Pioneer AVIC EVO1 Handleiding

Type
Handleiding
Black plate (116,1)
Voorzorgen
Uw nieuwe product en deze
handleiding 117
Belangrijke veiligheidsvoorschriften 117
Verbinding
Voorzorgen voor het aansluiten van het
systeem 119
Voor u dit product inbouwt 119
Voorkomen van beschadigingen 120
Opmerking over de blauw/witte
draad 120
Meegeleverde onderdelen 122
Het stroomsnoer aansluiten 123
Beschrijving van de gekleurde kabels 124
Systeemcomponenten aansluiten 125
Het hoofdtoestel met het voorpaneel
verbinden 126
Aansluiten op een los verkrijgbare
eindversterker 127
Een iPod/iPhone of Android-apparaat
aansluiten 128
Identificatielabels bevestigen aan USB-
kabels 129
Een iPhone met Lightning-connector
aansluiten 129
Aansluiten via de USB-poort
(iPhone) 129
Een iPhone met 30-pens connector
aansluiten 130
Aansluiten via de AUX-ingang
(iPhone) 130
Een Android-apparaat aansluiten 130
Een achteruitkijkcamera aansluiten 131
De AUX-ingang gebruiken 132
Het achterdisplay aansluiten 133
Bij gebruik van een achterdisplay dat
op de achtervideo-uitgang is
aangesloten 133
Inbouwen
Voorzorgen voor installatie 134
Voorkomen van elektromagnetische
storingen 134
Voor de installatie 135
Installeren van dit product 135
Opmerkingen betreffende de
installatie 135
Installeren van de GPS-antenne 136
Opmerkingen betreffende de
installatie 136
De microfoon installeren 137
Na installatie
Na de installatie van dit product 138
<CRD4965-A>116
Inhoudsopgave
Nl
116
Black plate (117,1)
Uw nieuwe product en deze
handleiding
! De navigatie-elementen van dit product (en
de achteruitkijkcamera, indien aange-
schaft) zijn uitsluitend bedoeld als hulp-
middel voor de bediening van uw voertuig.
U mag het autonavigatiesysteem niet be-
schouwen als vervanging van uw eigen be-
oordelingsvermogen en alertheid tijdens
het rijden.
! Gebruik dit product nooit om in geval van
nood naar een ziekenhuis, politiebureau of
dergelijke instelling te rijden. Bel dan het
juiste hulpdienstnummer.
! Gebruik dit product, eventuele applicaties
of de achteruitkijkcamera (indien aange-
schaft) niet als dit gebruik op enigerlei
wijze uw aandacht afleidt van het veilig be-
sturen van uw voertuig. Neem altijd de
plaatselijke verkeersregels en de vereiste
veiligheidsmaatregelen in acht. Als u moei-
lijkheden ondervindt tijdens het gebruik
van dit product of als u het beeldscherm
niet duidelijk kunt lezen, dient u uw voer-
tuig te parkeren op een veilige plek en de
handrem aan te trekken voor u de nodige
aanpassingen uitvoert.
! In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u
het product in uw voertuig kunt inbouwen.
De bediening van het product wordt in af-
zonderlijke handleidingen uitgelegd.
! Installeer dit product niet op een plek waar
het (i) het zicht van de bestuurder kan be-
lemmeren, (ii) de werking van bedienings-
systemen of veiligheidsvoorzieningen van
het voertuig, zoals airbags, knoppen voor
noodverlichting enz., kan belemmeren, of
(iii) de bestuurder kan hinderen bij het vei-
lig besturen van het voertuig. In bepaalde
gevallen kan dit product niet worden geïn-
stalleerd vanwege het type voertuig of de
vorm van het interieur.
! Het grafische symbool
op het pro -
duct duidt gelijkstroom aan.
Belangrijke veiligheids-
voorschriften
WAARSCHUWING
Pioneer raadt u af het product zelf in te bou-
wen. Dit product mag alleen door een vak-
man worden ingebouwd. Wij adviseren u om
alleen bevoegd Pioneer onderhoudsperso-
neel dat speciaal is opgeleid en ervaring
heeft met mobiele elektronica, dit product te
laten instellen en inbouwen. VOER NOOIT
ZELF ONDERHOUD UIT AAN DIT PRO-
DUCT. Bij verkeerd inbouwen of onderhoud
van dit product en de aansluitkabels bestaat
de kans op een elektrische schok of een an-
dere gevaarlijke situatie, en kan het product
schade oplopen die niet onder de garantie
valt.
BELANGRIJK
Draag tijdens de installatie veiligheidshandschoe-
nen om uw handen tegen snijwonden te bescher-
men.
! Lees de handleiding zorgvuldig door voor-
dat u het product gaat inbouwen.
! Bewaar de handleiding zodat u er later nog
eens iets in kunt opzoeken.
! Neem alle waarschuwingsinformatie in
deze handleiding in acht en volg de instruc-
ties nauwkeurig op.
! Onder bepaalde omstandigheden is het
mogelijk dat dit product de positie van uw
voertuig, de afstand tot objecten op het
scherm en kompasaanduidingen niet cor-
rect aangeeft. Daarnaast heeft het systeem
bepaalde beperkingen, onder andere dat
het eenrichtingsverkeer, tijdelijke verkeers-
situaties en gebieden waar veilig rijden op
een bepaald moment wellicht niet mogelijk
is, niet kan herkennen. Vertrouw op uw
eigen beoordelingsvermogen met betrek-
king tot de daadwerkelijke verkeerssituatie.
<CRD4965-A>117
Nl
117
Hoofdstuk
Nederlands
01
Voorzorgen
Black plate (118,1)
! Evenals bij het gebruik van andere acces-
soires in uw voertuig dient u erop te letten
dat het product niet uw aandacht van het
veilig besturen van uw voertuig afleidt,
want dit kan resulteren in ernstig of fataal
letsel. Indien u moeilijkheden heeft bij de
bediening van het apparaat of als de infor-
matie op het beeldscherm niet duidelijk is,
parkeer het voertuig dan op een veilige
plaats voordat u het probleem probeert op
te lossen.
! Tijdens het rijden dient u altijd de veilig-
heidsgordel te dragen. Bij een ongeluk is
de kans op letsel aanzienlijk groter als u de
veiligheidsgordel niet of niet correct draagt.
! Bepaalde wetten en regels van de landelij-
ke zowel als plaatselijke overheid kunnen
de plaatsing en het gebruik van dit product
in uw voertuig verbieden of beperken. Volg
bij het gebruik, de installatie en de bedie-
ning van het product alle toepasselijke wet-
ten en regels stipt op.
<CRD4965-A>118
Nl
118
Hoofdstuk
01
Voorzorgen
Black plate (119,1)
Voorzorgen voor het
aansluiten van het systeem
WAARSCHUWING
Probeer geen wijzigingen aan te brengen in
het interlocksysteem van de handrem of het
systeem uit te schakelen, want het systeem
is er voor uw veiligheid. Wijzigingen aan-
brengen in of uitschakelen van het interlock-
systeem van de handrem kan resulteren in
ernstig of fataal letsel.
BELANGRIJK
! Indien u besluit de installatie zelf uit te
voeren, een speciale opleiding heeft
gehad en ervaring heeft met het inbouwen
van mobiele elektronica, volg dan nauw-
gezet alle stappen van de installatiehand-
leiding.
! Maak alle draden met kabelklemmen of
isolatietape vast. Let er op dat er geen dra-
den blootliggen.
! Sluit de gele draad van dit product niet di-
rect aan op de accu van de auto. Als de
draad direct is verbonden met de accu,
kan de isolatie door de motortrillingen
kapot gaan op de plaats waar de draad
van het interieur naar de motorruimte
loopt. Als de isolatie van de gele draad
door het contact met metalen delen
scheurt of doorslijt, kan er kortsluiting
ontstaan, hetgeen tot een zeer gevaarlijke
situatie leidt.
! Het is uiterst gevaarlijk als kabels of
snoeren rond de stuurkolom of de versnel-
ling gewikkeld kunnen raken. U moet
daarom dit product, de kabels en de be-
drading zo installeren en wegwerken dat
ze de besturing niet kunnen belemmeren
of hinderen.
! Zorg ervoor dat de kabels en de bedrading
niet in de weg zitten bij of vast kunnen
komen in de bewegende onderdelen van
het voertuig, met name het stuur, de ver-
snelling, de handrem, de rails van de ver-
stelbare stoelen, of andere
bedieningsorganen van het voertuig.
! Laat de draden niet langs plaatsen lopen
waar ze blootgesteld worden aan hoge
temperaturen. Als de isolatie van de dra-
den erg warm wordt, kunnen ze bescha-
digd raken, waardoor er kortsluiting of
een storing ontstaat en er mogelijk perma-
nente beschadiging aan dit product op-
treedt.
! Maak de GPS-antennedraad niet korter en
ook niet langer. Wijzigen van de antenne-
draad kan resulteren in kortsluiting of sto-
ring.
! Maak ook geen enkele andere draad kor-
ter. Wanneer dit gebeurt, is het mogelijk
dat het beveiligingscircuit (zekeringhou-
der, zekeringweerstand of filter, enz.) niet
goed meer functioneert.
! Tap nooit stroom af van de stroomtoevoer-
draad van het product voor de voeding
van andere elektronische apparatuur. De
stroomcapaciteit van de draad kan over-
schreden worden, met oververhitting tot
gevolg.
Voor u dit product inbouwt
! Gebruik dit product uitsluitend met een
accu van 12 volt en negatieve aarding. Doet
u dit niet, dan kunnen brand of storingen
het gevolg zijn.
! Om kortsluitingen in het elektrische sys-
teem te voorkomen, moet u de () accuka-
bel loskoppelen voor de installatie.
<CRD4965-A>119
Nl
119
Hoofdstuk
Nederlands
02
Verbinding
Black plate (120,1)
Voorkomen van
beschadigingen
WAARSCHUWING
! Gebruik luidsprekers van meer dan 50 W
(maximaal ingangsvermogen) en tussen
4 W en 8 W (impedantie). Gebruik voor dit
product geen luidsprekers van 1 W tot 3 W.
! Het zwarte snoer is de aardverbinding. Dit
snoer dient afzonderlijk van de aarding
van producten met een hoog stroomver-
bruik, zoals eindversterkers, te worden ge-
aard. Aard niet meer dan één product
samen met de aarding van een ander pro-
duct. U dient bijvoorbeeld elke versterker-
module afzonderlijk, los van de aarding
van dit product te aarden. Door de aarding
met elkaar te verbinden, kan er brand en/
of schade aan producten ontstaan als de
massaverbinding losraakt.
! Zorg ervoor dat u de zekering alleen ver-
vangt door een zekering met de waarde
die op dit product staat aangegeven.
! Wanneer u een stekker uittrekt, pak dan de
stekker zelf vast. Trek niet aan de draad,
want het is mogelijk dat u deze uit de stek-
ker trekt.
! Dit product kan niet worden geïnstalleerd
in een voertuig zonder ACC (Accessoire)
stand op de contactschakelaar.
A
C
C
O
N
S
T
A
R
T
O
F
F
O
N
S
T
A
R
T
O
F
F
ACC-stand Geen ACC-stand
! Om kortsluiting te voorkomen dient u de
losgekoppelde draad af te dekken met iso-
latieband. Het is met name van belang alle
ongebruikte speakerdraden te isoleren.
Wanneer deze onbedekt blijven, kan er kort-
sluiting ontstaan.
! Sluit de stekkers met dezelfde kleur aan op
de corresponderende gekleurde poort, d.w.
z. de blauwe stekker op de blauwe poort,
zwart op zwart, enz.
! Zie voor nadere informatie over het aanslui-
ten van de eindversterker en andere toestel-
len de gebruikershandleiding en voer de
aansluiting vervolgens uit zoals hierin be-
schreven.
! Omdat er een unieke BPTL-schakeling
wordt toegepast, mag u de * kant van de
speakerdraad niet direct aarden of de *
kant van een andere kant van de speaker-
draad samen aansluiten. U moet de * kant
van de speakerdraad aansluiten op de *
kant van de speakerdraad van dit product.
Opmerking over de blauw/
witte draad
Belangrijk
Wanneer dit product in de stand Power OFF
staat, wordt het bedieningssignaal ook uitgescha-
keld. Als de stand Power OFF wordt geannu-
leerd, wordt het bedieningssignaal weer
uitgevoerd en wordt de antenne uitgeschoven
door de automatische antennefunctie (als de an-
tenne gebruikt wordt). Let op dat de uitgeschoven
antenne geen andere voorwerpen raakt.
! Wanneer de contactschakelaar wordt aan-
gezet (ACC ON), wordt er een regelsignaal
uitgevoerd via de blauw/witte draad. Ver-
bind de draad met de afstandsbedienings-
aansluiting van een externe eindversterker,
de bedieningsaansluiting van het relais
voor een automatische antenne, of de be-
dieningsaansluiting voor een antennesig-
naalversterker (max. 300 mA 12 V DC). Het
regelsignaal wordt uitgevoerd via de blauw/
witte draad, ook wanneer de audiobron is
uitgeschakeld.
! Gebruik deze draad in geen geval als de
stroomdraad voor externe eindversterkers.
Een dergelijke aansluiting kan leiden tot
een te hoge stroom en daardoor tot storin-
gen en defecten.
<CRD4965-A>120
Nl
120
Hoofdstuk
02
Verbinding
Black plate (121,1)
! Gebruik deze draad in geen geval als de
stroomdraad voor de automatische anten-
ne of de antennesignaalversterker. Een der-
gelijke aansluiting kan leiden tot een te
hoge stroom en daardoor tot storingen en
defecten.
<CRD4965-A>121
Nl
121
Hoofdstuk
Nederlands
02
Verbinding
Black plate (122,1)
Meegeleverde onderdelen
Hoofdtoestel (*1) Voorpaneel (*1)
Bedieningskabel voor
voorpaneel (*2)
USB- en AUX-kabel
(*3)
Stroomsnoer GPS-antenne
Microfoon USB-kabel
(2 st.)
Voertuigadapter Kabel voor voertuig-
adapter
Antenneconversiekabel Identificatielabels USB-
kabel
Opmerkingen
! (*1) De getoonde afbeelding is een voorbeeld.
De vorm van het hoofdtoestel en het paneel
verschilt naargelang het type voertuig. (Voor
bepaalde typen voertuigen zit het voorpaneel
bij levering aan het hoofdtoestel vast.)
! (*2) Sluit de bedieningskabel tussen het voor-
paneel en het hoofdtoestel aan. (Voor be-
paalde typen voertuigen is deze reeds
aangesloten.)
! (*3) De getoonde afbeelding is een voorbeeld.
De vorm van de kabel verschilt naargelang het
type voertuig. (Voor bepaalde typen voertuigen
heeft de aansluiting geen afdekking.)
<CRD4965-A>122
Nl
122
Hoofdstuk
02
Verbinding
Black plate (123,1)
Het stroomsnoer aansluiten
4'#4
#7&+1
17 6
#7:
Stroomsnoer
Hoofdtoestel
Zekering (10 A)
Zekering (10 A)
Naar de bedieningsaansluiting van de automatisch
antenne of de voedingsaansluiting van de
antenne-booster (max. 300 mA 12 V DC).
Voeding
Voeding
Voeding
RGB-ingang
30 cm
30 cm
50 cm
50 cm
1,5 m
Dvd-speler
(los verkrijgbaar)
Naar voertuigconnector
Voertuigadapter
RGB-uitgang
RGB-kabel
(meegeleverd met de optionele dvd-speler)
Blauw/wit
<CRD4965-A>123
Nl
123
Hoofdstuk
Nederlands
02
Verbinding
Black plate (124,1)
Beschrijving van de gekleurde kabels
Meerdere gekleurde kabels zijn in een bundel samengebonden. De functie van de gekleurde kabels is als volgt.
Kleur Functies
Geel Back-up
Rood Accessoire
Oranje/Wit Verlichting
Zwart (aarding) Aarde
Wit Voorluidspreker (links, +)
Wit/zwart Voorluidspreker (links, )
Grijs Voorluidspreker (rechts, +)
Grijs/zwart Voorluidspreker (rechts, )
Groen Achterluidspreker (links, +)
Groen/zwart Achterluidspreker (links, )
Paars Achterluidspreker (rechts, +)
Paars/zwart Achterluidspreker (rechts, )
Roze
Dit product wordt hier aangesloten om de door het voertuig afgelegde weg te detecte-
ren.
Lichtgroen Wordt gebruikt voor het detecteren van de aan/uit-status van de parkeerrem.
Violet/wit
Deze kabel moet correct worden aangesloten zodat dit product kan detecteren of het
voertuig vooruit of achteruit rijdt. Controleer of de spanning van deze kabel verandert
wanneer de versnellingspook in achteruit wordt gezegd.
Als u een achteruitkijkcamera gebruikt, moet deze kabel correct wor den aangesloten.
Anders kunt u niet overschakelen naar het beeld van de achteruitkijkcamera.
WAARSCHUWING
VERKEERDE AANSLUITING VAN DE ROZE
DRAAD KAN LEIDEN TOT ERNSTIGE SCHADE
OF LETSEL INCLUSIEF EEN ELEKTRISCHE
SCHOK EN INTERFERENTIE MET DE WERKING
VAN HET ANTIBLOKKEERSYSTEEM, DE AUTO-
MATISCHE VERSNELLINGSBAK EN DE AANDUI-
DING OP DE SNELHEIDSMETER VAN HET
VOERTUIG.
WAARSCHUWING
DE LICHTGROENE KABEL BIJ DE VOEDINGS-
AANSLUITING IS BEDOELD VOOR HET DETECTE-
REN VAN DE PARKEERSTATUS EN MOET
WORDEN AANGESLOTEN. EEN ONJUISTE AAN-
SLUITING OF EEN VERKEERD GEBRUIK VAN
DEZE DRAAD KAN ERTOE LEIDEN DAT DE TOE-
PASSELIJKE WETGEVING NIET WORDT NAGE-
LEEFD EN KAN ERNSTIG LETSEL OF ERNSTIGE
SCHADE TOT GEVOLG HEBBEN.
<CRD4965-A>124
Nl
124
Hoofdstuk
02
Verbinding
Black plate (125,1)
Systeemcomponenten aansluiten
4'#4
#7&+1
17 6
#7:
3.55 m
Voertuigantenne
Microfoon
3 m
WAARSCHUWING
· Om risico op ongevallen en mogelijke wetsovertreding te voorkomen, mag dit product nooit
worden gebruikt terwijl het voertuig rijdt behalve voor navigatiedoeleinden. Bovendien mag het
achterdisplay zich niet op een plek bevinden waar het de aandacht van de bestuurder kan afleiden.
· In sommige landen is het kijken naar beeld op een scherm in een voertuig, zelfs door andere
personen dan de bestuurder, wettelijk verboden. Waar zulke regels gelden, moeten die gevolgd
worden en mag de videobron van dit product niet gebruikt worden.
GPS-antenne
Voor een betere digitale radio-ontvangst moet u
ervoor zorgen dat een digitale radioantenne met
fantoomvoeding (actief type) wordt gebruikt.
Pioneer raadt het gebruik aan van de AN-DAB1
of de CA-AN-DAB.001 (los verkrijgbaar). Het
stroomverbruik van de digitale radioantenne
moet 100 mA of minder zijn.
BELANGRIJK:
Ingang DAB-antenne
Naar antenneconversiekabel
Blauw/wit
Stroomsnoer
Voeding
Ingang GPS-antenne
Antenneconversiekabel
Antenneaansluiting
Hoofdtoestel
<CRD4965-A>125
Nl
125
Hoofdstuk
Nederlands
02
Verbinding
Black plate (126,1)
Het hoofdtoestel met het voorpaneel verbinden
Het hoofdtoestel kan alleen met de knoppen op het voorpaneel worden bediend als de bedieningskabel tussen het
voorpaneel en het hoofdtoestel aangesloten is. (Voor bepaalde typen voertuigen is deze reeds aangesloten.)
De positie van de aansluiting op het hoofdtoestel is afhankelijk van het type voertuig.
<CRD4965-A>126
Nl
126
Hoofdstuk
02
Verbinding
Black plate (127,1)
Aansluiten op een los verkrijgbare eindversterker
4'#4
#7&+1
17 6
#7:
Systeemafstandsbediening
Stroomsnoer
Blauw/wit
Versterker
(los verkrijgbaar)
Voorluidspreker
Achterluidspreker
Subwoofer
RCA-kabels
(los verkrijgbaar)
Dit product
15 cm
23 cm
23 cm
Achteruitgangen
(REAR OUTPUT)
Subwooferuitgangen
(SUBWOOFER OUTPUT)
Vooruitgangen
(FRONT OUTPUT)
Naar systeembedieningsaansluiting van de versterker
(max. 300 mA 12 V DC).
Opmerkingen
· U kunt de RCA-uitgang van de subwoofer wijzigen afhankelijk van het subwoofer-
systeem. (Raadpleeg de bedieningshandleiding.)
· De subwooferuitgang van dit product is mono.
Als het voertuig is uitgerust met
een automatische antenne, sluit
u deze draad aan op de
versterker.
Voeding
Versterker
(los verkrijgbaar)
Versterker
(los verkrijgbaar)
<CRD4965-A>127
Nl
127
Hoofdstuk
Nederlands
02
Verbinding
Black plate (128,1)
Een iPod/iPhone of Android-apparaat aansluiten
Zoek in onderstaande lijst uw apparaat en de functie die u wilt gebruiken, en raadpleeg de betreffende pagina voor de
aansluiting.
p Afhankelijk van het apparaat zijn sommige functies mogelijk niet beschikbaar.
iPhone (5, 5c, 5s, 6, 6 Plus)/iPod touch (5e generatie)/iPod nano (7e generatie)
Zie Aansluiten via de USB-poort (iPhone) op bladzijde 129.
iPhone 3GS/iPod touch (2e, 3e generatie)/iPod classic (80 GB, 160 GB)/iPod nano (3e, 4e, 5e, 6e generatie)/
iPhone (4, 4s)/iPod touch (4e generatie)
Zie Aansluiten via de AUX-ingang (iPhone) op bladzijde 130.
Android-apparaat
Zie Een Android
-apparaat aansluiten op bladzijde 130.
Aangesloten apparaten Beschikbare USB-poort
iPhone (met Apple CarPlay) USB1
iPhone/iPod (zonder Apple CarPlay) USB1 of USB2
Android-apparaat USB2
USB-geheugenapparaat USB1 of USB2
Als u Apple CarPlay gebruikt, sluit de iPhone dan aan op USB-poort 1.
<CRD4965-A>128
Nl
128
Hoofdstuk
02
Verbinding
Black plate (129,1)
Identificatielabels
bevestigen aan USB-kabels
Bevestig identificatielabels aan USB-kabels
voordat u dit product in een voertuig instal-
leert.
1 Sluit USB-kabels aan op USB-poort 1 en
2 aan de achterkant van dit product.
2 Bevestig de identificatielabels voor elke
poort als volgt aan de USB-kabels.
Bevestig het label PORT 1 aan de USB-kabel
voor USB-poort 1.
Bevestig het label PORT 2 aan de USB-kabel
voor USB-poort 2.
Een iPhone met Lightning-
connector aansluiten
Opmerkingen
! Zie de handleiding van de kabel voor details
over het aansluiten van een extern apparaat
met een los verkrijgbare kabel.
! Zie de bedieningshandleiding voor details
over de aansluiting, bediening en compatibili-
teit van de iPhone.
Aansluiten via de USB-poort
(iPhone)
Voor deze aansluiting hebt u de USB-interface-
kabel voor de iPod / iPhone (CD-IU52) (los ver-
krijgbaar) nodig.
p Als u Apple CarPlay gebruikt, sluit de
iPhone dan aan op USB-poort 1.
4'#4
#7&+1
17 6
#7:
USB-interfacekabel voor
iPod / iPhone
(CD-IU52) (los verkrijgbaar)
iPhone met
Lightning-connector
USB- en AUX-kabel
USB-poort 1
USB-poort 2
Hoofdtoestel
<CRD4965-A>129
Nl
129
Hoofdstuk
Nederlands
02
Verbinding
Black plate (130,1)
Een iPhone met 30-pens
connector aansluiten
Opmerkingen
! Zie de handleiding van de kabel voor details
over het aansluiten van een extern apparaat
met een los verkrijgbare kabel.
! Zie de bedieningshandleiding voor details
over de aansluiting, bediening en compatibili-
teit van de iPhone.
Aansluiten via de AUX-ingang
(iPhone)
Voor deze aansluiting hebt u de USB-interface-
kabel voor de iPod / iPhone (CD-IU201V) (los
verkrijgbaar) nodig.
4'#4
#7&+1
17 6
#7:
USB- en AUX-kabel
iPhone met
30-pens connector
USB-poort 1
USB-poort 2
AUX-ingang
USB-interfacekabel voor iPod / iPhone
(CD-IU201V) (los verkrijgbaar)
Hoofdtoestel
Een Android
-apparaat
aansluiten
Opmerkingen
! Zie de bedieningshandleiding voor details
over de aansluiting en bediening van Android-
apparaten.
! Zie de handleiding van de kabel voor details
over het aansluiten van een extern apparaat
met een los verkrijgbare kabel.
Voor deze aansluiting hebt u de USB-interface-
kabel voor Android-apparaten (los verkrijg-
baar) nodig.
BELANGRIJK
Een telefoon met USB type C werkt mogelijk niet
met sommige kabels. Gebruik de aanbevolen
kabel.
Raadpleeg onze website voor details over de aan-
bevolen USB-A-naar-C-kabel.
4'#4
#7&+1
17 6
#7:
USB-kabel
(los verkrijgbaar)
USB- en AUX-kabel
USB-poort 2
Android-apparaat
Hoofdtoestel
<CRD4965-A>130
Nl
130
Hoofdstuk
02
Verbinding
Black plate (131,1)
Een achteruitkijkcamera
aansluiten
Wanneer dit product wordt gebruikt met een
achteruitkijkcamera, kan er automatisch wor-
den overgeschakeld naar het beeld van die ca-
mera wanneer de schakelhendel in
REVERSE (R) wordt gezet. De Cameraweer-
gave stand stelt u ook in staat te controleren
wat er achter u gebeurt terwijl u aan het rijden
bent.
WAARSCHUWING
GEBRUIK DEZE INGANG ALLEEN VOOR DE OM-
GEKEERDE OF SPIEGELVERKEERD WEERGEGE-
VEN BEELDEN VAN DE
ACHTERUITKIJKCAMERA. ANDERSSOORTIG
GEBRUIK KAN LETSEL OF SCHADE TOT GEVOLG
HEBBEN.
BELANGRIJK
! Het beeld op het scherm kan omgekeerd wor-
den weergegeven.
! De achteruitkijkcamera kan worden gebruikt
om aanhangers in de gaten te houden, of bij
inparkeren. Gebruik deze functie niet voor
amusement.
! Objecten op het beeld van de achteruitkijkca-
mera kunnen dichterbij of verder weg lijken
dan ze in werkelijkheid zijn.
! Wij wijzen u er op dat het door de achteruit-
kijkcamera weergegeven gebied iets kan ver-
schillen wanneer de beelden op het volledige
scherm worden weergegeven bij achteruit rij-
den en wanneer er met de camera naar ach-
teren wordt gekeken terwijl er vooruit wordt
gereden.
4'#4
#7&+1
17 6
#7:
Achteruitkijkcamera
(ND-BC8)
(los verkrijgbaar)
15 cm
RCA-kabel
(meegeleverd met ND-BC8)
Naar video-uitgang
Ingang voor
achteruitkijkcamera
Hoofdtoestel
(REAR VIEW CAMERA IN)
Opmerkingen
! Deze stand is beschikbaar wanneer de instel-
ling voor de achteruitkijkcamera op Aan
staat. (Raadpleeg voor details de Bedienings-
handleiding.)
! Sluit dit product alleen aan op de achteruit-
kijkcamera. Sluit het niet aan op andere
apparatuur.
<CRD4965-A>131
Nl
131
Hoofdstuk
Nederlands
02
Verbinding
Black plate (132,1)
De AUX-ingang gebruiken
4'#4
#7&+1
17 6
#7:
Externe
videocompon
ent
(los verkrijgbaa
r)
Naar
audio-uitgangen
Naar
video-uitgang
RCA-kabels (los
verkrijgbaar)
Rood, wit
Geel
AV-kabel met
ministekker
USB- en AUX-kabel
Hoofdtoestel
Opmerkingen
! Deze stand is beschikbaar wanneer de AUX-
ingang is ingesteld op Aan. (Zie de bedie-
ningshandleiding voor details.)
! Als u een externe videocomponent aansluit
met een AV-kabel met ministekker, moet u in-
dien nodig een los verkrijgbare AUX-verleng-
kabel gebruiken.
BELANGRIJK
Gebruik een AV-kabel met ministekker (los ver-
krijgbaar) voor de bedrading. Als u andere kabels
gebruikt, kan de bedradingspositie verschillen
waardoor beeld en geluid niet goed kunnen wor-
den weergegeven.
OK
G
V
R
L
G
R
V
L
L : Audio links (wit)
R : Audio rechts (rood)
V : Video (geel)
G : Aarde
<CRD4965-A>132
Nl
132
Hoofdstuk
02
Verbinding
Black plate (133,1)
Het achterdisplay aansluiten
4'#4
#7&+1
17 6
#7:
Hoofdtoestel
Achterdisplay met
RCA-ingangen
(los verkrijgbaar)
RCA-kabel
(los verkrijgbaar)
Naar
video-ingang
Mini-pinplugkabel
(los verkrijgbaar)
Naar
audio-ingangen
15 cm
(REAR AUDIO OUT)
Uitgang voor audio achter
Uitgang voor
achterdisplay
(REAR MONITOR
OUTPUT)
Bij gebruik van een achterdisplay
dat op de achtervideo-uitgang is
aangesloten
WAARSCHUWING
Plaats het achterdisplay NOOIT zo dat de be-
stuurder de video kan bekijken tijdens het rij-
den.
De achtervideo-uitgang van dit product is voor de
aansluiting van een display zodat de passagiers
op de achterbank de video kunnen bekijken.
<CRD4965-A>133
Nl
133
Hoofdstuk
Nederlands
02
Verbinding
Black plate (134,1)
Voorzorgen voor installatie
BELANGRIJK
! Installeer dit product nooit op plaatsen
waar, of op een manier waardoor het:
De bestuurder of passagiers kan ver-
wonden als het voertuig plotseling
stopt.
De bestuurder kan hinderen bij de be-
diening van het voertuig, bijvoorbeeld
op de vloer voor de bestuurdersstoel,
of in de buurt van het stuur of de ver-
snelling.
! Controleer of er niets achter het dash-
board of de panelen zit wanneer u hierin
gaten gaat boren. Let erop dat u geen
brandstofleidingen, remleidingen, elektro-
nische componenten, communicatiedra-
den of voedingskabels beschadigt.
! Wanneer u schroeven gebruikt, let er dan
op dat deze niet in contact komen met de
elektrische bedrading. Door trillingen kan
de isolatie van de draden beschadigd
raken, met als gevolg kortsluiting of an-
dere schade aan het voertuig.
! Gebruik de bijgeleverde onderdelen op de
voorgeschreven wijze, zodat dit product
correct wordt ingebouwd. Als bepaalde
onderdelen niet bij het product zijn gele-
verd, moet u geschikte onderdelen op de
voorgeschreven wijze gebruiken nadat u
de geschiktheid van de betreffende onder-
delen bij uw dealer hebt nagevraagd. Als
u andere onderdelen dan de bijgeleverde
onderdelen gebruikt of onderdelen die
niet geschikt zijn, kunnen deze beschadi-
gingen aan de interne onderdelen van het
product veroorzaken of kunnen deze on-
derdelen en het product losraken.
! Het is uiterst gevaarlijk als kabels of
snoeren rond de stuurkolom of de versnel-
ling gewikkeld kunnen raken. U moet
daarom dit product, de kabels en de be-
drading zo installeren en wegwerken dat
ze de besturing niet kunnen belemmeren
of hinderen.
! Zorg ervoor dat de draden niet geraakt
kunnen worden door een portier of stoel-
verschuivingsmechanisme, met eventueel
kortsluiting tot gevolg.
! Controleer of alle andere apparatuur van
uw voertuig goed werkt na de installatie
van dit product.
! Installeer dit product niet op een plek
waar het (i) het zicht van de bestuurder
kan belemmeren, (ii) de werking van be-
dieningssystemen of veiligheidsvoorzie-
ningen van het voertuig kan belemmeren,
zoals de airbags, knoppen voor noodver-
lichting of (iii) de bestuurder kan hinderen
bij het veilig bedienen van het voertuig.
! Installeer het product tussen de bestuur-
dersstoel en de voorste passagiersstoel,
zodat het niet wordt geraakt door de be-
stuurder of inzittende als het voertuig ab-
rupt afremt.
! Installeer het product in geen geval voor
of naast de locaties in het dashboard, het
portier of de deurstijl van waar de airbags
van uw voertuig tevoorschijn zullen
komen. Raadpleeg het instructieboekje
van uw voertuig voor de locatie van de
voorairbags.
! Het niet opvolgen van al deze voorzorgs-
maatregelen kan resulteren in ernstig of
fataal letsel.
Voorkomen van
elektromagnetische storingen
Om storingen te voorkomen moeten de vol-
gende voor werpen zo ver mogelijk van dit pro-
duct alsmede andere kabels en draden
worden geplaatst:
! FM, MG/LG-antenne met de kabel
! DAB-antenne met de draad
! GPS-antenne met de kabel
<CRD4965-A>134
Nl
134
Hoofdstuk
03
Inbouwen
Black plate (135,1)
Bovendien moet u elke antennedraad zo ver
mogelijk van andere antennedraden en -kabels
houden. Bind ze niet samen, laat ze niet langs
elkaar lopen en laat ze elkaar niet kruisen.
Elektromagnetische ruis vergroot de kans op
fouten bij de positiebepaling van uw
voertuig.
Voor de installatie
! Raadpleeg uw dichtstbijzijnde dealer als er
voor de installatie gaten moeten worden
geboord, of als er andere wijzigingen in het
voertuig moeten worden aangebracht.
! Voordat u dit product definitief installeert,
is het raadzaam tijdelijk alle aansluitingen
te maken om te kijken of deze correct zijn
en alles naar behoren functioneert.
Installeren van dit product
Opmerkingen betreffende de
installatie
! Installeer dit product niet op plaatsen die
kunnen worden blootgesteld aan hoge tem-
peraturen of vocht, zoals:
Dichtbij een radiator, luchtopening of
airconditioningapparaat.
Op plaatsen blootgesteld aan direct zon-
licht, zoals op het dashboard.
Plaatsen die blootgesteld kunnen wor-
den aan regen, zoals dicht bij een por-
tier of op de vloer van het voertuig.
! Installeer dit product op een plek die stevig
genoeg is om het gewicht van het product
te dragen. Kies een plaats waar dit product
stevig kan worden geïnstalleerd en zorg
voor een veilige bevestiging. De actuele lo-
catie van het voertuig kan alleen correct
worden weergegeven wanneer het product
goed bevestigd is.
! Om verzekerd te zijn van voldoende ventila-
tie bij gebruik van dit product, dient u er bij
de installatie voor te zorgen dat u achter
het achterpaneel voldoende ruimte vrij laat,
en dient u eventuele losse kabels vast te
binden zodat deze de ventilatie-openingen
niet kunnen blokkeren.
! De bedrading mag het op de afbeelding
hieronder aangegeven gebied niet afdek-
ken. Dit is vereist zodat de versterker en de
navigatieschakelingen hun overtollige
warmte kwijt kunnen.
4'#4
#7&+1
176
#7:
Bedek dit gebied niet.
Raadpleeg voor details over de installatieme-
thode voor elk type voertuig de afzonderlijke in-
stallatiehandleiding en installeer dit product
op de juiste wijze.
<CRD4965-A>135
Nl
135
Hoofdstuk
Nederlands
03
Inbouwen
Black plate (136,1)
Installeren van de GPS-
antenne
WAARSCHUWING
Installeer de GPS-antenne niet over andere
sensoren of de ventilatie-openingen in het
dashboard van het voertuig, want hierdoor
kan de juiste werking van de sensoren of
ventilatie-openingen belemmerd worden en
is het ook mogelijk dat de GPS-antenne niet
goed en stevig meer op het dashboard beves-
tigd kan worden met behulp van het metalen
plaatje.
BELANGRIJK
Maak de GPS-antennedraad niet korter en
ook niet langer. Wijzigingen aan de antenne-
kabel kunnen leiden tot kortsluiting of storin-
gen en permanente schade aan dit product.
Opmerkingen betreffende de
installatie
! De antenne dient op een zo horizontaal mo-
gelijk oppervlak te worden bevestigd, op
een plaats waar de ontvangst van de radio-
golven zo min mogelijk wordt gehinderd.
De antenne kan de radiogolven van de sa-
telliet alleen ontvangen als er geen obsta-
kel tussen de antenne en de satelliet is.
12
1 Dashboard
2 Hoedenplank
! Indien u de GPS-antenne binnen in de auto
aanbrengt, gebruik dan het metalen plaatje
dat bij het systeem wordt geleverd. Als dit
plaatje niet gebruikt wordt, zal de ont-
vangstgevoeligheid slecht zijn.
! Maak het bijgeleverde metalen plaatje niet
kleiner. Dit resulteert in een lagere gevoelig-
heid van de GPS-antenne.
! Het metalen plaatje bevat een sterk kleef-
middel, dat na verwijdering sporen op het
oppervlak kan achterlaten.
! Trek niet aan de antennedraad als u de
GPS-antenne verwijdert. Daardoor kunt u
de draad lostrekken.
! Verf de GPS-antenne niet, aangezien dit de
prestaties van de antenne negatief beïn-
vloedt.
! De ruiten van sommige autos laten de sig-
nalen van de GPS-satellieten niet door. In
dat geval dient u de GPS-antenne aan de
buitenzijde van de auto te bevestigen.
Raadpleeg voor details over de installatieme-
thode voor elk type voertuig de afzonderlijke in-
stallatiehandleiding en installeer dit product
op de juiste wijze.
<CRD4965-A>136
Nl
136
Hoofdstuk
03
Inbouwen
Black plate (137,1)
De microfoon installeren
! Installeer de microfoon in de juiste richting
en op de juiste afstand zodat de microfoon
gemakkelijk de stem van de bestuurder kan
opvangen.
! Schakel het product uit (ACC OFF) voordat
u de microfoon aansluit.
! Afhankelijk van het voertuigmodel kan de
microfoonkabel te kort zijn als u de micro-
foon op de zonneklep bevestigt. Installeer
in dat geval de microfoon op de stuurko-
lom.
! Bevestig de microfoon aan de zonneklep
terwijl de klep omhoog staat. De microfoon
kan de stem van de bestuurder niet opvan-
gen wanneer de zonneklep naar beneden is
geklapt.
Raadpleeg voor details over de installatieme-
thode voor elk type voertuig de afzonderlijke in-
stallatiehandleiding en installeer dit product
op de juiste wijze.
<CRD4965-A>137
Nl
137
Hoofdstuk
Nederlands
03
Inbouwen
Black plate (138,1)
Na de installatie van dit
product
1 Sluit de massapool () van de accu van
het voertuig opnieuw aan.
Controleer nogmaals of alle aansluitingen op
de juiste wijze zijn gemaakt en dit product cor-
rect is ingebouwd. Monteer de auto-onderde-
len die u bij het inbouwen van het apparaat
heeft verwijderd. Sluit tot slot de massakabel
() weer op de massapool () van de accu aan.
2 Start de motor.
3 De RESET toets indrukken.
Druk met een puntig voorwerp (bijvoorbeeld
de punt van een pen) op de RESET toets van
dit product.
HOME
MAP
MODE
SOURCE
MUTE
CAR
p Sommige instellingen en opgeslagen gege-
vens worden niet teruggezet naar de begin-
instelling.
4 Wijzig de gewenste instellingen.
= Zie de Bedieningshandleiding voor meer
details over de bediening.
5 Rijd over een normale weg totdat de
GPS het signaal begint te ontvangen.
Opmerking
Na de installatie van dit product dient u op een
veilige plaats te controleren of het voertuig nor-
maal functioneert.
<CRD4965-A>138
Nl
138
Hoofdstuk
04
Na installatie
Black plate (139,1)
<CRD4965-A>139
Nl
139
Nederlands
Black plate (140,1)
PIONEER CORPORATION
28-8, Honkomagome 2-chome, Bunkyo-ku,
Tokyo 113-0021, JAPAN
PIONEER EUROPE NV
Haven 1087, Keetberglaan 1, B-9120 Melsele, Belgium/Belgique
TEL: (0) 3/570.05.11
Technische Hotline der
Pioneer Electronics Deutschland GmbH
TEL: 02154/913-333
© 2016 PIONEER CORPORATION.
All rights reserved.
© 2016 PIONEER CORPORATION.
Tous droits de reproduction et de
traduction réservés.
<CRD4965-A> EU
<KKYZ16A>
<CRD4965-A>140

Documenttranscriptie

Black plate (116,1) Inhoudsopgave Voorzorgen Uw nieuwe product en deze handleiding 117 Belangrijke veiligheidsvoorschriften 117 Verbinding Voorzorgen voor het aansluiten van het systeem 119 Voor u dit product inbouwt 119 Voorkomen van beschadigingen 120 – Opmerking over de blauw/witte draad 120 Meegeleverde onderdelen 122 Het stroomsnoer aansluiten 123 Beschrijving van de gekleurde kabels 124 Systeemcomponenten aansluiten 125 Het hoofdtoestel met het voorpaneel verbinden 126 Aansluiten op een los verkrijgbare eindversterker 127 Een iPod/iPhone of Android-apparaat aansluiten 128 Identificatielabels bevestigen aan USBkabels 129 Een iPhone met Lightning-connector aansluiten 129 – Aansluiten via de USB-poort (iPhone) 129 Een iPhone met 30-pens connector aansluiten 130 – Aansluiten via de AUX-ingang (iPhone) 130 Een Android™-apparaat aansluiten 130 Een achteruitkijkcamera aansluiten 131 De AUX-ingang gebruiken 132 Het achterdisplay aansluiten 133 – Bij gebruik van een achterdisplay dat op de achtervideo-uitgang is aangesloten 133 Voorkomen van elektromagnetische storingen 134 Voor de installatie 135 Installeren van dit product 135 – Opmerkingen betreffende de installatie 135 Installeren van de GPS-antenne 136 – Opmerkingen betreffende de installatie 136 De microfoon installeren 137 Na installatie Na de installatie van dit product 138 Inbouwen Voorzorgen voor installatie 134 116 Nl <CRD4965-A>116 Black plate (117,1) Hoofdstuk 01 Voorzorgen Uw nieuwe product en deze handleiding WAARSCHUWING Pioneer raadt u af het product zelf in te bouwen. Dit product mag alleen door een vakman worden ingebouwd. Wij adviseren u om alleen bevoegd Pioneer onderhoudspersoneel dat speciaal is opgeleid en ervaring heeft met mobiele elektronica, dit product te laten instellen en inbouwen. VOER NOOIT ZELF ONDERHOUD UIT AAN DIT PRODUCT. Bij verkeerd inbouwen of onderhoud van dit product en de aansluitkabels bestaat de kans op een elektrische schok of een andere gevaarlijke situatie, en kan het product schade oplopen die niet onder de garantie valt. BELANGRIJK Draag tijdens de installatie veiligheidshandschoenen om uw handen tegen snijwonden te beschermen. ! Lees de handleiding zorgvuldig door voordat u het product gaat inbouwen. ! Bewaar de handleiding zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken. ! Neem alle waarschuwingsinformatie in deze handleiding in acht en volg de instructies nauwkeurig op. ! Onder bepaalde omstandigheden is het mogelijk dat dit product de positie van uw voertuig, de afstand tot objecten op het scherm en kompasaanduidingen niet correct aangeeft. Daarnaast heeft het systeem bepaalde beperkingen, onder andere dat het eenrichtingsverkeer, tijdelijke verkeerssituaties en gebieden waar veilig rijden op een bepaald moment wellicht niet mogelijk is, niet kan herkennen. Vertrouw op uw eigen beoordelingsvermogen met betrekking tot de daadwerkelijke verkeerssituatie. Nl <CRD4965-A>117 Nederlands ! De navigatie-elementen van dit product (en de achteruitkijkcamera, indien aangeschaft) zijn uitsluitend bedoeld als hulpmiddel voor de bediening van uw voertuig. U mag het autonavigatiesysteem niet beschouwen als vervanging van uw eigen beoordelingsvermogen en alertheid tijdens het rijden. ! Gebruik dit product nooit om in geval van nood naar een ziekenhuis, politiebureau of dergelijke instelling te rijden. Bel dan het juiste hulpdienstnummer. ! Gebruik dit product, eventuele applicaties of de achteruitkijkcamera (indien aangeschaft) niet als dit gebruik op enigerlei wijze uw aandacht afleidt van het veilig besturen van uw voertuig. Neem altijd de plaatselijke verkeersregels en de vereiste veiligheidsmaatregelen in acht. Als u moeilijkheden ondervindt tijdens het gebruik van dit product of als u het beeldscherm niet duidelijk kunt lezen, dient u uw voertuig te parkeren op een veilige plek en de handrem aan te trekken voor u de nodige aanpassingen uitvoert. ! In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u het product in uw voertuig kunt inbouwen. De bediening van het product wordt in afzonderlijke handleidingen uitgelegd. ! Installeer dit product niet op een plek waar het (i) het zicht van de bestuurder kan belemmeren, (ii) de werking van bedieningssystemen of veiligheidsvoorzieningen van het voertuig, zoals airbags, knoppen voor noodverlichting enz., kan belemmeren, of (iii) de bestuurder kan hinderen bij het veilig besturen van het voertuig. In bepaalde gevallen kan dit product niet worden geïnstalleerd vanwege het type voertuig of de vorm van het interieur. ! Het grafische symbool op het product duidt gelijkstroom aan. Belangrijke veiligheidsvoorschriften 117 Black plate (118,1) Hoofdstuk 01 Voorzorgen ! Evenals bij het gebruik van andere accessoires in uw voertuig dient u erop te letten dat het product niet uw aandacht van het veilig besturen van uw voertuig afleidt, want dit kan resulteren in ernstig of fataal letsel. Indien u moeilijkheden heeft bij de bediening van het apparaat of als de informatie op het beeldscherm niet duidelijk is, parkeer het voertuig dan op een veilige plaats voordat u het probleem probeert op te lossen. ! Tijdens het rijden dient u altijd de veiligheidsgordel te dragen. Bij een ongeluk is de kans op letsel aanzienlijk groter als u de veiligheidsgordel niet of niet correct draagt. ! Bepaalde wetten en regels van de landelijke zowel als plaatselijke overheid kunnen de plaatsing en het gebruik van dit product in uw voertuig verbieden of beperken. Volg bij het gebruik, de installatie en de bediening van het product alle toepasselijke wetten en regels stipt op. 118 Nl <CRD4965-A>118 Black plate (119,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Voorzorgen voor het aansluiten van het systeem ! WAARSCHUWING Probeer geen wijzigingen aan te brengen in het interlocksysteem van de handrem of het systeem uit te schakelen, want het systeem is er voor uw veiligheid. Wijzigingen aanbrengen in of uitschakelen van het interlocksysteem van de handrem kan resulteren in ernstig of fataal letsel. ! BELANGRIJK ! ! Voor u dit product inbouwt ! Gebruik dit product uitsluitend met een accu van 12 volt en negatieve aarding. Doet u dit niet, dan kunnen brand of storingen het gevolg zijn. ! Om kortsluitingen in het elektrische systeem te voorkomen, moet u de (–) accukabel loskoppelen voor de installatie. Nl <CRD4965-A>119 Nederlands ! Indien u besluit de installatie zelf uit te voeren, een speciale opleiding heeft gehad en ervaring heeft met het inbouwen van mobiele elektronica, volg dan nauwgezet alle stappen van de installatiehandleiding. ! Maak alle draden met kabelklemmen of isolatietape vast. Let er op dat er geen draden blootliggen. ! Sluit de gele draad van dit product niet direct aan op de accu van de auto. Als de draad direct is verbonden met de accu, kan de isolatie door de motortrillingen kapot gaan op de plaats waar de draad van het interieur naar de motorruimte loopt. Als de isolatie van de gele draad door het contact met metalen delen scheurt of doorslijt, kan er kortsluiting ontstaan, hetgeen tot een zeer gevaarlijke situatie leidt. ! Het is uiterst gevaarlijk als kabels of snoeren rond de stuurkolom of de versnelling gewikkeld kunnen raken. U moet daarom dit product, de kabels en de bedrading zo installeren en wegwerken dat ze de besturing niet kunnen belemmeren of hinderen. ! Zorg ervoor dat de kabels en de bedrading niet in de weg zitten bij of vast kunnen komen in de bewegende onderdelen van het voertuig, met name het stuur, de versnelling, de handrem, de rails van de ver- stelbare stoelen, of andere bedieningsorganen van het voertuig. Laat de draden niet langs plaatsen lopen waar ze blootgesteld worden aan hoge temperaturen. Als de isolatie van de draden erg warm wordt, kunnen ze beschadigd raken, waardoor er kortsluiting of een storing ontstaat en er mogelijk permanente beschadiging aan dit product optreedt. Maak de GPS-antennedraad niet korter en ook niet langer. Wijzigen van de antennedraad kan resulteren in kortsluiting of storing. Maak ook geen enkele andere draad korter. Wanneer dit gebeurt, is het mogelijk dat het beveiligingscircuit (zekeringhouder, zekeringweerstand of filter, enz.) niet goed meer functioneert. Tap nooit stroom af van de stroomtoevoerdraad van het product voor de voeding van andere elektronische apparatuur. De stroomcapaciteit van de draad kan overschreden worden, met oververhitting tot gevolg. 119 Black plate (120,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Voorkomen van beschadigingen WAARSCHUWING F O STAR T STAR T ACC-stand OF ACC O N F N OF ! Gebruik luidsprekers van meer dan 50 W (maximaal ingangsvermogen) en tussen 4 W en 8 W (impedantie). Gebruik voor dit product geen luidsprekers van 1 W tot 3 W. ! Het zwarte snoer is de aardverbinding. Dit snoer dient afzonderlijk van de aarding van producten met een hoog stroomverbruik, zoals eindversterkers, te worden geaard. Aard niet meer dan één product samen met de aarding van een ander product. U dient bijvoorbeeld elke versterkermodule afzonderlijk, los van de aarding van dit product te aarden. Door de aarding met elkaar te verbinden, kan er brand en/ of schade aan producten ontstaan als de massaverbinding losraakt. ! Zorg ervoor dat u de zekering alleen vervangt door een zekering met de waarde die op dit product staat aangegeven. ! Wanneer u een stekker uittrekt, pak dan de stekker zelf vast. Trek niet aan de draad, want het is mogelijk dat u deze uit de stekker trekt. ! Dit product kan niet worden geïnstalleerd in een voertuig zonder ACC (Accessoire) stand op de contactschakelaar. Geen ACC-stand ! Om kortsluiting te voorkomen dient u de losgekoppelde draad af te dekken met isolatieband. Het is met name van belang alle ongebruikte speakerdraden te isoleren. Wanneer deze onbedekt blijven, kan er kortsluiting ontstaan. ! Sluit de stekkers met dezelfde kleur aan op de corresponderende gekleurde poort, d.w. 120 z. de blauwe stekker op de blauwe poort, zwart op zwart, enz. ! Zie voor nadere informatie over het aansluiten van de eindversterker en andere toestellen de gebruikershandleiding en voer de aansluiting vervolgens uit zoals hierin beschreven. ! Omdat er een unieke BPTL-schakeling wordt toegepast, mag u de * kant van de speakerdraad niet direct aarden of de * kant van een andere kant van de speakerdraad samen aansluiten. U moet de * kant van de speakerdraad aansluiten op de * kant van de speakerdraad van dit product. Opmerking over de blauw/ witte draad Belangrijk Wanneer dit product in de stand “Power OFF” staat, wordt het bedieningssignaal ook uitgeschakeld. Als de stand “Power OFF” wordt geannuleerd, wordt het bedieningssignaal weer uitgevoerd en wordt de antenne uitgeschoven door de automatische antennefunctie (als de antenne gebruikt wordt). Let op dat de uitgeschoven antenne geen andere voorwerpen raakt. ! Wanneer de contactschakelaar wordt aangezet (ACC ON), wordt er een regelsignaal uitgevoerd via de blauw/witte draad. Verbind de draad met de afstandsbedieningsaansluiting van een externe eindversterker, de bedieningsaansluiting van het relais voor een automatische antenne, of de bedieningsaansluiting voor een antennesignaalversterker (max. 300 mA 12 V DC). Het regelsignaal wordt uitgevoerd via de blauw/ witte draad, ook wanneer de audiobron is uitgeschakeld. ! Gebruik deze draad in geen geval als de stroomdraad voor externe eindversterkers. Een dergelijke aansluiting kan leiden tot een te hoge stroom en daardoor tot storingen en defecten. Nl <CRD4965-A>120 Black plate (121,1) Hoofdstuk 02 Verbinding ! Gebruik deze draad in geen geval als de stroomdraad voor de automatische antenne of de antennesignaalversterker. Een dergelijke aansluiting kan leiden tot een te hoge stroom en daardoor tot storingen en defecten. Nederlands Nl <CRD4965-A>121 121 Black plate (122,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Meegeleverde onderdelen Opmerkingen 122 Hoofdtoestel (*1) Voorpaneel (*1) Bedieningskabel voor voorpaneel (*2) USB- en AUX-kabel (*3) Stroomsnoer GPS-antenne Microfoon USB-kabel (2 st.) Voertuigadapter Kabel voor voertuigadapter Antenneconversiekabel Identificatielabels USBkabel ! (*1) De getoonde afbeelding is een voorbeeld. De vorm van het hoofdtoestel en het paneel verschilt naargelang het type voertuig. (Voor bepaalde typen voertuigen zit het voorpaneel bij levering aan het hoofdtoestel vast.) ! (*2) Sluit de bedieningskabel tussen het voorpaneel en het hoofdtoestel aan. (Voor bepaalde typen voertuigen is deze reeds aangesloten.) ! (*3) De getoonde afbeelding is een voorbeeld. De vorm van de kabel verschilt naargelang het type voertuig. (Voor bepaalde typen voertuigen heeft de aansluiting geen afdekking.) Nl <CRD4965-A>122 Black plate (123,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Het stroomsnoer aansluiten RGB-kabel (meegeleverd met de optionele dvd-speler) RGB-uitgang Hoofdtoestel Voeding  4'#4 #7&+1 176  #7: Zekering (10 A) Voeding RGB-ingang 30 cm Dvd-speler (los verkrijgbaar) Stroomsnoer 50 cm 1,5 m 50 cm 30 cm Zekering (10 A) Voertuigadapter Nederlands Voeding Naar voertuigconnector Blauw/wit Naar de bedieningsaansluiting van de automatisch antenne of de voedingsaansluiting van de antenne-booster (max. 300 mA 12 V DC). Nl <CRD4965-A>123 123 Black plate (124,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Beschrijving van de gekleurde kabels Meerdere gekleurde kabels zijn in een bundel samengebonden. De functie van de gekleurde kabels is als volgt. Kleur Functies Geel Back-up Rood Accessoire Oranje/Wit Verlichting Zwart (aarding) Aarde Wit Voorluidspreker (links, +) Wit/zwart Voorluidspreker (links, –) Grijs Voorluidspreker (rechts, +) Grijs/zwart Voorluidspreker (rechts, –) Groen Achterluidspreker (links, +) Groen/zwart Achterluidspreker (links, –) Paars Achterluidspreker (rechts, +) Paars/zwart Achterluidspreker (rechts, –) Roze Dit product wordt hier aangesloten om de door het voertuig afgelegde weg te detecteren. Lichtgroen Wordt gebruikt voor het detecteren van de aan/uit-status van de parkeerrem. Violet/wit Deze kabel moet correct worden aangesloten zodat dit product kan detecteren of het voertuig vooruit of achteruit rijdt. Controleer of de spanning van deze kabel verandert wanneer de versnellingspook in achteruit wordt gezegd. Als u een achteruitkijkcamera gebruikt, moet deze kabel correct worden aangesloten. Anders kunt u niet overschakelen naar het beeld van de achteruitkijkcamera. WAARSCHUWING VERKEERDE AANSLUITING VAN DE ROZE DRAAD KAN LEIDEN TOT ERNSTIGE SCHADE OF LETSEL INCLUSIEF EEN ELEKTRISCHE SCHOK EN INTERFERENTIE MET DE WERKING VAN HET ANTIBLOKKEERSYSTEEM, DE AUTOMATISCHE VERSNELLINGSBAK EN DE AANDUIDING OP DE SNELHEIDSMETER VAN HET VOERTUIG. DEZE DRAAD KAN ERTOE LEIDEN DAT DE TOEPASSELIJKE WETGEVING NIET WORDT NAGELEEFD EN KAN ERNSTIG LETSEL OF ERNSTIGE SCHADE TOT GEVOLG HEBBEN. WAARSCHUWING DE LICHTGROENE KABEL BIJ DE VOEDINGSAANSLUITING IS BEDOELD VOOR HET DETECTEREN VAN DE PARKEERSTATUS EN MOET WORDEN AANGESLOTEN. EEN ONJUISTE AANSLUITING OF EEN VERKEERD GEBRUIK VAN 124 Nl <CRD4965-A>124 Black plate (125,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Systeemcomponenten aansluiten Microfoon 3m Ingang DAB-antenne BELANGRIJK: Voor een betere digitale radio-ontvangst moet u ervoor zorgen dat een digitale radioantenne met fantoomvoeding (actief type) wordt gebruikt. Pioneer raadt het gebruik aan van de AN-DAB1 of de CA-AN-DAB.001 (los verkrijgbaar). Het stroomverbruik van de digitale radioantenne moet 100 mA of minder zijn. Ingang GPS-antenne  4'#4 #7&+1 176  #7: Hoofdtoestel Voeding Antenneaansluiting Stroomsnoer Antenneconversiekabel Blauw/wit Naar antenneconversiekabel GPS-antenne 3.55 m Voertuigantenne WAARSCHUWING Nederlands · Om risico op ongevallen en mogelijke wetsovertreding te voorkomen, mag dit product nooit worden gebruikt terwijl het voertuig rijdt behalve voor navigatiedoeleinden. Bovendien mag het achterdisplay zich niet op een plek bevinden waar het de aandacht van de bestuurder kan afleiden. · In sommige landen is het kijken naar beeld op een scherm in een voertuig, zelfs door andere personen dan de bestuurder, wettelijk verboden. Waar zulke regels gelden, moeten die gevolgd worden en mag de videobron van dit product niet gebruikt worden. Nl <CRD4965-A>125 125 Black plate (126,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Het hoofdtoestel met het voorpaneel verbinden Het hoofdtoestel kan alleen met de knoppen op het voorpaneel worden bediend als de bedieningskabel tussen het voorpaneel en het hoofdtoestel aangesloten is. (Voor bepaalde typen voertuigen is deze reeds aangesloten.) De positie van de aansluiting op het hoofdtoestel is afhankelijk van het type voertuig. 126 Nl <CRD4965-A>126 Black plate (127,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Aansluiten op een los verkrijgbare eindversterker Versterker (los verkrijgbaar) 23 cm Achteruitgangen (REAR OUTPUT) RCA-kabels (los verkrijgbaar) Versterker (los verkrijgbaar) 23 cm Vooruitgangen (FRONT OUTPUT) Versterker (los verkrijgbaar) 15 cm Subwooferuitgangen (SUBWOOFER OUTPUT) Dit product  4'#4 #7&+1 176  #7: Voeding Stroomsnoer Blauw/wit Naar systeembedieningsaansluiting van de versterker (max. 300 mA 12 V DC). Als het voertuig is uitgerust met een automatische antenne, sluit u deze draad aan op de versterker. Systeemafstandsbediening            Subwoofer Voorluidspreker Nederlands  Achterluidspreker Opmerkingen · U kunt de RCA-uitgang van de subwoofer wijzigen afhankelijk van het subwoofersysteem. (Raadpleeg de bedieningshandleiding.) · De subwooferuitgang van dit product is mono. Nl <CRD4965-A>127 127 Black plate (128,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Een iPod/iPhone of Android-apparaat aansluiten Zoek in onderstaande lijst uw apparaat en de functie die u wilt gebruiken, en raadpleeg de betreffende pagina voor de aansluiting. p Afhankelijk van het apparaat zijn sommige functies mogelijk niet beschikbaar. iPhone (5, 5c, 5s, 6, 6 Plus)/iPod touch (5e generatie)/iPod nano (7e generatie) Zie Aansluiten via de USB-poort (iPhone) op bladzijde 129. iPhone 3GS/iPod touch (2e, 3e generatie)/iPod classic (80 GB, 160 GB)/iPod nano (3e, 4e, 5e, 6e generatie)/ iPhone (4, 4s)/iPod touch (4e generatie) Zie Aansluiten via de AUX-ingang (iPhone) op bladzijde 130. Android-apparaat Zie Een Android™-apparaat aansluiten op bladzijde 130. Aangesloten apparaten Beschikbare USB-poort iPhone (met Apple CarPlay) USB1 iPhone/iPod (zonder Apple CarPlay) USB1 of USB2 Android-apparaat USB2 USB-geheugenapparaat USB1 of USB2 Als u Apple CarPlay gebruikt, sluit de iPhone dan aan op USB-poort 1. 128 Nl <CRD4965-A>128 Black plate (129,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Identificatielabels bevestigen aan USB-kabels Bevestig identificatielabels aan USB-kabels voordat u dit product in een voertuig installeert. 1 Sluit USB-kabels aan op USB-poort 1 en 2 aan de achterkant van dit product. 2 Bevestig de identificatielabels voor elke poort als volgt aan de USB-kabels. Bevestig het label “PORT 1” aan de USB-kabel voor USB-poort 1. Bevestig het label “PORT 2” aan de USB-kabel voor USB-poort 2. Een iPhone met Lightningconnector aansluiten Opmerkingen ! Zie de handleiding van de kabel voor details over het aansluiten van een extern apparaat met een los verkrijgbare kabel. ! Zie de bedieningshandleiding voor details over de aansluiting, bediening en compatibiliteit van de iPhone. Aansluiten via de USB-poort (iPhone) Voor deze aansluiting hebt u de USB-interfacekabel voor de iPod / iPhone (CD-IU52) (los verkrijgbaar) nodig. p Als u Apple CarPlay gebruikt, sluit de iPhone dan aan op USB-poort 1. iPhone met Lightning-connector USB-interfacekabel voor iPod / iPhone (CD-IU52) (los verkrijgbaar) USB- en AUX-kabel USB-poort 1 USB-poort 2   Nederlands 4'#4 #7&+1 176 #7: Hoofdtoestel Nl <CRD4965-A>129 129 Black plate (130,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Een iPhone met 30-pens connector aansluiten Opmerkingen Een Android™-apparaat aansluiten Opmerkingen ! Zie de handleiding van de kabel voor details over het aansluiten van een extern apparaat met een los verkrijgbare kabel. ! Zie de bedieningshandleiding voor details over de aansluiting, bediening en compatibiliteit van de iPhone. ! Zie de bedieningshandleiding voor details over de aansluiting en bediening van Androidapparaten. ! Zie de handleiding van de kabel voor details over het aansluiten van een extern apparaat met een los verkrijgbare kabel. Aansluiten via de AUX-ingang (iPhone) Voor deze aansluiting hebt u de USB-interfacekabel voor Android-apparaten (los verkrijgbaar) nodig. Voor deze aansluiting hebt u de USB-interfacekabel voor de iPod / iPhone (CD-IU201V) (los verkrijgbaar) nodig. USB-interfacekabel voor iPod / iPhone (CD-IU201V) (los verkrijgbaar) iPhone met 30-pens connector BELANGRIJK Een telefoon met USB type C werkt mogelijk niet met sommige kabels. Gebruik de aanbevolen kabel. Raadpleeg onze website voor details over de aanbevolen USB-A-naar-C-kabel. USB-kabel (los verkrijgbaar) Android-apparaat USB- en AUX-kabel USB- en AUX-kabel USB-poort 1 Hoofdtoestel USB-poort 2  4'#4 #7&+1 176 AUX-ingang 130   #7: 4'#4 #7&+1 176 USB-poort 2  #7: Hoofdtoestel Nl <CRD4965-A>130 Black plate (131,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Een achteruitkijkcamera aansluiten Wanneer dit product wordt gebruikt met een achteruitkijkcamera, kan er automatisch worden overgeschakeld naar het beeld van die camera wanneer de schakelhendel in REVERSE (R) wordt gezet. De Cameraweergave stand stelt u ook in staat te controleren wat er achter u gebeurt terwijl u aan het rijden bent. Achteruitkijkcamera (ND-BC8) (los verkrijgbaar) Naar video-uitgang RCA-kabel (meegeleverd met ND-BC8) WAARSCHUWING GEBRUIK DEZE INGANG ALLEEN VOOR DE OMGEKEERDE OF SPIEGELVERKEERD WEERGEGEVEN BEELDEN VAN DE ACHTERUITKIJKCAMERA. ANDERSSOORTIG GEBRUIK KAN LETSEL OF SCHADE TOT GEVOLG HEBBEN. BELANGRIJK Hoofdtoestel 15 cm  4'#4 #7&+1 176  #7: Opmerkingen ! Deze stand is beschikbaar wanneer de instelling voor de achteruitkijkcamera op “Aan” staat. (Raadpleeg voor details de Bedieningshandleiding.) ! Sluit dit product alleen aan op de achteruitkijkcamera. Sluit het niet aan op andere apparatuur. Nederlands ! Het beeld op het scherm kan omgekeerd worden weergegeven. ! De achteruitkijkcamera kan worden gebruikt om aanhangers in de gaten te houden, of bij inparkeren. Gebruik deze functie niet voor amusement. ! Objecten op het beeld van de achteruitkijkcamera kunnen dichterbij of verder weg lijken dan ze in werkelijkheid zijn. ! Wij wijzen u er op dat het door de achteruitkijkcamera weergegeven gebied iets kan verschillen wanneer de beelden op het volledige scherm worden weergegeven bij achteruit rijden en wanneer er met de camera naar achteren wordt gekeken terwijl er vooruit wordt gereden. Ingang voor achteruitkijkcamera (REAR VIEW CAMERA IN) Nl <CRD4965-A>131 131 Black plate (132,1) Hoofdstuk 02 Verbinding De AUX-ingang gebruiken BELANGRIJK Gebruik een AV-kabel met ministekker (los verkrijgbaar) voor de bedrading. Als u andere kabels gebruikt, kan de bedradingspositie verschillen waardoor beeld en geluid niet goed kunnen worden weergegeven. Externe videocomponent (los verkrijgbaar) OK Naar audio-uitgangen Naar video-uitgang L V G R L: R: V: R G V G: L Audio links (wit) Audio rechts (rood) Video (geel) Aarde RCA-kabels (los verkrijgbaar) USB- en AUX-kabel Geel Rood, wit AV-kabel met ministekker  4'#4 #7&+1 176  #7: Hoofdtoestel Opmerkingen ! Deze stand is beschikbaar wanneer de AUXingang is ingesteld op “Aan”. (Zie de bedieningshandleiding voor details.) ! Als u een externe videocomponent aansluit met een AV-kabel met ministekker, moet u indien nodig een los verkrijgbare AUX-verlengkabel gebruiken. 132 Nl <CRD4965-A>132 Black plate (133,1) Hoofdstuk 02 Verbinding Het achterdisplay aansluiten Achterdisplay met RCA-ingangen (los verkrijgbaar) Naar video-ingang Naar audio-ingangen RCA-kabel (los verkrijgbaar) Mini-pinplugkabel (los verkrijgbaar) Uitgang voor achterdisplay (REAR MONITOR OUTPUT) Hoofdtoestel 15 cm  4'#4 #7&+1 176  #7: Uitgang voor audio achter (REAR AUDIO OUT) Bij gebruik van een achterdisplay dat op de achtervideo-uitgang is aangesloten WAARSCHUWING Nederlands Plaats het achterdisplay NOOIT zo dat de bestuurder de video kan bekijken tijdens het rijden. De achtervideo-uitgang van dit product is voor de aansluiting van een display zodat de passagiers op de achterbank de video kunnen bekijken. Nl <CRD4965-A>133 133 Black plate (134,1) Hoofdstuk 03 Inbouwen Voorzorgen voor installatie BELANGRIJK ! Installeer dit product nooit op plaatsen waar, of op een manier waardoor het: — De bestuurder of passagiers kan verwonden als het voertuig plotseling stopt. — De bestuurder kan hinderen bij de bediening van het voertuig, bijvoorbeeld op de vloer voor de bestuurdersstoel, of in de buurt van het stuur of de versnelling. ! Controleer of er niets achter het dashboard of de panelen zit wanneer u hierin gaten gaat boren. Let erop dat u geen brandstofleidingen, remleidingen, elektronische componenten, communicatiedraden of voedingskabels beschadigt. ! Wanneer u schroeven gebruikt, let er dan op dat deze niet in contact komen met de elektrische bedrading. Door trillingen kan de isolatie van de draden beschadigd raken, met als gevolg kortsluiting of andere schade aan het voertuig. ! Gebruik de bijgeleverde onderdelen op de voorgeschreven wijze, zodat dit product correct wordt ingebouwd. Als bepaalde onderdelen niet bij het product zijn geleverd, moet u geschikte onderdelen op de voorgeschreven wijze gebruiken nadat u de geschiktheid van de betreffende onderdelen bij uw dealer hebt nagevraagd. Als u andere onderdelen dan de bijgeleverde onderdelen gebruikt of onderdelen die niet geschikt zijn, kunnen deze beschadigingen aan de interne onderdelen van het product veroorzaken of kunnen deze onderdelen en het product losraken. ! Het is uiterst gevaarlijk als kabels of snoeren rond de stuurkolom of de versnelling gewikkeld kunnen raken. U moet daarom dit product, de kabels en de bedrading zo installeren en wegwerken dat ze de besturing niet kunnen belemmeren of hinderen. 134 ! Zorg ervoor dat de draden niet geraakt kunnen worden door een portier of stoelverschuivingsmechanisme, met eventueel kortsluiting tot gevolg. ! Controleer of alle andere apparatuur van uw voertuig goed werkt na de installatie van dit product. ! Installeer dit product niet op een plek waar het (i) het zicht van de bestuurder kan belemmeren, (ii) de werking van bedieningssystemen of veiligheidsvoorzieningen van het voertuig kan belemmeren, zoals de airbags, knoppen voor noodverlichting of (iii) de bestuurder kan hinderen bij het veilig bedienen van het voertuig. ! Installeer het product tussen de bestuurdersstoel en de voorste passagiersstoel, zodat het niet wordt geraakt door de bestuurder of inzittende als het voertuig abrupt afremt. ! Installeer het product in geen geval voor of naast de locaties in het dashboard, het portier of de deurstijl van waar de airbags van uw voertuig tevoorschijn zullen komen. Raadpleeg het instructieboekje van uw voertuig voor de locatie van de voorairbags. ! Het niet opvolgen van al deze voorzorgsmaatregelen kan resulteren in ernstig of fataal letsel. Voorkomen van elektromagnetische storingen Om storingen te voorkomen moeten de volgende voorwerpen zo ver mogelijk van dit product alsmede andere kabels en draden worden geplaatst: ! FM, MG/LG-antenne met de kabel ! DAB-antenne met de draad ! GPS-antenne met de kabel Nl <CRD4965-A>134 Black plate (135,1) Hoofdstuk 03 Inbouwen Bovendien moet u elke antennedraad zo ver mogelijk van andere antennedraden en -kabels houden. Bind ze niet samen, laat ze niet langs elkaar lopen en laat ze elkaar niet kruisen. Elektromagnetische ruis vergroot de kans op fouten bij de positiebepaling van uw voertuig. en dient u eventuele losse kabels vast te binden zodat deze de ventilatie-openingen niet kunnen blokkeren. ! De bedrading mag het op de afbeelding hieronder aangegeven gebied niet afdekken. Dit is vereist zodat de versterker en de navigatieschakelingen hun overtollige warmte kwijt kunnen. Voor de installatie ! Raadpleeg uw dichtstbijzijnde dealer als er voor de installatie gaten moeten worden geboord, of als er andere wijzigingen in het voertuig moeten worden aangebracht. ! Voordat u dit product definitief installeert, is het raadzaam tijdelijk alle aansluitingen te maken om te kijken of deze correct zijn en alles naar behoren functioneert.  4'#4 #7&+1 176  #7: Bedek dit gebied niet. Raadpleeg voor details over de installatiemethode voor elk type voertuig de afzonderlijke installatiehandleiding en installeer dit product op de juiste wijze. Installeren van dit product Opmerkingen betreffende de installatie Nederlands ! Installeer dit product niet op plaatsen die kunnen worden blootgesteld aan hoge temperaturen of vocht, zoals: — Dichtbij een radiator, luchtopening of airconditioningapparaat. — Op plaatsen blootgesteld aan direct zonlicht, zoals op het dashboard. — Plaatsen die blootgesteld kunnen worden aan regen, zoals dicht bij een portier of op de vloer van het voertuig. ! Installeer dit product op een plek die stevig genoeg is om het gewicht van het product te dragen. Kies een plaats waar dit product stevig kan worden geïnstalleerd en zorg voor een veilige bevestiging. De actuele locatie van het voertuig kan alleen correct worden weergegeven wanneer het product goed bevestigd is. ! Om verzekerd te zijn van voldoende ventilatie bij gebruik van dit product, dient u er bij de installatie voor te zorgen dat u achter het achterpaneel voldoende ruimte vrij laat, Nl <CRD4965-A>135 135 Black plate (136,1) Hoofdstuk 03 Inbouwen Installeren van de GPSantenne ! WAARSCHUWING Installeer de GPS-antenne niet over andere sensoren of de ventilatie-openingen in het dashboard van het voertuig, want hierdoor kan de juiste werking van de sensoren of ventilatie-openingen belemmerd worden en is het ook mogelijk dat de GPS-antenne niet goed en stevig meer op het dashboard bevestigd kan worden met behulp van het metalen plaatje. BELANGRIJK Maak de GPS-antennedraad niet korter en ook niet langer. Wijzigingen aan de antennekabel kunnen leiden tot kortsluiting of storingen en permanente schade aan dit product. Opmerkingen betreffende de installatie ! De antenne dient op een zo horizontaal mogelijk oppervlak te worden bevestigd, op een plaats waar de ontvangst van de radiogolven zo min mogelijk wordt gehinderd. De antenne kan de radiogolven van de satelliet alleen ontvangen als er geen obstakel tussen de antenne en de satelliet is. 1 ! ! ! ! dat bij het systeem wordt geleverd. Als dit plaatje niet gebruikt wordt, zal de ontvangstgevoeligheid slecht zijn. Maak het bijgeleverde metalen plaatje niet kleiner. Dit resulteert in een lagere gevoeligheid van de GPS-antenne. Het metalen plaatje bevat een sterk kleefmiddel, dat na verwijdering sporen op het oppervlak kan achterlaten. Trek niet aan de antennedraad als u de GPS-antenne verwijdert. Daardoor kunt u de draad lostrekken. Verf de GPS-antenne niet, aangezien dit de prestaties van de antenne negatief beïnvloedt. De ruiten van sommige auto’s laten de signalen van de GPS-satellieten niet door. In dat geval dient u de GPS-antenne aan de buitenzijde van de auto te bevestigen. Raadpleeg voor details over de installatiemethode voor elk type voertuig de afzonderlijke installatiehandleiding en installeer dit product op de juiste wijze. 2 1 Dashboard 2 Hoedenplank ! Indien u de GPS-antenne binnen in de auto aanbrengt, gebruik dan het metalen plaatje 136 Nl <CRD4965-A>136 Black plate (137,1) Hoofdstuk 03 Inbouwen De microfoon installeren ! Installeer de microfoon in de juiste richting en op de juiste afstand zodat de microfoon gemakkelijk de stem van de bestuurder kan opvangen. ! Schakel het product uit (ACC OFF) voordat u de microfoon aansluit. ! Afhankelijk van het voertuigmodel kan de microfoonkabel te kort zijn als u de microfoon op de zonneklep bevestigt. Installeer in dat geval de microfoon op de stuurkolom. ! Bevestig de microfoon aan de zonneklep terwijl de klep omhoog staat. De microfoon kan de stem van de bestuurder niet opvangen wanneer de zonneklep naar beneden is geklapt. Raadpleeg voor details over de installatiemethode voor elk type voertuig de afzonderlijke installatiehandleiding en installeer dit product op de juiste wijze. Nederlands Nl <CRD4965-A>137 137 Black plate (138,1) Hoofdstuk 04 Na installatie Na de installatie van dit product 1 Sluit de massapool (–) van de accu van het voertuig opnieuw aan. Controleer nogmaals of alle aansluitingen op de juiste wijze zijn gemaakt en dit product correct is ingebouwd. Monteer de auto-onderdelen die u bij het inbouwen van het apparaat heeft verwijderd. Sluit tot slot de massakabel (–) weer op de massapool (–) van de accu aan. 2 Start de motor. 3 De RESET toets indrukken. Druk met een puntig voorwerp (bijvoorbeeld de punt van een pen) op de RESET toets van dit product. HOME SOURCE MAP MUTE MODE CAR p Sommige instellingen en opgeslagen gegevens worden niet teruggezet naar de begininstelling. 4 Wijzig de gewenste instellingen. = Zie de Bedieningshandleiding voor meer details over de bediening. 5 Rijd over een normale weg totdat de GPS het signaal begint te ontvangen. Opmerking Na de installatie van dit product dient u op een veilige plaats te controleren of het voertuig normaal functioneert. 138 Nl <CRD4965-A>138 Black plate (139,1) Nederlands Nl <CRD4965-A>139 139 Black plate (140,1) PIONEER CORPORATION 28-8, Honkomagome 2-chome, Bunkyo-ku, Tokyo 113-0021, JAPAN PIONEER EUROPE NV Haven 1087, Keetberglaan 1, B-9120 Melsele, Belgium/Belgique TEL: (0) 3/570.05.11 Technische Hotline der Pioneer Electronics Deutschland GmbH © 2016 PIONEER CORPORATION. All rights reserved. TEL: 02154/913-333 © 2016 PIONEER CORPORATION. Tous droits de reproduction et de traduction réservés. <KKYZ16A> <CRD4965-A> EU <CRD4965-A>140
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140

Pioneer AVIC EVO1 Handleiding

Type
Handleiding