Samsung SAMSUNG WB150F Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Klik op een onderwerp
Algemene problemen oplossen
Beknopt overzicht
Inhoud
Basisfuncties
Uitgebreide functies
Opnameopties
Afspelen/bewerken
Draadloos netwerk
(Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
Instellingen
Bijlagen
Index
In deze gebruiksaanwijzing vindt u
uitgebreide aanwijzingen voor het
gebruik van uw camera. Lees deze
gebruiksaanwijzing aandachtig door.
WB150/WB150F/
WB151/
WB151F/WB152F
1
Voorkom oogletsel bij het nemen van foto's.
Gebruik de flitser van de camera niet vlakbij (op minder dan
1 m afstand van) de ogen van mensen of dieren. Als u de flitser
dicht bij de ogen van het onderwerp gebruikt, kunt u tijdelijke of
permanente schade aan het gezichtsvermogen veroorzaken.
Houd de camera buiten het bereik van kleine kinderen en
huisdieren.
Houd de camera en alle bijbehorende onderdelen en accessoires
buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Kleine
onderdelen vormen verstikkingsgevaar of kunnen schadelijk zijn
wanneer deze worden ingeslikt. Bewegende onderdelen en
accessoires kunnen ook fysiek gevaar opleveren.
Stel de camera niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht of
hoge temperaturen bloot.
Langdurige blootstelling aan zonlicht of extreme temperaturen
kan permanente schade aan interne onderdelen van het toestel
veroorzaken.
Informatie over gezondheid en veiligheid
Houd u altijd aan de volgende voorzorgsmaatregelen en gebruikstips om gevaarlijke situaties te vermijden en ervoor te zorgen dat de
camera optimaal werkt.
Waarschuwing—situaties die bij u of anderen letsel kunnen
veroorzaken
Haal de camera niet uit elkaar en probeer de camera niet te
repareren.
Dit kan een schok veroorzaken of de camera beschadigen.
Gebruik de camera niet dichtbij ontvlambare of explosieve
gassen en vloeistoffen.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Plaats geen ontvlambare materialen in de camera en bewaar
dergelijke materialen niet in de buurt van de camera.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Raak de camera niet met natte handen aan.
Dit kan een schok veroorzaken.
2
Voorkom dat de camera of oplader wordt bedekt door kleden
of kleding.
Dit kan oververhitting van de camera of brand veroorzaken.
Gebruik het netsnoer en de oplader niet tijdens een onweersbui.
Dit kan een elektrische schok veroorzaken.
Als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen in de camera komen,
moet u meteen alle voedingsbronnen, zoals de batterij of
oplader, loskoppelen en vervolgens contact opnemen met een
servicecenter van Samsung.
Houd u aan alle regelgeving die het gebruik van camera's in
bepaalde omgevingen beperkt.
Voorkom storing met andere elektronische apparatuur.
Schakel de camera uit voordat u aan boord van een vliegtuig
gaat. De camera kan storing in de apparatuur van het
vliegtuig veroorzaken. Houd u aan alle voorschriften van de
luchtvaartmaatschappij en zet de camera uit als dit door het
vliegtuigpersoneel wordt gevraagd.
Schakel de camera uit in de nabijheid van medische
apparatuur. De camera kan storing veroorzaken in medische
apparaten in ziekenhuizen of zorginstellingen. Volg alle
voorschriften, waarschuwingsmededelingen en aanwijzingen
van medisch personeel.
Vermijd storing van pacemakers.
Bewaar minimaal 15 cm afstand tussen de camera en
pacemakers om mogelijke storing van de pacemaker te
voorkomen, overeenkomstig de aanbevelingen van de
onafhankelijke onderzoeksgroep Wireless Technology Research.
Als u vermoedt dat de camera storing veroorzaakt bij een
pacemaker of ander medisch apparaat, moet u de camera
onmiddellijk uitschakelen en voor instructies contact op te nemen
met de fabrikant van de pacemaker of het medische apparaat.
Informatie over gezondheid en veiligheid
3
Informatie over gezondheid en veiligheid
Voorzichtig—situaties die kunnen resulteren in beschadiging
van de camera of andere apparatuur
Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere
tijd opbergt.
Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken
of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken.
Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen
lithium-ionbatterijen ter vervanging. Zorg dat u de batterij niet
beschadigt of verhit.
Hierdoor kan brand ontstaan of persoonlijk letsel worden
veroorzaakt.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen,
opladers, kabels en accessoires.
Niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires
kunnen de camera beschadigen, letsel veroorzaken of ertoe
leiden dat batterijen exploderen.
Samsung is niet aansprakelijk voor schade of letsel veroorzaakt
door niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of
accessoires.
Gebruik batterijen niet voor doeleinden waarvoor de batterijen
niet zijn bedoeld.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Raak de flitser niet aan wanneer deze wordt gebruikt.
De flitser wordt zeer heet en kan brandwonden veroorzaken.
Als u de AC-oplader gebruikt, moet u de camera uitschakelen
voor u de voedingsbron van de AC-oplader loskoppelt.
Anders kunt u brand of een schok veroorzaken.
Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als
u de oplader niet gebruikt.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Gebruik voor het opladen van de batterijen geen
elektriciteitssnoeren of stekkers die beschadigd zijn, of een
loshangend stopcontact.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Zorg dat de AC-oplader niet in contact komt met de plus- en
minpolen van de batterij.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
4
Informatie over gezondheid en veiligheid
Voorkom storing met andere elektronische apparatuur.
De camera zendt RF-signalen (Radio Frequency) uit die storing
kunnen veroorzaken in elektronische apparatuur die niet of niet
voldoende is beschermd, zoals pacemakers, gehoorapparaten,
medische apparatuur en andere apparatuur thuis of in de auto.
Vraag advies bij de fabrikant van uw elektronische apparatuur om
mogelijke problemen met storing op te lossen. Gebruik alleen
door Samsung goedgekeurde apparaten of accessoires om
ongewenste storingen te voorkomen.
Gebruik de camera in de normale gebruikspositie.
Raak de interne antenne van de camera niet aan.
Gegevensoverdracht en verantwoordelijkheden
Gegevens die via een WLAN worden verzonden, kunnen
in verkeerde handen vallen, dus vermijd het verzenden van
gevoelige gegevens in openbare ruimten of via open netwerken.
De fabrikant van de camera is niet aansprakelijk voor
gegevensoverdracht waarmee inbreuk wordt gemaakt
op auteursrechten, handelsmerken, intellectueel-
eigendomsrechten of regelgeving met betrekking tot de
openbare zedelijkheid.
Forceer de cameraonderdelen niet en oefen geen kracht uit op
de camera.
Dit kan leiden tot camerastoringen.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van snoeren en adapters en
het plaatsen van batterijen en geheugenkaarten.
Door het forceren van aansluitingen, het niet op de juiste manier
aansluiten van snoeren of het niet op de juiste manier plaatsen
van batterijen en geheugenkaarten kunt u poorten, aansluitingen
en accessoires beschadigen.
Houd kaarten met magnetische stroken uit de buurt van het
camera-etui.
Informatie die is opgeslagen op de kaart kan worden beschadigd
of gewist.
Gebruik nooit een beschadigde oplader, batterij of
geheugenkaart.
Dit kan een schok, camerastoring of brand veroorzaken.
Controleer voor gebruik of de camera naar behoren
functioneert.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verlies van bestanden of
schade die kan voortkomen uit defecten aan de camera of onjuist
gebruik.
Steek het smalle uiteinde van de USB-kabel in de camera.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden
beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig
verlies van gegevens.
5
Copyrightinformatie
Microsoft Windows en het Windows-logo zijn
geregistreerde handelsmerken van Microsoft
Corporation.
Mac is een geregistreerd handelsmerk van Apple
Corporation.
microSD™, microSDHC™ en microSDXC™ zijn
geregistreerde handelsmerken van SD Association.
Wi-Fi
®
, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn
geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
Handelsmerken en handelsnamen in deze
gebruiksaanwijzing zijn het eigendom van de betreffende
eigenaars.
Cameraspecificaties of de inhoud van deze
gebruiksaanwijzing kunnen bij een upgrade van
camerafuncties zonder kennisgeving worden
gewijzigd.
U kunt de camera het beste gebruiken in het land
waar u deze hebt aangeschaft.
Gebruik deze camera op een verantwoorde manier
en leef alle wet- en regelgeving met betrekking tot het
gebruik van de camera na.
Het is niet toegestaan om enig deel van deze
gebruiksaanwijzing zonder vooraf gegeven
toestemming te hergebruiken of verspreiden.
Raadpleeg voor informatie over de Open Source-
licentie het bestand 'OpenSourceInfo.pdf' op de
meegeleverde CD-ROM.
Overzicht van de gebruiksaanwijzing
Basisfuncties 14
Hier vindt u informatie over de indeling en
pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het
maken van opnamen.
Uitgebreide functies 34
Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het
opnemen van video's door een modus te selecteren.
Opnameopties 53
Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in
de opnamemodus.
Afspelen/bewerken 76
Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt
weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt
bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een
computer, fotoprinter of televisie aansluit.
Draadloos netwerk
(Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 99
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken
met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Instellingen 120
Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te
configureren.
Bijlagen 126
Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties
en onderhoud.
6
Indicatoren gebruikt in deze gebruiksaanwijzing
Opnamemodus Pictogram
Smart Auto
T
Programma
p
Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit, Handmatig
G
Scène
s
Magisch Plus
g
Wi-Fi (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
w
Live Panorama (Alleen WB150/WB151)
R
Instellingen
n
Film
v
Pictogrammen in de opnamemodus
Deze pictogrammen worden weergegeven in de tekst wanneer
een functie beschikbaar is in een bepaalde modus. Bekijk het
onderstaande voorbeeld.
Opmerking: de modus s of g ondersteunt wellicht bepaalde
functies niet voor alle scènes.
Bijvoorbeeld:
Beschikbaar in de
modi Programma,
Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit en Film
Pictogrammen in deze gebruiksaanwijzing
Symbool Functie
Aanvullende informatie
Veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen
[]
Cameraknoppen. [Ontspanknop] staat bijvoorbeeld
voor de sluiterknop.
() Paginanummer van verwante informatie
De volgorde van de opties of menu's die u moet
selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld:
selecteer Gezichtsdetectie Normaal (betekent
selecteer Gezichtsdetectie en selecteer vervolgens
Normaal).
* Voetnoot
7
Op de ontspanknop drukken
Druk de [Ontspanknop] half in: druk de sluiterknop tot
halverwege in
Druk op de [Ontspanknop]: druk de sluiterknop helemaal in
Druk de [Ontspanknop] half in Druk op de [Ontspanknop]
Onderwerp, achtergrond en compositie
Onderwerp: het hoofdobject van een scène, zoals een
persoon, dier of stilleven
Achtergrond: de objecten rond het onderwerp
Compositie: de combinatie van onderwerp en achtergrond
Compositie
Achtergrond
Onderwerp
Belichting (Helderheid)
De hoeveelheid licht die de camera binnenkomt, bepaalt de
belichting. De belichting kan worden aangepast met sluitertijd,
diafragmawaarde en ISO-waarde. Wanneer u de belichting
verandert, worden de foto's donkerder of lichter.
S
Normale belichting
S
Overbelicht (te helder)
Uitdrukkingen in deze gebruiksaanwijzing
8
Algemene problemen oplossen
Hier vindt u informatie waarmee u algemene problemen kunt oplossen door opnameopties in te stellen.
De ogen van het
onderwerp zijn rood.
Dit wordt veroorzaakt door een reflectie van de flitser van de camera.
Stel de flitsoptie in op Rode ogen of Anti-rode ogen. (pag. 57)
Als de foto al is gemaakt, selecteert u Anti-rode ogen in het bewerkingsmenu. (pag. 90)
Foto's bevatten
stofvlekken.
Als u de flitser gebruikt, worden stofdeeltjes in de lucht mogelijk vastgelegd op foto's.
Schakel de flitser uit of neem geen foto's op stoffige plaatsen.
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59)
Foto's zijn onscherp.
Vervaging kan optreden als u foto's maakt in slecht licht of de camera niet goed vasthoudt. Gebruik de
functie OIS of druk de [Ontspanknop] half in om ervoor te zorgen dat de camera op het onderwerp
scherpstelt. (pag. 32)
Bij nachtopnamen
zijn foto's onscherp.
Om meer licht binnen te laten, gebruikt de camera een langere sluitertijd. Hierdoor kan het moeilijk
worden om de camera lang genoeg stabiel te houden om een duidelijke foto vast te leggen en kan de
camera gaan trillen.
Selecteer Nacht in de modus
s
. (pag. 37)
Schakel de flitser in. (pag. 57)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59)
Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
Het onderwerp
is te donker door
tegenlicht.
Als de lichtbron zich achter het onderwerp bevindt of als er een groot contrast is tussen de lichte en
donkere gebieden, kan het onderwerp te donker worden.
Maak geen foto's tegen de zon in.
Selecteer Tegenl. in de modus
s
. (pag. 37)
Stel de flitseroptie in op Invulflits. (pag. 57)
Pas de belichting aan. (pag. 69)
Stel de optie Automatische contrastverbetering (ACB) in. (pag. 70)
Stel de lichtmeting in op Spot als een onderwerp zich in het midden van het kader bevindt.
(pag. 70)
9
Beknopt overzicht
Foto's van mensen maken
s
-modus > Beautyshot
f
38
g
-modus > Beeld in beeld
f
46
Rode ogen/Anti-rode ogen (rode ogen
voorkomen of corrigeren)
f
57
Gezichtsdetectie
f
64
Zelfportret
f
65
's Nachts of in het donker foto's
maken
s
-modus > Nacht, Zon onder, Dageraad
f
37
Flitseropties
f
57
ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen)
f
59
Actiefoto's maken
h
-modus
f
42
Continu, Bewegingsopname
f
73
Foto's van tekst, insecten en
bloemen maken
s
-modus > Tekst
f
37
Macro
f
60
De belichting aanpassen
(helderheid)
ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen)
f
59
EV (de belichting aanpassen)
f
69
ACB (compenseren voor onderwerpen tegen
heldere achtergronden)
f
70
L.meting
f
70
AEB (3 foto's van dezelfde scène maken, maar
met verschillende belichtingen)
f
73
Foto's van de omgeving maken
s
-modus > Landschap
f
37
g
-modus > Live Panorama
f
44
Effecten toepassen op foto's
g
-modus > Magisch kader
f
45
g
-modus > Gesplitste opname
f
46
g
-modus > Artistiek pens.
f
48
g
-modus > Fotofilter
f
49
Beeld aanpassen (om Scherpte, Contrast of
Kleurverz. aan te passen)
f
74
Effecten toepassen op video's
g
-modus > Filmfilter
f
50
Bewegingsonscherpte
voorkomen
Optische beeldstabilisatie (OIS)
f
31
Bestanden op categorie bekijken in Smart
Album
f
79
Bestanden weergeven als miniaturen
f
80
Alle bestanden op de geheugenkaart
verwijderen
f
82
Foto's als diashow weergeven
f
84
Bestanden weergeven op een televisie
f
91
De camera op een computer aansluiten
f
92
Websites voor het delen van foto's
of video's gebruiken
(Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
f
104
Foto's of video's via e-mail verzenden
(Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
f
107
Geluid en volume aanpassen
f
122
De helderheid van het scherm aanpassen
f
123
De schermtaal wijzigen
f
124
De datum en tijd instellen
f
124
Voordat u contact opneemt met een
servicecenter
f
138
10
Inhoud
Uitgebreide functies
......................................................... 34
De Smart Auto-modus gebruiken ............................... 35
De Scènemodus gebruiken ......................................... 37
De Beautyshot-modus gebruiken ................................ 38
De Programmamodus gebruiken ................................ 39
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of
Handmatig gebruiken .................................................. 40
De modus Diafragmaprioriteit gebruiken ....................... 41
De modus Sluiterprioriteit gebruiken ............................. 42
De modus Handmatig gebruiken ................................. 43
De modus Magisch Plus gebruiken ............................ 44
De modus Live Panorama gebruiken ............................ 44
De Magische kadermodus gebruiken ........................... 45
De modus Gesplitste opname gebruiken ...................... 46
De modus Beeld in Beeld gebruiken ............................ 46
De modus Artistic Brush gebruiken .............................. 48
De Fotofiltermodus ..................................................... 49
De Filmfiltermodus gebruiken ...................................... 50
De Filmmodus gebruiken ............................................ 51
De Intelligente scènedetectiemodus gebruiken .............. 52
Basisfuncties
..................................................................... 14
Uitpakken .................................................................... 15
Indeling van de camera ............................................... 16
De batterij en geheugenkaart plaatsen ....................... 19
De batterij opladen en de camera inschakelen .......... 20
De batterij opladen ..................................................... 20
De camera inschakelen .............................................. 20
De eerste instellingen uitvoeren .................................. 21
Uitleg over de pictogrammen ...................................... 23
Opties of menu's selecteren ....................................... 24
Het scherm en geluid instellen .................................... 26
Het schermtype instellen ............................................. 26
Het geluid instellen ..................................................... 27
Foto's maken ............................................................... 28
Zoomen .................................................................... 29
Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS) ....................... 31
Tips om betere foto's te maken .................................. 32
11
Inhoud
Opnameopties
.................................................................. 53
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren .................... 54
De resolutie selecteren ............................................... 54
Een beeldkwaliteit selecteren ....................................... 55
De timer gebruiken ...................................................... 56
Opnamen in het donker maken ................................... 57
Rode ogen voorkomen ............................................... 57
De flitser gebruiken ..................................................... 57
De ISO-waarde aanpassen ......................................... 59
De scherpstelling aanpassen ...................................... 60
Macro gebruiken ........................................................ 60
Autofocus gebruiken ................................................... 60
Scherpstellen op een geselecteerd gebied ................... 62
Meebewegende autofocus gebruiken .......................... 62
Het scherpstelgebied aanpassen ................................. 63
Gezichtsdetectie gebruiken ........................................ 64
Gezichten detecteren ................................................. 64
Een zelfportret maken ................................................. 65
Een foto van een lachend gezicht maken ..................... 65
Knipperende ogen detecteren ..................................... 66
Slimme gezichtsherkenning gebruiken .......................... 66
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) ................... 67
Helderheid en kleur aanpassen ................................... 69
De belichting handmatig aanpassen (EV) ...................... 69
Compenseren voor tegenlicht (ACB) ............................ 70
De lichtmeetmethode wijzigen ..................................... 70
Een instelling voor Witbalans selecteren ....................... 71
Serieopnamen ............................................................. 73
Afbeeldingen aanpassen ............................................. 74
Het geluid van de zoom verminderen ......................... 75
12
Inhoud
Afspelen/bewerken
........................................................... 76
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus ...... 77
De afspeelmodus starten ............................................ 77
Foto's weergeven ....................................................... 83
Een video afspelen ..................................................... 85
Foto's bewerken .......................................................... 87
Het formaat van foto's wijzigen ..................................... 87
Een foto draaien ......................................................... 87
Smart filter-effecten toepassen .................................... 88
Foto's aanpassen ....................................................... 89
Een afdrukbestelling maken (DPOF) ............................. 90
Bestanden op een tv weergeven ................................ 91
Bestanden overbrengen naar een
Windows-computer ..................................................... 92
Bestanden overbrengen met Intelli-Studio ..................... 93
Bestanden overbrengen door de camera aan te
sluiten als verwisselbare schijf
...................................... 95
De camera loskoppelen (voor Windows XP) .................. 96
Bestanden overbrengen naar een Mac-computer ..... 97
Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken ....... 98
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
... 99
Verbinding maken met een WLAN en
netwerkinstellingen configureren .............................. 100
Verbinding maken met een WLAN ............................. 100
De aanmeldingsbrowser gebruiken ............................ 101
Tips over netwerkverbinding ...................................... 102
Tekst invoeren .......................................................... 103
Websites voor het delen van foto's of video's
gebruiken ................................................................... 104
Een website openen ................................................. 104
Foto's of video's uploaden ........................................ 104
Foto's of video's via e-mail verzenden ..................... 106
E-mailinstellingen wijzigen .......................................... 106
Foto's of video's via e-mail verzenden ........................ 107
Foto's of video's verzenden naar een smartphone ... 109
Een smartphone gebruiken als externe
ontspanknop .............................................................. 110
Foto's uploaden naar een cloudserver ..................... 112
Automatische back-up gebruiken om foto's of
video's te verzenden ................................................ 113
Het programma voor Automatische back-up
installeren op uw pc
................................................. 113
Foto's of video's verzenden naar een pc ..................... 113
Foto's of video's weergeven op een tv met
TV Link-functionaliteit ................................................ 115
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ............................. 117
Over de WOL-functie Wake on LAN ......................... 118
13
Inhoud
Instellingen
...................................................................... 120
Instellingenmenu ....................................................... 121
Het instellingenmenu openen .................................... 121
Geluid ..................................................................... 122
Display .................................................................... 122
Connectiviteit ........................................................... 123
Algemeen ................................................................ 124
Bijlagen
............................................................................ 126
Foutmeldingen ........................................................... 127
Cameraonderhoud .................................................... 129
De camera reinigen .................................................. 129
De camera gebruiken of opbergen ............................. 130
Geheugenkaarten .................................................... 131
De batterij ................................................................ 134
Voordat u contact opneemt met een
servicecenter ............................................................. 138
Cameraspecificaties .................................................. 141
Woordenlijst ............................................................... 145
Verklaring in officiële talen ......................................... 151
Index .......................................................................... 153
Basisfuncties
Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het
maken van opnamen.
Uitpakken
…………………………………… 15
Indeling van de camera
…………………… 16
De batterij en geheugenkaart plaatsen
… 19
De batterij opladen en de camera
inschakelen
………………………………… 20
De batterij opladen
……………………… 20
De camera inschakelen
…………………… 20
De eerste instellingen uitvoeren
………… 21
Uitleg over de pictogrammen
…………… 23
Opties of menu's selecteren
……………… 24
Het scherm en geluid instellen
…………… 26
Het schermtype instellen
………………… 26
Het geluid instellen
……………………… 27
Foto's maken
……………………………… 28
Zoomen
…………………………………… 29
Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS)
31
Tips om betere foto's te maken
………… 32
Basisfuncties
15
Uitpakken
De productverpakking bevat de volgende onderdelen.
Camera AC-adapter/
USB-kabel
Oplaadbare batterij Polslus
Gebruiksaanwijzing op cd-rom Snelstartgids
Optionele accessoires
Camera-etui A/V-kabel
Batterijoplader Geheugenkaart
Geheugenkaart/Geheugenkaartadapter
De afbeeldingen kunnen enigszins afwijken van de onderdelen die bij uw
product zijn geleverd.
Afhankelijk van het model kunnen er verschillende items in de doos zitten.
U kunt optionele accessoires aanschaffen bij een wederverkoper of
een servicecenter van Samsung. Samsung is niet verantwoordelijk voor
problemen die door het gebruik van niet-goedgekeurde accessoires
ontstaan.
Basisfuncties
16
Indeling van de camera
Zorg dat u vertrouwd bent met de diverse onderdelen en functies van de camera voordat u begint.
Batterijklep
Een geheugenkaart en batterij plaatsen
Statiefbevestigingspunt
Flitser
Lens
Microfoon
Ontspanknop
AF-hulplampje/Timerlampje
Luidspreker
USB- en A/V-aansluiting
Voor aansluiting van USB-kabel en
A/V-kabel
Power-knop
Interne antenne*
* Vermijd contact met de interne
antenne tijdens het gebruik van het
draadloze netwerk.
(Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
Basisfuncties
17
Indeling van de camera
Statuslampje
Knippert: wanneer de camera een
foto of video opslaat, wordt gelezen
door een computer of printer, als
het beeld onscherp is of als er
een probleem is met het opladen
van de batterij (Op de WB150F/
WB151F/WB152F, wanneer de
camera verbinding maakt met
WLAN of een foto verzendt)
Licht op: wanneer de camera is
aangesloten op een computer,
wanneer de batterij wordt
opgeladen of wanneer het beeld is
scherpgesteld
Zoomknop
In de opnamemodus: in- en
uitzoomen
In de afspeelmodus: inzoomen op
een deel van de foto, bestanden als
miniaturen weergeven of het volume
aanpassen
Scherm
De polslus bevestigen
Modusdraaiknop
(pag. 18)
Knoppen
(pag. 18)
x
y
Basisfuncties
18
Indeling van de camera
Modusdraaiknop
Symbool Beschrijving
T
Smart Auto: hiermee maakt u een foto waarbij de camera
automatisch een geschikte scènemodus selecteert.
p
Programma: hiermee maakt u een foto door opties
in te stellen, met uitzondering van de sluitertijd en
diafragmawaarde.
G
A
Diafragmaprioriteit: hiermee selecteert
de camera de sluitertijd op basis van de
diafragmawaarde die u handmatig hebt ingesteld.
h
Sluiterprioriteit: hiermee selecteert de camera de
diafragmawaarde op basis van de sluitertijd die u
handmatig hebt ingesteld.
M
Handmatig: hiermee kunt u verschillende camera-
instellingen aanpassen, waaronder de sluitertijd en
diafragmawaarde.
s
Scène: hiermee maakt u een foto met opties die vooraf
zijn ingesteld voor een specifieke scène.
g
Magisch Plus: een foto maken, een video opnemen, of
een afbeelding bewerken met verschillende effecten.
w
Wi-Fi: verbinding maken met draadloze lokale netwerken
en de functies ervan gebruiken.
(Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
R
Live Panorama: maak een serie foto's en combineer
deze om een panoramisch beeld te maken.
(Alleen WB150/WB151)
n
Instellingen: de instellingen van uw camera configureren.
v
Film: hiermee kunt u instellingen aanpassen voor het
opnemen van een video.
Knoppen
Knop Beschrijving
Het opnemen van een video starten.
Opties of menu's openen.
Terug gaan.
Basisfuncties Overige functies
D
De schermoptie wijzigen. Omhoog
c
De macro-optie wijzigen. Omlaag
F
De flitseroptie wijzigen. Naar links
t
De timeroptie wijzigen. Naar rechts
De gemarkeerde optie of het gemarkeerde menu
bevestigen.
De afspeelmodus openen.
Bestanden verwijderen in de afspeelmodus.
Basisfuncties
19
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Hier vindt u informatie over het in de camera plaatsen van de batterij en een optionele geheugenkaart.
De batterij en geheugenkaart verwijderen
Geheugenkaart
Duw voorzichtig tegen de
kaart totdat deze uit de
camera loskomt en trek de
kaart vervolgens uit de sleuf.
Oplaadbare batterij
Batterijvergrendeling
Schuif de vergrendeling
omlaag om de batterij los te
maken.
De geheugenkaartadapter gebruiken
Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit
product, een computer of een geheugenkaartlezer,
moet u de kaart in een adapter plaatsen.
U kunt het interne geheugen gebruiken voor tijdelijke opslag als er geen
geheugenkaart is geplaatst.
Geheugenkaart
Zorg dat bij het plaatsen
van een geheugenkaart de
goudkleurige contactpunten
omhoog zijn gericht.
Oplaadbare batterij
Plaats de batterij met het
Samsung-logo naar boven.
Basisfuncties
20
De batterij opladen en de camera inschakelen
De camera inschakelen
Druk op [POWER] om de camera in- of uit te schakelen.
Het scherm voor de eerste instellingen verschijnt wanneer u de
camera voor het eerst inschakelt. (pag. 21)
De camera inschakelen in de afspeelmodus
Druk op [P]. De camera wordt ingeschakeld en gaat direct naar
de afspeelmodus.
Als u uw camera inschakelt door [
P
] ingedrukt te houden totdat het
statuslampje knippert, geeft de camera geen enkel geluid.
De batterij opladen
Voordat u de camera voor het eerst gaat gebruiken, moet de
batterij worden opgeladen. Sluit het kleine uiteinde van de
USB-kabel aan op de camera en sluit het andere uiteinde van de
USB-kabel aan op de AC-adapter.
Statuslampje
Rode lampje brandt: opladen
Rode lampje uit: volledig opgeladen
Rode lampje knippert: fout
Gebruik alleen de AC-adapter en de USB-kabel die bij de camera zijn
geleverd. Als u een andere AC-adapter (zoals SAC-48) gebruikt, is het
mogelijk dat de batterij van de camera niet kan worden opgeladen of niet
correct werkt.
Basisfuncties
21
De eerste instellingen uitvoeren
Wanneer u de camera voor het eerst inschakelt, wordt het scherm voor de eerste installatie weergegeven. Volg de onderstaande stappen
om de basisinstellingen van de camera te configureren.
4
Druk op [
D
/
c
] om Thuis te selecteren en druk
op [
o
].
Als u naar een ander land gaat, selecteert u Bezoek en
selecteert u een nieuwe tijdzone.
5
Druk op [
F
/
t
] om een tijdzone te selecteren en druk
op [
o
] [
b
].
Annuleer Instellen
Tijdzone : Thuis
Londen
1
Controleer of Language is gemarkeerd en druk op [
t
]
of [
o
].
2
Druk op [
D
/
c
] om een taal te selecteren en
druk op [
o
].
3
Druk op [
c
] om Tijdzone te selecteren en druk op
[
t
] of [
o
].
Basisfuncties
22
De eerste instellingen uitvoeren
6
Druk op [
c
] om Datum/tijd aanpassen te selecteren
en druk op [
t
] of [
o
].
Annuleer Instellen
Datum/tijd aanpassen
Jaar Maand Dag Uur Min. Zomertijd
Het scherm kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde
taal.
7
Druk op [
F
/
t
] om een item te selecteren.
8
Druk op [
D
/
c
] om de datum, tijd en zomertijd in te
stellen en druk op [
o
].
9
Druk op [
c
] om Datumtype te selecteren en druk op
[
t
] of [
o
].
10
Druk op [
D
/
c
] om een datumnotatie te selecteren
en druk op [
o
].
11
Druk op [
b
] om de eerste configuratie te voltooien.
Basisfuncties
23
Symbool Beschrijving
Beschikbare opnametijd
Belichtingswaarde
Huidige datum
Huidige tijd
Resterend aantal foto's
Geheugenkaart geplaatst
: volledig opgeladen
: gedeeltelijk
opgeladen
: leeg (opladen)
Autofocuskader
Bewegingsonscherpte
Zoomindicator
Fotoresolutie als de intelligente
zoomfunctie is ingeschakeld
Zoomverhouding
Histogram (pag. 26)
Uitleg over de pictogrammen
Welke pictogrammen worden weergegeven op het scherm, is afhankelijk van de geselecteerde modus en de ingestelde opties.
1
2
3
2
Opnameopties (rechts)
Symbool Beschrijving
Intelli-zoom aan
Fotoresolutie
Videoresolutie
Lichtmeting
Framesnelheid
Flitser
Sound Alive Aan
Optische beeldstabilisatie (OIS)
Autofocusinstelling
Beeldaanpassing (contrast,
scherpte en kleurverzadiging)
Timer
3
Opnamegegevens
Symbool Beschrijving
Diafragmawaarde
Sluitertijd
1
Opnameopties (links)
Symbool Beschrijving
Opnamemodus
ISO-waarde
Witbalans
Gezichtsdetectie
Gezichtretouch.
Gezichtstint
Optie voor serieopnamen
Scherpstelgebied
Basisfuncties
24
Opties of menu's selecteren
Als u een optie of een menu wilt selecteren, drukt u op [m] en drukt u vervolgens op [D/c/F/t] of [o].
Teruggaan naar het vorige menu
Druk op [
b
] om terug te gaan naar het vorige menu.
Druk de [Ontspanknop] half in om terug te gaan naar de opnamemodus.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer een optie of menu.
Druk op [
D
] of [
c
] om omhoog of omlaag te gaan.
Druk op [
F
] of [
t
] om naar links of rechts te gaan.
3
Druk op [
o
] om de gemarkeerde optie of het
gemarkeerde menu te bevestigen.
Basisfuncties
25
Opties of menu's selecteren
3
Druk op [
D
/
c
] om Witbalans te selecteren en druk
op [
t
] of [
o
].
EV
Witbalans
ISO
Flitser
Focus
Scherpstelgebied
Afsl. Select.
4
Druk op [
F
/
t
] om een witbalansoptie te selecteren.
Terug Select.
Witbalans : Daglicht
5
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Voorbeeld: een witbalansoptie selecteren in de
Programmamodus:
1
Draai de modusdraaiknop naar
p
.
S WB150F/WB151F/
WB152F
SWB150/WB151
2
Druk op [
m
].
Afsl. Select.
EV
Witbalans
ISO
Flitser
Focus
Scherpstelgebied
Basisfuncties
26
Het scherm en geluid instellen
Hier vindt u informatie over hoe u de basisinstellingen van het scherm en het geluid kunt aanpassen.
Over histogrammen
Een histogram is een grafiek die illustreert hoe het licht is verdeeld
in uw foto. Als het histogram een hoge piek aan de linkerkant
heeft, is de foto onderbelicht en wordt deze donker weergegeven.
Een piek aan de rechterkant van de grafiek betekent dat de foto
overbelicht is en te helder wordt weergegeven. De hoogte van de
pieken houdt verband met de kleurgegevens. Hoe meer van een
bepaalde kleur, hoe hoger de piek.
S
Onderbelicht
S
Goed belicht
S
Overbelicht
Het schermtype instellen
U kunt een type weergave selecteren voor de opname-
of afspeelmodus. Elk type geeft andere opname- of
afspeelgegevens weer. Bekijk de onderstaande tabel.
Druk herhaaldelijk op [D] om het schermtype te wijzigen.
Modus
Type weergave
Opnemen
Alle informatie over opnameopties verbergen.
Alle informatie over opnameopties weergeven.
Een histogram weergeven.
Afspelen
Alle informatie over het huidige bestand verbergen.
Informatie weergeven over het huidige bestand
(met uitzondering van de opname-instellingen en
het histogram).
Alle informatie over het huidige bestand
weergeven.
Basisfuncties
27
Het scherm en geluid instellen
De weergave van opties instellen
In sommige modi kunt u de weergave van opties uitschakelen of
inschakelen.
Druk meerdere malen op [
o
].
De optieweergave uitschakelen.
De optieweergave inschakelen.
Optieweergave
Beautyshot
Paneel uit
S Bijvoorbeeld in de modus Scène
Het geluid instellen
Schakel het geluid in of uit dat de camera maakt wanneer u
functies uitvoert.
1
Draai de modusdraaiknop naar
n
.
2
Selecteer Geluid Piepjes.
3
Selecteer een optie.
Optie
Beschrijving
Uit
De camera laat geen geluiden horen.
Aan
De camera laat geluiden horen.
Basisfuncties
28
Foto's maken
Hier vindt u informatie over hoe u snel en eenvoudig foto's kunt in de Smart Auto-modus.
3
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Een groen kader betekent dat het onderwerp scherp in
beeld is.
Een rood kader betekent dat het onderwerp niet scherp in
beeld is.
4
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
5
Druk op [
P
] om de gemaakte foto weer te geven.
Als u de foto wilt verwijderen, drukt u op [
f
] en selecteert
u Ja.
6
Druk op [
P
] om terug te gaan naar de opnamemodus.
Zie pagina 32 voor tips om betere foto's te maken.
1
Draai de modusdraaiknop naar
T
.
S WB150F/WB151F/
WB152F
SWB150/WB151
2
Plaats het onderwerp in het kader.
Basisfuncties
29
Foto's maken
Digitale zoom
De digitale zoomfunctie wordt standaard ondersteund in
de opnamemodus. Als u inzoomt op een onderwerp in de
opnamemodus en de zoomaanduiding bevindt zich in het digitale
bereik, gebruikt de camera de digitale zoomfunctie. U kunt tot
90 keer inzoomen als u zowel de optische zoomfunctie (18X) als
de digitale zoomfunctie (5X) gebruikt.
Zoomindicator
Optisch bereik
Digitaal bereik
De digitale zoom is niet beschikbaar met de opties Keuze AF, Tracking
AF of Handm. scherpstellen.
Als u een foto maakt met de digitale zoomfunctie, kan de fotokwaliteit
lager zijn dan normaal.
pAhMs
Zoomen
U kunt close-upfoto's maken door in te zoomen.
Uitzoomen
Inzoomen
Zoomverhouding
Hoe verder u de zoomknop draait, hoe sneller de camera in- of
uitzoomt.
Wanneer u de zoomknop draait, kan de zoomverhouding op het
scherm ongelijk worden gewijzigd.
Basisfuncties
30
Foto's maken
Intelligent zoomen
Als de zoomindicator zich in het bereik voor intelligent zoomen
bevindt, gebruikt de camera de intelligente zoomfunctie. De
resolutie van de foto verschilt afhankelijk van de zoomverhouding
als u de intelligente zoomfunctie gebruikt. U kunt tot 36 keer
inzoomen als u zowel de optische als de intelligente zoomfunctie
gebruikt.
Zoomindicator
Optisch bereik
Bereik intelligent zoomen
Fotoresolutie als
de intelligente
zoomfunctie is
ingeschakeld
Intelli-zoom is niet beschikbaar met de opties Keuze AF, Tracking AF of
Handm. scherpstellen.
Met de intelligente zoomfunctie kunt u foto's maken met minder
kwaliteitsverlies dan met de digitale zoomfunctie. De fotokwaliteit kan
echter wel minder zijn dan bij gebruik van de optische zoomfunctie.
De intelligente zoomfunctie is alleen beschikbaar als u de
4:3-beeldverhouding instelt. Als u een andere beeldverhouding instelt
terwijl de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld, wordt de intelligente
zoomfunctie automatisch uitgeschakeld.
pAhMs
Intelligent zoomen instellen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Intelli-zoom.
3
Selecteer een optie.
Symbool
Beschrijving
Uit: de intelligente zoomfunctie is uitgeschakeld.
Aan: de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld.
Basisfuncties
31
Foto's maken
Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS)
In de opnamemodus kunt u de bewegingsonscherpte optisch
beperken.
S
Vóór correctie
S
Na correctie
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer OIS.
3
Selecteer een optie.
Symbool
Beschrijving
Uit: OIS is uitgeschakeld.
Aan: OIS is ingeschakeld.
pAhMv
In de volgende omstandigheden werkt OIS mogelijk niet goed:
- Wanneer u de camera beweegt om een bewegend onderwerp te
volgen.
- Wanneer u de digitale zoomfunctie gebruikt.
- Wanneer de camera te veel trilt.
- Wanneer u een langzame sluitertijd gebruikt (bijvoorbeeld voor
nachtopnamen).
- Wanneer de batterij bijna leeg is.
- Wanneer u een close-upfoto maakt.
Als u de OIS-functie met een statief gebruikt, kunnen de foto's
onscherp worden door de trilling van de OIS-sensor. Schakel de
OIS-functie uit wanneer u een statief gebruikt.
Als de camera valt of een schok krijgt, wordt het scherm wazig. Als dit
gebeurt, moet u de camera uitschakelen en weer inschakelen.
Basisfuncties
32
De camera op de juiste manier vasthouden
Zorg ervoor dat niets
de lens, flitser of
microfoon blokkeert.
De ontspanknop half indrukken
Druk de [Ontspanknop] half in en pas
de scherpstelling aan. De camera past de
scherpstellingen en belichting automatisch
aan.
De camera stelt de diafragmawaarde
en sluitertijd automatisch in.
Scherpstelkader
Druk de [Ontspanknop] volledig
in om een foto te maken als het
scherpstelkader groen is.
Pas de compositie aan en druk de
[Ontspanknop] nogmaals half in als
het scherpstelkader rood is.
Bewegingsonscherpte voorkomen
Stel de OIS-optie (Optische beeldstabilisatie) in om
de bewegingsonscherpte optisch te reduceren.
(pag. 31)
Als wordt weergegeven
Bewegingsonscherpte
Zorg dat bij opnamen in het donker de flitseroptie niet is ingesteld op
Langz sync of Uit. Het diafragma blijft langer open en het kan moeilijk
zijn om de camera lang genoeg stabiel te houden om een scherpe foto
te maken.
Gebruik een statief of stel de flitser in op Invulflits. (pag. 57)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59)
Tips om betere foto's te maken
Basisfuncties
33
Voorkomen dat het onderwerp niet scherp is
In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn om scherp te stellen
op het onderwerp:
-
Er is weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond
(als het onderwerp bijvoorbeeld kleren draagt met kleuren die lijken
op de achtergrondkleur).
-
De lichtbron achter het onderwerp is te fel.
-
Het onderwerp glanst of weerspiegelt.
-
Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het
geval is.
-
Het onderwerp bevindt zich niet in het midden van het kader.
Als u foto's maakt bij weinig licht
Schakel de flitser in.
(pag. 57)
Als onderwerpen snel bewegen
Gebruik de
functie Continu of
Bewegingsopname.
(pag. 73)
De scherpstelvergrendeling gebruiken
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Wanneer het onderwerp scherp in beeld is, kunt u het kader
verschuiven om de compositie aan te passen. Druk wanneer
u klaar bent de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
Uitgebreide functies
Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het opnemen van video's door een modus te
selecteren.
De Smart Auto-modus gebruiken
………… 35
De Scènemodus gebruiken
……………… 37
De Beautyshot-modus gebruiken
………… 38
De Programmamodus gebruiken
………… 39
De modus Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
… 40
De modus Diafragmaprioriteit gebruiken
41
De modus Sluiterprioriteit gebruiken
……… 42
De modus Handmatig gebruiken
………… 43
De modus Magisch Plus gebruiken
……… 44
De modus Live Panorama gebruiken
…… 44
De Magische kadermodus gebruiken
…… 45
De modus Gesplitste opname gebruiken
46
De modus Beeld in Beeld gebruiken
…… 46
De modus Artistic Brush gebruiken
……… 48
De Fotofiltermodus
……………………… 49
De Filmfiltermodus gebruiken
…………… 50
De Filmmodus gebruiken
………………… 51
De Intelligente scènedetectiemodus
gebruiken
………………………………… 52
Uitgebreide functies
35
De Smart Auto-modus gebruiken
In de Smart Auto-modus kiest de camera automatisch camera-instellingen die bij het gedetecteerde type scène passen. De Smart Auto-
modus is handig als u niet bekend bent met de camera-instellingen voor de diverse scènes.
Symbool Beschrijving
Portretten met tegenlicht
Portretten
Close-upfoto's van objecten
Close-upfoto's van tekst
Zonsondergangen
Heldere luchten
Bossen
Close-upfoto's van gekleurde onderwerpen
De camera is gestabiliseerd of op een statief
geplaatst (bij opnamen in het donker)
Onderwerpen die veel bewegen
Vuurwerk (als een statief wordt gebruikt)
3
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
1
Draai de modusdraaiknop naar
T
.
2
Plaats het onderwerp in het kader.
De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram
voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het
scherm weergegeven. De pictogrammen worden hieronder
weergegeven.
Symbool Beschrijving
Landschappen
Scènes met een helderwitte achtergrond
Landschappen 's nachts
Portretten 's nachts
Landschappen met tegenlicht
Uitgebreide functies
36
De Smart Auto-modus gebruiken
Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de
standaardinstellingen voor de modus
T
gebruikt.
Ook als er een gezicht wordt gedetecteerd, is het mogelijk dat de
camera geen portretmodus selecteert, afhankelijk van de positie van
het onderwerp en de lichtval.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van
de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het
voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert.
Zelfs als u een statief gebruikt, kan het voorkomen dat de camera de
modus niet detecteert als het onderwerp beweegt.
In de modus
T
raakt de batterij sneller leeg omdat de
instellingen vaker worden gewijzigd om de juiste scène te selecteren.
Uitgebreide functies
37
De Scènemodus gebruiken
In de Scènemodus kunt u een foto maken met opties die al vooraf zijn ingesteld voor een bepaalde scène.
Optie Beschrijving
Zon onder
Zonsondergangen met natuurlijke rood- en
geeltinten vastleggen.
Dageraad
Zonsopgangen vastleggen.
Tegenl.
Onderwerpen met tegenlicht vastleggen.
Strand/sneeuw
Onderbelichting van onderwerpen beperken
die wordt veroorzaakt door zonlicht dat wordt
gereflecteerd door zand of sneeuw.
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
1
Draai de modusdraaiknop naar
s
.
2
Selecteer een scène.
Beautyshot
Paneel uit
Optie Beschrijving
Beautyshot
Een portretfoto maken met opties voor het
verhullen van onzuiverheden op het gezicht.
Nacht
Scènes 's nachts of bij weinig licht vastleggen
(het gebruik van een statief wordt aanbevolen).
Landschap
Stillevens en landschapsfoto's maken.
Tekst
Tekst in drukwerk of elektronische documenten
duidelijk leesbaar vastleggen.
Uitgebreide functies
38
De Scènemodus gebruiken
6
Druk op [
m
].
7
Selecteer Gezichtretouch..
8
Selecteer een optie.
Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor gezichtsretouchering
om meer imperfecties te verbergen.
Terug Select.
Uit
Niveau 1
Niveau 2
Niveau 3
Gezichtretouch.
9
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
10
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Als u de Beautyshot-modus gebruikt, wordt de scherpstelafstand ingesteld
op Auto macro.
De Beautyshot-modus gebruiken
In de Beautyshot-modus kunt u een portret maken met opties
voor het verdoezelen van onzuiverheden op het gezicht.
1
Draai de modusdraaiknop naar
s
.
2
Selecteer Beautyshot.
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer Gezichtstint.
5
Selecteer een optie.
Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor de gezichtstint om de
huid lichter te laten lijken.
Terug Select.
Uit
Niveau 1
Niveau 2
Niveau 3
Gezichtstint
Uitgebreide functies
39
De Programmamodus gebruiken
In de Programmamodus kunt u de meeste opties instellen, met uitzondering van de sluitertijd en de diafragmawaarde, die automatisch
worden ingesteld door de camera.
1
Draai de modusdraaiknop naar
p
.
2
Stel de gewenste opties in.
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 53)
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Uitgebreide functies
40
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
Pas de diafragmawaarde of sluitertijd aan om de belichting van uw foto's te regelen. U kunt deze opties gebruiken in de modi
Diafragmaprioriteit, Sluitertijdprioriteit en Handmatig.
Sluitertijd
Sluitersnelheid, een belangrijke factor in de helderheid van een
foto, verwijst naar de tijd die nodig is om de sluiter te openen
en te sluiten. Bij een lage sluitersnelheid komt er meer licht in
de camera. Onder vergelijkbare omstandigheden zijn foto's
helderder, maar worden snel bewegende objecten doorgaans
vager weergegeven. Als u een hogere sluitersnelheid kiest,
komt er minder licht de camera binnen. Foto's worden in dat
geval donkerder, maar bewegende objecten worden duidelijker
vastgelegd.
S
Lange sluitertijd
S
Korte sluitertijd
Diafragmawaarde
Het diafragma is een opening waardoor licht de camera
binnenkomt. De behuizing van het diafragma heeft dunne metalen
platen die open en dicht gaan. Hierdoor wordt het diafragma
breder of smaller en kan de hoeveelheid licht die de camera
binnenkomt, worden geregeld. De grootte van het diafragma
is nauw verwant aan de helderheid van een foto: naarmate
het diafragma groter wordt, wordt de foto helderder. Wordt
het diafragma kleiner, dan wordt de foto donkerder. Houd er
rekening mee dat een grotere diafragmawaarde een kleinere
diafragmagrootte aangeeft. Zo is de diafragmaopening groter bij
een diafragmawaarde van 5.6 dan bij een diafragmawaarde
van 11.
S
Lage diafragmawaarde
(het diafragma is groot).
S
Hoge diafragmawaarde
(het diafragma is klein).
Uitgebreide functies
41
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
4
Druk op [
o
] om de instelling op te slaan.
5
Stel opties in.
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 53)
6
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
7
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Wanneer u de ISO-optie instelt op Auto, wordt de sluitertijd mogelijk niet
automatisch aangepast aan de diafragmawaarde. In dit geval zoekt de camera
een geschikte belichtingswaarde door de ISO-optie automatisch te wijzigen
wanneer u een foto vastlegt. Als u de ISO-optie handmatig wilt instellen, drukt
u op [
m
] en selecteert u ISO een optie.
De modus Diafragmaprioriteit gebruiken
In de modus Diafragmaprioriteit kunt u handmatig de
diafragmawaarde instellen terwijl de camera automatisch een
geschikte sluitertijd selecteert.
1
Draai de modusdraaiknop naar
G
.
2
Selecteer .
Als u een andere modus wilt selecteren wanneer de
modusdraaiknop is ingesteld op
G
, drukt u op [
b
] en
selecteert u een modus.
3
Druk op [
o
] [
D
/
c
] om de diafragmawaarde aan
te passen.
Zie pagina 40 voor meer informatie over de diafragmawaarde.
InstellenDiafragma
Uitgebreide functies
42
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
4
Druk op [
o
] om de instelling op te slaan.
5
Stel opties in.
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 53)
6
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
7
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Wanneer u de ISO-optie instelt op Auto, wordt de diafragmawaarde mogelijk
niet automatisch aangepast aan de sluitertijd. In dit geval zoekt de camera
een geschikte belichtingswaarde door de ISO-optie automatisch te wijzigen
wanneer u een foto vastlegt. Als u de ISO-optie handmatig wilt instellen, drukt
u op [
m
] en selecteert u ISO een optie.
De modus Sluiterprioriteit gebruiken
In de modus Sluiterprioriteit kunt u handmatig de sluitertijd
instellen terwijl de camera automatisch een geschikte
diafragmawaarde selecteert.
1
Draai de modusdraaiknop naar
G
.
2
Selecteer .
Als u een andere modus wilt selecteren wanneer de
modusdraaiknop is ingesteld op
G
, drukt u op [
b
] en
selecteert u een modus.
3
Druk op [
o
] [
D
/
c
] om de sluitersnelheid aan te
passen.
Zie pagina 40 voor meer informatie over de sluitertijd.
InstellenSluitertijd
Uitgebreide functies
43
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
De modus Handmatig gebruiken
In de modus Handmatig kunt u zowel de diafragmawaarde als de
sluitertijd instellen.
1
Draai de modusdraaiknop naar
G
.
2
Selecteer .
Als u een andere modus wilt selecteren wanneer de
modusdraaiknop is ingesteld op
G
, drukt u op [
b
] en
selecteert u een modus.
3
Druk op [
o
] [
F
/
t
] om de diafragmawaarde of
sluitersnelheid te selecteren.
Verpl.Diafragma
4
Druk op [
D
/
c
] om de diafragmawaarde of
sluitersnelheid aan te passen.
5
Druk op [
o
] om de instelling op te slaan.
6
Stel opties in.
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 53)
7
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
8
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Uitgebreide functies
44
De modus Magisch Plus gebruiken
In de modus Magisch Plus kunt u een foto maken of een video opnemen met verschillende effecten.
5
Houd de [Ontspanknop] ingedrukt en beweeg de
camera langzaam in de richting waarin de rest van de
panoramaopname moet worden vastgelegd.
Wanneer de beeldzoeker is uitgelijnd met de volgende scène,
legt de camera de volgende foto automatisch vast.
6
Wanneer u klaar bent, laat u de [Ontspanknop] los.
Wanneer u alle benodigde opnamen heeft vastgelegd,
combineert de camera deze tot één panoramafoto.
De modus Live Panorama gebruiken
In de modus Live Panorama kunt u een brede panoramascène
vastleggen in één foto. Maak een serie foto's en combineer deze
om een panoramisch beeld te maken.
S
Opnamevoorbeeld
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
Draai op de modellen WB150/WB151 de modusdraaiknop
naar
R
en ga verder naar stap 3.
2
Selecteer .
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Breng de camera op één lijn met de uiterste linker-, rechter-,
onder- of bovenkant van de scène die u wilt vastleggen.
4
Houd de [Ontspanknop] ingedrukt om de opname te
starten.
Uitgebreide functies
45
De modus Magisch Plus gebruiken
Voor de beste resultaten bij het vastleggen van panoramafoto's moet
u het volgende vermijden:
- De camera te snel of te langzaam bewegen.
- De camera te weinig bewegen om het volgende beeld vast te
leggen.
- De camera met ongelijkmatige snelheden bewegen.
- De camera schudden.
- De richting van de camera wijzigen terwijl een foto wordt
vastgelegd.
- Opnemen op donkere locaties.
- Bewegende onderwerpen in de buurt vastleggen.
- Opnameomstandigheden waar de helderheid of kleur van het licht
verandert.
Als u de modus Live Panorama selecteert, worden de digitale en
optische zoomfuncties uitgeschakeld. Als u de Panoramamodus
selecteert terwijl de lens is ingezoomd, zoomt de camera automatisch
uit naar de standaardpositie.
In de modus Live Panorama zijn bepaalde opnameopties niet
beschikbaar.
De camera kan de opname stoppen vanwege de compositie van de
opname of beweging van het onderwerp.
Mogelijk legt de camera in de modus Live Panorama de laatste scène
niet volledig vast als u de camerabeweging niet exact stopt op het
punt waar u de scène wilt beëindigen. Als u de volledige scène wilt
vastleggen, beweegt u de camera iets verder dan het punt waar u de
scène wilt eindigen.
De Magische kadermodus gebruiken
In de modus Magisch kader kunt u verschillende kadereffecten
toepassen op uw foto's. De vorm en het uiterlijk van de foto's
verandert afhankelijk van het kader dat u selecteert.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een optie.
Muurschildering
Paneel uit
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
In de Magische kadermodus wordt de resolutie automatisch ingesteld op .
Uitgebreide functies
46
De modus Magisch Plus gebruiken
De modus Gesplitste opname gebruiken
In de modus Gesplitste opname kunt u meerdere foto's maken
en deze indelen met voorgedefinieerde indelingen.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een stijl voor splitsen.
Als u de scherpte van de scheidingslijn wilt aanpassen, drukt
u op [
m
] en selecteert u Lijnvervaging de gewenste
waarde.
Als u op een gedeelte van de opname een Smart filter-effect
wilt toepassen, drukt u op [
m
] en selecteert u
Smart filter de gewenste optie. U kunt verschillende
Smart filter-effecten toepassen of de afzonderlijke gedeelten
van de opname.
Paneel uit
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
Herhaal stap 4 en 5 om de rest van de foto' te maken.
Als u een foto opnieuw wilt maken, drukt u op [
b
].
In de modus Gesplitste opname wordt de resolutie automatisch
ingesteld op of lager.
Het beschikbare zoombereik in de modus Gesplitste opname is
mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi.
De modus Beeld in Beeld gebruiken
In de modus Beeld in beeld kunt u een achtergrondfoto op
volledige grootte maken of selecteren en een kleinere foto of
video invoegen op de voorgrond.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
Als u het uiteindelijke videoformaat wilt instellen wanneer
u een video invoegt, drukt u op [
m
] en selecteert u
Filmformaat het gewenste videoformaat.
Uitgebreide functies
47
De modus Magisch Plus gebruiken
3
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen
en druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een
achtergrondfoto te maken.
Als u een achtergrondfoto wilt selecteren uit uw opgeslagen
foto's, drukt u op [
m
] en selecteert u Afbeelding
selecteren de gewenste foto. U kunt geen videobestanden
of foto's selecteren die zijn vastgelegd in de modus Live
Panorama.
4
Druk op [
o
] om de foto in te stellen als
achtergrondafbeelding.
Als u een achtergrondfoto opnieuw wilt maken, drukt u op [
b
].
Opnieuw Kader bewegen
5
Druk op [
o
] en vervolgens op [
D
/
c
/
F
/
t
] om het
invoegpunt te wijzigen.
6
Druk op [
o
] en vervolgens op [
D
/
c
/
F
/
t
] om de
grootte van het invoegpunt te wijzigen.
7
Druk op [
o
] om de instelling op te slaan.
8
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en
druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een foto te
maken en in te voegen.
Het venster voor invoegen wordt groter wanneer u de
[Ontspanknop] indrukt zodat u kunt bepalen of het
onderwerp scherp in beeld is.
Druk op (Video-opname) om een video op te nemen. Druk
nogmaals op
(Video-opname) om de opname te stoppen
en de video in te voegen.
Wanneer u achtergrondfoto's maakt, wordt de resolutie automatisch
ingesteld op
en worden alle gemaakte foto's opgeslagen.
De uiteindelijke foto's of video's voor Beeld in beeld worden opgeslagen
als één gecombineerd bestand. De ingevoegde foto's en video's worden
niet afzonderlijk opgeslagen.
Wanneer u een foto invoegt, wordt de resolutie voor het gecombineerde
bestand automatisch ingesteld op
.
Wanneer u een video invoegt, wordt de resolutie voor het gecombineerde
bestand automatisch ingesteld op
.
Wanneer u een achtergrondfoto maakt, wordt een verticale foto die is
gemaakt in verticale positie, horizontaal weergegeven zonder automatisch
draaien.
De maximale grootte van het venster voor invoegen is 1/4 van het
scherm en de beeldverhouding blijf.t gelijk wanneer u de grootte aanpast.
De maximale lengte voor een video die u wilt invoegen, is 20 minuten.
Het beschikbare zoombereik in de modus Beeld in beeld is mogelijk
kleiner dan in andere opnamemodi.
In de modus Beeld in beeld kunt u geen opties instellen voor Sound
Alive.
Wanneer u een van uw opgeslagen foto's selecteert als achtergrondfoto,
kunnen zwarte balken worden weergegeven aan de randen van de
afbeelding, afhankelijk van de beeldverhouding.
Uitgebreide functies
48
De modus Magisch Plus gebruiken
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
Nadat u de foto hebt gemaakt, wordt automatisch de video
gestart waarin wordt uitgelegd hoe u het filter kunt toepassen.
In de modus Artistic Brush wordt de resolutie automatisch ingesteld
op of lager.
In de modus Artistic Brush worden de foto met het filtereffect en
de video waarin wordt uitgelegd hoe u het filter toepast, allebei
opgeslagen.
Het beschikbare zoombereik in de modus Artistic Brush is mogelijk
kleiner dan in andere opnamemodi.
In de modus Artistiek pens. kan het opslaan van bestanden langer
duren.
U kunt een video die is vastgelegd in de modus Artistiek pens., niet
uploaden via de draadloze netwerkfunctie op uw camera.
(WB150F/WB151F/WB152F)
De modus Artistic Brush gebruiken
In de modus Artistic Brush kunt u een foto maken en vervolgens
een video bekijken waarin wordt uitgelegd hoe u een filtereffect
kunt toepassen.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een filter.
Aquarel
Paneel uit
Optie Beschrijving
Aquarel
Het effect van een waterverfschilderij toepassen.
Cartoon
Het effect van een striptekening toepassen.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Uitgebreide functies
49
De modus Magisch Plus gebruiken
Optie Beschrijving
Miniatuur
Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur
weer te geven.
Vignetten
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Aquarel
Het effect van een waterverfschilderij toepassen.
Olieverf
Het effect van een olieverfschilderij toepassen.
Cartoon
Het effect van een striptekening toepassen.
Kruisfilter
Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van heldere
objecten om het visuele effect van een kruisfilter te
imiteren.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Softfocus
OInzuiverheden op het gezicht verhullen of
droomachtige effecten toevoegen.
Visoog
De randen van het kader donkerder maken en nabije
objecten vervormen om de visuele effecten van een
vissenooglens te imiteren.
Oude film
Het effect van een oude film toepassen.
Halftoonstip
Een halftooneffect toepassen.
Klassiek
Een zwart-witeffect toepassen.
Retro
Een sepiatinteffect toepassen.
Zoomopname
De randen van een foto vervagen om de
onderwerpen in het midden te benadrukken.
De Fotofiltermodus
Pas allerlei filtereffecten op uw foto's toe om unieke afbeeldingen
te maken.
Miniatuur Vignetten
Visoog Schets
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een effect.
Uitgebreide functies
50
De modus Magisch Plus gebruiken
Optie Beschrijving
Visoog
Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de
visuele effecten van een vissenooglens te imiteren.
Klassiek
Een zwart-witeffect toepassen.
Retro
Een sepiatinteffect toepassen.
Paleteffect 1
Een heldere look maken met een scherp contrast
en sterke kleur.
Paleteffect 2
Scènes helder en duidelijk maken.
Paleteffect 3
Een zachte bruine tint toepassen.
Paleteffect 4
Een koud en eenkleurig effect toepassen.
4
Druk op (Video-opname) om de opname te starten.
5
Druk nogmaals op (Video-opname) om de opname
te stoppen.
Als u Miniatuur selecteert, wordt de opnametijd voor miniaturen ook
weergegeven. Deze is korter dan de daadwerkelijke opnametijd.
Als u Miniatuur selecteert, kunt u geen geluid voor de video
opnemen.
Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de opnamesnelheid
worden gewijzigd in . De opnameresolutie wordt mogelijk
automatisch gewijzigd in of lager.
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de resolutie automatisch worden
gewijzigd in of lager.
De Filmfiltermodus gebruiken
Pas allerlei filtereffecten op uw video's toe om unieke
afbeeldingen te maken.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een effect.
Optie Beschrijving
Miniatuur
Een effect toepassen om het onderwerp in
miniatuur weer te geven.
Vignetten
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Halftoonstip
Een halftooneffect toepassen.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Uitgebreide functies
51
De Filmmodus gebruiken
In de Filmmodus kunt u instellingen aanpassen om HD-video's van maximaal 20 minuten op te nemen. De camera slaat opgenomen
video's op als MP4-bestanden (H.264-bestanden).
H.264 (MPEG-4 part10/AVC) is een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO-IEC en ITU-T.
Sommige geheugenkaarten bieden mogelijk geen ondersteuning voor opnamen met high-definition kwaliteit. Stel in dat geval een lagere resolutie in.
Geheugenkaarten met langzame schrijfsnelheden bieden geen ondersteuning voor video's met een hoge resolutie. Gebruik voor het opnemen van video's met een
hoge resolutie geheugenkaarten met een hogere schrijfsnelheid.
Als u de OIS-functie activeert terwijl u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het bedieningsgeluid van de OIS-functie op.
Als u de zoomfunctie gebruikt wanneer u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het geluid van de zoomfunctie op. Gebruik de Sound Alive-functie om het
geluid van de zoomfunctie te beperken. (pag. 75)
Opnemen onderbreken
U kunt tijdens het opnemen van een video de opname tijdelijk
onderbreken. Met deze functie kunt u verschillende scènes
opnemen in één video.
Druk op [o] om de opname te onderbreken.
Druk op [o] om de opname te hervatten.
1
Draai de modusdraaiknop naar
v
.
2
Stel de gewenste opties in.
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 53)
3
Druk op (Video-opname) om de opname te starten.
4
Druk nogmaals op (Video-opname) om de opname
te stoppen.
U kunt de opname van een video in bepaalde modi starten door op
(Video-opname) te drukken. U hoeft dan de modusdraaiknop niet naar
v
te draaien.
Uitgebreide functies
52
De Filmmodus gebruiken
De Intelligente scènedetectiemodus
gebruiken
In de Intelligente scènedetectiemodus selecteert uw camera
automatisch de juiste camera-instellingen op basis van de scène
die is gedetecteerd.
1
Draai de modusdraaiknop naar
v
.
2
Druk op [
m
].
3
Selecteer Intelligente scènedetectie Aan.
4
Plaats het onderwerp in het kader.
De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram
voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het scherm
weergegeven.
Symbool Beschrijving
Landschappen
Zonsondergangen
Heldere luchten
Bossen
5
Druk op (Video-opname) om de opname te starten.
6
Druk nogmaals op (Video-opname) om de opname
te stoppen.
Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden
de standaardinstellingen voor de Intelligente scènedetectiemodus
gebruikt.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van
de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het
voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert.
Opnameopties
Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus.
De resolutie en beeldkwaliteit
selecteren
…………………………………… 54
De resolutie selecteren
…………………… 54
Een beeldkwaliteit selecteren
…………… 55
De timer gebruiken
………………………… 56
Opnamen in het donker maken
………… 57
Rode ogen voorkomen
…………………… 57
De flitser gebruiken
……………………… 57
De ISO-waarde aanpassen
……………… 59
De scherpstelling aanpassen
…………… 60
Macro gebruiken
………………………… 60
Autofocus gebruiken
……………………… 60
Scherpstellen op een geselecteerd
gebied
…………………………………… 62
Meebewegende autofocus gebruiken
…… 62
Het scherpstelgebied aanpassen
………… 63
Gezichtsdetectie gebruiken
……………… 64
Gezichten detecteren
…………………… 64
Een zelfportret maken
…………………… 65
Een foto van een lachend gezicht maken
65
Knipperende ogen detecteren
…………… 66
Slimme gezichtsherkenning gebruiken
…… 66
Gezichten als favoriet registreren
(Mijn ster)
………………………………… 67
Helderheid en kleur aanpassen
…………… 69
De belichting handmatig aanpassen (EV)
69
Compenseren voor tegenlicht (ACB)
……… 70
De lichtmeetmethode wijzigen
…………… 70
Een instelling voor Witbalans selecteren
71
Serieopnamen
……………………………… 73
Afbeeldingen aanpassen
………………… 74
Het geluid van de zoom verminderen
…… 75
Opnameopties
54
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de resolutie en beeldkwaliteit kunt aanpassen.
De videoresolutie instellen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Filmformaat.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
1280 X 720: HD-bestanden om af te spelen op
een HDTV.
640 X 480: SD-bestanden om af te spelen op een
analoge TV.
320 X 240: plaatsen op een webpagina.
Om te delen (Alleen WB150F/WB151F/WB152F):
op een website plaatsen via het draadloos netwerk
(maximaal 30 seconden).
De resolutie selecteren
Als u de resolutie verhoogt, zullen de foto's en video's meer
pixels bevatten en daardoor groter kunnen worden afgedrukt
en weergegeven. Bij een hoge resolutie neemt ook de
bestandsgrootte toe.
De fotoresolutie instellen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Fotoformaat.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
4320 X 3240: afdrukken op A1-papier.
4320 X 2880: afdrukken op A1-papier in de
verhouding 3:2 (breed).
4320 X 2432: afdrukken op A2-formaat in
panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV.
3648 X 2736: afdrukken op A2-papier.
2832 X 2832: afdrukken op A3-papier in de
verhouding 1:1 (breed).
2592 X 1944: afdrukken op A4-papier.
1984 X 1488: afdrukken op A5-papier.
1920 X 1080: afdrukken op A5-formaat in
panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV.
1024 X 768: bij een e-mail voegen.
TpAhMsg
TpAhMsgv
Opnameopties
55
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren
Een beeldkwaliteit selecteren
De kwaliteitsinstellingen voor de foto en video instellen.
Een hogere beeldkwaliteit resulteert in grotere bestanden.
De fotokwaliteit instellen
De camera comprimeert de foto's die u maakt en slaat deze op in
JPEG-indeling.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Kwalit..
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Superhoog: foto's maken met superhoge kwaliteit.
Hoog: foto's maken met hoge kwaliteit.
Normaal: foto's maken met normale kwaliteit.
pAhMsg
De videokwaliteit instellen
De camera comprimeert de beelden die u opneemt en slaat ze
op in de indeling MP4 (H.264).
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Framesnelheid.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
30 fps: 30 frames per seconde opnemen.
15 fps: 15 frames per seconde opnemen.
gv
Opnameopties
56
De timer gebruiken
Hier vindt u informatie over hoe u de timer instelt om de opname met een vertraging te maken.
TpAhMsgv
3
Druk op de [Ontspanknop] om de timer te starten.
Het AF-hulplampje/timerlampje gaat knipperen. De camera
maakt na de ingestelde tijdsduur automatisch een foto.
Druk op de [Ontspanknop] of [
t
] om de timer te annuleren.
Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de
timerfunctie mogelijk niet beschikbaar.
In sommige modi kunt u ook de timeroptie instellen door op [
m
] te
drukken en vervolgens Timer te selecteren.
1
Druk in de opnamemodus op [
t
].
Terug
Select.
Timer
Uit
10 sec
2 sec
Dubbel
2
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Uit: de timer is niet actief.
10 sec: een foto maken na een vertraging van
10 seconden.
2 sec: een foto maken na een vertraging van
2 seconden.
Dubbel: een foto maken na een vertraging van
10 seconden en nog een foto maken na een
vertraging van 2 seconden.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
Opnameopties
57
Opnamen in het donker maken
Hier vindt u informatie over hoe u 's nachts of bij weinig licht foto's kunt maken.
De flitser gebruiken
Gebruik de flitser wanneer u foto's in het donker maakt of
wanneer u meer licht in de foto's wilt hebben.
1
Druk in de opnamemodus op [
F
].
Terug Select.
Flitser
Uit
Auto
Rode ogen
Invulflits
Langz sync
Anti-rode ogen
2
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Uit:
Er wordt niet geflitst.
De camera geeft een waarschuwing weer dat de
camera beweegt
wanneer u foto's maakt bij
weinig licht.
Auto: de flitser wordt automatisch gebruikt wanneer
het onderwerp of de achtergrond donker is.
TpAhMsg
Rode ogen voorkomen
Als de flitser afgaat wanneer u in het donker een foto van een
persoon maakt, kan er een rode gloed in de ogen verschijnen.
U kunt dit voorkomen door Rode ogen of Anti-rode ogen te
selecteren. Zie 'De flitser gebruiken' voor de flitseropties.
S
Vóór correctie
S
Na correctie
ps
Opnameopties
58
Opnamen in het donker maken
Er zijn geen flitseropties beschikbaar bij serieopnamen of als u
Zelfportret of Knipperen selecteert.
Zorg ervoor dat uw onderwerp zich binnen de aanbevolen afstand van
de flitser bevindt. (pag. 142)
Als licht van de flitser wordt gereflecteerd of als er veel stof in de lucht
is, kunnen er kleine vlekjes op de foto komen.
In sommige modi kunt u ook de flitseroptie instellen door op [
m
] te
drukken en vervolgens Flitser te selecteren.
Symbool Beschrijving
Rode ogen:
De flitser gaat twee keer af als het onderwerp of de
achtergrond te donker is om het rode-ogeneffect
te verminderen.
Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg
de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
Invulflits:
Er wordt altijd geflitst.
De camera past automatisch de intensiteit van het
licht aan.
Langz sync:
Er wordt geflitst en de sluiter blijft langer open.
Deze optie wordt aanbevolen wanneer u het
omgevingslicht wilt gebruiken om meer details in de
achtergrond zichtbaar te maken.
Gebruik een statief om te voorkomen dat de foto's
onscherp worden.
De camera geeft een waarschuwing weer dat de
camera beweegt
wanneer u foto's maakt bij
weinig licht.
Anti-rode ogen:
De flitser wordt geactiveerd wanneer het onderwerp
of de achtergrond donker is en de camera corrigeert
de rode ogen met de geavanceerde software-
analyse.
Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg
de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
Opnameopties
59
Opnamen in het donker maken
De ISO-waarde aanpassen
De ISO-waarde is een eenheid voor de mate waarin film gevoelig
is voor licht, zoals gedefinieerd door de International Organization
for Standardization (ISO). Hoe hoger de ISO-waarde, des te
gevoeliger wordt de camera voor licht. Gebruik een hogere ISO-
waarde om betere foto's te maken en bewegingsonscherpte te
voorkomen wanneer u de flitser niet gebruikt.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer ISO.
3
Selecteer een optie.
Selecteer om een geschikte ISO-waarde te gebruiken op
basis van de helderheid van het onderwerp en de lichtval.
Hogere ISO-waarden kunnen zorgen voor meer ruis in beelden.
pAhM
Opnameopties
60
De scherpstelling aanpassen
Hier vindt u informatie over het aanpassen van de scherpstelling van de camera om deze aan te passen aan het onderwerp en de
opnameomstandigheden.
Autofocus gebruiken
Selecteer de scherpsteloptie die bij de afstand tot het onderwerp
past om scherpe foto's te maken.
1
Druk in de opnamemodus op [
c
].
Terug Select.
Focus
Normaal (AF)
Handm. scherpstellen
Macro
TpAhMsv
Macro gebruiken
Gebruik macro om foto's van dichtbij te maken, bijvoorbeeld van
bloemen of insecten.
Probeer de camera stevig vast te houden, om te voorkomen dat de
foto's onscherp worden.
Schakel de flitser uit als de afstand tot het onderwerp minder dan
40 cm bedraagt.
pAhMsv
Opnameopties
61
De scherpstelling aanpassen
De scherpstelafstand handmatig aanpassen
1
Druk in de opnamemodus op [
c
].
2
Selecteer Handm. scherpstellen.
3
Druk op [
F
/
t
] om de scherpstelafstand aan te passen.
Annuleer Instellen
Handm. scherpstellen
4
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Als u de scherpstelafstand handmatig aanpast en het onderwerp zich
buiten het scherpstelgebied bevindt, kan de foto onscherp worden.
Als u deze functie gebruikt, kunt u de opties voor het scherpstelgebied
en gezichtsdetectie niet instellen.
pAhM
2
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Normaal (AF): scherpstellen op een onderwerp
dat zich op een afstand van 80 cm of meer bevindt.
Of op een afstand van 350 cm of meer, wanneer u
gebruikmaakt van de zoom.
Handm. scherpstellen: scherpstellen op een
onderwerp door de scherpstelafstand handmatig
aan te passen. (pag. 61)
Macro: scherpstellen op een onderwerp op
5-80 cm. 180-350 cm wanneer u de zoom gebruikt.
Auto macro:
Scherpstellen op een onderwerp dat zich op
een afstand van 5 cm of meer bevindt. Of op
een afstand van 180 cm of meer, wanneer u
gebruikmaakt van de zoom.
De optie wordt automatisch ingesteld in bepaalde
opnamemodi.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
In sommige modi kunt u ook de scherpsteloptie instellen door op [
m
] te
drukken en vervolgens Focus te selecteren.
Opnameopties
62
De scherpstelling aanpassen
Meebewegende autofocus gebruiken
Met Tracking AF kunt u het onderwerp volgen en automatisch
scherp in beeld houden, ook wanneer u beweegt.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Scherpstelgebied Tracking AF.
3
Stel scherp op het onderwerp dat u wilt volgen en druk
op [
o
].
Er verschijnt een scherpstelkader rond het onderwerp dat het
onderwerp volgt als u de camera beweegt.
Een wit kader betekent dat de camera het onderwerp volgt.
Een groen kader wanneer u de [Ontspanknop] half indrukt,
betekent dat het onderwerp scherp in beeld is.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
pAhM
Scherpstellen op een geselecteerd gebied
U kunt scherpstellen op een gebied dat u hebt geselecteerd.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Scherpstelgebied Keuze AF.
3
Druk op [
o
] en druk op [
D
/
c
/
F
/
t
] om het kader
naar het gewenste gebied te verplaatsen.
Verpl. Select.
4
Druk op [
o
].
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Druk op [
o
] om het scherpstelgebied te wijzigen.
Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor
gezichtsdetectie, timer en Intelli-zoom in te stellen.
pAhM
Opnameopties
63
De scherpstelling aanpassen
Als u geen scherpstelgebied selecteert, wordt het scherpstelkader
weergegeven in het midden van het scherm.
Het volgen van een onderwerp kan in de volgende gevallen mislukken:
- Het onderwerp is te klein.
- Het onderwerp beweegt te veel.
- Er is sprake van tegenlicht of u maakt foto's op een donkere plaats.
- Kleuren of patronen van het onderwerp komen overeen met de
achtergrond.
- Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het
geval is.
- De camera trilt erg.
Wanneer een onderwerp niet kan worden gevolgd, wordt het
scherpstelkader weergegeven als een kader met één witte lijn ( ).
Als de camera het onderwerp niet volgt, moet u het te volgen
onderwerp opnieuw selecteren.
Als de camera niet kan scherpstellen, wordt het scherpstelkader
weergegeven als een kader met één rode lijn ( ).
Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor
gezichtsdetectie, timer, serieopnamen en Intelli-zoom in te stellen.
Het scherpstelgebied aanpassen
U kunt betere foto's krijgen door een scherpstelgebied te kiezen
op basis van de locatie van het onderwerp in de scène.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Scherpstelgebied.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Centrum AF: scherpstellen op het midden van het
kader (voor onderwerpen die zich in het midden of in
de buurt van het midden bevinden).
Multi AF: scherpstellen op een of meer van
9 mogelijke gebieden.
Keuze AF: stel scherp op het gebied dat u
selecteert. (pag. 62)
Tracking AF: stel scherp op en beweeg mee met
het onderwerp. (pag. 62)
Afhankelijk van de opnamemodus kunnen de beschikbare
opnameopties verschillen.
pAhM
Opnameopties
64
Gezichtsdetectie gebruiken
Bij gebruik van de opties voor gezichtsdetectie worden de gezichten van mensen automatisch door de camera gedetecteerd. Wanneer u
op een menselijk gezicht scherpstelt, past de camera de belichting automatisch aan. Gebruik Knipperen om gesloten ogen te detecteren
of Smile shot om een lachend gezicht op te nemen. Ook kunt u Slimme gez.herkenning gebruiken om gezichten te registreren en ze bij
het scherpstellen prioriteit te geven.
pAhMs
Gezichten detecteren
De camera kan automatisch maximaal 10 gezichten in één scène
detecteren.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Gezichtsdetectie Normaal.
Het gezicht dat zich het
dichtst bij de camera of
het dichtst bij het midden
van de scène bevindt,
wordt weergegeven in een
wit scherpstelkader en de
overige gezichten worden
weergegeven in grijze
scherpstelkaders.
Hoe dichter u bij de onderwerpen bent, des te sneller de camera gezichten
detecteert.
Wanneer de camera een gezicht detecteert, wordt het gedetecteerde
gezicht automatisch gevolgd.
Gezichtsdetectie is mogelijk in de volgende gevallen niet effectief:
- De afstand tussen de camera en het onderwerp is te groot (het
scherpstelkader wordt oranje weergegeven voor Smile shot en
Knipperen).
- Het is te licht of te donker.
- Het onderwerp kijkt niet in de richting van de camera.
- Het onderwerp draagt een zonnebril of een masker.
- De gezichtsuitdrukking van het onderwerp verandert drastisch.
- Het onderwerp heeft tegenlicht of de lichtomstandigheden zijn
veranderlijk.
Gezichtsdetectie is niet beschikbaar wanneer u Keuze AF, Tracking AF
of Handm. scherpstellen instelt.
Afhankelijk van de opname-instellingen kunnen de beschikbare opties
voor gezichtsdetectie verschillen.
Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de
timerfunctie mogelijk niet beschikbaar.
Als opties voor gezichtsdetectie instelt, wordt het AF-gebied automatisch
ingesteld op Multi AF.
Afhankelijk van de opties voor gezichtsherkenning die u hebt
geselecteerd, zijn serieopties niet beschikbaar.
Als u de optie Slimme gez. herkenning instelt en foto's van
gedetecteerde gezichten neemt, worden ze in de gezichtenlijst
geregistreerd.
In de afspeelmodus kunt u geregistreerde gezichten op volgorde van
prioriteit weergeven. (pag. 79) Ook als gezichten zijn geregistreerd,
worden ze mogelijk niet geclassificeerd in de afspeelmodus.
Een gezicht dat met de optie Slimme gez. herkenning wordt
gedetecteerd, komt mogelijk niet in de gezichtenlijst of in Smart Album
voor.
Opnameopties
65
Gezichtsdetectie gebruiken
Een zelfportret maken
Maak foto's van uzelf. De camera stelt de scherpstelafstand in op
close-up en geeft een pieptoon weer wanneer dit gereed is.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Gezichtsdetectie Zelfportret.
3
Stel de opname samen met de lens naar u toe gericht.
4
Wanneer u een korte piep hoort, drukt u op de
[Ontspanknop].
Wanneer gezichten zich in het midden
bevinden, piept de camera snel.
Als u Volume uitschakelt in de geluidsinstellingen, geeft de camera geen
pieptoon weer. (pag. 122)
Een foto van een lachend gezicht maken
De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend
gezicht wordt gedetecteerd.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Gezichtsdetectie Smile shot.
3
Stel de opname samen.
De camera neemt automatisch een foto wanneer er een
lachend gezicht wordt gedetecteerd.
De camera herkent de lach
eerder wanneer het onderwerp
breeduit lacht.
Opnameopties
66
Gezichtsdetectie gebruiken
Slimme gezichtsherkenning gebruiken
De camera registreert automatisch gezichten die u vaak
fotografeert. De functie Slimme gezichtsherkenning stelt
automatisch eerst scherp op die gezichten en op favoriete
gezichten. De functie Slimme gezichtsherkenning is alleen
beschikbaar bij gebruik van een geheugenkaart.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Gezichtsdetectie Slimme gez.herkenning.
: gezichten die u hebt geregistreerd als favorieten.
(Zie pagina 67 voor informatie over het registreren van gezichten
als favorieten.)
: gezichten die automatisch door de camera zijn
geregistreerd.
Knipperende ogen detecteren
Als de camera gesloten ogen detecteert, worden er automatisch
2 foto's na elkaar gemaakt.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Gezichtsdetectie Knipperen.
Opnameopties
67
Gezichtsdetectie gebruiken
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster)
U kunt uw favoriete gezichten registreren om deze gezichten bij
de scherpstelling en belichting prioriteit te geven. Deze functie is
alleen bij gebruik van een geheugenkaart beschikbaar.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Smart FR wijzigen Mijn ster.
3
Lijn het gezicht van het onderwerp uit met de ovalen
richtlijn en druk op de [Ontspanknop] om het gezicht te
registreren.
Instellen
Annuleer
Maak bij het registreren van gezichten een foto per persoon
tegelijk.
Maak 5 foto's van het gezicht van het onderwerp voor de beste
resultaten: van de voorkant, van links, van rechts, van boven en
van onderen.
Wanneer u foto's maakt van links, van rechts, van boven en van
onderen, moet u het onderwerp vertellen zijn of haar gezicht niet
meer dan 30 graden te draaien.
U kunt een gezicht registreren, zelfs als u maar één foto van het
gezicht van het onderwerp maakt.
De camera herkent en registreert gezichten mogelijk niet goed in
extreme lichtomstandigheden, bij grote veranderingen in de houding
of gezichtsuitdrukking van het onderwerp of als het onderwerp al dan
niet een bril draagt.
De camera kan maximaal 12 gezichten automatisch registreren. Als
de camera een nieuw gezicht herkent terwijl er al 12 gezichten zijn
geregistreerd, zal de camera automatisch het gezicht met de laagste
prioriteit door het nieuwe vervangen.
Opnameopties
68
Gezichtsdetectie gebruiken
4
Zodra u klaar bent met het maken van de foto's, wordt
de gezichtenlijst weergegeven.
Uw favoriete gezichten worden in de gezichtenlijst met een
gemarkeerd.
U kunt maximaal 8 favoriete gezichten registreren.
De flitser wordt niet geactiveerd wanneer u een favoriet gezicht
registreert.
Als u een gezicht twee keer registreert, kunt u een van deze gezichten
uit de lijst verwijderen.
Uw favoriete gezichten weergeven
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Smart FR wijzigen Gezichtenlijst.
Als u de classificatie van uw favoriete gezichten wilt wijzigen, drukt u
op [
m
] en selecteert u Rangorde wijzigen. (pag. 78)
Als u een favoriet gezicht wilt verwijderen, drukt u op [
m
] en
selecteert u Mijn ster annuleren. (pag. 79)
Opnameopties
69
Helderheid en kleur aanpassen
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de helderheid en kleur kunt aanpassen om een betere beeldkwaliteit te bereiken.
3
Selecteer een waarde om de belichting aan te passen.
De foto wordt lichter naarmate de belichting wordt verhoogd.
Annuleer Instellen
EV : 1
4
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Nadat u de belichting hebt aangepast, wordt deze instelling
automatisch opgeslagen. Mogelijk moet dit later weer worden
aangepast om onder- of overbelichting te voorkomen.
Als u niet weet wat de juiste belichting moet zijn, selecteert u
AEB (Auto Exposure Bracket). De camera neemt 3 foto's achter
elkaar, elk met een andere belichting: normaal, onderbelicht en
overbelicht. (pag. 73)
De belichting handmatig aanpassen (EV)
Afhankelijk van de intensiteit van het omgevingslicht kunnen foto's
te licht of te donker uitvallen. U kunt dan de belichting aanpassen
om een beter resultaat te krijgen.
S
Donkerder (-)
S
Neutraal (0)
S
Helderder (+)
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer EV.
pAhv
Opnameopties
70
Helderheid en kleur aanpassen
De lichtmeetmethode wijzigen
De lichtmeetmethode is de manier waarop de camera de
hoeveelheid licht meet. De helderheid en belichting van de foto's
varieert met de gekozen lichtmeetmethode.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer L.meting.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Multi:
De camera verdeelt het frame onder in diverse
gebieden en meet de lichtintensiteit in elk gebied.
Geschikt voor algemene foto's.
Spot:
De camera meet alleen de lichtintensiteit in het
uiterste midden van het kader.
Als een onderwerp zich niet midden in het beeld
bevindt, kan de foto verkeerd belicht worden.
Geschikt voor een onderwerp met tegenlicht.
Centr. gewogen:
De camera bepaalt een gemiddelde voor de
lichtmeting van het gehele beeld, maar met
nadruk op het midden.
Geschikt voor foto's waarbij het onderwerp zich in
het midden van het beeld bevindt.
pAhMv
Compenseren voor tegenlicht (ACB)
Wanneer de lichtbron zich achter het onderwerp bevindt, of als er
een groot contrast is tussen het onderwerp en de achtergrond,
komt het onderwerp waarschijnlijk donker op de foto. Schakel in
dat geval de optie Auto Contrast Balance (ACB) in.
SZonder ACB SMet ACB
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer ACB.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Uit: automatische contrastverbetering (ACB) is
uitgeschakeld.
Aan: automatische contrastverbetering (ACB) is
ingeschakeld.
De ACB-functie is altijd ingeschakeld in de modus Smart Auto.
De functie ACB is niet beschikbaar wanneer u opties voor
serieopnamen instelt.
pAhM
Opnameopties
71
Helderheid en kleur aanpassen
Een instelling voor Witbalans selecteren
De kleuren in een foto zijn afhankelijk van het soort lichtbron en
de kwaliteit daarvan. Als u wilt dat uw foto's realistische kleuren
hebben, selecteert u een witbalansinstelling die geschikt is voor
de lichtomstandigheden, zoals Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt
of Kunstlicht.
Auto witbalans
Daglicht
Bewolkt
Kunstlicht
pAhMv
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Witbalans.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Auto witbalans: automatisch de witbalans instellen
op basis van de lichtomstandigheden.
Daglicht: voor foto's buitenshuis op een zonnige
dag.
Bewolkt: voor foto's buitenshuis op een bewolkte
dag of in de schaduw.
TL-licht H: voor foto's bij daglichtlampen of drie-
wegfluorescentielampen.
TL-licht L: voor foto's bij wit TL-licht.
Kunstlicht: voor foto's binnenshuis bij gloeilamp- of
halogeenlampverlichting.
Aangep. instelling: instellingen voor de witbalans
gebruiken die u hebt ingesteld. (pag. 72)
Kleurtemp.: de kleurtemperatuur van de lichtbron
instellen. (pag. 72)
Opnameopties
72
Helderheid en kleur aanpassen
Uw eigen witbalansinstelling configureren
U kunt de witbalans aanpassen door een foto te maken
van een wit oppervlak, zoals een stuk papier, onder de
lichtomstandigheden waarin u een foto wilt maken. De functie
voor witbalans helpt u om de kleuren in uw foto te laten
overeenkomen met de werkelijke scène.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Witbalans Aangep. instelling.
3
Richt de lens op een wit stuk papier en druk op de
[Ontspanknop].
Kleurtemperatuur aanpassen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Witbalans Kleurtemp..
3
Druk op [
F
/
t
] om de kleurtemperatuur aan te passen
zodat deze aansluit bij uw lichtbron.
U kunt een warmere foto maken met een hogere instelling
voor kleurtemperatuur en een koelere foto met een lagere
instelling voor kleurtemperatuur.
Kleurtemp. : 6500 K
4
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Opnameopties
73
Serieopnamen
Het kan lastig zijn foto's te maken van snel bewegende onderwerpen, of natuurlijke gezichtsuitdrukkingen en gebaren van uw onderwerpen
in foto's vast te leggen. Het kan ook moeilijk zijn om de belichting correct aan te passen en een juiste belichtingsbron te selecteren.
Selecteer in deze gevallen een van de modi voor serieopnamen.
pAhM
Symbool Beschrijving
Bewegingsopname: terwijl u de [Ontspanknop]
ingedrukt houdt, maakt de camera
foto's
(5 foto's per seconde, met een maximum van
30 foto's).
AEB:
3 foto's achter elkaar maken, elk met een andere
belichting. normaal, onderbelicht en overbelicht.
Gebruik een statief om onscherpe foto's te
voorkomen.
U kunt de flitser en timer alleen gebruiken als u 1 opname selecteert.
Als u Bewegingsopname selecteert, stelt de camera de resolutie in
op en de ISO-waarde op Auto.
Afhankelijk van de geselecteerde optie voor gezichtsdetectie zijn
bepaalde opties voor serieopnamen niet beschikbaar.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Snelheid.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
1 opname: één foto maken.
Continu:
Terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, blijft
de camera achter elkaar foto's maken.
Het maximumaantal foto's is afhankelijk van de
capaciteit van de geheugenkaart.
Opnameopties
74
Afbeeldingen aanpassen
U kunt de scherpte, kleurverzadiging en het contrast van uw foto's aanpassen.
pAhM
4
Druk op [
F
/
t
] om de waarden aan te passen.
Scherpte Beschrijving
-
De randen van uw foto's verzachten (geschikt
voor fotobewerking op de computer).
+
De randen verscherpen om de foto's
duidelijker te maken. Hierdoor kan ook de
beeldruis in de foto's toenemen.
Contrast Beschrijving
-
De kleuren en helderheid verlagen.
+
De kleuren en helderheid verhogen.
Kleurverzadiging Beschrijving
-
De kleurverzadiging verlagen.
+
De kleurverzadiging verhogen.
5
Druk op [
o
] om de instellingen op te slaan.
Selecteer 0 als u geen effect wilt toepassen (geschikt voor afdrukken).
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Beeld aanpassen.
3
Selecteer een optie.
Scherpte
Contrast
Kleurverz.
Beeld aanpassen
Scherpte
Contrast
Kleurverz.
Annuleer
Instellen
Opnameopties
75
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer Spraak.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Sound Alive Aan: de Sound Alive-functie
inschakelen om het zoomgeluid te verminderen.
Sound Alive Uit: de Sound Alive-functie
uitschakelen om het zoomgeluid op te nemen.
Dempen: er wordt geen geluid opgenomen.
Blokkeer de microfoon niet wanneer u de functie Sound Alive
gebruikt.
Opnamen die worden gemaakt met Sound Alive, kunnen anders
klinken dan de daadwerkelijke geluiden.
In de modus Beeld in beeld kunt u geen opties instellen voor
Sound Alive.
Het geluid van de zoom verminderen
Wanneer u tijdens het opnemen van video's gebruikmaakt van de zoom, kan de camera het geluid van de zoom in de video' opnemen.
Gebruik de functie Sound Alive om het zoomgeluid te verminderen.
pAhMsgv
Afspelen/bewerken
Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's en
video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, fotoprinter of televisie
aansluit.
Foto's of video's weergeven in de
afspeelmodus
……………………………… 77
De afspeelmodus starten
………………… 77
Foto's weergeven
………………………… 83
Een video afspelen
……………………… 85
Foto's bewerken
…………………………… 87
Het formaat van foto's wijzigen
…………… 87
Een foto draaien
………………………… 87
Smart filter-effecten toepassen
…………… 88
Foto's aanpassen
………………………… 89
Een afdrukbestelling maken (DPOF)
……… 90
Bestanden op een tv weergeven
………… 91
Bestanden overbrengen naar een
Windows-computer
……………………… 92
Bestanden overbrengen met
Intelli-Studio
……………………………… 93
Bestanden overbrengen door de camera
aan te sluiten als verwisselbare schijf
…… 95
De camera loskoppelen
(voor Windows XP)
……………………… 96
Bestanden overbrengen naar een
Mac-computer
……………………………… 97
Foto's met een PictBridge-fotoprinter
afdrukken
…………………………………… 98
Afspelen/bewerken
77
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Hier vindt u informatie over hoe u foto's, video's en spraakmemo's kunt afspelen en hoe u bestanden beheert.
Fotobestandsinformatie
Bestandsgegevens
Histogram
Actief geheugen
Album/Inzoomen
Symbool Beschrijving
Huidig bestand/totaal aantal bestanden
Mapnaam – Bestandsnaam
Beveiligd bestand.
Afdrukbestelling ingesteld (DPOF)
Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [
D
].
De afspeelmodus starten
Bekijk foto's en video's die op de camera zijn opgeslagen.
1
Druk op [
P
].
Het recentste bestand wordt weergegeven.
Als de camera is uitgeschakeld, wordt deze ingeschakeld en
wordt het recentste bestand weergegeven.
2
Druk op [
F
/
t
] om door de bestanden te scrollen.
Houd [
F
/
t
] ingedrukt om snel door de bestanden te
scrollen.
Als u bestanden in het interne geheugen wilt weergeven, verwijdert u
de geheugenkaart.
U kunt bestanden die zijn opgenomen met andere camera's, mogelijk
niet bewerken of afspelen, wegens niet-ondersteunde formaten
(afbeeldingsformaat, enzovoort) of codecs. Gebruik een computer of
ander apparaat om deze bestanden te bewerken of af te spelen.
Afspelen/bewerken
78
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Uw favoriete gezichten classificeren
U kunt uw favoriete gezichten classificeren. De functie voor
favoriete gezichten is alleen beschikbaar als u een geheugenkaart
in de camera plaatst.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer Gezichtenlijst.
Wijzigen
Terug
Gezichtenlijst
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer Rangorde wijzigen.
5
Selecteer een gezicht en raak [
o
] aan.
6
Druk op [
F
/
t
] om de classificering van het gezicht te
wijzigen en druk op [
b
].
Videobestandsinformatie
Afspelen Vastleggen
Bestandsgegevens
Album
Symbool Beschrijving
Huidig bestand/totaal aantal bestanden
Mapnaam – Bestandsnaam
Huidige afspeeltijd
Lengte van de video
Beveiligd bestand
Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [
D
].
Afspelen/bewerken
79
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden op categorie bekijken in Smart Album
Geef bestanden weer op categorie, zoals datum, gezicht of
bestandstype.
1
Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links.
2
Druk op [
m
].
3
Selecteer Filter een categorie.
Alles
Datum
Gezichtenlijst
Best.type
Terug Select.
Filter
Symbool Beschrijving
Alles: bestanden normaal weergeven.
Datum: bestanden weergeven op volgorde van
opslagdatum.
Gezichtenlijst: bestanden weergeven op herkende
en favoriete gezichten. (Maximaal 20 personen)
Best.type: bestanden weergeven op bestandstype.
Favoriete gezichten verwijderen
U kunt uw favoriete gezichten verwijderen. De functie voor
favoriete gezichten is alleen beschikbaar als u een geheugenkaart
in de camera plaatst.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer Gezichtenlijst.
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer Mijn ster annuleren.
5
Selecteer een gezicht en druk op [
o
].
6
Druk op [
f
].
7
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
Afspelen/bewerken
80
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden als miniatuur weergeven
Bekijk miniaturen van bestanden.
Draai de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links
om miniaturen weer te geven (12 per keer). Draai de
[Zoomknop] nog een of twee keer naar links om
meer miniaturen weer te geven (24 per keer). Draai
de [Zoomknop] naar rechts om naar de vorige
weergave terug te keren.
Menu
Druk op [
D
/
c
/
F
/
t
] om door de bestanden te scrollen.
4
Scroll naar een gewenste lijst en druk vervolgens op
[
o
] om de lijst te openen.
5
Scroll naar een gewenst bestand en druk vervolgens op
[
o
] om het bestand te openen.
6
Draai de [Zoomknop] naar links om naar de vorige
weergave terug te keren.
Het kan enige tijd duren voordat de camera Smart Album opent, de categorie
wijzigt of de bestanden opnieuw indeelt.
Afspelen/bewerken
81
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden beveiligen
Beveilig uw bestanden om te voorkomen dat ze per ongeluk
worden verwijderd.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer Beveiligen Aan.
U kunt een beveiligd bestand niet verwijderen of draaien.
Bestanden wissen
Selecteer bestanden die u wilt verwijderen in de afspeelmodus.
Eén bestand verwijderen
U kunt één bestand selecteren en dit verwijderen.
1
Selecteer een bestand in de afspeelmodus en druk
op [
f
].
2
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
U kunt ook meerdere bestanden wissen in de afspeelmodus door op [
m
]
en vervolgens Wissen Wissen Ja te selecteren.
Afspelen/bewerken
82
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Alle bestanden verwijderen
U kunt alle bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
Druk in de miniatuurweergave op [
m
], selecteer Wissen
Alles wissen, en ga vervolgens door naar stap 3, of druk
op [
f
], selecteer Alles wissen, en ga vervolgens door naar
stap 3.
2
Selecteer Wissen Alles wissen.
3
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
Alle niet-beveiligde bestanden worden verwijderd.
Bestanden naar een geheugenkaart kopiëren
Kopieer bestanden van het interne geheugen naar een
geheugenkaart.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer Kopie.
Meerdere bestanden verwijderen
U kunt meerdere bestanden selecteren en deze tegelijk
verwijderen.
1
Druk in de afspeelmodus op [
f
].
Druk in de miniatuurweergave op [
m
], selecteer Wissen
Select. en ga vervolgens door naar stap 3, of druk op [
f
],
selecteer Select. en ga vervolgens door naar stap 3.
2
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Meer wissen.
3
Scroll naar de bestanden die u wilt verwijderen en druk
op [
o
].
Druk nogmaals op [
o
] om de selectie te annuleren.
4
Druk op [
f
].
5
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
Afspelen/bewerken
83
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Functie Beschrijving
Het vergrote gebied
verplaatsen
Druk op [
D
/
c
/
F
/
t
].
De vergrote foto
bijsnijden
Druk op [
o
] en selecteer Ja.
(De bijgesneden foto wordt opgeslagen als
een nieuw bestand. De oorspronkelijke foto
blijft in zijn oorspronkelijke vorm bewaard.)
Als u foto's weergeeft die zijn gemaakt met een andere camera, kan de
zoomverhouding verschillen.
Foto's weergeven
Vergroot een deel van een foto of geef foto's weer als diashow.
Een foto vergroten
Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar
rechts om een deel van een foto te vergroten. Draai
de [Zoomknop] naar links om uit te zoomen.
Vergroot gebied
Bijsnijden
Afspelen/bewerken
84
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Een diashow afspelen
Effecten en audio toevoegen aan een diashow met uw foto's.
De diashowfunctie werkt niet voor video's.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer Opties voor diashow.
3
Selecteer een effect voor de diashow.
Ga naar stap 4 als u een diashow zonder effecten wilt starten.
* Standaard
Optie Beschrijving
Afsp.mod.
Instellen of de diashow wordt herhaald.
(Eenmaal afspelen*, Herhalen)
Interval
Het interval tussen foto's instellen.
(1 sec*, 3 sec, 5 sec, 10 sec)
U moet de optie Effect instellen op Uit om een
interval in te stellen.
Muziek
Achtergrondmuziek instellen.
Effect
Een scèneovergangseffect instellen tussen
foto's. (Uit, Kalm*, Zonnig, Ontspannen,
Levendig, Zacht)
Selecteer Uit om de effecten te annuleren.
Als u de optie Effect gebruikt, wordt het interval
tussen foto's ingesteld op 1 seconde.
Panoramafoto's weergeven
Bekijk foto's die zijn gemaakt in de modus Live Panorama.
1
Druk in de afspeelmodus op [
F
/
t
] om naar de
gewenste panoramafoto te scrollen.
De volledige panoramafoto wordt weergegeven op het scherm.
2
Druk op [
o
].
De camera scrollt automatisch van links naar rechts door de
foto voor een horizontale panoramafoto en van boven naar
beneden voor een verticale panoramafoto. De camera schakelt
vervolgens over naar de afspeelmodus.
Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [
o
] om
te pauzeren of hervatten.
Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op
[
D
/
c
/
F
/
t
] om de foto horizontaal of verticaal te
bewegen, afhankelijk van de richting waarin u hebt bewogen
tijdens het maken van de foto.
3
Druk op [
b
] om terug te gaan naar de afspeelmodus.
De camera beweegt alleen automatisch door de panoramafoto wanneer de
langste zijde van de foto minstens twee keer zo lang is als de korte zijde.
Afspelen/bewerken
85
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
4
Druk op [
b
].
5
Selecteer Diashow starten.
6
Geef de diashow weer.
Druk op [
o
] om de diashow te onderbreken.
Druk nogmaals op [
o
] om de diashow te hervatten.
Druk op [
o
] en druk op [
F
/
t
] om de diashow te stoppen en terug
te gaan naar de afspeelmodus.
Draai [Zoomknop] naar links of rechts om het volumeniveau aan te
passen.
Een video afspelen
In de afspeelmodus kunt u een video weergeven en vervolgens
delen van de afgespeelde video opnemen of bijsnijden. U kunt
de opgenomen of bijgesneden segmenten opslaan als nieuwe
bestanden.
1
Selecteer een video in de afspeelmodus en druk op [
o
].
2
Geef de video weer.
Huidige afspeelduur/
lengte van video
Pauze Stop
Functie Beschrijving
Terugspoelen
Druk op [
F
]. Wanneer u op [
F
] drukt,
spoelt de camera terug met een
snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is.
Het afspelen
onderbreken of
hervatten
Druk op [
o
].
Vooruitspoelen
Druk op [
t
]. Wanneer u op [
t
] drukt,
spoelt de camera vooruit met een
snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is.
Het volume aanpassen
Draai de [Zoomknop] naar links of
rechts.
Afspelen/bewerken
86
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Afzonderlijke beelden uit een video opslaan
1
Druk tijdens het afspelen van een video op [
o
] op het
punt waarop u een beeld wilt opnemen.
2
Druk op [
c
].
De resolutie van het opgenomen beeld is gelijk aan die van de
originele video.
Het opgenomen beeld wordt als nieuw bestand opgeslagen.
Een video bijsnijden
1
Selecteer in de afspeelmodus een video en druk op
[
m
].
2
Selecteer Film bijsnijden.
3
Druk op [
o
] om de video af te spelen.
4
Druk op [
o
] [
c
] op het punt waarop u het bijsnijden
wilt beginnen.
5
Druk op [
o
] om het afspelen van de video te hervatten.
6
Druk op [
o
] [
c
] op het punt waarop u het bijsnijden
wilt beëindigen.
7
Druk op [
c
] om bij te snijden.
8
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
De oorspronkelijke video moet ten minste 10 seconden lang zijn.
De camera slaat het bewerkte bestand op als een nieuw bestand.
Afspelen/bewerken
87
Foto's bewerken
Hier vindt u informatie over het bewerken van foto's.
De camera slaat bewerkte foto's op als nieuwe bestanden.
Wanneer u foto's bewerkt, converteert de camera deze automatisch naar een lagere resolutie. Foto's die handmatig worden gedraaid of waarvan het formaat
handmatig wordt aangepast, worden niet automatisch geconverteerd naar een lagere resolutie.
Een foto draaien
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer Draaien een optie.
5
Druk op [
c
] om op te slaan.
Annuleer Opslaan
Draaien : Rechts 90 gr.
De camera overschrijft het originele bestand.
Druk in de afspeelmodus op [
m
] en selecteer vervolgens Draaien
om een foto te draaien.
Het formaat van foto's wijzigen
U kunt het formaat van een foto wijzigen en de foto als een nieuw
bestand opslaan.
1
Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
op [
m
].
2
Selecteer Res.wijz.
3
Selecteer een optie.
Terug Select.
2592 X 1944
1984 X 1488
1024 X 768
Res.wijz
De beschikbare opties voor formaat wijzigen verschillen, afhankelijk van het
originele formaat van de foto.
Afspelen/bewerken
88
Foto's bewerken
Smart filter-effecten toepassen
Pas speciale effecten toe op uw foto's.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer Smart filter een optie.
Terug Instellen
Smart filter: Miniatuur
Optie Beschrijving
Normaal
Geen effect
Miniatuur
Een effect toepassen om het onderwerp in
miniatuur weer te geven.
Vignetten
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Optie Beschrijving
Aquarel
Het effect van een waterverfschilderij toepassen.
Olieverf
Het effect van een olieverfschilderij toepassen.
Cartoon
Het effect van een striptekening toepassen.
Kruisfilter
Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van
heldere objecten om het visuele effect van een
kruisfilter te imiteren.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Softfocus
Onzuiverheden op het gezicht verhullen of
droomachtige effecten toevoegen.
Visoog
Objecten die in de buurt zijn, vervormen om
de visuele effecten van een vissenooglens te
imiteren.
Oude film
Het effect van een oude film toepassen.
Halftoonstip
Een halftooneffect toepassen.
Klassiek
Een zwart-witeffect toepassen.
Retro
Een sepiatinteffect toepassen.
Zoomopname
De randen van een foto vervagen om de
onderwerpen in het midden te benadrukken.
5
Druk op [
c
] om op te slaan.
Afspelen/bewerken
89
Foto's bewerken
4
Selecteer een optie voor aanpassen.
Symbool Beschrijving
Helderheid
Contrast
Kleurverz.
5
Druk op [
F
/
t
] om de optie aan te passen.
6
Druk op [
o
].
7
Druk op [
c
] om op te slaan.
Donkere onderwerpen aanpassen (ACB)
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer ACB.
5
Druk op [
c
] om op te slaan.
Foto's aanpassen
Hier vindt u informatie over het aanpassen van de helderheid,
contrast of verzadiging of het corrigeren van het rode-ogeneffect.
Als het midden van een foto donker is, kunt u deze lichter maken.
De camera slaat een bewerkte foto op als een nieuw bestand,
maar converteert de foto mogelijk naar een lagere resolutie.
U kunt tegelijk de helderheid, het contrast en de kleurverzadiging
aanpassen en Smart filter-effecten toepassen.
U kunt niet tegelijk de effecten ACB, Gezichtretouch. en Anti-rode
ogen toepassen.
De helderheid, het contrast en de kleurverzadiging
aanpassen
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
Afspelen/bewerken
90
Foto's bewerken
Gezichten retoucheren
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer Gezichtretouch..
5
Druk op [
F
/
t
] om de optie aan te passen.
Hoe hoger het nummer, des te helderder de huidskleur.
6
Druk op [
c
] om op te slaan.
Rode ogen verwijderen
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto.
4
Selecteer Anti-rode ogen.
5
Druk op [
c
] om op te slaan.
Een afdrukbestelling maken (DPOF)
Selecteer foto's die u wilt afdrukken en sla afdrukopties op in de
DPOF-indeling (Digital Print Order Format). Deze gegevens worden
opgeslagen in de map MISC op uw geheugenkaart zodat u
eenvoudig kunt afdrukken op printers die compatibel zijn met DPOF.
1
Selecteer in de afspeelmodus een foto die u wilt
afdrukken en druk op [
m
].
2
Selecteer DPOF.
3
Druk op [
D
/
c
] om het aantal opties te selecteren en
druk op [
o
].
U kunt de geheugenkaart meenemen naar een printshop die DPOF
(Digital Print Order Format) ondersteunt, maar u kunt ook uw foto's
thuis rechtstreeks op een DPOF-compatibele printer afdrukken.
Foto's met afmetingen die groter zijn dan het papier, worden
mogelijk afgesneden aan de linker- en rechterkant. Zorg ervoor dat
de afmetingen van uw foto overeenkomen met het papier dat u
selecteert.
U kunt geen DPOF-opties instellen voor foto's in het interne geheugen.
Als u het afdrukformaat opgeeft, kunt u alleen foto's afdrukken met
DPOF 1.1-compatibele printers.
Afspelen/bewerken
91
Bestanden op een tv weergeven
U kunt foto's of video's bekijken door de camera met de A/V-kabel op een televisie aan te sluiten.
6
Schakel de televisie in en selecteer de A/V-videobron
met de afstandsbediening van de televisie.
7
Schakel de camera in.
De camera schakelt automatisch over naar de afspeelmodus
als u deze aansluit op een televisie.
8
Bekijk foto's of speel video's af met behulp van de
cameraknoppen.
Afhankelijk van het model van televisie wordt er mogelijk digitale ruis
weergegeven of wordt een deel van het beeld niet weergegeven.
Afhankelijk van de televisie-instellingen kan het voorkomen dat de
beelden niet gecentreerd op het scherm worden weergegeven.
1
Draai de modusdraaiknop naar
n
.
2
Selecteer Connectiviteit Video.
3
Selecteer een video-uitvoersignaal voor uw land of regio.
(pag. 123)
4
Schakel de camera en de televisie uit.
5
Sluit de camera met de A/V-kabel op de televisie aan.
VideoAudio
Afspelen/bewerken
92
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer, de bestanden bewerken met Intelli-Studio en ze uploaden naar het web.
De vereisten zijn slechts aanbevelingen. Het werkt mogelijk niet correct
wanneer de computer voldoet aan de vereisten, afhankelijk van de
toestand van de computer.
Als uw computer niet aan de vereisten voldoet, worden video's
mogelijk niet naar behoren afgespeeld of duurt het langer om video's
te bewerken.
Installeer DirectX 9.0c of een nieuwere versie voordat u Intelli-Studio
gebruikt.
Windows XP, Windows Vista of Windows 7 moet zijn geïnstalleerd op
uw computer als u de camera wilt aansluiten als verwisselbare schijf.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door
het gebruik van niet-geschikte computers zoals samengestelde computers.
Vereisten
Item Vereisten
Processor
Intel
®
Pentium
®
4 3,2 GHz of hoger/
AMD Athlon™ FX 2,6 GHz of hoger
RAM
Minimaal 512 MB RAM
(1 GB of meer aanbevolen)
Besturingssysteem*
Windows XP SP2, Windows Vista of
Windows 7
Vaste-schijfruimte
250 MB of meer (1 GB of meer aanbevolen)
Overig
CD-ROM-station
1024 X 768 pixels, beeldscherm met
ondersteuning voor 16-bits kleuren
(1280 X 1024 pixels, ondersteuning voor
32-bits kleuren aanbevolen)
USB 2.0-poort
nVIDIA Geforce 7600GT of hoger/
ATI X1600-reeks of hoger
Microsoft DirectX 9.0c of hoger
* Een 32-bits versie van Intelli-Studio wordt geïnstalleerd; zelfs op 64-bits
edities van Windows XP, Windows Vista en Windows 7.
Afspelen/bewerken
93
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
5
Schakel de camera in.
Wanneer het pop-upvenster voor de installatie van Intelli-
Studio op het computerscherm wordt weergegeven, volgt u
de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
Wanneer Intelli-Studio op uw computer is geïnstalleerd,
herkent de computer de camera en wordt Intelli-Studio
automatisch geopend.
Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u
Computer in het pop-upvenster.
6
Selecteer een doelmap op de computer en selecteer Ja.
Nieuwe bestanden die worden opgeslagen op de camera,
worden automatisch overgebracht naar de geselecteerde
map.
Als de camera geen nieuwe bestanden bevat, wordt het
pop-upvenster voor het opslaan van nieuwe bestanden niet
weergegeven.
Voor Windows Vista en Windows 7: selecteer Run iLinker.exe in het venster
voor automatisch starten om Intelli-Studio te starten. Als Run iLinker.exe
niet wordt weergegeven op de computer, klikt u op Computer
Intelli-Studio. Volg hierna de aanwijzingen op het scherm om de installatie
van Intelli-Studio te voltooien.
Bestanden overbrengen met Intelli-Studio
U kunt Intelli-Studio downloaden van de gekoppelde webpagina
en het op uw computer installeren. Wanneer u de camera aansluit
op een computer waarop Intelli-Studio is geïnstalleerd, wordt het
programma automatisch gestart.
Terwijl de camera met de USB-kabel op de computer is aangesloten, wordt
de batterij opgeladen.
1
Draai de modusdraaiknop naar
n
.
2
Selecteer Connectiviteit Pc-software Aan.
3
Schakel de camera uit.
4
Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Afspelen/bewerken
94
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
Intelli-Studio gebruiken
Met Intelli-Studio kunt u bestanden afspelen en bewerken. Selecteer Help Help in de werkbalk van het programma voor meer informatie.
U kunt de firmware van uw camera bijwerken. Selecteer hiervoor Web Support (Webondersteuning) Upgrade firmware for the connected device (Firmware
voor het aangesloten apparaat bijwerken) op de programmawerkbalk.
U kunt bestanden niet rechtstreeks op de camera bewerken. Breng bestanden over naar een map op de computer om ze te bewerken.
Intelli-Studio ondersteunt de volgende indelingen:
- Video's: MP4 (Video: H.264, Audio: AAC), WMV (WMV 7/8/9), AVI (MJPEG)
- Foto's: JPG, GIF, BMP, PNG, TIFF
543
9
0
!
@
#
12
$
6
7
:
8
Afspelen/bewerken
95
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
Nr. Beschrijving
1
Menu's openen.
2
Bestanden in de geselecteerde map weergeven.
3
Overschakelen naar de Fotobewerkingsmodus.
4
Overschakelen naar de Videobewerkingsmodus.
5
Overschakelen naar de Deelmodus (bestanden verzenden
per e-mail of uploaden naar websites, zoals Flickr of
YouTube).
6
De miniaturen in de lijst vergroten of verkleinen.
7
Een bestandstype selecteren.
8
Bestanden in de geselecteerde map op de computer
weergeven.
9
Bestanden op de aangesloten camera weergeven of
verbergen.
0
Bestanden in de geselecteerde map op de camera
weergeven.
!
Bestanden als miniaturen of op een kaart weergeven.
@
Bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de camera.
#
Bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de
computer.
$
Naar de vorige of volgende map gaan.
:
Bestanden afdrukken, bestanden weergeven op een kaart,
bestanden opslaan in Mijn map of gezichten registreren.
Bestanden overbrengen door de camera aan
te sluiten als verwisselbare schijf
Sluit de camera aan op de computer als verwisselbare schijf.
1
Draai de modusdraaiknop naar
n
.
2
Selecteer Connectiviteit Pc-software Uit.
3
Schakel de camera uit.
4
Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Afspelen/bewerken
96
Bestanden overbrengen naar een Windows-computer
De camera loskoppelen (voor Windows XP)
Voor Windows Vista en Windows 7 gelden vergelijkbare
methoden voor het loskoppelen van de camera.
1
Controleer of het statuslampje niet knippert.
Het statuslampje knippert wanneer er bestanden worden
overgedragen. Wacht tot het lampje stopt met knipperen.
2
Klik op op de werkbalk rechtsonder in het scherm
van de computer.
3
Klik op het pop-upbericht.
4
Klik op het berichtveld waarin wordt aangegeven dat het
apparaat veilig is verwijderd.
5
Verwijder de USB-kabel.
De camera kan niet veilig worden verwijderd zolang Intelli-Studio actief is. Sluit
het programma af voordat u de camera loskoppelt.
5
Schakel de camera in.
De camera wordt automatisch herkend.
Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u
Computer in het pop-upvenster.
6
Selecteer op de computer Deze computer
Verwisselbare schijf DCIM 100PHOTO.
7
Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de
computer op.
Afspelen/bewerken
97
Bestanden overbrengen naar een Mac-computer
Wanneer u de camera aansluit op een Macintosh-computer, wordt het apparaat automatisch herkend door de computer. U kunt de
bestanden rechtstreeks van de camera overbrengen naar de computer zonder programma's te installeren.
Mac OS 10.4 of hoger wordt ondersteund.
2
Schakel de camera in.
De computer herkent de camera automatisch en geeft een
pictogram van een verwisselbare schijf weer.
Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u
Computer in het pop-upvenster.
3
Dubbelklik op het pictogram van de verwisselbare schijf.
4
Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de
computer op.
1
Sluit de camera met de USB-kabel aan op een
Macintosh-computer.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Afspelen/bewerken
98
Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken
Druk foto's af met een PictBridge-compatibele printer door de camera rechtstreeks op de printer aan te sluiten.
Afdrukopties instellen
Druk op [
m
] om de afdrukinstellingen te configureren.
Foto's
Formaat
Lay-out
Type
Kwalit.
Datum afdrukken
Afsl. Select.
Optie Beschrijving
Foto's
Selecteren of alleen de huidige foto of alle foto's
moeten worden afgedrukt.
Formaat
Het afdrukformaat instellen.
Lay-out
Het aantal foto's instellen dat op een vel papier moet
worden afgedrukt.
Type
De papiersoort instellen.
Kwalit.
De afdrukkwaliteit instellen.
Datum
afdrukken
Instellen of de datum moet worden afgedrukt.
Best.naam
Instellen of de bestandsnaam moet worden afgedrukt.
Reset
De instellingen terugzetten op de standaardwaarden.
Bepaalde opties worden mogelijk niet door alle printers ondersteund.
1
Draai de modusdraaiknop naar
n
.
2
Selecteer Connectiviteit USB Printer.
3
Schakel de printer in en sluit de camera aan op de
printer met de USB-kabel.
4
Als de camera is uitgeschakeld, drukt u op [POWER] of
[
P
] om deze in te schakelen.
De printer herkent de camera automatisch.
5
Druk op [
F
/
t
] om een bestand te selecteren dat u wilt
afdrukken.
Druk op [
m
] om afdrukopties in te stellen.
Zie 'Afdrukopties instellen'.
6
Druk op [
o
] om af te drukken.
Het afdrukken begint. Druk op [
o
] om het afdrukken te
annuleren.
Verbinding maken met een WLAN en
netwerkinstellingen configureren
……… 100
Verbinding maken met een WLAN
…… 100
De aanmeldingsbrowser gebruiken
…… 101
Tips over netwerkverbinding
…………… 102
Tekst invoeren
………………………… 103
Websites voor het delen van foto's of
video's gebruiken
……………………… 104
Een website openen
…………………… 104
Foto's of video's uploaden
…………… 104
Foto's of video's via e-mail
verzenden
………………………………… 106
E-mailinstellingen wijzigen
……………… 106
Foto's of video's via e-mail verzenden
107
Foto's of video's verzenden naar een
smartphone
……………………………… 109
Een smartphone gebruiken als externe
ontspanknop
…………………………… 110
Foto's uploaden naar een
cloudserver
……………………………… 112
Automatische back-up gebruiken om
foto's of video's te verzenden
………… 113
Het programma voor Automatische
back-up installeren op uw pc
………… 113
Foto's of video's verzenden naar
een pc
………………………………… 113
Foto's of video's weergeven op een tv
met TV Link-functionaliteit
……………… 115
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct
……… 117
Over de WOL-functie Wake on LAN
…… 118
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
100
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Hier wordt beschreven hoe u verbinding maakt via een toegangspunt wanneer u zich binnen het bereik van een WLAN bevindt. U kunt ook
netwerkinstellingen configureren.
Symbool Beschrijving
Ad-hoctoegangspunt
Beveiligd toegangspunt
WPS-toegangspunt
Signaalsterkte
Druk op [
t
] om opties voor de AP-instelling te
openen
Wanneer u een beveiligd toegangspunt selecteert, wordt een
pop-upvenster weergegeven. Geef de vereiste wachtwoorden
in om verbinding te maken met de WLAN.
Lees voor meer
informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'.
(pag. 103)
Wanneer een aanmeldingspagina verschijnt, zie
"De aanmeldingsbrowser gebruiken". (pag. 101)
Wanneer u een niet-beveiligd toegangspunt selecteert, maakt
de camera verbinding met het WLAN.
Als u een toegangspunt selecteert dat wordt ondersteund
door het WPS-profiel, selecteert u WPS PIN en geeft u een
PIN-code in op het toegangspunt. U kunt ook verbinding
maken met een toegangspunt dat wordt ondersteund
door het WPS-profiel door WPS PBC te selecteren op de
camera en vervolgens de knop WPS te selecteren op het
toegangspunt.
Verbinding maken met een WLAN
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer , , , , of .
3
Druk op [
m
] en selecteer vervolgens AP-instelling.
Druk in sommige modi op [
m
] of volg de instructies op het
scherm totdat het scherm AP-instelling wordt weergegeven.
De camera zoekt automatisch naar beschikbare
toegangspunten.
4
Raak een toegangspunt aan.
AP-instelling
Samsung 2
Samsung 1
Samsung 3
Samsung 4
Samsung 5
Terug Select.
Selecteer WPS PBC om verbinding te maken met een WPS-
toegangspunt.
Selecteer Vernieuwen om de lijst met voor verbinding
beschikbare toegangspunten te vernieuwen.
Selecteer Draadloos netwerk toevoegen om handmatig
een toegangspunt toe te voegen.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
101
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
De aanmeldingsbrowser gebruiken
U kunt uw aanmeldingsgegevens ingeven via de
aanmeldingsbrowser wanneer u verbinding maakt met bepaalde
toegangspunten, sites voor delen of cloudservers.
Knop Beschrijving
[
D
/
c
/
F
/
t
]
Naar een item gaan of door de pagina scrollen.
[
o
]
Een item selecteren.
[
m
]
Hiermee hebt u toegang tot de volgende opties:
Vorige pagina: naar de vorige pagina gaan.
Volg. pagina: naar de volgende pagina gaan.
Opn. laden: de pagina opnieuw laden.
Stop: stoppen met het laden van de pagina.
Afsl.: de aanmeldingsbrowser sluiten
[
b
]
De aanmeldingsbrowser sluiten
Bepaalde items kunt u niet selecteren afhankelijk van de pagina
waarmee u bent verbonden. Dit is normaal en wijst niet op een defect.
De aanmeldingsbrowser wordt mogelijk niet automatisch gesloten
na aanmelding op bepaalde aanmeldingspagina's. In dit geval sluit u
de aanmeldingsbrowser met [
b
] en gaat u door met de gewenste
bewerking.
Het laden van de aanmeldingspagina kan langer duren wegens het
paginaformaat of de netwerksnelheid. In dit geval wacht u tot het
invoervenster voor aanmeldingsgegevens wordt weergegeven.
Netwerkopties instellen
1
Ga in het scherm AP-instelling naar een toegangspunt
en druk vervolgens op [
t
].
2
Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in.
Optie Beschrijving
Verificatie
Selecteer een netwerkverificatietype.
Gegevenscod.
Selecteer een coderingstype.
Netwerkwachtwoord
Geef het netwerkwachtwoord in.
IP-instelling
Het IP-adres handmatig instellen.
Het IP-adres handmatig instellen
1
Ga in het scherm AP-instelling naar een toegangspunt
en druk vervolgens op [
t
].
2
Selecteer IP-instelling Handmatig.
3
Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in.
Optie Beschrijving
IP
Hier voert u het statische IP-adres in.
Subnetmasker
Hier voert u het subnetmasker in.
Gateway
Hier voert u de gateway in.
DNS-server
Hier voert u het DNS-adres in.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
102
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Als u geen verbinding met een WLAN kunt maken, probeert u een
ander toegangspunt uit de lijst met beschikbare toegangspunten.
In bepaalde landen kunt u ook verbinding maken met gratis WLAN's.
Er kan een aanmeldingspagina worden weergegeven wanneer
u gratis WLAN's selecteert die worden geleverd door bepaalde
netwerkproviders. Geef uw ID en wachtwoord in om verbinding te
maken met de WLAN. Neem contact op met de netwerkproviders
voor informatie over het registreren of de service.
Wees voorzichtig wanneer u persoonlijke gegevens ingeeft om
verbinding te maken met een toegangspunt. Geef geen betalings-
of creditcardgegevens in op uw camera. De fabrikant is niet
aansprakelijk voor problemen die ontstaan wanneer u dergelijke
informatie ingeeft.
De beschikbare netwerkverbindingen kunnen verschillen per land.
De WLAN-functie van uw camera moet voldoen aan de wetten op
het gebied van radiozendingen in uw regio. We raden u daarom aan
de WLAN-functie alleen te gebruiken in het land waar u de camera
hebt gekocht.
De procedure voor het aanpassen van de netwerkinstellingen kan
verschillen, afhankelijk van de netwerkomstandigheden.
Probeer geen toegang te krijgen tot een netwerk dat u niet mag
gebruiken.
Voordat u verbinding maakt met een netwerk, moet u ervoor zorgen
dat de batterij volledig is opgeladen.
Wanneer een DHCP-server niet beschikbaar is, moet u een bestand
autoip.txt maken en dit kopiëren naar de geplaatste geheugenkaart
om verbinding met het netwerk te maken met Auto IP.
Tips over netwerkverbinding
De kwaliteit van de netwerkverbinding wordt bepaald door het
toegangspunt.
Hoe groter de afstand tussen uw camera en het toegangspunt, hoe
langer het duurt om verbinding te maken met het netwerk.
Als een apparaat in de buurt hetzelfde radiofrequentiesignaal gebruikt
als uw camera, kan uw verbinding hierdoor worden verstoord.
Als uw toegangspunt geen Nederlandse naam heeft, kan de camera
mogelijk het apparaat niet vinden of kan de naam onjuist worden
weergegeven.
Neem contact op met uw netwerkbeheerder of
netwerkserviceprovider voor netwerkinstellingen of een wachtwoord.
Als een WLAN moet worden geverifieerd door de serviceprovider,
kunt u mogelijk geen verbinding met het betreffende WLAN maken.
Neem contact op met uw netwerkserviceprovider om verbinding te
maken met het WLAN.
Afhankelijk van het coderingstype kan het aantal cijfers in het
wachtwoord verschillen.
Een WLAN-verbinding is wellicht niet mogelijk in alle omgevingen.
Mogelijk geeft de camera een WLAN-printer weer in de lijsten met
toegangspunten. U kunt echter geen verbinding met het netwerk
maken via een printer.
U kunt uw camera niet tegelijkertijd verbinden met een netwerk en
aansluiten op een tv. U kunt ook geen foto's of video's op een tv
bekijken wanneer u verbinding hebt gemaakt met een netwerk.
Er kunnen aanvullende kosten gelden om verbinding te maken met
een netwerk. De kosten verschillen op basis van de voorwaarden
van uw abonnement.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
103
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Tekst invoeren
Hier wordt beschreven hoe u tekst kunt invoeren. Met de
pictogrammen in de onderstaande tabel kunt u de cursor
bewegen, hoofdletters in- en uitschakelen enzovoort. Druk op
[D/c/F/t] om naar een gewenste toets te gaan en druk
vervolgens op [o] om deze toets in te geven.
Terug Backspace
Symbool Beschrijving
De laatste letter verwijderen.
De cursor verplaatsen.
In de ABC-modus schakelt u hoofdletters in of uit.
Geef '.com' in.
Overschakelen naar de Symboolmodus.
Symbool Beschrijving
Overschakelen naar de ABC-modus.
Een spatie invoeren.
o
De weergegeven tekst opslaan.
Zie de handleiding voor het ingeven van tekst.
U kunt alleen tekst in het Engelse alfabet invoeren, ongeacht de
schermtaal.
Druk om direct naar
o
te gaan op [
P
].
U kunt maximaal 64 tekens ingeven.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
104
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
Upload uw foto's of video's naar websites voor het delen van bestanden. Beschikbare websites worden weergegeven op de camera.
Foto's of video's uploaden
1
Open de website met uw camera.
2
Scroll naar de bestanden die u wilt uploaden en
druk op [
o
].
U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag
maximaal 10 MB zijn.
3
Selecteer
o
.
Als u bent verbonden met Facebook, selecteert u
o
Send.
Als u verbinding hebt gemaakt met Facebook, kunt u uw
opmerkingen ingeven door het vak Opmerking te selecteren.
Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 103)
Een website openen
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een website.
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 100)
4
Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op en
selecteer Login.
Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
"Tekst invoeren". (pag. 103)
U kunt een gebruikersnaam uit de lijst selecteren door te
selecteren en vervolgens een gebruikersnaam.
Als u zich eerder bij de website hebt aangemeld, wordt u
mogelijk automatisch aangemeld.
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u een bestaande account op de
website voor het delen van bestanden hebben.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
105
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
De hoogste fotoresolutie die u kunt uploaden, is 2M,
en de langste video die u kunt uploaden, duurt 30 seconden bij een
resolutie van of is een video die is opgenomen met . Als de
geselecteerde foto een hogere resolutie heeft dan 2M, wordt deze
automatisch verkleind naar een lagere resolutie.
De manier waarop foto's of video's moeten worden geüpload, is
afhankelijk van de geselecteerde website.
Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen
toegang tot een website krijgt, neemt u contact op met uw
netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider.
De datum waarop geüploade foto's of video's zijn opgenomen, kan
automatisch worden gebruikt als naam voor de foto's of video's.
De snelheid waarmee u foto’s kunt uploaden en webpagina’s kunt
openen, is afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
U kunt in de afspeelmodus ook foto's en video's uploaden naar
websites voor het delen van bestanden door op [
m
] te drukken
en vervolgens Delen (Wi-Fi)en een gewenste website te selecteren.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
106
Foto's of video's via e-mail verzenden
U kunt de instellingen in het e-mailmenu wijzigen en foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail.
6
Selecteer het vak E-mail, geef uw naam in en selecteer
o
.
7
Selecteer OK om de wijzigingen op te slaan.
Als u uw gegevens wilt verwijderen, selecteert u Reset aan.
Een e-mailwachtwoord instellen
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer Wachtwoord instellen Aan.
Selecteer Uit om het wachtwoord uit te schakelen.
5
Klik op [
o
] wanneer het pop-upvenster wordt
weergegeven.
Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op
[
o
] drukt.
6
Voer een wachtwoord van 4 cijfers in.
7
Voer het wachtwoord nogmaals in.
8
Klik op [
o
] wanneer het pop-upvenster wordt
weergegeven.
Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op
[
o
] drukt.
E-mailinstellingen wijzigen
In het e-mailmenu kunt u de instellingen voor het opslaan van
uw gegevens of het opslaan van e-mailadressen wijzigen.
U kunt ook het e-mailwachtwoord instellen of wijzigen. Lees
voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 103)
Uw gegevens opslaan
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer Instelling afzender.
5
Selecteer het vak Naam, geef uw naam in en
selecteer
o
.
Naam
E-mail
Terug
OK
Reset
Instelling afzender
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
107
Foto's of video's via e-mail verzenden
Als u uw wachtwoord niet meer weet, kunt u dit opnieuw instellen door Reset
te selecteren op het scherm voor het instellen van het wachtwoord. Wanneer
u de gegevens opnieuw instelt, worden eerder opgeslagen instelgegevens
van de gebruiker, e-mailadres en recent verzonden e-maillijst verwijderd.
Het e-mailwachtwoord wijzigen
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer Wachtwoord wijzigen.
5
Voer uw huidige wachtwoord van 4 cijfers in.
6
Voer een nieuw wachtwoord van 4 cijfers in.
7
Voer het nieuwe wachtwoord nogmaals in.
8
Klik op [
o
] wanneer het pop-upvenster wordt
weergegeven.
Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op
[
o
] drukt.
Foto's of video's via e-mail verzenden
U kunt foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via
e-mail. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 103)
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
3
Selecteer het vak Naam (e-mail), geef uw naam in en
selecteer
o
.
Als u uw gegevens eerder hebt opgeslagen, worden deze
automatisch ingevoegd. (pag. 106)
4
Selecteer het vak Ontvanger, geef uw naam in en
selecteer
o
.
Als u een adres uit de lijst met bestaande ontvangers wilt
gebruiken, selecteert u
en vervolgens een adres.
Selecteer om meer ontvangers toe te voegen. U kunt
maximaal 30 ontvangers invoeren.
Selecteer om een adres uit te lijst te verwijderen.
5
Selecteer
o
.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
108
Foto's of video's via e-mail verzenden
Zelfs als het erop lijkt dat een foto is overgedragen, kunnen fouten met
de e-mailaccount van de ontvanger ervoor zorgen dat de foto wordt
geweigerd of herkend als spam.
U kunt geen e-mail verzenden als er geen netwerkverbinding
beschikbaar is of als de instellingen van uw e-mailaccount onjuist zijn.
De hoogste fotoresolutie die u kunt verzenden, is 2M, en de langste
video die u kunt uploaden, duurt 30 seconden bij een resolutie
van of is een video die is opgenomen met . Als de
geselecteerde foto een hogere resolutie heeft dan 2M, wordt deze
automatisch verkleind naar een lagere resolutie.
Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen e-mail
kunt verzenden, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw
netwerkserviceprovider.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
U kunt in de afspeelmodus ook een e-mail verzenden door op [
m
]
te drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi) E-mail te selecteren.
6
Scroll naar de bestanden die u wilt verzenden en druk
op [
o
].
U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag
maximaal 10 MB zijn.
7
Selecteer
o
.
8
Selecteer het vak Opmerking, geef uw opmerkingen in
en selecteer
o
.
9
Selecteer Send.
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt, om de e-mail te verzenden.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 100)
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
109
Foto's of video's verzenden naar een smartphone
De camera kan via een WLAN verbinding maken met smartphones die de functie MobileLink ondersteunen. U kunt eenvoudig foto's of
video's verzenden naar uw smartphone.
De functie MobileLink wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem
Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10.1-inch Galaxy Tab. Mogelijk
wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen.
U moet de applicatie installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Android Market.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
U kunt max. 1000 best. weergeven en max. 100 best. tegelijk verzenden.
4
Selecteer op de camera OK.
5
Selecteer vanaf de smartphone de bestanden die u van
de camera naar de smartphone wilt verzenden.
6
Selecteer Copy op de smartphone.
De camera verzendt de bestanden.
1
Draai de modusdraaiknop op de camera naar
w
.
2
Selecteer op de camera .
Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de
applicatie te downloaden, selecteert u OK.
3
Schakel de applicatie Samsung MobileLink in op uw
smartphone.
Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera
te selecteren en aan te sluiten.
De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding
maken.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
110
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
De camera maakt verbinding met een smartphone via een WLAN. Gebruik de smartphone als externe ontspanner met de functie
Remote Viewfinder. De opgenomen foto wordt weergegeven op de smartphone.
De functie Remote Viewfinder wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het
besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10.1-inch
Galaxy Tab. Mogelijk wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen.
U moet de applicatie installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Android Market.
4
Stel de volgende opnameopties in op de smartphone.
Symbool Beschrijving
Flitsoptie
Timerinstelling
Fotoformaat
Wanneer u gebruikmaakt van deze functie, zijn sommige
knoppen niet beschikbaar op uw camera.
De zoomknop en de ontspanknop op uw smartphone werken
niet als u deze functie gebruikt.
De modus Remote Viewfinder ondersteunt alleen de
fotoformaten
en .
1
Draai de modusdraaiknop op de camera naar
w
.
2
Selecteer op de camera .
Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de
applicatie te downloaden, selecteert u OK.
3
Schakel de functie Remote Viewfinder in op uw
smartphone.
Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera
te selecteren en aan te sluiten.
De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding
maken.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
111
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
5
Blijf aanraken op de smartphone om scherp te
stellen.
•
De scherpstelling is automatisch ingesteld op Multi AF.
6
Druk op om de foto te maken.
•
De foto wordt opgeslagen in uw camera.
•
Raak de foto onder aan het scherm aan om de foto op te
slaan op de smartphone. Het formaat van de foto wordt
gewijzigd in 640 X 360.
•
Als u deze functie gebruikt, kan de ideale afstand tussen de camera
en de smart phone variëren, afhankelijk van de omgeving.
•
De smartphone moet zich binnen een afstand van 7 m van de camera
bevinden als u deze functie wilt gebruiken.
•
Het duurt enige tijd om de foto te maken nadat u op op de
smartphone hebt gedrukt.
•
De functie Externe zoeker wordt in de volgende gevallen
uitgeschakeld:
- Er is een inkomende oproep op de smartphone.
- De camera of de smartphone wordt uitgeschakeld.
- Het geheugen is vol.
- De verbinding van een van de apparaten met het WLAN is
verbroken.
- De Wi-Fi-verbinding is zwak of instabiel.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
112
Foto's uploaden naar een cloudserver
U kunt uw foto's uploaden naar SkyDrive. Om foto's te uploaden, moet u de Microsoft-website bezoeken en u registreren voordat u uw
camera aansluit.
4
Meld u aan met uw id en wachtwoord.
•
Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 103)
•
Als u bent verbonden met SkyDrive, zie
"De aanmeldingsbrowser gebruiken". (pag. 101)
5
Scroll naar de foto's die u wilt uploaden en druk op [
o
].
6
Selecteer
o
.
•
U kunt foto's ook uploaden naar een cloudserver in de afspeelmodus
door op [
m
] te drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi) een
cloudserver te selecteren.
•
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
•
Wanneer u foto's uploadt naar SkyDrive, wordt het formaat van de
foto's gewijzigd in 2M terwijl de oorspronkelijke verhouding behouden
blijft.
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
•
U kunt de uploadgrootte van foto's wijzigen door op [
m
],
te drukken en Uploadgrootte afb. te selecteren.
3
Selecteer SkyDrive.
•
Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om
een account te maken, selecteert u OK.
•
De camera probeert verbinding te maken met een WLAN via
het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt.
•
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 100)
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
113
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
U kunt foto's of video's die u met de camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een pc. De functie Automatische back-up werkt
alleen met het Windows-besturingssysteem.
Foto's of video's verzenden naar een pc
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
Als het begeleidende bericht wordt weergegeven, drukt u
op [
o
].
3
Druk op [
m
] om opties in te stellen.
Als u uw pc automatisch wilt uitschakelen nadat de overdracht
is voltooid, selecteert u Pc afsluiten na back-up Aan.
4
Druk op [
o
] om de back-up te starten.
Als u het verzenden wilt annuleren, drukt u op [
o
].
U kunt geen afzonderlijke bestanden selecteren om back-ups
van te maken. Deze functie maakt alleen een back-up van
nieuwe bestanden op de camera.
De voortgang van de back-up wordt weergegeven op de
monitor van de pc.
Wanneer de overdracht is voltooid, wordt de camera na
ongeveer 30 seconden automatisch uitgeschakeld. Selecteer
Annuleer om terug te gaan naar het vorige scherm en te
voorkomen dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld.
Het programma voor Automatische back-up
installeren op uw pc
1
Installeer Intelli-Studio op de pc. (pag. 93)
2
Sluit de camera met de USB-kabel op de pc aan.
3
Klik op OK in het pop-upvenster.
Het programma Automatische back-up wordt geïnstalleerd
op de pc. Volg de instructies op het scherm om de installatie
te voltooien.
4
Verwijder de USB-kabel.
5
Sluit de camera weer met de USB-kabel op de pc aan.
De camera slaat informatie over de pc op, zodat de camera
bestanden kan verzenden naar de pc.
Voordat u het programma installeert, moet u ervoor zorgen dat de pc is
verbonden met een netwerk. Als er geen internetverbinding beschikbaar is,
moet u het programma installeren vanaf de bijgeleverde cd.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
114
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
Als de pc de WOL-functie (Wake on LAN) ondersteunt, kunt u de pc
automatisch inschakelen door op uw camera naar de pc te zoeken.
(pag. 118)
Wanneer u op de camera verbinding maakt met het WLAN, selecteert
u het toegangspunt dat is verbonden met de pc.
De camera zoekt naar de beschikbare toegangspunten, zelfs als u
weer verbinding maakt met hetzelfde toegangspunt.
Als u de camera uitschakelt of de batterij verwijdert terwijl u bestanden
verzendt, wordt de bestandsoverdracht onderbroken.
Wanneer u deze functie gebruikt, is alleen [POWER] beschikbaar op
uw camera.
U kunt slechts één camera tegelijk verbinden met de pc om
bestanden te verzenden.
De back-up wordt mogelijk geannuleerd vanwege
netwerkomstandigheden.
Foto' of video' kunnen maar één keer naar een pc worden verzonden.
Bestanden kunnen niet opnieuw worden verzonden, zelfs niet als u uw
camera opnieuw aansluit op een andere pc.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
U moet Windows Firewall en eventuele andere firewalls uitschakelen
voordat u deze functie gebruikt.
U kunt maximaal 1000 bestanden verzenden.
In de pc-software moet de servernaam worden ingegeven in het
Latijnse alfabet en mag de naam niet meer dan 48 tekens bevatten.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
115
Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit
TV Link is een technologie voor het delen van mediabestanden tussen een camera en een tv die verbinding hebben met hetzelfde
toegangspunt. Met deze technologie kunt u uw foto's of video's op een breedbeeld-tv of ander apparaat weergeven.
4
Zoek op de tv naar de camera en blader door de
gedeelde foto's of video's.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de tv voor informatie
over het zoeken naar de camera en het bladeren door foto's
of video's op de tv.
Afhankelijk van het type tv of de netwerkverbinding kan het
voorkomen dat video's niet vloeiend worden afgespeeld. Als
dit gebeurt, neemt u de video opnieuw op in
- of
-kwaliteit en speelt u de video opnieuw af. Als video's niet
vloeiend op uw televisie worden afgespeeld via de draadloze
verbinding, sluit u de camera met een A/V-kabel aan op de
televisie.
AP
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
Als het begeleidende bericht wordt weergegeven,
drukt u op [
o
].
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 100)
3
Maak op uw tv verbinding met een draadloos netwerk
via een toegangspunt.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van de tv voor meer
informatie.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
116
Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit
U kunt maximaal 1000 foto's of video's delen.
Op een tv-scherm kunt u alleen foto's of video's bekijken die u met de
camera hebt opgenomen.
Het bereik van de draadloze verbinding tussen uw camera en een tv
kan verschillen, afhankelijk van de specificaties van het toegangspunt.
Als de camera is verbonden met 2 tv's, wordt er mogelijk langzamer
afgespeeld.
Foto's of video's worden met hun originele grootte gedeeld.
U kunt deze functie alleen gebruiken met tv's met de TV Link-functie.
Gedeelde foto's of video's worden niet opgeslagen op de tv, maar u
kunt ze opslaan volgens de tv-specificaties.
Het overbrengen van foto's of video's naar de tv kan enige tijd duren,
afhankelijk van de netwerkverbinding, het aantal bestanden dat u wilt
delen of de grootte van de bestanden.
Als u de camera op ongebruikelijke wijze uitschakelt terwijl u foto's of
video's op een tv bekijkt (bijvoorbeeld door de batterij te verwijderen),
gaat de tv ervan uit dat de verbinding met de camera nog intact is.
De volgorde van foto's of video's op de camera kan afwijken van die
op de tv.
Afhankelijk van het aantal foto's of video's dat u wilt delen, kan het
enige tijd duren om uw foto's of video's te laden en de instelprocedure
uit te voeren.
Als u tijdens de weergave van foto's of video's op de tv voortdurend
de afstandsbediening van de tv gebruikt of andere handelingen op de
tv uitvoert, werkt deze functie mogelijk niet correct.
Als u bestanden op de camera sorteert of de volgorde van de
bestanden wijzigt terwijl u de bestanden op een tv bekijkt, moet u
de instelprocedure herhalen om de lijst met bestanden op de tv bij
te werken.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
117
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct
Als de camera via een WLAN is verbonden met een apparaat dat de functie Wi-Fi Direct ondersteunt, kunt u foto's verzenden naar het
apparaat. Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten.
5
Geef op het toestel de camera toestemming om
verbinding te maken met het toestel.
De foto wordt verzonden naar het apparaat.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
Als u de verbindingspoging annuleert voordat deze is voltooid, kan
de camera mogelijk niet opnieuw verbinding maken met het apparaat.
In dit geval moet u het apparaat bijwerken met de nieuwste firmware.
1
Schakel op het toestel de optie Wi-Fi Direct in.
2
Scroll op de camera in de afspeelmodus naar een foto.
3
Druk op [
m
] en selecteer vervolgens Delen (Wi-Fi)
Wi-Fi Direct.
In de weergave met één afbeelding kunt u slechts één foto
tegelijk verzenden.
In de miniatuurweergave kunt u meerdere foto's selecteren
door naar miniaturen te scrollen en op [
o
] te drukken.
Selecteer
o
wanneer u klaar bent met het selecteren van
foto's.
4
Selecteer het apparaat in de lijst met Wi-Fi Direct-
apparaten op de camera.
Zorg ervoor dat de optie Wi-Fi Direct van het apparaat is
ingeschakeld.
U kunt ook uw camera selecteren in de lijst met Wi-Fi Direct-
apparaten op het apparaat.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
118
Over de WOL-functie Wake on LAN
Met de WOL-functie kunt u een pc automatisch inschakelen of wekken met uw camera. Deze functie is beschikbaar voor desktop-pc's van
Samsung uit de afgelopen 5 jaar (niet beschikbaar voor all-in-one-pc's).
Als u andere wijzigingen dan de beschreven wijzigingen aanbrengt in de BIOS-instellingen van uw pc, kan uw pc worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor
schade als gevolg van het wijzigen van de BIOS-instellingen van uw pc.
De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus
1
Klik op Start en open het Control Panel
(Configuratiescherm).
2
Configureer de netwerkverbinding.
Windows 7:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen).
Windows Vista:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren).
Windows XP:
Klik op Network and Internet Connection (Netwerk- en
Internet-verbindingen) Network Connection
(Netwerkverbindingen).
3
Klik met de rechtermuisknop op Local Area (LAN-
verbinding) en klik op Properties (Eigenschappen).
4
Klik op Configure (Configureren) het tabblad
Power manage (Energiebeheer) Allow this device to
wake the computer (Dit apparaat mag de computer uit
stand-by halen).
5
Klik op OK.
6
Start de pc opnieuw op.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
119
Over de WOL-functie Wake on LAN
De pc instellen om te worden ingeschakeld
1
Schakel de pc in en druk op F2 terwijl de pc wordt opgestart.
Het BIOS-instelmenu wordt weergegeven.
2
Selecteer het tabblad Advanced (Geavanceerd)
Power management Setup (Energiebeheer instellen).
3
Selecteer Resume on PME (Hervatten bij PME)
Enabled (Ingeschakeld).
4
Druk op F10 om uw wijzigingen op te slaan en door te
gaan met opstarten.
5
Klik op Start en open het Control Panel
(Configuratiescherm).
6
Configureer de netwerkverbinding.
Windows 7:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen).
Windows Vista:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren).
Windows XP:
Klik op Network and Internet Connection (Netwerk- en Internet-
verbindingen) Network Connection (Netwerkverbindingen).
7
Selecteer stuurprogramma's voor de netwerkadapter.
8
Klik op het tabblad Advanced (Geavanceerd) en stel
de WOL-menu's in.
U kunt deze functie niet gebruiken met een firewall of als er een
beveiligingsprogramma is geïnstalleerd.
Als u de computer wilt inschakelen met de WOL-functie, moet de
computer een actieve verbinding hebben met het LAN. Zorg ervoor
dat het lampje op de LAN-poort van de computer brandt, wat
aangeeft dat de LAN-verbinding actief is.
Afhankelijk van het model van uw pc is het mogelijk dat de camera
de pc alleen kan wekken.
Afhankelijk van het besturingssysteem of de stuurprogramma's van
uw pc kunnen de namen van het WOL-instelmenu verschillen.
- voorbeelden van het instellen van menunamen: Enable PME,
Wake on LAN enzovoort.
- voorbeelden van het instellen van menuwaarden: Enable, Magic
packet enzovoort.
Instellingen
Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te
configureren.
Instellingenmenu
……………………………………… 121
Het instellingenmenu openen
……………………… 121
Geluid
……………………………………………… 122
Display
……………………………………………… 122
Connectiviteit
………………………………………… 123
Algemeen
…………………………………………… 124
Instellingen
121
Instellingenmenu
Hier vindt u informatie waarmee u de instellingen van de camera kunt configureren.
3
Selecteer een item.
Terug Select.
Middel
Aan
Geluid 1
Uit
Aan
Volume
Piepjes
Sl.toon
Begingeluid
AF-geluid
Geluid
4
Selecteer een optie.
Terug Select.
Uit
Laag
Middel
Hoog
Volume
5
Druk op [
b
] om naar het vorige scherm terug te keren.
Het instellingenmenu openen
1
Draai de modusdraaiknop naar
n
.
2
Selecteer een menu.
Instellingen
Geluid
Display
Connectiviteit
Algemeen
Optie Beschrijving
U
Geluid: verschillende camerageluiden en het volume
instellen. (pag. 122)
Y
Display: de scherminstellingen aanpassen. (pag. 122)
Connectiviteit: hiermee kunt u de verbindingsopties
instellen. (pag. 123)
Algemeen: hiermee kunt u de instellingen voor het
camerasysteem aanpassen, zoals geheugenindeling
en standaardbestandsnaam. (pag. 124)
Instellingen
122
Instellingenmenu
Geluid
* Standaard
Item Beschrijving
Volume
Hiermee stelt u het volume van alle geluiden in.
(Uit, Laag, Middel*, Hoog)
Piepjes
Hiermee stelt u een geluid in dat wordt afgespeeld
als u op de knoppen drukt of schakelt tussen
modi. (Uit, Aan*)
Sl.toon
Hiermee stelt u in dat de camera een geluid
afspeelt als u op de ontspanknop drukt.
(Uit, Geluid 1*, Geluid 2, Geluid 3)
Begingeluid
Hiermee stelt u in dat de camera een geluid
afspeelt als u de camera inschakelt.
(Uit*, Vliegen, Lasershow, Wolken)
AF-geluid
Instellen dat een geluid wordt afgespeeld wanneer
u de ontspanknop half indrukt. (Uit, Aan*)
Display
* Standaard
Item Beschrijving
Beginafbeelding
Hier stelt u in of er een afbeelding wordt
weergegeven wanneer de camera wordt
ingeschakeld en zo ja, welke.
Uit*: er wordt geen afbeelding weergegeven.
Logo: een standaardafbeelding uit het interne
geheugen weergeven.
Gebr.afb: selecteer Gebr.afb. uit de foto's die
u hebt vastgelegd in het geheugen.
De camera slaat per keer slechts één
gebruikersfoto in het interne geheugen op.
Als u een nieuwe foto selecteert als
gebruikersfoto of als u de camera opnieuw
instelt, wordt de huidige afbeelding gewist.
Richtlijn
Hiermee selecteert u een raster om u te helpen
bij de compositie van een scène.
(Uit*, 3 X 3, 2 X 2, Kruis,
Diagonaal
)
Datum/tijd
weergeven
Instellen of de datum en tijd op het scherm van
de camera worden weergegeven. (Uit*, Aan)
Functiebeschrijving
Hiermee wordt een korte beschrijving van een
optie of menu weergegeven. (Uit, Aan*)
Instellingen
123
Instellingenmenu
* Standaard
Item Beschrijving
Helderh. scherm
Hiermee past u de helderheid van het scherm
aan. (Auto*, Donker, Normaal, Licht)
Normaal is de vaste waarde voor de afspeelmodus,
zelfs als Auto is geselecteerd.
Snel tonen
Hiermee stelt u in hoe lang een gemaakte foto
wordt weergegeven voordat u teruggaat naar de
Opnamemodus. (Uit, Aan*)
Spaarstand
Als u 30 seconden lang geen bewerkingen
uitvoert, schakelt de camera automatisch over op
de spaarstand. (Uit*, Aan)
Druk in de spaarstand op een andere knop
dan de [POWER] om de camera weer te
gebruiken.
Zelfs als u de spaarstand niet inschakelt,
wordt het scherm 30 seconden na de laatste
bewerking gedimd om stroom te besparen.
Connectiviteit
* Standaard
Item Beschrijving
Video
Het video-uitgangssignaal voor uw land of regio
instellen.
NTSC: Canada, Japan, Korea, Mexico, Taiwan,
Verenigde Staten
PAL (ondersteunt alleen BDGHI): Australië,
België, China, Denemarken, Duitsland, Finland,
Frankrijk, Italië, Koeweit, Maleisië, Nederland,
Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk,
Singapore, Spanje, Thailand, Verenigd Koninkrijk,
Zweden, Zwitserland
USB
De modus selecteren die wordt gebruikt als u
de camera met een USB-kabel aansluit op een
computer of printer.
Computer*: sluit de camera op een computer
aan om bestanden over te brengen.
Printer: de camera aansluiten op een printer om
bestanden af te drukken.
Selecteer een modus: selecteer handmatig de
USB-modus wanneer u de camera aansluit op
een apparaat.
Pc-software
Hiermee stelt u in dat Intelli-Studio automatisch
wordt gestart wanneer u de camera aansluit op
uw computer. (Uit, Aan*)
Instellingen
124
Instellingenmenu
Algemeen
* Standaard
Item Beschrijving
Apparaatgegevens
(alleen WB150F/
WB151F/WB152F)
Het Mac-adres en serienummer van de camera
weergeven.
Language
Een taal voor de tekst op het scherm instellen.
Tijdzone
De tijdzone voor uw locatie instellen. Als u naar
een ander land gaat, selecteert u Bezoek en
selecteert u de juiste tijdzone. (Thuis*, Bezoek)
Datum/tijd
aanpassen
Hiermee stelt u de datum en tijd in.
Datumtype
Hiermee stelt u een datumnotatie in.
(JJJJ/MM/DD, MM/DD/JJJJ, DD/MM/JJJJ)
De standaarddatumnotatie kan afwijken, afhankelijk
van de geselecteerde taal.
* Standaard
Item Beschrijving
Bestandsnr.
De naamgeving van bestanden opgeven.
Op nul: instellen dat de bestandsnummering
weer bij 0001 begint wanneer er een
nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een
geheugenkaart wordt geformatteerd of alle
bestanden worden verwijderd.
Serie*: instellen dat de bestandsnummering
doorloopt wanneer er een nieuwe
geheugenkaart wordt geplaatst, een
geheugenkaart wordt geformatteerd of alle
bestanden worden verwijderd.
De standaardnaam van de eerste map is
100PHOTO en de standaardnaam van het
eerste bestand is SAM_0001.
Het bestandsnummer wordt steeds met één
verhoogd, van SAM_0001 tot SAM_9999.
Het mapnummer wordt steeds met één
verhoogd, van 100PHOTO tot 999PHOTO.
Het maximum aantal bestanden dat in een
map kan worden opgeslagen, is 9999.
De camera definieert bestandsnamen
volgens de DCF-norm (Design rule for
Camera File system). Als u bestandsnamen
wijzigt, kan de camera deze bestanden
mogelijk niet meer weergeven.
Instellingen
125
Instellingenmenu
* Standaard
Item Beschrijving
Afdruk
Instellen of de datum en tijd moeten worden
weergegeven op gemaakte foto's.
(Uit*, Datum, Datum/tijd)
De datum en tijd worden in de
rechterbenedenhoek van de foto
weergegeven.
Mogelijk drukken sommige printermodellen de
datum en tijd niet correct af.
De datum en tijd worden niet op de foto
weergegeven als:
-u Tekst selecteert in de
s
-modus
- u selecteert de Live Panorama in
g
modus (alleen WB150F/WB151F/
WB152F)
- u selecteert de modus
R
(alleen WB150/WB151)
- u selecteert de Beeld in beeld in
g
modus
Automatisch uit
Hiermee stelt u in dat de camera automatisch
wordt uitgeschakeld als u gedurende een
bepaalde periode geen bewerkingen uitvoert.
(Uit, 1 min, 3 min*, 5 min, 10 min)
Uw instellingen worden niet gewijzigd
wanneer u de batterij vervangt.
De camera wordt niet automatisch
uitgeschakeld als de camera is aangesloten
op een computer, printer of WLAN of als u
een diashow of video's afspeelt.
* Standaard
Item Beschrijving
AF-lamp
Instellen dat op donkere locaties automatisch
een lampje wordt ingeschakeld zodat u beter
kunt scherpstellen. (Uit, Aan*)
Formatt.
Formatteer het interne geheugen en de
geheugenkaart. Wanneer u formatteert, worden
alle bestanden verwijderd, ook beveiligde
bestanden. (Ja, Nee)
Er kunnen fouten optreden als u een geheugenkaart
door een ander merk camera, door een computer
of in een geheugenkaartlezer laat formatteren.
Formatteer geheugenkaarten in de camera voordat
u ze gebruikt om beelden op te slaan.
Reset
Reset menu's en opnameopties. De instellingen
voor datum en tijd, taal en video-uitvoer worden
niet gereset. (Ja, Nee)
Bijlagen
Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en
onderhoud.
Foutmeldingen
………………………………………… 127
Cameraonderhoud
…………………………………… 129
De camera reinigen
………………………………… 129
De camera gebruiken of opbergen
………………… 130
Geheugenkaarten
…………………………………… 131
De batterij
…………………………………………… 134
Voordat u contact opneemt met een
servicecenter
………………………………………… 138
Cameraspecificaties
………………………………… 141
Woordenlijst
…………………………………………… 145
Verklaring in officiële talen
…………………………… 151
Index
…………………………………………………… 153
Bijlagen
127
Foutmeldingen
Als een van de volgende foutmeldingen verschijnt, kunt u de onderstaande oplossingen proberen.
Foutmelding Mogelijke oplossingen
DCF Full Error
Bestandsnamen komen niet met de DCF-
norm overeen. Breng de bestanden op de
geheugenkaart over naar een computer en
formatteer de kaart. Open vervolgens het menu
Instellingen en selecteer Bestandsnr.
Op nul. (pag. 124)
Apparaat
losgekoppeld.
De netwerkverbinding is verbroken tijdens het
overbrengen van foto's. Selecteer een ander
TV Link-apparaat.
Bestandsfout
Verwijder het beschadigde bestand of neem
contact op met een servicecenter.
Bestandssysteem
wordt niet
ondersteund.
De FAT-bestandsstructuur van de geplaatste
geheugenkaart wordt niet ondersteund door
de camera. Formatteer de geheugenkaar in de
camera.
Initialisatie mislukt.
Schakel de apparaten met TV Link op het
netwerk in.
De camera kan geen apparaat met de functie
TV Link vinden.
Ongeldig
wachtwoord.
Het wachtwoord voor het overdragen van
bestanden naar een andere camera is onjuist.
Voer het juiste wachtwoord in.
Batterij bijna leeg
Plaats een opgeladen batterij of laad de batterij
op.
Foutmelding Mogelijke oplossingen
Kaartfout
Schakel de camera uit en weer in.
Verwijder de geheugenkaart en plaats deze
weer terug.
Formatteer de geheugenkaart.
Kaart vergrendeld
SD-, SDHC-, of SDXC-kaarten kunnen worden
vergrendeld om te voorkomen dat bestanden
worden gewist. Ontgrendel de kaart voordat u
opnamen maakt.
Kaart wordt niet
ondersteund.
De geplaatste geheugenkaart wordt niet
ondersteund door de camera. Plaats een SD-,
SDHC-, of SDXC-geheugenkaart.
Verbinding is niet
gelukt.
De camera kan geen verbinding met het
netwerk maken via het geselecteerde
toegangspunt. Selecteer een ander
toegangspunt en probeer het opnieuw.
De camera kan geen verbinding maken
met de andere camera. Probeer opnieuw
verbinding te maken.
Bijlagen
128
Foutmeldingen
Foutmelding Mogelijke oplossingen
Geheugen vol
Verwijder onnodige bestanden of plaats een
nieuwe geheugenkaart.
Geen foto
Maak foto's of plaats een geheugenkaart met
foto's in de camera.
Foto-overdracht
mislukt.
De netwerkverbinding is verbroken tijdens het
overbrengen van foto's. Schakel de functie
TV Link weer in.
Foto-ontvangst
mislukt.
De camera kan een foto niet ontvangen van de
verzendende camera. Vraag de ander om het
bestand opnieuw te verzenden.
Overdracht mislukt.
De camera kan geen foto verzenden naar
de andere camera. Probeer opnieuw te
verzenden.
De camera kan geen e-mail verzenden
of foto's overdragen naar een apparaat
met de functie TV Link. Controleer de
netwerkverbinding en probeer het opnieuw.
Bijlagen
129
Cameraonderhoud
Camerabody
Veeg de behuizing voorzichtig schoon met een zachte, droge
doek.
Gebruik nooit benzeen, thinner of alcohol om het apparaat te reinigen.
Deze oplosmiddelen kunnen de camera beschadigen of defecten
veroorzaken.
Druk niet op de lenskap en gebruik geen blaaskwastje op de lenskap.
De camera reinigen
Cameralens en -scherm
Verwijder stof met behulp van een blaaskwastje en veeg
de lens met een zachte doek voorzichtig af. Voor eventueel
achtergebleven stof brengt u lensreinigingsvloeistof op een stuk
lensreinigingspapier aan en veegt u de lens voorzichtig schoon.
Bijlagen
130
Cameraonderhoud
Camera voor langere tijd opbergen
Als u de camera langere tijd opbergt, moet u de camera samen
met absorberend materiaal, zoals silicagel, in een afgesloten
houder plaatsen.
Haal de batterijen uit de camera wanneer u de camera langere
tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van
tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera
veroorzaken.
Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van
tijd en moeten vóór gebruik opnieuw worden opgeladen.
De huidige datum en tijd kunnen worden geïnitialiseerd wanneer
de camera wordt ingeschakeld nadat de camera en batterij
gedurende langer dan 40 uur gescheiden zijn geweest.
Wees voorzichtig bij gebruik in vochtige omgevingen
Als u de camera overbrengt van een koude naar een warme omgeving,
kan er condensvorming optreden op de lens of de interne onderdelen
van de camera. In dit geval moet u de camera uitschakelen en
ten minste 1 uur wachten. Als er condensvorming optreedt op de
geheugenkaart, moet u de kaart uit de camera halen en wachten tot al
het vocht is verdampt voordat u de kaart terugplaatst.
Overige aandachtspunten
Zwaai de camera niet aan de polslus heen en weer. Hierdoor kunt u
uzelf of anderen verwonden of schade aan uw camera veroorzaken.
Verf de camera niet, omdat verf tussen de bewegende onderdelen
kan gaan zitten en de werking van het apparaat kan beïnvloeden.
Schakel de camera uit als u deze niet gebruikt.
De camera gebruiken of opbergen
Ongeschikte plaatsen voor het gebruiken of opbergen
van de camera
Stel de camera niet bloot aan zeer hoge of lage temperaturen.
Gebruik de camera niet in zeer vochtige omgevingen of
omgevingen waar de luchtvochtigheid snel verandert.
Stel de camera niet bloot aan direct zonlicht en bewaar de
camera niet op warme locaties met slechte ventilatie, zoals in
een auto die in de zon staat.
Bescherm de camera en het scherm tegen stoten, ruw gebruik
en sterke trillingen om ernstige schade te voorkomen.
Gebruik of bewaar de camera niet op stoffige, vuile, vochtige of
slecht-geventileerde plaatsen, om schade aan bewegende en
interne onderdelen te voorkomen.
Gebruik de camera niet in de buurt van brandstoffen, brandbare
stoffen of ontvlambare chemicaliën. Bewaar geen ontvlambare
vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in dezelfde ruimte als
de camera of de accessoires van de camera.
Berg de camera niet op met mottenballen.
Gebruik op het strand of aan de waterkant
Bescherm de camera tegen zand en vuil wanneer u deze op
het strand of in een andere, soortgelijke omgeving gebruikt.
Uw camera is niet waterbestendig. Gebruik de batterij, adapter
of geheugenkaart niet met natte handen. Als u de camera
gebruikt met natte handen, kan de camera beschadigd raken.
Bijlagen
131
Cameraonderhoud
Verf of metaal aan de buitenzijde van de camera kan allergieën,
jeuk, eczeem of bultjes veroorzaken bij mensen met een
gevoelige huid. Als u last hebt van een van deze symptomen,
stop dan onmiddellijk met het gebruik van de camera en
raadpleeg een arts.
Steek geen vreemde voorwerpen in de compartimenten, sleuven
en toegangspunten van de camera. Schade als gevolg van
onjuist gebruik wordt mogelijk niet door de garantie gedekt.
Laat geen ongekwalificeerd personeel reparatie- of
onderhoudswerkzaamheden aan de camera uitvoeren en
probeer dit ook niet zelf te doen. Alle schade die voortvloeit uit
ongekwalificeerd onderhoud of reparatie, wordt niet gedekt door
de garantie.
Geheugenkaarten
Ondersteunde geheugenkaarten
Dit product accepteert de geheugenkaarten SD (Secure Digital),
SDHC (Secure Digital High Capacity), SDXC (Secure Digital
eXtended Capacity), microSD, microSDHC of microSDXC.
Contactpunt
Schrijfvergrendeling
Etiket (voorzijde)
U kunt voorkomen dat bestanden worden verwijderd door gebruik
te maken van de schakelaar voor schrijfbescherming op een SD-,
SDHC- of SDXC-kaart. Schuif de schakelaar omlaag, of schuif
de schakelaar omhoog om te ontgrendelen. Wanneer u foto's en
video's maakt, moet de kaart ontgrendeld zijn.
De camera bevat kwetsbare onderdelen. Zorg daarom dat u de
camera niet blootstelt aan schokken.
Bewaar de camera in de houder om het scherm te beschermen
tegen externe druk. Houd de camera uit de buurt van zand,
scherp gereedschap of kleingeld om te voorkomen dat er
krassen op de camera komen.
Gebruik de camera niet als het scherm gebarsten of beschadigd
is. Gebarsten glas of acryl kan letsel aan uw handen en gezicht
veroorzaken. Breng de camera naar een servicecenter van
Samsung om de camera te laten repareren.
Leg camera's, batterijen, opladers of accessoires nooit in de
buurt van, op of in verwarmingsapparaten, zoals magnetrons,
kachels of radiatoren. Deze apparaten kunnen worden vervormd
en oververhit raken en brand of een ontploffing veroorzaken.
Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. Hierdoor kan de
beeldsensor verkleuren of defect raken.
Bescherm de lens tegen vingerafdrukken en krassen. Reinig de
lens met een zachte, schone doek.
Als de camera een schok opvangt, wordt de camera
mogelijk uitgeschakeld. Dit gebeurt om de geheugenkaart te
beschermen. Schakel de camera weer in om de camera te
gebruiken.
De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal
en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw
camera.
Bij lage temperaturen kan het langer duren voordat de camera
is ingeschakeld, kunnen kleuren tijdelijk veranderen of kunnen
nabeelden worden weergegeven. Deze omstandigheden duiden
niet op defecten en worden verholpen als u de camera weer bij
normale temperaturen gebruikt.
Bijlagen
132
Cameraonderhoud
Geheugenkaart
Geheugenkaartadapter
Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit product, een
computer of een geheugenkaartlezer, moet u de kaart in een
adapter plaatsen.
Capaciteit van de geheugenkaart
De geheugencapaciteit verschilt, afhankelijk van de
opnamemodus en de opnameomstandigheden. De volgende
capaciteiten zijn gebaseerd op een SD-kaart van 1 GB:
Foto
Formaat Superhoog Hoog Normaal
144 259 381
162 287 423
190 343 498
201 353 519
246 435 630
386 686 950
Formaat Superhoog Hoog Normaal
624 1065 1404
846 1373 1993
1817 2809 3433
Video
Formaat 30fps 15fps
1280 X 720
Ongeveer
15' 20"
Ongeveer
29' 42"
640 X 480
Ongeveer
35' 54"
Ongeveer
67' 30"
320 X 240
Ongeveer
138' 19"
Ongeveer
237' 41"
Om te delen
(Alleen WB150F/WB151F/
WB152F)
Ongeveer
138' 19"
Ongeveer
237' 41"
* De bovenstaande cijfers zijn gemeten zonder gebruik van de zoomfunctie.
Bij gebruik van de zoomfunctie kan de beschikbare opnametijd afwijken
van de vermelde waarden. Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er
verschillende video's achter elkaar opgenomen.
Bijlagen
133
Cameraonderhoud
Voorkom dat geheugenkaarten in contact komen met vloeistoffen,
vuil of vreemde stoffen. Veeg zo nodig de geheugenkaart met
een zachte doek schoon voordat u de geheugenkaart in de
camera plaatst.
Voorkom dat geheugenkaarten en de geheugenkaartsleuf
in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen.
Dergelijke stoffen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten of
de camera niet goed meer werken.
Wanneer u een geheugenkaart bij u draagt, moet u een hoesje
gebruiken om de kaart tegen elektrostatische ontlading te
beschermen.
Breng belangrijke gegevens over naar andere media, zoals een
vaste schijf, CD of DVD.
Als u de camera langere tijd gebruikt, kan de geheugenkaart
warm worden. Dit is normaal en wijst niet op een defect.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten
Vermijd blootstelling van geheugenkaarten aan zeer lage of
hoge temperaturen (onder 0 °C/32 °F en boven
40 °C/104 °F). Extreme temperaturen kunnen ervoor zorgen
dat geheugenkaarten niet goed werken.
Plaats een geheugenkaart in de juiste richting. Als u een
geheugenkaart in de verkeerde richting plaatst, kunnen camera
en geheugenkaart worden beschadigd.
Gebruik geen geheugenkaarten die in een andere camera of
door een computer zijn geformatteerd. Formatteer een dergelijke
geheugenkaart opnieuw in uw eigen camera.
Schakel de camera uit wanneer u een geheugenkaart plaatst of
verwijdert.
Verwijder de geheugenkaart niet en schakel uw camera niet
uit wanneer het lampje knippert, omdat de gegevens hierdoor
kunnen worden beschadigd.
Wanneer de levensduur van een geheugenkaart is verlopen, kunt
u geen foto's meer opslaan op de kaart. Gebruik een nieuwe
geheugenkaart.
Zorg dat geheugenkaarten niet buigen, vallen of aan zware
klappen of druk worden blootgesteld.
Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt of opbergt in de buurt
van krachtige magnetische velden.
Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt op locaties met hoge
temperaturen of luchtvochtigheid of in de buurt van bijtende
stoffen.
Bijlagen
134
Cameraonderhoud
Levensduur van de batterij
Gemiddelde opnameduur/
Aantal foto's
Testomstandigheden(bij een volledig
opgeladen batterij)
Foto's
Ongeveer
150 min./
ongeveer
300 foto's
De levensduur is gemeten onder de
volgende omstandigheden: in de modus
p
, in het donker, resolutie, kwaliteit
Hoog, OIS ingeschakeld.
1. Stel de flitser in op Invulflits, maak
één foto en zoom in of uit.
2. Stel de flitser in op Uit, maak één foto
en zoom in of uit.
3. Voer stap 1 en 2 uit. Wacht
30 seconden tussen de stappen.
Herhaal het proces na 5 minuten en
schakel de camera 1 minuut uit.
4. Herhaal stap 1 tot 3.
Video's
Ongeveer
120 min.
Neem video's op met de resolutie
en 30 fps.
De bovenstaande cijfers zijn volgens de normen van Samsung gemeten en
kunnen afwijken van resultaten bij daadwerkelijk gebruik.
Er zijn verschillende video's achter elkaar opgenomen om de totale opnameduur
te bepalen.
Wanneer u netwerkfuncties gebruikt, raakt de batterij sneller leeg.
De batterij
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen.
Batterijspecificaties
Specificatie Beschrijving
Model
SLB-10A
Type
Lithium-ionbatterij
Capaciteit
1030 mAh
Voltage
3,7 V
Oplaadduur* (wanneer de camera is
uitgeschakeld)
Ongeveer 240 min.
* Duurt mogelijk langer als u de batterij aansluit op een computer om de
batterij op te laden.
Bijlagen
135
Cameraonderhoud
Aandachtspunten voor het gebruik van de batterij
Bescherm batterijen, opladers en geheugenkaarten tegen
schade
Voorkom dat batterijen in aanraking komen met metalen
voorwerpen. Dit kan een verbinding vormen tussen de plus- en
minpolen van uw batterijen en tijdelijke of permanente schade aan
de batterijen en brand of een schok veroorzaken.
De batterij opladen
Controleer als het indicatielampje uit is of de batterij op de juiste
wijze is geplaatst.
Als camera tijdens het opladen is ingeschakeld, wordt de
batterij mogelijk niet volledig opgeladen. Schakel de camera uit
voordat u de batterij oplaadt.
Gebruik de camera niet als de batterij wordt opgeladen. Dit kan
brand of een schok veroorzaken.
Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te
halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt.
Wacht ten minste 10 minuten voordat u de camera inschakelt
nadat de batterij is opgeladen.
Als u de camera aansluit op een externe voedingsbron terwijl
de batterij helemaal leeg is, wordt de camera uitgeschakeld
wanneer u bepaalde functies gebruikt die veel stroom
verbruiken. Laad de batterij op om de camera op normale wijze
te gebruiken.
Melding Batterij bijna leeg
Als de batterij volledig is ontladen, wordt het batterijpictogram
rood en verschijnt de melding 'Batterij bijna leeg'.
De batterij gebruiken
Vermijd blootstelling van batterijen aan zeer lage of hoge
temperaturen (onder 0 °C/32 °F en boven 40 °C/104 °F).
Extreme temperaturen kunnen de laadcapaciteit van de
batterijen beperken.
Als u de camera langere tijd gebruikt, kan het gebied rond de
batterijklep warm worden. Dit heeft geen invloed op de normale
werking van de camera.
Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te
halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt.
Bij temperaturen onder 0 °C/32 °F kunnen de capaciteit en
gebruiksduur van de batterij afnemen.
Bij lage temperaturen kan de batterijcapaciteit afnemen, maar
de gewone capaciteit wordt hersteld bij gebruik bij hogere
temperaturen.
Bijlagen
136
Cameraonderhoud
Als u de voedingskabel opnieuw aansluit nadat de batterij
volledig is opgeladen, brandt het statuslampje ongeveer
30 minuten.
Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's
raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij op totdat het rode
indicatielampje uitgaat.
Als het indicatielampje knippert of niet brandt, sluit u de kabel
opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze
opnieuw in de camera.
Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de
temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje rood knipperen.
Nadat de batterij is afgekoeld, wordt het opladen gestart.
Als u batterijen overlaadt, kan de gebruiksduur van de batterij
korter worden. Wanneer het opladen is voltooid, haalt u de
kabel uit de camera.
Buig het netsnoer niet en plaats geen zware voorwerpen op
het netsnoer. Als u dit wel doet, kan het netsnoer worden
beschadigd.
De batterij opladen terwijl er een computer is aangesloten
Gebruik alleen de meegeleverde USB-kabel.
In de volgende gevallen wordt de batterij mogelijk niet
opgeladen:
-
Wanneer u een USB-hub gebruikt.
-
Wanneer er andere USB-apparaten op de computer zijn
aangesloten.
-
Wanneer u de kabel op de poort aan de voorzijde van de
computer aansluit.
-
Wanneer de USB-poort van de computer de stroomuitvoernorm
niet ondersteunt (5 V, 500 mA).
Behandel batterijen en opladers voorzichtig en voer deze
af volgens de voorschriften
Gooi batterijen nooit in open vuur. Houd u aan alle lokale
regelgevingen bij het weggooien van gebruikte batterijen.
Leg batterijen of camera's nooit in of op verwarmingsapparaten,
zoals een magnetron, kachel of radiator. Batterijen kunnen
exploderen als ze te heet worden.
Bijlagen
137
Cameraonderhoud
Onzorgvuldig of verkeerd gebruik van de batterij kan
lichamelijk letsel of de dood tot gevolg hebben. Volg
voor uw eigen veiligheid de onderstaande instructies
voor het juiste gebruik van de batterij:
De batterij kan vlam vatten of exploderen als deze niet
op de juiste wijze wordt gebruikt. Als u vervormingen,
scheuren of andere afwijkingen in de batterij opmerkt,
stopt u onmiddellijk het gebruik hiervan en neemt u
contact op met een servicecenter.
Gebruik alleen authentieke, door de fabrikant aanbevolen
batterijopladers en -adapters en laad de batterij alleen op
volgens de procedures die in deze gebruiksaanwijzing
zijn vermeld.
Plaats de batterij niet te dicht bij warmtebronnen en stel
de batterij niet bloot aan extreem warme omgevingen,
zoals een gesloten auto in de zon.
Plaats de batterij niet in een magnetron.
Bewaar of gebruik de batterij niet in een hete, vochtige
omgeving, zoals een badkamer of douche.
Plaats de batterij niet langere tijd op ontvlambare
oppervlakken, zoals matrassen, tapijten of elektrische
dekens.
Als het apparaat is ingeschakeld, moet u het niet langere
tijd in een afgesloten ruimte achterlaten.
Zorg ervoor dat de polen van de batterij niet in contact
komen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen,
munten, sleutels en horloges.
Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant
aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging.
Haal de batterij niet uit elkaar of maak er geen gaten in
met een scherp voorwerp.
Stel de batterij niet bloot aan hoge druk of extreme
krachten.
Stel de batterij niet bloot aan hevige klappen, bijvoorbeeld
door deze van grote hoogte te laten vallen.
Stel de batterij niet bloot aan temperaturen boven de
60 °C (140 °F).
Stel de batterij niet bloot aan vocht of vloeistoffen.
De batterij mag niet worden blootgesteld aan overmatige
warmte zoals zonneschijn, vuur of dergelijke zaken.
Richtlijnen voor afvoer
Wees zorgvuldig als u de batterij weggooit.
Gooi de batterij nooit in een open vuur.
Regelgeving kan per land of regio verschillen. Zorg dat
u zich houdt aan alle lokale en nationale regelgevingen
wanneer u de batterij weggooit.
Richtlijnen voor het opladen van de batterij
Laad de batterij alleen op volgens de procedure in
deze gebruiksaanwijzing. De batterij kan ontbranden
of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt
opgeladen.
Bijlagen
138
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Wanneer u problemen met de camera ondervindt, kunt u eerst de volgende procedures uitvoeren voordat u contact opneemt met een
servicecenter. Als u het probleem hiermee niet kunt oplossen, kunt u contact opnemen met uw plaatselijke dealer of servicecenter.
Wanneer u uw camera naar een servicecenter brengt, neem dan ook de onderdelen mee die de oorzaak kunnen zijn van de fout, zoals de geheugenkaart of de batterij.
Situatie Mogelijke oplossingen
Er kunnen geen foto's
wor
den gemaakt.
Er is geen ruimte op de geheugenkaart.
Verwijder onnodige bestanden of plaats
een nieuwe kaart.
Formatteer de geheugenkaart.
De geheugenkaart is defect. Koop een
nieuwe geheugenkaart.
Controleer of de camera is ingeschakeld.
Laad de batterij op.
Controleer of de batterij op de juiste wijze
is geplaatst.
De camera loopt vast.
Verwijder de batterij en plaats deze weer
terug.
De camera wordt
warm.
De camera kan warm worden tijdens het
gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed
op de levensduur of prestaties van uw
camera.
De flitser werkt niet.
Mogelijk is de flitseroptie ingesteld op Uit.
(pag. 57)
In sommige modi kunt u de flitser niet
gebruiken.
Situatie Mogelijke oplossingen
De camera kan niet
worden ingeschakeld.
Controleer of de batterij in de camera is
geplaatst.
Controleer of de batterij correct in de
camera is geplaatst. (pag. 19)
Laad de batterij op.
De camera
wordt plotseling
uitgeschakeld.
Laad de batterij op.
De camera bevindt zich mogelijk in de
modus Automatisch uit. (pag. 125)
De camera wordt mogelijk uitgeschakeld
om te voorkomen dat de geheugenkaart
door een harde schok beschadigd raakt.
Schakel de camera weer in.
De batterij raakt snel
leeg.
De batterij raakt bij lage temperaturen
(onder 0 °C/32 °F) sneller leeg. Houd
de batterij warm door deze in uw zak te
steken.
Als u de flitser gebruikt of video's
opneemt, raakt de batterij snel leeg. Laad
de batterij indien nodig weer op.
Batterijen zijn verbruiksartikelen die
na verloop van tijd moeten worden
vervangen. Koop een nieuwe batterij als
de gebruiksduur van de batterij aanzienlijk
afneemt.
Bijlagen
139
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie Mogelijke oplossingen
Er wordt onverwachts
geflitst.
De flitser wordt mogelijk geactiveerd
vanwege statische elektriciteit. Dit duidt niet
op een defect van de camera.
De datum en tijd zijn
onjuist.
Stel de datum en tijd in bij de
scherminstellingen. (pag. 124)
Het scherm of de
knoppen werken niet.
Verwijder de batterij en plaats deze weer
terug.
Het camerascherm
reageert niet goed.
Als u de camera bij zeer lage temperaturen
gebruikt, kan het camerascherm verkleuren
of slecht functioneren. Voor betere prestaties
van het scherm moet de camera bij normale
temperaturen worden gebruikt.
Er is een fout met
de geheugenkaart
opgetreden.
Schakel de camera uit en weer in.
Verwijder de geheugenkaart en plaats
deze weer terug.
Formatteer de geheugenkaart.
Zie 'Aandachtspunten bij gebruik van
geheugenkaarten' voor meer informatie.
(pag. 133)
Er kunnen geen
bestanden worden
afgespeeld.
Als u de naam van een bestand wijzigt,
kan de camera het bestand mogelijk niet
afspelen (de bestandsnaam moet voldoen
aan de DCF-norm). In dergelijke gevallen
kunt u de bestanden op een computer
afspelen.
Situatie Mogelijke oplossingen
De foto is onscherp.
Controleer of de ingestelde
scherpsteloptie voor close-upfoto's
geschikt is. (pag. 60)
Controleer of de lens schoon is. Reinig de
lens indien nodig. (pag. 129)
Zorg ervoor dat het onderwerp zich
binnen het bereik van de flitser bevindt.
(pag. 142)
De kleuren in de
foto zijn anders dan
de daadwerkelijke
kleuren.
Een onjuiste witbalans kan voor
onrealistische kleuren zorgen. Selecteer
de juiste witbalansoptie voor de lichtbron.
(pag. 71)
De foto is te licht.
De foto is overbelicht.
Schakel de flitser uit. (pag. 57)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59)
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 69)
De foto is te donker.
De foto is onderbelicht.
Schakel de flitser in. (pag. 57)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59)
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 69)
Bijlagen
140
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie Mogelijke oplossingen
De foto's worden
niet op de televisie
weergegeven.
Controleer of de camera correct op de
televisie is aangesloten met de A/V-kabel.
Controleer of de geheugenkaart foto's
bevat.
De computer herkent
de camera niet.
Controleer of de USB-kabel op de juiste
wijze is geplaatst.
Controleer of de camera is ingeschakeld.
Controleer of het besturingssysteem
wordt ondersteund.
De computer verbreekt
de verbinding met
de camera tijdens
het overbrengen van
bestanden.
De bestandsoverdracht kan door statische
elektriciteit worden gestoord. Koppel de
USB-kabel los en sluit deze weer aan.
De computer kan geen
video's afspelen.
Video's kunnen mogelijk niet worden
afgespeeld met bepaalde videospelers.
Installeer en gebruik het programma Intelli-
Studio op uw computer voor het afspelen
van videobestanden die u met uw camera
hebt opgenomen. (pag. 93)
Situatie Mogelijke oplossingen
Intelli-Studio werkt niet
naar behoren.
Sluit Intelli-Studio af en start het
programma opnieuw.
U kunt Intelli-Studio niet gebruiken op
Macintosh-computers.
Controleer of Pc-software is ingesteld op
Aan in het instellingenmenu. (pag. 123)
Afhankelijk van de specificaties en
omgeving van de computer wordt het
programma mogelijk niet automatisch
gestart. Klik in dit geval op de computer
op start Alle programma's
SAMSUNG Intelli-Studio
Intelli-Studio.
Uw televisie of
computer kan geen
foto's of video's
weergeven die zijn
opgeslagen op een
SDXC-geheugenkaart.
SDXC-geheugenkaarten gebruiken het
exFAT-bestandssysteem. Zorg ervoor dat
het externe apparaat compatibel is met
het exFAT-bestandssysteem voordat u de
camera aansluit op het apparaat.
Uw computer
herkent een SDXC-
geheugenkaart niet.
SDXC-geheugenkaarten gebruiken het
exFAT-bestandssysteem. Als u SDXC-
geheugenkaarten wilt gebruiken op
een Windows XP-computer, kunt u
het stuurprogramma voor het exFAT-
bestandssysteem downloaden en bijwerken
via de website van Microsoft.
Bijlagen
141
Cameraspecificaties
Bereik
Groothoek (G) Tele (T)
Normaal (AF) 80 cm - oneindig 350 cm - oneindig
Macro 5-80 cm 180-350 cm
Auto macro 5 cm - oneindig 180 cm - oneindig
Handm.
scherpstellen
5 cm - oneindig 180 cm - oneindig
Sluitertijd
Auto: 1/8-1/2000 sec.
Programma: 1-1/2000 sec.
Handmatig: 16-1/2000 sec.
Nacht: 8-1/2000 sec.
Belichting
Regeling
Programma AE, Diafragmaprioriteit AE,
Sluiterprioriteit AE, Handmatige belichting
Lichtmeting Multi, Spot, Centr. gewogen, Gezichtsdetectie
Compensatie ±2EV (1/3 EV Stap)
ISO-equivalent
Auto, ISO 80, ISO 100, ISO 200, ISO 400, ISO 800,
ISO 1600, ISO 3200
Beeldsensor
Type 1/2,3" (ongeveer 7,76 mm) CCD
Effectieve pixels Ongeveer 14,2 megapixel
Totaal aantal pixels Ongeveer 16,4 megapixel
Lens
Brandpuntsafstand
Schneider-KREUZNACH-lens f = 4,0-72,0 mm
(equivalent aan 35mm-film: 24-432 mm)
Diafragmabereik F3.2 (W)-F5.8 (T)
Zoom
Fotomodus: 1,0-18,0X
(optische zoom X digitale zoom: 90,0X,
optische zoom X Intelli zoom: 36,0X)
Afspeelmodus: 1,0-14,4X
(afhankelijk van het beeldformaat)
Scherm
Type TFT LCD
Functionaliteit 3,0" (7,62 cm) 460K
Scherpstelling
Type
TTL-autofocus (Centrum AF, Multi AF, Keuze AF,
Tracking AF, Gezichtsdetectie AF, Slimme gez.
herkenning AF), Handm. scherpstellen
Bijlagen
142
Cameraspecificaties
Flitser
Modus
Auto, Rode ogen, Invulflits, Langz sync, Uit,
Anti-rode ogen
Bereik
Groothoek: 0,3-3,5 m (ISO Auto)
Tele: 0,5-1,9 m (ISO Auto)
Oplaadtijd Ongeveer 4 sec.
Trillingsreductie
Optische beeldstabilisatie (OIS)
Effect
Opnamemodus
voor foto's
Fotofilter (Smart filter): Miniatuur, Vignetten,
Aquarel, Olieverf, Cartoon, Kruisfilter, Schets,
Softfocus, Visoog, Oude film, Halftoonstip,
Klassiek, Retro, Zoomopname
Beeld aanpassen: Scherpte, Contrast, Kleurverz.
Opnamemodus
voor video's
Filmfilter (Smart filter): Miniatuur, Vignetten,
Halftoonstip, Schets, Visoog, Klassiek, Retro,
Paleteffect 1, Paleteffect 2, Paleteffect 3,
Paleteffect 4
Witbalans
Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt, TL-licht H, TL-licht L, Kunstlicht,
Aangep. instelling, Kleurtemp.
Datering
Datum/tijd, Datum, Uit
Opnemen
Foto's
Modi: Smart Auto (Portret, Nachtportret,
Portretfoto met tegenlicht, Nacht, Tegenl.,
Landschap, Wit, Natuurlijk groen, Blauwe lucht,
Zonsondergang, Macro, Macro tekst, Macro
kleur, Statief, Actie, Vuurwerk), Programma,
Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit, Handmatig,
Scène (Beautyshot, Nacht, Landschap, Tekst,
Zon onder, Dageraad, Tegenl., Strand/sneeuw),
Magisch Plus (Live Panorama, Magisch kader,
Gesplitste opname, Beeld in beeld, Artistieke pen,
Fotofilter)
Serie: 1 opname, Continu, Bewegingsopname,
AEB
Timer: Uit, 10 sec, 2 sec, Dubbel (10 sec, 2 sec)
Video's
Modi: Intelligente scènedetectie (Landschap,
Blauwe lucht, Natuurlijk groen, Zonsondergang),
Film, Magisch Plus (Beeld in beeld, Filmfilter)
Bestandsindeling: MP4 (H.264)
(Max. opnameduur: 20 min)
Formaat: 1280 X 720, 640 X 480, 320 X 240,
Om te delen (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
Framesnelheid: 30fps, 15fps
Sound Alive: Sound Alive Aan, Sound Alive Uit,
Dempen
OIS: Aan, Uit
Video bewerken (intern): Opnemen onderbreken
Bijlagen
143
Cameraspecificaties
Afspelen
Foto's
Type: Eén foto, Miniaturen, Diashow met muziek
en effecten, Video, Smart Album*
* Smart Album-categorie: Alles, Datum,
Gezichtenlijst, Best.type
Bewerken: Res.wijz, Draaien, Beeld aanpassen,
Smart filter, Bijsnijden
Effect: Beeld aanpassen (Helderheid, Contrast,
Kleurverz., ACB, Gezichtretouch., Anti-rode ogen),
Smart filter (Normaal, Miniatuur, Vignetten, Aquarel,
Olieverf, Cartoon, Kruisfilter, Schets, Softfocus,
Visoog, Oude film, Halftoonstip, Klassiek, Retro,
Zoomopname)
Video's Bewerken: foto's maken, tijd bijsnijden
Opslag
Media
Intern geheugen: Ongeveer 18 MB
Extern geheugen (optioneel):
SD-kaart (1-2 GB gegarandeerd),
SDHC-kaart (tot 32 GB gegarandeerd),
SDXC-kaart (tot 64 GB gegarandeerd)
De interne geheugencapaciteit kan van deze
specificaties afwijken.
Bestandsindeling
Foto: JPEG (DCF), EXIF 2.21, DPOF 1.1,
PictBridge 1.0
Videoclip: MP4 (Video: MPEG-4.AVC/H.264,
Audio: AAC)
Beeldformaat
Voor SD kaart van 1 GB: Aantal foto's
Superhoog Hoog Normaal
4320 X 3240 144 259 381
4320 X 2880 162 287 423
4320 X 2432 190 343 498
3648 X 2736 201 353 519
2832 X 2832 246 435 630
2592 X 1944 386 686 950
1984 X 1488 624 1065 1404
1920 X 1080 846 1373 1993
1024 X 768 1817 2809 3433
Deze waarden zijn gemeten onder de
standaardcondities van Samsung en kunnen
variëren, afhankelijk van opnameomstandigheden en
camera-instellingen.
Bijlagen
144
Cameraspecificaties
Afmetingen (B x H x D)
106,5 x 59,9 x 23,4 mm (zonder uitsteeksels)
Gewicht
WB150/WB151: 187,9 g (zonder batterij en geheugenkaart)
WB150F/WB151F/WB152F: 188,2 g (zonder batterij en geheugenkaart)
Bedrijfstemperatuur
0-40 °C
Bedrijfsluchtvochtigheid
5-85 %
Software
Intelli-Studio
Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd voor betere
prestaties.
Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F)
Delen op sociale netwerken, E-mail, MobileLink, Remote Viewfinder, Cloud,
Automatische back-up, TV Link, Verificatiebrowser, Wi-Fi Direct
Interface
Digitale uitvoer USB 2.0
Audio-invoer/-
uitvoer
Interne luidspreker (mono), microfoon (mono)
Video-uitvoer A/V: NTSC, PAL (instelbaar)
Gelijkstroom
aansluiting
5 V
Voedingsbron
Oplaadbare batterij Lithium-ionbatterij (SLB-10A, 1030 mAh)
Connectortype Micro USB (5-pins)
Afhankelijk van uw regio kan de voedingsbron verschillen.
Bijlagen
145
Woordenlijst
Compositie
Met compositie wordt de plaatsing van de verschillende
elementen in het beeld bedoeld. Meestal levert een compositie
volgens de regel van derden een plezierig resultaat.
DCF (Design rule for Camera File system)
Een specificatie voor het definiëren van een bestandsindeling
en bestandssysteem voor digitale camera's die is ontwikkeld
door de Japan Electronics and Information Technology Industries
Association (JEITA).
Scherptediepte
De afstand tussen het dichtstbijzijnde en verste punt waarop kan
worden scherpgesteld in een foto. De scherptediepte verschilt
per diafragma, brandpuntsafstand en afstand tussen de camera
en het onderwerp. Als u bijvoorbeeld een kleiner diafragma
selecteert, wordt de scherptediepte vergroot en wordt de
achtergrond van een compositie vaag.
Digitale zoom
Een functie die op kunstmatige wijze de beschikbare hoeveelheid
zoom met de zoomlens vergroot (optisch zoomen). Als u de
digitale zoomfunctie gebruikt, wordt de beeldkwaliteit minder
wanneer de vergroting wordt verhoogd.
Automatische contrastverbetering (ACB)
Deze functie verbetert automatisch het contrast van uw beelden
wanneer het onderwerp tegenlicht heeft of als er veel contrast is
tussen uw onderwerp en de achtergrond.
Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB)
Deze functie maakt automatisch meerdere beelden met
verschillenden belichtingen om u te helpen een goedbelicht beeld
te maken.
Autofocus (AF)
Een systeem dat automatisch de cameralens scherpstelt op het
onderwerp. Uw camera gebruikt het contrast om automatisch
scherp te stellen.
Diafragma
Het diafragma bepaalt de hoeveelheid licht die de sensor van de
camera bereikt.
Bewegingsonscherpte (vaag)
Als de camera wordt bewogen wanneer de sluiter is geopend,
kan het volledige beeld vaag lijken. Dit komt vaker voor wanneer
de sluitertijd laag is. Voorkom bewegingsonscherpte door de
gevoeligheid te verhogen, de flitser te gebruiken of een hogere
sluitertijd. U kunt ook een statief of de DIS- of OIS-functie
gebruiken om de camera te stabiliseren.
Bijlagen
146
Woordenlijst
Belichting
De hoeveelheid licht die de sensor van de camera mag bereiken.
Belichting wordt bepaald door een combinatie van sluitertijd,
diafragma en ISO-waarde.
Flitser
Een flitslamp die ervoor zorgt dat er voldoende belichting is in
omstandigheden met weinig licht.
Brandpuntsafstand
De afstand van het brandpunt van de lens tot het beeldvlak
(in millimeters). Grotere brandpuntsafstanden resulteren in een
kleinere beeldhoek en een grotere weergave van het onderwerp.
Kleinere brandpuntsafstanden resulteren in een grotere
beeldhoek.
Histogram
Een grafische weergave van de helderheid van een beeld. De
horizontale as stelt de helderheid voor en de verticale as het
aantal pixels. Hoge pieken aan de linkerkant (te donker) en aan de
rechterkant (te licht) op het histogram geven aan dat een foto niet
goed is belicht.
Digitale afdrukbestelling (DPOF)
Een indeling voor het schrijven van afdrukgegevens, zoals
geselecteerde beelden en het aantal afdrukken, op een
geheugenkaart. Printers die compatibel zijn met DPOF, soms
verkrijgbaar in fotowinkels, kunnen de informatie lezen van de
kaart voor eenvoudig afdrukken.
Belichtingswaarde (EV)
Alle combinaties van de camerasluitertijd en diafragma die
resulteren in dezelfde belichting.
EV-compensatie
Met deze functie kunt u snel de belichtingswaarde aanpassen
die wordt berekend door de camera, in beperkte stappen, om de
belichting van uw foto's te verbeteren. Stel de EV-compensatie in
op -1,0 EV om de waarde een stap donkerder in te stellen en op
1,0 EV om de waarde een stap lichter te maken.
Exif (Exchangeable Image File Format)
Een specificatie voor het definiëren van een
beeldbestandsindeling voor digitale camera's die is gemaakt door
de Japan Electronic Industries Development Association (JEIDA).
Bijlagen
147
Woordenlijst
LCD (Liquid Crystal Display)
Een visuele display die algemeen wordt gebruikt in consumenten
elektronica. Dit display heeft een aparte achtergrondverlichting
nodig zoals CCFL of LED, om kleuren te kunnen reproduceren.
Macro
Met deze functie kunt u close-upfoto's maken van zeer kleine
voorwerpen. Als u de macrofunctie gebruikt, kan de camera goed
scherpstellen op kleine voorwerpen met een verhouding op bijna
ware grootte (1:1).
Lichtmeting
De lichtmeting heeft betrekking op de manier waarop een camera
de hoeveelheid licht meet om de belichting in te stellen.
MJPEG (Motion JPEG)
Een video-indeling die wordt gecomprimeerd als een JPEG-
beeld.
Ruis
Verkeerd geïnterpreteerde pixels in een digitaal beeld die mogelijk
worden weergegeven als verkeerd geplaatste of willekeurige,
heldere pixels. Ruis treedt meestal op wanneer foto's worden
gemaakt met een hoge gevoeligheid of wanneer de gevoeligheid
automatisch wordt ingesteld op een donkere locatie.
H.264/MPEG-4
Een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door
de internationale standaardisatieorganisaties ISO/IEC en ITU-T.
Deze codec zorgt ervoor dat goede videokwaliteit wordt geleverd
met lage bitsnelheden ontwikkeld door het Joint Video Team
(JVT).
Beeldsensor
Het fysieke deel van een digitale camera die een fotosite bevat
voor elke pixel in het beeld. Elke fotosite neemt de helderheid
van het licht op dat de fotosite bereikt tijdens een belichting.
Algemene sensortypen zijn CCD (Charge-coupled Device) en
CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor).
ISO-waarde
De gevoeligheid van een camera voor licht, gebaseerd op de
equivalente filmsnelheid gebruikt in een filmcamera. Met hogere
ISO-waarden gebruikt de camera een hogere sluitertijd, waardoor
vervaging kan worden verminderd die wordt veroorzaakt door het
bewegen van de camera en weinig licht. Beelden met een hoge
gevoeligheid zijn echter veel gevoeliger voor ruis.
JPEG (Joint Photographic Experts Group)
Een lossy-methode van compressie voor digitale beelden. JPEG-
beelden worden gecomprimeerd om de algehele bestandsgrootte
te verminderen met minimale afname van de beeldresolutie.
Bijlagen
148
Woordenlijst
Vignetten
Een vermindering van de helderheid of de verzadiging van een
beeld bij de randen in vergelijking met het midden van het beeld.
Vignetten kan de aandacht richten op onderwerpen die in het
midden van een beeld zijn geplaatst.
Witbalans (kleurbalans)
Een aanpassing van de intensiteit van kleuren (meestal de
primaire kleuren rood, groen en blauw) in een beeld. Het doel van
het aanpassen van de witbalans, of kleurbalans, is de kleuren van
een beeld correct weergeven.
OIS (Optical Image Stabilization; Optische beeldstabilisatie)
Deze functie compenseert in real-time trillingen en schudden
tijdens de opname. Er treedt geen kwaliteitsvermindering van het
beeld op in vergelijking met de functie Digitale beeldstabilisatie.
Optische zoom
Dit is een algemene zoomfunctie waarmee beelden kunnen
worden vergroot met een lens en waarmee de beeldkwaliteit niet
vermindert.
Quality
Een uitdrukking van het compressieniveau dat is gebruikt in
een digitaal beeld. Beelden met een hogere kwaliteit hebben
een lager compressieniveau, wat meestal resulteert in grotere
bestanden.
Resolutie
Het aantal pixels in een digitaal beeld. Beelden met hoge resolutie
bevatten meer pixels en bevatten meer details dan beelden met
lage resolutie.
Sluitertijd
De sluitertijd is de hoeveelheid tijd die nodig is om de sluiter
te openen en te sluiten. Dit is een belangrijke factor voor de
helderheid van een foto, aangezien hiermee de hoeveelheid licht
wordt geregeld die door het diafragma op de beeldsensor valt.
Met een kortere sluitertijd valt er minder licht naar binnen en wordt
de foto donkerder, maar is het ook eenvoudiger om de beweging
van het onderwerp te bevriezen.
Bijlagen
149
Correcte afvoer van dit product
(inzameling en recycling van elektrische en
elektronische apparatuur)
(Van toepassing in de Europese Unie en andere Europese
landen waar afval gescheiden wordt ingezameld.)
Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal
duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires
(bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval
verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om
mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door
ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen
van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier
recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt
bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met
de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente
waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen
milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten
contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden
van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn elektronische
accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering
worden gemengd.
PlanetFirst duidt op het streven van Samsung
Electronics naar een duurzame ontwikkeling en
sociale verantwoordelijkheid door middel van een
milieubewuste bedrijfsvoering.
Correcte afvoer van de batterijen in dit product
(Van toepassing op de Europese Unie en andere Europese
landen met afzonderlijke inzamelingssystemen voor accu’s
en batterijen)
Dit merkteken op de accu, gebruiksaanwijzing of verpakking geeft aan
dat de accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen
met ander huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische
symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of
loodgehalte in de accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn
2006/66/EC. Indien de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt
behandeld, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van
mensen of het milieu.
Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van
het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en
batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan
te bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in
uw omgeving.
Deze apparatuur mag in alle EU-landen worden gebruikt.
In Frankrijk mag deze apparatuur alleen binnenshuis worden gebruikt.
Bijlagen
150
Conformiteitsverklaring
en de Eco-designrichtlijn (2009/125/EC) geïmplementeerd
door regelgevingen (EC) No 278/2009 voor externe
stroomvoorzieningen.
Vertegenwoordiger in de EU
Samsung Electronics Euro QA Lab.
Blackbushe Business Park
Saxony Way, Yateley, Hampshire
GU46 6GG, UK
(JAAR VAN BEGIN AANBRENGEN CE-
MARKERING 2011)
21 oktober 2011
(plaats en datum van afgifte)
Joong-Hoon Choi / Lab. Manager
(naam en handtekening van gemachtigde
persoon)
* Dit is niet het adres van het Samsung Servicecenter. Voor het
adres of telefoonnummer van het Samsung Servicecenter
raadpleegt u de garantiekaart of neemt u contact op met de
winkel waar u uw product hebt gekocht.
Productdetails
Voor het volgende
Product : DIGITALE CAMERA
Model(len) : WB150F, WB151F, WB152F
Verklaring en van toepassing zijnde standaarden
Wij verklaren hierbij dat het/de bovenstaande product(en)
voldoet/voldoen aan de benodigde vereisten en andere
bepalingen van de R&TTE-richtlijn (1999/5/EC), de
Laagspanningsrichtlijn (2006/95/EC) en de EMC-richtlijn
(2004/108/EC) door toepassing van:
EN 60950-1:2006+A1:2010 EN 55024:1998+A1:2001+A2:2003
EN 55022:2006+A1 :2007
EN 61000-3-2:2006 +A1:2009 +A2:2009
EN 61000-3-3:2008 EN 300 328 v1.7.1
EN 301 489-1 v1.8.1 EN 301 489-17 V2.1.1
EN62311 :2008
Bijlagen
151
Verklaring in officiële talen
Land Verklaring
Cesky
Samsung Electronics tímto prohlašuje, že tento digitální fotoaparát je ve shodě se základními požadavky a dalšími
příslušnými ustanoveními směrnice 1999/5/ES.
Dansk
Samsung Electronics erklærer herved, at digitale kameraer overholder de væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/
EF.
Deutsch
Hiermit erklärt Samsung Electronic, dass sich die Digitalkamera in Übereinstimmung mit den grundlegenden Anforderungen und den
übrigen einschlägigen Bestimmungen der Richtlinie 1999/5/EG bendet.
Eesti
Käesolevaga kinnitab Samsung Electronics digitaalkaamera vastavust direktiivi 1999/5/EÜ põhinõuetele ja nimetatud direktiivist
tulenevatele teistele asjakohastele sätetele.
English
Hereby, Samsung Electronics declares that this digital camera is in compliance with the essential requirements and other relevant
provisions of Directive 1999/5/EC.
Español
Por medio de la presente Samsung Electronics declara que la cámara digital cumple con los requisitos esenciales y cualesquiera
otras disposiciones aplicables o exigibles de la Directiva 1999/5/CE.
Ελληνική
ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ η Samsung Electronics ΔΗΛΩΝΕΙ ΟΤΙ η ψηφιακή φωτογραφική μηχανή ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ
ΟΥΣΙΩΔΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ΔΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ ΟΔΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ.
Français
Par la présente Samsung Electronic déclare que l'appareil photo numérique est conforme aux exigences essentielles et aux autres
dispositions pertinentes de la directive 1999/5/CE.
Italiano
Con la presente Samsung Electronicsdichiara che questa fotocamera digitale è conforme ai requisiti essenziali e alle altre disposizioni
stabilite dalla Direttiva 1999/5/CE.
Latviski
Ar šo Samsung Electronics deklarē, ka digitālā kamera atbilst Direktīvas 1999/5/EK būtiskajām prasībām un citiem ar to saistītajiem
noteikumiem.
Lietuvių
Šiuo Samsung Electronics deklaruoja, kad šis skaitmeninis fotoaparatas, atitinka esminius reikalavimus ir kitas 1999/5/EB Direktyvos
nuostatas.
Nederlands
Hierbij verklaart Samsung Electronics dat de digitale camera in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante
bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Bijlagen
152
Verklaring in officiële talen
Land Verklaring
Malti
Hawnhekk, Samsung Electronics, tiddikjara li din il-kamera diġitali hi konformi mar-rekwiżiti essenzjali u ma' dispożizzjonijiet rilevanti
oħrajn ta' Direttiva 1999/5/KE.
Magyar
A Samsung Electronics kijelenti, hogy ez a digitális fényképezőgép megfelel az 1999/5/EK irányelv alapvetõ követelményeinek és
egyéb vonatkozó elõírásainak.
Polski
Niniejszym rma Samsung Electronics oświadcza, że ten aparat cyfrowy jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi
stosownymi postanowieniami Dyrektywy 1999/5/WE.
Português
Samsung Electronics declara que esta câmera digital está conforme os requisitos essenciais e outras disposições da Directiva
1999/5/CE.
Slovensko
Samsung Electronics izjavlja, da je ta digitalni fotoaparat v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi določili direktive
1999/5/ES.
Slovensky
Samsung Electronics týmto vyhlasuje, že tento digitálny fotoaparát spĺňa základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia
Smernice 1999/5/ES.
Suomi
Samsung Electronics vakuuttaa täten että tämä digitaalikamera on direktiivin 1999/5/EY oleellisten vaatimusten ja sitä koskevien
direktiivin muiden ehtojen mukainen.
Svenska
Härmed intygar Samsung Electronicsatt dessa digitalkameror står i överensstämmelse med de väsentliga egenskapskrav och övriga
relevanta bestämmelser som framgår av direktiv 1999/5/EG.
Български
С настоящото Samsung Electronics декларира, че този цифров фотоапарат е в съответствие със съществените изисквания и
другите приложими разпоредби на Директива 1999/5/ЕК.
Română
Prin prezenta, Samsung Electronics, declară că această cameră foto digitală este în conformitate cu cerinţele esenţiale şi alte
prevederi relevante ale Directivei 1999/5/CE.
Norsk
Samsung Electronicserklærer herved at dette digitalkameraet er i samsvar med de grunnleggende krav og øvrige relevante krav i
direktiv 1999/5/EF
.
Türkiye
Bu belge ile, Samsung Electronics bu dijital kameranın 1999/5/EC Yönetmeliginin temel gerekliliklerine ve ilgili hükümlerine uygun
olduğunu beyan eder.
Íslenska
Hér með lýsir Samsung Electronics því yr að þessi stafræna myndavél sé í samræmi við grunnkröfur og önnur ákvæði tilskipunar
1999/5/EB.
Bijlagen
153
Index
A
Aansluiten op een computer
Mac 97
Windows 92
Afdruk 125
AF-geluid 122
AF-hulplampje
Instellingen 125
Locatie 16
AF-lamp 125
Afspeelknop 18
Afspeelmodus 77
Afzonderlijke beelden uit een
video opslaan 86
Automatische back-up 113
Automatische
contrastverbetering (ACB)
Afspeelmodus 89
Opnamemodus 70
A/V-poort 16
B
Batterij
Let op 135
Opladen 20
Plaatsen 19
Beautyshot-modus 38
Beeldaanpassing
ACB 89
Contrast
Afspeelmodus 89
Opnamemodus 74
Helderheid
Afspeelmodus 89
Opnamemodus 69
Kleurverzadiging
Afspeelmodus 89
Opnamemodus 74
Rode ogen 90
Scherpte 74
Beeldkwaliteit 55
Beginafbeelding 122
Belichting 69
Bestanden beveiligen 81
Bestanden overbrengen
Automatische back-up 113
Email 106
Mac 97
Windows 92
Bestanden weergeven
Diashow 84
Miniaturen 80
Panoramafoto’s 84
Smart Album 79
Televisie 91
Bestanden wissen 81
Bewegingsopname 73
C
Camera loskoppelen 96
Cameraonderhoud 129
Cameraspecificaties 141
Contrast
Afspeelmodus 89
Opnamemodus 74
D
Datum/tijd aanpassen 124
Diafragmawaarde 40
Diashow 84
Digitale afdrukbestelling
(DPOF) 90
Digitale zoom 29
Draadloos netwerk 100
Draaien 87
E
Externe zoeker 110
Bijlagen
154
Index
F
Filmmodus 51
Flitser
Anti-rode ogen 58
Auto 57
Invulflits 58
Langzame synchronisatie 58
Off 57
Rode ogen 58
Formatteren 125
Foto's afdrukken 98
Foto's bewerken 87
Foutmeldingen 127
Functieknop 18
G
Geheugenkaart
Aandachtspunt 133
Plaatsen 19
Geluidsinstellingen 27
Gezichten retoucheren
Afspeelmodus 90
Opnamemodus 38
Gezichtsdetectie 64
H
Handmatige modus 43
Helderheid
Afspeelmodus 89
Opnamemodus 69
Helderheid scherm 123
I
Instellingen 124
Intelligente
scènedetectiemodus 52
Intelligent zoomen 30
Intelli-studio 94
ISO-waarde 59
K
Kleurverzadiging
Afspeelmodus 89
Opnamemodus 74
Knipperen 66
L
Lichtmeting
Centr. gewogen 70
Multi 70
Spot 70
Live Panoramamodus 44
M
Macro
Auto macro 61
Handm. scherpstellen 61
Macro 61
Menuknop 18
Mijn ster
Annuleren 79
Classificeren 78
Registreren 67
Miniaturen 80
Modus Diafragmaprioriteit 41
Modusdraaiknop 17
Modus Magisch kader 45
Modus Magisch Plus
Artistiek pens. 48
Beeld in beeld 46
Filmfilter 50
Fotofilter 49
Gesplitste opname 46
Live Panorama 44
Magisch kader 45
Bijlagen
155
Index
O
Ontspanknop 16
Ontspanknop half
indrukken 32
Opladen 20
Opnamereeks met
verschillende belichtingen
(AEB) 73
Optionele accessoires 15
Optische beeldstabilisatie
(OIS) 31
P
PictBridge 98
Pictogrammen
Afspeelmodus 77
Opnamemodus 23
Portretten maken
Anti-rode ogen 58
Beautyshot-modus 38
Gezichtsdetectie 64
Knipperen 66
Rode ogen 58
Slimme gez.herkenning 66
Smile shot 65
Zelfportret 65
Power-knop 16
Programmamodus 39
R
Reinigen
Camerabody 129
Lens 129
Scherm 129
Reset 125
Resolutie
Afspeelmodus 87
Opnamemodus 54
Richtlijn 122
Rode ogen
Afspeelmodus 90
Opnamemodus 57
S
Scènemodus 37
Schermtype 26
Scherpstelgebied
Centrum AF 63
Keuze AF 63
Multi AF 63
Tracking AF 63
Scherpte 74
Serieopnamen
Continu 73
Motion Capture 73
Opnamereeks met
verschillende belichtingen
(AEB) 73
Servicecenter 138
Slimme gez.herkenning 66
Sluiterprioriteit, modus 42
Smart Album 79
Smart Auto-modus 35
Smart filter
Afspeelmodus 88
Opnamemodus voor foto's 49
Video-opname, modus 50
Smile shot 65
Snel tonen 123
Spaarstand 123
Statiefbevestigingspunt 16
Statuslampje 17
T
Taalinstellingen 124
Tijdinstellingen 21
Tijdzone-instellingen 21, 124
Bijlagen
156
Index
W
Website
Foto's of video's
uploaden 104
Openen 104
Witbalans 71
Z
Zelfportret 65
Zoom
Zoomfunctie gebruiken 29
Zoomgeluidinstellingen 75
Zoomknop 17
Timer
Opnamemodus 56
Timerlampje 16
TV Link 115
U
Uitpakken 15
USB-poort 16
V
Vergroten 83
Video 123
Afspeelmodus 85
Opnamemodus 51
Video's bewerken
Bijsnijden 86
Opnemen 86
Raadpleeg voor klantenservice of bij vragen de garantie-informatie
die met het product is meegeleverd of bezoek onze website
www.samsung.com.

Documenttranscriptie

In deze gebruiksaanwijzing vindt u uitgebreide aanwijzingen voor het gebruik van uw camera. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door. Klik op een onderwerp Algemene problemen oplossen Beknopt overzicht Inhoud Basisfuncties Uitgebreide functies Opnameopties Afspelen/bewerken Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) WB150/WB150F/ WB151/WB151F/WB152F Instellingen Bijlagen Index Informatie over gezondheid en veiligheid Houd u altijd aan de volgende voorzorgsmaatregelen en gebruikstips om gevaarlijke situaties te vermijden en ervoor te zorgen dat de camera optimaal werkt. Voorkom oogletsel bij het nemen van foto's. Gebruik de flitser van de camera niet vlakbij (op minder dan 1 m afstand van) de ogen van mensen of dieren. Als u de flitser dicht bij de ogen van het onderwerp gebruikt, kunt u tijdelijke of permanente schade aan het gezichtsvermogen veroorzaken. Waarschuwing—situaties die bij u of anderen letsel kunnen veroorzaken Haal de camera niet uit elkaar en probeer de camera niet te repareren. Dit kan een schok veroorzaken of de camera beschadigen. Houd de camera buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Houd de camera en alle bijbehorende onderdelen en accessoires buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Kleine onderdelen vormen verstikkingsgevaar of kunnen schadelijk zijn wanneer deze worden ingeslikt. Bewegende onderdelen en accessoires kunnen ook fysiek gevaar opleveren. Gebruik de camera niet dichtbij ontvlambare of explosieve gassen en vloeistoffen. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Plaats geen ontvlambare materialen in de camera en bewaar dergelijke materialen niet in de buurt van de camera. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Stel de camera niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht of hoge temperaturen bloot. Langdurige blootstelling aan zonlicht of extreme temperaturen kan permanente schade aan interne onderdelen van het toestel veroorzaken. Raak de camera niet met natte handen aan. Dit kan een schok veroorzaken. 1 Informatie over gezondheid en veiligheid Voorkom dat de camera of oplader wordt bedekt door kleden of kleding. Dit kan oververhitting van de camera of brand veroorzaken. Vermijd storing van pacemakers. Bewaar minimaal 15 cm afstand tussen de camera en pacemakers om mogelijke storing van de pacemaker te voorkomen, overeenkomstig de aanbevelingen van de onafhankelijke onderzoeksgroep Wireless Technology Research. Als u vermoedt dat de camera storing veroorzaakt bij een pacemaker of ander medisch apparaat, moet u de camera onmiddellijk uitschakelen en voor instructies contact op te nemen met de fabrikant van de pacemaker of het medische apparaat. Gebruik het netsnoer en de oplader niet tijdens een onweersbui. Dit kan een elektrische schok veroorzaken. Als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen in de camera komen, moet u meteen alle voedingsbronnen, zoals de batterij of oplader, loskoppelen en vervolgens contact opnemen met een servicecenter van Samsung. Houd u aan alle regelgeving die het gebruik van camera's in bepaalde omgevingen beperkt. • Voorkom storing met andere elektronische apparatuur. • Schakel de camera uit voordat u aan boord van een vliegtuig gaat. De camera kan storing in de apparatuur van het vliegtuig veroorzaken. Houd u aan alle voorschriften van de luchtvaartmaatschappij en zet de camera uit als dit door het vliegtuigpersoneel wordt gevraagd. • Schakel de camera uit in de nabijheid van medische apparatuur. De camera kan storing veroorzaken in medische apparaten in ziekenhuizen of zorginstellingen. Volg alle voorschriften, waarschuwingsmededelingen en aanwijzingen van medisch personeel. 2 Informatie over gezondheid en veiligheid Gebruik batterijen niet voor doeleinden waarvoor de batterijen niet zijn bedoeld. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Voorzichtig—situaties die kunnen resulteren in beschadiging van de camera of andere apparatuur Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken. Raak de flitser niet aan wanneer deze wordt gebruikt. De flitser wordt zeer heet en kan brandwonden veroorzaken. Als u de AC-oplader gebruikt, moet u de camera uitschakelen voor u de voedingsbron van de AC-oplader loskoppelt. Anders kunt u brand of een schok veroorzaken. Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging. Zorg dat u de batterij niet beschadigt of verhit. Hierdoor kan brand ontstaan of persoonlijk letsel worden veroorzaakt. Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als u de oplader niet gebruikt. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen, opladers, kabels en accessoires. • Niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires kunnen de camera beschadigen, letsel veroorzaken of ertoe leiden dat batterijen exploderen. • Samsung is niet aansprakelijk voor schade of letsel veroorzaakt door niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires. Gebruik voor het opladen van de batterijen geen elektriciteitssnoeren of stekkers die beschadigd zijn, of een loshangend stopcontact. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Zorg dat de AC-oplader niet in contact komt met de plus- en minpolen van de batterij. Dit kan brand of een schok veroorzaken. 3 Informatie over gezondheid en veiligheid Forceer de cameraonderdelen niet en oefen geen kracht uit op de camera. Dit kan leiden tot camerastoringen. Voorkom storing met andere elektronische apparatuur. De camera zendt RF-signalen (Radio Frequency) uit die storing kunnen veroorzaken in elektronische apparatuur die niet of niet voldoende is beschermd, zoals pacemakers, gehoorapparaten, medische apparatuur en andere apparatuur thuis of in de auto. Vraag advies bij de fabrikant van uw elektronische apparatuur om mogelijke problemen met storing op te lossen. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde apparaten of accessoires om ongewenste storingen te voorkomen. Wees voorzichtig bij het aansluiten van snoeren en adapters en het plaatsen van batterijen en geheugenkaarten. Door het forceren van aansluitingen, het niet op de juiste manier aansluiten van snoeren of het niet op de juiste manier plaatsen van batterijen en geheugenkaarten kunt u poorten, aansluitingen en accessoires beschadigen. Gebruik de camera in de normale gebruikspositie. Raak de interne antenne van de camera niet aan. Houd kaarten met magnetische stroken uit de buurt van het camera-etui. Informatie die is opgeslagen op de kaart kan worden beschadigd of gewist. Gegevensoverdracht en verantwoordelijkheden • Gegevens die via een WLAN worden verzonden, kunnen Gebruik nooit een beschadigde oplader, batterij of geheugenkaart. Dit kan een schok, camerastoring of brand veroorzaken. in verkeerde handen vallen, dus vermijd het verzenden van gevoelige gegevens in openbare ruimten of via open netwerken. • De fabrikant van de camera is niet aansprakelijk voor gegevensoverdracht waarmee inbreuk wordt gemaakt op auteursrechten, handelsmerken, intellectueeleigendomsrechten of regelgeving met betrekking tot de openbare zedelijkheid. Controleer voor gebruik of de camera naar behoren functioneert. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verlies van bestanden of schade die kan voortkomen uit defecten aan de camera of onjuist gebruik. Steek het smalle uiteinde van de USB-kabel in de camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. 4 Overzicht van de gebruiksaanwijzing Basisfuncties Copyrightinformatie • Microsoft Windows en het Windows-logo zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation. • Mac is een geregistreerd handelsmerk van Apple Corporation. • microSD™, microSDHC™ en microSDXC™ zijn geregistreerde handelsmerken van SD Association. • Wi-Fi®, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance. • Handelsmerken en handelsnamen in deze gebruiksaanwijzing zijn het eigendom van de betreffende eigenaars. Uitgebreide functies • • • • 34 Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het opnemen van video's door een modus te selecteren. Opnameopties 53 Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus. Afspelen/bewerken 76 Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, fotoprinter of televisie aansluit. • Cameraspecificaties of de inhoud van deze gebruiksaanwijzing kunnen bij een upgrade van camerafuncties zonder kennisgeving worden gewijzigd. U kunt de camera het beste gebruiken in het land waar u deze hebt aangeschaft. Gebruik deze camera op een verantwoorde manier en leef alle wet- en regelgeving met betrekking tot het gebruik van de camera na. Het is niet toegestaan om enig deel van deze gebruiksaanwijzing zonder vooraf gegeven toestemming te hergebruiken of verspreiden. Raadpleeg voor informatie over de Open Sourcelicentie het bestand 'OpenSourceInfo.pdf' op de meegeleverde CD-ROM. 14 Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het maken van opnamen. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 99 Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken. Instellingen 120 Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te configureren. Bijlagen 5 Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en onderhoud. 126 Pictogrammen in deze gebruiksaanwijzing Indicatoren gebruikt in deze gebruiksaanwijzing Opnamemodus Pictogram Smart Auto T Symbool Functie Programma p Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit, Handmatig G Scène s [ ] Cameraknoppen. [Ontspanknop] staat bijvoorbeeld voor de sluiterknop. Magisch Plus g ( ) Paginanummer van verwante informatie Wi-Fi (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) w Live Panorama (Alleen WB150/WB151) R Instellingen n “ Film v De volgorde van de opties of menu's die u moet selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld: selecteer Gezichtsdetectie “ Normaal (betekent selecteer Gezichtsdetectie en selecteer vervolgens Normaal). * Voetnoot Aanvullende informatie Veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen Pictogrammen in de opnamemodus Deze pictogrammen worden weergegeven in de tekst wanneer een functie beschikbaar is in een bepaalde modus. Bekijk het onderstaande voorbeeld. Opmerking: de modus s of g ondersteunt wellicht bepaalde functies niet voor alle scènes. Bijvoorbeeld: Beschikbaar in de modi Programma, Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit en Film 6 Uitdrukkingen in deze gebruiksaanwijzing Op de ontspanknop drukken • Druk de [Ontspanknop] half in: druk de sluiterknop tot halverwege in • Druk op de [Ontspanknop]: druk de sluiterknop helemaal in Belichting (Helderheid) De hoeveelheid licht die de camera binnenkomt, bepaalt de belichting. De belichting kan worden aangepast met sluitertijd, diafragmawaarde en ISO-waarde. Wanneer u de belichting verandert, worden de foto's donkerder of lichter. S Normale belichting Druk de [Ontspanknop] half in Druk op de [Ontspanknop] Onderwerp, achtergrond en compositie • Onderwerp: het hoofdobject van een scène, zoals een persoon, dier of stilleven • Achtergrond: de objecten rond het onderwerp • Compositie: de combinatie van onderwerp en achtergrond Achtergrond Compositie Onderwerp 7 S Overbelicht (te helder) Algemene problemen oplossen Hier vindt u informatie waarmee u algemene problemen kunt oplossen door opnameopties in te stellen. De ogen van het Dit wordt veroorzaakt door een reflectie van de flitser van de camera. onderwerp zijn rood. • Stel de flitsoptie in op Rode ogen of Anti-rode ogen. (pag. 57) • Als de foto al is gemaakt, selecteert u Anti-rode ogen in het bewerkingsmenu. (pag. 90) Foto's bevatten stofvlekken. Als u de flitser gebruikt, worden stofdeeltjes in de lucht mogelijk vastgelegd op foto's. • Schakel de flitser uit of neem geen foto's op stoffige plaatsen. • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59) Foto's zijn onscherp. Vervaging kan optreden als u foto's maakt in slecht licht of de camera niet goed vasthoudt. Gebruik de functie OIS of druk de [Ontspanknop] half in om ervoor te zorgen dat de camera op het onderwerp scherpstelt. (pag. 32) Bij nachtopnamen zijn foto's onscherp. Om meer licht binnen te laten, gebruikt de camera een langere sluitertijd. Hierdoor kan het moeilijk worden om de camera lang genoeg stabiel te houden om een duidelijke foto vast te leggen en kan de camera gaan trillen. • Selecteer Nacht in de modus s. (pag. 37) • Schakel de flitser in. (pag. 57) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59) • Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt. Het onderwerp is te donker door tegenlicht. Als de lichtbron zich achter het onderwerp bevindt of als er een groot contrast is tussen de lichte en donkere gebieden, kan het onderwerp te donker worden. • Maak geen foto's tegen de zon in. • Selecteer Tegenl. in de modus s. (pag. 37) • Stel de flitseroptie in op Invulflits. (pag. 57) • Pas de belichting aan. (pag. 69) • Stel de optie Automatische contrastverbetering (ACB) in. (pag. 70) • Stel de lichtmeting in op Spot als een onderwerp zich in het midden van het kader bevindt. (pag. 70) 8 Beknopt overzicht Foto's van mensen maken • s-modus > Beautyshot f 38 • g-modus > Beeld in beeld f 46 • Rode ogen/Anti-rode ogen (rode ogen voorkomen of corrigeren) f 57 • Gezichtsdetectie f 64 • Zelfportret f 65 's Nachts of in het donker foto's maken • s-modus > Nacht, Zon onder, Dageraad f 37 • Flitseropties f 57 • ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen) f 59 De belichting aanpassen (helderheid) • ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen) f 59 • EV (de belichting aanpassen) f 69 • ACB (compenseren voor onderwerpen tegen heldere achtergronden) f 70 • L.meting f 70 • AEB (3 foto's van dezelfde scène maken, maar met verschillende belichtingen) f 73 Foto's van de omgeving maken • s-modus > Landschap f 37 • g-modus > Live Panorama f 44 Effecten toepassen op foto's Actiefoto's maken • h-modus f 42 • Continu, Bewegingsopname f 73 Foto's van tekst, insecten en bloemen maken • s-modus > Tekst f 37 • Macro f 60 • • • • • g-modus > Magisch kader f 45 g-modus > Gesplitste opname f 46 g-modus > Artistiek pens. f 48 g-modus > Fotofilter f 49 Beeld aanpassen (om Scherpte, Contrast of Kleurverz. aan te passen) f 74 Effecten toepassen op video's • g-modus > Filmfilter f 50 9 Bewegingsonscherpte voorkomen • Optische beeldstabilisatie (OIS) f 31 • Bestanden op categorie bekijken in Smart Album f 79 • Bestanden weergeven als miniaturen f 80 • Alle bestanden op de geheugenkaart verwijderen f 82 • Foto's als diashow weergeven f 84 • Bestanden weergeven op een televisie f 91 • De camera op een computer aansluiten f 92 • Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) f 104 • Foto's of video's via e-mail verzenden (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) f 107 • Geluid en volume aanpassen f 122 • De helderheid van het scherm aanpassen f 123 • De schermtaal wijzigen f 124 • De datum en tijd instellen f 124 • Voordat u contact opneemt met een servicecenter f 138 Inhoud Basisfuncties..................................................................... 14 Uitgebreide functies ......................................................... 34 Uitpakken .................................................................... Indeling van de camera ............................................... De batterij en geheugenkaart plaatsen ....................... De batterij opladen en de camera inschakelen .......... De batterij opladen ..................................................... De camera inschakelen .............................................. De eerste instellingen uitvoeren .................................. Uitleg over de pictogrammen ...................................... Opties of menu's selecteren ....................................... Het scherm en geluid instellen .................................... Het schermtype instellen ............................................. Het geluid instellen ..................................................... Foto's maken ............................................................... Zoomen .................................................................... Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS) ....................... Tips om betere foto's te maken .................................. De Smart Auto-modus gebruiken ............................... De Scènemodus gebruiken ......................................... De Beautyshot-modus gebruiken ................................ De Programmamodus gebruiken ................................ De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken .................................................. De modus Diafragmaprioriteit gebruiken ....................... De modus Sluiterprioriteit gebruiken ............................. De modus Handmatig gebruiken ................................. De modus Magisch Plus gebruiken ............................ De modus Live Panorama gebruiken ............................ De Magische kadermodus gebruiken ........................... De modus Gesplitste opname gebruiken ...................... De modus Beeld in Beeld gebruiken ............................ De modus Artistic Brush gebruiken .............................. De Fotofiltermodus ..................................................... De Filmfiltermodus gebruiken ...................................... De Filmmodus gebruiken ............................................ De Intelligente scènedetectiemodus gebruiken .............. 15 16 19 20 20 20 21 23 24 26 26 27 28 29 31 32 10 35 37 38 39 40 41 42 43 44 44 45 46 46 48 49 50 51 52 Inhoud Gezichtsdetectie gebruiken ........................................ Gezichten detecteren ................................................. Een zelfportret maken ................................................. Een foto van een lachend gezicht maken ..................... Knipperende ogen detecteren ..................................... Slimme gezichtsherkenning gebruiken .......................... Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) ................... Helderheid en kleur aanpassen ................................... De belichting handmatig aanpassen (EV) ...................... Compenseren voor tegenlicht (ACB) ............................ De lichtmeetmethode wijzigen ..................................... Een instelling voor Witbalans selecteren ....................... Serieopnamen ............................................................. Afbeeldingen aanpassen ............................................. Het geluid van de zoom verminderen ......................... Opnameopties .................................................................. 53 De resolutie en beeldkwaliteit selecteren .................... De resolutie selecteren ............................................... Een beeldkwaliteit selecteren ....................................... De timer gebruiken ...................................................... Opnamen in het donker maken ................................... Rode ogen voorkomen ............................................... De flitser gebruiken ..................................................... De ISO-waarde aanpassen ......................................... De scherpstelling aanpassen ...................................... Macro gebruiken ........................................................ Autofocus gebruiken ................................................... Scherpstellen op een geselecteerd gebied ................... Meebewegende autofocus gebruiken .......................... Het scherpstelgebied aanpassen ................................. 54 54 55 56 57 57 57 59 60 60 60 62 62 63 11 64 64 65 65 66 66 67 69 69 70 70 71 73 74 75 Inhoud Afspelen/bewerken........................................................... 76 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus ...... De afspeelmodus starten ............................................ Foto's weergeven ....................................................... Een video afspelen ..................................................... Foto's bewerken .......................................................... Het formaat van foto's wijzigen ..................................... Een foto draaien ......................................................... Smart filter-effecten toepassen .................................... Foto's aanpassen ....................................................... Een afdrukbestelling maken (DPOF) ............................. Bestanden op een tv weergeven ................................ Bestanden overbrengen naar een Windows-computer ..................................................... Bestanden overbrengen met Intelli-Studio ..................... Bestanden overbrengen door de camera aan te sluiten als verwisselbare schijf ...................................... De camera loskoppelen (voor Windows XP) .................. Bestanden overbrengen naar een Mac-computer ..... Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken ....... Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) ... 99 77 77 83 85 87 87 87 88 89 90 91 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren .............................. Verbinding maken met een WLAN ............................. De aanmeldingsbrowser gebruiken ............................ Tips over netwerkverbinding ...................................... Tekst invoeren .......................................................... Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken ................................................................... Een website openen ................................................. Foto's of video's uploaden ........................................ Foto's of video's via e-mail verzenden ..................... E-mailinstellingen wijzigen .......................................... Foto's of video's via e-mail verzenden ........................ Foto's of video's verzenden naar een smartphone ... Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop .............................................................. Foto's uploaden naar een cloudserver ..................... Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden ................................................ Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc ................................................. Foto's of video's verzenden naar een pc ..................... Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit ................................................ Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ............................. Over de WOL-functie Wake on LAN ......................... 92 93 95 96 97 98 12 100 100 101 102 103 104 104 104 106 106 107 109 110 112 113 113 113 115 117 118 Inhoud Instellingen ...................................................................... 120 Instellingenmenu ....................................................... Het instellingenmenu openen .................................... Geluid ..................................................................... Display .................................................................... Connectiviteit ........................................................... Algemeen ................................................................ 121 121 122 122 123 124 Bijlagen ............................................................................ 126 Foutmeldingen ........................................................... Cameraonderhoud .................................................... De camera reinigen .................................................. De camera gebruiken of opbergen ............................. Geheugenkaarten .................................................... De batterij ................................................................ Voordat u contact opneemt met een servicecenter ............................................................. Cameraspecificaties .................................................. Woordenlijst ............................................................... Verklaring in officiële talen ......................................... Index .......................................................................... 127 129 129 130 131 134 138 141 145 151 153 13 Basisfuncties Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het maken van opnamen. Uitpakken …………………………………… 15 Opties of menu's selecteren ……………… 24 Indeling van de camera …………………… 16 Het scherm en geluid instellen …………… 26 De batterij en geheugenkaart plaatsen … 19 Het schermtype instellen ………………… 26 Het geluid instellen ……………………… 27 De batterij opladen en de camera inschakelen ………………………………… 20 Foto's maken ……………………………… 28 De batterij opladen ……………………… 20 De camera inschakelen …………………… 20 Zoomen …………………………………… 29 Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS) … 31 De eerste instellingen uitvoeren ………… 21 Uitleg over de pictogrammen …………… 23 Tips om betere foto's te maken ………… 32 Uitpakken De productverpakking bevat de volgende onderdelen. Optionele accessoires Camera Oplaadbare batterij Gebruiksaanwijzing op cd-rom AC-adapter/ USB-kabel Camera-etui A/V-kabel Batterijoplader Geheugenkaart Polslus Snelstartgids Geheugenkaart/Geheugenkaartadapter • De afbeeldingen kunnen enigszins afwijken van de onderdelen die bij uw product zijn geleverd. • Afhankelijk van het model kunnen er verschillende items in de doos zitten. • U kunt optionele accessoires aanschaffen bij een wederverkoper of een servicecenter van Samsung. Samsung is niet verantwoordelijk voor problemen die door het gebruik van niet-goedgekeurde accessoires ontstaan. Basisfuncties 15 Indeling van de camera Zorg dat u vertrouwd bent met de diverse onderdelen en functies van de camera voordat u begint. Power-knop Ontspanknop Microfoon Luidspreker Flitser AF-hulplampje/Timerlampje Interne antenne* * Vermijd contact met de interne antenne tijdens het gebruik van het draadloze netwerk. (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) Lens USB- en A/V-aansluiting Voor aansluiting van USB-kabel en A/V-kabel Statiefbevestigingspunt Batterijklep Een geheugenkaart en batterij plaatsen Basisfuncties 16 Indeling van de camera Zoomknop • In de opnamemodus: in- en uitzoomen • In de afspeelmodus: inzoomen op een deel van de foto, bestanden als miniaturen weergeven of het volume aanpassen Statuslampje • Knippert: wanneer de camera een foto of video opslaat, wordt gelezen door een computer of printer, als het beeld onscherp is of als er een probleem is met het opladen van de batterij (Op de WB150F/ WB151F/WB152F, wanneer de camera verbinding maakt met WLAN of een foto verzendt) • Licht op: wanneer de camera is aangesloten op een computer, wanneer de batterij wordt opgeladen of wanneer het beeld is scherpgesteld Modusdraaiknop (pag. 18) De polslus bevestigen x y Scherm Knoppen (pag. 18) Basisfuncties 17 Indeling van de camera Modusdraaiknop Symbool T p G g w R Knop Smart Auto: hiermee maakt u een foto waarbij de camera automatisch een geschikte scènemodus selecteert. Programma: hiermee maakt u een foto door opties in te stellen, met uitzondering van de sluitertijd en diafragmawaarde. A Diafragmaprioriteit: hiermee selecteert de camera de sluitertijd op basis van de diafragmawaarde die u handmatig hebt ingesteld. h Sluiterprioriteit: hiermee selecteert de camera de diafragmawaarde op basis van de sluitertijd die u handmatig hebt ingesteld. M s Knoppen Beschrijving Handmatig: hiermee kunt u verschillende camerainstellingen aanpassen, waaronder de sluitertijd en diafragmawaarde. Scène: hiermee maakt u een foto met opties die vooraf zijn ingesteld voor een specifieke scène. Magisch Plus: een foto maken, een video opnemen, of een afbeelding bewerken met verschillende effecten. Wi-Fi: verbinding maken met draadloze lokale netwerken en de functies ervan gebruiken. (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) Live Panorama: maak een serie foto's en combineer deze om een panoramisch beeld te maken. (Alleen WB150/WB151) n Instellingen: de instellingen van uw camera configureren. v Film: hiermee kunt u instellingen aanpassen voor het opnemen van een video. Basisfuncties 18 Beschrijving Het opnemen van een video starten. Opties of menu's openen. Terug gaan. Basisfuncties D De schermoptie wijzigen. c De macro-optie wijzigen. Overige functies Omhoog Omlaag F De flitseroptie wijzigen. Naar links t De timeroptie wijzigen. Naar rechts De gemarkeerde optie of het gemarkeerde menu bevestigen. De afspeelmodus openen. Bestanden verwijderen in de afspeelmodus. De batterij en geheugenkaart plaatsen Hier vindt u informatie over het in de camera plaatsen van de batterij en een optionele geheugenkaart. De batterij en geheugenkaart verwijderen Duw voorzichtig tegen de kaart totdat deze uit de camera loskomt en trek de kaart vervolgens uit de sleuf. Geheugenkaart Zorg dat bij het plaatsen van een geheugenkaart de goudkleurige contactpunten omhoog zijn gericht. Batterijvergrendeling Geheugenkaart Schuif de vergrendeling omlaag om de batterij los te maken. Plaats de batterij met het Samsung-logo naar boven. Oplaadbare batterij Oplaadbare batterij De geheugenkaartadapter gebruiken Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit product, een computer of een geheugenkaartlezer, moet u de kaart in een adapter plaatsen. U kunt het interne geheugen gebruiken voor tijdelijke opslag als er geen geheugenkaart is geplaatst. Basisfuncties 19 De batterij opladen en de camera inschakelen De batterij opladen De camera inschakelen Voordat u de camera voor het eerst gaat gebruiken, moet de batterij worden opgeladen. Sluit het kleine uiteinde van de USB-kabel aan op de camera en sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan op de AC-adapter. Druk op [POWER] om de camera in- of uit te schakelen. • Het scherm voor de eerste instellingen verschijnt wanneer u de camera voor het eerst inschakelt. (pag. 21) Statuslampje • Rode lampje brandt: opladen • Rode lampje uit: volledig opgeladen • Rode lampje knippert: fout De camera inschakelen in de afspeelmodus Druk op [P]. De camera wordt ingeschakeld en gaat direct naar de afspeelmodus. Gebruik alleen de AC-adapter en de USB-kabel die bij de camera zijn geleverd. Als u een andere AC-adapter (zoals SAC-48) gebruikt, is het mogelijk dat de batterij van de camera niet kan worden opgeladen of niet correct werkt. Als u uw camera inschakelt door [P] ingedrukt te houden totdat het statuslampje knippert, geeft de camera geen enkel geluid. Basisfuncties 20 De eerste instellingen uitvoeren Wanneer u de camera voor het eerst inschakelt, wordt het scherm voor de eerste installatie weergegeven. Volg de onderstaande stappen om de basisinstellingen van de camera te configureren. 1 Controleer of Language is gemarkeerd en druk op [t] of [o]. 4 Druk op [D/c] om Thuis te selecteren en druk op [o]. • Als u naar een ander land gaat, selecteert u Bezoek en selecteert u een nieuwe tijdzone. 5 Druk op [F/t] om een tijdzone te selecteren en druk op [o] “ [b]. Tijdzone : Thuis 2 3 Druk op [D/c] om een taal te selecteren en druk op [o]. Londen Annuleer Druk op [c] om Tijdzone te selecteren en druk op [t] of [o]. Basisfuncties 21 Instellen De eerste instellingen uitvoeren 6 Druk op [c] om Datum/tijd aanpassen te selecteren en druk op [t] of [o]. Datum/tijd aanpassen Jaar Maand Dag Uur Min. Annuleer 9 Druk op [c] om Datumtype te selecteren en druk op [t] of [o]. 10 Druk op [D/c] om een datumnotatie te selecteren en druk op [o]. 11 Druk op [b] om de eerste configuratie te voltooien. Zomertijd Instellen • Het scherm kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde taal. 7 8 Druk op [F/t] om een item te selecteren. Druk op [D/c] om de datum, tijd en zomertijd in te stellen en druk op [o]. Basisfuncties 22 Uitleg over de pictogrammen Welke pictogrammen worden weergegeven op het scherm, is afhankelijk van de geselecteerde modus en de ingestelde opties. 1 2 Opnameopties (rechts) Symbool Beschrijving Intelli-zoom aan 2 3 Beschrijving Beschikbare opnametijd Belichtingswaarde Fotoresolutie Huidige datum Videoresolutie Huidige tijd Lichtmeting Resterend aantal foto's Framesnelheid Geheugenkaart geplaatst Flitser • Optische beeldstabilisatie (OIS) : volledig opgeladen : gedeeltelijk opgeladen • : leeg (opladen) Autofocusinstelling Autofocuskader Beeldaanpassing (contrast, scherpte en kleurverzadiging) Bewegingsonscherpte Witbalans Gezichtsdetectie Timer 1 Opnameopties (links) Symbool Symbool Sound Alive Aan Beschrijving Opnamemodus ISO-waarde Gezichtretouch. Gezichtstint Optie voor serieopnamen Scherpstelgebied • Zoomindicator Fotoresolutie als de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld 3 Opnamegegevens Zoomverhouding Symbool Histogram (pag. 26) Beschrijving Diafragmawaarde Sluitertijd Basisfuncties 23 Opties of menu's selecteren Als u een optie of een menu wilt selecteren, drukt u op [m] en drukt u vervolgens op [D/c/F/t] of [o]. 1 2 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer een optie of menu. Teruggaan naar het vorige menu Druk op [b] om terug te gaan naar het vorige menu. • Druk op [D] of [c] om omhoog of omlaag te gaan. • Druk op [F] of [t] om naar links of rechts te gaan. 3 Druk de [Ontspanknop] half in om terug te gaan naar de opnamemodus. Druk op [o] om de gemarkeerde optie of het gemarkeerde menu te bevestigen. Basisfuncties 24 Opties of menu's selecteren Voorbeeld: een witbalansoptie selecteren in de Programmamodus: 1 3 Draai de modusdraaiknop naar p. Druk op [D/c] om Witbalans te selecteren en druk op [t] of [o]. EV Witbalans ISO Flitser Focus Scherpstelgebied S WB150F/WB151F/ WB152F 2 SWB150/WB151 Afsl. 4 Druk op [m]. Select. Druk op [F/t] om een witbalansoptie te selecteren. EV Witbalans ISO Flitser Witbalans : Daglicht Focus Scherpstelgebied Afsl. Terug Select. Select. 5 Basisfuncties 25 Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. Het scherm en geluid instellen Hier vindt u informatie over hoe u de basisinstellingen van het scherm en het geluid kunt aanpassen. Over histogrammen Het schermtype instellen Een histogram is een grafiek die illustreert hoe het licht is verdeeld in uw foto. Als het histogram een hoge piek aan de linkerkant heeft, is de foto onderbelicht en wordt deze donker weergegeven. Een piek aan de rechterkant van de grafiek betekent dat de foto overbelicht is en te helder wordt weergegeven. De hoogte van de pieken houdt verband met de kleurgegevens. Hoe meer van een bepaalde kleur, hoe hoger de piek. U kunt een type weergave selecteren voor de opnameof afspeelmodus. Elk type geeft andere opname- of afspeelgegevens weer. Bekijk de onderstaande tabel. S Onderbelicht Druk herhaaldelijk op [D] om het schermtype te wijzigen. Modus Type weergave • Alle informatie over opnameopties verbergen. Opnemen • Alle informatie over opnameopties weergeven. • Een histogram weergeven. • Alle informatie over het huidige bestand verbergen. • Informatie weergeven over het huidige bestand Afspelen (met uitzondering van de opname-instellingen en het histogram). • Alle informatie over het huidige bestand weergeven. Basisfuncties 26 S Goed belicht S Overbelicht Het scherm en geluid instellen De weergave van opties instellen Het geluid instellen In sommige modi kunt u de weergave van opties uitschakelen of inschakelen. Schakel het geluid in of uit dat de camera maakt wanneer u functies uitvoert. Druk meerdere malen op [o]. 1 2 3 • De optieweergave uitschakelen. • De optieweergave inschakelen. Beautyshot Optieweergave Paneel uit S Bijvoorbeeld in de modus Scène Basisfuncties 27 Draai de modusdraaiknop naar n. Selecteer Geluid “ Piepjes. Selecteer een optie. Optie Beschrijving Uit De camera laat geen geluiden horen. Aan De camera laat geluiden horen. Foto's maken Hier vindt u informatie over hoe u snel en eenvoudig foto's kunt in de Smart Auto-modus. 1 Draai de modusdraaiknop naar T. 3 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. • Een groen kader betekent dat het onderwerp scherp in beeld is. • Een rood kader betekent dat het onderwerp niet scherp in beeld is. S WB150F/WB151F/ WB152F 2 SWB150/WB151 Plaats het onderwerp in het kader. 4 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. 5 Druk op [P] om de gemaakte foto weer te geven. • Als u de foto wilt verwijderen, drukt u op [f] en selecteert u Ja. 6 Druk op [P] om terug te gaan naar de opnamemodus. Zie pagina 32 voor tips om betere foto's te maken. Basisfuncties 28 Foto's maken Digitale zoom Zoomen U kunt close-upfoto's maken door in te zoomen. pAhMs De digitale zoomfunctie wordt standaard ondersteund in de opnamemodus. Als u inzoomt op een onderwerp in de opnamemodus en de zoomaanduiding bevindt zich in het digitale bereik, gebruikt de camera de digitale zoomfunctie. U kunt tot 90 keer inzoomen als u zowel de optische zoomfunctie (18X) als de digitale zoomfunctie (5X) gebruikt. Optisch bereik Zoomindicator Zoomverhouding Digitaal bereik Uitzoomen Inzoomen • De digitale zoom is niet beschikbaar met de opties Keuze AF, Tracking AF of Handm. scherpstellen. • Als u een foto maakt met de digitale zoomfunctie, kan de fotokwaliteit lager zijn dan normaal. • Hoe verder u de zoomknop draait, hoe sneller de camera in- of uitzoomt. • Wanneer u de zoomknop draait, kan de zoomverhouding op het scherm ongelijk worden gewijzigd. Basisfuncties 29 Foto's maken Intelligent zoomen pAhMs Intelligent zoomen instellen Als de zoomindicator zich in het bereik voor intelligent zoomen bevindt, gebruikt de camera de intelligente zoomfunctie. De resolutie van de foto verschilt afhankelijk van de zoomverhouding als u de intelligente zoomfunctie gebruikt. U kunt tot 36 keer inzoomen als u zowel de optische als de intelligente zoomfunctie gebruikt. Optisch bereik 1 2 3 Fotoresolutie als de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld Zoomindicator Bereik intelligent zoomen • Intelli-zoom is niet beschikbaar met de opties Keuze AF, Tracking AF of Handm. scherpstellen. • Met de intelligente zoomfunctie kunt u foto's maken met minder kwaliteitsverlies dan met de digitale zoomfunctie. De fotokwaliteit kan echter wel minder zijn dan bij gebruik van de optische zoomfunctie. • De intelligente zoomfunctie is alleen beschikbaar als u de 4:3-beeldverhouding instelt. Als u een andere beeldverhouding instelt terwijl de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld, wordt de intelligente zoomfunctie automatisch uitgeschakeld. Basisfuncties 30 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Intelli-zoom. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Uit: de intelligente zoomfunctie is uitgeschakeld. Aan: de intelligente zoomfunctie is ingeschakeld. Foto's maken Bewegingsonscherpte voorkomen (OIS) • In de volgende omstandigheden werkt OIS mogelijk niet goed: pAhMv - Wanneer u de camera beweegt om een bewegend onderwerp te volgen. - Wanneer u de digitale zoomfunctie gebruikt. - Wanneer de camera te veel trilt. - Wanneer u een langzame sluitertijd gebruikt (bijvoorbeeld voor nachtopnamen). - Wanneer de batterij bijna leeg is. - Wanneer u een close-upfoto maakt. • Als u de OIS-functie met een statief gebruikt, kunnen de foto's onscherp worden door de trilling van de OIS-sensor. Schakel de OIS-functie uit wanneer u een statief gebruikt. • Als de camera valt of een schok krijgt, wordt het scherm wazig. Als dit gebeurt, moet u de camera uitschakelen en weer inschakelen. In de opnamemodus kunt u de bewegingsonscherpte optisch beperken. S Vóór correctie 1 2 3 S Na correctie Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer OIS. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Uit: OIS is uitgeschakeld. Aan: OIS is ingeschakeld. Basisfuncties 31 Tips om betere foto's te maken De camera op de juiste manier vasthouden Bewegingsonscherpte voorkomen Zorg ervoor dat niets de lens, flitser of microfoon blokkeert. Stel de OIS-optie (Optische beeldstabilisatie) in om de bewegingsonscherpte optisch te reduceren. (pag. 31) Als wordt weergegeven De ontspanknop half indrukken Druk de [Ontspanknop] half in en pas de scherpstelling aan. De camera past de scherpstellingen en belichting automatisch aan. De camera stelt de diafragmawaarde en sluitertijd automatisch in. Scherpstelkader • Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken als het scherpstelkader groen is. • Pas de compositie aan en druk de [Ontspanknop] nogmaals half in als het scherpstelkader rood is. Bewegingsonscherpte Zorg dat bij opnamen in het donker de flitseroptie niet is ingesteld op Langz sync of Uit. Het diafragma blijft langer open en het kan moeilijk zijn om de camera lang genoeg stabiel te houden om een scherpe foto te maken. • Gebruik een statief of stel de flitser in op Invulflits. (pag. 57) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59) Basisfuncties 32 Voorkomen dat het onderwerp niet scherp is In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn om scherp te stellen op het onderwerp: - Er is weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond (als het onderwerp bijvoorbeeld kleren draagt met kleuren die lijken op de achtergrondkleur). - De lichtbron achter het onderwerp is te fel. - Het onderwerp glanst of weerspiegelt. - Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het geval is. - Het onderwerp bevindt zich niet in het midden van het kader. • Als u foto's maakt bij weinig licht Schakel de flitser in. (pag. 57) • Als onderwerpen snel bewegen Gebruik de functie Continu of Bewegingsopname. (pag. 73) De scherpstelvergrendeling gebruiken Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Wanneer het onderwerp scherp in beeld is, kunt u het kader verschuiven om de compositie aan te passen. Druk wanneer u klaar bent de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. Basisfuncties 33 Uitgebreide functies Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het opnemen van video's door een modus te selecteren. De Smart Auto-modus gebruiken ………… 35 De modus Magisch Plus gebruiken ……… 44 De Scènemodus gebruiken ……………… 37 De modus Live Panorama gebruiken …… De Magische kadermodus gebruiken …… De modus Gesplitste opname gebruiken … De modus Beeld in Beeld gebruiken …… De modus Artistic Brush gebruiken ……… De Fotofiltermodus ……………………… De Filmfiltermodus gebruiken …………… De Beautyshot-modus gebruiken ………… 38 De Programmamodus gebruiken ………… 39 De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken … 40 De modus Diafragmaprioriteit gebruiken … 41 De modus Sluiterprioriteit gebruiken ……… 42 De modus Handmatig gebruiken ………… 43 44 45 46 46 48 49 50 De Filmmodus gebruiken ………………… 51 De Intelligente scènedetectiemodus gebruiken ………………………………… 52 De Smart Auto-modus gebruiken In de Smart Auto-modus kiest de camera automatisch camera-instellingen die bij het gedetecteerde type scène passen. De Smart Automodus is handig als u niet bekend bent met de camera-instellingen voor de diverse scènes. 1 2 Draai de modusdraaiknop naar T. Symbool Beschrijving Plaats het onderwerp in het kader. Portretten met tegenlicht • De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram Portretten voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het scherm weergegeven. De pictogrammen worden hieronder weergegeven. Close-upfoto's van objecten Close-upfoto's van tekst Zonsondergangen Heldere luchten Bossen Close-upfoto's van gekleurde onderwerpen De camera is gestabiliseerd of op een statief geplaatst (bij opnamen in het donker) Symbool Beschrijving Onderwerpen die veel bewegen Landschappen Vuurwerk (als een statief wordt gebruikt) Scènes met een helderwitte achtergrond Landschappen 's nachts Portretten 's nachts 3 4 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Landschappen met tegenlicht Uitgebreide functies 35 De Smart Auto-modus gebruiken • Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de standaardinstellingen voor de modus T gebruikt. • Ook als er een gezicht wordt gedetecteerd, is het mogelijk dat de camera geen portretmodus selecteert, afhankelijk van de positie van het onderwerp en de lichtval. • Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert. • Zelfs als u een statief gebruikt, kan het voorkomen dat de camera de modus niet detecteert als het onderwerp beweegt. • In de modus T raakt de batterij sneller leeg omdat de instellingen vaker worden gewijzigd om de juiste scène te selecteren. Uitgebreide functies 36 De Scènemodus gebruiken In de Scènemodus kunt u een foto maken met opties die al vooraf zijn ingesteld voor een bepaalde scène. 1 2 Draai de modusdraaiknop naar s. Optie Beschrijving Selecteer een scène. Zon onder Zonsondergangen met natuurlijke rood- en geeltinten vastleggen. Dageraad Zonsopgangen vastleggen. Tegenl. Onderwerpen met tegenlicht vastleggen. Onderbelichting van onderwerpen beperken Strand/sneeuw die wordt veroorzaakt door zonlicht dat wordt gereflecteerd door zand of sneeuw. Beautyshot Paneel uit Optie Beschrijving Beautyshot Een portretfoto maken met opties voor het verhullen van onzuiverheden op het gezicht. Nacht Scènes 's nachts of bij weinig licht vastleggen (het gebruik van een statief wordt aanbevolen). Landschap Stillevens en landschapsfoto's maken. Tekst Tekst in drukwerk of elektronische documenten duidelijk leesbaar vastleggen. 3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Uitgebreide functies 37 De Scènemodus gebruiken De Beautyshot-modus gebruiken In de Beautyshot-modus kunt u een portret maken met opties voor het verdoezelen van onzuiverheden op het gezicht. 1 2 3 4 5 Draai de modusdraaiknop naar s. 6 7 8 Druk op [m]. Selecteer Gezichtretouch.. Selecteer een optie. • Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor gezichtsretouchering om meer imperfecties te verbergen. Selecteer Beautyshot. Gezichtretouch. Uit Druk op [m]. Niveau 1 Selecteer Gezichtstint. Niveau 2 Selecteer een optie. Niveau 3 • Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor de gezichtstint om de huid lichter te laten lijken. Terug Gezichtstint Uit Niveau 1 9 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 10 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Niveau 2 Niveau 3 Terug Select. Als u de Beautyshot-modus gebruikt, wordt de scherpstelafstand ingesteld op Auto macro. Select. Uitgebreide functies 38 De Programmamodus gebruiken In de Programmamodus kunt u de meeste opties instellen, met uitzondering van de sluitertijd en de diafragmawaarde, die automatisch worden ingesteld door de camera. 1 2 Draai de modusdraaiknop naar p. Stel de gewenste opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 53) 3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Uitgebreide functies 39 De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken Pas de diafragmawaarde of sluitertijd aan om de belichting van uw foto's te regelen. U kunt deze opties gebruiken in de modi Diafragmaprioriteit, Sluitertijdprioriteit en Handmatig. Diafragmawaarde Het diafragma is een opening waardoor licht de camera binnenkomt. De behuizing van het diafragma heeft dunne metalen platen die open en dicht gaan. Hierdoor wordt het diafragma breder of smaller en kan de hoeveelheid licht die de camera binnenkomt, worden geregeld. De grootte van het diafragma is nauw verwant aan de helderheid van een foto: naarmate het diafragma groter wordt, wordt de foto helderder. Wordt het diafragma kleiner, dan wordt de foto donkerder. Houd er rekening mee dat een grotere diafragmawaarde een kleinere diafragmagrootte aangeeft. Zo is de diafragmaopening groter bij een diafragmawaarde van 5.6 dan bij een diafragmawaarde van 11. Sluitertijd Sluitersnelheid, een belangrijke factor in de helderheid van een foto, verwijst naar de tijd die nodig is om de sluiter te openen en te sluiten. Bij een lage sluitersnelheid komt er meer licht in de camera. Onder vergelijkbare omstandigheden zijn foto's helderder, maar worden snel bewegende objecten doorgaans vager weergegeven. Als u een hogere sluitersnelheid kiest, komt er minder licht de camera binnen. Foto's worden in dat geval donkerder, maar bewegende objecten worden duidelijker vastgelegd. S Lange sluitertijd S Lage diafragmawaarde (het diafragma is groot). S Hoge diafragmawaarde (het diafragma is klein). Uitgebreide functies 40 S Korte sluitertijd De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken De modus Diafragmaprioriteit gebruiken In de modus Diafragmaprioriteit kunt u handmatig de diafragmawaarde instellen terwijl de camera automatisch een geschikte sluitertijd selecteert. 1 2 Draai de modusdraaiknop naar G. Selecteer . • Als u een andere modus wilt selecteren wanneer de 4 5 Druk op [o] om de instelling op te slaan. Stel opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 53) 6 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 7 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. modusdraaiknop is ingesteld op G, drukt u op [b] en selecteert u een modus. 3 Druk op [o] “ [D/c] om de diafragmawaarde aan te passen. • Zie pagina 40 voor meer informatie over de diafragmawaarde. Diafragma Instellen Uitgebreide functies 41 Wanneer u de ISO-optie instelt op Auto, wordt de sluitertijd mogelijk niet automatisch aangepast aan de diafragmawaarde. In dit geval zoekt de camera een geschikte belichtingswaarde door de ISO-optie automatisch te wijzigen wanneer u een foto vastlegt. Als u de ISO-optie handmatig wilt instellen, drukt u op [m] en selecteert u ISO “ een optie. De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken 4 5 De modus Sluiterprioriteit gebruiken In de modus Sluiterprioriteit kunt u handmatig de sluitertijd instellen terwijl de camera automatisch een geschikte diafragmawaarde selecteert. 1 2 Stel opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 53) Draai de modusdraaiknop naar G. Selecteer Druk op [o] om de instelling op te slaan. . • Als u een andere modus wilt selecteren wanneer de 6 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 7 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. modusdraaiknop is ingesteld op G, drukt u op [b] en selecteert u een modus. 3 Druk op [o] “ [D/c] om de sluitersnelheid aan te passen. • Zie pagina 40 voor meer informatie over de sluitertijd. Sluitertijd Instellen Uitgebreide functies 42 Wanneer u de ISO-optie instelt op Auto, wordt de diafragmawaarde mogelijk niet automatisch aangepast aan de sluitertijd. In dit geval zoekt de camera een geschikte belichtingswaarde door de ISO-optie automatisch te wijzigen wanneer u een foto vastlegt. Als u de ISO-optie handmatig wilt instellen, drukt u op [m] en selecteert u ISO “ een optie. De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken De modus Handmatig gebruiken In de modus Handmatig kunt u zowel de diafragmawaarde als de sluitertijd instellen. 1 2 Draai de modusdraaiknop naar G. Selecteer 5 6 Druk op [o] om de instelling op te slaan. Stel opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 53) modusdraaiknop is ingesteld op G, drukt u op [b] en selecteert u een modus. Druk op [o] “ [F/t] om de diafragmawaarde of sluitersnelheid te selecteren. Diafragma Druk op [D/c] om de diafragmawaarde of sluitersnelheid aan te passen. . • Als u een andere modus wilt selecteren wanneer de 3 4 7 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 8 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Verpl. Uitgebreide functies 43 De modus Magisch Plus gebruiken In de modus Magisch Plus kunt u een foto maken of een video opnemen met verschillende effecten. 5 De modus Live Panorama gebruiken In de modus Live Panorama kunt u een brede panoramascène vastleggen in één foto. Maak een serie foto's en combineer deze om een panoramisch beeld te maken. Houd de [Ontspanknop] ingedrukt en beweeg de camera langzaam in de richting waarin de rest van de panoramaopname moet worden vastgelegd. • Wanneer de beeldzoeker is uitgelijnd met de volgende scène, legt de camera de volgende foto automatisch vast. S Opnamevoorbeeld 1 Draai de modusdraaiknop naar g. • Draai op de modellen WB150/WB151 de modusdraaiknop naar R en ga verder naar stap 3. 2 3 Selecteer . 6 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Wanneer u klaar bent, laat u de [Ontspanknop] los. • Wanneer u alle benodigde opnamen heeft vastgelegd, combineert de camera deze tot één panoramafoto. • Breng de camera op één lijn met de uiterste linker-, rechter-, onder- of bovenkant van de scène die u wilt vastleggen. 4 Houd de [Ontspanknop] ingedrukt om de opname te starten. Uitgebreide functies 44 De modus Magisch Plus gebruiken • Voor de beste resultaten bij het vastleggen van panoramafoto's moet • • • • u het volgende vermijden: - De camera te snel of te langzaam bewegen. - De camera te weinig bewegen om het volgende beeld vast te leggen. - De camera met ongelijkmatige snelheden bewegen. - De camera schudden. - De richting van de camera wijzigen terwijl een foto wordt vastgelegd. - Opnemen op donkere locaties. - Bewegende onderwerpen in de buurt vastleggen. - Opnameomstandigheden waar de helderheid of kleur van het licht verandert. Als u de modus Live Panorama selecteert, worden de digitale en optische zoomfuncties uitgeschakeld. Als u de Panoramamodus selecteert terwijl de lens is ingezoomd, zoomt de camera automatisch uit naar de standaardpositie. In de modus Live Panorama zijn bepaalde opnameopties niet beschikbaar. De camera kan de opname stoppen vanwege de compositie van de opname of beweging van het onderwerp. Mogelijk legt de camera in de modus Live Panorama de laatste scène niet volledig vast als u de camerabeweging niet exact stopt op het punt waar u de scène wilt beëindigen. Als u de volledige scène wilt vastleggen, beweegt u de camera iets verder dan het punt waar u de scène wilt eindigen. De Magische kadermodus gebruiken In de modus Magisch kader kunt u verschillende kadereffecten toepassen op uw foto's. De vorm en het uiterlijk van de foto's verandert afhankelijk van het kader dat u selecteert. 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Selecteer een optie. Muurschildering Paneel uit 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. In de Magische kadermodus wordt de resolutie automatisch ingesteld op Uitgebreide functies 45 . De modus Magisch Plus gebruiken De modus Gesplitste opname gebruiken In de modus Gesplitste opname kunt u meerdere foto's maken en deze indelen met voorgedefinieerde indelingen. 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. • Herhaal stap 4 en 5 om de rest van de foto' te maken. • Als u een foto opnieuw wilt maken, drukt u op [b]. . Selecteer een stijl voor splitsen. • In de modus Gesplitste opname wordt de resolutie automatisch • Als u de scherpte van de scheidingslijn wilt aanpassen, drukt u op [m] en selecteert u Lijnvervaging “ de gewenste waarde. • Als u op een gedeelte van de opname een Smart filter-effect wilt toepassen, drukt u op [m] en selecteert u Smart filter “ de gewenste optie. U kunt verschillende Smart filter-effecten toepassen of de afzonderlijke gedeelten van de opname. ingesteld op of lager. • Het beschikbare zoombereik in de modus Gesplitste opname is mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi. De modus Beeld in Beeld gebruiken In de modus Beeld in beeld kunt u een achtergrondfoto op volledige grootte maken of selecteren en een kleinere foto of video invoegen op de voorgrond. 1 2 Paneel uit Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . • Als u het uiteindelijke videoformaat wilt instellen wanneer u een video invoegt, drukt u op [m] en selecteert u Filmformaat “ het gewenste videoformaat. Uitgebreide functies 46 De modus Magisch Plus gebruiken 3 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een achtergrondfoto te maken. • Als u een achtergrondfoto wilt selecteren uit uw opgeslagen foto's, drukt u op [m] en selecteert u Afbeelding selecteren “ de gewenste foto. U kunt geen videobestanden of foto's selecteren die zijn vastgelegd in de modus Live Panorama. 4 Druk op [o] om de foto in te stellen als achtergrondafbeelding. 8 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een foto te maken en in te voegen. • Het venster voor invoegen wordt groter wanneer u de [Ontspanknop] indrukt zodat u kunt bepalen of het onderwerp scherp in beeld is. • Druk op (Video-opname) om een video op te nemen. Druk nogmaals op (Video-opname) om de opname te stoppen en de video in te voegen. • Wanneer u achtergrondfoto's maakt, wordt de resolutie automatisch • Als u een achtergrondfoto opnieuw wilt maken, drukt u op [b]. ingesteld op • • • Opnieuw Kader bewegen • 5 Druk op [o] en vervolgens op [D/c/F/t] om het invoegpunt te wijzigen. 6 Druk op [o] en vervolgens op [D/c/F/t] om de grootte van het invoegpunt te wijzigen. 7 Druk op [o] om de instelling op te slaan. Uitgebreide functies 47 en worden alle gemaakte foto's opgeslagen. • De uiteindelijke foto's of video's voor Beeld in beeld worden opgeslagen • • • • als één gecombineerd bestand. De ingevoegde foto's en video's worden niet afzonderlijk opgeslagen. Wanneer u een foto invoegt, wordt de resolutie voor het gecombineerde . bestand automatisch ingesteld op Wanneer u een video invoegt, wordt de resolutie voor het gecombineerde . bestand automatisch ingesteld op Wanneer u een achtergrondfoto maakt, wordt een verticale foto die is gemaakt in verticale positie, horizontaal weergegeven zonder automatisch draaien. De maximale grootte van het venster voor invoegen is 1/4 van het scherm en de beeldverhouding blijf.t gelijk wanneer u de grootte aanpast. De maximale lengte voor een video die u wilt invoegen, is 20 minuten. Het beschikbare zoombereik in de modus Beeld in beeld is mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi. In de modus Beeld in beeld kunt u geen opties instellen voor Sound Alive. Wanneer u een van uw opgeslagen foto's selecteert als achtergrondfoto, kunnen zwarte balken worden weergegeven aan de randen van de afbeelding, afhankelijk van de beeldverhouding. De modus Magisch Plus gebruiken De modus Artistic Brush gebruiken 4 In de modus Artistic Brush kunt u een foto maken en vervolgens een video bekijken waarin wordt uitgelegd hoe u een filtereffect kunt toepassen. Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer • Nadat u de foto hebt gemaakt, wordt automatisch de video gestart waarin wordt uitgelegd hoe u het filter kunt toepassen. . • In de modus Artistic Brush wordt de resolutie automatisch ingesteld Selecteer een filter. op of lager. • In de modus Artistic Brush worden de foto met het filtereffect en de video waarin wordt uitgelegd hoe u het filter toepast, allebei opgeslagen. • Het beschikbare zoombereik in de modus Artistic Brush is mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi. • In de modus Artistiek pens. kan het opslaan van bestanden langer duren. • U kunt een video die is vastgelegd in de modus Artistiek pens., niet uploaden via de draadloze netwerkfunctie op uw camera. (WB150F/WB151F/WB152F) Aquarel Paneel uit Optie Beschrijving Aquarel Het effect van een waterverfschilderij toepassen. Cartoon Het effect van een striptekening toepassen. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Uitgebreide functies 48 De modus Magisch Plus gebruiken De Fotofiltermodus Optie Beschrijving Pas allerlei filtereffecten op uw foto's toe om unieke afbeeldingen te maken. Miniatuur Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven. Vignetten Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen. Aquarel Het effect van een waterverfschilderij toepassen. Olieverf Het effect van een olieverfschilderij toepassen. Cartoon Het effect van een striptekening toepassen. Kruisfilter Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van heldere objecten om het visuele effect van een kruisfilter te imiteren. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Softfocus OInzuiverheden op het gezicht verhullen of droomachtige effecten toevoegen. Visoog De randen van het kader donkerder maken en nabije objecten vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren. Oude film Het effect van een oude film toepassen. Halftoonstip Een halftooneffect toepassen. Klassiek Een zwart-witeffect toepassen. Retro Een sepiatinteffect toepassen. Zoomopname De randen van een foto vervagen om de onderwerpen in het midden te benadrukken. Miniatuur Vignetten Visoog 1 2 3 Schets Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Selecteer een effect. Uitgebreide functies 49 De modus Magisch Plus gebruiken 4 5 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de resolutie automatisch worden gewijzigd in of lager. De Filmfiltermodus gebruiken Pas allerlei filtereffecten op uw video's toe om unieke afbeeldingen te maken. 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer Optie Beschrijving Visoog Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren. Klassiek Een zwart-witeffect toepassen. Retro Een sepiatinteffect toepassen. Paleteffect 1 Een heldere look maken met een scherp contrast en sterke kleur. Paleteffect 2 Scènes helder en duidelijk maken. Paleteffect 3 Een zachte bruine tint toepassen. Paleteffect 4 Een koud en eenkleurig effect toepassen. 4 5 Druk op (Video-opname) om de opname te starten. Druk nogmaals op te stoppen. . (Video-opname) om de opname • Als u Miniatuur selecteert, wordt de opnametijd voor miniaturen ook weergegeven. Deze is korter dan de daadwerkelijke opnametijd. Selecteer een effect. Optie Beschrijving Miniatuur Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven. Vignetten Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen. Halftoonstip Een halftooneffect toepassen. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. • Als u Miniatuur selecteert, kunt u geen geluid voor de video opnemen. • Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de opnamesnelheid worden gewijzigd in . De opnameresolutie wordt mogelijk automatisch gewijzigd in of lager. Uitgebreide functies 50 De Filmmodus gebruiken In de Filmmodus kunt u instellingen aanpassen om HD-video's van maximaal 20 minuten op te nemen. De camera slaat opgenomen video's op als MP4-bestanden (H.264-bestanden). • H.264 (MPEG-4 part10/AVC) is een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO-IEC en ITU-T. • Sommige geheugenkaarten bieden mogelijk geen ondersteuning voor opnamen met high-definition kwaliteit. Stel in dat geval een lagere resolutie in. • Geheugenkaarten met langzame schrijfsnelheden bieden geen ondersteuning voor video's met een hoge resolutie. Gebruik voor het opnemen van video's met een hoge resolutie geheugenkaarten met een hogere schrijfsnelheid. • Als u de OIS-functie activeert terwijl u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het bedieningsgeluid van de OIS-functie op. • Als u de zoomfunctie gebruikt wanneer u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het geluid van de zoomfunctie op. Gebruik de Sound Alive-functie om het geluid van de zoomfunctie te beperken. (pag. 75) 1 2 Draai de modusdraaiknop naar v. Opnemen onderbreken U kunt tijdens het opnemen van een video de opname tijdelijk onderbreken. Met deze functie kunt u verschillende scènes opnemen in één video. Stel de gewenste opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 53) 3 4 Druk op (Video-opname) om de opname te starten. Druk nogmaals op te stoppen. (Video-opname) om de opname U kunt de opname van een video in bepaalde modi starten door op (Video-opname) te drukken. U hoeft dan de modusdraaiknop niet naar v te draaien. • Druk op [o] om de opname te onderbreken. • Druk op [o] om de opname te hervatten. Uitgebreide functies 51 De Filmmodus gebruiken De Intelligente scènedetectiemodus gebruiken Symbool Landschappen In de Intelligente scènedetectiemodus selecteert uw camera automatisch de juiste camera-instellingen op basis van de scène die is gedetecteerd. 1 2 3 4 Beschrijving Zonsondergangen Heldere luchten Draai de modusdraaiknop naar v. Bossen Druk op [m]. 5 6 Selecteer Intelligente scènedetectie “ Aan. Plaats het onderwerp in het kader. Druk op (Video-opname) om de opname te starten. Druk nogmaals op te stoppen. (Video-opname) om de opname • De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het scherm weergegeven. Uitgebreide functies 52 • Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de standaardinstellingen voor de Intelligente scènedetectiemodus gebruikt. • Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert. Opnameopties Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus. De resolutie en beeldkwaliteit selecteren …………………………………… 54 De resolutie selecteren …………………… 54 Een beeldkwaliteit selecteren …………… 55 De timer gebruiken ………………………… 56 Opnamen in het donker maken ………… Rode ogen voorkomen …………………… De flitser gebruiken ……………………… De ISO-waarde aanpassen ……………… De scherpstelling aanpassen …………… Macro gebruiken ………………………… Autofocus gebruiken ……………………… Scherpstellen op een geselecteerd gebied …………………………………… Meebewegende autofocus gebruiken …… Het scherpstelgebied aanpassen ………… 57 57 57 59 60 60 60 62 62 63 Gezichtsdetectie gebruiken ……………… 64 Gezichten detecteren …………………… Een zelfportret maken …………………… Een foto van een lachend gezicht maken … Knipperende ogen detecteren …………… Slimme gezichtsherkenning gebruiken …… Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) ………………………………… 64 65 65 66 66 67 Helderheid en kleur aanpassen …………… 69 De belichting handmatig aanpassen (EV) … Compenseren voor tegenlicht (ACB) ……… De lichtmeetmethode wijzigen …………… Een instelling voor Witbalans selecteren … 69 70 70 71 Serieopnamen ……………………………… 73 Afbeeldingen aanpassen ………………… 74 Het geluid van de zoom verminderen …… 75 De resolutie en beeldkwaliteit selecteren Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de resolutie en beeldkwaliteit kunt aanpassen. De videoresolutie instellen De resolutie selecteren Als u de resolutie verhoogt, zullen de foto's en video's meer pixels bevatten en daardoor groter kunnen worden afgedrukt en weergegeven. Bij een hoge resolutie neemt ook de bestandsgrootte toe. De fotoresolutie instellen 1 2 3 1 2 3 TpAhMsg Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Filmformaat. Selecteer een optie. Symbool Druk in de opnamemodus op [m]. Beschrijving 1280 X 720: HD-bestanden om af te spelen op een HDTV. Selecteer Fotoformaat. 640 X 480: SD-bestanden om af te spelen op een analoge TV. Selecteer een optie. Symbool TpAhMsgv Beschrijving 320 X 240: plaatsen op een webpagina. 4320 X 3240: afdrukken op A1-papier. Om te delen (Alleen WB150F/WB151F/WB152F): op een website plaatsen via het draadloos netwerk (maximaal 30 seconden). 4320 X 2880: afdrukken op A1-papier in de verhouding 3:2 (breed). 4320 X 2432: afdrukken op A2-formaat in panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV. 3648 X 2736: afdrukken op A2-papier. 2832 X 2832: afdrukken op A3-papier in de verhouding 1:1 (breed). 2592 X 1944: afdrukken op A4-papier. 1984 X 1488: afdrukken op A5-papier. 1920 X 1080: afdrukken op A5-formaat in panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV. 1024 X 768: bij een e-mail voegen. Opnameopties 54 De resolutie en beeldkwaliteit selecteren De videokwaliteit instellen Een beeldkwaliteit selecteren De kwaliteitsinstellingen voor de foto en video instellen. Een hogere beeldkwaliteit resulteert in grotere bestanden. De fotokwaliteit instellen pAhMsg De camera comprimeert de foto's die u maakt en slaat deze op in JPEG-indeling. 1 2 3 gv De camera comprimeert de beelden die u opneemt en slaat ze op in de indeling MP4 (H.264). Druk in de opnamemodus op [m]. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Framesnelheid. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Selecteer Kwalit.. 30 fps: 30 frames per seconde opnemen. Selecteer een optie. 15 fps: 15 frames per seconde opnemen. Symbool Beschrijving Superhoog: foto's maken met superhoge kwaliteit. Hoog: foto's maken met hoge kwaliteit. Normaal: foto's maken met normale kwaliteit. Opnameopties 55 De timer gebruiken TpAhMsgv Hier vindt u informatie over hoe u de timer instelt om de opname met een vertraging te maken. 1 3 Druk in de opnamemodus op [t]. Druk op de [Ontspanknop] om de timer te starten. • Het AF-hulplampje/timerlampje gaat knipperen. De camera maakt na de ingestelde tijdsduur automatisch een foto. • Druk op de [Ontspanknop] of [t] om de timer te annuleren. • Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de Timer Uit 10 sec 2 sec timerfunctie mogelijk niet beschikbaar. • In sommige modi kunt u ook de timeroptie instellen door op [m] te Dubbel Terug 2 drukken en vervolgens Timer te selecteren. Select. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Uit: de timer is niet actief. 10 sec: een foto maken na een vertraging van 10 seconden. 2 sec: een foto maken na een vertraging van 2 seconden. Dubbel: een foto maken na een vertraging van 10 seconden en nog een foto maken na een vertraging van 2 seconden. Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen. Opnameopties 56 Opnamen in het donker maken Hier vindt u informatie over hoe u 's nachts of bij weinig licht foto's kunt maken. Rode ogen voorkomen De flitser gebruiken ps Als de flitser afgaat wanneer u in het donker een foto van een persoon maakt, kan er een rode gloed in de ogen verschijnen. U kunt dit voorkomen door Rode ogen of Anti-rode ogen te selecteren. Zie 'De flitser gebruiken' voor de flitseropties. TpAhMsg Gebruik de flitser wanneer u foto's in het donker maakt of wanneer u meer licht in de foto's wilt hebben. 1 Druk in de opnamemodus op [F]. Flitser S Vóór correctie Uit Auto Rode ogen Invulflits Langz sync Anti-rode ogen Terug Select. S Na correctie 2 Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Uit: • Er wordt niet geflitst. • De camera geeft een waarschuwing weer dat de camera beweegt wanneer u foto's maakt bij weinig licht. Auto: de flitser wordt automatisch gebruikt wanneer het onderwerp of de achtergrond donker is. Opnameopties 57 Opnamen in het donker maken Symbool Beschrijving • Er zijn geen flitseropties beschikbaar bij serieopnamen of als u Rode ogen: • De flitser gaat twee keer af als het onderwerp of de achtergrond te donker is om het rode-ogeneffect te verminderen. • Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd. Invulflits: • Er wordt altijd geflitst. • De camera past automatisch de intensiteit van het licht aan. Langz sync: • Er wordt geflitst en de sluiter blijft langer open. • Deze optie wordt aanbevolen wanneer u het omgevingslicht wilt gebruiken om meer details in de achtergrond zichtbaar te maken. • Gebruik een statief om te voorkomen dat de foto's onscherp worden. • De camera geeft een waarschuwing weer dat de camera beweegt wanneer u foto's maakt bij weinig licht. Anti-rode ogen: • De flitser wordt geactiveerd wanneer het onderwerp of de achtergrond donker is en de camera corrigeert de rode ogen met de geavanceerde softwareanalyse. • Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd. Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen. Opnameopties 58 Zelfportret of Knipperen selecteert. • Zorg ervoor dat uw onderwerp zich binnen de aanbevolen afstand van de flitser bevindt. (pag. 142) • Als licht van de flitser wordt gereflecteerd of als er veel stof in de lucht is, kunnen er kleine vlekjes op de foto komen. • In sommige modi kunt u ook de flitseroptie instellen door op [m] te drukken en vervolgens Flitser te selecteren. Opnamen in het donker maken De ISO-waarde aanpassen pAhM De ISO-waarde is een eenheid voor de mate waarin film gevoelig is voor licht, zoals gedefinieerd door de International Organization for Standardization (ISO). Hoe hoger de ISO-waarde, des te gevoeliger wordt de camera voor licht. Gebruik een hogere ISOwaarde om betere foto's te maken en bewegingsonscherpte te voorkomen wanneer u de flitser niet gebruikt. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer ISO. Selecteer een optie. • Selecteer om een geschikte ISO-waarde te gebruiken op basis van de helderheid van het onderwerp en de lichtval. Hogere ISO-waarden kunnen zorgen voor meer ruis in beelden. Opnameopties 59 De scherpstelling aanpassen Hier vindt u informatie over het aanpassen van de scherpstelling van de camera om deze aan te passen aan het onderwerp en de opnameomstandigheden. Macro gebruiken Autofocus gebruiken pAhMsv Gebruik macro om foto's van dichtbij te maken, bijvoorbeeld van bloemen of insecten. TpAhMsv Selecteer de scherpsteloptie die bij de afstand tot het onderwerp past om scherpe foto's te maken. 1 Druk in de opnamemodus op [c]. Focus Normaal (AF) Handm. scherpstellen Macro Terug • Probeer de camera stevig vast te houden, om te voorkomen dat de foto's onscherp worden. • Schakel de flitser uit als de afstand tot het onderwerp minder dan 40 cm bedraagt. Opnameopties 60 Select. De scherpstelling aanpassen 2 De scherpstelafstand handmatig aanpassen Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Normaal (AF): scherpstellen op een onderwerp dat zich op een afstand van 80 cm of meer bevindt. Of op een afstand van 350 cm of meer, wanneer u gebruikmaakt van de zoom. 1 2 3 pAhM Druk in de opnamemodus op [c]. Selecteer Handm. scherpstellen. Druk op [F/t] om de scherpstelafstand aan te passen. Handm. scherpstellen: scherpstellen op een onderwerp door de scherpstelafstand handmatig aan te passen. (pag. 61) Macro: scherpstellen op een onderwerp op 5-80 cm. 180-350 cm wanneer u de zoom gebruikt. Auto macro: • Scherpstellen op een onderwerp dat zich op een afstand van 5 cm of meer bevindt. Of op een afstand van 180 cm of meer, wanneer u gebruikmaakt van de zoom. • De optie wordt automatisch ingesteld in bepaalde opnamemodi. Handm. scherpstellen Annuleer 4 Instellen Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen. In sommige modi kunt u ook de scherpsteloptie instellen door op [m] te drukken en vervolgens Focus te selecteren. Opnameopties 61 • Als u de scherpstelafstand handmatig aanpast en het onderwerp zich buiten het scherpstelgebied bevindt, kan de foto onscherp worden. • Als u deze functie gebruikt, kunt u de opties voor het scherpstelgebied en gezichtsdetectie niet instellen. De scherpstelling aanpassen Scherpstellen op een geselecteerd gebied Meebewegende autofocus gebruiken pAhM pAhM U kunt scherpstellen op een gebied dat u hebt geselecteerd. Met Tracking AF kunt u het onderwerp volgen en automatisch scherp in beeld houden, ook wanneer u beweegt. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Scherpstelgebied “ Keuze AF. Druk op [o] en druk op [D/c/F/t] om het kader naar het gewenste gebied te verplaatsen. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Scherpstelgebied “ Tracking AF. Stel scherp op het onderwerp dat u wilt volgen en druk op [o]. • Er verschijnt een scherpstelkader rond het onderwerp dat het onderwerp volgt als u de camera beweegt. Verpl. 4 5 Select. Druk op [o]. Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. • Druk op [o] om het scherpstelgebied te wijzigen. • Een wit kader betekent dat de camera het onderwerp volgt. • Een groen kader wanneer u de [Ontspanknop] half indrukt, Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor gezichtsdetectie, timer en Intelli-zoom in te stellen. betekent dat het onderwerp scherp in beeld is. 4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Opnameopties 62 De scherpstelling aanpassen Het scherpstelgebied aanpassen • Als u geen scherpstelgebied selecteert, wordt het scherpstelkader weergegeven in het midden van het scherm. • Het volgen van een onderwerp kan in de volgende gevallen mislukken: - • • • • Het onderwerp is te klein. Het onderwerp beweegt te veel. Er is sprake van tegenlicht of u maakt foto's op een donkere plaats. Kleuren of patronen van het onderwerp komen overeen met de achtergrond. - Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het geval is. - De camera trilt erg. Wanneer een onderwerp niet kan worden gevolgd, wordt het scherpstelkader weergegeven als een kader met één witte lijn ( ). Als de camera het onderwerp niet volgt, moet u het te volgen onderwerp opnieuw selecteren. Als de camera niet kan scherpstellen, wordt het scherpstelkader weergegeven als een kader met één rode lijn ( ). Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor gezichtsdetectie, timer, serieopnamen en Intelli-zoom in te stellen. pAhM U kunt betere foto's krijgen door een scherpstelgebied te kiezen op basis van de locatie van het onderwerp in de scène. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Scherpstelgebied. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Centrum AF: scherpstellen op het midden van het kader (voor onderwerpen die zich in het midden of in de buurt van het midden bevinden). Multi AF: scherpstellen op een of meer van 9 mogelijke gebieden. Keuze AF: stel scherp op het gebied dat u selecteert. (pag. 62) Tracking AF: stel scherp op en beweeg mee met het onderwerp. (pag. 62) Afhankelijk van de opnamemodus kunnen de beschikbare opnameopties verschillen. Opnameopties 63 Gezichtsdetectie gebruiken pAhMs Bij gebruik van de opties voor gezichtsdetectie worden de gezichten van mensen automatisch door de camera gedetecteerd. Wanneer u op een menselijk gezicht scherpstelt, past de camera de belichting automatisch aan. Gebruik Knipperen om gesloten ogen te detecteren of Smile shot om een lachend gezicht op te nemen. Ook kunt u Slimme gez.herkenning gebruiken om gezichten te registreren en ze bij het scherpstellen prioriteit te geven. • Wanneer de camera een gezicht detecteert, wordt het gedetecteerde • • • • • • • • • gezicht automatisch gevolgd. Gezichtsdetectie is mogelijk in de volgende gevallen niet effectief: - De afstand tussen de camera en het onderwerp is te groot (het scherpstelkader wordt oranje weergegeven voor Smile shot en Knipperen). - Het is te licht of te donker. - Het onderwerp kijkt niet in de richting van de camera. - Het onderwerp draagt een zonnebril of een masker. - De gezichtsuitdrukking van het onderwerp verandert drastisch. - Het onderwerp heeft tegenlicht of de lichtomstandigheden zijn veranderlijk. Gezichtsdetectie is niet beschikbaar wanneer u Keuze AF, Tracking AF of Handm. scherpstellen instelt. Afhankelijk van de opname-instellingen kunnen de beschikbare opties voor gezichtsdetectie verschillen. Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de timerfunctie mogelijk niet beschikbaar. Als opties voor gezichtsdetectie instelt, wordt het AF-gebied automatisch ingesteld op Multi AF. Afhankelijk van de opties voor gezichtsherkenning die u hebt geselecteerd, zijn serieopties niet beschikbaar. Als u de optie Slimme gez. herkenning instelt en foto's van gedetecteerde gezichten neemt, worden ze in de gezichtenlijst geregistreerd. In de afspeelmodus kunt u geregistreerde gezichten op volgorde van prioriteit weergeven. (pag. 79) Ook als gezichten zijn geregistreerd, worden ze mogelijk niet geclassificeerd in de afspeelmodus. Een gezicht dat met de optie Slimme gez. herkenning wordt gedetecteerd, komt mogelijk niet in de gezichtenlijst of in Smart Album voor. Gezichten detecteren De camera kan automatisch maximaal 10 gezichten in één scène detecteren. 1 2 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Gezichtsdetectie “ Normaal. Opnameopties 64 Het gezicht dat zich het dichtst bij de camera of het dichtst bij het midden van de scène bevindt, wordt weergegeven in een wit scherpstelkader en de overige gezichten worden weergegeven in grijze scherpstelkaders. Hoe dichter u bij de onderwerpen bent, des te sneller de camera gezichten detecteert. Gezichtsdetectie gebruiken Een zelfportret maken Een foto van een lachend gezicht maken Maak foto's van uzelf. De camera stelt de scherpstelafstand in op close-up en geeft een pieptoon weer wanneer dit gereed is. De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend gezicht wordt gedetecteerd. 1 2 3 4 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Gezichtsdetectie “ Zelfportret. Stel de opname samen met de lens naar u toe gericht. Wanneer u een korte piep hoort, drukt u op de [Ontspanknop]. Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Gezichtsdetectie “ Smile shot. Stel de opname samen. • De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend gezicht wordt gedetecteerd. De camera herkent de lach eerder wanneer het onderwerp breeduit lacht. Wanneer gezichten zich in het midden bevinden, piept de camera snel. Als u Volume uitschakelt in de geluidsinstellingen, geeft de camera geen pieptoon weer. (pag. 122) Opnameopties 65 Gezichtsdetectie gebruiken Knipperende ogen detecteren Slimme gezichtsherkenning gebruiken Als de camera gesloten ogen detecteert, worden er automatisch 2 foto's na elkaar gemaakt. De camera registreert automatisch gezichten die u vaak fotografeert. De functie Slimme gezichtsherkenning stelt automatisch eerst scherp op die gezichten en op favoriete gezichten. De functie Slimme gezichtsherkenning is alleen beschikbaar bij gebruik van een geheugenkaart. 1 2 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Gezichtsdetectie “ Knipperen. 1 2 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Gezichtsdetectie “ Slimme gez.herkenning. • : gezichten die u hebt geregistreerd als favorieten. (Zie pagina 67 voor informatie over het registreren van gezichten als favorieten.) • : gezichten die automatisch door de camera zijn geregistreerd. Opnameopties 66 Gezichtsdetectie gebruiken • De camera herkent en registreert gezichten mogelijk niet goed in Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) extreme lichtomstandigheden, bij grote veranderingen in de houding of gezichtsuitdrukking van het onderwerp of als het onderwerp al dan niet een bril draagt. • De camera kan maximaal 12 gezichten automatisch registreren. Als de camera een nieuw gezicht herkent terwijl er al 12 gezichten zijn geregistreerd, zal de camera automatisch het gezicht met de laagste prioriteit door het nieuwe vervangen. U kunt uw favoriete gezichten registreren om deze gezichten bij de scherpstelling en belichting prioriteit te geven. Deze functie is alleen bij gebruik van een geheugenkaart beschikbaar. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Smart FR wijzigen “ Mijn ster. Lijn het gezicht van het onderwerp uit met de ovalen richtlijn en druk op de [Ontspanknop] om het gezicht te registreren. Annuleer Instellen • Maak bij het registreren van gezichten een foto per persoon tegelijk. • Maak 5 foto's van het gezicht van het onderwerp voor de beste resultaten: van de voorkant, van links, van rechts, van boven en van onderen. • Wanneer u foto's maakt van links, van rechts, van boven en van onderen, moet u het onderwerp vertellen zijn of haar gezicht niet meer dan 30 graden te draaien. • U kunt een gezicht registreren, zelfs als u maar één foto van het gezicht van het onderwerp maakt. Opnameopties 67 Gezichtsdetectie gebruiken 4 Zodra u klaar bent met het maken van de foto's, wordt de gezichtenlijst weergegeven. • Uw favoriete gezichten worden in de gezichtenlijst met een gemarkeerd. • U kunt maximaal 8 favoriete gezichten registreren. • De flitser wordt niet geactiveerd wanneer u een favoriet gezicht registreert. • Als u een gezicht twee keer registreert, kunt u een van deze gezichten uit de lijst verwijderen. Uw favoriete gezichten weergeven 1 2 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Smart FR wijzigen “ Gezichtenlijst. • Als u de classificatie van uw favoriete gezichten wilt wijzigen, drukt u op [m] en selecteert u Rangorde wijzigen. (pag. 78) • Als u een favoriet gezicht wilt verwijderen, drukt u op [m] en selecteert u Mijn ster annuleren. (pag. 79) Opnameopties 68 Helderheid en kleur aanpassen Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de helderheid en kleur kunt aanpassen om een betere beeldkwaliteit te bereiken. 3 De belichting handmatig aanpassen (EV) Selecteer een waarde om de belichting aan te passen. • De foto wordt lichter naarmate de belichting wordt verhoogd. pAhv Afhankelijk van de intensiteit van het omgevingslicht kunnen foto's te licht of te donker uitvallen. U kunt dan de belichting aanpassen om een beter resultaat te krijgen. EV : 1 Annuleer S Donkerder (-) 1 2 S Neutraal (0) S Helderder (+) 4 Instellen Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. • Nadat u de belichting hebt aangepast, wordt deze instelling Druk in de opnamemodus op [m]. automatisch opgeslagen. Mogelijk moet dit later weer worden aangepast om onder- of overbelichting te voorkomen. • Als u niet weet wat de juiste belichting moet zijn, selecteert u AEB (Auto Exposure Bracket). De camera neemt 3 foto's achter elkaar, elk met een andere belichting: normaal, onderbelicht en overbelicht. (pag. 73) Selecteer EV. Opnameopties 69 Helderheid en kleur aanpassen Compenseren voor tegenlicht (ACB) pAhM Wanneer de lichtbron zich achter het onderwerp bevindt, of als er een groot contrast is tussen het onderwerp en de achtergrond, komt het onderwerp waarschijnlijk donker op de foto. Schakel in dat geval de optie Auto Contrast Balance (ACB) in. De lichtmeetmethode wijzigen 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer L.meting. Selecteer een optie. Symbool SZonder ACB 1 2 3 Beschrijving Multi: • De camera verdeelt het frame onder in diverse gebieden en meet de lichtintensiteit in elk gebied. • Geschikt voor algemene foto's. SMet ACB Druk in de opnamemodus op [m]. Spot: • De camera meet alleen de lichtintensiteit in het uiterste midden van het kader. • Als een onderwerp zich niet midden in het beeld bevindt, kan de foto verkeerd belicht worden. • Geschikt voor een onderwerp met tegenlicht. Selecteer ACB. Selecteer een optie. Symbool pAhMv De lichtmeetmethode is de manier waarop de camera de hoeveelheid licht meet. De helderheid en belichting van de foto's varieert met de gekozen lichtmeetmethode. Beschrijving Uit: automatische contrastverbetering (ACB) is uitgeschakeld. Centr. gewogen: • De camera bepaalt een gemiddelde voor de lichtmeting van het gehele beeld, maar met nadruk op het midden. • Geschikt voor foto's waarbij het onderwerp zich in het midden van het beeld bevindt. Aan: automatische contrastverbetering (ACB) is ingeschakeld. • De ACB-functie is altijd ingeschakeld in de modus Smart Auto. • De functie ACB is niet beschikbaar wanneer u opties voor serieopnamen instelt. Opnameopties 70 Helderheid en kleur aanpassen Een instelling voor Witbalans selecteren pAhMv De kleuren in een foto zijn afhankelijk van het soort lichtbron en de kwaliteit daarvan. Als u wilt dat uw foto's realistische kleuren hebben, selecteert u een witbalansinstelling die geschikt is voor de lichtomstandigheden, zoals Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt of Kunstlicht. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Witbalans. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Auto witbalans: automatisch de witbalans instellen op basis van de lichtomstandigheden. Daglicht: voor foto's buitenshuis op een zonnige dag. Bewolkt: voor foto's buitenshuis op een bewolkte dag of in de schaduw. Auto witbalans TL-licht H: voor foto's bij daglichtlampen of driewegfluorescentielampen. Daglicht TL-licht L: voor foto's bij wit TL-licht. Kunstlicht: voor foto's binnenshuis bij gloeilamp- of halogeenlampverlichting. Aangep. instelling: instellingen voor de witbalans gebruiken die u hebt ingesteld. (pag. 72) Bewolkt Kleurtemp.: de kleurtemperatuur van de lichtbron instellen. (pag. 72) Kunstlicht Opnameopties 71 Helderheid en kleur aanpassen Uw eigen witbalansinstelling configureren U kunt de witbalans aanpassen door een foto te maken van een wit oppervlak, zoals een stuk papier, onder de lichtomstandigheden waarin u een foto wilt maken. De functie voor witbalans helpt u om de kleuren in uw foto te laten overeenkomen met de werkelijke scène. 1 2 3 Kleurtemperatuur aanpassen 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Witbalans “ Kleurtemp.. Druk op [F/t] om de kleurtemperatuur aan te passen zodat deze aansluit bij uw lichtbron. • U kunt een warmere foto maken met een hogere instelling Selecteer Witbalans “ Aangep. instelling. voor kleurtemperatuur en een koelere foto met een lagere instelling voor kleurtemperatuur. Richt de lens op een wit stuk papier en druk op de [Ontspanknop]. Kleurtemp. : 6500 K 4 Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. Opnameopties 72 Serieopnamen pAhM Het kan lastig zijn foto's te maken van snel bewegende onderwerpen, of natuurlijke gezichtsuitdrukkingen en gebaren van uw onderwerpen in foto's vast te leggen. Het kan ook moeilijk zijn om de belichting correct aan te passen en een juiste belichtingsbron te selecteren. Selecteer in deze gevallen een van de modi voor serieopnamen. Symbool Beschrijving Bewegingsopname: terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, maakt de camera foto's (5 foto's per seconde, met een maximum van 30 foto's). 1 2 3 AEB: • 3 foto's achter elkaar maken, elk met een andere belichting. normaal, onderbelicht en overbelicht. • Gebruik een statief om onscherpe foto's te voorkomen. Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Snelheid. Selecteer een optie. Symbool • U kunt de flitser en timer alleen gebruiken als u 1 opname selecteert. • Als u Bewegingsopname selecteert, stelt de camera de resolutie in Beschrijving op 1 opname: één foto maken. Continu: • Terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, blijft de camera achter elkaar foto's maken. • Het maximumaantal foto's is afhankelijk van de capaciteit van de geheugenkaart. Opnameopties 73 en de ISO-waarde op Auto. • Afhankelijk van de geselecteerde optie voor gezichtsdetectie zijn bepaalde opties voor serieopnamen niet beschikbaar. Afbeeldingen aanpassen pAhM U kunt de scherpte, kleurverzadiging en het contrast van uw foto's aanpassen. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. 4 Druk op [F/t] om de waarden aan te passen. Scherpte Selecteer Beeld aanpassen. Beschrijving Selecteer een optie. - De randen van uw foto's verzachten (geschikt voor fotobewerking op de computer). • Scherpte • Contrast • Kleurverz. + De randen verscherpen om de foto's duidelijker te maken. Hierdoor kan ook de beeldruis in de foto's toenemen. Contrast Beeld aanpassen Scherpte Beschrijving - De kleuren en helderheid verlagen. + De kleuren en helderheid verhogen. Contrast Kleurverzadiging Kleurverz. Annuleer Instellen 5 Beschrijving - De kleurverzadiging verlagen. + De kleurverzadiging verhogen. Druk op [o] om de instellingen op te slaan. Selecteer 0 als u geen effect wilt toepassen (geschikt voor afdrukken). Opnameopties 74 Het geluid van de zoom verminderen pAhMsgv Wanneer u tijdens het opnemen van video's gebruikmaakt van de zoom, kan de camera het geluid van de zoom in de video' opnemen. Gebruik de functie Sound Alive om het zoomgeluid te verminderen. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer Spraak. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Sound Alive Aan: de Sound Alive-functie inschakelen om het zoomgeluid te verminderen. Sound Alive Uit: de Sound Alive-functie uitschakelen om het zoomgeluid op te nemen. Dempen: er wordt geen geluid opgenomen. • Blokkeer de microfoon niet wanneer u de functie Sound Alive gebruikt. • Opnamen die worden gemaakt met Sound Alive, kunnen anders klinken dan de daadwerkelijke geluiden. • In de modus Beeld in beeld kunt u geen opties instellen voor Sound Alive. Opnameopties 75 Afspelen/bewerken Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, fotoprinter of televisie aansluit. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus ……………………………… 77 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer ……………………… 92 De afspeelmodus starten ………………… 77 Foto's weergeven ………………………… 83 Een video afspelen ……………………… 85 Bestanden overbrengen met Intelli-Studio ……………………………… 93 Bestanden overbrengen door de camera aan te sluiten als verwisselbare schijf …… 95 De camera loskoppelen (voor Windows XP) ……………………… 96 Foto's bewerken …………………………… 87 Het formaat van foto's wijzigen …………… Een foto draaien ………………………… Smart filter-effecten toepassen …………… Foto's aanpassen ………………………… Een afdrukbestelling maken (DPOF) ……… 87 87 88 89 90 Bestanden op een tv weergeven ………… 91 Bestanden overbrengen naar een Mac-computer ……………………………… 97 Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken …………………………………… 98 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Hier vindt u informatie over hoe u foto's, video's en spraakmemo's kunt afspelen en hoe u bestanden beheert. Fotobestandsinformatie De afspeelmodus starten Bekijk foto's en video's die op de camera zijn opgeslagen. 1 Druk op [P]. Actief geheugen • Het recentste bestand wordt weergegeven. • Als de camera is uitgeschakeld, wordt deze ingeschakeld en Bestandsgegevens wordt het recentste bestand weergegeven. 2 Histogram Druk op [F/t] om door de bestanden te scrollen. Album/Inzoomen • Houd [F/t] ingedrukt om snel door de bestanden te scrollen. Symbool • Als u bestanden in het interne geheugen wilt weergeven, verwijdert u de geheugenkaart. • U kunt bestanden die zijn opgenomen met andere camera's, mogelijk niet bewerken of afspelen, wegens niet-ondersteunde formaten (afbeeldingsformaat, enzovoort) of codecs. Gebruik een computer of ander apparaat om deze bestanden te bewerken of af te spelen. Beschrijving Huidig bestand/totaal aantal bestanden Mapnaam – Bestandsnaam Beveiligd bestand. Afdrukbestelling ingesteld (DPOF) Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [D]. Afspelen/bewerken 77 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Videobestandsinformatie Uw favoriete gezichten classificeren U kunt uw favoriete gezichten classificeren. De functie voor favoriete gezichten is alleen beschikbaar als u een geheugenkaart in de camera plaatst. 1 2 Bestandsgegevens Album Afspelen Symbool Druk in de afspeelmodus op [m]. Selecteer Gezichtenlijst. Gezichtenlijst Vastleggen Beschrijving Huidig bestand/totaal aantal bestanden Mapnaam – Bestandsnaam Huidige afspeeltijd Terug Wijzigen Lengte van de video Beveiligd bestand Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [D]. 3 4 5 6 Druk op [m]. Selecteer Rangorde wijzigen. Selecteer een gezicht en raak [o] aan. Druk op [F/t] om de classificering van het gezicht te wijzigen en druk op [b]. Afspelen/bewerken 78 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Favoriete gezichten verwijderen Bestanden op categorie bekijken in Smart Album U kunt uw favoriete gezichten verwijderen. De functie voor favoriete gezichten is alleen beschikbaar als u een geheugenkaart in de camera plaatst. 1 2 3 4 5 6 7 Druk in de afspeelmodus op [m]. Selecteer Gezichtenlijst. Druk op [m]. Geef bestanden weer op categorie, zoals datum, gezicht of bestandstype. 1 2 3 Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links. Druk op [m]. Selecteer Filter “een categorie. Filter Selecteer Mijn ster annuleren. Alles Datum Selecteer een gezicht en druk op [o]. Gezichtenlijst Best.type Druk op [f]. Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. Terug Symbool Select. Beschrijving Alles: bestanden normaal weergeven. Datum: bestanden weergeven op volgorde van opslagdatum. Gezichtenlijst: bestanden weergeven op herkende en favoriete gezichten. (Maximaal 20 personen) Best.type: bestanden weergeven op bestandstype. Afspelen/bewerken 79 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus 4 Scroll naar een gewenste lijst en druk vervolgens op [o] om de lijst te openen. 5 Scroll naar een gewenst bestand en druk vervolgens op [o] om het bestand te openen. 6 Draai de [Zoomknop] naar links om naar de vorige weergave terug te keren. Bestanden als miniatuur weergeven Bekijk miniaturen van bestanden. Draai de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links om miniaturen weer te geven (12 per keer). Draai de [Zoomknop] nog een of twee keer naar links om meer miniaturen weer te geven (24 per keer). Draai de [Zoomknop] naar rechts om naar de vorige weergave terug te keren. Het kan enige tijd duren voordat de camera Smart Album opent, de categorie wijzigt of de bestanden opnieuw indeelt. Menu Druk op [D/c/F/t] om door de bestanden te scrollen. Afspelen/bewerken 80 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Bestanden beveiligen Bestanden wissen Beveilig uw bestanden om te voorkomen dat ze per ongeluk worden verwijderd. 1 2 Selecteer bestanden die u wilt verwijderen in de afspeelmodus. Druk in de afspeelmodus op [m]. Eén bestand verwijderen U kunt één bestand selecteren en dit verwijderen. Selecteer Beveiligen “ Aan. 1 Selecteer een bestand in de afspeelmodus en druk op [f]. 2 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. U kunt een beveiligd bestand niet verwijderen of draaien. U kunt ook meerdere bestanden wissen in de afspeelmodus door op [m] en vervolgens Wissen “ Wissen “ Ja te selecteren. Afspelen/bewerken 81 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Meerdere bestanden verwijderen U kunt meerdere bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen. 1 Alle bestanden verwijderen U kunt alle bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen. 1 Druk in de afspeelmodus op [f]. Druk in de afspeelmodus op [m]. • Druk in de miniatuurweergave op [m], selecteer Wissen • Druk in de miniatuurweergave op [m], selecteer Wissen “ Alles wissen, en ga vervolgens door naar stap 3, of druk op [f], selecteer Alles wissen, en ga vervolgens door naar stap 3. “ Select. en ga vervolgens door naar stap 3, of druk op [f], selecteer Select. en ga vervolgens door naar stap 3. 2 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Meer wissen. 3 Scroll naar de bestanden die u wilt verwijderen en druk op [o]. 2 3 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. • Alle niet-beveiligde bestanden worden verwijderd. • Druk nogmaals op [o] om de selectie te annuleren. 4 5 Selecteer Wissen “ Alles wissen. Druk op [f]. Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. Bestanden naar een geheugenkaart kopiëren Kopieer bestanden van het interne geheugen naar een geheugenkaart. 1 2 Druk in de afspeelmodus op [m]. Selecteer Kopie. Afspelen/bewerken 82 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Foto's weergeven Functie Beschrijving Vergroot een deel van een foto of geef foto's weer als diashow. Het vergrote gebied verplaatsen Druk op [D/c/F/t]. De vergrote foto bijsnijden Druk op [o] en selecteer Ja. (De bijgesneden foto wordt opgeslagen als een nieuw bestand. De oorspronkelijke foto blijft in zijn oorspronkelijke vorm bewaard.) Een foto vergroten Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar rechts om een deel van een foto te vergroten. Draai de [Zoomknop] naar links om uit te zoomen. Als u foto's weergeeft die zijn gemaakt met een andere camera, kan de zoomverhouding verschillen. Vergroot gebied Bijsnijden Afspelen/bewerken 83 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Panoramafoto's weergeven Een diashow afspelen Bekijk foto's die zijn gemaakt in de modus Live Panorama. 1 Effecten en audio toevoegen aan een diashow met uw foto's. De diashowfunctie werkt niet voor video's. Druk in de afspeelmodus op [F/t] om naar de gewenste panoramafoto te scrollen. • De volledige panoramafoto wordt weergegeven op het scherm. 2 Druk op [o]. • De camera scrollt automatisch van links naar rechts door de foto voor een horizontale panoramafoto en van boven naar beneden voor een verticale panoramafoto. De camera schakelt vervolgens over naar de afspeelmodus. • Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [o] om te pauzeren of hervatten. • Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [D/c/F/t] om de foto horizontaal of verticaal te bewegen, afhankelijk van de richting waarin u hebt bewogen tijdens het maken van de foto. 3 Druk op [b] om terug te gaan naar de afspeelmodus. 1 2 3 Druk in de afspeelmodus op [m]. Selecteer Opties voor diashow. Selecteer een effect voor de diashow. • Ga naar stap 4 als u een diashow zonder effecten wilt starten. * Standaard Optie Beschrijving Afsp.mod. Instellen of de diashow wordt herhaald. (Eenmaal afspelen*, Herhalen) • Het interval tussen foto's instellen. Interval (1 sec*, 3 sec, 5 sec, 10 sec) • U moet de optie Effect instellen op Uit om een interval in te stellen. Muziek Achtergrondmuziek instellen. • Een scèneovergangseffect instellen tussen De camera beweegt alleen automatisch door de panoramafoto wanneer de langste zijde van de foto minstens twee keer zo lang is als de korte zijde. Effect Afspelen/bewerken 84 foto's. (Uit, Kalm*, Zonnig, Ontspannen, Levendig, Zacht) • Selecteer Uit om de effecten te annuleren. • Als u de optie Effect gebruikt, wordt het interval tussen foto's ingesteld op 1 seconde. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus 4 5 6 Druk op [b]. Een video afspelen Selecteer Diashow starten. In de afspeelmodus kunt u een video weergeven en vervolgens delen van de afgespeelde video opnemen of bijsnijden. U kunt de opgenomen of bijgesneden segmenten opslaan als nieuwe bestanden. Geef de diashow weer. • Druk op [o] om de diashow te onderbreken. • Druk nogmaals op [o] om de diashow te hervatten. • Druk op [o] en druk op [F/t] om de diashow te stoppen en terug te gaan naar de afspeelmodus. • Draai [Zoomknop] naar links of rechts om het volumeniveau aan te passen. 1 2 Selecteer een video in de afspeelmodus en druk op [o]. Geef de video weer. Huidige afspeelduur/ lengte van video Pauze Stop Functie Beschrijving Terugspoelen Druk op [F]. Wanneer u op [F] drukt, spoelt de camera terug met een snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is. Het afspelen onderbreken of hervatten Druk op [o]. Vooruitspoelen Het volume aanpassen Afspelen/bewerken 85 Druk op [t]. Wanneer u op [t] drukt, spoelt de camera vooruit met een snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is. Draai de [Zoomknop] naar links of rechts. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Een video bijsnijden Afzonderlijke beelden uit een video opslaan 1 Selecteer in de afspeelmodus een video en druk op [m]. 1 Druk tijdens het afspelen van een video op [o] op het punt waarop u een beeld wilt opnemen. 2 3 4 Selecteer Film bijsnijden. 2 Druk op [c]. 5 6 Druk op [o] om het afspelen van de video te hervatten. 7 8 Druk op [c] om bij te snijden. Druk op [o] om de video af te spelen. • De resolutie van het opgenomen beeld is gelijk aan die van de Druk op [o] “ [c] op het punt waarop u het bijsnijden wilt beginnen. • Het opgenomen beeld wordt als nieuw bestand opgeslagen. Druk op [o] “ [c] op het punt waarop u het bijsnijden wilt beëindigen. Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. • De oorspronkelijke video moet ten minste 10 seconden lang zijn. • De camera slaat het bewerkte bestand op als een nieuw bestand. Afspelen/bewerken 86 originele video. Foto's bewerken Hier vindt u informatie over het bewerken van foto's. • De camera slaat bewerkte foto's op als nieuwe bestanden. • Wanneer u foto's bewerkt, converteert de camera deze automatisch naar een lagere resolutie. Foto's die handmatig worden gedraaid of waarvan het formaat handmatig wordt aangepast, worden niet automatisch geconverteerd naar een lagere resolutie. Het formaat van foto's wijzigen Een foto draaien U kunt het formaat van een foto wijzigen en de foto als een nieuw bestand opslaan. 1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk op [m]. 2 3 Selecteer Res.wijz. Selecteer een optie. 1 2 3 4 5 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. Selecteer Draaien “ een optie. Druk op [c] om op te slaan. Res.wijz 2592 X 1944 1984 X 1488 1024 X 768 Draaien : Rechts 90 gr. Terug Select. Annuleer De beschikbare opties voor formaat wijzigen verschillen, afhankelijk van het originele formaat van de foto. Opslaan • De camera overschrijft het originele bestand. • Druk in de afspeelmodus op [m] en selecteer vervolgens Draaien om een foto te draaien. Afspelen/bewerken 87 Foto's bewerken Smart filter-effecten toepassen Optie Beschrijving Pas speciale effecten toe op uw foto's. Aquarel Het effect van een waterverfschilderij toepassen. 1 2 3 4 Olieverf Het effect van een olieverfschilderij toepassen. Cartoon Het effect van een striptekening toepassen. Kruisfilter Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van heldere objecten om het visuele effect van een kruisfilter te imiteren. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Softfocus Onzuiverheden op het gezicht verhullen of droomachtige effecten toevoegen. Visoog Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren. Oude film Het effect van een oude film toepassen. Halftoonstip Een halftooneffect toepassen. Klassiek Een zwart-witeffect toepassen. Retro Een sepiatinteffect toepassen. Zoomopname De randen van een foto vervagen om de onderwerpen in het midden te benadrukken. Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. Selecteer Smart filter “ een optie. Smart filter: Miniatuur Terug Instellen Optie Beschrijving Normaal Geen effect Miniatuur Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven. Vignetten Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen. 5 Druk op [c] om op te slaan. Afspelen/bewerken 88 Foto's bewerken 4 Foto's aanpassen Hier vindt u informatie over het aanpassen van de helderheid, contrast of verzadiging of het corrigeren van het rode-ogeneffect. Als het midden van een foto donker is, kunt u deze lichter maken. De camera slaat een bewerkte foto op als een nieuw bestand, maar converteert de foto mogelijk naar een lagere resolutie. Selecteer een optie voor aanpassen. Symbool Beschrijving Helderheid Contrast Kleurverz. • U kunt tegelijk de helderheid, het contrast en de kleurverzadiging aanpassen en Smart filter-effecten toepassen. • U kunt niet tegelijk de effecten ACB, Gezichtretouch. en Anti-rode ogen toepassen. De helderheid, het contrast en de kleurverzadiging aanpassen 1 2 3 Druk op [F/t] om de optie aan te passen. Druk op [o]. Druk op [c] om op te slaan. Donkere onderwerpen aanpassen (ACB) Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer 5 6 7 . Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. 1 2 3 4 5 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. Selecteer ACB. Druk op [c] om op te slaan. Afspelen/bewerken 89 Foto's bewerken Gezichten retoucheren 1 2 3 4 5 Een afdrukbestelling maken (DPOF) Selecteer foto's die u wilt afdrukken en sla afdrukopties op in de DPOF-indeling (Digital Print Order Format). Deze gegevens worden opgeslagen in de map MISC op uw geheugenkaart zodat u eenvoudig kunt afdrukken op printers die compatibel zijn met DPOF. Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. Druk op [F/t] om de optie aan te passen. • Hoe hoger het nummer, des te helderder de huidskleur. 6 1 Selecteer in de afspeelmodus een foto die u wilt afdrukken en druk op [m]. 2 3 Selecteer DPOF. Selecteer Gezichtretouch.. Druk op [c] om op te slaan. Druk op [D/c] om het aantal opties te selecteren en druk op [o]. • U kunt de geheugenkaart meenemen naar een printshop die DPOF Rode ogen verwijderen 1 2 3 4 5 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Draai de [Zoomknop] naar links en selecteer een foto. Selecteer Anti-rode ogen. Druk op [c] om op te slaan. Afspelen/bewerken 90 (Digital Print Order Format) ondersteunt, maar u kunt ook uw foto's thuis rechtstreeks op een DPOF-compatibele printer afdrukken. • Foto's met afmetingen die groter zijn dan het papier, worden mogelijk afgesneden aan de linker- en rechterkant. Zorg ervoor dat de afmetingen van uw foto overeenkomen met het papier dat u selecteert. • U kunt geen DPOF-opties instellen voor foto's in het interne geheugen. • Als u het afdrukformaat opgeeft, kunt u alleen foto's afdrukken met DPOF 1.1-compatibele printers. Bestanden op een tv weergeven U kunt foto's of video's bekijken door de camera met de A/V-kabel op een televisie aan te sluiten. 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar n. 4 5 Schakel de camera en de televisie uit. Selecteer Connectiviteit “ Video. Selecteer een video-uitvoersignaal voor uw land of regio. (pag. 123) Schakel de televisie in en selecteer de A/V-videobron met de afstandsbediening van de televisie. 7 Schakel de camera in. • De camera schakelt automatisch over naar de afspeelmodus als u deze aansluit op een televisie. 8 Sluit de camera met de A/V-kabel op de televisie aan. Audio 6 Bekijk foto's of speel video's af met behulp van de cameraknoppen. • Afhankelijk van het model van televisie wordt er mogelijk digitale ruis Video weergegeven of wordt een deel van het beeld niet weergegeven. • Afhankelijk van de televisie-instellingen kan het voorkomen dat de beelden niet gecentreerd op het scherm worden weergegeven. Afspelen/bewerken 91 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer Bestanden overbrengen naar een Windows-computer, de bestanden bewerken met Intelli-Studio en ze uploaden naar het web. Vereisten Item • De vereisten zijn slechts aanbevelingen. Het werkt mogelijk niet correct wanneer de computer voldoet aan de vereisten, afhankelijk van de toestand van de computer. • Als uw computer niet aan de vereisten voldoet, worden video's mogelijk niet naar behoren afgespeeld of duurt het langer om video's te bewerken. • Installeer DirectX 9.0c of een nieuwere versie voordat u Intelli-Studio gebruikt. • Windows XP, Windows Vista of Windows 7 moet zijn geïnstalleerd op uw computer als u de camera wilt aansluiten als verwisselbare schijf. Vereisten ® ® Processor Intel Pentium 4 3,2 GHz of hoger/ AMD Athlon™ FX 2,6 GHz of hoger RAM Minimaal 512 MB RAM (1 GB of meer aanbevolen) Besturingssysteem* Windows XP SP2, Windows Vista of Windows 7 Vaste-schijfruimte 250 MB of meer (1 GB of meer aanbevolen) • CD-ROM-station De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door het gebruik van niet-geschikte computers zoals samengestelde computers. • 1024 X 768 pixels, beeldscherm met Overig ondersteuning voor 16-bits kleuren (1280 X 1024 pixels, ondersteuning voor 32-bits kleuren aanbevolen) • USB 2.0-poort • nVIDIA Geforce 7600GT of hoger/ ATI X1600-reeks of hoger • Microsoft DirectX 9.0c of hoger * Een 32-bits versie van Intelli-Studio wordt geïnstalleerd; zelfs op 64-bits edities van Windows XP, Windows Vista en Windows 7. Afspelen/bewerken 92 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer Bestanden overbrengen met Intelli-Studio 5 Schakel de camera in. • Wanneer het pop-upvenster voor de installatie van Intelli- U kunt Intelli-Studio downloaden van de gekoppelde webpagina en het op uw computer installeren. Wanneer u de camera aansluit op een computer waarop Intelli-Studio is geïnstalleerd, wordt het programma automatisch gestart. Studio op het computerscherm wordt weergegeven, volgt u de instructies op het scherm om de installatie te voltooien. • Wanneer Intelli-Studio op uw computer is geïnstalleerd, herkent de computer de camera en wordt Intelli-Studio automatisch geopend. Terwijl de camera met de USB-kabel op de computer is aangesloten, wordt de batterij opgeladen. Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u Computer in het pop-upvenster. 1 2 3 4 Draai de modusdraaiknop naar n. 6 Selecteer Connectiviteit “ Pc-software “ Aan. Selecteer een doelmap op de computer en selecteer Ja. • Nieuwe bestanden die worden opgeslagen op de camera, Schakel de camera uit. Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel. U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. worden automatisch overgebracht naar de geselecteerde map. • Als de camera geen nieuwe bestanden bevat, wordt het pop-upvenster voor het opslaan van nieuwe bestanden niet weergegeven. Voor Windows Vista en Windows 7: selecteer Run iLinker.exe in het venster voor automatisch starten om Intelli-Studio te starten. Als Run iLinker.exe niet wordt weergegeven op de computer, klikt u op “ Computer “ Intelli-Studio. Volg hierna de aanwijzingen op het scherm om de installatie van Intelli-Studio te voltooien. Afspelen/bewerken 93 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer Intelli-Studio gebruiken Met Intelli-Studio kunt u bestanden afspelen en bewerken. Selecteer Help “ Help in de werkbalk van het programma voor meer informatie. • U kunt de firmware van uw camera bijwerken. Selecteer hiervoor Web Support (Webondersteuning) “ Upgrade firmware for the connected device (Firmware voor het aangesloten apparaat bijwerken) op de programmawerkbalk. • U kunt bestanden niet rechtstreeks op de camera bewerken. Breng bestanden over naar een map op de computer om ze te bewerken. • Intelli-Studio ondersteunt de volgende indelingen: - Video's: MP4 (Video: H.264, Audio: AAC), WMV (WMV 7/8/9), AVI (MJPEG) - Foto's: JPG, GIF, BMP, PNG, TIFF 1 2 3 4 5 : $ 6 7 # 8 9 @ 0 ! Afspelen/bewerken 94 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer 1 Menu's openen. Bestanden overbrengen door de camera aan te sluiten als verwisselbare schijf 2 Bestanden in de geselecteerde map weergeven. Sluit de camera aan op de computer als verwisselbare schijf. 3 Overschakelen naar de Fotobewerkingsmodus. 4 Overschakelen naar de Videobewerkingsmodus. 5 Overschakelen naar de Deelmodus (bestanden verzenden per e-mail of uploaden naar websites, zoals Flickr of YouTube). 6 De miniaturen in de lijst vergroten of verkleinen. 7 1 2 3 4 Een bestandstype selecteren. 8 Bestanden in de geselecteerde map op de computer weergeven. 9 Bestanden op de aangesloten camera weergeven of verbergen. 0 Bestanden in de geselecteerde map op de camera weergeven. ! Bestanden als miniaturen of op een kaart weergeven. @ Bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de camera. # Bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de computer. $ Naar de vorige of volgende map gaan. : Bestanden afdrukken, bestanden weergeven op een kaart, bestanden opslaan in Mijn map of gezichten registreren. Nr. Beschrijving Draai de modusdraaiknop naar n. Selecteer Connectiviteit “ Pc-software “ Uit. Schakel de camera uit. Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel. U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. Afspelen/bewerken 95 Bestanden overbrengen naar een Windows-computer 5 Schakel de camera in. De camera loskoppelen (voor Windows XP) • De camera wordt automatisch herkend. Voor Windows Vista en Windows 7 gelden vergelijkbare methoden voor het loskoppelen van de camera. Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u Computer in het pop-upvenster. 1 Controleer of het statuslampje niet knippert. • Het statuslampje knippert wanneer er bestanden worden 6 7 overgedragen. Wacht tot het lampje stopt met knipperen. Selecteer op de computer Deze computer “ Verwisselbare schijf “ DCIM “100PHOTO. 2 Klik op op de werkbalk rechtsonder in het scherm van de computer. 3 4 Klik op het pop-upbericht. 5 Verwijder de USB-kabel. Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de computer op. Klik op het berichtveld waarin wordt aangegeven dat het apparaat veilig is verwijderd. De camera kan niet veilig worden verwijderd zolang Intelli-Studio actief is. Sluit het programma af voordat u de camera loskoppelt. Afspelen/bewerken 96 Bestanden overbrengen naar een Mac-computer Wanneer u de camera aansluit op een Macintosh-computer, wordt het apparaat automatisch herkend door de computer. U kunt de bestanden rechtstreeks van de camera overbrengen naar de computer zonder programma's te installeren. Mac OS 10.4 of hoger wordt ondersteund. 1 2 Sluit de camera met de USB-kabel aan op een Macintosh-computer. Schakel de camera in. • De computer herkent de camera automatisch en geeft een pictogram van een verwisselbare schijf weer. U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. Als u de USB-optie instelt op Selecteer een modus, selecteert u Computer in het pop-upvenster. 3 4 Dubbelklik op het pictogram van de verwisselbare schijf. Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de computer op. Afspelen/bewerken 97 Foto's met een PictBridge-fotoprinter afdrukken Druk foto's af met een PictBridge-compatibele printer door de camera rechtstreeks op de printer aan te sluiten. 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar n. Afdrukopties instellen Selecteer Connectiviteit “ USB “ Printer. Druk op [m] om de afdrukinstellingen te configureren. Schakel de printer in en sluit de camera aan op de printer met de USB-kabel. Foto's Formaat Lay-out Type Kwalit. Datum afdrukken Afsl. 4 5 Optie Beschrijving Foto's Selecteren of alleen de huidige foto of alle foto's moeten worden afgedrukt. • De printer herkent de camera automatisch. Formaat Het afdrukformaat instellen. Druk op [F/t] om een bestand te selecteren dat u wilt afdrukken. Lay-out Het aantal foto's instellen dat op een vel papier moet worden afgedrukt. • Druk op [m] om afdrukopties in te stellen. Type De papiersoort instellen. Kwalit. De afdrukkwaliteit instellen. Datum afdrukken Instellen of de datum moet worden afgedrukt. Best.naam Instellen of de bestandsnaam moet worden afgedrukt. Reset De instellingen terugzetten op de standaardwaarden. Als de camera is uitgeschakeld, drukt u op [POWER] of [P] om deze in te schakelen. Zie 'Afdrukopties instellen'. 6 Select. Druk op [o] om af te drukken. • Het afdrukken begint. Druk op [o] om het afdrukken te annuleren. Bepaalde opties worden mogelijk niet door alle printers ondersteund. Afspelen/bewerken 98 Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken. Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren ……… 100 Verbinding maken met een WLAN …… De aanmeldingsbrowser gebruiken …… Tips over netwerkverbinding …………… Tekst invoeren ………………………… Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop …………………………… 110 100 101 102 103 Foto's uploaden naar een cloudserver ……………………………… 112 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken ……………………… 104 Een website openen …………………… 104 Foto's of video's uploaden …………… 104 Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc ………… 113 Foto's of video's verzenden naar een pc ………………………………… 113 Foto's of video's via e-mail verzenden ………………………………… 106 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit ……………… 115 E-mailinstellingen wijzigen ……………… 106 Foto's of video's via e-mail verzenden … 107 Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ……… 117 Foto's of video's verzenden naar een smartphone ……………………………… 109 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden ………… 113 Over de WOL-functie Wake on LAN …… 118 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren Hier wordt beschreven hoe u verbinding maakt via een toegangspunt wanneer u zich binnen het bereik van een WLAN bevindt. U kunt ook netwerkinstellingen configureren. Verbinding maken met een WLAN 1 2 3 Beschrijving Ad-hoctoegangspunt Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer , , , , of . Beveiligd toegangspunt WPS-toegangspunt Druk op [m] en selecteer vervolgens AP-instelling. Signaalsterkte • Druk in sommige modi op [m] of volg de instructies op het Druk op [t] om opties voor de AP-instelling te openen scherm totdat het scherm AP-instelling wordt weergegeven. • De camera zoekt automatisch naar beschikbare toegangspunten. 4 Symbool Raak een toegangspunt aan. AP-instelling Samsung 1 Samsung 2 Samsung 3 Samsung 4 Samsung 5 Terug Select. • Selecteer WPS PBC om verbinding te maken met een WPS- toegangspunt. • Selecteer Vernieuwen om de lijst met voor verbinding • Wanneer u een beveiligd toegangspunt selecteert, wordt een pop-upvenster weergegeven. Geef de vereiste wachtwoorden in om verbinding te maken met de WLAN. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 103) • Wanneer een aanmeldingspagina verschijnt, zie "De aanmeldingsbrowser gebruiken". (pag. 101) • Wanneer u een niet-beveiligd toegangspunt selecteert, maakt de camera verbinding met het WLAN. • Als u een toegangspunt selecteert dat wordt ondersteund door het WPS-profiel, selecteert u WPS PIN en geeft u een PIN-code in op het toegangspunt. U kunt ook verbinding maken met een toegangspunt dat wordt ondersteund door het WPS-profiel door WPS PBC te selecteren op de camera en vervolgens de knop WPS te selecteren op het toegangspunt. beschikbare toegangspunten te vernieuwen. • Selecteer Draadloos netwerk toevoegen om handmatig een toegangspunt toe te voegen. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 100 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren Netwerkopties instellen De aanmeldingsbrowser gebruiken 1 Ga in het scherm AP-instelling naar een toegangspunt en druk vervolgens op [t]. 2 Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in. Optie Beschrijving Verificatie Selecteer een netwerkverificatietype. Gegevenscod. Selecteer een coderingstype. Netwerkwachtwoord Geef het netwerkwachtwoord in. IP-instelling Het IP-adres handmatig instellen. Het IP-adres handmatig instellen U kunt uw aanmeldingsgegevens ingeven via de aanmeldingsbrowser wanneer u verbinding maakt met bepaalde toegangspunten, sites voor delen of cloudservers. Knop Beschrijving [D/c/F/t] Naar een item gaan of door de pagina scrollen. [o] Een item selecteren. [m] Hiermee hebt u toegang tot de volgende opties: • Vorige pagina: naar de vorige pagina gaan. • Volg. pagina: naar de volgende pagina gaan. • Opn. laden: de pagina opnieuw laden. • Stop: stoppen met het laden van de pagina. • Afsl.: de aanmeldingsbrowser sluiten [b] De aanmeldingsbrowser sluiten 1 Ga in het scherm AP-instelling naar een toegangspunt en druk vervolgens op [t]. • Bepaalde items kunt u niet selecteren afhankelijk van de pagina 2 3 Selecteer IP-instelling “ Handmatig. • De aanmeldingsbrowser wordt mogelijk niet automatisch gesloten Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in. Optie Beschrijving IP Hier voert u het statische IP-adres in. Subnetmasker Hier voert u het subnetmasker in. Gateway Hier voert u de gateway in. DNS-server Hier voert u het DNS-adres in. waarmee u bent verbonden. Dit is normaal en wijst niet op een defect. na aanmelding op bepaalde aanmeldingspagina's. In dit geval sluit u de aanmeldingsbrowser met [b] en gaat u door met de gewenste bewerking. • Het laden van de aanmeldingspagina kan langer duren wegens het paginaformaat of de netwerksnelheid. In dit geval wacht u tot het invoervenster voor aanmeldingsgegevens wordt weergegeven. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 101 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren Tips over netwerkverbinding • De kwaliteit van de netwerkverbinding wordt bepaald door het toegangspunt. • Hoe groter de afstand tussen uw camera en het toegangspunt, hoe langer het duurt om verbinding te maken met het netwerk. • Als een apparaat in de buurt hetzelfde radiofrequentiesignaal gebruikt als uw camera, kan uw verbinding hierdoor worden verstoord. • Als uw toegangspunt geen Nederlandse naam heeft, kan de camera mogelijk het apparaat niet vinden of kan de naam onjuist worden weergegeven. • Neem contact op met uw netwerkbeheerder of netwerkserviceprovider voor netwerkinstellingen of een wachtwoord. • Als een WLAN moet worden geverifieerd door de serviceprovider, kunt u mogelijk geen verbinding met het betreffende WLAN maken. Neem contact op met uw netwerkserviceprovider om verbinding te maken met het WLAN. • Afhankelijk van het coderingstype kan het aantal cijfers in het wachtwoord verschillen. • Een WLAN-verbinding is wellicht niet mogelijk in alle omgevingen. • Mogelijk geeft de camera een WLAN-printer weer in de lijsten met toegangspunten. U kunt echter geen verbinding met het netwerk maken via een printer. • U kunt uw camera niet tegelijkertijd verbinden met een netwerk en aansluiten op een tv. U kunt ook geen foto's of video's op een tv bekijken wanneer u verbinding hebt gemaakt met een netwerk. • Er kunnen aanvullende kosten gelden om verbinding te maken met een netwerk. De kosten verschillen op basis van de voorwaarden van uw abonnement. • Als u geen verbinding met een WLAN kunt maken, probeert u een ander toegangspunt uit de lijst met beschikbare toegangspunten. • In bepaalde landen kunt u ook verbinding maken met gratis WLAN's. • Er kan een aanmeldingspagina worden weergegeven wanneer u gratis WLAN's selecteert die worden geleverd door bepaalde netwerkproviders. Geef uw ID en wachtwoord in om verbinding te maken met de WLAN. Neem contact op met de netwerkproviders voor informatie over het registreren of de service. • Wees voorzichtig wanneer u persoonlijke gegevens ingeeft om verbinding te maken met een toegangspunt. Geef geen betalingsof creditcardgegevens in op uw camera. De fabrikant is niet aansprakelijk voor problemen die ontstaan wanneer u dergelijke informatie ingeeft. • De beschikbare netwerkverbindingen kunnen verschillen per land. • De WLAN-functie van uw camera moet voldoen aan de wetten op het gebied van radiozendingen in uw regio. We raden u daarom aan de WLAN-functie alleen te gebruiken in het land waar u de camera hebt gekocht. • De procedure voor het aanpassen van de netwerkinstellingen kan verschillen, afhankelijk van de netwerkomstandigheden. • Probeer geen toegang te krijgen tot een netwerk dat u niet mag gebruiken. • Voordat u verbinding maakt met een netwerk, moet u ervoor zorgen dat de batterij volledig is opgeladen. • Wanneer een DHCP-server niet beschikbaar is, moet u een bestand autoip.txt maken en dit kopiëren naar de geplaatste geheugenkaart om verbinding met het netwerk te maken met Auto IP. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 102 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren Tekst invoeren Symbool Hier wordt beschreven hoe u tekst kunt invoeren. Met de pictogrammen in de onderstaande tabel kunt u de cursor bewegen, hoofdletters in- en uitschakelen enzovoort. Druk op [D/c/F/t] om naar een gewenste toets te gaan en druk vervolgens op [o] om deze toets in te geven. Beschrijving Overschakelen naar de ABC-modus. Een spatie invoeren. o De weergegeven tekst opslaan. Zie de handleiding voor het ingeven van tekst. • U kunt alleen tekst in het Engelse alfabet invoeren, ongeacht de schermtaal. • Druk om direct naar o te gaan op [P]. • U kunt maximaal 64 tekens ingeven. Terug Symbool Backspace Beschrijving De laatste letter verwijderen. De cursor verplaatsen. In de ABC-modus schakelt u hoofdletters in of uit. Geef '.com' in. Overschakelen naar de Symboolmodus. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 103 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken Upload uw foto's of video's naar websites voor het delen van bestanden. Beschikbare websites worden weergegeven op de camera. Een website openen Foto's of video's uploaden 1 2 3 1 2 Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer . Selecteer een website. Scroll naar de bestanden die u wilt uploaden en druk op [o]. • U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 100) 4 Open de website met uw camera. maximaal 10 MB zijn. 3 Selecteer o. • Als u bent verbonden met Facebook, selecteert u o “ Send. • Als u verbinding hebt gemaakt met Facebook, kunt u uw opmerkingen ingeven door het vak Opmerking te selecteren. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 103) Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op en selecteer Login. • Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst "Tekst invoeren". (pag. 103) • U kunt een gebruikersnaam uit de lijst selecteren door te selecteren en vervolgens een gebruikersnaam. • Als u zich eerder bij de website hebt aangemeld, wordt u mogelijk automatisch aangemeld. Als u deze functie wilt gebruiken, moet u een bestaande account op de website voor het delen van bestanden hebben. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 104 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken • De hoogste fotoresolutie die u kunt uploaden, is 2M, • • • • • • en de langste video die u kunt uploaden, duurt 30 seconden bij een resolutie van of is een video die is opgenomen met . Als de geselecteerde foto een hogere resolutie heeft dan 2M, wordt deze automatisch verkleind naar een lagere resolutie. De manier waarop foto's of video's moeten worden geüpload, is afhankelijk van de geselecteerde website. Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen toegang tot een website krijgt, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider. De datum waarop geüploade foto's of video's zijn opgenomen, kan automatisch worden gebruikt als naam voor de foto's of video's. De snelheid waarmee u foto’s kunt uploaden en webpagina’s kunt openen, is afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding. Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. U kunt in de afspeelmodus ook foto's en video's uploaden naar websites voor het delen van bestanden door op [m] te drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi)en een gewenste website te selecteren. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 105 Foto's of video's via e-mail verzenden U kunt de instellingen in het e-mailmenu wijzigen en foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail. E-mailinstellingen wijzigen In het e-mailmenu kunt u de instellingen voor het opslaan van uw gegevens of het opslaan van e-mailadressen wijzigen. U kunt ook het e-mailwachtwoord instellen of wijzigen. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 103) Uw gegevens opslaan 1 2 3 4 5 Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer . Druk op [m]. 6 7 Een e-mailwachtwoord instellen 1 2 3 4 Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer . Druk op [m]. Selecteer Wachtwoord instellen “ Aan. • Selecteer Uit om het wachtwoord uit te schakelen. Selecteer het vak Naam, geef uw naam in en selecteer o. 5 Klik op [o] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven. • Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op [o] drukt. Instelling afzender Naam E-mail Terug Selecteer OK om de wijzigingen op te slaan. • Als u uw gegevens wilt verwijderen, selecteert u Reset aan. Selecteer Instelling afzender. OK Selecteer het vak E-mail, geef uw naam in en selecteer o. Reset 6 7 8 Voer een wachtwoord van 4 cijfers in. Voer het wachtwoord nogmaals in. Klik op [o] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven. • Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op [o] drukt. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 106 Foto's of video's via e-mail verzenden Als u uw wachtwoord niet meer weet, kunt u dit opnieuw instellen door Reset te selecteren op het scherm voor het instellen van het wachtwoord. Wanneer u de gegevens opnieuw instelt, worden eerder opgeslagen instelgegevens van de gebruiker, e-mailadres en recent verzonden e-maillijst verwijderd. Het e-mailwachtwoord wijzigen 1 2 3 4 5 6 7 8 Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer Foto's of video's via e-mail verzenden U kunt foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 103) 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer . Selecteer het vak Naam (e-mail), geef uw naam in en selecteer o. • Als u uw gegevens eerder hebt opgeslagen, worden deze . automatisch ingevoegd. (pag. 106) Druk op [m]. 4 Selecteer Wachtwoord wijzigen. • Als u een adres uit de lijst met bestaande ontvangers wilt Voer uw huidige wachtwoord van 4 cijfers in. gebruiken, selecteert u en vervolgens een adres. om meer ontvangers toe te voegen. U kunt maximaal 30 ontvangers invoeren. • Selecteer om een adres uit te lijst te verwijderen. • Selecteer Voer een nieuw wachtwoord van 4 cijfers in. Voer het nieuwe wachtwoord nogmaals in. Klik op [o] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven. Selecteer het vak Ontvanger, geef uw naam in en selecteer o. 5 Selecteer o. • Het pop-upvenster verdwijnt automatisch, ook als u niet op [o] drukt. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 107 Foto's of video's via e-mail verzenden 6 Scroll naar de bestanden die u wilt verzenden en druk op [o]. • U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag maximaal 10 MB zijn. 7 8 Selecteer o. 9 Selecteer Send. • Zelfs als het erop lijkt dat een foto is overgedragen, kunnen fouten met • • Selecteer het vak Opmerking, geef uw opmerkingen in en selecteer o. • • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt, om de e-mail te verzenden. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 100) • • de e-mailaccount van de ontvanger ervoor zorgen dat de foto wordt geweigerd of herkend als spam. U kunt geen e-mail verzenden als er geen netwerkverbinding beschikbaar is of als de instellingen van uw e-mailaccount onjuist zijn. De hoogste fotoresolutie die u kunt verzenden, is 2M, en de langste video die u kunt uploaden, duurt 30 seconden bij een resolutie van of is een video die is opgenomen met . Als de geselecteerde foto een hogere resolutie heeft dan 2M, wordt deze automatisch verkleind naar een lagere resolutie. Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen e-mail kunt verzenden, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider. Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. U kunt in de afspeelmodus ook een e-mail verzenden door op [m] te drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi) “ E-mail te selecteren. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 108 Foto's of video's verzenden naar een smartphone De camera kan via een WLAN verbinding maken met smartphones die de functie MobileLink ondersteunen. U kunt eenvoudig foto's of video's verzenden naar uw smartphone. • De functie MobileLink wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10.1-inch Galaxy Tab. Mogelijk wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen. • U moet de applicatie installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Android Market. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • U kunt max. 1000 best. weergeven en max. 100 best. tegelijk verzenden. 1 2 Draai de modusdraaiknop op de camera naar w. Selecteer op de camera . 4 5 Selecteer op de camera OK. 6 Selecteer Copy op de smartphone. • Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de applicatie te downloaden, selecteert u OK. 3 Schakel de applicatie Samsung MobileLink in op uw smartphone. Selecteer vanaf de smartphone de bestanden die u van de camera naar de smartphone wilt verzenden. • De camera verzendt de bestanden. • Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera te selecteren en aan te sluiten. • De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding maken. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 109 Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop De camera maakt verbinding met een smartphone via een WLAN. Gebruik de smartphone als externe ontspanner met de functie Remote Viewfinder. De opgenomen foto wordt weergegeven op de smartphone. • De functie Remote Viewfinder wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10.1-inch Galaxy Tab. Mogelijk wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen. • U moet de applicatie installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Android Market. 1 2 Draai de modusdraaiknop op de camera naar w. Selecteer op de camera Stel de volgende opnameopties in op de smartphone. Symbool . • Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de applicatie te downloaden, selecteert u OK. 3 4 Schakel de functie Remote Viewfinder in op uw smartphone. Beschrijving Flitsoptie Timerinstelling Fotoformaat • Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera • Wanneer u gebruikmaakt van deze functie, zijn sommige te selecteren en aan te sluiten. • De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding maken. • De zoomknop en de ontspanknop op uw smartphone werken knoppen niet beschikbaar op uw camera. niet als u deze functie gebruikt. • De modus Remote Viewfinder ondersteunt alleen de fotoformaten Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 110 en . Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop 5 Blijf aanraken op de smartphone om scherp te stellen. • De scherpstelling is automatisch ingesteld op Multi AF. 6 Druk op om de foto te maken. • De foto wordt opgeslagen in uw camera. • Raak de foto onder aan het scherm aan om de foto op te slaan op de smartphone. Het formaat van de foto wordt gewijzigd in 640 X 360. • Als u deze functie gebruikt, kan de ideale afstand tussen de camera en de smart phone variëren, afhankelijk van de omgeving. • De smartphone moet zich binnen een afstand van 7 m van de camera bevinden als u deze functie wilt gebruiken. • Het duurt enige tijd om de foto te maken nadat u op op de smartphone hebt gedrukt. • De functie Externe zoeker wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld: -- Er is een inkomende oproep op de smartphone. -- De camera of de smartphone wordt uitgeschakeld. -- Het geheugen is vol. -- De verbinding van een van de apparaten met het WLAN is verbroken. -- De Wi-Fi-verbinding is zwak of instabiel. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 111 Foto's uploaden naar een cloudserver U kunt uw foto's uploaden naar SkyDrive. Om foto's te uploaden, moet u de Microsoft-website bezoeken en u registreren voordat u uw camera aansluit. 1 Draai de modusdraaiknop naar w. 2 Selecteer . • U kunt de uploadgrootte van foto's wijzigen door op [m], te drukken en Uploadgrootte afb. te selecteren. 3 Selecteer SkyDrive. • Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om een account te maken, selecteert u OK. • De camera probeert verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 100) 4 Meld u aan met uw id en wachtwoord. • Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 103) • Als u bent verbonden met SkyDrive, zie "De aanmeldingsbrowser gebruiken". (pag. 101) 5 6 Selecteer o. Scroll naar de foto's die u wilt uploaden en druk op [o]. • U kunt foto's ook uploaden naar een cloudserver in de afspeelmodus door op [m] te drukken en vervolgens Delen (Wi-Fi) → een cloudserver te selecteren. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • Wanneer u foto's uploadt naar SkyDrive, wordt het formaat van de foto's gewijzigd in 2M terwijl de oorspronkelijke verhouding behouden blijft. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 112 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden U kunt foto's of video's die u met de camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een pc. De functie Automatische back-up werkt alleen met het Windows-besturingssysteem. Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc 1 2 3 Installeer Intelli-Studio op de pc. (pag. 93) Foto's of video's verzenden naar een pc 1 2 Selecteer . • Als het begeleidende bericht wordt weergegeven, drukt u Sluit de camera met de USB-kabel op de pc aan. op [o]. Klik op OK in het pop-upvenster. • Het programma Automatische back-up wordt geïnstalleerd 3 is voltooid, selecteert u Pc afsluiten na back-up “ Aan. 4 Verwijder de USB-kabel. Sluit de camera weer met de USB-kabel op de pc aan. • De camera slaat informatie over de pc op, zodat de camera bestanden kan verzenden naar de pc. Voordat u het programma installeert, moet u ervoor zorgen dat de pc is verbonden met een netwerk. Als er geen internetverbinding beschikbaar is, moet u het programma installeren vanaf de bijgeleverde cd. Druk op [m] om opties in te stellen. • Als u uw pc automatisch wilt uitschakelen nadat de overdracht op de pc. Volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien. 4 5 Draai de modusdraaiknop naar w. Druk op [o] om de back-up te starten. • Als u het verzenden wilt annuleren, drukt u op [o]. • U kunt geen afzonderlijke bestanden selecteren om back-ups van te maken. Deze functie maakt alleen een back-up van nieuwe bestanden op de camera. • De voortgang van de back-up wordt weergegeven op de monitor van de pc. • Wanneer de overdracht is voltooid, wordt de camera na ongeveer 30 seconden automatisch uitgeschakeld. Selecteer Annuleer om terug te gaan naar het vorige scherm en te voorkomen dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 113 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden • Als de pc de WOL-functie (Wake on LAN) ondersteunt, kunt u de pc • • • • • • • • • • • automatisch inschakelen door op uw camera naar de pc te zoeken. (pag. 118) Wanneer u op de camera verbinding maakt met het WLAN, selecteert u het toegangspunt dat is verbonden met de pc. De camera zoekt naar de beschikbare toegangspunten, zelfs als u weer verbinding maakt met hetzelfde toegangspunt. Als u de camera uitschakelt of de batterij verwijdert terwijl u bestanden verzendt, wordt de bestandsoverdracht onderbroken. Wanneer u deze functie gebruikt, is alleen [POWER] beschikbaar op uw camera. U kunt slechts één camera tegelijk verbinden met de pc om bestanden te verzenden. De back-up wordt mogelijk geannuleerd vanwege netwerkomstandigheden. Foto' of video' kunnen maar één keer naar een pc worden verzonden. Bestanden kunnen niet opnieuw worden verzonden, zelfs niet als u uw camera opnieuw aansluit op een andere pc. Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. U moet Windows Firewall en eventuele andere firewalls uitschakelen voordat u deze functie gebruikt. U kunt maximaal 1000 bestanden verzenden. In de pc-software moet de servernaam worden ingegeven in het Latijnse alfabet en mag de naam niet meer dan 48 tekens bevatten. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 114 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit TV Link is een technologie voor het delen van mediabestanden tussen een camera en een tv die verbinding hebben met hetzelfde toegangspunt. Met deze technologie kunt u uw foto's of video's op een breedbeeld-tv of ander apparaat weergeven. 1 2 Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer . • Als het begeleidende bericht wordt weergegeven, drukt u op [o]. • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 100) 3 Maak op uw tv verbinding met een draadloos netwerk via een toegangspunt. 4 Zoek op de tv naar de camera en blader door de gedeelde foto's of video's. • Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de tv voor informatie over het zoeken naar de camera en het bladeren door foto's of video's op de tv. • Afhankelijk van het type tv of de netwerkverbinding kan het voorkomen dat video's niet vloeiend worden afgespeeld. Als dit gebeurt, neemt u de video opnieuw op in - of -kwaliteit en speelt u de video opnieuw af. Als video's niet vloeiend op uw televisie worden afgespeeld via de draadloze verbinding, sluit u de camera met een A/V-kabel aan op de televisie. • Raadpleeg de gebruikershandleiding van de tv voor meer informatie. AP Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 115 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit • U kunt maximaal 1000 foto's of video's delen. • Op een tv-scherm kunt u alleen foto's of video's bekijken die u met de camera hebt opgenomen. • Het bereik van de draadloze verbinding tussen uw camera en een tv kan verschillen, afhankelijk van de specificaties van het toegangspunt. • Als de camera is verbonden met 2 tv's, wordt er mogelijk langzamer afgespeeld. • Foto's of video's worden met hun originele grootte gedeeld. • U kunt deze functie alleen gebruiken met tv's met de TV Link-functie. • Gedeelde foto's of video's worden niet opgeslagen op de tv, maar u kunt ze opslaan volgens de tv-specificaties. • Het overbrengen van foto's of video's naar de tv kan enige tijd duren, • • • • • • afhankelijk van de netwerkverbinding, het aantal bestanden dat u wilt delen of de grootte van de bestanden. Als u de camera op ongebruikelijke wijze uitschakelt terwijl u foto's of video's op een tv bekijkt (bijvoorbeeld door de batterij te verwijderen), gaat de tv ervan uit dat de verbinding met de camera nog intact is. De volgorde van foto's of video's op de camera kan afwijken van die op de tv. Afhankelijk van het aantal foto's of video's dat u wilt delen, kan het enige tijd duren om uw foto's of video's te laden en de instelprocedure uit te voeren. Als u tijdens de weergave van foto's of video's op de tv voortdurend de afstandsbediening van de tv gebruikt of andere handelingen op de tv uitvoert, werkt deze functie mogelijk niet correct. Als u bestanden op de camera sorteert of de volgorde van de bestanden wijzigt terwijl u de bestanden op een tv bekijkt, moet u de instelprocedure herhalen om de lijst met bestanden op de tv bij te werken. Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 116 Foto's verzenden via Wi-Fi Direct Als de camera via een WLAN is verbonden met een apparaat dat de functie Wi-Fi Direct ondersteunt, kunt u foto's verzenden naar het apparaat. Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten. 1 2 3 Schakel op het toestel de optie Wi-Fi Direct in. Scroll op de camera in de afspeelmodus naar een foto. 5 Geef op het toestel de camera toestemming om verbinding te maken met het toestel. • De foto wordt verzonden naar het apparaat. Druk op [m] en selecteer vervolgens Delen (Wi-Fi) “ Wi-Fi Direct. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet • In de weergave met één afbeelding kunt u slechts één foto • Als u de verbindingspoging annuleert voordat deze is voltooid, kan tegelijk verzenden. • In de miniatuurweergave kunt u meerdere foto's selecteren gebruiken. de camera mogelijk niet opnieuw verbinding maken met het apparaat. In dit geval moet u het apparaat bijwerken met de nieuwste firmware. door naar miniaturen te scrollen en op [o] te drukken. Selecteer o wanneer u klaar bent met het selecteren van foto's. 4 Selecteer het apparaat in de lijst met Wi-Fi Directapparaten op de camera. • Zorg ervoor dat de optie Wi-Fi Direct van het apparaat is ingeschakeld. • U kunt ook uw camera selecteren in de lijst met Wi-Fi Direct- apparaten op het apparaat. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 117 Over de WOL-functie Wake on LAN Met de WOL-functie kunt u een pc automatisch inschakelen of wekken met uw camera. Deze functie is beschikbaar voor desktop-pc's van Samsung uit de afgelopen 5 jaar (niet beschikbaar voor all-in-one-pc's). Als u andere wijzigingen dan de beschreven wijzigingen aanbrengt in de BIOS-instellingen van uw pc, kan uw pc worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade als gevolg van het wijzigen van de BIOS-instellingen van uw pc. De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus 1 Klik op Start en open het Control Panel (Configuratiescherm). 3 Klik met de rechtermuisknop op Local Area (LANverbinding) en klik op Properties (Eigenschappen). 2 Configureer de netwerkverbinding. 4 Klik op Configure (Configureren) “ het tabblad Power manage (Energiebeheer) “ Allow this device to wake the computer (Dit apparaat mag de computer uit stand-by halen). 5 6 Klik op OK. • Windows 7: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) “ Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) “ Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen). • Windows Vista: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) “ Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) “ Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren). • Windows XP: Klik op Network and Internet Connection (Netwerk- en Internet-verbindingen) “ Network Connection (Netwerkverbindingen). Start de pc opnieuw op. Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 118 Over de WOL-functie Wake on LAN De pc instellen om te worden ingeschakeld 1 Schakel de pc in en druk op F2 terwijl de pc wordt opgestart. • Het BIOS-instelmenu wordt weergegeven. 2 Selecteer het tabblad Advanced (Geavanceerd) “ Power management Setup (Energiebeheer instellen). 3 Selecteer Resume on PME (Hervatten bij PME) “ Enabled (Ingeschakeld). 4 Druk op F10 om uw wijzigingen op te slaan en door te gaan met opstarten. 5 Klik op Start en open het Control Panel (Configuratiescherm). 6 Configureer de netwerkverbinding. • Windows 7: 7 8 Selecteer stuurprogramma's voor de netwerkadapter. Klik op het tabblad Advanced (Geavanceerd) en stel de WOL-menu's in. • U kunt deze functie niet gebruiken met een firewall of als er een beveiligingsprogramma is geïnstalleerd. • Als u de computer wilt inschakelen met de WOL-functie, moet de computer een actieve verbinding hebben met het LAN. Zorg ervoor dat het lampje op de LAN-poort van de computer brandt, wat aangeeft dat de LAN-verbinding actief is. • Afhankelijk van het model van uw pc is het mogelijk dat de camera de pc alleen kan wekken. • Afhankelijk van het besturingssysteem of de stuurprogramma's van uw pc kunnen de namen van het WOL-instelmenu verschillen. - voorbeelden van het instellen van menunamen: Enable PME, Wake on LAN enzovoort. - voorbeelden van het instellen van menuwaarden: Enable, Magic packet enzovoort. Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) “ Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) “ Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen). • Windows Vista: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) “ Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) “ Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren). • Windows XP: Klik op Network and Internet Connection (Netwerk- en Internetverbindingen) “ Network Connection (Netwerkverbindingen). Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) 119 Instellingen Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te configureren. Instellingenmenu ……………………………………… 121 Het instellingenmenu openen ……………………… 121 Geluid ……………………………………………… 122 Display ……………………………………………… 122 Connectiviteit ………………………………………… 123 Algemeen …………………………………………… 124 Instellingenmenu Hier vindt u informatie waarmee u de instellingen van de camera kunt configureren. 3 Het instellingenmenu openen 1 2 Draai de modusdraaiknop naar n. Selecteer een item. Geluid Volume Selecteer een menu. Instellingen Middel Piepjes Aan Sl.toon Geluid 1 Begingeluid Geluid Uit AF-geluid Display Terug Aan Select. Connectiviteit Algemeen 4 Selecteer een optie. Volume Beschrijving Uit U Geluid: verschillende camerageluiden en het volume instellen. (pag. 122) Laag Y Display: de scherminstellingen aanpassen. (pag. 122) Hoog Optie Middel Connectiviteit: hiermee kunt u de verbindingsopties instellen. (pag. 123) Algemeen: hiermee kunt u de instellingen voor het camerasysteem aanpassen, zoals geheugenindeling en standaardbestandsnaam. (pag. 124) Terug 5 Instellingen 121 Select. Druk op [b] om naar het vorige scherm terug te keren. Instellingenmenu Geluid Display * Standaard Item Beschrijving Volume Hiermee stelt u het volume van alle geluiden in. (Uit, Laag, Middel*, Hoog) Piepjes Hiermee stelt u een geluid in dat wordt afgespeeld als u op de knoppen drukt of schakelt tussen modi. (Uit, Aan*) Sl.toon Hiermee stelt u in dat de camera een geluid afspeelt als u op de ontspanknop drukt. (Uit, Geluid 1*, Geluid 2, Geluid 3) Begingeluid Hiermee stelt u in dat de camera een geluid afspeelt als u de camera inschakelt. (Uit*, Vliegen, Lasershow, Wolken) AF-geluid * Standaard Item Beginafbeelding Beschrijving Hier stelt u in of er een afbeelding wordt weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld en zo ja, welke. • Uit*: er wordt geen afbeelding weergegeven. • Logo: een standaardafbeelding uit het interne geheugen weergeven. • Gebr.afb: selecteer Gebr.afb. uit de foto's die u hebt vastgelegd in het geheugen. • De camera slaat per keer slechts één gebruikersfoto in het interne geheugen op. • Als u een nieuwe foto selecteert als gebruikersfoto of als u de camera opnieuw instelt, wordt de huidige afbeelding gewist. Instellen dat een geluid wordt afgespeeld wanneer u de ontspanknop half indrukt. (Uit, Aan*) Richtlijn Hiermee selecteert u een raster om u te helpen bij de compositie van een scène. (Uit*, 3 X 3, 2 X 2, Kruis, Diagonaal) Datum/tijd weergeven Instellen of de datum en tijd op het scherm van de camera worden weergegeven. (Uit*, Aan) Functiebeschrijving Hiermee wordt een korte beschrijving van een optie of menu weergegeven. (Uit, Aan*) Instellingen 122 Instellingenmenu * Standaard Item Helderh. scherm Snel tonen Connectiviteit Beschrijving * Standaard Hiermee past u de helderheid van het scherm aan. (Auto*, Donker, Normaal, Licht) Item Beschrijving Video Het video-uitgangssignaal voor uw land of regio instellen. • NTSC: Canada, Japan, Korea, Mexico, Taiwan, Verenigde Staten • PAL (ondersteunt alleen BDGHI): Australië, België, China, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Italië, Koeweit, Maleisië, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Singapore, Spanje, Thailand, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland USB De modus selecteren die wordt gebruikt als u de camera met een USB-kabel aansluit op een computer of printer. • Computer*: sluit de camera op een computer aan om bestanden over te brengen. • Printer: de camera aansluiten op een printer om bestanden af te drukken. • Selecteer een modus: selecteer handmatig de USB-modus wanneer u de camera aansluit op een apparaat. Pc-software Hiermee stelt u in dat Intelli-Studio automatisch wordt gestart wanneer u de camera aansluit op uw computer. (Uit, Aan*) Normaal is de vaste waarde voor de afspeelmodus, zelfs als Auto is geselecteerd. Hiermee stelt u in hoe lang een gemaakte foto wordt weergegeven voordat u teruggaat naar de Opnamemodus. (Uit, Aan*) Als u 30 seconden lang geen bewerkingen uitvoert, schakelt de camera automatisch over op de spaarstand. (Uit*, Aan) • Druk in de spaarstand op een andere knop Spaarstand dan de [POWER] om de camera weer te gebruiken. • Zelfs als u de spaarstand niet inschakelt, wordt het scherm 30 seconden na de laatste bewerking gedimd om stroom te besparen. Instellingen 123 Instellingenmenu * Standaard Algemeen * Standaard Item Item De naamgeving van bestanden opgeven. • Op nul: instellen dat de bestandsnummering weer bij 0001 begint wanneer er een nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een geheugenkaart wordt geformatteerd of alle bestanden worden verwijderd. • Serie*: instellen dat de bestandsnummering doorloopt wanneer er een nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een geheugenkaart wordt geformatteerd of alle bestanden worden verwijderd. Beschrijving Apparaatgegevens Het Mac-adres en serienummer van de camera (alleen WB150F/ weergeven. WB151F/WB152F) Language Een taal voor de tekst op het scherm instellen. Tijdzone De tijdzone voor uw locatie instellen. Als u naar een ander land gaat, selecteert u Bezoek en selecteert u de juiste tijdzone. (Thuis*, Bezoek) Datum/tijd aanpassen Hiermee stelt u de datum en tijd in. Datumtype Hiermee stelt u een datumnotatie in. (JJJJ/MM/DD, MM/DD/JJJJ, DD/MM/JJJJ) Beschrijving Bestandsnr. De standaarddatumnotatie kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde taal. • De standaardnaam van de eerste map is • • • • Instellingen 124 100PHOTO en de standaardnaam van het eerste bestand is SAM_0001. Het bestandsnummer wordt steeds met één verhoogd, van SAM_0001 tot SAM_9999. Het mapnummer wordt steeds met één verhoogd, van 100PHOTO tot 999PHOTO. Het maximum aantal bestanden dat in een map kan worden opgeslagen, is 9999. De camera definieert bestandsnamen volgens de DCF-norm (Design rule for Camera File system). Als u bestandsnamen wijzigt, kan de camera deze bestanden mogelijk niet meer weergeven. Instellingenmenu * Standaard Item * Standaard Beschrijving Item Beschrijving Instellen of de datum en tijd moeten worden weergegeven op gemaakte foto's. (Uit*, Datum, Datum/tijd) AF-lamp Instellen dat op donkere locaties automatisch een lampje wordt ingeschakeld zodat u beter kunt scherpstellen. (Uit, Aan*) • De datum en tijd worden in de Afdruk rechterbenedenhoek van de foto weergegeven. • Mogelijk drukken sommige printermodellen de datum en tijd niet correct af. • De datum en tijd worden niet op de foto weergegeven als: - u Tekst selecteert in de s-modus - u selecteert de Live Panorama in g modus (alleen WB150F/WB151F/ WB152F) - u selecteert de modus R (alleen WB150/WB151) - u selecteert de Beeld in beeld in g modus Formatteer het interne geheugen en de geheugenkaart. Wanneer u formatteert, worden alle bestanden verwijderd, ook beveiligde bestanden. (Ja, Nee) Formatt. Reset Hiermee stelt u in dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld als u gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen uitvoert. (Uit, 1 min, 3 min*, 5 min, 10 min) Automatisch uit • Uw instellingen worden niet gewijzigd wanneer u de batterij vervangt. • De camera wordt niet automatisch uitgeschakeld als de camera is aangesloten op een computer, printer of WLAN of als u een diashow of video's afspeelt. Instellingen 125 Er kunnen fouten optreden als u een geheugenkaart door een ander merk camera, door een computer of in een geheugenkaartlezer laat formatteren. Formatteer geheugenkaarten in de camera voordat u ze gebruikt om beelden op te slaan. Reset menu's en opnameopties. De instellingen voor datum en tijd, taal en video-uitvoer worden niet gereset. (Ja, Nee) Bijlagen Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en onderhoud. Foutmeldingen ………………………………………… 127 Cameraonderhoud …………………………………… 129 De camera reinigen ………………………………… 129 De camera gebruiken of opbergen ………………… 130 Geheugenkaarten …………………………………… 131 De batterij …………………………………………… 134 Voordat u contact opneemt met een servicecenter ………………………………………… 138 Cameraspecificaties ………………………………… 141 Woordenlijst …………………………………………… 145 Verklaring in officiële talen …………………………… 151 Index …………………………………………………… 153 Foutmeldingen Als een van de volgende foutmeldingen verschijnt, kunt u de onderstaande oplossingen proberen. Foutmelding Mogelijke oplossingen Foutmelding Mogelijke oplossingen DCF Full Error Bestandsnamen komen niet met de DCFnorm overeen. Breng de bestanden op de geheugenkaart over naar een computer en formatteer de kaart. Open vervolgens het menu Instellingen en selecteer Bestandsnr. “ Op nul. (pag. 124) Apparaat losgekoppeld. De netwerkverbinding is verbroken tijdens het overbrengen van foto's. Selecteer een ander TV Link-apparaat. Bestandsfout Verwijder het beschadigde bestand of neem contact op met een servicecenter. Bestandssysteem wordt niet ondersteund. De FAT-bestandsstructuur van de geplaatste geheugenkaart wordt niet ondersteund door de camera. Formatteer de geheugenkaar in de camera. • Schakel de camera uit en weer in. Kaartfout • Verwijder de geheugenkaart en plaats deze weer terug. • Formatteer de geheugenkaart. SD-, SDHC-, of SDXC-kaarten kunnen worden vergrendeld om te voorkomen dat bestanden worden gewist. Ontgrendel de kaart voordat u opnamen maakt. Kaart vergrendeld Kaart wordt niet ondersteund. De geplaatste geheugenkaart wordt niet ondersteund door de camera. Plaats een SD-, SDHC-, of SDXC-geheugenkaart. • De camera kan geen verbinding met het Verbinding is niet gelukt. netwerk maken via het geselecteerde toegangspunt. Selecteer een ander toegangspunt en probeer het opnieuw. • De camera kan geen verbinding maken met de andere camera. Probeer opnieuw verbinding te maken. • Schakel de apparaten met TV Link op het Initialisatie mislukt. netwerk in. • De camera kan geen apparaat met de functie TV Link vinden. Ongeldig wachtwoord. Het wachtwoord voor het overdragen van bestanden naar een andere camera is onjuist. Voer het juiste wachtwoord in. Batterij bijna leeg Plaats een opgeladen batterij of laad de batterij op. Bijlagen 127 Foutmeldingen Foutmelding Mogelijke oplossingen Geheugen vol Verwijder onnodige bestanden of plaats een nieuwe geheugenkaart. Geen foto Maak foto's of plaats een geheugenkaart met foto's in de camera. Foto-overdracht mislukt. De netwerkverbinding is verbroken tijdens het overbrengen van foto's. Schakel de functie TV Link weer in. Foto-ontvangst mislukt. De camera kan een foto niet ontvangen van de verzendende camera. Vraag de ander om het bestand opnieuw te verzenden. • De camera kan geen foto verzenden naar de andere camera. Probeer opnieuw te verzenden. Overdracht mislukt. • De camera kan geen e-mail verzenden of foto's overdragen naar een apparaat met de functie TV Link. Controleer de netwerkverbinding en probeer het opnieuw. Bijlagen 128 Cameraonderhoud De camera reinigen Cameralens en -scherm Camerabody Veeg de behuizing voorzichtig schoon met een zachte, droge doek. Verwijder stof met behulp van een blaaskwastje en veeg de lens met een zachte doek voorzichtig af. Voor eventueel achtergebleven stof brengt u lensreinigingsvloeistof op een stuk lensreinigingspapier aan en veegt u de lens voorzichtig schoon. • Gebruik nooit benzeen, thinner of alcohol om het apparaat te reinigen. Deze oplosmiddelen kunnen de camera beschadigen of defecten veroorzaken. • Druk niet op de lenskap en gebruik geen blaaskwastje op de lenskap. Bijlagen 129 Cameraonderhoud Camera voor langere tijd opbergen De camera gebruiken of opbergen • Als u de camera langere tijd opbergt, moet u de camera samen Ongeschikte plaatsen voor het gebruiken of opbergen van de camera • Stel de camera niet bloot aan zeer hoge of lage temperaturen. • Gebruik de camera niet in zeer vochtige omgevingen of omgevingen waar de luchtvochtigheid snel verandert. • Stel de camera niet bloot aan direct zonlicht en bewaar de • • • • camera niet op warme locaties met slechte ventilatie, zoals in een auto die in de zon staat. Bescherm de camera en het scherm tegen stoten, ruw gebruik en sterke trillingen om ernstige schade te voorkomen. Gebruik of bewaar de camera niet op stoffige, vuile, vochtige of slecht-geventileerde plaatsen, om schade aan bewegende en interne onderdelen te voorkomen. Gebruik de camera niet in de buurt van brandstoffen, brandbare stoffen of ontvlambare chemicaliën. Bewaar geen ontvlambare vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in dezelfde ruimte als de camera of de accessoires van de camera. Berg de camera niet op met mottenballen. Gebruik op het strand of aan de waterkant met absorberend materiaal, zoals silicagel, in een afgesloten houder plaatsen. • Haal de batterijen uit de camera wanneer u de camera langere tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken. • Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van tijd en moeten vóór gebruik opnieuw worden opgeladen. • De huidige datum en tijd kunnen worden geïnitialiseerd wanneer de camera wordt ingeschakeld nadat de camera en batterij gedurende langer dan 40 uur gescheiden zijn geweest. Wees voorzichtig bij gebruik in vochtige omgevingen Als u de camera overbrengt van een koude naar een warme omgeving, kan er condensvorming optreden op de lens of de interne onderdelen van de camera. In dit geval moet u de camera uitschakelen en ten minste 1 uur wachten. Als er condensvorming optreedt op de geheugenkaart, moet u de kaart uit de camera halen en wachten tot al het vocht is verdampt voordat u de kaart terugplaatst. Overige aandachtspunten • Bescherm de camera tegen zand en vuil wanneer u deze op het strand of in een andere, soortgelijke omgeving gebruikt. • Uw camera is niet waterbestendig. Gebruik de batterij, adapter of geheugenkaart niet met natte handen. Als u de camera gebruikt met natte handen, kan de camera beschadigd raken. • Zwaai de camera niet aan de polslus heen en weer. Hierdoor kunt u uzelf of anderen verwonden of schade aan uw camera veroorzaken. • Verf de camera niet, omdat verf tussen de bewegende onderdelen kan gaan zitten en de werking van het apparaat kan beïnvloeden. • Schakel de camera uit als u deze niet gebruikt. Bijlagen 130 Cameraonderhoud • De camera bevat kwetsbare onderdelen. Zorg daarom dat u de • • • • • • • • camera niet blootstelt aan schokken. Bewaar de camera in de houder om het scherm te beschermen tegen externe druk. Houd de camera uit de buurt van zand, scherp gereedschap of kleingeld om te voorkomen dat er krassen op de camera komen. Gebruik de camera niet als het scherm gebarsten of beschadigd is. Gebarsten glas of acryl kan letsel aan uw handen en gezicht veroorzaken. Breng de camera naar een servicecenter van Samsung om de camera te laten repareren. Leg camera's, batterijen, opladers of accessoires nooit in de buurt van, op of in verwarmingsapparaten, zoals magnetrons, kachels of radiatoren. Deze apparaten kunnen worden vervormd en oververhit raken en brand of een ontploffing veroorzaken. Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. Hierdoor kan de beeldsensor verkleuren of defect raken. Bescherm de lens tegen vingerafdrukken en krassen. Reinig de lens met een zachte, schone doek. Als de camera een schok opvangt, wordt de camera mogelijk uitgeschakeld. Dit gebeurt om de geheugenkaart te beschermen. Schakel de camera weer in om de camera te gebruiken. De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera. Bij lage temperaturen kan het langer duren voordat de camera is ingeschakeld, kunnen kleuren tijdelijk veranderen of kunnen nabeelden worden weergegeven. Deze omstandigheden duiden niet op defecten en worden verholpen als u de camera weer bij normale temperaturen gebruikt. • Verf of metaal aan de buitenzijde van de camera kan allergieën, jeuk, eczeem of bultjes veroorzaken bij mensen met een gevoelige huid. Als u last hebt van een van deze symptomen, stop dan onmiddellijk met het gebruik van de camera en raadpleeg een arts. • Steek geen vreemde voorwerpen in de compartimenten, sleuven en toegangspunten van de camera. Schade als gevolg van onjuist gebruik wordt mogelijk niet door de garantie gedekt. • Laat geen ongekwalificeerd personeel reparatie- of onderhoudswerkzaamheden aan de camera uitvoeren en probeer dit ook niet zelf te doen. Alle schade die voortvloeit uit ongekwalificeerd onderhoud of reparatie, wordt niet gedekt door de garantie. Geheugenkaarten Ondersteunde geheugenkaarten Dit product accepteert de geheugenkaarten SD (Secure Digital), SDHC (Secure Digital High Capacity), SDXC (Secure Digital eXtended Capacity), microSD, microSDHC of microSDXC. Contactpunt Schrijfvergrendeling Etiket (voorzijde) U kunt voorkomen dat bestanden worden verwijderd door gebruik te maken van de schakelaar voor schrijfbescherming op een SD-, SDHC- of SDXC-kaart. Schuif de schakelaar omlaag, of schuif de schakelaar omhoog om te ontgrendelen. Wanneer u foto's en video's maakt, moet de kaart ontgrendeld zijn. Bijlagen 131 Cameraonderhoud Formaat Superhoog Hoog Normaal 624 1065 1404 846 1373 1993 1817 2809 3433 Geheugenkaartadapter Geheugenkaart Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit product, een computer of een geheugenkaartlezer, moet u de kaart in een adapter plaatsen. Video Capaciteit van de geheugenkaart De geheugencapaciteit verschilt, afhankelijk van de opnamemodus en de opnameomstandigheden. De volgende capaciteiten zijn gebaseerd op een SD-kaart van 1 GB: Foto Formaat Formaat 30fps 15fps 1280 X 720 Ongeveer 15' 20" Ongeveer 29' 42" 640 X 480 Ongeveer 35' 54" Ongeveer 67' 30" 320 X 240 Ongeveer 138' 19" Ongeveer 237' 41" Ongeveer 138' 19" Ongeveer 237' 41" Superhoog Hoog Normaal Om te delen 144 259 381 162 287 423 (Alleen WB150F/WB151F/ WB152F) 190 343 498 201 353 519 246 435 630 386 686 950 * De bovenstaande cijfers zijn gemeten zonder gebruik van de zoomfunctie. Bij gebruik van de zoomfunctie kan de beschikbare opnametijd afwijken van de vermelde waarden. Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er verschillende video's achter elkaar opgenomen. Bijlagen 132 Cameraonderhoud Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten • Vermijd blootstelling van geheugenkaarten aan zeer lage of • • • • • • • • hoge temperaturen (onder 0 °C/32 °F en boven 40 °C/104 °F). Extreme temperaturen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten niet goed werken. Plaats een geheugenkaart in de juiste richting. Als u een geheugenkaart in de verkeerde richting plaatst, kunnen camera en geheugenkaart worden beschadigd. Gebruik geen geheugenkaarten die in een andere camera of door een computer zijn geformatteerd. Formatteer een dergelijke geheugenkaart opnieuw in uw eigen camera. Schakel de camera uit wanneer u een geheugenkaart plaatst of verwijdert. Verwijder de geheugenkaart niet en schakel uw camera niet uit wanneer het lampje knippert, omdat de gegevens hierdoor kunnen worden beschadigd. Wanneer de levensduur van een geheugenkaart is verlopen, kunt u geen foto's meer opslaan op de kaart. Gebruik een nieuwe geheugenkaart. Zorg dat geheugenkaarten niet buigen, vallen of aan zware klappen of druk worden blootgesteld. Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt of opbergt in de buurt van krachtige magnetische velden. Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt op locaties met hoge temperaturen of luchtvochtigheid of in de buurt van bijtende stoffen. • Voorkom dat geheugenkaarten in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen. Veeg zo nodig de geheugenkaart met een zachte doek schoon voordat u de geheugenkaart in de camera plaatst. • Voorkom dat geheugenkaarten en de geheugenkaartsleuf in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen. Dergelijke stoffen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten of de camera niet goed meer werken. • Wanneer u een geheugenkaart bij u draagt, moet u een hoesje gebruiken om de kaart tegen elektrostatische ontlading te beschermen. • Breng belangrijke gegevens over naar andere media, zoals een vaste schijf, CD of DVD. • Als u de camera langere tijd gebruikt, kan de geheugenkaart warm worden. Dit is normaal en wijst niet op een defect. Bijlagen 133 De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. Cameraonderhoud Levensduur van de batterij De batterij Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen. Gemiddelde opnameduur/ Aantal foto's Batterijspecificaties Specificatie Beschrijving Model SLB-10A Type Lithium-ionbatterij Capaciteit 1030 mAh Voltage 3,7 V Testomstandigheden(bij een volledig opgeladen batterij) De levensduur is gemeten onder de volgende omstandigheden: in de modus p, in het donker, resolutie, kwaliteit Hoog, OIS ingeschakeld. Foto's Oplaadduur* (wanneer de camera is Ongeveer 240 min. uitgeschakeld) Ongeveer 150 min./ ongeveer 300 foto's 1. Stel de flitser in op Invulflits, maak één foto en zoom in of uit. 2. Stel de flitser in op Uit, maak één foto en zoom in of uit. 3. Voer stap 1 en 2 uit. Wacht 30 seconden tussen de stappen. Herhaal het proces na 5 minuten en schakel de camera 1 minuut uit. * Duurt mogelijk langer als u de batterij aansluit op een computer om de batterij op te laden. 4. Herhaal stap 1 tot 3. Video's Ongeveer 120 min. Neem video's op met de resolutie en 30 fps. • De bovenstaande cijfers zijn volgens de normen van Samsung gemeten en kunnen afwijken van resultaten bij daadwerkelijk gebruik. • Er zijn verschillende video's achter elkaar opgenomen om de totale opnameduur te bepalen. • Wanneer u netwerkfuncties gebruikt, raakt de batterij sneller leeg. Bijlagen 134 Cameraonderhoud Melding Batterij bijna leeg Aandachtspunten voor het gebruik van de batterij Als de batterij volledig is ontladen, wordt het batterijpictogram rood en verschijnt de melding 'Batterij bijna leeg'. Bescherm batterijen, opladers en geheugenkaarten tegen schade Voorkom dat batterijen in aanraking komen met metalen voorwerpen. Dit kan een verbinding vormen tussen de plus- en minpolen van uw batterijen en tijdelijke of permanente schade aan de batterijen en brand of een schok veroorzaken. De batterij gebruiken • Vermijd blootstelling van batterijen aan zeer lage of hoge • • • • temperaturen (onder 0 °C/32 °F en boven 40 °C/104 °F). Extreme temperaturen kunnen de laadcapaciteit van de batterijen beperken. Als u de camera langere tijd gebruikt, kan het gebied rond de batterijklep warm worden. Dit heeft geen invloed op de normale werking van de camera. Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt. Bij temperaturen onder 0 °C/32 °F kunnen de capaciteit en gebruiksduur van de batterij afnemen. Bij lage temperaturen kan de batterijcapaciteit afnemen, maar de gewone capaciteit wordt hersteld bij gebruik bij hogere temperaturen. De batterij opladen • Controleer als het indicatielampje uit is of de batterij op de juiste wijze is geplaatst. • Als camera tijdens het opladen is ingeschakeld, wordt de • • • • batterij mogelijk niet volledig opgeladen. Schakel de camera uit voordat u de batterij oplaadt. Gebruik de camera niet als de batterij wordt opgeladen. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt. Wacht ten minste 10 minuten voordat u de camera inschakelt nadat de batterij is opgeladen. Als u de camera aansluit op een externe voedingsbron terwijl de batterij helemaal leeg is, wordt de camera uitgeschakeld wanneer u bepaalde functies gebruikt die veel stroom verbruiken. Laad de batterij op om de camera op normale wijze te gebruiken. Bijlagen 135 Cameraonderhoud • Als u de voedingskabel opnieuw aansluit nadat de batterij • • • • • volledig is opgeladen, brandt het statuslampje ongeveer 30 minuten. Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij op totdat het rode indicatielampje uitgaat. Als het indicatielampje knippert of niet brandt, sluit u de kabel opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze opnieuw in de camera. Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje rood knipperen. Nadat de batterij is afgekoeld, wordt het opladen gestart. Als u batterijen overlaadt, kan de gebruiksduur van de batterij korter worden. Wanneer het opladen is voltooid, haalt u de kabel uit de camera. Buig het netsnoer niet en plaats geen zware voorwerpen op het netsnoer. Als u dit wel doet, kan het netsnoer worden beschadigd. Behandel batterijen en opladers voorzichtig en voer deze af volgens de voorschriften • Gooi batterijen nooit in open vuur. Houd u aan alle lokale regelgevingen bij het weggooien van gebruikte batterijen. • Leg batterijen of camera's nooit in of op verwarmingsapparaten, zoals een magnetron, kachel of radiator. Batterijen kunnen exploderen als ze te heet worden. De batterij opladen terwijl er een computer is aangesloten • Gebruik alleen de meegeleverde USB-kabel. • In de volgende gevallen wordt de batterij mogelijk niet opgeladen: - Wanneer u een USB-hub gebruikt. - Wanneer er andere USB-apparaten op de computer zijn aangesloten. - Wanneer u de kabel op de poort aan de voorzijde van de computer aansluit. - Wanneer de USB-poort van de computer de stroomuitvoernorm niet ondersteunt (5 V, 500 mA). Bijlagen 136 Cameraonderhoud • Haal de batterij niet uit elkaar of maak er geen gaten in Onzorgvuldig of verkeerd gebruik van de batterij kan lichamelijk letsel of de dood tot gevolg hebben. Volg voor uw eigen veiligheid de onderstaande instructies voor het juiste gebruik van de batterij: • De batterij kan vlam vatten of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt gebruikt. Als u vervormingen, scheuren of andere afwijkingen in de batterij opmerkt, stopt u onmiddellijk het gebruik hiervan en neemt u contact op met een servicecenter. • Gebruik alleen authentieke, door de fabrikant aanbevolen batterijopladers en -adapters en laad de batterij alleen op volgens de procedures die in deze gebruiksaanwijzing zijn vermeld. • Plaats de batterij niet te dicht bij warmtebronnen en stel de batterij niet bloot aan extreem warme omgevingen, zoals een gesloten auto in de zon. • Plaats de batterij niet in een magnetron. • Bewaar of gebruik de batterij niet in een hete, vochtige omgeving, zoals een badkamer of douche. • Plaats de batterij niet langere tijd op ontvlambare oppervlakken, zoals matrassen, tapijten of elektrische dekens. • Als het apparaat is ingeschakeld, moet u het niet langere tijd in een afgesloten ruimte achterlaten. • Zorg ervoor dat de polen van de batterij niet in contact komen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen, munten, sleutels en horloges. • Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging. met een scherp voorwerp. • Stel de batterij niet bloot aan hoge druk of extreme krachten. • Stel de batterij niet bloot aan hevige klappen, bijvoorbeeld door deze van grote hoogte te laten vallen. • Stel de batterij niet bloot aan temperaturen boven de 60 °C (140 °F). • Stel de batterij niet bloot aan vocht of vloeistoffen. • De batterij mag niet worden blootgesteld aan overmatige warmte zoals zonneschijn, vuur of dergelijke zaken. Richtlijnen voor afvoer • Wees zorgvuldig als u de batterij weggooit. • Gooi de batterij nooit in een open vuur. • Regelgeving kan per land of regio verschillen. Zorg dat u zich houdt aan alle lokale en nationale regelgevingen wanneer u de batterij weggooit. Richtlijnen voor het opladen van de batterij Laad de batterij alleen op volgens de procedure in deze gebruiksaanwijzing. De batterij kan ontbranden of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt opgeladen. Bijlagen 137 Voordat u contact opneemt met een servicecenter Wanneer u problemen met de camera ondervindt, kunt u eerst de volgende procedures uitvoeren voordat u contact opneemt met een servicecenter. Als u het probleem hiermee niet kunt oplossen, kunt u contact opnemen met uw plaatselijke dealer of servicecenter. Wanneer u uw camera naar een servicecenter brengt, neem dan ook de onderdelen mee die de oorzaak kunnen zijn van de fout, zoals de geheugenkaart of de batterij. Situatie Mogelijke oplossingen Situatie • Controleer of de batterij in de camera is De camera kan niet worden ingeschakeld. geplaatst. • Controleer of de batterij correct in de camera is geplaatst. (pag. 19) • • Laad de batterij op. Er kunnen geen foto's worden gemaakt. • Laad de batterij op. • De camera bevindt zich mogelijk in de De camera wordt plotseling uitgeschakeld. • • modus Automatisch uit. (pag. 125) • De camera wordt mogelijk uitgeschakeld om te voorkomen dat de geheugenkaart door een harde schok beschadigd raakt. Schakel de camera weer in. • • (onder 0 °C/32 °F) sneller leeg. Houd de batterij warm door deze in uw zak te steken. • Als u de flitser gebruikt of video's opneemt, raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij indien nodig weer op. • Batterijen zijn verbruiksartikelen die na verloop van tijd moeten worden vervangen. Koop een nieuwe batterij als de gebruiksduur van de batterij aanzienlijk afneemt. Verwijder onnodige bestanden of plaats een nieuwe kaart. Formatteer de geheugenkaart. De geheugenkaart is defect. Koop een nieuwe geheugenkaart. Controleer of de camera is ingeschakeld. Laad de batterij op. Controleer of de batterij op de juiste wijze is geplaatst. De camera loopt vast. Verwijder de batterij en plaats deze weer terug. De camera wordt warm. De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera. • De batterij raakt bij lage temperaturen De batterij raakt snel leeg. Mogelijke oplossingen • Er is geen ruimte op de geheugenkaart. • Mogelijk is de flitseroptie ingesteld op Uit. De flitser werkt niet. Bijlagen 138 (pag. 57) • In sommige modi kunt u de flitser niet gebruiken. Voordat u contact opneemt met een servicecenter Situatie Mogelijke oplossingen Er wordt onverwachts geflitst. De flitser wordt mogelijk geactiveerd vanwege statische elektriciteit. Dit duidt niet op een defect van de camera. Situatie De datum en tijd zijn onjuist. Stel de datum en tijd in bij de scherminstellingen. (pag. 124) Het scherm of de knoppen werken niet. Verwijder de batterij en plaats deze weer terug. Het camerascherm reageert niet goed. Als u de camera bij zeer lage temperaturen gebruikt, kan het camerascherm verkleuren of slecht functioneren. Voor betere prestaties van het scherm moet de camera bij normale temperaturen worden gebruikt. De foto is onscherp. deze weer terug. Er is een fout met de geheugenkaart opgetreden. • Formatteer de geheugenkaart. Er kunnen geen bestanden worden afgespeeld. Als u de naam van een bestand wijzigt, kan de camera het bestand mogelijk niet afspelen (de bestandsnaam moet voldoen aan de DCF-norm). In dergelijke gevallen kunt u de bestanden op een computer afspelen. Zie 'Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten' voor meer informatie. (pag. 133) scherpsteloptie voor close-upfoto's geschikt is. (pag. 60) • Controleer of de lens schoon is. Reinig de lens indien nodig. (pag. 129) • Zorg ervoor dat het onderwerp zich binnen het bereik van de flitser bevindt. (pag. 142) De kleuren in de foto zijn anders dan de daadwerkelijke kleuren. Een onjuiste witbalans kan voor onrealistische kleuren zorgen. Selecteer de juiste witbalansoptie voor de lichtbron. (pag. 71) De foto is te licht. De foto is overbelicht. • Schakel de flitser uit. (pag. 57) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59) • Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 69) De foto is te donker. De foto is onderbelicht. • Schakel de flitser in. (pag. 57) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 59) • Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 69) • Schakel de camera uit en weer in. • Verwijder de geheugenkaart en plaats Mogelijke oplossingen • Controleer of de ingestelde Bijlagen 139 Voordat u contact opneemt met een servicecenter Situatie De foto's worden niet op de televisie weergegeven. Mogelijke oplossingen Situatie • Controleer of de camera correct op de televisie is aangesloten met de A/V-kabel. programma opnieuw. • Controleer of de geheugenkaart foto's • U kunt Intelli-Studio niet gebruiken op bevat. Macintosh-computers. • Controleer of Pc-software is ingesteld op • Controleer of de USB-kabel op de juiste De computer herkent de camera niet. Aan in het instellingenmenu. (pag. 123) wijze is geplaatst. • Controleer of de camera is ingeschakeld. Intelli-Studio werkt niet • Afhankelijk van de specificaties en naar behoren. omgeving van de computer wordt het programma mogelijk niet automatisch gestart. Klik in dit geval op de computer op start “ Alle programma's “ SAMSUNG “ Intelli-Studio “ Intelli-Studio. • Controleer of het besturingssysteem wordt ondersteund. De computer verbreekt De bestandsoverdracht kan door statische de verbinding met de camera tijdens elektriciteit worden gestoord. Koppel de het overbrengen van USB-kabel los en sluit deze weer aan. bestanden. Video's kunnen mogelijk niet worden afgespeeld met bepaalde videospelers. De computer kan geen Installeer en gebruik het programma Intellivideo's afspelen. Studio op uw computer voor het afspelen van videobestanden die u met uw camera hebt opgenomen. (pag. 93) Mogelijke oplossingen • Sluit Intelli-Studio af en start het Uw televisie of computer kan geen foto's of video's weergeven die zijn opgeslagen op een SDXC-geheugenkaart. SDXC-geheugenkaarten gebruiken het exFAT-bestandssysteem. Zorg ervoor dat het externe apparaat compatibel is met het exFAT-bestandssysteem voordat u de camera aansluit op het apparaat. Uw computer herkent een SDXCgeheugenkaart niet. SDXC-geheugenkaarten gebruiken het exFAT-bestandssysteem. Als u SDXCgeheugenkaarten wilt gebruiken op een Windows XP-computer, kunt u het stuurprogramma voor het exFATbestandssysteem downloaden en bijwerken via de website van Microsoft. Bijlagen 140 Cameraspecificaties Beeldsensor Type 1/2,3" (ongeveer 7,76 mm) CCD Effectieve pixels Ongeveer 14,2 megapixel Totaal aantal pixels Ongeveer 16,4 megapixel Normaal (AF) Bereik Lens Brandpuntsafstand Schneider-KREUZNACH-lens f = 4,0-72,0 mm (equivalent aan 35mm-film: 24-432 mm) Diafragmabereik F3.2 (W)-F5.8 (T) Zoom • Fotomodus: 1,0-18,0X (optische zoom X digitale zoom: 90,0X, optische zoom X Intelli zoom: 36,0X) • Afspeelmodus: 1,0-14,4X (afhankelijk van het beeldformaat) Scherm Groothoek (G) Tele (T) 80 cm - oneindig 350 cm - oneindig Macro 5-80 cm 180-350 cm Auto macro 5 cm - oneindig 180 cm - oneindig Handm. scherpstellen 5 cm - oneindig 180 cm - oneindig Sluitertijd • • • • Auto: 1/8-1/2000 sec. Programma: 1-1/2000 sec. Handmatig: 16-1/2000 sec. Nacht: 8-1/2000 sec. Belichting Regeling Programma AE, Diafragmaprioriteit AE, Sluiterprioriteit AE, Handmatige belichting Type TFT LCD Lichtmeting Multi, Spot, Centr. gewogen, Gezichtsdetectie Functionaliteit 3,0" (7,62 cm) 460K Compensatie ±2EV (1/3 EV Stap) ISO-equivalent Auto, ISO 80, ISO 100, ISO 200, ISO 400, ISO 800, ISO 1600, ISO 3200 Scherpstelling Type TTL-autofocus (Centrum AF, Multi AF, Keuze AF, Tracking AF, Gezichtsdetectie AF, Slimme gez. herkenning AF), Handm. scherpstellen Bijlagen 141 Cameraspecificaties Flitser Datering Modus Auto, Rode ogen, Invulflits, Langz sync, Uit, Anti-rode ogen Bereik • Groothoek: 0,3-3,5 m (ISO Auto) • Tele: 0,5-1,9 m (ISO Auto) Oplaadtijd Ongeveer 4 sec. Datum/tijd, Datum, Uit Opnemen Foto's • Modi: Smart Auto (Portret, Nachtportret, Portretfoto met tegenlicht, Nacht, Tegenl., Landschap, Wit, Natuurlijk groen, Blauwe lucht, Zonsondergang, Macro, Macro tekst, Macro kleur, Statief, Actie, Vuurwerk), Programma, Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit, Handmatig, Scène (Beautyshot, Nacht, Landschap, Tekst, Zon onder, Dageraad, Tegenl., Strand/sneeuw), Magisch Plus (Live Panorama, Magisch kader, Gesplitste opname, Beeld in beeld, Artistieke pen, Fotofilter) • Serie: 1 opname, Continu, Bewegingsopname, AEB • Timer: Uit, 10 sec, 2 sec, Dubbel (10 sec, 2 sec) Video's • Modi: Intelligente scènedetectie (Landschap, Blauwe lucht, Natuurlijk groen, Zonsondergang), Film, Magisch Plus (Beeld in beeld, Filmfilter) • Bestandsindeling: MP4 (H.264) (Max. opnameduur: 20 min) • Formaat: 1280 X 720, 640 X 480, 320 X 240, Om te delen (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) • Framesnelheid: 30fps, 15fps • Sound Alive: Sound Alive Aan, Sound Alive Uit, Dempen • OIS: Aan, Uit • Video bewerken (intern): Opnemen onderbreken Trillingsreductie Optische beeldstabilisatie (OIS) Effect Opnamemodus voor foto's • Fotofilter (Smart filter): Miniatuur, Vignetten, Aquarel, Olieverf, Cartoon, Kruisfilter, Schets, Softfocus, Visoog, Oude film, Halftoonstip, Klassiek, Retro, Zoomopname • Beeld aanpassen: Scherpte, Contrast, Kleurverz. Opnamemodus voor video's Filmfilter (Smart filter): Miniatuur, Vignetten, Halftoonstip, Schets, Visoog, Klassiek, Retro, Paleteffect 1, Paleteffect 2, Paleteffect 3, Paleteffect 4 Witbalans Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt, TL-licht H, TL-licht L, Kunstlicht, Aangep. instelling, Kleurtemp. Bijlagen 142 Cameraspecificaties Voor SD kaart van 1 GB: Aantal foto's Afspelen Foto's Video's • Type: Eén foto, Miniaturen, Diashow met muziek en effecten, Video, Smart Album* * Smart Album-categorie: Alles, Datum, Gezichtenlijst, Best.type • Bewerken: Res.wijz, Draaien, Beeld aanpassen, Smart filter, Bijsnijden • Effect: Beeld aanpassen (Helderheid, Contrast, Kleurverz., ACB, Gezichtretouch., Anti-rode ogen), Smart filter (Normaal, Miniatuur, Vignetten, Aquarel, Olieverf, Cartoon, Kruisfilter, Schets, Softfocus, Visoog, Oude film, Halftoonstip, Klassiek, Retro, Zoomopname) Beeldformaat Bewerken: foto's maken, tijd bijsnijden Opslag Media • Intern geheugen: Ongeveer 18 MB • Extern geheugen (optioneel): SD-kaart (1-2 GB gegarandeerd), SDHC-kaart (tot 32 GB gegarandeerd), SDXC-kaart (tot 64 GB gegarandeerd) De interne geheugencapaciteit kan van deze specificaties afwijken. Bestandsindeling • Foto: JPEG (DCF), EXIF 2.21, DPOF 1.1, PictBridge 1.0 • Videoclip: MP4 (Video: MPEG-4.AVC/H.264, Audio: AAC) Superhoog Hoog Normaal 4320 X 3240 144 259 381 4320 X 2880 162 287 423 4320 X 2432 190 343 498 3648 X 2736 201 353 519 2832 X 2832 246 435 630 2592 X 1944 386 686 950 1984 X 1488 624 1065 1404 1920 X 1080 846 1373 1993 1024 X 768 1817 2809 3433 Deze waarden zijn gemeten onder de standaardcondities van Samsung en kunnen variëren, afhankelijk van opnameomstandigheden en camera-instellingen. Bijlagen 143 Cameraspecificaties Draadloos netwerk (Alleen WB150F/WB151F/WB152F) Afmetingen (B x H x D) Delen op sociale netwerken, E-mail, MobileLink, Remote Viewfinder, Cloud, Automatische back-up, TV Link, Verificatiebrowser, Wi-Fi Direct 106,5 x 59,9 x 23,4 mm (zonder uitsteeksels) Interface Gewicht Digitale uitvoer USB 2.0 • WB150/WB151: 187,9 g (zonder batterij en geheugenkaart) • WB150F/WB151F/WB152F: 188,2 g (zonder batterij en geheugenkaart) Audio-invoer/uitvoer Interne luidspreker (mono), microfoon (mono) Bedrijfstemperatuur Video-uitvoer A/V: NTSC, PAL (instelbaar) Gelijkstroom aansluiting 5V 0-40 °C Bedrijfsluchtvochtigheid 5-85 % Software Voedingsbron Oplaadbare batterij Lithium-ionbatterij (SLB-10A, 1030 mAh) Connectortype Micro USB (5-pins) Afhankelijk van uw regio kan de voedingsbron verschillen. Intelli-Studio Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd voor betere prestaties. Bijlagen 144 Woordenlijst Automatische contrastverbetering (ACB) Deze functie verbetert automatisch het contrast van uw beelden wanneer het onderwerp tegenlicht heeft of als er veel contrast is tussen uw onderwerp en de achtergrond. Compositie Met compositie wordt de plaatsing van de verschillende elementen in het beeld bedoeld. Meestal levert een compositie volgens de regel van derden een plezierig resultaat. Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB) Deze functie maakt automatisch meerdere beelden met verschillenden belichtingen om u te helpen een goedbelicht beeld te maken. DCF (Design rule for Camera File system) Een specificatie voor het definiëren van een bestandsindeling en bestandssysteem voor digitale camera's die is ontwikkeld door de Japan Electronics and Information Technology Industries Association (JEITA). Autofocus (AF) Een systeem dat automatisch de cameralens scherpstelt op het onderwerp. Uw camera gebruikt het contrast om automatisch scherp te stellen. Diafragma Het diafragma bepaalt de hoeveelheid licht die de sensor van de camera bereikt. Bewegingsonscherpte (vaag) Als de camera wordt bewogen wanneer de sluiter is geopend, kan het volledige beeld vaag lijken. Dit komt vaker voor wanneer de sluitertijd laag is. Voorkom bewegingsonscherpte door de gevoeligheid te verhogen, de flitser te gebruiken of een hogere sluitertijd. U kunt ook een statief of de DIS- of OIS-functie gebruiken om de camera te stabiliseren. Scherptediepte De afstand tussen het dichtstbijzijnde en verste punt waarop kan worden scherpgesteld in een foto. De scherptediepte verschilt per diafragma, brandpuntsafstand en afstand tussen de camera en het onderwerp. Als u bijvoorbeeld een kleiner diafragma selecteert, wordt de scherptediepte vergroot en wordt de achtergrond van een compositie vaag. Digitale zoom Een functie die op kunstmatige wijze de beschikbare hoeveelheid zoom met de zoomlens vergroot (optisch zoomen). Als u de digitale zoomfunctie gebruikt, wordt de beeldkwaliteit minder wanneer de vergroting wordt verhoogd. Bijlagen 145 Woordenlijst Digitale afdrukbestelling (DPOF) Een indeling voor het schrijven van afdrukgegevens, zoals geselecteerde beelden en het aantal afdrukken, op een geheugenkaart. Printers die compatibel zijn met DPOF, soms verkrijgbaar in fotowinkels, kunnen de informatie lezen van de kaart voor eenvoudig afdrukken. Belichting De hoeveelheid licht die de sensor van de camera mag bereiken. Belichting wordt bepaald door een combinatie van sluitertijd, diafragma en ISO-waarde. Flitser Een flitslamp die ervoor zorgt dat er voldoende belichting is in omstandigheden met weinig licht. Belichtingswaarde (EV) Alle combinaties van de camerasluitertijd en diafragma die resulteren in dezelfde belichting. EV-compensatie Met deze functie kunt u snel de belichtingswaarde aanpassen die wordt berekend door de camera, in beperkte stappen, om de belichting van uw foto's te verbeteren. Stel de EV-compensatie in op -1,0 EV om de waarde een stap donkerder in te stellen en op 1,0 EV om de waarde een stap lichter te maken. Exif (Exchangeable Image File Format) Een specificatie voor het definiëren van een beeldbestandsindeling voor digitale camera's die is gemaakt door de Japan Electronic Industries Development Association (JEIDA). Brandpuntsafstand De afstand van het brandpunt van de lens tot het beeldvlak (in millimeters). Grotere brandpuntsafstanden resulteren in een kleinere beeldhoek en een grotere weergave van het onderwerp. Kleinere brandpuntsafstanden resulteren in een grotere beeldhoek. Histogram Een grafische weergave van de helderheid van een beeld. De horizontale as stelt de helderheid voor en de verticale as het aantal pixels. Hoge pieken aan de linkerkant (te donker) en aan de rechterkant (te licht) op het histogram geven aan dat een foto niet goed is belicht. Bijlagen 146 Woordenlijst H.264/MPEG-4 Een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO/IEC en ITU-T. Deze codec zorgt ervoor dat goede videokwaliteit wordt geleverd met lage bitsnelheden ontwikkeld door het Joint Video Team (JVT). Beeldsensor Het fysieke deel van een digitale camera die een fotosite bevat voor elke pixel in het beeld. Elke fotosite neemt de helderheid van het licht op dat de fotosite bereikt tijdens een belichting. Algemene sensortypen zijn CCD (Charge-coupled Device) en CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor). LCD (Liquid Crystal Display) Een visuele display die algemeen wordt gebruikt in consumenten elektronica. Dit display heeft een aparte achtergrondverlichting nodig zoals CCFL of LED, om kleuren te kunnen reproduceren. Macro Met deze functie kunt u close-upfoto's maken van zeer kleine voorwerpen. Als u de macrofunctie gebruikt, kan de camera goed scherpstellen op kleine voorwerpen met een verhouding op bijna ware grootte (1:1). Lichtmeting De lichtmeting heeft betrekking op de manier waarop een camera de hoeveelheid licht meet om de belichting in te stellen. ISO-waarde De gevoeligheid van een camera voor licht, gebaseerd op de equivalente filmsnelheid gebruikt in een filmcamera. Met hogere ISO-waarden gebruikt de camera een hogere sluitertijd, waardoor vervaging kan worden verminderd die wordt veroorzaakt door het bewegen van de camera en weinig licht. Beelden met een hoge gevoeligheid zijn echter veel gevoeliger voor ruis. JPEG (Joint Photographic Experts Group) Een lossy-methode van compressie voor digitale beelden. JPEGbeelden worden gecomprimeerd om de algehele bestandsgrootte te verminderen met minimale afname van de beeldresolutie. MJPEG (Motion JPEG) Een video-indeling die wordt gecomprimeerd als een JPEGbeeld. Ruis Verkeerd geïnterpreteerde pixels in een digitaal beeld die mogelijk worden weergegeven als verkeerd geplaatste of willekeurige, heldere pixels. Ruis treedt meestal op wanneer foto's worden gemaakt met een hoge gevoeligheid of wanneer de gevoeligheid automatisch wordt ingesteld op een donkere locatie. Bijlagen 147 Woordenlijst OIS (Optical Image Stabilization; Optische beeldstabilisatie) Deze functie compenseert in real-time trillingen en schudden tijdens de opname. Er treedt geen kwaliteitsvermindering van het beeld op in vergelijking met de functie Digitale beeldstabilisatie. Optische zoom Dit is een algemene zoomfunctie waarmee beelden kunnen worden vergroot met een lens en waarmee de beeldkwaliteit niet vermindert. Quality Een uitdrukking van het compressieniveau dat is gebruikt in een digitaal beeld. Beelden met een hogere kwaliteit hebben een lager compressieniveau, wat meestal resulteert in grotere bestanden. Vignetten Een vermindering van de helderheid of de verzadiging van een beeld bij de randen in vergelijking met het midden van het beeld. Vignetten kan de aandacht richten op onderwerpen die in het midden van een beeld zijn geplaatst. Witbalans (kleurbalans) Een aanpassing van de intensiteit van kleuren (meestal de primaire kleuren rood, groen en blauw) in een beeld. Het doel van het aanpassen van de witbalans, of kleurbalans, is de kleuren van een beeld correct weergeven. Resolutie Het aantal pixels in een digitaal beeld. Beelden met hoge resolutie bevatten meer pixels en bevatten meer details dan beelden met lage resolutie. Sluitertijd De sluitertijd is de hoeveelheid tijd die nodig is om de sluiter te openen en te sluiten. Dit is een belangrijke factor voor de helderheid van een foto, aangezien hiermee de hoeveelheid licht wordt geregeld die door het diafragma op de beeldsensor valt. Met een kortere sluitertijd valt er minder licht naar binnen en wordt de foto donkerder, maar is het ook eenvoudiger om de beweging van het onderwerp te bevriezen. Bijlagen 148 Correcte afvoer van dit product (inzameling en recycling van elektrische en elektronische apparatuur) (Van toepassing in de Europese Unie en andere Europese landen waar afval gescheiden wordt ingezameld.) Correcte afvoer van de batterijen in dit product (Van toepassing op de Europese Unie en andere Europese landen met afzonderlijke inzamelingssystemen voor accu’s en batterijen) Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires (bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering worden gemengd. PlanetFirst duidt op het streven van Samsung Electronics naar een duurzame ontwikkeling en sociale verantwoordelijkheid door middel van een milieubewuste bedrijfsvoering. Dit merkteken op de accu, gebruiksaanwijzing of verpakking geeft aan dat de accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen met ander huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of loodgehalte in de accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn 2006/66/EC. Indien de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt behandeld, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen of het milieu. Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan te bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in uw omgeving. Deze apparatuur mag in alle EU-landen worden gebruikt. In Frankrijk mag deze apparatuur alleen binnenshuis worden gebruikt. Bijlagen 149 Conformiteitsverklaring   Productdetails en de Eco-designrichtlijn (2009/125/EC) geïmplementeerd door regelgevingen (EC) No 278/2009 voor externe stroomvoorzieningen. Voor het volgende Product : DIGITALE CAMERA Model(len) : WB150F, WB151F, WB152F   Vertegenwoordiger in de EU   Verklaring en van toepassing zijnde standaarden Wij verklaren hierbij dat het/de bovenstaande product(en) voldoet/voldoen aan de benodigde vereisten en andere bepalingen van de R&TTE-richtlijn (1999/5/EC), de Laagspanningsrichtlijn (2006/95/EC) en de EMC-richtlijn (2004/108/EC) door toepassing van: EN 60950-1:2006+A1:2010 EN 55024:1998+A1:2001+A2:2003 EN 55022:2006+A1 :2007 EN 61000-3-2:2006 +A1:2009 +A2:2009 EN 61000-3-3:2008 EN 300 328 v1.7.1 EN 301 489-1 v1.8.1 EN 301 489-17 V2.1.1 EN62311 :2008 Samsung Electronics Euro QA Lab. Blackbushe Business Park Saxony Way, Yateley, Hampshire GU46 6GG, UK (JAAR VAN BEGIN AANBRENGEN CE- 21 oktober 2011 Joong-Hoon Choi / Lab. Manager (plaats en datum van afgifte) (naam en handtekening van gemachtigde persoon) MARKERING 2011) * Dit is niet het adres van het Samsung Servicecenter. Voor het adres of telefoonnummer van het Samsung Servicecenter raadpleegt u de garantiekaart of neemt u contact op met de winkel waar u uw product hebt gekocht. Bijlagen 150 Verklaring in officiële talen Land Verklaring Cesky Samsung Electronics tímto prohlašuje, že tento digitální fotoaparát je ve shodě se základními požadavky a dalšími příslušnými ustanoveními směrnice 1999/5/ES. Dansk Samsung Electronics erklærer herved, at digitale kameraer overholder de væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/ EF. Deutsch Hiermit erklärt Samsung Electronic, dass sich die Digitalkamera in Übereinstimmung mit den grundlegenden Anforderungen und den übrigen einschlägigen Bestimmungen der Richtlinie 1999/5/EG befindet. Eesti Käesolevaga kinnitab Samsung Electronics digitaalkaamera vastavust direktiivi 1999/5/EÜ põhinõuetele ja nimetatud direktiivist tulenevatele teistele asjakohastele sätetele. English Hereby, Samsung Electronics declares that this digital camera is in compliance with the essential requirements and other relevant provisions of Directive 1999/5/EC. Español Por medio de la presente Samsung Electronics declara que la cámara digital cumple con los requisitos esenciales y cualesquiera otras disposiciones aplicables o exigibles de la Directiva 1999/5/CE. Ελληνική ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ η Samsung Electronics ΔΗΛΩΝΕΙ ΟΤΙ η ψηφιακή φωτογραφική μηχανή ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ ΟΥΣΙΩΔΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ΔΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ ΟΔΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ. Français Par la présente Samsung Electronic déclare que l'appareil photo numérique est conforme aux exigences essentielles et aux autres dispositions pertinentes de la directive 1999/5/CE. Italiano Con la presente Samsung Electronicsdichiara che questa fotocamera digitale è conforme ai requisiti essenziali e alle altre disposizioni stabilite dalla Direttiva 1999/5/CE. Latviski Ar šo Samsung Electronics deklarē, ka digitālā kamera atbilst Direktīvas 1999/5/EK būtiskajām prasībām un citiem ar to saistītajiem noteikumiem. Lietuvių Šiuo Samsung Electronics deklaruoja, kad šis skaitmeninis fotoaparatas, atitinka esminius reikalavimus ir kitas 1999/5/EB Direktyvos nuostatas. Nederlands Hierbij verklaart Samsung Electronics dat de digitale camera in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG. Bijlagen 151 Verklaring in officiële talen Land Verklaring Malti Hawnhekk, Samsung Electronics, tiddikjara li din il-kamera diġitali hi konformi mar-rekwiżiti essenzjali u ma' dispożizzjonijiet rilevanti oħrajn ta' Direttiva 1999/5/KE. Magyar A Samsung Electronics kijelenti, hogy ez a digitális fényképezőgép megfelel az 1999/5/EK irányelv alapvetõ követelményeinek és egyéb vonatkozó elõírásainak. Polski Niniejszym firma Samsung Electronics oświadcza, że ten aparat cyfrowy jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi stosownymi postanowieniami Dyrektywy 1999/5/WE. Português Samsung Electronics declara que esta câmera digital está conforme os requisitos essenciais e outras disposições da Directiva 1999/5/CE. Slovensko Samsung Electronics izjavlja, da je ta digitalni fotoaparat v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi določili direktive 1999/5/ES. Slovensky Samsung Electronics týmto vyhlasuje, že tento digitálny fotoaparát spĺňa základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia Smernice 1999/5/ES. Suomi Samsung Electronics vakuuttaa täten että tämä digitaalikamera on direktiivin 1999/5/EY oleellisten vaatimusten ja sitä koskevien direktiivin muiden ehtojen mukainen. Svenska Härmed intygar Samsung Electronicsatt dessa digitalkameror står i överensstämmelse med de väsentliga egenskapskrav och övriga relevanta bestämmelser som framgår av direktiv 1999/5/EG. Български С настоящото Samsung Electronics декларира, че този цифров фотоапарат е в съответствие със съществените изисквания и другите приложими разпоредби на Директива 1999/5/ЕК. Română Prin prezenta, Samsung Electronics, declară că această cameră foto digitală este în conformitate cu cerinţele esenţiale şi alte prevederi relevante ale Directivei 1999/5/CE. Norsk Samsung Electronicserklærer herved at dette digitalkameraet er i samsvar med de grunnleggende krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/EF. Türkiye Bu belge ile, Samsung Electronics bu dijital kameranın 1999/5/EC Yönetmeliginin temel gerekliliklerine ve ilgili hükümlerine uygun olduğunu beyan eder. Íslenska Hér með lýsir Samsung Electronics því yfir að þessi stafræna myndavél sé í samræmi við grunnkröfur og önnur ákvæði tilskipunar 1999/5/EB. Bijlagen 152 Index A B Bestanden beveiligen 81 Aansluiten op een computer Batterij Bestanden overbrengen Mac 97 Windows 92 Afdruk 125 AF-geluid 122 AF-hulplampje Instellingen 125 Locatie 16 AF-lamp 125 Afspeelknop 18 Afspeelmodus 77 Afzonderlijke beelden uit een video opslaan 86 Automatische back-up 113 Automatische contrastverbetering (ACB) Afspeelmodus 89 Opnamemodus 70 Let op 135 Opladen 20 Plaatsen 19 Beautyshot-modus 38 Beeldaanpassing ACB 89 Contrast Afspeelmodus 89 Opnamemodus 74 Helderheid Afspeelmodus 89 Opnamemodus 69 Kleurverzadiging Afspeelmodus 89 Opnamemodus 74 Rode ogen 90 Scherpte 74 Automatische back-up 113 Email 106 Mac 97 Windows 92 Bestanden weergeven Diashow 84 Miniaturen 80 Panoramafoto’s 84 Smart Album 79 Televisie 91 Bestanden wissen 81 Bewegingsopname 73 Contrast Afspeelmodus 89 Opnamemodus 74 D Datum/tijd aanpassen 124 Diafragmawaarde 40 Diashow 84 Digitale afdrukbestelling (DPOF) 90 Digitale zoom 29 Draadloos netwerk 100 Draaien 87 C Camera loskoppelen 96 Beeldkwaliteit 55 Cameraonderhoud 129 Beginafbeelding 122 Cameraspecificaties 141 Belichting 69 A/V-poort 16 Bijlagen 153 E Externe zoeker 110 Index F G I M Filmmodus 51 Geheugenkaart Instellingen 124 Macro Flitser Anti-rode ogen 58 Auto 57 Invulflits 58 Langzame synchronisatie 58 Off 57 Rode ogen 58 Formatteren 125 Foto's afdrukken 98 Foto's bewerken 87 Foutmeldingen 127 Functieknop 18 Aandachtspunt 133 Plaatsen 19 Geluidsinstellingen 27 Gezichten retoucheren Afspeelmodus 90 Opnamemodus 38 Intelligente scènedetectiemodus 52 Intelligent zoomen 30 Intelli-studio 94 ISO-waarde 59 Gezichtsdetectie 64 K H Kleurverzadiging Afspeelmodus 89 Opnamemodus 74 Handmatige modus 43 Helderheid Afspeelmodus 89 Opnamemodus 69 Helderheid scherm 123 Knipperen 66 Auto macro 61 Handm. scherpstellen 61 Macro 61 Menuknop 18 Mijn ster Annuleren 79 Classificeren 78 Registreren 67 Miniaturen 80 Modus Diafragmaprioriteit 41 Modusdraaiknop 17 Modus Magisch kader 45 Modus Magisch Plus L Lichtmeting Centr. gewogen 70 Multi 70 Spot 70 Live Panoramamodus 44 Bijlagen 154 Artistiek pens. 48 Beeld in beeld 46 Filmfilter 50 Fotofilter 49 Gesplitste opname 46 Live Panorama 44 Magisch kader 45 Index O Ontspanknop 16 Ontspanknop half indrukken 32 Opladen 20 Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB) 73 Optionele accessoires 15 Portretten maken Anti-rode ogen 58 Beautyshot-modus 38 Gezichtsdetectie 64 Knipperen 66 Rode ogen 58 Slimme gez.herkenning 66 Smile shot 65 Zelfportret 65 Pictogrammen Afspeelmodus 77 Opnamemodus 23 Rode ogen Sluiterprioriteit, modus 42 Afspeelmodus 90 Opnamemodus 57 S Scherpstelgebied Camerabody 129 Lens 129 Scherm 129 Reset 125 Resolutie Afspeelmodus 87 Opnamemodus 54 Smart filter Afspeelmodus 88 Opnamemodus voor foto's 49 Video-opname, modus 50 Scènemodus 37 Programmamodus 39 Reinigen Smart Album 79 Smart Auto-modus 35 Schermtype 26 R PictBridge 98 Slimme gez.herkenning 66 Power-knop 16 Optische beeldstabilisatie (OIS) 31 P Richtlijn 122 Centrum AF 63 Keuze AF 63 Multi AF 63 Tracking AF 63 Scherpte 74 Smile shot 65 Snel tonen 123 Spaarstand 123 Statiefbevestigingspunt 16 Statuslampje 17 Serieopnamen Continu 73 Motion Capture 73 Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB) 73 Servicecenter 138 Bijlagen 155 T Taalinstellingen 124 Tijdinstellingen 21 Tijdzone-instellingen 21, 124 Index Timer Opnamemodus 56 Timerlampje 16 TV Link 115 U W Website Foto's of video's uploaden 104 Openen 104 Witbalans 71 Uitpakken 15 USB-poort 16 Z Zelfportret 65 V Vergroten 83 Video 123 Zoom Zoomfunctie gebruiken 29 Zoomgeluidinstellingen 75 Zoomknop 17 Afspeelmodus 85 Opnamemodus 51 Video's bewerken Bijsnijden 86 Opnemen 86 Bijlagen 156 Raadpleeg voor klantenservice of bij vragen de garantie-informatie die met het product is meegeleverd of bezoek onze website www.samsung.com.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158

Samsung SAMSUNG WB150F Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor