Tascam CD-A700 de handleiding

Categorie
CD spelers
Type
de handleiding
_
70
_
Voor ingebruikneming
O Kies zorgvuldig een geschikte plaats
voor het apparaat. Zet het niet in de
volle zon en niet te dicht bij een
warmtebron. Vermijd tevens plaatsen
met trillingen, veel stof, hitte, koude of
vocht. Houd afstand van apparatuur die
brom of elektrische storing kan
veroorzaken, zoals transformators of
motoren.
O Open in geen geval de ombouw van het
apparaat, om schade aan de circuits en
gevaar voor een elektrische schok te
vermijden. Mocht er vloeistof of een
voorwerp in het apparaat
terechtkomen, neem dan kontakt op met
uw audiohandelaar.
O Voor het verwijderen van de stekker uit
het stopkontakt mag u alleen de stekker
vastpakken; trek nooit aan het snoer.
O Zorg dat uw handen schoon zijn voor u
een compact disc pakt. Plaats nooit een
gebarsten disc in het apparaat.
O Gebruik voor het reinigen van het
apparaat geen chemische
oplosmiddelen, aangezien deze de
afwerking kunnen aantasten. Veeg het
apparaat schoon met een zacht, droog
doekje.
O Bewaar deze gebruiksaanwijzing op
een veilige plaats waar u hem voor
naslag gemakkelijk kunt terugvinden.
Dit apparaat is ontworpen voor het
afspelen van compact discs met het "˛"
beeldmerk. Het is niet geschikt voor
andere soorten discs.
O Plaats een compact disc altijd met de
label-kant boven in de disc-lade.
(Compact discs zijn maar aan één kant
afspeelbaar.)
O Om een compact disc uit het doosje te
nemen, drukt u met een vinger de
middenklemmetjes in en tilt u de disc
aan de randen omhoog, zonder het
glimmende oppervlak aan te raken.
Uitnemen van een compact disc
Vasthouden van een compact disc
O Vingerafdrukken en stof kunt u van de
bespeelde onderkant van de disc
verwijderen met een zacht doekje.
Schoonvegen van het midden
naar de rand
Lees dit voor het gebruik
Behandelen van cassettes
Soorten cassetteband
Behandelen van compact discs
Afstandsbediening
Vermijd voor het bewaren van uw
cassettes de volgende plaatsen:
Vlakbij of bovenop een verwarming, in
de volle zon of op andere plaatsen met
hoge temperaturen.
Dichtbij luidsprekers, op een TV-toestel
of een versterker, waar de cassettes
kunnen worden blootgesteld aan
krachtige magnetische velden.
Vemijd plaatsen met veel vocht, stof of
vuil.
Zorg dat uw cassettes niet kunnen
vallen en niet worden blootgesteld aan
heftige schokken.
Gebruik liever geen C-120 cassettes,
aangezien de uiterst dunne band
hiervan gemakkelijk kan uitrekken en
verstrikt kan raken in het bandloopwerk.
Keuze van de bandsoort:
De automatische bandsoort-instelling van
dit apparaat kan slechts naar behoren
werken als cassettes met chroom- (kobalt-
) of metaalband zijn voorzien van hun eigen
karakteristieke bandsoort-openingen.
*De Dolby ruisonderdrukking is vervaardigd
onder licentie van de Dolby Laboratories
Licensing Corporation.
De naam "DOLBY" en het dubbele-D
symbool zijn handelsmerken van de
Dolby Laboratories Licensing Corporation.
Richt de afstandsbediening voor gebruik
naar de afstandssensor op het voorpaneel
van het toestel.
ª Plaatsen van batterijen
1. Verwijder het deksel van het
batterijvak.
2. Plaats twee "AA" (R6, SUM-3) droge cel
batterijen.
Plaats de batterijen met de positieve
en negatieve polen in de juiste
richting.
3. Sluit het deksel zodat het vastklikt.
Vervangen van batterijen
De batterijen zijn bijna uitgeput wanneer
het bereik van de afstandsbediening
aanzienlijk kleiner wordt en het toestel niet
meer juist op de signalen reageert. U moet
nu de batterijen door nieuwe vervangen.
Voorzorgen aangaande de batterijen
O Plaats de batterijen beslist met de
positieve en negatieve polen in de
juiste richting.
O Gebruik batterijen van hetzelfde type.
Gebruik niet tegelijkertijd batterijen van
verschillend type of merk.
O U kunt zowel oplaadbare als niet-
oplaadbare batterijen gebruiken. Zie de
voorzorgen die op de batterijen zijn
gedrukt.
O Verwijder de batterijen uit de
afstandsbediening indien u deze voor
langere tijd niet gaat gebruiken (langer
dan een maand), zodat er geen
batterijvloeistof kan gaan lekken. Indien
de batterijen toch hebben gelekt, veeg
de vloeistof dan goed uit het batterijvak
en vervang de batterijen door nieuwe.
O Verwarm en demonteer batterijen niet.
Gooi gebruikte batterijen nooit in een
vuur.
O Gebruik geen benzine, tri of spiritus
voor het reinigen van compact discs,
aangezien vluchtige stoffen het plastic
oppervlak van de disc kunnen
aantasten.
O Berg elke compact disc na het afspelen
weer in het bijbehorende doosje op, om
te voorkomen dat er krassen op komen
waardoor de laser-weergavekop zou
kunnen "overspringen".
O Zorg dat compact discs niet te lang
worden blootgesteld aan direkte
zonnestraling, veel vocht of hoge
temperaturen.
Door langdurige verwarming kunnen de
discs kromtrekken.
O Plak geen etiketten op de label-kant van
een compact disc en schrijf er niet met
een balpen op.
O Schakel alle apparatuur uit voordat u
deze gaat aansluiten en zorg dat u bij
het aansluiten de linker (L) en rechter
(R) aansluitingen niet verwisselt.
O Lees voor het aansluiten van andere
apparatuur de daarbij behorende
gebruiksaanwijzingen door.
Signaalsnoeren
LINE INPUT/OUTPUT aansluitingen
(Gebalanceerd/Ongebalanceerd)
Gebruik deze aansluitingen om het deck op
een mixer, een cassetterecorder of op
andere komponenten aan te sluiten.
O De LINE OUTPUT aansluitingen geven
de signalen van de CD of de cassette
door. Wanneer zowel de CD als de
cassette afgespeeld wordt, gaat het
signaal van de cassette voor.
CD LINE OUTPUT aansluitingen
(Gebalanceerd/Ongebalanceerd)
Gebruik deze aansluitingen om het deck
aan te sluiten op de CD, DAT of AUX
aansluitingen van de stereo versterker.
O CD LINE OUTPUT aansluitingen geven
altijd het signaal van de CD door.
DIGITAL OUTPUT
Deze RCA (tulpstekker) aansluiting geeft
digitale audio-gegevens door in het SPDIF
formaat.
Netsnoer
Steek de stekker van het netsnoer in een
stopkontakt dat het juiste voltage levert.
_
71
_
Aansluitingen
Vergeet niet de stekker uit het stopkontakt
te trekken alvorens de spanningskiezer in
een andere stand te zetten.
1. Lokaliseer de spanningskiezer op het
achterpaneel.
2. Zet de spanningskiezer, afhankelijk van
het land, m.b.v. een platte
schroevedraaier in de 230 V of 120 V
stand.
Spanningsomzetting
(Enkel voor algemene exportmodellen)
NEDERLANDS
Opmerking:
Mocht de compact disc speler storing
veroorzaken bij de tuner of de televisie,
laat dan een ruime afstand tussen deze
toestellen onderling.
Hoofdtelefoon
Voor gebruik van een hoofdtelefoon steekt
u de stekker van de hoofdtelefoon in de
PHONES aansluiting.
O Stel de geluidssterkte van de
hoofdtelefoon naar wens in met de
LEVEL regelaar.
Montage in inbouwrek
Installeer dit deck met de bijgeleverde
montageschroeven en ander materiaal,
zoals hierbij afgebeeld.
CONTROL I/O (Parallelle poort)
Deze 15 pens "D"-sub aansluiting wordt
gebruikt voor aansluiting op een daarvoor
geschikte controller.
U kunt in de tabel hieronder zien welke
signalen er aan welke pennen van deze
aansluiting zijn toegewezen.
Pennr. Component & Signaal Richting Functie
1 CASSETTE GEREED IN
2 CASSETTE WEERGAVE TERUG IN
3 CASSETTE WEERGAVE VOORUIT IN
4 CD TERUGSPOELEN IN
5 CD VOORUIT SPOELEN IN
6 CD STOP IN
7 CD GEREED IN
8 GEREED
Aarde
9 CASSETTE STOP IN
10 CASSETTE VOORUIT SPOELEN IN
11 CASSETTE TEREUGSPOELEN IN
12 CASSETTE WEERGAVE VOLGEN UIT
13 CD WEERGAVE VOLGEN UIT
14 CD
FADER
IN
START/GEREED
15 CD EVENT START IN
Externe commando
ontvangst; actief wanneer
laag (grondpotentieel voor
30 ms of langer)
Externe commando
ontvangst; actief wanneer
laag (grondpotentieel voor 30
ms of langer)
Geeft transportstatus
indicatiesignalen in open
collector (maximaal
toelaatbaar voltage 15 V en
maximaal toelaatbare
stroomsterkte 80 mA)
Actief wanneer laag
(grondpotentieel voor 500 ms
of wanneer ON/OFF)
Actief wanneer laag
(grondpotentieel voor 100 ms)
_
72
_
Benaming van de bedieningsorganen
1 Aan/uit-schakelaar (POWER)
2 Afstandsbedieningssensor
(REMOTE SENSOR)
3 Multifunktioneel uitleesvenster
a Herhaal-indikator (REPEAT)
b Tussenruimte-indikator (A.SPACE)
c Weglaat-indikator (DELETE)
d Tijdfunktie-indikator
e Programmeer-indikator (PGM)
f Willekeurige weergave-indikator
(SHUFFLE)
g CD-ingangsindikator (IN)
h Cassette/CD-indikator (TAPE/CD)
i Opname-indikator (REC)
j Cassetteweergave-indikator (PLAY)
k Geluidssterktemeters
l Bandteller
m Introweergave-indikator (INTRO)
n CD paraat/weergave-indikator
(ƒ/)
o Muziekstuknummer (TRACK)
p Tijdteller
q Kopieer-indikator (DUB)
r Cassette achteruit/pauze/vooruit-
indikator (”ƒ∏)
s Muziekkalender
4 Open/sluit-toets (OPEN/CLOSE (ø))
5 CD-weergavetoets (CD PLAY ())
6 CD-stoptoets (CD STOP (ª))
7 CD-paraattoets (CD READY (ƒ))
8 Nulpunt-terugkeertoets (RTZ)
9 Tellernulsteltoets (COUNTER RESET)
0 Ingangsniveauregelaar (INPUT)
q Doorlopende-weergavetoets
(CD-TAPE CONT PLAY)
w CD-synchroonopnametoets (CD SYNC)
e Opnametoets (RECORD)
r Opnamedempingtoets (REC MUTE)
t Terug/vooruitspoel/zoektoetsen
(/ÚÆ/Ò)
y Cassette-stoptoets (TAPE STOP(ª))
u Cassette-pauzetoets (TAPE PAUSE (ƒ))
i Cassettehouder
o Disc-lade
p CD snelheidsregelaar aan/uit toets en
snelheidsregelaar (PITCH CONTROL)
a Herhaaltoets (REPEAT 1/ALL)
s Programmeertoets (PROGRAM)
d Willekeurige-weergavetoets (SHUFFLE)
f Schakelklok-schakelaar (TIMER)
g Terug/vooruitspring/zoektoetsen
(Ú SKIP Æ)
h Geluidsbron-keuzeschakelaar (SOURCE)
j Omkeerfunktieschakelaar (REV MODE)
k Cassette snelheidsregelaar (PITCH
CONTROL)
l Dolby ruisonderdrukkingsschakelaar
(DOLBY NR)
; Cassette-uitwerptoets (EJECT (ø))
z Cassette-weergavetoetsen (TAPE PLAY
(/))
x Hoofdtelefoon-aansluiting (PHONES)
c Hoofdtelefoon-volumeregelaar
v Tijdtoets (TIME)
b Intro-weergavetoets (INTRO CHECK)
n Tussenruimtetoets (AUTO SPACE)
m A-B cassettekant-programmeertoets
(A-B)
, CD zoektoetsen (/Ò)
. Enkel-nummer weergavetoets (SINGLE)
/ Kontroletoets (CHECK)
! Enkel-nummer wistoets (CLEAR)
@ Weglaat-programmeertoets (DELETE)
Zelfs als de disc-lade open is...
Wanneer de CD PLAY () toets ingedrukt
wordt:
De disc-lade wordt gesloten en weergave
begint vanaf het eerste muziekstuk.
Stoppen van de weergave
Druk op de STOP () toets. De stopfunktie
wordt ingeschakeld.
Uitnemen van een disc:
Druk op de OPEN/CLOSE () toets. De
weergave stopt, de disc-lade komt naar
buiten en alle funkties worden op hun
oorspronkelijke instelling teruggesteld.
Tijdelijk onderbreken van de weergave
(paraatstand):
Druk op de ƒ toets. Weergave stopt bij de
huidige positie. De ƒ indikator licht op.
Druk op de of ƒ toets om de weergave
vanaf dezelfde positie te hervatten.
WAARSCHUWING:
O Forceer de disc-lade tijdens het
openen en sluiten niet met de hand.
_
73
_
1. Druk de POWER schakelaar in.
2. Druk op de OPEN/CLOSE () toets.
De disc-lade komt naar buiten. Plaats
de disc met het label omhoog wijzend
voorzichtig op de schuif. De disc dient
binnen de uitsparingen te liggen.
3. Druk nogmaals op de OPEN/CLOSE ()
toets.
De disc-lade sluit.
Enkele sekonden later verschijnt de
volgende informatie in het uitlees-
venster.
4. Druk op de CD PLAY () toets.
Weergave start vanaf het begin van het
eerste muziekstuk en de (weergave)
indikator licht op.
O Tijdens weergave knippert het nummer
van het spelende muziekstuk in de
muziekkalender.
O Na weergave van het muziekstuk dooft
het overeenkomende nummer in de
muziekkalender.
Compact disc speler
Basisbediening
For 8 cm (3-inch)
CD singles
For 12 cm (5-inch)
Compact Discs
Track numbers on disc up to 20
T
ota
l
num
b
er o
f
tracks on the disc
T
ota
l
p
l
ay
b
ac
k
time of disc
Om naar het volgende nummer te gaan:
Druk op de Æ toets.
Telkens bij indrukken van de Æ toets
gaat de afspeelkop naar het volgende
muziekstuk.
De afspeelkop kan op deze manier naar het
laatste muziekstuk gestuurd worden, maar
als de Æ toets daarna ingedrukt wordt,
gebeurt er niets.
Teruggaan naar het vorige muziekstuk:
Druk op de Ú toets.
Telkens bij indrukken van de Ú toets
gaat de afspeelkop een muziekstuk terug.
Als de toets in het midden van een
muziekstuk ingedrukt wordt, gaat de
afspeelkop terug naar het begin van het
huidige muziekstuk. De toets dient
tweemaal ingedrukt te worden om de
afspeelkop terug te laten gaan naar het
vorige muziekstuk.
Op deze manier kan de afspeelkop terug
naar het begin van het eerste muziekstuk
op de disc worden gestuurd.
Muziekzoekfunktie met de
(/Ò) zoektoetsen
Houd tijdens weergave of in de
paraatstand de Ò toets op de
afstandsbediening of de Æ
vooruitspringtoets op het voorpaneel wat
langer ingedrukt om de muziek snel
voorwaarts te doorzoeken en houd de
toets op de afstandsbediening of de Ú
terugspringtoets op het voorpaneel
ingedrukt om de muziek snel terugwaarts
te doorzoeken.
Tijdens het handmatig zoeken zal het
geluid wel hoorbaar zijn, maar het klinkt
minder luid. Zo kunt u aan de hand van het
versneld weergegeven geluid precies de
gewenste muziekpassage op de disc
opzoeken. Wanneer u de gewenste
passage hoort, laat u de toets los om terug
te keren naar de eerdere stand, weergave
of pauze.
Muziekzoekfunktie
or
Totale aantal muziek-
stukken op de disc
Voor 8 cm "single"
discs
Voor 12 cm discs
Maximaal 20 muzieknummers op de disc
Totale weergavetijd
van de disc
Muziekzoeken met de SKIP
toetsen (Ú/Æ)
Het begin van elk nummer kan makkelijk
gelokaliseerd worden m.b.v. de Ú/Æ
SKIP toetsen. Deze bedieningswijze wordt
duidelijk in de TRACK display aangegeven.
O Verspringen is tevens mogelijk tijdens
geprogrammeerde weergave. Er wordt
in dit geval echter alleen naar de
geprogrammeerde nummers ver-
sprongen.
NEDERLANDS
of
_
74
_
O Als er muziekstuknummers boven de 32
zijn geprogrammeerd, kan de totale
speelduur niet in het uitleesvenster
worden aangegeven. (In plaats hiervan
verschijnt er dan slechts "nn : nn" in het
tijdvenster.)
Aangeven van de totale
programma-speelduur
Tijdens het programmeren kunt u door
indrukken van de TIME toets de totale
programma-speelduur zien.
Druk nogmaals op de TIME toets om de
compact disc speler terug te zetten in de
programmeerstand.
Kontroleren van de nummers in
uw muziekprogramma
1. Druk tijdens het programmeren op de
CHECK kontroletoets.
Het eerste geprogrammeerde
muziekstuknummer verschijnt en het
volgnummer "P-01" knippert in het
uitleesvenster.
2. Telkens wanneer u op de CHECK toets
drukt, licht het volgende gepro-
grammeerde muziekstuknummer op.
Hierbij knippert steeds het "P-XX"
volgnummer in het uitleesvenster.
O Wanneer het laatste geprogrammeerde
nummer is aangegeven, zal de volgende
druk op de CHECK toets de compact
disc speler terugzetten in de
programmeerstand, zodat u nog meer
nummers aan uw programma kunt
toevoegen.
O De muziekstuknummers die u in het
geheugen hebt geprogrammeerd zullen
worden aangegeven in de
muziekkalender. De muziekkalender kan
echter geen nummers boven de 20
aangeven. Als u hogere nummers
programmeert, zal de "OVER" indikator
oplichten.
Wissen van een gepro-
grammeerd nummer
Druk op de CLEAR toets om het laatste
geprogrammeerde nummer uit het
geheugen te wissen.
Programmeren door weglaten
van nummers
Deze methode werkt precies andersom als
het normale programmeren, door het
weglaten van de muziekstuknummers die u
bij het afspelen wilt overslaan. Gebruik
deze weglaat-programmeerfunktie als u
slechts enkele muziekstukken op een disc
niet wilt horen.
1. Druk op de STOP () toets.
2. Druk op de DELETE toets.
De CD-speler komt nu in de weglaat-
programmeerstand. In het uitlees-
venster lichten de "DELETE" en "PGM"
indikators op.
3. Druk nu beurtelings op de ÚSKIP
Æ toets(en) en de PROGRAM toets,
in elke gewenste volgorde.
4. Druk op de CD PLAY ()
weergavetoets.
Nu begint de geprogrammeerde
weergave, waarbij de ongewenste
nummers worden overgeslagen.
O In de weglaat-programmeerstand kunt
u met een druk op de TIME toets de
totale speelduur van de overgebleven
muziekstukken zien. Druk nogmaals op
de TIME toets om de CD-speler terug te
zetten in de weglaat-program-
meerstand.
O Bij indrukken van de CHECK
kontroletoets wordt het eerste
overgeslagen nummer aangegeven.
Telkens wanneer u op de CHECK toets
drukt, licht het volgende overgeslagen
muziekstuknummer op. Wanneer het
laatste overgeslagen nummer is
aangegeven, zal de volgende druk op de
CHECK toets de CD-speler terugzetten
in de programmeerstand, zodat u nog
meer nummers kunt weglaten.
O Druk op de CLEAR toets om het laatste
weggelaten nummer uit het geheugen
te wissen en het muziekstuk weer voor
weergave beschikbaar te maken.
O Wanneer u in de stopstand op de STOP
() toets drukt, worden de nummers
van uw weglaat-programma uit het
geheugen gewist.
Middels geprogrammeerde weergave
kunnen maximaal 20 muziekstukken
(nummers) voor weergave in elke
gewenste volgorde worden geprogram-
meerd.
Programmeren van gewenste
muziekstukken
1. Druk op de STOP () toets.
2. Druk op de de PROGRAM toets.
De CD-speler schakelt in de
programmeerfunktie.
De PGM indikator in het uitleesvenster
licht op.
3. Druk afwisselend op de Ú SKIP Æ
toets(en) en de PROGRAM toets in de
volgende volgorde:
4. Druk op de CD PLAY () toets.
Het eerst geprogrammeerde muziekstuk
begint te spelen.
O Programmeren van nummers is alleen
mogelijk als de speler op stop staat.
O De nummers van uw muziekprogramma
blijven in het geheugen bewaard, ook
na afloop van de programma-weergave
en nadat u de weergave onderbreekt
met de STOP () toets.
O Wanneer u in de stopstand op de STOP
() toets drukt, worden de nummers
van uw muziekprogramma uit het
geheugen gewist.
O Om de programmeerfunktie uit te
schakelen, drukt u nogmaals op de
programmeertoets.
O Tijdens programma-weergave wordt er
onder TOTAL REMAIN in het uitlees-
venster de totale resterende speelduur
van de geprogrammeerde muziek-
stukken aangegeven, vanaf het huidige
punt in de weergave.
Geprogrammeerde weergave
Voorbeeld:
In de stop muziekstukken 5 @ 2 @ 8 in
deze volgorde programmeren.
(kies 5) (kies 2)(invoeren)
(kies 8) (invoeren)(invoeren)
_
75
_
De herhaalfunktie dient voor het herhalen
van een enkel muziekstuk, de gehele
compact disc of een gedeelte van de disc
tussen twee door u gekozen punten
(beginpunt en eindpunt).
O Voor het uitschakelen van de
herhaalfunktie drukt u nogmaals op de
REPEAT 1/ALL toets.
Herhalen van een enkel
muziekstuk (REPEAT 1 - enkele
herhaalfunktie)
1. Druk op de REPEAT 1/ALL toets.
In het uitleesvenster lichten de
"REPEAT" en "SINGLE" indikators op.
2. Kies met de Ú of Æ toets het
muziekstuk dat u wilt herhalen.
Het gekozen muziekstuk wordt
weergegeven, aan het eind ervan gaat
de CD-speler terug naar het begin van
het muziekstuk en dan begint de
weergave opnieuw. Zo zal het gekozen
muziekstuk meermalen achtereen
worden afgespeeld.
Herhalen van een gehele
compact disc (REPEAT ALL -
volledige herhaalfunktie)
1. Druk tweemaal op de REPEAT 1/ALL
toets.
In het uitleesvenster lichten de
"REPEAT" en "ALL" indikators op.
2. Druk op de CD PLAY () weergavetoets.
De compact disc wordt nu in zijn geheel
weergegeven, aan het eind ervan gaat
de CD-speler helemaal terug naar het
begin van het eerste muziekstuk om
daar opnieuw te beginnen en zo wordt
de gehele CD herhaaldelijk weerge-
geven.
Herhalen van een door u
gekozen gedeelte
(REPEAT A-B herhaalfunktie)
1. Start de weergave vanaf elk gewenst
punt vóór het te herhalen gedeelte.
2. Kies het punt van waaraf u de
weergave wilt herhalen (beginpunt A)
en druk daar op de A-B toets.
In het uitleesvenster lichten de
"REPEAT" en "A-" indikators op en gaat
de "B" indikator knipperen om aan te
geven dat punt A in het geheugen is
vastgelegd.
3. Wanneer het eindpunt van het te
herhalen gedeelte wordt bereikt, drukt
u nogmaals op de A-B toets om punt B
vast te leggen.
Nu stopt de "B" indikator met knipperen
en blijft branden om aan te geven dat de
A-B herhaalfunktie is ingeschakeld.
De CD-speler keert nu automatisch naar
punt A terug en begint daar weer met
weergave.
Bij het opnieuw bereiken van punt B
keert de CD-speler weer terug naar
punt A en zo blijft dit zich herhalen.
O Na het vastleggen van beginpunt A kunt
u het eindpunt B ook sneller opzoeken
met de Ò of Æ toets, in plaats van
te wachten tot het punt met de normale
weergave wordt bereikt.
O Druk tijdens de A-B weergave
nogmaals op de A-B toets om deze
herhaalfunktie uit te schakelen.
Herhalen van de gepro-
grammeerde weergave
U kunt de herhaalfunktie ook inschakelen
tijdens geprogrammeerde weergave.
Om alle geprogrammeerde muziekstukken
te herhalen, drukt u tweemaal op de
REPEAT 1/ALL toets. (Kontroleer of hierbij
de "REPEAT" en "ALL" indikators oplichten
in het uitleesvenster.)
Herhaalfunktie
1. Druk in de stopstand op de SHUFFLE
toets.
In het uitleesvenster licht de SHUFFLE
indikator op.
2. Druk op de CD PLAY () weergavetoets.
Alle muziekstukken op de compact disc
worden nu in willekeurige volgorde
weergegeven.
O Druk tijdens de willekeurige
weergavefunktie op de Æ toets om
willekeurig een ander muziekstuk in te
stellen. Druk op de Ú toets om het
spelende muziekstuk weer vanaf het
begin weer te geven.
O Een muziekstuk kan na weergave niet
met deze funktie worden herhaald.
O Druk tijdens willekeurige weergave
nogmaals op de SHUFFLE toets om de
willekeurige weergavefunktie te
annuleren. De muziekstukken worden
vanaf het spelende muziekstuk in hun
normale volgorde weergegeven.
Afspelen in willekeurige
volgorde
Eindpunt
B
Beginpunt
A
Muziekstuk Muziekstuk
Geprogrammeerde muziekstukken
NEDERLANDS
U kunt de weergavesnelheid regelen, zodat
de toonhoogte van het gereproduceerde
geluid verandert.
De snelheidsregelaar (PITCH CONTROL)
functioneert alleen wanneer het toestel
gestopt is. Wanneer de toets voor de
snelheidsregelaar wordt ingedrukt, gaat de
indikator voor de snelheidsregelaar
branden. Door de snelheidsregelaar
vervolgens naar rechts te draaien zal de
weergavesnelheid hoger worden, wat zal
resulteren in een hogere klank. Door de
snelheidsregelaar naar links te draaien, zal
de weergavesnelheid dalen, waardoor ook
de toonhoogte van het weergegeven
geluid zal dalen.
O Als de snelheidsregelaar helemaal naar
rechts is gedraaid, zal de snelheid met
ongeveer 12% zijn toegenomen.
O Als de snelheidsregelaar helemaal naar
links is gedraaid, zal de snelheid met
ongeveer 12% zijn afgenomen.
Snelheidsregelaar
_
76
_
In het tijdvenster kunnen verschillende
tijdsaanduidingen worden aangegeven, als
volgt.
1 Totale speelduur van de compact disc
Na het sluiten van de disc-lade met
daarin een compact disc wordt de
totale speelduur van de disc en het
totale aantal muziekstukken
aangegeven.
2 Verstreken speelduur
Zodra de weergave begint wordt de
verstreken speelduur van het
weergegeven muziekstuk in minuten en
seconden aangegeven.
3 Resterende speelduur (REMAIN)
Bij eenmaal indrukken van de TIME
toets verschijnt de resterende
speelduur van het weergegeven
muziekstuk. Zo kunt u gemakkelijk
kontroleren hoe lang het muziekstuk
nog duurt.
4 Totale resterende speelduur (TOTAL
REMAIN)
Bij tweemaal indrukken van de TIME
toets verschijnt de totale resterende
speelduur op de gehele compact disc.
De aangegeven tijd is het totaal vanaf
het punt van weergave tot het eind van
de disc; tijdens de weergave blijft de
tijdteller terugtellen naar "00:00".
O Na driemaal indrukken van de TIME
toets verschijnt weer een optellende
tijd. Dit is weer de verstreken speelduur,
zoals aangegeven bij 2.
O Als tijdens het normale afspelen een
muziekstuk met een nummer hoger dan
32 wordt weergegeven, dan kan de
tijdteller niet de resterende speelduur
aangeven, ook al drukt u op de TIME
toets. In plaats van de tijd zal er dan
"nn:nn" in het tijdvenster verschijnen.
De intro-weergave speelt
achtereenvolgens van ieder muziekstuk
alleen de eerste 10 sekonden.
1. Druk op de INTRO CHECK toets.
De INTRO en indikators verschijnen.
2. Druk nogmaals op de INTRO CHECK
toets om de intro-weergave te
annuleren.
O De intro-weergave is tevens bruikbaar
in kombinatie met de SHUFFLE,
PROGRAM en REPEAT ALL funkties.
Aanduiding van de tijdteller Automatische intervalfunktie
Intro-weergave
1. Druk op de SINGLE toets. In het
uitleesvenster licht de "SINGLE"
indikator op.
2. Zoek het gewenste muziekstuk op met
de Ú SKIP Æ verspring/
zoektoetsen.
3. Nu wordt alleen het gekozen
muziekstuk weergegeven en dan keert
de CD-speler terug in de stopstand.
O Om de SINGLE enkel-nummer weergave
uit te schakelen, drukt u nogmaals op
de SINGLE toets.
Enkel-nummer weergave
TOTAAL
RESTEREND
ENKEL
RESTEREND
VERSTREKEN
TOTAAL
Als deze fuktie is bijgeschakeld, zal
automatisch tussen de afzonderlijke
muziekstukken een interval van 4 sekonden
worden aangebracht.
De funktie wordt geaktiveerd door op de
AUTO SPACE toets te drukken zodat de
A.SPACE indikator in het uitleesvenster
oplicht.
Als de AUTO SPACE toets hierna opnieuw
wordt ingedrukt, zal de funktie worden
uitgeschakeld en de bijbehorende indikator
doven.
7. Stel het opnameniveau zodanig in met
de INPUT regelaar dat de niveaumeters
bij de luidste op te nemen geluiden net
tot aan de "0 dB" uitslaan (voor
normaalband- of chroomband-
cassettes) of net tot aan het "+3 dB"
punt (voor metaalband-cassettes).
8. Druk op de ƒ pauzetoets wanneer u
met opnemen wilt beginnen.
O Om het opnemen tijdelijk te
onderbreken, drukt u op de ƒ
pauzetoets. Om het opnemen daarna te
hervatten, drukt u nogmaals op de ƒ
pauzetoets of op de of
weergavetoets. Als u tijdens de
opnamepauzestand op de weer-
gavetoets drukt waarvan het of
lampje brandt, begint het opnemen
onmiddellijk; drukt u echter op de
weergavetoets waarvan het of
lampje niet brandt, dan verandert alleen
de bandlooprichting; om te beginnen
met opnemen drukt u dan nogmaals op
dezelfde toets.
O Om te stoppen met opnemen drukt u op
de STOP () toets.
_
77
_
1. Druk de POWER schakelaar in.
2. Stel met de REV MODE schakelaar in op
de gewenste omkeerfunktie.
3. Plaats een bespeelde cassette in de
houder met de open bandzijde omlaag
en de af te spelen kant A naar u toe
gericht.
4. Zet de DOLBY NR schakelaar naar
keuze op ON/OFF voor ruisonder-
drukking of niet.
5. Druk op de of toets om te
beginnen met afspelen.
6. Stel de geluidssterkte naar wens in met
de volumeregelaar van de versterker.
O Om te stoppen met afspelen drukt u op
de STOP () toets.
Afspelen
Bediening van het cassettedeck
Tellernulsteltoets (COUNTER RESET)
Ingangsniveauregelaar (INPUT)
Stoptoets (STOP)
Opnametoets (RECORD)
Geluidsbron-keuzeschakelaar
(SOURCE)
Omkeerfunktieschakelaar
(REV MODE)
Aan/uit-
schakelaar
(POWER)
Cassette-uitwerptoets
(EJECT)
Dolby ruisonderdrukkingsschakelaar (DOLBY NR)
Na vijfmaal volledig afspelen stopt de bandloop.
Stand
schakelaar
Bandloop
Afspelen van een enkele cassettekant
KANT A
KANT A
KANT B
KANT B
STOP
1. Druk de POWER schakelaar in de AAN
stand.
2. Stel met de REV MODE schakelaar in op
de gewenste omkeerfunktie.
O Als u op beide kanten van de cassette
wilt opnemen, zet u de REV MODE
schakelaar in de π of ø stand.
O Als u aan de achterkant met opnemen
begint door indrukken van de
ú
, toets,
dan zal het opnemen altijd stoppen aan
het einde van de achterkant.
O Zet de omkeerfunktieschakelaar in de
stand als u slechts op een enkele
kant van de cassette wilt opnemen.
3. Plaats een voor opnemen geschikte
cassette in de houder.
O Kontroleer eerst even of de
wispreventienokjes van de cassette in
orde zijn. Ontbreekt er een nokje, plak
de ontstane uitsparing dan af met een
stukje plakband.
4. Kies met de SOURCE schakelaar de
geluidsbron die u wilt opnemen.
O Bij instellen op "CD" zal er worden
opgenomen vanaf de ingebouwde
compact disc speler.
O Bij instellen op "LINE" zal het
geluidssignaal dat binnenkomt via de
"LINE INPUT" aansluitingen worden
opgenomen.
5. Zet de DOLBY NR schakelaar naar
keuze op ON/OFF voor ruisonder-
drukking of niet.
6. Druk op de RECORD opnametoets en
het cassettedeck komt in de
opnamepauzestand (waarbij de REC en
ƒ indikators oplichten).
Opnemen
Metaalband
Normaal-
of chroomband
Plaatsen van een cassette
1. Trek eventuele lussen in de band
strak met uw vinger of een potlood
zoals afgebeeld.
Opmerking: Raak de band zelf niet
aan. Vingerafdrukken trekken
namelijk stof en vuil aan.
2. Druk op de uitwerptoets ()* om de
cassettehouder te openen.
3. Plaats een cassette met de kant
waar de band bloot ligt naar beneden
gericht.
4. Sluit de cassettehouder voorzichtig.
*Opmerkingen:
ODe cassettehouder kan tijdens
opname of weergave niet worden
geopend.
ODe cassette kan mogelijk niet worden
uitgenomen indien het apparaat
tijdens weergave of opname werd
uitgeschakeld. U dient in zo'n geval
eerst het apparaat weer aan te
schakelen en vervolgens nogmaals
op de uitwerptoets te drukken.
NEDERLANDS
_
78
_
Tijdens afspelen kunt u de snelheid van de
bandloop bijregelen en daarmee de
toonhoogte van het opgenomen of
weergegeven geluid.
Door de PITCH CONTROL regelaar
rechtsom te draaien verhoogt u de
bandsnelheid en dus de toonhoogte. Door
de regelaar linksom te draaien verlaagt u
de bandsnelheid en dus de toonhoogte.
O Met de regelaar geheel naar rechts
gedraaid loopt de band ongeveer 12%
sneller dan normaal.
O Met de regelaar geheel naar links
gedraaid loopt de band ongeveer 12%
langzamer dan normaal.
Snelheidsfijnregeling
1. Druk tijdens voorwaartse weergave net
zo vaak op de of Ò toets totdat
het aantal muziekstukken dat u wenst
over te slaan in het uitleesvenster wordt
getoond. Gebruik de toets voor
doorspoelen naar een verder gelegen
muziekstuk, en de Ò toets voor
terugspoelen naar een eerder gelegen
muziekstuk. Zie tevens het overzicht
"Kiezen van het gewenste muziekstuk
met het CPS muziek-zoeksysteem".
O Indien u per ongeluk te vaak op
bijvoorbeeld de Ò toets heeft
gedrukt, dan kunt u het aantal
muziekstukken dat in het uitleesvenster
wordt getoond verminderen door net zo
vaak als vereist op de toets te
drukken.
O Bij het drukken op de Ò toets zal het
volgende muziekstuk als nummer "1"
worden geteld. Bij het drukken op de
toets is het spelende muziekstuk
echter nummer "1".
2. De band spoelt nu door naar het begin
van het muziekstuk dat het gekozen
aantal muziekstukken verder ligt,
waarna automatisch op weergave
wordt overgeschakeld.
Met de CPS zoekfunktie kunt u snel en
gemakkelijk een ander muziekstuk
opzoeken en afspelen, tot 15 nummers
verder of eerder op de band dan het
weergegeven muziekstuk. Deze funktie
werkt door het herkennen van
onbespeelde bandgedeelten van minstens
4 seconden lang tussen de muziekstukken.
Dergelijke tussenruimtes kunt u tijdens
opnemen zelf invoegen met behulp van de
REC MUTE opnamedemping.
Opmerkingen:
O In de volgende aanwijzingen 1 en 2
wordt voor het gemak alleen de uitleg
gegeven voor voorwaartse weergave
(in de richting). U kunt de funktie
echter net zo gebruiken tijdens
"terugwaartse" weergave.
O De Ò vooruitspoeltoets en de
terugspoeltoets werken tijdens
weergave als "CPS" muziekzoektoetsen.
Daarom staat er op het voorpaneel
boven deze toetsen "/Ú
Æ/Ò" aangegeven, terwijl er op de
afstandsbediening slechts "" en
"Ò" staat. In de volgende uitleg
gebruiken we voor de duidelijkheid
alleen de aanduidingen "" en "Ò".
Muziekzoekfunktie
(CPS = Computomatic Program Search)
In de stopstand kunt u de en Ò
toetsen gebruiken om de band snel terug
of vooruit te spoelen.
O Tijdens het afspelen van een cassette
werken deze toetsen als "CPS"
muziekzoektoetsen.
Snelspoelen
Met een druk op de RTZ (Return To Zero)
nulpunt-terugkeertoets kunt u een eerder
vastgelegd nulpunt op de band opzoeken,
zodat de bandloop automatisch stopt bij
"0000".
O De nulpunt-terugkeerfunktie zal niet
werken wanneer de bandteller een
waarde tussen "9996" en "0004"
aangeeft.
Nulpunt-terugkeerfunktie (RTZ)
or
De bandteller telt op wanneer de band in
voorwaartse richting loopt en telt terug
tijdens het terugspoelen van de band. Om
een punt op de band terug te vinden kunt u
de bandteller op nul zetten met een druk op
de COUNTER RESET nulsteltoets, zodat het
tellervenster "0000" aangeeft.
Bandteller
Een eerder gemaakte opname zal
automatisch worden gewist door er een
nieuwe opname overheen aan te brengen.
Verder kan opgenomen materiaal ook
worden gewist door een opname te maken
met de INPUT regelaar op "0".
LET OP:
Het opnemen van voorbespeelde
cassettes, grammofoonplaten of ander
geluidsmateriaal kan een inbreuk op de
auteursrechtwetgeving inhouden. Stel u
daarom op de hoogte van deze wetten
alvorens op te nemen.
Uitwissen
of
_
79
_
Automatische intervalfunktie
voor blanco intervallen van 4
seconden (tijdens opname)
Druk tijdens opname op de REC MUTE
toets. De band blijft lopen en een blanco
interval van 4 seconden wordt
opgenomen (de REC indikator knippert).
Hierna schakelt het deck automatisch in
opnamepauze (zowel de RECORD als de
PAUSE (ƒ) indikators lichten op). Druk
op de PAUSE toets om de opname
vervolgens te hervatten (de PAUSE
indikator dooft).
Automatische intervalfunktie voor
blanco intervallen van 4 sekonden
(tijdens opnamepauze)
Door tijdens de opnamepauzefunktie op
de REC MUTE toets de drukken zal de
bovenstaande interval-opnamefunktie
automatisch in werking worden gesteld.
Het deck zal vervolgens terugschakelen
in opnamepauze, klaar voor verdere
opnamen.
Opnemen van een blanco interval van
meer dan 4 seconden
Houd de REC MUTE toets tijdens
opname voor een langere periode
ingedrukt. Een blanco passage van
gelijke lengte zal op band worden
aangebracht. Laat de toets los om in de
opnamepauzefunktie over te schakelen.
Druk op de PAUSE (ƒ) toets om hierna
de opname te hervatten.
O Indien u tijdens het opnemen van een
blanco interval (terwijl de REC indikator
knippert) opnieuw op de REC MUTE
toets drukt, zal de blanco-opname
stoppen en de opname direkt worden
voortgezet.
Opnamedemping
Opmerkingen aangaande het CPS
muziekzoeksysteem
Het CPS systeem werkt door het tellen van
blanco passages van meer dan 4 sekonden
en neemt daarbij aan dat deze tussen
muziekstukken in liggen. Hierdoor zal in de
volgende gevallen het CPS systeem
mogelijk niet naar behoren funktioneren.
O Als de intervallen tussen muziekstukken
niet waarneembaar zijn:
Intervallen van minder dan 4
sekonden lengte.
Veel ruis in het interval.
Zeer lange rustige passages (zoals
b.v. in klassieke muziek)
t
1
2
3
3
2
1
1
2
3
3
2
1
(1) (2)
(4)(3)
Kiezen van het gewenste muziekstuk met het CPS muziekzoeksysteem
Voorbeeld: Zie (1). Kies "CP03" voor het 3de muziekstuk na de huidige positie van de band.
Huidige positie van de band
Volgend Voorgaand
Bandloop-
richting
Bandloop-
richting
Voorgaand
Volgend
Huidige positie van de band
In voorbeeld (1) zal onderbreking "t"
niet worden meegeteld indien deze korter
dan 4 sekonden is. Stel in dat geval "CP-02"
in plaats van "CP-03" in om door te spoelen
naar het 3e muziekstuk.
NEDERLANDS
Kiezen van muziekstukken op
CD voor opname op cassette-
kant A of B
(A-B cassettekant-opname)
Met de A-B cassettekant-opname kunt u
muziekstukken van een CD kiezen voor
opname op cassettekant A of B.
1. Druk op de PROGRAM toets.
2. Druk op de A-B toets.
De "A-" indikator gaat knipperen en de
"B" indikator licht op in het
uitleesvenster, om aan te geven dat de
CD-speler nu in de "cassettekant-A
programmeerstand" staat.
3. Programmeer de gewenste muziek-
stukken voor opname op cassettekant
A.
Volg de aanwijzingen vanaf stap 3
onder "Geprogrammeerde weergave" op
blz. 74.
O Voor het aangeven van de totale
programma-speelduur drukt u in de
programmeerstand op de TIME toets.
Dit maakt het u gemakkelijk om de
totale programma-speelduur aan te
passen aan de beschikbare bandlengte.
Druk nogmaals op de TIME toets om de
CD-speler terug te zetten in de
programmeerstand.
4. Druk nogmaals op de A-B toets.
Nu blijft de "A-" indikator branden en
gaat de "B" indikator knipperen in het
uitleesvenster, om aan te geven dat de
CD-speler nu in de "cassettekant-B
programmeerstand" staat.
5. Programmeer de gewenste muziek-
stukken voor opname op cassettekant
B.
O Door in de cassettekant-B program-
meerstand nogmaals op de A-B toets te
drukken, kunt u de CD-speler
terugzetten in de cassettekant-A
programmeerstand.
_
80
_
Met de CD-synchroonopnamefunktie kunt
u op eenvoudige wijze muziek van compact
discs op cassette opnemen.
1. Leg een CD in de disc-lade.
2. Plaats een voor opnemen geschikte
cassette in de houder.
3. Zet de DOLBY NR schakelaar naar
keuze op ON/OFF voor ruisonder-
drukking of niet.
O Bij de CD-synchroonopnamefunktie is
de stand van de INPUT niveauregelaar
niet van invloed op het opgenomen
geluid, aangezien het opnameniveau
hierbij automatisch wordt ingesteld.
Opnemen vanaf het begin van
de cassette
Druk in de stopstand op de CD SYNC toets.
De cassetteband wordt dan teruggespoeld
naar het begin van kant A, de bandteller
komt op "0000" te staan en de CD-speler
wacht aan het begin van het eerste
muziekstuk in de weergave-paraatstand.
Nu gaat eerst de band ongeveer 10
seconden lang lopen zonder opname (om
de aanloopband door te draaien) en dan
begint het cassettedeck met opnemen
terwijl de CD-speler de weergave van de
CD start.
Opnemen vanaf een ander
gewenst punt op de band
1. Spoel de band door tot het punt waar u
de nieuwe bandopname wilt laten
beginnen en druk daar op de STOP ()
toets.
2. Druk op de RECORD opnametoets.
Het cassettedeck komt in de opname-
pauzestand.
3. Druk op de CD SYNC opnametoets.
Het opnemen van de CD muziek op de
cassette begint dan vanaf het gekozen
punt op de band.
O Tijdens het CD SYNC opnemen werken
alleen nog de CD STOP toets, de TAPE
STOP toets, de OPEN/CLOSE toets en de
TIME toets.
6. Druk op de CD SYNC toets.
De cassetteband wordt dan
teruggespoeld naar het begin van kant
A, de bandteller komt op "0000" te staan
en de CD-speler komt in de weergave-
paraatstand, aan het begin van het
eerste muziekstuk van uw cassettekant-
A programma.
Vervolgens gaat eerst de band
ongeveer 10 seconden lang lopen
zonder opname (om de aanloopband
door te draaien) en dan begint het
cassettedeck met opnemen terwijl de
CD-speler de weergave van uw CD-
muziekprogramma start.
O Door op de RECORD opnametoets te
drukken voor u op de CD SYNC toets
drukt, kunt u het opnemen laten
beginnen vanaf het huidige punt op de
band (dus zonder de band naar het
begin terug te spoelen).
O Als er voor het laatste muziekstuk aan
cassettekant A te weinig ruimte is en de
band eindigt voordat er 01:30
(anderhalve minuut) van het CD-
muziekstuk is afgespeeld, dan wordt
hetzelfde muziekstuk als eerste op
cassettekant B opgenomen (behalve bij
de A-B cassettekant-opname).
O Wanneer het afspelen van de CD-speler
stopt, wordt ook de CD SYNC
opnamefunktie uitgeschakeld.
O Als het einde van cassettekant B wordt
bereikt vóór de de CD-speler klaar is
met afspelen, dan wordt de CD SYNC
opnamefunktie uitgescha-keld.
Opnemen van compact discs op cassette
or
of
_
81
_
NEDERLANDS
Dit apparaat is geschikt voor opnemen en
afspelen met een schakelklok. Door het
aansluiten van een los verkrijgbare audio-
schakelklok kunt u het opnemen en
afspelen automatisch laten beginnen op
een van tevoren ingesteld tijdstip.
Schakelklok-weergave van een
compact disc of cassette
1. Sluit dit apparaat en uw stereo-
installatie aan op een audio-
schakelklok, zoals aangegeven in de
volgende afbeeldingen.
2. Schakel alle betrokken apparatuur in,
met de aan/uit-schakelaars (POWER) in
de AAN stand.
3. Plaats een bespeelde cassette of de af
te spelen compact disc.
4. Zet de TIMER schakelklok-schakelaar
naar keuze in de "CD" of "TAPE" stand.
5. Stel op de aangesloten audio-
schakelklok de gewenste inschakeltijd
en uitschakeltijd in.
Wanneer u deze instellingen naar
behoren hebt gemaakt, wordt de
stroomvoorziening van alle betrokken
apparatuur automatisch uitgeschakeld.
6. Bij het bereiken van de ingestelde
inschakeltijd wordt de stroom weer
ingeschakeld en begint automatisch het
afspelen van de gekozen geluidsbron.
Schakelklok-opname
1. Stel uw versterker in op weergave van
een geluidsbron die u op dit
cassettedeck kunt opnemen.
2. Kies de op te nemen geluidsbron (FM-
radio, AM-radio enz.).
3. Plaats een voor opnemen geschikte
cassette en zet de "TIMER" schakelaar
in de "REC" stand.
4. Stel op de aangesloten audio-
schakelklok de gewenste inschakeltijd
en uitschakeltijd in.
Wanneer u deze instellingen naar
behoren hebt gemaakt, wordt de
stroomvoorziening van alle betrokken
apparatuur automatisch uitgeschakeld.
5. Bij het bereiken van de ingestelde
inschakeltijd wordt de stroom weer
ingeschakeld en begint automatisch het
opnemen van de gekozen geluidsbron.
De doorlopende afspeelfunktie zorgt dat er,
zodra het afspelen van de CD-speler of het
cassettedeck stopt (of wordt onderbroken),
onmiddellijk wordt doorgegaan met
weergave van de andere geluidsbron
(cassette of compact disc).
1. Druk op de CD-TAPE CONT PLAY
doorlopende-weergavetoets.
In het uitleesvenster gaan de "TAPE"
en "CD" indikators knipperen.
2. Druk (bijvoorbeeld) op de CD-
weergavetoets.
Het afspelen van de compact disc
begint.
De aanduiding "CD" blijft in het
uitleesvenster knipperen.
3. Zodra nu de weergave van de CD
eindigt, gaat automatisch het
cassettedeck door met afspelen.
Nu gaat in het uitleesvenster de
aanduiding "TAPE" knipperen.
Vervolgens zal na afloop van de
weergave de andere geluidsbron het
afspelen weer overnemen.
O Het maakt niet uit of de ene geluidsbron
(compact disc of cassette) geheel is
afgespeeld of wordt onderbroken door
indrukken van de STOP () toets, de
andere geluidsbron zal automatisch het
afspelen vervolgen.
O In de stopstand kunt u zonder bezwaar
een andere cassette of een andere
compact disc plaatsen.
O Om de doorlopende afspeelfunktie uit te
schakelen, drukt u nogmaals op de CD-
TAPE CONT PLAY toets.
Schakelklok-funkties
Doorlopende weergave van
compact disc en cassette
Audio-schakelklok
Tuner
naar de netuitgang
van de schakelklok
naar de netuitgang
van de tuner
naar de netuitgang
van de versterker
Versterker
CD-A700
Aansluiten van de schakelklok
_
82
_
Mocht er zich met dit apparaat een probleem voordoen, dan kunt u dezelfde werkwijze volgen als voor andere elektrische of elektronische
apparatuur. Kontroleer altijd eerst de mogelijke oorzaken die het meest voor de hand liggen. Als leidraad kunt u bijvoorbeeld de volgende
kontrolepunten doornemen:
Verhelpen van storingen
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Algemeen
Bij indrukken van de POWER De netsnoerstekker zit niet goed Steek de stekker stevig in een
schakelaar wordt het apparaat in het stopkontakt. werkend stopkontakt.
niet ingeschakeld.
Een storende bromtoon. Een van de tulpstekkers is niet Steek alle tulpstekkers stevig
stevig aangesloten. in de aansluitbussen.
Storing in de radio-ontvangst. Het apparaat staat te dicht bij Zet dit apparaat en de tuner iets
de tuner. verder uit elkaar of schakel dit
apparaat uit.
Er wordt geen geluid weergegeven. Er is iets mis met de aansluitingen Kontroleer de aansluitingen.
van de stereo-installatie.
De afstandsbediening werkt niet. De POWER schakelaar staat nog Druk de schakelaar in de AAN
in de UIT stand. stand.
Er zitten geen batterijen in de Plaats een stel nieuwe batterijen
afstandsbediening of ze zijn leeg. in de afstandsbediening.
Compact disc speler
De geplaatste CD wordt niet De disc ligt ondersteboven in Leg de compact disc met de
afgespeeld. de disc-lade. label-kant boven.
De compact disc is vuil. Maak de compact disc schoon.
Er wordt geen geluid weergegeven. Er is iets mis met de aansluitingen Kontroleer de aansluitingen.
van de stereo-installatie.
Geen compact disc weergave. Het cassettedeck staat in de Stop het afspelen van het
weergavestand. cassettedeck, of verbind de CD LINE
OUT stekkerbussen met de ingangen
van de versterker.
Er wordt maar een enkel De SINGLE toets is ingedrukt. Druk nogmaals op de toets om de
muziekstuk weergegeven. enkel-nummer weergave uit te
schakelen.
Het muziekprogramma wordt niet De PROGRAM toets is niet ingedrukt. Druk op de toets zodat het
weergegeven. uitleesvenster "PGM" aangeeft.
De weergave stottert of springt over. De CD-speler staat bloot aan trillingen Zet het apparaat op een stevige,
of schokken. trillingsbestendige ondergrond.
De compact disc is vuil. Maak de compact disc schoon.
Vreemde weergave. De snelheidsregelaar is verdraaid. Zet de snelheidsregelaar terug
in het midden.
Cassettedeck
De geluidskwaliteit is beneden peil. De bandkoppen zijn vuil. Maak de bandkoppen schoon.
De bandkoppen zijn gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen met de
TEAC E-3.
De DOLBY NR schakelaar staat in Zet de schakelaar om.
de verkeerde stand.
De weergave klinkt vreemd. De snelheidsregelaar is verdraaid. Zet de snelheidsregelaar terug in
de middenpositie.
Het opnemen werkt niet. Een of beide wispreventienokjes van de Plak de ontstane uitsparing(en)
geplaatste cassette zijn uitgebroken. af met plakband.
De bandkoppen zijn vuil. Maak de bandkoppen schoon.
_
83
_
NEDERLANDS
Snelheidsfluktuaties: 0,08% (W. RMS)
Bandsnelheidsregeling: ± 12%
Frekwentiebereik (totaal):
50 – 15.000 Hz ± 3 dB, metaalband
50 – 15.000 Hz ± 3 dB, chroomband
50 – 14.000 Hz ± 3 dB, normaalband
Signaal/ruisverhouding (totaal):
59 dB (zonder Dolby ruisonderdrukking,
bij 3% THV, gewogen), 69 dB (met Dolby
ruisonderdrukking, boven 5 kHz)
Snelspoeltijd: Ca. 120 sec. (met C-60
cassette)
Ingangsspanning:
Lijningangen; 87 mV
(ingangsimpedantie 50 kohm of meer)
Uitgangsspanning:
Lijnuitgangen; 0,46 V
(belastingsimpedantie 50 kohm of meer)
Hoofdtelefoon; 1 mV/8 ohm
Algemeen
Stroomvoorziening: 120/230 V
wisselstroom, 50/60 Hz (model voor de
V.S./Canada/algemeen exportmodel)
230 V wisselstroom, 50 Hz (model voor
Europa/Groot-Brittannië)
240 V wisselstroom, 50 Hz (model voor
Australië)
Stroomverbruik: 14 watt
Afmetingen (b/h/d): 483 x 133 x 270 mm
Gewicht: 6,4 kg
Bijgeleverd toebehoren:
Infrarood-afstandsbediening RC-A500,
batterijen (SUM-3, R6, AA-formaat) x 2,
stel schroeven voor inbouwrekmontage
O Wijzigingen door verbetering in
ontwerp en technische gegevens
voorbehouden, zonder kennisgeving.
O De foto's en afbeeldingen kunnen licht
afwijken van de uiteindelijke
productiemodellen.
Compact disc speler
(Audio)
Aantal kanalen: 2
Frekwentiebereik: 10 - 20.000 Hz ± 0,5 dB
Signaal/ruisverhouding: 90 dB
Dynamisch bereik: 90 dB
Totale harmonische vervorming: 0,02%
(1 kHz)
Snelheidsfluktuaties: Onmeetbaar gering
(door kwartskoppeling)
Kanaalscheiding: 75 dB
Bandsnelheidsregeling: ± 12%
Uitgangsspanning: 2 V rms
Digitaal filter: 4-voudige
overbemonstering
Analoog filter: 3de orde
(Signaalverwerking)
Bemonsteringsfrekwentie: 44,1 kHz
Digitaal-analoog omzetter: 16-bit
lineair/kanaal
Kanaal-bitverwerking: 4,3218 Mb/sec.
Kanaal-modulatiecode: EFM
Foutcorrectie: CIRC
(Aftastkop)
Type: Objektieflensaandrijving, optische 3-
stralen laser pick-up
Objektiefelens: 2-dimensionale
parallelaandrijving
Lasertype: Halfgeleider laser van het
GaAlAs type
Golflengte: 780 nm
Cassettedeck
Spoorsysteem: 4 sporen, 2 kanalen stereo
Bandkoppen: Opname/weergavekop x 1
(roterend voor omkering), wiskop x 1
Geschikt voor cassettes: C-60, C-90
compact cassettes
Bandsnelheid: 4,76 cm/sec.
Motor: Gelijkstroom-servomotor x 1
Technische gegevens
De koppen en de onderdelen waarlangs de
band loopt dienen geregeld schoon-
gemaakt en gedemagnetiseerd te worden.
Reinigen van de onderdelen
waarlangs de band loopt
O Breng koppenreinigingsvloeistof* aan
op een wattenstaafje of een zachte
doek en wrijf voorzichtig over de
koppen, windassen en alle metalen
onderdelen waarlangs de band loopt.
O Reinig tevens de aandrukrollen m.b.v.
rubberreinigingsvloeistof*.
* Beide zijn verkrijgbaar als TEAC HC-2
en RC-2 in de V.S. en als TEAC TZ-261
cassetterecorder-reinigingsset in
andere landen.
Onderhoud
Demagnetiseren van de koppen
Zorg er allereerst voor dat de spanning
uitgeschakeld is.
Demagnetiseer vervolgens de koppen
m.b.v. de TEAC E-3 demagnetiseerder of
een gelijkwaardig apparaat. Lees de
bijbehorende aanwijzingen voor details.
Aandrukrollen
Windassen
Wiskop
Opname/weergavekop

Documenttranscriptie

Voor ingebruikneming Lees dit voor het gebruik O Kies zorgvuldig een geschikte plaats voor het apparaat. Zet het niet in de volle zon en niet te dicht bij een warmtebron. Vermijd tevens plaatsen met trillingen, veel stof, hitte, koude of vocht. Houd afstand van apparatuur die brom of elektrische storing kan veroorzaken, zoals transformators of motoren. O Open in geen geval de ombouw van het apparaat, om schade aan de circuits en gevaar voor een elektrische schok te vermijden. Mocht er vloeistof of een voorwerp in het apparaat terechtkomen, neem dan kontakt op met uw audiohandelaar. O Voor het verwijderen van de stekker uit het stopkontakt mag u alleen de stekker vastpakken; trek nooit aan het snoer. O Zorg dat uw handen schoon zijn voor u een compact disc pakt. Plaats nooit een gebarsten disc in het apparaat. O Gebruik voor het reinigen van het apparaat geen chemische oplosmiddelen, aangezien deze de afwerking kunnen aantasten. Veeg het apparaat schoon met een zacht, droog doekje. O Bewaar deze gebruiksaanwijzing op een veilige plaats waar u hem voor naslag gemakkelijk kunt terugvinden. Behandelen van cassettes Vermijd voor het bewaren van uw cassettes de volgende plaatsen: ‚ Vlakbij of bovenop een verwarming, in de volle zon of op andere plaatsen met hoge temperaturen. ‚ Dichtbij luidsprekers, op een TV-toestel of een versterker, waar de cassettes kunnen worden blootgesteld aan krachtige magnetische velden. ‚ Vemijd plaatsen met veel vocht, stof of vuil. ‚ Zorg dat uw cassettes niet kunnen vallen en niet worden blootgesteld aan heftige schokken. ‚ Gebruik liever geen C-120 cassettes, aangezien de uiterst dunne band hiervan gemakkelijk kan uitrekken en verstrikt kan raken in het bandloopwerk. Soorten cassetteband Keuze van de bandsoort: De automatische bandsoort-instelling van dit apparaat kan slechts naar behoren werken als cassettes met chroom- (kobalt) of metaalband zijn voorzien van hun eigen karakteristieke bandsoort-openingen. *De Dolby ruisonderdrukking is vervaardigd onder licentie van de Dolby Laboratories Licensing Corporation. De naam "DOLBY" en het dubbele-D symbool ∂ zijn handelsmerken van de Dolby Laboratories Licensing Corporation. Behandelen van compact discs Dit apparaat is ontworpen voor het afspelen van compact discs met het "˛" beeldmerk. Het is niet geschikt voor andere soorten discs. O Plaats een compact disc altijd met de label-kant boven in de disc-lade. (Compact discs zijn maar aan één kant afspeelbaar.) O Om een compact disc uit het doosje te nemen, drukt u met een vinger de middenklemmetjes in en tilt u de disc aan de randen omhoog, zonder het glimmende oppervlak aan te raken. Afstandsbediening Richt de afstandsbediening voor gebruik naar de afstandssensor op het voorpaneel van het toestel. ª Plaatsen van batterijen Uitnemen van een compact disc Vasthouden van een compact disc O Vingerafdrukken en stof kunt u van de bespeelde onderkant van de disc verwijderen met een zacht doekje. Schoonvegen van het midden naar de rand O Gebruik geen benzine, tri of spiritus voor het reinigen van compact discs, aangezien vluchtige stoffen het plastic oppervlak van de disc kunnen aantasten. O Berg elke compact disc na het afspelen weer in het bijbehorende doosje op, om te voorkomen dat er krassen op komen waardoor de laser-weergavekop zou kunnen "overspringen". O Zorg dat compact discs niet te lang worden blootgesteld aan direkte zonnestraling, veel vocht of hoge temperaturen. Door langdurige verwarming kunnen de discs kromtrekken. O Plak geen etiketten op de label-kant van een compact disc en schrijf er niet met een balpen op. _ 70 _ 1. Verwijder het deksel van het batterijvak. 2. Plaats twee "AA" (R6, SUM-3) droge cel batterijen. Plaats de batterijen met de positieve ≠ en negatieve – polen in de juiste richting. 3. Sluit het deksel zodat het vastklikt. Vervangen van batterijen De batterijen zijn bijna uitgeput wanneer het bereik van de afstandsbediening aanzienlijk kleiner wordt en het toestel niet meer juist op de signalen reageert. U moet nu de batterijen door nieuwe vervangen. Voorzorgen aangaande de batterijen O Plaats de batterijen beslist met de positieve ≠ en negatieve – polen in de juiste richting. O Gebruik batterijen van hetzelfde type. Gebruik niet tegelijkertijd batterijen van verschillend type of merk. O U kunt zowel oplaadbare als nietoplaadbare batterijen gebruiken. Zie de voorzorgen die op de batterijen zijn gedrukt. O Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening indien u deze voor langere tijd niet gaat gebruiken (langer dan een maand), zodat er geen batterijvloeistof kan gaan lekken. Indien de batterijen toch hebben gelekt, veeg de vloeistof dan goed uit het batterijvak en vervang de batterijen door nieuwe. O Verwarm en demonteer batterijen niet. Gooi gebruikte batterijen nooit in een vuur. Spanningsomzetting Montage in inbouwrek (Enkel voor algemene exportmodellen) Vergeet niet de stekker uit het stopkontakt te trekken alvorens de spanningskiezer in een andere stand te zetten. 1. Lokaliseer de spanningskiezer op het achterpaneel. 2. Zet de spanningskiezer, afhankelijk van het land, m.b.v. een platte schroevedraaier in de 230 V of 120 V stand. Installeer dit deck met de bijgeleverde montageschroeven en ander materiaal, zoals hierbij afgebeeld. Aansluitingen ∑ Signaalsnoeren LINE INPUT/OUTPUT aansluitingen (Gebalanceerd/Ongebalanceerd) Gebruik deze aansluitingen om het deck op een mixer, een cassetterecorder of op andere komponenten aan te sluiten. O De LINE OUTPUT aansluitingen geven de signalen van de CD of de cassette door. Wanneer zowel de CD als de cassette afgespeeld wordt, gaat het signaal van de cassette voor. CONTROL I/O (Parallelle poort) Deze 15 pens "D"-sub aansluiting wordt gebruikt voor aansluiting op een daarvoor geschikte controller. U kunt in de tabel hieronder zien welke signalen er aan welke pennen van deze aansluiting zijn toegewezen. Pennr. 1 2 3 4 5 6 7 8 Component & Signaal CASSETTE GEREED CASSETTE WEERGAVE TERUG CASSETTE WEERGAVE VOORUIT CD TERUGSPOELEN CD VOORUIT SPOELEN CD STOP CD GEREED GEREED Aarde Richting IN IN IN IN IN IN IN — Functie Externe commando ontvangst; actief wanneer laag (grondpotentieel voor 30 ms of langer) — 9 CASSETTE STOP IN 10 CASSETTE VOORUIT SPOELEN IN 11 CASSETTE TEREUGSPOELEN IN 12 CASSETTE WEERGAVE VOLGEN UIT O CD LINE OUTPUT aansluitingen geven altijd het signaal van de CD door. 13 CD WEERGAVE VOLGEN UIT DIGITAL OUTPUT Deze RCA (tulpstekker) aansluiting geeft digitale audio-gegevens door in het SPDIF formaat. 14 CD FADER START/GEREED IN Actief wanneer laag (grondpotentieel voor 500 ms of wanneer ON/OFF) 15 CD EVENT START IN Actief wanneer laag (grondpotentieel voor 100 ms) CD LINE OUTPUT aansluitingen (Gebalanceerd/Ongebalanceerd) Gebruik deze aansluitingen om het deck aan te sluiten op de CD, DAT of AUX aansluitingen van de stereo versterker. Opmerking: Mocht de compact disc speler storing veroorzaken bij de tuner of de televisie, laat dan een ruime afstand tussen deze toestellen onderling. Externe commando ontvangst; actief wanneer laag (grondpotentieel voor 30 ms of langer) Geeft transportstatus indicatiesignalen in open collector (maximaal toelaatbaar voltage 15 V en maximaal toelaatbare stroomsterkte 80 mA) ∑ Netsnoer ∑ Hoofdtelefoon Steek de stekker van het netsnoer in een stopkontakt dat het juiste voltage levert. Voor gebruik van een hoofdtelefoon steekt u de stekker van de hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting. O Stel de geluidssterkte van de hoofdtelefoon naar wens in met de LEVEL regelaar. _ 71 _ NEDERLANDS O Schakel alle apparatuur uit voordat u deze gaat aansluiten en zorg dat u bij het aansluiten de linker (L) en rechter (R) aansluitingen niet verwisselt. O Lees voor het aansluiten van andere apparatuur de daarbij behorende gebruiksaanwijzingen door. Benaming van de bedieningsorganen 1 Aan/uit-schakelaar (POWER) 2 Afstandsbedieningssensor (REMOTE SENSOR) 3 Multifunktioneel uitleesvenster a Herhaal-indikator (REPEAT) b Tussenruimte-indikator (A.SPACE) c Weglaat-indikator (DELETE) d Tijdfunktie-indikator e Programmeer-indikator (PGM) f Willekeurige weergave-indikator (SHUFFLE) g CD-ingangsindikator (IN) h Cassette/CD-indikator (TAPE/CD) i Opname-indikator (REC) j Cassetteweergave-indikator (PLAY) k Geluidssterktemeters l Bandteller m Introweergave-indikator (INTRO) n CD paraat/weergave-indikator (ƒ/∏) o Muziekstuknummer (TRACK) p Tijdteller q Kopieer-indikator (DUB) r Cassette achteruit/pauze/vooruitindikator (”ƒ∏) s Muziekkalender 4 Open/sluit-toets (OPEN/CLOSE (ø)) 5 CD-weergavetoets (CD PLAY (∏)) 6 CD-stoptoets (CD STOP (ª)) 7 CD-paraattoets (CD READY (ƒ)) _ 72 _ 8 Nulpunt-terugkeertoets (RTZ) 9 Tellernulsteltoets (COUNTER RESET) 0 Ingangsniveauregelaar (INPUT) q Doorlopende-weergavetoets (CD-TAPE CONT PLAY) w CD-synchroonopnametoets (CD SYNC) e Opnametoets (RECORD) r Opnamedempingtoets (REC MUTE) t Terug/vooruitspoel/zoektoetsen (/Ú Æ/Ò) y Cassette-stoptoets (TAPE STOP(ª)) u Cassette-pauzetoets (TAPE PAUSE (ƒ)) i Cassettehouder o Disc-lade p CD snelheidsregelaar aan/uit toets en snelheidsregelaar (PITCH CONTROL) a Herhaaltoets (REPEAT 1/ALL) s Programmeertoets (PROGRAM) d Willekeurige-weergavetoets (SHUFFLE) f Schakelklok-schakelaar (TIMER) g Terug/vooruitspring/zoektoetsen (Ú SKIP Æ) h Geluidsbron-keuzeschakelaar (SOURCE) j Omkeerfunktieschakelaar (REV MODE) k Cassette snelheidsregelaar (PITCH CONTROL) l Dolby ruisonderdrukkingsschakelaar (DOLBY NR) ; Cassette-uitwerptoets (EJECT (ø)) z Cassette-weergavetoetsen (TAPE PLAY (”/∏)) x Hoofdtelefoon-aansluiting (PHONES) c Hoofdtelefoon-volumeregelaar v Tijdtoets (TIME) b Intro-weergavetoets (INTRO CHECK) n Tussenruimtetoets (AUTO SPACE) m A-B cassettekant-programmeertoets (A-B) , CD zoektoetsen (/Ò) . Enkel-nummer weergavetoets (SINGLE) / Kontroletoets (CHECK) ! Enkel-nummer wistoets (CLEAR) @ Weglaat-programmeertoets (DELETE) Compact disc speler ∑ Zelfs als de disc-lade open is... Basisbediening 1. Druk de POWER schakelaar in. Wanneer de CD PLAY (∏) toets ingedrukt wordt: De disc-lade wordt gesloten en weergave begint vanaf het eerste muziekstuk. 2. Druk op de OPEN/CLOSE (∫) toets. ∑ Om naar het volgende nummer te gaan: Druk op de Æ toets. Telkens bij indrukken van de Æ toets gaat de afspeelkop naar het volgende muziekstuk. De afspeelkop kan op deze manier naar het laatste muziekstuk gestuurd worden, maar als de Æ toets daarna ingedrukt wordt, gebeurt er niets. ∑ Stoppen van de weergave Uitnemen van een disc: Druk op de OPEN/CLOSE (∫) toets. De weergave stopt, de disc-lade komt naar buiten en alle funkties worden op hun oorspronkelijke instelling teruggesteld. For 88cm Voor cm (3-inch) "single" discs CD singles Voor1212cm cm(5-inch) discs For Compact Discs 3. Druk nogmaals op de OPEN/CLOSE (∫) toets. De disc-lade sluit. Enkele sekonden later verschijnt de volgende informatie in het uitleesvenster. Totalaantal number of Totale muziektracks on disc stukken op the de disc Tijdelijk onderbreken van de weergave (paraatstand): Druk op de ƒ toets. Weergave stopt bij de huidige positie. De ƒ indikator licht op. Druk op de ∏ of ƒ toets om de weergave vanaf dezelfde positie te hervatten. Total playback Totale weergavetijd of disc vantime de disc WAARSCHUWING: O Forceer de disc-lade tijdens het openen en sluiten niet met de hand. Track numbers on disc up to Maximaal 20 muzieknummers op20 de disc 4. Druk op de CD PLAY (∏) toets. Weergave start vanaf het begin van het eerste muziekstuk en de ∏ (weergave) indikator licht op. O Tijdens weergave knippert het nummer van het spelende muziekstuk in de muziekkalender. O Na weergave van het muziekstuk dooft het overeenkomende nummer in de muziekkalender. Muziekzoekfunktie ∑ Muziekzoeken met de SKIP toetsen (Ú/Æ) Het begin van elk nummer kan makkelijk gelokaliseerd worden m.b.v. de Ú/Æ SKIP toetsen. Deze bedieningswijze wordt duidelijk in de TRACK display aangegeven. O Verspringen is tevens mogelijk tijdens geprogrammeerde weergave. Er wordt in dit geval echter alleen naar de geprogrammeerde nummers versprongen. _ 73 _ ∑ Teruggaan naar het vorige muziekstuk: Druk op de Ú toets. Telkens bij indrukken van de Ú toets gaat de afspeelkop een muziekstuk terug. Als de toets in het midden van een muziekstuk ingedrukt wordt, gaat de afspeelkop terug naar het begin van het huidige muziekstuk. De toets dient tweemaal ingedrukt te worden om de afspeelkop terug te laten gaan naar het vorige muziekstuk. Op deze manier kan de afspeelkop terug naar het begin van het eerste muziekstuk op de disc worden gestuurd. ∑ Muziekzoekfunktie met (/Ò) zoektoetsen de Houd tijdens weergave of in de paraatstand de Ò toets op de afstandsbediening of de Æ vooruitspringtoets op het voorpaneel wat langer ingedrukt om de muziek snel voorwaarts te doorzoeken en houd de  toets op de afstandsbediening of de Ú terugspringtoets op het voorpaneel ingedrukt om de muziek snel terugwaarts te doorzoeken. Tijdens het handmatig zoeken zal het geluid wel hoorbaar zijn, maar het klinkt minder luid. Zo kunt u aan de hand van het versneld weergegeven geluid precies de gewenste muziekpassage op de disc opzoeken. Wanneer u de gewenste passage hoort, laat u de toets los om terug te keren naar de eerdere stand, weergave of pauze. or of NEDERLANDS De disc-lade komt naar buiten. Plaats de disc met het label omhoog wijzend voorzichtig op de schuif. De disc dient binnen de uitsparingen te liggen. Druk op de STOP (∑) toets. De stopfunktie wordt ingeschakeld. Geprogrammeerde weergave Middels geprogrammeerde weergave kunnen maximaal 20 muziekstukken (nummers) voor weergave in elke gewenste volgorde worden geprogrammeerd. ∑ Programmeren van gewenste muziekstukken Voorbeeld: In de stop muziekstukken 5 @ 2 @ 8 in deze volgorde programmeren. 1. Druk op de STOP (∑) toets. 2. Druk op de de PROGRAM toets. De CD-speler schakelt in de programmeerfunktie. De PGM indikator in het uitleesvenster licht op. 3. Druk afwisselend op de Ú SKIP Æ toets(en) en de PROGRAM toets in de volgende volgorde: (kies 5) (invoeren) (invoeren) (kies 8) (kies 2) (invoeren) 4. Druk op de CD PLAY (∏) toets. Het eerst geprogrammeerde muziekstuk begint te spelen. O Programmeren van nummers is alleen mogelijk als de speler op stop staat. O De nummers van uw muziekprogramma blijven in het geheugen bewaard, ook na afloop van de programma-weergave en nadat u de weergave onderbreekt met de STOP (∑) toets. O Wanneer u in de stopstand op de STOP (∑) toets drukt, worden de nummers van uw muziekprogramma uit het geheugen gewist. O Om de programmeerfunktie uit te schakelen, drukt u nogmaals op de programmeertoets. O Tijdens programma-weergave wordt er onder TOTAL REMAIN in het uitleesvenster de totale resterende speelduur van de geprogrammeerde muziekstukken aangegeven, vanaf het huidige punt in de weergave. O Als er muziekstuknummers boven de 32 zijn geprogrammeerd, kan de totale speelduur niet in het uitleesvenster worden aangegeven. (In plaats hiervan verschijnt er dan slechts "nn : nn" in het tijdvenster.) ∑ Aangeven van de programma-speelduur totale Tijdens het programmeren kunt u door indrukken van de TIME toets de totale programma-speelduur zien. Druk nogmaals op de TIME toets om de compact disc speler terug te zetten in de programmeerstand. ∑ Kontroleren van de nummers in uw muziekprogramma 1. Druk tijdens het programmeren op de CHECK kontroletoets. Het eerste geprogrammeerde muziekstuknummer verschijnt en het volgnummer "P-01" knippert in het uitleesvenster. 2. Telkens wanneer u op de CHECK toets drukt, licht het volgende geprogrammeerde muziekstuknummer op. Hierbij knippert steeds het "P-XX" volgnummer in het uitleesvenster. O Wanneer het laatste geprogrammeerde nummer is aangegeven, zal de volgende druk op de CHECK toets de compact disc speler terugzetten in de programmeerstand, zodat u nog meer nummers aan uw programma kunt toevoegen. O De muziekstuknummers die u in het geheugen hebt geprogrammeerd zullen worden aangegeven in de muziekkalender. De muziekkalender kan echter geen nummers boven de 20 aangeven. Als u hogere nummers programmeert, zal de "OVER" indikator oplichten. ∑ Wissen van een grammeerd nummer gepro- Druk op de CLEAR toets om het laatste geprogrammeerde nummer uit het geheugen te wissen. _ 74 _ ∑ Programmeren door weglaten van nummers Deze methode werkt precies andersom als het normale programmeren, door het weglaten van de muziekstuknummers die u bij het afspelen wilt overslaan. Gebruik deze weglaat-programmeerfunktie als u slechts enkele muziekstukken op een disc niet wilt horen. 1. Druk op de STOP (∑) toets. 2. Druk op de DELETE toets. De CD-speler komt nu in de weglaatprogrammeerstand. In het uitleesvenster lichten de "DELETE" en "PGM" indikators op. 3. Druk nu beurtelings op de ÚSKIP Æ toets(en) en de PROGRAM toets, in elke gewenste volgorde. 4. Druk op de CD PLAY (∏) weergavetoets. Nu begint de geprogrammeerde weergave, waarbij de ongewenste nummers worden overgeslagen. O In de weglaat-programmeerstand kunt u met een druk op de TIME toets de totale speelduur van de overgebleven muziekstukken zien. Druk nogmaals op de TIME toets om de CD-speler terug te zetten in de weglaat-programmeerstand. O Bij indrukken van de CHECK kontroletoets wordt het eerste overgeslagen nummer aangegeven. Telkens wanneer u op de CHECK toets drukt, licht het volgende overgeslagen muziekstuknummer op. Wanneer het laatste overgeslagen nummer is aangegeven, zal de volgende druk op de CHECK toets de CD-speler terugzetten in de programmeerstand, zodat u nog meer nummers kunt weglaten. O Druk op de CLEAR toets om het laatste weggelaten nummer uit het geheugen te wissen en het muziekstuk weer voor weergave beschikbaar te maken. O Wanneer u in de stopstand op de STOP (∑) toets drukt, worden de nummers van uw weglaat-programma uit het geheugen gewist. in willekeurige 1. Druk in de stopstand op de SHUFFLE toets. In het uitleesvenster licht de SHUFFLE indikator op. Herhaalfunktie De herhaalfunktie dient voor het herhalen van een enkel muziekstuk, de gehele compact disc of een gedeelte van de disc tussen twee door u gekozen punten (beginpunt en eindpunt). O Voor het uitschakelen van de herhaalfunktie drukt u nogmaals op de REPEAT 1/ALL toets. 2. Druk op de CD PLAY (∏) weergavetoets. Alle muziekstukken op de compact disc worden nu in willekeurige volgorde weergegeven. ∑ Herhalen van een enkel muziekstuk (REPEAT 1 - enkele herhaalfunktie) 1. Druk op de REPEAT 1/ALL toets. In het uitleesvenster lichten de "REPEAT" en "SINGLE" indikators op. O Druk tijdens de willekeurige weergavefunktie op de Æ toets om willekeurig een ander muziekstuk in te stellen. Druk op de Ú toets om het spelende muziekstuk weer vanaf het begin weer te geven. O Een muziekstuk kan na weergave niet met deze funktie worden herhaald. O Druk tijdens willekeurige weergave nogmaals op de SHUFFLE toets om de willekeurige weergavefunktie te annuleren. De muziekstukken worden vanaf het spelende muziekstuk in hun normale volgorde weergegeven. 2. Kies met de Ú of Æ toets het muziekstuk dat u wilt herhalen. Het gekozen muziekstuk wordt weergegeven, aan het eind ervan gaat de CD-speler terug naar het begin van het muziekstuk en dan begint de weergave opnieuw. Zo zal het gekozen muziekstuk meermalen achtereen worden afgespeeld. Snelheidsregelaar U kunt de weergavesnelheid regelen, zodat de toonhoogte van het gereproduceerde geluid verandert. De snelheidsregelaar (PITCH CONTROL) functioneert alleen wanneer het toestel gestopt is. Wanneer de toets voor de snelheidsregelaar wordt ingedrukt, gaat de indikator voor de snelheidsregelaar branden. Door de snelheidsregelaar vervolgens naar rechts te draaien zal de weergavesnelheid hoger worden, wat zal resulteren in een hogere klank. Door de snelheidsregelaar naar links te draaien, zal de weergavesnelheid dalen, waardoor ook de toonhoogte van het weergegeven geluid zal dalen. ∑ Herhalen van een gehele compact disc (REPEAT ALL volledige herhaalfunktie) 1. Druk tweemaal op de REPEAT 1/ALL toets. In het uitleesvenster lichten de "REPEAT" en "ALL" indikators op. 2. Druk op de CD PLAY (∏) weergavetoets. De compact disc wordt nu in zijn geheel weergegeven, aan het eind ervan gaat de CD-speler helemaal terug naar het begin van het eerste muziekstuk om daar opnieuw te beginnen en zo wordt de gehele CD herhaaldelijk weergegeven. ∑ Herhalen van een door u gekozen gedeelte (REPEAT A-B herhaalfunktie) 1. Start de weergave vanaf elk gewenst punt vóór het te herhalen gedeelte. 2. Kies het punt van waaraf u de weergave wilt herhalen (beginpunt A) en druk daar op de A-B toets. In het uitleesvenster lichten de "REPEAT" en "A-" indikators op en gaat de "B" indikator knipperen om aan te geven dat punt A in het geheugen is vastgelegd. 3. Wanneer het eindpunt van het te herhalen gedeelte wordt bereikt, drukt u nogmaals op de A-B toets om punt B vast te leggen. Nu stopt de "B" indikator met knipperen en blijft branden om aan te geven dat de A-B herhaalfunktie is ingeschakeld. De CD-speler keert nu automatisch naar punt A terug en begint daar weer met weergave. Bij het opnieuw bereiken van punt B keert de CD-speler weer terug naar punt A en zo blijft dit zich herhalen. O Na het vastleggen van beginpunt A kunt u het eindpunt B ook sneller opzoeken met de Ò of Æ toets, in plaats van te wachten tot het punt met de normale weergave wordt bereikt. O Druk tijdens de A-B weergave nogmaals op de A-B toets om deze herhaalfunktie uit te schakelen. Muziekstuk Beginpunt A Muziekstuk Eindpunt B ∑ Herhalen van de geprogrammeerde weergave U kunt de herhaalfunktie ook inschakelen tijdens geprogrammeerde weergave. Om alle geprogrammeerde muziekstukken te herhalen, drukt u tweemaal op de REPEAT 1/ALL toets. (Kontroleer of hierbij de "REPEAT" en "ALL" indikators oplichten in het uitleesvenster.) Geprogrammeerde muziekstukken O Als de snelheidsregelaar helemaal naar rechts is gedraaid, zal de snelheid met ongeveer 12% zijn toegenomen. O Als de snelheidsregelaar helemaal naar links is gedraaid, zal de snelheid met ongeveer 12% zijn afgenomen. _ 75 _ NEDERLANDS Afspelen volgorde Aanduiding van de tijdteller In het tijdvenster kunnen verschillende tijdsaanduidingen worden aangegeven, als volgt. 1 Totale speelduur van de compact disc Na het sluiten van de disc-lade met daarin een compact disc wordt de totale speelduur van de disc en het totale aantal muziekstukken aangegeven. 2 Verstreken speelduur Zodra de weergave begint wordt de verstreken speelduur van het weergegeven muziekstuk in minuten en seconden aangegeven. 3 Resterende speelduur (REMAIN) Bij eenmaal indrukken van de TIME toets verschijnt de resterende speelduur van het weergegeven muziekstuk. Zo kunt u gemakkelijk kontroleren hoe lang het muziekstuk nog duurt. 4 Totale resterende speelduur (TOTAL REMAIN) Bij tweemaal indrukken van de TIME toets verschijnt de totale resterende speelduur op de gehele compact disc. De aangegeven tijd is het totaal vanaf het punt van weergave tot het eind van de disc; tijdens de weergave blijft de tijdteller terugtellen naar "00:00". TOTAAL VERSTREKEN Automatische intervalfunktie Als deze fuktie is bijgeschakeld, zal automatisch tussen de afzonderlijke muziekstukken een interval van 4 sekonden worden aangebracht. De funktie wordt geaktiveerd door op de AUTO SPACE toets te drukken zodat de A.SPACE indikator in het uitleesvenster oplicht. Als de AUTO SPACE toets hierna opnieuw wordt ingedrukt, zal de funktie worden uitgeschakeld en de bijbehorende indikator doven. Intro-weergave De intro-weergave speelt achtereenvolgens van ieder muziekstuk alleen de eerste 10 sekonden. 1. Druk op de INTRO CHECK toets. De INTRO en ∏ indikators verschijnen. 2. Druk nogmaals op de INTRO CHECK toets om de intro-weergave te annuleren. O De intro-weergave is tevens bruikbaar in kombinatie met de SHUFFLE, PROGRAM en REPEAT ALL funkties. ENKEL RESTEREND TOTAAL RESTEREND O Na driemaal indrukken van de TIME toets verschijnt weer een optellende tijd. Dit is weer de verstreken speelduur, zoals aangegeven bij 2. O Als tijdens het normale afspelen een muziekstuk met een nummer hoger dan 32 wordt weergegeven, dan kan de tijdteller niet de resterende speelduur aangeven, ook al drukt u op de TIME toets. In plaats van de tijd zal er dan "nn:nn" in het tijdvenster verschijnen. _ 76 _ Enkel-nummer weergave 1. Druk op de SINGLE toets. In het uitleesvenster licht de "SINGLE" indikator op. 2. Zoek het gewenste muziekstuk op met de Ú SKIP Æ verspring/ zoektoetsen. 3. Nu wordt alleen het gekozen muziekstuk weergegeven en dan keert de CD-speler terug in de stopstand. O Om de SINGLE enkel-nummer weergave uit te schakelen, drukt u nogmaals op de SINGLE toets. Bediening van het cassettedeck Afspelen Ingangsniveauregelaar (INPUT) 1. Druk de POWER schakelaar in. 2. Stel met de REV MODE schakelaar in op de gewenste omkeerfunktie. Stand schakelaar Tellernulsteltoets (COUNTER RESET) Stoptoets (STOP) Opnametoets (RECORD) Bandloop Afspelen van een enkele cassettekant KANT A KANT B KANT A STOP KANT B Na vijfmaal volledig afspelen stopt de bandloop. Plaatsen van een cassette 1. Trek eventuele lussen in de band strak met uw vinger of een potlood zoals afgebeeld. Opmerking: Raak de band zelf niet aan. Vingerafdrukken trekken namelijk stof en vuil aan. 2. Druk op de uitwerptoets (∫)* om de cassettehouder te openen. 3. Plaats een cassette met de kant waar de band bloot ligt naar beneden gericht. 4. Sluit de cassettehouder voorzichtig. *Opmerkingen: ODe cassettehouder kan tijdens opname of weergave niet worden geopend. ODe cassette kan mogelijk niet worden uitgenomen indien het apparaat tijdens weergave of opname werd uitgeschakeld. U dient in zo'n geval eerst het apparaat weer aan te schakelen en vervolgens nogmaals op de uitwerptoets te drukken. Geluidsbron-keuzeschakelaar (SOURCE) Aan/uitschakelaar Omkeerfunktieschakelaar (POWER) (REV MODE) Cassette-uitwerptoets (EJECT) Dolby ruisonderdrukkingsschakelaar (DOLBY NR) Opnemen 1. Druk de POWER schakelaar in de AAN stand. 2. Stel met de REV MODE schakelaar in op de gewenste omkeerfunktie. O Als u op beide kanten van de cassette wilt opnemen, zet u de REV MODE schakelaar in de π of ø stand. O Als u aan de achterkant met opnemen begint door indrukken van de ú ” , toets, dan zal het opnemen altijd stoppen aan het einde van de achterkant. O Zet de omkeerfunktieschakelaar in de “ stand als u slechts op een enkele kant van de cassette wilt opnemen. 3. Plaats een voor opnemen geschikte cassette in de houder. O Kontroleer eerst even of de wispreventienokjes van de cassette in orde zijn. Ontbreekt er een nokje, plak de ontstane uitsparing dan af met een stukje plakband. 4. Kies met de SOURCE schakelaar de geluidsbron die u wilt opnemen. O Bij instellen op "CD" zal er worden opgenomen vanaf de ingebouwde compact disc speler. O Bij instellen op "LINE" zal het geluidssignaal dat binnenkomt via de "LINE INPUT" aansluitingen worden opgenomen. 5. Zet de DOLBY NR schakelaar naar keuze op ON/OFF voor ruisonderdrukking of niet. 6. Druk op de RECORD opnametoets en het cassettedeck komt in de opnamepauzestand (waarbij de REC en ƒ indikators oplichten). _ 77 _ 7. Stel het opnameniveau zodanig in met de INPUT regelaar dat de niveaumeters bij de luidste op te nemen geluiden net tot aan de "0 dB" uitslaan (voor normaalbandof chroombandcassettes) of net tot aan het "+3 dB" punt (voor metaalband-cassettes). Metaalband Normaalof chroomband 8. Druk op de ƒ pauzetoets wanneer u met opnemen wilt beginnen. O Om het opnemen tijdelijk te onderbreken, drukt u op de ƒ pauzetoets. Om het opnemen daarna te hervatten, drukt u nogmaals op de ƒ pauzetoets of op de ” of ∏ weergavetoets. Als u tijdens de opnamepauzestand op de weergavetoets drukt waarvan het ” of ∏ lampje brandt, begint het opnemen onmiddellijk; drukt u echter op de weergavetoets waarvan het” of ∏ lampje niet brandt, dan verandert alleen de bandlooprichting; om te beginnen met opnemen drukt u dan nogmaals op dezelfde toets. O Om te stoppen met opnemen drukt u op de STOP (∑) toets. NEDERLANDS 3. Plaats een bespeelde cassette in de houder met de open bandzijde omlaag en de af te spelen kant A naar u toe gericht. 4. Zet de DOLBY NR schakelaar naar keuze op ON/OFF voor ruisonderdrukking of niet. 5. Druk op de ” of ∏ toets om te beginnen met afspelen. 6. Stel de geluidssterkte naar wens in met de volumeregelaar van de versterker. O Om te stoppen met afspelen drukt u op de STOP (∑) toets. Uitwissen Een eerder gemaakte opname zal automatisch worden gewist door er een nieuwe opname overheen aan te brengen. Verder kan opgenomen materiaal ook worden gewist door een opname te maken met de INPUT regelaar op "0". LET OP: Het opnemen van voorbespeelde cassettes, grammofoonplaten of ander geluidsmateriaal kan een inbreuk op de auteursrechtwetgeving inhouden. Stel u daarom op de hoogte van deze wetten alvorens op te nemen. Bandteller De bandteller telt op wanneer de band in voorwaartse richting loopt en telt terug tijdens het terugspoelen van de band. Om een punt op de band terug te vinden kunt u de bandteller op nul zetten met een druk op de COUNTER RESET nulsteltoets, zodat het tellervenster "0000" aangeeft. Nulpunt-terugkeerfunktie (RTZ) Met een druk op de RTZ (Return To Zero) nulpunt-terugkeertoets kunt u een eerder vastgelegd nulpunt op de band opzoeken, zodat de bandloop automatisch stopt bij "0000". Snelheidsfijnregeling Tijdens afspelen kunt u de snelheid van de bandloop bijregelen en daarmee de toonhoogte van het opgenomen of weergegeven geluid. Door de PITCH CONTROL regelaar rechtsom te draaien verhoogt u de bandsnelheid en dus de toonhoogte. Door de regelaar linksom te draaien verlaagt u de bandsnelheid en dus de toonhoogte. O Met de regelaar geheel naar rechts gedraaid loopt de band ongeveer 12% sneller dan normaal. O Met de regelaar geheel naar links gedraaid loopt de band ongeveer 12% langzamer dan normaal. Snelspoelen In de stopstand kunt u de  en Ò toetsen gebruiken om de band snel terug of vooruit te spoelen. O Tijdens het afspelen van een cassette werken deze toetsen als "CPS" muziekzoektoetsen. of or O De nulpunt-terugkeerfunktie zal niet werken wanneer de bandteller een waarde tussen "9996" en "0004" aangeeft. Muziekzoekfunktie (CPS = Computomatic Program Search) Met de CPS zoekfunktie kunt u snel en gemakkelijk een ander muziekstuk opzoeken en afspelen, tot 15 nummers verder of eerder op de band dan het weergegeven muziekstuk. Deze funktie werkt door het herkennen van onbespeelde bandgedeelten van minstens 4 seconden lang tussen de muziekstukken. Dergelijke tussenruimtes kunt u tijdens opnemen zelf invoegen met behulp van de REC MUTE opnamedemping. Opmerkingen: O In de volgende aanwijzingen 1 en 2 wordt voor het gemak alleen de uitleg gegeven voor voorwaartse weergave (in de ∏ richting). U kunt de funktie echter net zo gebruiken tijdens "terugwaartse" weergave. O De Ò vooruitspoeltoets en de  terugspoeltoets werken tijdens weergave als "CPS" muziekzoektoetsen. Daarom staat er op het voorpaneel boven deze toetsen "/Ú Æ/Ò" aangegeven, terwijl er op de afstandsbediening slechts "" en "Ò" staat. In de volgende uitleg gebruiken we voor de duidelijkheid alleen de aanduidingen "" en "Ò". 1. Druk tijdens voorwaartse weergave net zo vaak op de  of Ò toets totdat het aantal muziekstukken dat u wenst over te slaan in het uitleesvenster wordt getoond. Gebruik de  toets voor doorspoelen naar een verder gelegen muziekstuk, en de Ò toets voor terugspoelen naar een eerder gelegen muziekstuk. Zie tevens het overzicht "Kiezen van het gewenste muziekstuk met het CPS muziek-zoeksysteem". O Indien u per ongeluk te vaak op bijvoorbeeld de Ò toets heeft gedrukt, dan kunt u het aantal muziekstukken dat in het uitleesvenster wordt getoond verminderen door net zo vaak als vereist op de  toets te drukken. O Bij het drukken op de Ò toets zal het volgende muziekstuk als nummer "1" worden geteld. Bij het drukken op de  toets is het spelende muziekstuk echter nummer "1". 2. De band spoelt nu door naar het begin van het muziekstuk dat het gekozen aantal muziekstukken verder ligt, waarna automatisch op weergave wordt overgeschakeld. _ 78 _ Opnamedemping Kiezen van het gewenste muziekstuk met het CPS muziekzoeksysteem Voorbeeld: Zie (1). Kies "CP03" voor het 3de muziekstuk na de huidige positie van de band. (1) (2) Huidige positie van de band 3 1 2 1 ’ ’ t Bandlooprichting 3 2 ’ ’ ’ Volgend Voorgaand In voorbeeld (1) zal onderbreking "t" niet worden meegeteld indien deze korter dan 4 sekonden is. Stel in dat geval "CP-02" in plaats van "CP-03" in om door te spoelen naar het 3e muziekstuk. (3) 3 2 Huidige positie van de band 1 1 ’ (4) 2 Bandlooprichting 3 ’ Volgend ∑ Automatische intervalfunktie voor blanco intervallen van 4 seconden (tijdens opname) Voorgaand Druk tijdens opname op de REC MUTE toets. De band blijft lopen en een blanco interval van 4 seconden wordt opgenomen (de REC indikator knippert). Hierna schakelt het deck automatisch in opnamepauze (zowel de RECORD als de PAUSE (ƒ) indikators lichten op). Druk op de PAUSE toets om de opname vervolgens te hervatten (de PAUSE indikator dooft). ∑ Automatische intervalfunktie voor blanco intervallen van 4 sekonden (tijdens opnamepauze) Door tijdens de opnamepauzefunktie op de REC MUTE toets de drukken zal de bovenstaande interval-opnamefunktie automatisch in werking worden gesteld. Het deck zal vervolgens terugschakelen in opnamepauze, klaar voor verdere opnamen. ∑ Opnemen van een blanco interval van meer dan 4 seconden Houd de REC MUTE toets tijdens opname voor een langere periode ingedrukt. Een blanco passage van gelijke lengte zal op band worden aangebracht. Laat de toets los om in de opnamepauzefunktie over te schakelen. Druk op de PAUSE (ƒ) toets om hierna de opname te hervatten. O Indien u tijdens het opnemen van een blanco interval (terwijl de REC indikator knippert) opnieuw op de REC MUTE toets drukt, zal de blanco-opname stoppen en de opname direkt worden voortgezet. NEDERLANDS Opmerkingen aangaande het CPS muziekzoeksysteem Het CPS systeem werkt door het tellen van blanco passages van meer dan 4 sekonden en neemt daarbij aan dat deze tussen muziekstukken in liggen. Hierdoor zal in de volgende gevallen het CPS systeem mogelijk niet naar behoren funktioneren. O Als de intervallen tussen muziekstukken niet waarneembaar zijn: – Intervallen van minder dan 4 sekonden lengte. – Veel ruis in het interval. – Zeer lange rustige passages (zoals b.v. in klassieke muziek) _ 79 _ Opnemen van compact discs op cassette Met de CD-synchroonopnamefunktie kunt u op eenvoudige wijze muziek van compact discs op cassette opnemen. 1. Leg een CD in de disc-lade. 2. Plaats een voor opnemen geschikte cassette in de houder. 3. Zet de DOLBY NR schakelaar naar keuze op ON/OFF voor ruisonderdrukking of niet. O Bij de CD-synchroonopnamefunktie is de stand van de INPUT niveauregelaar niet van invloed op het opgenomen geluid, aangezien het opnameniveau hierbij automatisch wordt ingesteld. ∑ Kiezen van muziekstukken op CD voor opname op cassettekant A of B (A-B cassettekant-opname) Met de A-B cassettekant-opname kunt u muziekstukken van een CD kiezen voor opname op cassettekant A of B. 1. Druk op de PROGRAM toets. or of 2. Druk op de A-B toets. ∑ Opnemen vanaf het begin van de cassette Druk in de stopstand op de CD SYNC toets. De "A-" indikator gaat knipperen en de "B" indikator licht op in het uitleesvenster, om aan te geven dat de CD-speler nu in de "cassettekant-A programmeerstand" staat. De cassetteband wordt dan teruggespoeld naar het begin van kant A, de bandteller komt op "0000" te staan en de CD-speler wacht aan het begin van het eerste muziekstuk in de weergave-paraatstand. Nu gaat eerst de band ongeveer 10 seconden lang lopen zonder opname (om de aanloopband door te draaien) en dan begint het cassettedeck met opnemen terwijl de CD-speler de weergave van de CD start. 3. Programmeer de gewenste muziekstukken voor opname op cassettekant A. ∑ Opnemen vanaf een ander gewenst punt op de band 1. Spoel de band door tot het punt waar u de nieuwe bandopname wilt laten beginnen en druk daar op de STOP (∑) toets. 2. Druk op de RECORD opnametoets. Het cassettedeck komt in de opnamepauzestand. 3. Druk op de CD SYNC opnametoets. Het opnemen van de CD muziek op de cassette begint dan vanaf het gekozen punt op de band. O Tijdens het CD SYNC opnemen werken alleen nog de CD STOP toets, de TAPE STOP toets, de OPEN/CLOSE toets en de TIME toets. Volg de aanwijzingen vanaf stap 3 onder "Geprogrammeerde weergave" op blz. 74. O Voor het aangeven van de totale programma-speelduur drukt u in de programmeerstand op de TIME toets. Dit maakt het u gemakkelijk om de totale programma-speelduur aan te passen aan de beschikbare bandlengte. Druk nogmaals op de TIME toets om de CD-speler terug te zetten in de programmeerstand. 4. Druk nogmaals op de A-B toets. Nu blijft de "A-" indikator branden en gaat de "B" indikator knipperen in het uitleesvenster, om aan te geven dat de CD-speler nu in de "cassettekant-B programmeerstand" staat. 5. Programmeer de gewenste muziekstukken voor opname op cassettekant B. O Door in de cassettekant-B programmeerstand nogmaals op de A-B toets te drukken, kunt u de CD-speler terugzetten in de cassettekant-A programmeerstand. _ 80 _ 6. Druk op de CD SYNC toets. De cassetteband wordt dan teruggespoeld naar het begin van kant A, de bandteller komt op "0000" te staan en de CD-speler komt in de weergaveparaatstand, aan het begin van het eerste muziekstuk van uw cassettekantA programma. Vervolgens gaat eerst de band ongeveer 10 seconden lang lopen zonder opname (om de aanloopband door te draaien) en dan begint het cassettedeck met opnemen terwijl de CD-speler de weergave van uw CDmuziekprogramma start. O Door op de RECORD opnametoets te drukken voor u op de CD SYNC toets drukt, kunt u het opnemen laten beginnen vanaf het huidige punt op de band (dus zonder de band naar het begin terug te spoelen). O Als er voor het laatste muziekstuk aan cassettekant A te weinig ruimte is en de band eindigt voordat er 01:30 (anderhalve minuut) van het CDmuziekstuk is afgespeeld, dan wordt hetzelfde muziekstuk als eerste op cassettekant B opgenomen (behalve bij de A-B cassettekant-opname). O Wanneer het afspelen van de CD-speler stopt, wordt ook de CD SYNC opnamefunktie uitgeschakeld. O Als het einde van cassettekant B wordt bereikt vóór de de CD-speler klaar is met afspelen, dan wordt de CD SYNC opnamefunktie uitgescha-keld. Doorlopende weergave van compact disc en cassette Schakelklok-funkties De doorlopende afspeelfunktie zorgt dat er, zodra het afspelen van de CD-speler of het cassettedeck stopt (of wordt onderbroken), onmiddellijk wordt doorgegaan met weergave van de andere geluidsbron (cassette of compact disc). Dit apparaat is geschikt voor opnemen en afspelen met een schakelklok. Door het aansluiten van een los verkrijgbare audioschakelklok kunt u het opnemen en afspelen automatisch laten beginnen op een van tevoren ingesteld tijdstip. 1. Druk op de CD-TAPE CONT PLAY doorlopende-weergavetoets. ∑ Schakelklok-weergave van een compact disc of cassette 2. Druk (bijvoorbeeld) weergavetoets. op de CD- Het afspelen van de compact disc begint. De aanduiding "CD" blijft in het uitleesvenster knipperen. 3. Zodra nu de weergave van de CD eindigt, gaat automatisch het cassettedeck door met afspelen. Nu gaat in het uitleesvenster de aanduiding "TAPE" knipperen. Vervolgens zal na afloop van de weergave de andere geluidsbron het afspelen weer overnemen. O Het maakt niet uit of de ene geluidsbron (compact disc of cassette) geheel is afgespeeld of wordt onderbroken door indrukken van de STOP (∑) toets, de andere geluidsbron zal automatisch het afspelen vervolgen. O In de stopstand kunt u zonder bezwaar een andere cassette of een andere compact disc plaatsen. O Om de doorlopende afspeelfunktie uit te schakelen, drukt u nogmaals op de CDTAPE CONT PLAY toets. 5. Stel op de aangesloten audioschakelklok de gewenste inschakeltijd en uitschakeltijd in. Wanneer u deze instellingen naar behoren hebt gemaakt, wordt de stroomvoorziening van alle betrokken apparatuur automatisch uitgeschakeld. 6. Bij het bereiken van de ingestelde inschakeltijd wordt de stroom weer ingeschakeld en begint automatisch het afspelen van de gekozen geluidsbron. Audio-schakelklok naar de netuitgang van de schakelklok Tuner naar de netuitgang van de tuner Versterker naar de netuitgang van de versterker CD-A700 ∑ Schakelklok-opname 1. Stel uw versterker in op weergave van een geluidsbron die u op dit cassettedeck kunt opnemen. 2. Kies de op te nemen geluidsbron (FMradio, AM-radio enz.). 3. Plaats een voor opnemen geschikte cassette en zet de "TIMER" schakelaar in de "REC" stand. 4. Stel op de aangesloten audioschakelklok de gewenste inschakeltijd en uitschakeltijd in. Wanneer u deze instellingen naar behoren hebt gemaakt, wordt de stroomvoorziening van alle betrokken apparatuur automatisch uitgeschakeld. 5. Bij het bereiken van de ingestelde inschakeltijd wordt de stroom weer ingeschakeld en begint automatisch het opnemen van de gekozen geluidsbron. _ 81 _ NEDERLANDS In het uitleesvenster gaan de "TAPE" en "CD" indikators knipperen. 1. Sluit dit apparaat en uw stereoinstallatie aan op een audioschakelklok, zoals aangegeven in de volgende afbeeldingen. 2. Schakel alle betrokken apparatuur in, met de aan/uit-schakelaars (POWER) in de AAN stand. 3. Plaats een bespeelde cassette of de af te spelen compact disc. 4. Zet de TIMER schakelklok-schakelaar naar keuze in de "CD" of "TAPE" stand. Aansluiten van de schakelklok Verhelpen van storingen Mocht er zich met dit apparaat een probleem voordoen, dan kunt u dezelfde werkwijze volgen als voor andere elektrische of elektronische apparatuur. Kontroleer altijd eerst de mogelijke oorzaken die het meest voor de hand liggen. Als leidraad kunt u bijvoorbeeld de volgende kontrolepunten doornemen: Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Algemeen Bij indrukken van de POWER schakelaar wordt het apparaat niet ingeschakeld. De netsnoerstekker zit niet goed in het stopkontakt. Steek de stekker stevig in een werkend stopkontakt. Een storende bromtoon. Een van de tulpstekkers is niet stevig aangesloten. Steek alle tulpstekkers stevig in de aansluitbussen. Storing in de radio-ontvangst. Het apparaat staat te dicht bij de tuner. Zet dit apparaat en de tuner iets verder uit elkaar of schakel dit apparaat uit. Er wordt geen geluid weergegeven. Er is iets mis met de aansluitingen van de stereo-installatie. Kontroleer de aansluitingen. De afstandsbediening werkt niet. De POWER schakelaar staat nog in de UIT stand. Druk de schakelaar in de AAN stand. Er zitten geen batterijen in de afstandsbediening of ze zijn leeg. Plaats een stel nieuwe batterijen in de afstandsbediening. De disc ligt ondersteboven in de disc-lade. Leg de compact disc met de label-kant boven. De compact disc is vuil. Maak de compact disc schoon. Er wordt geen geluid weergegeven. Er is iets mis met de aansluitingen van de stereo-installatie. Kontroleer de aansluitingen. Geen compact disc weergave. Het cassettedeck staat in de weergavestand. Stop het afspelen van het cassettedeck, of verbind de CD LINE OUT stekkerbussen met de ingangen van de versterker. Er wordt maar een enkel muziekstuk weergegeven. De SINGLE toets is ingedrukt. Druk nogmaals op de toets om de enkel-nummer weergave uit te schakelen. Het muziekprogramma wordt niet weergegeven. De PROGRAM toets is niet ingedrukt. Druk op de toets zodat het uitleesvenster "PGM" aangeeft. De weergave stottert of springt over. De CD-speler staat bloot aan trillingen of schokken. Zet het apparaat op een stevige, trillingsbestendige ondergrond. De compact disc is vuil. Maak de compact disc schoon. De snelheidsregelaar is verdraaid. Zet de snelheidsregelaar terug in het midden. De bandkoppen zijn vuil. Maak de bandkoppen schoon. De bandkoppen zijn gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen met de TEAC E-3. De DOLBY NR schakelaar staat in de verkeerde stand. Zet de schakelaar om. De weergave klinkt vreemd. De snelheidsregelaar is verdraaid. Zet de snelheidsregelaar terug in de middenpositie. Het opnemen werkt niet. Een of beide wispreventienokjes van de geplaatste cassette zijn uitgebroken. Plak de ontstane uitsparing(en) af met plakband. De bandkoppen zijn vuil. Maak de bandkoppen schoon. Compact disc speler De geplaatste CD wordt niet afgespeeld. Vreemde weergave. Cassettedeck De geluidskwaliteit is beneden peil. _ 82 _ Onderhoud Technische gegevens De koppen en de onderdelen waarlangs de band loopt dienen geregeld schoongemaakt en gedemagnetiseerd te worden. Compact disc speler O Breng koppenreinigingsvloeistof* aan op een wattenstaafje of een zachte doek en wrijf voorzichtig over de koppen, windassen en alle metalen onderdelen waarlangs de band loopt. O Reinig tevens de aandrukrollen m.b.v. rubberreinigingsvloeistof*. * Beide zijn verkrijgbaar als TEAC HC-2 en RC-2 in de V.S. en als TEAC TZ-261 cassetterecorder-reinigingsset in andere landen. Aandrukrollen Windassen Wiskop Opname/weergavekop Demagnetiseren van de koppen Zorg er allereerst voor dat de spanning uitgeschakeld is. Demagnetiseer vervolgens de koppen m.b.v. de TEAC E-3 demagnetiseerder of een gelijkwaardig apparaat. Lees de bijbehorende aanwijzingen voor details. (Signaalverwerking) Bemonsteringsfrekwentie: 44,1 kHz Digitaal-analoog omzetter: 16-bit lineair/kanaal Kanaal-bitverwerking: 4,3218 Mb/sec. Kanaal-modulatiecode: EFM Foutcorrectie: CIRC (Aftastkop) Type: Objektieflensaandrijving, optische 3stralen laser pick-up Objektiefelens: 2-dimensionale parallelaandrijving Lasertype: Halfgeleider laser van het GaAlAs type Golflengte: 780 nm Cassettedeck Spoorsysteem: 4 sporen, 2 kanalen stereo Bandkoppen: Opname/weergavekop x 1 (roterend voor omkering), wiskop x 1 Geschikt voor cassettes: C-60, C-90 compact cassettes Bandsnelheid: 4,76 cm/sec. Motor: Gelijkstroom-servomotor x 1 Snelheidsfluktuaties: 0,08% (W. RMS) Bandsnelheidsregeling: ± 12% Frekwentiebereik (totaal): 50 – 15.000 Hz ± 3 dB, metaalband 50 – 15.000 Hz ± 3 dB, chroomband 50 – 14.000 Hz ± 3 dB, normaalband Signaal/ruisverhouding (totaal): 59 dB (zonder Dolby ruisonderdrukking, bij 3% THV, gewogen), 69 dB (met Dolby ruisonderdrukking, boven 5 kHz) Snelspoeltijd: Ca. 120 sec. (met C-60 cassette) Ingangsspanning: Lijningangen; 87 mV (ingangsimpedantie 50 kohm of meer) Uitgangsspanning: Lijnuitgangen; 0,46 V (belastingsimpedantie 50 kohm of meer) Hoofdtelefoon; 1 mV/8 ohm Algemeen Stroomvoorziening: 120/230 V wisselstroom, 50/60 Hz (model voor de V.S./Canada/algemeen exportmodel) 230 V wisselstroom, 50 Hz (model voor Europa/Groot-Brittannië) 240 V wisselstroom, 50 Hz (model voor Australië) Stroomverbruik: 14 watt Afmetingen (b/h/d): 483 x 133 x 270 mm Gewicht: 6,4 kg Bijgeleverd toebehoren: Infrarood-afstandsbediening RC-A500, batterijen (SUM-3, R6, AA-formaat) x 2, stel schroeven voor inbouwrekmontage O Wijzigingen door verbetering in ontwerp en technische gegevens voorbehouden, zonder kennisgeving. O De foto's en afbeeldingen kunnen licht afwijken van de uiteindelijke productiemodellen. NEDERLANDS Reinigen van de onderdelen waarlangs de band loopt (Audio) Aantal kanalen: 2 Frekwentiebereik: 10 - 20.000 Hz ± 0,5 dB Signaal/ruisverhouding: 90 dB Dynamisch bereik: 90 dB Totale harmonische vervorming: 0,02% (1 kHz) Snelheidsfluktuaties: Onmeetbaar gering (door kwartskoppeling) Kanaalscheiding: 75 dB Bandsnelheidsregeling: ± 12% Uitgangsspanning: 2 V rms Digitaal filter: 4-voudige overbemonstering Analoog filter: 3de orde _ 83 _
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84

Tascam CD-A700 de handleiding

Categorie
CD spelers
Type
de handleiding