36
Trek de stekker uit de contactdoos en zet de koffiezetmachine uit,
wanneer:
– er tijdens gebruik storingen optreden;
– reinigings- en onderhoudsbeurten moeten plaatsvinden;
– de voedingskabel of de koffiezetmachine beschadigd is;
– de koffiezetmachine niet correct werkt.
Trek de stekker van de koffiezetmachine nooit aan de kabel uit de bus
van de sigarettenaansteker.
De aansluitkabel nooit omlaag laten hangen (struikelgevaar) en niet
over (scherpe) kanten en hoeken leggen.
De koffiezetmachine niet in water (onder)dompelen.
Houd de koffiezetmachine buiten bereik van kinderen en vermijd
aanraking van hete toesteldelen (b.v. warmhoudplaatj, glazen kan).
Plaats de koffiezetmachine niet op hete oppervlakken of in de buurt
van open vuur.
Gebruik de koffiezetmachine altijd onder toezicht en uitsluitend voor de
hier beschreven werkzaamheden. De koffiezetmachine niet tijdens het
rijden bedienen, want er bestaat in dat geval:
– een verhoogd gevaar voor ongevallen ten gevolge van afgeleid worden.
– gevaar voor snijverwondingen en verbranding van de huid
tengevolge van plotseling remmen of een ongeval.
Gebruik voor het stevig monteren van de koffiezetmachine de
bijgeleverde montage-set. Monteer de koffiezetmachine niet op
oppervlakken die niet hittebestendig zijn.
Ontkalk de koffiezetmachine op gezette tijden
(zie hoofdstuk Ontkalken).
Bij overdracht van de koffiezetmachine tevens de gebruikshandleiding
overhandigen.
Bescherm het milieu en laat het verpakkingsmateriaal recycleren.
Lever uw uitgediende koffiezetmachine in bij het dichtbijzijnde
recyclingpunt.
872-01 NL MC05, 10.p65 28.09.2001, 10:4036