de voorderailleur
5
6
2
4
1
3
Plaats met brede
vertanding
TL-FC16
TL-FC32
Aanslagplaat
Plaatpen
Omhoog duwen
Opmerking :
Zet de aanslagplaat in de
juiste richting zoals
aangegeven in de illustratie.
Binnenste
afdekking