Bauknecht 045 404 10 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
12
NL INHOUD
INSTALLATIE
PAGINA
13
ELEKTRISCHE AANSLUITING
PAGINA
16
ALVORENS DE APPARATEN TE GEBRUIKEN
PAGINA
17
TIPS VOOR HET BESPAREN VAN ENERGIE
PAGINA
17
MILIEUTIPS
PAGINA
17
VOORZORGSMAATREGELEN
EN ALGEMENE RICHTLIJNEN
PAGINA
18
DE KOOKPLAAT MET ACCESSOIRES
PAGINA
19
REINIGING EN ONDERHOUD VAN
TRADITIONELE ELEKTRISCHE KOOKPLATEN
PAGINA
19
REINIGING EN ONDERHOUD VAN
KOOKPLATEN VAN GLASKERAMIEK
PAGINA
19
HET OPSPOREN VAN STORINGEN
PAGINA
20
KLANTENSERVICE
PAGINA
20
13
Technische informatie voor
de installateur
Controleer of het apparaat niet is beschadigd
tijdens het transport.
De afmetingen van het bedieningspaneel en de
keukeneenheid worden aangegeven in de
afbeeldingen.
Let op: zorg er, voor een correcte werking van
het bedieningspaneel, voor dat dit precies in
het midden onder de kookplaat wordt
geïnstalleerd.
Montage van het bedieningspaneel (580 mm)
Belangrijk:
na de installatie moet het
bedieningspaneel door een houten afscheiding van de
onderkast worden afgeschermd
(A)
.
De afscheiding moet de toegang tot de geïnstalleerde
onderdelen verhinderen en mag uitsluitend door
middel van gereedschap worden verwijderd.
Plaats de steunen in de onderkast, lijn ze uit met
de voorkant ervan en bevestig ze door middel van
de 8 bijgeleverde schroeven
(B)
.
Breng de elektrische aansluitingen aan tussen het
bedieningspaneel en de kookplaat (zie het
hoofdstuk “Elektrische aansluiting”).
Plaats het bedieningspaneel in de uitsparing totdat
de steunen
(C)
in de veren vasthaken.
Voorkom dat de elektriciteitskabel klem raakt bij
het installeren van het bedieningspaneel.
INSTALLATIE
14
Montage van het bedieningspaneel (395 mm)
Belangrijk:
Na de installatie moet het
bedieningspaneel door een houten afscheiding van de
onderkast worden afgeschermd
(A)
.
De afscheiding moet de toegang tot de
geïnstalleerde onderdelen verhinderen en mag
uitsluitend door middel van gereedschap worden
verwijderd.
Breng de elektrische aansluitingen aan tussen het
bedieningspaneel en de kookplaat (zie het
hoofdstuk “Elektrische aansluiting”).
Het bedieningspaneel kan worden geïnstalleerd
op een kastpaneel met een dikte
(D)
tussen
16 en 24 mm.
Controleer, voordat u het bedieningspaneel
installeert, de dikte van het kastpaneel en stel de
afstandstukken in
(E)
(zie afbeelding hiernaast).
Schuif het bedieningspaneel in de uitsparing tot de
twee veren
(F)
en de twee afstandstukken
(E)
vastzitten.
INSTALLATIE
15
Kookplaat
De kookplaat moet in een werkblad met een
dikte tussen 20 en 50 mm worden
geïnstalleerd. Er mag zich niets tussen de
kookplaat en het bedieningspaneel bevinden
(kruiselingse rails, steunen enz.).
Als de kookplaat naast een kast wordt
geïnstalleerd, een ruimte van minstens 100 mm
vrij houden vanaf de zijkant van de kookplaat
tot aan de zijkant van de kast.
Maak een opening in het werkblad met de
afmetingen die worden weergegeven in het
afzonderlijk bijgeleverde productinformatieblad.
Bevestig de bijgeleverde sluiting, indien nog niet
aanwezig, op de opstaande rand van de kookplaat
nadat het contactoppervlak is gereinigd (zie
afbeelding).
Kookplaat met elektrische verwarmingsplaten
Als het werkblad van hout is, de bijgeleverde
klemmen bevestigen.
1.
Plaats de 4 veerklemmen
(G)
en bevestig ze op
de correcte plaats aan de onderkant van de
kookplaat.
2.
Bevestig de kookplaat in het werkblad.
Als het werkblad van marmer, plastic,
keramiek, natuursteen enz. is,
dient de
kookplaat te worden bevestigd met steunen
(H)
code 4819 310 18528 (verkrijgbaar via de
klantenservice).
1.
Plaats de steunen op de openingen en bevestig
ze met de bijgeleverde schroeven.
2.
Bevestig de kookplaat in het werkblad.
Kookplaat van glaskeramiek
N.B.:
verwijder de beschermfolie alvorens de
kookplaat te installeren.
Als het werkblad van hout is,
de bijgeleverde
veerklemmen en schroeven gebruiken.
1.
Plaats de 4 klemmen
(I)
zoals wordt aangegeven
en houd de gespecificeerde afmetingen aan.
2.
Bevestig de klemmen met schroeven
(L)
.
3.
Bevestig de kookplaat in het werkblad.
Als het werkblad van marmer, plastic,
keramiek, natuursteen enz. is
, dient de
kookplaat te worden bevestigd met steunen
(M)
code 4819 404 78697 (verkrijgbaar via de
klantenservice).
1.
Bevestig de kookplaat in het werkblad.
2.
Plaats de 4 steunen
(M)
zoals wordt aangegeven
in de afbeelding en overeenkomstig de dikte van
het werkblad.
3.
Draai de 4 schroeven
(N)
in de openingen
(O)
.
INSTALLATIE
16
Aansluiting van het bedieningspaneel
op de kookplaat
Controleer of de spanning op het typeplaatje
overeenkomt met de netspanning in uw
woning. U vindt het typeplaatje op het
bedieningspaneel en op het
productinformatieblad.
Gebruik een voedingskabel van het type
H05RR-F (minimumlengte 800 mm).
Verwijder het deksel
(P)
en sluit de
voedingskabel aan op het aansluitblok aan
de hand van de aanwijzingen in de tabel.
•Let op:
het bedieningspaneel is in de fabriek
ingesteld voor aansluiting 1. Raadpleeg voor
alle andere aansluitingen de tabel hieronder.
Sluit de 3-polige en de 4-polige connector
aan op de bijbehorende connectors van het
bedieningspaneel. De 3-polige connector
(Q)
bevindt zicht rechts achter op het
bedieningspaneel, de 4-polige connector
(R)
bevindt zich links op het bedieningspaneel
(zie afbeelding).
Sluit het geel/groengestreepte aardsnoer
()
(S)
van de kookplaat aan op de schroef
in de buurt van de 3-polige connector
(T)
.
WAARSCHUWING: NIET OP DE
NETSPANNING AANSLUITEN VOORDAT
U KLAAR BENT MET DE AANSLUITING
VAN HET BEDIENINGSPANEEL EN DE
KOOKPLAAT.
Monteer het bedieningspaneel in het
keukenblok. Controleer of het netsnoer niet
wordt afgeklemd.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
De installatie en de elektrische
aansluiting moeten worden uitgevoerd
door een gekwalificeerd vakman
overeenkomstig de instructies van de
fabrikant en de plaatselijk geldende
regels.
De installateur is verantwoordelijk voor
de correcte elektrische aansluiting van de
apparatuur en de inachtneming van de
veiligheidsvoorschriften.
Het apparaat moet op het elektriciteitsnet
worden aangesloten via een meerpolige
schakelaar met een afstand van ten
minste 3 mm tussen de contacten.
Het is wettelijk verplicht de apparatuur te
aarden.
Gebruik geen meervoudige adapters of
verlengkabels.
Nadat de apparaten zijn geïnstalleerd,
mogen de elektrische onderdelen niet
meer toegankelijk zijn.
Voedingsspanning Connectors:
aantal en afmeting
Elektrische aansluiting
1
230 V 1N ~ + 3 X 2,5 mm²
2
230 V 3 ~ +
4 X 1,5 mm²
3
400 V 2N ~ +
4 X 1,5 mm²
17
Om optimaal gebruik te maken van uw
nieuwe apparatuur, de instructies voor de
gebruiker goed doorlezen en bewaren voor
toekomstige raadpleging.
Verwijder de kartonnen onderdelen en de
plastic folie die ter bescherming zijn
aangebracht.
N.B.: wanneer het apparaat wordt gebruikt,
werkt de koelventilator voortdurend met één
van de twee snelheden, afhankelijk van de
temperatuur van de onderdelen.
Maximumsnelheid: bij hoge temperatuur van
de onderdelen.
Halve snelheid, pulserend: bij lage
temperatuur van de componenten.
De pulserende werking is normaal bij halve
snelheid. Het kan voorkomen dat de ventilator
nog enige tijd blijft werken nadat het apparaat
is uitgeschakeld, dit om te zorgen dat de
onderdelen en andere keukeneenheden in de
nabijheid voldoende afgekoeld worden.
De diameter van de bodem van de potten en
pannen moet even groot of iets groter zijn die
van de kookzone.
Gebruik alleen potten en pannen met een
platte bodem.
Houd tijdens het koken zoveel mogelijk het
deksel op de pan.
Kook groente, aardappelen enz. met weinig
water om de kooktijd zo kort mogelijk te
houden.
Met een snelkookpan kunt u nog meer
energie en tijd besparen.
1. Verpakking
Het verpakkingsmateriaal is voor 100%
recyclebaar, hetgeen wordt aangegeven
door het recyclingsymbool ( ).
2. Producten
De apparaten zijn vervaardigd van
recyclebaar materiaal. Volg de plaatselijke
voorschriften voor afvalverwerking op
wanneer u ze afdankt. Maak het apparaat
onbruikbaar door de voedingskabels door te
snijden.
.
ALVORENS DE APPARATEN TE GEBRUIKEN
TIPS VOOR HET BESPAREN VAN ENERGIE
OK!
NEE!
MILIEUTIPS
18
Koppel de apparaten van het elektriciteitsnet
voordat u begint met
onderhoudswerkzaamheden.
Houd kinderen uit de buurt van de apparaten
wanneer deze in gebruik zijn.
De apparaten mogen uitsluitend door een
gekwalificeerd installateur worden
gerepareerd of afgesteld.
Zorg ervoor dat de elektrische bedrading of
andere elektrische apparatuur in de buurt
van de kookplaat niet in contact komt met
hete onderdelen.
Traditionele elektrische kookplaat /
kookplaat van glaskeramiek
Schakel de verwarmingsplaten/kookzones
niet in als er geen pan op staat.
De kookplaat heeft verwarmingsplaten /
kookzones van verschillende afmetingen.
De diameter van de bodem van de pannen
moet even groot of iets groter zijn dan die van
de verwarmingsplaat/kookzone. Gebruik
pannen met een platte bodem. Het gebruik
van pannen met een holle of bolle bodem kan
de kookplaat beschadigen.
Gebruik de kookplaat niet als werkblad of als
steunvlak.
Blijf in de buurt van het apparaat tijdens het
frituren van voedsel - brandgevaar.
Specifieke aanbevelingen voor
kookplaten van glaskeramiek
Indien het oppervlak van glaskeramiek
mocht breken of als er barsten in komen door
hardhandige behandeling (vallende
voorwerpen enz.), de kookplaat niet meer
gebruiken en onmiddellijk contact opnemen
met de klantenservice.
Plaats geen voedsel verpakt in
aluminiumfolie, plastic bakjes of doeken op
de hete kookzones.
Verschuif de pannen niet over het oppervlak
van glaskeramiek - dit kan krassen
veroorzaken.
Zorg ervoor dat er geen suiker en dergelijke
op de kookplaat terechtkomt. Reinig, indien
nodig, de kookplaat grondig volgens de
instructies in deze handleiding.
Conformiteitsverklaring EG
Deze apparaten zijn ontworpen om in contact
te komen met levensmiddelen en zijn
ontworpen in overeenstemming met de
richtlijn 89/109/EEG.
Dit apparaat is alleen bedoeld voor het
bereiden van voedsel. Ieder andere
toepassing van de apparatuur (b.v.
verwarmen van een ruimte) wordt beschouwd
als oneigenlijk en is mogelijk gevaarlijk.
De apparaten zijn ontwikkeld, gefabriceerd
en op de markt gebracht in overeenstemming
met:
De veiligheidsvereisten van de
“Laagspannings”-richtlijn 73/23/EEG.
De beschermingsvereisten van de
EMC-richtlijn 89/336/EEG.
De vereiste van richtlijn 93/68/EEG.
Dit apparaat voldoet aan
brandbeschermingscategorie Klasse “Y”.
VOORZORGSMAATREGELEN EN
ALGEMENE RICHTLIJNEN
19
Kinderbescherming KBL 2
(uitsluitend voor kookplaten van 600 mm)
Dit accessoire is bij de klantenservice
verkrijgbaar; bestelnummer 4819 310 18436.
.
Koppel de kookplaat van het elektriciteitsnet en
laat hem afkoelen alvorens hem te reinigen.
Reiniging en onderhoud van een traditionele
kookplaat
Gebruik een doek en warm zeepsop.
Gebruik geen schuurmiddelen, bijtende
reinigingsmiddelen, chloorhoudende
reinigingsmiddelen of pannensponsjes.
Verwijder zuurhoudende middelen
onmiddellijk van de kookplaat (azijn, zout,
citroensap enz.).
Kookplaat van roestvrij staal
Gebruik een specifiek reinigingsmiddel voor
roestvrij staal.
N.B: langdurig gebruik van de kookplaat kan
leiden tot een lichte verkleuring van het
roestvrijstalen oppervlak rond de
verwarmingsplaten. Dit wordt veroorzaakt door
de hoge temperatuur van de verwarmingsplaten.
De verwarmingsplaten reinigen
Reinig de verwarmingsplaten als ze warm zijn
(niet heet!). Gebruik een doek bevochtigd met
water en zout. Drogen en reinigen met een doek
bevochtigd met slaolie.
Reinig de kookplaat, als deze is afgekoeld, na
ieder gebruik. Dit voorkomt aankoeken en
vereenvoudigt het reinigen.
Gebruik een schone doek, absorberend
keukenpapier en afwasmiddel of een
reinigingsmiddel dat geschikt is voor
kookplaten van glaskeramiek.
Verwijder aangekoekt vuil met de
bijgeleverde schraper en specifieke
reinigingsmiddelen.
Voedselresten moeten worden verwijderd
alvorens ze kunnen inbakken in het
oppervlak van glaskeramiek.
Gebruik geen schuurmiddelen,
bleekmiddelen, ovenreinigers of
pannensponsjes.
De kookplaat dient regelmatig behandeld te
worden met een beschermende was die
geschikt is voor kookplaten van
glaskeramiek.
DE KOOKPLAAT MET ACCESSOIRES
REINIGING EN ONDERHOUD VAN TRADITIONELE
ELEKTRISCHE KOOKPLATEN
REINIGING EN ONDERHOUD VAN
KOOKPLATEN VAN GLASKERAMIEK
20
De kookplaat werkt niet
Controleer of de kookplaat stroom krijgt.
Staat de bedieningsknop misschien op “0”?
Zet de schakelaar vóór het apparaat gedurende
enkele minuten op “OFF” en vervolgens weer op
“ON” om te zien of het probleem is opgelost.
Voordat u contact opneemt met de klantenservice:
1. Probeer of u het probleem zelf kunt verhelpen
(zie “Het opsporen van storingen”).
2. Schakel het apparaat uit en vervolgens weer in om
te zien of het probleem is opgelost.
Als dit niet helpt, contact opnemen met de
dichtstbijzijnde klantenservice.
Vermeld de volgende gegevens:
korte beschrijving van de storing.
Type en model van uw kookplaat.
Het servicenummer (nummer achter het woord
Service op het typeplaatje); dit nummer bevindt
zich aan de onderkant van de kookplaat of op het
productinformatieblad en aan de bovenkant van
het bedieningspaneel. De servicenummers zijn
ook aangegeven op het garantieboekje.
Uw adres en telefoonnummer.
HET OPSPOREN VAN STORINGEN
KLANTENSERVICE
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9

Bauknecht 045 404 10 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding